TABEL KLASSEGRENZEN - SPEELGERECHTIGDHEID JUNIOREN & SENIOREN 2019-2020 (VELDHOCKEY) Versie: 01-08-2019 # Invallen in een hoger spelend team (en dus uitkomt in een hogere klasse) mag altijd, lager niet! Voor en aantal categorieën gelden leeftijdseisen. # Voor 11-tallen A t/m D geldt de spelerslijst (BR. 2019 art. 4.2.4) als uitgangspunt voor de speelgerechtigdheid van een speler. # Er mag alleen worden geleend uit een hoger spelend team als het eigen team geen mogelijkheid heeft tot het regelen van invallers uit een (voor hun) lager of op gelijk niveau spelend team. # In geval een klasse binnen een district niet bestaat, dan vervalt die klasse en is de eerstvolgende wel aanwezige klasse van toepassing. # Voor keepers gelden andere bepalingen, zie document toelichting regels speelgerechtigdheid. # Voor jeugdteams die uitkomen in de Landelijke A- en B en Super A- en B-competitie zijn aanvullende bepalingen van toepassing, zie document toelichting regels speelgerechtigdheid. # Een speler die op de spelerslijst staat van een jeugdteam* en waarvan op enig moment (na tenminste 3 wedstrijden van het eigen jeugdteam) is vastgesteld dat de speler meer of evenveel is uitgekomen voor heren 1/dames 1 dan voor het eigen jeugdteam, is voor het vervolg van de competitie alleen nog speelgerechtigd voor heren 1/dames 1, heren 2/dames 2 (tenzij de vereniging dispensatie heeft aangevraagd om een ander team te beschouwen als opleidingsteam conform “procedure opleidingsteams”) en jongens A1/meisjes A1. Dit geldt ook voor spelers met jeugdleeftijd die op de teamopgave standaardteams en/of spelerslijst Hoofd-, Promotie- en Overgangsklasse staan.

STANDAARDTEAMS Let op: voor invallen vanuit standaardteams in lagere teams gelden specifieke bepalingen. Zie voor de uitwerking het Bondsreglement 2019, artikel 4.2 en verder. Voor spelers die op een spelerslijst/teamopgave standaardteams staan op positie 19 en lager (in nummering) én voor alle andere spelers waarvan de teambepaling (conform art. 4.2.3) is vastgesteld op heren 1/dames 1 geldt* dat uitkomen voor een (voor hen) lager (spelend) team niet meer is toegestaan. Ten aanzien van dit laatste punt kan de competitieleiding dispensatie geven. *Deze regel geldt niet voor een speler met jeugdleeftijd, zie hiervoor de bepaling in art. 4.2.3.e. Voor invallers in standaardteams 2e klasse en hoger geldt een uitzondering op de speelgerechtigdheid. Zie voor de uitwerking het Bondsreglement 2019, artikel 4.2.2 lid k.

JEUGD D11 JEUGD C*** JEUGD B** JEUGD A** JONG SENIOREN RESERVETEAMS VETERANEN VETERANEN VL & L Res. Res. Overgangsklasse = Hoofdklasse Landelijk & Super A/* = JS. Overgangsklasse = Res. 1e klasse = Overgangsklasse Landelijk & Super B/Topklasse* = Sub-Topklasse = JS. 1e klasse = Res. 2e klasse = 1e klasse Super C/IDC-C/Topklasse*= Sub-Topklasse = 1e klasse = JS. 2e klasse = Res. 3e klasse = 2e klasse = Hoofdklasse en lager Sub-Topklasse = 1e klasse = 2e klasse = JS. 3e klasse = Res. 4e klasse = 3e klasse = 1e klasse = 2e klasse = 3e klasse = JS. 4e klasse = Res. 5e klasse en lager = 4e klasse en lager 1e klasse = 2e klasse = 3e klasse = 4e klasse = JS. 5e klasse en lager 2e klasse = 3e klasse = 4e klasse = 5e klasse en lager 3e klasse = 4e klasse = 5e klasse en lager Invallen mag, mits juiste klassegrens ^^ 4e klasse = 5e klasse en lager   mits juiste leeftijd   5e klasse en lager   mits juiste leeftijd   mits juiste leeftijd  Invallen mag, mits juiste klassegrens ^^ Invallen mag, mits juiste klassegrens ^^ mits juiste leeftijd  Invallen mag, mits juiste klassegrens   Invallen mag, mits juiste klassegrens    mits juiste leeftijd   Invallen mag altijd, ongeacht klasse  ### ZIE ONDERSTAANDE TOELICHTING ### ### ZIE ONDERSTAANDE TOELICHTING ### * Spelers die uitkomen in de Landelijke A & B-, Super A & B- of Super C/IDC C-competitie zijn niet speelgerechtigd voor een ander team dat in dezelfde categorie uitkomt in de Topklasse en Sub-Topklasse. ** Voor de A- en B-jeugd geldt dat wanneer een vereniging met het eerste jeugdteam uitkomt op niveau 1 of 2 (periode 1: Landelijke Topklasse / periode 2: Landelijke- of Super-competitie) én waarvan het tweede jeugdteam in dezelfde categorie uitkomst op niveau 2 of 3 (periode 1: Sub-Topklasse / periode 2: Super of Sub-Topklasse) de spelers van het eerste jeugdteam zonder toestemming van de competitieleiding niet speelgerechtigd zijn voor het tweede jeugdteam. *** Voor de C-jeugd geldt dat wanneer een vereniging met het eerste jeugdteam uitkomt op niveau 1 of 2 (periode 1:Topklasse / periode 2: Super C en IDC-C) én waarvan het tweede jeugdteam in dezelfde categorie uitkomst op niveau 2 of 3 (periode 1: Sub-Topklasse / periode 2: IDC-C Sub-Topklasse) de spelers van het eerste jeugdteam zonder toestemming van de competitieleiding niet speelgerechtigd zijn voor het tweede jeugdteam.

### Toelichting invallen: Binnen dezelfde klasse/categorie: lenen ongelimiteerd toegestaan. Er mag alleen worden geleend uit een hoger spelend team als het eigen team geen mogelijkheid heeft tot het regelen van invallers uit een (voor hun) lager of op gelijk niveau spelend team. Invallers lenen uit een hoger spelend team mag als het eigen team 11 of minder aan de wedstrijd deelnemende spelers# over heeft. #Hieronder wordt verstaan: aantal eigen spelers + spelers die ingeleend worden/kunnen worden uit een voor hun lager of op gelijk niveau spelend team. Specifiek voor jeugd: Indien wordt ingevallen in een lagere categorie, dan is naast de klasse ook leeftijd bepalend. Een speler uit de jongste jeugd mag altijd invallen bij 11-tallen (ongeacht speelniveau).

Speelgerechtigdheid Veldhockey Regels junioren seizoen 2019-2020 Bepalingen uit het Bondsreglement uitgave 2019, artikel 4.2.

Versie: 1 augustus 2019 – DEFINITIEF

Algemeen

Invallen teneinde een team te “bevoordelen” en/of te “versterken” is onwenselijk en kan worden aangemerkt als onsportief gedrag conform de statuten van de KNHB.

Deze regels zijn van toepassing op alle competities (11-tallen junioren) en speelniveaus en zijn dus van algemene aard. Voor gevallen waarin deze regels niet voorzien cq. geen passende oplossing bieden, kunnen verenigingsfunctionarissen zich wenden tot de betreffende competitieleider. De competitieleider kan in specifieke gevallen dispensatie geven.

Voor junioren A tot en met D worden gescheiden competities aangeboden en mogen meisjes niet in de jongenscompetitie meespelen en andersom behoudens vooraf door de competitieleider verleende dispensatie. Meer informatie is terug te vinden in de “procedure beleid teamindelingen”. Klik hier.

Voor de verwijzingen in dit reglement: zie het Bondsreglement uitgave 2019. Klik hier.

1. Spelerslijst

Voor de junioren (D t/m A) wordt gewerkt met een spelerslijst. De uitwerking volgt hieronder. a. De spelerslijst die door de vereniging voorafgaand aan de competitie-periode [dinsdag voor de start van de competitie] per team wordt ingediend bij de KNHB, geldt als uitgangspunt voor de speelgerechtigdheid van een speler. Voor deze speler geldt dus dat hij [a] altijd mag uitkomen voor het team waarbij hij op de spelerslijst staat én [b] altijd mag uitkomen in een hoger of op gelijk niveau spelend team (zie uitzondering onder punt h van dit artikel en punt 5). Indien de speler wil uitkomen in een voor hem lager spelend team, dan is de speler gebonden aan de extra bepalingen zoals opgenomen in de algemene regels speelgerechtigdheid. b. De spelerslijst is van toepassing op alle 11-tallen: D tot en met de A-junioren. c. Per team geldt dat er mimimaal 14 spelers moeten worden opgegeven, tenzij de competitieleiding toestemming heeft gegeven om minder spelers op de lijst te mogen zetten. d. Een speler mag slechts op één spelerslijst vermeld staan. Indien een speler op meerdere lijsten staat, dan geldt het hoogst spelende team als uitgangspunt voor het bepalen van de speelgerechtigdheid. e. De spelerslijst dient een getrouwe opgave te zijn van de werkelijke teamsamenstelling. Indien een vereniging één of meer spelers opgeeft bij een ander team dan waarvan bekend is dat de speler gewoonlijk voor een ander team uit komt, pleegt een bedrieglijke handeling conform artikel 11 lid 1 sub f van de statuten van de KNHB. Dit kan vervolgens consequenties hebben voor de speelgerechtigdheid van betrokken speler en het team waarin de speler uitkomt. f. Bij een herindeling (tussen competitie-periodes) kan de vereniging na de herindeling en vóór de start van de nieuwe competitie-periode [dinsdag voor de start van de competitie] per team nieuwe spelerslijsten inleveren voor de categorie waarbinnen de herindeling plaats vindt. Verenigingen mogen hierbij, zonder dat hiervoor toestemming verkregen hoeft te worden bij de competitieleiding, ongelimiteerd schuiven met spelers tussen de teams binnen de categorie (bv. binnen de C-lijn). Indien een verenging een speler over de categorie heen wil verschuiven (bijvoorbeeld van C1 naar B3) dan dient de vereniging hiervoor wel toestemming te vragen bij de competitieleider. De nieuwe spelerslijst geldt vervolgens als uitgangspunt voor de speelgerechtigdheid van een speler binnen de nieuwe competitie-periode. g. De laatste wedstrijden van een competitie zijn aangemerkt als beslissingswedstrijden. • Voor een competitie met 5 wedstrijden geldt dat een speler tijdens de eerste vier wedstrijden tenminste twee keer voor het team moet zijn uitkomen om speelgerechtigd te zijn in de vijfde wedstrijd van het team en eventuele play-offs en kampioenschappen. • Voor een competitie met 6 wedstrijden geldt dat een speler tijdens de eerste vier wedstrijden tenminste twee keer voor het team moet zijn uitkomen om speelgerechtigd te zijn voor het team in het vervolg van de competitie: dus vanaf wedstrijd vijf en zes en eventuele play-offs en kampioenschappen. • Voor een competitie met 10 wedstrijden geldt dat een speler tijdens de eerste acht wedstrijden tenminste vier keer voor het team moet zijn uitkomen om speelgerechtigd te zijn voor het team in het vervolg van de competitie: dus vanaf wedstrijd negen en tien en eventuele play-offs en kampioenschappen. • Voor een competitie met 14 wedstrijden geldt dat een speler tijdens de eerste tien wedstrijden tenminste vier keer voor het team moet zijn uitkomen om speelgerechtigd te zijn voor het team in het vervolg van de competitie: dus vanaf wedstrijd elf tot en met veertien en eventuele play-offs en kampioenschappen. Play-offs en NK's die aansluitend aan een competitie worden gespeeld, maken onderdeel uit van dezelfde competitie als van waaruit deze wedstrijden voortvloeien. Deze wedstrijden zijn ook aangemerkt als beslissingswedstrijden. Let op: Deze regel geldt niet indien het een jeugdspeler betreft die invalt in een hoger of op gelijk niveau spelend team (zie uitzondering onder punt h)! Een speler die op de spelerslijst staat van een jeugdteam* en waarvan op enig moment (na tenminste 3 wedstrijden van het eigen jeugdteam waaraan de speler heeft deelgenomen) is vastgesteld dat de speler meer of evenveel is uitgekomen voor heren 1/dames 1 dan voor het eigen jeugdteam, is voor het vervolg van de competitie alleen nog speelgerechtigd voor heren 1/dames 1, heren 2/dames 2 (tenzij de vereniging dispensatie heeft aangevraagd om een ander team te beschouwen als opleidingsteam conform “procedure opleidingsteams”) en jongens A1/meisjes A1. Voor jeugdteams die uitkomen in de Landelijke A- en B en Super A- en B-competitie zijn aanvullende bepalingen van

toepassing. *Dit geldt ook voor spelers met jeugdleeftijd die op de teamopgave standaardteams en/of spelerslijst Hoofd-, Promotie- en Overgangsklasse staan. In aanvulling hierop geldt dat voor alle andere teams het bepaalde onder lid g van dit artikel van toepassing is. h. Bij de competitieleiding kan dispensatie worden aangevraagd voor hetgeen in dit artikel wordt vermeld.

#1 Rangorde (leeftijds-)categorieën #2 Klassegrenzen (BR. 2019, art. 4.2.1) ZIE TABEL

a. Senioren Standaardteams KLASSEGRENZEN (heren 1 en dames 1) SPEELGERECHTIGDHEID VELDHOCKEY b. Senioren Reserveteams 2019-2020 incl. Jong Seniorenteams c. Veteranen# In geval een klasse binnen het district d. Junioren A niet bestaat, dan vervalt die klasse en is e. Junioren B de eerstvolgende wel aanwezige klasse f. Junioren C van toepassing.

g. Junioren D

# NB. Voor de junioren-, jong senioren- en veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend, zie BR. 2019, art. 3.

2. Invallers lenen uit een op gelijk niveau of lager spelend team

• Een team mag altijd invallers lenen uit een op een gelijk niveau of lager spelend team, ongeacht het aantal eigen spelers dat een team beschikbaar heeft.

Onder een op gelijk niveau of lager spelend team wordt verstaan:

a. Een team dat binnen dezelfde (leeftijds-)categorie in dezelfde klasse (zie #2 klassegrenzen) of in een lagere klasse speelt; Voorbeeld: Een speler van JB2 (2e Klasse) mag invallen bij JB3 (2e Klasse). Voorbeeld: Een speler van MB2 (3e Klasse) mag invallen bij MB1 (2e Klasse). b. Een team dat in een lagere (leeftijds-)categorie (zie #1 rangorde categorieën) maximaal 1 klasse hoger speelt; Voorbeeld: Een speler van JC1 (1e Klasse) mag invallen bij JB2 (2e Klasse). Indien er vanuit een lagere (leeftijds-)categorie wordt ingevallen bij een hogere (leeftijds-)categorie en het verschil groter is dan 1 leeftijdscategorie, dan geldt dat er per (leeftijds-)categorie een klasse bij komt. Voorbeeld: Een speler uit JC1 (1e Klasse) mag dus invallen bij JA1 (3e Klasse). c. Een team dat in een hogere (leeftijds-)categorie minimaal 1 klasse lager speelt dan het team waarin wordt ingevallen. Invallers dienen hierbij te voldoen aan de leeftijdsgrenzen binnen de (leeftijds-)categorie waarin ze invallen. Voorbeeld: Een speler van MA3 (3e Klasse) mag invallen in MB3 (2e Klasse) mits speler de juiste leeftijd heeft. d. Voor de A- en B-jeugd geldt dat wanneer een vereniging met het eerste jeugdteam uitkomt op niveau 1 of 2 (periode 1: Landelijke Topklasse / periode 2: Landelijke- of Super-competitie) én waarvan het tweede jeugdteam in dezelfde categorie uitkomt op niveau 2 of 3 (periode 1: Sub-Topklasse / periode 2: Super of SubTopklasse), de spelers van het eerste jeugdteam zonder toestemming van de competitieleiding niet speelgerechtigd zijn voor het tweede jeugdteam. Voor de C-jeugd geldt dat wanneer een vereniging met het eerste jeugdteam uitkomt op niveau 1 of 2 (periode 1: Topklasse / periode 2: Super C en IDC-C) én waarvan het tweede jeugdteam in dezelfde categorie uitkomt op niveau of 3 (periode 1: Sub-Topklasse / periode 2: IDC-C en Sub-Topklasse) de spelers van het eerste jeugdteam zonder toestemming van de competitieleiding niet speelgerechtigd zijn voor het tweede jeugdteam.

Lenen van spelers die te oud zijn voor de betreffende (leeftijds-)categorie is behoudens verstrekte dispensatie niet toegestaan. D.w.z. dat een speler met A-leeftijd (zonder dispensatie) niet mag invallen in een B-team.

ZIE VERDER TABEL > KLASSEGRENZEN SPEELGERECHTIGDHEID 2019-2020 VOOR ANDERE MOGELIJKHEDEN.

3. Invallers lenen uit een hoger spelend team: uitgangspunten

Invallers lenen uit een hoger spelend team mag alleen als aan de volgende regels wordt voldaan: a. Er mag alleen worden geleend uit een hoger spelend team als het eigen team geen mogelijkheid heeft tot het regelen van invallers uit een (voor hun) lager of op gelijk niveau spelend team. b. Invallers lenen uit een hoger spelend team mag als het eigen team aantoonbaar 11 of minder aan de wedstrijd deelnemende spelers# over heeft. #Hieronder wordt verstaan: aantal eigen spelers + spelers die ingeleend worden/kunnen worden uit een voor hun lager of op gelijk niveau spelend team. c. Het eigen team mag maximaal twee spelers lenen uit maximaal 1 klasse hoger dan volgens de tabel klassengrenzen speelgerechtigdheid veldhockey 2019-2020 is toegestaan. d. Dit klassenverschil geldt dus ook tussen (leeftijds-)categorieën (zie #1) zoals vermeld onder BR. 2019 art. 2.1 en 4.2.1; e. Bij de competitieleiding kan dispensatie worden gevraagd voor het lenen van invallers uit een hoger spelend team. NB. Voor de junioren-, jong senioren- en veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend, zie BR. 2019 art. 3.

4. Keepers

Een team leent in principe een keeper uit een op gelijk niveau of lager spelend team.

Lukt dit niet, dan mag er geleend worden uit een hoger team: • Voor teams uitkomend in de 1e Klasse en hoger mag geleend worden uit een team dat max. 1 klasse hoger speelt. • Voor teams uitkomend in de 2e Klasse en lager mag geleend worden uit een team dat max. 2 klassen hoger speelt.

Indien er een keeper wordt geleend uit een lagere (leeftijds-)categorie, mag het verschil maximaal 2 klassen zijn ongeacht de leeftijd van de keeper (er komt dus niet nog een extra klasse bij). Extra toelichting: In de tabel klassegrenzen regels speelgerechtigdheid veldhockey 2019-2020 zie je dat de 1e Klasse D-jeugd gelijk staat aan de 2e Klasse C-jeugd. In dit geval gaan we bij een keeper uit van de klasse in de eigen (leeftijds-)categorie voor het bepalen van de speelgerechtigdheid. Dit houdt dus in dat de keeper met D- leeftijd, uitkomend in de 1e Klasse, maximaal uit mag komen in de 3e Klasse C-jeugd (= 1e Klasse + max. 2 klassen verschil).

NB. Ook voor keepers in de junioren-, jong senioren- en veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend. Voor keepers is het aantal eigen spelers (zoals vermeld onder uitgangspunten invallen bij een lager spelend team) niet van toepassing! NB. Het gaat in deze regeling om vaste keepers.

5. Landelijke A- en B en Super A- en B-competitie: aanvullende bepalingen

Voor de Landelijke A- en B en Super A- en B-competitie zijn de onderstaande bepalingen van toepassing in aanvulling op de regels speelgerechtigdheid zoals vermeld in de artikelen 4.2.1, 4.2.4 en 4.2.5 van het Bondsreglement 2019.

• Voor de Landelijke/Super A-competitie geldt dat een speler tijdens de eerste 10 wedstrijdrondes van Landelijke A- en Super A-competitie (voorcompetitie telt dus niet mee) tenminste 4 wedstrijden voor het team moet zijn uitgekomen om speelgerechtigd te zijn voor het vervolg van de competitie, dus vanaf ronde 11 e.v. inclusief de play-offs/NK ongeacht wanneer een wedstrijdronde wordt gespeeld. • Voor de Landelijke/Super B-competitie geldt dat een speler tijdens de eerste 8 wedstrijdrondes van Landelijke B- en Super B-competitie (voorcompetitie telt dus niet mee) tenminste 3 wedstrijden voor het team moet zijn uitgekomen om speelgerechtigd te zijn voor het vervolg van de competitie, dus vanaf ronde 9 e.v. inclusief de play-offs/NK ongeacht wanneer een wedstrijdronde wordt gespeeld. • Met het team wordt bedoeld: het team waarin de speler na 8 (B) rep. 10 (A) wedstrijden uit wil/gaat komen. • Deze aanvullende bepaling vermeld onder de eerste bullit geldt ook voor een speler die doorgaans uitkomt in een hogere categorie (bijv. dames 1, maar nog wel de A-leeftijd heeft). • Deze aanvullende bepaling vermeld onder de eerste bullit geldt niet voor spelers uit een lagere (leeftijds-)categorie (dus een speler van C1 mag altijd invallen bij B1) of uit een lager team binnen dezelfde leeftijdscategorie.

6. Maatregelen speelgerechtigdheid bij niet-speelgerechtigde/uitgesloten speler(s) Indien in een bondswedstrijd niet wordt voldaan aan de regels zoals opgenomen in dit artikel, zal de speler worden aangemerkt als niet-speelgerechtigde cq. ‘uitgesloten’ speler en is het bepaalde in artikel 4.8 van toepassing. Zie voor de volledige tekst, Bondsreglement uitgave 2019.

Speelgerechtigdheid Veldhockey Regels senioren seizoen 2019-2020 Bepalingen uit het Bondsreglement uitgave 2019, artikel 4.2.

Versie: 1 augustus 2019 – DEFINITIEF

Algemeen

Invallen teneinde een team te “bevoordelen” en/of te “versterken” is onwenselijk en kan worden aangemerkt als onsportief gedrag conform de statuten van de KNHB.

Deze regels zijn van toepassing op alle competities en speelniveaus en zijn dus van algemene aard. Voor gevallen waarin deze regels niet voorzien cq. geen passende oplossing bieden, kunnen verenigingsfunctionarissen zich wenden tot de betreffende competitieleider. De competitieleider kan in specifieke gevallen dispensatie geven.

Voor heren en dames worden gescheiden competities aangeboden en mogen dames niet in de herencompetitie meespelen en andersom behoudens vooraf door de competitieleider verleende dispensatie. Meer informatie is terug te vinden in de “procedure beleid teamindelingen”. Klik hier.

Voor de verwijzingen in dit reglement: zie het Bondsreglement uitgave 2019. Klik hier.

Teambepaling senioren

Teambepaling voor seniorenteams (niet standaardteams) én voor spelers die staan op een positie staan vanaf nummer 19 en hoger (in nummering) van de teamopgave (art. 4.2.2) en/of spelerslijst (art. 4.4) standaardteams. a. Tijdens de eerste 5 wedstrijdrondes van het seizoen wordt bepaald in welk team een speler zit. Dit is het team waarvoor de speler speelgerechtigd is in het vervolg van de competitie. Als een speler tijdens de eerste 5 wedstrijdrondes drie keer voor één hetzelfde team is uitgekomen, dan is dat per direct zijn/haar team. Het volgende is dus mogelijk: I. H3-H2-H3-H2-H3 > na 5 wedstrijdrondes en/of wedstrijden is H3 het eigen team II. H2-H3-H2-H3-H2 > na 5 wedstrijdrondes en/of wedstrijden is H2 het eigen team III. H2-H2-H2 > na 3 wedstrijdrondes en/of wedstrijden is H2 het eigen team b. Het team waarvoor een speler het meest is uitgekomen, geldt als zijn/haar team. c. Wanneer een speler evenveel uitkomt voor verschillende teams, dan geldt het hoogste team als zijn/haar team. Het bepaalde in het eerste deel van lid c. is niet van toepassing op een speler met jeugdleeftijd die zowel in een jeugd- als een seniorenteam speelt (dus dubbel speelt). Deze jeugdspeler mag voor beide teams blijven uitkomen. Met uitzondering van het bepaalde onder lid e. van dit artikel. d. Wanneer een speler in hetzelfde seizoen meer uitkomt voor een hoger team dan zijn/haar eigen team dan wordt het hogere team zijn/haar team. Het volgende is dus mogelijk: I. H3-H3-H3-H3-H3-H2-H2-H2-H2-H2 > na 10 wedstrijden is H2 het eigen team. Invallen in H3 mag dan alleen nog als aan de uitgangspunten voor het spelen in een lager team wordt voldaan. II. H3-H3-H3-H3-H3-H2-H2-H2-H2-H3 > na 10 wedstrijd blijft H3 het eigen team. e. Een speler die op de spelerslijst staat van een jeugdteam* en waarvan op enig moment (na tenminste 3 wedstrijden van het eigen jeugdteam) is vastgesteld dat de speler meer of evenveel is uitgekomen voor heren 1/dames 1 dan voor het eigen jeugdteam, is voor het vervolg van de competitie alleen nog speelgerechtigd voor heren 1/dames 1, heren 2/dames 2 (tenzij de vereniging dispensatie heeft verkregen om een ander team te beschouwen als opleidingsteam conform “procedure opleidingsteams”) en jongens A1/meisjes A1. Voor jeugdteams die uitkomen in de Landelijke A- en B en Super A- en B-competitie zijn aanvullende bepalingen van toepassing. *Dit geldt ook voor spelers met jeugdleeftijd die op de teamopgave standaardteams en/of spelerslijst Hoofd-, Promotie- en Overgangsklasse staan. In aanvulling hierop geldt dat voor alle andere teams het bepaalde onder lid g van artikel 1 uit de juniorenregeling van toepassing is. f. Bij de competitieleiding kan dispensatie worden gevraagd voor de bepaling van zijn/haar team.

#1 Rangorde (leeftijds-)categorieën #2 Klassegrenzen (BR. 2019, art. 4.2.1) ZIE TABEL

a. Senioren Standaardteams KLASSEGRENZEN (heren 1 en dames 1) SPEELGERECHTIGDHEID VELDHOCKEY b. Senioren Reserveteams 2019-2020 (als bijlage op KNHB.nl). incl. Jong Seniorenteams c. Veteranen# In geval een klasse binnen het district d. Junioren A niet bestaat, dan vervalt die klasse en is e. Junioren B de eerstvolgende wel aanwezige klasse f. Junioren C van toepassing.

g. Junioren D

# NB. Voor de junioren-, jong senioren- en veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend, BR. 2019, art. 3.

Invallers lenen uit een op gelijk niveau of lager spelend team

• Een team mag altijd invallers lenen uit een op een gelijk niveau of lager spelend team, ongeacht het aantal eigen spelers dat een team beschikbaar heeft.

Onder een op gelijk niveau of lager spelend team wordt verstaan:

Een team dat binnen dezelfde (leeftijds-)categorie in dezelfde klasse of in een lagere klasse speelt; Voorbeeld: Een speler van H3 (2e Klasse) mag invallen bij H4 (2e Klasse). Voorbeeld: Een speler van D5 (3e Klasse) mag invallen bij D2 (2e Klasse).

ZIE VERDER TABEL > KLASSEGRENZEN SPEELGERECHTIGDHEID 2019-2020 VOOR ANDERE MOGELIJKHEDEN.

• Lenen van spelers die te oud/te jong zijn voor de betreffende (leeftijds-)categorie is behoudens verstrekte dispensatie niet toegestaan. D.w.z. dat een speler uit een senioren reserveteam (28 jaar) (zonder dispensatie) niet mag invallen in een Jong Senioren-team. Hetzelfde geldt voor spelers die te jong zijn, bijvoorbeeld een speler uit de senioren reserve (27 jaar) mag (zonder dispensatie) niet invallen in een heren veteranenteam.

Invallers lenen uit een hoger spelend team: uitgangspunten

Invallers lenen uit een hoger spelend team mag alleen als aan de volgende regels wordt voldaan: a. Er mag alleen worden geleend uit een hoger spelend team als het eigen team geen mogelijkheid heeft tot het regelen van invallers uit een (voor hun) lager of op gelijk niveau spelend team. b. Invallers lenen uit een hoger spelend team mag als het eigen team aantoonbaar 11 of minder aan de wedstrijd deelnemende spelers# over heeft. #Hieronder wordt verstaan: aantal eigen spelers + spelers die ingeleend worden/kunnen worden uit een voor hun lager of op gelijk niveau spelend team. c. Het eigen team mag maximaal twee spelers lenen uit maximaal 1 klasse hoger dan normaal toegestaan. (zie tabel Klassengrenzen speelgerechtigdheid veldhockey 2019-2020). d. Bij de competitieleiding kan dispensatie worden gevraagd voor het lenen van invallers uit een hoger spelend team. NB. Voor de junioren-, jong senioren- en veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend, zie BR. 2019, art. 3.

Specifiek m.b.t. seniorenteams die lenen uit juniorenteams a. A-Jeugdspelers die invallen bij senioren reserveteams, die normaliter uitkomen - in de Landelijke A- cq. Super A- en/of Topklasse (A-jeugd) mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 1e Klasse/jong senioren Overgangsklasse; - in de Sub-topklasse (A-jeugd) mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 2e Klasse/jong senioren 1e Klasse; - in de 1e Klasse (A-jeugd) mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 3e Klasse/jong senioren 2e klasse; - in de 2e klasse (A-jeugd) mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 4e Klasse/jong senioren 3e Klasse; - in de 3e klasse (A-jeugd) mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 5e Klasse en lager/jong senioren 4e Klasse; - in de 4e Klasse (A-jeugd) en lager mogen invallen in alle seniorenteams/jong seniorenteams.

B-Jeugdspelers die invallen bij senioren reserveteams, die normaliter uitkomen - in de Landelijke B- cq. Super B- en/of Topklasse (B-jeugd) mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 2e Klasse/jong senioren 1e Klasse; - in de Sub-topklasse (B-jeugd) mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 3e Klasse/jong senioren 2e Klasse; - in de 1e klasse (B-jeugd) mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 4e Klasse/jong senioren 3e Klasse; - in de 2e klasse (B-jeugd) mogen alleen invallen in seniorenteams die uitkomen in de reserve hoofdklasse tot en met de reserve 5e Klasse/jong senioren 4e Klasse; - in de 3e Klasse (B-jeugd) en lager mogen invallen in alle seniorenteams/jong seniorenteams.

b. Jeugdspelers mogen altijd invallen bij standaardteams.

Specifiek m.b.t. veteranenteams die lenen uit senioren reserveteams

Spelers uit senioren reserveteams, die normaliter uitkomen - in de reserve Hoofdklasse mogen niet invallen in veteranenteams; - in de reserve Overgangsklasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen in de Hoofdklasse; - in de reserve 1e Klasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen tot en met de Overgangsklasse; - in de reserve 2e Klasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen tot en met de 1e Klasse; - in de reserve 3e Klasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen tot en met de 2e Klasse; - in de reserve 4e Klasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen tot en met de 3e Klasse; - in de reserve 5e Klasse mogen alleen invallen in veteranenteams die uitkomen tot en met de 4e Klasse en lager. Zie voor een uitwerking de tabel klassegrenzen speelgerechtigdheid 2019-2020. Let op: voor het uitkomen in veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend, zie BR. 2019, art. 3.

Specifiek m.b.t. senioren reserveteams die lenen uit veteranenteams

Spelers uit veteranenteams, die normaliter uitkomen - in de veteranen Hoofdklasse mogen alleen invallen in teams die uitkomen in de reserve overgangsklasse en hoger; - in de veteranen Overgangsklasse mogen alleen invallen in teams die uitkomen in de reserve 1e Klasse en hoger; - in de veteranen 1e Klasse mogen alleen invallen in teams die uitkomen in de reserve 2e Klasse en hoger; - in de veteranen 2e Klasse mogen alleen invallen in teams die uitkomen in de reserve 3e Klasse en hoger; - in de veteranen 3e Klasse mogen alleen invallen in teams die uitkomen in de reserve 4e Klasse en hoger; - in de veteranen 4e Klasse en lager mogen alleen invallen in teams die uitkomen in de reserve 5e Klasse en hoger. Zie voor een uitwerking de tabel klassegrenzen speelgerechtigdheid veldhockey 2019-2020.

Keepers

Voor keepers geldt dat er in principe ingeleend wordt vanuit een op gelijk niveau of lager spelend team.

Lukt dit niet, dan mag er geleend worden uit een hoger team: • Voor teams uitkomend in de 1e Klasse en hoger mag geleend worden uit een team dat max. 1 klasse hoger speelt. • Voor teams uitkomend in de 2e Klasse en lager mag geleend worden uit een team dat max. 2 klassen hoger speelt. Indien er een keeper wordt geleend uit een lagere leeftijdscategorie, mag het verschil maximaal 2 klassen zijn ongeacht de leeftijd van de keeper ( er komt dus niet nog een extra klasse bij).

NB. Ook voor keepers in de junioren-, jong senioren- en veteranenteams zijn leeftijdsgrenzen bepalend.

Voor keepers is het aantal eigen spelers (zoals vermeld onder uitgangspunten invallen bij een lager spelend team) niet van toepassing! NB. Het gaat in deze regeling om vaste keepers.

Standaardteams (heren 1 en dames 1) en opleidingsteams a. Voor standaardteams 1e tot en met 4e Klasse geldt de teamopgave (BR. 2019, art. 4.2.2) als uitgangspunt voor de speelgerechtigdheid (in geval van teams uitkomend in de Hoofd-, Promotie en Overgangsklasse is dit de spelerslijst conform BR. 2019, art. 4.4). b. Bij de standaardteams 1e tot en met 4e Klasse geldt dat spelers opgegeven bij de nummers 1 tot en met 9 daadwerkelijk in dat team moeten uitkomen. Zij mogen dus niet in een (voor hen) lager (spelend) team uitkomen. c. Spelers opgegeven bij de nummers 10 tot en met 18 mogen naast het standaardteam ook uitkomen voor het opleidingsteam (zie voor een volledige uitwerking BR. 2019, art. 4.2.2.c). Het opleidingsteam van een vereniging is standaard bepaald op heren 2 of dames 2. Een vereniging heeft voor veldhockey de mogelijkheid om een ander team aan te duiden als opleidingsteam. Hiervoor gelden de volgende bepalingen. i. Het aan te wijzen opleidingsteam kan zijn: heren 2/heren 3/heren 4/heren jong 1 (HJ1) of dames 2/dames 3/dames 4/dames jong 1 (DJ1) met maximaal één klasse verschil ten opzichte van het standaardteam. De competitieleiding is bevoegd om ten aanzien van het maximale verschil van één klasse op verzoek van een vereniging een uitzondering te maken. Voorbeeld: als het standaardteam in de speelt dan mag het opleidingsteam uitkomen in de reserve of hoger. ii. De spelers die op de teamopgave (4.2.2) en of spelerslijst (4.4) van H1/D1 staan op een positie van 10 of lager (in nummering) mogen het hele seizoen uitkomen voor H1/D1 én het opleidingsteam. Mocht dit opleidingsteam een ander team zijn dan H2/D2 (bijvoorbeeld HJ1 of DJ1) dan geldt dat deze spelers alleen speelgerechtigd zijn voor H1/D1, H2/D2 én het opleidingsteam; in dit voorbeeld dus HJ1 of DJ1. Zij mogen niet in alle tussenliggende teams spelen. NB. Bij het aanwijzen van een Jong Seniorenteam als opleidingsteam is het belangrijk dat clubs beseffen dat spelers uit H1/D1 de juiste leeftijd moeten hebben om in het opleidingsteam te mogen spelen. iii. Spelers die niet op de teamopgave (4.2.2) staan en uitkomen voor het opleidingsteam vallen onder de algemene regels speelgerechtigdheid. Voor hen geldt deze uitzonderingsregel dus niet. iv. Bij de teambenaming van het opleidingsteam komt in de Standenmotor een aparte aanduiding te staan, waaraan te zien is dat het team een opleidingsteam betreft. Als er een ander team wordt aangewezen dan H2/D2 dan zal er achter H2/D2 een aanduiding komen dat het geen opleidingsteam is. d. Voor spelers op een positie vanaf nummer 19 en hoger (19, 20, enz.) geldt dat wanneer deze spelers uit willen komen voor een ander team dan het opleidingsteam, de algemene regels speelgerechtigdheid zoals opgenomen in BR 2019, art. 4.2 van toepassing zijn. Voor deze spelers én voor alle andere spelers waarvan de teambepaling (conform art. 4.2.3) is vastgesteld op heren 1/dames 1 geldt* dat uitkomen voor een (voor hen) lager (spelend) team niet meer is toegestaan. Ten aanzien van dit

laatste punt kan de competitieleiding dispensatie geven. *Deze regel geldt niet voor een speler met jeugdleeftijd, zie hiervoor de bepaling in BR. 2019 art. 4.2.3.e.

Zie voor de volledige regeling m.b.t. de teamopgave en de spelerslijsten Hoofd-, Promotie en Overgangsklasse BR. 2019, art. 4.2.2 of 4.4. Voor standaardteams 1e en 2e klasse geldt een uitzondering speelgerechtigdheid, zie BR. 2019 art. 4.2.2.k.

Maatregelen speelgerechtigdheid bij niet-speelgerechtigde/uitgesloten speler(s) Indien in een bondswedstrijd niet wordt voldaan aan de regels zoals opgenomen in dit artikel, zal de speler worden aangemerkt als niet-speelgerechtigde cq. ‘uitgesloten’ speler en is het bepaalde in artikel 4.8 van toepassing. Zie voor de volledige tekst, Bondsreglement uitgave 2019.