NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING Project-MER 0351 Vanoverbeke Guido, Moorslede
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING Project-MER 0351 Vanoverbeke Guido, Moorslede Opdrachtgever: Vanoverbeke Guido Galgestraat 14 8890 Moorslede Projectlocatie: Galgestraat 14 8890 Moorslede Uitvoerend studiebureau: ABO NV Derbystraat 303 9051 Gent Tel. 09/242.88.66 Fax 09/245.23.51 Niet-technische samenvatting MER Vanoverbeke, Moorslede 1 © ABO NV Ter beschrijving van de niet-technische samenvatting van dit rapport wordt verwezen naar een aantal figuren opgenomen in bijlage. Naar volgende figuren wordt verwezen: - figuur 2.1 (topografische situering) - figuur 2.3 (situering gewestplan) - figuur 3.1 (huidige bedrijfsinfrastructuur) - figuur 3.2 (toekomstige bedrijfsinfrastructuur) 1.1 Project Beschrijving en doel project Het project omvat de hernieuwing en verandering van de milieuvergunning en de aanvraag van een stedenbouwkundige vergunning voor het bedrijf van Guido Vanoverbeke. Het betreft een varkenshouderij, gespecialiseerd in de productie van mestvarkens. Het bedrijf beschikt over een milieuvergunning voor het houden van 212 zeugen, 3 beren en 2.533 andere varkens. De initiatiefnemer wenst een uitbreiding aan te vragen voor het houden van 350 zeugen, 1 beer en 4.217 andere varkens. Op het bedrijf zijn eveneens niet-vergunningsplichtige biggen gehuisvest. In de huidige situatie zijn dit ongeveer 1.027 stuks; in de toekomstige situatie zal dit aantal 1.696 bedragen. In het kader van de uitbreiding zullen 3 nieuwe stallen gebouwd worden, aansluitend met de bestaande stallen. Het bedrijf wenst uit te breiden om concurrentiekrachtiger te zijn in de toekomst. Situering project De ligging van het bedrijf aan de Galgestraat 14 te Moorslede wordt op de topografische kaart en volgens het gewestplan gesitueerd op figuur 2.1 en 2.3 (zie bijlage). Het bedrijf zelf is volledig gelegen in agrarisch gebied in de nabijheid van: - Woongebied met landelijk karakter: komt voor in alle richtingen, het meest nabijgelegen is Beitem op 200 m in oostelijke richting; - Zone voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s: in zuidoostelijke richting op ongeveer 133 meter; - Een klein groengebiedje: op ongeveer 195 meter ten zuidoosten van de meest nabijgelegen stal; - Woonuitbreidingsgebied: op ongeveer 385 meter ten oosten van de meest nabijgelegen stal. Woongebied komt pas voor op een afstand verder dan 2 km ten noorden van het bedrijf (Roeselare); Bedrijfsinfrastructuur In de huidige situatie zijn er op het bedrijf drie stallen, een bedrijfswoning en een bedrijfsloods. Opslag van fossiele brandstoffen ten behoeve van de bedrijfsvoering gebeurt in 2 mazouttanks (10.000L mazout en 2000L mazout + verdeelslang). Deze tanks zijn uitgerust volgens de wettelijke voorschriften. Het bedrijf beschikt over een mestdrooginstallatie. Deze bevindt zich tussen stal 2 en stal 3. Als waterbevoorrading is er op het bedrijf een grondwaterwinning aanwezig met een vergund debiet van 3.192 m³/j. De grondwaterwinning bestaat uit een boorput die grondwater onttrekt op een diepte van 150 meter. Daarnaast wordt ook Niet-technische samenvatting MER Vanoverbeke, Moorslede 2 © ABO NV regenwater gebruikt (als reinigingswater en als drinkwater voor de mestvarkens). Hiervoor is een regenwateropvang van 600 m³ aanwezig tussen stal 2 en 3 onder de drooginstallatie. In totaal zijn er op het bedrijfsterrein 14 voedersilo’s aanwezig voor opslag van maximaal 124 ton droogvoer. Voor de tijdelijke bewaring van kadavers is er op het bedrijf een kadaveropslag aanwezig. Als terreinverharding is naast de aanwezige infrastructuren beton- en asfaltverharding aanwezig; meer bepaald een oprijlaan in asfalt tussen de woning en de zeugenstal en betonverharding vanaf de loods, tussen de zeugenstal en de mestvarkensstal en tussen de mestvarkensstal en de loods. Halverwege tussen de zeugenstal en de mestvarkensstal gaat de betonverharding over in grasland. Een overzicht van de huidige bedrijfsinfrastructuur wordt weergegeven in figuur 3.1 (zie bijlage). Voor de uitvoering van het project breidt het bedrijf uit met een nieuwe mestvarkensstal (stalgedeelten 2b en 3b), aansluitend aan stallen 2 en 3. Deze nieuwe stal wordt ammoniakemissiearm uitgevoerd (systeem V-4.7). Daarnaast wordt aansluitend aan stal 1 een nieuwe quarantainestal gebouwd, eveneens ammoniakemissiearm (systeem V-4.7). Het regenwater van de daken van deze nieuwe stallen zal opgevangen worden in de regenwateropvang van 600 m³, aangezien deze hiervoor ruim voldoende is. Op termijn zal ook het dak van stal 1A hierop aangesloten worden, zodat alle staldaken opgevangen worden. Dan zou 4.020 m³ regenwater per jaar herbruikt kunnen worden. Een overzicht van de toekomstige infrastructuur wordt weergegeven op figuur 3.2 (zie bijlage). Bedrijfsexploitatie Het bedrijf is gespecialiseerd in het kweken en afmesten van varkens. Het is een gesloten bedrijf. Dit wil zeggen dat er geen biggen worden aangevoerd, maar dat deze worden geboren op het bedrijf zelf. Eén maal om de twee weken worden wel een aantal reforme zeugen (= afgeschreven zeugen die niet meer geschikt zijn voor verdere kweek) afgevoerd. Vanaf een leeftijd van minimaal 8 maanden worden de opfokzeugen kunstmatig geïnsemineerd. De totale cyclus van een zeug bedraagt 21 weken (16 weken dracht, 4 weken zogen en 1 week guste zeug). Na de drachtperiode worden de zeugen verplaatst naar de kraamhokken, waar zij in optimale omstandigheden (ruime, propere, verwarmde hokken) kunnen werpen. Een zeug werpt gemiddeld 2,4 keer per jaar. Bij geboorte weegt een big ca. 1,2 kg en blijft bij de zeug in de kraamstal. Na 3 weken worden de biggen gespeend en naar de biggenbatterij gebracht. De zeugen worden na het spenen terug naar de afdeling voor de guste zeugen gebracht voor een volgende inseminatie. Op een leeftijd van 10 weken (vanuit biggenbatterijen) of 15 weken (vanuit voormestafdelingen) worden de dieren overgebracht naar de vleesvarkensstal, waar zij afgemest worden tot een gewicht van ongeveer 110 kg. De mest geproduceerd door de vleesvarkens wordt op het bedrijf gedroogd met het Farmers Freedom mestdroogsysteem. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de stallucht van stal 2A en 3A. De gedroogde mest wordt opgeslagen in de loods en vervolgens afgevoerd naar het composteringsbedrijf Samagro te Leisele. Niet-technische samenvatting MER Vanoverbeke, Moorslede 3 © ABO NV De stallen worden door de exploitant zelf gereinigd en ontsmet. Na iedere ronde worden de stallen nat gereinigd door middel van een hoge druk reiniger. Voor deze reiniging wordt gebruik gemaakt van regenwater. De voedering in de stallen vindt plaats via voederlijnen (met vijzel). Een multi-fasen voederingswijze (4 fasen), met een verlaagd ruw-eiwitgehalte en fosfaatarm voeder, wordt toegepast. In deze stallen zijn waterbesparende drinkbakjes met regelventielen aanwezig. In de toekomstige situatie zal overgeschakeld worden van het twee-wekensysteem naar een vier-wekensysteem. Daarnaast is er een toename in dierenaantal waardoor er jaarlijks meer dieren geproduceerd zullen worden. Het aantal mestvarkens dat zo jaarlijks kan afgemest worden op het bedrijf zal toenemen. 1.2 Referentiesituatie studiegebied Bij de beschrijving van de referentiesituatie voor het studiegebied werd aandacht besteed aan de verschillende elementen die relevant zijn voor het voorliggende project. Aandacht werd besteed aan de disciplines: bodem, water (grond- & oppervlaktewater), lucht, geluid, fauna & flora, landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie en mens. Onderstaand wordt een korte toelichting gegeven per discipline. Bodem Het studiegebied wordt gekenmerkt door voornamelijk eerder natte zandleem- en licht zandleemgronden. Ter hoogte van het bedrijf bevindt zich een natte zandleembodem met sterk gevlekte, verbrokkelde textuur B horizont. De geologische ondergrond wordt bepaald door het Quartair en de Tertiaire formaties van Tielt en Kortrijk. Het laatste lid van de Formatie van Kortrijk rust op de Groep van Landen. Water De grondwaterkwetsbaarheidskaart van West-Vlaanderen geeft de zone ter hoogte van het studiegebied aan als zijnde ‘weinig kwetsbaar’. Het bedrijfsterrein watert af in noordelijke richting naar de ‘Babillebeek – Wulfholbeek’, een waterloop van 2 e categorie, gelegen op ca. 400 m van het bedrijf. De percelen aan de Rumbeeksestraat/Koekuitstraat liggen op zo’n 300 m van de ‘Babillebeek-Wulfholbeek’ en op ongeveer 400 m van de Wulfsholbeek. Het perceel aan de Driepikkelstraat (Rollegem-Kapelle) ligt op 1,2 km van de Godelievebeek en op 1 km van de Koolsdambeek. Lucht Voor de discipline lucht werd in de referentiesituatie aandacht besteed aan de aspecten geur, stof, verzuring en broeikaseffect. Door zijn ligging in agrarisch gebied en de aanwezigheid van omliggende veeteeltbedrijven is er in het studiegebied mogelijke waarneming van geurhinder. Ook emissie van zwevend stof kan voortkomen uit deze veeteeltbedrijvigheid en de bewerking van akkerpecelen. Ook de andere industrieën leveren hun bijdrage aan de stofemissie. Voor de gemeente Moorslede wordt rekening gehouden met een jaargemiddelde PM10-achtergrond stofconcentratie van 30 µg/m³ (2006). Verzurende effecten door al de verschillende sectoren vinden eveneens plaats. Niet-technische samenvatting MER Vanoverbeke, Moorslede 4 © ABO NV De bijdrage van de veeteelt vindt voornamelijk plaats onder de vorm van ammoniakemissie. De totale ammoniakemissie door landbouwdieren te Moorslede bedraagt 217 ton/jaar. De klimaatsverandering is tegenwoordig alom aanvaard. De invloed van de veeteelt hierin wordt aldus beschouwd in dit dossier. Geluid Het achtergrond geluid in het studiegebied wordt voornamelijk bepaald