Beknopte stand van zaken netwerkanalyses verkeer en vervoer – mei 2006
Groningen-Assen De regie van de netwerkanalyse ligt bij het Projectbureau Regio Groningen-Assen. De Regio Groningen-Assen is een samenwerkingsverband van de provincies Drenthe en Groningen en de gemeenten Assen, Bedum, Groningen, Haren, Hoogezand- Sappemeer, Leek, Noordenveld, Slochteren, Ten Boer, Tynaarlo, Winsum en Zuidhorn. Verder nemen ook het OV-bureau Groningen Drenthe, ProRail en het ministerie van Verkeer en Waterstaat actief deel aan de netwerkanalyse. Maatschappelijke organisaties zoals de Kamers van Koophandel, VNO-NCW, EVO, TLN, NS, Arriva, VervoersCoördinatieCentrum Noord-Nederland, milieufederaties worden betrokken via workshops.
De scope van de netwerkanalyse is de Regio Groningen-Assen. De nadruk ligt op de interne bereikbaarheid van de Regio, maar er wordt ook gekeken naar de onderlinge bereikbaarheid van de economische kernzones in Noord-Nederland, de rest van Nederland en Noord-Duitsland/Scandinavië. Er vindt onderlinge afstemming plaats met de overige netwerkanalyses in Noord- Nederland. De netwerkanalyse kijkt naar alle modaliteiten. De uitwerking naar oplossingen is gebaseerd op de zevensprong van Verdaas.
Voor de zomer van 2005 is de netwerkanalyse van start gegaan. Volgens de planning zal de Stuurgroep van de Regio Groningen-Assen begin juli 2006 besluiten nemen over de netwerkanalyse. Dit besluit wordt uitgewerkt naar het eindresultaat dat voor 1 augustus wordt aangeboden aan de minister van Verkeer en Waterstaat. Het resultaat van de netwerkanalyse wordt in de tweede helft van 2006 vertaald naar een bijgesteld meerjareninvesteringsprogramma voor de Regio Groningen-Assen.
Leeuwarden/Westergo-zone/A7 (LWA7) Provincie Fryslân is trekker. Verder zijn in de projectgroep vertegenwoordigd: de gemeenten Leeuwarden, Harlingen (namens de Westergo-zone) en Heerenveen (namens de A7-zone), het ministerie van Verkeer en Waterstaat, NS, ProRail, en de OV-onderneming die de concessie verkrijgt.
Het studiegebied bestaat uit de gemeente Leeuwarden, de Westergo-zone en de zgn. A7-zone. De relaties van deze gebieden onderling, de externe relaties en interne relaties in de belangrijkste stedelijke concentraties worden in ogenschouw genomen.
De netwerkanalyse is in februari 2006 gestart. Ondanks de late start zal de netwerkanalyse naar verwachting door de stuurgroep netwerkanalyse LWA7 toch voor 1 augustus worden vastgesteld. De bestuurlijke vaststelling door raden en staten zal nadien plaatsvinden. Bijzondere aandacht wordt geschonken aan de relatie tussen het hoge tempo en het noodzakelijke draagvlak in de regio door uitgebreid aandacht te besteden aan de communicatie met betrokken partijen.
Twente De Netwerkanalyse Twente wordt onder verantwoordelijkheid van Regio Twente opgesteld. Deelnemende partijen: Regio Twente (voorzitter) gemeenten, provincie en Verkeer en Waterstaat, ProRail en adviseurs. Klankbord: diverse maatschappelijke organisaties (incl. de vervoerders
Het grondgebied van de 14 deelnemende gemeenten in de regio Twente vormt het gebied van de netwerkanalyse. De netwerkanalyse is 3de kwartaal 2005 gestart De totstandkoming van de Netwerkanalyse Twente is inmiddels flink op stoom gekomen. De planning van de werkzaamheden is erop gericht dat er in juli 2006 een concept - Netwerkanalyse Twente ligt, waarmee zowel de Stuurgroep als het Dagelijks Bestuur hebben ingestemd. Dit conc ept zal vervolgens aan de minister worden aangeboden en zal in het derde en vierde kwartaal bestuurlijk worden behandeld en vastgesteld (planning vaststelling in Regioraad van 22 november a.s.).
Noord Overijssel De provincie Overijssel is de trekker. Deelnemende partijen zijn verder het rijk (DGP, RWS en ProRail), de gemeenten Zwolle, Kampen, Hardenberg, Ommen, Raalte, Olst- Wijhe, Dalfsen, Staphorst, Steenwijkerlanden, Zwartewaterland. Daarnaast is er een klankbordgroep met bedrijfsleven, OV-bedrijven/NS, waterschappen, politie e.d.
De bereikbaarheid van de belangrijkste bestemmingen in de regio wordt onderzocht en vervolgens worden de maatregelen ter verbetering van de bereikbaarheid ontwikkeld.
Er vindt inhoudelijke afstemming plaats met andere netwerk analyses in Overijssel (Stedendriehoek en Twente). De netwerkanalyse is in december 2006 van start gegaan. Bestuurlijke goedkeuring is eind juni 2006 voorzien.
Stedendriehoek Apeldoorn-Deventer-Zutphen De netwerkanalyse wordt getrokken door de regio Stedendriehoek. Er wordt samengewerkt door de zeven gemeenten uit de regio (Apeldoorn, Brummen, Deventer, Epe, Lochem, Voorst, Zutphen), de twee provincies waarin de regio zich bevindt (provincies Gelderland en Overijssel), de spoorsector en het ministerie van Verkeer en Waterstaat.
De Netwerkanalyse wordt uitgevoerd voor het gebied dat de gemeenten in de regio Stedendriehoek omvat. Daaraan zijn de gemeenten Olst-Wijhe en Raalte toegevoegd. De Netwerkanalyse Stedendriehoek is begin februari 2006 gestart. De planning is dat er op 1 augustus 2006 een kwalitatief-inhoudelijk goede rapportage ligt waarin uitgaande van de ruimtelijke en economische doelen, de vervoerstromen binnen de Stedendriehoek voor de periode tot 2020 in beeld zijn gebracht, alsmede de knelpunten en oplossingsrichtingen.
Stadsregio Arnhem Nijmegen (KAN) De stadsregio is de initiatiefnemer. Mee doen de 20 KAN-gemeenten, de provincie Gelderland, Rijkswaterstaat, ProRail en openbaar vervoerbedrijven
Het gebied van de stadsregio is het onderwerp van de studie. Er wordt gekeken naar weg en openbaar vervoer. De stadsregio heeft ervoor gekozen het thans Ontwerp Regionaal Plan 2020 als basis te nemen voor de ruimtelijk- economische ontwikkeling.
De netwerkanalyse is in december 2005 gestart. Ondernemers uit het gebied komen in twee Ronde Tafel Gesprekken aan bod. Weggebruikers kunnen in een reeds bestaand klantenpanel hun zegje doen. De oplossingen, ideeën en betrokken reacties worden meegenomen in de netwerkanalyse.
Utrecht Het ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft het voortouw. Deelnemende partijen zijn de gemeenten Utrecht, Amersfoort en Hilversum, de provincie Utrecht, de bestuursregio Utrecht, het gewest Eemland en het gewest gooi- en vechtstreek, NS, ProRail, BBA,Connexxion, GVU en stadsvervoer Nederland
De omvang van het studiegebied is door de partijen gezamenlijk vastgesteld. Binnen dit studiegebied worden het netwerk van openbaar vervoer, onderliggende wegen en hoofdwegen bestudeerd. Het project is in gestart als MIT verkenning nieuwe stijl en is in juli 2005 gecombineerd met de methodiek van de netwerkanalyse tot één project. Op 1 Augustus 2006 is de netwerkanalyse naar verwachting afgerond. De verkenning/netwerkanalyse is onderdeel van het Noordvleugelprogramma.
Randstad Noordvleugel De netwerkanalyse wordt getrokken door het ministerie van Verkeer en Waterstaat. Verder doen mee: de provincie Noord-Holland en de provincie Flevoland, het Regionaal Orgaan Amsterdam, de gemeente Amsterdam, de gemeente Almere, NS en ProRail.
De analyse is eind december 2006 gestart. De insteek van de netwerkanalyse is snel en pragmatisch te werk te gaan, waarbij zoveel mogelijk gebruikt wordt gemaakt van bestaande studies/onderzoeken en geen nieuwe modelberekeningen worden uitgevoerd. De volledige netwerkanalyse, inclusief maatregelpakketten, zal begin juli 2006 in concept gereed zijn. De eerste resultaten van de netwerkanalyse zullen betrokken worden bij de besluitvorming binnen het Noordvleugelprogramma.
Randstad Zuidvleugel Het ministerie van Verkeer en Waterstaat trekt. De stadsregio Rotterdam, het stadsgewest Haaglanden, de provincie Zuid-Holland en het ministerie van VROM doen mee. Het studiegebied is de provincie Zuid-Holland. Dat is breder dan het gebied dat gewoonlijk onder de Zuidvleugel wordt begrepen. Men kijkt naar hoofdwegennet, onderliggend wegennet, stedelijk wegennet, trein en bus/tram/metro. De start was in juni 2005 en de conceptrapportage zal volgens de planning op 1 augustus 2006 gereed zijn. De netwerkanalyse is onderdeel van het Zuidvleugelprogramma.
Brabantstad De provincie Noord-Brabant trekt de netwerkanalyse. Deelnemende partijen zijn het ministerie van Verkeer en Waterstaat, het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven, de B5 steden: Breda, Eindhoven, Helmond, ’s-Hertogenbosch, Tilburg alsmede de Nederlandse Spoorwegen en ProRail. Andere Brabantse gemeenten en belangenorganisaties worden door middel van workshops bij het proces betrokken.
De bereikbaarheid van het stedelijk netwerk Brabantstad staat centraal. Alle relaties binnen en tussen de gemeenten van het stedelijk netwerk worden bestudeerd. De netwerkanalyse is in oktober 2005 gestart en zal volgens de huidige planning en voortgang gereed zijn op 1 augustus 2006. Speciale zorg wordt besteed aan de balans tussen tempo en draagvlak.
Limburg: stedelijk netwerk Tripool De provincie Limburg heeft het voortouw. Participanten zijn Maastricht, Sittard- Geleen, Heerlen, WGR+-regio Parkstad en het ministerie van Verkeer en Waterstaat. De consultatiekring omvat onder meer de provincie Belgisch Limburg/gewest Vlaanderen, Regierungsbezirk Düsseldorf/Köln, NS en Prorail alsmede de tussenliggende gemeenten.
Men kijkt naar vervoersvragen in het stedelijk gebied van Maastricht, Sittard-Geleen en Heerlen en naar de externe verbindingen met de regio’s Aken, Luik en Genk - Hasselt. De netwerkanalyse omvat de modaliteiten weg, water en spoor. Verder wordt aandacht besteed aan onderwerpen als vergrijzing, grenseffecten bij de inzet van bijvoorbeeld prijsbeleid en de (voorwaardenscheppende) rol van de overheid bij grensoverschrijdend openbaar vervoer. De netwerkanalyse is gestart in april 2006 en zal naar verwachting tijdig gereed zijn voor 1 augustus 2006. De grensligging heeft bijzondere consequenties voor de bestuurlijke accordering van de netwerkanalyse.