WAA RDE VOL GRO EN Een Boek Over De Waardevolle
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
A W A A R D E V O L Een boek over de waardevolle bijdragen die burgers en bedrijven G R Oleveren aan natuur en landschap in Nederland. Zeventien portretten van bijzondere eigenaren en hun Nederlandse natuur, ruim honderd ervaringen en nieuwe ideeën om geld te verdienen met natuur en landschap en adviezen voor overheden om hun E N beleidsinstrumenten te verbeteren. waardevol groen waardevol groen Inhoud PAGINA Voorwoord – Waardevol groen 6 Samenvatting 8 Summary 12 Leeswijzer 16 1 Inleiding – Een nieuwe rol voor burgers en bedrijven die al eeuwen waardevol groen creëren 18 2 Geschiedenis van particulier natuurbezit 20 3 Economische pijlers 30 I RECREATIE EN HORECA 31 NP De Hoge Veluwe, Landgoed Mariënwaerdt, Efteling, Landgoed Keukenhof en Landgoed De Hoevens II ONDERHOUD: KOSTENVERLAGING EN INKOMSTENGROEI 83 ASR Landelijk Vastgoed en Landgoed Beekzicht III HUIZEN BOUWEN OF JUIST NIET 107 Landgoed Maarsbergen en Maatschappij van Weldadigheid in Frederiksoord IV OOGSTEN UIT DE NATUUR 129 Landgoed Welna V MAATSCHAPPELIJKE DIENSTEN VAN NATUUR 145 Landgoed Het Lankheet VI GEBIEDSAANPAK EN STREEKFONDSEN 159 Landgoed Kreil VII OVERIGE INKOMSTENBRONNEN 173 Landgoed Twickel, Landgoed Anderstein, Landgoed Vilsteren, Landgoed Scherpenzeel en Landgoed Tongeren VIII WAT OVERHEDEN KUNNEN DOEN 221 Dankwoord 234 Colofon 236 6 Voorwoord Waardevol Groen De groene ruimte in Nederland is van onschatbare waarde. Bossen, natuurgebieden en landschapselementen dragen, zowel in de stad als in het landelijk gebied, bij aan onze biodiversiteit. Ze bieden mensen de ruimte om alleen of juist met anderen tot rust, tot elkaar of tot sportieve prestaties te komen. Ze produceren hernieuwbare grondstofen voor de ‘Biobased Economy’, leveren duurzame bronnen van energie en bieden ons no- ten, vruchten, paddestoelen en vlees van wild en grote grazers. Ze houden regenwater vast, reguleren de hoeveelheid broeikasgassen en filteren fijnstof uit de lucht. Het zijn oases van rust en stilte, maar óók locaties van spanning, avontuur en actie. Je kunt er ongegeneerd en ongeremd tikkertje spelen, ravotten, klimmen en klauteren. De aanwezigheid van opengestelde bos- en natuurgebieden is voor de meeste Nederlan- ders een vanzelfsprekendheid. Lekker naar buiten, dat kan immers gewoon. De natuur is bereikbaar en toegankelijk. En het lijkt voor de meeste bezoekers alsof de natuur er altijd is zoals ze is en nooit meer zal veranderen. Dat de verschijningsvorm van de groene ruimte van elke dag slechts een momentopname in een dynamisch ecosysteem is en dat er tijd, geld en vakmanschap voor nodig zijn om de natuur al die verschil- lende functies op hetzelfde moment en dezelfde locatie te laten vervullen, dat beseft lang niet iedereen. Afhankelijk van de wensen die de maatschappij er aan stelt, heeft natuur professioneel beheer nodig door een keten van betrokkenen. Natuurbeheer is een bijzonder vak. Het vergt terrein- en vakkennis, inzicht in de abiotische en biotische factoren, besef van variërende (en soms welhaast onoverzienbaar lange) ‘productiecycli’ (boompje groot, plantertje dood) en tegelijk gevoel voor razendsnelle veranderingen in de maatschappij. De professionals uit de natuursector staan voor de voortdurende uitdaging om de brede groep betrokkenen uit politiek, bedrijfsleven en de directe omgeving tegelijk welkom te heten in hun bezittingen, mee te laten praten over de mogelijkheden om hun wen- sen in te willigen en hun randvoorwaarden veilig te stellen. Een interessante uitdaging voor een collectief goed, dat deels, maar lang niet volledig collectief wordt gefinancierd. De laatste decennia is er een aantal ‘kwetsbare vanzelfsprekendheden’ ontstaan rond- 7 om natuur en natuurbeleid (zie hiervoor het rapport Kwetsbare Vanzelfsprekendheden rond Natuur op onze website). Ze hebben betrekking op aannamen en uitspraken als ‘economisch gewin en natuur gaan niet samen’, ‘natuur is een wetenschappelijke verzameling beestjes en planten’, ‘de consument is alleen bereid te investeren in natuur als hierdoor zijn beleving van die natuur wordt verbeterd’ en ‘natuur is luxe’. Innovatie- Netwerk wil deze gedachten rondom natuur en natuurbeleid ter discussie stellen en op die manier een bijdrage leveren aan modern natuurbeleid, robuuste en vitale natuur en een krachtige natuursector. Samen met een groot netwerk van bekende en onver- wachte partners, werken we aan grensverleggende vernieuwingen die in de praktijk tot grensverleggende omslagen leiden. Op het gebied van natuur zijn dergelijke omslagen denkbaar in bijvoorbeeld organisatievormen en ketendenken binnen sectoren, ver- bindingen tussen de natuursector en op het oog onverwachte andere sectoren, op het gebied van draagvlak en in vernieuwende financieringsvormen en verdienmodellen. Met concepten als ‘Zuivelnatuur’ en ‘Panorama Natuur’ laat InnovatieNetwerk zien dat samenwerking met andere sectoren tot verrassende win-win-situaties kan leiden. Als melkveehouders en natuurbeheerders gaan samenwerken, kan op een voordelige ma- nier een hoge natuurkwaliteit ontstaan, waarmee tegelijk smaakvolle en hoogwaardige zuivelproducten kunnen worden geproduceerd. Dergelijke kansen zijn ook denkbaar in nieuwe vormen van samenwerking tussen de natuursector en bijvoorbeeld de recreatie- en de zorgsector. InnovatieNetwerk verkent ook mogelijkheden om nieuwe soorten investeerders te interesseren in het aanleggen en beheren van natuur. In het concept Nieuwe Marken ontwikkelen en beheren particuliere investeerders een eigen, streekgebonden woning en een gezamenlijk natuurgebied van 50 hectare dat openbaar toegankelijk is. Met het concept Knooperven laten we zien dat grootschalige landbouw en klein- schalig landschap met elkaar gecombineerd kunnen worden. In de vrijkomende gebouwen van een agrariër die zijn bedrijf beëindigt, worden appartementen gebouwd, waarbij een vereniging van eigenaren langjarig zorgdraagt voor het onderhoud van landschapselementen en recreatievoorzieningen. In het concept Malebossen verkennen we de mogelijkheden om gezamenlijk natuurgebieden te exploiteren en met het concept Productienatuur leveren we onder meer bijdragen aan de ambities op het gebied van duurzame energie door de benutting van biomassa en de exploitatie van windmolens in natuurgebieden. Al deze concepten zijn afhankelijk van initiatiefnemers die er in geloven. Van mensen die het lef hebben om een idee tot werkelijkheid om te vormen. Beleidsmakers en natuurbeheerders zijn op zoek naar belangwekkende vernieuwingen op het gebied van natuur. Spil daarin vormt de zoektocht naar alternatieve financieringsvormen en nieuwe verdienmodellen met vraaggerichte producten en diensten. In dit boek biedt InnovatieNetwerk aan deze zoektocht een bijdrage door er een groot aantal van te pre- senteren. Daarnaast vormt dit boek een portret van een specifiek onderdeel van de natuursector, namelijk dat deel van deze sector dat bestaat uit burgers en bedrijven die – om allerlei redenen – tijd en menskracht investeren in de aanleg, het behoud en de ontwikkeling van groen. Van een kleine landgoedeigenaar tot de grootste toeristische trekpleisters van ons land. Op hun eigen manier, met hun eigen doelstellingen en mogelijkheden leveren zij vaak al eeuwen een onmisbare bijdrage aan natuur in Nederland. Met hun creativiteit kunnen ze nieuwe initiatiefnemers inspireren. Van hun ervaring kunnen andere natuureigenaren heel veel leren. Reden om deze groep te belichten. Mij heeft dit boek bevestigd in mijn idee dat de natuursector goud in handen heeft. Goud dat op een slimme manier met de maatschappij gedeeld kan worden. Ik hoop dat het velen op nieuwe ideeën zal brengen. Zodat de natuur in al haar facetten bekend en bemind blijft, opdat we in Nederland nog lang kunnen genieten van dit waardevolle groen. Dr. Ger Vos, directeur InnovatieNetwerk 8 Samenvatting De groeiende rol van de markt in landschap en natuur Dit boek bestaat uit drie onderdelen. Het boek begint met een schets van het heden en verleden van natuur in Nederland en de rol van particulier grondbezit. Daarna volgt een groot hoofdstuk met een serie persoonlijke interviews over wat particuliere na- tuurbeheerders bezig houdt. In datzelfde hoofdstuk staat een overzicht van bestaande en toekomstige inkomstenbronnen en financieringswijzen, ter inspiratie van terrein- beheerders uit allerlei achtergronden. Dat overzicht eindigt met een reeks ideeën voor aanpassingen in het overheidsbeleid, om de regeldruk te verminderen en de ruimte voor ondernemerschap te vergroten. Geschiedenis Al voor de Romeinse tijd begint de afname van het bosareaal, tot rond 1800 een diep- tepunt wordt bereikt met 100.000 hectare. Dat is 3% van Nederland. Tegelijk neemt eeuwenlang de oppervlakte aan woeste grond toe, tot een hoogtepunt rond 1800 met 1 miljoen hectare, ongeveer een derde van Nederland. Zo ontstaan grote oppervlaktes heide waar boeren hun schapen laten weiden. In hoog- en laagveen wordt turf gewon- nen. Particulieren beginnen al voor de 18e eeuw met de aanleg van buitenplaatsen langs de Vecht en in de strook achter de duinen tussen Wassenaar en Bloemendaal. Een deel van de eigenaren besluit dat de buitenplaatsen zichzelf moeten bedruipen. Dat lukt eeuwenlang uit inkomsten van met name agrarische pacht, jachtrechten en houtpro- ductie. Zo ontstaan de multifunctionele landgoederen die we nu nog kennen. Particulieren gaan in de 19e eeuw woeste gronden ontginnen voor graanteelt en houtproductie. Zij kopen op grote schaal domeingronden van de overheid die deze inkomsten goed kan gebruiken vanwege de grote staatschulden die zijn ontstaan in de Franse tijd.