Beleids- en ontsluitingsplan voor het ensemble van de historische kerken van de Mechelse binnenstad. Torens aan de Dijle

INHOUD

Inleiding 5 1.8 Vrijwilligerswerking, samenwerking en lidmaatschappen 55 II. De betrokken stedelijke diensten 56 Hoofdstuk 1 Het voorwerp van ontsluiting 8 I. De acht historische kerken: het voorwerp van ontsluiting 8 Hoofdstuk 4 Analyse en visie 61 1. Voorgeschiedenis: restauratie van de structuur en interieurafwerking I. De waarden in kaart brengen 61 van de gebouwen 8 Hoofdstuk 5 het ontsluitingsplan voor de acht historische kerken 69 2. De kerken: hun geschiedenis, erfgoed en recente restauratiewerken 9 I. De vijf doelstellingen 69 2.1 Sint-Petrus-en-Pauluskerk 9 1. Het waardevolle historische erfgoed van het ensemble historische kerken 2.2 Onze-Lieve-Vrouw-van-Hanswijkkerk (Hanswijkbasiliek) 13 behouden (restaureren en onderhouden), beheren en ontsluiten 69 2.3 Sint-Alexius-en-Catharinakerk (Begijnhofkerk) 16 1.1 Plan van aanpak om de acht historische kerken te behouden en 2.4 Sint-Jan-Baptist-en-Evangelistkerk (Sint-Janskerk) 20 ‘in ere te herstellen’ 69 2.5 Sint-Catharinakerk (Sint-Kathelijnekerk) 24 1.2 Het restauratieplan 70 2.6 Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk 27 2. De betrokkenheid van alle belanghebbenden vergroten om het 2.7 Onze-Lieve-Vrouw-van-Leliëndaalkerk 31 draagvlak te versterken 75 2.8 Sint-Romboutskathedraal 34 2.1 De visie van de kerkelijke overheid 75 II. De huidige ontsluiting 40 2.2 De wijken bevragen om betekenissen in kaart te brengen 75 1. Gebruik, nevenbestemming en ontsluiting 40 2.3 Andere belanghebbenden bevragen 75 2. Toeristische troeven 41 2.4 Communicatie en ambassadeurschap 76 Hoofdstuk 2 De beleidskaders 44 3. De kerken en hun kunstpatrimonium beter toegankelijk en I. De betrokken partijen 44 beleefbaar maken voor een breed publiek 77 1. De stedelijke overheid 44 3.1 Integratie in het Museumtraject 77 2. De kerkelijke (bisschoppelijke) overheid 45 3.2 Organisatie van de onthaalfunctie 77 3. De eigenaars en/of beheerders van de kerken 46 3.3 Het kerkelijk erfgoed toegankelijker maken 77 4. De Vlaamse overheid 47 3.4 Toeristische ontsluiting 78 II. Beleid en regelgeving 48 3.5 Erfgoedroute 79 4. De kennis van het religieuze erfgoed verruimen en delen 80 Hoofdstuk 3 De stakeholders 51 4.1 Onderzoeksprojecten aantrekken 80 I. De kerkbeheerders 51 5. De kwaliteits- en respectvolle beleving van het erfgoed vergroten 81 1.1 Ziel 51 5.1 Culturele activiteiten met respect voor de integriteit van het gebouw 81 1.2 Infrastructuur 51 II. Implementatie 83 1.3 Erfgoed 52 Fase 1 Concretisering van het beleids- en ontsluitingsplan 83 1.4 Eredienst 53 Fase 2: Uitvoering van de acties 2013 (na de goedkeuring van fase 1) 83 1.5 Openstelling - bezoekers - toeristen 53 1.6 Communicatie en promotie 54 1.7 Van medegebruik tot herbestemming 54

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 3 Verspreid over de Mechelse binnenstad liggen vier gotische en vier barokke kerken.

Gotische:  Sint-Romboutskathedraal  Sint-Jan-Baptist-en-Evangelistkerk  Sint-Catharinakerk  Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk

Barokke:  Sint-Petrus-en-Pauluskerk  Onze-Lieve-Vrouw-van-Hanswijkkerk  Sint-Alexius-en-Catharinakerk  Onze-Lieve-Vrouw-van-Leliëndaalkerk

4 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Inleiding kunstschrijnen in de stad, maar echter niet als gecreëerde musea. De gebouwen blijven kerken met een heel eigen, intieme sfeer en vormen ankerplaatsen en rustpunten, ook voor niet-gelovigen. I. Voor de acht kerken zijn er restauratiewerken aan de gang, gepland of onlangs uitgevoerd. De provincie Antwerpen treedt op als opdrachtgever voor de metro- Aanleiding en context politane kerkfabriek Sint-Rombout. De buitenrestauratie van de kathedraal vor- dert gestaag en voor de verdere aanpak van het interieur wordt een masterplan In de Meerjarige subsidiëringsovereenkomst voor de verdere restauratie van opgemaakt. De jezuïetenorde zorgt voor de eigen kerk Onze-Lieve-Vrouw-van- het ensemble van de historische kerken in de binnenstad van Mechelen van Leliëndaal, waarvan interieur en exterieur gerestaureerd zijn, op de voorgevel 20 december 2011 werd het uitwerken van een beleids- en ontsluitingsplan als na. Het dossier voor de dringende orgelrestauratie werd bij de Vlaamse overheid één van de voorwaarden opgenomen. Bij de ondertekening van de overeen- ingediend. Om organisatorische redenen treedt de Stad op als opdrachtgever komst benadrukte Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Geert Bourgeois: voor de zes andere kerkfabrieken. Wegens het cultuurhistorische belang en de ‘De stad engageert zich om nu verder te werken aan de verdere ontsluiting van toeristische aantrekkingskracht van dit ensemble ‘Open Kerken’ wil de Stad de dit erfgoed, specifiek gericht op de dagtoerist en de verblijfstoerist’. grote restauratiewerken aan deze monumenten in een versneld en gecontro- Deze voorwaarde sluit bijna naadloos aan bij de missie van de stad Mechelen, leerd tempo afwerken. Het gaat om vijf binnenrestauraties en één buitenrestau- die luidt: de historische, economische en culturele troeven vormen de fundamen- ratie. ten van een inspirerende, solidaire en duurzame leefomgeving. Het grote toeristische potentieel van deze ‘Open Kerken’ en het mooie resultaat De Mechelse binnenstad onderscheidt zich van andere middelgrote centrum- van de restauratiewerken aan de buitengevels van Onze-Lieve-Vrouw-over-de- steden door haar nog gave middeleeuwse stadsstructuur en haar uitzonderlijk Dijlekerk en de Sint-Jan-Baptist-en-Evangelistkerk stimuleren de Stad om haar bouwkundig erfgoed. De acht historische kerken in de binnenstad – de grootste inspanningen voor het kerkelijk patrimonium continu voort te zetten, gekoppeld concentratie in Vlaanderen – maken hier inherent deel van uit en spelen een aan een strikte budgettering en uitvoeringstermijn, in overleg met en met steun bijzonder belangrijke rol in de identiteit en de aantrekkingskracht van de stad. van de Vlaamse overheid. Dat moet een grote restauratieve inhaalbeweging op middelkorte termijn mogelijk maken, zodat de Mechelse topkerken en daarmee Ze bevinden zich op loopafstand van elkaar en worden toeristisch als één en- ook de Mechelse binnenstad opnieuw de uitstraling en aantrekkingskracht krij- semble gepromoot onder de naam ‘Torens aan de Dijle’. Ze staan dagelijks (in gen die ze absoluut verdienen. de namiddag behalve op woensdag) open voor Mechelaars en toeristen. De vier gotische en vier barokke kerken zijn gebouwd tussen de 13de en de 17de eeuw, De goede samenwerkingsverbanden tussen het Stadsbestuur, de eigenaars-be- waarin de architecten Keldermans en Lucas Faydherbe een grote inbreng had- heerders van de kerken, de Monumenten- en Cultureel-Erfgoedverantwoordelij- den. Stuk voor stuk zijn het architecturale parels, zowel hun exterieur als hun ken, de vzw Torens aan de Dijle, de dienst Toerisme, de culturele organisaties, interieur. Aan de buitenkant stralen ze de warme kleur van de Vlaamse zandi- Monumentenwacht, het Agentschap Onroerend erfgoed ... garanderen dat het ge kalksteen uit; binnen bewaren ze oude afwerkingslagen en muurschilderin- globale plan een zeer brede steun geniet. gen. Bovendien bieden ze onderdak aan een ontzettend rijk kunstpatrimonium, De restauratiekosten werden op basis van de gedetailleerde ramingen vertaald waaronder twee altaar-stukken van Pieter Paul Rubens. Hun rijkelijke barokke in een financieel meerjarenplan en zullen opgenomen worden in de meerjaren- beeldhouwwerk van hoge kwaliteit omvat altaren, preekstoelen, biechtstoelen, begroting van de Stad. Daarnaast blijft de Stad, in overleg met de kerkfabrieken, kerkmeesterbanken ..., uitgevoerd door beeldhouwer-architect Lucas Faydherbe de noodzakelijke onderhoudswerken verzekeren op basis van de periodieke en zijn leerlingen. Zo openbaren deze monumentale gebouwen zich als stenen rapporten van Monumentenwacht.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 5 Tijdens de vorige Mechelse coalitie (2007-2012) is de initiërende en adviseren- de taak van de stedelijke dienst Monumentenzorg uitgebreid met het integrale beheer van de restauratieprojecten aan de beschermde kerken. Dit ‘complete’ monumentenbeleid binnen één dienst is innovatief voor een Vlaamse gemeente. Het heeft geleid tot een meer wetenschappelijke aanpak, waarbij uitgebreide vooronderzoeken een belangrijke rol spelen in de bepaling van de uiteindelijke restauratieopties.

6 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen II. Deze projectwerkgroep kwam in 2012 samen op 2/02, 3/05, 24/08, 4/09, 14/09 Het planningsproces en 28/09, al dan niet met een volledige samenstelling. De werkgroep boog zich over de methodiek, de visie en de doelstellingen van het ontsluitingsplan. De le- den leverden bijdragen en voorstellen aan voor het ontsluitingplan en bepaalden Voor het uitwerken van dit ontsluitingsplan werd onder de leiding van de afdeling de wijze van betrokkenheid van externen. Zo werd gekozen voor face-to-face in- erfgoedontwikkeling een dienstoverschrijdende stedelijke projectwerkgroep terviews met verschillende kerkbeheerders. Er werd een vragenlijst opgemaakt, (task force) in het leven geroepen met de verantwoordelijken van de betrokken gebaseerd op een eerdere bevraging door het Centrum voor Religieuze Kunst diensten binnen het departement Culturele zaken en het departement Stedelijke en Cultuur, en tussen 11/09 en 10/10 vonden de interviews plaats. ontwikkeling. Deze projectwerkgroep is als volgt samengesteld: Intussen werd eveneens een beperkt literatuuronderzoek gevoerd. • Frank Nobels, Schepen van Cultuur, Kunstonderwijs en Toerisme Bij de voorbereiding van dit ontsluitingsplan zijn ook heel wat externe partners Departement Culturele zaken betrokken. Daartoe werden twee denkdagen georganiseerd. Deze hadden • Heidi De Nijn, Departementshoofd – Departement Culturele zaken plaats op 29 september 2012 en op 27 november 2012. De externe deskundigen Afdeling Erfgoedontwikkeling werden uitgenodigd om hun visie over de ontsluiting van dit Mechelse kerkelijke • Anouk Stulens, Afdelingshoofd erfgoed aan elkaar te toetsen en bij te dragen aan de concrete invulling van het ontsluitingsplan. Hun input werd in de mate van het haalbare geïntegreerd in dit Stedelijke Musea Mechelen ontsluitingsplan. • Bart Stroobants, Hoofdconservator wd. – Secretaris-coördinator Torens aan de Dijle vzw Externe deskundigen • Alexandra Pauwels, Conservator – Stedelijke Musea Mechelen • Prof. Dr. Thomas Coomans de Brachène Dienst Erfgoedcel Hoofddocent – Departement Architectuur, Stedenbouw en Ruimtelijke Orde- • Sigrid Bosmans, Diensthoofd ning KU – RLICC • Marijke Wienen, Projectcoördinator • Christian Devos • Greet Voorhoof, Consulent Directeur – Onze-Lieve-Vrouwekathedraal Antwerpen Afdeling Toerisme en Uit • Prof. Dr. Marc Jacobs • Tina Vanhoye, Afdelingshoofd Directeur – Faro, Vlaams steunpunt voor Cultureel Erfgoed • Jan Jaspers Departement Stedelijke ontwikkeling Directeur – Departement Onroerend Kerkelijk Erfgoed CRKC Dienst Monumentenzorg • Madeleine Manderyck • Michèle Eeman, Diensthoofd Erfgoedconsulent – Agentschap Onroerend Erfgoed • Marc Debatty, Architect-expert • Marc Mees Wetenschappelijk assistent – Dienst Erfgoed Provincie Antwerpen

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 7 • Veerle Meul Hoofdstuk 1 Adviseur interieur – Monumentenwacht Vlaanderen vzw Het voorwerp van ontsluiting • Julie Rutgeerts Diensthoofd Productmanagement – Toerisme Vlaanderen • Donald Verlinden I. Secretaris Cultuurraad Mechelen De acht historische kerken: het voorwerp van ontsluiting • Jan Arnalsteen Federatiepastoor 1. Voorgeschiedenis: restauratie van de structuur en interieurafwerking van de Na afloop van de twee denkdagen werd het finale ontwerp van het ontsluitings- gebouwen plan opgemaakt en voorgelegd aan de projectwerkgroep voor bijkomende op- merkingen en aanvullingen. Het document werd begin 2013 afgewerkt en op In de jaren 1980 is de Stad begonnen met het bouwheerschap over te nemen 25 januari ter goedkeuring voorgelegd aan het College van Burgemeester en van de kerkfabrieken en met restauratiedossiers voor de daken en de gevels. Schepenen. Dertig jaar later zijn de resultaten daarvan goed zichtbaar: het exterieur van de Vanaf februari 2013 zal de projectwerkgroep initiatieven nemen om de vooropge- kerken is goeddeels gerestaureerd en vooral interieurrestauraties zijn een pri- stelde acties uit te voeren of verder te concretiseren in een meerjarenactieplan. oriteit geworden. Een grote uitzondering hierop vormt de begijnhofkerk, waar alleen (een deel van) de voorgevel gerestaureerd is en de overige gevels zich in een bijzonder zorgwekkende toestand bevinden. De sterk verwaarloosde aanblik van enkele kerkinterieurs staat de volle appreci- atie van hun waarde en rijkdom in de weg. Alleen de aandachtige toeschouwer ziet doorheen de vervuilde en afbladderende verflagen de zorg en het vakman- schap waarmee hun aankleding tot stand is gekomen. Ook hun technische uit- rusting is in de meeste gevallen niet meer aangepast aan de huidige bouwfysi- sche en esthetische eisen. In een aantal kerken is de elektrische installatie zo verouderd dat er een wezenlijk risico op calamiteiten bestaat. De huidige in- stallaties zijn naar vermogen in ieder geval niet geschikt voor grotere culturele evenementen. De verwarmingsinstallaties zijn voorzien op het comfort van de kerkgebruiker. De ervaring leert echter dat het binnenklimaat dat ze genereren niet altijd perfect te controleren is en in elk geval nefast is voor het houtsnijwerk en de orgels.1

1 Voor een uitgebreid toestandsrapport wordt verwezen naar de inspectierapporten (bouwkunde en interieur) van Monumentenwacht.

8 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 2. De kerken: hun geschiedenis, erfgoed en recente restauratiewerken2

2.1 Sint-Petrus-en-Pauluskerk a. Een korte presentatie

In één woord: gaaf De kerkgangers kregen rond 1700 nagenoeg hetzelfde kerkinterieur te zien als vandaag. Ondanks een radicale ommezwaai is er maar weinig veranderd: dit is nog altijd de devotie- en pelgrimskerk die de jezuïeten hebben ontworpen, ook al doet ze al sinds 1778 dienst als parochiekerk. Haar gave karakter maakt haar uniek in de Zuidelijke Nederlanden. Het centrale thema van het kerkmeubilair en de kunstwerken is de missione- ringsgedachte: het is goed en nodig dat de hele wereld christen wordt. Dat blijkt al in de gevel, waar boven de twee zijpoorten een Indische man en vrouw voor- gesteld worden als indianen, zoals toen nog gebruikelijk was.

Het begin: geld voor een Mechelse kerk 1670. In Antwerpen bestaan er al een tijdje plannen voor een tweede jezuïe- tenkerk in de stad, maar die stuiten op weerstand. Andere kloosters en kerken beschouwen de bouw van nóg een kerk als concurrentie, onder meer voor de inkomsten die pelgrims binnenbrengen. Mechelen, vlakbij Antwerpen, biedt een ‘oplossing’. Sinds 1611 hebben de jezu- ïeten hier hun Mechelse vestiging, waar een bloeiende verering ontstaat van de relieken van de jezuïetenheilige Franciscus Xaverius. Na zijn heiligverklaring in 1622 wordt de jezuïetenkapel op de grond van de vroegere keukens van het paleis van Margareta van York aan de Keizerstraat, snel te klein voor de toevloed van bedevaarders. De Antwerpse familie Losson financiert de bouw van de nieuwe kerk in Meche- len. De jezuïetenpater Antoon Losson ontwerpt het plan gebaseerd op dat van de Ieperse jezuïetenkerk. Hij wordt daarin bijgestaan door Willem Hesius (1601- 1690), ook een jezuïet en een bekend architect.

2 Als bron kan onder meer volgende publicatie worden vermeld: PATRICK DE RYNCK, De acht historische kerken van Meche- len. Een wandelgids, uitg. Torens aan de Dijle, Mechelen, 2009.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 9 Biografie van de kerk die het schip volledig omgeven. Ook de monumentale schilderijenreeks boven de biechtstoelen versterkt de uniformiteit van het kerkgebouw. • 8 augustus 1694: de nieuwe kerk wordt plechtig ingewijd. De bouw is dan al enkele jaren voltooid. De middenbeuk wordt afgesloten door een ondiep koor – jezuïeten kenden geen koorgebed en hadden dan ook geen nood aan een groot koor met aan- • 6 mei 1778: de jezuïetenkerk wordt een parochiekerk. Na de opheffing van de gepast gestoelte – waarvan de achterwand volledig in functie staat van het vrij jezuïetenorde in 1773 staat ze een tijd leeg, terwijl aan de overkant van de straat bescheiden hoofdaltaar. De beide zijbeuken worden afgesloten door een apsis, de middeleeuwse Sint-Pieterskerk staat te verkommeren en de toestand er elk met een kleiner altaar. ronduit gevaarlijk wordt. De parochie verzoekt keizerin Maria-Theresia daarom of ze de ex-jezuïetenkerk als parochiekerk mag gebruiken. Dat mag, en op 6 Het hoofdaltaar mei 1778 vindt de zogeheten ‘translatie’ plaats: de patroonheiligen Petrus en Ook de decoratie van het hoogaltaar staat in het teken van de missie. Onder Paulus steken als het ware de straat over. Vandaar de officiële lange naam van God (mét wereldbol) zweeft de Heilige Franciscus Xaverius op de wolken, met de kerk: De kerk van de heiligen Petrus en Paulus op visitatie bij de heiligen een lichtspel achter zijn hoofd. Helemaal onderaan ligt de Heilige in een soort Ignatius van Loyola en Franciscus Xaverius. De oude kerk wordt afgebroken. graftombe. De tafel van het altaar wordt ‘gedragen’ door een zwarte, wat oosters Het jezuïeteninterieur wordt links en rechts aangepast aan de nieuwe functie aandoende figuur. (intrede van de heiligen Petrus en Paulus in het iconografisch programma). • Opmerkelijk zijn de vier grote medaillons aan de wanden met daaronder elke • In de Franse tijd (ca. 1800) blijft het gebouw gespaard van vernielingen of ver- keer wapens. Ze verbeelden de vier toen bekende werelddelen: Amerika (links- koop omdat het als ‘heidense’ Temple de la Loi wordt gebruikt. boven), Afrika (linksonder), Europa (rechtsboven) en Azië (rechtsonder). • De 19de en 20ste eeuw tot vandaag: de kerk doet dienst als parochiekerk. • Links en rechts van het tabernakel leidt een engel een kind naar de eucharistie: links is het kind met pluimen uitgedost (Amerika), rechts is het haast kaal en Centraal: Franciscus Xaverius draagt het een kromzwaard; volgens de 17de-eeuwse beeldvorming zijn dat de kenmerken van een Aziaat. De Antwerpse edelsmid Lambert Van Rijswijck Franciscus Xaverius (1506-1552) was een Spaanse landgenoot, tijdgenoot en (1822-1894) vervaardigt rond 1870 nieuwe deuren voor het tabernakel met een vriend van Ignatius van Loyola, de stichter van de jezuïetenorde. Zij leefden in voorstelling van de parochieheiligen Petrus en Paulus. de roerige tijd van hervormers als Luther en Calvijn, maar ook van de ontdekking van de Nieuwe Wereld en de oprichting van Portugese en Spaanse kolonies in Het hoogaltaar is aangepast aan de functie van deze pelgrimskerk. Een trap leid- Oost en West. In de strijd tegen de hervormers én bij de missie in de Nieuwe de de bezoekers naar een plek achter het altaar, waar ze de reliek van Francis- Wereld speelden de jezuïeten een hoofdrol. Ignatius stuurde Franciscus als al- cus Xaverius konden aanraken. Ze verlieten de kerk via de zijdeuren. Ze hoefden lereerste jezuïet naar het Verre Oosten: India, de Molukken, Japan ... Franciscus de eucharistie dus niet bij te wonen. In de 18de eeuw kwamen veel mensen hier stierf daar op zijn 46ste aan uitputting. binnen, gingen biechten en raakten pas daarna de reliek aan. De communiebank Het interieur Tien taferelen brengen de taken van de missionaris in beeld. In het eerste (links) Het interieur van de kerk is homogeen en evenwichtig. Het voldoet in alle op- draagt hij een klein indiaantje op zijn rug, een symbool van zijn opoffering. In het zichten aan het beeld van een klassieke barokkerk. Hoog oprijzende zuilen en tweede zien we symbolen van de pelgrim: een buidel, een staf met kalebas, een rijk stucwerk wekken een imposant ruimtegevoel op. Het gevoel van eenheid, hoed. Missionarissen reizen als pelgrims de wereld rond, is de achterliggende evenwicht en rust wordt versterkt door de houten biechtstoelen en lambrisering gedachte. De medaillons tussen de taferelen stellen ‘heidenen’ of ‘wilden’ voor,

10 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen ondanks de ‘Europese’ gelaatstrekken van de figuren. De schilderijenreeks: Leven en wonderen van Sint-Franciscus Xaverius De auteur van dit werk is de Antwerpse beeldhouwer Hendrik-Frans Verbruggen Een reeks van tien erg omvangrijke doeken – allemaal 350 bij 475 cm groot – is (1654-1724). gewijd aan het missionarisleven van Franciscus Xaverius, die bij leven ook won- deren heeft verricht. In 1798 werden de doeken van de muren gehaald en later De preekstoel werden ze in een verkeerde volgorde teruggehangen. De preekstoel, eveneens een werk van Hendrik-Frans Verbruggen, is de plaats waar het geloof werd verkondigd, wat de hoofdtaak was van een missionaris. De reeks dateert uit het einde van de 17de eeuw. Theodoor Boeyermans (1620- Net als in de rest van het interieur is ook hier het missiethema volop aanwezig: 1678) is de bekendste van de schilders die eraan meewerkten. Andere kunste- naars waren Jan Erasmus Quellin (1634-1715), Jan Michiel Coxcie (1650-1720) en • de voet is een wereldbol die op kruipdieren rust; Lucas Franchys de jonge (1616-1681). Deze doeken danken hun kunsthistorisch • op de bol zitten de vier toen bekende werelddelen, in de gedaante van perso- belang veeleer aan het feit dat de volledige cyclus bewaard werd dan aan de nen en kenmerkende dieren kunstschilders zelf. - Amerika, de indiaan, schildpad en slang Biechtstoelen - Europa, de jonge vrouw met de hoorn des overvloeds, een scepter, een boek en een hinde De kerk telt maar liefst 14 biechtstoelen. Een stadslegende verklaart dit door - Azië, de vrouw met een tulband en de luipaard de ligging vlakbij de kerk van de Veemarkt, een plek waar volop gelogen en - Afrika, de zwarte bedekt met olifantenhuid, en de krokodil; bedrogen werd. Maar de echte verklaring is dat dit een pelgrimskerk was. Wie de relieken van Franciscus Xaverius wou aanraken (sinds de afschaffing van de • de kuip zelf is versierd met de symbolen van de vier evangelisten, de eerste jezuïeten in 1773 bevinden die zich in de Sint-Romboutskathedraal), moest ‘vrij verkondigers van de Blijde Boodschap; van zonde’ zijn. De biecht was voor jezuïeten ook een bijzonder belangrijk sacra- • op de kuip dragen engelen de portretten van enkele belangrijke jezuïetenhei- ment: zij streefden voortdurend naar zelfdiscipline en zuivering. ligen die het geloof hebben verkondigd: de patroon van de kerk, Franciscus Xaverius, en omdat de kerk ook de bidplaats was van het aanpalende jezuïe- De Mechelse beeldhouwer Nicolaas Van der Veken, misschien wel de beste leer- tencollege, de ‘jeugdheiligen’ Aloysius van Gonzaga en Stanislas Kostka; ling van Lucas Faydherbe, realiseerde dit ensemble aan het einde van de 17de eeuw. Het beeldenprogramma staat volledig in het teken van boete doen, zonde • op de trapleuning wordt de strijd voorgesteld tussen de kwalijke driften van de en berouw, deugd en ondeugd … mens (de gulzige aap die in een appel bijt) en zijn hoogwaardige geestelijke be- zigheden (het palet en de penselen, en de papier- of perkamentrol met daarop een tekening). Bij de trap staan Petrus (met de sleutel van de hemel in zijn hand) en Paulus (met het zwaard). Deze beelden zijn na de Franse Revolutie toegevoegd, toen de kerk niet langer jezuïetenkerk was, maar parochiekerk.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 11 Betekenis Technieken In het begin van de jaren 1980 werden de technische installaties van de kerk Hoewel de Sint-Petrus-en-Pauluskerk geen topwer- vernieuwd. Er zijn voornamelijk problemen met de verlichting en de verwar- ken van bekende barokkunstenaars bevat, is het ming. gave interieur uniek in de Lage Landen. Op enkele kleine zaken na overleefde het immers de Franse • De huidige verlichting is bijzonder krachtig en duidelijk louter functioneel ge- Revolutie. Het interieur is dan ook het enige dat ïnspireerd. De armaturen en het licht dat ze uitstralen zijn niet aangepast aan nog authentiek is uit de tijd van de jezuïeten. De het historisch waardevolle interieur of geschikt voor bijvoorbeeld concerten in monumentale reeks biechtstoelen getuigt van de de kerk. rijkelijke beeldhouwtraditie in Mechelen. • De vloerverwarmingsinstallatie is aan onderhoud toe (lekkende aansluitingen) en de regeling moet uitgebreid en bijgesteld worden om de nefaste gevolgen b. Restauratiewerken in te dijken van de bijzonder droge atmosfeer die ze creëert in de kerk. In 2007 liet de Stad uitgebreide onderhoudswerken uitvoeren aan het exterieur. De dakbedekking en de goten werden hersteld en het houten schrijnwerk werd Rapporten Monumentenwacht geschilderd. De stabiliteit van de gewelven werd gecontroleerd tijdens een uit- voerige meetcampagne. Bouwkundige inspectie: A-45/10018/2008/B Interieurinspectie: A-45/10018/2002/I Muren en gewelven Het interieur oogt verwaarloosd. Vervuilde en afbladderende verflagen staan de volle appreciatie van het barokke gesamtkunstwerk in de weg. Deze toestand is te wijten aan een gebrek aan onderhoud – de laatste grote schildercampagne dateert van (vermoedelijk) het midden van de 20ste eeuw – en het gebruik van niet-compatibele lijmverf tijdens de twee laatste schilderbeurten. Het in 1992 uitgevoerde en in 2008 herhaalde materiaaltechnisch onderzoek leert dat de drager van de afwerklagen zich in een redelijk goede staat bevindt. Dit neemt niet weg dat er in 2007 een baksteen uit het gewelf naar beneden gevallen is. Glasramen De glasramen bevinden zich nog in redelijk goede staat, maar hebben wel nood aan onderhoud. Dat omvat: het glas plaatselijk vervangen en volledig rei- niging, de raambruggen schilderen, windroeden plaatselijk vervangen, dagkan- ten voegen en condensgoten plaatsen en aanpassen.

12 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 2.2 Onze-Lieve-Vrouw-van-Hanswijkkerk (Hanswijkbasiliek) a. Een korte presentatie

In één woord: uniek In de architectuurgeschiedenis is de Onze-Lieve-Vrouw-van-Hanswijkkerk uniek: in de Nederlanden is er geen tweede kerkgebouw te vinden met een combinatie van een centraalbouw en een langs- of basilicale bouw. Ongetwijfeld is deze merkwaardige architectuur geïnspireerd op de devotiepraktijk in de kerk: vóór de jaarlijkse processie moesten gelovigen in een rondgang rond het Mariabeeld kunnen lopen, en daarvoor stond het beeld midden in de rotonde onder de koe- pel, op de ingelegde marmeren figuur die een ster vormt. Dat dit een bedevaartkerk is, blijkt ook aan de buitenzijde. Drie deuren verze- kerden een vlotte circulatie: de pelgrims kwamen binnen langs de middendeur, zoals het hoorde, en verlieten de kerk links en rechts.

Het begin: een problematische start Op 10 mei 1663 legt aartsbisschop Andreas Cruesen de eerste steen van de hui- dige kerk, die pas in 1687 wordt ingewijd. Ze is dan al negen jaar voltooid en ver- vangt het vorige kerkje uit 1647 dat door de toeloop van bedevaarders te klein was geworden. De bouwmeester van dit voor Mechelen prestigieuze project is de vermaarde architect-beeldhouwer Lucas Faydherbe (1617-1697). Nog tijdens de bouw rijzen er financiële problemen. Naast conflicten tussen de opdrachtgever en de bouwmeester doen er zich ook technische moeilijkheden voor, te wijten aan de sterk afhellende, drassige bouwgrond vlakbij de Dijle. De volledige kerk wordt daarom onderkelderd en tegen het water wordt een muur opgetrokken. Toch ontstaan er al stabiliteitsproblemen nog vóór de koepel wordt gebouwd. Die worden verholpen met (onzichtbaar gemaakte) ijzeren ringen en beugels aan en tussen de zuilen.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 13 Biografie van de kerk paus Pius IX, wat als een gunst mag worden beschouwd. Ze draagt een scepter en de huidige kleren van het nog gotisch aandoende beeld – dat wellicht geïn- Het verhaal van de kerk begint lang vóór 1663. spireerd is op het oudere beeld – dateren van 1888, toen de 900ste verjaardag • 988 (volgens een latere overlevering): een schip loopt op onverklaarbare wijze van het mirakel met een jubelfeest werd gevierd. vast op de Dijle. Het vaartuig vlot trekken lukt niet tot de lading, mét daarbij een Mariabeeld, aan land wordt gebracht. Hieruit leidt men Maria’s wens af dat Het interieur haar beeld in Hanswijk zou blijven, toen nog een buitenwijk van Mechelen. Het De decoratie van het kerkinterieur staat volledig in het teken van de Mariaver- beeld wordt naar een kapel gebracht die toegewijd was aan de heiligen Lam- ering. bertus en Catharina. Er ontstaat een Mariadevotie en in 1381 start op die plaats de bouw van een nieuwe kapel. De stucreliëfs • 1288: de erediensten in de pas opgerichte parochie van Hanswijk worden toe- Opmerkelijk zijn twee stucreliëfs onderaan in de koepel, het werk van bouw- vertrouwd aan de dalscholieren van Zoutleeuw, een zijtak van de cisterciën- meester Lucas Faydherbe: De aanbidding van de herders en De kruisdraging zers. Ze hebben er een klooster, dat later mee zal verhuizen. (1675-1677). Faydherbe stopt de invloed van zijn leermeester Rubens niet weg, • 1546-1578: de ontploffing van de Zandpoort, de slag tussen de troepen van zoals blijkt uit het tafereel van de aanbidding. De twee reliëfs passen thematisch Alva en die van Oranje en de Staatse gouverneur van Mechelen herleiden het perfect in een kerk waarin Maria centraal staat: het eerste tafereel behoort tot de klooster en de kerk tot een ruïne. Er wordt een nieuwe kerk gebouwd (1647), ‘zeven vreugden’ van Maria, het tweede is een van haar ‘zeven smarten’. voor het eerst binnen de muren van Mechelen. De personages van deze bijzonder geprononceerde reliëfs begeven zich als het • 1663-1687: de huidige kerk wordt gebouwd. Maar de tweede verdieping van ware in de richting van het hoofdaltaar. Dat is het centrum van de kerk en in dit de buitengevel in een neobarokke stijl (boven het middenportaal) wordt pas in geval dus van de bijbehorende Mariaverering. 1854 voltooid. Volgens het contract moesten de reliëfs in steen worden uitgevoerd, maar dat • . Op 6 oktober 1987, bij het begin van de millenniumviering van de verering van is niet gebeurd. Het echte materiaal werd pas ontdekt toen de reliëfs tijdens de Onze-Lieve-Vrouw van Hanswijk (988-1988), wordt de driehonderd jaar oude Tweede Wereldoorlog beschadigd werden en er uit een afgebroken arm… een kerk door paus Johannes Paulus II tot ‘kleine basiliek’ (basilica minor) verheven. been stak. Zo’n bot was een traditioneel procedé om fragiel gips te versterken. Dit vormt het (late) bewijs dat Faydherbe bedrog heeft gepleegd, ongetwijfeld Centraal: Maria omdat gips goedkoper was, maar ook omdat het lichtere materiaal de stabiliteit De kerk is als het ware rond het mirakelbeeld van Maria gebouwd. Na Scherpen- ten goede kwam. Bovendien boden de alternatieven voor beenderen nog grote heuvel (1610) waren in onze streken kerken met een centrale koepel ‘in’ als er nadelen: een metalen pin zou roesten en hout zou uitzetten. zich een mirakelbeeld van Maria bevond. De preekstoel Dat Maria de centrale figuur is, blijkt al boven het portaal buiten, waar een beeld Het tafereel dat op de eiken preekstoel wordt uitgebeeld, is in essentie een Ma- staat van Onze-Lieve-Vrouw Onbevlekt Ontvangen met kind. riaverhaal. We zien God die de wanhopige Eva na de zondeval uit het Aards Het huidige houten Mariamirakelbeeld binnen – in de geest van ontwerper Fay- Paradijs verdrijft. Zij heeft net, verleid door de slang, van de verboden vrucht dherbe moet dat in het hoofdaltaar staan – dateert van ca. 1550-1570. Maria én geproefd. De Schepper wijst met zijn rechterhand naar Maria met het kind Jezus. Jezus werden in 1876 gekroond door aartsbisschop Deschamps in opdracht van Zij is de ‘nieuwe Eva’, de moeder van Hem die de mensheid van Eva’s erfzonde komt verlossen. De tekst op de banderol zegt: “En zij [=Maria] zal uw kop [d.w.z. die van de slang] verpletteren.”

14 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen De twee bomen zijn de boom van goed en kwaad (een appelboom), en de Glasramen boom des levens (een vijgenboom). Tussen de takken drijven wolken en op het De glasramen zijn dringend aan restauratie toe. Regenwater stroomt langs de klankbord van de preekstoel wordt Maria’s tenhemelopneming voorgesteld. ramen van de monumentale koepel de kerk binnen. Na een grondig onderzoek Mechelaar Theodoor Verhaegen (1700-1759) is de maker van deze naturalistische naar hun oorspronkelijke vormgeving werd in 2008 een restauratiepremiedos- preekstoel uit 1746. Het is een voorbeeld van een erg laatbarokke preekstoel. sier ingediend bij de Vlaamse overheid. Het dossier gaat, samen met dat van de binnenrestauratie, begin 2013 in aanbesteding. Technieken Betekenis In het begin van de jaren 2000 werd een nieuwe basisverlichting geïnstalleerd. De elektrische installatie en de verwarming moeten in de context van een glo- De Onze-Lieve-Vrouw-van-Hanswijkkerk is een van bale interieurrestauratie herbekeken/vernieuwd worden. De studie en het dos- de belangrijkste realisaties van Lucas Faydherbe. sier voor een nieuwe verwarmingsinstallatie die geen gevaar inhoudt voor de Het originele bouwconcept getuigt van zijn inven- instandhouding van het meubilair, zijn afgerond. Voor de nieuwe verlichting van tieve geest. Als mariaal bedevaartsoord is de kerk een van de meest gefrequenteerde godshuizen in de crypte werd rekening gehouden met een flexibel gebruik van de ruimte en de Mechelen. Het miraculeuze Mariabeeld wordt nog geschiktheid ervan voor tentoonstellingen van kunstvoorwerpen. Ook dit dossier elk jaar meegedragen in de Hanswijkprocessie. gaat begin 2013 mee in aanbesteding.

Rapporten Monumentenwacht Bouwkundige inspectie: A-45/10088/2004/B en A-45/10088/2011WB b. Restauratie Interieurinspectie: A-45/10088/2004/I

Exterieur De gevelrestauratie dateert van de late jaren 1970. Van de voorgevel vallen er intussen regelmatig – en zeker na vorstperiodes – kleine brokstukken naar be- neden. De inspectie en het onderhoud van de voorgevel zijn mee op te nemen in het grote interieurdossier. In 2002-2003 werd de bedaking volledig vernieuwd.

Interieur Het interieur oogt verwaarloosd en grauw. Deze aanblik doet grote afbreuk aan het gewaagde ontwerp van beeldhouwer-architect Lucas Faydherbe. De voor- onderzoeken naar het interieur zijn intussen afgerond en het dossier voor de restauratie van de binnenschil wordt begin 2013 aanbesteed.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 15 2.3 Sint-Alexius-en-Catharinakerk (Begijnhofkerk)

a. Een korte presentatie

In één woord: vrouwelijk Een begijnhof was een vrouwengemeenschap waar de devotie sterk gericht was op vrouwelijke heiligen. Dat blijkt uit de beeldtaal van de decoratie in begijnhof- kerken, zoals in Mechelen. De officiële naam van de Mechelse begijnhofkerk is trouwens ‘Sint-Alexius-en- Catharinakerk’. Catharina is een geliefde begijnenheilige. Volgens het verhaal kreeg zij in een droom van het Jezuskind een huwelijksring over haar vinger geschoven. Dat heet het ‘mystiek huwelijk’: ook begijnen waren ‘bruiden’ van Christus. De Heilige Alexius komt voor in de naam van de kerk omdat het begijn- hof gebouwd is op grond die de alexianen geschonken hadden. Alexius is ook in het interieur vertegenwoordigd. De kerk was niet bedoeld als parochiekerk en hangt nog altijd af van de Sint-Katelijneparochie.

Het begin: gerenommeerde bouwmeesters 1629. De jezuïet Pieter Huyssens (1577-1637) tekent plannen voor de bouw van een barokke kerk in het Mechelse begijnhof. De eigenlijke ‘uitvoerende’ bouwmees- ter wordt de Brusselaar Jacques Francart (1583-1651), hofarchitect van de aarts- hertogen Albrecht en Isabella. Hij creëert de typische barokke voorgevel naar Ita- liaans voorbeeld. Er is nog een derde naam verbonden aan de Begijnhofkerk: de jonge Mechelaar Lucas Faydherbe (1617-1697), die mee het interieur decoreert. In die periode zijn er in Mechelen tal van begijnen – rond 1600 wordt hun aantal op duizend geschat – en het begijnhof beschikt over veel kapitaal dankzij de intrede van bemiddelde vrouwen met hun ‘bruidsschat’. Die rijkdom verklaart waarom de bouwvrouwen een beroep kunnen doen op vrij gerenommeerde ar- chitecten, beeldhouwers en schilders. Op Pasen 1638 wordt de kerk in gebruik genomen en op 15 september 1647 gewijd.

16 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Biografie van het begijnhof en de kerk • Begga leefde in de 7de eeuw en was de dochter van Pepijn I van Landen, een voorouder van Karel de Grote. Na de dood van haar man stichtte ze een • Eerste helft 13de eeuw: in en rond de huidige Begijnenstraat ontstaat het Me- klooster in Andenne, waar ze ook zeven kerken liet bouwen. Begga heeft niets chelse begijnhof. Begijnen leggen geen kloostergeloften af, wel tijdelijke gelof- te maken met de begijnenbeweging, die veel later ontstond. Alleen haar naam ten die gelden zolang zij in het begijnhof wonen, maar leiden ‘samen in afzon- is schijnbaar verwant met de woorden ‘begijn’ en ‘beggaard’ (een mannelijke dering’ een godvruchtig leven. De meer bemiddelde begijnen bewonen een begijn). Toch werd ze vaak beschouwd als de stichteres van de beweging en eigen huis, armere vrouwen leven samen in ‘conventen’. wordt ze voorgesteld als begijn en beschermvrouw van begijnen. (Jan Verhoe- • 1259 (er zijn bronnen die 1249 vermelden): de begijnen krijgen toestemming om ven [ca. 1600-na 1676], De heilige Begga als beschermvrouw van begijnen en hun hof buiten de toenmalige stadsmuren te vestigen. In 1286 wordt dat een begaarden). autonome parochie. • Maria Magdalena was voor begijnen een rolmodel: de zondige, sterfelijke • ca. 1580: tijdens de godsdiensttroebelen wordt het begijnhof deels platge- vrouw gaf haar leven een nieuwe wending en stond heel dichtbij Christus. (Jan brand en geplunderd, waarna de begijnen op de vlucht slaan. Ze keren korte Cossiers [1600-1671], Maria Magdalena zalft de voeten van Christus). tijd nadien terug en bouwen een nieuw hof binnen de stadsmuren, eerst aan • Ursula is in wel meer begijnhofkerken aanwezig. Deze Britse koningsdochter de Keizerstraat, later rond de Nonnenstraat. In 1596 wordt een voorlopige kerk wou alleen trouwen als haar toekomstige zich eerst bekeerde en als zij eerst ingewijd. een pelgrimstocht naar mocht maken. Op de terugweg vielen Ursula en • 1629: de barokke kerk wordt gebouwd en in 1647 gewijd. haar 'elfduizend' maagden bij Keulen in handen van de Hunnen die de stad • Kort voor en na 1800: in de Franse tijd wordt de kerk eerst verkocht, maar al belegerden, en werden ze gemarteld en met pijlen doorzeefd. snel wordt ze aan de begijnen teruggeschonken. • Alexius (5de eeuw), de tweede patroonheilige van de kerk, was de zoon van • 19de eeuw en later: het begijnhof kwijnt stilaan weg en op 22 augustus 1993 een rijke Romeinse edelman en moest tegen zijn zin trouwen. Al enkele uren na overlijdt Melanie Van Campenhout, de laatste begijn. In het begin van de 20ste het huwelijk verliet hij zijn huis en ging in het Heilig Land als kluizenaar leven. eeuw krijgt het kerkinterieur zijn huidige kleuren: lichtblauw, roze, turkoois, Zeventien jaar later keerde hij ziek naar Rome terug. Zijn ouders herkenden beige. hem niet en namen hem als bedelaar in hun huis op. Daar leefde Alexius nog • 1998: het Mechelse begijnhof, intussen omgevormd tot een moderne woonwijk, eens zeventien jaar … onder de keldertrap. (Gilles Smeyers [1634-1710], Het hu- wordt samen met twaalf andere Vlaamse begijnhoven uitgeroepen tot Unesco- welijk van de heilige Alexius, ca. 1680-1700). Werelderfgoed. • Rombout of Rumoldus is de patroonheilige van Mechelen. Vandaar zijn aanwe- zigheid, ook in deze ‘vrouwelijke’ kerk. (Twee doeken van de Antwerpenaar Centraal: vrouwelijke (en mannelijke) heiligen Theodoor Boeyermans [1620-1678], De moord op de heilige Rumoldus en Graaf • Maria: verspreid over de west- en oostwand hangt een cyclus van zeven Ma- Ado vindt het lijk van de vermoorde Rumoldus). riaschilderijen uit ca. 1643, toen de kerk pas gebouwd was. Ze zijn wellicht van • Antonius leefde in de derde en vierde eeuw als kluizenaar. Hij predikte met een lokale schilder en hun artistieke kwaliteit is beperkt. ‘Zeven’ is een veel veel vuur dat gelovigen niet mochten toegeven aan aardse bekoringen. Latere voorkomend getal bij Maria. Het staat hier voor de zeven ‘vreugden van Maria’, schilders beeldden hem af te midden van allerlei creaturen die hem proberen de gelukkige momenten uit haar leven. Het laatste tafereel hoort echter niet te verleiden om overvloedig te drinken en te eten, te roken, te vrijen … Kortom: thuis in het klassieke rijtje: het stelt immers niet de kroning, maar de tenhemel- alles te doen wat niet mag. Begijnen deelden zijn zorg. (Jan Cossiers, De beko- opneming van Maria voor. ring van Sint-Antonius). • Damianus' stoffelijk overschot wordt bewaard in een reliekschrijn.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 17 Het interieur De verering van Maria was tijdens de Contrareformatie, toen de kerk werd ge- bouwd, een wapen in de strijd tegen de protestanten en werd dan ook intens De schilderijencollectie gepromoot. Vandaar de nadrukkelijke aanwezigheid van de Heilige Maagd, met De Mechelse begijnen bestelden rond 1650, toen hun kerk was voltooid, schil- bijvoorbeeld haar tenhemelopneming, in de toenmalige kerken. derijen bij gereputeerde kunstenaars uit de Zuidelijke Nederlanden. Velen van Het altaar van Damianus hen werkten in de stijl van Rubens en Van Dyck, die respectievelijk in 1640 en 1641 waren gestorven en ook in Mechelen actief waren geweest. De collectie van In de Begijnhofkerk bevindt zich in een reliekschrijn het stoffelijk overschot van ongeveer vijftig schilderijen uit de 17de eeuw (die trouwens niet allemaal voor de de Heilige Jacobus Damianus, bisschop van Keulen aartsbisschop van Antiochië. Begijnhofkerk gemaakt waren) bleef vrijwel volledig bewaard. Naast de werken Daarrond ontstond een bijzondere verering. Damianus’ verhaal is nauw verbon- die al op andere plaatsen vernoemd werden, vermelden we nog: den met dat van de Heilige Ursula. Op haar terugweg uit Rome vielen zij en haar gevolg van ‹elfduizend› maagden bij Keulen in handen van de Hunnen die de • de Antwerpenaar Jan Cossiers: elf doeken, waarvan drie in het ribgewelf van stad belegerden, en werden ze gemarteld en met pijlen doorzeefd. Damianus het koor die Christus’ kruisiging op de berg Golgotha voorstellen; zou hun namen genoteerd hebben en vervolgens zelf omgebracht zijn. • de Brusselaar Theodoor van Loon (1619-1678): twee doeken in het koor: links De aanbidding der wijzen en rechts De ontmoeting van Maria en Elisabeth. Ursula en Damianus zijn ook elders in de kerk aanwezig: • (1584-1669), een van de meer bekende schilders. Zijn Hemel- • Jan Cossiers schilderde voor de Begijnhofkerk het grote doek De heilige vaart van Christus was geen bestelling van de begijnen. Het werk is, zoals meer Ursula en haar gezellen. schilderijen aan de westwand, afkomstig uit de norbertijnerabdij van Grimber- • De Mechelaar Gilles Smeyers (1694-1771) is de schilder van De heilige Damia- gen. Het werd na de opheffing van de abdij in de Franse tijd aangekocht. nus met de heilige Ursula en haar gezellen uit 1695. Het werk is ingrijpend • De Antwerpse schilder Jan Erasmus Quellinus (1634-1715), die een drieluik gerestaureerd en overschilderd. schonk waarin de Milanese Heilige Carolus Borromeus centraal staat, een be- langrijke figuur tijdens de Contrareformatie. De schenking was de bruidsschat voor zijn dochter die op het Mechelse begijnhof kwam wonen. Ook de schilder Betekenis zelf verbleef daar de laatste drie jaren van zijn leven. De Begijnhofkerk vormt het centrum van het Me- chelse Groot-Begijnhof, door Unesco erkend als Het hoofdaltaar Werelderfgoed. Dit begijnhof was ooit een van de grootste van de Zuidelijke Nederlanden en is ook Het hoofdaltaar bevat twee schilderijen uit 1672, maar we zien er maar een. Dat vandaag een zeer dynamische stadswijk met di- komt omdat de doeken ruggelings tegen elkaar zijn geplaatst en om hun leng- verse activiteiten in en rond de kerk. De Begijnhof- teas kunnen draaien. In principe is vanaf 15 augustus De Tenhemelopneming van kerk getuigt van dat grootse verleden, niet alleen Maria te zien, een barok werk van de Mechelaar Lucas II Franchoys (1616-1681). door haar architecturale monumentaliteit, maar ook Vanaf eind november zien we normaal een werk van de Antwerpse schilder The- door het rijke kunstpatrimonium waarmee het interi- odoor Boeyermans (1620-1678), De geestelijke trouw van de heilige Catharina. eur gestoffeerd is. Dit kunstpatrimonium vormt een Ook de Heilige Alexius is erop afgebeeld, samen met de Heilige Catharina de mooi voorbeeld van de begijneniconografie. patroonheiligen van de kerk.

18 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen b. Restauratie

Exterieur Sinds het midden van de jaren 1980 staan er stellingen rond de kerk om vallend puin op te vangen. Na 25 jaar bleken deze stellingen zelf aan restauratie toe en werden ze in 2011-2012 opgelapt. De natuurstenen parementen en de glasramen vormen een groot probleem. Gelukkig werd het dak in de jaren 1990 vernieuwd. Van het uit 1998 daterende restauratiedossier voor het exterieur werd alleen de eerste van de vier voorziene fasen gedeeltelijk uitgevoerd. Deze eerste fase, de restauratie van de voorgevel, leerde dat het dossier niet voldeed om de restaura- tie op een technisch, financieel en restauratie-filosofisch correcte wijze af te ron- den. In 2012 werd een nieuwe ontwerper aangesteld voor de buitenrestauratie. Dit moet begin 2013 resulteren in een omvattend restauratiedossier. Met kleinere onderhoudsdossiers tracht de Stad de hoogste nood te lenigen tot de buitenrestauratie weer opstart.

Interieur De polychrome schildering uit 1910 is plaatselijk door waterinfiltraties aangetast en oogt vervuild. Verder historisch en materiaaltechnisch onderzoek is nodig om de waarde en de bewaringstoestand van deze schildering en haar drager exac- ter in te schatten. Deze onderzoeken worden momenteel voorbereid. Technieken De elektrische installatie en de verlichting zijn sterk verouderd en zijn dringend aan vervanging toe. Deze werken worden mee opgenomen in het interieurdos- sier.

Rapporten Monumentenwacht Bouwkundige inspectie: A-45/10462/2009/B Interieurinspectie: A-45/10462/2002/I

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 19 2.4 Sint-Jan-Baptist-en-Evangelistkerk (Sint-Janskerk)

a. Een korte presentatie

In één woord: de rijkste Het interieur van de Sint-Janskerk is rijk. Dat komt onder meer omdat leden van de Grote Raad hier naar de eucharistie kwamen. Er was kapitaal in de parochie, waar ook het paleis van Margareta van York deel van uitmaakte. De Grote Raad was in de 15de eeuw het hoogste rechtscollege in de Nederlanden – vanaf 1582 alleen nog in de Zuidelijke Nederlanden – en bleef bestaan tot aan de Franse Revolutie. De bevoegdheden verschilden van periode tot periode en waren af- hankelijk van het landsdeel, maar de Raad was vooral een hogere rechtbank. De raadsleden werden benoemd door de vorst en waren universitair geschoold in de rechten. Sommige raadsleden wilden hun voorname status ook in hun paro- chiekerk tot uiting laten komen. De beeldbepalende elementen van het interieur maken deel uit van één concept dat in de 18de eeuw uitgevoerd werd in opdracht van de oratorianen. Het interi- eur moest de christocentrische ideologie uitstralen van deze congregatie van seculiere priesters, die zich als ‘opvolgers van Christus’ geroepen voelden om ‘het Woord’ te verkondigen. De oratoren hadden sinds 1630 de leiding over de Latijnse school en de bediening van de Sint-Jansparochie. Zij vormden destijds de tegenpool en evenknie van de jezuiëten.

Het begin: de kerk opnieuw inwijden 1585. De Sint-Janskerk is in vrij slechte staat. Veertig jaar eerder liep het ge- bouw al grote schade op bij de ontploffing van de Zandpoort (1546), twin- tig jaar eerder plunderden de ‘geuzen’ de Mechelse kerken, in 1572 vielen de soldaten van Alva binnen en onder het korte calvinistische bewind (1580- 1585) gebruikten de ‘Staatse soldaten’ de kerk als kazerne en paardenstal. In 1585 wordt ze opnieuw ingewijd en begint de trage herinrichting, die duurt tot aan de Franse Revolutie. Het oudere gotische karakter van het gebouw zelf blijft bewaard, maar het interieur is op en top barok. Twee monumentale wandschilde- ringen, recent herontdekt, getuigen van het middeleeuwse interieur.

20 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Biografie van de kerk De aanbidding van het pasgeboren kind Jezus door de ‘wijzen’ komt veel voor op altaarstukken. Dat Jezus mens is geworden om de mensheid te redden, is Het verhaal van de kerk begint lang vóór 1585. een centraal thema in de eucharistie • 1255-1272: de kapel van Sint-Jan de Doper wordt verheven tot parochiekerk. De thema’s van de twee zijluiken – links de doop van Christus door Johannes • 1483: Hendrik de Berghes (?-1502), bisschop van Kamerijk, wijdt het nieuwe de Doper en rechts Johannes de Evangelist op Patmos – hebben alles te maken gebouw in. De eeuw en de decennia voordien is de bestaande kapel uitge- met de patroonheiligen van de kerk. Zij zijn in het gebouw nog op enkele andere breid tot een volwaardige, sobere gotische kerk. Dat is het gebouw vandaag plaatsen aanwezig. nog altijd. Het contract voor dit werk is bewaard en bepaalt dat het schilderij van de mees- • 1585: de kerk wordt opnieuw ingewijd en geleidelijk heringericht. ter zelf moet zijn. Rubens is het bij de aflevering zelf komen retoucheren. • 1645: de parochiekerk wordt ingelijfd bij het belendende klooster van de oratorianen. Voortaan verzorgen deze broeders de diensten. Tot 1784 worden Nicolaas van der Veken (1637-1709), twee biechtstoelen, 1692 en 1703 mensen begraven op het omliggende kerkhof. In 1692 en in 1703 maakte Nicolaas van der Veken voor deze kerk twee biechtstoe- • De Franse tijd: in de jaren 1790 worden kunstwerken vernield en wordt het len die rechttegenover elkaar staan. Het oudste exemplaar (links) vertoont een gebouw (mét inboedel) verkocht. Een parochiaan slaagt erin het geheel aan merkwaardige putto met een weegschaal boven de zitplaats van de priester: van te kopen en schenkt het terug aan de parochie. Sinds 1803 doet de kerk op- hem werd in de biecht immers een ‘afgewogen’ oordeel verwacht. Op de zijwan- nieuw dienst als parochiekerk. den prijken bustes van de heiligen Franciscus van Sales en Carolus Borromeus. Merkwaardig is dat zij vooral door de jezuïeten vereerd werden. De oratorianen, die Centraal: de ‹Mechelse school› de Sint-Janskerk sinds 1645 bedienden, waren hun rechtstreekse concurrenten. De biechtstoel uit 1703 (rechts) vertoont op de zijwanden bustes van de heiligen De kerk biedt een indrukwekkende staalkaart van Mechelse barokkunstenaars Nicolaas en Barbara, die in de kerk speciaal werden vereerd. Barbara had er een uit de 17de, 18de en 19de eeuw, zowel in de beelden en de schilderijen als in eigen altaar, waarvan de elementen vandaag over het gebouw zijn verspreid. het meubilair. Alle belangrijke Mechelse meesters zijn vertegenwoordigd: Lucas I (1574-1643 ) en Lucas II Franchoys, Gillis Smeyers, Jan Verhoeven en Charles Theodoor Verhaegen (1700-1759), preekstoel, 1736-1741 Wauters (1808-1869) bij de schilders, Lucas Faydherbe, Nikolaas Van der Veken, De preekstoel van de Mechelaar Theodoor Verhaegen is een prachtig barok kerk- Theodoor Verhaegen (1700-1759), Pieter Valckx (1734-1783) en Joseph Tuerlinckx meubel in een klassieke beeldtaal: onder de kuip staat Christus als goede herder, (1783-1855) bij de beeldhouwers. een bekend beeld in het christendom: ook parochiepriesters moeten goede her- ders zijn voor hun parochianen. De drie mannen rond Christus staan symbool voor Het interieur de drie leeftijden van de mens. Anders gezegd: iederéén moet Christus volgen. Het hoogaltaar met het werk van Pieter Paul Rubens, De aanbidding van de Ook van Theodoor Verhaegen is een van de kerkmeesterbanken (1729-1730), wijzen, 1617 opvallende zitplaatsen waar de ‘kerkmeesters’ de eucharistie bijwoonden. De Niet toevallig op de belangrijkste plek in de kerk – het hoogaltaar – hangt een centrale figuren zijn de twee patroonheiligen van de kerk, Johannes de Doper groot drieluik van de Antwerpenaar Rubens dat nu verwerkt is in het 18de-eeuw- (aan het prediken) en Johannes de Evangelist (aan het schrijven). Vooral de ont- se portiekaltaar. Enkele koorramen werden in de 18de eeuw grotendeels dicht- hoofding van de eerste, bijna levensgroot voorgesteld, maakt indruk. gemetseld, waardoor de originele belichting is verdwenen.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 21 Pieter Valckx (1734-1785), orgelkast, ca. 1760-1770 de Heilige Christoffel toont – zoals de legende vertelt – een kluizenaar, het Je- De jongste vertegenwoordiger van de Mechelse school was een leerling van zuskind met een kleine wereldbol in de hand en de Heilige die teder zijn voet Theodoor Verhaegen. Verhaegen maakte zelf nog het ontwerp voor de orgel- vasthoudt. kast, maar Pieter Valckx realiseerde het meubel na de dood van zijn leraar. Helemaal bovenaan in het medaillon in reliëf is koning David te zien. Hij zou Betekenis een virtuoos harpspeler zijn geweest en wordt daarom vaak voorgesteld in een

muzikale context. De Sint-Jan-Baptist-en-Evangelistkerk oogt aan de Gillis Smeyers (1635-1710), De Heilige Drievuldigheid en de christene slaven, 1687 buitenzijde misschien wat klein en sober, het interi- eur is des te rijker en omvat een grote schat aan Diverse Vlaamse steden, waaronder Diest, Leuven, Lier en Mechelen, hadden religieuze kunst. Veel van die kunstwerken zijn van tot ver in de 18de eeuw een broederschap van de Allerheiligste Drievuldigheid Mechelse makelij en getuigen van het talent dat in van de Verlossinge der Gevangene Christene Slaven. De broederschap zamelde deze stad aanwezig was. Toch is de absolute blik- gelden in om in het Midden-Oosten, vooral in het Ottomaanse rijk, gevangen- vanger, die in de Michelin-reisgids met stip aange- genomen christenen vrij te kopen. Over dit thema maakte Gillis Smeyers een duid staat, van de Antwerpse grootmeester Pieter cyclus van vier schilderijen voor de Sint-Janskerk. Op dit doek treedt Maria op Paul Rubens. Een verborgen parel zijn de twee re- als voorspreekster van de christenslaven, die rechtsboven worden gemarteld. cent ontdekte en monumentale wandschilderingen Linksonder zijn de menselijke driften allegorisch voorgesteld. uit de 14de eeuw. Sporen van de Grote Raad . De Sacramentskapel: het lijkt alsof de kerk twee koren heeft, maar wat we links van het ‘echte’ koor zien, is een kapel die in 1548 letterlijk werd aangebouwd b. restauratie op kosten van de voorzitter van de Grote Raad, Lambert de Briaerde. De ka- pel is even groot als het koor en bevat de grafsteen van de opdrachtgever en Het exterieur zijn vrouw, Marguerite Micault. . Rubens’ leerling en Mechelaar Lucas Faydherbe De bedaking werd in de jaren 1990 gerestaureerd. De restauratie van gevels en (1617-1697) maakte in 1676 een reliekkast voor Johannes de Doper, in opdracht glasramen werd in oktober 2011 voltooid. van Marguerite de Vendeville, een lid van een juristenfamilie die veel leden van de Grote Raad leverde. Twee jaar eerder maakte Faydherbe ook al de reliekkast Het interieur van het Heilig Kruis. De twee hebben onderaan elk een familie-epitaaf. De oorspronkelijk gotische kerk kreeg in het begin van de 18de eeuw een ba- Sint-Joris en Sint-Christoffel: middeleeuwse schatten rokke aankleding. Muren en gewelven ogen erg vervuild. Onderaan de muren In 2008 ontdekte het Vlaams Instituut voor Onroerend Erfgoed (VIOE) de 14de- zijn er problemen van opstijgend vocht, bovenaan zijn de gevolgen zichtbaar van eeuwse muurschilderingen op de eerste verdieping van de toren van de Sint- vroegere insijpelingen via goten en dak. De bewaringstoestand van het inge- Janskerk. Het gaat niet om fragmenten, maar om twee grote kunstwerken die brachte stucgewelf stelt plaatselijk problemen. Delen van de kroonlijst werden in Sint-Christoffel en Sint-Joris voorstellen. Sint-Joris is traditiegetrouw afgebeeld het begin van de jaren 2000 preventief verwijderd. Recent werd er een vangnet in zijn strijd met de draak. Het paard is prachtig uitgedost en de rijke mouwen aangebracht om vallend stucwerk op te vangen. van zijn rode brokaatmantel wapperen achter hem aan. De muurschildering van

22 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Het historisch-archivalische onderzoek naar de interieuraankleding is afgerond. Aan de hand van het materiaaltechnisch onderzoek, ingepland voor begin 2013, zal de bewaringstoestand van het pleister- en stucwerk nauwkeuriger bepaald worden en zullen de uiteindelijke restauratieopties vastgelegd kunnen worden. De dakstructuur, die verzwakt werd toen het stucplafond er werd ingebracht, heeft in een meer recent verleden sterk te lijden gehad onder waterinfiltra- ties. De restauratie ervan werd deels mee opgenomen in het lopende exteri- eurdossier, maar moet verder geïntegreerd worden in het interieurdossier. De voorbije tien jaar werd een groot deel van het meubilair (schilderijen, preekstoel, orgelbuffet …) al gerestaureerd in opdracht van de kerkfabriek. Uitzonderlijke middeleeuwse muurschilderingen in de toren, die onlangs bij de start van de buitenrestauratie werden ontdekt, zijn al volledig gerestaureerd door het VIOE en kunnen bezocht worden onder begeleiding van deskundige gidsen. Rapporten Monumentenwacht Bouwkundige inspectie: A-45/10678/2007/B Interieurinspectie: A-45/10678/2002/I

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 23 2.5 Sint-Catharinakerk (Sint-Kathelijnekerk)

a. Een korte presentatie

In één woord: volks De Sint-Catharinakerk, ook Sint-Kathelijnekerk genoemd, staat in een buurt waar historisch vooral een armer deel van de Mechelse bevolking woonde. Dat is ook aan de kerk zelf te zien: je vindt in het interieur niet de grote na- men (hoewel Lucas Faydherbe de hand had in een van de altaren) en ook het gebouw vertoont tekenen van spaarzaamheid: het is vrij bescheiden van omvang, ‘klassiek’ van bouw en een groot deel van de gewelven is opge- trokken uit hout, niet uit steen. In de kerk worden populaire heiligen vereerd: naast Catharina, die er haar naam aan gaf, zijn dat onder meer Antonius en Bernadette Soubirous. Bij de intieme en gemoedelijke sfeer past de opval- lende aanwezigheid van de Heilige Familie: Jozef, Maria en het kind Jezus. Zoals in veel Vlaamse kerken overspant het geheel van kunst- en devotievoor- werpen een periode van enkele eeuwen: er zijn objecten uit de barokke 17de en 18de eeuw en uit de neogotische 19de en vroeg-20ste eeuw. Zij getuigen van diverse episodes uit de biografie van de kerk en de parochie.

Het begin: een gotische kerk Na zeven jaar bouwen wordt de nieuwe kerk ingewijd in 1343. Ze is opgetrokken in de gotische stijl van die tijd. De huidige kerk vervangt een oudere kapel, die in 1279-1285 vergroot en vernieuwd werd, en in 1305 verheven werd tot parochie- kerk, die óók al aan de Heilige Catharina was gewijd. Wie voor de voorgevel (aan de westkant) staat, ziet links een uitstulping die asymmetrie teweegbrengt: de 14de-eeuwse doopkapel. Het inwijdingsjaar 1343 komt een jaar na de grote Mechelse stadsbrand van 1342. De bronnen geven aan dat de toenmalige Sint-Romboutskerk zo bescha- digd was dat het kapittel de eredienst jarenlang in de naburige Sint-Catharina- kerk heeft moeten houden.

24 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Biografie van de kerk ken. Het waren engelen die bij Christus’ geboorte de Blijde Boodschap rond- bazuinden. Ook van op de preekstoel werd de Blijde Boodschap verkondigd. • na 1451: onder meer dankzij giften voor het jubeljaar 1450 – de Kerk houdt om Het houtwerk in het gestoelte van het koor (1776) is eveneens van de hand van de halve eeuw een jubeljaar – wordt de kerk uitgebreid met het koor en de Pieter Valckx. De hoofdfiguur daar is Catharina, die op het linkerpaneel het Je- kruisbeuk. Hierdoor komt de toren op zijn huidige plaats te staan, op de krui- zuskind aangereikt krijgt van Maria, een scène die we van andere heiligen ken- sing van schip en dwarsschip. Een zichtbare herinnering aan deze verbouwing nen en die bekendstaat als ‘het mystiek huwelijk’, in dit geval van Catharina. is het schild boven het centrale venster van de voorgevel: dat verwijst naar Rechts is Catharina in debat met de vijftig filosofen en dragen engelen haar ont- paus Nicolaas V (1447-1455). hoofde lichaam. • de jaren 1570-1580: in dit woelige decennium van godsdiensttroebelen wordt de kerk eerst door Spaanse soldaten geplunderd en vervolgens onder het Sint-Jozefskapel (1643) korte protestantse bewind als paardenstal gebruikt. Zij wordt op 29 juli 1585 • In de Sint-Jozefskapel met een stenen gewelf valt meteen het lindehouten heringewijd. beeld van de Heilige Catharina op, vermoedelijk van de hand van beeldsnijder • 1643: precies driehonderd jaar na de inwijding van de kerk wordt de Sint-Jo- Thomas Hazart (late 16de eeuw). De kleuren zijn nog deels origineel. Catharina zefskapel aangebouwd. Er volgen nog meer aanpassingen in barokstijl. houdt een boek vast en had in haar rechterhand ooit een zwaard. • ca. 1800, de Franse tijd: de kerk ontsnapt op het nippertje aan de sloop: ze • Het barokke altaar van wit en zwart marmer uit ca. 1650 – met twee opmerke- wordt verkocht, maar de afbraak gaat niet door omdat de totale koopsom niet lijke gedraaide zuilen – is van Lucas Faydherbe (1617-1697). Het is het oudste al- wordt betaald. Na de Franse tijd vinden er opnieuw erediensten plaats. taar dat we van hem kennen. Het oorspronkelijke schilderij van Jacob Jordaens is vervangen door een 19de-eeuwse Vlucht naar Egypte van Jos Paelinckx • 19de eeuw: de Sint-Antoniuskapel wordt aangebouwd (1834) en aan het eind (1781-1839). In dat verhaal speelt Jozef een centrale rol, een van de zeldzame van de eeuw vindt een restauratiecampagne plaats. Barokke veranderingen keren in het evangelie. worden ongedaan gemaakt. • Bij het beeld van de Heilige Jozef (anoniem, ca. 1700) hoorde het Jezuskind. Centraal: Catharina Een stuk van zijn kinderhandje is nog te zien in de hand van Jozef. Verwijzingen naar Catharina zijn legio in de kerk: een figuur op het koorgestoelte De biechtstoelen en een 16de-eeuws beeld in de Sint-Jozefkapel. Maar ook het roosvenster in de De vier biechtstoelen in de kerk zijn alle van de Mechelse beeldhouwer Nicolaas voorgevel en de twaalf roosvensters in de middenbeuk verwijzen naar haar. Ze Van der Veken (1637-1709), een leerling van Lucas Faydherbe. Hun symbooltaal is herinneren immers aan Catharina’s marteltuig, het wiel. veelal klassiek: het gaat over zonden en de verlossing daarvan. Het beeldhouwwerk van de biechtstoelen zou gerecupereerd zijn van het gestoelte aan de voorste pi- Interieur laren (soort kerkmeesterbanken?), dat in 1817 tot biechtstoel omgebouwd zou zijn. De preekstoel en het koorgestoelte Nicolaas Van der Veken maakte ook het houten beeld van de Heilige Familie (1659). Hoofd en handen van het beeld zijn polychroom en fijn afgewerkt, in te- De preekstoel (1774) is een werk van de Mechelaar Pieter Valckx (1734-1783) genstelling tot de vrij ruw bewerkte lichamen. Het was de bedoeling dat de figu- naar een ontwerp van Theodoor Verhaegen (1700-1759). De Heilige Familie ren aangekleed werden. zoekt er beschutting onder een rieten afdak, in de ruïnes van een tempel. Je- zus zit op de aardbol tussen Jozef en Maria, en houdt een kruis in de armen. Tussen de boomtakken die het klankbord vormen, zweven engelen en wol-

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 25 De Lourdesgrot b. Restauratie In 1858 verscheen in een grot in Lourdes de Heilige Maagd aan de toen 14-jarige Bernadette Soubirous. Korte tijd nadien werden in Vlaanderen tientallen surro- Exterieur gaatgrotten opgetrokken, in de openlucht en in kerken. De clerus stimuleerde de De buitenrestauratie werd afgerond in de jaren 1990. Mariadevotie sterk, onder meer met het dogma van de Onbevlekte Ontvangenis uit 1854: Maria was vrij van de erfzonde en was zonder geslachtelijke betrek- Interieur kingen geconcipieerd. De volkse devotie rond de Heilige Maagd, die in de 19de Afbrokkelend pleisterwerk vestigde in 2009 de aandacht op de staat van het interieur eeuw vooral ‘verscheen’ aan eenvoudige mensen (armen, kinderen, eenvoudi- en de noodzaak om ook hier een globaal interieurrestauratiedossier uit te werken. gen van geest …), werd ingezet in de strijd van de kerk tegen ‘de moderne voor- De problemen gaan terug op vroegere water- en zoutinfiltraties. Er doen zich ook uitgang’ en tegen het ongeloof. Deze grot werd ingezegend op 11 februari 1937. problemen voor met opstijgend vocht. Tijdens een vorige restauratiecampagne werden natuurstenen zuilen, bogen, ribben en parementen gedecapeerd en met Betekenis donkergrijs cement hervoegd, wat de kerk vandaag een weinig fraaie aanblik geeft. In september 2011 heeft de kerkfabriek de Stad officieel verzocht om het bouw- De Sint-Catharinakerk is de eenvoudigste, maar heerschap voor de interieurrestauratie op zich te nemen. De Stad heeft vervol- meteen ook de meest menselijke van alle histori- gens voorafgaande onderzoeken opgestart en een ontwerper aangesteld. sche kerken in de Mechelse binnenstad. De bele- ving van de ruimte is van een heel andere schaal dan de meer imposante en rijk gedecoreerde ‹col- Rapporten Monumentenwacht lega’s›. Door de ligging tussen het Grote en het Bouwkundige inspectie: A-45/10595/2005/B Kleine Begijnhof kan deze kerk op mensenmaat Interieurinspectie: A-45/10595/2002/I toch op veel toeristische belangstelling rekenen.

26 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 2.6 Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk a. Een korte presentatie

In één woord: verstoorde rijkdom De Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk geeft bij het binnenkomen een be- vreemdend gevoel. Ze is indrukwekkend door de gotische architectuur die naar de hemel reikt. Ze biedt een gevoel van licht en ruimtelijkheid, en de namiddag- zon creëert een prachtig lichtspel dankzij de (moderne) glasramen. Dat ruimtegevoel wordt in de hand gewerkt door de ‘leegte’, en die heeft alles te maken met wat in de 20ste eeuw is gebeurd: vernielingen tijdens de oorlogen, het verdwijnen van veel kunstvoorwerpen, verplaatsingen binnen de kerk zelf met het oog op de nieuwe liturgie ... Om de rijkdom van deze kerk te ‘lezen’ is dan ook heel wat verbeelding nodig.

Het begin: een lange bouw Eind 14de eeuw. Na de verzelfstandiging van de parochie van Onze-Lieve-Vrouw van de Dijle in 1255 was eerst een kleine kerk gebouwd. Nu wordt het huidige gebouw opgestart, een onderbroken proces dat pas ver in de 16de eeuw tot een eind zal komen. Uit de vroegste bouwfase dateren vandaag nog de beneden- verdieping van de toren van natuursteen (de huidige ingang) en de gevels van de zijbeuken. In de 15de eeuw volgt een nieuwe bouwcampagne van ongeveer dertig jaar. Uit die periode dateren de eerste en tweede verdieping van de toren, de middenbeuk en de zijbeuken.

Biografie van de kerk • 14de en 15de eeuw: de huidige kerk wordt gebouwd, een proces dat pas ver in de 16de eeuw voltooid zal zijn. • 1548-1572: de dwarsbeuk wordt aan beide kanten afgewerkt en de toren krijgt een derde verdieping. Ook het koor komt tot stand, met de kooromgang en negen kapellen, een teken van de rijkdom en de ambities van de kerk. Behalve Sint-Rombouts heeft immers geen enkele andere Mechelse kerk een koorom- gang. De kapellen worden tot na de Franse Revolutie onder meer door de kapi-

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 27 taalkrachtige ambachten ingericht én met prachtige omheiningen (altaartuinen) Christus en de Emmaüsgangers (1690) in een open paviljoen met een panora- en communiebanken afgescheiden. Er zijn er vandaag nog zeven te zien. mische blik op de omringende natuur. Na Christus’ dood en verrijzenis herken- • 1572 en 1580: zoals de meeste Mechelse kerken wordt ook deze kerk twee den enkele leerlingen hem in het plaatsje Emmaüs dankzij het breken van het keer geplunderd: eerst door de Spaanse soldaten van Alva, vervolgens door de brood. Engelsen. Een groot deel van het oude kunstbezit gaat in deze beeldenstormen Interieur verloren. De kerk wordt tegen het eind van de eeuw hersteld en afgewerkt. • 1635-1652: de kooromgang en de middenbeuk worden overwelfd. Onder lei- Altaren en kapellen van de ambachten: de resterende getuigen ding van Jean Fracart (1582-1651; zie ook Begijnhofkerk) wordt het hoogkoor Ambachten waren tot aan de Franse Revolutie belangenverdedigers en deden afgewerkt. Het resultaat is een volop Brabants-gotische kerk – een feestelijk dienst als een soort van sociale instelling. Zij waren met een eigen kapel of/en al- spel van ruimte, licht en verticalisme – met een hoogkoor met barokke trekjes. taar aanwezig in kerken. De Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk is in Mechelen • de 20ste eeuw: de kerk lijdt zwaar tijdens de wereldoorlogen en ondergaat ver- dé kerk van de ambachten. Er was dus geld voorhanden. volgens twee restauratiecampagnes. Er komen onder meer nieuwe glasramen De altaren bevonden zich tegen de pilaren van de middenbeuk, in de dwarsbeuk naar kleurige, middeleeuwse trant. Veel kunstbezit verdwijnt uit de kerk en an- en in de kapellen van de kooromgang. Ze behoorden toe aan de schoenlappers dere voorwerpen worden verplaatst, zonder veel oog voor de oorspronkelijke en schoenmakers, de visverkopers, de kousenmakers, de wagenmakers, de ho- samenhang. Dit alles is bepalend voor de huidige beleving van een bezoek aan veniers … Veel getuigenissen zijn verdwenen. Nog te zien zijn: de Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk. • Van Huert, Drieluik van Sint-Victor, ca. 1622: dit werk van een verder onbekende Centraal: de eucharistie schilder hing in de tweede kapel aan de rechterkant van de kooromgang, waar het molenaarsambacht zijn altaar had. De Heilige Victor is hun patroonheilige, Patroonheiligen van de kerk zijn Maria en de Heilige Blasius: hun beelden staan omdat naar verluidt tijdens zijn marteling tussen molenstenen de stenen stuk- bij het hoofdaltaar. Maar in dat hoofdaltaar, de belangrijkste plek in een kerk, sprongen. Ook het 17de-eeuwse beeld vlakbij stelt Victor voor en komt uit de- staat het sacrament van de eucharistie centraal. Brood en wijn veranderen daar- zelfde kapel. bij in het lichaam en bloed van Christus, die vervolgens door de gelovigen wor- den genuttigd. Het sacrament is een herdenking van het Laatste Avondmaal en • Michiel II Coxie, Sint-Antoniusdrieluik, 1607: dit triptiek is gemaakt in opdracht van Jezus’ dood en verrijzenis: van de hoveniers voor hun altaar in de kerk. Zij rijfden veel opdrachten binnen in deze dunbebouwde parochie. Het paneel bevindt zich in wat sinds 1698 de • de prachtige sacramentstoren van witte steen (1903; Benoit van Uytvanck kapel van hun ambacht was. De Heilige Antonius was de beschermheilige van [1857-1927]) doet dienst als tabernakel of bergplaats voor gewijde hosties; de hoveniers omdat hij als kluizenaar ‘in de natuur’ (lees: de woestijn) leefde. • het barokke hoogaltaar (1690) heeft bovenaan een beeld van de Kerk voorge- • Jean II de Saive (1571-1624), Sint-Catharinadrieluik, vóór 1624: Catharina van steld als een vrouw met in één hand de kelk en een hostie; Alexandrië was een patroonheilige van de Mechelse schippers. Een voorbeeld • de pelikaan is een bekend symbool: de vogel voedt zijn jongen met zijn eigen van een ‘verplaatsing’ van een kunstwerk is de merkwaardige communiebank bloed, zoals Christus zijn leven gaf om de mensen te redden; (1625) van de schipperskapel: die bevindt zich nu naast ‘zijn’ kapel, bij het altaar • op het schilderij Het Laatste Avondmaal (1689) Jan Erasmus Quellinus (1634- van de Heilige Barbara. 1715) doet Italiaanse architectuur dienst als achtergrond; • Pieter Paul Rubens: zie verder. • de landschapsschilder Cornelis Huysmans (1648-1727) situeert het tafereel van • Niet alle kapellen in de kooromgang waren van de ambachten. De derde kapel

28 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen links bijvoorbeeld is gewijd aan de Heilige Anna, de beschermheilige van huis- Onze-Lieve-Vrouw van de Scheve Lee moeders, en de kapel recht achter het hoogaltaar is geschonken door een ze- Eén Mariabeeld uit de 14de eeuw overleefde de 16de-eeuwse godsdiensttroe- kere Dismas de Briamont (1574-1652). Zijn grafsteen ligt voor het altaar. Mensen belen. Het is in Mechelen ook het enige vrijstaande beeld uit die periode. Het schonken een kapel om zich van een plaats in de hemel te verzekeren. ontleent zijn (Mechelse) naam aan de typerende stand van Maria’s heup. De po- • In de kapel van de schippers bevindt zich een merkwaardige 16de-eeuwse lychromie werd in de jaren 1960 zo goed mogelijk gereconstrueerd. muurschildering. Die ‘vertelt’ het evangelieverhaal van de verloren zoon. Je Mariabeeld van Lucas Faydherbe leest het van links naar rechts en bovenaan van rechts naar links. De schilde- ring bevond zich elders en werd in de jaren 1960 van de vernieling gered door Tegen de zuilen van de middenbeuk staan levensgrote barokke beelden uit de ze ‘uit haar muur te halen’ en te verplaatsen. 17de en 18de eeuw. Een daarvan is óók een Mariabeeld: Lucas Faydherbe (1617- 1697) maakte het naar een tekening van Rubens. Faydherbe is ook in de vierde Pieter Paul Rubens (1577-1640), Drieluik van de visverkopers, 1618-1619 kapel links in de kooromgang present met een bas-reliëf: De kruisoprichting. Dat Een jaar na Rubens’ drieluik in de Sint-Janskerk sluit ook het rijke ambacht van hing oorspronkelijk aan de buitenzijde van de toren. Nog een barok Mariabeeld de visverkopers op 5 februari 1618 een contract met de schilder: hij zal een groot van een andere Faydherbe, Antoon (ca. 1580-1653), staat in de kapel van Onze- triptiek schilderen voor het altaar van hun kapel. Er is hier ongetwijfeld spra- Lieve-Vrouw van Zeven Weeën. De kerk draagt niet toevallig ‘Onze Lieve Vrouw’ ke van concurrentie. De Mechelse ambachten wilden ook laten zien waartoe in haar naam: in de vroegere Dismaskapel achter het altaar bevindt zich nu de ze in staat waren, net als de kerkmeesters van de welvarende Sint-Janskerk. kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Zon, met een vermoedelijk 15de-eeuws Maria- In oktober 1617 was Rubens de plek al komen inspecteren. In augustus 1619 beeld. Aan deze twee kapellen was een broederschap verbonden. wordt het paneel uit Antwerpen naar Mechelen verscheept. De voorgestelde thema’s staan los van elkaar en hebben allemaal met ‘vis’, een mirakel en de Een klassieke preekstoel Bijbel te maken: op het middenpaneel zien we de wonderbare visvangst uit het De bekende Antwerpse beeldhouwer Willem Ignatius Kerrickx (1682-1745) maak- evangelie, links vindt de apostel Petrus een munt in de bek van een vis waarmee te in 1718 deze preekstoel met een klassieke beeldtaal. Op een preekstoel legde Jezus belastingen zal betalen, en rechts zijn Tobias en de vis in een gevecht de priester de Blijde Boodschap voor de gelovigen uit. De vier evangelisten ver- voorgesteld, een verhaal uit het Oude Testament. kondigden die boodschap: zij vormen samen de voet van de preekstoel, elk met hun symbool. De grote kerkvaders uit de oudheid legden de Blijde Boodschap • Rubens’ drieluik hangt op de plaats waarvoor het is bestemd, maar de histori- uit. Ze zijn te zien in het klankbord boven: Ambrosius, Hiëronymus, Gregorius de sche context is verdwenen. Van 1794 tot 1816 bevond het werk zich in Frankrijk. Grote en Augustinus. Mozes, die van God de wetten van het Oude Verbond kreeg, In 1816 werd het teruggegeven zonder de predella, het onderstuk met in dit ge- en Johannes de Doper, die Christus’ komst aankondigde, stutten de trapleuning. val drie kleine schilderijtjes. Twee daarvan bevinden zich vandaag in het Musée Op de kuip van de preekstoel prijken vier medaillons: op de deur de Heilige Lorrain in Nancy, het derde is eigendom van de Hermitage in Sint-Petersburg. Jozef, en verder Christus en de patroonheiligen van de kerk: Onze-Lieve-Vrouw Een ontwerpschilderij hangt in de National Gallery in Londen en Blasius. • Op de plek van Rubens’ werk zijn resten te zien van een wandschildering uit de late 16de eeuw met vis- en zeemotieven.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 29 Betekenis

De Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk is de tweede grootste in Mechelen. Haar majestueuze karakter staat in contrast met de lege indruk. Net dat bevreemdende verschil, het gevolg van de zware oorlogsschade, maakt de kerk zo bijzonder en bezorgt de bezoeker een ongelooflijke ruimte- ervaring, die versterkt wordt door het kleurrijke en steeds veranderende lichtspel via de brandglasra- men. Ondanks de sobere indruk bezit de kerk nog steeds een zeer rijk kunstpatrimonium, waaronder het Drieluik van de visverkopers van Pieter Paul Ru- bens.

b. Restauratie Op 28 februari 2010 werd de voltooiing van de buitenrestauratie plechtig inge- huldigd. Het interieur werd in de jaren 1960 grondig aangepakt. De restauratie- nood beperkt zich tot een aantal dringende onderhoudswerken (o.a. houtworm- bestrijding), de reiniging en/of restauratie van het meubilair en de modernisering van de elektrische installatie. Kerkfabriek, Stad en Vlaamse overheid zoeken mo- menteel naar de meest geschikte manier om de problemen aan te pakken. Er is geen nood aan een groot restauratiedossier.

30 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 2.7 Onze-Lieve-Vrouw-van-Leliëndaalkerk a. Een korte presentatie

In één woord: barok Onmiddellijk na de voltooiing van deze kloosterkerk in 1670 werd het inte- rieur rijkelijk aangekleed, vooral dankzij gelden van de abdij van Tongerlo. Dat gebeurde op relatief korte tijd, wat de eenheid van stijl ten goede kwam. Veel kunstwerken zijn intussen verdwenen en de kerk onderging ingrijpende veran- deringen. Toch bleef haar 17de-eeuwse barokke karakter goed bewaard. Het meest in het oog springende kenmerk is de afwisseling tussen de witgeverfde muren en gewelven, en het zwart van de omlijstingen, pilasters en koepelribben. De vloer is wel recent aangelegd.

Het begin: een moeizame bouw 1662. De norbertinessen van Leliëndaal sluiten een contract af met de Mechelse bouwmeester-beeldhouwer Lucas Faydherbe (1617-1697): hij zal de plannen te- kenen voor hun nieuwe kerk aan de Bruul en de leiding van de werken op zich nemen. Het is het begin van een moeizaam proces, zowel financieel als tech- nisch: het contract wordt vier keer aangepast en in 1664 blijkt dat de voorgevel tien procent helt. Priorin Elisabeth van Beke eist de afbraak van de gevel en de bouw van een nieuwe. In 1670, vijf jaar later dan gepland, is de kerk eindelijk voltooid. Achteraf blijkt dat de bouwmeester het met een aantal afspraken niet al te nauw heeft genomen: zo beantwoordt de natuursteen niet aan de gevraagde kwaliteit en werd er beschilderd plaaster en hout gebruikt in plaats van steen.

Biografie van de kerk • 1592: de norbertinessen van Leliëndaal, die door de godsdiensttroebelen hun klooster in Hombeek moeten verlaten, kopen aan de Bruul in Mechelen het refugium van de Antwerpse Sint-Michielsabdij. Ze passen de gebouwen aan en nemen er tien jaar en een aantal aanpassingswerken later hun intrek. • 1617: de kloosterkapel wordt vergroot, maar al enkele decennia later wordt ze vervangen door de huidige kerk. De kapel stond rechts van de huidige kerk.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 31 • 1662: de norbertinessen vertrouwen de bouw van hun nieuwe kerk toe aan orde. In de nis daaronder was een gesculpteerde monstrans te zien, een vast Lucas Faydherbe attribuut van de heilige die ervoor bekendstond dat hij de leer van de eucharistie • 1783: Jozef II schaft het klooster van Leliëndaal af, waarna de kloosterlingen tegen ketters verdedigde. wegtrekken. Het kerkelijk zilverwerk wordt omgesmeed tot geldstukken en de In de eerste decennia van de 19de eeuw raakte de top van de gevel in slechte meeste schilderijen worden verkocht. In de Franse tijd wordt het klooster ei- staat en werd hij afgebroken. Zo verdween de halsgevel. Van de beelden bleef gendom van de Burgerlijke Gasthuizen en Godshuizen, en vanaf 1808 wonen niets bewaard. Wat we nu zien, is een 18de-eeuws beeld van Maria met kind er oude mensen en weeskinderen. Alle waardevolle kunstwerken, zoals de oor- en een beeld van de jezuïetenstichter en -heilige Ignatius van Loyola (1909). spronkelijke communiebank en de preekstoel, worden van de hand gedaan. Langs twee kleine deurtjes links en rechts konden ook ‘gewone’ gelovigen de Vele kwamen in de Sint-Romboutskathedraal en andere Mechelse kerken te- kloosterkerk betreden. Die was dus niet exclusief voorbehouden voor de norber- recht, waar de meeste zich nog altijd bevinden. tinessen. Tot het begin van de 20ste eeuw kwamen bezoekers meteen naast het • 19de eeuw: de kerk wordt eerst als magazijn en schrijnwerkerij ingericht, later hoofdaltaar binnen, wat hoogst ongewoon is. als infirmerie voor de bejaarden. Vanaf 1834 wordt ze opnieuw voor de ere- dienst gebruikt door diverse onderwijsinstellingen. Het interieur • 1900-1901: de jezuïeten, die na hun opheffing in 1773 sinds 1868 terug in Me- Het hoofdaltaar chelen zijn, kopen de kerk en het aanpalende gebouw links. Ze laten ingrijpen- Het hoofdaltaar van bouwmeester Lucas Faydherbe is tien meter hoog. Alleen de veranderingen uitvoeren. Uit deze tijd dateren de in de wanden ingewerkte de onderbouw is uit marmer gehouwen. De rest is uit hout gesneden en met mar- biechtstoelen, met hun lambrisering en de daarin gegraveerde koperen kruis- merimitatie beschilderd. Het schilderij was aanvankelijk van Rubens’ leerling Pie- weg, en met erboven een reeks van acht schilderijen over het leven van Maria ter Thijssens (1624-1677), maar werd in 1905 vervangen door een werk van Jan door schilder Jan Baptist Anthony (1857-1930). Willem Rosier (1858-1931). Maria wordt op het middenpaneel vereerd door de drie Centraal: de jezuïeten ‘jeugdheiligen’ van de jezuïeten: Stanislas Kostka, Jan Berchmans en Aloysius Gonzaga. Op de zijluiken zijn links de ordestichter Ignatius van Loyola afgebeeld, Merkwaardig genoeg spelen in deze voormalige norbertinessenkerk de beeld- die de goedkeuring van de paus krijgt, en rechts zijn vriend, tijd- en landgenoot taal en de ideologie van de jezuïeten de hoofdrol. De jezuïeten leverden inspi- Franciscus Xaverius, die missioneerde in het Verre Oosten. ratie voor onder meer het beeld van Ignatius van Loyola in de voorgevel, het schilderij in het hoofdaltaar, de Lourdesgrot én de opvallende aanwezigheid van • Door de problemen met bouwmeester Faydherbe werd de houten bekroning Maria in het algemeen: de Moeder Gods speelde een hoofdrol in de kunst van van het altaar, de Tenhemelopneming van Maria, aan een befaamde collega- de jezuïeten. Niettemin bleef het globale barokke karakter van het interieur goed beeldhouwer toegewezen: Artus Quellinus de Jonge (1625-1700). Van hem is bewaard. Overigens was Onze-Lieve-Vrouw van meet af belangrijk in deze kerk: ook de witmarmeren communiebank, die zich nu in de Sint-Romboutskathe- ook Norbertus had een bijzondere band met de Moeder Gods. draal bevindt. • In het voetstuk zijn lelies te zien: zij staan symbool voor de abdij van Leliëndaal, De straatgevel de opdrachtgever van de kerk. De 17de-eeuwse straatgevel van blauwe hardsteen en witte natuursteen telde • De Onze-Lieve-Vrouw-van-Leliëndaalkerk is letterlijk een ‘omgekeerde’ kerk: aanvankelijk drie bouwlagen, de bovenste in de vorm van een halsvormige top. toen de jezuïeten haar in het begin van de 20ste eeuw kochten van de Commis- Pal in het midden stond de Heilige Norbertus, de stichter van de norbertijner- sie van Openbare Onderstand, hebben ze het interieur 180 graden gedraaid.

32 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Concreet werden het koor en het altaar met daarboven de koepel van de oost- Betekenis kant (de straatzijde) overgebracht naar de westkant. Omgekeerd verhuisde het doksaal, waar de zusters ooit de eucharistie volgden, naar de straatkant. De grootste waarde van de Onze-Lieve-Vrouw-van- Het hele interieur werd bij die gelegenheid ook opgefrist. De omkering verge- Leliëndaalkerk schuilt niet in de kunsthistorische makkelijkte de psychologische toegang voor ‘gewone’ mensen: binnenkomen waarde, maar in de unieke ligging in de drukste winkelstraat van Mechelen. Daar vormt ze een ver- naast het altaar, zoals vroeger, was voor kerkgangers ongebruikelijk. borgen stilteplek die voor vele passanten een ware De bas-reliëfs ontdekking vormt. Het sobere interieur ondersteunt In de balustrade van het doksaal, dat zich sinds het begin van de 20ste eeuw aan dit stille karakter. De Lourdesgrot betekent voor ve- de straatkant bevindt, zijn drie houten bas-reliëfs verwerkt uit de tijd vlak na de len een inspirerende plek, getuige de vele kaarsen bouw van de kerk. Wie ze heeft gemaakt, weten we niet. Ze stellen scènes voor die er constant branden. uit het leven van de Heilige Norbertus: • Maria reikt Norbertus en zes andere monniken het Jezuskind aan om het te aanbidden; • Norbertus heeft een visioen van een massa pelgrims; • Norbertus sterft te midden van biddende religieuzen. De drie bas-reliëfs werden rond 1810 verworven door de Sint-Romboutskathe- draal maar ze kwamen al in de 19de eeuw terug. Er was intussen wel – een eeuw later – een vierde gemaakt, ten behoeve van de symmetrie in Sint-Rombouts. Dat stelt niet Norbertus, maar Rumoldus (of Rombout) voor. Het bevindt zich vandaag, ontdaan van de witte verf, onder het doksaal. Een steen uit Lourdes Buiten de eigenlijke kerkruimte lieten de jezuïeten tegen de zuidelijke gevel een kapel bouwen om er een Lourdesgrot onder te brengen. Zoals gebruikelijk bevat die een stuk steen van de ‘echte’ Lourdesgrot, waarbij de oorspronkelijke kracht van de mirakelplek letterlijk overgebracht werd naar de kopie. De jezuïeten on- derhielden een uitgesproken Mariadevotie en hadden al een Lourdesgrot toen ze – tot 1901 – aan de Schuttersvest woonden. Vlaanderen telt talloze vergelijk- bare Lourdesgrotten, met de bijbehorende ex voto’s als dankbetuigingen voor een genezing of een andere gunst.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 33 2.8 Sint-Romboutskathedraal

a. Een korte presentatie

In twee woorden: de grootste en de mannelijkste De kathedraal, die met haar stompe toren de Mechelse skyline beheerst, is gebouwd toen Mechelen nog niet de zetel van het aartsbisdom was. Toch was ze van in het begin groter en rijker dan de overige parochieker- ken. Haar status en grootsheid zijn alleen maar versterkt sinds ze ‘de kerk van de aartsbisschoppen’ is; tegelijk is ze nog parochiekerk. Het huidige in- terieur dateert van na de 16de-eeuwse beeldenstormen en plunderingen. In het hele interieur en de beeldtaal staan mannen centraal: de Heilige Rumol- dus zelf, de aartsbisschoppen, Christus, de patroonheiligen van ambachten en gilden, andere heiligen … Maar ook Maria is nadrukkelijk present, zoals in alle kerken.

Het begin: 28 april 1312 28 april 1312: de kerk wordt ingewijd. Hoever het op dat moment met de bouw staat, is moeilijk te achterhalen, maar het gebouw moet gebruiks- klaar zijn geweest. Wellicht was er een koor (misschien van de vroegere kerk) en vermoedelijk waren de kruisbeuk en een deel van het schip ook al opgetrokken. De oudste onderdelen van het huidige gebouw (ca. 1250- 1270) zijn de kruisbeuk en de buitenmuren van het schip. De omvang van de kerk ligt rond 1270 dan ook min of meer vast. Het grondplan wordt uiteinde- lijk dat van een Franse gotische kerk: een koor met een kooromgang en ze- ven straalkapellen, een kruisbeuk, een driebeukig schip en een westtoren. De Mechelse hoofdkerk is nog niet heel grondig onderzocht, zodat haar ‘voorge- schiedenis’ nog wat hiaten vertoont.

Biografie van de kathedraal • 992: op de plaats van de huidige kerk bevindt zich een kapittel gesticht door bisschop Notger van Luik. In 1135 krijgt dit kapittel het recht om sacramenten uit te reiken.

34 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen • 1227: de relieken van de Heilige Rombout worden van de Sint-Romboutskapel de Mechelse patroonheilige wijst op de periode tussen 580 en 655. Al vroeg in de naar de kapittelkerk overgebracht. Die was toen ongetwijfeld al belangrijk. 13de eeuw werden de relieken naar de kapittelkerk op deze plek overgebracht. • 13de eeuw en 1312: de kerk wordt geleidelijk gebouwd en wordt in 1312 gewijd. In 1303 dreigt de strijd voor meer zelfstandigheid tegen de hertog van Brabant slecht af te lopen voor Mechelen. Maar wanneer de Mechelaars met Rombouts • na 1342 tot 1451: het huidige koor wordt gebouwd. kist langs de stadswal lopen, dringen ze de vijand terug. Althans voor een paar • 1437: het schip is voltooid, mét de gewelven. De hele kerk is nu overwelfd. uur … Dit miraculeuze gebeuren vormt het begin van de luisterrijke processie en • 22 mei 1452: de eerste steen wordt gelegd van het kroonstuk dat tot het einde de bijbehorende verering van de heilige. van de bouwactiviteiten rond 1520 zowat alle aandacht opeist: de monumen- tale westtoren, die het symbool moet worden van Mechelens voorspoed. De fi- In de kerk nanciële middelen komen onder meer van gelovigen die dankzij een pauselijke • Het reliekschrijn met de stoffelijke resten van de heilige dateert uit 1825. Twee bul in Mechelen een aflaat kunnen verdienen. Het ontwerp is van de familie Kel- oudere exemplaren werden vernield tijdens de 16de-eeuwse godsdienstcon- dermans en de toren moet zowaar 167 meter hoog worden. Uiteindelijk wordt flicten en in de Franse tijd. De deuren van het altaar voor het schrijn staan op hij ‘slechts’ tot op een hoogte van 97 meter afgewerkt, mogelijk om financiële grote feestdagen open. redenen. • Het beeld van Sint-Rombout beheerst het barokaltaar. Het is 3,75 meter hoog • 1491: de ridders van het Gulden Vlies houden in de Sint-Rombouts hun kapittel en is van dé Mechelse barokke beeldhouwer Lucas Faydherbe. (of vergadering) onder het voorzitterschap van de piepjonge Filips de Schone (1478-1506). De blazoenen of geschilderde paneeltjes met wapenschilden be- • De legende van Sint-Rombout is het thema van 25 paneeltjes van topkwaliteit vinden zich nog in de kathedraal, een van de weinige sporen van vóór de 16de uit ca. 1500. Mogelijk zijn ze geschilderd in opdracht van Margareta van York. eeuw. Ze vertellen het leven van de heilige en zijn mirakelen. Opmerkelijk zijn de voorstelling van het eigentijdse Rome (topografisch merkwaardig precies!) én • 1559: het aartsbisdom Mechelen wordt opgericht. Sint-Rombouts wordt als ze- diverse unieke stadsgezichten van Mechelen anno 1500. De hele cyclus is van telkerk van de aartsbisschop een ‘metropolitane kerk’. groot kunsthistorisch belang. • 1566-1585, de tijd van de godsdienstconflicten: het gotische kerkmeubilair – • De heilige en gebeurtenissen uit zijn leven figureren in glasramen en op enkele met meer dan veertig rijkversierde altaren – gaat verloren en zal gaandeweg schilderijen, onder meer een reeks van 14 grote doeken uit 1775, herinnerin- worden vervangen door barokke altaren en meubels die de veranderende gen aan de grootse viering ter gelegenheid van het (vermoedelijke) 1000-jarige smaak en liturgie veruiterlijken. overlijden van Sint-Rombout. • ca. 1800, de Franse tijd: de kathedraal blijft relatief goed gespaard. De aartsbisschoppen • september 1914: de schade door beschietingen is behoorlijk groot. Nog tijdens • In de crypte onder het koor liggen vijftien aartsbisschoppen begraven. de oorlog wordt de kathedraal hersteld. De meeste glasramen zijn 20ste- eeuws. • Elders in de kerk – in het koor, de kooromgang met de straalkapellen en de vier kapellen aan de noordkant van de kerk – zijn er epitafen of grafmonumenten. Centraal: de Heilige Rombout en de aartsbisschoppen • Als enige kreeg de charismatische kardinaal Mercier (+1926) in 1931 een eigen De Heilige Rombout grafkapel, waar hij ook begraven ligt. Zijn status kreeg tijdens de Grote Oorlog (1914-1918) 'universele' proporties. Aan de noordelijke zijgevel hangt een bron- Rumoldus of Rombout, een Ierse monnik, kwam zoals veel tijdgenoten op het vas- zen reliëf, samen met een ter nagedachtenis van koning Albert I, die andere teland de heidenen bekeren, vooral in de omgeving van Mechelen, waar hij rond Belgische 'held' van de Eerste Wereldoorlog. 775 zou zijn vermoord. Recent onderzoek van de stoffelijke resten in het schrijn van

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 35 Interieur • Voor de kapel van de kramers of kleinhandelaars maakt Jan I Snellinck (ca. 1544-1638) in 1601 het Verrijzenisdrieluik, en voor het altaar van de schermers Het koor schilderde Jean II de Saive (1571-1624) in 1604 het Triptiek van de Mechelse Het koor, een hoogstaand architectonisch ontwerp, is het ‘prototype’ van de schermers, met taferelen waarin hun wapen, het zwaard, een hoofdrol speelt. Brabantse gotiek. Het vormt een homogene eenheid, hoewel het bouwpro- • Een bijzonder werk is de Sint-Lucastriptiek van Rubens’ tijd- en stadsgenoot ces de nodige tijd in beslag nam. Vermoedelijk is het begin te situeren na de Abraham Janssen de Nuyssen (ca. 1575-1632) uit ca. 1605. Het is gemaakt voor grote Mechelse stadsbrand van mei 1342. De toenmalige kerk is zo bescha- de Sint-Lucasgilde, de beroepsvereniging van schilders, beeldhouwers en an- digd dat er zich een kans voordoet om een topbouwmeester in de arm te ne- dere kunstenaars. men voor een nieuw bouwwerk, vermoedelijk de Henegouwer Jan van Osy. De opdrachtgever, in de persoon van het kapittel, wenst een prestigieus ka- Eén uiterst belangrijk werk bleef níet in de kathedraal: in de Franse tijd werd thedraalkoor met een kooromgang en zeven straalkapellen, wellicht naar Rubens’ Laatste Avondmaal eerst naar het Parijse Louvre gebracht, zoals veel het voorbeeld van de pas gebouwde kathedraal van Amiens. De straalkapel- kunstwerken uit ons land. Het belandde vervolgens deels in de Pinacoteca di len worden vijftig jaar later voltooid; de gewelven van het koor pas in 1451. Brera in Milaan en deels in het Musée des Beaux-Arts van Dijon. Het werk was De subtiele, gedetailleerd uitgewerkte gotische architectuur van het koor in- gemaakt voor het altaar van de Broederschap van het Heilig Sacrament. spireert de bouwmeesters van andere kerken, waaronder Sint-Michiel-en-Sint- Beeldenrijkdom Goedele in Brussel, sinds 1961 de tweede zetel van het aartsbisdom. Ook de De kathedraal is bijzonder rijk aan beeldhouwwerken, onder meer omdat de bouwmeester van het koor van de Antwerpse kathedraal kent het Mechelse koor grafmonumenten van de aartsbisschoppen zich hier bevinden. Een selectie van goed, maar hij gaat anders te werk. Een concurrentiestrijd? de belangrijkste werken: De schilderijenschat, bestellingen van ambachten en gilden • Het praalgraf van aartsbisschop Andreas Cruesen (+1668) door Lucas Faydher- De kathedraal bezit een merkwaardige collectie schilderijen van na de 16de- be. De vier aartsbisschoppelijke grafmonumenten in het koor zijn symmetrisch eeuwse godsdiensttroebelen. Ze werden besteld door de ambachten en gilden twee aan twee op elkaar afgestemd. die hier een kapel en/of altaar hadden, maar ook door privépersonen. De meeste • In het hoofdaltaar: een beeld van de Heilige Rumoldus van maar liefst 3,75 me- werken bleven in de kathedraal, maar zeker niet altijd in de ruimtes waarvoor ze ter hoog, het werk van Lucas Faydherbe. waren bestemd. Die kregen immers vaak andere functies. • Christus op de koude steen (1688): de eenzame, meelijwekkende Jezus net • Michiel I Coxcie (1499-1592), Sint-Sebastiaansdrieluik, 1586: in 1585 lopen de voor zijn kruisiging, een werk van Nicolaas Van der Veken. godsdienstconflicten op hun einde en wordt de oude orde hersteld. De boog- • Het marmeren, neoclassicistische grafmonument van aartsbisschop De Méan schutters zijn de eersten die een altaarstuk bestellen voor hun kapel in de (+1831) in de Sacramentskapel, van de Luikenaar Louis Jehotte (1803-1884). Sint-Rombouts. De patroonheilige van hun gilde is de Heilige Sebastiaan, die gemarteld werd met pijlen. Samen met Christus is hij het mannelijk naakt bij • Het porseleinen beeld van pater Damiaan: een laat-20ste-eeuws kunstwerk uitstek in de religieuze kunst. Op het linkerluik verschijnt Sebastiaan voor zijn van Achilles Pauwels (1995). Het laat zien hoe het interieur van een kerk ‘leeft’ rechter, in het midden wordt hij met pijlen beschoten en wanneer hij dat over- en verandert. leeft wordt hij rechts doodgeknuppeld. Van elders • Dezelfde Coxcie schildert een jaar later voor de kruisbooggilde een drieluik In de kathedraal belandden in de 19de eeuw kunstwerken die elders thuishoor- over de Heilige Joris, hun patroonheilige. De opbouw lijkt sterk op dat van Sint- den. Ze kwamen vooral uit kloosters die in de Franse tijd gesloten en/of gesloopt Sebastiaan. waren en waarvan de inboedel openbaar werd verkocht. Enkele belangrijke schilderijen en beelden behoren tot deze permanente gasten:

36 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen • Antoon van Dyck (1599-1641), Christus aan het kruis, ca. 1630: dit werk komt meer in die kerk, maar in de kathedraal, en steekt in een houder in de vorm van uit de Mechelse Minderbroederskerk, waarvan het klooster in de Franse tijd een hand. Dit betekent niet dat die houder (een stuk van) Franciscus’ hand bevat. werd afgeschaft. Het verband met de minderbroeders blijkt uit de nadruk die de Zo’n hand maakt een gebaar: hij toont iets, ‘spreekt’ of zegent. En door de reliek schilder legt op de wonde in Christus’ zijde: de ordestichter Sint-Franciscus van in de hand krijgt dat gebaar een bijzondere kracht, alsof de heilige zelf spreekt, Assisi kreeg in 1224 de stigmata, de tekenen van Jezus’ kruiswonden. zegent ... De reliek laadt het lichaamsdeel op met energie. Vandaag staan de • Gaspar De Crayer (1582-1669), Maria met kind vereerd door heiligen, 1649: dit reliekschrijnen en -kasten samen in één ruimte, terwijl ze vroeger over de kerk schilderij komt uit de Leuvense Augustijnenkerk. verspreid waren. • Erasmus II Quellinus (1607-1678), De aanbidding van de herders, 1669: een 20ste-eeuws glas schilderij uit een niet nader bekend Antwerps klooster. De Sint-Romboutskathedraal bevat nogal wat kunstwerken uit de 19de en 20ste • Lucas Faydherbe, maker van de groep van De heilige Ignatius en de Maagd eeuw, waaronder de meeste glasramen. Niet toevallig zijn deze uiterst kwets- Maria met Jezuskind. Ignatius is de stichter van de jezuïetenorde. De beelden- bare kunstwerken bij onlusten vaak het eerste slachtoffer: groep is dan ook afkomstig uit de residentie van de jezuïeten in Mechelen, meer bepaald hun Mariakapel (de huidige foyer van de Stadsschouwburg). . de huidige glasramen in het koor zijn van 1930 en beelden onder meer de (mannelijke) patroonheiligen uit van de toenmalige Belgische bisdommen; • Jan Cossiers, De Heilige Rumoldus zegent Sint-Libertus: dit werk komt uit de nabije omgeving: de Sint-Romboutskapel die op het Sint-Romboutskerkhof . de glasramen achteraan in de kerk zijn van 1952, het jaar waarin de eerste- stond en in de Franse tijd werd gesloopt. steenlegging van de toren werd herdacht (1452); Twee opmerkelijke kunstwerken komen uit de kerk van het norbertinessenkloos- . alle glasramen in de kapellen aan de noordkant zijn 20ste-eeuws; ter van Leliëndaal, dat ook in de Franse tijd werd gesloten: . in de noordelijke dwarsbeuk zijn de glasramen van de Mechelaar J. Fr. Pluys (1860) en in de zuidelijke dwarsbeuk van de Brusselaar G.L. Ladon (1935). • de eikenhouten preekstoel uit de jaren 1720 van Michiel I Vandervoort (1667- 1737), met onderaan de Heilige Norbertus, stichter van de norbertijnen, die van zijn paard valt. Oorspronkelijk was de preekstoel achteraan vlak (omdat hij te- Betekenis gen een muur stond). De achterkant is dan ook een 19de-eeuwse toevoeging toen de preekstoel rond de zuil kwam te staan. De beeldtaal is klassiek: het Van alle historische kerken in Mechelen is de Sint- Romboutskathedraal de grootste publiekstrekker. Aards Paradijs met de vele dieren en diertjes, de zondeval van Eva, de verlos- Zij speelt een belangrijke kerkelijke rol als hoofd- sing. In de collectie van de Stedelijke Musea Mechelen bevinden zich twee kerk van het aartsbisdom Mechelen-Brussel. De ontwerpen in terracotta; grootsheid, de rijkdom aan kunstwerken en de • de communiebank uit 1678 van Artus II Quellinus (1625-1715), dat uitzonderlijk metropolitane status zijn daar niet vreemd aan. De van wit marmer is. Het motief van de eucharistie is er prominent aanwezig: centrale ligging aansluitend op de Grote Markt, ver- de druiventrossen en maïskolven (toen werden daar de hosties van gemaakt) sterkt die aantrekking nog meer. De toren is boven- verwijzen naar de transfiguratie van wijn en brood in het bloed en het lichaam dien een baken in het landschap en van ver buiten van Christus. de stad zichtbaar. Sinds 2009 is de toren, erkend als Unesco-Werelderfgoed, toegankelijk voor indi- De hand van Franciscus Xaverius viduele bezoekers, wat een nieuwe stimulans be- De heilige Franciscus Xaverius, de eerste jezuïetenmissionaris, is de centrale fi- tekende voor een bezoek aan de kathedraal. De guur in de Sint-Petrus-en-Pauluskerk. Zijn belangrijkste relikwie bevindt zich niet toren biedt bovenaan een uniek uitzicht op de stad, haar kerken en haar wijde omgeving.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 37 38 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 39 II. Getelde bezoekers aan de historische kerken tussen 2000 en 2012. De huidige ontsluiting

1. Gebruik, nevenbestemming en ontsluiting

De acht kerken zijn nog steeds in gebruik voor de eredienst (zie verder hoofd- stuk 3). De intensiteit van de religieuze vieringen varieert sterk. Naast de tradi- tionele gelovigen zijn ook de Assyrische christenen sterk vertegenwoordigd in Mechelen. Zij gebruiken de kerken vooral voor belangrijke feestdagen. Het gebruik van de kerken reikt echter veel verder. De vzw Torens aan de Dijle zorgt er samen met de Stad Mechelen voor dat iedereen de kans krijgt om dit unieke patrimonium te bezoeken, te bewonderen en te beleven. De Metropoli- tane kerkfabriek staat zelf in voor de toegankelijkheid van de Sint-Romboutska- In 2009 maakten de Stedelijke Musea Mechelen de Sint-Romboutstoren toegan- thedraal, die de hele dag open is. Al tien jaar verzekert de vzw Torens aan de kelijk voor betalend bezoek. Tijdens de beklimming worden verschillende ka- Dijle de dagelijkse openstelling van de zeven andere kerken: bezoekers hebben mers bezocht: kraankamer, smidse, klokkenkamer, beiaardkamer en uurwerkka- er elke namiddag gratis toegang. Tot eind 2012 was maandagnamiddag de enige mer. Na de askelder bereiken de bezoekers boven op de toren de ‘skywalk’ waar sluitingsdag. Sinds 1 januari 2013 is die verschoven naar woensdagnamiddag, ze via het glazen platform de ruime omgeving kunnen bewonderen. Sinds de naar analogie van de openingstijden van de Stedelijke Musea Mechelen. opening bezochten al 112.116 mensen de toren, met een gemiddelde van 28.000 Het project van Torens aan de Dijle loopt nu al 10 jaar en de belangstelling houdt per jaar. Het lagere bezoekersaantal in 2010 is te wijten aan werkzaamheden aan. De bezoeksaantallen bewijzen dit ruimschoots. Het aantal wordt bijgehou- waardoor de toren tijdelijk gesloten was. De torenwachter zorgt voor het dage- den door de medewerkers van Torens aan de Dijle, die tijdens de namiddagope- lijkse onderhoud van de toren en het torenuurwerk. ning het onthaal verzorgen en toezicht houden in de kerken. Enkele kerken zijn echter ook op andere ogenblikken – zonder toezicht – toegankelijk. De cijfers zijn dan ook onvolledig. Voor de Kathedraal zijn niet voor elk jaar exacte cijfers Evolutie van het toerenbezoek 2009-2012 beschikbaar. Gemakkelijkheidshalve werd rekening gehouden met een bezoe- kersaantal van 50.000 per jaar, wellicht een onderschatting. Deze bezoekers- aantallen staan los van het bezoek aan de Sint-Romboutstoren, dat vanaf 2009 mogelijk is tegen betaling (zie verder). In jaren met grootste culturele evenemen- ten, zoals ‹Stad in Vrouwenhanden› in 2005, ligt het bezoekersaantal beduidend hoger. Er werd toen ook een speciale historische vrouwenwandeling ingericht, die langs enkele van de historische kerken ging. Dat jaar bezochten minstens 173.000 mensen de acht historische kerken. In 2012 waren dat er 160.055.

40 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Handige panelen in de kerken met de belangrijkste informatie over elke kerk en 2 . haar kunstwerken maken de geïnteresseerde bezoekers wegwijs. Voor ruimere Toeristische troeven informatie wordt er een gedrukte gids in vijf talen te koop aangeboden. Kinde- Mechelen vormt samen met Antwerpen, Brugge, Gent en Leuven een belangrijk ren kunnen de kerken ontdekken, onder andere via een ‹speel-en-doe›-parcours Vlaams toeristisch product: de ‘Vlaamse kunststeden’. Op het vlak van infrastruc- met de naam Kijkkerk. Zij worden aangezet om te kijken en te onderzoeken wat tuur ondernam de Stad heel wat acties die het toerisme ondersteunen. Allereerst precies van elke kerk iets speciaals maakt. maakte de grote herwaardering van het openbare domein de stad aantrekkelij- Daarnaast vinden er regelmatig culturele evenementen in de kerken plaats zoals ker. Daarnaast zorgde de ontsluiting van het (vooral bouwkundig) erfgoed voor de jaarlijkse concerten van het Festival van Vlaanderen, de biënnale hedendaag- extra aantrekkingspolen (stedelijke musea, historische kerken). Tot slot garan- se kunst door vzw Contour, de muzikale happening in de acht kerken ‘Bovento- deerden toeristische hard- en software een betere opvang van bezoekers, zoals nen en donderklanken’, de tentoonstelling ‘Stedelijke Prijs Stadsverfraaiing’ ... een toeristische bewegwijzering en de uitbouw van een bezoekerscentrum en De kerken worden ook jaarlijks betrokken bij de Open Monumentendag, met UiT-Mechelen. de focus op bepaalde aspecten (volgens het thema) en speciale rondleidingen De kerken spelen een zeer belangrijke rol in de vele thematische wandelingen (vaak achter de schermen), die elk jaar opnieuw massale publieke belangstelling en rondleidingen die de dienst Toerisme organiseert. Een van de eerste pijlers genieten. voor de ontsluiting van de historische kerken is dan ook de toeristische promo- Naast de religieuze, toeristische en culturele functies zijn de kerken rustpunten tie en de promotie van Mechelen als een van de Vlaamse kunststeden. Uit het in de stad waar de gewone passant even kan ontsnappen aan de drukte van de Kunststedenonderzoek, in 2011 uitgevoerd door Toerisme Vlaanderen, is geble- straat. Of zoals stadsartiest Pat Donnez het verwoordde in zijn reflectie naar aan- ken dat het verblijfstoerisme in Mechelen sinds 1994 een vrij continue groeicurve leiding van de inhuldiging van de buitenrestauratie van de Onze-Lieve-Vrouw- (met 300%) kent. 3 In 2011 werden 180.000 individuele overnachtingen van ver- over-de-Dijlekerk: blijfstoeristen geteld, waarvan 116.000 recreatief. 64% van deze verblijfstoeristen komen naar Mechelen voor ontspanning en vakantie (in Brugge is dat 92%, in ‘Vrijplaatsen, waar je komt om je vrij te voelen. Ongebonden dus, opgenomen in Antwerpen 55%). Mechelen trekt – nog meer dan de andere kunststeden – me- de transcendente vrijheid van kunst, geschiedenis, liturgie, gebeden en gezan- dioren (50-64 jaar) aan. Daarnaast is de leeftijdsgroep tussen 35-49 jaar goed gen, roomse zowel als ketterse. Pleisterplekken.’ vertegenwoordigd, voornamelijk met personen uit de hogere middenklasse en oudere koppels zonder kinderen. Zeer opvallend is dat de stad bijna uitsluitend eerste bezoekers aantrekt. Ook de dagtoeristen komen uit dezelfde leeftijdscategorieën en de hogere midden- klassen. De Mechelse dagtoeristen zijn maar in geringe mate herhaalbezoekers. Dagtoeristen komen vaker naar Mechelen voor de naam van de stad, het pa- trimonium en de nieuwe ervaring. Tijdens de relatief korte dagtrip (64% van de dagtrips duurt tussen 5 en 6 uur) scoren wandelen in de binnenstad, een bezoek aan de monumentale kerken en de kathedraal en begeleide stadswandelingen erg hoog in vergelijking met de andere kunststeden.

3 Kunststedenonderzoek 2011. Eindrapport augustus 2012, studie uitgevoerd door WES in opdracht van Toerisme Vlaanderen en de kunststeden Antwerpen, Gent, Brugge, Leuven en Mechelen.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 41 Uit de studie van Toerisme Vlaanderen zijn onder andere de volgende uitdagin- De focus kan liggen op belangrijke historische figuren uit de Mechelse geschie- gen aan het licht gekomen: denis, op de topstukken in de kerken, op de kunstambachten waarvoor Meche- len gereputeerd is, op het spirituele en/of ambachtelijke immaterieel erfgoed, • de architectuur, het kunsthistorisch patrimonium en bezienswaardigheden op de vondsten bij de opgraving van het Sint-Romboutskerkhof ... De histori- behouden en nog versterken als belangrijk imago-element en motivatie voor sche kerken vormen, samen met de andere collectiebeherende instellingen, als een bezoek; het ware een associatief geheel. Het tentoonstellings- en activiteitenbeleid van • meer aandacht voor cultuurbeleving; de Stedelijke Musea en van andere stadsdiensten wordt hierop maximaal afge- • het product aantrekkelijker maken voor een jonger publiek en gezinnen met stemd. De wandelpocket voor de historische kerken ontstond naar aanleiding kinderen; van het stadsfestival Stadsvisioenen (450 jaar Aartsbisdom Mechelen-Brussel) in • een verrassingseffect uitspelen: ‘Mechelen als nieuwe ervaring’; 2009. In 2011 vond de tentoonstelling HanswijknOSTalgie plaats in aanloop naar de Hanswijk Cavalcade in 2013. • de centrale ligging benadrukken om Vlaanderen te ontdekken; • de bestedingen meer toespitsen op cultuurtoeristische sectoren zoals attrac- Idealiter wordt er met de vrijwilligersploeg voortgewerkt aan de inventarisatie ties/musea. van het roerend patrimonium en aan het behoud en het beheer ervan. De erkenning van zowel het begijnhof met de begijnhofkerk als de toren van de kathedraal als Unesco-Werelderfgoed moet meer onder de aandacht gebracht worden. Een verbinding van dit onroerende erfgoed met het aanwezige culturele roerende en immateriële erfgoed kan een bijzondere toeristische meerwaarde genereren. De kerken en de toren van de kathedraal moeten op vaste tijdstip- pen toegankelijk blijven voor het publiek. Daarbij is een duidelijke, meertalige informatieverstrekking van wezenlijk belang. Dit kan op verschillende manieren. Zo bestaan er al een meertalige wandelpocket, kleine Nederlandstalige boekjes per kerk en een website. Een optimalisering is zeker wenselijk en dit kan via meer hedendaagse communicatiemiddelen zoals eenduidige signalisatie met QR-codes 4 bij de voornaamste kunstvoorwerpen of op termijn met speciaal ont- wikkelde applicaties voor mobiele telefoons of tablets. Belangrijk bij de ontwikkeling van nieuwe ontsluitingsverhalen is een contex- tuele insteek. Door de geïntegreerde aanpak van de erfgoedspelers wordt het mogelijk om gelaagde informatie aan te bieden. De nieuwe technologie maakt het mogelijk om afhankelijk van de interesse van de bezoeker informatie en con- text aan te leveren.

4 QR = Quick Response, is een tweedimensionale streepjescode die snel decodeerbaar is via een smartphone met een camera en internettoegang. Een URL wordt gecodeerd tot een QR-code, de gebruiker neemt hier een foto van met zijn gsm, en de code wordt in zijn toestel omgezet in een URL, waarna de website op het schermpje verschijnt.

42 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 43 Hoofdstuk 2 uitvoering van restauratiewerken, om inhoudelijke en financiële redenen. De beleidskaders Een belangrijke partner in de ontsluiting van de kerken is de vzw Torens aan de Dijle. Deze vereniging werd op 16 januari 2000 opgericht en bestaat uit vertegenwoordigers van de Stad en de kerkbeheerders. Ze heeft als doel de integrale zorg voor de Mechelse kerken te bevorderen, met inbe- I. grip van de cultuurgoederen die er integrerend deel van uitmaken, en in het De betrokken partijen bijzonder de bijbehorende uitrusting en decoratieve elementen in de breed- ste zin van het woord. Haar speciale aandacht gaat uit naar de culturele, his- Het ontsluitingsplan voor de Mechelse historische kerken wordt in sterke mate torische en artistieke uitstraling van deze kerken en naar hun ontsluiting. bepaald door de visie van vier hoofdpartners: de stedelijke overheid, de eige- De vereniging neemt allerlei initiatieven die rechtstreeks of onrechtstreeks hel- naars/beheerders van de kerken, de Vlaamse overheid en de kerkelijke over- pen om deze doelstelling te verwezenlijken. Dit houdt onder meer in: heid. • archeologisch, historisch en kunsthistorisch onderzoek aanmoedigen over de 1. Mechelse kerken en hun interieur; De stedelijke overheid • studies, boeken en muziekopnames uitbrengen; Mechelen, een van de Vlaamse kunststeden, telt ruim 400 beschermde be- • evenementen in de kerken inrichten, zoals tentoonstellingen, conferenties, schermde monumenten en stads- en dorpsgezichten en nog zeker 250 waar- concerten met religieuze en profane muziek; devolle gebouwen of gezichten die in aanmerking komen voor bescherming. • de kerken openstellen en onthaal voor bezoekers organiseren, met inbegrip Met haar historische kerken te midden van een rijke historische stadsstructuur, van toegankelijke brochures in vijf talen. oefent de stad een bijzondere aantrekkingskracht uit op toeristen. Dat is duide- Uit het Bestuursakkoord5 van de nieuwe Mechelse beleidsploeg, die begin 2013 lijk tot uiting gekomen in het voornoemde Kunststedenonderzoek. Daaruit blijkt aantrad, kunnen we alvast de volgende punten distilleren die rechtstreeks of on- dat het imago van Mechelen sterk wordt bepaald door de authentieke, goed rechtstreeks een impact kunnen hebben op de realisatie van dit ontsluitingsplan. onderhouden en interessante architectuur. Verblijfstoeristen kiezen Mechelen uit voor de bezienswaardigheden, de naam en faam en het kunsthistorisch patrimo- Uit de inleiding nium. Zij wandelen door de stad, bezoeken de monumentale kerken en genieten ‘De omvang van de toekomstige beleidsploeg is atypisch. De meerderheid ver- van de gastronomie. In Mechelen bezoekt 85% van de toeristen de historische zamelt niet minder dan drie vierden van de gemeenteraadsleden. Maar gelet op kerken, tegenover 62% in de andere kunststeden. De kerken zijn duidelijk dé de grote uitdagingen is dit een troef. Ze staat ook symbool voor de wil van de toeristische troef. De verdere optimale ontsluiting van dit patrimonium is dan ook nieuwe ploeg om mensen samen te brengen rond dit nieuwe stadsproject. We bijzonder te verantwoorden, temeer nog omdat geraamd wordt dat verblijfs- en willen daarbij niet alleen draagvlak hebben in de gemeenteraad, maar zullen de dagtoeristen in 2011 samen 56,3 miljoen euro gespendeerd hebben in de stad. volgende jaren ook maximaal inzetten op dialoog en participatie. Op die manier Dat kwam vooral de detailhandel en de horeca ten goede. halen we het beste uit onze stad en zorgen we voor het sterkste beleid.’ De stad Mechelen is geen eigenaar van de historische parochiekerken van de binnenstad maar speelt wel een zeer belangrijke rol in het beheer van dit cul- tuurhistorische erfgoed. Sinds vele decennia treedt zij op als bouwheer bij de 5 Samen werken aan een beter Mechelen. Bestuursakkoord VLD-Groen-m+, N-VA, CD&V - 2013-2018.

44 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Uit punt I. - Stadsvernieuwing en openbare werken Uit punt XIV. - Toerisme ‘7. Mechelen is een historische stad. Een grote uitdaging daarbij is het zoeken ‘4. Als cultuurhistorische stad moeten we onze monumenten renoveren en van nieuwe functies voor historische gebouwen, inzonderheid gebouwen met bewaren, maar ook voldoende ontsluiten en toegankelijk maken. We zetten een religieuze dimensie. De volgende bestuursperiode willen we hier in overleg daarbij onder meer in op het toeristische label «Mechelen, hoofdstad van de met de kerkelijke autoriteiten doorbraken realiseren. Ook voor andere grote ge- Bourgondische Nederlanden.» Een unieke samenwerking met de culturele en bouwen met een historisch belang zoeken we samen met de eigenaar naar een vrijetijdssector laat toeristen toe om hun verblijf op te luisteren met een concert, zinvolle en betaalbare bestemming.’ tentoonstelling of sportmanifestatie. Een bezoek aan Mechelen kan ook perfect gecombineerd worden met de culinaire en shoppinggeneugten van onze stad. Uit punt IV. - Cultuur We willen een intensere samenwerking tussen toerisme, cultuur, horeca en han- ‘14. Hof van Busleyden als hedendaags stadsmuseum. Het unieke stadsverhaal delaars.’ van Mechelen wordt voor de toeschouwer op een aantrekkelijke, vernieuwende, ‘7. Mechelen trekt resoluut de kaart van het verblijfstoerisme. Het aantal aankom- informatieve en interactieve manier voorgesteld. Inspelend op hedendaagse sten en overnachtingen gaat in stijgende lijn, al sinds 2000. Het aantal logies toeristische trends wordt het museum op maandag opengehouden.’ neemt toe en de bezettingscijfers liggen niet langer onder het gemiddelde van Uit punt VIII. - Financieel beleid de andere Vlaamse kunststeden. Er is zeker nog ruimte voor extra hotels, maar het aantal charmelogies in Mechelen mag nog toenemen. Die dragen bij tot het ‘6. We streven - in een constructief overleg met de kerkelijke autoriteiten - naar hartelijke imago van de stad. Particulieren en bedrijven die hierin wilden investe- een fusie van de Mechelse kerkfabrieken, zodat er waar mogelijk financiële en ren, worden geholpen bij de realisatie.’ logistieke solidariteit ontstaat tussen vermogende en minder vermogende kerk- fabrieken. Voor religieuze gebouwen waarvoor een nieuwe bestemming gezocht 2. wordt, werkt het stadsbestuur actief mee aan een oplossing.’ De kerkelijke (bisschoppelijke) overheid

Uit punt X. - Wijkwerking, inspraak en burgerschap In de conceptnota ‘Een toekomst voor de Vlaamse parochiekerk’, gepresenteerd door Vlaams minister voor Binnenlands Bestuur en Onroerend Erfgoed Geert ‘7. Er worden verschillende standaard-inspraaktrajecten vastgelegd, waarbij ook Bourgeois op 24 juni 2011, worden concrete beleidsadviezen en -opties voor het technieken die de nieuwe media aandragen, zoals bijvoorbeeld online bevragin- beheer en de (re)valorisatie van de parochiekerk geformuleerd. De minister richt gen, worden gehanteerd. Naargelang de aard van het project - heraanleg weg, daarbij een uitnodiging aan de kerkgemeenschap om, in dialoog met de lokale bouw podiumzaal, aanpak samenlevingsprobleem - wordt de aanpak van de in- besturen, na te gaan op welke wijze en in welke mate in de toekomst gebruik spraak vastgelegd en afgelijnd. Goede afspraken optimaliseren betrokkenheid gemaakt zal worden van de kerken in Vlaanderen. en creëren geen foute verwachtingen.’ De vijf Vlaamse bisdommen hebben vervolgens de taak opgenomen om hun ‘15. Inspraak veronderstelt ook actief burgerschap. De stad wordt niet alleen op visie op de toekomst van de parochiekerken te ontwikkelen. Spreken over de het stadhuis, maar op de allereerste plaats door de Mechelaars gemaakt. We bestemming van kerkgebouwen is daarbij niet het startpunt, maar het eindpunt appelleren aan dat actieve burgerschap door in te zetten op participatieprojec- van een diepgaande bezinning over de plaats van de kerk in de samenleving ten. Peter- en meterprojecten, vrijwilligerswerk, respect voor de medeburger en en de noodzakelijke toerusting om deze opdracht in de wereld daadwerkelijk tolerantie ten aanzien van verschil zijn hefbomen voor een betere stad. Buurt- gestalte te geven.6 comités worden daarom ondersteund en burgers aangemoedigd om hun ver- antwoordelijkheid ten aanzien van hun medemensen en hun omgeving op te nemen. We werken een knooppunt vrijwilligers uit, de zogenaamde Mechelse vrijwilligersbank.’

6 Over parochies en parochiekerken, Infoavonden maart 2012, Aartsbisdom Mechelen-Brussel - Vicariaat Vlaams- Brabant en Mechelen. Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 45 Door het beschermde statuut van het kerkgebouw met het interieur en het roe- Aan de inrichting van de centrale liturgische ruimte mag in principe niet geraakt rend patrimonium dat er integrerend deel van uitmaakt, kunnen de historische worden. kerken moeilijk aan de eredienst onttrokken worden. Het roerend patrimonium Een herbestemming van de kerk impliceert dat ze aan de eredienst onttrokken wordt als inherent deel van het monument beschouwd en moet erbij bewaard wordt. De bisschoppen moedigen aan om de kerkgebouwen in al hun facetten blijven. te behouden en hun historische, artistieke en culturele waarden te valoriseren Op 8 november 2012 maakten de Vlaamse bisschoppen hun richtlijnen bekend en te ontsluiten. voor het gebruik van parochiekerken. Deze richtlijnen definiëren het kader waar- Voor de acht historische kerken van Mechelen is er nog geen officieel standpunt 7 in hun ontsluiting georganiseerd kan worden. ingenomen over het behoud van de parochiekerken, mogelijke vormen van me- De Vlaamse bisschoppen definiëren als kernactiviteiten van een plaatselijke pa- degebruik, nevenbestemming of herbestemming. Dit wordt verwacht tegen juni rochiekerk: gebed, bezinning, liturgie en sacramentale vieringen. Parochies uit 2013. Het is aangewezen dat de stedelijke overheid in het voorjaar 2013 bij deze een zelfde federatie of pastorale eenheid kunnen onderling afspreken in welke denkoefening wordt betrokken (zie verder hoofdstuk 5). parochiekerk ze bepaalde liturgische diensten willen laten plaatsvinden. 3. De eigenaars en/of beheerders van de kerken In bepaalde gevallen kan een parochiekerk voor medegebruik in aanmerking komen. Medegebruik houdt in dat het kerkgebouw ter beschikking gesteld De kerkbeheerders hebben de opdracht om de eredienst te verzorgen. De kerk- wordt voor religieuze activiteiten van andere katholieke of christelijke geloofs- fabriek is daarom verantwoordelijk voor het onderhoud en de bewaring van de gemeenschappen. De eerste die daarvoor in aanmerking komen, zijn katholieke kerk van de parochie en voor het beheer van de goederen en de gelden die gemeenschappen van een oosterse kerk of van buitenlandse oorsprong die niet eigendom zijn van de kerkfabriek of die bestemd zijn voor de uitoefening van de over een eigen liturgische ruimte beschikken. Parochiekerken worden in de re- eredienst in de parochie. De kerkfabriek wordt bestuurd door de kerkraad. Die gel niet ter beschikking gesteld voor niet-christelijke rituelen of vieringen. bestaat uit vijf leden en een verantwoordelijke van de parochie (meestal de pa- Van een nevenbestemming is er sprake wanneer een parochiekerk nog wel voor rochiepriester), aangesteld door de bisschop. De kerkraad wordt om de drie jaar religieuze activiteiten gebruikt wordt, maar te groot is voor de plaatselijke ge- in de loop van april gedeeltelijk vernieuwd. Uit de leden wordt een voorzitter, een loofsgemeenschap. De bisschoppen onderscheiden twee vormen van neven- secretaris en een penningmeester gekozen, elk met een specifieke opdracht. bestemming: Voor de Onze-Lieve-Vrouw-van-Leliëndaalkerk is de situatie verschillend. Zij is • Multifunctioneel gebruik van een kerkgebouw houdt in dat de kerk tijdelijk, immers eigendom van de jezuïetenorde. buiten de uren van de religieuze activiteiten, voor andere doeleinden of door Uit gesprekken met de kerkbeheerders kwamen hun standpunten over het hui- andere instanties gebruikt kan worden. Een dergelijk gebruik is volgens de dige gebruik, het mogelijke medegebruik en de ontsluiting aan het licht (zie ver- Vlaamse bisschoppen wel te overwegen als die activiteiten verzoenbaar zijn der). Globaal geldt dat de kerkbeheerders een verdere professionalisering van met de eigenheid van de christelijke gebedsruimte: een tentoonstelling, sociaal de ontsluiting van de kerkgebouwen ondersteunen. Een herbestemming van de dienstbetoon, een leslokaal ... kerken is voor hen niet aan de orde, gedeeld gebruik is evenmin wenselijk, maar • Gedeeld gebruik houdt in dat voor deze vorm van multifunctioneel gebruik multifunctioneel gebruik is echter wel bespreekbaar. een bouwkundige ingreep vereist is. Dat kan alleen als er voorafgaand grondig overlegd wordt met diverse instanties.

7 Voor de eenduidigheid worden de definities die de Vlaamse bisschoppen geven aan de termen ‘medegebruik’, ‘nevenbestemming’, ‘multifunctioneel gebruik’ en ‘gedeeld gebruik’, overgenomen in dit beleids- en ontsluitingsplan.

46 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 4. De Vlaamse overheid

Onroerend Erfgoed is een agentschap van de Vlaamse overheid dat het onroe- rend erfgoed onderzoekt, inventariseert, beheert, beschermt en de informatie hierover ontsluit. Met de Vlaamse overheid werd in 2011 de Meerjarige subsidië- ringsovereenkomst voor de verdere restauratie van het ensemble van de histori- sche kerken in de binnenstad van Mechelen afgesloten. Bij de ondertekening van deze overeenkomst benadrukte Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Geert Bourgeois, het volgende: ‘De stad engageert zich om nu verder te werken aan de verdere ontsluiting van dit erfgoed, specifiek gericht op de dagtoerist en de verblijfstoerist’. Het behoud van de oorspronkelijke religieuze functie is aangewezen. De cul- tusobjecten kunnen niet verwijderd worden wegens hun beschermde status als onderdeel van het beschermd monument. Belangrijk te vermelden zijn uiteraard ook de conceptnota ‘Een toekomst voor de Vlaamse parochiekerk’ en het gewijzigde eredienstendecreet van 6 juli 2012 dat ingegaan is op 1 januari 2013. Dit decreet kent een belangrijke rol toe aan het lokale overleg tussen gemeentebesturen en centrale kerkbesturen en/of afzonderlijke kerkfabrieken. De kerkraden zullen in het voorjaar van 2013 een meerjarenplan moeten opmaken dat de financiële afspraken vastlegt tussen de kerkfabriek en de gemeente voor de komende bestuursperiode. Dit meerjaren- plan moet gebaseerd zijn op een strategische visie op de toekomst van de pa- rochiekerken op het grondgebied van de gemeente. De visie moet het resultaat zijn van overleg op lokaal niveau.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 47 II. 2 Beleid en regelgeving Onroerend erfgoed Vanuit zijn bevoegdheid voor onroerend erfgoed stelt minister Bourgeois voor Op het religieuze (rooms-katholieke) erfgoed in Vlaanderen en op het beheer de toekomst een integrale en holistische regelgeving voor het onroerend erf- ervan zijn diverse wetten, decreten, besluiten en andere wetgevende teksten goed voorop.10 Op dit ogenblik is het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 van toepassing. Niet alleen het burgerlijk wetboek is van toepassing, het religi- december 2001 houdende vaststelling van het premiestelsel voor restauratie- eus erfgoed is ook onderworpen aan de voorschriften van het kerkelijk wetboek werkzaamheden aan beschermde monumenten (gewijzigd bij besluiten van de (Codex Iuris Canonici). Een actueel en volledig overzicht ervan is terug te vinden Vlaamse regering van 20 september 2002, 23 juni 2006 en 30 april 200979, 4 op de website van het Centrum voor Religieuze Kunst en Cultuur (CRKC).8 december 2009, 10 september 2010, 10 juni 2011, 22 juli 2011 en 29 juni 2012) van toepassing. Dat bepaalt de voorwaarden van een meerjarige subsidiëringsover- Om een integrale (toeristische) ontsluiting van dit religieuze erfgoed te realiseren eenkomst.11 De minister kan in deze overeenkomst onder andere voorwaarden met aandacht voor de onroerend, roerend en immateriële erfgoedwaarden, is opleggen voor de publieke toegankelijkheid tijdens en na de uitvoering van de het van belang om rekening te houden met de beleidsvisies die op dit vlak zijn restauratiewerkzaamheden. Het systeem van meerjarige subsidiëringsovereen- uitgezet. Zij zijn richtingegevend voor dit ontsluitingsplan. komsten speelt in op de behoefte aan een aangepaste regeling voor restau- ratiedossiers van grootschalige aard of met een langdurige uitvoeringstermijn die volledig moeten kunnen worden uitgevoerd maar om (restauratie)werftech- 1 Toerisme nische, budgettaire of organisatorische redenen een gefaseerde en planmatige aanpak vergen. De beleidsnota Toerisme 2009-2014 van minister Geert Bourgeois erkent dui- delijk het belang van het rijke erfgoed in Vlaanderen als magneet voor het toe- risme in en naar Vlaanderen.9 Kunststeden die een schat aan (onroerend) erf- 3 goed herbergen vormen de belangrijkste internationale trekpleisters. Bovendien Cultureel erfgoed onderschat de minister de toeristische waarde van het immaterieel erfgoed niet, Op 26 oktober 2012 heeft de Vlaamse Regering, als gevolg van het Planlasten- aangezien de toerist vraagt om meer beleving. Processies - zoals de Hanswijk decreet, de Vlaamse beleidsprioriteiten bekend gemaakt voor de periode 2014- Cavalcade en de Ommegang, waarvan de ommegangsreuzen opgenomen zijn 2019. Zo zullen lokale besturen vanaf 2014, met de algemene invoering van de op de Unesco Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed - zijn beleids- en beheerscyclus, meer vrijheid hebben om een eigen lokaal beleid daarbij grote troeven. Duurzame ontwikkeling van cultuur- en erfgoedtoerisme vorm te geven. Via sectorale regelgeving draagt Vlaanderen enkele bouwstenen worden vooropgesteld. van het integrale beleid van lokale besturen aan. De lokale besturen kunnen in hun meerjarenplanning op deze Vlaamse beleidsprioriteiten intekenen en daar subsidies voor krijgen.

10 Beleidsnota 2009-2014 en Beleidsbrief Onroerend Erfgoed. Beleidsprioriteiten 2012-2013 ingediend door Geert Bourgeois, Viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands 8 www.crkc.be Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand. 9 Beleidsnota 2009-2014 Toerisme, Geert Bourgeois, Viceminister-president van de Vlaamse Regering en 11 Wet-, Decreet- en Regelgeving. Monumenten, Stads- en Dorpsgezichten Landschappen, Archeologie en Varend Vlaams minister van Bestuurzaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand. Erfgoed (officieuze coordinatie) - datum laatste bijwerking: 15/11/2012.

48 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Voor de beleidsprioriteiten in het beleidsdomein Cultureel Erfgoed komen de 5 steden Antwerpen, Gent, Brugge, Leuven en Mechelen in aanmerking. Op basis Topstukken van het decreet van 6 juli 2012 over het Vlaamse cultureel-erfgoedbeleid werden Ook het Topstukkendecreet is enigszins van belang.13 Dit decreet bepaalt de be- beleidsprioriteiten geformuleerd.12 Die gaan enerzijds uit van de voortzetting van scherming van het belangrijkste roerend cultureel erfgoed dat omwille van zijn het bestaande beleid maar houden anderzijds ook rekening met de noden van bijzondere archeologische, historische, cultuurhistorische, artistieke of weten- de sector. Digitalisering, religieus cultureel erfgoed, erfgoed dat niet is onderge- schappelijke betekenis voor de Vlaamse Gemeenschap in Vlaanderen bewaard bracht in professionele bewaarinstellingen, participatie stimuleren door vrijwil- moet blijven. Stukken vermeld op de topstukkenlijst vallen onder specifieke ligerswerking ... staan in de beleidsnota Cultuur vermeld als beleidsprioriteiten. beschermingsmaatregelen onder meer voor fysieke ingrepen en uitvoerregle- De Vlaamse beleidsprioriteiten voor de gemeenten Antwerpen, Gent, Brugge, menten. Leuven en Mechelen bouwen voort op de huidige cultureel-erfgoedconvenants, Mechelen heeft topstukken op diverse plaatsen. In de kathedraal bevinden zich gesloten op basis van het Cultureel-erfgoeddecreet van 23 mei 2008. Daarbij is het bidsnoer uit het eind van de 16de - begin van de 17de eeuw, en de Calvarie- de tweede prioriteit van cruciaal belang: inzetten op religieus cultureel erfgoed. tocht van Van Dijck. De twee Rubensschilderijen, De wonderbare visvangst en Hierbij wil het beleid tegemoetkomen aan de noden van cultureel erfgoed dat de Aanbidding van de Koningen, zijn respectievelijk in de Onze-Lieve-Vrouw- zich in kerken, kloosters en andere religieuze instellingen bevindt. Eveneens is over-de-Dijlekerk en in de Sint-Janskerk te vinden. Het karton voor een glasraam de vierde beleidsprioriteit belangrijk: een focus op de ondersteuning van de vrij- van de Genealogie van keizer Karel V wordt bewaard in het Aartsbischoppe- willigerswerkingen in de cultureel-erfgoedsector. lijk Archief Mechelen. Ook het Stadsarchief bezit topstukken: het Koorboek Van Margaretha Van Oostenrijk, Middelnederlands poëzie en - recentelijk aan de lijst 4 toegevoegd - de Handgeschreven versteekbladen van Johannes & Amandus Immaterieel erfgoed Gruijttes van de Mechelse Beiaardschool (in bewaring bij het Stadsarchief). Tot slot zijn er in de collectie van de Stedelijke musea ook nog enkele topstukken Vlaams minister Joke Schauvliege stelt in haar beleidsnota 2009-2014 dat ze te vinden: de Collectie van zeven besloten Hofkes of Hortus Conclusus (16de voor het immateriële culturele erfgoed de ratificatie van de Unesco-conventie eeuw), De Calvarie met vijftien Heiligen (triptiek ca.1400) en de pendantbustes, van 2003 ter bescherming van het immaterieel erfgoed wil aangrijpen om een Hercules en Omphale, van Lucas Faydherbe. duurzaam, toekomstgericht beleid uit te bouwen, afgestemd op de internatio- nale ontwikkelingen. Het immateriële erfgoed verkrijgt zo zijn eigen plaats in het cultureel-erfgoedbeleid. Daarbij is immaterieel cultureel erfgoed niet het exclu- sieve terrein van de volkscultuur, van de musea voor volkskunde, de landelijke expertisecentra voor cultureel erfgoed en de cultureel-erfgoedcellen. Ook mu- sea, culturele archiefinstellingen en de Vlaamse Erfgoedbibliotheek kunnen een rol spelen in het beleid voor immaterieel cultureel erfgoed. Immaterieel cultureel erfgoed gaat namelijk ook over ambachten, creatie, design, mode ...

12 Besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2012 houdende de formulering van de Vlaamse beleidsprioritei- 13 Het decreet houdende bescherming van het roerend cultureel erfgoed van uitzonderlijk belang van 24 januari ten voor het Cultureel-erfgoeddecreet. 2003.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 49 50 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Hoofdstuk 3 ze functie, maar evenzeer door het ensemble gevormd door gebouw met de aankleding en de sfeer die daarmee samenhangt. Ook de gemeenschappen De stakeholders die met de kerk verbonden zijn of bereikt worden, worden daarbij gerekend. Deze gemeenschappen zijn niet gering. Ook al is er duidelijk een terugloop van kerkgangers in bepaalde kerken, toch kunnen diverse groepen van men- I. sen gedetermineerd worden die op een of andere manier – al dan niet met De kerkbeheerders de liturgie – betrokken zijn bij de kerk. Bij de direct betrokken gemeenschap- pen denken we aan mensen die zich engageren voor de kerkraad, het cen- traal kerkbestuur, de parochiale verenigingen zoals Femma, de koren, organis- Om het huidige gebruik van de acht historische kerken te kennen, werd een ten, beiaardiers, de verenigingen voor parochiale werking, de vele vrijwilligers gespreksronde met de verschillende kerkbeheerders opgezet. De gesprekken … Daarbij wordt vaak opgemerkt dat er weinig jongeren actief betrokken zijn. werden in de loop van de maand september – begin oktober 2012 gevoerd met Uiteraard spelen de federatiepastoor en de andere voorgangers een cruciale rol. een afvaardiging van de kerkraden of de religieuze orde. Dat waren in de meeste Daarnaast worden de stedelijke dienst Monumentenzorg, de Stedelijke Musea gevallen de voorzitters, al dan niet bijgestaan door secretaris, koster, vertegen- Mechelen, vzw Torens aan de Dijle en de dienst Toerisme vernoemd als actief woordiger van het Centraal kerkbestuur of federatiepastoor. De interviews wer- betrokken bij de restauratie en het behoud of de ontsluiting van de kerkgebou- den afgenomen door Michèle Eeman (diensthoofd Monumentenzorg) en Anouk wen. De vele vrijwilligers die onder begeleiding van de Erfgoedcel en de dienst Stulens (afdelingshoofd Erfgoedontwikkeling). Greet Voorhoof (Erfgoedcel) ver- Musea meewerken aan de inventarisatie van het kerkelijk roerend erfgoed, wor- zorgde de verslaggeving. De interviews verliepen aan de hand van een vragen- den eveneens als direct betrokkenen beschouwd. Onrechtstreeks rekenen ze lijst die de beheerders op voorhand gekregen hadden, en die grotendeels ge- daartoe ook de omwonenden, de inwoners van de stad, winkeliers, horeca, de baseerd was op een soortgelijke online bevraging door het CRKC in het voorjaar hogere overheden, studenten, musici, kunstenaars, de toeristen, aannemers en 14 van 2012. restaurateurs, leveranciers, erfgoedverenigingen … De mindmaps als bijlage ge- ven een gedetailleerder beeld per kerk. (Bijlage 1)

1 Ziel 2 Infrastructuur Uit de boeiende gesprekken met de verschillende gedreven beheerders van de acht historische kerken is gebleken dat zij bijzonder trots zijn op het eigen kerk- Uit de interviews kwam tot uiting dat alle kerken op een veilige manier toegankelijk gebouw. De beheerders spreken vaak in superlatieven: ze vinden het gebouw zijn. Op het ogenblik van de gesprekken wordt die nergens beperkt door restau- het mooiste, het oudste ... of verwijzen naar het prachtige orgel, de sublieme ratiewerkzaamheden of stellingen. De geplande binnenrestauraties zullen tijde- akoestiek, de unieke kunstvoorwerpen en het rijke interieur … Voor sommigen lijk hinder veroorzaken. Sommige kerkgebouwen zijn niet of minder gemakkelijk is de kerk de speerpunt van het religieuze leven in de stad; anderen verwijzen toegankelijk voor mensen met een beperking, wegens de treden aan het portaal. naar het beroemde zangkoor, de sterke parochiegemeenschap, de openheid Alle kerkgebouwen worden verwarmd. In de meeste gevallen heerst er een con- en toegankelijkheid van de plek, of de plaats van stilte en bezinning. Ze heb- stant klimaat met een gegarandeerde minimumtemperatuur die ligt rond de 12°C. ben bovendien een duidelijke visie over datgene wat de ziel uitmaakt van hun Er wordt veelal bijverwarmd voor de eredienst of andere activiteiten in het gebouw. kerk. Die wordt niet alleen bepaald door de spirituele waarden en de religieu- De meeste kerken hebben sanitaire voorzieningen voor medewerkers of

14 http://www.crkc.be/bevraging-parochiekerken.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 51 gelovigen, die soms ook toegankelijk zijn voor mensen met een beper- historisch orgel niet meer gebruikt kan worden, is een alternatief voorhanden. king.15 Parkeergelegenheid is er bij alle kerken, voor of rond het gebouw Niet alle kerken bezitten relikwieën die het voorwerp vormen van devotie of of in dichtbijgelegen parkeergarages. Bij een van de kerken wordt er met bijzondere verering, maar er zijn wel belangrijke relikwieën in alle kerken aan- de uitbater van de parkeergarage onderhandeld over voordelige tarie- wezig: het hart van Sint-Jan Berchmans, de relieken van Sint-Rombout, een ven tijdens de zondagsviering, wegens de grote opkomst (200 gelovigen). Lourdesgrot, het miraculeuze beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Hanswijk en De kerken blijven vrij goed gespaard van vandalisme, diefstal of overlast. Oc- de daaraan gerelateerde collectie votiefschilderijen en 344 marmeren gedenk- casioneel worden er kleine beschadigingen gemeld. In de jaren 1980 was er een stenen. Hieraan is een processie verbonden die nog steeds periodiek uitgaat. golf van inbraken waaraan onder meer verholpen werd door alarminstallaties te In de meeste kerken is er een inventaris aanwezig, opgemaakt door leden van plaatsen. Ook de oprichting van de vzw Torens aan de Dijle, die toezicht garan- de kerkraad. Die is dringend aan actualisering en professionalisering toe. De deert tijdens de openingsuren, heeft hiertoe aanzienlijk bijgedragen. Zeer recent kerkbeheerders geven te kennen dat ze hiervoor ondersteuning verlangen was er wel een diefstal in drie kerken (inhoud van het offerblok) maar de dief van het vrijwilligersproject van de Erfgoedcel. De beheerders van de Onze- kon worden ingerekend dankzij het optreden van de restaurateurs die op dat Lieve-Vrouw-van-Hanswijkkerk, waar de inventarisatie achter de rug is, zijn moment in de Hanswijkbasiliek aan het werk waren. bijzonder opgetogen over het resultaat. Een calamiteitenplan is in sommige kerken aanwezig dankzij het project ECCE (2008 - Faro).16 De calamiteiten- plannen bevatten onder meer instructies, preventieve maatregelen en alarm- 3 procedures bij diefstal, brand, waterschade of insecten en schimmels, maar Erfgoed ook evacuatieprocedures voor mensen en collecties. Verschillende beheer- ders volgden een opleiding voor het opstellen van het calamiteitenplan. Het Alle beheerders zijn ook de effectieve eigenaars van de gebouwen. Voor de ontbreekt in sommige kerken echter aan mankracht om dit plan te vervolle- restauratie van de kerken wordt het bouwheerschap overgenomen door digen en te actualiseren of bij te sturen. Er heerst een algemene ontevreden- de Stad Mechelen of in het geval van de Kathedraal door de Provincie Ant- heid over de dienstverlening van de firma die zorgt voor de (brand)beveiliging. werpen. De jezuïetenorde is zelf de opdrachtgever van Onze-Lieve-Vrouw- Voor het behoud (conservering en restauratie) van het roerend patrimonium wordt van-Leliëndaal. Naast de verantwoordelijkheid voor het onroerend erfgoed, er in vele kerken een meerjarenplanning gevolgd, bijvoorbeeld naar rato van twee nemen de beheerders de zorg voor het roerend patrimonium ernstig op. kunstwerken per jaar. Daarbij zijn de onderhoudssubsidies van de Vlaamse over- De meeste kerken bezitten een noemenswaardig orgel dat nog vaak wordt be- heid altijd erg nuttig gebleken. Door het wegvallen van deze effectieve subsidie nut voor vieringen of concerten. De instrumenten worden dan ook regelmatig wordt het moeilijker om de werken te realiseren. Ook werden er vroeger alterna- gestemd. In sommige kerken gebruiken leerlingen van het conservatorium het tieve vormen van financiering gevonden, wat tegenwoordig minder evident blijkt orgel voor repetities of examens. Een andere kerk diende een restauratiedos- te zijn. Er wordt gewerkt met fondsen van ledenwerking, bijvoorbeeld ‘Vrienden sier in voor het orgel om het weer in zijn oude glorie te herstellen. Indien het van de Kathedraal’, of met projectsubsidies van de Koning Boudewijnstichting. Er

15 Het Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake 16 ECCE! Eerste Hulp bij Calamiteiten van Cultureel Erfgoed in Antwerpen, Gent, Leuven en Mechelen resulteert in toegankelijkheid (BS 02/09/09) beschouwt gebouwen bestemd voor de eredienst steeds als publiek toegankelijk. afgewerkte calamiteitenplan-nen voor 32 erfgoedorganisaties. Voor Mechelen zijn dat de Begijnhofkerk, Het Firma- Publiek toegankelijke gebouwen moeten voorzien in aangepaste sanitaire voorzieningen. ment, Het Joods Museum van Deportatie en Verzet, de Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk, de Onze-Lieve-Vrouw- Wel worden er in het besluit uitzonderingen voorzien op het toepassingsgebied, onder meer wanneer het gaat om van-Leliëndaalkerk, de Sint-Katelijnekerk, de Sint-Pieter en Pauluskerk en het Speelgoedmuseum. Coördinatie en werken aan onroerend erf-goed. Toegankelijkheid vormt in deze context een bijzondere uitdaging. Daarom worden ondersteuning gebeurden door Erfgoedcel Mechelen, de politie en de brandweer Mechelen. werken aan gebouwen die tot het onroerend erfgoed behoren van het toepassingsgebied van deze verordening uitgesloten, maar wordt de toegankelijkheid van onroerend erfgoed nagestreefd doordat – krachtens artikel 35 van deze verordening – de gewestelijke erfgoedambtenaar van het agentschap Onroerend Erfgoed, in zijn/haar advies een afweging maakt tussen de normen inzake toegankelijkheid en de te behouden erfgoedwaarden.

52 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen wordt ook gedacht aan fondsenwerving voor specifieke restauratieprojecten. Er kerken, in de weekkapel of in de (tweede) sacristie. Huwelijken, uitvaarten (ver- is nood aan praktische ondersteuning op het vlak van preventieve conservering rijzenisvieringen) en doopvieringen (gegroepeerd) vinden plaats in zes van de en aan een betere en eenvormige signalisatie van de kunstvoorwerpen in situ. acht kerken. In Leliëndaal worden er geen sacramenten toegediend omdat ze Kunstvoorwerpen worden al dan niet op regelmatige tijdstippen of permanent geen parochiekerk is, maar er is wel biechtgelegenheid. In alle kerken vinden er tentoongesteld. Bepaalde kerken hebben een schatkamer in de vorm van be- geregeld schoolvieringen plaats. De Hanswijkbasiliek houdt eveneens gebeds- veiligde vitrines in een zijkapel of structureel verankerd in de kooromgang. momenten voor verenigingen en in de meimaand dagelijks meerdere bedevaart- In meerdere kerken is de wens te horen om het bijzondere kerkelijke textiel vieringen voor groepen, scholen en verenigingen. beter tentoon te stellen. De Kathedraal voorziet in de binnenrestauratie een In de Hanswijkbasiliek zijn er verschillende ruimtes in gebruik voor de parochiale schatkamer en een expositieruimte rond het Gulden Vlies. Bruiklenen zijn in werking. Het gaat om bijeenkomsten van bijvoorbeeld Femma, het zangkoor, de meeste gevallen mogelijk maar zijn veeleer sporadisch en dan het liefst vergaderingen van het Centraal Kerkbestuur en de Vereniging Parochiale Wer- met bekende bruikleenvragers, waaronder de Stedelijke Musea Mechelen. king. De ruimtes worden eveneens gebruikt voor ontvangsten, parochiale acti- De kerken die met de Stad Mechelen samenwerken voor de restauratie van viteiten zoals bezinningsavonden, poëzieavonden, voordrachten of kleine con- het gebouw, dus waar de Stad het bouwheerschap overneemt, zijn bijzonder certen. Voor andere kerken is er de pastorie (vergaderingen, catechese …), een tevreden over deze samenwerking. Dit geldt bij de Kathedraal ook voor de sa- parochiezaal, het Gildehuis van de parochie of wordt er bij de leden van het kerk- menwerking met de Provincie. De acht historische kerken zijn aangesloten bij bestuur thuis vergaderd. De Kathedraal heeft een kleine ruimte in de kerk, maar Monumentenwacht provincie Antwerpen en worden op regelmatige tijdstip- heeft verder geen ruimtes ter beschikking voor de parochiale werking. Tegen be- pen geïnspecteerd. De bouwkundige en interieurinspecties worden door de taling kan er een beroep gedaan worden op het Diocesaan Parochiaal Centrum. dienst Monumentenzorg opgevolgd, maar de kerkbeheerder neemt daartoe zelf steeds het initiatief . Ook de Kathedraal en de Onze-Lieve-Vrouw-van-Leli- ëndaalkerk zijn aangesloten bij Monumentenwacht en worden geïnspecteerd. 5 Voor het reguliere onderhoud worden vrijwilligers ingezet of is er een poets- Openstelling - bezoekers - toeristen vrouw aangeworven die tweewekelijks komt. Alleen de Kathedraal heeft een onderhoudsploeg (sociale tewerkstelling) in loondienst. Voor geen enkele kerk Buiten de eredienst zijn alle kerken dagelijks ontsloten en toegankelijk voor het werden er – buiten de verwarmingsfirma of de beveiligingsfirma – onderhouds- publiek (behalve op maandag) van 13u tot 16u (winter) en 17u (zomer). De vzw contracten afgesloten. Wel wordt er gewerkt met bekende uitvoerders (goten Torens aan de Dijle verzorgt deze openstelling. De Stedelijke Musea Mechelen reinigen, orgel stemmen …) voor kleine onderhoudswerken. stellen naar best vermogen medewerkers ter beschikking van de vzw voor het onthaal. De Kathedraal vormt hierop een uitzondering: zij zorgt in eigen beheer voor de openstelling en kan rekenen op vrijwilligers voor het onthaal. Torens aan 4 de Dijle is aanwezig in de voet van de toren met een balie voor het torenbezoek. Eredienst De Hanswijkbasiliek, de Sint-Petrus-en-Pauluskerk en de Onze-Lieve-Vrouw-van- Leliëndaalkerk zijn in principe de hele dag geopend. Tijdens de ogenblikken Alle kerken worden nog gebruikt voor de eredienst. In zeven kerken zijn er een waarop er geen medewerkers van Torens aan de Dijle beschikbaar zijn, is dat of meerdere vieringen op zaterdag of zondag. De Onze-Lieve-Vrouw-van-Leliën- (helaas) zonder toezicht. daalkerk, de Kathedraal, de Onze-Lieve-Vrouw- over-de-Dijlekerk en de Onze- Lieve-Vrouw-van-Hanswijkkerk kunnen rekenen op een mooie opkomst voor de Alle beheerders beschouwen permanent toezicht echter als een meerwaarde. In zondagsviering (70 tot 400 gelovigen). Er zijn ook nog dagelijks vieringen in vijf de Hanswijkbasiliek wordt in de meimaand een winkeltje bemand door vrijwilli-

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 53 gers en is het parochiesecretariaat open in de voor- en de namiddag. De beheer- 6 ders die met de Stad samenwerken voor de openstelling op namiddagen, zijn Communicatie en promotie hier erg tevreden over. De bereidheid tot samenwerking met de stedelijke dien- De beheerders zijn voorstanders van een gezamenlijke toeristische communi- sten is erg groot. Sommige beheerders wensen een permanente openstelling catie van de acht historische kerken. Zo bieden ze overal de meertalige wan- (volledige dag) met toezicht, andere beheerders zijn tevreden met de openstel- delgids en de oudere boekjes per kerk aan, allemaal uitgegeven door Torens ling in de namiddag. Wegens personeelstekort bij de Stedelijke Musea Mechelen aan de Dijle. Sommige kerken hebben daarnaast nog eigen promotiemateriaal moest er eind 2012 geschrapt worden in de uren van de onthaalmedewerkers. zoals een kennismakingsfolder, folders bij tentoonstellingen, gelegenheidspam- Zo zijn de Hanswijkbasiliek en de Onze-Lieve-Vrouw-van-Leliëndaalkerk in het fletten of postkaarten. Ook wordt er gecommuniceerd over de activiteiten van najaar open zonder toezicht, omdat ze in principe steeds open zijn. Er is begrip de parochie in het parochieblad. De Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk heeft voor de noodoplossing, maar de kerkbeheerders betreuren toch dat het toezicht een eigen website, de Kathedraal werkt aan een eigen huisstijl en website. De net bij hen wegviel. andere kerken zijn op het internet aanwezig via de website van kerknet.be of de Een betalende toegang is voor geen enkele beheerder wenselijk, tenzij eventu- stedelijke website van vzw Torens aan de Dijle, onderdeel van www.stedelijke- eel voor de Kathedraal waar gedacht wordt aan een museaal gedeelte. Er wordt museamechelen.be. gesuggereerd om de prijs van de gidsbeurten te verhogen om meer inkomsten Het aantal bezoekers van de kerken op jaarbasis wordt bijgehouden door de ont- te genereren. Op de inkomsten van het offerblok geplaatst door Torens aan de haalmedewerkers van Torens aan de Dijle. Omdat zij alleen onthaal verzorgen in Dijle (vrije bijdrage voor ontsluiting van de kerken) hebben de kerkbeheerders de namiddag, is er voor de kerken die de hele dag open zijn, geen volledig beeld geen zicht.17 van de bezoekersaantallen. Evenmin worden er kwalitatieve gegevens van be- Doorgaans zijn de beheerders tevreden over de kwaliteit van de stadsgidsen, al zoekers bijgehouden (doel van bezoek, herkomst). Wel wordt er opgemerkt dat is een bijkomende opleiding in bepaalde gevallen wenselijk. Ze zijn zeker bereid veel Spanjaarden, Nederlanders en Oostenrijkers de kerken bezoeken. om de gidsen te ondersteunen met bijkomende informatie over het patrimonium of de betekenis van de kerk voor zover deze expertise voorhanden is. Een gron- diger bezoek onder leiding van een gids is wenselijk in de Sint-Janskerk (meer 7 Van medegebruik tot herbestemming dan alleen de topstukken). Ook mag er meer discipline geëist worden van de bezoekers van de muurschilderingen (veilige afstand behouden, geen rugzak- Vele kerken (Sint-Catharina, Sint-Petrus-en-Paulus, Onze-Lieve-Vrouw-over-de- ken ...). De Kathedraal vindt de gezamenlijke ontsluiting van toren en kerk meer Dijle, Sint-Jan-Baptist-en-Evangelist, Sint-Rombouts, Onze-Lieve-Vrouw-van- dan wenselijk. In de toekomst zou geëvolueerd moeten worden naar een wer- Hanswijk) worden al dan niet wekelijks, eerder sporadisch of op belangrijke king vergelijkbaar met Toerisme Pastoraal in Antwerpen. Daar geven goed op- feestdagen gebruikt door de Assyrische gemeenschappen (Chaldeeuwse chris- geleide vrijwilligers professionele uitleg bij het cultuurhistorisch patrimonium in tenen) voor de eredienst (300 gelovigen). Ook zijn er huwelijksvieringen. Dit de monumentale kerken van Antwerpen vertrekkend vanuit een pastorale visie. medegebruik gebeurt op basis van een mondelinge overeenkomst. Over het Algemeen is er tevredenheid over de samenwerking met de dienst Toerisme, algemeen zijn de kerkbeheerders hierover positief, al wordt opgemerkt dat deze maar die heeft niet met elke kerkbeheerder contact. De informatiebordjes aan gemeenschappen op een andere manier met het gebouw omgaan en dat ze de ingang van de kerk moeten gespecifieerd en geoptimaliseerd worden (zoals weinig kennis hebben over het waardevolle patrimonium. Ze nemen het daar- correcte informatie over openingstijden en de Nederlandse tekst wat groter). enboven niet zo nauw met orde en netheid. Ze zijn wel van goede wil en helpen bij de schoonmaak. Ze zijn ook vragende partij om gebruik te maken van paro- chiezalen. 17 Nvdr: deze bijdrage beperkt zich tot gemiddeld 100€ per maand in de 7 kerken – exclusief Kathedraal.

54 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Wat betreft niet-liturgische activiteiten – volgens de richtlijnen van de Vlaamse 8 bisschoppen ‹nevenbestemming› – staan de beheerders allemaal vrij tolerant Vrijwilligerswerking, samenwerking en lidmaatschappen tegenover (culturele) activiteiten in de kerk, voor zover het niet gaat om commer- Voor vele kerken is de ondersteuning door en inzet van vrijwilligers cruciaal en ciële activiteiten en ze binnen bepaalde krijtlijnen blijven. Ze kunnen een manier erg gewaardeerd. Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijle en Onze-Lieve-Vrouw-van- zijn om jongeren kennis te laten maken met cultureel erfgoed. Het religieuze ka- Hanswijk hebben elk een grote groep vrijwilligers van ongeveer 100 personen. rakter van het gebouw moet echter gerespecteerd worden en de activiteit mag De Sint-Janskerk telt 50 vrijwilligers. Voor andere kerken gaat het om kleinere zeker niet ‘antigodsdienst’ zijn. Doorgaans gaat het om concerten, tentoonstel- groepen, leden van het kerkbestuur en de parochieploeg. De opdracht van het lingen, activiteiten van Open Kerken vzw, activiteiten van scholen (proclamatie), kerkbestuur voor de zorg van het gebouw en de andere eigendommen van de theatervoorstellingen, repetities (koor, studenten conservatorium, harmonie …), kerk, is met een kleine ploeg vrijwilligers zeer arbeidsintensief en dus zwaar ge- lezingen, filmvoorstellingen ... Er zijn geen kwantitatieve of kwalitatieve cijfers worden. Ook rijst het probleem van de opvolging in de toekomst. voorhanden over het aantal mensen dat aan deze activiteiten participeert. Andere vormen van vrijwilligerswerking ondersteund door de Erfgoedcel, zijn In de Hanswijkbasiliek wordt erover gewaakt dat op zijn minst een gedeelte van erg welkom. Dit geldt zeker voor grote projecten, zoals het inventarisatieproject het programma religieus geïnspireerd is. De Kathedraal staat slechts bepaalde van het roerend kerkelijk erfgoed. Daarbij is de professionele ondersteuning van niet-religieuze activiteiten toe, zoals lezingen door de Vrienden van de Kathe- de Erfgoedcel, de Stedelijke Musea Mechelen en de dienst Erfgoed van de pro- draal, concerten van het Festival van Vlaanderen of georganiseerd door de pro- vincie Antwerpen onontbeerlijk. vincie Antwerpen. Een hedendaagse kunsttentoonstelling (Contour) of andere tentoonstellingen (In ’t Gelid) werden wel al toegestaan. Algemeen wordt opge- De samenwerking met de diverse stedelijk partners loopt over het algemeen erg merkt dat al deze niet-liturgische en niet-parochiale activiteiten een bijkomend positief. Alle kerken zijn lid van vzw Torens aan de Dijle en van Monumenten- engagement vragen van de beheerders (kerkgebouw openen en sluiten, toe- wacht provincie Antwerpen vzw, vaak ook voor de andere historische eigendom- zicht voorzien …) en dat dit praktisch haalbaar moet zijn. men van de kerkfabriek. Sommige kerken zijn aangesloten bij het voormalige Forum voor Erfgoedverenigingen vzw, nu Herita, of bij Open Kerken vzw. Voor dergelijke activiteiten vragen de meeste kerken een forfaitaire vergoeding, soms aangevuld met een uurtarief voor de verwarming op basis van een over- eenkomst. Niet alle kerken staan open voor een meer uitgesproken promotie voor medegebruik. In sommige kerken werden bepaalde aanvragen al gewei- gerd (zoals een concert van Rob De Nijs). Voor de kerkbeheerders is een mogelijke herbestemming van het kerkgebouw in geen enkel geval aan de orde. Hun uitgangspunt is dat de gebouwen hun li- turgische functie behouden. Over de nevenbestemming lopen de meningen wat uiteen. Van permanent gedeeld gebruik kan voor bepaalde beheerders zeker geen sprake zijn. Ook zien sommigen niet in wat de mogelijkheden voor een niet-religieuze functie kan zijn. Voor andere kerkbeheerders wordt een multi- functionele nevenbestemming bij voorkeur toegewezen aan andere christelijke geloofsgemeenschappen. Ook wordt gedacht aan een (gedeeltelijke) museale invulling of gedeeld gebruik als concertruimte omwille van de goede akoestiek in de kerk en haar ligging (nabijheid stadsschouwburg).

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 55 II. De betrokken stedelijke diensten

Bij de verdere ontsluiting van de historische kerken zijn naast de kerkbeheer- ders zelf diverse stedelijke diensten betrokken. In eerste instantie gaat het om de dienst Monumentenzorg die het bouwheerschap voor de restauratie op zich neemt, preventief onderhoud opvolgt en de ontsluiting inhoudelijk ondersteunt. Daarnaast spelen de Stedelijke Musea Mechelen en de vzw Torens aan de Dijle een cruciale rol aangezien zij het fysieke onthaal en het toezicht in de openge- stelde historische kerken verzekeren. Torens aan de Dijle is een overleg- en sa- menwerkingsplatform waarbinnen de diverse betrokken actoren – de vertegen- woordigers van de acht historische kerken, de federatiepastoor en medewerkers van de Stad Mechelen – op een evenwaardige manier betrokken zijn. Dit geheel maakt initiatieven rond het religieus erfgoed op ruimere schaal mogelijk. Naast beperkte eigen inkomsten wordt de werking van de vzw gefinancierd door een subsidie van de Stad Mechelen en het inzetten van stadspersoneel. Samen ver- zorgen de Stedelijke Musea Mechelen en Torens aan de Dijle thematentoonstel- lingen en een educatieve werking in de kerken, naast publicaties en digitale ontsluiting en draagvlakverbreding. Ze worden bijgestaan door de Erfgoedcel Mechelen voor het gebruik van sociale media, vrijwilligerswerking, calamiteiten- beheersing … In het kader van Soirée Lamot, georganiseerd door de Erfgoed- cel, worden regelmatig lezingen gegeven over religieus erfgoed zoals de cyclus over de jezuïeten (400 jaar jezuïeten in Mechelen). De dienst Toerisme en Uit is verantwoordelijk voor de promotie, de productontwikkeling en marketing in bin- nen- en buitenland. Voor bepaalde acties kunnen ook andere stedelijke diensten betrokken worden, waaronder de dienst Wijk- en Dorpszaken.

56 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 1 1.7.3 De informatiedragers naar het publiek zijn geactualiseerd en De Stedelijke Musea Mechelen en vzw Torens aan de Dijle beschikbaar gemaakt, ook voor niet-Nederlandstaligen.

Missie 2. Mechelen beschikt over een publiekswerking rond het stedelijk en regionaal cultureel erfgoed De Stedelijke Musea Mechelen realiseren, uitgaande van de lokale verankering van de collectie, een verregaande integratie van de museale werking in de ei- 2.1.2 In de historische kerken zijn binnen het project Torens aan de Dijle gentijdse stad. Bij de vertaling van deze doelstelling naar het publiek fungeert de publieksprojecten ontwikkeld afgestemd op het concept van de Museumas als hefboom. De as is tevens de spil van een geïntegreerde cultuur- Museumas werking, waarbinnen een intensieve samenwerking met de overige stedelijke en 2.1.6 Er worden tentoonstellingen ingericht, gericht op het informeren van regionale erfgoedactoren wordt uitgebouwd. bezoekers over de Mechelse kunst, cultuur en geschiedenis. De historische kerken worden steevast beschouwd als belangrijke ‹satelieten› 3. Mechelen ondersteunt vrijwilligers. die rond de Museumas draaien. Het ontsluiten van die kerken is dan ook een wezenlijk onderdeel van de geïntegreerde erfgoedvisie. De Stedelijke Musea Mechelen coördineren de werking van Torens aan de Dijle 2 en zorgen voor de praktische ontsluiting van de historische kerken tijdens de De erfgoedcel Mechelen en het Erfgoedcentrum Lamot openingsuren van Torens aan de Dijle. Daarnaast trekken zij nadrukkelijk het luik Missie publiekswerking en nemen zij de praktische organisatie van publieksactiviteiten in het kader van Torens aan de Dijle op zich. Dit gebeurt uiteraard in continu Mechelen is een dynamische cultuurstad waar erfgoed een betekenisvolle plek overleg en nauwe samenwerking met de vertegenwoordigers van de betrokken krijgt in de hedendaagse samenleving. Daarom bouwt de Stad het Erfgoedcen- kerken. trum Lamot uit tot een forum waar ze het verhaal van de stad én van de regio op een vernieuwende en verfrissende manier vertelt. Ze zoekt hiervoor partners De Stedelijke Musea Mechelen stellen hun expertise ter beschikking op het vlak binnen en buiten de erfgoedsector. Ze stimuleert de erfgoedorganisaties en -ge- van behoud en beheer en ondersteunen de vrijwilligerswerking daarin, uitge- meenschappen in hun engagement met een ondersteuningsbeleid waar samen- bouwd door de Erfgoedcel Mechelen. werking en uitwisseling van ervaring centraal staan. Vanuit deze erfgoedwerking Doelstellingen draagt Mechelen bij tot expertise-uitwisseling en reflectie op landelijk niveau. 1. Mechelen beschikt over een optimale infrastructuur voor de Doelstellingen ontwikkeling van de Museumas Met dit ontsluitingsplan wil de Erfgoedcel zoeken naar een manier om het kerke- met als onderdeel: lijk erfgoed een betekenisvolle plek geven in het stedelijk verhaal. Dit betekent dat de Erfgoedcel zich mee wil inschrijven in zowel het in kaart brengen van de 1.7 Mechelen beschikt over een optimale infrastructuur voor de waarden als het ondersteunen van de activering van erfgoedgemeenschappen ontsluiting van de historische kerken en de ontsluiting van de kerken. De expertise die de cel opdoet, wordt gedeeld 1.7.1 De website voor het project Torens aan de Dijle is operationeel binnen het Vlaamse erfgoedveld. 1.7.2 Er is een onthaalruimte voor bezoekers aan de historische kerken ingericht

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 57 De toepassing van de missie wordt concreter in de volgende strategische (SD) Toegepast en operationele doelstellingen (OD): Erfgoed is maar erfgoed omdat mensen er een bepaalde waarde aan toekennen. SD Mechelen fungeert als overleg platform voor lokale en regionale Soms koestert een groep mensen gezamenlijk bepaalde elementen of vormen erggoedactoren en als wegwijzer naar expertisecentra, logistieke van erfgoed. Nog vaker leeft dit erfgoed in de hoofden van verschillende indi- middelen, subsidiekanales … voor erfgoed. viduen. Door zelf op zoek te gaan naar deze ‘slapende’ erfgoedgemeenschap- pen en ze te betrekken bij onze erfgoedprojecten rond concrete actuele thema’s OD Mechelen stimuleert en coördineert de aanpak van gezamenlijke willen we ze activeren en een forum aanbieden. Op lange termijn zorgen deze problematieken rond behoud en beheer, publiekswerking, erfgoedgemeenschappen voor een maatschappelijke verankering en inbedding publiekswerving en vrijwilligerswerking. van het erfgoed. Daarnaast blijft de vrijwiligerswerking van het Erfgoedcentrum Toegepast instaan voor het inzetten van individuele geëngageerde Mechelaars. Wij voor- zien de ondersteuning en opleiding om de registratie in de kerken mogelijk te Met het proces rond het opmaken van dit ontsluitingsplan neemt de Erfgoedcel/ maken en gaan na of er een draagvlak is bij de vrijwilligers om een grotere rol Erfgoedcentrum een coördinerende rol op. Zij tracht de verschillende spelers op te nemen. samen te brengen en de expertise te verbinden om zo tot een integrale en geïn- tegreerde aanpak te komen voor de acht historische kerken. Voor de expertise die ontbreekt binnen de Stad worden experts aangesproken om het dossier te 3 versterken. De Stedelijke Dienst Monumentenzorg Mechelen SD Mechelen experimenteert met vernieuwende methodieken om haar erfgoedwerking te optimaliseren. De stad Mechelen onderscheidt zich door een zeer goed bewaarde historische stadsstructuur en een gediversifieerd, authentiek bouwkundig patrimonium. De Toegepast oude footprint van straten en pleinen, het stadsweefsel met overwegend kleine Erfgoed heeft de potentie om brede groepen in de samenleving te bereiken. percelen en de veelal kleinschalige architectuur vormen een divers, maar sa- In het brede domein Cultuur is het een van de meest laagdrempelige subdo- menhangend geheel. De 374 beschermde monumenten en de 17 beschermde meinen. Een voorwaarde blijft hoedanook dat rekening wordt gehouden met stads- en dorpsgezichten zijn de markantste getuigen van tien eeuwen stads- de drempels en kansen voor participatie en dat specifieke doelgroepen op een geschiedenis. Maar Mechelen is meer dan de optelsom van het beschermde adequate manier worden bereikt. Daarom zoeken we naar manieren of metho- erfgoed. De stad biedt immers een rijke, uiterst gevarieerde staalkaart van waar- dieken, ook buiten de erfgoedsector, om de participatie binnen het kerkentraject devol, niet-beschermd bouwkundig erfgoed, al dan niet geïnventariseerd en juri- mogelijk te maken. Ten slotte blijft ook de verdieping van de meer ‘traditionele’ disch vastgesteld. De voor Mechelen specifieke, bepalende factoren daarin zijn erfgoeddoelgroepen binnen het kerkentraject een streefdoel. de historische en culturele ontwikkelingen op het einde van de 15de en de 16de eeuw – met de vestiging in de stad van de Grote Raad, Margareta van York en Margareta van Oostenrijk – die nog zeer lang nadien hebben doorgespeeld. Als SD Mechelen vergroot het draagvlak voor erfgoed door enerzijds structurerende begeleidingsarchitectuur bepaalt het mee de schaal en maat en erfgoedgemeenschappen te activeren vanuirt concrete thema- de identiteit van de stad. gebonden projecten en door anderzijds de vrijwiligerswerking van het Voor de stedelijke dienst Monumentenzorg is het een basisopdracht te waken erfgoedcentrum voort te zetten. over de sterke cultuurhistorische identiteit die op elk bebouwd perceel in de stad

58 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen aangetroffen kan worden. Niet alleen het uitzonderlijke, ook het typische ver- 4. dient alle aandacht: van de talloze laatmiddeleeuwse basisconstructies, verscho- De Stedelijke Dienst Toerisme len achter dikwijls heel gewone gevels, tot de laat-modernistische woningen. Missie De dienst is ervan overtuigd dat Mechelen beschikt over een enorm potentieel De doelstelling van het Strategisch Plan Toerisme voor 2010-2015 is ervoor te om duurzaam, kwaliteitsvol en hedendaags wonen en werken te realiseren dat zorgen dat het toerisme in Mechelen en Sint-Katelijne-Waver een belangrijker afgestemd is op de historische uniciteit en authenticiteit van de stad. Dit heeft plaats inneemt in de lokale stadseconomie. Het streefdoel is een jaarlijkse stijging tot gevolg dat de concrete taken van de dienst zich niet beperken tot monumen- van 5% in de stedelijke omzet die rechtstreeks met het toerisme verbonden is. tenzorg in strikte zin, maar dat ze zich vertakken naar en wortelen in het ruimere Een van de voornaamste focuspunten daarin is inzetten op het verblijfstoerisme, stedenbouwkundige beleid. met andere woorden meer dagjesmensen ertoe aanzetten om ook eens hier te Sinds 2008 wordt er gestreefd naar een efficiëntere en meer professionele aan- overnachten. pak van onderhoud- en restauratiewerken waarbij de Stad optreedt als bouw- Het strategisch plan vertrekt vanuit de eigenheid van Mechelen en Sint-Katelijne- heer. Hiertoe is de initiërende en adviserende taak van de stedelijke dienst Mo- Waver: een compacte stad met veel open ruimte, zowel in het centrum als in de numentenzorg uitgebreid met het integrale beheer van de restauratieprojecten groene rand, centraal gelegen en vlot bereikbaar. Er heerst een menselijke sfeer, aan de beschermde kerken en ander waardevol patrimonium. Dit heeft geleid toegankelijk en verwelkomend. De stad cirkelt rond de Sint-Romboutstoren, de naar: grote blikvanger en het kerkelijk erfgoed. Gastronomie, gezelligheid en actieve • een meer onderbouwde, wetenschappelijke aanpak, waarbij uitgebreide voor- ontspanning gaan er hand in hand met stedelijke cultuur en geschiedenis. Dit onderzoeken een belangrijke rol spelen in de bepaling van de uiteindelijke specifieke karakter bouwen we uit tot de kracht van ons toeristisch aanbod. restauratieopties; Doelstellingen • vakkundig opgemaakte dossiers die in aanmerking komen voor de maximale overheidspremies; • Het cultuur- en vrijetijdsaanbod wordt op treffende wijze georganiseerd en gepromoot, voor een breed spectrum aan doelgroepen; • restauraties waarbij de kwaliteit van de uitvoering minutieus bewaakt wordt. • Toerisme heeft een eigen plek in de stadseconomie; • Bezoekers kunnen intekenen op een attractief aanbod van producten, projec- ten en evenementen; • Mechelen bouwt een toeristisch kenniscentrum uit; • Mechelen verzorgt zijn onthaalstructuur voor bezoekers en partners.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 59 60 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Hoofdstuk 4 Dit Charter ligt aan de basis van een aparte stroming in de erfgoedzorg, te om- schrijven als het waardegebaseerd (waarderend) behoud van erfgoedplaatsen. Analyse en visie Het is intussen de standaard geworden in Australië, de Verenigde Staten, Ca- nada, het Verenigd Koninkrijk en Schotland.19 ‘Betekenis van een erfgoedplaats’ wordt hierin erg ruim gedefinieerd en hecht I. naast materiële kwaliteiten veel belang aan de immateriële kwaliteiten van de De waarden in kaart brengen plek: de ‘Sense of place’ of de ‘Spirit of place’. Ook ligt de klemtoon op de men- sen die op een of andere manier met de erfgoedplaats verbonden zijn. De bete- Uit de voorgaande hoofdstukken blijkt de betrokkenheid van verschillende over- kenissen van een erfgoedplaats worden dus mee bepaald door de ermee ver- heden, diensten, erfgoedgemeenschappen en belanghebbenden. bonden (erfgoed)gemeenschap: ze zijn meervoudig, situationeel en daarom ook veranderlijk in tijd en context. In de erfgoedsector worden in binnen- en buitenland diverse methodieken toe- gepast om de erfgoedwaarden en betekenissen in kaart te brengen. Om deze Dit uitgangspunt is voor Mechelen gerechtvaardigd omdat het om heel bijzon- complexe denkoefening in Mechelen te structureren werd het Burra Charter der erfgoed gaat: acht monumentale historische kerken, allemaal met een rijke (1999) en het daarvan afgeleide Burra process als uitgangspunt genomen.18 geschiedenis en allemaal erg bepalend voor de identiteit van de stad. Om dit onroerend, roerend en ermee verbonden immaterieel erfgoed optimaal te ont- sluiten, moet er in elk geval rekening gehouden worden met de waarden die eraan verbonden zijn en die bepaald worden door de diverse groepen belang- hebbenden. Op die manier wordt niet alleen het al bestaande draagvlak benut maar wordt ook potentieel draagvlak geactiveerd en worden er nieuwe vormen van draagvlak gecreëerd. Het beheer van dit kerkelijk erfgoed is een complexe materie. De kerken zijn in de eerste plaats en tot nader order gebedshuizen van de katholieke kerk. Mechelen is bovendien de zetel van het Aartsbisdom Mechelen-Brussel. Zeven van de acht historische kerken zijn eigendom van en worden beheerd door de kerkfabrieken. Voor de 8ste, de Onze-Lieve-Vrouw-van-Leliëndaal, is dat de jezu- ïetenorde. Voor vijf kerken is de Stad opdrachtgever voor de restauratiewerken. Daarnaast neemt ze de verantwoordelijkheid op om de 7 kerken en de toren van de Kathedraal te ontsluiten voor het publiek buiten de eredienst. De vzw Torens aan de Dijle werd opgericht om de Stad in deze opdracht te ondersteunen. Sa- men met de Stedelijke Musea Mechelen zorgt de vzw voor de ontsluiting van de kerken, elke namiddag (behalve op woensdag) van 13u tot 17u in de zomer, en tot 16u in de winter. De stedelijke dienst Toerisme promoot de kerken als onderdeel van het rijke patrimonium van Mechelen, een van de vijf Vlaamse kunststeden.

18 The Burra Charter. The Australian ICOMOS Charter for Places of Cultural Significance (herziene versie 1999). 19 MEUL, V., Venetië voorbij. Het Burra Charter als leidraad voor het behoud en beheer van sacrale erfgoedsites, onuitgegeven tekst bij de lezing op de VCM studiedag, In ander licht, 23 februari 2008. Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 61 De kerken hebben elk een gemeenschap van gelovigen die er gebruik van maakt • cultureel-symbolische waarde (politieke en arbeidsgerelateerde waarde) voor de eredienst, de sacramenten of de parochiale werking. Daarnaast maken • sociale waarde tal van groepen al of niet als gelovigen gebruik van deze plekken. Dit is duidelijk gebleken uit de bevraging van de kerkbeheerders. Het gaat bijvoorbeeld over - sociaal kapitaal andere christelijke gemeenschappen zoals Assyriërs, de parochieploeg en de - sociale netwerken en relaties vrijwilligers die het onderhoud verzorgen, de koren die er repeteren en concerte- - waarde van de publieke en gedeelde plek (ruimtelijke context, relatie van ren, schoolgemeenschappen, organisten en studenten van het conservatorium, kerk tot stad) parochianen, dag- en verblijfstoeristen, erfgoedliefhebbers, publiek voor concer- - identiteit van een gemeenschap ten of tentoonstellingen in de kerken ... Andere belanghebbenden zijn de omwo- • spiritueel-religieuze waarde nenden, de buurtbewoners en de bewoners van de stad, erfgoedspecialisten, restaurateurs en aannemers die opdrachten vervullen voor de kerken, andere - de religie op zichzelf en de ermee verbonden waarde bedrijven die goederen leveren aan de kerken (kaarsen, postkaarten ...). Voor al - de niet-religieuze maar toch spirituele ervaring, de verwondering, het ontzag deze diverse groepen van belanghebbenden hebben de kerken een bepaalde voor de plek, de stilte waarde of betekenis. We willen deze meervoudige waarden en betekenissen • esthetische waarde gebruiken voor een optimale ontsluiting van de kerken. Daarom moeten we ze - visuele kwaliteiten, de schoonheid, het sublieme in kaart brengen. - het ontwerp en de evolutie van het gebouw en zijn interieur Om de diverse erfgoedwaarden voor al deze belanghebbenden in kaart te bren- - zintuiglijke ervaring (geur, gevoel, uitzicht, welbehagen) gen, willen we gebruik maken van een typologie die onder meer aangereikt werd door de Getty Conservation Institute in Los Angeles (USA). 20 Daarbij wordt een De tweede groep van economische waarden kan worden onderverdeeld in: onderscheid gemaakt tussen sociaal-culturele waarden en economische waar- den. • gebruikswaarden De eerste groep van sociaal-culturele waarden omvat: - prijsgebonden: toegangsprijs, grondprijs, loonkosten, restauratiekosten ... • de historische waarde: • non-profitwaarden - materiële waarde (zoals de ouderdom van de kerken) - moeilijk uit te drukken in prijs - associaties met personen en gebeurtenissen - sociaal-economische waarden - de zeldzaamheid en uniciteit van de plek - uitgaande van de waarde als publiek goed - de technologische kwaliteiten van bijvoorbeeld architectuur of kunstwerken - niet exclusief en niet concurrerend - de archivalische en documentaire waarde Deze laatste categorie – de non-profitwaarden – probeert waarden te definiëren - de educatieve en academische waarde (potentieel voor kennisopbouw zoals de bestaanswaarde, de optiewaarde of mogelijke waarde in de toekomst en -ontwikkeling) (bij bijvoorbeeld medegebruik, nevengebruik of herbestemming) en de zoge- - de artistieke waarden (zoals de vaak unieke kunstwerken of architecturale naamde legaatwaarde of de waarde om het door te geven aan de volgende realisaties) generaties. Economische waarden overlappen soms met de sociaal-culturele, maar om ze te meten worden andere technieken, methodes en uitgangspunten gebruikt. 20 Assessing the Values of Cultural heritage. Research report, ed. DE LA TORRE, M., uitgeven door Getty Conservation Institute, Los Angeles (USA), 2002.

62 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen In de eerste plaats hebben de acht historische kerken een individuele waarde. Daarnaast hebben ze collectief intrinsieke waarden die bepaald worden door de authenticiteit van de gebouwen op een bepaald moment in tijd en context. Daarbovenop is er een complexe samenhang van deze diverse waarden, die mee bepaald worden door de grote, diverse groep van belanghebbenden. Het is wenselijk deze zo breed mogelijk in kaart te brengen en op basis hiervan de juiste en meest duurzame keuzes te maken voor het beheer en de ontsluiting van de kerken. Deze methode vraagt om een gefaseerde aanpak. Een eerste aanzet tot het in kaart brengen van de waarden van het erfgoed is in deze nota opgenomen in een matrix (zie verder) gebaseerd op de al bekende gegevens uit hoofdstuk 1 (voorwerp van ontsluiting) en de visie van de beheer- ders (hoofdstuk 3, punt 2).

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 63

66 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Door de huidige bijeengebrachte kennis in de waardematrix te verwerken, wor- den de waarden maar ook de noden van de historische kerken duidelijk. De historische waarde staat buiten kijf. Zowel de materiële waarde (ensemble van de historische kerken uit verschillende periodes) als de uniciteit en de artistieke waarde is evident. Dit aspect is het uitgangspunt voor dit ontsluitingsplan en rechtvaardigt zowel de restauratie van de kerken als de verdere ontsluiting. De educatieve en academische waarde, de artistieke waarde, de archivalische en documentaire waarde en de technologische kwaliteit van de kunstwerken tonen weerom de rijkdom van de kerken; maar ook de mogelijkheid om in te zetten op onderzoek. Dankzij verder onderzoek kunnen we de uniciteit en de specificiteit van de kerken beter duiden. Bovendien kunnen we ze inschrijven in het histori- sche stadsverhaal en de ruimere context van het religieuze erfgoed. Bouwen aan de kennis over onroerend, roerend en immaterieel erfgoed van de acht histori- sche kerken biedt ook de beste garantie voor een kwaliteitsvolle en respectvolle omgang met dit erfgoed. Dat zijn precies ook de doelstellingen voor een duur- zame toeristische ontwikkeling van dit erfgoed.. De waarde van de historische kerken gaat echter verder dan het zuivere pa- trimonium. De invulling van de sociaal-spiritueel-religieuze waarde in de matrix vertoont nog hiaten, net als voor de gebruikswaarde en de non-profitwaarde. Als de sociale waarde verder in kaart gebracht is, zal deze matrix aangevuld kunnen worden. De combinatie van bevraging, verder onderzoek, restauratie en ontslui- ting maken het mogelijk om een grondig antwoord te formuleren op de gebruiks- waarde en de non-profitwaarde. Een waaier van parameters die om een invulling vraagt, zeker met de huidige maatschappelijke tendensen van ontkerkelijking en het zoeken naar economische return.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 67 68 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Hoofdstuk 5 het ontsluitingsplan voor de acht historische kerken

I. 1 Het waardevolle historische erfgoed van het ensemble historische kerken De vijf doelstellingen behouden (restaureren en onderhouden), beheren en ontsluiten

In de Meerjarige subsidiëringsovereenkomst voor de verdere restauratie van 1.1 het ensemble van de historische kerken in de binnenstad van Mechelen van 20 Plan van aanpak om de acht historische kerken te behouden en ‘in ere te december 2011 werd het uitwerken van een beleids- en ontsluitingsplan als één herstellen’ van de voorwaarden opgenomen. Bij de ondertekening van de overeenkomst Dankzij de meerjarige subsidiëringsovereenkomst is het mogelijk om de hoog- benadrukte Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Geert Bourgeois: ‘De stad dringende buitenrestauratie van de Begijnhofkerk, alsook de restauraties van engageert zich om nu verder te werken aan de verdere ontsluiting van dit erf- de binnenschillen van de zes kerken waarvoor de stad opdrachtgever is, in het goed, specifiek gericht op de dagtoerist en de verblijfstoerist’. volgende decennium af te ronden. De Stad Mechelen neemt deze opdracht op in een brede ontsluitingsvisie met De voorgestelde fasering vertrekt vanuit de stand van zaken van de onderzoeks- volgende algemene doelstellingen: en restauratiedossiers: de Sint-Petrus-en-Pauluskerk en de Onze-Lieve-Vrouw- 1. het waardevolle historische erfgoed van het ensemble van de historische van-Hanswijkkerk zijn hierin het verst gevorderd. Ze houdt echter rekening met kerken behouden (restaureren en onderhouden), beheren en ontsluiten; de precaire bouwfysische toestand door het exterieur van de Sint-Alexius-en- 2. de betrokkenheid van alle belanghebbenden vergroten om het draagvlak Catharinakerk en het interieur van de Sint-Jan-Baptist-en-Evangelistkerk zo snel versterken; mogelijk in te plannen. 3. de kerkgebouwen en hun kunstpatrimonium beter toegankelijk en be- Als er duidelijke opties zijn voor (frequent) multifunctioneel gebruik of gedeeld leefbaar maken voor een breed publiek; gebruik van de kerk of van bepaalde delen van het gebouw (zoals een crypte 4. de kennis van dit unieke religieuze erfgoed en zijn context verruimen en voor tijdelijke tentoonstellingen), dan biedt dit een kans om de noodzakelijke delen; en adequate faciliteiten mee te integreren vanaf de ontwerpfase van de restau- ratie. Dit maakt een maximale beleving en het optimale gebruik van de diverse 5. een kwaliteits- en respectvolle beleving van het erfgoed vergroten. functies van de historische kerken mogelijk. Het kan concreet gaan om relatief Het realiseren van de doelstellingen draagt bij tot: eenvoudige ingrepen zoals de onthaalfunctie (balie), bezoekersfaciliteiten zoals • de binding van inwoners en gebruikers (van de stad) met hun eigen erfgoed sanitair, verlichting of tentoonstellingsmogelijkheden van kunstvoorwerpen. Er zodat een erfgoedgemeenschap ontstaat die mee zorg wil dragen voor dit moet tevens gedacht worden aan de toegankelijkheid van de kerken voor stads- erfgoed; gidsen op momenten dat de kerken gesloten zijn, en aan alle noodzakelijke faci- liteiten die daaraan verbonden zijn (alarm, sleutelbeheer, bedieningspaneel van • het versterken van het cultuurtoeristische profiel van de Stad Mechelen als de verlichting …). een van de Vlaamse kunststeden; • het respect voor religie en cultureel erfgoed.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 69 1.2 2013 – Exterieurrestauratie van de Sint-Alexius-en-Catharinakerk (Begijnhof- Het restauratieplan kerk) Volgens de afgesloten meerjarige subsidiëringsovereenkomst zijn de grote Planning restauratiewerken als volgt gepland: • Nieuwe ontwerper werd aangesteld in april 2012 • Dossieropmaak: 2012 2011 – Interieurrestauratie van de Sint-Petrus-en-Pauluskerk • Totaaldossier: in te dienen begin 2013 Planning • Aanbesteding: eind 2013-begin 2014 • Ontwerper: aangesteld • Vooronderzoeken: afgerond Kostenraming • De ingediende dossiers voor de 1ste en de 2de fase van de interieurrestaura- • Voltooiing van de buitenrestauratie, inclusief de glasramen: € 5.500.950,40 € tie worden samengevoegd • Aanbesteding: 2012 • Uitvoering 2013 2014 – Interieurrestauratie van de Sint-Jan-Baptist-en-Evangelistkerk Kostenraming21 Planning • Restauratie van de binnenschil en de (niet-figuratieve) glasramen: € • Ontwerper: aangesteld 2.346.419,90 • Vooronderzoeken: • historisch-archivalisch onderzoek is afgerond Verdere onderzoeken - materiaaltechnisch onderzoek gaat begin 2013 van start Er werd in 2012 een opdracht uitgeschreven voor een onderzoek naar de - Dossieropmaak globale interieurrestauratie (muren, gewelven, technieken en akoestisch kwaliteiten van het kerkinterieur. Deze studie zal richtinggevend zijn dakgebinte): 2012-2013 voor mogelijke vormen van nevenbestemming of eventuele herbestemming. • Totaaldossier: in te dienen eind 2013 2012 – Interieurrestauratie van de Onze-Lieve-Vrouw-van-Hanswijkkerk • Aanbesteding: 2014

Planning Kostenraming • Ontwerper: aangesteld • Restauratie van de binnenschil en het dakgebinte: € 2.695.438,35 • Vooronderzoeken: afgerond • De dossiers voor de restauratie van de glasramen van de koepel, voor de technieken en voor de globale interieurrestauratie werden samengevoegd • Aanbesteding: begin 2013 Kostenraming • Restauratie van de binnenschil en glas-in-loodramen; vernieuwen en aanpas- sen van de technieken: € 3.187.573,18

21 Alle bedragen zijn inclusief btw.

70 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 2015 – Interieurrestauratie van de Sint-Catharinakerk Financiering De Stad Mechelen neemt als opdrachtgever het volledige aandeel van de kerk- Planning fabriek op zich. • Ontwerper: aangesteld in 2012 Verdeelsleutel van de restauratiekosten: • Vooronderzoeken: • 60% Vlaamse overheid - historisch-archivalisch onderzoek: 2012-2013 • 20% Provincie Antwerpen - materiaaltechnisch onderzoek: start in de eerste helft van 2013 • 20% Stad Mechelen • Dossieropmaak interieurrestauratie: 2013-2014 Eventuele niet-restauratieve werken, erelonen en contractuele prijsaanpassin- • Totaaldossier: in te dienen eind 2014 gen zijn ten laste van de Stad. Daarenboven neemt de Stad alle noodzakelijke • Aanbesteding: 2015 onderzoeken (historisch, materiaaltechnisch …) en instandhoudings- en onder- houdswerken voor haar rekening in afwachting van de eigenlijke restauratiewer- Kostenraming ken. Zo nodig worden de dossiers voor deze laatste werken in eigen beheer opgemaakt door de architecten van de dienst Monumentenzorg. In de stedelijke • Restauratie van de binnenschil: € 2.404.590,65 begroting en meerjarenplanning worden consequent de nodige budgetten voor- zien. 2016 – Interieurrestauratie van de Sint-Alexius-en-Catharinakerk (Begijnhof- Hoogdringende instandhoudingswerken (houtworm- en zwambestrijding …) kerk) worden mee opgenomen in het grote restauratiedossier voor de binnenschil. Planning 1.3 • Bouwhistorisch vooronderzoek: 2013 Restauratie van het roerend patrimonium • Aanstelling ontwerper: 2013 Tijdens maar voornamelijk na de grote restauratiewerken zullen fasegewijs, in • Materiaaltechnische vooronderzoeken: 2013 overleg met de betreffende kerkfabriek, de procedures opgestart worden voor • Dossieropmaak interieurrestauratie: 2014-2015 de restauratie van het roerend patrimonium (altaren, schilderijen, biechtstoelen, • Totaaldossier: in te dienen eind 2015 preekstoel, orgel …) met kleinere gespecialiseerde dossiers. • Aanbesteding: 2016 Deze aanpak heeft een aantal belangrijke voordelen: Kostenraming • met kleinere gespecialiseerde dossiers kunnen rechtstreeks gespecialiseerde • Restauratie van de binnenschil: € 2.419.715,65 aannemers en restaurateurs aangesproken worden; • de kerken kunnen tijdens de uitvoering open blijven en het publiek kan be- trokken worden bij de restauratiewerken. Enkele dossiers zijn al in voorbereiding.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 71 Sint-Petrus-en-Pauluskerk De dienst Monumentenzorg van de Stad heeft al een infosessie voor de kerkfa- In 2013 is er een aanbesteding gepland om een ontwerper aan te stellen voor brieken georganiseerd waarin de noodzaak van regelmatig onderhoud benadrukt de restauratie van de monumentale schilderijenreeks Het leven en de wonde- werd en waarin toelichting gegeven werd over het opmaken van onderhouds- ren van Franciscus Xaverius. dossiers, conform de wetgeving op de overheidsopdrachten en monumenten- zorg. De dienst Monumentenzorg zal hiervoor initiatieven blijven nemen. Sint-Catharinakerk In het ontwerpteam voor de restauratie van het interieur van de kerk zijn een 1.5 orgelspecialist en een schilderijendeskundige opgenomen voor de gespeciali- Vrijwilligerswerking - inventarisatieproject seerde restauratiedossiers. De Erfgoedcel ontwikkelde in samenwerking met de provincie Antwerpen en de Sint-Jan-Baptist-en-Evangelistkerk Stedelijke Musea Mechelen/Torens aan de Dijle een project waarbij het roerend Er werd een budget aangevraagd voor een gespecialiseerde ontwerper voor kerkelijk erfgoed wordt geïnventariseerd door een groep speciaal opgeleide de restauratie van het orgel. vrijwilligers. De inventarisatiegegevens worden opgenomen in een op maat ont- wikkelde databank van het CRKC. Dit garandeert een eenvormige en volledige 1.4 opmaak van het verplichte beheersinstrument. De onderhoudsplanning De inventarisatie voor de eerste kerk, de Onze-Lieve-Vrouw-van-Hanswijkkerk, Naast en na de grote restauratiecampagnes blijft regelmatig onderhoud van de werd afgerond in september 2012. Die voor de Sint-Petrus-en-Pauluskerk is ge- kerkgebouwen van groot belang om het architecturale en kunsthistorische erf- start in het najaar van 2012 en zal afgerond zijn vóór de aanvang van de res- goed veilig te stellen en latere ingrijpende restauraties te voorkomen. Zo zal het tauratiewerken. De andere kerken volgen in functie van de timing van de res- gebruik van de kerken ook de beste garantie zijn voor hun onderhoud. tauratiewerken. Momenteel is eerst de Sint-Janskerk voorzien, vervolgens de De intentie om de kerkgebouwen ‘als goede huisvader’ te onderhouden is zeker Sint-Katelijnekerk en nadien de Begijnhofkerk. De Onze-Lieve-Vrouw-over-de- aanwezig. De kerkfabrieken zijn aangesloten bij Monumentenwacht en laten op Dijlekerk en de Kathedraal komen als laatste aan de beurt. regelmatige basis inspecties uitvoeren. Het project is tot nu toe bijzonder succesvol gebleken: zestien personen konden De Stad heeft de bedoeling om, in overleg met de kerkfabrieken of het centrale gemotiveerd worden om zich hier op vrijwillige basis voor in te zetten. Zowel de kerkbestuur dat de verschillende kerkfabrieken groepeert, tot een gestructureer- vrijwilligers als de kerkraad evalueerden deze werking erg positief. de aanpak te komen voor het onderhoud en de kerkfabrieken mee verantwoor- De vrijwilligers bouwen naast kennis van het specifieke erfgoed vooral ook een delijkheid te geven. Dit kan door concrete afspraken te maken: band op met de kerk en de verantwoordelijken. Het zou een mooie kans zijn als • de periodiciteit van de inspecties Monumentenwacht exterieur en interieur dit project naar inhoud verbreed en in tijd uitgebreid kon worden door er vervolg- en de manier waarop gevolg gegeven wordt aan de rapporten die daar de trajecten aan te koppelen. neerslag van zijn; • het afsluiten van onderhoudscontracten om goten, bedaking en glasramen jaarlijks na te kijken en waar nodig te herstellen; • een duidelijke afbakening van de taken en plichten van de kerkfabriek en de Stad: hoever reikt de onderhoudsplicht van de kerkfabriek (klein onderhoud) en vanaf welk moment kan er een beroep gedaan worden op de stadsdien- sten?

72 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 1.6 kerk de te volgen procedures uit te werken, duurzame keuzes te maken, en uit te Preventieve conservering zoeken welke expertise erbij moet worden betrokken. We denken bijvoorbeeld aan diverse partners zoals Onroerend erfgoed, het CRKC en academici. Voor de preventieve conservering van het roerend patrimonium bestaan er mo- gelijkheden om bijkomende initiatieven te nemen met de vrijwilligers van de Ook kan buitenlandse expertise worden aangetrokken, zoals The Churches Con- kerken die het reguliere onderhoud uitvoeren, alsook met de vrijwilligersgroep servation Trust uit het Verenigd Koninkrijk.22 Deze organisatie is verantwoorde- van de Erfgoedcel. Er wordt gedacht aan praktische workshops ter plekke over lijk voor de conservering en het herstel van de 341 kerken in haar beheer. Ze bijvoorbeeld het reinigen en opbergen van historisch textiel of metalen kunst- zoekt daarbij naar een nieuwe bestemming van de kerk vertrekkend vanuit de voorwerpen onder begeleiding van Monumentenwacht interieur. noden van de lokale gemeenschap. Zo werkt ze meteen ook gemeenschaps- De vele waardevolle kunstvoorwerpen (textiel, metaal, hout, gips …) in de kerken vormend en streeft ze naar zelfbedruipende projecten. Stichting Kempens Land- moeten in optimale omstandigheden bewaard en geconserveerd worden. Dat is schap werkt met deze partner samen voor het Europese project Heritage Recy- The Churches Conservation Trust nog niet altijd het geval. Dit heeft niet te maken met een gebrek aan goede wil cled (HERE). Samen met de Engelse partners Suffolk Mind maar eerder met een gebrek aan kennis – dit werd ook aangegeven door de en gaat Kempens landschap op zoek naar een betere methode kerkraden zelf – en vooral aan tijd en mensen om de voorwerpen beter te op te om leegstaand erfgoed een herbestemming te geven. Met voorbeeldprojecten, bergen en te conserveren. zoals het Ursulineninstituut in Onze-Lieve-Vrouw-Waver of de Engelse kerk van Saint-Mary at the Quay in Ipswich, zal gewerkt worden aan een toekomst voor In Vlaanderen zijn er voldoende partners in professionele erfgoedorganisaties het religieuze erfgoed in Europa. Het project kadert binnen het Interreg IVA 2 - die deze kennis graag ter beschikking stellen. Het is dan ook zinvol om hierrond zeeënprogramma van de Europese Unie. De afdeling Erfgoedontwikkeling nam een project te starten met Monumentenwacht interieur (provincie Antwerpen) al contact op met beide partners om betrokken te worden bij de methodiekont- en met de behouds- en beheersmedewerker van Faro. Daarbij kunnen de be- wikkeling voor herbestemming. Het is een optie om de bestaande ideeën over heerders en de vrijwilligers op basis van praktische workshops in situ richtlij- mogelijke herbestemming van bepaalde kerken aan de hand van deze metho- nen krijgen over de manipulatie van voorwerpen, het bewaren van de diverse diek verder vorm te geven binnen de projectgroep. kunstvoorwerpen en mogelijke kleine ingrepen die zij zelf kunnen doen. Het kan bijvoorbeeld gaan over het reinigen van kasten, het gebruik van de juiste on- 1.8 derhoudsproducten, het opbergen van kerkelijk textiel, het reinigen en bewaren Ontsluiting tijdens de werken van metalen voorwerpen, het boenen van houten kerkmeubilair … Een oplei- Er bestaan verschillende mogelijkheden om de aandacht te vestigen op de lo- dingscyclus zal worden georganiseerd in het Erfgoedcentrum Lamot met praktij- pende bouwwerken: koefeningen in de kerken. Een betere kennis en bewaring van het patrimonium kunnen substantieel bijdragen tot een optimale ontsluiting. • in de mate van het mogelijke blijven de kerken (gedeeltelijk) open tijdens de werken en wordt getracht de aan de gang zijnde werken te duiden met 1.7 informatieborden. Het open houden van de kerken biedt niet alleen voordelen Herbestemmingsmethodieken voor het publiek, maar zet ook de uitvoerders ertoe aan om het kerkinterieur Vanaf juni 2013, als de kerkelijke overheid haar definitieve standpunt bekend- ordelijk en net te houden; maakt over de bestemming van de parochiekerken in Mechelen, zal het duidelijk worden welke kerken eventueel een nieuwe bestemming moeten krijgen. Intus- sen kan de Stad idealiter een projectgroep opstarten om in samenspraak met de 22 http://www.visitchurches.org.uk/Assets/Governancedocuments/StrategicPlan0915.pdf?1302705231

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 73 • net als bij open monumentendagen, stadsfestivals … verzorgt de dienst Monumentenzorg, in overleg met de ontwerpers en de aannemer, regelmatig rondleidingen door de werken. Op deze manier krijgt de geïnteresseerde bezoeker de unieke mogelijkheid om de opbouw, de afwerking, de graad van verfijning en detaillering van de kerkinterieurs van zeer nabij te bewonderen, leert hij de problematiek van kerkinterieurs kennen en komt hij in contact met de verschillende restauratietechnieken en -ambachten. Ervaring leert dat deze initiatieven telkens op grote publieke belangstelling kunnen rekenen en bijdragen tot een groter draagvlak voor dergelijke dure restauratiecampag- nes. Als deze data lang genoeg op voorhand bekend zijn (of een bepaalde regelmaat vertonen) en de rondleiding ook in andere talen kan, kan de dienst Toerisme dergelijke ‘Achter de schermen van…’ opnemen als een permanent product. • de Stedelijke Musea Mechelen voorzien permanente vorming voor de Me- chelse stadsgidsen zodat ze met kennis van de meest actuele informatie de groepsrondleidingen kunnen geven (via lezingen, gedrukte media, website van de Stedelijke Musea Mechelen …); • digitale (infoschermen, website …) en sociale media zullen gebruikt worden om de restauratiewerken voor een nog breder publiek te ontsluiten (de Face- bookpagina’s van de Stedelijke Musea Mechelen: Rik Wouters of Van Busley- den); • publieksmomenten kunnen worden georganiseerd voor de geïnteresseerde Mechelaar en andere belangstellenden, onder meer in samenwerking met de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde Kunsten en Letteren van Mechelen (19/02 – lezing door Marc Debatty, dienst Monumentenzorg Mechelen – Sint- Petrus-en-Pauluskerk: twee decennia voorbereiding op restauratie).

Met uitzondering van de Open Monumentendag en de werfbezoeken, zal de afdeling Erfgoedontwikkeling het initiatief en de organisatie van voornoemde projecten op zich nemen, echter wel met inhoudelijke inbreng van de dienst Mo- numentenzorg. Deze activiteiten zijn ideale communicatiemomenten die mee voor een draag- vlak kunnen zorgen en mensen kunnen betrekken bij het erfgoed. Ook bieden ze mogelijkheden voor fondsenwerving en alternatieve financiering voor conser- verings- of restauratiewerken van het roerend patrimonium.

74 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 2. Een eerste stap bestaat erin om de juiste methodiek te bepalen voor de be- De betrokkenheid van alle belanghebbenden vergroten om het draagvlak te vraging. In samenwerking met Faro werd het bestaande instrumentarium onder- versterken zocht en werd in februari 2013 een opleiding georganiseerd voor de medewer- kers van Erfgoed en Wijk- en Dorpszaken. 2.1 De visie van de kerkelijke overheid Deze technieken worden in de praktijk toegepast en de resultaten van de bevra- ging zullen de beleidskeuzes voor de ontsluiting van de kerken mee vorm geven Op dit ogenblik is er nog geen definitieve visie van het Bisdom Mechelen be- en een breed draagvlak ervoor tot stand te brengen. schikbaar over de toekomst van de acht historische kerken.23 Blijven de kerken hun liturgische functie behouden of niet? Welke kerken blijven als parochiekerk Het belang van stilteplekken kan hierin eveneens een plaats krijgen. Zo wees dienstdoen? Wat zijn de gevolgen voor de andere kerken en hun beheerders? een studie aan de Artesis Hogeschool (Master Monumenten- en Landschaps- 24 Wat is de impact op het beheer en op de ontsluiting? zorg) uit dat er in deze hectische maatschappij nood is aan stilteplekken. De studie onderzocht ook aan welke voorwaarden zulke plekken het best voldoen, Er werd binnen de Kerk een intern traject opgestart om een visie te ontwikkelen zoals de aanwezigheid van voldoende details om te fascineren; het niet alles in- tegen eind juni 2013. Het is erg wenselijk om in het voorjaar 2013 samen met de eens prijsgeven of de grootsheid en ruimtelijkheid van de plek. Daarnaast geeft kerkelijke overheid te overleggen over de mogelijkheden en wensen (cf. 1.7). Na de studie aan wat dergelijke stilteplekken kunnen bereiken, zoals rust geven, de standpuntbepaling van de Kerk en de uiteindelijke, mee door de Stad gedra- een gevoel van welzijn of er even tussenuit zijn. Kerken zijn hiervoor dan ook gen toekomstvisie, zal het beheers- en het ontsluitingsplan van de kerken hierop ideale plekken. moeten worden afgestemd. 2.3 2.2 Andere belanghebbenden bevragen De wijken bevragen om betekenissen in kaart te brengen Ook een bevraging van andere groepen over de betekenissen van de histori- Om het lokale draagvlak te vergroten is er een beter begrip nodig van de beteke- sche kerken kan in belangrijke mate helpen om een breder draagvlak te creëren. nissen die de kerken nu hebben voor de diverse groepen belanghebbenden. De We denken onder andere aan de Cultuurraad, de Vrienden van de Stedelijke Mu- bedoeling is enerzijds betekenissen in kaart te brengen en anderzijds mogelijke sea Mechelen, de Oudheidkundige Kring, de Academie en het Conservatorium, vormen van participatie te bevorderen. Het is wenselijk om in samenwerking met de Beiaardschool, de vzw Contour, de gidsen, de B&B’s en nog andere spelers de stedelijke dienst Wijk- en Dorpszaken een bevraging op te starten gericht in de stad. naar de bewoners van en verschillende bevolkingsgroepen in de wijken rond de acht historische kerken. Voortbouwend op de suggesties van de kerkbeheerders horen hier zeker ook diverse gemeenschappen bij: iedereen die zich engageert voor de kerkraad, het centraal kerkbestuur, de parochiale verenigingen zoals Femma, de koren, orga- nisten, beiaardiers, de verenigingen voor parochiale werking, de vele vrijwilligers ...

23 De vijf Vlaamse bisdommen ontwikkelen een eigen visie op de toekomst van de parochiekerken. De visie en het 24 In een gesprek met dr. Jacqueline Van Leeuwen, stafmedewerker organisatieontwikkeling bij Faro, verwees zij naar stappenpan van hat Aartsbisdom Mechelen-Brussel - Vicariaat Vlaams-Brabant en Mechelen kan geraadpleegd deze studie. worden op: http://www.crkc.be/sites/default/files/over_parochies_en_parochiekerken_info-avonden.pdf.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 75 2.4 Communicatie en ambassadeurschap Er wordt een werkgroep Communicatie (Torens aan de Dijle, Stedelijke Musea Mechelen, Erfgoedcel, Monumentenzorg, Toerisme …) opgericht die zich prio- ritair zal inzetten om het ‘ambassadeurschap’ voor de Mechelse historische kerken te promoten. De eerste concrete acties zijn gericht op de start van de restauratie van de Sint-Petrus-en-Pauluskerk. De promotiecampagne zal de acht kerken in hun globaliteit opnemen maar de acties zullen specifiek geënt worden op de meerjarenplanning voor de restauratie. De werkgroep zal in 2013 gerichte acties ontwikkelen volgens een instrumenta- rium (presentaties, lezingen (Soirée Lamot), elektronische nieuwsbrieven, sociale media, digitale ontsluiting, bezoeken achter de schermen …) dat het meest ge- schikt is voor de gekozen acties, rekening houdend van de beschikbare mid- delen en mensen. Het project met de ambassadeurs zal eveneens gekoppeld worden aan een tra- ject om alternatieve financiering te zoeken. Mechelen heeft al positieve ervarin- gen met het motiveren van mensen om bij te dragen aan projecten, zoals het peter- en meterschap bij de opgraving van het Sint-Romboutskerkhof. Parallel hiermee voert een studente Cultuurmanagement van de Universiteit Antwerpen onderzoek naar dit ambassadeurschap en naar vormen van alternatieve financie- ring, zoals fiscaal aftrekbare giften. Ook de resultaten van dit onderzoek zullen dienen om het ambassadeurschap en de fondsenwerving verder uit te werken. De vergaarde fondsen zullen aangewend worden voor preventieve conserve- ring en kleinschalige restauraties van het roerend kunstpatrimonium. De con- crete acties van de fondsenwerving zullen qua timing afgestemd worden op de restauratieplanning, bijvoorbeeld de ondersteuning van de kunstvoorwerpen in de Sint-Petrus-en-Pauluskerk.

76 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 3. den in acht thema’s, die eventueel ook te integreren zijn in het Museumtraject. De kerken en hun kunstpatrimonium beter toegankelijk en beleefbaar maken voor een breed publiek Nog een andere mogelijkheid is een integratie van de kerkgebouwen in ‘Meche- len Ondergronds’. Met dit project wil de Stad de vele archeologische vondsten toegankelijk maken voor het publiek op de vindplaatsen zelf, op diverse locaties 3.1 Integratie in het Museumtraject in de Stad. Een bezoek aan de ondergrondse locaties kan uitmonden in een al- ternatieve stadswandeling, waarin de crypten van de Sint-Romboutskathedraal, De Stad Mechelen ontwikkelt een visie voor de stedelijke museale werking, van de Sint-Petrus-en-Pauluskerk en van de Onze-Lieve-Vrouw-van-Hanswijk- het Museumtraject genoemd. Mechelen hertekent de komende jaren gron- kerk een concrete meerwaarde kunnen betekenen. dig zijn Museumas. De verbouwing van het Hof van Busleyden als (onder- deel van het) Mechels stadsmuseum, de ontsluiting van de historische ker- 3.2 ken, de plannen voor het archeologische project ‘Mechelen ondergronds’ Organisatie van de onthaalfunctie en de integratie van Kazerne Dossin in de stad zijn al enkele belangrijke an- Uit de bevraging bij de kerkraden (exclusief de Kathedraal) komt tot uiting dat kerpunten in de nieuwe ontwikkelingen. In dit traject gaan we op zoek naar de huidige ontsluiting door Torens aan de Dijle meer dan wenselijk is. Er zal hoe al deze erfgoedspelers en hun Mechelse erfgoed zich verhouden tot onderzocht worden hoe een professioneel onthaal realiseerbaar is met de be- de Mechelse historische context. De kerken spelen een belangrijke rol in schikbare middelen. de duiding van diverse aspecten van de stadsgeschiedenis, bijvoorbeeld de rol van de jezuïeten, de dalscholieren, de oratorianen, de ambachten ... 3.3 Het religieuze verleden was altijd al erg belangrijk voor Mechelen, dat als ze- Het kerkelijk erfgoed toegankelijker maken tel van het aartsbisdom een bijzondere aantrekkingskracht had voor archi- tecten (Keldermans, Faydherbe), schilders (Rubens), beeldhouwers (Verhae- Er worden heel wat acties ontwikkeld om de acht historische kerken toeganke- gen, Verbruggen), orgelbouwers (Kerrickx) ... Al deze grote maar ook minder lijker te maken. grote namen kregen in deze stad kansen om hun talenten te ontplooien. Zij • Om de onthaalfunctie nog te verbeteren krijgen de onthaalmedewerkers creëerden kerken, kloosters en kunstwerken, die vandaag door hun au- verdere opleidingen. Er wordt afgestemd met het toeristische en culturele thenticiteit een grote aantrekkingskracht uitoefenen op het brede publiek. onthaalplan van de dienst Toerisme; Bezoekers komen er in direct contact met ‘de geschiedenis zoals ze was’. • Op langere termijn kunnen geïnteresseerde vrijwilligers worden ingezet voor Het religieuze erfgoed – in het bijzonder dat van de acht historische kerken de verdere ontsluiting van de kerken als ‘museale mediatoren’.25 Inspirerend – is zonder meer een van de sterktes van de Mechelse collectie, met een in- is de werkwijze van Toerisme Pastoraal in Antwerpen, waarbij goed opgeleide ternationaal potentieel. Met hun kostbare bagage kunnen kerken een promi- vrijwilligers professionele uitleg geven bij het cultuurhistorisch patrimonium nente rol spelen in een cross-oververhaal tussen verleden en heden, tussen in de monumentale kerken van Antwerpen vertrekkend vanuit een pastorale ‘oud’ en ‘hedendaags’ erfgoed. Zo kunnen restauratiewerken aan historisch visie. erfgoed rechtstreeks geconfronteerd en verbonden worden met hedendaagse kunstambachten. Met hun architecturale en kunsthistorische rijkdom – uniek in Vlaanderen – lenen zij zich ook uitstekend voor een uniek, origineel verhaal. De acht historische kerken hebben bovendien elk een eigen ziel. Die is ‘blootge- legd’ in het eerste hoofdstuk van dit dossier en kan verder gemaximaliseerd wor-

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 77 • In de komende jaren wordt er ingezet op een ruim instrumentarium voor een • Torens aan de Dijle zoekt er bij nieuwe publieksactiviteiten expliciet naar om brede ontsluiting: minder traditionele doelgroepen in contact te brengen met religieus erfgoed • er worden presentaties en lezingen georganiseerd over de vorderingen van (Multimediaproject rond het schilderij De Wonderbare Visvangst van Rubens de restauratiewerken; in de Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk in mei 2013).

• de kerkenpocket wordt geactualiseerd op basis van de nieuwe bevindingen 3.4 van de vooronderzoeken; Toeristische ontsluiting • wetenschappelijk onderzoek wordt gebundeld en op de meest adequate Het Strategisch Plan Toerisme (2010-2015) wijst op het belang van het monumen- manier vertaald voor het brede publiek en op maat van diverse doelgroepen tale religieuze erfgoed in de promotie van de kunststad Mechelen. De dienst Toe- (lange termijn), bijvoorbeeld specifiek voor kinderen (Mechelen Kinderstad); risme neemt dit erfgoed systematisch op in zijn promotie, productontwikkeling . de bestaande websites worden geoptimaliseerd, mede gebruikmakend van en marketing naar binnen- en buitenland. De soepele openingsuren van de ker- sociale media; ken en het meertalige kwaliteitsvolle onthaal zijn hiervoor cruciale voorwaarden. • er wordt ingezet op digitale ontsluiting (wifi, QR-code, apps, mobiele Het Kunststedenonderzoek 2011 wijst uit dat de bezoeker het monumentale websites, sociale media), waarbij Torens aan de Dijle samen met de dienst religieuze erfgoed in Mechelen als een van de belangrijkste bezienswaardig- Toerisme zal waken over een globale stijl en visie. De dienst Toerisme werkt heden van de stad beschouwt, opvallend meer dan in andere kunststeden. een visienota uit over de mogelijkheden van sociale en digitale media ter on- De dienst Toerisme neemt het monumentale religieuze erfgoed op in de visienota dersteuning van een bezoek aan de stad. Deze kan getest worden in plioot- over toeristisch en cultureel onthaal. Het spreekt vanzelf dat het gebruik van digi- projecten. Zo is de Sint-Janskerk vragende partij voor een betere signalisatie tale en sociale media in een toeristisch en cultureel verhaal ook toepasbaar is in en informatieverstrekking in de vorm van een QR-ontwikkeling; de kerken. Meer nog: het religieuze erfgoed maakt er systematisch deel van uit. • er zal worden gewerkt met exclusieve openstellingen en blikken achter de De dienst Toerisme zorgt, samen met Torens aan de Dijle, voor kwaliteitsvolle schermen, in samenwerking met andere (stedelijke) partners: Academie, Mu- productontwikkeling die inzet op authenticiteit en originaliteit en rekening houdt ziekschool, Contour, Het Festival van Vlaanderen, UiT in Mechelen, gidsen …; met de eigenheid van de diverse doelgroepen: de ontdekker, de actieve ge- • de aantrekkingskracht van de ‘publieke’ ruimtes zal worden vergroot; nieter, de scholen, de bedrijven, de gezinnen en de sociaal-culturele groepen. We zoeken naar natuurlijke verbindingen met andere producten en speerpunten • het bestaande aanbod kan beter op elkaar afgestemd en gecommuniceerd van de stad: de toren, streekproducten, vakmanschap. De idee om producten te worden, zoals buurtwerking Begijnhof, koorrepetities, amateurconcerten ...; ontwikkelen rond hedendaagse kunstambachten en de kerken is hier een mooi • er wordt ingezet op een aangepaste educatieve werking vanuit de Stedelijke voorbeeld van (bv. workshops). Dit vergroot de beleving van een bezoek aan de Musea Mechelen binnen de visie van het nieuwe stadsmuseum; kerken en aan Mechelen. • activiteiten zullen afgestemd worden op andere evenementen in de stad; • er komen (kleinschalige) tentoonstellingen in de kerken met als trekker de Stedelijke Musea Mechelen; een voorbeeld is ‘De Schatkamer van Hanswijk’ in 2013 (crypte Hanswijkbasiliek);

25 Lezing over Toerisme Pastoraal, vorming voor vrijwilligers en gidsen, aangepaste rondleidingen door dienst Toe- risme.

78 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Diverse acties worden momenteel uitgewerkt of voorbereid, in de mate van het 3.5 mogelijke geïntegreerd in de realisatie van het Strategisch Plan Toerisme. Erfgoedroute Mechelen • De informatieverstrekking en het onthaal zullen geoptimaliseerd worden, on- Een concrete actie voor 2013 is het erfgoedproject van Kerkwerk Multicul- der meer door gebruik te maken van hedendaagse communicatiekanalen. tureel Samenleven vzw (KMS), dat ontsluitingsroutes omhelst zoals een al- • De opleiding van de Mechelse stadsgidsen zal nog verder geprofessionali- ternatieve erfgoedroute in Mechelen, Brugge en Brussel. In Mechelen plant seerd en constant geactualiseerd worden. KMS om religieuze kunstwerken te ontsluiten via een fictief verhaal, dat • De sluitingsdag van de kerken is verplaatst naar woensdag in de plaats van aangereikt zal worden in de vorm van een downloadbare toepassing voor maandag. Dit ligt in de lijn van het Strategisch Plan Toerisme ‘Warm welkom in iPad en/of smartphone. De betrokken kunstwerken zijn onder meer af- Mechelen’ dat het stimuleren van een verlengd weekendverblijf als een van komstig van de Sint-Janskerk, de Sint-Petrus-en-Pauluskerk, de Onze-Lie- de speerpunten heeft. Door de kerken en de toren – samen met de Stedelijke ve-Vrouw-van-Leliëndaalkerk en de Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk. Musea Mechelen – ook op maandag open te stellen, wordt het voor de ver- Op de Erfgoeddag op 21 april 2013 wil KMS uitpakken met een eerste publieks- blijfstoerist interessanter om een dag langer in Mechelen te blijven. gerichte activiteit, waarbij gidsen/acteurs het verhaal overbrengen aan het pu- • Er zijn ontwikkelingen om van vrijdagavond een shoppingavond te maken. bliek. Wanneer bezoekers dan al langer in de stad blijven, kan dit aangegrepen wor- den als een opportuniteit om in de kerken avondactiviteiten te organiseren. • De bestaande wandel- en fietsroutes kunnen verbreed en verdiept worden door er de historische kerken meer in te integreren. Zo kan de focus gelegd worden op topstukken, op verhalen rond historische figuren die verbonden zijn aan de kerk, op muurschilderingen, religieus erfgoed in de stad ... • Herhaalbezoeken kunnen gestimuleerd worden door het aanbod te diversifi- ëren. Er wordt nagegaan of er binnen het Impulsprogramma Kunststeden Vlaanderen- Brussel 2013 van Toerisme Vlaanderen mogelijkheden bestaan voor ondersteu- ning van projecten. Die moeten de toeristische meerwaarde van de kunststeden vergroten. De nadruk ligt op projecten die bijdragen tot een kwalitatief fysiek en virtueel internationaal meertalig onthaal en op positionerings- en identiteitsver- sterkende projecten.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 79 4. De kennis van het religieuze erfgoed verruimen en delen

4.1 Onderzoeksprojecten aantrekken De Stad is bijzonder alert om onderzoeksprojecten rond specifieke dee- laspecten van de ontsluiting van kerkelijk erfgoed aan te trekken. Concreet werden daartoe al afspraken gemaakt met studenten van de Vrije Universi- teit Brussel (thesis Kunstgeschiedenis rond het thema herbestemming) en de Universiteit Antwerpen. Ook aan het Raymond Lemaire International Centre for Conservation van de KULeuven werden thema›s aangereikt voor project- werken en thesissen (impact van het Unesco-Werelderfgoed en de vereisten van de bufferzone, de functie van de historische kerken in het stedelijke his- torische landschap zoals gedefinieerd in de aanbevelingen van Unesco: Re- commendation on the Historic Urban Landscape november 2011, samen- werking rond de aanvraag Strategisch Basisonderzoek IWT: economische impact van preventieve conservering op regionale en lokale ontwikkeling …). De huidige samenwerking tussen de Universiteit Antwerpen – Centrum voor Stadsgeschiedenis en de afdeling Erfgoedontwikkeling van de Stad Mechelen voor de realisatie van het Museumtraject, kan op langere termijn welllicht ook zuurstof geven voor verder onderzoek. Het valt verder te onderzoeken of we samen met het Stadsarchief en het Aarts- bisschoppelijk archief geïnteresseerden in de parochiegeschiedenis kunnen voorthelpen om de parochiale geschiedenis opnieuw in de parochie te brengen. Daarnaast is er natuurlijk het rijke immateriële erfgoed dat verbonden is met de kerken (processies en ommegangen, bedevaarten, relaties tussen patroonfees- ten en kermissen ...)26

26 Cfr. Lezing Jan Jaspers, Wat bezielt onze kerkgebouwen, studiedag Religieus Immaterieel Erfgoed, CRKC, Heverlee, 6 december 2012

80 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 5. De kwaliteits- en respectvolle beleving van het erfgoed vergroten

5.1 Culturele activiteiten met respect voor de integriteit van het gebouw Bij het organiseren van culturele activiteiten in de kerken is de richtlijn voor nevenbestemming (multifunctioneel gebruik) het eerste uitgangspunt, waarbij respect voor de liturgie vooropstaat. Niettemin mag verhoopt wor- den dat de kerkelijke overheid en de kerkbeheerders een zekere open- heid aan de dag leggen tegenover een breed scala van activiteiten die de beleving van het kerkgebouw in al zijn aspecten ten goede komt. Als een herbestemming ooit een noodzaak wordt, moeten alle opties afgewogen worden met de betrokken partijen en komt de integriteit van het gebouw promi- nenter op het voorplan te staan.

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 81 82 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen II. voor medegebruik, nevenbestemming en herbestemming. Implementatie • Er wordt verder overlegd met de dienst Toerisme over de professionalisering, de verbreding en de verdieping van de producten, het onthaal en de promo- tie. Fase 1 • Er wordt onderzocht of er projecten kunnen worden ingediend voor het Im- Concretisering van het beleids- en ontsluitingsplan pulsprogramma Kunststeden Vlaanderen-Brussel 2013. In de loop van 2013 zullen de geselecteerde projecten verder uitgewerkt wor- • Voor de vrijwilligers wordt een workshop preventieve conservering georgani- den rekening houdend met de haalbaarheid, de timing en de inzet van perso- seerd in samenwerking met Monumentenwacht provincie Antwerpen. neel en beschikbare middelen. Dat behelst onder meer: • Er komt een thematentoonstelling 'Schatkamer van Hanswijk' (n.a.v. de restau- ratie van votiefpanelen); • de meerjarenplanning uitwerken; • Er komt een multimediaproject in de Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk. • de acties faseren; • De inventarisatie van het roerend erfgoed in de kerken wordt voortgezet. • de financiële implicaties berekenen; • de afstemming tussen de betrokken interne en externe partners, met ieders rol en verantwoordelijkheden ... Onderzoeksprojecten zullen worden ondersteund en opgevolgd: • VUB – nevenbestemming & herbestemming kerkelijk erfgoed Fase 2: • UA – Cultuurmanagement: mogelijke vormen van alternatieve financiering. Uitvoering van de acties 2013 (na de goedkeuring van fase 1)

• De eerste acties in 2013 zijn gefocust op de ontsluiting van de Sint-Petrus-en- De communicatie en de promotie worden verder uitgewerkt: Pauluskerk tijdens de restauratiewerken: het uitwerken van specifieke acties • een project rond het ambassadeurschap zoals workshops, bezoeken achter de schermen, focus op ambachten en • een communicatieplan wordt opgesteld restauratietechnieken, sociale media … Het engagement van de diverse ste- • de duiding en de signalisatie rond kunstvoorwerpen wordt uitgetest in een delijke diensten (Monumentenzorg, Erfgoedcel, Stedelijke Musea Mechelen, pilootproject met QR-code voor de Sint-Janskerk. Toerisme en UiT) is daarbij een noodzakelijke voorwaarde. • Marc Debatty , lezing over de restauratie voor de KKOLKM. • Soirée Lamot in april-juni is opgezet rond het thema van de Erfgoeddag ‘Stop de Tijd’ met een lezing door het CRKC over de herbestemming van kerken. • In samenwerking met Wijk- en Dorpszaken wordt een participatief traject uitgewerkt: • Integratie van het onderzoek Wijk- en Dorpszaken (titel nog niet bekend); • Interactieve workshop: participatieve bevragingsmethodieken in samenwer- king met FARO: 25/02/2013; • in kaart brengen van de betekenissen van kerken voor verschillende doel- groepen. • Er wordt verder overlegd met de kerkelijke overheid over alle mogelijkheden

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 83 Bijlage 1

Mindmaps: resultaat van de interviews met de kerkbeheerders in pdf

84 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 85 86 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 87 88 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 89 90 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 91 92 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 93 94 Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen Colofon Met bijzondere dank aan

Redactie Sigrid Bosmans Externe deskundigen Bart Stroobants • Prof. Dr. Thomas Coomans de Brachène Anouk Stulens • Christian Devos Met bijdragen van Marc Debatty • Prof. Dr. Marc Jacobs Michèle Eeman • Jan Jaspers Tina Vanhoye • Madeleine Manderyck • Marc Mees Opmaak Arne Vandelanotte • Veerle Meul Eindredactie Anouk Stulens en Marijke Hoflack • Julie Rutgeerts • Donald Verlinden Projectoördinatie Anouk Stulens • Jan Arnalsteen

Kerkbeheerders • Hugo De Cleyn, voorzitter kerkraad Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk • Walter Laurens, koster Onze-Lieve-Vrouw-van-Hanswijkbasiliek • Jan Mortier, voorzitter kerkraad Sint-Catharinakerk en de Sint-Alexius-en- Catharinakerk (Begijnhofkerk) • Bram Van der Auwera, coördinator Sint-Romboutskathedraal • Paul Vander Poorten, voorzitter Kerkraad Sint-Petrus-en-Pauluskerk • Paul Van Looy s.j., beheerder Onze-Lieve-Vrouw-van-Leliëndaalkerk • Guido Van den Eede, secretaris Centraal kerkbestuur en secretaris de kerk- raad Sint-Catharinakerk en de Sint-Alexius-en-Catharinakerk (Begijnofkerk) • François Verberdt, voorzitter Kerkraad Sint-Jan-de-Doper-en-Evangelistkerk • Fernand Verreth, voorzitter kerkraad Onze-Lieve-Vrouw-van-Hanswijkbasiliek

© Afdeling Erfgoedontwikkeling, Stad Mechelen V.U. H. De Nijn, Grote Markt 21, 2800 Mechelen

Mechelen, februari 2013

Beleids- en ontsluitingsplan voor de acht historische kerken van Mechelen 95