Jaarverslag 1981
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
BRT INSTITUUT DER NEDERLANDSE UITZENDINGEN JAAROVERZICHT 1981 BRT INSTITUUT DER NEDERLANDSE UITZENDINGEN JAAROVERZICHT 1981 TEN GELEIDE In de omroepgesahiedenis van ons land zal 1981 als een keerpunt, wellicht een breekpunt^ besahouwd worden. Bij de ondevhandelingen die na de verkiezingen van november 1981 de vorming van de huidige hewindsploeg voorafgingen, werd tussen de christen-democraten en liberalen overeengekomen dat het omroepmonopolie van BRT-RTBF doorbroken zou worden. Het regeerakkoord van 14 december 1981 bepaalde immers : "op het vlak van radio en televisie, zal de regering in het "kader van haar bevoegdheden in overleg met de gemeenschappen "en met de geschreven pers maatregelen nemen opdat het feite- "lijk monopolie vervangen zou worden door het stelsel van de "mededinging." Roewel deze afspraak niet werd overgenomen in de regerings verklaring ligt zij toch in de lijn van een ontwikkeling die werd ingeluid door hoofdstuk V van het omroepdecreet van december 1979, waarbij aan derden op de televisie zendtijd werd ingeruimd voor het verzorgen van duiding en opiniëring_ bij de actualiteit. Van zijn kant werd de BRT-radio vorig jaar gecon fronteerd met het verschijnsel van de vrije radio’s die sedert '80 in het ganse land een ware wildgroei kennen. De Raad van Beheer nam op 22 maart 1981 in een schrijven aan de voogdij minister een ondubbelzinnig standpunt in : "De Raad heeft het fenomeen van de lokale radio's als een "belangrijk verschijnsel onderkend en het op een positieve "wijze benaderd. In deze- benadering gaat de Raad ervan uit dat "de lokale radio’s een complement kunnen zijn voor de nationale "omroep. De nationale omroep richt zich in eerste instantie "tot de bevolking van heel het Vlaamse grondgebied, en in zijn "regionale uitzendingen meer specifiek tot een gedeelte van die "bevolking, een gedeelte dat grosso modo overeenkomt met een "provincie. Echt lokaal kan de nationale omroep alleen "occasioneel functioneren. Derhalve kan de lokale radio een "aanvulling betekenen voor het werk van de nationale omroep." II Korte tiQci lateVj in augustus 1981^ werd door de Minister van F.T.T. een Koninklijk Besluit uitgevaardigd dat de teohni- sahe normen voor de exploitatie van de lokale omroep bepaalde. De regeringscrisis belette evenwel een verdere wettelijke re- gutarisatie in de loop van 1981. Het ligt voor de hand dat de omroep in het licht van deze dubbele uitdaging aanspraak maakt op de nodige financiële middelen om zijn wettelijke opdracht als openbare dienst te blijven waarmaken. In de loop van het jaar 1981 heeft de Raad van Beheer herhaaldelijk in het openbaar gezegd dat de Vlaamse omroep geen financiële problemen zou kennen als hij, zoals de omroepen van alle Westeuropese buurlanden, die bovendien alle maal ruime meer-inkomsten uit de etherreclame ontvangen, kon beschikken over 90 % van de opbrengst van het Vlaamse kijk- en luistergeld. In 1981 kreeg hij daarvan slechts 61,46 %, waar de RTBF wel degelijk de netto-opbrengst (90 %) van het Frans talige kijk- en luistergeld ontving. Een merkwaardig toeval - of was het ergens een voorgevoelen? ■ heeft gewild dat een paar dagen na het regeerakkoord over het doorbreken van het BRT-monopolie, de BRT-top, samengesteld uit de leden van de Raad van Beheer en de hogere hiërarchie, op 18 en 19 december 1981 in de barre winter op het HengeIhoef-domein in Limburg een paar dagen samenkwam om naar een radionalisering van het omroepbedrijf te zoeken. Dit management-seminarie was geen improvisatie maar het resultaat van een maandenlange intense voorbereiding. Besloten werd te besparen : - op het gebied van de investeringen, door de technische ver nieuwingen die nodig zijn om de bedrijfszekerheid van de in stallaties te garanderen, tot het absolute minimum te beperken Ill en in de tijd te syveiden^ en door de voorgenomen uitbrei dingen van de installaties sine die te verdagen; - op het gehied van de programmaproduktie door de buitenhuis- opnamen te rationaliseren en de studiooapaciteit optimaal te benutten; - op het gebied van de uitzendingen door een meer consequente politiek van herhaling van programma's; - en op het gebied van het personeelsbeleid door een grotere interne mobiliteit en meer herscholing en door een selectieve vervanging bij natuurlijke afvloeiing van personeelsleden. Uiteraard kon dit nieuw beleid geen uitwerking sorteren in 1981j zodat voor de eerste maal in de BRT-gesahiedenis het begrotingsjaar met een, deficit werd afgesloten, een deficit dat uiteraard ook weegt op de begroting 1982. In sommige sectoren blijkt, het helaas moeilijk een mentaliteitsverandering te be werken, omdat men zich vastklampt aan de ongebreidelde per- soneelsexpansie van de jaren zeventig-, die onherroepelijk tot de voltooid verleden tijd behoort. In dat opzicht zijn de tabellen die ten grondslag lagen aan het Hengelhoef-beraad (blz. 241-247 van dit overzicht) al te welsprekend. Wegens de financiële noodtoestand moeten er derhalve nieuwe wegen worden bewandeld, en in de loop van 1982 wordt er aktief werk gemaakt van uitbreiding van sponsoring, marketing en prospectie voor commercialisering van BRT-produkten. Inmiddels heeft deze dalende conjunctuur de programmamakers van de BRT niet belet een voortdurende inventiviteit aan de dag te leggen. Zo werd bij de televisie met bescheiden middelen Teletekst tot een geslaagd experiment opgevoerd, waarvan de ontwikkeling - inzonderheid wat ondertiteling voor slechthoren den betreft - uitsluitend van bijkomende financiële middelen zal afhangen. De aankoopdienst van de televisie slaagde er andermaal in voor de Vlaamse Televisie een reeks primeurs van IV befaamde buitenlandse sevies in de waoht te slepen. De eigen drama-produktiej die in de vorige javen reeds grote faam ver wierf ^ handhaafde zich dank zij een derde reeks "De Collega's" en een nieuw g eugdfeuilleton "Het Veenmy sterie". De Vlaamse televisie is er vorig jaar opnieuw in geslaagd de eigen produktie met 0^85 % te verhogen tot 64, 05 7o van de uitgezonden programma's, wat een merkwaardig resultaat mag heten gezien de uitzendingsduur van het tweede TV-net, dat helaas tot vijf werkdagen per week beperkt moest blijven. Andermaal werd door de televisie een poging ondernomen om satire op het scherm te brengen; hoewel "TV-touché" onvermij delijk op enkele zere tenen trapte, kon-dit programma zich vorig jaar behoorlijk handhaven. De radio-nieuwsdienst innoveerde met het hoofdjournaal en de Actueelrubriek in de vooravond te vervroegen van 19 u. naar 18 u.j rekening houdend met de gewijzigde levensgewoonten; het is nog te vroeg om zich definitief over het nieuwe uur uit te spreken, maar voortdurende aanpassing blijft in het omroep- medium geboden. De nieuwsbegeleiding van de verkiezingen van 8 november 1981 was opnieuw een succes zowel voor de radio als voor de televisie. 1981 was ook gekenmerkt door de aanvang van de televisie- uitzending en door derden; ondanks de zeer intense reglemen taire voorbereiding, inzonderheid in de schoot van de Gast- programmaraad, waren aanvankelijk een aantal strubbelingen blijkbaar niet te vermijden omdat de BRT vasthield aan een duidelijk onderscheid tussen de eigen programma's en die van de derden; ook randgevallen op gebied van etherreclame gaven aanleiding tot hoffelijke steekspelen, maar uiteindelijk mag gezegd worden dat de invoering van deze nieuwe programma- kategorie binnen de BRT een vlot verloop kende. Hoewel deze 7 programma's door derden op dezelfde finano-Lete uurbetoelag-ing als de TV—nieuwsdienst kunnen rekenen - in feite een verdubbe ling van de toelage van 1980 - bleef de belangstelling en de waardering van de kijkers ver beneden die voor de eigen BRT- informatieprogramma 's. Tenslotte moet vermeld worden dat in 1981^ na vier jaar besprekingen tussen de BRT en de RTBF, eindelijk de likwidatie van het Instituut der Gemeensahappelijke Diensten^, dat door de omroepwet van 18 februari 1977 werd opgeheven^ kon worüenr ver wezenlijkt; hiermede is de volledige autonomie van beide insti tuten een feit geworden. P. VANDENBUSSCHE Administrateur-Generaal. - I - RAAD VAN BEHEER - 3 - RAAD VAN BEHEER Samenstelling 31.12.1981 De samenstelling van de Raad van Beheer is geschied krachtens het decreet van 28.12.1979 houdende het statuut van de Bel gische Radio en Televisie, Nederlandse Uitzendingen. VOORZITTER Prof. Dr. H. BALTHAZAR Gewoon Hoogleraar Rijksuniversiteit Gent. Buitengewoon docent V.U.B. ONDERVOORZITTER De h. P. MARCK Adjunct Algemeen secretaris Belgische Boerenbond. Buitengewoon docent KUL. LEDEN van de R.v.B. en van de V.C. De h. P. JANSSENS Secretaris-generaal A.C.W. De h. A. VAN OVERSTRAETEN Secretaris van het Vlaams Nationaal Hulpfonds. Prof. Dr. A. VERHULST Gewoon Hoogleraar Rijksuniversiteit Gent. Voorzitter van het Willemsfonds. LEDEN De h. A. BEYENS Secretaris-generaal van de P.V.V. De h. G. DERIEUW Nationaal Secretaris A.B.V.V. Secretaris van de Vlaamse Intergewestelijke van het A.B.V.V. De h. J. FLEERACKERS Voorzitter van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht. Voorzitter Gemengde Commissie ter uitvoering van het Belgisch- Nederlands akkoord. De h. D. LAMBRECHT Assistent RUG. Burgemeester te Kortemark. Mevr. .A. PHLIX Hoofd Personeelsdienst van de Provinciale Intercommunale Electriciteitsmaatschappij Limburg. De h. J. VAN ROY Algemeen secretaris van het Nationaal Verbond van Socialis tische Mutualiteiten. De h. J. VINCART Ingenieur-architeet Provincieraadslid Oost-Vlaanderen. - 5 - RADIO - 7 - INLEIDING Bij het opmaken van de balans zou I98I, in een eerste benadering kunnen gekwalificeerd worden als een goed radiojaar.