Ontvangen griffie 14 juni 2021 PR21.134

Verslag van bevindingen van Kees Mulder en Sietske Bunge, Raadsrapporteurs RMN,1 Gemeenteraad . 2

Zeist, 12 juni 2021

1. Inleiding

Zoals iedereen zijn wij, als Raadsrapporteurs RMN (RR), eveneens onaangenaam verrast door het ontstane tekort bij de RMN wat onlangs gemeld is. In het LIS van de Raad van Zeist van 1 juni 2021 heeft de wethouder Wouter Catsburg een aantal verbeterpunten gemeld, waar wij hieronder, na een samenvatting van eerdere bevindingen, op in zullen gaan. Tenslotte zullen wij ook opmerkingen maken over eventueel verder onderzoek.

In dit verslag zal de focus liggen op de verschillende aspecten van de bedrijfsvoering en de governance van de RMN. Er zal minder ingegaan worden op het dienstverlenende aspect, waar eerder al onderzoek naar gedaan is3.

Terugblikkend vanaf het begin van deze Raadsperiode valt het ons op dat onze gesprekken met de wethouder en ambtelijke ondersteuning een aantal terugkerende onderwerpen bevatten. Vanaf het begin van deze raadsperiode hebben wij gesproken over en gewezen op de interne organisatie, ICT, het personeelsbeleid, ziekteverzuim, het aantal werkbare uren, groei van de organisatie en de terugkerende vertraging in het uitbrengen van het jaarverslag en de accountantsverklaring.

Hoewel onze constateringen zich richten op de huidige Raadsperiode (vanaf 2018) is er in de Raadsperiode 2014-2018 ook onderzoek gedaan naar het functioneren van de RMN, waar wij hieronder ook naar zullen verwijzen4. De focus van onze bevindingen ligt echter op de huidige Raadsperiode. Maar tenslotte zullen we ons ook richten op de toekomst.

2. Financieel onderzoek voorjaar 2021

Het DB/AB5 van de RMN heeft dit voorjaar een onderzoek laten doen door de onverwachts ontstane verliezen. Het verslag van dit onderzoek is aan de Raad toegestuurd (PR21.125).

In dit rapport van van Berkel en Associates zijn op pagina 9 een aantal constateringen gedaan m.b.t. het negatieve resultaat over 2020.

1 De RMN heeft een belangrijke en zichtbare publieke taak van afvalinzameling, afhandeling en recycling. Daarnaast heeft de RMN nog speciale, minder zichtbare taken voor een kwetsbare groep mensen zoals herintreding, mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt en (ex-) statushouders. 2 Naast de stukken die ook beschikbaar zijn de voor de Raad hebben de RR ook de notulen van de AB en DB-vergaderingen ontvangen 3 Rekenkameronderzoek Functioneren en Presteren Reinigingsbedrijf Midden Nederland (RMN) Gezamenlijk onderzoek van de Rekenkamercommissies van , Soest, Baarn, IJsselstein en Datum: 28 mei 2019 4 Uitkomsten onderzoek oorzaken negatieve resultaat 2020 en late melding daarvan aan het bestuur door Reinigingsbedrijf Midden Nederland, door Berkel Professionals, 11 mei 2021 5 De RMN is een juridisch zelfstandige organisatie en in eigendom van de deelnemende gemeentes en onder toezicht van een Algemeen Bestuur (AB) en een Dagelijks bestuur (DB). Elke deelnemende Gemeente heeft een vertegenwoordiger in het Algemeen Bestuur. Het Algemeen Bestuur houdt toezicht op het Dagelijks Bestuur (DB). De voorzitter van het DB (Wouter Catsburg) geeft leiding aan de organisatie/de Algemeen Directeur (Rob Schram). De Algemeen directeur geeft leiding aan de dagelijkse operationele gang van zaken. Er staat dat “het volgende heeft bijgedragen aan het negatieve resultaat: - Juridische ondersteuning bij aanbestedingen - HRM gerelateerde kosten inzake niet functionerende medewerkers - Vervanging van langdurig zieken”

Vervolgens wordt opgemerkt dat “niet valt in te zien waarom deze kosten onverwacht zouden zijn. Dat deze zo laat worden gedetecteerd en gerapporteerd is ons inziens te wijten aan het feit dat RMN zich vooral richt op mens- en tractie uren en veel te weinig op een tussentijdse financiële verslaglegging. De informatievoorziening richting DB is voor verbetering vatbaar en dient ons inziens de volgende elementen te bevatten (niet limitatief): - Financiële informatie - Ontwikkeling van de gerealiseerde cijfers ten opzichte van de verwachting Personele informatie, o.a. ziekteverzuim Risico’s in de operationele bedrijfsvoering Noodzakelijke investeringen”

Elders in dit rapport wordt ook aangegeven dat het aantal werkbare uren te hoog ingeschat is, en de te verwachten autonome kostenontwikkeling te laag ingeschat is6.

3. Eerdere verslag van bevindingen van de Raadsrapporteurs dd. 3/12/2018 en (de beantwoorde) vragen aan de Wethouder in 2019 (PR 19.035)

Onze wethouder heeft aangegeven dat de verschillende wensen aan de RMN door de verschillende deelnemers een knelpunt is. Ook onze wethouder ondervindt hier hinder van, doordat het standpunt van Zeist op een aantal vlakken anders is dan die van zijn collega's.

In het verslag van het gesprek eind 2018 zijn de volgende bevindingen gedaan:

“In de eerste gesprekken is aan de RR verteld, dat het aansturen van de RMN, moeizaam is vanwege verschillende doelstellingen van de deelnemende gemeentes (“efficiëntie versus circulariteit” ). Een afstemming of harmonisatie van doelstellingen lijkt gewenst en kan gestimuleerd worden door een bijeenkomst met leden van Gemeenteraden van de deelnemende Gemeentes te organiseren. Blijkbaar is in het derde kwartaal een bijeenkomst gepland, om op beleidsniveau met de deelnemende Raden over de RMN te spreken. De RR juichen een dergelijke bijeenkomst van harte toe” Deze bijeenkomst heeft plaatsgevonden, en had een inhoudelijk, informatief karakter over inzameling. Het ontwikkelen van convergentie in beleid tussen de Raden van de deelnemende Gemeentes is niet of niet merkbaar aan de orde gekomen.

Deze avond is niet, zoals eerder door RR gesuggereerd is gebruikt om meer eenduidigheid tussen de deelnemende Gemeentes te krijgen.

6 De inschatting van de kosten voor het volgende boekjaar wordt in een kadernota weergegeven, die basis is voor het bepalen van de afvalstoffenheffing van de Gemeente. Na het goedkeuren en publiceren van het jaarverslag vindt een definitieve verrekening met de deelnemende gemeentes plaats. De kadernota is de basis voor een voorschot rekening aan de deelnemende Gemeentes die na de jaarrekening definitief gemaakt wordt.

Dezelfde systematiek geldt voor de Gemeente Zeist, de vooruit te betalen afvalstoffenheffing en de verrekening achteraf met de inwoners, na vaststelling van het RMN-jaarverslag. Hoewel dit rekenwerk vergt, blijft de kern een tijdig inzicht in de (financiële) bedrijfsvoering en aansturing.

4. Slagvaardigheid van de operationele RMN-organisatie

Een aantal operationele uitdagingen zijn in gesprekken en verslagen naar voren gekomen, maar niet of met aanzienlijke vertraging opgelost. Twee voorbeelden:

i. De Dienstverlening Overeenkomt (DSO) De Gemeentes zijn niet alleen eigenaar van de RMN, maar ook klant van de RMN. Er is aan een standaard DSO gewerkt, omdat dit duidelijkheid geeft aan de onderlinge afspraken en ook het facturatieproces van de RMN naar de Gemeentes versimpelt. In het begin van deze Raadsperiode is de indruk bij de RR ontstaan dat de DSO spoedig getekend zouden kunnen worden, maar er is nog geen bericht ontvangen dat dat gelukt is. Afwezigheid van standaard DSO’s maakt de financiële administratie complexer.

ii. Toegangscontrole afvalbrengstation In antwoord op eerdere vragen uit de Raad over de invoering van pasjes voor toegangscontrole heeft de Zeister Wethouder (Wouter Catsburg) geantwoord dat dat ingewikkeld lag. Vanwege deze complexiteit, is in RR-overleg (later in 2019) met de WC geopperd om een simpele toegangscontrole in te voeren, zoals dit bijv. ook bij autoverhuurbedrijven geldt (Geldig ID + rekening waar het woonadres op staat). De RR hebben aangedrongen op een simpele oplossing, omdat het gerucht al ging dat inwoners uit andere gemeentes en of bedrijven hun afval naar de werf brachten. De kosten voor dat afval worden bij de inwoners van Zeist in rekening gebracht. Deze eerder gedane suggestie is pas in Q2 21 ingevoerd.

Deze twee voorbeelden geven de indruk van een niet zo slagvaardige organisatie.

5. Governance van de RMN, dubbele rollen en rolvervaging

De reactie in januari 2020 van B&W van Zeist op de kadernota7 - die basis is voor de tariefstelling van de afvalstoffenheffing in Zeist - van de RMN is opmerkelijk. De brief legt de RMN als aanbieder uit waarom de kosten van de aanbieder hoger zijn geworden. Dit is een omkering van de leverancier-klant (RMN-Gemeente) relatie. Een meer kritische reactie had de RMN kunnen aanzetten om kritischer naar zichzelf te kijken. Er lijkt hier sprake te zijn van rolvervaging tussen de voorzitter van het AB (WC) en de voorzitter van het DB (WC).

6. Voorgestelde verbeterpunten

In het LIS van 1/6 jl. heeft de Zeister wethouder aangekondigd dat een financiële persoon toegevoegd gaat worden en dat ook twee wethouders toegevoegd worden aan het AB van de RMN. Verder vindt nog ondersteuning plaats door Gemeente Secretarissen (GS).

7. Toekomstbestendige RMN? De wethouder heeft ons telkens meegenomen hoe er aan de uitdagingen gewerkt is en wordt en wat er in gang is gezet. Door de onverwachte financiële tegenvaller en recente fraude komen de volgende vragen naar voren:

Is een financieel zwaargewicht afdoende?

Wat is het effect van het toevoegen van extra overhead door het uitbreiden van het AB met twee wethouders uit deelnemende gemeentes en ondersteuning door GS?

7 Zienswijze Kadernota RMN 2021, kenmerk (van de Gemeente Zeist) 347036, dd. 7 januari 2020

Hoe toekomst vast is de RMN? In het rapport van K+V uit 20188 zijn een aantal kwetsbaarheden genoemd zoals bedrijfsvoering, ICT en schaalgrootte. In de afgelopen periode lijkt er niet of nauwelijks merkbare vooruitgang geboekt op deze aspecten.

8. Reflecties over vervolg

In het rapport van vanBerkel Associates wordt de suggestie gedaan om een diepgaander onderzoek te doen.

De kernvraag is, als de Raden vervolgonderzoek gewenst vinden, waar dit onderzoek zich op zou moeten richten? En wat er gedaan wordt met de uitkomsten.

Onderzoek op de financiële aspecten lijkt voor de hand te liggen, Maar de vervolgvraag is dan of de RMN in staat is, met wat extra financiële programma’s en financiële menskracht op orde te komen? En ook, hoe het zich nu wel slagkrachtig kunnen ontwikkelen in het krachtenspel van de diverse aandeelhouders en de governance? In een interpellatiedebat in de Gemeente Baarn9 zijn brede vragen gesteld, waaronder de vraag of er een interim- directeur aangesteld zou moeten worden of dat er uit de RMN getreden moet worden.

8 Bijlage bij Verkenning ontwikkelrichtingen RMN, KplusV, januari 2015 9 https://baarn.raadsinformatie.nl/vergadering/811966/Besluit%20in%20de%20Raad%2024-03-2021

Van Postbus 60055, 6800 JB Arnhem Velperplein 8, 6811 AG Arnhem Telefoon (026) 355 13 55 Fax (026) 355 13 99 [email protected] www.kplusv.nl

Rapport Bijlage bij Verkenning ontwikkelrichtingen RMN

Referentie Arnhem, 12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

Inhoud

1 Inleiding en Kader 1 2 Strategienota RMN 2009-2013 2 3 Het reinigingsbedrijf 4 3.1 Prestaties RMN 5 3.2 Organisatie 8 4 Ontwikkelrichtingen 11 4.1 Voortzetting bestaande koers en organisatie RMN 11 4.2 Groei RMN met huidige takenpakket 12 4.3 Groei door taakverbreding 15 Gebruikte documenten 18

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

1 Inleiding en Kader

Inleiding Deze bijlage bevat zo beknopt mogelijk enige feiten en cijfers bij het rapport dat KplusV organisatieadvies (KplusV) heeft opgesteld voor het Reinigingsbedrijf Midden Nederland: Verkenning ontwikkelrichtingen RMN, kenmerk 1014213-005.

Kader De huidige tekst van de gemeenschappelijke regeling RMN is in 2007 vastgesteld door de colleges van Nieuwegein, Soest en Zeist en het algemeen bestuur van RMN. De regeling vermeldt in artikel 3 het doel van het lichaam: "… het realiseren van een effectieve, efficiënte en kwalitatief hoogwaardige en klantvriendelijke uitvoering van de voormalige reinigingsdienstaken." In artikel 4 wordt aangegeven dat vanuit de gemeenschappelijke regeling "… de volgende taken worden verricht:  inzamelen en bewerken van afvalstoffen;  schoonhouden van openbare ruimten;  overige transport en reinigingstaken;".

Pagina 1

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

2 Strategienota RMN 2009-2013

In 2009 is de strategische koers bepaald in de Strategienota RMN 2009-2012 en vastgesteld door het algemeen bestuur op 16 juni 2009. Strategische keuzes 2009 waren de volgende.

Wat zijn we:  Expert in afvalbeheer, initiator van regionaal afvalbeleid.  Specialist in reinigingstaken (opruimen/schoonmaken van stoep tot plint).  Samenwerkingspartner in duurzaam beheer van de openbare ruimte.  Maatschappelijk verantwoorde ondernemer met sterke lokale binding.

Wat willen we:  Schaalvergroting RMN in verband met toekomstbestendigheid (uitbreiding van het aantal huisaansluitingen tot om en nabij 100.000 in 2012).  Uitbreiding reinigingstaken door middel van gelijkluidend basispakket.  Verhogen klanttevredenheid van opdrachtgevers en inwoners.  Minimaal 3 innovatieve projecten.  Versterken c.q. structureel inbedden van beleidsadvisering door RMN.  Versterken van de regionale worteling c.q. duurzame samenwerking met maatschappelijke organisaties.

Kerntaken In de door het algemeen bestuur van RMN geformuleerde mission statement van 2011 zijn uitspraken gedaan over de kerntaken. De kerntaken zijn de huidige inzamel- en reinigingstaken, waarbij :  op afvalgebied wordt ingezet op schaalvergroting en doorontwikkeling naar een expertrol in gemeentelijk afvalbeheer;  op reinigingsgebied wordt ingezet op kwaliteitsverbetering van de dienstverlening en taakuitbreiding naar aanverwante taken in de openbare ruimte.

Ook zijn de waarden voor RMN benoemd:  Klantgericht  Resultaatgericht  Regionale worteling  Duurzaam ondernemerschap

Stand van zaken uitvoering strategienota In onderstaande tabel is aangegeven hoe het anno 2014 staat met de uitvoering van de strategische doelen uit de strategienota van 2009.

Pagina 2

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

Strategische doelen 2009 Stand van zaken 2014 Schaalvergroting Gemeenten IJsselstein en Baarn zijn toegetreden. Het verzorgingsgebied bestaat vanaf 1 januari 2013 uit 100.054 aansluitingen. De in de strategienota beoogde schaalvergroting is gerealiseerd. Uitbreiding reinigingstaken, Het takenpakket van de gemeente Nieuwegein blijft beperkt tot de gelijkluidend basispakket afvaltaken. De toegetreden gemeenten hebben hun totale afval- en reinigingspakket in. De toegetreden gemeente IJsselstein wil daarnaast ook groenbeheer en klein civiele taken inbrengen. RMN voert reinigingstaken uit op contractbasis bij niet-aangesloten gemeenten.

Verhogen klanttevredenheid Er heeft geen klanttevredenheidsonderzoek bij inwoners plaatsgevonden. Bestuurlijk is er geen behoefte aan om vanuit RMN rechtstreeks inwoners hierop te bevragen, dit is een gemeentelijke, eigen, verantwoordelijkheid. Gemeentelijkje bestuurders hebben een positief beeld van de tevredenheid bij hun burgers over de dienstverlening door RMN. Er komen in beperkte mate klachten binnen bij de gemeente. Minimaal drie innovatieve RMN heeft de onkruidbestrijding op heet water (WAVE) in de regio projecten geïntroduceerd, de invoering van CMS als regionale registratie van containers geïnitieerd en heeft aardgasvoertuigen aangeschaft. Versterken beleidsadvisering Beleidsadvisering is operationeel en nog steeds grotendeels projectgericht. De invoering CMS was een RMN beleidsinitiatief. Op RMN niveau en op initiatief van RMN hebben de gemeenten samengewerkt aan de opstelling van een regionaal afvalbeleidsplan. Versterken regionale worteling RMN neemt deel in de AVU. Er zijn samenwerkingscontracten met kringloopbedrijven in Soest en Zeist afgesloten. Voorts neemt RMN deel in een aantal lokale maatschappelijke projecten. Tabel 1. Stand van zaken uitvoering strategienota.

Pagina 3

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

3 Het reinigingsbedrijf

De Gemeenschappelijke regeling Reinigingsbedrijf Midden Nederland, kortweg RMN, is in 2000 opgericht en sindsdien in omvang gegroeid. Er nemen na de uitbreiding van 2013 vijf gemeenten deel: sinds 2000 Soest en Zeist, sinds 2008 Nieuwegein en sinds 2013 Baarn en IJsselstein. RMN heeft nu een werkgebied van 175,4 km2 met 226.305 inwoners en 100.054 huisaansluitingen voor afvalinzameling. RMN kende in 2013 een omzet van € 17,8 miljoen.

RMN verricht de volgende taken: inzamelen en bewerken van afvalstoffen, schoonhouden van openbare ruimten en overige transport- en reinigingstaken. In uren uitgedrukt wordt circa 77% van de uitvoeringscapaciteit ingezet op afvalinzameling en circa 23% op reinigingstaken. De taken die RMN voor de individuele gemeenten vervult, zijn opgenomen in dienstverlenings- overeenkomsten tussen de individuele gemeenten en RMN. De dienstverlening verschilt per gemeente. In onderstaande tabel zijn enkele kerngegevens opgenomen.

Baarn IJsselstein Nieuwegein Soest Zeist Aantal inwoners (2013)1 24.227 34.254 60.895 45.509 61.420 Oppervlakte (totaal in km2)) 33,01 21,68 25,65 46,43 48,65 Bewonersdichtheid per km2 746 1.620 2.573 964 1.266 Afvalbeheertaak - Aantal aansluitingen 11.055 14.057 27.411 19.913 27.913 - Afvaltaken voor alle 5 gemeenten Inzameling deelstromen, beheer milieustraat - Afvaltaken verschillend Extra inzameling zomer gft Inzameling grof afval Papier met verenigingen Huisraad met kringloopcentrum Registratie voor externe organisatie Reiniging - Voor 4 gemeenten gelijk: vegen, zwerfvuil - Verschillend voor de 4 gemeenten Prullenbakken legen Hondenuitlaatstroken reinigen Vuurwerk ruimen Parkeergarages schoonhouden Bladactie Overige taken - Kolkenreiniging - Gladheidsbestrijding - Plaagdierbestrijding - Huisuitzettingen Tabel 2. Kerngegevens gemeenten en dienstverlening RMN aan gemeenten.

1 CBS, Demografische kerncijfers 2013.

Pagina 4

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

3.1 Prestaties RMN

Op het vlak van afvalbeheer kunnen in landelijk perspectief de volgende resultaten van RMN in beeld worden gebracht.

Prestaties afvalbeheer De prestaties van RMN kunnen worden vergeleken met die van andere gemeenten in Nederland. De landelijke organisatie NVRD voert daartoe benchmarks uit. De gegevens hebben betrekking op de periode tot en met 2013. 2 Onderstaande tabel geeft de resultaten. De prestaties voor de gemeenten worden vergeleken met het gemiddelde van de groep waartoe de gemeenten behoren (groep B, stedelijkheidsklasse 2, bepaald op basis van de gemiddelde hoogbouwklasse).3

Resultaten Soest Nieuwegein Zeist Baarn IJsselstein RMN Gemiddeld gem. groep B Restafval (kg/inw) 192 237 220 209 219 218 228 Afvalscheiding% 67% 48% 57% 60% 51% 56% 52% Tabel 3. Resultaten RMN-gemeenten in hun klasse. Bron: NVRD 2014.

Bovenstaande tabel laat zien dat van de RMN-gemeenten in 2013 de gemeenten Soest en IJsselstein beter scoren op zowel beperking van de hoeveelheid afval als afvalscheidings- percentage ten opzichte van de gemiddelden van de groep. Het gemiddelde afvalscheidingspercentage van RMN ligt ook boven dat van de landelijke vergelijkingsgroep.

Drie gemeenten hebben in 2013 een beter scheidingsresultaat gehaald dan in 2011, zoals onderstaande tabel laat zien. Van de andere twee in 2013 toegetreden gemeenten zijn de cijfers voor 2011 niet in beeld.

2011 2012 Soest 58% 64% Zeist 48% 57% Nieuwegein 42% 48% Baarn ? 60% IJsselstein ? 51% Tabel 4. Groei scheidingspercentage in drie RMN-gemeenten.

Afvalbeheerkosten De kosten per huishouden zijn afhankelijk van de afspraken met de deelnemende gemeenten inzake de dienstverlening. De kosten per huishouden in de RMN-gemeenten zijn niet aan elkaar gelijk omdat er per gemeente verschillende afspraken zijn gemaakt, zoals bijvoorbeeld voor de zomerinzameling gft in Zeist of de extra hoge lediging van kunststof uit verzamelcontainers in Soest.

2 De vergelijking moet met de nodige slagen om de arm worden bekeken. De betrouwbaarheid van de cijfers wordt beïnvloed door de wijze waarop de feiten en cijfers door gemeenten en/of inzamelende organisaties worden aangeleverd aan de NVRD. 3 IJsselstein en Baarn vallen eigenlijk in categorie C, stedelijkheidsklasse 3-5, gemeenten met beperkte hoogbouw.

Pagina 5

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

De arbeidsuren per aansluiting zijn als volgt.

Soest Nieuwegein Zeist Baarn IJssel-stein RMN gem. Gemiddeld groep B Arbeidsuren p. hh 1,1 1,2 1,3 2,0 1,2 1,3 1,2 Tabel 5. Aantal arbeidsuren buitendienst per aansluiting 2013.

Met Baarn heeft RMN een uitschieter naar boven (o.a. door wekelijkse papierinzameling). In Zeist is tijdwinst te behalen door een aantal keuzes op het vlak van inzameling bij hoogbouw en in het centrum. Voor Baarn kan de inzameling worden geoptimaliseerd op basis van ervaringen in 2013 en 2014. Daardoor komen de prestaties van RMN op of onder het gemiddelde.

Onderstaande tabel geeft de resultaten afgezet tegen het gemiddelde uit groep B van de deelnemers aan de NVRD benchmark 2013.

Deelstroom Soest Nieuwe-gein Zeist Baarn IJsselstein RMN gem. Gemiddeld groep B Restafval 22,6 27,3 34,5 24,1 27,2 30,8 35,9 Gft 15,0 19,2 22,4 19,1 21,4 19,3 19,3 Papier 8,4 6,4 16,8 23,6 5,3 10,6 9,4 Kunststof 10,3 5,0 4,0 10,9 5,9 3,0 4,7 Milieustraat 17,7 16,4 20,3 25,8 21,1 21,0 17,1 Tabel 6. Inzamelkosten deelstromen per huishouden.

De inzamelkosten zoals die uit deze tabel blijken, blijven voor restafval onder het gemiddelde van de groep vergelijkbare gemeenten. Gft geeft een wisselend beeld te zien. De kosten voor papierinzameling zijn zeer uiteenlopend afhankelijk van afspraken die zijn gemaakt met gemeenten over o.a. inzet vrijwilligers, inzamelfrequentie en/of wijze van aanbieding. Ook de kosten van inzameling van kunststof variëren sterk afhankelijk van de afspraken die met de gemeenten zijn gemaakt. De kosten van de milieustraten zijn relatief hoog in de RMN- gemeenten.

Als we kijken naar de recente cijfers van de RMN begroting 2015 dan zien we nog eens de grote onderlinge verschillen tussen directe inzamelkosten (arbeidskosten en tractiekosten) voor gft en restafval voor de gemeenten van RMN. De verschillen zijn mede een gevolg van het maatwerk dat voor de gemeenten wordt geleverd en de specifieke stedelijke structuur, o.a. in Zeist: verhouding hoog- en laagbouw, invoering ondergronds of niet, zomerinzameling gft, bijplaatsen afval direct mee of in meerwerk etc.

Gemeente Inzamelkosten per huishouden Baarn € 50,02 IJsselstein € 34,50 Nieuwegein € 39,18 Soest € 37,61 Zeist € 50,05 Gewogen gemiddelde RMN € 42,45 Tabel 7. Inzamelkosten gft en restafval huishoudens, gemeenten RMN, begroting 2015.

Pagina 6

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

Ter vergelijking een samenwerkingsverband als SAVER (west Brabant): rekent met standaardinzamelkosten voor alle gemeenten gelijk: € 45. Overheidsbedrijven als ROVA en Omrin blijven inclusief indirecte kosten onder de € 40 en de GR Blink (Helmond e.o.) die de inzameling laat uitvoeren door Sita behoort tot de inzamelorganisaties met de laagste inzamelkosten: onder de € 35.4

Gelet op de grote verschillen tussen de gemeenten en met name de uitschieters in Baarn en Zeist, is er zeker nog ruimte voor kostenbesparing op de inzameling in die gemeenten.

Besparing In algemene zin is RMN er in geslaagd om sinds zijn begin besparingen op de afvalinzamelkosten voor de gemeenten te realiseren. Hieronder volgt informatie voor de gemeenten waarvoor RMN al enkele jaren de inzameling verzorgt. Efficiency-doelstellingen worden of zijn gerealiseerd; aan de afvalinzameling- en straatreinigingstaken worden in Soest en Zeist inmiddels ruim 13.000 manuren per jaar minder besteed dan in het jaar van de oprichting. Dat is een besparing van 12%. Aan afvalinzamelingtaken in Nieuwegein wordt sinds de deelname in 2008 ruim 10.000 uur per jaar minder besteed. Dat betekent een besparing van 26%. Als het gaat om de inzameling van de belangrijkste afvalstromen gft- en restafval dan zijn de besparingspercentages nog groter.

Periode 2000-2013 Periode 2008-2013 Gft Restafval Gft Restafval Soest 37% 39% Zeist 29% 20% Nieuwegein 46% 44% Tabel 8. Besparing manureninzet voor de inzameling van gft- en restafval over perioden voor drie RMN- gemeenten.

Besparingen zijn gerealiseerd via efficiëntere routering van de inzameling en vooral door invoering van arbeidsextensieve inzamelsystemen, zoals de inzet van zijladers. Deze besparingen zijn ook door andere Nederlandse inzamelbedrijven gerealiseerd de afgelopen 10 jaar. Tegenover afname van het aantal uren inzet voor restafval staat toename van het aantal uren voor de inzameling van deelstromen die separaat worden ingezameld en specifiek sinds 2011 een toename van het aantal uren voor de inzameling van kunststofverpakkingsafval.

4 Vergelijking moet met de nodige slagen om de arm gebeuren omdat, zowel wat de betrouwbaarheid als de vergelijkbaarheid van de getallen.

Pagina 7

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

3.2 Organisatie

De organisatie bestond in 2013 uit 129 fte, waarvan 90 fte buitendienst (exclusief teamleiders).5 Daarnaast is er een flexibele schil van inhuurkrachten. Deze varieert van 15 tot 20% van het personeelsbestand voor de buitendienst. De buitendienst is verdeeld in twee regio's: zuid (standplaats Nieuwegein) en Noord (standplaats Soest).

De organisatie bevat alle functies die kunnen worden verwacht bij een organisatie als deze behalve de beleids- en adviesfunctie. RMN heeft een eigen werkplaats voor onderhoud en herstel voertuigen en inzamelmiddelen.

RMN kent een vacature voor een beleidsfunctie. Thans wordt deze ingevuld op ad hoc basis onder meer via overeenkomsten met deelnemende gemeenten voor de levering van beleidscapaciteit. Dit is bijvoorbeeld gebeurd bij de opstelling van het Regionaal afvalbeleidsplan 2014-2018.

Sinds begin 2014 ziet de uitvoeringsorganisatie van RMN er als volgt uit.

Figuur 1. Organogram RMN.

Directeur

Hoofd Operationele Hoofd Hoofd Hoofd ICT en Planning en zaken (is Financiën en Personeel en Kwaliteit Beheer directeur) Control Organisatie

Teamleider Teamleider Wagenpark- Regio- Medewerkers Planning en Teamleider KAM Regio Medewerkers Voorlichting Publieksconta en gebouw- manager personeels Werkvoorber Werkplaats coordinator manager Zuid administratie cten beheerders Noord adm. eiding

Werk- Teamleider Teamleider Teamleider Teamleider Planners Telefonistes Monteurs voorbereiders Afval Reiniging afval Reiniging

Medewerkers Medewerkers Medewerkers Medewerkers Uitvoering Uitvoering Uitvoering Uitvoering

5 RMN Jaarverslag 2013, Koers bepalen.

Pagina 8

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

Bij dit plaatje past de volgende formatie.

Direct fte Indirect fte Directie 1,0 Medewerker uitvoering * 90,0 Beleidsadvies (vacature) 1,0 Werkplaatsmonteurs ** 5,0 Financiële administratie 3,4 Meewerkende P&O 3,0 2,2 leidinggevenden Klantenservice / ICT en Kwazo 2,4 2,0 telefonistes *** … Voorlichting 1,2 Inkoop 0,0 Facilitair 1,7 Regiomanager (niet 2,0 meewerkend) **** Teamleider (niet 4,0 meewerkend) **** Werkvoorbereiding en 8,2 planning Wagenpark en 2,0 gebouwbeheer Totaal 100,4 28,7 Tabel 9. Functies en formatie RMN. * Uitvoering is niet in fte toe te rekenen aan reiniging of afval, in uitvoering is iedereen “allround”. ** Worden doorberekend aan wagenpark en opgenomen in het uurtarief. *** Verzorgt ook het (directie- en bestuurs)secretariaat. **** Worden als opslag in het uurtarief van de medewerkers doorberekend aan taak.

De overhead bedraagt een kleine 23% en valt binnen de range die voor dit soort bedrijven wordt aangetroffen in Nederland. Er zijn bedrijven die onder de 20% overhead blijven, maar er zijn ook enkele bedrijven die boven de 30 komen. Vijfentwintig procent is het gemiddelde in Nederland. Op dit vlak is RMN (gemiddeld) efficiënt ingericht. In vergelijking met andere uitvoeringsorganisaties lijkt RMN op het vlak van P&O en ICT/Kwaliteitszorg ruim bemeten, ware het niet dat door beide vakgebieden binnen RMN zowel de beleidsmatige- als de uitvoerende kant wordt ingevuld. Dit betekent dat RMN voor veel vraagstukken geen beroep hoeft te doen op externe ondersteuning. Ook is kwetsbaarheid van de (bezetting van de) formatie voor deze vakgebieden in organisaties van vergelijkbare omvang vaak een probleem. Vermindering van deze capaciteit leidt tot kwetsbaarheid op die bedrijfsvoeringsfuncties. Die zou alleen maar kunnen worden ondervangen door een achtervang (bij de gemeenten of andere organisaties) of door samenwerking met andere organisaties op dit taakveld. In deze richting zijn mogelijk nog optimaliseringen te bereiken.

De strategische managementcapaciteit van RMN, de ondersteuning van het bestuur en de aansturing van de buitendienst, ligt bij één functie en één persoon: de secretaris-directeur. In het managementteam heeft de directeur de eindverantwoordelijkheid en vervult hij tevens een aan de andere MT-leden nevengeschikte rol in de afstemming van planning en voorbereiding en uitvoering. Dat wringt. Hij heeft voor de bestuurlijke ondersteuning en de strategische koers van het bedrijf geen georganiseerde ondersteuning in de organisatie, los van de mogelijkheid die er

Pagina 9

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

tot december 2014 was om te overleggen met de adviseur van het bestuur, de directeur AVU. De invulling van de directie is daarmee kwetsbaar.

Van de directeur wordt veel gevraagd: zowel opereren in de ondersteuning van het bestuur, rekening houdend met de bestuurlijke richtingen van de verschillende gemeenten als tegelijkertijd richting geven aan RMN inclusief ook het operationele deel ervan: de buitendienst.

De beleidsadviesfunctie is niet ingevuld. Dat is pas zinvol als duidelijk is wat de beleidsfunctie inhoudt. De beschikbare capaciteit kan op verschillende wijzen worden ingevuld, afhankelijk van de organisatievraagstukken die de komende jaren worden verwacht.

In de praktijk blijkt de afstemming in de werkprocessen voor enige knelpunten te zorgen. Dit heeft onder meer te maken met onduidelijkheid in de taakafbakening. Welke taken en verantwoordelijkheden liggen bij teamcoördinatoren en welke bij bedrijfsvoering en werkvoorbereiding. Duidelijkheid in taakafbakening en aansluiting van werkprocessen kan bijdragen aan de efficiency in de taakuitvoering door RMN.

Pagina 10

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

4 Ontwikkelrichtingen

In het rapport van KplusV worden drie ontwikkelrichtingen genoemd en verkend: 1. handhaving van de bestaande organisatie, met beperkte uitbreiding met kleine gemeente; 2. substantiële schaalvergroting door groei van RMN met het huidige takenpakket afvalbeheer en reiniging; 3. verbreding van het huidige takenpakket tot andere BOR-taken dan afval en (straat) reiniging.

Deze paragraaf bevat enkele onderbouwingen van besparingen en optimaliseringen die in het rapport staan genoemd.

4.1 Voortzetting bestaande koers en organisatie RMN

In deze variant gaan we uit van de basistaken afvalbeheer en (straat)reiniging. Naast de huidige gemeenten is in een overleg op 4 november 2014 de basis gelegd voor toetreding van de gemeente Bunnik. Hierbij past de kanttekening dat de feitelijke uitvoering van de afvalinzameling voor Bunnik in 2015 en 2016 gedaan wordt door een private organisatie. Het gaat bij Bunnik vooralsnog alleen om de overkomst van straatreiniging en daaraan gelieerde beheertaken.

Optimalisatie afvalbeheer Concrete mogelijkheden voor vergroting efficiency inzameling in de huidige situatie:  Baarn, invoeren CMS + verder invoeren zijlader , 1 wijk = 24 uur maal 52 weken = 1248 manuren = € 50.000.  IJsselstein, invoeren CMS + verder invoeren zijlader, 1 wijk ook ongeveer € 50.000.  Nieuwegein, optimalisering, ½ wijk ongeveer € 25.000.  Soest, optimalisering, ½ wijk ongeveer € 25.000.  Zeist, optimalisering, ½ wijk ongeveer € 25.000. Totaal aan besparingsmogelijkheden: € 175.000 = 3,5 fte.

Wijziging van de afvalinzameling Op het vlak van afvalbeheer wordt de komende 5 jaar onder invloed van beleidsontwikkeling (streven naar circulaire economie, hergebruik huishoudelijk afval naar 75%) en ontwikkelingen op de markt (technologieën en methoden):  halvering van de hoeveelheid restafval dat wordt aangeboden;  daaraan gekoppeld: invoering van omgekeerd inzamelen in diverse wijken (tijdsbesparing 33%) – de genoemde halvering hangt mede af van het succes van invoeren van omgekeerd inzamelen); voor de planperiode kan er van uitgegaan worden dat in de helft van de gevallen omgekeerd inzameling kan worden ingevoerd;  nieuwe deelstromen (drankkartons, blik, luiers);  nieuwe wijzen van aanbieding van deelstromen (gecombineerd gericht op nascheiding);  nieuwe wijzen van efficiëntere inzameling van deelstromen;  optimalisatie van urenefficiënte inzamelsystemen (uitbreiding inzameling met zijladers).

Pagina 11

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

Alleen inkrimping van de buitendienst zou betekenen dat het overheadpercentage beperkt toeneemt. Het is niet zonder meer logisch dat de overhead afneemt met de inkrimping van de buitendienst, behoudens bijvoorbeeld de functie P&O. De nieuwe vormen van inzameling vergen diverse administratieve handelingen, planning en werkvoorbereiding, monitoring. Het aantal huishoudens wijzigt niet of groeit en dus ook de klantcontacten blijven onverminderd voortbestaan. Nieuwe vormen van inzameling die moeten bijdragen aan het realiseren van ambitieuze hergebruiksdoelstellingen vergen gedragsveranderingen bij burgers. Dat vergt overtuiging en dus communicatie met burgers.

4.2 Groei RMN met huidige takenpakket

Indien RMN groeit in aantal deelnemende gemeenten, dan kan de terugloop in het aantal benodigde manuren en tractie-uren worden opgevangen. Dit verschijnsel doet zich al voor als voor Bunnik wordt overgegaan van inzameling door het private bedrijf naar inzameling door RMN. Met de eventuele aansluiting van meer gemeenten wordt de basis van de directe capaciteit versterkt, en neemt het overheadpercentage minder snel toe de komende jaren. Dit veronderstelt wel dat in beperkte mate overheadcapaciteit overkomt van de nieuwe gemeenten althans niet relatief meer dan de kleine 25% die nu deel uitmaakt van de formatie van RMN.

Een belangrijke vooronderstelling bij optimale inzet van mensen en middelen is, dat medewerkers bereid moeten zijn om in alle aangesloten gemeenten werkzaamheden uit te voeren. Dit is nu al het beleid van RMN en het voornemen directie en bestuur is om dit door te zetten. Daarover zullen met toetredende gemeenten in het kader van het sociaal plan afspraken moeten worden gemaakt.

Optimale schaalgrootte Uit onderzoek van onder meer de NVRD blijkt dat de optimale schaalgrootte voor afval alleen in een marge is weer te geven, omdat deze onder meer afhangt van factoren als verstedelijking, mate van hoogbouw, stedelijke structuur, bewoning in het buitengebied en rij-afstanden. Het minimum is 80.000 à 100.000 aansluitingen voor een efficiënt opereren van een inzamelorganisatie met een range voor het optimum van 110.000 tot 150.000.

Onderstaande tabellen geven informatie over de RMN-gemeenten en de omliggende gemeenten. Op grond daarvan is te bepalen wat de optimale schaal voor RMN zou zijn, rekening houdend met woningdichtheid, rijafstanden tussen locaties en tussen opstelplaatsen.

Pagina 12

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

Onderstaande tabel geeft het aantal huishoudens per gemeente.

Gemeente huishoudens cumulatief Baarn 11.055 11.055 IJsselstein 14.057 25.112 Nieuwegein 28.411 52.523 Soest 19.913 73.436 Zeist 27.913 100.349 Bunnik 6.193 106.542 5.358 111.900

Wijk bij Duurstede 9.192 121.292 4.764 126.056

De Bilt 18.911 144.967 18.829 163.796 Tabel 10. Aantal huishoudens RMN-gemeenten en enkele buurgemeenten.

Pagina 13

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

Gemeente Oppervlakte in km Aantal Bevolkings- Huis- % eenpers Woning- Woning- Stedelijk- Omgevings- Aantal dichtheid houdens Huishoud. voorraad dichtheid heid adressen kernen inwoners per km2 per km2 dichtheid Totaal Land Water

RMN-gemeenten

Baarn 33,01 32,53 0,47 24.227 746 11.055 17,6 11.227 345 3 1399 3

IJsselstein 21,68 21,15 0,53 34.254 1620 14.057 12 13.857 655 2 1744 1 Nieuwegein 25,65 23,66 1,98 60.895 2573 27.411 15,4 26.647 1126 2 1788 1 Soest 46,43 46,25 0,19 45.509 964 19.913 14,8 19.910 431 3 1338 4 Zeist 48,65 48,51 0,14 61.420 1266 27.913 18,7 26.975 556 3 1487 5 subtotaal 226.305 100.349 98.616

Belangstellende gemeenten

Bunnik 37,57 36,95 0,62 14.563 394 6.193 13 6.080 165 4 621 3

Montfoort 38,2 37,69 0,51 13.621 361 5.358 10 5.443 144 4 693 2

Wijk bij Duurstede 50,25 47,56 2,69 23.035 484 9.392 10,5 9.461 199 3 1082 3 Woudenberg 36,82 36,53 0,29 12.321 337 4.764 26,9 4.821 132 4 846 1 Subtotaal 289.845 126.056 124.421 Houten 58,99 55,41 3,57 48.429 667 18.911 10,0 19.155 346 3 1404 5 67,13 66,3 0,83 42.032 634 18.829 16,7 19.363 292 3 1116 6

Totaal 380.306 163.796 162.939

Tabel 11. Kenmerken van de gemeenten van RMN en omgeving.

Pagina 14

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

Met het huidige aantal aansluitingen (100.000) zit RMN aan de onderkant van de range van optimaal functioneren. RMN verschuift in beperkte mate in de richting van het optimum door toevoeging van een of enkele van de kleinere gemeenten Bunnik, Montfoort, Woudenberg of Wijk bij Duurstede. Door rijafstanden en niet-laaduren en het feit dat er relatief meer minicontainers zijn dan verzamelcontainers, in vergelijking met onder meer Nieuwegein en Zeist, neemt de efficiency in de inzameling (directe uren) niet toe door toevoeging van deze gemeenten. De besparingsmogelijkheden voor efficiëntere inzamelsystemen en de gevolgen van keuzes op het vlak van omgekeerd inzamelen zijn in deze kleine gemeenten beperkt. Ze leveren in bedrijfseconomisch opzicht weinig op. Indien RMN een schaalsprong maakt van 100.000 aansluitingen naar 120.000 aansluitingen met de toetreding van een aantal van de genoemde gemeenten dan wordt voornamelijk wat betreft het aandeel van de indirecte formatie bijgedragen aan optimalisatie.

Daarnaast ontstaan er wel extra mogelijkheden om uitvoerend personeel (terugloop van benodigd aantal manuren in de inzameling door verdergaande mechanisering en automatisering en omgekeerd inzamelen) aan het werk te kunnen houden. Door toename van de directe capaciteit en de relatief eenvoudige inpasbaarheid in de indirecte werkzaamheden (planning, werkvoorbereiding, bedrijfsvoering) neemt de druk op de overhead af. De gemiddelde inzamelkosten zullen per saldo niet toenemen. Het aandeel indirecte capaciteit in de inzamelkosten zal afnemen.

Door toevoeging van de kleinere gemeenten zou het aantal huishoudens in de regio's noord en zuid van RMN vrijwel gelijk worden. Dat dient het evenwicht tussen de regio's.

Ook de gemeenten Houten en De Bilt hebben een lagere woningdichtheid. Gelet op de omvang van deze gemeenten bieden deze echter wel mogelijkheden tot substantiële besparingen op de kosten van afvalinzameling. Tevens dragen ook deze gemeenten bij aan verkleining van het aandeel van de indirecte formatie (huidige indirecte taakuitvoering) in het totaal en daarmee aan de beperking van de afvalinzamelkosten en reinigingskosten.

Pas wanneer zowel Houten als De Bilt toetreedt, ontstaat een schaalsprong die een basis geeft voor verdergaande efficiencyverbetering, zowel in de directe taakuitvoering als in de werkvoorbereiding, planning en bedrijfsvoering. Er is dan sprake van een omvang van meer dan 160.000 huishoudens.

Met de toetreding van deze twee gemeenten en de genoemde kleinere gemeenten is de optimale schaal, vanwege het aantal huishoudens rond 160.000. Daardoor krijgen de twee regio's en vestigingslocaties (Soest en Nieuwegein) ook een substantiële omvang. Elk komt in de buurt van de minimumomvang van 80.000 aansluitingen die door de NVRD is uitgezocht.

4.3 Groei door taakverbreding Welke BOR-taken liggen in het verlengde van het huidige takenpakket RMN? Afvalinzameling en schoonhouden van de openbare ruimte is corebusiness van het huidige RMN. In onderstaande tabel zijn de kenmerken van deze taken en die van andere BOR-taken aangegeven.

Pagina 15

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

Taakveld Kenmerken bedrijfsvoering 1 Afvalbeheer (inzameling en beheer Voorspelbaar. milieustraten) Preciezer te plannen op jaarbasis. Eenduidigheid in werkzaamheden. Eigen bekostigingsstructuur (via afvalstoffenheffing) beperkte inzet social return. Toenemende arbeidsextensiviteit als gevolg van inzamelmethoden en mechanisering. In toenemende beroep op vaardigheden medewerkers in verband met mechanisering en automatisering. Gemeentebrede (regiobrede) aanpak en planning van werkzaamheden. 2 Straatreiniging (mechanisch vegen, Combinatie mechanisch vegen en handmatig vegen. handmatig vegen, verwijderen Periodieke werkzaamheid (op basis van periodieke zwerfafval op verhardingen, legen eenheden (week, maand, kwartaal). straatprullenbakken) Inzet social return. Weinig verandering in arbeidsintensiteit. Wijkgewijze aanpak en planning. 3 Niet-cyclische werkzaamheden Werkzaamheden zijn op afroep of seizoensafhankelijk. (kolkenreiniging, graffiti verwijdering, Vooral mechanisch. kauwgomverwijdering, Daardoor inzet social return beperkt. onkruidbestrijding verhardingen, Aanpak en planning grotendeels op gemeente niveau. verwijdering hondenpoep op Onkruidverwijdering op wijkniveau. hondenuitlaat plekken) 4 Overige niet-cyclische Grotendeels gemechaniseerd. werkzaamheden (gladheidbestrijding Vergen vaardigheden. en plaagdierbestrijding) Geen inzet social return. Inzet op basis van oproep (geen planning). 5 Groenbeheer (zwerfafval verwijderen Seizoensafhankelijk. in groen, schoffelen, maaien, Combinatie mechanisch en handmatig. snoeien) Aanpak en planning op wijk- en gemeenteniveau. Inzet social return op onderdelen. Inzet specifieke kennis en vaardigheden op onderdeel snoeien. Bedrijfsmatig aan te sturen. 6 Klein civieltechnisch (onderhoud, Vergen specifieke vaardigheden. straatmeubilair, borden, herstel Werkzaamheden op afroep. bestrating) 7 Onderhoud groen op Seizoensafhankelijk. sportcomplexen, onderhoud groen Combinatie mechanisch en handmatig. op begraafplaatsen Inzet social return op onderdelen. Inzet specifieke kennis en vaardigheden op onderdeel snoeien. Bedrijfsmatig aan te sturen.

Pagina 16

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

8 Specifiek: beheer sportvelden, Specifieke kennis en vaardigheden. beheer en exploitatie Mechanisering. begraafplaatsen Beperkte inzet social return. Deels seizoensafhankelijke planning, locatiegebonden. Deels op afroep, locatiegebonden. 9 Specifiek: straatverlichting Op afroep. Cyclisch schoonmaken. 10 Specifiek: onderhoud riolen en Cyclisch gepland. gemalen Vergt kennis en vaardigheden. Deels gemechaniseerd. Geen inzet social return. 11 Specifiek: onderhoud watergangen Cyclisch gepland. Gemechaniseerd. Vergt specifieke kennis en vaardigheden. 12 Specifiek: onderhoud kunstwerken Op afroep. Vergt kennis en vaardigheden. Geen social return. 13 Specifiek: onderhoud speeltuinen Cyclisch. Op afroep herstel. Specifieke kennis vereist. Enige inzet social return. 14 Servicetaken Op afroep. Tabel 12. Taken beheer openbare ruimte.

Pagina 17

12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht

Gebruikte documenten

De volgende bronnen zijn voor dit onderzoek geraadpleegd.

 Centraal Bureau voor de Statistiek, Demografische kerngegevens per gemeente 2013, Den Haag 2014.  Gemeenschappelijk regeling Reinigingsbedrijf Midden Nederland, 2007.  IPR-Normag, Notitie afspraken inzake overname groen- en klein civiel taken, Haarlem 2014.  KplusV, diverse onderzoeksrapporten en adviesproducten voor de gemeenten , , Ede, Helmond, Lochem, Rheden, Vianen en Voorst, en de afvalbeheerorganisaties Avri, Blink, Circulus, Cure, Cyclus, ROVA en Saver.  NVRD, Benchmark afvalinzameling, benchmarkanalyse, peiljaar 2012, Arnhem 2014.  RMN, Begroting RMN 2015, vastgesteld 16 juni 2014.  RMN, Jaarverslag 2013, Soest 2014.  RMN, Strategienota 2009-2012, juni 2009.  RMN, Plan van aanpak CMS IJsselstein, mei 2014.  RMN, Spreadsheet uren per gemeente sinds 2001, Soest 2014.  RMN, vergaderstukken bestuur RMN.  V09-014 Reservevorming RMN.  V13-010 Reservevorming.  V13-015 Organisatieverandering per 1 januari 2014.  V13-020a Groen en klein civieltaken IJsselstein.  V14-006 Groen en klein civieltaken IJsselstein vervolg.  V14-013 Benchmark afvalinzameling.  V14-019 Toetredingsverzoek Bunnik.  RMN-gemeenten en Bunschoten, regionaal afvalbeleidsplan, Soest 2014.  Wet gemeenschappelijke regelingen 1984.

Pagina 18