Speelfilms in De Gouden Jaren Zeventig

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Speelfilms in De Gouden Jaren Zeventig UvA-DARE (Digital Academic Repository) Bert Haanstra : filmer van Nederland Schoots, J.W. Publication date 2009 Link to publication Citation for published version (APA): Schoots, J. W. (2009). Bert Haanstra : filmer van Nederland. Mets en Schilt. General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl) Download date:25 Sep 2021 14 speelfilms in de gouden jaren zeventig De argeloosheid voorbij Opnamen voor Dokter Pulder zaait papavers: midden Kees Brusse, boven Anton van Munster filmmuseum/bha Nadat Bij de beesten af de wereld in was gegaan, stak Bert Haanstra veel energie in pogingen een filmkomedie van de grond te krijgen. Al sinds Fanfare en De zaak M.P. zocht hij naar mogelijkheden voor een nieuwe comedy, maar op de ge- fnuikte samenwerking met Jacques Tati na kwam het er niet van. Anders dan Charles Chaplin, Buster Keaton of Tati was hij niet de geniale eenling die een ko- medie vrijwel op zijn eentje kon maken met ook nog zichzelf in de hoofdrol. Uit eigen zak betaalde hij verschillende schrijvers voor scripts, maar geen van de re- sultaten kon de toets van zijn kritiek doorstaan. Comedy’s maken bleef toch vooral Haanstra’s grote onvervulde droom. Het werden twee ‘gewone’ speelfilms. Waarom hij niet weer aan een grote do- cumentaire begon heeft hij nooit toegelicht, maar er zijn wel enkele redenen voor te bedenken. Het was geen eenvoudige opgave een onderwerp te vinden waarmee nogmaals zo’n groot publiek naar de bioscoop getrokken kon worden en blijkbaar slaagde hij daar ook niet in. Dan was er de hechte samenwerking met Anton Koolhaas, die romans en verhalen schreef waar Haanstra veel waar- dering voor had. Behalve op ethologisch gebied las hij niet veel, maar het werk van Koolhaas kende hij. Bovendien was de schrijver rond die tijd net op het hoogtepunt van zijn populariteit. Van zijn meest bekende roman Vanwege een tere huid uit 1973 verschenen uiteindelijk 22 drukken. Zijn band met de schrijver drukte in de jaren zeventig een belangrijk stempel op Haanstra’s werk. Hij begon aan de speelfilm Dokter Pulder zaait papavers, gebaseerd op Kool- haas’ novelle De nagel achter het behang. De film, door Haanstra meestal kortweg Pulder genoemd, had een ongewone voorgeschiedenis. De novelle was verschenen in 1971. Koolhaas was toen directeur van de filmacademie, het in die jaren turbu- lente instituut achter de blauwe stalen deuren aan de Amsterdamse Overtoom, waar de Vlaamse regisseur Harry Kümel een van de docenten was. Hij had al een zekere artistieke reputatie dankzij speelfilms als Monsieur Hawarden en Malper- tuis, de laatste met niemand minder dan de Amerikaanse regisseur en acteur Orson Welles in een hoofdrol. Met zijn voorliefde voor het absurde en het surrealistische zou Kümel uitgroeien tot een figuur met een internationale cultstatus. Met tweedejaarsstudenten van de academie maakte hij in 1972 een speelfilm van vijftig minuten naar Koolhaas’ De nagel achter het behang. Het scenario had 261 hij met zijn studenten geschreven, waarna het door Koolhaas was gecorrigeerd en goedgekeurd. De film heette De eekhoorn en had Kees Brusse en Ton Lensink in de hoofdrollen, zoals gevestigde acteurs wel vaker bereid waren op te treden in werkstukken van de academie. Hoewel aan het resultaat te zien was dat het om een studieproject ging, viel het niet tegen en de gedachte groeide dat met dit ver- haal een bioscoopfilm te maken was.1 Over wat volgde bestaan verschillende lezingen. Haanstra schreef indertijd in een brief dat Harry Kümel aan Koolhaas had gevraagd of hij nu een grote speel- film naar De nagel achter het behang mocht maken. Terugblikkend zei Kümel dat het juist Koolhaas was geweest die aan hém had gevraagd of hij het boek nogmaals wilde verfilmen. In deze tweede variant zei Kümel daarop tegen Koolhaas: ‘Maar dat wordt opgewarmde soep.’2 Hoe het ook is gegaan, de Vlaming besloot de film te maken en vroeg Haanstra als producent, niet alleen omdat deze een vriend van Koolhaas was, maar ook omdat Kümel zelf uitstekende ervaringen met hem had. De filmer uit Laren had hem eind jaren zestig een grote dienst bewezen toen het geluid van Monsieur Hawarden was verknald bij Cinetone. De film was volgens Kümel ‘gered door Bert’, die er met Ed Pelster in zijn eigen studio mee aan de slag was gegaan. Kümel prees bijna veertig jaar na dato nog Haanstra’s toewijding aan zijn vakbroeders.3 De nieuwe verfilming van De nagel achter het behang leidde algauw tot wrij- vingen tussen Kümel en Koolhaas. De regisseur vertelde later dat hij het absurde in het verhaal had willen versterken. Zo wilde hij een slot waarin de hoofdrolspe- lers elkaar met een spuit een overdosis morfine geven op een duin tegen een on- dergaande zon. Het soort sfeer waaraan Kümel zijn roem te danken heeft. Hij was een operaliefhebber die ook in zijn films van pathetiek hield. Maar de schrij- ver vond zijn ideeën onrealistisch, wat Kümel op zijn beurt nogal vreemd vond, gezien de ongeremde fantasie in Koolhaas’ eigen boeken. Toen deze het realis- tisch wilde, haakte Kümel naar zijn zeggen af.4 Volgens de latere regisseur Ate de Jong, die als student bij De eekhoorn betrokken was, vond Koolhaas dat de per - sonages bij Kümel te veel als lullige kleinzielige lieden werden voorgesteld. Hij wilde ze genuanceerder en menselijker.5 Daar was Bert Haanstra dan de aangewezen man voor. Hij nam de regie over en Koolhaas sloot zich op in een kamer van het Larense hotel Hamdorff waar hij in korte tijd het nieuwe scenario voor Dokter Pulder zaait papavers schreef. De brave dorpsdokter Kees Pulder krijgt onverwacht visite van een oude studiege- noot, de bekende neurochirurg Hans van Inge-Liedaerd. Hij is zeer vereerd, maar ontdekt de volgende ochtend de werkelijke reden voor de plotselinge be- langstelling van de grote man: hij is er met de morfine uit zijn medicijnkast van- 262 door. Een tijdje later overlijdt de verslaafde Van Inge-Liedaerd. Nu begint Pul- der vooral de positieve kanten aan diens levenswandel te zien, die schril afsteekt bij zijn eigen ingedutte bestaan. Hij ontmoet Van Inge-Liedaerds maîtresse, een aan lager wal geraakte dame van goede komaf met de naam Mies, die in een hou- ten huisje aan de bosrand woont, wodka drinkt uit limonadeglazen en met haar voormalige geliefde aan de morfine was. Voor Pulder wordt zij de representant van een meeslepend leven en hij probeert daar deel van te worden. Het verhaal rond Mies was in het boek slechts rudimentair aanwezig en werd door Koolhaas grotendeels toegevoegd voor de film. Aan de eerste helft van het verhaal veranderde hij weinig, vergeleken bij wat eerder op de academie was verfilmd in De eekhoorn. De eerste veertig minuten van Dokter Pulder zaait papavers, die in totaal 102 minuten lang werd, zijn er dan ook bijna een remake van. Soms tot in details. Zo snijdt Pulder zich tijdens het maken van kaasblokjes in zijn vinger, waarna je zonder tussenshot ziet hoe het bloed op de kaas neerkomt. In Haanstra’s film is dit exact hetzelfde gedaan. De twee hoofdrolspelers zijn opnieuw Kees Brusse als Pulder en Ton Lensink als Van Inge-Liedaerd. Hun acteren in de twee films verschilt wat, maar de overeenkom- sten zijn groter. Lensink is in De eekhoorn valser, wat wel leuk is, maar het minder aannemelijk maakt dat Pulder zijn praatjes gelooft. De dialogen zijn vrijwel identiek omdat ze in beide gevallen haast letterlijk afkomstig zijn uit Koolhaas’ boek. De Haanstra-versie is professioneler en meer gestroomlijnd en heeft bo- vendien een prachtig openingsshot van bijna drie minuten vanaf een boot die een stille haven binnenvaart. De eekhoorn begint nogal plompverloren en eindigt nog abrupter. De muziek van beide versies heeft geen enkele overeenkomst. Bij De eekhoorn is het een reeks variaties op het in dit verband wat vreemde thema ‘Daar komt de bruid’, bij Pulder een score van componist Otto Ketting. Het laatste uur van de film met de dorpsdokter en mevrouw Mies als centrale figuren is nieuw en maakt alsnog dat Pulder een heel andere film wordt. Anders dan in Hollywood komt het in Nederland zelden voor dat een regisseur een speelfilm van een ander overneemt, maar vanuit Haanstra’s perspectief was het vanaf het begin vooral een project van zijn oude vriend Koolhaas, en die bleef. De schrijver schetste de locatie waar het verhaal zich afspeelde: ‘Een oud stadje dat betere dagen heeft gekend. Vroeger was het een haven aan de oostelijke oever van de Zuiderzee. Nu, na de inpoldering, heeft ’t de Noordoostpolder voor zijn deur gekregen. Het haventje is er nog, maar dat wordt alleen ’s zomers maar be- zocht door wat plezierbootjes en verder liggen er het hele jaar door een paar woonboten. Om het haventje heen staan meest oude huizen, waarvan een enkele 263 een lelijke nieuwe voorgevel kreeg omdat er nodig een zelfbedieningszaak in moest en een filiaal van de Raiffeisenbank.
Recommended publications
  • Project 1975 SMBA Quinsy Gario, Bart Groenendaal, Stefan Ruitenbeek SMBA Newsletter Nº 127
    www.smba.nl Amsterdam NN NL–1016 / 59 Rozenstraat Newsletter N Newsletter Amsterdam Bureau Museum Stedelijk o 127 Project 1975 SMBA Quinsy Gario, Bart Groenendaal, Stefan Ruitenbeek Stefan Groenendaal, Bart Gario, Quinsy Stefan Ruitenbeek, Ancient Amateurs, 2012, film still SMBA Newsletter Nº 127 Nº Newsletter SMBA Quinsy Gario, Bart Groenendaal, Stefan Ruitenbeek Quinsy Gario, Bart Groenendaal, Stefan Ruitenbeek 15 April - 3 June 2012 15 April t/m 3 juni 2012 Opening: Saturday 14 April, 5 – 7 p.m. Opening: Zaterdag 14 april, 17 – 19 uur. Certain Uncertainties Zekere onzekerheden SMBA presents two exhibitions and an essay in the context SMBA presenteert twee tentoonstellingen en een essay. Alle of Project ‘1975’, a long-term programme reflecting on the vinden plaats in het kader van Project ‘1975’, een meerjarig relationship between contemporary art and the postcolonial programma over, grofweg, de relatie tussen hedendaagse condition of our society. This condition is one of cultural kunst en de postkoloniale conditie van onze samenleving. uncertainties, and is manifest in these three separate proj- Die conditie is er een van culturele onzekerheden. Dat blijkt ects. The video The Paradox of Being Taken Seriously by wel uit deze drie afzonderlijke projecten. Het videowerk The Bart Groenendaal was filmed during therapy sessions with Paradox of Being Taken Seriously van Bart Groenendaal traumatised refugees who have either been granted, or are is gemaakt tijdens therapiesessies met getraumatiseerde awaiting, asylum in the Netherlands. Learning about Dutch vluchtelingen die asiel hebben gevonden in Nederland of culture is part of their supervised trauma recovery therapy. daar nog op wachten. Een nadere kennismaking met de As the film unfolds, it gradually reveals the workings of a Nederlandse cultuur is een onderdeel van hun begeleide subtle power game between the Dutch therapists and their traumaverwerking.
    [Show full text]
  • Staging the Urban Soundscape in Fiction Film
    Echoes of the city : staging the urban soundscape in fiction film Citation for published version (APA): Aalbers, J. F. W. (2013). Echoes of the city : staging the urban soundscape in fiction film. Maastricht University. https://doi.org/10.26481/dis.20131213ja Document status and date: Published: 01/01/2013 DOI: 10.26481/dis.20131213ja Document Version: Publisher's PDF, also known as Version of record Please check the document version of this publication: • A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be important differences between the submitted version and the official published version of record. People interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the DOI to the publisher's website. • The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review. • The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page numbers. Link to publication General rights Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain • You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.
    [Show full text]
  • University of Southampton Research Repository
    University of Southampton Research Repository Copyright © and Moral Rights for this thesis and, where applicable, any accompanying data are retained by the author and/or other copyright owners. A copy can be downloaded for personal non-commercial research or study, without prior permission or charge. This thesis and the accompanying data cannot be reproduced or quoted extensively from without first obtaining permission in writing from the copyright holder/s. The content of the thesis and accompanying research data (where applicable) must not be changed in any way or sold commercially in any format or medium without the formal permission of the copyright holder/s. When referring to this thesis and any accompanying data, full bibliographic details must be given, e.g. Thesis: Author (Year of Submission) "Full thesis title", University of Southampton, name of the University Faculty or School or Department, PhD Thesis, pagination. UNIVERSITY OF SOUTHAMPTON FACULTY OF HUMANITIES Film Imag(in)ed Diversity in a Small Nation: Constructing Ethnic Minorities in Dutch Cinema by Arne Saeys Thesis for the degree of Doctor of Philosophy April 2018 ii UNIVERSITY OF SOUTHAMPTON FACULTY OF HUMANITIES Film Thesis for the degree of Doctor of Philosophy ABSTRACT Imag(in)ed Diversity in a Small Nation: Constructing Ethnic Minorities in Dutch Cinema Arne Saeys This thesis investigates how non-Western ethnic minorities have been represented in Dutch cinema mainly during the last two decades. While it has been argued that national cinema contributes to the imagination of a cohesive national identity, migration and the resulting ethnic diversity in contemporary societies urges us to rethink the role of cinema in the construction of national identities.
    [Show full text]
  • Humour and Irony in Dutch Post-War Fiction Film FRAMING FILM
    HUMOUR AND IRONY IN DUTCH POST-WAR FICTION FILM FRAMING FILM FRAMING FILM is a book series dedicated to theoretical and analytical studies in restoration, collection, archival, and exhibition practices in line with the existing archive of EYE Filmmuseum. With this series, Amsterdam University Press and EYE aim to support the academic research community, as well as practitioners in archive and restoration. SERIES EDITORS Giovanna Fossati, EYE Filmmuseum & University of Amsterdam, the Netherlands Leo van Hee, EYE Filmmuseum Frank Kessler, Utrecht University, the Netherlands Patricia Pisters, University of Amsterdam, the Netherlands Dan Streible, New York University, United States Nanna Verhoeff, Utrecht University, the Netherlands EDITORIAL BOARD Richard Abel, University of Michigan, United States Jane Gaines, Columbia University, United States Tom Gunning, University of Chicago, United States Vinzenz Hediger, Goethe University Frankfurt, Germany Martin Koerber, Deutsche Kinemathek, Germany Ann-Sophie Lehmann, University of Groningen, the Netherlands Charles Musser, Yale University, United States Julia Noordegraaf, University of Amsterdam, the Netherlands William Uricchio, Massachusetts Institute of Technology, United States Linda Williams, University of California at Berkeley, United States PETER VERSTRATEN HUMOUR AND IRONY IN DUTCH POST-WAR FICTION FILM AMSTERDAM UNIVERSITY PRESS This publication is made possible by grants from the Nederlands Filmfonds and the Netherlands Society of Cinematographers. Published by EYE Filmmuseum / Amsterdam University Press Cover illustration: Borgman © Drafthouse Films. Design: Brandon Schaefer. Cover design and lay-out: Magenta Ontwerpers, Bussum Amsterdam University Press English-language titles are distributed in the US and Canada by the University of Chicago Press. isbn 978 90 8964 943 0 e-isbn 978 90 4852 837 0 doi 10.5117/9789089649430 nur 670 Creative Commons License CC BY NC ND (http://creativecommons.org/licenses/by-nc-nd/3.0) P.
    [Show full text]
  • RENCONTRES CINÉMA NÉERLANDAIS ET Outrages RÉVOLUTION SEXUELLE FILM + MASTER CLASS RÉTROSPECTIVE DE PALMA PAR DE PALMA ANIMÉE PAR BERNARD BENOLIEL 6 – 27 JUIN
    BRIAN DE PALMA RENCONTRES CINÉMA NÉERLANDAIS ET Outrages RÉVOLUTION SEXUELLE FILM + MASTER CLASS RÉTROSPECTIVE DE PALMA PAR DE PALMA ANIMÉE PAR BERNARD BENOLIEL 6 – 27 JUIN À la suite de la projection de Outrages (Casualties of War) de Brian De Palma (Voir P.34). CETTE RÉTROSPECTIVE FAIT PARTIE D’OH ! PAYS-BAS : SAISON CULTURELLE NÉERLANDAISE EN FRANCE 2017-2018 « Quand vous faites un film, vous établissez des passerelles avec ce qui s’est fait avant vous. Autrement dit, vous mettez votre sensibilité et vos idées au service d’une scène ou d’une histoire qui a déjà été plus ou moins racontée. » Brian De Palma Bernard Benoliel est directeur de l’Action culturelle et éducative à La Cinémathèque française. sa 02 juin 14h30 A Tarifs : PT 13 €, TR 8 €, Libre Pass 6 €. Ouverture des ventes le 17 mai à 11h. Cette Master Class sera suivie à la librairie de la Cinémathèque, à partir de 18h, de la signature par Susan Lehman et Brian De Palma de Les Serpents sont-ils nécessaires ? (éditions Rivages). FILM + DISCUSSION À la suite de la projection de Phantom of the Paradise de Brian De Palma (Voir P.34). CINÉMA NÉERLANDAIS ET RÉVOLUTION SEXUELLE ET RÉVOLUTION NÉERLANDAIS CINÉMA Luc Lagier présentera Phantom of the Paradise, une projection suivie d’une discussion qui reviendra sur le film, le cinéaste et une œuvre intense et immense, une œuvre qui, de la fin des années soixante jusqu’à aujourd’hui, n’aura cessé de nous regarder… « L’idée du film m’est venue dans un ascenseur, en entendant une chanson des Beatles devenue de la « muzak » [musique d’ambiance].
    [Show full text]
  • KINO, KRIEG UND TULPEN DEUTSCH–NIEDERLÄNDISCHE Cinefestfilmbeziehungen Cinefest XVII
    KINO, KRIEG UND TULPEN DEUTSCH–NIEDERLÄNDISCHE cinefestFILMBEZIEHUNGEN cinefest XVII. INTERNATIONALES FESTIVAL DES DEUTSCHEN FILM-ERBES KINO, KRIEG UND TULPEN DEUTSCH–NIEDERLÄNDISCHE FILMBEZIEHUNGEN HAMBURG KOMMUNALES KINO METROPOLIS NOVEMBER 2020 BERLIN DEUTSCHES HISTORISCHES MUSEUM, ZEUGHAUSKINO JANUAR 2021 UDINE/GORIZIA FILMFORUM MÄRZ 2021 PRAG NÁRODNÍ FILMOVÝ ARCHIV, KINO PONREPO cinefestWIESBADEN MURNAU-FILMTHEATER IMPRESSUM CINEFEST – XVII. INTERNATIONALES FESTIVAL DES DEUTSCHEN FILM-ERBES 33. INTERNATIONALER FILMHISTORISCHER KONGRESS HAMBURG – BERLIN – PRAG – UDINE – WIEN – WIESBADEN – ZÜRICH KINO, KRIEG UND TULPEN DEUTSCH-NIEDERLÄNDISCHE FILMBEZIEHUNGEN Träger CineGraph – Hamburgisches Centrum PARTNER für Filmforschung e. V., Hamburg Konzeption, Recherche Hans-Michael Bock, Bundesarchiv Amsterdam Eye Filmmuseum Erika Wottrich, Swenja Schiemann, Festivaldirektion Hans-Michael Bock Sandra den Hamer Rommy Albers, Ivo Blom Organisation Erika Wottrich Berlin Zeughauskino – Organisation Erika Wottrich, Swenja Schiemann Koordination Swenja Schiemann Deutsches Historisches Museum Technische Betreuung George Riley Konzeption Rommy Albers, Ivo Blom, Jörg Frieß, Cathrin Schupke Referenten Rommy Albers, Amsterdam Hans-Michael Bock, Swenja Schiemann, Hamburg Kinemathek Hamburg – Katja S. Baumgärtner, Berlin Erika Wottrich Metropolis Kino Ivo Blom, Amsterdam Beratung Petra Rauschenbach, Ralf Schenk, Martin Aust, Manja Malz, Kathinka Dittrich van Weringh, Köln Jörg Schöning, Michael Töteberg Thomas Pfeiffer, Michael Reckert, Karl Griep, Berlin
    [Show full text]
  • Humour and Irony in Dutch Post-War Fiction Film Framing Film
    HUMOUR AND IRONY IN DUTCH POST-WAR FICTION FILM FRAMING FILM FRAMING FILM is a book series dedicated to theoretical and analytical studies in restoration, collection, archival, and exhibition practices in line with the existing archive of EYE Filmmuseum. With this series, Amsterdam University Press and EYE aim to support the academic research community, as well as practitioners in archive and restoration. SERIES EDITORS Giovanna Fossati, EYE Filmmuseum & University of Amsterdam, the Netherlands Leo van Hee, EYE Filmmuseum Frank Kessler, Utrecht University, the Netherlands Patricia Pisters, University of Amsterdam, the Netherlands Dan Streible, New York University, United States Nanna Verhoeff, Utrecht University, the Netherlands EDITORIAL BOARD Richard Abel, University of Michigan, United States Jane Gaines, Columbia University, United States Tom Gunning, University of Chicago, United States Vinzenz Hediger, Goethe University Frankfurt, Germany Martin Koerber, Deutsche Kinemathek, Germany Ann-Sophie Lehmann, University of Groningen, the Netherlands Charles Musser, Yale University, United States Julia Noordegraaf, University of Amsterdam, the Netherlands William Uricchio, Massachusetts Institute of Technology, United States Linda Williams, University of California at Berkeley, United States PETER VERSTRATEN HUMOUR AND IRONY IN DUTCH POST-WAR FICTION FILM AMSTERDAM UNIVERSITY PRESS This publication is made possible by grants from the Nederlands Filmfonds and the Netherlands Society of Cinematographers. Published by EYE Filmmuseum / Amsterdam University Press Cover illustration: Borgman © Drafthouse Films. Design: Brandon Schaefer. Cover design and lay-out: Magenta Ontwerpers, Bussum Amsterdam University Press English-language titles are distributed in the US and Canada by the University of Chicago Press. isbn 978 90 8964 943 0 e-isbn 978 90 4852 837 0 doi 10.5117/9789089649430 nur 670 Creative Commons License CC BY NC ND (http://creativecommons.org/licenses/by-nc-nd/3.0) P.
    [Show full text]
  • 56 Pim De La Parra
    56 Pim de la Parra archief 1962-1998 1 INHOUDSOPGAVE INLEIDING Biografie 3 Het archief 5 Inventaris 6 Literatuur 6 INVENTARIS Verkorte weergave 8 Maatschappelijk leven 11 Persoonlijk leven 26 BIJLAGES Bijlage 1 33 Bijlage 2 35 Bijlage 3 42 Bijlage 4 43 Bijlage 5 47 Bijlage 6 51 Bijlage 7 52 Algemene tijdschriften 52 Filmtijdschriften / Festivalkranten 75 Algemene boeken 91 Filmboeken 93 Bijlage 8 94 2 INLEIDING Algemeen Voor u ligt de inventaris van het archief van de Nederlands / Surinaamse regisseur Pim de la Parra. Het is het resultaat van meer dan twee jaar arbeid door zeven medewerkers van het Filmmuseum. Uiteraard zijn zij niet alle zeven fulltime en tegelijk hiermee bezig geweest, maar het geeft toch aan dat het voor ons een hele klus is geweest. Het is een ei, dat nu dan toch gelegd is. Ik heb de lijst zo gemaakt, dat die leesbaar en bruikbaar moet zijn zonder veel uitleg. Toch wil ik een aantal zaken in deze inleiding bespreken om het begrip van de lijst zo groot mogelijk te maken. Eerst ga ik kort in op het leven van Pim de la Parra. Het is de bedoeling dat er een biografie gaat verschijnen, dus zal ik hier niet al te diep op in gaan. Vervolgens geef ik een beeld van het archief zoals het bij het Filmmuseum is binnengekomen. Als laatste volgen nog enkele opmerkingen over de uiteindelijke inventaris. Piet Dirkx 29 november 1999 3 BIOGRAFIE De apothekerszoon uit Paramaribo Pim de la Parra wordt geboren op 5 januari 1940 in Paramaribo, Suriname, als zoon van een ‘handelaar in cosmetiek en medicamenten’ en kleinzoon van een Spaanse jood die met een half-Creoolse is getrouwd.
    [Show full text]