PROVINCIE OOST-VLAANDEREN

Bijlage: Overzicht adviezen ontvangen in het kader van de screening plan-MER en aanvullende nota Provinciaal RUP Reconversie zones voor verblijfsrecreatie naar open ruimtegebied: fase 1 Dit ruimtelijk uitvoeringsplan werd, in toepassing van artikels 9 en 10 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 tot instelling van het register van ruimtelijke planners, opgesteld onder de verantwoordelijkheid van volgend ruimtelijk planner opgenomen in het register :

Gezien en voorlopig vastgesteld door de Provincieraad op

Van raadswege:

2/5 OVERZICHT AANGESCHREVEN INSTANTIES EN ONTVANGEN ADVIEZEN (SCREENING)

Volg- Adviesinstantie Advies ontvan- Advies Opmerkingen num- gen op mer 1 Stad Aalst 09/08/13 Geen opmerkingen 2 Gemeente 07/08/13 Enkele vragen 3 Stad Niet ontvangen 4 Gemeente Niet ontvangen 5 Gemeente Lede 09/08/13 Geen opmerkingen 6 Stad Sint-Niklaas 12/07/13 Gunstig advies 7 Gemeente Stekene 16/07/13 Gunstig advies 8 Agentschap Ondernemen – Entiteit 26/08/13 Geen opmerkingen, voldoende Ruimetelijke Economie inschatting van de milieueffecten 9 ANB Oost-Vlaanderen 08/08/13 Gaat akkoord 10 VLM Regio West Niet ontvangen 11 Departement Landbouw en Visserij, 26/07/13 Opmaak Plan-MER niet noodzake- Bij Berlare, Geraardsber- Afdeling Duurzame Landbouwontwik- lijk, wel opmerkingen gen en Lede: aandacht keling Oost-Vlaanderen voor flankerend land- bouwbeleid (milderende maatregelen) 12 Ruimte Vlaanderen – APL Oost- 16/07/13 Opmaak Plan-MER niet noodzake- Vlaanderen lijk, wel opmerkingen 13 Agentschap Ruimte en Erfgoed, 29/07/13 Mogelijke effecten Tijdelijke bouwmogelijkhe- Onroerend Erfgoed Oost-Vlaanderen den creëren effecten, duidelijk op te nemen in de nota // sterke milieu- effecten Geraardsbergen

, Revisie Pagina 3 van 5 14 Departement MOW 06/08/13 Gaat akkoord 15 Departement LNE, Afdeling Land en 25/07/13 Geen opmerkingen Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen, ‘Ondergrond Vlaanderen’ en ‘Natuurlijke Rijkdom- men’ 16 VMM, Afdeling Operationeel Water- 08/08/13 Voorwaardelijk gunstig indien Opmerking mbt overstro- beheer tegemoetgekomen wordt aan de mingsgevoeligheid Ge- opmerkingen raardsbergen (indien omzetting naar bungalow- park) + Opmerking mbt riolering en vrijwaren van ruimte voor water / overstro- mingsveilig bouwen.

De screening werd op basis van deze ontvangen opmerkingen en adviezen aangepast en aangevuld. De wijzigin- gen ten opzichte van het oorspronkelijke document van juli 2013 werden duidelijk gemaakt door een witte tekst op een donkergrijze achtergrond.

Er werden in de adviezen ook enkele informatieve vragen gesteld ivm het handhavingsbeleid en de gevolgen voor bewoners (gemeente Berlare). Ook had de dienst MER in haar inhoudelijke opmerkingen op de eerste versie van de screeningsnota een opmerking gemaakt met betrekking tot duidelijkheid omtrent of en welke weekendverblijven zullen worden afgebroken. Hier kan echter in concrete zin geen antwoord op gegeven worden: het PRUP kan immers geen handhaving vastleggen, hier spelen enkel de juridische mogelijkheden van handhaving. Op de plenaire vergadering (dd. 27/06) werd wel afgesproken om in de toelichtende kolom van de stedenbouwkundige voorschriften de zone- vreemde basisrechten op te nemen, met de expliciete vermelding dat deze gebaseerd zijn op het vigerende decreet en regelgeving, en dat deze dus onderhavig kunnen zijn aan wijzigingen. Deze toelichting en verduidelijking zal opge- nomen worden in de ontwerp-versie van het PRUP (samen met de andere wijzigingen nav de plenaire vergadering).

In verband met het bepalen van de feitelijke referentiesituatie werd uitgegaan van de huidige feitelijke toestand, onge- acht of het om (niet)vergunde functies/constructies/activiteiten gaat. De lijn is immers zeer moeilijk te trekken bij bij-

, Revisie Pagina 4 van 5 voorbeeld een vergunde constructie waarin niet vergunde activiteiten plaatsvinden, of een gedeeltelijk vergunde con- structie, of een vergunde constructie die nog niet gebouwd is. Wel wordt waar relevant een onderscheid gemaakt tus- sen de feitelijke toestand en de juridische toestand. Zo is het toelaten van tijdelijke bouwmogelijkheden in de zones met nabestemming voor de onbebouwde percelen een negatief effect ten opzichte van de feitelijke toestand, maar ten opzichte van de huidige juridische toestand betekent het een verstrenging (dus positieve impact). In elk geval is het duidelijk dat op termijn een groene bestemming naar milieu-impact grotendeels positieve effecten zal tweegbrengen, er wordt echter niet ingegaan op de concrete potenties naar mogelijke waarde, omdat dit sterk afhangt van het toe- komstig beheer.

Daarnaast werden in de toelichtingsnota van het RUP enkele aanvullingen aangebracht (niet gemarkeerd) naar aan- leiding van enkele adviezen. Zo werd gevraagd naar een toelichting bij de provinciale aanpak en prioriteitenstelling (hoofdstuk 2 en 3). In haar advies gaf Ruimte Vlaanderen voorts een toelichting bij de gewenste ruimtelijke structuur voor landbouw, natuur en bos, deze werd ook in de toelichtingsnota overgenomen (zie paragraaf 5.2). Ook werd in dit advies gevraagd om de visienota op verblijfsrecreatie in de gemeente Berlare aan te vullen, wat ook gebeurd is.

Overzicht en herinneringsbrief

In bijlage een overzicht van alle ontvangen adviezen. De herinnering voor instanties die na 30 dagen nog niet gerea- geerd hadden, is te zien op de adviezen die via mail zijn verstuurd.

, Revisie Pagina 5 van 5

dienst ruimtelijke planning contactpersoon: Baft Van , planoloog Stad e-mail : bart,[email protected] tel. 03 778 32 31, fax 03 766 0B 82 Sint N¡KI aas

PROViNC EBESTUU R OOST.VLAAN DEREN

Provincie Oost-Vlaa nderen rN: l7 JULI 2013 Directie Ruimte - dienst RuÌmtelijke Planning Gouvernementstraat ST 9000 Gent

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk datum 03-07-2013 ROS/y'0600/01/186s L2-O7-2073

Screening plan-MER PRUP Reconversie zones voor verblijfsrecreatie: fase l: advies

Geachte

Het college van burgemeester en schepenen van Sint-Niklaas nam in zitting van B juli 2013 kennis van de screening plan-MER van het PRUP Reconversie zones voor verblijfsrecreatie fase 1 - deelRUp Sint-Niklaas Haneweestraat - Riemeersstraat - Kernemelkstraat' en verleende hierover een gunstig advies:

Hoogachtend

Namens het college van burgemeester en schepenen: In opdracht:

Ronan Lieven Dehandschutter stadssecretaris burgemeester

brieñruisseling College van burgemeester en schepenen, Grote Markt 1, 9100 Sint-Niklaas website www,sint-niklaas,be e-mail [email protected] STel(gîê van nature actief

Cemeentehuis uw kenmerk Deputatie van de prov¡ncie Oost-Vlaanderen Stadionstraat 2 07060011/AVA/vdw Dienst Ruimtelijke Planning 9190 Stekene ons kenmerk De heer Bart Verbeke I o379oo277 1,.7 7 7 fiv d / D I 20131.443 Woodrow Wilsonplein 2 F 037900270 contact 9000 Gent gemeente@stel

Advies milieuscreening PRUP'Reconversie verblijfsrecreat¡e Stekene fase 1' deelRUP Stekene D6,D7 en D12

Geachte deputatie í Grontmij NV heeft op 3 juli 2013 aan de gemeente verzocht om advies ter verlenen over de screening plan-MER 13097 van in hoofding vermeld PRUP, dat werd opgemaakt in opdracht van het provinciebestuur.

ln de adviesvraag verzocht Grontmij om het advies naar u toe te sturen voor verdere afhandeling. Daarom vindt u in bijlage het advies van het schepencollege.

) Met vriendelijke groeten

Namens het college

de rs burgemeester

I

Milieu & Landbouw !L STgKgn€ van nature actief

College van burgemeester en schepenen van 15 juli 2013 Uittreksel uit het notulenboek

Aanwezig Stany De Rechter, Burgemeesteri Kris Van Duyse, Lorette De Permentier, Gunter Van Campenhout, Schepenen; D¡rk Backaert, Schepen/ocmw-voorzitter; Dirk de Vetter, Gemeentesecretaris

Afwezig: Freddy A. Merckx, Schepen

I Besloten vergader¡ng

Stekene D6, D7 en D12 - Gunstie advies UDC-code - 1.777

Het col Motivering - voorgesch¡eden¡s Voorseschiedenis Brief van Grontmij uit Brussel van 3 juli 2013 met verzoek om advies aan het college van burgemeester en schepenen over de screening plan-MER 13097 van het PRUP "Reconversie verblijfsrecreatie Stekene fase 1", deelRUP Stekene D6, D7 en D12 tegen uiterlijk 2013 (30 dagen na ontvangst van brief). Fe¡ten en context ln de nota, opgesteld door Grontmij uit Brussel in opdracht van de provincie, wordt een screening uitgevoerd naar mogelijke effecten van het PRUP. Het deelRUP D6, D7 en D12 omvat drie zones voor verblijfsrecreatie in de Zandstraat en Donkerhofstedestraat, die gelegen zijn in het Bekafcomplex. De zones D6 en D12 worden onmiddellijk omgezet naar de bestemming bosgebied, evenals de niet-bebouwde percelen in cluster D7 waarvoor geen vergunning(saanvraag) gekend is. De overige percelen in zone D7 krijgen de bestemming'zone voor bestaande weekendverblijven in bosgebíed met nabestemming bosgebied'. De screening van de milieueffecten is uitgevoerd voor de disciplines Bodem, Water, Fauna & Flora, Landschap & Erfgoed, Mens - ruimtelijke aspecten, Mens - Mobiliteit, Lucht en Geluid. De besluiten per discipline zijn dat er geen significante negatieve effecten te verwachten zijn bij uitvoering van het PRUP-deelRUP Stekene D6, D7 en 012. Juridische grond Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 57. Argumentatie De MER-screening geeft geen aanleid¡ng tot opmerkingen. U¡t de screening blijkt dat er geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten zijn. Bijgevolg wordt de opmaak van een plan-MER niet noodzakelijk geacht. Na beraadslaging Gaat over tot de mondeli stemmin Besluit met 5 ja-stemmen, 0 neen-stemmen en 0 onthoudingen Artikel 1 Een gunstig advies te verlenen over de screening plan-MER 13097 van het PRUP "Reconversie verblijfsrecreatie Stekene fase !" , deelRUP Stekene D6, D7 en D12 opgemaakt door Grontmij in opdracht van de provincie Oost-Vlaanderen.

Colleee 15 juli 2013

-a Artikel2 Het advies over te maken aan de deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen, dienst RuÍmtel'rjke Planning, Woodrow Wilsonplein 2,9000 Gent.

De Rechter

y'01,1.-'? Vlaamse ove¡heid Agentschap 0ndernemen

F.':Íi l"l.i!'iR Ruimtelijke Economie .- ., .-..'.\ l . ì'-l.i-,i'l Koning Albert ll-laan 35 bus 12 1030 Brussel t T02553 09 21 F02 I I 5533476 AANGETEKEND ruimte lijke. econ om ie@vlaa nderen.be l'. i Ê,ilË, :iiji3 t.a.v. dhr. Bart Verbeke 2 [t w'llvr.age n ts c h a pon d e rne men. b e Provi ncie Oost-Vlaanderen Directie Ruimte - dienst Ruimtelijke Plan Gouvernementstraat 1 9000 Gent aî

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen 08/08i2013 0706001 1/AVA/vdw \ Re J ?.oo lalt vragen naar le-mail telefoonnummer datum Lode Daneels 016 31 10 57 2610812013 Lode.daneels@agentschapondernemen

Betreft: Advies Screening Plan-MER van het provinciaal RUP "Reconversie zones voor verblijfsrecreatie naar open ruimtegebied"

Geachte

Het Agentschap Ondernemen heeft de 1"1" herinnering aan uw vraag voor advies met betrekking tot de Screening Plan-MER van het provinciaal RUP "Reconversie zones voor verblijfsrecreatie naar open ruimtegebied" ontvangen op 8 augustus 2013.

Het Agentschap Ondernemen heeft geen specifieke opmerkingen m.b.t. de screening plan-MER. De screeningsnota maakt een voldoende inschattinq van de milieueffecten van het voorliggende RUP.

Uiteraard behoudt het Agentschap Ondernemen haar eventuele advies- of bezwaarmogelijkheden in het kader van andere procedurestappen die gezet worden.

Hoogachtend,

Lode Daneels lt t|jUf sCl,¿ ?Át 1. {.}æ tjí.r: t1ci+Ut Agentschap Ondernemen

PROVIIJCIEBËSTU UR OOSI'-VLAANDERFN Landbouw - en V¡sser¡j - - IN 2 I JULI 2013

Departement Dienst À,\NGE,TEKEND Duurzame Ellips, 6e Koning ÄlbertlI-laa\ 35, bus 40 t,a.v. Bart Verbeke 1030 Blussel Provincie Oost-Maanderen Tel, 02 55278 70 -Fax 02 55278 71' eì[email protected] e Directie Ruimte - dienst Rlrinteliike Planning Gouvernemensttaat 1 9000 Gent

uw bericht van uw kenmerk ons kenmetk bijlagen s/07 /2013 07060011 BF#002 201.3 025822

vragen naat f e-mail telefoonnummet datum c À.{argr{et Baert 09 272 23 1'8 2 6 JULI 2013 [email protected] Sam \'¡arr \lierberghe 02 552 79 03 sam.vanvlierò [email protected]

Betreftt Àdvies 'verzoek tot raadplegrng'in het kader van een onderzoek tot rnilieueffectrapportage van het scree- ning plan-MER 13097 - PRUP reconversie zones voor verblijfsrecreatie r'aar open ruimtegebied.

Geachte,

De afdeling Duurzame LandbouwontwrkkeLing heeft het letzoek tot raadpleging'in het kadet van een ondetzoek tot miÌieueffe cttzrpporte;ge van het provinciaal RIJP 'teconvetsie zones voor vetblijfstecrea- tie naar open ruimtegebied' onderzocht en geeft volgende adviezen m.b.t. de screening plan-MER:

Tet uiwoering van de aigemene visie voor de aanpak van de zones voot verblijfstecteatie is de ptovin- cie gestart met de eetste priodtaire fase: hierin worden er 7 deelRUP's voorzien. De afdel-ing Duutza- me Landbouwontwikkelingzalhaar advies geven op elk deelRUP.

1.

Volgens het gewestplan liggen de 4 deelzones (in totaal 8,6 ha) binnen de bestemmingszone '(vet- blrjfs)recreatiegebied'. Ze zljn niet gelegen in of gtenze¡d aan herbevestigd agtatisch gebied.

De Clustet l(ernemelkstta l, en het zuiden van de clustet Riemeetstraat bevatten eefr groot aantâl weekendverblìjven. De meeste constructies ztjnhoofdzakelijk vergund. De bestaande niet vetktotte, hoofdzakelijk vergund (geachte) gebouwen kunnen behouden blijven en verbouwd worden binnen het bestaand volume, Een funcuewij zigtng naar wonen gaat tiet. De huidige bestemming blijft behouden tot eind 20L9.Ya¡af 2020 gaat de nabestemming 'bosgebied'in.

www.viaanderen.b e /landb ouw

o 2

De cluster Flaneweestraat en het nootdelijk deel van de cluster Riemeerstraat zijn gtotendeels onbe- bouwd en grotendeels bebost. De nabesteinming 'bosgebied' zou er onmiddellijk ingaan, na de goed- keuring van heL PRUP.

Gelet op het feit dat de clusters momenteel recreatiegebied betreffen, gelet op het feit dat de clusters in een bosrijke omgeving l-iggen en gelet op het fett dat et binnen de clustets geen landbouwpetcelen liggen, vetwacht de afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling bij vootgestelde hetbestemmingen geen negatievete miLieueffecten.

2. DeelRUP, Haaltert - Reamerik

Deze gebieden ztjn gelegen in het zuiden van de gemeente l{aalrcfi, ten nootdoosten van de ketn Dendethoutem. Volgens het gewestplan lìggen de 2 deelzones (2,6 ha) binnen de besteminingszone '(vetbJijfs)tecteatiegebied'. Ze grenzerì voor een bepetkt deel aan herbevestigd agtarisch gebied, dat geen ptofessioneel landbouwgebtuik meer kent. D,: zones Liggen aansluitend bij een camping, bosge- bied en een woonlint.

Er komt geen permanente bewoning voor binnen de 2 zones. De noordel-ijke zone bevat een bos, een vijver en 1 weekendverblijf. De zuidelijke zone is volledig bebost. Beide zones hebben een gtote biolo- grsche wâarde. Om.¡,rlle van het bouwvdje karakter zou de nabestemming 'natuutgebied' et onmiddel- lijk ingaan, na de goedkeuring van het PRUP.

Gelet op het feit dat de clusters momenteel in tecreatiegebied liggen, gelet op het feit dat de clustets in een bosrijke omgeving liggen en gelet op het feit dat et binnen de clusters geen landbouwpetcelen liggen, kan de afde[ng Duutzame Landbouwontwikkelìng de voorgestelde herbestemrning aarlaatden. Er zljn geen negatievete milieueffecten te verwachten op de landbouwstructuren.

3. DeelRUP, Berla re - Zandstraat

Dit deelRUP bevindt ztch ten noordoosten van Betlare, in het noorden aansluitend aan de kern Donk. Volgens het gewestplan ligt het gebied (3,5 ha) binnen de bestemmingszone '(vetblijfs)recreatiegebied'. Ze gtenst vnl. aan natuurgebied en voor een bepetkt deel aan woongebied. In het gebied komen 9 onvergunde weekendvetbhjven voor, waarvan 2 met permânente bewoning. Vetdet zijn de onbe- bouwde delen van de zone ingenomen doot bosjes, akl

De constructies worden door het PRUP aanzten als zonevteemde, niet vetgunde constructies in ruim- telijk kwetsbaar gebied. Men wenst dan ook deze zone onmiddellijk te herbestemrneî n^àr ûatuutge- bied.

Gelet op het feit dat het deelRUP in recteatiegebied lìgt, gelet op het feit dat het gebied in een bosdjke en natuur-omgeving ligt en grenst aan VEN-gebied, verwacht de afdehng Duutzame Landbouvzont- wikkeling bij voorgestelde herbestemming vanuit landbouwkundig standpunt geen milieueffecten, en- kel en alleen indien et een billijke vergoeding wordt voorzten voot de landbouwers (gebruikets en eige- naars van de petcelen in landbouwgebruik) die door deze hetbestemmingen petcelen hebben met een vetmindetde'wâarde. Dit is een noodzakelijk milderende maaftegel voot de inname van de landbouw- percelen.

De realisatie van dit gebied moet dan op ook effecuef meetellen op de "tellet" (kallibtatie) voot de IHD-doelstellingen in dit gebied.

www.vlaanderen.be J

4. DeelRUP, Aalst - Achterstraat

De zone Achtersttaat bevindt ztch ten oosten van de stad ,\alst, nabij de ketn Mootsel. Volgens het ge\Ã/estplan liggen de 2 deelzones (in totaal 6 ha) brnnen de bestemmingszone '(verblilfs) recteatiege- ï>ied'. herbevestigd agtatisch gebied err n bosgebied. Akketland, weiland en bossen Ze grenzen aan ^ komen er veelvuldig voot.

Binnen de 2 zones komen onbebouwde deien voor en delen met weekendvetbJijven. De meeste con- structies zljn hoofdzakelijk vergund. De bestaande niet vetkr:otte, hoofdzakelijk vetgund (geachte) gebouwen kunnen behouden bìrjven en verbouwd wotden binnen het bestaand volume. Een functie- wijzigrng naar wonen kan niet.

De huidrge bestemming van de bebouwde delen blijft behouden tot eind 201'9. Yanaf 2020 gaat de nabestemming 'gemengd open ruimtegebied' in, waar bos, naluut, landschapszorg en landbouw in nevenfuncties flaâst elkaar staan,

De delen die momenteel onbebouwd zijn kdjgen onmiddellijk de hetbestemming'gemengd open ruim- tegebied' .

Gelet op het feit dat de clusters momenteel in tecreatiegebied liggen, en geiet op het feit dat de zones feitelijk in een 'gemengd open ruimtegebied' liggen, verwacht de afdeling Duurzame Landbouwont- wikkelìng bij voorgestelde hetbestemming geen milieueffecten, zolang de petcelen die nu in agtadsch gebruik z1jn, tn agtatisch gebruik kunnen blijven.

5. DeelRUP, Geraardsbergen - Viane

Dit deelRUP bevlndt zich tn het zuidoosten van de gemeente Geraardsbetgen, in het oosten aanslui- tend aan de kern van Viane. Volgens het gewestplan liggen de 2 zones (3 ha) binnen de bestemmtrgs- zone '(verblrjfs)recreatiegebied'. Ze ztjn door elkaat gescheiden door het kasteelpatk van Yia¡e. Ze grenzen aanhet PRUP camping kasteei Viane, woongebied en naluutgebied'

Er komt geen weekendvetblijf voor binnen de 2 zones. Beide zones hebben een grote biologrsche waarde. Omwille van het bouwvrije karakter zou de nabestemming 'natuurgebied' et onmiddeilijk in- g n^ de goedkeuring van het PRUP. ^n, Gelet op het feit dat de clustets momenteel recteatiegebied betteffen en gelet op het feit dat de clustets naast natuurgebied en woongebied liggen, kan de afdeling Duurzame Landbouwontwrkkeling een her- bestemming naar openruimte gebied aanvaarden. Ongeveer de helft vân het gebied (ca. 1',5 ha) ts ech- ter in professioneel landbouwgebruik (weiland, 3 gebruikers). Een bestemmingswlziging naar rìatuur- gebied en bosgebied kan negatieve milieueffecten hebben voot de betrokken landbouwbedrijfszetels; Daarom stelt de afdeling Duurzame landbouwontwikkeling voor om de nabestemrning 'gemengd open ruimtegebr-uik', waar bos, natuur, landschapszorg en landbouw in nevenfuncties naast elkaar staan, toe te passen.

6. DeelRUP, Lede - Ledestraat

Dit deelRIJP bevindt zich it het zuiden van de gemeente Lede, net ten oosten van de kern Impe, Vol- gens het gewestplan ligt het deelRUP (0,8 ha) binnen de bestemmingszone '(vetblijf$ tecteatiegebied'. Dit deelRUP wordt volledig omgeven doot natuutgebied. Ongeveer 0,3 ha van het gebied is in land- bouwgebruik.

www.vlaanderen.be 4

Het plangebied is deels bebost en is grotendeels onbebouwd. Er komen twee weekendhuisjes voor. Omwille van de ruimtelijke situatie \¡/enst men onmiddelljk het gebied te herbestemmen naaÍ'natuur- gebied'. De weekendhuisjes wotden dan beschouwd als zonevteemde constructies in ruimtelijk kwets- baat gebied.

Gelet op het feit dat het deelRUP recreatiegebied betteft, gelet op het feit dat het deelRUP in een bos- rijke en natì.rur-omgeving lìgt en gelet op het feit dat er binnen het deeiRUP een zeer bepetkt land- bouwareaal aanwezig is, verwacht de afdeling Duutzame Landbouwontwikkehng blj de vootgestelde herbestemmingen vanuit landbouwkundig oogpunt geen milieueffecten, enkel en alleen indien er een billijke vetgoeding wordt voorzien voor zowel de gebruiket als de eigena^t v^Ír het petceel. Dit is een milderende maatregel voor het aspect mens-mimtelijke ordening,

7. DeelRUP, Stekene - D6, D7, D12

Drt deelRUP bevindt zich tn het noorden van de gemeente Stekene in het boscomplex 'BekaÎ. Dit deelRUP bestaat uit 3 zones: D6, D7 en DI2 (rr totaal 6 ha). Volgens het gewestplan Liggen de 4 deel- zones binnen de bestemmingszone '(verblijfs)recteatiegebied' . Ze ltggen niet in of gtenzend aan hetbe- vestigd agratisch gebied' Ze gtenzen a n zone voot vetblijfstecteatie, bosgebied en agtatisch gebied. De meeste percelen zijn bebost.

ZoneDT ligt het meest centraai t.o.v. het niet te hetbestemmen recteatiegebied. Deze zone bevat het grootst aantal weekendverblijven. Deze zone knjgt als bestemming'zone voor openlucht tecteatieve vetblijven met nabestemming bosgebied'. Hiet is het nog mogelijk om weekendvetblijven bij te bou- wen binnen de bestaande verkâvelingsmogelijkheden.

De twee andere zones bevatten m 1 vetgund weekendverblijf. De meeste percelen zijn et onbe- ^t bouwd en bebost. Deze zones krijgen onmiddelLijk de bestemming'bosgebied'.

Gelet op het feit dat de clusters momenteel recteatiegebied betteffen, gelet op het feit dat de clustets in een bosrijke omgeving liggen en gelet op het feit dat er binnen de clusters geen landbouwpercelen Liggen, verwacht de afdeLing Duutzame Landbouwontwikkeling bij voorgestelde hetbestemmingen geen negatieve milieueffecten.

Gelet op bovenstaande argumenten op van het voorgenomen plan acht de afdeling Duutzame Land- bouwont\¡/ikkeJing de opmaak van een plan-MER niet noodzakelijk. Gelieve wel tekening te houden met de hietboven aangegeven opmetkingen.

Ho tend,

Verstrynge Afdehngshoofd Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling

www.vlaanderen.be IJ F1LìV I I',i E I E B E bITU U R C O Í]T. \./ LAAN li [r î:ì E hl

ll'rl : 1g-tT-i313

DËFAF.TEI'4ËI.]T VAIJ Dt VLAAþI5E OVERHEIL Deputatie Dilït',jsT RUI NJF] Woodrow Wilsonplein 2 9OOO GENT

uw kenmerk ons kenmerk uw brief van 2.131400001168.1 vragen naar/e-mail telefoonnummer datum Koen Grootaert 09 26 54577 koen. g rootaert@nruo. vlaanderen. be bijlage: /// l6 -47- 20î3 Betreft: Provincie Oost-Vlaanderen, PRUP "PRUP reconversie zones voor verblijfsrecreatie naar open ruimtegebied fase I :St-Niklaas- Haaltert- Berlare- Aalst- Geraardsbergen- Lede en Stekene" verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage

Geachte,

Het betreffende 'verzoek tot raadpleging'werd door de gedelegeerde planologische ambtenaar ontvangen op Q3107 12013.

ln toepassing van artikel 4.2.5 van het decreet van 27 april 2007 inzake de milieueffectrappor- tage over plannen en programma's en van artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma's, vindt u hierbij het advies van de gedelegeerde planologische ambtenaar in verband met de inge- schatte effecten op de ruimtelijke ordening.

Dit advies vervangt geenszins het advies van de gedelegeerde planologische ambtenaar in toepassing van artikel 2.2.13 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Doel en opportuniteit van het Plan Het voorliggende PRUP voorziet in de herbestemming van een aantal zones voor verblijfsrecre- atie verspreid over het grondgebied van de provincie m.n. Sint-Niklaas Haneweestraat- Riemeerstraat-Kernemelksti'aat, Haalteil Rearnerik, Berlare Zandstraat, Aalst Achterstraat, Le- de Ledestraat en Stekene zones D6, D7 en D12.

Relatie met de (relevante) ruimteliike beleidskaders en principes Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen bepaalt dat alle terreinen voor openluchtrecreatieve verblijven (ongeacht de bestemming op het gewestplan) moeten worden geëvalueerd i.f.v. de ruimtelijke draagkracht van het betrokken gebied. Deze benadering vertrekt van de feitelijke toestand, waarbij het zone-eigen of zonevreemd karakter en het tijdstip waarop het openlucht- recreatief verblijf is gerealiseerd slechts aspecten zijn bij de afweging. ln de praktijk kan de eva- luatie voor bestaande terreinen voór openluchtrecreatieve verblijven leiden: - tot het behoud van het bestaande terrein; wanneer het terrein geen recreatieve be- stemming heeft, moet het worden afgebakend in een uitvoeringsplan; wanneer het ter- rein destijds illegaal werd opgericht, moet de (eventuele) afbakening worden voorafge- gaan door een handhavingsprocedure; - tot de sanering i.f.v. de ruimtelijke draagkracht van het gebied; - het terrein wordt verplaatst naar een nieuw of bestaand terreinen in de omgeving; het nieuw terrein moet in een uitvoeringsplan worden afgebakend;

Ruimte vlaanderen oost-Vlaanderen, Gebroeders Ven Eyckstraat 4-6, 9000 Gent w,¡rw. rt¡¡ mtevl a a ¡''de re n, be - het terrein wordt verwijderd omdat het niet verenigbaar is met de ruimtelijke draag- kracht; indien het terrein een recreatieve bestemming had, moet deze worden gewijzigd in een uitvoeringsplan.

Deze visie op weekendverblijven leidde op Vlaams niveau tot een beleidsplan voor de proble- matiek van de weekendverblijven. De aanpak van de problematiek van de weekendverblijven voorziet in een stappenplan van vier stappen: inventarisatie, afweging vanuit elementen op Vlaams niveau, uitwerken van een visie/ruimtelijke afweging van een ontwikkelingsperspectief en finaal de (eventuele) opmaak van provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen. Het voorliggen- de pRUP kadert in de uitvoering van het Vlaams beleidsplan voor weekendverblijven.

Alle deelplannen maken Volgens de selecties van het RSV deel uit van het buitengebied. Voor een aantal van de hier besproken clusters voor verblijfsrecreatie bestaat al een specifieke af- weging op Vlaams niveau. Het betrokken deelplannen zullen hieraan worden afgetoetst. De andere deelplannen zullen r,vorden geëvalueerd aan de ontwikkelingsperspectieven voor de gewenste ruimtelijke structuur voor landbouw, natuur en bos op Vlaams niveau in het buitenge- bied die sindsdien zijn afgerond.

De herbestemming naar bosgebied voor de cluster Haneweerstraat-Riemeersstraat- Kernemelkstraat te Sint-Niklaas bestaat uit 4 deelzones en past binnen de beleidsmatige keuzes van de gewenste ruimtelijke structuur voor landbouw, natuur en bos voor de regio die dit gebied ziet als een potentieel natuurvenrrrrevingsgebied van bos- en natuurge- bieden. Wel stellen we vragen bij het toelaten van nieuwe bebouwing op de nog onbebouwde kavels tot 11112020. We stellen voor om de onbebouwde kavels onmiddellijk te herbestemmen naar bosgebied. Ook wijzen we op de aanwezigheid van een bovenlokale infrastructuur ter hoogte van de cluster Haneweerstraat. We vragen om de leidingstraat zoals ingetekend op het gewestplan minstens over te nemen op het plan en om daaraan algemene voorschriften te kop- pelen. Een voorafgaand overleg met de betrokken beheerder lijkt wenselijk om na te gaan in hoeverre de bestemmingsvoorschriften voor bosgebied al dan niet plaatselijk moeten worden verfijnd of aangepast.

De cluster Reamerik te Haaltert bestaat uit twee zones ten noorden en ten zuiden van een reeds goedgekeurd PRUP. Een klein deel van het plangebied ligt volgens de gewenste ruimte- lijke structuur voor landbouw, natuur en bos voor de regio Vlaamse Ardennen in een potentieel natuurvenruevingsgebied waar landbouw en natuur verweven zitten in een beekvallei. Het groot- ste gedeelte bevindt zich echter in herbevestigd gebied. Volgens het afwegingskader voor cam- pings ligt het terrein niet in een structurerende riviervallei, boscomplex of aaneengesloten land- bouwgebied. Gezien de biologische waarde van het terrein is het voorstel tot herbestemming naar natuurgebied in overeenstemming met de Vlaamse beleidskeuzes voor dit gebied.

Volgens de gewenste ruimtelijke structuur voor landbouw, natuur en bos voor de regio Schelde- Dender is de cluster Zandstraat te Berlare gelegen in een zone waar het behoud en het her- stel van gave landschaps- en erfgoedwaarden vooropstaan. ln het Vlaams afwegingskader voor weekendverblijven staat vermeld dat een verdere afweging in functie van bestendiging mogelijk is binnen de eventuele randvoonruaarden van het habitat- en vogelrichtlijngebied en voor zovet de natuurwaarden van het aangrenzend natuurgebied en bosgebied niet in het gedrang komen. De herbestemming naar natuurgebied staat hiervoor voldoende borg.

Volgen-s de gewenste ruimtelijke structuur voor landbouw, natuur en bos voor de regio Schelde- Dender is de cluster Achterstraat te Aalst gelegen in herbevestigd gebied. Omwille van zijn gevarieerde verschijningsvorm heeft dit gebied een bijzondere landschappelijke waarde. De

plpr_04.dot 2t4 afwisseling van landbouw en kleine bos-, natuur en landschapselementen blijft behouden. Vol- gens het Vlaams kader voor weekendverblijven kan het gebied verder worden afgewogen in functie van bestending voor zover het natuurlijke (bos)karakter van de omgeving hierin niet in het gedrang wordt gebracht. Mogelijk kan dit gebeuren door het onbebouwde deel van het re- creatìegebied te herbestemmen naar een open-ruimte-functie. De keuze om de onbebouwde percelen te herbestemmen naar een gemengd open-ruimtegebied en de bebouwde percelen en percelen die aansluiten bij een uitgeruste weg naar zone voor openluchtrecreatieve verblijven in natuurgebied met nabestemming natuurgebied sluit hierbij aan. Wel stellen we voor om geen nieuwe bebouwing toe te laten op de nog onbebouwde kavels tot 11112020. Dit legt immers een zwarc hypotheek op de realisatie van de nabestemming.

Volgens de gewenste ruimtelijke structuur voor landbouw, natuur en bos voor de regio Vlaamse ArQennen is de hpefdfunctie van cluster Viane te Geraarrlsbergen bos of park aansluitend bij het kasteelpark van Viane. De herbestemming naar natuurgebied sluit aan bij de grote natuur- waarden ten noorden van het plangebied. Omwille van ruimtelijke redenen stellen we ons de vraag of het voormalige voetbalveld niet beter wordt herbestemd naar parkgebied en dit gezien de ligging aansluitend bij het kasteeldomein in de woonkern Viane. Er kan echter akkoord wor- den gegaan met de bestendiging van deze deelzone als zone voor bungalowpark mocht blijken dat er intussen een definitieve vergunning is verleend voor het vakantiepark. Daarnaast stellen we vast dat delen van het recreatiegebied niet worden herbestemd. Gezien de ligging in een beschermd landschap lijkt het wenselijk om dit wel te doen of om minstens randvoonruaarden te koppelen aan de exploitatie (in functie van recreatie) van het gebied.

Volgens de gewenste ruimtelijke structuur voor landbouw, natuur en bos voor de regio Schelde- Dender is het deelplan Ledestraat te Lede gelegen in een gebied waar natuur de hoofdfunctie is. De herbestemming van het gebied naar natuurgebied sluit hierbij aan.

Volgens de gewenste ruimtelijke structuur voor landbouw, natuur en bos voor de regio Waas- land zijn de clusters D6, D7 en D12 te Stekene gelegen in het Bekaf-complex waar de hoofd- functie natuur is en waar gezocht moet worden naar bosuitbreiding. ln het Vlaams afwegings- kader zijn de zones D6 en D7 besproken (U, Y). Voor de zone D6 geldt dat een verdere afwe- ging door het provinciebestuur mogelijk is, rekening houdend met de ligging in beboste omge- ving in een bosgebied van Vlaams niveau. ln de stedenbouwkundige voorschriften worden best ook maatregelen ingeschreven voor het maximaal behoud van het boskarakter. Voor de zone D7 geldt dat verdere afweging door de provincie mogelijk is rekening houdend met de ligging in een aaneengesloten open ruimtegebied en bosgebied en voor zover het bestendigen van de cluster verenigbaar is met het behoud van het natuurlijke en open (bos)karakter. Voor de clus- ters D6 en D12 alsook voor een deel van D7 wordt een onmiddellijke herbestemming naar bos- gebied voorgesteld. Dit sluit aan bij de afweging op Vlaams niveau. Ook hier stellen we voor om geen nieuwe bebouwing toe te laten op de nog onbebouwde kavels tol 11112Q20 (zone voor bestaande weekendverblijven in bosgebied met nabestemming bosgebied). Dit legt immers een zwarc hypotheek op de realisatie van de nabestemming.

Op provinciaal niveau werd een ruimtelijke afweging en een plan van aanpak opgemaakt voor de gemeentes Stekene en Berlare. Voor de andere gemeentes is ons geen dergelijk plan van aanpak bekend. Het is wenselijk om in de toelichtingsnota specifiek in te gaan op hert stappen- plan voor de problematiek van de weekendverblijven dat in de provincie verder werd uitgewerkt. Hierbij moet worden ingegaan op de specifieke ruimtelijke afweging van de diverse zones als-

plpr_04.dot 3t4 ook op de redenen waarom deze prioritair worden aangepakt ten opzichte van sommige zones in de directe omgeving.

Voor de cluster Haneweerstraat-Riemeersstraat-Kernemelkstraat te Sint-Niklaas wordt geko- zen voor een zone voor openluchtrecreatieve verblijven met nabestemming bosgebied. ln hoe- verre is het tijdelijk behoud van de bebouwingsmogelijkheden verenigbaar met de uitspraak uit het PRS die stelt dat bijkomende weekendbebouwing in de bossen ontoelaatbaar is in het open- ruimtelandschap?

Het provinciebestuur heeft'een visie op de weekendverblijven in Berlare geformuleerd. Vraag is of de herbestemming van deze cluster naar natuurgebied vanuit deze visie onderbouwd wordt. Er wordt in de toelichtingsnota niet naar verwezen (in tegenstelling tot het deelRUP dat betrek- king heeft op gebieden voor verblijfsrecreatie in Stekene). Op de plenaire vergadering werd ingegaan op het verschil in statuut tussen beide documenten. Het lijkt toch wenselijk om in het document hierop in te gaan.

We merken op dat in het afwegingskader van de provincie 'Stekene, een nieuwe kijk op ver- blijfsrecreatie' de uitspraken uit het Vlaams añruegingskader niet letterlijk zijn overgenomen waardoor nuanceverschillen ontstaan (p. 33 e.v.). Ofschoon dit afwegingskader hier niet voorligt ter discussie willen we het provinciebestuur er attent opmaken dat ons bestuur bij de beoorde- ling zal teruggrijpen naar de oorspronkelijke tekst van het Vlaams añruegingskader.

Voor een deel van de cluster D7 wordt gekozen om deze de bestemming te geven 'zone voor bestaande weekendverblijven in bosgebied met nabestemming bosgebied'. ln hoeverre rijmt dit met de uitspraak uit het PRS (en het Vlaams afwegingskader) dat bijkomende weekendbewo- ning in de bossen ontoelaatbaar is?

Ruimtelijke effecten De ruimtelijke effecten van de voorliggende deelplannen zijn voldoende gekend. Ten opzichte van de huidige bestemmingsvoorschriften kunnen ze op vlak van ruimtelijke ordening enkel als positief worden geëvalueerd. Ze passen immers in de gewenste open ruimtestructuren op Vlaams niveau. Wel is het onbegrijpelijk dat op bepaalde locaties tijdelijk nog nieuwe weekend- verblijven worden toegelaten tot 11112020.

Conclusie De screening maakt een voldoende inschatting van de (aanzienlijkheid van de) milieueffecten op de ruimtelijke ordening. De opmaak van een plan-MER is vanuit de discipline ruimtelijke or- dening niet vereist. Wel vragen we dat het document aangepast wordt, rekening houdend met de bovenvermelde bemerkingen.

Hoogachtend,

Mie aelinck Gedelegeerd planologisch ambtenaar

plpr_04.dot 414

PROVINc IEBESTU UR ooST.VLAAN DEREN

IN: 0 7 AtJË, 2013 L de¡:ortentcnt Mobiliteit en NR 0penbare Werlcen

Provincie Oost-Vlaanderen Algemeen Beleid Directie Ruimte - dienst Ruimtelijke Planning Koning Albert ll-laan 20 bus 2 T.a.v. Bart Verbeke 1000 Brussel Tel. 02 553 71 09 - Fax 02 55371 07 Gouvernementstraat 1 [email protected]. be 9OOO GENT

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen AB/NDC/U/201 3/00321 vragen naar / e-mail telefoonnummer datum Tim De Backer 02-553 74.03 2013 [email protected], be 0 I AU6. Betreft: Provincie Oost-Vlaanderen - PRUP "Reconversie zones voor verbl ijfsrecreatie" - gecoörd ineerd advies

Geachte mevrouw Vanhulle,

Venruijzend naar het schrijven van mevrouw Ann Vanhulle, senior project leader bij Grontmij Belgium NV, d.d. 3 juli 2013 (kenmerk: 07060011/AVA/vdw) betreffende het verzoek tot raadpleging in het kader van de plan-MER screening van het PRUP "Reconversie zones voor verblijfsrecreatie naar open ruimtegebied", deel ik u mede dat het Departement Mobiliteit en Openbare Werken akkoord gaat met de conclusies die uit de verschillende screeningsnota's worden getrokken.

Het betreft een gecoördineerd advies van de afdelingen Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid en Algemeen Beleid.

Voor de secretaris-generaal, añruezig

ir. Yvan Verbakel afdelingshoofd

afschrift ter kennisgeving aan :

ir. Yvan Verbakel, afdelingshoofd, afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid V PROV NC IEBE STUI.,' R oOST-VLAAN DEREN Departement Leefmilieu, Natuur IN 2 6 JULI 2Cî3 en Energie

NR. Land en Bodembescherming Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen Provincie Oost-Vlaanderen Elfjulistraat 398 blok A, 9000 Gent Directie Ruimte - Dienst Ruimtelijke Planning Tel.09 24466 66 - Fax 09220 07 98 De heer Bart Verbeke natuurlijkerijkdommen. [email protected] Gouvernementstraat 1 9000 Gent

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen 03t07t2013 ALBON/NR-G/ (Grontmij) RUP/ 44Oç GE/MVH

I vragen naa¡ le-mail telefoonnummer datum Guido Eggermont 09 244 66 62 25 juli 2013 [email protected]. be

Betreft: Screening plan-MER 13097 / PRUP Reconversie zones voor verblijfsrecreatie naar open ruimtegebied. Advies

Geachte,

ln antwoord op dit vezoek tot raadpleging delen wij u mee dat de afdeling Land en Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen (ALBON) van oordeel is dat de mogelijke gevolgen op het leefmilieu voor wat het aspect bodem, ondergrond en natuurlijke rijkdommen betreft, op een correcte wijze in de screenings-nota zijn beschreven.

Het aspect bodembescherming is in het onderhavig PRUP correct beschreven. De bodemclassificatie van de plangebieden werden steeds beschreven aan de hand van de bodemkaart en de kaart met de drainageklassen. De beoordeling van de effecten zoals de gevoeligheid voor erosie en infiltratie van de bodem werden voor ieder van de 7 deel- RUP's beknopt uitgewerkt. Gelet op het gevraagde, en gezien de ligging, volstaat de beschrijving en inschatting van de mogelijke effecten op de bodem.

M.b.t. het aspect natuurlijke rijkdommen zijn er geen opmerkingen gezien geen ontginningsgebieden gevat zijn door het plangebied. Aldus kan gesteld worden dat voor wat het aspect bodem en ondergrond betreft, dat de beschrijving van de milieueffecten ons inziens op een passende wijze is uitgevoerd, en dat er geen aanzienlijke effecten te verwachten zijn,

Het advies van de afdeling Land en Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen, is een gecoördineerd advies van de dienst Ondergrond Vlaanderen, de dienst Land en Bodembescherming en de dienst Natuurl'tjke Rijkdommen.

Hoogachtend,

ir. Eddy Leenders Diensthoofd Natuurlijke Rijkdommen Buitendienst Oost- en West-Vlaanderen

www.vlaand eren. be/natu u rl ij kerijkdom men Kris Van den Belt Diensthoofd Dienst Lokaal Waterbeheer Afdeling Operationeel Waterbeheer Koning Albert II – laan 20 bus 16 Gronmij NV 1000 Brussel Meersstraat 138A Fax. (02)553 21 05 9000 Gent

uw kenmerk ons kenmerk dossier behandeld door contact via WT 2013 M 0131 Bram Vogels [email protected] Tel. (02)553 21 11

Advies over de planMER-screening met betrekking tot PRUP reconversie zone voor verblijfsrecreatie naar open ruimtegebied Aanvrager: Provincie Oost-Vlaanderen

Geachte

Op uw verzoek werd onderzocht of de VMM – afdeling Operationeel Waterbeheer akkoord kan gaan met de effectinschatting zoals opgenomen is in de nota. Op basis van deze effectinschatting samen met deze van de adviesinstanties zal de dienst MER beslissen of er al dan niet een MER dient opgemaakt te worden.

De percelen zoals opgenomen in de nota zijn volgens de watertoetskaarten effectief overstromingsgevoelig.

De aanvraag omvat de omzetting van een aantal zones voor recreatie naar een openruimtebestemming. De zones in Lede, Berlare en Haaltert worden omgezet naar natuurgebied en de zones in Stekene en Sint-Niklaas krijgen de bestemming bosgebied of zijn uitdovend met nabestemming bosgebied. Voor deze locaties worden de effecten op het watersysteem dan ook als positief beschouwd.

Overstromingsgevoeligheid

Enkel voor het plangebied in Geraardsbergen wordt de noordelijke zone herbestemd naar natuurgebied, maar wordt voor de zuidelijke deelzone nog steeds een recreatieve functie voorzien. Initieel werd eveneens voorzien in een herbestemming naar parkgebied voor dit zuidelijk deel, maar aangezien er een stedenbouwkundige vergunning is toegekend voor dit gebied wordt het RUP hierop aangepast. Tegen deze stedenbouwkundige vergunning is momenteel een beroep lopende, indien dit beroep ingewilligd wordt zal deze zone alsnog omgezet worden naar parkgebied. In de milieubeoordeling van de MER-screening wordt het effect van een herbestemming naar parkgebied beoordeeld. We zijn akkoord dat dit geen negatief effect op het watersysteem heeft, het grafisch plan en de voorschriften die zijn toegevoegd gaan echter niet uit van dit scenario. In het verleden heeft de VMM reeds meermaals geadviseerd voor de bouw van deze bungalows. Er werd hiervoor minimaal drie keer een advies uitgebracht (WT 2011 G 1130, WT 2012 G 1106 en WT 2012 G 1106_2), maar uit de aangepaste plannen bleek steeds dat er niet voldaan werd aan de eerder opgelegde voorwaarden. Vanuit VMM is er binnen dit gebied steeds op gewezen dat er geen ruimte verloren mag gaan voor het watersysteem en dat de terreinen dan ook niet mogen opgehoogd worden. Het gebied ligt immers binnen effectief overstromingsgevoelig gebied en net stroomafwaarts ligt het valleigebied van de Mark, een onbevaarbare waterloop van eerste categorie die wordt beheerd door de VMM. Dit valleigebied is tevens zeer overstromingsgevoelig en ook verder stroomafwaarts langsheen de Dender zijn er aanzienlijke overstromingsproblemen. Alle ruimte voor water binnen dit volledige stroomgebied dient dan ook maximaal gevrijwaard te worden, elk plan of elke vergunning dat hier tegenin gaat houdt onvoldoende rekening met het watersysteem. Deze impact dient dan ook 2 nog bekeken te worden in de screening en in het RUP moeten duidelijke voorschriften opgenomen worden inzake overstromingsveilig bouwen en het behoud van ruimte voor water. In de huidige situatie is dat immers nog niet het geval.

Het noordelijk deelgebied van dit plan is gelegen in effectief overstromingsgevoelig gebied en eveneens binnen een signaalgebied. Aangezien het plan een omzetting voorziet van een ‘harde’ bestemming naar een zachte bestemming kan dit als positief beschouwd worden.

Waterkwaliteit

Voor het plangebied in Berlare zullen de aanwezige niet-vergunde weekendverblijven die momenteel zijn gelegen in collectief te optimaliseren buitengebied, na de herziening van het zoneringsplan opgenomen worden in individueel te optimaliseren buitengebied. Voor het plangebied in Aalst is een deel ondertussen aangesloten op de riolering en zal bij de herziening van de zoneringsplannen opgenomen worden in collectief geoptimaliseerd buitengebied, de rest van de clusters zal worden herzien naar inidividueel te optimaliseren buitengebied. De herziening van de zoneringsplannen wordt geïntegreerd in de stroomgebiedbeheerplannen. Van zodra de woningen zijn afgebroken, worden deze uit het zoneringsplan verwijderd, via actualisatie van het zoneringsplan op te nemen in de wateruitvoeringsplannen. Voor het plangebied in Geraardsbergen werd het centraal gebied te ver afgebakend en zal worden aangepast in het kader van de herziening van de zoneringsplannen, waardoor een deel van het plangebied in niet gezoneerd gebied zal komen te liggen. In Stekene zullen de clusters worden aangepast aan reeds verdwenen vakantieverlbijven bij de herziening van het zoneringsplan. Gelet op de herbestemming is het ook niet aangewezen om in de toekomst riolering te voorzien, waardoor deze zullen worden opgenomen in het individueel te optimaliseren buitengeibed, tot zolang de gebouwen aanwezig zijn. Het spreekt voor zich dat de Vlarem-bepalingen binnen al deze zones van kracht blijven.

BESLUIT

Het project wordt voorwaardelijk gunstig geadviseerd en is in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid indien rekening wordt gehouden met volgende voorwaarden: - Voor het RUP in Geraardsbergen moet niet alleen een milieuafweging opgenomen worden voor de omzetting naar parkgebied, maar eveneens voor het behoud van de bestemming en de realisatie van het bungalowpark; - In de voorschriften en in de milieubeoordeling moet duidelijk opgenomen worden dat de ruimte voor water moet gevrijwaard worden en dat overstromingsveilig moet gebouwd worden.

Gelieve, conform artikel 8 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 inzake de watertoets, een afschrift van uw beslissing te bezorgen aan de VMM – afdeling Operationeel Waterbeheer binnen de 10 kalenderdagen na het nemen van de beslissing.

Hoogachtend

Kris Van den Belt Diensthoofd Dienst Lokaal Waterbeheer

Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid AANGETEKEND Dienst Milieueffectrapportagebeheer Koning Albert II-laan 20 bus 8 Aan de Provincie-Oost-Vlaanderen 1000 BRUSSEL Dienst Ruimtelijke Planning Tel.: 02 - 553 80 79 W. Wilsonplein 2 Fax: 02 - 553 80 75 9000 Gent www.mervlaanderen.be uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen 30 augustus 2013 LNE/MER/SCRPL13097/ / 2013 vragen naar / e-mail telefoonnummer datum Natalie De Camps 02 553 03 48 [email protected]

Betreft: onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP Reconversie zones voor verblijfsrecreatie naar open ruimtegebied: fase 1 te Oost-Vlaanderen. beslissing plan-MER-plicht volgens het Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (D.A.B.M.), B.S. 3 juni 1995, zoals herhaaldelijk gewijzigd en het Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s van 12 oktober 2007, B.S. 7 november 2007

Geachte heer, mevrouw,

Met uw brief van 30 augustus 2013, ontvangen op 3 september 2013, vraagt u de dienst Mer een beslissing te nemen over de opmaak van een plan-MER. Het dossier is onder het nummer SCRPL13097 behandeld.

Zoals u in het dossier aangeeft, komt het RUP in aanmerking voor een onderzoek tot milieueffectrapportage.

De doelstelling en reikwijdte van het plan worden beschreven in de screeningsnota. Volgens het dossier heeft het RUP tot doel ‘toekomstige permanente bewoning in een aantal weekendverblijven te voorkomen, weekendverblijven te laten uitdoven en om te zetten naar open ruimtebestemmingen, bepaalde zones onmiddellijk te herbestemmen naar een open ruimte en een zone voor bungalowpark te bestendigen’.

Het screeningsdossier (bestaande uit de screeningsnota, de adviezen en de verwerking van de adviezen) bevat de nodige informatie over het voorgenomen plan en heeft de relevante milieudisciplines besproken.

Verscheidene adviesinstanties hebben opmerkingen over de beschrijving en beoordeling van de milieueffecten van het plan. De opmerkingen werden op een voldoende wijze beantwoord in het screeningsdossier via een bijlage bij de screeningsnota en via een aanpassing van de screeningsnota, zodat het screeningsdossier voldoende informatie bevat om een correcte inschatting m.b.t. de milieueffecten te kunnen maken.

In het screeningsdossier wordt duidelijk aangetoond dat de milieueffecten die het plan genereert niet van die aard zijn dat zij als aanzienlijk beschouwd moeten worden.

Enkele adviesinstanties hebben ook opmerkingen over het plan zelf. Opmerkingen die geen betrekking hebben op de beschrijving en beoordeling van de milieueffecten, maar die een suggestie inhouden om het plan te verbeteren hebben echter geen impact op de beoordeling van de aanzienlijkheid van de milieueffecten van het plan. De initiatiefnemer beschikt in het kader van de plan-m.e.r.-screening over de vrije keuze om al dan niet in te gaan op deze opmerkingen.

Rekening houdend met het bovenvermelde kunnen wij concluderen dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke negatieve milieugevolgen en dat de opmaak van een plan-MER niet nodig is.

De dienst Milieueffectrapportagebeheer zorgt ervoor dat de screeningsnota en deze beslissing voor het publiek raadpleegbaar zijn.

U dient de screeningsnota samen met deze beslissing te voegen bij het (voor)ontwerp van RUP. Wij vragen dit te doen voorafgaand aan de organisatie van de plenaire vergadering en uiterlijk voor de voorlopige vaststelling van het plan.

U moet via de website van de provincie melden dat de screeningsnota en de beslissing geraadpleegd kunnen worden op de website van de dienst Mer (www.mervlaanderen.be) en op het gemeentehuis van de betrokken gemeente(n). De dienst Mer zal aan de betrokken gemeenten vragen om hetzelfde te melden via aanplakking op de aanplakplaatsen van de gemeenten, via de website van de gemeenten en via publicatie in het gemeentelijk infoblad.

Deze beslissing van de dienst Mer doet enkel een uitspraak over de noodzaak tot opmaak van een plan-MER. Met de huidige beslissing wordt op geen enkele wijze afbreuk gedaan aan de beoordelingsruimte die het departement LNE heeft in het kader van de planprocedure, waarbij zij optreedt als adviserende instantie op het voorontwerp.

Met vriendelijke groet,

Liesbeth Lelieur Diensthoofd dienst Mer

Kopie aan : Grontmij Belgium NV, Meerstraat 138A te 9000 Gent.