Event History of the Santiago Area (Chile): the Sedimentological Archive of Lago Lo Encañado

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Event History of the Santiago Area (Chile): the Sedimentological Archive of Lago Lo Encañado Event History of the Santiago area (Chile): the sedimentological archive of Lago Lo Encañado Thomas Pille 1 2 Acknowledgements Om te beginnen zou ik graag mijn promotor, Prof. Dr. Marc De Batist, bedanken voor dit interessante onderwerp en voor de tijd die u hierin gestoken hebt, voor de snelle verbeteringen en de veelbetekende tips en commentaren. Ook Maarten, mijn begeleider, verdient een welgemeende bedanking. Terwijl je het dit jaar zelf heel druk had (een doctoraat dat afgemaakt moest worden, je eerste kindje, een nieuw onderzoeksproject) vond je toch altijd de tijd om mij bij te staan. Vooral je enthousiasme en je doorzettingsvermogen zullen me bijblijven. Voor ieder klein vraagje waarmee ik kwam waren we een paar uur bezig, en vertrok ik niet enkel met een antwoord, maar ook met een hoofd vol extra ideeën. Philipp, obwohl ich ursprünglich nicht dein Thesis-Student war, hast du in der Abwesenheit von Maarten sehr viel Zeit in mein Project investiert. Was mir vor allem gefallen hat war das du bei einer Frage nicht einfach die Antwort gegeben hast, sondern auch versucht hast mir das Prinzip dahinter zu erklären. Vielen Dank für al deine Hilfe, und für eine schöne Reise nach Brest. Ich wünsche dir alles Gute bei deiner Doktorarbeit. I would also like to thank the rest of the RCMG staff, especially to Thomas, Mario, Willem, Oscar, Stan, Katrien and Koen. You were always there to help me if needed, or for a chat during a coffee break. The RCMG is a fantastic working environment. Mijn familie heeft er dit jaar (en eigenlijk doorheen mijn 5-jarige universitaire carrier) altijd voor mij gestaan. Bedankt voor de hulp, en bedankt om mij vanuit het buitenland de kans en het vertrouwen te geven om mijn eigen weg te zoeken. Ook van mijn klasgenoten heb ik veel steun gekregen. In deze tijden van thesis-stress geldt dat vooral voor Stef, Jeroen en Tim. Ik vond de koffiepauzes altijd een zeer aangenaam moment om de sleur van de dag te doorbreken, en de late-night schrijfsessies in de S8 zouden niet gelukt zijn zonder de steun die we van elkaar kregen. Ten slotte mag ik zeker mijn vriendin Roosje niet vergeten. Jij stond altijd achter mij, luisterde naar mijn gezaag en pepte mij op als ik het even niet meer zag zitten. Bedankt Roosje, jij bent de beste! 3 4 Nederlandstalige samenvatting Tijdens twee veldcampagnes in 2011 en 2012 werden in totaal negen sedimentkernen genomen in Lago Lo Encañado, een klein meertje in de Chileense Andes op ongeveer 50 km ten oosten van de hoofdstad Santiago. Van die negen kernen werden er acht geopend en bestudeerd, met als bedoeling het vinden van sporen van aardbevingen. Chili, en bij uitbreiding de hele Zuid-Amerikaanse westkust, is een tectonisch zeer actief gebied. Deze kust bevindt zich langs een subductiezone waar de oceanische Nazca plaat (en in het zuiden van Chili de Antarctische plaat) onder de continentale Zuid-Amerikaanse plaat duikt. Deze platenbeweging kan zeer zware subductie- (of megathrust) aardbevingen produceren. In Chili komen subductie-aardbevingen met een moment magnitude (Mw) > 8.5 gemiddeld een paar keer per eeuw voor (Udías et al., 2012). Deze aardbevingen hebben in veel gevallen een hoge dodentol tot gevolg, omdat ze vaak ook een tsunami opwekken. Bekende voorbeelden zijn onder andere de Maule aardbeving in 2010 (Mw 8.8; Wang et al., 2012) en de Valdivia aardbeving in 1960 (Mw 9.5; Kanamori, 1977). Deze laatste is wereldwijd de krachtigste aardbeving ooit waargenomen. In centraal en zuid Chili kan men de subductiezone verdelen in drie segmenten, met van noord naar zuid het Valparaíso segment, het Concepción segment en het Valdivia segment. Naast subductie-aardbevingen brengt het subductieproces nog andere gevaren met zich mee, waaronder intraplaat-aardbevingen en vulkaanuitbarstingen. Intraplaat-aardbevingen worden veroorzaakt door spanning op de bovenliggende continentale korst (ondiepe aardbevingen) of op de onderduikende oceanische korst (diepe aardbevingen). Deze aardbevingen zijn over het algemeen gekenmerkt door een veel lagere magnitude, maar kunnen lokaal minstens even schadelijk zijn. De dodelijkste aardbeving in de geschiedenis van Chili was een intraplaat-aardbeving in 1939 in het stadje Chillán (Mw 8.3). Deze aardbeving kostte het leven aan 30.000 mensen. Het hoge aantal krachtige aardbevingen zorgt ervoor dat Chili wereldwijd een van de landen is met het hoogst aantal doden per aantal inwoners als het gevolg van geohazards (Lomnitz, 1970a). Om een beter zicht te krijgen op de kans op en de kracht van toekomstige aardbevingen is het van belang om, naast real-time observaties, de tektonische geschiedenis van dit land en deze regio te kennen. Deze is echter onvolledig gekend en dat heeft twee belangrijke redenen. Ten eerste bestaan er maar historische documenten vanaf de aankomst van de Spaanse veroveraars in 1541. De oorspronkelijke bewoners, de Mapuche, hadden namelijk geen schrift. Daarnaast zijn grote delen van Chili zeer dun bevolkt of helemaal onbewoond, wat het aantal waarnemingen sterk limiteert. Enkel in de grote steden vindt men grote bevolkingsdichtheden. Zo is de regio rond Santiago (Región Metropolitana de Santiago) met meer dan 6 miljoen inwoners goed voor bijna 40% van de bevolking van het land. Om meer te weten te komen over de tektonische geschiedenis van dit land is het nodig om andere bronnen dan historische waarnemingen te raadplegen. Zo zijn er bijvoorbeeld 5 onderzoekers die dit proberen te doen aan hand van tsunami-afzettingen (Cisternas et al., 2005). Deze methode blijkt echter minder gevoelig te zijn als men dit vergelijkt met gekende aardbevingen, aangezien niet iedere aardbeving een tsunami veroorzaakt. Een archief dat wel nauwkeurig en gevoelig is, en al in verschillende aardbevingsgevoelige gebieden gebruikt is (Howarth et al., 2012 in Nieuw Zeeland; Beck, 2009 in de Franse alpen), zijn meersedimenten. Het doel van deze thesis is voornamelijk het vinden van aardbevingen in dergelijke meersedimenten en het testen van de gevoeligheid van dit specifieke meer op aardbevingen. Het onderzoeksgebied is een klein meertje in de Andes van Centraal Chili. Deze locatie is zeer interessant omdat het op 50 km van het grootste bevolkingscentrum van Chili ligt. Lago Lo Encañado is een proglaciaal meer op een hoogte van 2500 boven de zeespiegel in de Maipo vallei. Er bevindt zich nog steeds een gletsjer in het noordelijkste uiteinde van het drainagegebied. Bijzonder aan dit meer is dat het drainagegebied (30 km²) veel groter is dan het meer zelf (0.5 km²). Het drainagebekken kent bovendien een zeer groot hoogteverschil. Zo is het hoogste punt gelegen op meer dan 4100 m boven zeespiegel. Deze factoren zorgen ervoor dat Lago Lo Encañado een grote en bovendien zeer klastische sedimenttoevoer kent. Het grootste deel van het sediment wordt aangevoerd door een riviertje, de Río lo Encañado, dat door de glaciale vallei stroomt, ten noorden van het meer. De gemiddelde sedimentatiesnelheid bedraagt 1.75 mm/jaar (Salvetti, 2006). Om het meer te bestuderen werden acht boorkernen geopend, beschreven, gemeten en bestudeerd. Met behulp van een Multi-Sensor Core logger (MSCL) (UGent) werd de magnetische susceptibiliteit gemeten (Bartington puntsensor), de densiteit bepaald met behulp van gammastralen en spectrofotometrie gedaan. Het sediment werd vervolgens bestudeerd aan hand van kleurbewerkte fotos en er werden smeerplaatjes gemaakt voor een microscopische studie. Om interessante laagjes te kunnen dateren werden de kernen gecorreleerd met een kern (kern 1305) uit een andere studie (Salvetti, 2006). Deze kern is gedateerd met behulp van 210Pb voor het bovenste deel (tot 1906 AD) en met 14C voor het onderste deel. Omdat de 14C dateringen onrealistisch grote ouderdommen opleveren werden deze verworpen, en werd een ouderdomsmodel ontwikkeld dat gebaseerd is op een extrapolatie van de sedimentatiesnelheden bepaald in de bovenste sedimenten. Het meer werd in kaart gebracht door middel van een sidescan-sonar survey. Hiermee werd een reflectiviteitskaart en een bathymetrische kaart gemaakt. Op beide kaarten zijn een aantal structuren zichtbaar. Onder andere kan in het noorden van het meer een delta onderscheiden worden, waarop kanaaltjes gevormd zijn waarlangs het sediment van de rivier het meer binnenkomt. Ook zijn de steile hellingen van de oostelijke en westelijke randen zichtbaar, net als een aantal puinwaaiers die op verschillende plaatsen het meer in gaan. Deze puinwaaiers bevatten blokken van meer als 1 m diameter, die op de reflectiviteitskaart zichtbaar zijn. In de kernen werden aanwijzingen voor aardbevingen gevonden. Deze bestaan uit afzettingen van laagjes met een grove, zandige, basis, die naar boven toe fijner worden. Deze laagjes worden vaak bedekt met een wit laagje van variabele dikte. De totale dikte van zulke laagjes 6 kan variëren van enkele mm tot meer dan 20 cm. Deze laagjes kunnen tussen de verschillende boorkernen gecorreleerd worden. In het algemeen geldt dat deze laagjes een grotere korrelgrootte hebben naarmate ze zich dichter bij de delta bevinden. Zo heeft de eerste kern (ENC01) een basis die bestaat uit grind. Daar zijn deze lagen erosief, wat ervoor zorgt dat de stratigrafie niet compleet is. Ook de dikte van de laagjes is groter met een kleinere afstand van de delta, of van de steile rotswanden aan de oostelijke en westelijke rand van het meer. Onder een turbidiet is het sediment soms verstoord. Dat is voornamelijk het geval in de kernen het dichtst bij de randen van het meer. Deze verstoring kan gaan van een plooiing van het sediment tot een volledige homogenisatie van het sediment. Deze verstoringen zijn geïnterpreteerd als afzettingen van een afglijding of massastroom (de zogenaamde Mass- Transport Deposits of MTDs). De grofkorrelige afzettingen werden geïnterpreteerd als turbidieten, die in dezelfde beweging afgezet zijn als de MTDs. Microscopisch onderzoek toont aan dat deze turbidieten bestaan uit klastisch, terrigeen materiaal. Dit type van turbidieten heeft niet met zekerheid een seismische oorsprong (Van Daele, 2013). Een delta kan ook instorten onder zijn eigen gewicht, en de steile oostelijke en westelijke bergflanken kunnen ook zonder externe oorzaak in het meer afglijden.
Recommended publications
  • Impact of the 1960 Major Subduction Earthquake in Northern Patagonia (Chile, Argentina)
    ARTICLE IN PRESS Quaternary International 158 (2006) 58–71 Impact of the 1960 major subduction earthquake in Northern Patagonia (Chile, Argentina) Emmanuel Chaprona,b,Ã, Daniel Arizteguic, Sandor Mulsowd, Gustavo Villarosae, Mario Pinod, Valeria Outese, Etienne Juvignie´f, Ernesto Crivellie aRenard Centre of Marine Geology, Ghent University, Ghent, Belgium bGeological Institute, ETH Zentrum, Zu¨rich, Switzerland cInstitute F.A. Forel and Department of Geology and Paleontology, University of Geneva, Geneva, Switzerland dInstituto de Geociencias, Universidad Austral de Chile, Valdivia, Chile eCentro Regional Universitario Bariloche, Universidad Nacional del Comahue, Bariloche, Argentina fPhysical Geography,Universite´ de Lie`ge, Lie`ge, Belgium Available online 7 July 2006 Abstract The recent sedimentation processes in four contrasting lacustrine and marine basins of Northern Patagonia are documented by high- resolution seismic reflection profiling and short cores at selected sites in deep lacustrine basins. The regional correlation of the cores is provided by the combination of 137Cs dating in lakes Puyehue (Chile) and Frı´as (Argentina), and by the identification of Cordon Caulle 1921–22 and 1960 tephras in lakes Puyehue and Nahuel Huapi (Argentina) and in their catchment areas. This event stratigraphy allows correlation of the formation of striking sedimentary events in these basins with the consequences of the May–June 1960 earthquakes and the induced Cordon Caulle eruption along the Liquin˜e-Ofqui Fault Zone (LOFZ) in the Andes. While this catastrophe induced a major hyperpycnal flood deposit of ca. 3 Â 106 m3 in the proximal basin of Lago Puyehue, it only triggered an unusual organic rich layer in the proximal basin of Lago Frı´as, as well as destructive waves and a large sub-aqueous slide in the distal basin of Lago Nahuel Huapi.
    [Show full text]
  • Dear Author, Here Are the Proofs of Your Article. • You Can Submit Your Corrections Online, Via E-Mail Or by Fax. • for On
    Dear Author, Here are the proofs of your article. • You can submit your corrections online, via e-mail or by fax. • For online submission please insert your corrections in the online correction form. Always indicate the line number to which the correction refers. • You can also insert your corrections in the proof PDF and email the annotated PDF. • For fax submission, please ensure that your corrections are clearly legible. Use a fine black pen and write the correction in the margin, not too close to the edge of the page. • Remember to note the journal title, article number, and your name when sending your response via e-mail or fax. • Check the metadata sheet to make sure that the header information, especially author names and the corresponding affiliations are correctly shown. • Check the questions that may have arisen during copy editing and insert your answers/ corrections. • Check that the text is complete and that all figures, tables and their legends are included. Also check the accuracy of special characters, equations, and electronic supplementary material if applicable. If necessary refer to the Edited manuscript. • The publication of inaccurate data such as dosages and units can have serious consequences. Please take particular care that all such details are correct. • Please do not make changes that involve only matters of style. We have generally introduced forms that follow the journal’s style. Substantial changes in content, e.g., new results, corrected values, title and authorship are not allowed without the approval of the responsible editor. In such a case, please contact the Editorial Office and return his/her consent together with the proof.
    [Show full text]
  • Terrigenous Sediment Supply Along the Chilean Continental Margin: Modern Regional Patterns of Texture and Composition
    Geol Rundsch (1998) 87:477-494 © Springer-Verlag 1998 ORIGINAL PAPER F. Lamy · D. Hebbeln · G. Wefer Terrigenous sediment supply along the Chilean continental margin: modern regional patterns of texture and composition Received: 17 April 1998 / Accepted: 2 September 1998 Abstract The regional patterns of texture and composition Chile result in equivalent variations of the continental hy- of modern continental slope and pelagic sediments off drology. Additionally, bathymetric features of the shelf, Chile between 25°S and 43°S reflect the latitudinal seg- slope, and trench vary significantly. All these factors can in- mentation of geological, morphological, and climatic fea- fluence the composition and texture of modern continental tures of the continental hinterland. Grain-size characteris- slope and pelagic sediments west of the Peru–Chile trench. tics are controlled by the grain-size of source rocks, the The purpose of this study was to investigate regional dis- weathering regime, and mode of sediment input (eolian off tribution patterns of mineralogical and grain-size parame- northern Chile vs fluvial further south). Bulk-mineral as- ters in relation to source rocks, weathering regimes, modes semblages reveal a low grade of maturity. Regional varia- of sediment input, and types of deposition. We show that tions are governed by the source-rock composition of the the mineralogy of surface samples along the Chilean conti- different geological terranes and the relative source-rock nental margin is primarily controlled by relative source- contribution of the Coastal Range and Andes, as controlled rock contributions of the different geological terranes in by the continental hydrology. The relative abundance of Chile and only subordinately by varying weathering re- clay minerals is also predominantly influenced by the gimes.
    [Show full text]
  • U-Pb Geochronology and Paleogeography of the Valanginian– Hauterivian Neuquén Basin: Implications for Gondwana-Scale
    Research Paper GEOSPHERE U-Pb geochronology and paleogeography of the Valanginian– Hauterivian Neuquén Basin: Implications for Gondwana-scale GEOSPHERE, v. 17, no. 1 source areas https://doi.org/10.1130/GES02284.1 E. Schwarz1,*, E.S. Finzel2,*, G.D. Veiga1, C.W. Rapela1, C. Echevarria3,*, and L.A. Spalletti1 1Centro de Investigaciones Geológicas (Universidad Nacional de La Plata–Consejo Nacional de Investigaciones Científicas y Técnicas [CONICET]), Diagonal 113 #256 B1904DPK, La Plata, Argentina 13 figures; 2 tables; 1 set of supplemental files 2Earth and Environmental Science Department, University of Iowa, 115 Trowbridge Hall, Iowa City, Iowa 52242, USA 3Pampa Energía S.A. Gerencia Tight, Dirección de E&P, J.J. Lastra 6000, 8300 Neuquén, Argentina CORRESPONDENCE: [email protected] ABSTRACT starting in the mid-continent region of south- Early Cretaceous was the Neuquén Basin, which CITATION: Schwarz, E., Finzel, E.S., Veiga, G.D., western Gondwana and by effective sorting, was during that time was a backarc basin separated Rapela, C.W., Echevarria, C., and Spalletti, L.A., Sedimentary basins located at the margins bringing fine-grained or finer caliber sand to the from the proto–Pacific Ocean (i.e., to the west) by 2021, U-Pb geochronology and paleogeography of the of continents act as the final base level for con- Neuquén Basin shoreline. This delivery system was a discontinuous volcanic arc (Howell et al., 2005). Valanginian–Hauterivian Neuquén Basin: Implications for Gondwana-scale source areas: Geosphere, v. 17, tinental-scale catchments that are sometimes probably active (though not necessarily continu- This marine basin was bounded by the Sierra no.
    [Show full text]
  • Crustal Contributions to Arc Magmatism in the Andes of Central Chile
    Contributions to Contrib Mineral Petrol (1988) 98:455M89 Mineralogy and Petrology Springer-Verlag 1988 Crustal contributions to arc magmatism in the Andes of Central Chile Wes Hildreth 1 and Stephen Moorbath 2 1 USGS, Menlo Park, California 94025, USA 2 Department of Earth Sciences, University of Oxford, OX1 3PR, UK Abstract. Fifteen andesite-dacite stratovolcanoes on the vol- ascending magmas, but the base-level geochemical signature canic front of a single segment of the Andean arc show at each center reflects the depth of its MASH zone and along-arc changes in isotopic and elemental ratios that dem- the age, composition, and proportional contribution of the onstrate large crustal contributions to magma genesis. All lowermost crust. 15 centers lie 90 km above the Benioff zone and 280 _+ 20 km from the trench axis. Rate and geometry of subduction and composition and age of subducted sediments and sea- floor are nearly constant along the segment. Nonetheless, Introduction from S to N along the volcanic front (at 57.5% SiO2) K20 rises from 1.1 to 2.4 wt %, Ba from 300 to 600 ppm, and Despite growing acceptance that several mantle, crustal, Ce from 25 to 50 ppm, whereas FeO*/MgO declines from and subducted reservoirs contribute to arc magmas along >2.5 to 1.4. Ce/Yb and Hf/Lu triple northward, in part continental margins, there is still no real consensus concern- reflecting suppression of HREE enrichment by deep-crustal ing the proportions of the various contributions nor con- garnet. Rb, Cs, Th, and U contents all rise markedly from cerning the loci and mechanisms of mixing among source S to N, but Rb/Cs values double northward opposite components or among variably evolved magma batches.
    [Show full text]
  • Cretaceous-Cenozoic Growth of the Patagonian Broken Foreland Basin
    Journal of South American Earth Sciences 97 (2020) 102242 Contents lists available at ScienceDirect Journal of South American Earth Sciences journal homepage: www.elsevier.com/locate/jsames Cretaceous-Cenozoic growth of the Patagonian broken foreland basin, T Argentina: Chronostratigraphic framework and provenance variations during transitions in Andean subduction dynamics ∗ Kristina L. Butlera,b, , Brian K. Hortona,b, Andrés Echaurrenc, Andrés Folguerac, Facundo Fuentesd a Department of Geological Sciences, Jackson School of Geosciences, University of Texas at Austin, Austin, TX, USA b Institute for Geophysics, Jackson School of Geosciences, University of Texas at Austin, Austin, TX, USA c Instituto de Estudios Andinos, Facultad de Ciencias Exactas y Naturales, Universidad de Buenos Aires-CONICET, Buenos Aires, Argentina d YPF S.A., 515 Macacha Güemes, Buenos Aires, Argentina ARTICLE INFO ABSTRACT Keywords: The Cretaceous-Cenozoic evolution of the Patagonian broken foreland basin system at 42–43°S in the northern Andes Chubut province of Argentina is associated with variable retroarc phases of fold-thrust belt shortening, exten- Patagonia sion, and basement uplift during changes in the dynamics of oceanic slab subduction. Basement inheritance and Foreland basin progressive shallowing of an east-dipping subducting slab are important mechanisms of foreland partitioning, as Provenance dictated by the preexisting (pre-Andean) structural architecture and forelandward (eastward) advance of Late U-Pb geochronology Cretaceous arc magmatism. Previously recognized growth strata help define the timing of fold-thrust belt Hf isotopes shortening and retroarc basement-involved uplift, but the precise consequences for sediment routing remain poorly understood, with uncertainties in patterns of basin evolution before, during, and after shallowing and resteepening of the subducting slab.
    [Show full text]
  • 12 Late Quaternary Environments and Palaeoclimate
    Late Quaternary 12 environments and palaeoclimate CLAUDIO LATORRE (coordinator), PATRICIO I. MORENO, GABRIEL VARGAS, ANTONIO MALDONADO, RODRIGO VILLA-MARTÍNEZ, JUAN J. ARMESTO, CAROLINA VILLAGRÁN, MARIO PINO, LAUTARO NÚÑEZ & MARTIN GROSJEAN Chile possesses one of the most pronounced climate gradients To date, Quaternary research in Chile has produced a vast in the world, extending from the world’s driest desert in the amount of data. Here, we provide an overview of the current northern part of the country, where precipitation is measured in knowledge based on work by active researchers (most reside in millimetres per decade, down to the channel and fiords region Chile) from a range of disciplines including Quaternary geology in southern Patagonia where rainfall can average up to 7 m and stratigraphy, palaeoceanography, palaeo-ecology, bioge- per year or more. In contrast, thermal buffering by the Pacific ography and archaeology. Starting with a consideration of off- Ocean contributes to ameliorating extreme temperatures, gen- shore influences (see also Chapter 11), we move onland through erating a latitudinal temperature gradient that is considerably Chile from north to south, including special sections on the rich less pronounced than across similar latitudinal ranges in other flora of central (‘mediterranean’) Chile and the Chiloé Archi- parts of the world (Miller 1976; Axelrod et al. 1991). Coupled pelago and the prominent terraces attributed to the last inter- with millions of years of geographic isolation induced by the glacial period around the coastal city of Valdivia (see Fig. 12.1 massive barrier imposed by the Andean Cordillera, Chile today for site locations). We finally attempt to integrate what we possesses a highly endemic fauna and flora whose distribution know about past climate change with the earliest colonization is tightly linked to these gradients (Arroyo et al.
    [Show full text]
  • University of London Thesis
    REFERENCE ONLY UNIVERSITY OF LONDON THESIS Degreef U- P Year [LO D 6 Name of Author J , C O P YR IG H T £ U This is a thesis accepted for a Higher Degree of the University of London. It is an unpublished typescript and the copyright is held by the author. All persons consulting the thesis must read and abide by the Copyright Declaration below. COPYRIGHT DECLARATION I recognise that the copyright of the above-described thesis rests with the author and that no quotation from it or information derived from it may be published without the prior written consent of the author. LOANS Theses may not be lent to individuals, but the Senate House Library may lend a copy to approved libraries within the United Kingdom, for consultation solely on the premises of those libraries. Application should be made to: Inter-Library Loans, Senate House Library, Senate House, Malet Street, London WC1E 7HU. REPRODUCTION University of London theses may not be reproduced without explicit written permission from the Senate House Library. Enquiries should be addressed to the Theses Section of the Library. Regulations concerning reproduction vary according to the date of acceptance of the thesis and are listed below as guidelines. A. Before 1962. Permission granted only upon the prior written consent of the author. (The Senate House Library will provide addresses where possible). B. 1962- 1974. In many cases the author has agreed to permit copying upon completion of a Copyright Declaration. C. 1975 - 1988. Most theses may be copied upon completion of a Copyright Declaration. D.
    [Show full text]
  • Technical Sessions
    Technical Sessions Meeting policy prohibits the use of cameras A no-smoking policy has been established by the AM or sound-recording equipment at technical Program Committee and will be followed in all sessions and poster sessions. meeting rooms for technical sessions. NOTICE In the interest of public information, the Geological Society of America provides a forum for the presentation of diverse opinions and positions. The opinions (views) expressed by speakers and exhibitors at these sessions are their own and do not necessarily represent the views or policies of the Geological Society of America. SUNDAY NOTE INDEX SYSTEM * INDUSTRY TRACKS Numbers (3-4, 15-4) indicate session and Look for these icons to identify sessions relevant to applied order of presentation within that session. geoscientists: *denotes speaker Economic Geology Energy Engineering Geology Hydrogeology and Environmental Geology SUNDAY, 22 SEPTEMBER 2019 THE CAMBRIAN AND ORDOVICIAN RADIATION OF MORNING ECHINODERMS ORAL TECHNICAL SESSIONS 1-7 9:30 AM Blake, Daniel B.*; Gahn, Forest J.; Guensburg, Thomas E.: AN EARLY ORDOVICIAN (FLOIAN) ASTEROZOAN SESSION NO. 1 (ECHINODERMATA) OF PROBLEMATIC CLASS-LEVEL AFFINITIES D19. Paleontology: Invertebrate Paleobiology 1-8 9:45 AM Sumrall, Colin D.*; Botting, Joseph P.: THE OLDEST 8:00 AM, Phoenix Convention Center, Room 227ABC, North Building RECORD OF RHENOPYRGID EDRIOASTEROIDS, FROM Brandt M. Gibson and Katherine Turk, Presiding THE EARLY ORDOVICIAN FEZOUATA FORMATION OF 1-1 8:00 AM O’Neil, Gretchen R.*; Tackett, Lydia S.: PRESERVATIONAL
    [Show full text]
  • [Italic Page Numbers Indicate Major References] Abra Pampa, 191
    Index [Italic page numbers indicate major references] Abra Pampa, 191 amygdules, 84, 97 andesine, 160 Absaroka Range, 206 Anallajchi stratovolcano, 248 andesites, 14, 39, 47, 52, 54, 59, 64, absarokites, 202, 204, 206, 208, 213, Ananea basin, 270 70, 94, 116, 122, 125, 127, 133, 267, 269 Ancasti, 197 135, 182, 221, 223, 227, 248, accretionary prism, 271 Ancud-Rio Chubut lineament, 30 251, 254, 267 acites, 268 Andean arc, central, 237 basaltic, 59, 63, 94, 98, 122, 125, Aconcagua Andean Batholith, 39 134, 234, 248, 249, 251, 268 andesite, 124, 133 Andean belt, 33 flows, 247, 251 lavas, 133 western margin, 31 hornblende, 135, 142 rocks, 117, 125 Andean Central Volcanic Zone, 139 parent, 221 Aeolian Arc, 268 Andean chain, 292, 293, 294, 295 silicic, 126 African plate, 280 paleomagnetic data, 291 tholeiitic, 181 African poles, 294 Andean convergent zone, 260 anomalies aggregates, 203, 253 Andean Cordillera, 35, 38, 39, 40, 41, Bouguer, 281, 285, 288 agglomerates, 47 89, 202, 260, 271 Eu, 52, 104, 106, 126, 127, 134, Agua de la Zorra region, 83, 84 central region, 116, 125,132, 134, 171 Agua del Milagro, 248 135 free-air, 281 Aguada de la Perdiz Formation, 186 eastern, 249 gravity, 283 Airy-Heishanen model, 283 main, 30 isostatic, 282, 288 albite, 160 northern region, 116, 125,133, magnetic, 260 Alcohuas pluton, 102 135 thermal, 76 Aleutian plutonic rocks, 124 southern region, 116, 117, 122, Antarctic Plate, 2, 54 Algarrobal Formation, 100 133, 135 Antarctic-Nazca Plate, 2 alkaline suites, 251 western, 245, 256 Antuco volcano, 240 allanite,
    [Show full text]
  • Thin-Skinned Tectonics in the Cordillera Oriental, Choromoro Basin, Nw Tucuman, Argentina
    DOES CRUSTAL THINNING TRIGGER SUBSEQUENT BUILDING OF THE ANDES? Estanislao GODOY Serv. Nac.de Geología y Minería Sta.María 0104 Santiago, Chile. [email protected] KEY WORDS: southern Andes, Oligocene extension, Miocene crustal thickening INTRODUCTION Crust under the Andes of central Chile and Argentina has been thickened several times. Mechanisms invoked range from microplate collisions during the Paleozoic to Mesozoic underplating and Late Cenozoic underplating combined with tectonic shortening. The last of these thickening events, an ongoing process that started during the early Miocene, has been linked by Jordan et al.(2001) to "a more stable state of the subducting plate" which allowed structural inversion of "active basins" built on crust extended during a previous high convergence rate. The model is rather extreme, in that it considers extension as "a necessary condition to subsequent building of the modern Andes Mountains". Godoy et al (1999), for example, have included inversion of a central Andean extensional basin as only a part of that thickening process Based mainly on studies by previous authors in the chilean-argentinian central and south-central Andes we comment on the validity of such triggering mechanism. THE CHILEAN-ARGENTINIAN ANDES AT 33º-34º S.L The Coya-Machalí Formation is a ca 2 km thick pile of continental volcaniclastics and minor lacustrine sediments, deposited in an Oligocene to earliest Miocene "active-margin" basin. that crops out along the western half of the Andean Main Range, from 33º to 35º S.L. In its northern end, Nystrom et al (1993) report a depleted εNd and 87Sr/86Sr signature in its tholeitic volcanic rocks, which they relate to an "episode of mantle upwelling and crustal thinning".
    [Show full text]
  • Driving the Panamerican Highway
    GROUP TRAVEL SAE 2256 PRICE PER PERSON IN DOUBLE OCCUPANCY DRIVING THE USD 4760.- EUR 3956.- Surplus single occupancy PANAMERICAN HIGHWAY USD 1455.- EUR 1219.- SET DEPARTURE CHILE - BOLIVIA (Northbound) FOR 2022 incl. 11 days self-drive and FULLBOARD February 26 - March 17 20 days – 19 nights FULLBOARD Imagine a tour of spectacular landscapes. A tour that takes you to the wonders of Chile and Other dates for private groups upon request Bolivia through the Panamerican Highway and beyond the Carretera Austral, which offers independence and adventure. You drive a 4-wheel drive or a motorcycle on roads and to sites of INCLUDED SERVICES ✓National Flights (Puerto Montt – Punta Arenas; which one can only dream. Enjoy the taste of the authentic Pacific coast, your own way, with a Punta Arenas–Santiago; Uyuni–La Paz) guided expedition of superlatives in the prepared 4x4 off-road vehicle with a safety ✓19 Overnights in selected 3 - 4 Star Hotels accompanying vehicle throughout the trip. Also, enjoy your adventure driving the most modern including breakfast. E-Bikes through the Uyuni Salt Lake and ist deserts. ✓FULLBOARD; that means, lunch in special locations and dinner mostly at the hotels everyday The Panamerican Highway is the largest road in the world. It can be driven from northern ✓Transfers from/to airports according to program Alaska down to the southern part of Chile in the Patagonia. And our tour will start precisely ✓Private bus for excursions as described here. there, in the Patagonia. You will start flying to Punta Arenas and then visiting the Torres del ✓4x4 support car with mechanic and driver Paine Glacier, one of the most impressive places in South America.
    [Show full text]