“For the Art We Have Selected Also Expresses Something About Us”
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
“For the art we have selected also expresses something about us” Het narratief van banken bij hun kunstbeleid aan de hand van Rabobank, ING en ABN AMRO Masterscriptie Radboud Universiteit Nijmegen Begeleider: Dr. Jan D. Baetens Tweede lezer: Dr. Jeroen Goudeau Gloria Sundermann 2019 1 “For the art we have selected also expresses something about us” – Het narratief van banken bij hun kunstbeleid aan de hand van Rabobank, ING en ABN AMRO Inhoud 1 Introductie ...................................................................................................................... 1 1.1 Inleiding ................................................................................................................... 1 1.2 Methode ................................................................................................................... 8 1.3 Introductie van Rabobank, ING, ABN AMRO en hun kunstbeleid ...................... 12 2 Theoretisch kader ......................................................................................................... 13 3 De Rabobank en kunst: het perspectief van haar publicaties ....................................... 21 3.1 Externe bronnen ..................................................................................................... 22 3.1.1 Focus op het bedrijf ........................................................................................ 22 3.1.2 Focus op maatschappelijke verantwoordelijkheid .......................................... 25 3.1.3 Kunst als identiteitsconstructie ....................................................................... 27 3.1.4 Opvallende uitdrukkingen en passages ........................................................... 30 3.2 Interne bronnen ...................................................................................................... 34 3.2.1 Focus op het bedrijf ........................................................................................ 35 3.2.2 Focus op maatschappelijke verantwoordelijkheid .......................................... 39 3.2.3 Kunst als identiteitsconstructie ....................................................................... 41 3.2.4 Opvallende uitdrukkingen en passages ........................................................... 44 3.3 Samenvatting van de resultaten ............................................................................. 46 3.4 Kritische noot ........................................................................................................ 48 4. Het perspectief van ING en ABN AMRO .................................................................. 49 4.1 ING ........................................................................................................................ 50 4.1.1 Focus op het bedrijf ........................................................................................ 50 4.2.2 Focus op maatschappelijke verantwoordelijkheid .......................................... 51 4.2.3 Kunst als identiteitsconstructie ....................................................................... 52 4.2.4 Opvallende uitdrukkingen en passages ........................................................... 55 4.2 ABN AMRO .......................................................................................................... 56 4.2.1 Focus op het bedrijf ........................................................................................ 56 4.2.2 Focus op maatschappelijke verantwoordelijkheid .......................................... 57 4.2.3 Kunst als identiteitsconstructie ....................................................................... 57 4.2.4 Opvallende uitdrukkingen en passages ........................................................... 59 4.3 Samenvatting van de resultaten ............................................................................. 60 5. Conclusie ..................................................................................................................... 61 5.1 Terugkoppeling naar de theorie ............................................................................. 62 2 5.2. Aanbevelingen ...................................................................................................... 65 Bibliografie ...................................................................................................................... 66 Bijlage ............................................................................................................................. 76 3 1 Introductie 1.1 Inleiding “When companies contribute to education, medical research, environmental projects, or charities, the public rarely, if ever, misunderstands or questions the justification for these gifts. However, perhaps cultural projects or the arts need a word of explanation both for the public and to aid business in articulating the reasons for these gifts”1 Veel grote en kleine bedrijven, niet alleen in Nederland, maar ook in Europa en in de hele wereld, hebben kunstverzamelingen. Sterker nog, sommige daarvan hebben de grootste verzamelingen hedendaagse kunst ter wereld. Vlak voor de financiële crisis vanaf 2007 telde de collectie van de Deutsche Bank meer dan 50.000 werken, UBS had er rond 35.000, JP Morgan Chase 30.000 en ING 22.500.2 Kunstcollecties zijn niet beperkt tot de aard van het bedrijf; het maakt geen verschil of er olie wordt gewonnen (Statoil), cosmetica worden geproduceerd (Shisheido), telecommunicatie wordt aangeboden (KPN) of medisch advies wordt verleend (AMC). Het is echter opvallend dat vooral banken bedrijfscollecties hebben.3 De redenen voor het bestaan van bedrijfscollecties zijn verschillend. Met name oude collecties hebben hun oorsprong in de verzamelactiviteiten van de oprichter, andere zijn in de loop der tijd ontstaan door het willekeurig verwerven van afzonderlijke kunstwerken. Jongere bedrijfscollecties behoren vaak tot globalere programma’s van ondernemingen die de maatschappelijke betrokkenheid van het bedrijf vertegenwoordigen.4 Vaak behelst het kunstbeleid van banken met een bedrijfscollectie meer dan enkel het beheren van de verzameling: het richt zich op een bredere ondersteuning van kunst en cultuur. Daarbij horen bijvoorbeeld het sponsoren van musea en tentoonstellingen, het ondersteunen van artistieke of culturele projecten en het uitreiken van prijzen. Ook de drie grootste commerciële banken van Nederland – ING, Rabobank en ABN AMRO – implementeren deze activiteiten in hun kunstbeleid. In Nederland zijn bedrijven voornamelijk sinds de jaren vijftig bezig met het verzamelen van kunst, waarbij de meeste collecties van de laatste drie decennia van de 20ste eeuw dateren. De redenen voor het aanleggen en beheren van een collectie hangen vaak samen met de periode waarin het besluit werd genomen. In de jaren vijftig en zestig lag de focus voornamelijk op het verfraaien van werkplekken door kunst. Eerst ging het daarbij om het belang van de werknemer, 1 Stead 1985, 216. 2 Vgl. Harrel en Perraudin 2010, 45-46. 3 Vgl. Dijksterhuis 2009a, 114. 4 Vgl. Kuklinski 2015, 8. 1 die zich op zijn werkplek op zijn gemak zou moeten voelen; later kwam er ook een commercieel aspect bij door het idee dat een mooie werkplek de productiviteit zou verhogen. Daarnaast was het bevorderen van de belangstelling voor kunst en cultuur een populair motief.5 Vanaf eind jaren zestig gingen bedrijven er in toenemende mate van uit dat een kunstcollectie ook een positieve invloed op het bedrijfsimago kon hebben, en met de opkomst van sponsoring in de jaren tachtig werd in dit verband ook het aspect van mecenaat steeds belangrijker.6 Begrippen als ‘corporate identity’ en ‘corporate image’ werden in deze context steeds vaker gebruikt.7 Parallel aan de ontwikkelingen in andere landen leidde dit in de jaren negentig tot het concept van corporate philanthropy en in toenemende mate ook tot het idee van corporate social responsabiliy, dat nog steeds actueel is.8 In het geval van Rabobank maakte kunst al deel uit van de bedrijfsstrategie voordat er een kunstbeleid was en de bedrijfscollectie werd geprofessionaliseerd. In de jaren zeventig kwam er een grote internationale advertentiecampagne met werken van Rembrandt, opgevolgd door een campagne met werken van Mondriaan. Daarnaast werkte de bank samen met de Stichting Museumjaarkaart en werd besloten de grote Vermeertentoonstelling van 1995/1996 te sponsoren. Pas in 1995 kwam het besef dat de groeiende bedrijfscollectie op een professionele manier moest worden beheerd en werd er een officieel kunstbeleid ingesteld. Het was de bedoeling dat de inspanningen op het gebied van kunst en cultuur deel moesten gaan uitmaken van de bijdrage van Rabobank aan het welzijn van de maatschappij.9 Over het algemeen worden bedrijven steeds meer gezien als actieve spelers in een maatschappelijk systeem in plaats van geïsoleerde producenten en dienstverleners.10 Het steunen van culturele activiteiten hoort bij dit besef. Door de professionalisering van de kunstcollecties en het aanstellen van gespecialiseerde medewerkers is daarnaast zowel de kwaliteit van de objecten als het geheel een belangrijk argument geworden voor het bestaansrecht van een verzameling.11 Kunstgerelateerde activiteiten van bedrijven leiden vaak tot verwondering en dilemma’s. De buitenwereld is meestal niet bekend met de verzamelactiviteiten of sponsorprojecten van bedrijven, of kent alleen de sporadische krantenkoppen met het meest sensationele nieuws. Dit leidt ertoe dat er weinig feiten bekend zijn, maar wel veel vooroordelen de ronde doen. Het meest verspreide