zoals besproken in de synthese van visies en plannen.

In het zuiden wordt het deelgebied be- grensd door het verlengde van de N171.

In het noorden reikt het deelgebied tot aan het fort 6 en vindt daarmee aan- sluiting aan de krijgsbaan als potentieel groen lint tussen de Brialmontforten.

Met het oog op het zoveel mogelijk on- derbrengen van volledige beekvalleien in een deelgebied, wordt het deel van de Edegemsebeek tussen de A12 en de spoorweg hier opgenomen. Op die ma- nier kan een coherente aanpak van de beekvallei een drager vormen voor dit deelgebied.

Tussen fort 6 en de Edegemsebeek, ligt het recreatieveld uit het kaderplan openruimtevinger.

In de synthese van visies en plannen stel- len we vast dat er heel veel ambities is voor dit deelgebied. Dit resulteert echter niet in een duidelijke coherente en com- municeerbare visie. 8

DEELGEBIED 10 OPEN RUIMTE TUSSEN N171 EN I BABBELSEBEEK

Het deelgebied bestaat uit een relatief groot en samenhangend gebied voor land- en tuinbouw tussen de kernen van , en Duffel. Het grootste deel van deze zone werd aangeduid als herbestemd agrarisch gebied.

In noordelijke richting stellen we voor dit deelgebied uit te breiden om de vallei van de Babbelsebeek volledig mee op te nemen. Door deze mee op te nemen in het deelgebied zal de beekvallei aan belang winnen binnen de open ruimte structuur en krijgt ze meer aandacht naar beheer.

We stellen voor de oostelijke grens van het deelgebied te verkleinen ten voordele van het deelgebied 12 dat dit stukje open ruimte erbij krijgt om zo 3 kleinere beek- valleën te groeperen en hiervoor een co- herente aanpak uit te bouwen.

DEELGEBIED 11 VALLEI VAN DE EDEGEMSEBEEK

We stellen voor dit deelgebied te laten vallen en onder te brengen in de deel- gebeiden 8 en 9. Op die manier kan de beekvallei centraler worden geplaatst in de open ruimte visie van de deelge- bieden. Ze wordt meer als drager van de open ruimte naar voren geschoven.

DEELGEBIED 12 MORETUS LACHENEBEEK BOSHOEK N Daar waar deelgebieden 9 en 13 vooral land- en tuinbouw bevatten, geeft de syn-

detailkaart deelgebied 8 . openruimtevinger Schelle I

24 these van visies en plannen voor deelge- De aanzet tot synthesevisie beschrijft : ȥȥ als basis voor de open ruimte is een bied 12, meer gevarieerde open ruimte ȥȥ bossen als structuurbepalende bos- land- & tuinbouwgebied met concentratie ambities weer. complexen; aan glastuinbouw; ȥȥ habitatrichtlijnengebied, beschermde DEELGEBIED 13 ȥȥ vallei van de Diepenbeek; We stellen voor om het deelgebied 12 uit landschappen of ankerplaatsen; MOLENBEEK BOECHOUT ȥȥ aanwezigheid van een fijnmazige wa- te breiden naar het zuidwesten om zo ȥȥ ecologische en landschappelijks waar- VREMDE DIEPENBEEK terstructuur; een groter samenhangend geheel af te de in mozaiekpatroon verweven met de ȥȥ twee forten met interessante natuur- bakenen. Op die manier worden 3 kleine landbouw. We stellen voor het deelgebied uit te brei- waarde als verbindingselementen met het valleigebieden als geheel in het deelge- den naar het noordoosten om zo een stedelijk weefsel; bied opgenomen. Deze elementen, in combinatie met de 3 groter samenhangend geheel af te ba- kleine valleïen met natuurwaarde, leggen kenen. Het is aangewezen het fort 4 te betrek- De basis van dit openruimte geheel is voor dit samenhangend deelgebied een ken bij dit deelgebied aangezien het als landbouw maar hierin zijn heel wat fra- interssant potentiëel bloot in het kader Belangrijkste kenmerken van dit deelgebied belangrijke onthaalpoort wordt naar vo- gementen terug te vinden met een be- van de ontwikkeling van een landschaps- zijn: ren geschoven. langrijke natuur- en landschapswaar- park zuidrand Antwerpen. ȥȥ aaneengesloten open ruimte maar met de. een grote verscheidenheid; Binnen het deelgebied 13 kunnen klei-

12 N

detailkaart deelgebied 12 . Moretus boechout lachenebeek boshoek 26 nere gebieden worden afgebakend. De Naast het landinrichtingsplan Schelde aangereikte plannen en studies reiken op gewestelijk niveau, zijn op pro- echter te weinig elementen aan om hier- vinciaal niveau, de gebiedsgerichte stra- voor een concrete opdeling in kleinere tegische projecten meer gericht op beleid deelgebieden voor te stellen. en communicatie. Ze geven zelf geen of zeer beperkt een ruimtelijke visie mee.

2. In de gebiedsgerichte strategische pro- jecten worden deelgebieden afgebakend. EVALUATIE Opnieuw is dit getoetst aan de deelgebie- DEELGEBIEDEN >< AANPAK den (kaart 3) die voortvloeien uit de syn- these van visies en plannen. In dit tweede luik van de evaluatie worden de aangereikte studies en plannen gecon- Binnen het gebiedsgericht strategisch 14 fronteerd met de geëvalueerde deelge- project Rupel wordt een onderscheid bieden uit kaart 3. Op die manier wordt gemaakt tussen het ontginningsgebied geverifieerd of de studies en plannen met en de openruimtevinger Schelle. Het een operationele insteek, daadwerkelijk ontginningsgebied valt helemaal binnen handelen over logisch afgebakende deel- het deelgebied 3. De openruimtevinger gebieden. Schelle komt grotendeels overeen met het deelgebied 8. Op gewestelijk niveau is het Landinrichtingsplan Schelde Rupel, Het gebiedsgericht strategisch pro- gericht op realisatie en beheer. Het land- ject beleefbare openruimte zuidrand inrichtingsplan bakent een aantal deel- Antwerpen, bakent een 5-tal deelge- zones af. Deze worden besproken in de bieden af. Ze doen dit op basis van de fiche over het landinrichtingsplan in bij- beekvalleiën. De deelgebieden komen op lage en geïllustreerd op het kaartje hier- veel punten overeen met deelgebieden45 naast. De deelzones 8.klein steylen en zoals hierboven beschreven. Hoewel de 9.ontginningslandschap vallen binnen het beekvalleiën een belangrijk criterium zijn,3.2 HET LANDINRICHTINGSPROJECT ‘RUPELSTREEK’ uitgebreide deelgebied 3 zoals hiervoor worden voor de afbakening van de voor3.2.1- situering deelgebieden en mogelijke inrichtingsmaatregelen N omschreven. Deelzone 7.rumst-reet valt gestelde deelgebieden (kaart 3), meer cri- grotendeels in deelgebied 10. teria m.b.t. de open ruimte visie in reke- De deelzones 2.Rond Sint-Bernardusabdij ning gebracht. en 3. Vallei Bovenvliet, vallen in de ver- detailkaart deelgebied 14 . electrabelsite ruimde deelzone 8 zoals hierboven be- We menen te mogen stellen dat de deel- schreven. gebieden zoals voorgesteld in onderhavi- ge studie (kaart 3), een verfijning zijn t.o.v. Het landinrichtingsplan toont echter aan de deelgebieden uit het gebiedsgericht dat voor de deelzones 4.Electrabelsite en strategisch project beleefbare openruim- 5.Polder, best een extra deelgebied wordt te zuidrand Antwerpen. gecreëerd :

DEELGEBIED 14 ELECTRABELSITE

Dit deelgebied omvat de voormalige Electrabelsite. Voor deze site ligt de weg open voor een nieuwe duurzame ruim- telijke invulling. Het landinrichtingsplan schrijft hierover :

De klemtoon voor de invulling kan liggen op vernieuwende industrieën, gericht op energie en water en deelzones landinrichtingsplan schelde rupel openruimte thema’s als erfgoed, landschap, natuur en wonen. Land- Deelgebieden open ruimte Zuidrand inrichting kan dit innovatief ontwikke- lingsproject mee stimuleren en opvolgen. Ontwerp van planprogramma landinrichting ‘Schelde en Rupel’ In de hierop aansluitende polder van Maaienhoek, Schelle en Niel, is het be- 1 houd en het versterken van de open ruimte een belangrijke doelstelling. 2 Gezien het specifieke potentieel van deze gebieden voor de open ruimte zuidrand 3 Antwerpen, is het aangewezen deze on- 5B 5A der de aandacht te brengen door ze in een eigen deelgebied onder te brengen.

4

deelgebieden gebiedsgericht strategisch project open ruimte 6 - 11/5/2014

27

OPENRUIMTE ZUIDRAND3 ANTWERPEN

AANBEVELINGEN

B

E

.

8

5 9

5 0

0

0

5 8

6

0

9

5

2 4

9

2

.

2

3

i

n

+

f

.

o

l

@

e

s p

s

t

u a

r

r

c B

h

0

i

t

8

e

0

c

1

t

e

.

n

5

.

b 1

e t

a . a w r t w s w d r . p a t a a p rc t h r i a te w c . z te a n. vb be b . PTArchitecten Onderstaande figuur geeft een overzicht van de verschillende basisprincipes voor de verschillende deelruimten weer gebundeld op 1 kaart. In de volgende paragrafen worden deze basisprincipes voor de deelruimten uiteengezet. Als conclusie van deze studieopdracht ruimte schaarser is tussen de A12 en de potentiëel. 4. worden 10 aanbevelingen geformuleerd. E19, dit gebied intenser bestudeerd werd. SYNTHESE VISIE GEBASEERD OP Deze aanbevelingen hebben betrekking Dit is allicht te verklaren door de druk die Het is belangrijk dat deze visie specifiek is SYNERGIEËN EN MET EEN DUIDE- Figuur 62: overzicht basisprincipes fortengordels op zowel inhoudelijke aspecten als het te in deze zone op de open ruimte heerst. voor het deelgebied maar kadert in de visie LIJKE IDENTITEIT/MERK voeren proces. Gemeenschappelijke doel- voor de open ruimte zuidrand Antwerpen. stelling is het komen tot een sterke open Het is belangrijk een coherente visie uit Een specifieke visie over de open ruimte In deze beperkte opdracht zijn we ver- ruimte Zuidrand Antwerpen. te zetten voor de open ruimte zuidrand formuleert ruimtelijke plaatsgebonden trokken van een analyse van 33 bestaan- Antwerpen. Indien deze overkoepelende uitspraken en is voldoende concreet in de studies en plannen om te komen tot visie gestoeld wordt op de intrinsieke duidelijk communiceerbaar. een synthese van visies en plannen voor 1. kwaliteiten en potenties van de verschil- INTENSITEIT ONDERZOEK/VISIE de open ruimte zuidrand Antwerpen. lende deelzones, is het essentieel dat de Bij deze oefeningen vallen 2 zaken op die verschillende deelzones een even sterke 3. de ontwikkeling van een sterke openruim- Een eerste conclusies van deze synthese- visie naar buiten brengen. oefening is het onevenwicht in studies DUIDELIJKE AMBITIES VOOR te visie bemoeilijken : DEELGEBIED 9 ȥȥ de verschillende sectoren of ruimtege- binnen het volledige studiegebied. Dit on- Een eerste aanbeveling is dan ook om dit OPENRUIMTEVINGER bruikers staan nog vaak tegenover elkaar; evenwicht in studiewerk wordt vertaald in evenwicht in intensiteit van visie op een onevenwicht in duidelijke en commu- I KONTICH ȥȥ de openruimte zuidrand Antwerpen de hogere bestuursniveau’s te her- heeft geen duidelijke identiteit en mist niceerbare visie. stellen. Dit vormt een belangrijke basis In tegenstelling tot het deelgebied 13, is een sprekende merknaam; voor het formuleren van een onderbouw- er voor het deelgebied 9 - de openruim- Op onderstaande kaart werden alle aan- de en coherente visie voor de volledige tevinger Aartselaar - Kontich - al veel stu- De synthese van visies en plannen toont gereikte studies gecategoriseerd onder open ruimte zuidrand Antwerpen. visie, boven op elkaar gelegd. Hierbij diewerk verricht. In de synthese van visies aan dat voor de openruimte zuidrand wordt enkel gekeken naar de 3 hoogste en plannen stellen we vast dat er heel veel Antwerpen er een potentieel is om een bestuursniveaus. Concreet wil dit zeggen 2. ambities zijn voor dit deelgebied, maar landschappelijk geheel te ontwikke- len. De belangrijkste uitdaging hierbij dat de gemeentelijke ruimtelijke uitvoe- MAGERE VISIE OOSTELIJK DEEL evenveel onduidelijkheden. We denken ligt allicht in het samenbrengen van de 3 ringsplannen hierbij niet in beschouwing DEELGEBIED 13 hierbij aan : worden genomen. Deze kunnen immers ȥȥ het herbevestigde agrarisch gebied in voornaamste openruimtegebruikers, met name landbouw, natuur en receatie. nooit een visie uitzetten voor een ruimer Aansluitend op de eerste aanbeveling kan relatie tot de ambitie een samenhangend Een synthese visie is maar bruikbaar als gebied en zijn in principe voor het volle- concreet gesteld worden dat het belang- bosgeheel te realiseren; ze gedragen wordt door deze 3 sectoren. dige studiegebied voor handen. rijk is om een inhaalbeweging in te zetten ȥȥ het al dan niet doortrekken van de N171 Hierbij moet gezocht worden naar syner- voor deelgebied 13. Dit betekent op korte als verbinding tussen de A12 en de E19; gieën in het spanningsveld tussen de 3. De overlayering visualiseert dat : teremijn de ruimtelijke visie op de ȥȥ de toekomst van de glastuinbouw in ȥȥ de aangereikte visies in hoofdzaak de open ruimte scherp te stellen. deze zone; zone tussen de A12 en de E19 behande- ȥȥ de rol van fort 6 in het toeristisch-recre- Een tweede belangrijk element in de syn- these visie is de zoektocht naar identiteit len; Concreet houdt dit in : atief potentiëel van dit deelgebied; en uitstraling. Deze identiteit wordt een ȥȥ de oostelijke helft van het studiege- ȥȥ meer ambities formuleren en op zoek merk voor de streek. bied openruimte Zuidrand Antwerpen gaan naar een coherente visie als basis De derde aanbeveling is dan ook om de

veel minder bestudeerd is als het weste- voor toekomstige ontwikkelingen; ambities voor deelgebied 9 op korte - ter We willen hierbij opmerken dat een iden- lijke deel. ȥȥ een toekomstvisie ontwikkelen voor mijn scherp te stellen. titeit niet iets is wat moet worden uitge- de glastuinbouw als belangrijke sector; vonden maar wordt ophangen aan de Dit resulteert in een magere visie voor het ȥȥ nadenken over de glastuinbouw en de intrinsieke eigenschappen van de open oostelijke deel. potentie van een land- & tuinbouw land- ruimte zuidrand Antwerpen. Hierbij kan Het is opvallend dat hoewel de open 44.1 schap voor het recreatief toeristisch deelruimte 2: oostelijk deel R11 dan actie worden ondernomen om meer- 41.2 (kaart 4) dere intrinsieke eigenschappen te ver- 41.1 Antwerpen Deurne 41.4 sterken waardoor de identiteit sterker Borgerhout naar voren wordt geschoven. Twee eigen- 37.1 41.3 32.1 schappen die specifiek zijn voor de open- E313 E34 N116 B ruimte in deze streek zijn :

Deurne-zuid ȥȥ de forten & kasteeldomeinen 36.1 deelruimte 3: 32.2 41.5 ȥȥ water Berchem oostelijk deel 37.2 B 41.1 34.1 (kaart 5) 34.1 38.2 deelruimte 4: Berchem Een naam als ZuidRAND Antwerpen noordelijk deel 40.1 A12 35.1 15 (kaart 7) verwijst naar de relatie van de streek Streefbeeld open ruimte N1 Open ruimtevinger^ morgen^ E19 32.4 41.9 36.2 32.3 tot iets anders, nl de stad. De term Legenda Stadsdeelkern 44.1 Broechem 5.2 Visie en ontwikkelingsconcept Bestaande stadsstructuur: frontvorming langs open 37.4 gebied en karakteristieke stedelijke routes rand klinkt eerder pejoratief. De titel Groengebieden N73 41.6 Vremde N116 Forten: opwaarderen binnen autonome kwaliteit R11 M Stadsparken: opname in publiek netwerk verbeteren ‘Zuidrand Antwerpen’ vertelt niets over Uit de analyse van de bestaande structuur van de open ruimtevingerBegraafplaatsen: verbindingen maken met omliggend 36.3 wandelnetwerk R11 36.4 Stadslandgoederen: privaat domein, buitengebied blijkt dat de bestaande toestand eerder een gefragmenteerd geheelwaar mogelijk is openstellen door voor publiek Wilrijk de streek zelf. Waarom geen naam als Stadslandgoederen met een (semi)publieke functie: verschillende landschapskamers dan één samenhangend open ruimtege-toegankelijkheid verbeteren of waarborgen 38.1 42.1 Leegstaande stadslandgoederen: kansrijke locaties Mortsel 40.2 als kwartiermaker voor upgrading landschap 36.5 Belangrijke route voor verbinden en ontsluiten van Landschapspark fortengordels of bied. groengebieden

Rondgang rond de forten aanhelen: parklaan 36.8 41.13 36.7 36.6 Boechout Paden in parken en groengebieden en lokale 37.5 woonstraten: aansluiting op wandelnetwerk Legende Land van 10Emblem valleiën? M.b.t. de toekomstige uitbouw van dit gebied kunnen uit de doelstellin-verbeteren Landschapslobben 41.12 Versteviging van de randen van het landschap met 41.7 32.5 gen volgende krachtlijnen gebundeld worden: bosaanplant: tegendruk bieden aan de stad N171 41.11 41.10 Boechouthoofdfietsas Groene articulatie van de randen van het landschap B PAGINA – 134 STADSRANDBOS ANTWERPEN - OPERATIONEEL INRICHTINGSPLAN – ACTIEPLAN Hove Publiek toegankelijke kasteellanen Hove 35.2 verbindingsas à de open ruimtevinger bestaat uit ruimtelijk en landschappelijkLandweg met recreatief-verbindende functie KAART 24 : VOORSTEL RUP “STADSRANDBOS ANTWERPEN” Wandelpaden: schakels toevoegen ten behoeve van verbonden landschapskamers met onderling verschillen in eenfunctie, verbindend netwerk Edegem haalbaarheid realisatie verbindingsas Nieuw fi etspad langs Grote en Kleine Struijsbeek 35.2 te onderzoeken Fietsbruggen: over grote infrastructuur en over de 33.1 identiteit en beleving. beek Hemiksem 44.2 Afbakening van het beekdal als natuur- en recreatief 38.4 34.2 5. systeem 32.6 N10

Bestaande bossages in het beekdal B 41.14 à de verweving van de functies natuur, recreatie en landbouwLagere gebieden in in het beekdal: de mogelijke overloop en/of retentiegebieden 34.3 WATER

Halfnatuurlijke graslanden B open ruimtevinger dienen garant te staan voor het vrijwaren van 37.7 Lier 40.3 37.6 37.3 35.2 dit gebied van verdere verstedelijking. 35.2 Kontich 41.8 Aartselaar Kontich 32.7 34.4 Een element dat in de synthese visie ster- à de open ruimtevinger heeft in hoofdzaak een grootstedelijke func- 39.1 0 100 250 500 1000m 34.5 tie. De open ruimtevinger, met haar verschillende functies, staat 35.3 ker kan ontwikkeld worden is water. Het 03 Structuur maken 41 B 03 Structuur maken schaal 1:17.500 N 42 32.8 ten dienste van het grootstedelijk gebied Antwerpen Schelle 33.2 41.15 N171 Lint 35.2 is opvallend dat in de aangereikte docu- B Lint Vanuit deze krachtlijnen wordt voor de toekomstige uitbouw van de A12 N1 34.6 menten relatief weinig aandacht wordt N171 open ruimtevinger een concept van ‘open ruimtepiramide’ voorgesteld. B 44.1 gewenste ruimtelijke structuur 39.2 deelruimte 3: 44.1 besteed aan het aspect water, hoewel De open ruimtevinger wordt zowel morfologisch als functioneel met de provincie Antwerpen - kaderplan kleinstedelijk gebied en ontginningslandschap Boom-Rumst - kaart 21 0 westelijk 200 400 m deel vorm van een ‘piramide’ vergeleken. Vanuit de bestaande ruimtelijke Niel 34.7 N1 38.3 er enerzijds belangrijke waterlopen zijn - structuur zijn er duidelijke ‘lagen’ waar te nemen die kunnen versterkt 32.10 (kaart 6) 43.1 Situering deelruimte - en en gebied anderzijds het vol- worden, of kunnen er lagen worden aangeduid die vanuit een specifiek 42.2 Schelde & Rupel ontwikkelingsperspectief kunnen worden uitgebouwd. In elke laag ko- Reet Waarloos ledige gebied wordt gekenmerkt door een Waarloos 32.9 men de drie hoofdelementen (natuur, landbouw en recreatie) verweven E19 Duffel Situering deelruimte en gebied fijnmazig netwerk van kleinere wa- en in wisselende verhoudingen voor. 44.1 B Duffel terlopen en beken. Dit fijnmazig netwerk Finaal wordt met dit concept van open ruimtepiramide een solide en A samenhangende structuur (= piramide) voorgesteld, bestaande uit onder- Boom loopt door tot in de dorpskernen waar- ling verschillende doch met elkaar verbonden ‘lagen’. Aan elke laag kan door het een potentieel heeft als belang- derhalve een specifiek ontwikkelingsperspectief worden gekoppeld en L A rijke drager voor de ruimtelijke structuur. waarvoor concrete landschappelijke en ruimtelijk inrichtingsprincipes A12 Rumst kunnen worden opgesteld. In het concept van open ruimtepiramide is een abstractie gemaakt van L deelruimte 4: zuidelijk deel 38.5 In relatie totM het aspect water wordt NOORD aanwezige harde stedelijke functies die reeds aanwezig zijn in de open (kaart 8) ruimtevinger. Er wordt immers uitgegaan van het open ruimtegebied.verbreden en v er diepen van het mobiliteitsplan RupelstrFiguureek en25: Aar Ontwikkelingsconcepttselaar - beleidsplan | FIETSROUTENETWERK open ruimtevinger 1 Kaart 5: Gewenste ruimtelijke structuur ‘Open ruimtepiramide’ Bron: mobiliteitsplan Rupelstreek en Aartselaar | juni 2010 | 6176_krt_051E.cdr | AL + RD | Geen schaalLegende bron: OMGEVING OMGEVING - juli 2013 - 11024_SRP_PL_022_kaartenbundelE19 Kanaal figuur : overlapping van visiedocumenten Deelruimte 3 M @ Grontmij BelgromaN1 gemeentegrens Land van Kontich en Ranst - Oostelijk 30 36 golfterrein deel verstedelijkt gebied Kaart 6: Gewenste ruimtelijke structuur Legende waterplas spoorweg B bedrijventerrein Deelruimte 3 gemeentegrens Land van Kontich en Ranst - Westelijk luchthaven Deurne golfterrein ^ nederzetting deel verstedelijkt gebied M militair domein kasteeldomein autosnelweg B bedrijventerrein kasteeldomein weg nederzetting 0 1 2 kilometer spoorweg autosnelweg N Ruimtelijke visie op landbouw, natuur en bos Gewenste ruimtelijke structuur weg Antwerpse Gordel en Klein-Brabant september 2008 0 1 2 kilometer N Ruimtelijke visie op landbouw, natuur en bos Gewenste ruimtelijke structuur Antwerpse Gordel en Klein-Brabant september 2008

146 in de aangereikte documenten wel de liggen vandaag in verschillende bestem- door de landbouwsector. De landbouw- worden geïnitieerd. uitgesproken natuurwaarde in de val- mingszones van het Gewestplan. Dit sector komt best aan tafel zitten met een leien van de grote stromen onderstreept. gaat van Natuurgebieden met weten- duidelijke agenda/ambities en min- Een concreet voorbeeld daarvan is het Het Sigmaplan en de signaalgebieden schappelijke waarde of natuurreserva- der uit de verdediging. Door een positief proces dat lopende is met betrekking tot Bekkenbeheerplan onderstrepen daar- ten over Gebieden voor dagrecreatie tot verhaal te brengen i.p.v. een defensieve de verlenging van de N171. De verlen- naast de watergevoeligheid van het stu- Gebieden voor gemeenschapsvoorzienin- positie aan te nemen kan veel beter- ge ging van de N171 zal een ruimtelijk functi- diegebied. gen en openbare nutsvoorzieningen. De zocht worden naar synergieën tussen de oneel samenhangend gebied doorsnijden meeste forten zijn echter bestemd als verschillende sectoren. Belangrijk hierbij en zo het potentieel aan aanééngesloten Parkgebieden. is om te kunnen vertrekken van een for- openruimte verkleinen. Voor de verlen- mele bundeling van de noden van de ging van de N171 worden momenteel al- Dit in combinatie met de bescherming van landbouwsector. ternatieve onderzocht. Het is belangrijk de meeste forten als monument, maakt dat bij de vergelijking van deze alternatie- dat de ontwikkelingsmogelijkheden van Tegenover deze duidelijkheid door de ve de visie op de open ruimte in het afwe- de forten zeer beperkt is. Het is jammer landbouwsector staat ook duidelijkheid gingskader wordt opgenomen. dat een bestemming park- of natuurge- voor de landbouwsector, bvb met be- bied, die zeker relevant is voor de open trekking tot toekomst van de landbouw, De verlenging van de N171 wordt hier als ruimte rondom het gebouw, eveneens de mogelijkheden schaalvergroting, natuur- concreet voorbeeld naar voren gescho- bebouwing beperkt in zijn exploitatiemo- maatregelen, vergoedingen voor beheer, ven, maar er zijn in het gebied tal van spe- KOUDE BEEKVALLEI gelijkheden. alternatieve inkomsten, ... . cifieke projecten waarvan de impact op bron : http://www.gazetvanhove.be de open ruimte moet onderzocht worden Analoog aan de forten vinden we in de Indien er meer duidelijkheid is, schept en een afstemming zich opdringt. De synthese van visies en plannen toont open ruimte zuidrand Antwerpen even- dit ook een transparanter kader om de aan dat de aanwezige waterstructuur eens een heel aantal kasteeldomeinen. mogelijkheden van een verbrede land- Aan ander voorbeeld is de ontwikkeling belangrijk is. We bevelen aan om bij de De bestemming van de bebouwing is ook bouw te onderzoeken. van het openbaar vervoer aanbod in opmaak van een synthese visie het as- hier gekoppeld aan de bestemming van de zuidrand Antwerpen. Om de aantrek- pect water naar voren te schuiven. Er kan de open ruimte van het kasteeldomein. kelijkheid en recreatieve functie van de verder onderzocht worden of het blauw 8. De meeste kasteeldomeinen zijn logi- POTENTIEEL RESERVATIESTROOK open ruimte zuidrand Antwepen te ver- netwerk een gemeenschappelijke scherwijze in het gwestplan opgenomen sterken, is het aangewezen in te zetten op drager kan zijn voor landbouw, natuur als parkgebieden. een goede bereikbaarheid met alternatie- Het Gewestplan voorziet in een en recreatie. ve vervoersmodi. Reservatiedienstbaarheidsgebied dat een Met het oog op een duurzame toekomst oost-west verbinding vormt doorheen de voor deze forten en kastelen bevelen we 6. open ruimte zuidrand Antwerpen. Het be- aan om te werken aan het FORTENGORDELS verruimen treft een reservatiestrook voor de aanleg KASTEELDOMEINEN van de ontwikkelings- en exploitatie- van een grote ring rond Antwerpen, maar mogelijkheden van de bestaande be- de plannen hiervoor zijn inmiddels al lang . De fortengordels zijn zeer eigen voor de bouwing opgeborgen. Door zijn bestemming als re- zuidrand Antwerpen en kunnen in de syn- servatiediensbaarheidsgebied is de strook Door de ontwikkelings- en exploitatiemo- these visie een belangrijke rol spelen. Hun vandaag een groene verbinding die gelijkheden van de foten en kastelen te aanwezigheid is iets unieks hetgeen een van beekvallei naar beekvallei loopt. belangrijke kans biedt om hier de identi- verruimen kan hun rol binnen het toeris- tisch recreatief netwerk worden verstekt. teit of het merk van de open ruimte zui- Tijdens één van de workshops werd het Dit kan door de opmaak van een drand Antwerpen aan op te hangen. ruimte- idee geopperd om deze reservatiestrook lijk uitvoeringsplan (RUP) waarin de aan te wenden als groene verbinding bestemmingsmogelijkheden van de Vandaag zijn de fortengordels onvol- tussen de beekvalleien en er een functi- doende zichtbaar en hun samenhang niet bebouwing worden losgekoppeld van oneel-recreatieve fiets- en voetgan- de bestemmingsmogelijkheden van duidelijk. Het potentieel van de forten als gersverbinding te voorzien. onthaalpoorten of ondersteuners van het de grond. Op die manier wordt het behoud van de recreatief netwerk wordt evenmin volle- Het is zeker aan te bevelen om op een open ruimte als natuur- of parkgebied dig benut. De meeste zijn zelfs ontoegan- hoger bestuursniveau enerzijds het ruim- verzekerd. kelijk voor publiek. telijk en anderzijds het planologisch po- tentieel van deze reservatiestrook te on- Een voorbeeld van een dergelijk RUP is het derzoeken. RUP open ruimte met geïntegreerde bebouwing van de stad Leuven. Hierin worden de ontwikkelingsmogelijkheden 9. voor een aantal monumenten in open- PROACTIEF AANKOOPBEHEER ruimte gebieden rond Leuven verruimd met het oog op de uitbouw van de open Op basis van een synthese visie kan voor ruimte als toeristisch recreatief netwerk. de overheid een proactief aankoopbe- Meer informatie over dit RUP vindt u op heer worden uitgestippeld. Vandaag zijn http://www.leuven.be/leven/wonen/ grote delen in handen van ontwikkelaars. Bouwen-wonen/pa-rup/overzicht-leuven/ De speculatie op de gronden is enorm. heverlee.jsp#paragraph14. Hierdoor neemt de druk op de open ruim- te toe. Indien er een voldoende duidelijk en strikt Het kan interessant zijn om voor strategi- juridisch kader is, kan de ontwikkeling ook sche gebieden of percelen waardoor een aan privé initiatieven worden overgela- missing link kan worden gerealiseerd, een ten. Op die manier worden investeringen voorkooprecht in te stellen. naar de regio getrokken en het toeristisch recreatief potentiëel versterkt.

FORT 5 . EDEGEM 10. FORT 6 . WILRIJK 7. NOOD AAN AFSTEMMING TUSSEN bron : http://www.fortenvanbelgie.be WEDERZIJDSE DUIDELIJKHEID VISIE OP OPEN RUIMTE EN SPE- LANDBOUWSECTOR CIFIEKE PROJECTEN UIT ANDERE Voor de forten zelf kunnen de bestem- DOMEINEN mingsmogelijkheden worden openge- Een zevende aanbeveling handelt over trokken waardoor ze een interessantere Er is nood aan specfieke aandacht voor de wijze waarop aan een synthese visie rol kunnen gaan spelen in het recreatief de afstemming tussen de visie op de open kan gewerkt worden. Een belangrijk aan- netwerk zuidrand Antwerpen. De forten ruimte zuidrand Antwerpen en projecten dachtspunt hierbij is duidelijkheid voor en die vaak uit een andere beleidsdomein

31

OPENRUIMTE ZUIDRAND4 ANTWERPEN

CONCLUSIE

B

E

.

8

5 9

5 0

0

0

5 8

6

0

9

5

2 4

9

2

.

2

3

i

n

+

f

.

o

l

@

e

s p

s

t

u a

r

r

c B

h

0

i

t

8

e

0

c

1

t

e

.

n

5

.

b 1

e t

a . a w r t w s w d r . p a t a a p rc t h r i a te w c . z te a n. vb be b . PTArchitecten 34 Uit de studie blijkt dat het gebied veeleer dan een (zuid-)rand, geprofileerd kan worden Het constant afstemmen van de visies en plannen is noodzakelijk om op lange termijn als een centraal Landschapspark. Een divers landschap met als belangrijkste open- een coherente openruimte Zuidrand Antwerpen te verzekeren. ruimtegebruikers natuur, landbouw en recreatie. De ruimtevraag en de ambities van- uit de verschillende sectoren zijn groot. Een verdere zoektocht naar synergiën tus- In een volgende fase is een ruimtelijke vertaling nodig zodat zowel visie als acties con- sen recreatie, landbouw en natuur is dan ook essentieel, om de openruimte Zuidrand creet en operationeel kunnen worden gemaakt. Om de verdere werking te structureren Antwerpen als een landschapspark op de kaart te zetten. doet de studie in titel 3 een voorstel van opdeling in deelgebieden : ȥȥ Schelde Rupel Om de aantrekkelijkheid van het landschapspark te benadrukken kan worden ingezet ȥȥ Rupelstreek ontginning I molenbeekvallei I kleine Steylen op de bijzondere kenmerken van deze open ruimte. Een divers landschap tussen ȥȥ openruimtevinger Schelle I Hemiksem twee fortengordels en met wel 10 beekvalleien. Een landschap dat aan 3 kanten ȥȥ openruimtevinger Aartselaar I Kontich uitgesproken randen heeft. In het noorden de stad Antwerpen, in het zuiden de Rupel ȥȥ Open ruimte tussen n171 en duffel I Babbelsebeek en in het westen de Schelde. ȥȥ vallei van de Edegemsebeek ȥȥ Moretus Boechout lachenebeek boshoek Door de (soms onderkende) troeven van deze open ruimte uit te spelen, kan het land- ȥȥ Molenbeek Boechout Vremde diepenbeek schapspark mensen van de Rupelstreek, de randgemeenten en Antwerpen verbinden. ȥȥ Electrabelsite

Het potentieel dat naar boven komt in deze synthese van visies en plannen vormt een Samen vormen deze deelgebieden de openruimte zuidrand Antwerpen. Om de cohe- aftoetsingskader op de verschillende schaalniveaus. Dit is belangrijk voor een cohe- rentie te bewaren is het essentieel dat de werking van de deelgebieden op elkaar wordt rente aanpak over de bestuursniveaus en sectoren heen. Een eerste stap hierbij is de afgestemd. Op sommige plaatsen o.a. waar de beekvalleien doorlopen over verschil- aftoetsing van de lopende projecten. lende deelgebieden, is deze afstemming extra in de verf gezet door de relatie tussen de deelgebieden aan te duiden als belangrijk. Zoals aangegeven in de aanbevelingen dient de visie versterkt te worden voor het oostelijk deel van het studiegebied. Allicht niet ontoevallig, is de begrenzing van het Voor verschillende van de deelgebieden is een bestaande werking. In de verdere wer- landschap hier minder sterk aanwezig. kingen kan best op korte termijn de haalbaarheid van de aanbevelingen uit titel 4 getoetst worden : Voor een verder concretisering van het landschapspark dringt een stabiele en duurzame ȥȥ Streven naar een evenwichtige intensiteit in onderzoek & visie organisatie van een evenwaardige samenwerking tussen de 3 beleidsniveaus zich op. ȥȥ De relatief magere visie voor het oostelijk deel van deelgebied 13 versterken De regionale werking gebeurt vandaag hoofdzakelijk projectmatig met de strategi- ȥȥ Formuleren van duidelijke ambities voor deelgebied 9 Openruimtevinger Aartselaar sche projecten. Projecten hebben echter een start- en einddatum. Als we zien hoeveel I Kontich tijd en moeite er wordt geïnvesteerd om een gezamenlijk draagvlak te creëren voor de ȥȥ Formuleren van een synthese visie gebaseerd op synergieën en met een duidelijke toekomst van de openruimte zuidrand Antwerpen, is het belangrijk dat dit ook aan een identiteit/merk reguliere regio-werking gekoppeld is. ȥȥ Rol van het aanwezige water versterken Een reguliere werking kan functioneren als kader met een duidelijke communiceer- ȥȥ Ontwikkelingsmogelijkheden van de fortengordels en kasteeldomeinen verruimen bare visie (klare wijn schenken). ȥȥ Streven naar wederzijdse duidelijkheid voor en door de landbouwsector ȥȥ Het potentieel van de reservatiestrook onderzoeken Binnen deze reguliere werking zou het interessant zijn om te voorzien dat de synthese ȥȥ Een proactief aankoopbeheer uitwerken van visies en plannen een dynamische kaart wordt. De visies op de verschillende be- ȥȥ Werk maken van een afstemming tussen de visie op open ruimte en specifieke pro- stuursniveaus evolueren immers. Door deze op een continue basis samen te brengen jecten uit andere domeinen. kunnen ze ook beter op elkaar worden afgestemd. Kijken we op gemeentelijk vlak dan zullen verschillende gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen (GRS) in de loop van de Tenslotte willen we nogmaals oproepen het landschapspark te profileren uitgaan- komende jaren worden herzien, waarbij andere accenten gelegd kunnen worden. de van zijn unieke troeven en eigen sterktes. Op die manier kan wat gekend is als de rand van Antwerpen en doorsneden wordt door de A12 en de E19, een eigen iden- De reguliere werking enerzijds en een dynamische kaart anderzijds kan het afstemmen titeit naar voren schuiven. Deze kan uitgaan van de fortengordels en kasteelparken, de van de visies optimaliseren. Deze afstemming is belangrijk tussen : beekvalleien en ontginningsgebieden en ertussen een diverse open ruimte waar land- ȥȥ visies en plannen die worden ontwikkeld op de verschillende bestuursniveaus bouw, natuur en recreatie hand in hand gaan. ȥȥ visies en plannen over ruimtelijk naast elkaar gelegen gebieden ȥȥ visies en plannen vanuit verschillende sectoren

35