Het Kasteel Van Laarne.Pdf
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Uitgegeven in opdracht van de BESTENDIGE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIERAAD VAN OOST-VLAANDEREN H. BALTHAZAR, Gouverneur P. WILLE, A. VERCAMER, 1. VERLEYEN, J.-P. VAN DER MEIREN, J. VALLAEYS, G. DE PADT, Bestendig Gedeputeerden A. DE SMET. Provinciegriffier HET KASTEEL VAN LAARNE DR. PATRICK DEVOS GENT 1995 1 14de eeuw 1 14de eeuw 1 15de - 16de eeuw ' 1 17de eeuw (2 helft) ' 1 17de eeuw (2 helft) ' ' 1 18de eeuw (1 helft) /} ' 18de eeuw (2 helft) 19de - 20ste eeuw 1 chronologisch niet te situeren oud poortgebouw 2 oosttoren 3 zuidtoren 4 noordwesttoren 5 donjon met kapel en rechts 6 zaal 6 noordoostvleugel 7 noordelijke vestibulebouw J 8 noordwestvleugel met keuken en salons 1'°1: 9 zuidvestibule 10 galerijvleugel ''/) 12 11 loggiabouw 12 zuidvleugel met ridderzaal en zilverkamer 13 binnenplein LANDSCHAP EN SITE IN HISTORISCH PERSPECTIEF Laarne is een gemeente van 1584 ha met een nog zeer landel ijk karakter. De dorpskom ligt op ongeveer 10 km ten oosten van Gent en 5 km ten noordwes ten van Wetteren. Het landschap is vlak op een paar kleine hoogteverschil len na. Enkele beken vor men elk een mi ni-depressie met een ei gen al luviale zone. De dorpskom l igt op een lichte verhevenheid , die enkel ten zuiden enigszins opvalt. De gronden be staan uit droog tot matig nat zand en zandleem. Het droge karakter en de natte beekdepressies hebben in de loop van de geschiedenis de ontginning van het gebied sterk vertraagd . Alle oude bewoningssporen , van prehis torie tot vroege middeleeuwen, suggere ren een sterke verspreiding van de be woning in een boslandschap met open ruimten. In deze richting wijst de etymo logie van Laarne, die door M. Gysseling op overtuigende wijze geïnterpreteerd werd . De naam Laren komt voor het eerst voor in 1040 in een laat 12de eeuwse kopij. Het woord blijkt een meer voud te zijn van laar, dat door versprin ging van de e Laarne werd, later Laerne geschreven. De naam kl imt op tot een Germaanse vorm die wellicht als hlari klonk en via Indo-Europese verwant schap de tegenganger was van het La tijnse clarus (= helder). De /aar-vorm in onze streken is een toponiem dat een open plaats in het bos aanduidt (verge l1Jk ctarus met het Franse clairière) . Het gaat dus om een plaatsbepalende bena ming ; of deze op een relatie met een of andere wijze van grondbewerking of be , woning wees, is onduidelijk. We llicht bezat de Sint-Baafsabdij van Gent hier, tussen de 7de en de 1 Ode 1237, verkocht de abdij haar rechten eeuw, verspreide domeinen die, zoals aan het cisterciënzerinnenklooster van toen zo di kwijls gebeurde. door haar we Onze-Lieve-Vrouw-ten-Bos te Lokeren . reldlijke "voogden" ( = beschermheren) - in dit geval de latere heren van Dender De 13de eeuw staat algemeen bekend monde - voor eigen gebruik afgenomen als een periode van grote activiteiten , werden. Onder kerkelijke druk ging men een sterke bevolkingsaangroei, en de in de daarop volgende eeuwen geleide ontginning van nieuwe gronden. Ook te lijk over tot restitutie. Laarne zijn daarvan sporen te vinden, ondermeer in de wijk Ertbuur, het gebied Hoe het gebied ontgonnen werd en hoe naar Beervelde toe. De impuls ging u it de parochiekerk te Laarne ontstond, is van diverse Gentse patriciërs die er een tot nog toe niet achterhaald. Pas in 1120 grondbelegging in zagen. is sprake van een kerk. Haar "perso In de latere middeleeuwen kwamen er naat" of patronaatsrecht hing toen af van een tiental grote sites met walgracht tot kanunnik Rascelinus, die ze doorgaf aan stand, die als ontginningscentra dien de bisschop van Noyon - Doornik, die ze den. Daarrond ontstond een zeer ver op zijn beurt schonk aan de benedic spreide bewoni ng. Deze situatie bleef tijnerabdij van Saint-Nicolas-au-Bois, ge globaal tot diep in de 18de eeuw de sticht bij Laon in 1080. Waarom de kerk zelfde, in zoverre dat de kabinetskaart aan een abdij geschonken werd die ver van Ferraris (± 1770) een eeuwenoude buiten de grenzen van het dubbelbis situatie weerspiegelt. dom lag is niet bekend. Dezelfde abdij To ch bleven nog grote stukken woeste had ook het patronaatsrecht over de ker gronden en bossen over. Hoe uitgestrekt ken van Heusden, Kalken en Wetteren. zij waren is een twistpunt. Als extreem De inkomsten ervan moeten snel door werd een derde van het grondgebied de toenmalige heren van Dendermonde van Laarne gesteld. geüsurpeerd zijn. In 1130/ 1134 .kwam Waarom precies de bewoningskern van men tot een vergelijk. Een eeuw later, in Laarne tot een volwaardig dorp groeide is onbekend. Deze evolutie werd moge die door grachten en wilgen afgebaard lijk begunstigd door de oprichting van worden. Her en der komen exploitatie de burcht, in de 14de eeuw. bosjes van populieren voor. In de loop van de 19de eeuw verdwenen de laatste woeste gronden en bossen en In de dorpskom domineert de rij- en lint kende de bewoning een geleidelijke bebouwing, elders liggen de huizen zeer aangroei . Nieuwe kernen ontstonden verspreid langs de talrijke wegen. Door echter niet. hun groot aantal beïnvloeden zij het af Het huidige landschapsbeeld wordt be wisselend voorkomen van het open en paald door akkers, weiden en serreteelt. half gesloten natuurlandschap. Sinds De percelen op de hogere en dus dro kort raakt de landelijke omgeving in ver gere gronden zijn meestal wat groter sneld tempo ingesloten door nieuwbouw, dan de andere en worden als akkerland die evolueert naar een zuiver residen gebruikt. De nattere gronden zijn weiden tiële bewoning nabij de grootstad Gent. Binnenplein vanaf het noorden DELVEN NAAR DE OORSPRONG VAN HET KASTEEL In 1986-1987 ondernamen E. Balthau, als akker gebruikt werd. Diverse paal L. Hanselaer en F. Verhaeghe aan het sporen van iets jongere constructies wij oude poortgebouw van het kasteel vier zen op bewoning . Kort daarna hoogde archeologische opgravingscampagnes. men het terrein lichtjes op en werden 1 n 1988 volgde een onderzoek op rui nieuwe constructies in hout opgericht. mere schaal op het binnenplein. De zone was omzoomd door een ring Bevindingen en hypotheses zijn tot nu gracht waarvan de uitgedolven aarde als toe in enkele korte tijdschriftartikels sa wal fungeerde. Mogelijk had het site een mengevat. diameter van 20 tot 30 m. Later verrees een constructie uit zware Uit ploegsporen in de oorspronkel ijke palen waartussen zich wellicht een vu l humuslaag en uit gevonden aardewerk ling bevond. Enkel een deel van de blijkt dat omstreeks 1200 de grond nog noordwestwand werd gevonden, zodat de juisten afmetingen onbekend blijven. Typologisch interpreteerden de archeo logen-opgravers de constructie als een hallenhuis. In een verder stadium voegde men aan de westelijke binnenzijde van de wal een lichte ophoging toe; talrijke dak tegels op één lijn wezen op het bestaan van een constructie waarover verder niets gekend is. Te n noordoosten, naar de donjon toe, was er eveneens een lichte ophoging. Daar vond men enkele paalsporen van een houten gebouw. Al die bouwresten dienen tussen 1200 en 1300 gedateerd. Omstreeks 1300 zou men heel de zone opgevuld hebben en daarna afgevlakt. Toen verrees ten westen een "stenen constructie", waaruit nog later het poort gebouw groeide. Het loopvlak errond helde af in zuidoostelijke richting. Tussen 1400 en 1600 hoogde men het binnenplein verder op. Aan de hand van die gegevens werd een algemene evolutie van de kasteel zone geschetst: de eerste bewoning zou omstreeks 1200 een hoeve ("exploitatie centrum") geweest zijn; zij evolueerde zeer snel - in minder dan 150 jaar tijd - naar de huidige burcht. HEERLIJKHEID EN KASTEEL IN DE GESCHIEDENIS Over de oudere geschiedenis van de heerlijkheid Laarne, net als van de rela tie met het dorp en de parochie, be staan heel weinig gegevens. Het kasteel wordt in de bronnen slechts laat, kort en zeer sporadisch vermel d , zodat heel wat interpretaties bij elke ver meld ing bewezen moeten worden. Zeer bepaald over de opbouw van de burcht, zeggen de oude teksten niets. De vroegste aanduidingen van een heer lijkheid verwijzen naar de heren van Massemen in de 12de eeuw, die toen blijkbaar ook Laarne in hun bezit had Uit De ridder van het slot van Laerne, den. Hun feodale relatie met de heren van J. Crick (1933) van Dendermonde op dat ogenblik is onbekend. In 1213 was sprake van Beatrix, vrouwe In 1362 gaf Geraard van Massemen, van Massemen en Laarne. Haar zoon, heer van Laarne, een eigenaardige oor Gijzelbrecht van Zottegem had kerkelijke konde uit, waar hij zijn leenheer de graaf tienden van Laarne, die hij van haar in van Vlaanderen, Lodewijk van Male, en leen hield , teruggegeven en nu schonk diens opvolgers beloofde, hem en zijn ze deze rechten aan de Sint-Baafsabdij manschappen de beschikking over zijn te Gent. kasteel te geven als hij daartoe gevor Deze G ijzel brecht ( 1202/1 204-1239) derd zou worden. Het eigenaardige ligt huwde Machteld van Bethune ( 1194- in de akte zelf. want de vorst, in dit ge 1251 ), zuster van Robrecht, heer van val de graaf van Vlaanderen, had als Dendermonde. Bij deze gelegenheid be leenheer per definitie het recht het kas kende Robrecht in 1228 een schuld van teel van zijn vazal te gebruiken. Mogelijk duizend pond aan zijn schoonbroer, die is de oorkonde ontstaan in de context vereffend werd onder de vorm van de van de voortdurende strubbelingen tus belening van gronden te Kalken en te sen de graaf van Vlaanderen en de stad Laarne. Bovendien moest Gijzelbrecht Gent. Als men zich tot de tekst zelf be ook zijn gronden te Massemen voortaan perkt. valt het op dat de formulering van Robrecht in leen houden. zeer algemeen èn absoluut is: "de graaf Als lokalisatie gaf de tekst in parrochia en zijn erfgenamen, alsook zijn man de Larne ..