Overtuigend basisonderwijs

Meester van der Brugschool M. Clantstraat 20 8551 NL tel. : 0514-591627 e-mail : [email protected] [email protected] Website: www.mrvdbrugschool.nl Facebook: Twitter:

0

CBS "Meester van der Brugschool"

Schoolgids

Schooljaar 2020 – 2021

Meester van der Brugschool M. Clantstraat 20 8551 NL Woudsend Tel.: 0514-591627 E-mail : [email protected] E-mail : [email protected] (algemeen) Website: www.mrvdbrugschool.nl Facebook: www.facebook.com/mrvdbrugschool Twitter: @mrvdbrugschool

De Meester van der Brugschool is onderdeel van Stichting Palludara, stichting voor Christelijk onderwijs in de gemeente Súdwest-Fryslân

Overtuigend basisonderwijs

St. Palludara, Roodhemsterweg 7, IJlst - 0515-531826

1

1. Inhoudsopgave

1. Inhoudsopgave ...... 2 2. Voorwoord ...... 4 3. Onze school ...... 5 4. Waar de school voor staat...... 6 4.1. Identiteit ...... 6 4.2. Missie Meester van der Brugschool: ...... 6 4.3. Kernwaarden ...... 6 4.4. Visie ...... 7 SAMEN – LEREN – LEVEN met vaardigheden uit de 21e eeuw...... 7 Pedagogisch klimaat ...... 7 Didactisch klimaat ...... 8 Zorgzame aandacht voor diversiteit ...... 8 School in samenwerking met ouders en de omgeving ...... 8 4.5. Relatie school-ouders/verzorgers ...... 8 4.6. Zorg voor de gebouwen en leefomgeving ...... 8 4.7. Brede School ...... 8 4.8. De organisatie van de Stichting Palludara ...... 10 Missie stichting Palludara ...... 10 Visie stichting Palludara...... 10 Motto Stichting Palludara: Ons onderwijs doet elke parel glanzen...... 11 Ambitie ...... 11 4.9. Geledingen ...... 11 De medezeggenschapsraden (MR) ...... 11 De ouderraad ...... 11 De Activiteitencommissie ...... 11 De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) ...... 11 5. Schoolorganisatie ...... 12 5.1. Algemeen ...... 12 5.2. Activiteiten voor de kinderen ...... 12 Zelfstandig werken ...... 12 Werken in groep 1 en 2 ...... 13 Werken in de groepen 3 t/m 8 ...... 15 5.3. Onze kwaliteit ...... 21 Organisatie ...... 22 Resultaten ...... 22 6. De zorg voor de leerlingen ...... 23 6.1. Aanmelding en opvang van nieuwe leerlingen in de school ...... 23 6.2. De Interne Begeleider (IB’er): ...... 24 6.3. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school ...... 24 6.4. Palludara en Passend Onderwijs ...... 25 6.5. Passend onderwijs en Schoolondersteuningsprofiel ...... 26 Inleiding ...... 26 Samenvatting Palludara ...... 27 Samenvatting Meester van der Brugschool ...... 27

2

6.6. Hulp aan kinderen die zorg behoeven (onze zorglijn) ...... 28 Wat doen we als de ontwikkeling van de kinderen anders verloopt? ...... 28 De Plusbus ...... 30 6.7. Intern Zorgoverleg ...... 30 6.8. Toelating, verwijdering en schorsing van leerlingen ...... 31 6.9. De overgang van de kinderen naar het voortgezet onderwijs...... 31 Plaatsingswijzer VO ...... 32 Eindtoets en Schoolkeuze ...... 32 Uitstroom 19/20 ...... 33 6.10. Jeugdgezondheidszorg ...... 33 6.11. Hoofdluis ...... 34 6.12. Rookvrij schoolterrein ...... 34 7. De leraren ...... 35 7.1. Personeel ...... 35 7.2. Vervanging ...... 35 7.3. Stagiaires ...... 35 8. De ouders ...... 36 8.1. Het belang van de betrokkenheid van de ouders ...... 36 8.2. Contact School - Ouders ...... 36 8.3. Informatie vragen ...... 36 8.4. De Activiteitencommissie (A.C.) ...... 37 8.5. Schoonmaak ...... 37 8.6. Oud papier ...... 37 9. Verzekeringen ...... 37 10. Regeling school- en vakantietijden ...... 38 10.1. Continurooster en schooltijden ...... 38 10.2. Vakantiedata ...... 39 10.3. Eten en drinken ...... 39 Trakteren met Verjaardagen ...... 39 Pauze ...... 39 10.4. Leerplicht en verlofregeling ...... 40 Wat betekent leerplicht precies? ...... 40 Wie is leerplichtig? ...... 40 Mag je je kind zo maar thuis houden van school? ...... 40 Wie houdt zich bezig met het toezicht op de naleving van de leerplichtwet? ...... 40 Verlofregeling ‘andere gewichtige omstandigheden’ ...... 41 Verlofregeling in verband met vakanties ...... 41 11. Klachtenregeling ...... 42 12. Diversen ...... 44 12.1. Medezeggenschapsraad ...... 46 12.2. Kinderopvang (bron: Thuis bij Thea) ...... 48 13. Namen en adressen ...... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 13.1. Personeel: ...... 49 13.2. Ouderraad: ...... 50 13.3. Medezeggenschapsraad: ...... 50 13.4. Activiteitencommissie: ...... 50

3

2. Voorwoord

Woudsend, juli 2020,

Geachte ouder(s), verzorger(s),

Hierbij bieden wij u onze schoolgids voor het schooljaar 2020-2021 aan.

Deze schoolgids biedt u de mogelijkheid om kennis te maken met CBS De Meester van der Brugschool, een basisschool met een christelijke identiteit.

Als een gids leidt dit boekje u door de kenmerken, methoden, organisatie, activiteiten, gegevens, adressen en mededelingen die het komend schooljaar van belang zijn om er kennis van te nemen.

Voor ouders van nieuwe leerlingen is deze schoolgids meestal de eerste kennismaking met de school. We hopen dat door het lezen ervan, een beeld van De Meester van der Brugschool zal ontstaan.

In deze gids leggen wij verantwoording af over de inhoud en werkwijze van de school. We hopen dat deze gids u een helder beeld van onze school zal geven. Naast onze schoolgids verwijzen wij graag naar onze website én de website van www.scholenopdekaart.nl waar u meer informatie krijgt over leerlingenaantallen, resultaten en de kwaliteit van onze school. U kunt natuurlijk ook altijd een afspraak maken om onze school te bezoeken en de mensen die hier werken te ontmoeten. Onze deur staat altijd open. Eventuele vragen kunnen we dan ook beantwoorden.

4

3. Onze school

De school is genoemd naar meester Van der Brug, die verbonden was aan de school van 01-01-1894 t/m 28-10-1932. Hij was hoofd van de school. Bij de bouw van de vorige school ( Op ‘e Romte ) is door het bestuur en de leden besloten om de school naar deze meester van der Brug te noemen. De eerste steen van dat gebouw is gelegd op 25-10-1952 en bij de opening op 28-02-1953 is de naam onthuld. De huidige locatie is geopend op 02-11-1978, met dezelfde naam.

De Meester van der Brugschool wordt, met ingang van het cursusjaar 2019/2020 bezocht door ongeveer 86 kinderen uit Woudsend en omstreken. In de loop van het jaar worden dit meer, omdat kinderen die vier jaar worden direct na hun verjaardag naar school mogen. De kinderen zijn verdeeld over 4 combinatiegroepen, waarbij de kleutergroep gesplitst zal worden vanaf de start van het schooljaar. Er werken 6 leerkrachten vast op school (3 fulltime en 3 parttime) en sinds dit schooljaar werken we met 2 onderwijsassistenten. Eén onderwijsassistent is er aanwezig om de kleutergroep te splitsen en één onderwijsassistent is aanwezig voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte. Daarnaast is er een parttime directeur zonder lesgevende taken. Verder hebben we een personeelslid ter ondersteuning van het team. De school wordt dagelijks schoon gemaakt door het schoonmaakbedrijf NIVO-groep uit Leeuwarden.

5

4. Waar de school voor staat.

4.1. Identiteit Onze school is een christelijke basisschool. Voor ons betekent dit dat wij handelen vanuit waarden en normen die gebaseerd zijn op de Bijbel, zoals: eerlijk delen, respect voor elkaar, vergeving en verdraagzaamheid. Hierbij past ook dat wij andere geloven leren (h)erkennen en respecteren. Door middel van vertellingen, gebeden en samenwerking met de kerken willen we onze identiteit vormgeven.

4.2. Missie Meester van der Brugschool: Wij willen over de Brug komen met kwalitatief goed onderwijs voor alle kinderen, zodat zij optimaal voorbereid worden op de maatschappij van de toekomst.

4.3. Kernwaarden Op de Meester van der Brugschool willen we een brug slaan van onze missie naar ons dagelijks handelen. De volgende kernwaarden vinden wij van wezenlijk belang op onze school om kwalitatief goed onderwijs te bieden voor alle kinderen: • Met een open blik samen op weg. We nemen een open houding aan en willen kijken wat een kind wél kan. We willen samen met kinderen en ouders tijdens de gehele schoolperiode, stap voor stap, een reis over de brug maken. • Een veilige plek voor de toekomst. Wij willen dat elke leerling ervaart dat hij/ zij belangrijk is, er mag zijn, zich veilig en geborgen voelt om met plezier naar school te gaan. • Zorg voor jezelf en elkaar. Wij vinden het belangrijk dat kinderen leren om voor zichzelf en voor de ander te zorgen. Hierbij vinden wij het belangrijk dat kinderen, ouders en personeelsleden zelf goed in hun vel zitten om zo ook voor anderen te kunnen zorgen. • Vertrouwen in jezelf en elkaar. Iedereen is uniek is en heeft talenten die hij/ zij mag ontwikkelen. Wij geloven in deze talenten van de kinderen. • Respect voor jezelf en elkaar. Wij zorgen ervoor dat iedereen gewaardeerd en gelijkwaardig behandeld wordt. We houden rekening met de verschillende behoeftes van de leerlingen. Wij vertrouwen op de eerlijkheid van kinderen.

6

Door als volwassenen het goede voorbeeld te geven, willen we de kinderen de kans geven om hier naar te leven en te handelen. Zo kunnen ze zich optimaal ontplooien in een maatschappij waarin iedereen verschillend, maar wel gelijkwaardig is.

4.4. Visie

SAMEN – LEREN – LEVEN met vaardigheden uit de 21e eeuw. We leiden kinderen op voor de toekomst. In de 21e eeuw zijn er, naast rekenen, taal en de kernvakken ook andere vaardigheden nodig. De wereld waarin de kinderen leven wordt op steeds jongere leeftijd groter, maar het komt tegelijkertijd ook steeds dichterbij. Door de verdere globalisering van de maatschappij hebben we steeds meer te maken met andere opvattingen en gewoonten. Juist daarom is het van belang om goed inzicht te kunnen krijgen in jezelf en in een andere cultuur. We willen de kinderen leren om rekening te houden met anderen. Wij willen kinderen daarbij ook leren om iets te doen voor anderen die het minder goed hebben en die extra ondersteuning nodig hebben. Naast de globalisering van de maatschappij krijgt ook de digitalisering een steeds grotere rol in onze maatschappij. Hierdoor zal het onderwijs meer in moeten spelen op de technologische ontwikkelingen die er zijn. Wij vinden daarom dat kinderen ‘Mediawijs’ moeten zijn. Wij bereiden de kinderen hierop voor, door ze te leren om samen te leven. Daarnaast vinden wij het samen leren leven en leven om samen te leren van belang om kinderen goed voor te bereiden op de toekomst.

We geven aan de volgende vaardigheden aandacht om kinderen de volgende stap in de toekomstige maatschappij te zetten: Vaardigheden in de 21e eeuw: 1. Sociale en Culturele vaardigheden 2. Communiceren 3. Probleemoplossend vermogen 4. Samenwerken 5. Creativiteit 6. Kritisch Denken 7. ICT geletterdheid

Pedagogisch klimaat De Meester van der Brugschool is een sfeervolle school, waar structuur en rust geboden wordt. Iedere leerling mag zich ontwikkelen tot een zelfstandig en uniek persoon, die verantwoordelijkheid leert te accepteren voor zijn/ haar gedrag. Zo kan iemand tot zijn/ haar recht komen in sociale relaties en emotionele gevoelens. De sociale omgang is dus belangrijk. In een dergelijke situatie leert ieder kind zijn/ haar eigen kwaliteiten te ontdekken en zichzelf te zijn. Dit is een belangrijke voorwaarde om zelfvertrouwen op te bouwen. Het betekent ook dat kinderen verschillende talenten hebben en die willen we graag tot positieve groei helpen ontwikkelen. Door onze adaptieve manier van werken willen wij tegemoet komen aan verschillen en talenten.

7

Didactisch klimaat De Meester van der Brugschool is een school die meegaat met de maatschappelijke veranderingen. Wij zijn een lerende organisatie en hebben hoge verwachtingen van onszelf en van de leerlingen. Wij zorgen voor een uitdagende leeromgeving waarin wij handelingsgericht werken. Dit doen wij doordat wij adaptief onderwijs geven binnen het leerstofjaarklassensysteem via het directe instructiemodel. Bij het aanbieden van de leerstof is het van belang om te differentiëren, werken op verschillende niveaus en aangepast aan de mogelijkheden van het kind. Ons uitgangspunt is wat kan een kind wél. Hierbij maken wij gebruik van verschillende zelfstandige en coöperatieve werkvormen.

Zorgzame aandacht voor diversiteit Alle kinderen komen met een “help mij met…” vraag op school. Wij zijn er voor de kinderen om hen hierin te begeleiden. Wij geven de leerling extra ondersteuning zodra de ontwikkeling stagneert of zodra de leerling meer uitdaging nodig heeft. Wij willen uitblinken in zorg voor elke leerling. Dit doen we door de kinderen te volgen in zijn of haar ontwikkeling en hierop adaptief in te spelen. Ons motto is: “basis als het kan, speciaal als het nodig is”.

School in samenwerking met ouders en de omgeving Leerkrachten maken als professionals het verschil. Zij werken dagelijks met de leerlingen en helpen ze in het proces van leren. Ouders zijn de pedagogische deskundigen van hun kind(eren). Zij weten als geen ander hoe hun kind is in verschillende situaties. Samen, leerkrachten en ouders, staan we sterk om de kinderen optimaal te laten ontwikkelen en te leren samen leven. Ook de omgeving van de school, de samenleving, speelt een belangrijke rol. Wij willen de talenten van Woudsend en omgeving inzetten in ons onderwijs. Wij gaan deze gebruiken om ook de talenten van kinderen te ontwikkelen.

4.5. Relatie school-ouders/verzorgers De contacten tussen school en ouders moeten laagdrempelig zijn. Een open houding tussen de leerkrachten en ouders is hierbij een voorwaarde. Wij hechten veel waarde aan het vroegtijdig bespreken van het welbevinden en de vorderingen van de kinderen die aan onze zorg zijn toevertrouwd. Vooral daar waar het ontwikkelingsbeeld gaat afwijken van het bekende patroon, willen wij alert zijn om samen met de ouders goede afspraken te maken.

4.6. Zorg voor de gebouwen en leefomgeving Onze opvattingen over goed onderwijs kunnen niet los gezien worden van de leer- en werkomgeving waarbinnen dat onderwijs gerealiseerd moet worden. Dit betekent dat wij eveneens eisen stellen aan de staat van onderhoud, de hygiëne, netheid, de doelmatigheid en de inrichting van het gebouw. Eveneens zal de directe leer- en werkomgeving van de leerling dienen uit te nodigen tot rust, structuur en gevoelens van geborgenheid. Het buitenschoolplein delen we met onze buurschool de Bonifatiusschool.

4.7. Brede School Onze school is samen met de Bonifatiusschool vertegenwoordigd in de Brede School Woudsend. Samen met kinderopvang “Thuis bij Thea”, Peuterspeelzaal “Beltsjeblom”, Lytse Bieb en Dorpsbelang is er een Brede School in Woudsend gerealiseerd. Hiervoor is een visiedocument opgesteld. U kunt dit document lezen op de website of op school een exemplaar opvragen. Inzet is om een optimale samenwerking te

8 bevorderen in opvang en scholing voor alle kinderen in Woudsend en omgeving. Dit schooljaar werken we vanuit een activiteitenplan waarin alle partijen betrokken zijn. Binnen de Brede Scholen in Súdwest heeft de gemeente jaarlijks budget beschikbaar voor het coördineren van de gezamenlijke activiteiten en de activiteiten zelf. Sinds schooljaar ‘15/’16 hebben we een coördinator aangesteld die zich bezighoudt met de gezamenlijke activiteiten en ideeën rond de Brede School Woudsend. Judith Rensink – Schaper is als coördinator aangesteld binnen de Brede School. Zij coördineert de gezamenlijke activiteiten. Dit houdt in dat zij de activiteiten rondom o.a. Sinterklaas, Kerst, Pasen, Kinderboekenweek, Koningsspelen, contacten tussen Kinderopvang en Peuterspeelzaal; het dorp etc. gaat coördineren. Op dit moment zijn veel ouders actief in de activiteitencommissie. De taak van de coördinator is dat zij met deze groepen ouders de activiteiten gaat plannen, coördineren en organiseren. Zij zal hier ondersteuning krijgen van de activiteitencommissies van beide scholen en zal daarnaast ongetwijfeld een beroep doen op alle ouders.

9

4.8. De organisatie van de Stichting Palludara De Meester van der Brugschool maakt deel uit van Stichting Palludara. Palludara is een organisatie voor Protestants Christelijk Basisonderwijs in de gemeente Súdwest-Fryslân. De stichting is op 1 januari 2011 ontstaan uit een fusie tussen Stichting Palludara en Spectrium. Stichting Palludara beheert 15 basisscholen in , / , IJlst, , / / Sybrandabuorren, , -, , Oudega-, en Woudsend.

De naam Palludara is opgebouwd uit twee Bijbelse termen: "Onderscheiden" (Pallu) en "Parel van wijsheid" (dara). Deze laatste verwijst naar het voorrecht om jonge mensen naar een bepaald niveau te brengen, zowel wat betreft kennis als op andere ontwikkelingsgebieden. De parel staat tevens symbool voor kwaliteitsonderwijs, een tijdloos sieraad van onschatbare waarde dat continu streng bewaakt dient te worden. Missie: De missie van stichting Palludara beschrijft de kernopdracht van de organisatie. De missie geeft weer wat wij willen bijdragen aan de leerlingen en aan de samenleving als geheel. Hieruit blijkt bovendien welke waarden en normen wij belangrijk vinden.

Missie stichting Palludara Palludara is een onderwijsinstelling die wil werken vanuit de christelijke waarden met een open blik naar een dynamische wereld. Palludara wil een doorgaande ontwikkeling bieden die passend is voor haar leerlingen, zodat ze breed toegerust kunnen deelnemen aan de samenleving.

Visie stichting Palludara Leerlingen Binnen het onderwijsaanbod van de scholen van Stichting Palludara staat het kind centraal. De organisatie en inhoud van het onderwijs krijgen vorm vanuit de behoeften en mogelijkheden van het kind. Onderwijs dient op maat te zijn. Als basis geldt daarvoor een pedagogisch klimaat dat veiligheid, geborgenheid en uitdaging biedt. Dit alles gebaseerd op de protestants christelijke waarden en normen. Het onderwijsaanbod binnen de scholen van Palludara is samenhangend, aansluitend en houdt de doorgaande ontwikkellijn van het kind aan. Voor de leerlingen wordt een onderwijscontinuïteit gerealiseerd die start bij de plaatsing en loopt tot aan het moment dat de leerling de school verlaat. Het onderwijsaanbod dient daarbij een goede basis te zijn en aansluiting te geven bij het voortgezet onderwijs. De onderwijskundige dimensie richt zich op de sociaal-emotionele, creatieve- en cognitieve vorming. Niet alleen de kerndoelen, maar ook de ontwikkeling van het kind stuurt het onderwijsproces. Daarvoor maakt men onder andere gebruik van moderne methodes en hulpmiddelen.

Personeel Palludara kenschetst zich als een organisatie die de condities schept waardoor het personeel optimaal functioneert en de deskundigheid en competenties maximaal worden ingezet. Hierdoor kan kwalitatief hoogstaand onderwijs gegeven worden. Palludara geeft haar personeel de kans om zich door middel van scholing verder te ontwikkelen. Bij aanname van personeel wordt gelet op de professionele kwaliteit als leerkracht. Ook wordt er op gelet dat de benoemden positief zijn betrokken bij het christelijk geloof en dat zij de Bijbel als grondslag hanteren voor het vormgeven van het onderwijs.

Ouders Het onderwijs aan de leerlingen krijgt vorm vanuit de gedeelde verantwoordelijkheid met ouders, met respect voor ieders rol. Een goede samenwerking tussen school en ouders is daarbij van groot belang. Dit om in gezamenlijkheid de kinderen te laten ontwikkelen tot evenwichtige, zelfstandige en zelfverantwoordelijke mensen die op een volwaardige manier een plaats in onze dynamische samenleving

10 kunnen innemen. Op onze scholen zijn alle kinderen welkom met als uitgangspunt, dat ouders instemmen met de christelijke normen en waarden en deze respecteren.

Organisatie Palludara wordt zodanig ingericht dat er sprake is van een duidelijke, transparante organisatie. Open communicatie is het uitgangspunt. De scholen moeten binnen de gezamenlijk vastgestelde kaders van de collectieve ambitie, autonoom en slagvaardig kunnen werken aan hun onderwijskwaliteit. Palludara ziet het als taak om de stichting, scholen en individuele leerkrachten dusdanig toe te rusten, dat zij kunnen inspelen op de open samenleving waar wij deel van uitmaken. Dit alles binnen de financiële en wettelijke kaders die de overheid aan de scholen oplegt.

Motto Stichting Palludara: Ons onderwijs doet elke parel glanzen.

Ambitie De strategische focus van Palludara richt zich op 3 punten: • Palludara ontplooit! Talentontwikkeling door uitdagend onderwijs • Zorgzaam in diversiteit • ‘Waardenvolle’ ontwikkeling van 0-18 jaar

4.9. Geledingen

De medezeggenschapsraden (MR) Aan iedere school is een medezeggenschapsraad, bestaande uit ouders en leerkrachten, verbonden die formeel adviesrecht of instemmingsrecht heeft bij bepaalde beslissingen van de schoolleider. In hoofdstuk 12.1 “medezeggenschapsraad” vindt u een uitgebreide beschrijving over de Medezeggenschapsraad.

De ouderraad De Ouderraad adviseert de schoolleider op het gebied van organisatie, identiteit, onderwijs, financiën, personeelszaken en materiële zaken.

De Activiteitencommissie De activiteitencommissie zorgt bij elk thema voor een leuke aankleding van de school en helpt het team bij het organiseren van de activiteiten.

De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) Omdat de stichting meerdere scholen in stand houdt, is er voor de school overstijgende zaken een GMR.

11

5. Schoolorganisatie

5.1. Algemeen Onze missie en visie vindt u op pagina 7 en 8. We werken zoals in onze visie is beschreven. U mag en kan ons hier altijd naar vragen. We werken op basis van jaargroepen. Dit houdt in dat de leerstof verdeeld is over acht leerjaren en de school verdeeld is in acht groepen. Per schooljaar wordt de leerstof, behorende bij de groep, behandeld. Voor de verschillende vak- en vormingsgebieden wordt er een methode gevolgd. Regelmatig vinden er vernieuwingen van methodes plaats, om zo het onderwijs volgens de nieuwste inzichten te geven. Elke leerkracht heeft maximaal 2 groepen onder zijn/ haar hoede. Wij hanteren de volgende groepencombinaties: onderbouw groep 1 begint met 7 leerlingen. Hier komen ongeveer 7 leerlingen bij. groep 2 begint met 13 leerlingen. groep 3 + 4 heeft 28 leerlingen. bovenbouw groep 5 + 6 heeft 21 leerlingen. groep 7 + 8 heeft 20 leerlingen.

5.2. Activiteiten voor de kinderen

Zelfstandig werken Het zelfstandig werken staat centraal bij ons op school. Kinderen leren middels het werken met een taakbrief hun werk zelf te plannen/in te delen. Ze leren zelfstandig problemen op te lossen, en leren door samen te werken ook verantwoordelijkheid te dragen voor elkaar. Het motiveert kinderen, wanneer ze zelf mogen kiezen en beslissingen kunnen nemen. Om zoveel als kan, de kinderen op maat te laten werken, ontvangen de kinderen een taakbrief. Daarop staan opdrachten voor de kinderen met daarbij een aantal (vrije) taken. Hier staat tevens op wanneer en op welke wijze instructie plaats vindt. De kinderen plannen en verwerken die taken en ze registreren die op de taakbrief. De kinderen van de groepen 5 tot en met 8 ontvangen per week één taakbrief waarop de taken staan.

Ná de ingeplande en geregistreerde (gecorrigeerde) taken kunnen de kinderen, wanneer ze klaar zijn, extra taken uitvoeren. Deze taken zijn zo veel mogelijk toegespitst op het niveau van de kinderen. We proberen de kinderen uit te dagen en/of te prikkelen.

We houden op de taakbrief rekening met het niveau van de kinderen door middel van taken die verschillen in moeilijkheidsgraad en hoeveelheid. Ook kunnen de

12 kinderen extra instructie ontvangen, terwijl kinderen die het al begrijpen, doorwerken. Deze extra instructie vindt plaats tijdens de zelfstandig werkentaak in (of bij) de groep. Zo proberen we steeds meer aan te sluiten bij de individuele mogelijkheden van ieder kind.

Wij werken momenteel met een signalering, waarbij je kunt aangeven of je hulp nodig hebt, stil wilt werken, of wanneer er een klassikale instructie plaats vindt. Kinderen kunnen aangeven of zij hulp willen of niet door middel van een blokje op de tafel: rood de leerling wil ongestoord werken. groen de leerling heeft hulp nodig en wil die hulp van een andere leerling uit het groepje of wil hulp geven!

Werken in groep 1 en 2 De aanpak in groep 1 en 2 verschilt van die in de andere groepen. Ook de inrichting van de lokalen en de manier van werken is anders.

Het werken in groep 1 en 2 gebeurt vanuit de kring. In de kring begint de schooldag en hier keren de kinderen ook steeds weer naar terug. Daarnaast wordt gespeeld aan de tafels, in de hoeken, in het speellokaal en op het schoolplein. In groep 1 (4/5 jarigen) ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan. Er worden technieken aangeleerd zoals knippen, plakken, tekenen enz. Er is aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. Leren gebeurt vooral door spelen. Dit gaat in groep 2 (5/6 jarigen) door. De kinderen krijgen allerlei opdrachten die ze kunnen uitvoeren m.b.v. de al geleerde technieken. Verder is er veel aandacht voor de ontluikende geletterdheid en gecijferdheid. De kinderen krijgen op een gegeven moment belangstelling voor letters en cijfers. Door middel van allerlei spelletjes proberen we deze belangstelling om te zetten in cijfer- en letterkennis.

De meeste vakken komen in samenhang aan de orde aan de hand van een bepaald thema. In het lesschema worden verschillende leer- en vormingsgebieden onderscheiden. In de dagelijkse praktijk in de klas is dit nauwelijks merkbaar. Wanneer een kind in de poppenhoek speelt, is het ook bezig met taalontwikkeling. Wie speelt met een lotto leert getallen of kleuren en wie op een vel de golven van de zee tekent is bezig met voorbereidend schrijven. Er is veel aandacht voor taalvorming, omdat dit de basis is voor heel veel ander leren. De kleuters worden voor zover mogelijk opgevangen in hun moedertaal. Dit houdt in dat uw kind Frysk kan praten in de klas. De leerkracht in groep 1/2 hanteert het Frysk één dag per week. De rest van de week is Nederlands de spreek- en instructietaal. (voertaal) Vanzelfsprekend begeleidt de juf de kinderen individueel zo nodig in de eigen moedertaal (“hurktaal”) Zo kunnen de kinderen beide talen goed leren. • Voor de taalvorming van de kinderen van groep 1 en 2 hebben we de methode ”Sil op school”. Deze geeft een goede aansluiting bij het lees- taalonderwijs in groep 3. Verder proberen we de leeromgeving te verrijken door veel plaatjes/woordjes/ voorwerpen op te hangen die met het thema te maken hebben. Dit nodigt uit om bezig te zijn met letters. Vaak kennen ze wel de eerste letter van hun naam. Langzamerhand herkennen de kinderen steeds meer letters. • Het komt soms voor dat een leerling van groep 2 al kan lezen. • Voorbereidend rekenen doen we zowel met behulp van de methode “Rekenrijk”, als met de methode “Sil op school”.

13

Duur van het onderwijs Veel kinderen zitten twee tot twee en half jaar in een kleutergroep. Dit is afhankelijk van hun geboortedatum, aard, aanleg maar vooral van hun ontwikkeling. Een kleuter leert met zijn hele lijf, kan nog niet zo lang stil zitten en bekijkt dingen niet alleen met zijn ogen maar ook vooral met zijn handen en soms met zijn mond. In groep 1 en 2 is het belangrijk om hier aan tegemoet te komen en ze veel ruimte te geven om zich te ontwikkelen. Ontwikkeling kun je stimuleren door dingen aan te bieden die ze bijna kunnen. In onderwijstermen noemen ze dat “de zone van de naaste ontwikkeling”. Maar oefenen op vaardigheden waar ze nog lang niet aan toe zijn is zinloos en vervelend voor de kinderen, maar ook voor de volwassenen. “Het gras groeit niet harder als je er aan trekt”. Elk kind ontwikkelt zich in zijn eigen tempo met zijn eigen talenten en (on)mogelijkheden. Dat is de reden dat de ene kleuter soms wat langer in de kleutergroep blijft dan de andere. Sommigen kunnen deze ontwikkeling doormaken in anderhalf jaar, er zijn ook kinderen die twee en een half of drie jaar hiervoor nodig hebben. In deze periode wordt wel de basis gelegd voor het meer schoolse leren. De basis moet goed zijn, anders kun je niet verder. We proberen kinderen die al wat verder zijn in hun ontwikkeling, extra uitdagende opdrachten aan te bieden. Deze opdrachten vinden meestal plaats als onderdeel van reken of taalactiviteit. Bijvoorbeeld: Jij kunt wel tot honderd tellen. Dat is knap. Kun je dan ook tellen hoeveel stappen je nodig hebt om van de ene kant naar de andere kant van het schoolplein te komen. Misschien kun je voor elke tien stappen wel een streepje zetten. ( begin van de tafel van tien) In de zorglijn, die we op school hebben, staan de procedures beschreven van het doorstromen en verlengen in de kleuterperiode.

Nog wat wetenswaardigheden voor groep 1 en 2 • U kunt thuis ook bezig zijn met het thema dat op school aan de orde is. Wat het thema van de week is, vindt u op de deur van de klas. Samen naar voorwerpen, plaatjes en boeken zoeken en hierover met uw kind praten, stimuleert enorm. Uw kind mag dit ook laten zien in de kring. • ‘s Morgens gaan we met elkaar fruit of brood eten. De kinderen mogen dan ook drinken meenemen in een beker. De beker zetten we op het aanrecht, het bakje blijft in de tas en die doen we in een grote mand. • Als het slecht weer is spelen we in het speellokaal. Vandaar dat we vragen de kinderen gymschoenen mee naar school te geven. Graag schoenen met elastiek of klittenband en geen veters! Deze schoenen worden op school bewaard. • In de laarzen graag de naam vermelden. • Op maandag is het “meeneem dag”. Uw kind mag dan iets (bijv. speelgoed) van thuis meenemen en er over vertellen in de kring. • Wilt u meegebracht speelgoed zoveel mogelijk voorzien van naam. Kleine losse voorwerpen, b.v. knikkers, graag in een bakje. • Kinderen mogen op school een kleurplaat maken voor een familielid bij bijv. verjaardagen, ziekte, jubilea enz. Geeft u dan een briefje mee met de bijzonderheden. • Voor een kind is het op een bepaald moment belangrijk dat het de eigen naam kan schrijven. Als u de naam voor schrijft, wilt u dan de letters gebruiken die op school ook aangeleerd worden. Het is namelijk erg moeilijk om in groep 3 anders aangeleerde letters weer af te leren.

14

Schrijven in de onderbouw Het vasthouden van de pen of het potlood. Het goed vasthouden van schrijfgerei is erg belangrijk. Verkeerd vasthouden kan leiden tot een krampachtige schrijfhouding. Dat is slecht voor het schrijfresultaat. De juiste manier om een pen vast te houden is tussen duim en wijsvinger en de middelvinger ondersteunt het potlood (zgn. pincetgreep). Het is van belang hier al op jonge leeftijd op te letten.

Wilt u er thuis ook aandacht aan schenken?

Werken in de groepen 3 t/m 8 Godsdienstonderwijs Er wordt sinds 2011 gewerkt volgens het rooster van onze nieuwe methode `Trefwoord`. Trefwoord is een methode voor godsdienstige en levensbeschouwelijke vorming voor het primair onderwijs.

Uitgangspunten Trefwoord brengt met behulp van leef thema’s twee werkelijkheden bij elkaar: de belevingswereld van het kind - in de hedendaagse, multiculturele en religieuze samenleving - en de wereld van de Bijbel. In dit treffen van twee werelden leert het kind in dubbel opzicht. De eigen levenservaringen dragen er toe bij de Bijbelverhalen beter te begrijpen. Omgekeerd biedt de Bijbel een andere blik op de dagelijkse werkelijkheid. Het is een ontmoeting waaraan kinderen vooral ook van elkaar leren. Verder worden er liederen aangeleerd uit het Liedboek en andere Bijbelse liedbundels (o.a. Hanna Lam, “ Alles wordt nieuw”). Verder is er allerlei aanschouwelijk materiaal, dat bij dit vak wordt gebruikt. Eén maal per jaar organiseren wij in samen werking met de Protestants Christelijke kerk een kerkdienst.

Rekenen Sinds 2016 werken we met de nieuwe methode “Rekenrijk”. Deze methode bevat: • een duidelijke leeropbouw • een goed overzicht over leerstof en didactiek (voor de leerkracht) • voldoende momenten voor zelfstandig werken • veel aanwijzingen voor begeleiding van kinderen met rekenproblemen, een individuele lijn die kinderen de kans geeft op een aangepaste wijze het werk te kunnen doen. • ook gevarieerde verrijkingsstof “Compacten”, een eigen lijn voor kinderen die méér kunnen. • voldoet aan de kerndoelen. naast de methode besteden we veel tijd aan automatiseren en meten, tijd en geld omdat we de resultaten van deze onderdelen willen versterken.

15

Lezen In groep 3 wordt officieel een start gemaakt met het leren lezen. Er wordt gewerkt met de nieuwste methode “Veilig leren lezen”.

Sinds enkele jaren krijgen de leerlingen van de groepen 4 tot en met 8 technisch lezen met behulp van een nieuwe methode voortgezet technisch lezen: “Estafette”. Deze methode: • is volledig afgestemd op de nieuwe AVI-niveaus. • sluit goed aan op onze aanvankelijk lezen methode Veilig Leren Lezen. • geeft prioriteit aan plezier in lezen. Geen schoolse teksten, maar o.a.: raadsels, gedichten, interviews, dialogen en recepten. • hanteert een doorgaande leerlijn voor groep 4 t/m 8 niet alleen om de leesvaardigheid te onderhouden, maar ook om de leesontwikkeling voort te zetten. Duolezen wordt vaak gebruikt voor een vorm van leesonderwijs waarbij de ene leerling de andere helpt. Het is een vorm van samenwerkend of coöperatief leren lezen. Het kan gaan over technisch lezen. Ook stillezen de kinderen aan het begin van iedere dag. Eén van de voordelen is, dat de kinderen “kilometers” kunnen lezen, ze ontvangen (soms) instructie, en ze kunnen vragen stellen. Heel bijzonder zijn de voorleesactiviteiten van kinderen uit groep 7/8 in groep 1/2. Hoewel we het “technisch lezen” (Estafette) in de hogere groepen blijven doen, is het begrijpend en later ook het studerend lezen in die groepen erg belangrijk.

Begrijpend Lezen Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de methode “Nieuwsbegrip”. Nieuwsbegrip is een methode met aansprekende teksten en opdrachten aan de hand van de actualiteit. De methode hanteert vijf niveaus (basisonderwijs en voortgezet onderwijs/MBO) en vijf leesstrategieën. De methode richt zich nadrukkelijk op meer plezier in begrijpend lezen! Nieuwsbegrip kan als complete aanpak voor begrijpend lezen worden ingezet, maar ook als aanvullende methode. Nieuwsbegrip voldoet aan de kerndoelen voor begrijpend lezen van het basisonderwijs.

We leren de kinderen niet alleen technisch en begrijpend lezen, we proberen ze zo ook te laten zien dat lezen leuk is. Voor info t.a.v. het lenen van boeken: zie hoofdstuk 9: “Lytse Bieb”

Taal Voor de lessen Nederlandse taal gebruiken we de methode Taal op maat in de groepen 4 t/m 8. Deze methode schenkt aandacht aan zelfstandig werken, heeft oplossingen voor werken in gecombineerde groepen, heeft een leerlingvolgsysteem met daaraan gekoppelde remediëringsstof. Taal op maat is een efficiënte methode: • In één oogopslag is de structuur en de lesorganisatie duidelijk • De taalkaarten leveren een schat aan extra taalmateriaal • Kinderen leren woorden via een systematische woordenschatopbouw: het woordweb • Thema's van twee weken, per twee thema's één toets

16

• Aparte spellinglijn, uitgaande van spellingstrategieën Natuurlijk voldoet Taal op maat aan de kerndoelen en is de methode geschikt voor combinatiegroepen. De lessen spellen beginnen in groep 4. Er zijn acht blokken van vier weken, samen met de vier projectweken taal zijn dit 36 weken. Er zijn twee lessen per week.

Schrijven Kinderen leren schrijven met de methode ”Pennestreken”. Via voorbereidend schrijven in groep 2, naar het schrijven van letters in groep 3-6. In de hoogste groep wordt aandacht besteed aan het ontwikkelen van een eigen handschrift. In deze methode wordt ook aandacht besteed aan linkshandigheid.

Engels Onderwijs in het Engels is erop gericht de leerlingen: • bewust te maken van de rol die het Engels in de Nederlandse samenleving speelt • luistervaardigheid in de Engelse taal bij brengen • spreekvaardigheid bij brengen. Engels wordt vanaf het schooljaar 2017/2018 gegeven in alle groepen. We gebruiken hiervoor de methode “Take it easy”. Dit is een methode, die met behulp van een digibord werkt. Hiermee kunnen kinderen op een originele manier Engels leren. De leerlingen doorlopen de methode via thematische filmpjes, clips en prikkelende opdrachten. Tijdens de les kan de leerkracht, via het digibord, de Take it easy-teachers inzetten: native speakers. Deze digiteachers slagen erin hun uitspraak en enthousiasme voor de Engelse taal op goede, correcte wijze over te brengen op de leerlingen.

Wereldoriëntatie/ burgerschap Op veel momenten wordt gesproken over de wereld om ons heen en brengen we kinderen kennis bij over het heden en het verleden van de aarde. Soms gebeurt dit in aparte vakken aan de hand van moderne methoden, maar vaak ook door middel van klassengesprekken, spreekbeurten, schooltelevisie, werkstukjes, school-t.v. weekjournaal e.d. Om je positie als jonge wereldburgers te kunnen begrijpen zijn inlevingsvermogen, kennis, inzicht en vaardigheden nodig. Aan deze competenties leveren wij een belangrijke bijdrage. Kinderen leren dat we samen verantwoordelijk zijn voor een duurzame wereld. De volgende methoden zijn op onze school in gebruik en hebben eenzelfde structuur.

Wereldoriëntatie: Voor Wereldoriëntatie gebruiken we de Zaakvakken van uitgeverij Zwijsen. De vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuur komen op aantrekkelijke manier aan de orde. Zowel digitaal als in de directe omgeving kunnen kinderen zich oriënteren op de wereld van vroeger en het heden. Leerlingen gaan mee op reis met Wereldzaken. Met Tijdzaken komt de geschiedenis weer in de klas en met Natuurzaken komt natuur en techniek in de klas. Filmpjes en animaties brengen de andere kant van de wereld en zelfs de maan dichtbij. En met interactieve oefeningen en spelvormen worden leerlingen actief bij de les betrokken.

Aardrijkskunde We werken vanaf dit schooljaar in de groepen 5 t/m 8 met de methode “Wereldzaken”. Wereldzaken hoort bij De Zaken van Zwijsen: inspirerende methoden voor geschiedenis, aardrijkskunde en natuur en techniek. Bekijk ook Tijdzaken en Natuurzaken. In Wereldzaken ontdekken leerlingen Nederland, Europa en de wereld. De methode is ingedeeld volgens het principe van de regionaal-thematische benadering. Via het digibord verken je met je leerlingen heel

17 levendig alle delen van onze aardbol. In groep 5 komt de eigen omgeving van de leerlingen aan bod. Groep 6 verkent alle delen van Nederland en gaat in op de verschillende landschappen, de industrie en dienstensector. In groep 7 gaan de leerlingen Europa in en leren over de geografie, bevolking en bestaansmiddelen. Tot slot komt in groep 8 de wereld aan bod. De leerlingen ontdekken hoe mensen in andere werelddelen leven en hoe het klimaat invloed heeft op het landschap en de bevolkingsspreiding.

Geschiedenis Wij werken in de groepen 5 t/m 8 met de methode “Tijdzaken” waarbij de kinderen via gevarieerde opdrachten de basisstof voor geschiedenis leren. Tijdzaken hoort bij De Zaken van Zwijsen: inspirerende methoden voor geschiedenis, aardrijkskunde en natuur en techniek. Bekijk ook Wereldzaken en Natuurzaken. Geschiedenis ontstaat elke dag opnieuw. Iedereen maakt vandaag geschiedenis! Tijdzaken is opgebouwd volgens de tijdvakken van de commissie De Rooij en de 50 canonvensters van de commissie Van Oostrom. De 10 tijdvakken komen helemaal tot leven op het digibord. De eerste keer in groep 5 of 6, vanuit een Nederlands perspectief. Daarna nog een keer in groep 7 of 8, vanuit een Europees of mondiaal perspectief. Tijdzaken brengt de leerlingen historisch besef bij met hulp van onder meer een handige digitale tijdbalk. Groep 5 Groep 6 • Jagers en boeren • Regenten en vorsten • Grieken en Romeinen • Pruiken en revoluties • Monniken en ridders • Burgers en stoommachines • Steden en staten • Wereldoorlogen en Holocaust • Ontdekkers en hervormers • Televisie en computers

Groep 7 Groep 8 • Jagers en boeren • Regenten en vorsten • Grieken en Romeinen • Pruiken en revoluties • Monniken en ridders • Burgers en stoommachines • Steden en staten • Wereldoorlogen en Holocaust • Ontdekkers en hervormers • Televisie en computers

Biologie/ natuurkunde Groep 3 en 4 gebruikt de tv-serie “Huisje, boompje, beestje”. Groep 5 en 6 volgt de serie “Nieuws uit de natuur”. Naast deze programma’s gebruiken we de methode “Natuurzaken” in groep 5 t/m 8. Natuurzaken hoort bij De Zaken van Zwijsen: inspirerende methoden voor geschiedenis, aardrijkskunde en natuur en techniek. Bekijk ook Tijdzaken en Wereldzaken. Bij Natuurzaken ontdekken de kinderen de wereld om hen heen. De levende natuur (biologie), niet-levende natuur (natuurkunde) en techniek (toegepaste natuurkunde) krijgen handen en voeten op zowel het digibord als buiten in de natuur. Elk thema start met een les over de levende natuur (bijvoorbeeld vogels). Binnen dat onderwerp zoomt Natuurzaken in op een natuurkundig principe (zoals vliegen). Vervolgens komt de technische toepassing daarvan aan bod (vliegtuigen). Zo ontdekken leerlingen hoe natuur en techniek met elkaar verweven zijn en herkennen ze technische of natuurkundige principes in de natuur. Met Natuurzaken geven we de belevingswereld van de leerlingen betekenis, met behulp van onder meer proefjes en simulaties op het digibord.

18

Techniekonderwijs We besteden aandacht aan techniek. Voor dit vakgebied hebben we voor de hele school Techniek Torens. De Techniek Torens zijn drie opvallende en vrolijk gekleurde kasten in de vorm van middeleeuwse kasteeltorens, waarin alle materialen, leskisten en lesbeschrijvingen zijn opgeborgen voor ten minste 80 technieklessen voor groep 1 tot en met groep 8 van de onze school. De methode Techniek Torens is het meest complete lesconcept dat de kerndoelen voor techniek in het basisonderwijs in één klap dekt. Daarin zijn zowel de oude als nieuwe kerndoelen voor techniek meegenomen. Alle thema's en domeinen (constructie, transport, productie, communicatie, elektrotechniek, chemie, duurzame energie, etc.) worden in doorlopende leerlijnen behandeld. Het is vooral veel "zelf doen" voor de kinderen.

Tekenen N.a.v. onderwerpen, passend bij de tijd van het jaar, vrij tekenen n.a.v. een verhaal, school-t.v. en andere onderwerpen. Veel technieken komen aan de orde zoals: schilderen, kleurtechnieken, wasco, houtskool, enz.

Expressie activiteiten Naast vaardigheden als taal en rekenen, wordt er ook aandacht besteed aan o.a. Beeldende Vorming en textiele werkvormen. Verschillende technieken komen aan de orde zoals: naaien, breien, haken, weven, borduren en naaien op de naaimachine. Voor de kleuterbouw bijv. borduren op gaatjeskarton, lapjes knippen, kralen rijgen e.d.

Handvaardigheid Met behulp van allerlei materialen en technieken kunnen de leerlingen hun creatieve, expressieve en technische gaven ontplooien.

Cursusuur Afgelopen schooljaar konden de kinderen van groep 5 t/m 8, in kleine groepjes, verschillende cursussen volgen op de vrijdagmiddag van 13.00 uur tot 14.00 uur. Onder leiding van leerkrachten en ouders kunnen de kinderen in 3 blokken van 4 weken een cursus volgen. In het afgelopen jaar hadden we de volgende cursussen: koken, creatief, werken met papier, schilder- en gewone techniek, chemie, zelfverdediging, voetbalclinic, taarten decoreren, werken in de kapsalon en handwerken. Op deze manier willen we de verschillende talenten van leerlingen bevorderen. In grote lijnen zullen we deze cursussen opnieuw aanbieden. Dit hangt ook enigszins af van onze enthousiaste vrijwilligers.

Verkeer Als methodes worden gebruikt: “Stap vooruit”, “Op voeten en fietsen” en de “Jeugd verkeerskrant”. We zien als doel van de verkeersopvoeding, dat de kinderen nu en in de toekomst veilig en zonder angst kunnen deelnemen aan het verkeer. Wij proberen daarom de kinderen een goede (verkeers)mentaliteit, kennis van verkeersregels en tekens bij te brengen.

19

Bewegingsonderwijs In groep 1 en 2 vormt dit een heel belangrijk deel van het lesprogramma. In ieder dagdeel is tijd ingeruimd voor bewegingsonderwijs. Jonge kinderen hebben veel beweging nodig en dit vormt een goede afwisseling met geconcentreerd bezig zijn. We onderscheiden daarbij buitenspel, kleutergymnastiek en spelles. We hebben voor de binnen activiteiten de beschikking over een speellokaal. Vanaf groep 3 gaan de kinderen twee maal per week drie kwartier voor gymnastiek naar de sportzaal van het M.F.C. De lessen worden gegeven door de groepsleerkracht. Zowel gymnastiekoefeningen als sport en spel komen aan de orde. De groepen 3/4, 5/6 en 7/8 hebben op maandagmiddag en woensdag gymnastiekles in de sportzaal van het M.F.C. Alle leerkrachten zijn gediplomeerd om het vak “bewegingsonderwijs” te geven.

Fries Om de ontwikkeling van de taalvaardigheid in zowel de eerste als de tweede taal zo optimaal mogelijk te begeleiden, heeft De Meester van der Brugschool taalbeleid geformuleerd. Vooral het leren spreken en lezen van de Friese taal komt aan de orde. Het goed schrijven komt op de tweede plaats. Bij de jongste groepen staat vooral het spreken op de voorgrond. In de onderbouw gebruiken we de Friese taal op een vast dagdeel. We hanteren verder de methode “Wit Wat” in groep 3 en 4 en de methode “Studio F.” voor de bovenbouw.

Er zijn afspraken gemaakt over het gebruik van het Fries als voertaal: In de groepen 1 en 2 gebruiken de kinderen nog hun eigen taal. Door middel van de “kring” wordt er op een speelse wijze geprobeerd de drempel om Fries te spreken te verlagen en/of weg te nemen. Wij maken verschil tussen voertaal en omgangstaal. De voertaal is van groot belang bij het taalverwervingsproces. Tijdens de lessen in het Fries is de leerkracht consequent in het gebruik van het Fries. Op bepaalde dagdelen wordt door iedereen in de groepen 1 t/m 6 Fries als voertaal gehanteerd. De afspraken over Fries als voertaal staan hieronder: • 1 hele dag in de week Fries in groep 1 en 2 • 1 Fries dagdeel in de week in groep 3/4. • 1 Fries dagdeel in de week in groep 5/6. • Eén maal een Fries lesuur in de week in groep 7/8.

ICT in de school ICT is niet meer weg te denken in het hedendaagse onderwijs. In alle groepen gebruiken wij een LCD Touch screen/ digitaal schoolbord. Dit kan voor allerlei doeleinden worden gebruikt en biedt veel onderwijskundige mogelijkheden. Het bord wordt ingezet bij de instructielessen van de verschillende vakgebieden. Verder hebben alle leerkrachten een tablet tot hun beschikking die in de klas ingezet kan worden. Alle groepen maken gebruik van de digitale middelen. In alle lokalen staan computers en in de hal is een computerhoek ingericht, aangesloten op het netwerk. Door middel van het werken met de verschillende digitale middelen, willen we de leerlingen ICT geletterd maken. De kinderen zijn onder andere actief op de onderstaande wijze: Voor groep 1 / 2 zijn er “ouders” die 1 keer per week op maandag van 09.15 uur tot 10.30 uur m.b.v. de programma’s, “Rekentuin” en “Taalzee”, Bas gaat digitaal en een rekenprogramma aan het werk zijn. De kinderen van groep 3 t/m 8 werken o.a. met de programma ’s van “Rekentuin”, “Taalzee” en Words & Birds (groep 5 t/m 8), Snappet en NieuwsbegripXL. Ze werken hier minimaal drie keer per week mee.

20

Snappet Binnen het adaptief onderwijs wat we bieden zijn we altijd op zoek naar digitale ontwikkelingen die onze visie ondersteunen. In het schooljaar 2015-2016 hebben we in groep 7 en 8 een pilot uitgevoerd met de zogenaamde “Snappet” (www.snappet.org). Dit is zo goed bevallen, dat we vanaf 2016-2017 in groep 5 t/m 8 met deze tablets werken. Deze tablets worden als digitaal werkboek ingezet bij rekenen, begrijpend lezen, woordenschat, spelling, studievaardigheden en automatiseren. Deze manier van werken biedt de kinderen een kans op “passender” onderwijs.

Werken met de Snappet (tablet) en eventuele onkosten We werken momenteel met alle leerlingen uit groep 5 t/m 8 met de Snappet. De leerlingen hebben zich het werken al goed eigen gemaakt en we ervaren iedere dag de voordelen die de Snappet biedt. We zijn blij dat we in samenwerking met onze Stichting Palludara de mogelijkheid hebben om de Snappet kosteloos aan te bieden en dat we hiervoor geen extra ouderbijdrage hoeven te vragen. Soms gebeurt het echter dat een leerling een ongelukje heeft met de Snappet (bv. laten vallen) en dat hij kapot is. Van Snappet krijgen we dan een nieuwe tablet, maar we moeten dan wel de borg voor de kapotte Snappet betalen. Deze bedraagt € 150,00. Conform ons beleid benaderen we hiervoor in eerste instantie de ouders/ verzorgers met het verzoek om dit uit de WA – verzekering te laten vergoeden. Mocht dit voor (grote) problemen zorgen, dan proberen we in overleg een andere oplossing te zoeken.

Mediawijsheid Naast de reguliere methodes en hulpmiddelen, vinden wij het belangrijk om kinderen Mediawijs te maken door hen de voordelen, maar ook de gevaren van de digitale wereld mee te geven. Hiervoor hebben we op school een mediawijsheid handboek opgesteld. Mediawijsheid betekent voor ons: De kennis, vaardigheden en de houding die mensen nodig hebben om bewust, kritisch en actief mee te doen in de wereld van vandaag en morgen, waarin media een bepalende rol spelen.

Verder verwijzen wij u naar het ICT-beleidsplan van Palludara dat op school ter inzage ligt. Ook hebben we een protocol communicatie en beeld opgesteld. Bovendien worden er afspraken gemaakt over internet gebruik.

5.3. Onze kwaliteit Scholen verschillen onderling in werkwijzen, sfeer en resultaten. Kortom in kwaliteit. We meten onze kwaliteiten met behulp van zogenaamde kwaliteitskaarten. Op deze kaarten geven aan wat wij belangrijk vinden en wat we nog willen ontwikkelen. We willen bijzonder graag de resultaten van de kinderen op een voldoende niveau brengen; het invoeren van nieuwe methodes alleen is niet voldoende.

In het kader van het 4 jaarlijkse kwaliteits-onderzoek en een thema-onderzoek “Totstandkoming van VO-advies” bezocht de inspecteur onze school nog in juni 2013. Het rapport staat op de site van de onderwijs inspectie. Tevens kunt u het rapport terugvinden op de site van www.scholenopdekaart.nl. De inspecteur was tevreden over onze school en vond onze school een goede school. Wij hebben dan ook een voldoende beoordeling gekregen, wat betekent dat we het basisarrangement behouden.

De positieve aspecten van onze school die de inspecteur benoemde staan hieronder: 1. de tussenopbrengsten en resultaten zijn structureel voldoende; 2. er is een zeer goed pedagogisch klimaat bij ons op school en hierin is een duidelijke lijn door alle groepen te zien; 3. we hebben een goede opbouw van het zelfstandig werken en geven goede interactieve lessen;

21

4. De kwaliteitszorg van de school is goed op orde en het is goed om te zien dat we ons als school aan het ontwikkelen zijn; 5. het instructiemodel wat wij op school hebben, is goed zichtbaar en wordt school breed uitstekend gehanteerd en toegepast; 6. leerlingen hebben een goede werkhouding en zijn taakgericht aan het werk. Hier wordt ook goed op toegezien; 7. de leerkrachten spreken hoge verwachtingen nadrukkelijk uit. Kinderen presteren daardoor beter; Een aantal aandachtspunten van het inspectiebezoek van mei 2009 hebben we verbeterd. Zo hebben we nu een betere aanpak van kinderen die met een eigen leerlijn werken. Voor deze kinderen is de omschrijving van de leerlijnen met ontwikkelingsperspectief nu ook helderder.

We kregen van de inspecteur enkele aandachtspunten, waar we in de afgelopen jaren intern aan hebben gewerkt: 1. De school voert de zorg aan leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte over het algemeen planmatig uit op de vakken Technisch Lezen, Rekenen en Spelling. Alleen op het gebied van Begrijpend Lezen is dit nog niet terug te zien, waardoor dit als geheel onvoldoende is beoordeeld.

Zoals gezegd, de inspecteur was tevreden en vond onze school een goede school!

Organisatie De organisatie moet zo zijn dat kinderen met plezier en zo efficiënt mogelijk kunnen werken. Wij vinden dat dit onder andere met behulp van Zelfstandig Werken goed gaat. Bij het kiezen van een methode wordt gelet op de kwaliteit en of de kerndoelen en referentiekaders er in terug te vinden zijn. We stellen ons de vraag of uw kind goed met de leerstof van de methode uit de voeten kan. We letten erop of de methode inspeelt op de individuele verschillen tussen de leerlingen. En of de methode past in ons organisatiemodel.

Resultaten We willen de voortgang van de kinderen scherp volgen door middel van toetsen. Toetsen geven ons inzicht in de prestaties van uw kind. Als de ontwikkeling van uw kind wat minder vanzelfsprekend verloopt, bieden we hulp en/of stemmen we zijn/ haar programma af op deze ontwikkeling. Er wordt rekening gehouden met onderlinge verschillen. Dit is terug te vinden in de manier waarop de instructies gegeven worden en in de differentiatie van het zelfstandig werken. Wie moeite heeft met een bepaald onderdeel krijgt extra hulp en extra oefenstof. Wie meer en moeilijker aan kan, krijgt meer. Bij de begeleiding en instructie van kinderen willen we de kinderen meer en meer op maat begeleiden. Dit gebeurt aan de hand van de dagelijkse voortgang, de methode gebonden toetsen, én op basis van de toetsen van het CITO leerlingvolgsysteem. We willen zo de instructie en verwerking van de leerstof passend aanbieden, waarbij de uitdaging van deze stof bijzonder hoog in het vaandel zal staan. Dit is tevens de reden dat we zijn begonnen met Snappet. Wij stellen onze instructie en begeleiding hier zo goed mogelijk op in.

22

6. De zorg voor de leerlingen

6.1. Aanmelding en opvang van nieuwe leerlingen in de school Als uw zoon/ dochter vier jaar wordt of u komt hier wonen en hebt schoolgaande kinderen, staat u voor de keuze naar welke basisschool u uw kind laat gaan. Natuurlijk is het ook mogelijk om voordat u uw keuze maakt op school rond te kijken en informatie te vragen. Als u van te voren belt om een afspraak te maken, willen we u graag rondleiden en alles over de school vertellen.

Informatiedag nieuwe (belangstellende) ouders. In maart organiseren we een Open Dag, waarin we onze school en onze manier van werken presenteren. Dit doen we samen met alle andere scholen van onze Stichting Palludara. Deze dag is in de eerste plaats voor ouders die bezig zijn met de schoolkeuze van hun kind(eren), maar natuurlijk zijn ook andere ouders van harte welkom.

Aanmelding • Voordat uw kind 4 jaar wordt, of wanneer uw kind van een andere school komt, neemt u contact op met school. Soms neemt de schoolleider contact met u op. • U wordt uitgenodigd voor een gesprek op school. In dit gesprek vertelt men wat u onderwijskundig van de school kunt verwachten en u kunt uw verwachtingen uitspreken. U ontvangt een schoolgids en we leiden u rond door de school. Tevens neemt u een kijkje in de groepen en maakt kennis met de leerkrachten. • Samen met de schoolleider, vult u een formulier in met zaken van algemene aard. En een formulier met gegevens t.a.v. bijzonderheden die van invloed zijn op het leren en/of het gedrag van uw kind. • Wij vragen u een formulier in te vullen met gegevens t.a.v. de achtergrond van u als ouders. • Naar aanleiding van de inschrijving zal altijd gevraagd worden naar een overdrachtsdossier van de (onderwijs)instelling waar de leerling(en) vandaan komen. Dit kan de Peuterspeelzaal/ Kinderopvang zijn (overdrachtsdocument), maar ook van de verlatende school (Onderwijskundig Rapport). Zo willen we op een positieve en goede manier het vervolg op onze school mogelijk maken.

Voor de jongste kinderen • In de maand die vooraf gaat aan de 4e verjaardag, mag het kind 5 maal een dagdeel de school bezoeken om te wennen; 5 ochtenden of 5 middagen, mag ook minder. Als ouder(s) kunt u daarbij één keer aanwezig zijn. • In overleg met de leerkracht wordt afgesproken hoe en wanneer de gewenningsperiode zal worden ingevuld. (Het hoeft geen aaneengesloten periode te zijn.)

Als uw kind vier jaar is geworden, mag hij /zij alle schooldagen komen. Voor sommige kinderen gaat dit wat te snel. Als uw kind erg moe is kunt u, in overleg met de leerkracht, uw kind best eens een middag thuis houden of zelfs afspreken dat uw kind gedurende een bepaalde periode alleen ‘s morgens naar school gaat.

Bij de aanmelding wordt de ouders gevraagd donateur te worden van de Meester van der Brugschool. Daarmee ondersteunt u de school vrijwillig, zodat de school meer mogelijkheden heeft om activiteiten te organiseren.

23

6.2. De Interne Begeleider (IB’er): De interne Begeleider, ook wel zorgcoördinator genoemd, heeft binnen onze school een belangrijke rol: • De interne begeleider organiseert, coördineert en bewaakt de leerlingenzorg. • De IB’er ondersteunt de leerkrachten bij het uitvoeren van zorgverbredings-activiteiten en zorgt voor een afstemming van deze activiteiten op schoolniveau. Iedere leerkracht blijft zelf volledig verantwoordelijk, maar de interne begeleider zorgt voor een samenhangende zorg binnen de school. Enkele concrete IB-taken zijn: • Een planning maken voor toetsen van het leerlingvolgsysteem. • Analyseren van de zorgactiviteiten, toetsresultaten en leerlingbesprekingen en deze bespreken met de leerkrachten. • Leerkrachten adviseren bij het opstellen van een ondersteuningsplan. • Organiseren van speciale hulp en evt. onderzoek m.b.t. zorgleerlingen. • Coördineren van de begeleiding die door externen wordt verzorgd. • Adviseren van leerkrachten betreffende het didactisch en pedagogisch handelen. • Het op orde houden van de leerlingdossiers. • De interne begeleider voert overleg met de schoolleider. • Het opzetten en bijhouden van de orthotheek. • Onderhouden van externe contacten.

De IB’er heeft tevens 6 keer per jaar contact met de andere IB’ers in de stichting. De hoofddoelstelling is om leerlingen met leer- en gedragsmoeilijkheden zo goed mogelijk te begeleiden en op maat te laten werken. In het kader van Passend Onderwijs is onze stichting en dus ook onze school aangesloten bij het samenwerkingsverband Friesland.

6.3. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school Het werk van de leerlingen wordt door de leerkracht of door de leerlingen zelf gecorrigeerd. (bijv. in de bovenbouw). Eventuele fouten worden aangestreept en indien nodig met de kinderen besproken. Op verschillende onderdelen ontvangen de kinderen een cijfer voor hun werk. In hogere groepen gebeurt dit bij meer onderdelen dan in de lagere groepen. De leerkracht noteert de cijfers in de leerlingenmap.

Om de ontwikkeling van de leerlingen goed te kunnen volgen worden er op gezette tijden in alle groepen toetsen afgenomen. Er wordt getoetst met methode gebonden toetsen, (toetsen uit de methode die gaan over wat er behandeld is) Daarnaast worden Cito (= Centraal instituut voor toetsontwikkeling) methodeonafhankelijke toetsen gebruikt voor: begrijpend lezen, technisch lezen, spelling, woordenschat en rekenen. Voor groep 1 + 2 de Cito-toetsen “Taal voor kleuters”, “Rekenen voor kleuters” en Kleuterobservatielijst. De uitslagen van deze toetsen worden verwerkt in het leerlingvolgsysteem van het CITO. We kunnen door deze registratie onze school vergelijken met landelijke scores. Hieruit kunnen op school- en groepsniveau conclusies getrokken worden die betrekking hebben op de aanbieding van de leerstof en de gebruikte methodes. Het belangrijkste is echter om door registratie van toetsresultaten de ontwikkeling van elk kind te bewaken. Tot slot wordt in april de Eindtoets in groep 8 afgenomen. Deze toets geeft een aanwijzing naar welk soort vervolgonderwijs de leerlingen van groep 8 kunnen gaan. Samen met de Plaatsingswijzer (zie hoofdstuk 4.5 blz. 28) volgt er een definitief advies.

24

Op gezette tijden observeert de groepsleerkracht de groep en maakt hiervan aantekeningen in de groepsmap. Iedere groep heeft een groepsmap met de dossiers van de leerlingen waar de leerkracht scores, toetsresultaten, observaties en andere zaken van de leerlingen noteert per kind. De algemene personalia van de kinderen staan in de computer welke door de directie wordt beheerd. Van de leerlingen die extra zorg ontvangen, is een apart zorgdossier.

Minimaal drie keer per jaar, in oktober, maart en juni bekijken de leerkrachten met de IB’er (Interne Begeleider) de resultaten van de leerlingen. Niet alleen de toetsgegevens, maar ook de resultaten van het werk in de klas worden hierbij meegenomen. We kijken of er vooruitgang in zit, hoe de prestaties zijn t.o.v. de klasgenoten en van het landelijke gemiddelde. Op deze vergadering bepalen we ook of er nog extra hulp nodig is, in welke vorm de extra hulp wordt gegeven en wie dit gaat doen. Na deze vergadering ontvangen de ouders, van de kinderen die extra hulp krijgen, een brief over de stand van zaken en over hoe we verder gaan.

Door regelmatige toetsing kunnen achterstanden op tijd worden gesignaleerd, gediagnosticeerd en geremedieerd door de leerkracht en Intern Begeleider. Maar we hebben ook de zorg voor kinderen die meer aankunnen: d.m.v. verrijkingsstof via methodes of andere leermiddelen bijv. Piccolo, Compacten, Stenvert rekenkaarten, Slagwerk e.d. willen we hen uitdagen om zelfstandig de “extra” leerstof te verwerken.

Rapporten Twee keer per jaar ontvangt u een schoolrapport met daarin de vorderingen/ beoordelingen van uw kind(eren). Te weten in februari en voor de zomervakantie.

Tien-minuten gesprek Het welbevinden en de leervorderingen van de leerlingen worden met de ouders besproken op de tien- minuten-gespreksavonden (in november) en naar aanleiding van de schoolrapporten in februari en juni. In februari wordt iedereen uitgenodigd op school voor een gesprek met de leerkracht over de leerprestaties van de kinderen. Natuurlijk bent u altijd welkom om met de leerkracht over uw kind te praten. Bijvoorbeeld op de leerkrachtspreekuren, elke tweede dinsdag van de maand. We vragen u wel van te voren een afspraak te maken met de betreffende leerkracht.

6.4. Palludara en Passend Onderwijs Binnen Palludara geloven we dat kinderen zoveel mogelijk op moeten kunnen groeien in hun eigen buurt of dorp. We kijken we naar de ondersteuningsbehoefte van onze leerlingen (naar wat ze goed kunnen en nodig hebben) het liefst in het regulier onderwijs. In onze ondersteuningsvisie is dan bijvoorbeeld ook te lezen: ´Doel van ons (passend) onderwijs is dat alle leerlingen dicht bij huis hun talenten kunnen ontplooien en dat ze in een ‘zo licht mogelijke’ onderwijssetting geholpen kunnen worden: gewoon waar het kan, bijzonder waar het moet.´

Met de invoering van passend onderwijs op 1 augustus 2014 hebben alle scholen een zorgplicht gekregen. Dat betekent dat we de verantwoordelijkheid krijgen om alle leerlingen een passende onderwijsplek te bieden. De school kijkt hiervoor naar haar eigen mogelijkheden, deze staan beschreven in haar schoolondersteuningsprofiel (SOP) en naar de mogelijkheden van uw kind. Kan de school zelf geen passende onderwijsplek bieden, dan wordt gekeken naar een: • Een andere basisschool van Palludara; • Een andere basisschool in de regio; • Onderwijsarrangementen bijvoorbeeld in samenwerking met MOD (jeugdhulp Friesland), Kentalis, thuisonderwijs (met uiteindelijke doel -al dan niet volledige- terugkeer naar school); • Een andere school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs.

25

Alle scholen van Palludara voldoen aan de zogenoemde ‘basisondersteuning’. Hierdoor kunnen we veel kinderen op onze scholen plaatsen. Deze basisondersteuning hebben we gecreëerd door een zorgvuldig ondersteuningsbeleid op te stellen, dat we planmatig onder de loep nemen met deskundige en gekwalificeerde interne begeleiders. Daarnaast zetten we psychologische en orthopedagogische hulpverlening in van het Didactisch Orthopedagogisch kenniscentrum (DOK) in Sneek. Ook hebben we een ambulante begeleider gedrag aangesteld die op alle scholen ondersteuning biedt wanneer het bij leerlingen qua welbevinden en gedrag even niet zo lekker loopt. Afsluitend helpt de goede samenwerking met externe partijen (denk aan organisaties als Jeugdhulp Friesland, Kindteam Sneek, Kinnik, Accare, fysiotherapie, logopedie) om de ondersteuningsstructuur soepel te laten verlopen. Veel scholen van Palludara hebben specifieke deskundigheid, denk bijvoorbeeld aan expertise rond ADHD, autisme, dyslexie, spraak- en taalproblemen of medische deskundigheid. Hierdoor is er ook maatwerk mogelijk voor uw kind, door bijvoorbeeld onderwijs op een andere school van Palludara te volgen. Op deze manier kunnen we vaak ook tegemoet komen aan kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte. Uiteraard gebeurt dit altijd erg zorgvuldig, in goed overleg en worden alle voor- en nadelen grondig met u afgewogen.

Omdat het zorgteam van WSNS is weggevallen heeft Palludara ook extra mogelijkheden gecreëerd om uw kind binnen de school te ondersteunen door het intern zorgteam binnen Palludara op te richten. Dit zorgteam, heeft de naam ‘Intern aanmeldingsteam leerlingenzorg’ (IAL). Het IAL is een multidisciplinair team dat door de school ingeschakeld kan worden bij kinderen die zich in een crisissituatie bevinden. Het IAL adviseert rond mogelijkheden voor leerlingen uitzonderlijke ondersteuningsbehoefte (zoals extra ondersteuning en interne/externe verwijzingen). Deze ondersteuning gebeurt bijvoorbeeld door extra inzet van personeel, maar er kan ook gedacht worden aan het inzetten van specifieke materialen.

De school blijft altijd aanspreekpunt voor u, als ouder. Voor aanmelding zal aan u als ouders altijd expliciet toestemming gevraagd worden. Voor meer informatie kunt u terecht bij de school waar uw kind naartoe gaat. De directeur, intern begeleider en leerkrachten staan u graag te woord. Voor vragen die de school overstijgen kunt u het IAL bereiken op: [email protected]

Intern Aanmeldingsteam Leerlingenzorg

Omdat met de invoering van Passend Onderwijs het zorgteam van WSNS is weggevallen en er de mogelijkheid is om een leerling binnen Palludara te verwijzen, is er binnen Palludara een intern zorgteam opgericht. Dit zorgteam, heeft de naam ‘Intern Aanmeldingsteam Leerlingenzorg’ (IAL). Het IAL kan ingeschakeld worden voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben en adviseert voor wat betreft benodigde zorg en mogelijke doorverwijzingen binnen Stichting Palludara.

6.5. Passend onderwijs en Schoolondersteuningsprofiel

Inleiding Binnen Palludara vinden we dat ieder kind het verdient om het beste uit zichzelf te kunnen halen, ze hebben recht op het best passende onderwijs! Het contact met ouders wordt op onze scholen als zeer waardevol ervaren. U kent uw kind immers het best en weet wat hij of zij nodig heeft. De deuren van onze scholen staan open voor uw ideeën en feedback. Sámen realiseren we het best passende onderwijs.

In het schoolondersteuningsprofiel (SOP) legt de school voor ten minste vier jaar vast welke ondersteuning de school biedt aan leerlingen die dat nodig hebben. Het schoolondersteuningsprofiel is opgesteld door de ouders (medezeggenschap), intern begeleiders, schoolleiding en het bestuur van Palludara. In het profiel wordt aangegeven welke ondersteuning onze scholen kunnen bieden en welke ambities de scholen hebben voor de komende periode. Op basis van het profiel inventariseren onze scholen welke expertise kan worden ontwikkeld en wat dat betekent voor de (scholing van) leraren.

26

Samenvatting Palludara Binnen stichting Palludara is de basisondersteuning voor alle leerlingen op orde. Hiervoor is een hoge beoordeling gegeven. Dit betekent dat de domeinen ‘onderwijs’, ‘ondersteuning’, ‘beleid’ en ‘organisatie’ allemaal goed op orde zijn. Er is bijvoorbeeld kwalitatief expertise op het gebied van dyslexie, sociale vaardigheden, ADHD en autisme. Voor hoogbegaafde leerlingen biedt Palludara zelfs een speciale klas aan: ‘de Plusbus’. Leerlingen krijgen hier les passend bij hun ontwikkelingsniveau en -mogelijkheden.

Binnen Palludara willen we alle kinderen zo passend mogelijk kunnen begeleiden. Soms winnen we hiervoor advies in bij externe deskundigen. De intern begeleider is de spil wanneer er ondersteuningsvragen rond uw kind zijn en kan –altijd in overleg met u- externe hulp voorstellen om met onze scholen mee te denken. De samenwerking met externe deskundigen is binnen Palludara gestructureerd uitgezet. Zo werken we nauw samen met orthopedagogen en psychologen van het Didactisch Orthopedagogisch Kenniscentrum (DOK). Ook is er een goede samenwerking met schoolmaatschappelijk werk, andere basisscholen, scholen voor voortgezet onderwijs en scholen voor speciaal basisonderwijs. Samenvattend is over de samenwerking met ketenpartners te zeggen dat deze intensief en regelmatig plaats vindt waar het moet en incidenteel waar het kan.

Stichting Palludara is zich na het analyseren van het SOP 2013-2016 verder gaan ontwikkelen, bijvoorbeeld op het gebied van onderwijs aan het jonge kind (de kleuters). Opgedane kennis wordt gedeeld binnen onze interne ‘academie’. Dit is een leerplaats verzorgd door en voor deskundige collega’s. Als professionals binnen het onderwijs willen we ook ´een leven lang leren´ om alle leerlingen met hun persoonlijke talenten en ondersteuningsbehoeften nog beter te kunnen begeleiden.

In 2015-2016 is in het kader van passend onderwijs een protocol medisch handelen opgesteld zodat voor alle partijen duidelijk is welke mogelijkheden er op medisch vlak zijn. Ouders van kinderen die zich voor onze school aanmelden worden hier expliciet op gewezen in het nieuwe aanmeldingsformulier. Met de ouders van reeds aangemelde leerlingen met een medische ondersteuningsbehoefte is dit nieuwe protocol inmiddels besproken. Het protocol is altijd in te zien bij de directeur en-of intern begeleider van uw school.

Het komende schooljaar willen we ons meer ontwikkelen rond dyscalculie en rekenproblemen. Twee jaar geleden heeft Palludara, samen met rekenspecialisten en intern begeleiders binnen onze organisatie, een dyscalculieprotocol opgesteld waarin onze afspraken helder zijn geborgd. Nu is het tijd voor de uitrol hiervan.

Tot slot hebben we hiaten ervaren in het aanbod van sociale vaardigheidstrainingen. Hier hebben we in het cursusjaar 2016- 2017 een eigen aanbod voor gerealiseerd in de vorm van algemene sociale vaardigheidstrainingen, op maat gemaakte trainingen en Rots en Water – trainingen. Als u het gehele schoolondersteuningsprofiel in wilt zien of hier eens over van gedachten wilt wisselen: u bent (altijd) van harte welkom op school!

Samenvatting Meester van der Brugschool Onze school scoort gemiddeld vergeleken met andere scholen binnen Stichting Palludara. Als reguliere basisschool zijn er veel mogelijkheden te bieden voor onze (huidige en toekomstige) (zorg)leerlingen. Dit kunnen we veelal intern oplossen. Maar daar waar het nodig is, kunnen we externe hulp via samenwerkende ketenpartners inroepen. Het team op de Meester van der Brugschool zal in de komende periode met name gaan werken aan: Opbrengstgericht Werken Planmatig werken (met zorgleerlingen) Deskundigheid bevordering (op team en individueel niveau)

27

Een aantal zaken hebben voor onze school prioriteit: • Jaarlijks kijken of en hoe wij kinderen kunnen bieden wat ze nodig hebben • Als team, maar ook als individuele leerkracht, blijven ontwikkelen. • Kinderen hebben rust, regelmaat, duidelijkheid, structuur en vertrouwen nodig op een school. Dit willen we aan alle kinderen, die op onze school ingeschreven zijn/ worden, bieden.

Ons motto is: “Basis als het kan, speciaal als het moet”

Onze school is van oudsher een school voor regulier Basisonderwijs. We hebben ongeveer 1% leerlingen met een LeerlingGewicht. Verder is er op dit moment veel zorg betreffende leerlingen van gescheiden ouders. Zo’n 15% van onze leerlingen komt uit een gezin waarvan de ouders gescheiden zijn. We hebben op verschillende vlakken in onze school te maken met zorgleerlingen. In onze zorglijn leggen we uit wie voor ons zorgleerlingen zijn en hoe we hiermee omgaan. Zorg voor leerlingen op de basisschool is een dynamisch proces waarin iedere leerkracht professioneel handelt vanuit deskundigheid.

Het aantal zorgleerlingen in het basisonderwijs is de afgelopen 20 jaar enorm is gestegen. Het is daardoor niet meer haalbaar om in een groep van 25 leerlingen met meer dan 10 individuele handelingsplannen te werken. We willen door middel van Handelingsgericht Werken en Opbrengstgericht werken hier effectiever en beter mee omgaan. Deze weg is al een aantal jaren geleden ingezet. We werken met groepsplannen voor rekenen, technisch lezen, begrijpend lezen en spelling. De bedoeling is om de groep in 3 ‘cluster’ groepen te verdelen. Plus, Basis en Risico. Voor leerlingen in de Risicogroep, willen we beter gaan kijken wat de kinderen nodig hebben (Onderwijsbehoefte) om zich optimaal te ontwikkelen. Hier hoort per leerling een goede analyse bij. Het gehele ondersteuningsprofiel kunt u downloaden vanaf onze website.

6.6. Hulp aan kinderen die zorg behoeven (onze zorglijn) Met behulp van onze “zorglijn” willen we kinderen bij de leerontwikkeling en/ of sociaal emotionele ontwikkeling op een verantwoorde en systematische manier verder begeleiden wanneer dit stagneert. Belangrijke elementen daarbij zijn: registratie, toetsen, verantwoording c.q. rapportage, leerling bespreking, dossiervorming en materialen overzicht. Op school ligt de gehele zorglijn ter inzage, maar één belangrijk onderdeel willen we er hier uitlichten.

Wat doen we als de ontwikkeling van de kinderen anders verloopt? We werken op onze school met het zogenaamde 3-groepen-model. Doormiddel van het opstellen van groepsplannen wordt er proactief naar de leerlingen van een groep gekeken. De 3 groepen bestaan uit: De A-groep, dit zijn leerlingen die de minimale instructie krijgen en waarin vaak, naast de basisstof, verrijkingsstof aangeboden wordt. De B-groep, dit zijn leerlingen die de basisinstructies en het basisprogramma volgt. De C-groep, zijn leerlingen die extra instructie/ verlengde instructie nodig hebben. Wanneer een kind moeite heeft met de aangeboden leerstof of veel fouten maakt, gaat de leerkracht het vaak samen met het kind nog eens proberen. Soms met extra uitleg of extra hulpmaterialen. Als het probleem blijft, wordt dit kind besproken in het interne leerlingenoverleg. Hieruit kan in sommige gevallen een handelingsplan volgen. Na 6 weken wordt gekeken of er een ontwikkeling is. Is deze ontwikkeling wel aanwezig, dan gaan we op deze manier stap voor stap verder. Is er geen zichtbare ontwikkeling, dan nemen we contact op met de ouders. Soms maken we een nieuw handelingsplan en soms wordt het kind besproken met een orthopedagoog/ psycholoog/ pedagoog. Uit dit gesprek komen conclusies/afspraken die door de IB’er in het zorgdossier van het kind worden gezet. De ouders worden hierover geïnformeerd.

28

Soms adviseert de orthopedagoog om een kind te laten testen/onderzoeken. Dit kan bestaan uit: A. een observatie. B. een pedagogisch-didactisch onderzoek. C. een psychologisch onderzoek. A of B worden uitgevoerd bij problemen binnen één gebied bijv. het rekenen. C wordt voornamelijk gedaan als er problemen op meerdere gebieden zijn. Om een onderzoek aan te vragen moet er een zorgrapport + ouderformulier + schoolformulier opgestuurd worden naar het IAL (Intern Aanmeldingsteam Leerlingenzorg). Het IAL beslist of het onderzoek noodzakelijk is en wie het onderzoek gaat uitvoeren. Daarna wordt er in overleg met de school een datum voor het onderzoek vastgesteld. Dit onderzoek vindt plaats op school. Als het onderzoek klaar is, volgt er meestal een gesprek met ouders, psycholoog, leerkracht en IB'er. Tijdens dit gesprek worden sterke en zwakke punten van het kind besproken. Hieruit volgen een aantal adviezen. Deze adviezen worden gegeven met als doel om gezamenlijk (ouders en school) de goede beslissing voor het kind te nemen. Een mogelijke verlenging kan soms nodig zijn. Alleen bij uitzondering en vrijwel alleen in de onder- of middenbouwgroepen zal een kind een groep nogmaals doen. In welke gevallen doet een kind een klas over? • Als er sprake is van een achterstand/ stagnatie in ontwikkeling. Dit kunnen we meten met de toetsen van het Cito leerlingvolgsysteem. Het kind scoort dan een IV of een V. • Als er in de sociaal-emotioneel ontwikkeling problemen zijn, in de omgang met medeleerlingen, of in de werkhouding. In de leerlingenbespreking van april wordt dit besproken en worden er afspraken gemaakt om eventueel verder te toetsen. Vaak wordt uw kind ook nog besproken met de schoolbegeleider, soms ook met de schoolarts. Eventueel kan er nog een psychologisch onderzoek aan vooraf gaan. De beslissing gaat altijd in overleg met de ouders, het beslissingsrecht ligt bij de school. In mei moet een definitief besluit zijn genomen. Bij alle besluiten worden de ouders op de hoogte gehouden. Als er kinderen zijn die gedurende de basisschoolperiode één keer gedoubleerd zijn, dan is er een mogelijkheid om na groep 7 al door te stromen naar het Voortgezet Onderwijs. De keuze hiervoor ligt vooral bij de ouders, maar wordt over het algemeen in overleg met de leerkracht(en) en IB’er gedaan. Als er voor gekozen wordt om “vervroegd” door te stromen, dan ligt hier meestal een Psychologisch Rapport aan ten grondslag. In dit Psychologisch Rapport moet aangetoond worden dat de desbetreffende leerling een IQ tussen de 75 en 90 heeft en een DLE achterstand op de CITO toetsen tussen de 15 en 30 maanden om in aanmerking te komen voor het LWOO.

In onze zorglijn staat dit alles uitgebreid omschreven, deze ligt ter inzage op school. Mocht er sprake zijn van een verwijzing naar een speciale school voor basisonderwijs, dan ligt de eindbeslissing bij de school. In dit geval moeten er aanmeldingsformulieren door de ouders en door school worden ingevuld en samen met het zorgdossier worden opgestuurd naar het PCL (Permanente Commissie Leerlingzorg). De speciale school voor basisonderwijs laat 2x per jaar nieuwe leerlingen toe, in augustus en in januari. Wij verwachten, dat ouders positief tegenover deze besluiten staan en onze interpretaties en handelingen naar aanleiding van ons leerlingvolgsysteem respecteren.

29

De Plusbus Naar aanleiding toetsresultaten en observaties van de leerlingen, kan de leerkracht ook zien of een leerling juist meer mogelijkheden heeft. Stichting Palludara, de stichting waartoe de Meester van der Brugschool behoort, biedt kinderen die meer aankunnen de mogelijkheid deel te nemen aan de zogenaamde Plusbus; kinderen worden in de gelegenheid gesteld om één keer in de twee weken een gehele dag in een groep plaats te nemen waar meer kinderen met dezelfde achtergrond zitten. De Plusbus wordt georganiseerd op de ‘Vuurvlinder’ in Sneek, maar is uitdrukkelijk bedoeld voor alle leerlingen van onze stichting die hiervoor in aanmerking komen. Aan de plaatsing in de Plusbus gaat een intakeprocedure vooraf. De school neemt hiertoe, uiteraard in overleg met de ouders, het initiatief.

Als een kind heel hoog scoort op de Cito-toetsen (A+) gaan we doortoetsen, om te bepalen welk niveau de leerling beheerst. Aan de hand van deze gegevens wordt in overleg met de ouders en soms nog andere deskundigen een besluit genomen over een passende uitdaging voor het kind. Dit kan zijn binnen de groep, of een versnelde overgang naar de volgende groep. We spreken hoge verwachtingen nadrukkelijk uit. Kinderen presteren daardoor beter.

6.7. Intern Zorgoverleg Mei-inoar zorgen we voor de beste ontwikkeling van uw kind Wat doe je als je kind regelmatig wordt gepest? Als je zoon niet helemaal lekker in z’n vel zit. Of je dochter last heeft van de scheiding? Elke ouder heeft wel eens een vraag over de opvoeding en het gedrag van een kind. Veel zaken bespreek je met familie en vrienden. Maar soms is dat niet genoeg.

U kunt met uw vragen altijd terecht op uw eigen school. Daar werken de intern begeleider, de schoolverpleegkundige van de Jeugdgezondheidszorg en de schoolmaatschappelijk werker nauw samen. U kunt één van hen rechtstreeks benaderen wanneer u een vraag heeft.

De intern begeleider, de schoolverpleegkundige en de schoolmaatschappelijk werker hebben een paar keer per jaar overleg om eventuele zorgen over een kind te bespreken. Ouders en ook leerkrachten kunnen advies vragen aan dit zogenoemde intern zorgoverleg (IZO). Vragen kunnen gaan over de lichamelijke ontwikkeling, de sociale ontwikkeling, emotionele problemen, gedrag; kortom alles waar een kind of gezin thuis, op school of in de vrije tijd mee te maken kan krijgen. Als u wilt kunt u hierbij aanwezig zijn, u kent uw kind immers het beste. Samen met u willen we er voor zorgen dat uw kinderen zich goed kunnen ontwikkelen.

Betere samenwerking tussen professionals Er zijn in Fryslân veel organisaties die zich inzetten voor het welzijn van kinderen. Maar soms weten ze van elkaar niet goed wie hulp verleent aan welk kind of gezin. Dat is jammer, want hulp werkt pas echt als instellingen met elkaar afstemmen en de problemen samen met u oplossen. Daarom is de Verwijsindex ingevoerd. De Verwijsindex is een digitaal hulpmiddel om snel de hulp of ondersteuning op gang te brengen. Professionals kunnen hierin zien wie allemaal betrokken is bij uw kind. In de Verwijsindex staat geen inhoudelijke informatie, alleen de naam van de professional(s) en van het kind.

Gebiedsteams De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de gehele jeugdzorg. Om de ondersteuning aan ouders en kinderen (en alle andere inwoners) goed te regelen gaan gemeenten werken met lokale gebiedsteams bij u in de buurt. Het Centrum Jeugd en Gezin gaat op in deze gebiedsteams.

30

Via de gemeente kunt u meer informatie over het gebiedsteam bij u in de buurt krijgen. U krijgt een overzicht van wie er in het team zit en hoe u hen kunt bereiken. Tot die tijd zijn dit onze contactpersonen en –gegevens: Onze Intern Begeleider: Geartsje Tjeerdema Onze School Maatschappelijk Werker: Therese Hartkamp Onze verpleegkundige Jeugd Gezondheidszorg: Gerda Loopstra

6.8. Toelating, verwijdering en schorsing van leerlingen Ouders hebben de mogelijkheid voor hun kinderen tussen verschillende scholen te kiezen en zij maken die keuze vaak welbewust. Daarbij kunnen zich situaties voordoen waarbij de school, de keuze van de ouders niet honoreert en een aangemelde leerling niet toelaat of, in het geval van het speciaal onderwijs, niet kan toelaten. Soms ook ziet het bestuur zich genoodzaakt een leerling te schorsen en/of van school te verwijderen. Schorsing is aan de orde wanneer het bestuur of de schoolleider bij ernstig wangedrag van een leerling direct moet optreden en er tijd nodig is voor het zoeken naar een oplossing. Ernstig wangedrag kan bijvoorbeeld mishandeling zijn, diefstal of het herhaald negeren van schoolregels. Verwijdering is een maatregel die genomen wordt als het bestuur concludeert dat het wangedrag dusdanig ernstig is dat de relatie tussen school en leerling (ouders) onherstelbaar verstoord is. Een beslissing tot niet toelaten, schorsing of verwijdering moet met de uiterste zorgvuldigheid worden genomen. Voor de aanname van leerlingen is een procedure vastgesteld, die op de school aanwezig is. Datzelfde geldt ook voor de procedures voor schorsing en verwijdering. Al deze procedures zijn vastgesteld op basis van de wettelijke vereisten hiervoor.

Terugplaatsing Soms komt het voor dat kinderen na een tijdelijk verblijf op een speciale school voor basisonderwijs, weer worden teruggeplaatst naar het basisonderwijs. Als dit gebeurt, volgen we de volgende procedure: • de directeur van het speciaal onderwijs (s.o.) overlegt met de ouders. • de directeur van het s.o. overlegt met de schoolleider van de basisschool. • de leerkracht van het s.o., waarbij het kind in de groep zit, doet schriftelijk en/of mondeling verslag van de vorderingen van het kind. Door de basisschool wordt daarna een handelingsplan opgesteld. Zo kan het kind op de basisschool dan verder gaan op zijn eigen niveau en in zijn eigen tempo.

Als een kind van deze basisschool naar een andere basisschool gaat, bijvoorbeeld door verhuizing, krijgen ze een onderwijskundig rapport mee, die bestemd is voor de volgende basisschool. De ouder(s) ontvangen daarvan een ouderafschrift.

6.9. De overgang van de kinderen naar het voortgezet onderwijs In groep acht van de basisschool moeten de kinderen met hun ouders een keuze maken voor het voortgezet onderwijs. Op onze school komen de uitnodigingen van het voortgezet onderwijs binnen. Deze worden in de klas behandeld. Er wordt uitleg gegeven over de verschillende soorten niveaus en leerwegen van het voortgezet onderwijs. Bovendien wordt de nodige informatie meegegeven. Indien mogelijk wordt er een informatieavond belegd voor de ouders. We geven de kinderen de ruimte om de “doe dagen” en de “open dagen” van de verschillende VO scholen te bezoeken. Wij gaan op onze school niet in groepsverband het voortgezet onderwijs bezoeken. Wij vinden dit een eerste verantwoordelijkheid van de ouders en bovendien maken dan ook de ouders kennis met de scholen voor voortgezet onderwijs. Bij het verlaten van de school, na groep 8, krijgen de leerlingen een bewijs van uitschrijving mee.

31

Plaatsingswijzer VO Vanaf het schooljaar 2013-2014 worden alle adviezen gegeven op basis van de ‘Plaatsingswijzer’. Met de Plaatsingswijzer wordt de advisering door de basisschool naar het vervolgonderwijs gebaseerd op de meerjarige ontwikkeling van de leerling, zoals die zichtbaar wordt in het leerlingvolgsysteem van de school. Bij de Plaatsingswijzer staan de gegevens uit het leerlingvolgsysteem vanaf groep 6 centraal. Er wordt gekeken naar de ontwikkeling van de leerling bij: • Begrijpend lezen • Rekenen en wiskunde • Technisch Lezen • Spelling De eerste twee onderdelen tellen hierbij het zwaarst. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de website www.plaatsingswijzer.nl. Wij gebruiken de Plaatsingswijzer als instrument om tot een bindend schooladvies te komen. De leerkracht nodigt de ouders en de betreffende leerling van groep 8 uit voor een bezoek op school om over de schoolkeuze te praten. Ouders, leerlingen en leerkrachten proberen samen tot de juiste schoolkeuze te komen. Op de inschrijfformulieren worden de wensen/ adviezen van school, ouders en kinderen aangegeven en vervolgens vóór 1 maart opgestuurd door de leerkracht. Het Voortgezet Onderwijs plaatst de leerling in een bepaalde groep. Er is jaarlijks contact tussen het Voortgezet Onderwijs en onze school. Bovendien worden regelmatig de rapportcijfers doorgestuurd naar onze school. Op deze wijze volgen en bewaken wij, of de plaatsing goed is geweest en of onze school een goede aansluiting heeft bij het vervolgonderwijs. Hier kunnen wij als school eventueel de nodige maatregelen voor treffen.

Eindtoets en Schoolkeuze Vanaf schooljaar 2014/2015 heeft het basisonderwijs te maken met de verplichte Centrale Eindtoets Basisonderwijs. Deze wordt in opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) door het College voor Toetsen en Examens (CvTE) uitgebracht. Dit betekent dat het vanaf dat moment voor alle leerlingen van het regulier basisonderwijs in groep 8 verplicht is om een eindtoets te maken. Wij hebben sinds 2015-2016 “Route8” (http://route8.nl) als centrale eindtoets gebruikt. Deze eindtoets is volledig adaptief. Dit houdt in dat de toets afgebroken wordt, zodra de leerling zijn eindniveau heeft gehaald. Dit betekent dus niet meer 3 dagen zweten, zoals we dit gewend waren bij de CITO eindtoets, maar 1 of 2 dagdelen een eindtoets maken op eigen niveau. Deze toets past goed bij onze visie.

De centrale eindtoets wordt in schooljaar 2019-2020 afgenomen in april 2020. Het doel van de Centrale Eindtoets is dat er een ‘objectief tweede gegeven’ komt. Het advies van de basisschool is leidend geworden bij de plaatsing naar het voortgezet onderwijs. Als de uitslag hoger is dan het schooladvies dan moeten wij een heroverweging maken. Omdat wij de leerlingen gedurende hun hele schoolloopbaan volgen is een dergelijke toets vaak een bevestiging van wat wij als personeel al weten.

32

Uitstroom 19/20 Afgelopen jaar verlieten 10 kinderen onze school; De uitstroompercentages van het schooljaar 2019-2020 waren als volgt:

6.10. Jeugdgezondheidszorg Uw kind en de jeugdgezondheidszorg De jeugdgezondheidszorg volgt de gezondheid en ontwikkeling van kinderen van 0-19 jaar. De GGD is partner binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin. Alle kinderen ontvangen op 5-jarige leeftijd en in groep 7 een uitnodiging voor een gezondheidsonderzoek door de doktersassistent, arts of verpleegkundige. Voorafgaand aan het onderzoek ontvangen de ouders/verzorgers een vragenlijst.

5-jarige kinderen Dit onderzoek bestaat uit een uitgebreid lichamelijk onderzoek en een gesprek over opvoeding, gedrag en gezondheid, zoals groei, motoriek, spraak en taal.

Groep 7 Dit is een onderzoek van de lichamelijke groei en een gesprek over opvoeding, gedrag, sociale ontwikkeling. Ouders, kinderen of de school (in overleg met ouders) kunnen bij vragen of zorgen altijd terecht bij de jeugdgezondheidszorg voor een extra onderzoek of gesprek. U kunt zelf contact opnemen met de jeugdarts of –verpleegkundige van GGD Fryslân Jeugdgezondheidszorg via 088 22 99 444.

Preventieve logopedie Vergoeding vanuit de gemeente voor preventieve logopedie is per 1 januari 2014 komen te vervallen. Dit betekent dat het aan scholen zelf is om de screening voor 5-jarigen te doen. Deze screening zal door de leerkrachten zelf uitgevoerd worden. Daarnaast kunnen, op verzoek van ouders, leerkrachten of schoolarts, kinderen uit andere groepen worden gescreend. Preventieve logopedie is erop gericht om stoornissen op het gebied van stem, spraak, taal en gehoor in een vroeg stadium op te sporen, zodat vroegtijdig hulp kan worden geboden. Tijdens de screening wordt gelet op articulatie, taal, stem, vloeiendheid van het spreken, spreken met nasale stem, en afwijkend mondgedrag. Tevens wordt gelet op eventuele aanwijzingen voor gehoorproblemen. Wanneer er naar aanleiding van de screening twijfels zijn ten aanzien van bepaalde punten of als er aanwijzingen zijn dat nader onderzoek en/of behandeling nodig is, dan wordt contact opgenomen met de ouders. De ouders worden schriftelijk op de hoogte gesteld van de resultaten van de screening.

33

6.11. Hoofdluis Omdat hoofdluis een hardnekkig probleem kan zijn, willen we in de schoolgids hier aandacht aan besteden. Luizen zijn geen springbeesten zoals vlooien; vliegen kunnen ze al evenmin. Ze kunnen alleen maar lopen: van de ene haar op de andere haar en van het ene hoofd op het andere hoofd. Kinderen hebben de meeste kans om besmet te raken met luizen. Ze stoeien, hangen elkaar om de nek of zitten tijdens het spelen met hun hoofden zeer dicht bij elkaar. Besmetting met luizen kan dus iedereen overkomen, dat heeft niets met lichaamshygiëne te maken. Als je hoofdluis oploopt, merk je in het begin helemaal niets. Pas na een tijdje krijg je jeuk op je hoofd. Krabben is het gevolg. Hoofdluis is vast te stellen door het haar met een speciale kam te kammen boven een wit vel papier. De luizen zijn gemakkelijk te herkennen tegen een witte achtergrond. Op het hoofd treft men de luizen meestal aan achter de oren en in de nek. De neten zijn gemakkelijker te vinden: witte stipjes aan de haren die er met gewoon kammen niet uit te krijgen zijn. Het is natuurlijk wel van belang dat wanneer u hoofdluis hebt ontdekt bij uw kind(eren), u dit goed gaat aanpakken. Voor informatie over hoe de hoofdluis te behandelen kunt u terecht op onze website of op de website van GGD Fryslân. http://www.ggdfryslan.nl/819/hoofdluis/

Wilt u, wanneer uw kind besmet geraakt is met hoofdluis, dit even op school melden. Uw melding wordt vertrouwelijk behandeld en wij kunnen door middel van een e-mail/ briefje de andere ouders adviseren om weer goed te gaan controleren. Het afgelopen jaar is een enkele keer hoofdluis waargenomen. We hebben daarop adequaat gereageerd door extra controle uit te laten voeren door een aantal “luizenmoeders”. Zij zullen ook het komend schooljaar regelmatig de kinderen op hoofdluis controleren.

6.12. Rookvrij schoolterrein Meester van der Brugschool heeft vanaf 2019/2020 een rookvrij schoolterrein! Een gezonde leeromgeving vinden wij belangrijk. Daarom heeft onze school vanaf 2019/2020 een rookvrij schoolterrein. Er mag dan nergens meer op het schoolplein gerookt worden. Dit geldt voor iedereen: leerkrachten, ondersteunend personeel, ouders en bezoekers. Ook tijdens ouderavonden en andere activiteiten buiten schooltijd.

Waarom een rookvrij schoolterrein? Vanaf 2020 moeten alle scholen een rookvrij schoolterrein hebben. Onze school wil leerlingen een gezonde en rookvrije leeromgeving bieden. Uit onderzoek blijkt dat ‘zien roken, doet roken’. Kinderen en jongeren beginnen gemakkelijker en eerder met roken als ze roken in hun omgeving zien. Een rookvrij schoolterrein helpt leerlingen niet te starten met roken en voorkomt ongewenst meeroken. Wij vragen u ook om zelf niet te roken buiten het schoolplein bij de ingang van het plein of/en bij het hek in het zicht van de leerlingen. Bijvoorbeeld bij het brengen en ophalen van leerlingen.

Alvast onze dank voor uw medewerking! Met elkaar dragen we bij aan een gezonde leeromgeving voor onze kinderen.

34

7. De leraren

7.1. Personeel Heel belangrijk zijn de mensen die aan onze school werken. Zij zorgen voor: • een goede relatie met de kinderen. • de kinderen geloven in eigen mogelijkheden. • een onafhankelijke, zelfstandige houding. Om te weten of wij deze kwaliteiten beheersen, brengen wij dit in kaart met behulp van het vastleggen van een aantal schoolcompetenties met daaraan gekoppeld een aantal leerkrachtcompetenties. Wij proberen onszelf te verbeteren/ ontwikkelen in deze competenties. Onze eigen ontwikkelingen leggen we vast in een Bekwaamheidsdossier. De teamleden besteden veel tijd aan samenwerken en overleg, naar aanleiding van vastgestelde ontwikkelpunten. We kijken bij elkaar en bij andere scholen, om ons te verbeteren en ontwikkelen. We laten ons via deze ontwikkelpunten op diverse gebieden bijscholen.

Gelske Veltman en Anneke Bruinsma zullen het komende cursusjaar in oktober de herhalingslessen BHV volgen. Dit is bedrijfshulpverlening. Deze cursus bestaat uit EHBO, brandbestrijding en ontruimingsoefening.

7.2. Vervanging Op onze school werken op dit moment ongeveer elf personeelsleden. Een aantal daarvan werkt parttime. Er zijn momenten waarop vervanging nodig is. Op school hebben we een procedure afgesproken omtrent vervangingen (ook als dit niet lukt). Dit kan zijn bij: ziekte, arbeidsduurverkorting, buitengewoon verlof of scholing. Meestal zoeken wij dan een leerkracht uit de vervangingspool van de Stichting Palludara. Als er in het geheel geen invalkracht gevonden kan worden, wordt intern naar een oplossing gezocht. Door interne verschuiving kan dan misschien toch worden vervangen.

7.3. Stagiaires Jaarlijks kunnen er bij ons studenten op school zijn van de Stenden Hogeschool, Friesland College en/ of ROC De Friese Poort. In overleg met de student(e) wordt bepaald in welke groepen stage wordt gelopen. De betreffende groepsleerkracht is op dat moment de verantwoordelijke persoon met betrekking tot de student en de Hoge School. In overleg met de student(e) wordt een stage programma gemaakt. Om de student(e) veel ervaring op te laten doen geven wij enige ruimte. De betreffende groepsleerkracht is verantwoordelijk voor het jaarprogramma van die groepen. De stage mag het programma niet zo doorkruisen dat de gestelde doelen van onze school en groep niet gehaald worden.

35

8. De ouders

8.1. Het belang van de betrokkenheid van de ouders Als personeel, ouderraad, medezeggenschapsraad en activiteitencommissie vinden wij de betrokkenheid van de ouders enorm belangrijk. Wij informeren u over belangrijke gebeurtenissen op school. Een goede samenwerking tussen school en thuis bevordert het welzijn van uw kind. Van uw vragen en opmerkingen kunnen wij leren en, indien nodig, kunnen wij eventuele problemen oplossen. Ook zullen wij als school een beroep doen op ouders om aan activiteiten mee te doen. Wij willen samen school zijn, als personeel, ouders en leerlingen; de deur staat altijd voor u open.

8.2. Contact School - Ouders Regelmatig vindt er contact plaats tussen de school en u als ouder. Wij zien de leerkrachten als professionals en ouders als deskundigen van hun kind. • Via het ouderportaal Social Schools. Alle ouders krijgen een inlogcode voor Social Schools als zij de kinderen bij ons inschrijven. In deze app worden nieuwsberichten, agenda-items, gespreksplanningen en oproepen geplaatst. • Ongeveer 15 maal per jaar krijgen de ouders een nieuwsbrief via de e-mail. Mocht er geen e-mailadres aanwezig zijn, dan geven we uw kind het mee naar huis. • Huisbezoeken. De ouders worden in uitzonderlijke gevallen bezocht door de betrokken groepsleerkracht. • Voor ouders is er 1x in de 2 jaar gelegenheid om een ochtend in de groep te komen kijken. • Rapport. Het rapport geeft u informatie over de vorderingen van uw kind en wordt 2x per jaar uitgereikt. Deze rapporten kunnen eventueel besproken worden. (zie daarvoor de agenda) • Voor u als ouders zijn er nog de informatie en “tien minuten gespreksavonden”. • De deuren staan altijd voor ouders open. We willen een laagdrempelige school zijn waarbij ouders en leerkrachten samen optrekken en samenwerken. Dit vanuit ieders eigen verantwoordelijkheden. • Eén keer per jaar wordt er een jaarvergadering/ thema-avond gehouden. Dan wordt door de school en verschillende geledingen verantwoording afgelegd. • De informatieavonden voor groep 1 - 8 zijn in september. In de week voorafgaand aan deze informatieavonden, kunt u een bezoek brengen in de groepen. Zo proeft u even de sfeer en kunt u onze werkwijze bekijken. • De “tien minuten gespreksavonden” voor groep 1 - 8 zijn in november, februari en juni. Op deze gespreksavonden kunt u de resultaten van uw kind(eren) met de betreffende leerkracht bespreken. De precieze data vindt u in de jaarplanning die u aan het begin van het jaar ontvangt. • We hebben drie maal per jaar een schoolkrant: “Brêgenijs”. Hierin komen de kinderen aan het woord. Eventuele mededelingen kunnen ook via deze schoolkrant aan u worden doorgegeven. • Tevens proberen we alle nodige informatie (voor- en achteraf), foto’s en andere belangrijke zaken op onze website te plaatsen. Tevens maken we gebruik van een Facebookaccount en een Twitteraccount (@mrvdbrugschool). • Hebt u vragen, kom dan gerust voor of na schooltijd, of maak een afspraak. De deuren staan altijd open!

8.3. Informatie vragen De deuren staan altijd open voor ouders. U kunt ons altijd aanspreken en indien nodig maken we een afspraak. Overal waar gewerkt wordt zijn wel eens misverstanden en worden af en toe fouten gemaakt. Dat is op onze school niet anders. U bent altijd welkom om dergelijke punten te bespreken of om een klacht in te dienen. Samen streven we naar een goede oplossing en komen we er niet uit, dan bespreken we wie ingeschakeld moet worden om het probleem wel op te lossen.

36

8.4. De Activiteitencommissie (A.C.) De A.C. die uit 9 personen bestaat, (zie namenlijst achter in de schoolgids) verricht het hele jaar werkzaamheden. Onder andere ter ondersteuning van de leerkrachten. In de periode rond december is er altijd veel te doen. • Cadeautjes inpakken, foto’s maken tijdens het Sinterklaasfeest enz. • Meehelpen tijdens het kerstfeest met traktaties klaarzetten en rondbrengen. • De kerstboom in de hal wordt door de A.C. versierd. • Rond de jaarwisseling zetten enkele A.C.-leden altijd de klimtoestellen binnen en zetten die later ook weer buiten. • Eén of twee keer per jaar hebben we een klusdag. Dan worden bijvoorbeeld bepaalde toestellen op het plein geverfd en worden dingen gerepareerd enzovoort.

8.5. Schoonmaak Uit de schoolraad kwam het verzoek of we een aantal mensen bijeen zouden kunnen krijgen om extra schoonmaakwerkzaamheden te doen. Voor extra (grote) klussen is vaak geen tijd. Vooral om de school goed schoon te maken en vanwege een groeiend aantal kinderen met astma, is het toch erg belangrijk dat dit wel gebeurt. Het is de bedoeling dat van elk gezin iemand komt helpen. We houden 4x per jaar een schoonmaakronde houden. De eerste 3x willen we iedereen verdelen. U ontvangt een briefje met data waarop schoongemaakt gaat worden. U kunt inschrijven op de datum die u past. De laatste schoonmaakronde (de laatste maandag van het schooljaar) is iedereen welkom om te helpen.

8.6. Oud papier Eén maal per twee maanden wordt door de ouders van onze school het oud papier opgehaald. In het begin van het schooljaar wordt er een oud papier lijst samengesteld. Het is de bedoeling dat er van elk gezin iemand één keer per jaar meehelpt. Wie niet met papier kan sjouwen, kan misschien wel auto rijden. U hoeft hier niet persé zelf een kar voor te hebben. Er zijn diverse karren die we wel mogen lenen, als we dit maar op tijd melden. Mocht u niet in staat zijn om op het afgesproken tijdstip te komen, dan dient u zelf voor vervanging te zorgen. We verdienen op deze wijze geld. Hierdoor hoeven we geen extra ouderbijdrage te vragen. 9. Verzekeringen

De school, het personeel, de vrijwilligers en het bestuur zijn verzekerd op basis van een basispakket. De tussenpersoon is Raetsheren van Orden. Voor het actuele verzekeringshandboek kijkt u op: https://www.verusverzekeringen.nl/Information/Default.aspx?page=447

37

10. Regeling school- en vakantietijden

10.1. Continurooster en schooltijden Wij hebben in 2011 besloten om het continurooster in te voeren. Daarbij is gekozen voor het 5 gelijke dagen model. De schoolweek ziet er als volgt uit. De school begint ‘s morgens om 8.30 uur en eindigt om 14.15 uur. Groep 1 en 2 zijn vrijdags de hele dag vrij Groep 3 en 4 zijn vrijdagmiddag vrij.

De argumenten om dit rooster in te voeren zijn: • Uit het oogpunt van concentratie en effectieve lestijd benut men liever de ochtenden intensiever en houdt men de middag korter; • Kinderen hoeven opgestarte activiteiten niet wezenlijk te onderbreken door een lange middagpauze; • De tijd na schooltijd tot het avondeten is langer wat ruimte biedt aan het uitoefenen van hobby' s, clubs, buiten spelen en andere sociale contacten. • Het continurooster speelt goed in op de (gewijzigde) maatschappelijke inzichten en ontwikkelingen van deze tijd waarin steeds vaker in een gezin door meer dan een persoon buitenshuis gewerkt wordt; • Het is voor de kinderen een toegevoegde waarde om samen de maaltijd tussen de middag te gebruiken. Ze leren van elkaars gewoonten en gebruiken en de school kan gemakkelijk inspelen op haar doelen op het gebied van bevordering van gezond en redzaam gedrag en hygiëne; Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag

8.30- 10.15 onderwijs onderwijs onderwijs onderwijs onderwijs

10.15-10.30 pauze pauze pauze pauze pauze

10.30-12.00 onderwijs onderwijs onderwijs onderwijs onderwijs lunch/ lunch/ lunch/ lunch/ lunch/ 12.00-12.30 spelen spelen spelen spelen spelen 12.30-14.15 onderwijs onderwijs onderwijs onderwijs onderwijs vrije tijd/ vrije tijd/ vrije tijd/ vrije tijd/ vrije tijd/ 14.15-18.30 opvang opvang opvang opvang opvang Ochtend gedeelte: 8.30 uur- 12.00 uur 12-00 – 12.15 uur: Alle kinderen gaan lunchen. Tijdens de lunch vinden onderwijsactiviteiten plaats als (voor)lezen, schooltv-weekjournaal en sociale vaardigheden. 12.15 – 12.30 uur: Alle kinderen van de groepen 3 t/m 8 gaan naar buiten en hebben pauze. 12.30 – 12.45 uur: keuzewerkkwartier (KWK). Deze benaming gebruiken ze ook in het voortgezet onderwijs. De kinderen blijven onder verantwoordelijkheid van de leerkrachten actief met onderwijskundige activiteiten.

Middag gedeelte: 12.45 – 14.15 uur: Aansluitend is het mogelijk om gebruik te maken van de naschoolse opvang als u daar behoefte aan heeft. Van 14.15 – 14.45 uur hebben de leerkrachten pauze.

Tips en adviezen Waar moet u als ouder(s) op letten? De kinderen blijven over, dus ze moeten hun lunch en drinken meenemen. Het drinken kan (zo nodig) in de koelkast die in de gemeenschapsruimte staat. Het is goed om er rekening mee te houden dat de kinderen van alle groepen iedere middag v.a. 14.15 uur vrij zijn.

38

Behalve groep 1/2 (vrijdag de hele dag vrij) en groep 3/4 (vrijdagmiddag vrij). Omdat we tussen de middag met veel kinderen overblijven, samen in de groepen eten, drinken en van de toiletten gebruik maken, hebben we hygiënische maatregelen genomen. In de groep zijn flesjes zeep en desinfecterende handgel aanwezig. Alle toiletten worden dagelijks schoongemaakt. Wanneer u dit wenst, kunnen de kinderen na het eten hun tanden poetsen. Gebruikt uw kind medicijnen, dan kunt u contact opnemen met de leerkracht.

10.2. Vakantiedata Vakantierooster Herfstvakantie 1 week 10-10-2020 tm 18-10-2020 Kerstvakantie 2 weken 19-12-2020 tm 3-1-2021 Voorjaarsvakantie 1 week 20-2-2021 tm 23-2-2021 Goede vrijdag 1 dag 2-4-2021 Pasen 1 dag 5-4-2021 Koningsdag 1 dag 27-4-2021 Meivakantie 1 week 1-5-2021 tm 9-5-2021 Bevrijdingsdag 1 dag 5-5-2021 Hemelvaart 2 dagen 13-5-2021 14-5-2021 Pinksteren 1 dag 24-5-2021 Zomervakantie 6 weken 10-7-2021 tm 22-8-2021 Vrijdagmiddag vrij bij kerst 20-12-2019 Studiedagen: Palludaradag (3 mrt. 2021) Planning-/ studiedagen: Woensdag 25 nov 2020, Vrijdag 5 februari 2021, Dinsdag 25 mei 2021,

10.3. Eten en drinken Regelmatig worden er vragen gesteld over snoepen/ eten en drinken op school: wat geef je kinderen van groep 1 en 2 mee, zijn er ook regels voor groep 3 t/m 8, en hoe zit het met trakteren?

Trakteren met Verjaardagen Bij verjaardagen trakteren we op een gezonde traktatie, dus niet op snoep en dergelijke. Bij speciale gelegenheden zoals: Sinterklaas, schoolreisje e.d. mag best wel eens gesnoept worden. Er zijn natuurlijk een aantal randgevallen bijvoorbeeld: soesjes met slagroom. Wij willen u hierbij vragen, denk met ons mee. Er zijn zoveel leuke traktaties te bedenken. In school is een map, gemaakt door de A.C., met traktatie ideeën. Deze map is te vinden bij de kapstok van de kleuters.

Pauze De kinderen van groep 1 en 2 eten hun fruit binnen op. Ook nemen de meeste kinderen drinken mee in een beker. Deze wordt op het aanrecht geplaatst i.v.m. lekken. Regels: • Drinken: Dit kunt u zelf uitkiezen, als er maar geen “prik” in zit. Bekers waar prik in zit gaan lekken. Liever drinken in een beker dan in een pakje ( i.v.m. de afvalberg). • Eten: Geef uw kind iets gezonds mee bijvoorbeeld: fruit, komkommer, rozijntjes, boterham. • Geef uw kind wel iets dat hij /zij lust, u hebt er niets aan als ze het toch niet opeten.

39

• Groep 3 t/m 8: Ook voor de “grote” kinderen, die naar buiten gaan in de pauze, vragen we om brood of fruit mee te geven. Ook de schoolarts adviseerde ons om hierin beleid te maken i.v.m. het hoge aantal te dikke kinderen in Nederland.

10.4. Leerplicht en verlofregeling

Wat betekent leerplicht precies? Leerplicht betekent dat kinderen verplicht zijn naar school te gaan. Ouders moeten hun dochter of zoon inschrijven op een school. Verder moeten ouders ervoor zorgen dat hun kind naar school gaat. Zij kunnen hun kind dus niet zo maar thuis houden. Niet alleen de ouders, ook de leerlingen zelf kunnen erop worden aangesproken als ze niet naar school gaan. Zo kunnen zowel ouders als leerlingen een boete krijgen vanwege langdurig spijbelen. In het ergste geval kunnen ouders in de gevangenis terecht komen.

Wie is leerplichtig? Een kind moet naar school uiterlijk op de eerste dag van de nieuwe maand na zijn of haar vijfde verjaardag. De volledige leerplicht duurt tot en met het schooljaar waarin de jongere zestien jaar wordt. (Een schooljaar loopt van 1 augustus tot en met 31 juli.) Daarna komt de partiële leerplicht. Die omvat twee dagen per week. Jongeren die een leerovereenkomst hebben gesloten, dat wil zeggen in een bedrijf of instelling worden opgeleid, zijn één dag per week leerplichtig. De partiële leerplicht duurt tot en met het schooljaar waarin de jongere zeventien is geworden.

Mag je je kind zo maar thuis houden van school? De wet kent twee mogelijkheden tot vrijstelling. Ten eerste is er de vrijstelling tot inschrijving. Ouders kunnen een beroep doen op vrijstelling van de plicht hun kinderen in een school in te schrijven als er bijvoorbeeld sprake is van ongeschiktheid door lichamelijke of psychische oorzaken. De gemeentelijke leerplichtambtenaar beoordeelt of er redenen zijn om vrijstelling te verlenen. Als het gaat om ongeschiktheid, wordt een arts of psycholoog ingeschakeld om de jongere te onderzoeken. Ten tweede is er de vrijstelling van schoolbezoek. Een leerling hoeft niet naar school als hij of zij bijvoorbeeld ziek is. Ook godsdienstige of levensbeschouwelijke of ander belangrijke verplichtingen kunnen reden zijn om niet naar school te gaan. Als een leerling reden heeft om te verzuimen, moet dat altijd aan de school worden gemeld. In de regel beoordeelt de schooldirecteur of er sprake is van een gegronde reden voor verzuim. Als een leerling gegronde redenen heeft om meer dan tien dagen te verzuimen binnen een schooljaar, dan moet de leerplichtambtenaar daarvoor toestemming geven. Als het gaat om vakantie buiten de schoolvakanties om, dan mag de directeur slechts één keer per schooljaar vrij geven voor maximaal twee weken. Deze regeling is uitsluitend bestemd voor kinderen van ouders met een beroep dat het onmogelijk maakt binnen de vastgestelde schoolvakanties met vakantie te gaan.

Wie houdt zich bezig met het toezicht op de naleving van de leerplichtwet? De leerplichtambtenaar in de gemeente waar u woont, houdt zich bezig met het toezicht op de leerplichtwet. Deze persoon is meestal te bereiken via de afdeling Onderwijs van uw gemeente. De gemeente heeft er bij ons op aangedrongen om een actiever leerplichtbeleid te gaan voeren. Daarbij moeten wij er vanuit gaan dat u slechts in uitzonderingsgevallen toegestaan kan worden uw kinderen niet naar school te laten gaan. Enkele van de ‘gewichtige omstandigheden’ zijn in de wet als volgt omschreven: • als de school of onderwijsinstelling gesloten of het onderwijs geschorst is (bijvoorbeeld bij ontruiming van de school); • als het bezoeken van de school of de onderwijsinstelling verboden is (heeft betrekking op individuele leerlingen); • als de leerling bij wijze van tuchtmaatregel geschorst is; • als de leerling ziek is. Ouders zijn verplicht een ziektemelding te doen aan de school;

40

• als er plichten zijn voortvloeiend uit godsdienst of levensovertuiging. Als richtlijn geldt dat hiervoor één dag per verplichting vrij wordt gegeven. Ouders dienen uiterlijk 2 dagen van tevoren de directeur op de hoogte te stellen.

Verlofregeling ‘andere gewichtige omstandigheden’ Daarnaast wordt in de wet gesproken over ‘andere gewichtige omstandigheden’. Onder ‘andere gewichtige omstandigheden’ verstaat de Leerplichtwet omstandigheden die buiten de wil van de leerling en/ of ouders zijn gelegen. Op grond van deze omstandigheden kan aan de leerling verlof worden verleend. Het college van B&W moet toezicht houden op een goede uitvoering van de leerplicht. Daarom hebben ze hiervoor regels opgesteld. Ouders kunnen een verzoek voor extra verlof aanvragen, wanneer één van de volgende omstandigheden zich voordoet. Uitgangspunt is dat deze externe omstandigheden buiten de wil van de ouders en/ of het kind plaats vinden. Omstandigheden die in aanmerking komen voor extra verlof: 1. Verhuizing: maximaal 1 dag. 2. Huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad binnen de woonplaats: maximaal 1 dag; buiten de woonplaats: maximaal 2 dagen. 3. 12,5-, 25-, 40-, 50- of 60-jarig huwelijksjubileum van ouders of grootouders: maximaal 1 dag. 4. 25-, 40- of 50-jarig ambtsjubileum van ouders of grootouders: maximaal 1 dag. 5. Ernstige ziekte van bloed- en aanverwanten tot en met de vierde graad: periode in overleg met de directeur. 6. Overlijden van bloed- en aanverwanten in de eerste graad: maximaal 4 dagen. 7. Overlijden van bloed- en aanverwanten in de tweede graad: maximaal 2 dagen. 8. Overlijden van bloed- en aanverwanten in de derde en vierde graad: maximaal 1 dag. 9. Naar het oordeel van de directeur belangrijke redenen met uitzondering van vakantieverlof en deelname aan sportieve of culturele evenementen buiten schoolverband. 10. Voor omstandigheden die niet onder bovengenoemde punten vallen kan, in overleg met de directie, maximaal 1 dag per schooljaar vrij gegeven worden.

Verlofregeling in verband met vakanties Voor vakantie onder schooltijd kan alleen een uitzondering op de hoofdregel gemaakt worden als de leerling tijdens de schoolvakanties niet op vakantie kan gaan door de specifieke aard van het beroep van (één van) de ouders (LPW art.11 onder f en art.13a). In dat geval mag de directeur eenmaal per schooljaar maximaal 10 dagen de leerling vrij geven. De verlofperiode mag niet in de eerste 2 weken van het schooljaar vallen. Er zijn 12 weken schoolvakantie per jaar. Als uw kind(eren) leerplichtig is (zijn) moet u daar dus rekening mee houden. Beoordelingscriteria: • De specifieke aard van het beroep moet worden aangetoond. Hierbij moet gedacht worden aan sommige beroepen met seizoensgebonden werkzaamheden in bedrijfstakken die een piekdrukte kennen waardoor het voor het gezin feitelijk onmogelijk is om in die periode een vakantie op te nemen. Het moet redelijkerwijs te voorzien zijn dat een vakantie in de schoolvakanties tot onoverkomelijke bedrijfseconomische problemen zal leiden. Slechts het gegeven dat gedurende de schoolvakanties een belangrijk deel van de omzet behaald is onvoldoende. • Let op: De werkomstandigheden (uitval, onderbezetting, werkplanning), de inkleuring van de personele bezetting, de bedrijfsomstandigheden en de gezinsomstandigheden passen NIET in het begrip “specifieke aard van het beroep”. • Slechts eenmaal per schooljaar. • Maximaal 10 schooldagen. • Niet in de eerste 2 weken van het schooljaar.

41

Wanneer wordt een verzoek zeker afgewezen: • familiebezoek in het buitenland; • vakantie in een goedkope periode of in verband met een speciale aanbieding; • vakantie onder schooltijd bij gebrek aan andere boekingsmogelijkheden; • een uitnodiging van familie of vrienden om buiten de normale schoolvakanties op vakantie te gaan; • roosterproblemen van de werkgever; • vakantie in verband met een gewonnen prijs; • eerder vertrekken of later terugkomen in verband met (verkeers)drukte; • eerder vertrek voor een kind, omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn; • vakantiespreiding; • samen reizen of in konvooi reizen; • sabbatical; • kroonjaren; • wereldreis/ verre reis. De aanvraag voor een verlof in geval van ‘andere gewichtige omstandigheden’ van meer dan 10 dagen dient rechtstreeks bij de gemeente/ leerplicht te worden ingediend. De leerplichtambtenaar hoort de directeur van de school en de ouders over de aanvraag. Vervolgens neemt de leerplichtambtenaar de beslissing en deelt deze door middel van een beschikking schriftelijk mee aan de aanvrager. De directie van de school krijgt een afschrift. In de beschikking wordt aangegeven dat en hoe bezwaar te maken is tegen de beslissing. Wilt u, voordat u tot het indienen van een verzoek om verlof besluit, eerst bovenstaande regels goed lezen. Dit voorkomt problemen en teleurstellingen. Voor meer informatie kunt u ook terecht op de website van de gemeente. http://www.gemeentesudwestfryslan.nl/inwoners/leerplicht_44524/

Voor alle aanvragen voor verlof hebben wij aanvraagformulieren gemaakt, die u op school kunt vragen en inleveren bij de directeur. Deze formulieren kunt u tevens via de site van school downloaden en digitaal invullen. Wanneer uw kind door ziekte of om een andere reden de school niet kan bezoeken, wilt u dit dan doorgeven aan iemand van het onderwijzend personeel? (Tel. 591627) Bezoek aan met name de tandarts dient zoveel mogelijk buiten de schooluren plaats te vinden! 11. Klachtenregeling

Als school hebben we een meldingsregeling machtsmisbruik. Hieronder vallen klachten over discriminatie, racisme, agressie, geweld, (seksuele) intimidatie en (cyber)pesten.

Het gaat om situaties tussen leerlingen onderling en tussen leerling en personeel. In de meldingsregeling zijn bepalingen opgenomen over contactpersonen, vertrouwenspersonen en de klachtencommissie.

De klachtenregeling van stichting Palludara is opgesteld volgens de landelijke vastgestelde klachtenregeling. Als ouder kunt u ontevreden zijn over bepaalde zaken op school. We gaan er vanuit dat we de meeste klachten in onderling overleg kunnen oplossen. We nodigen u van harte uit bij ontevredenheid met de leerkracht in gesprek te gaan.

Zijn de problemen op dit niveau niet op te lossen, dan kunt u contact opnemen met de directeur van de school. Het is niet de bedoeling dat de MR of de OR hier een rol in spelen.

Mocht het zo zijn, dat u ook met de directie niet tot een oplossing van uw probleem/klacht komt, dan kunt u zich in verbinding stellen met de klachtencontactpersoon van de school, dit is: .

42

Hij zal samen met u de klacht willen oplossen of zij verwijst u door naar een vertrouwenspersoon die aangesteld is door onze Stichting Palludara. Hij is te bereiken op school via telefoonnummer: dhr. L. Hotsma A.H. Trompstraat 30 8551 NV WOUDSEND Tel: 0514-591370

Vertrouwenspersonen Onze school is voor de externe vertrouwenspersoon aangesloten bij GGD Fryslân. De externe vertrouwenspersoon handelt de klacht af volgens een vaste procedure, behandelt alle zaken strikt vertrouwelijk en is geen verantwoording schuldig aan de school. Hierdoor kan het kind en/of ouder/verzorger vrijuit spreken en een klacht voorleggen.

Meer info Op de website van GGD Fryslân (www.ggdfryslan.nl) kun je de folder Vertrouwenspersoon voor jongeren en Vertrouwenspersoon voor ouders downloaden. Vertrouwenspersoon voor onze scholen is: Reintsje Miedema. Zij is te bereiken bij GGD Fryslân via telefoonnummer 088 22 99 536 of via e-mail [email protected].

Vertrouwensinspecteur Voor een onafhankelijk advies in geval van een klacht, kunt u ook contact opnemen met de een van de vertrouwensinspecteurs van de Onderwijsinspectie via telefoonnummer 0900-111 3111 (lokaal tarief) weekdagen van 8.00 uur tot 17.00 uur.

Meldplicht seksueel geweld Bij klachten van ouders en leerlingen over de schoolsituatie, waarbij mogelijk sprake is van ontucht, aanranding of een ander zedendelict door een schoolmedewerker jegens een minderjarige leerling, is de school wettelijk verplicht het bevoegd gezag te informeren. Vervolgens is het bevoegd gezag verplicht aangifte te doen bij politie/justitie. fase 1: Ga in eerste instantie met uw klacht naar degene die de klacht aangaat en bespreek het probleem aldaar en probeer samen een oplossing te vinden. fase 2: Indien u er samen niet uitkomt of wanneer de eerste fase in uw ogen onbevredigend is verlopen, neem dan contact op met de schoolleider. Ook in deze fase wordt getracht onderling een oplossing te vinden. fase 3: Wanneer ook in fase 2 geen bevredigende oplossing wordt gevonden, wordt het probleem binnen de schoolraad besproken, al dan niet in aanwezigheid van de medezeggenschapsraad. De schoolcommissie kan na een brede oriëntatie een gesprek aanvragen met de betreffende ouder(s) en degene die de klacht aangaat. Samen wordt getracht het probleem op te lossen. fase 4: Als na fase 3 nog steeds geen oplossing in zicht is, wordt door de klagers en/of de school contact opgenomen met de directie met als doel: bezinning op de verdere gang van zaken.

43

12. Diversen

Geldzaken op school We vragen een bijdrage aan de ouders/verzorgers voor het bekostigen van het jaarlijkse schoolreisje/ - kamp en voor het uitje van de kleuters 1 maal in de 2 jaar. Alle ouders krijgen in april/ mei een factuur waarop het totale bedrag staat wat u moet betalen. Let wel: de bijdrage geldt per schooljaar. Bij het begin van de schoolperiode van het kind vult u een formulier in. Dit formulier blijft de gehele schoolperiode van kracht. (Zodra er iets verandert, kunt u dit doorgeven aan de penningmeester en passen we de gegevens aan)

Vanaf het schooljaar 2014-2015 is samen met de ouders besloten om de bijdrage voor schoolreisjes en schoolkamp voor alle kinderen gelijk te trekken. Dit betekent dat elk kind voor elk leerjaar hetzelfde bedrag betaalt. We vragen u de volgende bijdrage: € 35,-

Gymnastiek Groep 1 en 2: zie bij ‘informatie groep 1 en 2’. Groep 3 t/m 8: heeft gymnastiekles op maandagmiddag en woensdag. Tijdens de gymlessen dragen de kinderen gymkleding en gymschoenen. In het M.F.C., waar de gymlessen gegeven worden, is het verplicht om schoenen met een lichte kleur zool te dragen. Voor groep 3 - 8 liever geen “balletschoenen”, omdat deze vrij glad zijn. Bij mooi weer kan er ook gebruik gemaakt worden van de sportvelden van vv Woudsend.

Kerst- en paasvieringen Donderdag vóór kerst organiseren we met de Bonifatiusschool een kerstfeest. Het afgelopen jaar hebben we een kerstdiner georganiseerd. Dit schooljaar zullen we met de andere school opnieuw gaan bekijken hoe we het kerstfeest gaan organiseren. De kerstviering doen we op onze eigen school. De paasviering is in de vorm van een lunch, die plaats vindt in de middenruimte van onze school. Hierbij zijn kinderen en leerkrachten actief bezig met liederen, verhalen en een uitleg rondom het Paasfeest.

Buitenschoolse activiteiten • schoolvoetbaltoernooi groep 7/8 • korfbaltoernooi 5/6 • kerkdienst in het kader van “school, gezin en de kerk” • vogelwacht • Koningsspelen • Dorpsfeesten/ Waldseiner Wykein

Cultuureducatie/ excursies We willen de leerlingen kennis laten maken met de eigen cultuur en andere culturen, en zo begrip, wederzijds respect en kennis vergroten. Ze in aanraking brengen met vele vormen van kunst en kunstuitingen. Het stimuleren en prikkelen van de eigen kunstzinnige ontwikkeling in praktische en ook geestelijke zin. Gastlessen, bezoek aan theater, musea, culturele en educatieve locaties, creatieve uitingen van kunst, dansmanifestaties en excursies van educatieve aard zullen we proberen in te zetten. Zo bezoeken de kinderen in het kader van cultuur per leeftijdsgroep een theatergezelschap.

Afscheid groep 8 De kinderen van groep 8 nemen op bijzondere wijze afscheid van onze school; een door de ouders georganiseerde avond, waarbij verschillende activiteiten worden gedaan. Ook voert groep 8 elk jaar een musical op. Dit wordt samen met de groep 8 van de Bonifatiusschool gedaan.

44

Onderwijstelefoon 0800-5010 is de landelijke vraagbaak voor ouders met schoolgaande kinderen

Kleuterschoolreisje Het ene jaar gaan we op schoolreis en het andere jaar wordt er een pannenkoekfeest georganiseerd.

Schoolkamp/ Schoolreisje Groep 7/8 gaat ieder jaar op schoolkamp. Het ene jaar naar Ameland, het andere jaar naar een nog nader te bepalen bestemming. Ieder jaar gaan alle kinderen uit Woudsend van groep 3/4 en 5/6 op schoolreisje.

Ouderavond In april wordt een thema-avond voor ouders georganiseerd. Op deze avond worden o.a. de jaarverslagen van de verschillende commissies behandeld. En deze avond heeft een informatief/voorlichtend karakter. Op deze avond is meestal een interessant onderwerp/ thema. Afgelopen jaren hebben we bijvoorbeeld de volgende onderwerpen/ thema’s gehad. Continurooster, Pesten, Schoolmaatschappelijk Werk etc.

Schoolbieb Sinds schooljaar 2008-2009 kunnen de kinderen hun boeken lenen in een ruimte van de Bonifatiusschool. De Lytse Bieb is iedere maandag open v.a. 9.30 uur. Wij gaan waar mogelijk met al onze groepen naar de Lytse Bieb. Kinderen kunnen gratis lid worden, waarna ze boeken kunnen lenen.

Goede doelen We organiseren ieder jaar een project week voor goede doelen. Elk jaar gaan we op zoek naar een bijzonder project. Verder doen we jaarlijks mee aan de acties “Kinderpostzegel”, “Schoenmaatjes” en “Schaatsen voor water”.

Schoolfotograaf Eén keer per 2 jaar komt de schoolfotograaf op school. Er wordt een portret, een groepsfoto en eventueel een foto met broertjes/ zusjes gemaakt. De schoolfotograaf komt elk jaar op school om een groepsfoto te maken van de groepen.

A.M.V. De Algemene Muzikale Vorming wordt gegeven door een docent van de muziekschool Sneek. Op dinsdagmiddag onder schooltijd worden de lessen hier in school gegeven aan groep 4. Na schooltijd zijn er muzieklessen voor de kinderen uit groep 5 of hoger.

Koningsspelen Elk jaar doen wij, samen met de Bonifatiusschool mee aan de landelijke Koningsspelen. Dit jaar doen wij mee op vrijdag 21 april. De kinderen uit groep 1/2 worden deze dag ook op school verwacht.

Fietsen Om te voorkomen dat er erg veel fietsen op het plein komen te staan, de volgende regel: kinderen die buiten de borden van Woudsend wonen mogen op de fiets naar school komen. Ook de kinderen die “over de brug” wonen mogen fietsen. De andere leerlingen laten de fiets thuis.

Samenwerkingsverband Samenwerkingsverband primair onderwijs Friesland Fonteinland 11 8913 CZ Leeuwarden T 058 294 89 37 M [email protected]

45

12.1. Medezeggenschapsraad Iedere school heeft verplicht een medezeggenschapsraad (MR). De MR is een orgaan voor medezeggenschap, oftewel inspraak. De MR overlegt met de directie en het schoolbestuur over belangrijke schoolzaken, zoals verbeteringen in het onderwijs, geldbesteding, de keuze van een lesmethode, verandering van klassenindeling, de invoering van ict, veiligheid op school, fuseren met een andere school en de manier waarop men ouders wil laten meehelpen in het onderwijs en bij andere activiteiten.

Taken medezeggenschapsraad De MR neemt standpunten in over datgene wat de schooldirectie doet of laat. De MR oordeelt over de (beleids-)voorstellen van de directie; de lijnen die door de directie worden uitgezet en de wijze waarop die lijnen worden uitgevoerd. Daarbij kan de MR ook zelf met voorstellen komen. Kort gezegd gaat het maar om één ding: het reilen en zeilen van de school. Alle rechten van de medezeggenschapsraad staan in de Wet Medezeggenschap op Scholen (WMS).

Samenstelling van de MR In de medezeggenschapsraad van het basisonderwijs zitten vertegenwoordigers van de ouders (de oudergeleding) en vertegenwoordigers van de personeelsleden (de personeelsgeleding). Alle ouders en personeelsleden kunnen zich verkiesbaar stellen voor de medezeggenschapsraad. De zittingsduur van de MR is 4 jaar. Het aantal leden in de MR is afhankelijk van de grootte van de school en bestaat uit evenveel ouders als vertegenwoordigers van het personeel (PMR). De MR van de Meester van der Brugschool bestaat uit 2 teamleden en 2 ouderleden:

Jeltje Oerlemans (PMR) Annikki Schotanus (PMR) Rixt Schaap Bauke van Delft

De MR komt ongeveer 1 keer per 5 weken bijeen. De agenda wordt opgesteld door de voorzitter en de secretaris in overleg met de directeur. Daarnaast kunnen de andere leden ook agendapunten inbrengen. Vergaderingen zijn (gedeeltelijk) openbaar en daarmee toegankelijk voor niet-leden. Mocht u een vergadering willen bijwonen, dan horen we dit graag vooraf van u.

Bevoegdheden De MR heeft algemene en bijzondere bevoegdheden, oftewel rechten. De algemene rechten zijn het informatierecht, het recht op overleg en het initiatiefrecht. De bijzondere bevoegdheden zijn het instemmingsrecht en adviesrecht. Instemmingsrecht wil zeggen dat het bestuur een voorgenomen besluit niet eerder mag uitvoeren dan nadat de medezeggenschapsraad ermee heeft ingestemd. Bij het adviesrecht geldt dat het schoolbestuur serieus moet reageren op elk advies dat de medezeggenschapsraad geeft, maar hoeft het advies niet over te nemen.

Elke geleding heeft instemmingsrecht over die zaken die voor haar van wezenlijk belang zijn. De andere geleding heeft dan adviesrecht. Als zaken voor beide van wezenlijk belang zijn, hebben beide geledingen instemmingsrecht. Ouders en personeel moeten bijvoorbeeld beide instemmen met het schoolplan, de schoolgids en de manier waarop ouders betrokken worden bij hulp op school. De oudergeleding van de MR heeft bijvoorbeeld instemmingsrecht over de hoogte en de besteding van de ouderbijdrage. Over een aantal andere zaken heeft de medezeggenschapsraad adviesrecht.

De MR kan alle aangelegenheden die de school betreffen bespreken met de directie. Iedere ouder of personeelslid kan dus contact opnemen met de MR over zaken die de school betreffen. Mocht u een bepaald onderwerp graag behandeld zien, dan kunt u dit via de MR aankaarten.

46

Jaarplan MR In het jaarplan wordt vastgelegd welke onderwerpen in welke maand besproken moeten worden tijdens de vergadering. Op deze manier kan rekening worden gehouden met onderwerpen die jaarlijks terugkeren en met onderwerpen die het komende schooljaar zeker op de agenda moeten worden geplaatst. Voorbeelden zijn het schoolplan, de schoolgids, het zorgplan, de begroting van het bevoegd gezag, financiële middelen die het bevoegd gezag van het rijk heeft ontvangen, jaarverslag school en het jaarverslag van de medezeggenschapsraad. Daarnaast zullen gedurende het schooljaar onderwerpen worden besproken die meer een ad hoc karakter hebben. Op rustiger momenten kan de MR onderwerpen bespreken waar anders geen tijd voor is.

Wat doet de MR? De MR is er om de belangen van ouders en kinderen in de school te behartigen. De MR is er niet om individuele problemen tussen ouders/ kinderen en de school te bespreken. Uw individuele problemen moet u bespreken met de leerkracht, de directie of het schoolbestuur. De MR kan wel uw signalen oppikken om dit te gebruiken als 'kapstok' om het onderwerp (algemeen) ter bespreking in de vergadering met de directie te brengen. Wanneer u vragen of opmerkingen over algemene zaken binnen de school heeft dan kunt u contact opnemen met één van de leden of op ons gezamenlijke e-mailadres: [email protected]

47

12.2. Kinderopvang (bron: Thuis bij Thea)

De buitenschoolse opvang in Woudsend, wordt, voor zowel de Meester van der Brugschool als de Bonifatiusschool, verzorgd door Kindercentrum Thuis-bij-Thea. Kindercentrum Thuis-bij-Thea is in Woudsend gevestigd in het Reidhintsje, Kleasterstrjitte 2. Wij bieden hier naast BSO (4 tot 12 jarigen) ook dagopvang (6 weken tot 4 jaar)

De voordelen van opvang via kindercentrum Thuis-bij-Thea:

• Opvang voor kinderen van 0 tot 13 jaar. • We zijn 24 uur per dag 7 dagen in de week geopend. • We staan dus ook in het weekend, tijdens feestdagen en vakanties voor u klaar. • De tarieven zijn voor alle soorten opvang hetzelfde, dus geen flexibiliteittoeslag of hoger tarief `s avonds of in het weekend. • U hoeft bij ons geen hele dagen of dagdelen af te nemen. • U kunt opvang per kwartier afnemen • U betaalt geen inschrijfgeld of andere bij komende kosten • U kunt ruim van te voren opvang reserveren, of op het laatste moment. • U kunt gereserveerde uren tot 10 dagen van te voren kosteloos afzeggen. • U mag binnen deze 10 dagen met gereserveerde uren schuiven. • U kunt ons ook gebruiken als achter de hand opvang • Binnen een straal van 15 kilometer kunnen we het vervoer van uw kind(eren) van en naar school, vriendjes, sport, andere opvang enz. regelen.

Ons zéér enthousiaste en professionele team streeft er naar om kinderen een liefdevolle, veilige, gezellige en uitdagende omgeving te bieden, waar ze zorgeloos kunnen spelen. groeien en zich kunnen ontwikkelen. We willen u als ouder graag ondersteunen in het combineren van werk en gezin. Wij zetten zonder probleem een stapje extra en denken graag met u mee. We zijn allemaal in het bezit van een relevant diploma en een verklaring omtrent gedrag.

Mocht u meer informatie wensen, dan kunt u geheel vrijblijvend contact met ons opnemen

M: 06 2933 7756 Woudsend T: 0515 856 926 Algemeen E: [email protected] W: www.thuis-bij-thea.nl

Hartelijke groeten,

Het Thuis-bij-Thea Team

48

13. Namen en emailadressen

13.1. Personeel:

Naam: Functie Mailadres Doutzen van der [email protected] Ende - Duiker Aanwezig: Directeur Di, vrij, wisselwoensdag

[email protected] Anneke Bruinsma groep 1/2 Aanwezig: plaatsvervangend Ma, di, woe, do, vrij directeur

[email protected] Gelske Veltman Aanwezig: groep 3/4 Ma, di, woe, do

[email protected] Jeltje Oerlemans groep 3/4 Aanwezig: en Ma (1e half jaar) do groep 7/8 en vrij

[email protected] Annikki Schotanus Aanwezig: groep 5/6 Ma, di

[email protected] Sanne Bonsma Aanwezig: groep 5/6 Woe, do, vrij

[email protected] Paul Grondsma Aanwezig: groep 7/8 Ma t/m vrij

[email protected] Geartsje Tjeerdema Aanwezig: Intern Begeleider Dinsdag

49

[email protected] Anneke de Vries Onderwijsassistent Aanwezig: zorg Ma, di, woe, do

[email protected]

Rixt IJdema - Vellinga Onderwijsassistent Ma t/m vrij groep 1 en 2

[email protected] Annita van der Meer Aanwezig: school assistent Ma t/m vrij

13.2. Ouderraad: [email protected]

Rinske Dijkstra-Akkerman Voorzitter Simon de Jong Penningmeester Jelma Rinkema Secretaris Berend Okma Roos Redecker Esther Jansma Diana van der Kooij

13.3. Medezeggenschapsraad: [email protected] Annikki Schotanus (P) Voorzitter Jeltje Oerlemans (P) Secretaris Bauke van Delft (O) Rixt Schaap (O)

13.4. Activiteitencommissie:

Gelske Veltman Personeel Fokje Hylkema Rob Hartman Oud papier Carin van der Meulen Klazina van Netten Jilke Folmer Oud papier Evalien de Vries-Tjalsma

50