Nieuwsbrief Spined
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
NIEUWSBRIEF SPINED Spinnenwerkgroep Nederland European Invertebrate Survey-Nederland – Leiden Kenniscentrum Insecten en Overige Ongewervelden Aflevering 38 - 2019 INHOUD Redactioneel . 1 Jinze Noordijk, Karen van Dorp & Peter Koomen: Aanvullende waarnemingen van de springspin Philaeus chrysops (Araneae: Salticidae) . 2 Spinnensympsium 13 april 2019 . 4 Johan Bink: Spinnentransport, voorbeelden van een Papendrechts bedrijf. II: aanvullingen, inclusief een nieuwe importsoort voor Nderland . 5 Steven IJland & Peter J. van Helsdingen: Update on the spiders (Arachnida, Araneae) of Calabria, Italy . 8 Foto’s Agelena labyrinthica . 22 Fotoserie paring kruisspin . 23 Spin van het Jaar 2019: Myrmarachne formicaria . 24 Joost Vogels: Verslag van een vakantieweek spinnen verzamelen met Talavera aperta (Miller, 1971) nieuw voor de Nederlandse fauna . 25 Peter J. van Helsdingen: Observations on prey capture by a redback (Latrodectus hasselti Thorell, 1870) (Araneae, Theridiidae) . 31 Peter J. van Helsdingen: Spinnen (Araneae) in het 5000-Soortenjaar 2018 aangetroffen in het zoekgebied “Nationaal Park Hollandse Duinen” . 35 Peter J. van Helsdingen: Faunistiek en dynamiek in de spinnenwereld . 41 Recent changes in nomenclature (2019.1) . 44 Boekbespreking: Basisgids Spinnen door Caroline Elfferich . 45 Excursie 2018: Speulderveld en Speulderbos, en excursie 2019 . 47 Arachnologische congressen . 48 Foto’s pagina X: Sterwebje van Agelena labyrinthica (René Buijs) Foto’s pagina XX: Parende kruisspinnen (Frans M. Jansen) NIEUWSBRIEF SPINED van de Spinnenwerkgroep Nederland No 38 Maart 2019 REDACTIONEEL De spinnenfauna in ons land is en blijft dynamisch. Altijd zo geweest, nu alleen beter gevolgd en dus beter zichtbaar. Diverse voorbeelden hiervan passeren in dit nummer de revue. De fraaie Philaeus chrysops – vooral het mannetje is opvallend gekleurd – is een aantal keren in ons land opgedoken. Meegebracht van vakantie? Een volger van de klimaatverandering? De vrouwtjes van deze soort zijn minder opvallend en leiden een meer veborgen leven, wellicht worden ze daarom minder snel gezien. Cheiracanthium mildei werd voor het eerst in ons land gezien, maar dat is een duidelijk verhaal over onbedoelde import. Zo ook Latrodectus hasselti en Barylestis variatus die met transporten meekwamen, gezien en gearresteerd. Je vraagt je af hoeveel soorten er ongezien ons land binnenkomen en onopgemerkt ook weer in het niet verdwijnen. Het gebeurt niet vaak meer dat we nieuwe soorten in ons land aantreffen die er mogelijk al langer hebben gezeten of op een natuurlijke manier hun areaal hebben uitgebreid. Talavera aperta is het meest recente voorbeeld. In de serie over de spinnen van Zuid-Italië is weer een stap gezet. Toch nog altijd weer nieuwe soorten voor het gebied en voor het land. Ook in dit nummer korte verslagen van gezamenlijk veldwerk in Nederland, zoals de eigen excursie op de Veluwe en het 5000- soortenjaar 2018 met veel waarnemingen. Niet echt opzienbarend, maar zo wel vastgelegd en straks opgenomen in de Spinnencatalogus. Zoals gebruikelijk is er weer een overzich tvan de laatste wijzigingen in nomenclatuur voor zover die betrekking hebben op onze eigen fauna. Niet boeiend, maar wel noodzakelijk om te volgen. Verder: het Europese Arachnologen Congres 2018, het project Spin van het jaar 2019, een bespreking van het boek van Caroline Elfferich, de Basisgids Spinnen. Al eerder werd gemeld dat we ook in 2019 weer op excursie gaan. Datum en plaats worden nog uitgezocht. Er is dit keer geen Opilionieuws. PJvH 2 Nieuwsbrief SPINED 38 AANVULLENDE WAARNEMINGEN VAN DE SPRINGSPIN PHILAEUS CHRYSOPS (ARANEAE: SALTICIDAE) Jinze Noordijk1,2, Karen van Dorp2 & Peter Koomen3 1 EIS Kenniscentrum Insecten en andere ongewervelden, postbus 9517, 2300 RA Leiden ([email protected]) 2 Naturalis Biodiversity Center, postbus 9517, 2300 RA Leiden ([email protected]) 3 Natuurmuseum Fryslân, Schoenmakersperk 2, 8911 EM Leeuwarden ([email protected]) ABSTRACT Additional records of the jumping spider Philaeus chrysops (Araneae: Salticidae) in the Netherlands Philaeus chrysops was first encountered in 2004 in the Netherlands. In this paper, we present new sightings: one in 2014, two in 2017 and three in 2018. All observations were done by non-arachnologists that were curious about the identity and sent photos or specimens to arachnologists. All sightings concerned without much doubt imported individuals. The main introductory pathway seems to be the international plant trade, since one male was found in a garden centre and another one in a garden close to recently planted Quercus ilex trees. Key words: imported species, plant trade Het mannetje van de springspin Philaeus chrysops (vuurspringer) is een opvallend dier waarbij de fraaie rode en witte beharing goed afsteekt tegen het zwarte lijf (fig. 1). De vrouwtjes zijn saaier gekleurd met allerlei bruin- tinten, maar de donkere wig op het achterlijf, zoals bij het mannetje, is wel opvallend. Bij vrouwtjes uit het zuidoosten van Europa is wel vaker rode beharing te zien (fig. 2). Deze springspin komt voor in Zuid- en Midden-Europa, Noord-Afrika en in Azië oostelijk tot aan Korea. Het leefgebied van deze zeer thermofiele soort bestaat uit rotsen, zandige plekken, muren of boomstammen (Nentwig et al. 2018, Roberts 1998). In West-Europa is Ph. chrysops alleen in het Middellandse-Zeegebied algemeen en wijd verspreid. Meer naar het noorden wordt ze zeldzaam en is het areaal disjunct. In Oostenrijk ten noorden van de Alpen zijn er bijvoorbeeld nog maar weinig vindplaatsen (Deschka 2000). In Polen wordt ze, zelden, tot behoorlijk noordelijk gevonden, ter hoogte van Noord-Nederland (Owieśny et al. 2010) en in Duitsland zijn enkele natuurlijke vindplaatsen tot in de deelstaten Sachsen en Brandenburg (Sacher et al. 1998). Het gaat bij deze plekken in Polen en Duitsland om zeer warme terreinen met schrale vegetatie als heide, schraalgrasland en stuifzand (zoals militaire oefenterreinen). Soms duikt de spin buiten het natuurlijke areaal op als geïmporteerde exoot. Zo zijn er enkele gedocumen- teerde vondsten in Engeland die alle imports betreffen (Irwin 2004, Shardlow 2004). Ook in Nederland wordt dit mooie dier soms gezien. Bij een waarneming van deze opvallende spin willen mensen graag weten welke soort het betreft. Omdat de mannetjes goed te determineren zijn van foto’s, kon EIS in de loop van de tijd een overzicht maken van observaties. De eerste vondst stamt uit 2004 toen in een huis in Voorhout een mannetje en een vrouwtje werden gevonden (Van Helsdingen 2004). Toen duurde het tien jaar tot het volgende individu werd gezien, in 2014 in Hoofddorp. De rest van de waarnemingen zijn recent gedaan: twee in 2017 (Oostzaan en Brielle) en drie in 2018 (Groningen, Goes en Blaricum). Er lijkt dus een toename van het aantal waarnemingen te zijn. Figuur 3 en tabel 1 geven het overzicht. De vindplaatsen van Ph. chrysops geven al indicaties over de importwijze. In Hoofddorp werd de spin namelijk gevonden in een tuincentrum, en in Groningen in een tuin waarnaast recent steeneiken (Quercus ilex) uit Italië waren geplant. De overige vondsten zijn gedaan in tuinen (5 x) en in huis (1 x). De internationale plantenhandel lijkt dus een belangrijke rol te spelen bij het verslepen van de soort. Het lijkt ons ook goed mogelijk dat Ph. chrysops mee kan komen tussen de spullen van vakantiegangers uit het zuiden. De vraag is vervolgens of de naar Nederland geïmporteerde dieren ooit zullen leiden tot een populatie. Dat is natuurlijk niet met zekerheid te beantwoorden. Ons stedelijke milieu is mogelijk warm genoeg voor deze springspin (helemaal als we denken aan de zomer van 2018), maar of deze ‘biotoop’ voldoet aan de habitat- voorkeuren van de soort is niet zomaar te achterhalen; Ph. chrysops wordt met name gevonden in natuurlijke graslanden en tussen rotsen (zie de referenties in de literatuurlijst). Philaeus chrysops is net als de meeste spinnensoorten een generalistische predator (Huseynov 2008) en kan zo bij een vestiging een concurrent vormen voor andere spinnensoorten. Er is echter zeer weinig bekend over de effecten van spinnenexoten en concurrentie tussen spinnensoorten. Een gemakkelijk te herkennen en opvallende soort als Ph. chrysops leent zich in elk geval wél goed om nieuwe importgevallen en mogelijk ooit een vestiging in kaart te brengen door middel van citizen science. Gedocumenteerde waarnemingen zijn dus zeer welkom op de gangbare invoerportals op internet of via de auteurs. Nieuwsbrief SPINED 38 3 1 2 Fig. 1-2. Philaeus chrysops. 1, mannetje, Oostzaan (Noord-Holland), 24.vi.2017; 2, vrouwtje, Termessos, Turkije, 7.v.1998. Foto’s Piet Brouwer (1) en Peter Koomen (2). Fig. 3. Vindplaatsen van geïmporteerde vuurspringers. Bron EIS Kenniscentrum Insecten. DANKWOORD We danken Piet Brouwer, John Does, Miranda Eijkman, Maarten Langbroek, Frank van der Pelt, Allard Polak en Klazine Schade van Dooren voor het doorgeven van hun waarnemingen. LITERATUUR Deschka, G. 2000. Die Springspinne Philaeus chrysops in Oberosterreich (Arachnida: Salticidae). – Beiträge zur Naturkunde Oberoesterreichs 9: 187-190. Huseynov, E.F. 2008. Natural prey of the jumping spider Philaeus chrysops (Araneae: Salticidae) in different types of microhabitat. – Bulletin of the British Arachnological Society 14: 262-268. Irwin, T. 2004. Philaeus chrysops (Poda, 1761) in Suffolk. – British Arachnological Society Newsletter 100: 9-10. Nentwig, W., T. Blick, D. Gloor, A. Hänggi & C. Kropf 2018. Spiders of Europe. Version 03.2018. – www.araneae.nmbe.ch,