Pilotenhulp in West-Limburg
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Deel 2 : Pilotenhulp in West-Limburg Een handvol overgebleven moedige mensen, die tijdens de Duitse bezetting van 1940-‘45 in Limburg, een sleutelrol speelden in de weerstand tegen het fascisme zijn met uitsterven bedreigd. Cruciale getuigenissen, dikwijls gedrenkt in een lang stoïcijns stilzwijgen dat de echte oorlogshelden typeert; verdwijnen voor de geschiedenis als de verhalen niet tijdig opgetekend worden. In dit artikel heb ik in het najaar van 2018 de nadruk gelegd op het pilotennetwerk uit de sector Herk-de-Stad in West-Limburg. Op 7 oktober 2018 voerde ik gesprekken in Geetbets met drie mannen, die bereid werden gevonden om voluit te vertellen over de activiteiten van de weerstand in het kanton Herk-de- Stad tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hun namen zijn : André Somers uit Schakkebroek (°1931), Cyrielle Wendrix (°1926)1 uit Halen en Romain Leenaers (°1923) uit Donk. André Somers is geen oud-strijder of verzetsman, maar treedt op als woordvoerder van de Nationale Strijdersbond en het Geheim Leger, sector Herk-de-Stad. Romain Leenaers, de nestor van dit trio, overleed te Geetbets op 4 april 2020. Romain Leenaers (links) en André Somers, Geetbets 7 oktober 2018 © foto auteur Alex Marut 2018 Romain Leenaers maakte sinds juni 1942 ten huize van Georges Vanisterdael in Herk-de- Stad deel uit van de verzetsgroep BNB (Belgische Nationale Beweging) sector Herk-de-Stad, die voordien als de patriottische beweging NKB (Nationale Koninklijke Beweging) was ontstaan ten huize van Eugène Thiery2 op het kasteeltje van Halbeek in Herk-de-Stad3. In 1944 werd de jonge Cyrielle Wendrix uit Donk, destijds werkzaam in het klooster van de zusters ursulinen in Herk-de-Stad, dat bezet was door de Duitse Wehrmacht, overtuigd om als vrijwilliger pamfletten van de weerstand uit te delen. Wij rangschikten het verhaal naar chronologie van de vertelde gebeurtenissen. In het tijdschrift heemkunde Limburg nr. 2/2019 werd het hele relaas gepubliceerd. Crash van een Britse Wellington bommenwerper in Rummen op 28 augustus 1942 Romain : ‘Een van de eerste gevallen van pilotenhulp tijdens WO II situeerde zich omstreeks Rummen kermis, in het laatste weekend van de maand augustus 1942. Er was een crash van een geallieerd vliegtuig geweest in Rummen. Een man, die een bemanningslid bleek te zijn van het vliegtuig, kwam omstreeks 20 u uit het bos aan ’t Ven. Hij werd daar op maandag door Jos Brants aangetroffen en naar het huis van Jules Gemis in Donk gebracht, waar hij verzorgd werd in het blokkenhuis van Margriet Bungeneers-Donné in de Bampstraat. Zij was evenals haar broer Fille lid van de BNB4 en had ervaring met de pilotenhulplijn Comète. Ward Brants en Margriet Donné hebben de piloot via Herk-de-Stad per tram naar Luik gebracht op een onderduikadres’. In het boek ‘De tweede Wereldoorlog in Groot-Herk’5 uit 2012, staat het verhaal vermeld van de hulp, door Margaretha Bungeneers-Donné6 verleend aan een van de Poolse bemanningsleden. De geredde vliegenier was radio-operator Anton Wasiak, sergeant bij een Pools squadron van de Royal Air Force, wiens tweemotorige Wellington bommenwerper op vrijdag 28 augustus 1942 neerstortte te Rummen. De gehele bemanning kon zich redden door hun valscherm te gebruiken7. De Poolse sergeant Anton Wasiak Op woensdag 13 mei 2009 werd in Geetbets een herdenkingsplechtigheid gehouden voor de Poolse vliegeniers die in 1942 waren gecrasht. De plechtigheid vond plaats in het bijzijn van Andrzej Blasik, generaal van de Poolse luchtmacht en de Poolse ambassadeur Slawomir Czarlewski8. In oktober 2015 werd in de Persoonstraat te Geetbets (gemeente Rummen) een kapel ingehuldigd ter ere van de bemanning van dit Pools geallieerd vliegtuig, langs het Pilotenroute/fietspad. Guy Leus van de Geschiedkundige Kring Limes Gatia van Geetbets, die sinds 2007 research deed naar deze oorlogsgebeurtenis, gaf ter plaatse een uitgebreide toelichting, die in de krant van 23 oktober 2015 verscheen9 en waaruit wij een aantal feiten citeren. De bemanningsleden van de Britse Vickers Wellington Mk IV bommenwerper met rompnummer GR-Z serienummer Z1491 van het 301st Polish Pomerania Squadron bestond uit : piloot Joseph Tyszko (23 j.), flight officer Wladyslaw Gandor (29 j.), navigator Stanislaw Swida (31 j.), radio-operator Anton Wasiak (22 j.) en de boordschutters Edward Mucha (25 j.) en Jan Uramowski (25 j.). Het RAF-toestel had een complete Poolse bemanning aan boord en steeg op vrijdagavond 28 augustus 1942 om 19.45 u (Greenwich Mean Time) op vanaf het vliegveld Hemswell aan de oostkust in het Engelse graafschap Lincolnshire met een nachtelijke missie om het spoorwegnet in Saarbrücken (Duitsland) te bombarderen. Na een paar uur vliegen werd de Britse bommenwerper omstreeks 22.50 u (Duitse tijd) boven Limburgs grondgebied aangevallen door een Duitse nachtjager, die met zijn Messerschmitt Bf110 vanaf de Fliegerhorst Brustem was opgestegen. Aan boord van het Duitse vliegtuig, behorende tot Nachtjagdgeschwader Gruppe II./NJG1 Staffel 5 bevonden zich de piloot Hauptmann (kapitein) Ludwig Bietman en zijn radio-operator Unteroffizier Wolfgang Reinicke. Volgens het Abschussrapport van Staffelkapitän Bietman werd de Britse bommenwerper om 23.03 u op 5.300 m hoogte afgeschoten10. Het toestel werd zwaar geraakt aan de linkervleugel en de staart, waardoor het onbestuurbaar werd en neerstortte op de weg naast de tramlijn aan de pastorij van Rummen. Sergeant Wasiak was gekwetst aan zijn been en navigator Swida werd verwond aan zijn kaak. Zij konden, evenals piloot Tyszko aan de Duitsers ontsnappen, terwijl de rest van de bemanning snel in handen viel van de Duitse troepen en het einde van de oorlog in Stalags van de Luftwaffe11 doorbrachten. Joseph Tyszko ontmoette op 29 augustus 1942 vier kabelwachters uit Sint-Truiden die op de Sint-Truidersteenweg naar Herk-de-Stad zorgden voor zijn ontsnapping12. Hij was de enige van zijn bemanning die erin slaagde om San Sebastian te bereiken, van waaruit hij naar Brits Gibraltar vluchtte. Anton Wasiak werd op dinsdag 1 oktober 1942 te Luik opgevangen in een safehouse van Comète bij de kruidenier Joseph Romainville, alias Edgar. Het ontsnappingsverhaal van Anton Wasiak staat vermeld op de website van Evasion-Comète13 : Joseph Romainville liet Anton Wasiak in Luik bij hem in de Rue de Visé 38 overnachten om dan op 2 september 1942 per trein naar Brussel te reizen, waar ze ’s avonds tot in de buurt van het justitiepaleis bij Germaine Appelmans-Perin raakten. Hij werd dan verder opgevangen door Pierre Depreter van het netwerk Service Luc in Brussel14. Vervolgens werd Anton door Joseph Romainville voorgesteld aan de familie Leopold en Marie Evrard-Riocros in Brussel Poelaertplein nr. 4 in de schaduw van het justitiepaleis, waar Leopold conciërge was15. Dit echtpaar maakte deel uit van het inlichtingennetwerk Luc, waardoor Anton enkele nachten mocht blijven totdat hij een vals paspoort kreeg. Op 8 september 1942 kwam Anton in handen van de Service Baron16, waar hij door Elsie Maréchal17 werd opgevangen in haar ouderlijk huis te Schaarbeek aan de Avenue Voltaire tot 9 september 1942. Vanuit Brussel werd hij op 16 september 1942 door twee mannelijke koeriers per trein naar Parijs gevoerd en verbleef in Vincennes bij Léon Violette18. Van daaruit werd hij met drie andere Britse vliegeniers per trein weggebracht door de Belgische Comète koeriersters Andrée De Jongh19 en Jeanine De Greef20 naar Saint-Jean de Luz in Bayonne, waar ze 20 tot 22 september 1942 onderdak kregen bij Ambrosio San Vicente21, Rue Salagoïty 7 bij het station22. Op 2 oktober 1942 waren de vier Britse vliegeniers gerepatrieerd, waarna ze op 6 oktober 1942 in Groot-Brittannië door de Britse militaire inlichtingendienst MI 9 ondervraagd werden. Anton Wasiak stierf in 1947 nadat zijn vliegtuig neerstortte. Margriet Donné moest op het einde van 1942 in Luik onderduiken en verleende daar onder diverse aliassen hulp aan geallieerde vliegtuigbemanningen. Zij werd daar uiteindelijk op 23 maart 1944 gearresteerd en opgesloten in de Saint-Léonard-gevangenis om vervolgens door de SS onderworpen te worden aan folteringen in de Citadelle. Na drie maanden opsluiting werd zij veroordeeld om gedetineerd te worden in Neu Brandenburg, een buitenkamp van Ravensbrück en vervolgens gedwongen om te werken in de Duitse raketfabrieken. Pas einde juni 1945 kon Margriet via Lübeck per schip naar Malmö in Zweden gebracht worden om vervolgens gerepatrieerd te worden naar België23. Crash van een Engelse Halifax bommenwerper in Opgrimbie op 3 november 1943 Denis Hornsey was gezagvoerder24 van de Britse Handley Page Halifax II bommenwerper met rompnummer MP-X en serienummer LK 932 van het 76th Squadron, die in de avond van 3 november 1943 vertrokken was voor een raid op de stad Düsseldorf met 288 andere Britse bommenwerpers. Luitenant Denis Hornsey In de omgeving van Hasselt werden die avond omstreeks 19.30 u de benzinetanks van zijn toestel in brand geschoten door de Duitse nachtjachtpiloot Otto Fries. De bemanning van de Halifax met de nickname X- for X-ray sprong uit het vliegtuig, waarna de parachutisten op verschillende plaatsen neerkwamen25. Leutnant Otto Fries, Luftwaffe NachtJagd Gruppe II, verzameling Christiaan Vanhee, Leopoldsburg Luitenant Denis Hornsey landde in de heide tussen Opglabbeek (huidige fusiegemeente Oudsbergen) en Zwartberg, een gehucht van Genk. Hij wandelde lange tijd westwaarts en kwam uiteindelijk ‘s avonds bij toeval in Herk- de-Stad terecht bij de familie van Joseph Thiery, de vader van pilotenhelper Eugène. Romain Leenaers ondervroeg de vliegenier en na controle werd hij in veiligheid gebracht26. Het ontsnappingsverhaal schreef Denis Hornsey later op in het boek ‘The pilot walked home’, waarvan een exemplaar op respectievelijk 24 en 25 juni 1946 aan Romain Leenaers en Eugène Thiery werd geschonken. Denis Hornsey, geflankeerd door Eugène Thiery (links) en Romain Leenaers aan het kasteeldomein Halbeek in Herk- de-Stad, 4 november 1943 (collectie Joseph Thiery) In het rurale gehucht Gelieren van de gemeente Genk was die avond een ander lid van de bemanning van de Halifax met zijn valscherm geland : de bommenrichter Dennis Clark Carter.