Maatregelen Voor De Eikelmuis (Eliomys Quercinus) in Limburg, Met Bijzondere Aandacht Voor Kortessem
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Verspreiding en monitoring van en beschermings- maatregelen voor de eikelmuis (Eliomys quercinus) in Limburg, met bijzondere aandacht voor Kortessem RAPPORT Natuur.studie nummer 11 2007 Joeri Cortens & Goedele Verbeylen De natuur heeft je nodig. En vice versa. Verspreiding en monitoring van en beschermings- maatregelen voor de eikelmuis (Eliomys quercinus) in Limburg, met bijzondere aandacht voor Kortessem © 2007 Natuurpunt Studie (Zoogdierenwerkgroep) Coxiestraat 11 2800 Mechelen [email protected] www.eikelmuis.be Tekst: Joeri Cortens en Goedele Verbeylen Foto’s en tekeningen: Geert Carette, Joeri Cortens, Steven De Ridder, Gerald Driessens, Marc Herremans, Maarten Jacobs, Gerard Mornie, Polle Ranson, Jos Reymen, Niels Ryckeboer, Jan Schouppe, Kris Van Vaerenbergh, Bob Vandendriessche, Jean Van Winkel, Dominique Verbelen, Goedele Verbeylen, Rollin Verlinde & Kathy Verschelde Vormgeving: Goedele Verbeylen Eindverslag samenwerkingsovereen- komst “Eikelmuis” 2007. Dit pro- ject kwam tot stand in samenwer- king met de Provincie Limburg in het kader van LIKONA (Limburgse Koepel voor Natuurstudie) en de Gemeente Kortessem in het kader van het GALS-project. Wijze van citeren: Cortens J. & Verbeylen G. (2007). Verspreiding en monitoring van en beschermingsmaatregelen voor de eikelmuis (Eliomys quercinus) in Limburg, met bijzondere aandacht voor Kortessem. Rapport Natuur.studie 2007/11, Natuurpunt Studie (Zoogdierenwerkgroep) in samenwerking met Provincie Limburg/LIKONA, Mechelen, België. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Zoogdierenwerkgroep van Natuurpunt Studie vzw en de Provincie Limburg. Inhoudstafel Samenvatting 1 1. Inleiding 3 2. Doelstellingen 5 2.1. Actuele en historische verspreiding nagaan 6 2.2. Oorzaken van de achteruitgang onderzoeken 6 2.3. Beschermingsmaatregelenpakket uitwerken 6 2.4. Monitoring opstarten 6 2.5. Potentiekaart voor Kortessem opmaken 6 3. De slaapmuizen (Gliridae) 7 3.1. Waar komt deze naam vandaan? 8 3.2. Korte geschiedenis van de slaapmuizen 8 3.3. De grote spraakverwarring 9 4. De eikelmuis (Eliomys quercinus) 11 4.1. Verspreidingsgebied en ondersoorten 12 4.2. Lichaamskenmerken 13 4.3. Biotoop en voedselkeuze 14 4.4. Verblijfplaatsen en winterslaap 16 4.5. Sociale organisatie en activiteit 18 4.6. Voortplanting en overleving 18 4.7. Mobiliteit 20 4.8. Beschermingsstatus 21 5. Verspreiding in Limburg 23 5.1. Afbakening van het studiegebied 24 5.2. Inzamelen van gegevens 24 5.2.1. Oproepen en artikels 24 5.2.2. Enquêtes 28 5.2.3. Nestkasten 29 5.3. Invoeren van de gegevens 35 5.4. Resultaten 36 5.4.1. Enquêtes 36 5.4.2. Nestkasten 37 5.4.3. De eikelmuis in Vlaanderen 38 5.4.4. De eikelmuis in Limburg 39 5.3.3. Trends 43 6. Potenties voor de eikelmuis in Kortessem 45 6.1. Werkwijze 46 6.2. Bespreking per deelgebied 46 6.2.1. Jongenbos 46 6.2.2. Belle-Vuebos 47 6.2.3. Wimmertingen (Hasselt) en omgeving 48 6.2.4. Dorpskern Guigoven 48 6.2.5. Guigoven – Gors-Opleeuw 48 6.2.6. Zammelen 49 6.2.7. Eggertingen – Grimmertingen – Henisveld 50 6.2.8. Kasteel van Hoogveld en omgeving 51 6.2.9. Wintershoven (Enkelenberg) 51 7. Oorzaken van de achteruitgang en mogelijke beschermingsmaatregelen 53 7.1. Habitatvernietiging 54 7.1.1. Hoogstamboomgaarden 54 7.1.2. Houtkanten, hagen en knotwilgen 55 7.1.3. Bossen 55 7.2. Verlies van nestgelegenheid en overwinteringsplaatsen 56 7.3. Slachtoffers willekeurige rattenbestrijding 57 7.4. Opzettelijke verdelging 58 7.5. Toename van predatoren 59 7.6. Herintroductie 60 8. Besluit 61 9. Dankwoord 63 10. Literatuur 65 11. Bijlagen 69 11.1. Gemeentes die reageerden op de enquête 70 11.2. Nestkastlocaties en contactpersonen 71 11.3. Digitale bijlagen 73 11.3.1. Eikelmuisgegevens uit Limburg 73 11.3.2. GIS-laag studiegebieden 73 11.3.3. GIS-laag nestkastennetwerk 73 11.3.4. GIS-laag hotspots 73 11.3.5. GIS-laag potentiekaart Kortessem 73 Samenvatting 1 De eikelmuis of “fruitratje” is met haar schattige snoetje, zwarte zorro-masker en lange plui- zige staart zonder twijfel één van de meest herkenbare en aaibare knaagdieren uit onze Vlaamse natuur. Op aangeven van zoogdieronderzoekers uit binnen- en buitenland, die opmerkten dat fruitratjes steeds schaarser worden, ging de Zoogdierenwerkgroep van Natuurpunt Studie op zoek naar zoveel mogelijk waarnemingen in de provincie Limburg, waar van oudsher eikel- muizen voorkomen. Via oproepen in allerhande tijdschriften, mailings en niet minder dan 520 interviews met mensen die de soort ooit gezien zouden kunnen hebben, verzamelden we 152 nieuwe verspreidingsgegevens, haast allemaal uit het lemige zuiden van de provincie. Helaas moesten wij toch vaststellen dat de overvloed van weleer er nu niet meer is. Verschillende waarnemers meldden dat de soort vroeger veel algemener was dan dat nu het geval is. De belangrijkste reden van deze achteruitgang is hoogst- waarschijnlijk de degradatie van het habitat. Vooral hoogstamboomgaarden hebben aan areaal moeten inboeten. Ook hagen en houtkanten, knotwil- genrijen en mantel- en zoomvegetaties langs bosranden staan onder druk, waar- door deze knaagdieren hun leefgebied steeds verder zien inkrimpen. © Dominique Verbelen © Dominique Zelfs de menselijke omgeving is sterk ver- Habitatdegradatie: mantelzoomvegetaties langs bosran- den verdwijnen anderd. Woonhuizen worden hermetisch afgesloten, zodat ze ongeschikt worden als overwinteringsplaats, stallen en schuurtjes worden steriele bouwsels zonder schuilmogelijkheden en tuinen worden beheerd als saaie perkjes, waar wilde dieren voedsel noch schuilplaats vinden. Selectieve verdelging gebeurt zelden, maar regelmatig worden eikelmuizen het slachtoffer van de wil- lekeurige bestrijding van ratten en muizen. Groeiende populaties van bosuil en steenmarter kunnen misschien extra druk uitoefenen op de slin- kende populaties eikelmuizen, maar het zijn vooral de onnatuurlijk hoge dichtheden aan huiskatten die de soort parten spelen. Hoopgevend is wel dat deze problemen al jaren door de natuurbehoudswereld worden aangekaart en dat er hier en daar ook werk gemaakt wordt van landschapsherstel, natuurlijke tuinen enzomeer. Voor de eikelmuis zullen we ondanks dat toch een serieus tandje moeten bijsteken. In dit rapport stellen we een aantal – meestal vrij eenvoudig uit te voeren – maatregelen voor die de eikelmuispopulatie positief kunnen beïnvloeden. Als aaibare soort heeft de eikelmuis bovendien ook heel wat troeven om mensen dichter bij de natuur te brengen en enkele natuurthema’s – zoals habitatverlies en -versnippering – beter te illustreren. Bovendien kan deze slaapmuis een paraplufunctie vervullen voor andere soorten van hoogstamboom- gaarden, kleine landschapselementen en bosranden, natuur rondom het huis, …, die mee kunnen profiteren van de genomen beheermaatregelen. Om de situatie van de eikelmuis gedurende de volgende jaren beter op te volgen, werden verspreid over 11 studiegebieden 165 nestkasten opgehangen plus nog eens een 100-tal in particuliere tuintjes en kleinere natuurgebieden. De Gemeente Kortessem deed hier in het kader van het GALS-project nog eens 50 stuks bij. Deze zullen in de loop van de volgende jaren tot twee keer per jaar gecontroleerd worden door de beheerders of eigenaars van de natuurgebieden en tuinen. Een eerste gedeeltelijke controleronde leverde reeds verschillende eikelmuisnesten op. 2 1. Inleiding 3 De eikelmuis of “fruitratje” is met haar schattige snoetje, zwarte zor- ro-masker en lange pluizige staart zonder twijfel één van de meest her- kenbare en aaibare knaagdieren uit onze Vlaamse natuur. De grote oren en bolle ogen zijn typisch voor de meeste nachtelijke jagers. Ook de gewoonte van deze slaapmuis om warmpjes opgerold een maandenlan- ge winterslaap te houden, roept een onweerstaanbare gezelligheid op. Het is in deze toestand dat de diertjes vaak ontdekt worden, in vogelnestkastjes, © Dominique Verbelen © Dominique schuurtjes of op koele, niet te droge Eikelmuizen worden vaak aangetroffen in vogelnestkastjes zolders. Als je de recente Vlaamse Zoogdierenatlas naleest, lijkt het erop dat de eikelmuis het goed doet in Vlaanderen. Maar deze gegevens zijn het totaal van een vrij lange periode (1987 tot 2002) en allerlei signalen die we her en der opvangen, doen ons geloven dat niets minder waar is. Daar waar men vroeger heel regelmatig fruitrat- jes in nestkasten en bij fruitboeren aantrof, zijn die nu (zo goed als) verdwenen. En dit is blijkbaar geen Vlaams maar een Europees fenomeen. Op het zesde internatio- nale slaapmuizencongres (20-24/9/05, Siedlce, Polen) werd een oproep gedaan om voor zoveel mogelijk Europese landen informatie bijeen te brengen over de status van de eikelmuis. Deze soort gaat in vele landen achteruit of er zijn onvoldoende gegevens beschik- baar om beschermingsmaatregelen te kunnen nemen indien nodig. Daarom werd vanuit het congres een brief geschreven naar de commissies van de Bernconventie en de Habitatrichtlijn om aan te dringen op actie en een hogere beschermingsstatus te geven aan de eikelmuis (en evengoed alle andere slaapmuizen). Verkem et al. (2003) In eigen land willen we alvast zoveel mogelijk te weten komen over de leefgewoontes en vooral ook over de verspreiding en mogelijke bedreigingen van deze dieren. Deze kennis zal een cruciale rol spelen om het voortbestaan van de eikelmuis in Vlaanderen veilig te stellen. 4 2. Doelstellingen 5 2.1. Actuele en historische verspreiding nagaan Om de vermoedelijke achteruitgang van