6512 (Tweede Kamer, zitting 1961—1962)

EERSTE KAMER DER STATEN-CENERAAL

Zitting 1962—1963

Nr. 52

NADER GEWIJZIGD ONTWERP VAN WET tot herziening van de gemeentelijke indeling van het gebied van een aantal gemeenten in het oostelijk deel der provincie Zuidholland.

WIJ TULIANA, BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN DER NEDER- LANDEN, PRINSES VAN ORANJE-NASSAU, ENZ., ENZ., ENZ. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is, de gemeentelijke indeling van het gebied van een aantal ge- meenten in het oostelijke deel der provincie Zuidholland te herzien; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

HOOFDSTUK I Algemene bepalingen Artikel 1. 1. In deze wet wordt onder „datum van her- indeling" verstaan de eerste dag van de vierde kalendermaand na de datum van inwerkingtreding van deze wet. 2. Waar in deze wet wordt gesproken van overgaand of toe- gevoegd gebied, dan wel van een gemeente, aan welke gebied wordt toegevoegd, wordt daaronder mede verstaan hei gebied van een gemeente, dat deel gaat uitmaken van een nieuwe gemeente, welke bij deze wet wordt gevormd, dan wel zulk een nieuwe gemeente.

HOOFDSTUK II Grensomschrijvingen Artikel 2. De gemeenten Hekendorp, Lange Ruige Weide, Papekop en Waarder worden, behoudens het bepaalde in de artikelen 3, 4, 5 en 8, met een gedeelte van de gemeente samengevoegd tot een nieuwe gemeente Driebruggen, in dier voege, dat de grens dier nieuwe gemeente, beginnende in het noordwesten, komt te lopen als volgt: a. Vanaf het noordoostelijke hoekpunt van het perceel, ka- dastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie F, nr. 570, waar de bestaande grens tussen de gemeenten Reeuwijk en Lange Ruige Weide (gelegen in de Kleine Wiericke) naar het westen afbuigt en de Kleine Wiericke verlaat, volgt de nieuwe grens het midden van genoemd water, zijnde het perceel, kadastraal bekend ge- meente Lange Ruige Weide, sectie A, nr. 2211, in noordelijke richting tot dit midden gesneden wordt door het westelijke ver- lengde van de zuidelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Lange Ruige Weide, sectie A, nr. 2128 (rijks- weg). b. Vanaf dit punt volgt de nieuwe grens genoemd verlengde in oostelijke richting (daarbij kruisend de oostelijke helft van

II 6512 52 (4 vel) 2

genoemd waterperceel), volgt daarna de zuidelijke perceels- gemeente Papekop, sectie B, nr. 632 (Ruige Wielsche Vliet) grens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Lange is bereikt en volgt daarna, eerst gaande in zuidwestelijke, daar- Ruige Weide, sectie A, nr. 2128 (zijnde de eigendomsgrens van na in zuidelijke richting het midden van genoemd waterper- de rijksweg, hierna aangeduid door: z.e. R.W.) tot aan het ceel en wordt daarna in dezelfde richting doorgetrokken, tot- westelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend ge- dat de bestaande grens tussen de gemeenten Papekop en meentc Lange Ruige Weide, sectie A, nr. 2106, daarna de Oudewater is bereikt. zuidelijke perceelsgrcns van laatstgenoemd perceel, (z.e. R.W.) /. Vanaf dit punt volgt de nieuwe grens de bestaande grens tot aan het zuidoostelijke hoekpunt van dit perceel, volgt tussen de gemeenten Oudewater en Papekop, daarna die tussen daarna de zuidelijke perceelsgrcns van het perceel, kadastraal de bestaande gemeenten Hekendorp en Papekop tot aan het bekend gemeente Lange Ruige Weide, sectie A, nr. 2128 (z.e. noordwestelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend R.W.) tot aan diens zuidoostelijke hoekpunt, steekt daarna gemeente Hekendorp, sectie A, nr. 976, buigt op dit punt om over naar het meest zuidwestelijke hoekpunt van het perceel, in zuidoostelijke richting en volgt de westelijke perceelsgrens kadastraal bekend gemeente Waarder, sectie B, nr. 2058, van genoemd perceel, daarna de westelijke perceelsgrens van de (hierbij kruisende de twee (water)percelen, kadastraal bekend percelen, kadastraal bekend gemeente Hekendorp, sectie A, gemeente Lange Ruige Weide, sectie A, nr. 2129, en gemeente nrs. 986, 985, 984, 983 en 982, tot aan het zuidwestelijke hoek- Waarder, sectie B, nr. 2059 (tezamen vormende de Dubbele punt van laatstgenoemd perceel. Wiericke), tevens kruisend de bestaande gemeentegrens tussen Lange Ruige Weide en Waarder). g. Vanaf dit punt steekt de nieuwe grens over naar het noordwestelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend c. Op dit punt aangekomen gaat de nieuwe gemeentegrens gemeente Hekendorp, sectie A, nr. 793, daarbij gaande over de door in oostelijke richting, daarbij volgend de zuidelijke per- IJsseldijk (ongenummerd), volgt daarna de westelijke perceels- ceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente grens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Hekendorp, Waarder, sectie B, nr. 2058 (z.e. R.W.), daarna die van het sectie A, nr. 793, tot aan het zuidwestelijke hoekpunt van ge- perceel, kadastraal bekend gemeente Waarder, sectie A, noemd perceel, steekt daarna over naar het noordwestelijke nr. 1121, (z.e. R.W.) tot aan het noordwestelijke hoekpunt van hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Heken- het perceel, kadastraal bekend gemeente Waarder, sectie A, dorp, sectie A, nr. 792 (daarbij gaande door een niet ge- nr. 1115. Op dit punt aangekomen gaat de nieuwe grens door nummerd perceel), volgt daarna de westelijke perceelsgrens van in rechte lijn naar het zuidwestelijke hoekpunt van het perceel, de percelen, kadastraal bekend gemeente Hekendorp, sectie A, kadastraal bekend gemeente Waarder, sectie A, nr. 1141 nrs. 792 en 1845, tot aan het zuidwestelijke hoekpunt van (daarbij gaande door het perceel, kadastraal bekend gemeente laatstgenoemd perceel, en wordt daarna in rechte lijn doorge- Waarder, sectie A, nr. 1121) en volgt vanaf genoemd punt de trokken, totdat de bestaande grens tussen de gemeenten Heken- zuidelijke perccelsgrens van het perceel, kadastraal bekend ge- dorp en Hoenkoop (tevens provinciale grens) gelegen in de meente Waarder, sectie A, nr. 1141 (z.e. R.W.), daarna die IJssel, wordt bereikt (daarbij gaande door de percelen, kadas- van het perceel, kadastraal bekend gemeente Waarder, sectie A, traal bekend gemeente Hekendorp, sectie A, nrs. 1865 en nr. 1178 (z.e. R.W.), vervolgens die van het perceel, kadastraal 2366). bekend gemeente Woerden, sectie B, nr. 3432 (z.e. R.W.), tot diens zuidoostelijke hoekpunt, steekt daarna over naar het h. Vanaf genoemd punt volgt de nieuwe grens in nagenoeg zuidwestelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend ge- zuidzuidwestelijke richting de bestaande grens tussen de ge- meente Woerden, sectie B, nr. 3646, hierbij gaande door de meenten Hekendorp en Hoenkoop, daarna die tussen Heken- percelen, kadastraal bekend gemeente Woerden, sectie B, dorp en Haastrecht, buigt vervolgens in noordwestelijke richting nrs. 2283, 2284, 2285, 2223, 2224 (spoorbaan), en volgt van om en volgt de bestaande grens tussen de gemeenten Hekendorp genoemd punt de zuidwestelijke perceelsgrens van het perceel, en Reeuwijk, vervolgens die tussen Lange Ruige Weide en kadastraal bekend gemeente Woerden, sectie B, nr. 3646 Reeuwijk, daarna die tussen Lange Ruige Weide en Hekendorp, (z.e. R.W.), totdat de bestaande grens tussen de gemeenten vervolgens die tussen Lange Ruige Weide en Reeuwijk tot aan Woerden en Linschoten, tevens provinciale grens tussen Zuid- het noordoostelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal be- holland en Utrecht, is bereikt. kend gemeente Reeuwijk, sectie F, nr. 570. d. Op dit punt buigt de nieuwe gemeentegrens zich om in Artikel 3. Aan de gemeente Oudewater wordt toegevoegd zuidwestelijke richting en volgt de bestaande grens tussen de het binnen de in het vorige artikel onder e omschreven nieuwe gemeenten Woerden en Papekop enerzijds en Linschoten en grens en de bestaande gemeentegrens van Oudewater gelegen Snelrewaard anderzijds (tevens provinciale grens) later de gebied der gemeente Papekop, alsmede het binnen de in het bestaande grens tussen de gemeenten Papekop en Oudewater, vorige artikel onder ƒ en g omschreven nieuwe grens, de be- tot deze gemeentegrens het zuidoostelijke hoekpunt van het staande gemeentegrens van Oudewater en de grens tussen de perceel, kadastraal bekend gemeente Papekop, sectie B, nr. 814, provinciën Zuidholland en Utrecht gelegen gebied der gemeente bereikt. Hekendorp. e. Op dit punt aangekomen buigt de nieuwe grens om in noordwestelijke richting, hierbij volgend de oostelijke perceels- Artikel 4. Aan de gemeente Woerden worden toegevoegd grens van genoemd perceel tot aan het noordoostelijke hoek- gedeelten der gemeenten Rietveld, Barwoutswaarder en punt van dit perceel, volgt daarna de oostelijke perceelsgrens Waarder, in dier voege, dat, met inachtneming van het bepaalde van de percelen, kadastraal bekend gemeente Papekop, sectie in artikel 2, de grens van de gemeente Woerden, beginnende B, nrs. 962, 961 en 960, in noordnoordwestelijke richting tot in het noordwesten, komt te lopen als volgt: aan het noordoostelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal a. Vanaf het punt, waar de grenzen van de bestaande ge- bekend gemeente Papekop, sectie B, nr. 960, buigt daarna om meenten Woerden, Rietveld en Kamerik tezamen komen, volgt in zuidwestelijke richting langs de zuidoostelijke perceelsgrens de nieuwe grens de bestaande grens tussen de gemeenten van het perceel, kadastraal bekend gemeente Papekop, sectie Rietveld en Kamerik, vervolgens die tussen de gemeenten B, nr. 587 tot aan het zuidwestelijke hoekpunt van dit per- Rietveld en Zegveld, daarna die tussen de gemeenten Rietveld ceel, volgt daarna in dezelfde richting doorgaande de noor- en , tot aan het punt, waar deze gemeentegrens delijke perceelsgrens van een niet genummerd perceel (brug), gesneden wordt door het noordelijke verlengde van de westelijke zijnde tevens de zuidoostelijke grens van het perceel, kada- perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente straal bekend gemeente Papekop, sectie B, nr. 588, buigt op Rietveld, sectie A, nr. 82; volgt vanaf genoemd punt dit ver- het noordwestelijke hoekpunt van voorlaatst genoemd, niet lengde in zuidelijke richting, daarbij gaande door een niet ge- genummerd perceel om in zuidoostelijke richting en volgt de nummerd (water)perceel, daarna, in dezelfde richting door- westelijke perceelsgrens van het ongenummerde perceel, tot- gaande de westelijke perceelsgrens van de percelen, kadastraal dat het midden van het (water) perceel, kadastraal bekend bekend gemeente Rietveld, sectie A, nrs. 82, 81, 80, 78, 76, 73, 3

72, 296, 299, 301, 307, 589, 313 en 660, tot aan het zuid- van het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie I, westelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel, volgt daarna, nr. 1979, wordt bereikt. in dezelfde richting doorgaande, de oostelijke perceelsgrens van b. Vanaf genoemd pu'it volgt de grens, in noordnoord- het perceel, kadastraal bekend gemeente Rietveld, sectie A, westelijke richting gaande, de westelijke perceelsgrens van nr. 659, tot aan het zuidoostelijke hoekpunt van dit perceel, laatstgenoemd perceel en de oostelijke perceelsgrens van het steekt daarna over naar het noordwestelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Gouda, sectie K, nr. 2435 perceel, Kadastraal bekend gemeente Rietveld, sectie A, nr. 472 (zijnde de bestaande grens tussen de gemeenten Gouda en (daarbij gaande door het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk). Rietveld, sectie A, nr. 718) volgt de westelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Rietveld, sectie c. Vanaf het noordoostelijke hoekpunt van laatstgenoemd A, nr. 472, en daarna diens verlengde (in het perceel, kada- perceel (waar de bestaande gemeentegrens naar het westen straal bekend gemeente Rietveld, sectie A, nr. 725), totdat de ombuigt) volgt de nieuwe grens, gaande in noordnoordweste- bestaande grens tussen de gemeenten Rietveld en Barwouts- lijke richting, de westelijke perceelsgrens van het perceel, waarder, gelegen in de Oude Rijn, is bereikt. kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie I, nr. 1956, daarna die van het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeu- b. Vanaf genoemd punt volgt de nieuwe grens de bestaande wijk, sectie I, nr. 1113, tot aan het punt, dat op 100 m afstand gemeentegrens in zuidoostelijke richting, tot waar deze gemeen- van het zuidwestelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel is tegrens gesneden wordt door het noordelijke verlengde van gelegen. een lijn, getrokken door het midden van het (water)perceel, kadastraal bekend gemeente Barwoutswaarder, nr. 76 (Waar- d. Vanaf dit punt loopt de grens (gaande in west-noord- derse Vliet), volgt vanaf genoemd punt genoemd verlengde westelijke richting) naar het punt, gelegen op de grens tussen in zuidelijke richting (daarbij gaande door de percelen, ka- de percelen, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, dastraal bekend gemeente Barwoutswaarder, nrs. 1111 (Oude nrs. 126 en 140 op honderd meier afstand van het zuiüweste- Rijn), 1474 en een niet genummerd perceel (brug), en volgt lijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel (hierbij gaande door daarna genoemd midden van het (water)perceel, kadastraal de percelen, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, bekend gemeente Barwoutswaarder, nr. 76, tot de bestaande nrs. 1614, 108, 109, 111, 116, 118, 119, 122 en 126). Op grens tussen de gemeenten Barwoutswaarder en Waarder dit punt buigt de grens om in nagenoeg noordwestelijke rich- wordt bereikt. ting en volgt de oostelijke grens van de percelen, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nrs. 140 en 139, tot het c. Op dit punt buigt de nieuwe grens om in oostelijke rich- noordoostelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel. De grens ting en volgt de bestaande grens tussen de gemeenten Barwouts- buigt vervolgens om in nagenoeg westelijke richting en volgt waarder en Waarder, aanvankelijk in nagenoeg oostelijke, later de noordelijke perceelgrens van de percelen, kadastraal bekend in zuidelijke richting, tot aan het zuidwestelijke hoekpunt van gemeente Reeuwijk, sectie H, nrs. 139 en 145 tot de oostelijke het (water)perceel, kadastraal bekend gemeente Barwoutswaar- grens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, der, nr. 1363 (dat is het punt, waar de bestaande gemeente- sectie H, nr. 151 wordt bereikt. Op dit punt buigt de grens om grens zich naar het oosten ombuigt). in nagenoeg noordnoordwestelijke richting en volgt eerst de d. Vanaf dit punt volgt de nieuwe gemeentegrens, in dezelf- oostelijke, daarna ombuigend in nagenoeg westelijke richting, de richting doorgaande, de westelijke perceelsgrens van de per- de noordelijke grens van laatstgenoemd perceel tot diens noord- celen, kadastraal bekend gemeente Waarder, sectie A, nr. 994 westelijke hoekpunt wordt bereikt. Vanaf dit punt gaat de en 995, tot aan het zuidwestelijke hoekpunt van laatstgenoemd grens in rechte lijn naar het zuidoostelijke hoekpunt van het perceel. perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. 158 (hierbij gaande door de percelen, kadastraal bekend ge- e. Vanaf genoemd punt volgt de nieuwe grens de weste- meente Reeuwijk, sectie H, nrs. 150 en 156). Vanaf dit punt lijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente volgt de grens, doorgaande in nagenoeg dezelfde richting de Waarder, sectie A, 1141 (rijksweg) tot aan het zuidwestelijke grens tussen de percelen, kadastraal bekend gemeente Reeu- hoekpunt van laatstgenoemd perceel. wijk, sectie H, nr. 156 enerzijds en de nrs. 158 en 1760 ander- ƒ. Op dit punt aangekomen buigt de grens om in oostelijke zijds, tot de oostelijke grens van het perceel, kadastraal bekend richting en volgt vanaf dit punt de grens van de nieuwe ge- gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. 165 wordt bereikt. De grens meente Driebruggen als omschreven in artikel 2, totdat de buigt op dit punt om in noordnoordwestelijke richting en volgt grens tussen de gemeenten Woerden en Linschoten, tevens de de oostelijke, daarna ombuigende in westelijke richting, de provinciale grens tussen Zuidholland en Utrecht, is bereikt. noordelijke grens van laatstgenoemd perceel tot aan diens g. Vanaf dit punt volgt de grens de bestaande grens van de noordwestelijke hoekpunt. Vanaf dit punt gaat de grens in gemeente Woerden, eerst in nagenoeg noordnoordoostelijke, rechte lijn naar het noordoostelijke hoekpunt van het perceel, later in noordwestelijke, vervolgens in westzuidwestelijke rich- kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. 184 (hier- ting, tot het punt, waar de grenzen van de gemeenten Woerden, bij gaande door de percelen, kadastraal bekend gemeente Reeu- Rietveld en Kamerik tezamen komen. wijk, sectie H, nrs. 177 en 1776). Vanaf dit punt volgt de grens, gaande in nagenoeg westelijke richting, de noordelijke Artikel 5. Van de gemeente Reeuwijk worden gedeelten grens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, afgescheiden en toegevoegd aan onderscheidenlijk de gemeen- sectie H, nr. 184, tot aan het noordwestelijke hoekpunt van ten , Gouda en Haastrecht, en aan de gemeente dit perceel. Vanaf dit punt gaat de grens in rechte lijn naar Reeuwijk worden toegevoegd gedeelten van de gemeenten He- het noordoostelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal be- kendorp, Lange Ruige Weide, Waddinxveen en Zwammerdam, kend gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. 217 (hierbij gaande een en ander in dier voege, dat de grens van de gemeente door de percelen, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie Reeuwijk, beginnende in het zuidoosten, komt te lopen als H, nrs. 187, 2079, 195, 204 en 2135). Vanaf dit punt volgt de volgt: grens, gaande in nagenoeg westelijke richting de noordelijke grens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, a. Vanaf het punt, waar de bestaande grens tussen de ge- sectie H, nr. 217 tot het noordwestelijke hoekpunt van dit meenten Reeuwijk en Hekendorp de zuidelijke perceelsgrens perceel wordt bereikt. Op dit punt buigt de grens om in na- van het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie I, genoeg noordelijke richting en volgt de oostelijke grens van nr. 2085, ontmoet, volgt de nieuwe grens de zuidelijke per- het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, ceelsgrens van respectievelijk de percelen, kadastraal bekend nr. 224 tot aan diens noordoostelijke hoekpunt. Op dit punt gemeente Reeuwijk, sectie I, nrs. 2085, 2031 en 1979 (de buigt de grens om in westelijke richting en volgt de noordelijke spoorbaan), aanvankelijk in zuidwestelijke, later in westelijke grens van dit perceel tot het noordwestelijke hoekpunt. Vanaf richting, tot waar de bestaande grens tussen de gemeenten dit punt gaat de grens in rechte lijn naar het noordoostelijke Reeuwijk en Gouda, gelegen aan het zuidwestelijke hoekpunt 4

hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Rceu- g. Op dit punt buigt de nieuwe grens zich om in westelijke wijk, sectie H, nr. 239, daarbij gaande door het perceel, ka- richting en volgt de noordelijke perceelsgrenzen van rcspectie- dastraal bekend gemeente Keeuwijk, sectie H, nr. 231. Op dit velijk de percelen, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie punt buigt de grens om in nagenoeg westelijke richting en volgt H, nrs. 2045, 440, 441, 443 en 1623, tot waar de bestaande de noordelijke grens van het perceel, kadastraal bekend ge- grens tussen de gemeenten Gouda en Reeuwijk, gelegen aan het meente Rceuwijk, sectie H, nr. 239, tot de oostelijke grens van noordwestelijk hoekpunt van laatstgenoemd perceel in de Bree- het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, de Vaart wordt bereikt. nr. 246, wordt bereikt. Op dit punt buigt de grens om in na- genoeg noordelijke richting en volgt de oostelijke, daarna de h. Vanaf dit punt volgt de grens, gaande in noordelijke noordelijke grens van laatstgenoemd perceel, vervolgens de richting, de bestaande grens, gelegen in de Breede Vaart, aan- noordelijke grens van de percelen, kadastraal bekend gemeente vankelijk die tussen de gemeenten Gouda en Reeuwijk, later Reeuwijk, sectie H, nrs. 249, 250, 251, 260, 268, 281, 282 en die tussen de gemeenten Waddinxveen en Reeuwijk, tot aan 290 tot het noordwestelijke hoekpunt van laatstgenoemd per- het punt, waar deze bestaande gemeentegrens het oostelijke ceel wordt bereikt. Op dit punt buigt de grens om in noord- verlengde van de zuidelijke perceelsgrens van het perceel, kadas- noordwestelijke richting en volgt eerst de oostelijke, daarna traal bekend gemeente Waddinxveen, sectie I, nr. 787, ontmoet. de noordelijke grens van het perceel, kadastraal bekend ge- meente Reeuwijk, sectie H, nr. 1650, vervolgens de noorde- /'. Vanaf dit punt buigt de grens om in westelijke richting lijke, daarna de westelijke grens van het perceel, kadastraal en volgt genoemd verlengde, daarbij gaande door respectievelijk bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. 1642, tot aan het de percelen, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie I, punt, waar de percelen, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, nrs. 777 (de Breede Vaart) en 917 (Bodegraafsche Straatweg), sectie H, nrs. 320, 1642 en 321 tezamen komen. Op dit punt volgt daarna de zuidelijke perceelsgrens van de percelen, kadas- buigt de grens om in westelijke richting en volgt de noordelijke traal bekend gemeente Waddinxveen, sectie I, nrs. 787, 697 en punt, waar de percelen, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, 920 en wordt daarna in rechte lijn doorgetrokken naar de wes- sectie H, nrs. 321 en 322 tot het noordwestelijke hoekpunt van telijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend ge- laatstgenoemd perceel wordt bereikt. Op dit punt buigt de grens meente Waddinxveen, sectie I, nr. 456, daarbij gaande door de om in noordnoordwestelijke richting en volgt de oostelijke, percelen, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie I, daarna de noordelijke grens van het perceel, kadastraal bekend nrs. 457 en 456. Op dit punt buigt de grens om in nagenoeg gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. 333 en vervolgens, door- noordwestelijke richting en volgt de westelijke perceelsgrens gaande in dezelfde richting, de noordelijke grens van het per- van het perceel, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, ceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. 332, sectie I, nr. 456, tot aan het noordwestelijke hoekpunt van laatst- tot de oostelijke grens van het perceel, kadastraal bekend ge- genoemd perceel, volgt daarna de zuidwestelijke perceelsgrens meente Reeuwijk, sectie H, nr. 342, wordt bereikt. Op dit punt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, buigt de grens om in nagenoeg noordelijke richting en volgt sectie I, nr. 455, tot aan het meest westelijke hoekpunt van de oostelijke, daarna de noordelijke grens van laatstgenoemd laatstgenoemd perceel, waarbij de bestaande gemeentegrens tus- perceel tot aan diens noordwestelijke hoekpunt. Op dit punt sen Reeuwijk en Waddinxveen is bereikt. buigt de grens om in noordelijke richting en volgt de ooste- /. Vanaf dit punt volgt de grens de bestaande grens tussen lijke, daarna de noordelijke grens van het perceel, kadastraal de gemeenten Reeuwijk en Waddinxveen achtereenvolgens in bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. 350, en vervolgens westelijke, noordelijke, westelijke en noordelijke richting, de noordelijke grens van het perceel, kadastiaal bekend ge- tot aan het punt, waar de gemeenten Boskoop, Waddinxveen meente Reeuwijk, sectie H, nr. 353, tot aan het noordwestelijke en Reeuwijk tezamen komen, vervolgens die tussen de gemeen- hoekpunt van dit perceel. Vanaf dit punt gaat de grens in ten Reeuwijk en Boskoop achtereenvolgens in noordelijke, rechte lijn in nagenoeg westelijke richting naar het noord- oostelijke, zuidoostelijke, oostelijke en noordoostelijke rich- westelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend ge- ting tot aan het punt, waar deze gemeentegrens de noordelijke meente Reeuwijk, sectie H, nr. 381 (hierbij gaande door de perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente percelen, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nrs. Reeuwijk, sectie D, nr. 1320 bereikt. 364, 365, 1723, 377 en 380). Op dit punt buigt de grens in zuidzuidoostelijke richting en volgt de westelijke grens van het k. Op dit punt buigt de grens om in zuidzuidoostelijke perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. richting en volgt de noordelijke perceelsgrens van de percelen, 381, tot aan het noordoostelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie D, nrs. 1320, 1094 kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. 392. Op (water), 1325, 1462, 1463, 1489, 1490, 1465 en 1466, tot aan dit punt buigt de grens om in nagenoeg westelijke richting en het noordoostelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel. volgt de noordelijke grens van laatstgenoemd perceel tot aan het noordwestelijke hoekpunt van dit perceel. /. De grens steekt dan over naar het noordwestelijke hoek- punt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie D, nr. 1504 (daarbij kruisend het (water) perceel, e. Op dit punt buigt de grens in nagenoeg noordelijke rich- kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie D, nr. 890), ting en volgt de oostelijke grens van de percelen, kadastraal volgt vanaf genoemd punt, in oostzuidoostelijke richting door- bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nrs. 398 en 397 tot aan gaande, de noordelijke perceelsgrens van de percelen, kadastraal het noordoostelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel, buigt bekend gemeente Reeuwijk, sectie D, nrs. 1504, 1505 en 1503, vervolgens om, aanvankelijk in nagenoeg westelijke, daarna in tot het noordoostelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel. zuidwestelijke richting en volgt de noordelijke grens van de percelen, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nrs. m. De grens wordt dan in rechte lijn doorgetrokken tot de 397, 405 en 406 tot aan het noordwestelijke hoekpunt van bestaande grens tussen de gemeenten Reeuwijk en Zwammer- laatstgenoemd perceel, buigt daar om in nagenoeg noordweste- dam is bereikt, daarbij gaande door de percelen, kadastraal lijke richting en volgt de oostelijke perceelsgrens van het per- bekend gemeente Reeuwijk, sectie D, nrs. 1339, 1133 en 1254. ceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie H, nr. 2131, n. Vanaf dit punt volgt de grens, ombuigend in noordnoord- tot het noordoostelijke hoekpunt wordt bereikt. oostelijke richting, genoemde gemeentegrens, tot aan het punt, ƒ. Vanaf dit punt volgt de grens, gaande in zuidwestelijke waar deze grens het zuidwestelijke hoekpunt van het perceel, richting, de noordelijke grens van de percelen, kadastraal be- kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nr. 103 kend gemeente Reeuwijk, sectie H, nrs. 2131, 2130 (Burge- bereikt. Vanaf genoemd punt volgt de grens de zuidelijke per- meester Venteweg) en 1719, vervolgens de noordelijke en wes- ceelsgrens van laatstgenoemd perceel, daarna de noordelijke telijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend ge- perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente meente Reeuwijk, sectie H, nr. 1718 tot aan de noordelijke Zwammerdam, sectie B, nr. 2082, tot aan het noordoostelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente hoekpunt van laatstgenoemd perceel, buigt daarna om in zuid- Reeuwijk, sectie H, nr. 2045. zuidwestelijke richting en volgt de oostelijke perceelsgrens van 5

laatstgenoemd perceel, totdat het midden van de westelijke grens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Zwnmmer- perceelsgrens van het (water) perceel, kadastraal bekend ge- darn, sectie C, nr. 1239, wordt bereikt (daarbij gaande door het meente Zwammerdam, sectie B, nr. 2029, is bereikt. perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie C, nr. 1259). o. Op dit punt buigt de grens om in oostelijke richting en volgt het midden van de (water)pcrcelen, kadastraal bekend ge- w. Op dit punt buigt de grens om in nagenoeg oostelijke meente Zwammerdam, sectie B, nrs. 2029, 1918, 1919, 1920, richting, volgt genoemd verlengde (daarbij gaande door het 1717, 1726, 1727, 1733 en 1772, tezamen vormende De Ring- perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie C, sloot, tot aan de oostelijke perceelsgrens van laatstgenoemd nr. 1259), daarna de noordelijke perceelsgrens van de percelen, perceel. De grens wordt dan in rechte lijn doorgetrokken tot kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie C, nrs. 1239 het midden van het (water)perceel, kadastraal bekend gemeente en 1277, rijksweg, tot aan het punt, waar de percelen, kadastraal Zwammerdam, sectie B, nr. 1897, is bereikt. bekend gemeente Zwammerdam, sectie C, nrs. 1277, rijksweg, 1269 en 1299, tezamen komen. Op dit punt buigt de grens om p. Op dit midden buigt de grens om in zuidelijke richting en in nagenoeg zuidelijke richting en gaat naar het noordwestelijke volgt het midden van laatstgenoemd perceel, buigt daarna om hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Zwam- in oostelijke richting en volgt het midden van het (water) merdam, sectie C, nr. 1218. daarbij gaande door het perceel, perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie C, nr. 1277, nr. 1896, buigt vervolgens om in zuidelijke richting en volgt rijksweg. Op dit punt buigt de grens om in oostelijke richting het midden van de (water)percelen, kadastraal bekend ge- en volgt de zuidelijke perceelsgrens van laatstgenoemd perceel meente Zwammerdam, sectie B, nrs. 1896, 1893, 1892 en (z.e. R.W.), tot aan het noordoostelijke hoekpunt van het per- 1889, tot aan de zuidelijke perceelsgrens van laatstgenoemd ceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie C, perceel, steekt daarna over naar het midden van de noordelijke nr. 1213, gaat daarna naar het noordwestelijke hoekpunt van perceelsgrens van het (water) perceel, kadastraal bekend ge- het perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sec- meente Zwammerdam, sectie B, nr. 1883 (daarbij gaande door tie C, nr. 1210 (daarbij gaande door het perceel, kadastraal het perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sec- bekend gemeente Zwammerdam, sectie C, nr. 1277) en volgt tie B, nr. 2155) en volgt vanaf genoemd midden, gaande in vanaf laatstgenoemd punt, gaande in oostelijke richting de zuidelijke richting, het midden van de (water) percelen, kadas- zuidelijke perceelsgrens van laatstgenoemd perceel (z.e. R.W.) traal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nrs. 1883, tot aan het zuidoostelijke hoekpunt. Op dit punt buigt de grens 1882, 1875, 1870, 1861, 1855, 1854, 1849, 1848, 1843, 1842 om in noordnoordoostelijke richting en volgt de oostelijke en 1945, tot aan de zuidelijke perceelsgrens van laatstgenoemd perceelsgrens van laatstgenoemd perceel tot aan het noord- perceel. oostelijke hoekpunt. Vanaf dit punt volgt de grens, aanvankelijk q. Vanaf dit punt wordt de grens in rechte lijn doorge- gaande in noordnoordoostelijke, later in nagenoeg oostelijke trokken tot de noordelijke perceelsgrens van het perceel, kadas- richting de zuidelijke perceelsgrens van de percelen, kadastraal traal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nr. 1190, wordt bekend gemeente Zwammerdam, sectie C, nrs. 1299 en 1178, bereikt (daarbij gaande door het perceel, kadastraal bekend rijksweg, en van het perceel, kadastraal bekend gemeente gemeente Zwammerdam, sectie B, nr. 1946). Bodegraven, sectie C. nr. 4504, rijksweg, daarna vnn het peiceel, kadastraal bekend gemeente Lange Ruige Weide. sec- r. Op dit punt buigt de grens om in noordoostelijke richting tie A, nr. 2126, rijksweg, tot aan het zuidoostelijke hoekpunt en volgt de noordelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal van dit perceel. De grens wordt dan in rechte lijn doorgetrok- bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nr. 1190, en ver- ken, tot waar de grens van de nieuwe gemeente Driebruggen volgens die van de percelen, kadastraal bekend gemeente (gelegen in de Kleine Wiericke), wordt bereikt, daarbij gaan- Zwammerdam, sectie B, nrs. 1189 en 1188, tot het punt, dat de door het perceel, kadastraal bekend gemeente Lange Ruige op 150 m ten zuidwesten van het noordoostelijke hoekpunt van Weide, sectie A, nr. 2211. laatstgenoemd perceel is gelegen. De grens buigt nu af in zuid- oostelijke richting en gaat naar het meest westelijke hoekpunt x. Op dit punt buigt de grens om in zuidelijke richting van het perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, en volgt de grens van genoemde nieuwe gemeente, zoals om- sectie B, nr. 1223 (daarbij gaande door de percelen, kadastraal schreven in artikel 2, tot aan het punt, waar de grens van ge- bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nrs. 1188, 1200, noemde nieuwe gemeente het zuidoostelijke hoekpunt van het 1662 en 1222) volgt de zuidwestelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie I, nr.2085 perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, ontmoet. nr. 1223, tot aan het zuidelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel. Artikel 6. Aan de gemeente Boskoop worden toegevoegd s. Vanaf dit punt gaat de grens naar een punt, gelegen op gedeelten van de gemeenten , Hazers- de noordwestelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal woude, Reeuwijk, Waddinxveen en Zwammerdam. in dier voe- bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nr. 1418. op een ge, dat de grens der gemeente Boskoop, beginnende in het afstand van 100 m ten zuidwesten van het noordoostelijke noordwesten, komt te lopen als volgt: hoekpunt van laatstgenoemd perceel (daarbij gaande doov de percelen, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, a. Vanaf het punt. waar de grenzen van de gemeenten nrs. 1228, 1268, 1325, 2112, 1506, 1511 en 2163). Boskoop, Hazerswoude en Alphen aan den Rijn tezamen ko- men, volgt de grens de bestaande crens tussen de gemeenten t. Vanaf dit punt loopt de grens naar een punt, gelegen op Hazerswoude en Alphen aan den Rijn in noordwestelijke rich- de westelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend ting, tot het punt, waar deze de noordelijke perceelsgrens van gemeente Zwammerdam, sectie C. nr. 1236, op een afstand van het perceel, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den Rijn. 100 m van het noordwestelijke hoekpunt van laatstgenoemd sectie E, nr. 814, ontmoet. Op dit punt buigt de erens om in perceel (daarbij gaande door de percelen, kadastraal bekend oostnoordoostelijke richting en volgt de noordelijke nerceels- gemeente Zwammerdam, sectie B, nrs. 1418, 1419, 1425, 1451. grens van laatstgenoemd perceel, daarna het midden van de 2109, 2189, 2215, 2218 (water) en 2210 (water). (water) percelen, kadastraal bekend eemeente Alphen aan den u. Vanaf dit punt buigt de grens om in noordnoordoostelijke Rijn, sectie E, nrs. 242. 234, 233, 759, 760, 214, 205, 204, richting en volgt de westelijke perceelsgrens van het (water) 197, 196, 690, 842, 843, 184, 177. 176. 168. 167 en 775, tot perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie C, aan de oostelijke perceelsgrens van laatstgenoemd perceel. nr. 1236, tot aan het noordwestelijke hoekpunt van laatstge- b. Vanaf genoemd punt loopt de grens eerst in oostelijke, noemd perceel. daarna in noordoostelijke richting evenwijdig aan de respectie- v. Vanaf dit punt wordt de grens in rechte lijn doorge- velijk noordelijke en ter plaatse noordwestelijke perceelsgrens trokken tot het westelijke verlengde van de noordelijke perceels- van het perceel, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den 6

Rijn, sectie E, nr. 800 (daarbij gaande door het perceel, kadas- Rijn, sectie D, nrs. 644 en 645, vervolgens het midden van het traal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie E, nr.776), (water) perceel, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den totdat de grens gesneden wordt door het noordwestelijke ver- Rijn, sectie D, nr. 281, steekt daarna over naar het midden van lensde van een lijn, welke het midden van de westelijke per- de westelijke perceelsgrens van het (water) perceel, kadastraal ccels"rcns van het perceel, kadastraal bekend gemeente Alphen bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie D, nr. 294, daar- aan den Rijn, sectie B, nr. 4196, met het noordwestelijke hoek- bij gaande door het perceel,kadastraal bekend gemeente Alphen punt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Alphen aan aan den Rijn, sectie D, nr. 688 (Goudse Rijpad),volgt daarna den Rijn, sectie B, nr. 4195, verbindt. het midden van de (water) percelen, kadastraal bekend gemeen- c. Vanaf dit punt volgt de grens genoemd verlengde in zuid- te Alphen aan den Rijn, sectie D, nrs. 294, 295 en 312, tot aan oostelijke richting (daarbij gaande door het perceel, kadastraal de oostelijke perceelsgrens van laatstgenoemd perceel, gaat bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie E, nr. 776), daar- daarna naar het midden van de westelijke perceelsgrens van het na genoemde verbindingslijn, daarbij gaande door het perceel, (water) perceel, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den kadastraal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie B, nr. Rijn, sectie D, nr. 646 (daarbij gaande door het perceel, kadas- 4196 en langs de noordgrens van het perceel, kadastraal be- traal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie D, nr. 320) kend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie E, nr. 737. en volgt daarna het midden van de (water) percelen, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie D, nrs. 646, 647, d. Vanaf genoemd hoekpunt volgt de grens, gaande in zuid- 638, 336, 350, 351, 364, 365 en 376, tot aan de oostelijke per- zuidwestelijke richting, de westelijke perceelsgrens van het per- ceelsgrens van laatstgenoemd perceel. ceel, kadastraal bekend gemeente Alnhen aan den Rijn, sectie B, nr. 4195, tot aan het zuidwestelijke hoekpunt; op dit punt j. Vanaf dit punt volgt de grens het midden van de watering buigt de grens om in oostzuidoostelijke richting en volgt de voor zover deze behoort bij de percelen, kadastraal bekend zuidelijke perceelsgrens van dit perceel tot aan diens zuidooste- gemeente Alphen aan den Rijn, sectie D, nrs. 377 en 656. tot lijke hoekpunt. Op dit punt buigt de grens om in nagenoeg zij de oostelijke grens van laatstgenoemd perceel ontmoet, waar- noordelijke richting en volgt de oostelijke perceelsgrens van de na zij laatstgenoemde grens volgt tot het punt, waar de perce- percelen, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, len, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie sectie B, nrs. 4195 en 4193, tot aan het noordoostelijke hoek- C, nr. 736, en sectie D, nrs. 379 en 656, tezamen komen. punt van laatstgenoemd perceel. Op dit punt buigt de grens om k. Vanaf genoemd punt volgt de grens de noordelijke per- in oostzuidoostelijke richting en volgt de noordelijke perceels- ceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Alphen grens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Alphen aan aan den Rijn, sectie D, nr. 379. tot aan het noordoostelijke den Rijn, sectie B, nr. 4194, en vervolgens de noordelijke per- hoekpunt van dit perceel, waarbij de bestaande grens tussen ceelscrens van het (water) perceel, kadastraal bekend gemeen- de gemeenten Alphen aan den Rijn en Reeuwijk is bereikt. te Alphen aan den Rijn, sectie E, nr. 283 (de Gouwe), totdat /. Vanaf dit punt volgt de grens deze gemeentegrens in het midden van genoemd perceel is bereikt. nagenoeg oostelijke richting, daarna die tussen de gemeenten e. Op dit punt buist de grens om in nagenoeg noordelijke Zwammerdam en Reeuwijk tot op het punt, waar de bestaande richting en volgt het midden van het (water) perceel, kadastraal gemeentegrens gesneden wordt door een lijn evenwijdig aan de bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie B, nr. 2460 zuidelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend ge (de Gouwe), tot het punt, waar dit midden gesneden wordt meente Zwammerdam, sectie A, nr. 519, door het midden van door het westelijke verlengde van een lijn, door het midden van de perceelsscheiding tussen de percelen, kadastraal bekend ge- het perceel, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, meente Zwammerdam, sectie B, nrs. 22 en 12. sectie D, nr. 697. m. Op dit punt buigt de grens om in oostnoordoostelijke /. De grens volgt vanaf dit punt genoemd verlengde in oos- richting, volgt genoemde lijn (daarbij gaande door de percelen, telijke richting (hierbij gaande door de percelen, kadastraal kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nrs. 23 bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie B, nr. 2460, en en 22) tot aan het midden van genoemde perceelsscheiding. sectie D, nr. 708), daarna het midden van het (water) perceel, /?. Vanaf dit punt volgt de grens het midden van het kadastraal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie D, nr. (water) perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, 697, vervolgens het midden van de (water) percelen, kadastraal sectie B, nr. 1 2, eerst in oostnoordoostelijke, later in zuidzuid- bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sectie D, nrs. 612, 613, oostelijke richting, en wordt daarbij doorgetrokken tot de 663, 664 en 425, tot aan de oostelijke perceelsgrens van laatst- noordwestelijke perceelsgrens van het (water)perceel, kadas- genoemd perceel. traal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nr. 32, is ,s?. Het midden van de sloot in dezelfde richting volgend, bereikt. gaat de grens vervolgens naar het midden van de westelijke per- o. De grens volgt daarna het midden van de (water)perce- ceelserens van het (water) perceel, kadastraal bekend gemeente Icn, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nrs. Alnhen aan den Rijn, sectie D, nr. 180 (daarbij gaande door de 32, 33, 40, 41, 48 en 1554, tot aan de zuidoostelijke perceels- percelen, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, grens van laatstgenoemd perceel, en loopt daarna naar het sectie D, nrs. 712, 711, 710 en 709), gaat daarna naar het midden van de noordwestelijke perceelsgrens van het (water) midden van de oostelijke perceelsgrens van het (water) perceel, perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, kadastraal bekend «emcente Alphen aan den Rijn, sectie D, nr. nr. 72 (daarbij gaande door de percelen, kadastraal bekend 180, loopt vanaf dit punt naar het midden van de westelijke gemeente Zwammerdam, sectie B, nrs. 2144, 2143, 2142, 2137 perceelsgrens van het (water) perceel, kadastraal bekend ge- en 2136). meente Alphen aan den Rijn, sectie D, nr. 401, (daarbij gaan- p. De grens volgt dan het midden van de (water)percelen, de door het perceel, kadastraal bekend gemeente Alphen aan kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nrs. 72, den Rijn. sectie D, nr. 411) volgt daarna het midden van de 1587, 1588, 94 en 95, tot aan de zuidoostelijke perceelsgrens (water) percelen, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den van laatstgenoemd perceel. Rijn, sectie D, nrs. 401, 402, 209, 212, 242, 243, 258 en 267. q. De grens gaat dan naar het midden van de perceelsschei- /;. Vanaf het midden van de perceclsscheiding tussen de ding tussen de percelen, kadastraal bekend gemeente Zwammer- percelen, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, dam, sectie B, nrs. 1629 en 161, volgt het midden van de water- sectie D. nrs. 267 en 574, loopt de grens naar het punt, waar loop in laatstgenoemd perceel tot het punt, waar de grens ge- de percelen, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den Rijn, sneden wordt door een lijn, die evenwijdig aan de noordweste- sectie D. nrs. 644, 645 en 574, tezamen komen (daarbij gaande lijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeen- door laatstgenoemd perceel). te Zwammerdam, sectie B, nr. 161, loopt en daarbij door het i. Vanaf genoemd punt volgt de grens de perceelsscheiding midden van de noordoostelijke perceelsgrens van genoemd per- tussen de percelen, kadastraal bekend gemeente Alphen aan den ceel gaat. 7

Artikel 7. Aan de gemeente Alphen aan den Rijn worden r. De grens volgt dan de genoemde lijn in noordoostelijke toegevoegd gedeelten der gemeenten Bodegraven en Zwammer- richting tot het midden van de noordoostelijke pcrceelsgrens dam, in dier voege, dat, met inachtneming van het bepaalde in van laatstgenoemd perceel. het vorige artikel, de grens der gemeente Alphen aan den Rijn, s. Van dit midden wordt de grens getrokken in de richting beginnende in het zuidoosten, komt te lopen als volgt: van het zuidwestelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nr. 196, tot aan het a. Vanaf het noordwestelijke hoekpunt van het (water) punt, waar de grens gesneden wordt door een lijn, door het perceel, kadastraal bekend gemeente Nieuwkoop, sectie E, midden van het (water)perceel, kadastraal bekend gemeente nr. 1063, volgt de grens, gaande in zuidwestelijke richting, de Zwammerdam, sectie B, nr. 1897 (de Wonne watering). Op dit bestaande grens tussen de gemeenten Nieuwkoop en Bodegra- punt buigt de grens om in zuidwestelijke richting en volgt het ven tot aan het meest zuidwestelijke hoekpunt van het (water) midden van genoemd (water)perceel, totdat de nieuwe grens perceel, kadastraal bekend gemeente Nieuwkoop, sectie E, nr. van de gemeente Recuwijk, als omschreven in artikel 5, is be- 1063 (De Mije), volgt daarna in westelijke richting de noor- reikt. (Zijnde het punt, waar het midden van het (water)per- delijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend ge- ceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie B, nr. meente Bodegraven, sectie B, nr. 141, tot het noordoostelijke 1897, en het oostelijke verlengde van een lijn door het midden hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Bode- van het perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, graven, sectie B, nr. 24, volgt daarna de oostelijke perceels- sectie B, nr. 1772, elkaar ontmoeten). grens van genoemd perceel in zuidelijke richting, daarna de oostelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend t. De grens buigt dan om in westelijke richting en volgt de gemeente Bodegraven, sectie B, nr. 25, in zuidoostelijke rich- nieuwe grens van de gemeente Reeuwijk tot de bestaande grens ting, vervolgens de oostelijke perceelsgrens van respectievelijk van de gemeente Boskoop is bereikt. Op dit punt buigt de grens de percelen, kadastraal bekend gemeente Bodegraven, sectie om in zuidelijke richting en volgt de bestaande grens, eerst die B, nrs. 44, 53, 54 en 64, tot aan het zuidoostelijk hoekpunt tussen de gemeenten Reeuwijk en Boskoop, later die tussen de van laatstgenoemd perceel. gemeenten Waddinxveen en Boskoop tot aan het punt, waar deze bestaande gemeentegrens het zuidoostelijke hoekpunt van b. Op dit punt buigt de grens om in zuidwestelijke richting en volgt de zuidoostelijke perceelsgrens van respectievelijk de het perceel, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie percelen, kadastraal bekend gemeente Bodegraven, sectie B, A, nr. 1125, bereikt. nrs. 64, 2421 (water), 63, 62 en 61, tot aan het zuidwestelijke u. Op dit punt buigt de grens om in nagenoeg westelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel. De grens wordt dan in richting en volgt de zuidelijke perceelsgrens tot aan het zuidwes- rechte lijn doorgetrokken tot de bestaande grens tussen de ge- telijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel. Hier buigt de grens meenten Zwammerdam en Bodegraven, gelegen in de Rijn, om in zuidelijke richting en volgt de oostelijke perceelsgrens van is bereikt (daarbij gaande door de percelen, kadastraal bekend het perceel, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie gemeente Bodegraven, sectie B, nrs. 4636 en 4396 (water)). A, nr.1028, tot aan diens zuidoostelijke hoekpunt, buigt vervol- Op dit punt buigt de grens om in zuidoostelijke richting en gens om in westelijke richting en volgt de zuidelijke perceels- volgt de bestaande grens tussen de gemeenten Bodegraven en grens tot het zuidwestelijke hoekpunt van laatstgenoemd Zwammerdam tot aan het punt, waar deze gesneden wordt perceel. door het noordoostelijke verlengde van de zuidoostelijke per- v. Op dit punt buigt de grens om in noordwestelijke rich- ceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Zwam- ting en volgt de westelijke perceelsgrens van genoemd perceel merdam, sectie A, nr. 3428. en vervolgens die van de percelen, kadastraal bekend gemeente c. Op dit punt buigt de grens om in westzuidwestelijke Waddinxveen, sectie A, nrs. 1027, 1026 en 1025, tot het noord- richting, volgt genoemd verlengde, daarbij gaande door het westelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel, waar de grens perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie A, in oostelijke richting ombuigt en de noordelijke perceelsgrens nr. 3509 (de Rijn) tot waar dit verlengde de noordoostelijke van laatstgenoemd perceel volgt tot het zuidwestelijke hoek- grens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Zwam- punt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, merdam, sectie A, nr. 3468 snijdt, volgt daarna de noord- sectie A, nr. 1121. De grens buigt dan om in noord-noord- oostelijke grens van dit perceel in noordwestelijke richting tot westelijke richting en volgt de westelijke perceelsgrens van aan het noordelijke hoekpunt van dit perceel en volgt daar- laatstgenoemd perceel tot het noordwestelijke hoekpunt. na in zuidwestelijke richting de noordwestelijke grens van w. Op dit punt buigt de grens om in noordoostelijke richting dit perceel tot aan het noordwestelijke hoekpunt. Van dit en gaat in rechte lijn naar het zuidwestelijke hoekpunt van het punt loopt de grens naar het zuidoostelijke hoekpunt van het (water)perceel, kadastraal bekend gemeente Hazerswoude, (water)perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie D, nr. 852, daarbij gaande door de percelen, kadastraal sectie A, nr. 3131, daarbij gaande door het perceel, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie A, nr. 1098, en gemeente bekend gemeente Zwammerdam, sectie A, nr. 3389 (Oude Hazerswoude, sectie D, nr. 901. Rijksweg), en volgt in zuidwestelijke richting de zuidooste- lijke grens van dit perceel tot diens zuidelijke hoekpunt. Daar- x. Op genoemd hoekpunt buigt de grens om in oostelijke na steekt de grens over naar het zuidoostelijke hoekpunt van richting en volgt de zuidelijke perceelsgrens van het (water) het (water)perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammer- perceel, kadastraal bekend gemeente Hazerswoude, sectie D, dam, sectie A, nr. 3130 (daarbij gaande door het perceel, nr. 852, tot het midden. kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie A, nr. ij. Vanaf dit punt volgt de grens in noordnoordwestelijke 3390). Vanaf genoemd hoekpunt volgt de grens, gaande in richting het midden van het (water)perceel, kr.dastraal bekend nagenoeg dezelfde richting, de zuidoostelijke grens van het gemeente Hazerswoude, sectie D, nr. 852, tot aan het punt, (water)perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, waar dit midden gesneden wordt door het westelijke verlcng- sectie A, nr. 3130, tot aan de westelijke perceelsgrens van de van de zuidelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal dit perceel (water). Op dit punt buigt de grens om in noord- bekend gemeente Hazerswoude, sectie D, nr. 697. Op dit punt westelijke richting en volgt de westelijke perceelsgrens van buigt de grens om in oostelijke richting en volgt genoemd ver- genoemd (water)perceel tot de zuidelijke perceelsgrens van lengde (daarbij gaande door de percelen, kadastraal bekend het perceel, kadastraal bekend gemeente Zwammerdam, gemeente Hazerswoude, sectie D, nrs. 852, 843 en 697), daar- sectie A, nr. 3128 wordt bereikt. De grens buigt vervolgens na genoemde perceelsgrens totdat de bestaande grens tussen om in westelijke richting en volgt de zuidelijke perceelsgrens de gemeenten Boskoop en Hazerswoude is bereikt. van respectievelijk de percelen, kadastraal bekend gemeente z. Vanaf dit punt volgt de grens, eerst gaande in noord- Zwammerdam, sectie A. nrs. 3128, 2262, 2263, 432 en 1961, noordwestelijke, daarna in oostelijke richting, de bestaande tot aan diens zuidwestelijke hoekpunt. De grens steekt dan grens tussen de gemeenten Hazerswoude en Boskoop. over naar het zuidoostelijke hoekpunt van het perceel, ka- 8

dastraal bekend gemeente Zwammerdam, sectie A, nr. 1962 rak, sectie C, nr. 617, tot aan de westelijke perceelsgrens van (hierbij gaande door het perceel, kadastraal bekend gemeente laatstgenoemd perceel, gaat daarna door, in dezelfde richting, Zwammerdam, sectie A, nr. 3278). Vanaf dit punt volgt de naar het midden van de oostelijke perceelsgrens van het (water) - grens, doorgaande in dezelfde richting, de zuidelijke perceels- pcrceel, kadastraal bekend gemeente Gouderak, sectie C, nr. grens van respectievelijk de percelen, kadastraal bekend ge- 561, daarbij gaande door de percelen, kadastraal bekend ge- mcente Zwammerdam, sectie A, nrs. 1962, 2843 (Watering), mcente Gouderak, sectie C, nrs. 603, 590 en 579, volgt daarna 437, 438, 439 en 2835 tot de bestaande grens tussen de het midden van het (water)perceel, kadastraal bekend ge- genieenten Alphen aan den Rijn en Zwammerdam wordt be- meente Gouderak, sectie C, nr. 561, tot het midden van de reikt. westelijke perceelsgrens, gaat daarna door naar het midden van de oostelijke perceelsgrens van het (water)perceel, kadastraal d. Op dit punt aangekomen buigt de grens om in zuid- bekend gemeente Gouderak, sectie C, nr. 525, daarbij gaande oostelijke richting en volgt de bestaande grens tussen de ge- door het perceel, kadastraal bekend gemeente Gouderak, sectie meenten Alphen aan den Rijn en Zwammerdam tot de bestaan- C, nr. 545, volgt het midden van het (water)perceel, kadastraal de grens met de gemeente Reeuwijk is bereikt. Op dit punt bekend gemeente Gouderak, sectie C, nr. 525, tot aan de wes- buigt de grens om in nagenoeg westelijke richting en volgt telijke perceelsgrens van dit perceel, gaat vanaf dit punt naar de bestaande grens tussen de gemeenten Alphen aan den Rijn het midden van de oostelijke perceelsgrens van het (water)- en Reeuwijk, daarna de nieuwe grens van de gemeente Boskoop, perceel, kadastraal bekend gemeente Gouderak, sectie C, nr. tot aan de bestaande grens tussen de gemeenten Alphen aan 463, daarbij gaande door de percelen, kadastraal bekend ge- den Rijn en Hazerswoude, als omschreven in artikel 6. Op meente Gouderak, sectie C, nrs. 883, 882 en 478, volgt daarna dit punt buigt de grens om in noordwestelijke richting en volgt het midden van de (water)percelen, kadastraal bekend ge- daarna de bestaande grens tussen de gemeente Alphen aan mcente Gouderak, sectie C, nrs. 463 en 448, tot aan de wes- den Rijn en respectievelijk de gemeenten Hazerswoude, Koude- telijke perceelsgrens van laatstgenoemd perceel. kerk aan den Rijn, Woubrugge, Ter Aar en Nieuwkoop, tot aan het punt in het zuidoosten, waar de bestaande grenzen van c. De grens gaat daarna naar het midden van de oostelijke de gemeenten Alphen aan den Rijn, Nieuwkoop en Bodegraven perceelsgrens van het (water)perceel, kadastraal bekend ge- elkaar ontmoeten. meente Gouderak, sectie C, nr. 417 (daarbij gaande door het perceel, kadastraal bekend gemeente Gouderak, sectie C, Artikel 8. Aan de gemeente Bodegraven worden toegevoegd nr. 431), volgt het midden van het (water)perceel, kadastraal de gedeelten van de gemeenten Barwoutswaarder, Lange Ruige bekend gemeente Gouderak, sectie C, nr. 417, gaat daarna Weide, Rietveld, Waarder en Zwammerdam, welke niet inge- naar het midden van de oostelijke perceelsgrens van het volge de artikelen 2, 4, 5, 6 en 7 aan andere gemeenten worden (water)perceel, kadastraal bekend gemeente Gouderak, sectie toegevoegd. C, nr. 361 (daarbij gaande door de percelen, kadastraal be- kend gemeente Gouderak, sectie C, nrs. 811, 384 en 983). Artikel 9. Aan de gemeente Gouda worden toegevoegd ge- d. Op dit punt buigt de grens om in noordwestelijke rich- deelten van de gemeenten Haastrecht, Stolwijk, Gouderak, ting, volgt de zuidwestelijke perceelsgrens van laatstgenoemd Moordrecht, Waddinxveen en Reeuwijk, in dier voege, dat de perceel, daarna de westelijke perceelsgrens van de percelen, nieuwe grens van de gemeente Gouda komt te lopen als volgt: kadastraal bekend gemeente Gouderak, sectie C, nrs. 1153, a. Vanaf het punt, waar de bestaande grenzen van de ge- 1152, 1150, 1151, tot aan het westelijke hoekpunt van laatst- meenten Reeuwijk, Haastrecht en Gouda tezamen komen, genoemd perceel, steekt daarna over naar het zuidoostelijke volgt de nieuwe grens de bestaande grens tussen de gemeenten hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Goude- Gouda en Haastrecht, gelegen in de IJssel, gaande in wes- rak, sectie C, nr. 1246, (daarbij kruisende het perceel, kadas- telijke richting tot aan het voetpunt van de loodlijn, welke op traal bekend gemeente Gouderak, sectie C, nr. 1297 (de Us- deze gemeentegrens vanuit het punt, waar de percelen, kadas- seldijk), volgt de zuidwestelijke perceelsgrens van het perceel, traal bekend gemeente Haastrecht, sectie A, nrs. 1998, 2117 en kadastraal bekend gemeente Gouderak, sectie C, nr. 1246, tot 2029, tezamen komen, is neergelaten. Op dit punt buigt de aan het westelijke hoekpunt, wordt daarna doorgetrokken in nieuwe grens om in nagenoeg zuidelijke richting, volgt genoem- dezelfde richting (door het perceel, kadastraal bekend ge- dc loodlijn. daarbij gaande door het perceel, kadastraal bekend meente Gouderak, sectie C, nr. 1248) tot de bestaande grens gemeente Haastrecht, sectie A, nr. 2117 (de IJssel), volgt tussen de gemeenten Gouderak en Gouda, gelegen in de IJssel, daarna, eerst gaande in westelijke, daarna in zuidelijke richting is bereikt. de oostelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend e. De grens buigt hier om in zuidwestelijke richting en volgt gemeente Haastrecht, sectie A, nr. 1998, tot aan het zuid- de bestaande grens tussen de gemeenten Gouda en Gouderak oostelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel. Op dit punt tot het punt, waar de grenzen van de gemeenten Gouda, buigt de nieuwe grens om in nagenoeg westelijke richting en Gouderak en Moordrecht tezamen komen. Vanaf dit punt volgt de noordelijke grens van het perceel, kadastraal bekend volgt de nieuwe grens de bestaande grens tussen de gemeenten gemeente Haastrecht, sectie A, nr. 2215, tot de oostelijke per- Moordrecht en Gouderak in nagenoeg westelijke richting, tot- ceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Haas- dat deze gemeentegrens gesneden wordt door het oostelijke ver- trecht, sectie A, nr. 2175, wordt bereikt. Op dit punt buigt de lengde van de noordelijke perceelsgrens van het perceel, kada- nieuwe grens om in nagenoeg zuidelijke richting en volgt de straal bekend gemeente Moordrecht, sectie B, nr. 1919. oostelijke grenzen van de percelen, kadastraal bekend ge- meente Haastrecht, sectie A, nrs. 2175 en 2177, tot de f. Op dit punt buigt de grens om in noordwestelijke rich- bestaande grens tussen de gemeenten Gouderak en Haastrecht ting, volgt genoemd verlengde (daarbij gaande door de per- wordt bereikt. celen, kadastraal bekend gemeente Moordrecht, sectie B, nrs. 1964 (de IJssel), 1963, 1931 en 1963) volgt daarna de noorde- />. De nieuwe grens volgt deze gemeentegrens in zuidooste- lijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente lijke richting tot het punt, waar deze gesneden wordt door het Moordrecht, sectie B, nr. 1919, tot aan het noordoostelijke noordoostelijke verlengde van een lijn, welke in het midden hoekpunt van laatstgenoemd perceel. De grens buigt op dit van het (watcr)perceel, kadastraal bekend gemeente Gouderak, punt om in noordoostelijke richting en volgt de westelijke per- sectie C, nr. 617 wordt getrokken. Op dit punt buigt de ceelsgrens van de percelen, kadastraal bekend gemeente Moor- nieuwe grens om in zuidwestelijke richting en volgt genoemd drecht, sectie B, nrs. 1834, 1832 en 1963, tot aan het noord- verlengde, daarbij gaande door de percelen, kadastraal bekend westelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel, dat wil zeggen gemeente Goudcrak, sectie C, nrs. 1283 (Goudse Vliet), 1284 totdat de bestaande grens tussen de gemeenten Gouda en Moor- en 1285, volgt, in dezelfde richting doorgaande het midden drecht is bereikt. Vanaf dit punt volgt de grens, eerst gaande van het (water)perceel, kadastraal bekend gemeente Goude- in noordelijke, later in noordwestelijke richting de bestaande

\ 9

grens tussen de gemeenten Moordrecht en Gouda, daarna die noordwestelijke verlengde van de westelijke perceelsgrens van tussen de gemeenten Waddinxveen en Moordrecht tot het punt, het perceel, kadastraal bekend gemeente Haastrecht, sectie A, waar het perceel, kadastraal bekend gemeente Moordrecht, nr. 1787. Op dit punt buigt de grens om in zuidzuidoostelijke sectie A, nr. 2600, en de percelen, kadastraal bekend gemeente richting en volgt genoemd verlengde (daarbij gaande door het Waddinxveen, sectie F, nrs. 1879 (spoorweg) en 1764 tezamen (water)perceel, kadastraal bekend gemeente Haastrecht, scc- komen. Op dit punt buigt de grens om in noordoostelijke rich- tie A, nrs. 1778 en 1781), daarna de westelijke perceelsgrens ting en volgt de noordelijke perceelsgrens van het perceel, van het perceel, kadastraal bekend gemeente Haastrecht, scc- kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie F, nr. 1879 tic A, nr. 1787, tot aan het zuidwestelijke hoekpunt, volgt daar- (spoorweg), tot aan het noordoostelijke hoekpunt van laatst- na de westelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal be- genoemd perceel. kend gemeente Haastrecht, sectie A, nr. 1782, tot aan het zuid- westelijke hoekpunt van dit perceel, buigt vervolgens om in g. De grens wordt daarna in rechte lijn doorgetrokken, in noordnoordoostelijke richting en volgt de zuidelijke percccls- oostnoordoostelijke richting tot in het midden van het (water) grens van respectievelijk de percelen, kadastraal bekend ge- perceel, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie G, meente Haastrecht, sectie A, nrs. 1782, 1783, 1784, 1785 en nr. 2210 (de Gouwe), daarbij gaande door de percelen, kada- 1786. De grens wordt dan in rechte lijn doorgetrokken straal bekend gemeente Waddinxveen, sectie F, nr 1881 en tot het midden van het (water)perceel, kadastraal bekend sectie G, nr. 2210. gemeente Haastrecht, sectie A, nr. 903 (Bergvliet) wordi h. Op dit punt buigt de grens om in noordelijke, later noord- bereikt hierbij gaande door het genoemde (water)perceel. westelijke richting en volgt het midden van de Gouwe en Op dit punt buigt de grens om in zuidzuidoostelijke, daarna in daarna diens verlengde tot de perceelsscheiding tussen de per- oostzuidoostelijke richting en volgt het midden van het (water) celen, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie F, perceel, kadastraal bekend gemeente Haastrecht, sectie A, nr. nr. 1669, en sectie G, nr. 2210, is bereikt. 903, tot de grens tussen de gemeenten Haastrecht en Vlist i. Vanaf dit punt volgt de grens, gaande in nagenoeg weste- wordt bereikt, en volgt deze tot aan de grens tussen de ge- lijke richting, genoemde perceelsscheiding tot het voetpunt van meenten Stolwijk en Vlist. de loodlijn op de grens, neergelaten uit het meest zuidelijke hoekpunt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Wad- Artikel 11. Aan de gemeente Haastrecht wordt toegevoegd dinxveen, sectie G, nr. 2225 (rijksweg), buigt om in nagenoeg het binnen de bestaande grens dier gemeente, de bestaande noordelijke richting, volgt genoemde loodlijn (daarbij gaande grens der gemeente Hekendorp, de in artikel 5, onder a, om- door de percelen, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, schreven nieuwe grens, en de bestaande grens der gemeente sectie G, nrs. 2210 en 2224) en volgt vanaf genoemd hoekpunt Gouda gelegen gebied. in nagenoeg dezelfde richting de oostelijke perceelsgrens van Artikel 12. De gemeenten Barwoutswaarder, Hekendorp, het perceel, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie G, nr. 2225 (z.e. R.W.), tot het punt, waar de percelen, Lange Ruige Weide, Papekop, Rietveld, Waarder en Zwammer- kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie G, nrs. 2224, dam worden opgeheven. 2225 en 2226 tezamen komen, buigt dan om in nagenoeg Artikel 13. De in de artikelen 2 tot en met 12 omschreven westelijke richting en volgt, eerst gaande in westelijke, daarna gemeentelijke herindeling gaat in op de datum van herindeling. in noordwestelijke, noordelijke, en tenslotte noordoostelijke richting, de zuidelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie G, nr. 2225 (z.e. R.W.) tot het meest oostelijke hoekpunt van laatstgenoemd HOOFDSTUK III perceel. Rechtskracht voorschriften en uitoefening bevoegdheden /. Op dit punt buigt de grens om in zuidoostelijke richting Artikel 14. 1. De op de dag, voorafgaande aan de datum en volgt aanvankelijk de westelijke, later ombuigend in noord- van herindeling, in of voor een overgaand gebied geldende ge- oostelijke richting de zuidelijke perceelsgrens van het perceel, meentelijke voorschriften behouden gedurende twee jaren na kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie H, nr. 1025, die datum in of voor dat gebied hun rechtskracht, voor zover daarna de zuidelijke perceelsgrens van het perceel, kadastraal bekend gemeente Waddinxveen, sectie I, nr. 833, tot aan het het bevoegde gezag der gemeente, naar welke dit gebied is over- meest oostelijke hoekpunt van laatstgenoemd perceel, waarbij gegaan, niet anders bepaalt. de bestaande grens tussen de gemeenten Reeuwijk en Waddinx- 2. De op de dag, voorafgaande aan de datum van herinde- veen is bereikt. Op dit punt buigt de grens om in oostzuidooste- ling, in een gemeente, aan welke gebied wordt toegevoegd, van lijke richting en volgt de grens van de gemeente Reeuwijk als kracht zijnde gemeentelijke voorschriften gelden niet in of omschreven in artikel 5, tot aan het zuidwestelijke hoekpunt voor het toegevoegde gebied, totdat het bevoegde gezag dier van het perceel, kadastraal bekend gemeente Reeuwijk, sectie I, gemeente anders bepaalt. Dit gezag bepaalt binnen twee jaren nr. 1979. na die datum, welke voorschriften, in de vorige volzin bedoeld, mede in of voor het toegevoegde gebied zullen gelden. k. Vanaf dit punt volgt de grens, gaande in zuidzuidooste- lijke richting, de bestaande grens, tussen de gemeenten Reeuwijk 3. Zo dikwijls ten aanzien van gemeentelijke voorschriften en Gouda tot aan het punt waar de grenzen van de gemeenten goedkeuring of medewerking van hoger gezag dan wel afkon- Reeuwijk, Haastrecht en Gouda tezamen komen. diging is voorgeschreven, is deze mede vereist voor het ver- vallen of van toepassing verklaren van gemeentelijke voor- schriften in of voor het toegevoegde gebied. Artikel 10. Aan de gemeente Stolwijk wordt toegevoegd een gedeelte van de gemeente Haastrecht, waardoor de grens 4. In afwijking in zoverre van het bepaalde in het eerste lid tussen de gemeenten Stolwijk en Haastrecht vanaf het punt, worden de op de dag, voorafgaande aan de datum van herin- waar de bestaande grens tussen die gemeenten gesneden wordt deling, onherroepelijk goedgekeurde regelingen, als bedoeld in door een lijn, welke door het midden van het (water)perceel, artikel 2, tweede lid, en in paragraaf 7 der Woningwet, als- kadastraal bekend gemeente Haastrecht, sectie A, nr. 949 (de mede in paragraaf 1 der Wederopbouwwet, met betrekking tot Schinkel) loopt, ombuigt eerst in noordoostelijke, later in oost- een toegevoegd gebied, voor de toepassing dier wetten geacht noordoostelijke richting en genoemd midden volgt tot aan de te zijn vastgesteld door het bevoegde gezag der gemeente, naar oostelijke perceelsgrens van genoemd (water)perceel. Vanaf welke dit gebied is overgegaan, en behouden deze regelingen genoemd punt volgt de grens, doorgaande in dezelfde richting, hun rechtskracht zolang het bevoegde gezag niet anders bepaalt. het midden van respectievelijk de (water)percelen, kadastraal 5. Voor zover met de wettelijke procedure voor de tot- bekend gemeente Haastrecht, sectie A, nrs. 948 en 1778, tot standkoming van de in het vierde lid bedoelde regelingen aan het punt, waar dit midden gesneden wordt door het noord- vóór de datum van herindeling een aanvang is gemaakt, en 10

Jeze regelingen nog niet onherroepelijk zijn goedgekeurd, kan van Zuidholland, of, zo de regeling uitsluitend tussen burge- de procedure worden voortgezet, als ware deze aangevangen meesters is gesloten, Onze Commissaris in die provincie, zulks door het bevoegde gezag van de gemeenten, naar welke het bepalen. De in de eerste volzin genoemde termijn kan door gebied is overgegaan. Gedeputeerde Staten van Zuidholland, onderscheidenlijk Onze 6. De reglementen van orde voor de vergaderingen van de Commissaris in die provincie met ten hoogste zes maanden raad en van het college van burgemeester en wethouders der worden verlengd. gemeente I.ange Ruige Weide gelden voor de nieuwe gemeente 4. Indien de nodige voorzieningen, bedoeld in het vorige lid, Dricbruggcn, totdat zij door andere zijn vervangen. niet binnen het daarvoor gestelde tijdvak zijn getroffen, kan dit 7. De instructies voor de secretaris en de ontvanger der be- door Gedeputeerde Staten van Zuidholland, of, zo de regeling staande gemeente Lange Ruige Weide gelden onderscheiden- uitsluitend tussen burgemeesters is getroffen, door Onze Com- lijk voor de secretaris en de ontvanger der nieuwe gemcent» missaris in die provincie geschieden. Driebruggen, totdat zij door andere zijn vervangen. 5. Indien bij de gemeenschappelijke regeling mede niet in de provincie Zuidholland gelegen gemeenten zijn betrokken, Artikel 15. 1. De organen en de ambtenaren van een ge- treden Wij voor de toepassing van het derde en het vierde lid meente, aan welke gebied wordt toegevoegd, oefenen met in- in de plaats van Gedeputeerde Staten van Zuidholland, onder- gang van de datum van herindeling hun bevoegdheden uit, scheidenlijk van Onze Commissaris in die provincie. onderscheidenlijk mede uit in het overgegane gebied. 6. De door de besturen van de in artikel 12 genoemde ge- 2. Het eerste lid is niet van toepassing ten aanzien van de meenten aangewezen leden van bij gemeenschappelijke regeling bevoegdheden, toegekend bij gemeentelijke voorschriften, welke ingestelde organen blijven in deze organen zitting hebben totdat krachtens artikel 14, tweede lid, niet gelden in of voor het zij door de na de datum van herindeling bevoegde gcmeentebe- toegevoegde gebied. In dit gebied oefenen de in het eerste lid sturen, zonodig met afwijking van hetgeen in de gemeenschap- bedoelde organen en ambtenaren de bevoegdheden uit, welke pelijke regeling ten aanzien van de zittingsduur is bepaald, zijn bij de in het eerste lid van artikel 14 bedoelde voorschriften vervangen. zijn toegekend aan overeenkomstige organen en ambtenaren 7. Tegen een besluit van Gedeputeerde Staten of van Onze van de gemeente, waartoe het overgegane gebied vóór de datum Commissaris, als bedoeld in het eerste, derde en vierde lid van van herindeling behoorde. dit artikel, kan het bestuur van elke daarbij betrokken gemeente 3. Het eerste lid is evenmin van toepassing, indien en voor binnen dertig daeen, te rekenen van de dag van verzending van zover bevoegdheden krachtens een gemeenschappelijke regeling het besluit, bij Ons voorziening vragen. in het overgegane gebied ingevolge het bepaalde in artikel 16, eerste lid, blijven uitgeoefend door andere organen en ambte- HOOFDSTUK IV naren. 4. De bevoegdheid tot het heffen en invorderen van be- Overgang rechten, lasten, verplichtingen en bezittingen staande gemeentelijke belastingen in een overgaand gebied, over een belastingjaar, dat vöör de datum van herindeling is aange- Artikel 17. 1. Op de datum van herindeling gaan, onver- vangen, blijft voorbehouden aan de organen en ambtenaren minderd het bepaalde in de volgende twee leden, alle rechten, der gemeente, waarvan dit gebied tevoren deel uitmaakte, met lasten, verplichtingen en bezittingen van de op te heffen ge- dien verstande, dat de organen en ambtenaren der nieuwe ge- meenten Hekendorp, Lange Ruige Weide, Papekop en Waar- meente Driebruggen in de plaats treden van de organen en der over op de nieuwe gemeente Driebruggen, van de op te ambtenaren der gemeenten Waarder, Lange Ruige Weide, He- heffen gemeente Zwammerdam op de gemeente Bodeeraven kendorp en Papekop, de organen en ambtenaren der gemeen- en van de op te heffen gemeenten Barwoutswaarder en Rietveld te Woerden in de plaats van die der gemeenten Barwoutswaar- op de gemeente Woerden, zonder dat daarvoor een nadere akte der en Rietveld en de organen en ambtenaren der gemeente wordt gevorderd. Bodegraven in de plaats van die der gemeente Zwammerdam. 2. Op de datum van herindeling gaan alle rechten, lasten, verplichtingen en bezittingen van de bij deze herindeling be- trokken gemeenten, uitsluitend betrekking hebbende op of ge- Artikel 16. 1. Gemeenschappelijke regelingen, waaraan bij legen in overgaand gebied, over op de gemeente, aan welke dit de herindeling betrokken gemeenten deelnemen, blijven voor gebied wordt toegevoegd, zonder dat daarvoor een nadere akte het grondgebied van de gemeenten, waarvoor zij op de dag, wordt gevorderd. voorafgaande aan de datum van herindeling, gelden, van kracht, totdat toepassing is gegeven aan het bepaalde in het derde of in 3. Op de datum van herindeling gaan alle rechten, lasten, het vierde lid van dit artikel en voorzover Gedeputeerde Staten verplichtingen en bezittingen van de in artikel 12 genoemde van Zuidholland, of, zo de regeling uitsluitend tussen burge- gemeenten, betrekking hebbende op of gelegen in het gebied meesters is getroffen. Onze Commissaris in die provincie, van een andere gemeente, over op die andere gemeente, zonder vóór de datum van herindeling niet anders bepalen. dat daarvoor een nadere akte wordt gevorderd. 2. De besturen van de gemeenten, op welker grondgebied in- 4. Ten aanzien van de in de vorige leden begrepen onroe- gevolge het bepaalde in het vorige lid of in een krachtens het rende zaken zal verandering in de tenaamstelling in de ka- vorise lid eenomen besluit een gemeenschappelijke regeling van dastrale legger plaats hebben. Gedeputeerde Staten van Zuid- kracht blijft of van kracht wordt, worden geacht aan deze rege- holland doen de daartoe nodige opgave aan de desbetreffende ling deel te nemen. Deze gemeenten treden voor de toepassing hypotheekbewaarder. van deze gemeenschappelijke regeling in de plaats van de ge- 5. De levering van elektriciteit, gas en water aan de in- meenten, waarvan het betrokken gebied op de dag, vooraf- woners van overgaande gebieden blijft geschieden door de gaande aan de datum van herindeling, deel uitmaakte. gemeenten, welke daarin op de dag. voorafgaande aan de 3. De besturen van de gemeenten die aan een gemeenschap- datum van herindeling, voorzagen, totdat de daarbij betrokken pelijke regeling deelnemen of geacht worden deel te nemen gemeenten een regeling hebben getroffen. treffen binnen zes maanden na de datum van herindeling met 6. Indien de eigenaar van een elektriciteits-, gas- of water- toepassing van de Wet gemeenschappelijke regelingen de in leidingbedrijf in verband met de herindeling wenst te komen verband met de gewijzigde gemeentelijke indeling nodige voor- tot overneming van leveringen, als in het vijfde lid bedoeld, zieningen; zij kunnen daarbij afwijken van de bepalingen van en met de eigenaar van het dan leverende bedrijf binnen een de gemeenschappelijke regeling omtrent wijziging en opheffing jaar na de datum van herindeling geen overeenstemming wordt van de regeling en omtrent de mogelijkheid van toetreden en bereikt, dan kan de beslissing van Gedeputeerde Staten van van uittreden van deelnemers, voor zover Gedeputeerde Staten Zuidholland worden ingeroepen. 11

7. Tegen een beslissing van Gedeputeerde Staten, als be- verkrijgen in de gemeente of het deel der gemeente, waarop doeld in het vorige lid, kan elk van de daarbij belang hebbende het aan burgemeester en wethouders van Lange Ruige Weide eigenaren van een elektriciteits-, gas- of waterleidingbedrijf te zenden afschrift of uittreksel betrekking heeft, worden deze binnen dertig dagen, te rekenen van de dag van verzending veranderingen onverwijld ter kennis van dit college gebracht. van de beslissing, bij Ons voorziening vragen. Burgemeester en wethouders van Lange Ruige Weide brengen die veranderingen in het afschrift of uittreksel aan. Artikel 18. 1. Ten behoeve van de voortzetting van het 3. Voor de toepassing van artikel 21 der gemeentewet ten comptabel beheer van overgaand gebied kunnen Gedeputeerde aanzien van het lidmaatschap van de raad van een gemeente, Staten van Zuidholland, de besturen van de betrokken gemeen- aan welke gebied wordt toegevoegd, worden onder ingezetenen ten gehoord, aanwijzingen geven, welke door die besturen in verstaan zij, die gedurende de laatste twaalf maanden hun acht genomen moeten worden. werkelijke woonplaats hebben gehad in het gebied, dat met 2. Indien een gemeentebestuur zich met de gegeven aan- ingang van de datum van herindeling het grondgebied van die wijzingen niet kan verenigen, staat binnen drie maanden na gemeente vormt. ontvangst van deze aanwijzingen beroep bij Ons open. Artikel 21. 1. De kandidaatstelling en de eventuele stem- Artikel 19. 1. De uitkeringen door het rijk uit hoofde van ming voor de verkiezing van de leden van de raad der nieuwe de grondbelasting en de personele belasting over de vóór de gemeente Driebruggen geschieden uiterlijk dertig dagen, vooraf- datum van herindeling aangevangen boekingstijdvakken, als- gaande aan de datum van herindeling op door Gedeputeerde mede alle andere uitkeringen door het rijk, de provincie of Staten van Zuidholland te bepalen dagen. gemeenten over de vóór de datum van herindeling aange- vangen dienstjaren worden met ingang van die datum ge- 2. De krachtens dit artikel te kiezen raad bestaat uit zeven daan aan de nieuwe gemeente Driebruggen voor de op te leden. heffen gemeenten Hekendorp, Lange Ruige Weide, Pape- 3. Het kiezersregister voor de verkiezing van de leden van kop en Waarder, aan de gemeente Bodegraven voor de op te de raad der nieuwe gemeente Driebruggen wordt geacht te zijn heffen gemeente Zwammerdam, en aan de gemeente Woerden samengesteld uit het kiezersregister der gemeente Lange Ruige voor de op te heffen gemeenten Barwoutswaarder en Rietveld. Weide, voor zover dit betreft personen, die in het gedeelte 2. De uitkeringen, die op de datum van herindeling over hunner gemeente, dat tot de gemeente Driebruggen zal komen de in het eerste lid bedoelde boekingstijdvakken onderscheiden- te behoren, op de in het eerste lid bedoelde dag van kandidaat- lijk dienstjaren nog op grond van enige wettelijke bepaling aan stelling werkelijke woonplaats hebben, en uit de ingevolge het het rijk, de provincie of gemeenten zijn verschuldigd worden eerste lid van het vorige artikel aan burgemeester en wethouders met ingang van die datum gedaan door de nieuwe gemeente dier gemeente toegezonden afschriften van of uittreksels uit Driebruggen voor de op te heffen gemeenten Hekendorp, de kiezersregisters der gemeenten Hekendorp, Papekop en Lange Ruige Weide, Papekop en Waarder, door de gemeente Waarder, zoals deze luiden na toepassing van het tweede lid Bodegraven voor de op te heffen gemeente Zwammerdam, en van dat artikel. door de gemeente Woerden voor de op te heffen gemeenten 4. Het indelen in stemdistricten voor de in het eerste lid Barwoutswaarder en Rietveld. bedoelde verkiezing van het gebied der nieuwe gemeente Dric- 3. Ten aanzien van de in de vorige leden bedoelde uit- bruggen en het benoemen van de leden en de plaatsvervangende keringen en van de in het vierde lid van artikel 15 bedoelde leden van de stembureaus voor deze verkiezing geschieden vóór gemeentelijke belastingen heeft tussen de betrokken gemeenten een door Gedeputeerde Staten van Zuidholland te bepalen onderling geen verrekening plaats. datum door burgemeester en wethouders der gemeente Lange Ruige Weide. 4. Indien in verband met het bepaalde in artikel 17 een ver- rekening tussen de betrokken gemeenten dient plaats te hebben, 5. Voor zover met betrekking tot de verkiezing van de leden bepalen Gedeputeerde Staten van Zuidholland, de besturen dier van de raad der nieuwe gemeente Driebruggen ingevolge enig gemeenten gehoord, het bedrag en de wijze van betaling daar- wettelijk voorschrift medewerking moet worden verleend door van. burgemeester en wethouders of de burgemeester, geschiedt dit door burgemeester en wethouders of de burgemeester der ge- 5. Op een verzoek om verrekening, als bedoeld in het meente Lange Ruige Weide. Artikel H 17 der Kieswet blijft bij vorige lid, beslissen Gedeputeerde Staten van Zuidholland niet deze verkiezing buiten toepassing. afwijzend, dan na de besturen van de betrokken gemeenten te hebben gehoord. 6. Het onderzoek van de geloofsbrieven van de leden van de raad der nieuwe gemeente Driebruacen geschiedt vóór een 6. Tegen een besluit van Gedeputeerde Staten, als bedoeld door Gedeputeerde Staten van Zuidholland te bepalen datum in het vierde en vijfde lid, kan het bestuur van elke daarbij be- door de raad der gemeente Lange Ruige Weide. trokken gemeente binnen dertig dagen, te rekenen van de dag van verzending van het besluit, bij Ons voorziening vragen. 7. De dag der eerste vergadering van de raad der nieuwe gemeente Driebrugsen wordt bepaald op de dag, volgende op de datum van herindeling. In deze vergadering worden de HOOFDSTUK V wethouders benoemd. Verkiezing vertegenwoordigende lichamen 8. De leden van de krachtens dit artikel gekozen raad Artikel 20. 1. Burgemeester en wethouders der gemeenten der nieuwe gemeente Driebruggen en de door die raad gekozen Hekendorp, Papekop, en Waarder zenden op een door Gede- wethouders hebben zitting tot de eerste dinsdag in septem- puteerde Staten van Zuidholland te bepalen datum aan burge- ber 1966. meester en wethouders der gemeente Lange Ruige Weide een afschrift van of uittreksel uit het kiezersregister hunner ge- meenten betreffende de in dat register op die datum voor- HOOFDSTUK VI komende personen, die werkelijke woonplaats hebben in het gedeelte hunner gemeente, dat tot de nieuwe gemeente Drie- Rechtspositie van ambtenaren bruggen zal komen te behoren. Artikel 22. 1. De secretarissen en de ontvangers der op te 2. Indien van de in het eerste lid bedoelde datum af tot de heffen gemeenten alsmede de ambtenaren van de burgerlijke dag van kandidaatstelling, bedoeld in het eerste lid van het vol- stand dier gemeenten voor zover zij tevens burgemeester, gende artikel, veranderingen optreden in een kiezersregister secretaris of ontvanger zijn, worden geacht met ingang van de ten aanzien van personen, die werkelijke woonplaats hebben of datum van herindeling eervol uit hun ambt te zijn ontslagen. 12

2. Gedeputeerde Staten van Zuidholland benoemen uiterlijk Artikel 23. De onderwijzers, werkzaam aan de openbare dertig dagen vóór de datum van herindeling met ingang van lagere scholen, alsmede de leidsters, verbonden aan de open- die datum een tijdelijke secretaris en een tijdelijke ontvanger bare kleuterscholen, welke zijn gevestigd in gebied, dat krach- van de nieuwe gemeente Driebruggen. Deze benoemingen tens deze wet naar een andere of nieuwgevormde gemeente over- worden geacht, door de raad dier nieuwe gemeente te zijn gaat, gaan met ingang van de datum van herindeling over in gedaan. Zij gelden tot de dag, waarop de definitieve bcnoe- dienst van die gemeente in dezelfde salarispositie als waarin zij ming door die raad van een secretaris en een ontvanger ingaat. op de dag, voorafgaande aan die datum, werkzaam waren. Aan deze onderwijzers en aan deze leidsters reiken burgemeester en 3. Met uitzondering van de ambtenaren, genoemd in het wethouders van de gemeente, in welker dienst zij zijn overge- eerste lid, en onverminderd het bepaalde in artikel 23, zijn de gaan, een desbetreffende aanstelling uit, vermeldende salaris in dienst der op te heffen gemeenten werkzame ambtenaren en pensioensgrondslag. — met inbegrip van de personen, in dienst dier gemeenten op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht werkzaam — van Artikel 24. Aan de burgemeesters en de ambtenaren in de datum van herindeling af in dezelfde rang en op dezelfde vaste en in tijdelijke dienst, die tengevolge van deze wet worden voorwaarden voorlopig in dienst van de nieuwe gemeente ontslagen dan wel geacht worden te zijn ontslagen, wordt, ten Driebruggen voor wat betreft de ambtenaren, in dienst van de laste van Hoofdstuk V der rijksbegroting, wachtgeld toegekend op te heffen gemeenten Hekendorp, Lange Ruige Weide en overeenkomstig de bepalingen van het Rijkswachtgeldbesluit Papekop, van de gemeente Woerden voor wat betreft de 1959. De toekenning van dit wachtgeld en het nemen van be- ambtenaren in dienst van de op te heffen gemeenten Barwouts- slissingen daaromtrent geschieden door Onze Minister van waarder, Rietveld en Waarder en van de gemeente Alphen aan Binnenlandse Zaken. den Rijn voor wat betreft de ambtenaren in dienst van de op te heffen gemeente Zwammerdam. De eden of beloften, bij de aanvaarding van hun ambt afge- Artikel 25. 1. De tijd, tengevolge van deze wet op wacht- legd door de ambtenaren, die ingevolge dit lid voorlopig in geld doorgebracht, wordt, tenzij aan de ontslagene een ver- dienst treden van onderscheidenlijk de nieuwe gemeente Drie- vroegd ouderdomspensioen, als bedoeld in het eerste lid van bruggen, de gemeente Woerden en de gemeente Alphen aan artikel 48, onder b, der Pensioenwet 1922, Stb. 240, wordt toe- den Rijn worden geacht mede op die tijdelijke dienstvervulling gekend uit hoofde van de betrekking, waaraan hij het wacht- betrekking te hebben. geld ontleent, als diensttijd in de zin van laatstgenoemde wet aangemerkt, indien de ontslagene in de betrekking, welke hij 4. Het bevoegde gezag in onderscheidenlijk de nieuwe ge- met wachtgeld heeft verlaten, laatstelijk vóór zijn ontslag meente Driebruggen, de gemeente Alphen aan den Rijn en de ambtenaar in de zin dier wet was en voor zover die tijd niet gemeente Woerden neemt binnen drie maanden na de datum parallel loopt met diensttijd als ambtenaar in de zin van de van herindeling, welke termijn door Gedeputeerde Staten van Pensioenwet 1922, Stb. 240, of als spoorwegambtenaar in de Zuidholland met ten hoogste drie maanden kan worden ver- zin van de Pensioenwet voor de spoorwegambtenaren 1925, lengd, ten aanzien van ieder der personen, die ingevolge het Stb. 294, in een betrekking of in betrekkingen, waarin die hoe- vorige lid voorlopig in dienst zijn van onderscheidenlijk die ge- danigheid na dat ontslag werd verkregen, dan wel in een mili- meenten één der volgende beslissingen: taire betrekking, waarin hij na zijn ontslag is geplaatst. a. dat, en in welke rang en op welke voet hij in dienst van die gemeente werkzaam zal blijven; 2. Als wedde, onderscheidenlijk pensioensgrondslag, dan wel als som der wedden, onderscheidenlijk som der pensioensgrond- />. dat hij eervol wordt ontslagen. slagen, geldt, uitsluitend voor de berekening van het ambte- 5. Een beslissing, als bedoeld onder a van het vierde naarspensioen volgens de Pensioenwet 1922, Stb. 240: lid, wordt alleen genomen, indien te vervullen is een ge- a. gedurende de volgens het vorige lid voor pensioen geldige lijkwaardige betrekking, waaronder verstaan wordt een betrek- tijd het bedrag, dat als wedde of als pensioensgrondslag, onder- king of vereniging van betrekkingen, welke voor de betrok- scheidenlijk als som der wedden of als som der pensioensgrond- kene in verband met zijn persoonlijkheid en omstandigheden slagen, zou hebben gegolden, indien de ontslagene de op over- passend kan worden geacht en die hem ten minste een inkomen eenkomstige wijze, als bedoeld in het Rijkswachtgeldbesluit oplevert, als aan zijn betrekking of vereniging van betrekkinsen 1959, berekende wedde gedurende die tijd als ambtenaar in de in de gemeente of gemeenten, in welker dienst hij op de dag, zin dier wet zou hebben genoten; voorafgaande aan de datum van herindeling, werkzaam was, b. gedurende de volgens het vorige lid in verband met laatstelijk was verbonden, met dien verstande, dat, voor zover parallel lopende diensttijd niet voor pensioen geldige tijd, voor daarin kindertoelagc is begrepen, dat inkomen dezelfde ver- zover de wedde of som van wedden in de betrekking of in mindering of vermeerdering ondergaat, welke de kindertoelage de betrekkingen, waarin de hoedanigheid van ambtenaar in de tengevolge van de wijziging van het aantal kinderen, dat voor zin der Pensioenwet 1922, Stb. 240, of spoorwegambtenaar in die toelage in aanmerking komt, zou hebben ondergaan, indien de zin der Pensioenwet voor de Spoorwegambtenaren 1925, de betrokkene in dienst van die gemeente of gemeenten zou Stb. 294, na het ontslag werd verkregen dan wel in de militaire zijn gebleven. betrekking, lager is dan de onder a laatstelijk bedoelde wedde, 6. Voor de ambtenaren, die door de toepassing van dit het bedrag, dat als wedde of als pensioensgrondslag, onderschei- artikel in dienst van een andere of nieuw gevormde gemeente denlijk als som van wedden of als som van pensioensgrond- overgaan, blijft, totdat het bevoegde gezag in die gemeente een slagen zou hebben gegolden, wanneer de ontslagene laatst- nadere regeling heeft getroffen, gelden de regeling van de bedoelde betrekking of betrekkingen niet zou hebben bekleed. rechtstoestand, welke voor hen laatstelijk gold in de gemeente, Wanneer hij, die op wachtgeld gesteld is, na zijn ontslag meer in welker dienst zij op de dag, voorafgaande aan de datum van dan één betrekking gelijktijdig bekleedt, wordt het in de vorige herindeling werkzaam waren. Het bevoegde gezag in de eerst- zin bedoelde bedrag geacht over deze betrekkingen evenredig bedoelde gemeente treft binnen zes maanden na de datum van te zijn verdeeld in de verhouding van de werkelijke aan die be- herindeling ten aanzien van de rechtstoestand van de in dienst trekkingen verbonden wedden. van die gemeente werkzame personen een nadere regeling. 3. Het rijk is voor de op wachtgeld gestelde jaarlijks vóór 7. Voor de regeling van de wedden van de in het vorige lid 31 december een bijdrage voor eigen pensioen aan het Alge- bedoelde ambtenaren worden tenminste de diensttijd en de meen Burgerlijk Pensioenfonds verschuldigd van 13 percent salarisregeling in aanmerking genomen, welke in de gemeente van het bedrag, dat volgens het vorige lid op 1 januari als of gemeenten, in welker dienst zij op de dag, voorafgaande pensioensgrondslag of als som van pensioensgrondslagen voor aan de datum van herindeling, werkzaam waren, voor de be- hem geldt, eventueel verminderd met dat van zijn pensioens- rekening van hun wedde zouden hebben gegolden. grondslag of van de som zijner pensioensgrondslagen op die- 13

zelfde datum in na het ontslag aangehouden betrekkingen, de stukken te vorderen, voor zover deze mede betrekking waarin de hoedanigheid van ambtenaar in de zin der Pensioen- hebben op overgegane gebieden. wet 1922, Stb. 240, na het ontslag werd verkregen. 4. De volgens het vorige lid verschuldigde bijdrage wordt Artikel 30. 1. Het deel van het tot het bevolkingsregister door inhouding op het wachtgeld op de betrokkene verhaald van een gemeente behorende persoons- en woningregister, het- tot twee percent van het, eventueel volgens het vorige lid ver- welk betrekking heeft op de personen en woningen, die op de minderde, bedrag, dat als pensioensgrondslag of als som van datum van herindeling in een andere gemeente gevestigd of pcnsioensgrondslagen geldt. gelegen zijn, wordt door burgemeester en wethouders van eerstbedoelde gemeente op die datum gezonden aan burge- 5. Voor de toepassing van de eerste drie leden van dit mecster en wethouders van die andere gemeente. artikel vinden de artikelen 125, 127, 127a en 129a der Pen- sioenwet 1922, Stb. 240, overeenkomstige toepassing. 2. Het in het vorige lid bedoelde deel van het woningregister wordt binnen drie weken door burgemeester en wethouders van Artikel 26. Aan de personen, in dienst op arbeidsovereen- laatstbedoelde gemeente, nadat daarvan afschrift is gehouden, komst naar burgerlijk recht, die tengevolge van deze herindeling teruggezonden aan burgemeester en wethouders van eerstbe- worden ontslagen, wordt, ten laste van Hoofdstuk V der rijks- doelde gemeente, waar het, gescheiden van het woningregister, begroting, een uitkering toegekend overeenkomstig de bepa- wordt bewaard. lingen van de uitkeringsregeling 1952. De toekenning van deze Artikel 31. 1. Met betrekking tot zaken, de dienstplicht uitkering en het nemen van beslissingen daaromtrent geschieden betreffende, met inbegrip van de mobilisatie-uitkeringen, vinden door Onze Minister van Binnenlandse Zaken. de voorschriften, door of namens Onze Minister van Defensie gegeven terzake van verhuizing, overeenkomstige toepassing Artikel 27. Aan de ambtenaren, die door de toepassing van ten aanzien van de overgang van personen van een gemeente artikel 22 naar een andere of nieuwgevormde gemeente over- naar een andere gemeente krachtens deze wet. gaan en daardoor genoopt zijn te verhuizen, wordt door die gemeente een tegemoetkoming verleend op voet van de artikelen 2. Met betrekking tot zaken, de noodwachtplicht betref- fende, vinden de voorschriften, door Onze Minister van Bin- 6 en 7 van het Verplaatsingskostenbesluit 1962. nenlandse Zaken gegeven terzake van verhuizing, overeenkom- stige toepassing ten aanzien van de overgang van personen Artikel 28. 1. Voor de secretaris of de ontvanger van een van een gemeente naar een andere gemeente krachtens deze gemeente, welker gebied geheel of gedeeltelijk overgaat naar de wet. nieuwe gemeente Driebruggen, die benoemd wordt tot secreta- ris onderscheidenlijk ontvanger van die nieuwe gemeente, wordt Artikel 32. Kosten van ondersteuning ingevolge de Armen- bepaald: wet verleend ten laste van een vóór de datum van herindeling a. zijn - overeenkomstig de regeling van de jaarwedden van bestaande gemeente of van een burgerlijke instelling van de secretarissen onderscheidenlijk van de ontvangers in de pro- weldadigheid in zodanige gemeente ten behoeve van armen uit vincie Zuidholland vast te stellen - jaarwedde als secretaris enig overgaand gebied, blijven voor zover die kosten betrekking onderscheidenlijk ontvanger der gemeente Driebruggen; hebben op tijdvakken, voorafgaande aan de datum van her- b. de jaarwedde, welke hij krachtens de op de dag, vooraf- indeling, voor rekening van de gemeente, tot welker grond- gaande aan de datum van herindeling, geldende regeling genoot gebied het overgaande gebied vóór de datum van herindeling als secretaris onderscheidenlijk ontvanger der gemeenten, waar- heeft behoord. Indien laatstbedoelde gemeente krachtens deze in hij dat ambt op die dag bekleedde, een en ander met dien wet wordt opgeheven, treedt daarvoor in de plaats de gemeente verstande, dat het bepaalde in artikel 1, 4e onder b, van het overeenkomstig de in artikel 19, eerste lid, vermelde onder- Rijkswachtgeldbesluit 1959 van overeenkomstige toepassing is. scheiding. 2. Indien en zolang de in het vorige lid onder a bedoelde jaarwedde lager is dan die, bedoeld onder b, geniet hij een Artikel 33. 1. Gedeputeerde Staten van Zuidholland bren- persoonlijke toelage, gelijk aan het verschil. Deze, door de ge- gen de daarvoor in aanmerking komende wegen, gelegen in meente Driebruggen uit te betalen, toelage wordt als deel zijner het gebied van een gemeente, dat krachtens deze wet naar jaarwedde aangemerkt en in zijn pensioengrondslag opgeno- een andere gemeente overgaat, op de wegenlegger van die men, en komt ten laste van Hoofdstuk V der rijksbegroting. andere gemeente met toepassing van: a. artikel 39 van de Wegenwet, voor zover uitsluitend van overbrenging zonder wijziging in de omschrijving sprake is; HOOFDSTUK VII b. de artikelen 39, 40 en 41 van genoemde wet, in het geval Voorzieningen in verband met de toepassing van enkele tevens wordt afgeweken van de omschrijving in de geldende administratieve wetten wegenlegger. Artikel 29. 1. Onverminderd het bepaalde in het tweede 2. Voor de nieuwe gemeente Driebruggen maken Gedepu- lid en in artikel 30 gaan met ingang van de datum van herinde- teerde Staten van Zuidholland een ontwerp van een nieuwe ling de archieven der bestaande gemeenten Waarder, Lange wegenlegger op. Ten aanzien van dit ontwerp wordt toepas- Ruige Weide, Hekendorp en Papekop over naar de nieuwe sing gegeven aan de artikelen 34, tweede lid, 35, 36, 37 en gemeente Driebruggen, die van de bestaande gemeenten Rict- 38 van de Wegenwet. Hetgeen in deze legger is vermeld veld en Barwoutswaarder naar de gemeente Woerden, en die treedt na de onherroepelijke vaststelling in de plaats van het- der bestaande gemeente Zwammerdam naar de gemeente geen omtrent de daarin opgenomen wegen is vermeld in de Alphen aan den Rijn. leggers en wijzigingsleggers van de oorspronkelijke gemeenten. 2. Alle kadastrale en andere stukken, uitsluitend betrekking Artikel 34. 1. Totdat daaromtrent door Ons op een voor- hebbende op gebied, dat krachtens deze wet deel gaat uitmaken stel, als bedoeld in artikel 6, eerste lid, der Drankwet 1931, van een andere of nieuwgevormde gemeente, worden vanaf de Sib. 476, van de raad der daarbij betrokken gemeente zal zijn datum van herindeling bewaard door die gemeente. beslist, bedraagt met ingang van de datum van herindeling 3. De besturen der gemeenten, aan welke gebied is toege- het maximum-aantal vergunningen in de gemeenten Alphen voegd enerzijds en de besturen der gemeenten, waarvan dat aan den Rijn 17, Bodegraven 12, Driebruggen 5, Gouda 47, gebied is afgescheiden anderzijds, hebben van de datum van Gouderak 2 en Woerden 15. herindeling af het recht te allen tijde kosteloos inzage te nemen 2. Een voorstel als bedoeld in het eerste lid, kan door de van elkanders gemeentearchieven en op kosten hunner gemeente raad bovendien worden gedaan binnen 6 maanden na de afschriften of uittreksels van de zich in die archieven bevinden- datum van herindeling. 14

3. Zij, die op de dag, voorafgaande aan de datum van her- 4. Bij de eerstvolgende toepassing van artikel 101, vierde indeling, voorkomen op de lijsten, bedoeld in de artikelen lid, der Lager-onderwijswet 1920 of van artikel 73, derde lid, 17, eerste lid, en 45, tweede lid, der Drankwet 1931, Stb. 476, der Kleuteronderwijswet wordt voor de bijzondere lagere scho- van een gemeente, welker gebied kraehtens deze wet geheel of len, onderscheidenlijk bijzondere kleuterscholen, welke gele- gedeeltelijk naar een andere gemeente of andere gemeenten is gen zijn in gebied, dat krachtens deze wet naar een andere overgegaan, worden, indien de lokaliteit of de lokaliteiten waar- gemeente overgaat, het bedrag van de extra-vergoeding ge- voor de vergunning of het verlof A destijds is gevraagd, in het steld op dat, hetwelk geldt voor de vóór de datum van her- overgaande gebied is of zijn gelegen, overgeschreven op de indeling in die gemeente gevestigde bijzondere scholen van overeenkomstige lijsten van die andere gemeenten, indien de dezelfde soort. betrokkenen daartoe binnen drie maanden na de datum van herindeling een verzoek richten tot burgemeester en wethou- 5. Indien de vaststelling, bedoeld in artikel 47, eerste lid, ders van laatstbedoelde gemeente. der Kleuteronderwijswet, voor de openbare kleuterscholen, ge- vestigd in een krachtens deze wet opgeheven gemeente, vóór 4. Burgemeester en wethouders van de gemeente, van welke de datum van herindeling voor enig jaar niet heeft plaats gehad, gebied naar een andere gemeente overgaat, geven van de in het blijft zij achterwege. vorige lid vervatte regeling vóór de datum van herindeling 6. Bij de bedoelde vaststelling voor de openbare kleuter- per aangetekende brief kennis aan de op de in hun gemeente scholen, gevestigd in de niet opgeheven gemeenten, worden geldende lijsten ingeschreven personen. alleen de scholen in aanmerking genomen, die vóór de datum van herindeling in elk dier gemeenten gevestigd waren. 5. De volgorde, waarin de in het derde lid bedoelde over- schrijving zal geschieden, wordt bepaald naar de dagen, waar- 7. De kinderen, die op de dag, voorafgaande aan de datum op de verzoeken om vergunning, onderscheidenlijk verlof A, van herindeling, waren ingeschreven als leerling van een open- zowel van hen, die op deze lijsten worden overgeschreven als bare lagere school, onderscheidenlijk openbare kleuterschool, van hen, die reeds op deze lijsten zijn geplaatst, bij burgemees- in een bij deze wet betrokken gemeente, worden na die datum ter en wethouders der betrokken gemeente inkwamen, met dien tot die school toegelaten op dezelfde voorwaarden als de verstande, dat voor zover verzoeken op dezelfde dag zijn inge- overige kinderen, ook al is het gebied, waarop zij wonen of de komen, de in leeftijd oudere verzoeker voorgaat en dat bij gelij- school gelegen is, krachtens deze wet naar een andere of nieuw- ke ouderdom het lot beslist. gevormde gemeente overgegaan.

6. Zodra burgemeester en wethouders aan een verzoek om Artikel 36. 1. Indien de raad der gemeente Driebruggen overschrijving, als bedoeld in het derde lid, gevolg hebben ge- binnen twee jaren na de datum van herindeling geen beslui- geven, doen zij daarvan, indien de gemeente, op welker lijst ten, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Brandweer- de naam van de verzoeker op de dag, voorafgaande aan de wet heeft genomen, vindt artikel 2 dier wet overeenkomstige datum van herindeling, voorkwam, niet is opgeheven, mede- toepassing. deling aan burgemeester en wethouders dier gemeente, die de naam van de verzoeker onverwijld van laatstbedoelde lijst 2. Indien de raad der gemeente Driebruggen binnen twee schrappen. jaren, na de datum van herindeling geen verordening, als bedoeld in artikel 17 van de Destructiewet heeft vastgesteld, 7. Tot 1 januari 1965 is het bepaalde in artikel 3, tweede vindt artikel 19 dier wet overeenkomstige toepassing. lid, der Drankwet 1931, Stb. Al6, niet van toepassing op de aan de gemeenten Alphen aan den Rijn, Bodegraven en Gouda Artikel 37. Met ingang van de datum van herindeling ver- toegevoegde gebieden. vallen in tabel B, bedoeld in artikel E 1 der Kieswet, onder het 8. Voor zover niet met ingang van 1 januari 1965 ten hoofd Zuidholland, onder IV, Gouda, de woorden „Zwammer- aanzien van de in het vorig lid bedoelde gebieden geheel of dam", „Rietveld", „Waarder", „Barwoutswaarder", „Heken- gedeeltelijk toepassing wordt gegeven aan artikel 21 van de dorp", „Papekop" en „Lange Ruige Weide" en wordt na het Drankwet 1931, Stb. 476, vindt voor die gebieden of voor woord „Woerden" ingevoegd: Driebruggen,. dat deel daarvan, hetwelk alsdan niet van de werking van artikel 3, tweede lid, dier wet wordt uitgezonderd, het be- Artikel 38. Artikel 6 van de wet van 10 augustus 1951, paalde in artikel 22 dier wet overeenkomstige toepassing. Stb. 347, houdende nieuwe vaststelling van het rechtsgebied en de zetels der rechtbanken en kantongerechten, wordt met ingang van de datum van herindeling in dier voege gewijzigd, Artikel 35. 1. Indien de gemeentelijke vergoeding, toeko- dat onder „Kantongerecht Alphen aan den Rijn" vervalt mende aan het bestuur ener bijzondere lagere school, onder- „ .Zwammerdam", dat onder „Kantongerecht Gouda" verval- scheidenlijk bijzondere kleuterschool, gevestigd in gebied, dat len „ ,Hekendorp", „ .Lange Ruige Weide" en „ ,Papekop", krachtens deze wet naar een andere of nieuwgevormde gemeen- dat tussen „Bleiswijk," en „Gouda" wordt ingevoegd „Drie- te overgaat, op de datum van herindeling niet is vastgesteld bruggen," ,dat onder „Kantongerecht Utrecht" vervallen „ ,Bar- krachtens de artikelen 103, tweede lid, en \07>bis der Lager- woutswaarder", „ .Rietveld" en „ .Waarder". onderwijswet 1920, onderscheidenlijk artikel 75, derde lid, der Kleuteronderwijswet, geschiedt deze vaststelling door de raad Artikel 39. Deze wet is niet van invloed op de bevoegd- van de bedoelde gemeente naar de grondslagen, welke voor heid van de rechter en op die van procureurs van partijen met die school gelden voor bedoeld jaar. De hieruit voortvloeiende betrekking tot zaken, op de datum van herindeling voor enig inkomsten of uitgaven komen ten bate of ten laste van die gerecht aanhangig. gemeente. 2. Indien de vaststelling, bedoeld in artikel 55ter, eerste lid, HOOFDSTUK VIII der Lager-onderwijswet 1920 voor de openbare lagere scholen, gevestigd in een krachtens deze wet opgeheven gemeente, op Slotbepalingen de datum van herindeling voor enig jaar niet heeft plaats gehad, blijft zij achterwege. Artikel 40. Geschillen omtrent de toepassing van deze wet, waarvan de beslissing niet aan anderen is opgedragen, worden 3. Bij de in het vorige lid bedoelde vaststelling voor de door Ons beslist. openbare lagere scholen, gevestigd in de niet opgeheven ge- meenten, worden alleen de scholen in aanmerking genomen, Artikel 41. Deze wet treedt in werking met ingang van de welke in het jaar, voorafgaande aan de datum van herindeling, dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad, waarin zij is in elk dier gemeenten gevestigd waren. geplaatst. 15

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle Ministeriële Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauw- keurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken.