HET CENTRAPLAN VOOR SURINAME SOME ASPECTS of TOWN and COUNTRY PLANNING in a DEVELOPING COUNTRY Door/6J D
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
71 I.I (883) MEDEDELINGEN VAN DE LANDBOUWHOGESCHOOL TE WAGENINGEN, NEDERLAND 63 (9), 1-95 (1963) HET CENTRAPLAN VOOR SURINAME SOME ASPECTS OF TOWN AND COUNTRY PLANNING IN A DEVELOPING COUNTRY door/6j D. B. W. M. VAN DUSSELDORP Afdeling Sociologie en Sociografie niet westerse gebieden der Landbouwhogeschool te Wageningen, Nederland (Ontvangen/Received 10.5.'63) INHOUD VOORWOORD 3 1. INLEIDING 5 2. HET ONSTAAN VAN DE OCCUPATIEVORMEN IN SURINAME 5 2.1. De occupatievormen waarbij landbouw het hoofdmiddel van bestaan is .... 6 2.1.1. Depraehistori e 6 2.1.2. De plantageperiode 7 2.1.3. Deperiod eva nd ekleinlandbou w 10 2.2. Overige occupatievormen 16 2.3. Enigesocial ee nadministratiev e aspectenva nd eoccupatievorme n 17 3. HET CENTRAPLAN 21 3.1. Inleiding 21 3.2. Nationale richtlijnen voor de regionale uitwerking 22 3.3. De regionale uitwerking voor het district Nickerie 27 3.3.1. De huidige situatie 27 3.3.1.1. Het bodemgebruik 27 3.3.1.2. De bevolking 28 3.3.1.3. De ontsluiting .-', 31 3.3.1.4. De sociale en economische voorzieningen 32 3.3.1.5. Het verenigings-en gemeenschapsleven 32 3.3.2. De toekomstige ontwikkeling van het district Nickerie 32 3.3.3. De centra in Nickerie 34 3.4. De regionale uitwerking voor de overige districten in Suriname 37 3.5. De nationale richtlijnen voor de lokale uitwerking 40 3.5.1. Richtlijnen voor de raming van de toekomstige bevolking in de verzor gingsgebieden van de centra 41 3.5.2. De normen waaraan het verzorgende apparaat moet voldoen 43 3.5.3. Een model voor het verzorgingsapparaat 48 3.5.4. Richtlijnen voor het opstellen van een bodembestemmingsplan 52 Meded. Landbouwhogeschool, Wageningen 63 (9), 1-95 (1963) 1 M'twq1 3.6. De uitwerking op lokaal niveau voor een aantal centra in het district Nickerie . 54 3.7. De uitvoering van het centraplan 61 3.7.1. Materiële aspecten van de uitvoering 61 3.7.2. Juridische aspecten van de uitvoering 62 3.7.3. Administratieve aspecten van de uitvoering 64 3.7.4. Sociale aspecten van de uitvoering 65 4. HET CENTRAPLAN EN DE ONTWIKKELING VAN SURINAME 73 5. CONCLUSIE 80 6. Samenvatting 81 7. SUMMARY 88 STATEN Staat 1. Overzicht van de gouvernementsvestigingsplaatsen en pol ders 12 Staat 2. Normen waaraan het verzorgende apparaat moet voldoen 46-47 Staat 3. Het in Nanni onder te brengen verzorgingsapparaat ... 55 Staat 4. De voorgestelde centra, hun verzorgingsgebied, de bevol kingi n 1950e n de geraamde toekomstige bevolking . 74—75 KAARTEN 1. Schematisch overzicht van de occupatievormen in Suriname 2. Huidig bodemgebruik en de ontsluiting in het district Nickerie 3. De bevolkingsdichtheid in het district Nickerie 4. Sociale voorzieningen district Nickerie 5. Economische voorzieningen district Nickerie 6. Toekomstig bodemgebruik en de ontsluiting in het district Nickerie 7. De centra en hun theoretisch verzorgingsgebied 8. De centra en hun administratief verzorgingsgebied 9. Overzicht van decentr a en hun lokaal verzorgingsgebied 10. Ideaal bodembestemmingsplan voor een lokaal centrum 11. Bodembestemmingsplan voor Nanni 12. Bodembestemmingsplan voor Paradise 13. Het verzorgingsgebied van Groot Henar 14. Bodembestemmingsplan voor Groot Henar Meded. Landbouwhogeschool, Wageningen 63 (9), 1-95 (1963) VOORWOORD Het programma van de afdeling Sociologie en Sociografie van de niet-Wes terse Gebieden van de Landbouwhogeschool heeft haar activiteiten onder vijf hoofdstukken gerubriceerd, die de oriëntatie van deze afdeling verduide lijken: de algemene sociologie van de ontwikkelingslanden, de theorie van de sociale verandering, gemeenschapsontwikkeling (community development), de sociologische aspecten van landbouwvoorlichting en onderwijs met betrek king tot de ontwikkelingslanden en de sociale planning. Van deze hoofdstuk ken kunnen de eerste twee als onderdelen van de algemene sociologie worden beschouwd, de laatste drie zijn onmiskenbaar hoofdstukken uit de toegepaste sociologie. De activiteiten van de afdeling hebben zich in de eerste jaren van haar be staan voornamelijk op het terrein van de opleiding bewogen. Nu het leer programma een voorlopige afsluiting heeft gevonden en de eerste afgestudeer den van deze richting beschikbaar zijn gekomen, wordt de mogelijkheid ge opend, naast de verrichte en nog te verrichten literatuurstudies, tot onderzoek in het veld over te gaan. Dit onderzoek is het sluitstuk van de ontwikkeling van de afdeling en van zelfsprekend een voorwaarde voor de verdere ontwikkeling van de sociologie van de niet-Westerse gebieden. Het meest klemmend doet deze voorwaarde zich voelen juist op het terrein van de toegepaste sociale wetenschap. Monografieën dieonz esociografisch e kennisva nd evolkere n buiten Europa verrijken, komen in stijgende mate ter beschikking; ook ontbreken er geen studies van speciale sociale of culturele verschijnselen. Schaars zijn echter de studies en onderzoekingen, die zich bezig houden met de sociale grondslagen van het ontwikkelingswerk, met de toepassing van de kennis hiervan op het terrein der sociaal-economische planning en met de evaluatie van de resulta ten. Hier ligt nog een groot veld braak. De voortgang van het onderzoek op dit terrein moet m.i.beslissen d worden geacht voor de toekomst van het werk in de ontwikkelingslanden. Weliswaar breekt het inzicht in de sociaal-culturele bepaaldheid der eco nomische ontwikkeling steeds sneller door, maar nog altijd heeft men niet de consequenties hiervan ten volle getrokken en de nodige stappen gedaan om hiervooree n oplossing tevinden . Dit geldt vooralme t betrekking tot het nood zakelijke, preliminaire sociale onderzoek en de ontwikkeling van een adequate toegepaste sociale wetenschap. De studie die hier volgt is een voorbeeld van toegepaste sociologie. Het is het resultaat van een poging van het Bureau Landelijke Opbouw in Suriname om tot een systematische sociale planning van het platteland te geraken. De schrijver heeft als socioloog bij de opstelling van het zg. Centraplan, dat hier van het resultaat is, een belangrijke rol gespeeld. Zijn studie wil demonstreren op welke wijze een sociale planning, gebaseerd op sociologisch onderzoek, gebruikt kan worden als instrument bij de ruimtelijke ordening en bij de op bouw van het verzorgingsapparaat in een ontwikkelingsland. Als zodanig kan zij richtinggevend zijn bij nieuwe planmatige pogingen. Ook kan zij een uit gangspunt vormen voor nieuwe onderzoekingen en een geschikt voorbeeld bij het onderwijs. Meded. Landbouwhogeschool, Wageningen 63 (9), 1-95 (1963) 3 Het onderzoek in de ontwikkelingslanden brengt door de afstand van het veld tot het wetenschappelijk centrum waarvan het onderzoek uitgaat, bijzon dere voorzieningen en kosten met zich mede. Men ervaart hierdoor een rela tieve schaarste aan bereikbare literatuur, zodat het onderzoek bijzonder wordt gediend met studies als deze, die uit de praktijk van een socioloog zijn voort gekomen. Zulke studies kunnen worden bevorderd en gestimuleerd door het opzetten van systematische onderzoekprogramma's, waarin de kernvraagstuk ken van de sociologie der ontwikkeling worden geïdentificeerd, en door bin ding van afgestudeerden aan de Europese wetenschappelijke centra. Dit kan mogelijk worden gemaakt door middel van correspondentie en geregeld kon- takt van hoogleraren en wetenschappelijke staf met degenen, die in de praktijk werkzaam zijn in een aantal geselecteerde ontwikkelingslanden. Prof.Dr . R. A. J. VAN LIER Meded. Landbouwhogeschool, Wageningen 63 (9), 1-95 (1963) 1. INLEIDING Suriname maakt na de tweede wereldoorlog een snelle ontwikkeling door. Sinds 1954, toen het Tien Jaren Plan werd aangenomen, wordt deze ontwik kelingplanmati g geleid. Een van de doelstellingen van het Tien Jaren Plan is het verbeteren van het peil van de sociale en economische voorzieningen. Vooral de verbetering van het woonklimaat van de districten (hiermede wor den alle districten behalve Paramaribo bedoeld) werd in het middelpunt van de aandacht gesteld. Hierna zal een overzicht worden gegeven van de plannen die gedurende de periode 1955-1960 zijn ontworpen om dit woonklimaat te verbeteren. Eerst wordt aangegeven op welke wijze de huidige occupatievormen tot stand zijn gekomen. Daarna is een beschrijving gegeven van het Centraplan en het stedebouwkundig plan. In het Centraplan is een aantal richtlijnen op nationaal niveau geformuleerd. Hierop volgt de regionale uitwerking. In het stedebouwkundig plan is behalve de lokale uitwerking ook een aantal richt lijnen voor deze uitwerking gegeven. Tevens is een overzicht gegeven van een aantal maatregelen die bij de verdere uitwerking van deze plannen van groot belang zijn. Bijhe t weergeven van deze plannen is,waa r mogelijk, de lijn ge volgd welke is neergelegd in de door het Bureau Landelijke Opbouw en de afdeling Planologie van het departement van Openbare Werken gepubliceerde rapporten in de reeks „Centraplan voor Suriname" en „Het Stedebouwkun dig plan Suriname". De hiernavolgende beschrijving van deze plannen valt op door haar uit voerigheid. Dit is doelbewust gedaan, omdat gebleken is dat men bij de be handelingva nplanne n van ontwikkelingslanden zichvaa k beperkt tot degrot e lijnen. Deze zijn op zich interessant, maar ze geven geen of weinig inzicht in de problemen die men bij de uitwerking ontmoet. Het is vaak op de verdere uitwerking of op het gebrek aan verdere uitwerking dat in deze landen vele plannen, diei n grotelijne n geheel verantwoord waren, zijn gestrand. Vandaar dat een uitvoerige behandeling op zijn plaats wordt geacht om het inzicht te verruimen in de problemen, die aan de opbouw