Waterkwaliteit En Visbestand De Rivier De Gete Is Ongeve

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Waterkwaliteit En Visbestand De Rivier De Gete Is Ongeve Vraag nr. 46 In de Kleine Gete werden in 2002 de basiskwali- van 21 november 2003 teitsnormen aan de gewestgrens in Landen en in van mevrouw DOMINIQUE GUNS Zoutleeuw enkel overschreden voor zwevende s t o f f e n , biochemisch zuurstofverbruik (BZV) en Gete – Waterkwaliteit en visbestand f o s f o r. Net voor de samenvloeiing met de Grote G e t e, stroomafwaarts de rioolwaterzuiveringsin- De rivier de Gete is ongeveer 15 km lang en is on- stallatie (RWZI) van Zoutleeuw, werd wel de norm b e v a a r b a a r. Ze ontstaat in Budingen in het oosten voor BZV gerespecteerd, maar niet meer die voor van de provincie V l a a m s-Brabant door samen- chemisch zuurstofverbruik (CZV) en orthofosfaat. vloeiing van de Grote Gete en de Kleine Gete en Het zuurstofgehalte van de waterloop bedroeg in mondt in Halen in de Demer uit. 2002 gemiddeld 8,9 mg/l en het ammoniumgehalte lag vrij laag zodat in het algemeen de waterkwali- teit als tamelijk goed mag worden beschouwd. D e 1. Wat is voor de Gete, de Grote Gete en de Klei- P r a t i-index voor zuurstofverzadiging wees in 2002 ne Gete de kwaliteitsverbetering of kwaliteits- op een "aanvaardbare" kwaliteit. Opvallend zijn verslechtering van het water (fysico-c h e m i s c h e en biologische kwaliteit) voor het jaar 2003 ? echter de zeer hoge gehalten aan zwevend stof die na hevige neerslag opgetekend werden (tot 1.080 mg/l) ; dit wijst op de belangrijke erosieproblema- 2. Welke vooruitgang verwacht men de komende tiek op het Haspengouws Plateau. jaren ? De Kleine Gete voldeed in 2002 aan de viswater- Wanneer wordt een optimaal niveau van de wa- kwaliteitsnormen behalve voor de parameters am- terkwaliteit verwacht ? m o n i u m , zwevende stoffen en fosfor. De viswater- norm voor biochemisch zuurstofverbruik werd op 3. Op welke plaatsen is het visbestand op de Gete, een deel van de meetplaatsen overschreden, t e r w i j l de Grote Gete en de Kleine Gete het grootst en aan de viswaternorm voor zuurstof, in tegenstelling op welke plaatsen bijna onbestaande ? tot 2001, wel voldaan werd. De biologische kwali- teit was in 2002, met een Belgische Biotische Index (BBI) van 5, matig op alle meetplaatsen van de Antwoord Kleine Gete. Deze slechts matige biologische kwa- liteit weerspiegelt de slechte structuurkenmerken Vraag nr. 1 van de waterloop, die grotendeels rechtgetrokken en ingedijkt is. De Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) onder- neemt jaarlijks een grondige evaluatie van de wa- Op grond van de momenteel beschikbare gegevens t e r k w a l i t e i t . Hierbij worden op elke meetplaats de kan worden gesteld dat de Kleine Gete in 2003 basiskwaliteitsnormen van Vlarem II, en waar van grosso modo dezelfde bevredigende kwaliteit zal toepassing ook de viswaternormen, g e t o e t s t . D e halen als in 2002 ; mogelijk zal zelfs een iets betere laatste volledige beschikbare gegevens betreffen kwaliteit worden bereikt. Zo daalde het zuurstof- het jaar 2002. Voor 2003 beschikt de VMM reeds gehalte ondanks de droge en hete zomer nooit over maandelijkse fysico-chemische analyseresulta- onder de 6,5 mg/l. Het gemiddelde van januari tot ten tot en met oktober. Biologische kwaliteitsgege- oktober bedraagt naargelang de meetplaats 8,5 à vens zijn voor 2003 nog niet voorhanden. 8,8 mg/l. De basiskwaliteits- en viswaternormen voor BZV worden op alle meetplaatsen gerespec- De Kleine Gete, de Grote Gete (vanaf de monding t e e r d . Hoewel er nog steeds normoverschrijdingen van de Molenbeek in Tienen) en de Gete hebben z i j n , ligt het gehalte aan zwevende stoffen ingevol- de bestemming viswater voor karperachtigen. ge de langdurige droogteperiode beduidend lager in vergelijking met voorgaande jaren. Zowel de Kleine Gete als de Grote Gete ontsprin- gen in Wa l l o n i ë . De Kleine Gete stroomt er onder De Grote Gete heeft haar hoogste zuurstofgehalte meer door Hélécine en de Grote Gete door Jo- (gemiddeld 9,0 mg/l in 2002 t.o. v. 7,8 mg/l in 2001) doigne (Geldenaken). bij het binnenstromen van het Vlaamse gewest en stroomafwaarts de RWZI van Hoegaarden. Op dit In het algemeen werd in 2002, ten opzichte van de traject (stroomopwaarts Tienen) werden in 2002 de voorgaande jaren, een opmerkelijke verbetering in basiskwaliteitsnormen gehaald, met uitzondering de zuurstofhuishouding vastgesteld, en dit voor de van die voor zwevende stoffen en fosfor, die voor Kleine Gete, de Grote Gete en de Gete. zuurtegraad (pH) aan de gewestgrens (eenmalige p H-piek van 8,6) en die voor CZV stroomafwaarts In 2003 gaat de kwaliteit van de Grote Gete de RWZI Hoegaarden. In 2001 werden de basis- stroomafwaarts Tienen er duidelijk op achteruit. kwaliteitsnormen voor BZV en CZV nog over- Het warme en droge weer (gering debiet) vergroot schreden op alle meetplaatsen van dit traject, e n immers het effect van de talrijke lozingen. Het ge- die voor zuurstof en Kjeldahlstikstof stroomaf- middelde zuurstofgehalte van januari tot oktober waarts de lozingen van Interbrew en de RW Z I bedraagt amper 4,6 à 4,8 mg/l terwijl de basiskwali- H o e g a a r d e n . De kwaliteit van de Grote Gete is er teitsnorm 5 mg/l bedraagt. In Utsenaken werd een hier recentelijk dus op vooruitgegaan en in 2002 minimum van 1,9 mg/l opgetekend. Enkele malen wees de Prati-index voor zuurstofverzadiging op werden uiterst hoge waarden opgetekend voor een "aanvaardbare" kwaliteit. De biologische kwa- B Z V, CZV en het voor vissen erg giftige nitriet. D e liteit blijft ook hier evenwel slechts matig (BBI=5). normen voor fosfor en ammonium werden totnog- toe in 2003 echter wel gerespecteerd. Op grond van de momenteel beschikbare gegevens kan worden gesteld dat de Grote Gete stroomop- Zowel in de Kleine Gete als in de Grote Gete wor- waarts van Tienen in 2003 een iets minder goede den alle huidig geldende normen voor bestrijdings- kwaliteit zal halen dan in 2002. Het gemiddelde middelen gerespecteerd. zuurstofgehalte van januari tot oktober bedraagt 7,5 mg/l. Wel ziet het ernaar uit dat nagenoeg alle De G e t e vertoonde in 2002 naargelang de meet- basiskwaliteitsnormen ook in 2003 gerespecteerd plaats normoverschrijdingen voor zwevende stof- zullen worden. Het gehalte aan zwevende stoffen f e n , C Z V, fosfor en orthofosfaat. Na de samen- ligt in vergelijking met voorgaande jaren zeer laag, vloeiing met de Herk in Halen waren er bijkomen- op twee opvallende pieken aan de Waalse grens na, de normoverschrijdingen voor zuurstof en zuurte- in augustus en oktober 2003. Tevens vallen hier g r a a d , en tevens ook voor polycyclische aromati- twee vrij hoge waarden voor zink op; deze blijven sche koolwaterstoffen (PA K ) . Op de meeste meet- echter onder de basiskwaliteitsnorm (200 mg/l) plaatsen werden de viswaternormen overschreden voor deze parameter. voor ammonium, fosfor en zwevende stoffen. D e P r a t i-index voor zuurstofverzadiging wees voor de Gete op een "matige verontreiniging" en ook de Stroomafwaarts Ti e n e n treedt een geleidelijke biologische kwaliteit is slechts matig, met op alle kwaliteitsverslechtering op in de Grote Gete, i n g e- meetplaatsen BBI-waarden van 5. volge huishoudelijke en, v o o r a l , industriële lozin- g e n . Het zuurstofgehalte daalde in 2002 geleidelijk van gemiddeld 8,5 mg/l (minimum 5,1 mg/l) net Zoals de Grote Gete heeft ook de Gete in 2003 ge- voorbij het centrum van Tienen tot 6,4 mg/l (mini- leden onder het warme en droge weer. De kwaliteit mum 1,7 mg/l) voor de samenvloeiing met de Klei- gaat erop achteruit ; de basiskwaliteitsnormen wor- ne Gete. Daar werden de basiskwaliteitsnormen den op alle meetplaatsen overschreden voor zuur- dan ook overschreden voor zuurstof, z w e v e n d e s t o f, C Z V, fosfor en zwevende stoffen. In Halen s t o f f e n , fosfor en orthofosfaat. Merkwaardig is ver- werd in juni zelfs een ongewoon laag (1,9 mg/l) der dat het ammoniumgehalte – in tegenstelling zuurstofgehalte opgetekend. tot de voorgaande jaren – hier vrij laag (en binnen de normen) blijft. Wellicht is dit te danken aan de Vraag nr. 2 renovatie van de RWZI van Ti e n e n , die begin 2002 een feit was. In Utsenaken worden ook de normen De zuiveringsinfrastructuur is in het Getebekken voor BZV en CZV overschreden, in Tienen enkel nog maar gedeeltelijk uitgebouwd. Enkel de RW- die voor CZV. ZI's van Hoegaarden, L a n d e n-R u m s d o r p, S i n t-Tr u i d e n , Ti e n e n , Zoutleeuw en Halen zijn mo- menteel operationeel. Deze installaties behandelen Op de meeste meetplaatsen van de Grote Gete thans een vuilvracht van 98.246 inwonersequiva- stroomafwaarts Tienen worden de viswaternormen l e n t e n , op een totale bevolking van 155.821 inwo- overschreden voor ammonium, fosfor en zwevende ners in de respectieve zuiveringsgebieden (het zui- stoffen en op een deel van de meetplaatsen tevens veringsgebied Halen is slechts voor een klein ge- die voor BZV en zuurstof. deelte in het Getebekken gelegen). Het zuiverings- percentage bedraagt vandaag dus 63 %. De RW- De Prati-index voor zuurstofverzadiging wees in ZI's van Geetbets, L a n d e n-Eliksem en Oplinter, e n 2002 voor de Grote Gete stroomafwaarts Ti e n e n de KWZI's Hoksem, L i n t e r-O r s m a a l , L i n t e r-O v e r- op "matige verontreiniging".
Recommended publications
  • Wandelnetwerk Ra E Er U E G B
    P o l l e p e g l e s t w r n a a e t e N3 t S g L e e e u s v t e w O n W w a s n p e l a k u l t e i a a r n r a a e t a t n e p e t t e e r a s e l s i s r l r t r t e t r h t e s a u s u a o s g o r t e d f n n s t Z e I u t t e r n D i f a G l e a K n p e W le t i at r O e a i in l tr d j 120 s Kab t Z 40 e b K ll ee n b K a t 40 a kve e o n a 1,5 H st e tra 80 l e u ds t t 127 A a t e m e c a 2,1 aa d r h r tr m s t 312 R 45 s t t te s ts 2 est a t r u lbertv Sl 40 r a aa r s o 7 A iks H a a r h 125 o V H t a t t e B ij e s t fw e t Wissebos k - n e b n t ilg 1,9 v Wommersom 0,5 e Sint-Truiden > e o r e 114 a n s r 0,6 o B l s B e o a W t e t n k ss H r ra L 0,9 i w t t a eg e e le r s t enw t u e a l Ste s v Tiens Broek K ote a e g a e Gr a t n O t 313 e s g r e 37 p 0,6 t l l TIENEN l n a i s i a t n l j 2 n 0,5 1 0,8 t u k a str.
    [Show full text]
  • Global Conservation Translocation Perspectives: 2021. Case Studies from Around the Globe
    Global conservation Global conservation translocation perspectives: 2021 translocation perspectives: 2021 IUCN SSC Conservation Translocation Specialist Group Global conservation translocation perspectives: 2021 Case studies from around the globe Edited by Pritpal S. Soorae IUCN SSC Conservation Translocation Specialist Group (CTSG) i The designation of geographical entities in this book, and the presentation of the material, do not imply the expression of any opinion whatsoever on the part of IUCN or any of the funding organizations concerning the legal status of any country, territory, or area, or of its authorities, or concerning the delimitation of its frontiers or boundaries. The views expressed in this publication do not necessarily reflect those of IUCN. IUCN is pleased to acknowledge the support of its Framework Partners who provide core funding: Ministry of Foreign Affairs of Denmark; Ministry for Foreign Affairs of Finland; Government of France and the French Development Agency (AFD); the Ministry of Environment, Republic of Korea; the Norwegian Agency for Development Cooperation (Norad); the Swedish International Development Cooperation Agency (Sida); the Swiss Agency for Development and Cooperation (SDC) and the United States Department of State. Published by: IUCN SSC Conservation Translocation Specialist Group, Environment Agency - Abu Dhabi & Calgary Zoo, Canada. Copyright: © 2021 IUCN, International Union for Conservation of Nature and Natural Resources Reproduction of this publication for educational or other non- commercial purposes is authorized without prior written permission from the copyright holder provided the source is fully acknowledged. Reproduction of this publication for resale or other commercial purposes is prohibited without prior written permission of the copyright holder. Citation: Soorae, P. S.
    [Show full text]
  • The Scheldt Basin
    Sander V. Meijerink Cooperation in river basins the Scheldt case Delft, May 1995 RBA Centre for Comparative Studies on River Basin Administration Delft University of Technology Stevinweg 1 2628 CN Delft The Netherlands PREFACE Delft University of Technology and the Dutch Ministry of Transport, Public Works and Water Management cooperate in the research project TWINS (ToWards and Integrated water management of the Scheldt). Three PhD students from different disciplines are working on this project for four years. One subproject is being carried out at the Centre for Comparative Studies on River Basin Administration (RBA Centre). It focuses on the cooperation between the relevant actors in river basins. This report is a product of this subproject and presents the results of the first phase of research, which had a mainly descriptive and explorative character. I am grateful to prof. mr. J. Wessel, the members of the steering group of the TWINS-project and the members of the supervising team for their guidance during the first phase of research, Their names are Hsted in the Appendices C and D. Furthermore, thanks should be expressed to all those interviewed. Space is lacking here to mention them all, but they are mentioned in the list of references, Erik Mostert made useful comments on drafts of the chapters five and six, dealing with theories on cooperation and cooperation 'm the Scheldt basin. Jeroen Maarten se commented on chapter three, descnbing the functions of the Scheldt basin. Last but not least I would like to thank Paul Verlaan for comments on chapter three and an important contribution to this report, a description of the natural system of the Scheldt river basin.
    [Show full text]
  • Downloaden Download
    Een nieuwe visie op de omvang en indeling van de pagus Hasbania (Vle - Xlle eeuw). door KAREL VERHEISr 1. De pagi van de V• tot de JX• eeuw Toen de Salische koningen in de loop van de V• en het begin van de VI• eeuw door verovering gaandeweg gans Gallië aan hun gezag onderwierpen, namen ze bij het bestuur van hun steeds groter wor­ dende rijk de bestaande Romeinse civitas-indeling nagenoeg volle­ dig over. In het zuiden, waar een degelijk uitgebouwde Romeinse administratie gewoon was blijven voortbestaan, werd de civitas als bestuurlijke eenheid behouden. In het noorden daarentegen, waar deze administratie was verdwenen of slechts broksgewijze had stand­ gehouden, bleek de civitas te omvangrijk voor de primitievere Fran­ kische bestuursmiddelen en greep er een opdeling plaats van de oor­ spronkelijke civitas in meerdere kleinere bestuursomschrijvingen, 1 die gebaseerd waren op nederzettingsgebieden • Deze nieuwe Fran­ kische bestuurseenheden, zowel deze welke rechtstreekse erfgena- • Graag zouden wc prof. cm. Dr. J. Buncinx en docent Dr. J. Goossens willen danken voor hun raadgevingen bij de totstandkoming van dit artikel. •• Volgende afkortingen komen uit de reeks Monumenta Germanille historica: Diplomatum Karolinorum : D.K.D.G. : Dl. I: Pippim; Carlomanm; Caroli Mllgni diplomata, Uitg. E. MUllI.BACHER, München, 1979 2. D.Lol. : Dl. III: Lotharii Iet Lotharii Il diplomata, Uitg. Tu. SCHIEFFER, Bcrlin-Zürich, 1966. Diplomata regum Germanille ex slirpe Karolinorum : D. Arn: Dl. III: Amolfi diplomata, Uitg. P. KEHR, Bcrlin, 1940. D . Zwcnt. : Dl. IV: Zwenliboldi et Ludowici infantü diplomata, Uitg. Tu. SCHIEFFER, Bcr­ lin, 1960. Diplomata regum et imperatorum Germanille : D.0 .1.
    [Show full text]
  • The Gorrevod Armorial
    Steen Clemmensen The Gorrevod armorial Bruxelles, Bibliothèque royale de Belgique, ms. II. 6563 ms. IV. 1301 Transcription with analysis and partial identification, including material provided by Emmanuel de Boos and Christiane van den Bergen-Pantens. CONTENTS 1. Introduction 2 2. The manuscripts 3 3. Owners 6 4. Nobles: lords and gentry 8 5. Commoners 11 6. Abbeys and towns 11 7. Foreigners 12 8. Kings and imaginary arms 14 9. Summary 15 The armorial dit de Gorrevod ms. II.6563 16 The ‘Limburg-Stirum’ ms. IV.1301 208 Appendix A overview of pages 220 Appendix B GOR structure 221 Appendix C concordance of 2003 / 2019 numbers 227 Appendix D watermarks 232 Bibliography 233 Index armorum 241 Index nominorum 270 Additions & corrections to towns 282 © 2019 by Steen Clemmensen, Farum, Denmark, www.armorial.dk . Open access publication under the terms and conditions of the Creative Commons Attribution (CC BY) license (http://creativecommons.org/licenses/by/4.0/). ISBN 978-87-970977-1-7 1. Introduction The armorial commonly known as Gorrevod from the name of one of its owners appears to be relatively unique among the large composite armorials of the late Middle Ages.1 Superficially, it looks like contemporary painted armorials and like them is made up of distinct segments each containing either a number of coats of arms of similar type, e.g. from a specific territory, selected from holders of a particular noble rank, or imaginary persons or countries; and/or text discussing history, geography or theory related to the office of arms, tournaments and other ceremonials. Many, if not most, of the manuscripts of composite armorials can be assigned to distinct, but often overlapping groups as copies, clones or satellites according to the extent and form of common content.
    [Show full text]
  • Van Liefferinge Et Al. 2021 CTSG
    Global conservation Global conservation translocation perspectives: 2021 translocation perspectives: 2021 IUCN SSC Conservation Translocation Specialist Group Global conservation translocation perspectives: 2021 Case studies from around the globe Edited by Pritpal S. Soorae IUCN SSC Conservation Translocation Specialist Group (CTSG) i The designation of geographical entities in this book, and the presentation of the material, do not imply the expression of any opinion whatsoever on the part of IUCN or any of the funding organizations concerning the legal status of any country, territory, or area, or of its authorities, or concerning the delimitation of its frontiers or boundaries. The views expressed in this publication do not necessarily reflect those of IUCN. IUCN is pleased to acknowledge the support of its Framework Partners who provide core funding: Ministry of Foreign Affairs of Denmark; Ministry for Foreign Affairs of Finland; Government of France and the French Development Agency (AFD); the Ministry of Environment, Republic of Korea; the Norwegian Agency for Development Cooperation (Norad); the Swedish International Development Cooperation Agency (Sida); the Swiss Agency for Development and Cooperation (SDC) and the United States Department of State. Published by: IUCN SSC Conservation Translocation Specialist Group, Environment Agency - Abu Dhabi & Calgary Zoo, Canada. Copyright: © 2021 IUCN, International Union for Conservation of Nature and Natural Resources Reproduction of this publication for educational or other non- commercial purposes is authorized without prior written permission from the copyright holder provided the source is fully acknowledged. Reproduction of this publication for resale or other commercial purposes is prohibited without prior written permission of the copyright holder. Citation: Soorae, P. S.
    [Show full text]
  • Evaluatie Van 3 Vistrappen in De Grote Gete in Tienen
    EVALUATIE VAN 3 VISTRAPPEN IN DE GROTE GETE IN TIENEN. Project evaluatie visdoorgangen David Buysse, Seth Martens, Raf Baeyens & Johan Coeck Onderzoek uitgevoerd aan het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek in opdracht van Afdeling Water Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek • Kliniekstraat 25 • 1070 Brussel • www.inbo.be AFDELING WATER Auteurs: David Buysse, Seth Martens, Raf Baeyens & Johan Coeck Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek Wetenschappelijke instelling van de Vlaamse overheid Het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) is ontstaan door de fusie van het Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer (IBW) en het Instituut voor Natuurbehoud (IN). Vestiging: INBO Brussel Kliniekstraat 25, 1070 Brussel www.inbo.be e-mail: Dit rapport kadert in een reeks rapporten betreffende het project evaluatie visdoorgangen. Voor een overzicht van de beschik- bare rapporten: [email protected] Rapport in opdracht van de Vlaamse Milieumaatschappij, afdeling water. Wijze van citeren: Buysse D., Martens S., Baeyens R. & Coeck J.(2006). Evaluatie van 3 vistrappen in de Grote Gete in Tienen. rapport INBO. R.2006.18. Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, Brussel. D/2006/3241/180 INBO.R.2006.18 ISSN: 1782-9054 Druk: Managementondersteunende Diensten van de Vlaamse overheid Foto’s cover: Jurgen Bernaerts, David Buysse © 2006, Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek EVALUATIE VAN 3 VISTRAPPEN IN DE GROTE GETE IN TIENEN 1 Evaluatie van 3 vistrappen in de Grote Gete in Tienen. Project evaluatie visdoorgangen David Buysse, Raf Baeyens, Seth Martens & Johan Coeck 2 EVALUATIE VAN 3 VISTRAPPEN IN DE GROTE GETE IN TIENEN EVALUATIE VAN 3 VISTRAPPEN IN DE GROTE GETE IN TIENEN 3 Voorwoord Zoals bij de meeste dieren is migratiegedrag van vissen in rivieren, en eigenlijk in elk watertype, het resultaat van een scheiding in tijd en ruimte van de optimale biotopen (habitats) die gebruikt worden om te groeien, te overleven (bescherming te vinden) en zich voort te planten tijdens verschillende stadia in de levenscyclus van de soort.
    [Show full text]
  • Verification of Vulnerable Zones Identified Under the Nitrate Directive and Sensitive Areas Identified Under the Urban Waste Water Treatment Directive
    DRAFT FINAL REPORT European Commission Directorate General XI Verification of vulnerable Zones Identified under the Nitrate Directive and Sensitive Areas Identified under the Urban Waste water Treatment Directive Belgium July 1999 Environmental Resources Management 8 Cavendish Square, London W1M 0ER Telephone 0171 465 7200 Facsimile 0171 465 7272 Email [email protected] http://www.ermuk.com DRAFT FINAL REPORT European Commission Directorate General XI Verification of vulnerable Zones Identified under the Nitrate Directive and Sensitive Areas Identified under the Urban Waste water Treatment Directive: Belgium July 1999 Reference 5004 For and on behalf of Environmental Resources Management Approved by: __________________________ Signed: ________________________________ Position: _______________________________ Date: __________________________________ This report has been prepared by Environmental Resources Management the trading name of Environmental Resources Management Limited, with all reasonable skill, care and diligence within the terms of the Contract with the client, incorporating our General Terms and Conditions of Business and taking account of the resources devoted to it by agreement with the client. We disclaim any responsibility to the client and others in respect of any matters outside the scope of the above. This report is confidential to the client and we accept no responsibility of whatsoever nature to third parties to whom this report, or any part thereof, is made known. Any such party relies on the report at their own risk.
    [Show full text]
  • Occurrence and Distribution of Microplastics in the Scheldt River
    Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen Academiejaar 2014 – 2015 Occurrence and distribution of microplastics in the Scheldt river Niels De Troyer Promotor: Prof. dr. Colin Janssen Tutor: Lisbeth Van Cauwenberghe Masterproef voorgedragen tot het behalen van de graad van Master in de bio-ingenieurswetenschappen: milieutechnologie Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen Academiejaar 2014 – 2015 Occurrence and distribution of microplastics in the Scheldt river Niels De Troyer Promotor: Prof. dr. Colin Janssen Tutor: Lisbeth Van Cauwenberghe Masterproef voorgedragen tot het behalen van de graad van Master in de bio-ingenieurswetenschappen: milieutechnologie Preface Beste lezer Al van kinds af aan ben ik bijzonder gefascineerd door de natuur. Die passie heeft zich ondertussen omgevormd tot een levensdoel: op welke manier kan ik mijn steentje bijdragen aan een duurzaam toekomstbeeld? Bio-ingenieur worden is alvast de eerste grote stap. Eerst het hoofd vullen met waardevolle kennis om dan later actie te ondernemen. Het verhaal dat binnen enkele pagina’s verteld wordt, is het resultaat van vijf boeiende jaren op ’t Boerekot. Maar ik ben hier niet op mijn eentje geraakt. Heel wat mensen hebben me vergezeld op die tocht. Je kunt niet zonder de anderen, zoals Zjef Vanuytsel zo mooi verkondigt, en dat kan ik alleen maar beamen. Een klein dankwoordje is dan wel op zijn plaats, vind je niet? Colin Janssen en Lisbeth van Cauwenberghe hebben me de mogelijkheid gegeven om mijn passie te combineren met wetenschappelijk onderzoek. Doordat het voor ons allemaal vrij nieuw onderzoek was, zag ik soms door de bomen het bos niet meer. Op die momenten stonden Colin en Lisbeth klaar om te luisteren en hulp te bieden.
    [Show full text]
  • Description of the Ecology of the Scheldt Basin June 21-22 1994 Antwerp, Belgium
    MINISTERIEVAN DE VLAAMSEGEMEENSCHAP Administratie Milieu, Natuur en Landinrichting 1NSTITUUT VOOR BOSBOUW EN WILDBEHEER FISB POPULATION RESEARCH ON TBE SCHELDT BASIN: RESUL TS OF A SURVEY ON TBE GETE SUBBASIN WORKSHOP: Description of the Ecology of the Scheldt Basin June 21-22 1994 Antwerp, Belgium D. De Charleroy, J. Nuyts, C. Belpaireen F. Olievier mw.Wb.V.BR.94.14 2 Introduetion In cooperation between the Institute for F orestry and Game Management, the section Inland Fisheries ofthe Water and Foresting Setvice and the different Provincial Fisheries Commissions, every year a number of surveys are carried out in order to update the knowied ge about fish stocks in inland waters of the Flemish Region. The results of these investigations in combination with precedent or simultaneous ones in other waters make it possible to determine the possible reasons for fenomenons of instability of the normal biological balance of the fishstocks. This information is very valuable to us since it makes it possible to state or sometimes to foresee certain evolutions in the fish stocks and to interpret, to explain or even to prevent or to counter them. In such cases it is recommended to adjust this aberration by stimulating initiatives which restore the original situation, which can range from the reimprovement of the waterquality, restoration of the original structure of the waterway to reintroduction of certain fish species after massive fish mortalities or dense angling pressure. In this context the Grote Gete, the Kleine Gete and the Gete in the Demer basin which is a subbasin of the Scheldt basin were sampled in 1991 and 1992.
    [Show full text]
  • Damen Urban Ranking Brabant
    UvA-DARE (Digital Academic Repository) The political ranking and hierarchy of the towns in the late medieval duchy of Brabant Damen, M. DOI 10.3989/aem.2018.48.1.05 Publication date 2018 Document Version Final published version Published in Anuario de Estudios Medievales License CC BY Link to publication Citation for published version (APA): Damen, M. (2018). The political ranking and hierarchy of the towns in the late medieval duchy of Brabant. Anuario de Estudios Medievales, 48(1), 149-177. https://doi.org/10.3989/aem.2018.48.1.05 General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl) Download date:30 Sep 2021 Volumen 48/1 enero-junio 2018 Barcelona (España) ISSN: 0066-5061 MONOGRÁFICO: LA JERARQUIZACIÓN URBANA EN LA BAJA EDAD MEDIA.
    [Show full text]
  • Bekkenspecifiek Deel Demerbekken
    Stroomgebiedbeheerplan voor de Schelde 2016-2021 Bekkenspecifiek deel Demerbekken Planonderdelen Stroomgebiedbeheerplannen 2016-2021 Beheerplannen Bekkenspecifieke Grondwatersysteem- Zoneringsplannen Maatregelenprogramma Vlaamse delen delen specifieke delen & GUPs • Vlaams deel internationaal • IJzerbekken • Kust- en Poldersysteem • Zoneringsplan • Maatregelenprogramma stroomgebieddistrict • Bekken van de Brugse • Centraal Vlaams Systeem (per gemeente) bij de Schelde Polders • Sokkelsysteem • Gebiedsdekkend stroomgebiedbeheer- • Vlaams deel internationaal • Bekken van de Gentse • Maassysteem Uitvoeringsplan plannen voor Schelde en stroomgebieddistrict Kanalen • Centraal Kempisch (per gemeente) Maas Maas • Benedenscheldebekken Systeem • Leiebekken • Brulandkrijtsysteem • Bovenscheldebekken • Denderbekken • Dijle-Zennebekken • Demerbekken • Netebekken • Maasbekken samen werken aan water Definitief COLOFON Secretariaat Demerbekken p/a Vlaams Milieumaatschappij, Diestsepoort 6, bus 73, 3000 Leuven T 016 / 66 53 50 F 016 / 21 12 70 [email protected] depotnummer: D/2016/6871/015 Stroomgebiedbeheerplan Schelde 2016 – 2021 2/207 Bekkenspecifiek deel Demerbekken Definitief Inhoud Inleiding 7 1 Algemene gegevens 10 1.1 Algemene beschrijving 10 1.1.1 Situering en hydrografie 10 1.1.2 Fysische en ruimtelijke kenmerken 15 1.2 Bekkenspecifieke juridisch en organisatorisch kader 17 1.2.1 Het bekken, de bekkenstructuren en het planproces op bekkenniveau 17 1.2.2 De waterbeheerders 18 1.2.3 Grensoverschrijdende samenwerking op bekkenniveau 19
    [Show full text]