De Bibliografie van de Nederlandse landbouwgeschiedenis bestaat uit twee delen: I 1875 - 1939 II 1940 - 1970

Deze uitgave kwam tot stand met steun van de Stichting Fonds Landbouw Export Bureau 1916-1918. ; 3 O /! '>Jl A 1 - M1 Bibliografie van de Nederlandse landhouwgeschiedenis Deel H- 1940-1970

Samengesteld door W. D. Brouwer

Centrum voor landbouwpublikaties en landbouwdocumentatie Wageningen — 1975 ISBN 90 220 0569 0

©Centru m voor landbouwpublikaties en landbouwdocumentatie, Wageningen, 1974

No part of this book may be reproduced and published in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publishers.

Omslagillustratie ontleend aan: J. Thys, Historische verhandelinge over den staet van het Nederland. Deel I. Mechelen, 1809.

Omslagontwerp en typografie: Pudoc, Wageningen

Printed in the by Krips Repro, Meppel Inhoudsopgave

nrs. blz- Inleiding VII Geraadpleegd materiaal IX-X I Inlichtingen voor het landbouwhistorisch onderzoek 1- 113 1- 7 1. Landbouwhistorische handboeken 1- 12 1 2. Landbouwhistorische bibliografieën 13- 42 1- 3 3. Bronnenpublikaties 43- 55 3- 4 4. Musea 56- 58 4 5. Aardrijkskundige hulpmiddelen 59- 69 4 6. Metrologie 70- 99 5- 6 7. Literatuur betreffende debeoefenin g van de agrarische geschiedenis 100— 113 6—7

II Publikaties over de Nederlandse landbouwgeschiedenis 114—2941 8—163 1. Nederland algemeen 114- 887 8- 48 a. algemene agrarische geschiedenis 114— 232 8— 14 b. economische agrarischegeschiedenis, grondbelasting 233- 295 14- 18 c. sociale agrarische geschiedenis 296— 366 18—2 1 d. juridische agrarische geschiedenis 367— 398 21— 23 e. grondbezit, grondgebruik 399- 404 23 ƒ akkerbouw enakkerbouwgewassen, voeding 405— 467 23— 26 g. weidebouw en veeteelt 468- 487 26—2 7 h. paarden en runderen 488— 504 27—2 8 i schapen 505- 508 28 j. overige dieren 509— 518 29 k. veeteeltprodukten 519-526 29 L tuinbouw 527- 587 30- 32 nu bosbouw (alleen literatuur 1967-1970) 588- 592 33 ru landbouwwerktuigen 593— 635 33—3 5 o. ontginningen, waterstaat, polders, bedijkingen en overstromingen 636- 702 35—3 8 p. ruilverkaveling 703- 710 38- 39 q. veengraverijen 711—715 39 r. kavel- en dorpsvormen 716— 720 39 s. boerenhuizen 721- 766 39—4 1 t. molens 767- 777 42 u. landbouwcoöperatie 778- 788 42—4 3 v. landbouwindustrie 789- 801 43 w. landbouwmaatschappijen en andere organisaties 802— 815 44 x. onderwijs en voorlichting 816— 850 45—4 6 y. veldnamen, e.d. 851- 887 46- 48 2. Groningen 888-1095 48- 61 3. Friesland 1096-1453 61-79 4. Drente 1454-1643 79-'88 5. 1644-1784 88- 96 6. Gelderland 1785-1958 96-106 7. Utrecht 1959-2033 107-112 8. Noord-Holland 2034-2261 112-124 9. Zuid-Holland 2262-2439 124-134 10. Zeeland 2440-2552 134-141 11. Noord-Brabant 2553-2775 141-152 12. Limburg 2776-2917 153-161 13. IJsselmeerpolders 2918-2941 161-163

Register van auteursnamen 165-178 Register van aardrijkskundige namen 179-185 Inleiding

Naar aanleiding van de uitgave van de 'Systematische Bibliografie, behorende bij Zwanzig Jahre Agrargeschichte im Benelux-Raum, 1939-1959', verschenen in A.A.G. Bijdragen 5 (1960), samengesteld door prof. dr. B.H . Slichér van Bath, werd het wenselijk geacht een totaal overzicht van literatuur, verschenen over de Landbouwgeschiedenis van Nederland, samen te stellen. In 1968 ben ik op de Afdeling Agrarische Geschiedenis van de Landbouwhoge­ school in Wageningen begonnen met het verzamelen van deze literatuur. Dat deze bibliografie eerst nu verschijnt, is te wijten aan het feit dat ik sedert eind 1970 als docent geschiedenis verbonden ben aan het Marnix-College te Ede,hetgee n met zich meebracht dat het werk aan deze bibliografie enige tijd isblijve n liggen. Decomplet e bibliografie bestrijkt de periode van 1875 tot en met 1970. Bij de uitgave werd een scheiding gemaakt tussen literatuur verschenen vóór 1940 in deel I, en literatuur verschenen van 1940 tot en met 1970 in deel II. Deze scheiding is gemaakt omdat eerst met de oprichting van de 'Studiekring voor de geschiedenis van de landbouw' in 1939, het wetenschappelijk onderzoek van de Landbouw­ geschiedenis in Nederland op ruime schaal is begonnen. Deze bibliografie begint in 1875, omdat B.W .A . E. Sloet tot Oldhuis en W.'J.D . van Iterson reeds in 1874 een 'Proeve eener opgave van bouwstoffen voor eene geschiedenis en statistiek van den Nederlandschen landbouw*lieten verschijnen. Voor literatuur over de bosbouwgeschiedenis wordt verwezen naar de 'Bibliografie van de Nederlandse bosbouwgeschiedenis', die ik voorheen samenstelde en welke in 1967 werd uitgegeven door de Afdeling Agrarische geschiedenis van de Landbouw­ hogeschool in Wageningen. Literatuur over de bosbouwgeschiedenis verschenen van 1967 tot en met 1970 iswe l in deel II van deze bibliografie opgenomen. Zoals iedere bibliografie is ook deze onvolledig hetgeen blijkt uit het feit dat archiefinventarissen niet volledig zijn opgenomen. Een woord van dank is hier op zijn plaats voor het personeel van de Centrale Bibliotheek van de Landbouwhogeschool in Wageningen, die gezorgd heeft, dat de literatuur welke ik voor het samenstellen van deze bibliografie nodig had, tot mijn beschikking kwam. Moge deze bibliografie bijdragen tot een verdere studie van de landbouwgeschiede­ nisva n Nederland.

Ede, september 1974.

VII Geraadpleegd materiaal

Het materiaal voor dit deel van deze bibliografie is ontleend aan:

A Documentatiegegevens welke op de Afdeling Agrarische Geschiedenis te Wage­ ningen aanwezig zijn.

B Bibliografieën voorzover verschenen tot en met het jaar 1970: Bibliografie van de geschiedenis van de provincie Utrecht tot 1963. Uitgave van de Vereniging 'Oud-Utrecht', 3 delen. (1967). (Stenciluitgave). Buck, H. de. Bibliografie der geschiedenis van Nederland. Leiden, (1968). Dingeldein, W.H. & G. J. ter Kuile jr. Overijsselsche bibliographie 1949-1951. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 68 (1953) — 81 (1966). Fockema Andreae, S. J. Overijsselsche bibliographie 1935-1940. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 57 (1941): 147—192. Frisiaca 1958—1961. Lijst van literatuur over Friese geschiedenis. Leeuwarden, (1962). Gouda Quint, P. Grondslagen voor de bibliographie van Gelderland. Vervolgdeel 1926-1940. Werken Gelre 22 (1942). Historia Agriculturae. I-IX, (1953-1968). Jirlow, R. &J . M.G . van der Poel. De inheemse Nederlandse ploegen. Wageningen, (1968), p. 75-78. Kalma, J. J. Repertorium Frieslands verleden; overzicht van tijdschriftartikelen de Friese geschiedenis betreffende. Leeuwarden, (1955) . Kuile jr., G. T. ter. Overijsselsche bibliographie 1941-1945, 1946-1948. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 63 (1948): 123—167, 65 (1950): 196-237. Literatuur over Zeeland. Uitgave Provinciale bibliotheek van Zeeland, (1950). Miedema, H.T.J. Bibliografie van Dr. J. Naarding. Drie-maandelijkse bladen 15 (1963): 160-168. Poel, J. M.G . van der. De beoefening van de tuinbouwgeschiedenis in Nederland. Meded. Dir. Tuinb. 15(1952) : 945-952. Poel, J. M.G .va n der. Wegwijzer in de landbouwgeschiedenis. Zwolle,(1953) . Poel, J. M.G . van der. Honderd jaar landbouwmechanisatie in Nederland. Wage­ ningen, (1967). (Hieruit p. 289-301). Repertorium van boeken en tijdschriftartikelen betreffende de geschiedenis van Nederland 1940-1962. Groningen/Leiden, (1943-1969). Romein, J. M.Apparaa t voor de studie der geschiedenis. Groningen, (1964). Santema, O.Bibliograf y fan Fryslâns Sûdwesthoeke. Leeuwarden, (1959).

IX Sucher van Bath, B.H . Mensch en land in de middeleeuwen. 2 Delen. Assen, (1945). Slicher van Bath, B.H. Guide to the work of Dutch mediaevalists 1919-1945. Speculum 23 (1948): 236-266. Ook in: Herschreven historie. Leiden, (1949) p. 30-70. Slicher van Bath, B.H . De agrarische geschiedenis van West-Europa (500—1850). Utrecht, (1960), p. 369-388. Slicher van Bath, B.H . Systematische bibliografie behorende bij Zwanzig Jahre Agrargeschichte im Benelux-Raum, 1939-1959 A.A.G. Bijdragen 5 (I960). Slicher van Bath, B.H . Alfabetische lijst van boeken en tijdschriftartikelen van belang voor de kennis van de oude Nederlandse en Belgische maten en gewich­ ten. A.A.G. Bijdragen 11(1964) : 210-221. Sneller, Z. W.(Red.) . Geschiedenis van den Nederlandschen landbouw, 1795—1940. Groningen, (1943). (2e Druk, 1951). Studies over de sociaal-economische geschiedenis van Limburg 7 (1962): 121—1«59. Tarieding en oerliz; omschrijving en afbakening van het sociaal-wetenschappelijk onderzoek door de Fryske Akademy in de Friese wouden. Leeuwarden, (1956). Veen, B.va n der. Bibliografy fan Dr. O.Postma . It Beaken 20 (1958): 133-144. Vries, K. de. Literaturübersicht 1964/65 Westfriesland. Jahrbuch der Gesellschaft für bildende Kunst und Vaterländische Altertümer zu Emden 46 (1966): 254-264. Wander, B. Eine Übersicht der niederländischen volkskundlichen Literatur 1945-1955. Deutsches Jahrbuch für Volkskunde 3(1957) : 258-266. Wander, B. Voorlopige bibliografie historisch-boerderij-onderzoek, 1960—1963, 1964—1966. Uitgegeven door 'Het Nederlands Openluchtmuseum' en'Stichting Historisch boerderij-onderzoek'. Arnhem, (1965, 1967).

C Een aantal tijdschriften, welke zonder veel moeite in Wageningen geraadpleegd kon worden. Literatuur over de bosbouwgeschiedenis is alleen opgenomen voorzover verschenen in dejare n 1967-1970.

X I Inlichtingen voor het landbouwhistorisch onderzoek

1. Landbouwhistorische handboeken

1.Alberts ,Jappe .W &H . P. H. Jansen, Welvaart in wording; sociaal-economische geschiedenis van Nederland van de vroegste tijden tot het einde van de middeleeuwen. 's-Gravenhage, (1964), VI +30 4 p. 2. Brugmans, I. J., Paardenkracht en mensenmacht; sociaal-economische ge­ schiedenis van Nederland, 1795-1940. 's-Gravenhage, (1961), XVI + 591 p. 3. Ceres en Clio; zeven variaties op het thema landbouwgeschiedenis. Wage­ ningen, (1964), 235 p. 3a. Dillen, J. G. van. Van rijkdom en regenten; handboek tot de economische en sociale geschiedenis van Nederland tijdens de Republiek, 's-Gravenhage, (1970), IX+ 69 8 p. 4. Geschiedenis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw 1795—1940,Dr . Z.W . Sneller (Red.). Groningen, (1943) 544 p., 1951,2 e Druk, 535 p.). 5. Geschiedenis, Algemene ... der Nederlanden 1(1949) : 147-152, 211-214, 286-290, 334-348, 395-401, 411-413, 417-418; 2 (1950): 450-486; 4 (1952): 220-223; 233-236; 5 (1952): 243-244; 6 (1953): 129-132; 7 (1954): 303-304; 8 (1955): 254-255, 265-272; 10 (1955): 288-292; 11 (1956): 158-161; 12(1958): 186-190. 6. Geschiedenis van het landbouwonderwijs. In: Het landbouwonderwijs in Nederland, 's-Gravenhage, (1960) p. 12-18. 7. Houtte, J. A. van. Economische en sociale geschiedenis van de lage landen. Zeist/Antwerpen, (1964),X V +36 6 p. 8. Niermeyer, J. F. De wording van onze volkshuishouding; hoofdlijnen uit de economische geschiedenis der Noorderlijke Nederlanden in de middeleeuwen. Den Haag,(1946) , 110p . 9. Slicher van Bath, B.H . Mensch en land in de middeleeuwen; bijdrage tot een geschiedenis der nederzettingen in oostelijk Nederland. 2 Delen. Assen, (1945), XXIII +31 3 p. en XI +30 7 p. 10. Slicher van Bath, B.H . Duizend jaar landbouw in de Nederlanden in vogel­ vlucht (800 tot 1800). In: Landbouwgeschiedenis, 's-Gravenhage, (1960), p. 21-95. 11. Slicher van Bath, B.H. De agrarische geschiedenis van West-Europa (500— 18.50).Utrecht , (1960).41 6 p.(2 e Druk, 1962). 12. Smits, C. Beknopte geschiedenis van de Nederlandse landbouw, Zwolle, (1952), 99 p.

2. Landbouwhistorische bibliografieën

13. Bibliografie betreffende de landbouwgeschiedenis in Limburg. Studies over de sociaal-economische geschiedenis van Limburg 7(1962) : 121— 159 .

1 14. Bibliografie van de geschiedenis van de provincie Utrecht tot 1963. Uitgave van de Vereniging 'Oud-Utrecht'. (1967) ,V +61 5 p.(stenciluitgave , 3 Delen). 15. Bibliografie van de werken van Mr. S.J. Fockema Andreae. Samengesteld door Dr. J. Westenberg, met een inleiding door Prof. Mr.J . Th. de Smidt. 's-Gravenhage, (1968), VII + 57 p. 16. Bibliographie, Overijsselsche ... 1935-1940, 1941-1945, 1946-1948, 1949—1951. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 57 (1941): 147-192, 63 (1948): 123-167, 65 (1950): 196-237, 68 (1953) - 81 (1966). 17. Bouwstoffen voor de bibliografie van de Nederlandse landarbeider in de 19e eeuw. Historia Agriculturae 6 (1962): 59—115. 18. Brouwer, W.D . Bibliografie van de Nederlandse bosbouwgeschiedenis. Wageningen, (1967), 88 p. 19. Buck, H. de,Bibliografi e der geschiedenis van Nederland. Leiden, (1968),X X + 712 p. 20. Frisiaca 1958—1961; lijst van literatuur over Friese geschiedenis. Leeuwar­ den, (1962), 213 p. 21. Gouda Quint, P. Grondslagen voor de bibliographie van Gelderland. Vervolg­ deel 1926-1940. Werken Gelre 22 (1942): 237 p. 22. Kalma, J. J. Repertorium Frieslands verleden; overzicht van tijdschriftartike­ len de Friese geschiedenis betreffende. Leeuwarden, (1955), 416 p. 23.Kijlstra, R. W. e.a. Landbouwhistorische bibliografie voor het jaar 1954. Historia Agriculturae 4(1957): 1-84. 24. Landbouw Courant, De ... in de 19e eeuw over de landarbeider. Historia Agriculturae 7(1963) : 75-107. 25. Literatuur over Zeeland. Uitgave Provinciale bibliotheek van Zeeland, (1950), 40 p. 26. Miedema, H.T . J. Bibliografie van Dr. J. Naarding. Driemaandelijkse bladen 15(1963): 160-168. 27. Overzicht van landbouwhistorische werken verschenen in 1956, 1957, 1958, 1959, 1960, 1961, 1962 en 1963. Historia Agriculturae 6 (1962): 22-58, 7 (1963): 10-74,8(1965): 14-96,9(1968): 18-45. 28. Poel, J. M. G. van der, De beoefening van de tuinbouwgeschiedenis in Nederland. Meded. Dir. Tuinb. 15(1952) : 945-952. 29. Poel, J. M. G. van der. Wegwijzer in de landbouwgeschiedenis. Zwolle, (1953), 71p . 30. Poel, J. M. G. van der. Landbouwhistorische bibliografie voor de jaren 1950-1953. Historia Agriculturae 1 (1953): 1-26, 2 (1954): 1-44, 3 (1956): 2-104. 31. Repertorium van boeken en tijdschriftartikelen betreffende de geschiedenis van Nederland. 1940-1962, Leiden, 1943/1969. 32. Romein, J. M. Apparaat voor de studie der geschiedenis.Groningen , (1964), 176 p. 33. Santema, O. Bibliografy fan Fryslâns Südwesthoeke. Leeuwarden, (1959), 98 p. 34. Sucher van Bath, B.H. Guide to the work of Dutch mediaevalists, 1919— 1945 (7). Speculum 23 (1948): 236-266. Ook in: Herschreven Historie. Leiden, (1949), p. 30-70. 35. Slicher van Bath, B.H . Systematische bibliografie, behorende bij Zwanzig Jahre Agrargeschichte im Benelux-Raum, 1939—1959. A.A.G. Bijdragen 5 (1960): 146 p. 36. Slicher van Bath, B. H. Alfabetische lijst van boeken en Tijdschriftartikelen van belang voor de kennis van de oude Nederlandse en Belgische maten en gewichten. A.A.G. Bijdragen 11(1964) : 210 221. 37. Tarieding en oerliz; omschrijving en afbakening van het sociaal-wetenschap­ pelijk onderzoek door de Fryske Akademy in de Friese Wouden. Leeuwarden, (1956), 176 p. (vele bibliografische gegevens). 38. Veen, B. van der. Bibliografy fan Dr. O.Postma . It Beaken 20 (1958):133 — 144. 39. Vooys, A.C . de & J. M.G . Kleinpenning, Bronnen voor het regionale onder­ zoekin Nederland. Groningen, (1963), 196 p. (Bibliografische gegevens). 40. Vries, K. de. Literaturübersicht 1964/65;Westfriesland . Jahrbuch der Gesell­ schaft für bildende Kunst und Vaterländische Altertümer zu Emden 46 (1966): 254-264. 41. Wander, B. Eine Übersicht der niederländischen volkskundlichen Literatur 1945-1955. Deutsches Jahrbuch für Volkskunde 3 (1957): 258-266. 42. Wander, B. Voorlopige bibliografie historisch boerderij-onderzoek, 1960— 1963, 1964-1966, met aanvullingen over 1960-1963. Arnhem, (1965, 1967).

3. Bronnenpublikaties

43. Enklaar, D. Th. & J. Ph. de Monté Verloren, Oorkonden betreffende een tiental marken. Fontes minores medii aevi 4 (1956): 80 p. 44. Fockema Andreae, S.J . Bronnen voor de geschiedenis van de landbouw. In: Landbouwgeschiedenis. 's-Gravenhage, (1960) p. 169—183. 45. Formsma,W .J . Archiefgids van Overijssel. Groningen, (1942), 57p . 46. Formsma, W.J . & B. van 't Hoff. Repertorium van inventarissen van Neder­ landse archieven. Groningen, (1947), 100 p. (2e Druk, (1965), 132 p.). 47. Gidsvoo r de archieven van gemeenten en waterschappen, (1945). 48. Herdenkingsbulletin, Statistisch . . .va n het Centraal Bureau voor de Statis­ tiek 20jare n na de bevrijding. 21 no. 35 (1965). (3 mei. Statistische gegevens 1938, 1946, 1949, 1952, 1955, 1958, 1961, 1963, 1964 o.a. landbouw, handel, consumptie, prijzen). 49. Hoek, C. & J.H. Brakke. Repertorium op de lenen van Matenesse 1344— 1798.Jaarboe k Onsvoorgeslach t (1956): 30-76. 50. Posthumus, N.W. Nederlands(ch)e prijsgeschiedenis. 2 Delen. Leiden, (1943 en 1964). 51. Slicher van Bath, B. H. Teksten behorende bij De Agrarische geschiedenis van West-Europa. A. Middeleeuwen B. Nieuwe tijd. A.A.G. Bijdragen 2 en 3 (1959): 208 p.(stenciluitgave) . 52. Slicher van Bath, B. H. Accounts and diaries of farmers before 1800 as sources for agricultural history. A.A.G. Bijdragen 8 (1962): 5—33. 53. Vlam, A.W . De kadastrale archieven en hun betekenis voor de bodemkundi- ge. Landbouwk. Tijdschr. 61 (1949): 465-473, ook in: Agronomisch-histo­ rischjaarboe k 5 (1951), Boor en spade 4 (1951): 326-335. 54. Wouters, H. H. E. De betekenis van de archieven voor de gewestelijke en lokale geschiedenis in Limburg. Nederlands archievenblad 63 (1958/59): 215-241. 55. Zwinderman, J. Bemesting in oude tijden. Oeze volk 3 (1959): 128.

4- Musea

56. Bernet Kempers, A.J . Het Nederlands Openluchtmuseum zoals het groeide en nu is, 1912—1962. Bijdragen en mededelingen van het Nederlands open­ luchtmuseum 25 (1962): 4- •32. 57. Bernet Kempers, A.J . Vijftig jaar Nederlands Openluchtmuseum. Arnhem, (1962), 177p . 58. Besselaar, H. Boerenwagens in Buren. Spiegel Historiael4 (1969): 182—183. (museum).

5. Aardrijkskundige hulpmiddelen

59. Atlas van Nederland. Uitgave van de Staatsdrukkerij- en Uitgeverijbedrijf, 's-Gravenhage, (1963- )ca . 100 kaarten. 60. Bieze, T. W. Beschrijvende lijst van landbouw-historisch belangrijke kaarten uit het archief der Genie in het Algemeen Rijksarchief te 's-Gravenhage. Historia Agriculturae 9 (1968): 149-178. 61. Bodemkaart, De . . .va n Nederland, uitgegeven door De Stichting voor bodemkartering. Wageningen, (1961). 10Kaarten . Toelichting bij de bodem- kaart van Nederland. Wageningen, (1965), 292 p. 62. Boerendonk, M.J . Historische landbouwkaart van Holland, samengesteld aan de hand van de Enqueste, 1494 en de Informacie, 1514. Amsterdam, (ca. 1943). 63. Fockema Andreae, S. J. De Biesbos door Chr. Sgroten (c. 1570).Tijdschr . K. ned. aardrijksk. Genoot. 2e Reeks 79 (1962): 1—2. 64. Kley, J. van der. Het ontstaan en de geschiedenis, de functie en de betekenis van de waterstaatskaart en de kartografische aspecten ervan. Tijdschr. K. ned. aardrijksk. Genoot. 2e Reeks 82 (1965): 409-428. 65. Landbouwatlas van Nederland. Zwolle,(1959) , 34 Kaarten. 66. Piscator, N.J. Kaart van 1628 van Friesland, Groningen en het land van Emden, toegelicht door S.J . Fockema Andreae. Assen, (1948), 12p . 67. Roebroeck, E. De eerste topografische kaart van Limburg. Bijdrage voor de geschiedenis der Nederlanden 21 (1966/67): 122-130. 68. Schuitema Meijer, A.T . De hofstede van de Groningse dichter Johan van Nyenborgh. Groningen 1(1959) : 107-111. (kaart van landerijen). 69. Sems, J. Kaart van 1631 van de noordkust der provincie Groningen. Met plan tot bedijking der aanwassen. Assen, (1948). 6. Metrologie

70. Blaauw, J.N. Door meten tot weten. De speelwagen 5 (1950): 178-180 (Noordhollandse maten). 71. Breebaart, D. Wat de lezers interesseert. De speelwagen 2 (1947): 326. (Oppervlakte-maten). 72. Bijhouwer, J.T. P. Kavelmaten hier en elders. Lanbouwk. Tijdschr. 61 (1949): 18-20. 73. Coppens, H. Oud en nieuw kadaster. Spiegel Historiael 3 (1968): 597—603. 74. Dijck, A. van. Oude maten in Brabant. Eigen schoon en de Brabander 39 (1956): 361-363. 75. Entrop, B. Van maten en gewichten op een oude Drentse rommelzolder. Oud-Nederland (1950): 70. 76. Essink, H. Baardwijkse sprokkelingen, landmaten, gewichten. Brabants heem 5 (1953): 68. 77. Faber, J. A. Koningsroede en pondemaat. It Beaken 27 (1965): 107-114. 78. Fockema Andreae, S.J . Beginselen van Nederlandsche métrologie. Neder- landsch archievenblad 49 (1941/43): 185-206. 79. Fockema Andreae, S.J . Leids en Rijnlands gewicht. Leids jaarboekje 49 (1957): 60-64. 80. Fockema Andreae, S.J . Oude landmaten. Nibem jaarboekje 24 (1960):14 — 19. 81. Geselschap, J. Een landmatenprobleem: De verhouding tussen gaarde en roede. Holland 1(1969) : 83-85. 82. Handschrift over landmaten etc. uit het begin van de 16e eeuw uit het klooster Thabor bij Sneek. U.B.Groningen , Handschrift 103. 83. Harmsen, Th.W . De landmeetkunde in het gebied van de tegenwoordige Nederlandse provincie Limburg vóór 1794. Publications de la société histo­ rique et archéologique dans le Limbourg 94/95 (1958/59): 353-469. 84. Jong, D.L . de. Landmeters in de middeleeuwen. O.T.A.R. 39 (1954/55): 160-163. 85. Ketner, F. Bijdrage tot de kennis van de Utrechtse maten en gewichten. Bijdragen en mededeelingen van het Historisch genootschap 66 (1948): 190— 198. 86. Keuning, J. Meting en kartering van Schieland. Zuid-Hollandse studiën 2 (1952): 124-138. 87. Keuning, J. Bernardus Schotanus aSterringa ; zijn leven en zijn kartografische oeuvre. De vrije Fries 42 (1955): 37-87. (o.a. over lengte- en oppervlakte­ maten in Friesland). 88. Postma, O. Een landmeter aan het werk in de 16e eeuw. Groningse volks­ almanak (1953): 50-68. 89. Rentenaar, R. Landmaten en veldnamen. Mededelingen van de centrale commissie voor onderzoek vanhe t Nederlandse volkseigen 17(1965) : 10—12. 90. Roessingh, H.K . Gelderse landmaten in de 17e en 18e eeuw. Een empirische benadering. Bijdragen en mededelingen betreffende de geschiedenis der Nederlanden 83 (1969): 53-98. 91. Rombach, J.H. Over maten en gewichten. Contactblad regionale en locale geschiedenis Noord-en Zuid-Holland 1 (1968): 74-82. 92. Scherft, P. Het stedelijk IJkwezen te Breda. Jaarboek De Oranjeboom 3 (1950): 121-160; 4 (1951): 51-74; 5 (1952): 59-96. 93. Schrijver, H. de. Geschiedenis van het landmetersberoep. Zonder plaats, (1968), 50 p. 94. Versprille,A .Ee n aanteekening over de muddepenning. Leidsch jaarboekje 37 (1945): 57-61. 95. Zevenboom, K.M.C. De gewichten die vóór 1820 te Amsterdam werden gebruikt en de ijkmerken die daarop worden aangetroffen. Jaarboek Amstel- odamum45(1953):46-107. 96. Zevenboom, K.M.C. Bijdrage tot de kennis van de oude Amsterdamse graanmaat. Verh. K. ned. Akad. Wet. Afd. Letterkunde Nieuwe Reeks 66 no. 1 (1959): 95 p. 97. Zevenboom, K. M.C . De bemoeiingen vanhe t Instituut en de Akademie met het ijkwezen. Verh. K. ned. Akad. Wet. Afd. Letterkunde Nieuwe Reeks 67 no. 1 (1960): 190p . 98. Zevenboom, K.,M.C . Theorie over de ontwikkeling van de Nederlandse voet­ en ellematen. Verh. K. ned. Akad. Wet. Afd. Letterkunde Nieuwe Reeks 70 no. 3(1964): 150p . 99. Zevenboom, K.M.C, en D. A. Wittop Koning, Nederlandse gewichten. Stelsels, ijkwezen, vormen, makers en merken. Mededeling uit het Rijks­ museum voor de geschiedenis der natuurwetenschappen te Leiden 86 (1953): 247 p.

7 Literatuur betreffende de beoefening van de agrarische geschie­ denis

100.Poel , J. M.G . van der. Het Nederlands Agronomisch-Historisch Instituut en de beoefening van de landbouwgeschiedenis in het binnen- en buitenland. Landbouwk. Tijdschr. 64 (1952): 91-100. 101. Poel, J. M.G . van der. Die Pflege der Agrargeschichte in den Niederlanden. Zeitschrift für Agrargeschichte und Agrarsoziologie (1953): 154—155. 102.Poel , J.M. G. van der. De stand van het landbouwhistorisch onderzoek in Nederland. Geografisch Tijdschr. 7 (1954): 231-234. 103. Poel, J. M.G . van der. Agrarische geschiedenis. Veenman's Agrarische Winkler Prins 1(1954) : 182-184. 104. Poel, J. M. G. van der. De beoefening van de landbouwgeschiedenis in het binnen- en buitenland. In: Landbouwgeschiedenis. 's-Gravenhage, (I960)), p. 187-210. 105. Slicher van Bath, B.H . De betekenis van het archivalisch onderzoek voor de geschiedenis van de landbouw. Agronomisch-Historisch jaarboek 4 (1949), ook in: Landbouwk. Tijdschr. 60 (1948): 2-7. 106. Slicher van Bath, B.H . De archieven als bronnen voor de agrarische geschie­ denis. A.A.G. Bijdragen 1(1958 ) 12p , ook in: Nederlands archievenblad 63 (1958/59): 36-47. 107. Slicher van Bath, B.H. , Zwanzig Jahre Agrargeschichte im Benelux-Raum, 1939-1959, Zeitschrift für Agrargeschichte und Agrarsoziologie 8 (1960) 68-78; ook in: A. A. G. Bijdragen 4 (1960 ) 108. Slicher van Bath, B.H . De beoefening der sociale en economische geschiede­ nis in Nederland; een informatief overzicht. Hand. soc. wet. Raad K. Ned. Akad.Wet. (1961): 36 p. 109. Slicher van Bath, B.H . De betekenis van de gewestelijke geschiedbeoefening. Varia Historica Brabantica 1(1962) : 47-62. 110. Slicher van Bath, B.H. De agrarische geschiedenis als wetenschap en haar relatie tot de sociologie.Men s en maatschappij 37 (1962): 81—91. 111. Slicher van Bath, B.H . Stromingen in de agrarische geschiedenis gedurende de laatste 35jaar . Historiunculae 10(1965) : 79-81. 112. Slicher van Bath, B.H. Wat is geschiedenis? Inleiding tot de geschiedweten­ schap voor niet-historici. Wageningen, (1967), I + 144 p. (De agrarische geschiedenis, biz. 118-143). 113. Steur, A. G. van der. Beoefening van de plaatselijke en gewestelijke geschiede­ nisi nNederland . Fibula 6 (1965): 6-10, 28-32,42-47, 76-80. II Publikaties over de Nederlandse Landbouwgeschiedenis

1. Nederland algemeen

a. algemeneagrarisch e geschiedenis

114.Baert , J. Jan Kops, pionier van Hollands landbouw. 's-Gravenhage, (1943) 89p . 115. Bakker, J. P. Bodemgesteldheid en klimaat. In: Z. W.Snelle r (Red.). Geschie­ denis van den Nederlandschen landbouw, 1795-1940. Groningen, (1943), p. 125-142. 116. Biemans, J.M. De overheid en de agrarische depressie van 1873 (1874)— 1896.Wageningen , (1962), 34 p.(scriptie) . 117. Bliek, P.J . De boerenstand en de regeeringszorg. Nieuw Nederland 8 (1941/42): 618-640, 671-696. 118. Bool,C .H . Landbouwgeschiedenis. Zwolle,(1952) ,VI I + 123 p. 119. Bouman, P. J. De landbouw op de zeeklei. In: Z. W.Snelle r (Red.). Geschie­ denis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw, 1795—1940. Ie Druk. Gro­ ningen, (1943), p. 277-294. (2e Druk, (1951), p. 293-312). 120. Bijenteelt, De ... tussen de 80-jarige oorlog en de Franse overheersing. Maandschrift voor bijenteelt 44 (1962): 184-185, 191. 121. Ceres en Clio; zeven variaties op het thema landbouwgeschiedenis. Geschre­ ven ter gelegenheid van het vijfentwintigjarig bestaan van de Studiekring voor de geschiedenis van de landbouw. Wageningen, (1964), 235 p. (Agronomisch- Historische bijdragen, (Deel 2,6). 122.Coornaert , E. La Hollande au XVIIe siècle: l'aménagement du sol. L'informa­ tion historique 17(1955) : 40-41. 123. Domhof, J. Strooiselwinning voor potstallen in verband met de profielbouw van de heide- en oude bouwlandgronden. Boor en spade 6 (1953): 192—203. 124. Doorman, G. Octrooien voor uitvindingen in de Nederlanden uit de 16e — 18e eeuw. 's-Gravenhage, (1940), 348 p.(Eerst e reeks aanvullingen. 's-Graven­ hage, (1942), 28 p.) 125. Edelman, C.H . Enige ongewone aspecten van de bodemkunde. Boor en spade 5(1952): 184-193. 126. Edelman, C. H. &A . W.Edelman-Vlam , Studies concerning the morphogene­ sis of some old rural settlements in the sandy areas of the Netherlands. Tijdschr. K. ned. aardrijksk. Genoot. 2e Reeks 77 (1960): 312-218. 127. Emmens, J. A. De ontwikkeling van de landbouw vergeleken met die van de industrie over de laatste 70jaren . Landbouwk. Tijdschr. 68 (1956): 906-915. 128. Erens, F. 'Beschaafd grondeigenaar' streefde naar verbetering van de land­ bouw. 19N U 6 no. 5(1970) : 32-35. (Staring). 129. Fussell, G. E. Low countries' influence on English farming. The English historical review 74 (1959): 611-622. 130. Fussell, G. E. Agricultural history in Holland. Agricultural history 33 (1959): 141-142. 131. Ganshof, F. L. Medieval agrarian society in its prime; France, the Low Countries and W.Germany. In: J.H. Clapham and E. Power (Ed.) The Cambridge economic history of Europe, from the decline of The Roman Empire. I. The agrarian life of the Middle ages. Cambridge, (1942) p.278 — 322; 2nd Ed. (1966). M.M .Posta n (Ed.) p. 291-339). 132. Ganshof, F. L. Manorial organization in the Low Countries in the seventh, eighth and ninth centuries. Transactions of the royal historical society 4th Ser. 31(1949): 29-59. 133. Groenman, Sj. Hoe zijn de kleine boerenbedrijven ontstaan? Tijdschr. econ. soc. Geogr. 37 (1946): 296-300. 134. H. De Nederlandse boer in de Franse tijd. Plattelandspost 16no . 14 (1960). 135. Halbertsma, H. Schets vanhe t terpenonderzoek in Nederland. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 49 (1958): 235-239. 136. Halbertsma, H. De cultuur van het noordelijk kustgebied. In: Honderd eeuwen Nederland. 2e Druk 's-Gravenhage, (1959) p. 178—197. 137. Hofstee, E.W . Over de oorzaken van de verscheidenheid in de Nederlandse landbouwgebieden. Groningen, (1946), 32 p. 138. Hofstee, E. W. 75 jaar ontwikkeling van de Nederlandse landbouw. In: Driekwart eeuw plattelandsgroei 1888—1963;jubileumnumme r van het Tijd­ schrift Nederlandse Heidemaatschappij. (1963), p.92—129 . 139. Hooft, H. G. 't. Het boerenbedrijf in het verleden. Beknopt overzicht van de landbouwgeschiedenis ten dienste van het landbouwonderwijs. 2 Delen, Groningen, (1953). 140.Hovius , H. 50jaa r Nederlandse landbouw. De boerderij 50 no. 1 (1965). (geschiedenis 1915—1965). 141. Hovius, H. 50 jaar Nederlandse landbouw. 1915-1965. Doetinchem, (ca. 1967), 184p . 142.Ishizaka , A. Recent studies in Dutch agrarian and agricultural history. Tochiseidoshigaku 6 no. 3 (1964): 64-75. 143. Jansma, T. S. De 'Wüstungen' der late middeleeuwen. In: Landbouwgeschie­ denis.'s-Gravenhage, (1960),p . 121-138. 144.Jaren , Zestig ... statistiek in tijdreeksen, 1899-1959; samengesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Zeist, (1959), 144 p. (landbouw en visserij,47—58) . 145.Jong , S.H. de. Schets van den Nederlandschen landbouw. Utrecht, (ca. 1945), 78 p. 146.Kellenbenz , H. Bäuerliche Unternehmertätigkeit im Bereich der Nord- und Ostsee vom Hochmittelalter bis zum Ausgang der neueren Zeit. Vierteljahr­ schrift für Sozial-un d Wirtschaftsgeschichte 49 (1962): 1-40. 147. Keuning, H.J . Het eerste hoofdstuk van de bewoningsgeschiedenis der drie noordelijke provinciën. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 44 (1953): 74—92. 148. Keuning, H.J . Mozaïek der functies; proeve van een regionale landbeschrij- ving van Nederland op historisch- en economisch-geografische grondslag.De n Haag,(1955) , 254 p. 149.Keuning , H.J . Geest und Marsch. Wilhelmshavener Vorträge. Schriftenreihe der Nordwestdeutschen Universitätsgesellschaft 23 (1957): 24 p. 150.Keuning , H.J . Siedlungsform und Siedlungsvorgang. Zeitschrift für Agrar- geschichte und Agrarsoziologie 9 (1961): 153-168. 151. Koetsveld, C. E. van. Brieven over den Vaderlandschen akkerbouw geschre­ ven aan een vriend in de Stadt. Historia Agriculturae 4 (1957): 123—204. 152. Kooiman, N.H . Geschiedenis van de Nederlandse landbouw in de Spiegelva n het boek. zonder plaats (zonder jaar), 16p . 153. Korteweg, S. De landbouw op de(n) zandgrond. In: Z.W . Sneller (Red.). Geschiedenis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw, 1795—1940. Gronin­ gen, (1943),p . 339-361. (2e Druk, (1951), p. 373-396). 154. Korteweg, S. De landbouwgebieden. In: Z.W . Sneller (Red.). Geschiedenis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw, 1795-1940. Groningen, (1943), p. 269-276. (2e Druk, (1951), p. 281-292). 155. Krolis, K. E. De agrarische crisis van 1878 en de depressie welke duurde tot 1896; een beschrijving van de landbouwtoestanden in Nederland en Dene­ marken in het eind van de vorige eeuw. Wageningen, (1951), 37 p. (scriptie). 156.Kuhn , W. Die niederländisch-nordwestdeutschen Siedlungsbewegungen des 16. und 17Jahrhunderts . In: Geschichtliche Landeskunde und Universal­ geschichte; Festgabe für Hermann Aubin zum 23. Dezember 1950. zonder plaats,(zonde rjaar ) p. 241-257. 157. Laet, S.J . de.Th e Low Countries. London, (1958), 240 p. 158. Laet, S. J. de & W. Glasbergen, De voorgeschiedenis der lage landen. Gro­ ningen, (1959), 234 p.(Hfdst . 4, de eerste landbouwers, p. 44-56). 159. Landbouw, De Nederlandse ... in een groeiende economie; uitgegeven t.g.v. het 25jari g bestaan van het Landbouw-economisch Instituut. 's-Gravenhage, (1965), 137 p. 160. Landbouwgeschiedenis; een reeks artikelen samengesteld naar aanleidingvan de cursus 'Landbouwgeschiedenis', gehouden van 30 augustus — 2 september 1954, uitgaande van het Koninklijk Genootschap voor landbouwwetenschap en het Ministerie van Landbouw, visserij en voedselvoorziening. 's-Graven­ hage, (1960), 210 p. lól.Loeff, J. A. van der. Cornelius van Engelen: agricultural pionier in 18th century Netherlands. Q. Bull. int. Ass.agric .Libr . 11(1966) : 30-32. 162.Maliepaard , C.H .J . De Nederlandse landbouw. In: De Nederlandse volkhuis­ houding tussen twee wereldoorlogen. 9. Utrecht, (1949), 95 p. 163. Maliepaard, C.H. J. De Nederlandse landbouw in de crisis voor de tweede wereldoorlog. In: Z.W . Sneller (Red.). Geschiedenis van de Nederlandse landbouw, 1795-1940. 2e Druk. Groningen, (1951),p . 472-485. 164.Maliepaard , C.H.J. De Nederlandse landbouw tijdens de tweede wereld­ oorlog. In: Z.W . Sneller (Red.). Geschiedenis van de Nederlandse landbouw, 1795-1940. 2e Druk. Groningen, (1951),p . 486-498.

10 165. Maliepaard,C .H .J . De Nederlandse landbouw na de tweede wereldoorlog. In: Z.W. Sneller (Red.). Geschiedenis van de Nederlandse landbouw, 1795- 1940. 2e Druk. Groningen, (1951), p. 499-511. 166. Maris, A. & C. D. Scheer, Landbouwgebieden en landbouwstelsels. Land- bouwk. Tijdschr. 60(1948): 106-115. 167. Meihuizen, L. S. Delandbouwkundig e gegevens uit het Journaal der reize van den Agent van Nationale Economie der Bataafsche Republiek, J. Goldberg, en het verbaal gehouden door den Commissaris van Landbouw, J. Kops in het jaar 1800.Histori a Agriculturae 5(1959) : 119-288. 168. Minderhoud, G. Crisis en crisiswetgeving, 1930-1940. In: Z.W. Sneller (Red.). Geschiedenis van den Nederlandschen landbouw, 1795—1940. Groningen, (1943),p . 498-522. 169. Minderhoud, G. Landbouw en veeteelt. In: vijftig jaren; officieel gedenkboek ter gelegenheid van het gouden regeringsjubileum van Koningin Wilhelmina. Amsterdam, (1948),p . 408-416. 170.Minderhoud , G. Inleiding tot de landhuishoudkunde. Haarlem, (1948), 230p . 171. Müller-Wille, M. Eisenzeitliche Fluren in den nordöstlichen Niederlanden; ein Beitrag zur vorgeschichtlichen Flur- und Siedlungsforschung im festländischen Nordseebereich. Westfälische Forschungen 16(1963) : 5-51. 172.Mulder , F. Het landbouwbedrijf in het verleden,hede n ... toekomst? Maand­ blad voor den Landbouwvoorlichtingsdienst (1946): 117—121. 173. Nysingh, J. De ontwikkeling van de agrarische domeinen in de vier noor­ delijke provinciën en de daarbij toegepaste werkwijzen. Landbouwk. Tijdschr. 68 (1956): 321-339. 174. Om te beginnen ...; een ongebruikelijk 'Om te beginnen' Landbouwvoorlich­ ting 20 (1963): 601-606 (Situatie van de landbouw in Nederland in 1911). 175. Oosting, W.A .J . De ouderdomsbepaling van onze bouwlanden op het pleistoceen en het vraagstuk der ophooging door plaggenbemesting. Land­ bouwk. Tijdschr. 52 (1940): 695—704, ook in: Agronomisch-Historisch jaar­ boek 2(1942) . 176. Oosting, W.A .J . Staring en de geschiedenis van den landbouw; korte in­ leiding bij de publicatie vanhe t manuscript van een in 1856 door Dr.W .C .H . Staring gehouden lezing: 'Geschiedenis van den landbouw in Nederland'. Landbouwk. Tijdschr. 53 (1941): 815, ook in: Agronomisch-Historisch jaar­ boek 2(1942) . 177.Platenburg , Th. J. Nationaal landbouwbeleid. 's-Gravenhage, (1947), 400 p. 178.Poel , J.M.G. van der. Jan van Riebeeck als landbouwer. Zuid-Afrika 29 (1952): 52-53. 179.Poel , J. M.G . van der. Een onbekende verhandeling van Jan Kops. Historia Agriculturae 1 (1953): 27-47. 180.Poel , J.M.G. van der. De landbouwenquête van 1800. I. Noord- en Zuid- Holland. Historia Agriculturae 1 (1953): 48-194; II. Zeeland, Noord-Bra- bant, Utrecht, Gelderland en Overijssel. Historia Agriculturae 2 (1954): 45— 233; III. Drenthe, Groningen, en Friesland. Historia Agriculturae 3 (1956): 105-170.

11 181. Poel, J. M.G . van der. Geschiedenis van de landbouw. Publikatie van de commissie kadercursussen K.N.L.C.-C.B.T.B.(1956) , 38 p. 182.Poel , J. M.G . van der. De prehistorische landbouw in westelijk Nederland. Westerheem 5(1956) : 95-98. 183. Poel, J. M.G . van der. Van Koetsveld als landhuishoudkundige (Brieven over den Vaderlandschen akkerbouw geschreven aan een vriend in de Stadt, door C.E . van Koetsveld, Westmaas, 1835). Historia Agriculturae 4 (1957): 117- 204. 184.Poel , J. M.G . van der. Van autarkie tot Euromarkt. Groninger landbouwblad 36 (1958): 823-825. (o.a. over Jan Kops). 185.Poel , J.M.G. van der. De praehistorische landbouw. Bijdragen voor de geschiedenis der Nederlanden 13(1958/59): 129-130. 186.Poel , J. M.G . van der. De landbouw in de prehistorie. In: Landbouwgeschie- denis. 's-Gravenhage, (1960), p. 11-19. 187.Poel , J. M.G . van der. De landbouw in het verste verleden. Ber. Rijksdienst oudheidk. Bodemonderz. 10/11 (1960/61): 125-194. 188.Poel , J.M.G. van der. Agriculture in pre- and protohistoric times. Acta historiae Neerlandica 1 (1966): 159-170. 189.Poel , J. M.G . van der. & R. J. C. Wessels (Samenstellers), De verslagen van het Nederlandsch Landhuishoudkundig Congres, 1846—1953. Meppel, (1953), 145 p. 190.Polak , J. M. Zeventigjare n agrarische belangenbehartiging in lokale, regionale en nationale wisselwerking. Wageningen, (1970), 43 p. 191. Post, J. H. De generatiewisseling in de landbouw en haar invloed op de bedrijfsgroottestructuur in de jaren vijftig. Landbouwk. Tijdschr. 77 (1965): 178-188. 192. Rapporten van de gouverneurs in de provinciën 1840—1849.Uitgegeve n door Dr. A.J.C. Rüter. Werken van het Historisch genootschap 3e Serie 73 (1941); 3e Serie 77 (1949); 3e Serie 78 (1950). 193. Schelven, A. A. van. Marnix en zijn 'lant-bedrijf. Historisch Tijdschr. 20 (1941): 71-73. 194. Slicher van Bath, B.H . Boerenvrijheid. Groningen, (1948), 32 p. Ook In: Economisch-historische herdrukken, zeven studiën van Nederlanders. 's-Gravenhage, (1964),p . 272-294. 195. Slicher van Bath, B.H . De geschiedenis van de nederzettingen in het Oosten des lands. In: Algemene geschiedenis der Nederlanden 1 (1949), p. 407—418. 196. Slicher van Bath, B.H. Herschreven historie; schetsen en studiën op het gebied der middeleeuwse geschiedenis. Leiden, (1949), 315 p. 197. Slicher van Bath, B.H . Dutch tribal problems. Speculum 24 (1949):319 — 338. 198. Slicher van Bath, B.H .Mutabilitei t en continuïteit. Groningen, (1950), 18p . 199. Slicher van Bath, B.H . Nederzettingen in Nederland. Tijdschr. Kadaster Landmeetk. 67(1951): 15-22. 200. Slicher van Bath, B.H . Agriculture in the Low Countries (ca. 1600-1800). Relazione del X congresso intemazionale di scienze storiche 4(1955): 169— 203.

12 201. Slicher van Bath, B.H . Duizend jaar landbouw in de Nederlanden in vogel­ vlucht (800—1800). In: Landbouwgeschiedenis. 's-Gravenhage, (1960), p. 21-95. 202. Slicher van Bath, B.H . The rise of intensive husbandry in the Low Countries. In: Britain and the Netherlands. (1960) p. 130-153. Gedeeltelijk herdrukt in Ch. K. Warner (Ed.). Agrarian conditions in modern European history. New York, (1966),p . 24-42. 203. Slicher van Bath, B.H .He t landbouwbedrijf in het verleden. Maandblad voor het land- en tuinbouwonderwijs 7(1964/65) : 97—102. 204. Slicher van Bath, B.H . Economische ontwikkeling en sociale verschuivingen in de pre-industriële maatschappij van West-Europa. Bijdragen en mede­ delingen van het Historisch Genootschap 79 (1965): 77-99. (Discussie p. 100-103). 205. Slicher van Bath, B. H. Les problèmes fondamentaux de la société pré-indus­ trielle en Europe occidentale; une orientation et un programme. A.A.G. Bijdragen 12(1965): 3-46. 206. Slicher van Bath, B.H . Problemi di storia dell' agricoltura in Europe nell' età preindustriale. Quademi storici délie marche 1 (1966): 331-374. 207. Slicher van Bath, B.H. Die europäischen Agrarverhältnisse im 17. und der ersten Hälfte des 18.Jahrhunderts . A.A.G. Bijdragen 13 (1965): 134-148. 208. Slicher van Bath, B.H . Le développement de la productivité des travaux agricoles. Acta musaeorum agriculturae (1966): 45—54, Ook in: A.A.G. Bijdragen 14(1967) : 72-90 en Vedecké Prâce 7(1967) : 21-33. 209. SUcher van Bath, B.H .L e climat et les récoltes en hautmoyen âge. Settimane di studio del Centro italiano di studi sull'alto medioevo XIII, Agricoltura e mondo rurale in occidente nell'alto medioevo.(1966) ,p .399—425 . 210. Slicher van Bath, B.H. Eighteenth-century agriculture on the continent of Europe: evolution or revolution. Agricultural history 43 (1969): 169-179. 211. Slicher van Bath, B.H . De Paleodemografie. A.A.G. Bijdragen 15 (1970): 134-201. 212. Sneller, Z.W. Anderhalve eeuw in vogelvlucht. A, 1795-1880; B. 1880- 1940. In: Z.W . Sneller (Red.). Geschiedenis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw, 1795-1940. Groningen, (1943), p.37-124 . (2e Druk, (1951), p. 36-122). 213. Sneller, Z. W. Landbouwtoestanden in Nederland in het laatst der achttiende eeuw. In: Z.W . Sneller (Red.). Geschiedenis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw, 1795-1940. Groningen, (1943), p. 7-36. (2e Druk, (1951), p. 7-35). 214. Staf, C. De betekenis van de statistiek voor het landbouwbeleid. Maandblad voor de landbouwvoorlichtingsdienst 6 (1949): 510—513. (Invloed van Staring en Jan Kops). 215. Staring, W. C. H. Geschiedenis van den landbouw in Nederland. Landbouwk. Tijdschr. 53 (1941): 817-838; Ook in: Agronomisch-historisch jaarboek 2 (1942). (Lezing te Zwolle, 1856). 216. Staring, Dr. W.C.H. ... herdacht. Landbouwvoorlichting 15 (1958): 565- 568.

13 217. Steur, G. G. L. 25 jaar bodemkartering in Nederland. Terravisie 4 no. 11 (1967): 6-9. 218. Steur, G. G. L. e.a. Bodemkartering; een kwarteeuw onderzoek met Boor en Spade.Wageningen , (1967), 84 p. 219. Stuijvenberg, J. H. van.He t Centraal Bureau;ee n coöperatief krachtveld in de Nederlandse landbouw, 1899- 1949. Rotterdam, (1949),XXXV I +520 p. 220. Stuijvenberg, J. H. van. De landbouw op de stroom van de tijd. In: Prof.Mr . Dr.M . Rooy (Red.). Ondernemend Nederland; zestig jaar ontplooiing, 1899-1959. Leiden, (1959), p. 267-301. 221. Uyl, R. G. den. Dorpen in het rivierkleigebied. Bulletin van de Koninklijke Nederlandse oudheidkundige bond 6e Serie 11(1958) : 97—114. 222. Veen, R. van der. Het bestrijden van ziekten en plagen in de landbouw in het verleden. Philips technisch Tijdschr. 28 (1967): 125-132. 223. Veldink, J. G. Het leven en de landbouwkundige betekenis van Mr.A .C . W. Staring. Archief De Graafschap (1967): 49-64. 224. Veldink, J. G. W.C.H. Staring 1808-1877, geoloog en landbouwkundige. Wageningen, (1970), 206 p. 225. Vermeulen, W.H . Den Haag en de landbouw;keerpunte n in het negentiende- eeuwse landbouwbeleid. Assen, (1966), 130p . 226. Vermooten, W. H. De landbouw op de rivierklei. In: Z. W. Sneller, (Red.). Geschiedenisva n de Nederlandse landbouw, 1795-1940. Groningen, (19512), p. 313-333. 227. Vlam, A.W . Een en ander uit de geschiedenis van het platteland. Boor en spade 2 (1948): 203-205. 228. Wiersma, J. P. Herman Derk Louwes; een voorman van de Nederlandse landbouw. Meppel,(1969) , 222 p. 229. Wilde, J. de. Het wisselend aspect van het onderzoek naar de bestrijding van plagen in de Nederlandse landbouw sinds 1891. in Neth. J. Plant Pathol. 72 (1966): 127-145. 230.Winter s en zomers sedert 1867. Landbouwgids (1966). 231. Wit, C.T. de. Een bodemvruchtbaarheidstheorie uit de eerste helft van de 19e eeuw. Landbouwk. Tijdschr. 81 (1969): 245-251. 232.Wijk , J. van. Geschiedenis van de landbouwstatistiek in Nederland in de 19e eeuw. Landbouwk. Tijdschr. 62 (1950): 11-24, ook in: Agronomisch­ historischjaarboe k 5(1951) .

b. economische agrarische geschiedenis, grondbelasting

233. Achilles, W. Getreidepreise und Getreidehandelsbeziehungen europäischer Räume im 16. und 17. Jahrhundert. Zeitschrift für Agrargeschichte und Agrarsoziologie 7(1959): 32-55. 234. Assen, J. H. Nederlandse termijnhandel in goederen. Landbouwdocumentatie 22(1966): 755-763.

14 235. Baert, J. De geldomzet in het boerenbedrijf van 1795-1940. De economist (1946): 588-607, ook in: Landbouwk. Tijdschr. 59 (1947): 95-106 en in Agronomisch-Historisch jaarboek 4 ( 1949). 236. Boerman, W. E. Dr.W.C.H . Staringh (1808-1877) en zijn betekenis als economisch- en sociaal-geografisch onderzoeker. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 47(1956): 227-233. 237. Bogaerds, N. & A. Eriks, Het verbruik van kunstmest in Nederland volgens gegevens van de bedrijfseconomische boekhoudingen van het Landbouw- Economisch Instituut, 1950-1963. 's-Gravenhage,(1966) , 68 p. 238. Brugmans, I. J. Rapporten over den economischen toestand van Nederland in 1816. Economisch-historisch jaarboek 31 (1965/66): 150-192 (Gelderland en Zeeland ontbreken). 239. Craeybeckx, J. Economie history in Belgium and the Netherlands, 1939— 1948.Th e Journal of economie history 10(1950): 261-276. 240. Crol, W.A .H . Een tak van de famüie Van Stolk honderd jaar in de graan­ handel, 1847-1947. Rotterdam, (zonder jaar), 92 p. 241. Doorman, G. De middeleeuwse brouwerij en de gruit. 's-Gravenhage, (1955), XVIII + 105 p. 242. Dorresteyn, J. De ontwikkeling van het landbouwkrediet voor en na de tweede wereldoorlog. De boerderij 50 (1965): 697-699. 243. Engelse, P. A. den. De vooruitgang van de opbrengsten in Nederland in 100jaar .Maandbl . Landb. Voorl.Dienst 9 (1952): 438. 244. Faber, J. A. Graanhandel, graanprijzen en tarievenpolitiek in Nederland ge­ durende de tweede helft der zeventiende eeuw. A.A.G. Bijdragen 7 (1962), 8 p.oo k in: Tijdschr. voor geschiedenis 74 (1962): 534—539. 245. Faber, J. A. Het probleem van de dalende graanaanvoer uit de Oostzeelanden in de tweede helft van de zeventiende eeuw. A.A.G. Bijdragen 9 (1963): 3— 28. 246. Faber, J. A.Collecteza k en kerkbezoek. It Beaken 26 (1964): 13-26. 247. Faber, J. A. The decline of the Baltic grain-trade in the second half of the 17th century. Acta Historiae Neerlandica 1(1966) : 108—131. (zie no. 245). 248. Faber, J. A., H.K . Roessingh, B.H . Slicher van Bath, A.M . van der Woude and H.J . van Xanten. Population changes and economic developments in the Netherlands: ahistorica l survey. A.A.G. Bijdragen 12(1965) : 47—113. 249. Hassinger, E. Wirtschaftliche Motive und Argumente für religiöse Duldsam­ keit im 16. und 17. Jahrhundert. Archiv für Reformationsgeschichte 49 (1958): 226—245.(kolonisati e Nederlandse Doopsgezinden). 250. Hees, R. van. Prijsvorming van landbouwgronden. Landbouwk. Tijdschr. 79 (1967): 48-54. 251. Horring, J. Schets van karakter en problematiek van de agrarische economie. Haarlem, (1960), 16p . 252. Horring, J. &P . C.va n den Noort, De toeneming van de produktiviteit van de Nederlandse landbouw in de periode 1949/1961. Landbouwk. Tijdschr. 75 (1963): 147-176. 253. Huysmans, G.W.M. Het landbouwcrediet in Nederland. De economist (1941): 369-401.

15 254. Inkomen, Het ... uit land- en tuinbouw in België en Nederland, 1948—1963. Benelux, statistisch kwartaalbericht 11(1964) : 11-27. 255. Jaar, Vijftig ... de vee- en vleeshandel. De vee- en vleeshandel 51 (1966): 275-310. 256. Jaren, 50 ... Landbouwbank, 1901-1951. zonder plaats,(zonde rjaar) , 97 p. 257. Joustra, A. H. & J. G. Goetheer. De buitenlandse handel in agrarische produc­ ten. 's-Gravenhage, (1946), 21 p. 258. Koppejan, A.W .G . Daling van het aantal landbouwbedrijven 1960—1965. Landbouwk. Tijdschr. 78 (1966): 51-52. 259. Kuperus, J. A. Boekhoudingen op Nederlandse landbouwbedrijven vóór 1900. In: Ceres en Clio; zeven variaties op het thema landbouwgeschiedenis. Wageningen, (1964), p. 79-112. (Agronomisch-Historische bijdragen 6 (1964): 79-112.) 260. Kuttner, E. Het hongerjaar 1566. Amsterdam, (1964), 397 p. (Ie Druk, 1949). 261. Landbouw-economische dag 25 nov. 1965; inleidingen gehouden op de land- bouw-economische dag te Utrecht t.g.v. het 25jari g bestaan van het Land- bouw-Economisch Instituut. 's-Gravenhage, (1966), 67 p. 262. Leskinov, M.P . Nekotorye voprosy baltijsko-niderlandskoj torgovli chlebom v konce XIV - nacale XV veka. Srednie Veka 7 (1955) 112-134. (enige problemen van de Baltisch-Nederlandse graanhandel op het eind van de 14e en begin 15eeeuw) . 263. Merens, A. Nabetrachting over de zending van vee naar Noord-Amerika in 1635. Economisch-historisch jaarboek 22 (1943): 20-25. (Zie ook: 19 (1935): 97-113). 264. Niermeyer, J. F. De wording van onze volkshuishouding; hoofdlijnen uit de economische geschiedenis der Noordelijke Nederlanden in de Middeleeuwen. Den Haag,(1946) , 110p. (over landbouw, p. 5-37, 56-68, 91-99). 265. Niermeyer, J. F. Het Midden-Nederlands rivierengebied in de Frankische tijd. Tijdschr. voor geschiedenis 66 (1953): 145—169. 266. Noort, P.C . van den. De golfbeweging is het verloop van de tarweprijs en de economische ontwikkeling in de periode 1200-1960. Landbouwk. Tijdschr. 75(1963) 1005-1022. 267. Noort, P.C . van den. Omvang en verdeling van het agrarisch inkomen in Nederland, 1923-1963.Wageningen , (1965), 164 p. 268. Noort, P.C. van den. Productivity measurement and supply analysis in agriculture. Neth. J. agric. Sei. 14 (1966): 255-262. 269. Noort, P.C . van den. Produktiviteitsverschillen binnen de Nederlandse land­ bouw. Landbouwk. Tijdschr. 79 (1967): 7-12. 270. Nijdam, F. E. De belasting op het gemaal.Cocobrojaarboekj e 2 (1952): 61— 69. 271. Nijdam, F. E. De broodzetting; overheidsbemoeiing in vroeger tijd. Jaarboek­ je Stichting Nederlands graan-centrum 8 (1963): 89-101. 272. Oppervlakte, gemiddelde en totale opbrengsten oogsten, 1948, 1947 en 1939. In: Bijlage la en lb van het jaarverslag 1948 van het Hoofdbedrijfschap voor akkerbouwproducten, 's-Gravenhage, (stenciluitgave).

16 273. Poel, D.C. van der. Hoofdlijnen der economische en sociale geschiedenis sociologisch beschouwd. 2 Delen.Utrecht , (1952). 274. Posthumus, N.,W. Nederlands(ch)e prijsgeschiedenis. Deel 1. Leiden, (1943), CXXII +66 0 p;(1964) , Deel 2,CXL1 I +830 p. 275. Raalte, R. A. van. Nederland en de export van de bloemisterijgewassen. Vakblad voor de bloemisterij 22 (1967): 714 715. 276. Reyden, P.J . van der. 50jaa r veehandel. De vee- en vleeshandel 51 (1966): 282-283. 277. Rienks Lzn., L. De gemiddelde prijzen van granen van 1805 tot 1946. De landbode 2no . 16(1948). 278. Riessen, W. van. Historisch overzicht van de kadastrale dienst in zijn relatie tot het ministerie van Financiën. .Tijdschr. Kadaster Landmeetk. 74 (1958): 118-150. 279. Robinson, A. D. Dutch organized agriculture in international politics 1945— 1960.De n Haag,(1961) , 192p . 280. Sabbe, E. De Cisterciënser economie. Citeaux in de Nederlanden 3 (1952): 24-51. 281. Schaik, P. van. De economische betekenis van de turfwinning in Nederland. Economisch-historisch jaarboek, 32 (1969): 141-205. 282. Stuijvenberg, J. H. van. Economisch-historische aspecten van de ontwikkeling van het veilingwezen in de afzet van Nederlandse agrarische producten. Haarlem, (1954), 30 p. ook in: De economist (1954): 179-205. 283. Stuijvenberg, J.H. van. 150 jaar economische en sociale ontwikkeling in Nederland. Haarlem,(1963) , 35 p. 284. Sijtsma, P. Veertig jaar Vereniging van Landbouwboekhoudbureaux, 1926— 1966. Leeuwarden, (1966), 90 p. 285. Thien, B.L . Het veemarktwezen. De vee-e n vleeshandel 51 (1966): 281. 286. Uxem, A. van. De landbouwcrisis der 80-er jaren en de tegenwoordige landbouwcrisis. Het gemeenebest 2(1940) : 140-150. 287. Verberne, L. G.J . Hooge graanprijzen 1789. Rotterdamsch jaarboekje 4e Reeks 8 (1940): 132-141. 288. Vereniging Landbouw Boekhoudbureaus viert 40-jarig bestaan. De boerderij 50(1966): 3401. 289. Vriens, J. A. De Westduitse en Nederlandse landbouw; ontwikkeling van de concurrentieverhouding (1950— 1962). Economisch-statistische berichten 51 (1966): 1288-1291. 290. Vries, Joh. de. De economische achteruitgang der Republiek in de achttiende eeuw. Amsterdam, (1959), 217 p. + 93 p. (grafieken en noten in een apart deel;landbou w p. 150-166). 291. Waal, A. de. De ontwikkeling van de inkomensverdeling in Nederland 1919— 1960. Economisch-statistische berichten 51 (1966): 264—267. 292. Westermann, J.C. Een memorie van 1751 over de tabaksindustrie en den tabakshandel in de Republiek. Economisch-historisch jaarboek 22 (1943): 68-81. 293. Witlox, H.J . M. Schets van de ontwikkeling van welvaart en bedrijvigheid in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden 'Benelux 1815-1830'. Tilburg, (1956), 232 p.(Hfdst . III over landbouw).

17 294. Wright, H. R. C. Free trade and protection in the Netherlands, 1816-1830;a study of the first Benelux. Cambridge, (1955),X +25 1 p. 295. Zee, T. van der. Armoede en cholera in 1832. Economisch-historisch jaar­ boek 22 (1943): 196-250.

c. Sociale agrarische geschiedenis

296. Abma, E. Boer en standsorganisatie, een regionaal-quantitatieve analyse. Bulletin van de Afd. Sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 2 (1955). 297. Ban, A.W . van den. Enkele kenmerken en eigenschappen van de vooruit­ strevende boeren. Bulletin van de Afd. sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 5 (1956), 10(1958) . 298. Ban, A.W . van den. Regionale verschillen in de toepassing van enkele land­ bouwmethoden. Bulletin van de Afd. sociologie en sociografie van de land­ bouwhogeschool 9 (1958). 299. Berg, B. van den. Boers en beschaafd in het begin der 17e eeuw. De nieuwe taalgids 37 (1943): 242-246. 300. Berg, P.W .J . van den. Het karakter der plattelandssamenleving. 2e Druk Assen, (1949), 133 p. 301. Boer, De ... in de Nederlandse schilderkunst, 1550-1900. O.K.W. mede­ delingen 20 (1956): 152-154. 302. Bond, Nederlandse ... van Plattelandsvrouwen, 1930-1955. zonder plaats, (zonder jaar), 144p . 303. Boonenburg, K. Beschilderde boerenmeubelen in het Zuiderzeegebied. Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige bond 6e Serie 11 (1958): 9-28. 304. Borg, H. ter. Diergeneeskunde in verleden en heden. In: Jubileum-uitgave van de Landbouw-courant voor de Veenkoloniën en omliggende streken. Wilder- vank,(1953),p.61 . 305. Bouman, P.J . Maatschappelijke toestanden. In: Z.W . Sneller (Red.). Ge­ schiedenis van de Nederlandse landbouw, 1795—1940. 2e Druk. Groningen, (1951), p. 162-190. 306. Bouman, P.J . Maatschappelijke toestanden op het Nederlandse platteland, 1795—1940. In: Wetenschap en werkelijkheid; bundel aangeboden bij zijn afscheid als hoogleraar aan de Rijksuniversiteit te Groningen. Assen, (1967), p. 27-51. 307. Boxma, W. De boer in de Nederlandse schilderkunst. Terravisie 3 no. 12 (1966): 6-9. 308. Bree, L. W. de. Het platteland leert lezen en schrijven;he t lager onderwijs op het platteland in de eerste helft der 19e eeuw. Amsterdam, (zonder jaar), 163 p. 309. Brugmans, I. J. De arbeidende klasse in de 19e eeuw (1813-1870). Utrecht, (1959), 291 p.(Aula-boe k 13, Vele herdrukken).

18 310. Brugmans, I.J. Standen en klassen in Nederland gedurende de negentiende eeuw.Versla g van het Historisch genootschap 74 (1960): 30-52. 311. Buter, A.Kleedwagen ,zeilwagen , 't Inschrien 1 (1968/69): 71—73. 312. Buter, A. Rondom de spinhoek. Jaarboek 9 (1970): 71-76. 313. Cistozvonov, A. N. Krest' janski dvizenija v period niderlandskoj revoljucii. Srednie Veka 4 (1953): 181—208 (boerenbewegingen in de periode van de Nederlandse opstand). 314. Clarijs, P. De wooncultuur. In: Volkskunst der Lage landen. 3. Amsterdam, (1965), p. 7-102. 315. Coo, Joz. de. De boer in de kunst van de 9e tot de 19e eeuw. Rotterdam, (ca. 1945) 96 p. + 148 afb. 316. Daan, J. Wat isee n hereboer? Taal en tongval 1 (1949): 3-5. 317. Duyvetter, J. Het platteland thuis (tentoonstelling van klederdrachten). Bij­ dragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 24 (1961): 1—31. 318. Gelder, H. A. Enno van. Nederlandse dorpen in de 16e eeuw. Verh. K. Ned. Akad. Wet. Afd. Letterkunde Nieuwe reeks 59 no. 2 (1953): 147 p. 319. Gelder, H. A. Enno van. Noord- en Zuidnederlandse dorpen in de 16e eeuw. ter gelegenheid van de Nationale zuiveltentoonstelling. p. 9—14;oo k in: Neer- 320. Geldof, W.Landarbei d in vroeger tijden. Plattelandspost 20 no. 12 (1964). 321.Grauls, J., Volkstaal en volksleven in het werk van Pieter Bruegel. Ant­ werpen/Amsterdam, (1957), 223 p. 322. Groenveld, D. De boer in een veranderende wereld. Amsterdam. (1947), 82 p. 323. Hekker, R.C. Volkskunde en zuivelbedrijf. In: Langs de melkweg, Uitgave ter gelegenheid van de Nationale zuiveltentoonstelling. p. 9—14; ook In: Neerlands volksleven 3no . 3(1953) . 324. Hofstee, E.W . Landbouwtelling en beroepstelling; eenige opmerkingen over de statistiek van onze agrarische bevolking. Tijdschr. econ. Soc. Geogr. 33 (1942): 29-40,63. 325. Hofstee, E.W . Nogmaals, landbouwtelling en beroepstelling. Tijdschr. econ. Soc. Geogr. 34(1943): 8-14. 326. Hofstee, E.W . De historische ontwikkeling van de verhouding tusschen boer en landarbeider. Handelingen van de Groninger Maatschappij van landbouw (1945/46): 53-70. 327. Hofstee, E.W . Sociologische aspecten van de landbouwvoorlichting. Bulletin van de Afd. sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 1 (1953). 328. Hofstee, E. W. Rural life and rural welfare in the Netherlands. The Hague, (1957), XVIII+364 p. 329. Hofstee, E.W . Fundamenteel sociologisch speurwerk in het kader van het landbouwwetenschappelijke onderzoek. Bulletin van de Afd. sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 18 (I960) . 330. Hofstee, E.W . Veranderend platteland. Landbouwk. Tijdschr. 74 (1962): 671-690. 331. Hofstee, E. W. Über die Ursachen der regionalen Unterschiede in der nieder­ ländischen Landwirtschaft. In: Soziologie und Gesellschaft in den Nieder­ landen. Darmstadt, (1965), p. 200-224.

19 332. Jacobs, A. J. & W. F. H. Smeenk, De landarbeiders in de zeekleigebieden; onderwijs en beroepskeuze. 's-Gravenhage, (1966), 48 p. (Studie 38 van het Landbouw-Economisch Instituut). 333. Jansen, A. J. De sociale gevolgen van de mechanisatie in de landbouw. Bulletin van de afdelingen voor sociale wetenschappen aan de Landbouwhoge­ school 30 (1968), 106 p. 334. Jonge, L. J.A. de. Welzijn ten plattelande. Het gemenebest 15 (1954/55): 297-307. 335. Knape Mzn., J. Vijf en twintig jaren landarbeiderswet. Middelharnis, (1953), 133 p. 336. Kooy, G.A . Echtscheidingstendenties in 20ste eeuws Nederland, inzonder­ heid ten plattelande. Assen, (1959), 32 p. 337. Kooy, G. A. & J. H. H. Hasenack, De echtscheiding in het agrarisch milieu. Bulletin van de Afd. sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 21 (1961). 338. Lijfering, J. H. W. De omvang van de agrarische beroepsbevolking in de 20e eeuw. Bulletin van de Afd. sociologie en sociografie van de Landbouw­ hogeschool 14(1959). 339. Maris,A . Enkele aspecten van het kleine-boerenvraagstuk op de zandgronden. Assen,(1951) , 140p . 340. Maris, A., M.A . J. Visser &R . Rijneveld (Samenstellers). De landarbeiders in Nederland; een beroepsgroep in beweging. Uitgave van de Afd. Streekonder- zoek van het Landbouw-Economisch Instituut. 2 Delen. (1954 en 1958) 158 p. en 49 Bijl., 141 p. en 22 Bijl. 341. Meertens, P.J . De boer in de literatuur en de beeldende kunst In: Z.W. Sneller (Red.). Geschiedenis van de Nederlandse landbouw 1795—1940. 2e Druk. Groningen, (1951), p. 252-280. 342. Meihuizen, L. S. De waardering voor de boer in de loop der tijden. Melk 13 (1957/58): 260-263,266. 343. Meihuizen, L. S. Boerenalmanakken en boerenkalenders. Melk 15 (1959/60): 274-277. 344. Meihuizen, L. S. Van oud naar nieuw in boerenleven en boerenbedrijf. Kern en keur 6 (1963)juli : 1-25. 345. Meihuizen, L. S. Historie en traditie als faktoren in het agrarisch geografisch patroon van Nederland. Tijdschr. K. ned. aardrijksk. Genoot. 81 (1964): 30-41. 346. Molen, S.J . van der. Volksgebruiken bij de teelt van meekrap. Neerlands volksleven 15(1965) : 130. 347. Muls,J . De boer in de kunst. Leuven. (1964) 234 p.e n 112 platen. 348. Nooij, A.T . J. Political radicalism among Dutch farmers. Sociologia ruralis 9 (1969): 43-61. 349. Nijenhuis, G., J. Meijers en J. E. de Vrieze. BODgedenkboek ; 25jaa r platte- landsjongerenwerk. Zonder plaats (ca. 1955),9 8 p. 350. Oedin, S. Het alcoholgebruik en de landbouwcrisis in de laatste helft der 19de eeuw. Mensch en maatschappij 20 (1944): 193—200. 351. Platenburg, Th. J. Kleine boeren in Nederland. Hilversum, (1942) 139 p. 352. Platenburg, Th. J. Landarbeiders in Nederland. Hilversum, (1943), 128p .

20 353. Prakke, H. J. Kerkgang om nieuws. (De kerkespraak). Praejournalische nieuwsvoorziening ten plattelande. Assen, (1955), 136 p. 354. Saai, CD. Het boerengezin in Nederland; sociologische grondslagen. Assen, (1958), 307 p. 355. Schilstra, W.N . Vrouwenarbeid in landbouw en industrie in Nederland in de tweede helft der 19e eeuw. Amsterdam, (1940). 171 p. 356. Slicher van Bath, B.H . Historische sociografieën van het platteland. De mars 3(1955): 122-123. 357. Steigenga, W. De sociale statistiek van de agrarische bevolking in Nederland. Tijdschr. econ. Soc. Geogr. 33 (1942): 113-123. 358. Steigenga, W. Eenige opmerkingen omtrent de bevolkingstoename op het Nederlandsche platteland. Tijdschr. econ. Soc. Geogr. 34 (1943): 113—122. 359. Thije, J. H. ten. De faculteit der Diergeneeskunde veertigjaa r (1925—1965). Tijdschr. Diergeneesk. 90(1965): 1161-1163. 360. Velde, B.T . Landarbeider in Nederland rond het jaar 1850; een literatuur­ studie.Wageningen , (1963), 27 p.(scriptie) . 361. Ven, D.J . van der. Van bedelaars en sleutels in de zuivelbereiding (bijgeloof). Algemeen zuivelblad 48 (1955): 180-182. 362. Vooys, A.C . de. De bevolkingsspreiding op het Hollandse platteland in 1622 en 1795. Tijdschr. K. ned. aardrijksk. Genoot. 2e Serie 70 (1953): 316-330. 363.Wichers , A.J . De oude plattelandsbeschaving; een sociologische bewustwor­ dingva n de 'overherigheid'. Wageningen, (1965), 285 p. 364. Wielen, H. G.W . van der. Structuur der boerenbevolking. In: Z.W . Sneller (Red.). Geschiedenis van den Nederlandschen landbouw, 1795—1940. Gro­ ningen, (1943), p. 143-175. 365.Wielen , H.G .W . van der. Sociale toestanden ten plattelande. In: Z.W . Sneller (Red.). Geschiedenis van den Nederlandsehen landbouw. Groningen. (1943), p. 426-466. 366. Woude, A.M . van der. De omvang en samenstelling van de huishouding in Nederland in het verleden. A.A.G. Bijdragen 15 (1970): 202-241.

d.juridisch e agrarischegeschiedeni s

367. Andel, J. van. 1938-1963; 25jaa r pachtrecht. De pacht 23 (1963): 286- 295. 368. Bloemers, J.H. F. Pachtvoorwaarden uit 1803. In: Pacht en grondgebruik. Deventer, (1964), p. 23-31. 369. Bruining, J. D. Boerenerfrecht in verband met rechten van landgebruik. Nieuw Nederland 10(1943/44): 839-853. 370. Cerutti, F. F. X. Een ontwerp-regeling inzake huur en pacht van 1800. In: Pacht en grondgebruik. Deventer, (1964), p. 41 -68. 371. Doorn, C.J . van. Over de ontwikkeling van de bisschopspacht, voornamelijk naar aanleiding van de rentmeesterreekeningen . In: Opstellen aangeboden aan Prof. Jhr. Dr. D. G. Rengers Hora Siccama 1906 1942. Utrecht, (ca. 1942), 284-307. 372. Enklaar, D. Th. Gemengde marken. Verslagen en mededeelingen Oud-Vader- landsche recht 11(1954/58) : 71-78.

21 373. Fockema Andreae, S.J. Rechtsverhoudingen. In: Z.W. Sneller (Red.). Ge­ schiedenis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw, 1795-1940. Groningen, (1943), p. 208-243. (2e Druk. (1951), p. 191-216. 374. Fockema Andreae, S.J. Nederlandse rechtsoudheden op de akker. In: Een kwart eeuw oudheidkundig bodemonderzoek in Nederland; gedenkboek A. E. van Giffen. Meppel,(1947) , p. 289 298. 375. Fockema Andreae, S.J . Een historische bijdrage tot het Nederlandse water- recht,In : Historische avonden, 4e bundel geschiedkundige opstellen uitgegeven door het Historisch genootschap te Groningen. Groningen, (1961), p.160 — 172.(oo k Tijdschr. voor geschiedenis 74 (1961): 432-444). 376. Gallé, P. H. Beveiligd bestaan; grondtrekken van het middeleeuwse water­ staatsrecht in Z.W. Nederland en hoofdlijnen van de geschiedenis van het dijksbeheer in dit gebied (1200-1963). Delft, (1963), 372 p. 377. Hees, R. van. De pacht. Landbouwk. Tijdschr. 79 (1967): 124-129. 378. Hermesdorf, B.H .D . Lijntrekkers en consorten. Tijdschr. voor rechtsgeschie- denis 18 (1950): 210—238. (Bepaalde grenzen tussen landelijke eigen­ dommen). 379. Hommen, B. H. Uit oude pachtbrieven. Driemaandelijkse bladen, Nieuwe Serie 3 (1951): 63-64. 380. Immink, P.W .A . 'Eigendom' en 'heerlijkheid'; exponenten van tweeërlei maatschappelijke structuur. Tijdschr. voor rechtsgeschiedenis 27 (1959): 36-74. 381. Jensma, Th. E. Bronnen tot de geschiedenis van het recht van de gruit in het graafschap Holland, het bisdom Utrecht en het hertogdom Gelre. Verslagen en mededelingen Oud-Vaderlandsche recht 12(1960/65): 167-216. 382. Kramer, E. L. De graanwet van 1835.Amsterdam , (1940) 217 p. 383. Landbouw-crisiswetgeving, De ...; beknopt overzicht van de totstandkoming en werking van de ... in Nederland vanaf 1929. 3 Delen. 's-Gravenhage, (1937-1940). 384. Leemans,W .F . 1920-31 januari-1970. DePach t 30 no. 2(1970) : 34-40. 385. Leeuwen, L.Th. van. Landbouwwetgeving in de tweede helft van de 19e eeuw.Wageningen , (1963), 47 p.(scriptie) . 386. Maas, W.J . M. De dijkwet van 1810;ee n algemene bijdragenwet in de Franse tijd. Rotterdam, (1963), 155 p. 387. Maris, A.J . Leenheer en leenman in betrekking tot het leengoed in de late middeleeuwen. Verslagen en mededelingen Oud-Vaderlandsche recht 12 (1960/65): 127-163. 388. Meijer, J. J. H.Tienden , 't Inschrien 1 (1968/69): 33-34. 389. Monté Verloren, J.Ph. de. De beteekenis van de niet gefeodaliseerde ge­ bieden voor de rechtsgeschiedenis. Verslagen en mededeelingen Oud-Vader­ landsche recht 10(1946/52): 304-315. 390. Monté Verloren, J.Ph. de. Hoofdlijnen uit de ontwikkeling der rechterlijke organisatie in de Noordelijke Nederlanden tot de Bataafsche omwenteling 4e Druk. Utrecht, (1967), 228 p. 391.Nispen tot Sevenaer, C.M. O. van. Balans van ruim 25jaa r pachtrecht. In Pacht en grondgebruik. Deventer, (1964), p. 171-176.

22 392. Pacht en grondgebruik; een bundel opstellen ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van het maandblad De Pacht. Uitgegeven in samenwerking met de Stichting De Pacht. Deventer, (1964), 264 p. 393. Poel, J. M.G . van der. Mislukte codificatie van landbouwrecht: de code rural. Publicaties van het Genootschap voor Napoleontische studiën 7 (1955):39 — 48. 394.Polak , C.H.F. Landbouw en erfrecht. Landbouwk. Tijdschr. 64 (1952): 612-625. 395. Rapport agrarisch erfrecht. 's-Gravenhage, (1960), 109 p. 396. Slicher van Bath, B.H . Ontwikkeling van de huidige rechtsvormen van het grondgebruik in Nederland. De overheid, de boer en de grond (1950): 115— 120. 397. Slob,W. ,Tienden . Gens Nostra 14(1959): 134-137. 398. Winter, J.M. van. Vlaams en Hollands recht bij de kolonisatie van Duitsland in de 12e en 13e eeuw. Tijdschr. voor rechtsgeschiedenis 21 (1953): 205- 224.

e. grondbezit, grondgebruik

399. Boerendonk, M.J . Landgebruik en landwaarde. Gorinchem, (1960), 376 p. 400. Edelman, C. H. & K. J. Hoeksema, De historie van het grondgebruik en de moderne conceptie. Uitgave van de Vereniging van technisch personeel der land- en tuinbouwkundige instellingen te Wageningen e.o. Heterosiscursus. Voordracht 12,(1963/64) , 7p . 401. Hees, R. van. Het grondgebruik als maatschappelijk probleem(geschiedenis). Landbouwk. Tijdschr. 64 (1952): 571-582. 402. Hövelmann, G. Westfränkischer Klosterbesitz am unteren Niederrhein. Rheinische Vierteljahrsblätter 27 (1962): 18-36. 403. Klijnhout, C.C. Het hek op den dam; bijdrage tot de historie van den particulieren grondeigendom in Nederland. Gedenkboek ter gelegenheid van het 40-jarig bestaan der vereeniging 'Het Grondbezit' op 13 Februari 1951. Utrecht, (ca. 1951), 147 p. 404. Rotthoff, G., Studien zur Geschichte des Reichsguts in Niederlothringen und Friesland während der sächsisch-salischen Kaiserzeit; das Reichsgut in den heutigen Niederlanden, Belgien, Luxemburg und Nordfrankreich. Rheinisches Archiv 44 (1953): 176 p.

f. akkerbouw enakkerbouwgewassen , voeding

405. Aardappelziekte, De ...,1845,Voedingsnieuw s 41 (1964): 443-446. 406. Addens, N.H . H. Zaaizaad en pootgoed in de Nederlandse landbouw. Wage­ ningen, (1952), 282 p. 407. Akkerbouw, Uitgave van de 'Stichting Onderwijstentoonstellingen' te 's-Gra­ venhage.(zonde rjaar) , 66 p.(Hfdst . I. Geschiedenis, p. 5—21). 408. Algra, S. Opkomst der pootgoedteelt. De pootaardappelhandel sept. (1963): 22-24.

23 409. Algra, S. Aardappelverbouw van 1935 tot heden. De pootaardappelhandel sept. (1963): 24-26. 410. Baumann, E. D. De voeding in Nederland in de Romeinse tijd, voornamelijk ontleend aan PliniusMajor . Voeding 22 (1961): 401-408. 411. Beetwortelcultuur en bietsuikerfabricage in ons land tijdens de inlijving bij Frankrijk. Voorlichtingsblad N.V. Centrale Suiker Maatschappij (1962) 197, 198, 199, 200; (1963) 201. 208, 210, 211;(1964 ) 213,215,217,220,221, 222. 412. Bergman, M.Th e potato blight in the Netherlands and its social consequences (1845-1847). International review of social history 12(1967) : 390-431. 413.Bernet Kempers, A.J. Het kruidentuinhuisje (o.a. over hop en meekrap). Bijdragen en mededelingen van het Nederlands Openluchtmuseum 25 (1962): 42-64. 414. Brouwers, A.P .J . De vlasserij in het Nederland van de eerste helft der 20e eeuw. Nijmegen, (1957), 175 p. 415. Bruining, J. D. Koolzaad en koolzaaddorschen. Het Noorder Land 1 (1941/42): 111-116. 416. Bruijn, J. R. Werving en voeding, taken van een zeventiende eeuws oorlogs­ kapitein. Fibula 7 (1966): 23-27. 417. Bruijn, J. R. Voeding op de Staatse vloot. Spiegel Historiael 2(1967) : 175— 183. 418. Burema, L. De voeding in Nederland van de Middeleeuwen tot de twintigste eeuw. Assen, (1953), 327 p. 419. Buter, A. Willem Weavers wont wied weg. Textielhistorische bijdragen 9 (1967): 27—35. (verbouw van vlas). 420. Croesen, V.R. IJ. Tabakscultuur in Nederland. Landbouwk. Tijdschr. 52 (1940): 33-51, 145-164, 213 233; ook In: Agronomisch-Historisch jaar­ boek 1(1940) . 421. Dillen, J. G. van. Dreigende hongersnood in de Republiek in de laatste jaren der zeventiende eeuw. Mensen en achtergronden. Groningen, (1964), p. 193-226. 422. Emmens, J. H., A. Th. Kortenhorst, H.va n Veldhuizen en W.Wilten , 25 jaar Brouwgerstverbouw in Nederland. Mededelingen van het Nationaal Comité voor brouwgerst 19(1953) : 36 p. 423. Feijter, F. de. De zaaizaadwisseling bij de granen in Nederland in de jaren 1950 t/m 1962.Meded . Ned. alg. Keur. Dienst Landb. zaden Aardappelpootg. 20(1963/64)72-73. 424. Friederich, J. G. Van vlas tot linnen. Zaadbelangen 18(1964) : 313-314. 425. Geldof, W. Uit de tijd van grootvader: opkomst en ondergang van de meekrapteelt. Plattelandspost kerstnr. (1966). 426. Geschiedenis, De ... van onze suikerbietenrassen. 'Puttershoek' — berichten voor bietentelers (1966): 3-6. 427. Haan, H. de.Geer t Veenhuizen (1857-1930), the pioneer of potato breeding in the Netherlands. Euphytica 7 (1958): 31-37. 428. Hallema, A. Haags inlichtingenbureau is er naast; aardappel werd voor het eerst geïmporteerd rond 1550. Leeuwarder Courant 11 nov.(1965) . 429. Hartog, C. den. Voedingsveranderingen sinds 1900.He t landbouwhuishouden 18(1964): 57-59. 24 430. Hermsen, J. G.T . Oorsprong, verbreiding en evolutie van de cultuuraard- appel. Vakblad voor biologen 47 (1967): 37-47 . 431.Heyen,Th. G.Vlasbewerking . OnsHee m 10(1961): 6-7. 432. Hudig,J . Bemesting door de eeuwen heen. Wageningen, (1955), 56 p. 433. Jaren, Vijftig ... normalisatie: een belofte voor de toekomst. Voeding en techniek 1 (1967): 27. 434. Jongbloed, A. Enige economische aspecten van de vlascultuur en vlasindu­ strie, zonder plaats, (1960), 179 p. 435. Jonge, L.J . A. de.Hennepteel t in Nederland. Wageningen, (1944), 27 p. 436. Jonxis, J.H. P. De entrée van nieuwe voedingsmiddelen en hun invloed. Tijdschr. voor geschiedenis 77 (1964): 200—201. 437. Klarenberg, K. A. De teelt van stoppelgewassen in Nederland. In: Jaarboek van de algemene bond van oud-leerlingen van inrichtingen voor middelbaar landbouwonderwijs, zonder plaats,(1949) ,p .59—68 . 438. Kleermaeker, K. J. B. de. Vijftig jaar meststoffenontwikkeling. Chemisch weekblad 50 (1954): 565-570; 51 (1955): 189. 439. Kleyburg, P. L. Een halve eeuw vlasserij (1890-1940). In: Gedenkboek ter herinnering aan het vijftigjarig bestaan der arbeidsinspectie. Groningen, (1940), p. 115-130. 440. Klijn, E.M .Ch . F. De hennepteelt verbeeld. Bijdragen en mededelingen van het Nederlands Openluchtmuseum 30 (1967): 21-24. 441. Lindeboom, G. A. Een pleidooi tot verbetering der volksvoeding uit de vorige eeuw.Voedin g 27 (1966): 1-5. 442. Loeff, J. A. van der. Coloradokeverbestrijding in de 19e eeuw. Landbouwk. Tijdschr, 72(1960): 129-130. 443. Morineau, M. Rations militaires et rations moyennes en Hollande au XVIIe siècle.Annale s 18(1963): 521-531. 444. Overheidsmaatregelen, De ... ten behoeve van de suikerbietenteelt en de suikerindustrie 1930-1940. Zonder plaats, (ca. 1940) 158 p. (getypt; aan­ wezigi n de Bibliotheek van het Min. van Landbouw en visserij). 445. Paauw, F. van der. Fluctuaties van aardappelopbrengsten in de veenkoloniën ten gevolge van veranderingen in de bodemvruchtbaarheid onder invloed van de regenverdeling. Landbouwk. Tijdschr. 78 (1966): 136-142 (ca. 1918— 1964). 446. Pape, J.C. Enige gegevens over oude bouwlanden. Boor en spade 15 (1966): 86-93. 447. Roessingh, H. K. De coloradokeverbestrijding in de 19e eeuw. Landbouwk. Tijdschr. 71 (1959): 709-714. 448. Rüter, A. J. C. Rapporten van de gouverneurs in de provinciën, 1840—1849. dl. 3. 1844-45. Werken van het Historisch genootschap 3e Serie 78 (1950), 555 p.(aardappelziekte , p.387—479) . 449. Slicher van Bath, B.H . De oogstopbrengsten van verschillende gewassen, voornamelijk granen, in verhouding tot het zaaizaad, ca. 810—1820.A .A . G. Bijdragen 9 (1963): 29-125. 450. Slicher van Bath, B.H .Yiel d ratios, 810-1820. A.A.G. Bijdragen 10(1963) : 3-264.

25 451. Slicher van Bath, B. H. The yields of different crops (mainly cereals) in relation to the seed, c. 810 1820. Acta historiae Neerlandica 2 (1967): 26-106. 452. Slicher van Bath, B.H . Constante, fluctuerende en variabele factoren in de produktie en consumptie van agrarische goederen in de pre-industriële maat­ schappij. A.A.G. Bijdragen 15(1970): 105-133. 453. Slits,H .J . A. De teelt van tabak. 's-Gravenhage, (1942), 23 p. 454. Slob, W. 75jaa r slachthuizen in Nederland. Nieuwe veldbode 30 no. 6 (1962/63): 9-10. 455. Sloots, L. De hop.Wageningen , (zonderjaar) , 29 p.(scriptie) . 456. Sluyk, B.C. Meekrap. Jaarverslag stichting Textielgeschiedenis (1959): 17-39. 457. Smits,C . De verbouw van tabak in Nederland. Arnhem, (1943) 23 p. 458. Terpstra, A. Ploegdiepte door alle tijden heen. Hollandsch landbouwweek- blad 18no . 13(1955). 459. Thijn, G. A. The history of distributing starting material by governmental institutes to potato breeders in the Netherlands. Euphytica 13 (1964): 239-244. (vanaf 1938). 460.Vandenbroecke , Chr. De opmars van de aardappel. Spiegel Historiael 5 (1970): 352-366. 461. Veenhuizen, Geert ..., 18novembe r 1857-30 januari 1930; gedenkschrift uitgegeven ter gelegenheid van de honderdste geboortedag van Geert Veen­ huizen, pionier der aardappelkwekers. Wageningen, (ca. 1957), 32 p. 462. Veerman, L. Ontwikkeling der suikerbietenteelt in Nederland. Tijdschr. econ. soc.Geogr. 38(1947): 92-101. 463. Ven, R. van der. De Nederlandse tabaksteelt in de oorlogs- en eerste na-oor- logsejaren . Landbouwk. Tijdschr. 58(1946) : 636—638. 464. Vooys, A.C . de. De verspreiding van de aardappelteelt in onslan d in de 18e eeuw. Geografisch Tijdschr. 7(1954) : 1—5. 465. Waal, G. A. van der. Het consumptie-aardappel-areaal en rassensortiment in Nederland vanaf 1850-1960. De pootaardappelhandel 14 no. 12(1960/61): 3-6, 23-25. 466. Wiskerke, C. De geschiedenis van het meekrapbedrijf in Nederland. Econo- misch-historischjaarboe k 25 (1952): 1-144. 467. Zingstra Jzn., H.H . De aardappel in verleden, heden en toekomst. Uitgave Stichting aardappel studie centrum, (1958),p . 17—34.

g.weidebou w en veeteelt

468. Beijers, J. A. De bestrijding van enige zeer belangrijke veeziekten in het verleden.Mel k 16(1960/61): 8-10. 469. Beijers,J.A . Veepest. Melk 16(1960/61): 116-123. 470.Clason ,A . T. Veelteelt in de pre- en protohistorie. Spiegel Historiael 5 (1970) 297-303. 471. Eldik, J. van. Zomerstalvoedering in de vorige eeuw. Landbouwdocumentati« 20(1964): 1947-1962.

26 472. Faber, J. A. Cattle-plague in the Netherlands during the eighteenth century. Mededelingen van de landbouwhogeschool te Wageningen 62 no. 11 (1962): 1-7. 473. Faber, J. A. De veepest in Nederland in de 18de eeuw. Spiegel Historiael 1 (1966): 67-74. 474. Frankena, H.J . Het kunstmatig drogen van gras 1938-1963. Landbouwk. Tijdschr. 75 (1963): 499-506. 475. Frankena, H.J . De weidebouw in vijftig jaar. De boerderij 50 (1966): 1694-1695. 476. G&ldof, W. Uit de geschiedenis der melkvervalsing. Algemeen zuivelblad 48 (1955): 87-89. 477. Geldof, W. Hoe een veeziekte werd uitgeroeid; veepest, schrikbeeld uit vroeger dagen. Delandbod e 12(1958) : 847:oo k In: Groninger landbouwblad 36 (1958): 847. 478. Hol, A. R. De hooiberg en zijn verspreiding. Volkskunde 47 (1946): 22-43. 479. Jaar, N. R. S. negentig .... Nieuwe veldbode 31 no.4 8 (1963/64): 5. (Neder­ lands Rundveestamboek). 480. Jong Szn., S. de. Veevoeding in het verleden en in de toekomst. De boerderij 50(1966): 1717. 481. Meihuizen, L. S.D e tijd maakt het hooi. Venster 4 (1960): 104-106. 482. Roselaar, J. 'Vak' termen in het veehoudersbedrijf. De speelwagen 7 (1952): 226-230. 483. Veevoeding, De ...i n de loop derjaren . De molenaar 66 (1963): 1002-1004. 484. Velden, H.van . Het Weidebedrijf. In: Z.W . Sneller (Red.).Geschiedeni s van denNederlandsche n Landbouw, 1795-1940. Groningen, (1943), p. 319-338. 485. Veldink, J. G. Het Weidebedrijf. In: Z. W.Snelle r (Red.). Geschiedenis van de Nederlandse landbouw, 1795-1940. 2e Druk. Groningen, (1951), p. 346- 372. 486. Visser, D. R. 15jaa r loopstallen voor melkvee. De boerderij 48 (1963/64): 637-639. 487. Vries, D.M . de. Ons grasland en zijn geschiedenis. De levende natuur 56 (1953): 5-12, 24-31, 207-212, 235-239.

h. paardene n runderen

488. Andringa, R. Vijftien jaar rundveestapel. 's-Gravenhage, (1970), 138p . 489. Bakker, D. L. De geschiedenis van liet rund. In: C. H. J. Maliepaard. (Red.). Rundvee. Amsterdam, (1948), p. 21 40. 490. Feen, P.J . van der. Nederlandse huisdieren van praehistorie tot middel­ eeuwen. Akademiedagen 9 (1956): 39—53 (o.a. over paarden, runderen, etc). 491. Geldof, W. Zes eeuwen aalstreepfokkerij. Doelmatige veehouderij 13(1964) : 136-139. 492. Geschiedenis, De vroegste ... van onze paardenmarkten. De hoefslag (1966): 7-8. 493. Groot, T. de. Ons landbouwpaard; vroeger, nu en later. Groningen, (1961), 16p .

27 494. Helden, W. van. Het Fjordenpaard. In de strengen 25 no. 24 (1963): 15-16. 495. Jaar. 10 ... Nederlandse Fjordenpaardenfokkerij. In de strengen 26 no. 24 (1964): 12-13. 496. Jaar, Ongeveer 60 ... geleden al in ons land; iets over k.i. bij paarden. Fries landbouwblad63(1966): 1745. 497. Jong Szn., S. de. In 1913 kwam het zwartbonte vee uit ons land op één Nationale tentoonstelling bijeen. De keur- stamboeker 11 (1963): 789— 791. 498. Jong, W. de. Een halve eeuw productieteelt. Enkele beschouwingen over de toepassing en de resultaten van de melkcontrôle bij de rundveefokkerij in Nederland. Wageningen, (1947), 14 p. 499. Leenheer, J. Verleden, heden en toekomst. De Keur-Stamboeker 12(1964) : 797-802. (Geschiedenis N.R.S.) 500. Muilwijk, E. van. De historie der Nederlandse rundveefokkerij. Melk 9 (1953/54) 3: 5-7, 5: 5-7, 9: 5-7; 17/18: 12-13; 25: 4-5; 10 (1954/55): 58-60, 276-279; 11 (1955/56): 336-337, 400-401; 12 (1956/57): 5-7, 101-103, 133-135, 246-247, 276-278, 287, 310-311, 317, 342-343, 374-375; 13 (1957/58): 24-26, 69, 76-77, 101, 120-121, 125, 134-135, 246-249, 326-327, 333; 14 (1958/59): 6-7. 55-57, 70-71, 77, 154-156, 202, 203, 233-234, 238, 249-251, 305-306, 314, 337, 339, 354-355; 15 (1959/60): 72-74, 75. 501. SI. De vroegste geschiedenis van onze paardenmarkten. De hoefslag 18no . 50 (1966): 7-8. 502. Slob, W. Paardenfokkerij 100jaa r geleden. In de Strengen 24 no. 22 (1962); 6-7. 503. Slob, W. Het paard in de landbouw; geschiedkundige beschouwing van de rol, welke het paard in de landbouw tot dusver vervulde. Doetinchem, (1967), 227 p. 504. Vereniging, 1914 - Koninklijke ... 'Het Nederlandsche Trekpaard' - 1964; wat er aan de oprichting voorafging. Ons trekpaard no. 252 (1964): 4-5.

i. schapen

505. Govers Dzn., E. 50 jaar wol; memoires. Uitgave van het Centraal bureau van de schapenfokkerij en de Nederlandse wolfederatie. Zonder plaats, (ca. 1965), 180p . 506. Hekker, R.C . Schaapskooien. In: Schapen en scheren;fees t in Laren op 2jul i 1955. Zonder plaats,(zonde rjaar) , p. 11-13,21 . 507. Jong Szn., S. de. Nationale en Internationale landbouwtentoonstelling 1913; welke schapen hield men voor 50jaa r in ons land? Het schaap 7no . 4 (1963). 508. Verboon, M.C. Geschiedkundig overzicht van de ontwikkeling van de schapenhouderij en - fokkerij in Nederland. Wageningen, (1967), 30 p. (scriptie).

28 j. overigediere n

509. Blikman, A. Geschiedenis van de geitehouderij. De geitehouder 30 (1967): 18-20. 510. Feen, P. J. van der. Hoe en wanneer zijn wilde konijnen in Europa verspreid geraakt? Biologisch jaarboek 31 (1963): 237-243. 511. Geldof, W. Het varken in oudheid en folklore. Plattelands post 16 no. 14 (1960). 512. Gink, C. S.Th . van. Een stukje Wit Leghorn-geschiedenis. De bedrijfspluim - veehouder42(1964): 165. 513. JongSzn., S. de. De varkenshouderij in West-Nederland; welk type? waarop letten. Melk 9 no. 4 (1953/54): 11 14.(Aantalle n 1851-1952). 514.Jon g Szn., S. de. De geiten 50jaa r geleden. De Geitehouder 26 (1963): 82-84. 515. Jong Szn., S. de. Nederlandse geitenhouderij in de twintigste eeuw. De boerderij 50 (1966): 3259. 516.Maagdendans , H.G . De bijenhouderij in Nederland;historisc h en ekonomisch bezien. Neerlands volksleven 14 (1964): 385-402. 517. Pluimveebedrijven, Onze oudste ..., De pluimveeteelt 13no . 36 (1960). 518. Vries, J.B. De herkomst van het Nederlandsche landhoen. Landbouwk. Tijdschr. 52 (1940): 450-463; ook In: Agronomisch-Historisch jaarboek 2 (1942).

k. veeteeltprodukten

519. Kooy, G.A .D e zelfkazerij van Midden-Nederland. Assen,(1956) , 133 p. 520. M. Uit de geschiedenis van melk en zuivel. De boerderij 40 no. 26 & 28 (1956)26,28. 521. Poel, J. M.G . van der. Boterbereiding in de 18e eeuw. In: Zakboekje Koninklijke Nederlandse Zuivelbond F.N.Z. (1964) 16p . 522. Rijsewijk, J. van. Etwas über die Geschichte der Käserei in Holland. Milch­ wissenschaft 8 (1953): 202-207. 523. Stegenga, Th., Y. van der Honing en R. Hellinga, De invloed van milieu- veranderingen op de melkproduktie per koe per jaar van 1933 tot 1960. Landbouwk. Tijdschr. 79 (1967): 114 119. 524. Ven, D.J . van der. Van Wouter Sluis tot het NIZO; 100jaa r evolutie in de Nederlandse zuivelbereiding. Algemeen zuivelblad48 (1955): 121— 125 . 525. Waal, M. de. Melk, boter en kaas in vroeger tijd. In: Langs de melkweg. Uitgave ter gelegenheid van de Nationale Zuiveltentoonstelling. p. 3—8;oo k In: Neerlands volksleven 3 no. 3 (1953). 526.Wereldoorlog , Tussen ... en euromarkt; wervelingen in de melkstroom; ter gelegenheid van het 60-jarig bestaan van de Koninklijke Nederlandse Zuivel­ bond F.N.Z. Zonder plaats,(1960) , 242 p.

29 1.tuinbou w

527. Barendse, J. Herinneringen uit de beginperiode van het veilingwezen in de tuinbouw. De tuinbouw 3 (1948): 310-314. 528. Bedrijfsuitkomsten in de tuinbouw in de jaren 1955 tot en met 1965. Groenten en fruit 22 (1966): 931. 529. Beekom, C.W.C. van. De ui: zijn herkomst, geschiedenis en economische betekenis.Med .Dir .Tuinb . 15(1952): 140-144. 530. Blauw, P. De ontwikkeling van de Nederlandse fruiteelt. Groenten en fruit 16 (1960/61): 459. 531. Blöte-Obbes, M.C. De kruidenteelt. In: Noordwijks volksleven. Leiden, (1959), p. 67-74. 532. Bond van bloembollenhandelaren; herinneringen aan zijn oprichting, weder­ waardigheden en arbeid, 1900-1950. Haarlem, (1950), 119 p. 533. Bouman, P. J. De tuinbouw. In: Z. W.Snelle r (Red.). Geschiedenis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw, 1795-1940. Groningen, (1943), p. 385-403. (2e Druk, (1951), p. 422-440). 534. Brucherus Cleveringa, H.H. Geschiedenis der tuinkunst. De boomkwekerij 18 (1962/63): 141-142, 152-153, 169-170, 183-184, 203-204, 215-216, 222-224, 237-238, 251-252, 257-259, 272-273, 284-285. 535.Cornelissen , J. D.M . Marnix en de tuinbouw. Historisch Tijdschr. 19(1940) : 223-251. 536. Dix, J. F. Ch. 400jaa r tulpen. In: Jubileumuitgave ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de Nederlandsche Vereniging tot bevordering der weten­ schappelijke veredeling van siergewassen 'Neversie'.(1959) ,p . 7—14. 537.Doorenbos , J. Notes on the history of bulb breeding in the Netherlands. Euphytica3(1954): 1-11. 538. Egberts, G.J . J. De ontwikkeling van de tuinbouw in het Noorden deslands . Geografisch Tijdschr. Nieuwe Reeks 2(1968) : 336-340. 539. Faber-Overbeek, S. C. De geschiedenis van de appelteelt in Nederland.Wage ­ ningen, (1965), 61p. (scriptie). 540. Geldof, W. Uit de geschiedenis der tuinbouwgewassen. Groenten en fruit 17 (1961/62): 401-403; 18 (1962/63): 202-203,826-827; 19(1963/64): 79, 917; 20 (1964/65): 177-179. 1171. (Over de peer, de braam, sla en de rabarber). 541. Gerritsen, J. D. Wat leert ons de ontwikkeling van de Nederlandse fruitteelt in de periode 1945-1960. Groenten en fruit 15 (1959/60): 845-847. 542. Haccou, J. F. De groothandel in snijbloemen. In: De bloemisterij in Neder­ land. 's-Gravenhage,(1961) p. 177-230. 543. Hallema, A. Tuinbouw en tuinvruchten in de spiegel van proza en poëzie. Groenten en fruit 16(1960/61): 863-867. 544. Hallema, A. Fruitpropaganda in een Vaderlands A-B-boek van 1781. Groen­ ten en fruit 17(1961/62): 403. 545. Hartman, A.J . Van oorlog tot oorlog; dertig jaar uit de geschiedenis van de Nederlandse tuinbouw. Groenten en fruit, herdenkingsnummer 1917-1957: 14-18.

30 546. Hartman, A.J . Honderd jaar bloembollencultuur. Meded. Dir. Tuinb. 23 (1960): 413-414. 547. Holkamp, A. Bedrijfuitkomsten in de tuinbouw in de jaren 1955 tot en met 1965. Verslagen van het Landbouw Economisch Instituut 173 (1966): 41 p. 548. Jaar, Vijftig ... Nederlandse fruitteelt. Amsterdam, (1948), 172 p. 549. Jaar, 50 ... Centraal Bureau van de Tuinbouwveilingen in Nederland, 1917— 1967. Bijlage van Groenten en fruit. 4jan . (1967). 550. Janse, J. A. In geuren en kleuren; een geschiedenis van de Hollandse bolge­ wassen. Utrecht, (1966), 115 p. 551. Jong, A. de. 25 jaar tuinbouw, weerspiegeld in de Mededelingen. Meded. Dir. Tuinb. 26(1963): 6-12, 18. 552. Kemmers, W.H. De Nederlandse tuinbouw in de twintigste eeuw. In: De bloemisterij in Nederland. 's-Gravenhage, (1961), p.9—34 . 553. Krelage, E. H. Het onderzoek der hyacinthenziekten; een episode uit het prae-phytopathologische tijdvak. Tijdschr. over plantenziekten 46 (1940): 30-45; ook In: Agronomisch-Historisch jaarboek 1(1940) . 554. Krelage, E. H. Bloemenspeculatie in Nederland; de tulpomanie van 1636—'37 en dehyacintenhande l 1720-'36. Amsterdam, (1942), 205 p. 555. Krelage, E. H. De pamfletten van den tulpenwindhandel 1636—'37. Werken uitgegeven door het Ned. Economisch-Historisch archief 11 (1942): VII + 320 p. 556. Krelage, E.H. Het manuscript over den tulpenwindhandel uit de verzame- ling-Meulman (1637).Economisch-Historisc h jaarboek 22 (1943):26—48 . 557. Krelage, E.H. Drie eeuwen bloembollenexport; de geschiedenis van den bloembollenhandel en der Hollandsche bloembollen tot 1938. 's-Gravenhage, (1946), XXXVIII +79 1 p. 558. Kroeskop, E. Hoe de tulp naar West-Europa kwam.D e speelwagen 3 (1948): 133-136. 559. Kroft, W.G . van der. De ontwikkeling van de Nederlandse fruitteelt in de na-oorlogse jaren. Groenten en fruit, herdenkingsnummer 1917—1957: 27-28. 560. Lindeboom, G. A. Haller in Holland. Het dagboek van Albrecht von Haller van zijn verblijf in Holland (1725-1727). Delft, (1958), 106 p. 561. Luyckx, A.W . De kleinhandel in bloemen. In: De bloemisterij in Nederland. 's-Gravenhage, (1961), p. 231-256. 562. Lijsten, R. De Nederlandse fruitteelt, 1888-1948. Tijdschr. ned. Heide- maatsch. 59 (1948): 198-215. 563. Mol, J. Zo oud als de weg naar Rome. De boomkwekerij 17 (1962): 206—207.(geschiedeni s van de roos). 564. Muijzenberg, E.W .B . van den. Overzicht van de historische ontwikkeling van den kassenbouw en de kasverwarming. Mededeelingen van den Inspecteur van den tuinbouw en het tuinbouwonderwijs (1943): 505—515. 565. Noordeloos, P. De veilingvereniging De Tuinbouw. Gedenkboek uitgegeven door de vereniging ter gelegenheid van haar 60-jarig bestaan, 1892—26 Febru- ari-1952.Zonde r plaats (1952) 249 p. 566. Poel, J. M. G. van der. Jan van Riebeeck als tuinder. Meded. Dir. Tuinb. 15 (1952): 177-187.

31 567. Reenen, R. M. van. De groei van het veilingwezen in Nederland gedurende de laatste veertigjaar . Groenten en fruit, herdenkingsnummer 1917—1957: 20. 568. Reenen, R.M. van. De geschiedenis van het Centraal Bureau van de Tuin- bouwveilingen in Nederland. Groenten en fruit, herdenkingsnummer 1917— 1957: 7-9. 569. Sängers, W.J . In- en uitvoer van Nederlandsche tuinbouwproducten vóór het jaar 1700.D e tuinbouw 1 no. 3 (1946): 10-12. 570. Sangers, W.J. Oude gegevens over boomteelt. De boomkwekerij (1946/47) 91,99, 107, 115, 139;(1948/49 ) 56-57. 571. Sängers, W.J . Het ontstaan van de druiventeelt in Nederland. De tuinbouw 3 (1948): 237-240. 572. Sängers, W.J. Oude gegevens over fruitteelt in Nederland. De fruitteelt 39 (1949): 994-995. 573. Sängers, W.J . De ontwikkeling van de Nederlandse tuinbouw (tot het jaar 1930). Zwolle, (1952), 351 p. 574. Sängers, W.J . Gegevens betreffende de ontwikkeling van de Nederlandse tuinbouw,(to t het jaar 1800). Zwolle, (1953), 152 p. 575. Sängers, W.J . De Nederlandse fruitteelt in de 15e eeuw. De fruitteelt 45 (1955): 18-19. 576. Schelven, A.A . van. Brieven van Marnix aan Carolus Clusius. Bijdragen en mededeelingen van het Historisch Genootschap 66 (1948): 68—84. (o.a. over tulpen, hyacinten, crocussen) 577. Slogteren, E.van . Dr. E. H. Krelage; 28 Januari 1869 - 2 April 1956. Jaar­ boek Haerlem (1956): 14-16. 578. Stuijvenberg, J. H. van. Enkele economische aspecten van de kersenteelt in Nederland. Haarlem, (1947) XII + 144p . 579. Stuijvenberg, J. H. van (Red.). De bloemisterij in Nederland; gedenkboek ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de vereniging de Nederlandsche Bloemisterij. Den Haag, (1961), 306 p. 580. Uytven, R. van. De ondergang van de wijnteelt in de Nederlanden. Spiegel Historiael 1 (1966): 52-59. 581. Visser, M.A . J. De ontwikkeling van de Nederlandse bloementeelt. In: De bloemisterij in Nederland. 's-Gravenhage, (1961), p.35—78 . 582. Voors, H. J. Ernst H.Krelage ; Haarlem, 28januar i 1869 — Haarlem, 3 april 1956. Economisch-historischjaarboe k 27 (1958): 191— 195 . 583. Voors, H.J . Honderd jaren bloembollencultuur; gedenkschrift bij de viering van het 100-jarig bestaan van de Koninklijke Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur te Haarlem. In: Eeuwfeestnummer van het Weekblad voor bloembollencultuur. 6 mei (1960), 44 p. 584. Warnaar , B. 50jaa r Hollandse narcissen. Weekblad voor bloembollencultuur 74(1963/64): 763. 585. Weekblad voor bloembollencultuur sluit tachtigste jaargang af. Weekblad voor bloembollencultuur 80 (1970): 1215-1217, 1220-1221. 586. Zeeman, J. Vijf en zeventig jaar geleden kiem gelegd voor veilingwezen in Nederland. Groenten en fruit 18 (1962): 292-294. 587. Zwahlen, P.W .H . Vereniging 'De Nederlandse bloemisterij'. In: De bloemis­ terij in Nederland. 's-Gravenhage, (1961), p. 79—112.

32 m. bosbouw

588. Oudemans, Th. C, Dr. ... 75jaar . Ned. Bosb. Tijdschr. 39 (1967): 90-93. 589. Schut, B. Een boekje open over de beuk. Tijdschr. Ned. Heidemaatsch. 78 (1967): 60-66. 590. Schut, B. In Holland staat een iep. Tijdschr. Ned. Heidemaatsch. 79 (1968): 369—375. (iepenziekte). 591. Slicher van Bath, B.H . L'histoire des forêts dans lesPays-Ba s septentrionaux. A.A.G. Bijdragen 14(1967) : 91-104. 592. Vos, J. G. A.C.W. Staring; dichter en bosbouwer. Archief De Graafschap (1967): 6-99.

n. landbouwwerktuigen

593. Bernet Kempers, A.J . Arbeits-un d Geräteforschung in den Niederlanden. In: Arbeit und Gerät im Volkskundlicher Dokumentation. Herausgegeven von W.Hansen , Münster, (1969), p. 95-101. 594. Braber, H.(Samensteller) . Van Klep tot krat; bijdragen over boerenwagens en andere voertuigen. Amsterdam, (1950), 186 p. 595. Braber, H. De ornamentatie van het landelijk voertuig. Wikor 3 (1955): 201-206. 596. Coolman, F.& J . M.G . van der Poel. Van gareel tot aftakas. Wageningen, Publikatie I.L.R. 78,(1964) , 118p . 597. Elema, H. M. Een kwarteeuw stormachtige ontwikkeling in de mechanisatie. Landbouwdocumentatie 26 (1970): 895-897. 598. Essenburg, J. F. W. Het loonbedrijf in Nederland. Wageningen, (1961), 19p . (o.a. over de geschiedenis van de mechanisatie in de landbouw en het loondorsen). 599. Hallema, A. Tuinbouwgereedschap. Groenten en fruit 10 (1954/55): 588— 589, 1001-1003. 600. Hekker, R. C. De wagenstalling bij het oude boerenbedrijf. In: Van klep tot krat; bijdragen over boerenwagens en andere voertuigen, samengesteld door H. Braber. Amsterdam, (1950), p. 127 136. 601.Houwink Hzn., R. De Munstersche vogelwagen. Landbouwk. Tijdschr. 52 (1940): 298-301; ook In: Agronomisch-Historisch jaarboek 1(1940) . 602. Jirlow, R. & J.M.G. van der Poel. De inheemse Nederlandse ploegen. Wageningen, (1968), 79 p. 603. Klijn, E. M.Ch . F. Een grutterij uitgebeeld. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 24 (1961): 49—53. 604. Klijn, E. M.Ch . F. Over de ploegenverzameling. Bijdragen en mededelingen van het Nederlands openluchtmuseum 26 (1963): 3—7. 605. Koppejan, A. W. G. & B. C. van der Weide, De motorisatie van de Neder­ landse landbouw, in Landbouwkundig Tijdschr., 77 (1965) 885-898; ook in Landbouwdocumentatie, 22 (1966) 435-442.

33 606. Krolis, K. E. & J. A. Vollaers. Enkele aspecten van de motorisatie van de Nederlandse landbouw in het verleden en in de toekomst. Wageningen, (1960), 29 p. (stenciluitgave, Instituut voor Landbouwtechnieken Rationali­ satie). 607. Kuperus, J. A. & W.J . Sluiman. De ontwikkeling van de mechanisatie op de akkerbouwbedrijven, 1946—1957. 's-Gravenhage, (1960),4 6 p. 608. Meischke, M.C . A. Boerenwagens. Bussum,(1968) , 96 p. 609. Meyer, M. de. Sikkel, ziehte, zeis en pik. Volkskunde 47 (1946): 145-153. 610. Mol, Th. Botervormen. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openlucht­ museum 21 (1956): 16-18. 611. Noorlander, H. Goed gereedschap is het halve werk: het te maken isee n heel werk. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 31 (1968): 11-19. 612. Noort, P.C. van den. Stand en ontwikkeling van de agrarische techniek. Landbouwvoorlichting 24 (1967): 311. 613. Poel, J. M.G . van der. Het dorsen in het verleden. Het loonbedrijf in land-e n tuinbouw 7 (1954): 200-202, 244-246, 288-290, 329-330, 361-363, 392-394, 423-424, 476-477; 8 (1955): 20-21; ook afzonderlijk uitge­ geven te Utrecht, (1955), 23 p. 614. Poel, J. M.G . van der. Honderd jaar McCormick in Nederland. Landbouw­ mechanisatie 7 (1956): 577-579. 615. Poel, J. M.G . van der.Middeleeuws e ploegen in de Nederlanden. Handelingen van het Vlaamsfilologencongres 2 4 (1961): 405-409. 616. Poel, J. M.G . van der. De ploegschaar van Brederode. Westerheem 10(1962) : 97-100. 617. Poel, J. M.G . van der. Das Dreschen in früheren Jahren. Mitteilungen Verein für niedersächsischesVolkstum XXXVIII, 71 (1963): 16-18. 618. Poel, J. M.G . van der. Honderd jaar landbouwmechanisatie in Nederland. Wageningen, (1967), 307 p. 619. Poel, J. M.G . van der. Landbouwwerktuigen in de beeldende kunst. Spiegel Historiael 2(1967) : 90-100. 620. Poel, J. M.G . van der. Oude Nederlandse ploegen. Arnhem, (1967), 72 p. 621. Poel, J.M.G. van der. De voorgeschiedenis van de melkmachine. Melk 23 (1967/68): 134. 622. Poel, J. M.G . van der. De boerenwagens van de landbouwtentoonstelling van 1913. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 32 (1969): 25-36. 623. Poel, J. M.G . van der & C. G. Reinders (Bew.). Landbouwtechniek en ratio­ nalisatie in het midden van de 19e eeuw; een onuitgegeven handschrift van C. Reinders (1820-1878). Warffum, (1962), 58 p. 624. Praktijkschool, 12jjaar ... voor landbouwmechanisatie Slootdorp. Zonder plaats, (ca. 1967), 23 p. 625. Raaf, H. K. de. Vuurstenen 'sikkel' of werkend deel ('haak') van een eerge­ touw? Invallende gedachten van een amateur-archeoloog. Westerheem 18 (1969): 80-88, 110-117, 154 163,206-219. 626. Rensink, W.G . Van stokken, geselen en vlegels.Mededelinge n van de centrale commissie voor onderzoek van het Nederlandse volkseigen 17(1965) : 14—16.

34 627. Riemer, G. De mechanisatie van de landbouw. Wageningen, (1951), 21 p. 628. Slicher van Bath, B.H . The influence of economic conditions on the develop­ ment of agricultural tools and machines in history. Mechanization in agricul­ ture (1960): 1 36; ook In: A.A.G. Bijdragen 6 (1960): 36 p. 629. Slicher van Bath, B.H . De invloed van de economische omstandigheden op de technische ontwikkeling van de landbouw in het verleden. Landbouwk. Tijdschr. 74(1962): 159-179. 630. Sybrandi. Iets over de boerenwagens in het Nederlands openluchtmuseum. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 19 no. 1 (1953): 2-4. 631.Volaers, J. A. Invoer van landbouwwerktuigen in 1919—1962. Landbouw­ mechanisatie 14(1963): 863-877. 632. Waals, J. D. van der. Prehistorie Disc wheels in the Netherlands. Groningen, (1964), 103 p. 633. Widt, R. A. de.Landbouwwerktuige n in vroeger dagen. Landbouwmechanisa­ tie 5(1954) : 393-401. 634. Widt, R. A. de, Landbouwmechanisatie; economische en sociale aspecten van de mechanisatie van de landbouw in de Verenigde Staten van Noord-Amerika en Nederland. Zwolle, (1955),XI I +32 5 p. 635.Wilkens, F. De boerenwagen eens een pronkjuweel (De bewerkte achter­ schamel). Heemschut 21 (1944): 6-8.

o. ontginningen, waterstaat, polders,bedijkinge n en overstromingen

636. Amstel, M.van . Een timmermanszoon wint land; Jan Adriaanszoon Leegh- Water. Zonder plaats, (1942), 216 p. 637. Bakker, J.P. Zijn de bijzonder hoge vloeden in ons land in vroeghistorische en historische tijd aan bepaalde perioden gebonden? Folia civitatis 6 no. 22 (1953). 638. Bakker, J.P. Küstenentwicklung und prähistorische Besiedlung in den Niederlanden. Sitzungsberichte der physikalisch medizinischen Sozietät zu Erlangen 78 (1955/57): 102-127. 639. Bakker, J.P. Transgressionsphasen und Sturmflutfrequenz in den Nieder­ landen in historischer Zeit. Verhandlungen des Deutschen Geographentages 31 (1958): 232-237. 640. Barentsen, W. Terpen, stelbergen en vluchtheuvels. OTAR 43 (1958/59): 139-150, 165-170, 193-201, 213-219. 641. Barentsen, W. De zeedijk van zijn ontstaan tot het jaar 1730. Orgaan technische ambtenaren Rijkswaterstaat 45 (1960/61): 195—205; 46 (1961/62): 1-16. 642. Bazlen, K. A. Dertigjaa r afsluitdijk. Land en water 6 (1962): 88-95. 643. Beekman, A.A. Aanvullingen en verbeteringen op het gebied van dijk- en waterschapsrecht, bodem en water, aardrijkskunde, enz. 's-Gravenhage, (1941), 610 p. 644. Bennema, J. Bodem- en zeespiegelbewegingen in het Nederlandse kustgebied. Wageningen, (1954), X+8 5 p.; ook In: Boor en spade 7(1954) : 1-96.

35 645. Bennema, J. De bewoonbaarheid van het Nederlandse kustgebied voor de bedijkingen. Westerheem 5 (1956): 88-91. 646. Bonder, H. De archieven van inspecteurs en commissies van de waterstaat in Nederland vóór 1850. 's-Gravenhage, (1952), 144 p. 647. Cools, R. H. A. Strijd om den grond in het lage Nederland. Het proces van bedijking, inpoldering en droogmaking sinds de vroegste tijden. Rotter- dam/'s-Gravenhage, (1948), 300 p. 648. Dendermonde, M. & H.A. M.C. Dibbits. De dijken. Amsterdam, (1954), 188p . 649. Dibbits, H. A.M .C . Nederland-Waterland; een historisch-technisch overzicht. Utrecht, (1950), 296 p. 650. Doorn, G. J. van. Waterbeheersing, voorheen, thans en in de toekomst. In: Jubileumverslag 1938-1963, Stichting tot verbetering van de fruitcultuur. Geldermalsen, (zonder jaar), p.4 6 54. 651. Doorn, Z. van. De wenselijkheid van systematisch archiefonderzoek naar geschiedenis en recht van polders en waterschappen. Landbouwk. Tijdschr. 66 (1954): 846-848. 652. Edelman, C.H .& A .W .Edelman-Vlam . Bijdrage tot de ontginningsgeschiede­ nis van enige agrarische nederzettingen op de zandgronden. Boor en spade 13 (1963): 1-11. 653. Edelman, T. Oude ontginningen van de veengebieden in de Nederlandse kuststrook. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 49 (1958): 239-245. 654. Eshuis, J. A. Cultuurtechniek vroeger en nu. Cultuurtechniek 1 (1963/64): 47-51. 655. Fockema Andreae, S..I. Nederland als polderland. In: J.S. Bartstra & W.Bannin g (Red.). Nederland tussen de natiën; een bijdrage tot onze cultuur­ geschiedenis. Amsterdam, (1948), p. 140—158. 656. Fockema Andreae, S.J. Studiën over waterschapsgeschiedenis. 1. Polder­ district Veluwe, (1950), 40 p.; 2. Salland, (1950), 38 p.; 3. De grote of Zuid-Hollandse Waard, (1950), 60 p.; 4. Het Nedersticht, (1950), 55 p.; 5. Zeeuws-Vlaanderen, (1950), 44 p.; 6. Oostelijk Groningen, (1950), 43 p.; 7. Grensproblemen aan de Bovenrivieren, (1950), 32 p.; 8. Overzicht van de Nederlandse waterschapsgeschiedenis. (1951), 49 p. 657. Fockema Andreae, S.J . Centraal waterstaatsbestuur in Nederland. Publicaties van het Genootschap voor Napoleontische studiën 1 (1951): 27—36. 658. Fockema Andreae, S.J. Landaanwinning; tot circa 1850. In: Z.W. Sneller (Red.). Geschiedenis van de Nederlandse landbouw, 1795-1940. 2e Druk. Groningen, (1951), p. 123 142. 659. Fockema Andreae, S.J. Waterschapsorganisatie in Nederland en in den vreemde. Meded. K. ned. Akad. Wet. Afd. Letterkunde. Nieuwe Reeks 14 (1951): 309-330. 660. Fockema Andreae, S.J . Embanking and drainage authorities in the Nether­ lands during the Middle Ages.Speculu m 27 (1952): 158-167. 661. Fockema Andreae, S.J. De inundatiegebieden in historisch perspectief. Tijdschr. K.ned . aardrijks. Genoot., 2e Serie 70 (1953): 169-175. 662. Fockema Andreae, S.J. Vroegere stormvloedhoogten. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 70 (1953): 379.

36 663. Fockema Andreae, S.J . Oude gegevens over waterhoogten en stormvloeden. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot, 2e Serie 78 (1961): 335-341. 664. Fockema Andreae, S.J . Jacob Cats en de landaanwinning. In: Zwolse reeks 12 — Aandacht voor Cats.(ca . 1962). 665. Gedenkboek twee eeuwen waterstaatswerken. Zonder plaats, (ca. 1960), 560 p. 666. Gids voor de archieven van gemeenten en waterschappen in Nederland. Groningen, (1942/45), VI +8 8 p. 667. Gids voor de Deltawerken. Rotterdam/'s-Gravenhage, (1962), 198 p. (o.a. over waterstaatsgeschiedenis). 668. Giffen, A. E. van. De ouderdom onzer dijken. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot, 2e Serie 81 (1964): 271-286. 669. Groenman, Sj.Winst , behoud en verlies van cultuurgrond; na plm. 1850. In: Z.W. Sneller (Red.). Geschiedenis van de Nederlandse landbouw, 1795— 1940. 2e Druk. Groningen, (1951), p. 145-161. 670. Heide, G. D. van der. Dijkbouw door de eeuwen heen. In: Honderd eeuwen Nederland. 2e Druk. 's-Gravenhage, (1959), p. 265-291. 671. Hermans, H. Hoe Nederland groeide; anderhalve eeuw bodemwinning en bodemverbetering. Bussum,( 1947) , 151 p. 672. Hoekstra, P. Historische kanttekeningen bij de waterramp. De Nieuwe stem 8 (1953): 341-349. 673. Jansen, P. Ph. Aux Pays-Bas, Une prodigieuse conquête: le plan Delta. Annales 16 (1961): 657-664. 674.Jong , D. L. de. De Allerheiligenvloed van 1570. O.T.A.R. 38 (1953/54): 315-325. 675. Jong, D.L . de. Een stormvloed midden in de zomer; 21jun i 1577. O.T.A.R. 39(1954/55): 76-77. 676. Kloppenburg, D. De waterstaatkundige ontwikkeling van Nederland. Grijps- kerk, (1954), 96 p. 677. Kruyt, J.P. De strijd tegen onzen erfvijand. Het gemenebest 3 (1940/41): 76-84. 678. Lingsma, J. S. Gids voor de Deltawerken. 3e Druk.Den Haag,(1966) , 266 p. 679. Lonkhuyzen, J.P. van. Het winnen van cultuurgrond. In: Z.W. Sneller (Red.). Geschiedenis van den Nederlandschen landbouw, 1795—1940. Groningen, (1943), p. 176-207. 680. Lyon, B. Medieval real estate developments and freedom. The American historical review 63 (1957/58): 47-61. (o.a. verband vrijheid en ontginningen in de Nederlanden). 681. Maaswinkel, D. van. Geschiedenis en ontwikkeling van de Nederlandsche Heidemaatschappij van 1913-1948. Tijdschr. ned. Heidemaatsch. 59 (1948): 10-40, 57-88. 682. Man, Een .., die zijn naam alle eer aandeed. De landbode 12 (1958): 825; ook In: Groninger landbouwblad 36 (1958): 825.(Leeghwater) . 683. Mansholt, D. R. Beschouwingen over een onderzoek naar de waterschaps- lasten in Nederland. 's-Gravenhage (1941), 381 p. + kaarten. 684. Minderhoud, A.P .D r Ir. S. Smeding (1889-1967). Landbouwk. Tijdschr. 80 (1968): 3—5.(o.a . over polders, droogmakerijen).

37 685. Monhemius, L.& H. van Rossum. Polderbemaling. Landbouwk. Tijdschr. 73 (1961): 726-743. 686. Naarding, J. Oostnederlandse waterschapstermen. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 7 (1955): 13-22. 687. Niermeyer, J. F. Waterstaatslasten en horigheid. Tijdschr. voor geschiedenis 59 (1946): 285-286. 688. Niermeyer, J. F. Dammen en dijken in Frankisch Nederland. In: Weerklank op het werk van Jan Romein. Amsterdam, (1953), p. 109—115. 689. Niermeyer, J. F. De vroegste berichten omtrent bedijking in Nederland. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 49 (1958): 226-231. 690. Nysingh, J. Ontginning en verkaveling. In: Overijssel; aspecten en perspec­ tieven. Amsterdam (1951), p. 105-114. 691. Pouderoyen, A. Les polders aux Pays-Bas,leu r assèchement,leu r drainage;le s moulins de pompage, d'industrie et lesmoulin s àboue . Techniques et civilisa­ tions 2 (1951/53) Fasc. 7-12, 142-146; 3 (1954) Fasc. 13-18, 16-32, 39-62. 692. Reys, W.W . The Dutch polder country. Geografisch Tijdschr. 7 (1954): 146-158. 693. Roever, J. G. de. Jan Adriaenszoon Leeghwater; het leven en werk van een zeventiende-eeuws waterbouwkundige, Amsterdam, (1944), 288 p. 694. Smits, H. Koolzaad-Landaanwinningspionier door de eeuwen heen. Land en water 8 (1964): 96-100. 695. Veen, J. van. Dredge drain, reclaim; the art of anation , 3e Druk. The Hague, (1950), 179p . 696. Veen, J. van. Grafieken van indijkingen in Nederland. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 65 (1948): 19-25. 697. Veen, J. van. Overstromingen tijdens de negen stormvloeden sinds 1877. Tijdschr. K. ned. aardrijksk. Genoot., 2e Serie 73 (1956): 1-6. 698. Visser, A. de. De perceelsbreedte van de voornaamste droogmakerijen in de loop van hun bestaan. Boor en spade 8(1957) : 112-125. 699. Visser, M. F. Bedijkingen voorheen en thans.Wageningen , (1941), 20 p. 700. Werkman, G. Kent gij het land der zee ontrukt? Eenige hoofdstukken uit de waterstaatkundige geschiedenis van ons woongebied. Bussum, (1948), 327 p. 701. IJsmeer, N.A u Pays des polders. La revue naritime 2(1951) : 1451— 1464 . 702. Zeeuw, J. W. de. Hoe draineerde men 100jaa r geleden? Tijdschr. ned. Heide- maatsch. 71 (1960): 11-14, 50-56, 89.

p. ruilverkaveling

703. Bouwman, L. H. De ruilverkaveling in Nederland. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 46(1955): 19-22. 704. Coppens, H. Oud en nieuw kadaster. Spiegel Historiael 3 (1968): 598-603. (Betekenis kadaster voor onderzoek verkaveling). 705. Frequin, A. M. De voormalige landweren. Geografisch Tijdschr. 4 (1951): 196-201.

38 706. Heslinga, M.W. De landweren. Het Noorder Land 1 (1941/42): 239-244, 272-276,366-377. 707. Leeuw, A. de. De agrarische ruilverkaveling; middel om de bodemversnippe­ ring te verhelpen. Een vergelijkende studie (Frankrijk, Nederland en België), Antwerpen, (1957), XV+ 43 6 p. (Historisch overzicht blz. 81-120). 708. Nysingh, J. Ontginning en verkaveling. In: Overijssel; aspecten en perspec­ tieven. Amsterdam,(1951 )p . 105-114. 709. Wit, R. J. de. Kadaster, ruilverkaveling en toponymie, in Bijdr. Meded. Naamkunde-Commissie K.Ned . Akad. Wet. 10(1957) : 56 p. 710. Wit, R. J. de. Boerderijnamen. Ruilverkavelingsbode 37 no. 2 (dec. 1964) 2: 13-18.

q. veengraverijen

711. Edelman, T. Exploitatie van turf ver voor de Middeleeuwen. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 69 (1952): 476-477. 712. Koopmans, D.K . Een en ander over de oude veenderij. Bijdragen en mede- deelingen het Nederlandsch openluchtmuseum. 2e Serie 3(1941) : 62—72. 713. Mulder, J. Het Nederlandsche veen. In: Gedenkboek ter herinnering aan het vijftigjarig bestaan der arbeidsinspectie. Groningen, (1940) p. 150—177. 714. Schaik, P. van. De economische betekenis van de turfwinning in Nederland. Economisch-Historisch jaarboek 32 (1969): 141—205. 715. Trouw, J. De West-Nederlandsche Veenplassen; historisch-planologisch. Amsterdam, (1948), 220 p.

r.kavel - en dorpsvormen

716. Edelman-Vlam, A.W . De ontwikkeling van de perceelsvormen in Nederland. In: Landbouwgeschiedenis. 's-Gravenhage, (1960), p. 139—167. 717. Groenman, Sj. De ontwikkeling van de kavelvormen, in het bijzonder in Noord-Nederland. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 39 (1948): 513-524. 718. Hofstee, E. W. & A. W. Vlam. Opmerkingen over de ontwikkeling van de perceelsvormen in Nederland. Boor en spade 5 (1952): 194—235. 719. Blok, D.P . De enken. Driemaandelijkse bladen. Nieuwe Serie 10 (1958): 1-16. 720. Schutte, E. Nogmaals de enken. Driemaandelijkse bladen. Nieuwe Serie 10 (1958): 71-74.

s. boerenhuizen

721. Bernet Kempers, A. J. Historisch boerderij-onderzoek. Heemschut 37 (1960): 16. 722. Blonk, A. & D. Wijbenga. Erfstukken uit ons verleden; fragmenten uit de heemkunde. Groningen, (1958), 243 p. (boerenhuistypen, p. 179-186). 723. Boerderij, Historisch ... — onderzoek. De boerderij 44 no. 47 (1960).

39 724. Boerderijen van Nederland (naar gegevensva n H. J. van Bon). In: Uitgave van het Rijksmuseum voor Volkskunde 'Het Nederlands Openluchtmuseum', (1963), 24p . 725. Bouma, G. J. A. Boerderijbouw in Nederland. Heemschut 33 (1956): 27-34. 726. Bouma, S. J. Bescherming van de oude landelijke bouwkunst. Neerlands volksleven 10 (1959/60): 5-10. 727. Braat, W.C . Middeleeuwsche huizen. Oudheidkundige mededeelingen uit het Rijksmuseum van oudheden te Leiden. Nieuwe Reeks 21 (1940): 29—37. 728. B[rinkgreve], G. Landelijke bouwkunst. Heemschut 41 (1964): 120-123. 729. Elderink, E. A. Boerderijtypen in Nederland enhu n onderdelen, Wageningen, (1949), 118p . 730. Gebouwen, Wie hebben ... in onze ... gewoond? Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 31 (1968): 28-56. 731. Giffen, A. E. van. Prähistorische Hausformen auf Sandböden in den Nieder­ landen. Germania 36 (1958): 35-71. Zie ook Nederlands Kunsthistorisch jaarboek 5 (1954): 11-40 (Praehistorische huisvormen op de zandgronden). 732. Hekker, R. C. Het boerenhuisonderzoek in Nederland en Monumentenzorg. Bulletin van de Nederlandse oudheidkundige bond 6e Serie 1 (1948): 105-126. 733. Hekker, R. C. Oude dakbedekkingen. Bulletin van de Nederlandse oudheid­ kundige bond 6e Serie 2 (1949): 150-163. 734. Hekker, R. C. Die Bauernhausforschung in den Niederlanden unter beson­ derer Würdigung der mittelniederländischen Hallehaustypen. In: Niederschrift über die Tagung des Arbeitskreises für deutsche Hausforschung in Cloppen­ burg, (1952), p. 34—61. (stenciluitgave). 735. Hekker, R. C. Het boerenleven in Oost-Nederland omstreeks 1800. Driemaan­ delijkse bladen Nieuwe Serie 5 (1953): 40-54. 736. Hekker, R. C. De studie van het boerenhuis. Neerlands volksleven 3 (1953): 5-8. 737. Hekker, R. C. De voortgang van het boerenhuisonderzoek. Neerlands volks­ leven 5(1954/55) : 10-13. 738. Hekker, R. C. De voorgeschiedenis van de boerderij in Oost-Nederland. Drie­ maandelijkse bladen. Nieuwe Serie 7 (1955): 81—97. 739. Hekker, R. C. Het boerderijonderzoek in Noord- en Zuid-Nederland. Hande­ lingen van het Vlaamsfilologencongres 2 1 (1955):275—283 . 740. Hekker, R. C. Behoud van het oude: een bijna onoplosbaar vraagstuk. Bouw 11 (1956): 745-749. 741. Hekker, R. C. De ontwikkeling van de boerderijvormen in Nederland. In: S. J. Fockema Andreae, E. H. ter Kuile & R.C. Hekker. Duizend jaai bouwen in Nederland II. De bouwkunst in de Middeleeuwen. Amsterdam, (1957), p. 195-316. 742. Hekker, R. C. Stand van het boerderijonderzoek in Nederland. Handelinger van het Vlaamsfilologencongres 2 4 (1961): 415—420. 743. Hekker, R.C. Korenspiekers in Oost-Nederland. Neerlands volksleven \1 (1961/62): 136-139. 744. Hekker, R. C. Hausforschung im niederländisch-deutschen Grenzgebiet. Di( Nachbarn;Jahrbuc h für vergleichende Volksk. 3 (1962): 140—146.

40 745. Hekker, R. C. Tiendschuren. Neerlands volksleven 13 (1962/63): 136-138. 746. Hekker, R. C. & J. M. G. van der Poel. De Nederlandse boerderij in het begin der 19e eeuw; een documentatie-onderzoek van het Kabinet van Land­ bouw. Arnhem, (1967), 120p . 747. Helvoort, C. J. A. van. Stiepel- en gevelteekens der Saksische boerenwoning. Onseige n volk 1(1940) : 34-41. 748. Holm, J. H. De rusteloosheid van de Veenkolonialen. Neerlands volksleven 14 (1964): 73-78. 749. Hommen, B.H . Het oude boerenhuis. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 8 (1956): 49-56; zie ook H. Odink: Het oude boerenhuis II, p. 160. 750. Hooft, P. J. 't. Nederlandsche boerderijen. Amsterdam, (1941), 93 p. (3e Druk. 1944). 751. Jans, J. Landelijke bouwkunst in Oost-Nederland. Enschede, (1967), XII + 191 p. 752. Kaart van boerderij-typen in Nederland. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 23 (1960): 46. 753. Kokke, C. Th. Het onderzoek naar de geschiedenis van het Nederlands boerenhuis. Onshee m 17(1962/63): 77-82. 754. Kokke, C. Th. Het historisch onderzoek van het Nederlandse boerenhuis. Landbouwvoorlichting 20 (1963): 16-22. 755. Molen, S. J. van der. De Nederlandsche boerenhuistypen en hun bestudee­ ring. Volksche wacht 6 (1942): 239-245. 756. Molen, S. J. van der. Over de hooiberg en zijn verspreiding in vroeger tijd. Volkskunde 49 (1948): 97-106. 757. Molen, S. J. van der. Het boerenhuis in Nederland. De landbode 2 no. 48 (1948);3 no . 1(1949) . 758. Mulder, P. Het verleden wordt bewaard voor de toekomst. Landbouw NU 3 no. 2 (1964): 17-19 (Historisch-boerderij onderzoek). 759. Opmetingstekeningen, Dertig ... van boerderijen. Arnhem, Uitgave Het Neder­ lands openluchtmuseum, (1961). 760. Opmetingstekeningen, Eenendertig ... van boerderijen en woonhuizen. Arnhem, Uitgave Het Nederlands openluchtmuseum, (1963). 761. Poel, J. M.G . van der. Het boerenhuisonderzoek in Nederland. Brabants heem 14 (1962): 92-98. 762. Poel, J. M.G . van der. Het kabinet van landbouw. In: R. C.Hekke r en ... .D e Nederlandse boerderij in het begin der 19e eeuw; een documentatie-onder­ zoek van het Kabinet van Landbouw. Arnhem, (1967), p. 1—23. 763. Poel, J. M.G . van der. Gebrandschilderd glas in Nederlandse boerderijen. Antiek 1(jan . 1967): 11-19. 764. Urban-de Vries, H. A. & H. de Boer. De boerenwoning, Zwolle, (1955), 117p . 765. Wijck, H. W.M . van der. Het landelijke aspect van de vroege hofsteden in Holland. Bulletin van de Nederlandse oudheidkundige bond 65 (1966): 146-152. 766. Ypey, J. De verspreiding van vroeg-middeleeuwse vondsten in Nederland. Berichten van de rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek, 9 (1959): 98-118. (boerderijen).

41 t. Molens

767. Bicker Caarten, A. lets over watervluchtmolens. Heemschut 25 (1948): 26-30. 768. Bicker Caarten, A. De molen in onsvolksleven . Leiden, (1958), 214 p. 769. Boonenburg, K. Moleninventarisatie in 1811. Heemschut 26 (1949): 91-92. 770. Boonenburg, K. Windmolens. Amsterdam, (1949), 118p . 771. Fockema Andreae, S. J. Waterkrachtmolens in Nederland. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 69 (1952) 153—158, ook in: Economisch-Histo- rische herdrukken, zeventien studiën van Nederlanders. 's-Gravenhage, (1964) p. 101-107. 772. Hagens, H. Watermolens. Inschrien 1(1968/69) : 65-67. 773. Stikvoort, J. M. De Paltrok houtzaagmolen. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 26 (1963):37—45 . 774. Stikvoort, J. M. Dijksma's laatste tjasker? Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 28 (1965): 25—32. 775. Stikvoort, J. M. Enkele opmerkingen over de geschiedenis van de tjasker. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 28 (1965): 33-34. 776. Stikvoort, J.M. Windmolens van Nederland. Cultuurtechnisch Tijdschr. 6 (1966/67): 67-71. 777. Stokhuyzen, F.Molens . Bussum, (ca. 1961), 135p .

u. landbouwcoöperatie

778. Abma, E. Boer en coöperatie in Nederland. Bulletin van de afd. sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 4 (1956), 12 (1958). 779. Abma, E.leidin g en leden in landbouwcoöperaties. Meppel, (1962), 189p . 780. CZNZ, De ... 75jaa r (Coöp. Zuid-Ned. Zuivelbond). Co-operatie 30(1968): 150. 781. Eeuw, Een halve ... Coöp. Zuivel-Bank, 1913—1963. Zonder plaats, (zondei jaar), 37 p. 782. Geluk, J. A. Zuivelcoöperatie in Nederland; ontstaan en ontwikkeling tot omstreeks 1930;m.m.v. C. F. Roosenschoon. 's-Gravenhage, (1968), 320 p. 783. Horens, Bij de ... gevat;uitgegeve n t.g.v. het 75-jarig bestaan van de Coöpera­ tieve zuivelvereniging 'Zuid-Nederlandse Zuivelbond'. Roermond, 1968, 62p . 784. Jaren, 60 ... landbouw, 60 jaren krediet, 60jare n organisatie; schets van de ontwikkeling van het landbouwkredietwezen georganiseerd in de Coöpera­ tieve Centrale Raiffeisenbank te Utrecht, 1898-1958. (1958). 785. Kruithof, A. Coöperatie. Beknopte schets van de geschiedenis van verbruiks- en landbouwcoöperatie in Nederland. Zonder plaats, (1950). 786. Noordam, J. De historische groeiva n de verhoudingen tussen de coöperatieve en particuliere bedrijfsvorm in de zuivelindustrie. Economisch-statistische berichten 48 (1963): 582-584. 787. Schakel, Gouden ...; landbouwbelang 1915—1965 bij gelegenheid van hei 50-jarig bestaan van de Coöperatieve Centrale Vereniging 'Landbouwbelang' Roermond, (1965), 64p .

42 788. Wintermans, J. J. Een halve eeuw gewestelijke zuivel-coöperatie; geschiedenis van den Zuid-Nederlandschen Zuivelbond (Z.N.Z.) Zonder plaats, (1944), 463p .

v. landbouwindustrie

789. Gebuis, L. Het malen van tarwe; van huishoudelijke arbeid tot industrietak. Samen sterk; officieel orgaan van de Nationale Coöperatieve aan- enverkoop ­ vereniging voor land- en tuinbouw g.a. Cebeco te Rotterdam 53 no. 2 (1969): 12-13;no. 3: 12-14;no. 4: 10-12; no. 5: 10-1l;no . 6; 16-18. 790. Geudeker, Th. C. De Nederlandsche meelcentrale in dejare n 1931— 1942/43 ; uitgegeven in opdracht van het hoofdbedrijfschap voor akkerbouwproducten. 's-Gravenhage, (1950), 338 p. 791. Hallema, A. Van biet tot suiker; J. P. van Rossum als suikerindustrieel- koopman en organisator, 1860-1943. Baarn, (1948), XV + 291 p. 792. Hallema, A. Suiker- en stroopfabricage uit Nederlandse gewassen tussen 1813 en 1858. Economisch-Historischjaarboe k 24(1950): 209-238. 793. Ishizaka, A. Rise of the rural industries in Holland and struggles for its suppression during the 16th and 17th centuries. Tochiseidoshigaku 8 no. 1 (1965): 38-59. 794. Jonge, J. A. de. De industrialisatie in Nederland, tussen 1850 en 1914. Amsterdam, (1968), XV + 536 p. (suikerraffinaderij en beetwortelsuikerfabri- cage, p. 39-53). 795. Krediet, P. Het concentratieverschijnsel in de Noordeuropese landen en in Nederland. Misset's zuivel 72 (1966): 1161, 1163. (aantal zuivelfabrieken in 1935 en 1966). 796. Melkjaren, Van veertig zegenrijke ..., 1908-1948; L. van Hoepen (Red.). Gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid van het veertigjarig bestaan van de vereniging voor zuivelindustrie en melkhygiène. Zonder plaats, (ca. 1948), 264 p. 797. Minderhoud, G. Delandbouwindustrie . In Z. W.Sneller . (Red.).Geschiedenis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw, 1795-1940. Groningen, (1943), p. 404-425; 2e Druk. (1951), p. 452-471. 798. Rijpers, A. Het ontstaan en de ontwikkeling van de beetwortelsuikerindustrie in Z.W.Nederlan d (1858-1920). De ghulden roos 22 (1962): 67-96. 799. Smit, M. J. De beetwortelsuiker-industrie in Nederland. Den Haag, (1953), 180 p. 800. Sneller, Z. W. De opkomst van de plattelandsnijverheid in Nederland in de 17e en 18e eeuw. In: Economisch-Historische herdrukken. 's-Gravenhage, (1964), p. 117-127. 801. Terlouw, F. De geschiedenis van de bietsuikerindustrie in Nederland en van de Coöperatieve Suikerfabrieken Raffinaderij g.a. Puttershoek 1912—1966i n het bijzonder met inachtneming van de overheidspolitiek en de verhouding tussen de coöperatieve en de particuliere industrie. Zonder plaats, (1969),X V + 235 p.

43 w. landbouwmaatschappijen en andere organisaties

802. Addens, N. G. De Algemeene Koninklijke Landbouw-Vereeniging 1856—1863. In: Cerese n Clio;zeve n variaties op het thema landbouwgeschie- denis. Wageningen, (1964), p. 1-54. 803. Bouman, P. J. Landbouworganisaties. In: Z. W. Sneller. (Red.). Geschiedenis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw, 1795—1940. Groningen, (1943), p. 252-268; 2e Druk (1951), p. 234-251. 804. Gedenkboek C. B.T . B. 1918-1948. 's-Gravenhage, (zonder jaar), 340 p. (Chr. Boeren en tuindersbond). 805. Groen Azn., J. Gedenkschrift gepubliceerd bij gelegenheid van het gouden jubileum van de L.T.B, op 14jun i 1 965, Haarlem. Uitgave van de Kath. Land­ en tuinbouwbond, (1966), 40 p. 806. Herdenkingsnummer, Eerste ... uitgegeven ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan der Maatschappij voor diergeneeskunde, zonder plaats, (1962), 128p . 807. Jaren, 40 ... Nederlandse landarbeidersbond;gedenkboe k van de Nederlandse bond van arbeiders in het landbouw-, tuinbouw- en zuivelbedrijf, 1900—1940. Amsterdam, (1940), 284 p. 808. Loerakker, A. J. Ontstaan en geschiedenis van de Nederlandse R.K. Land­ arbeidersbond 'St. Deusdedit'. Opgedragen aan het bestuur bij het 40-jarig bestaan van de bond in 1944. Zonder plaats, (zonder jaar), 192p . 809. Nummer, L. T. B. — .... Boer en tuinder 19 (1965). 935. (nummer gewijd aan het 50-jarig jubileum van de Katholieke Land- en Tuinbouwbond). 810. Piers, D. A. Wisselend getij; geschiedenis van het Koninklijk Nederlands Land- bouw-Comité over de periode 1934—1959. Uitgegeven t.g.v. het 75-jarig bestaan van het Kon. Ned. Landbouw-Comité. Zonder plaats, (zonder jaar), 359 p. 811. Ploeg, C. J. van der. Oogst van de laatste 10jaren ; gedenkboek t.g.v. het 50-jarig bestaan der Nederlandse Katholieke Landarbeidersbond St. Deus­ dedit. Zonder plaats, (ca. 1954), 243p . 812. Poel, J. M.G . van der. Heren en boeren; een studie over de Commissiën van Landbouw(1805-1851). Wageningen, (1949), VIII + 185 p., ook in: Agrono­ misch-Historische bijdragen 2 (1949), VIII + 185p . 813. Roosenschoon, C.F . Van vader op zoon;gedenkboe k uitgegeven ter gelegen­ heid van het 50-jarig bestaan van de Algemene Nederlandse Zuivelbond. Zonder plaats, (1950), 173p . 814. Schaik, P. van. De Maatschappij ter bevordering van den Landbouw (1776— 1847). Landbouwk. Tijdschr. 74 (1962): 24-31; ook in: Historia Agricul- turae4(1957): 85-90. 815. Wellensiek, S. J. Zestig jaar genootschap; herdenking van het zestig jarig bestaan van het Nederlandsen Genootschap voor Landbouwwetenschap. Landbouwk. Tijdschr. 58 (1946): 419—429; ook in: Agronomisch-Historisch jaarboek 3(1947) .

44 x. onderwijs en voorlichting

816. Addens, N. G. De Studiekring voor de geschiedenis van de landbouw, 1939-1964. Wageningen, (1965), 37p . 817. Baert, J. Deinvloe d van het onderwijs en van de wetenschap op de landbouw. In: Z.W. Sneller (Red.). Geschiedenis van de Nederlandse landbouw, 1795— 1940. 2e Druk. Groningen, (1951), p. 217-233. 818. Baert, J. Het landbouwonderwijs in Nederland vöör 1876. Landbouwk. Tijdschr. 56/57 (1944/45): 508-523, 58 (1946): 35-46; ook in: Agrono­ misch-Historisch jaarboek 3(1947) . 819. Bakker, IJ. 75-jarig bestaan van het Instituut voor Bodemvruchtbaarheid. Landbouwvoorlichting 22 (1965): 325—327. 820. Bakker Arkema, P.W .Halv e eeuw Wageningen. Tijdschr. ned. Heidemaatsch., 79 (1968): 222-231. (Landbouwhogeschool 50jaar) . 821. Ban, A.W . van den. Boer en landbouwonderwijs; de landbouwkundige ont­ wikkeling van de Nederlandse boeren. Bulletin van de Afd. sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 6 (1957). 822. Ban, A. W. van den. Boer en landbouwvoorlichting; de communicatie van nieuwe landbouwmethoden. Wageningen, (1963), 279 p. 823. Beijers, J. A.Enkel e tot dusver nog onbekende bijzonderheden omtrent G. J. Hengeveld, leraar aan 's Rijksveeartsenijschool van 1853 tot 1881. Tijdschr. Dierengeneesk. 91 (1966): 215-222. 824. Briejer, J. DePlantenziektenkundig e Dienst navijfti g jaar. Maandblad voor de landbouwvoorlichtingsdienst 6 (1949): 520-529. 825. Fluiter, H. J. de. De Nederlandsche Planteziektenkundige vereniging 75jaar . Neth. J. Plant Pathol. 72 (1966): 48-66. 826. Haan, H. de. Vijftig jaren Instituut voor Plantenveredeling der Landbouw­ hogeschool. Wageningen, (1962),4 3 p. 827. Haan, H. de. De geschiedenis van het I.v.P. Meded. ned. alg. Keurdienst Landb. zaden. Aardappelpootg. 19 (1962/63): 83-85. (Instituut voor plan­ tenveredeling). 828. Haan, H. de. The history of the plant breeding institute, I.v.P., 1912-1962. Euphytica 12(1963): 130-136. 829. Herdenking, De ... van het 50-jarig bestaan van de Plantenziektenkundige dienst 29 Nov. 1949. Versl. Meded. v. d. Plantenziektenk. Dienst (1950): 34 p. 830. Hoogh, B. de. Het landbouw- en landbouwhuishoudonderwijs in de laatste eeuw. In: Honderd jaar Geldersche Maatschappij van landbouw-Winterswijk, 1864-1964. Zonder plaats, (1966), p. 59-70. 831. Huizinga, D.S , De invloed van het onderwijs en van de wetenschap op den landbouw. In: Z. W. Sneller (Red.). Geschiedenis van den Nederlandschen landbouw, 1795-1940. Groningen, (1943), p. 235-251. 832. Idenburg, Ph. J. De ontwikkeling van de landbouwstatistiek. Maandblad voor delandbouwvoorlichtingsdiens t 6 (1949): 503-510. 833. Instituut voor Bodemvruchtbaarheid; gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan; 1890-1965. Groningen, (1965), 172p .

45 834. Jaar, Vijf en twintig ... voedingsleer en voedingsonderzoek. Voeding Jubi­ leumnummer 26 (1965): 289 435. 835. Kerling, L. C. P. Vijfenzeventig jaren fytopathologie in Nederland, 1891-1966. Neth. J. Plant Pathol. 72 (1966): 68-86. 836. Koster, G. 25jaa r 'Landbouwdocumentatie'. Landbouwdocumentatie 26 (1970): 892-894. 837. Landbouwhogeschool, De ... op een keerpunt; jubileumboek ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de Landbouwhogeschool te Wageningen. Wageningen, (1968), 383 p. 838. Lennep, M. B. van. De geschiedenis van het landbouwkundig onderzoek in Nederland. T.N.O.-nieuws 14(1959): 103-109. 839. Lochmann, E. H. De veterinaire wetenschap door de eeuwen heen. De Friese veefokkerij 18(1967) : 224-229. 840. Maltha, D.J . De De gewestelijke commissies van bijstand voor de landbouw- statistiek 1880-1955. Landbouwvoorlichting 13 (1956): 56-64. 841. Maltha, D.J . De geboorte van een wetenschap; anderhalve eeuw landhuis- houdkunde. 19N U 2 no. 5 (1966): 12-16. 842. Molen, H. van der. Zestig jaar NILI. Landbouwk. Tijdschr. 80 (1968): 367-370. 843. Motman, A. R. van. Uit het archief van de NILI. Landbouwk. Tijdschr. 80 (1968): 371-378. 844. Osinga, A. De ontwikkeling van het landbouwpraktijkonderwijs in Nederland. Landbouwk. Tijdschr. 81 (1969): 74-78. 845. Penders, J. M.A . Landbouw-pioniers, vroeger en nu. Landbouwvoorlichting 21 (1964): 180-194. 846. Poel, J. M.G . van der. Landbouwvoorlichting anno 1851, Groninger land- bouwblad 36 (1958): 853,855 . 847. Pijls, F. W.G . 25jaa r Stichting voor Bodemkartering. Landbouwk. Tijdschr. 82 (1970): 338-342. 848. Ras, Tussen ... en gewas;ee n serie artikelen opgesteld ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de N.A.K., 1932-1957. Uitgave Nederlandsche algemene keuringsdienst voor landbouwzaden en aardappelpootgoed (N.A.K.). Zonder plaats, (zonder jaar), 232 p. 849. Scheij, L. T. C. Een proefneming op het gebied der zuivelbereiding, 75jare n vóór het N.I.Z.O. Algemeen zuivelblad 48 (1955): Nizo-nummer, p.87—89 . 850. Smit, G. G. Het landbouwhuishoudonderwijs in Nederland, ontstaan, ontwik­ kelinge n betekenis, 1908 1965. 's-Gravenhage, (1966), 215 p.

y. veldnamen, e.d.

851. Birk, A.C. de. De betekenis van plaatsnamen. Landbouwvoorlichting 21 (1964): 73-80. 852. Carnoy, A. De wilg in de toponymie van Belgiëe n Nederland. Mededelingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naam- kunde te Amsterdam 32 (1956): 1-14.

46 853. Carnoy, A. De beuk; een toponymisch-taalkundige studie. Mededelingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 33 (1957): 27-46. 854. Draye, H. & O. Leys. De ouderdom der veldnamen in Zuid-Nederland. Mede­ delingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 29 (1953): 9 18. 855. Edelman, C. H. Iets over veldnamen en perceleringen. Landbouwk. Tijdschr. 59 (1947): 85-95; ook in: Boor en spade 2 (1948): 108-119; en in: Agronomisch-Historisch jaarboek 4 (1949). 856. Edelman, C. H. Over de plaatsnamen met het bestanddeel woud en hun betrekking tot de bodemgesteldheid. Boor en spade 7 (1954): 197-216; ook in: Bijdragen en mededelingen der naamku nd ecommissi e van de Koninklijke Nederlandse akademie van wetenschappen 7(1955) : 25p . 857. Edelman, C.H . & M.M . van Hoffen. Landerijnamen met het bestanddeel 'honger'. Boor en spade 4 (1951): 347-356. 858. Fockema Andreae, S. J. Doorbraak-namen. Mededelingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 31 (1955): 55-68. 859. Geldof, W. Waar komt de naam vandaan? Groenten en fruit 23 (1967): 531. 860. Gysseling, M. & A. E. Verhulst. Nederzettingsnamen en nederzettingsgeschie­ denis in de Nederlanden, Noord-Frankrijk, en Noord-West Duitsland. Bijdra­ gen en mededelingen van de commissie voor naamkunde en nederzettings­ geschiedenis van de Koninklijke Nederlandse akademie van wetenschappen 25 (1969): 51 p. 861. Hardenberg, H. De historische betekenis van plaatsnamen. Nederlands archievenblad 53 (1948/49): 17-29. 862. Heeroma, K. Maaiwoorden. Driemaandelijkse bladen. Nieuwe Serie 8 (1956): 36-42. 147-150; 9 (1957): 22-30, 71 76, 104-114; 10 (1958): 23-26. 863. Heeroma, K. Laagveennamen. Driemaandelijkse bladen. Nieuwe Serie 14 (1962): 22-32. 864. Hommen, B.H . Hunnen en Witte Wieven in veld- en boerderijnamen. Drie­ maandelijkse bladen. Nieuwe Serie 10 (1958): 107-114. 865. Kamman, R. Hegge, wende en veurheufd. Driemaandelijkse bladen. Nieuwe Serie 6 (1954): 21-24. 866. Kapteyn, J. M.N . Brink, Boo, Bôs(deur), Bânder(deur). Saxo-Frisia 3 (1941): 94-96. 867. Keuning, H. J. & J. Naarding. Het esdorp. Bijdragen en mededelingen der naamkundecommissie 20 (1963): 47 p. 868. Moerman, H. J. Onze veldnamen. Drie maandelijkse bladen. Nieuwe Serie (1949): 73-82. 869. Moerman, H. J. Plaatsnamen op -ink in het oosten van Nederland. Tijdschr. K. ned. aardrijksk. Genoot., 2e Serie 62 (1945): 53—70.(Boerenerven) . 870. Muschart, R. T. Familienamen genoemd naar erven. Gens nostra 11 (1956): 133-137. 871. Noordeloos, P. Over de betekenis van plaats-, veld- en waternamen. West- Frieslands oud en nieuw 23 (1956):31—45 .

47 872. Oorsprong, De .. van boeren-familienamen. De Zelfkazer 21 (1967): 30-31, 117-118. 873. Rentenaar, R. Landmaten en veldnamen. Mededelingen van de centrale commissie voor onderzoekvan het Nederlandse volkseigen 17 (1965): 10—12. 874. Rentenaar, R. Veldnamen. De rechte voor; personeelsorgaan van de Konink­ lijke Nederlandsche Heidemaatschappij, nov. (1968): 86—89; dec. (1968): 118-121. 875. Schneiders, A. J. Hereboer; betekenis van de term in verschillende streken. Despeelwagen4(1949): 148 149. 876. Schönfeld, M. Veldnamen in Nederland. Meded. K. ned. Akad. Wet. Afd. Letterkunde. Nieuwe Reeks 12 (1950) 200 p., (1949 Ie Druk). 877. Schönfeld, M. Enige opmerkingen over de sloot-namen in Nederland. Mede­ delingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 26 (1950): 13-15. 878. Schönfeld, M. Middeleeuwse sloot-namen in Nederland. Mededelingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 28 (1952): 1-20. 879. Schönfeld, M. Substantivering van adjectieven bij Nederlandse waternamen. Mededelingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 29 (1953): 1—8. 880. Schönfeld, M. Dubbelvormen bij waternamen. Mededelingen van de vereni­ ging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amster­ dam 29 (1953): 85-91. 881. Schönfeld, M.Nederlands e waternamen. Bijdr. Meded. Naamkundecommissie K. ned. Akad. v. Weten. 6 (1955): 319 p. 882. Vessem, A.H . van. Oogstgerei-benamingen; een taai-geografisch onderzoek. Assen, (1956), 183p . 883. Vlam, A. W. De namen van onze tuinbouwgronden. De tuinbouw 5 (1950):: 277-278. 884. Wilde, J. de Kavelgeschiedenis en toponymie. Mededelingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 26 (1950): 69-79. 885. Wit, R. J. de. Kadaster, ruilverkaveling en toponymie. Bijdr. Meded. Naam­ kundecommissie K. ned. Akad. Weten. 10(1957) : 56 p. 886. Wit, R. J. de. Boerderijnamen. Ruilverkavelingsbode 37 no. 2 dec. (1964): 13-18. 887. Wijk, P. V. van. Boerderijnamen; over hun oorsprong, geschiedenis en beteke­ nis. 2e Druk Leiden, (1948), 230 p., Ie druk (1927).

2. Groningen

a. algemene agrarische geschiedenis

888. Addens, N. G. Een eeuw drainage in Groningen. Groningse volksalmanak (1952): 90-122. 889. Addens, N. G. In memoriam H. D. Louwes. Groningse volksalmanak (1961): 7-19.

48 890. Andreas, C. H. Uit de geschiedenis van het landgoed 'De Wolf te Haren. Groningse volksalmanak (1960): 86—97. 891. Bierma, J. Land en volk van Humsterland. Groningen, (1961), XVI +43 5 p. 892. Bouman, P. J. Komen en gaan; vijf generaties in de Groninger landbouw 1837-1962. Rede uitgesproken op 13jun i 1962 t.g.v. het 125-jarig bestaan der Groninger Maatschappij van landbouw, Zonder plaats, (zonder jaar), 20 p.; ook in: Wetenschap en werkelijkheid; bundel aangeboden bij zijn afscheid als hoogleraar aan de Rijksuniversiteit te Groningen. Assen, (1967), p. 52-64. 893. Brinkman, E. F. W. Muntendam en de Muntendammers. Assen, (1948), 109p . 894. Dietvorst, A. G. J. Schets van de agrarische ontwikkeling in het noordooste­ lijk gedeelte van de provincie Groningen van plm. 1200 tot plm. 1850. Geografisch Tijdschr. 19 (1966): 1-5. (Zie no. 908) 895. Edelman, T. De historische veranderingen in de natuurlijke gesteldheid van het Nederlandse Waddengebied. In: Het Waddenboek. Zutphen, (ca. 1964), p. 37-65. 896. Edzes, T. A. 325 jaar landbouw. In: Hoogezand-Sappermeer in 1953; Uit­ gegeven ter gelegenheidva n het 325-jarig bestaan van de gemeente. Sapper- meer, (1953), p. 22-31. 897. Es, W.A . van, Wijster; a native village beyond the imperial frontier, 150—425 A.D. Groningen, (1967), 595 p. +3 3 losse kaarten in map. 898. Formsma, W.J . Het dagboek van Jan Freerks Zijlker. Groningse volks­ almanak (1948): 83-221. 899. Formsma, W.J . De heerlijkheid Schiermonnikoog. Groningse volksalmanak (1956): 81-107. 900. Geertsema, G. J. Landbouw in Westerwolde honderd jaar geleden. Driemaan­ delijkse bladen 18 (1966): 104-110. Uit: Tijdschr. ter bevordering van nijverheid (1868). 901. Halbertsma, H. Terponderzoek tussen Flie en Eems, gedurende de jaren 1947—1957. Jahrbuch der Gesellschaft für bildende Kunst und vaterländische altertümer zu Emden 38 (1958): 82 88. 902. Halbertsma, H. Enige hoofdlijnen in de bewoningsgeschiedenis van het terpengebied tussen Flie en Eems. In: Philologia Frisica anno 1959;lezingen en debatten fan it 2de Fryske Filologenkongres, augustus 1959. Groningen, (1960), p. 27-39. 903. Halbertsma, H. Terpen tussen Vlie en Eems; een geografisch-historische be­ nadering; I. Atlas;II . Tekst. Groningen, 1963. 904. Harten, J. D. H. De ontwikkeling van de landbouw in Groningen gedurende de achttiende en de negentiende eeuw; kanttekeningen bij de inaugurele rede van Prof. Dr. E. W. Hofstee. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Reeks 83 (1966): 346-357. 905. Hartgerink-Koomans, M. Schets der ontwikkeling van Vredewold in het Westerkwartier. Groningse volksalmanak (1949): 1—16. 906. Hofstee, E.W . De ontwikkeling van de grootte der landbouwbedrijven in de provincie Groningen. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 38 (1947): 134—151.

49 907. Hofstee, E. W.D e ommekeer in de Groninger landbouw, 1775-1875. Lezing, (1948), 11p . (Lichtdruk aanwezig op de Afd. sociologie niet-westerse gebie­ den, Landbouwhogeschool, Wageningen). 908. Hofstee, E. W. De verschuiving in de verhouding bouwland—grasland in de provincie Groningen in de 19e eeuw; met antwoord van A. G. J. Dietvorst. Geografisch Tijdschr. 19 (1966): 97 103, 212-215. (Zie no. 894). 909. Keuning, H. J. Veendam en Wildervank in de 17e eeuw. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 38(1947): 229-235. 910. Kuperus, J. A. Resultaten van een Groninger landbouwbedrijf. Historia Agri­ culture 3(1956) : 177-254. 911. Ligterink , G.H. Tussen Hunze en Lauwers; cultuur-historische schetsen uit het Groninger Westerkwartier. Groningen, (1968), XII +45 0 p. 912. Luidenberg; Jubileumbrochure 1928-1953, selectiebedrijf ..., Groningen, (1953), 53p . 913. Meyers, P. G. Aantekeningen over een Oldambtster bedrijfin de 19e eeuw. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 39 (1948): 447-454. 914. Mulder, F. Enkele aantekeningen uit het bedrijf 'Groot Zeewijk' van Geert K. Reinders (1790-1834). Groninger landbouwblad 28 no. 5(1950) . 915. Muntinga, J. E. Het landschap Westerwolde. Groningen, (1945), XI +34 1 p. 916. Muntinga, J. E. Iets over het landschap Westerwolde en de landbouw in dit gewest. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 44 (1953):97—105 . 917. Muntinga, J. E. & G. A. Brongers. Bijdragen tot de kennis van de gemeente Loppersum ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de afdeling Lopper- sum van de Groninger Maatschappij van Landbouw. Uithuizen, (1960), 435 p. 918. Noordhoff, L. J. Aantekeningen betreffende landmeters en kaartmakers in de provincie Stad en Lande. Groningse volksalmanak (1963):25—55 . 919. Postma, O. Het rekenboek van het klooster Selwerd 1560-1563. Groningse volksalmanak (1950): 72-89. 920. Renaud, J. G.N . De borg te Wedde. Berichten van de Rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek 7 (1956): 89—94. 921. Siemens, B.W. Het Winsumer- en Schaphalsterzijlvest. Groningse volks­ almanak (1955): 14-31. 922. Tuinstra, U. Over oudste bewoners van de kleigebieden in het noorden. Groninger landbouwblad 36 (1958): 81J, 112B. 923. Weerden, J. S. van. Marten Aedsges Teenstra (1742-1806); een landbouw- pionier uit het laatst der 18de eeuw. Groninger landbouwblad 29 no's 18—20 (1951). 924. Welsenes, Chr. van. Enige aspecten van de ontwikkeling in agrarische gebie­ den, geïllustreerd aan de hand van ervaringen in Noord-Groningen. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 53 (1962): 97-101. 925. Welsenes, Chr. van. Terps in Fivelingo. Geografisch Tijdschr. Nieuwe Reeks 3 (1969): 249-260. 926. Winterberg, A. Das Bourtanger Moor; die Entwicklung des gegenwärtigen Landschaftsbildes und die Ursachen seiner Verschiedenartigkeit beiderseits der deutsch-niederländischen Grenze. Remagen, (1957), 101p . 927. Zandstra, E. Gedenkboek 1909 1959; 50jaa r Wiersum. Groningen, (1959), 59 p.

50 b.economisch e agrarische geschiedenis, grondbelasting

928. Addens, N. G. Fonds ten behoeve van den landbouw in de provincie Gro­ ningen, 1878-1953. Groningen, (1954). 199p . 929. Garrelds, H. H. De Groninger graanbeurs; geschiedenis en betekenis. Jaar­ boekje Stichting Nederlands graan-centrum 1(1956) : 50—57. 930. Weerden, J. S. van. Het belastingboekje van Arijs Pieters. Groningse volks­ almanak (1947): 163-181. (Boer te Vliedorp, Ulrum, 1768-1800). 931. Winter, P. J. van. De lijsten der hoogstaangeslagenen in het department van de Westereems. Werken Nederlandsen Economisch-Historisch archief. 12/13 (1951/55): 740p .

c. sociale agrarische geschiedenis

932. Addens, N.H . H. Over de beroepskeuze van kinderen van grotere boeren en van landarbeiders in Friesland en Groningen. Ministerie van landbouw en visserij, Directie van de landbouw. (1961), 100 p. (stencil-uitgave). 933. Bestaan, Bedreigd ...; de sociale, economische en culturele situatie in Noord- Groningen. Groningen, (1959), 246 p. + XXII Bijlagen. 934. Braber, H. Landarbeidershuizen in Groningerland. Neerlands volksleven 12 (1961/62): 264-266. 935. Buning, L. Strijd en arbeid in het Oldambt; de geschiedenis van een boeren­ samenleving in hoofdlijnen geschetst tot omstreeks 1830. Spiegel der historie 1 (1966): 135-139. 936. Formsma, W.J . Groningen en 1848. Groningse volksalmanak (1948): 33—82. 937. Formsma, W.J . Een rapport over de boerenopstand van 1748. Groningse volksalmanak (1958): 73-89. 938. Formsma, W.J . Iets over de huisvesting ten plattelande in de 17e eeuw. Groningse volksalmanak (1964): 87-109. 939. Haveman, J. Sociale spanningen in de betrekkingen tussen boer en land­ arbeider in een Noord-Nederlands landbouwgebied. Akademie-dagen 6 (1953): 36-51. 940. Hofstee, E. W. Enige aspecten van bevolking en samenleving in de Drents- Groninger Veenkoloniën. Akademie-dagen 2 (1949): 11—36. 941. Hubbeling, H.G . De strijd tussen 'heren' en boeren om de predikants­ benoeming in 't Zandt (1856-1860). Groningse volksalmanak (1960): 98-114. 942. Jaar, Honderd ... plattelandsleven in Groningen. Uitgave Groninger Maat­ schappij van Landbouw, (1952), 550 p. 943. Keuning, H. J. Het Friese karakter van Groningerland. It Beaken 13 (1951): 133-145. 944. Klein, D. De spreiding van enkele middenstandberoepen op het Groninger platteland in 1730, Wageningen, (1952), 47 p. (scriptie). 945. Poel, J. M. G. van der. Het boeren-menu in Groningen omstreeks het jaar 1800. Neerlands volksleven (1955). (Groningennummer, 23).

51 946. Tonckens, N. A. & E. Abma. Verdwijnende dorpen op het Groninger Hogeland. Bulletin van de Afd. sociologie en sociografie der Landbouw­ hogeschool 8 (1957). 947. Vooys, A. C. de. Buitenlandse seizoenarbeiders in Groningen en Drente in het begin der 19de eeuw. Geografisch Tijdschr. 5(1952 ) 70-71. 948. Vos, R. A. De kwelderkwestie. In: Pro Excolendo Jure Patrio 1761-1961. Groningen, (1961), p. 157 192.

d.juridisch e agrarische geschiedenis

949. Addens, N. G. Het Tien Karspelen Zijlvest tot zijn reglementering. Gro­ ningen, (1963), 88p . 950. Beekhuis, J. H. Het rechtskarakter van de inboeking bij overdracht van het recht van beklemming. Pro Excolendo Jure Patrio, 1761— 1961 . Groningen,. (1961), p. 34-44. 951. Bruining, J. D. Het Groninger beklemrecht; een sterk pleidooi voor de af- koopbaarheid, zelfs verplicht, Saxo-Frisia3 (1941): 18—30. 952. Cleveringa Pzn., R. P. Een vonnis van Edzard Rengers uit de 16e eeuw. Tijdschr. voor geschiedenis 74(1961): 382-404. (over verpachting van land). 953. Cleveringa, Pzn. R. P. Clauwgerechtigde Ommelander Heerd en de eisch vangegoedheid van den redger. Verli. K. ned. Akad. Wet. Afd. Letterkunde. Nieuwe Reeks 69 no. 3 (1963): 93p . 954. Dijk, E. van. Hoofdelingen, leenmannen en drosten in Westerwolde. In: J.G.N. Renaud en E. van Dijk: Het huis te Wedde. Groningen, (1959), p. 51-96. 955. Fockema Andreae, S. J. Vredewold. landbouwk. Tijdschr. 58 (1946): 151—164 ;oo k in: Agronomisch-Historisch jaarboek 3(1947) . 956. Jager, G. R. Over sarries, sarrieshutten en belasting op het gemaal. Groning- sche volksalmanak (1942): 126 134. 957. Monté Verloren, J. Ph. de. De rechterlijke organisatie van Humsterland en die van de Marne in de Middeleeuwen. Utrecht, (1948), 165p . 958. Renaud, J. G. N. &E . van Wijk. Het Huis te Wedde. Groningen, (1959), 96 p. 959. Roessingh, H. K. Over de omvang en de sociale en economische betekenisva n het Groninger beklemrecht in liet heden en verleden. Wageningen, (1952), 37 p. +X Bijlagen (scriptie). 960. Siemens, B.W .Enkel e bijzonderheden over Appingedam;naam, grondgebied, karspel, juridisdictie, huurrecht, zijlrecht en collatierecht. Groningse volks­ almanak (1957): 23-32. 961. Woude, M. van der. Oud-Westerwolde; grepen uit het erf- en huwelijksrecht. Groningse volksalmanak (1950): 149-191. 962. Woude, M. van der. Oud-Westerwolde; iets over mollen, möllenwaren en waren. Groningse volksalmanak (1951): 131-152.

52 e. grondbezit, grondgebruik

963. Dietvorst, A. G. J. Nogmaals de verschuiving in de verhouding bouwland­ grasland in de provincie Groningen in het begin van de 19e eeuw; een antwoord aan Prof. Dr. E. W. Hofstee. Geografisch Tijdschr. 19 (1966): 212-215. 964. Herwerden, P. J. van. Geschiedenis van het Sint Geertruids of Pepergasthuis te Groningen. Economisch-Historisch jaarboek 28 (1961): 149—217. (o.a. grondbezit). 965. Hofstee, E. W. De verschuiving in de verhouding bouwland-grasland in de provincie Groningen in de 19de eeuw. Geografisch Tijdschr. 19 (1966): 97-103. 966. Noordhoff, L. J. Thomas van Seeratt, zijn levensloop en zijn betekenis voor de provincie Groningen. Groningse volksalmanak (1961): 49—70. (rentmees­ tervan provinciale goederen). 967. Schuitema Meijer, A. T. De kerkgebouwen en andere kerkelijke goederen in de stad Groningen; historisch-juridisch onderzoek. Groningen, (1950), 177 p. 968. Schuitema Meijer, A. T. Van een groen dal en een blauw huis;he t landgoed Groenestein te Helpman. Groningse volksalmanak (1958): 43-65. 969. Siemens, B.W . Het generale zijlvest der Drie Delfzijlen. Groningse volks­ almanak (1954): 118-142. 970. Smet, L. A. H. de. De bodemgesteldheid van het bedrijf Buurma te Mid- wolda. Historia Agriculturae 3 (1956): 255-261. 971. Smet, L.A.H. de. De bodemgesteldheid van het Groninger kleigebied. Groninger landbouwblad 37 (1959): 172B-172E. 972. Smet, L. A. H. de. Iets over de geschiedenis van het bodemgebruik in het Oldambt. Groninger landbouwblad 38 (1960): 289C-289E. 973. Smet, L. A. H. de. Die Bodenbeschaffenheit des Tongebietes im östlichen Groningen. Boor en spade 12 (1962): 90-102. 974.' Smits, E. J. F. &W .J . Formsma. Gedenkboek 750-jarig bestaan van Aduard. Groningen, (ca. 1954), 110p .

f. akkerbouw enakkerbouwgewassen , voeding

975. Klungel, A. E. De sleufakkers van de Westerwoldse essen. Boor en spade. 13 (1963): 27-39.

g. weidebouw enveeteel t

976. Abma, G. 18de-eeuwsche scheuring van weiland in Groningen en Friesland. Bijdragen voor de geschiedenis der Nederlanden 19(1964/65) : 49-62.

h. paardene nrundere n

977. Bruining, J. D. Veepest in vroegere eeuwen; succesvolle bestrijding door een Groninger boer. Nieuw Nederland 8(1941/42) : 860-876. (G. Reinders).

53 978. Bruins, L. H. Geert Reinders; leven en werken van de grondlegger der immu­ nologie. Assen, (1951), 200 p. 979. Buiter, W.F. 80jaa r Centrale stierenkeuringen te Groningen. De keur- stamboeker 12(1964): 155. 980. Kamphuis, J. B. De Groninger warmbloedfokkerij; de oorsprong en ontwik­ kelingva n het Groninger type. Doetinchem, (1949), 254 p. 981. Kruizinga, G. Enkele gedachten overhe t ontstaan en de ontwikkeling van het Groninger blaarkopvee. De keur-stamboeker 12 (1964): 408-411. 982. Sijbesma, I. Het blaarkop rundvee in Groningen. De keur-stamboeker 6 (1958): 163-164,296-297.

i. schapen j. overige dieren k. veeteeltprodukten 1. tuinbouw

983. Astrego, J. J. Over de historie en de huidige gedaante van de Groningse tuinbouw. Tuinbouw-economische berichten 7no . 3 (1961):3—7 . 984. Boer, G. De tuinbouw in Hoogezand-Sappemeer. In: Hoogezand-Sappemeer in 1953. Uitgegeven ter gelegenheid van het 325-jarig bestaan van de gemeen­ te Sappemeer, (1953), p. 32-42.

m. bosbouw n. landbouwwerktuigen

985. Moesker, J. Mechanisatie in de veenkoloniale landbouw. In: jubileum-uitgave van de Landbouwcourant voor de Veenkoloniën en omliggende streken. Wildervank, (1953), p. 52-53. 986. Poel, J. M.G . van der. Wagen en tuig;ee n nabeschouwing naar aanleiding van de stijlvolle herdenking van Groningen's ontzet. De Warf 1(1955) : 87—89. 987. Postma, O. In fryske ynventaris yn Grinzerlân. It Beaken 21 (1959): 213-216.

o. ontginningen, waterstaat, polders, bedijkingen en overstromingen

988. Addens, N. G. Het Tien Karspelen Zijlvest en zijne reglementering. Gro­ ningen, (1963), 88 p. (waterschap sinds 1677). 989. Blaauw, B.W .He t ontstaan van de Dollard. Historia 13 (1948): 115-120. 990. Breuer, H. Die Folgen der Dollartbildung für das Gebiet der unteren Ems. Jahrbuch der Gesellschaft für bildende Kunst und vaterländische Altertümer zu Emden 45 (1965): 11-90. 991. Buning, L. Het voorspel tot de ontsluiting van Westerwolde (1870—1900). Driemaandelijkse bladen 18 (1966): 85-103. 992. Clevering, R. J. Boer en waterschap. Groninger landbouwblad 34 no. 48 (1956). 993. Cock, J. K. de. Ontginningsgeschiedenis van de gemeente Slochteren. Gro­ ningse volksalmanak (1967): 162-186.

54 994. Engelen, G. B. Oude dijken in de westelijke Dollardboezem. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 82 (1965): 74 82. 995. Formsma, W.J . Een reis naar Schiermonnikoog in 1556. Groningse volks­ almanak (1954): 65—71. (o.a. gegevens over de waterstaatkundige toestand). 996. Formsma, W.J . Ezonsstad? De Warf 1(1955): 34-36. 997. Glopper, R. J. de. Landaanwinning in Noord-Nederland. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 79 (1962): 258-263. 998. Glopper, R. J. de. Landaanwinning in het waddengebied. Het Waddenboek. Zutphen, (ca. 1964), 152-177. 999. Halbertsma, H. Sporen van verdronken dorpen en verlaten Cisterciënser kloosters; Dollardgebieden (Groningen), Midwolda, Nieuwolda, Oostwolda. Berichten van de rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek in Nederland 3 (1952): 18-20. 1000. Hissink, D.J . Het gehalte aan koolzure kalk van het Dollardslib vanaf 1545 tot heden en de ontkalkingssnelheid van achtereenvolgens ingedijkte Dollard- polders. Landbouwk. Tijdschr. 64 (1952): 365-371. 1001. Kloppenburg, D. Een merkwaardige oorkonde betreffende Hunzego in de 13de eeuw. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 60 (1943): 490-503; 61 (1944): 34-39. (waterstaat, polders). 1002. Kloppenburg, D. De waterstaatkundige ontwikkeling van het Westerkwartier. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 61 (1944): 329-356, 429-455. 1003. Kloppenburg, D. De waterstaatkundige ontwikkeling van de omgeving der stad Groningen. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 67 (1950): 4-19. 1004. Konijnenburg, W. van. De landaanwinningswerken der domeinen op de Groninger Wadden. Meppel, (ca. 1941), 8 p. 1005. Kustland, Het Groninger ..., zonder plaats, (ca. 1952), 51p . 1006. Laan, K. ter. De kerstvloedt van den jare 1717. Maandblad Groningen 23 (1940): 165-169. 1007. Noordhoff, L. J. Archieven van de ambtenaren van de waterstaat die binnen het gebied der tegenwoordige provincie Groningen en soms mede daarbuiten gefungeerd hebben in de eerste helft der 19e eeuw. Groningen, (1967), 100p . 1008. Olsemoa, N. C. Over eerste dieken. Groningen 3 (1961): 183-186. 1009.Smet , L.A.H. de. Bodemgesteldheid van Oost-Groninger kleigebied. Gro­ ninger landbouwblad 37 (1959): 397B-397D. (Uitbreidingen van de Dol- lard). 1010. Tuinstra, U. De oude dijken in Friesland en Groningen in het bijzonder in Westergo. Tijdschr. ned. Heidemaatsch. 66 (1955): 128-131. 1011. Tuinstra, U. Waarom werden de wierden opgeworpen? Groninger landbouw­ blad 36 (1958): 277I-277K. 1012. Vis, A. De Johannes Kerkhoven Polder; een episode uit deheroverin g van de Dollard. Hoorn, (1952), 256 p. 1013. Vleer, W.Tsj . Het Paterswoldse meer ontstond door een Friese kolonie aan de Drents-Groninger grens. Nieuwe Drentse volksalmanak 79 (1961): 156-162. 1014. Weerden, J. S. van. Naast het Friese Ezum een Groninger Maddens. DeWar f 1 (1955): 134-136. (Verdronken dorp in de nabijheid van Leens).

55 1015. Weerden, J. S. van. De Westpolder; de geschiedenis van een Waddenpolder en zijn ingelanden. Uitgegeven als gedenkboek door het waterschap 'De West­ polder'(Gr.), (1960), 309 p. 1016. Wieringa, W.J . Het Aduarder Zijlvest inhe t Ommelander waterschapswezen. Groningen, (1946), 289 p. 1017. Winter, P. J. van. Willem van den Hove, Heer van Wedde-e n Westerwoldinger- land, Bellingwolde en Blijham. Tijdschr. voor geschiedenis 74 (1961):413 — 431. (bedijkingen).

p. ruilverkaveling q. veengraverijen

1018. Eelssema, W.J . Rond Adriaan Geerts Wildervanck. Maandblad Groningen 29 (1947): 269-272. 1019. Hartgerink-Koomans, M. Het begin der groote verveningen in de provincie Groningen. Historia 9 (1943): 60-68. 1020. Keuning, H. J. De landbouw in de Veenkoloniën. In: Z.W. Sneller (Red.). Geschiedenis van de(n) Nederlands(ch)e(n) landbouw, 1795-1940. Gro­ ningen, (1943), p. 362-384; 2e Druk. (1951), p. 397-421. 1021. Keuning, H. J. Economische en sociale groeperingen in de Groninger veen­ koloniën in de 18e en de 19e eeuw. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 41 (1950): p. 33-51. 1022. Keuning, H. J. De veenkoloniale landbouw en landbouwers in historisch perspectief. In: Jubileum-uitgave van de Landbouwcourant voor de Veen­ koloniën en omliggende streken. Wildervank, (1953), p. 81-84. 1023. Keuning, H. J. Verleden, heden en toekomstvan Hoogezand-Sappemeer. In: Hoogezand—Sappemeer in 1953. Uitgegeven ter gelegenheid van het 325-jarig bestaan van de gemeente. Sappemeer, (1953), p.9-21 . 1024. Keuning, H. J. Drie eeuwen Veendam en Veendammers, 1655—1955, in Veendam 300; gedenkboek in opdracht van het gemeentebestuur uitgegeven bijhe t 300-jarig bestaan van Veendam, 1655-1955. Assen, (1955), p. 18-73. 1025. Keuning, H. J. De Veenkolonieën. In: G. J. A. Mulder (Red.). Handboek der geografie van Nederland, dl. V. Zwolle, (zonderjaar) , p. 140-181. 1026. Kok, J. Grepen uit het verleden van de landbouw in de Groninger Veen­ koloniën. Agronomisch-Historische bijdragen 1(1948) , 153p . 1027. Kok, J. Herinneringen aan de veenkoloniale landbouw rond de eeuw­ wisseling. In: Jubileum-uitgave van de Landbouwcourant voor de Veen­ koloniën en omliggende streken. Wildervank, (1953), p. 13-15. 1028. Noordhoff, L. J. De strijd om het bezit der venen bij het Bollemeer en de 'Slag' bij de Snoekerschans (1669—1671). Groningse volksalmanak (1957): 53-75. 1029. Panman, H. J. De veenkoloniale boer en de plaatselijke landbouwvereniging in verleden en heden. In: Jubileumuitgave van de Landbouwcourant voorde Veenkoloniën en omliggende streken. Wildervank, (1953), p.75—76 . 1030. Pathuis, A. Adriaan Geerts Wildervanck. Groningsche volksalmanak (1941): 120-144.

56 1031. Pathuis, A. Bij de herdenking van Adriaan Geerts Wildervanck, 1647-1947. Groningse volksalmanak (1947): 79-93. 1032. Smet, L. A. H. de. De bodemkundige verkenningskaart van de Veenkoloniën in Zuidelijk Groningen, Drente en Noordelijk Overijssel. Boor en spade 10 (1959): 143-156. 1033. Vleer, W.Tsj . Het Paterswoldse meer ontstond door een Friese kolonie aan de Drents-Groninger grens. Nieuwe Drentse volksalmanak 79 (1961): 156-162.

r. kavel- en dorpsvormen s. boerenhuizen

1034. Boerderijen, De ... in de Marne. Samengesteld door Mevr. I. H. Zijlma, uitgegeven door de Vereniging ter bevordering van landbouw en nijverheid te Leens, ter gelegenheid van het 125-jarig bestaan, 11januar i 1966. Zonder plaats, (zonder jaar), 412 p. 1035. Bouma, S. J. Groningerland en zijn boerderijen. Leven en werken 5 (1941): 83-88; ook in: M.D . Ozinga. Ons eigen land en zijn rijke verscheidenheid. Amsterdam, (1942), p. 95-100. 1036. Bouma, S. J. De boerderijen van het Groninger land. Groningen 1 (1959): 125-131. 1037. Brongers, G. A. Sprokkelingen uit dehistori e van Groninger boerderijen: Nije Fraem in Oosterburen-Middelstum. Groninger landbouwblad 32 no. 10 (1954). 1038. Brongers, G. A. Sprokkelingen uit de historie van Groninger boerderijen: 700jaa r pastorie-boerderij. Groninger landbouwblad 32 no. 21 (1954). 1039. Elema Gzn., F. R. De erfhoeve Melkema te Huizinge en hare bewoners (1556-heden). Sibbe 1(1941) : 213-218, 247-253, 279-285. 1040. Elema, J. Boerderijen in Groningerland. Groningen 7(1965) : 36-41. 1041. Geslachten, Ommelander ...;het nageslacht van Jacob Sijbolts, landbouwer te Warffum en Geertruid Cornelis'. 2e Druk. Zonder plaats, (1958/61) 1861 + 292p . 1042. Hekker, R. C. Het Oldamtster boer'nspul. Maandblad Groningen 30 (1948): 84-96. 1043. Hekker, R. C. De West-Groninger boerenplaats. Bulletin van de Koninklijke Nederlandse oudheidkundige bond 6e Serie 4 (1951):67—87 . 1044. Hekker, R. C. De Saksische hoeve in Westerwolde. Driemaandelijkse bladen. Nieuwe Serie 3 (1951): 97-108; 4 (1952): 5-9. 1045. Molen, S. J. van der. Ezinge;Saksisch e of Friesche huizen? Een vergelijkende studie, Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot 2e Serie 57 (1940): 804-815. 1046. Molen, S. J. van der. Het Friesche boerenhuis in Groningerland. Het Noorder Land 1 (1944/42): 257-266, 321-328, 353-360. 1047. Molen, S. J. van der. 'Uilenborden' in Groningerland. Maandblad Groningen 30(1948): 172-176; 224. 1048. Molen, S. J. van der. Wat was de z.g. 'Groninger schuur'? Maandblad Gro­ ningen 30 (1948): 212-222.

57 1049. Molen, S. J. van der. Het Groninger boerenhuis, gezien in wijder historisch verband. Neerlands volksleven 11 (1960/61): 76-92. 1050. Muntinga, J. E. Koopprijzen en kopers van boerderijen in de provincie Groningen gedurende de laatste eeuw. Groninger landbouwblad 36 (1958): 744B-744C, 745C-745D, 761H, 793H-793I, 809E-809F; 37 (1959): 32A, 33A-33B, 65A-65D, 101C, 153A. 1051. Naarding, J. Melkema. Groningen 1 (1958/59): 75-77. (Boerderij bij Huizinge, 14e eeuw). 1052. Pathuis, A. Oosterhuysen te Eenrum. Groningsche volksalmanak (1942): 98-125; (1943): 213-215. 1053. Ritsema, P. J. 'Zuidwende' en het geslacht Ritsema. GensNostr a 12(1957) : 191-199. 1054. Schutter, G. N. 'Vosholen' te Kleinemeer. Groningse volksalmanak (1958): 90-108. 1055. Schutter, G.N . Hofsteden te Hoogezand-Sappemeer. Groningse volksalmanak (1961): 99-119. 1056. Streurman, G. H. H. J. Top's beschrijving van interieurs van boeren- en schippershuizen, ca. 1850. In: Veendam 300;gedenkboe k in opdracht van het gemeentebestuur uitgegeven bij het 300-jarig bestaan van Veendam, 1655-1955. Assen, (1955), p. 89-97. 1057. Tiessen, T. G. Erve, boer en land;honder d Noordgroningse boerderijen histo­ risch beschreven. In: 't Zandt; uitgegeven in 1964 door de afdeling 't Zandt der Groninger Maatschappij van Landbouw, ter gelegenheid van haar 75-jarig bestaan. Zonder plaats, (zonder jaar), p.82—235 .

t. molens

1058. Molens, Groninger .... Uitgave van de provinciale Groninger Molencommissie, met gegevensva n B.va n der Veen Czn. Groningen, (1958), 134p . 1059. Werkman, E. J. De molen te Garnwerd. Groningsche volksalmanak (1943): 140-155.

u. landbouwcoöperatie

1060. Jager, E. T. De geschiedenis van de Coöperatieve strocartonfabriek 'De Halm' G. A. te Hoogkerk, 1913-1963. Hoogkerk, (1963), 142p . 1061. Jaren, Vijftig ... Coöperatieve Vereeniging Coöp. Strocartonfabriek 'De Een­ dracht' G.A., Appingedam, 1908—1958. Groningen, (zonder jaar), VIII + 121 p. 1062. Wiersma, K. Statuaire typen en varianten bij landbouwcoöperaties in de provincie Groningen. In: Pro Excolendo Jure Patrio, 1761— 1961 . Groningen, (1961), p. 193-212.

58 v.landbouwindustri e (zie ook u)

1063. Carton, De ... en Papierfabriek voorheen W.A . Scholten N.V. en de Neder­ landse strocartonindustrie; gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan. Groningen, (ca. 1954), 185p .

w.landbouwmaatschappije n en andere organisaties

1064. Addens, N. G. De 'Vraagpunten' der Groninger Maatschappij van Landbouw, 1852-1941. Agronomisch-Historische bijdragen 3 (1950): 466 p. 1065. Addens, N. G. De Maatschappij van Landbouw in de provincie Groningen, 1853—1878. In: Jubileum-uitgave van de Landbouwcourant voor de Veen­ koloniën en omliggende streken. Wildervank, (1953), p. 10—11. 1066. Afdeling, Noorder ... van de Groninger Maatschappij van Landbouw, 1852—1952. Zonder plaats, (zonder jaar), 304 p. 1067. Buringh, E. Afdeling Blijham, Groninger Maatschappij van Landbouw, 1854—1954; Jubileumuitgave t.g.v. het 100jari g bestaan: Historische schet­ sen. Zonder plaats, (zonder jaar) 154p . 1068. Coolman, P. De historie van het plaatselijk landbouworganisatieleven. In: 't Zandt. Uitgegeven in 1964 door de afdeling 't Zandt der Groninger Maat­ schappij van Landbouw, ter gelegenheid van haar 75-jarig bestaan. Zonder plaats, (zonder jaar). 1069. Ebels, F. E. H. Honderd jaren landbouworganisatie, 1842—1942; schets van de geschiedenis der afdeling Beerta van De Groninger Maatschappij van Landbouw. Zonder plaats, (zonder jaar), 207 p. 1070. Gedenkboek 1841— 194 1 der Vereeniging ter bevordering van landbouw en nijverheid te Leens. Leens,(1941) , 304 p. 1071. Georgius, R. & L.A.H, de Smet. Honderd jaar landbouwvereniging 'Nieuwo lda-Nieu w Scheemda', 1860—1960; gedenkboek geschreven in op­ dracht van de landbouwvereniging Nieuwolda-Nieuw Scheemda. Meppel, (1960) 198p . 1072. Jubileum-uitgave van de Landbouwcourant voor de Veenkoloniën en omlig­ gende streken; officieel orgaan van de Veenkoloniale Boerenbond, 1853— 1903-1953; Honder jaar Landbouwverenigingsleven in de Veenkoloniën; vijftig jaar Veenkoloniale Boerenbond. Wildervank, (1953), 85p . 1073. Loeff, J. A. van der. Landbouwkundige bindingen tussen Franeker en Groningen en de Groninger sociëteit der landbouw. Groninger universiteits­ blad 15(1965) : 121-123. 1074. Maatschappij, Groninger ... van Landbouw; jubileumuitgave ter gelegenheid van het 125-jarig bestaan. Meppel, (1964), 56p . 1075. Niemeijer, J. A., Boerenbont; vijftig jaren Groninger CBTB, Uitgave Gro­ ninger Chr. Boeren- en Tuindersbond. (ca. 1964), 61 p. 1076. Panman, H. J. De veenkoloniale boer en de plaatselijke landbouwvereniging in verleden en heden, in: Jubileumuitgave van de Landbouwcourant voor de Veenkoloniën en omliggende streken. Wildervank, (1953), p. 75-76. 1077. Vereeniging ter bevordering van landbouw en nijverheid te Leens; gedenk­ boek 1841—1941 ;Zonde r plaats, (zonder jaar), 304 p.

59 1078. Winter, P. J. van. Een vergeten schepping van Koning Willem I;d e maatschap­ pij van landeigenaren en vast beklemde meijers in de provincie Groningen. Verh. K. ned. Akad. v. Wet., Afd. Letterkunde. Nieuwe Reeks 53 no.1 (1949) 107p .

x. onderwijse n voorlichting

1079. Addens, H. De leerstoel in het agrarisch recht aan de Rijksuniversiteit te Groningen, 1910-1960. Groninger universiteitsblad 11 (1960/61): 10-11. 1080. Addens, N. G. DeVereenigin g voor Hoger Landbouwonderwijs te Groningen; historisch overzicht naar aanleiding van haar vijftigjarig bestaan. Groningen, (1960), 333 p. 1081. Bruin, P. Een greep terug en een blik vooruit. Landbouwk. Tijdschr. 77 (1965): 749-758. (75-jaar Groningse instellingen landbouwkundig onder­ zoek). 1082. Gedenkboek van de Middelbare Landbouwschool te Groningen over dejare n 1912-1947. Groningen, (1948), 109 p. 1083. Gedenkboek der Rijkslandbouwwinterschool te Groningen over de jaren 1893—1953 en van de Vereniging van oud-leerlingen der Rijkslandbouw­ winterschool te Groningen over de jaren 1904-1954. Zonder Plaats, (1954), 185p. 1084. Gedenkboek Jan Heidemaschool; J. W. v. d. Bosch & R. B. ter Veld (Red.) Middelbare landbouwschool te Groningen 1893-1968. Uitgegeven t.g.v. het 75-jarig bestaan van de school op 19 oktober 1968, het 65-jarig bestaan van de Ver. van oud-leerlingen op 10 mei 1969 en het 50-jarig bestaan van de leerlingenvereniging 'Ceres' op 10oktobe r 1968. Groningen, (1969), X+ 230p . 1085. Pattje, D.J . Het landbouwonderwijs in de Veenkoloniën en aangrenzende gebieden. In: Jubileum-uitgave van de Landbouwcourant voor de Veen­ koloniën en omliggende streken. Wildervank, (1953), p.25—27 . 1086. Pattje, D. J. De Landbouwvoorlichting in de Veenkoloniën. In: Jubileum- uitgave van de Landbouwcourant voor de Veenkoloniën en omliggende streken. Wildervank, (1953), p. 31-33. 1087. School, Rijkslandbouwwinter...; Jan Kok school-Veendam, 1904-1954. Ge­ denkboek ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan. Uitgave van de Directie van de Landbouw, (ca. 1955), 72 p. +Tabellen .

y. veldnamen, e.d.

1088. Laan, K. ter. Veldnamen in Overschild en omgeving. Driemaandelijkse bladen. Nieuwe Serie 7(1955) : 109-110. 1089. Miedema, H. T. J. De naam van de Boltjerpolder bij Ten Boer. Groningse volksalmanak (1965/66): 72-79. 1090. Naarding, J. De veldnamen van Onnen. Mededelingen van deverenigin g voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 29 (1953): 99-106.

60 1091. Postma, O. Enkele opmerkingen Groninger plaatsnamen betreffende. Drie­ maandelijkse bladen. Nieuwe Serie 10 (1958): 65-70. 1092. Postma, O. Nog enkele Groninger plaatsnamen. Driemaandelijkse bladen. Nieuwe Serie 11 (1959): 90-93. 1093. Steenhuis, J. F. Plaats- en veldnamen in Eenrum. Driemaandelijkse bladen. Nieuwe Serie 2 (1950): 105-107. 1094. Woude, M. van der. Oud-Westerwolde. Gronings(ch)e volksalmanak (1944): 90-114; (1945): 89-97; (1946): 27-47. 1095. Woude, M. van der. Oud-Westerwolde. Groningse volksalmanak (1949): 46-86.

3. Friesland

a. algemene agrarische geschiedenis

1096. Abma, G. Lânbouhistoaryske ynlieding op Vlietstra's 'De Frieske Neij- schoalle'. It Beaken 25 (1963): 151-162, 214-231. 1097. Alberts, W. Jappe. Beitrag zur Entwicklung der Landgemeinde in Westerlau- wers Friesland. Vortrage und Forschungen 7(1964) : 423—438. 1098. Algra, H. Stad en platteland. In: Friesland, toen . ... nu ... straks; propa- ganda-uitgave. Leeuwarden, (1952), p. 59-62. 1099. Algra, N. E. It register fan de oanbring fan Einjewier (1511). Us Wurk 14 (1965): 1-12. 1100. Baardt, P. Friesche boere-practica; neffens de foarste printinge mei ynlieding en oantekeningen fan J. H. Brouwer. Boalsert, (1960), 42 p. 1101. Baerderadiel in geakunde; gearstald fan it geakundich Wurkforbân fan de Fryske Akademy. Drachten, (1957), 431 p. 1102. Bakker, G. In fordwoune mienskip. It Beaken 31 (1969): 83-88. (nederzet­ ting). 1103. Bakker, J. P. Morfologisch onderzoek van Barradeel en zijn betekenis voor het inzicht in de subatlantische transgressie en het verspreidingsbeeld der terpen. Akademie-dagen 2(1949): 121-143. 1104. Bakker, J. P. Neue Marschenforschungen in der niederländischen Provinz Friesland. Jahrbuch derMärne r vom Morgenstern 36 (1955): 20-24. 1105. Barradeel; rapport betreffende het onderzoek van het Lânskip-genetysk Wurkforbân fan de Fryske Akademy. Drachten, (1955), 181 p. 1106. Blink, N. H. Friesland en de landbouw. In: Friesland; propaganda-uitgave. Leuwarden, (1940), p. 47-57. 1107. Boelens, Kr., Nes; in doarp yn'e Dongeradielen. Dockum, (1949/50), 160p . 1108. Boeles, P. C. J. A. Friesland tot de elfde eeuw;zij n vóór- en vroege geschiede­ nis. 2e Druk. 's-Gravenhage, (1951), XIX + 598p . 1109. Bouma, G. J. A. De lage Midden van Friesland. Tijdschr. ned. Heidemaatsch. 54(1942): 147-154. 1110. Bouma, L. H. De Fries om utens. Utkomsten fan in enquête opset troch de Fryske Akademy. It Beaken 11 (1949): 1-61. 1111. Bouma, L.H. Ameland un die Amelander. Jahrbuch der Gesellschaft für bildende Kunst und vaterländische Altertümer zu Emden 44 (1964): 14—40.

61 1112. Bouwman, L. H. Landbouwkundige sanering in Noordwolde. Tijdschr. econ. soc.Geogr. 46(1955): 221 222. 1113. Bouwman, L.H. Agrarische hervorming op Ameland. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 46 (1955): 282-286. 1114. Brouwer, J. H. De burkerij of it boer e bedrief. Boalsert, (1963), 62p . 1115. Buwalda, H. S. Woun op 'e weagen; It Bildt en syn biwenners. Mei mei- wurking fan A. Sevenster. Snits, (1946), 96 p. 1116. Buijtenen, M.P . van. Franeker en 'Tjummer Fiarndel'. It Beaken 20 (1958): 15-28. 1117. Buijtenen, M.P . van. De betekenis van de archieven voor de locale en regionale geschiedenis in Friesland. Nederlands archievenblad 63 (1958/59): 201-214. 1118. Cnossen, J. &W .Heijink . Het jongere dekzand en zijn invloed op het ont­ staan van de veenkoloniën in De Friese Wouden. Boor en spade 14 (1965): 42-61; ook inhe t Fries verschenen. ItBeaken 28(1966): 1-21. 1119. Faber, J. A. Dirck Jansz. de dagboekschrijver was geen Cuyck. It Beaken 21 (1959): 247-248. 1120. Faber, J. A. Bildtboer met ploeg en pen. In: Het aantekeningenboek van Dirck Jansz. Uitgegeven door P.Gerbenzon . Estrikken 31 (1960): IX-XLVIII. 1121.Fockema Andreae, S. J. Ubbo Emmius' Friese geschiedenis 350jaar . It Beaken 28 (1966): 201-202. 1122. Gerbenzon, P. (Ed.), Rienck Hemmema. Rekenboeck off memoriael; met inleidingen. Estrikken 14 (1950): LXXIV + 79 p.; ook in: Agronomisch-His- rische bijdragen 4 (1958): 133-208. 1123. Gerbenzon, P. (Ed.). Het aantekeningenboek van Dirck Jansz. Estrikken 31(1960): LXVI +118 p. 1124. Groot, G. de. Delandbou w in Friesland. In: Friesland, toen .. . nu ... straks; propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1952), p.75—80 . 1125. Halbertsma, H. De zogenaamde hoge wieren in Friesland en hun betekenis. It Beaken 11 (1949): 174-182. 1126. Halbertsma, H., Barradeels oudste historie. In: Barradeel ;rappor t betreffende het onderzoek van het Lânski^genetysk wurkforbân fan de Fryske Akademy. Drachten, (1955), p. 58-141." 1127. Halbertsma, H. Enige merkwaardige gebruiken in het Friesland der dertiende eeuw. Berichten van de Rijksdienst voorhe t oudheidkundig bodemonderzoek 6(1955): 155-158. 1128. Hallema, A.Bi j de Friese boer tijdens Lodewijk Napoleon; wat de Duitse geleerde en reiziger Barthold Georg Niebuhr in 1808wis t mee te delen van de Friese boer en het boerenbedrijf. Friesch landbouwblad 51 (1954): 875. 1129.Heslinga , M.W . Over de onderscheiding van traditionele dorpsvormen. It Beaken 31 (1969): 10-19. 1130. Hulst, A. K., Ameland;verlede n en heden. Drachten, (1963), 87p . 1131. Jansen, B.H . A. Een inzicht in de structuur van Gaasterland. It Beaken 27 (1965): 170-198. 1132. Jong, J. J. G. de. De strenge vorst van 1709 en 1716, waargenomen door schoolmeester Hoyte Roucoma te Dronrijp. It Beaken 28 (1966):34—37 .

62 1133. Kalma, J. J. Ds. Johannes Henricus Nieuwold. de Fryske Pestalozzi, in Earebondel te de tachtichste jierdei fan Dr. G. A. Wumkes op 4 septimber 1949. Boalsert, (1950), p. 57-73. 1134. Kalma, J. J. Enkele opmerkingen bij H. Sannes. Geschiedenis van Het Bildt. It Beaken 19(1957) : 238-240. 1135. Knop, G. Schylgeralân; een beschrijving van land en volk van het eiland Ter-Schelling. Leiden, (1946), VII + 346 p. (landbouw en veeteelt, p. 192-203). 1136. Kooistra, D. Agrarisch Idaarderadeel in de achttiende eeuw. Wageningen, (1963), 37 p. (scriptie). 1137. Lammers, G.W. De Dokkumer Wouden omstreeks 1830. It Beaken 28 (1966): 99-167. 1138. Molen, S. J. van der. Esschen op Frieschen bodem. Het Noorder Land 1 (1941/42): 176-179. 1139.Molen , S. J. van der. Opsterlân; skiednis fan in Wâldgritenij. Drachten, (1958), 288p . 1140. Muntinga, J. E. &G . A. Brongers. Enige aspecten over topografie, landbouw en bedrijfsleven van Winsum. In: Winsums verleden. Groningen, (1957), p. 189-232. 1141. Overdiep, G. Franekeraga. It Beaken 11 (1949): 139-143. 1142. Postma, O. De Pallia fen Fulda en Werden;rei l en reilmerk. Frysk jierboek 3 (1941): 77-89. 1143. Postma, O. Oer de 'Corpora' fan de Fryske kleasters en hwat der üt fuort kaem. It Beaken 8(1946) : 11-16, 18-21. 1144. Postma, O. In pleats fan it jier 855 yn ûs tüd weromform? Fryskjierboe k 8 (1946): 150-156. 1145. Postma, O.Ploeggan g en hoevenstelsel. De Vrije Fries 39 (1948): 17-48. 1146. Postma, O. Noch eat oer Fraenkeraghae. It Beaken 12 (1950): 27-29. (aanvulling op art. van G. Overdiep. It Beaken 11 (1949): 139-143). 1147. Postma, O. De Friese boer —toe n en nu. In: Friesland, toen... nu ... straks;propaganda-uitgave . Leeuwarden, (1952) p.85—88 . 1148. Postma, O. De doorgaande plaatsen en de daarbij behorende meente. De vrije Fries 41 (1953): 94-104. 1149. Postma, O. Oer de pleatsen yn Barradiel. In: Barradeel; rapport betreffende het onderzoek van het Lânskipgenetysk wurkforbân fan de Fryske Akademy. Drachten, (1955) p. 161-169. 1150. Postma, O. Doarp en pleatsen. It Beaken 17(1955): 177-182. 1151. Postma, O. Een grafelijk dorp in Friesland. De Vrije Fries 42 (1955):7—13 . 1152. Postma, O. Essen op de Friese klei. De Vrije Fries 43 (1957): 90-99. 1153. Postma, O. Iets over de landerijen van het eiland Schiermonnikoog. Groningse volksalmanak (1958):66—72 . 1154. Postma, O. Fan boer en ambacht. It Beaken 20 (1958): 121-132. 1155. Roarda, R. S. De Bildtske deiboekskriuwer Dirk Jans 1578-1636. It Beaken 23(1961): 123-126. 1156. Sannes, H. Geschiedenis van Het Bildt. 4 Delen. Franeker, (1951/56). 1157. Santema, O. It Snitser fïifgea yn 1511; in histoarysk-statistyske bydrage. Frysk jierboek 8 (1946): 170-184.

63 1158. Santema, O. Delsettings yn it Wyldlàn under Grou. It Beaken 17 (1955): 49-58. 1159. Slicher van Bath, B.H . Problemen rond de Friese middeleeuwse geschiedenis. In: Herschreven historie; schetsen en studiën op het gebied der middeleeuwse geschiedenis. Leiden, (1949), p. 259-280. 1160. Slicher van Bath, B.H. Het rekenboek van Rienck Hemmema historisch beschouwd. Erstrikken 14 (1956): VII-LIX. 1161. Slicher van Bath, B.H . Een Fries landbouwbedrijf in de tweede helft van de zestiende eeuw. Agronomisch-historische bijdragen 4 (1958): 67—130. 1162. Slicher van Bath, B.H . Robert Loder en Rienck Hemmema. It Beaken 20 (1958)): 89-117. 1163. Spahr van der Hoek, J. J. Spoaren fen in pleatse-stelsel yn Eastergo (yn 'e 16e ieu). Drachten, (1944), 47 p. 1164. Spahr van der Hoek, J. J. De aide folsleine pleats to Damwâld. It Beaken 8 (1946): 23-28. 1165. Spahr van der Hoek, J. J. De âld-Fryske pastoar as'troud ' man en as boer. In: Earebondel ta de tachtichste jierdei fan Dr. G. A. Wumkes op 4 septimber 1949. Boalsert, (1950), p. 182-190. . 1166. Spahr van der Hoek, J. J. De buorkerij enhwa t dêr mei gearhinget. It Beaken 13(1951) : 73-76. 1167. Spahr van der Hoek, J. J. De Friese boer in de 18e en 19e eeuw. Friesch landbouwblad, 49, 24 sept, jubileumnummer (1952): 3. 1168. Spahr van der Hoek, J. J. Lânbouskiednis fan de Fryske eilannen. Friesch landbouwblad 50 (1953): 66, 76, 88, 132. 1169. Spahr van der Hoek, J. J. Lânbouskiednis, in Baerderadiel in geakunde. Drachten, (1957), p. 259-273. 1170. Spahr van der Hoek, J. J. It wittenskiplik wurk fan Dr. O.Postma . It Beaken 20 (1958): 3-10. 1171. Spahr van der Hoek, J. J. It ûndersyk fan de Walden. It Beaken 22 (1960): 134-138. 1172. Spahr van der Hoek, J. J. &O . Postma. Geschiedenis van de Friese landbouw. Uitgegeven door de Friesche maatschappij van landbouw ter gelegenheid van haar honderdjarig bestaan. 2 Delen. Drachten, (1952), 686 + 718 p. (losse bijlage bevat: errata, lijst van de belangrijkste bronnen en literatuur, register, 63 blz.) 1173. Tuinstra, D. Over het ruimtelijk aspect van Friesland, toen, nu en straks. In: Friesland, toen . . . nu . . . straks; propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1952), p. 27-52. 1174.Veen , W.K . van der. Een boerenbedrijf in de 18e eeuw. Friesch landbouw­ blad 44 no. 30 (1947). 1175. Veen, W.K . van der. Dokkum en de omliggende dorpen. It Beaken 16 (1954): 220-223. 1176. Veen, W.K . van der. Uit de geschiedenis van de grietenij Ferwerderadeel. Leeuwarden, (1958), 268 p. 1177. Veenenbos, J. S. De bodem van Friesland. In: Friesland, toen... nu... straks;propaganda-uitgave . Leeuwarden, (1952) p. 7-12.

64 1178. Woltjer, J. J. Friesland in hervormingstijd. Leiden, (1962), 354 p. (Hfdst. III. Edelen, boeren en burgers, p.43—56) . 1179. Wijngaarden, Tj. In 'e stâd maakt. It Beaken 23 (1961): 7-21. 1180. Ypma, Y. N. Schets van de verschuiving van dorps- naar gemeentetaken in Friesland. It Beaken 19(1957): 153 167.

b. economische agrarische geschiedenis, grondbelasting

1181. Berkenvelder, F. C. Frieslands handel in de late Middeleeuwen. Economisch- historisch jaarboek 29 (1963 ): 136-187 . 1182. Faber, J. A. Frieslanden de Sontvaart. It Beaken 21 (1959): 187-196. 1183. Faber, J. A. Handel und Schiffahrt Frieslands im Laufe der Jahrhunderte. It Beaken 24 (1962): 36-46. 1184. H., Boerendrama's in antieke boeren-boekhoudingen. Plattelandpost 17 (1961). (Kerstnummer). 1185. Hallema, A. Voormalige Friese kloosters en het Friese boerenbedrijf in de 16e eeuw; iets over de economische betekenis der Friese kloosters als land- bouwcentrales vóór 1580. Frieschlandbouwblad48 (1951): 84. 1186. Hallema, A. Wat kostte de Friese boter en kaas in 1600? Friesch landbouw- blad49(1952):378. 1187. Jong, S. D. de. De ekonomysk-sociale posysje fen Fryslân yn it Nederlânske steatsforbân. Fryskjierboe k 3 (1941): 29-36. 1188. Linthorst Homan, H.P . Deeconomisch e positie van Friesland in het Noorden deslands . It Beaken 22 (1960): 174 219. 1189. Meulen, J. B. van der. Inkelde opmerkingen en fragen oangeande Fryslân en delânboukinde . It Beaken 4 (1942): 49-64. 1190. Niermeyer, J. F. Landbouw en handel in Friesland in de dertiende eeuw. In: Economisch-historische opstellen, geschreven voor Prof. Dr. Z. W. Sneller. Amsterdam, (1947), p. 12-31. 1191. Paulsen, F. Die Wirtschaft in den drei Frieslanden in der Vergangenheit. It Beaken 21 (1959): 45-54. 1192. Postma, O. Over aanvang en eerste tijd van de floreenbelasting in Friesland. DeVrij e Fries 42 (1955):132-143 . 1193. Postma, O. Enkele opmerkingen naar aanleiding van deel XIV der Estrikken. Uswur k 5(1956) : 90-95. (Overhet rekenboek van Rienck Hemmema). 1194. Postma, O. Oude dorpsrekeningen in verschillende soorten dorpen. De Vrije Fries 45 (1962): 113-121. 1195. Problemen, Sociale en economische ... van de gemeente Haskerland. Uitgave Economisch technologisch instituut voor Friesland, (1953), 58 p. +42 Bij­ lagen. 1196. Problemen, Sociale en economische ... van de gemeente Achtkarspelen. Uitgave Economisch technologisch instituut voor Friesland, (1953), 112 p. en 37 Bijlagen. 1197. Sannes, H. De Büdtrenten. De Vrije Fries 39 (1948): 91-118. 1198. Slicher van Bath, B.H . The economie and social conditions in the Frisian districts from 900 to 1500. A.A.G. Bijdragen 13(1965) : 97-133.

65 1199. Spahr van der Hoek, J. J. De buter- en tsiishandel in pear hundert jier lyn; kommentaer by twa stikjes fan H. Halbertsma. Friesch landbouwblad 45 no. 31 (1948). 1200. Spahr van der Hoek, J. J. & A. Kooiker. Ekonomysk libben, bifolking en forkear. In: Baerderadiel in geakunde. Drachten, (1957), p. 259-291. 1201. Veen, W.K . van der. Boeren, handelaren en prijzen in de vorige eeuw. Nieuwe Dockumer courant, 4—3—1960 .

c. sociale agrarische geschiedenis

1202. Addens, N. H. H. Over de beroepskeuze van kinderen van grotere boeren en van landarbeiders in Friesland en Groningen. Uitgave Ministerie van landbouw en visserij, (1961), 100 p. (stencil-uitgave). 1203. Alma, L. De poep als seizoenarbeider. It Beaken 11 (1949): 198-200. 1204. Boelens, K. Ackrumer Friesche-Boere Almanack vor 't 1eruw s Heeren 1671 ; practicere trog Mr. Jan Sickes, ljaefhabber der Stierre kunst ijn Ackrum. Estrikken 4 (1953): 31 p. 1205. Bouma, L. H. Die Dörfer und die Zukunft der friesischen Kultur. Jahrbuch der Gesellschaft für bildende Kunst und vaterländische Altertümer zu Emden 41 (1961): 126-143. 1206. Bouma, L. H. In ûndersiik nei de untsjerkskens yn 'e Greidhoeke. It Beaken 25(1963): 123-142. 1207. Boxma, W. Gernieren in 'Berlikum'. Terravisie 6 no. 3 (1969): 4-6. (Beroep tussen boer en tuinder in). 1208. Brouwer, J. H. It libben fen Aagtje IJsbrants of dy Frieske boerinne. Boalsert, (1954), 84p . 1209. Brouwer, J. H. Jitheris 'Clewendene'. It Beaken 20 (1958): 10-14. 1210. Cuperus, M. Van boeren, boerenarbeiders en hun organisaties. In: Friesland, toen ... nu .. . straks; propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1952), p. 89—91. 1211.Faber, J. A. De oligarchisering van Friesland in de tweede helft van de zeventiende eeuw. A. A. G. Bijdragen 15 (1970):39—64 . 1212. Fokkema, M. Het floreenstelsel en zijn invloed op het kerkelijk leven in Friesland. Sociologisch bulletin 12 (1958): 41-88. 1213. H., J. H. Knoop oer de boer en it boerelibben yn Fryslân om 1761 hinne. Fries landbouwblad 58 (1961): 363,641 . 1214. Haan, Tj. W.R . de. Grappen over Hans Hannekemaaier. It Beaken 17(1955) : 18-23. 1215. Hallema, A. Uit het testament van de Friese boerin Wickje-moi te Schalsum in 1602. Friesch landbouwblad 50 (1953):221 . 1216. Hallema, A. De Beneficiaalboeken van 1543 als bronnen voor de kennisvan Friese landbouwtoestanden en agrarische verhoudingen in de 16de eeuw. Friesch landbouwblad 50 (1953): 865. 1217.Hallema , A. De Friese boer in het buitenland in de 17e eeuw. Friesch landbouwblad 51 (1954):973 . 1218.Heym , W.Friesch e boeren aan de Weichsel. Hamer 3 no. 7 (1943): 26-28. 1219. Molen, S. J. van der. Vreemde volksplantingen in Friesland. Sibbe 4 (1944): 311-321 . (Het Bildt, 16e eeuw; Aengwirden en omgeving, 18e eeuw).

66 1220. Molen, S. J. van der. Jarfke in Friesland. Maandblad Groningen 30 (1948): 184-185. 1221. Molen, S. J. van der. Patriotten en prinselju yn Opsterlân. It Beaken 19 (1957): 39-43. 1222. Molen, S. J. van der. 'Men zal de naasten bereid vinden'. De Vrije Fries, 46 (1964): 28-61. (burenplicht in Friesland in de 18e en 19eeeuw) . 1223. Molen, S. J. van der. Over de Friese plattelandsvrouwenkleding in de 17e eeuw. DeVrij e Fries 47 (1966): 93 118. 1224. Niemeijer, A. W. Een nadere datering van de boekenlijst van Dirck Jansz. Us wurkll (1962): 62-65. 1225. Oosten, B. Een veenpolderbevolking; sociografie van de grote veenpolder van Weststellingwerf. Wolvega, (1947), 316 p. 1226 Oosterwijk, T. H. Devrij e natie derStellingwerven . Assen, (1952), 102 p. 1227. Poortinga, Y. Emigraesje üt Westerlauwersk Fryslân nei en festiging Yn 'e Foriene Steaten (oant likernöch 1900 ta). Jahrbuch der Gesellschaft für bildende Kunst und vaterländische Altertümer zu Emden 38 (1958):89—109 . 1228. Poortinga, Y. De roggeskrik yn 'e Fryske Waiden. Folkskundig jierboek 1 (1966): 68—71. (Boeman om kinderen uit de rogge te houden). 1229. Postma, O. In Fryske boer yn de 18e ieu. De Pompeblêdden 38 (1967): 38-41. 1230. Postma, O. Oer de doarpsfolmachten yn Fryslân; bydrage ta de skiednis fan de Fryske demokrasy. It Beaken 19 (1957): 13-24. 1231. Postma, O. 'Eester' en 'hornleger' as underdielen fan it fjild by de fryske boerepleats. It Beaken 24 (1962): 144-147. 1232. Prakke, H. J. De ongeschreven noaberplichten; een speurtocht naar aard en herkomst, naar aanleiding van een Stellingwerfs buurt reglement. Nieuwe Drentsche volksalmanak 65 (1947): 13-32. (Ook afzonderlijk verschenen in 1948). 1233. Spahr van der Hoek, J. J. De heidedorpen in de Noordelijke Wouden; histo- risch-sociologische studie. Drachten, (1960), 154 p. 1234. Spahr van der Hoek, J. J. Samenleven in Friesland; drie perioden uit de sociale geschiedenis van boeren, burgers en buitenlui. Drachten, (1969), 307 p. 1235. Swierstra, J. De maatschappelijke positie van de Friese boer in de twintigste eeuw. Friesch landbouwblad 49 (1952): 5(2 4 Sept. jubileumnummer). 1236. Theunisz, J. Friesche boeren in Brandenburg. Het Noorder Land 1 (1941/42): 74-75. 1237. Theunisz, J. De Nederlandsche kolonisatie in Brandenburg in de 17de eeuw. Sibbe 4 (1944): 326-334. 1238. Veen, S. van & A. J. Wichers. Het gardeniersprobleem in de kleinbouwstreek van Friesland. Bulletin van de afd. sociologie en sociografie van de Landbouw­ hogeschool 15 (1959). 1239. Veen, W.K . van der. Het testament van een landbouwer uit de 17e eeuw. Friesch landbouwblad 45 no. 18(1948) . 1240. Vliet, H. van der. Hallehuizen in zuidoost-Friesland. Neerlands volksleven 6 (1956): 92-97.

67 1241. Wildeboer, J. D. Friesland verliest zijn kinderen; sociografische aspecten van de Friese emigratie, in het bijzonder uit Barradeel en Harlingen. It Beaken 16 (1954): 65-119. 1242. Witteveen, A. De landelijke Friese arbeiderswoning in verleden en toekomst. Dokkum,(1946), 24 p. d.juridisch e agrarische geschiedenis 1243. Algra, N. E. Omgean mei de sinne en stimkohieren. It Beaken 25 (1963): 179-185. 1244. Algra, N. E. Ein; enkele rechtshistorische aspecten van de grondeigendom in Westerlauwers Friesland. Groningen, (1966), XVI +20 3 p. 1245. Apeldoorn, L. J. van. De 16de algemeen-Friese keur en de theorie van de dorpsvrede. It Beaken 24(1962): 261-275. 1246.Aubin , H. Das Schicksal der schweizerischen und der friesischen Freiheit. Jahrbuch der Gesellschaft für bildende Kunst und vaterländische Altertümer zu Emden 32 (1952): 21 42. 1247. Aubin, H. Von der Ursachen der Freiheit der Seelande an der Nordsee. Nachrichten der Akademie der Wissenschaften in Göttingen, Philologisch- Historische Klasse (1953): 29-45. 1248. Buijtenen, M. P. van. Leppariucht. Rechtsgeleerd magazijn Themis (1944): 24-36. 1249.Buijtenen , M.P . van. De Leppa; een rechtshistorisch-waterstaatkundige bij­ drage. Dokkum, (1944), 121p. 1250. Buijtenen, M.P . van. De Grietenij Idaarderadeel; schets van de ontwikkeling van een Fries plattelandsbestuur. Dokkum, (1947), 100 p. 1251. Buijtenen, M.P . van. De grondslag van de Friese vrijheid. Assen, (1953), 217p . 1252. Buijtenen, M.P . van. Het Friese dorp in de middeleeuwen rechtshistorisch verkend. Drachten, (1961), 114p . 1253. Buijtenen, M.P . van. Frieslands Middeleeuwse marktrechten. Leeuwarden, (zonder jaar), 75 p. 1254. Cuipers, D. J. Bijdragen voor de rechtsgeschiedenis van de gemeene dorps- gronden in Oostergo. 's-Gravenhage. (1949), 312p . 1255. Halbertsma, H. Van de hoge helm en 't rode schild; Friese gouwen onder Saksische heersers. It Beaken 19(1957) : 31-39. 1256. Hallema, A. Vier eeuwen weeshuisgeschiedenis, 1553—1953; een overzicht van de geschiedenis van het weeshuis te Bolsward. Bolsward, (1953), 286 p. (o.a. over land- en pachtprijzen). 1257. Hartgerink-Koomans, M. Contracten van Dekama, Cuyck en Foeyts Veen- compagnie. Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht. 10 (1946/52): 84-116. 1258.Meyers , E. M. Het Friese en het Drentse erfrecht en huwelijksgoederenrecht. Akademie-dagen 2 (1949): 37- 71. 1259. Overdiep, G. & J. C. Tjessinga. De rechtsomgang van Franekeradeel, 1406-1438. Zonder plaats, (1950), 165p . 1260. Postma, O. Nei oanlieding fan ,,De rechtsomgang van Franekeradeel" troch G. Overdiep en J. C. Tjessinga. It Beaken. 13 (1951): 149-156.

68 1261. Postma, 0. De schar- of schaarbrief als reglement voor het gebruik van het gemene veld. Verslagen en mededeelingen oud-Vaderlandsche recht 11 (1954/58): 481-493. 1262. Rengers Hora Siccama, D.G . Inleiding tot 'Bijdragen voor de rechtsgeschiede- nis van de gemeene dorpsgronden in Oostergo'. In: Verspreide geschriften van RerrgersHor a Siccama. Zwolle, (1954), p. 79-91. 1263. Schmidt, H. Studien zur Geschichte der friesischen Freiheit im Mittelalter. Jahrbuch der Gesellschaft für bildende Kunst und vaterländische Altertümer zu Emden 43 (1963): 5-78. 1264. Spahr van der Hoek, J. J. De stimkohieren fan 1640 en de rjochtsomgong. It Beakenl5(1953): 152-159. 1265. Spahr van der Hoek, J. J. Rjochtsomgong en stimkohieren. It Beaken 17 (1955): 182-187. 1266. Spahr van der Hoek, J. J. Rjochtskiednis, in Baerderadiel, in geakunde. Drachten, (1957), p. 155-176. 1267. Spahr van der Hoek, J. J., 'Ein' bij de sturt, It Beaken 28 (1966): 189-193. (zie no. 1244) 1268. Tjessinga, J.C. De aanbreng der vijf deelen van 1511 en 1514. Assen, (1942/54). (5 Afleveringen). 1269. Vries, K. de. 'Ein' by de ein. It Beaken 28 (1966): 184-189. (Zie no. 1244). 1270. Vries, T. G. de. It boek fan de Swan; Swannejacht en swannemerken yn Fryslân. Drachten, (1959) 67 p. 1271. Winsemius, J. P. De historische ontwikkeling van het waterstaatsrecht in Friesland. Franeker, (1947) 365 p. 1272. Winsemius, P. B. Stimkoher 1640 fan Minnertsgea, Tsjummearum en Seis- bierrum. It Beaken 15 (1953): 65-71. 1273. Winsemius, P. B. Pleats en mienskip. It Beaken 16 (1954): 53-59, 244-253; 18 (1956): 174-183; 20 (1958): 193-209; 23 (1961): 28-38. (zie ook: O. Postma, It Beaken 21 (1959): 203-204). 1274. Winsemius, P. B. Wetterloop en stimpleats-begrinzing. It Beaken 22 (1960): 72-77. 1275. Zee, T. van der. Eat oer de grounhierkwesje yn 'e 19de ieu. Frysk jierboek4 (1942): 125-133. (grondpacht).

e. grondbezit, grondgebruik

1276. Bleiber, W. Fränkisch-Karolingische Klöster als Grundherren in Friesland. Jahrbuch für Wirtschaftsgeschichte (1965) III; 127-175. 1277. Broos, J. F. Uit de geschiedenisva n het dorp Arum. Bolsward, (1960), 112p . 1278. Gerbenzon, P. De feanelist fan it Dokkumer kleaster. It Beaken 16 (1954): 143-149. 1279. Halbertsma, H. Liudger's erfgoederen. It Beaken 23 (1961): 45-50. 1280. Postma, O. Waren de oude burelanden van Terschelling voormalig kerkelijk bezit? Landbouwk. Tijdschr. 64(1952): 323-324. 1281. Postma, O. Het Friese zogenaamde 'Kadaster van 1505', dat niet van 1505is . Bijdragen voor de geschiedenis der Nederlanden 8 (1953/54):46—49 . 1282. Postma, O. Oer in kleaster to Makkum. It Beaken 19 (1957): 145-146.

69 1283. Postma, O. Noch hwat oer it Makkumer kleaster. It Beaken 20 (1958): 240. 1284.Postma , O. De magistraat van Sneek als beheerder van gemene scharren. De Vrije Fries 44 (1960): 92-101. 1285. Russchen, A. De akte van Folker (855). It Beaken 23 (1961): 91-98. 1286. Visser, J. Lijst der Hoofdelingen en Heren van Ameland. De Nederlandsche leeuw 71 (1954): 361-370. 1287. Walden, De ... en omkriten; bondel opstellen oanbean troch de sosiaelwitten- skiplike kommisje oan Dr. H. G. W. van der Wielen ta syn 65ste jierdei, under redaksje fan Drs. J. J. Spahr van der Hoek en Dr. Y. N. Ypma. It Beaken 31 (1969): 1-124. (o.a. grondbezit). 1288. Wedzinga, G. A. Grondbezit in de Zuidelijke Wouden. It Beaken 31 (1969): 49-75. 1289.Winsemius , P. B. It Beghinekleaster to Tsjommearum. It Beaken 13 (1951): 118-126.

f. akkerbouw enakkerbouwgewassen , voeding

1290. Bintje, Van .. tot Marijke. Fries landbouwblad 64 (1967): 1018-1019, 1021. 1291. Broersma, J. Doe't flaeksbou yn'e Dokkumer walden noch fan bitsjutting wie. ItHeitelân 33 (1955): 137-138. 1292. Dorst, J. C. De teelt en de afzet van pootaardappelen en zaaizaden in de Friesche kleibouwstreek. In: Friesland, propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1940), p. 43-45. 1293. Kamminga, L. Geschiedenis van de cichorei in Friesland. Fries landbouwblad 61 (1964): 429-431. 1294. Kleyburg, P. L. Origin of white-flowering flax in the Netherlands. Euphytica 6 (1957): 224-226; ook in: Friesch landbouwblad 54 (1957): 354. 1295. Oosterbaan, W. Het akkerbouwbedrijf. Friesch landbouwblad 49 (1952): 13 (24 Sept. jubileumnummer). 1296. Sterk, H. Van Bintje tot Marijke; 75jaa r kweekwerk vanwege de Friese Maatschappij van Landbouw 1892-1967. Leeuwarden, (1967), 84 p. 1297. Thijn, G.A . Tegen barrière van wanbegrip; oorsprong aardappelenteelt heeft nog vele duistere plekken; start teelt Friesland niet op te sporen. Leeuwarder courant (1965). (16 december). 1298. Ven, D. J. van der. 1905-Halve eeuwfeest van Bintje-1955. Friesch landbouw­ blad 51 (1954): 977.

g. weidebouw enveetee L

1299. Abma, G. 18de-eeuwsche scheuring van weiland in Groningen en Friesland. Bijdragen voor de geschiedenis der Nederlanden 19(1964/65) : 49-62. 1300. Castelein, M. H. Ungetiid bliuwt ungetiid De strikel 3 (1960): 82-87. 1301. Keestra, J. Jm. Kleinveeteelt. Friesch landbouwblad 49 (1952): 19 (24 Sept. jubileumnummer).

70 h. paardene nrundere n

1302. B.,Paardenfokkeri j op Ameland. Nieuwe Dockumer courant 26—8—1960. 1303. Geschiedenis fokstal Knol. Hartwerd 1854-1965. Zonder plaats, (1965), 418 p. 1304. Hallema, A. Bescherming van de Friese veestapel in de 18e eeuw. Friesch landbouwblad 52 (1955): 999. 1305. Hibma, A.M. De strijd tegen verschillende veeziekten op Terschelling, 1924-1954. Zonder plaats, (zonder jaar), 43 p. 1306. Leignes Bakhoven, H. G. A. Iets over de veefokkerij in Friesland. In: Fries­ land, toen ... nu .. . straks; propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1952), p. 93-99. 1307. Leignes Bakhoven, H. G. A. Een eeuw veehouderij in Friesland. Friesch landbouwblad 49 (1952): 15 (24 Sept. jubileumnummer). 1308. Poel, J. M. G. van der. Een achttiende eeuws handschrift uit het archief van de Maatschappij ter bevordering van den landbouw te Amsterdam (beschrij­ ving der boerderijen op de kleilanden in Friesland met eenige kleine aanmer­ kingen over de ziekte van het rundvee en de inenting der kalveren, door D. Fontein te Salvert in 1779). Historia Agriculturae 4 (1957): 85-116. 1309. Rundvee, Friesch ... stamboek; album ter gelegenheid van haar 75-jarig bestaan. Leeuwarden, (1955), 106p . 1310. Slob, W. Het Friese paard; met medewerking van L. E. Huijing. Leeuwarden, (1963), 80 p. 1311.Spahr van der Hoek, J. J. Hynstedraverij by de jiermerk yn de 18e ieu. Friesch landbouwblad 45 no. 52 (1948). 1312. Wiersma, H. De Leeuwarder veemarkt. In: Friesland, propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1940), p. 59-61.

i. schapen

1313. Jansen jr., J. & H.T . Over. Reverences to liver fleeke disease (fasciolosis) in the Netherlands till 1600. It Beaken 30 (1968): 10-12. (schapenziekte).

j. overige dieren k. veeteeltprodukten

1314. Balen Walter, B.C . van. De Friese zuivel, toen, nu en straks. In: Friesland, toen. . .n u . . . straks, propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1952), p. 137—142. 1315. Halbertsma, H. Johannes Tjallings Halbertsma; een Fries koopmansleven uit het midden der 19de eeuw. Drachten, (1956), 41 p. 1316. Roessingh, H. K. Berekening van de melkopbrengst. In: B.H. Slicher vanBath ,Ee nFrie s landbouwbedrijf in de tweede helft van de zestiende eeuw. Agronomisch-Historische bijdragen 4 (1958): 131-132.

71 1.tuinbou w

1317. Smeding, P. Ontwikkeling tuinbouw in Friesland. Friesch landbouwblad 49 (1952): 31 (24 Sept. jubileumnummer).

m. bosbouw

1318. Molen, S. J. van der. Bosken yn 'e Sudeasthoeke by aids. It Beaken 28 (1966): 228-244.

n. landbouwwerktuigen

1319.Miedema , H. T. J. Inkelde klompmakkerswurden en nammen fan ungetider- sark. It Beaken 22 (1960): 101-113 (oogstgerei). 1320. Molen, S. J. van der. Terschelling kreeg ploegen van eiland Wieringen. Neer- landsvolksleven 18(1968): 373. 1321. Ottema, N. Het voertuig in Friesland. In: H. Braber (samensteller). Van klep tot krat; bijdragen over boerenwagens en andere voertuigen. Amsterdam, (1950), p. 105-126. 1322. Palma, P. Inkelde kanttekeningen by it artikel fan H. T. J. Miedema yn It Beaken fan Okt. 1960. It Beaken 23 (1961): 65-66. 1323. Poel, J. M.G . van der. Terschellinger of Wieringer ploeg? Neerlands volks­ leven 20 (1970): 86-87. 1324. Postma, O. Harke en riuwe. Leeuwarder courant (1949). (23 mei).

o. ontginningen, waterstaat, polders, bedijkingen en overstromingen

1325. Burgt, C. van der. Het plan tot afsluiting van de Lauwerszee. It Beaken 25 (1963): 59-75. 1326. Buijtenen, M.P . van & H. T. Obreen. Westergo's IJsselmeerdijken. Bolsward, (1956), 468p . 1327. Eerde, L. A. Ae. van. De landaanwinning van het Noorderleegs Buitenveld. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie. 59 (1942): 1-23. 1328. Feteris, W.H. Het ontstaan van de bodem. In: Baerderadiel in geakunde. Drachten, (1957), p. 11 30. (o.a. bedijkingen). 1329. Haan, K. de.Va n lieideontginning tot Landaanwinning. In: Friesland, toen ... nu ... straks, propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1952), p. 15—20. 1330. Haan, K. I. de. Honderd jaar waterbeheersing. Friesch landbouwblad 49 (1952): 45 (24 Sept. jubileumnummer). 1331. Halbertsma, H. Enkele oudheidkundige aantekeningen over het ontstaan en de toeslijking van de Middelzee. Tijdschr. K.ned . aardrijks. Genoot. 2eSerie . 72 (1955): 93-105. 1332. Halbertsma, H. Het ontstaan der Friese terpen. Bulletin van de Koninklijke Nederlandse oudheidkundige bond 6e Serie. 9 (1956): 44—51. 1333. Halbertsma, H. It ûntstean fan de terpen. It Beaken 19 (1957): 208-215. 1334. Halbertsma, H. Bornego; bijdrage tot de oudste geschiedenis van het Neder- Boornegebied. DeVrij e Fries 45 (1962): 32-67.

72 1335. Halbertsma, H. Onbedijkte kwelders als woonoorden in het verleden der Friese kuststreken. In: Het Waddenboek, Zutphen, (ca. 1964), p. 66-74. 1336. Haskerveenpolder, De ... Sneek, (1959), 36 p. 1337. Huitema, T. Niet opgeloste vragen omtrent terpen. Bulletin van de Konink­ lijke Nederlandse oudheidkundige bond 6e Serie 8 (1955): 151— 160 . 1338. Huitema, T. Strijdvragen omtrent terpen. O.T.A.R. 40(1955/56): 281-287. 1339. Huitema, T. Hoe binnen de terpen untstien? It Beaken 19 (1957): 206-208. 1340. Huitema, T. Het ontstaan van de terpen in het Noorden van ons land en het opslibben van het zeekleigebied waarin men de terpen aantreft. Meded. K. ned. Akad. Wet. Afd. Letterkunde. Nieuwe Reeks, 21 (1958) 269-280. 1341. Keikes, W.H . Oostdongeradeel: weerbaar tegen watervloeden. It Beaken 26 (1964): 132-134. 1342. Keuning, H. J. Enige opmerkingen over de geografie van de menselijke occupatie in de kustlandschappen van het Noordzeegebied. It Beaken 20 (1958): 36-40. 1343. Keuning, J. Frieslands hoofdwaterwegen in den loop der tijden. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 32(1941): 49-64. 1344. Lange, W.H . de. Concentratie van boezemwaterschappen en veenpolders in Friesland. Cultuurtechnisch Tijdschr. 6 (1966/67): 44-52. 1345. Molen, S. J. van der. Vluchtheuvels in Friesland. De Vrije Fries 39 (1948): 49-73. 1346.Molen , S. J. van der. Terschelling; van Noordsvaarder tot Bosplaat. Haren, (1969), 106p . 1347. Nicolai, K. De ontwikkeling van de landaanwinning in de Lauwerszee. It Beaken 25 (1963): 76-92. 1348. Obreen, H. T. Bolsward en de zee. It Beaken 17 (1955): 112-115. (Onder­ houd zeeweringen 16e—20eeeuw) . 1349. Obreen, H. T. Dijkplicht en waterschappen aan Frieslands Westkust. Amster­ dam, (1956). (Zie ook no. 1326). 1350. Postma, O. It Fryske doarp as tsjerklike en wraldske ienheid foar 1795.Snits , (1941), 47 p. (2e Druk, 1953). 1351. Rapport inzake de bemaling van Frieslands boezem. Uitgave Provinciale waterstaat van Friesland. 3 Delen (1956). 1352. Rienks, K. A. De ôftwettering. In: Baerderadiel in geakunde. Drachten, (1957), p. 114-138. 1353. Rienks, K.A . De dijken in Friesland alsmede hun beheer en onderhoud tot ca. 1500. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 49 (1958): 231-235. 1354. Rienks, K. A. & G. L. Walther. Binnendiken en sliperdiken yn Fryslân. 2 Delen. Bolswert, (1954), 555 + 196p . 1355. Rienks, K. A. & G. L. Walther. Oer de bidikingen yn Barradiel en it lânskip dêrre, in: Barradeel; rapport betreffende het onderzoek van het lânskip- genetysk wurkforbân fan de Fryske akademy. Drachten, (1955), p. 142—148. 1356. Rienks, K. A. & G. L. Walther. Zur Geschichte der Binnendeiche und Schlaf­ deiche im Westlauwerschen Friesland. Friesisches Jahrbuch 30 (1955): 139-151.

73 1357. Santema, O. De Himpenster mar, in: Earebondel ta de tachtichstejierde i fan Dr. G. A. Wumkes op 4Septimber 1949, Boalsert, (1950), p. 173-181. (droogmakerij onder Warga in de 18eeeuw) . 1358. Santema, O. De terpkes tuske n Langdeel en Oeble-om-sleat yn Idaerderadiel. ItBeaken 17 (1955): 232 -234. 1359. Sikkema, K. sr. & K. Sikkema jr. Zwaagwesteinde; het ventersdorp op de Frieseheide . Franeker, (1954), 329 p. 1360. Sluis, P. A. van der. Cultuurtechnische ontwikkelingen in de Friese Wouden na 1918. Drachten, (1963), 100p . 1361. Spahr van der Hoek, J. J. Orientaesje op inkelde grinswetters yn Fryslân. It Beaken21 (1959): 140-154. 1362. Spahr van der Hoek, J. J. Terp en fjild. It Beaken 27 (1965): 26-35. 1363. Tamminga, D.A . De arbeidstsjinst yn 1732; de Koudumer slieperdyk. Friesch landbouwblad 43 no. 23/24 (1946). 1364.Tuinstra , U. De oude dijken in Friesland en Groningen in het bijzonder in Westergo. Tijdschr. ned. Heidemaatsch. 66 (1955): 128-131. 1365. Tuinstra, U. Van water tot land. It Beaken 25 (1963): 5-58. (plannen tot inpoldering Lauwerszee). 1366. Veenenbos, J. S. Het landschap van zuidoostelijk Friesland en zijn ontstaan. Boor en spade 7 (1954): 111 136. (ontginningsgeschiedenis, p. 115—117). 1367. Walther, G. L. Waterstaat en waterschappen. In: Friesland, toen . . . nu . .. straks, propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1952), p.143—153 . 1368. Walther, G. L. De lânoanwinning yn Fryslân. It Heitelân 32 (1954): 168-171. 1369. Winsemius, J. P. It ûnstean fcn Westergo in strijd op trije fronten. It Beaken 5 (1943): 45-48, 56-64, 73-80, 81-87; ook uitgegeven: Assen, (1947), 27 p. 1370. Wouda, D. F. Over de afwatering van Friesland en haar geschiedenis. Sneek, (1951), 575p . 1371. Ypma, Y. N. Van woeste onlustgronden in de Friese Wouden. It Beaken 31 (1969): 37-48.

p. ruilverkaveling

1372. Bouma, L. H. Sociale begeleiding van een ruilverkaveling; Petearsintrum Alddjip; begeleiding van de ruilverkaveling. 'Het Koningsdiep' in oostelijk Friesland, 1958—1964. Uitgave Ministerie van cultuur, recreatie en maat­ schappelijk werk; stichting Friesland voor maatschappelijk werk, (1965). 50 p. +II I Bijlagen, (stenciluitgave). 1373. Faber, J. De boer en de ruilforkaveling 'Bovenloop Koningsdiep'. It Beaker 21 (1959): 107-112. 1374. Jaarsma, A.A. De Walden op 'e skeppe. It Beaken 31 (1969): 76-82 (ruilverkaveling 20e eeuw). 1375. Koops, J. H. De landweer bij Elsloo. Het Noorder land 2 (1942/43) 153-154. 1376. P. Uit de geschiedenis van de Vegelinsweg; ruilverkaveling brengt veel ver andering. De Friese koerier 27-5-1960. (Tussen Joure en Akkrum).

74 q. veengraverijen 1377. Boer, F. J. de. Skiednis fan de lege feanterij yn Opsterlân en Smellingerlân. Ljouwert, (1954), 72p . 1378. Hanrath, J. J. Uit de geschiedenis der vervening in Friesland. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 37 (1946): 342-343. 1379. Kamminga, L. Geschiedenis van Noordwold e en rotanmeubel-industrie. Drachten, (1964), 188 p. (verveningen 1600 1800). 1380. Koopmans, A. F. Ynvaezje fan 'Gietersk' turfmakkersfolk nei de omkriten fan it Hearrenfean. It Beaken 16(1954) : 27-31. 1381. Koopmans, D.K . Een en ander over de oude veenderij; uit den kop van Overijsel en de Friesche Stellingwerven. Het Noorder Land 2 (1942/43): 161-168. 1382. Molen, S. J. van der. Ta de skiednis fan de heechfeangraverij. It Beaken 20 (1958): 41-46. 1383. Oosterwijk, T. H. De hulp- of reservekas te Appelscha, een merkwaardige instelling in het Drents-Friese veengebied. Nieuwe Drentse volksalmanak 77 (1959): 138-144.

r. kavel-e n dorpsvormen

1384. Postma, O. Truchstrinzede ritherne. Uswurk 4 (1955): 34-35.

s. boerenhuizen

1385. Baumgarten, K. A XVI. szâzadi konjunktûra hatâsai az also-németorszâgi paraszthâzra. Agrârtorténeti szemle VI (1964): 405-414. (economische in­ vloed op de boerenhuisbouw in de 16e eeuw). 1386. Boer, H. de. Vondsten in oude boerderijen. Fries landbouwblad 56 (1959): 722, 811. 1387. Boerderij, Onze Friese ... te Midlum. Bijdragen en mededelingen het Neder­ lands Openluchtmuseum 24 (1961): 44-47. 1388. Bouma, G. J. A. Pleatseboek; de nije Fryske pleats, en in: list mei nammen fan underdielen en faktermen fan boerepleatsen, gearstald fan de Fryske Akademy to Ljouwert. Amsterdam, (ca. 1949), 239p . 1389. Bouma, G. J. A. Doelmatige friese boerderijen. Amsterdam, (1961), 111 p. 1390. Bouma, G. J. A. Bauernhausbau im Westerlauwerschen Friesland. Jahrbuch der Gesellschaft für bildende Kunst und vaterländische Altertümer zu Emden 41 (1961): 163-182. 1391. Burg, J. van der. Op en om de greidpleats. Friesch landbouwblad 49 (1952): 23 (24 Sept. jubileumnummer). 1392. Buwalda, H. S. Dewinkelheakpleatse n op 't Bildt. It Beaken 17(1955) : 2-8. 1393. Eidering, H. Hat it primitive bouwen him oant hjoed-de-dei ta hanthave kinnen? It Beaken. 7 (1945): 2-12. 1394. Eidering, H. Inkele opmerkingen oer de ûntwikkeling fan de âld-fryske huzinge. Fryskjierboek(1946): 56-64.

75 1395. Feyfer, H. J. de. Driehonderd jaar Terschellinger woningbouw. Jaarverslag gemeentemuseum 't'Behouden Huys' Terschelling(1959/60): 5-11. 1396. Inrichting, De ... van de boerderij uit Midlum. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 32 (1969): 44-48. 1397. Janse, H. Boerderijonderzoek op Terschelling. Bouw 16 (1961): 1178—1180. 1398. Molen, S. J. van der. Het Friesche boerenhuis en zijn ontwikkeling. In: Friesland, propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1940) p. 192—195. 1399. Molen, S. J. van der. Het Friesche boerenhuis en zijn benamingen. Saxo-Frisia 2 (1940): 28-32. 1400. Molen, S. J. van der. Het boerenhuis in Westerlauwersch Friesland. Hamer 1 no. 2 (1940): 7-9. 1401. Molen, S. J. van der. Het Saksische boerenhuis in Zuid-Oost-Friesland. Groningen, (1941), 64p . 1402. Molen, S. J. van der. Saksische boerenhuizen in Wijnjeterp. Het Noorder land 1 (1941/42): 147-149. 1403. Molen, S. J. van der. Mancadan en het boerenhuis in Zuidoost-Friesland. Het Noorder land 2 (1942/43): 193-198. 1404.Molen , S. J. van der. Het Friese boerenhuis in twintig eeuwen; met een naschrift van P. C. J. A. Boeles. 2e Druk. Assen, (1943) 160 p. (Ie Druk, 1942). 1405.Molen ,S . J.va n der. Tinzen oer it ûleboerd. De Vrije Fries 49 (1969): 82-92. 1406. Oldenhof, H. 'Stjelp'. It Beaken 10(1948) : 127. 1407. Poel, J. M.G . van der. Een achttiende eeuws handschrift uit het archief van de Maatschappij ter bevordering van den landbouw te Amsterdam (beschrij­ ving der boerderijen op de Weilanden in Friesland met eenige kleine aanmer­ kingen over de ziekte van het rundvee en de inenting der kalveren, door D. Fontein te Salvert in 1779). Historia Agriculturae 4 (1957): 85-116. 1408. Postma, O. De 'foermatten' fen Ezinge en de Fryske boerepleats. It Heitelân 24 (1946): 34-35, 54. 1409. Postma, O. Aide kontrakten oer it bouwen fan huzen. It Heitelân 25 (1947): 193-195. 1410. Postma, O. Heeft het Friesche boerenhuis in zandstreken en op de klei dezelfde ontwikkeling doorgemaakt? In: Een kwart eeuw oudheidkundig bodemonderzoek inNederland , gedenkboek A: E. van Giffen. Meppel, (1947), p. 275-288. 1411. Postma, O. Noch eat oer de Fryske pleats mei in opkeamer. It Beaken 12 (1950): 61-64. 1412. Postma, O. De Friese hoeve in de zandstreken;een voorlopige oriëntering. De Vrije Fries 40 (1950): 37-67. 1413. Postma, O. Over de hoevevorming in de Friese zuidwestelijke kuststreek en op Ameland. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 45 (1954): 20-26, 50-55. 1414. Rikken, J. De Friese kop- hals- romp uit Midlum; beschrijving van een kostelijke aanwinst van het Nederlands Openluchtmuseum; een Friese kop- hals-romp-boerderij. Tijdschr. ned. Heidemaatsch. 79 (1968): 424-427. 1415.Veen , W.K . van der. De inventaris van een boerenbedrijf in 1859. Friesch landbouwblad47(1950): 740.

76 1416. Vliet, H. van der. Saksische boerenhuizen benoorden het Koningsdiep. Het Noorder land 1(1941/42) : 306-311. 1417. Vliet, H. van der. Saksische huizen langs de Boorne. Het Noorder land 1 (1941/42): 378-384. 1418. Witteveen, A. Belangrijke boerderij-typen in Friesland. Leven en werken 5 (1941): 41-47. 1419.Witteveen , A., Belangrijke boerderij-typen in Friesland. In: M.D .Ozinga . Ons eigen land in zijn rijke verscheidenheid. Amsterdam. (1942), p.49—56 . 1420. Witteveen, A. H. De Friese boerderij. In: Friesland, toen ... nu .. . straks, propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1952), p. 328 333.

t. molens

1421. Bokma, A. De molen. In: Baerderadiel in geakunde. Drachten, (1957) p. 314-319. 1422. Molen, S. J. van der. Het gemaal in Friesland; een bijdrage tot de Friese molengeschiedenis. DeVrij e Fries 42 (1955): 93-106. 1423. Molen, S. J. van der. Ta de skiednis fan ûs mounen. DeVrij e Fries 44 (1960): 68-79. 1424. Molen, S. J. van der. Grepen uit de Friese molengeschiedenis. Neerlands volksleven 11 (1960/61): 96-104. 1425. Molen, S. J. van der. Nog iets over de (t)jasker. Bijdragen en mededelingen het Nederlands Openluchtmuseum 29 (1966): 24-27.

u. landbouwcoöperatie

1426. Bierma, J. De Friese landbouwcoöperatie. In: Friesland, toen... nu ... straks, propaganda-uitgave. Leeuwarden, (1952), p. 113—131. 1427. Eeuw, Een halve ... coöperatieve zuivelorganisatie 1897—1947; gedenkschrift bij het vijftigjarig bestaan van de 'Bond van Coöperatieve zuivelfabrieken in Friesland'. Zonder plaats, (zonder jaar), 70 p. 1428. H., Zuivelcoöperatie op Ameland. Bolwerk, juli/aug (1961): 3-4. 1429. Tjepkema, K. Dat is't kondensfabryk; een halve eeuw coöperatieve condens- industrie in Friesland. Zonder plaats, (1963), 276 p. 1430. Vereeniging, Coöperatieve ... tot aankoop en bewerking van landbouw- benoodigdheden voor Friesland (C.A.F.) 1896 1946. Leeuwarden, (1946), 30p . 1431. Wiersma, J. P., Th. M. Th. van Weideren baron Rengers:~Een groot Nederlan­ der. 's-Gravenhage, (1955), X+ 24 3 p. 1432. Wiersma, J. P., Erf en wereld; over de agrarische toestand in Friesland na 1870, de doorbraak der coöperatieve gedachte, de opkomst van de Friese landbouwcoöperatie en haar ontwikkeling tot in onze tijd: met medewerking van K. Tjepkema. Drachten, (1959), 364 p.

77 v. landbouwindustrie

1433. Kamminga, L. De eerste strocartonfabriek in Nederland was gevestigd te Leuwarden, van 1867-1910. It Beaken 24 (1962): 188-199.

w.landbouwmaatschappije n en andere organisaties

1434. Bokma, A. De bibliotheek der Friesche Maatschappij van Landbouw te Leeuwarden. Bibliotheekleven 34 (1949): 301-305. 1435. Gedenkschrift; jubileum-uitgave van de Friese tuinbouwvereniging, 1878-1953. Leeuwarden, (1953), 50p . 1436. Nubé, A. H. & R. Strikwerda. De veefokkerij in Friesland; speciale uitgaaf naar aanleiding van het tachtigjarig bestaan der Vereniging 'Het Friesch Rundveestamboek te Leeuwarden'. Leeuwarden, (1961), 148p . 1437. Spahr van der Hoek, J. J. Rondom de oprichting. Friesch landbouwblad 49 (1952): 7(2 4 Sept.jubileumnummer , Friese Maatschappij van landbouw). 1438. Zwart, W.Th . Tachtig jaar; een speurtocht door het Friesch Rundvee- Stamboek en aanverwante organisaties. Drachten, (1960),43 9 p.

x. onderwijs envoorlichtin g

1439. Dam, G. van. Een eeuw voorlichting en onderwijs. Friesch landbouwblad 49 (1952): 33.(2 4 sept, jubileumnummer.) 1440. Gedenkboek Rijkslandbouwwinterschool Leeuwarden, 1897-1947. Zonder plaats, (ca. 1947),4 4 p. 1441. Gedenkboekje Rijks Landbouwwinterschool te Drachten, 1920-1945. Zonder plaats, (ca. 1945), 52 p. 1442. Geluk, J. A. Bij het 60-jarig bestaan der Rijkszuivelschool te Bolsward. Misset's zuivel 70 (1964): 1042 1049. 1443. Rijkszuivelschool, De ... te Bolsward. Misset's zuivel 70(1964): 1056-1059.

y. veldnamen, e.d.

1444. Jong, W.de .Appelsche . Fryske plaknammen 10 (1957): 59-78. 1445. Molen, S. J. van der. Doarpsfoarmen yn Fryslan. Fryske plaknammen 3 (1950): 21-31. 1446. Postma, O. Gae n gawech. It Beaken 3 (1940/41): 98-100. 1447. Postma, O. Personen of geslachten in plaatsnamen en boerderijnamen? De Vrije Fries 38 (1946): 29-53. 1448. Postma, O. Lannammen yn forban mei mienskiplik langebruk. Fryske plak­ nammen 3(1950) : 7-11. 1449. Postma, O. Oer de wurdpearen: waar-weer en war-wer. Fryske plaknammen 4 (1951): 71-74. 1450. Rienks, K. A. Nammen fan diken. Fryske plaknammen 4 (1951): 22-27. 1451. Roarda, R. S. Nammen fan keapers en forkeapers ût de rintmasters-rekkens 1518-1575. Ljouwert, (1965), 157p .

78 1452. Sipma, P. Plaknammen. Baerderadiel in geakunde. Drachten, (1957) p. 145-154. 1453. Spahr van der Hoek, J. J. Wâdzje yn de Walden. It Beaken 31 (1969): 20-36. (plaatsnamen en nederzettingen).

4. Drente

a. algemene agrarische geschiedenis

1454. Bieze, G. J. Aolie's Harms leven. Nieuwe Drentsche volksalmanak 72 (1954): 57-72. (Harm Tiesing). 1455. Boer, D. de. Uit Nijeveen (ca. 1800-1850). Drenthe 24 (1953): 36-38. 1456. Bruinsma, P. Het ontstaan van de Drentse essen; hoeven werden dorpen. Drenthe 40 (1969): 25-27. 1457. Bruinsma, P. Ontstaan en groei van de Drentse esnederzettingen. Landbouwk. Tijdsch. 81 (1969): 93-98. 1458. Buiskool, H.T . Zuidoost-Drente op weg naar een nieuwe toekomst. 3 Delen. Assen, (1950/56). 1459. Cancrinus, S. Dwingeloo; schetsen van verleden en heden. Meppel, (1956), 116p. 1460. Cancrinus, S. Esdekken en de ouderdom der Drentse dorpen. Drenthe 33 no. 4 (1962): 7-9; no. 5: 7-10;met aantekening van J. Naarding in Drenthe 33no . 4 (1962): 9-10. 1461. Dieperink, F. H. J., D. Th. Enklaar & W.Japp e Alberts. Studiën betreffende de geschiedenis van Oost-Nederland van de dertiende tot de vijftiende eeuw. Bijdragen van het Instituut voor middeleeuwse geschiedenis der Rijksuniver­ siteit Utrecht 26 (1953). 1462. Drente;J. Poortman (Red.): een handboek voor het kennen van het Drents(ch)e leven in voorbije eeuwen. 2 Delen. Meppel (1943/51), 564 + 320 p. 1463. Edelman, C. H. De geschriften van Harm Tiesing over den landbouw en het volksleven van oostelijk Drenthe. Assen, (1943), 446 p. 1464. Edelman, C. H. Harm Tiesing als schrijver. Nieuwe Drentsche volksalmanak 72 (1954): 52-56. 1465. Garming, R. W. Het carspel Emmen omstreeks 1650. Nieuwe Drentse volks­ almanak 73 (1955): 149-178. 1466. Heuveln, B. van. Het ontstaan van de bodem in Drenthe. Landbouwk. Tijdschr. 71 (1959): 33-39. 1467. Heuveln, B.van . Esdekken en de ouderdom der Drentse dorpen. Drenthe 33 no. 2(1962) : 7-10. 1468. Hisschemöller, F. De essen van Gieten en Gasseite (Dr.). Geografisch. Tijdschr. 4(1951): 145-151. 1469. Homan, J. Agrarisch Drenthe. Drenthe 25 no. 1(1954) : 7-9. 1470. Kleijn, A. Dorpen in Drenthe. Amsterdam, (1949), 124p . 1471. Koopman, D.D e vier havezathen van Dwingeloo. Drenthe 22 (1951): 33-40. 1472. Linthorst Homan, J. Geschiedenis van Drenthe. Assen, (1947), 223 p.(land - bouwgeschiedenis, p. 170—195).

79 1473. Linthorst Homan, J. Drenthe, historisch en cultureel; beschouwingen over Drenthe. Assen, (1949), 47 p. 1474. Linthorst Homan, J. De Drentse landbouw in de Franse jaren (1795-1813). Nieuwe Drentse volksalmanak 84 (1966): 23—44. 1475. Loman, Ph. W. De ontwikkeling van de landbouw. In: A. H. A. Canter Cremers:Ho ehe t groeide op het Ellertsveld;een geschiedenis in hoofdstukken geschreven ter gelegenheid van Schoonoords eeuwfeest. Assen, (1954), p. 48-55. 1476. Maaren-Heerspink, D.H . van. De voormalige erve Oldenhuis te Zwinderen. Nieuwe Drentsche volksalmanak 61 (1943): 45-48. 1477. Naarding, J. Staat en boer in de Franse tijd. Nieuwe Drentsche volksalmanak 58 (1940): 65-76. 1478. Naarding, J. Hoe oud zijn de Drentse dorpen. Drenthe 32 no. 5 (1961): 8-10. 1479. Naarding, J. De bo. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 14 (1962): 90-93. 1480. Naarding, J. Uit Ruinen's verleden. Meppel, (1962) 108p . 1481. Oldenbanning, L. G. De Drentse essen. De landbode 3 no. 50 (1949). 1482. Pelinck, E. Lambert Oortwijn; landbouwer, brouwer, herbergier en schatbeur- der te Vries. Nieuwe Drentse volksalmanak 78 (1960):46—49 . 1483. Roeters van Lennep, J. J. Het Huis Echten (havezathe). Drenthe 28 no. 12 (1957): 6-7. 1484. Schuitema Meyer, A. T. Een vertoef inhistorisc h Schipborg. Nieuwe Drentse volksalmanak 82 (1964): 109-146. 1485. Slicher van Bath, B.H . Manor, mark and village in the Eastern Netherlands. Speculum 21 (1946): 115-128. 1486. Slicher van Bath, B.H . Drente's vrijheid. Bijdragen voor de geschiedenis der Nederlanden 1(1946) : 161-196. 1487. Slicher van Bath, B. H. De Drentse staatsvorm in de middeleeuwen. In: Herschreven historie; schetsen en studiën op het gebied der middeleeuwse geschiedenis. Leiden, (1949), p. 236-258. 1488. Tiesing, Harm ..., geschriften over den landbouw en het volksleven van Oostelijk Drenthe. Verzameld en samengevat door C. H. Edelman. Assen, (1943), 446 p. 1489. Tuinstra, U. Overhe t ontstaan en de ouderdom van deheidevelde n in Drente. Tijdschr. ned. Heidemaatsch. 63 (1952): 236-239. 1490. Waterbolk, A. Havelte; beschrijving van een interessante en typisch Drentse gemeente. 2e Druk. Assen, (1950), 117p . 1491. Waterbolk, H. Tj.Landschapsgeschiedeni s van Drente. In: J. Poortman (Red.) Deel II, Drente; een handboek voor het kennen van het Drentse leven in voorbije eeuwen. Meppel, (1951) p.23—59 . 1492. Werkman, E. J. Drenthe voor honderd jaar. Drenthe 26 no. 1(1955) : 7-9. 1493. Werkman, E. J. Honderd jaar geleden begon de ontwikkeling van Zuidoost- Drenthe. Drenthe 32 no. 5 (1961): 7-8. 1494. Westra van Holthe, J. Havezathen in Drenthe. Bulletin van de Koninklijke Nederlandse oudheidkundige bond 10 (1957): 171-192.

80 1495. Wieringa, J. Enige aantekeningen over de bodemgesteldheid van praehisto- rische landbouwgronden in Drente. Boor en spade 7 (1954): 217—223.

b. economische agrarische geschiedenis, grondbelasting

1496. Leutscher, I. J. Uit het rekenboekje van een Drentse eigenerfde. Drenthe 33 no. 10(1962): 788. 1497. Werkman, E. J. Het tijdstip van de Zuidlaarder markt. Nieuwe Drentsche volksalmanak 70 (1952): 23-33.

c. sociale agrarische geschiedenis

1498. Boesjes, J. Oude- en nieuwe naoberhulp in Drenthe. Drenthe 26 no.2 (1955): 3-5. 1499. Bontekoe, G. A. Een Zeeuwse volksplanting in de gemeente Borger. Nieuwe Drentsche volksalmanak 70 (1952): 60-79. 1500. Bontekoe, G. A. De relaties van de stad Enkhuizen met de koloniën van de Maatschappij van Weldadigheid te Frederiksoord en Veenhuizen van 1818e n 1849. Nieuwe Drentse volksalmanak 83 (1965): 14-40. 1501. Buning, L. Het avontuur van 'Landbouw en Maatschappij'. Drenthe 41 (1970): 61-66. (N.S.B, en 'landbouw en Maatschappij'). 1502. C[ancrinus], S. & R. D.M[ULDER] .Verdwijnend e cultuurwaarden. Drenthe 21 (1950): 73-78, 121-128, 163-167, 185-188; 22 (1951): 13-14, 27-29, 72-74; 23 (1952): 2-5, 33-38. 1503. Dee, C. van. Enkele aspecten van de demografische ontwikkeling in Drenthe. Drenthe 29 no. 2 (1958): 3-4. 1504. Doedens , H. De Drentse jaren van de volksschrijver Cornells van Schaick (1838-1852). Driemaandelijkse bladen. Nieuwe Serie 16 (1964): 97-106. (Toestand platteland ca. 1850). 1505. Dorgelo, J. D. De koloniën van de Maatschappij van Weldadigheid (1818— 1859); een landbouwkundige beoordeling. Nieuwe Drentse volksalmanak 82 (1964): 86-97. 1506. Dorgelo, J. D. De koloniën van de Maatschappij van Weldadigheid (1818— 1859); een landbouwkundig en sociaal-economisch experiment. Assen, (1964), 229 p. 1507. Dorgelo, J. D. Een sociaal-economisch en landbouwkundig experiment: De koloniën der Maatschappij van Weldadigheid te Frederiksoord. Tijdschr. voor geschiedenis 80 (1967): 373-374. 1508. Harms, J. A. Het Drentsche kern-esdorp in zijn veranderende functie. Bulletin van de Koninklijke Nederlandse oudheidkundige bond 6e Serie 10 (1957): 129-158. 1509. Hemel, J.B. De arbeid van een land- en veenarbeider. Drenthe, 30 no. 6 (1959): 3-6. 1510. Hemel, J. B.Veenarbeider s bleven vrijbuiters. Drenthe 38 (1967): 89-91. 1511. Hofstee, E. W. Enige aspecten van bevolking en samenleving in de Drents- Groninger veenkoloniën. Akademie-dagen 2 (1949): 11—36.

81 1512. Hijszeler, C. C. W.J . Boerenvoortvaring in de oude landschap; termen en gebruiken van het boerenbedrijf in Drente. 2 Delen, Assen, (1940), 381 p.+ 52 platen. 1513. Hijszeler, C. C.W .J . Iets over de boerenvoortvaring in de oude landschap. Leven en werken 5(1941) : 19 32. 1514. Klaassens-Perdok, F. E. De moderne Drentse boerin zal anders zijn. Drenthe 39 (1968): 68-70. 1515. Kleijn, A. De Maatschappij van Weldadigheid en haar plannen. Drenthe 27 no. 5 (1956): 5-6. 1516. Koops, J. Het ontbijt in Drenthe omstreeks 1900. Drenthe 30 no. 3 (1959): 10-11. 1517. Moerman, H. J. Uit de oude 'boerschop'. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 2 (1950): 1-7. 1518. M[ulder], R. D. Drenthe en de genever. Drenthe 22 (1951): 49-56. 1519. Naarding, J. Friese immigratie in Drente. It Beaken 10(1948) : 89-94. 1520. Naarding, J. Het Oud-Drentse boerenleven in de spiegel der markerechten. Landbouwk. Tijdschr. 60 (1948): 557—562;oo k In: Agronomisch-Historisch jaarboek 4 (1949). 1521. Naarding, J. Friezen in Noord-Drente. Fryske plaknammen 4 (1951): 28—37. 1522. Naarding, J. Iets over de folklore van Drenthe. Drenthe 22 (1951): 135-138. 1523. Naarding, J. De natte herfst van 1800. Drenthe 24 (1953): 63-64. 1524. Naarding, J. Over sociale verhoudingen in de boerderij in Z.W. Drenthe (tussen 1809-1890). Nieuwe Drentse volksalmanak 77 (1959): 158-171. 1525. Poortman, J. Oud-Drentsch boerenleven; geoogst uit oude dagboeken, notities, illustraties en mondelinge mededeelingen uit den tijd van 1860-1900. Assen, (1941). 80 p. 1526. Prakke, H. J. Drenthe in Michigan; 'n studie over het Drentse aandeel in de Van Raalte-trek in 1847. Assen, (1948), 86 p. 1527. Prakke, H. J. Deining in Drenthe; historisch-sociografische speurtocht door de 'olde lantschap'. Asen, (1951), 344 p. 3e Druk, (1958), 368p . 1528. Riddering, J. De eerste veeartsen in Drenthe. Drenthe 21 (1950): 98-99. 1529.Simons , M.S.M. Tussen turf en televisie; acculturatieproblemen van een binnenlandse migrantengroep gedurende een aantal generaties. Assen, (1960), 245p . 1530. Stork-van der Kuyl, D. M. E. A. J. De Drentse boerin; haar plaats in de samenleving. Assen, (1952), 211 p. 1531. Vooys,A . C. de. Buitenlandse seizoenarbeiders in Groningen en Drente in het begin der 19de eeuw. Geografisch Tijdschr. 5 (1952): 70—71. 1532. Wattel, J. Handel en verkeer in Hoogeveen in de achttiende eeuw. Nieuwe Drentse volksalmanak 78 (1960): 112—127. (o.a. gedwongen winkelnering). 1533. Werkman, E. J. Een mislukte enquête over de Drentse folklore. Nieuwe Drentsche volksalmanak 72 (1954): 73-75. 1534. Werkman, E. J. Van kolonist tot kermisklant. Nieuwe Drentse volksalmanak 74 (1956): 63-64. 1535. Westendorp Boerma, J. J. Johannes van den Bosch. 2 Febr. 1780— 28 Jan. 1844. Historia 10 (1944): 61-67.

82 1536. Westendorp Boerma, J. J. Een geestdriftig Nederlander: Johannes van den Bosch.Amsterdam , (1950), 197p . 1537. Westendorp Boerma, J. J. Generaal Van den Bosch in Drente. Nieuwe Drent- sche volksalmanak 71 (1953): 58-81. 1538. Westra van Holthe, J. De Drentse havezathcn en hun bewoners. Drenthe 18 (1947): 46-47.

d.juridisch e agrarische geschiedenis

1539. Bekedam, G. J. Belastingheffing in Drenthe door de tijden heen. Drenthe 37 (1966): 158-161. 1540. Buning, L. Het huis 'Laarwoud' en zijn bewoners; een oude nederzetting. Drenthe 37 (1966): 89-92. 1541. Dijk, KI. van. De willekeur van Johan van Runen betreffende de taak en bevoegdheden der 'Vijf Swaren'. Nieuwe Drentsche volksalmanak 65 (1947): 58-64. 1542. Dijk. KI. van. Het markewezen in Drenthe. Het gemenebest 11 (1950/51): 52-58. 1543. Dijk, KI. van. Omhe t bestaansrecht van de marke. Drenthe 25 no. 8/9 (1954) 3-7. 1544. Dijk, KI. van. De ontwikkeling van het plaatselijk bestuur van Meppel tot de 19e eeuw. Nieuwe Drentse volksalmanak 73 (1955): 126—148. 1545. Goor, H. van. Een grensconflict tussen de marken Linde en Nolde in de achttiende eeuw. Nieuwe Drentse volksalmanak 85 (1967):69—74 . 1546. Kleijn, A. De marken in de gemeente Zweeloo sinds de markescheiding. Nieuwe Drentsche volksalmanak 62 (1944): 24-60. 1547. Meyers, E. M. Het Friese en het Drentse erfrecht en huwelijksgoederenrecht. Akademie-dagen 2 (1949): 37-71. 1548. Monté Verloren, J. Ph. de. De vererving van allodiaal grondbezit in Drenthe vóór de Bataafsche omwenteling. Rechtsgeleerd magazijn Themis (1944): 3-14. 1549. Mulder, R. D. Honderd eeuwen jacht en visscherij en tien eeuwen jachtrecht in Drente. Nieuwe Drentsche volksalmanak 62 (1944): 5-23; 63 (1945): 5-33; 64 (1946): 7-25. 1550. Naarding, J. Waarom was 1/4 waardeel grondslag voor het volburgerschap in Drente? Bijdragen voor Vaderlandsche geschiedenis en oudheidkunde 8e Reeks 5 (1944): 248-254.

e. grondbezit, grondgebruik

1551. Arts, A. J. M. Het dubbelklooster Dikninge. Assen, (1945), 285 p. (o.a. be­ zittingen). 1552. Bakker, M.M. de. De abdij Mariënkamp te Assen. Nieuwe Drentse volks­ almanak 77 (1959): 14-63. 1553. Donia, J. Het gebruik van de grond in Drenthe. Drenthe 26 no. 6 (1955): 3-5.

83 1554. Linthorst Homan, J. Iets over de marke van Havelte. Nieuwe Drentsche volksalmanak 58 (1940): 39-58. 1555. Riddering, J. Linetreckers en landmeters. Drenthe 22 (1951): 140-141.

f. akkerbouw en akkerbouwgewassen, voeding

1556. Mulder, R. D. Aardappelenmisère, een eeuw geleden en nu. Drenthe 22 (1951): 146-152. 1557. Naarding, J. Overheidsmaatregelen inzake devoedselvoorziening . Drenthe 14 (1942): 33-34. 1558. R. De Drentse vlasbouw vroeger en in later jaren. Drents landbouwblad. 38 (1957): 694A-694B. 1559.Werkman , E. J. De graanvoorraad in de gemeente Assen in 1812. Drenthe 24 (1953): 61-63.

g. weidebouw enveeteel t

1560. Leutscher, I. J. Demede . Drenthe 24 (1953): 179-181. 1561. Oosterveld, B. Ontstaan en ontwikkeling van de gemeente Nijeveen en zijn veehouderij. De keur-stamboeker 12 (1964): 282—284.

h. paardene nrundere n

1562. Brok, K. De Norger en Roider paardenmarkt. Nieuwe Drentsche volks­ almanak 58 (1940): 100 106. 1563. Buiten Kzn., H. De hengstenhouderij in Drenthe; 'voorheen en thans'. Drentsch landbouwblad 30 (1949) D.O.E.N.-nummer: 13-15. 1564. M[ulder], R. D. 750jare n Zuidlaarder markt. Drenthe 21 (1950): 171-173. 1565. Verslag van de reis van Ds. J. F. Asma naar het Oranjekanaal en de paarden­ markt te Norg in 1857. Nieuwe Drentsche volksalmanak 68 (1950): 31-49.

i. schapen

1566. C[ancrinus], S. Schaapskooien in Drenthe. Drenthe 21 (1950): 193-197. 1567. Leutscher, I. J. Schaapherderszalf. Drenthe 32 no. 1(1961) : 11-12. 1568. Naarding, J. Vroegere Drentse schapenteelt en overhe t ontstaan der Drentse essen. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 64 (1947): 699-708.

j. overige dieren k. veeteeltprodukten 1. tuinbouw m. bosbouw n. landbouwwerktuigen

1569. Hijszeler, C. C.W. J. De oude ploegen in Drente. Bijdragen en mededeelingen het Nederlandsch Openluchtmuseum 2e Serie 3 (1941): 41—61.

84 1570. Hijszeler, C. C.W .J . Iets over de boerenvoortvaring in de oude landschap. In: M.D . Ozinga. Ons eigen land in zijn rijke verscheidenheid. Amsterdam, (1942)p . 24-40. (o.a. ploegen, eggen,zeis) . 1571. Kleyn, J. de. Iets overhe t Drentse boerhoorn. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 26 (1963): 22 24. 1572. Leutscher, I. J. Van stro tot bijenkorf. Drenthe 23 (1952): 161-164. 1573. Scholten, E. J. H. Het öldste gereedschap op pensioen in de schoppe(schuur). Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 16 (1964): 114—116.

o. ontginningen, waterstaat, polders,bedijkinge n en overstromingen

1574. Cancrinus, S. Het Batingher Schut. Drenthe 34 no. 3 (1963): 6-7. (bevloei- ingsmethode). 1575. Dekker, H. De ontwikkeling van het waterschapswezen in Drenthe. Nieuwe Drentse volksalmanak 76 (1958): 44-56. 1576. Klompe, L. J. &P. A. Charbon. Het Zeyerveld. Nieuwe Drentsche volks­ almanak 71 (1953): 88-100. 1577. M[ulder], R. D. Dr. Johan Picardt, Drente's pionier-ontginner, agrarisch en cultureel, 1600-1670. Drente 18(1947) : 66-70. 1578. Naarding, J. 'Nij' land in 'old' Drenthe. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 79 (1962): 309-314. (Middeleeuwse ontginningen). 1579. Werkman, E. J. Polders en waterschappen in Drenthe. Drenthe 22 (1951): 143-144.

p. ruilverkaveling q.veengraverije n

1580. Buning, L. Omstreeks 1890 in het veen van Zuidenveld; grepen uit een ooggetuigeverslag. Drenthe 38 (1967): 48-50. 1581. Clason, A. T. Het bolleveen bij Taarloo; sporen van voorhistorische turf- winning in Drenthe. Nieuwe Drentse volksalmanak 81 (1963):231—240 . 1582. Eeuw, Zoals men een ... geleden de turf vereerde. Drenthe 39 (1968):72—75 . 1583. Griendt, J. P. van der. De vervening in Drenthe sinds 1945;he t veenbedrijf werd industrie. Drenthe 37 (1966): 31-34. 1584. Holm, J. H. De Drentse venen en hun oorspronkelijke eigenaren. Neerlands volksleven 14 (1964): 244-248. 1585. Keikes, W. H. Veenexploitatie in Drente met Amsterdamsch regentenkapitaal in de 17e eeuw. Jaarboek Amstelodamum 39 (1942): 11-20. 1586. Luis sr., G. Deveenmark eva n Exlo. Drenthe 23 (1952): 138-139. 1587. Naarding, J. De geschiedenis van Nijeveen. Meppel, (1955), 56p . 1588.Naarding , J. Weerwille (kolonie bij"Koekange) . Drenthe 28 no.4 (1957): 13. 1589. Naarding, J. Koekange. Drenthe 28 no. 6 (1957): 6-7. 1590. Oosterwijk, T. H. De hulp- of reserveka s te Appelscha, een merkwaardige instelling in het Drents-Friese veengebied. Nieuwe Drentse volksalmanak 77 (1959): 138-144. 159.1.Wattel , J. Het ontstaan van Hoogeveen. Nieuwe Drentse volksalmanak 74 (1956): 42-62.

85 1592. Woude, P. van der. 100jaa r Nieuw-Amsterdam, Veenoord; gedenkboek Emmen, (1960), 132p .

r. kavel-e ndorpsvorme n s. boerenhuizen

1593. Berkepies, Js. Oude Drentse boerderijen. Nieuwe Drentse volksalmanak 86 (1968): 199-223. 1594. Cancrinus, S. Wandtegels in het Drentse boerenhuis. Oeze volk 4 (1960): 58-61. 1595. Cancrinus, S. Een bakspiker te Ansen. Oeze volk4 (1960): 83-85. 1596. C[ancrinus], S. &R. D. M[ulder]. Verdwijnende cultuurwaarden. Drenthe 21 (1950): 121-128, 185-188; 22 (1951): 72-74; 23 (1952): 2-5. 1597. Helbers, G. C. Landelijke bouwkunst in Drenthe;behou d door aanpassing aan moderne eisen. Documentatie. Bulletin van de Koninklijke Nederlandse oud­ heidkundige bond 6e Serie 10(1957) : 159-170. 1598. Helbers, G. C. Verhuizing van boerderijen in Drenthe tussen 1650 en 1750. Nieuwe Drentse volksalmanak 78 (I960): 239-272. 1599. Jans, E. Boerderijvormen, havezathen en kerken. Drenthe 39 (1968): 85-88. 1600. Jans, J. Oude boerderijen in Drente. Leven en werken 5 (1941): 13—18;oo k in M. D. Ozinga: Ons eigen land in zijn rijke verscheidenheid. Amsterdam, (1942), p. 19-24. 1601. Jans, J. Landelijke bouwkunst in Drente. Volkskunde 53 (1952): 150-154. 1602. Karst jr., E. De bôo. Saxo-Frisia 3 (1941): 62-65. 1603. Karstjr. , E. Bôoleven.Assen . (1942), 36 p. 1604. Kiestra, E. Drentse boerderij. Technisch gemeenteblad 36 (1950/51): 86-89, 98-101. 1605. Molen, S. J. van der. De Schoonebeeker booën, hun dienst en hun bouw. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Reeks 57 (1940); 1-12. 1606. Molen, S. J. van der. Het Drentsche boerenhuis en zijn ontwikkeling. Den Haag, (1941), 76p . 1607. Naarding, J. De boo. Saxo-Frisia 2 (1940): 65-71, 86-91. 1608. Reiger, H. A. de. Het losse huus. Nieuwe Drentse volksalmanak 73 (1955): 36-49. 1609. Schellart, A. I. J. M., Spijkers. Fibula 6 (1965): 12-13.

t. molens

1610. Bicker Caarten, A. De Meppeler windmolens. Nieuwe Drentse volksalmanal 86 (1968): 56-91. 1611. Mulder, R. D.Verdwene n molens in Drenthe. Drente 13 (1942): 81-82. 1612. Royen, S. J. van. Molens in de gemeente Sleen. Nieuwe Drentse volksalmanal 73 (1955): 50-62.

86 1613. Veen Czn., B. van der. Drentse molens. Drenthe 22 (1951): 42-43. 1614. Werkman, E. J. De molen te Aalden. Drenthe 21 (1950): 194-196.

u. landbouwcoöperatie

1615. Boijenga, Tj. 25jaa r Domo, 1938-1963; Coöp. Melkproductenbedrijf G.A . Beilen, zonder plaats, (zonderjaar) , 100 p. 1616. Boijenga, Tj. 50jare n zuivelcoöperatie; bond van Coöperatieve zuivelfabrie­ ken in Drenthe. Assen, (1947), 124p .

v.landbouwindustri e

1617. Cancrinus, S. De zuivelfabriek in vroeger dagen. Drenthe 26 no. 5 (1955): 6-8.

w. landbouwmaatschappijen enander e organisaties

1618. Homan, J. Gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van het Genootschap ter bevordering van de landbouw in Drenthe. Meppel, (1947), 283 p. 1619. Kruisselbrink, B.W. N.V. Landmaatschappij 'Drenthe' te Amsterdam, 1915-1940. Tijdschr. ned. Heidemaatsch., 52 (1940): 180-186. 1620. M[ulder], R. D. Bij het eeuwfeest van het Drents landbouw Genootschap. Drente 18 (1947): 50-54. 1621. Oldenbanning, L. G. Drents Landbouwgenootschap vierde 125-jarig bestaan; oude taak bevordering landbouw bleef. Drenthe 40 (1969): 144-145.

x. onderwijse nvoorlichtin g

1622. Addens, N. H. H. & G. Veenstra. De ontwikkeling van het proefveldwezen in de provincie Drenthe gedurende de periode 1890 t/m 1936. Meded. van de Landbouw-voorlichtingsdienst 17 (1941), 116p . 1623. Dorgelo, J. D. De eerste landbouwschool in Drenthe. Nieuwe Drentse volks­ almanak 80 (1962): 23-42. 1624. Dijkstra, W.M . Agrarisch-sociale voorlichting in Drenthe; een nieuwe vorm van landbouwvoorlichting. Drenthe 33 (1962): 3-7. 1625. Jubileumnummer Drents landbouwblad 50 (1969): 1-140. 1626. Vedder, A. Prof. Ir. Jakob Elema. Nieuwe Drentse volksalmanak 75 (1957): 9—22. (landbouwonderwijs). 1627. Velde, J. R. te. Het landbouwonderwijs in onze provincie. Drenthe 27 no. 6 (1956): 3-6. 1628. Werkman, E. J. Een afgekeurd boek voor het landbouwonderwijs. Drenthe 24 (1953): 88-89. 1629. Werkman, E. J. Oude relaties van Assen met het Landhuishoudkundig con­ gres. Drenthe 26 no. 9 (1955): 6-7. 1630. Werkman, E. J. Oude relaties van Assen met het Landhuishoudkundig con­ gres. Nieuwe Drentse volksalmanak 74 (1956): 160—169.

87 y. veldnamen, e.d.

1631. Blok, D.P . Drentse waternamen. Bijdragen en mededelingen der naamkunde- commissie te Amsterdam 24 (1968):5—21 . 1632. Cancrinus, S. De Woerd als akkernaam. Nieuwe Drentse volksalmanak 82 (1964): 98-108. 1633. Hecker, R.C. Steltenberg en bo. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 16 (1964): 2-9. 1634. Heuveln, B.va n & J. Wieringa, Veldnamen inhe t Zuidenveld. Nieuwe Drentse volksalmanak 76 (1958): 136-156; ook in: Boor en spade 10(1959): 128— 143. 1635. Naarding, J. De perceelsnamen op de es van Orvelte, gem. Westerbork. Mededelingen van de Vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 28 (1952):77—80 . 1636. Naarding, J. De veldnamen in Drente. Drents landbouwblad 34 no. 11 (1953). 1637. Naarding, J. Veldnamen te Westerbork. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 6 (1954): 53-55. 1638. Naarding, J. Weiert-Perk-Palts. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 6 (1954): 1-4. 1639. Naarding, J. Veld-namen in Drente. Mededelingen van de Vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 31 (1955): 90-104. 1640. Schönfeld, M. Enige oude Drentse veldnamen. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 9 (1957): 65-70. 1641. Wieringa, J. Bodemkundige en toponymische verkenning in de marke van Wachtum. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 15 (1963): 124—138. 1642. Wieringa, J. Veldnamen onthullen geheimen van d'Olde Lantschap. Drenthe 39(1968): 108-111. 1643. Wieringa, J. Drentse veldnamen. Boor en spade 16(1968) : 110-118.

5. Overijssel

a. algemeneagrarisch e geschiedenis

1644. Buursink, J. Het boek van de Lonneker landbouw. Enschede, (1956), 480 p. 1645. Formsma, W. J. De oude archieven der gemeente Hasselt. Assen, (1959), 371 p. 1646. Gietelink, A. J. H. Enter; historisch-geografische schets van een merkwaardig dorp. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 67 (1950): 449-468. 1647. Haeringen, G. H. van. De landbouw in N.O. Overijssel. De mars 4 (1956): 258-260. 1648. Kolhoop, K. C. De toestand van de landbouw in Overijssel; voor zover deze is te kennen uit de archieven van de Commissie van Landbouw over dejare n 1806-1810. Wageningen, (1952). 30 p. (scriptie). 1649. Landbouw, De ... in het streekverbeteringsgebied Haarle (gem.Hellendoorn ) Zonder plaats, (1957), 49 p. (stencil-uitgave). 1650. Nysingh, J. Overzicht over de ontwikkeling van het land van Vollenhove. Verslagen en mededeelingen Overijsselsen regt en geschiedenis 71 (1956): 95-103. 1651. Pot, C.W. van der. De havezathen van Noord-westelijk Salland. Overijssel, jaarboek voor cultuur en historie 8 (1954):48—57 . 1652. Prakken, J. De beginaanleg van de Es te Enter. Tijdschr. Kadaster Land- meetk. 76 (1960): 310-317. 1653. Schaepman, C. W.H . M. De Overijsselse landbouw. In: Overijssel;aspecte n en perspectieven. Amsterdam, (1951), p. 79-91. 1654.Sliche r van Bath, B.H . Manor, mark und village in the Eastern Netherlands. Speculum 21 (1946): 115-128. 1655. Slicher van Bath, B.H . Overijssel tussen West en Oost. In: Herschreven historie; schetsen en studiën op het gebied der middeleeuwse geschiedenis. Leiden, (1949), p. 172-235. 1656. Slicher van Bath, B.H . Een samenleving onder spanning;geschiedeni s van het platteland in Overijssel. Assen, (1957), 768 p. 1657. Slicher van Bath, B. H. Woeste erven in Twente gedurende de late middel­ eeuwen? Verslagen en mededelingen overijsselsch regt en geschiedenis 73 (1958): 93-105. 1658. Westeringh, W. van de. De opbouw van enige essen bij Denekamp. Land- bouwk. Tijdschr. 82 (1970): 283-288.

b. economische agrarischegeschiedenis , grondbelasting

1659. Gietelink, A.J.H. Handel en verkeer in het oude Twente, 1795-1820. Tijdschr. voor geschiedenis 69 (1956): 196-217. 1660. Kuiper, G. J. M. Huis en klooster St. Antonius te Albergen. Nijmegen, (1959), 221 p. (Het economisch leven, p. 114 149).

c. sociale agrarische geschiedenis

1661. Asselt, G. van. De arbeidsonlusten van 1840 in deveenkoloni e Dedemsvaart. Mededelingenblad van de Nederlandse vereniging tot beoefening van de sociale geschiedenis 37 (1970):22—40 . 1662. Boot, J. A.P . G. & A. Blonk. Van Smiet- tot snelspoel; de opkomst van de Twents-Gelderse textielindustrie in het begin van de 19e eeuw. Hengelo, (1957), 136p . 1663. Deinse, J. J. van. Uit het land van katoen en heide; oudheidkundige en folkloristische schetsen uit Twente. 3e Druk. Zonder plaats (1953), 876p . 1664. Formsma, W.J . Friesche kolonisatie te Kuinre in de 12e eeuw. Saxo-Frisia 2 (1940): 81-85. 1665. Groenman, Sj. Staphorst; sociografie van een gesloten gemeenschap. Meppel, (1947), 238 p. 1666. Groenman, Sj. & K. Schreuder. Sociografie van Ommen. 's-Gravenhage, (1949), 110p . 1667. Halfwerk, L. De toestand van de arbeiders in Overijssel voor omstreeks 100jaar . Overijssel, jaarboek voor cultuur enhistori e 7 (1953):25—29 .

89 1668. Hendriks, G. Een stad en haar boeren. Kampen, (1953), 223 p. (Kampen, koeboeren, eilandboeren). 1669. Loovers, J. Raalte vangt de 'Stoppelhaene'. Kampioen 84 (1969): 468-469. 1670. Meyers, E. M. De St. Maartenslieden van Giethoorn. In: Exuli amico Huizinga historico amici non historici, die VII mensis decembris anni MCMXLII. Haarlem, (1948), p. 141-184. 1671. Roosenschoon, C. W.D e samenstelling van de boerenhuishouding in Borne en Tubbergen in 1748e n 1859. Wageningen, (1958), 18p . (scriptie). 1672. Slicher van Bath, B.H . Historische ontwikkeling van de textielnijverheid in Twenthe. Texpress 3 (1959) 47, 49, 51; 4 (1960) 1, 4; Textielhistorische bijdragen 2 (1960): 21-39. 1673. Vries Reilingh, H. D. de. Sociografie van Markelo. 's-Gravenhage, (1949), 132 p. 1674. Vries Reilingh, H. D. de. Het karakter der bevolking van de gemeente Markelo.Men s en maatschappij 25 (1950): 129-154. 1675. Westra van Holthe, J. Vollenhove 1354-1954, en haar havezathen; korte schetsen uit de geschiedenis van deze stad en van de havezathen en haar bewoners. Assen, (1958), 352 p. 1676. Wolters, M. Brooduitdeeling op den Ageler esch. Hamer 2 no. 10 (1942): 13-14.

d.juridisch e agrarische geschiedenis

1677. Cohen, M. A. Het blijversrecht; een notarieel-juridische studie overhe t Oost- Nederlandse recht betreffende de vererving en de overgang bij leven van landbouwbedrijven. Enschede, (1958), 192p . 1678. Dingeldein, W.H . Het stelsel van hoorigheid onder het Huis . Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 58 (1942): 77-122. 1679. Dingeldein, W.H . Over eenige goederen van het Huis Ootmarsum. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 59 (1943): 17—50; 63 (1948): 93-122; 65 (1950): 169 195. 1680. Dingeldein, W.H . De hoven van de marke Noord-Deurningen. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 64 (1949): 72—120. 1681. Dingeldein, W.H . De goederen van het stift Weerselo. Verslagen en mededee­ lingen Overijsselsch regt en geschiedenis 66 (1951): 141—182. 1682. Doesschate, A. & G. ten. De geschiedenis van het Doeschot bij Goor en van de familie Ten Doesschate. Utrecht, (1950), 186p . 1683. Dorgelo, A. Het oude Bisschopshof te Deventer. Berichten van de Rijksdienst voorhe t oudheidkundig bodemonderzoek 7 (1956): 39—80. 1684. Essink, H. B.M .Enig e aantekeningen betreffende de schrijvers van de Overijs­ selse markeboeken. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 7 (1955): 144-146. 1685. Graaf, J. de. Sallandsche markedagen. Verslagen en mededeelingen Overijs­ selsch regt en geschiedenis 61 (1946): 52—59. 1686. Graaf, J. de. Markeregt van Goor. Overijsselsche Stad-, dijk- en markeregtei III, 20(1948), XVII +4 8 p.

90 1687. Graaf, J. de. Markeregt van Borgel. Overijsselsche Stad-, dijk- en markeregten III, 21 (1948), XII+ 27p . 1688. Graaf, J. de. Markeregt van Averlo. Overijsselsche Stad-, dijk- en markeregten III, 22(1950), XI+ 31p . 1689. Graaf, J. de.Markereg t van Tjoene. Overijsselsche Stad-, dijk- en markeregten III, 23(1951), XVI+ 36 p. 1690. Graaf, J. de.Markereg t van Wesepe. Overijsselsche Stad-, dijk- en markeregten III, 24(1967), XIV+45 p. 1691. Haga, A. Willekeuren der marke Herxen (1444). Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 64 (1949): 121-128. 1692. Haga, A. Het beheer der Sallandsche goederen van het stift Essen. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 68 (1953):43—68 . 1693. Hulshoff, A. L. Het schattingsregister van Twente van 1475. Zwolle, (1953), XXI + 113p. 1694. Hulshoff, A. L. Het markeregt van Losser. Overijsselsche Stad-, dijk- en markeregten III, 25 (1967), XVI +6 6 p. 1695. Jordaan Hzn., D. J. G. Grensgeschillen tusschen Haaksbergen en Rekken. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 61 (1946): 60-87. (Het Twistveld). 1696. Jordaan Hzn,, D. J. G. De havezathe Scherpenzeel te Goor. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 69 (1954): 173—196. 1697. Kerkmeyer, J. C. Landersmerken van Urk. West-Fri es ia nd s oud en nieuw 18 (1946): 116—122. (oververdelin gva n hooilanden). 1698. Kuilejr., G. J. ter. Overijssel in de 18e eeuw. Tijdschr. voor rechtsgeschiedenis 19(1951): 263-295. 1699. Kuile jr. G. J. ter. Demar k Almelo. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 68 (1953): 7— 12. 1700. Kuile, G. J. ter. Klarholz en Vollenhove. Verslagen en mededeelingen Oud- Vaderlandsche recht 11 (1954/58): 495-502. 1701. Kuile, G. J. F. ter. Overijsselse oorkondenstudiën. V. Varia diplomatica. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 70 (1955): 51—75. (o.a. over marken in Salland, rechten op de grond, biz. 55—63). 1702. Lutje Schipholt, A. H. De Diezerstraat in de gemeente Dalfsen (een merk­ waardige oude weg). Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en ge­ schiedenis 66 (1951): 183-195. 1703. Moerman, H. J. De Rozengaarder Marke. Verslagen en mededeelingen Over­ ijsselsch regt en geschiedenis 62 (1947): 37-71. 1704. Monté Verloren, J. Ph. de. Het ontstaan van een kleine landsheerlijkheid; de vorming van het 'graafschap' Kuinre. Verslagen en mededeelingen Oud-Vader- landsche recht 11 (1954/58): 51-70. 1705. Mulders, G. J. Waar heeft de hof te gestaan? Verslagen en mede­ deelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 57 (1941): 133—146. 1706. Rientjes, A. E. De Holterdijk en het Holterdijksgeld. Verslagen en mededee­ lingen Overijsselsch regt en geschiedenis 58 (1942): 164-178; 59 (1943): 117-119.

91 1707. Veen, J. van der. De Diepenheimse erven uit de jaren 1188, 1578 en 1601. Verslagen en mededelingen Overijsselsen regt en geschiedenis 75 (1960): 1-26. 1708. Weustink, H. J. M. De rechtsgeschiedenis van de stad Oldenzaal en van de mark Berghuizen tot 1795. Assen. (1962), 147p .

e. grondbezit, grondgebruik

1709. Damen, C. Het Benediktinessenklooster Zwartewater bij Hasselt. Verslagen en mededelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 78 (1963): 71—113. 1710. Dingeldein,W.H .Ach t eeuwen stift Weerselo, 1150-1950. Enschede, (1951), 91 p. 1711. Hommen, B.H . De Eekte (ten Z.W. van Oldenzaal). Driemaandelijkse bladen, Nieuwe Serie 6 (1954): 25-28. 1712. Kuile, G. J. ter. Geschiedenis van de heerlijkheid Zalk en Veekaten, van het kasteel Buckhorst en van zijn bewoners. Assen, (1948), 140 p. 1713. Kuile, G. J. ter. De commanderij der Johannieterorde te Steinfurt en haar bezittingen in Overijssel. Tijdschr. voor rechtsgeschiedenis 18 (1950): 312-317. 1714. Mey, P. J. E. Mouün's bezoek aan het kasteel Buckhorst bij Zalk (in 1840). Kamper almanak (1956/57): 196-204. (o.a. lijst van goederen). 1715. Smit, J. G. Aantekeningen over het grondbezit in Zuid-Twente gedurende de middeleeuwen. Verslagen en mededelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 83 (1968): 9-18; 84 (1969): 1 -7. 1716. Woolderink, H.A.M. Het tegenwoordige adelijke groot-grondbezit in Twente. Jaarboek Twente 4 (1965): 15-64.

f. akkerbouw enakkerbouwgewassen , voeding

1717. Buter, A. Willem Weavers wont wied weg. Textielhistorische bijdragen 9 (1967): 27-35. (verbouw vanvlas) .

g. weidebouw enveeteel t

1718. Belt, J. B.M . van den. Bijenhouden in Twente in vroeger tijden. Overijssel, jaarboek voor cultuur en historie 5 (1951):97—106 .

h. paardene nrundere n

1719. Buursink, J. Wat een oude ledenlijst ons leren kan. Jaarboek Twente 7 (1968): 95-98. (De Ver. van paardenfokkerij). 1720. Kuile jr. G. J. ter. Van paarden en paardenfokkerij in vroeger eeuwen in 't Overijssels land. In de strengen 12no . 13 (1950): 18-20. 1721. Kuile jr., G. J. ter. De Overijsselse paardenfokkerij in de 18e eeuw. Verslager en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 66 (1951): 214—223. 1722.Nieuhoff , G. A. R. Eigen paard is goud waard. Overijssel (1966): 63-67.

92 1723. Schelhaas, H. Driekwart eeuw paardenstamboek in Overijssel (75jaa r VLN). De mars 13 (1965): 86-89. 1724. Zoetman, H. H. A. Paardesport en paardenfokkerij in Twente. Jaarboek Twente 7 (1968): 85-94.

i. schapen j. overige dieren

1725. Zeldam, J. ten. Enkele grepen uit de geschiedenis van het Overijsselse stam­ boek. Maandblad voor devarkensfokkeri j 25 (1962): 77—79.

k.veeteeltprodukte n 1. tuinbouw

1726. Ruys, B. De ontwikkeling van de tuinbouw in Dedemsvaart. Landbouwk. Tijdschr. 60 (1948): 244-248; ook in: Agronomisch-historisch jaarboek 4 (1949).

m. bosbouw n. landbouwwerktuigen

1727. Braber, H. (Samensteller). Het voertuig in Overijssel; enige bijdragen over de landelijke voertuigen in deze provincie. Uitgegeven door 'Ambacht en verkeer' in samenwerking met de boerenwagenclub en de Overijsselse landbouwmaat- schappij, (1950), 44 p. 1728. Braber, H. Per paard en wagen door Overijssel. Overijssel, jaarboek voor cultuur en historie 5 (1951): 85-93. 1729. Braber, H. Het luxe gerij in Overijssel. Overijssel, jaarboek voor cultuur en historie 6 (1952): 16-24.

o. ontginningen, waterstaat, polders, bedijkingen en overstromingen

1730. Ankersmit, H. J. Het waterschap Salland. Overijssel, jaarboek voor cultuur en historie 14 (1960): 45-53. 1731. Bom, F. L. van der. De waterbouwkundige voorzieningen in het randgebied van de Noordoostpolder met betrekking tot Overijssel. In: Overijssel; aspecten en perspectieven. Amsterdam, (1951) p. 123—132. 1732. Buursink, J. Twente;va n heideland tot weideland. Demar s 9 (1961): 76—78; Jaarboek Twente 1(1962) : 126-134. 1733. Geesink, J. Mr. Gerrit Willem Van Marie. Verslagen en mededeelingen Over- ijsselsch regt en geschiedenis, 68 (1953): 161-165. (plannen tot ontginning in N.O. Overijssel. Uitgevoerd door van Marie's schoonzoon Van Dedem). 1734. Heide, G. D. van der. Terp- en dijkresten in het Zuiderzeegebied. Kamper almanak (1957/58): 163-175. 1735. Heide, G. D. van der. Nieuws over het oude stoomgemaal 'Mastenbroek'. Landen water 7 (1963): 122-123.

93 1736. Kruitbosch, H. Een belangrijk ontginningsgebied in Overijssel. Tijdschr. ned. Heidemaatsch. 52 (1940): 220-231. 1737. Langemeijer, F. S. De waterstaat in Overijssel. In: Overijssel; aspecten enpers ­ pectieven. Amsterdam, (1951), p. 115-122. 1738. Ormeling-ten Hoopen, K. J. De ontwatering van het stroomgebied van de Regge. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 59 (1942): 959-962. 1739. Pastoor, G. Wanneperveen; verleden, heden, toekomst. De mars 1 (1953): 192-193. 1740. Poortman, J. Tussen Meppel en Zwartsluis; romantiek langs de oude zomer- dijk;een bundel schetsen. Meppel, (1952), 20p . 1741. Schrier, D.M. van der. De bewogen geschiedenis van de Snippelingsdijk te Deventer. Demar s 16 (1968): 284- 286. 1742. Zwart, J. S. E. De beteekenis van de landontginning in het waterschap Vollenhove voor Giethoorn. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 58 (1941): 872-882.

p. ruilverkaveling

1743. Hamming, C. Verkaveling, veldnamen en ontginningsgeschiedenis in een deel van het land van Vollenhove. Boor en spade 9 (1958):6—23 . 1744. Kruitbosch, H. Zegenrijke gevolgen van de ruilverkaveling. Tijdschr. ned. Heidemaatsch., 52 (1940): 107-111. (Staphorst). 1745. Meer, K. van der. Het veranderend gelaat van Nederland; de ruilverkaveling Vriezenveen. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 81 (1964): 75-80. 1746. Ormeling-ten Hoopen, K. J. De ruilverkavelingen bij Staphorst. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 59 (1942): 821-824.

q. veengraverijen

1747. Bos, C. J. Op eigen kracht; Vroomshoop 1859-1959. Van trekvaart tot welvaart. Zonder plaats, (zonder jaar), 33p . 1748. Koopmans, D. K. Een en ander over de oude veenderij; uit den kop van Overijsel en de Friesche Stellingwerven. Het Noorder land 2 (1942/43): 161-168. 1749. Meijer, D. Het turfmakersbedrijf: Volmaakt verleden tijd in het land van Vollenhove. Demar s 5(1957) : 325-327.

r. kavel- en dorpsvormen s. boerenhuizen

1750. Boerderij 'De Borg' te Beuningen wordt afgebroken. Twentse post 2 no. 2 (1963): 3-7. 1751. Dingeldein, W.H . Het 'Losse Hoes' Groot Bavel;ui t de geschiedenisva n een Twentscherf. 2e Druk Enschede, (1947) 60 p., (Ie Druk (1937). 1752. Hagens, H. Het Twentse losse hoes 'Olde Dubbelink'. Bijdragen en mede­ delingen het Nederlands openluchtmuseum 29 (1966): 13—20.

94 1753. Hekker, R. C. De Kamper stadserven. Historia 13 (1948): 17-21. 1754. Heslinga, M. W. De onderdeelen van het Twentsche boerenhuis en hun benamingen, Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie, 58 (1941): 285-311. 1755. Heslinga, M.W . Over den oorsprong van het Twentsche Los Hoes. Het Noorder land 1(1941/42) : 15-23. 1756. Jans, E. De laatste korenspieker van Twente. Jaarboek Twente 1 (1962): 58-61. 1757. Jans, E. Een Oost-Twents boerenerf in Groot-Agelo. Jaarboek Twente 4 (1965): 107-113. 1758. Jans, E. Bijgebouwen op Twentse boerenerven in de achttiende eeuw. Drie­ maandelijkse bladen Nieuwe Serie 17 (1965): 143-147. 1759. Jans, E. Een beschrijving van landelijke bouwkunst rondom Steenwijk uit 1809. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 20 (1968): 106-112. 1760. Jans, J. Oude boerderijen in Overijssel. Leven en werken 5(1941) : 145—149. 1761. Jans, J. Oude boerderijen in Overijssel. In: M. D. Ozinga. Ons eigen land in zijn rijke verscheidenheid. Amsterdam, (1942) p. 161-167. 1762. Kruizinga, J. H. Merkwaardige inschriften op dakpannen. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 4 (1952): 25—31. (van Twentse boerderijen). 1763. Maaskant, A. A. G. De metamorfose van het oude boerenhuis. Overijssel, jaarboek voor cultuur en historie 12(1958): 24-31. 1764. Molen, S. J. van der. Hoe oud is het 'Los hoes"' Bijdrage tot de ontwikke­ lingsgeschiedenis van het Saksische boerenhuis. Historia 14 (1949): 162—171. 1765. Oldekamp, J. Het Saksische boerenhuis. Historia 10 (1944): 94-96. 1766. Oldekamp, J. Een en ander over het Saksische boerenhuis. Historia 12 (1947): 67-71.

t. molens

1767. Boonenburg, K. Twentse wind- en watermolens. Heemschut 30 (1953): 34-36. 1768. Lutje Schipholt, A. H. Korenmolens in de gemeente Dalfsen. Verslagen en mededeelingen Overijsselsch regt en geschiedenis 72 (1957): 133-144; 74 (1959): 148.

u. landbouwcoöperatie

1769. Boerenleenbank, Coöperatieve ... 'Almelo', 1916—1941. Zonder plaats, (ca. 1941), 73 p. 1770. Gedenkboek Geldersch Overijselsche Coöperatieve Zuivelverkoopvereeniging, 1922-14 Juli-1947. Zutphen, (zonder jaar).

v. landbouwindustrie

1771. Fasel, W.A . De ontwikkeling van de tabaksindustrie te Kampen tot het jaar 1940, in het kader van het plaatselijke industriepatroon. Verslagen en mede­ delingen Overijsselsch regt en geschiedenis 78 (1963) : 130—156.

95 w.Iandbouwmaatschappije n en andere organisaties

1772. Wal, Y. van der. Landbouworganisaties in Overijssel; In: Overijssel; aspecten en perspectieven. Amsterdam, (1951), p. 93—103.

x. onderwijs envoorlichtin g

1773. Gedenkboek vijftig jaar botercontrôlestation 'Gelderland-Overijssel', 1903-1953. Deventer, (1953), 82 p. 1774. Gedenkboek bij het vijftigjarig bestaan van de Rijks Middelbare landbouw­ school te Meppel op 1 November 1959, 1909-1959. Meppel, (1959), 99 p. 1775. Gedenkboek bijhe t 50-jarig bestaan van de Rijks Middelbare landbouwschool te Hengelo-O, 1917-1967. Zonder plaats, (1967), 112p . 1776. Hendriks, W.J . Het Arboretum 'Poort-Bulten' de Lutte. De Mars 9 (1961): 119-121. 1777. Veenstra, G. De ontwikkeling van het landbouwproefveldwezen in de provin­ cie Overijssel van 1896 tot 1942. Meded. Landb. Voorl. Dienst 45 (1946), 93p .

y. veldnamen, e.d.

1778. Buursink, J. Hessenweg, Hessenstege, Hessteg. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 9 (1957): 77-79. 1779. Dingeldein, W.H . De veldnaam Hach. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 3 (1951): 61-62. 1780. Dingeldein, W.H . Hoog en laag in boerderij- en veldnamen. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 4 (1952): 39-44. 1781. Dingeldein, W.H. De veldnaam Hand (erf, gem. Denekamp). Driemaande­ lijkse bladen Nieuwe Serie 5 (1953): 5—6. 1782. Hamming, C. Verkaveling, veldnamen en ontginningsgeschiedenis in een deel van het land van Vollenhove. Boor en spade 9 (1958):6—23 . 1783. Hekket, B.J . De namen der Twentse marken, 't Inschrien 1 (1968/69): 19-20, 35-36, 52-53. 1784. Hommen, B.H . Oude veldnamen uit Twente. Driemaandelijkse bladen Nieuwe Serie 5(1953) : 85-87; 7 (1955): 152-155.

6. Gelderland

a. algemene agrarische geschiedenis

1785. Alberts, W.Jappe . Geschiedenis van Gelderland van de vroegste tijden tot hel einde der middeleeuwen. 's-Gravenhage, (1966), 277 p. 1786. Bijdrage tot de kennis van de landbouwkundige ontwikkelingsmogelijkhedei in de Liemers. Uitg. Nederlandsche Heidemaatschappij, Arnhem, (ca. 1947) 120p . 1787. Dalen, A. G. van. De oorsprong onzer havezathen. In: De Liemers; gedenk boek Dr.J . H. van Heek. Didam,(1953) , 72-80.

96 1788. Driessen, H. L. Bijdrage tot de geschiedenis van Lichtenvoorde. Bijdragen en mededelingen Gelre 53 (1953): 289- 298. 1789. Geschiedenis van Ede. III, Kerkdorpen en buurschappen, Uitgave van de Vereniging 'Oud-Ede', (zonder jaar), Vil + 157 p. 1790. Havezathen, De ... in Lymers. In: Na honderdvijfti g jaar; schetsen uit de Lymers. Zutphen, (1966), p. 32-39. 1791. Heiningen, H. van. De historie van het land van Maas en Waal. Zaltbommel, (1965), 298 p. 1792. Heitling, W.H. De Achterhoek; langs Berkel en Slinge. 2e Druk Lochern, (1959), 311 p. 1793. Heslinga, M.W . De gemeente Heerde, Tijdschr. K.ned . aardrijks. Genoot. 2e Serie 66 (1949): 501-537, 641-676. 1794. Hoffen, M.M. van. Een Veluws dorp; een herinneringswerk voor Ir. M.M. van Hoffen. Uitgave van de Stichting 'Oud-Bennekom'. zonder plaats (1958), 364 p. 1795. Hulshof, Th. H. De ontwikkeling van de Liemerse landbouw sinds 1890. In: De Liemers;gedenkboe k Dr.J . H.va n Heek. Didam,(1953) , p. 313—321. 1796. Jolles, J. A., A. C. W. Staring en de Veengoot. Bijdragen en mededeelingen Gelre 44 (1941): 28-60. 1797. Keijmel, P.D. Statistieke beschrijving van de steden en het platteland van Gelderland uit 1808. Bijdragen en mededelingen Gelre 54 (1954): 349- 380; 55 (1955/56): 201-212; 56 (1957): 236-244; 57 (1958): 244-260; 58 (1959): 230-235; 59 (1960): 203-228; 60 (1961): 233-247; 61 (1962/64): 329-348; 62 (1965/67): 267-276; 64 (1970): 168-181. 1798. Kolks, H. L.J. Annotaties bij 'Varsseveld tot 1315'; met een naschrift van Ds.P .Kuijper . Bijdragen en mededelingen Gelre 60 (1961): 91—100. 1799. Kooij, W. Landbouw, tuinbouw en veeteelt in Gelderland. In: Gelderland, officiële propaganda-uitgave, Amsterdam, (1954), p. 125—135. 1800. Kuijper, P. Varsseveld. Bijdragen en mededelingen Gelre 58 (1959): 1— 113 ; 61 (1962/64): 1-68. 1801. Kwantes, J. De Landbouw in de gemeente Ede. Haarlem, (1955), 24 blz. + 49 tabellen, (stencil-uitgave). 1802. Liemers, De ...; gedenkboek Dr. J.H. van Heek. Opgedragen aan Dr. J.H. van Heek bij zijn tachtigste verjaardag 20 Oct. 1953. Didam, (1953), 368 p. 1803. Manschot, J. J, Veranderingen in het Achterhoekse zandbedrijf omstreeks de eeuwwisseling. Gelders landbouwblad 14 no. 1 (1951): 3. 1804. Mey, P. J. De beoefening van de Gelderse geschiedenis en de archieven. Nederlands archievenblad 63 (1958/59): 242-254. 1805. Modderman, P. J. R. Het oudheidkundig onderzoek van de oude woon- gronden in de Bommelerwaard boven de Meidijk. Bulletin van de Koninklijke Nederlandse oudhiedkundige bond 6e Serie 2(1949) : 191-222. 1806. Mulder, G. J. A. Agrarische bestemmingsplannen, in het bijzonder dat van de Bommelerwaard. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 62 (1945): 37-52.

97 1807.Poel , J. M.G . van der. Van Brakell van den Eng;ee n Betuwshereboer uit het begin van de 19e eeuw. Agronomisch-historische bijdragen, 5 (1959), VII + 109p . 1808. Polak, B. Palynology of the 'Uddeler Meer'; acontributio n to our knowledge of the vegetation and of the agriculture in the northern part of the Veluwe in prehistoric and early historic times. Acta botanica neerlandica 8 (1959): 547-571. 1809. Reinders, H. B. De mandenmakerij in het grensgebied van Noord-Brabant en de Bommerlerwaard; een historisch-geografische analyse. Geografisch Tijdschr. 19(1966) : 49—64.(vraa g naar manden in de agrarische sector). 1810. Remmelink, D. J. W. De landbouw gedurende de laatste 75jaar . In: 75jare n De Graafschaps-bode. Doetinchem, (1954), p. 20—23. 1811. Roessingh, H.K . Facetten van de ontwikkeling van landbouw en industrie op de Veluwe sinds het begin van de vorige eeuw. Wageningen, (1953), 44 p. (scriptie). 1812. Roessingh, H. K. Beroep en bedrijf op de Veluwe in het midden van de achttiende eeuw. A. A. G. Bijdragen 13(1965) : 181-274. 1813. Roorda van Eysinga, N.P .H . J., De Veluwezoom; ontwikkeling, bewoning, vegetatie en hun onderlinge invloed vooral in het gebied van Renkum. Amsterdam, (1952), 128 p. 1814. Slicher van Bath, B.H . Manor, mark and village in the Eastern Netherlands. Speculum 21 (1946): 115-128. 1815. Slicher van Bath, B.H . Geschiedenis van de nederzettingen in de Graafschap Zutfen. Bijdragen en mededeelingen Gelre 48 (1946): 29—76, ook in: Her­ schreven historie. (1949), p. 119-171. 1816. Slicher van Bath, B.H . Studiën betreffende de agrarische geschiedenis van de Veluwe in de middeleeuwen. A. A. G. Bijdragen 11(1964) : 13-78. 1817. Steenbergen, H.J. Uit de landbouwgeschiedenis van Groenlo en omgeving. Archief De Graafschap 6 (1958/61): 370-385. 1818. Voortman, A.J . De voogdij Geesteren in de zeventiende eeuw. Wageningen, (ca. 1956),9 6 p.(scriptie) . 1819. Vries, W.de , Voorsttonden en de 'Hof van Voorst'. Bijdragen en mededeelin­ gen Gelre 48 (1946): 199-205. 1820. Wagenvoort, H. Aantekeningen over Almen en Harfsen in de 16e eeuw. Bijdragen en mededelingen Gelre 61 (1962/64): 185—212. 1821. Zondervan, W. (samenstellers). Na honderdvijftig jaar; schetsen uit de Lymers.Zutphen , (1966), 119p .

b. economische agrarische geschiedenis, grondbelasting

1822. Derking, A. J. De Borculose veemarkt. Archief De Graafschap (1969):39-48. 1823. Leyden, F. Oude wegen op de Veluwe. Bijdragen en mededeelingen Gelre 43 (1940): 93-152;44(1941): 21-27. 1824. Nispen tot Pannerden, A. J. M.van . Wegen in het ambt Lymers, 1791-1800. Bijdragen en mededelingen Gelre 50(1950): 115-121. 1825. Veemarkt, De ... te Zevenaar. In: Na honderdvijftig jaar; schetsen uit de Lymers. Zutphen, (1966) p. 46-47.

98 c. sociale agrarische geschiedenis

1826. Benvenuti, B.Farmin g in cultural change. Assen. (1961),XXXV I +46 4 p. 1827. Boerkoel, G. A.W . Uit het boerenleven in de tweede helft der vorige eeuw. Archief De Graafschap (1969): 87-91. 1828. Dorgelo, J. D. Onderzoek naar de activiteit van de leden van de Geldersche Maatschappij van Landbouw. Bulletin van de Afd. sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 7(1957) . 1829. Graaf, J. de. Warnsveldsche armenzorg 1677 1686. Bijdragen en mede­ delingen Gelre 49 (1949): 205-217. 1830. Heeswijk, J. H. G.J . van. Een onderzoek naar de gegoedheid van de platte­ landsbevolking van de Bommeler- en Tielerwaard. Gens Nostra 9 (1954): 138-141. 1831. Heuvel, H.W. De dichter Jan ten Arve uit Ruurlo. Archief De Graafschap 4 (1950/53): 243-253.(boerendichter , 1830-1872). 1832. Kooy, G. A. De oude samenwoning op het nieuwe platteland. Wageningen, (1957), 34 p.(stencil-uitgave) . 1833. Kooy, G.A . De oude samenwoning op het nieuwe platteland; een studie over de familiehuishouding in de Agrarische Achterhoek, Assen, (1959), 236 p. 1834.Kooy , G. A. Voltooid verleden en tegenwoordige tijd. In: Honderd jaar Geldersche Maatschappij van Landbouw. Aalten, (1966) ,p .28—58 . 1835. Kuile Jr., G.J . ter. Criminaliteit en onveiligheid in Gelre en het Sticht in de 15e eeuw. Bijdragen en mededelingen Gelre 49 (1949): 14—18. 1836. Oedin, S. De gemeente Huissen; proeve eener sociaal-geographische analyse. Lisse,(1946) , 320 p. 1837. Ontwikkeling, De ... van de landbouw en de gevolgen daarvan voor het Gelderse platteland. Zonder plaats, (1963), 80 p. (stencil-uitgave). 1838. Prop, G. De historie van een kleine landstad 'Lochern'. Lochern, (1958), 209 p. (De boerenstand in de middeleeuwen, p. 57-69). 1839. Roessingh, H. K.He t Veluwse inwonertal, 1526-1947. A. A.G . Bijdragen 11 (1964): 79-150. 1840. Roessingh, H. K. Hoe functioneerde een dorp in het midden van de 18de eeuw. Spiegel historiael 2 (1967): 42-53. 1841. Roessingh, H. K. Village and Hamlet in a sandy region of the Netherlands in the middle of the 18th century. Acta historiae Neerlandica 4 (1970): 105— 129. 1842. Sillevis, H. A. De boer en zijn wereld; de boerenbevolking van de Noordwest- Veluwe sociaal-typologisch beschouwd. Assen, (1959) , XI +22 9 p. 1843. Sterk, R. Het archief van de destijds te Tiel gevestigde: Commissie onderzoek komgronden (1947—1962); stichting tot ontwikkelingvan komgrondengebie- den (1950—1962) en adviescommissie voor sociologisch (sociaal)onderzoek (1957-1961). Zutphen, (1965), 35 p.

d.juridisch e agrarische geschiedenis

1844. Boxma, W. De mark van Angerlo waar het vee wordt opgebrand. Terravisie 6 no. 2(1969): 12-14.

99 1845. Driessen, H. L. De Meent van Wageningen en Bennekom. In: Een Veluws dorp, een herinneringswerk voor Ir. M.M .va n Hoffen. (1958) p.259—266 . 1846. Geerts, H. Uit en rond een pachteontract, 1718-1799. Archief De Graaf­ schap (1962): 123-130. 1847. Graaf, J. de. De marke van Epse en Dommer. Bijdragen en mededelingen Gelre 55 (1955/56): 57-82. 1848. Heerde, H. van. Onder de Clockenslach van Nunspeet. Nijkerk, (ca. 1954), 248 p.(o.a . over horige boeren, oude erven). 1849. Koch, A.C . F. & A.J . Maris, Meentgenootschappen in het land van Buren. Bijdragen en mededelingen Gelre 49 (1949): 163-204. 1850.Maris , A.J . De verheffing der Lathumse kapel tot kerspelkerk van Baer en Lathum. Bijdragen en mededelingen Gelre 53 (1953): 53-61; 58 (1959): 185-190. 1851. Maris, A.J. Over de tienden in Bennekom. In: Een Veluws dorp, een herinneringswerk voor lr. M.M .va n Hoffen, (1958): 221—258. 1852. Maris, A.J . Enige gegevens over de Lopener mark of de Klingelbeek bij Arnhem. Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 12 (1960/65): 441-453. 1853. Maris, A.J . 'Een Gelders leenrecht', naar een handschrift in het oud-archief van Doesburg. Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 12 (1960/65): 573-608. 1854. Martens van Sevenhoven, A.H. Buurwillekeur van de mark van Orden of Apeldoorn. Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 10 (1946/52): 190-202. 1855. Nispen tot Pannerden, A. J. M. van. De vereniging van geërfden in het ambt Lymers. Bijdragen en mededelingen Gelre 49 (1949): 101-139. 1856. Nispen tot Pannerden. A.J.M. van. Uit de geschiedenis van de gemene gronden te Duiven. Bijdragen en mededelingen Gelre 49 (1949): 140—148. 1857. Nispen tot Pannerden, A. J. M. van. De geschiedenis van de gemene gronden onder Babberich. Bijdragen en mededelingen Gelre 49 (1949): 149—162. 1858. Roessingh, H.K . Hoe zijn de Gelderse verpondingskohieren uit het midden van de 17e eeuw ingericht'.' Bronnen voor het lokaal-historisch onderzoek. Bijdragen en mededelingen Gelre 63 (1968/69): 61-71. 1859. Roessingh, H. K. Garfpacht, zaadpacht en geldpacht in Gelderland in de 17e en 18e eeuw. Bijdragen en mededelingen Gelre 63 (1968/69): 72—97. 1860. Rots, B.D . Aalten en Bredevoort in vervlogen tijden. Aalten, (1950), 243 p. 1861. Rijndorp Jr., J. L., De hof van Sint Marie te Oene. Bijdragen en mededeelin­ gen Gelre 46 (1943): 1 39. 1862. Slicher van Bath, B.H . Stukken betreffende de maalschappen van het Hal- vinkhuizerbroek en van het Huinerveld of -broek (onder Putten).Verslage n en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 10(1946/52): 152-164. 1863. Slicher van Bath, B.H . Hoven op de Veluwe. In: Ceres en Clio: zeven variaties op het thema landbouwgeschiedenis. Wageningen, (1964), p.167 — 204. (Agronomisch-historische bijdragen 6(1964): 167-204). 1864. Steenbergen, H.J. Het erve en goed Wanninkhof te Geesteren. Archief De Graafschap (1965): 91-102.

100 1865. Stegeman, B. Een en ander over de historische achtergrond der Achterhoekse Scholtengoederen. Doetinchem, (ca. 1952), 32 p. 1866.Vries , W.de . Bijdragen tot de geschiedenis van het rechterlijk(e) bestel in Gelderland. Bijdragen en mededelingen Gehe 49 (1949): 39—61; 50 (1950): 57-86; 52(1952): 29-61; 53 (1953): 1-26; 54 (1954): 31-56; 55 (1955/56): 21-33; 56 (1957): 33-43; 57 (1958): 15-22; 58 (1959): 129- 140; 59 (1960): 38-48; 60 (1961): 101 116;61 (1962/64): 77-91. 1867. Vries,W . de. Enige opmerkingen naar aanleiding van de Zutphense gruit. Tijdschr. voor rechtsgeschiedenis 28 (1968): 59 -69. 1868. Westerink, G. Doornspijk en Elburg; rechtshistorisch onderzoek naar de ontwikkeling van de gebruiks- en eigendomsrechten op de grond. Assen, (1961), 247 p. 1869. Westerink, G. Het Veluwse tinsrecht en het probleem der eigendomsverschui­ ving; Van der Linden contra Heringa. Bijdragen en mededelingen Gelre 64 (1970): 72-86. 1870. Winter, J. M.van .Ministerialitei t en ridderschap in Gelre en Zutphen. Werken Gelre 32 (1962); 388 p. en tabellen. 1871.Wolters ,J . De gemeente Bemmel in het land van Overbetuwe; geschiedenis van een vijf-dorpen-gemeenschap, Uitgave Comité geschiedenis Bemmel, (ca. 1954), 201 p. (landrecht, blz. 100-129).

e. grondbezit,grondgebrui k

1872. Beltjes, P.J . W. Jonker Timan Sloot en de zijnen en het goed Boekelo te Bennekom. In: Een Veluws dorp, een herinneringswerk voor Ir. M.M. van Hoffen. (1958) p. 174-220. 1873. Dorgelo, J. D. Enkele aspecten van het grondgebruik in de graafschap Bergh in de eerste helft van de achttiende eeuw. Zonder plaats, (1957), 26 p. (scriptie). 1874. Edelman-Vlam, A.W .& C. H. Edelman, Over belangrijk grondbezit te Benne­ kom in het verleden. In: Een Veluws dorp, een herinneringswerk voor Ir. M.M .va n Hoffen. (1958), p. 136-162. 1875. Hengel, C. G. van den. Grondbezit in de Gelderse polder te Zevenbergen 1574—1609. Bijdragen en mededelingen van het historisch genootschap 79 (1965): 335-386. 1876. Kerkkamp, H. Verloren luister; verdwenen landgoederen. Velp, (1969), 144 p. 1877. Maris, A. J. De kerkelijke goederen in het schependom van Nijmegen. Bijdragen en mededeelingen Gelre 46 (1943): 87-102. 1878. Maris, A. J. Aantekeningen betreffende de kerk en den hof der Utrechtse St. Paulusabdij te Rheden. Bijdragen en mededelingen Gelre 53 (1953): 62-80. 1879.Nillesen , J. A. 'Kapitaalinvasie' ter verkrijging van grondeigendom in de Over-Betuwe. Mensch en maatschappij 21 (1946) 324—340. [880. Ubbink, W.H. De veranderingen in het grondgebruik in een zandgemeente (Hengelo, Gld.) in dejare n 1900-1950. 's-Gravenhage, (1955), 107 p.

101 1881. Ven, A.J . van de. Bouwstoffen tot de geschiedenis der geestelijke goederen te Doesburg. Bijdragen en mededelingen Gelre 50 (1950): 87-95.

f. akkerbouw enakkerbouwgewassen , voeding

1882. Buter, A. De laatste(?) vlasoven van de Achterhoek. Textielhistorische bij­ dragen 9 (1967): 36-38.

g. weidebouw enveeteel t

1883. Graaf, J. de.Vroeger e veeprijzen. Archief De Graafschap 4 (1950/53): 77. 1884. Kooij, W. Landbouw tuinbouw en veeteelt in Gelderland. In: Gelderland, officiële propaganda-uitgave. Amsterdam, (1954), p. 125-135. 1885. Verhey, F. L. Het Didamsche smeelensnijdersbedrijf. Landbouwk. Tijdschr. 56/57 (1944/45): 470—477, ook in: Agronomisch-historisch jaarboek 3 (1947).

h. paardene nrundere n i. schapen

1886.Vooys , A.C . de.D e relatie tussen landschappen: de schapentrek van klei naar zand rond de Veluwe en Utrechtse heuvelrug in de negentiende eeuw. Geogra­ fisch Tijdschr. 15(1962): 145-147.

j. overigediere n k. veeteeltprodukten 1.tuinbou w

1887. Berentsen, A. De tuinbouw in de noordwesthoek van de Liemers. In: De Liemers;gedenkboe k Dr. J. H. van Heek. Didam, (1953), p. 299-305. 1888. Doorenbos, J. Opheusden als boomteeltcentrum. Assen, (1950), 87 p. 1889. Eeghen, I. H. van. De kersentol te Arnhem in het midden der zestiende eeuw. Bijdragen en mededeelingen Gelre 48 (1946): 90-100. 1890. Gerritsen,J . D.Vijfentwinti g jaren fruitteelt in de West-Betuwe, in: Jubileum verslag 1938—1963, Stichting tot verbetering van de fruitcultuur. Gelder malsen, (zonder jaar),p . 12—24. 1891. Kooij, W. Landbouw, tuinbouw en veeteelt in Gelderland. In: Gelderland officiële propaganda-uitgave. Amsterdam, (1954), p. 125—135. 1892. Larsen, J. De ontwikkeling van de glascultuur in Huissen. Maanblad Landb Voorl. Dienst 1/2 (1943/45): 625 628. 1893. Voormolen, Jr. C. De fruit- en groentenveilingen van de Betuwe. Tijdschr econ. soc.Geogr . 33(1942): 103-112, 123-126. 1894.Westerlaken , J. 10 jaar fruitteelt op komgrond. De fruitteelt 53 (1963) 1366-1367.

102 1895. Wichers, A.J. De beoefening van de bloemisterij en groenteteelt te Beesd. Bulletin van de afd. sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 3 (1956).

m. bosbouw

1896. Hacke-Oudemans, J. J. Bijdragen tot de geschiedenis van de Veluwe en andere onderwerpen. Nijkerk, (1969) 367 p.(o.a . bosgeschiedenis). 1897. Koster, E. A. De invloed van markebossen op de vorming van zeer hoge stuifzandruggen ('randwallen') op de Veluwe. Boor en spade 16 (1968): 66-73. 1898. Wartena, R. Vier eeuwen bosbeheer in Gelderland, 1400—1800, Tijdschr. ned. Heidemaatsch., 79 (1968): 33-40, 94-100, 183-191, 256-269.

n. landbouwwerktuigen o. ontginningen, waterstaat, polders, bedijkingen en overstromingen

1899. Beltjes, P.J.W . Eduard Jacot en Jan Adriaensz. Leechwater, twee Noord- Hollandsche droogmakers, in 1630 te Culemborg. Bijdragen en mededelingen Gelre48(1946): 219-222. 1900. Beltjes, P.J . W. Het kerkhof van Paveie.Bijdrage n en mededelingen Gelre 51 (1951): 149-152. 1901. Besier, F.J . J. De ontginning der Heerder Dellen door Daendels. Bijdragen en mededelingen Gelre 61 (1962/64): 259-274. 1902. Burg, J. A. C. van. Komgrondengebieden in ontwikkeling. Tijdschr. K. ned. aardrijksk. Genoot. 2e Serie 73 (1956): 49 65. (o.a. waterstaat). 1903. Edelman, C.H .& A.W . Edelman-Vlam. Een poging tot reconstructie van het verloop van de ontginning van Bennekom, in: Een Veluws dorp, een herinne- ringswerk voor Ir.M .M .va n Hoffen. (1958), p. 163—173. 1904. Fockema Andreae, S.J . Het Drielse drama van 1446-1447. Waterschaps- belangen37(1952): 157-159. 1905. Gazenbeek, J. Honderd jaar provinciale waterstaat Gelderland, 1864-1964. Zonder plaats, (zonder jaar), 131 p. 1906.Goede , B. de. Uit de geschiedenis vanhe t waterschapswezen. In: Gelderland, officiële propaganda-uitgave. Amsterdam, (1954), p. 121— 123 . 1907. Graaf, J. de. Brummen in den tijd van overgang. Zutphen, (1947), 263 p. 1908. Haarman, W. C. D. Enkele lotgevallen van de landen langsMaa se n Waal voor en na het verleggen van de Maasmond. Tijdschr. econ. soc.Geogr . 44 (1953): 1 -19. 1909. Kalveen, C. A. van. Het polderdistrict Veluwe in de middeleeuwen. Bijdragen en mededelingen van het historisch genootschap 79 (1965): 219—334. 1910. Nispen tot Pannerden, A.J.M. van. Het ontstaan van de Klei-Liemers. Zevenaar en omgeving tot 1328. Zevenaar, (1953), 20 p. 1911. Poelman, J.N.B. & P.Harbers . Heeft Lathum altijd aan de rechter IJssel- oever gelegen? Boor en spade 15(1966): 128-130.

103 1912.Pons , L.J . Oevergronden alsmiddeleeuws e afzettingen en overslaggronden als dijkdoorbraakafzettingen in het rivierkleigebied. Boor en spade 6 (1953): 126-133. 1913. Pons, L.J . Aantekeningen over het ontstaan van de bodem van de Liemers. In: De Liemers;gedenkboe k Dr. J. H.va n Heek. Didam,(1953) ,p . 18-42. 1914.Pons , L.J . De geologie, de bodemvorming en de waterstaatkundige ontwikke­ ling van het Land van Maas en Waal en een gedeelte van het Rijk van Nijmegen. 's-Gravenhage, (1957), 156 p. 1915. Pons, L.J . &P .J . R. Modderman. Iets over de bodem en bewoningsgeschie- denis van het rivierkleigebied, in het bijzonder van de Ooypolder. Boor en spade 4 (1951): 191-197. 1916. Vermeulen, F. A.J . De Tielerwaard. 's-Gravenhage, (1946), 209 p. 1917.Wartena , R. De 'Nyhe Rijn' bij Nijkerk; het kanaalplan Wageningen-Zuiderzee van hertog Karel van Gelre. Bijdragen en mededelingen Gelre 54 (1954): 281-290. 1918. Wijnia, R. Van toen en thans; metamorfose van een gebied. Stikstof 5 (1968): 497-504. (Tielerwaard). 1919. Zondervan, W. Geschiedenis van de zeepolder Arkemheen. 1356—1956. Zonder plaats, (zonder jaar), 47 p. 1920. Groot, J. P., F. C. Prillevitz, Th. J. Rinsma &G . A. Sparenburg. De houding tegenover ruilverkaveling in het Land van Heusden en Altena en de Tieler- waard-West. Bulletin van de afd. sociologie en sociografie van de Landbouw­ hogeschool 22 (1962). 1921.Pons , L.J . De verkaveling van Balgoy. Bijdragen en mededelingen Gelre 54 (1954): 143-152;oo k in: Boor en spade 7 (1954): 224-230. 1922. Verloren van Themaat, R. Een landweer bij Nijmegen en enkele oude kaar­ ten. Numaga 9 (1962): 44-45. 1923. Vries, W. de. Landweren in Gelderland (naar aantekeningen van wijlen Th. H. F. van Riemsdijk). Bijdragen en mededeelingen Gelre 46 (1943): 41-45.

q. veengraverijen r.kavel -e n dorpsvormen s. boerenhuizen

1924.Boerderij , De ... uit Varik. Bijdragen en mededelingen het Nederlands open­ luchtmuseum 32 (1969): 37-43. 1925. Broekhuysen, J. Studies over het dialect van Zelhem in de graafschap Zutfen. Groningen, (1950), 168 p.(o.a . lijst van boerderijen). 1926. Hagens, H. Het boerenhuis in de gemeente Winterswijk, in: Honderd jaai Geldersche Maatschappij van Landbouw-Winterswijk, 1864—1964. zondei plaats,(1966) , p. 85-91. 1927.Houten , H.J. van. De boerderijen op de Veluwe en in den Achterhoek, Heemschut 20 (1943): 7-10. 1928. Kuiper, J. W. De laatste boerderij binnen de singelsva n Nijmegen. Numaga A (1957): 103-107.

104 1929. Odink, H. Uit kroniek en de volksmond van de Gelderse Achterhoek. Alk­ maar, (1965), 384 p.(boerderi j De Lebbenbrugge, p. 248).

t. molens

1930. Hagens, H. Het 'halve rad' en de dubbele beekbedding bij Veluwse waterrad- molens. Bijdragen en mededelingen het Nederlands openluchtmuseum 28 (1965): 12-14. 1931. Hagens,H . Nog eens bij de papiermolens te Ugchelen. Bijdragen en mede­ delingen het Nederlands openluchtmuseum 28 (1965): 45. 1932. Hoogveld, H. A.W . De waterhuishouding rond Nijmegen in vroeger tijden. Numaga 12(1965): 142-150. (watermolen). 1933. Maris, A.J . De Sint Jansbeek en de Prümer hof en watermolen te Arnhem. Bijdragen en mededelingen Gehe 59(1960): 179-198. 1934. Steenbergen, H.J . De Groenlose watermolen. Archief De Graafschap 4 (1950/53): 198-204.

u. landbouwcoöperatie

1935. Betuwe en boerenbond; samengesteld t.g.v. het gouden jubileum van de Coöperatieve land- en tuinbouwvereniging 'De Boerenbond' G. A. te Gelder- malsen.Zonde r plaats, (ca. 1966), 98 p. 1936.Jaar , 50 ..., 1909—1959;Apeldoornsch e Coöp. Boerenleenbank W.A., zonder plaats, (zonder jaar), 51 p.

v. landbouwindustrie w. landbouwmaatschappijen enander e organisaties

1937.Jaar , Honderd ... Geldersche Maatschappij van Landbouw (Winterswijk), 1864-1964. H. Krosenbrink(Red.). Aalten, (1966), 160 p. 1938. Jaar, 50 ... Gelderse Christelijke boeren- en tuindersbond, 1919-1969. zonder plaats, (zonder jaar), 72 p. 1939.Jaar , 125 ... groei in Gelderland; Geldersche Maatschappij van Landbouw jubileert. Gelders landbouwblad 36 no. 33 (1970): Bijlage, 24 p. 1940.Poel , J. M.G . van der. De oprichting van de Geldersche Maatschappij van Landbouw. Gelders landbouwblad 21 no. 39 en 42 (1958). 1941. Stichting tot verbetering van de fruitcultuur; vijf en twintig jaar in de West-Betuwe; jubileumverslag 1938—1963. Geldermalsen, (zonder jaar), 136 p. 1942. Theye, R. J. de. De stichting 'Klein Bezit' te Westervoort. In: De Liemers; gedenkboek Dr.J . H. van Heek. Didam,(1953) , p. 288-293.

105 x. onderwijs en voorlichting

1943. Bennink, G.H. Het lager landbouwonderwijs in zijn ontwikkeling. In: Honderd jaar Geldersche Maatschappij van Landbouw-Winterswijk, 1864— 1964. Zonder plaats, (1966). p. 147-155. 1944. Gedenkboek, Rijkslandbouwwinterschool, Rijksmiddelbare landbouwschool Zutphen, 1907-1957. Zutphen, (1959), 107 p. 1945. Gerritsen, J. D. 25 jaren tuinbouwonderwijs in de West-Betuwe. Maandblad voor het land- en tuinbouwonderwijs 5 (1962/63): 37—40.

y. veldnamen, e.d.

1946. Blok, D.P. Veldnamen te Winterswijk. In: Honderd jaar Geldersche Maat­ schappij van Landbouw-Winterswijk, 1864—1964. Zonder plaats, (1966), p. 134-139. 1947. Edelman, C.H. De perceelsnamen met het bestanddeel -ingen van de Bommelerwaard. Mededelingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 28 (1952):41—48 . 1948. Edelman, C. H. & A.W . Edelman-Vlam. Veluwe en Betuwe, inhe t bijzonder als veldnaam in het rivierengebied. Boor en spade 10(1959) : 74—81. 1949. Edelman, C.H . & A.W . Edelman-Vlam. De relatie tussen naam en vorm van percelen in het rivierkleigebied. Boor en spade 15(1966) : 7—24. 1950. Edelman, C. H., A.W . Edelman-Vlam & J. A. Huisman. De namen Betuwe en Veluwe. Bijdragen en mededelingen der naamkunde commissie van de Koninklijke Nederlandsche Akademie van Wetenschappen 12(1958) : 24 p. 1951. Edelman, C.H . & A.W . Vlam. Over de perceelsnamen van het Nederlandse rivierkleigebied, Betuwe en Bommelerwaard. Amsterdam, (1949) 56 p. 1952. Edelman, C. H. & A.W . Vlam. Over de perceelsnamen van het Nederlandse rivierkleigebied. Boor en spade 3 (1949): 231-284. 1953. Edelman-Vlam, A.W . Perceelsnamen in de Liemers en de Driedorpenpolder. Boor en spade 8 (1956): 99-112; ook in: De Liemers;gedenkboe k Dr.J . H. van Heek. Didam,(1953) , p. 322-337. 1954. Edelman-Vlam, A.W . & C.H. Edelman. Over de perceelsnamen hostert, voornamelijk uit het Land van Maas en Waal.Mededelinge n van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 31 (1955): p. 111-122. 1955. Leyden, F. Plaatsnamen op -ingen en -hem in Gelderland. Bijdragen en mededeelingen Gelre 47 (1944): 87-103. 1956.Miedema , H.T . J. De boerderijnamen op -ink van de Winterswijkse buurt­ schappen. In: Honderd jaar Geldersche Maatschappij van Landbouw-Winters­ wijk, 1864-1964. zonder plaats, (1966), p. 72-84. 1957. Slicher van Bath, B.H. De naam Wageningen in verband met de oudste geschiedenis van deze stad. Bijdragen en mededeelingen Gelre 43 (1940): 153-164. 1958. Slicher van Bath, B.H . Opmerkingen over de plaatsnamen op -ingen en -herr in Gelderland. Bijdragen en mededeelingen Gelre 48 (1946): 83—89.

106 7. Utrecht

a. algemene agrarische geschiedenis

1959. Beaufort, W.H . de. Een en ander over de geschiedenis van de landbouw in de provincie Utrecht. Jaarboek van de algemene bond van oud-leerlingen van inrichtingen voor middelbaar landbouwonderwijs (1949): 27—48. 1960. Beeck Calkoen, S.J . van. De landbouw in de ambachtsheerlijkheid Cothen. Wageningen, (1957),4 2 p.(scriptie) . 1961. Doorn, Z. van. Kleiland, kleivletten en baksteenindustrie voornamelijk in de Oude-Rijnstreek. Zonder plaats, (1961), 121 p.(stencil-uitgave) . 1962. Doorn, Z. van. Enige landbouwhistorische bronnen van Zegveld en Zegvelder­ broek. Historia agriculturae 7(1963) : 193-234. 1963. Hovy, J. De heerlijkheid Lockhorst. Jaarboekje van 'Oud-Utrecht' (1952): 93-109. 1964. Linden, H. van der. De cope; bijdrage tot de rechtsgeschiedenis van de openlegging der Hollands-Utrechtse laagvlakte. Assen, (1955), XV +40 0 p.+ bijlagen. 1965. Maris, A.J . Uit de geschiedenis van Polsbroek. Jaarboekje van 'Oud-Utrecht' (1944): 25-72. 1966.Winter , J.M. van. Die Entstehung der Landgemeinde in der Holländisch- Utrechtschen Tiefebene. Vorträge und Forschungen 7 (1964): 439-445.

b. economische agrarische geschiedenis, grondbelasting

1967.Pas . W. van de. Hessenwegen. Maandblad van 'Oud-Utrecht' 23 (1950): 61-63.

c. sociale agrarische geschiedenis

1968. Hekker, R. C. Het boerenleven in Zuid-Holland en West-Utrecht omstreeks 1800.Neerland svolksleve n 10(1959/60): 112-118. 1969.Heupers , E. De Soester Eng. Neerlands volksleven 8 (1957/58): 159-162.

d.juridisch e agrarische geschiedenis

1970. Doorn, Z. van. 'Vrijgeld' en 'eens geld' in oude pachtcontracten van Zegveld. Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 12 (1960/65): 455— 466. 1971. Doorn, Z. van. De begrippen 'weer' en 'gemengder voor' in Zegveld. Ver­ slagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 12 (1960/65): 467—475. 1972. Doorn, Z.van . Enige erfpachten van de Utrechtse kapittelkerken en kloosters in en om het land van Woerden en het begrip 'beterschap'. Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 12(1960/65): 535—571. 1973. Heupers, E. Oude rechtsgewoonten en volksgebruiken in Eemland. Neerlands volksleven 11 (1960/61): 115-121.

107 1974. Iterson, W. van. Gemengder aarde en gemengder vore in Holland en Utrecht. Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 9 (1944): 671—712. 1975. Iterson, W. van. Rechtsverhoudingen bij tabaksbouw onder Rhenen. Jaar­ boekje van 'Oud-Utrecht' (1949): 126-136. 1976. Iterson, W. van. De verdeling der mark van 'De gebuurten van den dijk' te Achterberg-Rhenen. Jaarboekje van 'Oud-Utrecht' (1956): 42—70. 1977. Iterson, W. van. Heerlijke rechten in het algemeen en de heerlijkheid Zeist in het bijzonder. Lezing 'Van de Poll-Stichting' te Zeist. Zonder plaats, (1958), 30 p. 1978. Iterson, W. van. De stad Rhenen; de resultaten van een rechtshistorisch onderzoek. Assen,(1960) , 291p . (De oudste nederzettingen, marketoestanden en deverhoudin g tussen mark en stad, p. 34-53). 1979. Iterson, W. van. Hoe heeft Zeist zijn vroegere dorpsgronden verloren? Lezing 'Van dePoll-Stichting' . Zeist, (1960), 31 p. 1980.Iterson ,W . van. De tinsheerlijkheid Natewisch onder Amerongen. Jaarboekje van 'Oud-Utrecht' (1962): 105-116. 1981. Linden, H. van der. De cope; bijdrage tot de rechtsgeschiedenis van de openlegging der Hollands-Utrechtse laagvlakte. Assen, (1955), XV +40 0 p.+ Bijlagen. 1982.Maris ,A .J . Eenige rechtsbronnen vanPolsbroek . Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 10(1046/52): 138-151. 1983. Maris, A.J . Het begrip 'kwartier' in de Lopikerwaard. Verslagen en mede­ deelingen Oud-Vaderlandsche recht 10(1946/52): 290-291. 1984.Maris , A.J . Eemnes, rechtsgeschiedkundige ontwikkeling van gemeente en waterschap. Utrecht, (1947), 135 p. 1985.Maris , A.J . Naar aanleiding van de dubbele beleningen van de heerlijkheden Zuilen en Westbroek. Maandblad van 'Oud-Utrecht' 27 (1954): 4-6. 1986.Maris ,A .J . Repertorium op de Stichtse leenprotocollen uit het landsheerlijke tijdvak. I. de Nederstichtse leenacten (1394-1581). 's-Gravenhage, (1956), XVI +60 6 p. 1987. Monté Verloren, J. Ph. de. De rechterlijke organisatie ten plattenlande in het gebied langs den Krommen Rijn gedurende de middeleeuwen. Utrecht, (1948), 145 p. 1988. Rutgers, CA. Iets over de marke van Wede en Emmeklaar. Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 11(1954/58) : 513-518.

e. grondbezit, grondgebruik f. akkerbouw en akkerbouwgewassen, voeding

1989. Bunt, A. van de. Tabakscultuur in Rhenen en omstreken. Spiegelhistoriae l 3 (1968): 322. 1990.Herks , J. J. De geschiedenis van de Amersfoortse tabak. Den Haag, (1967). 279 p. 1991. Herks, J.- J. De beginperiode van de Amersfoortse tabaksteelt. Jaarboekje van 'Oud-Utrecht' (1968): 67-82.

108 1992.Heupers , E. Soesterknollen, een koninklijk gerecht. Maandblad 'Oud-Utrecht' 39(1966): 77-79. 1993. Lee, A. van der. De koolzaad-winning in het Z.O. der provincie Utrecht, omstreeks het jaar 1890. Bijdragen en mededeelingen het Nederlandsch open­ luchtmuseum 2e Serie 3 (1941): 72-75.

g.weidebou w enveeteel t

1994.Doorn , Z. van. Verbetering van structuur en vruchtbaarheid van grasland op veen door stadsvuilnis.Tijdschr . Bodem, (winter 1961): 21-24. -

h. paardene nrundere n

1995.B[oon], J.G.M. Veeziekte te Lopik 1744-1746. Contactblad overheid- burgerij van Lopik 7(1961) : 18-23. 1996. Doorn, Z. van. Een enquête over de veepest in de jaren 1744—1746, ge­ houden door de Staten van Utrecht in haar gebied. Landbouwk. Tijdschr. 63 (1951): 130-131. 1997. Koomans, W.H. Abcouder paardenmarkt. In: Jaarboekje van het oudheid­ kundig genootschap Niftarlake (1969): 9-14. 1998.Rijlaarsdam sr. J., Veertig jaar blaarkopfokkerij in Zuid-Holland en Westelijk Utrecht. De keur-stamboeker 12(1964) : 412.

i. schapen

1999. Vooys,A .C . de.D e relatie tussen landschappen: de schapentrek van klei naar zand rond de Veluwe en Utrechtse heuvelrug in de negentiende eeuw. Geogra­ fisch Tijdschr. 15(1962): 145-147.

j. overige dieren k. veeteeltprodukten

2000. Kruyt, A.H. Stuurman langs de melkweg, 1926-1951, Gedenkboek uitge­ geven t.g.v. het 25-jarig bestaan van het melk-contrôle-station Utrecht en het zilverenjubileum van de directeur S. Stuurman. Utrecht, (1951), 188 p.

1. tuinbouw m. bosbouw n. landbouwwerktuigen

2001. Heupers, E. Jan van Dijssel, de laatste 'roaijmoaker' van Soest. Neerlands volksleven 16(1966) : 178-188.

o. ontginningen, waterstaat, polders,bedijkinge n en overstromingen

2002. Doorn, C.J . van. Het oude Miland en zijn waterstaatkundige ontwikkeling. Utrecht, (1940), 237 p.

109 2003. Doorn, Z. van. De geschiedenis van het aftichelen van kleiland langs de Oude Rijn en de invloed daarvan op de landbouw en het landschap. Jaarboekje van 'Oud-Utrecht' (1963): 75-88, ook in: Landbouwk. Tijdschr. 76 (1964): 140-149. 2004. Doude van Troostwijk, H. J. De waterhuishouding in de Hollands-Utrechtse laagvlakte.Wageningen , (1959), 19 p.(scriptie) . 2005. Elias, J. E. Een merkwaardige Zeistenaar; De heideontginner Jean Maurice Damblé (d'Amblé), 1746-1821.Histori a agriculturae 7(1963) : 109-192. 2006. Gottschalk, M.K . E. De waterbeheersing in het Stichtse veengebied ten oosten van de Vecht tijdens de ontginningsperiode. Tijdschr. K. ned. aard- rijksk. Genoot. 2e Serie 73 (1956): 311-317. 2007. Iterson, W. van. Doorgaande en opgaande hoeven in het Utrechtse; een verkenning. Jaarboekje van 'Oud-Utrecht' (1961):69—77 . 2008. Jong, D.L . de. Watersnoden in het land tussen Lek en IJssel;d e Krimpener- en de Lopikerwaard. Tidinge van die Goude 1 (1954): 4—31. 2009. Jonge van Ellemeet, B.M. de. Uit de geschiedenis der Utrechtsche water­ schappen. Jaarboekje van 'Oud-Utrecht' (1945/46): 175-198. 2010. K. De Zijl van St. Marie. Maandblad van 'Oud-Utrecht' 28 (1955): 2-6. (oude waterloop in de stad Utrecht). 2011. Linden, H. van der. De ontginningen in de Hollands-Utrechtse laagvlakte gedurende de middeleeuwen. Nacobrouwjaarboekj e 22 (1958): 32-41. 2012. Pas, W. van der. Tussen Vecht en Oude Rijn; beschrijvende geschiedenis van Noord-West Utrecht naar aanleiding van het eeuwfeest der R.K. parochie Kockengen. Utrecht, (1952), 254 p. (o.a. ontginningen en watervloeden). 2013. Philips,D . Een Stichts-Gelders conflict dat ruim vier eeuwen duurde. Maand­ blad 'Oud-Utrecht' 28 (1955): 100-104. (verwaarlozing Grebbedijk). 2014. Raven,M . Iets over de ontginningsgeschiedenis van Oostveen, Ridderveen, Nonnenland en Vuurse. Maandblad van 'Oud-Utrecht' 28 (1955): 47-51. 2015. Thoomes,W . De ontginning van de polder Vuijlcop. Tussen Rijn en Lek, Tijdschr. voor de geschiedenis van het gebied tussen Krommerijn en Lek 2 (1968): 9-10;3 no. 2(1969): 10-11. 2016. Uyl, W. F. J. den. De Lopikerwaard, 2 Delen. Utrecht, (1960/1963), 500e n 688p .

p. ruilverkaveling

2017. Iterson, W. van.Ee n ruilverkaveling te Breukelerveen in 1552.Jaarboekj e van 'Oud-Utrecht' (1960): 91-102.

q. veengraverijen

2018. Acket, M.N . Het veen ten oosten van Utrecht. Maandblad van 'Oud-Utrecht' 25 (1952): 9-14. 2019.Gottschalk , M.K. E. De ontginning der Stichtse venen ten oosten van de Vecht. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 73 (1956): 207-222. 2020. Philips,D . 'Van die aanbrenginge der veenen voir commissarissen'. Maandblad van 'Oud-Utrecht' 29 (1956): 29-32. (Veenendaal).

110 r. kavel- endorpsvorme n s. boerenhuizen

2021. Philips, D. Ligging van boerderijen. Maandblad van 'Oud-Utrecht', 34 (1961) 111, 125-126. 2022. Stooker, W. Iets over de boerderij Laanwijk te Lopik en een Utrechtse familie. Maandblad van 'Oud-Utrecht' 30 (1957): 114-117.

t. molens

2023. Bardet, J. D.M . De molens in Utrecht. Maandblad van 'Oud-Utrecht' 27 (1954): 81-83. 2024. Boon, G. J. M. De windmolens van het waterschap Lopik. Maandblad van 'Oud-Utrecht'36 (1963): 108-110. 2025. Hoek Ostende, J. H. van den. Watermolens aan de Vecht bij Utrecht. Jaar­ boekje'Nifterlake'(1964): 1-12. 2026. Uyl, W.F . J. den. De oudste windwatermolen in het Hollands-Utrechtse grensgebied.Jaarboekj e van 'Oud-Utrecht' (1961): 45-54.

u. landbouwcoöperatie

2027. Gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan der coöpe­ ratieve centrale Raiffeisen-Bank te Utrecht, 1898-1948. Utrecht, (1948), 398 p. 2028. Visser, Th. J. & J. R. Haverkamp. Zestig jaren landbouw, 60jare n krediet, 60jare n organisatie.Utrecht , (1959), 118 p.

v. landbouwindustrie

2029. Ivanhof, De geschiedenis van het graanmalen. Uitgave no. 21,va n de meel- fabriek 'De Korenschoof te Utrecht, (1946), 104 p. 2030. Ivanhof, Degeschiedeni sva n de meelfabriek 'De Korenschoof, Uitgave no. 25 van de meelfabriek 'De Korenschoof te Utrecht, (1956), 81 p.

w.landbouwmaatschappije ne nander e organisaties x. onderwijs envoorlichtin g

2031. Lieshout, G.J . Zes en dertig jaren landbouwdagonderwijs te Montfoort, 1927-1963. Montfoort, (1963), 19p .

y. veldnamen, e.d.

2032. Gysseling, M. & D.P . Blok, Studies over de oudste plaatsnamen van Holland en Utrecht. Bijdragen en mededelingen der naamkundecommissie van de Koninklijke Nederlandse akademie van wetenschappen. 17(1959) , 38 p.

111 2033. Stapelkamp, Chr Veendcrijtermen en enige andere woorden uit het Utrecht­ se polderland. Tijdschr. voor Nederlandse taal- en letterkunde 71 (1953): 129-144.

8. Noord-Holland

a. algemene agrarische geschiedenis

2034. Belonje, J. Het wildrijk in de Zijpe. De speelwagen 8 (1953): 10-20, 48-59. 2035. Dekker, K. M. De landbouw in Broek op Langendijk in het midden van de 16e eeuw.Wageningen , (1957), 27 p.(scriptie) . 2035a. Enklaar, D.Th. & A.C.J. de Vrankrijker. Geschiedenis van Gooiland. 3 Delen.Amsterdam , (1939/41), 193 +21 2 +38 9 p. 2036. Heide, G.D . van der. Middeleeuwse en enkele oudere vondsten van het eiland Texel. Berichten van de Rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek 8(1957/58): 96-113. 2037. Hoekstra, P. Bloemendaal; proeve ener streekgeschiedenis. Wormerveer, (1947), XIV +36 7 p. 2038. Jansma, T. S. Bijdrage tot de agrarische geschiedenis van Texel, voornamelijk in de zestiende eeuw. Landbouwk. Tijdschr. 61 (1949): 525-547, ook in: Agronomisch historischjaarboek , 5 (1951). 2039. Köhne, G. Herinneringen aan Wouter Sluis bij zijn 125ste geboortedag. De speelwagen 7(1952) : 233-239. 2040. Köhne, G. Jacobus Bouman (1799—1877); kruimels uit het levensboek van een geleerde boer. West-Frieslands oud en nieuw 25 (1958): 99—114. 2041. Landbouw, De ... in honderd jaar Haarlemmermeer. In: Van bruisend water tot ruisend graan; honderd jaar Haarlemmermeer, 1855—1955. Haarlem, (1955), p. 148-153. 2042. Modderman, P. J. R. De Spanjaardsberg; voor- en vroeghistorische boeren­ bedrijven te Santpoort. Berichten van de Rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek 10/11 (1960/61): 210-262. 2043. Rip, W.D e agrarische ontwikkeling. In: Van bruisend water tot ruisend graan; honderd jaar Haarlemmermeer, 1855—1955. Haarlem, (1955), p. 154-173. 2044. Schellinger, C.J. Veranderingen op en rondom Wieringen. West-Frieslands oud en nieuw 29 (1962): 5-21. 2045. Schermer, A. Sporen van prehistorische grondbewerking aan de kust bij Schoorl.Westerhee m 6 (1957): 2-5. 2046. Schermer, A. Sporen van middeleeuwse grondbewerking in 'De Zandmenne- rij' onder Hargen, Gemeente Schoorl.Westerhee m 6 (1957): 6—10. 2047. Schröder, P.H . Geschiedenis van de Haarlemmermeer. In: Van bruisend water tot ruisend graan; honderd jaar Haarlemmermeer, 1855-1955. Haar­ lem,(1955) ,p . 18-93. 2048. Vrankrijker, A.C .J . de. Geschiedenis van Gooiland. Amsterdam, (1940/41) 394 p.

112 2049. Vrankrijker, A.C . J. de. Naerdincklant; Gooische studies over: Koptienden, boekweit en bijen; kerken en kloosters; weversheiligen. Den Haag, (1947), 179p .

b. economische agrarische geschiedenis, grondbelasting

2050. Kok, R. De Beemster; beknopte economisch geografische streekbeschrijving. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 39 (1948): 611 -624. 2051.Krelage, E.H. George Voorhelm Schneevoogt (1775-1850). Jaarboek Haerlem (1940): 81-104. (bloembollenexporteur). 2052. Meihuizen, L. S. &J . A. Kuperus. Het Shultregister van Jacob Koorn, 1734— 1748.Histori a agriculturae 9(1968): 179-374. 2053. Middelbeek, W. De Alkmaarse kaasmarkt. West-Frieslands oud en nieuw 33 (1966): 105-107. 2054.Mol ,C . De economische toestand van Wormer in de negentiende eeuw. De Zaende4(1949): 280-288. 2055. Noordeloos, P. Begin en eerste ontwikkeling van de zaadteelt en zaadhandel in oostelijk Drechterland. West-Frieslands oud en nieuw 27 (1960): 102—113. 2056. Norel, K. Hoe de 'Zaadjes' Enkhuizen redden. De speelwagen 4 (1949): 170-173. 2057. Zijp, A. Hoofdstukken uit de economische en sociale geschiedenis van de polder Zijpe in de 17e en 18e eeuw. Tijdschr. voor geschiedenis, 70 (1957): 29-48, 176-188.

c. sociale agrarische geschiedenis

2058. Boutkan, P.J . De ontwikkeling van de agrarische beroepsbevolking in Noord- holland. Noordholland 4 (1959): 57-60. 2059. Braam, A. van. Over Zaanse padsgemeenschappen. Mensch en maatschappij 19(1943): 52-64. 2060. Cistozvonov, A.N . Agrarnye otnosenija v juznoj Gollandii, Amsterlante i Choojlante po materialam opisej 1494—1514 gg. Srednie veka 17 (1960): 164—195. (de agrarische verhoudingen in Zuid-Holland, Amstelland en Gooi­ land volgens de beschrijvingen van 1494—1514). 2061. Cistozvonov, A.N. Agrarnye otnosenija v severnoj Gollandii po materialam opisej 1494 i 1514 g. Srednie veka 19 (1961): 108-141. (De agrarische verhoudingen in Noord-Holland volgens de beschrijvingen van 1494 en 1514). 2062. Geluk, H. E. J. & M.W . de Vrankrijker. Rapport van het sociologisch onder­ zoek onder erfgooiers. Wageningen, (1967), 41 p. (stencil-uitgave). 2063. Groot,J . A.de .Westfrieslan d in eenheid en verscheidenheid. Geografisch Tijd­ schr. 8(1955) : 195-209. 2064. Haan, D.J . de. Migratie en sociale mobiliteit van de landbouwbevolking in het Noordhollandse plattelandsgebied 'De Zeevang'. Mensch en maatschappij 22(1947): 355-375. 2065. Heer, K. de. Grasmaaiers in vroeger tijd. De speelwagen 2(1947) : 203—205. 2066. Heer, K. de. Een boerengastdag omstreek 1880. De speelwagen 4 (1949): 140-148.

113 2067. Hekker, R.C. Het Noordhollandse boerenleven in 1800. De speelwagen 8 (1953): 108-119. 2068. Heupers, E. De melksters van Laren. Neerlands volksleven 14(1964) : 58-60. 2069. Vergruysse, E.V .W . De sociale positie van de landarbeider. In: Van bruisend water tot ruisend graan; honderd jaar Haarlemmermeer, 1855—1955. Haar­ lem,(1955) , p. 142-147. 2070. Voets, B. Van een vrij en frank volk; hoe West-Friesland leefde in de 16e eeuw.West-Friesland s oud en nieuw 20 (1953): 41—52. 2071. Weiland, A. Geloof en ongeloof in een Noord-Hollandse polder; een religio- grafie van de Beemster. Zonder plaats, (1956), 145 p. (stencil-uitgave). 2072. Woude, A.M . van der. De weerbare mannen van 1747 in de dorpen van het Zuiderkwartier van Holland als demografisch gegeven. A. A.G . Bijdragen 8 (1962): 35-76. 2073. Zwaagdijk, M. Een landarbeider van voor 50jaar . De speelwagen 3 (1948): 269.

d.juridisch e agrarische geschiedenis

2074. Berg, F. E. van den. De Erfgooiers. Gens nostra 3/4 (1948/49): 190-193. 2075. Bregman, J. Schagen; een beschrijving van de historische groei van terp tot centrumplaats, de rechtskundige geschiedenis van heerlijkheid, stad tot 1795 en de banne en polder Schagen. Zonder plaats, (1965), 172 p. 2076. Foreest, H. A. van. Een hof in Holland. Bijdragen voor de geschiedenis der Nederlanden 17(1962/63): 52 69. 2077. Geluk, H. E.J . De erfooiers. Wageningen, (1968), 25 p.(scriptie) . 2078. Goede, A. de. De bestuurspolitiek in de Westfriesche heerlijkheid Waterland en de Zeevang tusschen 1282 en 1417. In: Opstellen aangeboden aan Prof. Jhr. Dr. D.G. Rengers Hora Siccama, 1906-1942. Utrecht, (ca. 1942) p. 211-283. 2079. Noordeloos, P. Heerlijkheden in Westfriesland. West-Frieslands oud en nieuw 26(1959) : 51-100. (o.a. over tienden). 2080. Vrankrijker, A.C . J. de. Stad en lande van Gooiland; geschiedenis en pro­ blemen van de Erfgooiers, 968 1968. Bussum, (1968), 152 p.

e. grondbezit, grondgebruik

2081.Besse, E. Landbezit van de armen van Wormer. De Zaende 2 (1947): 361-368. 2082. Braam, A. van. Haaldersbroek; sociogram van een Zaandamse buurtschaps­ bevolking. Mensch en maatschappij 20 (1944): 93—121, 159—169. (grond­ bezit). 2083. Gelder, H. E. van. Het geestelijk grondbezit en de steden van Hollands Noorderkwartier in de zestiende eeuw, in: H. E.va n Gelder, Alkmaarse opstel len, uitgegeven door de Vereniging 'Oud-Alkmaar'. Zonder plaats, (1960) 72—90, ook in: De XXe eeuw;maandschrif t voor letteren, kunst, wetenschat en politiek 10(1904): 204-233.

114 2084. Meilink, P.A . Het archief van de abdij Egmond. 3 Delen. 's-Gravenhage, (1951). (In dl.I , p. 5-105 ook over grondbezit).

f. akkerbouw en akkerbouwgewassen, voeding

2085. Bakker, J. A. Een grafheuvel en oud akkerland te Hoogkarspel. In: In het voetspoor van A. E.va n Giffen. Groningen, (1961),p . 103—109. 2086. Calkoen, H. J. Een Merovingische akker onder Santpoort. Westerheem 6 (1957): 48-52. 2087. Deelen, D. van & A. Schermer. Middeleeuws akkerland onder de Castricum- mer duinen. Westerheem 12(1963): 137-145. 2088. Woude, A.M .va n der. De consumptie van graan, vlees en boter in Holland op het einde van de achttiende eeuw, in A. A. G. Bijdragen 9(1963) 127—154.

g. weidebouw enveeteel t

2089. Kramer, J., Uit de aantekeningen van mijn overgrootvader Jan Jansz. Tuyn, veehouder te Middelie. De speelwagen 2(1947) : 77—80. 2090. Merens, A. De geschiedenis van een Westfriese regentenfamilie: Het geslacht Merens.'s-Gravenhage , (1957), XII +30 3 p. (vetweiderij). 2091. Veeteelthistorie van Noord-Holland. De Friese veefokkerij 14 (1963): 3-5, 66-69, 236-239. 2093. Zeeman, K. Iets over de veepest. De speelwagen 2(1947) : 111— 112 . 2094. Zwikker, Pz. J. Een besmettelijke veeziekte te Westzaandam in 1745. De Zaende, 2(1947): 89-93.

h. paarden enrundere n

2095. Breebaart, D. Ook de bulloper hield men aan het lijntje; instructie voor de Hoogwouder bulloper. De speelwagen 8 (1953): 212—214. 2096. Breebaart, D. Hoogwouder allerlei. West-Frieslands oud en nieuw 23 (1956): 128-135. 2097. Kistemaker, P., Uit een oud schrijfboek..., De speelwagen 1 (1946): 201—205.(o.a . over veesterfte). 2098. Stapel, K. P. Over Westfriese rundveefokkers. West-Frieslands oud en nieuw 31(1964): 116-128.

i. schapen j. overige dieren k. veeteeltprodukten

2099. Eriks Jz., P. De ontwikkeling van het zuivelbedrijf in Hollands Noorder­ kwartier in de eerste helft van de 20ste eeuw. De speelwagen 3 (1948): 262-269. 2100. SI. Boterbereiding in 1881;ee n keerpunt in de zuivelbere'iding in West-Fries­ land na een demonstratie in de Wieringer-Waard'? Groninger landbouwblad 34 no. 48(1956).

115 1.tuinbou w

2101. Beemsterboer Az., P. De Westfriese tuinbouw na 1880. West-Frieslands oud en nieuw 32 (1965): 107 -111). 2102. Boer, J. F. M. den. De volkstuinen. Maandblad Amstelodamum 42(1955): 93-95. 2103. Goettsch, R. P., Jan Switser, tuinder en landmeter in de beemster (1739— 1790).West-Friesland s oud en nieuw 25 (1958): 78-86. 2104. Luyten, J. J. Flora Harlemica. Jaarboek Haerlem (1952): 41-47. 2105. Ontwikkeling, De ... van de groenteteelt in Noordholland. Venster 3 no. 3/4 (1959): 6-8. 2106. Sangers, W.J. Amsterdam's beteekenis voor de groententeelt in de 17de eeuw. Tijdschr. econ. soc. geogr. 38 (1947): 52—55. 2107. Sängers, W.J . West-Friesland's groenteteelt in de 16de en 17de eeuw. De tuinbouw 4 (1949): 268-270. 2108. Sängers, W.J . Gegevens over Westfrieslands groenteteelt in de 16de en 17de eeuw.West-Friesland s oud en nieuw 25 (1958): 40—47. 2109. Scholtens,H . J. J. De opkomst der warmoezerijen rondom Beverwijk, Maand­ blad Amstelodamum 29 (1942): 49-51. 2110. Scholtens, H. J.J. Uit het verleden van Midden-Kennemerland. Den Haag, (1947), XI +31 4 p. 2111. Slob, W. De tuinbouw in de Haarlemmermeer; voorheen, thans en in de toekomst. Vakblad voor de bloemisterij 21 (1966): 1428-1429. 2112. Wilson, S.A. Beknopte geschiedenis van Bloemendaal. Amsterdam, (ca. 1953),VIII+15 1 p. 2113. Zeeman, K. De Langedijk, groententuin van West-Europa. De speelwagen 1 (1946): 49-52.

m.bosbou w

2114. Haan, H.H . de. Een andere wereld: 'De Meer'. Westfrieslands oud en nieuw 35 (1968): 45—54.(beplantin g Wieringermeer). 2115. Jelles, J. G. G. Geschiedenis van beheer en gebruik van het Noordhollands duinreservaat. Mededeling ITBON 87 (1968), 143p .

n. landbouwwerktuigen

2116. Brunsting, H. De sikkels van Heiloo. Oudheidkundige mededelingen Rijks­ museum van oudheden te Leiden 43 (1962): 107—115. 2117. Giffen, A. E. van. Grafheuvels te Zwaagdijk, gemeente Wervershoof. West- Frieslands oud en nieuw 17( 1944 ): 121-221. (oude ploegen). 2118. Poel, J.M.G. van der. Noordhollandse akkerbouwwerktuigen, anderhalve eeuw geleden.West-Friesland s oud en nieuw 29 (1962): 102—115.

116 o. ontginningen, waterstaat, polders,bedijkinge n en overstromingen

2119. Avis, H.J . Waterstaat en waterschappen in het Geestmerambacht. West-Fries- lands oud en nieuw 34 (1967): 35-73. 2120. Belonje, J. Hollands Noorderkwartier met zijn dijken en polders. Leven en werken 5 (1941): 276-281. 2121. Belonje, J. Het Hoogheemraadschap van de Uitwaterende Sluizen in Kenne- merland en West-Friesland, 1544-1944. Wormerveer, (1945), VIII + 193p . 2122. Besse, E. De Uitgeester Woude en een handschrift van Leegwater. Tijdschr. K. ned. aardrijksk. Genoot. 2e Serie 59 (1942): 36—45. (droogmakerij, ca. 1630-1651). 2123. Besse, E. Een plan tot droogmaking van het Langemeer, Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 60 (1943): 208-218. 2124. Besse,E .Polderlas t in vroegeren tijd. De Westfries 11(1948) : 2-8. 2125. Besse, E. De 'Burcht's Halig' op de mareken, Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 66 (1949): 147-149. (Uitgeester Wouden). 2126. Boer, J. de. Tusschen Kil en Twiske;geschiedeni s van den polder Assendelft. Wormerveer, (1946), 62 p. 2127. Boer, M. de. Polder 't Woud 300jaar . De Zaende 6 (1951): 79-85. 2128. Boltje W.G . De Hondsbossche zeewering door de eeuwen heen. Land en water 6 (1962): 104-111. 2129. Borger, G. J. De betekenis van de Kerstvloed van 1717 voor de gebieden rond het IJ. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. Nieuwe Reeks 1(1967) : 97-103. 2130. Bouwman, L. H.D e Haarlemmermeer. Kali(1966) : 329-334. 2131. Boxma, W. Het natte verleden van 'Assendelft', in Terravisie 6 no. 2 (1969): p. 7-9. 2132. Burck, P. du. Oudheidkundige vondsten en waarnemingen tijdens een bodem- kartering en hun betekenis voor de bewonings- en ontginningsgeschiedenis van de kop van Noordholland. Westerheem 8 (1960): 90-103. 2133. Cock, J. K. de. Bijdrage tot de historische geografie van Kennemerland in de middeleeuwen op fysisch-geografische grondslag. Groningen, (1965), XI+ 288 p. (bedijkingen). 2134. Dibbits, H.A .M .C . Waterstaatkundige aspecten. In: Van bruisend water tot ruisend graan; honderd jaar Haarlemmermeer, 1855— 1955 . Haarlem,(1955) , p. 138-141. 2135. Doorn, Z. van. Uit de vroege geschiedenis van Rijpickerwaard en omgeving. Zonder plaats, (1959), 43 p.(stencil-uitgave) . 2136. Dijkema, L. R. De Wieringermeer. Westfrieslands oud en nieuw 35 (1968): 7-34. 2137. Ente, P. J. Een bodemkartering van het tuinbouwcentrum 'De Streek'. Wageningen, (1963), 203 p. (Hoofdstuk XII, bewoning en ontginning vöör 1300). 2138. Flier, G. van der. Het Hoogheemraadschap Noordhollands Noorderkwartier 1920-1945. Wormerveer, (1947), XII +20 3 p. 2139. Fockema Andreae, S.J . Wat er aan de droogmaking van de Haarlemmermeer voorafging. Meded. K. ned. Akad. wet. afd. letterkunde. Nieuwe reeks 18 (1955): 379-428.

117 2140. Gelder, H. E. van. De bedijking van de Heerhugowaard (1624—1631). In: H. E. van Gelder. Alkmaarse opstellen, uitgegeven door de Vereniging 'Oud— Alkmaar'. Zonder plaats (1960), p. 91—117 , ook in: Bijdragen voor Vader- landsche geschiedenis en oudheidkunde 4e reeks 5 (1906): 231—275, 476-477. 2141. Gottschalk, M.K . E. Het Naardermeer en zijn omgeving historisch-geogra- fisch bezien. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 78(1961):2—21 . 2142. Gottschalk, M.K . E. De zanddijk bij Egmond en zijn legenden. Geografisch Tijdschr. Nieuwe Reeks 3 (1969): 111-117. 2143. Groesbeek, J. W. Amstelveen; acht eeuwen geschiedenis. Amsterdam, (1966), 338 p. (o.a. waterstaatkundige ontwikkeling). 2144. Güray, A. R. De bodemgesteldheid van de IJpolders. Boor en spade 5(1952) : 1—28. (geschiedenis van de droogmaking). 2145. Hart, G. 't. Geschiedenis van de kleine en grote Haarlemmersluis te Spaarn- dam.Jaarboe k Haerlem (1967): 112-136. 2146. Heide, G. D. van der. Om het behoud van de laatste tuinwallen (op Texel). Land en water 6 (1962): 56-57. 2147. Hollestelle,J . B. W.D e stormvloeden vannovembe r en december 1675 en het ontstaan van de Grote Braak bij Halfweg. Jaarboek Haerlem (1968): 75—89. 2148. Honig, G.J . De Kooger polder. De Zaende 1 (1946): 215-218. 2149. Hoogheemraadschap van de Uitwaterende Sluizen in Kennemerland en West- friesland. Westfrieslands oud en nieuw 33 (1966): 136—149. 2150. Jansen, L.D e Lutkemeerpolder. Ons Amsterdam 16(1964) : 210—211. 2151. Jansen, L.D e Noorder IJpolder. OnsAmsterda m 16(1964) : 253—256. 2152. Jansen, L. De Binnendijksche Buitenveldertsche polder. Ons Amsterdam 17 (1965): 10-15. 2153. Jansen, L. De geschiedenis van de Buikslotermeer. Ons Amsterdam 17 (1965): 266-267. 2154. Jansen, L. De Buiksloter ban. Ons Amsterdam 18(1966) : 222-224. (Water­ staatsbestuur in Waterland). 2155. Jansen, L. De geschiedenis van de Buiksloter Ham. Ons Amsterdam 19 (1967): 146-150. (polder). 2156. Jong, F.C. De Westerkamperpolder bij Zijdewind. De speelwagen 4 (1949): 118-119. 2157. Jonker Hzn., H. Hoofdstukken uit de geschiedenis van de polder Wieringer waard, 1610-1960. Amsterdam, (1960),XVI I + 186p . 2158. Kamp, A. F. Het hoogheemraadschap Noordhollands Noorderkwartier 1921-1961. Landen water. 6 (1962): 58-60. 2159. Kampen, A. van. Dit is ons land, hier leven wij: 25jaa r Wieringermeer 1930-1955. Wieringermeer, (1955) , 88 p. 2160. Kerkmeyer-De Regt, C. Geschiedenis van West-Friesland. Leiden, (1943) 95 p. (Dijkwezen). 2161.Keyzer, C. & H.Jonker , Hzn. De Anna Paulownapolder, 1846-1946 Wormerveer,(1946) , 254 p. 2162. Kits Nieuwenkamp, H.W.M.J. Jan Kits Nieuwenkamp, één van de ont ginners van de Haarlemmermeerpolder. Gens Nostra 11(1956) : 32—34.

118 2163. Koeman, C. De Westfriese Omringdijk. West-Frieslands oud en nieuw. 34 (1967): 86-99. 2164. Koning, J. R. Watergraafs- of Diemermeer. Heemschut 19 (1942): 30-36. 2165. Koolhaas, R. W. Dijken volgens hobrede. Despeelwage n 7(1952) : 57-60. 2166. Koolhaas, R. W. Oude stukken in het archief van de polder Katwoude. De speelwagen 7(1952) : 112-115. 2167. Kostelijk, P.J . Het eiland Marken. De speelwagen 10 (1955): 77-86, 104-107. 2168. Kroes-Ligtenberg, Chr. Waarom de Haarlemmermeer drooggelegd moest worden. Maandblad Amstelodamum 43 (1956): 170—175. 2169. Lennep, F.J . E. van. Amsterdammers in 's-Graveland. Jaarboek Amstelo­ damum 51 (1959): 93-169. (geschiedenis van ontginningen). 2170. Mastenbroek, J. Honderd jaar polderbestuur. In: Van bruisend water tot ruisend graan; honderd jaar Haarlemmermeer, 1855—1955. Haarlem,(1955) , p. 108-131. 2171. Mol.C .Ui t de geschiedenis van Wormer.Wormerveer , (1966), 235 p. 2172. Nieuwenhof, jr. F. R. De droogmaking van de Purmer. West-Frieslands oud en nieuw 27 (1960): 35-38. 2173. Noordeloos, P. & J.Morsink. Geschiedenis van den polder Het Grootslag. Heiloo,(1946) , 219 p. 2174.01y,K. 1626 Wijde Wormer 1951.D e speelwagen 6 (1951): 162-165. 2175. Otten, Fr. Jacob Posch en de Schermer. West-Frieslands oud en nieuw 33 (1966): 126-135. 2176. Otten, Fr. Hoogheemraadschap van de Uitwaterende Sluizen in Kennemer- land en West-Friesland. West-Frieslands oud en nieuw 33 (1966): 136—149. 2177. Pons, L.J . Wieringen, hoe het land met zijn bodem werd en is. West-Fries­ lands oud en nieuw 29 (1962): 159-186. 2178. Poolman, H. De voormalige zeeweringen van het Gooi. Jaarboek Niftarlake (1968): XXII-XXXI. 2179. Poolman, H. De keverdijk. Jaarboek Niftarlake (1968): XXXII-XXXVI. (oude waterkering in Naarden). 2180. Portret van de Beemster 1962; uitgegeven ter gelegenheid van het 350-jarig bestaan van de Beemster. Zonder plaats, (zonder jaar), 355 p. 2181. Roever, J. G. de. Geschiedenis van de Westfriese omringdijk. Westfriesch jaarboek 5 (1943): 43-74. 2182. Schaik, P. van. Maatschappij ter bevordering van den landbouw. Ons Amster­ dam 13(1961) : 231—233.(o.a . over droogmaking Bovenkerkerpolder). 2183. Schaik, P. van. Van polderpeil en molenzeil 1764—1964;d e geschiedenisva n de uitgeveende Bovenkerkerpolder onder Amstelveen. Zonder plaats, (ca. 1963), 92 p. 2184. Schilstra, J. J. Wiewate r deert;he t Hoogheemraadschap van de Uitwaterende Sluizen in Kennemerland en West-Friesland, 1544—1969, zonder plaats, (zonder jaar), 263 p. 2185. Schoorl, H. De dijkdoorbraak in Scharwoude in 1675.West-Friesland s oud en nieuw 34 (1967): 100-108. 2186. Schoorl, H. Isaac Le Maire, koopman en bedijker. Haarlem, (1969), 244 p.

119 2187. Schuitmaker, Y. Het hoogheemraadschap van de uitwaterende sluizen en het nieuwe gemaal te Winkel. Noordholland 5 (1960): 91-95. 2188. Smits,H . De Beemster 350 jaar oud. Land en water 6 (1962): 178-180. 2189. Smits, H. Enige curieuze feiten over de IJ-polders;ee n greep uit de geschiede­ nis van de drooglegging van het IJ. Noord-Holland 12(1967) : 195-201. 2190. Spaander, J. De erfenis van Leeghwater. Uitgegeven ter gelegenheid van het Honderdjarig bestaan van de Haarlemmermeer. Amersfoort, (1952), 80 p. 2191. Steur, A. G. van der. De afzanding van de Hollandse binnenduinen in de 17e eeuw. Contactblad, regionale en locale geschiedenis Noord- en Zuid-Holland 1 (1968): 58-62. 2192. Teeling, P. S. Plaatselijke benamingen in de zilveren Wieringermeerpolder. De speelwagen 10(1955): 163-168, 200-208. 2193. Vis, D. De zaanstreek; een beschrijving van het Zaansche volksleven in zijn historische ontwikkeling. Leiden, (1948),34 5 p. (ontginningen). 2194. Vlam, A.P. Huisduinen in het begin van de 80-jarige oorlog, De navorscher 95 (1954/55): 103-108. (Overstromingen). 2195. Voets, B. De macht van de zee; een verhaal over de verschrikkingen van de zee opgesteld uit aantekeningen in het doopboek van Lutjebroek door pastoor Folkert Roos (1681— 1713) . Uit het peperhuis serie 3 no.4 (1966): p. 126-128. 2196. Vries, V. de. Sloop van een sluis aan de Oostzaner Overtoom. Ons Amster­ dam 18(1966) : 7-9. 2197. Waiboer, A.J . Honderd jaar de Waard en Groet, 1844-1944. De speelwagen 1 (1946): 36-41. 2198. Waiboer, A. J., A. Wiedijk & J. H. Oudt, 100 jaar Waard en Groet 1844- 1944. Schagen, (1945), 111 p. 2199. Water, Van bruisend ... tot ruisend graan; honderd jaar Haarlemmermeer, 1855-1955. P. H. Schroder (Red.).Haarlem , 1955, 228 blz. 2200. Westenberg, J. Oude kaarten en de geschiedenis van het voormalige eiland Huisduinen, Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 73 (1956); 223- 240. 2201. Westenberg, J. Oude kaarten en de geschiedenis van de kop van Noord- Holland. Verh. K. ned. Akad. wet., afd. natuurkunde Ie Reeks 23 no. 2 (1961): 68 p. 2202. Westenberg, J. Spel van land en water om Huisduinen en Den Helder. West-Frieslands oud en nieuw 30 (1963): 118-131. 2203. Westenberg, J. Transgressie en waterkering in het verleden van de kop van Noordholland. West-Frieslands oud en nieuw 30 (1963): 207—228. 2204. Wilson, S.A . Beknopte geschiedenis van Bloemendaal. Amsterdam, (ca. 1953), VIII + 151 p. (o.a. ontginningen). 2205. Wissink, G. A. Bij het eeuwfeest van de Haarlemmermeer. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 72 (1955): 200-218. 2206. Wit, J.A. Het oude land: De Zeevang. Westfriesch jaarboek 5 (1943): 75-101. 2207. Wording en opbouw van de Wieringermeer, geschiedenis van de ontginninge n kolonisatie van de eerste IJsselmeerpolder, samengesteld door de Directie var de Wieringermeer. Wageningen, (1955), 805 p.

120 2208. Zijl, H. van. De watersnood van 14jan . 1916. Ons Amsterdam 17 (1965): 354-362. 2209. Zijp, A. De weerwolf dreigde. West-Frieslands oud en nieuw. 16 (1941): 147-152. 2210. Zijp, A. Tegenvallers bij de bedijking van de Zijpe, West-Frieslands oud en nieuw 16(1941) : 153-156. 2211. Zijp, A. Dilettant-ontginners in de Zijpe, 1563-70. West-Frieslands oud en nieuw 19 (1949): 47-55.

p. ruilverkaveling q.veengraverije n

2212. Cock, J. K. de. Veenontginningen in West-Friesland. West-Frieslands oud en nieuw 36 (1969): 154- 171.

r. kavel-e n dorpsvormen s. boerenhuizen

2213. Balk, J. Th. Honderd jaar boerderij.West-Friesland s oud en nieuw 28 (1961): XXXV-XL. 2214. Belonje, J. De Surinaamsche vriend. De speelwagen 7 (1952): 79-84. (boer­ derij in de Zijpe). 2215. Benthem, R. J. Boerderijbeplanting in West-Friesland. West-Frieslands oud en nieuw 31 (1964): 102-115. 2216. Buitenplaatsen enboerderije n in Schoten. In: Tj.W .R . de Haan (Red.).Zeve n heerlijkheden; over geschiedenis en volksleven der voormalige gemeente Schoten. Den Haag, (1966), p. 69-74. 2217. Calkoen, H.J . Een boerenhuis uit de eerste eeuw te Krommenie. Noord­ holland 4 (1959): 238-241. 2218. Calkoen, H.J . Een boerderij te Velsen uit de eerste eeuw. Noord-Holland 8 (1963): 36-40 (zie ook, p. 186-187). 2219. Canneman, E. A. Oud Noord-Hollandsche stelphoeven. Leven en werken 5 (1941): 289-295, ook in: M.D . Ozinga. Ons eigen land in zijn rijke ver­ scheidenheid. Amsterdam, (1942), p. 316-323. 2220. Daan, J. Het Wieringse boerenhuis. De speelwagen 1 (1946): 334-338. 2221. Entrop, B. Geveltopversieringen aan de Langedijk. De speelwagen 7 (1952): 131-135. 2222. Goede, A. de.D eWestfriesch e buurschap. Enkhuizen, (1944), 117p . 2223. Goede, A. de.He t Westfriese uilendak. De Westfries 8 (1945): 115-118. 2224. Groenman-van Waateringe, W.,W. Glasbergen, & M.F. Hamburger. Een boerderij uit de eerste eeuw na Chr. te Krommenie. In: In het voetspoor van A. E.va n Giffen, Groningen, (1961), p. 110—128. 2225. Hekker, R. C. De ontwikkeling van de Gooise hoeve. Oudheidkundige jaar­ boek 4e Serie 12(1943): 47-58.

121 2226. Hekker, R. C.D e Noord-Hollandse stolphoeve, Assen, (1944),4 8 p. 2226a. Hekker, R.C. Nieuwe bouwstoffen voor de geschiedenis van de Noord- Hollandse boerderij. De speelwagen 6 (1951): 203—212. 2227. Hekker, R.C. Een Westfriese boereninboedel uit 1591.West-Friesland s oud en nieuw 23 (1956): 78-88. 2228. Hekker, R.C. Stolphoeven op de Schoten. In : Tj.W. R. de Haan (Red.). Zeven heerlijkheden; over geschiedenis en volksleven der voormalige gemeente Schoten. Den Haag,(1966) , p. 114-125. 2229. Herder, T. den. De Haarlemmerweg en omgeving. OnsAmsterda m 13 (1961): 29-32, 45-49. (boerderijen). 2230. Kerkmeyer-De Regt, C. Geschiedenis van West-Friesland. Leiden, (1943), 95 p.(o.a . over boerderijen). 2231. Meurs-Kooiman,A . van. Een boerderij verhuisde;iet s over de eerste bewoners van de oude West-Friese boerderij te Zuid-Scharwoude, die naar het Open­ luchtmuseum werd overgebracht. De speelwagen 4 (1949): 165—168. 2232. Molen, S.J . van der. Dehistorisch e landbouwkaart; een nieuw hulpmiddel bij de studie vanhe t boerenhuis. Volksche wacht 8 (1943/44): 347-351. 2233. Molen, S.J . van der. Het oude boerenhuis in het gebied van het Haarlemmer Meer. Neerlands volksleven 19(1969 ) 122-142. 2234. Reiger, H.A . de. De landelijke bouwkunst in Noordholland; onderzoek door S.J.Bouma. Noordholland 5 (1960): 171-175. 2235. Reiger, H.A . de. De boerderijvormen op Wieringen in vergelijking met die in Noord-Holland. West-Frieslands oud en nieuw 29 (1962): 22-37. 2236. SI. Onze Noordhollandse boerderijen. Hollandsch landbouwweekblad 36 (1964): 301 D. 2237. Vrijland, C. W.D . Sandenhoeff. Jaarboek Haerlem (1941) 53-59.

t. molens

2238. Baken, J. De molen van de Oosterpolder onder Winkel en Nieuwe Niedorp. De speelwagen 9 (1954): 316-319. 2239. Besse, E. Een molenbestek van Leegwater. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Ge­ noot. 2e Serie 59 (1942): 508-517. (Starnmeermolens). 2240. Boorsma, P. Over de Zaanse windmolens in de periode 1898—1948. De speelwagen 3 (1948): 275-281. 2241. Hart, S. De eerste houtzaagmolen te Amsterdam. Amstelodamum 38 (1951): 55-58. 2242. Nierop, L. van. De rosmolen. Amstelodamum 43 (1956): 128-129. (koren­ molen). 2243. Rezelman, C. Van strijkmolen tot meelmolen. De speelwagen 7 (1952): 277-280.

u. landbouwcoöperatie

2244. Es, A. van. Vijftig jaar Centrale Aalsmeerse veiling. Uitgegeven ter gelegen heid van het 50-jarig jubileum van de Coöp. Ver. Centrale Aalsmeer Veiling G. A., lOjanuari 1962.Zonde r plaats, (1962).

122 2245. Fabrieken, bond, mensen; gedenkschrift t.g.v. het 50-jarig bestaan van de Bond van op Coöperatieve grondslag werkende zuivelfabrieken in Noord- Holland op 29januar i 1956.Alkmaar , (1956), 80 p. 2246. Jaar, 40 ... Coöperatieve Tuinbouwbank Aalsmeer, 1916—1956. Zonder plaats, (ca. 1956), 77 p.( + statistische gegevens en grafieken). 2247. Kranen, G. Over de ontwikkeling van de zuivelbereiding in West-Friesland in het bijzonder over het ontstaan en de ontwikkeling van coöperatieve zuivel­ fabrieken. DeWestfrie s 9 (1947): 30-44. 2248. Kruithof, A. 50jaa r coöperatieve zuivel. Noordholland, 1 (1956): 12—15.

v. landbouwindustrie

2249. Ankum, L. A. Een bijdrage tot de geschiedenis van de Zaanse olieslagerij. Tijdschr. voor geschiedenis 73 (1960): 39-57, 215-251. 2250. Scheij, L. T. C.Va n gezinsbedrijf tot grootindustrie. De speelwagen 9 (1954): 298-306. 2251. Suikerfabriek, N.V. C.S.M. ... 'Holland'; 1863-1963. Uitgave N.V. Centrale suiker maatschappij, no. 205,3 1 mei 1963.Zonde r plaats,(1963) .

w. landbouwmaatschappijen enander e organisaties

2252. Jaar, 50 ... veilingvereniging 'De Noordermarktbond' te Noord-Scharwoude, 1913—2 October—1963. Zonder plaats, (zonder jaar), 128 p. 2253. Jaar, 50 ... Z. A. P.; zaaizaad en pootgoedtelersvereniging — Anna Paulowna - Noord Holland, 1913-1963. Zonder plaats, (zonder jaar), (pagina's niet genummerd).

x. onderwijs envoorlichtin g

2254. Helm, G. W. van der, ea. 12 1/2 jaar Rijkstuinbouwconsulentschap Amster­ dam, Zonder plaats,(1949) , 103p . 2255. Jaar, Van een groot gebeuren vöör 70 .... Melk 10 (1954/55): 88-90, 108-109, 116-117, 133-134, 148-149, 166-167, 199-204, 245-246, 262-263, 269; 11(1955/56) : 56-58. 2256. Jaar, Vijfenzeventig ... Hoorn; jubileumuitgave t.g.v. het 75-jarig bestaan van het Instituut voor veevoedingsonderzoek 'Hoorn', Hoorn, (1965), 72 p. 2257. Roele, P.N . Twaalf en een halfjaar proefboerderij 'Noord-Holland', Schagen, (1966), 32 p. 2258. Slot, F. Tien jaar waarborginstituut voor de tuinbouw in Noord-Holland, 1954-1964. Haarlem,(1964) , 72p .

y.veldnamen ,e.d .

2259. Burck, P. du. Over veldnamen en perceleringen in een West-Fries district (Geestmerambacht). Boor en spade 4 (1951): 335-346. 2260. Edelman-Vlam, A.W . & C.H. Edelman. Over woud- en broeknamen in West-Friesland. West-Frieslands oud en nieuw 23 (1956): 46—51.

123 2261. Rentenaar, R. Veldnamen in Warmenhuizen. Mededelingen van de centrale commissie voor onderzoek van het Nederlandse volkseigen 20 (1968): 16—19.

9. Zuid-Holland

a. algemene agrarische geschiedenis

2262. Driessen, G. L. Joannes le Francq van Berkhey. Leidsch jaarboekje, 36 (1944): 184-190. 2263. Eerzamen, F. den. Het eiland Goeree; geschiedenis, volksleven, taal. Meppel, (1966) 205 p., ook in: Neerlands volksleven, 16 no. 2e n 3 (1966). 2264. Elk, E. van. Jacobswoude, een verdwenen en vergeten dorp. Historia 7 (1941): 158-160. 2265. Fockema Andreae, S. J. 'Aen 't ende van den lande'; de Hollands-Utrechtse grensstreek bij Woerden, Zuid-Hollandse studiën 1 (1950): 83—94. 2266. Fockema Andreae, S. J., J. G. N. Renaud &E . Pelinck. Kastelen,ridderhof- steden en buitenplaatsen in Rijnland. Uitgave van de Vereniging 'Oud-Leiden' ter gelegenheid vanhaar vijftigjarig jubileum, (1952), 107 p. + 106 afb. 2267. Graaf, J. H. G. de. Moordrecht in touw. Hollandse studiën 1(1970) : 212 blz. 2268. Harbers, G.H. Het oude spoelingdistrict. Wageningen, (1963), 48 p. (scriptie). 2269. Hart, G. 't. Een informatie over het land van Putten (1477). Historia 13 (1948): 273-276. 2270. Hoek, C. Den Briel en Maerlant (Studiën betreffende de hoge heerlijkheid Voorne in de middeleeuwen, afl. 3). In: Rapport betreffende werkzaam­ heden, verricht in het eerste en tweede kwartaal van 1966 door de afdeling oudheidkundig onderzoek van de Dienst van Gemeentewerken. Rotterdam, (zonder jaar). 2271. Kome, E. P. De landbouw op Voorne, 1750-1939, Wageningen, 1963, 38 blz. (scriptie). 2272. Korevaar, A. C. W. Enkele opmerkingen over nederzettingen in de Alblasser waard, Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 65 (1948): 556-557. 2273. Linden, H. van der. De cope; bijdrage tot de rechtsgeschiedenis van de openlegging der Hollands-Utrechtse laagvlakte. Assen, (1955), XV +40 0 p.( H bijlagen). 2274. Mensonides, H.M . De geschiedenis van het landgoed Clingendaal. 's-Graven hage, 9 no. 4, (1954) p. 24-28. 2275. Niermeyer, J. F. Delft en Delfland; hun oorsprong en vroegste geschiedenis Leiden, (1944), 129p . 2276. Noordam, D. J. De bevolking van 's-Gravenzande en Zandambach (1680-1795). Zuidhollandse studiën 14 (1968): 73-144. (p. 86-89 land bouwgeschiedenis). 2277. Poel, J. M.G . van der. Enige mededelingen over de negotiatie 'Land iszek e bezit'. Landbouwkundig Tijdschr. 62 (1950): 815-826, ook in: Agronc misch-historisch jaarboek, 5 (1951).

124 2278. Steur, A. G. van der. Een demografische, agrarische en sociale statistiek van de steden en dorpen in het kwartier van Leiden uit de jaren 1807—1808. Leidsjaarboekj e 57 (1965): 184-196. 2279. Steur, A. G. van der. (Red.). Heeren en Bueren;bijdrage n tot de geschiedenis van Warmond. Den Haag, (1969), 159p . 2280. Vlies, T. A. van der. De eerste eeuwen van Rhoon. Rotterdam, (1949), 95 p. 2281. Winter, J.M. van. Die Entstehung der Landgemeinde in der Holländisch- Utrechtschen Tiefebene. Vorträge und Forschungen 7 (1964): 439-445.

b. economische agrarische geschiedenis, grondbelasting

2282. Brugmans,I .J .Ee nrappor t overde neconomische n toestand van Zuid-Holland uit 1817. Economisch-historisch jaarboek 27 (1955/57): 101-153. 2283. Gedenkboek de kaashandel te Bodegraven, 1880-1940. Zonder plaats, (zonder jaar), 48 blz. (stencil-uitgave). 2284. Hazewinkel, H. C. Misgewas een duurte. Rotterdamsch jaarboekje 4e Reeks 10 (1942): 169-181. (1698-1699). 2285. Hoek, C. Cohier van de tiende penning van Poortugaal 1543. Ons voor­ geslacht 15 (1960): 114-117, 16(1961): 7-10. 2286. Jansma, T. S. Het economisch overwicht van de laat-middeleeuwse stad t.a.v. haar agrarisch ommeland, inhe t bijzonder toegelicht met de verhouding tussen Leiden en Rijnland. Leids jaarboekje 58 (1966): 93-108. 2287. Louwman, J. De handel in meekrap te Rotterdam in de 18e eeuw, Rotter­ damschjaarboekj e 5e Reeks 1(1943) : 171-184. 2288. Vijfheerenlanden, De ...; een economisch-sociografisch onderzoek van de landbouw. 's-Gravenhage, (1952), 98 p. 2289. Vijfheerenlanden, De ...; een onderzoek naar delandbouwkundig e en sociaal- economische toestand. 2 Delen. Utrecht, (1954).

c. sociale agrarische geschiedenis

2290. Cistozvonov, A. N. Agrarnye otnosenija v juznoj Gollandii, Amsterlante i Choojlante poo materialam opisej 1494-1514 gg. Srednie veka 17 (1960): 164—195. (de agrarische verhouding in Zuid-Holland, Amstelland, en Gooi­ land volgens de beschrijvingen van 1494- 1514). 2291. Douma, W.H . Het gezin op een verstedelijkend platteland;ee n gezinssociolo- gisch onderzoek in twee Zuid-Hollandse plattelandsgemeenten met een ver­ schillende urbanisatiegraad. Bulletin van de afd. sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool, 20 (1961). 2292. Hekker, R. C. Het boerenleven in Zuid-Holland en West-Utrecht omstreeks 1800. Neerlands volksleven 10 (1959/60): 112-118. 2293. Lammerts, M. D. Hoe een Hollandse boer voorbereidingen trof vooreen reis naar Rome anno 1617. Archief voor de geschiedenis van de Katholieke kerk in Nederland, 2 (1960): 322-326. 2294. Visser, J.C. De landarbeiders in Zuid-Holland van ca. 1880 - ca. 1910. Zuidhollandse studiën 14 (1968): 19-60.

125 d. juridische agrarische geschiedenis

2295. Breemen, P. J. van. De verhouding van het erfhuur betalende domein in de hofboeken tot het volledige gebied van Haag-ambacht, Jaarboek Die Haghe (1941): 141-155. 2296. Breemen, P. J. van. Het bedrag van de erfhuren van landerijen in de hof- boeken. Jaarboek Die Haghe (1941): 156-168. 2297. Breemen, P. J. van. Nogmaals de Wassenaarsche veenpacht in Haagambacht. Jaarboek Die Haghe (1942): 86-103. 2298. Iterson W.van . Gemengder aarde en gemengder vore in Holland en Utrecht. Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht 9 (1944): 671—712. 2299. Linden, H. van der. De cope; bijdrage tot de rechtsgeschiedenis van de openlegging der Hollands-Utrechtse laagvlakte. Assen, (1955), XV +400 p.+ bijlagen. 2300. Monté Verloren, J. Ph. de. Hoven in Holland. In: Opstellen aangeboden aan Prof. Jhr. Dr. D. G. Rengers Hora Siccama, 1906-1942. Utrecht, (ca. 1942), p. 107-157. 2301. Pachtgebruiken, Vreemde ... die verdewnen; de 'Benefisie' op Flakkee, De landpachter 35 no. 9 (1961), p.4 . 2302. Rechtsbronnen der vier hoofdwaterschappen van het vasteland van Zuid- Holland (Rijnland, Delfland, Schieland, Woerden). Werken der Vereeniging tot uitgaaf der bronnen van liet Oud-Vaderlandsche recht 3e Reeks 15 (1951), XX+ 601 p. 2303. Tol, D. van. De goederen van het Huis Tol te Koudekerk; sedert de stichting tot aan de eerste verkoop (ca. 1300—1567). Leids jaarboekje 49 (1957): 65-98. 2304. Vliet, M. van. Het hoogheemraadschap van de Lekdijk Bovendams; een onderzoek naar de beginselen van het dijkrecht in het hoogheemraadschap, voornamelijk in de periode 1537—1795. Assen, (1961), 670 p. 2305. Waterschapsrecht, Het Zuid-Hollandse ..., 1946-1954. In: Opstellen aange­ boden aan Mr. G. J. C. Schilthuis ter gelegenheid van zijn zeventigste verjaar­ dag. Zonder plaats, (ca. 1954), 124p .

e. grondbezit, grondgebruik

2306. Bakkers, P. A. B., F. S. J. Heerma van Voss-Dantuma & A. G. van der Steur. Grondbezit en grondgebruik te Warmond. In: Heeren en Bueren;bijdrage n tol de geschiedenis van Warmond. Den Haag, (1969), p. 73-76. 2307. Brakke, J. H. Een acte over landerijen. Jaarboek Ons voorgeslacht (1956) 25-26. 2308. Dijk, H. van. Een klooster uit het Brabants-Hollandse rivierengebied: de abdi Berne en haar materiële betekenis in de middeleeuwen. A. A. G. Bijdragen lf (1970): 3-38. (o.a. over grondbezit). 2309. Fockema Andreae, S. J. Grondeigenaars en grondgebruikers in hoekje vai Holland. In: Ceres en Clio; zeven variaties op het thema landbouwgeschiede nis. Wageningen, (1964), p. 55-78. ook in: Agronomisch-historische bijdra gen 6 (1964).

126 f. akkerbouw en akkerbouwgewassen, voeding

2310. Gouw, J. L. van der. Het ambacht Voorschoten. Zuid-Hollandse studiën 5 (1956), 168p . (o.a. overvlas) . 2311. Groot, A. G. de. Meekrap in Zuid-Holland. Zuid-Hollandse studiën 8 (1959): 139-173. 2312. Poel, J. M.G . van der. Koolzaaddorsen in Westmaas.Neerland svolksleven . 7 (1957): 85-87. 2313. Schneider, J.W. Slachten en keuren; schets van de voedselvoorziening der stad Leiden van de middeleeuwen tot de huidige tijd. Leiden, (1953), 101p .

g. weidebouw enveeteel t

2314. Leeuwen, G. B. van. De Warmondse veestapel in de achttiende eeuw, In: Heeren en Bueren; bijdragen tot de geschiedenis van Warmond. Den Haag, (1969), p. 58-62.

h. paarden enrundere n

2315. Louter, A. De georganiseerde rundveefokkeri j in Zuid-Holland, voorheen en thans. De keur-stamboeker 12(1964) : 499-500. 2316. Pelinck, E. De paardenmarkt te Valkenburg. Leids jaarboekje 50 (1958): 80-86. 2317. Rijlaarsdam sr., J. Veertig jaar blaarkopfokkerij inZuid-Hollan d en Westelijk Utrecht. De keur-stamboeker 12 (1964): 412. 2318. Verhoeven, P. Hoe het was en hoe het groeide. De keurstamboeker 9 (1961): 471-473.

i. schapen j. overigediere n

2319. Jong, S. de. Vijfentwintig jaar stamboekfokkerij van het Groot-Yorkshire varken in Zuid-Holland 1921-1946. Den Haag, (1946), 48 p. 2320. Jong, S. de. Uit de geschiedenis van de Zuid-Hollandse varkensfokkerij. Maandblad voor devarkensfokkeri j 26 (1963): 22—23.

k. veeteeltprodukten 1. tuinbouw

2321. Barendse, J. Hollands tuin; de Westlandse tuinbouw van vroeger tot nu. Uitgave van 'Bond Westland'. Zonder plaats (ca. 1951), 159p . 2322. Emmens, J. De ontwikkeling van de druiventeelt in het Westland. Zuid- Holland 7 (1961): 45-56. 2323. Gedenkboek veiling 'Berkel en Rodenrijs', G. A., 1903-1953. Zonder plaats, zonder jaar, 199 blz.

127 2324. Geling, U. & J. P. Groot. De vrije tuinbouwvestiging op nieuwe gronden in het Westland en de Kring. Bulletin van de afd. sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 23 (1962). 2325. J., J.W.D. Bond 70 jaar Westland;ho e het woongebied ontstond. Groenten en fruit 14(1958/59): 1173, 1199, 1235, 1269. 2326. Lodewyk, T. 'De Gouden Graaf; een bloembollenbedrijf van 1793—1953, Lisse, (zonder jaar), 59p . 2327. Michels, F.W . De Loosduinse groentenveiling; kroniek van het vijftig-jarig bestaan, 1899 - 8 Nov. 1949. Amsterdam, (1949), 127p . 2328. Oudshoorn, H. I. De tuinders in Wateringen en De Lier; bijdrage tot de godsdienstgeografie van het Westland. Assen, (1957), 140p . 2329. Pelinck, E. Een bloemisterij en een speeltuin buiten de Koepoort. Leids jaarboekje 53 (1961): 82-90. 2330. Sängers, W.J . Leiden als centrum van groententeelt in de 17e eeuw. De tuinbouw 4 (1949): 204-206. 2331. Tromp, J. Honderd jaar boomkwekerij in Boskoop, 1861—1961. Boskoop, (1962), 94 p. 2332. Valstar, V. Ph. Geschiedenis van de fruit- en groentenveiling 'Naaldwijk' te Naaldwijk, 1890-1945. 's-Gravenhage, (ca. 1945), 151 p. 2333. Vuyk sr., A. Boskoop; vijf eeuwen boomkwekerij, 1466—1966. Boskoop, (1966), 318 p. 2334. Weerdenburg, L. J. M. Ontstaan en ontwikkeling van de tuinbouw in Veur; een bronnenstudie van de eerste fase der ontwikkeling van de tuinbouw in Veur, thans gemeente Leidschendam. Wageningen, (1962), 39 p. (scriptie). 2335. Wijk, J. van. Het sierteeltcentrum Boskoop. Utrecht, (1941), 119p . 2336. Zeeuw, A. de. De ontwikkeling van de tuinbouw in het bijzonder in Zuid- Holland. Tijdschr. Ned. Heidemaatsch. 75 (1964): 572-588.

m. bosbouw n. landbouwwerktuigen

2337. Bicker Caarten, A.He t kasboek van een Woubrugse wagenmaker uit devorig e eeuw. In: H. Braber (samensteller). Van klep tot krat;bijdrage n overboeren- wagens en andere voertuigen. Amsterdam, (1950), p. 26-31. 2338. Poel, J.M. G. van der. De Rijnsburgse ploeg. Volkskunde 59 (1958): 1-10.

o. ontginningen, waterstaat, polders, bedijkingen en overstromingen

2339. Acket, M.N . De Oude Rijn en zijn omgeving. Leids jaarboekje 45 (1953): 73-102. 2340. Allewijn, M. Van Grooten Waert tot Hoeksche Waard; vijf eeuwen eiland- historie. Zonder plaats, (ca. 1952), 197p . 2341. Archieven, De ... der voormalige polders onder Katendrecht—Charlois, Perni: en Hoogvliet. Rotterdam, (1967), 168p . 2342. Baars, H.L . Grepen uit de geschiedenis van IJsselmonde. Zonder plaats (ca. 1959), 120p.

128 2343. Balen, P. van. Middeleeuwsche landontginning in de omgeving van Gouda. Oudheidkundige kring'Die Goude' 3 (1941): 10 30;4 (1943): 26-40. 2344. Beekman, A. A. Nalezing op Mr. Dr. Th. F. J. A. Dolk's Geschiedenis van het Hoogheemraadschap Delfland. Bijdragen voor Vaderlandsche geschiedenis en oudheidkunde 8e Reeks 3 (1942): 104- 114. 2345. Belonje, J. De erfwatergraafschappen in Over- en Nederwaard. Zuid-Holland 14(1968): 14-18. 2346. Berghe, J. van den. Over polderwateren in Zuid-Holland. Mededelingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam. 36 (1960): 1-32. 2347. Boerboom, J. H. A. & A. Coops. Vegetatie en landschap van de Bierlap;een vroeger bewoonde duinvallei bij Wassenaar. Jaarboek Die Haghe (1958): 1-12. 2348. Burgh, W.F . van der. Iets over de geschiedenis van het Hoogheemraadschap Rijnlanden zijn oorsprong. Leids Jaarboekje 55 (1963): 123—130. 2349. Doorn, C. J. van. Het ontstaan van het Hoogheemraadschap Schieland. Zuid- Hollandse studiën 9 (1961): 135-145. 2350. Doude van Troostwijk, H. J. De waterhuishouding in de Hollands-Utrechtse laagvlakte. Wageningen, (1959), 19p . (scriptie). 2351. Ernsting, P. De stichting van het Hoogheemraadschap van de Vijfheeren- landen. Zuid-Hollandse studiën 9 (1961): 21 35. 2352. Ernsting, P. De voorgeschiedenis van de polder Cromstrijen. Zuid-Hollandse studiën 9 (1961): 36-48. 2353. Ernsting, P. De droogmaking van de polder Prins Alexander, Zuid-Hollandse studiën 9 (1961): 89-94. 2354. Fockema Andreae, S. J. Ruzie in de Veenpolder. Jaarboek Die Haghe (1948/49): 35-46. 2355. Fockema Andreae, S. J. Schets van Zuid-Hollandse watersnoden in vroeger tijd. Zuid-Hollandse studiën 3 (1953); 32p . 2356. Fockema Andreae, S. J. Een verdwenen dorp? Zwieten bij Leiden, in 'Varia Historica' bundel opstellen aangeboden aan prof. Dr. A. W. Bijvanck. Assen, (1954): p. 121-128. 2357. Fockema Andreae, S. J. Willem I, graaf van Holland 1203-1222, en de Hollandse hoogheemraadschappen. Wormerveer, (1954), 75 p. 2358. Fockema Andreae, S. J. Landscheidingen der Midden-Hollandse hoogheem­ raadschappen in de 18de eeuw. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 73(1956): 134-139. 2359. Fockema Andreae, S. J. De Rijnlanden. Leids jaarboekje 48 (1956): 45-56. 2360. Fockema Andreae, S. J. Uit de geschiedenis van een Rijnlandse polder (de Noordeind- en Geerpolder onder Ter Aar en Leimuiden). Leidsjaarboekj e 52 (1960): 57-69. 2361. Geselschap, J. E. J. Inventaris van de polderarchieven in de archiefbewaar­ plaats van de gemeente 's-Gravenhage. Zonder plaats, (ca. 1956), 51p . (stencil-uitgave K.B. 1477 C1) . 2362. Gorris, G., H. Hardenberg & N. J. Pabon. Met medewerking van D. van der Meide. Dorp aan de Vliet, geschiedenis van Voorburg. Scheveningen, (1953), 312p.

129 2363. Gouw, J. L. van der. De Unie van de Vijf Heren van 1284. Zuid-hollandse studiën 9 (1961): 7-16. 2364. Gouw, J. L. van der. Korte geschiedenis van de grenzen van de provincie Zuid-Holland. In: Verslag over het jaar 1962 van gedeputeerde Staten van Zuid-Holland. Zonder plaats, (1962), 11— 55 . (o.a. over ontginningen). 2365. Gouw, J. L.va n der. De ringva n Putten; onderzoekingen over een hoogheem­ raadschap in het deltagebied. 's-Gravenhage, (1967), 454 p. ook in: Zuid- Hollandse studiën 13(1967) . 2366. Groot, A. G. de. Het verdronken dorp Weede. Zuid-Hollandse studiën 4 (1954): 50-71. 2367. Groot, A. G. de. Zweder en Jacob van Gaasbeek in Zuid-Holland. Zuid- Hollandse studiën 8(1959) : 39-99. (bedijkingen). 2368. Groot, B.J . de. Inventaris van het archief van de polders Neder-Hei-en Boeicop en Neder-en Over-Boeicop Gemeen, 1811—1954. Hei- en Boeicop, (1968), 29 p. (stenciluitgave). 2369. Hazewinkel, H. C. De oudste berichten over het ontstaan van het eiland Rozenburg. Rotterdams jaarboekje 6e Reeks 8(1960):245—254 . 2370. Hollestelle, J. B.W . De geschiedenis van de gecombineerde Starrevaart- en Damhouderpolder. Leids jaarboekje 57 (1965): 174-183. 2371. Jong, C. de. De droogmaking van de Wildevenen in Schieland. Zuid-Hollandse studiën 6 (1957): 120p . 2372. Jong, D. L. de. Voorne; geschied- en aardrijkskundige aanteekeningen betref­ fende de oudste bedijkingen vanhe t westelijk gedeelte vanhe t eiland Voorne, Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 60 (1943): 301-333, 457-481. 2373. Jong, D. L. de. Watersnoden in het land tussen Lek en IJssel;d e Krimpener- en Lopikerwaard. Tidinge van die Goude 1(1954) : 4—31. 2374. Jorissen, F. Het hoogheemraadschap van de Zwijndrechtsche Waard, Februari 1331 - Februari 1955. Hendrik-Ido-Ambacht, (1955), 76p . 2375. Kroon, C. FlorisV en de bedijkingen in onze streek. De Batavier, 3 (1966) 73-75. (Rijnland). 2376. Kruijff, G. de. Is'samenwerking ' op waterschappelijk gebied iets speciaalsva n onze tijd? Tijdschr. Ned. Heidemaatscli. 73 (1962) 4—13. 2377. Linden, H. van der. De ontginningen in de Hollands—Utrechtse laagvlakte gedurende de middeleeuwen. Nacobrouwjaarboekj e 22 (1958): 32—41. 2378. Ruys, L. J. De geschiedenis van de polder Schieveen tot 1858. Zuidhollandse studiën 14 (1968): 239-257. 2379. Schakel, M. W. Ontstaan en ontwikkeling van de polders in de Alblasser- waard. Akademiedagen 9 (1956): 88-102. 2380. Schakel, M. W. Het gemeenelandshuis van 'De Overwaard'. Land en water 6 (1962): 34-41. 2381. Slagter, J. Een hensbeker van de Kortstekerpolder? Leids jaarboekje 50 (1958): 146-147. 2382. Soeteman, A. De opheffing van polders ten Zuidwesten van Vlaardingen Zuid-Hollandse studiën 9 (1961): 95-134. 2383. Steur, A. G. van der. De geschiedenis van de Zwanburgerpolder te Warmond Leids jaarboekje 53 (1961): 115-138; 54 (1962): 67-84; 55 (1963): 162-173.

130 2384. Vermaat Hzn., G.J . De oudste bedijkingen in het Westen van het eiland IJsselmonde. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 65 (1948): 153-171. 2385. Verseput, J. Het ontstaan van Goeree-Overflakkee. Zuid-Hollandse studiën 1 (1950): 68-82. 2386. Versprille, A. De Haarlemmertrekvaart 300 jaar. Leidsjaarboekj e 50 (1958): 114-126. 2387. Vey Mestdagh, J. H. de. Het Nieuwland genaamd Den Andel 1414-1868. Rotterdams jaarboekje 6e Reeks 8(1960): 137 161. 2388. Visser, H.A . Papendrecht dorp aan de rivier; beschrijving van een Zuid- Hollands dijkdorp. DenHaag , (ca. 1963), 159p . 2389. Winsemius, J.P . De zeven ambachten en het hoogheemraadschap van Delf­ land. Delft, (1962), 119 p. 2390. Winsemius, J.P . Een nieuwe toekomst geboren uit een hard verleden. Land en water 7(1963) : 133. (Delfland). 2391. Winsemius, J.P . Het oudst bekende hoefslagboek van Delfland. Verslag omtrent het Hoogheemraadschap vanDelfland . (1964):46—56 . 2392. Wiskerke, C. De droogmaking van den Zuidpias in Schieland, In: Econo- misch-historische opstellen, geschreven voor Prof. Dr.Z .W . Sneller. Amster­ dam, (1947), p. 129-152. 2393. Zwieten, J. W. van. Het Oudhoornsche poldercomplex. Historia 8 (1942): 159-160. (13e-20e eeuw).

p. ruilverkaveling q. veengraverijen

2394. Balen, P. van. De stad Gouda en de verveningen in haar omgeving. Oudheid­ kundige kring'Die Goude' 5(1947) : 35-49. 2395. Diepeveen, W.J . De vervening in Delfland en Schieland tot het einde der zestiende eeuw. Leiden, (1950), 191 p. 2396. Koopveengrond in bosveen, Tijdschr. Ned. Heidemaatsch., 76 (1965): 181— 185 . (Veenontginningen bijWoerden) .

r.kavel - endorpsvorme n s. boerenhuizen

2397. Brandts Buys, L. De boerderijbouw in Zuid Holland. Oudheidkundig jaar­ boek 4eSeri e 10(1941) : 80-88. 2398. Canneman, E. A. Oude boerderijen in Zuid-Holland. Leven en werken 5 (1941) 216—224, ook in: M.D . Ozinga. Ons eigen land inzij n rijke verschei­ denheid. Amsterdam, (1942), p. 238-246. 2399. Doorn, Z. van. Oude hofsteden in Geestdorp. Zuidhollandse studiën 14 (1968): 61-71. 2400. Hardenberg, H. De hofstede van Rijswijk. Jaarboek Die Haghe (1953): 128-155.

131 2401. Hekker, R. C. Visserswoningen, bouwschuren en boerderijen te Katwijk aan Zee. In: Katwijks volksleven. Leiden, (1951), p. 50-65 (Serie Oud-Leiden no. 1). 2402. Hekker, R. C. Visserswoningen, rederijen en boerenhuizen in Noordwijk aan Zee. In: Noordwijks volksleven. Leiden, (1959), 17-34. 2403. Hekker, R. C. &W .J . Berghuis. De boerenwoning 'Onder den Ackerboom' te Voorschoten. Bulletin van de Koninklijke Nederlandse oudheidkundige bond 6e Serie 12(1959): 69-84. 2404. Herpel, J. C. De boerderij Vrederust aan de Lozerlaan. Jaarboek Die Haghe (1959): 1-34. 2405. Kokke, C. Th. De hereboerderij Jan Schillemansstede uit Oud-Beijerland. Bouw 16(1961): 1327 1329. 2406. Marel, A. van der. Het slot te Wateringen en zijn bewoners. Denavorsche r 96 (1955/56): 73-82. (p. 80- 82, de boerderij 't Hof van Wateringen). 2407. Renaud, J. G. N. Een middeleeuwse hoeve in de polder Boudewijn Hartsland, Zuid-Holland. Berichten van de Rijksdienst voor het oudheidkundig bodem­ onderzoek, 6 (1955): 140 -150, ook in: Rotterdams jaarboekje, 6e Reeks 3 (1955): 80-95. 2408. Sterck-Proot, J. M. De hofstede Gruysbeeck te Rijswijk. Jaarboek Die Haghe (1941): 179-183. 2409. Uijttenhout, G. Oude boerenwoning aan de Does te Hoogmade. Zuid-Holland 7(1961): 26-32. 2410. Varik, W.J . van. Oude boerderijen in de omgeving van Leiden Heemschut. 24 (1947): 90-93. 2411. Verhagen, H. J. De Fries-Bataafse boerderij onder Kethel; anders dan het geschiedenisboek ons leerde. De Schiedamse gemeenschap 11 (1959): 132-134. 2412. Vermaat, G. J. Een boerderij in het Westambacht van Catendrecht. Rotter­ damsjaarboekje 6e Reeks 5(1957) : 158-169. 2413. Zwieten, J. W. van. De boerderij "s Lands Welvaren' onder Alphen a.d. Rijn. Gens Nostra 4 (1949): 360-362.

t. molens

2414. Bicker Caarten, A. De windkorenmolen 'De Geregtigheid' te Katwijk aan de Rijn. In Katwijks volksleven. Leiden, (1951), p. 31-38 (Serie Oud-Leiden no. 1). 2415. Bicker Caarten, A. Rijnlands oudste nog bestaande molen; de 'stenenmolen' of molen 'Rembrandt' te Hazerswoude. Leids jaarboekje 48 (1956): 128-133. 2416. Boonenburg, K. De oudste tot op heden bekende vermeldingva n windmolens in het graafschap Holland (1274). Bulletin van de Koninklijke Nederlandsche oudheidkundige bond 6e Serie 3(1950):62 . 2417. Dekker, C. De aanstelling van de molenmeesters in Delfland van de 15e tot de 18e eeuw. Zuid-Hollandse studiën, 9 (1961), 49-88. 2418. Fockema Andreae, S. J. De Ark; bijdrage tot Leidens en Rijnlands molen geografie. Leidsjaarboekj e 50 (1958): 66-72.

132 2419. Graaf, A. F. de. Leidse windmolens voor 1600. Leids jaarboekje 54 (1962): 40-49. 2420. Rhijn, W. van. Het vroegere windmaalbedrijf van den korenmolen 'De Valk'. Leidsch jaarbokekje 33 (1941): 146-154. 2421. Zoetemelk, G. M. De oude korenmolen aan de Kleipoel te Rijpwetering. Leidsjaarboekj e 53(1961): 153-155.

u. landbouwcoöperatie

2422. Hartman, A. J. Bloemen inhe t Westland; gedenkboek ter gelegenheid van het 25jari g bestaan der coöperatieve Centrale Westlandse Snijbloemenveiling te Honselersdijk, 1923 Maart 1948, 's-Gravenhage, (zonder jaar), 142 p. 2423. Jaar, Vijftig ... coöperatieve suikerfabriek 'Puttershoek'. Noord-Brabants landbouwblad 7(1962 ) 125C . 2424. Klein, P. W. Dienend verdienen; samengesteld ter gelegenheid van het vijftig­ jarig bestaan der Coöperatieve Tuinbouwveiling 'Rotterdam en omstreken', G.A. 1911-1961. Rotterdam, (1961), 110p .

v. landbouwindustrie w. landbouwmaatschappijen enander e organisaties

2425. Bregman, P. J. &T . Borst. Gedenkboek aangeboden ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan der 'Kring van tuinbouwveilingen Zuid-Holland Centrum', 26 februari 1915 — 26 februari 1965.Zonde r plaats, (zonder jaar), 71p . 2426. Crisis,Va n ... naar Kracht;gedenkboe k ter gelegenheid van het vijfenzeventig­ jarig bestaan van de Bond Westland, 1889-1964. W.H. Kemmers (Red.). Zonder plaats, (zonder jaar), 221 p. 2427. Klijnhout, C.C . Een eeuw Hollandsch boerenleven 1847-1947, gedenkboek 100jaa r Hollandsche Maatschappij van Landbouw. Zonder plaats (1947), 288p . 2428. Köhne, G. Bij het eeuwfeest van de Hollandsche Maatschappij van Land­ bouw, 1847-1947. De speelwagen 2 (1947): 161-167.

x. onderwijs envoorlichtin g

2429. Eeuw, Een halve ... keuring van landbouwzaaizaden en aardappelpootgoed in de provincie Zuid-Holland, 1906-1956. Zonder plaats, (zonder jaar), 44 p. 2430. Gedenkboek der Rijkslandbouwwinterschool te Dordrecht over de jaren 1896-1946. Zonder plaats, (ca. 1946), 135 p. 2431. Gedenkboek R.K. Landbouwwinterschool te Voorhout, 1927-1952, Zonder plaats, (ca. 1952), 32p . 2432. Gedenkboek; 1941-1957 Rijks Middelbare landbouwschool; 1957-1962 Rijks Hogere landbouwschool; 1962-1966 Hogere landbouwschool van het Koninklijk Nederlands Landbouw Comité. Dordrecht, (1968), 136p . 2433. Hage, J. P. Het Boskoopse proefstation 25jaar . Beplantingen en boom­ kwekerij 22 (1966): 32-33.

133 2434. Jaar, 25 ... tuinbouw; onderwijs, voorlichting, onderzoek in het Zuid- Hollands glasdistrict, 1924-1949, Amsterdam, (1949), 208p . 2435. Vereniging het botercontrólestation Zuid-Holland, 1901— 1951. 's-Graven- hage, (1951), 166p .

y.veldnamen , e.d.

2436. Berghe, J. van den. Over polderwateren in Zuid-Holland. Mededelingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 36 (1960): 1 32. 2437. Fockema Andreae, S. J. Poldernamen in Rijnland. Bijdragen en mededelingen der naamkundecommissie van de Koninklijke akademie van wetenschappen 4 (1952): 55 p. 2438. Gysseling, M. & D.P . Blok. Studies over de oudste plaatsnamen van Holland en Utrecht. Bijdragen en mededelingen der naamkunde commissie van de Koninklijke Nederlandse akademie van wetenschappen 17(1959) , 38p . 2439. Jong, D.L . de. De namen van de tiendhoeken van Voorne. Mededelingen van de verenigingvoo r naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 36 (1960) p. 35-53.

10. Zeeland

a. algemene agrarische geschiedenis

2440. Belonje, J. Iets over de heerlijkheid Cats, Archief Zeeuwsch genootschap (1946/47): 66-70. 2441. Bennema, J. Enkele resultaten van de bodemkartering op Walcheren. Akademie-dagen4(1951): 144-152. 2442. Bennema, J. &K . van der Meer. De genese van Walcheren. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 67 (1950): 399—408, ook in: Boor en spade 4 (1951): 245-255. 2443. Bouman, P. J. Uit de geschiedenis derlandbouwondernemin g DeWilhelmina ­ polder. Archief Zeeuwsch genootschap (1944/45): 8—31, ook in: Econo- misch-Historische herdrukken. 's-Gravenhage, (1964), p. 295—318, en in Wetenschap en werkelijkheid; bundel aangeboden bij zijn afscheid als hoog leraar aan de Rijksuniversiteit te Groningen. Assen, (1967), p. 65-84. 2444. Bouman, P. J. Geschiedenis van den Zeeuwschen landbouw in de negentiend« en twintigste eeuw enva n de Zeeuwsche landbouw-maatschappij 1843—1943 Wageningen, (1946), 594 p. 2445. Bruin, M.P . de & M.H . Wilderom. Tussen afsluitdammen en Deltadijken 3 Delen. Middelburg, (1961/1968). 2446. Geuze, M.A . Een landbouwpionier van 100jaa r geleden. Zeeuws Tijdschr., • (1954): 149-153. 2447. Gottschalk, M.K . E. De oudste kartografische weergave van een deel va Zeeuwsch-Vlaanderen. Archief Zeeuwsch genootschap (1948):30—39 . 2448. Hooft, P. J. 't. Dorpen in Zeeland. Amsterdam, (1944), 114p .

134 2449. Kint, W.'t . Bijdrage tot de historische geografie van de Ambachten Hulst en Axel tot de St. Elisabethsvloed van 1404. Gent. (1962). 2450. Kok, G. A. de. Van nabij en verre;2 0 jaar Zeeuwse landbouw; 20jaa r herstel en vernieuwing uitgegeven t.g.v.he t afscheid van Ir. M. A. Geuze als alg.voor ­ zitter van de Zeeuwse landbouwmaatschappij, december 1965. Middelburg, (1965), 222 p. 2451. Kuperus, J. A. Honderd jaar bedrijfsresultaten van de Wilhelminapolder (1814-1913), concept-artikel van het Landbouw-Economisch Instituut. 's-Gravenhage, (zonder jaar), 55 p. (stencil-uitgave), Ook in: Historia agricul- turae6(1962): 117-273. 2452. Poel, J. M.G . van der. De Wilhelminapolder 1809-1959. Wageningen, (1959), XI+ 271p . 2453. Polderman, J. J. 't Hof den Byster in Wolfaartsdijk. Historia, 11 (1946): 106-109. 2454. Spaan, De Wilhelminapolder in vogelvlucht. De boerderij 51 (1966): 668- 669. 2455. Steigenga-Kouwe, S. E. Zeeuws-Vlaanderen. Leiden, (1948), 80 p. ook in: Diss. Utrecht, (1950), 206p . 2456. Tack, P. L. Hayman. Archief Zeeuwsen genootschap (1941/42): 15-20. 2457. Tack, P. L. Het zwarte-monnikenhuis. Archief Zeeuwsch genootschap (1941/42): 35-40. 2458. Wesseling, J. Jacobus Faro (1763-1847), boer en dichter uit Schoondijke. Zeeuws Tijdschr. 2 (1951/52): 21-23.

b. economische agrarische geschiedenis, grondbelasting

2459. Aartsen, J. P. van. De sociaal-economische en culturele ontwikkeling van het deltagebied. Neerlands volksleven 11 (1960/61): 155-165. 2460. Verburg, M. C. Opkomend agrarisch liberalisme; een Zeeuws rekwest van 1839 aan de koning. Zeeuws Tijdschr. 5(1955) : 180-183. c. sociale agrarische geschiedenis 2461. Bree, J. de. Bijdragen tot de kennis der klederdrachten in Zeeland en haar onderling verband van 1700 tot heden, Archief Zeeuwsch genootschap, (1954):88-134;(1956): 34-81 ;(1958): 15-61 ;(1959): 1-39. 2462. Cevaal, Js. 1939—1964; vijfentwintig jaar plattelandsjongerenwerk in Zeeland. Zeeuws land- en tuinbouwblad 53 (1965): 121— 122 . 2463. Geuze, M.A . Armoede en aanvullende werkgelegenheid in de vorige eeuw. Zeeuws Tijdschr. 8 (1958): 128-133. 2464. Meertens, P. J. Beronicius en de opstand der Walcherse boeren in Juli 1672. Historia 9 (1943): 224-232. 2465. Vader, J. Oogsttijd op oud-Walcheren. Neerlands volksleven 13 (1962/63): 221-238. Z466.Vader , J. De dienstbaren op dehofsted e (Gebruiken op Walcheren omstreeks einde 19e eeuw).Neerland s volksleven 14 (1964): 140—145. 2467.Vader , J. Over leven en mentaliteit van de Walcherse boer, Neerlands volks­ leven 14(1964): 173-186.

135 d.juridisch e agrarische geschiedenis

2468. Bruin, M.P . de. Ambacht en gemeente in Zeeland tijdens de Bataafse repu­ bliek. Archief Zeeuwsch genootschap (1951): 40-53. 2469. Bruin, M.P . de. Ordonnantie voor de gemene dijkage Scherpenisse en West­ kerke, 1575. Archief Zeeuwsch genootschap (1952/53): 39-49. 2470. Cuyper, J. de. Inning en verkoop van tiendvruchten in Hulster Ambacht voor rekening vanhe t kapittel van Kortrijk 1381,Biekorf , 62 (1961): 83-87. 2471. Gallé, P.H. Beveiligd bestaan; grondtrekken van het middeleeuwse water­ staatsrecht in Z.W. Nederland en hoofdlijnen van de geschiedenis van het dijksbeheer in dit gebied (1200- 1963). Delft, (1963), 372 p. 2472. Homan, G. De ambachtsheerlijke rechten in Zeeland enhe t recht van aanwas in het bijzonder. Archief, vroegere en latere mededelingen voornamelijk in betrekking tot Zeeland (1962): 1 46. 2473. Teilegen Azn., B.D . H. Bij de wieg van het Polderreglement 1873. Archief Zeeuwsch genootschap (1951): 54-65.

e. grondbezit, grondgebruik

2474. Aneca, H. Aspekten uit het abdijleven in Vlaanderen tijdens de 16e eeuw; Ter Doest 1550-1580. Biekorf, 65 (1964): 355-366, ook in: Studia historica Gandensia 28 (1964), 12p . (o.a. over bezittingen in Zuid-Beveland). 2475. Dekker, C. & J. G. Kruisheer. Een rekening van de abdij Ter Doest over het jaar 1315, Handelingen van de Koninklijke commissie voor geschiedenis (1967): 273-305. (o.a. over bezit in Zeeland). 2476. Polderman, J. J. Zuid-Beveland, grondbezit der boeren in vroegere tijden. Historia 8 (1942): 313-318. 2477. Verhasselt, Y. Frontière politique et structure agraire; l'exemple de la Flandre zélandaise. Etudes rurales 12 (1964): 95—110. (Belgisch grondbezit in Zeeuws-Vlaanderen).

f. akkerbouw enakkerbouwgewassen , voeding

2478. Geldof, W. Uit de tijd van grootvader: Opkomst en ondergang van de meekrapteelt Plattelands post 22 ( 1966) (kerstnummer). 2479. Noordhoek, W.J . De Zeeuwsche graanbouw. Zeeuws Tijdschr. 3 (1952/53): 3-6. 2480. Poel, J. M.G .va n der. De teelt van meekrap. In: Ceres en Clio;zeve n variaties op het thema landbouwgeschiedenis. Wageningen, (1964), p. 129—166, ooi in: Agronomische-historische bijdragen, 6 (1964). 2481. Vader, J. Het koolzaaddorsen op Walcheren. Neerlands volksleven 11 (1960/61): 62-65. 2482. Wigman, A. B. Mussen in het koren. In Zeeuws Tijdschr., 15 (1965 248-250.

g. weidebouw enveeteel t

136 h. paardene nrundere n

2483. Bruijning, A. E. Terugblik in de geschiedenis van de Zeeuwse rundveefokke­ rij. De keur-stamboeker 11 (1963): 442-443. 2484. Zwagerman, C. Het rundvee in akkerbouwend Zeeland. Zeeuws Tijdschr. 1 (1950/51): 119-124.

i. schapen

2485. Bruin, M.P . de. Van stellen en stellenaars. Zeeuws Tijdschr. 2 (1951/52): 143—147. (schuilplaatsen voor herders en schapen op de schorren).

j. overige dieren

2486. Jaren, Vijftig ... Zeeuws varkensstamboek, 1915-1965. Goes, (zonder jaar), 35 p. 2487. Keurs, J. H. ter. 25jaa r varkensfokvereniging Walcheren. Maandblad voor de varkensfokkerij 24 (1962): 110.

k. veeteeltprodukten 1. tuinbouw

2488. Fruitteelt, De Zeeuwse ... in het verleden en het heden, in Groenten en fruit, 13 (1957/58): 408-409. 2489. Hennik, J. J. van. Van fruithof naar moderne boomgaard; ontwikkeling van de Zeeuwse fruitteelt. Zeeuws Tijdschr. 8(1958) : 147-155.

m. bosbouw n. landbouwwerktuigen

2490. Beekom, C. W.C .van . Van sikkel tot graantank. Zeeuws Tijdschr. 13 (1963): 57-59. 2491. Geldof, W. De zeke i — een oud Zeeuws werktuig. Zeeuws land- en tuinbouw- blad, 52 (1964) 1148-1149. 2492. Poel, J. M.G . van der. De Zeeuwse voetploeg in de late middeleeuwen. Volkskunde, 65 (1964): 181-188. 2493. Polderman, J. J. Boerengerij in Zeeland. Historia 12(1947) : 134-137. 2494. Vader, J. De wagenmakerij op Walcheren. Uitgave van het Nederlands open­ luchtmuseum. Arnhem, (1961), 78 p. (stencil-uitgave).

o. ontginningen, waterstaat, polders, bedijkingen en overstromingen

2495. Bakker, G. de. De bodemgesteldheid van enkele Zuidbevelandse polders en hun geschiktheid voor de fruitteelt. 's-Gravenhage, (1950), XII + 182p . 2496. Bree, L. W. de. Sint-Felix Quade Saterdach (De Zeeuw in het defensief gedrongen), Nederlandsche historiebladen, 3 (1940/41): 230-247, 281-310.

137 2497. Bree, L. W. de. Herhaling ... of niet'.' Zeeuws Tijdschr. 3 (1952/53): 55-58. (watersnoodrampen). 2498. Bruin, M.P . de. Het eiland Orizand en de veranderingen aan de noordelijke oever van Noord-Beveland, 1600-1800. Zeeuws Tijdschr. 1 (1950/51): 40-45. 2499. Bruin, M.P. , de. De ondergang en gedeeltelijke herwinning van het eiland Noord-Beveland. Waterbouwkundig Tijdschr. OTAR, 37 (1952/53): 133-150. 2500. Bruin, M.P . de. Stormvloeden in Zeeland. Waterbouwkundig Tijdschr. OTAR 37(1952/53): 257-262, 277-281, 38(1953/54): 15-18. 2501. Bruin, M.P . de. Archieven van de Rijkswaterstaat in Zeeland (1664) 1800-1849 (1859). 's-Gravenhage, (1953), 99 p. 2502. Bruin, M.P . de. Tussen Krammer en Keeten, Mosselkreek en het Slaak. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 70 (1953): 20-34. 2503. Bruin, M.P . de. Kaart van de Braakman van ca. 1480. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 70 (1953): 506-507. 2504. Bruin, M.P . de. De kust van Walcheren. Middelburg, (1956), 63 p. (land- verlies en -aanwinst). 2505. Bruin, M. P. de. Oostelijk Zeeuwsen-Vlaanderenva n de 16e eeuw tot de vrede van Munster. Zeeuws Tijdschr. 6 (1956): 89—97. (stormvloeden en be­ dijkingen). 2506. Bruin, M.P . de. Het handvest, met 'verclaringe', van de watering beoosten Ierseke, 1438e n 1439. Archief Zeeuwsch genootschap (1958): 62-72. 2507. Bruin, M.P . de. Vier eeuwen Sloe. Zeeuws Tijdschr. 9 (1959): 135-144. 2508. Bruin, M.P . de. Dijkgraven en polderjongens; geschiedenis van het dijk- en polderwezen in Zeeland vanaf de 13de eeuw. Zeeuws Tijdschrift 14 (1964): 68-70. 2509. Cnockaert, L. De stichting der Cisterciënzerinnen andij Ter Hagen onder Axel (1236). Citeaux in de Nederlanden 9 (1958): 121-131. (o.a. over dijkdoor­ braken). 2510. Dieleman, P. Het quartier van TerNeuse; ordonnantie van Philips II van 2maar t 1576.Middelburg , (1953), 39 p. (waterschapswezen). 2511. Gottschalk, M. K. E. De middeleeuwse Braakman. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot, 2e Serie 70 (1953): 184 194. 2512. Gottschalk, M. K. E. Historische geografie van Westelijk Zeeuws-Vlaanderen tot de St. Elisabethsvloed van 1404, Assen, 1955, 236 blz. (blz. 201-211 over devloed) . 2513. Gottschalk, M. K. E. Aspecten van de historische geografie van westelijk Zeeuws-Vlaanderen aan de hand van kaarten. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 73 (1956): 7-22. 2514. Gottschalk, M. K. E. Historische geografie van Westelijk Zeeuws-Vlaanderen van het begin der 15e eeuw tot de inundaties tijdens de tachtigjarige oorlog. Assen, (1958), 290 p. (p. 23-32, 92-95, 168-175, 210-212, water­ vloeden). 2515. Gottschalk, M. K. E. & W.S . Unger. De oudste kaarten der waterweger tussen Brabant, Vlaanderen en Zeeland. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot. 2e Serie 67 (1950): 146-164.

138 2516. Halbertsma, H. Vliedberg te Buttinge, Grijpskerke. Berichten van de Rijks­ dienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek 3 (1952): 15—17. 2517. Heide, G. D. van der. Twee scheepswrakken op Tholen. Berichten van de rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek 7 (1956): 133—136. (schepen gebruikt om dijk te dichten). 2518. Konijnenburg, W.van . De Watering van Groede. Zeeuws Tijdschr. 15 (1965): 240-243. 2519. Kooien, M.A . Vier stormvloeden in de zestiende eeuw in Zeeland. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 73 (1956): 318-328. 2520. Mertens, J. A. Enkele gegevens over dijkbreuken en dijkherstel in Hulster­ ambacht naar aanleiding van een rapport van 1582. Handelingen der maat­ schappij voor geschiedenis en oudheidkunde te Gent Nieuwe Reeks 18 (1964): 31-37. 2521. Noordhoek, W.J . Sir Cornelius Vermuyden; een ondernemende Zeeuw. Zeeuws Tijdschr. 4 (1954) 8—16, 19 (waterbouwkundige). 2522. Ovaa, I., P. van der Sluijs & M. H. Wilderom. Dijkdoorbraken en bodem­ gesteldheid in Zeeland. Zeeuws Tijdschr. 18(1968): 113-123, 149-155. 2523. Pieters, H. Metamorfosen. Zeeuws Tijdschr., 3 (1952/53) 74-83. 2524. Pieters, H. & M.P . de Bruin. Andries Vierling en zijn voorstellen tot land­ aanwinning in het geinundeerde deel van Zuid-Beveland, Tijdschr. K. ned. aardrijksk. Genoot. 2e Serie 72 (1955): 106-117. 2525. Polderdijk, F. P. & W.S . Unger. De Middelburgsche polder 1644-1944. Archief Zeeuwsch genootschap (1943): 1-23. 2526. Polderman, J. J. Een en ander over den Oost-Hinkelenpolder. Archief Zeeuwsch genootschap (1941/42): 53-67. 2527. Reu, E. de. Historisch-geografisch onderzoek betreffende de moergronden in de Vier Ambachten tijdens de 12e, 13e en 14e eeuw, Jaarboek oudheid­ kundige kring „De Vier Ambachten" te Hulst, (1960/61): 31-69. 2528. Smid, A. & W. Westerhoff. Tien jaar Braakmanpolder. Land en water 7 (1963): 68-71. 2529. Trimpe Burger, J. A. Onderzoekingen in vluchtbergen, Zeeland. Berichten van de Rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek 8 (1957/58): 114-157. 2530. Trimpe Burger, J. A. Beknopt overzicht van het oudheidkundig bodemonder­ zoek inhe t Deltagebied. Berichten van de Rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek 10/11 (1960/61): 195-209. 2531. Trimpe Burger, J. A. Vluchtbergen bij St. Maartensdijk (Tholen). Berichten van de Rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek, 10/11 (1960/61): 445-452. 2532. Verhoeven, A. G. Bevordering der landaanwinning in en inpoldering van een gedeelte van het Zuider-Sloe. Uitgave Koninklijk instituut van ingenieurs. (1951), p. 579-604. 2533. Verhulst, A. Bespreking van M.K . E. Gottschalk, Historische geografie van Westelijk Zeeuws-Vlaanderen tot de St. Elizabethsvloed van 1404 (19-55), in Tijdschr. voor geschiedenis, 69 (1956) 97—101. 2534. Visser, A. de. De bodem van Walcheren en zijn geschiedenis. Zeeuws Tijdschr. 4 (1954): 68-76.

139 2535. Vlam, A. W. Bijdragen tot de geschiedenis van de Schelde, Archief Zeeuwsch genootschap (1944/45): 32—50.

p. ruilverkaveling q. veengraverijen r. kavel- endorpsvorme n

2536. Steigenga-Kouwe, S. E. Over Zeeuwse dorpsvormen. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 70 (1953): 176-183.

s. boerenhuizen

2537. Hekker, R. C. De Zeeuwse hofstede. Archief Zeeuwsch genootschap (1951) 1-39. 2538. Hooft, P. J. 't. De ontwikkeling van de boerderij in het Zeeuwse landschap. Zeeuws Tijdschr. 1(1950/51) : 62-66. 2539. Jans, E. Oude landelijke bouwkunst in Zeeuws-Vlaanderen. Neerlandsvolks ­ leven 16(1966): 82-85. 2540.Vader , J. Een Oud-Walcherse boerderij. Arnhem, (1963), 87 p. (2e Druk, 1964). 2541. IJsseldijk, W.E . P. van. Oude boerderijen in Zeeland en hun inventaris. Zeeuws land- en tuinbouwblad 52 (1964): 1164-1165.

t. molens

2542. Hoogstraten, M. van. De korenmolen te Zoutelande. Zeeuws Tijdschr. é (1956): 168-170. 2543. Hoogstraten, M.van . De molens van Zeeland. Middelburg, (1964), 263p . 2544. Tutein Nolthenius, A.Getijmolen s in Nederland — vaak een onbekend begrip Zeeuws Tijdschr. 6 (1956): 19-22.

u. landbouwcoöperatie v. landbouwindustrie w.landbouwmaatschappije n enander e organisaties

2545. Dorst, J. D. Landbouworganisatie in de provincie Zeeland. Zeeuws Tijdschr 1 (1950/51): 78-84. 2546. Geuze, M.A . Bij een eeuwfeest; Maatschappij De Bathpolders bestont honderd jaar. Zeeuws Tijdschr. 6 (1956): 131— 136 . 2547. Jaar, Vijftig ... 'De Bathpolders'; naamloze vennootschap 'Landbouwmaat schappij De Bathpolders' gevestigd te Goes. Zonder plaats, (ca. 1956).

x. onderwijs envoorlichtin g

2548. Dorst, J. D. De geschiedenis van de keuring van landbouwgewassen in d provincie Zeeland. Goes, (1957), 64p .

140 2549. Gedenkboekje; R.K. Landbouwwinterschool Hulst, 1920-1945. Zonder plaats, (ca. 1945), 32p . 2550. Jaar, 75 ... Rijks Middelbaar land- en tuinbouwonderwijs te Goes, 1893-1968. Goes, (1968).

y. veldnamen, e.d.

2551. Geuze, M.A . & W. van der Ploeg. Boerderijnamen op Tholen. Zeeuws Tijdschr. 1(1950/51)9-13 , 37-40. 2552. Tollenaere, F. de. Verandzaden; een woord uit de oude landbouw, Tijdschr. voor Nederlandse taal- en letterkunde. 77 (1959/60): 33-58. (Vlaanderen).

11. Noord-Brabant

a. algemene agrarische geschiedenis

2553. Bakker, A. De plantengroei in de omgeving van 's-Hertogenbosch; honderd jaar geleden en nu. Brabantia 9 (1960): 121-129. 2554. Bauwens, A. De structurele veranderingen in de Udense landbouw. Noord- Brabant 8 (1964): 327-337. 2555. Bauwens, A. L. G.M . Overeenkomst en verschil in de ontwikkeling van de landbouw opd eBelgisch e en Noord-Brabantse zandgronden. Noord-Brabant 6 (1962): 229-248. 2556. Beex, G. Verspreiding van de praehistorische landbouwculturen in De Kempen. Kultuurhistorische verkenningen in de Kempen 1(1960) : 13—17. 2557. Breugel, C. van. Beschreeve Staat van de Meijerij (1794) en Den geheelen Staat van de gantsche meijerij van 's-Hertogenbosch (1657), naarhe t afschrift van Mr. C.va n Breugel. Historia agriculturae 8(1965) : 97—541. 2558. Cate, J. A. ten. De Noordbrabantse grond in de 19de eeuw. Brabants heem 17(1965) : 60-65. 2559. Dewez, W.J . De landbouw in Brabants Westhoek in het midden van de achttiende eeuw. Agronomisch-historische bijdragen 4 (1958): 1—65. 2560. Frenken, A. De Bakelse Peel. Brabants heem 2 (1950): 68-69. 2561. Frenken, A. M. Memoriael der dorpen en parochies Gerwen, Nuenen en Nederwetten . Uitgave van het provinciaal genootschap voor kunsten en wetenschappen in Noord-Brabant. Zonder plaats, (1948), XVI + 311 p. ook in: F. W. Smulders. Enige aanvullingen van Frenken's Memoriael. Brabants heem 1 (1949): 115-116 en in: A. M. Frenken. Aanvullingen op mijn memoriael. Brabants heem 1(1949) : 134. 2562. Ham, W. van. Westbrabantse dorpsplattegronden. Brabantia 16 (1967): 125-133. 2563. Helsen, J, Van nederzetting tot dorp. Brabants heem 2(1950) : 59—67. 2564. Janson,H .W . Bijdragen tot de geschiedenis van Goirle. Uitgegeven bij gelegen­ heid van de 150-jarige onafhankelijkheid van Goirle, 1803 — 3 februari — 1953. Zonder plaats, (zonder jaar), (landbouw p. 83-86). 2565. Keuning, H. J. De problematiek en de ontwikkeling van het Brabantse cul­ tuurlandschap. Tijdschr. econ. soc. Geogr. 52 (1961): 13—21.

141 2566. Kok, R. Een eeuw Helenaveen. Tijdschr. econ. soc. geogr. 46 (1955): 243-253. 2567. Kriellaars, F. W.J . De Brabantse landbouw in de periode 1925-1950. Het Nieuwe Brabant 2 (1953): 299 356. 2568. Loon, J. B. van. Enkele oude nederzettingen in het platteland van Wouw en omgeving. De ghulden roos 10(1950) : 113-122. 2569. Mastboom, H. Het hof van Oud-Gastel;ee n eerste kennismaking. De ghulden roos 5 (1945): 91-100; Het hof van Oud-Gastel; de laatste eeuwen. De ghulden roos 20 (1960): 49- 68. 2570. Merkelbach van Enkhuizen, L. & A. Hallema. Geschiedenis der gemeente Ginneke n en Bavel. Utrecht, (1941), XI +35 9 p. 2571. Meuwese, A.P.M. Erp, gemeente en parochie. 's-Hertogenbosch, (1955), 144p . 2572. Modderman, P. J. R. Het oudheidkundig onderzoek van de oude woon- gronden langs de Maaskant in Noord-Brabant. Brabants jaarboek, (1950): 92-107. 2573. Modderman, P. J. R. Land van Heusden en Altena;het oudheidkundig onder­ zoek van de oude woongronden. Brabantia 2 (1953): 3—12. 2574. Ontwikkeling, De ... van de landbouw in Noordoostelijk Noordbrabant. Uitgave van het Rijkslandbouwconsulentschap voor Noordoostelijk Noord­ brabant. Oss, (ca. 1966), 55p . 2575. Ouwehand, M. Historisch perspectief van de Peel. Tijdschr. ned. Heide- maatsch.,72(1961): 106-109, 126-132. 2576. Simons, J. P. J. De Peel als landbouwgebied. In: M. Kemp (Red.): Het land van de Peel. Maastricht, (ca. 1955), p. 77-81. 2577. Steneker, E.S . S. De ontwikkeling van het agrarisch bedrijfin en om Tilburg in de 19e eeuw. Brabantia 8(1959) : 168-183. 2578. Velthoven, H.van . De bewoning van Noord-Brabant. Brabantia nostra 7 (1941/42): 165-176. 2579. Weijnen, A. Het land rond de Roosendaalse vliet. De ghulden roos 1 (1941): 11-17. 2580. Wijst, M.A .va n der. Het boerenbedrijf in Brabant anno 1819. Brabantshee m 14(1962): 128-133.

b. economische agrarische geschiedenis, grondbelasting

2581. Heeren, J. Het scheploon op de Molster. Brabants heem 2 (1950): 98-100 2582. Jong, C. de. De veemarkt te Geertruidenberg, anno 1398. Taxandria 4S (1942): 249-255, 267-275. 2583. Pirenne, L. Beknopte geschiedenis van de Bossche veemarkt. In: Mensen er dieren op de Bossche veemarkt. 's-Hertogenbosch, (1956), p.71—75 . 2584. Slootmans, C. West-Brabant herleeft 1591. De ghulden roos, 5 (1945) 36—38. (Roosendaalse boeren op de markt van Bergen op Zoom). 2585. Slootmans, K. Meekraphandel op de jaarmarkten van Bergen op Zoom. Di ghulden roos 18 (1958): 49-83. 2586. Slootmans, K. Invloed van tollen op de Bergse vrije jaarmarkten. Vari; historica Brabantica 1(1962) : 85-144.

142 2587. Slootmans, K. Brabantse kooplieden op de Bergse jaarmarkten. De ghulden roos 23 (1963): 17-67. 2588. Velthoven, H. van. Noord-Brabant op weg naar groei en welvaart, 1850-1920. Nijmegen, (1963), 132 p. (Bijdragen tot de sociale en economi­ sche geschiedenis van het Zuiden van Nederland, deel 12). 2589. Verberne, L. G. J. Noord-Brabant in de negentiende eeuw tot omstreeks 1870; de sociaal-economische structuur. Nijmegen, (1947), 102p . 2590. Vercauteren, E. E. M. De Langstraat op de drempel der nieuwste geschiede­ nis. Brabantia 8 (1959): 149-164. 2591. Verhagen, F. B. A.M . Geldrop; economische-statistische beschrijving van een industriële plattelandsgemeente vanaf het begin der 19e eeuw. Zonder plaats, (1946), 315 p. 2592. Verhey, C. J. (Red.). De Biesbosch, land van het levende water;m.m.v . P.C . Heyligers, T. Lebret & I. S. Zonneveld. Zutphen, (1961), 255 p. (ontwikke­ lingsgeschiedenis). 2593. Zandbergen, H. C. J. De Roosendaalse paarden- en veemarkten. De ghulden roos 27 (1967): 17-27.

c. sociale agrarische geschiedenis

2594. Addens, N. H. H. Over de beroepskeuze van boerenjongeren op de zandgron­ den van Noord-Brabant en Limburg. Uitgave van het Ministerie van landbouw en visserij, Directie van de landbouw. Zonder plaats, (zonder jaar), 118p . (stencil-uitgave). 2595. Dorenbosch-Meyer, T. De Brabantse boerenmuts. Brabants heem 5 (1953): 30-42. 2596. Eerenbeemt, H. F. van den. Armoede en drankmisbruik in de meierij van 's-Hertogenbosch. Brabantia 7 (1958): 310-320. 2597. Goossenaerts, J. Watzoa l blijkt uit 'de taal van en om het landbouwbedrijf in het noordwesten van De Kempen'. Landbouwk. Tijdschr. 75 (1963): 1069-1085. 2598. Hasselt, R. van. Over 'Bieboeren' in West-Noord-Brabant . De ghulden roos 4 (1944): 13-29. 2599. Hasselt, R. van. Het verschil tussen Oostelijk en Westelijk Noordbrabant als volkskundig probleem. Deghulde n roos 12( 1952) : 54—66. 2600. Hekker, R. C. Het Brabantse boerenleven omstreeks 1800: Naar gegevens uit de nagelaten papieren van J. Goldberg. Brabantia 3 (1954):3—13 . 2601. Helder, J. G. M. De houding van de boeren in Bergeyk tegenover de land­ bouwvoorlichting. Bulletin van de afd. sociologie en sociografie van de Land­ bouwhogeschool 25 (1964). 2602. Hollenberg, P. Gerlacus van den Eisen. Om. Praem., emancipator van de Noordbrabantse boerenstand 1853-1925. 's-Hertogenbosch, (1956), XII + 388 blz. (Bijdragen tot de sociale en economische geschiedenis van het Zuiden van Nederland, deel 3). 2603. Kunst, H. De Brabantse boeren in vroegere oorlogstijden. Sinte Geertruydts- bronne 17(1940): 15-21.

143 2604. Lieshout, A. J. van. Uden; onderzoek naar de levensomstandigheden der bevolking van een Oostbrabantsche plattelandsgemeenschap. Zonder plaats, (1948), 392 p. 2605. Simon, F. W. Boeren en wevers; een sociaal-geographische monographie van de ontwikkeling en organisatie van het productieproces in het gebied van Helmond. Utrecht, (ca. 1947), 110p . 2606. Slootmans, K. Uit Rucphens verleden voor 1800. Jaarboek De oranjeboom 9 (1956): 158-189. (armoede). 2607. Thiadens, H. J. M. De zandverstuivingen enhu n invloed op de ontvolking van het platteland van Noord-Brabant in de 15de eeuw. De ghulden roos 27 (1967): 30-32. 2608. Ven, F. J. H.M . van der. Oud arbeidsrecht in Noord-Brabant. In: Land van mijn hart; Brabantse feestbundel voor Mgr.Prof . Dr. Th. J. A. J. Goossens op zijn zeventigste verjaardag. Tilburg, (1952), p. 109—114. 2609.Ven , F. J. H.M .va n der. De sociale ontwikkelingva n het Brabantsevolk . Het nieuwe-Brabant2(1953): 61-127. 2610. Wigboldus, H.S . Sociaaleconomische ontwikkelingsgang van Zevenbergen; geschiedenisschets rondom landbouw, nijverheid en verkeer naar aanleiding van een agrarisch-sociologische stage. Wageningen, (1962), 67 p. (scriptie).

d.juridisch e agrarische geschiedenis

2611. Beek, G. De 'Lex Salica' in de Acht-Zaligheden. Brabants heem 3 (1951): 98-103. 2612. Begrip,Kort.. . van de geschiedenis van het Brabantse jachtrecht. Jaarboek De Oranjeboom 9 (1956): 190-200. 2613. Bussel, F. A.van . De tienden van Rixtel. Taxandria 47 (1940): 130-133. 2614. Cerutti, F. F. X. De jaarbede in de heerlijkheid Breda. Jaarboek De Oranje­ boom 1 (1948): 46-69. 2615. Cerutti, F. F. X. Middeleeuwse rechtsbronnen van stad en heerlijkheid Breda. Werken der Vereeniging tot uitgaaf der bronnen van het Oud-Vaderlandsche Recht 3e Reeks 17(1956). 2616. Ebeling, H. Hilvarenbeek; Hertog Jan van Brabant en Rogier van Leefdael verkoopen hun ongecultiveerde gronden aan deinwoner s van Hilvarenbeek - 1331, 24September . Taxandria 49 (1942): 49-51. 2617. Enklaar, D.Th . Aanvulling op 'Gemeene gronden in Noord-Brabant in de middeleeuwen'. Verslagen en mededeelingen Oud-Vaderlandsche recht IC (1946/52): 226-236. 2618. Frenken, A.M. Pachtopbrengst en veestapel van de hoevenaars der abdi Binderen in 1532. Brabants heem 7 (1955): 67-71. 2619. Graaf, J. de. Een zonderlinge verplichting in vroegere jaren te St. Michiels gestel. Historia 14 (1949): 287-288. (Cijnsmaal dat door boerenhofstedei verstrekt moest worden). 2620. Heeren, Jac. Cijnsboeken van Peelland. Sibbe 1(1941) : 202-204. 2621. Hermesdorf, B.H . D. De volksaard der Salische Franken uit eigen rechts optekening benaderd. Bijdragen tot de studie van het Brabantse heem : (1951), 45 p.

144 2622. Hermesdorf, B.H . D. Juridische achtergronden van het Brabantse gezinsleven na 1500 in de Zuidwesthoek. Brabants heem 8(1956) : 73-104. 2623. Jansen, H. P. H. Landbouwpacht in Brabant in de veertiende en vijftiende eeuw. Assen, (1955), 140p . 2624. Korteweg , K. N. Rechtsbronnen van Woudrichem in het Land van Altena. Werken der Vereeniging tot uitgaaf der bronnen van het Oud-Vaderlandsche recht 3e Reeks 14 (1948). (2 delen). 2625. Loon, J. B. van. Sporen van het hofstelsel in Noord-Brabants Zuidwesten. De ghuldenroos 25 (1965): 113-144. 2626. Meeusen, G. De abdij van Tongerlo, cijnshefster te Roosendaal. De ghulden roos 11(1951) : 69-73. 2627. Meeusen, G. Het tiendrecht te Roosendaal—Nispen. De ghulden roos 12 (1952): 21-33. 2628. Merkelbach van Enkhuizen, L. Stichting der heerlijkheid Dongen. Jaarboek De Oranjeboom 1(1948) : 133-151. 2629. Merkelbach van Enkhuizen, L. Heerlijkheid, Heeren en Heerlijk Huis van Dongen, Jaarboek De Oranjeboom2 (1949): 89 128. 2630. Meuwese, A. Over de tienden in Veghel. Bossche bijdragen 23 (1956/57): 228-238. 2631. Meuwese, A. De tienden in Veghel en de bezitters daarvan. Brabants heem 10 (1958): 74-76, 112-114. 2632. Mosselveld, J. H. van. De oude warande te Tilburg; de geschiedenis van een landgoed. Brabantia 3 (1954): 101-128. (o.a. over gemene gronden). 2633. Ridder, F. de. De goederen leenroerig van de heerlijkheid van Steen te Aarschot. Eigen schoon en de Brabander 23 ( 1940): 114-120. 2634. Sfchijndel], B.[W ] v[an]. Verpachting van Veghelsche tienden. Taxandria 50 (1943): 212-216. 2635. Smulders, F. W. Esch en Echternach (1. Il) en St. Michielsgestel. Brabants heem2(1950): 50-51; 3 (1951): 82- 83;4 (1952): 29-31. 2636. Smulders, F. W. Het cijnsboek van Echternach in Diessen. Brabants heem 4 (1952): 72-74. 2637. Smulders, F. W. Dorp, parochie, gemevnt. gericht. Brabants heem 7 (1955): 2-7. 2638. Smulders, F. W. Een proefschrift over tijdpachten, Brabants heem 7(1955) : 54-59. (Zie no. 2623). 2639. Smulders, F. W. Overzicht der gemeyntes in 't kwartier Oosterwijk. Brabants heem 9 (1957): 12-18. 2640. Smulders, F. W.Gewi n en boete bij het cijnsbedrijf. Brabantshee m 9 (1957): 129-132. 2641. Smulders, F. [W]. De tiend van Tongerlo in Tilburg; verbetering van een verkeerde opvatting. Vlugschrift van de Heemkundige studiekring 'De kleine meijerij', 11no . 1(1957/58 ) p. 3-5. 2642. Smulders, F. [W]. Verpachting van H. Geesthoeven te Udenhout en Helvoirt. Vlugschrift van de Heemkundige studiekring 'De kleine meijerij', 11 no. 3 (1957/58), p. 21-22.

145 2643. Ven, F. J. H. M. van der. Oud arbeidsrecht in Noord-Brabant. In: Land van mijn hart; Brabantse feestbundel voor Mgr.Prof . Dr. Th. J. A. J. Goossens op zijn zeventigste verjaardag. Tilburg. ( 1952), p. 109-114. 2644. Wijst, M.A . van der. Voorwaarden bij de verpachting van een boerenhoeve te Stiphout in 1567. Brabants heem 18(1966): 15-17.

e. grondbezit, grondgebruik

2645. Bannenberg, G.P . J. Sint Willebrord in Waalre en Valkenswaard; ontstaan en ontwikkeling ener vroege Christengemeenschap tot parochie. Nijmegen, (1948), VI + 100p . 2646. Brekelmans, F. A. De Hazeldonkse Aard te Rijsbergen. Jaarboek De Oranje­ boom 10(1957): 53-64. 2647. Buys, A. J. Nispen-Moerendael en de familie Rubens. De ghulden roos 18 (1958): 44-48. 2648. Dijk, H.van . Een klooster uit het Brabants-Hollandserivierengebied; D e abdij Berne en haar materiële betekenis in de middeleeuwen. A.A.G. Bijdragen 15 (1970): 3-38. (o.a. over grondbezit). 2649. Frenken, A.M . De abdij van St. Truiden in de geschiedenis van Aalburg en Alem. Brabantia5(1956): 178-193. 2650. Frenken, A.M . Goederen van het Bossche bisdom in Peel- en Kempenland. Brabants heem 15(1963): 26-34, 86-88. 2651. Ganshof, F. L. Grondbezit en gronduitbating tijdens de vroege middeleeuwen in het noorden van het Frankische Rijk en meer bepaald in Toxandrië. Brabants heem 6 (1954): 3 19. 2652. Hallema, A. De prinsen van Oranje en de Bredase kapittelgoederen (1608-1638). Jaarboek De Oranjeboom 8 (1955): 81-101. 2653. Hasselt, R. van. De kloosterhoeven van de Wilhelmieterpriorij te Huybergen. De ghulden roos 6 (1946): 102 117. 2654. Heymeyer, G. Van het boerenland van West-Brabant en een onlichamelijk historisch monument. In: Land en volk van Brabant. Amsterdam, (1950), p. 216-231. 2655. Loon, J. B. van. Grondbezitsverhoudingen in het verleden te Wouw, Moer- straten en Gastel. De ghulden roos 23 (1963): 97-151. 2656. Loon, J. B. van. Grondgebruik in Noord-Brabants Zuidwesten in de middel­ eeuwen. De ghulden roos 26 (1966): 17—144. 2657. Schreurs, A. F. A. Het kerkdorp St. Willebrord; een sociaal geografische en criminologische studie. Nijmegen, (1947), 306 p. (o.a. over grondeigendom). 2658. Schijndel, B.W .van . De acht hoeven van het klooster der Rijke Ciaren 'aer de Hinthamerstraet' te 's-Hertogenbosch. De Brabantse leeuw 7 (1958): 158-160. 2659. Smit, J. P.W .A . Bezitters van Noord-Brabantse heerlijkheden. De Brabants« leeuw 5 (1956): 26-29, 109-112. 2660. Smulders, F. W. De Kartuizers van Vucht; de goederen in Olland, Kasteren Zon, Gemonde, Poeldonk. Eikendonk en Vucht. Bossche bijdragen 2; (1956/57): 216-227.

146 f. akkerbouw en akkerbouwgewassen, voeding

2661. Algra, S. Aardappelverbouw voor en rond 1900. De pootaardappelhandel 17 (1963/64): 8-10. 2662. Algra, S. Verdere lotgevallen van de aardappelverbouw. De pootaardappel­ handel 17(1963/64): 10-16. 2663. Bartels, J. Tien jaar ervaring met snijmai'steelt in West-Brabant. De boerderij 50(1966): 1739. 2664. Beer, J. A. B. de. De geschiedenis van een 'meekrapstoof te Standdaard- buiten. De ghulden roos 18(1958) : 84-95. 2665. Cate, J. A. ten. De eerste kadastrale taxaties van het bouwland der gemeente Heeze. Heemkronyk 4 (1965): 7-11. 2666. Dam, B. van. Het mest maken op de Brabantse boerderij voor 1900. Brabants heem 7(1955) : 74-78. 2667. Dam, B. van. Bemesten, zaaien en oogsten. Brabants heem 7 (1955): 118-123. 2668. Dam, B. van. Het dorsen, de zorg voor de stook en andere bezigheden. Brabants heem 8 (1956): 13-18. 2669. Haenen, J. A. H. De ontwikkeling van de akkerbouwbedrijven in westelijk Noord-Brabant. Zevenbergen, (1965), 20 p. (stencil-uitgave). 2670. Kakebeeke, A. D. Onze akkers. Brabants heem 13 (1961): 57-61. 2671. Knippenberg, W.H .Th . Mussengilden. Brabants heem 18 (1966): 43, 87-88, 108. (ter bestrijding van schadelijke vogels in de landbouw). 2672. Slob, W.D ehopteel t in Noord-Brabant. De landbode 21 (1967): 21D. 2673. Smulders, F. W. Nieuwe erven en aartgebruik. Brabants heem 8 (1956): 147-150. 2674. Smulders, F. W. De kouter-akker in Esch. Brabants heem 12 (1960): 66-67. 2675. Veltman, A. A. M. De hennepteelt in Drunen-Elshout. Met gansen trou 2 (1952): 6, 18-19.

g. weidebouw enveeteel t

2676. Hermesdorf, B.H . D.Va n heilige varkens en maarschalken. In: Land van mijn hart; Brabantse feestbundel voor Mgr.Prof . Dr. Th. J. A. J. Goossens. Tilburg, (1952), p. 29-37. 2677. Smulders, F. W.Beem d en wei. Brabants heem 10(1958) : 12-13.

h. paarden enrundere n

2678. Booyink, H. B. De Gouden Bond voor de rundveefokkerij in Noord-Brabant. De keur-stamboeker 9 (1961): 138. 2679. Dam, B. van. Paarde- en andere kracht op de boerderij. Brabants heem 9 (1957): 85-88. 2680. Versantvoort, A. A.M . De verbreiding der trekossen in Noordbrabant in het begin der 19e eeuw. Geografisch Tijdschr. 11 (1958): 101-105.

i. schapen

147 j. overige dieren k. veeteeltprodukten 1. tuinbouw

2681. Hasselt, R. van. Em. Sweertius: een Brabantse bloemenkweke r uit de 16e eeuw. De ghulden roos 18(1958) : 15-23. 2682. Heeren, J. J. M. 'Bijndersse Soet'. Brabants heem 10 (1958): 10-11. (Soort appelen, afkomstig uit Binderen, 16eeeuw) . 2683. Zon, A. van. Twee tuinbouw-pioniers uit Vlijmens glorietijd. Met ganse trou 3(1953): 24-27, 34-36.

m. bosbouw n. landbouwwerktuigen

2684. Bannenberg, G.P . J. Ploeg ofhak ? Brabants heem 9 (1957): 100-107. 2685. Dam, B. van. Tuig en voertuig op de boerderij. Brabants heem 9 (1957): 19-22. 2686. Dam, B.van . Van voer- en werktuigen. Sint Jansklokken 27 sept. (1957).

o. ontginningen, waterstaat, polders, bedijkingen en overstromingen

2687. Acarla, A. H. &G . G. L. Steur. De bodemkartering van enkele polders nabij Willemstad. Boor en spade 5 (1952): 93-102. 2688. Bavel, F. H. van. Een verkenningstocht naar het oude Berne. Varia historica Brabantica 1(1962) : 257 339. 2689. Brekelmans, F. A. Een blik in de geschiedenis van Made bij haar zesde eeuwfeest, 1346-1946. Helmond, (1946), 23 p. 2690. Coolen, A. Het Brabantse landschap. Het Nieuwe Brabant 1(1952) : 71-146. 2691. Coomans, G. De archieven van Woensdrecht. Ghulden roos 16 (1956): 59—61. (in het gemeentehuis van Woensdrecht berusten onder meer de bescheiden van de Prins Carels- of Noordpolder en de Zuidpolder). 2692. Dane, K. Willemstad; historisch overzicht van stad en polder. Klundert (1950), 178p . 2693. Edelman, C. H. & A. W. Edelman-Vlam. Een bijdrage tot de ontginnings geschiedenis van de zuidelijke zandgronden. Kultuurhistorische verken ningen in De Kempen 1 (1960): 29-50. 2694. Eerenbeemt, H. F. van den. Ontginningen in Noord-Brabant bij de aanvanj der 19e eeuw. Brabantia 7 (1958): 113-137. 2695. Eerenbeemt, H. F. van den. In het spanningsveld der armoede; agressie pauperisme en reactie in Staats-Brabant. Bijdragen tot de geschiedenis van he Zuiden van Nederland 13(1968) . (ontginningen, p. 177-185). 2696. Hallema, A. Geschiedenis van de gemeente Dinteloord en Prinsenland in d zeventiende eeuw. Breda, (1955), 214 p. (inpolderingsgeschiedenis). 2697. Ham, W.van . De bedijking van de Emiliapolder en haar voorgeschiedenis Jaarboek De Oranjeboom 19 (1966): 158-161. 2698. Jong, C. A. de. De Brabantse Biesbosch. Tijdschr. ned. Heidemaatsch. 7 (1967): 292-299.

148 2699. Niermeyer, J. F. Het klooster Berne en de ontginning van de oostelijke Meierij omstreeks 1200. In: Ceres en Clio; zeven variaties op het thema landbouwgeschiedenis. Wageningen, (1964), p. 113—128. Ook in: Agrono­ misch historische bijdragen 9 (1964). 2700. Noorden, J. P. van. De provinciale waterstaat van Noord-Brabant; bij het vijfenzeventigjarig bestaan, 1876—1951. Brabantia 1(1952) : 64-73. 2701. Noorden, J. P. van. Waterstaatkundige ontwikkeling en aanleg van verkeers­ wegen in de provincie Noord-Brabant in de laatste anderhalve eeuw. Het Nieuwe Brabant 2 (1953): 253-297. 2702. Rehm, G. J. De voorgeschiedenis van de oprichting van het waterschap 'De Haagse Beemden'. Jaarboek De Oranjeboom 5(1952) : 133—164. 2703. Rentenaar, R. Wendelnesse; bijdrage tot de ontginningsgeschiedenis van de westelijke Langstraat. Mededelingen van de vereniging voor naamkunde te Leuven en de commissie voor naamkunde te Amsterdam 40 (1964): 73—97. 2704. Rogier, L. J. Noord-Brabant gisteren en nu. Akademiedagen 20 (1969): 66—102. (ook iets over ontginningen). 2705. Slootmans, C. J. F. Inpolderingen in West-Brabant. De ghulden roos 6 (1946): 17-35. 2706. Slootmans, C. J. F. Uit Steenbergens verleden voor 1648. De ghulden roos 10 (1950): 39-82. (o.a. over bedijkingen). 2707. Smulders, F. W. De stroom genaamd De Dieze. Brabants jaarboek (1950): 128-130. 2708. Stroomgebied. Het ... van de Dommel, 1863-1963. Uitgave Waterschap 'Het stroomgebied van de Dommel'. Boxtel, (ca. 1963), 410 p. 2709. Tuinstra, U. Het zeekleigebied in West-Noord-Brabant;iets overzij n ontstaan en bewoning. Brabantia 1(1952) : 127 132. (o.a. over inpolderingen). 2710. Voogd, H. Geschiedkundige bijdragen uit het Land van Heusden en Altena. Brabants heem, 10 (1958): 106-112, 128-130. (waterstaatkundige ontwik­ keling). 2711. Vriend, H. De rivier de Mark door de eeuwen heen: inleiding tot de geogra­ fische geschiedenis van de rivier de Mark en Dinte l en het aangrenzende polderland in het Noordwestelijk gedeelte van Noord-Brabant. Jaarboek De Oranjeboom 6 (1953): 11-37; 7 (1954): 81 90; 8 (1955): 131-168. 2712. Vriend, H. Flitsen uit het waterstaatsverleden van noordwestelijk Noord- Brabant. Jaarboek De Oranjeboom 9 (1956): 22-37; 10 (1957): 132-141; 14(1961): 149-157. 2713. Watering, K. van de. Soo-ma land van moerassen en meertjes. De ghulden roos 6(1946) : 36-43.

p. ruilverkaveling

2714. Reconstructie, Agrarische ... van de Oostelijke Langstraat en Bovenland van Heusden (ruilverkaveling Heusden - Vlijmen). Uitgave van de heemkunde- kring'Onsenoort', abdij 'Marienkroon'. Nieuwkuyk, (1960), 176p . 2715. Ven, G. van der. Moerendaal. De ghulden roos 14 (1954): 105-118. (Land­ goed in 1676verkaveld) .

149 q.veengraverije n 2716. Albertinus, B.Roosendaa l en de turf. Deghulde n roos 15(1955) :67—78 . 2717. Goris,J . Arendonkse turfwinningen. Taxandira 14(1948) : 29-33.

r. kavel-e ndorpsvorme n

2718. Kakebeeke, A.D . Wallen in ons landschap. Brabants heem 1 (1949): 7-11. 2719. Kakebeeke, A.D . Voorstudies voor een plattegrondsonderzoek van Zand- oerle. Brabants heem 1(1949) : 83-87.

s. boerenhuizen

2720. Bannenberg, G.P .J . Een onderzoek betreffende deboerderijbou w in Noord- Brabant. Brabants heem 12(1960) : 31-39. 2721. Boerderij, Brabantse ... uit Budel naar Nederlands openluchtmuseum (met beschrijving). Brabants heem 7(1955) : 50-53. 2722. Boeren, P.C . De ooievaarshof (Overhof) onder Nispen. De ghulden roos 21 (1961): 124-128. 2723. Brekelmans, F.A . De herberg 'In den Anker' in 'De Moeren' te Zundert. Jaarboek De Oranjeboom 7 (1954): 75-80. (boerderij-herberg). 2724. Brekelmans, F.A . Deho f van Loveren te Baarle-Nassau. Jaarboek De Oranje­ boom 9 (1956): 93-102. 2725. Brekelmans, F.A . Dehoev e 'De Blauwe Kei' te Breda. Jaarboek De Oranje­ boom 11(1958) : 41-66. 2726. Brekelmans, F.A . Een oude afbeelding van 'De Blauwe Kei'. Jaarboek De Oranjeboom 12(1959): 107-111. 2727. Brekelmans, F.A . De kleine Ypelaar. Jaarboek De Oranjeboom 14 (1961): 50-56. 2728. Breugel, A. van. Hoe bouwde men de boerderij in St. Oedenrode en omgeving? Brabants heem 14(1962 ) 123-127. 2729. Cleerdin, V. Het Brabantsche dorp. Amsterdam, (1944), 126p . (o.a. over boerderijen). 2730. Dam, B. van. De Brabantse boerderij. Brabants heem 6 (1954): 74-82: 101-106;7 (1955):9-15 . 2731. Halflants, J. Speelhoven. Het oude land van Aarschot 1 (1966): 72-85. (oude boerderij). 2732. Hanssen, H.J.M. De boerderij in Brabant. Het Nieuwe Brabant 1 (1952) 175-201. 2733. Hasselt, R. J. G.M .van .D eoud e boerderijen in onze streek. Deghulde nroo : 1 (1941): 35-53. 2734. Hekker, R.C . Het verdwijnen van de Saksische bouwkunst in Brabant ei Limburg. Noorderland 3(1944) : 118-130. 2735. Hekker, R.C . Boerderijen met overkraging. Brabants heem 16 (1964): 2—7 (Zie no.2745) . 2736. Hoef, DeTongerlos e ...e n Tilburg. Tilburg, (1969), 55 p.

150 2737. Juten, G.C . A. De hoeve de Stroobol en het Hertoghuis te St. Oedenrode. Taxandria 50(1943): 1-3. 2738. Kuysten, C. A. Het speelhuis te Riel. Brabants heem 1(1949) : 6. 2739. Loon, J. B.van . Dehoev e Moerbeek onder Wouw. De ghulden roos 9 (1949): 88-92. 2740. M.Historisc h boerderij-onderzoek in Noord-Brabant. Brabants heem 13 (1961): 98-99. 2741. Mandos , H. Een interessante brief over het interieur van een Brabantse boerderij in 1840. Brabants heem 6 (1954): 51-56. 2742. Ruhe, H. A.M . Oude boerderijen te Hilvarenbeek en omgeving. Brabants heem 14 (1962): 98-122. 2743. Ruhe, H. A. M. De Tongerlose Hoef te Tilburg. Brabantia 11 (1962): 31-39. 2744. Weyns, J. Het Kempisch boerenhuis. Kulturhistorische verkenningen in de Kempen 1(1960) : 51-112. 2745. Weyns, J. De laatste 'Bruegetraanse' boerderij uit de Kempen. Brabants heem 15(1963) : 124-125. (Zie no. 2735).

t. molens

2746. Bicker Caarten, A. Het eigen karakter van de poldermolens in het Land van Heusdenen Altena. Heemschut 43 (1966): 18 20. 2747. Buds, J. De watermolen op de Calsterloop te Booischot en de overstromingen rond Aarschot in 1867. Het oude Land van Aarschot 1(1966) : 55—56. 2748. Bussel, P. W.E . A. van. Watermolens in Eindhoven, de Schimmelse molen in het bijzonder. Brabants heem 2 (1950): 168- 175. 2749. Couwenbergh, G. F. Het 'scheploon' van de molenaars. Brabants heem, 2 (1950)87. 2750. Delahaye, A., De akkermolen van Zundert. Jaarboek De Oranjeboom 14 (1961): 1-16. 2751. Korpershoek, W. A. 'De Uitwijkse molen' te Almkerk voorheen en thans. Heemschut 44 (1967) 105-106, 2752. Verwiel, H. J. Brabants molenbezit bedreigd. Brabantia 11 (1962): 80-93. 2753. Werz, J. J. Windmolens in en om Roosendaal. De ghulden roos 11 (1951): 77-93.

u. landbouwcoöperatie

2754. Bosman, H. W.J . (Red.). Landbouw en bankwezen; opstellen uitgegeven t.g.v. het 60-jarig bestaan van de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank te Eindhoven. 's-Hertogenbosch, (1959), 281 p. 2755. Campen, Ph. C.M. van. P. Hollenberg & F. Kriellaars. Landbouw en land- bouwcrediet 1898—1948; vijftig jaar geschiedenis van de Coöperatieve Cen­ trale Boerenleenbank Eindhoven. Zonder plaats, (ca. 1949), XV + 599 p. 2756. Gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid van het 40-jarig bestaan van de Coöperatieve suikerfabriek en raffinaderij Dinteloord 1908—1948, Roosen­ daal, (zonder jaar), 153p .

151 2757. Sneep, P. M. Coöperatieve vlasfabriek 'Dinteloord' G.A. gedurende vijf en twintigjaren ; 1920-1945. Steenbergen, (1946), 103p .

v. landbouwindustrie w.landbouwmaatschappije n en andere organisaties

2758. Brandsma, M. Een halve eeuw geschiedenis van de veilingsvereniging 'De Afslag' te Berlikum, 1899-1949. Zonder plaats, (1949), 110p . 2759. Gedenkboek uitgegeven t.g.v. het 50-jarig bestaan van de R.K. Boerenbond Rijsbergen, zonder plaats, (1955), 46 p. 2760. Jaren, Vijftig ... Brabantse zuivelbond, 1909-1959. Zonder plaats, (1960). 2761. Loon, P. J. van. De ontwikkeling van het landbouworganisatiewezen in Noord-Brabant tot 1881.Wouw , (1949), 23 p. (stencil-uitgave). 2762. Loon, P. J. van. Honderd jaren Maatschappij van landbouw in Noord- Brabant, 1851-1951. Amsterdam, (zonder jaar), 95 p. 2763. Verslag bij gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de Boerenleenbank 'Zundert'. Zundert, (1955), 27p . 2764. Wintermans, J. J. Geschiedenis van den Noordbrabantschen Christelijken Boerenbond, N.C.B.Zonde r plaats, (1946), 615p .

x. onderwijse nvoorlichtin g

2765. Gedenkboek ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan der R.K. Landbouw- winterschool te Roosendaal. Roosendaal, (1946), 40 p. 2766. Gedenkboek 1914-1964; R.K. Landbouwwinterschool 1914-1956, R.K. Middelbare Landbouwschool 1957 1964. zonder plaats, (zonder jaar), 92 p. 2767. Wintermans, J. J. Een halve eeuw botercontrole te Eindhoven 1901— 1951 . Zonder plaats, (1950), 67 p.

y. veldnamen, e.d.

2768. Kakebeeke, A. D. De veldnaam poort in Brabant, een aanduiding van een aarden RomeinsCastellum ? Brabants heem 11 (1959): 126—134. 2769. Kwinten, P. Hoe verklaart men te Eersel veld- en akkernamen? Brabants heem 3 (1951): 84-86. 2770. Loon, J. B. van. De perceelsnaam 'Hostert' onder Wouw. De ghulden roos 22 (1962): 39-40. 2771. Loon, J. B. van. Perceel- en terreinnamen inhe t zuidelijk deelva n Kruisland. De ghulden roos 24 (1964): 65-80. 2772. Loon, J. B. van. Water en waternamen in Noord-Brabants Zuidwesthoek, Bijdragen en mededelingen der naamkundecommissie te Amsterdam 22 (1965), 117p . 2773. Slootmans, C. J. F. Wouwsche hoeve-, akker- en beemdnamen. De ghulder roos 2(1942) : 91-107. 2774. Sprenger de Rover, N.P . Rumelacha, Datmunda en Tadia (698-699) Brabants heem, 3 (1951): 50-65. (plaatsnamen). 2775. Weijnen, A.Veldname n uit Schijf. De ghulden roos 11 (1951): 45-46.

152 12. Limburg

a. algemeneagrarisch e geschiedenis

2776. Batta, E. C. M. A. ea. (Red.). Limburg's verleden; geschiedenis van Nederlands Limburg tot 1815. 2 Delen. Maastricht, (1960), XXIII + 528 p.; (1967), XVI+ 879 p. 2777. Beaujean, H. A. Geschiedenis van Hoensbroeken omgeving. Heerlen, (1949), 101 p. 2778. Bedrijfsstudie, Een ... in de gemeente Bergen; de landbouw in de gemeente Bergen (L.).Zonde r plaats, (1957), 67 p. 2779. Bernard, Cl. Étude sur le diplôme de 968, par lequel Gerberge veuve de Louis IV d'Outremer, donne à Saint-Remi de Reims son domaine de Meersen, Handelingen van de Koninklijke commissie voor geschiedenis 123 (1958): 191-224. 2780. Bers, G. W. J. van. De ontwikkeling van de landbouw in Zuid-Limburg. Maastricht, (1946), 27 p. (scriptie aanwezig in het Sociaal historisch Centrum voor Limburg te Maastricht). 2781. Claessens, Th. J. A. H. De ontwikkeling van de landbouw inVenray , Horst en Sevenum (1850—1914) Studies over de sociaal-economische geschiedenis van Limburg 6 (1962): 103-181. 2782. Dewez, W.J . De bodem van Limburg in verband met de geschiedenis van het gewest, in: Limburg's verleden; geschiedenis van Nederlands Limburg tot 1815, deel I, Maastricht, (1960), p. 1 39. 2783. Dohmen, H. W. J. De Geleenhof te Heerlen. De maasgouw 79 (1960): 1-22, 33-48. 2784. Droesen, W. J. De prestatie onzer boeren en tuinders, in: Limburg onder de gouden oranjezon; provinciaal Limburgs gedenkboek samengesteld bij ge­ legenheid van het gouden regeringsjubileum van Hare Majesteit Wilhelmina, Koningin der Nederlanden. Heerlen, (1948), p. 67—71. 2785. Droesen, W. J. Het kleine boerenbedrijf in Limburg. De bronk 4 (1956/57): 84-86, 137-139. 2786. Edelman, C. H. &B . E. P. Eeuwens. Sporen van een Romeinse landindeling in Zuid-Limburg, Berichten van de Rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek 9 (1950): 49 56. 2787. Gorissen, M. Geschiedenis van het Maasland; de fiscus van Maastricht. Het Oude Land van Loon 16(1961) : 113 114. (kroondomein). 2788. Grauwels, J. De landbouw in het departement van de Nedermaas (1811). Limburg 38 (1959), 150-156. 2789. Hardenberg, H. De Koningshof Asselt en de oorsprong van Roermond. In: Historische opstellen over Roermond en omgeving. Zonder plaats, (1951), p. 105-141. 2790. Hermesdorf, B.H . D. Abbatiale zorgen en de victualitas-gedachte in de Annales Rodenses. Publications del a société historique et archéologique dans le Limbourg 90/91 (1954/55): 143-159.

153 2791. Janssen de Limpens, K. J. Th. Geschiedenis der heerlijkheid Oost. Publica­ tions de la société historique et archéologique dans le Limbourg 100 (1964): 85-147. 2792. Janssen de Limpens, K. J. Th. De territoriale ontwikkeling der heerlijkheid Wittern. Demaasgou w 84 (1965): 23-28. 2793. Kemp, M. (Red.). Het land van de Peel.Maastricht , (ca. 1955), 168p . 2794. Linssen, J. Een onderzoek naar Odiliënberg. Publications de la société historique et archéologique dans le Limbourg 94/95 (1958/59): 121-172. 2795. Linssen, J. Over de vroegste geschiedenis van Wessem. Publications de la société historique et archéologique dans le Limbourg 98/99 (1962/63): 1-57. 2796. Mertens, A. J. & J. Henkes. Schetsen uit de geschiedenis van het Land van Weert. Weert, (1956), 192 p. 2797. Munsters, A. De hof van Dieteren te Papenhoven. De maasgouw 60 (1940): 14-16. 2798. Munsters, A. Abshoven onder Munstergeleen. De maasgouw 68 (1949): 33-37. 2799. Peeters, P. A. H.M . Nieuw Lotbroek. Bulletin van de historische kring Het Land van Herle 5 (1955): 94-98; 6 (1956): 11-15. 2800. Peeters, P.A . H.M . Wijngaardshof. Bulletin van de historische kring Het Land van Herle 6 (1956): 82-87, 97-98. 2801. Peeters, P. A. H.M .Terlinden . Bulletin van dehistorisch e kring Het Land van Herle 6 (1956): 25-31. 2802. Philips, J. F. R. De landbouwstructuur van Zuid-Limburg in de eerste helft van de 19e eeuw, mede in vergelijking met de aangrenzende Duitse en Belgische lössgebieden. Studies over de sociaal-economische geschiedenis van Limburg 12(1967) : 1-25. 2803. Philips, J. F. R. Die Agrarstruktur Südlimburgs in der ersten Hälfte des 19. Jahrhunderts im Vergleich zu den angrenzenden deutschen und Belgischen Lössgebieten. Acta historiae Neerlandica 4 (1970): 84—104. 2804. Philips, J. F. R., J. C. G.M . Jansen & Th. J. A. H. Ciaessens. Geschiedenisva n delandbou wi nLimburg , 1705-1914. Assen,(1965) , XX+ 306 p.(Maasland - se monografieën, no. 4; zie no. 2806). 2805. Poel, J. M.G . van der. De landbouw in de Romeinse tijd. Bulletin van de historische kring Het Land van Herle 14 (1964): 77-82. 2806. Roebroeck, E. De geschiedenis van de landbouw in Limburg. Bijdragen voor de geschiedenis der Nederlanden 20 (1965/66): 147—157. (bespreking no. 2804). 2807. Roebroeck, E. Het Huis Vrymersum te Odiliënberg een Nassaus bezit, 1653-1795. De maasgouw 86 (1967): 1-14. 2808. Roebroeck, E. Het land van Montfort; een agrarische samenleving in een grensgebied 1647-1820. Assen, (1967), XXIV + 409 p. (Maaslandse mono­ grafieën, no. 6). 2809. Roppe, L., G. W.A . Panhuysen &E . M. Nuyens. De décadaire, resp.maande ­ lijkse rapporten van de commissarissen van het directoire exécutif in het department van de Nedermaas, 1797—1800. Standen en landen 10 (1955), 252 p.

154 2810. Rüssel, E. A. Rapport over Born, Sittard, Susteren en andere plaatsen. De maasgouw 60 (1940): 56-58. 2811. Schrijnemakers, A. Gedenkschrift Abshoven 1901-1951; De abst-hoeve als spiegel van zeven eeuwen streekgeschiedenis. Munstergeleen, (1951), 88 p. 2812. Schwartzenberg, B. von. 'Kalculen', De maasgouw 66 (1947): 2-5; B. H.D . Hermesdorf. De 'Kalculen' van Rode. De maasgouw 66 (1947): 18—20; B.vo n Schwartzenberg. Nog eens 'kalculen'. De maasgouw 66 (1947): 50—55.(boerderi j bij 's-Hertogenrade, gegevens 1394—1440). 2813. Ubachs, W. De Nedermaas Niemandsland, 1814-1815. Publications de la société historique et archéologique dans le Limbourg 100 (1964): 149-226. 2814. Vandevelde, S. Over het landbouwbedrijf van Jan Buckinx te Spauwen (1623-1645). Limburg 38 (1959): 48-50. 2815. Venne, J. M.va n de. Een statistiek van Geleen omstreeks 1688.D e maasgouw 70 (1951): 42. 2816. Venne, J. M. van de. Geschiedenis van Heer. Uitgegeven door het gemeente­ bestuurvan Heer. Zonder plaats (1957), VIII +51 6p . 2817. Vermooten, W.H . De landbouw op de rivierklei en in Zuid-Limburg. In: Z.W. Sneller (Red.). Geschiedenis van den Nederlandschen landbouw, 1795—1940. Groningen, (1943), p. 295-318. 2818.Vermooten , W.H. De landbouw in Zuid-Limburg. In: Z.W. Sneller (Red.). Geschiedenis van de Nederlandse landbouw, 1795—1940. 2e Druk. Groningen, (1951), p. 334-345. 2819. Viedebantt, O. Forschungen zur Geschichte des ersten Heinsbergisch-Valken- burgischen Dynastengeschlechts. Publications de la société historique et archéologique dansl e Limbourg 101 (1965): 123-158. 2820. Vromen, W.J . De landbouw in de mijnstreek van Zuid-Limburg voor 50jaa r en thans. In: M.Kem p (Red.). Mijn en spoor in goud. Zonder plaats, (1952), p. 303-307. 2821. Wouters, H. De hof van Slijpe. De maasgouw 79 (1960): 65-86, 110-124. 2822. Zuylen, H. J. van. De gemeente Herten; proeve van een sociaal-geografische monografie van een midden-Limburgse gemeente. Groningen, (1940), 137p .

b. economische agrarischegeschiedenis , grondbelasting

2823. Broex, W.J . J. Het verdwijnen van kleine landbouwbedrijven in Midden- Limburg. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 79 (1962): 21—33. 2824. Jansen, J. C. G. M.Landbou w rond Maastricht (1610—1865);ee n analyseva n de exploitatie-uitkomsten van enige lössbedrijven in halfwinning. Studies over de sociaal-economische geschiedenis van Limburg 13 (1968): 1—98. 2825. Lindelauf, W. Hoe men in Heerlen gedurende de 18e eeuw belastingvoor­ schriften uitvoerde; de opmaking van het kadaster. Bulletin van de historische kring Het Land van Herle 10(1960): 55-65. 2826. Linssen, J. Sporen van wedehandel in Roermond. De maasgouw 78 (1959): 65-74. 2827. Philips, J. F. R. Een sociaal-economische schets van Munstergeleen (1795-1930), in: Munstergeleen. Zonder plaats, ca. 1963,p . 201-243.

155 2828. Veilingwezen, Het ... in Noord- en Midden-Limburg. Zonder plaats, (ca. 1942), 14p . 2829. Winten, H. De verkoop van nationale goederen te Maastricht, departement van de Neder-maas, met een studie over de Maastrichtse kopers, tijdens de Franse overheersing (1795 1814). Leuven, (1962), XXX + 299 p. (stencil- uitgave). 2830. Wouters, H. De rekeningen van de brabantse schouten en rentmeesters te Maastricht. De maasgouw 78 (1959): 115-120.

c. sociale agrarische geschiedenis

2831. Addens, N. H. H. Over de beroepskeuze van boerenjongeren op de zand­ gronden van Noord-Brabant en Limburg. Uitgave van het Ministerie van landbouw en visserij, Directie van de landbouw. Zonder plaats, (zonderjaar) , 118 p. (stencil-uitgave). 2832. Brouwers, J. Dagboek van Guillaume Henckaerts, pachter van de kasteel­ hoeve van Veulen, 1799-1854. Limburg 38 (1959): 186-197. 2833. Dieteren, R. & J. F. R. Philips. Stein; een achterland wordt bruggehoofd; historisch overzicht van gemeente en bevolking. Uitgave gemeentebestuur Stein. Zonder plaats, (1962), 169p . 2834. Gierlichs, W. De geschiedenis der bokkerijders in het voormalige land van 's-Hertogenrode. Roermond, (ca. 1940), 194p . 2835. Grauwels, J. De sociaal-economische toestand van de landbouwarbeiders in de Nedermaas (1804). Limburg 40 (1961): 185-195; ook in: Mededelingen van het centrum voorstudie van de boerenkrijg, no. 31.Hasselt , (1961), 11p . 2836. Moormann, J. G. M. Een achtergrond van de Bokkenrijdersbeweging. Annalen vereeniging beoefening der wetenschap onder de katholieken 41 (1953): 300-307. 2837. VandeBeeck, T. & J. Grauwels. De boerenkrijg in het departement van de Nedermaas. Maastricht, (1961), 402 p. (Werken uitgegeven doorhe t Limburgs geschied- en oudheidkundig genootschap, deel 3). 2838. Venne, J.M. van de. Vlakte maten en maailonen te Mheer in 1710. De maasgouw 75 (1956):93 . 2839. Vromen, W.J . Ernst en humor in het Limburgse boerenleven. Maastricht, (1948), 117p.

d.juridisch e agrarische geschiedenis

2840. Boel, W.M . van de. Een onderzoek naar de rechterlijke organisatie in de heerlijkheid Horn. Publications de la société historique et archéologique dans le Limbourg 101 (1965): 159-194. 2841. Dyck, A. H. van. Prinsbisschoppelijke rechten en bezittingen te Stokkem. Limburg 36(1957) : 91-96. 2842. Hendrickx, M. Betwisting over het jachtrecht op St-Jansberg (Maaseik) 1768. Limburg 41 (1962): 61-62.

156 2843. Hermesdorf, B.H . D. Leen- en laatrechten der abdij Kloosterrade. Publica­ tions de la société historique et archéologique dans le Limbourg 76 (1940): 25-77. 2844. Houtmortels, J. Thorn; hoogadelijke rijksabdij en vorstendom. Thorn, (ca. 1949), 287 p. (o.a. over landrecht). 2845. Janssen de Limpens, K. J. Th. Het oud versterfrecht in het land van Valken­ burg; het proces Heyiger Aerts contra Jan Hoens. De maasgouw 81 (1962): 1-6. 2846. Janssen de Limpens, K. J. Th. Rechtsbronnen van het Gelders Overkwartier van Roermond. Werken der vereeniging tot uitgaaf der bronnen van het Oud-Vaderlandsche recht 3e Reeks 20 (1965). 2847. Janssen de Limpens, K. J. Th. Leen- en laatrechten van den hof Malborg te Bruggenum. De maasgouw 86 (1967): 13 48. 2848. Lindelauf, W. De tiendschuur van Heerlen. Bulletin van de historische kring Het Land van Herle 7 (1957): 1-12. 2849. Linssen, J. Enige rechten van de graven van Gelre te Roermond. Publications de la société historique et archéologique dans le Limbourg 92/93 (1956/57): 125-152. 2850. Linssen, J. Een oorkonde over de tiend van Roermond. De Limburgse leeuw 8 (1959/60): 93-100. 2851. Linssen, J. De grondheerlijkheid Leeuwen onder Maasniel. De maasgouw 89 (1970): 65-80. 2852. Loo, J. A.M . van der. Lenen van Gennep in 1336. De maasgouw 89 (1970): 45-50. 2853. Moonen, W. Brunsum de eeuwen door. Zonder plaats, (ca. 1952), 632 p. (tienden, cijnsplicht). 2854. Schijndel, B.W . van. Processen over Oedenrader leengoederen te Vlodrop (1608—1615). Publications de la société historique et archéologique dans le Limbourg 76 (1940): 9-24. 2855. Smeets, M.K . J. De datering van de verkoopakte der heerlijkheid Geleen. De maasgouw 76 (1957): 113-114. 2856. Stas, G. Lijst van cijnsplichtigen aan de domeinen in het kwartier Maastricht en graafschap Vroenhoven. De Limburgse leeuw 7 (1958/59): 124—136. 2857. Steen, F. M.J . van der. Heerlijke rechten der 'Heren van Daelenbroeck' te Herten in de 18de eeuw. De maasgouw 86 (1967): 71-93. 2858. Vrijdag, E. Chr. M.H . Laathoven in Mheer. De maasgouw 67 (1948): 59-61.

e. grondbezit, grondgebruik

2859. Boeren, P.C. Het grondbezit der abdij Rolduc in de jaren 1104-1300. Publications de la société historique et archéologique dans le Limbourg 84 (1948): 141-196. 2860. Colson, M. De Kruisheren van Venlo tijdens de Franse revolutie, Clair-lieu. Tijdschr. gewijd aan de geschiedenis der kruisheren 13 (1955): 49-79; 14 (1956): 3-59. (bezittingen). 2861. Colson, M. De eigendommen der Kruisheren van Maaseik onder en na de Franse revolutie. Het Oude Land van Loon 11 (1956): 121— 160 .

157 2862. Damen, C. Imstenraadse bijdragen. Bulletin van de historische kring Het Land van Herle 9 (1959): 93 100, 1 15-122; 10 (1960): 8-19,75-81, 104-107. 2863. Grondgebruik, Het ... in de gemeente Bergen (L), zonder plaats (ca. 1956), 195 p. 2864. Jongen, J. J. De ontwikkeling van het grondbezit in de vroege middeleeuwen. Bulletin van de historische kring Het Land van Herle 5(1955) : 89—94. 2865. Lindelauf, W. Het goed Douvenrade onder Heerlen. Bulletin van de histo­ rischekrin g Het Land van Herle 6 (1956): 49-60, 74-77. 2866. Lindelauf, W. Het kadaster van Heerlen in de Franse tijd. Bulletin van de historische kring Het Land van Herle 10(1960): 122-128. 2867. Linssen, J. Het bezit van de heren van Asselt. De maasgouw 76 (1957): 33-41. 2868. Philips, J. F. R. Een sociaal-economische schets van Munstergeleen (1795-1930). In: Munstergeleen. Zonder plaats, (ca. 1963), p. 201-243. (grondeigendom). 2869. Venne, J. M.va n de. De overdracht der Wickrathse bezittingen te Heerlen aan Brabant in 1378. Demaasgou w 67 (1948): 85-88. 2870. Verzijl, J. Bezitters van het goed Nieuwenbroeck te Beesel uit de geslach- ten(de) Bosman en de Haen. De maasgouw 65 (1946): 36-40.

f. akkerbouw enakkerbouwgewassen , voeding

2871. Grauwels, J. De suikerbietenkultuur in het departement van de Nedermaas. Het Oude Land van Loon 14(1959): 101-131. 2872. Hegelsom, J. M. van. De suikerbietenteelt op de Limburgse zandgronden. Geografisch Tijdschr. 17(1964): 19-24.

g. weidebouw enveeteel t h. paardene n runderen

2873. Venne, J. M. van de. De koestapel te Spaubeek in 1794. De maasgouw 79 (1960): 93-94.

i. schapen

2874. Wismans, H. De Venraysche schapenhandel voor honderd jaren. De maas­ gouw 66 (1947): 34-38.

j. overige dieren

2875. Beumers, G. 50-jaren Limburgs varkensstamboek. Maandblad voor de varkensfokkerij 24 (1962): 127-129. 2876. Jaren, Vijftig ... Limburgs varkensstamboek, 1912—1962. Zonder plaats, (zonder jaar), 63p .

158 k. veeteeltprodukten

2877. Boeren, P. C. Zuivel in het oude Rolduc. Rolduc's jaarboek 35 (1955): 89-92. 2878. Jamar, H. Rond de boterbereiding. Limburg 34 (1955): 84-86.

1.tuinbou w

2879. Crijns, Th. A. J. De champignoncultuur in Zuid-Limburg, in het bijzonder in de Sint Pietersberg te Maastricht, in Tijdschr. econ. soc. Geogr. 37 no. 2, 3e n 4 (1946). 2880. Dahlmans, H. Historie, heden, toekomstvan defruitteel t in Limburg. Groen­ ten en fruit 21 (1965/66): 410-411. 2881. Jenniskens, P. J. Sociaal-historische notities overhe t kerkdorp Meterik-Horst. Studies over de sociaal-economische geschiedenis van Limburg 8 (1963): 27-78. (o.a. over tuinbouw). 2882. Kroft, W.G . van der. De ontwikkeling van de fruitteelt in Limburg. De fruitteelt 43 (1953): 815-817. 2883.Venne , J. M. van de. Wijndruivencultuur in Limburg. Natuurhistorisch maandblad 37 (1948): 54-57. 2884. Venne, J. M. van de. Een boomkwekerij te Geleen circa 1650. De maas- gouw 69 (1950): 29.

m.bosbou w

2885. Roebroeck, E. De 'Gemeynte' van Echt. Verslagen en mededeelingen van het Oud-Vaderlandsche recht 13(1967) : 75-95. 2886. Venner, G. 'Een nieuw Liedeke' over de Swalmer bosstrijd rond 1850. De maasgouw 88 (1969): 1-10.

n. landbouwwerktuigen

2887. Poel, J. M. G. van der. De schaar van Echt. Westerheem 8 (1960): 103-105.

o. ontginningen, waterstaat, polders, bedijkingen en overstromingen p. ruilverkaveling

2888. Huygen, C. A. Romeinse landindeling en Romeinse wegen in Zuid Limburg. De bronk 7(1959/60) : 353-355.

q. veengraverijen r. kavel- en dorpsvormen s. boerenhuizen

2889. Behets, J. De gesloten hoeve in Limburgs Haspengouw. Volkskunde 70 (1969): 1-7.

159 2890. Hekker, R. C. De Zuid-Limburgse boerderij, een Frankisch hoeventype. De maasgouw 62 (1942): 49-62. 2891. Hekker, R. C. Een weinig bekende studie over de Zuid-Limburgse boerderij. Demaasgou w 62 (1942): 79 80. 2892. Hekker, R. C. De ontwikkeling van het boerenhuis in Limburg. Publications de la société historique et archéologique dans le Limbourg 78/82 (1942/46): 25-83. 2893. Hekker, R. C.Hui s en erf in Zuid-Limburg. De bronk 8 (1960/61): 144-146. 2894. Hekker, R. C. De Chorus-hoeve, in: Munstergeleen. Zonder plaats, (ca. 1963), p. 337-353. 2895. Hekker, R. C. Das nordlimburgische Bauernhaus. Niederrheinisches Jahrbuch 8(1965): 172-178. 2896. Huismans, J. Boerderijen en boerenhuizen in Limburg. Ons heem 9 (1960): 100-105; 10 (1961): 11 13. 2897. Hulshof, Th. H. De boerderijtypen in de provincie Limburg. Wageningen, (zonder jaar), 36 p. (scriptie). 2898. Jongen, J. J. Verdwijnende boerderijen. Het Land van Herle 13 (1963): 20-24. 2899. Jongen, J. J. De Wiegelraderhof te Bingelrade. Het Land van Herle 13(1963) : 33-35. 2900. Schols, P. A. De Zuid-Limburgsche boerderij. De maasgouw 62 (1942): 81-83. 2901. Verzijl, J. Huize en hoeve de Kolk onder Broekhuizervorst. De maasgouw 64 (1944/45): 20-22. 2902. Vromen, W.J . Wonen in de oude tijd. De bronk 10 (1962/63): 200-203. 2903. Vromen, W.J . Uit het boerenleven van de familie Erens op de kamp te Schaesberg. Het Land van Herle 20 (1970): 45-51. 2904. Weyns, J. Het amandina-huis te Schakkebroek; beschrijving, bouwgeschiede­ nis, herstelling. Limburg 34 (1955): 159-171, 189-196.

t. molens

2905. Bos, Th. G.A . De papiermolen(s) te Schophem rond 1600. Demaasgou w 76 (1957): 79-82.

u. landbouwcoöperatie

2906. Eeuw, Een halve ... tussen producent en consument;vijfti g jaar Coöperatieve Venlose veilingvereniging, g.a. 1915 1965. Zonder plaats, (zonderjaar) , 87 p. 2907. Gedenkboek Coöperatieve Roermondsche Eiermijn 1904—1944;veerti g jaar geschiedenis der Coöperatieve Roermondsche Eiermijn. Roermond, (1948), 158p . 2908. Veilingvereniging, Coöperatieve ... Venlo;gedenkboe k uitgegeven bij gelegen­ heid van het 25-jarig bestaan, 1915 1940. Zonder plaats, (zonder jaar), ca. 32p . 2909. Ven, D. J. van der. Het 65-jarige bestaan van de Limburgse zuivelcoöperatie. Melk 13 (1957/58): 168-171. 184-187.

160 v. landbouwindustrie w.landbouwmaatschappije n enander e organisaties

2910. Gedenkboek ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de Limburgse land- en tuinbouwbond, J. P.Planj e (samensteller). Echt, (1951), 346 p. 2911. Jaar, 25 ... Boerinnenbond in Limburg, 1930-1955. Zonder plaats, (zonder jaar), 93 p. 2912. Verhagen, Th. J. P. De ontwikkeling van de landbouw in Limburg op organi­ satorisch gebied (1848—1887). Studies over de sociaal-economische geschie­ denis van Limburg 7 (1962): 91-119. 2913. Wismans, H. Bond van fokverenigingen in Limburg 40 jaar. De keur-stam- boeker6(1958): 144.

x. onderwijse nvoorlichtin g

2914. Gedenkboek 25-jarig jubileum van de Rooms Katholieke Landbouwwinter- school van de L.L.T.B. te Roermond, 1923 1948. Zonder plaats, (ca. 1948), 44 p. 2915. Gedenkboek ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de vereniging voor landbouwonderwijs te Roermond, 1914—1964. Zonder plaats, (ca. 1964), 176p .

y. veldnamen, e.d.

2916. Bommel, H. van. Plaatselijke benamingen in de omgevingva n Maastricht. De maasgouw 89 (1970): 109-128. (o.a. veldnamen). 2917. Tummers, P.L.M. Limburgse waternamen. Bijdragen en mededelingen der naamkundecommissie te Amsterdam 24 (1968): 22-33.

13. IJsselmeerpolders

a. algemene agrarische geschiedenis

2918. Heide, G. D. van der. Resten van middeleeuwse bewoning ten oosten van het voormalige eiland Schokland, Zuiderzeegebied. Berichten van de Rijksdienst voorhet oudheidkundig bodemonderzoek 7 (1956): 111—132. 1919. Jaren, Tien ... Noordoostpolder. Zwolle, (1952), 121p . 1920. Kamp,A . F. Nederlands twaalfde provincie. In: Z. W.Snelle r (Red.), Geschie­ denis van den Nederlandschen landbouw, 1795-1940. Groningen, (1943), p. 467-497. !921. Modderman, P. J. R. Enkele resultaten van het oudheidkundig bodemonder­ zoek in de Noordoostelijke IJsselmeerpolder. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot., 2e Serie 64 (1947): 423-429. :922. Otten, W.M. De Noordoostpolder 1942-1952. Tijdschr. K. ned. aardrijks. Genoot, 2e Serie 69 (1952): 300-314.

161 2923. Veer, J. de. Terugblik op de exploitatie van de bedrijven in eigen beheer in de Noordoostpolder. Uitgave Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders. Flevo- Berichten A 50. Zwolle, (1964), 10p .

b. economische agrarische geschiedenis, grondbelasting c.social e agrarische geschiedenis

2924. Abma, E. & J. E. Montgomery. Woning, dorp en dorpsgemeenschap in de Noordoostpolder. Bulletin van de afd. sociologie en sociografie van de Land­ bouwhogeschool 16 (1959). 2925. Constandse, A. K. Het dorp in de IJsselmeerpolders. Zwolle, (1960), 296 p 2926. Constandse, A. K. Boer en toekomstbeeld; enkele beschouwingen naar aan leiding van een terreinverkenning in de Noordoostpolder. Bulletin van de afd sociologie en sociografie van de Landbouwhogeschool 24 (1964).

d.juridisch e agrarische geschiedenis

2927. Bom, F. L. van der. Vijftig jaren Zuiderzeewet, 1918-1968. De ingenieu 80A(1968): 333-335. 2928. Heide, G. D. van der. Schokland. Verslagen en mededeelingen Overijsselse! regt en geschiedenis 70 (1955): 37-50.

e. grondbezit, grondgebruik f. akkerbouw enakkerbouwgewassen , voeding g. weidebouw enveeteel t h. paardene nrundere n i. schapen j. overige dieren k. veeteeltprodukten 1. tuinbouw m.bosbou w n. landbouwwerktuigen o. ontginningen, waterstaat, polders, bedijkingen en overstromingen

2929. Ebbens, O.S . Het veranderend gelaat van Nederland; bij het vertrek vanc directie IJsselmeerpolders uit de Noordoostpolder. Tijdschr. K.ned . aardrijk Genoot., 81 (1964): 317-323. 2930. Heide, G. D. van der. De laatste jaren van een eiland. Kamper almam (1958/59): 236-273. (o.a. over landverlies) 2931. Heide, G. D. van der. Over het onderhoud van alle zeewerken op het eilar Schokland. Kamper almanak (1963/64): 179-200. 2932. Heide, G. D. van der. Van landijs tot polderland; tweeduizend eeuw« Zuiderzeegebied. Amsterdam, (1965), 648 p. 2933. Jansma, K. Lely, de bedwinger der Zuiderzee, Amsterdam, (1948), 350 (1954, 2e Druk, verkorte uitgave). 2934. Krook, H.Projekte n till torrläggning avZuiderze e 1848-1918. Ymer (1955 21-51.

162 2935. Smeding, S. Inpolderingen in de Zuiderzee, voorheen en thans. Jubileum­ nummer Algemeen Handelsblad 5 jan. (1953), 8p . 2936. Steen, C. L. van. Na vijfendertig jaar onderzoek en ontginning in de IJssel- meerpolders. Zwolle, (1963), 249 p. 2937. Stuvel, H. J. Bouwen op nieuwe bodem; ten behoeve van de gemeenschap in het voormalige Zuiderzeebekken. Assen, (1967), 282 p. (geschiedenis polders). 2938. Wording en opbouw van de Wieringermeer;geschiedeni s van de ontginning en kolonisatie van de eerste IJsselmeerpolder. Samengesteld door de Directie van de Wieringermeer, Zwolle. Wageningen, (1955), 805 p. 2939. Zuur, A. J. Over het in cultuur brengen der Zuiderzeegronden; opvattingen uit de tijd van voor het droogvallen van de Wieringermeer. Wageningen, (1951), 24p . 2940. Zuur, A. J. Overzicht van het in cultuur brengen van de Noordoostpolder. Akademie-dagen 8 (1955): 150-174.

p. ruilverkaveling q. veengraverijen r. kavel-e n dorpsvormen s. boerenhuizen t. molens u. landbouwcoöperatie v. landbouwindustrie w.landbouwmaatschappije n enander e organisaties x. onderwijs envoorlichtin g y. veldnamen, e.d.

2941. Namen van boerderijen in de Noordoostpolder. Zwolle, (1964), 94 p.

163 Register van auteursnamen

Balen, P. van 2343,2394 Aartsen, J. P. van 2459 Balen Walter, B. C. van 1314 Abma, E. 296, 778, 779, 946, 2924 Balk, J.Th. 2213 Abma,G. 976,1096,1299 Ban, A. W. van den 297,298,821,822 Acarla, A. H. 2687 Bannenberg, G. P.J . 2645, 2684, 2720 Achilles,W . 233 Bardet, J. D. M. 2023 Acket, M. N. 2018,2339 Barendse, J. 527,2321 Addens, H. 1079 Barentsen, W. 640,641 Addens, N. G. 802, 816, 888, 889, 928, 949, Bartels, J. 2663 988, 1064, 1065,1080 Batta, E. C. M. A. 2776 addens, N. H. H. 406, 932, 1202, 1622, Baumann, E. D. 410 2594,2831 Baumgarten, K. 1385 Mbertinus, B. 2716 Bauwens, A. 2554 Mberts, Jappe,W . 1,1097,1461,1785 Bauwens, A. L. G. M. 2555 Ugra, H. 1098 Bavel, F. H. van 2688 Ugra, N. E. 1099, 1243, 1244 Bazlen, K. A. 642 Vlgra, S. 408,409, 2661, 2662 Beaufort, W. H. de 1959 Ulewijn, M. 2340 Beaujean, H. A. 2777 Vlma, L. 1203 Beeck Calkoen, S. J. van 1960 ^mstel, M. van 636 Beekhuis, J. H. 950 üidel, J.van 367 Beekman, A. A. 643, 2344 Andreas, C.H. 890 Beekom.C.W.C. van 529,2490 Vndringa, R. 488 Beemsterboer, P. Az. 2101 toeca, H. 2474 Beer, J. A. B., de 2664 Inkersmit, H. J. 1730 Beex, G. 2556,2611 Inkum, L. A. 2249 Behets, J. 2889 vpeldoom, L. J. van 1245 Bekedam,G. J. 1539 urts, A.J.M. 1551 Belonje, J. 2034, 2120, 2121, 2214, 2345, isselt,G. van 1661 2440 Lssen,J . H. 234 Belt, J.B. M. vanden 1718 istrego, J. J. 983 Beltjes, P. J. W. 1821, 1872, 1899, 1900 mbin, H. 1246,1247 Bennema, J. 644, 645, 2441, 2442 Lvis,H . J. 2119 Bennink,G. H. 1943 Benthem, R. J. 2215 Benvenuti, B. 1826 . 1302 Berentsen, A. 1887 aardt, P. 1100 Berg, B. van den 299 aars, H. L. 2342 Berg, F. E. van den 2074 aert.J. 114,235,817,818 Berg, P.W.J . vanden 300 aken, J. 2238 Berghe, J. vanden 2346,2436 akker, A. 2553 Berghuis, W.J. 2403 akker, D. L. 489 Bergman, M. 412 akker, G. 1102 Berkenvelder, F. C. 1181 akker, J. A. 2085 Berkepies, Js. 1593 akker, J. P. 115, 637, 638, 639, 1103,1104 Bernard, Cl. 2779 akker, IJ. 819 Bernet Kempers, A. J. 56, 57, 413, 593, 721 akker Arkema, P.W . 820 Bers, G.W. J. van 2780 akker, G. de 2495 Besier, F. J. J. 1910 akker, M.M. de 1552 Besse, E. 2081, 2122, 2123, 2124, 2125, akkers, P. A. B. 2306 2239

165 Besselaar, H. 58 Bosman, H. W. J. 2754 Beurriers, G. 2875 Bouma.G.J.A. 725,1109,1388,1389, Beijers, J. A. 468, 469, 823 1390 Bicker Caarten, A. 767,768, 1610, 2337, Bouma, L. H. 1110, 1111, 1205, 1206, 1372 2414,2415,2746 Bouma, S. J. 726,1035,1036 Biemans, J. M. 116 Bouman, P. J. 119, 305, 306, 533, 803, 892, Bierma,J. 891,1426 2443, 2444 Bieze, G.J. 1454 Boutkan, P. J. 2058 Bieze, T.W. 60 Bouwman, L. H. 703,1112,1113,2130 Birk, A. C. de 851 Boxma, W. 307, 1207, 1844, 2131 Blaauw, B.W. 989 Boijenga, Tj. 1615,1616 Blaauw, J. N. 70 Braam, A. van 2059,2082 Blauw, P. 530 Braat,W. C. 727 Bleiber,W. 1276 Braber, H. 594, 595, 934, 1727, 1728, 1729 Bliek, P.J. 117 Brakke, J. H. 49,2307 Blikman, A. 509 Brandsma, M. 2758 Blink, N. H. 1106 Brandts Buys, L. 2397 Bloemers, J. H. F. 368 Bree, J. de 2461 Blöte-Obbes, M. C. 531 Bree, L. W. de 308, 2496, 2497 Blok, D. P. 719, 1631, 1946, 2032, 2438 Breebaart, D. 71, 2095, 2096 Blonk, A. 722, 1662 Breemen, P. J. van 2295,2296,2297 Boel, W. M. van de 2840 Bregman, J. 2075 Boelens, K. 1204 Bregman, P. J. 2425 Boelens, Kr. 1107 Brekelmans, F. A. 2646, 2689, 2723, 2724, Boeles, P. C. J. A. 1108 2725,2726,2727 Boer, G. 984 Breuer, H. 990 Boer, D. de 1455 Breugel, A. van 2728 Boer, F. J. de 1377 Breugel, C. van 2557 Boer, H. de 764, 1386 Briejèr, J. 824 Boer, J. de 2126 Brinkgreve, G. 728 Boer, M. de 2127 Brinkman, E. F. W. 893 Boer, J. F. M. de 2102 Broekhuysen, J. 1925 Boerboom, J. H. A. 2347 Broersma, J. 1291 Boeren, P. C. 2722, 2859, 2877 Broex,W. J. J. 2823 Boerendonk, M. J. 62, 399 Brok, K. 1562 Boerkool, G. A. W. 1827 Brongers, G. A. 917, 1037, 1038, 1140 Boerman, W. E. 236 Broos, J. F, 1277 Boesjes, J. 1498 Brouwer, J. H. 1114,1208,1209 Bogaerds, N. 237 Brouwer, W. D. 18 Bokma, A. 1421,1434 Brouwers, A. P. J. 414 Boltje,W. G. 2128 Brouwers, J. 2832 Bom, F. L. van der 1731,2927 Brucherus Cleveringa, H. H. 534 Bommel, H. van 2916 Brugmans, I.J. 2,238,309,310,2282 Bonder, H. 646 Bruin, P. 1081 Bontekoe, G. A. 1499,1500 Bruin, M. P. de 2445, 2468, 2469, 2485, Bool, C. H. 118 Boon, G.J. M. 2024 2498, 2499, 2500, 2501, 2502, 2503, Boon, J. G. M. 1995 2504, 2505, 2506, 2507, 2508, 2524 Bruining, J. D. 369,415,951,977 Boonenburg, K. 303, 769, 770,1767, 2416 Bruins, L. H. 978 Boorsma, P. 2240 Bruinsma, P. 1456, 1457 Boot, J. A. P. G. 1662 Brunsting, H. 2116 Booyink, H. B. 2678 Bruijn, J. R. 416,417 Borg, H. ter 304 Bruijning, A. E. 2483 Borger, G.J. 2129 Buck, H. de 19 Borst, T. 2425 Buds,J. 2747 Bos, C. J. 1747 Buiskool H. T. 1458 Bos, Th. G. A. 2905 Buiten, H. Kzn. 1563

166 Buiter.W. F. 979 Croesen, V. R. IJ. 420 Buning, L. 935,991,1501,1540,1580 Crol, W. A. H. 240 Bunt, A. van de 1989 Crijns, Th. A. J. 2879 Burck, P. du 2132,2259 Cuipers, D. J. 1254 Burema, L. 418 Cuperus, M. 1210 Burg, J. A. C. van 1902 Cuyper, J. de 2470 Burg, J. van der 1391 Burgh, W. F. van der 2348 D Bürgt, C. van der 1325 Daan, J. 316,2220 Buringh, E. 1067 Dahlmans, H. 2880 Bussel, F. A. van 2613 Dalen, A. G. van 1787 Bussel, P. W. E. A. van 2748 Dam, B. van 2666, 2667, 2668, 2679, 2685, Buter, A. 311,312,419,1717,1882 2686,2730 Buursink, J. 1644, 1719, 1732, 1778 Dam, G. van 1439 Buwalda, H. S. 1115,1392 Damen, C. 1709, 2862 Buys, A.J. 2647 Dane, K. 2692 Buijtenen.M. P. van 1116, 1117, 1248,1249, Dee. C. van 1503 1250,1251, 1252,1253,1326 Deelen, D. van 2087 Bijhouwer, J. T. P. 72 Deinse, J. J. van 1663 Dekker, C. 2417,2475 Dekker, H. 1575 Calkoen, H. J.. 2086, 2217, 2218 Dekker, K.M. 2035 Campen, Ph. C. M. van 2755 Delahaye, A. 2750 Cancrinus, S. 1459, 1460, 1502, 1566, 1574, Dendermonde, M. 648 1594,1595, 1596,1617,1632 Derking, A. J. 1822 :anneman, E. A. 2219,2398 Dewez,W. J. 2559,2782 Carnoy, A. 852, 853 Dibbits, H. A. M. C. 648,649,2134 kastelein, M. H. 1300 Dieleman, P. 2510 2ate, J. A. ten 2558,2665 Dieperink.F. H.J. 1461 :erutti, F. F. X. 370,2614,2615 Diepeveen.W. J. 2395 Tevaal, Js. 2462 Dieteren, R. 2833 Charbon, P. A. 1576 Dietvorst, A. G. J. 894, 963 istozvonov, A. N. 313, 2060, 2061, 2290 Dillen, J. G. van 3a, 421 Ressens, Th. J. A. H. 2781,2804 Dingeldein, W. H. 1678, 1679, 1680, 1681, larijs, P. 314 1710, 1751, 1779, 1780, 1781 Jason, A. T. 470, 1581 Dix.J.F. Ch. 536 3eerdin,V. 2729 Doedens, H. 1504 Severing, R. J. 992 Doesschate, A. ten 1682 leveringa, R. P. Pzn. 952,953 Doesschate, G. ten 1682 Siockaert, L. 2509 Dohmcn, H. W. J. 2783 bossen, J. 1118 Domhof, J. 123 lock.J. K.de 993,2133,2212 Donia, J. 1553 ïohen, M. A. 1677 Doorenbos, J. 537,1888 bison, M. 2860,2861 Doorman, G. 124,241 onstandse, A. K. 2925, 2926 Doorn, C. J. van 371,2002,2349 oo, Joz.de 315 Doorn, G. J. van 650 oolen, A. 2690 Doorn, Z. van 651, 1961, 1962, 1970, 1971, bolman, F. 596 1972, 1994, 1996, 2003,2135,2399 oolman, P. 1068 Dorenbosch-Meyer, T. 2595 ools, R. H. A. 647 Dorgelo, A. 1683 oomans, G. 2691 Dorgelo, J. D. 1505, 1506, 1507, 1623, oops, A. 2347 1828,1873 oornaert, E. 122 Dorresteyn, J. 242 oppens, H. 73, 704 Dorst, J.C. 1292 ornelissen, J. D. M. 535 Dorst, J.D. 2545,2548 ouwenbergh, G. F. 2749 Doude van Troostwijk, H. J. 2004, 2350 raeybeckx, J. 239 Douma, W. H. 2291

167 Draye, H. 854 Essink, H. 76 Driessen, G. L. 2262 Essink, H. B. M. 1684 Driessen, H. L. 1788, 1845 Droesen, W. J. 2784,2785 Faber, J. 1373 Duyvetter, J. 317 Dijck, A. van 74 Faber, J. A. 77, 244, 245, 246, 247, 248, Dyck, A. H. van 2841 472,473,1119, 1120, 1182, 1183, 1211 Dijk, E. van 954 Dijk, H. van 2308,2648 Faber-Overbeek, S. C. 539 Dijk, Kl. van 1541, 1542, 1543, 1544 Fasel, W. A. 1771 Dijkema, L. R. 2136 Feen, P. J. van der 490,510 Dijkstra, W. M. 1624 Feteris,W. H. 1328 Feyfer, H. J. de 1395 Feijter, F. de 423 Flier, G. van der 2138 Ebbenhorst Tengbergen, E. J. van 1821 Fluiter, H. J. de 825 Ebbens.O. S. 2929 Ebeling, H. 2616 Fockema Andreae, S. J. 44, 63, 66, 78, 79, Ebels, F. E. H. 1069 80, 373, 374, 375, 655, 656, 657, 658 659, 660, 661, 662, 663, 664, 771, Edelman, C.H. 125,126,400,652,855, 858, 955, 1121, 1904, 2139, 2265, 856, 857, 1463,1464, 1488, 1874, 2266, 2309, 2354, 2355, 2356, 2357, 1903, 1947, 1948, 1949, 1950, 1951, 2358, 2359, 2360, 2418, 2437 1952,1954,2260,2693,2786 Fokkema, M. 1212 Edelman, T. 653,711,895 Foreest, H. A. van 2076 Edelman-Vlam, A.W. 126, 652, 716, 1874, Formsma, W. J. 45, 46, 898, 899, 936, 937, 1903, 1948, 1949, 1950, 1953, 1954, 938,974,995,996,1645, 1664 2260,2693 Frankena, H. J. 474,475 Edzes, T. A. 896 Frenken, A. 2560 Eeghen, I. H. van 1889 Eelssema,W. J. 1018 Frenken, A. M. 2561,2618,2649,2650 Eerde, L. A. Ae. van 1327 Frequin, A. M. 705 Eerenbeemt, H. F. van den 2596, 2694, 2695 Friederich, J. G. 424 Eerzamen, F. den 2263 Fussell, G. E. 129,130 Eeuwens, B. E. P. 2786 G Egberts, G. J. J. 538 Galle, P. H. 376,2471 Eldering, H. 1393,1394 Ganshof, F. L. 131,132,2651 Elderink, E. A. 729 Garming, R. W. 1465 Eldik, J. van 471 Garrelds, H. H. 929 Elema, F. R. Gzn. 1039 Gazenbeek, J. 1905 Elema, H. M. 597 Gebuis, L. 789 Elema, J. 1040 Geerts, H. 1846 Elias, J. E. 2005 Geertsema, G. J. 900 Hk, E. van 2264 Geesink,J. 1733 Emmens, J. 2322 Gelder, H. A. Enno, van 318,319 Emmens, J. A. 127,422 Gelder, H. E. van 2083, 2140 Engelen, G. B. 994 Geldof, W. 320, 425, 476, 477, 491, 511, Engelse, P. A. den 243 540,859,2478,2491 Enklaar, D. Th. 43, 372, 1461,2035a , 2617 Geling, U. 2324 Ente, P. J. 2137 Geluk, H. E. J. 2062, 2077 Entrop, B. 75,2221 Geluk, J. A. 782,1442 Erens, F. 128 Georgius, R. 1071 Eriks, A. 237 Gerbenzon, P. 122, 1123, 1278 Eriks, P. Jz. 2099 Gerritsen, J. D. 541, 1890, 1945 Ernsting, P. 2351,2352,2353 Geselschap, J. 81 Es, A. van 2244 Geselschap, J. E. J. 2361 Es,W. A. van 897 Geudeker, Th. C. 790 Eshuis, J. A. 654 Geuze, M. A. 2446,2463,2546,2551 Essenburg, J. F. W. 598 Gierlichs, W. 2834

168 Gietelink, A. J. H. 1646, 1659 Halbertsma, H. 135,136, 901, 902, 903, Giffen, A. E. van 668,731,2117 999, 1125,1126,1127, 1255,1279, Gink, C. S. Th. van 512 1315, 1331, 1332, 1333, 1334, 1335, Glasbergen, W. 158,2224 2516 Glopper, R. J. de 997, 998 Halflants, J. 2731 Goede, A. de 2078, 2222, 2223 Halfwerk, L. 1667 Goede, B. de 1906 Hallema, A. 428, 543, 544, 599, 791, 792, Goetheer, J. G. 257 1128, 1185,1186,1215,1216,1217, Goettsch, R. P. 2103 1256, 1304,2570,2652,2696 Goor, H. van 1545 Ham, W. van 2562, 2697 Goossenaerts, J. 2597 Hamburger, M. F. 2224 Goris, J. 2717 Hamming, C. 1743, 1782 Gorissen, M. 2787 Hanrath, J.J. 1378 Gorris, G. 2362 Hansscn, H. J. M. 2732 Gottschalk, M. K. E. 2006,2019,2141, Harbers, G. H. 2268 2142, 2447, 2511, 2512, 2513, 2514, Harbers, P. 1911 2515 Hardenberg, H. 861,2362,2400,2789 Gouda Quint, P. 21 Harms, J. A. 1508 Gouw, J. L. van der 2310, 2363, 2364, 2365 Harmsen, Th. W. 83 Govers, E. Dzn. 505 Hart, S. 2241 Graaf, J. de 1685, 1686, 1687, 1688, 1689, Hart, G. 't 2145,2269 1690, 1829, 1847, 1883, 1907, 2619 Harten, J. D. H. 904 Graaf, J. H. G. de 2267 Hartgerink-Koomans, M. 905, 1019, 1257 Graaff, A. F. de 2419 Hartman, A. J. 545,546,2422 Grauls,J. 321 Hartog, C. den 429 Grauwels, J. 2788,2835,2837,2871 Hasenack, J. H. H. 337 Griendt, J. P. van der 1583 Hasselt, R. van 2598, 2599, 2653, 2681 Groen, J. Azn. 805 Hasselt, R. J. G. M. van 2733 Groenman, Sj. 133, 669, 717, 1665, 1666 Hassinger, E. 249 Groenman-van Waateringe, W. 2224 Haveman, J. 939 Groenveld, D. 322 Haverkamp, J. R. 2028 3roesbeek, J. W. 2143 Hazewinkel, H. C. 2284, 2369 3root,J. P. 1920,2324 Hecker, R. C. 1633 3root, A. G. de 2311,2366,2367 Heer, K. de 2065, 2066 ^root, B. J. de 2368 Heerde, H. van 1848 îroot, G. de 1124 Heeren,.!. 2581 ïroot, J. A. de 2063 Heeren, Jac. 2620 ïroot, T. de 493 Heeren, J.J. M. 2682 ïiiray, A. R. 2144 Hcerma van Voss-Dantuma, F. S. J. 2306 iysseling, M. 860, 2032, 2438 Heeroma, K. 862, 863 Hees, R. van 250,377,401 [ Heeswijk, J. H. G. J. van 1830 1. 134,1184,1213,1428 Hegelsom, J. M.va n 2872 laan, D. J. de 2064 Heide, G. D. van der 670, 1734, 1735, 2036, laan, H. de 427, 826, 827, 828 2146, 2517, 2918, 2928, 2930, 2931, [aan, H. H. de 2114 2932 îaan.K. de 1329 Heiningen, H. van 1791 aan, K. I. de 1330 Heitling, W. H. 1792 aan, Tj. W. R. de 1214 Hekker,R .C . 323,506 ,600 ,732 ,733 ,734 , aarman, W. C. D. 1908 735,736 ,737 ,738 ,739 ,740 ,741 ,742 , accoû, J. F. 542 743,744 ,745 ,746 ,1042 ,1043 ,1044 , acke-Oudemans, J. J. 1896 1753,1968 ,2067 ,2225 ,2226 ,2226a , aenen, J. A. H. 2669 2227,2228 ,2292 ,2401 ,2402 ,2403 , aeringen, G. H. van 1647 2537,2600 ,2734 ,2735 ,2890 ,2891 , iga, A. 1691,1692 2892,2893 ,2894 ,289 5 ige, J. P. 2433 Hekket.B.J. 1783 »gens, H. 772, 1752, 1926, 1930, 1931 Helbers.G. C. 1597,1598

169 Helden, W. van 494 Horring, J. 251,252 Helder, J. G. M. 2601 Houten, H. J. 1927 Hellinga, R. 523 Houtmortels, J. 2844 Helm, G. W. van der 2254 Houtte, J. A. van 7 Helsen, J. 2563 Houwink, R. Hzn. 601 Helvoort.C. J. A. van 747 Hovius, H. 140,141 Hemel, J.B. 1509,1510 Hovy, J. 1963 Hendrickx, M. 2842 Hubbeling, H. G. 941 Hendriks, G. 1668 Hudig, J. 432 Hendriks, W.J. 1776 Huisman, J. A. 1950 Hengel, C. G. van den 1875 Huismans, J. 2896 Henkens, J. 2796 Huitema, T. 1337, 1338, 1339, 1340 Hennik.J. J. van 2489 Huizinga, D. S. 831 Herder, T. den 2229 Hulshof, Th. H. 1795,2897 Herks,J. J. 1990,1991 Hulshoff, A. L. 1693, 1694 Hermans, H. 671 Hulst, A. K. 1130 Hermesdorf, B. H. D. 378,2621,2622, Huygen,C. A. 2888 2676,2776,2790,2812,2843 Huysmans, G. W. M. 253 Hermsen, J. G. T. 430 Hijszeler, C.C.W. J. 1512, 1513, 1569, Herpel, J. C. 2404 1570 Herwerden, P. J. van 964 Heslinga, M.W . 706,1129,1754, 1755,1793 I Heupers, E. 1969, 1973, 1992, 2001, 2068 Idenburg, Ph. J. 832 Heuvel, H. W. 1831 Immink, P.W . A. 380 Heuveln, B. van 1466, 1467, 1634 Ishizaka, A. 142,793 Heyen,Th. G. 431 Iterson, W. van 1974, 1975, 1976, 1977, Heijink.W. 1118 1978, 1979, 1980, 2007, 2017, 2298 Heym,W. 1218 Ivanhof 2029,2030 Heymeyer, G. 2654 Hibma, A. M. 1305 J Hisschemöller, F. 1468 J., J.W.D. 2325 Hissink,D. J. 1000 Jaarsma, A. A. 1374 Hoek,C. 49,2270,2285 Jacobs, A. J. 332 Hoek Ostende, J. H. van den 2025 Jager, E. T. 1060 Hoeksema, K. J. 400 Jager, G. R. 956 Hoekstra, P. 672, 2037 Jamar, H. 2878 Hövelmann, G. 402 Jans, E. 1599, 1756, 1757, 1758, 1759, Hoff, B. van 't 46 2539 Hoffen, M. M.va n 857,1794 Jans,J. 751,1600,1601,1760,1761 Hofstee, E. W. 137, 138, 324, 325, 326, 327, Janse, H. 1397 328, 329, 330, 331, 718, 906, 907, 908, Janse, J. A. 550 940,965,1511 Jansen, A. J. 333 Hol, A. R. 478 Jansen, B. H. A. 1131 Holkamp, A. 547 Jansen, H. P. H. 1,2623 Hollenberg, P. 2602,2755 Jansen, J. Jr. 1313 Hollestelle, J.B.W. 2147,2370 Jansen, J. C. G. M. 2804, 2824 Holm, J.H. 748,1584 Jansen, L. 2150, 2151, 2153, 2154 Homan.G. 2472 2155 Homan, J. 1469,1618 Jansen, P. Ph. 673 Hommen,B.H. 379,749,864, 1711,1784 Jansma, K. 2933 Honig, G. J. 2148 Jansma, T. S. 143, 2038, 2286 Honing, Y. van der 523 Janson, H. W. 2564 Hooft, H. G. 't 139 Janssen de Limpens, K. J. Th. 2791,2792, Hooft, P. J. 't 750, 2448, 2538 2845,2846,2847 Hoogh, B. de 830 Jelles,J.G. G. 2115 Hoogstraten, M. van 2542, 2543 Jenniskens, P. J. 2881 Hoogveld, H. A. W. 1932 Jensma, Th. E. 381

170 Jirlow, R. 602 Kint.W. 't 2449 Jolles, J. A. 1796 Kistemaker, P. 2097 Jong, F.C. 2156 Kits Nieuwenkamp, H. W. M. J. 2162 Jong, A. de 551 Klaassens-Perdok, F. E. 1514 Jong, C. de 2371,2582 Klarenberg, K. A. 437 Jong, C. A. de 2698 Kleermaeker, K. J. B. 438 Jong,D. L. de 84,674,675,2008, 2372, Klein, D. 944 2373, 2439 Klein, P. W. 2424 Jong, J. J. G. de 1132 Kleinpenning, J. M. G. 39 Jong, S. de 2319,2320 Kley, J. van der 64 Jong, S. de Szn. 480, 497, 507, 513, 514, Kleyburg, P. L. 439,1294 515 Kleijn, A. 1470,1515,1546 Jong, S.D. de 1187 Kleyn, J. de 1571 Jong, S.H. de 145 Klompe, L. J. 1576 Jong, W. de 498, 1444 Kloppenburg, D. 676, 1001, 1002, 1003 Jongbloed, A. 434 Klungel, A. E. 975 Jonge, J. A. de 794 Klijn, E. M. Ch. F. 440, 603, 604 Jonge, L. J. A. de 334,435 Klijnhout, C. C. 403, 2427 Jonge van Ellemeet, B. M. de 2009 Knape, J. Mzn. 335 Jongen, J. J. 2864, 2898, 2899 Knippenberg, W. H. Th. 2671 Jonker, H. Hzn. 2157,2161 Knop, G. 1135 Jonxis, J. H. P. 436 Koch.A. C. F. 1849 Jordaan, D. J. G. Hzn. 1695, 1696 Köhne, G. 2039, 2040, 2428 Jorissen, F. 2374 Koeman, C. 2163 Joustta, A. H. 257 Koetsveld, C. E. van 151 Juten, G. C. A. 2737 Kok.J. 1026,1027 Kok, R. 2050, 2566 K Kok,G. A. de 2450 K. 2010 Kokke, C. Th. 753, 754, 2405 Kakebeeke, A. D. 2670, 2718, 2719, 2768 Kolhoop, K. C. 1648 Kalma, J. J. 22,1133,1134 Kolks, H.L.J. 1798 Kalveen, C. A. van 1909 Kome, E. P. 2271 Kamman, R. 865 Koning, J. R. 2164 Kamminga, L. 1293, 1379, 1433 Konijnenburg, W. van 1004,2518 Kamp, A.F. 2158,2920 Kooiker, A. 1200 iCampen, A. van 2159 Kooiman, N. H. 152 Kamphuis, J. B. 980 Kooistra, D. 1136 iCapteyn, J. M. N. 866 Kooien, M. A. 2519 ïarst, E.jr. 1602,1603 Koolhaas, R. W. 2165,2166 Ceestra,J . Jm. 1301 Koomans, W. H. 1997 Ceikes.W. H. 1341,1585 Koopman, D. 1471 Cellenbenz, H. 146 Koopmans, A. F. 1380 Cemmers,W . H. 552 Koopmans, D. K. 712,1381,1748 Cemp, M. 2793 Koops, J. 1516 Cerkkamp,H. 1876 Koops, J.H. 1375 Cerkmeyer, J.C. 1697 Kooy,G. A. 336,337,519,1832,1833, :erkmeyer-de Regt, C. 2160, 2230 1834 :erling, L. C. P. 835 Kooij,W. 1799,1884,1891 [etner, F. 85 Koppejan, A. W. G. 258, 605 leuning, H. J. 147, 148, 149, 150, 867, 909, Korevaar, A. C. W. 2272 943, 1020, 1021, 1022, 1023, 1024, Korpershoek, W. A. 2751 1025,1342,2565 Kortenhorst, A. Th. 422 leuning, J. 86,87,1343 Korteweg, K. N. 2624 eurs, J. H. ter 2487 Korteweg, S. 153, 154 eijmel, P. D. 1797 Kostelijk, P. J. 2167 eyzer, C. 2161 Koster, E. A. 1897 iestra, E. 1604 Koster, G. 836

171 Kranen,G . 2247 Leys,O . 854 Kramer, E. L. 382 Lieshout, A.J . van 2604 Kramer,J . 2089 Lieshout, G.J . 2031 Krediet, P. 795 Ligterink, G.H . 911 Krelage, E. H. 553,554 ,555 ,556 , 557,2051 Lindeboom, G.A . 441,560 Kriellaars, F. 2755 Lindelauf,W. 2825,2848,2865,2866 Kriellaars, F.W . J. 2567 Linden, H.va n der 1964, 1981,2011 ,2273 , Kroes-Ligtenberg,Chr . 2168 2299,2377 Kroeskop, E. 558 Lingsma,J . S. 678 Kroft, W. G.va n der 559,2882 Linssen,J . 2794, 2795,2826 , 2849, 2850 Krolis, K. E. 155, 606 2851,2867 Krook, H. 2934 Dnthorst Homan, H.P . 1188 Kroon,C . 2375 Linthorst Homan,J . 1472, 1473, 1474,1554 Kruisheer, J. G. 2475 Lochmann, E.H . 839 Kruisselbrink, B.W . 1619 Lodewyk, T. 2326 Kruitbosch, H. 1736, 1744 Loeff, J. A.va nde r 161,442,1073 Kruithof, A. 785,2248 Loerakker, A.J . 808 Kruizinga, G. 981 Loman.Ph.W. 1475 Kruizinga,J . H. 1762 Lonkhuyzen, J. P.va n 679 Kruijff,G. de 2376 Loo, J. A.M . vande r 2852 Kruyt, A.H . 2000 Loon.J. B.va n 2568,2625,2655,2656, Kruyt,J. P. 677 2739,2770,2771,2772 Kuhn.W. 156 Loon, P.J .va n 2761,2762 Kuile, G. J. ter 1700, 1701, 1712, 1713 Loovers,J . 1669 Kuile, G.J . ter,jr . 1698, 1699, 1720, 1721, Louter, A. 2315 1835 Louwman,J . 2287 Kuiper, G.J . M. 1660 Luis,G. , sr. 1586 Kuiper, J.W. 1928 Lutje Schipholt, A.H . 1702, 1768 Kunst, H. 2603 Luyckx, A.W. 561 Kuperus,J . A. 259,607 ,910 , 2052, 2451 Luyten,J.J. 2104 Kuttner, E. 260 Lijfering, J. H. W. 338 Kuijper,P. 1800 Lyon, B. 680 Kuysten, C.A . 2738 Lijsten, R. 562 Kwantes.J. 1801 Kwinten, P. 2769 M Kijlstra, R.W . 23 M. 520,2740 Maagendans, H.G . 516 Maaren-Heerspink, D. H.va n 1476 Laan, K. ter 1006, 1088 Maas,W.J . M. 386 Laet,S.J . de 157,158 Maaskant, A.A .C . 1763 Lange,W .H .d e 1344 Maaswinkel,D .va n 681 Langemeijer, F. S. 1737 Maliepaard, C.H .J . 162, 163,164, 165 Lammers,G.W . 1137 Maltha, D.J . 840,841 Lammerts, M. D. 2293 Mandos, H. 2741 Larsen,J . 1892 Manschot, J. J. 1803 Lee,A . van der 1993 Mansholt, D. R. 683 Leemans,W.F. 384 Marel,A .va n der 2406 Leenheer, J. 499 Maris, A. 166,339,340 Leeuw,A .d e 707 Maris,A .J . 387, 1849, 1850, 1851,1852 , Leeuwen, G.B .va n 2314 1853, 1877, 1878, 1933, 1965, 1982, Leeuwen, L.Th .va n 385 1983, 1984, 1985, 1986 LeignesBakhoven , H.G . A. 1306, 1307 Martensva n Sevenhoven, A.H . 1854 Lennep, F.J . E.va n 2169 Mastboom, H. 2569 Lennep,M .B .va n 838 Mastenbroek, J. 2170 Leskinov, M.P . 262 Meer,K . van der 1745,2442 Leutscher, I.J . 1496, 1560, 1567, 1572 Meertens, P.J . 341,246 4 Leyden, F. 1823,195 5 Meeusen, G. 2626, 2627

172 Meide, D. van der 2362 Mulder, P. 758 Meihuizen, L. S. 167, 342, 343, 344, 345, Mulder, R. D. 1502, 1518, 1549, 1556, 481,2052 1564,1577,1596, 1611, 1620 Meilink, P. A. 2084 Mulders, G. J. 1705 Meischke, M. C. A. 608 Muls, J. 347 Mensonides, H. M. 2274 Munsters, A. 2797, 2798 Merens, A. 263, 2090 Munsters. A. J. 2776 Merkelbach van Enkhuizen, L. 2570, Muntinga, J. E. 915, 916, 917, 1050, 1140 2628, 2629 Muschart, R. T. 870 Mertens, A. J. 2796 Muijzenberg, E. W. B. van den 564 Mertens, J. A. 2520 Meulen, J. B. van der 1189 N Meuis-Kooiman, A. van 2231 Naarding, J. 686, 867, 1051, 1090, 1477, Meuwese, A. 2630, 2631 1478, 1479, 1480, 1519, 1520, 1521, Meuwese, A. P. M. 2571 1522, 1523, 1524, 1550, 1557, 1568, Mey, P. J. 1714,1804 1578, 1587, 1588, 1589, 1607, 1635, Meijer, D. 1749 1636, 1637, 1638, 1639 Meijer, J. J. H. 388 Nicolai, K. 1347 Meyer, M. de 609 Niemeijer, A. W. 1224 Meyers, E. M. 1258, 1547, 1670 Niemeijer, J. A. 1075 Meijers, J. 349 Niermeyer, J. F. 8, 264, 265, 687, 688, 689, Meyers, P. G. 913 1190, 2275, 2699 Michels, F. W. 2327 Nierop, L. van 2242 Middelbeek, W. 2053 Nieuhoff, G. A. R. 1722 Miedema, H. T. J. 26, 1089, 1319, 1956 Nieuwenhof, F. R.jr . 2172 Minderhoud, A. P. 684 Nillesen, J. A. 1879 Minderhoud, G. 168, 169, 170, 797 Nispen tot Pannerden, A. J. M. van 1824, Modderman, P. J. R. 1805, 1915, 2042, 1855, 1856, 1857, 1910 2572, 2573, 2921 Nispen tot Sevenaer, C. M. O. van 391 Moerman, H. J. 868,869,1517,1703 Noordam, D. J. 2276 Moesker, J. 985 Noordam, J. 786 Mol, C. 2054,2171 Noordeloos, P. 565, 871, 2055, 2079, 2173 Mol, J. 563 Noorden, J. P. van 2700, 2701 Mol, Th. 610 Noordhoek, W. J. 2479, 2521 Molen, H. van der 842 Noordhoff, L. J. 918, 966, 1007, 1028 Molen, S. J. van der 346, 755, 756, 757, Noorlander, H. 611 1045, 1046, 1047, 1048, 1049, 1138, Noort, P. C. van den 252, 266, 267, 268, 1139, 1219, 1220, 1221, 1222, 1223, 269,612 1318, 1320, 1345, 1346, 1382, 1398, Nooij, A. T. J. 348 1399, 1400, 1401, 1402, 1403, 1404, Norel, K. 2056 1405, 1422, 1423, 1424, 1425, 1445, Nubé, A. H. 1436 1605, 1606, 1764, 2232, 2233 Nuyens, E. M. 2809 VIonhemius, L. 685 Nijdam, F. E. 270, 271 Monté Verloren, J. Ph. de 43, 389, 390, 957, Nijenhuis, G. 349 1548, 1704, 1987, 2300 Nysingh, J. 173, 690, 708, 1650 Montgomery, J. E. 2924 tloonen, W. 2853 O iloormann, J. G. M. 2836 Obreen, H. T. 1326, 1348, 1349 ilorineau, M. 443 Odink, H. 1929 /[orsink, J. 2173 Oedin, S. 350, 1836 losselveld, J. H. van 2632 Oldekamp, J. 1765, 1766 lotman, A. R. van 843 Oldenbanning, L. G. 1481, 1621 lüller-Wille, M. 171 Oldenhof, H. 1406 luilwijk, E. van 500 Olscmoa, N. C. 1008 luider, F. 172, 914 Oly, K. 2174 luider, G. J. A. 1806 Oosten, B. 1225 luider, J. 713 Oosterbaan, W. 1295

173 Oosterveld, B. 1561 Poolman, H. 2178, 2179 Oosterwijk, T. H. 1226, 1383, 1590 Poortinga, Y. 1227, 1228 Oosting, W. A. J. 175,176 Poortman, J. 1525, 1740 Ormeling-ten Hoopen, K. J. 1738, 1746 Post, J. H. 191 Osinga, A. 844 Posthumus, N. W. 50, 274 Ottema, N. 1321 Postma, O. 88, 919, 987, 1091 1092, 1142, Otten, Fr. 2175, 2176 1143, 1144, 1145, 1146, 1147, 1148, Otten, W. M. 2922 1149, 1150, 1151, 1152, 1153, 1154, Oudshoorn, H. I. 2328 1172, 1192, 1193, 1194, 1229, 1230, Oudt, J. H. 2198 1231,1260,1261, 1280, 1281, 1282, Ouwehand, M. 2575 1283, 1284,1324, 1350, 1384, 1408, Ovaa, I. 2522 1409, 1410, 1411, 1412, 1413, 1446, Over, H. T. 1313 1447, 1448, 1449 Overdiep, G. 1141,1259 Pot, C. W. van der 1651 Pouderoyen, A. 691 P Prakke, H. J. 353,1232,1526, 1527 P. 1376 Prakken, J. 1652 Paauw, F. van der 445 Prillevitz, F. C. 1920 Pabon, N. J. 2362 Prop, G. 1838 Palma, P. 1322 Pijls, F. W. G. 847 Panhuysen, G. W. A. 2809 Panman, H. J. 1029, 1076 R Pape, J. C. 446 R. 1558 Pas, W. van der 1967,2012 Raaf, H. K. de 625 Pastoor, G. 1739 Raalte, R. A. van 275 Pathuis, A. 1030, 1031, 1052 Raven, M. 2014 Pattje, D. J. 1085, 1086 Reenen, R. M. van 567, 568 Paulsen, F. 1191 Rehm, G. J. 2702 Peeters, P. A. H. M. 2799.2800,2801 Reiger, H. A. de 1608, 2234, 2235 Pelinck, E. 1482, 2316, 2329 Reinders, C. G. 623 Penders, J. M. A. 845 Reinders, H. B. 1809 Philips, D. 2013, 2020, 2021 Remmelink, D. J. W. 1810 Philips, J. F. R. 2802, 2803, 2804, 2827, Renaud, J. G. N. 920, 958, 2407 2833, 2868 Rengers Hora Siccama, D. G. 1262 Piers, D. A. 810 Rensink, W. G. 626 Pieters, H. 2523, 2524 Rentenaar,R . 89,873 ,874 ,2261 ,270 3 Pirenne, L. 2583 Reu,E .d e 2527 Piscator, N. J. 66 Reyden, P. J. van der 276 Platenburg, Th. J. 177, 351, 352 Reys, W. W. 692 Ploeg, C. J. van der 811 Rezelman, C. 2243 Poel, D. C. van der 273 Rhijn, W. van 2420 Poel, J. M. G. van der 28, 29, 30, 100, 101, Ridder, F. de 2633 102, 103, 104, 178, 179, 180, 181, Riddering, J. 1528,1555 182, 183, 184, 185, 186, 187, 188, Riemer, G. 627 189, 393, 521, 566, 596, 602, 613, Rienks, K. A. 1352, 1353, 1354, 1355, 614, 615, 616, 617, 618, 619, 620. 1356, 1450 621, 622, 623, 746, 761, 762, 763, Rienks, L. Lzn. 277 812, 846, 945, 986, 1308, 1323, 1407, Rientjes, A. E. 1706 1807, 1940, 2118, 2277, 2312, 2338, Riessen, W. van 278 2452, 2480, 2492, 2805, 2887 Rikken, J. 1414 Poelman, J. N. B. 1911 Rinsma, Th. J. 1920 Polak, B. 1808 Rip, W. 2043 Polak, C. H. F. 394 Ritsema, P. J. 1053 Polak, J. M. 190 Roarda, R. S. 1155,1451 Polderdijk, F. P. 2525 Robinson, A. D. 279 Polderman, J. J. 2453, 2476, 2493, 2526 Roebroeck, E. 67, 2806, 2807, 2808, 2885 Pons, L. J. 1912, 1913, 1914, 1915, 1921, Roele, P. N. 2257 2177 174 Roessingh, H. K. 90, 248, 447, 959, 1316, Scholtens, H. J. J. 2109,2110 1811, 1812, 1839, 1840, 1841, 1858, Schoorl, H. 2185, 2186 1859 Schreuder, K. 1666 Roeters, van Lennep, J. J. 1483 Schreurs. A. F. A. 2657 ;, Roever, J. G. de 693,2181 Schrier, D. M. van der 1741 Rogier, L. J. 2704 Schröder, P. H. 2047 Romback, J. H. yi Schrijnemakcrs, A. 2811 Romein, J. M. 32 Schrijver, H. de 93 Roorda van Eysinga, N. P. H. J. 1813 Schuitema Meijer, A. T. 68, 967, 968, 1484 Roosenschoon, CF. 813 Schuitmaker, Y. 2187 Roosenschoon, C. W. 1671 Schut, B. 589, 590 Roppe, L. 2809 Schutte, E. 720 Roselaar, J. 482 Schutter, G. N. 1054, 1055 Rossum, H. van 685 Schwartzenberg, B. von 2812 Rots, B. D. 1860 Schijndel, B. W. van 2634, 2658, 2854 Rotthoff, G. 404 Sems, J. 69 Royen, S. J. van 1612 Siemens, B. W. 921, 960, 969 Riiter, A. J. C. 192, 448 Sikkema, K. jr. 1359 Ruhe, H. A. M. 2742, 2743 Sikkema, K. sr. 1359 Russchen, A. 1285 Sillevis, H. A. 1842 Rüssel, E. A. 2810 Simon, F. W. 2605 Rutgers, CA. 1988 Simons, J. P. J. 2576 Ruys, B. 1726 Simons, M. S. M. 1529 Ruys, L. J. 2378 Sipma, P. 1452 Rijlaarsdam, J. sr. 1998, 2317 SI. 501, 2100, 2236 Rijndorp, J. L.jr . 1861 Slagter, J. 2381 Rijneveld, R. 340 Slicher van Bath, B. H. 9, 10, 11, 34, 35, 36, Rijpers, A. 798 51, 52, 105, 106, 107, 108, 109, 110, Rijsewijk, J. van 522 111, 112, 194, 195, 196, 197, 198, 199, 200, 201, 202, 203, 204, 205, 206, 207, 208, 209, 210, 211, 248, Saal, C. D. 354 356, 396, 449, 450, 451, 452, 591, Sabbe, E. 280 628,629,1159,1160,1161, 1162, Sängers, W. J. 569, 570, 571, 572, 573, 574, 1198, 1485, 1486, 1487, 1654, 1655, 575, 2106, 2107, 2108, 2330 1656, 1657, 1672, 1814, 1815, 1816, Sannes, H. 1156,1197 1862, 1863, 1957, 1958 Santema, O. 33, 1157, 1158, 1357, 1358 Slits, H. J. A. 453 Schaepman, C W. H. M. 1653 Slob, W. 397, 454, 502, 503, 1310, 2111, Schaik, P. van 281, 714, 814, 2182, 2183 2672 Schakel, M. W. 2379, 2380 Slogteren, E. van 577 Scheer, C. D. 166 Slootmans, C. 2584 Schelhaas, H. 1723 Slootmans, C. J. F. 2705, 2706, 2773 Schellart, A. I. J. M. 1609 Slootmans, K. 2585, 2586, 2587, 2606 Schellinger, C. J. 2044 Sloots, L. 455 Schelven, A. A. van 193, 576 Slot, F. 2258 Scherft, P. 92 Sluiman, W. J. 607 Schermer, A. 2045, 2046, 2087 Sluis, P. A. van der 1360 Scheij, L. T. C 849, 2250 Sluyk, B. C. 456 Schilstra, J. J. 2184 Sluijs, P. van der 2522 Schilstra, W. N. 355 Smeding, P. 1317 Schmidt, H. 1263 Smeding, S. 2935 Schneider, J. W. 2313 Smeenk, W. F. H. 332 Schneiders, A. J. 875 Smeets, M. K. J. 2855 Schönfeld, M. 876, 877, 878, 879, 880, 881, Smet, L. A. H. de 970, 971, 972, 973, 1009, 1640 1032, 1071 Schols, P. A. 2900 Smid, A. 2528 Scholten , E. J. H. 1573 Smit, G. G. 850

175 Smit, J. G. 1715 Tamminga, D. A. 1363 Smit, J. P. W. A. 2659 Teeling, P. S. 2192 Smit, M. J. 799 Tellegen, B. D. H. Azn. 2473 Smits, C. 12,457 Terlouw, F. 801 Smits, E. J. F. 974 Terpstra, A. 458 Smits, H. 694, 2188, 2189 Theunisz, J. 1236, 1237 Smulders, F. W. 2635, 2636, 2637, 2638, Theye, R. J. de 1942 2639, 2640, 2641, 2642, 2660, 2673, Thiadens, H. J. M. 2607 2674, 2677, 2707 Thien, B. L 285 Sneep, P. M. 2757 Thoomes, W. 2015 Sneller, Z.W. 4,212,213,800 Thije, J. H. ten 359 Soeteman, A. 2382 Thijn, G. A. 459, 1297 Spaan 2454 Tiessen, T. G. 1057 Spaander, J. 2190 Tjepkema, K. 1429 Spahr van der Hoek, J. J. 1163, 1164, 1165, Tjessinga, J. C. 1259,1268 1166, 1167, 1168, 1169, 1170, 1171, Tol, D. van 2303 1172, 1199, 1200, 1233, 1234, 1264, Tollenaere, F. de 2552 1265, 1266, 1267, 1311, 1361, 1362, Tonckens, N. A. 946 1437, 1453 Trimpe Burger, J. A. 2529, 2530, 2531 Sparenburg, G. A. 1920 Tromp, J. 2331 Sprenger de Rover, N. P. 2774 Trouw, J. 715 Staf, C. 214 Tuinstra, D. 1173 Stapel, K.P. 2098 Tuinstra, U. 922, 1010, 1011, 1364, 1365, Stapelkamp, Chr. 2033 1489, 2709 Staringh, W. C. H. 215 Tummers, P. L. M. 2917 Stas, G. 2856 Tutein Nolthenius, A. 2544 Steen, C. L. van 2936 Steen, F. M. J. van der 2857 U Steenbergen, H. J. 1817, 1864, 1934 Ubachs, W. 2813 Steenhuis, J. F. 1093 Ubbink, W. H. 1880 Stegeman, B. 1865 Unger, W. S. 2515,2525 Stegenga, Th. 523 Urban-de Vries, H. A. 764 Steigenga, W. 357, 358 Uxem, A. van 286 Steigenga-Kouwe, S. E. 2455, 2536 Uyl, R. G. den 221 Steneker, E. S. S. 2577 Uyl, W. F. J. den 2016, 2026 Sterck-Proot, J. M. 2408 Uijttenhout, G. 2409 Sterk, H. 1296 Uytven, R. van 580 Sterk, R. 1843 Steur, G.G. L. 217,218,2687 Steur, A. G. van der 113, 2191, 2278, 2279, Vader, J. 2465, 2466, 2467, 2481, 2494, 2306, 2383 2540 Stikvoort, J. M. 773, 774, 775, 776 Valstar, V. Ph. 2332 Stokhuyzen, F. 777 Vandebeeck, T. 2837 Stooker, W. 2022 Vandenbroecke, Chr. 460 Stork-van der Kuyl, D. M. E. A. J. 1530 Vandevelde, S. 2814 Streurman, G. H. 1056 Varik, W. J. van 2410 Strikwerda, R. 1436 Vedder, A. 1626 Stuvel, H. J. 2937 Veen, J. van 695, 696, 697 Stuijvenberg, J. H. van 219, 220, 282, 283, Veen, S. van 1238 578, 579 Veen, B.va n der 38 Swierstra, J. 1235 Veen, B.va n der Czn. 1613 Sijbesma, I. 982 Veen, J. van der 1707 Sybrandi 630 Veen, R. van der 222 Sijtsma, P. 284 Veen, W. K. van der 1174, 1175, 1176, 1201,1239, 1415 T Veenenbos, J. S. 1177,1366 Tack, P. L. 2456, 2457 Veenstra, G. 1622, 1777

176 Veer, J. de 2923 Vlam, A. W. 53, 227, 718, 883, 1951, 1952, Veerman, L. 462 2535 Velde, B. T. 360 Vleer, W. Tsj. 1013, 1033 Velde, J. R. te 1627 Vlies, T. A. van der 2280 Velden, H. van 484 Vliet, M. van 2304 Veldhuizen, H. van 422 Vliet, H. van der 1240,1416,1417 Veldink, J. G. 223, 224, 485 Voets, B. 2070, 2195 Velthoven, H. van 2578, 2588 Volaers, J. A. 631 Veltman, A. A. M. 2675 Vollaers, J. A. 606 Ven, A. J. van de 1881 Voogd, H. 2710 Ven, D. J. van der 361,524,1298,2909 Voormolen, C.jr . 1893 Ven, F. J. H. M. van der 2608, 2609, 2643 Voors, H. J. 582, 583 Ven, G. van der 2715 Voortman, A. J. 1818 Ven, R. van der 463 Vooys, A. C. de 39, 362, 464, 947, 1531, Venne, J. M. van de 2815,2816,2838, 1886, 1999 2869, 2873, 2883, 2884 Vos, J. G. 592 Venner, G. 2886 Vos, R. A. 948 Verberne, L. G. J. 287, 2589 Vrankrijker, A. C. J. de 2035a, 2048, 2049 Verboon, M. C. 508 2080 Verbürg, M. C. 2460 Vrankrijker, M.W . de 2062 Vercauteren, E. E. M. 2590 Vriend, H. 2711, 2712 Vercruysse, E. V. W. 2069 Vriens, J. A. 289 Verhagen, F. B. A. M. 2591 Vries, J.B. 518 Verhagen, H. J. 2411 Vries, D. M. de 487 Verhagen, Th. J. P. 2912 Vries, Joh. de 290 Verhasselt, Y. 2477 Vries, K. de 40, 1269 Verhey, C. J. 2592 Vries, T. G. de 1270 Verhey, F. L. 1885 Vries, V. de 2196 Verhoeven, A. G. 2532 Vries, W. de 1819, 1866, 1867, 1923 Verhoeven, P. 2318 Vries Reilingh, H. D. de 1673, 1674 Verhuist, A. 2533 Vrieze, J. E. de 349 Verhuist, A. E. 860 Vromen, W. J. 2820, 2839, 2902, 2903 Verloren van Themaat, R. 1922 Vrijdag, E. Chr. M. H. 2858 Vermaat, G. J. 2412 Vrijland, C. W. D. 2237 Vermaat, G. J. Hzn. 2384 Vuyk, A. sr. 2333 Vermeulen, F. A. J. 1916 Vermeulen, W. H. 225 W Vermooten, W. H. 226, 2817, 2818 Waal, A. de 291 Versantvoort, A. A. M. 2680 Waal, M. de 525 Verseput, J. 2385 Waal, G. A. van der 465 Versprille, A. 94, 2386 Waals, J. D. van der 632 Verwiel, H. J. 2752 Wagenvoort, H. 1820 Verzijl, J. 2870, 2901 Waiboer, A. J. 2197, 2198 Vessem, A. H. van 882 Wal, Y. van der 1772 Vey Mestdagh, J. H. 2387 Walther, G. L. 1354, 1355, 1356, 1367, Viedebantt, O. 2819 1368 Vis, A. 1012 Wander, B. 41,42 Vis, D. 2193 Warnaar, B. 584 Visser, D. R. 486 Wartena, R. 1821, 1898, 1917 Visser, H. A. 2388 Waterbolk, A. 1490 Visser, J. 1286 Waterbolk, H. Tj. 1491 Visser, J. C. 2294 Watering, K. van de 2713 Visser, M. A. J. 340, 581 Wattel, J. 1532,1591 Visser, M. F. 699 Wedzinga, G. A. 1288 Visser, Th. J. 2028 Weerden, J. S. van 923, 930, 1014, 1015 Visser, A. de 698, 2534 Weerdenburg, L. J. M. 2334 Vlam, A. P. 2194 Weide, B. C. van der 605

177 Weiland, A. 2071 Wolters, J. 1871 Wellensiek, S. J. 815 Wolters, M. 1676 Welsenes, Chr. van 924, 925 Woltjer, J. J. 1178 Werkman, E. J. 1059, 1492, 1493, 1497, Woolderink, H. A. M. 1716 1533, 1534, 1559, 1579, 1614, 1628, Wouda, D. F. 1370 1629, 1630 Woude, A. M. van der 248, 366, 2072, 2088 Werkman, G. 700 Woude, M. van der 961,962,1094,1095 Werz, J. J. 2753 Woude, P. van der 1592 Wesseling, J. 2458 Wouters, H. 2821, 2830 Wessels, R. J. C. 189 Wouters, H. H. E. 54 Westenberg, J. 15, 2200, 2201, 2202, 2203 Wright, H. R. C. 294 Westendorp Boerma, J. J. 1535, 1536, 1537 Wijbenga, D. 722 Westerhoff, W. 2528 Wijck, H. W. M.va n der 765 Westeringh, W. van de 1658 Wijk, E. van 958 Westerink, G. 1868,1869 Wijk, J. van 232, 2335 Westeriaken, J. 1894 Wijk, P. V. van 887 Westermann, J. C. 292 Wijngaarden, Tj. 1179 Westra van Holthe, J. 1494, 1538, 1675 Wijnia, R. 1918 Weustink, H. J. M. 1708 Wijst, M. A. van der 2580, 2644 Weijnen, A. 2579, 2775 Weyns, J. 2744, 2745, 2904 Wichers, A. J. 363,1238,1895 Xanten, H. J. van 248 Widt, R. A. de 633, 634 Wiedijk, A. 2198 U Wielen, H. G. W. van der 364, 365 Ypey, J. 766 Wieringa, J. 1495, 1634, 1641, 1642, 1643 Ypma, Y. N. 1180,1371 Wieringa, W. J. 1016 Usmeer, N. 701 Wiersma, H. 1312 Usseldijk, W. E. P. van 2541 Wiersma, J. P. 228, 1431, 1432 Wiersma, K. 1062 Wigboldus, J. S. 2610 Zandbergen, H. C. J. 2593 Wigman, A. B. 2482 Zandstra, E. 927 Wilde, J. de 229, 884 Zee, T. van der 295,1275 Wildeboer, J. D. 1241 Zeeman, J. 586 Wilderom, M. H. 2445, 2522 Zeeman, K. 2093,2113 Wilkens, F. 635 Zeeuw, A. de 2336 Wilson, S. A. 2112,2204 Zeeuw, J. W. de 702 Wüten, W. 422 Zeldam, J. ten 1725 Winsemius, J. P. 1271, 1369, 2389, 2390, Zevenboom, K. M. C. 95, 96, 97, 98, 99 2391 Zingstra, H. H. Jzn. 467 Winsemius, P. B. 1272, 1273, 1274, 1289 Zoetemelk, G. M. 2421 Winten, H. 2829 Zoetman, H. H. A. 1724 Winter, J. M. van 398, 1870„1966, 2281 Zon, A. van 2683 Winter, P. J. van 931,1017,1078 Zondervan, W. 1821,1919 Winterberg, A. 926 Zuur, A. J. 2939, 2940 Wintermans, J. J. 788, 2764, 2767 Zuylen, H. J. van 2822 Wiskerke, C. 466, 2392 Zwaagdijk, M. 2073 Wismans, H. 2874, 2913 Zwagerman, C. 2484 Wissink, G. A. 2205 Zwahlen, P. W. H. 587 Wit, J. A. 2206 Zwart, J. S. E. 1742 Wit, CT. de 231 Zwart, W. Th. 1438 Wit, R. J. de 709,710,885,886 Zwieten, J. W. van 2393, 2413 Witlox, H. J. M. 293 Zwikker, J. Pz. 2094 Witteveen, A. 1242 , 1418, 1419 Zwinderman, J. 55 Witteveen, A. H. 1420 Zijp, A. 2057,2209,2210,2211 Wittop Koning, D. A. 99 Zijl, H. van 2208

178 Register van aardrijkskundige namen

Baardwij k 76 Aalburg 2649 Baarle-Nassau 2724 Aalden 1614 Babberich 1857 Aalsmeer 2244, 2246 Bahr 1850 Aalten 1860 Balgoy 1921 Aarschot 2633, 2747 Barradeel 1126,1149,1241,1355 Abcoude 1997 Bath 2546, 2547 Abshoven 2798,2811 Bavel 2570 Achterberg 1976 Beemster 2050, 2071, 2103, 2180, 2188 Achterhoek 1792, 1803, 1833, 1865, 1882, Beerta 1069 1927, 1929 Beesd 1895 Achtkarspelen 1196 Beesel 2870 Adeward 974, 1016 Beilen 1615 Aduaid, zie Adeward Bellingwolde 1017 Agelo 1676, 1757 Bemmel 1871 Akkrum 1204, 1376 Bennekom 1794, 1845, 1851, 1872, 1874, Albergen 1660 1903 Alblasserwaard 2272, 2379 Berg(h) 1873 Alem 1820,2649 Bergen 2778, 2863 Alexanderpolder 2353 Bergen op Zoom 2585, 2586, 2587 Alkmaar 2053 Bergeyk 2601 Almelo 1699, 1769 Berghuizen 1708 Almkerk 2751 Berkel 1792 Alphen a.d. Rijn 2413 Berkel en Rodenrijs 2323 Ameland 1111,1113,1130,1286,1302, Berlikum 1207, 2758 1413, 1428 Berne 2648, 2688, 2699 Amerongen 1980 Betuwe 1807,1871,1879,1890,1893, Amersfoort 1990, 1991 1935, 1941, 1945, 1948, 1950, 1951 Amstelland 2060, 2290 Beuningen 1750 Amstelveen 2143,2183 Beveland (Noord) 2498, 2499 Amsterdam 95, 96, 1308, 1407, 1585, 1619, Beveland (Zuid) 2474, 2476, 2495, 2524 2106, 2169, 2241, 2254 Beverwijk 2109 Angerlo 1844 Biesbos(ch) 63, 2592, 2698 Anna Paulowna 2161,2253 Bildt(Het) 1115, 1120, 1134, 1155, 1156, Ansen 1595 1197, 1392 Apeldoorn 1854, 1936 Binderen 2618 Appelscha 1383, 1444, 1590 Bingelradc 2899 \ppingedam 960, 1061 Bloemendaal 2037,2112,2204 arendonk 2717 Blijham 1017, 1067 \rnhem 1852,1889,1933 Bodegraven 2283 \ium 1277 Boertange 926 \sselt 2789,2867 Bolsward 1256,1348,1442,1443 \ssen 1552, 1559, 1629, 1630 Bommelerwaar d 1805, 1806, 1809, 1830, \ssendelft 2126, 2131 1947, 1951 Vverlo 1688 Booischot 2747 keel 2449, 2509 Borculo 1822 Borgel 1687 [ Borger 1499 iaarderadeel 1101, 1103, 1169, 1200, 1266, Born 2810 1328, 1352, 1421, 1452 Borne 1671

179 Boskoop 2331, 2333, 2335, 2433 Driedorpenpolder 1953 Bovenkerk 2182, 2183 Driel 1904 Braakman 2503,2511,2528 Dronrijp 1132 Brabant (Noord) 74, 180, 1809, 2308, 2515, Drunen 2675 2831 Duiven 1856 Brakel 2560 Dwingelo(o) 1459, 1471 Breda 92, 2652, 2725 Breda (Baronie van) 2614, 2615 E Bredevooit 1860 Echt 2885,2887 Breukelerveen 2017 Echten 1483 Briel(Den) 2270 Ede 1789, 1801 Broekhuizervorst 2901 Eemnes 1984 Broek op Langendijk 2035 Eems 901, 902, 903 Brummen 1907 Eenrum 1052, 1093 Brunsum 2853 Eersel 2769 Budel 2721 Egmond 2084, 2142 Eindhoven 2748, 2754, 2755, 2767 Buiksloot 2153, 2154, 2155 Elburg 1868 Buitenveldert 2152 EHertsveld 1475 Buren 58, 1849 Hshout 2675 Buttinge 2516 Elslo 1375 C Emden (Land van) 66 Castricum 2087 Emmen 1465 Charlois 2341 Enkhuizen 1500, 2056 Cothen 1960 Enter 1646, 1652 Cromstrijen 2352 Epse 1847 Culemborg 1899 Erp 2571 Esch 2635, 2674 D Exlo 1586 Dalfsen 1702, 1768 Ezinge 1045,1408 Dedemsvaart 1661, 1726 Ezum 1014 Delfland 2275, 2302, 2344, 2389, 2391, 2395, 2417 F Delft 2275 Ferwerderadee l 1176 Denekamp 1658, 1781 Fivelingo 925 Deuringen 1680 Flakkee 2301 Deventer 1683, 1741 Flie, zie Vlie Didam 1885 Franeker 1073,1116,1141,1146 Diemen 2164 Franekeradeel 1259, 1260 Diepenheim 1707 Frederiksoord 1500, 1507 Diessen 2636 Friesland 20, 22, 33, 37, 66, 180, 404, 932, Dieteren 2797 943, 976, 1010, 1590, 1748 Dieze 2707 Friesland (West) 40, 2070, 2078, 2090, Dikninge 1551 2100, 2101, 2107, 2108, 2121, 2149, Dinteloord 2696, 2756, 2757 2160, 2163, 2176, 2181, 2184, 2212, Doesburg 1853, 1881 2215, 2222, 2223, 2227, 2230, 2231, Dokkum 1137, 1175, 1278, 1291 2247, 2259, 2260 Dollart 989,990,994,999,1000,1012 Fulda 1142 Dommel 2708 Dommer 1847 Dongen 2628, 2629 Gaasterland 1131 Dongeradeel 1107 Garnwer d 1059 Doornspijk 1868 Gasselte 1468 Dordrecht 2430 Gastel 2655 Drachten 1441 Geertruidenberg 2582 Drechterland 2055 Geestdorp 2399 Drent(h)e 75, 180, 940, 947, 1013, 1032. Geesteren 1818, 1864 1033, 1258, 1383 Geestmerambacht 2119,2259

180 Gelderland 21, 90, 180, 830, 1662, 1770, Hei- en Boeicop 2368 1773 Heiloo 2116 Geldermalsen 1935 Helder (Den) 2202 Geldrop 2591 Helenavecn 2566 Geleen 2815, 2855, 2884 Hellendoorn 1649 Gelre (Hertogdom) 381 Helmond 2605 Gennep 2852 Helpman 968 Gerwen 2561 Helvoirt 2642 Gieten 1468 Hengelo (Gld.) 1880 Giethoorn 1670, 1742 Hengelo (Ov.) 1775 Ginneken 2570 Herten 2822, 2857 Goeree 2263, 2385 Hertogenbosch ('s-) 2553, 2583, 2658 Goes 2550 Hertogenbosch (Meierij van 's-) 2557, 2596, Goirle 2564 2699 Gooi (Het) 2035a, 2048, 2049, 2060, 2062, Hertogenrade ('s-) 2812, 2834 2074, 2077, 2080, 2178, 2225, 2290 Herxen 1691 Goor 1682, 1686, 1696 Heusden 2714 Gouda 2343,2394 Heusden en Altena (Land van) 1920, 2573, Gravenhage ('s-) 225, 428, 2361 2624. 2710, 2746 Gravenzande ('s-) 2276 Hilvarenbeek 2616, 2742 Grebbe 2013 Hoeksche Waard 2340 Groede 2518 Hoensbroek 2777 Groenlo 1817, 1934 Holland 362, 398, 522, 550, 560 Groet 2197, 2198 Holland (Graafschap) 381 Groningen (Provincie) 66, 68, 69, 180, 656, Holland (Noord) 180,1899 888, 1202, 1299, 1364, 1511, 1531 Holland (Zuid) 180, 656, 1964, 1966, 1968, Groningen (Stad) 964, 967, 979, 986, 1003, 1974, 1981, 1998, 2004, 2011, 2026, 1079, 1082, 1083, 1084 2032, 2060 Grouw 1158 Holten 1706 Grijpskerke 2516 Hondsbossche zeewering 2128 Honselersdijk 2422 H Hoogeveen 1532, 1591 Haaksbergen 1695 Hoogezand 896, 984, 1023, 1055 Haarle 1649 Hoogkarspel 2085 Haarlem 582, 583, 2104, 2386 Hoogkerk 1060 Haarlemmermeer 2041, 2047, 2111, 2130, Hoogmade 2409 2139, 2162, 2168, 2190, 2199, 2205, Hoogvliet 2341 2233 Hoogwoud 2095, 2096 Halfweg 2147 Hoorn 2256 Halvinkhuizerbroek 1862 Horn 2840 Haren 890 Horst 2781, 2881 Harfsen 1820 Huinerbroek 1862 Harlingen 1241 Huinerveld 1862 Haskerland 1195 Huisduinen 2194, 2200, 2202 Haskerveenpolder 1336 Huissen 1836,1892 Haspengouw 2889 Huizinga 1039 Hasselt 1645, 1709 Hulst 2449, 2470, 2549 Havelte 1490, 1554 Hulsterambacht 2520, 2527 Hazeldonk 2646 Humsterland 891, 957 Hazerswoude 2415 Hunsingo 1001 Heer 2816 Hunze 911 Heerde 1793, 1901 Huybergen 2653 Heerenvee n 1380 Heerhugowaard 2140 I Heerlen 2783, 2825, 2848, 2865, 2866, Idaarderadeel 1136,1250,1358 2869 Ierseke 2506 Heeze 2665

181 Lopikerwaard 1983, 2008, 2016, 2373 Jacobswoude 2264 Loppersum 917 Johannes Kerkhovenpolder 1012 Losser 1694 Joure 1376 Lutjebroek 2195 Lutte 1776

Kampen 1668, 1753, 1771 M Katendrecht 2341,2412 Maartensdijk (St.) 2531 Katwoude 2166 Maas 1791,1908,1914,1954,2572 Katwijk 2401, 2414 Maaseik 2842, 2861 Keeten 2502 Maasland 2787 Kempen 2556, 2597, 2650, 2744, 2745 Maasniel 2851 Kennemerland 2110, 2121, 2133, 2149, Maastricht 2787, 2824, 2829, 2830, 2856, 2176, 2184 2879, 2916 Ketel 2411 Made 2689 Klarholz 1700 Maddens 1014 Kleinemeer 1054 Makkum 1282, 1283 Klingendaal 2274 Mark 2711 Kockengen 2012 Markelo 1673, 1674 Koekange 1588, 1589 Marken 2167 Koningsdiep 1372, 1373, 1416 Marne 957, 1034 Koudekerk 2303 Mastenbroek 1735 Koudum 1363 Meersen 2779 Krammer 2502 Meppel 1544, 1610, 1740, 177 4 Krimpenerwaard 2008, 2373 Meterik 2881 Krommenie 2217, 2224 Mheer 2838, 2858 Kruisland 2771 Michielsgestel (St.) 2619, 2635 Kuinre 1664, 1704 Middelburg 2525 Middelie 2089 Middelstum 1037 Langedijk 2113,2221 Middelzee 1331 Langemeer 2123 Midlum 1387, 1396, 1414 Langstraat 2590, 2703, 2714 Midwolde 970, 999 Laren 2068 Minnertsga 1272 Lathum 1850, 1911 Moerstraten 2655 Lauwers 911, 1097, 1227, 1244, 1356, 1390, Montfoort 2031 1400 Montfort (Land van) 2808 Lauwerszee 1325, 1347, 1365 Moordrecht 2267 Leens 1014, 1034, 1070, 1077 Mosselkreek 2502 Leeuwarden 1312, 1433, 1434, 1436, 1440 Munstergeleen 2798, 2827, 2868, 2894 Leeuwen 2851 Muntendam 893 Leiden 79, 2278, 2286, 2313, 2330, 2356, 2410, 2418, 2419 N Leidschendam 2334 Naaldwijk 2332 Leimuiden 2360 Naarden 2179 Lek 2008, 2304, 2373 Naardermeer 2141 Lichtenvoorde 1788 Nedermaas (Departement van de) 2788, Lie(y)mers 1786, 1787, 1790, 1795, 1802, 2809, 2829, 2835, 2837, 2871 1821, 1824, 1825, 1855, 1887, 1910, Nederwetten 2561 1913, 1953 Nieuw-Amsterdam 1592 Lier (De) 2328 Nieuwe-Niedorp 2238 Limburg 13,54,67,83,2594,2734 Nieuw Lotbroek 2799 Linde 1545 Nieuwolda(e) 999, 1071 Lochern 1838 Nieuw-Scheemda 1071 Lonneker 1644 Nispen 2627, 2647, 2722 Loosduinen 2327 Nolde 1545 Lopik 1995, 2022, 2024 Nonnenland 2014

182 Noorderkwartier 2083, 2099, 2120, 2138, 2158 Noordooostpolder 1731, 2919, 2922, 2923, R 2924, 2926, 2929, 2940, 2941 Raalte 1669 Noordscharwoude 2252 Regge 1738 Noordwold e 1112,1379 Rekken 1695 Noordwijk 2402 Rcnkum 1813 Norg 1562, 1565 Rhcden 1878 Nunnen 2561 Rhenen 1975, 1976, 1978, 1989 Nunspeet 1848 Rhoon 2280 Nijeveen 1455, 1561, 1587 Ridderveen 2014 Nijkerk 1917 Riel 2738 Nijmegen 1877, 1914, 1922, 1928, 1932 Rixtel 2613 Roermond 2789, 2826, 2846, 2849, 2850, O 2907, 2914, 2915 Odiliënberg 2807 Rolde 1562 Oedenrode (St.) 2728, 2737 Rolduc 2859, 2877 Oene 1861 Roosendaal 2579, 2584, 2593, 2626, 2627, Oldambt 913, 935, 972, 1042 2716, 2753, 2765 Oldenzaal 1705, 1708, 1711 Rotterdam 2287, 2424 Ommelanden 953, 1016, 1041 Rozenburg 2369 Ommen 1666 Rozengaard 1703 Onnen 1090 Rucphen 2606 Oost 2791 Ruinen 1480 Oostdongeradeel 1341 Ruurlo 1831 Oosterburen 1037 Rijn (Kromme) 1987 Oostergo 1163,1254,1262 Rijn (Oude) 1961, 2003, 2012, 2339 Oosterwijk 2639 Rijnland 79, 2266, 2286, 2302, 2348, 2359, Oostveen 2014 2360, 2415, 2418, 2437 Oostwolde 999 Rijnsburg 2338 Oostzaan 2196 Rijpickerwaard 2135 Ootmarsum 1678, 1679 Rijpwetering 2421 Ooypolde r 1915 Rijsbergen 2646, 2759 Opheusden 1888 Rijswijk 2400, 2408 Opsterland 1139, 1221, 1377 Oranjekanaal 1565 Orvelte 1635 Salland 656, 1651, 1685, 1692, 1701, 1730 Oud-Beijerland 2405 Salvcrt 1407 Oud-Gastel 2569 Santpoort 2042, 2086 Oudshoorn 2393 Sappermeer 896, 984, 1023, 1055 Overflakkee 2301, 2385 Schaasberg 2903 Overschild 1088 Schagen 2075 Overijssel 16, 45, 1032, 1381, 1801 Schakkebroek 2904 Schalsum 1215 Scharwoude 2185 Papendrecht 2388 Schelde 2535 Papenhoven 2797 Schermer 2175 Paterswolde 1013, 1033 Scherpenisse 2469 Peel 2560, 2575, 2576, 2620, 2650, 2793 Schieland 86, 2302, 2349, 2371, 2392, 2395 Pernis 2341 Schiermonnikoog 899,995,1153 Poeldonk 2660 Schipborg 1484 Polsbroek 1965, 1982 Schokland 2918,2928,2931 Poortugaal 2285 Schoondijke 2458 Prinsenland 2696 Schooncbeek 1605 Purmer 2172 Schoonoord 1475 Putten (Gld.) 1862 Schoorl 2045, 2046 Putten (ZH) 2269, 2365 Schophem 2905 Puttershoek 801, 2423

183 Schoten 2216, 2228 Urk 1697 Schijf 2775 Utrecht (Bisdom) 381 Selwer d 919 Utrecht (Prov.) 14, 85, 180, 1886, 2265, Sevenum 2781 2273, 2281, 2292, 2298, 2299, 2317, Sittard 2810 2350, 2377, 2438 Slaak 2502 Utrecht (Stad) 261, 1878, 2010, 2018, 2027 Sleen 1612 Slinge 1792 Slochteren 993 Valkenburg (L.) 2845 Sloe 2507, 2532 Valkenburg (Z.H.) 2316 Smallingerland 1377 Valkenswaard 2645 Sneek 82,1157,1284 Varik 1924 Soest 1969, 1992, 2001 Varsseveld 1798, 1800 Spaarndam 2145 Vecht 2006, 2012, 2019, 2025 Spaubeek 2873 Veekaten 1712 Spauwen 2814 Veendam 909, 1024, 1056, 1087 Standdaardbuiten 2664 Veenendaal 2020 Staphorst 1665, 1746 Veenhuizen 1500 Steenbergen 2706 Veenkoloniën 985, 1020, 1021, 1022, 1025, Steenwijk 1759 1026, 1027, 1028, 1029, 1072, 1085, Stein 2833 1086,1511 Stellingwerven 1381, 1748 Veenoord 1592 Sticht 1835 Veghel 2630,2631,2634 Sticht (Neder) 656 Velsen 2218 Stiphout 2644 Veluwe 656, 1794, 1808, 1811, 1812, 1813, Stokkem 2841 1816, 1823, 1839, 1842, 1845, 1851, Streek (De) 2137 1863, 1869, 1886, 1896, 1897, 1909, Susteren 2810 1927, 1930, 1948, 1950, 1999 Venlo 2860, 2906, 2908 T Venray 2781,2874 Taarlo(o) 1581 Veulen 2832 Ten Boer 1089 Veur 2334 Ter-Aar 2360 Vlaanderen 398, 656, 2447, 2455, 2474, Terlinden 2801 2477, 2505, 2512, 2513, 2514, 2515, Terneuzen 2510 2533, 2539, 2552 Terschelling 1135, 1280, 1305, 1320, 1323. Vlaardingen 2382 1346, 1395, 1397 Vlie 901, 902, 903 Texel 2036, 2038, 2146 Vlodrop 2854 Tholen 2517, 2531, 2551 Vlijmen 2683, 2714 Thorn 2844 Vollenhove 1650, 1675, 1700, 1742, 1743, Tiel 1843 1749, 1782 Tielerwaard 1830, 1916, 1920 Voorburg 2362 Tilburg 2577, 2632, 2641, 2736, 2743 Voorhout 2431 Tjoene 1689 Voorne 2270, 2271, 2372, 2439 Tjummarum 1272,1289 Voorschoten 2310, 2403 Tubbergen 1671 Vredewold 905, 955 Twent(h)e 1657, 1659, 1662, 1663, 1672, Vries 1482 1693, 1715, 1716, 1718, 1724, 1732, Vriezenveen 1745 1751, 1752, 1754, 1755, 1756, 1757, Vroomshoop 1747 1758,1767, 1783, 1784 Vucht 2660 Vuurse 2014 U Vuijlcop 2015 Uchelen 1931 Vijf-Heerenlanden 2288, 2289, 2351 Uddelermeer 1808 Uden 2554, 2604 W Udenhout 2642 Waal 1791, 1908, 1914, 1954 Uitgeest 2122,2125 Waalre 2645

184 Waard (De Grote) 656 Woensdrecht 2691 Wachtum 1641 Woerden 1972,2302,2396 Wadden 895, 998, 1004, 1015 Wolfaartsdijk 2453 Wageningen 820, 837, 1845, 1917, 1957 Wormer 2054, 2081, 2171, 2174 Walcheren 2441, 2442, 2464, 2465, 2466, Woubrugge 2337 2467, 2481, 2487, 2494, 2504, 2534, Woud ('t)polder 2127 2540 Woudrichem 2624 Wanneperveen 1739 Wouw 2568, 2655, 2739, 2770, 2773 Warf(f)um 1041 Wijnjeterp 1402 Warmenhuizen 2261 Wijster 897 Warmond 2279, 2306, 2314, 2383 Warnsveld 1829 Wassenaar 2297, 2347 Wateringen 2328, 2406 IJ Waterland 2078, 2154 IJ (Het) 2129, 2144, 2151, 2189 Wedde 920, 954, 958 IJssel 1911,2008,2373 Weddewoldingerlan d 1017 Usselmeer 1326 Weede 2366 IJsselmonde 2342, 2384 Weerselo 1681, 1710 Weert 2796 Weerwille 1588 Zaan 2059, 2240, 2249 Werden 1142 Zaandam 2082, 2094 Wervershoof 2117 Zaanstreek 2193 Wesepe 1690 Zalk 1712, 1714 Wessem 2795 Zandambacht 2276 Westbroek 1985 Zandoerle 2719 Westerbork 1635, 1637 Zandt('t) 941, 1057, 1068 Westereems (Departement) 931 Zeeland 25, 180 Westergo 1010, 1326, 1364, 1369 Zegveld 1962, 1970, 1971 Westerkwartier 905, 911, 1002 Zegvelderbroek 1962 Westervoort 1942 Zeist 1977, 1979, 2005 Westerwolde 900, 915, 916, 954, 961, 962, Zelhem 1925 975, 991, 1044, 1094, 1095 Zevenaar 1815,1825,1910,1944 Westerwoldingerland 1017 Zevenbergen 1875, 2610 Westkerke 2469 Zeyerveld 1576 Westland 2321, 2322, 2324, 2325, 2422, Zoutelande 2542 2426 Zuidenveld 1580, 1634 Westmaas 2312 Zuiderkwartier 2072 Westpolder 1015 Zuiderzee 303, 1734, 1917, 2918, 2927, Weststellingwerf 1225 2932, 2933, 2934, 2935, 2937, 2939 Wieringen 1320, 1323, 2044, 2177, 2220, Zuidlaren 1497, 1564 2235 Zuidscharwoude 2231 Wieringermeer 2136, 2159, 2192, 2207, Zuilen 1985 2938, 2939 Zundert 2723, 2750, 2763 Wieringerwaard 2100, 2157 Zutf(ph)en 1867,1870,1925 Wildervank 909 Zwaagdijk 2117 Wilhelminapolder 2443, 2451, 2452, 2454 Zwaagwesteinde 1359 Willebrord (St.) 2657 Zwartsluis 1740 Willemstad 2687, 2692 Zweelo(o) 1546 Winkel 2187, 2238 Zwieten 2356 Winsum 921, 1140 Zwinderen 1476 Winterswijk 830, 1926, 1937, 1943, 1946, Zwijndrecht 2374 1956 Zijdewind 2156 Wittern 2792 Zijpe 2034,2057,2210,2211,2214

185