Natuur Als Gebuur! Project Aandachtsoorten Natuurstudie Is Niet Alleen Een Specialisten-Aangele- Genheid

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Natuur Als Gebuur! Project Aandachtsoorten Natuurstudie Is Niet Alleen Een Specialisten-Aangele- Genheid Natuur als gebuur! Project aandachtsoorten Natuurstudie is niet alleen een specialisten-aangele- genheid. Veel kennis van onze fauna en flora zit ver- borgen in het geheugen en in de notitieboekjes van talrijke ‘amateurs’. Via het project aandachtsoorten brengt Brakona elk kwartaal enkele nieuwe soorten onder de aandacht. Deze soorten zijn eenvoudig te herkennen en relatief makkelijk waar te nemen. Zo kan iedereen meewerken om vindplaatsen van deze aandachtsoorten door te geven. En krijgt Brakona zicht op de aanwezige soorten in de provincie. Ook worden de gegevens gebruikt om na te gaan welke soorten er voor- of achteruit gaan. Intussen telt het project 22 aandachtsoorten: maretak, brem, struikheide, tijgerspin, weidebeekjuffer, sikkel- sprinkhaan, oranjetipje, kolibrievlinder, hazelworm, levendbarende hagedis, koekoek, groene specht, boerenzwaluw, huiszwaluw, grote gele kwikstaart, nachtegaal, kuifmees, wielewaal, egel, eikelmuis, ko- nijn en steenmarter. Je vindt ze in deze waaier soort per soort omschreven. Waarnemingen van deze soorten zijn steeds welkom Dit doe je door de datum van je waarneming, de nauw- keurige plaatsbeschrijving en aantallen samen met je naam door te geven aan de Brakona-medewerker. Contactgegevens Vlaams Brabantse Koepel voor Natuurstudie [email protected] 015 – 77 01 61 MARETAK (Viscum album) Kenmerken • Zaadplant. • Heeft een bolvormige groeiwijze (tot 1m diameter) die het hele jaar door groen blijft. • In de winter draagt deze plant witte bessen. • Het is een halfparasiet: hij haalt water en mineralen bij zijn waardplant, maar maakt hier zelf zijn voedsel mee aan (doet zelf aan fotosynthese). Groeiplaats Vooral kalkrijke bodems in de boomkruinen van veelal populieren, valse acacia, appel- en perenbomen. Voortplanting • Het is een tweehuizige plant; er zijn dus mannelijke en vrouwelijke exemplaren. • De bestuiving vindt plaats via vliegen. • Voor de verspreiding van de zaden zorgen vogels. © StEpHane Swinnen BREM (Cytisus scoparius) Kenmerken • Zaadplant. • De takken zijn lang, dun, groen en verhout, en dragen talrijke kleine groene blaadjes en gele bloemen. • De plant wordt tot 2m hoog; de platte bruinzwarte peulen bevatten veel vruchten. Groeiplaats Bosranden, open plekken in bossen, heide, wegbermen met voldoende lichtinval. Liefst een licht zandige tot lemige bodem, zuur en voedselarm. Voortplanting Eénhuizige plant met tweeslachtige bloemen: mannelijke en vrouwelijke exemplaren bevinden zich niet alleen op dezelfde plant, maar ook binnen dezelfde bloemen. De bestuiving gebeurt hoofdzakelijk door hommels. © RLNH STRUIKHEI (Calluna vulgaris) Kenmerken • Zaadplant. • Een lage houtige plant met groene bladeren die kruisgewijs tegenoverstaand staan ingeplant. • Vanaf half augustus verschijnen helderroze bloemen. Groeiplaats Voedselarme of zure bodems, hoofdzakelijk zand of lemig zand. Voorkeur voor droge gronden, maar verdraagt ook natte standplaatsen. Bemesting en bebossing zijn nadelig voor deze soort. Voortplanting Eénhuizige plant met tweeslachtige bloemen: mannelijke en vrouwelijke exemplaren bevinden zich niet alleen op dezelfde plant, maar ook binnen dezelfde bloemen. Bestuiving door insecten, vooral bijen. Zaden blijven in de bodem zeer lang levensvatbaar. © Staf DE Roover TIJGERSPIN (Argiope bruennichi) Kenmerken • Spin. • Vrouwtjes: lichaam tot 1,5 cm groot en kenmerkende zwart-geel- witte streeptekening op achterlichaam en poten. • Mannetjes: kleiner en minder opvallend (bruinig met witachtig achterlichaam). • De tijgerspinnen hebben een typische web- structuur: wielweb met zigzagdraad in het midden. Woonplaats Open en zonnige vegetatietypes, zoals wegbermen, schrale graslanden en heidevelden. De spin kan ook wel voorkomen in verruigde graslanden en ruigtes. Voortplanting paren gebeurt in het web van een vrouwtje. Een hachelijke onderneming voor het mannetje, want meestal wordt hij onmiddellijk na de paring door het vrouwtje ingesponnen en opgegeten. De eieren worden gelegd in grote, bruine, urnevormige eicocons. Voedsel Grote prooien zoals sprinkhanen en kevers, die zich laag doorheen de vegetatie bewegen. © Veerle Cielen WEIDEBEEKJUFFER (Calopteryx splendens) Kenmerken • Insect (waterjuffer). • De mannetjes hebben een metaalglanzend blauw lichaam. De vleugels hebben een donkerblauwe band die bijna de volledige vleugel bedekt. • De vrouwtjes hebben een metaalglanzend groen lichaam met doorschijnende groene tot groenbruine vleugels. • Deze soort kan je vooral waarnemen vanaf eind mei tot augustus. Woonplaats Zuurstofrijke, meestal onbeschaduwde beken en rivieren. Je treft ze zelden aan in de buurt van stilstaande wateren. Voortplanting Na de paring zet het vrouwtje eitjes af in waterplanten. Na het ontluiken leven de larven nog een tiental maanden in het water voordat de volwassen juffer te voorschijn komt. Voedsel Kleine insecten die in de lucht worden gevangen. © Staf DE Roover SIKKELSPRINKHAAN (Phanoptera falcata) Kenmerken • Insect. • Helgroene sprinkhaan met kleine zwarte stippeltjes over het hele lichaam, gemakkelijk herkenbaar aan de achtervleugels die ver voorbij de voorvleugels uitsteken. Woonplaats Hoofdzakelijk droge biotopen zoals kruidenrijke graslanden en bermen. Voortplanting De mannetjes lokken de vrouwtjes met geluid. Na de paring (tijdens de zomer) zet het vrouwtje de eitjes met haar legboor af in de bodem, waar ze overwinteren alvorens de volgende zomer uit te komen. Voedsel De groene delen van kruidachtige planten en grassen. © Jeroen Mentens ORANJETIPJE (Anthocharis cardamines) Kenmerken • Dagvlinder. • Het mannetjes is wit met opvallende oranje voorvleugelpunten. Deze oranje kleur ontbreekt bij het vrouwtje. De onderkant van de achtervleugels heeft een groene gemarmerde tekening. • Vleugellengte: +/- 20 mm Woonplaats Vochtige graslanden, hooilanden en bosranden waar hun waardplanten aanwezig zijn. Voortplanting Na de paring zetten oranjetip-vrouwtjes hun eieren af op hun geliefkoosde waardplanten pinksterbloem, look-zonder-look of scheefkelk. Dit flesvormig eitje ontwikkelt tot een groene rups. Het volgende stadium is een doornachtige pop. pas de volgende lente ontpopt de vlinder zich. Voedsel • Rupsen: groene delen van hun waardplanten. • Volwassen vlinders: nectar uit bloemen. ©Katrijn Vandendriessche KOLIBRIEVLINDER (Macroglossum stellatarum) Kenmerken • Dagactieve nachtvlinder. • Borststuk en voorvleugels bruingrijs met vage dwarsstrepen, achtervleugels oranjegeel, achterlijfspunt met karakteristieke zwart-wit geblokte tekening, spanwijdte 40-50 mm. • De vlinder beschikt over een lange tong en is in staat om stil te hangen in de lucht bij een bloem tijdens het opslurpen van nectar. Woonplaats Stelt weinig eisen aan biotoop, zolang er voldoende eten aanwezig is. Voortplanting Overwintert slechts de laatste jaren als volwassen vlinder in onze streken. Vanaf mei worden de eieren gelegd. Hieruit groeien tot 5 centimeter lange rupsen met een groene of bruine kleur. Ook hebben ze van kop tot staart een witte en een gele streep. tijdens één zomerseizoen kunnen 2 tot 3 generaties ontwikkelen. Voedsel Rupsen: groene delen van vooral walstro-soorten. Volwassen vlinders: bloemennectar © JOachim Mergeay HAZELWORM (Anguis fragilis) Kenmerken • Reptiel. • Enige pootloze hagedis in ons land. • Kan tot 50 cm lang worden. • Zijn kleur kan variëren van brons- of koperkleurig tot dof goud of beige. De jonge dieren zijn meer goudkleurig. • De vrouwtjes zijn meestal groter dan de mannetjes. • Vooral actief op de koelere delen van de dag (vroege ochtend en late namiddag). Woonplaats Variabele woonplaatsen, gaande van loof- en gemengde bossen tot bosranden, houtwallen, droge en natte heide tot zelfs wegbermen. Soms ook in de buurt van bebouwing onder o.a. boomstronken en platen. Overwinteren gebeurt in holen onder de grond, onder boomstronken of stapels stenen. Voortplanting In het voorjaar wordt gepaard waarna de eieren zich verder in de buik van het vrouwtje ontwikkelen. Na 2 à 3 maanden worden de eieren gelegd, waarop ze onmiddellijk uitkomen (meestal 6 à 12 jongen). Voedsel Slakken, regenwormen en insecten. © RuDy PetItjeaN LEVENDBARENDE HAGEDIS (Lacerta vivipara) Kenmerken • Reptiel. • Kleine hagedis (+/- 7 cm zonder staart, tot 18 cm met staart) met een onopvallende bruine kleur (soms met een groene, grijze of rode gloed). Over heel de rugzijde kunnen lichte en donkere vlekken voorkomen. • De mannetjes hebben een oranjerode buik met zwarte vlekken. De buikzijde van de vrouwtjes is geel met enkele lichte vlekken. Woonplaats Droge en vochtige heidegebieden, bosranden, kapvlaktes, wegbermen, duinen en heischrale graslanden. Overwintert in grote graspollen, onder boomstronken of in holen onder de grond. Voortplanting Ook deze reptielen paren in het voorjaar. Het vrouwtje legt geen eieren, maar de jongen ontwikkelen in haar lichaam en komen na 2 à 3 maanden levend ter wereld. Voedsel Kleine ongewervelde dieren zoals spinnen, insecten en slakken. © WOuter pattyN KOEKOEK (Cuculus canorus) Kenmerken • Vogel • Makkelijk te herkennen aan zijn grijze bovendelen en kop, gestreepte onderdelen en lange staart. Naast deze grijze variant bestaat er ook een bruine variant. • Een onmiskenbare roep: koekoek. • Wordt tot 40 cm lang. Woonplaats Bos-, moeras- en landbouwgebieden. Zolang zijn waardsoorten er voorkomen (bv. Bosrietzanger, Kleine Karekiet, Zwartkop, Graspieper, Gele Kwikstaart, …) en er voldoende voedsel is (grote rupsen). Voortplanting Broedparasiet: eieren worden in nesten van andere vogelsoorten, zijn waardsoorten, gelegd. Voedsel Spinnen, motten, torren, vlinders, rupsen
Recommended publications
  • De Gympies Hoeilaart Vzw
    AFGIF TE KAN TOOR 3000 LEUVEN 1 44e jaar gang - Nr. 3 mei - juni 2014 Twee maan de lijks onaf han ke lijk alge meen-cul tu reel tijd schrift van de vzw VKD-SPOOR SLAG PB-PP B-05971 Ver ant woor de lijke uit ge ver: André Vanhaeght, Jozef Kumps straat 61, 1560 Hoeilaart BELGIE(N)-BELGIQUE Erkenning: P 306656 Losse nummers: € 3,50 Iedereen welkom in het VLAAMS CAFÉ op 28 juni vanaf 15 uur “Waar blijven die handjes ???” Milk Inc / Regi Pinxten Redactioneel wett. dep. BD 25 412 De teerlingen zijn geworpen, om het met een cliché te zeggen. Dit redactioneel staat dan ook in het 44e jaar gang - 2014 mei - juni nr. 3 teken van de moeder aller verkiezingen. Twee maan de lijks tijd schrift van de In Vlaanderen zijn er drie partijen die vooruit gegaan zijn: N-VA met 18,82%, Groen met 1,93% en PvdA vzw VKD-Spoor slag Oplage: 2250 exem pla ren met 1,49% (die niet over de kiesdrempel van 5% geraakte). De andere partijen maakten allemaal verlies: CD&V -2,38%, Open VLD -0,84%, SPa -1,28% en VB -8,36%. UF haalde in Vlaanderen slechts JAAR ABON NE MENT: Indi vi du eel: € 15 - Steu na bon ne - 0,83% (-0,32%) maar krijgt toch één zetel in het Vlaams parlement dank zij Brussel. ment: vanaf € 20 - Losse nummers: € 3,50 De zetelverdeling gebeurde voor alle parlementen volgens het systeem Dhondt (zie beschrijving in BANK NUM MER van de vzw het Spoorslagnummer 6-2012). In het Vlaams parlement zijn er 124 zetels te verdelen.
    [Show full text]
  • Téléchargement
    NOVEMBER 2007 | Jaargang 11 | nr. 10 MAANDBLAD VOOR DE BEWONERS VAN DE VLAAMSE RAND VERSCHIJNT NIET IN AUGUSTUS IN NIET VERSCHIJNT | Kleuteronderwijs in de rand (3) Kleinere klasjes blijven een utopie FiguranDten AFGIFTEKANTOOR: 9240 ZELE – P2A9271 – ZELE 9240 AFGIFTEKANTOOR: Radio- en tv-stem Geert Segers ‘Ik zoek het beeld niet op, ik hoef niet echt bekend te zijn’ 15 jaar Vlabinvest levert 283 woningen op De moeizame redddingsoperatie van het sanatorium in Tombeek Plateau van Moorsel blijft groene buffer tussen Brussel en Leuven FOTO: FILIP CLAESSENS FILIP FOTO: 1 Marc Platel: ‘Coherente Vlaamse visie op de rand ontbreekt’ ‘Vlaanderen heeft geen visie op de toekomst van Brussel, noch op het Nederlandstalige karakter van de rand.’ Die boodschap geeft journalist en publicist Marc Platel mee in een toelichting bij een boek van zijn hand dat in september l.l. verscheen. TEKST Johan Cuppens l 35 jaar woont hij in de faciliteiten- Het hek van de dam nationaliteiten wonen en dat van de 13.000 gemeente Kraainem (na eerst een De stellingen van Platel hebben het voordeel inwoners er 3500 geen Belg zijn. Maar van verblijf in Brussel) en dus heeft Gen- van de duidelijkheid en zijn gestoeld op ja- een aanhechting van die almaar internatio- Atenaar Platel recht van spreken. Beroepshalve ren ervaring. Zijn gram geldt echter niet al- naler wordende faciliteitengemeenten bij het heeft de gewezenbrt/vrt -journalist decen- leen arrogante Franstaligen of meegaande internationale Brussel - waarvoor sommigen nialang het reilen en zeilen van de Belgische Dansaert-Vlamingen, maar ook, en breder, pleiten – kan volgens hem geen sprake zijn, binnenlandse politiek op de voet gevolgd én de lamlendige Vlaamse politici die ‘niet van want dan is het hek helemaal van de dam en aan de lijve ondervonden hoe het moeizame Brussel houden en geen visie hebben op de worden vervolgens gemeenten als Tervuren samenlevingsproces tussen Vlamingen en faciliteitengemeenten of de rand’.
    [Show full text]
  • Jaaroverzicht 1978 Brt
    BRT INSTITUUT DER NEDERLANDSE UITZENDINGEN JAAROVERZICHT 1978 BRT INSTITUUT DER NEDERLANDSE UITZENDINGEN JAAROVERZICHT 1978 TEN GELEIDE De rationalisatie van de BRT-structuren3 die in 1973 werd ingezet met de hervorming van de radio-organisatie 3 in 1975 gevolgd door de herstructurering van de televisie3 en voltooid dank zij de omroepwet van februari 1977 waar­ bij het Instituut van de Gemeenschappelijke Diensten (I.G.D.) werd opgeheven3 begon in 1978 volop vruchten af te werpen. Zo leidde de vlotte samenwerking tussen de cul­ turele en de technische diensten tot een aanzienlijke verbetering van de produktiviteit. Voor de eerste maal slaagden de financiële diensten erin de reële kostprijs van de onderscheidene radio- en televisie-produkties te berekenen; en de vergelijking met buitenlandse omroep- stations leidt tot de conclusie dat de BRT-kostprijzen aan de lage kant liggen. Bovendien kon de BRT dank zij het aandachtig volgen van de maandelijkse begrotingstoestand en ondanks een door de regering midden in het jaar opge­ legde besnoeiing van de toelage met ruim 2 %3 andermaal de balans 1978 met een ruim batig saldo afsluiten. Dit is ongetwijfeld het resultaat van de integrale autonomie die de BRT 3 tengevolge van de opheffing van het I.G.D.3 ook op technisch en administratief-financieel vlak ver­ worven heeft. De toenemende gevoeligheid voor de communautaire vraagstukken bracht de Voorzitter van de Raad van Beheer3 prof. dr . A. Verhuist3 ertoe op de persconferentie van oktober 1978 de aandacht van de openbare opinie te ves­ tigen op de wanverhouding tussen de opbrengst van het kijk- en luist erg eld in het Vlaamse landsgedeelte en de aan de BRT toegekende dotatie.
    [Show full text]
  • Magazinellldenberdenberdenberggg
    Juli Augustus MijMijnn 2018 HHHuuuMAGAZINEllldenberdenberdenberggg HHuulldenberdenberMMMijijijnnn gg INFOGIDS HMagauldenberzine g Rochusommeganck trekt door Huldenberg School zoekt naam Zorgeloos fietsen over de taalgrens Jeugdverenigingen op zoek naar extra leiders Huiskamer zoekt muzikant Poetshulp aan huis #2 INHOUD Voorwoord ............2 Zomer ................3 Verkiezingen ..........3 Onderwijs .............4 Bibliotheek ............5 Sport .................6 In het kort .............6 Welzijn ...............9 Cultuur ..............10 Milieu ...............11 Jeugd ...............12 Toerisme ............14 Politie ...............14 Openbare werken .....16 Verenigingsleven ......17 Wonen ...............17 Mobiliteit ............18 UIT ..................19 Huldenbergse bink ....24 In juni hebben we Zjef Vanuytsel ereburger gemaakt. Voor de eerste maal gaat deze titel naar de chansonnier van De Zotte Morgen en vooral ook van De Stilte Van Het Land, waarin hij plastisch Neerijse bezingt. Zjef was als architect verantwoordelijk voor de uitbouw van ons gemeentehuis en sporthal De Kronkel. Daarnaast kenden we Zjef als een warm persoon en gepassioneerd zaalvoetballer. Tijdens de vakantie hoef je je niet te vervelen in Huldenberg. Halfweg augustus is er de driejaarlijkse Rochusommeganck in het centrum van Huldenberg. Daarnaast zijn er ook wielerwedstrijden, dorpelingenkoersen, de Fakkelloop, kermis, fuiven en optredens. In juli trekken we met z’n allen naar Ottenburg voor twee fijne festivals: Let’s Eat Out en Otspot. De zomer wordt al dansend
    [Show full text]
  • Programmaboekjemelovelo
    HET MUZIKALE FIETSFESTIVAL VAN HET DIJLELAND mét slotconcert ZJEF VANUYTSEL STOOMBOOT ZONDAG 21 SEPTEMBER 2014 WWW.MELOVELO.BE PROGRAMMA Met de warme steun van de provincie Vlaams-Brabant en de gemeenten Huldenberg, Oud-Heverlee en Overijse. Untitled-1 1 15/09/14 09:15 2 foto’s: Sofie Ramis INITIATIEF & COÖRDINATIE – MeloVelo bouwt voort op een oorspron- kelijk initiatief van Fietsersbond Druivenstreek en CM Huldenberg en wordt vandaag aangeboden door vzw CULTURELE PARTNERS – MeloVelo. Deze pluralistische vereniging Muziekacademie J.H. Fiocco (Huldenberg), wordt aangestuurd door leden van de Academie voor Podiumkunsten (Overijse), cultuur- en adviesraden van de gemeenten Academie De Vonk (Oud-Heverlee), Huldenberg, Overijse en Oud-Heverlee. LUCA School of Arts (Campus Lemmens, Leuven), cultuurcentrum Den Blank OVERHEIDSPARTNERS – (Overijse) MeloVelo wordt ondersteund door de provincie Vlaams-Brabant en de FIETSPARTNERS – gemeenten Huldenberg, Overijse en Fietsersbond Druivenstreek, Bjarne Bike Oud-Heverlee Repair en De Fietsman GASTHEREN – SPONSOREN – Overijse: Creola vzw & De Kerselaar Mobiliteitsclub VAB , Wijnen Chardonnay (podium Het Kasteeltje) Meerdael, Industrial Packing Novaedes Huldenberg: Biergilde Dijleland (podium Bierslijterij), CM Huldenberg (podium Villa Malou), vtbKultuur (podium kasteel Neerijse), familie Muyldermans (podium Pianoserre) Oud-Heverlee: Davidsfonds St-Joris-Weert en Oud-Heverlee (podium Speelberg), Geschied- en Heemkundige Kring (podium Maria Magdalenakapel), familie Vleminckx (podium Chardonnay Meerdael) BENEFIETPARTNER – De Kerselaar (Overijse) Untitled-1 2 15/09/14 09:15 “Melo” voor melodie. En “Velo” voor … vélocipède zeker? Fietsen en muziek, 3 dat is in elk geval wat u vandaag mag verwachten op MeloVelo. U fietst zich fit en nadien verzacht de muziek ook nog uw zeden. Voor zover nodig uiteraard. We noemen MeloVelo graag een muzikaal fietsfestival.
    [Show full text]
  • Van Hier Laat Ik Je Los EEN HISTORISCHE EN MUSICOLOGISCHE STUDIE VAN DE VLAAMSE KLEINKUNST Casus: Wim De Craene
    Academiejaar 2013-2014 Van hier laat ik je los EEN HISTORISCHE EN MUSICOLOGISCHE STUDIE VAN DE VLAAMSE KLEINKUNST Casus: Wim De Craene Masterproef voorgelegd aan de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte, Vakgroep Kunst-, Muziek- en Theaterwetenschappen, voor het verkrijgen van de graad van Master door Sven Sabbe (01006051). Promotor: prof. dr. Bruno Forment 1 Het moeilijkste Nederlandse woord is ‘kleinkunst’. 1 Jan Delvaux, Belpop: de eerste vijftig jaar (Gent: Borgerhoff & Lamberichts, 2011), 125. 2 INHOUDSOPGAVE Dankwoord ................................................................................................................................ 5 Inleiding ..................................................................................................................................... 6 Onderzoeksmethode ....................................................................................................... 8 Stand van het onderzoek ................................................................................................. 9 1. Kleinkunst in Vlaanderen ................................................................................................. 10 1.1. Geschiedenis van de Vlaamse kleinkunst ..................................................................... 11 1.1.1. De pioniers ........................................................................................................ 11 1.1.2. De tweede generatie .......................................................................................... 17 1.1.3. Popkleinkunst
    [Show full text]
  • J a a R B E E L D 2 0
    vzw ‘de Rand’ Jaarbeeld 2007 2 ADC9:GO::A D EZ^oZ\Zb DEL>?@ LdakZgiZb B:G8=I:B B:>H: 7gjhhZ\Zb =VbbZ Higd 7 BdaaZb L:BB:A 6HH: GZaZ\Zb 6;;A><:B 7Z``ZgoZZa OZaa^` H^ci"Jag^`h"@VeZaaZ I:GC6I <gddi"7^_\VVgYZc A>:9:@:G@: H^ci"BVgiZch"7dYZ\Zb 7gj 9>A7::@ =dd[Y HX]ZeYVVa >iiZgWZZ` <Z GDDH966A A:CC>@ <VVhWZZ` KaZoZcWZZ` H^ci"AVjgZ^ch" 7ZgX]Zb H>CI"E>:I:GH" Gj^hWgdZ` <DD>@ A::JL DjYZcV`Zc 9GD A 7::GH:A Adi <6AB66G9:C 6ahZbWZg\ E:E>C<:C =:GC: =j^o^c\Zc H> < 9ldge G =6AA: 7:K:G 3 9:GO::A @6E:AA:" DE"9:C"7DH @::G7:G<:C 7DDGIB::G7::@ =jbWZZ` O:BHI LdakZgiZb =668=I B 7Z^\Zb B:>H: <G>B7:G<:C b @6BE:C=DJI K>AKDDG9: EZji^Z bZ HigdbWZZ`" 7ZkZg HI::C" D@@:GO::A L:BB:A Zb B68=:A:C a 9^Z\Zb O6K:CI:B OZaa^` CdhhZ\Zb @DGI:C7:G< ddi"7^_\VVgYZc H^ci"HiZkZch" LdajlZ 7gjhhZah HiZggZWZZ` =dd[YhiZYZa^_` @G66>C:B 7:GI:B <ZlZhi KdhhZb L:O:B7::@"DEE:B ZZ` I:GKJG:C 9j^hWjg\ DJ9"=:K:GA:: H" Gj^hWgdZ` 9GD<:C7DH ?Zojh":^` =JA9:C7:G< A>C@:7::@ 7::GH:A DK:G>?H: di =D:>A66GI 6ahZbWZg\ \Zc H>CI" <:C:H>JH" 9ldge GD9: 4 I. woord vooraf 5 II. de Vlaamse rand: het actieterrein 6 1. geografische omschrijving 6 2.
    [Show full text]
  • Hier Laat Ik Je Los EEN HISTORISCHE EN MUSICOLOGISCHE STUDIE VAN DE VLAAMSE KLEINKUNST Casus: Wim De Craene
    Academiejaar 2013-2014 Hier laat ik je los EEN HISTORISCHE EN MUSICOLOGISCHE STUDIE VAN DE VLAAMSE KLEINKUNST Casus: Wim De Craene Masterproef voorgelegd aan de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte, Vakgroep Kunst-, Muziek- en Theaterwetenschappen, voor het verkrijgen van de graad van Master door Sven Sabbe (01006051). Promotor: prof. dr. Bruno Forment Het moeilijkste Nederlandse woord is ‘kleinkunst’.1 1 Jan Delvaux, Belpop: de eerste vijftig jaar (Gent: Borgerhoff & Lamberichts, 2011), 125. 2 INHOUDSOPGAVE Dankwoord ................................................................................................................................ 5 Inleiding ..................................................................................................................................... 6 Onderzoeksmethode ....................................................................................................... 8 Stand van het onderzoek ................................................................................................. 9 1. Kleinkunst in Vlaanderen ................................................................................................. 10 1.1. Geschiedenis van de Vlaamse kleinkunst ..................................................................... 11 1.1.1. De pioniers ........................................................................................................ 11 1.1.2. De tweede generatie .......................................................................................... 17 1.1.3. Popkleinkunst
    [Show full text]