1956 Jaargang 11 (Xi)

,.ONS GESLACHT” MAANDBLAD DER NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING GOEDGEKEURD eu KONINKLIJK BESL. “AN le AUG”STUS ,849, NO. 85 Laatstalllk goedgekeurd bl, KO”l”kll,k Besluit Ya” J April ,aos JAARGANG 11 No. 1 JANUARI 1956

Redacteur : W. D. H. Rosier, Postbus 976 C, Amsterdam. Administrateur van de Contactafdeling : C. Roodenburg, Van Eedenstraat 9, Haarlem. Administrateur der verzending van het Maandblad : Jan Hagoort, Kloosterstraat 11, Naarden. A. W. Brave, I Secretaris der Ned. Gen. Ver., Adm. de Ruyterweg 341 11, Amsterdam W 2. Contributie minimum fl. lO,- te storten op Girorekening No. 547064 ten name van de Penningmeester der N.G.V. te HAARLEM.

GENEALOGIE DER FAMILIE STEYNS BISSCHOP ‘) (STEINS BISSCHOP) Zetelplaats: Maastricht, Weert, Venlq, Amsterdam. door JAN VERZIJL In het begin der 18de eeuw wordt de naam als Steyns Bischop, Sreyns Biscops, Steyns alias Biscop gevonden en gaat ongemerkt over in Stek Bisschop. Wapen. Gedeeld. 1. in rood een gouden leeuw: ll. In rood een boom van natuurlijke kleur, op grasgrond, vergezeld in het hoofd van drie zespuntige sterren van goud; en over de delingslijn heengaande een schildhoofd van goud, beladen met drie zespuntige sterren van blauw. Helm- teken: onbekend.2) Dit wapen werd o.a. gevoerd door Th. Steins (zonder meer) 20 Dec. 1800. R.K. Pastoor te Duiven. De sterren in zijn wapen echter zijn alle vijfpunting, terwijl de helm geen helmteken draagt.:‘)

1. Joannes Steyns, tr. Elisabeth E. Kinderen uit dit huwelijk: 1. Barbara Sfeyns, ged. Maa,stricht (St. Catharina) 10 Januari 1644. Doopgetuigen: Tilmannus Steyns en Maria Stcyns. 2. Joannes Sfeyns, ged. Maastricht (St. Catharina) 3 Februari 1647. Volgt 11. 3. Maria Sfeyns, ged. Maastricht (St. Catharina), 29 Januari 1651, tr. Maastricht (St. Jacob) 9 Juli 1685, ]acobus Dujardin (du Jardin) , ged. Maastricht (St. Nicolaas) 26 Febr. 1656. zoon van Marti,nus Du- jardin en Maria Mineur.

11. Joannes Steyns, ged. Maastricht (St. Catharina), 3 Febr. 1647, begr. Maastricht (St. Catharina) 12 Oct. 1732, ritmeester, wonende te Maastricht, tr. Maastricht (St. Jan.) 6 Mei 1658, als ,,ruyter onder de compagnie van den Ritmeester Ouwerkerken” Barbara Mosyn 4), begr, Maastricht (St. Catharina) 17 November 1718. Hij wordt in het begrafenisregister genoemd: ,,Dominus Bisschop alias Joannes Steyns Capitaneüs Emeritus”. Zij: ,,Domina Barbara Mosin UXOI Domini Joannis Steyns alias Buschop Capitanei sub Dominis praepoten- tibus statibus”. Dit echtpaar woonde bij hun overlijden in de Bogaarde- straat te Maastricht. Het huwelijk staat niet ingeschreven in de Katholieke trouwregisters. 5 April 1684. Sr. Ioannes Styns, Cornet der Compagnie van de Heer Majoor Dompré, onder het Regiment van de Heer Overste Holtappel, ten dienste van Haar Hoog Mogenden, gehuwd met Juffrouw Barbara Masin, verkoopt aan Hendrik Jan.ssen en zijn huisvrouw Peternel van den Boom, een kapitaal van 800 gulden brabants Maastrichter tours, met alle verlopen interest, als hij heeft gevestigd staan ten laste van Guifliam Dumoer en zijn huisvrouw Anna Maria Creten, wonende binnen Has- selts). 30 Juni 1705. De Heer Johan Styns, Kapitein-Luitenant onder de Com- pagnie van de Heer Brigadier la Leek ten dienst van Haar Hoog Mogen- den, verklaart ,,dat alsoo hij staet om in de Compagnie te marcheren en tegens de vijand te ageren”, wegens de onzekerheid van het uur van zijn dood, en om oneenigheid na zijn dood, en die zijner echtgenote, tussen zijn erfgenamen te voorkomen, zijn testament te willen maken. Hij bepaalt, dat zijn dochter Barbara Styns vooruit zal hebben een bun- der land gelegen te Heer; zijn zoon Nicolaas Stijns krijgt ook een bun- der land, ook te Heer gelegen achter de Berg: zij mochten na hun dood, of van een van hun beiden verkopen zeker stuk akkerland, groot 35 groot roeden, gelegen te Heer, gebruikt wordende door Michiel Conincxe). Johan Steyns Bisschop 10 Dec. 1708 ritmeester in het regiment Nassau fa Leek in plaats van Baron van Frytagh; 13 Oct. 1714 de Compagnie van Johan Steyns Bisschop gelicenteerd; hij wordt op dezelfde dag gepensioneerd. 13 September 1717. Een missive van de Raad van State betreffende Johan Steins Bisschop, gewezen ritmeester in het regiment van Graaf Maurits van Nassau, Heer van de Leek, over schulden van de ruiters zijner compagnie, die geplaatst werden bij andere ritmeesters van het regimentr). 7 Nov. 1732 gingen voor J. L. Veugen, Notaris Openbaar te Maas- tricht de erfgenamen van de Heer Ritmeester Johan Steyns Bisschop over tot notariële scheiding en deling zijner nalatenschap, geschat op 13306 guldens. Als erfgenamen treden op? 1) De Heer Cornet Nicolaas Steyns Bisschop; 2) de Heer Jan Baptist Berthout in huwelijk met Juffrouwe Bar- bara Steyns Bisschop; 3) Anna Bernardts, als geconstitueerde van haar man Jan Steyns Bisschop - de Heer Johan Baptist Steyns Bisschop - Joseph Steyns Bisschop: De Heer Peter Joseph De Cock, in huwelijk met Juffrouwe Maria Steyns Bisschop; de Eerw. Heer weesvader Dolmans, partij doende voor de onmondige Anna Elisabeth Steyns Bisschop, alle partij doende en caverende voor de absente Nicolaas Steyns Bisschop. Alle kinderen van wijlen de Heer Johannes Steyn:s Bisschop voor het laatste deel. Erfgenamen van wijlen hun vader en grootvader, respective de Heer Ritmeester Johan Steyns Bisschop. Verderop heet het, dat lot C.

2 toegevallen is aan de zes kinderen van wijlen de Heer Lieutenant Johannes Steyns Bisschop. Namens de erfgenamen liet notaris Thielen op 10 Nov. 1732 deze akte renoveren en realiseren”).

Kinderen uit het huwelijk van Joannes Steyns en Barbara Mosin: 1. Joannes Steyns, ged. Maastricht (St. Catharina) 2 December 1669- volgt 111. 2. Nicolaas Steyns, volgt IIIbis. 3. Emondrrs Steyns, ged. Maastricht (St. Catharina) 15 Nov. 1679 - vermoedelijk jong gestorven. 4. Dorothea Wilhelmina Steyns, geb. Nijmegen 23 Dec. 1684. gedoopt aldaar in de Augustijnenkerk 24 Dec. 1684. 5. Guifiehnus Steyns, geb. Nijmegen 2 Febr. 1686 ,gedoopt aldaar in de Augustijnenkerk 3 Febr. 1686. 6. Barbara Steyns (Steens), ged. Nijmegen (Augustijnenkerk) 7 Sept. 1688, overl. Weert 3 Juni 1757; tr. 1’. Weert 11 April 1708, Ferdi- nand Maftheus Brusselaers, ged. Weert 24 Febr. 1675, procurator der stad Weert, overl. aldaar 11 Oct. 1718, zoon van Ferdinandus Brus- selaers en Anna Loyens; tr. 2’. Maastricht (St. Catharina) 29 Sept. 1725 Joannes Baptista Berthout, over]. Weert 6 Januari 1750.

111. Joannes Sjeyns, ged. Maastricht (St. Catharina) 2 Dec. 1669, begr. Maastricht (St. Catharina) 1 Juli 1724. Aanvankelijk Luitenant; later stadhouder van de Hooge Proostdije van St. Servaas en Momboir des Heeren der Heerlijkheden Mechelen, Glab- beeck etc. 1 Oct. 1721. In zijn begrafenisakte wordt hij genoemd: lohannes Steyns alias Biscop. Hij woonde in de Bogaardenstraat; tr. 1’. Elisabeth Janssens. 2O. Maria Catharina Brouwers. Kinderen uit het eerste huwelijk: 1. Jan Sfeyns Bisschop, tr. Anna Bernardts (Bernard). Anna Bernardts (zij tekent Anne Bernard) nam als geconstitueerde van haar man Jan Steyns Bisschop op 7 Nov. 1732 voor j. L. Veugen, notaris te Maas- tricht, deel aan de notariële scheiding en deling der nalatenschap van wijlen de Heer Ritmeester Johan Steyns Bisschop, grootvader van haar echtgenoot. Aan de delingsakte is bijgevoegd de volgende constitutie: Wesel 28 Oct. 1732, compareert voor Jean Biben notaris public, bij den Hove van Cleve geadmitteerd, tot Wesel residerende: Jann Steens Fusilier bij ‘t Koonincklijcke Prussise Regiment van d’Heer Obriste van Dossau, onder de Compagnie van de Heer Obriste Lieutenant van Greimits, en constitueert sijnne huysvrau A,nna Bernardts, pre,sent tot Brussel wonende. Hij tekent: Joannes Steens. Jan Styns Bisschop en Juffr. Anna Bernard komen voor in een akte van notaris Thielen te Maastricht dd. 14 Nov. 1732. 2. Johan Baptist Steyns Bisschop tekent in de akte van 7 Nov. 1732. 1, B. Sfey,ns, Notaris en procureur van Syn Majesteits platten lande onder Brussel en aldaar woonachtig, tr. johanna de Landrc. Zij komen voor in de aangehaalde akte van 14 Nov. 1732. Hij wordt daarin genoemd: Hr. Jan Baptist Steyns Bisschop, Notaris en Procu- reur der stad Brussel. 3. Maria Steyns Bisschop, tr. Peter Joseph dc Cocq.

3 Kinderen uit het tweede huwelijk: 4. Joseph (Joannes Josephus) Stey,ns Bisschip, tekent in de akte van 7 Nov. 1732 Joseph Steyns, kuiper. Volgt IV. 5. Nicolaas Steyns Bisschop. In 1729/30 vertrokken naar Indië. In de akte van 7 Nov. 1732 wordt van hem gesproken als van de absente Nicolaus Steyns Bisschop. 6. Antonius Martinus Steyns (Bisschop), ged. Maastricht (St. Catha- rina) 11 Nov. 1718. Overleden vóór 7 Nov. 1732, daar hij niet mede deelt in de erfenis. 7. Anna Elisabeth Steyns (Bisschop), ged. Maastricht (St. Catharina) 9 April 172 1. In de akte van 7 Nov. 1732 doet de Eerw. Heer weesvader P. C. Dol- mans voor de onmondige Anna Elisabeth Steyns Bisschop partij. Op 20 Juni 1739 novice choorzuster in ‘t klooster O.L. Vrouw ter Revieren buiten Bree onder de kloosternaam Monica’J).

IV. joannes Josephus Sfeyns (Bisschop), peet 1 Maart 1775; tr. Maas- tricht (St. Catarina) 7 Sept. 1732 Elisabeth Nootenboom. meter 2 Sept. 1776, laat zich vervangen. Hun overliiden is te Maastricht niet te vinden. Kinderen uit dit huwelijk: 1. Joannes Josephus Steyns alias Bischop, ged. Maastricht (St. Catha- rina) 9 Juni 1733. 2. Joannes Franciscus Steyns, ged. Maastricht (St. Catharina) 2 Aug. 1734. Hij werd priester gewijd 6 Maart 1762, was beneficiant aan de St. Servvaaskerk en overleed te Maastricht 26 Febr. 1806. 3. Maria Barbara Bisschops alias Styns, ged. Maastricht (St. Catharina) 21 Nov. 1736. 4. Maria Cafharina Steyns Bis(s)chops, ged. Maastricht (St. Catharina) 1 Dec. 1739, overl. aldaar 29 Mei 1806, ongehuwd. Zij woonde in de Bredestraat. 5. Wilhelmus Petrus St(e)yns, ged. Maastricht (St. Catharina) 9 Oct. 1743. Volgt v. ’ - - 6. Josephus Nicolaus Steins, ged. Maastricht (St. Catharina) 26 Nov. 1745. 7. Maria Barbara Sfeyns, ged. Maastricht (St. Catharina) 15 Mei 1747.

V. Wilhelmus Petrus Steyns Bisschop, ged. Maastricht (St. Catharina) 9 Oct. 1743, overl. Maastricht 18 Oct. 1793, begraven in de Minderbroe- derskerk, woonde in de Breestraat, tr. Maastricht (St. Jacob) 1 Mei 1774. Lucia Heynen, geb. ‘s-Gravenvoeren (België) ...... overl. Maastricht 8 Juli 1784, begraven in de St. Nicolaaskerk. Kinderen uit dit huwelijk: Josephus Wilhelmus Petrus Steyns Bisschop, ged. Maastricht (St. Nicolaas) 1 Maart 1775. Joannes Paulus Valentinus Wilhelmus Steyns Bisschop, ged. Maas- tricht (St. Nicolaas) 2 Sept. 1776, overl. aldaar 31 Januari 1814, ,,rue du chapan”, ongehuwd. Hij was militair apotheker, vermoedelijk verhuisd naar Keulen:)). Anna Margaretha Josepha Steyns Bisschop, ged. Wijk-Maastricht (St. Martinus) 26 September 1777. over]. aldaar 20 April 1836. ongehuwd. Zij was rentenierster en woonde in de Breestraat no. 812. Bij haar sterven kon men niets zeker vinden omtrent haar naaste familie:‘). 4. Maria Catharina Josepha Theresia Steyns Bisschop, ged. Wijk-Maas- tricht (St. Martinus) 8 Dec. 1778, begr. Maastricht (Minderbroeders- kerk) 13 Dec. 1783. 5. Maria Joanna Steyns Bisschop, ged. Wijk-Maastricht (St. Martinus) 7 Febr. 1780. 6. Josephus Michael Amandus Steyns Bisschop, ged. Wijk-Maastricht (St. Martinus) 6 Febr. 1781, begr. Maastricht (St. Nicolaas) 9 Sept. 1783. 7. Joannes Franciscus Steyns Bisschop, (Stijns), ged. Maastricht (St. Nicolaas) 5 Oct. 1782. 8. Francisca Odilia Steyns Bisschop (Styns), ged. Maastricht (St. Nico- laas) 5 Oct. 1782, begr. idem 30 Nov. 1782. 9. Nicolaus Josephus Dominicus Steyns Bisschop, ged. Maastricht (St. Nicolaas) 2 Dec. 1783, begr. Maastricht (Minderbroederskerk) 17 Aug. 1793.

IIIbis. Nicolaus Steyns Bisschop, overl. Weert 30 Oct. 1738. Hij was Cornet en denkelijk Commandant van Weerts), tr. 1’. Grave November 1712 Betanella Culoz, geboren te Luik; tr. 2O. Maastricht (St. Catharina) 17 Febr. 1715 Catharina Gudula NieZs, ged. Weert 23 Mei 1683, begr. Maastricht (St. Jacob) 20 Oct. 1746, dochter van Franciscus Niels en Helena Loyens. Zij was na de dood van haar man naar Maastricht ver- hui,sd en woonde aldaar in de Groote Straat. Trouwboek van Grave. November 1712. Nicofaus Steins Bisschop, Cornet in de Compagnie van Ritmeester Biscop (= Steyns Bisschop) in het regiment Luit. Generaal La Leek en Betanelle Culoz, jonge dochter geboren te Luikr). Commissie Raad van State 25 Juni 1709. Nicofaus (Steyns) Bisschop, adjudant in het regiment van Luit.-Generaal Maurits van Nassau, Heer van de Leek, bevorderd: hij wordt vervangen door Paulus de Ruiter. Als Cornet in de Compagnie van (zijn vader) Ritmeester Bisschop in het Regiment Luit.-Generaal La Leek trouwde hij Grave Nov. 1712 Be- tanella Culoz7). 22 Nov. 1716. In de doopakte van zijn oudste kind te Weert heet hij: ,,vexilifer (vaandrig) equitum Regiminis Hollandiae Dni de la Let.” 7 Maart 1722 verklaren de Eerw. Heer Matthaeus AnnoZdus NieIs, de Heer Bisschops (Nicofaus Steyns Bisschop), als man en momboir zijner huisvrouw Catherina Gudula Niels de 500 gulden door Peter Ververs en Maria van Bergen echtelieden, 8 Juni 1714 opgenomen, te hebben ont- vangeni”). 15 Oct. 1731. De Heer Nicolaas Steyns Bisschop met zijn huisvrouw Juffrouw Catharina Gudula Niels, zo wel voor zich zelfs als in kwaliteit van momboir over Française Neils (Niefs) (22 Oct. 1731 voor zich zelf), gaat een overeenkomst aan met de Heer Michael Dispa, koopman binnen Roermond., over de nalatenschap van Sr. Michael Dispa en Joffrouw Anna Maria Neilsi 1) . 7 Nov. 1732. Wordt aan de Heer Cornet Nicolaus Steyns Bisschop bij de notariële scheiding en deling voor I. L. Veugen Notaris Openbaar te Maastricht, van de nalatenschap van zijn vader het lot A. toebedeeld,

5 voor een waarde van 4436 guldens, onder verplichting aan lot B. en C. ter egalering aan ieder zes en een halve stuiver uit te keren. Nicofaus Steyns Bisschop en Catharina Gudula Niels hadden de volgende kinderen : 1. Joanna Francisca Sfeyns, (Bisschop), ged. Weert 22 Nov. 1716. 2. Mathias Annoldus Steyns (Bisschop), ged. Maastricht (St. Catharina) 15 April 1718. Hij trad in de Orde der Minderbroeders (vermoedelijk te Weert), geprofest 29 Dec. 1736. priester gewijd in 1742, toegelaten als biecht- vader en predikant 1743, was tevens organist en overleed 9 Aug. 1758.12). 3. Joannes Reinerus Steyns Bisschop, ged. Weert 21 Jan. 1721 - volgt IVbis. 4. Maria Helena Batbara Steyns Bisschop, ged. Weer! 10 Maart 1723, begr. Maastricht (St. Nicolaas) 6 Aug. 1794. tr. Weert 13 Mei 1741. Wilhelmus van Gulpen, ged. Maastricht (St. Jacob) 27 Maart 1718, begr. Maastricht (Augustijnenkerk) 22 Maart 1757, zoon van Joan;nes van Gulpen en Agnes Musch. 5. Joanna Francisca Margaretha Steyns Bisschop, (Steins) ged. Weert 12 Jan. 1728, begr. Maastricht (Predikherenkerk) 20 Maart 1785, tr. Maastricht (St. Catharina) 13 Juni 1745. Henricus Miesen Is), ged. St. Pieter bij Maastricht 21 J an. 1716, begr. Maastricht (Predikheren- kerk) 30 Mei 1783, zoon van Guilielmus Miesen (Meesen) en Maria Peerbooms. Hij was ..Paruquier”.

(Wordt vervolgd).

Deze genealogie is gedeeltelijk bewerkt naar het handschrift in bezit van Mevrouw de Wed. Ch. Steins Bisschop-Herckenrath te Amsterdam. De Nederlandsche Leeuw XIII (1924), kol. 94. De Nederlandsche Leeuw X111 (1924), kol. 125. Ook voorkomende als Barbara Mosijns, Masijn. Magin of La Fleur. Portef. 1417. Minuten Notaris H. Mich. Schaepen Maastricht 1683-1684. Portef. 1660. Minuten Notaris Henricus Bruysterbos Maastricht 1704-17 17. Mededeling Krijgsgeschiedkundig Archief Den Haag in dato 11 Nov. 1943. Vroenhof. Gichtregister 1731, Jan. 19-1734, Dec. 30. Volgens de genealogie in bezit van Mevrouw de Wed. Ch. Steins Bisschop- Herckenrath te Amsterdam. Protocollen Weert 7 Febr. 1714-1717, fol. 10 verso-1 1. Reg. 1587. Gichtregister Weert 1718-1734. fol. 379 verso-383verso. 18 Febr. 1732. Mededeling Pater G. Sloots O.F.M. Weert in dato 19 Juni 1946. Ook geschreven: Mijsen. Meisen. Meesen, Miese, Mies.

Met dit Januari-nummer wordt tevens verzonden het Register en de Inhoudsopgave van de 10e Jaargang 1955. De Redacteur stelt er prijs op hierbij zijn bizondere dank te betuigen aan de Heer Ir Th. P. E. de Klerck te Winschoten, die op voortreffelijke wijze het Register op de Jaargang 1955 samenstelde. DE FAMILIE LELIA EEN UITGESTORVEN TERNAARDER GESLACHT door W. K. VAN DER VEEN

De familieleden en vrienden die, op een Junidag van 1950. bij de kerkmuren van Minnertsga. zich schaarden rond een open graf, bestemd voor het stoffelijk overschot van Roelof Frederiks Lclia, hebben voor het merendeel niet geweten dat hier de laatste naamdrager van een oude Friese boerenfamilie ten grave daalde. Roelof Frederiks Lefia, enige zoon van Frederik Roelofs Lclia en fanke ]akobs Groencvcld, overleed, ongehuwd te Minnertsga 20 Juni 1950. De naam Lelia zou volgens johan Winklcr een vorm kunnen zijn van Loelia of ook een vervloeivorm van Lelinga. De familie Lelia heeft waarschijnlijk de naam aangenomen van de sathe .,Lelia State” aan de ,,Lytsewei” bij de Visbuurt te Ternaard (zie foto). Daar woonde in 1811 nog een Douu~e Wybes Lelia (gehuwd 18-5-1806 met

Ybeltje Pieters Banga van Hantumhuizen). Een tweede ,.Lelia State” is te Ternaard aan het Schoor; nu woont daar lan 1. Sijtsma En een derde boerderij van die naam vindt men onder Marrum (Fr.) in de hoek Heereweg-Kerkeweg. Deze, in haar tegenwoordige staat, ongeveer een eeuwoude boerenhuizinge werd van 1800-1826 bewoond door Rindert Wybes Lelia. Een steentje in de achtergevel heeft het opschrift: ,.Her- bouwd 1855 (L(ourens) A(lefs) Olivier”. Bewoner is nu lacob Aukes Greidanus. Een beknopt overzicht van de familie moge hier volgen: 1. Rindert Wybes, huwt 6 Febr. 1729 te Hantum Lysbert Ydes. 11. Wybe Rinderts van Hantum huwt 18 Juli 1762 te Ternaard Aaltje Douwes aldaar. Wybe Rinderts was 16 Maart 1732 te Hantum gedoopt. Zijn vrouw Aaltje Douwes was een dochter van Douwe Feddes en Trijntje Iclgcrs te Ternaard (De ouders van Tryntje, /elger Tjaarts en Tryntje Martens woonden in 1698 op Sypma te T.). Als jongste dochter van dit echtpaar werd zij 12 April 1739 te Ternaard gedoopt. Wijbe Rinderts en Aaltje Douwes woonden vrij zeker op ,.Lelia State” bij de Visbuurt te Ternaard. Beiden zijn te Hantum overleden. Er waren vier kinderen: Sijke (geb. 1763), Rindert (geb. 1765) volgt 111, Douwe (geb. 1768) en lohannes (geb. 1769).

7 111 Rindert Wijbes Lelia. geb. te Ternanrd 24 Maart 1765, gedoopt aldaar 19 Mei d.a.v. en overleden onder Marrum 28 Dec. 1826, huwt 12 Aug. 1792 te Ternaard: datje Roelofs Olivier van Holwerd, over]. onder Marrum 21 Aug. 1807, dochter van Roelof Laurens Olivier, landbouwer onder Holwerd en dntje lans oan der Meij ‘) Dit echtpaar woonde tot 1800 op Lelia-State te Ternaard (Visbuurt) en daarna op de gelijknamige sathe onder Marrum. Uit het huwelijk werden zeven kinderen geboren: 1. Wube. aedoout te Ternaard 8 Seot. 1793. iona overleden. 2. W’ibe, geb. 3 Maart 1795, ged. 29 Mrt d.a.v.-te Ternaard, huwt 1 Juni 1826 te Ferwerd met dnfje Pieters de Vries van Marrum. 3. dntje, geb. 21 Febr. 1797. ged. 19 Mrt. d.a.v. te Ternaard, huwt 22 Sept. 1816 te Ferwerd met Tjeerd Pieters de Boer, zonder beroep, van Marrum. 4. Aaltje, geb. 21 Mei 1799, ged. 23 J uni d.a.v. te Ternaard. huwt 5 Juni 1828 te Ferwerd met Kornelis Renderts Tolsma”), landbouwer, ‘van Hallurn. 5. Baukje. geb. 21 Jan. 1801 ged. 3 Febr. 1801 te Marrum, huwt 9 Dec. 1827 te Ferwerd met Sjoerd Berends Bekema, winkelier, van Blijs. 6. Roelof. volgt IV. 7. Siike. neb. 12 luli 1806, sed. 27 Juli d.a.v. te Marrum, huwt 19 Mei 1925 te Férwerd met UArmen Di& Tolsma. gardenier, van Wanswerd. H. D. Tafsma, afstammeling uit een bekende Wanswerder boerenfamilie. sym- pathiseerde met de Afscheiding en werd, wegens het houden van godsdienst- oefeningen in zijn woning. op 13 Febr. 1836 veroordeeld tot een boete van f 10.-. Ook zijn zwager Sjoerd B. Bekema te Blija moest een geldelijke boete betalen. IV Roelof Rinderts Lelia. geb. te Marrum 29 Aug. 1802, ged. aldaar 12 Sept. d.a.v. huwt 22 Sept. 1831 te Ferwerd Anna Frederiks Gilles, geb. te Blija. 21 Nov. 1809. dochter van Frederik Gilles. heel en- vroedmeester, aldaar en, diens tweede echtgenote, Remekjen Klazes Duij[f 4). Bij zijn huwelijk vestigde R. R. Lelia zich te Marrum; later vertrok het echtpaar naar Minnertsga (omstreeks 1840) en woonde daar op de sathe ,,Groot Folta” een z.g. ,.Gasthuisplaats” dicht bij Firdgum. Zes kinderen werden uit dit huwelijk geboren: 1. Riemkje. geb. 30 Aug. 1832 te Marrum, overl. Sept. 1881 te De Kaag, gehuwd met Klaas K. Schuring. 2. Aaltje, geb. 5 Jan. 1839 te Minnertsga, over]. 29 Aug. 1910 te Harlingen, gehuwd met Teye Eltes Beima. Frederik. volgt V. 4: Lambertus, geb. 22 Jan. 1841 te Minnertsga. overl. 1 Nov. 1847 aldaar. 5. dntje, op 5 jarige leeftijd te Minnertsga overleden. 6. Anna. overl. te De Kaag. begraven te Sassenheim. V. Frederik Roelofs Lelia. geb. te Minnertga 12 April 1840, overl. aldaar 25 Juli 1925. huwt 15-5-1873 lanke lacobs Groeneoeld, overl. te Minnertsga 18 Sept. 1920 oud ruim 74 jaar. Twee kinderen: dkke, jong overleden, Roelof, volgt VL VI. Roelof Frederiks Lelia, geb. 20 April 1874, ongehuwd overleden te Minnertga 20 Juni 1950. Vrijwel al de bovengenoemde Lelia’s zijn boeren zodat men met recht van een boerengeslacht kan spreken. Verwant aan bekende Friese boerenfamilies als Olivier, Hooy- land, Van de Meij heeft het geslacht Lelia met ere zijn plaats ingenomen. Nu verdwijnt de naam uit de rij...... ,.Voorgeslachten kwijnden henen en wij bloeien op hun graf”.

AANTEKENINGEN. De naam dief is in de familie Olivier gekomen door Martinus 0. die huwde met Franske dlefs. Hun zoon dlcf werd 11 April 1697 te Ternaard aedooot. Roelof Laurens Olivier was een kleinzoon van Martinus 0. en Fr&ske’dlefs. Zijn ouders heetten Laurens 0. en Boukien Roel&. Deze naam werd vroeger bij afwisseling met een o of met een a geschreven. De heden nog te Warnswerd, gemeente Ferwerderadeel, wonende Tolsma’s stammen af van Kornelis Renderts en de Talsma’s, waartoe Harmen Dirks eigenlijk behoort van diens grootvader Bauke Dirks. over]. 1762, gehuwd met Froukje Harmens, over]. Juni 1794 te Wanswerd no 26. De vader van Harmen: Dirk Baukes heeft in 1811 de naam Talsma aangenomen. Trouwens voor 1800 kwam deze naam ook al in dezelfde afwisseling in Birdaard (Dantumadeel) voor. 4, De meeste Lelia’s behoorden tot de Ned. Hervormde Kerk. De familie Gilles was Doopsgezind en later huwen er Lelia’s met Afgescheidenen. De afstammelnigen van nu, in hoofdzaak de Beima’s (die oorsponkelijk stammen uit het dorp Oostermeer) zijn ook Doopsgezind. Dat de onderscheidene godsdienstige gezindten wrijving in de familie veroorzaakt hebben is mij niet gebleken. De heer M. T. Beima te Harlingen (wiens moeder een dochter was van Roelof Rinderfs Lelia) heeft veel gegevens over de familie en aanverwante takken verzameld. Ik heb van zijn aantekeningen een dankbaar gebruik gemaakt en wil hier gaarne een woord van welgemeenden dank brengen aan deze ijverige ,,sneuper” voor zijn welwillendheid. Wanswerd.

FAMILIE-AANTEKENINGEN UIT VLAANDEREN door P. DE RIDDER

Enige tijd geleden kwam mij een oud spreukenboekje in handen, dat door de Hoofd- conservator der Koninklijke Bibliotheek te Brussel, Dr. Lina, als stammende uit de zestiende eeuw werd gedateerd. Het is van klein formaat, oblong, en op iedere bladzijde is een godsdienstige spreuk geschreven, met een fraaie, duidelijke hand. Het werd ongetwijfeld in een klooster geschreven, maar kwam later in lekenhanden. Het laatste gedeelte bevat n.1. aantekeningen betreffende een familie De Blicck (later: De Bliek) uit Ronsse, voor het grootste gedeelte geschreven door Gulielmus de Blieck (1678-1752). Deze familie-aantekeningen volgen hierna. Enige berichten van andere aard, n.1. over een ,,fellen brandt” en over .,groot water”, een overstroming dus. leken mij ook interessant genoeg om hier op te nemen. Weggelaten daarentegen heb ik een aantal rekeningen voor geleverde brandewijn, vruchten, brood, enz., alsmede enige meer profane mededelingen zoals ,.De matres is een moffin”, die soms wel aardig maar uiteraard van weinig belang zijn. Ik heb getracht de soms zeer moeilijk leesbare aantekeningen zo goed mogelijk te ontcijferen, maar ben niet altijd geslaagd. Tussen vierkante haakjes heb ik duhieuse woorden opgenomen, terwijl ik puntjes heb geplaatst wanneer ik het puzzle” op moest geven. Guilelmus de Blieck fs Servaes gedopt inde kercke van St. Jacops binnen ghendt den 23 augustus 1678 moeder goddelieue van haghen peter [ ...... ] Memorie des Gheslachte van Guilielmus De Elieck mitsgaeders waer tomende zoo van kinderen als van vrienden aldus tot memorie hier gestelt den 13 April Anno 1704. Marie threse De Blieck fa servaes is getrout met Marfijnus le post tsamen geprocurert 8 kinderen waer van de 6se minderjaerich sijn gestorven, als nu noch leevende Alexan- der le post en Maria le post hunnen vader Marfijnus le post is gestorven den 24 Fbre 1704 begraven in de Carmelietenkercke [ . . 1. Gulielmtrs De Blieck fs seruaes is getrout met Marie anthonette vanden Driesschen fa geeraerf den 13 april 1704 ende hebben samen geprocurert dese naevolgende kinderen, marie agnes de Blieck fa guilielmus, geboren den [ ...... ] Januarij 1705 snach ( .._. ..] peter loannes vander pufte meter M. de Blieck. Seroaes loannes De Blieck fs seruaes is geboren den 28 april 1682 zijn peter was guiliaem leenman ende meter was Dorothea loanna [ ...... ] de moeder yodelieue vander haeghen. Marie threse De Hieck fa servaes weduwe van Marfijn le post is ertrout met [...... ] gaerdenier tot Brussel den 1 decembre 1704. Marie agnes de Blieck fa guilielmus. geboren den 21 Januarij 1705 ende is gestorven den 8 Fbre 1706 t.

9 piefer francies de Blieck fs gui/ie/mus, gebooren den 9 Febre 1706. ende gestorven den 13 Febre 1706 t. Marie agnes de Blieck fa guilielmus, geboren den 5 Febre 1707 tusschen 5 a 6 ure savoons op een mandagh. guiliame francies De Blieck fs guiliame. geboren den 25 Febre smorghens ten 7 a 8 op eenen mand[ag]. Anno 1709. den 22 Februarij 1712 is geboren marie catharina threse de blieck fa guilielmus naer noen tusschen 3 a 4 uren op een maendag peter Lowijs de Schopper en metter Ca- tharina Casier. den 7 marto is geboren Marie anna anfhonette de Blieck fa guilielmus sauons ten negen uren op eenen woensdagh peter maftheus ouerlanck en metter Joffr. magdalena van Lammen. gui/iaem jrancies de blieck is gestorven den 3 marte 1716 snachts tusschen 1 en 2 uren op eenen distendagh. Marie threse de Blieck ja @/ielmus is geboren den 3 Julij savons. ontrent den 7 uren op eenen vrijdagh peter Francies vanden dooren en metter arme fhrese vanden driesschen 1716. Marie agnes en marie catharine de Blieck zijn ghevormet op Ste martens kerckhof door den aersbisschop van mechelen den 17 Julij 1717 hun metter was arme Forcq. Den 3 fbr. 1718 is gebooren Marie francoijse de Blieck fa guilielmus op eenen don- derdagh savons ten zeven uren en als peter dheer ende meester Christoffel francies van Meldert priester en canoninck, tot ranse, ende metter Joffrouw arme threse van overlandt.

den 4 Januarij 1722 is gebooren Chrisfof[e/ franc& de Blieck fs yuilmus, op eenen Sondagh peter dheer ende meester Christoffel francies van Melderf canoniek van ranse meter Joffrouw marie cafharine /~he//ien?~ huijsvrouw van Sr francies vanden dooren. den 1 Nbre 1728 is gevormt door den cardinaal artshisschno van mechelen Christoffel francies en Marie threse en Marie francoijse De Blieck op eenen vrijdagh In StP p:artens kercke tot ranse. anthonette de Blieck is gevormt den 25 Julij 1729 door den kardinaal artsbissch van Mechelen. Christojfe/ francies De Blieck is gestorven den 21 Junij 1746 t op eenen dijssendagh. Marie anthonefte van den driesschen huysvrouwe van Guilaem de blieck is gestorve; den 16 van [October?] op eenen Vrijdag 1746. guilelmus de bliek is overleden den 9 apriel 1752. Marie francois de bliek fa guilelmus is gestorven den 11 februarij 1756. Marie fheresia de bliek fa guilclmi is gestorven den 9 apriel 1756. Maria Cafharine theresia de bliek is overleden den 16 Januarij 1793. Maria anfhoneffe is overleden den 11 van [October?] 1794. In den naem godts. Int Jaer 1719 den 31. maerte is binnen ranse opgestaen eenen fellen brandt, eerst gecomen uijt het huijs van eenen temmerman met namen adriaen /Camsijn?/, wekke brandt heeft vertert omtrent de drij ondert huijsen IOO- en 80 schuren en stallen I...... ] behalvens eenighe huysen op de maert is gans den peper[straat?] geel den plas. den mouldstraete de hoogh strae het beckstraeten de wijnstraete tot aen het Schep afghe- brandt. godt sij lof mijn huijs is blijven staen. G. D. Blicck. Int Jaer 1726 den 13 Januarij is het soo groot water geweest dat Ick op de mert van audenaerde met eenen boot hebbe sien varen. G. D. Blieck. Leiden, Dec. ‘52. Thans te ‘s-Gravenhage. 10 VAN ELKE K.N.I.L..OFFICIER IS EEN STAMBOEK AANWEZIG.. . . Voor velen zal deze pertinente verklaring van een ambtenaar het zoveelste dode spoor betekenen, want het houdt in, dat als er geen stamboek van iemand aanwezig is. hij ook geen officier geweest is. De Heren P. 1. F. Loclrv en E. S. de Klerck schreven echter in hun boek .,De Java- oorlog 1825-1830” verschenen van 1894 tot 1909. dat toen reeds de stamboeken van 27 K.N.I.L. officieren, die in deze oorlog vochten, niet aanwezig waren. Het besluit van de Gouverneur-Generaal betreffende het aanhouden van stamboeken voor Europeanen dateert van 2 Januari 1817. Genoemde auteurs laten hier echter direct op volgen, dat men er pas in 1831 definitief toe overging stamboeken op te maken. Uit het bovenstaande kunnen wij concluderen, dat meer dan 27 stamboeken verdwenen of nooit gemaakt zijn. Op het Ministerie van Buitenlandse Zaken is aanwezig de ,.Voorloper van het K.N.I.L.-stamboek 1827”, waarin inschrijvingen van cadetten vermeld staan met hun personalia. Wat zou er nog meer op dit Ministerie berusten, waar wij niet bij mogen komen ? Tot slot volgen hier onder de namen van de officieren waarvan geen stamboek aanwezig is met vermelding van het deel en de bladzijde : deel : bladz : naam: deel: bladz.: “Bar” : 1 256 2e. luit. Wieseman 11 198 luit. Sauvage * Jan. ‘2( 301 gep. luit. Kriegenberg 201 le. luit. Van Steenbergen 344 luit. De Bruin 227 luit. Hutschler 357 luit. Le Clercq 229 kapt. Rubay 368 kapt. Van der .Wijck 455 luit. Meyan 386 le. luit.- 524 kapt. Prager adj. Portier 558 luit. de Vogel 454 2e. luit. Petit IV 217 luit. Wolf 468 2e. luit. Sack 260 2c. luit. Engelberts 490 luit. Hochstad 269 2c. luit. Moltzer 530 le. luit. Kuhler 332 luit. van der Vlist 532 luit. Bihl 395 luit. Schrijver 566 luit. Kuyler V 86 2e. luit. Alestiene 168 luit. Batowsky 208 luit. Tassot

Amsterdam, Dec. 1955. B. BEEM.

Het is de Redactie van dit maandschrift een voorrecht om bij de aanvang van de Jaargang 1956 (X1) de lezers de geregelde verschijning van kwartierstaten te kunnen aankondigen van Nederlandse mannen en vrouwen die op enigerlei wijze algemene bekendheid hebben verworven in heden of verleden. Bij de keuze van de te publiceren vooroudertabellen zal de Redactie streven naar een zo groot mogelijke verscheidenheid van personen wier daden in ‘s Iands belangstelling stonden. Behalve staatslieden, geleerden en kunstenaars, zullen ook sportlieden. phi- lantropen met industriëlen naast militairen en kooplieden een plaats ontvangen in dit genealogisch pantheon. Wij openen de reeks met het overzicht van de voorouders van onze grootste vlieg- tuigconstructeur Anthonie Fokker. die in December 1939 op slechts negen en veertig jarige leeftijd overleed. In verband hiermede delen wij onze lezers mede dat slechts van overleden personen de kwartierstaten gebracht zullen worden. Hoewel uiteraard gepoogd zal worden een zo groot mogelijke volledigheid en juistheid te bereiken bij de te brengen staten, zullen aanvullingen en eventuele verbeteringen steeds welkom zijn, daar het iedere maand gereed maken van zulk cen tafel geen sint cure is, zoals de deskundige genealogen onder ons wcl zullen weten. Het is ons tenslotte een groot genoegen te kunnen mededelen dat de bekende genca- loog, de Heer A. R. Klcyn. zijn zeldzame zelf bijcengcbrachtc collectie kwartierstaten van grote Nederlanders belangloos ter beschikking heeft gesteld om de zware taak welke de Redactie op zich genomen heeft om op deze wel zeer bijzonderc wijze dc genealogische literatuur te verrijken, te helpen verwezenlijken.

11 \‘!I Vi? V!7 V/-l v/5 V:G - Vl8 ANTHONY ADRIANA ADRIAAN GEERTRUYDA JACOBUS CATHARINL WILLEM MARIA FOKKER SANDERS ‘I HOOFT v. BREUGEL v. d. BROECKE JOHANNA DIEMONT SCHOUTEN OPDENDYK van Abraham dr. van Johannes zn. van Willem dr. van Ds Her- !n. van Jacobus zn. van Jan en cn Johanna en Maria de Buk en Anna Me& man Gerhard en en Maria de Maria Jscoba Bartr.lTy Maria Adriana smit Stumph Luycx Marsis

Makelaar Lid Prov. St.‘ van Zeeland

‘/LA Amsterdam a Middelburg ‘k Middelburg v> Dordrecht v) Berchem IA Aardenburg n Mlddelbur! ‘lw Aslten 24-12-1 7651 ‘30~10-1753 28.6/1.7-1753 2-7-1 742 28.10-1757 29-1-1759 18-5-1 764 4/11-1.1767 14-1-1766 M,ddelburg t Middelburg t Dordrechr t Dordrecht t Middelburg Mlddelbur< t Amsterdam t Amsterdam 4.8-1820 13-7-1823 29.10.1824 8-3-1828 20.12-1844 18.6-1833 28-12.1842 5-12-1836

Middelburg Dordrecht Middelburg Amsterdam 23-9-1777 al 1/19-3-1781 ' 0 1786 a) 29.4/16-5-1790

‘1) IV/2) - V/3) ” lV/4) ABRAHAM MARIA ADRIANA ABRAHAM MARIA JACOBA FOKKER ‘t HOOFT van den BROECKE DIEMONT Koopman en Leerlooier Makelaar id Y< d:Raad v. Middelburg .id Pro” Staten van Zeeland Iw MIddelburg Mlddelbutg 8.6./9-7.1809 Middelbuto B.B.1 Bl 9 23/29-1 1.1789 ‘/m Amsterdam 4/9-5-1792 ‘I~ddelburg 27-8-1874 t MIddelburg 6-10-1882 MIddelburg 14-6-1860 t Middelburg 8-5-1828

CO 1. Dordrecht 5123-6-1807 CO Amsterdam 29-10-181 4 11’1) 111/2) ANTHONY HERMAN JACOB MARIA FOKKER van den BROECKE Koopman. Commirroonaw. Scheepweder Lnd Gem. Raad van Middelburg 1858-74 Lod Kamer van Koophandel ald. 1858-74. Numbmsat ‘1~1 Middelburg 8-4/9-7-1809 * Middelburg 8-8-1819 t Middelburg 27-8-1874 t Middelburg ó- 10-1882

CO Middelburg 27-5-1840 ‘) HERMAN FOKKER Koffieplanter op Java

* Middelburg 26-1-1851 t Haarlem 17-12-1924 CO Arnhem 2

ANTHONY HERMAN * Kediri 6-4-1890 Vliegtuigconstructet

tr. Haarlem 25-3-1919 SOPHIA ELISABETH dr. van Ernst Curt en / Vp - VjlO \‘/I 1 Vil’> V/l -1 Vil5 ABRAHAM ANNA JOHANN HUGONIA Ï- JACOBUS CATHARINA' WILLEM MARIA DIEMONT CATHARINA EMANUEL JOHANNA v.d. BROECKE JOHANNA DIEMONT SCHOUTEN STUMPHIUS WAGNER BOLTEN OPDENDYK zn. van Jan en dr. van N,colaar zn. van Johann dr. van Hugo i zn van Jan en Maria Jscobs en Hermca Samuel en Anna en Jahsnna Marne Jscobs Stumph IHolllngerus van Mana Gaudard Feuilletau de Stumph Lsnsberge Bruin

M.kelaar Goud- en Lld Prov. St. zilver karhouder van Zeeland

‘/UT Amsterdam VI Aalten ‘/u, Amsterdam v> Bern v) Breda w Aardenburg n Middelburg ‘/v, Aaltrn 24-12.1 765/ j 20-4-1760 319-4-1 756 2-4-1767 17.3-1765 29-1-1759 18-5.1764 4111-1-1767 14-1.1766 ; t Amsterdam t Amsterdam t Muri t Middelburg Middelburg t Amsterdam t Amsterdam / 7-9-1800 31-7-1808 6.8.1834 t 20-12.1844 18-6-1833 28-12-1842 5-12-1836 , Amsterdam Breda Middelburg Amsterdam 0 31-5117s6-1787 1) 3j21-6-1796 00 1786 Co 29-4/16-5-1790 I. [Vl51 IVP) IV17) . IV/s) JAN JACOB MARIA DINA JOHANNA ABRAHAM MARIA JACOBA ; DIEMONT (von) WAGNER van den BROECKE DIEMONT

KDDI. der Inlsnterie Makelaar l Lid Y. d. Raad v< Middelburg 1 Lid Pro”. Qeren vrn Zeeland ‘1~ Amsterdam ‘lm M,ddelburg 22.10/15-11-1789 v) Breda 7-7-1798 23/29-11-1789 ‘1~ Amsterdam 4/9-5-1 792 1 t Arnhem 21-1-1844 t Arnhem 4.4-1883 i Middelburg 14-6- 1.360 t Middelburg 8-5-1828 j

Co 's-Hertogenbosch 22-1-1819 CO Amsterdam 29-10-1814 . CATHARINA JACOBA van den BROECKE

Ned. Herv.. resp. Waals Predikant te Langerak 1846-49 en te Leeuwarden 1849-68

* Groningen 14-11-1819 * Middelburg 12-5-1824 t Arnhem 2-10-1884 t Arnhem 11-11-1887

CO Middelburg 23-5-1859

11/2) JOHANNA HUGONIA WOUTEliINA WILHELMINA DIEMONT

l Leeuwarden 28-5-1865 t Haarlem 6-3-1945 7-3-1895

GERARD FOKKER r t New York 23-12-1939

VON MORGEN, ’ Zehlendorf 12-8-1895 laria Else Guthmann Van de hand van de Heer E. L. oan Berg. arts te Utrecht, oud-Voorzitter der N.G.V., die indertijd het contact legde tussen wijlen ons erelid de Heer &‘. T. Muschart en de Redactie van Gens Nostra. plaatsen wij gaarne onderstaande M emoriam”:

IN MEMORIAM RUDOLPHE THEODORE MUSCHART De Nestor der Nederlandse Heraldici is niet meer. Met eerbied zullen velen onzer zijn respectabele persoonlijkheid herdenken. Muschart had vele, zeer vele goede eigenschappen: een stijlvol officier in zijn jonge jaren, een stille harde wetenschappelijke werker op zijn oude dag, een beminnelijk mens gedurende zijn gehele leven. Zijn kennis van de heraldiek kende geen grenzen. Zijn enorme collectie, vergaard met behulp van zijn trouwe loupe, waarmede hij ieder zegel onderzocht, was terecht beroemd in ons land. Toch mochten wij hem niet, een verzamelaar noemen, veeleer een documentator, immers van ieder gevonden zegel noteerde hij de plaats waar men dit zegel vinden kon. Daar- naast was hij een criticus, die na het vinden van een zegel controleerde, of dit zegel terecht of ten onrechte gevoerd werd. En ten slotte ging hij na of de wapenfiguren in het gevonden zegel hem nog nader tot de drager of zijn geslacht konden voeren. Hiertoe heeft Muschart zich toege- legd op het oud-nederlands en met behulp hiervan bleek hij in staat vele wapens als ,,sprekende” te herkennen. Door dit critische en systemati- sche werken bracht hij de heraldiek, zijn heraldiek, op een hoog wetenschappelijk peil. Voor fantasie was bij hem geen plaats, zijn bewijsvoering was scherp- zinnig, kort en onweerlegbaar. Doch dit alles geeft ons slechts ten dele Muschart weer: zijn innemende persoonlijkheid heeft ons steeds getroffen, ja, zijn persoonlijke charme, zijn bereidwilligheid en zijn gastvrijheid gaan verre uit boven die van de heraldicus. Het is juist om zijn persoon dat hij een leegte achter laat, dat wij hem missen. Rudolph Theodore Muschart ruste in vrede.

In tegenstelling tot anders luidende berichten, wordt ons van bevoegde zijde medegedeeld dat van de beroemde heraldische collectie van wijlen ons Erelid de Heer R. 2’. Muschart de kartotheek, omvattende de wapens onderverdeeld volgens de wapenkundige hoofdverdelingen en de in de schilden voorkomende figuren is ondergebracht bij het Centr,lal Bureau voor Genealogie te ‘s-Gravenhage, Nassaulaan 18. terwijl de alphabe- tische-lexicographisch gerangschikte beschrijvingen van circa 76.000 geslachtswapens van Nederlandse famifies thans berust bij ons lid de Heer A. R. Kleyn te Zeist, Park- laan 2 B. Beide verzamelingen werden nog bij leven van de heer MuscAart door koop door genoemde personen verworven.

14 HET GESLACHT OUWEHAND door C. H. BUSCHMANN

Enige jaren geleden begon ik met de samenstelling van een genealogie voor mijn kinderen. De voorouder-reeks van mijn vrouw, die de naam Ouroehand draagt, kon ik samenstellen uit de doop- en trouwboeken van de Ned. Herv. Kerk te Katwijk aan Zee. Ik kwam toen als oudste in de stamreeks tot een Gys Arenfsz. Deze komt niet voor in de doopboeken der Gereformeerde Kerk te Katwijk a/Zee (later de N. Herv. Kerk), waarvan de oudste inschrijving dateert van 164 1. Wel vond ik hem in de Trouwboeken, waarin zijn huwelijk met Annefie Gerrifs op 29 April 166 1 werd ingeschreven. Bij de doop van de eerste kinderen uit dit huwelijk in de jaren 1662, 1663, 1667 en 1672 staat de naam van de vader nog steeds vermeld als Gys Arenfsz. Bij de doop van het vijfde kind, Neelfje, in 1675 wordt als naam van de vader genoemd: Gqs Arenfsz. Ouroehand. De veronderstelling was dus voor de hand liggend. dat, waar voor die tijd de naam Ouwehand in geen der registers voorkwam, ik hier te doen had met de stamvader van het geslacht Ourc>ehancf, die deze naam omstreeks 1675 had aangenomen. Voortbouwend op deze veronderstelling redeneerde ik: dan moeten dus alien, die nu de naam Oufuehand dragen terug te brengen zijn tot deze gemeenschappelijke stamvader. Om dit te verifiëren werkte ik de stamreeksen in de mannelijke lijn alle verder uit, hetgeen tot 18 10 mogelijk was uit de op het Rijksarchief in den Haag berustende kerkelijke registers. Doordat het geslacht zeer aan Katwijk gebonden bleek, was dit werk wel tijdrovend, maar betrekkelijk eenvoudig. Voor de tijd nà 1810 had ik gelegenheid in de registers van de Burgerlijke Stand te Katwijk aan Zee mijn gegevens te completeren tot omstreeks 1945. Om nu de proef op de som te nemen liet ik begin 1943 een afschrift maken van de gegevens van alle persoonsbewijzen, die op de naam Ourve- hand waren afgegeven. Dit bleken er in totaal 773 te zijn, waarvan er 367 in Katwijk aan Zee woonden . Daarna heb ik getracht van al deze 773 nog levende leden van dit geslacht een stamreeks te maken. Voor zover ik hier niet slaagde ben ik met de betrokenenen in correspondentie getreden, met het resultaat dat ik tenslotte voor allen de stam reeks kon samensellen - en deze voerden alle terug tot bovengenoemde Gys Arenfsz. Ik was dus nu wel overtuigd, dat ik in deze Gijs Arenfsz. de oudste drager van de familienaam Ourvehand had gevonden. Evenwel, het pad van de amateur-genealoog gaat niet altijd over rozen ! Bij verdere na- speuring bleek mij b.v. dat in 1562 reeds een Ouruehand, n.1. Aeriaen Ia- cobs Outuehandf de tiende penning aan de Spanjaarden betaalde. In 1602 betaalde de weduwe van Ariaen Ariaens OuuJehant de 200e penning. In 1607 erft iemand drie netten ,.int schip van Dirk Adriaens Oulvehant”. Verder blijkt uit de notariële acten, dat eveneens in 1607 iemand een huis legateert, waar aan de Westzijde Lenaerf Adriaensz Outvehant woont. In 1623 betaalt Jacob Ariaens Jonghant de 200e penning. Deze wordt afwisselend Jonghanf en Outvehant genoemd.

15 Ten slotte kwam ik tot de conclusie dat er in 1623 in Katwijk genealogisch naast elkander leefden drie families Ouzuehand. Eén daarvan had zeer waarschijnlijk als hoofd de grootvader van de eerder genoemde Gys Arentsz. De andere geslachten zijn blijkbaar uitgestorven. Schiedam. - HERALDISCHE SPROKKELS

61. Kluif, Wilhelmus, geb. 19 Febr. 1761. Wapen: Gedeeld: 1, in blauw een omgewend steigerend paard van natuurlijke kleur (bruin): 11, in rood een klimmende leeuw van natuurlijke kleur (bruin). Helmteken: het paard, uitkomend, niet omgewend, tussen een vlucht. N.B. Vermoedelijk alles van zilver, ook de dieren in het schild. Vervaltijd, 18e eeuw. Bron: Geslaght Register van Cornelis Arendse Kluit gebooren in den Jaare 1595; ingebonden als 2e gedeelte bij Geslagt Register van Jan Andriesse Jongejan gebooren in den Jaare 1641, aanwezig in het oud-Gemeente-archief van den Briel. 62. Cohen, dr Harry, New-York. Wapen: Gevierendeeld: 1, in blauw een zittende omgewende leeuw, links vergezeld van een gaande leeuwin naast elkaar toege- wend, alles van goud:II, in rood een gouden wereldbol met het Amerikaanse continent (kleur ?): 111, in rood een open- geslagen zilveren bijbel met zwarte letters, op de rechter bladzijde in het hoofd het afgekorte woord FATH. links GOD, bovenop de bijbel een gouden Romeinse tuitlamp; IV, in blauw een gouden aesculaap. Helmteken: een gouden sperwer met opgeheven vlucht. Dekkleden: goud en blauw. Wapenspreuk: Deus omnia fecit. 20e Eeuw. Bron: Volgens een kleine afbeelding, blauw gedrukt, in eigen collectie. 63. Kiuit, J. J., 1757, Ouddorp (Z-H.). Voert een huismerk als volgt geplaatst aan het hoofd van zijn (haar?) grafzerk. Onder de naam van J. 1. Kiuit, vermoedelijk de naam van zijn vrouw C. J. K. Teyn. Boven de naam van de vermoedelijke man staat: Hier leit begrave. Bron: In de kerk te Ouddorp (Z.H.) onder de planken vloer. Overgenomen f uit een cahier met afschriften van zerken in het bezit van de pres. kerkvoogd de heer P. D. Kurvink. 64. Van Weel, David, 1821, Dirksland. Wapen: In golvend water (blauw ?) 3 waterhoentjes (staande: òf eendjes?) geplaatst (2-1). Helmteken: een vlucht. Rand- schrift: D. van Wee1 notaris te Dirksland. Bron: Volgens een transportakte van 8 Mrt. 1821 van tweederde van de ambachtsheerlijkheid Ouddorp c.a. ,,Sprekend” wapen, afgeleid van de naam Wee1 of wiel, achtergebleven dijkdoor- braakskolk achter de dijk. 16 65. Walter, Johan, 1726, Doesburg. Wapen: Een kraanvogel. Kleuren ? Bron: Gevoerd door Johan Walfer in 1726 te Doesburg als leenman van het Huis Dieren; Rijksacch. Arnhem. 66. Walter, Thomas Jan, 1790, Harderwijk. Wapen: Een dwarsbalk beladen met 3 sterren en vergezeld van 19 voorwerpen aldus waarvan 9 boven de balk (5-4) en 10 beneden de balk (5-4-1). Helm- teken: een hectekop Q met hals. Gevoerd door Thomas Jan Walter, stempelsnijder van de pcovin- ciale Gelderse Munt te Harderwijk, overleden 1 Febr. 1790 en als weduwe met 3 kinderen nalatende Aarbarda (ook voorkomende als Erwerda) Leij van welke 3 kinderen de zoon Hendrik in 1811 koopman en raad van Harderwijk was. 67. De Vries, C. B., scholtus van Ede, 1804. Wapen: In zilver òf goud een code keper vergezeld in het hoofd van 2 rode(?) rozen en in de voet van een St. Jacobsschelp. Vijf- bladige fleuronkroon. Schildhouders: 2 leeuwen. Rococostijl. De scholtus C. B. de Vries van Ede zegelt 12 Juni 1804 een huwelijks-consent, voorkomende in de huwelijksaangiften ter secretarie in den Helder, acch. nr. 253/a; Rijksacch. Haarlem. 68. Hey, Hendrik, IJzendoorn, 1733, 174 1. Wapen: Zittende hond op grasgrond. Helmteken: de hond. Bron: Ned. Leeuw 1919, kol. 199. Gevoerd door Hendrik Hey, substituut richter te IJzendoorn 1733, 1741. 69. Hey, veem. Gelderland. Wapen: In goud een zwarte heiboender of bezem, rechtop. Zonder helmteken. ,,Spcekend”. Voorkomende in het familieboek van wijlen Jhr. Mc. Dc E. A. van Beresfeyn. Deze Hey-gegevens zijn een aanvulling op het gestelde in mijn Nedeclandsche Familiewapens dl. 1. pag. 85 waar een derde wapen Hey wordt beschreven van wijlen de Bcielse notaris van die naam, 1929. Ook dat geslacht is oorspronkelijk uit Gelderland afkomstig. 70. Westrik, Hendrik, Hasselt (Ha.sselteckecspel), 1774, 1777, 1788. Wapen volgens zijn zegel een gekroond huismerk : Wellicht een schemati#sch voorgestelde molen ? Gevoerd door de gerichtsschrijver Hendrick Westrik, o.a. volgens zijn zegel aan een charter d.d. 15 Mei 1788 in pac- ticuliec bezit en volgens zijn beide bewaard gebleven zegels &. van 1774 en 1777 vermeld in de Inventaris van de Oude Archieven der Gemeente Hasselt, beschreven door dc W. J. Formsma, 1951. - De kroon vertoont 5 parelpunten en is dus geen fleucon- kroon. Overigens zonder betekenis: 18e eeuws toevoegsel. De Amsterdamse familie Westrik voert een geheel ander wapen: geen huismerk. Doorn. KITS Np.

17 TIJDSCHRIFTEN-REVUE’) (Administrateur voor de lopende Jaargangen: 1. 1. G. Kranen. Bergsingel 196a. Rotter- dam. Tijdschriften kunnen eerst drie maanden na aankondiging in deze Revue, aan de Leden der N.G.V. op aanvrage ter lezing worden verzonden.) De Sfichfsche Heraut. Mededelingenblad van de Afdeling Utrecht der N.G.V., 2e Jrg. afl. 6, Oct. 1955. Idem: afl. 7, Nov. 1955. Redactieadres: lob. Zandleven, Oude- gracht 305. Utrecht. Zr Beaken. tydskrift fan de Fryske Akademy. Under redaksje fun: it deitslich Bistjur. Coulonhús. Ljouwert, Jrg. XVII, Nr. 7, Nov. 1955: pg. 213: Prof. Dr A. Polman. Genealogie en erfelijkheid. De Brabantse leeuw. Maandblad van de sectie voor Geslacht-, Naam- en Wapen- kunde van het Prov. Gen. v. Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant, onder redactie van Mr. 1. P. W. A. Smif; 1. P. H. Goossens; Jhr. Mr. B. de Roy van Zuidervijn; redactie-secretaris: 1. H. G. 1. van Heeswijk. Maasbandijk A 4 l, Kerkdriel. Jrg. 4 No. 11, Nov. 1955: lac. 1. M. Heeren. De Helmondse tak van de familie Bots; 1. P. H. Goossens. Een oud R.K. Doop- en Trouwboek uit het land van Heusden; 1. A. W. Swane Wzn. B(e)ynen, (van) Berenbroeck, (van) Hertroy(s). Idem, Jrg. 4 No. 12. Dec. 1955: vervolg Bots, vervolg Heusden; Th. G. A. Bos. Het Nijmeegse burgerrecht en de katholieken in de 18e eeuw. De Limburgse Leeuw. 4e Jrg. No. 2, Nov./Dec. 1955. lan Verzijl. Genealogiën van Venlose schepenfamilies XVI. Van Ginck; Th. G. A. Bos. Zuid-Limburgers aan de monden van Maas; L. 1. Morreau. Nicolaus Lousberg, aannemer van de fortificerings- werkzaamheden te Maastricht in de periode 1746-1767. Enz. De Nederlandsche Leeuw, Maandblad van het Kon. Nederl. Genootschap voor Ge- slacht- en Wapenkunde, Hoofdredacteur: Mr. W. W. van Valkenburg, ,.Nijenstede”, Backershaegenlaan 70, Wassenaar. Jrg. 62 No. 11, Nov. 1955: W. E. Smdf. Een verrassende vondst in het oud-archief van Noordwijk; 1. de Loos-Haaxman. Geslacht De Loos, Rotterdamse tak; Boekbespreking; Vragen en antwoorden. Idem, Jrg. 62 No. 12, Dec. 1955: In memoriam Rudolphe Theodore Muscharf; In memoriam J. P. de Man; Dr. 1. C. Maris uan Sandelingenambachf. Van Adoptie 11; Mr. Elis. C. M. Prins. Grafstenen in de Kloosterkerk te ‘s-Gravenhage; Korte mededelingen; Vragen en antwoorden. Ons Voorgeslachf, Orgaan van de Zuidhollandse Vereniging voor Genealogie, Re- dacteur: T. oan der Loos, Prinses Margrietlaan 20 b, Rotterdam-N 2, 1Oe Jrg. No. 56, Nov./Dec. 1955: Voorne en Putten-Nummer: 1. Klok. Jan Kluit (1722-1801); A. A. Arkenbouf. Een acte betreffende Heenvliet; Grafzerken in de Ned. Herv. Kerk te Nieuw- Helvoet; C. Hoek. Kevelaar; A. A. Arkenbouf. Antieke kast in het raadhuis te Rockanje; Lidmatenlijst van de kerk te Rockanje. f West-friese Families, gepubl. door de Comm. voor Westfriese genealogie en naam- kunde van het Hist. Genootschap Oud-Westfriesland. Ir. C. Koeman, Blokker, secr.- penningm. No. 6: Mededelingen; de Kwartierstaat; Brugman; De zgn. landelijke tak van het geslacht Semeyns. Ons Amsterdam, Maandblad gewijd aan de Hoofdstad des lands, Administratie Wil- lemsparkweg 123. Amsterdam 2. 1. 7e Jrg. No. 1 l, Nov. 1955: lob. M. Coffeng. Het Paleis voor Volksvlijt; 1. H. Kruizinga. De Kruislaan drie eeuwen oud; H. W. Alings. Wederom het wapen van Watergraafsmeer. Met Gansen Trou, Heemkundig Maandblad. uitgave Heemkundekring ,,Onsenoort”. redactie ,.Mariënkroon”. Nieuwkuyk, 5e Jrg. No. 10, Oct. 1955: De priesters van het dekenaat Heusden. Idem No. 11, Nov. 1955: H. B. M. Essink. Imigratie van Drunense smeden naar Den Bosch in de l6e eeuw; P. Gerlach O.F.M. Cap. Nieuwkuykse Capucijnen: Pater Felix van Hoorn; De Zusters van Liefde te Heusden; Geschiedenis der Parochie Herpt: Kro- niek van het Fraterhuis te Vlijmen; F. W. Smufders. Giersbergen. Een verdeling in 1621.

‘) Ten einde tegemoet te komen aan verschillende aanvragen worden in dit nummer ook de namen der Redacties of Uitgevers gegeven.

18 De Maasyoutu, tijdschrift voor Limburgse Geschiedenis en Oudheidkunde, uitgegeven door Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, Adres van de secretaris der Redactie: Rijksarchief in Limburg, St. Pieterstraat 7, Maastricht, Deel 69, 7 Jrg. afd. 3: 1. Linsen. De Edelheren van Brempt; B. H. D. Hermesdorf. Bij het Maastrichtse ,,perroen”; L. 1. Morreau. De tegenmijnstelsels der vesting Maastricht. Idem, Afl. 4: G. Panhuysen. Uit de Geschiedenis van Limburg’s Provinciaal Bestuur.

Hef Personeel Sfafuuf. Maandblad gewijd aan het personen- en nationaliteitsrecht. officiëel Mededelingenblad van de permanente commissie van advies voor de Burger- lijke Stand en van de Nederlandse Vereniging van Ambtenaren van de Burgerlijke Stand: adres der Redactie: Plantage Kerklaan 36-38, Amsterdam, 6e Jrg. No. 9, Sept. 1955: Geldigheid van huwelijken; Het begrip ,.bevalling” in de artt. 29 en 30 van het B.W.; Vreemde krijgsdienst met de bedoeling de vijand te benadelen; Huwelijk van Franse onderdanen in Nederland. 6e Jrg. No. 10, Oct. 1955: Geldigheid van huwelijken; Moet artikel 89 B.W. vervallen 1 Het onderdaanschap in de deelstaten der ,,Bundesrepublik Deutschland.

De Speelwagen. Geïllustreerd tijdschrift in het bijzonder gewijd aan de historische schoonheid, folklore en geschiedenis in Noord-Holland boven het IJ, officieel orgaan van de Hist. Genootschappen in Hollands Noorderkwartier. redactie: Th. P. H. Worfet, Emmastraat 87, Alkmaar, 10e Jrg. No. 6. 1955: Dingeman Korf. Oude tegels; P. Boer. De houtzaagmolen ,,De Drie Gezusters” te Nieuwe Niedorp. Idem. No. 7: Gang naar Watergang; De speelweide; Oude tegels; Doktersvisite.

Chroniqtte Archéologique du Pays de Liége, 45e année 1954, publciation de l’In- stituut archéologique liégeois. Secrétariat de ‘Institut, Maison Curtius ti Ligge, Belgique. Idem, 46e année. No. 1. janvier-mars 1955. SPances de 1’Institut: Pierre Hanqtref. Tilff au XVIIIe siecle.

Bulletin de l’lnsfif~~f Archéotogique Liégeois. Liége, Maison Curtius. Tome LXX. 1953-1954: Philippe de Schaefzen. La terra sigillata a Tongres. Collection chevalier Philippe de Schaetzen a Tongres. Description de la Collection, 284 pages avec planches; La Législation sur la mainmorte et les couvents à Liége spécialement au XVIIe siecle; Partie administrative.

L’lnfermédiaire des généatogisfes. Bulletin bimestriel du Service de Centralisation des Etudes Généalogiques et Demographiques de Belgique à Bruxelles, 30 Boulevard de Waterloo ti Bruxelles, No. 59. Sept. 1955. riené Goftin. Essai génénlogique sur la famille de la Biche; losé Fobe. Généalogie Fobe; 1. lacquarf. Notes sur l’origine dc la tenue des anciens registres paroissiaux; Ex libris; etc.

Oosfvtaamsche Zanfen, 30e Jrg. No. 6, Nov.-Dec. 1955: Mededelingen van de Bond der Oostvlaamse folkloristen. redactie F. van Es. Désiré de Wolfstraat 3. Aalst: Lic. M. Daem. De Ex-veto’s; Het Reuzenconvent te Wetteren; los. Vermeulen. Het Laatste over de Nieuwjaarskaarten van de bode van de Gentse Dierentuin.

Hef Oude Land van Loon, Orgaan van de Federatie der Geschied- en Oudheidkun- dige kringen van Limburg, Jrg. X Afl. V, Sept.-Oct. 1955: Dr. G. Renson. De heerlijkheid Hasselbroek; Chr. Leva en R. Borremans. ..De Mot”, een middeleeuwse nederzetting te Alken; Drs H. de Smet. Het Antwerps retabel van Neerharen; P. van Baelen. De blijde inkomst van de Landcommandeur te Gruitrode; M. B. Aantekeningen uit een gichtenregister van het Land van Grevenbroek.

Monafsheffe für evangelische Kirchengeschichte des Rheinlandes, herausgegeben im Auftrage des Vereins durch D. H. Muller. D. A. Rosenkranz. W. Schmidf; Verlag: Kirche in der Zeit, Düsseldorf, Königsallee 27; 4e Jrg. Heft 11/12. 1955: Dr. Gerhard Bark. Die Kirchenordnung von Pfalz-Zweibrücken (Neuburg) von 1570; Atb. Rosen- kranz. Rheinische Quellen im Archiv des Oberkirchenrats zu Berlin; Fr. Vandcrbosch. Fiihrende Männer der rheinischen Kirche ver 100 Jahren von einem Zeitgenossen geschildert; W. Pefri. Eine theologische Priifung am Niederrhein im Siebenjährigen Kriege.

19 Der Familien~orscher irl Bayern. Franken rrnd Schwnben. Blätter des Bayerischen Landesvereins für Familienkunde, herausgeber Adolf Roth/Richard Pflaum Verlag. München. Band 11, Heft 1/2, Nov. 1955: Adolf Roth. Das Haus Bayern; 1. K. Stadler. Emil Werz 70 Jahre alt; Französische Perickenmacher au deutschen Residenzen; [osef Noderer. Alte Haus- und Holzmarken im Isarwinkel, U.S.W. Mitteilungen des Hero2d. Verein für Heraldiek, Genealogie und verwandte Wissen- schaften zu Berlni. Geschäftstelle des Vereins: Berlin-Halensee, Westfälische strasze 38, No. 41, Juli-August-September 1955: Mededelingen over vergaderingen van de Ver- eniging, tijdschriftenrevue en boekbespreknig. Die Laterne. Mitteilungsblatt der Westdeutschen Gesellschaft für Familienkunde, Ortgruppen Bonn und Kleve, Schriftleitung: Bonn, Kaiser Friedrichstr. 3. Jrg. VII, No. ll. Nov. 1955, No. 12, Dez. 1955: Dr. Gotthard Werner. Findlingsnamen; Hugo Schü- nemann. Stammbiicher als Quellen der Famihenforschung; Deutsche Ahnenreihen F. M. H. Krahé: Familientag Nicolini U.S.W. !

Norddeutsche Familienkunde, Zeitschrift der Arbeitsgemeinschaft Genealogischer Ver- bande in Niedersachsen. Anschrift: Mainholzweg 7. Göttinger: 4. Jrg. Heft 5, Sept.- Okt. 1955: Dr. G. Twelbeck. Aus dem Tagebuch des Johann Volkert aus Grönloh (1759-1762); A. Corvinus. Herkunft und Nachkommen; Dr G. Twelbeck. Ein Quaker- briicker Geburtsbrief Meyer von 1741; E. Grigoleit. Verfilmte mecklenburgische kirchen- biicher; Dr. Th. 0. Achelis. Zur Ahnentafel der Historikers Friedrich Christoph Dahl- mann. Famifië und Volk, Zeitschrift fiir Genealogie und Bevölkerungskunde. Anschrift: Hainholtzweg 7. Göttingen, 4 Jrg. Heft 5, Sept.-Okt. 1955: Dr. I. Langner. Fragen des sozialen Connubiums; Prof. Dr. Fr. v. Kloeke. Die Filiation, ihre Konjektur und Injectur; Dr. Muller. Aus den Ahnentafel deutscher Mathematiker; Dr. H. Spruth. Zur Haus- markenfrage; Dr. G. Roesler Die Gefahren des Rhesus-Faktors.

Oldenburgische Quellen zur Familiengeschichte, Herausgegeben vom Oldenburger Landesverein fiir Geschichte, Natur- und Heimatkunde durch die Oldenburgische Ge- sellschaft fiir Familienkunde, von Dr. Walter Schaub, Oldenburg. Band 1 (Heft 1-10) 1951-1954. Inhaltsverzeichnis; Verzeichnis der Familiennamen. Osffriesland. Zeitschrift der Ostfriesischen Landschaft und der Heimatsvereine, Schrift- leitung für Familienkunde und Heraldik Dr. 1. König, Fockenbollwerkstrasze 6, Aurich. Jrg. 1955 Heft 1: Carl Maas. Die Namengebung in Ostfriesland;.Dr. G. Muller-Iiirgens. Die Goldschmiedefamilie Byl. Leer; Pastor Kar1 Lange. Langvoger in den Baltrumer Kirchenbücher; Gerrief Scherr. Die ..Stammtafel Herlyn”. Idem, Jrg. 1955 Heft 2: G. D. Ohling. Patrozinienkunde und Namenforschung; Bern. Uphoff. über die Familiennamen und die Herkunft des Uphoffs; Dr. 1. König. Das ostfriesische Wappen; Ein Schatzungsregister der Stadt Emden aus der Zeit Edzards . . des Groszen.

The Coat of Arms, an Heraldic Quarterly Magazine, 1. P. Brooke-Little, Editor in Chief; Editress: Miss C. M. Egan. East Knoyle, Wiltshire, England. Vol. 111 No. 24, Oct. 1955. Price 3 shillings: Valentine Heyujood. The titles and styles of ,,Royal High- ness” and ,,Prince” and ,,Princess”; 1. H. B. Bedells. Family Heraldry in H.M. Ships’ badges; C. W. Scott-Giles. ,.Service Heraldry”. a reminiscence and a coincidence; B. C. Trappes-Lomax. Heraldic Book Plates; R. Bretton. Civic Arms; W. T. Collins. The arms of Stratford-on-Avon; The Armorial bearings of the United Kingdom atomic energy authority; Douglas Lawson. ,,At Act Lloyds”; Harold B. Pereira. Indian He- raldry; H. Stanford Londen. The silver greyhound of the Queen’s Messengers.

Revue française d’Héraldiqr

20 Academia de Genealogica y Heráldico ..Mota Padilla”, dnuario 195.3-1954, Guada- lajara, Jalisco, México. Edificis San Francisco 507, Guadalajara, Ja]. Mexico.

Norsk Slekfshisforisk Tidsskriff. utgitt av Norsk Hektshistorisk Forening, Rcductor Harald Gram: ddvokaf dnthon Bus&, o Hottagt. 17, Oslo. Bind XV, Hefte 2. 1955: lurgen Scheel. Legatstifteren A. W. Scheel 1799-1879 og hans tilknytning til Norge; Eyvin Dahl. Niculas Olavsson pâ Hovin og hans väpen; C. S. Schilbred. Skiensslekten Sommer; enz.

Znsfifufo Inferacional de Genealogia y Heraldica, Hoja informativa, Direccion: Calle de Lisfa, 21-Madrid; Ano 11 No. 25, 1 Oct. 1955: Voorbereidingen voor het Congres te Madrid. Idem, 11 No. 26, 15 Oct. 1955: Verslag over het Congres; Idem, 11 No. 27. 1 Nov. 1955: Betreffende de Hoja Informativa; boekbespreking. Idem 11 No. 28, 15 Nov. 1955: Mededelingen van het Instituut: voorstel tot het houden van het IVe Congres in 1958 te Brussel. Redevoeringen van de Markies de Desio Hertog van Salandra en dleiandro del Gal- linal en D. dnfonio Zhwnendi, Minister van Justitie, Madrid 1955. Hidalguia, La Revista de Genealogia. Nobleza y Armas. publicacion bimestral, Di- rector: Vicente de Cadenas y Vicent, Calle de Atocha. 91, Madrid.‘Buitengewoon nummer van 270 pag. uitgegeven bij gelegenheid van het Congres te Madrid.

Der Schweirer Fami[ienforscher, Le Généalogisfe Suisse. Jrg. XXII NO 6/7, 1 Juli 1955. Redaction: Dr. d. oan Speyr. Herqiswil N.W.: Dr. drfhur 1. Gloggner. Der Luzernische Stadtstaat. Burgerrecht - Regimentsfähigkeit - Patriziat; Rohauf Lehman. Graphologie und Genealogie; H. 1, Welfi. Die Stafer in Zurzach; W. R. Sfaehelin. Die heilige Nofburg.

The Defroif Society lor Genealogical Rescarch. Magnzinc, Editor: Mrs. Wilson MC Teer. Chairman, Mrs. lames D. MC Glynn, 1826 Lloyd Avenue, Royal Oak. Mlchigan. Volume X1X No. 1, 1955: The ancestors and Descendants of Salomon Sibley of De- troit; Idem Lemuel Taylor; The Pesirs Family; Descendants of William van Lew.

Gencalogical Forum of Portland. Oregon. Jan. 1955-Oct. 1955. Year-Book 1954-55, 1955-‘56. 17007 S. E. Catfield Road, Milwaukie, Oregon.

The New York Genealogical and Biographical Record. Editorial and executive offices at 122 East 58th Street, New York 22. N.Y. Vol. 86 No. 3, July 1955: The Brokaw-Bragau Family; Marriages of the Dutch Reformed Church of Tappan; The Feake Family of Norfolk; Baptisms of the Dutch Ref. Church of Catskill.

The Sfafen Island Hisforian, publ. quarterly by the Staten Island Historica] Society, Richmondtown, Staten Island 6. New York. Vol. XVI No. 3. Juli--Sept. 1955. The Staten Island steam Ferries by B. C. Befancourf Jr.

Amsterdam, Dec. 1955 W. R.

Geboren, 1 December 1955 te Wijk bij Duurstede BERNARDUS MICHAEL, zoon van de Heer en Mevrouw B. H. Sander+Weerdenburg. Onze hartelijke gelukwensen. R.

21 VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, die met zijn onderzoek is vastgelopen, dan wel diegenen, die met andere personen verbinding zoeken op genealogisch en heraldisch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra. Post- bus 976, AmsterdamC. Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden.

Cl. FORRER, CUNAS. Forrer Ulcich, geb. Wildhaus (Schweiz) am 20. April 1789 odec 18. Dez. 1791, gestorben in den Niederlanden am 17. März 1868 oo getraut um (1821 ?) Trau-ort und -datum? mit Crrnas Maria geb. (29. Juni 1791 ?) gestorben am (12. Januar 1868?). Gesucht werden für diese Eheleute : Stcrbc- und Begräbnisorte und Daten, Kinder. Berufe, Herkunft der Ehefrau und Eltern. Mitteilungen mit Quellenangaben erbeten an: HANS FORRER, Kohlplatz Grabs 1X (Schweiz).

Wie van de leden is wederkerig bereid aantekeningen te maken, betreffende elkan- ders voorgeslacht, uit de notariële en oud rechterlijke bescheiden van Enkhuizen van het begin tot 1700 1 J. DRAAK, Nieuwendammerdijk 404. Nieuwendam, Amsterdam-N.

CII. HUISMERKEN. Gevraagd voorbeelden van Nederlandse (erfelijke) huismerkreeksen om op te nemen in de 2e druk in voorbereiding van ,.Het raadsel der huismerken”. Dr H. KITS NIEUWENKAMP, Doorn, ,,De Nyencamp”.

CIII. HERWEYER. Gevraagd inlichtingen betreffende geboortedatum en voorgeslacht van /i//is Herweycr, geb. Bommelskous, gehuwd 13 Oct. 1709 te Numansdorp met Lijntje 17. d. Waal. A. C. HERWYER, Steynlaan 13, Hilversum.

CIV. LOSIE. Gegevens gevraagd betreffende : a. Cornelis Losee, Losie of Losy; hij vertrok naar Amerika (Bushwick, Long Island) in 1651, komende van Utrecht (stad of provincie), hij had vrouw en zes kinderen vermoedelijk in Nederland geboren. b. Sterling Prijs vertrok * 1794 met zijn gezin naar Amerika; zijn zoon Pieter Prijs is in Holland geboren 4 1760-1768: waar werd Pieter Prijs geboren 1 c. In 1801 huwde te Zutphen lan Wilm Wcrnink uit Gildehausen, Bentheim, met Aaltjen Florijn uit Ampsen bij Lochem. Geboortedatum (Gildehausen ?) van j. W. Wernink gevraagd. Mevr. A. VAN ZEBEN. Hendrik Mandeweg 17a, Beverwijk.

CV. VAN DEN BERG, VAN DER VECHT, VAN ZUYLEN. DORSANFAN. a. Geboortedatum en -plaats. alsmede ascendenten van: Danicl van den Bery(h), dit 8 Juli 1704 te Utrecht huwde met Willemina de Graaf(f). b. alsvoren van: Wilfcmina de Graal(f) voormeld. c. Huwelijksdatum en plaats van: Dr. Reynt van der Vecht f.U.D.zn. van Marcrrs van der Vecht en Euertien /ansen...... ? met lanncgien Hendriks Schierholt. dr. van Hendrik- en ...... ? alsmede hunne ascenten (ongeveer 1718. Dalfsen ?) d. Geboortedatum en -plaats, alsmede ascendenten van: /acobtrs van Ztrylen. die 23 Dec. 1711 in ondertrouw werd opgenomen te Hasselt (Ov.) met Anna Maria Cramer, dr. dr. van lohannes Cramer. Med. Dr. en Anna Hcrmcsen Enyelbcrts. e. Geboortedatum en -plaats, alsmede ascendenten van: Anna Dorsanfan (Dorsefan). die 6-9-1739 te Hasselt (Ov.) huwde Lucas van Dingstee. zn. van Hendrick Karsten Dinckstee en Geertjen Luitjens, gedoopt 9-2-1679 te Hasselt (Ov.). Mr. H. J. STEENBERGEN, Lepelstraat 21, Groenlo

22 CVI. HERMSEN. Gerrit Meeuwsen, geb. 14 Mei 1770 te Velp (Gld.) over]. te Rozendaal (Gld.) 24 Febr. 1815, huwde Albertina Hermsen. Gevraagd geboortedatum en -plaats van Albertina Hermsen. Mevrouw H. E. VAN DER MADE-Hagen, Spoorlaan 41. Bilthoven.

AANVULLINGEN EN WIJZIGINGEN OP DE LEDENLIJST

Tof ons leedwezen moefen wij hef overlijden melden van de navolgende leden: 516 Mr. A. N. de Snoo te ‘s-Gravenhage. 821 J. G. van Heyst Sr. te Hummelo. 934 Mevr. J. A. Schäfer-Kleyn te ‘s-Gravenhage.

Het lidmaafschap van Mej. G. Venema werd overgeschreven op de Heer 1017 H. J. Lek Jr., Zeemanlaan 36, Leiden.

Nieuwe leden: 1564 G. Das, Homeruslaan 45, Utrecht. 1565 drs. Gust. L. H. van Damme, Annuntiatenstraat 18, Merksem. Antwerpen. 1566 Jan van Beurden, Julianastraat 17, D’iessen. 1567 J. Verkerk. Sluisvaart 48, Ouderkerk ad. Amstel. 1568 A. J. van Rije, Kerkstraat 69, Amsterdam. 1569 K. van Rije, Middelweg 19, Wassenaar. 1570 H. J. B. Valken, arts, Beetsterzwaag. 1571 S. B. Handgraaf, Middenweg 61, Haarlem. 1572 J. P. W. F. Lakke, Hunzestraat 17, Utrecht. 1573 Jb. in ‘t Hol, Burgem. Zaaijerlaan 38, Dirksland. 1574 Mej. D. Das, Homeruslaan 45, Utrecht. 1575 F. J. Parlevliet, Prof. P. J. Blokstraat 2, Den Helder. 1576 J. van Wageningen, Mid-Slangevegt, Breukelen. 1577 G. J. van Wageningen, Apartado 4023, Correos del este, Distrito Federal, Cara- cas, Venezuela. 1578 M. B. Fanoy, Nieuwe Burg 26. Middelburg. 1579 Mej. M. Kleyn, Slotlaan 50. Zeist. 1580 H. van Herk, Doedesstraat 27b. Rotterdam W. 1581 J. de Vries, notaris, Voorstraat 31, Dirksland. 1582 F. 0. Staal, Zuilenstraat 2, Utrecht. 1583 L. de Jager, p/a Kantoor der dir. belastingen en accijnzen, Emmastraat 26, Lek- kerkerk. 1584 W. J. Veer, Linnaeusparkweg 11s hs., Amsterdam 0. 1585 C. Tromp van Holst, Amstel 280, Amsterdam C. 1586 W. van der Dries, Nieuwe-Kerkplein 2Oa rood, Haarlem. 1587 H. G. W. van Eek, Nieuwe Hilversumseweg 46, Bussum. 1588 Mevr. H. E. Garrelfs-de Bruijn, Spaarndammerstraat 151-1, Amsterdam C. 1589 Mej. IJ. W. Sont, Zaagmolenstraat 3 hs., Amsterdam W. 1. 1590 Th. van Dun, Groeseindstraat 30 1, Tilburg. 1591 D. Nederhof, Columbusstraat 19~. Breda. 1592 J. B. Vermetten, econ. drs., Plein Eendragt 15. Schiedam. 1593 J. W. P. Cornelissen, Kerkstraat 2, Coevorden. 1594 J. Broeren, Beverweerdstraat 69, ‘s-Gravenhage. 1595 E. B. G. Lokerse, p/a Escomptobank N.V.. Palembang. Sumatra Selatan, Indo- nesia. 1596 Ir. J. van Beynum, Irenestraat 31, Arnhem. 1597 J. de Jager, Joos Banckersweg 13 hs., Amsterdam W. 1. 1598 F. W. Lauta van Aysma. Overhovenerstraat 4. Sittard. 1599 Mevr. C. C. Poelman-Gruter. Sportlaan 558, ‘s-Gravenhage. 1600 J. A. Zimmerman. Nieuwersluisstraat 217, ‘s+Gravenhngc. 1601 L. J. van der Klooster, Doornstraat 17, Scheveningen.

23 1602 Familievereniging De Lange, p/a Mr. A. M. de Lange, secretaris, Leidsegracht 59. Amsterdam C. 1603 A. van Diemen, Berkenstraat 50, Haarlem. 1604 A. S. P. Verjaal, Rozenlaan 20, Boskoop. 1605 Ds. J. W. Schaap, Klaas Woltjesweg 15 L, Zuidbroek. Adreswijzigingen. 3S N. Kok, Noord-Koninginnewal 14, Helmond. 141 J. J. M. H. Verzijl. Cannerweg 66, Maastricht. 183 L. J. Jonkhout, Sionsweg 57, Limmel (Lb.). 387 A. P. H. A. van Hees, Blasiusstraat 56 11, Amsterdam 0. 459 L. van Denderen, Stationsweg 39, Budel-Schoot. 613 Mej. W. H. van der Laan, Raamsingel 24 zwart, Haarlem. 681 H. J. Allart. p/a de Hr. L. Timmermans, Vijverbosweg 7, Vught. 749 F. Thire, De la Faillelaan 45, Antwerpen (Wilrijk). 836 J. C. B. Thus, Herkenberg 8, Meerssen (Lb.). 856 Ds. J. J. Lamme Jr., Pastorie Geref. Kerk, ‘s-Gravenmoer. 978 H. G. J. Overmars, Karel J. C. Beekmanlaan 2, Zeist. 1010 J. J. Renting, Dr. Plesmanstraat 17, Heerlen. 1059 P. G. Hoefnagel, Meidoornlaan 35, Zoetermeer. 1140 Mevr. W. Storm-Landweer, Pretoriusplein 8, Amsterdam 0. 1214 P. D. S. Groot, Hugo Verriesthof 21, Amsterdam-Slotermeer. 1216 C. H. van Hulten, p/a de Hr. J. M. E xman. H. Gerhardstraat 70, Zaandam. 1234 Mr. A. Gast, Stalpertstraat 41, ‘s-Gravenhage. 1297 L. W. Maters, H. C. Fledderusstraat 2, Steenwijk. 1298 Jhr. F. G. L. 0. van Kretschmar, Westcott Heuse, Jesus Lane. Cambridge 1314 Mej. M. E. M. Koster, Hoefkade 962, ‘s-Gravenhage. 1374 H. de Zeeuw, Bahreinstraat 42 c, Rotterdam Z. (Hoogvliet). 1384 M. Thiel, Witte de Withstraat 81, Amsterdam W. 1. 1389 P. C. Verkooyen. Jan Vethstraat 16. Eeindhoven. 1533 J. A. F. S. van Alphen, Plaats 3, ‘s-Gravenhage. 1558 Mej. J. G. van der Lugt, Agamemnonstraat 38 I, Amsterdam 2. 1560 Ir. R. G. den Uyl. Mauvestraat 11, Zwijndrecht. -. ~._..~

DOCUMENTATIE DIENST N.G.V. ontving van verschillende Firma’s een Gedenkboek. Deze werken zijn aan 1 onze verzameling Documentatie toegevoegd. Regelmatig zullen wij de leden over de stand van deze dienst gaan inlichten. In het afgelopen jaar is heel veel werk verzet, zodat binnenkort belangrijke cijfers gegeven kunnen worden. Aanwinsten: ,,160 jaar Rijnbende” N.V. Distilleerderij voorheen Simon Rijnbende en Zonen. ,,75 jaar Brinkers Fabrieken” Brinkers Margarinefabrieken. ,,25 jaar Gembo” Chemische fabriek ,,Gembo” N.V. ,.Het Huis Enschede 1703-1953” Joh. Enschede en Zonen. l ,.Honderd jaren Dekker’s Hout” N.V. Dekker’s Houthandel. ,,De Handelmaatschappij uan A. van Linge Ezn” Schets der Geschiedenis van een Veendammer bedrijf. ,.Vofhardings Levensgang” Coöp. Verbruiksver. ,,De Volharding” U.A. i ..N.V. Kon. Ned. Petroleum Maatschappij 1890-1950” .,Van Vernis-Stokerij op aarden grond tot modern Chemisch Bedrijf” N.V. Lak-, Ver- f nis- en Verffabriek Molyn 6 Co. ..Honderdvijftig jaren Van Gend en Loos”. ,.Onre Eeuw Gerhard Loeber 1846-1946”. ,.G. de Vries en Zonen Amsterdam 1775-1950”. 1 Wij betuigen de firma’s die ons deze boeken deden toekomen onze hartelijke dank.

Documentatiedienst N.G.V. J. T. VAN DER HAM Egstraat 35 - Amsterdam 0.

24 ,,ONS GESLACHT” MAANDBLAD DER NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING OOEDOEKEURD BIJ KONINKLIJK I3ESL. “AN 16 A”G”STUS ,949. NO 65 Lelatsteli,k goedgekeurd bl, K0”i”kli,k Besluit YB” 6 &i,l 1955 JAARGANG 11 No. 2 FEBRUARI 1956

Redacteur: W. D. H. Rosier, Postbus 976 C, Amsterdam. Administrateur van de Contactafdeling : C. Roodenburg, Van Eedenstraat 9, Haarlem. Administrateur der verzending van het Maandblad : Jan Hagoort, Kloosterstraat 11, Naarden. A. W. Brave, Secretaris der Ned. Gen. Ver., Adm. de Ruyterweg 341 11, Amsterdam W 2. Contributie minimum fl. lO,- te storten op Girorekening No. 547064 ten name van de Penningmeester der N.G.V. te HAARLEM.

GENEALOGIE DER FAMILIE STEYNS BISSCHOP (S TEINS BISSCHOP) Zetelplaats: Maastricht, Weert, Venlo, Amsterdam door JAN VERZIJL (slot) IVbis. Joannes Reinerus Sfeins Bisschop, ged. Weert 21 Jan. 1721, overl. Venlo 12 Febr. 1799. tr. 1 o ...... Vos de Wael. tr. 2’ Harlingen 12 Juli 1750 Lucia Anna Maria Suringar, ged. Harlingen 22 Mei 1732, overl. Venlo 29 Dec. 1809, dochter van Gerard Sybren Suringar en Cafharina Maria Pau (w) elsI 4 j . Hij was Luitenant ten dienste van de Generale Staten van Holland onder het Regiment van Generaal ven Lewe. 5 April 1747. De Heer Joannes Reynerus Styns Bisschop, gewezen wachtmeester in het Regiment van de Heer Kolonel Baron van Linteio, nu gepromoveerd Vaandrig in het Regiment van de Heer Generaal Lieu- tenant Leuwe, machtigt de Heer Jan Jacob Cremer, solliciteur militair in Groningen om in zijn naam de eer als vaandrig uit te zweren 1s). Venlo Militair doopregister 1744-1784: 13 Juli 1757. ,,Dominus Joannes Reynerus Steyns Bisschop Leutenan- tius legionis generalis Leuwen”. In de conduitelij,sten van het regiment Lewe, opgemaakt 1 Januari 1793 te Groningen, komt als lieutenant voor Johan Reinier Steins Bisschop, geboren 1720 te Weerd (lees: 21 Jan. 1721 te Weert), religie Roomsch. In de volgende conduitelijst komt zijn naam niet meer voorle). In zijn sterfakte wordt hij genoemd: ,,Ancien Capitain de la Republique Batave”. Hij woonde op de Vleesstraat te Venlo, waar hij op 12 Febr. 1799 om tien uur ‘s avond,s overleed. Zijn weduwe overleed eveneens in haar huis op genoemde straat 29 Dec. 1809 om 3% uur des middags.

25 Kinderen uit dit huwelijk: 1. Catharina Philippina Sybilla Steins Bisschop, geb. Harlingen (?) 30 Sept. 1751, R ligieuse te Venray in het Augustinsssenklooster ,,Je- rusalem”

26 Over zijn geboorteplaats heerst onzekerheid, als zijn geboorteplaats wordt ook opgegeven Amsterdam, maar daar is zijn doop niet te vinden. Ludovicus Joannes Josephus Steins Bisschop, ged. Venlo 1 Maart 1769, begr. (aldaar (St. Martinuskcrk) 23 Sept. 1770. Maria Cecilia Agnes Sfeins Bisschop, ged. Venlo 1 Aug. 1771, overl. aldaar 12 Sept. 1835. In haar doopakte genoemd: Cafharina Cecilia Agnes. Zij trad in het klooster der Annunciaten te Venlo, onder de kloosternaam Rosa, geprofest 13 Mei 1793. Het klooster werd in 1798 door de Fransen opgeheven, en zij stierf als rentenierster te Venlo op 12 Sept. 1835 des namiddags om 3 uren ten hare woonhuize in de Vleesch- straatzs). Maria Josephina Anfoineffa (Maria losepha Antonia in doopakte) Steins Bisschop, ged. Venlo 7 Oct. 1773, overl. aldaar 21 Aug. 1825 des morgens om een uur ten hare woonhuize op de Vleeschstraat.

2 April 1810. Voor de keizerlijke notaris Philippe Jacques Frederix, ressort vredegerecht van Venlo, arrondissement Roermond, residerende te Venlo verklaren Pierre van Kaldekerken, hovenier, en zijn huisvrouw Anne Cafherine Dohmen, schuldig te zijn aan de Heren Nicolas Jean Anfoine Steins Bisschop, Pastoor te Duiven in Holland, Pierre Henri Gaugire Stei,ns Bisschop, koopman te Amsterdam, Joseph Arnould Fran- çois Steins Bisschop, Luitenant-Kolonel in dienst van de Koning van Hol- land, de Juffrouwen Maria Cecile Agnes Steins Bisschop, oud-religieuse der Annunciaten te Venlo, en Marie Josephine Antoineffe Sfeins Bis- schop, rentenierster, de beid en laatstgenoemde wonende te Venlo, een som van driehonderd francs, tegen een jaarlijkst interest van 455 franc per honderds4). 23 Mei 1810. Voor dezelfde notaris verschijnen: De Heren Nicolas Jean Anfoine Sfeins Bisschop, pastoor te Duiven, Koninkrijk Holland, Pierre Henri Genseric Steins Bisschop, koopman te Amsterdam, Gauthier Jacques Herman Sfeins Bisschop, rector te Vortum en Mulm, departement Bouche du Rhin, de Mejuffrouwen Marie Cecile Agnes Sfeins Bis- schop, voorheen religieuse der Annunciaten te Venlo, aldaar wonende, Marie Josephine Anfoineffe Sfeins Bisschop, rentenierster, ook wonende te Venlo, en de Heer Sjert Nicolas Suringar, voorheen burgemeester van Leeuwarden in Friesland, wonende te Lingen in hoedanigheid van gevol- machtigde van de Heer loseph Arnould François Sfeins Bisschop, luitenant-kolonel in dienst van Zijne Majesteit de Koning van Holland, blijkens diens volmacht, verleden te Toledo op 25 Sept. 1809, geregistreerd te Roermond op 10 Jan. 1810, alle kinderen en erfgenamen van wijlen Mevrouw Lucie Anne Marie Suringar, weduwe van wijlen de Heer Jean Regnier Sfeins Bisschop, in zijn leven luitenant in dienst der Generale Staten, de genoemde vrouwe moeder overleden te Venlo 29 Dec. 1809. Deze comparanten, allen meerderjarig, hadden een familieverdrag aangegaan over de erfenis der moeder. Wordt vermeld de hoeve Westring, met alle landerijen, bossen en andere dependentiën, gelegen te Bree (Maas- bree), departement van de Roer, de goederen, gelegen te Groningen enz.18)

27 Vbis. Petrus Henricus Gaugericus Sfeins Bisschop, ged. Doornik 7 Maart 1763, overl. Amsterdam 26 Juni 1826, begraven in de Nieuwe Kerk 29 Juni 1826, wijnkoper. In 1788, 21 Aug. de wijnzaak begonnen met B. T. H. HanZo:)), tr. Am- sterdam 27 Mei 1800 (ondertrouwd 2 Mei 1800, wonende in de Kalver- straat, met consent zijner moeder Lucia Anna Suringar, wonende te Ven- lo) Gertrudis Maria Koek, ged. Amsterdam (R.K. Kerk ‘t Boompje) 8 Juni 177325) overl. aldaar 31 Dec. 1843, begr. op het R.K. Kerkhof te Ouderkerk 5 Jan. 1844, dochter van Gerardus Koek en Chrisfina van Coevorden. Zij woonde bij haar ondertrouw op ‘t Singel en werd geassisteerd met haar vader. Het huwelijk had 25 Mei 1800 op het stadhuis plaat@). Kinderen uit dit huwelijk: 1. Anna Lucia Steins Bisschop, ged. Amsterdam (R.K. Kerk de Krijt- berg) 16 Aug. 1801, overl. aldaar 8 Sept. 1801, begraven in de Nieuwe Kerk. 2. Nicolaas Johannes Anfo,nius Steins Bisschop, geb. en ged. Amsterdam (R.K. Kerk de Krijtberg ) 18 Sept. 1802, overl. Haarlem 8 April 1861, begr. te Schoten. Kanunnik Poenitentiaal van het Cathedrale Kapittel. Hij deed zijn lagere studiën op het gymnasium te Amsterdam, zijn wijsgerige studiën in 1819-1821 op het Seminarie Hageveld en zijn theologische op het Seminarie Warmond en werd 25 Nov. 1826 te Munster tot priester gewijd. Reeds als thelogant was hij enige jaren als leraar in de latijnse en griekse talen verbonden aan het Seminarie IHageveld. In 1827 was hij kapelaan aan ,,de Kalkovens”, dat tot de statie Vogelensang behoorde: van 1827-1834 van het Begijnhof te Amsterdam; van 21 Maart 1934-2 Febr. 1840 pastoor te Zwaag 1840-1857 pastoor van het Begijnhof te Amsterdam, 1857-1858 pastoor der St. Catherinakerk te Amsterdam, 1859-1861 pastoor en deken van St. Jozef te Haarlem. Hij was provisor der semenaria Hage- veld en Warmond en lid van het Haarlems kapittel. In de pastorie der St. Catharinakerk te Amsterdam hangt zijn portret, hoog 30 breed 26 cm.27). 3. Gerardus Maria Sybrandus Steins Bisschop, geb. en ged. Amsterdam (R.K. Kerk De Krijtberg) 22 Aug. 1805. Volgt VI. 4. Lucia Anna Maria Steins Bisschop, geb. en ged. Amsterdam (R.K. Kerk ‘t Boompje) 10 Febr. 1808, overl. Utrecht 22 Mei 1861, begr. aldaar, tr. Amsterdam burgerlijk 3 en kerkelijk 4 Juli 1839, Odilius Aleydis Josephus Roberf, ged. Utrecht R.K. Kerk achter het Wey- straat) 21 Febr. 1803’“). overl. aldaar 29 Maart 1876, begraven te Houten, houtkoper, zoon van Louis Gislein Roberf en Chrisfina Maria van Bijleveldt. 5. Walterus Hermanus Jacobus (Woutherus Jacobus Hermannus) Stcins Bisschop, geb. en ged. Amsterdam (R.K. Kerk ‘t Boompje) 1 Juli 1810, overl. Sydney 7 Sept. 1881, S.J., priester gewijd 8 Sept. 1845, Bisschop gewijd te Brussel 29 Juni 1861, Aartsbisschop van Bosra en Aposto- lisch Vicaris van Calcutta. Bij zijn bezoek aan het College te Katwijk bood de directeur pater Waker Steins Bisschop zich aan voor de Missie van Maduré. In 1852 werd hij echter benoemd tot professor der theologie aan het Seminarie te Culemborg, maar kreeg nog in hetzelfde jaar van de Generaal, pater

28 Roothaan, verlof om naar de missie van Maduré te vertrekken. Hij maakte de reis over Rome waar zijn bestemming veranderd werd. Het Vica- riaat van Bombay was namelijk intussen gesplitst en het zuidelijk deel aan de Sociëteit toegewezen: pater Sleins zou daar werkzaam zijn. Hij werd in 1854 tot superior en in 1856 tot provicaris aangesteld, en 18 Dec. 1860 door Paus Pius 1X benoemd tot Bisschop van Bombay; 29 Juni 1861 is hij te Brussel gewijd door de Nuntius Mgr. ConeZIa. In 1867 volgde zijn benoeming tot Aartsbisschop van Bosra i.p.i. en Apostolisch Vicaris van Calcutta; hij heeft daar de eerste stoot gegeven aan het be- keringswerk onder de Hindoes in Oost-Bengalen. In 1870 woonde Mgr. Steins het Vatikaans Concilie bij. Wegens ziekte vroeg en verkreeg hij in 1877 ontslag uit zijn waardigheid en keerde naar Europa terug. Toen de bisschoppelijke zetel van Auckland in Nieuw-Zeeland zijn titularis door de dood verloren had en de Propaganda te vergeefs naar een ge- schikte opvolger zocht deed Paus Leo X111 een beroep op Mgr. Steins, die ondanks zijn 69 jaren, niet aarzelde zich voor de zware taak beschikbaar te stellen. Op 23 Dec. 1879 begon hij het bestuur van zijn derde bisdom, maar na een jaar tastte hem zijn vroegere kwaal weer zo hevig aan, dat hij genezing moest gaan zoeken te Sydney in Australië, hij is daar op 7 Sept. 1881 overledenss).

VI. Gerardus Maria Sybrandus Steins Bisschop, geb. en ged. Amster- dam (R.K. Kerk De Krijtberg) 22 Aug. 1805, overl. aldaar 5 Nov. 1865, begraven te Ouderkerk, wijnkoper, tr. Delft 27 Sept. 1831 Maria Joanna van Berkel, geb. Delft 16 Dec. 1810, overl. Amsterdam 23 Jan. 1857, dochter van Mr. Henricus uan Berkel, wethouder der stad Delft, en Gijs- berta Maria Albertina van der Kuna’cf). Kinderen uit dit huwelijk: 1. Cafharina Gertrudis Maria Steins Bisschop, ged. Amsterdam 19 Febr. 1835, overl. Beek bij Nijmegen 2 Aug. 1912, tr. Amsterdam 24 April 186 1 Alexis Antonius Maria van Waijenburg, geb. Amsterdam 15 Jan. 1827, overl. Beek bij Nijmegen 1 Oct. 1911, zoon van Hendrik van Waijenburg, makelaar, en Maria Joanna de Berset. In Mei 1866 verhuisd naar Beek bij Nijmegen. 2. Gijsberta Johanna Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 29 Juni 1836, over1 ...... , tr. Delft 4 Aug. 1869 Anfoine Michel Charles Koek, geb. Heemstede 8 Febr. 1828, overl. Beek bij Nijmegen 4 Oct. 1898, advocaat te Utrecht. Zijn weduwe werd 9 Aug. 1910 geprofest in het Klooster der Visitatie te Tilburg, onder de kloosternaam Maria Chantel. 3. Petrus Henricus Maria Sfeins Bisschop, geb. Amsterdam 24 Dec. 1837, S.J. ingetreden in de orde te Ravestein 5 Oct. 1856, gewijd 19 Sept. 1868, geprofest 2 Febr. 1874, Professor in het Kanoniek Recht, de Theologie en Dogmatiek tot Juli 1910, overl. Maastricht 1 Dec. 1925. 4. Johannes Reinerus Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 2 Nov. 1839. Volgt VII. _. . . 5. Josephus Arnoldus Franciscus Sfeins Bisschop, geb. Amsterdam 5 Febr. 1841, overl. Boeke1 19 Juli 1884. 6. Comelius Maria Woutherus Steins Bisschop, geb. Amsterdam 20 Nov. 1842, overl. Breda 19 Oct. 1907, Notaris te Breda, ongehuwd.

29 7. Eugenius Odylius Antonius Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 7 October 1846, overl. Maastricht 15 Febr. 1922. S.J., trad in de orde te Mariëndaal bij Grave 26 Sept. 1868, gewijd 8 Sept. 1879, geprofest 2 Febr. 1882, eerste Rector aan het R.K. Gymnasium ,,St. Ignatius” te Amsterdam. 8. Johanna Augustina Charlotte Maria Steins Bisschop, geb. Amster- dam 11 Maart 1848, overl. Luik 20 Mei 1885, Dochter van het H. Kruis, Kloosternaam Marie Gonzague, van de Onbevlekte Ontvangenis.

VIL Johannes Reinerus Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 2 Nov. 1839, overl. ald. 30 Maart 1917, wijnkoper, begiftigd met het erekruis Pro Ecclesia et Pontifice, Ridder in de Orde van St. Gregorius, tr. Am- sterdam 28 Mei 1868 Elisabeth Maria Bonnike, geb. Amsterdam 23 Febr. 1848, overl. ald. 5 Dec. 1925, begraven op het R.K. Kerkhof ,,St. Bar- bara” op 9 Dec. d.a.v., begiftigd met het Eerekruis Pro Ecclesia et Pon- tifice, dochter van Joan,nes Emanuel Bonnike en Maria Cornelia Huberta Vermeulen. Kinderen uit dit huwelijk: 1. Maria Joanna Steins Bisschop, geb. Amsterdam 6 Jan. 1872, Non van het ,,Sacré Coeur”, geprofest te Parijs 11 Febr. 1903, in 1910/11 te Bennebroek, thans te Den Haag (1946). 2. Elisabeth Catharina Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 17 Juni 1873, overl. Huissen in Januari 1926, tr. Amsterdam 7 Mei 1896 Wil- lem Michael Helmich, geb. Zwollerkarspel 15 Dec. 1865, overl. Huis- sen 8 Jan. 1935, burgemeester van Hui#ssen bij Arnhem, sinds 1893 lid provinciale staten van Gelderland, sinds 1901, zoon van Gerardus Antonius Helmich en Jkvr. Engelberta Maria Bernardina Aloysia Augusta van Middachtenso) . 3. Gqsberta Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 11 Juli 1874, Non van de Orde der Zusters van Liefde te Tilburg, in de Congregatie getreden 16 Oct. 1898, geprofest 24 Juni 1902, 1910/11 in Den Haag, naar de missie te Sumatra vertrokken 1921, overleden in een interne- ringskamp tijdens de Japanse bezetting op midden Sumatra 11 Febr. 1944. 4. Gerardus Thomas Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 15 Juli 1875, overl. Velp bij Grave (Mariëndaal) 11 Juni 1935, S.J., trad in de Orde 26 Sept. 1893, gewijd te Maastricht 26 Aug. 1906, geprofest 2 Febr. 1908, achtereenvolgens rector der 3 colleges te Katwijk, Nij- megen en Amsterdam, ten slotte pastoor te Utrecht. 5. Charlotta Margaretha Maria Stein Bisschop, geb. Amsterdam, 12 Aug. 1876, overl. ald. 14 Febr. 1884. 6. Joannes Eduardus Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 17 Dec. 1877, wijnkoper. 7. Leonardus Aloysius Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 22 Juni 1880, S.J., in de Orde getreden 26 Sept. 1899, gewijd te Maastricht 28 Aug. 1910, geprofest 2 Febr. 1917, professor in de Thomistische wijsbegeerte te Nijmegen op Berchmanium. 8. Anton Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 7 Juni 1882. Volgt VIII. 9. Charlotte Aloysia Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 27 Maart 1886, tr. Amsterdam 21 Sept. 1909 Theodorus Johannes Marie

30 Noordman, geb. Zoeterwoude 25 Mei 1880, zoon van Hermanus Noordman en Agnes Maria Wijers, houtkoper, Huize Eendracht bij Leiden. VIII. Anton Maria Sfeins Bisschop, geb. Amsterdam 7 Juni 1882, overl. ald. 24 Sept. 1934, begr. 28 d.a.v. op het R.K. Kerkhof St. Barbara, wijnkoper, Ridder in de Orde van de H. Gregorius de Grote, tr. Amster- dam 28 Mei 1907 Charloffe Leonie Herckenrafh, geb. Utrecht 11 Mei 1883, dochter van Charles Marie Herckenrafh en Maria Elisabeth Rave. Yinderen uit dit huwelijk: Maria Elisabeth Ignafia Sfeins Bisschop, geb. Amsterdam 7 Juni 1909, getreden in de Orde der Benedictinessen te Oo,sterhout (N.B.) 7 Sept. 1929 onder de kloosternaam Hildegarde, geprofest 14 Juni 1934. Maria Joanna Charloffa Sfeins Bisschop, geb. Amsterdam 27 Sept. 1910, sociale werkster en verpleegster ( 1946). Joanna Wilhelmina Maria Sfeins Bisschop, geb. Amsterdam 25 Nov. 1911, getreden in de Congretaie van het ,,Sacré Coeur” te Jette-St. Pierre bij Brussel 19 Dec. 1932, geprofest te Vaals (Limburg) 29 Sept. 1941. Reinerus joannes Marie Sfeins Bisschop, geb. Amsterdam 3 Aug. 1913, employé bij Philips te Eindhoven, tr. Hilversum 27 Juni 1946 Maria Theresia Hiltermann, geb. Amsterdam 29 Juni 1918, dochter van Theodoor Ignace Karel Maria Hilterman en Anetfe Leonie Maria Wiegman. Theodora Lucia Maria Sfeins Bisschop, geb. Amsterdam 13 Dec. 1914, verpleegster. Ferdinanda Maria Sfeins Bisschop, geb. Amsterdam 5 Sept. 1917, So- ciaal werkster bij de firma Berghans te Amsterdam. Carolus Alphonsus Maria Sfeins Bisschop, geb. Amsterdam 23 April 1991, priester student vanaf Sept. 1934, eerst te Hageveld, daarna te Warmond ( 1946). Pierre Frans Maria Steins Bisschop, geb. Amsterdam 19 Febr. 1921, stafemployé bij de Nederlandsche Handelmaatschappij.

Nederland’s Patriciaat XVII (1927), blz. 315-316. Reqister 1814. Minuten Notaris L. Thielen Maastricht 1747-1748. Mededeling van het Krijgsgeschiedkundig Archief Den Haag in dato 17 Sept. 1943. Mededeling van Dr. C. H. Lambermonf 0. P. St. Theol. Lector en Archivaris Albertinum Nijmegen de dato 30 Dec. 1947. Minuten Notaris P. I. Frederix Venlo No. 34.-23 Mei 1810 (in het frans). De Maasgouw 32e jg. 1910, blz. 2. Lud. Hem. Christian. Schutjes, Geschiedenis van het Bisdom ‘s-Hertogenbosch V (1872). blz. 132. Idem 111 (1872). blz. 132. Dodenreoister van Ravestein. Zie over-haar: De Maasgouw 18e jg. (1896). blz. 49-51; 37e jg. (1915). blz. 92; Publications (1879). p. 50; H. Michels, Geschiedenis der Lorette-Kapel te Genooi (Venlo 1917). blz. 71. Minuten Notaris P. 1. Frederix Venlo. No. 29.-2 April 1810 (in het frans). Volgens mededeling Drs. Th. Bos Amsterdam dd. 10 April 1953. Volgens mededeling Drs. Th. Bos Amsterdam dd. 29 Oct. 1951. Nieuw Ned. Biogr. Woordenboek, deel VIII (1930), kol. 112: De Katholiek XXXIX, blz. 276-282. F. van Hoeck S.J., Schets van de Geschiedenis der Jezuieten in Nederland (1940), blz. 346-347. Volgens mededeling Drs. Th. Bos Amsterdam. Nederland’s Patriciaat 8e jg (1917), blz. 172. 31 JAN KITS NIEUWENKAMP EEN VAN DE ONTGINNERS VAN DE HAARLEMMERMEERPOLDER Thans, nu bij Koninklijk Besluit van 27 Aug. 1955, No. 44 de dubbele naam Kits Nieuwenkamp officieel zijn beslag kreeg, is er gerede aanleiding de eerste naamdrager hierbij te memoreren, temeer deze een rol speelde bij de ontginning van de Haarlemmermeerpolder, omstreeks het midden van de vorige eeuw. Jan Kits Nieuwenkamp werd geboren te Hasselt in Overijssel op 7 April 1811 en gedoopt aldaar in de St. Stephanuskerk 14 April d.a.v., als zevende en jongste kind van de koopman Jan Maffheus Nieuwenkamp en diens 3e echtgenote Adriana Kits. Hij werd vernoemd naar zijn in 1807, als student in de theologie, overleden oom Jan Kits, jongste broer van zijn moeder, met wie deze tak der familie Kits uitstierfl). Zoal#s toenmaals, vóór de invoering van de Burgerlijke Stand veelal te doen gebruikelijk was, werd Jan Kits Nieuwenkamp gedoopt met de familienaam van zijn moeder als laatste voornaam, uit piëteit en om de naam Kits niet te laten uitsterven. Hetzelfde was het geval, later, bij het tot stand komen van de gecombineerde familienaam Kifs Wimmers, zie noot 1, waar toen in 1820 de Koninklijke goedkeuring voor moest worden aan- gevraagd. Aanvankelijk bestemd voor de koophandel trok zijn hart naar het buitenleven en vestigde hij zich in 1852, het jaar van de droogmaking van ,,het Meer” te Hillegom, waar hij 27 April van dat jaar van Anthonie Terwogt de buitenplaats ,,Weg en Duin” kochtz), oudtijds ,,Duyn en Wegh” geheten, aan de Dorpsstraat no. 114, met het koetshuis no. 115. Voordien woonde hij te Amsterdam op de Oudezijd,s Achterburgwal bij de Barndesteeg no. 68/71, terwijl hij voor zijn huwelijk zijn opvoeding ontving en in huis was bij zijn grootouders van moederskant, de makelaar Abraham Kifs en diens 2e echtgenote Geertruida Willemina Storm, toenmaals wonende op de Keizersgracht bij de Utrechtsestraat no. 763. In die tijd, bij zijn grootouders zijnde, werd hij ook aangenomen en tot lidmaat bevestigd 18 December 1828, getuigen zijn genoemde grootouders. Hij was een rechtzinnig man, wat mede tot uiting kwam in zijn kerkelijke functie van scriba der kerkvoogdij van de Ned. Herv. gemeente te Hillegom van 1864-1866. Zijn wapenzegel, vergezeld van zijn hand- tekening bleef in die functie bewaard op een stuk van 18 Januari 18653). Tijdens zijn ambtsperiode van secretaris-kerkvoogd deed zich een merkwaardige kwestie voor in 1865 in verband met de zogenaamde ,,He- renbank” in de kerk te Hillegom, waarbij kerkvoogden een meningsver- schil hadden met Jhr Mr Jacob Georgc Hieronijmus van Tefs van Gou- driaan van Treslong, die zijn rechten op de bank wilde laten gelden, zonder verhoging van kosten, gebaseerd op een overeenkomst met kerkvoogden van 26 September 1864 en terugslaande op een overeenkomst van de betovergrootvader van genoemde Jhr van Tets, Mr Jan van den Ende, ,.Eijgenaer van de Hofstede Treslong bij Hillegom gelegen” d.d.

l). De zoon van zijn tante Sophia Kits gehuwd aan Jan Wimmers, met name Marfen Wimmers, makelaar in tabak te Amsterdam, verkreeg bij Kon. Besl. van 5 October 1820 toestemming de geslachtsnaam Kits vóór zijn familienaam te voegen, waardoor de geslachtsnaam Kits Wimmers ontstond. Uitgestorven met zijn zoon Abraham Kits Wimmers te Arnhem 21 Mei 1863. 2). Protocol notaris A. C. Muysken, Hillegom. 3). Zie mijn Nederlandsche Familiewapens, dl. 11, blz. 82. 32 Hillegom 3 October 1745 ingaande ,,primo Januarij 1746”4). Wonende te Hillegom op huize ,,Weg en Duin”, vóór de familie Terwogt eigendom van de familie Six van Hillegom, lagen de landerijen van Ia,n Kits Nieuwenkamp aan de Bennebroekerdijk in ,,de Meer”, groot 166 HA., 72 roeden en 40 ellen, verdeeld over 3 boerderijen respectievelijk genaamd: ,,Gelders Hoeve”, ,,De Blauwe Mees” en ,,De Patrijs”. De laatstgenoemde boerderij heet thans ,,De Meijerij”. In zijn kwaliteit van hoofdingeland ( 1861-1870) wordt zijn wapen tot tweemaal toe aangetroffen in de vergaderzaal van het Hoogheemraadschap in het Polderhuis te Hoofddorps), beschreven als volgt : ,,Doorsneden: 1, in zilver twee schuingekruiste, ovaalvormige, ,,dooreengestrengelde ellipsen van blauw (= de toverknoop, het ,,koord-zonder-eind. = eeuwigheidssymbool) 6) : 11, in goud een ,,zwartbonte koe op grasgrond, de kop aanziende gesteld.” Hij was de enige die het wapen doorsneden voerde met de koe, in verband met het landbouwbedrijf . Met dit al beantwoorde het bedrijf op de duur niet aan de gestelde verwachtingen van de hereboer Jan Kits Nieuwenkamp en liet hij er veel in zitten. In verband met een en ander is de volgende passage uit het boek van Boekel7) niet oninteressant hierbij te releveren. Het voorval speelde zich af in de tijd toen er nog geen bruggen toegang gaven tot de polder, doch alles door middel van ponten moest worden overgezet. Boeke1 schrijft hierover in zijn boek op blz. 240: ,,Wel was er eene Verordening aan de pontwachters gegeven, ,,omtrent den overtocht van rijtuigen, maar bij sterken wind en de ,,bouwvalligheid van sommige ponten was eene brug veel beter. ,,Ongevallen, zooals met de pont te Hillegom gebeurd was, - ,,waar een wagen, geladen met verscheidene mudden aardappels ,,en bespannen met twee paarden, in 1863 te water geraakte...... ,,zeer ten nadeele van den eigenaar I. Kits Nieuwenkamp, die op ,,zijne aanvraag aan het Polderbestuur om 200 gld. schadevergoe- ,,ding slechts 80 gld. verkreeg, - zouden zich dan niet herhalen.” Hij huwde te Kampen 1 Juli 1835 met de dochter van de tabakskoper (het Nederland’s Patriciaat vermeldt abusievelijk oliemolenaar) Theodo- rus Ruyss) en diens le vrouw Johanna Jacoba Reyniera Boom. Zijn vrouw Lobefta lohanna Ruys werd geboren te Lage (graafschap Bentheim) bij Neuenhaus op huize ,,Liesenburg” 1 Juli 1812, waarnaar het gezin Ruys uitgeweken was in de Napoleontische tijds). Zij overleed te Hillegom op huize .,Weg en Duin” 13 Mei 1863, nog geen 51 jaar oud.

-‘). Vier stukken: een gedrukt rondschrijven van 25 Nov. 1865, waarop een concept schrijven van Jhr. van Tefs aan Kerkvoogden; een eigenhandig geschreven brief van ]an Kifs Nieuwenkamp aan Jhr. v. Tefs v. Goudriaan v. Treslong te Hillegom, gedateerd 19 Sept. 1864; idem een geschreven overeenkomst van 26 Sept. 1864 en de overeenkomst van 3 Oct. 1745. alle in originali opgelegd in het familie-archief ,,Nieu- wenkamp” onder beheer van schrijver dezes. 5). Volledige bronopgave in mijn Nederlandsche Familiewapens, dl. 11, blz. 83. 6). Zie mijn Het raadsel der huismerken, blz. 31. 7). P. Boekel, Geschiedenis van het Haarlemmermeer in schetsen en tafereelen, Am- sterdam 1868. s). Zie voor het geslacht Ruys het Nederland’s Patriciaat. s). Volgens de eigenhandige aantekening van haar vader, welke notitie (een heel boekje met familie-aantekeningen) in 1925 in het bezit was van Mr Th. &ys Pzn. te Velp. 33 Dat was inderdaad een zware slag voor haar echtgenoot, wat ook tot uiting kwam in haar overlijdensadvertentie: ,,Even onverwacht als treffend ontsliep, na een kortstondig lij- ,,den, in den ouderdom van ca. 51 jaren, Lobefra Johanna Ruys. ,,Een 8-tal kinderen (van de 14 in leven) staren weemoedig hunne ,,onvergetelijke moeder na, en, ik als verplet, de echtgenoot, aan ,,welke ik 28 jaren zoo innig was verbonden.” Neen, veel geluk was hem niet beschoren en bleven de tegenslagen van het leven ook hem niet bespaard, noch met de landbouw, noch met het vroegtijdig overlijden van zijn vrouw, noch met zijn kinderen. Dit laatste in zoverre, dat slechts één zoon zijn tak voortzette, het tweede kind uit zijn echt: Lobertus Johannes Jacobuslo), die zijn middelbare schoolopleiding te Zetten (Gld.) ontving, later bankier te Chicago en consul der Nederlanden aldaar van 1876 tot 1885. Ook deze Amerikaanse tak werd niet voortgezet, zodat met het overlijden van Jan Kifs Nieuwen- kamp, zowel hier te lande, als later ook in Amerika de gecombineerde naam is uitgestorven. Dat was dan ook de reden, dat ik in 1920 van mijn oud-tante, toenmaals Mevrouw de Wed. Ds J. W. Unger geb. Kits Nieuwenkamp schriftelijk toestemming verkreeg, als hoofd van de oudste tak van het Amsterdamse ge,slacht Nieuwenkamp, de geslachtsnaam Kits vóór de familienaam Nieuwenkamp te zetten, welk feit thans bij het Koninklijk Besluit officieel werd bevestigd. Het is te hopen, dat thans de naam Kits Nieuwenkamp zal worden voortgezet door mijn beide zoons Jan Ludolph Marinus Kifs Nieuwenkamp, sec. geogr. student te Utrecht en Johan Fra,nçois Kits Nieuwenkamp. De eerste naamdrager en mede-ontginner van de Haarlemmermeer- polder verdronk bij het vergaan van het S.S. ,,Cambria” op de Ierse kust 19 October 1870 op de thuisreis van een bezoek aan zijn zoon te Chicago met zijn dochter Lobefta Johanna. ,,Tot onze diepe smart ontvingen wij dezer dagen de treurige ,,zekerheid, dat onze dierbare vader, de Heer J. Kits Nieuwenkamp ,,en onze innig geliefde zuster Mejuffrouw Lobetfa Johanna Nieu- ,,wenkamp, zich bevonden op de stoomboot ,,Cambria”, die den ,,9/den October jl, van New-York vertrok, met bestemming naar ,,Glasgow, en op den 19/den October jl. op de Iersche Kust is ,,vergaan. Uit aller naam. G. H. van Waveren ) Hillegom A. G. W. van Waveren, Nieuwenkamp ) A. Warfena ) Doesburg A. C. Wartena, Nieuwenkamp Eenige en algemeene kennisgeving. Door zijn vrouw was hij na verwant aan de schilder Pieneman, die een uitstekend portret van hem schilderde, dat zich momenteel in Amerika bevindt. Het portret door dezelfde schilder, van zijn vrouw, Lobetta Johanna Ruys is in het bezit van haar familie. Tot dusver bleven echter mijn nasporingen waar zich dat bevindt, vergeefs. Doorn. ,,De Nijencamp”. Dr KITS NIEUWENKAMP.

10). Zijn korte levensbeschrijving wordt aangetroffen in het Nieuw Nederl. Biogr. Woordenboek. 34 WILLEM FREDERIK WILHELM FRIEDRICH WILLEM WILLEM 1 1815-1840 Ii,2 -1812. ,.w2-,801 181X-1812 WILLEhtMII 1840-1849 PRINS “.ORANJE NASSAU VORST v. FULDA,CORVEY SOUVEREIN VORST WILLEMlIl 1849-1890 WEI NGARTENrn DORTMUND DER NEDERLANDEN WlLHELMINAltl90(98)-1907 KONINO(IN) DFR NEDET(I.ANDEN

ANNA PAULOWNA EMMA PRINSES VAN PRUISEN GROOTVORSTIN PRINSES “AN PKSxWALDECK EN PYRMONT LN ORAN3E VAN RUSLAND WÜRTTEMBERG 1879-1890 KONINGIN, 1815-1837 ,840 - 18’19 1849-187, 1890-1898 KGN.REGENTES DER NEDERLANDEN

HENDRIK FREDERIK HENDRIK H’Tt5.m~ MECKLENBURG 1L315-1870 181.5 - 18.33 1820-1879 wo,-1%34 PRINS D. NEDERLANDEN WILHELMINA PRINS D. NEDERLANDEN PRINS XNEDERLANDEN 1880-1e*o PRINSES D. NEDERLANDEN

JULIÄNA BaKrRIX 1938 - lIlEN 1939 WILHELMINA BERNHARD MARGRIET 1943-MAR?IKE ,947 ,907-194# ,909 -,%x48 PRINS VAN LIPPE- PRINSES D.NEDERLANDEN PRINSES o.NEDERLANDEN JULIANA BIE5TERFELD PRINSES v.ORANJE NASSAU ,,o* PRINSES v.ORAN3EN4SSAU rexc..““_ KONINGIN DER NEDERLANDEN HERTOGIN V. MECKLENBURG PRINS wNEDERLANDEN PRS.v.LIPPE-BIESTERFELD

‘I -- MEDEDELING VAN DE REDACTIE Het is de Redactie een voorrecht om ter gelegenheid van de Konink- lijke meerderjarigheid van Kroonprinses Beatrix der Nederlanden de lezers van Gens Nostra in de serie kwartierstaten van bekende Neder- landers, met welke publicatie wij in ons Januari-nummer een aanvang maakten, de vooroudertafel van Neerlands grootste Koning, Willem 1, stichter van de Koninklijke lijn van het Huis Nassau, aan te bieden, vergezeld van een fraaie plaat met de wapenschilden van de leden van het Koningshuis en van een overzicht van de oudste generaties van het geslacht, ontleend aan het tijdschrift Familie und Volk van Sept./October 1954, Nr. 5, waarin de geleerde schrijver Walfher Möller in een des- kundig betoog de resultaten van diens omvangrijke en van veel scherp- zinnigheid en kennis getuigende onderzoekingen in deze aangelegenheid uiteen zette. Wij bevelen de lezing van deze belangwekkende publicatie in de bijzondere aandacht van geinteresseerden aan.

DRUTWIN 901-1009 Cf. i. d. KUNIGESSUNDRA ----P DRUTWIN 1017-1034 Gf. i. d. KUNIGESSUNDRA - UDALRICH 1 DUDO I 1052- 1074 1052, t 1076 UDALRICHÌÍ CONRAD DOCHTER DRUÎWIN DUDO II- 1090-1121 03 SIGEBERT 1076-1081 1066-1117 Gf. v. IDSTEIN 1070-1105 Cf. v. LURENBURG cn MECHTILD Gf. i. SAARGAU 00 I... (in 1124 weduwe) -rr---.ADALBERT 00 11 (Irmentrud?) v. ARNSTEIN Aartsbisschop dr. v. Gf. v MAINZ LODEWYK 1 1109-1147 v. ARNSTEIN

Ex. 1 Ex. 11 1) DOCHTER 2) DOCHTER 3) DOCHTER 4) DUDO a) RUPERT I b) ARNOLD1 c) DEMUNDIS (moeder van m N. v. SAYN m HEINRICH I 1124 S&tUe (Vader van V. MOLSBERG Do*- 1124-1152 1123.1148 00 EMBRICHO V. Gleiberg) EBERHARDI) 1116-1152 proost GRAVEN v. LURENBURG v. DIETZ v. MAINZ (later Y. NASSAU) 1133 co BEATRIX dr. v. Gf. WALRAM ,,de Heiden” v. LIMBURG WALRAM Gf. V. Lurenburg 1176 en Nassau 1193, t1198 enz.

35 V/l VÍZ v/3 V1.l Vi5 V/ó Vl7 Vl8

HENDRIK i HENRIETTE KARL MARIA GEORGE I SOPHIE IOHANN ELEONORE CASIMIR II ~ AMALIE AMALIA ’ HtQ. V, BRUNSWYK DOROTHEE FRIEDRICH ERDMUTHE Vst. Y. NASSAU. 1 Po v. ANHALT- LdGf. ” HESSEN KETTLER LUNENBURG Pvr. ” BRUNSWYK IkGf. v. BRANDEN ,1, “, KURLAND Kvst v HANNOVER LOUISE DIETZ DESSAU KASSEL LUNENBURG BURG-ANSBACH ( Prr. V. SAKSEN. Kg. “_ Gd BRITANNIE (AHLDEN) Dr “. Vst. Johann ,en IERLAND (1714), WEIMAR-EISENACI Georg II en Hen- !n ” vst. Willem riette Catherina Zn “. LdGfWil- Dr “aq Htg Zn van Kvst Ernst Dr van Htg Geo,< a Zn “an MkGf. Dr “. Htg. Johanr +edenk en Alber- Pn. Y. Oranje helm Vl en Jacob en August I en Sophia Wiihelm en 4lbrecht en Mer. G~o~Q en ~na Aones Prs. “. Nassau. ~ Hedwig Sophie Prs van Dorothee Pfalz- Eleonore d’ Esmie r Qaretha Sophie JahannetteG”n.3 Oranje Nassau Gouvernantevan Prs. van Brandenburg Qra”in”.Simmern, d’ Olbreure C;vn. “. Oettingen Sa,%WittQe”stei Friesland Brandenburg ErfQename “8” 1696-1707 Grt. Britannië VI ‘sGrevenhaQe * Kleve * Kwel * Mitau ’ Hannover * Celle 18.1/2-2.1665 2t-8.1666 13-8-1654 22-1-1653 7-6-1660 25 9.1666 t/=Leeuwarden t Oranienstein t Kassei tWeilmünster t Osnabrück t Ahlden t Ansbach t Pretzsch 15128-3-1697 17-4-1726 23-3-1730 16.6-171 1 3-7-1727 13-11-1776 1-4-1686 19-9-1696 m Dessa,> 16.1 1-1 683 m Kassei 31-5-1673 m Geile 2~12~1682 m E,senech 14.1 1.1681

IVil IV/Z IVi3 IVj4 JOHAN WILLEM FRISO MARIE LOUISE GEORGE II CAROLINE VORST v NASSAU-DIETZ ~ LndGvn. v. HESSEN-KASSEL Kg. v. Grt BRITANNIE en IERLAND Prr. v. BRANDENBURG ANSBACt PRINS v. ORANJE (1702) Kvst. Y. HANNOVER

;rfstadhauder van Friesland (1 707) Gouvern~nre van Friesland jtadhouder “an Groningen (1708) (1 71 1-1 731 en 1759-1 765) Generaal der Infanteroe . Dessau 4-8-1 687 * Kassei 7-2-1 688 ’ Hannove; 19-1 1.1683 * Ansbach ll -3- 1683 t’= Moetdijk/Leeuwarden t/ = Leeuwarden t Kensingtan 25-10-1 737 t Londen 1-12 1737 14.7-1711/25-2-1712 9-4/13-6-1 765 OJ Kassei 26-4-1 709 m Herrenhausen 2-9 1705 l - llI/l WILLEM IV 1 lll/i ANNE KAREL HENDRIK FRISO PRINSES VAN GROOT BRITANNIE EN IERLAND PRINS VAN ORANJE-NASSAU l PRINSES VAN HANNOVER jtadhouder “en Gelderland en Groningen (1729). Friesland (1731). ’ Gouvernante der VereeniQde Pro”incien (1751.1759) Zeeland (1747). Erfstadhouder, Kapitein-Generaal en Admiraal der Veraenigde Provincian (1748) * Leeuwarden 1-9-17 1 1 * Hannover 2-1 1-1 709 t:‘= ‘s Gravenhage/Delft 22-10-1 751/4-2-1 752 1 t/=‘s Gravenhage/Delft 12-1/23-2-1 759 CIJ Londen 23-5-1735 ,- lI/l WILLEM -c BATAVUS PRINS VAN ORANJE NASSAU Erfstadhouder, Gouverneur, Kapitein-Generaal en Admiraal der Vereenigde Provincien (1 766) Erfmaarschalk van Holland (1 766) - Vorst van Fulda Corvey, Weingarten en Dortmund (1802) *> t 1 on ‘s Gravenhage 8-3,‘~ 1-4-1 748 t Brunswijk 9-4-1 8136 ’ QZ Berlijn 111 WILLEM I PRINS VAN ORANJE NASSAU, VORST VAN FULDA, CORVEY, WEINGARTEN VEREENIGDE NEDERLANDEN (1815 - 1840), GROOT HERTOG v. LUXEM

*/ * ‘s Gravenhage 24-8/17-9-1772, t/~- CO 1. Berlijn 1-10-1791 FRIEDERIKE LOUISE WILHELMINE Prs. v. PRUISEN t KJ ll. Berlijn 17-2-1841 HENRIETE ADRIENNE LUDOVICA FLORA Gvn. v. OULTI V/lO V/lI V/IZ Vil3 v/14 vj15 V/ltí v/g -- FRIEDRICH I SOPHIE GEORGE I SOPHIE 1 FERDINAND ~ CHRISTINE ~ LUDWIG 1 LOUISE Kvst. v. CHARLOTTE Htg. V. BRUNSWYK DOROTHEE ALBRECHT I l RUDOLF i BRANDENBURG V. BRUNSWYK- LUNENBURG t, Prr Y. BRUNSWYK ,Hlg...BRUNSWYK Prr. v. HESSEN , Htg.v. BRUNSWYK Pn. v. OETTINGEC Kg. v. PRUISEN LUNENBURG Kvri. Y. HANNOVEI LUNENBRG WOLFENBUTTEL KASSEL. WOLFENBUTTEL OETTINGEN E: (1701) Prs. V. HANNOVER Cg. V. Gr. BRITANNII (AHLDEN) BEVERN EXHWEGE Pr. V. ORANJE !n IERLAND (1714:bl (1713) l Zn va” Kvst. Dr va” Kvst. Zn ra” Kvst. Dr van Htg. Dr van LdGl. ’ Dr van Vst. ~riedrichWilhelm Ernst August I en Ernst August l en Georg Wiih m Anton Ulrich en lAlbrecht Ernst e Htg. van Pure” Sophie Dcrothee Sophia Dorothee en Eleonore Elubeth Juliana 1 Christlne kriede en Louise Hen- I‘falzgra*in v. Sim- Pfalzgravinv Sim- d’ Esmier rike prs van riette Prs. van me,“. Erfgename me,“. Erfgename d’ Ofbreuse Württemberg Oranje Nassau va” Grt. Britannië va” Grt. Britannfë ’ Königsberg . Iburg * Hannover * Cefle ‘Wolfenbüttel * oettingen 11-7-1657 30.10-1668 7-6-1660 25-9-1666 1-8-1671 30-3-1671 t Berlijn t Hannover t Osnabriick t Ahlde” t Brunswifk tBla”ke”buig 25-2-1713 1-2-1 705 3-7-1727 13-1 1.1726 1-3-1735 ~ 12-10-1747 W. Herrenhausen 8-10.1 684 cc Celle 2-1 2-1682 Q Eschwege 5-12.1667 UJ Aurich 22-4-1690 IVj5 IV16 IV/7 l IVi8 ” FRIEDRICH WILHELM I SOPHIE DOROTHEE FERDINAND / ANTOINETTE Kg. Y. PRUISEN Prr. v. Grt. BRITANNIE, ALBRECHT II Prs. v. BRUNSWIIK- Pr. v. ORANJE IERLAND en HANNOVER Htg, “, BRUNSWIJK_BEVERN WOLFENBUTTEL-BLANKENBURC WOLFEN-BUTTEL. 1

* Berlijn 14-8-1688 * Hannover 26-3.1687 * Bevern 29-5-1680 * Wolfenbuttei 24-4-1696 t Potsdam 31-5-1740 t Bedijl 20-6-1757 t Salrdahfum 3-9-1735 t Brunswijk 6-3-1762

a 1. Berlijn 28-1 1-1 706 m Brunswijk 15-10-1 71 2 1113 ~uGusT WILHELM 1IIj-r LOUISE “AMALIE KROONPRINS VAN PRUISEN PRINSES VAN BRUNSWIJK-BEVERN PRINS VAN ORANJE WOLFENBUTTEL

* Berlijn 9-8-1722 l * Wolfenbüttel 29-1 .l 722 t Oranienburg 12-6-1 758 t Berlijn 13-1-1 780 a Berlijn 6-1 -1 742 FRIEDERIKE SOPHIE WILHELMINE PRINSES VAN PRUISEN EN ORANJE * Berlijn 7-8-1 751 t/= Apeldoorn, ‘t Loo/Delft 9-6-1820/27-1 1-1822

0.1 767 REDERIK n DORTMUND (1802- 1806), SOUVEREIN VORST (1813) en KONING der JRG (1815), HERTOG v. LIMBURG (1839), GRAAF v. NASSAU (1840) 3erlijn/Delft 12-1 2-18431 2-1-1844 ORANJE * Berlijn 18-1 1-1745, t/ -7’s G ravenhage/Delft 1 2/26-10-1837

V1ONT v. WEGIMONT l Maastricht 28-2-1792, i k. Rahe b. Aken 26-10-1844 NAMEN VAN DE PERSONEN, DIE IN DE JAREN 1637- 1805 EEN CONTRACT HEBBEN GESLOTEN MET HET GASTHUIS IN NOORDWIJK, BETREFFENDE HUN OPNEMING

medegedeeld door Mej. Dr. W. E. SMELT

In het oud-archief van het Gasthuis te Noordwijk, dat zich bij het archief van Noordwijk bevindt en dat ook in de inventaris van laatstgenoemd archief is opgenomen, treft men onder Inv. no. 956 een reeks contracten aan, die in de jaren 1637 tot 1805 tussen schout en gasthuis- meesters ener- en verscheidene personen anderzijds zijn gemaakt inzake de opname van laatstgenoemden in het Gasthuis. Uit de in 1633 voor het Gasthuis gemaakte provisionele ordonnantie nopende de ,,minaedgie ende huijshoudinge” blijkt, dat oms t reeks die tijd orde op zaken werd gesteld en de bewuste reeks contracten, die kort daarna een aanvang neemt, zal zeker met de reorganisatie, die toen blijkbaar heeft plaatsgevonden, in verband staan. Zoals uit deze contracten, alsmede uit andere stukken in het Gasthuisarchief blijkt, bevonden zich in het eigenlijk gezegde Gasthuis (in de rekeningen wordt wel gesproken van ,,het groote huijss”) en in de aparte huisjes, die tot het Gasthuis behoorden, verschillende categorieën verpleegden. Er waren er, die om Godswil waren opgenomen en die een plaats kregen in de grote zaal. Deze worden in de stukken aangeduid als ,,de arme persoonen” en ,,de oude arme luijden”. Voor dezen was het, dat in de herbergen bussen waren opgehangen en voor wie de regenten in 1634 een overeenkomst sluiten met de vissers om geregeld wat vis en haring aan ,,de oude luyden” af te staan. De mensen echter, die wij in de bovenvermelde contracten tegenkomen, zijn niet armlastig, eerder veelal het tegendeel: zij kunnen voor het bedrag, dat zij bij hun opname s,torten, voorwaarden stellen, afhankelijk van de grootte van dit bedrag. De contracten zijn dan ook onderling verschillend. Voor enkele gegadigden wordt zelfs een nieuw huisje gebouwd of worden in een bestaand huisje de gewenste veranderingen aangebracht. Het ligt voor de hand, dat de leeftijd der contractanten bij het bepalen van de te storten som van veel belang was.

Zo staat in het contract, dat Lijsbefh Cornelis, weduwe van Cornelis Florisz Overvesf in 1656 maakt, dat zij - indien zij 6 jaar na de datum van haar intrede in het Ga,sthuis, nl. op 1 November 1662 des middags , de clocke na twaelff uyren” nog in leven is - zij bo’ven de reeds betaalde 500 guldens nog eens 300 guldens moet betalen ! Ook is in sommige contracten de bepaling opgenomen, dat, indien mocht blijken, dat de contractant zijn leeftijd te laag heeft opgegeven, hij 100 gulden zal moeten betalen. Het individuele karakter der contracten verleent een zekere be- koring aan de lectuur dezer stukken, daar men over de betrokken personen allerlei te weten komt, ook al zijn het nu juist niet altijd zaken van grote importantie: Zo wordt in het contract uit 1705 van Teunis Arisz Verlaan, oud 75 jaar, bedongen, dat hij zich voor ,,onbequaam drincken” zal moeten wachten en dat hij, als hij zich ooit daaraan te buiten gaat, iedere keer ten behoeve van het Gasthuis een halve Rijksdaalder zal ver-

38 beuren. Indien hij zich daartegen verzet, zal hij niet aan de Gasthuistafel worden toegelaten. Daar men, gelijk uit het bovenstaande blijkt, in deze contracten een aantal mensen vindt, voor een deel uit Noordwijk, voor een deel uit Amsterdam, Haarlem, Katwijk en elders afkomstig (de plaats van herkomst wordt helaa,s niet altijd vermeld en bij ontbreken daarvan mag niet zonder meer aangenomen worden, dat dit in alle gevallen Noordwijk is), van wie de leeftijd, familiebetrekkingen, huiselijke omstandigheden en dergelijke zaken worden medegedeeld, lijkt het mij niet van belang ont- bloot, een lijst der contractanten te publiceren met achter de namen leeftijd en plaats van herkomst, voorzover vermeld, en jaar van het gemaakte contract. Vindt men een mans- en vrouwsnaam samen vermeld, dan betreft het - indien niet uitdrukkelijk anders wordt vermeld - een echtpaar.

Tot beter begrip van de sociale omstandigheden, waarin de contractanten verkeerden, moge de inhoud van het contract uit 1637 ,,noopende de wooninge, onderhoudinge van eeten, drincken, bewassen, ende be- wringen mitsgaders vier, ende licht” van Mime Dircksz en zijn vrouw Maritgen Jacobsdr. uit Alkmaar (blijkbaar opgesteld aan de hand van een door Mime Dirckz aan regenten ingediend ,,redelijk versoeck”) hier in verkorte vorm volgen:

In de eerste plaats zullen zij hun leven lang in het nieuw gebouwde huisje naast het kerkhof wonen: hun .spijs en drank zullen zij òf zelf uit het Gasthuis halen òf deze zal hun door de dienstbode van het huis worden gebracht, t.w. roggebrood zoveel zij willen, 6 stuivers aan tarwebrood en 2 stuivers aan wittebrood en fijne beschuit in de week, alle tien weken een half achtendeel Hollandse boter, zoveel zoetemelkse en ,,koije” kaas als zij willen, alle maanden eenmaal riviervis, minstens eenmaal in de week verse zeevis, viermaal in de week ‘s avonds zoetemelk met fijne beschuit of wittebrood gekookt, de andere drie dagen ‘s avonds karnemelk met tarwebrood ,,gezooden”; indien er gort wordt gegeten, moet deze met boter in een pan worden gewarmd of met boter, niet met ,,smeer” worden overgoten: bij de dagelijkse maaltijden krijgen zij zoveel vlees, spek of vis als zij wensen. De keukenmeid zal verder voor hen moeten koken of stoven, wat zij zelf kopen. Bier moeten zij gedeeltelijk zelf betalen, daar zij gewoon zijn, zwaarder bier te drinken dan het huis verschaft. Verder vrij brand en van Allerheiligen tot Mei elke maand 1 pond kaarsen, verder zoveel olie als zij nodig hebben. Bij ziekte, ouderdom of overlijden van de vrouw zal de dienstbode de bedden opmaken en bij overlijden van één van hen zal de overlevende alleen in het huis mogen blijven wonen en de helft ontvangen van wat zij samen kregen. Minne Dircksz betaalt 1000 guldens en belooft, dat na de dood van hem en zijn vrouw nog eens 200 guldens zullen worden betaald. Uit het contract, dat Minne Dircksz in 1643 maakte, toen hij na de dood van zijn vrouw hertrouwde met Maritge Gerritsdr, blijkt, dat hij toen nog eens 1200 gulden betaalde. Blijkens een aantekening in dorso inzake de uitkering van 200 gulden door de testamentaire voogden van Daniel Carlier, erfgenaam van Minne Dircksz, blijkt, dat deze reeds vóór 9 Februari 1645 is gestorven. De transactie is voor het Gasthuis waarschijnlijk niet onvoordelig geweest !

39 Minne Dircksz en Maritgen Jacobsdr (Alkmaar: 1637)*). Jan Jansz en Guertgen Pietersdr (Alkmaar; 1637). Elias uan Wolffswinckel en Cafrijne Jans van den Bouchorst (1638). Gerrit Piefersz Hertich van Langevelt (1639). Mees Claesz (Noordwijk; 1646). Jan Jansz (Noordwijk; 1646). Cornelis Fransz van Loon (Noordwijk: 1647). Grietgen Claesdr, wed. Adriaen Huygenrn van Veen (1650). Claes Adriaensz van Veen en Anna Reeijersdr (1651 en 1670). Lijsbefh Cornelisdr, wed. Cornelis Florisz Overvesf (Noordwijk; 1656). Adriana Cornelis, wed. Adriaen Ghijsen (1660). Gangeloff Willem van Assendelft en Dirckgen Heijndrickxdr (1661). Cornelis Lamberfs van den Bos (Leiden; 1665). Maartgen Adriaansdr, wed. Louris ? ( 1669). Meijnderf Claasz Aaleman en Geerfgen Cornelisdr (1669). Jacob Engelsz Zijlhoft: ( 1670). Cornelis Florisz Wassenaer (Noordwijk; 1670). Adriaanfgen Arijensdr, wed. Jeroen Cornelis van der Does (1670). Assuerus Hermansz en Trijnfje Jans (1689). Daniel Piefersz Bruijn (1690). Michiel Tomasz van Poelgeesf (Leiden; 1693). Cornelis Dircxs Wassenaer en Lijsbeth Jans ( 1694). Jannefje Adriaensdr Oosfdam ( 1695). Cafarijnfie Engelraven (1695). Johannes van den Eecker en Annefje Willers (1696). Abraham Hagedoorn (1696). Alexander Willemzon en Sophia Koelemeij (1696). Leuntie Arijens van Velsen (1696). Trijnfje Piefersdr van Rossum (1698). Jeronimus Durelje ( 1699). Neeltje Spruijt (62) en haar dochter Anna Coppenaal (42) (1699). Zngefie Leenderfsdr van der Does (63 à 64) ( 1700). Jan Wesferhoff (66) en Beatrix van Hoften (51) (1702). Meynsie Hoogervorst, wed. Pieter Becu (60) ( 1702). Hendrick van der Linde (60) en Clara Warrenekke (67) (1703). Ameland Jansz (49) en Annefje Jans (48) (1703). Cornelis Douwesse Vinck (48) en Aeghje Crijnen (50) (1703). Gerrit Veemeijer (74) en Margarefa Oosfmeijer (60) ( 1703). Annetje Piefers (54) (Amsterdam: 1705). Teunis Arisz Verlaan (75) ( 1705). Claas van der Valck (61) en Marotje Bockef (63) (1705). Louris Maffhijsz van Sonneoelf (70) ( 1706). Petrus Wasfijn (61) en Margarefa del Croo (68) (1710). Jacob de Jager en Miesiele Malbrancq ( 17 11) . Piefer Teunisz van der Does (54) (1712 en 1716)**) Gerrif Cornelis Reviere (72) (1712). Aaltje Jansdr Broekhuijsen (71). laatst wed. Hendrik Arisz Bakker met haar dochter Neeltje Pieters Boekhorst (46) (1715). Hendrik Tieleman (70) ( 1715). Jacobus van der Poll ( 1716). Caatje en Aaghie Oostdam (76 en 73) (1717 en 1719). Arij Jansz Rietvelt (1718). Gerrit van den Hove en zijn zuster Hendrickje van den Hove (1718). Hendrik Hamer ( 17 19). Dirk Jansz Rietveld en Annefje van der Mij ( 1719). Geerfie Maarfensdr van Oosten, huisvrouw van Gerrit Hulst (1720). Gerrit Hulst ( 1720), Daniel Molenijser (45) ( 172 1) .

*) Achter het contract van 1637 is geschreven het contract van 1643, door Minne Dircksz na het overlijden van zijn eerste vrouw aangegaan voor zijn tweede vrouw Marifge Gerritsdr. l *) Vermeld wordt, dat hij de zoon is van Teunis Timansz van Gelenhuijsen.

40 Willem &nsoever (57) (1722). Aart Groen (Noordwijk; 1723). Aaltje Arians Pelanen, wed. Cornelis Groen (70) ( 1723). Abraham van Heemst (55) en Catharina Verzeijden (55) (Rotterdam: 1724). Maria Veris (70) (Noordwijk; 1726). Mees Corsz Zuijdhoek (61) (Noordwijk; 1728). Dirck Dircxs Bronsgeest (Noordwijk; 1729). Anna Jansdr van den Bergh (47) ( 1730). Anna de Bruon (1730). Daniel Bick (51) en Johanna Neerman (39) ( 1730). Maarten Jansz Vink (66) (1730). Gerrit Wijnbergen (74) en Emmerensje Wittebol (73) (1730). l Albert Dortsman (31) (1731). I , Jacob Stam (53) (1731). Jacob van der Waard ( 1731). Aachie Dammasdr van Egmond, wed. Jan Vrolijk (63) (1732). Dirk Arisz Schaap (67) (Katwijk aan Zee: 1733). Willem de Haan (71) en Mariifie Verburgh (69). ( 1734). Cornelis Pietersz van der Plas (60) (Lisse; 1734. Wendelina Niese, wed. Hugo Westerbaan (65) (Amsterdam; 1734). Gorseling Steen (66) (Amsterdam; 1736). Adriaan (Adam 1) Hoffstand (60) en Johanna Weijers (62) ( 1736). Cornelis Mabé (54) en Trijntje van der Stolk (42) (1736). Trijntje Bartholomeusdr van den Broek, wed. Joost van Baalen (Noordwijk; 1736). Arij Gerrits van der Vin (Haarlem; 1736). Hendrik Maartens van der Mij (1738). Elizabeth Wouda (45) (1738). Annetie Florisdr den Raad, wed. Evert Jansz Berendregt (50) (Noordwijk 1738). Nicolaas van der Holst en Crijntie Davidsdr Verzijden (Noordwijk: 1739). Barent Ligthart (57) (1739). Christoffel Dankerts (59) ( 1739). Johannes Derlij, (72) en Annetie Franse (72) (1739). Pieter de Kruijff (62) (1740). Cornelis Pietersz van der Plas (60) (Lisse; 1734). Jan de Berri (48) (1740 en 1741). .Anna Hogeveen, wed. Ary Bakker (60) (1741). Vrouzvtje van Struijk, wed. Jan Khnkenberg (53) (1747). Annetje Willems Backer, wed. Gerrit Stegerhoek (1747). Thomas Bakker (65) (1748). Steyntje van der Chijs en Aafje van der Chijs (1749). )I Gerrit Huys en Caatje van der Chijs (1749). Jeroen Gijsen Keus (62) (Katwijk aan Zee; 1751). Jan Brinkman (58) Haarlem. Anna Das (56) (1754). Simon AIphijn (63) 1754). ‘i ( I Hendrik Hovens (70) en Maria Spilbout (60) (1754). Jacob Suijderduijn (55) ( 1757). Johanna Magdalena Koekebakker, wed. Ds. Petrus Schregardus, in leven pred. te Haarlem (52) ( 1758). Adrianus van Donge (62) en Catharina van Kamp (65) ( 1760). Ary van Gilzen (69) en Maria Hendr.iks (60) ( 1760) Jeanne de Bary (1760). Gerarda Kuijpers (51) (1761). Willemina Lotman (66) ( 1762). Pieternella Bruiniger (59) ( 1762). Jannetje Gerritse de Bruijn (56%) (1762). Leendert Beekhuijs (55) (1763). Leendert Beekhuijs en Sara Le Lau (50) ( 1764). Abraham van Booven (75), gehuwd met Gerarda Kuijpers (1764). Jannetje Cornelisdr ‘s Gravendijk (77) ( 1766). Anna Margretha Coopman, wed. Johan Willem Thöne (1767). Arij van Gilzen (1768). Gulenus wan der Kaaij (64) en Catharina van Hamboog (63) (1769).

41 Hendrik Zmtorn (59) en Elisabeth Auesaat (61) ( 1769). Marijtje Hoogweg, wed. lacob van Velsen (65) ( 1769). Elselina Macheris, wed. Ysaac van Eyk (70) ( 1770). Otto ten Houten (74) en Gesina Margareta Brucherus (63) (1770). Matten Pedersen Colding (45) (1770). Pieter van Dijk (54) en Antonia Oorbeck (63) (1771). Dominicus Schellinger (62) (1771). CorneIis van Moerkerken (75%) en NeeItje Breekland (69%) (1772). ]acob Hendrik Jumpelt ( 1774). Antje Willemsdr Binkhorst (58) (1776) Pieter Vermaas (55) en Neeltje van Weelden (61) ( 1790). Hendrik van Zetten (66) en Maria Magdalena de Vries (63) (1791). Johanna de Vries, wed. Lodewijk Kruis (70) (1791). Lydia Opperveld, wed. Hekkers (64) (1792). Margaretha Elisabeth van der Hegge, wed. Hendrik ten Haaft (66) (1800). lohanna Bouwman, wed. Pieter Dijker (64) ( 1800). Machiel Jacobs en zijn dochter Regina Jacobs, wed. C. Koos (Amsterdam: 1801). Cornelis Verkade (59) ( 1802). Claas Pronk ( 1803). Johannes MaaZcke : (77) ( 1803). Gijsbert Keus (66) (1803). [acob Brink (70) (1804). Anna Maria Jukkenekke (1805). Bastiaan (66) en Cornelia (63) van der Heyden ( 1805). Leendert van Arkel (z.j.). Cornelia de Bruijn (z.j.). Philippus Fouache (75) en Maria van der Hegge (65) (z.j.). Willem Groeneveld (z.j.). Cornelis van Heijningen (z.j.). Pieter Hoogweg (z.j.). Geertruy Elsibeth ten Houten (z.j.). Anna Lusac (z.j.). Petrus Marlof! (z.j.). Elisabeth Papegaaij (z.j.). Dominicus van Pelt (z.j.). Dirk van der Plas (z.j.).

BETALING CONTRIBUTIE 1956 Ter voorkoming van incassokosten en extra werkzaamheden wordt verzocht de contributie voor 1956 zo spoedig mogelijk te voldoen op girorekening 54íO64 t.n.v. Penningmeester der Ned. Gen. Ver. te Haar- lem. Dringend verzo,eken wij U dit te willen doen vóór 15 Maart a.s., daar na die datum over de gelden met verhoging van 50 cent incassokosten per kwitantie zal worden beschikt. Tevens vestigen wij er nogmaals de aandacht op, dat de contributie vanaf 1 Jan. 1956 f 10.- per jaar bedraagt. (Zie het Juli/Aug. no. 1955 van Gens Nostra). Willen de leden, die inmiddels hun contributie voor het jaar 1956 vol- deden, maar f 7.50 betaalden, alsnog ter aanvulling f 2.50 op bovengenoemde girorekening overschrijven ? Werkt allen mede om een vlotte gang van zaken te bevorderen. C. ROODENBURG, Penningmeester N.G.V., v. Eedenstraat 9, Haarlem.

42 EEN EN ANDER OMTRENT FAMILIEWAPENS door R. T. MUSCHARTt Vervolg van Gens Nostra 10e Jrg. No. 10, pag. 164

CAMPHUIJS loannis CamphuQs, Gouverneur van Nederlandsch Oost-Indië, overleden te Batavia 18-7-1695 voerde als wapen: ,,een op den beneden schildrand rustende bekleede voorarm met de omhoog gerichte hand een’ schuinlinks geplaatsten hamer vasthou- dende.” Volgens plaat D 15 in het Platen Album van het werk van Dr F. de Haan, getiteld ,,Oud Batavia”, waar deze schrijver zegt, dat Camphuij,s door langdurige ziekte veel geleden had en dat zijn oogen slecht waren geworden en dat de hamer, die de hand in zijn wapen vasfhoudf, een zilver smidshamer is in verband mef zijn vroeger handwerk, dat hij op zijn’ ouden dag nog als liefhebberij uitoefende.

VAN HOBOKEN De Rotterdamsche familie van Hoboken voert als wapen volgens het Armorial Général en volgens het Nederland’s Patriciaat 1912: ,,in blauw een gouden volgetuigd fregat met zilveren standaard in iederen top, N e der 1an dSC he vlag op het hek en met het woord ,,India” op den spiegel.” Volgens het Patriciaat werd dit wapen 29-10-1833 door Koning Wil- lem 11 verleend in verband met het reedersbedrijf door de van Hobokens uitgevoerd.

VAN HOGENHUIJSEN - VAN HOOGENHUIJZE Volgens een 18e eeuwsch M.S. Wapenboek van Mr Reinier van Heemskerck, kerkmeester van de Nieuwe Engelsche kerken te Amster- dam en volgens de lakafdrukken van Servaas van Hoogenhuijze, 11-6- 1795 wonende te ‘s-Gravenhage op de Plaats, in de Biljetten van inschrijving op de geldnegotiatie van 1795 te ‘s-Gravenhage in het Ge- meente Archief aldaar, en van Adrianus van Hoogenhuijze 26-1-1796 notaris en procureur te ‘s-Gravenhage in de Boedelpapieren van de Haagsche Weeskamer portefeuille met de nos. 1633 tot 1650 in het zelfde archief, voerde deze familie als wapen: ,,gevierendeeld, 1 en IV 2 schuingekruiste zagen; 11 en 111 een staande olifant met omhoog gerichte slurf: En een doorsneden hartschild, waarvan de bovenhelft beladen met een’ uitkomende leeuw en de benedenhelft met 3 liggende blokjes.” Helmteken: een uitkomende leeuw. Volgens het Algemeen Nederlandsch Familieblad 1885 pag. 225 en 226 zijn vele personen van de namen van Hogenhuijsen, Hoogenhuijse, Hogenhuse en nog andere varianten in de Kloosterkerk te ‘s Gravenhage begraven, waarvan de oudste was Piefer Willemszoon van Hogenhutjsen 16-2-1631 fimmerman te ‘s Gravenhage.

43 DE HUI JBERT Deze Zeeuwsche familie voert als wapen: ,,in blauw 3 zwemmende gekroonde zilveren haringen boven elkaar.” In de Nieuwe Rotterdamsche Courant van 29-7-1924 komt een uitvoerig artikel betreffende deze familie voor en daarin wordt o.a. het navolgende gezegd. ,,De haringen in het familiewapen wijzen duidelijk op het hoofdbedrijf en de bron van rijkdom der oudst bekende leden van dit geslacht.” En verder: “Stamvader dezer aanzienlijke familie was CorneIis Janszoon, afkomstig van Westenschouwen, sedert 23 Mei 1476 poorter van Zierik- zee, meest bekend als Neele Ja,n en stuurman, dat is gezagvoerder, van een schip. In het poorterboek van Zierikzee toch vindt men op het jaar 1476 de volgende inschrijving - 23 Meij Cornelis Janszoon, die Stijrman van Westinschouwen, dictus Neelle Jan, poorter ontfanger up die ordi- nancie van den haringhe -“. Ter zijde staat daarbij geschreven met een hand uit het einde der 16e eeuw: ,,Van deze Cornelis Ja,nssoon sijn ge- cotnen de Huberden ende de Harinckmans.”

CLAES Meijnaerf Claes in 1671 deken van het Schippersgilde te Medemblik voerde volgens zijn wapen in een glasraam in de Groote Kerk aldaar: ,,doorsneden, A gedeeld, 1 weder doorsneden, A in goud een hori- zontaal geplaatste aal van natuurlijke kleur, B in zilver een sloep, waarin een vischben, op water alles van natuurlijke kleur als onderstaande schets A; 11 in rood een zilveren merk als onderstaande schets B: B. onder een’ natuurlijken hemel een omgewend éénmasf vaarfuig met sprietzeil en stagfok bijgezet, met Nederlandsche vlag in top en met een’ gekleeden man met hoed op het hoofd aan het roer, alles van natuurlijke kleur.” h_- Commentaar, dunkt me, is overbodig.

HEMONIJ Volgens Eigen Haard 1916 voerde Pierre Hemonij de bekende klok- kenmaker als wapen: ,,een klok vergezeld boven rechts en boven links van eene vijfpuntige ster.” HENDRICK Bernf Hendrick Ao xx?xx nagelsmid en lid van St. Eloy-gilde te Arn- hem voerde volgens zijn wapen op den beker van dat gilde in het Ge- meente Museum aldaar: ,,3 spijker (nagels) gerangschikt als onderstaande schets.”

(Wordt vervolgd.)

44 TIJDSCHRIFTEN-REVUE (Administrateur voor de lopende Jaargangen: /. 1. G. Kranen, Bergsingel 196a. Rotter- dam. Tijdschriften kunnen eerst drie maanden na aankondiging in deze Revue, aan de Leden der N.G.V. op aanvrage ter lezing worden verzonden.)

De Limburgse Leeuw, 4e Jrg. No. 3, Jan./Febr. 1956: Jan Verzijl. Genealogiën van Venlose schepenfamilies XXII: Goldt (Golt); M. G. M. A. van Heysf. Huwelijken van soldaten der Elvenschans en van andere garnizoenen in de Kerk van de H. Mar- tinus te Gronsveld in de periode 1679-1795. 1. Verz(il. Een Roermondse tak der lamilie Van Rijsewijck.

De Nederlandsche Leeuw, 73e Jrg. No. 1, Jan. 1956: Bestuursberichten; Notulen Alg. Verg. 26 Nov. 1955; Mr. H. L. Hommes. Bijdragentot genealogiën van oude adellijke geslachten in stad en lande; Dr. M. Niemeijer. Nederlandse schaakwapens; Ir. R. C. Visser. Nieuwenburg; Boekbespreking; Vragen en antwoorden.

De Sfichfsche Heraut, 2e Jrg. Afl. 8, Dec. 195.5: lob. Zandleven. Resultaten van een ’ onderzoek in het Rechterlijk Archief; W. Eldering-Niemeijer. De Utrechtse tak van de familie (van) Wachendorff.

Ons Amsterdam, 7e Jrg. No. 12 Dec. 1955: C. J. Schotel Fzn. Uit het grijze verleden van het Museumterrein; J. Vrieze. Een onbekend straatje. H. W. Alings. Ick kick noch int.. . . .; Restauratie van percelen: B. de Ridder. De Jan Roodepoortstoren: Ir. 1. G. Kam. Ton d’Ailly tachtig jaar (17 Dec. 1955). Idem 8e Jrg. No. 1 Jan. 1956: Henk van Laar t; Jac. Hekel JF; De autotunnel onder het IJ: C. A. L. Sander. Opgravingen aan het Spui: P. A. v. d. Linden Vooren. De Plantage; B. de Ridder. Een Gedenkteken. De Maasgouw, Deel 69, Jrg. 74, afl. 5 en 6, 1955: J. 1. M. Timmers. Had de West- bouw van de Sint Servaas reeds in de 12e eeuw een Middentoren; A. Munsfers. De verkiezing der Koordekens te Sittard in de 17e en 18e eeuw: Th. G. A. Bos. Een Am- sterdamse acte van 1573 betreffende een Papiermolen te Schaphem bij ‘s-Gravenvoeren (prov. Luik): H. H. E. Wouters. Rond een onuitgegeven journaal van Vauban over het Beleg van Maastricht in 1673.

De Speelwagen, 10e Jrg. No. 8, 1955: P. Boer. De houtzaagmolens van de firma Eecen; 1. P. Geus. De veren van Oude en Nieuwe Niedorp.

Orde uan Sint-Jan, 7e Jrg. No. 26. Kerstmis 1955: Mededelingen van het Kapittel; Mej. Drs. A. E. Ru+. IIle Nederlandse Gemeente in (West en Oost) Berlijn; De geschiedenis van de Nederlandse Ridderorden. Het Personeel sfafuuf, 6e Jrg. No. 11/12, Nov./Dec. 1955: Mogelijke vereenvou- diging van de Burgerlijke Stand; Wettiging van kinderen in Engeland: enz. i. Het Oude Land van Loon. Jrg. X, Afl. VI, Nov./Dec. 1955: B. Geukens. Jan Wil- lem Rosier en zijn tijd; Dr. M. Bussels. Een en ander over de rijksheerlijkheden van de Maasvallei.

Der FamiZienforscher in Bayern, Franken und Schwaben, Band 11 Heft 3/4, Dez. 1955: Prof. Dr. Otio Frhr. von Dtïngern. Reindels ,,Luitpoldinger”; A. Lederle. Der Fugerische Pflieger Aegidius Renz und Seine Nachkommen; Alb. Hanlein. Zur Genealogie von drei vergessenen Barockbaumeistern; A. Roth. Konvertiten in München 1733-1792.

Hessische Famielienkunde, in Arbeidsgemeinschaft herausgegeben von Kurhessen und Waldeck, Nassau und Frankfurt, Fulda; Schriftleitung: Dr. Heinz F. Friederichs. Dehn- hardtstrasse 32, Frankfurt-Eschersheim; Band 3 Heft 8, Dez. 1955: Dr. H. F.‘Friede- richs. Die flämische Malersippe Van Valckenborch in Frankfurt: id. Samuel Thomas von Sömmerzings Vorfahren und Nachkommen; Emil Becker. Das nassau-oranische Dienerbuch; Dr. Jan Hoge. Griinberger in der Kapkolonie zur Zeit der holländischen Herrschaft.

45 Instifut fiir Auslandsbeziehungen, Mitteilungen, 5. Jrg. Sept., Okt., Nov., Dez. 1955. N. 9/12: Hoofdzakelijk artikelen betrekking hebbende op de verhouding Duitsland-Chili.

Die Laterne, Jrg. 8 No. 1, Jan. 1956: Mededelingen over vergaderingen der Ort.s- gruppen Bonn u Kleve; Die rheinische Archive und ihre Schätze; Register en Inhouds- opgave 1955.

Mitieihmgen fiir die Mitglieder des Deutschen Hugenotten-Vereins. Dez. 1955 No. 16.

Ostfriesland, Jrg. 1955 Heft 4. Carl Woebeken. Die TantzenCarl Maasz. Die Ver- erbung von Hausmarken in Ostfriesland.

Instituto International de Genealogia y Heraldica. Hoja informativa, Afio 11 No. 30, 15 Dec. 1955: Mededelingen van het Instituut; Adellijke titels; Bibliografie; Vragen; Poststempel tijdens het Congres te Madrid; Clement Atlee in de adelstand verheven: Ons medelid, Graaf Thierry van Limburg Stirum ridder van het Gulden Vlies. Idem. Ano 111 No. 31. 1 jan. 1956. Mededelingen: Adellijke titels: Bibliographie; Mededelingen en conclusies van het 3e intern. congres voor genealogie en heraldiek; Vragen: Heraldische tentoonstelling te Parijs 3-30 Nov. 1955.

Our Ancestors, a National Magazine of genealogy and family History, Editor and publisher Harry Ferris Johnston, Box 57 station C, Buffalo, N.Y. Vol. 9 No. 3, July- Sept. 1955: Wilcox, Johnston, Sherwood, Borden, Dibble, Farnham, Beardsley, Spoor, Maxson.

Genealogical Forum of Portland, Oregon, Vol. V, No. 3, Page 19. Nov. 1955: Mededelingen betreffende meetings, bestuursvergaderingen, boeken in voorbereiding, vragen, en graven op het Bethel Cemetery, Perry Co, Ohio door Florence and Carl Main.

The New York Genealogical and Biographical Record, Vol. 86 Number 4, Oct. 1955: The Brokaw-Bragaw-Family, Marriages of the Dutch Reformed Church of Tappan; the Feake Family of Norfolk; Baptisms of the Dutch Reformed Cruch of Castkill : Cap. tain Frederick Augustus de Peyster.

Amsterdam, jan. ‘56. W. R.

Wij melden de geboorte van ALBERT, zoon van de Heer en Mevrouw Zweer+de Vries te Aalst (N.Br.), op 16 Januari 1956. Aan de ouders onze hartelijke gelukwensen. W. R.

46 BOEKENLIJST

Onze Bibliotheek werd verrijkt met : D. G. E. Middelburg. Monster. Klapper op de Transporten van onroe- rende goederen 1684-1704. Algem. Rijksarchief, Rechterlijk Archief, Inv. NO C-XV-29. Geschenk van de bewerker.

Verslag over 1955 van het Archief der Gemeente Delft. Geschenk van de Gemeente-Archivaris.

1. de Loos-Haaxman. Het Geslacht De Loos, Rotterdamse tak. Geschenk van de schrijfster.

Friesisches Jahrbuch: Emder Jahrbuch; Jierboek fan de Fryske Aka- derny; Jahrbuch des Nordfriesischen Vereins für Heimatkunde und Hei- matliebe. Mit 86 Abbildungen und 20 Tafeln. 1955. Geschenk der Verenigingen.

Titalos Nobiliarios. Legislacion seccion de publicacione,s. Madrid 1948. Comunicaciones y Conclusiones del 111 Congreso International de Genealogia y Heraldica, Madrid, 6 el 1 Ide Octubre de 1955. Indice Nobiliario Espafiol, recopilado y redactado por Vicente de Ca- denas y Vicent-Baron de Coros de Belihite, etc. Ediciones Hidalguia Madrid 1955. Geschenk van het Instituto International de Genealogia y Heraldica te Madrid.

Dr Z. H. van Eeghen. Inventaris van het Familie-archief Moens (behorende tot het Archief van het R.K. Jongensweeshuis) Amsterdam 1955. Dr W. 1. uan Hoboken. Supplement-Inventaris van de Archieven der voormalige gemeenten Ransdorp en Buiksloot. Amsterdam 1955. Jaarverslag der gemeente archiefdienst over 1954. Geschenken van de Gemeente-Archivaris van Amsterdam.

Nederland’s Patriciaat, 42e Jaargang A” 1956, uitgave van het Cen- traal Bureau voor Genealogie te ‘s-Gravenhage. Geschenk van de Heer P. van Leeuwen Boomkamp te Hilversum.

Mochten er in Nederland personen zijn die er zich op toeleggen bid- prentjes te verzamelen, doodsanctjes, geboorte -en Eerste-Communie- prentjes, zo bestaat de mogelijkheid deze af te nemen tegen het vaste tarief van één dubbeltje, vooruit te voldoen op de postcheckrekening 483623 van M. van de Velde-Meyer, Genthof 16, Brugge. Wij zoeken liefst een vaste afnemer, die regelmatig het door ons ingezamelde af- neemt, ten einde in Nederland een zo groot mogelijke verzameling van zulke grafica aan te leggen, uit wetenschappelijk oogpunt. Deze prentjes vertegenwoordigen een genealogische waarde niet alleen, maar ook een grafische en folkloristische waarde. -

47 VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, die met zijn onderzoek is vastgelopen, dan wel diegenen, die met andere personen verbinding zoeken op genealogisch en heraldisch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra, Post- bus 976, Amsterdam-C. Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden,

CVII. (VAN) GILS(T) (E) (Z) MARTENS. In 1677 was Secretaris van Ridderkerk (bij zijn huwelijk te Ridderkerk gesloten 7 Maart 1677 met Lijnfjen Ariens van der Sluijs) en in 1686 Schout van Ridderkerk: Pieter van Gilsf (eerder weduwnaar van: Jannigje Jans van der Schildf). Hij was ook klerk van diikaraaf en heemraden van de Reverwaard. Wie kan mii verder inlcihten, , I ook omtrent familie-wapen ? Alsvoren omtrent het echtnaar Willem Marfens en Anna lans, dat on 13 Aoril 1702 in de Hervormde Kerk te ‘s.Hertogenbosch een kind, genaamd Martin& liet dopen. W. MARTENS, Scherpenzeelseweg 54, Leersum (Utr.).

CVIII. VAN SONSBEEK Op 26.9.1813 is te Zaltbommel geboren Jans van Sonsbeek als zoon van Martinus van Sonsbeek, ,,Loods”, en Anfonia van Baaren, overl. te Zaltbommel 31.1.1836. Gaarne geboorteplaats en -datum en huwelijksdatum van Marfinus van Sonsbeek, die overleden moet zijn tussen 1836 en 1847, doch niet te Zaltbommel. Bevolkingsregister ZaltbommeI kan geen uitsluitsel geven over vertrek. K. VAN DEN SIGTENHORST, 19 Aardbeistraat, Den Haag.

CIX. VAN DER BOM. a. Van het echtpaar Dirk van der Bom (Katholiek) en Barbara Dirckx (niet Katholiek) werden van 1737 tot 1746 enkele kinderen R.K. gedoopt te R’dam en Delfshaven. Waar en wanneer zijn zij gehuwd? Wie waren hun ouders? b. Gerrit van der Bom (Bon), J.M., Thuynder tot Delfgauw ondertr. te Delft op 14 Oct. 1684 met Neelfge Ariens de Heer, J.D. tot Lexmond. Op 9 Mei 1694 hertrouwde Gerrit v. d. Bom te Rijswijk met Marijfje Dircksdr. van Wouw. Uit dit huwelijk werden in de R.K. doopboeken van Den Haag enkele kinderen gevonden. Waar en wanneer is Gerrit van der Bom (Bon of Boom) geboren. Alle aanvullingen zijn welkom. W. J. VAN DER BOM, Boomberglaan 6, Hilversum.

CX. HILL. Gevraagd alle gegevens betrekking hebbende op de naam Hill. Ondergetekende heeft gegevens van 75.000 naamdragers van het geslacht Hill over de gehele wereld en zal aanvullingen op dit archief, hoe klein ook, zeer op prijs stellen. Edwin P. HILL, 1615 Parpon Avenue, Plainfield (Indiana) U.S.A.

CXI. VAN DALFSEN. Gezocht nadere gegevens, voorouders en naaste familie, van kapitein Jan Gerrifsen van Dalsen, komende van Workum in Friesland ongeveer 1640. Het geslacht komt van Dalfsen in Overijssel: Jan, geboren in Friesland, nam de naam de Vries aan, welke hij verwisselde in van Dalsen na zijn vestiging in Manhattan. Hij was scheepsbouwer en verdronk op zee. Hij huwde Gristie Cray, dochter van Theunis Cray in het jaar 1660 te Nieuw Amsterdam (U.S.A.). Zij hadden acht kinderen, de oudste, Teunis, geboren 1664, was mijn voorvader. HARRY FERRIS JOHNSTON, Box 57, Station C Buffalo (N.Y.) U.SA.

_- __- K ,,ONS GESLACHT” MAANDBLAD DER NEDERLANDSE f -r( GENEALOGISCHE VERENIGING n GOEDOEKEURD BIJ KONINI

Redacteur : W. D. H. Rosier, Postbus 976, Amsterdam. Administrateur van de Contact- afdeling : C. Roodenburg, Van Eedenstraat 9, Haarlem. Administrateur der verzending van het Maandblad : Jan Hagoort, Kloosterstraat 11, Naarden. Secretariaat der N.G.V.: Postbus 976, Amsterdam. Contributie minimum fl. lO,- te storten op Girorekening No. 547064 ten name van de Penningmeester der N.G.V. te HAARLEM.

EEN TAK VAN HET GESLACHT VAN VLADERACKEN door B. W. VAN SCHIJNDEL

De familie van Vladeracken behoort tot een der oudste en vermogendste huizen van de Meierij van ‘8s-Hertogenbosch. Jhr. Mr. A. F. 0. van Sasse van Ysselr (1). Cuypers can Velthoven (2) en anderen (3), hebben over de van Vfaderacken’s gegevens verzameld en/of gepubliceerd. Bij het raadplegen van deze en uit mijn onderzoek in de Bosse archieven, blijkt, dat dit geslacht in minstens viif takken kan worden verdeeld. nl.: De tak der Heeren uan beffen. Í?. De bastaard-tak van mr. Christoffel van Vladeracken, rector van de Latijnse school te ‘s-Hertogenbosch, waaruit de schouten uan Geffen en Maasland stammen. C. De tak van Gerard Jan Mathysm. van Vladeracken, (deze leefde in de XVe eeuw en was gehuwd met Belen Jan Aert Loderuycx). De tak van Vladeracken alias Rollers. E: De bastaard-tak die niet het wapen met de molenijzers en het vier- blad (of de vierbladen) voerde, maar drie palen van vair en een schildhoofd beladen met een lopend dier, (zoals de van Amelroy’s en de uan Lidfh de leude’s, etc.). Deze laatste tak wordt hier behandeld. Jhr. van Sasse van Ysselt zegt in zijn werk over de voorname huizen en gebouwen van ‘s-Hertogenbosch (111, 549): ,,Hoe deze Arend’s van Vladeracken bestonden aan de uan Vladeracken’s, die heeren van Geffen waren, is niet meer uit te maken: alleen valt hunne verwantschap te veronderstellen uit eene Bossche schepenakte van 1467, omdat daarin optrad Jan, de zoon van Atnd, de zoon van Arnd Gerritszn. uan Vlader- acken”. De heer v. S. v. Y. had de waarheid aangevoeld. De koper van het huis ,,Den Hemel”, was een bastaard van Aert Gerards van Vfa- deracken (4), schepen van ‘s-Hertogenbosch. Deze Aert Gerardszn. van Vladeracken was leenman van de Hertog

49 van Brabant, in verband met de hoeve ,,tot Hynen” te Rosmalen gelegen (5). Men vindt zijn schepenzegel (1445) vermeld bij de Raadt (IV, 143), dat de molenijzers met het vierbald in een vrijkwartier vertoont, evenals dat van Gerardus van Vladeracken, schepen van ‘s-Bosch in 1530 (cachet no. 267) (6). Maar reeds in 1472 voerde Jacobus van Vladeracken, schepen van ‘s-Bosch (cachet no. 154). het gevierendeeld wapen met de drie molenijzers en de drie vierbladen, dat later door de meeste va,n Vla- deracken’s werd gebezigd. Hij had bij N.N. een wettige zoon Gerard van Vladeracken. overleden voor 1531, na gehuwd te zijn geweest met juffrouwe Elisabeth van Rode, wed. van Godfried die Lu en dr. van Maften en Marrgiet van Campen (7). waaruit: a. Aert van Vladeracken, leenman van de Hertog van Brabant voor het goed te Rosmalen ( 1531), schepen van ‘s-Bosch ( 1545) (8): b. Marten van Vladeracken, leenman van den Hertog van Brabant voor het goed te Rasmalen (1531 ), tr. jouffrouwe Maria Godfrieds- dr. van der Leek (9). W”IJ gaan thans over tot de behandeling van de bastaard-broeder van Gerard van Vladeracken, voornoemd, en zijn nakomelingen. Hij had misschien als moeder eene van Amelroy en deze zou dan haar wapen aan haar nageslacht hebben overgedragen. Zoals dat bij meerdere geslachten het geval was, blijkt, dat deze bastaardlijn op de duur even voornaam was als sommige wettige lijnen. En zo zien wij, dat Joncker Hendrick van Vladeracken, schepen van ‘s-Bosch in 1629, blijkens de wapenkaart van van Luylen (blz. 11). hetzelfde wapen voerde als de hier verder behan- delden. Wij vangen dus aan met :

1. Aert uan Vladeracken, bastaard van Aert Gerardszn. v. Vl., geb. omstr. 1420, koopt op 21-7-1444 het huis ,.Den Hemel” te ‘s-Bosch van Willem Posteel, vermeld in 1470 (11). t vóór 1490, tr. Elisabeth Jan Heymricx van Zochel ( 12). waaruit bekend zijn: 1. Dirck van Vladeracken, priester ( 1485-1490) ( 13) ; 2. Gerard uan Vladeracken, verm. 1467 (14). 1_ v. 1510 (15), tr. Marie van Esch, dr. Willem Andrieszn. en Agnes Jan Claes ( 16), die hertr. Willem die Quade, verm. 15 10 ( 17) ; 3. Jan, die volgt 11.

11 Jan van Vladeracken, geb. omstr. 1440, verm. 1467-1485 (18), tr. Margriet de Koude, verm. 1496 (19), dr. Thomas en E!isabeth Reyners Loden (20). (deze laatste hertrouwde met de Bossen goudsmit, Gerard Pelgrom van Driel, de stamvader van de ridders Pelgrom uit ‘s-Bosch en Antwerpen, (niet te verwarren met de familie Pelgrom de Bye) (21). waaruit: 1. Aert van Vladeracken, verm. 1520 (22): 2. Thomas van Vladeracken, priester (1520) (23); 3. jan, die volgt 111; 4. Mechteld van Vladeracken, + Ss-Bosch 13-2-1539, (volgens meergemeld werk van Jhr. van Sasse van Ysselt, zou zij de klein- dochter zijn geweest van Gerard van Vladeracken; haar grafschrift vermeldt echter duidelijk, dat zij de dochter was van Jan Aertszn. van Vladeracken) (24), tr. Tielman van den Broeck,

50 kerkmeester van de St. Jan, i_ ‘s-Bosch 15-6-1531 en begraven in de St. Jan, waar hun grafsteen nog bestaat (25).

111. Jan van Vladeracken, geb. omstr. 1480, schepen van ‘s-Bosch ( 1520), (zijn zilveren cachet, dat bovenvermeld wapen vertoont, bevindt zich in de collectie van het Prov. Genootschap), tr. 1. Wendel- modis N., wed. Jacob Spykers (26), tr. 2. Heylwich de Heusch, dochter van Aerf, stamvader der baronnen de Heusch, en Elisabeth van den Eynde (27). waaruit: uit 2e huwelijk: 1. Jan, die volgt IV; 2. Jenneke van Vladeracken, gegoed te Maren (1562) (28); 3. Aelbertke van Vladeracken, tr. Willem van der Meer, zn. Dirck Reynderts en Johanna Gielisdr. van Oss, die hertrouwde met Elisabefh Pelgrom de Bye, dr. Laureys en Geerfruyd Wynants van Resandf (29); 4. Aerf van Vladeracken, gegoed te Maren ( 1562) (30). IV. Jan van Vladeracken (de oude), geb. omstr. 1510, schout van Boxtel (1584). bezit het huis, later genoemd ,,Het Huys van Brederode” te Boxtel en het huis ,,Den Hemel” te ‘s-Bosch, -J 27-6-1604, tr. 1. Anna van den Wiel, dr. Mathys (van Zelanf alias van den Wiel, of de Wesalia) en Aleyf de Smidf (31). tr. 2. Lysbeth Coppelmans. t 3-12-1604 (32). waaruit: uit le huwelijk: 1. Maria van Vladeracken, wonende te Boxtel, tr. Jan Marynen, koopman, burgemeester en schepen van Boxtel, zn. Jacob Jan Pauwels, president der schepenbank van Boxtel (1565-1584) en Jenneke van Tilburch (33); 2. Jan van Vfaderacken (de jonge), schout van Boxtel (1594), $ voor 1604, tr. Margriet Timmermans, dr. Matten, rentmeester van de Vrouwe van Boxtel (1555) (34). waaruit: a. Marfyne van Vladeracken, tr. Goyaerf Willems Hansemekers, ..van Weert”. aalmoezenier ( 1617-1625) en schepen ( 1626) van Weert. Zijn vader Willem Hensemekers, bezat in 1581 ,,Het Groot Huys” te Weert, dat hij van zijn vader Jan Hanse- mekers had geërfd. (Thans ,,Amicitia”) (35).

1) Prov. Genootschap te ‘s-Bosch. Handschriftelijke genealogiën door Jhr. A. F. 0. uan Sasse van Ysself. Idem Jhr. Mr. A. F. 0. t’an Sasse van Ysselt. De voorname Huizen en Gebouwen van ‘s-Her- togenbosch. 2) R.A. ‘s-Bosch. Collectie handschriftelijke aanteekeningen etc., nagelaten door Cuypers van Velthoven. 3) Nederland’s Patriciaat. Xx111. Nederlandsche Leeuw. 1890. 1925. Taxandria. 1896, 1906, 1912, 1930, 1935. De Navorscher. 1933. Alg. Ned. Familieblad. 1883-‘84. Bib. Royal. Brussel. Cabinet des Ma- nuscrits. 5685. IV: 5712: 21077; 21757; idem Fonds Houwaert. II- 6511: 6535; 6540 6595; 6598. Stadsarchief Antwerpen. Fonds van Valckenisse. 1. Staatsarchief Luik. Fonds Lefort, Oeuvres Xx111. 4) R. A. ‘s-Bosch. Rt. A. ‘s-Hertogenbosch. Reg. no. 1240 (1470). 305.

51 5) Jhr. Mr. A. F. 0. van Sasse van Ysselt. O.C ., 111, 311. 6) Prov. Genootschap. Verzameling zilveren cachetten. 7) R. A. ‘s-Bosch. Rt. A. ‘s-Hertogenbosch. Reg. no. 1282 (1511), 181. 8) Ibidem. Reg. no. 1295 (1520), 154-155; 1339 (1543), 277. 9) Ibidem. Idem. 10) Jhr. Mr. A. F. 0. uan Sasse uan Ysselt. O.C ., 111, 549. 11) R. A. ‘s-Bosch, Rt A. ‘s-Hertogenbosch Reg. no. 1240 (1470), 365; 1255 (1485), 75 v. 12) Ibidem. Idem. 13) Ibidem. Idem. 14) Ibidem. Idem. Reg. no. 1280 (1510), 303 v., 311 v. 15) Ibidem. Idem. 16) Ibidem. Idem. 17) Ibidem. Idem. 18) Ibidem. Reg. no. 1255 (1485), 75 v. 19) Ibidem. Reg. no. 1316, 370, 14-8-1531. 20) Ibidem. Idem. Reg. no. 1304 (1525). 184. 21) Ibidem. Reg. no. 1240 (1470), 2, 12; 1251 (1481), 560. 594-594 v. De ‘oudstbekende van dit geslacht is Peregrinus van Driel, die omstreeks 1335 gehuwd was met Aleyt uan Teeffelen alias van Oss. Het voerde het bekende wapen van Driel, dat bij van Balen wordt vermeld en thans nog in het eerste kwartier van het wapen Pelgrom voorkomt. 22) Ibidem. Reu. no. 1298 (1522)., 202. 23j Ibidem. Idgm. 24) Ibidem. Idem. Dr. C; F. Xav. Smits. De Grafzerken van de St. Jans- kerk van ‘s-Hertogenbosch. 25) Jhr. A. F. 0. van Sasse van Ysseft. O.C ., 111, 550. 26) R. A. ‘s-Bosch. Rt. A. ‘s-Hertogenbosch. Reg. no. 1298 (1522)) 202; 1316, 161v.. 12-12-3532. lacob Spykers (dit geslacht wordt ook soms van Stackenborch genoemd), had drie kinderen: a. Elisabeth Spy- kers, gehuwd met Joost den Ouden: b. Hillegonda Spykers, gehuwd met Jan Colen en Henrica Spykers, gehuwd met mr. Jan Broek, secretaris der stad ‘s-Hertogenbosch. 28- 12-1559, wiens grafzerk met familiewapen thans nog in de St. Jan aanwezig is. 27) Ibidem. Reg. no. 1324, 274, 30-9-1535; 1339, 159. 5-5-1554: 1306, 95, 8-9-1529. Haar broeders en zusters waren: a. Albert de Heusch, kanunnik van de St. Jan: b. Henric de Heusch; c. Catherina de Heusch. 28) Ibidem. Reg. no. 1383 (1562). 214. 29) Ibidem. Reg. no. 1415 (1584), 107-108. Jhr. A. F. 0. van Sas,se uan Ysself. Oc., 11. 184. De vader van Willem, Dirck van der Meer, bezat de hoeve te Haanwijck onder St. Michielsgestel. die in de XVe. eeuw in eigendom was van de familie van Zelant. Hij had uit zijn eerste huwelijk drie en uit zijn tweede huwelijk twee kinderen. Deze waren: 1. Geertruyd van der Meer, echtgenote van fan Jan Jacobs; 2. lenneke van der Meer: 3. Arnolda van der Meer: 4. Dirck van der Meer; 5. Willem van der Meer. In de St. Jan bevindt zich nog een grafzerk van hun stamvader Reynier Dirckzn. van (der) Meer, versierd met zijn wapen en dat zijner echtgenote. Het geslacht Pelgrom de Bye heeft tot stamvader Willem de Bye, leen-

52 man van de Hertog van Brabant, die blijkens een genealogie, die in mijn bezit is, Heer van ,,De Voort” nabij Breda was, en met zijn broeders sneuvelde in de bekende veldslag van Basweiler (1371), 30) Ibidem. Reg. no. 1383 (1562), 214. 31) Ibidem. Reg. no. 1415 (1584), 107-108. 32) Idem. Rt. A. Boxtel. Reg. no. 206, 556-559. 33) Idem, Rt. A. ‘s-Hertogenbosch. Reg. no. 1415 (1484), 107-108. 34) Ibidem. Idem. Zij had twee neven: Wouter Timmermans, gehuwd met Margriet, dr. joncker Willem van Tzevelt en Andries Timmer- ma,ns, secretaris van Esch, die gehuwd was met Margriet Jordens. De grafzerk van deze laaste, versierd met het wapen Timmerman,s, bevindt zich tegen den buitenmuur van de grafkelder der baronnen van den Bogaerde der Terbrugghe op het kerkhof van Heeswijk. 35) Ibidem. Idem. Brussel.

In aansluiting op mijn mededelingen in ,.Gens Nostra”, Se jrn. blz. 113. 9e jrg, blz. 182 en 10e jrg. blz. 92 kan ik berichten, dat Wederom enige registers door mij gecopiëerd zijn. Het zijn : 1. Loo (Gem. Duiven): R.K. doopboeken. 1651-1767. 11. Loo (Gem. Duiven) : R.K. trouwboeken. 165 1-1748. 111. Loo (Gem. Duiven): R.K. doodboeken. 1651-1766. IV. Loo (Gem. Duiven) : Nomina conversorum. 1651-1711. V. Westervoort. R.K. doopboek. 1715-1766. VI. Westervoort. R.K. trouwboek. 172 1-1766. VII. Westervoort. R.K. doodboeken. 1742-1769. De originelen bevinden zich op de R.K. pastorie te Loo. Een afschrift is door mij gedeponeerd op het Rijksarchief te Arnhem. Gaarne zal ik op dezelfde voorwaarden als de vorige malen (bijvoeging van f 0,20 aa? postzegels) inlichtingen uit de afschriften verstrekken. Tenslotte verzoek ik een ieder er goede nota van te willen nemen, dat mijn adres met ingang van 28 januari a.s. niet meer is ,,Den Boogaard” te Zetten, maar de Savornin Lohmanlaan 5 te Amstelveen. Men gelieve eventuele correspondentie naar dit adres te richten. Drs. G. FRANSEN, de Savornin Lohmanlaan 5, Amstelveen.

53 DE FAMILIE STIJL TE ZUNDERDORP

Te Zunderdorp woonde in de 18de eeuw een familie Stijl. waarvan hier een aantal genealogische aantekeningen bijeengebracht zijn. Naast elkaar vinden we de familienaam gespeld als Stijf en Sfeyl. De mogelijkheid dat de Zunderdorpse ,,Stijl” ‘s een tak vormen van een uitge- breider Waterlands geslacht is niet nader onderzocht.

1. Klaas Stij/, werd omstreeks 1720 geboren en overleed te Zunderdorp op 9-lO- 1775, waar hij op 13-10-1775 in de kerk begraven werd. Op 8-11-1744 trouwde hij te Zunderdorp (ondertr. 23-10) met Grietje Kosters, geboortig van Oosthuizen. Zij overleed te Zunderdorp 7-9-1792 en werd aldaar in de kerk begraven op 12-9-1792. Klaas Stijl werd op 1 Mei 1768 tot ouderling van de Geref. Kerk Kerk gekozen. Hij was dit tof 6 Mei 1770. Later werd hij nogmaals benoemd, van 23 Mei 1772 tot 7-5-1775. Kinderen : I. Dirk Klaasz. Stijl, ged. 17-1-1745, over]. 22-11-1772. 2. Maritje Stijl, ged. 5-3-1747, over]. 1748, begr. 4-12-17t8. 3. Marilje Sfijl, volgt 11-1. 4. lacob Klaasz. Stij/, ged. 17-1-1751. 5. Pieter Klaasz. Sfijl, volgt 11-2. 6. Ee[je Stijl. ged. 24-12-1752. Verm. begr. 22-3-1753. 11-1. Maritje Claasdr. Stijl, ged. 12-3-1749. Op 27-9-1771 wordt zij als lidmaat der Geref. Kerk te Zunderdorp aangenomen. Op 18-4-1773 trouwde zij te Zunder- dorp met Icde Albertsz. D~~nning, geboortig van ,,Termude” (Muiden ?) (Op- dertr. 3-4). Zij overl. 30-5-1820. Kinderen : 1. Klaas Dunning. geb. 8-3-1776, ged. 17-3-1776. 2. Weijntje Dunning, ged. 13-3-1775. begr. 2-5-1775. 3. Wrijnrje Dunnin~, geb. 5-4-1780. ged. 9-4-1780. 4. Albert Dunnmy. geb. 30-4-1783. ged. 4-5-1783. 11.2. Pieter Klaasz. Sf$, ged. 24-12-1752. begr. 21-9-1803. Op 20-12-1773 werd hij als lidmaat der Geref. Kerk van Zunderdorp aangenomen. 13-4-1782 ondertrouwde hij te Zunderdorp en 26-4-1782 trouwde hij te Purmerend met Necltje Lam- men-, geboortig van Purmerend, ouders (Gerrit ?) Lammers en Wolmet HoUan- der. Neeltje Lammen werd 27-8-1791 begr. Kinderen : 1. Klaas Piefersz. Stijl, volgt 111-1 2. Gerrit Pietersr. Stijl, ged. 15-8-1784, begr. 16-9-1784. 3. Gerrit Piefersz. Stijl, ged. 11-6-1785, begr. 13-12-1787. 111-1 Klaas Pietersr. Stijl. Geb. omstr. 1783. Zijn doop werd te Zunderdorp niet gc- vonden. Later woont hij te Broek in Waterland, waar hij 20-5-1810 trouwde met Lijsbeth lans Captijn van Vuure’). ged. te Broek in Waterland 18-12-1785. dochter van [en Capiteijn van Vuure en Maritje Ilsbrendsdr. Groot. Hij diende enige tijd bij de infanterie en overleed 30-5-1819 in het hospitaal te Leuven aan de op 16-12-1817 bij Aillet bekomen verwondingen. Kinderen : 1. Pieter Stij/, volgt IV-1. 2. doodaeboren kind OD 10-12-1811 te Broek in Waterland. 3. Neeltje Stijl, volgt Iir-2. 4. lan Kapitijn Stijl, volgt IV-3.

‘) Het is mij niet bekend of de naam Captijn hier werkelijk een voornaam voorstelt. Haar vader lan Capiteijn van Vuure werd op 3-5-1744 te Broek in Waterland gedoopt. In acten treffen we hem o.m. aan als : lan Cepiteijn van Vutrre. ]an Kapt& oan Vuure. lan Capiteijn. lan Sente Capiteijn en lan Sente Kappeteijn. Zijn ouders waren Cent lacobsz. van Vuuren en Neelfje Claas. Van een patronimicum is hier dus evenmin sprake. Geen der andere kinderen uit laatstgenoemd huwelijk, respect. Claas. lacob, Neeltje, Willem. Willem en Cent oan Vuuren dragen in hun naam het bijvoegsel Captijn.

54 IV-1. Pieter StijL geboren te Broek in Waterland 5-12-1810. Van beroep melkverkopzr. Op 18-6-1843 huwde hij te Broek in Waterland met Neelfje Barnar, geb. 21-t- 1821 te Nieuwdam, dochter van Klaas Barnar en Trijntje List. Kinderen : 1. Lijsbef Stijl. geb. te Nieuwendam 20-7-1842. 2. Klaas Stijl, volgt V-1. 3. Neeltje Stijl. 4. Wijntje Stijl. Er zijn misschien nog meer kinderen geweest. IV-2. Neeltje Stij/, geboren te Broek in Waterland 13-8-1813. Op 31-8-1834 trouwde zij te Broek in Waterland met Klaas Breek, geboren te Broek in Waterland in 1812, zoon van jacob Breek, omroeper en jannetje Cìestman. IV-3. fan Kapifijn Stijl. geboren te Broek in Waterland 17-8-1815. Van beroep: werkman. Op 3-5-1840 trouwde hij te Broek in Waterland met Klaasje Lof, geboren te Holysloot in 1809. dochter van lan Lof en Aagje Koster. Uit dit huwelijk werd op 15-5-1842 te Broek in Waterland een zoon Klaas Stijl geboren. V-1. Klaas Stel, geboren te Broek in Waterland 20-3-1844. Hij was gehuwd met Antje Ilsbrandsdr. Wals. Uit dit huwelijk werd drie maal een zoon Pieter gc- boren, die allen jong overleden. Een vierde kind, Dirk 1. Stijl, geboren in 1890 woont thans te Lochem.

Waar niet speciaal vermeld, vonden geboorten, dopen etc. te Zunderdorp plaats.

Herne Bay. England. P. A. HARTHOORN.

Aangezien de Heer A. W. Brave wegens drukke persoonlijke bezig- heden verzocht heeft van de functie van secretaris der N.G.V. ontheven te worden, heeft het Dagelijks Bestuur, in het belang van de goede gang van zaken voorlopig de volgende voorzieningen getroffen: de weckzaam- heden van de secretaris zijn ovecgegaaan aan de Heren F. Renssen en 1. Ha~oort, met dien vecstande, dat de gehele ledenadministratie zal worden behandeld door de Heer Hagoort. terwijl de overige seccetaciaats- werkzaamheden door de Heer Renssen zullen worden verricht.

Alle stukken voor het Secretariaat en de Redactie dienen in het vervolg gericht worden aan Postbus 976 te Amsterdam. Het adres van de Heer J. Hagoort is Kloosterstraat 11 te Naarden.

AAN DE INTEKENAARS OP DE CURSUS Ons medebestuurslid, de Heer W. van Groenenbergh te Groningen heeft thans drie lessen in bewerking, welke wij zo spoedig mogelijk hopen te publiceren, terwijl de gegevens voor de laatste les verzameld worden.

55 111. INTERNATIONAAL CONGRES VOOR GENEALOGIE EN HERALDIEK TE MADRID Van 16 tot 11 October 1955 vond te Madrid het 111. Internationale Congres voor Genealogie en Heraldiek plaats. Hieraan werd van Neder- landse zijde deelgenomen door ons lid de heer 1. J. van LankerenMatthes. In de verschillende vergaderingen kwamen vooral vraagstukken van administratief-organisatorische aard aan de orde. Besloten werd o.m. tot officiële erkenning en instelling van het Inter- nationaal Instituut voor Genealogie en Heraldiek, als overkoepelend, federatief lichaam, voor de eerstkomende zes jaar gevestigd te Madrid, gesubsidieerd door de Spaanse staat. Voorstellen tot het beschermen van titels en namen alsmede het tegen- gaan van misbruiken op dit gebied worden verder door de legislatieve commissie van het instituut bestudeerd, waarna de regeringen van de verschillende landen benaderd zullen worden ten einde deze bescherming wettelijk geregeld te krijgen. Het volgende, IV. Congres zal in 1957 in Brussel plaatsvinden: België, Nederland en Luxemburg zullen hier als gastheren optreden.

----

De resultaten van het IIIde Internationale congres voor Genealogie en Heraldiek, wat in October j.l. te Madrid werd gehouden, zijn vastgelegd in de volgende besluiten. Opgericht werd een Internationale Federatie, welke zich tot doel stelt de belangen te behartigen van alle geïnteresseerden op de gebieden der Adelstudie, Ordekunde, Genealogie en Heraldiek. De Federatie, waarvan de hoofdzetel te Madrid is gevestigd, is onderverdeeld in vijf afdelingen, elk bestaande uit een voorzitter en twee vice- voorzitters, waarvan de zetels toegewezen zijn aan de verschillende landen. De verdeling is dan als volgt: Adel : Voorzitter Duitsland (Z.D.H. de Hertog van Württemberg) Vice-Voorzitter Nederland en Frankrijk. Adelsverleningen en erkenningen: Voorzitter Italië. Vive-Voorzitter Portugal en Péru. Orden : Voorzitter Spanje. Vice-Voorzitter Duitsland en Luxemburg. Genealogie: Voorzitter Oostenrijk. Vice-Voorzitter België en Groot Brittannië. Heraldiek: Voorzitter Frankrijk (Acad. Internationale d’Héraldique) . Vice-Voorzitter Duitsland en Zwitserland.

,.Ons lid de Heer J. J. van Lankeren Matthes, Hertog Reinaldlaan 1 te Oosterbeek, vertrekt medio Maart wederom naar Spanje om enige Genealogen en Heraldici te spreken. Leden die oplossing zoeken van in Spanje bepaalde kwesties op deze terreinen kunnen hun brieven naar genoemd lid zenden, liefst in het frans gesteld, vóór 12 Maart a.s.”

56 NEDERLANDSE GESLACHTEN OVERZEE *) door C. PAMA Het is merkwaardig dat in deze jaren, nu de emigratie van Nederlan- ders in het brandpunt van de belangstelling staat en in allerlei Vader- landse geschriften) toegelicht wordt, er in het buitenland twee werken zijn verschenen, die deze zaak van de andere kant bezien en die tot onderwerp, hebben de resultaten, na een paar geslachten, in het nieuwe land van inwoning. Laat ons reeds direkt zeggen, dat beide boeken in hun soort voortreffelijk zijn. Kloek uitgegeven, wel gedrukt en terzake kundig geschreven komt het onderwerp ten volle tot zijn recht. In Zuid- Afrika hebben die geslachten een eigen cultuur kunnen opbouwen, hebben zij andere families, voornamelijk Franse en Duitse in die cultuur- en taalsfeer kunnen opnemen en hebben zij op de hele samenleving een stempel gedrukt dat in vele opzichten nog heden typisch Nederlands is. Het ongestoord voortleven van vele oud-vaderlandse zeden, en vooral de machtspositie der Gereformeerde Kerk hebben daar vooral toe bijge-. dragen. Dat tenslotte die cultuur iets eigens Afrikaans ging krijgen, en ook de taal op den duur zoveel ging afwijken, dat het nu als een eigen taal beschouwd wordt, lag in de aard der zaak. Zuid-Afrika is geen Nederland en men kon niet doorgaan te pretenderen dat dat wel zo zou zijn. In Amerika zien wij van meet af aan het omgekeerde. Daar geven al spoedig niet Nederlandse, doch Engelse families de toon aan en werden de Nederlanders geassimileerd. Hoe langzaam dat proces wel verliep, bewijst het feit, dat in de omstreken van New York, het oude gebied van ,,Nieuw Nederland”, nog in de vorige eeuw een soort Nederlands gesproken werd en men daar nog altijd prat ging op zijn Hollandse afstamming. De schrijver behandelt echter vooral de 19e eeuwse emigratie, want het was vooral toen dat de meeste Nederlandse fami1ie.s naar Amerika trokken. Deze emigratie van nà 1846 noemt de schrijver ,,de nieuwe” in tegenstelling tot de oude Nieuw Nederlandse. Het was de Hollandse predikant van Raalte die hiertoe de stoot gaf. In 1847 reeds werd Holland, in Michigan, gesticht en op het voetspoor daarvan ontstonden ook al spoedig Graafschap, Groningen, Zeeland, Drenthe, Stap- horst, Friesland, Hellendoorn, Noord-Holland en Noordeloos. Een jaar later komt dan Scholte’s emigratie naar Iowa en de eerste Nederzettingen in de Midden- en Oostelijke Staten. Lucas gaat al deze vestigingen tot in bijzonderheden na, noemt de families die zich hier neerzetten en ver’ volgt tenslotte de geschiedenis tot op de tegenwoordige dag, want hei is merkwaardig dat ook al zijn die geslachten nu natuurlijk volkomen veramerikaanst, zij toch nog een band hebben die hun tesamen houdt, de Dutch Reformed Church, waartoe de meeste van hen nog steeds behoren. Het werk dat de schrijver zich getroost heeft, grenst aan het ongelooflijke. De meeste nederzettingen kent hij van eigen aanschouwing en zo is dit een boek geworden dat niet spoedig zijns gelijke zal vinden.

‘) Henry S. Lucas. Netherlanders in Amerika. Ann Arbor, Univerity of Michigan Press, 1955. Geskiedenis van Suid-Afrika. Onder redaksie van A. 1. H. van der Walt. 1. A. Wiid en A. L. Gcyer, 2 delen. 2e verb. druk. Kaapstad. Nasionale Boekhandel. Beperk. 1955. 57 Vergelijkt men het met het niet minder voortreffelijke werk van uan Hinfe. Nederlanders in Amerika, dan zal blijken dat deze boeken elkaar in veel opzichten aanvullen. Van Hinfe schreef zijn geschiedenis vanuit Nederlands oogpunt, Lucas ziet deze families als Amerikaan en schrijft in de eerste plaats voor Amerikanen. Dit verschil van uitgangspunt leidt tot verrassende resultaten. De deskundigen die de Zuidafrikaanse geschiedenis geschreven hebben, hebben zich natuurlijk ook op Afrikaans standpunt gesteld en wij zien er uit dat zelfs in Zuid-Afrika, onder Hollands bewind., de daar- heen gaande geslachten reeds spoedig Afrikaners werden, mensen die de eigen boontjes moesten doppen en die van het ,,vaderland in de verte” niet zo heel veel meer wisten. En toch, in geval van nood, wordt die oude band toch steeds weer aangehaald, de boerenrepublieken zouden niet hebben kunnen functioneren zonder deskundigen uit Holland en ook van deze ,,nieuwe emigratie” zijn natuurlijk vele geslachten in Zuid- Afrika gebleven. Men behoeft maar een telefoonboek op te slaan om te zien hoeveel Hollandse namen het bevat die niet tot de ,,oude Kaapse families” gerekend kunnen worden. Het is het prettige van dit boek, dat het ondanks zijn nationale standpunt, aan deze latere Hollandse invloed ten volle recht doet wedervaren. Toen de nood aan de man kwam, waren de Hollanders de enigen die bereid waren zij aan zij met hun Afrikaanse broeders de wapens op te nemen voor het wettig gezag. De oude bloed- verwantschap verloochende zich niet. Beide boeken zijn uit een genealogisch oogpunt zo interessant omdat zij onze blik verruimen, wij zien hoe geslachten, die emigreren na enkele generaties al totaal niet Hollands meer zijn, ondanks hun zuiver Hol- landse naam (en in Amerika wordt ook die dikwijls verengelst) en dat zij alleen een factor worden in de opbouw van een geheel nieuw volk, Amerikaans of Zuidafrikaans. Toch hebben velen, ook in de vreemde, dikwijls nog ontzettend veel voor het oude vaderland gedaan, vooral op economisch gebied, handelsbetrekkingen, e.d. In de Boerenoorlog wilden de Hollandse afstammelingen zelfs vrijwilligers naar Paul Kruger sturen, zozeer werd de band niet alleen met Nederland, doch zelfs met Zuid- Afrika, nog gevoeld. Sommige geslachten ploegden hetzelfde akkertje grond in Nederland van generatie op generatie, anderen beschouwden de wereld als hun akker. Iedere genealoog zal goed doen ook deze buitenlandse takken van zijn geslacht in zijn familiegeschiedenis te be- trekken. Eerst dan wordt duidelijk hoever zich de invloed van menig Nederlands boerengeslacht heeft uitgestrekt. EEN EN ANDER OMTRENT FAMILIE WAPENS door R. T. MUSCHART t Mijne mededeelingen omtrent sprekende wapens vervolgende, kies ik thans de navolgende. VAN HOGERVORST G. van Rijckhuijsen deelt ons op folio 117 V” en 118 in deel 1 van zijne Wapenboeken in het Gemeente Archief te Leiden mede, dat in zijn’ tijd in een huis in de Haarlemmerstraat aldaar in 2 ramen de familie wapens voorkwamen van Maertgen van Hogervorst Abrahamsdochter in 1646 de vrouw van Harmen Adriaanszoon van Ondertoouen en van Grietjen van Hogervorst Abrahamsdochter in 1646 de vrouw van Pieter Arienszoon van Zqp. (Beiden noemt hij op folio 223 in zijn derde deel Van Hoogervorst). Hij beschrijft deze beide wapens als volgt : ,,in goud 3 coode dakpannen” en beeldt die pannen af als onderstaande schets :

Dit zijn sprekende wapens, want de pannen van bijzonder model, die op den bovenrand van een dak liggen, worden vorstpannen genoemd. Men gebruikt dus bij het bouwen van gebouwen gewone pannen en vorstpannen. Zoo vinden wij in de Rekeningen van den rentmeester van Arnhem Arnoldt Tulleken over de jaren 1623 en 1624 op folio 22 Verso vermeld : “Coendert Wilhemsen 18 gld. vuec 500 gcoote pannen en 500 cleijne pannen en 26 forstpannen van hem gecoft”. En in diens rekeningen over de jaren 1624 en 1625 wordt op folio 25 Verso de navolgende post vermeld : “Jurrien Stierman van Doesburg bet : 143 gld. voor 9050 pannen en 156 verstpannen gebesigt tot de nieu woningen int Cloostec.” Het aanbrengen van deze soort pannen noemde men vorsten in tegenstelling van het aanbrengen van de gewone pannen, dat dekken heette, zooals blijkt uit de navolgende post in eene rekening van het jaar 1332 in de Rekeningen der Gcavelijkheid van Zeeland onder het Henegouwsche Huis door Dr. H. G. Hamaker deel 1 pag. 485, luidende : “Item van den Steenhuse te deckene ende die ander huse te vorstene 17 d.gr.” Volgens het Middelnederlandsch Handwoordenboek van J. Verdam was vorst de benaming van nok van een huis, de punt van een dak. HUI JDECOPER. Jan Jacobszoon Bal alias Huijdecoper van 1578 tot 1624 raad van Am- sterdam voerde volgens de Vroedschap van Amsterdam door Dr. J. Efias pag 1087 als wapen : “in goud 3 zwarte osseschedels bovenelkaar. vergezeld boven van eene zwarte Ster”. Uit pag. 92 en 93 van dit werk blijkt, dat hij in 1541 was geboren, dat hij 26-4-1624 overleed en dat hij leerlooier en handelaar in huiden was. Het lijkt mij zeer waarschijnlijk, dat de 3 osseschedels hiermede in verband zullen staan. JANSSEN. 1, Berndt Janssen A” xx ? xx Spaermaecker en lid van St. Eloy gilde te Arnhem voerde volgens den beker ,van dat gilde in het Gemeente Mu- seum te Arnhem als wapen : “een keper vergezeld beneden van een spoor met het wieltje omhoog”. JANSSEN. 2. Arnt Janssen A” xx ? xx nagelsmid en lid van St. Eloij gilde te Acn- hem voerde volgens den beker van dat gilde in het Gemeente Museum te Arnhem als wapen : “2 schuingekruiste nagels (spijkers). 59 Vil VIL - V/3 V/4 V/6 VP vis LRENT ANNA AREN1 T GEESKEN BARTHOLOMEU’5; JACOBA DANIEL CATHARINA IILLEM CATHARINA BECKINK REYMELINCK Y. LEEUWEN DE VOGEL .d.KERCKHgVENi ZANDDYK OMKAMP I ELSABEIN HUNDELA rl van : D r van Johan” Zn van DI ven rwch en / Hennch en Jacobur en Conr1snt en ,r, Pöaen , Gertrud Maria Boogscrt Pe~ronelta ! Margaretha C0nl”,l*..rl. h POOrtUpWl PUZ0”l”r d. Binnenloodsen

VI Rotterdom 1690 1 w Mettinpen v1 Eibergen m Eibergen n ‘s-Gravenhage v) Rotterdam 9.8-1708 * Zierikzee 1 24 8-1696 1-3-1691 5-4-1697 10-2-1701 22-3.171 1 t/=Lekkerkerkl c. 1710 .or 1758 t t vóór 1758 t v6ór 1758 t/ = Rotterdam t/=Rotterdmn Rotterdam tl=Ro!terdam 3/5-6-1762 Sll Z-5.1778 ‘2.5/23-6.1782 / 519-10-1780 u I.mgen 19-2.1 7 lb m 0 Ebbergen 1721122 m Rotterdam 16.1013.11-1729 m Roclerdsm 24.5/7-6-1 733 --- IV12 IV/3 IV/4 NDRIK BOOMKAMP JOHANNA BECKING JOOST v. LEEUWEN MARIAv.d.KERCKHOVEN mbtenaar t. d v. d Apotheker Oost-lnd. Compie

Gfsch. Lingen 1 718 n Eibergen 29-2-1 728 v) Rotterdam 28-6-1 739 cn Rotterdam 7-5-1 741 Amsterdam (o.k.) = Amsterdam (o.k.) ti= Leiden 27-4.1792 23-7-1773 415-5-179 1 t Edam 24-8-1825 mAn,st~rdamiLandsmeer 20-10/511-1750 CO Rotterdam 3121-3-1765

I Ds WILLEM BOOMKAMP 1t1/2 JACOBA MARIA v. LEEUWEN - Ned. Herv. Predikant te Edam v, Amsterdam 27-10-1 765 ‘/w Leiden 1311 7-5-1 776 t Edam 23-2-1836 t Edam 29-9-1833 0, Schellinkhout 2/26-9-1792 Dr DANIEL CONSTANT v. LEEUWEN BOOMKAMP Theol. Doctor, Districts Schoolopziener ‘/v) Edam 25/30-10-1803 t Alkmaar 15-8-1868 CO Edam ll- ” Edam 12-3-1841 JAN JACOB VAN LEiil Groot-Koopman, Oprichter-Direct, tr. Amsterdam 12-5-1870 PETRONELLA JOHANNA GOEDKO dr van Pieter en Doroth v/ro V/l 1 V/lZ V/l3 v/14 Vil5 Vil6 _I- / DIRK GRIETJE GERBEN IOUCKIE Mr ADRIAEN 1 MARIA Mr WILLEM jOHANNA BAKKER VOLMER EYLERTS SJOERDS BAERT , MARCHAND WINDER v. dr. SLIJYS Hr. van , Cranenbroeck I I Zn van Dr va” Dr va” Df Ya” Zn Ya” , Dr van Ja” en Asltje Hendrtk en Sioerd Egbert% n v. Mr Jacob en Jacob en Jozina W,lie”l en Gerrlt en PWters NN I en Atie Pmrs ““si. Y. Peurrum Kopij” Cathcrina Knuyre Eltrsbelh < Vroedschap. i YO” Mour,ck :hepen. Raad en jurgem. Y. Alk. 1 Schepen. Hoold. / nsar,Gedcp. t. aLic,er F” Burgem at..Ge”. Bewind va” Alkmaar wbber 0. I C.. Heemraad 1 . Enkhuizen * Oost Zaandam ’ Grauw . 12-4-1 702 VI Schoonhoven ’ Amsterdam ‘lm Plkmaar VI Amsterdam 24-12-1698 1703 I6/18-8.1 707 13-7.1708 16118.6.1716 I 30-4 1712 tl=E”khuize” tl=Enkhulze” t/=Alkmsar tl=Alkmsat / t/=Alkmser t/=Alkmsar 9114.1.177/ 18123-1 .1782 15122.2.1763 7114-11.1737 3110-2-1 789 511 2-2-1 780

0) Enkhuizen 14-4-1 725 m Leeuwarden 411 8-1-1722 m Alkmaar 9/74-1 2-1 742 m AlkmsarBer~e” l2/28-5.1743 ,-- 1 Vl5 IV/6 IV/7 / IViS JAN BAKKER JETSKE HOONSTRA Mr JACOB BAERT JOHANNA MARGARETHA Zoutzieder Hr van Cranenbroeck WINDER sedep. 1. Yst.Gen. en Ltd Raad I< State. Thesaurier, Schepen, Rssd Wed. van Anthonie ?” Burgcm. van Alkmaar. Hoog- Cornrlis a’ Assonville wemraod. Gedep. t. Admiralitent I. Hoor”. Hcoldingelond. Dolkgraal * Leeuwarden (7) */w Alkmaar ‘/v, Alkmaar * Enkhuizen 5-1 1-1734 28-1-1734 lljl5-ll.1744 17119.3-1744 t/= Enkhuizen t Enkhuizen t/= Alkmaar t/= Alkmaar 20124s10-1 799 23-2-1805 13/19-1-1 796 / 31.1 2.1 78’217.1-1783 Enkhuizen/Leeuwarden 25-9/18-10-1761 a> Alkmaar 7/‘2-15-1769

lllj3 DIRK BAKKER IIl/-l JOHANNA MARIA BAERT - Koopman * Enkhuizen 5-12-1764 v, Alkmaar 23127-1-1 774 t/= Enkhuizen 27/30-10.1805 t Edam 16-6-1836 a Alkmaar/Heilo 31-7/14-8-1796 - JOHANNA MAi-GARETHA BAKKER

*/vl Alkmaar 1-11-1802/Muiden 30-3-1803 t Haarlem 8-10-1877 1-1835 JWEN BOOMKAMP . tAmsterdam 19-4-1906 wr v. d. Besoeki Tabak Mij. 3P, ’ Amsterdam 24-6-1846, t ‘s-Gravenhage 23-12-1928 :a Maria van Heyst INSCRIPTIES OP GRAVEN VAN NEDERLANDERS IN DEN VREEMDE (AMBON) (waaronder enkele Engelsen en Duitsers) opgetekend door E. VAN ALPHEN Az.

Acht dagen varen met een snelvarend motorschip, ligt Ambon vecwij- deed van Djakarta - omspoeld door het glasheldere water van de Banda- zee. Uitgesloten van het hoofdverkeer, zo krijgt het slechts weinig bezoek van vreemdelingen en die er vertoeven, zijn op enkele paren handen en voeten te tellen. Vandaar dat er niet veel belangstelling is te verwachten voor stenen charters. Voordat nu al de gegevens op de begraafplaats van het eenzame Ambon verloren zijn gegaan, ook al vanwege gebrek aan belangstelling, zo heb ik de oude schoenen maar aangetrokken en ben de Alang Alang en die van stortbuien doorweekte gras- en onkruid begcoeiïng maar ingestapt. Vele malen moest ik op de knieën zittend het plantengroeisel verwijderen om een opschrift te ontdekken en te kunnen lezen. Meerdere keren had ik de scherven van de een of andere grafzerk bij elkaar te zoeken en ineen te passen om tot de hieronder bij- eengebrachte inscripties te komen. Vele grafschriften waren zo onduidelijk geworden door de mosbegcoeïing, dat ik met de punt van het potlood het verloop van de letters moest volgen. Met verschillende graven is het niet zo bijster mooi gesteld. Twee bombardementen en een vuurgevecht op het kerkhof, hebben alles niet onberoerd gelaten, ofschoon de tand des tijds zich ook danig laat merken. zodat afbrokkeling en verzakking cen niet denkbeeldige bedreiging vormen van oudere, doch ook van nieuwere graven. Ziedaar de reden van de onderstaande inscripties hier voor U opgesteld. Hier rust : Cornelis Aurrvrd; Predikant der Hervormde Gemeente; geb. den 2 April 1799. overleed den 10 November 1879 (zeer onduidelijk).

Hier rust : W. 1. Nolet ; in leven Posthouder van Larat; geb. 16 April 1844 ; over1 6.2.1887

Hier rust : H. A. Rijkschroc[f ; Overleden 11 Maart 1838 - oud 63 jaren en zijn echt genoot M. M. van Capellen over]. 10 Jan. 1838 _ oud 61 jaren

Hier rust : Gotlieb Christisn Diederich Neumann ; geb. 13 Sept. 1792 ; overl. 2.6.1864 en zijn gel. echtgenoot Frederika Louisa Bruins ; geb. 20.10.1806 ; ovcrl. 17.10.1848.

Hier rust: N. M. G. Renoult. geb. te Wurzburg (Duitsl.) 12.1.1806; overl. 2.7.1887 David Burke : died April 11 th 1897 Hier rust : W. 1. Hoekstra ; Gepens. le Luitenant der Artelerie - geboren te Dragten in Vriesland 5 July 1795 over]. 20 April 1869 Hier rust : Robbert Douglas; in leven gepens. Ambtenaar -Geboren te Bergen op Zoom 10 Dec. lb32. Overl. 7 Febr. 1897

Hier rust: 1. P. M. de Groot: geboren te Amsterdam 1 Nov. 1819 over]. 16 Juli 1877 Hier rust : B. D. oan Starckenborg van Sfrafen ; in leven Predikant alhier - Overl. 21 Juni 1886

62 Hier rust : Ds H. A. h’fatinga : geboren 13 Sept. 1876, Overl. te Arnboina 13 Febr. 1906. Hier rust: Frederik M ooi ; In leven Predikant alhier - Tot weerziens lieve man en vader. Hier rust : Jozef Kam ; in leven Predikant van deze Gemeente - geboren te ‘s Hertogen- bosch 9 Sept. 1769 ; Overl. 18 July 1833. (Dit graf was in 1921 hersteld geworden door de Prot Kerk van Amboina). Hier rust : Willem uan Oesf ; Voorzitter van de Synode der Molukse Prot. Kerk Geb. 13 Mei 1899; overl. 5 April 1942. Hier rust : Huberfus den Harfog ; Geb. te ‘s Gravenhage 8 Maart 1793. Overl. 20 Oct. 1842 (49.jaren en 12 dagen) Hier rust : G. van IJzendoorn ; Geb. 12 Dec. 1811 te Tiel ; Over]. te Amboina 2 April 1847. W. C. Bakker, zijn echtgenote, overl. 22.3.1854 - oud 30 jarqn. Hier rust : Cornrlis Otto Croes ; gepens. Kapitein der Infanterie, geb. te Utrecht 24 Dec. 1823, over]. 15 Oct. 1884. #Yier rust: Adrianus Gerhard: Geb. te Delft 5 Juli 1835 ; over. 14 Jan. 1867. Hier rust : lesn Eapfisfe Ceerens ; In leven Generaal Majoor ; Gouverneur der Mo- lukse eilanden ; Ridder in de orde van de Ned. Leeuw, en van de Mil. Willemsorde. Over]. 18 April 1850, oud 65 jaren. Hier rust : J. Borgmijcr ; Serg.Majoor Schrijver, geb. 12 Nov. 1844 Gelderland Overl. 27 Jan. 1875. Jacob de Lang : Adj. Onderoff. Kwartierm. geb. 3 Oct. 1845 ; overl. 20.3.1890 Hier rust Tamme Pelrus Adriaan Martheze - gepens. ass. Resident van Mila en Larike ; geb. te Amsterdam 17 April 1785 ; overl. Amhoina 20 Jan. 1830. Hier rust Elizebeth Carolina Mazel, Wed. van Tammo Petrus Adriaan Martheze, geb. 10 Juny 1789 te Boupo, overl. Amboina 31 July 1833. Hier rust 1. H. Celen, in leven Officier van gezondheid le Kl. geb. te ‘s Gravenhage 12 Mei 1835, overl. te Ambon 6 Aug. 1873

Hier rust A. A. Ellinghuijsen. in leven Ridder der Mil. Willemsorde - Goeverneur der Molukkos - geb. te Gouda 6 Nov. 1787 ; overl. te Amboina 18 Dec. 1836. (Gedenknaald nog hecht en sterk, maar begint bedenkelijke af- takelings verschijnselen te vertonen en zeer sterk hcmost.1 Hier rust Johannes Hocdf ; ovcrl. 21 Febr. 1846; oud 54 jaren. Hier rust Dirk Samuel Hoedt; in leven Oud Secr. v. h. Gouv. der Molukkes ; geb. 6 Juli 1815; overl. 3 Jan. 1893.

Hier rust Vrouwe Sara Wilhelmina, Rijkschroeff ; Wed. van den Heer D. S. Hoedt. geb. 8 Mei 1824 ; overl. 7 Juni 1894 Hier rust C. L. Wieling ; Gouverneur Molukken ; over]. 25 Juli 1809. (Open uitge- zaagde letters in een zeer verroeste ijzeren plaat). Hier rust Jhr. H. H. Roel/ - Luit. ter zee, 2e Klasse ; geb. 10 Dec. 1869, overl. 29 Oct. 1901, a/h. H.M. ,,Serdang” (de dekzetk nog in zeer goede staat, doch de gemetselde onderbouw reeds danig aan het afbrokkelen.)

Hier rust: S. Hoogkamp ; A.I. stamb. NO 20239; Genie Werkman 3e Kl. geb. te Oldeholtwolde 3 Aug. 1861 ; overl. 26.12.1896.

Hier rust : Sioert Reinders; in leven Sergeant Kok, aÍb/ H.M. .,van Gogh” geb. 28.2. 1888 te Groningen ; overl. 30.10.1922 reede Ambon - Zijn kameraden der Zee en Landmacht.

63 Hier rust: Andries En& oan Swieten ; le Luitenant Inf. over]. 8 Juli 1899, aib S.S. ,,Imhoff” Hier rust : Hendricus Karsten ; in leven Gezagvoerder bij de K.P.M. geb. te Wilder- vank 7 Juli 1876; overl. 4.11.1917 a/b. S.S. ,.van Neck”. Namens het varend personeel der K.P.M. Hier rust: Hendrik Inn lansen ; Resident der Molukken ; geb. te Zwolle. 14.8.1892 over]. 18 Febr. 1942 te Amboina. Hier rust: G. F. van Duin ; ons innig geliefd Vadertje, Man, Zoon en Broer - Kap. Inf. - geb. te Rotterdam, 28.11.1895. overl. te Ambon 5.2.1938. Rust zacht Pappietje. Rust zacht Baas. In mooie en lieve herinnering van ons allen. Hier rust : lohan Theodoor Stroeve; Luit. der zee, Kon. Marine ; Explie Detach.t Nrd NW Guinea, geb. 25 Mei 1889 - gesn. 7 Sept. 1914 Hier rust: Dr H. D. von Meijenfeldt ; ass. Resident en tevens Fung. Burgemeester van Amboina; over]. 20 Maart 1942 (45 jaren) Hier rust: Johannes lacobus Mulder ; in leven Serg. Maj. Schrijver, geb. te Arnhem 30 Maart 1886: over]. Amboina 1.12.1918 (zijn kameraden) Rustplaats : Familie van Bochoven ; Tot wederziens mijn kinderen - Vader - Zijne kinderen - (In zeer goede staat). Hier rust: 1. F. Rofhmeijer ; mijn geliefde echtgenoot, in leven gepens. Gezaghebber Gouv. Marine ; geb. Rotterdam 7 Maart 1870; overl. 15 Mei 1927. Zijne Vrouw. Hier rust: lacob Vreeken ; mijn echtgenoot: geb. te Numansdorp 28 Nov. 1885, over]. te Ambon 22 April 1925. Hier rust: Simon Brak ; onze dierbare echtgenoot en vader; in leven : Hoofd Politie- opziener bij de Alg. Pol. te Ambonia. geb. te Rustenburg 23 Nov. 1869 ; over]. 19 Maart 1928. Hier rust : W. C. Neijs; le Luit. der Inf. geb. 1 Dec. 1883 : overl. te Jahidian (West NW Guinea) 2 Juni 1914. Hier rust: W. de Haan; geb. 19.5.1900. te Amsterdam; overl. 6.1.1949 te Ambon. A.C.O.I. alg. S.V. no 83215 (zwart geschilderd op een wit houten kruis, waarvan het dwarshout op de grond was gevallen.)

Hier rust : Wigle Smit ; geb. te Meppel 18 Juli 1889 ; over]. 29.4.1921. Ambon ; Gr- i neesheer bij de B.P.M. te Boela. (grafzerk in zeven stukken gebroken, los liggend op het graf.) Hier rust: P. H. Van der Hoorn ; in leven Hoofd der 8e School ; geb. 28 Oct. 1861 ; overl. 25 Nov. 1923. Hier rust : Mathieu Engels ; geb. 26 Juli 1877 te Helden (Limburg) over]. 1 Jan. 1950 te Amboina. A. A. Engels-Ramsche ; geb. 24.4.1894 ; overl. 23 Mei 1945. onze lieve 1. Nellie Engels ; geb. 10 April 1926 ; overl. 23 Jan. 1933.

Hier rust : (/a)cobus Ernestus Nicolaas Bresler ; in leven Hoofd-Machinist der Kon. Paketvaart Mij. geb. 26 Oct. 1892 te ‘~Gravenhage; overl. 21.4.1924 Ambon. Zijn Vrienden en Collegas

Hier rust: Benjamin Morbeck ; in leven 3e Machinist Gouv. ‘Marine ; geb. te Pasoe- roean 3.1.1898 - omgekomen bij de ramp van het S.S. ,.Valk” te Ambon, 17 Febr. 1918. (de scherven van de zerk kon ik nog van rondom bij- eenzoeken en met zekerheid dit opschrift samenstellen).

Hier rust : F. C. C. van Arf ; geb. 25 Jan. 1791 ; overl. 29 Febr. 1836

64 Hier rust : A. M. C. P. van Koetsveld; geb. 1 Jan. 1830 ; overl. 29 Juni 1866 ; en hare echtgenoot H. E. Hoedt, geb. 2.2.1826 ; overl. 19 Oct. 1875. Hier rust : Theodora de long ; echtgenote van Godfried Hoedt ; geb. 25 Maart 1809 ; overl. 29 Jan. 1835. Hier rust : 1. 1. Geerenbeek; over]. 22 Juli 1843. Hier rust : 0. Coeijmans ; over]. 1832. Hier rust: T. E. S. van Kempen, geb. van der Woude, geb. 25 Oct. 1887 : overl. 27 Dec. 1924 Hier rust : E. M. D. Mulder, geb. De Gunsf ; over]. Amboina 1 Jan. 1931 Hier rust : A. A. Lammers ; onze geliefde echtgenoot en vader ; overl. 29.8.1897 (moest de twee stukken in de buurt van het graf opzoeken, om zodoende de zerk weer tot een geheel te vormen.)

Hier rust: Hendrik Karel Christiaan lansen; onze lieve vader geb. 3 Nov. 1826; overl.. 3.11.1871. Hier rust: A. L. F. Jansen ; geb. 18 Dec. 1850 te Amboina. Hier rust : W. G. Haijer : onze geliefde Vader ; geb. 1 Febr. 1846 ; overl. 15.12.1886. Hier rust : Johanna Geerfruida Hirsch ; echtgenote van Johan Frederik Eckhardt ; overl. 25 Nov. 1834; oud 44 jaren. Hier rust: Willem B. Wijnberg; onze gel. Vader; geb. 9/2/1860; overl. 13.10.1920 Hier rust : J. D. Arnorrld; Ridder v. d. Mil. Willemsorde - 1822 Hier rust : F. Z,. Lautenbach ; in leven Comm. der Schutterij Kajeli ; geb. 12.5.1822 ; overl. 14.9.1910. Hier rust : Theodorns Henri Canfer Visscher ; in leven le Werktuigkundige bij de Gouv. Marine ; geb. te Serang 2 Dec. 1870 ; overl. 18.6.1920. Hier rust: R. Manfinch; le Luitenant der Infanterie (Ned.) Gedet. b/d/Artilerie Ned. Indië ; Overl. 20 Juli 1886 Hier rust : ons aller Vriend Eoert van der Horst, Kanonier v .d. Artilerie ; geb. 18-9-15 te Ede, overl. te Ambon 18.2.1940 (biJna onleesbaar door ‘t mos.) Hier rust : Reinier Nelissen ; in leven Sergeant der Infanterie; geb. te Maastricht 28 Sept. 1822; overl. 9 Aug. 1862 Hier rust : Willem Botje : in leven Gezagvoerder ter Koopvaardij ; geb. te Hoogezand 2 Maart 1853; overl. 27 Nov. 1888 te Ambon. Hier rust : Willem Frederik van Heil; Arts Officier van gezondheid ; geb. te Amster- dam 6 Sept. 1863 overl. te Ambon 29 Oct. 1893.

1. H. van Westerloo ; overl. 28.9.1873. oud 44 jaren.

In memory : Edwin Overend Drewry ; Born Dec. 14th 1865, London. England. died May 4th 1920

lohn Gibson M.D. of Windsor N.S. Wales; born 17th Nov. 1856, died 5th May 1910. While on a voyage for his health Erected in loving Memory by his Wife and family.

Reuerend L. Kentish; over]. 4.5.1943

Deoin Ra/p Mifchell ; American Missionary ; 1898---1951 Faithful unto reath

Hier rust : 1. L. Rey; geb. 8 Mei 1849 te La Chaux de Fonds ; overl. te Ambon 8 April 1924

65 Hier rust : 0. E. 1. Pacch ; in 1 EVCII Adj. Onderoff. Conducteur le Kl. Art. geb. te Furstenwalde 17.12.1874 : ov. 3.10.1923 Ambon. Hier rust: mijn gel. man H. d. 1. van Polanen Pefel ; geb. Sockaboemi 18 Juli 1891. overl. 30 Sept. 1950 Hier rust: 0. F. H. Gassemeijer; Serg. der 12fanterie ; geb. te Erlangen 25.6.1879 overl. 2.2.1915 te Amboina Vrouwe Catharina Johanna Dielwart ; echtg. van Johannes vhn der Eb. geb. 10 Mei 1798; overl. 25.1.1834

1. W. Kuijp; geb. 14 Nov. 1857 ; overl. 4 Maali :3!7 .w vier kinderen Toos Pröpper-Greitemann ; geb. te Amsterdam 2.4.1911 ; Overl. 16i2 4943 echtg. van Theo Pröpper.

Hier rust: Trijntje Zevering. geb. Buitenweg overl. 16.2.43. Hier rust : Adriaan van den Santhcuuel; geb. 30 Mei 1787 ; overl. 14.4.1827 Hier rust: Vrouwe Anna Carofina Treno. gehuwd geweest aan den Heer Jacob van Hasselt; daarna geliefde echtgenoot van den weled. gestrenge Heer Johan Hubertus lecobus Moorrees. Zij werd geboren 3 October 1778. overleden 10 Juni 1825. (end 46 jaren) Hier rust: Leonie Monnikendam. geb. Loze; 12 Nov. 1877 - 14 Oct. 1896 Hier rust : H. M. Eottcr. in leven Contr. der le Kl. geb. 3.8.1825 Tjanlor ; overl. 22.9.1895 Hier rust : Rrrdolf Otfo Franciscus Bi,r; geb. te Waai 22.4.1875 getroffen te Amahc op 27 Maart 1926 Hier rust : Hendrik Christiaan Fcy ; geb. den 20en July 1787 ; overl. 23 Jan. 1841 Hier rust : J. S. Schmidthamer. geb. Fey ; geb. 19.3.1811 ; overl. 2.2.1846 Hier rust : J. F. d. Klein, geb. o. d. Dungen Gronovius ; mijn geliefde echtgenote. geb. te Soerabaja 5 April 1875, overl. te Amboina 7 April 1903, en haar zoontje.

W. Heidte, overl. 26 Nov. 1896 Hier rust : d. v. d. Linden ; Directer S.T.O.V.I.L. oud 51 jaren ; over]. 13 April 1918 Hier rust : Hermine Orania Bredee, geb. Hagenaar ; geb. 11 Sept. 1863 Batavia over]. Ambon 2.2.1907 Hier rust : Carolina P. Gerrits ; geb. 16 Nov. 1857 ; overl. 8 Mei 1911 dnette den Hartog : geb. de Ceuninck van Capelle 6110/1890 ddriana Frederika van der Crab ; overl. Amboina 20 Juli 1868, oud 13 jaren.

Dr. C. F. d. Schneider, geb. 7.3.1821 ; overl. 20.8.1893 H. J. van Bilderbeek; geb. 1.3.1839; overl. 15.2.1870 Helena Catharina Eoodt, geb. Graafland ; geb. 3.10.1860 ; Ov. 3.2.1889 Van Caftenburg ; geb. 25 Maart; over]. 24.8.1856 (haast onleesbaar) Louis Godeftoy ; overl. 22-29 Mei 1857.

66 BOEKBESPREKING R. Gerard, Vlae oor Suid-Afrika. Uitg.: Pretoriase Tegniese Kollege (ook met Engelse tekst verkrijgbaar). Het Nederlandse rood-wit-blauw en oranje-blanje-bleu is zo rijkelijk 1n de Zuid- afrikaanse vlaggen vertegenwoordigd dat een studie van deze vlaggen (en wapens) voor de Nederlandse heraldiek van het grootste belang is. Wij moeten ook bewondering hebben voor de wijze waarop dit boek is uitgegeven. er zijn blijkb‘lar geen kosten aan gespaard, de gekleurde afbeeldingen zijn voortreffelijk en men heeft kennelijk een werk willen scheppen dat het laatste woord zou zijn op alle vragen betreffende de vlaggen die over Zuid-Afrika gewaaid hebben. Bij zo’n prachtige uitvoering, is de inhoud een beetje teleurstellend. Over de geschiedenis van die vlaggen, waarom en hoe ze aangenomen werden. de historische lijn die er doorheen loopt, wordt practisch niets gezegd. Soms worden de bronnen aangegeven, soms ook niet. De vlag van de Republiek Natalia is afgebeeld als rood-wit-bluuw waarbij de rode en blauwe banen elkaar hij de stok raken en het wit, uitgaande van de andere zijde, er als een punt inloopt. Slaat men de bronvermelding op (Natal Papers, dl. 11). dan wordt daar gezegd dat de betrokken Boeren de Hollandse vlag aannamen, doch met de kleuren ..lransuerscly irlsfcad of horizontal[y” m.a.w. de Franse vlag in omgekeerde richting. Hetzelfde beweren overigens Holden in zijn .,History of the Colony of Natal” en Mans&t in ,.De Betrekkingen tusschen Nederland en Zuid-Afrika”. Komen wij bij de Nederlandse vlaggen, dan vinden wij daar de vlag van de Republiek als het wapen van het Koninkrijk der Nederlanden ml. blauw bezaaid met gouden blokken en de gekroonde gouden leeuw met zw;urd en pijlen, terwijl de Statenleeuw óf goud op rood. óf rood op goud gcvocrd werd. De vlag zoals hij wordt afgebeeld komt echter wel voor op ‘n memorie, in 1842 door de President en Leden van de Volksraad aan Koning Willem 111 gericht. Het is jammer dat de schrijver deze werkelijke bron niet vcrmrltl. O*T! geen vlag ter wereld is meer gepubliceerd dan de Nederlandse en het doet daarom wcl vreemd aan als bron voor de Nederlandse vlaggen geciteerd te vinden A’lorticr’s 1x Pavillon Francois, Parijs 1693 en 1700 ! Voor het prinsdom Oranje vinden we twcr wapens, het ene met de hoorn, het andere een gouden leeuw op een blauw veld. Het enige wapen dat hier in aanmerking komt is natuurlijk dat met de hoorn omdat het altijd, nog heden ten dage, deel uitmaakte van het wapen Oranje-Nassau. Wanneer de schrijver voorts van dertigjarige oorlog spreekt, bedoelt hij natuurlijk de tachtig-jarige. Doch het zou niet fair zijn alleen op de fouten van het boek te wijzen, ook al h,ldden deze fouten zo gemakkelijk vermeden kunnen worden. De waarde “‘UI het boek schuilt voor ons voornamelijk in de vlaggen der kleine Boeren-rrpublieken zoals Lijdenburg. Swellendam, Gosen e.d. Op dit gebied heeft de heer Gerard plonierswrrk verricht en moeten wij hem ddnkbaar zijn voor deze verrijking van onze kennis over de uitbreiding van de Hollandse vlag, in diverse vormen. in wat toen nog de binnenlanden van Af- rika waren. C. PAMA.

Uitman, G. J., Wat zeggen onze aardrijkskundige namen 7 142 p.; f. 6.90; Assen, 1954. In het ,,Woord vwraf” zegt de schrijver, die al een boekje op het gebied van de persoonsnaamkunde op zijn naam heeft staan --- ,.Hoe komen wij aan onze namen”, 1941 - dat er dikwijls een zeer nauw verband is tussen geslachts- en plaatsnamen en dat dus bij de verklaring van een van beide soorten de andere veelal licht kan verschaffen. Dat is ontegenzeggelijk zeer waar. Het zou dus een grote verdienste van de Heet Uifman geweest zijn, als zijn boek meer licht geworpen had op dat verband. Dit te meer omdat juist de z.g. geografische namen in de Nederlandse familienamen een ZE~T grote, zo niet de grootste groep vormen. Helaas zeggen onze aardrijkskundige namen. via de pen van de Heer Uitman niet zo heel veel, soms zelfs zeggen ze onwaarheid en dikwijls onbegrijpelijke taal: een gevolg van niet goed begrepen of verwerkte stof uit wetenschappelijke geschriften. Slechts één voorbeeld. Op blz. 24 zegt schrijver dat Leersum gekomen is via Leershem, Laarshelm, waarschijnlijk van Lharasheim (sic ! mort natuurlijk zijn Hlaras- hei”), d.i. tempelhut, de woning van de godin der wijsheid. Ditzelfde ,.lara” wil men dan in plaatsnamen als Laren, Laarhoven, Leerbroek verscholen zien. Het 1s onnodlg op het onjuiste hiervan in te gaan, wij volstaan met te wijzen op de plaatsen waar schrijver ren juistere verklaring van ,l;rnr” grcft n.1. die samenhangendc met dc ter-

67 reinagesteldhcid of het bodemgebruik. Maar als schrijver bij zijn verklaring van Leersum opgeeft dat hij geen betrouwbaarder literatuur over het toponiem kent dan de ,Gids voo1 Leersum’ lijkt ons dat wel bedenkelijk. Gelukkig echter is wetenschap schrijvers bedoeling ook niet geweest, want, ..het (boek) heeft geen andere pretentie dan de lezer een samenvattend inzicht te verschaffen in de uitkomsten, die het wetenschappelijk onderzoek van onze plaatsnamen heeft opgeleverd.” Evenwel is ook hierin de schrijver niet bijzonder geslaagd. Ongeveer de helft van het boek behandelt de plaatsnamen in een meer algemeen verband. vervolgens worden de namen naar de provincies en streken van Nederland verklaard en tenslotte worden in de laatste drie hoofdstukken: enkele bijzondere of merkwaardige plaatsnamen, Nederlandse plaatsnamen in het buitenland en Indonesië en het Moederland onder de loupe genomen. In het laatst genoemde hoofdstuk toont de schrijver meer belangstelling te hebben voor de etymologieën van Betuwe, Veluwe en Batavia dan voor de Indonesisch-Nederlandse toponymie. Behalve het register van de behandelde plaatsnamen is er ook een opgenomen van genoemde geslxhtsnamen. Voor dc lezers v;ln dit maandblad k& het register misschien \vel vim nut zijn. Ch. H. EERSEL.

MEDEDELING VAN DE REDACTIE Dit derde nummer van ons orgaan brengt ons in de reeks kwartierstaten van bekende Nederlanders, de vooroudertabel van de stichter van één van de grootste cultuurmaatschappijen in het voormalige Nederland- sche Indië, de Besoeki Tabak Mij., welker aandelen in de Beurshandel te Amsterdam nog steeds een voorname plaats innemen. Wij wekken onze lezers op om hun eigen of anderer wapen in beeld te doen vastleggen. Voor f 6,50 per wapen wordt men tevens eigenaar van het cliché, dat na afdrukken aan de inzenders wordt toegezonden. Behalve een duidelijke wapenbeschrijving of schets met kleur aanduiding, dient tevens vermeld te worden : naam van het geslacht, met plaats(en) van herkomst. Toezending, met bronvermelding, aan de Redactie terwijl betaling aan de Penningmeester dient te geschieden. Indien 25 wapens bijeen zijn, kan een nieuwe kaart verschijnen.

. DE DOCUMENTATIEDIENST

Dank zij de ijverige hulp van Mevr. Graventl~a/ kunnen de leden die knipsels ter inzage willen ontvangen, beginnende met de letter H. deze thans aanvragen. Mevr. Graczendaal heeft hiervan -t 30000 op naam gesorteerd. Thans heeft zij onderhanden de knipsels van de letter G. De Heer Pos heeft ‘t voorbeeld gevolgd en is bezig om ‘alles van de letter P uit tezoeken. Binnenkort dus zijn deze ter beschikking. De leden worden vriendelijk verzocht alléén aan te vragen hetgeen vermeld is

68 VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, die met zijn onderzoek is vastgelopen, dan wel diegenen, die met andere personen verbinding zoeken op genealogisch en heraldisch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra, Post- bus 976, AmsterdamC. Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden.

CXII FIELITZ, (VON). In het begraafboek van Giistrow in Meckalenburg bevindt zich de volgende aantekening : ..+ 30.10., beerdigt 1.11.1791 die Tochter eines durchreisenden Fremdelings. des Her ,.Lieutenant Ficlifz in Holländischen Diensten Maria Lonisa 7% Jahre alt, an den .,Blattern.” Vraag : Wie was deze luitenant Fielifz, zijn voorna(a doop, ouders en grootouders met eventueel verder voorgeslacht ? Het krijgsgeschiedkundig archief te ‘s Gravenhage bleef na een minutieus onderzoek, zowel ter plaatse als op het Alg. Rijksarchief het antwoord schuldig. Hoe is het te verklaren, dat noch zijn naam wordt aangetroffen in de officiersboekjes, noch in de commissieboeken ? Wel werd gevonden een officier Ernst Chrisfiaan van Fielifz die in 1711 sergeant- majoor was, toenmaals een hoofdofficiersrang, in het Regiment Dragonders van G. von Schmeffau (Brandenburg-Anspacher-truppen). Deze kan echter niet de gezochte luitenant Fielifz zijn uit het jaar 1791. Mogelijk zijn grootvader of overgrootvader 1 Dr. KITS NIEUWENKAMP. Doorn, ,,De Nyencamp”.

CXIII COUWENHOVEN. Aanvullingen gezocht op onderstaande fragmenten. A. Engebrecht Couwenhoven, geb. Maassluis omstreeks 1668, poorter van Amster- dan 21 Dec. 1700, commandeur (op een walvisvaarder), begr. Amsterdam 17 Febr. 1724. tr. le Monster 20 April Martijnfje Dijkshoorn, ged. Vlaardingen 30 Maart 1671, begr. ald. Dec. 1695. dr van Willem Piefersz en Trijntje Suyfhoorn, tr. Ze Zaandijk 4 April 1700 Cafharina Goossens van Marum, geb. *t dr van en wede van [an Elderfsz Vlielanf, in leven kousenkoper te Amsterdam, tr. 3e Amsterdam (N.K.) 4 Febr. 1721 Maria de longh, geb...... *t , dr van en wede van Dirck Koek. Nakomelingen ? B. Marcelis Piefersr. Couwenhooen, geb. Maassluis omstreeks 1665, .t tr. Buiksloot 8 Jan. 1696 Annefje Rob, geb. t Buiksloot 29 Aug., begr. ald. 4 Sept. 1764, dr van Barend en Uit dit huwelijk : 1. Pieter Coumenhouen, geb. 13 Maart 1697, kapitein ter koopvaardij, daarna schepen van Schellingwoude en Buiksloot, t Buiksloot 17 Jan. 1760, tr. le ald. 15 Oct. 1730 Agafha (Aagje) Bosman, geb. 2 Sept. 1705, t Buiksloot 10 Jan. 1754, dr van tr. 2e (ondertr. Buiksloot 15 April) 1755 Maria Kooy, geb. ald. t Amsterdam ? dr van lacob en Neeltje de Boer en wede van Gerrit Cadoctc. 2. Barend Couwenhoven, ged. Maassluis 5 April 1699. 3. Alderf Courvenhoven, leeft nog 18 April 1772. 4. Marcelis Couwenhoven, over]. vóór 17 Maart 1758. 5. Aalfje Couwenhooen, begr. Buiksloot 12 Nov. 1770. 6. Annefje Couwenhoven, geb. , over]. tr. le Nieuwendam Sept. 1733 Willem Meetman, geb t zn. van tr. 2e Willem van Rijnschoten, geb. etc.?

69 7. Sijtje Couwenhoven, geb. > overl. tr. le (ondertr. Buiksloot 18 Juli) 1759 loost Siuyuer, geb. t , zn van tr. Ze Walter de Vries, geb. etc. 1 -- 8. Hessel Couwenhoven, t vóór 26 Oct. 1764. tr. Rotterdam Maart 1749 Maria van Gunsferen. ged. ald. 8 Oct. 1715, f dr van Gosen$in en Martine Looijs. Uit dit huwelijk : 1. Celis Pietersz Couwenhouen. ged. Rotterdam 5 Oct. 1751. D. VAN BAALEN, Goudreinetstraat 107, ‘s-Gravenhage.

CXIV VAN EGMOND. Gevraagd gegevens betr. het voor g es 1 a c h t van : Adrianus uan Egmond(t), in 1760 vertrokken van Schagen naar Hoorn, trouwt te Hoorn 25 Mei 1764 Christina lohanna de Krai Ide Kraaiil van Rotterdam. Uit dit I I “, huwelijk werd om. geboren : Christiaan van Egmond, geb. te Hoorn in 1773, overl. te Egmond 11 Febr. 1836, oehuwd met : le. Hermina Molenbelt. Ze. Triinfie van Groninaen. aeb. te Eamond in Ï780, overl. aldaar 24 Febr. 1837, dochter van Anfhonie van Groni$en en gllegonda Planteydt. Chrisfiaan van Egmond was burgemeester van Egmond en rentmeester van de Eg- mondse goederen, waarvan eigenaresse was mevr. Finne geb. van Egmond. S. D. KUIJPERS, Eschdoornlaan 50, Wormerveer.

CXV SOUDAAN lacob Soudaen, ged. Naarden 13 Mei 1668, tr. te Naarden 8 Juni 1698 [acoba Hout- ruijck, ged. te Naarden 24 Nov. 1680, dr. van Maarten Lambertsr Houtwijck. burgemeester van Naarden en Elsje Backer, j.d. van Kampen. Gevraagd : wie waren de ouders van Elsje Backer, hare geboortedatum en plaats. Zo mogelijk verdere gegevens. W. H. KOOMANS, Huize ,,Wildhoef”, Bloemendaal. CXVI 1. Anna Margrita Schupmans is 5.5.1765 te Zwolle gehuwd met Jan Greuenstuk. Zij was naar Zwolle gekomen op St. Michael 1764 met attestatie van Hoorn (Lid- matenregister Geref. Gemeente Zwolle). Haar doop is te Hoorn niet gevonden. Waar kwam zij vandaan? 2. lantie Siebes van Eisinga. ged. Stiens 1.5.1774, gehuwd te Dronrijp 22.11.1795 met Ds Palus Matthias Kesler. Kesler overleed te Nijega (Hemelumer Oldephaert) 17.121824. Zijn vrouw is vermoedelijk later elders overleden. Waar 1 : 3. Albarfina Hofkamp. overleed te Bolsward 8.10.1772. blijkens haar grafschrift oud: 44 jaar, 6 maanden, 4 dagen. / Waar werd zij geboren 7 l Waar is zij gehuwd met Ds lan Adam Keslcr, geb. Doesburg 1738, overl. Bolsward 1802 ? 4. Petronella Berviel is te Goes 6.5.1765 gehuwd (R.K.) met Joannes de Wiffe. Waar kwam zij vandaan 1 Waar komt de naam Berviel voor? 5. In mijn kwartierstaat komt voor de naam Lechleiner (Oostenrijk), 18de en 17de eeuw). In Nederland bestaan takken van de familie Lechleiner. Bevat uw kaart- systeem hierover gegevens 7 L. C. J. M. KNITEL. Prins Frederiklaan ll. Breda.

CXVII GOTTFRIED VON GOSTORFF (GOISTOFF. GUSTORF). x Jiichen urn 1600 ; evgl. ref.; t J,iichen 2.5.1669 ; war 1624 ,.ausländisch”, d.h. von Jiichen abwesend; heiratet 1635 in Venlo; 1640 Vogt zu Rheydt ; später .,Auditeur unter der Furstin zu Hessen”, also wohl hei den hessischen Truppen, die die Gebiete urn Rheydt besetzt hielten ; nach dem 30 jährigen Krieg in Jiichen ansässig ; seit 1650 dort mehrfach Altester der ref. Gemeinde ; oo Venlo JanuariFebruar 1635.

70 ANNA RAEDTS (RAETS). x ...... ; t (Jiichen zw. 1683--1692 ? Sterbereg. JBchen fehlen). Tochter von Geert Raets (Raedtsl, x ...... : + Venlo 26.11.1631 an der Pest. und Margret Rayen, x ._,...... ; t (Venlo ?) 9.10.1635. (Diese Daten entstammen iiberlieferten Familienpapieren). 1668 verpfändet Gottfried von Gostorf ..aereide und unaereide Giiter, sie seien zu Venlo oder-anderswo” & ein Darlehen der ref. Gemeinde. Äm 31. Mai 1727 verkaufen Seine Erben (Enkel !) zwei Häuser m Venlo sus der Erbschaft seiner Frau. Ich bitte urn Auskunft : 1.) Von wann bis wann ungefähr hat Gottfried von Gostorf in Venlo gelebt 1 2.) Welchen Beruf hat Gotffried von Gosforff in Venlo ausgeübt (Sladschreiber. Ge- richtsschreiber ? 1 ?) 3.) Gibt es Belege f,ür das genaue Heiratsdatum von Gotffricd von Gosforff oo Anna Raedts ? 4.) Können Mitteilungen über die Eltern und gegebenfalls auch weitere Vorfahren des Geert Raedts und der Margref Rayen gemacht werden? FRIEDRICH-WEIMAR STEINFARTZ. Neuss am Rhein, Fontanestrasse 11

De administrateur der verzending van Gens Nostra deelt mede, dat nieuwe banden voor de jaargang 1955 en voor vroegere jaargangen thans bij hem besteld kunnen worden. De levering zal plaats vinden in de maand April a.s. D e prijzen zijn voor banden van 1955 f 1.75, voor oudere jaargangen f 2.00 per stuk. Men wordt verzocht eecst dan te gireren, nadat banden en rekening ontvangen zijn. JAN HAGOORT.

Wij melden de geboorte, op 31 januari 1956 te Utrecht van THEODORE HONORE ETIENNE, zoon van de Heer en mevrouw Bernard-Visser.

En op 4 februari 1956 te Maarssen, van IRMA, dochter van de Heer en Mevrouw Noltes-Scholten.

Op woensdag, 8 februari 1956 traden te Zeist in het huwelijk de Heer CHARLES J. J. LE MIRE en Mejuffrouw GER PENNIN. Aan allen onze hartelijke gelukwensen. W. R.

Onder aanbieding van onze verontschuldigingen voor een onbegrijpelijke vergissing van de

71 AANVULLINGEN EN WIJZIGINGEN OP DE LEDENLIJST

Nieuwe leden : 1606 Tweel, T. van der, Busken Huetlaan 5, Bussum. 1607 Bootsman-Bochoven, mevr. W., Linschotenstraat 69, Haarlem. 1608 Horsman, W. N., Linschotenstraat 69, Haarlem. 1609 Wildernis, M. van, Zaagmolenstraat 79 bov., Rotterdam-N. 1610 Kok, P. H., Beethovenstraat 83 hs., Amsterdam-Z. 1. 1611 Yssenagger, L., Bosboom Toussaintstraat 13 IV, Amsterdam-W. 1. 1612 Raay, C. J. H. van, Thymstraat 26, Nijmegen. 1613 Haan, Mr. J. A. de, Merwedestraat 4 bis, Utrecht. 1614 Welsenis. Jac. van, Heiman Dullaertplein 34 A, Rotterdam-W. 1. 1615 Vuure, E. van, Joh. Vermeerstraat 34, Amsterdam-Z. 1616 Ree, W. van, Van Everdingenstraat 13, Alkmaar. 1617 Bosma. G. J., Corverlaan 2, Bussum. 1618 Schouten, A., Rozenlaan 23, Vlaardingen. 1619 Rossem, Mr. F. van, Parkstraat 5, Rotterdam. 1620 Schreuder, W. H. E., G. Bartholomeuslaan 10, Overveen. 1621 Beneker, G., Geerkensstraat 26a, Rotterdam-W. 2. 1622 Grolle, J. H. A., Sophialaan ll. Baarn. 1623 Hoevers, H. J., lste Atjehstraat 50-111, Amsterdam-0. 1624 Ackema, K. P., Nassaulaan 25, Alkmaar. 1625 Groskamp, H., Coornhertstraat 3. Haarlem. 1626 Weide, Jac. van der, Mijnsherenlaan 231 c, Rotterdam. 1627 Daan, M. E., Kerklaan 37, Heiloo. 1628 Roben, L., Johan de Wittlaan 10, Arnhem. 1629 Rooij, E. J. van, Spangesekade 95 b, Rotterdam-W. 1630 Simons, Mr. C. H. F., Raaweg 3. Loosdrecht. 1631 Kusters, Th.. Dir. Boekbinderij Kusters, Duivendrecht. 1632 Bolt, H., Stationsweg 34, Appingedam. 1633 Maas Geesteranus, Mr. H. G. J., Château de Fourolles, St. Aubin-Châteauneuf (Yonne) Frame. 1634 Uffelie. Prof. Dr. 0. F., Lessinglaan 88, Utrecht. 1635 Nijs, J. A. de. Spreeuwenpark 1-1, Amsterdam-N. 1636 Boer van der Ley. J. G. de, Wagenweg 220, Haarlem. 1637 Rugters, Dr. G. A. W.. Bakenbergseweg 137, Arnhem. 244 Lelyveld van Cingelshouck, W. van, Utrechtse straatweg 425, Doorwerth. 1277 Ruiter Jr.. W. M. de, tandarts, Voorburgseweg 23, Leidschendam.

Adreswijzigingen : 1357 Maessen, W. H. van, van : Singel 139 B, Schiedam, naar : p/a Mevr. de Jager, Churchill-laan 248, Amsterdam-Zuid. 312 Heurn. Jhr. N. C. van, van : Leidsegracht 46, AmsterdamC naar : Leidsegracht 54, AmsterdamC. 892 Hamoen, C., van : Prinsenstraat 83, Bodegraven, naar : Burgemeester G. R. Vonklaan 20, Bodegraven. 153 Waal. Dr. J. de. Barchemseweg 73, Lochem naar : Hotel ,,De Luchte”, Zutfenseweg 91, Lochem. 1208 Koelemey, P. H., Oude Arnhemseweg 22, Ede (nieuw) (komt van: Grotestraat 147. Ede). 1478 Nispen. C. A. 1. L. van, van: St. Bernardusstraat 21. Hoeven naar: Markt 23, Standaardbuiten. 283 Rest, Ir. A. J. J. van der, van : Gevaertsweg 12, Dordrecht, naar : Onderneming Tanah Besih, Tebing Tinggi, (Sumatra, Indonesia). 1593 Cornellissen, J. W. P., van : Kerkstraat 2. Coevorden, naar : Churchill-laan 55 hs.. Amsterdam-Z. 52 Fransen, Drs. G.. van Heldringstraat 2, Zetten, naar : De Savornin Lohmanlaan 5. Amstelveen. 1006 Paauw, J. A. de, van : Amstelveenseweg 85-11, Amsterdam-Z. naar : Frans Naerebouthof 36 hs., Amsterdam-W. 11. 471 Staal, F. B., van : Postbox 133, East London, naar: Dolphin Hotel, Nahoon, East Londen. Suid Afrika. 1508 Pols. C. P., van : Slotstraat 176, Dreischor, naar : Slotstraat ll. Dreischor

72 ,,ONS GESLACHT” MAANDBLAD DER NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING GOEDOEfiEURD BIJ waN,NKLIJK q ESL. “AN 18 A”OUST”S 1949. NO. LIJ

JAARGANG 11

Redacteur : W. D. H. Rosier, Postbus 976, Amsterdam. Administrateur van de Contact- afdeling : C. Roodenburg, Van Eedenstraat 9. Haarlem. Administrateur der verzending van het Maandblad: Jan Hagoort, Kloosterstraat 11, Naarden. Secretariaat der N.G.V.: Postbus 976, Amsterdam. Contributie minimum fl. lO.- te storten op Girorekening No. 547064 ten name van de Penningmeester der N.G.V. te HAARLEM.

HET GESLACHT HAMERSLAG IN NIJMEGEN (1620 - HEDEN) door J. W. J HALLO INLEIDING. Alle hierna volgende gegevens zijn, voor zover niet anders vermeld, ontleend aan het Oud-Archief Nijmegen. Tot nu toe werd dit geslacht slechts terloops vermeld in publicaties over andere geslachten. Alhoewel naar de grootst mogelijke volledigheid werd gestreefd, zijn onvolkomenheden uiteraard niet uitgesloten. Schrijver dezes houdt zich dan ook gaarne voor eventuele aanvullingen of correcties aanbevolen.

DIVERSE GEGEVENS : a. Van de oudste Hamerslag in Nijmegen, Herman Hamerslag (II), is toevalligerwijze nogal veel bekend. In het archief van de Luthersche Kerk bevindt zich namelijk een brief uit het najaar van 1662, (gepubliceerd in de Maandelijkse Mededelingen uit de Evangelisch-Luther- sche gemeente te Nijmegen 23e jaargang nr. 6 (1 October 1931). In deze brief beschrijft hij zijn reis via Tiel, Bommel, Gorkum, Dordrecht, Rotterdam en Overschie naar Delft, alwaar. hij bij de Kamer der Oost-Indische Compagnie moest gaan vernemen, wat zijn zoon, Henrijck, die in Batavia was overleden, had nagelaten. Daarna reisde hij via Leidschendam naar Amsterdam om dit te innen. De na- lating bedroeg 44 gl. 9 st. Hoewel de reis in het najaar van 1662 plaats vond, was de reis waarschijnlijk warm en ver, want het relaas, tevens vermeldende al zijn uitgaven, bevat vele biertjes. Voor ons is van meer belang dat hij in Rotterdam zijn zoon Jan bezocht, in Amsterdam zijn intrek nam bij zijn zoon Leendert, die kinderen had en zijn zuster Machteld zag. Van- daar reisde hij terug over Utrecht, Houten, Beuzichem, Zoelmond, Buren, Tiel, Leeuwen, Druten en Winssen.

73 b. Onze Ilerrur~n ontving in 164s bij de Vrede van Munster tweemaal cen bedrag voor geleverde pekkransen (van Schevichaven Penschetsen 11 hldz. 45). c. Aan de drinkbeker van het schippersgilde vinden we twee zilveren schildjes, het ene van L;7;77crt tfamcrslag Out Meester van 1708 en het andere van ];~n f~arllcrslag Out Meester in der ‘Tyt van 17 17. Hierna zl,n zij vermeid onder IV B en IV. Zij zijn neven en het merkwaardige is dat zij hetzelfde huismerk gebruiken. Dit huismerk is hiermee dus blijkbaar een familic- teken geworden. Aan de andere kant van de schildjes een wapen, bevattende o.a. twee naar boven stekende gebogen armen, elk met een hamer, hetgeen wel met de naam en vermoedelijk tevens met een of ander beroep zal samenhangen. Voorts zijn voor dit geslacht van belang de navolgende akten : een akte van 26 April 1724 voor twee schepenen waarbij Abr;~I~,jrrj Schecrs voor zich en als boedelhouder van zijn overleden huisvrouw iel,fria Harncrsla~h een huis verkoopt voor 382 gulden aan de ge- mcensman ];ln ZI:7mcrs/agh cn Marit 0rcr1.s. Dit huis lag naast het Onze Lieve Vrouwc Gasje en is dus of het tegenwoordig nog bestaande Bezienershuis of lag aan de andere zijd-5 van het trapstraatje. Daar er in die tijd twee Maria’s Zfar77crslagh voorkomen, (111. C. 2 en 111. 3 1, ZOLI verwisseling mogelijk zijn, doch uit het huwelijk in 171 i blijkt wel uit de aanwezigheid van de getuige Anneke L3r~rgcrr7ccstcr dat het hier 111. C. 2 betreft, omdat deze laatste twee vrouwen schnon- zusters zijn. Overigens is het aardig op te merken dat in 17 10 reeds een Scheer: in de familie kwam, namelijk toen Anna Borgcmecstcrs als weduwe van Hendrik ffar77crslng met ]acol~us Sc,hccrs huwde (IV. A). een akte van 26 April 1760 eveneens een akte van transport voor twee schepenen, waarbij als verkopers optreden de erven van de gemeensman \an Har,~crslagh en Maria Orink, in leven echtelieden. Deze erven zijn de volgende kinderen : de Meester Tinnegieter ]an Hamer- la;~h en Cathorinn Adelbroek echtelieden ; de vaandrigh Atfrian7i.s Harr7erslagh. zijnde ongehuwd ; de Meester Bakker ffermanus Ifaruer- slag/7 en Alhcrta ~;an clcr Heltlcn, echtelieden en laatsteluk de Meester Suikerbakker Bcr~jarnin ffnrnc~rslagh en Antfrcs Johanna Ros echtc- lieden. (IV). een onderhandsc akte van 19 Ianuari 1764 geregistreerd 2 Februari 1764 (Protocol van volmachten 1762--1766), bevattende een overeenkomst van huwelijksvoorwaarden en een testament van de bruid. De aanstaande echtelieden zijn ]‘in Harucrsl,7g, weduwnaar van C:it- /7arina Acfelbrock ter eenre en de meerderjarige jonge dochter C;lth+ rinc T;~cX_cr7 ter andere zijde. De voorkinderen van de br~~iclegom waren Jan ; IIcr7tlrik ; Ifcrrnanus, Albcrtrls en Maria Johanna Hn- r77erslag (V) een onderhandse akte van 1 1 April 1771 geregistreerd 23 April 177 1, bevattende de inventaris met toescheiding aan de weduwnaar onder belofte de minderjarige kinderen in contanten uit te keren, waarvoor hypotheek wordt gegeven. Het betreft hier Mr. Bakker Hermanus Hamerslag (V. B), weduwnaar van Alberta van der Helden, uit dit huwelijk vier kinderen in leven gehouden hebbende namelijk : Maria Petronella ; ]a,n ; Willem en Nicolaas Hamerslag. Deze Hermanus is voornemens zich in een tweede echt te begeven. Voorts treden op de ,,meesteren Knopenmakeren” Jan van der Helden en Derk van der Helden en de Mr. tinnegieter Jan Hamerslag, grootvader, ooms en dienvolgens Bloedvoogden over gemelte vier minderjarige kinderen. Zeer vermakelijk is het slot dezer akte: ,,Met verdere belofte om voorz.e sijne vier minderjarige kinderen en tot haare mondige jaren of trouwdag, in kost, drank, klederen, en het verdere nodige te sullen onderhouden, voorts deselve te sullen laten leren lesen, schrijven, hun belijdenis van de waare gereformeerde Godsdienst, de zoons een eerlijk ambagt en de dogter stoppen, naaijen en breijen”. Bovendien zijn van belang : h het Raadsbesluit van 25 Februari 1728 waarbij de grootburger Jan Hamerslag ,,trafiguerende op de Riviere de Whaal” een nieuwe bur- gerbrief werd verleend. 1. twee koperen schildjes : het eerste van Hermanus Hamerslag, anno 1756 die gezien de erop staande figuurtjes bakker moet zijn geweest en het andere eveneens van een Hermanus Hamerslag anno 1782, waarvan echter het beroep niet is af te lezen. Wel vinden we hetzelfde huismerk als onder c. vermeld en nu een aambeeld met dezelfde armen en hamers als daar omschreven (V. B en VI). j. het kerkeboek van de St. Stevenskerk (archief der kerk), waarin staat dat op 21 November 1719 graf 317 werd verkocht aan de gemeensman Jan Hamerslag en zijn huisvrouw Alyda van Hasselt (IV). Aangevuld uit andere bronnen werden in dit graf begraven : 1. Alyda van Hasselt op 15 Juli 1723, eerste vroiw van_Jan Hamer- slag, nadat zij het vorige jaar op 12 Mei 1722 bij abuis was gezet in een graf van de weduwe van de Heer Ambtman Pieck. 2. de gemeensman Jan Hamerslag op 9 Juni 1744. 3. de vrouw van Jan Hamerslag genaamt Maria Oring op 29 Augustus 1759 (IV). 4. de huisvrouw van de bakker Hamerslag : Alberta van der Helden op 20 April 1770 (V. B). 5. de tweede huisvrouw van de bakker Hamerslag genaamd C. J. Morgenroot op 8 Juli 1772 (V. B.). 6. de vrouw van Jan Hamerslag in 1793 : dit moet zijn Catharina Tacken die is begraven 19 October 1792 (V). 7. Maria Petronella Hamerslag, huisvrouw van Jan Willem Andries- sen (wordt hier vermeld als Drissen of Dussen) op 6 September 1794 (V. B 2). k. Grafzerken Nijmegen van Muschart waarin de grafsteen voorkomt van Jan Hamerslag en Maria Orinck. 1. de fiches Gelderse huwelijken van Knipscheer (Centraal Bureau voor Genealogie te ‘s-Gravenhage), waaruit blijkt dat meerdere Hamer,, slagen in Gelderland zijn gehuwd dan in deze genealogie zijn opge-

75 nomen. Tot op heden is echter nog geen familieverhouding aan te tonen.

GENEALOGIE. Ook hier zijn alle gegevens tot 1810 (voor zover niet andec,s vermeld) te vinden in het Oud-Archief Nijmegen en wel in de doop-, trouwen begraafboeken der toenmaals genoemde Gereformeerde Kerk. 1. Hendrick. Deze naam is alleen bekend uit de naam van diens zoon (11), heeft als kinderen (volgorde onbekend) : 1. Herman Henrix Hamerslach, volgt 11. 2. Mechgelt, huwt te Amsterdam met Hendrik Markussen. 11. Herman Henrix Hamerslach (zie inleiding a. en b.), genaamd van Cfeeff, j.m. van Nijmegen, leeft nog 8-4-1666 (doopgetuige bij het kind van Helena Hamerslag en Daniel Sferk) tc. Nij- megen 27 Juli 1628 (afk. N. 13 Juli) Marifge Lenerds oan Asten, j.d. van Aken. Uit dit huwelijk : 1. Hendrik ged. N. 8 Maart 1631. 2. Lenhard ged. N. 10 Februari 1633 volgt 111. A. 3. Hendrik ged. N. 22 Maart 1635 volgt 111. B. 4. Jan, ged. N. 27 November 1636. 5. Abraham ged. N. 7 Januari 1638 volgt 111. C. 6. Herlekef ged. N. 4 Augustus 1639. 7. Jan ged. N. 3 Maart 1641 volgt 111. 8. Zsaac ged. N. 18 Juni 1643. 9. Rebecca tweeling met de vorige, leeft nog 2-3-1666 (doopgetuige bij 111 C 1). 10. Hilleken ged. N. 26 Maart 1645, tc. N. 28 Augustus 1664, (afk. N. 14 Augustus) Danief Sfet(c)k, j.m. van Rijns- berg ; zij hertrouwt als weduwe te N. 13 October 1688 (afk. N. 9 September) Jan van Oy. 111. A. Lenhard Hamerslach, kannecoopec, ged. N. 10 Februari 1633, tr. (afk. Amsterdam 28 Maart 1659 en te Naarden) Jacomina de Heer. Hij noemt zich dan Hamersfagh van Heslerfelf. Hij leeft nog 28-7-1678 (doopget. bij kind van zijn zuster Helena en Daniël Sferck). Zij leeft nog 12-1-1668 (doopget. bij 111. c. 2). 111. B. Hendrik Hamerslagh, ged. N. 22 Maart 1635, overleden te Batavia 1662. Zie a. 111. c. Abraham Hamerslach, ged. N. 7 Januari 1638, leeft nog 1 l- 3-1696 (doopgetuige bij IV. A. 1 ), tc. Arnhem 15 Mei 1665 (afk. N. 7 Mei, Arnhem 29 April) Anneke Gerrifs, j.d. van Arnhem, leeft nog 11-2-1681, doopget. bij kind van Helena Hamerslag en Daniël Sferck). Uit dit huwelijk : 1. Hendrik ged. N. 2 Maart 1666 volgt IV. A. 2. Maria ged. N. 12 Januari 1668, leeft nog 3-4-1718 (doopget. bij IV. B. 7) tc. N. 29 October 1713 (afk. N. 15 October Abraham Scheers. j.m., zie d.

76 3. Lambertje, ged. N. 17 October 1669. 4. Lambertus ged. N. 29 September 1671, (volgt IV. B.) 1V. A. Hendrik Hamerslag, ged. N. 2 Maart 1666, tr. Arnhem, 12 Mei 1695 (afk. N. 21 April, Arnhem 20 April) Anneken Burge- meesters, j.d. te Arnhem. Zij hertrouwt als weduwe N. 30 No- vember 1710 (afk. N. 16 November) Jacobus Scheers. Uit dit huwelijk : 1. Abraham, ged. N. 11 Maart 1696, 2. Pieter, ged. N. 29 Januari 1697. 3. Abraham, ged. N. 22 Mei 1698, 4. Anneken, ged. N. 6 December 1699, tr. N. 11 Mei 1727 (afk. N. 20 April) Gerardus van Zutphen uit ‘s-Graven- hage, 5. Hendrik, ged. N. 4 Januari 1702, kleermaker, 6. Derk, ged. N. 26 December 1703, 7. Sophia, ged. N. 25 Juli 1706, tr. Neerbosch. 4 Maart 1731 (afk. N. 18 Februari) Peter Martijn Marant. IV. B. Lambert Hamerslag, ged. N. 29 September 1671, schipper, (zie c). tr. N. 17 Juli 1697 (afk. N. 27 Juni) Anneken (An- derya) Tillemans, j.d. van N.: zij hertrouwt als weduwe N. 29 November 1722 (afk. N. 15 November) Zsaac Martin Al- ting, j.m. van Leeuwarden. Uit dit huwelijk : 1. Abram, ged. N. 5 Maart 1699, 2. Heiena, ged. N. 22 Mei 1701, 3. Telleman, ged. N. 29 Mei 1707, 4. Jan Willem, ged. N. 1 Mei 1709, 5. Anneken Helena, ged. N. 20 September 1711, 6. Joha,nna Margrita, ged. N. 4 Februari 1714, tr. Hees 17 Sep- tember 1752 (afk. N. 3 September) Hendrikus Horstmans ; zij hertrouwt als weduwe te Lent 24 Maart 1765 (afk. Lent 27 Februari) Reyn van Horst, j.m. te Lent ; deze laatste hertrouwt als weduwnaar te Lent 20 Mei 1782 (afk. Lent 2 Mei) Everdina Wiskamp, j.d. te Lent. 7. Hendrik, ged. N. 3 April 1718. 111. Jan, ged. N. 3 Maart 1641, tr. N. 10 December 1665 (afk. N. 26 November) Ariaantje Heijen ; zij leeftnog 2 April 1699 1699 (doopget. bij IV. 2). Zij hertrouwt als weduwe (afk. N. 16 Mei 1675), met Hendrik Brosaart, j.m. van N. Uit dit huwelijk : 1. Catelijn, ged. 1 Februari 1667, 2. Cafalina, ged. N. 1 November 1668, 3. Maria, ged. N. 8 Januari 1671, 4. Jan, ged. N. 21 April 1672, volgt IV. IV. Jan, ged. N. 21 April 1672, schipper en gemeensman sedert 1719, (zie c. d. e. h. j. en k.) wordt burger en is dus meerderjarig 9 Maart 1694, begraven te Nijmegen, 9 Juni 1744, tr. le. Niftrik 1697 (afk. N. 30 Mei) Aletta van Hasselt, begraven N. 12 Mei 1722. (Slot volgt)

77 HET POORTERBOEK VAN ROTTERDAM (vervolg) 2422. Hendrik van der Lee, 11, 11-2-1723, gbv. Oudewater. 2423. Daniel King, 11, 12-2-1723, gbv. Starling in Schotland. 2424. ]an Cornelisse de Pofh. 11, 13-2-1723, gbv. Dordregt. 2425. Sijmon Markus, 1, 15-2-1723, gbv. Amsterdam. 2ì26. Thomas Hooy, 1, 17-2-1723, gbv. Molenaersgraeff (aengenomen als burger en poorter deser stad, sullende den eed daertoe staende. door hem aan handen van de Heeren Burgemeesteren werden gedaen en affgeleijd nae den 1 Sept. 1730 als wanneer hij den ouderdom van veerthien jaeren sal hebben bereijckt en hem daer van behoorlijcke acte sal werden verleent). (De gemtlte Thomas Hoogh heeft op huijden den eed als borger en poorter deser stad Rotterdam aan handen van de Heeren Burgemeesteren afgelegd. Actum den 30 July 1732. present alle de Heeren Burgemeesteren. En is op zijne acte zulx mede genoteerd en door de secretaris van Nijevelt onderteykend). 2427. fan Gcesrcranus, 11, 22-2-1723, gbv. Gouda. 2ì28. Jacob Blommendal, 1, 23-2-1723, gbv. Leyden. 2429. Corrwlis Vlielander, 1, 25-2-1723, gbv. den Brie]. 2430. Hendrik Smifs, 1, 26-2-1723, gbv. Cleef. 2431. Andries Reijnoo, 1, 27-2-1723, gbv. de Leur gelegen in de Baronnije van Breda. 2432. Piefer Schonk, 1, 2-3-1723, gbv. ‘s Gravenhage. 2433. ]ohn Webb, 1, 6-3-1723, gbv. Londen. 2434. Jacob Wijnberye, 1, 10-3-1723, gbv. Dansik. 2435. Barenf Brouwer, 1. 10-3-1723, gbv. Aernhem. 2436. Anfonij van Znyen, 1, 17-3-1723, gbv. Uyttregt. 2-137. Abraham Verroen, 1, 18-3-1723, gbv. Schoonhoven. 2438. Lucas uan Duijnen, 1, 19-3-1723, gbv. onder den Ambagte van Cool. 2439. Coenraet Beuniyer, 1, 20-3-1723, gbv. Doesburg sen de Roer gelegen in Bran- derburaerland. 2440. ddrianus van Bindsberye, 1, 20-3-1723, gbv. Randwijk gelegen in Gelderland. 244 1. Tijffe Dircx, 11, 31-3-1723, gbv. Harlingen. 2442. Piefer Nuij, 1, 31-3-1723. gbv. Aernhem. 2443. Tacobus van der Beek, 1, 1-4-1723, gbv. Delft. 24ì4. Arnoldus Hecfor, 1, 3-4-1723, gbv. Delft. 2445. lacobus Nelemans, 11, 5-4-1723, gbv. Klundert. 2446. Jan van Leeuwen, 1, 5-4-1723, gbv. ‘s Gravenhage. 2447. Aelbert Belleman. 1, 8-4-1723, gbv. Wesel. 2448. Andries Canselaer, 1. 14-4-1723, gbv. Varckenswaert gelegen in de Meycrye van den Bos. 2449. Cafharina Moules, ionqedogter, 11, 15-4-1723, gbv. Amsterdam. 2450. Isaac Poumeau, 1, ‘16-4-1723, gbv. Bergerac gélegen in Vrankrijck. 2451. Daniel La Mude, 1, 16-4-1723, gbv. Monocrabeau gelegen in Vrankrijck. 2452. Daniel du Prat, 1, 16-4-1723, gbv. Nerac gelegen in Vrankrijck. 2453. Willem Willemse Kot 1, 16-4-1723, gbv. Alkmaer. 2454. Willem uan de Paverf, 1, 16-4-1723, gbv. Huijsberde gelegen in ‘t Land van Kleeff. 2455. Pieter Ouerschie, 1, 22-4-1723, gbv. Deleft. 2456. Jacobus Hoogstee, 1, 23-4-1723, gbv. Uttregt. 2457. Arfhibald Hamilfon, 1. 28-4-1723, gbv. Bothwel gelegen in Schotland. 2458. Harmanus Brinkman, 1, 30-4-1723, gbv. Amsterdam. 2459. Dirk van Leeuwen. 1, 30-4-1723, gbv. Diesen gelegen in de Meyerye van den B OS. 2460. Pieter Wijsho[~, 11, 3-5-1723, gbv. Swellem gelegen in ‘t Graeffschap Mark. 2461. Hendrik van Eijl, 1, 4-5-1723. gbv. Millinge gelegen in ‘t Kleeffsland. 2462. Piefer van der Plas, 11, 10-5-1723, gbv. Hulst. 2463. Hendrik Schoesfers, 1. 15-5-1723, gbv. Vlissingen. 2464. Gerrif Haegedoorn, 1. 15-5-1723, gbv. Almelo gelegen in Overijsel. 3465. lohannes Holsteijn, 11, 15-5-1723. gbv. Wesel. 2466. Abraham Nofeboom, 11, 18-5-1723. gbv. Lipstad in ‘t Brandenburgerland. 2467. Johannes Driebeek, 11, 19-5-1723, gbv Nimwegen. 2468. Jacob Hogerwerif. 111, 25-5-1723, gbv. den Brie1 (gratis als sijnde de lijfknegt van Heer Burgem. Schepers). 2469. Willem Swemmelaer, 1, 9-6-1723, gbv. Dusseldorp sen de Roer. 2470. Chrisfoffel van Daefselaer. 1, 5-6-1723, gbv. Twelle geelgen in Gelderland. 2471. Barenf Bennekis, 1. 2-7-1923, gbv. Nimwegen. 78 2472. Jean RigaU, 11, 3-7-1723, gbv. Montauban gelegen in ‘t Koninkrijck van Vrankrijck. 2473. Thomas Preston, 1, 15-7-1723, gbv. Tunstele in Lancaster gelegen in Engeland (1 Aug. 1766 op ordre van Burgem. aan de dogter een duplicaat gegeven). 2474. Anslow Bunrish, 1, 17-7-1723, gbv. Droitwich gelegen in Engeland. 2475. lsaak Hugoun, 11, 11, 24-7-1723, gbv. Waerd gelegen ontrent de Meycrye van den Vrankrijk. 2476. /Gerard Knapen, 11, 2-8-1723, gbv. Waerd gelegen ontrent de Meyerye van den Bosch. 2477. Cornelis Gijsen, 11, 6-8-1723, gbv. Leckerland. 2478. /ohannes Kraemwinckel, 1, 11-8-1723, gbv. Wesel. 2479. Francois Barovins, 1, 13-8-1723, gbv. Ameyde. 2480. Cornelis Stiel, 1, 14-8-1723, gbv. Christiaensant gelegen in Noorwegen. 2481. Dirk van der Eijde, 1, 16-8-1723, gbv. Ouwetonge. 2482. Laurens Spies, 1, 16-8-1723, gbv. Stolberch gelegen in ‘t Land van Gulick. 2483. Adriaen Brouwers, 11, 16-8-1723, gbv. de Hoeve gelegen onder ‘t Marquisaet van Bergen op Zoom. 2484. Elie Palairet, 1, 24-8-1723, gbv. Montauban gelegen in ‘t Koninkrijck van Vrankrijck. 2485. Petrus Leonardus lens, 1, 25-8-1723, gbv. Dordregt (aengenomen als burger en poorter deser stad, sullende den eed daertoe staende, door hem aen handen van de Heeren Burgemeesteren werden gedaen en afgelegd nae den 18 Aug. 1724 toekomende, als wanneer hij den ouderdom van vecrthien jaere sal hebben be- reyckt en hem daervan behoorlijcke acte zal werden verleent). 2486. ]ohannes van Engelen, 11, 26-8-1723, gbv. Delft. 2487. Dirk lasque, 1, 26-8-1723. gbv. Zeventer gelegen in Gelderland. 2488. Jacob Overschie, 1, 26-8-1723, gbv. Delft. 2489. Johannes van Beek, 11, 6-9-1723, gbv. Sellem gelegen in Munsterland. 2490. Jan Sijtregfop. 1, 13-9-1723, gbv. Monster. 2491. Gerard van Swaenscvijck, 11, 25-9-1723, gbv. Gorinchem. 2492. David Maillart, 1, 28-9-1723, gbv. Abbeville in Koninkrijck van Vranckrijck. 2493. , lacob Willemse Volgraft, 1, 28-9-1723, gbv. Dordregt. 2494. lnge lacobse van Krimpen, 1. 28-9-1723, gbv. Cappelle. 2495 Ian Vermeulen. 1, 29-9-1723, gbv. Dordregt. 2496 William Booth. 1, 1-10-1723, gbv. Depthford gelegen in Engeland (sullende van dit voorregt niet langer jouisseren als dat hij binnen dese stad is wonende). 2497. lohannes Helmich, 11. 4-10-1723, gbv. Emmerik. 2498. Dirk Kouts, 1, 4-10-1723, gbv. Keulen. 2499. Ian Spoor, 1, 8-10-1723, gbv. Termeij. 2500. Willem janse van Heijningc, 1, 8-10-1723, ghv. Oude Wetering. 2501. Engeltje Nieukerck, jongedogter, 1, 8-10-1723, gbv. Dorsten gelegen bij Wesel. 2502. Barber Blow, jongedogter, 1. 9-10-1723, gbv. Londen. 2503. Andries Wo&, 1, 11-10-1723, gbv. Cleeff. 2504. Adolph Hemken, 11, 12-10-1723. gbv. Farel gelegen in ‘t Grarffschap Oldenburgh. 2505. Michiel Johnson, 1, 15-10-1723. gbv. Sunderland gelegen in Engeland. 2506. Cornelis van Vliet, 1, 19-10-1723, gbv. den Brie!. 2507. ]ohannes van Duiken, 1, 21-10-1723, gbv. Delft. 2508. Willem Nieuwersloot, 111, 22-10-1723, gbv. Beverwijk (dono, is de lijfknegt van de Burgemeester Roosmalen). 2509. Hendrik Rauesfeyn, 1. 22-10-1723, gbv. Kuijck gelegen bij de stad Gaeff. 25:cI. Thomas Lloyd. 1, 27-10-1723, gbv. Colchester in Engeland (door affirmatie van met waere woorden in plaetse van eeden als Quakers gezind zijnde). 2511. lohannes van Tol, 1, 3-11-1723, gbv. ‘~Gravenhage. 2512. Gerrard van Brienen, 11, 3-11-1723, gbv. Rheenen. 2513. Iurrien Hooftman, 1, 4-11-1723, gbv. Selm gelegen in Munsterland. 2514. I?egardus Sondagh. 1. 4-11-1723, gbv. Erlickom gelegen in Gelderland. 2515. Laurens Dircx. 11, 5-11-1723. gbv. Zeevleck gelegen in ‘t Land van Cleeff. 2516. David Termeer, 11, 6-11-1723. gbv. ‘s Gravenhage. 2517. Sijmon des Pitaillier, 1, 8-11-1723, gbv. Lubaeij gelegen in Provance (dese zijn acte van het burger- en poorterregt is ingetrokken den . . . Nov. 1735). 2518. Willem Spiering, 11, 9-11-1723, gbv. Dordregt. 2519. Thomas Philips. 1, 12-11-1723, gbv. Londen. 2520. lan Tolenaer. 1, 12-11-1723. gbv. Zevenbergen. 2521. Abraham de longh, 1, 19-11-1723, gbv. Zirkzee. 2522. Abraham Huijsman, 1. 23-11-1723, gbv. Hillegersbergh. 79 2523. /an Louoef, 111, 24-11-1723, gbv. ‘~Gravenhage (dono als sijnde de coetsier van den heer Burgemr. Schepers). 232-1. Corrwlis Dckcrs, 1. 25-11-1723, gbv. Cappel in de Langstraet. 2525. Arij Cornclissc Lrcg~~~acrt hij (genaamd) unr, Visser, 1, 27-11-1723, gbv. Ouwer- kerck. 2526. Alexander Linde. 11, 29-11-1723, gbv. Venetie. 2527. Sfwe Niemans, 1. 2-12-1723, gbv. den Ham gelegen in ‘t Brandenburgerland. 252X. lan lansc van der Waddingh, 11. 2-12-1723, gbv. den Leydsendam. 2529. fan iockerbol, 1, 4-12-1723, gbv. Oosterhout. 2530. Meijnderf Heus. 1, 8-12-1723, gbv. Amsterdam. 2531. Edward ]arro/d, 1, 10-12-1723, gbv. Colchester gelegen in Engeland. 2532. [ohn Gunfcr, 1, 23-12-1723, gbv. Sandfordferrij gelegen in ‘t Graeffschnp van Oxfort in Engeland. 2533. Barenf den Roeijen, 1, 24-12-1723. gbv. de Moerdijck. 2534. Dirk Hetermans, 1. 5-1-1724, gbv. de stad Gelder. 2535. lan lonker, 1, 6-1-1724, gbv. Deventer. 2536. Robert Poulton, 1. 7-1-1724, gbv. Londen. 2537. Seiloff Isere!, 1. 8- 1-1724. gbv. Hellevoetsluijs. 2538. Philippus uan Proeijen. 1, 10-1-1724. gbv. Out Beijerland. 2539. Teunis van Willegen, 11, 18-1-1724. gbv. Leerdam. 25iO. dnflmny de WcLshe, 1, 19-1-1724, gbv. Dingsperlo gelegen in ‘t Graeffsch~~p van Sutphen. 25ìl. dlesandcr Andrew, 1, 22-1-1724, gbv. Banst gelegen in Schotland. 2542. Volkerf Grncft, 1, 24-1-1724. gbv.- Hoorn (is’-poorter onder wacre woorden in plaetse van eeden als Mennonist gezind zijnde). 2543. lacob c)an Waningh, 1. 25-1-1724, gbv. Amsterdam. 2544. Cornelis uan &;n, 1, 25-1-1724, gbv. Schiedam. 2545. Nicolaes Facker. 1. 26- l- 1724, gbv. ‘s-Gravenhage. 2546. Pieter oan Berckcl, 11, 27-1-1724, zbv. ‘s Gravenhage. 2547. Thobias drent, 1. 28-1-1724. gbv. Levenbergen. 2548. Marlen lacob Huijsman, 1, 1-2-1724, gbv. Hougli in Bengalen. 25ì9. Piefcr nan Bafenburgh, 11, 1-2-1724, gbv. sen de Kinderdijk gelegen onder de jurisdictie van Dordregt. 2550. /ohannes Wmgaerf. 11, 2-2-1724, gbv. Delft. 2551. Abraham Vermeulen, 11, 2-2-1724. gbv. Leerdam. 2552. William West /unior, 1, 5-2-1724. gbv. Cocking gelegen in ‘t Grneflschap van Sussex in Engeland. 2553. Dirk lanse van Es, 111, 7-2-1724, gbv. Es gelegen in ‘t Mercksland (dono als sijnde’ de koetsier van de heer Burgerm.). 2554. lan Keijser. 1, 9-2-1724, gbv. Noord Waddingsveen. 2555. Jan Voskamp, 11, 9-2-1724. gbv. Stadlo gelegen in Munsterland. 2556. [acobus Kortebrand, 11, 12-2-1724, gbv. ‘s Gravenhage. 2557. ArnoldlIs Brunier, 1, 15-2-1724, gbv. Swol. 2558. Cornelis Dale, 11. 16-2-1724, gbv. Gorinchem. 2559. Piefer Somberhof[, 11. 16-2-1724, gbv. Zeventer gelegen in Gelderland. 2560. Arnoldus Bornwafcr, 11. 16-2-1724, gbv. Vendelo. 2561. loannes van Wijngaerden, 11, 17-2-1724, gbv. Poppel gelegen onder Turnhoud. 2562. Dirk Bod. 1, 24-2-1724, gbv. Zeventer gelegen in Gelderland. 2563. Leenderf Wesselinyh, 1, 28-2-1724, gbv. ‘s Gravenhage. 2564. Thomas Springer, 1, 28-2-1724, gbv. Doesburg sen de Roer. 2565. Willem Claesse, 1. 6-3-1724, gbv. Zeventer gelegen in Cleeffsland. 2566. Simon Pierre Duge dit Lccombe, 1, 6-3-1724, gbv. St. Vintsant de Baré en Vivnrés in Vrankrijck. 2567. Dirk de Bof, 1, 7-3-1724, gbv. Dordregt. 2368. fan van der Linden, 1, 8-3-1724, gbv. Dordregt. 2569. Hendrik Voorstraten, 1, I4-3- 1724, gbv. Schiedam. 2570. Philippus Harmense, 11, 14-3-1724, gbv. Dordregt. 2571. Dirk Muijfer, 11. 16-3-1724, gbv. ‘s Schoonhovense Veer. 2572. I-lendrik Robbcrfsc, 1. 17-3-1724, gbv. Mook. 2573. /ohan Ma&, 11, 17-3-1724, gbv. ‘s Hertogenbosch. 2573. Willem de Frein, 1, 20-3-1724, gbv. Dclff. 2575. Anfhonij Scheepmaker, 11, 30-3-1724, gbv. Beverwijck. 2576. Isaak Hulstman, 1, 30-3-1724, gbv. Gouda. 2577. Cornelis Sanderfsc. 1, 31-3-1724, gbv. Aken.

80 2578. lm Mennicx. 1. 7-4-1724, gbv. Deventer. 2579. Coenraet oan Pluckroos, 1. 10-4-1724, abv. Heetcrse qeleqen_ _ in Gelderland 2580. Arij van der Kop. 11. 12-4-1724, gbv. SGndregt. 2581. Chrisfiaen Heijlaerf. 1. 13-4-1724. gbv. Barbij gelegen in Cacxen. 2582. lenfje Hansen, 1. 14-4-1724. gbv. Lemmer gelegen in Vriesland. 2583. Gerrit Lus, 1, 18-4-1724, gbv. Gelder gelegen in Pruijsse. 2584. lohannes Raedsuelf, 11, 18-4-1724. gbv. Eewijck bij Nimwegen. 2585. /ohannes Bellehem. 1. 18-4-1724. gbv. ‘t Prinsland. 2586. lohannes Kuijf. 1, 21-4-1724, gbv. Ouwerkerk op den Issel. 2587. ]an Barenfse, 111, 24-4-1724, gbv. Westervoort gelegen in ‘t Grneffschap Zutphen (dono sijnde de coetzier van der Hr. Secretaris van Nijevelt). 2588. Joseph Oburne. 1. 26-4-1724, gbv. Londen. 2589. Lambregf Kecfwijck. 1, 26-4-1724. gbv. Delfshaven. 2590. /an van Ekeren. 1. 27-4-1724. gbv. Bragt gelegen in Brabant. 2591. Isaac Pappauoine, 11. 28-4-1724. gbv. Rouaen. 2592. Cornelis van Dadclbeek, 1, 28-4-1724, gbv. Uyttregt. 2593. Pieter de Poter. 1, 1-5-1724. gbv. Leuven. 2594. Eoerf van Reden, 111. 2-5-1724, gbv. Wageningen (dono als sijnde de lijffknegt van den Heer Burgemeester van der Hoeven). 2595. Gerrif van Erckel, 111. 2-5-1724, gbv. Waerdenburg (dono als sijnde de koetsfer van den Hr. Burgemeester Isbrans). 2596. W’illcm Blankhart. 111, 2-5-1724, gbv. Aernhem (dono als sijnde de Iijflknegt van den Heer Burgemeester Isbrans). 2597. Willem de Brrrijn. 1. 4-5-1724, gbv. Nimwegen. Haarlem. C. ROODENBURG. _~ ~~_ STATENBIJBEL BIJ WILLEM WITJENS (HET OUDE HUIS BERNE, POST HEUSDEN) Overgenomen Aug. 1955 door Ir. Th. P. E. DE KLERCK 1713 den 26 apryl ben ick berenf van der veen met anna Brandflichf te nieuwen hus in de kerke getrout 1714 den 4 feberwary is geboren myn eerste kint op sondagh went te 6 uur en is gedopt sondagh (lewc Alcyda) daer an op het hoegeveen en is gestorven 9 weeke daar na 1715 den 9 apryl is geboren myn kint en is gedopt te hassel in de kerkc en is genamt Conraef 1717 den 7 october op dondergh en is gedopt te hassel genamt jan 1719 den 19 november is geboren myn kint op sondagh avont 7 uijer en is Gedopt te hassel in de kerck genamt Alberfus 1721 den 18 apryl is geboren mijn 5 kint genamt yerryf en is ges. 3 for deiaers dner nae en is begraven in de kerke 1722 den 13 agustus is myn man in den heeren J.. krystelick gestorven en is hassel in de kerke 1 weeke daer nae begraven 1723 den 1 ianwarij is geboren mijn 6 kint snachtens te 2 uur op vrydagh en is gedopt sondagh daer nne en is genamt nae sien vader en is genamt berenf van daer veen 1723 den 2 mey ben ick Albarfus van ra& met lanna Brandlichf te hassel in de kerke getrout 1724 den 15 ianwarij is geboren en is gedopt te hassel in de knrke en is gemunt /an 1725 den 23 aprijl is geboren mijn 2 kint en is te hassel in de kerke aedootI . en is genamt gerryt 1727 den 11 ianwarij ben ick in de kraem gewist van 1 doet kijnt 1729 den 16 ijulij bijn ick in de kraen gewest van 2 kinderen en bijnnen gedopt de soon heet bartelt en de dochter het grifyn. het sontijn leefde 3 dnge en de dochter 5 weke en bijnnen te hassel in de krrke begraven 1730 den 5 agustus is geboren myn 6 kint en is te hassel gedopt en is genamt rool/i[ 1731 den 5 november is gehoren myn 13 kint en is gedopt te hassrl in de kerke en is gemunt gristijen 1725 den 13 mcij is cenc grootr donder ~1x1~ in dc toren geslagen sood;lt de toren en het klokken spul in de toren met het dack van die karrke is verbrant dacr is in twee iaer geen dinst in de karke gedilen die dinst wyr eerst op het oldegnst-

81 huis gedaen en daer nae in het niewe gasthuijs ginck tot dat die kaerke was gemaak de eerste dienst is daer in gedaen op pinster dagh 2 jaer darr nae. den 30 yanuarij 9 Anno 1734 ys gesturven myn dogter gryfyn den 11 mrrt anno 1734 ys gestoruen myn vrouwe Ganna branflijgt en is begraven te hasselr yn de kerke 1734 21 noffemen bin ijk Alberfus van raalfe en genten woelfers ge troewt te haas1 en de kerke den 27 maert 1736 ijes geboeren men erst kind en sgedoep Hnesellt en de kerk ens genaem yrietijn en is gdoep op paesdaag 1739 den 13 april is geboren Wolfer van Raalte zoon van Albartus van Raalte en Geertien Wolters 1739 den 24 april is gestorven geertien wolfers huijsvrouwe van albarfus van Raalfe 1739 den 14 yuinij ijes gestorven men soene woel& zoon van Albertus van Raalte 1751 Den 28 maart ben ik yerriet van Raalte met Henderieken Hermsen getrout te amsterdam in die nieuwekerk 1752 den 8 mey is myn vaader AUeberfus van Raalte met een beroerten en een zwaarel ziekten belanden geweest en leefde 3 weeke daaraan en is gesturven den 24 Mey en is begraven 30 mey 1752 den 24 desrmber smorgens 4 uren is gebooren myn soon alleberfus en is die zelfde dag gedoopt te amsterdam in die ouwe kerk 1755 den 3 Feberwarij is geboren myn dogter aaltien en is 5 dieto gedoopt in die nieuwe kerk 1757 is ge den 21 September 1757 den 21 September op woensdag smorgens ses uren is geboren meyn 3 kint en is gedoop vreydag in die ouw kerk van domeneer Noorbeek en is genaamt johanna 1759 den 20 November is gebooren mey vierde kijnt op dinsdag myddag te een uren een is gedoopt in die nieuwe kerk van domyneer Plentyenis en is genaamt Hermen 1763 den 4 Julyus is gebooren neyn 5de kint op maandag savons ses of half seven en is gedoopt swoensdags savons door domeneer klauer in de Noorderkerk en is genaamt hinderkien 1766 den 21 may is geboren meyn 6de kint savons half negen en is gedoopt sondags den 25 may van domieneer budde en is genaamt Gerrif en is in de Noorder kerk gedoopt 1768 den 5 Julyns op dingsdag smorgens ten veif uuren is gebooren meyn 7de kint en is gedoopt sondags den 10 dielo in de Noorderkerk van domieneer Ka/ Koen en is genaamt Eliesabefen 1768 den 14 desmber is gestorven aan de pokken Eliesabet van Raalte en is begraven den 18 dieto op het kathuysers kerkof 1770 den 7 Januarij is gebooren meyn 8kint en is gedoopt op woensdag avont in de Noorder Kerk van domiene Teijken en is genaamt Elyerabef 1784 den 3 February is mein zoon Hermen van Raaife, smorgens drie a vier uren in de golf van Erboona met Het oorlogschip Drente, onder commando van kaptein Smitsart met man en muys vergaan was twaalf dagen minder in dienst geweest als twe Jaaren voer voor sekonde meester 1786 den 19 September smorgens de klok half ses, is mein vrou Henderkien Hcrmsen schielk overleeden, en, dan 24 dieto ze in de Amster Damse kerms op Zondag Begraaven op Het Katuijsers Kerk Hof 1790 den 2 Meij is Meyn Zoon Grrret van Raalte Met Seija Terbeek Te Amsterd in de Oude Kerk, getrouwt van domeneer Coerman 1792 den 7 April op Zaterdag Avond ten 9 uuren is Gebooren mijn Eerste Kint en is gedoopt op Paas maandag den 9 dito in de Nieuwe Kerk door dominc uau der Veen en is genanmt Henderkc 1794 dan 23 Juny is Gebooren myn tweedc kint op Maandag ogten ten 4 uuren en is gedoopt den 25 dieto in de Nieuwe Kerk op Woensdag avont door domenee ten Dal en is genaamt Timnnie 1796 den 29 February is gebooren Myn derde kint des Avons ten tien Uuren en is gedoopt den 6 Maart in de Nieuwe Kerk Sondags Middag door domine Vceroant en is genaamt Alida 1797 den 15 desember is myn oudste dogter Hinderike aan de kinderziekte overleeden des morgens ten half tien uuren en is begraven den 19 dito op t Kathuysers Kerkhof. 1802 is gestor meyn broer Alberfus van Raalte in den ouderdom van 49 jaaren 7 maanden en 4 dagen en is gestorven 28 July, en is Begraaven 2 Augustus op Het Kathuisers Kerkhof 1809 is gestorven myn vader Gerret van raah% in den ouderdom van virentaggentig Jaar en een maand op den 25 mey op het Kathuyers kerkhof begraven op den 9 my ben ik Henderike van raalte met hinderik van raaltc in het yar dertien te amsterdam yn de nuwe kerk getrout door domene haak PUZZLES BIJ VORSTELIJKE KWARTIERSTATEN De publicatie van de kwartierstaat van Koning Willem 1 in het februarinummer van ,,Gens Nostra” was voor mij aanleiding. de daarin vermelde data te vergelijken met enkele bekende naslagwerken. Het ligt voor de hand te denken, dat men de gebruikelijke genealogische gegevens ten aanzien van vorstelijke personen. wanneer men die voor enig doel nodig heeft, zonder bezwaar wel aan een encyclopedie. een biografisch woordenboek of aan Von Zsenburg kan ontlenen. De werkelijkheid leert echter anders. Ten aanzien van 5 van de 8 overgrootouders en ten aanzien van a//c(!) betovergrootouders van koning Willem Z bleken data verschillend te worden vermeld. Bij wijze van voorbeeld zal Ik hierna het door mij gevondene ten aanzien van koning Georye 1 van Groot-Britannië en Ierland (V/5 en V/l 1) en diens zoon Gcorge 21 (IV/3) vermelden; de onverkwikkelijke tegenstrijdigheden met betrekking tot de andere ascendenten mogen hier, uitsluitend om niet te veel plaatsruimte te vergen, achterwege blijven. Door mij werden voor deze vergelijking gebruikt : a. W. K. von Isenbury, Stammtafeln zur Geschichtc der europneischen Staaten (1936). De nieuwe editie welke van dit werk bezig is te verschijnen is nog niet ver genoeg gevorderd om hier reeds dienst te bewijzen. b. De (slechts gedeeltelijk verschenen) kwartierstaat van H.M. de Koningin (toen nog Prinses Juliana) zoals deze door P. Beelaerts van Blokland en d. d. ten Bruggen- cate werd gepubliceerd in de jaargangen van het maandblad ,.Historie in Woord en Beeld” (hierna aangehaald als ,,Historie”). c. De momenteel verschijnende, reeds vrij ver gevorderde, 16~ druk van de Brockhaus- encyclopedie (1952 e.v.). Oudere drukken van deze encyclopedie geven soms nog weer andere data, doch deze kan men, om billijk te zijn tegenover de uitgever. vervallen achten met de verschijning van deze laatste druk. d. De laatst verschenen, achtste druk van Meyers Lezikon (1936-42: niet voltooid. Vergelijking met de voorgaande, zevende druk leverde, wat de navolgende genealogische gegevens betreft, geen verschilpunten op). e. De laatste, zesde druk van de Winkler Prins Ecyclopedie (1947-55).

Ook werden door mij nog de Chambers’s Encyclopaedia en de Encyclopaedia Britan- nica geraadpleegd, doch deze geven uitsluitend geboorte- en sterfjaren (dus niet de nauwkeurige data) en blijven hier daarom dus buiten beschouwing. Het resultaat van deze vergelijking nu was ten aanzien van George I als volgt : g eb o r e n : 28 mei (Historie en Brockhaus), 7 juni (Isenburg en Gens Nostra) of 28 maart 1660 (Winkler Prins en Meyers). Wil men aannemen. dat dc eerste datum Oude Stijl is (de Gregoriaanse kalender werd in het protestante deel van het Duitse Rijk pas 18 februari-1 maart 1700 ingevoerd; in Engeland 2-14 september 1752) en de tweede datum Nieuwe Stijl, dan blijft de derde datum nog onverklaarbaar. 0 ver 1 ed e n : 11 juni (Historie) of 22 juni 1727 (Zsenburg. Meyers, Brockhaus). Wil men geloof schenken aan Grotefends Taschenbuch der Zeitrechnung des deutschen Mittelalters und der Neuzeit (laatste, achtste druk van 1941; pag. l16), dan kan men de eerste datum als Oude Stijl en de tweede als Nieuwe Stijl opvatten. Tot zover is alles alleen nog maar verwarrend. doch nog niet onjuist. Wat echter te denken, als Gens Nostra ons 3 juli 1727 voorzet (wellicht bij vergissing 22 juni als Oude Stijl opgevat en toen nogmaals naar Nieuwe Stijl omgerekend 7). de Wirzklcr Prins 10 juni en (wanneer men soms de hoop had gekoesterd dáár alle twijfel mee uit te bannen) de Dictionary of National Biography 12 juni 1727 ? G e h uw d: 21 november ([senburg en Historie) of 2 dcctmbcr 1682 (Gens Nostra). Wanneer deze laatste datum als Nieuwe Stijl bedoeld mocht zijn, dan is hij fout uitgc- rekend (en men zou dan moeten aannemen, dat Isenbxrg geboorte en overlijden in N.S., het huwelijk echter in O.S. zou hebben vermeld). Aangaande George 11 waren de resultaten als volgt: g e bo re n’): 30 oktober (Mryers), 9 november (Isenburg), 10 november ( Winklcr Prins en Brockhatrs) en 19 november 1683 (Gens Nostra). De eerste en de tweede datum kunnen onderling tot elkaar herleid worden, evenals de tweede en de vierde onderling. Doch welk van deze combinaties moet het nu zijn? Of wellicht die (niet tot een der genoemde datumcombi- naties herleidbare) IOe november 1683 ?

l ) Ten aanzien van de plaats van geboorte is hier de aanduiding ,,Herrenhausen” (Meycrs, Brockhous) juister dan ,,Hannover”.

83 Vil vi3 V/5 V;6 Vi7 Vl8 7 NICOLAES MARIA ADRIANUS CORNELIA GOVERT I LESSINA JAN GEERTJE PERK v. HATTEM RUYCHAVER LORIE VISSCHER KNIPPERS ALTENA RYNDERS

L” van Dr van Zn van Dr van Or van Zn van DI van ii.3”“.% en Cornellr en Maarten en Johannes en Jan en Lcsslna Pieter en Rhijndet Wtllen ‘/,lle”?,“a W,llemlj”tje :leme”tia (de: JC.tlnetje Matihe Eltiabeth e” ri der Mey Couper Wbldemanr Melchen v. Ruyte”bergh Lysbeth Maerre

Id. Dr. en 1pSmeerter r, Amqoe

In Den Haag Dordrecht v) Amelde (Rem.) u) Gouda v) Amsterdam v1 Zwolle v) Amsterdam v> Renkum -4.1731 6-10-1 726 26-3-1723 30-10-1 729 !.K). 15-5-1 74 23-1 2-1 742 N.K.)24-4-1 740 2-6-1737 A”?e& = Amelde = Den Haag = De” Hssg = Amsterdam = Amsterdam = Amsterdam t Amsterdam 4.1804 13-1-1801 25-1-1798 2-12-1802 15-2.1798 25-1-1810 12-12-1800 29-1-1823

Amefde de” Haag/Gouda Amsterdam Amsterdom/Yrrelstet” m 6/29-5.1 757 m 17.6/8-7.1 759 Q 26.411 2.5-1 776 @a 1 1.4/5-5-1 765

I IV/Z Vl3 1Vl.l JACOBUS CLEMENTIA CHRISTIAAN ELISABETH PERK RUYCHAVER VISSER ALTENA Koopman

Ameide 24-1 1-1 764 m’s Gravenhage III Amsterdam fZ.K.) v, Amsterdam (Nw.K.) 5-9-1762 28-10-1 778 10-12-1775

/ Delft 28-10-1843 t Delft 1 - 1-1 854 j- pa 1843 t Amsterdam 10-5-184:

OI ‘~Gravenhage -8/25-9-1793 03 Amsterdam 15-6/1-7-1810

lll(2 ADRIANUS PERK LESSINA ELISABETH VISSER

Eigenaar ener Stoomgrutterij en Meelmolen, Lid der Fa A. Perk & Zn, Graanhandel

’ Delft 1-8-1796 ‘/m Amsterdam 4-2/10-3-1811 t Delft 15-5-1867 t Delft 22-5-1835

CO ll. Amsterdam 4-2-1831

Ds MARIE ADRIEN PERK Waals Predikant te Dordrecht 1855, Breda 1868 en Amsterdam 1872-1900 Voorzitter der Ned. Herv. Synode, Literator * Delft 23-4-1834 t Amsterdam 16-12-1 916 O, 1. Amster

l Dordrecht 10-6-1859 JAC?iJES FABRK Dichi V/9 V/IO V/l 1 Vil2 v/13 v/14 Vjl5 Vil6 ---- Ir JAN FESTUS EVA MARIA Ds HERMAN MARIA LUYCX Dr WILHELMUS AMELIA Mr MAURITS ALBERTINA v. BREUGEL BURMAN I GERARD MASSIS FRANCOIS LOUISE FALCK SELS MARIA v. BREUGEL DE WOLF BUSCHMAN

Zn van Dr van Zn van : Dr van Zn “LI” Dr van Zn van Dr van Ir Josn Festu. en Carpar en Hendrtk en Abraham en Wilhelm en Remhard en Joost en Ds Jacobus er ,d,th der Peyrou Anna Maria Margeretha Mam Adrisna Anna Geertruyd Ang&que Cstharma Arnolda Wob de la Berrecour Y‘an Broekhuyren Roos Moyderman Richarde Marie Vlaming 1 blna Wollsen de Flavard andsadvocaet rn P redikt. te Bergen Med. Dr en Burgem. sad Y. d. Prinses en Nlrtelrode. surgem.v.Lochen Y Elburg, kwfernanle van Jmeide 1758 en rem Kampen Orsnje-Nssrau Dordrecht 17.50.‘86

n’. Horl.borch VI Utrecht v) Oss m Lelden ‘/v, Lochem ‘Im Lochem lnwsgeningen ‘Iw Elburg 3-4-1707 1 1.9-1729 8-6-1729 25-6.1 729 9122.1 1-1 739 25/30-7-1 741 14-6-1 745 30.311-4-175 ‘s Gnvenhage t Tiel t Dordrecht t Dordrecht t/=Lochem tl= Lochem t Zwolle = Elburg 6.b-1763 15-12-1812 7-8-1014 7-6-1806 3/16-10.1804 20124-2-1801 6-12-1813 23-9-1 779

‘s Gravenhage/Urrecht Leiden Lochem Elburg m 6/18-1.1743 a 17-416.5.1755 m 12-1-177” m 19.117.2-1722 -_ --- IV/5 IV/6 I v17 lV/E JAOUES FABRICE CATHARINA JACOBA ANTON REINHARD PETRONELLA v. BREUGEL v. BREUGEL de WOLFF ALBERTINA SELS Kapt. i. Staats. Dienst (Zij hertrouwt Mr S,mon Bannmg Lt. Kol. der Dragonders Chllord Kocq)

v) ‘s Gravenhage ‘/v, Lochem -/v, Elburg (Hoog Duitse kerk) v) Dordrecht 1-8-1 765 9113-7-1777 31-10/3-11-1774 18-2-1 759 -f Culemborg 19-2-1 799 t Haarlem 8-3-1847 t Doornspiik 10-10-1865 t Doornspijk 11-2-1864

co Dordrecht 3/20-9-1789 o> Kampen 18-313-4-1797

11113 111/4 Jhr. JAQUES FABRICE HERMAN WILHELMINA FRANÇOISE AMELIE CLIFFORD KOCQ VAN BREUGEL LOUISE DE FLAVARD DE WOLFF (Et<1 KE. dd. 3 Jum 1822. No 79 verheven tn de Ned. Adel) (Et\ K B dd 1-4-1856. No. 75 toertemnunq verleend lot het Luit. t. zee le klasse, Consul-Generaal en voegen van de naam de Flsvatd b,, de hare) Diplom. Agent te Tripolis 1828-‘42 ‘/m Culemborg 18-9/13-10.1799 ‘/v> Kampen 22-9/6-13-1799 t Velp 19-6-1867 t Haarlem 6-1-1879 CO den Helder 4-8-1822 - __ - 1111 Jvr JkTINE GEORGETTE CAROLINE CLIFFORD KOCQ v. BREUGEL

* Doornspijk 15-9-1835 t Montreux 9-4-1900 1 1-6-1857 :E HERMAN PERK t Amsterdam 1-1 1-188 1 er Ov er1 ede n: naar algemeen gevoelen 25 november 1760: door een betreurens- waardige drukfout vermeldt Gens Nostra echter 25 november 1737. Resumerende zien we dus, dat deze verschillen tweeërlei oorsprong kunnen hebben. 1”. kennelijke fouten. Uiteindelijk is hier de enige weg, dat men alle data gaat contro- leren aan de hand van archivalia uit huisarchieven e.d.; in de practijk-een onbe- gonnen werk. Vooralsnog zou men kunnen trachten zoveel mogelijk fouten te vermijden, door voor elk geval een zo betrouwbaar mogelijk uitziende biografie van de betrokken persoon dan wel een genealogie van het desbetreffende geslacht als basis te nemen. 2’ het door-elkaar-gebruiken van Oude- en Nieuwe Stijl-kalender. Men dient dan eerst zo goed mogelijk te bepalen, of een ergens genoemde datum in O.S. of N.S. is gegeven. Zijn een aantal in de gebruikte bron genoemde data O.S., dan rekent men deze om in N.S. (uiteraard alleen voor het tijdvak waarin deze twee kalender- stijlen in Europa naast elkaar voorkomen, dus - Rusland nu even buiten beschouwing gelaten - 1583--1752) en vermeldt dit in de tekst of in een voetnoot. Doet men dit niet, dan eist men van zijn lezers het onmogelijke**). Maar, zoals de lezer zal hebben bemerkt, ook afgezien van kalender-moeilijkheden dient men erop bedacht te zijn, dat de in naslagwerken voorkomende data vaak apert fout zijn. Tot deze ervaring leidde mij deze kleine bestudering van de onderhavige kwartierstaat. Niet bemoedigend, doch wel nuttig: Een schip op de kust is tenslotte een baken in zee. Koog aan de Zaan. H. H. W. VAN EIJK.

NASCHRIFT VAN DE REDACTIE. Grotendeels kunnen wij met het door de Heer van Eijk gestelde eens zijn. Aan de bronnen die geraadpleegd werden bij de samenstelling van de kwartierstaat kunnen nog toegevoegd worden Prinz v. Isenburg: ,,Ahnen der deutschen Kaiser und Könige” (1932) en de laatste editie (1953) van ,,Burke’s Peerage”. De beide door de heer van Eijk gewraakte data zijn ontleend aan het eerste werk, terwijl in het tweede boek nog meer afwijkende gegevens te vinden zijn, dan in andere bronnen. Overigens beantwoordt de geachte inzender zijn bezwaren reeds zelf. Maar wij willen hier toch op- merken dat, hoewel er naar gestreefd dient te worden om de data etc. zo volledig en betrouwbaar mogelijk te doen zijn, de bedoeling der publicatie van de kwartierstaten van grote Nederlanders vooral gelegen is in het streven een inzicht te verkrijgen van de bloedsamenstelling van de betrokkene, dus welke personen en geslachten bijdroegen tot de vorming van zijn persoon, waarbij enige geringe verschillen en openblijvende se- cundaire gegevens het wie, wat en van waar weinig schaden.

**) Zoals b.v. Brockhars nu ten aanzien van George I doet: de geboortedatum in Oude, de overlijdensdatum in Nieuwe Stijl. Voor wie het weet, is de verklaring eenvoudig: tussen deze beide data ligt in Hannover de invoering van de Grego- riaanse kalender (de lezer kan dan, met Polonius, verzuchten: .,Though this be madness, yet there is method in it”). Ware Georye I echter niet toevallig op een reis door zijn keurvorstendom gestorven, doch in zijn koninkrijk, dan was de overlijdensdatum ,,dus” ook in Oude Stijl vermeld, want...... Engeland ging pas na zijn dood tot kalenderhervorming over. En welke ,,gemiddelde lezer” zal zich bij voorbeeld, bij een huwelijk in de 17e eeuw in het Duitse Rijk tussen een protestante prins en een katholieke prinses realiseren, dat stilzwijgend de geboortedatum van de eerste nog in O.S., die van de tweede dan dus reeds in de N.S. zal zijn vermeld?

86 GENEALOGISCH ONDERZOEK IN ENGELAND De moeilijkheid van het genealogisch onderzoek in het buitenland is, dat we meestal niet weten op welke wijze het archlefwczen daar georganiseerd is en over welke bronnen we daar kunnen beschikken. Wij willen LI hier een indruk geven welke mogelijkheden Engeland biedt op dit terrein. Zonder bewijshoudende gegevens te bezitten, geloven we te mogen aannemen, dat we bij ons onderzoek buiten het land, het meest met Duitsland, België en Frankrijk te maken zullen hebben. Er zijn echter in de loop der eeuwen ook vele Engelsen in ons land gekomen, terwijl omgekeerd veel Nederlanders de zee overgestoken zijn. Uit het in Gens Nostra gepubliceerde poorterboek van Rotterdam blijkt, dat alleen reeds daar tussen 1710 en 1720 ca. 200 personen uit Engeland, Schotland en Ierland het poorterrecht kregen, waaruit men toch wel de conclusie mag trekken, dat er een aantal Neder- landers zullen zijn die Engelse, Schotse of Ierse voorotidrrs hebben. Omgekeerd vinden we in Engeland nog sporen van Hollandse immigraties. Boven de open haard van een oude boerderij te Settingbourne in het hartje van Kent, staat de spreuk .,Nlet sonder Godt” ingebeiteld. Een graafschap aan de Oost-kust van Engeland draagt de naam .,Holland”. De ,.Kentish Express” van 27-1-1956 wijdt een artikel aan het huwelijk van Mr. Alan Mynhcer en Miss 7ean Moore, uit Ramsgate; de naam van de bruidegom doet ons zeer Hollands aan. Zo zijn er tal van voorbeelden te noemen. Hollanders in Engeland: Over Hollandse immigraties in Engeland is in de Engelse historische litteratuur wel het een of ander te vinden. Men beweert d,m, dat in de graafschappen Cambridgeshire. Suffolk, Norfolk en Kent veel Hollanders gewoond hebben. In vele gevallen heeft men de herkomst van bepaalde families kunnen vaststellen. De familienamen zijn echter zo sterk verengelst. dat we er in het merendeel van de gevallen geen Nederlandse naam in kunnen herkennen. Zij noemen dan: Uit Brabant afkomstig: Brcu~er (= Brouwer ?), Horne (= Hoorn ?) en Rumbalde. LIit Gelderland: Boolc, Buckell. Frcsshefeld (= Varsseveld ?), Barman (= Her- mans ?) en Pop. Uit Holland: Adrian (= Adriaans ?). Bertye, Cake, Coppinger. Crosse, Ferme. Fulmer, Garrard (= Gerards ?), Garrison (= Gerritsen ?) Hatfeld, Honc, Mase i= Mees ?), Nale. Perser, Pole. Raffcler en Water. De familie Ho/land zou daarintegen uit Normandië afkomstig zijn. Ook in oude kerkregisters komen we hier en daar Hollanders tegen. Het begraafregister van Whitburn (Durham), (een kustplaats), bevat cen aantekening van het begraven van zes Hollan- ders in het jaar 1633. (Vermoedelijk zeelieden). Een aantekening in het begraafbock van Newington (Butts) is niet erg geschikt om deze naam in het,buitenland hoog te houden, daar het twee Hollandse soldaten betreft, die elkaar onder de invloed van drank vermoordden : ,.1689, lohn Arris and Derruick Farlin in one grave, being both Dutch soldiers, one killed the othcr drinking brandy, buried Nov. 1st.” Ook hier is de familienaam verengelst. Van Nederlandse of Vlaamse afkomst is de familie, die in het doopregister van St. Martin’s Micklegate (York) voorkomt: ,,1571, Barbara Vandighfer!yngh, doughter of Sir lames Vandighferynge Flcmyng and ...... _.. hys wyf, was baptysed this eleventh day of November. Sureties: Mr. Cofton, archdeacon of Cleveland, Mrs. Treur and Mrs. C~rtter.” Genealogisch onderzoek: Het is overbekend dat in het algemeen de belangstelling voor historie in Engeland zeer groot is. Dat er dan ook belangstelling voor genealogie bestaat ligt voor de hand. Het vorig jaar verscheen er dan ook een fraai uitgevoerd boekje van de hand van Arthur 1. Willis: ,.Genealogy for beginners”. De Engelse amateur-genealoog kan hierin alles vinden wat hij nodig heeft. De aanhef van het voorwoord van dit boekje, geef ik hier in vrije vertaling weer, omdat het duidelijk demonstreert, dat de samenstellers van dit boekje dezelfde ideeën hebben over het wezen van de genealogie als het merendeel van onze leden: De interesse voor genealogie behoeft zich niet te beperken tot hen, die hopen af te stammen van de Normandische invallers, die een vervlogen adeldom willen laten herleven of misschien alleeu maar willen doordringen in de deftige landelijke families. Het onderwerp biedt ook veel interessants voor de gewone man.

87 We kennen onze vaders en vermoedelijk onze grootvaders. Het kan zijn dat we hebben horen vertellen over onze overgrootvader. Wie was hij ? Wat deed hij ? We weten vaak weinig van hem, maar zelfs al had hij geen uitzonderlijke positie. er is tamelijk veel over hem te vinden in kerkelijke registers, testamenten, plaatselijke nieuwsbladen en dergelijke bronnen, etc. etc. Ook de bronnen voor het onderzoek wijken weinig af van de Nederlandse, behalve dan het taalverschil. Zelfs het oude handschrift is precies gelijk. Daar eerst in 1837 in Engeland de Burgerlijke Stand (Civil registration) werd ingevoerd, zijn de kerkelijke archivalia voor het onderzoek nog belangrijker dan bij ons. Deze kerkregisters berusten nog allen bij de kerkelijke gemeenten (de ,,parishes”, men spreekt dan ook van ..parish-registers”). Dit lijkt een groot bezwaar, maar de laatste oorlog heeft bewezen dat ook centralisatie zijn bezwaren meebrengt. (Middelburg !). Daar in Engeland de Franse wetgeving nooit van kracht is geweest, is er ook nimmer van een inleveringsplicht sprake geweest. Een groot deel van de kerkregisters is echter in druk verschenen. Op dit punt zijn de Engelsen ons dus vele jaren voor. De .,Parish Register Society” gaf tussen 1896 en 1933 niet minder dan 80 delen uit. De ,,Harleian Society” tussen 1876 en 1933 60 delen. ,,Phillimore’s Parish Register Series” bestond in 1933 reeds uit 230 delen, die 1300 parochies in 28 graafschappen omvatten. Diverse historische genootschappen in Durham, Northumberland, Comberland, Westmoreland. Lancashire, Staffordshire. Shropshire. Yorkshire en Surrey en in Buckingham, Cam- bridge, Cornwall, Derby, Dorset, Gloucester, Hants, Hertford, Norfolk, Nottingham, Somerset, Warwich. Worcester e.a. lieten de plaatselijke kerkelijke registers in druk verschijnen, soms alleen de huwelijksregisters. doch ook vaak de doop- en begraafregisters. Op 5 September 1538 werd door de Vicarus Generaal Thomas Cromwell een Ko- ninklijk bevel afgekondigd, waarin aan de parochiale geestelijkheid de plicht werd opgelegd tot het registreren van dopen, huwelijken en begravingen. Hieraan is vrij algemeen gehoor gegeven. In 1831 waren er nog 772 registers aanwezig, die in 1538 begonnen. Door verliezen was dit aantal in 1933 helaas gedaald tot 656, hetgeen echter in vergelijking met Nederland nog een respectabel aantal is. Er zijn echter nog een aantal kerkelijke registers van vóór 1538 bewaard gebleven, bijv. van het plaatsje Alfriston in Sussex, waar het huwelijksregister in 1504 aanvangt, Tipton in Lancashire (1513) Althnm in Lancnshire (1518. zij het dan onleesbaar). Bovendien gaf Koningin Elizahetlr in het jaar 1597 opdracht tot het maken van afschriften uit oudere stukken dan 153X. De verordening van Cromwell in 1538, legde niet alleen de plicht op tot het bijhouden van de registers, maar gaf ook reeds aanwijzingen voor het conserveren van de boeken. De boeken moesten bewaard worden in een kist met twee sloten, terwijl dan elke Zondag de dopen, huwelijken en begrafenissen van de afgelopen week genoteerd moesten worden. Op de Nationale Synode onder kardinaal Pole in 1555, werd het besluit genomen om de namen van de peters en meters in de doopboeken op te nemen. In later jaren kwamen dan nog ordonnanties, die o.m. bepaalden dan dat de boeken uit perkament dienden te bestaan. Elk jaar moest een afschrift van de dopen, huwelijken en begravingen aan de bisschop worden opgezonden. Hieraan heeft men zich echter niet zo streng gehouden. Van het graafschap Surrey, met zijn 142 parochieën, zijn tussen 1597 en 1800 slechts 20 registers ingezonden, zodat er 28.206 ontbreken. Salisbury met 434 parochieën ontving gemiddeld slechts 7 tot 10 transcripties per jaar. Dit zijn echter wel de meest extreme uitzonderingen. Eerst in 1812 wordt bij Parlement+acte (bekend onder de .,Sir George Rose’s Act”) een nieuwe regeling ingevoerd voor het bijhouden en conserveren van kerkregisters. De inschrijvingen moeten dan dezelfde gegevens bevatten als bij ons de acten van de Burgerlijke Stand, wat dus een belangrijke uitbreiding betekende. Om de betrouwbaar- heid van de registers te waarborgen werd op vervalsing een maximum straf van 14 jaar deportatie gezet. Er zijn uiteraard nog tal van andere bronnen, die voor het onderzoek van belang zijn. Voorlopig willen we het hier echter bij laten. In 1910 x*erd ,.The society of genealogists” opgericht, die sedert die tijd belangrijk werk heeft kunnen verrichten. De vereniging bezit een belangrijke bibliotheek en een collectie handschriften en fiches, waaronder niet in druk verschenen transcripties van kerkregisters en een index op de huwelijkrn. Voor genealogen is de bibliotheek van het Brits Museum eveneens zeer waardevol. Daar bij de wet bepaald is, dat van elke publicatie in Engeland een presentexemplaar aan de bibliotheek gezonden moet worden. zal men zelden tevergeefs zoeken. Herne Bay - Kent. P. A. HARTHOORN. --~ 88 HERALDISCHE SPROKKELS X1

In de eerste plaats een kleine correctie op het tiende vervolg van Heral- dische sprokkels, G.N., 1956. blz. 16 in voce Cohen (62). De bijbel opgenomen in het IIIe kwartier zou vermoedelijk als van g o LI d beschreven moeten worden en niet van zilver, terwijl het afgekorte woord .,Fath” als ,,Faith” dient te luiden. Op de kleine afbeelding, in mijn bezit, was een en ander bezwaarlijk te onderscheiden. Deze rectificatie dank ik aan de vriendelijke mededeling van een medelid.

7 1. Russer. Wapen : In zilver(?) een stappend schaap (lam) van natuurlijke kleur. Het schild gedekt door een bladerkroon tussen de letters P. en R. (P. Russer). Bron : Volgens een lakafdruk in de collectie Cala,nd met het jaartal 1775. 72. Kortebos. Wapen : In zilver een groen boompje op grasgrond. Helmteken : een vlucht van zilver en groen. Wrong en dekkleden : zilver en groen. Bron : dit ,,sprekende” wapen komt voor op een lakafdruk in de collectie Steenkamp.

73. Steens, ‘s Hertogenbosch, enz. Wapen : In goud 2 hertshoorns, de ondereinden schuingekruist en vergezeld van 3 zespuntige sterren, geplaatst (l-2), alles van zwart. Devies: Inter para tutum. Bron : Wapen van Mgr losephus Steens, parochie St. Jacob van het Heilige Hart te ‘s Hertogenbosch ( 1910).

74. Spegt. Wapen: In goud een huismerk van blauw. Bron: Het m.s. Wapenboek van IJ. d. Monde; 1800 wordt er bij vermeld. Niet onmogelijk, dat we hier oorspronkelijk te doen hebben met een zogenaamd gebon den runeteken van een jonge tak, gelet op het korte J schuine zijstreepje. met Thyr element als hoofdmotief, waar meer beschouwingen aan toe te voegen zouden zijn, doch dient men dan ook meer te weten omtrent de familiegeschiedenis van deze familie Spegt.

75. Sessink, Deventer, enz. Wapen : In rood een Fr. lelie, in de voet vergezeld van 2 ringen, alles van goud. Helmteken: een vlucht van goud en rood. Dek- kleden: idem. Bron : Lak van zegelring van de heer B. Sessink, Deventer, 1953, in eigen collectie. Het betreft hier een oud wapen, vermoedelijk staande in het teken van Maria.

89 76. Hupkes. Wapen : Een pijlenbundel van 7 pijlen, punten omhoog en samen- gebonden door een lint. Helmteken: een vlucht. Kleuren ? Bron : Naar een lakafdruk in eigen collectie van een antiek 18e eeuws zilveren cachet in het bezit van ir. Geerlings te Haarlem.

77. Waterborg. Wapen : In purper (!) (dit zal denkelijk wel groen moeten zijn: spie- gelbeeld) een burcht met twee pinakels alles van zilver, op- rijzend uit golvend water van zilver of natuurlijke kleur, Helm- teken: een vlucht, vermoedelijk van zilver. Dekkleden: zilver en purper (groen 7). Sprekend wapen. Bron : Volgens een afbeelding in zwartdruk op briefpapier met de naam er onder, in eigen collectie.

7s. Beker, Gelderland. Wapen : In zilver een (beker-)glas van natuurlijke kleur. Het schild ’ gedekt door een fleuronkroon. Bron : Collectie Steenkamp.

79. Le Fèbre, Leiden. Wapen: In zilver een ruiter te paard, alles van rood. Bron : Van Ryckhuysen zegt in Dl. IV, blz. 7 : ,,een roode man ,,sittend op een root paerd op wit velt”, aldus voert Julien le ,,Fèbre ,.in de kaetsbaen” te Leiden, 1614. P. J. E. Lefèbre, 19e eeuw voert volgens een lakafdruk in de collectie van Mr Miedema : In blauw een zilveren keper vergezeld in het hoofd van een burcht van (?) tussen 2 vijfpuntige sterren en in de voet van een omgekeerde gestengelde tulp van (?) . Devies: ,,A l’éclat des roses”. Helm zonder helmteken.

80. Coops, Hengelo, Gld. Wapen : Gedeeld : 1, een klimmende leeuw; 11, een ankerkruis. Helm- teken : een vlucht. Kleuren ? Bron : Hendrik Coops zegelt 7 Juli 1754 aldus te Hengelo in Gel- derland. Rijksarchief Arnhem, Brieven Leenkamer.

Mag ik hier tevens mijn welgemeende dank uitspreken aan hen, die mij zoveel belangwekkend materiaal verschaften op mijn vraag, opgave te verstrekken betreffende erfeliike huismerkreeksen voor de in bewerking zijnde 2e druk van mijn ,,Het raad’sel der huismerken” ? Hartelijk dank ! KITS Np.

90 TIJDSCHRIFTEN-REVUE (Administrateur voor de lopende Jaargangen: /. 1. G. Kranen, Bergsingel 196a, Rotter- dam. Tijdschriften kunnen eerst drie maanden na aankondiging in deze Revue, aan de Leden der N.G.V. op aanvrage ter lezing worden verzonden.)

Enige nieuwe familie-organen zijn ons toegezonden, waaronder : Van Ackeren’xhe Familien blaffer, private Viertcljahrschrift fiir die Nachtkommer des Heinrich van Ackeren, Bauer in Mehr bei Kleve, Herausgeber Dr. med. Heinrich van Ackeren, Kleve, Tiergarten 19. 1. Jrg. Februar, Mai, August, November, 1953; 2. Jrg. Februar, Mai, Nov. 1954; 3. Jrg. Februar, Mai, August, Nov. 1955.

,,De Griffioen”, familie-orgaan De Lange, Redactie en Administratie Leidsegracht 59. Amsterdam. 2e Jrg. NO 2 en 3.

Van de bekende familieberichten kwamen binnen: ..Den Aller”, orgaan der familie Van Aller, 3e Jrg. No. 5, Dec. 1955.

Het vierde Jaarverslag van dc Fundafio Hondius. bevattende naast een verslag der werkzaamheden over 1955, een belangrijk artikel over het Uitgevershuis Hondius, op de Dam te Amsterdam.

Gruoninga. Mededelingenblad van Afd. Groningen der Nederl. Geneal. Verg. Red. Tijmen Balk Mzn., Eyssoniusstraat 15. Groningen, 3e Jrg. No. 1 : A. Hoff. Oost-friese voorouders van het Groninger geslacht Steenhuizen; A. Rudolphus. Nogmaals Von Aswede; 1. Roelfsema. Reddingius en Redingius; Oprichting onder-afdeling Winschoten.

De Brabantse leeuw, Jrg. 5 No. 1 en 2, Jan.-Febr. 1956 : A. v. B. Cornelis Buys, schout van Oudheusden; 1. P. W. A. Smit. De voorzittersstoel van Representanten van Bataafs Brabant: 1. P. H. Goossens. Doctor Fey en de heerlijkheid Hillegom; B. W. van Schijndel. Heraldiek als hulpbron; 1. 1. M. Heeren. De graafse tak van de familie Her- mans; F. W. Smulden. Familie Walraven; Mr. 1. Belonje. Iets over de Heerlijkheid Op- en Neer-Andel; 1. P. H. Goossens. Nederlandse kwartieren van Schopenhauer.

Met Gansen Trou, 5e Jrg. No. 12, Dec. 1955; 6e Jrg. No. 1, Jan. 1956; 6e Jrg. No. 2, Februari 1956 : F. W. Smulders. Giersbergen, deling van een hoeve in 1674; Zd. Gierbergen, enige verkopingen; Pauselijke zouaven uit het Dekenaat Heusden; B. W. van Schijnde/. Genealogie der Kievitsen van den Hil; H. B. M. Essink. Bossche Poorters.

De Limburgse Leeclw, 4e Jrg. No. 3, Jan.-Febr. 1956 : /an Verzijl. Genealogieën van Venlose schepenfamilies. XVII. Geldt: M. G. M. A. van Hcysf. Huwelijken van soldaten der Elvenschans en van andere garnizoenen in de kerk van de H. Martinus te Gronsveld in de periode 1679-1795; L. 1. Morreair. Enkele bijzonderheden over de voormalige Elvenschans bij Eysden; ]an Verzijl. Adriaan de Rougemont; Een Roer- mondse tak der familie van Rijswijck.

Nederlands Archicoenblad, orgaan van de vereniging van Archivarissen in Neder- land, 60e Jrg. No. 1 : Verslag der 70ste Algemene Vergadering, 17 Sept. 1955.

De Nederlandsche Leeuw. 72e Jrg. No. 2, Febr. 1956 : Bestuursberichten; Collectie Vogels: 1. G. F. M. G. Baron van Hoocll tof Westcrflier. Rekenkamer en genealogie; Mr. P. Adam-Even. Aantekeningen op de genealogie der eerste heren van Helmond uit het Huis Berthout; W. Wijnaendts van Resandtt. Het Utrechtse geslacht van Re- sant; Boekbespreking. Met bijblad : de genealogie Lacke-Lakke.

Ons Voorgeslacht, 1 le Jrg. No. 57, Jan.-Febr. 1956 : Ir. 1. A. van der Giessen. Kwar- tierstaat van Mattheus van der Giessen; 1. H. Brakke. Merkwaardige geslachtsnamen; A. 1. van Room Veerman; C. Hoek. Boekwout: W. Kieboom. Familieverhaal van het geslacht Bril; D. oan Baalen. Van der Lee; T. van der Loos. Het geslacht Streso; Kwartierstaat Kieboom.

91 It Beaken. Jiergong XVIII No. 1. Febr. 1956 : Prof. Dr. 1. H. Brouwer. De eerste Fryske sonnetteskriuwer. in Makkumer; A. Hallema. De Leeuwarder juristenfamilie Bouricius en de Dokkumer wezen; Drs. H. Halbcrtsma. ,,Jelmera-hom”.

Ons Amsterdam. 8ste Jrg. No. 2, Febr. 1956 : P. A. v. d. Linden Vooren. De Plan- tage; H. W. Alings. Merkwaardige gevelstenen; Brief van Sam. A. Ireland over zijn bezoek aan Amsterdam in 1789; I. H. Krnizinga. De ,.Oude Ooster” werd ontruimd.

Het Personeel Statuut. 7e Jrg. No. 1, Jan. 1956 : P. M. C. Ballieus. Wet op de lijk- bezorging; 1. C. van Duynen. De doorhaling van een van rechtswege nietige erkenning.

Your Ancestors. by Harry Ferris Johnston. Vol. 9 No. 4. Oct.-Dec. 1955 : Hill. White, Brown, Wilcox. Sherwood. Dibble, Farnham, Beardsley, Spoor.

The Detroit Society for genealoyical Research. Winter 1955 : Alice D. Serrelt. Our coronation summer; Mrs. Monfgomery and A4rs. Millbrook. Wayne County returns from the Michigan territoria1 census of 1827; A Felch family history; B. Puffer Kreage. Ancestors and descendants of Salomon Sibley; Brooks; Pears; Eerly marriage records of Macomb Country, Michigan, copicd from the original records by Mrs. Kreage and Mrs. Millbrook.

Genealogical Forum of Portland, Oregon, Dec. ‘55 : Verenigingsmededelingen; boekenlijst; Vragen.

The Staten Island Historian, Vol. XVI No. 4. Oct.-Dec. 1955 : Loring McMillen. History of the Medical profession of Staten Island; Marjorie Kerr. In love und friend- ship; M. C. Jessup. Please bring bananos; Historie shrines on Staten Island; Thc sinking of the Northfield.

L’lntcrmfdiairc des Gén~aloyistes. No. 60, Nov. 1955 : Nummer uitgegeven ter ere van de President, A4. G. Dansacrt. bij gelegenheid van zijn 80ste verjaardag; Hommage au Prfsident; les Travaux de Georges Dansaert; Les Batards de la Maison de Bour- gogne et leur descendance; Histoire des Origines belges de la famille Dclano-de Lannoy aux Etats-Unis d’Amerique. Bizonder Fraai uitgevoerd nummer van 116 pagina’s met uitzonderlijk belangrijke inhoud, waarmede wij de Redactie gelukwensen.

Oostvlaamse Zanten. 31e Jrg. No. 1, Jan.-Febr. 1956 : In Memoriam Lodewijk A. Verlodt; Dr. Ti. W. R. de Haan. Vastenavondviering in Nederland: Htr.yo Arens. Volkssagen uit het Land van Waas.

Der Archivar. VIIIe Jrg. Heft 4, Dez. 1955 : 34. Deutscher Archivtag in Augsburg am 20. und 21. Sept. 1954; diverse verhandelingen betreffende archieven.

L)cr Dcutsche Hugenoft, 19e Jrg. No. 4, Dez. 1955 : E. C. Priuat. Wir wollen die in vielen Filmilien bewahrte Tradltion fiir die jungere Generation am Leben erhalten; F. dc Bcaulicu. Frankreich zur Zeit Heinrich IV; Waltcr Mulof. Michael Mulat des Ruisseaux; Familienforschung.

Monatshefte fiir evangelische Kirchengeschichte des Rheinlandes, 5e Jrg Heft 1/2, 1956: Rektor Zimmerman. Josef und Alfred Sittard; Pfarrer Kelm. Anfange evangelischen Glaubens in Oberwinter; D. Rosenkranz. Aus der Geschichte der bergischen Gemeinde Homberg.

Familie und Volk, 4e Jrg. Heft 6, Nov.-Dez. 1955, 5e Jrg. Heft 1 Jan.-Febr. 1956: E. Schircks. 13e familie des Samuel Hahnemann; Dr. T. 0. Achelis. Studien zur Mat- rikel der Universität Kiel; Bürgeraufnahmen in Emmendingen (Baden), 1617-1750. In Heft 1, 5e Jrg. Jan.-Febr. 1956 worden gepubliceerd acht artikelen over de beoefening der genealogie in Zwitserland, Oostenrijk. Nederland, Denemarken, Noor- wegen, Engeland, Spanje, Portugal en de Verenigde Staten. Het artikel over Nederland komt mij voor wat eenzijdig te zijn belicht.

92 Mittehrngen des Herold. No. 42-43, Oct.-Nov.-Dez. 1955 : Buitengewoon interessante mededelingen, waarin het Bestuur zich op goede gronden verontschuldigt nog steeds in stencil-druk te moeten verschijnen, wat niet weg neemt. dat deze uitgave steeds belangrijke artikelen inhoudt : o.a. Mededelingen over vergadering, verschenen boeken en tijdschriften.

ZeiCschriF für Niedersachsische Familienkunde, 30e: Jrg. Heft 6, Nov. 1955 D. Kausche. Die Vahlenkampffs in Harburg; Altona und Hamburg im 17. und 18. Jahrhundert. Schrifttumsberichte zur Genealogie und zu ihren Nachbargebieten : Bibliographie der Geschichten deutscher Regimenten.

Norddeutsche Famliekunde, 4e Jrg, Heft 6 Nov.-Dez. 1955, 5e Jrg. Heft 1, Jan.-Febr. 1956 : Dr. M. Gronrin, Die schiilerliste der Lateinschule zu Osterode 1642-1648; J. Schwettscher. Segeberger Einquartierungslisten aus dem Jahre 1627; E. Jörns. Bei- trage ZU einer Gesamtstammfolge Ramberg; Erich Pliimer. Ein Personenregister der stadt Dassel von 1609 und Seine Bedeuting für die Dasseler Bevölkerungsgeschichte.

Schleswig-holsteinische Familienforschung und Wappenkunde. Dez. 1955 : Liste K.

Siidwestdeufsche BlStter fiir Familien- und Wappenkunde, Jrg. 7 Heft 3. Dez. 1955 : Hansmartin Decker-Hauff. Die Familie Emhart; Ahnentafel Hesz.

Beitrage zur WestfSschen Familienforschung, Band 1X11 Heft 3, 1954 : Ein west- fälischer genealogenkreis des 18. Jahrhunderts.

The Coat of Arms, Vol. 111 No. 25, Jan. 1956 : Dr. C. d’oliuier Farran. Royal Co- ronets; lain Moncreiffe. The Atholl arms; J. P. Brooke-Little. The third international Heraldic and genealogical Congress, 1955; Rowland Brefton. Civic Arms: C. R. Hum- phery-Smith. Purpure; Heraldic glass at Emanuel school; C. W. Scotfgiles. Guide Weyrantees; H. Stanford London. Minor Monsters; The very Rev. T. T. Reed. Some notes of ecclesiastical Heraldry.

The Genealogisfs’ Magazine, Vol. 12 No. 4. Dec. 1955 : Philip M. Thomas, M. S. The Jacobite Heir; The Descent of Crown Prince Rupprecht of Bavaria; G. Andreas Moriarty. The New England visit of William Edmondson, the Quaker; Cregol D. P. Nicholson. Some early emigrants to America.

Proceedings of the Hugaenot Society of London, Vol. XIV No. 3 : Alice C. Carter. The Huguenot contribution to the early years of the Funded Debt, 1694-1714; Joan Gladsfone. The de Bailleuls in Flanders and the Bayleys of Willow Hall: Ida Dar- lington. The reformation in Southwark; W. 1. Stankiewicz. The Edict of Nantes in the light of mediaeval politica1 theory.

Römisch-Katholische Rundschau sus Ungern, Nov. en Dez. 1955 : o.a. Kirchenjubileen in Budapest und in der Provinz; Weinachtshilden; Die kirchlichen Kunstschätze werden ausfindig gemacht.

Rivista Araldica. Anno LIV No. 2. Febbr. 1956 : Collegio Araldico; assemblea generale del 29 Januari 1956; A propos de la Couronne der anciens comtes Immediats du Saint-Empire, etc.

Adlcr. Zeitschrift fiir Genealogie und Heraldik, 73. Jrg. 3, (XVII.) Band, 16. Heft, Wien, Juli/August 1955 : A. M. Scheiber. Das Fridinger-Pantz-Haus; E. u. Rajakouics. Die Abstammung Katharinas von Bosnien, der Gemahlin des Grafen Hermann von Cilli; L. Zgalffy-lgoli. Uber die Abstammung der Barbara v. Rottal und die Versippung österreichischer und Schlezischer Landeshauptleute; R. v. Barfsch-Solgasf-Dylrrn. Die Waiblingcr Sattler in Osterreich.

SenFlencggcr Monafsblatt fiir Genealogie und Heraldik, 111. Band 2. Heft 1955; 3.-4. Heft, JulilSept. 1955 : o.a. K. F. uon Frank. Schlegel von Gottleben; H. W. Höff- linger. Adels- nnd Wappenverleihungen.

93 Irlsfifufo Informafiva, Ano 111 No. 33, 1 febr. ‘56 : Mededelingen van het Instituut; Adelijke titels; Inhchtingen; Mis voor Lodewijk XVI; de titel van Excellentie in Italië.

Slakt och Hävd, No. 3. 1955 : Herr Hollsten Hakanssons bok; Plastlagarefamiljen Gejer, 2.

Aan deze reeks konden wij sinds kort toevoegen het Kwartaalsblad van ..The Scottish Geneabgy Society”, waarvan bereids in ons bezit kwamen de Jaargangen 1954 en 1955.

Amsterdam, Maart 1956. W. R.

AGENDA VAN DE JAARLIJKSE ALGEMENE VERGADERING DER NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING te houden op Zaterdag 21 April 1956 te 15 uur in een der zalen van de ,,Karseboom Corner”, Groest 53 te Hilversum (ingang Biersteeg)

1. Opening door de waarnemend Voorzitter. 2. Notulen der vorige Jaar]. Alg. Verg. van 23 April 1955 te Amsterdam. 3. Ingekomen stukken en mededeiingen. 4. Jaarverslag van de Secretaris. 5. Jaarverslag van de Penningmeester. 6. Verslag van de Kascontrole-commissie. 7. Begroting voor 1956. 8. Benoeming van een nieuwe Kasconstrole-commissie. 9. Bestuursverkiezing. Afgetreden zijn de Heren: T. den Herder, A. W. Brave en W. A. Slingerland. Deze leden stellen zich niet herkiesbaar. Voor de functie van voorzitter wordt gesteld de Heer Mr E. H. Y. uan Hees. Als penningmeester stelt het bestuur voor de Heer Drs W. Roodenburg, terwijl als administratief secretaris wordt gesteld de Heer J. Hagoort. Het is de bedoeling dat laatst genoemde candidaat tesamen met de reeds in functie zijnde corresponderende secretaris, de Heer F. Renssen, de post van het secretariaat vervult. 10. Rondvraag. 11. Sluiting van het officiële gedeelte.

Na afloop bestaat gelegenheid, voor zover de tijd dit toelaat, om nog enige tijd bijeen te zijn om genealogische gegevens uit te wisselen, terwijl ook enige mededelingen zijn te verwachten over de viering van ons tien-jarig bestaan, dat dit voorjaar tezamen met onze jaarlijkse Genealogische Dag zal worden herdacht.

94 WATERLOOS (FR) AMSTERDAM I

1 IVAN GILST I %. HOOGHT DE LPT LEIDEN

KLEYN

VLAANDEREN

WAPENKAART No. 10 Bijlage Gals Nostra, No. 4, April 1050 VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, die met zijn onderzoek is vastgelopen, dan wel diegenen, die met andere personen verbinding zoeken op genealogisch en heraldisch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra, Post- bus 976, Amsterdam-C. Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden,

LIX RAVEN. a. fan Lix Raven. Raad en Lt Gouverneur van Curaçao 1781-82, geb. ald. 1724 (datum 7) t Curaçao 17-8-1792, zn. van Gabriel en Cafharina de Wit. Gezocht worden de genealogische gegevens omtrent dit ouderpaar. Het werk van Dr Ds A. J. C. Krafff over de Oude Families van de Ned. Antillen geeft geen uitkomst. b. VISSER-CURTIUS. Te Doesburg werd 24-11-1713 gedoopt Maria Anna Visser, als dr van Chrisfof[el en Jacoba Curfius. Gaarne de genealogische gegevens van dit ouderpaar. c. KUVEL-VAN DOORNIK. Wie helpt mij aan de datum van het vermoedelijk te Batavia vóór 1725 gesloten huwelijk van de Onderkoopman en protocollist Abraham Kwel (1692-1746) en Anna van Doornik (1690--1741). d. v. d. BOOGARRT-COOL. Te Cleve werd 22-11-1832 geboren Chrisfina Wilhelmina uan de Booyaarf. als dr van Bartholomeus en Anna Cafharina Cool. Beider genealogische gegevens en die van hun voorouders worden gaarne ingewacht. e. HEYLIGERS-CORT. Pefronella Wilhelmina Hyligers werd te Deventer geb./ged. 18/25-7-1782 als dr van Dr Rtrdoll: Heyliyers en Anna Euphemia Corf. (Deze laatste naam droeg later bij tot de vorming van de geslachtsnamen Corf Heyliyers en Corf van der Linden). Gezocht worden de genealog. gegevens van dit ouderpaar en beider voorouders. f. DRAAX-NOPPER. Vóór 1750 moet de latere chirurgijn Piefer Draax te Hoorn, Edam of Purmerend geboren zijn als kind van de Doopsgezinde ouders Claas. eveneens chirurgijn. en Trijntje Nopper, die te Hoorn huwden 25-4/10-5-1733. Hij uit Purmerend en zij uit Hoorn afkomstig. Gaarne de geboorte en overlijdensdata van ouders en zoon.

9. COSSAN DE LILLE. Te Londen huwden 18-8-1694 lacobus van Ouerzee (ged. R’dam 13-5-1664) en Henrieffe Cossan de Lille. Wie helpt mij aan haar genealogische gegevens en die van haar ouders 1 ll. OUBOTER-KALFF. Waar huwden tussen 1804 en 1790 Hendrik Oubofer en Cornelia Kalff 1 Niet gevonden in Rotterdam of Dordrecht, resp. geboorteplaatsen van hun dochter Sophia Cafharina en van de vader. i. ENGBERS. Wanneer werd te Dalen (Dr.) circa 1681 gedoopt de latere te Kuinre (0.) staande predt. Ds Euerardus Engbers. Wanneer en waar (te Kuinre ?) overleed hij en wie waren zijn ouders? j. DUDOK-DE WIT. Waar en wanneer stierven en/of werden begraven (na 1750) Isaac de Wit en zijn vrouw Margrieta Dudok 7 95 DE LA PALMA DE SAN FLIENTES - GHYSELIN. Wie verschaft mij de genealogische data van het echpaar lohan Maîfheus de ia Palma de San Fuenfes, Capiteyn t. zee en Cornelia iohanna Ghyselin. die te Vlis- singen 8-7-1700 een dochter, genaamd Johanna Maria, lieten dopen 7 -

VAN LOON - BAAN. Wie verschaft nadere inlichtingen omtrent het echtpaar en beider voorouders : lan van Loon, chirurgyn te Benschop, Haastrecht en IMoerkapelle, en Wilhelmina Baan. Te Haastrecht werden twee kinderen gedoopt, nl. Alida en Geertruid in de jaren 1751 en ‘55.

BOSBOOM. In het begin van de 18e eeuw was te Terborg Frans Bosboom burgemeester. Hij had een dochter Alcyda Geerfruida, die aldaar 22-1-1732 huwde met Wilhem Hen-

LX WRIGHT, VOS. Gevraagd de herkomst van Samuel Wriyht. gehuwd met Catharina Vos, van Utrecht, geb. in Mei 1740. Haar grootvader Hermannus Vos huwde 14 April 1714 te Utrecht [ohanna van Tiel; gaarne eveneens de herkomst van Hermannus Vos. Mej. H. W. SONT, Zaagmolenstraat 3, Amsterdam.

RECTIFICATIE In de kwartierstaat van onze grote vliegtuigbouwer Fokker, welke wij in het Januarinummer van ons blad mochten afdrukken heeft het zet- duiveltje ons parten gespeeld. Wij bieden onze lezers hierbij onze ver- ontschuldiging aan en verzoeken ter plaatse onderstaande wijziging aan te brengen, daar anders eenmaal gedrukte fouten, vooral in de genealogische litteratuur, ten eeuwigen dage hun verwarring blijven stichten. Gens Nostra, Jrg. 11. Nr. 1, Januari 1956, blz. 12, Kwartierstaat Anthony Herman Gerard Fokker, IV/l en IV/2, Abraham Fokker : zijn data van geboorte, doop en overlijden behoren resp. te luiden: 3/8-2-1781 en 27-12-1825; Maria Adriana ‘t Hooft: haar plaatsen en data van geboorte, doop en overlijden behoren gelezen te worden: */(B Dordrecht 10/12-6-1783 en i_ Middelburg 4-4-1814.

MEDEDELING VAN DE REDACTIE In dit nummer van ons orgaan zet de Heer A. R. Kleyn, de reeks kwartierstaten van bekende Nederlanders voort met de publicatie van de vooroudertabel van de op jeugdige leeftijd overleden veelbelovende dichter Jacques Perk, waarmede de eerste kunstenaar in dit genealogisch Pan- theon zijn intrede doet. In de volgende nummers zullen er meer volgen.

Bij deze aflevering van Gens Nostra is gevoegd een fraaie wapenkaart met 25 familie- blazoenen. De opname van zulk een wapen geschiedt na overmaking van f 6.50 aan de Penningmeester der Vereniging en door inzending van duidelijke schets, kleurbeschrij- ving, bron van herkomst van het wapen en plaats van herkomst van het geslacht.

96 ,,ONS GESLACHT” MAANDBLAD DER NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING CsOEDGEKEURD BIJ ~ONINWLIJK BESL. “AN 16 A”u”*T”* ,848. NO. 0s Lwe7teliik goedgekeurd bl, KO”l”kll,k Beslult Yl” s April IQJJ JAARGANG 11 No. 5/6 MEI/JUNI 1956

Redacteur : W. D. H. Rosier, Postbus 976, Amsterdam. Administrateur van de Contact- afdeling : C. Roodenburg. Van Eedenstraat 9, Haarlem. Administrateur der verzending van het Maandblad: Jan Hagoort. Kloosterstraat 11, Naarden. Secretariaat der N.G.V.: Postbus 976, Amsterdam. Contributie minimum fl. lO.- te storten op Girorekening No. 547064 ten name van de Penningmeester der N.G.V. te HAARLEM.

Bij de voorgenomen herdenking van ons lOrjarig bestaan pasf, ook al mag het waar zijn, dat ons bestaan achter de schermen op een langer tijdvak, dat zich tot in de duistere oorlogsjaren uitstrekt terugziet, een ogenblik bezirwing op ulat verricht is en wat bereikt mocht Ivorden. Wij mogen dankbaar zijn voor het gelukkig initiatief der oprichters, welke een vereniging in het leven riepen, die bewezen heeft in de afgelopen jaren door haar snelle groei, dat zij in een werkelijk bestaande behoefte voorzag. Onze confactdienst, een nieuw idee, heeft talloze amafeur- genealogen op het spoor gebracht van anderen bezig mef dezelfde ge- slachfen en het werk vergemakkelijkt en tof een steeds groeiende samen- werking geleid. Er is veel en dikwijls moeizaam werk verricht, maar de groei van onze vereniging heeft aangetoond, dat dit welbesfeed was.

Mogen wij erin slagen de moeilijkheden van onze voorgangers te over- winnen. hun prestaties te evenaren en zo mogelijk te overtreffen, opdat de ontwikkeling van hun initiatieven een sfeeds opgaande lijn vcrfone. zoals wij ieder bij de studie van hef leven va,n onze voorouders mogen leren, of het nu koningen of bedelaars. rechters of moordenaars waren, van wat zij misdreven en een sfimulans mogen ontvangen hun fouten te vermijden en hen in hef goede te evenaren en zo mogelijk te overtreffen. om hen zo te eren door de wijze waarop wij bestaan en het begrip, dat wij fonen voor foufen en moeilijkheden, welke wij tegenkomen, verrijkt door de levenslessen van hen, die ons zijn voor gegaan... . en (niet in de laafste plaats daarbij de ontspanning en hef vermaak vinden, dat ongetwijfeld ook hun deel is geweest.

Amsterdam, april 1956. De Voorzitter der N.G.V.

97 UIT HET VERST VERLEDEN Nu de N.G.V. haar lO-jarig feest gaat vieren, willen wij - gewend bij het voorouderonderzoek terug te gaan tot in het verst verleden - ditmaal het begin van deze vereniging aan een ,,historisch” onderzoek onderwerpen en van haar oor,sprong en eerste tijd vertellen wat wij, hierbij betrokkenen, ons nog kunnen herinneren en wat hierover geboekstaafd is. In de jaren 1942/43 ontmoetten van der Ham en Nelemans elkaar, beiden als arbeider ondergedoken in een der fabrieken te Amsterdam- Noord om deportatie door de bezetter te ontgaan. Tijdens een der vele luchtalarms kwamen zij in de schuilkelder in gesprek met de aldaar eveneens werkzame Kilsdonk, waarbij spoedig bleek, dat alle drie levendige belangstelling voor de genealogie koesterden. Plannen kwamen ter sprake, waarbij het besef, dat deze belangstelling door velen zou worden gedeeld en de wenselijkheid om de genealogie in wijdere kring bekendheid te verschaffen de drijfveren waren. Plannen echter, dia wachten moesten tot de bezetter zou zijn verdwenen. 1 Door de gevangenname van Van der Ham medio 1943 ging het kontakt tijdelijk verloren ; d e I‘dee van de vereniging was echter geboren. Medio 1944 werd het kontakt vernieuwd en uitgebreid. Door bemid- deling van Kilsdonk kwamen Va,n R@ en Vogelpoel het oorspronkelijk drietal versterken. Na vele besprekingen, waarvan de belangrijkste plaats vond in het ledige winkelpand Ruyschstraat 95 op 19 december 1944, t kreeg te Amsterdam ook de eigenlijke oprichting haar beslag en wel op 27 december 1944 in een lokaal van het huis Blasiusstraat 95. Op dit adres werd ,,Het Parool” illegaal vervaardigd, terwijl ter ca- mouflage de lading werd gedekt door de wandelsportvereniging ,,S.V.V.” Besloten werd, alvast aan het werk te gaan. De moeilijkheden kwamen al direkt, want nu was het Nelemans, die na op straat te zijn opgepikt, het land werd uitgevoerd. Het lukte om drie clandestiene - op de stencilmachine van ,,Het Parool” gedrukte - blaadjes te laten verschijnen, welke werden verzonden naar diegenen, waarvan kon worden ver- wacht, dat zij de nieuwe vereniging zouden steunen. De reaktie was gunstig en op het moment van de bevrijding stonden ongeveer veertig personen als lid geboekt. Maar ook de bevrijding bracht voor de jonge vereniging tal van nieuwe problemen. Het bestur viel grotendeels uiteen doordat nu de werkzaamheden bij de B.S., Vrijwillige Politie en Gezagstroepen alle tijd opeisten. Desalniettemin kon het verenigingswerk worden voortgezet. De oprich- 1 ters brachten een aanvangskapitaal van f 250,- bijeen, terwijl pogingen werden ondernomen om bij het Militair Gezag de drukvergunning, bij het Bureau Papierverdeling van het ministerie van 0.. K. en W. de papiertoewijzing, bij de afdeling Perszuivering van het departement van Binnenlandse Zaken de certificaten van geen bezwaar en bij de Pers- 1 raad de verschijningsvergunning te verkrijgen. Zo kon dan december 1945 het eerste nummer van ons maandblad ,,Gens Nostra” eindelijk in druk verschijnen. Snel kon de N.G.V. niet groeien, want in de eerste jaren ondervonden wij nog talloze moeilijkheden, als gevolg van het verkeerde gebruik tijdens de bezetting. Niettemin werd met taaie volharding vaak onder kommer-

98 volle financiële omstandigheden, ja zelfs gebukt onder schulden, vooct- gegaan. Meerdere malen was zelfs het voortbestaan der vereniging kritiek. Doch steeds meer nieuwe leden melden zich aan en de eerste afdelingen konden worden opgericht. Eind 1947 telden we ca 500 leden. Doorzetten bracht de overwinning en thans staat onze vereniging als de grootste in ons land met 1200 leden pal voor haar grote taak. Thans kunnen wij met vertrouwen de toekomst van onze vereniging tegemoet zien en als oprichters spreken wij de wens uit, da,t de N.G.V. tot in lengte van dagen met, voor en door de leden haar schone taak zal mogen blijven vervullen !

De oprichters :

J. T. VAN DER HAM N. D. KILSDONK Ir- F. A. NELEMANS K. J. J. VAN RIJN A. VOGELPOEL.

MEDEDELING VAN DE REDACTIE Ook dit Jubileumnummer brengt ons van de hand van de bekende genealoog, de Heer A. R. Kleyn, de volledige kwartierstaat van een groot Nederlander, de onlangs verscheiden Vice-President van de Raad van State, jhr. Mr. F. Beelaerts van Blokland, die naast zijn staatkundige werkzaamheden ,gaarne ook zelf met succes de genealogie en heraldiek beoefende.

In verband met vele vragen die Redactie en Contactdienst bereiken omtrent het bestaan van een wapen van een bepaalde familie, wordt medegedeeld dat men dergelijke verzoeken rechtstreeks dient te richten tot de Heer A. R. Kleyn, Parklaan 2B te Zeist, onder opgave van geslachtsnaam, plaatsen of streek van herkomst en eventuele andere voor het onderzoek van belang zijnde gegevexm. Uiteraard zal per geslacht een klein bedrag voor het te geven advies in rekening worden gebracht.

De Archivaris der gemeente Vlaardingen deelt mede, dat de open- stelling van de leeszaal op woensdagavond met ingang van 1 juni e.k. wordt opgeheven.

Op de jaarlijkse algemene vergadering der N.G.V. gehouden te Hil- versum op 21 april 1956 zijn gekozen : tot Voorzitter Mr. E. H. IJ. vm Hees te Hilversum, tot Penningmeester Drs. W. Roodenburg te Leiden en tot administratief Secretaris : 1. Hagoort te Naarden.

99 BIBLIOTHEEK NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING

VERZAMELING VAN IN OORLOG GEFUSILLEERDE STUDENT Duizenden vorstenportretten in 13 ordners als aanwinst voor de genealogische bibliotheek

Een heel merkwaardige verzameling, die in haar soort waarschijnlijk wel de volle- digste van ons land is, heeft onlangs de Bibliotheek van de Ned. Gen. Ver. verrijkt. Het zijn 13 dikke briefordners en een stapel schriften, die ter bewaring zijn toevertrouwd aan de Bibliotheek. Der tien ordners, die een unieke verzameling bevatten van foto’s en tekeningen betreffende alle vorstenhuizen van Europa. Een stapel schriften. waarin uitgebreide geslachtsregisters van diezelfde huizen. _. Deze waardevolle verzameling werd geschonken door de ouders van de in 1944 door de Duitse bezetter gefusilleerde medewerker van het illegale .,Trouw”, de student lan Goldschmeding. Deze student G. is omstreeks 1940 met een oneindig geduld aan deze unieke collectie begonnen. Bij de nog niet uitgezochte stukken vindt men nog enige brieven, die hij als antwoord ontving op zijn verzoeken om informaties, gericht aan gemeentebesturen. regenten van gasthuizen, musea, archieven en andere instellingen, waarvan hij vermoedde, dat zij hem aan een portret zouden kunnen helpen. Velen malen moet hij .- zoals enigen der bewaard gebleven brieven aantonen, een antwoord hebben gekregen, waarin men betreurde hem niet te kunnen helpen omdat wegens tijdsomstandigheden de bedoelde schilderijen waren opgeborgen. Niettemin groeide de collectie. Zozeer zelfs, dat in 1942 de directeur van het Koninklijk Huis- archief, Dr N. Japikse in een brief kon zeggen : ,.er ontbreekt zeer weinig aan de verzameling...” de verzameling van portretten van afstammelingen van Ernst Casimir, graaf van Nassau-Catzenellebogen en Dietz en Sophia Hedwig, hertogin van Braunsch- weig-Wolfenb,üttel, waarvan een uitgebreid geslachtsregister twee dictaatcahiers beslaat ! Maar het is niet alleen het huis van Oranje-Nassau, dat in deze verzameling vertegenwoordigd is. Het Koningshuis van België komt evenzeer in de verzameling voor, evenals het huis Wittelsbach. Braganza-Orleans, Bourbon en ook de graven en hertogen van Gelre. Het is een bijzonder mooie aanwinst, die aan vele genealogen en beoefenaars van de wapenkunde goede diensten zal kunnen bewijzen.

Deze verzameling, solied verpakt in houten kist, wordt ook uitgeleend. De voorwaarden van uitlening worden U verstrekt door de Bibliothecaris 1. Schipper Ir. Neuweg 32, Hilversum. Tel. 5136.

D.s W. I. Schaap, Klaas Woltjerweg 15 L, Zuidbroek (Gr.) vertoeft omstreeks Juli/Aug. a.s. in Denemarken en zal dan het Rijks- of Lands- archief te Kopenhagen bezoeken. Daar Ds Schaap reed,s verschillende malen genoemd archief bezocht, is hij in de archivalia aldaar goed thuis. Ds Schaap heeft zich bereid verklaard om voor onze leden belangeloos op het archief te Kopenhagen een of ander genealogisch onderzoek te doen. Zij, die daar dus belang bij hebben stellen zich met Ds Schaap in verbinding.

In verband met enige aanvragen is overgegaan tot het herdrukken van les 12 der Geneal. Cursus, zijnde een lijst van 400 latijnse uitdrukkingen met haar vertalingen in het hollands, voorkomende bij onderzoekingen in oude registers. Deze lijst is verkrijgbaar tegen storting van f10.75 op de Girorekening van de Penningmeester der N.G.V.

100 GENEALOGISCHE EN HERALDISCHE GEDENKWAARDIGHEDEN IN EN OM DE KERK DER NEDERDUITS HERVORMDE GEMEENTE TE VOORBURG medegedeeld door M. C. SIGAL

Sedert wijlen Mr. P. C. Bloys van Treslang Prins de zerken in de Nederduits Hervormde Kerk aan de Heerenstraat te Voorburg noteerde voor zijne ,,Genealogische en Heraldische Gedenkwaardigheden in en uit de Kerken in de Provincie Zuid-Holland”. welk werk. in 1922 verscheen, is er een en ander in deze kerk veranderd. Dit bleek mij i.d.t. toen ik er langs kwam en de oude zerken, die op het voormalige kerkhof om de kerk liggen, eens wilde bezichtigen, waarbij ik ze meteen noteerde, en de kerk open bleek, waardoor ik gelegenheid had het inwendige te bezichtigen. De aanvullingen, die ik hier kan geven kunnen ontstaan zijn door dat enige zerken aan de aandacht van Mr. Prins zijn ontsnapt of door dat zij te voorschijn gekomen zijn bij de in 1940 beëindigde restauratie van de kerk.

IN DE KERK:

1. Naast de door Mr. Prins onder 2 genoem,de zerk ligt een zerk met het volgende opschrift : Hier leyt begraven/d’Heere Jacques Mar- figny, in syn leven/Commys generael van de ammitien/van oorloghe te velde in dienste/der Vereenigde Nederlanden/sterf den 3en February A 1650/oudt synde 62 jaaren/ Met Juffrouwe Philippofe van / Sypesfeyn syne huysvrouwe/sterf den 13en JulyA 1645. Dit opschrift bevindt zich binnen een cartouche, van onderen afgesloten door een engelenkopje met vleugels. Boven het opschrift een volledig wapen, waarvan het schild een rechterschuinbalk vertoont : eventuele andere figuren zijn weggekapt of weggesleten. Links en rechts vergezeld van twee boven elkander geplaatste schilden, waarvan het bovenste links weder een rechterschuinbalk vertoont, overigens ook weggekapt of afgesleten. 2. Het bij Mr. Prins onder zerk 4 vermelde en niet ingevulde kan aangevuld worden met : Kafheryn (a) . . . . .huists. 3. De datum 1 Juny op onder zerk 5 beschreven moet luiden : 4 Juny. 4. Hier leyt begraven/lan van der Wilden/den VI December/Ao. 1697. 5. Tegen de muur een kleine metalen plaat met het volgende opschrift : Senegal InggerssenlBaron van/ Gelfingenl Geboren den/1 5 Maart 1714/te Sangen/Hoorn. Gestorven in/‘s Gravenhage/den 28 De- cember/l786. 6. Een steentje in een der pilaren draagt tot opschrift : Hier leit be/ graven Len/derf Wil/lemszoen/sfacrf 1604. 7. Vóór de eerste trede van de trap, die naar het orgel voert : Hier legt begraven/]an Boense is gcstorven/den 12 December in jaar/1613. 8. Vóór het orgel staande bevindt zich links tegen de achterwand van de onder het orgel staande banken een koperen plaat, zwart omlijst, met de volgende inscriptie :

101 Het uurwerk is geschonken/door/Mevrouw de Wede P. 1. Veeneka geb. de Groot/en Haren Zoon/den Heer P. Veeneka,/Voorzittec van het Collegie van Notabelen/als blijk van aandenken aan hun genoemden/Echtgenoot en Vader, in leven Secretaris-Rent/meester der Kerkelijke goederen van 1839 tot 1851/Voorburg, 13 November 1886. 9. Onder het orgel, tegen de achterwand der banken, bevindt zich links en rechts een schild, omgeven door een trofee. Op het linker schild leest men : lBOO/Het eerste orgel/werd in deze kerk gelegateerd/ door/Adriaan Leonard van Heeteren/Bewindhebber/der/Westindi- sche Compagnie. Op het rechter schild leest men : 1879/Een nieuw orgel/werd aan deze kerk geschonken/door/Hare Koninklijke Hoogheid/Prinses Marianne/ der Nederlanden. N.B. Prinses Marianne bezat o.a. de buitenplaatsen Leeuwenstein en Rusthof, bij Voorburg gelegen, en woonde o.a. op de laatstgenoemde plaats.

10. De door Mr. Prins op blz. 513 van zijn weck beschreven wapens Timmerman-Coymans, die zich destijds boven een kapel bevonden zijn daar niet meer aanwezig. De steen, waarop deze wapens voorkomen, staat op den grond tegen de muur, rechts van de deur, die toegang gaf tot deze kapel, die thans ingericht is tot vergaderkamer. ll. Hyer leit begrave/Meester Lambrechf Otfensz./Pastor van dese/ kercke hy.- . . . . Binnenste randschrift : XXIIIJ op ten/XIIIJ dach Octobri/bit voor hem (?) ...... rburche.

OP DE VOORMALIGE BEGRAAFPLAATS OM DE KERK:

Teaen de kerkmuur : 1. FUamiliegraf/van/H. J. Klerk. Opschrift dwars over de zerk. 2. Familiegraf/van/H. van Zegwaard. 3. Rustplaats/van/Vrouwe Johanna Consfanfie Pauw/Douairière van Meurs/Job 19 vs. 25, 26, 27. Opschrift binnen een ovaal. Een hek om de zerk. N.B. Volgens de overlijden..+advertentie overleed Johan,na Consfan- tia Pauw, weduwe van den Hoogedelgestr. Heer Kolonel Henricus Steffanus van Meurs, te Voorburg 18 November 1845. 4. G. G. Fremery Kal/)‘./O. I. Fremery Kalff./E. B. Fremery Kalf/./ G. G. Fremery Kalff./C. H. J. Fremery KaIf/./H. de Blaaurv. Het graf, gedekt door twee zerken, waarvan de linker blanco, is omgeven door een ijzeren hek. 2. Op de zerk staat tegen de kerkmuur een monument, waarop men boven en relief van marmer een vlinder ziet waaromheen een slang in cirkelvorm, die in zijn staart bijt. Op het middengedeelte eveneens en relief van marmer de alliantie-wapens : Caan en van Hoogstraten, 8 waaronder deze namen, terwijl op het voetstuk staat : 18-32. Om- geven door een hoog ijzeren hek. 31 Verspreid op het kerkhof :

102 6. Mejufvrouw/Maria Catolina ]ohanna/de Vassy/overleden 3 No- vember 1869. 7. Hier rust/De Hoog Edel Gestrenge Heer/joannes Diederikus Crol/ oud-gouverneur van Curaçao en/onderhoorigheden/Ridder der Orde van den/Nederlandschen Leeuw/Geboren te Drumpt/#den 1 bden November 1807/overleden te Voorburg/den 1 bden Augustus 1870. 8. Mina. 9. D. T. F. Paryn/Predikant/overl : 9 Oct. 1862/Door het geloof/ spreekt Hij nog/nadat Hij/gestorven is. N.B. Daniël Theodorus François Pafijn, geb. ‘s Gravenhage (St. Jacobskerk) 19 Juli 1807, Ned. Herv. Predikant te Wade- noyen 1831, Voorburg 1837. 10. A. G. Heule/geb. 28 Mei 1805/overl. 18 October 1863. ll. Hier rust zacht/het stoffelijk overschot/van A. 1. Ruitenbach/geboren 17 October 1796 te Leeuwarden/overleden 7 Junij 1850 te Voor- burg/in leven gepensioneerd Oost Indisch/hoofd-ambtenaar, ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw/en/G. A. E. Wiggers/ oud-resident van Bantam/geboren 20 Maart 18lO/overleden 15 I:e- burari 1856. 12. Hier rusten/D. oan der Schalk/Lt. kolonel van het O.I. Leger/overI. S s d k te Voorburg 19 July 1847/en/J acs- Gerard- Fer- Did- Willems/geb. te Banda in 1832/overl. te Voorburg 8 Jany 1847. 12 15 13. Rustplaats/van/Mevr. C. M. Bloem/Donkersloof/l8-11 - 18-67 12 10 14. Rustplaats/van/W. P. van de Graaff/oud tien jaren/overleden op den Honaart den 12 October 1867/C. M. van de Graaff/oud 61 jaren/overleden op den Honaart den 30sten September 1870. N.B. De Honaard was gelegen in den Tedingerbroekpolder onder de gemeente Stompwijk. 15. Hier rust/Vrouwe/EIisabelh Cafharina ZubZi/weduwe/van den Hoogedelgestrengen Heer/G. M. Dolleman/gep. generaal-majoor/ geboren 6 Maart 1781 /overleden 15 Augustus 1861 /en/Johanna Conradina Dolleman/overleden 3 February 1856.

MEVROUW E. J. HUIZENGA-ONNEKES + Op 21 april overleed te Ten Boer (Gn.) mevrouw E. 1. Huizenga-Onnckes. Zij was als schrijfster en als folkloriste in het Groninger culturele leven een geziene figuur. De afdeling Groningen en Noord-Drenthe van onze vereniging verliest in haar een harer actiefste leden. Zelden ontbrak zij op een vergadering ; met grote belangstelling nam zij deel aan de besprekingen en vaak heeft de afdeling geprofiteerd van de goede ideeën, welke zij naar voren bracht. Haar lezingen. die steeds een heel aparte sfeer van rust en gezelligheid ademden, zullen nog lang in de herinnering blijven voortleven. Zij gaven steeds een schat van folkloristische bijzonderheden, die zo door mevrouw Htrirenga aan de vergetelheid ontrukt werden. Het was een voorrecht haar als lid onder de op vergaderingen aanwezigen te mogen tellen. Het was bovenal een voorrecht deze vrouw, waarvan zo’n grote harte- lijkheid uitging, als mens van nabij te hebben gekend. Groningen, 23 april 1956. B. J. BARTELDS.

103 .,I v/r “j3 V/4 Vi5 Vj6 V/7 V/B - -_ _- T Mr. PIETER ’ MARIA Ir. ISEBRANDU’ INGATIA Mr. WILLEM ANNA Mr. NICOLAAS ISABELLA BEELAERTS 1 ADRIANA JOHANNES Y. BEECK ADRIAAN MARIA JOHAN lGEERTRUIDA /. BLOKLAND v. BEEFTINGH FABER SENN v. BASEL HOOREMAN v. HOORN VERSCHOOR .

Zn van Dr van Zn “Ll” Dr Yl” Zn van Dr “an Zn “a” Dr van ;“lr Gerard en Mr Frons en Jeremisr Jacob en Huybert en Mr. Librecht Jan Cornellr Relnier en rena Wdhclmino Elisabeth en Camelia Ignatls Vlruly S;oetje Sara Cloot en Cornelia en Catharina Geertrwd l~randw,,k “an Catharina Satijn Catharma Rcimera Mzire Maria Isebree Johanna Blokland Y. Vianen Y< Panhuyr rrgem. v. Dordt, I ~ecolnm. t stst.

,i Gen a.d. Kaap de Goede Hoop. .hter R dam, L,d Tweede Kamei, 1. Gen, Secr./Lid Raad Y State. 11,". Y Staat. Mm.". hnancicn * ‘S Gravenhage * Vlissingen * Haarlem 24-1-1777 ln.Valkenbosch 31-8-1 785 26-9-1794 Dordrecht 5-7-1792 t’s Gravenhage -Gravenhage 25-2-1044 .‘sGravenhage 26-8-18331 -‘s Gravenhage 27-4-186f 3 22-3-1830 co Utrecht 26-9/12-10-1802 al ll. Utrecht 33-3-1815 . 1 11/2 Jhr. Mr. FRANS WILLEM ANNE MAGDALENA JACOBA BEELAERTS v. BLOKLAND MERSEN SENN v. BASEL HEER v. BLOKLAND (BE; K.B. dd. 20-2-1816, No. 66 verheven in de Ned. Adel) Vice-President Prov. Gerechtshof van Zuid-Holland Lid van de Raad van Rotterdam - Kaapstad 6-10-1810 “sGravenhage 18-3-1816 t ‘s Gravenhage 8-5.1886 t ‘~Gravenhage 4-4-1901

CC ‘s Gravenhag e 12-11-1840

Ihr. Mr. GERARD JACOB THEODOOR BEELAERTS v. BLOKLAND HEER v. BLOKLAND Referendaris Dept. v. Justit’g Lid Prov. Staten v. Zuid-Holland, Voorz. Tweede Kamer Stat. Gen., Buitengewoon Gezant en Gevolm. Minister der Zuid-Afrikaansche Republiek Rotterdam 12-1-1843 t ‘s Gravenhage 14-3-1897 CO Driebergen --.? lil l ‘s Gravenhage 21-1-1872 Jhr. Mr. FRANS HEER v. sce President Raad v. State (1933), Minister Y. Staat (1936), Oud-Minister v. BuitenLZaken, Oud-Buitengew. 0ud.V oorz. én Ere-Voorzitter Kon. VP - VIIO V/Il V/li - Vl14 Vil5 - Dr. theol. JOHANNA Y. Mr. CORNELIS CATHARINA GERARDUS NELIDA CYPRIANUS CATHARINA JOHANNES RYCKEVORSEL DE GYSELAAR GEERTRUIDA Y. GORCUM DE GREEF DE BERE JOHANNA KNEPPELHOUT HEEREGA ELISABETH v. HOEK

Zn “Ll” Zn van Dr vsn Dr van Zn Ya” Dr van Cornell. en Nicoleas en Ptetet en c)erk deGreelf Ianiet en Adrisn, I Rudalphus 4lnda Klinkhamer C Johanna Maria Geertruida en Geerke Maria V. Eek Hartman en Y. Borcharen Wcverlngh Heydelaar V. Teisterbant Christlna Lach

N H. Predok. te Raad en :unstschilder Doorn 1 7 70. Ba. Pensionaris “. rendrecht 1772, Dordrecht Naarden 1775. Vorlncheml782 emer. 1794

’ Breda ’ Gorinchem ’ Leiden Y Culemborg n Arnhem ‘1 m Halsteren ‘Iu Bergen 0, 24-4-1745 29-11-1750 19.2-1751 7-2-1751 11-11-1744 5-10-1738 718-1 1.1761 2oom3/7-2.176 t Lelden t Naarden t Leiden t Brussel t Arnhem t Arnhem Bergen op Zoonnt Bergen op zoo,. 31-8-1803 16-2-1780 29-5-1815 2-4-1 799 16-7.1827 2‘1122.1-1825 14-3-1814 25-11-1845

m Rotierdam a den Haag m Arnhem Q> Bergen op Zoom 19.10/5.11-1777 IB-l/l-2.1784 3126-2-1 769 79.100 3-12-1783 , 1 1v/5 1 V/6 1 vi7 I vp Dr. med. CORNELIS JOHANNA MARIA JAN EGBERTUS JACOBA LYDIA IOHANNES KNEPPELHOUr DE GYSELAAR v. GORCUM MARIA DE BERE

Raad en Schepen v. Gorinchem Generaal-Msjoor Kapitein der Burgerij aldaar vd. Gen. Stal Lid Mei. Ned. Letterkunde

* Naarden 31-8-1798 ‘/m Dordrecht *f m Arnhem *f* Bergen op Zoom 28-3/6-4-1787 27-1 1/3-12-1780 619-9-1 787 t Leiden 1-11-1818 t Leiden 24-12-1851 t Vuren 9-2-1862 t Wouw 19-8-1849 a) Leiden 23-12-1812 CO Bergen op Zoom 4-4-1805

11113 ll/4 Mr. KAREL JAN FREDERIK CORNELIS LYDIA JULIA MARIA v. GORCUM KNEPPELHOUT v. STERKENBURG HEER v. STERKENBURG en HOEKENBURG Lid Gem. Raad van Leiden 1863/69

* Leiden 13-9-1818 * Gent 26-7-1824 t Langbroek, k. Sterkenburg, 17-8-1885 t Leiden 15 5-1854 a) 1. Tiel 8 -1850

Ij/2 JOHANNA MARIA KNEPPELHOUT v. STERKENBURG

* Leiden 22.12-1851 t Arnhem 18-8-1923

5-7-1870

BEELAERTS v. BLOKLAND t ‘s Gravenhage 27-3-1956 BLOKLAND Gezant en Gevolm. Minister, Voorz. Hoge Raad v. Adel, Kamerheer i b.d. van H.M. de Koningin, Gen. v. Geslacht. en Wapenkunde GENEALOGISCHE EN HERALDISCHE AANTEKENINGEN BETREFFENDE HET GESLACHT GRAAUWHART (N.H.) EN AANVERWANTE GESLACHTEN’)

door F. RENSSEN

Schoon 3tL+5zory, fll 9eroep beletten Qm mijne .z&rdflteM te wetten GRAAUWHART ‘5ct d’ edele aigtkmat; vond ik rng Somtijd daartoe osrpliyt, om urij wapen : In zilver een de ‘$jeoullen uchart, Hendrickzn, en wiens zoon, de vierde en laatste Hendrik in successie dit geslagtboekje vol- eindigt. Deze drie schrijvende generaties Graauwhart en een map daarbij behorende notariëele acten zijn de aanleiding geweest tot deze publicaties). Afgewisseld met gedichtjes, naar de aard des tijds, krijgen wij achtereenvolgens te horen over geboorten, huwelijken, doen aantekenen in poorterschap, overlijden e.d. over ruim een eeuw en aangevuld met genealogische en heraldische aantekeningen over aangehuwde familieën. Teruggaande van de eerste kroniekschrijver (1662) om de oorsprong van het geslacht te vinden, vond ik bij de doopvermelding van de derde zoon dat deze genoemd was naar zijn grootvader Jan Graauwhart, die uit Hasselt (Ov.) afkomstig was en dientengevolge strekte het nader onderzoek zich naast het Gemeente-archief te Amsterdam ook uit tot de archieven van Hasselt. berustende in het Rijksarchief in Zwolle. De na-

‘) Voor zover mij bekend heeft dit geslacht géén verwandschap met de door Vor- sterman van Oyen vermelde genealogie Graauuert, en evenmin met de in de Navorscher van 1880, blz. 105 beschreven familie Graurvert. ‘) Dit wapen wordt als zodanig gevoerd door Maria Graauwlmrt (Vd). y, De volgende gegevens zijn, naast eigen onderzoekingen, geput uit twee geslacht- boekjes begonnen respectievelijk door Hendrick Graauwharf (IIIa) en Hendrick Graauw- hart (IVf) en een, map notariëele acten uit het bezit van Mevrouw J. de Flines-Hijmans te Santpoort, die ‘ik voor het gebruik hiervan hartelijk dank zeg.

106 volgende genealogie kwam nu te voorschijn: la. ]an Grau~ard, koekbakker te Has- selt, huwde omstreeks 1630 Neeltjen An- dries. Uit dit huwelijk werden geboren : 1. Andries Grauward, gedoopt te Has- selt 10 Juni 1632. Hij is doopgetuige op 16 Mei 1661 in de Zuiderkerk te Amsterdam bij Hendrick (IIIa) en is CRUYDENIEH(S) v.d. POEL zeer waarschijnlijk gehuwd geweest met Hendrina Cruijdeniers. 2. Hendrick Graauwhart, die volgt IIa. 3. Herman Grauward, ged. te Hasselt 26 Dec. 1635. 4. ]acob Grauwert, die volgt IIb. Ib. Grietje Grauwhart, zuster van Jan voornoemd. Zij huwt N. N. Hanekamp, van wie zij een dochter Neeltje, kreeg, die op haar beurt 31 Oct. 1714 huwde te Hasselt met Hendrik Jansz Spinde, overl. 1756, doch kinderloos is overleden4). Ila. Hendrick Graauwhart, gedoopt te Hasselt 22 Jan. 1634, vestigt zich als kleermaker in Amsterdam+ Hij trekt einde 1690 wederom naar Hasselt, waar bij 28 Aug. 1692 sterft en 1 Sept. d.a.v. wordt begraven. Hij is gehuwd op 2 Mei 1658 te Amsterdam met Anna d’Assonville, geb. Aug. 1628 te Amsterdam en overl. aldaar 15 Mei 1685, begr. 19 Mei d.a.v. Zij wordt bij haar huwelijk geassisteerd door haar tante Agnietje Hoosée. wijl haar vader in Texel op ‘t schip van Adm. de Ruyter verblijft.

Uit dit huwelijk: 1. Hendrick Graauwhart, die volgt IIIa en zéér waarschijnlijk: 2. Melchior Graauwhart, die gehuwd met Hester van der Poel, op 15 Maart 1687 getuigen zijn bij de doop van Paulus Graauwhart (IVb). IIb. Jacob Grauwert, bakker, ged. te Hasselt 11 April 1649. Hij huwt te Hasselt in April 1674 Aeltijn Hendericks, weduwe. Uit dit huwelijk: 1. Jan Grauwert, ged. te Hasselt 2 Mei 1675. 2. Delia (Dielfjen) Graauwhard, ged. te Hasselt 16 Juni 1677. Zij huwt aldaar 17 Febr. 1704 Berent Hermsen ter Wee, uit welk huwelijk a) Femmigje, ged. te Hasselt 26 Nov. 1704, b) Harmen, ged. te Has- selt 6 Nov. 1707. Zij moet overleden zijn vóór Juli 1710. daar Berent dan hertrouwd met Geesina Valkenaars. IIIa. Hendrick Graanwhart, de eerste schrijver van het geslachtboek- jen) goudsmit van beroep, is geb. te Amsterdam”) 16 Mei 1661, ged. 18 d.a.v., waarbij getuigden, zoals reeds vermeld, Andries Graauwhart (Ia 1) en Hendrina Cruqdeniers. Hij sterft 14 Mei 1732 en begraven 17 d.a. v. in de Nieuwe kerk in het familiegraf F N O : 268, dat in 1686 door hem is gekocht voor hondert daelders met de restrictie het selve in de tijd van 20 jaren niet te mogen verkopen.

“) Volgens een acte verleden voor Notaris Gerrit Boeman te Amsterdam d.d. 5) Hendrick Graauuhwt (IIIa) heeft o.a. ook nog geschreven ..Codvruchtige Chris- tenplichten” uitgegeven in 1728 te Amsterdam bij ]ohannes Oosferrijk. 1;) Van hier af wordt slechts de plaats van geboorte. doop etc. vermeld, als deze niet Amsterdam is.

107 Hendrick huwt 23 Mei 1684 met Jacoba Veesaart, dr van Ds Paulus Veesaart en Sara Walran (overl. te Middelburg 9 Oct. 1687). geb. te RiStem (Zeelandj 9 Febr. 1662, getuigen ]an Walran: Sandra, burse- meester van Middelb&g en jacoba Peeteceur, huisvrouw van Jacobus Vee- saart; overl. 8 Sept. 1702, begr. 12 d.a.v. Hendrick vervolgt dan met de aankondiging. An- no 1686 is in Amstec- dam, den 27 Febr., in den Heere ontslaapen onze nicht Cathalina van de Geer, laatst weduwe van Abraham van der Hoeven, oud 83 jaren en is begra- i ven den 4 Maart in de Nieuwe Kerk met het volgende leerzame gedicht: DIC in haar jonge tijd. door Doctoors rccts verwecren een Tceringg raakte kwijt. door Oesters eeten. deeren stecv in ons haijs bedaagd, naa dat ze alooorens heeft haar vrienden, manne en maagd en kind’ren ooverleeft. Heer, die haar dus bij ‘t leeven hiel. gun d’Eeuwigheid aan d’ASSONVILLE VESAART SANDRA haare ziel.

Hoe de verwantschap hier ligt, is mij niet bekend geworden, doch het vers geeft wel vele familieaanwijzingen.

Uit het huwelijk van Hendiick zijn geboren: 1. Anna Graauwhart, die volgt 1Va 2. Paulus Graauwhart, die volgt IVb 3. Jan Graauwhatt, die volgt IVc 4. Sara Graauwhart, die volgt IVd 5. jacoba Graauwhart, die volgt We 6. Hendrick Graauwhart, die volgt IVf 7. Isak Graauwhard, geb. 30 Jan. 1697, ged. 1 Febr. d.a.v., waarbij getuigden Hendrik Vaskens en zijn huijsvrouw Dina Slikhuijs. Isak blijkt genoemd naar Isak Pouwelsen, onsen swager. Hij overlijdt reeds 2 Febr. en is 4 d.a.v. begraven.

108 8. Catharina Graaulvhart, geb. 29 Aug. 1700, ged. 1 Sept. d.a.v. (Waalse predikant D,s Nicolaas Colvius), waarbij getuigen Pieter Grootoeld en Dina Vaskens. Zij overlijdt 3 Sept. d.a.v. en is den 6 den begraven. Wa. Anna Graauwhart, geb. 16 Juli 1685, ged. 17 d.a.v. Zij doet 27 Sept. 1701 belijdenis des geloofs en huwt 9 Juni 1709 met lohannes van den Hooght (weer in de Waalse kerk door Monsr. Jean Fezan, réfugé pred.) Johannes is geb. te ‘s Gravenhage, als zoon van Joachimes van den Hooght en Maria Schilders, cassier en gildeknegt van het Huijdekoopers, Looijers en Schoenmakersgilde. Hij sterft 22 Juli 1716 Uit dit huwelijk zijn geboren:

1. Maria, geb. 14 April 1711, ged. 17 d.a.v. getuige Maria Schilders, wede Joachim van den Hooght. Zij doet belijdenis op 24 Oct. 1729 en wordt later genoemd in acten huijsvrouw van Jan ‘t Lam. 2. Jacoha. geb. 30 Aug. 1713, ged. 1 Sept. d.a.v. getuige Johannes de Melij en zijn huijsvrouw Sara uan den Hooght. Zij overlijdt 16 Mei 1714, begr. 22 d.a.v. 3. Anna Camelia, geb. 25 Juli 1714, ged. 27 d.a.v. Zij is gehuwd geweest met Bernardus Dronrijp, zulks zéér tot ongenoegen van haar moeder, doch daarover volgt later meer. 4. Johannes, geb. 19 Aug. 1715, ged. 21 d.a.v. 5. Hendrik, geb. 7 Sept. 1716. ged. 9 d.a.v. Hij sterft vóór 5 Juli 1752 nalatende een zoon Johannes en een dochter Johanna.

Anna Graaulvhart hertrouwt 18 April 1728 met Johannes Abrahams de Mety, weduwnaar van Sara van den Hooght, doch ook dit huwelijk is niet van langen duur, reeds op 12 April 1730 sterft ook haar tweede echtgenoot na een bedleegering van 20 weken. Uit Anna’s testament’) komen nog enkele familie bijzonderheden naar voren. Het gehele testament ademt n.1. in de geest om toch vooral er voor te zorgen haar schoonzoon Bernardus Dronrijp uit alles te weren. Zelfs de dochters uit zijn huwelijk met Anna, Cornelia worden finantieel beschermd tegen hun vader en ook Anna’s begrafenis mag nooit en te nimmer geregeld worden door Dronrijp, evenals vele andere zaken. Buiten een waarschijnlijk onvermogend man is Dronrijp dus niet speciaal de sympathie geweest van schoonmoeder Anna. Bij een latere aanvulling op 5 Juli 1752 om reden dat Hendrik van den Hoogh, haar zoon., overleden is, komt in haar testament de naam Beanardus Dronrqp niet meer voor. De oorzaak van dit alles wordt verder niet vermeld. IVb. Paulus Graaurvhart, geb. 15 Maart 1687, ged. 16 d.a.v., waarbij zoals reeds geschreven oom Melchior Graaucvhart en tante Hester van der Poel getuigen. Hij doet belijdenis des geloofs op 21 Juni 1708 en tekent in poortersschap aan op 28 April 1711. Op 17 Maart 1711 huwt hij met Cornelia Boedonk, geb. te Dordrecht 17 Dec...... Verder- op in het boekje vermeldt Hendrick, Hendrickszn, de auteur nog steeds, in 1729: Op 24 Julij stierf mijn oudste zoon Paulus Graauwhart in Oost- indje als soldij-boekhouder op Suratte: van hier vertrokken met het schip ,,Meerhuijsen” in Maij 1718 naar Batavia en aldaar begraven: met volgende dichtregels:

r) Zoals blijkt uit een testament d.d. 19 April 1749, verleden voor Notaris ]an Ar- dinois te Amsterdam.

109 ‘t Jaar foen hier zware sferftijd wasa) waarin men dagf dat ik gouw sferven (dogh door Gods goedheijd weer genas) deed God mijn zoon hef leeven derven.

Uit dit huwelijk zijn geboren: Va. Hendrik Graauwhart, geb. 3 Febr. 1713, ged. 8 Febr. d.a.v., waarbij getuigde lacomina van Boedonck, huijsvrouw van Coenraad Ijzerman, zuster van Cornelia. Hendrik sterft 9 Juni 1721 te Rotterdam en is begraven aldaar de 13de. Vb. Jacoba Graauwharf, geb. 27 Mei 1716 en ged. 31 d.a.v. IVc. Jan Graauwhart, geb. 21 Mei 1689, ged. 25. d.a.v.; getuigen Jan Tammee en huijsvrouw Elizabefh Hoosée. Hij doet belijdenis 15 Febr. 1710 en overtekent poorterschap 28 April 1711. Onze nog steeds eerste auteur schrijft over hem op bladzijde 46: Anno 1721 in December uijt Guinéa tijding bekomen dat overleden is mijn soon Jan Graauwharf op den 7de Julij laatstleden. Commis in dienst der E.E. Westindische Com- pagnie op Maure in ‘t Casteel Nassouw, oud sijnde 32 jaaren 1 maand, en 16 dagen: . wijl dat mijn Zoon, voor sijn geslagt ‘f gewensfe niet hee[f voortgebragf, nadaf hij Oost en Wesf gezrvorven nu in Gui,nea is gestorven ofschoon hij leejden onbestendig en dat hij sukkelden Elendig dat egter Uw Geregfigheijf ,‘.d. HOOGHT v.BOEDONK hem ‘t Eeuwig Heijl dog niet onfzeijf.

Hieruit lezen we dat vader Hendrick betere verwachtingen van zijn zoon Jan heeft gehad, tevens blijkt dat belangrijke gegevens enkele notities in dichtvorm uit die tijd nog kunnen opleveren. IVd. Sara Graauwhard. geb. 12 Febr. 1691 en ged. 14 d.a.v., waarbij getuigden: Isak Pouzvelsen en Sara Veesaerf In ‘f schrikkelijk koude schrikkeljaar ‘t geen ‘t eersf naa d’LZi$rechts vreede waar van Sprockelmaand den Elfden Dag was ‘f dat ik mef genoegen zag...... en dan volgt een verder lofdicht op het huwelijk van Sara met Hendrick Leeringh, geb. te Amsterdam, boekhouder: voltrokken op 11 Febr. 1716. Hendrick Leeringh wordt burger op 29 April 1716. Sara sterft na de geboorte van haar derde kind (vroedmeester Plaafman), dat zelf ook overlijdt op 19 Julij 1721, begr. op 23 d.a.v. Uit dit huwelijk zijn geboren: 1. Anna, geb. 9 Maart 1718, ged. 11 d.a.v., waarbij getuigen Pieter Leeringh ‘s kinds grootvader en Catharina Leeringh ‘s kinds tante. 2. jacoba, geb. 29 Oct. 1719, ged. 1 Nov. d.a.v. IVe. Jacoba Graauwharf, geb. 8 Nov. 1692, ged. 12 d.a.v. met als getuigen Arnouf Sfeevens en Jacoba Peeteceur, weduwe Jacobus Veesaart. Zij huwt half Maart 1735, drie jaar na haar vader’s overlijden en haar broeder Hendrik, die het geslagtboekje vervolgt, vindt het niet nodig blijkbaar haar huwelijk te vermelden, doch toevallig brengen hier de hu-

y J Zie hiervoor ook bij het overlijden van Jacoba Graauwharf (IVF. No. 3).

110 welijkse voorwaarden, verleden voor Notaris Tzeewen te Amsterdam d.d. 14 Maart 1735 uitkomst, waar blijkt dat Abraham van Schagen, weduwnaar van Sara Wqbrands toekoomende bruijdegom ter eene zijde is en Juffrouw Jacoba Graauwhart, meerderjarig dochter, toekoomende bruijd ter andere zijde. Hun huwelijk, waarschijn- Y. HEULE MALFAIT lijk kinderloos, heeft niet erg lang ge- duurd. Op respect. 8 Jan. en 16 Mei 1743 vinden hun begrafennissen plaats. IVf. Hendrik Graauwhart, geb. 25 Oct. 1694, ged. 27 d.a.v., waarbij getuigen Daniel van de Cruijce en Kathrina Veesaart. Hij doet 26 April 1713 belijdenis des geloofs en overtekent het poorterschap op 29 April 1716, overl. 14 Juni 1762 en begr. 19 d.a.v. Hendrik huwt op 5 Jan. 1721 met Cornelia van Heule, dochter van Christiaan va,n Heule en Maria Malfait, geb. te Amsterdam 18 Sept. 1690 en ged. 22 d.a.v. Getuigen zijn Noboane Maillard en Cornelia van Outeren. Hendrik Ir bewandelt hierbij zijpaden door een en ander mede te delen over Cornelia’s ouders. Christiaan van Heule is geboren te Leiden 10 Juli 1645 en overl. 10 Oct. 1707, terwijl zijn vrouw Maria Malfait, ook geb. te Leiden nl. op 10 Aug. 1650 is overl. 15 Jan. 1723. Cor,nefia van Heule sterft reeds 29 Juni 1725, 24 dagen na de geboorte van haar derde kind. Zij wordt begraven op 3 Juli d.a.v. Uit dit huwelijk zijn geboren: 1. Hendrik, die volgt Vc 2. Maria, die volgt Vd 3. Jacoba, geb. 5 Juni 1725, ged. 6 J uni d.a.v. Getuigen: Piefer du Pre en Anna Graauwhart, weduwe van Johannes van der Hooght. Zij overlijdt in een blijkbaar berucht jaar nl. 1727. Hendrik Hendrickzn vertelt het als volgt: Anno 1727 op Saturdag den 25 Oct. ‘s morgens half agt, ten huijse van haar geweezene Minne, alsoo ons gantsche Huijshouden, man, vrouw, kinderen en bedienden ziek lagen, stierf mijn zoon Hendrik sijn jongste dogter Jacoba Graaurohart oud sijnde 2 Jaaren, 4 maanden en 2 dagen, is begraven in de Wester- kerk in ‘t graf NO : 118, zijnde naast haar Moeder, bij ‘t burgermeesters- gestoelte, op Woensdag den 29 de ‘s middags tussen 1 en 2 uuren; en als bijzonderheid: N.B. Pro memorie

Bovengemelde 25ste haar sterfdag (lacoba Veesaart) wierd haar Peetoom Piefer du Pre meede in de Westerkerk begraven en ‘t was haar vader’s 33ste verjaardag. Om deese tijd was hier te lande extra veele siekten en groote sterfte; zijnde in deese maand hier ter steede begraven weeks den 11 de ...... 582 dooden ) 18 de ...... 651 25 ste ...... 601 :: I is 2506 in 28 dagen 31 ste ...... 6’72 ,, ) Bij ,de voogdijstelling op 30 April 1726 voor de minderjarige kinderen, waarbij als voogden aangewezen worden Jacob van Heule en Hendrick, Hendrickzn Graauwhart, resp. oom en grootvader, krijgen de toen nog drie minderjarigen elk f 1500.- uit hun moederlijk erfdeel toegewezen. Hendrik Graauwhart Jr. hertrouwt en hierbij staat als zijn beroep aangetekend ,,geswooren Maakelaar”, op 26 Mei 1726 met A,nna Catharina Meijsenheim, ,dochter van Hendrik Meysenheim en Maria van Werven. Ook hier geeft Hendrik Jr. nadere mededelingen over zijn nieuwe schoonouders en hun voorvaderen: s) Hendrik Meijsenheim, geb. 29 Juli 1664, als zoon van Pieter Meijsen- heim, overlijdt 7 Febr. 1751 en is begraven 12 d.a.v. Bij zijn dood staat het volgend gedicht: .Dog laast op Nieuwjaarsdag Hij ons zijn dood voorspelden Schoon uiterlijk geen ziekte off krankheijd hem verrelden En zeijde ‘t was het laast dat mij ons onderling Nieuwjaarsdag vierde, alsoo zijn Eetenslust verging. Dm Hg in God getroost het Ildel aardsch kon derven MEYSENHEIM Y. WERVEN En zig bereijden om (nog voor de Maart) Le sterven. Maria van Werven is geboren aks 2e dochter van Dirk van Werven en Sijeberch (Sybilla) van Caalis. Dirk van Werven, geb. 12 Nov. 1639 en over]. 26 Nov. 1704, begr. 5 Dec. d.a.v. Siibteot van Calis is aeb. Nov. 1634 en overl. 16 Oct. 1706, begr 20 d.a.v bit dit huwelijk, geiloten 8 April 1668, zijn geboren: 1 e. Geertruijd van Werven, geb. 4 Sept. 1669, overl., ongehuwd, Juni 1698. 2e. Margken (Maria) van Werven, geb. 9 April 1672, over]. 31 Dec. 1743. Zij huwt 10 Oct. 1688 met Hendrik Megsenheim, uit welk huwelijk zijn geboren: le. Anna Cathrijna Meijsenheim, geb. 11 Juni 1689, over]. 19 Aug. d.a.v. 2e. Johannes Meijsenheim, geb. 23 Juni 1690, overl. 24 Juni d.a.v. 3e. Anna, Cathrijna Meijsenheim, geb. 8 Juni 1691, ged. 10 d.a.v., waarbij getuigen Maria van Aldenhoven, huijsvrouw van Matthijs van Cales. Zij huwt Hendrik Graauwhart. 4e. Dirk Meijsenheim, geb. 5 Aug. 1695 5e. Sibilla Meqsenheim. geb. 10 Juli 1697, overl. 11 d.a.v. 6e. Sibilla Meijsenheim, geb. 11 Maart 1699, overl. 26 Nov. 1700 7e, Sibilla Meijsenheim, geb. 14 Jan. 1701. 8e. Hendrik Meijsenheim. geb. 28 Juni 1702, overl. 12 Juni 1706 9e. Maria Meijsenheim, geb. 21 Juni 1704. Later gehuwd met Egbert Thesingh waarbij zij twee kinderen heeft gehad. 1 Oe. Hendrik Meijsenheim, geb. 5 Sept. 1706, ged. 7 d.a.v. Getuige: nigt Clara Scheeper, vrouw van Pieter Boommeester. 1 le. Johanna, Geertruij Meijsenheim, geb. 8 Mei 1710, ged. 11 d.a.v. Getuige: nigt Catrijna Tauwe en haar man Anthonij van Sijpesteijn. 12e. Pieter Meijsenheim, geb. 8 Dec. 1711. Later gehuwd met Magda- lena Hofkens en kinderloos overleden te Batavia.

“) Hendrick Graauwhart put deze gegevens van zijn schoonouders uit de destijds tot zijn beschikking staande bijbels van zijn schoonvader Hendrik Meijsenheim en schoon- grootvader Dirk van Werven.

112 13e. Johannes Meijsenheim, geb. 5 Mei 1713, overl. 2 Mei 1714 14e. Een zoon, geb. 30 Nov. 1716, overl. Mei 1719.

Keren wij na deze uitwijding weer terug tot Hendrik Jr. en zijn 2e vrouw A. C. Meijsenheim. Uit hun huwelijk is gesproten: Anna, Catharina, die volgt Ve.

Ik staakte ‘t moeijelijk bedrijven van mijn g-eslagts geval te schrijven wijl ‘t Rijmen mij, doof d’ Oudendag nu zwaarder valt als ‘t eertijds plag zoo niet veel Reedenen mij verpligten iets tot gedagtenis te digten.

Dit schrijft Hendrick Hendrickzn in 1725: bij zijn dood in 1732 zet Hendrick Jr, die reeds daarvoor enkele jaren in een ander boekje vele notities met gedichtjes vermelde, het werk definitief voort met:

Dus volgden ik mi$ Vaders spoor Die geen omstandigheid verloor Om ‘t Voorgeslagt te doen herleeven In zrjne Kinderen, Nigte en Neeven. Met Hun te geeven net bescheqd In al desseljs omsfandigheijd Geboort, belijdenis, trouwen, sterven Met Zugtinge om te saam te erven.

Vc. Hendrik Graauwhart, geb. 19 Sept. 1721, ged. 21 d.a.v., waarbij getuigen: Maria Malfait, weduwe van Christiaan van Heule en Maria van Kuyk, weduwe van Chrisfiaan van Heule Junior. Hij overtekent in burgerschap op 11 Juni 1738 en doet belijdenis des geloofs op 22 April 1741, Hendrik schrijft zijn eigen huwelijk in, want vader Hendfick (lvf) sterft in 1762 en wel: Den 4 Sept. 1764, des Dingsdag morgen voor 9 uur in de Nieuwe Kerk ziin in den Echt vereeniclt door DS Wilhelmus I van den Broek ik Hendrik Graauwhart oud 42 jaren, 11 maanden en 15 dagen met Francina Robide oud 36 jaren, 11 maanden en 16 dagen. ROHIDE De volgende bladzij,de geeft Francina’s doopceel. Francina Robide, geb. Amsterdam 20 Sept. 1727, ged. d.a.v., als dochter van Jan Zsaac Robide en Elizabeth Schouten. Getuigen zijn: Frans Robide en Ffancina de Villers, haar grootouders. Francina is enigst kind. Het enige stamboompje tussen de acten gevoegd geeft de afstam-

113 ming van Francina Robide uit Anna Cornelisse Ranck en haar verwandschap met Mondina den Raven. Hier volgt het:

A,nna Cornelisse Ranck getrouwt in dorth den 20 Sept. 1665, met Krijn Marijnisse van Duyvelant. Sij liete na 2 kinderen:

I I acomfna‘. Elizabeth van Duijvelant van DuQvelant treet in het tweede trouwt met houwelijk met Arnoldus van Wessem Dirk Schouten Zij hebbe nagelaate uijt dit houwelijk 2 kinderen waare 4 kinderen Anna en Agnes I I het tweede kint ”aenaamd Agenes van Wessem Elisabeth Schouten isgetrouwt met is getrouwt met Johan den Raven Jan Isaak Robide dese hebbe nagelate dese hebbe nagelaate I 1 Francina Robide Mondi,na den Raven tans weduwe van dese was voor de derde Hendrik Graauwhart maal getrouwt met Mr Anthonius Mattheus

Bladzijde 82 geeft de moeilijke geboorte van een #dode zoon uit het huwelijk van Hendrik, de jongste, en Francina Robide en daarmee verdwijnt de kans om ooit weer kinderen te krijgen en voor ons tevens de naam Graauwhart van het toneel. Een acte verleden op 7 Mei 1768 voor Notaris Johannes Thijssen, geeft de verdeling van de boedel van Catharina, Elizabeth Robide, een tante van Francina, weduwe van Henricus Zoeten, in leven predikant te Schellingwoude, waarbij naast Frans Robide, als eerste erfgenaam Hen- drik Graauwhart, hier vertegenwoordigt door Casparus Bijleveld, medi- cine doctor, als algemeen gemachtigd procureur, r/s deel krijgt in een huis, gelegen binnen Amstecdam op de Voorburgwal op de Pijpemarkt, genaamd ,Het groene hart’ en r/s deel in een huis binnen Amsterdam in de Jonge Roelofsteeg Noordzijde, genaamt ,Het vergulde Jaagschuitje’. Bij de boedelscheiding van Hendrik Graauwhart Sr door zijn 2e vrouw A. C. Meijsenheim in 31 Juli 1762, van totaal f 128.973.40 ontvangt Hendrik Jr buiten v+ gedeelte van de helft, nog twee portretten door Tho Paz geschilderd van zijn grootouders Hendrick Graauwhart en Ja- coba Veesaart, twee portretten van zijn ouders Hendrick Graauwhart en Cornelia van Heule, een Statenbijbel, waarin een geslachtsregister, en de twee ge,slachtboekjes. Slechts de laatste twee boekjes zijn voor zover mij bekend, overgebleven van deze erfenis.

114 Vd. Maria Graauzvhart, geb. 1 Aug. 1723, ged. 4 d.a.v., waarbij getuigen Jacob van Heule, weduwnaar van Lydia Szvart, ‘s kinds oom en wederom Maria van Kuyk. Zij doet belijdenis op 22 April 1741 en ondanks het geschrevene: Mijn dochter liet ,steeds afkeer blijken voor ‘t zoet genot der Huzvelijksband huwt zij op 22 Juli 1755 met Jacob de Flines, op 15 Aug. 1723 geboren en 18 d.a.v. gedoopt, als zoon van Jacob de Flines en Adriana Blom.

Uit dit huwelijk ziin seboren: 1 e. Jacob de Flines,‘geYb. 7 Jan. 1759, ged. 10 Jan. d.a.v., overl. 12 Juli 1759 en begr. 16 Juli d.a.v. 2e. Hendrik de Flines, geb. 24 Oct. 1760, ged. 26 Oct. d.a.v., overl. 29 April 1832. Hij huwt te Wijk bij Duurste.de 24 Oct. 1788 Caroline, Charlotte Meysenheim, dochter van Hendrik Meisenheim en Jo- hanna, Szzzanna van Weitzel. Dit huwelijk is kinderloos gebleven. Hendrik was secretaris van bestuur van de Academie van beeldende kunsten in Amsterdam. Door zijn toedoen zijn de boekje,s en acten in het bezit der familie de Flines terecht gekomen en daarom volgt hierbij zijn afbeelding. Hij was ook een der 40 stichters van de maatschappij ,Felix Meritis’ die hij allen overleefd heeft. Maria Graauwhart krijgt bij boedelverdelingen van 2 IUOV. 1/4ö en 31 Juli 1762 buiten 6 Obligatie’s van elk f lOOO.- en een huis in de lange leijdse dwarsstraat, de portretten van haar ooms Jacob van Heule en Jan Szvart.

Ve. Anna, Catharina Graauzvhart, geb. 1 April 1730, ged. 2 d.a.v., waarbij getuigen Hendrik Meijsenheim en zijn vrouw Maria van Werven. Zij doet op 19 Febr. 1748 belijdenis des geloofs en huwt op 22 Juli 1749 met Jasper Dabenis, geb. 2 Juni 1730, ged. 4 d.a.v., als zoon van Jonathan en Maria Blom. - Als_ intermezzo volgt ook hier weer een uitwijding over het geslacht abenis:: Jacob Dabenis huwt in 1657 te Haarlem met Maria de Bree, uit dit huwelijk: bl Jan Dabenis, geb. te Haarlem 20 Juni 1665, overl. 5 Juni 1715, begr. te Sloterdijk. Hij huwt op 21 Aug. 1695 te Buiksloot Hendrika Rijn- DE FïINES DABËNIS vis, geb. 21 Nov. 1664, overl. 28 Juni 1716, dochter van Hendrik Rijnvis encatharina Lebel. Uit dit huwelijk:

115 c) jo,nathan Dabenis, geb. Amsterdam 10 Nov. 1699, overl. 12 Maart 1775. Hij huwt op 21 April 1720 in de Zuiderkerk (Waalse gemeente) Maria Blom, geb. 7 Jan. 1700, ged. 10 d.a.v. als ,dochter van Andries Blom (weer zoon van Theodoor Blom en Gertruida van Lutzen) en Adriana. Francine Schulp (weer dochter van Adriaan Schulp en Tannetje, Jaspersdr. Hooymakers).

Uit het huwelijk van Anna, Catharina Graauwhart en Jasper Dabenis volgen: le. Jonathan Dabenis, geb. 29 Juli 1750, ged. 31 Juli d.a.v. 2e. Hendrik Dabenis, geb. 13 Mei 1755, ged. 14 d.a.v.

Anna Catharina krijgt bij de reeds genoemde boedelverdeling buiten het finantieele gedeelte, alle kleren van haar moeder, een familieportret van haar ouders, een portret van haar moeder, een portret van haar grootvader Hendrik Meijsenheim, een bijbel met gouden sloten, gouden hoeken, gouden cijfers en gouden rand, benevens op 12 Juli 1763, zes zilveren kandelaars en twee girandoles, enige met name genoemde ju- welen en x gedeelte in het huis ,Het Klaverblad’ op de Singel bij de Jan Rodenpoortstoren. De laatste bladzijde van het geslachtboekje brengt de dood van Anna, Catharina, na een droevig en lankwijlig leger van verscheidene maanden, aan het water, overleden, op 19 April 1766 en is begraven 24 d.a.v.” Wel haast zeker is Hendrik Jr haar hierin kort daarna gevolgd, want hoewel er zeker nog een 50 bladen te beschrijven waren is hiermede plotseling het eind gekomen aan onze bron en wij zien voor ons oog een geslacht dat in vier generaties van eenvoudige burgerlieden in Hasselt opklimt tot belangrijke notabelen van Amsterdam om dan even plotseling in naam uit te sterven.

Wij vermelden met genoegen de geboorte op 6 maart 1956 te Den Helder van JACOBA AL1 JDA, dochter van de Heer en Mevrouw Niesthoven-Duin. Op 20 maart 1956 te Voorburg van : RUTGER GERARD PETRUS, zoon van de Heer en Mevrouw Kortenhorst-Bloem.

En op 26 maart 1956 te Breda van HUGO KAREL ENGELBERT MARIA, zoon van de Heer en Mevrouw Knitel-Jansen.

Onze hartelijke gelukwensen aan de Ouders. W. R.

116 HET WAPEN VAN REMBRANDT’S BROEDER WILLEM HARMENSZ. VAN RIJN EEN GELEGENHEIDS-WAPEN ? EEN HERALDISCH PROBLEEM door DIRK RÜHL Wie zich intensief bezig houdt met de heraldiek komt telkenmale voor problemen, welke in de bestaande Neder- landse literatuur daarvoor geen oplossing kunnen vinden, Vele burger-geslachten voeren een familie-wapen, waarvan bij het opmaken van hun genealogie uit de daarbij aangetroffen zegels of wapens, de eerste zegelaar of wapenvoerder kan worden aangetoond. Dragen zegels veelal een persoonlijk karakter, het wapen werd al spoedig erfelijk alsbehorende tot het geslacht. De definitie van een wapen is immers : ,,Wapens zijn gekleurde, erfelijke of blijvende, kentekenen van een familie of een gemeenschap, van zinnebeelddige betekenis en voorgesteld met als grondslag het afweer- wapen van een middeleeuws krijgsman nl. schild, helm en dekkleden.” Neemt men in het algemeen aan, dat een wapen waarvan de eerste wapenvoerder bekend is, zijn nageslacht in rechte afstamming dit wapen als stamwapen beschouwt, zeker geldt dit niet voor de broers en zusters van de eerste wapenvoerder en hun nakomelingen. Toch zijn er talrijke families bekend, welke van een oom of neef het wapen overnamen, hoewel niet behorende tot de rechte afstamming. Na enige generaties blijkt het wapen dan door het gehele naamdragend geslacht te worden gevoerd. Waar dit jaar de herdenking van Rembrandt’s 350ste geboortedag plaats vindt, meenden wij nog eens de aandacht op een wapen te mogen vestigen dat aan Rembrandt’s broeder Willem is toegeschreven, doch verder nimmer in het nageslacht is aangetroffen. Genealogisch is het hier gebodene geen pioniersarbeid. Manren als Hofstede de Groot, Bredius, van Gefder en vele anderen zijn onvermoeid bezig geweest gegevens te verzamelen over Rembrandt’s vooren nageslacht. Genealogen als van Tol1 welke deze fragmenten ordende, Pama. Bijleveld en Osinga vulden deze aan. Was van de eerstgenoemden hun doel meer op Rem- brandt’s kunst gericht, de laatstgenoemden bewogen zich zuiver op genealogisch terrein. Doch hun geschriften zijn merendeels slechts in biblio- theken te vinden en voor velen moeilijk bereikbaar. Uit al deze publicaties is datgene samengebundeld en vermeerderd met later gevonden gegevens om de verwantschap van Rembrandt en Willem aan te tonen. Daartoe is bijgaande fragment genealogie in staat- vorm opgezet, hetwelk voor velen een duidelijker overzicht geeft dan de opsomming van de details. Een daartoe ingesteld onderzoek bracht niet minder dan 23 wapens van Rijn aan het licht, waarvan er slechts 6 in Rietsap’s Armorial Ge- neral worden vermeld. Naamspelling in de oude stukken geeft soms vele moeilijkheden omtrent dezelfde persoon. Enkele voorbeelden over de schrijfwijze van namen : Rembrandt, Rembrant; van Rijn, van Rhyn, va,n Rijns, van Reyn. Voor Rembrandt’s echtgenote : rjan Ulenborch, van Ulenborgh, van Uylenborg, van Ulenburch, van Ulcnburgh, van Uylen-

117 burch, van Uylenburgh, Vuylenburgh, Sasjen van Wylenburg, dit alles in officiële stukken. Vele data verschillen in de diverse publicaties. Hier is zeker nog een taak weggelegd voor de onderzoeker op genealogisch terrein om klaarheid in de verscheidenheid van gegevens te brengen, ik bepaal mij alleen tot het heraldische probleem : Is het wapen, zoals hierna zal blijken, toegeschreven aan Rembrandts’s oudere broeder Willem, een gelegenheids-wapen, en kan men dit, als het eerst bekende tot deze tak van het geslacht rekenen, derhalve als stamwapen beschouwen ? Door de broers en zusters van voornoemde Willem met hun nageslacht zal het nimmer gevoerd mogen worden. In het Gemeente-archief te Leiden bevindt zich een handschrift ,,Ge- slacht- en Wapenboek van Gijsbert Ariensz. Rijckhusen, bode met de busse, te Leiden, waarin op blz. 63 van deel 1 een afbeelding van een alliantiewapen voorkomt, waarvan het eerste kwartier is toegeschreven aan Willem Harmensz. van Rijn. Wie was deze Gijsbert Ariensz. van Rijckhuysen ? Geboren te Her- wijnen in Gelderland op 16-9-1707 werd hij in 1725 huisknecht te Leiden bij een lakenindustrieel en trad in october 1726 in dienst van de burgemeester Coenraet Ruysch als ,,lijfknegt”. Enige jaren later werd hij door zijn meester stadsbode van Leiden, welke functie hij 40 jaar heeft bekleed. Het poorterrecht werd hem op 16 januari 1730 verleend. Zijn vader Arie van Rijckhuijsen was klein-landbouwer te Herwijnen en had grote ambitie voor genealogisch werk, waarbij Ggsbert hem de behulpzame hand bood. Gijsbert schreef o.a. zijn Geslacht en Wapenboek in 7 delen, begonnen in 1740 en waarin hij alles wat hij aan gebrandschilderde glazen, wapenborden, etc. had gezien, heeft genoteerd. Daaruit ontstond zijn bekend werk in 4 bladen, hetwelk in 1758 werd gedrukt en waarvan de wapens waren gegraveerd door Chr. Sepp te Amsterdam. Hij overleed 1 januari 1772 te Leiden en werd begraven in de St. Pie- terskerk aldaar. In deel 1 op blz. 63 van zijn ,,Beschrijving van wapens, gevonden op glazen te Leyden in 1741” staat vermeld : ,,18 Decemb. op ‘t Rotterdammer veer, het 5de Huys van de Mande- makerssteeg na ‘t Gasthuys daer tegeswoordig Martynus Timmerman in woont op de kelder-kamer geschildert in 4 Ramen of 2 kruijs Co- sijnen.” Van de acht op deze bladzijde in dit handschrift voorkomende wapens zijn er vier met hun wapenvoerders vermeld, twee alleen met wapenbeschrijving en twee geheel blanco gelaten. Als wapenvoerders worden genoemd : a. Pieter Symonsz. van Leeuwen, en Celia van Sonnevelt. Anno 1640 b. Cornelis Arentsz. van Linschoten, en Maertge Symonsdr. van Leeu- wen. Anno 1640 c. Willem Harmensz. van Rijn, en Wilem+ra Pietersdr. van Steylandt 1640 d. Pieter Hendriksz. Vondt, en Angenieta Symonsdr. van Leeuwen 1640

118 Wat is nu de verwantschap van de onder c. genoemde Willem Har- mensz. van Rijn en Willemijna Pietersdr. van Steijlandf met de onder a, b en d voorkomende van Leeuwen’s en tot welke van Rijn’s behoort deze Willem Harmensz. ? Een nader onderzoek gaf het navolgende : Bij de huwelijksinschrijving op 3 Juni 1636 teken.t Willem Harmensz. van Rijn, jongeman van Leyden, bij Wittepoort, vergeselt met Adriaan Harmensz. van Rijn, zijn broeder opten Rijn, aan met Willempgen Pie- tersdr., weduwe van Jacob Symonsz. van Leeuwen opten Nyeuwen Rijn, vergeselt met Celia van Sonnevelt, haer schoonsuster mede aldaar.” Voor haar eerste huwelijk tekende zij 11 Maart 1627 aan, t.w.: ,,Jacob Symonsz. van Leeuwen, jongeman vergeselt met Ja,n Willemsz., zijn oom, met Willempgen Pietersdt., jongedochter van Amersfoort, mede wonende aldaar, vergeselt met Gerritgen Pietersd. haer suster, mede aldaer.” Uit vorenstaande blijkt derhalve de verwantschap van Willempgen Piefersdr., door haar eerste huwelijk met Jacob Symonsz. van Leeuwen met de andere in de wapens genoemde Pieter Symonsz., Maertge Sy- monsdr. en A,ngenieta Symonsdr. van Leeuwen. Mede wordt hierdoor de aanwezigheid verklaard van het wapenkwar- tier van haar tweede echtgenoot Willem Harmensz. van Rijn. Het wapen is in het wapenboek als volgt beschreven : 1. witte swaen, zwart merk, op geel velt : 11. witte swaen op blaauw velt, met groen lies en gras bewassen. I em Harmensz. van Rijn, en Willemyna Piefers- . . dr4Pan”l,n~‘,:,,“ó’” Het hierboven beschreven wapen is dus een alliantiewapen, bestaande uit de kwartieren 1 van Rijn, 11 van Steijlandt. Het wapen van Rijn zou dus zijn : In goud (geel) een merk van Zwart (in den vorm van een verkort St. Andrieskruis), boven vergezeld van een zwaan in natuurlijke kleur. Wie was deze Willem Har.mensz. van Rijn ? Bekend is uit de huwelijks-inschrijving van 3 juni 1636 dat hij vergezeld was van zijn broeder Adriaan Harmensz. en dat beiden te Leiden woonachtig waren. Het hierna volgend fragment genealogie geeft hiervoor de oplossing.

In 1574 woonde te Leiden in een bescheiden huisje in de Weddesteeg de weduwe van Gerrit Roelofs, Lysbeth Harmensdochter met hare twee kinderen Harmen en Marytge. Men acht het niet onwaarschijnlijk dat zij met haar man vroeger bij de Rijn heeft gewoond en het gezin na de vestiging in Leiden den toe- naam van den Rijn ontving, hetwelk echter eerst door hun kleinkinderen tot de geslachtsnaam van &jn werd gebezigd. (Een andere opvatting is dat de molen in de loop der jaren den naam van Rijnmolen zou gekregen hebben en de familie daaraan haar naam heeft ontleend). Uit een acte 30-11-1575 blijkt, dat voor de Leidse Schepenen verschenen het echtpaar Cornelis Claeszoon, molenaar en Lysbeth Harmans- dochter. (Hieruit blijkt dat Lysbeth vóór 30-11-1575 hertrouwd was met Cornelis Claeszoon molenaar van Berkel). Zij verklaarden onder meer, dat L!ysbeth kort voor haar huwelijk van Joncker Ja,n ztan der Does van Noordwijk een korenmolen had gekocht en deze van Noordwijk naar Leiden had doen transporteren en op de

119 FRAGMENTGENEALOGIE VAN HET VOOR- EN NAGESLACHT VAN REMBRAP~DTvAN RUN NAAR DIVERSE BROt4tiEN SAMENGESTELD.

I _I- . . . I

Neeltje + /56w I ’h I Molenwerf, dicht bij de Witte Poort ten Noorden van de Stadsvest doen oprichten. De kaart van Leiden door Pefrus Basfius Anno 1600 laat zien wat voor molens dit waren. De dochter Maryfge ondertrouwde te Leiden op 29-3-1584 met schipper Piefer Claeszoon, afkomstig uit Medemblik, zoon van CZaes Piefersz. Zij overleed in 1600. Uit dit huwelijk sproten 4 kinderen : 1. Neeffje, geb. 1584, 2. Gerrif, geb. 1586, 3. Marytge, geb. 1588 en 4. Pieter, geb. 1590. Haar broeder Harmen hielp zijn stiefvader in diens bedrijf en ondertrouwde te Leiden 22-9-1589 met Neeltgen Willemsdochter, welk huwelijk op 8 October d.a.v. in de Sint Pieterskerk te Leiden werd voltrokken. De inschrijving luidt : ,,Harman Gerytst., molenaer van Leyden, vergeselschapt van Cornelis Claesz., mede molenaar, zijn schoonvader, met Neelrgen Willemdr., mede van Leyden, vergeselschapt van Willem Adrians vanZuyfbroucke, haer vader en Lysbeth Cornelisdr. haer moeder.” (Willem Adriaensz. van Suytbroeck, een gezeten burgerfamilie te Noord- wijk-Binnen, huwde Elisabeth van Tetrode ,dochter van Cornelis van Tetrode bijgen. Vinck en Remigia Cornelisdr. van Banchem, beiden uit oude Leidse magistraatsfamilies, welke oorspronkelijk tot de kleine Hol- landse adel werden gerekend. De van Tefrode’s zijn steeds het oude geloof trouw gebleven en ook van Suitbroeck was R.K. Harma,n Gerytsz. daarentegen behoorde tot de nieuwe leer en daarom is het huwelijk met Cornelia van Suyfbroeck in de gereformeerde gemeente 8 Oct. 1589 voltrokken). Neelfgen Willemsdr. van Zuyfbrouck sterft in 1640. Het grafboek der Sint Pieterskerk te Leiden vermeld op 14-9-1640 : ,,No. 25. de vrouw van Harman Gerts molenaar op de Oude Vest.” Kort na zijn huwelijk kocht Harmen op 27-11-1589 van zijn stiefvader de halve molen met de daarbij behorende woning, alsmede een daarne- vens gelegen huisje voor 1800 gulden. Begin 1600 overleed Lysbefh Harmensdr. en haar kinderen verdeelden het huis waarin zijn gewoond had. Daarachter was nog een nieuw gebouwd huisje, waarin Maryfge voor de rest van haar leven kosteloos mocht wonen. Haar kinderen kregen later een ander ten Noorden gelegen huis, benevens 100 Carolusgulden, die hun oom Harmen hen moest betalen, benevens de kosten van een te bouwen scheidingsmuur tussen de diverse percelen. Deze acte leert ons tevens de huismerken gebezigd door : Cornelis Claesz. van Berckel (stiefvader van Harmen Gerrifs (van Rijn) Harmen Gerrifs (van Ren) Maryfge Gerrifs (van Rijn). (Deze zijn op de fragment-genealogie aangegeven). Kort daarop schijnt Marytge overleden te zijn.

Blijkens een op 1-3-1600 voor notaris W. C. Oudenvfief gepasseerd testament hadden Harmen en zijn vrouw Neeltgen toen reeds 5 kinderen.

122 In 1622 bezitten zij er 7, zodat de twee laatsten na 1600 geboren zullen zijn. De oudste is vermoedelijk Gerrit geweest. Uit een door Harmen en zijn vrouw gemaakt testament van 16-3-1621 blijkt dat deze Gerrit een ongeluk gehad heeft, waardoor hij zijn rechterarm niet goed meer kon gebruiken en dus zijn brood niet meer ten volle kon verdienen. Na het overlijden van zijn ouders ontvangt hij bij dat testament een jaarrente van f 125.-. Tevens blijkt uit dit testament dat het echtpaar een eigen graf bezat in de St. Pieterskerk bij de preekstoel. De tweede zoon was vermoedelijk Adriaan Harmensz. uan Rijn, oorspronkelijk schoenmaker van beroep en reeds vrij jong gehuwd. Hij ondertrouwde te Leiden 16-6-1617 met Lysbetgen Symons van Leeuwen, jongedochter van Leiden, dochter van Symon en Pietergen Symons. (Blijkens een acte van 1631, gepasseerd voor Notaris Adriaen Paeds te Leiden, was hij toen 34 jaar, en zou dus geboren zijn omstreeks 1597. In 1634 wordt hij molenaar, later weer korenkoper genoemd). Uit een belastinglijst van het zgn. Hoofdgeld van 1622 bliiken de namen der overige kinderen. 16 October. Hermen Gerrits van Rijn Neeltgeen Willemsdochter m. 6 vr. Gerrit Machteld Gornelis Willem (deze is vermoedelijk bakkersleerling. in margine staat nl. aangetekend : woont tot Jan Gerrifsz. Backer, aan de Coepoortsgraft) Rembrant Lysbeth Kinderen : 6. Hier meen ik op drie belangrijke punten te mogen wijzen : le Adriaan Harmensz. van R&r huwt te Leiden in 1617 Lysbetgen Sy- mons van Leeuwen, 2e zijn broeder Willem Harmensz. van Rijn huwt 1636 Willempgen Pietersdr. van Steylandt, weduwe van Jacob Symonsz. van Leeuwen, waarbij hij vergezeld is van Adriaan (zie le), 3e de 1 en 2 genoemden zijn oudere broeders van Rembrandt van Rijn, beiden zijn voor 1600 geboren. Het bewijs dat Rembrandt te Leiden geboren is ontbreekt. Ook omtrent de doopdatum zijn geen gegevens bekend. Slechts uit diverse acten blijkt dat zijn grootouders en ouders te Leiden woonden en mede dank zij Orlers, die in zijn Beschrijvingen van Leiden en de onderzoekingen van de Leidse archivaris Jhr Rammefman Elsevier neemt men aan dat Rembrandt 15 Juli 1606 binnen Leiden is geboren. De inschrijving in het Album Studiosorum Acad. Lugd. als student in de letteren aan de Leidse Academie vermeld Orders : ,,20 Mai 1620 : Rembrandus Hermanni Leydensis, an. 14 Stud. litt. apud parentes.” Uit de toevoeging ,,an. 14” leidt men af dat hij omstreeks 1606 is geboren, hetwelk overeenkomt met het genoemde jaar in Orlers beschrijving van Leiden.

123 Bovendien zou uit ,,apud parentes” blijken dat hij bij ziin ouders woonde. Aangezien Rembrandt ,,daer toe gants geen lust ofte genegenhyt” voor deze studie had, waren zijn ouders genoodzaakt hem van de school te nemen, en werd volgens zijn begeren besteed bij de Leidse schilder Ja- cob Zsaakz. van Swanenburgh om de eerste beginselen der schilder- en tekenkunst te leren. Het grafboek der Sint Pieterskerk te Leiden vermeld : ,,27-9-1630 : Harmen Gerritszn. bij de Wittepoort.” (Rembrandts vader). ,,23-9-1631 : Gerrit Harma,ns bij de Wittepoort.” (Rembrandt’s oudste, invalide broeder), In 1630 (1631 ?) vestigt Rembrandf zich in Amsterdam, waar hij in contact komt met de kunstkoper Hendrik van Ulenburgh. Hij maakt aldaar kennis met diens nichtje Saskia, dochter van Rom- bertus van Ulenburgh, burgemeester van Leeuwarden, en Sjoukje Osin- ga (of Aesinga). Uit Rembrandt’s eigenhandige aantekening op het eerste bekende portret van Saskia staat : ,.Dit is naer mijn huysvrou geconterfeyt do sij 21 jaar oud was den derden dach. als wij getrouwt waeren, den 8 Junyus 1633”. Deze aantekening heeft veel verwarring gebracht. De vermoedeliike oplossing meent men gevonden te hebben in het feit. dat naar oud-vaderlandse gewoonte een verloving welhaast gelijk stond aan het huwelijk. De ondertrouw vond plaats : ,.Den 1Oen Junij 1634 compareerde voor cimmisfarisfen Outgert Pie- ferszn. Spiegel ende Luycas Jacobsz. Rotgans : Rembrant Harmansz van Rijn, van Leyden, out 26 iaeren, woonende op de Brestraat. wiens moeder sal consenteeren in desen huwelijk ende Saskia Vuylenburgh van Lewerden, out 21, woonende opt Bil tot St. Annenkerck, voor welcke persoon heeft gecompareert Jan Cornelis, predicant, als neve, van de voorsz. Saskia. aennemende voor ‘t derde gebod inne te brengen wette- liicke inteeckeninge van de voorn. Saskia. (In margine :) Des moeders consent is goet mede gebracht, blijckende bii Acte Notarieel.” De hiervoor genoemde als getuige voor Saskia optredende predikant Jan Cornelis was Jan Cornelis Sylvius, welke gehuwd was met Saskia’s nichtje Aelfje van Uylenburch. Na de ondertrouw begaf het bruidspaar zich naar Sint Annaparochie, waar het huwelijk van uit het huis van Saskia’s zuster Hrskje werd voltrokken. .,Anno 1634 den 22 Junij sijn in ‘t houwelijk bevestiqd Rembrant Her- mens van Rhiin, tot Amsterdam woonachtigh ende Saskia van Ulenborch, nu tot Franeker woonachtiqh.” Saskia is -4-6-1641 overleden. Het qrafhoek der Oude Kerk te Am- sterdam meldt hierover : , Anno 1641. Junij 19 : Sasjen van Wulenborgh, huysvrou van Rembrant van R$ns. komt van de Brestraat.”

REMBRANDT5 KINDEREN EN KLEINKINDEREN.

Op 15-12-1635 werd in de Oude Kerk te Amsterdam Rembrandt’s eerste zoon Rumbartus gedoopt. Men neemt aan dat dit kind jong gestorven is.

124 22-7-1638 vond de doop plaats van de eerste dochter Cornelija, eveneens in de Oude Kerk te Amsterdam. Dit dochtertje is vermoedelijk slechts één maand oud geworden, het grafboek der Zuiderkerk vermeld 13 Augustus 1638 : ,,Kynt in die kerck 13 dito Rembrant schylder, cleyne steen 4...... “. 24-7-1640 werd in de Oude Kerk te Amsterdam de tweede dochter gedoopt, genaamd Cornelija. Op 22-91641 is naar het doopboek der Zuiderkerk door Ds. Basius gedoopt : Titus, zoon van Rembrant van R+ en Saskya van Ulenburch.” Na Sa.skia’s dood in 1642 werd de huishouding gevoerd door Geertje Dircx, de vroegere min van Tifus. In 1649 verlaat Geertie Rembrant’s huis en wordt haar plaats ingenomen door een jong meisje, Hendrickje, dochter van Sto[/el Jaegher uit Ransdorp bij Bredevoort in het Munsterse. Uit de hierdoor ontstane verhouding werd in 1654 een dochter geboren. Het doopboek der Oude Kerk te Amsterdam vermeldt: ,,Op Vrij- dach avont den 30 dito (October 1654) heeft den h. doop ontf : Rembrandt van Reyn Hendricktie Sto[[els: Anna Jans (Getuige( Cornelia” In Rembrandt’s moeilijke jaren deelden Tifus en Hendrikje gezamelijk in zijn zorgen mede. Op 15-12-1660 gingen zij een contact aan tot gezamelijk voeren van de kunsthandel, waarvan Rembrandt als meest ter zake kundige de leiding zou hebben, waarvoor hij vrije kost en inwoning zou genieten. Kort daarop raakt Hendrikje aan de sukkel en maakt 7-8-1661 voor notaris H. Listingh haar testament. Zij woont dan op de Rozengracht tegenover de nieuwe Doolhof. Zij benoemt Cornelia tot haar erfgename, en bij eventueel overlijden, in plaats daarvan Cornelia’s halfbroe- der Titus. Tot voogd over Cornelia stelt zij Rembrandt, als vader. aan. . Vermoedelijk is Hendrikje kort daarop gestorven. 10-2-1668 compareeren voor Schepenen van Amsterdam : ,,Titus oan Rijn, van Amsterdam, oud 27 jaar,, geass. met siin vader, Rembrandt van Rijn, won. op d’Rosegracht. Magdalena van Loo, oud 27 jaar, geass. met haer moeder, Anna Hui- brechts, wont. op Singel.” Anna Huybrechts heeft eenmaal voor Rembrandt als model gestaan, want in haar testament van 16-5-1668, gepasseerd voor notaris François Heerhout, vermaakt zij haar dochter Magdalena haar door Rembrandt geschilderd portret. Titus is zeven maanden na zijn huwelijk gestorven. (Begraafboek Westerkerk Am,sterdam). 1668. Freydag 7 September. Tijtus van Rijn, soon van Rembranf van Rijn, op de Sijngel, over de App. marck yn de goude schael Baer. 16, roff. 10.10

Het huis ,,Yn de goude Schael” op de Singel was de woning van Anna Huybrechfs, weduwe van de zilversmid Jan va,n Loo. waar Titus met zijn vrouw bij haar moeder was ingetrokken. In het Doopregister der Nieuwe Zijdskapel staat : ,,Den 22-3-1669 :

125 Tietus van Ren, Maghdaleene van Loo. Rembrant van Rijn, Francois van Bijler, Anna Huibrechts : Tietie.” Kort daarop, op 4-10-1669 overleed Rembrandt. Het begraafboek van de Westerkerk vermeldt op 8-10-1669 : ,,Rem- brant van Rijn, schilder op de Roosegraft, tegenover het doolhof, baer, roff, 16, laet na 2 kijnder. f 20.~.” (Baer, roff, 16, betekend dat een lijkbaar met roef, waarover het lijk- kleed werd gespreid en 16 dragers zijn gebruikt.) Zeer kort daarna overleed ook de vrouw van Titus, het grafboek der Westerkerk vermeldt daaromtrent : ,,2 1-10-1669 : Magdalena van Loo, weduw van Titus van Rrjn, op de Singel over de Appelmaerckt in de Goude Schael, laet na 1 kijnt Baer, roff, 16, de eerste boete 10.10.” De kleine Titia bleef onder de hoede der familie Bijlert, terwijl Cor- nelia, Rembrandt’s natuurlijke dochter, onder die van haar voogd Abra- ham Franssen, een oud vriend van Rembrandt, kwam. Titia huwt in 1686. De huwelijksinschrijving vermeld : ,,6 Junij 1686. Ftangois van Bijler, jongman van Amsterdam, oudt 18 Jaren, woont op de Kloveniersburgwal, geassisteerdt met zijn Vader François van Bijler ten eerste en Tia van Rhzjn, van Am.sterdam, oud 18 jaren, woont als voren, ouders doot, geassisteerd met haar oom en voogt François Van Bijler ter andere zijde.” Titia overleed kinderloos 22 Nov. 1715 en werd 27 Nov. d.a.v. in de Westerkerk te Amsterdam begraven. Haar echtgenoot welke door haar tot universeel erfgenaam was benoemd, woonde in 1725 als juwelier op de Blauwburgwal. In 1728 ver- huisde hij naar de Sint Nicolaasstraat over ‘t Hol, uit welk huis hij op 14 April 1728 in de Westerkerk werd begraven. Met Titia stierf het geslacht van Rembrandt in rechte lijn uit. .

Cornelia trad reeds op jeugdige leeftijd in het huwelijk. ,,3May 1670. Compareerden Cornelis Suythof van Amsterdam, schilder, oud 24 jaren, ouders doot, geass. met zijn voogd Adriaan dePijn, woont op de Kose- gracht, en Cornelia van Rijn van Amsterdam, oud 18 jare, ouders doot, geass. met haer voogt Abram Franse. Cornelis Cornelia” Cornelis was een zoon van Bartholomeus Suythof en Celitje Hosee, welke op 2-2-1670 als weduwe op het Westerkerkhof werd begraven. Reeds 5 October 1670 maakt het jonge paar voor notaris Jacobus Hellerus hun testament waaruit blijkt dat zij : ,,voorgenomen hebbende hun metterwoon na Oost-Indie te begeven met het schip ,,Tulpenburgh.” Bekend is dat hij in 1681 te Batavia het portret van de Duitse geneeskundige Johann Otto Hellwich, schilderde dat door de Nuerenberger graveur Joan Alexander Boener in koper is gebracht. Het onderschrift luidt : Cornelis Suijthoff: pinxit, Bataviae in India Orientali, Anno 1681. In 1689 wordt hij vermeld als cipier der burgergevangenis te Batavia. Van het echtpaar worden twee kinderen te Batavia gedoopt :

126 5 Dec. 1673 Rembrant, kint van Cornelis Suytho[f en Cornelia van Keyn. 14 Julij 1678 Hendric, ‘t kint van Cornelis Suythoff encornelia van Rijn. In hoeverre er nog nakomelingen van deze tak in het oude Indië leefden, is thans niet te zeggen. Onderzoekingen in deze richting zijn nog niet afgesloten, doch de omstandigheden aldaar werken op heden niet mede voor een grondig en betrouwbaar onderzoek.

De hiervoor gegeven details laten geen twijfel omtrent de bloedver- wantschap van Rembrandf en Adriaan en Willem van Ren. Mede is verklaard Willem van Rijn’s aanwezigheid op het raam der van Leeu- wen’s door zijn huwelijk met Willemijna Pietersdr. van Sfeijlandt, welke weduwe was van Jacob Symonsz. van Leeuwen. De beschrijving in van Kijckhuijsen’s handschrift spreekt uitdrukkelijk van een ,,merk” van zwart en is duidelijk in de schets aangegeven als een verkort schuinkruis, aangevuld met een zwaan, een vaak gebezigd stuk in de wapens in waterland. Nasporingen of dit wapen ook door in rechte lijn afstammende nakomelingen is gebezigd, hebben tot niets geleid. In hoeverre dit ,,merk” (huismerk ?) uit dit wapen - met of zonder zwaan -- door Willem zelf gevoerd is, kan ondanks een uitgebreid onderzoek niet worden aangetoond. Wel moge ik er op wijzen dat het ,,merk” merkwaardig veel overeenkomst heeft met dat van zijn tante Maryfge, doch ontkom niet aan de indruk dat het een kunstmatige kwartiervulling is, waarvan de juiste herkomst niet meer is na te gaan. Vele genealogische details heb ik onvermeld gelaten, doch bijzondere aandacht aan het wapen geschonken en kan er dan ook niet anders dan een ,,gelegenheidswapen” in zien.

,,den 4 October 1669 is overleden neeff Rembrandt van Rijn, schilder.” ontleend aan : Memoriael gemaeckt door N.S.V. An’ 1627 tot Leijden. Dit handschrift van Nicolaas Sebastiaan Vinck berust bij het Centraal Bureau voor Genealogie te ‘s Gravenhage. De verwantschap van deze Nicolaas Sebastiaan Vinck, welke in dit memoriaal Rembrandt zijn neef noemt, komt van #de zijde van Rembrandt’s moeder Elisabeth van Tetrode, dochter van Cornelis van Tetrode bijge- naamd Vinck en Remigia Cornelisdr. van Banchem, beiden uit oude Leidse magistraatsfamilies, oorspronkelijk tot de kleine Hollandse adel gerekend. (Mr. baron Witter? van Hoogland in Gen. en Herald. Bladen, 1906, pag. 122). Heemstede, April 1956.

127 GERAADPLEEGDE LITERATUUR : van der Aa. Biograf. woordenboek, deel XVI blz. 233 onder Rembrandt. Bode und Valentiner. Rembrandt in Bild und Wort (1906). A. Bredius. Rembrandt Gemälde (1936) W. J. J. C. Bijleveld. Sibbe 1941. H. E. van Gelder, Rembrandt (1946) C. Hofst&mde Groot. Die Urkonden über Rembrandt (1906) , Beschr. und Krit. (1915) idem , Die Handzeichn. Rembrandt’s (1906) Ned. Leeuw 1950 De Navorscher 1918 1919, 1923. Oud Holland 1884. 1887. C. Pama, Sibbe 1941. F. Schmidt Degener. Rembrandt (1906) J. van Toll. Sibbe 1941. G. Rijckhuijsen. Geslacht- en Wapenboek, deel 1

HET HUIS MARKT 13 TE CULEMBORG door Mevr. J. A. PRINS-MEYS Aan het Marktplein te Culemborg staat een oud herenhuis van twee verdiepingen. Boven in de gevel staat op een rondstenen banderol het jaartal 1707. Het raam boven de hoge deur is omlijst door sierlijk Lodewijk XV ornament. In dit huis hebben in de 19e eeuw twee leden van Ged. Staten van Gelderland gewoond, Het waren Mr. Mari- RUS Perpelus Adriaan ROOS van Hoytema, geb. 10 Maart 1775, gestr. 7 Sept. 1850 en zijn ZOO” johan Cornelus Franpis oan Hoytema, geb. 26 April 1807, gest. 9 Maart 1889. Zij hebben het bewoond zoals het in 1707 is verbouwd, Toen in 1704 de eigenaresse van het oude huis Vrouwe Maria Romswinckel, weduwe van burgemeester Andreas Frisius overleed, stelde haar broer ]ohannes Romswinckcl /ansz., koopman te Amsterdam, executeur van haar testament, Henricus Rhee, bedienaar des Goddelijke Woords aan als zijn gevomachtligde voor de verkoop van het huis. Deze verkocht het in 1705 voor slechts f 2835.- aan ]ohan Frederik Wuesten, stadscameraar. Misschien door verwaarlozing, oorlogsschade of tijdsomstandigheden werd hij voor deze matige prijs eigenaar van de Huysinge, Erve en de Hoff daer agter, nevens een goudleer tot een kamer en wat verder daer ind enden nagelvast is, staende ende gelegen aende Westseyde van ‘t Marktveld alhier, daer ten Noorden de Hr Fre- derick Etlin extra ordinair Raed van Haer Hoog: en de ten Suyden ]ohan oan der Sluis naest geluupt ende geërft sijn, streckende voor van ‘t Marktveld tot agter in de Agter- straet met een poort uytkomende, met sijn last ende geregtighijt als van ouds. De verko- pinge geschiet voor guldens tot XX stuivers het stuk. De stadscameraar Wuesten was gehuwd met Vrouwe Wilhelmina Albertina KLoeckhoff. één van de Kloeckhoff’s, die zeer rijk waren en de voornaamste bestuursfuncties in de stad bekleedden. Het huis was een aaneenschakeling van in de loop der eeuwen aangekochte losse huizen, waarvan de eerste gegevens vanaf 1475 dateren. Voor het door de fam. Wuesten-Kloeckhoff zal worden betrokken, wordt het verbouwd en Vrouwe Kloeckhoff weet er een deftig herenhuis van te maken, de eerste bestuurderen van een stad waardig. De gevel wordt geheel vernieuwd. De oude ramen maken plaats voor ramen met houten roeden en kleine ruiten. Het voorhuis verdwijnt en de sydelkamer met zijn mooie goudleer behang wordt uitgebreid tot de nieuwe lange gang, die vanaf de voordeur tot achter in het huis doorloopt, bijna 30 M. lang. De voorgevel krijgt inspringende vakken. evenals de gang symmetrisch inspringende vakken en nissen verkreeg. De voordeur werd breed en hoog en kreeg een ,,constigh” bovenlicht waarboven een gebeeldhouwd architraaf met een ver overstekende lijst. De gevel werd niet meer geheel opgebouwd. Boven de gootlijst van de tweede verdieping werd een hellend pannendak met een koekoek- uitbouw tegen het lange dak aangebracht, dat schuin werd afgebroken, nog te zien aan de afgezaagde spanten. In ‘t midden, waar de daken samenvielen, kwam een schoorsteen, bekroond met een sierlijk aan vier zijden gebogen zinken puntdak, dat eigenwijs de lucht insteekt. Achter de hoge voordeur ligt de lange gang die met wit en zwart marmeren tegels is belegd. Brede vleugeldeuren gaven toegang tot de vergrootte sijdelkamer, die met zijn goudleer behang en brede schouw een deftige indruk maakte. De vroegere binnenkamer, die met zijn gezellige glas in lood ramen uitkeek op de 128 binnenplaats werd hierbij getrokken. De ramen werden echter dicht gemetseld. Vrouwe Wuesfen geb. Kloeckhoff wenste een statige trap naar de bovenverdieping en de binnenplaats werd omgetoverd in een trappenhuis met prachtig gebeeldhouwde leuningen en eiken treden. De eerste trap leidt naar het eerste grote bordes, dat zijn licht ontvangt door het hoog in de zijmuur aangebrachte vierdelige raamkozijn met zijn kleine nu groen verweerde ruitjes. De tweede trap met zijn kostelijk gebeeldhouwde leuning voert van dit bordes naar de eerste verdieping. De derde en vierde trap worden weer onderbroken door een kleiner bordes met een prachtig gebeedlhouwde balustrade waar, door de openingen, de zonnestralen spelen en verder glijden langs de tot de zolder- verdieping gebeeldhouwde leuningen die allen groen zijn schilderd met bladgoud ver- hoogd. Vlak voor deze trap, op zolder dus, is een koekoek uitbouwtje met twee naar binnen openslaande raampjes met houten roeden en kleine nu ook groen verweerde ruitjes, waardoor het pannedak van het naast aangebouwde buurhuis rood door heen gloeit. In de benedengang onder deze statige trap is de kelderkast. Deze bezit een deur met een kunstig slot en een zeer grote sleutel. die de waarde en het gebruik van een sleutelmandje doen inzien. In de treden van de tweede trap zijn hartjes en constighe figuren uitgezaagd voor luchtverversing in de kast. Door opslaande luikjes kan dit worden afgesloten. Achter de oude binnenplaats, nu trappenhuis geworden, lag het achterhuis. De lange gang was hier afgenomen en een paar vleugeldeuren gaven toegang naar de overgebleven ruimte. nu achterkamer genoemd. Tegenover de vleugeldeuren werd een brede rococo-schouw gemaakt met een schddering er boven. Boven een lage groengeschilderde lambrisering liet Vrouwe Wiiesten een geschilderd linnen behang aanbrengen in blauwgroene kleur met roodbruine arabesken, waarom slinge- rende groene ranken en rose rozen een kleurig effect maakten. Er werd een porselein- kast in een muur aangebracht en het vroegere achterhuis werd tot eetkamer gepromoveerd. Door de hoge ramen met kleine ruitjes in houten sponningen zag men de plaats met aan de ene kant tegen de muur van de grote keuken het oude pompje met groen geschilderde houten bak en koperen bek. Aan de andere zijde was de gevel met de brede ruitjesramen van de kelderkamer, die boven de grote kluiskelder is, waarvan men de stevige ijzeren roeden zag voor het lage kelderkozijn. Tussen beide gebouwen door keek men in de grote tuin, die zich uitstrekte tot de poort, die uitkwam in de Achterstraat. De kelder had zijn ingang op de plaats, evenals de kelderkamer. Twee brede groene deuren naast elkaar vlak aan de achterkamer. Achter deze ene deur is het stenen trapje dat naar de kluiskelder leidt en ook nu nog lek is, evenals de kelder zelf, die een zinkputje heeft waaruit met emmers het water kan worden geschept en overgegooid in een gootsteentje dat beduidend hoger ligt en een afvoer op een riool bezit. Achter de andere deur was het stevige eiken trapje dat naar de kelderkamer voerde. Dit was een grote vierkante kamer met een schouw en ijzeren haardplaat en daar tegenover was een ,,gemak” naar buiten uitgebouwd. waarvan de geur niet altijd door de goedgesloten deur kon worden tegengehouden. In een later huurcontract staat als voorwaarde ,,de stanck van het gemak in de kelderkamer zoveel doenlijk te ver- helpen”. Tegenover de achterdeur van de lange gang, als men dc plaats overstak langs de hoge muur die langs de binnenplaats van de buren liep, was de grote keuken. Deze was niet anders dan over de plaats te bereiken. Het was een groot vertrek met ramen aan de plaats en aan de tuinzijde. Er was een brede schouw en ingebouwde tinnekast, waarin al het tinwerk voor keukengebruik met blauwsteen geschuurd mat stond te tinkelen. Met al het blinkende koper, dat op planken langs de muur stond of hing aan koperen haken was dit het rijk van de gedienstige, die hier de bevelen van Vrouwe Wtiesfen geb. Kloeckhoff ontving. Naast de tinnekast was het lage smalle deurtje. dat naar de kleine keuken toegang gaf. Hier bleef alles als van ouds. Tegeltjes van Delfts blauw uit de 17e eeuw. waarop kinderspelen, beestjes, torens en schepen elkaar afwisselden sierden de wanden. Er was een brede schouw waarnaast stookovens met omgekeerde kegelvormige gaten met ijzeren kegelvormige ringen versterkt, waarop grote ijzeren pannen. Er was een spekkast aan de zolder en een brede diepe keuken- kast. In de hoek was het wenteltrapje dat naar de zolder leidde. Naast het brede raam met kleine ruiten, waar bij een verbouwing nog een gotisch raamkozijn werd gevonden, was een kleine smalle deur die naar een bijkeuken voerde met kleine ruiten. een grote pomp, een haard en een stookoven. Achter al deze vertrekken lag de grote tuin. die met hoge muren van de buurtuin was gescheiden. Achter in de tuin aan de Achterstraat waren de vier huisjes van boedel Baden, eens door Dirck van Baden in 1599 geschonken ten behoeve van oude vrouwtjes, waarvan de ene bij de tuin was qetrokken als poort- gebouw en achteruitgang. Het was een rijk bezit deze ..huyse met erf’. De wijde gangen, de brede trappen en brede deuren waren berekend op de wijduitsaande kleurige kleder- 129 drachten, de zwierige hoepelrokken uit de Lodewijk-tijd. In 1707 was de verbouwmg en inrichting van het huis compleet. Niet lang heeft lohan Frederik Wiiesten van zijn mooi ingerichte huis genoten. In 1709 stierf hij, zijn weduwe met twee dochtertjes Elisabeth en Catharina achter latende in het grote huis. In 1713 huwt vrouwe Kloeckho@ wed. Wiiesten met Mr. Cornehrs van Gaesbeek. vrijheer van Tienhoven, burgemeester van Culemborg. In 1714 wordt geboren hun zoontje lodocus, dat echter spoedig daarna sterft. In 1716 sterft Wilhelmina Albertina Kloeckhoj), huisvrou van Mr. Cornelus van Gaesbeek. eerder weduwe van /ohan Fre- derik Wüesten. Haar kinderen Elisabeth en Catharina Wiicsten worden opgevoed door hun grootmoeder vrouwe /ohanna van Goor van Tienhoven, sinds 1708 wed. van lodocus van Gaesbeeck, waar ook Cornelus van Gaesbeeck onderdak vindt. Het huis aan de Markt werd door Christiaan Kloeckhoff, oom en voogd over de kinderen, verhuurd aan de fam. v. Senden. De meisjes groeien op tot de huwbare leeftijd. Elisabeth, die dikwijls meegaat naar de fam. v. Senden als haar oom en voogd zakelijke aangelegenheden moet regelen, heeft tijd te over kennis te maken met de zoon lohan. In 1726 huwt ze met deze en vertrekt met hem naar Utrecht, waar hij ontvanger is. Als Elisabefh en Cafharina meerderjarig zijn worden ze eigenaars van het grote huis op de Markt. In 1727 heeft de verdeling plaats en wordt ieder de helft van huis en erf toegewezen. Catharina, die dikwijls bij haar zuster te Utrecht vertoeft, komt in kennis met Carel Adolf de Lely. Zij huwt met deze en gaat ook wonen te Utrecht. Zij krijgen een zoon ]an Frederik de Lely. In 17tl is zij weduwe, want dan consenteren vrouwe Catharina Wiiesfer, wed. de Lely en de heeren ]ohan van Senden. echtgenoot van Elisabeth Wiiesten aan den heer Mr. Nicolaas Plemper van Bcee als eigenaar van het huys staende in de Achterstraet naest aende Poort, de helft van het poorthuis en een gedeelte van de tuin om zijn huis uit te breiden. Deze halvering van het poorthuis is nog aan de balkenzoldering te zien. Nog altijd woont in het grote huis vrouwe van Senden. Ze is echter oud en heeft bij zich inwonen de juffrouwen Maria en Catharina Schaap. In 1761 sterft Catharina Wiiesfen wed. de Lely te Utrecht. Ook vrouwe van Senden te Culemborg sterft en Johan van Senden en Elisabeth Wiiesten, zijn huisvrouw besluiten het huis te verhuren aan de juffrouwen Maria en Catharina Schaap, die bij zich in hebben wonen de heer Willem van Neck. Die inwoning maakt Willem zich ten nutte om het eens te worden met Maria Schaap en het draait op een huwelijk uit. Niet lang geniet Maria van de houwelijkse staat, ze overlijdt in 1763. Intussen is ]an Frederik de Lely, lieutenant der guardes ten dienste van de Staat der Verenigde Nederlanden, zoon van Carel de Lely en Cafharina Wiiesfen, ten halve erfgenaam geworden in het huis aan de Markt te Culemborg. Hij woont echter te Utrecht. lohan van Senden sterft te Utrecht in 1763 en zijn wed. Elisabeth Wtiesten en Jan Frederik de Lely besluiten het huis te Culemborg te verkopen. Ze vinden een koper in Nicolaas Heinsius, die de wed. van Neck en Catharina Schaap tot 1764 in het huis laat wonen. Nicolaas Heinsius was een zoon van Dr. Nicolaas Heinsius, med. doctor, stadsgeneesheer en schepen te Culemborg van 1710-1715. 5 Sept. 1738 reeds stierf deze en Charlotte de Pool, wed. Nic. Heinsius bleef te Culemborg wonen tot haar dood 31 Oct. 1778. Hun zoon Nicolaas, in 1719 geboren, was een ondernemend en avontuurlijk heerschap. Hij werd commies en opperhoofd in Acra op de kust van N W . Guinea. Terug in Culemborg woonde hij eerst bij zijn moeder met zijn twee uit West Indië meegebrachte natuurlijke kinderen Anna Catharina Batensfeyn, geb. 18 Febr. 1760 en Carel Batensteyn, die zich laten noemen Bafensfeyn Heinsius. Na het huis aan de Markt gekocht te hebben, koopt hij ook het buurhuis. Bij dit buurhuis behoort een, stallinghe en erf uitkomende in de Achterstraat en deze trekt hij bij zijn eerste gekochte huis. De tuinen van beide panden zijn door een hoge muur gescheiden, maar hij maakt een poortje in zijn tuinmuur dat uitkomt op het erf van de stallinghe. Hij laat van de grote keuken een woonkamer maken, trekt de lange gang door tot deze kamer en laat over de binnenplaats van het buurhuis, achter de grote keuken langs, een gangetje maken naar de kleine keuken. Hij vindt deze kleine keuken met de bijkeuken waar ook stookhaarden zijn, voldoende voor zijn culinaire neigingen. De kleine deur tussen de keuken en nu woonkamer laat hij dichtmetselen en de tinnekast in de kamer verandert in een ingebouwd buffet met zwart gelakte planken met gouden kanten, waarin het mooie glaswerk met zijn sprankelende lichteffecten een plaats vindt. Ook de bovenkamers worden verdeeld in meerdere vertrekken. Er wordt een zijgang langs gemaakt en het brede raam aan de straat aan het einde van deze gang wordt vervangen door een smaller raam en met sierlijk Lod. XV ornament omgeven. Heinsius woont met zijn beide kinderen in dit grote huis en verhuurt het buurhuis. In 1778 overlijdt zijn moeder en enkele familiestukken verhuizen naar de Markt. 130 Hieronder is ook een omklapbaar tafeltje waarop een schilderij is aangebracht van een familiegroep, waarbij ook zijn grootvader is afgebeeld. Het dateert van 1695 en is nog steeds in ‘t bezit van het nageslacht. 13 Juni 1781 overlijdt Nicolaas Heinsius en zijn bezit komt aan zijn kinderen. Anna Cafharina Bafensteyn Heinsius is dan 21 jaar. Het jaar daarop huwt ze met Rudolf Gey, een ingenieur, zoon van Adrianus Gey, Franse kostschoolhouder te Bodegraven en Lumina Bijuanck. Carel Bafensfeyn Heinsius overlijdt 13 Nov. 1786. Rudolf Gey en zijn huisfrou Anna Cafharina Bafensfeyn Heinsius wonen met hun dochtertje Anna Glaudina in het grote huis aan de Markt. Als 29 Oct. 1789 Rudolf komt te sterven en een maand later, 29 Nov. 1789 Anna. is het dochtertje 6 jaar en erfgenaam van beide huizen. Zij wordt door familie opgevoed en beide huizen worden verhuurd. Het door de Gey’s bewoonde huis werd tot 1805 verhuurd aan Frederik Benjamin Marifz en Elisabefh Salomé Marifz, echtelieden en een inwoner v. d. Brandeler. Daarna aan Huiberf de Wiff en Vrouwe Suzanna Maria Bogel. echtelieden, die in 1809 de 1 lde van Wintermaand dit huis, uitgezonderd de stallinghe, van Anna Glaudina Gey kopen. Deze wonen er tot ” 1830 als het in het bezit komt van Mr. Marinus Perpe- fuus Adriaan Roos van Hoyfema, drossaard van het Graafschap Culemborg. lid van Prov. Staten van Gelderland, administrateur der Domeinen, dijkgraaf van het Polder- district Culemborg, geboren te Zalt-Bommel 10 Maart 1775 en gestorven te Culemborg 7 Sept. 1850. En weer wordt het huis geschikt gemaakt voor zijn bewoners. De achterkamer met zijn mooi geschilderd linnen behang werd kantoor voor het Kroondomein. De vleugeldeuren werden dichtgemetseld aan de gangkast en aan de kamerkant met linnen bespannen en overgeplakt met een behangselpapier. Djit werd ook over het geschilderde linnen geplakt. Een gewone brede deur, berekend op de hoepelrokkentijd werd verderop in de muur gemaakt. Tegen de andere wanden werden kasten getimmerd. De geschilderde muurbedekking uit 1707 werd totaal door spijkergaten vernield. De open haard werd vervangen door een witgekalkte nis tot aan de zolder waar de balkenbetimmering nog de plaats van de vroegere haard aangeeft. Ook de andere open haarden in het huis maakten plaats voor moderne schoorsteenmantels. De ijzeren haardplaten met hun dikwijls mooie voorstellingen verdwenen. Een ervan is nog in de Oudheidkamer te Culemborg. Ook de ramen met kleine ruitjes maakten plaats voor ramen met grote spiegelruiten. Het werd een deftig 19e eeuws huis. Na de dood van Mr. Marinus Perpefuus Adriaan van Hoyfema komt in 1850 het huis aan zijn zoon Johan Cornelus François van Hoyfema, geboren 26 April 1807, gestorven 9 Maart 1889. Deze was gehuwd met Suranna Cornelie Diodafi in 1837. Zij was van Italiaanse oorsprong. Een Italiaanse graaf Diodati was in het bezit van schilderijen, voorstellende voorouders van Koningin Juliana, welke deze schilderijen in 1953 aankocht. Johan Cornelus François van Hoytema was reeds op 21 jarige leeftijd schout en ontvangei van een polderdistrict. Als officier maakte hij de 10 daagse veldtocht mede. In 1832 werd hij tot lid van de gemeenteraad gekozen. Na 12 jaar werd hij wethouder en van 1849 tot 1856 burgemeester van Culemborg en werd tot rentmeester van het Kroon- domein benoemd, wat hij tot 1885 bleef. In 1856 als afgevaardigde naar de Provinciale Staten van Gelderland gekozen werd hij spoedig tot lid van Gedeputeerde Staten van Gelderland benoemd, wat hij tot 1884 bleef. In 1872 werd hem het ridderkruis van de orde van de Ned. Leeuw vereerd. Hij behartigde zeer de belangen van de stad en toen in 1845 grote werkeloosheid heerste wist hij werk te verschaffen door een plantsoen te laten aanleggen. De steenbakkerij Renaud en Hoytema telde hem onder zijn ven- noten. Hij was een zeer werkzaam man en al zijn functie’s brachten veel werk mee. Het kantoor van het Kroondomein bleef gevestigd in de achterkamer. De grote voor- kamer werd in tweeën verdeeld door de grote vleugeldeuren uit de gang hiervoor te gebruiken en deze werden in beide kamers vervangen door gewone deuren. Het goudleer behang uit deze kamer werd te Parijs verkocht en vervangen door het toenmalige gebruikelijke behang. De binnenkamer kreeg schaars licht door hoge ruitjes, die aangebracht zijn in de muur van het trappenhuis. Deze donkere binnenkamer werd eveneens als kantoor gebruikt. Onder het bordes van het trappenhuis werd een doorgang gemaakt naar het kantoor van het Kroondomein. In de zijmuur van deze gang werd een brandvrije ijzeren kast gemaakt om waardevolle stukken te bewaren. De tuinkamer werd geheel veranderd. Het plafond werd hoger gelegd en een uitbouw van grote ramen en tuindeuren aangebracht met brede vensterbanken in de hoeken. Het werd een prettige huiskamer voor Suranna Cornelie Diodafi. De noteboom vóór deze kamer werd door haar geplant. Ze heeft hem niet volledig zien uitgroeien, ze stierf in 1857, In haar tijd werd de kelderkamer als mangelkamer gebruikt. Er stond een geweldig grote trekmangel. Later is deze kamer muziekkamer geworden en werd het naar buiten uitgebouwde gemak in deze kamer verwijderd. Het buurhuis. dat in de vroegere wagen- 131 weg naast het huis was gebouwd, reeds in ‘t midden der 17e eeuw. was eigendom van de oan Hoytema’s. Dit huis werd bewoond door een zoon en op het bordes van her trappenhuis werd een verbindingsdeur gemaakt. De deur is smaller dan de andere deuren in het huis. De hoepelrokkentijd was voorbij. Tot zijn dood in 1889 heeft lohan Cornelus François van Hoytcme in het huis gewoond, dat in 1707 zijn grootste verandering onderging en in hoofdzaak zo is gebleven. Na hem werd Philippus /ohannes Olioierse eiyenaar, die er een boekhandel en drukkerij in vestigde. Daarna is in 1921 Wollehrand Prins eigenaar geworden. die het aan zijn meubelhandel ondergeschikt maakte en nu nog in eigendom heeft. De oude stookovens in de keuken zijn verdwenen. De spekkasten zijn niet meer. De oude keuken met zijn verzakte plavuizen en pompje is een gezellige eetkamer geworden. waar de oude blauwe tegeltjes en de haardplaat uit 1620 nog herinneren aan vroegere glorie. De kolosale pomp in de bijkeuken en grote stookhaard werd vervangen door waterleiding, gas en electriciteit en werd een moderne keuken. Veel kamers kregen andere bestemmingen. Veel ouds werd weggebroken en veel nieuws aangebracht. Maar nog altijd imponeert het prachtige trappenhuis met zijn gebeeldhouwde leuningen, de lange brede gang met witte en zwarte marmeren tegels. de dwarsgangetjes, die naar niet vermoedde kamers leiden en aan ‘t eind der gang de tuinkamer, die grote voorname rust ademt en midden voor de ouderwetse tuin ligt. De tuin, die langs de gehele achterbreedte van het huis loopt en zich uitstrekt tot de oude huisjes van boedel Baden in 1955, een door een eigenaar der tuin geschonken ten behoeve van oude vrouwtjes; in ieder twee om elkaar in de hoge bedstede te kunnen helpen. De noteboom geeft ieder jaar zijn overvloedige vruchten. De eeuwenoude beuk en kastanje geven ‘s zomers hun luwte en schaduw. Oude perebomen zijn overblijfsels van de vroegere hof. In de moer- bei zingt een merel en de jasmijn en vlier geuren om het hardst. De verweerde tuin- muren met klimop begroeit fluisteren van een schaking van een jongedochter in lang vervlogen tijden. Het jaartal 1707 hoog op de voorgevel van het huis wijst er op, dat ook een huis een geschiedenis kan hebben. Culemborg, Aug. 1954. 132 FAMILIENAMEN GENOEMD NAAR ERVEN door R. T. MUSCHART t In het ,,Handboek voor den Burgerlijken Stand” door ,. N. Elenbaas wordt in hoofdstuk 1 op pag 6 het navolgende vermeld : .,Bij Keizerlijk decreet van 18 Augustus 1811 werd gelast, dat allen in Holland, die nog geen vasten naam hadden, er binnen een jaar een moe,sten aannemen”. En verder lezen wij aldaar : ,,Deze termijn werd bij decreet van 17 Mei 1813 verlengd tot 1 Januari 1814.” Elenbaas zegt verder, dat de termijn bij Koninklijk besluit van 8 No- vember 1825 nogmaals verlengd werd met 6 maanden, omdat in aanmerking genomen werd dat - zoals het decreet luidde - ,,in sommige gedeelten des rijks nog steeds plaats vindt om geen eigenlijke geslachtsnaam te voeren. maar integendeel veranderlijke bijnamen te dragen en deze telkens bij verandering van woonplaats met a,ndere namen, die onf- leend worden van de plaatsen of e r v e n, welke opnieuw met der woon betrokken worden, te verwissclcn”. Tot zover Elenbaas. Uit dit decreet van 1825 blijkt dus, dat nog in dien tijd in sommige streken van ons land velen hun’ naam ontleenden aan erven. Gedurende mijne onderzoeken in diverse archieven, is mij gebleken, dat zulks voornamelijk het geval is geweest in Gelderland en meer in het bijzonder in den Gelderschen Achterhoek. Aldaar vond ik tal van familienamen aan erven ontleend. De bekende zal ik hier laten volgen.

Arragon en van Arragon. In eene acte van 11/7 1771 in het Register van bezwaar der Hoogheid Wisch kerspel Varsseveld in het Rechterlijk archief dier Hoogheid wordt vermeld : Garret Arragon, en op folio 187 verso in het protocol van ver- banden en opdragten van 1767 tot 1793 in dat zelfde Rechterlijk archief vond ik Jacob van Arragon 22/6 1773 weduwnaar van Willemina Colen- brander. Uit eene acte van 22/10 1770 in het hiervoor aangehaalde Re- gister van bezwaar blijkt, dat Arragon de naam was van een plaats in de Buurschap Heelweg onder Varsseveld.

Bannink. In een stuk van 15/4 1785 in eene portefeuille met Informatiën over de jaren 1780 tot 1790 in het archief van het Scholtampt Zutphen worden vermeld Willem Bannink wonende op Bannink in Harfsen en Reijnd Bannink wonende op ‘t Bannink te Harfsen.

Beerninck. In een stuk van 12/4 1692 in eene portefeuille met Iriformatiën en Condschappen in het Rechterlijk archief Bredevoort wordt vermeld Lam- berf Beerninck wonende op het goed Beerninck in de buerschap Meddhoe onder Wentersrvijk.

Bentinck. In Charter NO 868 van de Rekenkamer van Gelderland van 30/10 1456 is sprake van het goed Bentinck, waaruit eene jaarrente toekwam aan de proostdij te Zutphen. Berghuis. In de Crimineele processen van het Hof van Gelderland van het jaar 1758 wordt vermeld Gijsbert Berghuis in 1758 gerichtsman van Olden- broek, wiens wapen een staande os was, en in het protocol van het ampt Voorst No. 1 van 1675 tot 1711 afdeeling Twello wordt op folio 1 in eene acte van 2714 1671 vermeld het goed Berghuijs in Carspel Apeldorn.

Beftinck. In de portefeuille met plindingen, volmachten ex. van het jaar 1725 in het archief van het Scholtampt Zutphen wordt vermeld : Derck Bet- tinck 29/9 1725 bouwman op Bettinck.

Blekman-Blikman. In een omslag met enkele fiscalia in eene portefeuille in het Archief van het Scholtampt Zutphen wordt vermeld : Arent Blekman 4/l 1779 wo,nende op het Blek gelegen onder den Dam in kerspel Warnsveld, en in eene portefeuille met Informatiën over de jaren 1762 tot 1783 in dit zelfde archief wordt in eene acte van 7/12 1765 vermeld Arend Blikman bouwman op het Blik.

te Bokkel-ten Bokkel. In No. 27 in eene portefeuille met minuten van acten nos 26-29 in het Rechterlijk archief Wisch worden 29/5 1764 als eigenaars van het erf Wolterink vermeld : Isax te Bokkel en Wander te Bokkel, en in testament 46 van de testamenten van Bredevoort wordt vermeld, dat Mr Abra- ham Casper Salomon ten Bokkel, wonende te Aalten, 3/3 1808 te Win- terswijk testeerde. En uit het testament 28 in deze testamenten van Brede- voort blijkt, dat Bokkel een crue en goed in kerspel Aalfen boerschap Barle was.

Bosboom. Eene familie van dezen naam met een’ boom als wapen was in de 18e eeuw in het Zuiden van den Gelderschen Achterhoek o.a. te Wisch, Terborg en Varsseveld gevestigd. En nu blijkt uit acten in het Register van bezwaar der Hoogheid Wisch Kerspel Varsseveld in het Rechterlijk archief van de Hoogheid Wisch, dat leden der familie Hoft in 1773 een derde gedeelte van het goed ,,den Bosboom” (ook ,.den Boschboom”) bestaande uit een huis, hof, bouwen werjdeland in de beurschap Heel- weg onder Varseveld verkochten aan Adriaan Bosboom.

Bouwhuis. In eene portefeuille met Informatien over de jaren 1780 tot 1790 in het archief van het Scholtampt Zutphen is sprake van Egbert Bouwhuis wonende op ‘t Bouwhuis onder Almen.

Bovenman. In eene portefeuille met gedistraheerde boedels van de jaren 1761 tot 1781 in het Archief van het Scholtampt Zutphen wordt in stukken van 1773 en 1776 vermeld Goosen Garritsen, ook voorkomende als Goosen Bovenman bouwman op het erve en goed Bovenman onder Wierse in het ambt van Vorden.

134 In de volmachten van de Gelderse Leenkamer is .sprake van Jan Ja- copss de Breq 15/5 1664 Koornkooper te Heteren, wiens wapen een leeuw was, en in het Trouwboek van Rijswijk in Gelderland Archief No. 1104 in het Rijksarchief te Arnhem is vermeld, dat Trienfijen 14/4 1721 te Rijswijk op de Breij woonde als dienstmaagd van mevrouw Heer- ma, terwijl in een stuk in protocol 42 met processtukken in het Rechterlijk Archief Wageningen gezegd wordt, dat die Breij in 1612 een erf was gelegen in de Leuwen enck onder Wageningen.

B+a,nk. In eene acte van 2/4 1773 in een pak met magischeiden nos: 53 en 54 in het Rechterlijk Archief der Hoogheid Wisch wordt vermeld : Gerrit op Bijvank. En in een Register van Bezwaar der Hoogheid Wisch in dat archief wordt in een stuk van 1/4 1772 gezegd, dat Bijvank een bouhof onder Varseveld was.

Corenblik. In omslag van het jaar 1729 in eene portefeuille met opdrachten, ves- tenissen etc. bundel 1720 tot 1725 in het archief van het Scholtampt Zutphen wordt Margrifa Corenblik vermeld 19/7 1729 weduwe van Henrik van Zelm. En in de Resolutiën met bijlagen van het Hof van Gelderland is in een stuk van 20/4 1785 vermeld ,,een hu+ op ‘t Erue Korenblik onder Warnsveld in de buurschap Warken.

Ebbink In eene portefeuille met Information over de jaren 1780 tot 1790 in het archief van het Schiltampt Zutphen wordt vermeld Derk Ebbink 15/4 1785 bouwman op ‘t Ebbink in Harfsen.

Eggink. In de zelfde bron als bij Ebbink aangehaald wordt in eene acte van 30/11 1791 vermeld, dat Lambertus Eggink den Ouden bouwman op het erve Eggink was.

Enserinck. Nicolaas E,nserinck wonende te Zutphen met als wapen een eend met vingerring in den bek was in 1639 student te Leiden, en in eene intero- gatoria van 16/8 1734 in het archief van het Scholtampt Zutphen wordt vermeld Anneken Velfmafhe bouwurou op Enserinck.

Esvelt. In eene portefeuille met Informatiën in het archief van het Scholtampt Z’utphen is in een stuk van 15/4 1785 vermeld Hendrik Esuelt wonende op ‘t Esvelt. Uit het Maandblad de Nederlandsche Leeuw 1953 kolom 382 blijkt, dat het heerengoet Esvelt in 1663 in hef ampt Barneld was gelegen.

Eveninck. In eene portefeuille gemerkt ,,Verponding rekeningen” in het Gemeente archief Doetinchem van circa 1608 is vermeld : Wessel Eueninck wonende op Eveninck.

135 Frijlinck. Het Armorial Genera1 vermeldt eene familie van dezen naam met als wapen een’ olifant naast een’ boom op grond, en in eene portefeuille met Kondschappen in het Archief van het Scholtampt Zutphen is in een interrogatoria van 10/6 1662 vermeld Henrick op Frijlinck. Gansenabbe-Gansneb-Gansneb gen. Tengnagel. Henric Gansenebe, dien ik in charter 168~ in het archief der Comman- derie van St. Jan te Arnhem vond in 1460 met 3 wassenaars als wapen evenals eene familie Gansneb in de 15e eeuw in de ridderschap van Nij- megen en de tot den Nederlandschen Adel behoorende familie Gansneb genaamd Tengnagel. In protocol 1 in het Rechterlijk archief van het Scholtampt Voorst wordt 11/7 1682 vermeld het erf Gansenebbe in het Gietelse broek en in de Resolutiën met bijlagen van het Hof van Gelderland van September tot December 1771 wordt vermeld het crue de Ganseneble in Kerspel Vaassen. Geesink. In dossier 274 van de reversalen van de Geldersche Leenkamer wordt vermeld Derk Geesink, die met zijne vrouw Elisabeth Rennerdink 1/4 1730 eigenaars waren van het goed Geesinck in de heerlgkheid Brede- voort in Kerspel Winterswijk. Gerwerdinck. Henrick Gerwerdinck was 20/9 1461 gerichtsman te Versevelde en Silvolde voerende als wapen 2 sikkels, zooals blijkt uit zijn zegel aan charter van het klooster Bethlehem bij Doesburg. En in de civiele processen in het Archief van het Scholtampt Zutphen vond ik 11/3 1623 vermeld Engelbert gewesene bouwman op Gerwerdink. Graf felman. In de processen in het Archief van het Scholtampt Zutphen vond ik in een proces van 1683 Herman op Kleijn Graffel en.in een ander stuk in dit iroces den zelde met den naam fierman~7Graffelman Grouwel-Gruwel. In dezelfde processen als bij Graffelman aangehaald vond ik in een proces van 1640 als gedaagde vermeld Jan Grouwel, die ook voorkomt als Jan op Grouwel. En in dit zelfde proces is ook vermeld Thomas tegenwoordige bouwman op Gruroel en tevens is daarin sprake van het goed Gruwel. ter Haar. In de civiele processen van het Hof van Gelderland van het jaar 1611 wordt vermeld, dat Herman ter Haar als erfgenaam van zijn’ overleden vader Rolof ter Haar geschil had met Wilhem Dunsborch over ,,die cleijne en groete Haar” in het Kerspel Ruerloe. Haelboom. In de civiele processen van het Hof van Gelderland van het jaar 1619 111 wordt vermeld, dat Hendrick Haelboom 19/4 1610 wegens zijn vader lelis Haelboom afdracht (sic) deed van het goed Haelboom tot Benne- kum in ampt Ede.

136 Hafkamp. In de portefeuille, gemerkt ,,Apeldoorn 1-8” in het archief van het Gerechtshof ter Eerster Instantie arrondissement Arnhem wordt vermeld, dat Teunis Hafkamp te Loenen, Gerrit Hafkamp in de buurtschap Haf- kamp in Canton Apeldoorn, Aart Hafkamp in der zelfde buurtschap, Mar- ten Hafkamp eveneens in die buurtschap, en Albert Hafkamp in de buurtschap Wolthuis in canton Apeldoorn, 9/7 1827 tezamen verkoopen hef erve Hafkamp, gelegen gedeeltelgk in de gemeente Apeldoorn en overigens in de gemeente Epe en bestaande uit huis, schuur, 2 koornbergen (sic), schaapstal, hof, benevens landerijen. En verder wordt vermeld, dat al dezen 14/4 1828 te Vaassen eene boedelscheiding hadden opgericht als kinderen en erfgenamen van Berend Aarts Hafkamp, zich veelal genoemd hebbende Berend Aarts, en Christina Koekkoek, gewoond hebbende en overleden in de buurtschap Hafkamp. En ten slotte vond ik in die zelfde portefeuille nog vermeld Marten Hafkamp, die met zijne vrouw Willemina Hendriks 12/6 1828 op Haf- kamp woonde. Van den Ham. In een artikel van Mr. W. C. Mees in het Maandblad de Nederland- sche Leeuw van December 1948 kolom 350, getiteld ,,het Geslacht van den Ham uit Barneveld” wordt in kolom 351 als eerste in de genealogie vermeld : Claes Woufersz. eigenaar van De kleine Ham in de Valk onder Lunferen en dat deze bij zijne vrouw Metje Willems een’ zoon Teu;nis had, die 20/6 1675 vermeld wordt als Teunis Klaaszoon op den Ham onder Lunteren, die ook genaamd word Teunis Klaaszoon Ham Hasewinkel. In een portefeuille met weezen protocol van de jaren 1732 tot 1776 in het bedrijf van het Scholtampt Zutphen wordt vermeld, dat Berent Hase- winkel 10/7 1739 opt goed Hasewinkel in Harfsen een mageschud op- richtte met de 3 onmondige kinderen van wijlen Derck Stockhaer en diens vrouw Berentje Hasewinkel. En in een portefeuille met Informatiën in het archief van het Scholtampt Zutphen worden vermeld Garrit Haze- winkel 15/4 1785 oud 33 jaar wonende op ‘t Hazewi,nkel in Harfsen en Gosen Hazewinkel zelfden datum oud 20 jaar wonende op Hasewinkel. In een portefeuille met allerlei ongeordende stukken in dit zelfde archief wordt reeds in 1609 vermeld het leengoed Hazenwinkel in de graajschap Zutphen. Van der Hem. Volgens ,,de Vroedschap van Amsterdam” door Dr. J. Elias deel 1 pag 4 was de stamvader van de Amsterdamsche familie met een zwaan als wapen Claes Hem in de eerste helft van de 15e eeuw een gezeten landbouwer ,,in de(n) Hem” bij Broeck. Hiddink. In het Register van bezwaar der Hoogheid Wisch in het Rechterlijk archief Wisch wordt op folio 45 vermeld, dat Jan Willem Post met zijne vrouw Aleijda Muschart 9/4 1781 eigenaars waren van een ,,campjen aan de beeke agter aan het goed Hiddink in ‘t Westendorp een boerschap onder Varseveld. Een familie Hiddink geallieerd met van Poot voerde 3 vogels als wapen. 137 BOEKBESPREKING H. W. F. Aukes. Het Voorgeslacht van Kardinaal DP Jong. Utrecht- Antwerpen 1955. De schrijver heeft met veel toewijding de omgeving geschilderd, waarin Kardinaal De Jong is groot gebracht: het eiland Ameland. Het is geworden de geschiedenis van het eiland en zijn bewoners. De schrijver gaat nog verder door de geschiedenis van het Katholicisme in Friesland te beschrijven met nauwgezetheid puttend uit oude registers. Zijn enthousiasme sleept de lezer mede. Aan het einde van het boek als de Bijlage 11 de stamlijst De long, en als Bijlage 111 de stamlijst Metz. Een genealogie, die tot voorbeeld kan strekken.

Ir. W. Bos ]zn. Negen eeuwen geschiedenis van de Sliedrechtse Bag- geraars. Sliedrecht 1954. Reeds in 1064 wordt de naam Sliedrecht genoemd in een charter van de Bisschop van Utrecht; in een charter van Freder.ik, bisschop van Bremen, 1130, blijkt, dat deze kerkvorst Hollandse grondwerkers naar zijn gebied laat komen. Op de voet volgt de schrijver de daden der Sliedrechters door de eeuwen heen, met vermelding van door hem in registers en litteratuur gevonden feiten. Aan het eind volgen de staten van de Leenheren van Kraagenstein. en van de Heren van Niemandsvriend in de 17e en 18e eeuw, benevens een -litteratuurlijst. Een belangrijk boek over een bizondere streek en een bizonder beroep.

Zr. W. Bos. Genealogie van het geslacht Kraayeoeld te Sliedrecht, verzameld in de jaren 1952-1954. Sliedrecht 1954. In vervolg of liever in verband met het voorgaande boek, geeft de schrijver de stamlijst van de familie Kraayeveld, aanvangende met Teunis K., geboren +- 1610. benevens die van de aanverwante families Both, Vo/ker, van Noordenne. Jierboekje fan it Genealogysk Wurkforbân, utgefte fan de Fryske Akademy to Ljouwert 1956. Met steeds groter genoegen wordt telken jare dit jaarboekje door ons ontvangen. Zijn indelingen en inhoud is in overeenstemming met de benaming van jaarboekje. Na een overzicht van de werkzaamheden van het Wurkforbâr gedurende het afgelopen jaar volgt de belangrijke lijst van Inlichtingen omtrent enkele openbare instellingen enz. in Friesland. H. G. uan Slooten schrijft over de Beslommeringen van een Dokkumer Bur- gervader: Ir. Ch. C. van der Vlis geeft een alfabetische lijst van in Friesland geboren militairen, in franse krijgsdienst overleden in de jaren 1792-1815; een uitstekende kwartierstaat van Th. M. Th. van Welderen baron Rengers. 1867-1945 gaat vooraf aan de genealogie Beekkerk door Jhr. M. 1. uan Lennep. D. 1. taan der Meer vertelt over het slot Terhorne te Bitgum en W. Dolk wijst ons de weg in de klappers aanwezig op het gemeente-archief te Leeuwarden. Een belangrijk boekje in een bescheiden kleed.

Jaarboekje voor de geschiedenis en oudheidkunde van Leiden en omstreken, 1956. In het gedenkjaar van Rembrandt laat Oud-Leiden terecht zijn Jaarboekje beginnen met een zelfportret van de schilder uit zijn Leidse tijd (1629) en brengt van de hand van A. Bicker Caarten een artikel over Rembrand als molenaarszoon. Dr. 1. I. Wol- dendorp geeft Flitsen uit de kerkelijke geschiedenis van Zoetermeer-Zegwaart na de Reformatie, terwijl Mevrouw Zdenburg-Sieyenbcek van Heukelom vertelt van de Pedel- lenstaven der universiteit, geïllustreerd met fraaie foto’s. De Leidse Archivaris Mr R. oan Roijen schrijft over de Leidse stadsboden en hun ambtsbroeder Gijsbert van Rijck- huysen. de samensteller van het belangrijke Leidse wapenboek. Verenigingsnieuws en monumentenzorg vullen het boekje verder. Het was een aangename herinnering aan de sleutelstad.

Amsterdam, april 1956. W. R.

138 TIJDSCHRIFTEN-REVUE (Administrateur voor de lopende Jaargangen: 1. 1. G. Kranen, Bergsingel 196a, Rotter- dam. Tijdschriften kunnen eerst drie maanden na aankondiging in deze Revue. aan de Leden der N.G.V. op aanvrage ter lezing worden verzonden). Van Ackeren-Euwens’sche Familienbläfter. 4. Jrg. Blatt 1, Februar 1956: Zur Er- weiterung des Titels: D. Schepper. Einiges sus der Geschichte der Familie Arntz.

Gruoninga, mededelingenblad van de Afd. Groningen en Noord-Drenthe der N.G.V., 3e Jrg. NO 2, febr. 1956: P. 1. Ritsema. De Nakomelingen van Helfrich Ritsema; Nog enkele aantekeningen over het geslacht Von Aswede E. Idem NO 3 : T. Balk. Een onbekend Groninger geslacht Trip; P. van SoUmis. In- voering van een Groninger Contactdienst. Afdelings nieuws.

De Limburgse Leeuw, 4e Jrg. No. 4, Maart-April 1956: Ian 17crzijl. Genealogieën van Venlose Schepenfamilies. XVIII. Goris (Ned. Herv. Tak); fr. C. oan Basren Batenburg O.F.M. Conv. Een interessante heraldische puzzle; Mr. 1. Belonje. Over een echtpaar op Huis Westeringh bij Maarsbree; Th. G. A. Bos. Aantekeningen betreffende 16 Maastrichtse huisnamen 1463-1624: fan Verzijl. De Maastrichtse tak der familie Le- hens; Kwartierstaat van Chrisfiaan Crasborn.

De Nauorscher, Jrg. 96 Afl. 1/2: Dr. H. P. Schaap. De Vlaamsche stichters van het Wandtapijtenbedrijf Nauwincx te Schoonhoven en een afstammingslijn tot op den dag van heden (f 1582-1955); S. W. Me cf Inor, 1. C. P. W. A. Steenkampt, J. A. van Zelm Eldik. Overlijden en begrafenis van onze laatste stadhouder; H. Hendriks. Het slot te Wateringen; Mr. G. A. Bontekoe. Het wapen der gemeente Wieringermeer.

Nederlands Archievenblad, 60e Jrg. 2 Afl. 1955/1956: Verslag der 71e Algem. Verg., In Memoriam Dr. E. Wiersum; Kroniek.

De Nederlandsche Leeuw, 73e Jrg. NO 3, maart 1956: W. Wijnaendts van Resandtt. Een geslacht De Leeuw uit Amerongen; Jhr. Dr. H. 1. L. Th. van Rheineck Leyssius. De stamreeks Leyssius.

De Sfichtsche Heraut, 3e Jrg. No. 1, maart 1956: W. Eldering-Niemeyer. De Plompe- torengracht en haar bewoners van 1552 tot * 1800; Trouwboek Gorinchem.

Ons Voorgeslacht, lle Jrg. NO 58, Mrt/April 1956: fan Verzij. Rotterdammers in Limburgse Archieven; T. v. d. Loos. Het geslacht Streso; Dr 1. Bordewijk. Bijbelblad: Lidmatenlijst van de kerk te Rockanje; 1. H. Brakke. Overschiese acten van indemniteit.

Ons Amsterdam, 8e Jrg No. 3, maart 1956: 1. H. Kruiringa. Van Beurzensnijders, gouwerts en zakkenrollers; H. W. Alings. Onze handel verbeeld op gevelstenen; P. A. v. d. Linden Vooren. De Plantage; 7’. den Herder. Nogmnals de Postjes-wetering. Idem No. 4, april 1956: W. Visser. Het Huis met de Hoofden: H. W. Afings. Pop- pentaal; C. A. L. Sander. Vondsten binnen de v.m. R.K. Kerk De Star: Chr. Nielsen Nieuwe gevels in de oude stad; 1. Vriese. Het Clarissenklooster.

It Beaken, Jrg. 18 NO 2/3, april 1956: De Fryske Flagge. rapport en advys fan de kommisje ta bistudearring fan de Fryske Flagge.

Dc Maasgouw. Deel 70, Afl. 1 en 2. 75e Jrg. 1956: Het probleem betreffende dc westbouw van de kerk van Sint Servaas te Maastricht, voordrachten gehouden door: Jhr. E. van Nispen tot Scvenacr, Alb. Paters, Hans Erich Ktlbach, 1. J. M. Timmers. Th. G. A. Bos. De vervallen toestand van de Kerk van ‘s-Gravenvoeren in 1599 en 1613.

Met Gansen Trouw, 6e Jrg NO 3, maart 1956: B. W. van Schijndel. Genealogie der Kievitsen van den Hil. Dr. Papaver. Geestelijken uit het geslacht Swaans: Chr. Lifh Enkele belangrijke jaartallen uit de geschiedenis van Heusden.

Orde van Sint-Jan, 7e Jrg. NO 27, april 1956: Jhr. Ir. A. C. oan Wciler. De geschiedenis van de Nederlandse Ridderorden. 139 De Speelwagen, 10e Jrg. 1955, No. 9 en 10: Afscheid; We spannen uit; W. 1. Wag- num. Schaaens., toren zinat:- Mr. 1. Belonie. Een schiooer OD West-Indië te St. Maar- tensburg enz. Laatste nummer van dit tijdschrift, dat. wij node zullen missen.

Hef Personeel Statuut, 7e Jrg. No. 2, februari 1956: Prof. Mr. W. F. Prins. Titels en Praedicaten. Idem NO 3. maart 1956: Prof. Mr. W. F. Prins. Een merkwaardige uitspraak omtrent de consequenties ener naturalisatie; Ds. P. Bakker. Gretna Cre&.

Oosfvlaamsche Zanfen. 31e Jrg. No. 2. Maart-April 1956: Dr. Kits Nieuwenkamp. Het causaal verband tussen de genealogie en heraldiek enerzijds en de folklore anderzijds: F. van Es. Een .,Praelkrans” voor Kaatsers te Wichelen; Kluitje Bij, de geschiedenis van een Gentse spaarmaatschappij. .

Der Archioar, Mitteilungenblatt fiir deutsches Archivwesen. 1X. Jrg. Heft 1, Febr. 1956: G. Winter. Das Bundesarchiv. Fachprobleme eines Zentralarchivs im Aufbau; H. Löfzke. Die übergabe deutschen Archivbestände durch die Sovjetunion an die Deut- sche Demokratische Republik; K. Loup. Arbeitsbericht des Dumont-Lindemann-Archivs; Literaturbericht.

Insfifuf fUr Auslandsberiehungen. gegründel 1917 als Deutsches Ausland-Institut. Mit- teilungen. 6e Jrg NO 1/2. Januar/Februar 1956: Ronald Lister. Neuseeland - eine Welt fiir sich. Dit is hoofdzakelijk gewijd aan Nieuw-Zeeland.

Der Deufsche Hugenoff, 20. Jrg. No. 1. F ebruari 1956: R. Hrcpfeld. Die Weltbedeu- tung des Heidelberger Katechismus; Das Calvin-Museum in Noyon; Die Gefangenen vom Tour de Constante; L. Cordicr t. Was verlor Frankreich mit den Hugenotten ?

blonafsheffe fiir evangelische Kirchengeschichfe des Rhcinlandcs. 5. Jrg. Heft 3/4, 1956: Rektor Schiiler. Beitrag zur Geschichte der Lehrer-bildung im Regierungsbezirk Koblenz im 19. Jahrhundert; D. Miiler. Begin” und Verlauf der Reformation am Rheiu; Dr. Thiel. Aus den Anfängen der Reformation in Mettmann.

Die Fundgrube, eine Sammlung genealogischen Materials. Heft 1. Verzeichnis der im Hoferstädt. Archiv vorhandenen Leichenpredigter, zusammengestellt von Kar/ Holz- schuher in Hof/saale, Yorkstr. 11 1, herausgegeben von Korb’sches Sippenarchiv, Re- gensburg.

Zeitschriff fiir Niedersächsische Familienkunde. 31. Jrg. NO 1, Jan. 1956: Erik Am- burger. Die Niedersachsen in den Anfängen der russischen Stoffdruck-Industrie; D. Kausche. Die Vahlenkampffs in Harburg, Althona und Hamburg im 17. und 18. Jahr- hundert; E. Freitag. Ein holsteinischer zweig der Familie Krogmann WIIS Winsen (Luhe).

Südwesfdeufsche Blaffer Fiir Familien- und Waooenkunde. Tra. 8/ Heft 1. Februar 1956: G. Wunder. Die Jager von Jägersberg; K. Hesz. Faber- Ërganzungen; F. Wil/- fort. Eine Ergänzung zur Ahnentafel des Philosophen Hegel; Ahnentafel Muller (Kol>- stanz).

The Genealoaisf’s Magazine, Vol. 12 No. 5. March 1956: Miss S. Minef. Huauenot Records; H. Iäger-Sunsf&au. The Noble Family of Lightowler in Austria; Creioe U. P. Nicholson. Some early Emigrants to America. Proceedings of the Huguenof Society of London, Vol. X1X No. 3: Alice C. Carfcr. The Huguenot contribution to the early years of the funded debt, 1694-1714; 1. Gladsfone. The De Bailleuls in Flanders and the Bavlevs of Willow Hall; Ida Dar- lingfon. The Reformation in Southwark; W. 1. Sfank&icz. The Edict of Nantes in the light of mediaeval politica1 theory.

The Scoffish Genealogisf. the quarterly journa of the Scottish Genealogy Society, Vol. 111 No. 1. Jan. 1956: L. G. P.ine. G enealogy in England; Duncar MC Naughforz. Stirling Family History; Rev. R. Mac Kinnon. The Beatons of Culnaskiach; D. Wh!ytc. Records of Dalmeny Parish.

140 Revne française d’Hératdique et de Sigiltogrsphie. 10 année. Buil. No. 21: Comptes rendus des séances; Bibliographie.

Adler, Zeitschrift für Genealogie und Heraldik, Nov.-Dez. 1955, 73. Jrg. 3. Band. 18. Heft: F. Tyroller. Adelheid von Frontenhausen; L. Iga/f[y-lgati. Kornitz: k’. Schwarren- berg. Die altserbischen Ahnen König Peters 11; R. Granichsfaedfen-Crerva. tiber das Schönfeldsehe ,,Adelsarchiv” in Wien.

Senffenegger Monafsblatf, für Genealogie und Heraldik, 111. Band, 5-6 Heft, Okt.- Nov. 1955: t Conle Enrico del Torse. Exzerpte aus der Taufmatrik von Cervignano; K. F. von Frank. Das stammbuch des Stephanus Lansius.

Insfifuto Znfernacional de Geneatogia y Heraldica Ano 111 No. 35 en 36, 1 en 15 mrt 1956: Mededelingen van het Instituut; Aanbiedingen en vragen betreffende heraldische en genealogische werken; Bibliotheek; Adelijke titels; bibliografica; lijst van Ridders van het Oostenrijkse Gulden Vlies.

The Pedigree Searchtighf lights fhe Way. Vol. 7 No. 1 Febr. 1956, Dcfroif, Michi- gan; Genealog. Lessen; Boekenlijst; Tijdschriftenlijst; Verkoop Collectie Wapentekenin- gen van Dr. Jerome Arthus Ringrose; Vragen.

.,Michigana”, Bulletin of Western Michigan Genealogical Society, Vol. 1 Oct. 25 1954-Dec. 1955; Vol. 11 Jan. Febr. 1956: Ledenlijst, Bible Record Whiteherse. Mc Glocklin; School records of Old Barry County, Michigan; etc.

Bulletin of the Oklahoma Genealogical Society, organized March 1955; Vol. 1.No. 1, Dec. 1955. No. 2, March 1956: Ledenlijst; Wapen van de society; Programma; Vragen: Mrs. Coltins. Oklahama Tombstone Records.

Genealogical Forum of Porfland. Oregon. Vol. V NO 6, Febr. 1956: Verenigings-- mededelingen; Besprekingen betreffende relaties met andere genealogische verenigingen; Frances Sfrong Helman. Trailing your ancestors through Pennsylvania; Uittreksels van inschrijvingen in oude Bijbels; Lijst van landbezitters in Oregon; Boekenlijst.

The Sfafen Zsland Hisforian. Vol. XVII Number 1, Jan.-March 1956: Lucy Alexander Beafy. Recollections; Effingham: C. Coapes Brinley. Charles W. Hunt. Pioneer In- dustrialist; Loring MC Milten. History of the medical profession of Staten Island. Part. 11, 1800-1900.

Der Schweizer FamilienForscher - Le Généalogiste Strisse. 15 Nov. ‘55 no 8/9. 15 Dez. No. 10/12: Esther Gamper. Das historische und das dichterische Lebensbild; W. R. Sfachelin, Dr E. Schopf. Zwei Graubündner Festimonialbriefe; Zum Fall Scha- binger. Blbliographie der zweizerischen Familiengeschichte 1954.

W. R.

Leden der N.G.V. In elk gezin kan een kind geboren worden, waarvan de hersens voor of tijdens de geboorte beschadigd zijn. Gevolg : hersenverlamming : een spasti.sch kind. Deze kinderen kunnen thans in Nederland nog niet voldoende geholpen worden. Steun daarom de komende landelijke actie van de Dr. Winthrop M. Phelps Stichting. Giro 1322, Amsterdam. Voorzitter.

141 VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, die met zijn onderzoek is vastgelopen, dan wel diegenen, die met andere personen verbinding zoeken op genealogisch en hcral- disch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra, Post- bus 976, Amsterdam-C. Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden.

LX1 VAN DER MAAS. 4 juli 1800 ondertrouw van Hendrikus van der Maas (van Amsterdam, R.K., oud 22 jaar, geassisteerd door zijn vader Gerrit van der Maas) en van Agafha Raoin (Ra- uijn, Raoeirl), (van Amsterdam, R.K., oud 18 jaar, ouders overleden, geass. door haar voogd, IMr. Diederik lohan oan Hogendorp, wonende te Hotwegen). ’ Het huwelijk werd 27 juli 1800 ten stadhuize voltrokken. Een doopinschrijving van Hendrikus van der Maas is niet te Amsterdam gevonden. evenmin als een huwelijksakte van Gerrit uan der Maas. In de lijst van aangegeven lijken van 15 september 1809 staat Hendrikus oan der Maas aangegeven als overleden zijnde aan de rotkoorts op 14 september 1809. oud 29 jaar (?) Wie kan mij verdere inlichtingen verstrekken omtrent Hendrikus en Gerrit varl der Maas en hun voorouders. J. C. NIESTHOVEN, Kanaalweg 35, den Helder. LXIa. PRINS. Waar en wanneer werd geboren (gedoopt) ca. 1784 Dr. med. [acob Prins en waar en wanneer huwde hij (vóór 1817) met lohanna van Ma& Winklcr ? b. YSERMAN-VAN MAARLE. Genealogische gegevens verzocht omtrent het echtpaar Cornelis Yserman en /annetje t>an Marie. dat te Apeldoorn op 19-10-1766 een dr. [acoba liet dopen. c. HEINE(C)KEN. Te Amsterdam otr./tr. 12-514-6-1797 Adriaan Gillis Heineken en Anthonia Cornelia Warneke. Waar en wanneer werd hij geborenigedoopt en hoe tuiden de namen zijner ouders ? A. R. KLEYN, Zeist. LX11 a. ZAAL, SLLIIJTER. Op 22 Maart 1772 werd te Amsterdam gedoopt Cornclis Zaal. als zoon van Dirk Zaal en Lijsbeth van der Poorte.

b. Op 1 Maart 1772 werd te Amsterdam gedoopt Jan Evert Sluijfer, als zoon van Cotrrt Harmen Sluijfer en Anna Maria Mullerin. Waar zijn de ouders gehuwd en wie heeft verdere gegevens over hun voorgeslacht 1 Mej. H. W. SONT, Amsterdam. LX111 a. VAN DER SLUIJS - DE LEEUW - BIJLEVELD,. Het echtpaar Pieter van der Sluijs (Sluijse. Sluijsen) - Johanna de Leeuw, wonende te Herpt, liet in de jaren 1743-1764 te Heusden 11 kinderen dopen, W .O. lohannes van der Sluijs, geb. Herpt, ged. Heusden 18 Oct. 1747, ov. Schoonhoven 21 Juli 1828, tr. Maria Bijleveld, ov. Schoonhoven 2 Juni 1787, tr. 2 Schoonhoven 25 Nov. 1787 Piefer- nella de Korte, geb. Haasfrechf, ov. Schoonhoven 17 Dec. 1829, dr. v. Albertus de Korte en Marrigje Sfrauer. Uit het huwelijk van lohannes van der Sluijs met Maria Bijleveld werd geboren: Pieter van der Sluijs, geb. Schoonhoven, ged. Cabouw 1 Nov 1779. Gevraagd aanvullende gegevens en de ascendentie van Pieter van der Sluijs. lohanna de Leeuw en Maria Bijleveid. b. KROMBRUGGE - VAN DER BURCH - FRANKEN. Pieter Krombrugge tr. Leiden 25 Mei 1675 Marijke Cornelisdr. van der Btrrch. Hier- uit: lannechie Krombrugge, ged. Leiden 14 Aug. 1676, tr. Leiden 15 Jan, 1702 Isaac Franken. Gevraagd aanvullende gegevens en de ascendentie van Pieter Krombrugge, Marijke Cornelisdr. van der Burch en Isaac Franken

142 c. POOT - VAN NOORT - DE HOOG. Pieter Gerritst. Poof. geb. Zouteveen, ged. Schipluiden 9 Aug. 1722. ov. Zegwaard 21 Jan. 1807, zn. v. Gerrit Heinderiks Poot en Ariaenfjc Ariens de Hoog, tr. Pijnakker fAopril 1754 Befje lans van Noort (Elisabeth van Noorf), over]. Zegwaard 26 Juni

Gevraagd aanvullende gegevens en de ascendentie van Gerrit Heinderiks Poof, Ariaentje Ariens de Hoog en Elisabeth lansdr. van Noorf. d. VAN VELZEN - MEULDERS - NOORDERMEER. Arij Cornelisz. van Velzen, ged. Berkel (ZH) 15 April 1707, ov. Berkel 2 Oct. 1779, zn. v. Cornelis Ariense van Velzen en Maria Leenderfse Noordermeer, ondertr. Berkel 6 Jan. 1731 Jana lansdr. Meuiders (Ariaentje lansdr. Mulder). Gevraagd aanvullende gegevens en de ascendentie van Cornelis Ariense van Velreu, Maria Leendertse Noordermeer en Ariaentje ]ansdr. Meulders. e. EMBRECHTS - JACOPS. In het begin der 17e eeuw woonde te Antwerpen Huybrecht Embrcchts. fabricant de lanternes, gehuwd met Sara lacops. Uit dit huwelijk: 1. Emanuel Embrechts, R.K. priester, studeerde aan de Universiteit van Leuven, waar hij de graad van baccalaureus in de Theologie behaalde. Hij werd pastoor te Dendermonde, welk pastoraat hij in 1639 ruilde voor het pastoraat van Schellebelle. Hij overleed in Sept. 1646. 2. Maria Em- brechts, ged. Antwerpen 20 April 1606, begr. Gouda 29 Nov. 1679. tr. Antwerpen 23 Oct. 1622 Maarten Franse. Verzijl, geb. Gouda omstr. 1603, begr. Gouda 24 Jan. 1661, zn. v. Frans Leendertsz. Verzij en Grietje lansdr. (Op 22 October 1568 werd een zekere Ifuyberf HIIyberfsr. Embrechts uit Hoog- straeten. fabricant de lanternes, poorter van Antwerpen. Naam en beroep duiden kennelijk op verwantschap met den eerder genoemden Huybrecht Embrechts). (Van 1505 tot 1514 was een zekere lacobus Embrechts, geboortig van Antwerpen. abt van de Norbertijner Abdij van St. Michiels te Antwerpen. In de nalatenschap van de eerder genoemde Maria Embrechfs bevond zich om. een geschilderd portret van een bisschop, doch mogelijk stelde het schilderij een gemijterde abt voor). Vragen : Waar en wanneer werd pastoor Emanuel Embrechfs gedoopt? Waar en wanneer huwde Huybrecht Embrechts met Sara [acops? Werden er uit het huwelijk van laatstgenoemden nog meer kinderen geboren dan de reeds genoemde Emanuel en Maria ? Zijn er nadere gegevens bekend over Huybrechf Embrechfs en Sara lacops (lacobs, Joris) ? Hoe was hun ascendentie 1 D. J. KNOOPS. Rotterdam

ANTWOORD SCHUURHOFF. Gedoopt 30-10-1704 in Luth Kerk te Amsterdam, Maria, dochter van lan Thomas SchuurhoEf en Catharina Cuneman. Getuigen : Philippus Bergge en Maria Bajot. Mogelijk is Jan Thomas Schuurhoff dezelfde als Thomas Schuurho@, die plm. 1680 te Soest (Westfalen) werd geboren als zoon van Arndf liirgen Schuurhoff, geboren plm. 1638, overleden plm. 1690, raadslid te Soest, van beroep vleeshouwer. Genoemde Arndt liirgen Schuurhoff was een zoon van liirgen Schuurhof!, die plm. 1610 is geboren (vlg. stamboom in bezit van Witwe Clara Schuurhoff. Brüderstrasse 386, Soest). Mr M. J. VAN ‘t KRUIS, St. Annastraat 152, Nijmegen.

The history of any private family, however humble, could ít be fullq related for five or six generations, would Illustrate the state and progress of society better than the most elaborate dissertation! Southeq

143 AANVULLINGEN EN WIJZIGINGEN OP DE LEDENLIJST -_

Nieuwe leden : 1638. Schumacher, H. G., Drift 1. Utrecht. 1639. Dijk, J. W. J. van, Wittevrouwensingel 43, Utrecht. 1640. Rijssen, H. J. van, Maaslaan 4-IV. Arnhem. 1641. Buijten. H. J. van, Argonautenstraat 84, AmsterdamZ. 2 1642. Landman, G., Middenweg 83, Breezand. 1643. Bartstra, A., Liefkensstraat 10. Winschoten. 1644. Cadée, J., Helperwestsingel 88, Groningen. 1645. Wal, H.. Boschstraat 1, Winschoten. 1646. Benning, P., Berg en Dalseweg 76, Nijmegen. 1647. Verschoor, K. H. Anth. Duijckstraat 177, den Haag 3. 1648. Buy. J. de, Adr. Schilfhoutstraat 41-111, Amsterdam-W. 1. 1649. Umans, drs. G. P. M., Lomanstraat 70 bov., Amsterdam-Z. 1. 1650. Munck, A. de, Archimedesstraat 29 huis, Amsterdam-0. 1651. Luteijn, J. A., Ringstraat A340. Groede (Zl.). 1652. Karssenberg, drs. G., Meerstraat 90. Emmen. 1653. Tak, Mr. C. van der, Van der Helmstraat 20. den Haag 3. 1654. Hendrikse. D.. Agatha Dekenstraat 20, Amsterdam-W. 1 1655. Ente, P. J.. Groote Oost 57, Hoorn. 1656. Bouwman, G.. Burg. ‘s Jacoblaan 21, Bussum. 1657. Nolle, Azn., J. A. van der, Goudenregenstraat 22, Bussum. 1658. Mol, J. J.. Landstraat 5, Bussum. 1659. Hoeven, E. van den, Groene Hilledijk 372b, Rotterdam-Z. 2. 1660. Warris, H., Parklaan 8, Groningen. 1661. Veenstra. C.. Semarangstraat 5A, Groningen. 1662. Knigge-Lambers. Mevr. H. E.. Troelstraweg 16, Wildervank. * 1663. Heldring. Ds. 0. G., Grote Kromme Elleboog 15a. Groningen 1664. Hekma Wierda. J., 1. Ranum. Post Winsum.

Adreswijrigingen : 739. Pannekoek-Nijman, Mevr. E. H. C. N., Hasselaersplein 3i, Haarlem. 1461. Alteren. H. van, Groeneweg Nieuwbouw, Hardenberg. 525. Eybergen Santhagens. Mr E. R. van, ,,Zonnetijd”, Doornseweg 71, Neerlang. broek (Utr.). 1120. Hooreman. Cant. G. H., Boulevard St. Michel, Brussel. 1073. Tensen. Mr. J.: 526 Central Ave, London Ont. Canada. 1406. Bremmer, 0. P. L., Djalan Diponegoro, Djember. Java. 046. Oostenrijk, F. van. Koninginneweg 35, Hilversum. 1537. Huibers, Jzn, J.. Joh. de Wittstraat 19. Wassenaar. 1164. Moosel, H. W. van, Faas Eliaslaan 36, Baarn. 166. Kwaadgras, J., Korte Diefsteeg 9, Leiden. 1061. Tol, A. E. van, Frans Halslaan 62, Hilversum. 1159. Nikkels. J. C., Goudsbloemlaan 92, den Haag. 1403. Jansen, E. J., William Boothlaan 12, RotterdamC. 2. 831. Spierings. E. J. G. A. M., Peperstraat 10, Oisterwijk. 713. Velzen, A. H. M. van, Jelgersmastraat 23, Haarlem. 1062. Duiser, J. A., Boompjesstraat 37, Strijen. 1018. Bordewijk, G.. Floreslaan 1.18, Vlaardingen. 1071. Paul van Voorene, J., Bergselaan 80. Roterdam-N. 1. 1248. Mr. Dr. P. M. C. J. Hamer, Laan Copes van Cattenburgh 74, den Haag. 935. Tschudi-Kleijn. Mevrouw L. H. E. van, Oranjeflat, Zeekant 97 H, Scheveningen. 1239. Hogewcg. A., Réaumurlaan 16 16-1, Utrecht. 784. Luytjens-Dijkveld Stol, Mevr. A., Heereweg 11. Eenrum, Groningen. 394. Lodder, H. C., Mr. Groen van Prinstererlaan 110. Amstelveen. 189. Mire von Franckenberg en Proschlitz. C. J. J. le, Willem Klooslaan 13. Voorburg. 1547. Campbell,, E. G., Voorstraat 80. Brielle. 1214. Groot, P. D. S., Hugo Verriesthof 21. Amsterdam-W. 2.

144 ,.ONS GESLACHT” MAANDBLAD DER NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING OOEDc3EKEURD BIJ KONINtcLIJI< q ESL. “b.N 10 AlJO”ST”S 1848. NO. 85 LRa,*te,,,k goedgekeurd bil KO”i”kll,k Beslust van 5 April 183.5 JAARGANG 11 No. 7 JULI 1956

Redacteur : W. D. H. Rosier. Postbus 976, Amsterdam. Administrateur van de Contact- afdeling : C. Roodenburg, Van Eedenstraat 9, Haarlem. Administrateur der verzending van het Maandblad: Jan Hagoort, Kloosterstraat 11, Naarden. Secretariaat der N.G.V.: Postbus 976, Amsterdam. Contributie minimum fl. lO,- te storten op Girorekening No. 547064 ten name van de Penningmeester der N.G.V. te HAARLEM.

DIRK RÜHL t 1893-1956 Opnieuw werd onze Vereniging en de Wapenkunde in zijn geheel zwaar getroffen door het op Zondag 3 Juni j.l. plotseling verscheiden van Dirk Riihl, laatstelijk Lector voor Heraldiek aan de Rijksacade- mie van Beeldende Kunsten te Amsterdam en sedert 1950 ijverig lid van de Ned. Gen. Ver. In de hoofdstad des Lands geboren uit Lutherse ouders was Kiihl aanvankelijk voorbestemd om na zijn opleiding aan de Rijksacademie van Beeldende Kunsten zich te wijden aan de schilderkunst. Om practi- sche redenen kwam hij echter in dienst van de gemeente Amsterdam en werd in die tijd opgeleid tot landmeter, Na volbrachte diensttijd in het Leger en mobilisatie in de eerste wereldoorlog in Nederland waar hij tot de eerste militaire vliegers behoorde, trad hij daarop als Landmeter in dienst van het Gouvernement van het toenmalige Nederlands Indië, waar hij werkzaam was bij de kartering van het land. Als zodanig verrichtte hij ook tijdelijke werkzaamheden bij de aanleg van nieuwe spoorweglijnen in dienst van de Ned. Ind. Staatsspoor- wegen. Een meer kunstzinnige taak gewerd hem, toen hij als teke- naar verbonden werd aan de commissie voor opsporing, onderzoek en bewaring van de kunstschatten op het eiland Bali, waarvan hij vele cultuurmonumenten in beeld bracht. Ook aan de bekende Boro- Boedoer op Java wijdde hij zijn artistieke talenten, waardoor hij mede zijn grote kennis verkreeg van de rijke Indische cultuur, als

145 hoedanig hij ook de Nederlandse Regering adviseerde bij de opbouw van het Indisch Paviljoen op de voor de oorlog te Parijs gehouden wereldtentoonstelling. Uit het begin van de dertiger jaren dateert zijn aanraking met de Heraldiek door kennismaking met wijlen de adj. Landsarchivaris Bloys aan Treslong Prins te Batavia, een der redacteuren van de Indische Na- vorscher,orgaan van de Genealogisch-Heraldische Kring in Ned. Indië. En hierdoor was het ook dat wij zijn grootste wapenkundige publicatie kregen, toen Riihl op wel zeer fraaie en deskundige wijze de tekeningen verzorgde van de 961 wapens voorkomende in het Bataviase Landsarchief en omtrent wier gebruikers de Heer Prins genealogische bijzonderheden mededeelde. Talrijke andere kleinere heraldische publicaties, O.W . één omtrent het ontstaan van het Nederlandse wapen verschenen van zijn hand. Ook adviseerde hij de Regering van Ned. Indië bij het ontwerpen en verlenen van wapens aan verschillende steden, residenties en regent- schappen van het vroegere Nederlandse Rijk in Indië. In het begin van de oorlog bleef hij vrij van gevangenneming door de Japanners, maar al vrij spoedig moest ook hij het zware lot met de vele andere Europeanen in de Indische kampen en gevangenissen delen. Wegens zijn moedig verzetswerk werd hij zelfs ter dood veroordeeld; aan de voltrekking van dit vonnis ontsnapte hij echter op wonderbaarlijke wijze. Zijn ambtelijke loopbaan beëindigde hij in 1948 door de souvereiniteitsoverdracht. Het laatst was hij werkzaam in Indië als Hoofd van de bibliotheek van het Departement voor Verkeer en Waterstaat te Bandoeng. Wat weinigen bekend zal zijn, Rüh! was het, die voor het nieuwe bewind in Indonesië het wapen van dat land ontwierp en tekende op aanwijzingen en wensen van President Ir Soekarno (die destijds op de Technische Hogeschool te Bandoeng nog tekenles van Riihl ontving) en Minister Hatfa, van wie een persoonlijk ondertekend, officieel dank- schrijven in het bezit van de Heer Rühl was. De Nederlandse Regering erkende Rühl’s vele verdiensten door hem in 1946 te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Als ambteloos burger weergekeerd in Patria sloot hij zich weldra aan bij onze Vereniging, de enige organisatie, die zijn volle sympathie had en voor welke hij veel werk verrichtte. De bekroning op Riihl’s activiteit op het gebied der wapenkunde was zijn eervolle en welverdiende aanstelling tot Lector voor Heraldiek aan de Academie voor Beeldende Kun- sten te Amsterdam, aan welke instelling hij zijn eerste opleiding had genoten en waar hij later het gemis van het niet ontvangen van onder- richt in de wapenkunde zo ernstig had gevoeld. Als zodanig mocht hij ook adviseren bij het ontwerpen van het wapen van de nieuw benoemde Bisschop van Rotterdam, Mgr. Janssen, terwijl de laatste publicatie van zijn hand in het vorige nummer van ,,Gens Nostra” het licht mocht zien, nl. zijn artikel over Rembrandt, waarbij Rühl voor het eerst de juiste overlijdensdatum van de schilder mocht bekend maken, een feit wat, mirabile dictu, nog steeds niet vaststond. Voorts tekende en ontwierp Rühl in zijn laatste Nederlandse jaren voor vele bekende persoonlijk- heden en instanties familiewapens en heraldische en symbolische emble-

146 men. Als zodanig werd hij ook door vele amateurs en kunstenaars geraadpleegd. Ook in het buitenland genoot de Heer Riihl bekendheid. O.m. verkreeg hij bij besluit van 10-2-1955 de “Star and Cross of Academie Honor” van de “American International Academy” te New York. Hoewel buiten onze directe belangstelling vallende, zij nog medegedeeld, dat de overledene een groot sportman was, een combinatie met het kunstenaarschap, welke men maar zeer zelden aantreft. Vooral de zwemsport vond in hem een groot beoefenaar en had nog steeds zijn belangstelling. Zowel in Nederland als in Indië boekte hij ook op dit terrein vele successen en verwierf daarbij verschillende onderscheidingen. Twee mensen dankten aan hem hun leven, toen hij hen van een wisse verdrinkingsdood redde, waarvoor hij de Medaille voor Menslievend Hulpbetoon ontving. In deze sportfunctie, vergezelde hij in 1936 de In- dische afvaardiging als ,,official” naar de Olympische Spelen te Berlijn, waar hij kennis maakte met zijn naamgenoten Riihl te Leipzig, welbe- kende Duitse heraldici en uitgevers op het gebied der wapenkunde. Zo dan is Dirk Riihl heengegaan, van ons die zijn innemende persoonlijkheid node missen en op wie wij persoonlijk of uit hoofde van onze Vereniging nimmer vergeefs een beroep behoefden te doen, als het ging om ons op het gebied van heraldiek en heraldische tekenkunst be- hulpzaam te zijn. Dirk Riihl, hij ruste in vrede ! C. ROODENBURG A. R. KLEYN Haarlem, juni 1956

HET GESLACHT HAMERSLAG IN NIJMEGEN (1628- HEDEN)‘) door 1. W. J. HALLO (slot) Uit dit huwelijk : 1. Anna Elisabeth, ged. N. 10 April 1698, 2. Jan, ged. N. 2 April 1699, 3. Jan. ged. N. 29 Juli 1701, 4. Godefridus, ged. N. 2 December 1703, tr. 2e Arnhem 1 April 1723 (afk. Arnhem 11 Maart, N. 14 Maart) Maria Orin(c) k, dr. van Claes en Philippina van Ent- hoven, ged. Arnhem 8 Mei 1689, begraven N. 29 Augustus 1759, St. Steven. Uit dit huwelijk : 1. Jan, ged. N. 7 April 1724, volgt V.

‘) Herplaatsing der schildjes wrgens onduidelijkheid der cliché’s in het Aprilnummcr.

147 2. Aleyda, ged. N. 18 Maart 1725, 3. Petronella Philippina, ged. N. 22 Mei 1726, 4. Nicolaes, ged. N. 14 November 1727, 5. Adryan, ged. N. 9 Maart 1729, volgt V. A. 6. Hermannus, ged. N. 13 December 1730, volgt V. B, 7. Benjamin, ged. N. 18 Januari 1733, volgt V. C, V. A. Adryan, ged. N. 9 Maart 1729. vaandrig in 1760 (e) en tinnegieter. V. B. Hermanus, ged. N. 13 December 1730, Mr. Bakker, (zie e. g. i. en j.). tr. le. Hees, 2 Mei 1756 (afk. N. 18 April) Albertha van der Helden, begraven N. 20 April 1770 St. Steven. Uit dit huwelijk : 1. Jan, ged. N. 15 Maart 1758. 2. Maria Peternella, ged. N. 11 Maart 1759, begr. N. 6 Sep-. tember 1794 St. Steven, tr. Hees of Nijmegen 11 November 1792 (afk. N. 28 October) Jan Willem Andriessen. Deze laatste hertrouwt als weduwnaar 27 Mei 1798 te Hees met Petronella van den Heuvel, eerst weduwe van Johannes Mulder, laatst van B. Tilleman. 3. Jan, ged. N. 3 December 1760, volgt VI. A. 4. Willem, ged. N. 14 November 1762, 5. Nicolaas, ged. N. 17 Maart 1765, 6. Benjamin, ged. N. 6 Maart 1768, overleden voor 23-4- 1771, (zie g) tr. 2e. Ubbergen 5 Mei 1771 (afk. N. 21 April. Beek, 12 April) Christine Johanna Morgenroot, j.d. wonende in het Nederrijksz Waldt, dr. van Arnuldus, begr. N. 8 Juli 1772, St. Steven.

Uit dit huwelijk : Albertha Fredrika, ged. N. 19 April 1772, tr. 3e. Neerbosch 3 Juli 1774 (afk. N. 19 Juni) Roelfina van Bregarden (Borgarde), begr. N. 3 Januari 1795, St. Stevens- kerkhof van de Diaconie. Uit dit huwelijk : 1. Christina Johanna, ged. N. 31 Juli 1774, 2. Albarta Christina, ged. N. 22 October 1775, 3. Hermanus, ged. N. 22 Februari 1778, 4. Anna Peternella, ged. N. 12 April 1780, 5. Adriana, ged. N. 3 Maart 1782. 6. Aletta, tweelingzuster met de vorige. 7. Adriana, ged. N. 12 Juni 1785. VI. A Jan, ged. N. 3 December 1760, corporaal 2e bataljon van het regiment van de luit-gen. uan Randwijk te Geertruidenberg, tr. Hees, 8 Januari 1786 (afk. N. 4 December 1785) Pieternella Johanna (ook J. P.) Hes. Uit dit huwelijk : 1. Alberta johanna, ged. N. Broederenkerk, 14 Augustus 1785, gewettigd bij huwelijk in 1786. 2. Johannes Mathijs, ged. N. 4 April 1787. overleden als fuse-

148 lier 123 ceg., volgens act. 80 code Napoleon ingeschreven N. 25 Januari 1813. v. c. Benjamin, ged. 18 Januari 1733, Mc. Suikerbakker, begraven 8 Januari 1806, (Lutherse Kerk), tc. (afk. N. Gec. en Luth. kerk 26 October 1755) Anderya {ohanna Rosiungen (ook Ros of Roes). Uit dit huwelijk: 1. Anna Maria, ged. N. (Gec.) 29 September 1756, tc. Neec- bosch 20 Mei 1785 (afk. N. 1 Mei) lurrien Muser. Hij hec- trouwt te N. 2 Mei 1802 (afk. N. 16 April) als weduwnaar met Maria Barfa (Barten), weduwe B. Wijlhuisen. 2. Johanna Piefernella, ged. N. (Gec.) 3 Februari 1760, begraven N. 19 Mei 1795 in de Lutherse Kerk. 3. Andereyja Alefta, ged. N. 31 Juli 1763 (Luth.). 4. Christian Benjamin, ged. N. 22 November 1766 (Luth.), 5. Johannes Benjamin, ged. N. 20 October 1776 (Gec.). V. Jan, ged. N. 7 April 1724. Mc. Tinnegieter, ovecl. N. 4 April 1814 in het Oud Bucgecen Gasthuis (O.B.G.) tc: le. Neecbosch 22 Augustus 1745 (afk. N. 8 Augustus) Catharina Coert Adelbroek, begc. 14 December 1762, (St. Steven). Uit dit huwelijk : 1. Jan, ged. N. 5 September 1745, 2. KatrQna, ged. N. 18 Januari 1747, 3. Hendrik Lenardus, ged. N. 5 Januari 1749, 4. Henderikus, ged. N. 14 Juli 1751, 5. Hermanus, ged. N. 30 December 1753, volgt VI. 6. Albertus, ged. N. 3 1 October 1756. begraven N 17 Augustus 1783, St. Stevenskerkhof, 7. Nicofaas, ged. N. 6 Mei 1759. 8. Maria Johanna, ged. N. 6 Mei 1761, ovecl. N. 7 Decembec 1849, tc. Hees 8 April 1792 Gerart Abraham Bloem, j.m. te Nijmegen, Mc. Zadelmaker, tc. 2e. Hees, 5 Februari 1764 (afk. N. 22 Januari) Cafharina Takken (Tacken), begc. N. 19 October 1792 Uit dit huwelijk : 1. Everdina, ged. N. 21 December 1764, 2. Pefernella, ged. N. 26 September 1766, 3. Peternella, ged. N. 30 Augustus 1767, ovecl. N. 16 Septem- ber 1842, 4. Euerdina, ged. N. 7 Januari 1770, ovecl. N. 12 Januari 1827, 5. Sibilla, ged. N. 1 Januari 1772, 6. Samuel, ged. N. 20 Juni 1773. VI. Hermanus, ged. N. 30 December 1753, over]. N. 2 Januari 1849, O.B.G. volgens O.B.G. geb. 26 December 1753, tc. N. 14 No- vember 1784 (afk. N. 31 October) Reintje Peters, dr. van Jan en Maria Steenhugsen, ged. N. 20 Juli 1763, geb. N. 17 Juli. ovecl. N. 22 Maart 1810, begc. N. 24 Maart. Uit dit huwelijk : 1. Ian, ged. N. 23 October 1785, Volgt VII. A. 149 2. Maria, ged. N. 17 Mei 1787, overl. N. 27 Februari 1822, tr. N. 17 Mei 1810, (afk. N. 29 April) Johannes Schelkes Mr. Bakker, i.m. 3. Albertus, ged. N. 7 Juni 1789, begr. N. 20 December 1789, St. Stevenskerkhof. 4. Albartus, ged. N. 21 November 1790, 5. Hendrik, ged. N. 11 September 1793, 6. Catharina, ged. N. 7 September 1796, begr. N. 6 Januari 1797, St. Stevenskerkhof, 7. Hermanus, ged. N. 14 Januari 1798, volgt VII. 8. Catrina, ged. N. 16 November 1800, 9 Anna, ged. N. 29 Augustus 1804, begr. N. 1? October 1804. 10. Anna, ged. N. 12 Februari 1806, begr. N. 19 Maart 1806. VII. A. Jan, ged. N. 23 October 1785, bakker en later assistent van de kazernemeester, overl. N. 10 Maart 1831, tr. Maria Geertrui de Hess, in 18 17 Maria Geertruida Hess. Uit dit huwelijk : 1. Jan, geb. 31 December 1807, volgt VIII. A. 2. Sophia Catharina, geb. Amsterdam 1809, overl. N. ongehuwd, 25 September 1830. 3. Anne, geb. N. 23 Februari 1811, overl. N. ongehuwd 2 October 1838, 4. Albert, geb. N. 14 November 1813, overl. N. 26 Novem-, ber 1813, 5. Albertus Coenradus, geb. N. 29 Juni 1815, zilverbewaarder te ‘s-Gravenhage. 6. Maria, geb. N. 24 Juli 1817, 7. Johanna Magdalena, geb. N. 1 November 18 18, overl. N. ongehuwd, 5 Januari 1905, in het O.B.G. 8. Hermanus, geb. N. 25 Februari 1821, schrijnwerkersknecht, overl. N. 19 Augustus 1892, tr. N. 19 November 1857, Johanna Helena Elisabeth Houkens, geb. N. 22 October 1814, dr. van Abraham en Aaltje Cornelia Boekhoorn. 9. Johanna Louisa, geb. N. 13 Augustus 1824, tr. Arnhem, 6 Juni 1849 (afk. Rheden 27 Mei) Jan Warnerus Elsen. slager te Velp (Gld), zn. van Jan encafharina Sophia Maria Defering, overl. Rheden, 26 April 1875, 10. Everhard Pefer, geb. N. 14 Juni 1829. overl. N. 13 October 1830.

VIII. A. Jan, geb. 31 December 1807. sergeant te Etten in 1833. tr. Goverdina van Weelden. Uit dit huwelijk : Leonardus, geb. Rozendaal. 30 Juli 1840.

VII. Hermanus, geb. N. 12 Januari 1798, ged. N. 14 Januari, Mr. Bakker, in 1870 bewaarder der Belvedere, overl. N. 5 Septem- ber 1874, tr. N. 4 Maart 1820, Joanna Chrisfina Berson, geb. N. 28 Juli 1797, ged. N. 29 Juli, overl. N. 26 November 1874. dr. van Wilhelmus en Hendrina Catharina Coobel.

150 Uit dit huwelijk : 1. doodgeboren dochtertje N. 4 April 1820, 2. Hermanus Chrisfoffel, geb. N. 20 April 1821, volgt VIII. B. 3. Johannes, geb. N. 30 December 1826, volgt VIII. VIII. B. Hermanus ChrisfoEfel, geb. N. 20 April 1821, arts te IJzen- doorn, overl. N. 15 Februari 1886, tr. Echteld, 10 Juli 1851, (afk. N. 28 Juni) Catharina Hendrika van Riemsdijk, geb. Och- ten, 29 December 1815, dr. van Cornelis en GQsje de Haas. Uit dit huwelijk : Cornefis Albartus, geb. IJzendoorn, 1 April 1852, overl. ald. 12 Februari 1862. VIII. Johannes, geb. N. 30 December 1826, hotelhouder, op de Grote Markt 6 te N., vanaf 1869 zomers ook op Groot Hotel Berg en Dal, over]. N. 16 Januari 1892, tr. N. 7 Mei 1847, Sophia Fre- derica Sohns, geb. N. 14 Augustus 1825, overl. N. 4 Maart 1909, dr. van Johannes Christiaan en Sophia Frederica Laeyen- decker. Uit dit huwelijk : 1. Sophia Frederica, geb. N. 12 Juli 1848, overleden N. 21 October 1848, 2. Sophia Frederica, geb. N. 5 Mei 1850, overl. N. 26 Juni 1851, 3. Johanna Chrisfina, geb. N. 25 Juli 1851, overl. N. 14 April 1941, tr. N. 14 Maart 1879 Jacobus Cornelis Maximiliaan Gaarlandt, hotelhouder, geb. Bussum, 21 October 1852, overl. ‘s-Gravenhage, 13 Mei 1901, zn. vanGeorge Laurens en Brsse. Henriette Clementine von Morgen. 4. Hermanus Johannes, geb. N. 18 Juni 1853, volgt 1X. 5. Christina Hendrika, geb. N. 5 Februari 1855, overl. N. ongehuwd 6 Maart 1918, 6. Hendrika Johanna Petronella, geb. 4 December 1856, overl. N. 10 Februari 1859, 7. Catharina Hendrika, geb. N. 9 September 1858, overl. N. 14 December 1943, tr. 30 Mei 1883 Anthony van Aken, poelier te ‘s-Gravenhage, geb. 11 October 1853, over]. N. 8 April 1924. 8. Johan Chrisfiaan, geb. N. 13 Maart 1860, volgt 1X. A. 9. Sophia Frederika, geb. N. 5 Februari 1862, overl. N. 7 October 1936, tr. N. 7 Mei 1888 Joachimus van Houwc- ningen, geb. Moordrecht, 24 Maart 1859, groothandelaar in steenkolen, over]. N. 22 Februari 1936, zn. van Gerar- dus Hendrikus en Diederika Adriana Tom. 10. Hendrika Johanna Pefronella, geb. N. 16 November 1864, tr, N. 17 April 1889 Harold Clementius Gaarlandt, hotelhouder, geb. Bussum, 9 October 1863, overl. Nijmegen, 21 Augustus 1937, zn, van George Laurens en Brsse. Hen- riette Clemenfine von Morgen (zie 3). 1X. A. Johan Christiaan, geb. N. 13 Maart 1860, luit.kol. Militaire Adm. b.d., over]. ‘s-Gravenhage, 3 December 1939, tr. Venlo 9 Juni 1891 Chrislina Wilhelmina Maria Joscphina Dahmett. geb. Roosendaal en Nispen 23 Februari 1870, overleden ‘s-Gra-

151 venhage, 29 Mei 1917, dr. van Heinrich Rudolph en Theodora Delia Herps. Uit dit huwelijk : 1. Adèle Sophie, geb. 28 Februari 1892, overl. Kampen, 19 Juni 1904, 2. Maria Christina, tweeling met 1, tr. 7 Juni 1916, door echt- scheiding ontbonden, Johan Hendrik Bax, zeeofficier, overl. 7 November 1936, 3. Herman Joseph, geb. Venlo, 1 Januari 1896, volgt X. A. X. A. Herman Joseph, geb. Venlo 1 Januari 1896, off. der Art., tr. Brielle 28 September 1920, Cornelia Adriana Helena van An- del, geb. Gorinchem, 16 Maart 1897, dr. van’Huiberf johanncs en Antonia Wilhelmina Constante Muyijk. Uit dit huwelijk : Hermance Josephine, geb. 10 Juli 1923. 1X. Hermanus Johannes, geb. N. 18 Juni 1853, hotelhouder, later koopman, overl. Hees 24 Maart 1924, tr. le. Echteld, 21 Maart 1878 Geertruida Magdalena van Dorland, geb. Ochten (Ech- teld) 26 November 1847, overl. N. 26 Januari 1922, dr. van Albartus Adria,nus en Geertrui Angelino. Uit dit huwelijk : 1. Jan, geb. N. 20 Februari 1879, volgt X, 2. Adrianus Albartus, geb. N. 24 Mei 1880, overl. N. 16 Fe- bruari 1881, 3. Sophie, qeb. N. 20 Januari 1883, tr. N. 18 October 1905, Friedrich Wilhelm Gautzsch, off. der art. later tijd. inspecteur der dir. bel. en gemeenteraadslid te N., geb. N. 15 Juni 1870, overl. N. 19 Mei 1949, zn. van Friedrich Wilhelm en Wilhelmina Claassen Crans. tr. 2e. N. 29 Augustus 1922 Aletta Dickmann, geb. Emmerik 29 Maart 1876, dr. van Friedrich Wilhelm en Aletta Schnifzler. X. Jan, geb. N. 20 Februari 1879, oud-directeur De Spaarbank te Nijmegen, tr. N. 11 Juni 1902 Emma Helene Dickmann, geb. Emmerik, 12 September 1874, dr. van Friedrich Wilhelm en Aletfa Schnitzler, (zie 1X), overl. N. 22 Juni 1953. Uit dit huwelijk : 1. Hermine Johanna, geb. 10 September 1903, tr. N. 22 No- vember 1930 Dr. Arnold Rypperda Wierdsma, geneesheer.. directeur Wilhelmina Ziekenhuis Nijmegen, geb. N. 18 Juli 1905, zn. van Arnold en Elisabeth Mees. 2. Mr. Jan, geb. N. 15 Februari 1908, volgt X1. X1. Mr. Ja,n, geb. N. 15 Februari 1908, directeur De Spaarbank te N”qmegen, tr. ‘s-Gravenhage, 9 Mei 1936 Erica Goedhart. geb. Rotterdam 8 December 1910, dr. van Joseph en Anke Geerfina de Boer. Uit dit huwelijk : 1. Peter, geb. ‘s-Gravenhage, 5 Juni 1938, 2. Hans, geb. ‘,s-Gravenhage, 27 April 1940, 3. Eric, geb. N. 19 September 1942, 4. Karin Erica, geb. N. 30 Maart 1947. Nijmegen, Juni 1954 152 GESLACHT GRAAUWHART Daar het geslacht Graauruharf in de 18e eeuw voornamelijk in Amster- dam gevestigd was, mogen hier nog enkele mededelingen volgen bij de ,,Aantekeningen” betreffende deze familie, gegeven in ,,Gens Nostra” van Mei/Juni 1956, blz. 106 e.v., voorzover af te leiden uit het Kohier der Personele Quotisatie van 1742 te Amsterdam, uitgegeven door Mr. W. F. H. Oldervelf, en voor Amsterdammers bij eventueel verder onderzoek van belang. Opgemerkt zij, dat ook de in 1721 geboren Hendrik Graauwharf (sub Vc. in G.N., bl. 113) het wapen voert als aangegeven op bl. 106, hetgeen ik vond bij een vermelding van H.Graauwharf Jr. als overman van het makelaarsgilde. Anna G. (IVa, bl. 109, G.N.) mocht ik in het Kohier van 1742 aantreffen in Wijk 9, Verp. No. 2291, als de Wed. joh. d. Melie, houdende 1 dienstbode, doch niet taxabel. Zij woont dan op het Rusland. Bij haar zijn inwonend Jan en Hendrik v.d. Hoogh, kassiers, met een inkomen samen van f 1 OOO.-, h aar beide zoons dus (4 en 5) uit het eerste huwelijk. Van Abraham van Schagen, in 1735 getrouwd met jacoba G. (IVe bl. 110/1) valt op te merken, dat hij voorkomt in genoemd Kohier van 1742 in Wijk 6. Verp. No. 1375, als wonende op de 0.21. Achterburgwal, tussen de Oude Doelenstraat en Stoofsteeg, thans nr. 134. Hij wordt vermeld als rentenier, met een inkomen van f lSOO,- en als x kapitalist: de huur bedraagt f 540,- en het gezin heeft een dienstbode. Een N.B. vermeldt nog : 1/3 of l/q erfg. van Laur. Wijbranfs. Van de in 1694 geboren Hendrik G. ( IVf, bl. 111) zien we, dat hij in 1742 in Wijk 9, Verp. 2357 wordt opgetekend, wonend op de 0.2. Ach.. terburgwal, dicht bij de Korte Spinhuissteeg, thans als no 173 aan te wijzen. Dicht bij zijn oudste zuster dus, die op het Rusland woont. Hij wordt als makelaar genoemd, met een inkomen van f 3.000,- als kapitalist vermeld, zijn huur bedraagt f 925,- en er is een dienstbode. Zijn zoon (VC, bl. 113) woont bij hem in en heeft een inkomen van f 1 .OOO,- eveneens als makelaar (overman). Voorts treffen we er nog aan als inwonend Gerrit van Cuik, waarschijnlijk een neef (zie Vc), die op een inkomen van f 600.- wordt getaxeerd. Of de schoonvader van H. G. Jr. identiek is met de in het Kohier van 1742 genoemde j. Robbidé ? Dit is de enige van die naam in het Kohier (Wijk 31, Verp. No. 5323) op het Singel (thans No. 48), een koopman met f 8.000,- inkomen etc. Het huis, dat de tante van Francina Robidé nalaat, ,,Het Groene Hart” is gelegen op de N.Z. Voorburgwal No. 167. waaraan het huisje in de Jonge Roelensteeg ,,Het Vergulde Jaagschuitje” aan de achterzijde belend is. Tenslotte treffen we nog in het Koh. 1742 aan een H. Meijsenheijm Jr. als winkelier in Wijk 4, Verp. No. 733, in de Warmoesstraat, thans No. 109 hoek Zoetenaamsteeg, welk huis echter is afgebroken. De man staat wel vermeld als halve kapitalist, doch niet zijn inkomen. Vermoedelijk omdat hij, zoals een N.B. het zegt ,,is na Oost Indië vertrokken, zijn broer na de Oost”. Wij hebben hier vermoedelijk te doen met de sub 10 genoemde Hendrik M. (G.N., bl. 112) geb. 1706, wiens broer Piefer M. (sub 12) geb. 1711, te Batavia overleden is. Beide dus zwagers van Hendrik Graauwharf Jr., die in 1706 hertrouwde met hun oudste zuster Anna Cafhrijna M. (sub. 1 ) .H. W. ALINGS.

153 NAAMSVERANDERING DOOR VERHUIZING door J. DAS

Dat aan de gewoonte. familienamen te ontlenen aan erven. door het K. B. van 8 Nov. 1825 (zie Gens Nostra No. 516 1956 pag. 133.) alleen officieel een eind is gemaakt, zal een ieder ervaren die in de Achterhoek, buiten de dorpskernen, iemand wil bezoeken. Zonder de naam te kennen van het erf, waarop de betrokkene woont. zal hij zijn bestemming niet dan na veel vragen en zoeken bereiken. De gewoonte, personen niet te noemen bij de familienaam, mCmr naar het erf dat zij bewonen. is hier tot op de huidige dag springlevend. Deze namen worden meestal gevormd door de voornaam achter de naam van het erf te plaatsen. Zo vindt men : Hemminks Wdlem. Boeyinks Hendrik enz. Soms ook door de toevoeging .,man”. KoldeuJeideman is dus bewoner van het erf ,.Koldewei” Schotman de bewoner van ,,Roerdinkschaapscl~ot”. Horsfman woont op ,.de Horst”, Damman op ,.ten Damme” of ,.het Damme”. Weideman op ,.Scholten Nyweide”. Bosman op ,,Tenkinkbos”. Loman op ,,het Loo”. Dolman op ,.ten Dolle”. Woordman op ,,te Voorde”. Ook wel door de uitgang -ers of -crt. De Sikkerf woont op ,,Sikkink”. Wieskert op ,,de Weske”. De Huusker op Leessinkhuisje. Dat deze gewoonte vóór 1811 in de doop- en trouwboeken getrouw werd gevolgd kan bij famlheonderzoek in deze streken grote moeilijkheden opleveren, met name wanneer de betrokkenen van woning zijn veranderd en dus ook de f.unilienaam na kortere of langere tijd werd gewijzigd. Dezelfde vader staat dan in het doopboek onder verschillende namen ingeschreven. Soms vindt men de naamsverandering duidelijk geregistreerd in de trouwakte. zowel van de man als van de vrouw. Wijziging van mansnamen vond Ik in het trouwboek van de Herv. Gem. te l\‘in- terswijk, tussen 1740 en 1811 in de onderstaande akten. 11. 2.1741. Wander ter Haar zn. lan Hyink, Woold. 25. 3.1741. Derk ten Haken zn. wijlen Tcube Smalbraak, gewoond hebbende te Beek- bergen. nu alhier. Willemken Broekman dr. wijlen Hendrik, heiden Woold. 22. 7.1741. ]an Berent ter Maat zn. Arent Reems op die Maat. Berentje Hoebink dr. Willem, b. Meddo. 30. 6.1742. Willem Hinkamp zn. wijlen 1x1 te Veenhuis. Deefken Suwfenkot dr. Berent, b. Miste. 15. 9.1742. Klaas L’oskoel zn. Lubber Bouwers, Miste. Janna te Bieste dr. wijlen Derk, wonende onder Lichtenvoorde. 9.11 .1743. Willem Bloemers zn. Willem Harbcrs. Woold. Enneken ten Hagen dr. wijlen lan, Meddo. 9. 7.1746. Geert Deunk zn. Geert Havestc, Brinkhturnc. Aaltje Grevers dr. Harmen, Woold. 4. 2.1748. Berenf Syuerdink zn. wijlen Hendrik Mondcrs. Brinkheurne. Hinden Wyberdink dr. Wandcr, Kotten. 17. 3.1754. lan te Sfroete zn. wijlen Harmen Knikkink, Meddo. Maria Willemina Scherman dr. Harmen, Winterswijk. 28. 8.1754. fan Hendrik Kiskamp zn. wijlen Aerent ten Harkel, op ‘t Kiskamp onder Eibergen. Elsken Hemink dr. wijlen Willem. Henxel. att. n. Eibergen. 16.11.1755. Garrit lan Bruauenkamn zn. lan Hilbelink, OD Bruqqenkamo Katrina’ Maes &y [an Willem, b. Meddo. . II ’ 16. 5.1756. lan Willem Hyink zn. Hendrik Warmelink, Wmterswijk. Magdalena Tongerlo, wed. Garrit Brethouuler, won. te Lichtenvoorde. att. n. Lichtenvoorde. 26. 6.1756. Garrit /an Harmelink zn. wijlen Roelof te Bokkel. Miste. Geesken Lammen, wed. Wander Oosfcrman onder Aalten. 30. 3.1757. Derk Sellink zn. lan Hendrik Kortschot op Sellink. Raturn. Grertje te Voortwis dr. Vredrik. Henxel.

154 1. 5.1757. Hendrik Hcmmink zn. Hendrik Mentink op Hemmink. Beerndeken ten Brinke wed. fan Lammcrs. b. Miste. 15. 5.1757. /an Willem Vardink zn. Willem te Haveste op Vardink. Berntje te Pas dr. Harmen. b. Kotten. 4. 6.1758. lan Geurkink zn. wijlen Garrit Schuerink op Geurkink, Miste. Enneken Anneuelink dr. Teunis, Kotten. 31. 1.1627. fan Willem Dondergoor zn. Vrederik te Voortwis op Dondergoor, Henxel. janna Willemina Maas dr. /an Willem, Meddo. 4. 4.1762. lan Kolenbarg zn. Berent Geessink op Kolenbarg, Dorpboer janna Harmelink dr. Roelof, Miste. 6. 6.1762. Berenf Klanderman zn. Wandcr Oenk op Klandrrman. Geertruit Golden dr. Vredcrik, b. Woold. 31. 3.1765. Hendrrk Kappers zn. ]an Kempink in de Heurne onder Aalten. lanna te Kulve dr. Keupe. Woold. 2. 9.1770. Harmen lan Boeyink zn. wijlen Kuene te Bovelt op Boeyink, Huppel. Enneke Boeyink dr. Hendrik lan, Ratum. 29. 3.1775. Garrit ]an an ‘f Voorde zn. Willem Lensink an ‘t Voorde. Ges.ina Hiefbrink dr. Xeupe, Woold. 2. 6.1775. Wander Drejers zn.Berent Geurkink op Drejers, Miste. Geertruid Klanderman dr. wijlen Wander, Woold. 2. 6.1776. Harmen jan Ubbink zn. Claes Aelbers op Ubbink. Garritje Rensink dr. wijlen Jan Hendrik, b. Miste. 12. 4.1778. Thobias Weerkamp zn. fan Berent Reems op Weerkamp. Berendina Boitink dr. lan, Kotten. 18. 4.1779. lan Hendrik Steenkamp zn. Hendrik Wiggers op Steenkamp. Engele Maria Nyenhnis dr. wijlen lan Hendrik ten Haegen op Nyenhuis, b. Meddo. 19 9.1779. lan Berent ter Maet zn. Aerend Reems, Meddo. Berendina Lammers dr. Jan, Miste. 6. 8.1780. Harmanus Vriesen zn. wijlen lan Hendrik Hilbelink op Vriesenhus. Gesina Kempers, wed. Hendrik Nijweide, b. Woold. 10. 9.1780. Gene Drentel zn. Derk Cobus op Drentel. Beerndeken Pierks. wed. Harmen Geerdes, b. Corle. 6. 6.1784. fan Berent Weerkamp zn. wijlen Hendrik Bruggers op ‘f Weerkamp, Kotten Elisabeth Boeijink dr. Harmen Wejenboom op Boeijink, Meddo. 17.12.1784. Abraham Honders zn. lan Willem Esselink op Honders. Kotten. Anna Catharina Cleuuers wed. Hendrik lan Rensink onder Aalten. 18. 6.1786. Salomon ten Haeken zn. Cune Beernink op ‘t Haeken. Christina Cobus dr. wijlen Derk, b. Woold. 30. 9.1787. Hendrik Ceunings zn. jan Hendrik Brummelstroete op Ceunings. lanna Mengers dr. ]an Kossing op Mengers. Henxel. 28.10.1787. Harmen jan Dijkbosch zn. Garrit Bfoemers op ‘t Lijkbosch. Christina Niehof dr. wijlen Garrit fan, b. Woold. 18. 5.1788. Garrit ]an Bruggers zn. Everwijn Grotenhuis op Brugers, Meddo Clasina Eynink dr. lan Berend, Ratum. Welhaast zonder uitzondering zijn de in bovenstaande akten voorkomende familie namen nog bewaard gebleven als namen van thans nog aanwezige boerderijen. De aan- duidingen als: Henxel, Kotten enz. hebben betrekking oo onder Winterswijk liggende buurtschappen. Winterswijk, mei ‘56. De artikelen van de Heren Alings te Amsterdam en Das, arts te Winterswijk, die hieraan voorafgaan, mogen wij beschouwen als reacties op de publicaties van de Heer Renssen en wijlen de Heer Muschart in het mei-juni-nummer: wij danken de auteurs voor hun bijdragen. MEDEDELING VAN DE REDACTIE De Heer A. R. KIeyn vervolgt elders in dit nummer de reeks kwartierstaten van bekende Nederlanders met de vooroudertabel van de grote physioloog Prof. Dr W. Einthoven, een van Neerlands Nobel-prijswin- naars. . 155 V? - V/I - V/5 \‘,O v/7 - VS

SALOMON Dr. JACOB MARIA Dr. PETER SARA BAERT de fa CHRISTINA ADRfANI BUSCH FAILLE de BRUEYS

Z”. van Dr. van Dr. VB” Jacob Baert en Sm,” en Anna Dr. Msrcus en Johanna van Dordl Johanna L&,llt! va” Delden

VI Den Haas w Wezel VI Grrningen v* Gronmgen 15-1-1716 25~9.1 730 23-5-1730 7-11-1740 tl= Den Haag t Gronmgen t De” Andel t Den Andel í!8.3/11-4-,75( 20-5-1809 3-11-1808 15.2-1774

‘s-Gravenhage Otel.du m ll. 28.311 1-4-1 756 m 16-81 2.C;_1767 - ‘L v,‘2 IV/3 1 IV,‘1 JUDA ALIDA Prof. Dr. JACOB JOHANNA ARITIA EINTHOVEN SALOMONS BAART de la FAILLE ADRIANI

. in de Meyery van * in ‘t land Y. Cleve v) ‘s-Gravenhage (Gr. k) Oterdum ‘s-Hertogenbosch c. 1747 24-7-1757 i 4-8-1749 t Delft v. 1798 t Delft 13-5-1814 t Groningen 1-4-1823 t Groningen 2-1-1840

OJ Den Andel 24.6/1 1-7-1 792

11, t 111’2 Dr. SAMUEL JURDAN MARIA CHRISTINA JACOBA EINTHOVEN BAART de la FAILLE

Heel- en Vroedmeester

* Delft 25-9-1784 * Groningen 24-5-1793 t Groningen 9-6-1850 t Groningen 22-10-1828

UI 1. Groningen 9-9-1818

Dr. JACOB EINTHOVEN

011’cier ” Y. Gezondheid N. 1. L., Stadsgeneesheer v. Semarang

* Groningen 26-2-1825 t Semarang 17-9-1866

Co Semarang -_. Prof. Dr. WILLEb l Semarang 21-5-1860 Hoogleraar in de Physiologie aan Lid. en Erelid van talrijke binnen- en Nobelprl]s voor gen

CIJ ‘s-Gravenhage 29-4-18-86. Frédérique Jeanne Louise de Vogel, geb. Bodjonegoro 7-L \‘;l 1 Vil 5 Vfl(1 I Ï- HENDRIK ELSJE LAIJRENTIUS GEERTRUYD LOUIS JOHANNA ISAAC SAMUEL LOUISE de VOGEL v. d. LIP Y. ALEN Y. BREEMEN BOUSOUET ADRIANA MONOD Hr. v. MARIANNE de WIT FROIDEVILLE de FILLIETAZ

Dr. va” Zn. ra” Dr. vr.” Zn van Dr. va” Zn. “B” Dr van Kornelis en Lsurentinus van Dlrck en Mana Jean en M.r,e Is0.c en Gabriel en Jean Rodolph, Anna Ael en Helena Backkers Wadras Margaretha s”sa”“e Lautse en S”IE”“e van der Tol1 M& Dudok de Croussr Msdeleine d,e Commun

Koapm B” Gapt. t d. v d. Kvsl. Y. Saksen Erbger,ch!rherr f Bollens en Yenr

VI Hasrlem v) Rotterdam m Rotterdam in Gouds ‘1~ Amsterdam ‘/m Amslerdam VI Briere m Chavorna, 6-12-1 720 3-11-1724 9-8-1705 27-3-1715 219-8-1 746 14116-8-1 748 25-3-1 71 2 19-11-1741 t Rotterdam t Rctterdam t/= Rotterdam t Rotterdam t Amsterdam t Amsterdam t 10-1.1776 28.8-1813 I l/l 7-11.1787 17.4-1795 1.11-1781 10.11.1827 l Rotterdam Amrlerdam Burry Rotterdam I - 16-10/3.1,-,741 Q 17/31-5-1750 = Gouda m 15-2 33.1771 m 6-3-1760 i . 1 Vl.5 IV.6 1 v,,s IV,‘tl CORNELIS JOHANNA IZAAK JEANNE FRANCOISE de VOGEL v. ALEN BOUSOUET MARIE ANNE Bertelmr.. Trenslsteur e” MONOD de FROIDEVILLi Fransche schoolhoud.,

v, Rotterdam v> Rotterdam (R.K.) ‘Jv, Amsterdam * Aubonne 18-3-1753 4-3-1755 1 1/24-7- 1776 21-1-1771 t Rotterdam 27-8-1822 t Rotterdam 19-11 1795 t Pekalongan 3-1 1-1831 t Djocjakarta 22-3-1841 CO Rotterdam 3#0.4/17-5-1 780 CO Urschkau 12-4-1 798 -7 - 111:3 III,‘.l WILLEM de VOGEL FRÉDÉRIQUE JEANNE LOUISE BOUSQUET Directeur van Financiën in Ned.-Indië ‘/WI Rotterdsm 4115-7-1792 * Dellt 7-1 2-1 802 t Semarang 27-7-1869 t Soerabaja 30-6-1839 UI Batavia 5-12-1819 - llj2 LOUISE MARIA MATHILDE CAROLINE de VOGEL

- Patti 14-7-1883 t Utrecht 4-5-1923 j-8-1856

1 EINTHOVEN t Leiden 29-9-1927 de Rijks Universiteit te Leiden witenlandse wetensch. instellingen reskunde 1924 )-1861, t Naarden 31-1-1937, Dr. Y. Henri Adrien Frédéric en Augusta Mary Stavers BEMMEL EN SCHAAKTOREN (De drager, stut, steun, zuil of sterkte) door Dr. H. W. M. J. KITS NIEUWENKAMP

In het januari-nummer van De Nederlandsche Leeuw, 1956, kol. 15-18 publiceert Dr. M. Nicmeijer een Interessant opstel over ,.Nederlandse schaakwapens”. Nu is het merkwaardig, dat de praktijk leert, zoals Dr Niemeijer zegt, dat slechts enkele van de zes verschlllende schaakstukken als wapenfiguur zijn gebruikt. En dat zijn er slechts twee met name de schaakkoning als wapenflguur voor de Amsterdamse familie Koning, als enig bekend voorbeeld en het schaakkasteel (de schaaktoren). En dan heeft men nog het schaakpaard waar de zaak moeilijker ligt zegt Dr Niemcijer, waarbij hij het wapen van het ycslxht Nobel aanhaalt, met nadere bronvermelding. * Het kost moeite zegt hij in de wapenfiguur van de famihe Nolx op het schilderij in het Centraal Museum te Utrecht, geschilderd door /ar: van Scorcl (1495-1562). een schaakpaard te zien en komt de heer N. hier dan ook tot de overtuiging, dat hier van een schaakpaard geen sprake is. ,,Wel van een ander schaakstuk”, zegt hij, ,,thans niet meer in gebruik, een r o c h (spatiëring van mij, K. Np.), de voorloper van het schaakkasteel, waarvan de naam nog voortleeft in de schaakterm rochade”. ,.De roch”, gaat de heer N. voort, ,,heeft in de gelederen van niet schaakspelende heraldici al heel wat verwarring gesticht! Wie zich daarvoor interesseert, leze er mijn in 1946 verschenen boekje ,,De roch als heraldische figuur” maar eens op na”. Dtt boekje, verschenen als uitgave in eigen beheer van de schrijver. vormt ongetwij feld een belangrijke bijdrage tot vermeerdering en verbreiding van de zo weinig bekende stof op dit gebied. De heer Niemeijer gaat voort: ,.Tot deze verwarring hebben voornamelijk twee dingen bijgedragen :

le. Het feit, dat de roch vaak werd uitgebeeld als twee aan elkaar verbonden. afgewende paardekoppen op een voetstuk. 2e. De onjuistheden, die werden en worden verkondigd met betrekking tot de zgn. bemmel m het wapen van de famihes uan Bemmel en van Bemmclen”.

Het ligt nu in de bedoeling van mijn schrijven beidesbovenstaande punten aan een nadere beschouwing te onderwerpen m hoeverre hier van ,,onjuistheden” gesproken kan worden ten aanzien van de zgn. ,.bemmel” in de heraldiek. Inderdaad, zoals ook Prof. Dr 1. F. van Bemmelen opmerkt in ,,D+s Liebaert”, 2e jrg. Aug. 1937, no. 8, blz. 189-191 (geneal.-herald. bijvoegsel van het tijdschrift ,.Eigen Volk”) is de verklaring van bemmel = schaaktoren, uit taalkundig oogpunt niet mogelijk gebleken. Of men daarmede zo pertinent kan beweren als de heer N. op kolom 16 van De Ned. Leeuw aangeeft, dat de heraldische figuur van de bemmel ,.een uitvinding zou zijn van heraldici. die, geen verklaring van de in het wapen van de oude bekende familie varl Bemmel(en) voorkomende figuren kunnende geven. daaraan eenvoudig de naam bemmel gaven”, zou ik zo grif niet durven beweren. ‘Temeer niet, aangezien, zoals professor van Bemmclen aanhaalt (blz. 191) ook de heer Muscharf destijds ,,in ingezonden stukjes in ,,De Navorscher”, beweert daf men onderscheid rnoef maken fusschen schaaktoren en bemmcl (cursivering, K.-Np..). Met diens mening mag men toch werkelijk wel rekening houden. Zijn nu in werkelijkheid deze zgn. bemmels ,,rochs” ? M.i. niet, d.w.z. alle bemmels behoeven geen rochs te zijn. gezien bovenstaande mening van de heer Muscharf in ,,De Navorscher”. Men dient onderscheid te maken en niet alles over een kam te scheren. Wat zijn die bemmels dan wel, wanneer het geen schaaktorens voorstellen, wat de afbeelding betreft 7 Ze gelijken onmiskenbaar op een bdasfe zuil. Inderdaad moet hier de bemmel als drager, sfuf, steun, zuil worden opgevat, als sfeunsel en sferkfe. waarop men kan bouwen, letterlijk (sterkte opgevat als militair steunpunt, burcht, kasteel, dus óók bij het schaakspel in overdrachtelijke betekenis) en figuurlijk (als symbool van goede raad en daad, waarop men ook kan bouwen).

158 Het is terecht wat ook kapt. Bellen zegt, op waarschijnlijkhcidsgronden. komt aan de verklaring : bemmel is steun, de grootste aanvaardbaarheid toe. En te meer wint die mening veld, wanneer we het kapiteel van een Ionische zuil nader beschouwen, waar het voluten onmiskenbaar de twee buitenwaarts buigende krullen van de bemmel vertoont ! Zien we dus inderdaad in de bemmel een ,,drager”. een stut, steun := zuil, zij het dan ook een onvolkomen zuil van een min of meer uitzonderlijke vorm, zowel uitzonderlijk in de bouwkunde als in de heraldiek, dan is deze figuur ongetwijfeld nader te identi- ficeren. Een fragment van een Ionische zuil is de bemmel zeker niet, doch wel beantwoordt de afbeelding van de heraldische ,,bemmel” volledig, zij het dan ook min of meer ge- styleerd (gecamoufleerd 1) aan de afbeelding van de ,,Irminzuil”. welke ons van oudsher is overgeleverd aan de .,Externsteine” in de nabijheid van Horn in Lippe, op de noord-oostelijke helling van het Teutoburgerwoud. Daar toch bevindt zich een relief uitgehouwen in de rots, voorstellende een kruisafneming, vermoedelijk daterende uit de eerste helft van de 12e eeuw. (Fotografisch materiaal staat ter beschikking.) Een der personen op deze voorstelling staat (de henen zijn vernield) op een voorwerp. dat op het eerste gezicht een stoel gelijkt. Het is echter géén stoel, doch de geknakte levensboom. Het is de omgewor- pen ,,lrminzuil” die eenmaal op het heiligdom, de ,,Externsteine”. stond en door Karel de Grote in 772 werd omvergeworpen. Het relief van de kruisafneming vertoont ons de overwinning van het Christen- dom op het Heidendom. De ,.Irminzuil” was de zinne- beeldige levensboom van de Germaanse levensbe- schouwing en door de Frankenkoning vernietigd. Irminzuil Goede fotografische afbeeldingen, zowel van de gebeeldhouwde ,.Irminzuil” als van een oude origi- Externsteine bij Hom nele afbeelding van een familiewapen met de .,bem- in Lippe. me]” (,.Irminzuil”) kan men o.a. aantreffen in het werk van Wilhelm Tendt : ,,Germanische Heilig- turner. Jena, 1936. Eugen Diederichs Verlag, 4e druk : hoofdstuk 3, blz. 64-75. De originele afbeelding van het daar gereproduceerde ,.bemmel”- (ZE ,,Irminzuil-) wapen kan men vinden in het gemeentehuis te Kissingen. Van oorsp?ong is de ,,bemmel” een overoud symbool, de ,.Irminzuil” of levensboom, de gestyleerde es Yggdrasil. De heraldische ,,zuil” in de heraldiek is op te vatten als een dubbele ,,Irminzuil” en ware het m.i. méér juist in de heraldiek bij de ,,bemmel” te spreken kortweg van z u i 1 en bij wat wij thans in de heraldiek een zuil noemen te spreken van een dubbele zuil. De oorspronkelijke betekenis wordt m.i. dan het meest benaderd. Uiteindelijk komen we hier tot de conclusie, dat hoewel oorspronkelijk de bemmel- figuur te herleiden is tot de aloude levensboom, hier toch ook wel degelijk het middel- lijke begrip van burcht of toren en daarmede eveneens SC h a a k to ren verbonden is of kan zijn. Hieruit volgt. dat zeer wel bij bepaalde wapens dit laatste begrip kan voorstaan, doch zal het uiteraard bezwaarlijk zijn uit te maken, laat staan te bewijzen, welke betekenis direct in deze figuur bij het een of ander wapen is gelegd en oorspronkelijk door de eerste wapenvoerder zal zijn bedoeld. In ieder geval mag men echter niet de verschillende betekenissen in deze figuur gelegd over één kam scheren en zeggen hier alléén met de schaaktoren als zodanig te doen te hebben, met uitsluiting van de andere mogelijkheden. Dat zou inderdaad te eenzijdig blijken en niet beantwoorden aan de waarheid en de oorspronkelijk diepere betekenis van deze merkwaardige wapenfiguur. waardoor men niet volledig is. We dienen het ruimer te bezien en ook de andere mogelijkheden en betekenissen, noch die in overdrachtelijke zin uit te schakelen, waardoor de studie van Dr Niemeijer wordt uitgebreid. En thans, nu we toch bezig zijn met de betekenis van het begrip ,,bemmel” te bena- deren, is het hier tevens de plaats, in dit verband te wijzen op de ontwikkelingsgang van ,,bemmel” tot de heraldische lelie, via de zuil en het anker- of slangenkruis. Ik wees daar reeds min of meer uitvoerig op in mijn artikel : ,.De Wijkse Levens- boom” in de Wijkse Courant van Zaterdag 21 November 1953 en ook elders. Waar het hier omgaat is het volgende.

159 De integrerende wapenfiguur xvan het wapen van Wijk hij Duursrede is wel het stuk of lrever de drie stukken, welke op de dwarsbalk zijn gcpldatst en in de heraldiek als zuilen staan geboekstaafd. Inderdaad het zijn zuilen en wel zeer bijzondere zullen, want deze figuur heeft in de loop der eeuwen een grote ontwikkelingsgang ondergaan. We hebben hier in wezen met een gestyleerde figuur te doen en wel een figuur met een bijzonder mooie betekenis en bijzondere strekking. Het meest typerende van deze heraldische zuilen is wel. dat zij van hoven en van onderen volkomen gelijkvormig zijn met tweemaal twee bladvormige, naar buiten omgebogen lobben of krullen, terwijl zij in het midden een soort hand vertonen, alsof twee zelfde gedeelten zijn samengevoegd. Dat is dan ook :o, want hebben \ve hier oorspronkelijk met een dubbele figuur te doen, bestaande uit een verticale stam met aan het boveneinde twee bladvormige lobben. Deze zelfde figuur komt ook in kruis- vorm voor, bestaande uit vier dezelfde stukken, de vier armen van het kruis met omgebogen punten. Aldus samengevoegd ontstaat één van de vele soorten kruisen. in de heraldiek aangeduid met de naam van ankerkruis. Daarnaast treedt deze figuur ook enkelvoudig in wapens op. In dat geval spreekt . men van b e m me 1. Dezelfde figuur meer verfraaid en sierlijk, wordt tevens aangetroffen en wel het meest voorkomend. vermoedelijk juist door het meer decoratief aanzien en zij zich beter leent voor vlakvulling. Zij is dan uitgegroeid tot de bekende Franse Iclie, het padvindersembleem. - Tenslotte treft men dit motief, de zoyenaamde Franse lelie, aan, met ..afgesneden” voet, de ,.s p r u i t”, waarbij de drie onderste hlndvormige lobben ontbreken. Schematisch afgebeeld krijgt men achtereenvolgens de navolgende figurenreeks :

Í? x c3E x Bemmel. Zuil. Ankerkruis, Lelie, Lelie met afgesneden voet.

Typerend is nu weer, dat Jhr. Mr E. B. F. F. Wifferf van Hoogland in zijn belang- lvekkend werk over de Utrechtse ridderhofsteden en heerlijkheden, deel 1, blz. 426 weet mede te delen, dat Zuylen oorspronkelijk drie (antieke) muurankers in plaats van zuilen als wapenteken voerde. En des te meer opvallend is dat. wanneer men ureet, dat dezelfde van krullen voorziene (antieke) muurankers heden ten dage nòg veelvuldig worden aangetroffen aan diverse gebouwen. huizen, kerken, enz. en deze bij oudheidkundigen en folkloristen bekend staan als de afbeeldingen van levensbomen, de Paradcsboom. Zie o.a. Levend Verleden en Eigen Volk, enz. Uiteindelijk hebben we hier dan ook in de drie zuilen van het wapen van Wijk bij Duurstede drie schematisch weergegeven en gestyleerde levensbomen of Paradijsbomen te zien, waarvan de geschiedenis teruggrijpt tot in de voorhistorische tijd, de Irminzuil, later gekerstend tot de levensboom of Paradijsboom ; de overwinning val1 het Christendom over het Heidendom. Het is volmaakt helder en duidelijk, wanneer we deze merkwaardige heraldische zuil gaan ontleden. De bovenste beide naar weerskanten omgebogen krullen zijn de bladeren, de as is de stam, terwijl de beide onderste krullen de gestyleerde wortels voorstellen bil deze dubbel-figuur.

BIJ DE BEMMEL WORDT DEZE BOOM DES LEVENS ALS GEPLANT GEDACHT, WAARBIJ DE WORTELS NIET ZICHTBAAR ZIJN.

Het ankerkruis daarentegen vertoont een combinatie van v i e r van dergelijke ho- men, vormend het algemeen Christelijk symbool, het kruis. De lelie is meer verfraaid en uitgebreid met drie bladen en een drietal wortels, terwijl de lelie met afgesneden voet wederom gedacht moet worden als de geplanfe levensboom. Het getal drie, dat hier steeds weerkeert (3 zuilen, 3 bladeren, 3 wortels), kan duiden op de triniteits-gedachte, de heilige drievuldigheid. tegelijk de kerstening weer- gevende van dit oeroude, betekenisvolle en zinrijke symbool van het leven, de schepping. Daarnaast treedt deze merkwaardige figuur als gerichtszurl op, opgericht ter plaatse waar oudtijds het (rechts)geding. de rechtszitting werd gehouden. met andere woorden in het wapen aanduidende de uitoefening van het recht door de oude Heren van de stad Wijk, mede behorende tot hun rechtsgebied. Zoals uit het voorgaande bleek, is de (Irmin)zui/ verwant aan de (levens)boom, wat tevens klopt met het rechtskarakter in beiden gelegd, immers is het bekend. dat in

160 vroeger eeuwen de heer van zijn rechtsgebied, de heerlijkheid. de rechtspraak uitoefende onder een monumentale oude boom, linde of es, bekend onder de naam van de ge- rechts- of gerichtsboom en veelal staande op de brink, het marktplein of ook wel, zoals in Zeeland, op de grens van het rechtsgebied, tenzij bij of op het voorplein van de adellijke huizinge, het kasteel vande heer, de maalstede (DENK AAN DE OUDE NAAM VOOR BEMMEL (het dorp) BENEMALEN !) de plaats waar recht werd gesproken. Men sprak dan ook wel van ,,maelboom”, de boom die gelijkertijd tot grens kan dienen, wat echter niet steeds behoeft te zijn. Ook de benaming ,dingboom’ komt voor. Uiteindelijk stamt dit boombegrip uit de tijd van de boomcultus. waarvan nog resten in het ,,Olde Landschap Drenthe” worden aangetroffen. Deze zuil of boom was dus oorspronkelijk heilig, staande op een heilige plaats, een heiligdom. in de Christen- tijd gechristianiseerd tot de boom des levens of Paradijsboom, terwijl veelal op die voornaamste heilige plaatsen bij de kerstening kerken verrezen, wederom een heilige plaats in de Christelijke zin van het woord, waarbij de oude bevolking dus niet van de plaatsen waar zij van oudsher hun ritus uitoefenden en waaraan zij waren gehecht, werden verdreven. Dat was psychologisch van de kerk zeer juist gezien, waardoor mede het Christendom in deze landen spoediger ingang vond. Inderdaad, het heiligdom was de kerk, de stoffelijke vorm van de Oneindige Geest, wat onze oude zendelingen zeer wel beseften en er een dankbaar gebruik van maakten bij de hervorming en bekering tot het Christendom van de oude bevolking om hen zoveel mogelijk toch te laten in de oude sfeer, hun oude heilige plaatsen, zij het gekerstend, te handhaven en de oude goden en gebruiken te christianiseren en er anderen voor in de plaats te stellen. Hetzelfde geschiedde ook met de heraldische zuil, de bemmel en verschillende andere symbolische figuren, later opgenomen in wapens. Al deze symbolen spreken van de godsdienstzin der vaderen. Hiermede is het wezen van de bemmel met zijn nevenfiguren en betekenissen ge- voegelijk aangetoond, waaruit onder meer volgt, dat deze veelzijdige figuur mede in verband gebracht kan worden, zoals wij in de aanvang opmerkten, met ,,sterkte”, burcht of kasteel, reden waarom de bemmel ook als schaakloren kan fungeren met de diepere betekenis oorspronkelijk bij de aanname daaraan verbonden. De mening van Dr Niemeijer is dus in feite juist, doch dient men hier het gehele probleem op breder basis te beschouwen en niet zoals Dr Niemeijer als tweede punt van bestrijding aanhaalt, alles over één boeg te gooien en te qualificeren als .,de onjuistheden, die werden en worden verkondigd met betrekking tot de zgn. bemmel in het wapen van de families van Bemmel en van Bemmelen”. Hier liggen de feiten dieper en kan men zich bezwaarlijk blind staren en houden aan één bepaalde betekenis, eenzijdig en star, aangezien hier verschillende factoren onder bepaalde omstandigheden een woordje meespreken, als gevolg van de ontwikkehngsgeschiedenis van deze opmerkelijke figuur. Men dient de grondvorm, de bemmel te bezien in zijn verschillende stadia van ontwikkeling en uit- beelding, daarbij mede rekening houdende met de verschillende perioden, waarin dit stuk kan optreden door de eeuwen heen en welke betekenissen en diepere zin men aan dit teken hechtte op verschillende tijdstippen, terwijl toch steeds in rveren die verschillende uitleg au fond gelijk bleef en erin gelegd werd. daarbij stand bleef houden tot op deze tijd, wanneer men daar een ,,sterkte” (verdedigings)toren in wil zien. Maar dan dient men ook niet, zonder meer, het andere over het hoofd te zien en botweg af te wijzen, want dan is daarmede dit probleem zeer zeker niet ten volle en bevredigend opgelost. Er blijven dan hiaten, die aanvulling behoeven. Ik heb thans getracht die hiaten aan te vullen, die de heer N. blijkbaar over het hoofd zag. Rest ons terloops nog even aan te stippen het eerste punt van bestrijding van Dr N.. ,,het feit, dat de roch vaak werd uitgebeeld als twee aan elkaar verbonden, afgewende paardekoppen op een voetstuk”. Inderdaad, een merkwaardige en alweer een zeer oude voorstelling, doch ook deze is in dit verband te verklaren en wel zijn naar alle waarschijnlijkheid deze afgewende paardekoppen als motief ontstaan u i t de oorspronkelijke jobvormige beide bladvormige krullen en wel in de tijd, toen men de oorspronkelijke betekenis niet meer indachtig was. Het motief bleef gehandhaafd, de lobvorm, het bladmotief vervaagde van de oorspronkelijke, gestyleerde boomfiguur. Niet meer algemeen van toepassing, doch wat men wel kende en nog algemeen van toepassing was, tot op heden, waren de gelijke geveltoptekens met de schuingekruiste paardekoppen op de nok van (boeren)huizen en schuren, thans nog algemeen, dat wil zeggen het meest voorkomend, in het Oosten van ons land, die op zich zelf een bepaalde betekenis en geschiedenis hebben, echter vallende buiten het kader van het onderhavige onderwerp. We hebben hier dus wel degelijk met deze ,.roch” met één en dezelfde figuur te doen de bemmel of schaaktoren, de

161 ,.sterkte”, te herleiden tot de levens- of Paradijsboom, en is het begrijpelijk, dat onder bepaalde en veranderde omstandigheden, de lobvormige beide bladeren verwerden tot .paardekoppen”, welk laatste teken tot op de huidige dag meer algemene bekendheid genoot. Dat daardoor verwarring ontstond is evenzeer begrijpelijk en dient men wel goed deze verschillende vormgevingen van elkander te onderscheiden in hun ware proporties, zonder zich ervan af te maken, door ze als ,,onjuistheden” te betitelen. Daartoe dient men echter zich op de hoogte te stellen van het hoe en waarom van de verschillende verschijnings vormen door de tijden heen en meen ik daartoe hier een poging te hebben ondernomen. Wat het wapen van het Betuwse dorp Bemmel betreft is het naar aanleiding van het bovenstaande dan ook geenszins uitgesloten, dat we hier te doen hebben met een ,,sprekend” wapen, afgeleid van de naam. Immers, uitgaande van het begrip sterkte, steun(punt) -kasteel, burcht of (verdedigings) toren, treft men dan ook drie bemmels of sterkten, kastelen (verdedigings) torens aan in het wapenschild, waarmede gerede een verklaring voor dit wapen is gegeven en dit temeer ook Prof. uan Bemmelen in zijn aangehaald artikel er op wijst, dat te Bemmel en omgeving niet een doch meerdere kastelen aanwezig waren: (blz. 190), zie ook VBR der Aa. Intussen zal het steeds erg moeilijk blijken, met zekerheid uit te maken, welke be- , tekenis aan de figuur van de bemmel in een bepaald wapen zal moeten worden toege- kend en zal dit mede afhangen van de streek van herkomst, de tijd en vooral niet te vergeten de plaatselijke omstandigheden en de geschiedenis van het geslacht in kwestie, naast andere meesprekende factoren. Reden waarom het ook steeds bezwaarlijk zal zijn uit te maken of men bij uitgesproken burcht- of torenwapens te doen heeft met een s c h a a k kasteel. Het voorkomen van deze figuur in de omgeving van Amersfoort zou kunnen duiden op een specifieke ..streekfiguur” en deze mening wint veld, wanneer men weet, dat ook...... de lelie ter plaatse in wapens opvallend veel aangetroffen wordt als streekfiguur en, zoals we gezien hebben, staan bemmel, zuil en lelie met elkaar ten nauwste in verband, zijn zelfs uit elkaar ontstaan ! Zou hier wellicht de oplossing te zoeken zijn in de oude boomcultus, de levensboom, later gekerstend tot Paradijsboom ? De verleiding bij deze Paradijsboom is hier wel erg groot...... Neemt men dat aan, dan wordt hier de s c h a a k figuur wel sterk op de achtergrond gedrongen bij deze wapens uit de omgeving vanAmersfoort. Dr Niemeijcr erkent dan ook zelf geen afdoende verklaring te kunnen geven waarom nu juist in Amersfoort en omgeving zo veel schaakwapens voorkomen alhoewel hij zelf, zonder direct verband, wijst op het voorkomen in die streek in en om Amersfoort van het lelie-motief, meer in ‘t bijzonder de lelie met afgesneden voet. Tenslotte, ik zou geneigd zijn naar aanleiding van het voorgaande de mening te uiten, dat het niet uitgesloten is, dat in het begrip ,,bemmeI” een rituele betekenis ligt opgesloten in verband staande met de oude boomcultus. Bellen voegt hier aan toe : ,.Een zorgvuldig onderzoek van de overige op onze breedten voorkomende Bemmel- namen zal dit echter moeten uitmaken.” Bijzonder waardevol is nog in dit verband aan te halen de opmerking van de heer D. P. Blok. wetenschappelijk assistent, verbonden aan de Centrale commissie voor onderzoek van het Nederlandse volkseigen van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen te Amsterdam, die mij bij schrijven van 10 Februari 1956 zo vriendelijk was o.a. het navolgende mede te delen : .,Enige opmerkingen zijn nochtans wel te maken. De naam Bommel is wel het best te verklaren uit boom en lo (zie ook Van Es in Liebaart, 1938) en is dus te scheiden van Bemmel en Bemele (L.) (1096 Bernel; 1124 Bymle) en Bemel (Doodewaard, 1188 Bemele).”

Omtrent de plaatsnaam Bemmel en de daarvan afgeleide familienaam van Bemmelen is hierover, ook volgens de heer Blok, van naamkundige kant nog geen oplossing gegeven. Wanneer Bemmel inderdaad afkomstig is van Benemale. scheidt de heer Blok deze van Bemel en acht deze naam niets met een heraldische figuur uit te staan te hebben, waarbij dient opgemerkt, dat hem de hier voorgaande beschouwing niet bekend was bij het schrijven van zijn brief; reden waarom de heer Blok dan ook sceptisch staat tegenover de verklaring van plaatsnamen uit heraldische gegevens. In het bovenstaande gaf ik echter het omgekeerde, namelijk dat het -sprekende” wapen van Bemmel afgeleid en ontstaan zou zijn uit de plaatsnaam, naar aanleiding van de drie bemmel-toren- burcht-kasteelfiguren, welke te herleiden zouden zijn tot de oorspronkelijke (gekersten-

162 de) levensboomfiguur en het feit, dat ter plaatse verschillende ,,sterkten” gestaan zow- den hebben. Meent men ook in de Irminzuil- en levensboom-theorie een min of meer speculatieve verklaring te moeten zien, dan zal men dit door nader vergelijkend materiaal dienen aan te tonen, om zodoende de onhoudbaarheid van deze stelling te bewijzen. Opmerkelijk blijft, dat Bommel te verklaren is uit b o o m en 1 o. niettegenstaande hier een scheiding wordt gemaakt van Bemmel. Het boombegrip is hier in eenzelfde streek, zo dicht bij elkaar te opvallend, wat te denken geeft.

Volledigheidshalve vergelijke men in tegenstelling, het geponerde door wijlen Mr W. 1. L. uan Es, destijds te Wassenaar. gepubliceerd in het maandblad Le Lion de Flandre van mei 1938, blz. 148-157: I’Origine de la Fleur de Lys.

OUDE NUMMERS EN BANDEN GENS NOSTRA

In verband met de geregelde navraag naar oude nummers en banden van Gens Nostra volgt hieronder een opgave van de nog voorradige losse nummers, banden, volledige jaargangen en de prijzen daarvan :

1 No. 111 IV VI Vl1 Vl11 IX 1946 1!47 1948 1949 lg0 1951 1952 1953 1954 lgx55

0.60 0.40 0.40 “V. 0.60 0.85 0.90 0.90 :: “V. “V. 0.80 0.90 0.40 0.40 0.40 ““. 0.40 0.40 0.60 0.60 3. “V. 0.90 0.40 0.40 0.40 UV. 0.40 “V. 0.60 0.60 4. I1V. 0.80 0.40 0.40 0.40 UV. 0.60 0.60 0.60 0.90 0.40 0.40 0.40 UV. 0.40 uv. 0.60 0.60 2: “V. uv. - - 0.40 0.40 0.40 1.20 0.60 uv. 0.60 0.60 r3: 0.80 0.40 - - 0.40 “V. 3.- UV. l.- 0.40 0.60 0.90 0.40 UV. 3.- “V. 1.- 0.40 0.60 0.90 9. 0.80 - 0.40 0.90 0.50 0.60 0.60 0.40 0.60 0.60 10. - - 0.40 0.40 0.60 0.60 0.40 0.40 0.60 0.60 0.60 0.50 0.75 0.40 0.60 0.60 0.60 0.60 ;:: z z - 0.50 l.- 0.80 1.20 1.80 0.60 0.90 Inh. 0.40 0.40 ““. 0.40 0.40 0.40 0.40 0.40 Band 2.- 2.- 2.- 2.- 2.- 2.- 2.- 1.75

Behalve over bovengenoemde nummers beschikken wij nog over enkele complete series van Gens Nostra (10 jaargangen met inhoud en naamregisters). De prijs hiervan (zonder banden) bedraagt f 75.-. Losse jaargangen. waarvan nummers gedeeltelijk zijn uitverkocht, kunnen helaas momenteel niet geleverd worden. Alle aanvragen gelieve men te zenden aan de administrateur van Gens Nostra, /ar, Haport. Kloosterstraat 11, Naarden. Men wordt verzocht pas te gireren na ontvangst van het bestelde en de Nota. De reeds bestelde banden 1955 en vroeger zijn allen verzonden. Zeldzame jaargangen en losse nummers worden gaarne door ons teruggckocht. Prijs- opgave aan bovenstaand adres.

ERRATUM De naam van de schrijfster van het artikel .,Het huis Markt 1.3 te Culemborg” is niet Mevr. 1. A. Prins-Meys, maar Mevr. 1. A. Prins-Meycr.

163 TIJDSCHRIFTEN-REVUE

(Administrateur voor de lopende Jaargangen : 1. 7. G. Kranen. Bergsingel 196a. Rotter- dam. Tijdschriften kunnen eerst drie maanden na aankondiging in deze Revue, aan de Leden der N.G.V. op aanvrage ter lezing worden verzonden.)

Den Aller, orgaan van de Familie Van Aller, 4e Jaargang No. 1. mei 1956. familie, berichten en advertenties.

Nijs fan’e ,.Hoekema-Stifting. Numer 12, april 1956. Femyljedei, Kroyk fan e Fe- mylje.

De Stichtsche Heraut, 3e jaargang, aflevering 2, april 1956 : Verslag van de vergadering van 22 maart 1956, De Plompetorengracht en haar bewoners van 1552 tot plm. 1800 door Mevrouw Eldering-Niemeijer.

Idem 3e Jrg, afl. 3. mei 1956 : Verslag van de vergadering van 9 mei 1956, Van der Elborch - Utrecht door Ir. G. L. Meesters. .

Ons Amsterdam, 8e Jrg. No. 5, mei 1956 :B. Ram. Het Geslacht Douwes Dekker. Ir. F. Muller van Brakel. Twee Amsterdamse Burgemeesters. A. d. If. Hoytink. Zes eeuwen nachtasiel-arbeid in Amsterdam.

De Brabantse Leeuw, Jrg. 5 No. 3. maart 1956 : K. oan de Wctcrrng. Bergen op Zoomse Potbakkers-familie tussen 1600 en 1700. 1. P. H. Goossens. Nederlandse Kwartieren van Schopenhauer.

De Limburgse Leeuw, Jrg. 4 no. 5, Mei-juni 1956 : Een Status Ecclesiasticus van 1650. C. d. G. Janssen. Limburgse Bisschopswapens. H. Banens. Aantekeningen betreffende de familie Clercx. M. G. M. A. van Heyst. Fragment genealogie ener maastrichtse familie Daems.

Met gansen Trou. 6e Jrg. Nummer 4. april 1956 : Het nieuwe raadhuis te Heusden.

Idem, Nummer 5, mei 1956 : Dr. Papaver. Vlijmen, enkele staatkundige gegevens. B. W. van Schijndel. Genealogie der Kievitsen van den Hil. De Navorscher. Nederlands Archief voor genealogie en Heraldiek, Jrg. 96, afl. 112 : Dr. H. P. Schaap. De Vlaamse stichters van het wandtapijtenbedrijf Hauwincx te Schoonhoven en een afstammingslijn tot op den dag van heden. (2 1582-1955). S. W. Melchior. J. C. P. W. A. Steenkampt. 1. A. oan Zelm uan Eld.ik. Overlijden en begrafenis van onze laatste Stadhouder. H. Hendriks en aangevuld door de Redactie. Het slot te Wateringen en zijn bewoners. Mr. G. d. Bontekoe. Het wapen der gemeente Wieringermeer.

De Nederlandse Leeuw. 73 Jrg. No. 4. april 1956 : Mr. Dr. 1. C. Maris van San- delingenambacht. De Hertogin van Chandos. Lydia Catharinn van Hattem, en haar voorgeslacht.

Idem. No. 5, mei 1956: A. H. “IJD IOU‘.f! oant Ho&. Een Montfoortse familie van Hooff. In het Bijblad de genealogiën Mrlchers, Kamberg en Cauwenbergh

Het Personeel Statuut, 7e Jrg. Nummer 4, april 1956: 1. C. van Duijnen. De staat van kinderen. geboren na huwelijksontbinding, gezien in het lrcht van recente juris- prudentie.

L’lntermédiaire des Généalogistes, No. 62. mars 1956 : Joseph Defèure. Les de Cazier. Jean Cassert et Pierre De Tienne. Les Everarts, de Ramillies. /-B Houwaert. Les Bourgeois de Bruxelles. P. E. Claessens. Ex Libris.

Der Archiuar. 9e Jahrgang. Heft 2 : Georg Winter. La Table ronde des Archives. Bernhard Brilling. Das Archivwesen in Israël. loachim Studtmarfn. Nochmals : Rentabi- lität des Mikrofilms 1 Kar1 Siewrs und Franz Welzcl. Neuartige Arbeitsmethoden im Restaurirungswesen.

164 Der Deutsche Huyenott, 20 Jahrgang, Nummer 2, Mai 1956 : Leopold Cordicrt . Was verlor Frankreich mit den Hugenotten ? Jean Pierre Bucsein. Waldenserprediger Daniël Martin. Fritz Lehne. Die französischen Handschuhmacher in Hall aid S. Mas Ginolet. Ulrich Zwingli. Dr. Albert Metcke. Die französische Kolonie in Stettin.

Familie und Volk, 5. Jahrgang Heft 2. März-April 1956. Prof. Dr. M. Frh. o. Taube. Das Geburtsgeheimnis KatharinasII. und Seine politische Bedeutung. Dr. W. H. Ruo/f. Genealogie in der Schweiz. Richard Giinzel. Die Neuburger der Stadt Merse- burg von 1507-1524. Dr. Fr. Krebs Pfalzer Amerika-Auswanderer des 18,jahrhunderts.

Mitfeilungen der Herold, no 44, Januar-Februar-März 1956 : Rus dem Vereinsltben. Mitteilungen Bücherspenden, Zeitschriftenschau.

Hessische Familienkunde, Band 3 Heft 9 1956 : Heck. Zur Herkunft der Grafen von Diez. Goebel. Stammfolge Steitz aus Butzbach. Kaschner. Kar1 der Grosze als Ahn des Korbacher Amtmanns Stefan Schotte, U.S.W.

Die Laferne, 8, 1956. 2 : Gaudentius. Ein Beispiel der Namengrbung durch die Paten von Bernard Backhausen. Köln.

Zeitschrift fiir Niedersiichsische Familienkunde, 31. Jahrgang Heft 2 März 1956 : A. Liihr. Johann Peter Eckermanns Vorfahren.

Norddeutsche Familienkunde. 5. Jahrg. Heft 2. März-April 1956 : A. Gercke. Die Scharrichter in Hemmendorf. A. Dieck. Uber die Dieck sus dem nord-östlichen Harz- vorland. E. lorns. Die Familie des Erbauers der Marienburg.

Pftilzische Familien und Wappenkunde, Band 11, 4. Jrg. Heft 1. 2, 3, 4 : Biographie- Genealogie-Heraldik.

Mifteilungen der Westdeutschen Gesellschaft für Familienkunde : Hoederat. Die ka- rolingische Abstammung der Elisabeth von Bellinghausen aus dem Hause Alten-oder Klein-Bernsau bei Overath. Verten. Das 2 älteste Rathsbuch der Stadt Kreuznach 1509-1555. Engels. Die vier konstituierten Eamilien Engels. Houben. Das Kaste11 Baerlo bei Leutherheide und Seine Geschichte. Batrer. Die Familie Haesbart. Diicker. Die alte Herrlichkeit Lon und die Dynasten, späteren Grafen von Lon.

The Coat of Arms, Vol. 4-No. 26, April 1956 : E. Elmhirst. The Fashion for Heral- dry. G. B. Grosschmid. Curiosities of Hungarian Heraldry. Val. Heywood. Origin of “The Hom”. F. E. Barber. College of Arms of Canada. C. H. ffwnphery Smith. Tryvet v. Athol. H. St. lohn &msay. Heraldic Cross-stitch. Adrian de Frcsfen. The Freston quarterings. K. P. Harrison. Katherine of Arngon’s Pomegrnnnte. 1. A. Sfcwarf. Scottish Regimental colours.

The Scottish Genealoaist. Vol. 111 No. 2. Aoril 1956. Rev. D. Mac Kinnon. ‘Th!* Emigrant Ship : The Hegtor. 1. F. MitcheU. Tombstones in Old Calton Cemetery Edin- burgh. E. A. Hogan. Parish Registers in the New Register House. 1. Russell Greiy. Grieg and his Scottish Ancestry.

Bulletin de rassociation d’entraide de la Noblesse française. 24e année No. 67, jan vier 1956. Assemblée générale du 10 déc. 1955. Rapport sur le congres à Madrid.

Rivista Araldica, Anno 54, No. 3. Marzo 1956 : Le recenti fauste ricorrenze del Santo Padre; Profilo storico di un patriziato ; Per una nuova organissazione araldica del C orpo Nobiliare Italiano.

Norsk Slektshistorisk Tidsskrift, Bind XV, Hefte 3 : K. Bjerke. Slekten Rosensverd fra Skjeberg ; Eyvin Dahl. Litt-mer om biskop Olav av Bergen ; G. Stoltz. Slekten Brunehorst i Norge ; 0. Delphin Amundsen. Mag. Lambert Balchenberg og hans slekt ; Aaye H. Irgens. Navnet Brochs i Troms ; A. Zimmer. Aslak Jonssons väpen ; C. S. Schilbred. Unger pa Kongsberg og Stramso; C. S. Schilbrcd. Hvistendnhl-slekten og Rafnes ; C. Klitgaard. Familien Plesner.

165 Senftenegger Monatsblatt, 111. Band, 7.-8. Heft, Januar-Februar 1956 : R. F. von Frank .Regesten aus dem Judicium militare delegatum mixtum; Auswanderer sus Goi- strn nach Nordamerika 1850 bis 1882 ; Ignaz Wodiczka. Regesten aus dem Stadtarchiv Budweisz.

Hidalguia, la Revista de genealogia, Nobleza y Armas, Ano IV NO 15. Marzo- Abril 1956.

Thc New York Genealo#al and Biograptrical Record. Vol. 97 No. 1, Jan. 1956 : The Brokaw-Brongaw Family ; Marriages of the Dutch Reformed Church of Shawan- gunk, Ulster Country ; The Feake Family of Norfolk, London and Colonial Amcrica. Your Ancestors, Vol. 10 Number 1, Jan.-March 1956 : The Titus Family ; Wilcox ; Johnston ; Sherwood ; Borden ; Dibble family ; Farnham ; Beardsley ; Spoor ; Maxson. The Detroit Society for Genealogical Research Magazine, Spring 1956 : A colonial Homestead in Dutchess Country ; Ancestors and Descenrants of Henry Francis Wheel- ock ; A. Felch Family History ; The wil1 of John Searle of Springfield ; The Ancestors and Descendants of Salomon Sibley of Detroit ; Inscriptions from Cemeteries at Athens, Vermant ; Earley Marriage Records of Macomb Country ; Brown Cemetery. Connccti- cut HiII, New York.

SIakt och Hiivd. NO . 1. 1956 : 1. E. Almquist. Den utan bevorade sköldebrev a riddar- huset introdu, cerade svenska adelns ursprung ; G. Setterkrans. Atten Flemings ursprung ; M. Collmar. En kyrkvherdelängd fran Skara stift 1544. drchiuum Heraldicum, Ao 70. 1956. bulletin 1 : Jalons peur l’étude de I’héralddique (Ecosse); Miscellana ; Bibliographie ; Nouvelles de Suisse, France, Pays-Bas, Belge ; Allemagne, Autriche.

Der Schweirer Familienforscher, le G&v?alogiste Suisse, 1956, Année 23, 112 fEvr. : Dr. A. Schmid. Die Schlapprizi ; P. Nagele. Eindwanderungen aus der Schweiz nach Stuttgart im 17. Jahrhundert.

Amsterdam, juni ‘56. W. R.

Boekbespreking

G. Marichal, De Poorters van Roeselare 1580-1796. Roeselare 1955, 75 blz. Prijs 50 bfr. Te bestellen bij de auteur : St-Amandsplaats, Roese- lare. Uitgave van het Geschied- Oudheidkundig Genootschap van Roe- selare en Ommeland. In alfabetische volgorde bevat deze lijst de poorters door geboorte en de nieuw aan- gekomen poorters van de stad Roeselare vanaf 1580 tot het einde der poorterij in 1796. Bij de meeste poorters zijn hun plaatsen van herkomst vermeld of indien het buiten- poorters waren zijn hun woonplaatsen genoemd. In veel gevallen zijn hun ouders, echt- genoten en ouders daarvan, benevens de kinderen meegedeeld. Het eenvoudig uitgevoerde boekje is voor genealogen een waardevolle bron. C. R.

De Heer A. H. Linschoten te Utrecht deelt ons mede, dat de laatste klappers op de registers van de Burgerlijke Stand te Utrecht. betreffende geboorte, huwelijk en overlijden van 1951 tot en met 1955 zijn gereed gekomen.

166 VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, die met zijn onderzoek is vastgelopen, dan wel diegenen, die met andere personen verbinding zoeken op genealogisch en hcral- disch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra, Post- bus 976, Amsterdam-C. Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden.

LXIV HARMANUS WALBROECK. Ik heb in mijn bezit een vijzel met opschrift ,.Harnmm W;ilbroeck 1710”. Dr. Wittop Koning vermeldt in zijn boek ,.Nederlandse Vijzels” een opschrift ,.Her- mams Walbroeck 1744”. Vermoedeijlk is dit de naam van de gIeter. Wie kan mij helpen aan gegevens over deze Walbroeck, die waarschijnlijk klokken-, geschut en/of vijzel gieter was. H. K. BERGHUIJS. Deventer. I LXV BAILLY. Gegevens gevraagd : betreffende kinderen van /can-Sylvain Ba.il/y, astronoom en milire de Paris. geboren te Parijs, Louvre, 15 september 1736, zoon van [acqrcs en Marie-Cccilc Guichon. geguillotineerd te Parijs op 12 november 1793. Hij 1luwde te Parijs in novcmbet 1787 met leanne Le Seigneur, (49 jaar) weduwe van Ra!qmor~tl Gayc, griffier van het Parlement. Uit dit huwelijk zijn geen kinderen geboren. Blijkens schenkingen aan ‘t musée Carnavalct te Parijs had hij nakomelingen. Betreffende het echtpaar Mathieu Frerq-ois Bailly en Ma&-Madclcinc Lccontrc. Uit dit huwelijk werd te Béthune op 4 juli 1765 geboren Frorl(ois Guislain Comtant Bailly. die te Roermond overleed op 6 oktober 1829. P. L. H. CRASBORN, den Hx~y.

LXVI DU BUY. Gegevens gevraagd betreffende de familie cl11 B[fy ; genegen gegevens uit tc wisselen J. DU BUY, Amsterdam.

LXVII MENNEN, MENS. a. Gegevens gevraagd van dragers der familienamen Mennen ook Mens. Deze kwam voor te Someren eind 16e-begin 17e eeuw; te Achel en Budel 17~. 18e en 19e eruw.

WOLLENDORF. b. Wollendorf of Wöllendorff, komende rond 1850 uit Duitsland Bergerhausen- parochie Rellinghausen (mogelijk bij Essen). Ter mijner beschikking staande gegevens stel ik gaarne disponibel. Th. VAN DUN, Tilburg.

LXVIII OUDE NUMMERS GENS NOSTRA. Wie kan mij helpen aan Gens Nostra 1946 no. 4 7 Aanbiedingen onder opgave van de prijs worden gaarne ingewacht door B. BEEM, Hrrculcsstrxt 74 Fis. Amsterdam

167 AANVULLINGEN EN WIJZIGlNGEN OP Dl: LEDENLIJST

1665. Kleerkoper-van Dam, Med. J.. Herculesstraat 1, Berchem-Antwerpen. 1666. Engelbrecht, Mr. E. A.. Voorschoterlaan 6 A, Rotterdam 0. 1667. J. C. Boon, Torenstraat 10 D. ‘s Gravenhage 4. 1668. Welzen, J. van, de Savornin Lohmanlnan 44 b, Rotterdam C. 2. 1669. Reus, P. J., Moenbergalan 83, Heerlen. 1670. Steur, A. G. van der, Cesar Franklaan 48, Heemstede. 1671. Veldt, C. J. van der, Lorentzplein 11, Heerlem. 1672. Schönhuth, Otto, Paviljoenstraat 15, Haarlem. 1673. Drunen, D. J. van, Rembrandtlaan 60. Nijmegen. 1674. Zwalve, H. R., Feico Clockstraat 62, Oude Pekela. 1675. Boonstra, R.. Meppelweg 704, ‘~Gravenhage 9. 1676. Prins, Jac., Havenstraat 9, ‘s-Gravenzande. 1677. Wilde, J. A. de, E 60, Zuid Laren. Dr. 1678. Dockum-Starke, F. G. E. van. Hoofdstraat 118, Nieuwolda. Gr. 1679. Hoedemaker. Theodorus, M. H. Trompstraat 21 11, Amsterdam. W 2. 1680. Ridder, A. de, Dr. J. Mulderstraat 11, Zaandijk. 1681. Burghardt, N. P., H. van Eijkenstraat 2. Naarden. 1682. Wilde, F. W.. Heerengracht 384, Amsterdam. C. 1683. Pienaar, S. W. Postbus 283, Upington. F. P.. Zuid Afrik,). 1684. Buning, H., Vosmaerlaan 57, Hilversum 1685. Boxman, C., Albrechtlaan 18, Bussum. 1686. Kobes, D. W., Wisch. gem. Sinderen. 1687. Trompen. L. W., Stadhouderskade 98, Amsterdam. 2 1. 1688. Verberne, H. W. J., Vughterstraat 14, ‘s-Hertogenbosch. 1689. Bekkum. H. van, Bisschopsweg 202, Amersfoort. * 1690. C. Muntinga, Oudeweg 9, Beerta. 1691. Nederland-Hartman, Mrs E. C., 118, “N” street, Salt lake City. 3 Utah.. U.S.A. 1692. Vloon, Drs. G. W., J. Vijghstraat 73, Nijmegen. 1693. Does, Jhr. J. A. H. v. d.. Renssenstraat 8, Arnhem. 1694. Jansen, J. W., Geerhard Boschstraat 12. Hellendoorn. 1695. Ruitenbeek. Ariën. Nijkerkerstraat 31. Hooglanderveen. 1696. Hartman van Nortmoor. Dr. W. J., Sweelinckstraat 49, den Haag 3.

Tot ons leedwezen melden wij het overlijden van: 153. Waal, Dr. J. W. de, Lochem. 1585. Tromp van Holst, C.. Amsterdam C. 778. Huizenga-Onnekes, Mevrouw E. J., Ten Boer. Gr.

Adreswijzigingen : 1086. Linschoten, A. H., Lucas Bolwerk 9 bis, Utrecht. 793. Rijssenbeek, H. C. M., Rijksstraatweg 78, Beek. Gld. 179. Schaaper, Pr., A. C., Breitnerstraat 90. Rotterdam. C. 1306. Gorkum, H. J. van. Kerkwervesingel 31 b, Rotterdam. 2. 1193. Kuijpers, S. D., Eikenlaan 22, Hilversum. li64. Rudolphus. A., Praediniussingel 41. Groningen. 646. Balk, T.. Prümelaan 16, Arnhem. 1613. Haan, Mr. J. A. de, Gordelweg 203a, Rotterdam. 603. Stienstra, Drs. J. J., Oude Kijk in ‘t Jatstraat 6, Groningen. 833. Bakker, C.. Prinsenstraat 79, Zaandam. 1182. Crlmer, H. J.. Verlengde Straatkampen 19, Rolde. 1640. Rijssen, H. J. van, Joh. van Arnhemstraat 15, Rozendaal. Gld. 1553. Los, F. J., Rijksstraatweg 240 g, Haren. Gr. 747. Klaver-van Outshoorn, Mevr. wed. Ds. A., ,,Aar en Amstel”, Nieuwkoop. Z.H. 1314. Koster, Mej. M. E. M., Hoefkade 962. ‘s-Gravenhage. 5. 1327. Bosch, Mej. I. v. d., Boerhaavelaan 22, Leiden.

168 ..ONS GESLACHT” MAANDBLAD DER NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING GOEDGEnEURD BIJ KONINKLIJK BESL. VAN 16 AUGUSTUS 1840. NO BS LmatStell,k goedgekeurd bil K0”i”klljk Beslult “Ll” 5 April 1833 JAARGANG 11 No. 6 AUGUSTUS 1956

Redacteur : W. D. H. Rosier. Postbus 976, Amsterdam. Administrateur van de Contact- afdeling : C. Roodenburg, Van Eedenstraat 9, Haarlem. Administrateur der verzendinq van hei Maandblad: JanwHagoort, Kloosterstraat 11, Naarden. Secretariaat der N.G.VI Postbus 976, Amsterdam. Contributie minimum fl. lO.- te storten op Girorekening No. 547064 ten name van de Penningmeester der N.G.V. te HAARLEM.

EEN VEENDAMS SCHIPPERSGESLACHT

Het hierbij afgebeelde knipsel, groot 30 x 31 cm, is afkomstig uit een Veendammer familie van schippers en zeelieden. Het knipsel werd door mij een paar jaar geleden gerestaureerd en van een nieuwe achtergrond voorzien. Voor mijn eigen collectie maakte ik er tevens een copie van waarnaar onderstaande foto is vervaardigd.

Het knipsel vermeldt het op 18 Nov. 1816 te Veendam gesloten huwelijk van Jan Jans. Gort, van beroep zeeman en geboren te Sappemeer

169 14 Nov. 1786 als zoon van Jan Hindriks. Gort en Anna Jans. met Janna Egberts. Kistenkast, geboren 1 Sept. 1793 te Veendam als dochter van Egbert Jakobs Kistenkast en Korwegjen Hendriks. Uit het contract blijkt, dat de vader van de bruidegom te Amsterdam overleden is in het jaar 1809. Bij de huwelijkssluiting waren volgens het huwelijkscontract als getuigen aanwezig: Niklaas Jans Blokberg, oud 60 jaar, van beroep deurwaarder; Jakob Freerks Schuurman, oud 47 jaar, van beroep tapper; Evert van Linge, oud 39 jaar, van beroep logementhouder en Arenf van Linge, oud 64 jaar, zonder beroep, allen wonende te Veendam. (Het geslacht Linge leeft nog te Veendam waar het thans een vooraanstaande fabrikantenfamilie is). De oorspronkelijke achtergrond van het knipsel bestond uit een oude zwart geverfde scheepsacte met een ingeperst zegel van 12 stuyver van het jaar 1809 waarvan aan de keerzijde wordt vermeld: ,,Zijn schip en deszelfs gezelschap. Amsterdam 17 Juli 1809. W.g.: Jan Hindriks Gort en Thomas Beverwijk” (? is onl.). De moeder van de bruidegom was bij bovengenoemd huwelijk aanwezig. Van de ouders van de bruid was er een notariële volmacht d.d. 6 Nov. 1816 en gepasseerd voor Notaris Jan Daniels Hoekwater te Schiedam, waarbij zij toestemming tot het huwelijk verleenden. Blijkbaar waren zij met hun schip dus weer uitgevaren en hadden op hun vaart Schiedam aangedaan. Uit genoemd huwelijk werden vijf kinderen geboren n1.l.: Kunnegien 23 Aug. 1817, An,na 8 Jan. 1820, ]an 3 April 1824, Egbert 27 Sept. 1826 en Hi,ndrik 1 Jan. 1828. Behalve de initialen van wederzijdse ouders vermeldt het knipsel van de kinderen alleen maar de initialen van Kunnegien, zodat de vervaar- diging van het knipsel tussen 1817 en 1820 zal gedateerd moeten worden. Bij de geboorten van Anna en Hindrik was de vader thuis, bij die van de andere kinderen was hij varende. Daar het huwelijk ook in het najaar werd gesloten was de vader blijkbaar de wintertijd thuis. Jan Jans Gort overleed te Veendam 13 April 1856 en zijn vrouw janna Egberts Kistenkast overleed te Veendam 12 Juli 1855. Hun dochter Kunnegien huwde met schipper Bronno Piefers Heddes, die volgens bericht in de Veendammer Courant van 18 Febr. 1860 als stuurman aan boord van de ,,Coert Cornelis” (kapitein Klontje) op 31 Jan. 1860 in de golf van Biscaje door een stortzee over boord sloeg en verdronk. Hij was toen 53 jaar oud, 13 jaar getrouwd en vader van 4 kinderen. Betreffende een zoon van Kunnegien trof ik in de Veendammer Courant dd. 15 April 1876 het volgende overlijdensbericht aan: ,,Teunis Heddes. 3e stuurman aan boord van het fregatschip ,.Kanagawa”, kapitein Karst, den 25 Maart in den Atlantischen Oceaan over boord gezet. Aan een borstziekte overleden in de ouderdom van bijna 25 jaar. Veendam, 10 April 1876. K. Gort, wede. Bronno P. Heddes.” Jan Gort, geb. 1824, huwde 22 Dec. 1851 met Fennechien Drenth. In 1860 is zij weduwe en heeft 2 kinderen. Over Ian Gort trof ik verder niets aan. Van zijn kleinzoon vernam ik, dat grootvader ]an Gort in een storm op zee om zijn schip boven water te houden geen andere uit- weg zag, dan om zijn schip in de bocht van Danzig met volle kracht op het land te zeilen. Mast en tuigage knapten af. De schipper sloeg over boord en is spoorloos gebleven. Zijn vrouw, die de reis meemaakte, werd met de overige bemanning gered. Door het Nederlands consulaat te Danzig werden zij van reisgeld naar huis voorzien. Na de dood van Jan Gort werd zijn dochter Jantje geboren, de moeder van mijn zegsman.

170 Zelf heb ik haar ook nog gekend. In het huis waar thans het knipsel nog hangt, bleven twee weduwen onverzorgd achter, nl. Kunnegien Gort en Fennechien Drenfh met hun kinderen. Het is een beeld van het harde veenkoloniale leven uit het begin van de vorige eeuw en toont de onder- gang van een zelfstandig schippersgeslacht. Het knipsel werd vervaardigd door Jan Jans Gort, die in zijn strijd op leven en dood met de na- tuurelementen nog de tijd vond dit fijne knipwerk te maken. Een van zijn laatste knipsels werd in een psalmboekje geplakt met als tekst: ,,De zee neemt veel. De zee geeft alles terug tot behoud, tot God.” Mij is onbekend wat van de overige drie kinderen uit het huwelijk van 1816 is geworden. Egbert Gort werd vermoedelijk ronselaar, zoals men in de overlevering hen noemde, die zich met aanwerven van scheeps- lui bezig hielden. Atelier ..De Meeuw”. Muntendam (Gr.). W. Tj. LEVER.

3e GENEALOGENDAG TE NIJMEGEN Op zaterdag, 26 mei 1956, te halfelf des morgens, verenigden zich ongeveer 120 leden der N.G.V. met hun introducé’s in de grote ontvangst- hal van het stadhuis te Nijmegen, waar zij werden ontvangen door de Burgemeester der stad Nijmegen, Mr. Ch. Husfinx, die hun de gelukwensen van de oude Keizerstad overbracht bij gelegenheid van het 2e lustrum der N.G.V. De Burgemeester herinnerde eraan, dat Nijmegen de oudste stad der Nederlanden is, in het bezit van zeer oude archieven, die de beoefenaren der genealogie met belangstelling zullen kunnen bezichtigen. Zijn Edel- achtbare zag in de genealogie een belangrijke hulpwetenschap voor de geschiedenis, de biologie en de sociologie, die kon leiden tot een intensieve beleving van het burgerschap; hij sprak de hoop uit, dat de persoonlijke kennismaking met Nijmegen zou mogen leiden tot een samenvattende publikatie over deze stad. De Voorzitter der N.G.V. dankte de Burgemeester voor de hartelijke ontvangst, die onze leden was te beurt gevallen en bood Z. Edelachtb. het eerste exemplaar van een oorkonde aan, ingesteld door de N.G.V. voor personen, die bizondere diensten aan de vereniging hadden bewezen. Na deze plechtigheid begaf men zich naar de Raadzaal, waar de Heer H. 1. van ‘f Lindenhouf uit Nijmegen een belangwekkende lezing hield over ,, Maasschippersgeslachten te Nijmegen en elders”. Spreker wees daarbij op de moeilijkheden, die dit beroep veroorzaakte bij de onderzoekingen, daar deze families dikwijls aan boord haar domicilie hadden en steeds op reis waren. Hij noemde een groot aantal namen, geput uit de notariële acten van Dordrecht. Bij de aanvang van zijn lezing bracht de Heer Van ‘f Lindenhout de gelukwensen over van het Kon. Ned. Genootschap voor Geslacht en Wapenkunde te ‘s-Gravenhage. Vervolgens werd onder de deskundige leiding van enige gemeente- ambtenaren het stadhuis bezichtigd, waarna men zich naar het Gemeente-

171 172 archief begaf ter bezichtiging van de zojuist geopende tentoonstelling van genealogische en heraldische archivalia. De inrichters van deze tentoonstelling ondervonden alle lof van de bezoekers. Na een wandeling langs de Grote Markt, het Waaggebouw, de Kerkboog, de Latijnse School en de St. Stevenskerk arriveerden de leden bij hotel Atlanta, waar de Gel- derse koffietafel gebruikt werd. Tijdens de maaltijd hield de Voorzitter der N.G.V. een korte verhandeling over de geschiedenis der N.G.V. en verleende de Heren u. d. Ham, Kilsdonk, Nelemans, van Rgn en Vogelpoel, stichters der N.G.V. en de Heren den Herder en Brave, oud-bestuursleden, de oorkonde van verdienste. In een sympatieke rede wenste de Heer Kruimel, conservator van het Centraal Bureau voor genealogie, de Vereniging geluk met haar 2e lustrum, terwijl de Heer Parqui de felicitaties van 1’Intermédiaire des Généalogistes te Brussel overbracht. Na de lunch werd per autobus een tocht gemaakt in de omstreken van Nijmegen, waarbij bezichtigd werden het Kasteel-Raadhuis van Wijchen, de kerk en de ruïne van Batenburg, waarna het kasteel Hernen onder deskundige leiding van de Heer Huurman werd doorkruist. In Hotel des Pays Bas werd deze alleszins geslaagde dag door de Voorzitter der N.G.V. gesloten. Een woord van dank mag in dit korte verslag niet ontbreken voor de Afd. Gelderland en de Nijmeegse Bestuursleden, die deze perfecte organisatie hebben verricht. Amsterdam, juli 1956.

HET POORTERBOEK VAN ROTTERDAM door C. ROODENBURG (vervolg) 2598. Dirk Meijboom, 11, 8-5-1724. gbv. Dordregt. 2599. Pieter de Condé, 11. 9-5-1724, gbv. Geertruijdenbcrg. 2600. Gerrit Hissingh, 11, 11-5-1724. ghv. Tivel gelegen omtrent Zutphen. 2601. lean dmalrij, 11. 12-5-1724, gbv. Aijmargues gelegen in de provincie van I,en- guedoc in Vrnnkrijk. 2602. Daniël Le Roij, 11. 12-5-1724, gbv. Rochclle grlcgen in Vr.lnkrijk. 2603. Willem Corfon, 11, 13-5-1724, gbv. Amersfoort. 2604. Robert Baxfer, 11, 17-5-1724, gbv. Londen. 2605. Willem &‘eijnhouf, 1, 17-5-1724, gbv. Gogh gelegen in ‘t Lnnd vnn Cleeff. 2606. lan lanse van Donge, 1, 18-5-1724, gbv. Oosterhoud. 2607. /ohannes Koek, 11. 18-5-1724. gb v. Varen gelegen in Oostvriesland 2608. Dirk Veelen, 11, 19-5-1724, gbv. Kranenburg gelegen onder Kleeff. 2609. Abraham Fonk, 11, 29-5-1724, gbv. Dordregt. 2610. dry van der Meer, 1, 26-5-1724, gbv. Uijtregt. 2611. Jacobus van Barnevclf, 1, 26-5-1724, gbv. Aernhem. 2612. ]an Hendrik Broekhuijsen, 1. 1-6-1724, gbv. Omna gelegen in ‘t Mcrcksl;rnd. 2613. Hendrik Potfers, 1. 3-6-1724. gbv. ‘~Hertogenbos. 2614. Leenderf lanse Verkade, 1, 7-6-1724, gbv. Berckel. 2615. jan van Brakel, 11. 7-6-1724, gbv. Goudn. 2616. Teunis de Bot, 1, 12-6-1724, gbv. Kralingen. 2617. Kr+ Vermelden. 1. 13-6-1724, gbv. 1 Jsendoorn gelegen in Gclderlrmd 2618. Claes lanse Buijck, 11, 13-6-1724, gbv. Bleijswijck. 2619. derf lanse Wolsgreijn, 13-6-1724, gbv. Amsterdam. Geconsenteert maer het hzrlve regt te betalen dcrh;~lvc marr f 6.--.- -. 2620. ]o/m lackson, 1. 14-6-1724. gbv. London. 2621. Sjmon Oubridge, 1. 21-6-1724. gbv. Sknrborough gelegen in ‘t Grxfschnp van Jorkeshirc in Engel;rnd.

173 2622. Gerrit van Os, 1, 28-6-1724, gbv. Reenen in ‘t Stigt van Uijttregt. 2623. Adriaen van Swijndregf, 1, 30-6-1724, gbv. Hellevoetsluijs. 2624. Dirk Wolfers, 1. 7-7-1724, gbv. Etten gelegen in ‘t Graefschap s Heerenberg. 2625. Leonardus Oorfmans, 11. 11-7-1724, gbv. Antwerpen. 2626. Sara Pikering, 1, 12-7-1724, gbv. Lieds in Engeland. 2627. lan den Dammer, 1, 12-7-1724, gbv. Leyden. 2628. lacobus van den Bos, 11. 13-7-1724. gbv. Zirkzee. 2629. Fredrik Weijlip, 1, 14-7-1724, gbv. Kroonenburg gelegen in ‘t Keurvorstendom Nieuwburgh. 2630. Adriaen Smifs, 1, 28-7-1724, gbv. Rosendael. 2631. Harmanus Spaen, 1, 31-7-1724. gbv. Wesel. 2632. lacobus van Oorden, 1, 4-8-1724, gbv. de Heerlijckheijd van Vrijenbant gelegen bij off ontrent Delft. Aengenomen als burger en poorter deser stad, sullende den eed daertoe staende. door hem aen handen van de Hecren Burgemeesteren werden gedaen en afgcleijd nae den 28 July 1725 toekomend als wmneer hij den ouderdom van veerthien jaeren sal hebben bereijckt en hem daer van behoorlijcke sal werden verleent. 2633. /olm Prescoff, 11. 7-8-1724, gbv. Londen. Duplicaat uitgegeven den 17-9-1733. 2634. Hendrik Sfeenhoff. 11, 8-8-1724. gbv. Doesburgh gelegen in ‘t Kleeffslnnd. 2635. ATaria Sir, 1, 11-8-1724, gbv. Amsterdam. 2636. Cafharina de Cruijs, 1, 16-8-1724, gbv. Leyden. 2637. lan Schoute, 1, 1-9-1724, gbv. Wesel. 2638. Jacob Cornelisse Tuijnebreijer. 11, 4-9-1724, gbv. den Bergsenhoek. 2639. /an Frederik van Ginkel, 1, 7-9-1724, gbv. Werckhem aen de Mein. 2640. lan van Zngevoort, 1, 7-9-1724, gbv. Barnevelt in Gelderland. 2641. ]acob Sem, 1, 12-9-1724, gbv. Wesel. 2642. Melyert oan Gemeren, 1. 13-9-1724, gbv. Capelle gelegen in Spaens Gelderland. 2643. Sebastiaen La Rochée, 1, gbv. Amsterdam. 2644. Stephanus Heijnen, 11, 13-9-1724, gbv. 2 evenaer gelegen in Cleeffsland. 2645. lohanes Croes. 1, 20-9-1724, gbv. Kleeff. 2646. lean Berton, 1, 22-9-1724, gbv. Chatilion in de provincie van Berrij gelegen in Vrankrijk. 2647. Pierre La lusan, 11, 23-9-1724, gbv. Sallies gelegen in de provincie van Bearn in Vrankrijk. 2648. Pieter Damvelt. 1, 26-9-1724. qbv. Dordreqt. 2649. Johannes van der Paeu, 1. 30-9-1724, gbv. Delfshaven. 2650. William Sallars. 1, 2-10-1724, gbv. Londen. 2651. Gerrit Ebben. 1, 4-10-1724, gb v. Huijsbert gelegen bij Kleef. 2652. Pieter van Kuijk, 1. 11-10-1724. gbv. Buijtesluijs. 2653. Paulus van der Laen, 1, 16-10-1724, gbv. Amsterdam. 2654. Claes Mulder, 1, 16-10-1724, gbv. Texel. 2655. ]osiah Ockenden, 1. 18-10-1724, gbv. Billerrecoij in Engeland. 2656. Leendert Vranke, 1, 19-10-1724. gbv. Bree gelegen in ‘t Lant van Luijck. 2657. ]ohannes Storm, 11, 19-10-1724, gbv. Delfshaven. 2658. Jacobus longeneel. 1. 23-10-1724, gbv. Ouwater. 2659. Tacobus Hodom, 1, 26-10-1724, gbv. Kiene aen de Pruis gelegen in Duijtsland. 2660. Christoffel oan Iperen, 1. 27-10-1724, gbv. ‘~Gravenhage. 2661. lohn Norris, 1, 28-10-1724, gbv. de Parochie van Great Chelsie in het Graeff- schap Middelsex bij Londen in Engeland. 2662. Reijnier Pieter Heijland. 1, 1-11-1724. gbv. de Heeriijckheijd Dieten gelegen in Gelderland. 2663. Lambertus Venema, 1, 3-11-1724, gbv. Leeuwaerden. 2664. lacobus Meijhof. 11. 3-11-1724, gbv. Maegdenburg in Duijtsland. 2665. Gerrif de Goeije, 11. 3-11-1724, gbv. Amersfoort. 2666. Abraham van Remsdijck, 1. 9-11-1724. gbv. Dordregt. 2667. Petrus Cares, 11, 13-11-1724, gbv. de Hoge Swaule. 2668. Dirk Velleua, 1, 15-11-1724, gbv. Arsel gelegen in Brandenburgerland. 2669. lohannes Adamse, 11, 20-11-1724, gbv. Antwerpen. 2670. Adraen van Loon, 11, 22-11-1724, gbv. Dordregt. 2671. Jan Willem Reijf, 1, 30-11-1724, gbv. Gaterop gelegen in Cleeffsland. 2672. Christiaen Lotte, 1, 6-12-1724, gbv. Geertruijdenberg. 2673. Adriaen van Rooijen, 11, 11-12-1724. gbv. Heusden. 2674. Gerrit Dorsijn. 11, 13-12-1724, gbv. Dubber gelegen in ‘t Cleeffsland. (Wordt vervolgd) 174 GENEALOGIE DINGEMANS (ARDONNE) TERHEI JDEN, Hervormd De hierna beschreven familie Dingemans is oorspronkelijk alleen onder patronymen bekend. In het begin van de 17e eeuw gaat één tak de naam Dinyemarls als familienaam voeren. De leden van een jongere in Zwaluwe wonende tak nemen enkele decennia later de naam Ardonne als familienaam aan. Waarom juist de geslachtsnaam van hun grootmoeder Sijke lans Ardonne werd aangenomen is niet bekend. Dc n.lkomchngen van deze beide families komen thans in de Westhoek van Noordbrabant voor ondrr dc naam Ardon. GENEALOGIE 1. De stamvader van hrt geslacht DINGEMANS is ren cen zekere Goderf, geboren omstreeks 1390, tr. N.N. 11. Ziin zoon Gerrit Godevaerfz, scheoen van Terheiiden, (N.Br.) 1452, 1454, 1455, 14&7, 1469, 1471 en 1475 tr. N.N. De figuur in het wapen op zijn zegel is een st~lppend dier. l) Uit dit huwelijk bekend : 1. Mafthijs Gerrit Godertsz, volgt 111. 2. Cornclis Gerrit Goderfsz. 111. Matthijs Gerrit Goderfsz, overl. vóór 2 sept. 1518. schepen van Terheijden 1498, 1499, 1500, 1502, 1503, 1504, 1505, 1506 en 1507. gegoed te Wagenberg, tr. Antonia 1V. N.. overl. na 1521. Uit dit huwelijk : 1. Aert Matthijs Gerrits, volgt IVa. 2. Anthonis Matthijs Gerrits, overl. vóór 12 apr. 1519, ongeh. 3. Dingeman Matthijs Gerrits, volgt IVb. 4. Hendrik Matthijs Gerrits. 5. Godert Matthijs Gerrits. IVa. Aert Matthijs Gcrritsz, overl. vóór 17 maart 1545, tr. N. N. Uit dit huwelijk bekend : 1. Anthonia Aert Matthijsdr, tr. vóór 17 maart 1545 Acrt Cornelisz Omubosch. 2. Arme Aert Matthìjsdr, tr. vóór 12 okt. 1546 CorneIis loris Cornelisz. Zij woonden te Gilze. IVb. Dingman Mafthijs Gheritsz, overl. vóór 1534, schepen van Terheijden 1514, 1516, 1517, 1518. 1519, 1520, 1525, 1526 en 1531. tr. Maria Huych Dirkse. overleden tussen 1534 en 1543. Het wapenschild op zijn zegel bevat een heraldische lelie met vier. in de hoeken geplaatste, puntloze vijfbloden (angennes) ‘) ‘), zie afb. 2. Uit dit huwelijk bekend : 1. Matthijs Dingmans Mathijs, volgt Va. 2. Huygen D.ingeman Mathijsz. volgt Vb (op blz. 12). 3. Anthonis Dingman. 4. Matthijs Dingman Mathijs (de Jonge) in den Bie- korf, tienman van Breda in 1574, gegoed te Lage Zwaluwe. Va. Mafthijs Dingman Mafhijs (de Oude) “), overl. vóór 23 okt. 1554, schepen van Terheijden 1545-1552, tr. omstr. 1531 Dingna van Gilse, over]. tussen 10 sept. 1598 en 20 mei 1599, dr van Cornelis Godertsz en van Cornelia {an Daniël Willcmszdr. Uit dit huwclilk bekend : 1. Dingman Mafthijs Dirlgemans, volgt Via. 2. Maria Mathijs, tr. 1563 Christiaen Bacr, overl. omstr. 158 1, schepen van Terheijden in 1564, van Breda 1580, tienraad ald. 1579, burgemeester van Breda 1581, zn van Frans Kcrstiaanz en van Maria Roelofs van Daelheim ; hij hertrouwde Beatrix Cornelisdr. ‘) G. C. A. lufen: Cartularium van het Begijnhof te Breda. “) A. R. A. Den Haag: Nass. Dom 353, Regest 2760 dd. 21 apr. 1528. :‘) De door Scheltus van Kampfcrbeke in handschrift opgestelde genealogie Dinge- mans, welke begint met deze Matthijs Dinyemans, is niet teruggevonden.

175 3. Mafthijs Matfhijs Dingman Matthijsz. volgt VIb (op blz. 182). Via. Dinsmsn Matthijs Dingemans. overl. Terheijden vóór 30 apr. 1602, schepen Terheijden 1576-1590; tr. 2” vóór 1562 Cafharina van Dongen, dr van Clwis- tofel Peters en van N.N. Uit het eerste huwelijk bekend : 1. Anna Maffhijsdr Dingmans, geb. 1562, overl. 19 dec. 1637, begr. R.K. kerk Terheiiden, tr. 1581/82 Anthonius van den Kerckhooven, geb. 1549150. overl. 15 aki. 1636, begr. R.K. kerk Terheijden ‘), zn van Jacob Anfhonis en van N.N. Op de grafsteen zijn wapen : drie meerbladen 2 en 1 en haar wapen : aanziende ossekop. Uit het tweede huwelijk bekend : 2. lan Dingemans, volgt VIIa. 3. Matthijs Matfhijs Dingman Matthijsz, volgt VIb (op blz. 182). 3. Matthijs Dingman Mafthijsen, volgt VIIb. (op blz. 180). 4. Chrisfoffsl Dingemans. tr. Lucia Balmakers. 5. Adriana Dingmans, 1626 lidmaat N.H. Zevenbergen, tr. Willem Beens, overl. omstr. 1625, schepen van Breda 1601, 1607, 1612 en 1615, tienman ald. 1597. 1600, 1603, 1604, 1605, 1606. 1608. 1609, 1615, 1616, 1620, 1621, 1622, 1623 1624. burgemeester van Breda 1613, regent weeshuis ald. 1616-1619, zn van Huybrecht Fransz en van N.N. Een zoon uit dit huwelijk ligt begraven onder een zerk in de Grote Kerk te Breda. Wapen : drie aanziende osse- koppen 2, 1. DINGEMANS VIL?. fan Dinyemans. geb. Terheijden, verm. overl. Zevenbergen, tr. 1” Cornelia Pe- ters Deys ; tr. 2” Alida Scheers, dr van Otto, secretaris van Zevenbergen 1584- 1618 en van Anna van Clerckhuys. Uit het eerste huwelijk bekend : 1. Dingeman (lans) Dingenlans, volgt VIIIa. 2. Lijsbeth lans Dingemans. ged. Zevenbergen 1 jan. 1612. 3. Cathelijne lans Dingemans. ged. Zevenbergen, 17 mei 1615. 4. Anna Dinyemans. tr. Zevenbergen R.K. 14 nov. 1649 (ondertr. ald. 23 okt. 1649) Adrianus van den Kerckhooen. Uit het tweede huwelijk bekend : 5. Otto Dingemans, tr. Cornelia van Velfhooven. VIIIa. Dingeman lans Dingemans “) schout, baljuw en dijkgraaf van Hoge- en Lage Zwaluwe van 14 mrt 1646-1670. dijkgraaf Royalen Polder van 29 mei 1666-1670. benoemd tot heemraad van de Vierendeelen, Oud- en Nieuwland- polder en Quistgeld 14 maart 1640 - deze benoeming werd hernieuwd op 14 spr. 1647 en 17 mei 1653 -, van de Aemiliapolder 8 mei 1653, tr. Anna Brants, verm. als Tanneke ged. Zwaluwe 2 mrt 1611, overleden na 1681, dr. van Adriaen Anthonis. schout en officier van Zwaluwe en van Maijke Anthonisse. Uit dit huwelijk : /ohannes Dingemans, overl. jong. :: lohannes Dingemans, overl. jong. 3. Maria Dinyemans. overl. na 22 dec. 1709 tr. Sebastinen Anemaet, geb. 1612, overl. 4 mrt 1687, beleend met de Buitengorsingen en Verdere Aanwassen van ‘s-Gravenhoek 4 sept. 1656, benoemd tot secretaris van Hoge- en Lage Zwaluwe 8 mei 1653, dijkgraaf aldaar 1662, 1666. 1669 en 1675, tot heemraad van de Sonseelse Polder 11 mrt 1663 en van Twintighoven 23 sept. 1660, zn van Adriaen Adriaens en van N.N. Boeren en weduwnaar van Cornelia Cornelisdr Vinck. 4. Cornelia Dingemans, tr. Pieter Anemaet, overl. na 14 dec. 1669, secretaris van Colijnsplaat. 5. lohannes Dingemans, overl. jong. 6. Catharina Dingemans, tr. Anthony Anemaet, over]. vóór 31 jan. 1702, schepen (Hoge) Zwaluwe 1681, 1682, 1684, 1688, 1689, 1692, 1693. 1698 1699 en 1700, subst. secretaris ald. tussen 1671 en 1677, benoemd tot penning-

‘) D,e grafsteen, waaraan deze gegevens zijn ontleend, is reeds vóór 1900 uit de R.K.-kerk van Terheijden verdwenen. “) Een gedeelte van zijn nageslacht staat vermeld in de genealogie Anemaet, gepubliceerd in het ,.Algemeen Nederlandsch Familieblad”, 1883!84, afl. 97, 103 en 106 176 meester van de Royalen polder 5 juni 1676 tot heemraad van de polders onder Hoge- en Lage Zwaluwe 14 dec. 1673, verm. zn van Adriaan Adriaens en van Maijke Peters den Engelse. 7. Adriana Dingcmans, overl. (kort) na 25 nov. 1730, tr. Leenacrt Maffhijsz. Dingemans (VIIIg op blz. 186). 8. /ohannes Dingemans, volgt IXa. 9. Anna Dingemans. ged. Zwaluwe 28 febr. 1649, overl. kort na 25 me, 1683, tr. Pieter van Ramsdonk, ged. Zwaluwe 8 juli 1657, zn van Harmen Piefers en Berbelfie Cornelis Cornef. 10. Adriaan Dingemans. volgt IXb (op blz. 179). 11. Anfhony Dingemans, ged. Zwaluwe 18 juli 1655, over]. jong. IXa. /ohannes Dingemans, ged. Zwaluwe 25 febr. 1648. overl. 6 juni 1707, schepen Zevenbergen, burgemeester ald. 1687, weesmeester Zevenbergen 1677, benoemd tot heemraad der Royalen Polder, Bloemendaal, Nassau- en Scheireepolders (Vierpolders) 5 dec. 1675 en van de Sonseelse polder 18 juni 1681. tr. 1” Etten 23 nov. 1669 (ondertr. Zevenbergen 3 nov. 1669) Anna Coren- coopers, geb. van de Leur, overl. kort na 12 juni 1675. weduwe van Marinus Floren, burgemeester van Zevenbergen 1662, 1666 en 1667 ; tr. 2” Zevenbergen (ondertr. ald. 21 mrt 1677) Cafharina Schiemer. j. d. van Zevenbergen, dr van Salomon, burgemeester van Zevenbergen 1688 en 1689 en van Aelfje Dombre. Uit het eerste huwelijk: 1. Dingna Dingemans, ged. Zevenbergen 9 nov. 1670, overl. jong. 2. Dingna Dingemans, ged. Zevenbergen 23 juli 1673, overl. jong. Uit het tweede huwelijk : 3. Adriana Dingemans. ged. Zevenbergen 31 okt. 1677, overl. jong. 4. Dingeman fan Dingemans, volgt Xa. 5. lohannes Dingemans, volgt Xb. 6. Adriaan D.ingemans, ged. Zcuenbergen 4 okt. 1686, overl. 24 mrt 1754, burgemeester van Zevenbergen 1719, 1724-1728, 1738, 1749 en 1751~~1753, schepen en gezworene aldaar 1718, ongeh. Xa. Dingeman Jan Dinyemans. ged. Zevenbergen 3 jan. 1681, overl. vóór 21 sept. 1721, stadhouder van Dinteloord 1707, substituut schout ald. 21 apr. l717- 1722, benoemd tot heemraad van de Willem- en Mariapolder 25 apr. 1704, van de Dintelpolder en van de Koningsoordpolder 27 juni 1708 en van de Prins- landsepolder 23 mei 1709, deze benoemingen werden hernieuwd 27 aug. 1714, tr. vóór 16 spr. 1710 lohanna Cornelia Bettenham, ged. Terheijden 17 mei 1682, over]. na 1 jan. 1730 doch voor 11 mei 1741, dr van lohan, lieutenant van de grooten schans onder Terheijden (Linie van den Hout) en van Cecilia God- schalck. Uit dit huwelijk : 1. Johannes Dingemans, volgt XIa 2. Cecilia Dingemans. ged. Dinteloord 13 nov. 1707, tr. Dintcloord 10 spr. 1729 (ondertr. ald. 2 mrt 1729) lohannes Vriemocf, geb. Emden 1 sept. 1703, overl. Dinteloord 31 juli 1769, van candidaat theologie bevorderd tot predikant te Dinteloord 24 okt. 1728. zn van Barend en van Cafharina .4ldriks Huber. 3. Cafharina Aleaonda Dinaemans, qed. Dinteloord 26 iuni 1709. overl. ald. kort na 11 dec: 1735, tr. Dinteloord 27 nov. 1729 (ondértr. ald. 5 nov. 1729) Adriaen Cosfermans, geb. Dinteloord 8 febr. 1699, benoemd tot molenmeester van Dinteloord 16 febr. 1735, schepen D’inteloord 1735-1751, prrsid. schepen ald. 1738-1751, zn van Cornelis en Ariaantic Picfers van Wijck ; hij hertrouwde Dinteloord 23 febr. 1738 Picfernella Thomé en ald. juni22 1749 Anna Maria Beversluis. 4. Adriaan Dingcmans. volgt Xlb. 5. Samtrel Dingemans. volgt XIc. 6. Anna Dingemans, ged. Dinteloord 26 mrt 1713. 7. Beffenham Eduard D.ingemans, ged. Dinteloord 8 juli 1714, overl. jong. 8. Beffenham Eduard Dingemans, ged. Dinteloord aug.29 1715. 9. Adriana Helena Dingemans, ged. Dinteloord 6 febr. 1718. 10. Susanna Hendrieffa Dingemans. ged. 26 mrt 1719, vertrekt vóór 1754 metterwoon naar Rotterdam. 11. Dingna Dingemans, ged. Dinteloord sept.21 1721. X1 n. lohannes Dingemans, ged. Dinteloord 11 apr. 1706, ovrrl. Zevenbergen 13 fabr.

177 1777, subst. baljuw en waan. dijkgraaf van Klindert m 1743, benoemd tot castelijn en rentmeester aldaar en tot heemraad van de Strijense polder 21 dec. 1729, tot subst. penningmeester van Niervaart en subst. ontv. der verpondingen ald. 30 nov. 1734 “), tot penningmeester en ontv. der verpondingen 30 jan. 1755. op zijn verzoek van deze ambten ontheven op 23 dec. 1776, buiten- burgemeester van Klundert 1748, burgemeester ald. 1749, 1753 en 1755-1774, tr. Asperen 27 mrt 1729 (ondertr. ald. 4 mrt 1729) Maria van Maurick. geb. Asperen 5 apr. 1708, ged. ald. 8 apr. 1708, overl. 21 apr. 1763, dr van Pieter ]anse van Maurick en van Elisabeth Cornelisse van Maurick. Uit dit huweliik : 1. lohanna C&netia Dingemans, geb. Zevenbergen 29 dec. 1729, ged. ald. 1 jan. 1730, overl. 3 of 5 dec. 1762, tr. Klundert 20 mrt 1749 (impost op het trouwen betaald ald. 26 febr. 1749) Anthony Anemaef. ged. Alfen (Baronie van Breda) 24 mrt 1720, benoemd tot rentmeester, secretaris van de stad weeskamer en vendumeester van Zevenbergen 29 nov. 1746, zn van Scbas- fiaan Anfhonys (kleinzoon van VIII a. 6 van blz. 176), predikant te Ginneken en Bavel, en van Adriana Helena í”immers. 2. Elisabeth Dingemans, ged. Klundert 15 apr. 1731, overl. aangeg. Klundert 7 juni 1731. 3. Elisabeth Pefronetta Dinyemans, ged. Klundert 27 juli 1732, tr. ald. juni 1756 (impost trouwen betaald Klundert 27 mei 1756) Mr Pieter Anemaet,. overl. 1 nov. 1763 (impost begraven betaald Klundert 2 nov. 1763). benoemd tot subst. baljuw van Klundert 8 juni 1750, per interim als secretaris ald. 19 juni 1755. tot secretaris, vendumeester, heemraad van de Grote Polder en van de Bloemendaal. Nassau en Scheipolders (Vierpolders) ald. 12 febr. 1756, subst. collecteur der extra-ordinaire verpondingen, zn van Sebasfiaan Anfhonys (kleinzoon van Vla. 6 van blz. 176) en van Adriana Helena Timmers. 4. Dingeman lohan Dinyemans, ged. Klundert 18 nov. 1744, overl. aangegeven ald. 13 sept. 1736. 5. Pefronella D.ingemans, gcd. Klundert 13 nov. 1735. overl. 25 dec. 1780, begr. ‘s-Gravenhage 2 jan. 1781, tr. (impost op het trouwen betaald Klundert 25 juli 1770) Mr Willem Prangan, ged. ‘s-Gravenhage 30 apr. 1741, begr. ald. 7 febr. 1809, advocaat, schepen van ‘s-Gravenhage, zn van Hendrik WiUem en van lohanna Kornetia Verhouff. 6. Adriana Dinyemans, geb. 20 nov. 1737, ged. Klundert 1 dec. 1737, overl. jan. 1776. tr. dec. 1773 Mr Willem Parker, geb. 17 nov. 1747, zn van Mr Jo- han Willem. raad en burgemeester der stad Middelburg, eerste gritfier van de Staten van Walcheren en van lacoba Maria van Bueren (dr van IXb, 5 van blz. 179). XIb Adriaan Dingemans, ged. Dinteloord 14 dec. 1710, tr. (impost op het trouwen betaald Klundert 3 apr. 1744) Cornetia van Rijn, j. d. Uit dit huwelijk : 1. Dingeman ]an Dingemans. 2. Barend Dingemans. 3. lohanna Cornelia Dinaemans, overl. aanqeqeven Klundert 25 okt. 1747. 4. johanna Cornetia Diniemans, overl. aangegeven Klundert 20 dec. 1751. XIC. Samuet Dingemans. ged. Dinteloord 20 dec. 1711, overl. vóór 1764, subst. schout en subst. rentmeester van Dinteloord van 29 nov. í734-15 nov. 1752. stadhouder ald. 1750. benoemd tot heemraad der Prinslandpolder 28 apr. 1731, der Graaf Hendrikspolder, ‘t Oude Land van Dinteloord en van Kruisland 3 mei 1753, tr. vóór of in 1737 Adriana van Hutst, overl. na 1757. Uit dit huwelijk : 1. lohanna Cornetia Dinacmans, aed. Dinteloord 15 febr. 1739, overl. Berqen óp Zoom 23 dec. 1778>tr. Steenbergen 8 mrt 1778 Daniël (Donald) Tindal?). geb. Dendermonde ca 1737/38. overl. Utrecht 20 febr. 1819, lt-kol.. Com- mandant van Woerden, zn van lames (of lacobus) en van Maria Manson en weduwnaar van Geurdina van Zelm; hij hertr. Rheden 15 okt. 1779 Bc- rendina Chrisfina den Duyfsen. 2. /ohannes Dinyemans, ged. Dinteloord 25 nov. 1742, overl. jong

0) Deze ambten brachten in het jaar 1752 op resp. f 450,- vast tractement met f 550,- emolumenten en f 570.- collectloon. ‘) Cf. ..De Navorscher” (Nederlands Archief voor Genealogie en Heraldiek), 92e jrg (1950/51), bl. 129. 178 3. Dingeman lan Dingemans, ged. Dinteloord 17 jan. 1745, overl. jong 4. Maria Dingemans. ged. Dinteloord 26 mrt 1747, overl. jong. 5. Dingeman lohan Dingemans. ged. Dinteloord 4 okt. 1750, overl. jong. 6. Adriana Dingemans, ged. Dinteloord 16 jan. 1752. 7. Dingeman lan Dingemans, geb. Steenbergen 28 febr. 1757, ged. ald. 6 mrt 1757. Xb. Johannes Dingemans, ged. Zevenbergen 17 sept. 1684. burgemeester van Steen- bergen, schepen ald. 1711 en 1712, tr. 1” verm. Oud-Vossemeer Elisabeth Coolen ; tr. 2” (ondertr. Steenbergen 13 sept. 1718) C ornelia Anemaet. geb. Steenbergen nov. 1695, dr van Dingeman (zn van VIla. 3 van blz. 176, schout van Oude Tonge, en van lohanna lacoba Dons, dr van Cornclis, predikant te Terheijden. Uit het eerste huwelijk : 1. Livina Adriana Dingmans, ged. Steenbergen 5 mrt 1711. 2. Livina Catharina Dingmans, ged. Steenbergen 23 sept. 1712, overl. jong. 3. Livina Katharina Dingmans, ged. Steenbergen 28 sept. 1714, overl. Veere 1783, tr. Pieter Gelinck, lt. der artillerie en vuurwerker, mogelijkerwijs zn van Hermanus Anthonisz en van Anna Elisabeth Minsen. IXb. Adriaen Dingemans (van blz. 3). ged. 2waluwe 9 febr. 1650, begr. Colijnsplaat 8 jan. 1720, benoemd tot heemraad der Frederikspolder op Noord Beveland 22 mrt 1674, tot secretaris van Noord-Beveland, vendumeester en secretaris weeskamer ald. 16 jan. 1675, tot heemraad van Oud Noord-Beveland en dijkgraaf van Nieuw Noord-Beveland 20 mei 1686, tot rentmeester van Noord- Beveland 24 febr. 1689 ; al deze benoemingen werden 27 aug. 1714 hernieuwd; burgemeester van Noord-Beveland en secretaris van Colijnsplaat, tr. Colijnsplaat 1676 Petronella Anemaet s), verm. dr van Adriaen Adriaenz en van Mayke Petersz den Engelse. Uit dit huwelijk : 1. Dingman Dingmans, ged. Colijnsplaat 20 sept. 1676. overl. jong. 2. Dingeman Dingemans, ged. Colijnsplaat 11 sept. 1677, overl. jong 3. Adriaen Dingemans. ged. Colijnsplaat 15 okt. 1679, over]. jong. 4. Mr Dingeman Dingemans. ged. Colijnsplaat 27 okt. 1680, overl. Vlissingen 13 juni 1738, als overleden opgegeven in de regeringslijst van Vlissingen 19 juni 1738, opgegeven te zijn begraven 7 juni 1738, beleend met een gedeelte van de Verdere Aanwassen van ‘s-Gravenhoek. 26 npr. 1698, beleend met een gedeelte van de Buitengorsingen van de Verdere Aanwassen van ‘s-Gravenhoek 27 aug. 1720 en beleend met de rest van de Buitengor- singen en van de Verdere Aanwassen van ‘s-Gravenhoek 19 juli 1725, studeerde vanaf 1700 te Leiden, rentmeester der Domeinen te Geertruiden- berg 1709-1711. penningmeester der Brabantse Emiliapolder !‘), en rentmeester der Geestelijke Goederen te Geertruidenberg 1709-1712, benoemd tot rentmeester en castelein der stad Vlissingen 30 mrt 1712, schepen ald. 1715, 1716. 1718, 1719, 1728, 1729, 1731, 1732, 1734 en 1738, advocaat ald., ongehuwd. Zijn wapen is : gevierendeeld ; 1 en IV in gond een rode aanziende ossekop met zwarte horens; 11 en 111 vrij “; ) (zie afb. l), het wapen .,Dingemans” is mogelijk ter grotere luister gevierendeeld in verband met het bezit van het leen ‘s-Gravenhoek. Het wapen ‘s-Gravenhoek ,.in rood een gekanteelde en tegengekanteelde dwarsbalk van zilver” !‘a) staat niet geregistreerd bij de Hoge Raad van Adel. 5. Adriana Dingemans, ged. Colijnsplaat 1 mrt 1682 “‘), overl. 7 sept 1747, begr. Cohjnsplaat 14 sept 1747, beleend met de Buitengorsingen en Verdere

8) W. Wgnaendts uan &‘esandt la) vermeldt ten onrechte als haar doopdatum te Zwaluwe 31 jan. 1655 en als haar ouders Scbastiaan Ancmaet en Maria Dinge- mans (VIIIa, 3 van blz. 176); dit echtpaar liet aldaar op die dag een dochter Elisabeth dopen. Een doop van Petronella Ancmaet werd in het doopboek van Zwaluwe niet ingeschreven. 0) Zijn kussengobelin bevindt zich in het Rijksmuseum te Amsterdam, ,,vide Bulletin van het Rijksmuseum” 3e jrg. 1955, no. 4 blz. 93 en 1. C. P. W. A. Steenkamp: Heraldiek, Heemschutserie deel 57 (afb. 62). 98) cf. .,Gens Nostra”, 6e jaarg. (1951) blz. 25. 10) W. Wijnaendts van &‘esandt ‘:l) vermeldt ten onrechte als doopdatum 15 okt. 1679

179 Aanwassen van ‘s-Gravenhoek ‘5 aug. 1738, tr. Colijnsplaat 5 nov. 1713 Mr Johan van Bueren, geb. te ‘s-Gravenhage, begr. Colijnsplaat 5 juli 1748, drost van Cadzand. schepen van Veere 1738-1743, benoemd tot rentmeester van Noord-Beveland 19/21 febr. 1720, zn van Mr. Meynard en van Susanna jorisdr Brest. Jacobus Dingemans, ged. Colijnsplaat 27 aug. 1684, overl. jong. 7: Anna Dinycmans, ged. Colijnsplaat 8 mrt 1687, overl. 24 dec. 1753. lacoba Dinyemans, ged. Colijnsplaat 20 febr. 1689, over]. jong. !: Maria Dingemans, (verm. geb. 4 febr. 1690), ged. Colijnsplaat 1 febr. 1691, overl. 27 febr. 1748, tr. Sebasfiaan dnemaef, geb. Zwaluwe 5 dec. 1697, ged. ald. 8 dec. 1697, overl. 20 sept. 1744, benoemd tot subst. drossaerd der Stede en Lande van Steenbergen 26 okt. 1723 (tot 13 mrt 1732), tot heemraad van de polders van het Westland en de St-Omcommerspolder in Steenbergen 9 nov. 1723. tot secretaris der vendukamer van Steenbergen 29 jan. 1732, zn van Dinyhman (zn van VIIIa, 3 van blz. 176) en van [ohanna lacoba Dons. 10. Tacoba Dingemans, ged. Colijnsplaat 12 juni 1695. ll. ddriaen Dinyemans. ged. Colijnsplaat 9 nov. 1698, overl. jong. VIIb Mafthijs Dingmans Maffhijsen (van b. 2), geb. 1571/72, overi. 3 mrt 1635. begr. R.K. Kerk Terheiiden l’), tr. Cafelijn Piefers, overl. vóór 21 mei 1619, dr van Peter Cornelisz en van N.N.

“) Mr P. C. Bloys uan Treslony Prins : Genealogische en Heraldische Gedenkwaar- digheden in en uit de Kerken der pro”. Noordbrabant, blz. 191.

180 In de zerk van het familiegraf Dingemans te Terheijden is het familiewapen gebeiteld (zie afb. 3). Wapen : een aanziende ossekop ; helmteken : een aanziende ossekop tussen een vlucht. Over de kleuren van het wapen is men het niet eens ; algemeen wordt aangegeven : in goud een rode ossekop ‘?) Is) “). Maris beschrijft het wapen : in rood een gouden ossekop ‘?). Vast staat echter, dat het wapen van Mr. Dinyman Dingmans (IXb, blz. 4) de kleuren heeft : in goud een rode ossekop met zwarte horens “‘) (zie afb. 1). De aanleiding tot de keuze van het wapendier is ongetwijfeld te vinden in het lucratieve vetweiden van Deense ossen Ii). Uit zijn huwelijk zijn bekend : 1. Dingman Mathijsen. volgt VIIIb. 2. Piefer Dingemans, volgt VIIIc. VIIIb. Dingeman Mathijsen, geb. Terheijden 1616/17, overl. 17 mrt 1681, begr. R.K. kerk Terheijden, tr. vóór 12 mrt 1641 Dirxken Swaen, ook wel vermeld als Theodora, geb. 1618/19. overl. 6 jan. 1690, beqr. R.K. kerk Terheijden, dr van lan Anthonisz en van Mayken Jansdr. Uit dit huweliik bekend : Jen Dingemans, overl. jong. : : Matfhijs Dingmans, geb. 164 1142, overl. 7 mrt 1718, begr. R.K. kerk Terheij- den, bouwman aan de Dwarsdijk onder Zevenbergen, beleend met de helft van Elfhoeven in de Ketelpolder 6 sept. 1702, ongeh., heeft een natuurlijke dochter Theodora geëcht, eveneens beleend met deze helft van Elfhoeven in de Ketelpolder 9 nov. 1718, wonende te Zevenbergen, tr. Petrlts O[fgens. Zij woonden eerst in Hoeven (N.Br.) 3. Yohan Dingmans, overl. 6 aug. 1727,. begr. R.K. kerk Terheijden, bouwman aan de Dwarsdijk onder Zevenbergen, ongeh. 4. Dochter N. N. Dingmans, tr. N. N. Buijscharfs, chirurgijn te Breda (moge- lijkerwijze Lambertus Buischer, geb. 1651 te Leiden, op 25 sept. 1671 ingeschreven als student Philosophie te Leiden). 5. Christoffel Dingemans, overl. vóor 13 juli 1690, 1667 voor het eerst als student ingeschreven aan de universiteit te Leuven, chirurgijn te Delft, tr. /ohanna Maria de Winter. overl. na 1690. (Uit dit huwelijk drie kinderen ; in 1690 minderjarig). 6. Anfhonie Dingemans, ged. R.K. te Zevenbergen 1 jan. 1651, overl. 1 mrt 1718, begr. R.K. Kerk Terheijden. benoemd tot heemraad der Royalen Polder 20 mei 1683, schepen Terheijden, brouwer ald., tr. Maria Bartho/omeuse de Jonge, overl. na 10 mei 1728. 7. lohanna Dingemans, ged. R.K. Zevenbergen 29 juni 1653, tr. Pieter van Son. Zij woonden te Dongen. 8. Adriana Dingemans, ged. R.K. Zevenbergen 11 febr. 1657, tr. Sr Paulus Printen. Zij woonden te Alphen (N.Er.). VIIIC. Pieter Matthijs Dingemans, geb. Terheijden. in 1619 onmondig, verdronken nabij Zevenbergen omstr. 1671. schepen H. Zwaluwe 1648. 1649, 1651, 1652, 1653, 1654, 1655, loco-secretaris ald. 1651, 1653 en 1655, tr. Terheijden Anto- nette Brants, over]. vóór 24 aug. 1677, dr. van Adriaen Anfhonis. schout en officier van Zwaluwe en van Maijke Anthonisse Uit dit huwelijk : 1. Maria Dingemans, overl. na 6 mei 1697. tr. Daniël Lcenaerts Ardonnc(nj, overl. vóór 7 apr. 1691, stadhouder Zwaluwe 1673 en 1674, in 1681 oud stadhouder, schepen H. Zwaluwe 1674, pachter van het gemaal over H. en L. Zwaluwe 1662, pachter van de impost van het zoutgeld te Made, Drim- melen en Standhazen 1668, weduwnaar van Elisabeth Anfonidr Wifbols. 2. Catharina Dingemans, ged. Zwaluwe 30 jan. 1649, overl. 23 mrt 1723, begr. Boxtel 29 mrt 1723, tr. omstr. 1670 Didcrick Thcodon~s Huijgens Ii), geb. 12) 1. B. Rietstap-van Rolland : Planches de 1’Armorial Général, 11. Is) W. Wijnaendts Van Resandt : 256 Kwartieren en Kwartierwapens van Fl. W. van Woeldéren, blz. 34. ld) P. A. 1. van den Brandeler : ,,De Navorscher”, 40e jrg ( 1890), blz. 370171. Is) Mr dr 1. C. Maris van Sande[ingenambacht : Een honderdtal Nederlandse families, blz. 54. “j) Naamlijst van schepenen der stad Vlissingen, G.A. Vlissingen 1507. fol. 77 li) Cf W. 1. 1. C. Bijleveld : Het huisboek van [an Huygens, .,De Ncderlandsche Leeuw”, 65e jrg. ( 1948), kol. 293 onderaan. 181 Meerhoudt 1637, ged. Qunetmechelen (Luik) 28 mei 1637, over]. 25 dec. 1688. begr. Vught, secretaris van Vught, Cromvoort en Deuteren. zn van lan Adriaans en van Elisabeth van Winteroy. 3. Anna D.ingemans, ged. Zwaluwe 23 febr. 1652, over]. jong. 4. Adriana Dingemans, tr.Adriaan Matfhijs Ardonne (IXg op blz. 185). VIb. Matthijs Matthijs Dingman Matthijsz (van blz. 176). geb. Terheijden, overl. tussen 1604 en 1606. gegoed te Wagenberg, tr. vóór 1578 Kathelijn Cornelisdr. dr van Cornelis Laureys Godevaerf Laureysen, overl. na 1602. Uit dit huwelijk bekend : 1. Mafhijs Mafhijsz.. volgt VIIc. 2. Dingman Matthijsz., volgt VIId. 3. Cronelis Matfh&z., volgt VIIe (op blz. 186). VIIc. Mafthijs Matfhijsen de Jonge, gegoed te Wagenberg, mogelijk burgemeester van Zevenbergen in 1644, over]. vóór 1667, tr. 1” Zevenbergen 25 febr. 1612 (ondertr. ald. 4 febr. 1612) Dingenken Adriaens de Weert. j. d. geb. te Zevenbergen : tr. 2” Zevenbergen 1 juli 1619. Elisabeth Adriaensen Boudewijns, weduwe van Cornel.is Thomassen. Uit het eerste huwelijk: 1. Adriaen Mth”pen, ged. Zevenbergen 27 jan. 1613. 2. Jan Mathijsen, ged. Zevenbergen 7 sept. 1614. 3. Abraham Mathijsen, ged. Zevenbergen 25 febr. 1616. 4. Margriet Mathijsen, ged. Zevenbergen 18 juni 1617. VIId. Dinsman Matthijs. geb. Terheijden, overl. vóór 13 nov. 1659. vestigde zich te L. Zwaluwe, schepen ald. 1642, 1646, 1652, 1653, 1654, 1655, 1656, 1657 en 1658. tr. vóór 1610 Sijke Ardon, dr van Jan Bcrnaerds en van Mayke N.N. Uit dit huwelijk bekend: 1. Jan Dingman Matthijs, volgt VIIId. 2. Leenaert Dingman Matthijs, ged. Zwaluwe 23 nov. 1614, overl. jong. 3. Matthijs Dingman Matthijs, volgt VIIIe (op blz. 184). 4. Job Dingman Matthijs, ged. Zwaluwe 13 dec. 1620. 5. Gerrit Dingman Mafthijs, volgt VIIIf (op blz. 185). 6. Leendert Dingman Mafthijs, volgt VIIg (op blz. 185). VIIId. Jan Dingman Matthijs, ged. Zwaluwe 18 mrt 1612, schepen L. Zwaluwe 1660. 1665. 166, 1667. 1668, 1669, 1671, 1673, 1675. 1676, 1678, 1679, 1681. 1682, 1683, 1684, 1885, 686. 1687, 1688, 1691 en 1692, ores. scheoen 1675, en 1684 en 1685. tr. 1” Zwaluwe omstr. 1642, Cornelia (Neelke) Nelemans, ged. Zwaluwe 30 mei 1621, dr van Cornelis Adriaens en van Theunke (of Pleuntje) Gerraerts; tr. 2” Adriaentje den Engelse, geb. Zwaluwe omstr. 1638, dr van Antony Peters en van Maria Antonis. Uit het eerste huwelijk: , 1. Sijke Jans Dingemans. geb. Zwaluwe vóór 1648, overl. na 19 iuni 1700, tr. omstr. 1666 H&drik JoRassen Wendelaers, overl. na 3 sept. 1684. 2. Cornelia Jans Dingemans, over]. na 7 dec. 1693, tr. 1” omstr. 1669 Dinghman Dinghmans Rollaf, overl. kort na 29 dec. 1676. gerechtsbode en dijkbode van de Royalen Polder (misschien zn vau Dingman Leenderts en van Mayke Dielise); tr. 2” na 1677 Aerf uan Bavel, ged. Zwaluwe 1 dec. 1652. overl. na 19 jan. 1693, zn van Dingman Jans en van Grietje van Aerden ; tr. 3” Adriaen Nefemans, ged. Zwaluwe 27 nov. 1661, zn van Cornefis Din- Dingemans en van Marijcke Knaep ; hij hertr. Fijnaart 2 juni 1727 Wil- lemke Janse Versluijs. 3. Cornelis Jans Dingemans, volgt IXc. 4. Martijntje Jans Dingemans, ged. Zwaluwe 18 dec. 1650, tr. Cornelis Moufhaan. Uit het tweede huwelijk: 5. Adriana Janse Dingemans. ged. Zwaluwe 14 nov. 1655, overl. Zevenber- gen 4 mei 1717, tr. 1” Zevenbergen dec. 1680 Marijnis Egberts Hogendijk, j. m. van Zeven- bergse land; tr. 2” Terheijden 1689 (ondertr. Zevenbergen 5 mrt 1689) Adriaen Noote- boom, ged. Standaardbuiten 10 apr. 1661, overl. Zevenbergen 5 aug. 182 1738, heemraad van de Sonseelse Polder, zn van fan lacobs en van Maria Cornelis Dirkszdr. 6. Anthony lans Dingemans, volgt IXd (op blz. 184). 7. Geerfruy Janse Dingemans, ged. Zwaluwe 13 febr. 1661, over]. jong. 8. Dingeman 7an Dingemans, ged. Zwaluwe 4 nov. 1663, overl. aangegeven Klundert 3 juni 1726. schepen ald. 1716, 1717 en 1719, burgemeester ald. 1721 en 1722, tr. L. Zwaluwe 12 nov. 1698 lannetie lansc van Asperen, j. d. van Giesendam, overl. aangegeven Klundert 4 mrt 1721. zij hebben vermoedelijk een dochter Catharina Ardonne, geh. met Corsfiaan Lcesf. 9. Geertruy lanse Dingemans, ged. Zwaluwe 8 aug. 1666, ,,aangebracht” om te begraven te Klundert 14 spr. 1702, tr. omstr. 1690 Cornelis F~~ycksclrol, ged. Zwaluwe 14 mrt 1666, overl. Zevenbergen, begraafrecht betaald ald. vóór 15 juni 1722, begraven Klundert, heemraad van Santberg onder Zeven- bergen 1711, zn van Mathijs C[aes en Maeycke Adriaens. 10. Maria lanse Dingemans, ged. Zwaluwe 14 juli 1669, aangegeven om te begraven Klundert 16 mei 1720. ll. Matthijs lans Ardonne. volgt IXe 12. ]an lans Ardonne, volgt IXf.

ARDONNE

IXc. Cornelis lans Ardonne. ged. Zwaluwe 15 mrt 1648, overl. apr.23 1719, schepen H. Zwaluwe 1675, 1676, 1678 en 1679, tr. Cafelijnfie Willemen, overl. na 1718. Uit dit huwelijk : 1. Willem Ardonne. aed. Zwaluwe 23 dec. 1675. tr. N.N. Ziin dochter Anna Ardon tr. R.K. ZeGenbergen 15 apr. 1737 Pefrus Janssen Bicchelaer. 2. lan Ardonne, volgt Xc. 3. Ncelfje Ardonne, ged. Zwaluwe 12 nov. 1679, tr. Zwaluwe 11 nov. 1714 Abraham Verme& lx), schepen Zwaluwe 1715 en 1736. zn van Sfoffef Aerfsz en van Marike Peters lacobsr. 4. Maijke Ardonne, ged. Zwaluwe 13 nov. 1681, tr. Zwaluwe 1 apr. 1709, (ondertr. ald. 9 mrt 1709) Piefer den Engelse. ged. Zwaluwe 5 okt. 1678, over]. na 3 spr. 1749, benoemd tot heemraad van de Vierendeelen, Oud- en Nieuwland en Quistgeldpolder 30 dec. 1713. schepen Zwaluwe 1748 en 1749, zn van Peter Anfonie en van Adriaanfje lans ; hij hertr. (ondertr. Zwaluwe 1 juni 1729) Anfhonetfa Danië[s Langeweg. 5. Dinghman Ardon. volgt Xd. Xc. Jan Ardonne, ged. Zwaluwe 10 okt. 1677, overl. aangeg. Klundert 3 apr. 1720, tr. Zwaluwe 22 jan. 1708 (ondertr. ald. 6 jan. 1708) Mechelina uan (‘t) Geloof. j. d., ged. Zwaluwe 17 nov. 1687. dr. van Abraham en van Basfiaentje lanse oan Lieshout ; zij hertr. (ondertr. aangeg. Klundert 16 mei 1721) Hendrick Teunis- sen van den Hil. Uit dit huwelijk : 1. Adriana Ardonne, ged. Zwaluwe 28 okt. 1708. 2. Bastiaantje Ardonne, ged. Klundert 30 apr. 1710, overl. ald. aangeg. 26 juni 1713. 3. Basfiana Ardonne, ged. Klundert 18 nov. 1713. 4. Maeijke Ardonne, ged. Klundert 24 nov. 1715. 5. Neelfje Ardonne, ged. Klundert 24 . 1717. overl. aangeg. Klundert 27 Febr. 1722. Xd. Dinghman Ardon. ged. Zwaluwe 6 spr. 1687, tr. 1” Cornclia van Gulik, ged. Zwaluwe 3 mrt 1692. dr van ]an Cornclisz en van Aeltje Peters den Engelse : tr. 2” (ondertr. Zwaluwe 29 aug. 1727) M aria ]anze van Gorkum, j. d. geb. Ca- pelle (N.Br.). Uit het eerste huwelijk: 1. Cornelis Ardonne, volgt XId. 2. Alleken Ardonne. geb. Zwaluwe 4 dec. 1720, ged. ald. 8 dec. 1720. 3. Johannes Ardonne, ged. Zwaluwe 7 dec. 1721. 4. Catelijna Ardonne, ged. Zwaluwe 8 nov. 1723. 5. Cornelia Ardonne, ged. Zwaluwe 22 sept. 1726.

IR) Cf ,,Gens Nostra”, 6e jrg. (1951). blz. 118 en 132. 183 Uit het tweede huwelijk : 6. Johanna Ardonne, ged. Zwaluwe 28 nov. 1728 “‘). 7. Maauke Ardonne. aed. Zwaluwe 2 spr. 1730. 8. WiDem- Ardonne; ied. Zwaluwe 15 mrt 1733. 9. Adriaan Ardonne, aed. Zwaluwe 2 mrt 1735. 10. ]annigie Ardonne, Qed. Zwaluwe 29 nov. 1739. ll. lohanna Ardonne, ged. Zwaluwe 4 dec. 1740. 12. Jan Ardonne, ged. Zwaluwe 20 mei 1742. XId. Cornelis Ardonne, ged. Zwaluwe 23 spr. 1719, overl. Oudemolen 18 apr. 1775. begr. Fijnaart 22 apr. 1775, landbouwer. tr. Fijnaart 12 mei 1743 Maria Boere. ged. Fijnaart 26 okt. 1721, begr. ald. 5 apr. 1796, dr van Dingeman Aertsz en van Neeltje Hendrikse Bcsemcr. Uit dit huwelijk bekend : 1. Curnelia Ardon, ged. Fijnaart 26 apr. 1744, ovtrl. den Bommel 1 febr. 1812, tr. Fijnaart 26 jan. 1772 ( ondertr. ald. 3 jan. 1772) fan Mnlicpaart. ged. Fijnaart 3 nov. 1743, bcgr. ald. 22 mei 1793, landbouwer, zn van Willem lansz. en van Adriana Nicolaasdr. Nclemans. IXd. Anthony lans Dinyemans (van blz. S), ged. Zwaluwe 17 mrt 1658, gezworene van de Royalen Polder, hij verwekte omstr. 169111692 een natuurlijke zoon bij Catalijn Braber, dr van Cornelis [anse en van N.N. Gijsbrechts, verm. gehuwd Zwaluwe 28 apr. 1709 (ondertr. ald. 9 mrt 1709) Aeltic Visscher, ged. Zwa- luwe 23 nov. 1670, dr van Willem Adriaens en van Maeyke Lamberde ; weduwe van Willem Hartman. Uit dit huwelijk : 1. Adriana Ardonne, ged. Zwaluwe 11 aug. 1709. 2. /ohannes Ardonne, ged. Zwaluwe 26 juni 1712. IXe. Sr Matfhijs lanse Ardonne, yed. Zwaluwe 17 juli 1672, overl. aangegeven Klun- dert 5 dec. 1724, armmeester ald., bouwman in de polder Bloemendaal, gezworene ald.. tr. L. Zwaluwe 4 juni 1698 (ondertr. aangeg. Klundert 14 mei 1698) Anneke Hogendijck, j. d. in de Nassaupolder, yed. Zevenbergen 27 okt. 1675. overl. na 28 aug. 1712, dr van Gerrit Egbcrts en van Adriaenfje van der Burgt. Uit dit huwelijk : 1. Adriana Ardon, ged. Zwaluwe 3 mei 1699. 2. Geertruy Ardon, ged. Zwaluwe 25 juni 1702. 3. lohannis Ardon, ged. Zwaluwe 12 mei 1704. 4. Maria Ardonne, ged. Zwaluwe 30 jan. 1707. 5. Anna Ardonne, ged. Zwaluwe 15 dec. 1709. 6. Catharina Ardonne, R.K., overl. aangeg. Klundert 14 okt. 1718, begr. Zeven- bergen. IXf ]an lans Ardonne, ged. Zwaluwe 28 apr. 1675, tr. Zwaluwe 18 dec. 1707 (ondertr. ald. 2 dec. 1707), Maria den Engelse, ged. Zwaluwe 29 sept. 1680, overl. na 6 dec. 1743, dr van Peter Anfonys en van Adriaantje lans. Uit dit huwelijk : 1. Adriana Ardon, ged. Zwaluwe 2 sept. 1708, overl. jong. 2. Adriana Ardon, ged. Zwaluwe 2 mrt 1710, tr. L. Zwaluwe 10 dec. 1741 (ondertr. ald. 24 nov. 1741) Cornelis Gerritze VcrhoeFf, j. m., geboren Zeven- bergen. 3. lohannes Ardonne. aed. Zwaluwe 15 mei 1712. 4. >ieter Ardon. gcd. Zwaluwe 4 febr. 1714, benoemd tot heemraad der Royalen Polder 15 febr. 1743, schepen Zwaluwe 1748. 5. Mechlina Ardon, ged. Zwaluwe 25 okt. 1716, overl. Klundert 26 okt. 1797, tr. Zwaluwe 21 jan. 1748 (ondertr. ald. 29 dec. 1747) Stoffel Vermeulen, j. m., ged. Zwaluwe 3 spr. 1718, overl. Klundert 13 spr. 1782, zn vanAbra- ham en van Neeltje Ardonne (Xc 3). 6. Anthony Ardon, ged. Zwaluwe 23 nov. 1721. VIIIe. Matthiis D.insmans Matfhiist (van blz. 182). mos. qed. Zwaluwe 23 sept. 1618. overl. na 7 juni 1663. sghepen van L. kwaluwe -1660 en 1663, benóemd tot heemraad der polders van H. en L. Zwaluwe 1656, van de Vierendeelen. Oud en Nieuwland en Quistgeld polders 1661, tr. Mayke Vergrave, overleden na 4 nov. 1677, dr van Cornelis Adriaens en van Lijntie Aerde. Uit dit huwelijk bekend: 1. Martijnken Mafthijsz., ged. Zevenbergen 13 dec. 1636.

l!‘) In het doopboek staat abusievelijk vermeld : ,./an”. 184 2. Pieter A4afthijsz. overl. vóór 4 fehr. 1681. schepen van H. Zwaluwe 1665. 1667, 1669, 1670, 1671, 1674, 1675, 1676 en 1677, ongehuwd 3. Adriaen Matthijsz., volgt IXg. 4. Sijke Tijs Dinghmans, overl. na 28 juni 1677, tr. omstr. 1673 Cornelis Bot- bijl, overl. na 27 dec. 1712, schepen Zwaluwe 1704, 1705 en 1706, zn van Peter Basfiaans en van N.N.; hij hertr. eerst Cornelia Adriaensc de Vcf en daarna Zwaluwe 27 okt. 1697 weduwe Elisabeth lanse. 5. Cornelis Mathijs, volgt IXh. Pleunie Matthgs. ged. Zwaluwe 6 febr. 1650. 3. Dingman Matfhijsz, ged. Zwaluwe 5 juli 1652. 8: Cornelia Mafthijs. ged. Zwaluwe 25 juni 1656, tr. Matheus de Potter (Din- teloord); hij hertr. Dinteloord 19 juli 1707 Hendrictta van den Burgh, weduwe van Govert lansz. Bethlehem. IXg. Adriaen Mafthiis Ardonne. overl. kort na 3 mrt 1689. 1 scheoen van Zwaluwe 1678 en 1679, *zijn boedel-was insolvent, tr. 1” Adriana Pcefcr llinyemans (VIIIb. 4 van blz. 18 I ) , ovcrl. I-I. Zwaluwe omstr. 1686; tr. 2” vóór 1687 Willemijn Smit, ged. Zwaluwe 13 dec. 1663, over]. na 12 dec. 1740, dr van Barent lans en van Anneke lans /oosten van Sprangh ; zij hertr. Leendert Crijnen den Rooijen. Uit het eerste huwelijk : 1. Mafthijs Adriaens Ardon, ged. Zwaluwe 3 okt. 1677, tr. Dinteloord 2 febr. 1703 (ondertr. ald. 11 jan. 1703) lacomina van Santen, geb. Dinteloord, clockeluijdster aldaar, weduwe van Pieter de Ro~yen. Hun dochter Adriana Ardon, turftonster, huisvrouw van Adam Bergeyk, geb. ongev. 1703, overl. Dinteloord 5 juni 1764, wordt 19 spr. 1743 benoemd tot kosterin en clockeluijdster van Dinteloord. 2. Pieter Adriaens Ardon, ged. Zwaluwe 25 febr. 1679. Uit het tweede huwelijk: 3. Anneke Ardon. ged. Zwaluwe 29 juli 1687, overl. kort na 12 dec. 1740, tr. Johannes van der Gevel. 4. Barent Ardon, ged. Zwaluwe 24 okt. 1688, overl. aangeg. I

VIle. Cornelis Matt&sz (van blz. 8), tr. Lijsbeth Adriaens de Waert ; zij hertr. Zevenbergen 5 mei 1618 Hendrick Claessen Mertens. Uit dit huwelijk bekend : 1. Elisabeth Corne!ise. ged. Zevenbergen 25 febr. 1615, over]. jong. 2. Elisabeth Cornelise, ged. Zevenbergen 20 mrt 1616. Vb. Huygen Dingeman Mathijsz (van blz. l), overl. vóór 22 dec. 1576, tr. Catlijn Janse van Gils. Uit dit huwelijk bekend : 1. Jenneke Huygens, tr. C2aes Jansz. 2. Anthonia Huygens, tr. Cornelis Aert Pieren. 3. Margareta Huyyens. over]. vóór 22 dec. 1676, tr. Jan Jansz. van Bavcl. OSS, Wassenaar, A. OTTEVANGER. ir F. A. NELEMANS.

zo) Vide ,,Gens Nostra”, 5e jrg. (1950), blz. 183. 2’) Cf ,,G ens Nostra” 1950, blz. 181 en ,,Gens Nostra” 1953, blz. 12.

186 NASCHRIFT

In doopboek Zwaluwe treft men meerdere Dingemans-namen aan, welke geen plaats vinden in de bovenstaande genealogie. Wij willen vermelden : Zwaluwe: Huibert Dingmans huwt ca 1609 Theunke Ariaan. Uit dit huwelijk : Zwaluwe, 13- 6-1610 Dinqcman 8- 4-1618 Cornelis 25-10-1620 Theunis 18- 12- 1622 Din,qeman volgt. Dingman Huibrrfs huwt ca 1653 Tannekc Adriaans v. Bavel. Uit dit huwelijk : Zwaluwe, 7- 6-1654 Teunfie 6- 8-1656 Maeyke 30- 3-1659 Adriaenfie 4- 9-1661 lanneke 13- 3-1664 Huiberf volgt. Hrlyberf Dingmans huwt ca 1686 Josijnfie Atlrianns Uit dit huwelijk : Zwaluwe, 20-11-1687 Tanncke volgt 27-11-1689 Dinyman 24- 2-1692 Ariaen 22-11-1693 Eva 8- 1-1696 Anfhony. Tanneke Huyberden Dingmans ondertr. 9 apr. 1712 te Zwaluwe Arm>/- dus van Lifh. Zij overlijdt 19 dec. 1773 te Zwaluwe en heet dan Tan- neke Huyberden Kleine.

Of er verband is tussen deze ,.Dingemansen” en het schoolmeestersgeslacht Klein, in Zwaluwe vaak Kleine genoemd. (Gens Nostra 1950, blz. 181, etc.) weten wij niet Hier zijn nog diverse puzzles op te lossen. Wij vonden ook nog omstr. 1630 in Zwaluwe een Dingeman Claes Dingemans gehuwd met Mayke Dingemans. De gegevens voor deze studie Dingemans zijn ook verstrekt door H. H. W. van Eijk te Koog a/d Zaan.

(HERPLAATSING) OUDE NUMMERS EN BANDEN GENS NOSTRA

In verband met de geregelde navraag naar oude nummers en handen van Gens Nostra volgt hieronder een opgave van de nog voorradige losse nummers, banden, volledige jaargangen en de prijzen daarvan :

No. 1 11 111 1v v VI VII Vl1 1x x 1946 1947 1948 1949 1950 1951 1952 1953 1954 1955

“V. 0.80 0.60 0.40 0.40 UV. 0.60 0.85 0.90 0.90 UV. 0.90 0.40 0.40 0.40 “V. 0.40 0.40 0.60 0.60 ;: UV. 0.90 0.40 0.40 0.40 “V. 0.40 0.60 0.60 4. “V. 0.80 0.40 0.40 0.40 “V. 0.60 ouss 0.60 0.90 5. “V. - 0.40 0.40 0.40 “V. 0.40 0.60 0.60 6. 0.40 0.40 0.40 1.20 0.60 UV. 0.60 0.60 l% 1 0.40 l.- 0.40 0.60 0.90 3.- 8: 0.40 - 0.40 ov. 0.40 0.60 0.90 9. 0.80 - 0.40 0.90 0.50 0.60 0.60 0.40 0.60 0.60 10. 0.40 0.40 0.60 0.60 0.40 0.40 0.60 0.60 11. 0.60 0.50 0.75 0.40 0.60 0.60 0.60 0.60 12. 0.50 l.- 0.80 1.20 1.80 0.60 0.90 Inh. 0.40 - 0.40 UV. 0.40 0.40 0.40 0.40 0.40 2.- 7, 1.75 Band --2.- 2.- 2.- 2.- 2.- 187 TIJDSCHRIFTEN-REVUE (Administrateur voor de lopende Jaargangen : 1. 1. G. K ramen, Bergsingel 196a, Rotter- dam. Tijdschriften kunnen eerst drie maanden na aankondiging in deze Revue, aan de Leden der N.G.V. op aanvrage ter lezing worden verzonden.)

Nijs fan’s ,,Hoekema-Stifting”, No. 11 Maert ‘56 : Kroniek van de familie : Het handschrift van Ds. Paulus Hoekema ; Stamboom der Hoekema’s. No. 12, april ‘56: Kronyk fan’e Femily.

De brabantse leeuw, Jrg. 5 No. 4. april 1956 : 1. P. W. A. Snit. De platen van het Cleveniersgilde van Grave ; K. v. d. Watering. Bergen op Zoomse Potbakkers-families tussen 1600 en 1700; 1. P. H. Goossens. Huwelijken te Vlijmen ( 1606- 1611) Id. Jrg. 5 No. 5. mei 1956. 1. P. H. Goossens. Een merkwaardlge wijze van testeren. id. Jrg. 5 No. 6, juni 1956 : Dr. 1. B. oan Loon. Wouwse families ; van Figgelen.

Nederlands Archievenblad. 60ste Jrg. 3e aflevering : De archievendag 1956. Boek- bespreking. Buitenlandse Archieven.

De Nederlandsche Leeuw, 73e Jrg. No. 6, juni 1956: A. H. Drijfhout van Hooff. Een Montfoortse familie Van Hooff ; Korte mededelingen : de Leeuw, Leyssium. Boek- bespreking. Ons Amsterdam. Se Jrg. No. 6, juni 1956 : E. B. Meijer. Ter herdenking van Rem- brandt ; A. M. oan dc Waal. Rembr.mdts standbeeld ; P. H. uan Mocrkcrken Ir. Hym- ne aan Rembrandt ; M. fi1uldcr. Eretekenen voor meester Rembrandt.

Orde van Sint-/an, 7e Jrg. No. 28, juni-juli 1956 :Mededelingen van het Kapittel ; Paleis het Loo ; De wordingsgeschiedenis van het Rode Kruis.

Het Personeel Statuut, 7e Jrg. No. 5, mei 1956 : Prof. Mr. W. F. Prins. De onver- wachte consequenties van een vergeten wet; Examen Bevolkingsboekhouding en Burg. Stand; Vernietiging van het huwelijk.

Ons Voorgeslacht, lle Jrg. No. 59, meiljuni 1956 : D. W. Gravendeel. Kwartier- staat ; A. A. Arkenbouf. Lidmatenlijst van de Kerk te Rockanje zich bevindende in het Raadhuis te Rockanje ; D. van Baalen. Grafschriften ; 1. H. Brakke. Overschiesche acten van indenniteit. West-Friesche Families, le Jrg. No. 7 en 8, 1956 : Vervolg geslacht Semeyns ; Naams- veranderingen ; Inhoudsopgave le Jrg, Namenregister.

Chronique Archéologique du Pays de Liégc, 46e année : Pierre Hanquet. Anciennes + demeures à Tllff ; Histoire des nos charbonnages.

L’lnfermédiaire des Généa/og.istes, 1 le année No. 63, mai 1956 : Paul de Zutferc. Contribution à l’histoire des families étrangercs en Belgique. les Médicis ; Etymologie et blason populaire. Actualité d’Ernsme.

Oostvlaamsche Zanten, 31 Jrg. No. 3, mei-juni 1956: De Bootjeswljding op de Leie te Afance ; de vorm van de Bedevaartvaantjes ; Kalendergebruiken. id. juli-aug. 1956: Dr. Tj. W. R. de Haan. Volksklederdrachten in onze tijd.

Monafshefte für evangelische Kirchengeschichfe des Rheinlandes, Jrg. V Heft 516, Maiijuni 1956 : Prof. Schmollgen Eisenwerth. Zum derzeitlgen Stand der Untersuchun- gen und Grabungen an der Ruïne desehemaligen Zlsterzienscr-Klosters Wörschweiler ; Dr. Zimmermann. Die Stlftskirche zu St. Arnual ; Dr. Volk&. Die Tumba der Gräfin Elisabeth zu Nassau-Saarbrücken in der Stiftskirche ZI? St. Arnunl.

Familie und Volk, 5. Jrg. Heft 3, Mal ‘-J uni 1956 : Prof. Dr. Fr. oon Kloeke. Auf Wegen der Genealogie als Wissenschaft ; Dr. H. F. Friedriclrs. Sippe und Amt in der Reichsstadt Frankfurt ; Dr. Erik Ambwger. Die russische Marine als Durchgangsteltc fiir Einwanderung nach Rusland (met enige Hollandse namen). 188 Zeitschriff fiir Nieders&zhsische Familienkunde, 31. Jrg. Heft 3, Mai 1956 : Friedrich Riggerf. Die Riggerts ; H. Laue. Beitrag zur Geschichte der niedersächsischen Famihe Laue ; Totenhofregister der deutsch-ev. Gemeinde zu Valdlvia (Chile).

Norddeufsche Familienkunde. Inhoudsopgave en Register over de jaren 1954 en 1955.

Osffriesland, 1956 : 1. 150 Iahre Familiengeschichte. Zum Jubiläum der Firma J. Bun- ting u. Co.. Leer.

Miffeilunyen der Gesellschaff fiir Schleswig-Holsfeinische Fami/ien/orschung und Wappenkunde, April 1956, Heft 7/8 : M. Glasen. Bauernfamilien und Sippen zwischen Lübeck und Oldesloe ; Soldatenabschiede als Quellen für die Familienforschung.

Südwesfdeufsche Blaffer fii; Familiew und Wappenkunde, Jrg. UHeft 2, Juni 1956 : G. Wunder. Fragen zur Geschichte der Familie Benggel ; Offo Mauthe. Aus meiner Ahnentafel. soweit sie die Gemeinde Dettingen betrifft.

Insfifuf fiir Auslandsbeziehungen, gegr,ündet 1917 als Deutsches Ausland-Institut. Mitteilungen.

The Genealoyisfs’ Magazine, Vol. 12 No. 6. June 1956 : Miss. S. Minef. Huguenot Records ; W. 1. Palmer. The Jacobite Heir : a Doubt ; Richard de Z. Hall. Protestant Registers in France; Creyoc D. P. Nicholson. Some early Emiqrants to America ; P. A. M. Taylor. Passenger Lists as an Historica1 Source.

Revue française d’Héraldique et de Siyillographie, 10 Année-1956. Bulletin No. 22 : Comptes rendus des séances ; L’Armorial de la Riviere-Bourdet ; Bibligraphie.

Insfituto InfernacionaI de Genealoyia y Heraldica, Ano 111. No. 39, 40. 41. 1 mei. 15 mei, 1 juni 1956 ; Mededelingen van het Instituut ; Vragen en Antwoorden ; 1. Guesdon de la Royue. L’Héraldique, science vivante.

Bulletin of the Oklahoma Genealogical Society. Vol. 1 No. 3, june 1956 : Oklahoma, the State its people; Vragen ; Genealogical material found in Oklnhoma City Library.

Genealogical Forum of Portland, Oregon, Vol. V : 9. 10, may 1956 : School for Genealogy ; Exlibris; Index to Oregon Donation Land claims ; Meeting Dates ; Books ; Member questionnaire.

The Staten Island-Hisforian, Vol. XVII, Number 2. April-June 1956 : Centennial greetings from the President ; Loring MC Mille”. The staten Island Historica1 Society ; The Richmondtown restoration (met een groot aantal fraaie reproducties). Amsterdam, juli 1956. W. R VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, die met zijn onderzoek is vastgelopen, dan wel diegenen, die met andere personen verbinding zoeken op genealogisch en hcral- disch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra, Post- bus 976. Amsterdam-C. Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden. Men wordt wel zeer dringend verzocht het papier, waarop de vragen worden ingezonden, slechts aan één zijde te beschrijven. LXIX a. KRAMER. Grietje Seymons Kramer v. E( y)dam. getr. 30.4.1693 met Claos Huyherts dc de Visser te Monnikendam. Wie waren beider ouders (Edam)? b. KATER. Jan lansz. Kater, getr. f 1685 Neelfje Cornefis? te Monnikendam ; wanneer gehuwd en wie waren de ouders 7

189 c. BLEY. Annetjen Bley geh. Monnikendam 17.11.1749 met Seymons Cornelis Kater ; waarschijnlijke ouders : Pieter lansz. Bley en Kathrijn Davids Bolleman ; gevraagd gebootedatum van Annefjen Bley. d. VOS. G evraaad de ouders van : Gerrit Älens Vos, geh. * 1685 met Neeltje Bootcs. e. BERKHOLIT, SCHAEP. De ouders van: Marifje loris van Berckhout (wed. Melis lans. Boot), geh. te Monnikendam 29.10.1707 met fan Wijlxands Schacp. f. van: WAGTER. VAN SANTEN. Cornelis lansz. van Santen. geh. * 1670--1685 met Maertjy Cornelis Oly ; g. van: Claas Dirks Wagter, geh. 29.10.1724 met Grietgen Dirks Mars, dr. van Dirk lansz. Mars en Nee/tie Cornelis Kes (och. 12.1.1700). Een broer van Claas W&ter : lan Dirks ’ “Wagter. Rec& Latijnse school te Monnikendam, huwt Grietje Remnits Bubenius. Mej. C. J. KUYPER, Zaandam.

LXX. VAN DRUNEN. Ik zoek de voorouders van : Steoen oan Drunen. geboren 1 Januari 1770. (Overleden 26 September 1839). Gehuwd in 1803 mat Helena uan der Pol. geb. 2 Febr. 1783. (Overleden 3 Aprtl 1848). Vermoedelijk geb. en gehuwd te V e e n (N.Br.) in het land van Altena. Echter zijn er ook aanwijzingen dat hij, of een van zijn of haar voorouders gewoond hebben te K e r k - D r i e 1. Geld. Bommelerwaard. D. 1. VAN DRUNEN, Nijmegen.

LXXI. a. EMEIS. In Den Haag gingen op 13-10-1776 in ondertrouw : lohan David Emeis. j. m. geboren in het Hrrtochdom Wiirtenberg en Maria Catharina Flack. j. d. geboren te Wolfhagen in Hessen, beide wonende alhier. De bruidegom van de Luthersche. de bruid van de Gereformeerde religie. Gehuwd in-de Kloosterkerk te ‘s-Gravenhage : 3-11-1776. Uit welke plaats en wanneer komt 1. D. Emeis, wat was zijn beroep ? b. DE GROOT. Te Lemmer werd geborenigedoopt op 23127 Juni 1784 lantje Stoffels (de Groot) als dochter van Stoffel Hendriks en Aukjen Douwes. Stoffel Hendriks overleed te Lemmer op 7 Februari 1826, oud 84 jaar, volgens achte geboren te Lemmer. Zijn doop en zijn huwelijk zijn te Lemmer niet te vinden. Auken Douwes overleed te Lemmer op 28-2-1827, oud 86 jaar. Volgens de acte geboren te W o r k u m als dochter van Douwe Hendriks en lantje Sibbeles. Haar doop is te Workum niet gevonden. Waar werd Sloffe! Hendriks geboren en waar werd Aukjen DOIIIU~S geboren? Waar zijn ze gehuwd 1

c. VAN HEES. Ondertrouwd te Nieuwer-Amstel 8-5-1768 (N. Geref.) lan Aartren van den Bilt, wed. van Maaritje de Vries van den Amstel bij de Ouderkerkerlaan en Kuyntje lans van Hees, j. d. onlangs van Sloten, nu woonend in Buytenveld. Haar doop is niet gevonden in Sloten (N.H.) en in Sloterdijk ook niet in het attestatieregister van binnenkomende en vertrekkende lidmaten (Herv. Gem.). d. OUTHOFF. Te Utrecht huwde op 1-2-1729 (Cath. Kerk): Jan Outho/f en Metje Cornelis Hoogland. De kinderen van dit echtpaar zijn de ..erfaenamen” van Pieter Teuler van der Hulst. Gevraagd voorgeslacht van ]anaOuthoff (Olthof). e. HORDENBURG, SCHEEPMAKER. Te zuilen werd 6-5-1764 geboren : Elisabeth Hordenburg. dochter van lan Hordenburg en Dirkje Scheepmaker. Waar zijn lan Hordenburg en Dirkje Scheepmaker gehuwd en geboren. (Hun dochter is gehuwd in Oud-Loos- drecht); zijn komen in de registers van Oud-Loosdrecht niet voor.

190 f. OVERDUYN. Te Leiden zijn op 1-6-1709 ondertrouwd : loost VER Ouerduyn, mandenmaker, j. m. van Leyden, vergeselschapt met lacobus van Overduyn, zijn vader. met Marijtje Warnaar, j. d. van Leyden. Beiden zijn gehuwd in de Pieterskerk te Leiden 16-6-1709. loost van Overduyn is niet te Leiden gedoopt. Waar dan wel 7 g. Ondertrouwd te Naarden 27-3-1754 : Gerr.it uan den Berg, j. m. met Anna Geus. j. d.. beide te Naarden. Getrouwd te Naarden den 14-411754 (Ned. Geref.). Waar is Gerrit uan den Berg grboren C.Q . gedoopt ? J. N. LECET, Amsterdam. LXXII. OTCKES. Marten Otckes, get. Holtland 11.6.1747 Casjen Ofckes, get. Holtland 20.6.1749 Ofje Ofckes, get. Holtland 7.6.1756, verb. daselbst 4.6.1785 Brrentic Pcfcrs. Nachkommen gesucht von Dr. W. J. HARTMAN, Sweelinckstr;t,lt 49, Den Haag. LXXIII. VAN THEY VAN OPMEER, LUYTING, ZWART. Gegevens gevraagd : a. betreffende het geslacht van They van Opmeer. en van b. Anna Elisabeth Liftleton, ? 1720 gehuwd met uan Thcy van Opmeer. c. het echtpaar Lambert Luyfing en Enycltje uan Ginkcf, resp. Winterswijk en Wijk hi] Duurstede. gehuwd 22 april 1718. waarschi)nlijk te Amstcrdnm. d. het geslacht Zuparf, waarvan Hendrik Ernsf, metselaar, 20 maart 1763 gedoopt is in de Lutherse kerk te Zaandam. gehuwd te Westzaan 8 jan. 1786 met ? Vader : Ernst Swart. moeder : Anna Koster. P. G. VALENTIJN, Amsterdam-N. XXIV. HILHORST-KOPPEN. Clasina Hilhorst werd te Amsterdam m de Mozes en Aäronkerk qedooot 17.8.1786 als dochter van Anthonie Hilhorsf (Helhorst) en Anthonia Koppel (Coppeng). Uit dit zelfde huwelijk werden in dezelfde kerk gedoopt 6 april 1788 en 14 mei 1789 telkens een zoon Gerrit. Bij het huwelijk van Cfasina Hilhorsf te Amsterdam 19.8.1810 waren haar ouders overleden. Het overlijden van Anthonie Hifhorsf is evenwel te Amsterdam niet aangetroffen. Dat van de moeder wel : op 6.5.1807 werd op het Sint Anthonie Kerkhof te Amster- dam begraven ,,Anfoinette” Koppen. Anthonie Hilhorst geboren te Eemnes omstreeks 1754 (doch aldaar noch in de Geref. noch in de R.K. doopboeken aangetroffen) ondertrouwt Amsterdam 16.7.1784 - adres Amstelstraat, ouders reeds overleden - trouwt Nieuwe Kerk Amsterdam 1.8.1784 Anthonia Koppen. oud 29 jaar, geboren te Utrecht, adres bij ondrrtrouw Keizersgracht. ouders reeds overleden. Anthonia Koppen is te Utrecht niet gevonden. Wel gevonden werd : Doop Domkerk Utrecht 28.11.1755 Angenis Koppen. dochter van /acolnls Koppen en lacoba van Vl.issingen en doop Domkerk Utrecht 18.11.1755 Angenifa Koppen. dochter van lacobus Koppen en Anna uan der Heyden. Wie is het echtpaar Hilhorsf-Koppen meer tegengekomen en kan ascendentie geven 1 J. DE VRIES, Dirksland. ANTWOORD (LXVII), MENNEN. Ingevolge Uw verzoek in Gens Nostra van juli 1956 hierbij enige gegevens over de familienaam Mennen, die mij bekend zijn. Ik vermoed, dat de naam in West-Duitsland langs de Nederlandse grens, veel voorkomt. Er is een bekende Gouverneur van dc Staat New York, die hierover al met een Mennen in Ncdcrland gecorrespondeerd heeft: hij heet zelf Mennen en is geboren in de buurt van Bremen. In mijn genraloglc (van de familie Sfikker) komt voor Ofto Michel Mennen geb. Völlen Oost Friesland 9-3-1798 (zoon van Michel Otten en Leene Hinrichs Otjen) geh. Midwolda (Oldambt) 29-9-1833 met Eefke Mentkes Menkema, dochter van Mentko Eltjrs Menkema en Geesje Gerrifs Stikker. Van deze Otto Michel Mennen stammen vele lieden met de naam Mennen af, die door Nederland verspreid wonen, bijv. Albert Mennen. geb. Midwolda 27-3-1911, thans verpleger Provinciaal Ziekenhuis Medemblik. U kunt dat alles vinden in genoemde genealogie Stikker (het nageslacht van Gerrit Hendriks en Hermekc. aanwezig Un. Bihl. Leiden, Koninkl. Bibl. den Haag). Gaarne zal ik van LI vernemen waar vandaan de U bekende Mennen afkomstig is. Mr. A. H. STIKKER, Tollenslaan 1. Driehuis Velsen. 191 Wij vermelden de geboorte te Utrecht, op 28 april 1956 van Petrus Franciscus, zoon van de Heer en Mevrouw F. J. van Sterkenburg-Drayer, te Hilversum, op 30 mei 1956 van Christoffel Maarten Albert, zoon van de Heer en Mevrouw Reinboud-Bantzinger te ‘s Gravenhage, op 15 juni 1956, van Maria Hilsondis Adelheid, dochter van de Heer en Mevrouw Crasborn-Kohlsaat Rauschenplat. en te Rotterdam, op 10 juli 1956, van Martinus Jacobus zoon van de Heer en Mevrouw Knoops-Verzijl.

Aan de ouders onze hartelijke gelukwensen. Amsterdam, juli 1956 W. R.

AANVULLINGEN EN WIJZIGINGEN OP DE LEDENLIJST Nieuwe leden : 1697. Prins, H. A., Wilgenlaan 63, Arnhem. 1698. Boonstra, R., Meppelweg 704, ‘s-Gravenhage 9. 1699. Raap, A. N. P., Velserstraat 9. Haarlem. 1700. Ruiter, H. J., Rio Grandelaan 20. Overveen. 1701. Reesink. J. A.. Ringallée 19, Velp. 1702. Kolff, Mevr. J. L. van der, 70s. Jittastraat 16 hs. Amsterdam W. 2. 1703. Kieboom. Ir. J. J. van den, Stadhouderslaan 5, Bussum. 1449. Zijll. Mr. A. H. F. van der. Twijnderslaan 50, Haarlem

Adreswijzigingen : 1427. Veenendaal. C. G. van, Molenbeekstraat 31 11, Amsterdam Z. 2 394. Lodder. H. C.. Postbus 1468. Amsterdam C. 284. Man& J. J. van, Alb. Thymlaan 69, Heemstede. 924. Hooft van Huysduijnen. J. J., Troelstrastraat 21. Velp 1694. Jansen, J. W., Geerhard Boschstraat 12. Hellendoorn. 1454. Schouten, H. P.. Gordelweg 19c, Rotterdam N. 1. 1461. Alteren, H. van, M. A. de Ruijterstraat 3, Hardenberg. 1572. Lakkeé, J. P. W. F., Dedelstraat 13, ‘s-Gravenhage 1. 1314. Koster, Mej. M. E. M., Buitenhofstraat 27. Rotterdam W. 2. 1305. Koopman, Mr. Th., Jans Buitensingel 29, Arnhem. 401. Roscher, A. L. J., Hemsterhuisstraat 78, Amsterdam W. 2. 1242. Spiekerman. J. J. L., Marnixstraat 323 11. Amsterdam C. 1357. Maessen, W. H.. Pater Donderstraat 23, Tilburg. 1106. Leeuwen Boomkamp. P. van. ,Slotzight”, Boslaan 9, Vreeland a/d Vecht. 1441. Balk, Dr. A. N., Nieuw Erfseweg 1, Geldrop. 1635. Nijs, J. A. de, Buiksloterdijk 144, Amsterdam N. 1467. Braas Czn, P.. Hofstraat 24, Hillegom. 704. Wubbe, R. H. F. J.. ‘~Gravelandseweg 162, Hilversum. 875. Pont, Mr. Dr. D. F.. Lindenheuvel 11, Hiversum. 365. Bot, H. de, Hornerheide 7, Hom. Limburg. 1281. Drent. N. Th.. Nassaukade 27 11. Amsterdam W. 1. 1554. Hopperus Buma, Mr. W. H., Vogelzang 50, Drachten. 1655. Ente. Ir. P. J., Diedenweg 59 1, Wageningen. Met leedwezen vermelden wij het overlijden van : 873. Riihl, D., Heemstede.

Het juiste adres van de secretaris der afdeling Gelderland is : N. d. Hamers, St. Jacobslaan 210, Nijmegen.

192 ..ONS GESLACHT” MAANDBLAD DER NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING GclEDuEKEURD BIJ KONINKLIJK RtSI “AN 10 AIJcY1151115 lY.20. N0 63 ,.Ra,*toll,k goedgekeurd bl, Ko”

Redacteur : W. D. H. Rosicr, Postbus 976, Amsterdam. Administrateur van de Contact- afdeling : C. Roodenburg, Van Eedenstraat 9. Hnarlcm. Administrateur der verzending van het Maandblad: Jan Hagoort. Kloosterstraat 11, Naarden. Secretariaat der N.G.V.: Postbus 976, Amsterdam. Contributie minimum fl. lO,- te storten op Girorekening No. 547064 ten namc van dc Penningmeester der N.G.V. te HAARLISM.

VEROLME Nadat wij dit jaar het tienjarig bestaan van onze vereniging in de oude keizersstad Nijmegen feestelijk mochten herdenken, waarbij wij in dank- baarheid terug zien op de lezing van de Heer H. J. taan ‘t Lindenhout, die met zijn fraaie voordracht onze aandacht vroeg voor de oude schip- persgeslachten, en daardoor ons bepaalde bij de betekenis, die de in trouw verrichte arbeid heeft voor onze samenleving, willen wij in het besef, dat gezin en arbeid twee hechte steunpilaren zijn voor de West Europese mens, onze lezers thans voeren naar het einde der stroom, die eens het machtige Romeinse Rijk begrensde en waarlangs de Christelijke cultuur en zede deze lage landen binnen kwam, en hen laten zien, dat de kracht, die eens het aanzien gaf aan de vrije Republiek der Verenigde Nederlanden nog niet is verschrompeld, doch integendeel, nog steeds tot grote daden komt en werkgelegenheid schept voor duizenden. Uit de veelheid van mogelijkheden, kozen wij, in aanmerking nemende onze leeftijd, een onderneming, die zojuist haar tienjarig bestaan herdenkt, het concern van de Heer Veroltne en wij doen dit nu verder op de manier van genealogen. Door verschillende persberichten is de naam Vcrolme snel in brede kring bekendgeworden en menigeen zal zich afgevraagd hebben wie nu wel die Verolme is, die de ene scheepswerf na de andere tegen de grond gooide, deze moderniseerde en daarop schepen bouwt en bouwde, waarop wij, zeevarend volk, meer en anders trots zijn dan op een gele trui of een overwinning in een internationale voetbalmatch. Nu is de beantwoording van deze vraag niet zo eenvoudig, omdat ,,Wie is dat” of “Who is who” ons in de steek laat en de naam niet algemeen is. Het doet ons dan ook genoegen, da t wij de Heer Cornclis Vrrolrnc zclf bereid vonden ons het één cn ander te vertellen en dat hij ons toestond dit te publiceren, aangevuld met de resultaten van een genca- logisch onderzoek, ingesteld door de Heer D. tla,n Baalen en grotendeels eerder gepubliceerd in de Werf- en Fabrieksbode, maandblad voor het

193 personeel van Verolme Verenigde Scheepswerven, m welke combinatie zijn samengevoegd: a. Scheepsinstallatiebedrijf Nederland N.V. te IJsselmonde-Rotterdam, b. Werf- Jan Smit Czn. N.V. te Alblasserdam, c. De Haan G Oerlemans’ Scheepswerf N.V. te Heusden, d. Verolme Dok- en Scheepsbouw Mij. N.V. te Rotterdam, en waarvan de redactie is gevestigd op het hoofdkantoor van het concern, Oostdijk 29 te IJsselmonde.

Het geslacht VeroIme is afkomstig van Sommelsdijk. Anno 1629 en later wordt daar als schepen vermeld Willem Davidsz. Verolme . Onder de schepenen van zijn woonplaats nam hij een vooraanstaande plaats in, hetgeen blijkt uit de functie van stadhouder van de baljuw, in welke hoedanigheid hij vele malen optrad. Als administrerend kerkmeester stelde hij ook de rekening samen betreffende de kosten van herstel van kerk en toren die door brand vernietigd waren. Zijn geboortejaar is (nog) niet bekend, doch waar zijn trouwakte niet gevonden werd in het trouwboek van Sommelsdijk, dat met een inschrijving van 24 november 1624 aanvangt, en hij evenmin als doopvader werd aangetroffen in het oudste doopboek (1636-1657), kan men - mede in aanmerking genomen het genoemde tijdstip van zijn openbaar optreden in lei- dende functie - zijn geboortejaar zeker stellen vóór 1600. mogelijk tussen 1580 en 1590. Misschien was David Willemsz. - die zonder achternaam vermeld wordt op een inwonerslijst van Sommelsdijk uit 1616 - zijn vader, doch zekerheid dienaangaande bestaat nog niet. De weduwe van deze David Willemsz. was Dingena Arentsd., zij was tussen 1629 en 1636 in enige processen gewikkeld, en het opmerkelijke is dat Willem Davidsz. Verolme nimmer als schepen fungeerde wanneer haar zaken werden behandeld. Daar hij haar echter ook niet als voogd bijstond, en de naam Dingena bij zijn dochters en kleindochters niet is aangetroffen, moet men hier de nodige reserve, bij het trekken van een conclusie, betrachten. De naam van de vrouw van Willem Davidsz. Verolme blijft verborgen zolang het onderzoek zich tot de doop- en trouwboeken beperkt. Uit de voorkeur voor de naam Teuntje, die getoond werd door zijn drie zonen

194 ms. ,,Witmarsum” 9 I t groot 10.000 ton DW., gebouwd 195516 te Alblasserdam voor de N.V. Stoomvaart- Maatschappij ,.Oostzee” te Amsterdam.

Erts-olie-tanker ,.P. G. Thulin”. groot 26.870 ton DW., gebouwd 1955/6 te Alblasserdam voor de Nederlandse Erts Tankersmaatschappij N.V. te ‘s-Gravenhage.

m.t.s. .,Pensa” groot 16.000 ton DW., gebouwd in 1954 te Alblasserdam voor Finska Angfartygs A.B. te Helsingfors.

Motorvrachtschip ,.Polaris”, gebouwd 1955/6 te Heusden voor de Finska Angfartygs A.B. te Helsingfors. David, Pieter en Cornelis bij de naamgeving van hun kinderen, zou men kunnen afleiden dat zij deze naam gedragen heeft. Een Teuntje Pieters was op 18 juli 1655 getuige bij de doop van Teu,ntje, dochter van Cor- nelis Willemsz. Verolme en Paulyntje van den Steene, en een jaar later --~ op 23 juli 1656 - bij de doop van Pieter Willemsz. Verolme en Trijntje Jacobs van der Werve. Willem Davidsz. Verolme was voor de laatste maal doopgetuige -- tezamen met de baljuw Jonkheer Seger de Cock van Nerijnen en nog tien anderen - bij de doop van een drieling op 16 februari 1651; zijn naam komt dan op de tweede plaats. Ook zijn drie hierboven genoemde zonen zaten in de regering van kerk en heerlijkheid. David was in 1654 kerkmeester en Pieter en Cornelis worden herhaaldelijk als schepen vermeld. Omstreeks 1674 werd Cornelis tot baljuw aangesteld. In de doopboeken wordt zijn naam dan voorafgegaan door de woorden .,de heer baljou”, terwijl het Paulijntje van zijn vrouw verandert in Paulina. Waar en wanneer hij met haar in het huwelijk is getreden is nog niet gevonden. Er zijn aanwijzigingen, dat haar vader Joost heette en het vermoeden is, dat zij behoorde tot een Zeeuwse familie, die ook relaties had op Tholen. Na het overlijden van de baljuw, dat vóór 24 april 1682 plaats vond, was zijn zoon Willem, (gedoopt 18 februari 1657) meerderjarig. In de wandeling heette hij Willem Cornelisz. Verolme. ter onderscheiding van zijn neef Willem, de zoon van David Willemsz. Verolme, die Willem Dauidsz. Verolme genoemd werd. Willem Cornelisz. Verolme werd al spoedig schepen. In 1695 was hij penningmeester van Sommelsdijk en later gezworene der onderhorige polders. Zijn naam werd voorafgegaan door de letters Sr (seigneur), terwijl zijn broer Justus, die intussen medicinae doctor geworden was en eveneens in de schepenbank zijn intrede had gedaan, Heer genoemd werd. Een.andere Heer Verolme was lacob Verolme, die 19 augustus 1684 vermeld wordt als geadmitteerd landmeter, in 1694 verschijnt als substi- tuutbaljuw over Dirksland, Melissant, Herkingen, Oude en Nieuwe Tonge en in 1700 wijnkoper blijkt te zijn. Hij was gehuwd met Juffrouw Gerhardina Loenius en is vermoedelijk de broer geweest van Sr Johannis Verolme, die gehuwd was met Juffrouw Elisabeth van den Kerckhove. Indien Jacob de broer was van Johannis, dan waren zij kinderen van Pieter Willemsz. Verolme, oomzeggers van de baljuw en neven van Willem Cornelisz. en Willem Davidsz. Verolme. Ook Jacob en Joha,nnis Verolme deden dienst als schepen van Sommelsdijk. Willem Cornelisz. Verolme trad op 25 januari 1690 in het huwelijk met Arentje Krijnsdr. Wittekouk. Zij was een Sommelsdijkse schone en werd aldaar gedoopt op 14 maart 1655 als dochter van Krijn lacobsz. Wittc- kouk en Leentje Arentsdr. Zij behield haar vadersnaam en werd niet aangeduid met Juffrouw, hetgeen er op wijst, dat zij tot een andere stand behoorde dan haar schoonmoeder en de vrouwen van voornoemde jacob en johan,nis.

196 Dit had wellicht een goede zijde, want na het overlijden van haar man kon zij als winkelierster de zaken bij elkaar houden voor haar erfgenamen Cornelis, Paulina en de, in 1718, nog minderjarige Jacob Verolme, terwijl de kinderen van Juffrouw Elisabeth van den Kerckhove in 1718 de erfenis van hun ouders moesten abandonneren.

In de 18e eeuw is het met de grootheid van het geslacht Verolme voorlopig gedaan, althans in Sommelsdijk treden geen naamdragers meer op de voorgrond. De twee zonen van Willem Cornelisz. verhuisden naar Middelharnis, terwijl Abraham de zoon van Johannis in 1722 in Zuidland opduikt, Wat van diens overige kinderen is geworden en hoe het zijn broer Jacob en diens nageslacht vergaan is, is nog onbekend

Ook over het nageslacht van Willem Davidsz. Verolme, die van 1697-1711 pachter van de impost van azijn en zeep was, hangt nog een sluier. Mogelijk was Jacob Verolme, die op een kohier van het familiegeld van 1717 voorkomt als bedienaar des pachters, zijn zoon.

Hierboven werd het vermoeden geuit, dat de vrouw van Willem Davidsz. Verolme mogelijk Teuntje was geheten, mede op grond van het feit, dat een Teunfje Pieters getuige was bij de doop van een dochtertje van Cornelis Willemsz Verolme en Palrpfje van den Sfeene. Nader onderzoek heeft de juistheid van deze suppositie bevestigd. In het gemeente-archief van Dordrecht bevindt zich een notariële akte, verleden -.rc)or notaris Gijsberf de Jager, van 25 september 1639, waaruit blijkt, dat Willem Davidsz. Verolme op dat tijdstip assisteerde bij de huwelijkse voorwaarden tussen Willem Adriaens:. Vroom (de Vrome), weduwnaar op De Leur in Brabant en Adriaenfgen Piefers Goers. Het trouwboek van Sommelsdijk toont aan, dat de bruid afkomstig was van Willemstad. Een andere bruid, uit de dertiger jaren der 17e eeuw, te Sommelsdijk, eveneens afkomstig uit Willemstad was Maria Antonisdr. de Breed. Zij trouwde (ondertrouw 19 november) 1631 Pieter Cornelisz. Bosvelf. Het echtpaar Bosvelf-de Breed had meerdere kinderen, o.a. Wouferina, gedoopt Sommelsdijk 14 februari 1649, getuige Willem Adriaensz. de Vrome. Op 1 januari 1653 trouwde Maria de Breed als weduwe van voornoemde Bosvelf met Arenf Marinusz. Breema,n. Dit huwelijk was van korte duur. Reeds op 24 september 1654 moest de kerkmeester David Willemsz. Verolme de grafrechten voor Maria Anfhonisdr. de Breef in ontvangst nemen. Twee weken eerder, op 11 september 1654, was Corne- lis Verolme tot voogd van de minderjarige kinderen aangesteld. De rekeningen door Verofme in deze kwaliteit aan weesmeesteren van Sommelsdijk overgeleverd zijn bewaard. (Algemeen Rijksarchief, Wees- kamer Sommelsdijk, inv. nr 12). Die van 1656 heeft een post (folio 36) wegens een betaling aan Theuntien Piefers, weduwe Willem Davidsz. Verolme voor de levering van een baal laken. Mogelijk nog interessanter is die van 3 februari 1662. Daarin leest men op folio 8 o.a. ,,Ontfangen van Tcrrnfic Picfcrs Gocrs, weduwe van Sr Willem Davits Verolme za voor een voer willigenhout op haren kost in d’Oude Plate thuisgehaolt”. De juistheid van de gemaakte veronderstelling is hiermede dus bewezen.

197 Willem Davidsz. Verolme maakte omstreeks half juli 1642 een reis naar Gorinchem. Bij het aan wal gaan kwam hij te vallen tegen de schippersvrouw, die daardoor eveneens viel en haar linkerarm brak. Hoewel het ongeluk buiten schuld van Verolme plaats had, deed zijn zoon David Willemsz. namens zijn vader, aan Adriaentgen Joris, de huisvrouw van de schipper Claes Jacobsz. een toezegging om tot heling en smartegeld te betalen een bedrag van f 17.5.--, waarmede zij zich kon verenigen. Eén en ander volgens een akte van 5 augustus 1642 verleden voor notaris Balthasar Bazins te Rotterdam. Bij genoemde notaris was Cornelis Willemsz. Verolme als klerk werkzaam. Als zodanig komt hij voor tussen 29 september 1642 en 20 september 1643. Opmerkelijk is, dat de akte van 5 augustus 1642 voor Verolme eerst heeft Grolleman, doch dat deze naam wordt doorgehaald om plaats te maken voor Verolleme.

Arent Breeman, de weduwnaar van Maria de Breed hertrouwde 27 januari 1661 Martijntje Verolme, zuster van Cornelis. Op 23 maar 1664 was Breeman getuige bij de doop van Jacomcntje Verolme, een dochter van zijn zwager Cornelis. Deze ]acom;intje trad op 5 november 1687 te Sommelsdijk in het huwelijk met Abraham van Mig(g)rode, weduwnaar van Francina van der Vos, geboortig van Haamstede en wonende te Middelburg. De M’lggrodes behoorden tot een aanzienlijk Zeeuws geslacht, stam- mend uit de voornaamste kerkhervormer van Zeeland. Het wapen van deze familie komt voor in het oktober-nummer 1955 van het tijdschrift ,,Olie” van de N.V. Bataafsche Petroleum Maatschappij. Het wapen Goers, ,,in blauw een afgeknotte lelie van zilver” vond Mr. Dr. 1. C. Maris aan een loscharter van 9 februari 1535. Het wapen van Marti$je Goers, echtgenote van de schout en dijkgraaf van Fijnaart Adriaen van Bonckelwaerdt in de kerk te Willemstad vertoond echter een soort hakenkruis. Wij besluiten met de stamreeks en een biographie van de Heer C. Verolme.

1. Willem Davidsz. Verolme, lakenhandelaar, schepen van Sommels- dijk, stadhouder van de baljuw aldaar, begraven Sommelsdijk 1652/3, trouwde omstreeks 1613/4 Teuntje Pieters Goers, geb. Willemstad, dochter van Pieter Adriaensz. en Tanneke Jans Verschoor.

11. Cornelis Verolme, schepen van Sommelsdijk, later baljuw aldaar, overleden vóór 24 april 1682, trouwde Paulina van den Steene.

111. Willem Cornelisz. Verolme, gedoopt Sommelsdijk 18 februari 1655, schepen, penningmeester en ontvanger der onderhorige polders, trouwde Sommelsdijk 25 januari 1690 Arentje Krijnsdr. Wittekouk, gedoopt Sommelsdijk 14 maart 1655, winkelierster, dochter van Krijn Ja- cobsz. en Leentje Arentsdr.

IV. Jacob Verolme, doop niet gevonden, trouwde le Goedereede september 1728 {annetje Arens Vernuft, trouwde 2e Middelharnis (ondertrouw aldaar 9 april) 1734 lannctje Hendriks Bour(w.

198 V. Cornelis Verolme, gedoopt Middelharnis 12 februari 1741, overleden aldaar 12 november 1810, trouwde aldaar 6 mei 1775 Willemijntje Jans Blok, gedoopt Middelharnis 16 december 1757, overleden aldaar 4 augustus 1827, dochter van Jan en Maartje Koofe. VI. Jan Verolme, gedoopt Middelharnis 25 januari 1784, trouwde aldaar 12 mei 1814 Margriefa Driessen, geboren gemeensch. grond Som- melsdijk en Middelharnis 10, gedoopt Stad aan ‘t Haringvliet 22 maart 1795, dochter van Jan en Lena Kas.

VII. Anfhony Verolme, geboren Middelharnis 21 oktober 1824, overleden Nieuwe Tonge 22 september 1896, trouwde Stad aan ‘t Haring- vliet 5 juli 1851 Johan,na Kasfeleijn, geboren aldaar 23 mei 1825, overleden Nieuwe Tonge 4 december 1889, dochter van Cornelis en Jan- nefje Reesf. VIII. Jacob Verolme, geboren Nieuwe Tonge 11 september 1865, overleden aldaar 12 februari 1949, trouwde aldaar 29 april 1886 Hen- drica uan der Veer, geboren Oude Tonge 9 september 1865, overleden Nieuwe Tonge 14 februari 1950, dochter van Klaas en Piefernella uan der Boogerf.

1X. Cornelis Verolme, geboren Nieuwe Tonge 4 september 1900, werd door degelijke, gelovige ouders opgevoed. Hij had een vrolijke jeugd in een rustige landelijke omgeving, waar zijn vader als commissionair groot vertrouwen genoot, doch niet alleen daar, ook te Rotterdam en ver buiten onze grenzen. Reeds op 11-jarige leeftijd werd hij geplaatst op de ambachtschool te Mid- delharnis. (Verdere en andere studie na de lagere school was in die dagen op het eiland nog niet mogelijk). Na het derde jaar werd de schooltijd met één jaar verlengd. Men vond een kind van 14 jaar te jong om voor goed van het eiland te laten gaan. Een jaar later mocht met weemoed in het hart afscheid worden genomen van het eiland en de bekende sfeer. Het kostte moeite de jonge eilander als volontair op een machinefabriek geplaatst te krijgen. Nadat dit tenslotte lukte, kwam gelegenheid tot verdere studie. Achtereenvolgens werden de avond-H.B.S. en -M.T.S. bezocht en in 1924 behaalde de Heer Verolme, op 23-jarige leeftijd als één der eersten het Staatsdiploma der M.T.S. te Rotterdam. Intussen was hij als constructeur op verschillende machinefabrieken werkzaam geweest. Deze positie behield hij tot zijn vertrek naar Hengelo in 1929. Bij Gebrs. Stork, waar hij de constructie van Dieselmotoren van begin af meemaakte, was hij werkzaam als hoofdingenieur tot eind augustus 1946.

199 De voortdurende roep om verdere industrialisatie was tot de Heer C. Verofme doorgedrongen. Hij besloot het dienstverband te verbreken om verder als zelfstandig ondernemer te gaan handelen. Op 7 september 1946 werd Scheepsinstallatiebedrijf Nederland gesticht. Binnen tien jaren is deze zeer bescheiden opgezette machinefabriek uitgegroeid tot een concern met wereldreputatie. In 1950 werd de eigendom verkregen van Werf Jan Smit Czn. N.V. te Alblasserdam en in 1954 werd de Haan G Oerlemans’ Scheepswerf N.V. te Heusden overgenomen. Daarenboven verwierf men vele deelnemingen. Op woensdag 27 juni j.l. werd door Mevr Mr. 1. M. van Walstm-Quispel de eerste paal geslagen op het eiland Rozenburg voor het nieuwe bedrijf dat zich daar gaat vestigen: ,,Verolme” Dok- en Scheepsbouw Maatschappij N.V. Deze onderneming belooft één der mo- dernste van Europa te worden op het gebied van scheepsbouw en reparatie met capaciteit voor de allergrootste schepen. Volgens plan zal reeds volgend voorjaar de eerste kiel op de nieuwe werf gelegd worden. Men heeft een zeer ruime orderportefeuille. Weldra zullen hier wederom duizenden hun werkkring kunnen vinden. Het succes van deze energiek geleide ondernemingen is ook te danken aan de goede arbeidsvoorwaarden en de juist gerichte sociale voorzieningen. Ook bij het nieuwe bedrijf wordt de grootst mogelijke zorg besteed aan prettige en verwarmde werkplaatsen, een goede sfeer, hygiënische was- en kleedlokalen, ruime cantines en moderne gezondheidszorg. Men streeft naar een eerlijke open ontmoeting tussen directie en personeel. Verbetering en veraangenaming van levensomstandigheden staan op de voorgrond. Reeds thans kennen de tot het concern behorende bedrijven een winstdelingsregeling. Een dergelijke regeling komt ook bij het nieuwe bedrijf. Er is ruimte voor sport en spel en aan recreatie wordt alle aandacht geschonken. De bestaande bedrijven hebben eigen personeels-, sport- en reisverenigingen. Eigen leerscholen zorgen voor de noodzakelijke vakopleiding, terwijl promoties en uitwisseling er toe bijdragen, dat een ieder op zijn juiste plaats komt. De woningbouw is en wordt daarbij krachtig bevorderd.

200 0

201 BIJDRAGEN TOT DE GENEALOGIE GOERS door Mr J. L. RIJNDORP Mr. Dr. J. C. Maris van Sandelingenambachf heeft in zijn boek ,,Een Honderdtal Nederlandsche Families” (Nij- megen, 1946) op blz. 32 een overzicht gegeven van de familie Goers in de Brabantse Westhoek. Doel van Mr. Maris was in dat boek de kwartieren van zijn vader te publiceren, waarbij elk kwartier behandeld wordt in het raam van zijn (haar) naaste omgeving. Het was niet de bedoeling van alle in de kwartierstaat voorkomende geslachten een zo volledig mogelijke genealogie te geven. Schrijver moest dus een keus doen uit de talrijke hem bekende feiten en veel weglaten. Het ligt in mijn voornemen, om geleidelijk aan het licht te laten vallen op enkele, door Mr. Maris niet of nauwelijks genoemde leden van het geslacht Goers. Het is niet mogelijk dit in één artikel samen te vatten. In de eerste plaats niet, omdat de familie zeer uitgebreid is geweest, en in de tweede plaats niet, omdat er nog enige vraagstukken zijn, welke een nader onderzoek vergen. Nu in dit nummer het geslacht Verolme behandeld wordt, dat aan het geslacht Goers vermaagschapt is, leek het mij goed de bijdragen tot de genealogie van het geslacht Goers te openen met de beschrijving van het gezin van Piefer Adriaansz. Goers, wiens dochter Verolme huwde en die bij Mr.Maris slechts terloops genoemd wordt. Pieter Adriaansz. Goers is de eerste zoon van Adriaan Cornelis Adri- aansz. Goers, die in het huwelijk trad, en wij kunnen dus veronderstellen, dat hij de oudste was. Op 16 januari 1584 wordt hij te Willem.stad (R 8) voor het eerst genoemd, en wel als schoonzoon van Jan Piefersz. van der Schare. Op 12 mei 1584 koopt hij een huis aan de oostzijde van de ring van het kerkhof te Willemstad (R 8); op 12 mei 1587 verkoopt hij het weer (R 9). Op te merken valt, dat het huis, dat ten noorden van dit huis .stond, toen behoorde aan Anneken Lambrechfs, die het vervolgens ten huwelijk bracht aan Pieter Cornelisz. Goers de oude; een neef van onze Pieter. Ter onderscheiding van deze neef werd onze Pieter vaak ,,de jonge” genoemd. Het is hier zuiver een onderscheiding van twee familieleden, die dezelfde voornaam droegen, want nooit treffen wij naast Pieter Cornelisz. de oude een Piefer Cornelisz. de jonge of naast Pieter Adriaansz. de jonge een Piefer Adraansz. de oude aan. Op 14 oktober 1603 wordt in het Weeskamerregister van Willemstad aangetekend, dat Hugbrechf Adriaansz. Goers en Piefer Cornelisz. Goers aangesteld werden tot voogden over de vier onmondige kinderen van wijlen Pieter Adriaansz. Goers en Tanneke lans. Op 24 oktober 1603 wordt geregistreerd dat Tanneke de éérste huisvrouw was geweest (de tweede was Jacobsken Diedericx, die bij Mr. Maris op 12 december 1604 als weduwe Piefer Adriaansz. Goers genoemd wordt), en dat de wezen tezamen 110 van 40 gemeten dyckersland in het Oudtland van Oudenbosch hadden. Op 29 juli 1604 is aangetekend, dat de wezen medeerfgenamen zijn van de oude Adriaan Goers, en dat op het genoemde land vanaf 1 augustus 1569 rente moet betaald worden aan Jan van Grijpskerk. Wie nu de vier wezen van Pieter en Tanneke waren vinden wij in Willemstad R 176 op 25 februari 1613, wanneer Anfheunis Basfiaansz.

202 als gehuwd met Martijntie Pietersd. en als lasthebber van Aert Ärentsen weduwnaar van Mayke Pieter& van Thuentke Pietersd. en van Jan Wilmsz. als man van Adriaantje Pietersd., tezamen kinderen en erfgenamen van Pieter Adriaansz. Goers en Tanneken Jan Piersen Verschoor, grond op de Lacht onder Hoeven verkoopt, afkomstig van wijlen Merfen Adriaa,nsz. Goers. In datzelfde register komen op 19 juni 1614 nog voor Willem Davidsz. gehuwd met Thuentke Pieter Adriaansz. Goers dochter en Jan Willemsen gehuwd met Adriaantje Pieter Adriaansz. Goers dochter. De oudste van deze dochters schijnt geweest te zijn Mayke, die op 25 februari 1613, zoals we reeds zagen, al overleden was. In het Wees- kamerregister van Willemstad vinden wij, dat uit haar huwelijk met Aart Aarts een dochter Janneke sproot, die 28 september 1614 8 jaar oud was. Persoonlijk zou ik het prettig vinden, wanneer ik deze Janneke Aartsd. vereenzelvigen mocht met die Janneke Aarts, die te Willemstad met Jan Jacobsz. Liebert huwde (die omstreeks 1610 geboren was) en als zodanig in mijn kwartierstaat voorkomt. De tweede dochter Martijntje (die kennelijk heette naar Piefers moeder, aangezien verschillende kinderen van Adriaan Goers een dochter zo noemden) zal kort na de vermelding van 25 februari 1613 overleden zijn. Op 28 november 1616 (Willemstad R 176) is haar weduwnaar voogd over zijn weeskind. In het Weeskamerregister staat op 21 februari 1617 de benoeming van voogden over dit kind aangetekend, nl. haar behuwde ooms Willem Davidsz. en Hans Willemsz. Op 1 februari 1633 worden deze voogden ontslagen, omdat Mayke Antheunisd. intussen gehuwd is met Pieter Cor;neZisz. Bosvelt; eerst bij deze gelegenheid vinden wij Wil- lem Davidsz. en Hans Willemsz. met familienamen aangeduid, nl. Verol- me en Floeren. De voogdenstelling van 21 februari 1617 houdt geen verband, - zoals ,dat zo vaak het geval is - met een nieuw huwelijk, van haar vader: reeds op 15 oktober 1614 toch hadden te Dordrecht huwelijksvoorwaarden gemaakt Thonis Bastiaansz., weduwnaar te Willemstad en Thoentge Cornelis Roversd.. Wie deze bruid was leert ons een los papier, dat in Willemstad R 7 ligt: het is gedateerd 4 maart 1623 en deelt mede, dat wijlen Theunis Bastiaa,nsz. eerst gehuwd was met Teunt- ke Roovers, dat zij een zuster was van Cornelis en Janneke Roovers, dat haar zwager was ds Isaak Heynsbergius, en haar moeder Maeyken Jansd. Conincq, en dat Theunis Bastiaensz. hertrouwd was met Ingenfken Wiflems. In R 9 is op 8 oktober 1587 een schuldbekentenis d.d. 13 juli 1580 overgeschreven van de gelanden van den nieuwen lande onder Oudenbosch (o.a. Jan Piersz. van der Scheer!) aan de wezen van wijlen Cornelis Aerdtsz. Roovers daar moeder af is Maycke lans de Co- nincxdr. 1) Antheunis Sebastiaansz. wethouder van Willemstad testeert aldaar (R 176) op 4 december 1621. Op 15 februari 1622 krijgt zijn weduwe Engentken Willems van de weeskamer opdracht voogden voor te stellen, waarna op 22 maart 1622 voogden beëdigd worden. Engentken blijkt een zuster te zijn van Mr. Pieter van Goeree en Wilm Wilms van Goeree, van welke broers er één burgemeester is. De boedel blijkt 24 november 1626 bloedvrienden te Rotterdam en Sommelsdijk te hebben. De weduwe heeft goederen te Rotterdam. Op ‘) In de kerk te Willemstad is een zerk bcwxxd (~cbleven wm Marin /LUI dc Conincs dochter van Etten. weduwe van wijlen Corr~clis Acrtsz. ~ouucrs van Bred,~, stierf 12 mei 1610 oud 60 iaar. 203 30 juni 1633 is Ingentken zelf ook gestorven: de oudste dochter Mayke wordt dan genoemd halve zuster van de twee nakinderen. Op 6 oktober 1643 blijkt de ene wees te heten Willem Antheunisz. de Bree. terwijl de andere getrouwd heet met Cornelis van den &rch. Het is mogelijk de familie van de derde vrouw van Anthonis Bastiaansz. nader op te geven. In de Nederlandse Leeuw, 50ste jaargang, 1932, blz. 378, staat vermeld, dat Govert Pietersz. du Bois en Ingetje Eeuwoutsd. van den Berg een dochter Grietje hadden, die 9 juni 1577 trouwde met Mr. Willem Adriaense va,n Goe- dereede. Ongetwij- feld sproten uit dit huwelijk onze Zn- @je. Mr. Pieter en r~~ll;;ereZJillen2sZ.

Het mocht’ ons nog gelukken ook de dochter van An- >lynis Bastiaansz., 1 met Cornelis van den Berch huwde, bij name te leren1 kennen. Op 30 september 1675 (Fijnaart R 70) dragen de Heer Pieter van den Bergh te Maassluis en Juffr. Margarita van den Bergh te Rotterdam, kinderen van wijlen de heer Cornelis van den Bergh, in zijn leven schepen en bewindhebber der O.I. Compagnie binnen Rotterdam en Antonette de Breed, grond in de Juffrouwepolder over.Men ziet, dat er relaties bestonden tussen het patriciaat van het kleine Willemstad en dat van de grote koopstad Rotterdam ! Van de andere dochters van Pieter Adriaansz. Goers tenslotte, de vrouwen van Willem Davidsz. Verolme en van Hans Willemsz. Floeren. vernamen wij in Willemstadse bronnen niets meer. 204 DE SOCIALE ONTWIKKELING VAN EEN OUD VISSERSGESLACHT (van Coudenhove - van Couwenhoven - Kouwen hoven) Nu de oostpunt van het eiland Rozenburg voor industriële doeleinden is ontsloten en de nieuwe werf van de Heer Verolme werkgelegenheid be!oott te bieden aan duizenden van onze steeds meer uitbreidende bevolking, is het interessant te vernemen dat dit gebied eens dienstig was aan de zalmvisserij en dat de revenuen daar bepaald hebben bijgedragen tot de welvaart van Rotterdam en van de meer nabij gelegen plaatsen Maeslantsluys en Brielle. Hetgeen hier volgt berust geheel op een genealogisch onderzoek. Mo- gelijk acht de één of ander het niet in overeenstemming met de conclusies waartoe de gepopulariseerde, merendeels marxistisch georiënteerde, in systeem samengevatte geschiedschrijving is gekomen. Dit kan dan een aansporing inhouden de feiten nauwkeurig waar te nemen. Het verhaal begint met een zekere Engelbrecht Huygenz., van Maes- lantsche sluys. Op 24 juli 1539 verkreeg hij een commissie als afslager en vroonbewaarder, van de ,,luyden van der rekeninge in den Hage”. 1) Hierbij werd bepaald dat alleen hij de vis, die dagelijks op ,,Maeslant” meer en meer werd aangebracht en gevangen was op de Maas voor en nabij ,,den Briele” zou afslaan en verkopen op gelijke voet als dit geschiedde te Rotterdam, Delfshaven en Schiedam, De aanstelling had hij verworven op advies van de rentmeester- generaal van Voorne, die voor het samenstellen van de voordracht had moeten uitzien naar ,,luyden van eere” 2 ). De vermeerderde opbrengsten waren toe te schrijven aan een verbeterde techniek. Men was begonnen te vissen met een zegen. De afslag met de daarbij behorende bank kwam ,,op ten dijck bij de Capelle”. Hoogheemraden van Delfland verleende acte van consent. Een afschrift van deze acte is gepubliceerd in 1907 in Genealogische en Heraldische Bladen, op blz. 169. Het stuk is gedagtekend 29 juli 1539. Het trekt verder de aandacht, dat Engelbrecht Huygenz. voornemens was de zalm en de andere vis (steur, zeehond, bruinvis en elft) te verkopen ,,tot geryff van allen menschen”. Deze toevoeging doet merkwaardig modern aan. Robert L. Heilbrwzer schrijft in “The Wordly Philosophers”, volgens de Ned. vertaling van J. E. Kuiper ,,De Filosofen van het dagelijks brood” (H. J. Paris, Amsterdam 1955) op blz. 50 bij de bespreking van Adam Smith ,,Het lag niet in zijn bedoeling, de belangen van een bepaalde klasse te verdedigen. Hij heeft gepoogd de rijkdom van de gehele natie te bevorderen. En welvaart bestaat volgens hem (Adam Srniffr) uit de goederen, die door alle mensen gebruikt worden, let op a 11 e - dat is een democratische ‘en daardoor radicale opvatting van welvaart. Hier zijn wij in de moderne wereld, waar de stroom van goederen en diensten waarvan iedereen kan profiteren het uiteindelijk doel is van het economisch leven”. Een mens met zulke moderne opvattingen nu, was, ruim twee eeuwen voordat Adam Smith zijn Wealth of Nations het ~~_ _ ‘) A.R.A. Domeinen I-Iolland. inv. nr. 507, fo 3 vso. ‘) A.R.A. Gr,~frlijkheidsrekenkamer Holland, inv. nr. 1446 fo LIX.

205 Eewout van Couwenhoven Mr. Allard van Couwen- Corrlelis uan Coucuen- schepen van Rotterdam hown (Kouwer~houen) hoven (Kouwenhoven) 1656 en 1657. secretaris van Rotterdam schepen van Rotìerdam. 1638-1680. bewindhebber O.I.C. Dr. C. Veltenasr merkt in zijn nog te noemen proefschrift op t.a.p. blz. 15, dat de Brielse rederijkers zeer reformatorisch gezind waren, dat hun hoofden een meer dan lijdelijke rol hebben gespeeld in de geuzentijd, en dat zij zelfs bij de beeldenstorm op de voorgrond traden. De voor de hand liggende conclusie is : in een dergelijk milieu passen geen kruisen. Wij zien dan ook, dat Willem uan Couwenhoven (1592-t-1659) burgemeester van Rotterdam, etc.. neef (oomzegger) van facob facobsr., de heer van de Oude en Nieuwe Srruyten, het wapen met de haringen en granaatappels voerde. De Maassluisse familie voerde in die dagen alleen (granaat)appels. 1x1 Aldcrtsz. de weesmeester voerde daarbij een vis tussen een vlucht als helmteken. De drie haringen zullen ontleend zijn aan het Erielse stamhuis, gelegen aan de Noordzijde van het Macr- lant. genaamd .,de drye haringen”. De granaatappel symboliseert rijke zegen en vrucht- baarheid. Het ontbreken dezer vrucht wordt in het O.T. als een strafgericht Gods beschouwd. (Joël 1 : 12.) licht deed zien ( 1776): En~elbrecht Huygensz. op Maeslantsche sluys Behalve dat hij het vroon bewaarde, de zalm afsloeg, verkocht, uitsneed of zoutte, beviste hij het zand in de Maas van de mond van de Bernisse tot aan de Zwarte Waal, dat is de oostpunt van Rozenburg, met zijn schuttingen. Ook pachtte hij het staal aan staalduinen tegen V £ X s ‘s jaars. Men schreef nog steeds A.D. 1539. Ongeveer twintig jaar later betaalde zijn zoon, Meester Allaerf Enge- brechfsz. aan pacht voor de visserij aan de (staal) duinen, om te ,,bevis- sen tzijne pericule ende fortuyne zonder eenige gratie ofte quytsceldinge van zijnen pacht te mogen eyschen” jaarlijks VcXXV E, dus meer dan 100 maal het bedrag van zijn vader. Omstreeks 1559/60 moet deze Mr. Allaert Engelbrechtsz., die evenals zijn vader afslager en vroonbewaarder was geweest en de tienden in Zuytmaeslant eveneens meer dan eens had gepacht, zijn overleden. Het Hodenpijlse leen, dat zijn vader in 1527 had verworven en dat met niet te volgen overgangen al vóór 1357 in het bezit van leden van het geslacht van Koudenhooen was geweest - in 1392 werd het door Clemeynse van Koudenhoven Willemsdr. verheer- gewaad met een zalm van zes schellingen - had hij reeds in 1555, na het overlijden van zijn vader, van de hand gedaan. De ervaringen, die Vranck Boon Florisz., de zoon van Floris Boon van Koudenhoven, die 14 april 1486 zegelde met een kruis als wapen “). in woelige tijden had opgedaan (zie hiervoor Dr. S. W. A. Drossaers - Nassau Domeinraad, regesten op de leenregisters, onder Maas!and) waren niet bijzonder aan- genaam. De hoogheid van Hodenpijl was ten einde. Mogelijk was dit de beweegreden. Het waarom laat zich hier slechts gissen. Gelukkig maakt een inschrijving in de rekening van de 10e penning van Maasland van 1561 in verband gebracht met een notariële acte van 9 april 1641, uit het protocol van notaris Heynrick van Vlyet 4) het mogelijk zijn nageslacht te vermelden. Bij zijn huisvrouw Leuntge Piefers, in de wandeling genaamd Leun Meester Alderde, had hij gewonnen Jacob Alderfsz., Pieter Aldertsz. en Engebrecht Alderfsz. Jacob en Engebrecht waren, volwassen geworden, naar Den Brie1 verhuisd, terwijl Pieter op Maeslantsche sluys was blijven wonen. Uit de publicaties van De Jager in het Algemeen Nederlandsch Familieblad, jaargang 1895, blz. 52 e.v. weten wij, dat deze Jacob van Couwenhouen (1543-1616) o.m. aannemer van publieke werken was, raad in de vroedschap, schepen, d ekenmeester van het viskopersgilde, penningmeester van de grote visserij, ontvanger van de geestelijke goederen, raad in het college van de admiraliteit te Rotterdam, burgemeester en schout van Den Briel. Hij behoorde tot die ,,visserlui uit Maesland- sluys” die zich korte tijd na de verlossing van het gehate Spaanse juk in Den Brie1 vestigden, De toestand was daar in de tweede helft der 16e eeuw

207 en ook deze, door de vijand platgebrande, nederzetting ging gouden jaren tegemoet, die op haar zelfstandigwording uitliepen (1614). Edoch, de omstandigheden maakten dat Rotterdam de hegemonie behield. En zo zien wij, dat het nageslacht van onze regent, harinqkoper-- . reder in de eerste helft der 17e eeuw naar Rotterdam verhuist. Bijlsma illustreert in Rotterdams Welvaren zijn rijkdom en wijst er OP hoe het verworven vermogen in de brouwerij werd geinvesteerd en verdere welvaart bracht.

Jacob lacobsz. van Couwenhoven Brouwer in de .,Twee Klimmende Leeuwen” Historisch Musea Rotterdam De posten, die de ~an Couu~enhouens daar m de regering bekleedden, zijn gemakkelijk na te gaan bij Enger: De Regeering van Rotterdam. Het is bekend, dat onder hen zeer vooraanstaande remonstranten waren en dat men in de loop der jaren nauw geliëerd raakte met de nakomelingen van Hogerbeefs, van de Loevesteinse fractie en van Jonkheer Willem van Outshoorn, de baljuw uit ‘s-Gravenhage, die in de dagen van de godsdiensttwisten uit zijn ambt werd gestoten. De stamvader van deze tak Jacob Jacobsz., wiens portret met de levendige bruine ogen nog in het Hist. Museum van Rotterdam valt te bewon-

208 deren - hij voerde het kruis als wapen -, werd heer van de Oude en Nieuwe Str’uyten na de dood van de landsadvocaat Johan van Olden- barneveldt. Ook met de Dordtse regeringskringen was men verweven. In een nog te publiceren genealogie zullen de verschillende relaties duidelijk naar voren treden. Bij mijn onderzoek Verolme, omtrent welk geslacht in geen enkele verzameling, noch in enige gedrukte bron iets werd gevonden, - mogelijk bevat het in 1955 verschenen werk van wijlen Jonkheer Mr. F. Bee- laerts van Blokland: Het geslacht Beelaerts, met de mededeling, dat Loey van Olmen, ?_ vóór 1464 bij Margriet dochter van Peter Beelaerts twee zonen Peter en Henrich van Olmen had, een aanwijzing in welke richting verder moet worden gezocht voor de opvoering van de stamreeks --stuitte ik via de aangehuwde geslachten Loenius en de Back ook op deze Rotterdamse van Couwenhovens. Omtrent het nageslacht van Engebrecht Aldertsz., moet ik zeer on- volledig zijn. De jager vermeldt dat hij stierman was, terwijl, volgens zeker handschrift bij de Hoge Raad van Adel in eigendom, zijn zoon Rochus premier du chambre du Dut de Guise en consul der Nederlanden te Marseille moet zijn geweest. Dit 18e eeuwse handschrift, dat wat de oudste generaties betreft onjuist is, doch zich niet schuldig maakt aan verfraaïing der feiten, noemt als grootvader van Mr. Allaert Enge(I)- brechtsz., - het oeeft hem een lacob tot vader en is hierin dus mis (niet Allaert Jacobsz.) - Vrank van Kou- rvenhoven, geboren Maesland. In feite was deze grootvader, naar wij gezien hebben, Huych genaamd. Vrank zou dus de naam van de overgrootvader geweest kunnen zijn. Deze Vrank zou dan bovendien als zoon nog gehad hebben Leonard van Kourvenhoven, ook genaamd Boon van K oulvenhoven. In- derdaad heeft deze Lenaert bestaan, omtrent hem is, met enige reserve, één en ander te vinden in de Ned. Leeuw van 1953, kolom 124. Hij woonde daar schout geweest, evenals zijn broer Pieter. Ook zij voerden het kruis als wapen. Een Huych Vrancken van Kou(d)rvenhoven heb ik nog niet gevonden, wel een Huych Vrancken, doch ik ben in twijfel, of dit de gezochte is. Van het wel en wee van de nakomelingen van Pieter Alderfsz. zijn mij daarentegen weer zeer veel feiten bekend geworden. Begin van dit jaar is mij gebleken, dat deze tak nog niet is uitgestorven, doch, tot voor kort nog steeds als visser, voortleeft. Dank zij het feit, dat de registers van de Burgelijke Stand thans tot 1882 naar de Rijksarchieven zijn overgebracht was het mogelijk a la minute inzicht te verkrijgen in het 19e eeuwse verloop van deze Familie. De Rijksarchivaris in Noord-Holland, Mr. 1, W. Groesbeek moet hier zeker een woord van dank ontvangen voor zijn medewerking. Na het overlijden van Mr. Allaert Engebrechtsz. kwam de visafslag in andere handen. De familie Nelis, die thans bloeit in het ges!acht Beels, zien wij met dit ambt begiftigd. Pieter Aldertst. blijft geïnteresseerd in de zalmvisserij. Hij is eigenaar van 3 schuttingschuiten, medeparticipant in het oude taanhuis en veerman op Heenvliet. Voorts dient hij de kerk als ouderling en verzorgt hij als lantaarnopsteker de vuren van de bakens op de havenhoofden. Of hij gelijk zijn vader ook nog herbergier was, heb ik niet gevonden.

Als Maassluis eenmaal zelfstandig is, maken zijn zonen deel uit van de dorpsregering, één van zijn kleinzonen is nog weesmeester en regent van het weeshuis, doch daarna is het afgelopen. De familie is gedifferentiëerd als zeemansfamilie, waarvan sommigen op latere leeftijd één der vele kleine ambtjes van de visserij bedienen.

210 In bepaalde takken was het beroep van stierman en (of) grootschipper welhaast erfelijk geworden. Zij waren de Hollandse Pecheurs d’Islande ( IJslandvaarders), één werd commandeur op een walvisvaarder. In deze takken huwde men in gezagvoerderskringen en was de andere partij, zo het goed was, uit een even vroom als oud en welgeboren geslacht gesproten. Men verwierf na het huwelijk al spoedig een eigen woning, niet groot, doch zeker niet altijd met hypotheek bezwaard. Op latere leeftijd leende men wel geld op onderpand van hypotheek aan vissers, doch dit kwam in de 18e eeuw veel minder voor. Was men eenmaal aan het rentenieren toe, hetgeen voor een steeds kleinere groep mogelijk was, dan werd men nog aangesproken met stierman of schipper. De meerdere werd door de mindere gegroet met het hoofddeksel. ‘s Winters droeg men een bontmuts en altijd bewaarde men zeer nauwlettend afstand. In de vorige eeuw was men in de geest één met de reveilkringen, zonder van de bloedverbondenheid met de Van Luyfen van Nyeuelts, Twent van Roosenburg en de Hoest nog enige weet te hebben. Men ontwikkelde een eigen stijl, die het neo-calvinisme wist te onderkennen als gevolg van de bij de opvoeding meegekregen waarschuwingen tegen het intellectualisme. Men streed tegen de ,,liberalismus”, koesterde daarbij de bloedbanden en bewaarde de familieband over vrijmetselarij heen. Men ging afwisselend door voor een heilige of voor een zonderling Men wist zich doemwaardig, hield bij het lezen van de 90ste Psalm, gekomen zijnde bij de woorden: ,,En het uitnemendste van die is moeite en verdriet” even op, greep bij de familiehoogtijdagen naar de 103e Psalm en zong bij de groeve van één zijner dierbaren Psalm 68 : 2. Doperse godsdienstigheid bleef niet geheel buiten deze kringen. Vooral daar, waar, mede onder invloed van de geze!schappen, het sociale isole- ment werd doorbroken en men verzwakte in het vermogen tot eigen oordeelvorming. De Engelse oorlogen zijn voor sommige talcken van het ges!acht van Couzoenhouen, hetwelk al spoedig te Maassluis Koucoenhoven werd genoemd, onder welke naam het thans nog te Enkhuizen voortleeft, zeer noodlottig geworden. Verarmd en bij de geboorte reeds als het ware bestemd om onvermogend en bijgevolg ondergeschikt visser te blijven, zijn deze verwanten van machtige regenten steeds meer in het nauw gekomen en hebben zij, die de belijdenis en het beroep hunner vaderen trouw gebleven waren, hun slaapstede gevonden in kleine kelder-woningen. Doch ook aan deze ellende kwam voor de overgeblevenen een einde. Niet na de tweede wereldoorlog. Ook niet door een almachtige staat, maar door een zelfstandige beslissing om naar e!ders te vertrekken. Anno 1792 vertrok Willem Pietersz. Kourvenhoven met vrouw en kinderen van Maassluis naar Enkhuizen. S!echts deze wettige afstammeling van Engelbrecht Huygenz. heeft nakomelingen nagelaten, die zich tot heden in de mannelijke lijn hebben voortgeplant. Zij wonen voornamelijk te Enkhuizen. De overige takken zijn zeer waarschijnlijk uitgestorven, naar op grond van een nauwgezet onderzoek mag worden geconclu- deerd 6). In de voor de kleine man zeker niet rooskleurige 19e eeuw werd daar als kleinzoon van voornoemde Willem Pietersz., posthuum, op 18 november 1810 geboren Hendrik Kouwenhoven. Deze Hendrik werd visser en blonk uit door zijn verstand van dit vak, schrijft zijn achterkleinzoon, zo

211 zelfs, dat hij al spoedig 3 vaartuigen had. Een grote botter ,waarmee hij zelf viste en 2 kleinere, die hij verhuurde. Zijn zoon Albert nam na zijn dood deze 3 vaartuigen over. Ook hij viste nog enkele jaren, doch voelde meer voor de handel en werd vishandelaar. Hij zoutte ansjovis en rookte bokking, eerst voor het binnenland bakbokking en later ook voor Duitsland, de z.g. taaie bokking. Op zekere morgen stond hij aan de haven, toen een heer hem nader- de, die hem aansprak en vroeg of hij iemand kende, die idee had in het leggen en herstel- len van telefoonkabels, Na wat heen en weer gepraat_ werd Albert zelf voor dit plan gewonnen. De botter werd wit geschilderd en de bun er uit verwijderd. Nog dertig jaar werd dit werk tot grote tevredenheid van het Rijk verricht.

De thans 87 jaar oude heer Hen- drik Ko~zruenhoven (portret hierboven) nam na het overlijden van zijn vader de zaak over. Naast de vishandel heeft hij het werk met de telefoonkabels 40 jaar lang gedaan. De botter, die te oud geworden was, werd vervangen door een ijzeren schip met een 60 p.k. Ber- kelmotor. Dit vaartuig werd Wally gedoopt en droeg daarmede de naam van de toenmalige directeur-generaal van de P.T.T., de heer Colette. H.M. de Koningin betuigde haar tevredenheid door de Heer Kouu~en- hoven te onderscheiden met de ere- medaille in goud, verbonden aan de orde van Oranje-Nassau. * De drooglegging ” van. de Zuiderzee. . stuwde de nakomelingen van deze zeer oude visserstamilie, - mogelijk behoorde Floris die Visscher, knape anno 1349 en zoon van Dirck die

6) Het is opmerkelijk, dat alle onderzoekers, die zich nu welhaast een eeuw met de naam Kouwenhoven hebben bezig gehouden, zowel binnen- als buitenlanders, nimmer op het idee zijn gekomen eens na te gaan, wat omtrent deze naam wel in het Maas- sluisse notariële archief zou zijn te vinden. Niettegenstaande ,.Gothaisches Genealogi- sches Taschenbuch der Gräflichen Häuser” de genealogie van het Oostenrijkse Grafelijke Huis von Coudenhoue-Kalergi. vooraf laat gaan door de aan het slot van deze bijdrage te noemen oorkonde van 1243. In 1938 werd nog voor een onderzoek Kouwenhouen van Duitse zijde in Nederland een bezoek gebracht aan alle bekende instellingen en aan vele in aanmerking komende plaatsen. Enkhuizen en Maassluis werden overgesla- gen. In laatstgenoemde plaats had welhaast ieder kind kunnen vertellen, dat er 1,1ng een oude beurtschipper (zie foto) geweest was, die het w,rpen K~~u~~~er~/~ovcr~ (V~III zijn grootmoeder) op zijn schuit geschilderd, had gevoerd.

212 Visscher, ridder 7) tot dit geslacht en is hij identiek aan Fforens uan Coudenhooe, die op 1 juni 1365 erkende geen rechten te hebben op het veer tussen Maassluis en Den Brie1 -, in een nieuwe richting en naar het schijnt niet zonder succes. D. VAN BAALEN, Gemeentearchivaris van Maassluis

FLAKKEES MENGELWERK (Het ontstaan van de bodem, indijkingen, polderbesturen van Sommelsdijk en Middel- harnis, polderlasten, de families Van der Werf/ en Branderhoeve). In het haf, dat binnen onze duinenrij was ontstaan, had een weelderige vegetatie van rietgewassen een flinke veenlaag gevormd. In de middeleeuwen werd hierop klei afgezet, waardoor platen ontstonden, die zelfs bij hoog water boven de zeespiegel bleven. Door het leggen van lage dijkjes werden kleine poldertjes gevormd, die werden uitgemoerd; dat wil zeggen, men groef de veenlaag uit, om brandstof te verkrijgen, maar vooral ook om keukenzout te bereiden, daar dit veen, doordat het veel riet bevatte, een hoog percentage keukenzout had. De uitgegraven turf, meestal als dary, derrie of darinck vermeld, werd gedroogd en verbrand tot zelas; deze as werd met water vermengd tot een vloeistof, ze1 genaamd, die men in grote pannen indampte tot zout. Oorspronkelijk werden na dit moeren of darinkdelven, de moerdijken aan hun lot overgelaten, zodat de poldertjes weer verdwenen. Door aan- slibbing kwamen echter langzamerhand verschillende uitgemoerde platen weer boven het normale hoogwaterpeil te liggen, zodat er gras en schorreplanten op konden gaan groeien, waardoor veeteelt mogelijk werd en men tot inpoldering van de gorzen kon overgaan. Zo werd Dirksland in 1416 ingedijkt, Herkingen volgde in 1420 en Oude Tonge in 1438. Hoewel reeds sedert tientallen jaren, pogingen daartoe waren aangewend, kwamen eerst in 1464 de eigenaars van de gorzen van Middelharnis, van Sommelsdijk (dat tot Zeeland behoorde), en van Duyvewaart (tot de heerlijkheid Grijsoort behorend), tot overeenstemming om hun grondgebied gezamenlijk in te dijken, of juister gezegd aan te dijken, want door het in 1461 ingedijkte Noordland werd het verbonden met de polders Battenoord en het Oudeland van Oude Tonge. Zo werd het Oudeland van Middelharnis en Sommelsdijk met Duyvewaart, de grootste polder van Overflakkee, ter grootte van 5176 gemeten en 170% roede Voornse maat, ofwel 2377 Hectare. Middelharnis werd een vrij belangrijke vissershaven, maar overigens leefde de bevo!king van Sommelsdijk en van Middelharnis van de landbouw. Het bestuur van de polder bestond voor Sommelsdijk, zowel als voor Middelharnis uit een dijkgraaf en vijf gezworenen, terwijl door Duyve- waart drie gezworenen werden gekozen. ‘) N.B. Dirk van KOI&&KXWI, ridder. en HnderrGxf. zijn echtgenote, schonken in het jaar 1243 al hun bezit: leen- en c\gengoedcren, zowel als rocrende goederen. lijf- eigenen, manschap, horige lieden, burgclijkc rechten en wat daartoe bcboordc. onder Maasland gelegen, aan het Duitse huis. Ook dczt Dirk zegelde met het kruis als wapen.

213 De Heerschappen bepaalden, volgens de ,,Uytgifte ende hantvesten van ‘t bedijcken van Middelharnisse”, dat jaarlijks ,,coorenthienden, vlasthienden en lammerthienden” moesten worden gegeven, terwijl van elk gemet aveel (dit is koolzaad) en meede (dit is meekrap), ,,een quar- tier van een Engelschen Nobel, vijfthalven Engelschen wegende” moest worden opgebracht; dary mocht niet meer worden gedolven, op straffe van verbeurding van de dary, en een boete van tien Hollandse ponden. Door de gezworen landmeter werd een hevencele opgemaakt, waarbij door de gezworenen ,,een geschodt werd geschoten”, en waarin werd bepaald hoeveel elke ingeland moest bijdragen voor de bede van de Heren en ,,tot ‘s lants reparatie”. In het hevenboek vinden we de hevencele, waarin de polder in blocken werd verdeeld; over elk daarvan werd een hevenaar benoemd, die in zijn rayon de polderlasten moest incasseren en afdragen aan de thesaurier. Deze tiendblokken of hevenen werden genoemd òf naar de belangrijkste inwoner, Of hadden een biezondere naam. Zo vindt men in het ,,Ver- ghaerbouck van den lande van Middelhaernisse anno 1591”, de volgende namen: Meckhove, Goudsblome, Vliegherblock, Calverhouck, Balams- black, Armenhouck, Halve Black, en den Oost ofte Werffblock. Als hevenaar van de Werffblock wordt Balfen Cornelisz. vermeld, een ,,bruycker”, dit is pachter, van landerijen van de Staten van Holland en van Jonker Arenf van Dorp. In 1618 wordt vermeld het steetgen van Balfum Cornelisz., terwijl in 1619 sprake is van Balfum Cornelisz. verbernte hofstede. Het merkwaardige is nu, dat één zijner zonen de achternaam Branderhoeve ging voeren, terwijl een andere zoon de toevoeging van der Werff kreeg naar de he- vene, waarin hij geboren was.

1. Balturn Cornelisz., woonde in de Oost- of Werffblock te Middelharnis, schepen in 1591 en 1593, wordt 4 april 1596 beëdigd als gezworene van de polder Middelharnis, en bleef dit tot hij ontslag nam in 1611. Zijn vrouw wordt begraven 22 maart 1602, zij was mogelijk een dochter van Jacob Maffhijsz. (van der Mast). Kinderen: A. Cornefis Balfens, landbouwer, thesaurier 1606, overl. Middelharnis voorjaar 1607, trouwt Hilfefgen Andriesdr. B. Huigh Balfens, over]. Middelharnis 1606. C. Jacob Balfensz. van der Werf/, geb. Middelharnis 1589, landbouwer, in 1629 wonend aan de Voorstraat, gezworene van het Oudeland 1618 tot nà 1636, stoofmeester van de Nieuwe (meekrap) Stove, kerkmeester 1648, over]. Middelharnis 1648, tr. aldaar omstreeks 1616 Maatje Piefersdr., over]. Middelharnis 1664 en begraven in het choor, zij was weduwe van Marinus Jacobsz. Goufsrvaerf, en vermoedelijk een dochter van Pieter Cornelisz. Noorman. Kinderen: a. Maartje Jacobsd.. tr. Cornelisz Claesz. Luyfwerf, gezworene van de polder Oude Stad 1663, gezworene van de Nieuwe Stad vóór 1666 tot 1671, schepen van Stad aan ‘t Haringvliet 1666-69, zoon van de schout Claes Leenderfsz. Zuyfwerf. b. Trijnfje Jacobsdr., tr. Piefer Willemsz. Verolme. c. Annefje Jacobsdr. van der Werff, geb. Middelharnis, over]. aldaar 1645/48, tr. Middelharnis (gerecht) 27 okt. 1641 Piefer

214 BREEMAN FLAKKEE

1 FLAKKEE 11 FLAKKEE 1 1 FLAKKEE 1 1 FLAKKEE 1 1 FLAKREE 1

VANDERSLUYS TIGGELMAN VERMULP ZUYDYK 1 !t!:: 11 PLAKKEE 1 1 FLAKKEE 1 1 FLAKKEE 1 1 FLAKKEE 1

WAPENKAART No. II Ilijhge N<,\t,;t, N,,. 0, Sc,,tcu,l~cr I’l-,,, 215

Cornelisz. Goutswaert, geb. Middelharnis, overl. aldaar voor 1658, zoon van Cornelis Jacob Pierszz. d. kind, begr. Middelharnis 1602. D. Ja,n Baltensz. Branderhoeve, geb. Middelharnis, schepen aldaar 1627 en 1644, overl. vóór 1658, tr. Neelfje Claesdr. Braet, overl. Spijkenisse 2 dec. 1669. Kinderen: a.. b., c., d., en e.: kinderen beqraven te Middelharnis, januari 1631, najaar 1631, 1632, 1633 en 28 okt. 1638. ’ Balten Jansz. Branderhoeve, schepen te Middelharnis 1661, 1671-75, ouderling 1661-63, begr. Ooltgensplaat 8 nov. 1699, tr. le Poortugaal 29 mei 1657 Neeltje Bastiaensdr. van der Waal, j.d. van Poortugaal, tr. 2e Middelharnis april 1659 Catharina Conwenburg van Belogs, overl. Middelharnis 1669, weduwe van Ds. Johannes Ambrosius te Stad aan ‘t Haring- vliet, tr. 3e Helena Blenckuliedt, overl. na haar man. Hieruit stammen: Abraham Branderhoeue, schout van Stad aan ‘t Haringvliet tot 1737, tr. Ooltgensplaat juni 1699 Johanna de Haas; en Balthasar Branderhoeve, landbouwer op de boerderij ,,Aan ‘t Vlot” sedert 1737, schout van Stad aan ‘t Haring- vliet 1737-1750, dijkgraaf van de Nieuwe Stad 1720, dijkgraaf van de Oude Stad 1740-50 en van 1728-39 gezworene, tr. Anna Hoogenhouck. Anna Branderhoeve, overl. Stad aan ‘t Haringvliet 1674, tr. Hendrik Stevensz. Terneden, dijkgraaf van de Oude Stad 1663-81, dijkgraaf van de Nieuwe Stad 1666-81, schout van Stad aan ‘t Haringvliet 1664-81, zoon van de schout Steven Engelsz. Temeden. lacob Jansz. Branderhoeve, overl. Middelharnis voorjaar 1666, begraven te Sommelsdijk. Dreischor (2.). J. L. BRABER. BIJ DE WAPENKAART

De elders gepubliceerde wapens werden, met uitzondering van het wapen Bostdf. door de Heer 1. I,. Bra6er. arts te Dreischor. ,unactroffen on oriainclr zeocls. Plaatsnamen’ worden op de tekening niet vermdd, daar E%tkkee ren grote eenheid vormde en leden van écinzelfde familie in verschillende heerlijkheden woonachtig waren. De afgebeelde huismerkwapens. welke voorkomen op prachtige lakken met helm, helmteken, randschriften en contrazegel, zijn typische vertegenwoordigers van hotren- wapens uit de 16e en 17e eeuw.

MEDEDELING VAN DE REDACTIE Opname van ren fraai en duidelijk getekend wapenschIld op de wapenkaarten van ons orgaan. geschiedt tegen hetalmg van f 6.50 aan de Penningmeester der Vereniging met vermelding op giro-strook ,,voor wapen ..<...... (11.1‘1111 “iII1 het gesLIcht) “. Aal de Redaciic het wapen in duidelijke en w>llcdigr beschrijvim> of door middel van een goede tekening met I

217 CONCOURS VOOR PUBLICATIES UIT 1956, UITGESCHREVEN DOOR INSTITUTO INTERNACIONAL DE GENEALOGICA Y HERALDICA TE MADRID.

In zijn zitting van 16 juni 1956 heeft het Organiserende Comité besloten een concours te houden voor boeken, brochures en geschriften, uitgegeven tussen 1 januari en 31 december 1956. Aan dit concours kunnen mededingen personen, die een boek of een bro- chure hebben uitgegeven in 1956, betreffende de volgende onderwerpen: Algemene genealogie; Heraldiek; Adellijke Stamreeksen; Adellijke wetgeving; genootschappen; Geslachtsbomen: Catalogi; Adelsboeken. De voorwaarden van deelneming zijn: Toezending van een exemplaar van het werk vergezeld van een brief met aanwijzing aan welke categorie men wenst deel te nemen. 2. De tekst van het werk kan in elke willekeurige taal geschreven zijn. 3. De toelating tot het concours eindigt 31 maart 1957. De uitslag zal in mei 1957 gepubliceerd worden. 4. De prijs zal een eervol karakter dragen. Een zilveren medaille zal geschonken worden aan de winnende schrijver. 5. De ingezonden werken blijven eigendom van het Instituut. 6. Werken van meer dan 100 pagina’s zullen worden beschouwd als boeken, terwijl die van beneden de 100 bladzijden brochures zijn. 7. Indien de hoedanigheid der aangeboden werken geen minimum van belangstelling ondervindt, zullen een of meer prijzen niet worden toe- gekend. Werken zonder enige kwaliteit kunnen door de Jury terzijde worden gelegd. Inzendingen te richten tot de Heer Vicente de Cadenas y Vicent, Secretario genera1 del Instituto International de Genealogica y Heraldica, Madrid. ~-

ONDERZOEK ARCHIEF NIJMEGEN

Zij die op bovengenoemd archief onderzoek wensen en genegen zijn, in ruil daarvoor, onderzoek te verrichten op een der volgende archieven: G.A. Alkmaar, G.A. en R.A. ‘s-Gravenhage, G.A. en R.A. Haarlem, R.A. Leeuwarden, G.A. Leiden, kunnen zich richten tot N. A. Hamers, St. Jacobslaan 210, Nijmegen.

ONDERZOEK OOSTFRIESLAND

Dr. W. J. Harfman van Norfman, Zeestraat 84 te Den Haag, die bijna 30 jaar de archieven in Oostfriesland bezoekt, is gaarne bereid raad en bijstand te verlenen aan onze leden inzake onderzoekingen in deze landstreek.

218 TIJDSCHRIFTEN-REVUE (Administrateur voor de lopende Jaargangen: J. J. G. Kranen, Mariëndaal 5, Rozendaal Gld). Tijdschriften kunnen eerst drie maanden na aankondiging in deze Revue, aan de Leden der N.G.V. op aanvrage ter lezing worden verzonden.)

De Brabantse Leeuw, Jrg. 5 No. 7, juli 1956: R. v. d. Wafering. Bergen op Zoomse Potbakkers-families tussen 1600 en 1700; B. W. van Schijndel. Weygerganck; 1. P. W. d. Smit. Bezitters van Noord-Brabantse Heerlijkheden. Idem, No. 8, augustus 1956: B. W. van Schijndel. Een onbekende tak Kievits: Bossche Poorters; K. v. d. Watering. Bergen op Zoomse Potbakkers-families tussen 1600 en 1700. Inhoudsopgave en Naamregister 1955.

Mef gansen Trou, 6e Jrg. No. 7, juli 1956: H. B. M. Essink. Het ,,Baasmaken” van de langstlevende in Drunen en Nieuwkuyk en het Bossche recht van vruchtgebruik; d. van En&en. De overlaten in ons gewest; B. W. van Schijndel. Genealogie der Kievitsen van den Hil.

De Gelderlander, van woensdag 6 juni 1956, waarin een artikel van de Heer Hamers te Nijmegen: Wie waren onze voorouders, met kwartierstaat van Mrgr. Ferd. Hub. Hamer, Bisschop van Tremithe.

De Limburgse Leeuw, 4e Jrg. No. 6. juli-augustus 1956: H. Barlens. Huisnamen her- innerend aan Maastrichtse Wapensmeden; /an Verzij. Jan Vrijheer van der Croon. Idem, No. 7: Ledenlijst en Index 4e Jrg. 1955-‘56.

De Maasgouw. 71e Jrg. No. 3: In memoriam Mgr. Dr. P. J. M. van Gils; /. Linssen. Waren de Graven van Gelre voogden van St. Odiliënberg; E. van Nispen fof Seuenaer. De Westbouw van de St. Servaas te Maastricht. Idem, 71e Jrg. No. 4: De Eed in de spiegel van het Limburgse Recht; P. L. At. 1. d. Miiller. De toestand in Limburg gedurende 1792.

De Nederlendsche Leeuw. 73e Jrg, No. 7, juli 1956: A. H. Drijfhout van Hoo/[. Een Montfoortse familie Van Hooff; Vlag van H.K.H. Prinses Beatrix; De ware Jacob in de familie Van Braam; Een eigenaardig voorbeeld van naalnsverandering; Boekbespre- king; Vragen en antwoorden.

Olie, Maandblad voor het personeel der tot de Koninklijke Shell behorende maat- schappijen, juli 1956. waarin op blz. 214 en volgenden een vervolg op het in het oktobernummer 1955, geschreven artikel betreffende de schelp in de heraldiek. thans getiteld: Een koopman uit de Middeleeuwen. Zeer belangrijke, fraai geïllustreerde bijdrage.

Hef Personeel Sfafuuf, 7e Jrg. No. 6, juni 1956: J. C. S. Erkenning van overspelige kinderen; 1. C. van Duynen. Erkenning van een uit een Nederlandse moeder geboren kind door een Zwitser in strijd met de Zwitserse wet.

De Sfichfsche Herauf, 3e Jrg. No. 4, juli 1956: Mevr. W. Eldering-Niemeyer. ,,Klein Leeuwenburg” op de Oude Gracht te Utrecht van 1581 tot + 1800; Dr. Kits Nieuwen- kamp. Hef dubbelkwartier .,De Heus”; Vervolg Trouwboek Gorinchem.

Der Deutsche Htrgenoff, 20, Jrg. No. 3, August 1956: Die Anfange der Seidenindu- strie in Berlin; Dr. Albert Mefcke. Die französische Kolonie in Stettin; Mitteilungen.

Hessische Familienkunde, Band 3. Heft 10, 1956: Dr. Th. Nicdcrquc/l. Die Deutsch- ordens-Ritter der Ballei Hessen; H. I-fnin. Ein Hcrborncr Mannen-Gericht im jahrc 1482; Dr. F. H. Webcr. Bcstattungen Auswiirtiger in Niddn im Pestjahr 1635; D’r. W. Thöne. Die Herren von Grafschaft 1073.- -1577; /osc/ Nix. Einwohner von Hofhcim am Taunus 1650/51; Dr. K. A. Eckhardf. Die Wappen Eckhardt.

Norddeufsche Familienkundc, 5. Jrg. Heft 3, Mei-Juni 1956: lf. Dobberfin. Die líron- zeugen des Hamelner Kinderauszuqs; B. Heller. Norddeutsche in Miinclien; f<. /örrrs. Die Familie des Erbauers der M.rrienburg, Konrad Wilhclm 1 hrsc. O/denb

Pfal:ische Familien- und Wappenkunde. Band 11. 5. Jrg. Heft 5, 1956: Rol! Kilian. Untertanen-Listen des Kurpfalzischen Oberamts Alzeiy vom Jahre 1698; Willma Stol/. Beziehungen Goethe-Ehrenreich; Offo Lindemer. Einwanderung in die Herrschaft Sickingen, Amt Landstuhl, am 1700; Pfälzische Landkreiswappen: F. 0. Schmidf. Von alten Zweibriicker Familien; in kleurendruk het wapen van Landstuhl.

Monatshefte fiir evangelische Kirchengeschichte des Rheinlandes. Jrg. V, Heft 7/8, Juli-August 1956: Prof. Dr. E. Miilhaupt. Das Werden der Union; Prof. D. Goefers f. Die reformierte Gemeinde in Viersen unter der spanischen Herrschaft (1583-1705)

@vista draldica, Anno LIV n. 7-8, Luglio-Agosto 1956: P. Brancoli Busdraghi. Een genealogische falcificatie uit de lie eeuw; B. de Martiner la Restia. De Italiaanse adel en zijn strijders gedecoreerd met de militaire medaille; G. Maresea. Van een onbekend ontwerp voor een nieuwe organisatie van de adel; Liga Zara. De orde van de gouden spoor; Zeininger de Borsa. La croix dite de Malte; Note bibliographique: Zeer lofrijke retentie over het boek van Koningin Maria José, getiteld: La storia dei Principi di Casa Savoia, Geschiedenis van de Vorsten uit het Huis van Savoye.

ddler, NO 74. Jrg. 4 (XVIII). Band, 1/2. Heft, jan./april 1956: d. M. Scheiber. Canevaro und Canevari; E. M. duer. Die Mitglieder der Elis-Ther.-Stiftung; Ludwig Ritter von Köchel; E. Rajakovics. War Margarete v. Rappach die Mutter der Barbara v. Rottal ? M. Mitterauer. Liutpoldinger, Babenberger und Popponen.

Senftenegger Monatsblatt, 111. Band, 9-10 Heft, März-April 1956: t /ulila Neukirch. Aus den Familienakten des Hofkammerarchivs in Wie”; 0. Wessely. Epigramme auf das Wappen des Hugo Blotius; K. F. von Frank. Ortsfremde und bemerkenswerte Per- sonen in den Matriken von Gresten; Fr. Krebs. Amerika-Auswanderer sus Baden-Dur- lach im Jahre 1752: K. F. von Frank. Das Urbar der Herrschaft Senftenberg von 1587; id. La Dynastie orelide des Rois d’Araucanie et de Patagonie; id. ,,Grafen von Bassa- “0”.

Instifuto Znternacional de Genealogica y Heraldica, Ano 111, No. 43, 1 de Julio de 1956: Mededelingen van het Instituut. zie blz. 000); idem, 111 No. í4, 15de Julio de 1956: Adellijke titels; Bibliographieën.

The Detroit Society for Genealogical Research. Summer 1956: The Elegant Eighties in Ludington; Some Additional Descendants of Daniel and Phebe Philbrick Moulton: Additional Mayflower Descendants; Addenda on the descendants of Eleazar Wheelock; Ancestors and descendants of Solomon Sibley; Early marriages of Macomb Country; Inscriptions from Cemeteries at Athens. Vermont.

The New York Genealogical and Biographical Record, Vol. 87 Number 2, April 1956: The Brokaw-Bragaw Family; Marriages of the Dutch Reformed Church of Sha- wangunk, Ulster County; The Feake Family of Norfolk. London. and Colonial Ame- rica; Origin of the Montross Family of New York.

The Pedigree Sesrchlighf lights fhe Way. Vol. 7 No. 2,May 1956: Charlofte King. Genealogy begins with you; d. C. SIuw. Southern Research: E. Clerk Wright. The Loyalists of New Brunswick; Carl von Frank. Where did your imigrant Ancestor come from ?; Genealogical Sources in Germany; Vragen en Mededelingen.

Western Michigan Geneological Society, Vol. 11 No. 4. May, 1956: Vragen en Antwoorden.

drchiv für Schweizerische Familienkunde, J. P. Zwicky von Gauw, 111 Band, 1948- 1956: Ahnentafel von Frau Emma Auguste Arter, verehelichte Abegg; id. Geschwister Bitterli; id. Geschwister Blöchliger; id. Geschwister Hartman; id. Johannes Kläsi; id. Robert Alfred Schindler; id. Melchior Wyrsch; Zur älteren Genealogie der Esther von Zürich: Die Ahmen von Bundespräsident Feldmann; Die Schweizer Ahnen der Arther Nikodemitenfamilie Hämmer-von Hospenthal in Zürich. Amsterdam, aug. 1956. W. R.

220 VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, die met zijn onderzoek is vastgelopen, dan wel diegenen, die met andere personen verbinding zoeken op genealogisch en hcral- disch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra. Post- bus 976, AmsterdamC. Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden. Men wordt wel zeer dringend verzocht het papier, waarop de vragen worden ingezonden, slechts aan één zijde te beschrijven.

LXXV. VAN MAURIK - VAN DER SPAA Op 3 maart 1775 werd Alberfus van Marwik uit de Pieterstraat te Delft van de ar men begraven bij de Nieuwe Kerk aldaar. Hij liet een weduwe, lohanna onri der Spaa. en 4 minderjarige kinderen achter. De weduwe hertrouwde op 1 oktober 1780 met Alexander de Raad. Zij stierf op 21 oktober 1810, oud 76 jaren, te Delft. Voorzover ik heb kunnen nagaan, zijn voornoemde echtelieden Albcrfus en lohanna niet te Delft geboren en gehuwd. Wie kan mij nader inlichten? W. H. VAN MOURIK, Den Haag LXXVI. HOOGENHOUK. Gezocht de ouders van Jan Bartelsz. Hoogenhouk, die wonende in de Goudsteen op 10 april 1678 als lidmaat van de kerk te Maassluis werd aangenomen. Waar en wanneer huwde deze fan Barfehz. D. VAN BAALEN. Den Haag

LXXVII. PUTMAN-VAN DER LINDEN. lacobus Pufman, militair (?), begr. t. Joriskerk te Amersfoort, 3 april 1802 (volgens opgave 73 jaar oud), was gehuwd met Cornelia van der Linden. Uit hun huwelijk worden kinderen gedoopt o.m. te ‘s-Hertogenbosch (1765) en Amersfoort (1778 en 81). Wie kan mededelen. wáár lscobtrs Pufman in 1728 of 1729 geboren werd en wie zijn ascendenten waren? Ook alle inlichtingen omtrent Cornelia van der Linden en haar geslacht zijn zeer welkom. J. M. REINBOUD, Hilversum LXXVIII. KOKMEIJER Gegevens gevraagd betreffende het geslacht Kokmcijcr afkomstig uit Lipsland. plaats en datum onbekend. rond 1780 ongeveer gevestigd te Nieuwold,i (Prov. Groningen) en omstreken (het z.g. Oldambt). Ben genegen gegevens uit tc wisselen. B. H. J. KOKMEIJER, Magalhaensplrin 16 11. Amstcrd;im-W. 11.

LXXIX. HARTKAMP, KEPPLER. Gegevens gevraagd betreffende de families Hartkamp en Kcn/>ler. Genegen gegevens uit te wisselen. A. W. HAKS, Chxscstraat 5, Amsterdam-W. LXXX. a. BLOEME. Op 26 febr. 1751 gingen te Amsterdam in ondertrouw Philip Blocme ,,van Swaaren- berg”, oud 25 jaar, en Aeltje ten Ziethof. van Goor, oud 28 jaar. Welke plaats kan bedoeld worden met ..Swaarenbrrg”? Is er iets over dt familie Bloemc bekend? h. OBEL. Op 3 jan. 1767 gingen te Hoorn (Geref.) in ondertrouw /ohormcs Beek, j.m. van Hoorn en Caatje Obel, j.d. van Edam. In 1766 kwam Caatjc Obcl met attestatie van Edam te Hoorn. De doop van Caatje Obel is te Edam niet te vinden. Zij overleed in 1804 te Medemblik. Gaarne nadere gegevens over de familie Obel. Drs. G. FRANSEN, Amstelveen. LXXXI. DE MAN. Inlichtingen gevraagd naar het verband tussen 7 de Man wonende -C 1750 op een landgoed bij Nijmegen, vertrokken naar Columbia. U.S.A. en de thans te Nijmegen wonende familie van die naam. L. T. G. TLILFER, Nijmegen.

221 Ir. li. S~cjicrstra, l

Wij vermelden de geboorte op 14 juli 1956 te Standdaarbuiten van LAMBERT, zoon van de heer en mevrouw Vare Nispcrz-Lhkkcrs. Onze hartelijke gelukwensen. w. K.

AANVULLINGEN EN WIJZIGINGEN OP D1; I,EDI

1704. Laurens Groot, J.. Nicuwc 1 I;lven 15, I:duu~. 1705. Potjewijd, Dr. T.. 13lijh,llnstc~str.r.lt 46, Winscbotm. 1706. Wanninkhof, W., Botersloot 56 B. Rottcrdm~ C. 1, 1707. Dijk, A. vnn. Prins Bernh,rrdl;mn 18. Drlfzijl. 1708. Murders. Jxqurs J., Tr;wmstrxlt 64. Tr;lipont-Nrssollv,lllx, I Ja in.istr;wt 30. Voorburg 508. Rotst. Ir. C. B.. Soerensc\ïcg 9, Apcldooin. 1710. R;lvensw,my, Mr. José M,lrcçl, 637 I3lvd. .$ met de N,~ycr, LxkemUmssrl, Bclyii:.

1486. Ti&ooy, P. C., Walratnstrxlt 66, Sittard. 833. Bakker, C., Ferfstraat 8, Westmm. 1688. Verberne. H. W. J.. Van Voorst tot Voorststrxlt 21, VU:J~IL. 17‘l. Stoel, L. M. K., Mccrweg 6. Heemstede. 1061. Tol, Adr. E. v;ln, Oude Loosdrechtseweg 102, Hilvcrmm. 1595. Lokerse, E. B. G.. P/~I Escomptobank N.V., Dj;lk;lrt,i-Kot.!, Indoncsi?. 1667. Boon. J. G.. Torenstmlt 110 D, ‘s-Gravenhage 4. 15-13. Westwenen, F. M. van, Frans Schubertlaan 14, IHecmstcdc. 283. Rest, Ir. A. J. J. van der, Gevacrtsweg 12, Durdrccht. 1135. Butst, L. J. M., Populierstr,r.lt 11, H,~.~rlcm

Dc ;I

STEUNT DE COLLECTE VOOR HET KONINGIN WILHELMINA FONDS VOOR DE KANKEI1I3ESl’KIlDING

222 ,.ONS GESLACHT” MAANDBLAD DER NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING =OE”GEKE”RD BIJ KONINKI_IJK BESL. “AN lb A”GLISr”S ,948. Nc, 05 Lcxat*teil,k goedpel‘ourd bl, K”“,rihli,k Bes,“,, yar, 5 capr,, ,953 JAARGANG 11 No. 10 OCTOBER 1956

Redactew : W. D. H. Rosier, Postbus 976, Amsterdam. Administrateur van de Contact- afdeling : C. RoodenbLlrg, Van Eedenstraat 9, Haarlem. Administrateur der verzending van het Maandblad: Jan Hagoort, Kloosterstraat 11, Naarden. Secretariaat der N.G.V.: Postbus 976, Amsterdam. Contributie minimum fl. lO,- te storten op Girorekening No. 547064 ten namc van de Pennin’gmeester der N.G.V. te HAARLEM.

GENEALOGIE VAN DE FAMILIE DE KLERCK door Ir. Th. P. E. DE KLERCK

Inleiding. LIitgaande van I’ronsois de Klerck (101 ), schout, enz. te St. Philipsland, zijn de nakomelingen in de mannelijke lijn tot in de huidige tijd gevolgd. Bij de 4e generatie vindt een splitsing in 4 takken plaats. Beginnende met 5 . . komt dit in de nummering tot uiting in het 2e cijfer. Het le cijfer geeft steeds de generatie aan, het laatste is een volgnummer. Op een enkele uitzondering - later in de le tak - na, zijn ze allen protestant en wonen ze oorspronkelijk in het N.W. van Noord-Brabant. Een kenmerk, dat in de verschillende takken voorkomt, is een dikke onderlip. De le tak bevat verschillende officieren. Het ziet er naar uit, dat deze in de mannelijke lijn zal uitsterven. De 2e tak heeft nog verschillende mannelijke nakomelingen en omvat vnl. ambtenaren. De 3e tak is sinds lang uitgestorven. De 4e tak, oorspronkelijk net als de 2e. kreeg door een schipbreuk van het gehele gezin in 1876 een gans ander aanzien. De 2 overblijvende zoons (641 en 642) moesten geheel opnieuw beginnen. Ze verlieten daarbij N. Brabant. Van deze tak leven op het ogenblik de meeste naamdragers De Klerck. Er zijn ver,schillende, thans levende De Klercken, o.a. één stammende uit Utrecht, waarvan mij gegevens bekend zijn, doch waarvan de aansluiting - indien aanwezig - vóór het begin van deze genealogie moet liggen. Wapen. Doorsneden : 1 in blauw uit een witte wolk een rechterarm met in de hand een zilveren ganzeveer : 11 in zilver een (knielende) goudgelokte, in het wit ge- klede. engel met in haar rechterhand een groene twijg met 3 zilveren kelkbloemen. Dit wapen is in overleg met de Heer A. K. Kleyn gepubliceerd in Gens Nostra juli/aug. van 1955 op wapenkaart no. 5. In de le en 2e tak komen verschillende stempels en zegelringen voor. die alle vrijwel identiek zijn met dit

223 wapen. In plaats van uit een wolk komt ook voor de arm komende uit een mouw. Enigszins afwijkend is het wapen in Gens Nostra van juli 1953 op wapenkaart no. 4. Dit bevond zich in de verzameling van de Heer R. T. Muscharf en werd aangetroffen op een acte van 1834 van notaris Adrianus Wilhelmus de Klerck (404). stamvader van de 4e tak. Het grote verschil is, dat de engel hier een Latijns kruis in de hand heeft. De stempelsnijder in Oudenbosch kan zich vergist hebben of met opzet het heidense symbool, de vredespalm of driespruit, vervangen hebben door een meer bij de engel passend christelijk symbool. Verder komt deze afwijking niet in de familie voor.

101 Fransois de Klerck, begr. St. Philipsland 18 juli 1717, begraafrecht betaald 2 aug., van 1699-1717 rentmeester van de heerlijkheid St. Philipsland, in 1701 tot schout ald. aangesteld, in 1704 tot secretaris, in 1706 tot kerkmeester ; hij tekende ,,Fran- soys de Klerck”; blijkens besluit van de ambachtsheren van 20 juli 1717 moest door zijn overlijden voorzien worden in de vacatures van penningmeester van de dijkage van St. Philips- land, ontvanger van de ambachtsheerlijkheid, schout en secretaris van St. Philipsland ; zijn vrouw Johanna Engels, $ na 26 juli 1733, verklaart 5 okt. 1722, dat ze uit kracht van de dispositie met haar man voor notaris Johan Crane 1) te St. Maartensdijk op 21 juni 1700 gemaakt, als voogd over haar minderjarige zoon Fransois (201) assumeert Marinus Mcyer ; tegelijkertijd wordt overeengekomen, dat zij de gehele boedel zal blijven bezitten, maar aan haar zoon zal uitkeren een huis (belendingen zuid : het huis van wijlen Cornelia uan de Luister, noord : het kerkhof) en schuur met timmerhout in St. Philipsland en 100 Ca- rolus gulden ; Jacoba de Clerck, begr. ald. 7 april 17 19, is waarschijnlijk hun dochter.

201 Francois de Klerck (,,Frans”), geb. St. Philipsland omstr. 1703, f Steenbergen 5 jan. 1770, te Steenbergen Mr. timmerman, weesmeester, regerend schepen, commies van de Brabantse land- tol : tr. le. St. Philipsland 10 mei 1726 met Roseffa Arisse Ouwendgks van Nieuw Vossemeer, hij woonde toen al in Steen- bergen : uit dit huwelijk geen kinderen ; tr. 2e. Steenbergen 10 juli 1729 met Maria Ahesous z), ged. Steenbergen 20 dec. 1705, t vóór 6 maart 1752, dr. v. Cornelis Abresous en Adriana van Hoeck, wed. v. Zeger den Engelse. procureur te Steenber- gen ; zij testeren 2 maart 1730 bij notaris Giflis Hoffmann te Steenbergen ; uit het 2e huwelijk 9 kinderen de Klerck : 1. Johanna, ged. Steenbergen 23 maart 1730 ; 2. Adriana, ged. St. 18 okt. 1731, tr. Nispen sept. 1756 met Johannes Wollwrs, geb. ‘s-Hertogenbosch ; 1 kind Wol- vers ;

‘) Archiefstukken niet meer aanwezig. 2) Zie G. N. 1955, pag. 64 en Wapenheraut 1919, pag. 166 ; de naam is niet Alxr- sans, zij tekent ,,Abresous”. haar vader tekent ,,Ahrijsous”.

224 3. François Jacobus, ged. St. 26 juli 173.3, zie 301 : 4. Willetnijna Jacoba, ged. St. 22 mei 1735, doopgetuige 6 juni 1773 ; = 302. 5. Cornelis johannes, ged. St. 12 mei 1737, doopgetuige 1 juni 1770 : tr. Middelburg mei 1761 met Helena Meesters. geb. St.; = 303. 6. Engel, ged. St. 26 juli 1739, zie aanvulling ; 7. Adrianus, ged. St. 9 dec. 1742, doopgetuige 6 juni 1773 ; 8. Sibilla AIaria, ged. St. 10 dec. 1744 : 9. Sebastiaan Wilhelmus, ged. aug.21 1746. Bij de doop van 1 en 3 was grootmoeder johanna Engels(e) getuige.

301. François \acobus de Klerck (= 201.3), ged. Steenbergen 26 juli 1733, t Zevenbergen 11 maart 1817. Molenstraat 58, notaris te Oudenbosch van dec. 1761-april 1815, ook procureur ; toen hij in Roosendaal woonde tr. 1 e. Steenbergen 28 juni 1759 met Catharina Clement, ged. Steenbergen 18 sept. 1732, I_ tussen 1782 en 1791. dr. v. Jan Clcrncnt en Cafharina de Pottcr ; tr. 2c. Steenhergen 14 nov. 1791 met Adriana van Doorcn, ged. Oudenbosch 14 maart 1745, dr. van Cornclis van Doren en Petronella Verdorcn : 4 zoons de Klerck, allen uit het 1 e huwelijk: 1. François, ged. Roosendaal aug.16 1761, zie 401 : 2. lohan. geb. Oudenbosch 19 mei 1767, zie 402 ; 3. Marijnus Cornclis. ged. Oudenbosch 1 juni 1770, zie 403 ; 4. Adriacn Wilhelmus, ged. Oudenbosch 6 juni 1773, zie 404.

401. Francois de Klcrck (,,Frans”) (7~ 301.1 ), ged. Roosendaal (N.B.) 16 aug. 1761, i_ Zevenbergen 5 okt. 1812 qlazenmaker en schilder te Zevenbergen ; tr. Terheijden (N.B.) 21 mei 1786 met Helena van Eekelen. ged. Zevenbergen 26 juli 1761, t Ter- heijden 11 juli 1800, ald. begr. 14 juli. dr. v. Servaas van Eekelcn en Adriana Nelemans : op 29 juni 1800 testeerden ze te Zeven- hergen voor notaris Clasinzts va,n Biq,qeZcn ; 4 kinderen de Klerck : 1. Catharina, ged. Zevenbergen 6 mei 1787, 1_ 2. 29 febr 1840, ongehuwd : 2. Adriana. ged. Z. 24 dec. 1789 : 3. Fraqois Adriaan, qeb. Z. 16 okt. 1791 zie 51 1 ; 4. Servaes, geb. Z. 29 sept. 1796, zie 512.

511. François Adriaan dc Klere-k (later Franciscus Adrianus) (7: 401.3), qeb. Zevenbergen 16, ged. 23 okt. 1791, i_ ‘s-Hertogen. hosch 29 sept. 1874, St. Jorisstraat G 145, heel- en verloskundige te ‘s-Hertogenbosch. vierde 1 okt. 1867 het 50-jarig juhelfeest van zijn praktijk (meer dan 12.000 verlossingen): tr. Utrecht 20 mei 1818 met Sara Vcsselo (later geschreven Wcsseloo), ried. Utrecht 22 aug. 1784 (Geerte Kerk) t ‘s-H. 13 febr. 1876, dr. v. /oha,nnes Vcssclo en ]ncoba Kraamrrjinkel : 4 kinderen de Klerck :

225 Jacoha Helena, geb. en -I_ ‘s-Hertogenbosch 17 okt. 1820 : Adriana Jacoba Helena, geb. ‘s-H. 21 jan. 1822, t ‘s-H. 28 febr. 1845, ongeh. ; Francina Sara Johanna, geb. ‘s-H. 30 april 1824 ; tr. ‘s-H. 2 jan. 1863 met Antonius Karel dc Koning, geb. ‘s-H. 23 juli 1820, notaris te Katwijk (1862-1875), zn. v. Willem Adriaan de Koni,ng (commies prov. gouvernement N.B.) en Catharina Joanna Wilhelmina Fack (zie ook 622); 1611. Servaas johanncs Jacobus, geb. ‘s-H. 23 maart 1827, genees-, heel- en verloskundige, vertrok 28 dec. 1882 uit Kethel naar Westervoort ; tr. ‘s-H. 19 okt. 1871 met Pc- tronella Cornelia Maria Kip. geb. ‘s-H. 27 juli 1843, f- Kethel (Z.H.) 26 dec. 1880, dr. v. Henri Kip en Petronella Cocxelia Fadcr ; 1 zoon geb. en j- ‘s-H. 14 dec. 1874.

512. Servaes de Klcrck (-7 401.4), geb. Zevenbergen 29 sept., ged. 9 okt. 1796, _t Ceram (Ind.) 16 okt. 1827, officier van gezondheid, chirurgiin 2e kl. K.N.I.L.; tr. Vlissingen 6 april 1823 met Helena van Gijscl, ged. (R.K.) Geertruidenberg 26 sept. 1793, t ‘s-Hertogenbosch 18 okt. 1829, dr. v. Lambcrtus van Gijscl en Anna Maria Bammers, wed. v. joanncs Francois Vlegels : 2 kinderen de Klerck, 1 jong overleden : 1. Lambertus Antonius, geb. Vlissingen 2 1 nov. 1823, zie 612.

612. Larnbcrtns Antonius de Klerck ( ~- 512.1 ), geb. Vlissingen 21 nov. 1823, t Gheel (België) 5 okt. 1898, na het overlijden van zijn moeder opgevoed bij zijn oom (51 1 ) in ‘s-Hertogenbosch, majoor inf. K.N.I.L., ridder M.W.O., off. Eikenkr.. E.Kr. Lam- pongse Expetitie ( 1854-‘58). off. lcr. XV, in 1864 gepensioneerd, wegens geestesziekte, 12 jan. 1875 onder curatele gesteld ; tr. Semarang 4 okt. 1856 met Maria Annette Adriana Ockerse, geb. Wageningen 30 sept. 1836, -I_ a/b S.S. ,,Kon. Regentes” 7 aug. 1906, begr. Nijmegen, dr. van Dr. Casper Frederik Rrzdolph Ockerse en Aletta Lambcrta van den Endc, 6 kinderen de Klerck : 1. Caspar Frederik Rudolph, geb. ‘s-H. 11 jan. 1859, zie 712 ; 2. Wilhelmina Aletta Helena, geb. Soerakarta 18 april 1861, $ Den Haag 9 dec. 1931 ; tr. 1 e. Gouderak 27 maart 1883 met P. J. Hofman, dijkgraaf te Gouderak ; tr. 2e. met (von) Giitzlaff, later koffiemakelaar in Amsterdam, Willemspark- weg ; uit 2e huwelijk 2 dochters Giitzlaff ; 3. Maria An,netta Bertha, geb. Soerakarta 19 mei 1862, t Den Haag 29 jan. 1927 : tr. Batavia 19 dec. 1883 met Gaston Feuilletan dc BrcrQn, geh. 1848, -1 Nijmegen 1902, lt. kol. art. K.N.I.L., gepensionneerd 1900. ridder M.W.O., E. Sah., E. Kr. Lombok, 3 zoons, 2 dochters Feuilletau de Bruijn ; 4. Anthonius Albertus Servaas, geb. Semerang 10 feb. 1866, zie 713 ; 5. Marie Franciska, geb. Arnhem 24 okt. 1867, I_ Utrecht 6 maart 194f, herhegr. Den Haag ; tr. Batavia 12 mei 1888 met Dr.Cornelis Winkler, geb. Asperen 25 april 1859, f

226 Den Haag 8 jan. 1949, arts, officier van gezondheid le kl. K.N.I.L., ridder N.L., Lombok kruis, inspecteur v. d. Bur- gerlijke Geneeskundige Dienst v. Java en Madoera, zn. v. Dr. Anthony Thomas Winklcr en Elizabefh La Motte : 3 zoons Winklcr : 6. Eduard Scruaas, geb. Zoeterwoude 19 juni 1869, zie 714

712. Caspar Frederik Rudolph de Klcrck ( _- 612.1 ), geb. ‘s-Hertog genbosch 11 jan. 1859, $ a/b S.S . ,,Prins Alexander” 14 nov. 1899, begr. .Perim, kapt. inf. K.N.I.L., E.K. off. XV ; tr. Palem- bang met Cornelia Johanna Fisher (,,Poppie”), dr. v. Karel Lodewijk Fisher ; geen kinderen, grafsteen Magelang 22 okt. 1885 Anton Daniel de Klerck, een levenloos geboren kind van deze ouders.

713. A,nfhonius Alberfus Scrvaas de Klerck ( - 612.4). geb. Sema- rang 10 feb. 1866, t Soekaboemi 21 dec. 1919, landheer ; tr. Pegansaän (Batavia) 6 nov. 1889 met Euangelina Josepha Sophie Suforius, geb. Batavia 11 april 1863, t Bandoeng 18 feb. 1945, dr. v. Philippus Jacobus Leonardus Cornelis Suforius (firma Gebr. Sutorius en Co., Batavia) en Chrisfine Louise Wriick ; 4 kinderen de Klerck : Louise Frédérique Marie (,,Loulou”), geb. Kebon Sahrie (P. en T. landen) 12 maart 1891 ; tr. le. Buitenzorg 4 dec. 191 1 met Alphonse Co,nsfanf Henri van Mofman, geb. land Dramaga (Buitenzorg) 14 nov. 1883, t ald. 9 jan. 1935, begr. familiekerkhof te Djamboe, lid v. d. Prov. Raad van West Java, off. O.N., zn. v. Pief Reinier van Mofman en Pauline Elise Laurence K!eyn ; uit dit huwelijk 4 kinderen v. Motman’ ); tr. 2e. Bandoeng 30 aug. 1939 met Jhr. Georges Leonard Wichers, geb. Palembang 5 nov. 1887 (6.?), -1 int. kamp Ambarawa 21 jan. 1945, It. ter zee, ar- beidsinspecteur, zn. v. Jhr. Mr. Herman Wichers en Maria Anna Catharina Willink Ketjen, gesch. echtg. v. le Jkvr. Olga van Lennep en 2e Jkvr. Marie Angélique Six ; uit 2e huwelijk geen kinderen : -= 813. Eduard Paul Marie, geb. Batavia 19 april 1892, t Buiten- zorg 16 nov. 1915, cultuur employé te Djasinga (W. Java), ongeh.; Antoinefte Jeane Marie, geb. Batavia 14 mei 1894, tr. Bui- tenzorg 22 sept. 1915 met Ehel Gerrit Drcnth, geb. Zwam- merdam 8 feb. 1886, 1_ Neuchâtel 4 jan. 1952, inspecteur bij Socony, later chef Java-staal, zn. v. Ebel Gerrit Drenfh en Aleida Johanna van Oostrvcn ; 3 dochters Drenth, 1 zoon /on9 t; 4. Marie Antoineffe Adriana, geb. Batavia 1 maart 1905, 1_ Bandoeng 8 aug. 1944, ongeh. 714. Eduard Servaas de Klerck (,,Ees”) (; 612.6), geb. Zoeter-

227 woude 19 juni 1869, i_ Den Haag 22 maart 1939, luit. kol. K.N.I.L., militair historicus, lector in Leiden, schreef ,,De Java Oorlog van 1825-1830”, 6 dln (met P. J. P. Louw), ,,De Atjeh Oorlog”, slechts le deel verschenen, .,History of the Netherlands East Indies”; tr. Batavia 17 april 1895 met Wilhelrni;na Verburgf, geb. Batavia 13 mei 1869, dr. v. Gerardas Verburgf en Mien Verburgf ; 2 kinderen de Klerck : 1. Wilhe!mina. geb. Batavia 13 mei 1896 ; tr. Den Ilaag 10 jan. 1920 met Caspar Sfafius Muller, geb. IHers 26 aug. 1891, administrateur suiker, zn. v. A. G. Sfatius hiluller en Mathilde Verdooren ; geen kinderen : -7 814. 2. Eduard (,,Eddy”), geb. Amsterdam 28 mei 1897 : tr. Bindjei (Deli) 2 juli 1930 met ]an.sie Gcertrrtida van Bek- kum, geb. Rotterdam 15 nov. 1890, dr. v. Gqsberfus Cor- nelis Lla,n Bekkum en jannefje (fan Bekkurn, Deli-planter, later kunstschilder, 2e helft 1955 naar Mallorca verhuisd ; geen kinderen.

Tweede Tak. 402. Johan de Klerck ( = 301.2), geb. Oudenbosch 19, ged. 24 mei 1767, -J- Zevenbergen 12 dec. 1853, koopman, slijter in dranken, secr.-penningmeester van verschillende polders te Zevenbergen, van 1802-1853 lid van het Gilde van St. Joris te Z.1 ), tr. Ze- venbergen 26 juni 1794 (voor schepenen) met Johama Dolk. geb. Z. 10, ged. 13 jan. 1765, t Z. 4 mei 1833, dr v. Jacob Wou- ferse Dolk (schipper) en Piefernella Noteboom ; zij testeerden 7 aug. 1802 voor notaris 1U. Srno!ders te Z.; 6 kinderen de Klerck : 1. Frangois Adriaan, geb. Z. 19 juli 1795, zie 521 : 2. Piefernella (,,Piet”), geb. Z. 2, ged. 9 okt. 1796, i_ Z. 12 feb. 1885, ongeh.; 3. Cafharina. geb. Z. 16, ged. 21 okt. 1798, -1 Z. 9 juli 1852 : tr. Z. 1 april 1825 met Johannes Gerardus de Bosson, geb. Oosterhout 17 feb. 1796, +J Z. 9 dec. 1865, griffier v. h. vredesgerecht, later ontvanger der registratie te Z., zn. v. Paulus de Bosson (rentmeester der domeinen) en (Adria- na) Theodora Coefs ; 2 zoons (Coets) de Bosson;z) = 522. 4. Jacob, geb. Z. 11, ged. 19 okt. 1800, t_ Z. 23 jan. 1850, secr.-penningmeester van de haven en sassen en der verschillende polders te Z., ongeh.; 5. Adriana Chrisfiana (,,Na”), geb. Z. 10, ged. 17 okt. 1802, -J Z. 13 dec. 1891 ; tr. Z. 12 nov. 1830 met Jan Provily, geb. Made en Drummelen 18 mei 1800. -i_ Z. 6 feb. 1875::), kostschoolhouder, eerst in IJselstein, sinds 1863 in Z.; de beroemde schilder Vincent van Gogh was als leerling intern van 1 okt. 1864 tot 14 maart 1.868. zn. v. Cornelis Provily en Piefera Gelei& : 1 zoon Provily ; ‘) Zie G. N. le, 2e jaargang, pag. 197. 2) Zie Ned. Patr. 1913, pag. 284. :‘) Voor grafschrift zie Jaarboek v. d. Geschied- en Oudheidkundige Kriny van Stad en Land van Breda .,De Oranjeboom” 1953, pag. 58.

228 6. Johanna Cornelia, geb. 2. 12, ged. 16 maart 1806, f- Roe- sendaal 26 nov. 1883 ; tr. 2. 24 juli 1835 met Johannes Pilaar, geb. Goes 14 aug. 1805, i_ vóór 1850, boekhouder bij de prov. bewaring v. h. kadaster in Zeeland te Middelburg, zn. v. Johannes Pilaar en Maria le Cointrc ; 1 zoon en I dochter Pilaar.

521. François Adriaan dc Klerck ( =- 402.1 ), geb. Zevenbergen 19, ged. 26 juli 1795, -1 Standdaarbuiten (N.B.) 19 jan. 1876, gemeenteontvanger van St., Klundert. Gaste1 en rijksontvanger der directe belastingen ; komt 8 mei 1824 met attestatie uit Ze- venbergen in St.; is 4 keer getrouwd : tr. le. Zevenbergen 30 nov. 1820 met Wilhrlmina Gowrdina Huyser, geb. 2. 5, ged. 7 dec. 1796, 1_ 2. 6 jan. 1823, dr. v. Cor- nelis Huyser en Goverdina Helena dc Voopl ; 1 kind de Klerck : 1. Johanna Goverdina Hclcna (,,Jans”), geb. 2. 16 okt. 1821, t 2. 2 april 1891, ongehuwd. tr. 2e. Standdaardbuiten 1 sept. 1827 met Alida Wijs. ged. Klun- dert 5 jan. 1804, t St. 7 april 1831 ; ze deed 25 mrt 1820 belijdenis in St., dr. v. Christiaan Wz’js (arbeider) en Cornelia Polak ; 3 kinderen de Klerck : 2. Cornelia (,,Kee”), geb. Gorinchem 17 jan. 1825, gewettigd bij het sluiten van het huwelijk, + Oude Tonge 11 dec. 1887 ; 26 april 1844 in St. op belijdenis aangenomen : tr. St. 15 feb. 1855 met [ohannes Hapns. geb. St. 6, ged. 9 jan. 1825, i_ den Bommel 31 mei 1871, landbouwer in Oude Tonge en den Bommel, zn. v. Gcrardzzs Eghertzzs Hapns (landbouwer) en Cornelia Oostcrijk ; 6 kinderen Hagens : 3. Wilhelmina Gozperdi.na (,,Mien”), geb. St. 15 nov., ged. 7 dec. 1828, -t_ Fijnaart 19 april 18% ; tr. St. 3 nov. 1853 met Abraham Klappert, geb. Den Haag 27 sept. 1823, t Fijnaart 12 feb. 1904, opzichter prov. Waterstaat te Fij- naart, zn. v. Jac Kloppert (opzichter prov. Waterstaat te Grave) en Neeltje van Nclle (zie ook onder 9); 11 kinderen Kloppert, waarvan 5 jong i_ ; 4. Joha,n, geb. St. 2 april 1831, i_ St. 17 april 1831. tr. 3e. Rotterdam 20 feb. 1833 met Samzzelina Ebeldina de Koo. ged. Rotterdam 24 dec. 1797, -1 St. 27 aug. 1847,’ ) werd 19 aug. 1833 opgenomen in N.H. Kerk te St., dr. v. Mr. Lconardzzs Wil- lem de Noo (directeur stedelijke indirecte belastingen te Rotter- / dam) en johanna Cornelia Aansorgh : 7 kinderen de Klerck :

! = 621. 5. Leonard Willem (,.Willem”), geb. St. 24 dec. 1833, ged. 9 feb. 1834, j- St. 25 juni 1908, gemeenteontvanger en brievengaarder te St., ongehuwd : 6. Joha,nna Johanna Cornelia, geb. St. 8 juni, ged. 19 juli 1835, t St. 7 nov. 1844 : (Slot volgt).

224, Prof. Dr. J. F. VAN BEMMELEN t Groningen 26 dec. 1859 Leiden 6 aug. 1956

Door het overlijden van Prof. Dr 1. F. van Bemrnelen heeft de Nederlandsche Genealogische Vereniging iemand verloren, die vanaf de oprichting lid geweest is. Zijn verzwakt gezichtsvermogen maakte het hem sedert jaren onmogelijk aan het volle leven deel te nemen, zodat maar weinigen van ons contact met hem hadden. Voor ons ligt zijn betekenis vooral in zijn studies van de genealogie en van de erfelilkheid van de mens, onderwerpen, die hij tijdens zijn hoogleraarschap te Groningen opgevat heeft, doch na zijn emeritaat geheel ging bestuderen. Hij was begaafd met een groot intellect en een gave voor doceren. Aan de hand van afbeeldingen en de genealogie van personen, bestudeerde hij verschillende eigenschappen, waarbij hij een genialiteit toonde in het trekken van conclusies. Als voorbeelden hiervan zijn te noemen de erfelijkheid van gelaatstrekken, krulhaar, zwaarlijvigheid. Praktisch tot aan zijn dood heeft hij dit werk kunnen voortzetten, zodat hij omvangrijke collecties bijeen gebracht heeft. Door het Nederlandsch Instituut voor Erfelijkheidsonderzoek bij de mens en Rassenbiologie, door radiovoordrachten. medewerking aan tijdschriften, door lezingen en publicaties. heeft hij een stoot gegeven aan de wetenschappelijke bewerking van het moeilijke onderwerp der erfelijkheid bij de mens. Wie, als ondergetekende, het voorrecht had om met hem dit onderwerp te bespreken, kwam onder de indruk van zijn grote kennis en ervaring, zijn bereidwilligheid, zijn beminlijk karakter en van de eenvoud, die de groten kenmerkt. Wij zijn dankbaar voor zijn arbeid en zullen zijn naam m ere houden. Dr F. P. KOUMANS.

Lijst van publicaties van wijlen Prof. Dr 1. F. van Bernmelen op het gebied van genealogie en erfelijkheid. Samengesteld door Dr F. P. Koumans

1890 De erfelijkheid van verworven eigenschappen M. Nijhoff. 1921 Erfelijkheid+verschijnselen aan familieportretten. Versl. Kon. Ak. Wet. 33. no 7. 1924 Goethe’s uiterlijke verschijning uit het oogpunt der erfelijkheidsleer. Hadgsch Maandblad 1. 1925 Huwelijken tusschen bloedverwanten. IHnngsch M

230 1931 Overzicht der voorouders v;~a de kinderen uit het huwcliik V~LII Jxob Maarten van Bemmelen, 1830-191 1 met Mzlria Boeke. 1834.-- 1905. 1932 Het Nederlandsch Bio-Genealogisch Instituut te ‘s-Gravenhtlge. Het Vaderland 26 Juli 1932. 1933 The parentela Johannes de Fremery 17 x 34 Maria Cornclia de Frcmey, a case of marriage between fint cousins. Proc. Kon. Ak. Wet. 36. no. 5. 1933 Parenteelstudies. Handelingen 24e Ned. Nat. en Geneeskundig Congres. 1937 De namen ,,Van Bemmel” en ,.Van Bemmelen” en het woord Bemmel in de heraldiek. De Libacrt 2. Aug. 1937. 1937 De parenteel H;~sselaer. Erfelijkheid bij de mens 3. no. ll- -12. 1937 De fmnilie Borst. De Libaert 2, no. 12 Dec. 1937. 1937 Het wapen der familie de Craedt (de Grn,rdt. de Gr,tet). De Libncrt 2, no. 12 Dec. 1937. 1938 Erfelijke zwaarlijvigheid. Voordrxht Ned. Inst. Erfclijkhcidslccr v. d. mensch en Rassenbiologie. 1938 Dubbelgangers. reeks artikelen in Het Vaderland 1938. 1939 Het begrip parenteel. Afkomst en Toekomst 5 p. 25% 37. 1939 Erfelijkheid van gelaatstype onder de nnkomelingen v;in het echtpnar Florentius Camper en Sara Gecrtruid;l Ketting. Afkomst en Toekomst 5, p. 129-145. 1939 Geslachten Ketting (2). 1940 Afstamming en crfclijkhcid in de kwarticrst;lzlt. Bibl. Gcsl.lcht- en Wapenkunde no. 3/4. 1940 Erfelijkheid van lichaamsbouw. Ned. Archief voor Genc;llogie en Heraldiek 3, no. 1. 1940 Erfeliike onvruchtbaarheid. Afkomst en Toekomst 6, ao. 3. 1940 Langlevendheid. Afkomst en Toekomst 6, no. 6. 1940 Erfelijke lnnglevendhcid. Ned. Archief voor Genc;llogic en Hcialdick 2, no. 9-10. 1941 De achtergrond van de persoonskaart. Bibl. Geslxht- en Wapenkunde no. 10. 1941 Over de mogelijkheid gelaatsgelijkenis onder cijfers tc brengen. Afkomst en Toe- komst 7, no. 2---3. 1941 De kwartierstaat van Hugo de Vries. Sibbe Oct. 1941. 1941 De parenteel de Bosch x Willink. Afkomst en Toekomst 7, no. 4 1941 Het geslxht De Moor. Sibbe Sept. 1941. 1941 Gelaatsgelijkenis op grond van blordverwantsch;rp in dc pnrenterl De Bosch tr Willink en de gelaatstrekken van de Srvornin Lohnmn. Sibbe Nov. 1941. 1941 Hoe noemen wij onze voorouders ? Sibbe Mei 194 I. 1941 Sibbekunde. Sibbe 1941, no. 1. 1941 De parenteel De Bosch x Willink uit iconogr‘lphisch oogpunt. De Nederlandsche Leeuw 1941. 1941 Nogmaals de pnrenterl De Bosch x Willink. Af komst en Toekomst 7, no. 6. 1947 De gemeenschappelijke afstamming v;m Dr. Frederik Schmidt Drgener en Prof. Dr. Heike Kamerlinah Onnes. !1949 Een Amsterdams familiestuk Jeronimo de Bosch en zijn kinderen. 46~ J;larbock Genootschap Amstelodnmum. z. j. Genealogisch onderzoek nanr erfelijkc fnmilic cigen;~ardi~~hcden. Kcmink, Utrecht. z. j. Erfelijkheid van perversiteit. Eigen Volk.

DOCUMENTATIE DIENST

Met ingang van 1 november zal de documentatie-dienst per telefoon bereikbaar zijn. Men gelieve op werkdagen (Maandag t/m Vrijdag) niet voor 16.30 uur te bellen en op Zaterdag niet voor 12,30 uur. De dienst zal zijn te bereiken onder nummer 74 28 67. Het kennummer van Amsterdam is 020. De documentatie dienst rekent op de medewerking van de leden dat zij zich aan bovenvermelde uren zullen houden en hoopt zijnerzijds tal van leden van dienst te kunnen zijn. J. T. VAN DER HAM, Egstraat 35, Amsterdam (Oost)

231 POORTERSBOEK VAN ROTTERDAM door C. ROODENBURG (vervolg)

2751. fo/rn 14~ood, 1. 28-4-1725, g1m. Nicuw.irt gclrgen in de pmvincic vm Nottinghcnl in Engeland. 2752. Il/i/jam Chariforl, 1. 30-6-1725, yhv. Hesleyside gelcgcn in ‘t Noorden vim En- geland. 2753. Adhen Hillcycrs, 1, 2-7-1725, gbv. C;tpelle gelegen in dc Lmgstrxt. 2754. Arma &‘ij/‘[, wede. van Hendrik BI&, 1, 7-7-1725, gbv. ‘s <;r,ivenh,rge. 2755. lacob

AANVULLINGEN EN WIJZIGINGEN OP DE LEDENLIJST Nicrlr

v. N~colaar Dr. v. Jan en Zn. v. Johan Fe. Dr Y. Ds Cor- II Johanna Griet,= Doorn

Secrekms en eer. Y. Warmend Pennmgmr. Y d Welqeb men t Hoze Masrd,,k H Vierschaar v Stad en Lende K~jnland, Amb Y. Heusden bewaarder ,E/I Oudshoorn en Gnephoek

Schmdsm VI Schmdam m Breda v) Heusden m

‘/v, Oudshoorn Schiedam 6-9-1744 ‘lm Heusden 417 5-1 766 /w Schiedam 214-4-1 777 12/1 6-5.1 779 ‘lchiedam 14-9-1808 t Amsterdam 15-4-1 833 t Schiedam 14-1 t -1853 t Haarlem 25-6-1844

cO Schiedam/Heusden 30-1 /17-2-1790 7.1 0/3-11-1 801 -P !I, I 1ll.U Mr. CORNELIS CATHARINUS WILLEMINA MARIA van der SCHALK JACOBA RYNBENDE Advocaat, Notaris en Hoofdingeland van Schteland

‘/on Schiedam 18.12-1803/20-1- 1804 *i WY Schiedam 6115 8.1806 t Rotterdam 7-12-1872 t Noordwijk-Bi. 19-10-187 1 CD Schiedam 1-7-1829 __ Mr. THEODOOR WILLEM van der SCHALK Notaris

* Schiedam 6-8-1841 -1 Leiden 29-6-1892

cc Breda- 1 -- --. I ‘1 Noordwijk 24-1 2-1869 Dr. h.c. HENRIETTE GOVERDI

Dichte

OJ Hilversum 16-1 -1896, Richard IUicolaus Roland Holst, ’ Amsterdam 4-1 VP Vil0 V/lI V/lh - -i- GOVERT AGATHA Mr. CORNELIS (ORNEtlA HERBERT MARIA GERRIT JOHANNA GEORGE I SNELLEN IOHANNIS JACOBA ENGELEN DIBBETS JAN CORNELIA v.d.HOEVEN BROEKHOFF v. d. LOTT DIBBETS v.MEURS v.lAERSVELD

Zn. V. Pleter en r. Y. Dr. Cornelir Zn. Y. Corr,& Dr. Y. Frans ?n. v. Hendrik c)r Y. Arnoldur Zn. V. Arnudus Anna Snellen Tobtss en en Johanna en W8llemIna en Lucret,a en Johanna en Johanna en Johanna Hlllegands van Catharrp A. Bertho Noot Marta N,,hoft Marta Nt,hoff Berendma der Wallen Broekholl “B” Heem

Kapt. l. Stal. D. Lid mumcipal. Y. Breda. Raad en recr. Weeshuis ald.

- Ypcren ‘lm Rottereom w Arnhem * Demorary v) Arnhem w Nijmegen ‘lm Nwegen v) Bemmel ! 29-3-1750 5.21%3-1 758 25-1 2-1 773 1770 23-6-1 74’8 1 8-12-1746 7/e-9.1745 5.10-1760 t Zundert t Zundert t Barbados t Breda + Arnhem t Arnhem t Arnhem t Arnhem ! 30-11.1826 13.6-1829 23-4.1 797 13-11-1829 22-1 1-1809 12.51813 2.11-1813 18.9-1790 \ I Rotterdam Demarary Arnhem Arnhem/Valburg m 4/2Y.3-1791 m 22 12.1794/14-1 1795 m 29.10/14-11.1779 o> 22-9/.3-10-1 780 _-_-- -pi I vj5 IV,6 1v/7 IV/S PIETER JACOBA SUSANNA HENRICUS ARNOLDA CORNELIUS TOBIAS JOHANNA BROEKHOFF ENGELEN IDA van der HOEVEN v. JAERSVELDT DIBBETS

Lld. la. Besar it V. d. Hoeven Adm. der lam~lie bezwngen

'1~ Arnhem la Breda 28-2/21-5.1794 n RioDemarara 16-5-1796 18/21-12-1783 ‘/'UI Arnhem18/25-1-1787 t Breda 22-11-1839 t Breda 17-12-1846 t Breda 31-10-1847 t Maastricht 10-2-1836

CD Breda 7 7-1815 a) Arnhem 30-11-1814 - 11113 Illj4 GOVERT GEORGE HENRIETTE IDA van der HOEVEN ENGELEN Majoor der genie * Breda 19-5-1816 . Doornik 12-10-1820 t Nijmegen 16-6-1869 t Hilversum 24-5-1899 U, Maastricht 7-5-1840

ANNA IDA van der HOEVEN

’ Breda 17-2-1845 + Leiden 23-4-19 14

3-1867 NE ANNA van der SCHALK t Amsterdam 21-1 1-1952 res

2-1868, j- Bloemendaal 31-1 2-1938 zn. v. Adrianus en Saapke Posthumus DE AFSTAMMING VAN EEN GESLACHT VAN VRIJE GRONDGEBRUIKERS IN SALLAND door Dr H. W. M. J. KITS NIEUWENKAMP

Na de publicatie van de genealogie Nic~tr~~cnkarrr~> (h’;ts Nieuccrcn- kamp) in Nederland’s Patriciaat anno 1927*) werd het onderzoek betreffende de oudste generaties en de herkomst naarstig voortgezet. In ‘t bijzonder brachten de jaren 1935, 1~38 een merkbaar resultaat door een paar toevallige vondsten, welke mij door middel van het Rijksarchief in Overijssel deelachtig werden, naast een paar eigen vondsten. Een en ander werd oorzaak, dat de oudste geschietienis van het geslacht moest worden herzien, aangevuld en uitgebreid, waarvan in het onderstaande het resultaat wordt weergegeven. Alvorens hiertoe over te gaan, is liet gewenst eerst het een en ander mede te delen over de ,,kamp”-namen in het algemeen. In de helangwek- kende dissertatie van Slicher IU~I BathI ) lezen WC daarover o.m. het navolgende. Namen op -kamp komen 169 maal voor, voornamelijk in Gelderland (70 maal) en in het Ijsselgehied ; in IIrcnte zijn ze zeldzamer (16 maal). Ze worden vermeld sedert de 13e eeuw. Behalve in het Ijsselgebied overwegen de ,,kampen” in Gelderland vooral in de omgeving van Winterswijk en Varsseveld. Het zijn kleine met bomen of akkermaalshout omgeven stukken, (De Nyencamp). De ,,kampen” (enclosures, les enclos, Kamp) staan scherp tegenover es en enk. Ieder stuk land is omgeven door een omheining, meestal van levend hout. Vergelijkt ,,De Nyencamp”. een boshoeve ! De gehele kamp, vaak slechts van geringe grootte, behoort aan één eigenaar. Door de af- geslotenheid van de kampen ontbreekt de belangengemeenschap, welke zo kenmerkend voor de essen is, bij de kampen zou men van een indivi- dualistisch bebouwings-systeem kunnen spreken. Indien we op een stafkaart van omstreeks 1850 het gebied der toen voorkomende kampen tezamen met de toen nog bestaande hossen nagaan, dan blijkt, dat bos en kamp wonderlijk wel aanéénsluiten. De conclusie die wij hieruit mogen trekken is, dat de kampen oorspronkelijk stukken bos waren, die ontgonnen zijn. Het is dan ook dit gebed, dat gekenmerkt wordt door namen eindigende op uitgangen, welke bosrijkdom aanduiden : -holt, -horst, -tere. (boom, verg. Eng. tree), -wold en namen, welke op enigerlei wijze het rooien van bossen aanduiden : Roden, Ruurlo, Rolde, Vleringen (Vlederode), Stokkum, enz. Dit gebied strekt zich voornamelijk uit over het IJsselgebied, Twente en Gelderland. Het verband tussen kampen en bos wordt nog duidelijker, indien we zien, dat de namen, welke bosrijkdom aanduiden thans niet meer in de bossen liggen, maar vooral in de kampen, welke hij deze hossen aanslui- ten, zoals o.a. ook weer uitkomt bij de boshoeve, het stamerf .,De Nyen- tamp” onder Heino. Deze plaatsen zijn oorspronkelijk in de hossen of

‘)H ero p name in hrt Ned. Patr. in dccembcr a.s. ‘) B. H. Slicher oan Bath : Mensch en land in dc middelcruwen ; biidraqr tot ren qc- schiedenis der nederzettingen in Oostelijk Ncdcrland, Dl. 11, Men&h in omgc&g ; uitg. v. Gorcum F Comp., Assen 1944.

236 aan de rand van de bossen gesticht en van hieruit heeft de ontgmnmg plaatsgevonden. De geringe omvang der kampen zelf wijst op een ontginning van stukjes bij beetjes, wat bij de ontwikkelings-geschiedenis van het erf ,,De Nyencamp” wordt bevestigd.-) De marken en essen worden door een zekere gemeenschapsgedachte beheerst, terwijl de kampen en de hoven een zeker individualisme tonen. Volgens Slichcr zijn de hoven waarschijnlijk jonger dan de meeste kampen. Tenslotte nog iets over het erfrecht. In het gebied, waar voornamelijk de kampen voorkomen, kent men het z.g. Anerbenrecht ; dit houdt volgens de definitie van LWI B!om in : le dat de hofstede met vee en gereedschap wordt beschouwd als een be- drijfseenheid, die de eerstgeborene of een door de erflater aan te wijzen jonger kind wordt nagelaten, 2e dat zij hem op bij uitstek voordelige wijze met bevoorrechting boven de andere erfgenamen wordt toegewezen.::) Dit erfrecht komt voor in Raalte, Hcino (cursivering K. N.). Hellen- doorn, dus het IJsselgebied en in de Achterhoek : Eibergen, Groenlo, Nede. Ruurlo en de Lijmers. echter niet in Silvolde, Didam en minder in Borculo.1) Het is begrijpelijk, dat een dergelijk erfrecht juist in dit gebied met de kampen voorkomt, daar een kamp bij vererving niet verdeeld kan worden. Van Rlorn en ook de Blfcortrt menen dit erfrecht aan de invloed van de hofrechten toe te kunnen schrijven, aangezien in deze streken vroeger veel horige goederen waren welke ondeelbaar waren en dus onverdeeld op slechts één der kinderen moesten vererven.“) Het is echter ook mogelijk, dat in de hofrechten een reeds bij deze bevolking bestaande gewoonte betreffende vererving is opgenomen. Merkwaardig is echter ,dat het erfrecht zo aan de natuurlijkc gesteldheid van de landerijen is aangepast. Tot zover Slichcr met zijn beschouwingen over aard en wezen van de kampen als zodanig, voorkomende in oostelijk Neder- land. mede gezien in verband met de familie-, boerderijen veldnamen. De jongste verhandeling omtrent de vier oudste generaties Nieuwen- kamp kan men aantreffen in mijn boek : Europeesche ,,Totemdieren” en cenige andere symbolen, heraldische sprokkels, Haarlem 1935. 2e druk 1936. blz. 146-156, waarin o.m. in extenso afgedrukt de voor dit onderzoek belangrijke akten van 1632 en 1634, waarop thans verder werd voortgebouwd. In het Quohier der Bezittingen van ‘s Koninss Viianden in Salland, i: 1 Kerspelboek van Heino 1707--1802 ; xch. nr. 37 : d.d. 6 aug. 1709 .,waerbij zoo van den Heer van ‘t Relaar, wegens xcoort ovrr ‘t ;~,rngr;~vcn van den nieuwen kamp ___...___ f 25.--.” Zelfde bron. 5 sept. 1783: .,Ingclecvert zijnde cen memorie van aangegravene Lan- den in dit Cxspcl, is da;lr op grrcsolvcrrt” : Onder no. 8 vrrmcld : ..8 bij Nyenkamp Eygen(.~;~r)r Kcftr~clr 3 Roede”; (-- met 3 roeden vergroot). 3) ll. foon Blmn : Rocrenrrfrrcht. in De Economist. 1915. 849. %Iiivcr ccrstgcboortc- recht is het Ancrbenrrcht dus niet. (Slichrr). ‘) id. 851. 862. Aldus het rrsulta.lt x’an ren enquZtc, wclkr in het begin wm deze eeuw onder de notarissen aebooden is. .i ) id. 850. A. S. dc B/C~OMY :“Kort begrip van het olId-v;rdrll;lndsch burgerlijk recht. 1939, 5e dr. 496.

237 opgemaakt in 1583 ti) komt op blz. 45 voor de ,,coeterstede genampt Nijelandt” te Heino, eigenaar Jan on lio!thcn ,,wonende binnen der El- burch”, pachter Jan Geerfsz te Heino in tegenstelling met het geredigeer- de op blz. 96 van genoemde bron, waar ,,...... een coeterstede...... “, ,,. . . . .ter Heijne gelegen.. . .“, eigenaar ,,]an cjan Echfen Jamsz. toe Vol- lenhoe”, pachter Ge er t J a n s s z te Heino. Uitdrukkelijk staat er vermeld : ,,...... voersz (egd) gelegen”, met andere woorden terug slaande op het gestelde op blz. 45. Anders komt er niet voor in aanmerking, tenzij bedoeld wordt de ligging der beide voorafgaande goederen van Jan van Echten te Heino. Hoe het zij, de vermelding van deze beide ,coetersteden” te Heino in Salland in 1583 is er niet minder opmerkelijk door en wel :

1. Beide worden genoemd te Heino, waar zich het stamerf van de familie Nieurc7cnkamp bevindt. 2. Eén is het eigendom van een lid van het in 1818 uitgestorven oud-adellijke geslacht r>an Echten, van we!ke familie het stamerf in de 17e eeuw ook steeds in bezit is geweest. 3. Eigenaardig genoeg heet de pachter van het ,,Nijelandt” Jan Geertsz. en van de andere ,,coeterstede” Geert Jans=. Een verschrijving òf mogelijk vader en zoon 7 4. De naam van het erve ,,Nijelandt” k om t wonderwel overeen met ,.Nije(n)camp” en wel in ‘t bijzonder kàn ,,landt” duiden op woest land, onontgonnen terrein, ..camp” daaren(qen op in cultuur gebrachte grond (Verdarn, Middelnedcrlandsch Handwoor- denboek). In zoverre komt dit uit, dat inderdaad ,,de Nyencamp” in de 17 eeuw nieuw werd aangegraven, zoals reeds in vroegere publicaties werd aangetoond ; zie o a. ,,Totemdieren”, bron : Processtukken van Klaring en Hooge Bank in Overijssel van het jaar 1634 ; Wolter van Echten ten Relacr. Ook de plaatsaan- duiding, de ligging komt in 1634 overeen met de opgave van 1583 : ,,in ‘t kerspel1 ter Heine tuschen Awrhcine” (cursiv. K. N.) und het Reeler”. Oorspronkelijk ontgonnen nieuw aangegraven markegrond. In 1634 ,,ses mudde landts groot”.

Mogelijk ook werd toenmaals de bezitting met ,,ses mudde landts” nieuw aangegraven, uitclebreid, evenals in 1709 en 1783 een kleine uitbreiding plaats vond ; zie noot 2. Dus geheel volgens de ontwikkelingsgang van de kampen, volgens Slicher. De vraag blijft, hebben we hier met één en hetzelfde erve te doen 7 Ogenschijnlijk ja ; dat wil zeggen wanneer we een verschrijving, omzet- ting aanvaarden van het pachters-patronymicum. Evenwel gaat dit dan nog niet op, aangezien in hetzelfde quohier van 1583, dus in hetzelfde jaar, op twee verschillende plaatsen ook twee verschillende eigenaars

“) Uitg. van de Vereeniging tot Beoefening van overijssrlsch Rcgt en Geschiedenis en gedrukt te Zwolle bij de Erven J. J. Tijl, 1880. D e volledige titel luidt : S,rll;lnt. Quoijcr ende Register vnnn rrffuen Landcricn thienden endc jncrlickschc pxht van dien. oeck vann Renthen etc. inden Qtmrtier v<,n S;lll;lnt inden L‘lndc v<>u Oueriissel oeleaen .toebehoorende Co.e Ma.ts vimden endc rehellen. die in Steden, Land& ende Pïaetsen. contrarie parthie van Zijne M

238 worden genoemd : Jan van Holthen en Jarr 11an Echten, de eerste te El- burg, de tweede te Vollenhoven woonachtig. Het meest plausibel is met grote mate van waarschijnlijkheid te aanvaarden, dat we hier met Geert ]anssz. en Jan Gcertsz. te doen hebben met vader en zoon en wel is dit te meer aannemelijk gezien :

a. Het sluitend patronymicum. b. De hypothetische vader voorkomt op een volwaardige kotter- of keuterstede, als zodanig zonder meer vermeld. c. De vermoedelijke zoon daarentegen als jonge keuterboer, wordt vermeld op een naburige keuterstede het ,,Nyelandt” welk ,,landt” nog blijkbaar meer intensief in cultuur moest worden gebracht en waarop pas in de tweede helft van de 17e eeuw nieuw werd getimmerd. De jonge boer kon zich daar een bestaan scheppen met hard werken. De vader bewoonde reeds een in cultuur ge, bracht erve. d. Het bovenstaande wordt nader bevestigd, door het voorkomen van minstens drie naamloze katersteden in de onmiddellijke nabijheid van het stamerf van het geslacht Nicrrccfenkamp, wellicht door Jan Geertsz. oorspronkelijk bemeierd, om van dáár uit het ,,Nyelandt” tot een ,,Nye(n)camp” te hebben ontgonnen en vóór 1632 geweid door schapen, zoals te doen gebruikelijk op de onontgonnen bos- en heidegronden ; markegrond. e. Ook chronologisch sluit een en an’der, zowel de filiatie, als de beschikbare geschiedkundige gegevens van het stamerf zelf. (Vgl. ook : ,,De Nyencamp” een oud-Germaansche ,,dooden- akker” ? in Eigen Volk, jrg. 1934).

Vóór 1632 was het land markegrond, waaruit volgt, dat de gebruikers van dit land, vóór dit omstreeks 1632 overging door koop aan het geslacht van Echten, markegerechtigd zijn geweest in de Veldhoek in Salland, 30 minuten noordoostelijk van Heino. De onontgonnen grond werd toen zoals gezegd, gebruikt voor het weiden van schapen. Gebrek aan bronnen belet verder bewijsmateriaal bijeen te brengen . Afstamming.

1. Jan, geb. circa 1500, had een zoon GCM. volgt 11. 11. Geerf Jansz., in 1578 voorkomende als pachter van een ,,kotstede” volgens de ,,schatcedull r), behorende tot ‘s konings Philips 11 ,.vianden ende rebellen”“) in 1583 vermeld als pachter van .,een coeterstede” te Heino van Jan uan Echfen Jansz., wonende te Vol- lenhoven, ,,vntboeden zijnde, vm redenen bouen verhaelt niet voer vns erschenen”,‘;) had verm. een zoon ]an volgt 111. 111. Jan Geertx., behorende tot ‘s konings Philips LI ,,vianden ende rebellen”“) in 1583 pachter van .,een coeterstede genampt Nije- landt”“) te Heino van Jan van Holten, wonende te Elburg ,,die oeck ontboeden zijnde, niet gecommen en js CC.“‘;)

i, Oudste Markeboek van Hcino. arch. nr. 96, blz. 1: ,,Gocrtt ter kotstede soeven daler vijffentwi(n) tich st(uyvers)”

239 N.B. De Kottstcde en Nijelant worden direct na elkaar genoemd in het Markeboek van Heino en Liederbroeck (blz. 22vso), arch. nr. 96 en wel in ,,de cedule ende annotatie der ghene soe den Holterdijck behoeren toe maken int kerspel vander H eyno ijder slach twe roede. De Kottstede ...... 1 Slach. Nijelant ...... 1 ,I Ten minste verm. twee zoons : 1. Gerrit (Geert), volgt IV. 2. Tonnis. genoemd in een akte van 30 Juni 1632,s) uit wie de tak genoemd in De Navorscher, jrg. 1927, blz. 190 e.v., waarop meerdere aanvullingen in mijn bezit. IV. Gerri(d)t Jansz., geb. vóór 1610, van het erve ,,De Kiefte” in de marke Fortmond halverwege tussen Olst en Wijhe, gemeente Olst, daarna pachter in 1632 met l’onnis van ,,twee stucken seijllandt (= zaailand) gelegen int kerspel1 ter Heine tuschen Averheine und het Reeler genaimt den Nyenkamp” door jonker ‘M/olrcr Iran Echten vóór 1632 gekocht van de markegerechtigden van Heino ; de Nyenkamp was toen groot “ses mudde landts” s), overl. vóór 2 apr. 1650, tr. verm. Engele voorkomende in een akte van 2 apr. 1650. s’) V. Jan, geb. omstc. 1640, wellicht ,,het onmondig,e kyndt van sall (iger) Garrit Janssen ende Engelsc sijn huisfrouwe i’l), ( L de toenmaals eerstbekende stamvader van het geslacht Nicurc~cnkamp, vermeld in Nederland’s Patriciaat, anno 1927 en generatie 11 in ,,Totem- dieren”, blz. 155. VI. Jan Jansen Nycnkamp (Nienc(k)arnp, Niw~vcnkarnp), geb. omstr. 1670, ontleende de familienaam aan het erf .,De Nyencamp” en was de eerste beruoncr als pachter van het ,,vrij en alodiaal Erve en goed den Nyencamp” onder Heino ii ), tr. N. N. Een zoon Hendrick, volgt VII. VII. Hendrick Jansen Nicnc(k)amp (Nijenkamp, Nieurvcnkamp) ged. Heino 14 aug. 1698, bewoonde als pachter de zathe en landen genaamd ,,de Nyencamp”, thans ,,de Nieuwenkamp” geheten, onder Heino, overl. tussen 1748 en 1751, tr. Jcnneghien (Jannegjen) Jansen, overl. nà 2 juni 1765. Uit dit huwelijk 9 kinderen 12); vele nakomelingen, waarvan het

“) Processtukken van de Klarinq en de Hooge- of Dingwaardersbank in Overijssel van het jaar 1634 (Wolfcr van &chfer~ ten Reloer). R.A. Overijssel, Zwolle. Gerichtsprotocol van contentieuse en volontairr zaken van het schoutambt Heino. lopende over de jaren 1638 -1652. R.A. Zwolle. Zónder naam van het kind ;mngegeven in de akte voor;lfg,mndc aan voornoemde akte van 2 april 1650 met de momb.tren ,.Hendcrick B/ocssw~ endc lacob Hcrmens” in het gerichtsprotocol van licino. Het huis ..de Nyencnmp” werd omstreeks 1688, in ieder geval na 1682 gebouwd voordien nieuw in cultuur q&r,~~ht. bij stukjes en beetjts en gepacht land. Vgl. het vuursteden kohier, waar& .,dc Nyencamp” in 1682 niet voorkomt, te verklxen omdat er in 1682 vermoedelijk nog geen huis op de grond stond. althans geen huis met een vuurstede. Mogelijk alleen een schaapskooi. Na 1682 voldoende ontgonnen en groot genoeg voor hel zetten van een huis. ‘2)Volgens een lijst van inwoners van Heino ingezonden d.d. 26 aug. 1748. aanwezig op het Rijksarchief te Zwolle woonden van deze familie behalve de ouders Hendrik Nijenkamp en lannc~ie:~ lansen nog Harmen. lama en Hendrina in het Velthoeker- rot op ,,de Nyencamp”; hun kinderen. 240 vijfde kind Hendrick volgt VIII. VIII. Hendrick Nieuwenkamp, ( 1723-1802), mr. brood- en koekbakker te Hasselt in de Hoogstraat (0.2.) enz., diaken en ouderling 1763, 1764, 1767, 1771, 1794, huwde Catharina de Olde (1725-1802), behoorde met zijn zoon en opvolger tot de ,,gezworen gemeente” van Hasselt, gemeenslieden (toenmaals 14 gezworenen, behorende tot het stedelijk kiescollege van de raad, doorlopend van 1757-1794 ; de gemeenslieden hadden een eigen ,,meensliedenbank” in de St. Stephanuskerk te Hasselt). Zij behoorden tot de magistraat, vroedschap. Vader en zoon waren ,,ter bonen geciteerd”, dan werden 3 leden door loting door middel van bonen aangewezen om met 3 op deze!fde wijze aangewezen leden van de mindergemeente de ma- gistraatskeus te verrichten. Deze mindergemeente, of gemene meente, bestaande uit 6 leden, werd eveneens door schepenen en raad benoemd. Ze had geen andere taak dan als kiescollege. (In- ventaris oude archieven van Hasselt, Formsma. 1951 ). Zie nader ,,Gens Nostra”, 1954, blz. 110-11 1 ; id. 1955, blz. 125-128. Ook omtrent de jongere generaties Nicurc~enkanzp zouden nog vele aanvullingen en mutaties zijn te geven, doch het was hier slechts de bedoeling de oudste geschiedenis van het geslacht met de herziene afstamt ming vanaf omstreeks 1500 te doen kennen, met de opgave van de geraadpleegde bronnen, mede van belang voor het onderzoek naar de herkomst van andere Overijsselse geslachten van kleine boeren en waaruit men tevens kan zien, dat ook bij van oorsprong eenvoudige boerenfamilies de genealogie met grote mate van waarschijnlijkheid vrij hoog door de eeuwen heen kan worden opgevoerd. Men kan hiermee zijn voordeel doen. Bewezen werd de stamreeks van het geslacht Nicurc~cnkamp, opgevoerd tot circa 1640 en met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid tot omstreeks 1500. Nog kan volledigheidshalve worden medegedeeld. dat het wapen Nieuwenkamp als opgenomen in mijn Nederlandsche Familiewapens,

88 + dl. 11, pag. 82 e.v. oorspronkelijk, wat het hoofdmotief betreft een huismerk is geweest, nader toegelicht in mijn ,,Het raadsel der huismerken”, blz. 31. Volgens een oud koperen cachet, empirestijl (1790- 1 SlO), twee afbeeldingen in het Polderhuis van het Hoogheemraadschap te Hoofddorp en gebrandschilderd in een gedenkraam in de Groote Kerk te Edam. Vgl. tevens de Ned. Leeuw, jrg. 1920, kol. 194, 229, 230. Eeuwigheidssymbool, toverknoop of koord-zonder-eind. O.a. voorkomende als motief in het z.g. bovenlicht boven deuren en als geveltopteken. Het wapen Kits vertoont eveneens een huismerk : voorkomende in het grafboek gemerkt N 49, arch. N.H. Kerk in de N.Z. Kapel te Amsterdam ; graf Ah. Kits ; ,, Journaal Westerkerk” W. 45, E, Middel- kerk 154. Zie Ned. Fam. Wap., dl. 11. blz. 68 e.v. en De Navorscher, jrg 1940, blz. 242 e.v Metselaars- of steenhouwersmerk. Doorn, ,,De Nyencamp”. 241 BOEKBESPREKING

Dr. 0. Neubecker : Wie finde ich ein Familienwappen 7 Kleine Wap- penkunde für jedermann. 120 pag. en 115 één- of meerkleurige afbeeldingen: Falken-Verlag Erich Sicker, Berlin-Dahlem. gekart. DM 6.40. De grootmeester van de Duitse Her‘ildiek heeft de intcrn,ltlon,lle wapenkundlge litteratuur met een beknopt, van zijn grote kennis getuigend, hoogst bcl;mgwekkend werkje verrijkt, waarin zowel de leek als de gcvordcrde beoefen,l,lr van de heraldiek alles van zijn gading zal vinden. De uitgebreide stof is op zeer duidelijke en prettig leesbare wijze behandeld, overvloedig geillustreerd met de wapens van vele internationale he- roemdheden, gekleurd, gearceerd of in photografische reproductie, welke laatste afbeeldingen evenwel de kleuren van de oorspronkelijke tekenmgen minder goed tot hun recht laten komen. Ons landIS vertegenwoordigd door de hl,lzoenen van E~mor~d, Eras- mus, Mulerf. Renessc en de Ruyfcr. Behalve dc norm~rle stof, heh;~ndclt de schrijver ook het aannemen en ontwerpen van nieuwe wapens, de folkloristische heraldiek en de symboliek in de wapenkunde, zonder ontkenning van de gevaren daarm schuilende, doch ook met open oog voor de waarde en de waarheid die mede d.l;lrin kunnen liggen. Voorwaar een uitmuntend werkje dat wij ga,ume van harte ,lanbcvelen. Zeist, sept. 1956. ARK

Jhr. Dr. D. P. M. Graswinckel. Graswinckel. Geschiedenis van een Delft’s Brouwers- en Regentenge,slacht. Uitgave Martinus Nijhoff, ‘s-Gravenhage 1956, f 25.-. De verschijning van dit boek van de hand v,m de Oud-Rijksarchivaris is een evene- ment in de wereld der genealogie. Het rijke materieel aan akten en een prachtige collectie familieportretten samengevoegd tot een boeiende geschiedenis door de meest competente man van het vak. Wij zien de roman van Mevrouw Bosboom-Toussainr .,De Delftsche wonderdokter” werkelijkheid worden in dc personen van [ac»l> {ansz. Op smakelijke wijze worden wij door de schrijver geleid langs de lotgevallen van zijn famlilie gedurende meer dan vier eeuwen ; de ups en downs van de Nederlanden weerspiegelen zich in de familie. gezeten in 1600. zeer rijk in 1700, bekrompen levend in 1800 en in 1900 behorende tot de Nederlandse ildel. De aanwezigheid van belangrijke familiepapieren en de arbeid van de schrijver deze te kunnen completeren en een aanzienlijk bezit aan familieportretten pieus bijeengehouden in de daarvoor gebouwde zaal bij het familiehofje van gratie te Delft, hebben dit boek gemaakt tot het ideaal van de genealoog. Men zal er steeds met genoegen opnieuw naar grijpen en het door- bladeren. Wij wensen de auteur geluk met de smaakvolle en tegelijk genoeglijke inhoud en de uitgever met het gedistingeerde kleed waarin het gestoken is.

Walter Neuse. Die Geschichte der Rittersitze Haus Wohnung und Haus Endt. Mit 6 stammtafeln, 35 Abbildungen im Text, auf Vl11 Ta- feln und 2 Falttafeln. Neustadt-Aisch 1956. Beitrage zur Geschicht? und Volkskunde der Kreises Dinslaken am Niederrhein. Band 1.

D e geschiedenis van de Riddergoederen Haus Wohnung en Haus Endt raakt op verscheidene punten de Nederlanden, daar deze kastelen lenen waren van het Graaf- schap Kleef en gedurende lange tijd bezit waren vCm de Hollandse families v. d. Ka- pellen, van Doornick en Van Nagel-DoorrCck. In 1327 was Haus Wohnung (wohnung bedoeld als .,groot huis”) eigendom van Arnd van der Wonynyen, die het in 1368 aan Kleef overdroeg en het weder in leen terugontving. Elisabeth O. d. Kapellen. dochter van lohann v. ti. Kapellen en N. v. d. Woningen wordt in 1400 beleend met Haus Womngen. waardoor het kasteel in bezit is van de familie v. d. Kapellen. In 1597 bezit de laatste 1~. d. Kapellen. Sophia, gehuwd met lohann van Doornick, het Haus Wohnung. waardoor het overgaat aan de Heren van Doornick 1611-1794. Aan de hand van de Akten uit het archief van Haus Wohnung leidt de schrijver ons door de lotgevallen van het goed gedurende drie eeuwen. Vele akten zijn in de Nederlandsche taal geschreven. De Doornicks bezaten eveneens het HUIS Loo bij

242 Apeldoorn, dat zij 27 nov. 1684 voor 90.000 c,irolus-guldells di,” de St

R. S. Roarda. It Algera-Algra Skaei, 1425-1955. Dit aan de dankbare nngcdachtenis van zijn Moeder opgedr,ìgen hoek. draagt het teken van de verering, die de schrijver \‘oor zijn Moeder en haar f,lmilie heeft. Met de hem eigen nauwgezetheid heeft hij deze genealogie samengesteld en verlucht met de handtekeningen der verschillende familieleden, hun zegels en hun wapens en het moet voor hem een grote voldoening geweest zijn, ook dit boek naast dc genealogie Roarda- Keizer te hebhen kunnen plaatsen. Een goed register maakt het boek gcmakkclijk te raadplegen. Onze hartelijke gelukwensen aan de schrijver. A’dam, sept. lY56. W. R. TIJDSCHRIFTEN-REVUE IAdministratcur voor dc lopende Jaargangen: J. J. G. Kranen, Mariëndaal 5, Rozendaal Gld). Tijdschriften kunnen eerst drie maanden 1,<1 aankondiging in deze Revue. aan de ï,eden der N.G.V. op aanvrage ter lezing worden verzonden.) Gruortin~n. maandblad v

De hrahanfsc Iccr~~v. Jrg. 5 No.<), sept. 1956: E. M. K~~ruczcc. I.ijstcn van Schouten. hlm Stadhouders, Griffiers en Rentmccstcrs ill het Kwnrticr V,II~ Kcmpe~ll:~nd; Dr. /. P. W. A. Snit. De stndsklcuren van Hrusden: 1. 1. M. Hccren. [. A. W. Su~;~r~c. Van dc Luytelaer; K. v. d. Wafcrin{/. Rcrgen op Zoomsc Potl,;lkkrrs-f.llnllirs tussen 1600 et, 1700. Dc Limburgse Lcctrto. Jrg. 5 No. I: Ay. G. M. A. ~vau Ilc!/sf. Het geslacht De Navngne of Van Elven in Marlingen (B); P. Gcrlaclr Schiirnmcr O.P.M. Capucijnen werkzaam in de zielzorg in Limburg na dc opheffing der kloosters (1706); 1. Linssen. Enkele gegevens uit de 14~ eeuw over de Heren vat, Dietcren: Alh. Corfen. Enige aantekeningen betreffcndc de Hoensbrocksc familie Weustenrardt; lsn Vcrzjl. I-Iuize .,Ten Have” te Grathem; 1. H. 1. Gulikcrs. Manuscript Kcrens, 4: De Coclmont. De Nedcrlandsche Lccccw. Jrg. 73 No. 8, nug. 1956: U’. A. Wijhrrrg Ir. Overste Gijsbert van Hogendorp (1589~~~~1639) en zijn naaste familie; 1. 1. M. H. Vcrzijl. Genealogie Van Broeckhuysen genaamd Oyen. Ons Voorgeslacht. Jrg. 11 No. 60. juli-ang. 1950: D. W. Graocndcc/. Kwartierstaat van Elisabeth Geertruida Hefting; 1. H. A. E. Harshagen. Clipp>nus; Viering tienjarig bestaan ,,Ons Voorgeslacht”; C. HocX-. Kevelacr. De Navorscher. Nederlands Archief voor Genealogie en Hcralclick. Jrg. 96 afl. 3: Mr. 1. Rclonic. Toestanden te Rio Drmcrary tegen het einde der XVIIh Eeuw; A. ~>arz drr Mare/. Het slot tc Wateringen en zij11 Ixwonrrs; /ar, Vcr~ijl. V,ln B;tcrll; G. 1. ,‘j~tv~rl- bom. Een wapenstcen tc Nieuwpoort Z.H.; R. W. uan Srhijr~dcl. Aantekeningen hctrcf- fende de familie Van Besoyen; M. D. Lammcrfs. Naamlijst v.111 pricstcrs. pastoors en kapelaans in het Zuiderkwartier van Holland over de jaren l730-‘50, 1751.--‘70, 1771-‘94. Ons Amsterdam, 8e Jrg. No. 8, aug. 1956: F. 1. Dubier. De Amsterdamse tapijtwcvcr Alexander Baert van Oudenaerde en de Enkhuizer tapijten; P. A. o. d. Linden Vooren. Herinneringen aan de schouwburg van het Paleis voor Volksvlijt; M. M~d/cr. Hoc zag Rembrandt Amsterdam 1; 1. Vricse. Het Nieuwe- of Zons Hofje.

243 Ir Bea/ccn, Jrg. XVIII No. 4/5. nug. 1956. Prof. Dr. G. Gosses til in oantinken: h’. Fokkema. Dou hast en dou hest; Jhr. M. 1. van Lenncp. Strijdvragen in de geschiedenis van Leeuwardens plattegrond; H. T. 1. Micdcma. De Wassenberghers. Napoleon en it aldste Nijfrysk; Dr. E. Galarna. Bibliografy fan Prof. Dr. Gedard GOSSCS. Mef Gansen Trorl. 6e Jrg, No. 8, aug. 1956: B. W. uarz Schijndel. Genealogie der Kievitsen van den Hil; A. wr~ En~_dcrl. D’c Vlijmensc en Baardwijkse Overlaten: P. Tarcisius uan Schijn&/. Veldnamen in Elshout; P. Eliyicls Wicgmans S.O.C. De Wiel van Haarsteeg; 1. Vcrsanfooort. R.K. Kerk tc Bokhoven. Nederlands Archicuenblad. 60e Jrg. Afl. 4: P. Noordenhos. Antwoord aan de heer Bloemen; drs. F. A. Brckclmans. Gelncensch;lppelijk archiefbeheer van gemeenten; Mr. A. P. van Schi/fgaardc. Het nieuw-archief van het huis Bergh en een registratuurstelsel van 1842: drs. 1. Taal. Op zoek naar Goudana langs de Belgische archieven; A. uan Gicscl. De ordening van archiefstukken in de rc!listratuurpcriodc. Hef Pcrsomxl Sfafurlf. 7r Jrg. No. 7 8, juli-,lug. 1956: Jhr. Mr. Th. K. Ai. 1. u. Sassc uan I[ssc/f. Het huwelijk in hrt Nrdcrl,,nds Intcrn.ltion.l,lI Priv;l.ltrccht; [. C. Luifinyh. Genoegza~lmverklaring van shikken. L’lnfermédiaire des Généaloyistcs, Xle année No. 64, juillrt 1956: W. uan Hilfe. Famille Diedeman; Chronique de nos provinces; Chronique de I’Etranger; Qurstions; Réponses; Liste des Patronymes contenus dans les numéro 55 a 60.

Oostulaamsche Zanfen, 3le Jrg, No. 5, sept.-act. 1956: F. uan Es. De apologische spreekwoorden en de Zeispreuken uit het ,.Gents Woordenboek” van 1,. Lirvevrouw- Coopman; Leun Defraye. Oorlog~folklore; uit Harelbeke; Het Vlaamse Volksleven in 1955.

AIIgäuer Hcimatbiichcr. Iür den Verband ,,Hcimatdienst AIlgäu” herausgcgcben van Dr. Alfrrd Writnauer. Vrrzcichnis drr bishcr rrschicdencn Riindr. 1956. /T:IIII~/~(. IIII/k. ‘Xc.ttscl,rllt lilr (;en<..~lo~l~ï t111d I~<~volk~~~~t~~~.~sl<~~~~l~~, 5. Jr\l. I IcIt 4. Juli-August 1956: Prof. Dr. H. Mityazt. Die Familie des prcuszischen Kultusministers Robert Bosse; Dr. G. Roes&. Genealogischer Ltingsschnitt durch die Gcschichte des Abendlandes; H. Mahrenholtr. Beitrag zur Genealogie der von Miinchhausen im l3.-- 15. lahrhundert. Dr H. F. Friederichs. Die Frauenstein-Sippe leischbein: R. Giinzcl. Die Neubiirger der Stadt Merseburg von 1507-1524; Dr. F. Krcbs. Pfälzer Amerika- Auswanderer des 18. Jahrhunderts. Norddeufsche Familienkunde. Zeitschrift der Arbeitsgemeinschaft Genealogischer Ver- bande in Niedersachsen, 5. Jrg. Heft 4, Juli-August 1956: Dr. H. Waltcr. Heiratsaltrr und uneheliche Fruchtbarkrit in Einbeck im 19. und 20. Jahrhundcrt; Dr. M. Granrirl. Das Stadtarchiv von Osterode (Harz) und Seine familiengeschichtlichen Quellen; A. Wo/f. Ergänzungen zu ..Uber die Vorfahren des Hamelner Biirgermeisters Marcus Ame- lung; IC. Sparncchf. Die Vorfahren des Pfarrrrs Bart. Rode; E. liirns. Die F,lmilie des Erbauers der Marienburg Konrnd Wilhelm Hasc.

Osffriesland. Zeitschrift fiir K II Itur, Wirtschaft und Verkehr, 1956 No. 2: Offokor Israel. Ostfrisische Gemeindewappen; Aus den Heimatvereinen; Aus dem Schriftum.

The Coat of Arms, Vol. IV No. 27, July 1956: H. Sfanford Londen. Official Badges; C. R. Humphery-Smifh. The Christ Church Gateway; lohn A. Goodall. The sen]-die of John Sante Abbot of Abingdon; Lit.-comm. 1. H. B. Bedclls. .,Type” Badges for minor naval vessels; Mofley Heraldry; Rotoland Breffon. The arms of Ottawa: Thomas N. A/fhorp. Archievements of Swiss Benedictine Monks; B. G. IYilliamson. The imperia1 Heuse of Hurbide; A. R. Wayner. The fashion for Heraldry; C. SheDbcare. Reverie; Georye Abbot. Heringod of Icklesham Susscx.

Thc Scoftish Genealoyisf. Vol. 111 No. 3 : Nancy Rrw~v~c. The Scots Ancestry Research Society; Kenncfh Ellioit. The Genealogy of Early Scottish Music composers; 1. F. Mifchcll. Tombstones in North Leith Cemetry; [oan Lh~n/~p. Some Highlclnd De- Trelopment Schemes of the Eighteenth Century.

Insfifufo /nfernaciona/ de Genealogia y Heraldica, Ano 111 No. 45, 1.8’56: Mede- delingen van het Instituut; catalogus der publicaties van de leden van het Instituut; Adelijke titels; Idem, No. 46, 15.8’56: Het insigne van het Instituut; Opgave van valse of uitgestorven orden in Italië; Dc valse Prinses v

244 The Sfafen Island Historian, Vol. XVII Number 3, serie-nummer 67, July-Sept. 1956: Dorofhy 52th. The clove and its Valley: Capt. /ohn Hamme/. Old days on Chffstrect; Loriny McMillan. History of the Medic,d profession of Staten Island, part 11, 1800- 1900; With this r:n:. Harry Fcrris [ohrzsforz. Your Arrcstors. Vol. 10 No. 2, April-Junr 1956: The Titus family; Wilcox; Sherwood; Ho~~!et~; Dihble family; F,~rnh:~m; Bc,~rdslcy f;imily; Spoor familiy; Maxson family. Als nieuwe aan\iinst vermelden wij: Thc yencalqyical Mayyazirtc CIF Ncrv /crsc!y. Vol~~mc XXIX, Numhcr l/2. J;rnlmry- April 1954: Gcor,yc B. McCraclsen and Georgc 0. Zahriskic. ‘1%~ V;ln der Lindes in Colonial America; E. A. Baldtuin and &‘. \+‘. Cook. Esscx Cwnty Gravestones, the old Newark Burying ground; Erward 1. ~sscr. Records of thc First Prcs1~yteri.m Church of Cranhury (Hierbij vele Hollandse namen: Bergen, Snijder, Vwdijk. Vanzant, Va- neste, Gulik, Van Pelt, Van der Hoof, Pierson, Voorhees). Der Schwcizer Familienforschcr. Le Généalogiste Suissr. Jrg. XXIII No. 3/4. Mal 1956. Frieda M. H rtggenbcry. Ottiswil. Die Gcschichtc uncs bcrnischen Gutcs. Zur Jahreszusammenkunft im Thurgau am 10. Juni 1956; [ulictfe Bohy. L;I famille Cornu Amsterdam, sept. 1956. W. R.

NIEUWE NUMMERLIJST CONTACTDIENST Verschenen is de tot 1 aug. j.l. geheel bijgewerkte en verbeterde nummerlijst van de contactdienst waarop alle deelnemers aan de contactdienst staan vermeld. Hiermede is de voorgaande lijst vervallen. Voor alle deelnemers aan de contactdienst is deze nieuwe lijst onont- beerlijk. Onnauwkeurigheden en nodeloze correspondentie kunnen hierdoor vermeden worden. De kosten van de nieuwe lijst bedragen 50 cent. Te bestellen bij de contactdienst. v. Eedenstraat 9. Haarlem. De kosten kunnen voldaan worden in postzegels of per giro door overschrijving op gironummer 547064 t.n.v. penningmeester Ned. Gen. Ver. te Haarlem. Hoofd van de contactdienst, C. ROODENBURG.

VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, dit met zijn ondcrzock is vastgelopen. dan wel diegenen, die met anderc personen verbinding zoeken op genealogisch en hcral- disch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra. Post- bus 976, AmsterdamC. Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden. Men wordt wel zeer dringend verzocht het papier, waarop de vragen worden ingezonden, slechts aan één zijde te beschrijven. LXXXII. ENTE Van 1718-1745 was Isuac Enfc(nl schoolmeester te Grldrop. In 1715 deed hij een poging aangesteld te worden te Hetze (N.Br.). Wie kan mij helpen aan nadere gegevens over deze persoon of diens voorvaderen. P. J. ENTE, Wageningen. LXXXIII. VAN DER TOORN. a. Willem Hendrik van den Toorn (geb. Loosduinen, 1769). gedoopt te Bleiswijk. 29.1.1769. overl. R’dam 16.7.1819) gehuwd met lacoba dc Wit (geb. ?, gedoopt Rotterdam 19.2.1769 .overl. R’dam 17.8.1819). Wie waren de voorouders van bovengenoemde echtelieden (met hun antecedenten en beroep) en had W. H. vnn den Toorn ook broers en/of zusters ? b. Zeer waarschijnlijk was W. H. van den Toorn eerder gehuwd geweest met Anna Hendrina Buyf, welke in 1796 te Loosduinen overleed. Uit dit huwelijk: [ohanna Pc- tronella (geb. 12.1.1794; gedoopt in de Grote Kerk tc Den Haag, getuige ]»/ranna 245 Verloop; overl. g.l.?) en lacoba Hendrina (geb. 7. gedoopt 11.10.1795, getuige lo- henna Verloop, overl. 7). Gaarne inlichtingen over bovengenoemden. alsmede hun afstamming. c. Alle gegevens over personen met de geslachtsnaam van den Toorn, voor zover voorkomende in Nederland en daarbuiten, zijn van harte welkom. F. VAN DEN TOORN Jr., Lombokstraat 17, Amersfoort LXXXIV. VAN DER STEUR. Wil iedereen die gegevens heeft over het geslacht unrl &r Sleur. uit welke tijd ook, zich in verbinding stellen met A. G. VAN DER STEUR. C. Frnncklaan 48. Hcrmstede LXXXV. PICKLE. SALTSMAN. Leni Pickfe, dochter van /an Pickle en h/laydalena Snllsrnan werd geboren 6 juni 1788. Gevragd de plaats van geboorte. Mej. H. W. SONT, Amsterdam LXXXVI. KALWIJ. Gegevens gevraagd betreffende de familie h’allr~ij; ben gaarne bereid gegevens uii te wisselen. N. Th. M. KLOOSTER, Snerk LXXXVII. GROLLE. Te Oud-Loosdrecht werd 27 januari 1765 in de Ned. Herv. kerk het huwelijk bevestigd tussen Albert Grolde, J. M. van Osnabrug. wonend te Sloten en Aagje de Haas. ‘Te Sloten (bij Amsterdam) werd uit dit huwelijk op 27 october 1765 een zoon geboren. Te Naarden werden uit dit huwelijk nog vier kinderen geboren tussen 9 october 1774 en 18 juli 1784. Genoemde Alberf Grollc overleed te Naarden in 1784. Wanneer werd hij geboren en wie waren zijn ouders? Wat kan ,.Osnabruy” beduiden ? i Waar heeft het echtpaar gedurende de tijd tussen * 1765 en 1774 gewoond 7 Zijn I er wellicht ergens gegevens te vinden over de vestiyiny van (een groep 1) immigranten omstreeks het midden der 18e eeuw in de omycving v

Redacteur : W. D. H. Rosier. Postbus 976, Amsterdam. Administrateur van de Contact- afdeling : C. Roodenburg, Van Eedenstrant 9, Haarlem. Administrateur der verzending van het Maandblad: Jan Hagoort, Kloosterstraat 11, Naarden. Secretariaat der N.G.V.: Postbus 976, Amsterdam. Contributie minimum fl. lO,- te storten op Girorekening No. 547064 ten name van de Penningmeester der N.G.V. te HAARLEM.

GENEALOGIE VAN DE FAMILIE DE KLERCK door Ir. Th. P. E. DE KLERCK (slot) = 622. 7. Johan, geb. St. 25 juli, ged. 14 aug. 1836, $ Utrecht 20 okt. 1920, begr. Maarssen 25 okt., notaris te Dinteloord (1874- 1889), Maarsseveen (1889-1901) en Maarssen (1901- 191 1 ): tr. IZoosendaal 13 nov. 1874 met Christina Char- lotte (,,Lotje”) de Koning, geb. ‘s-Hertogenbosch 17 maart 1828, f Maarssen 1 nov. 1908, dr. v. Willem Adriaan de Koning en Cafharina Joanna Wilhelmina Fack (zie ook 511.3); geen kinderen ; 8. François Adriaan, geb. St. 16 aug., ged. 17 sept. 1837, i St. 20 mei 1838 ; 9. jacomina Hillegonda Johanna Jacoba (,,Gonda”), geb. St. 28 sept., ged. 11 nov. 1838, t Dordrecht 16 mei 1887 : tr. St. (.,met de handschoen”) 8 mei 1862 met Johannes Pieter Klappert (toen in Batavia), geb. Den Haag 16 jan. 1826, f- a/b barkschip ,,Brouwershaven” op de Atlantische Oceaan 5 nov. 1866, gezagvoerder, zn. v. Jacob Klappert en Neel- , tje van Nelle (zie ook onder 3): 2 zoons Kloppert ; 10. Pefronella Catharina (,,Ika”), geb. St. 18 sept., ged. 8 nov. 1840, t St. 4 juni 1891, ongeh.; ll. François Adriaan Christiaan Jan, geb. St. 9 nov. 1842, zie 623 ; tr. 4e St. 26 juli 1850 met Pefro,nella Kerstcns, geb. (Etten en) Leur 20 feb. 1828, _t St. 7 dec. 1890, na het overlijden van haar man modiste, dr. v. Pieter Kerstens (scheepstimmerman) en Cor- nelia Gelegns ; 7 kinderen de Klerck : 12. Samuelina Ebeldina (,,Dien”), geb. St. 11 mei, gcd. 1 juni 1851, _t St. 19 jan. 1938, begr. St. achter N.H. kerk, de laatste bewoonster van het ouderlijk huis te St., ongeh.:

247 13. François Adriaan, geb. St. 2 aug. 1853, zie 624 ; 14. Coznelia Johanna (,,Cor”), geb. St. 3, ged. 21 okt. 1855, t St. 4 dec. 1913, modiste, later brievengaardster te St., ongeh.; = 625. 15. ]acob, geb. St. 6, ged. 26 sept. 1858, t Dinteloord 28 feb. 1922, eerst hoofdonderwijzer, daarna bestuurslid en secretaris (1908-1922) van de coöperatieve Beetwortelsuiker- fabriek te Dinteloord s), ongeh.; 16. Adriaan Cornelis Laurens, geb. St. 17 mei 1863, zie 626 ; = 627. 17. Frederik Gustaaf (,,Frits”), geb. St. 1, ged. 28 feb. 1869, t Den Haag 10 juli 1940, kapt. artillerie, ongeh.; 18. Pieter Adriaan, geb. St. 30 dec. 1870, zie 628.

623. François Adriaan Christiaan Jan de Klerck (,,Adriaan”) (= 521.11), geb. Standdaarbuiten 9 nov. 1842, ged. 29 jan. 1843. t Zevenbergen 1 sept. 1916, employé suikerfabriek, voerman, winkelier, molenaarsknecht, kruidenier, arbeider ; tr. omstr.* 1871 met Cornelia Hendrika Lucas (,,Kee”), geb. Zwaluwe 20 okt. 1838, dr. v. Nicolaas Lucas en Pieternella Baan ; 3 kinderen de Klerck : 1. Samuelina Ebeldina (,.Dientje”), geb. Sprang 8 maart 1873, f Zevenbergen 26 juli 1908 ; tr. 2. 26 juli 1895 met Johan- nes Cornelis van Daalen, geb. Roosendaal 1864/65, t Rot- terdam 2 april 1923, timmerman, zn. v. Johannes Hcrmanus van Daalen en Johanna van Aken ; 1 zoon en 2 dochters v. Daalen : 2. Piefernella Clasina. geb. 2. 31 juli 1876, _t ald. 15 aug. 1876 ; 3. Piefernella Clasina, geb. 2. 5 jan. 1878, jong t.

624. François Adriaan de Klerck (,,Frans”) ( = 521.13), geb. Stand- daarbuiten 2, ged. 28 aug. 1853, f- Breda 8 dec. 1935, begr. Oud Eik en Duinen Den Haag, directeur postkantoor Ameron- gen, Franeker, Zierikzee, Hoorn, Amsterdam, ook inspecteur bij de P.T.T., tr. Middelburg 25 aug. 1882 met Susanna Nicolazina Schraver, geb. Hoofdplaat 8 jan. 1856. i_ Den Haag 4 jan. 1924, dr. v. Jan Schraver (oppercommies v. h. polderbestuur Walche- ren) en Cafalina Scheefe ; 3 kinderen de Klerck : = 721. 1. François Adriaan (,,François”), geb. Amerongen 17 juni 1883, referendaris bij de P.T.T. te Groningen, Leiden en Amsterdam ; tr. Edam 9 nov. 1916 met Maria Anna Dem- mer, geb. Edam 4 nov. 1890, dr. v. Berend Demmer (hoofd v. e. school) en Elizabefh Hermina Bruiin ; 2 kjnderen de Klerck : a. Elisabeth Hermina, geb. Amsterdam 6 dec. 1917, arts ; tr. Amsterdam 18 april 1946 met Walfer Kar1 Gaul- hofer. geb. Brtich am Mur (Oostenrijk) 3 juni 1914. _

“) Zie ..Gedenkboek 40-jarig bestaan Coöp. Suikerfabriek en raffinaderij D’inteloord (1908-1948)“. waarin zijn portret voorkomt. *) Zie aanvulling.

248 arts, zn. v. Kar1 Leopold Gaulhojer (rector academie voor lichamelijke opvoeding te Amsterdam) en The- resia Hinrichs ; 2 zoons (tweeling) Gaulhofer ; = 821. b. François Adriaan (,,Frans”), geb. Amsterdam 25 april 1920, w.i. eerst bij de ESSO, later bij Werkspoor ; tr. Den Haag 17 aug. 1949 met Geertrui Maaike Maas- dam, geb. Numansdorp 9 april 1921, dr. v. Jacobus Maasdam (landbouwer) en Lena Maaike Drink- [uaard ; 1 kind de Kerck : = 921. 1. Fra,nçois Adriaan, geb. Den Haag 29 feb. 1952 ; 2. Cathalina lohanna, geb. Amerongen 24 sept. 1884, tr. Am- sterdam 14 okt. 1909 met Johannes Frederik va,n der Vijver, geb. Amsterdam 7 juli 1880, luit. generaal, zn. v. jan Da- niel van der Vijver (arts) en Mechtclina Ett ; geen kinderen ; = 722. 3. Jan Cafhalinus, geb. Amerongen 9 mei 1886, 1_ Beekbergen 15 mei 1914, begr. ald., cadet sergt. K.M.A., ongeh.

626. Adriaan Cornelis Laurens de Klerck (,,Louis”) (- 521.16), geb. Standdaarbuiten 17 mei, ged. 7 juni 1863, i_ Den Haag 17 feb. 1949, luit. kol. K.N.I.L., ereteken Atjeh, idem Korintji ; tr. Kam- pen 30 dec. 1887 met Rosalie Eugenie van der Schalk, geb Padang 31 dec. 1864, t Den Haag 5 feb. 1940, dr. v. Jan Hen- drik 11. d. Schalk (off. K.N.I.L.) en Adele Linklaen Wcsten- berg ; 1 zoon de Klerck : = 723. François Adriaan Ian, geb. Magelang 29 nov. 1888, luit- kol. art., ridder O.N. (1936); tr. Haarlem 17 juli 1916 met Christiene, Jaski de Roer, geb. Tawang Redjo (res. Kediri) 4 mei 1898 ; 3 kinderen de Klerck : = 822. 1. Adriaan Cornelis Laurens, geb. Amsterdam 21 juni 1917, 2e luit. art., gef. Leusderheide 24 juni 1943, ongeh.; 2. Clazina Janny, geb. Amersfoort 18 juli 1920, ongeh.: = 823. 3. Dirk François Adriaan, geb. Den Haag 13 juli 1932, ongeh.

628. Pieter Adriaan de Klerck (,,Piet”) (= 521.18) ,, geb. Standdaar- buiten 30 dec. 1970, ged. 19 maart 1871. $ Den Haag 27 juni 1943, ontvanger der directe belastingen, inv. en acc. te Dui- ven (1896-1899), Avereest ( 1899-1906), Oud-Beijerland (1906-1914), Den Haag (1921-1935), referendaris dept. v. fin. (1914-1921). in Oud-Beijerland gemeenteraadslid, schreef vele boeken op belastinggebied, in Den Haag verbonden aan de opleidingscursus voor surnemerairs, ridder O.N. ( 1935); tr. Den Haag 19 okt. 1899 met Elbcrta Anna Maria Anthonia van Aken (,,Bertha”), geb. Den Haag 11 maart 1875, dr. v. Dr. Adrianus Theodorus van Aken (inspecteur M.O.) en Elberta Anna Maria Anfho,nia Ifzendoorn : 3 kinderen de Klerck : = 724. 1. Theodorus Pieter Elbertus (,,Dorus”), geb. Avereest 7 jan. 1901, scheik. ing. bij de B.P.M., later leraar Natuur- en Scheikunde aan Gem. H.B.S. en Gymnasium te Winscho-

249 ten : tr. Apeldoorn 14 sept. 1925 met Catharina Maria Jo- hanna Elisabeth fen Sijfhoff, geb. Amsterdam 18 juli 1898, dr. v. Johannes ten Sijthof/ (tabakshandelaar firma B. W. de Jong en Co., Amsterdam) en Catharina Maria Johanna Elisabeth Ter Maten ; 3 kinderen de Klerck. a. Catharina Maria Johanna Elisabeth (,.Camietje”), geb. Pladjoe (Sumatra) 5 okt. 1926, hoofd v. e. kleu- terschool in Utrecht ; tr. Utrecht 11 maart 1954 met Jan Hendrik Reurs!ag, geb. Den Haag 7 juli 1924, employé K.N.M.I., zn. v. Pieter Reurslag (gezagvoerder koopvaardij) en Anna Maria Behrcns ; :m 824 b. Pieter Adriaan (,,Pieter”), geb. Bahk Pap,l,~ (Borneo) 4 aug. 1929, student medicijnen Utrecht ; tr. Arnhem 19 aug. 1953 met Hendrikje Síegeman, geb. Arnhem 7 juli 1930, dr, v. Herman Stegeman (architect B.N.A.) en Gijsbertje Drijuer : 1 kind de Klerck : +) 1. Gqsbertje Catharina, geb. Utrecht 18 jan. 1954 ; = 825. c. Johannes (,.Jan”), geb. Den Haag 3 april 1931, student elektrotechniek in Delft, res. luit. veldart., ongeh.; 2. Petronella Cornelia (,,Nelly”), geb. Avereest 3 dec. 1905, meester in de rechten ( 1930), belastingconsulente, candi- daatnotaris ( 1934), notaris te Den Haag ( 1950-1956), ongeh.; = 725. 3. Frederik Gustaaf (,,Frits”), geb. Avereest 3 dec. 1905. tuinarbeider eerst te Dordrecht, later te Wassenaar, ongeh.

Derde Tak. 403. Marijn(u) Cornelis de Klerck (= 301.3), ged. Oudenbosch 1 juni 1770, t Zevenbergen 25 jan. 1842. chirurgijn en apotheker te Zevenbergen ; tr. 2. 1 1 juni 1797 met Cornelia Knook, ged. 2. 29 jan. 1772, + 2. 29 dec. 1843, dr. v. Cornclis Cornelisse Knook en Cornelia Huijscrs ; 7 kinderen de Klerck, verschillende vermoedelijk jong 1_ : 1. Adri&a’Fr&oisa, ged. 2 1 juli 1799, -J+ Willemstad 23 april 1874, ongeh.: 2. Cornelia. geb. 2. 2, ged. 4 juli 1802 : 3. Catharina, geb. 2. 25, ged. 26 aug. 1804 : 4. LQntjen, ged. 2. 25 jan. 1807 ; = 531. 5. François lacobus, geb. 2. 3, ged. 30 juli 1809, t 2. 1 juli 1813 ; 6. Henriette, geb. 2. 11 sept. 1811 ; 7. MarQna Cornelia, geb. 2. 8 mei 1816 ; tr. met Hendrikus Wilhelmus johannes van Weijnen, geb. Den Haag 28 juli 1837, commies rijksbelastingen Doesburg 1866, Blijham 1867, Willemstad, Amsterdam, zn. v. Johannes van Weij- nen (timmerman) en Pefronella Hendrika van Broeckhuy- sen ; geen (?) kinderen.

l ) Zie aanvulling.

250 Vierde Tak. 404. Adrianus Wilhelmus de Kferck ( = 301.4). ged. Oudenbosch 6 juni 1773, t 0. 18 feb. 1843, notaris te Oudenbosch ( 1815- 1843). ontvanger der onbeschreven middelen van den Ouden- bosch en de Segge, 1801 benoemd tot diaken N.H. Gemeente te 0.. 1815-1843 armmeester van het algemeen burgerlijk arm- bestuur te O., ondertr. Oudenbosch 22 sept. 1808 met Petronella Maria de Keulenaar, geb. 0. 14, ged. 18 mei 1783, 1_ 0. 30 sept. 1859, dr. v. Pieter de Keulenaar en Pieternella Maria van Doo- ren ; 2 kinderen de Klerck : Adriana Frangoisa, geb. Oudenbosch 6, ged. 11 juni 1809, t 0. 9 okt. 1893, winkelierster ; tr. Oudenbosch 10 feb. 1831 met Wouter Leest, geb. 0. 6, ged. 11 nov. 1804, schipper, zn. v. Cornelis Leest (schipper) en Alida de Bak- ker ; 5 dochters Leest, waarvan 2 jong t ; = 541. Adrianus Pieter. geb. Oudenbosch 17, ged. 25 aug. 1816, t Sarkau (Pruisen) 12 april 1876, te Oudenbosch candidaat-notaris, zaakwaarnemer, zoutzieder, reder : er bestaat nog een op hoorn geschilderd portret van hem ; tr. Stand- daarbuiten 29 okt. 1851 met Renske de Vries, geb. Steen- bergen 2 maart 1827, f Sarkau 12 april 1876, dr. v. Rink Kornelis de Vries (schipper, doopsgezind) en Zwaantje Sakes Kromhout : 6 kinderen de Klerck : a. Petronella Maria Catharina, geb. 0. 24 juni 1852, $ Sarkau 12 april 1876 ; b. Rink Cornelis Sake, geb. 0. 12 dec. 1853, zie 641 ; C. Adriana Wilhelmina, geb. 0. 28 jan., 1856, f Hille- gersberg ca. 1900 ; tr. Arie van Wvk ‘) smid, zn. v. Johannes Jacobus van Wijk (smid) en Dirkje van den Akker : 6 kinderen van Wijk ; d. Piefer Jacobus, geb. 0. 8 mei 1858, zie 642 ; C. Adrianus Wilhelmus, geb. 0. 19 maart 1865, $ 4 april 1865 ; f. Adrianus Wilhelmus, geb. 0. 27 jan. 1867, 1_ Sarkau 12 april 1876.

Adrianus Pieter de Klerck was eigenaar van de 95 ton kof- jalk ,,Drie Gebroeders”. Met zijn hele gezin vertrok hij zelf kapitein, met een lading guano 19 maart 1876 uit Ham- burg naar Memel. Op 12 april strandde het schip bij Sar- kau, 6 van de 10 personen aan boord kwamen om door de koude, een 7e verdronk. Slechts zijn 3 kinderen genoemd onder b, c en d overleefden de ramp !‘). Ze kwamen be- delende in ons land terug. Adriana Wilhelmina kreeg een zenuwschok, waar ze nooit geheel overheen is gekomen. De 2 zoons moesten geheel opnieuw beginnen. daar de familie alles verloren had.

“) Zie Nieuwe Rotterdamsche Courant 23 april 1876 rubriek zeetijdingen en eerder. De namen staan niet juist vermeld in deze artikelen. ‘) Zie aanvulling.

251 641. Rink Cornelis Sake de Klerck ( = 404.2.b), geb. Oudenbosch 12 dec. 1853, t Dinteloord 6-12-1916, leed 12 april 1876 schipbreuk bij Sarkau, woonde daarna in Zwijndrecht als arbeider, later in Den Haag nachtwaker, koetsier, agent van politie, woonde na zijn pensionering in 1913 in een eigen huisje in Dinteloord ; tr. Puttershoek met Maaike Monsfer, geb. Puttershoek 27 nov. 1853, t Diemen omstr. 1933, dr. v. Arie Monster (arbeider) en Anna de Vroome ; 3 kinderen de Klerck : 1. Rensje, geb. Wassenaar 28 mei 1883, t Diemen 26 aug. 1941 ; tr. Den Haag 5 sept. 1906 met Theodorus Brink, geb. Schiedam 22 okt. 1878, f Diemen 13 aug. 195 1, machinist grote vaart, later kleine vaart, zn. v. Theodorus Brink en A,nfje Vermeulen ; hij hertr. Utrecht 16 maart 1944 met Hendrika Spiering, geb. Utrecht 4 jan. 1889, dr. v. Theo- dorus Lodewijk Spiering en Aalfje Knobbe ; zij hertr., zie onder 642.2 ; uit le huwelijk 1 zoon Brink : 2. Anna Adriana, geb. Den Haag 21 april 1885, $ Schiedam 27 dec. 1932 ; ti. Den Haag 1 nov. -1911 met Willem Jo- hannes Kiela, geb. Amsterdam 7 maart 1888, 1_ Amsterdam 25 dec. 1952, zn. v. Gerrit Kiela en johanna Geertruida Hameli,nk ; hij hertr. te Amsterdam ; uit le huwelijk 1 zoon Kiela, mei 1940 gesneuveld op het vliegveld Ypenburg : -_ 741. 3 Adrianus Pieter (,,Arie”), geb. Den Haag 16 sept. 1889, t Den Haag 3 juni 1955, begr. ,,Oostduin”, Loosduinen, o.a. arbeider, koopman in lompen ; tr. le. Den Haag 14 juni 1911 met Engelina Chrisfina losina Simons, geb. Den Haag 25-1-1891, dr. v. Carolus Ludovicus Simons en Carolina Engeli,na Chrisfiana Brom, huwelijk ontbonden Den Haag 28 nov. 1932 ; tr. 2e. Den Haag 20 feb. 1952 met Pefronel- la Sform, geb. Den Haag 17 juli 1889, dr. v. Marinus Sform en Cornelia Hus, gescheiden v. Cornelis Brce ; alleen uit het eerste huwelijk 13 10) kinderen de Klerck : -= 841. a. Rink Corneíis Sake, geb. Den Haag 22 nov. 1913, i_ Den Haag 3 maart 1915; b. Engelina Chrisfina Jozina, geb. Leiden 30 dec. 1914 ; tr. Tilburg 5 juni 1947 met Hendrik v. Eijck, geb. Kerkum (N.B.) 1902, technisch employé bij Philips, zn. v. Cornelis van Eijck en Johanna Hendrika ten Breumer, geen kinderen. C. Maaike, geb. Den Haag 2 juni 1916, j- Den Haag 24 dec. 1951, ongeh.; d. Piefer Karel, geb. Leiden 29 aug. 1917, t Den Haag 20 maart 1919; e. Susanna, geb. Den Haag 29 sept. 1919 ; tr. met Mathias Joannes van Anraad, geb. Den Haag 24 okt. 1910 ; f. Bertha Wilhelmina, geb. Den Haag 1 feb. 1921, 1_ Den Haag 28 nov. 1922 : 9. Pieter Karel, geb. Den Haag 12 sept. 1922 ;

“‘) De officiële vader beschouwt zich alleen de biologische vader van de 3 eerste

252 h. Bertha Wilhelmina, geb. Den Haag 29 sept. 1923, tr. met Alfred Leslie Charlesworth, geb. Bermindsey (Gr. Br.) 8 nov. 1922 ; i. Hendrik Jacobus, geb. Den Haag 27 dec. 1924 ; j. Maria Joharma, geb. Den Haag 26 okt. 1926 ; tr. Her- mams Johannes Souer, geb. Den Haag 30 april 1926 ; k. Karel Albertus, geb. Den Haag 30 dec. 1927 ; 1. Johanna, geb. Den Haag 4 sept. 1929 ; m Laura, geb. Den Haag 29 aug. 1931.

642. Pieter lacobus de Klerck ( = 404.2d) ), geb. Oudenbosch 8 mei 1858, $ Rotterdam 26 okt. 1938, leed 12 april 1876 schipbreuk bij Sarkau, woonde 1883 in Zevenbergen, scheepsmaker op de scheepswerf van Duijvendijk te Ouderkerk a/d IJssel ; tr. ald. 8 dec. 1883 met Elisabeth Cornelia van Duijuendijk, geb. ald. 3 sept. 1857, $ Rotterdam 16 jan. 1939, evenals haar man begr. op Oud-Charlois, dr. v. Johannes van Duijuend(jk (scheepsmaker) en Magdalena Mourik ; 4 kinderen de Klerck : 1. Adrianus Pieter, geb. Ouderkerk a/d IJssel 1 feb. 1884, zie 742 : 2. Magdalena, geb. Ouderkerk a/d IJssel 8 feb. 1885. I_ Am- sterdam 27 nov. 1952 ; tr. Ouderkerk a/d IJssel 12 dec. 1907 met Daniel Doornhein, geb. Nieuwerkerk a/d IJssel 26 maart 1884, handelsreiziger, concierge van een school in Amsterdam, zn. v. Arend Doomhein en Maartje Koppe- nol; hij hertr. 11) Diemen 26 mei 1955 met Hendrika Spie- ring, geb. Utrecht 4 jan. 1889, dr. v. Theodorus Lodewgk Spiering en Aaltje Knobbe, weduwe van Theodorus Brink (zie onder 641.1); uit het le huwelijk 1 zoon en 1 dochter Doornhein : 3. Johannes, geb. Ouderkerk a/d IJssel 15 feb. 1891, zie 743 ; 4. Renske, geb. ald. 3 mei 1894 ; tr. ald. 16 mei 1918 met Jo- ha.nnes Jacobus van Wijk, geb. Berkel (en Rodenrijs) 3 feb. 1891, te Berkel elektrische smederij, maakt vooral centrale verwarmingsinstallaties voor kassen, zn. v. Machiel van Wijk (smid) en Catharina van der Spek : 2 dochters en 4 zoons van Wijk.

742. Adrianus Pieter de Klerck ( = 642.1), geb. Ouderkerk a/d IJS, sel 1 feb. 1884, eerst timmerman te Langerak, daarna timmerman-aannemer te Reeuwijk ; tr. Langerak 24 sept. 1908 met Petertje de Ruiter, geb. Langerak 7 okt. 1882, dr. v. Aart de Ruiter en Petertje Bot ; 5 kinderen de Klerck : 1. Pieter Jacobus, geb. Langerak 16 april 1910, zie 842 : 2. Petertje, geb. Reeuwijk 5 april 1914 ; tr. R. 5 mei 1938 met Johannes Karel Heetland, geb. Laken (België) 10 jan. 1907, employé R.V.S. te Gouda, zn. v. Alberfus Hcefland en Grietje Bijl ; 4 kinderen Heetland :

“) Doordat hij op mijn verzoek bij haar inlichtingen voor dit fnlnilieollderzock ging inwinnen.

253 3. Aart, geb. Reeuwijk 11 okt. 1915, zie 843 ; 4. lohannes, geb. R. 19 feb. 1918, zie 844 ; 5. Rink Cornelis Sjake, geb. R. 26 nov. 1922, zie 845.

743. ,/ohannes de Klerck ( = 642.3), geb. Ouderkerk a/d IJssel 15 feb. 1891, t Schelluinen (Z.H.) 19 okt. 1943, bakker ; tr. Ouderkerk a/d 1 Jssel 27 maart 1919 met Aafke Rook, geb. ald. 23 juli 189 1, t Schelluinen 12 sept. 1943, dr. v. Pieter Marinus Rook en Aal- fje Halling ; 2 zoons de Klerck : 1. Pieter Jacobus Marinus, geb. Schelluinen 16 maart 1920, zie 846 ; = 847. 2. Johannes, geb. Schelluinen 22 juli 1925, t ald. 17 mei 1934. 842. Pieter Jacobus de Klerck (- 742.1 ), geb. Langerak 16 april 1910, eerst kantoorboekhandel in Utrecht, thans gemeente-architect in Reeuwijk; tr. Reeuwijk 6 dec. 1935 met Jacoba Verweij, dr. v. Cornelis Verweij en Margje van Dijk, 5 kinderen de Klerck : 1. Petronella, geb. Reeuwijk 27 juli 1937 ; 2. Mary, geb. R. 15 april 1940 ; 3. Adrianus Pieter, geb. R. 22 mei 1942 ; 4. Louise Gerdina, geb. R. 21 feb. 1946 ; 5. Ronalda Carolina, geb. R. 28 aug. 1949. 843. Aart de Klerck (= 742.3), geb. Reeuwijk 11 okt. 1915, eerst slager in de Havenstraat te Hilversum, in okt. 1954 met zijn gehele gezin naar Zuid-Afrika geëmigreerd ; tr. Rotterdam 24 juli 1940 met Josiena Hoppener, geb. Rotterdam 24 okt. 1914, dr. v. Antonius Hendrikus Gerardus Hoppener (slager) en ]ohanna Elisabeth Burghout : 8 kinderen de Klerck : 1. Adrianus Pieter, geb. Hilversum 28 juli 1942, t ald. 14 sept. 1942; 2. Anton Hendrik Gerard, geb. H. 28 juli 1942, t ald. 28 okt. 1945 ; 3. Josiena Rudolphina, geb. H. 3 dec. 1943 ; 4. Pieter Jacobus, geb. H. 14 maart 1946 ; 5. Johanna Elisabeth, geb. H. 9 juni 1947 ; 6. Adrianus Pieter, geb. H. 13 sept. 1948 ; 7. Anton Hendrik Gerard, geb. H. 24 sept. 1953 ; 8. Petronella Susa,nna, geb. Bethlehem (Z. Afr.) 1 juli 1955.

844. Johannes de Klerck (= 742.4). geb. Reeuwijk 19 feb. 1918, ijzerhandel, voorheen D. BI om, te Utrecht ; tr. Gouda 21 mei 1947 met Leentje Adriana Jacoba Ho[tijzer, geb. Rotterdam 26 sept. 1914, dr. v. Johannes Hoftijzer en Francina Aleffa Adriana van Spierenburg ; geen kinderen. 845. Rink Cornelis Sjake de Klerck (= 742.5), geb. Reeuwijk 26 nov. 1922, schildersbedrijf sinds 1950 in Bussum ; tr. Reeuwijk 25 sept. 1947 met Janna Geerfruida Kraan, geb. Zwammerdam 16 dec. 1924, dr. v. Marinus Kraan en Maagje van der Vis ; 3 kinderen de Klerck :

254 1. Adrianus Pieter, geb. Reeuwijk 10 juli 1948 ; 2. Marinus, geb. Reeuwijk 15aug. 1949 ; 3. Margke, geb. Bussum 15 april 1952.

846. Piefer lacobus Marinus de Klerck ( = 743.1 ), geb. Schelluinen 16 maart 1920, eerst bakker te Scheiluinen, sinds 1946 wonende te Arkel en magazijnemployé automobielbedrijf v/h C. F. Mi11 te Gorinchem ; tr. Gorinchem 23 aug. 1945 met Aarfje de Groot, geb. Gorinchem 6 sept. 1921, dr. v. Aart de Groof en Mijntje Maria de Kuiper ; 1 dochter de Klerck : 1. Aafje, geb. Arkel 20 dec. 1948. Winschoten feb. 1956.

AANVULLING. blz. 225 : 303. Engel de Klerck, .Ì Rotterdam omstreeks 15 april 1772, Mr. verver in R., tr. R. 22 mei 1764 met Sara uan der Linden, ged. Ijsselmonde 18 feb. 1725, i R. even vóór 8 april 1772, dr. v. Steven ua,n der Linden en Anna Catharina v. d. Looy : hij tekent dan ,,E. de Klerck” ; 1 kind de Klerck : ~= 405. 1. François, qed. R. 29 okt. 1769 (Nieuwe Kerk), waarschijnlijk jong ‘F ; voogden zijn François de Klerck (301) procureur te Oudenbosch en ,/acohzls cJan Barnevclt te Rot- terdam, zoals de vader op 8 april 1772 te R. voor notaris Petrus Consfantinus van Rijp had vastgesteld. De mogelijkheid bestaat, dat 302 en 303 nakomelingen hebben ge- hal. Aanwijzingen hiervoor bezit ik niet. blz. 248 : 623. F. A. Chr. 1. de Klcrck tr. Hooge en Lage Zwaluwe 22 sept. 1871 ; de vader van zijn vrouw is timmerman. blz. 250 : = 824. 11. Elberta (,,Ellen”), geb. Utrecht 11 juni 1956 blz. 251 : 404. 2c. (,,Jaantje”) ? Rotterdam 30 maart 1900 ; Arie uan Wijk geb. Berkel 5 maart 1853, ? Hillegersberg 11 dec. 1918. Winschoten eind sept. 1956.

Wij melden de geboorte op 17 okt. 1956 te Bodegraven, van GERARD CORNELIS, zoon van de Heer en Mevrouw Hamoen-Riphagen en op 2 nov. 1956 te Helmond van JOHANNA PETRONELLA MARIA, ROSALIA MARIA CORNELIA,

ADRIANA MAe;IA ARNOLDA, dochters van de Heer en Mevrouw Bodcmeyer-de ROOIJ Onze hartelijke gelukwensen aan de ouders. W. R.

255 GESLACHT DUYMAER

L. F. DUYMAER VAN TWIST In de nummers van ons Maandblad van mei en juni 1951 verscheen d e genealogie van het geslacht Buy/naer van Twisf. Daarna werd in het maart-nummer 1952 van Gens Nostra de genealogie van het geslacht uan Trcjist opgenomen. Thans volgen enkele aantekeningen van het geslacht Duyrnaer. Wapen : in groen drie zilveren vogels (2 en 1 ). Het wapen komt als hartschild voor in dat van het geslacht Duymacr uan Tivist.

i-I!zr ges!acht Dnrxaer is herkomstig van Gelderland.

1. Jan Duym(a)er woonde te Beesd (Gld) 11. Zijn zoon Jacob (Duym(a)er, geb. Beesd, tr. (ondertrouw 9 april 1673) Marie Gerrits dr. van Evsden, geb. Tiel 9 dec. 1643, dr. van Gerrit Sijmons van Eijsden. Zij was weduwe van ]ohan van Gec- landt. Uit dit huwelilk met Jacob Duym(a)er : 1. Johannes Duymaer, geb. Tiel 10 mei 1674 ; 2. Cornelia Duymaer, geb. Tiel 19 maart 1676 ; 3. Maria Elisabeth Duymaer, geb. Tiel 2 aug. 1677 ; 4. Syken Duymaer, geb. Tiel 7 jan. 1680 ; 5. Johannes Duymaer, volgt 111 ; 6. Jacoba Duymaer, geb. Tiel 6 mei 1684 (geboren na de dood van haar vader). 111. Johannes Duymaer, geb. Tiel 8 jan. 1682, begr. 4 april 1752, burger van Nijmegen 1702, wordt 24 nov. 1711 als burger ingeschreven van Zalt-Bommel, schepen van Driel, rentmeester der domeinen Tieler- en Bommelerwaard, commies van het magazijn te Fort St. Andries, tr. (ondertrouw 30 jan. 1701 ) Catharina van Hu(a)lscnbergh, ged. Nijmegen 8 juli 1684. dr. van Jan van Hu(a)lsenbergh en Cathrijn Jacobs. Uit dit huweliik : 1. Sofia Alida Duymaer, ged. Nijmegen 26 maart 1702, tr. le maal (ondertrouw 20 juni 1726) Hendrik van Meurs, 2e maal Johan van Doesburgh, luitenant in het Korps Artilleristen ; 2. Jacoba Duymaer, ged. Nijmegen 19 maart 1704 ; 3. Jacob Duymaer, ged. Nijmegen 17 jan. 1706, wordt 24 sept 1722 het burgerrecht Zalt-Bommel geschonken, was schepen van Heerewaarden en Commies van ‘s lands magazijn te Fort St. Andries : 4. Hendrika Duymaer. ged. Zalt-Bommel 27 jan. 1710 ; r Jan Duymaer, ged. Zalt-Bommel 17 sept. 171 1 . 5: Maria Jeannette Duymaer, volgt IV ; 7. Jeanette Maria Duymaer, ged. Zalt-Bommel 23 mei 1715 ; 8. Gerrit Duymaer, ged. Zalt-Bommel 24 nov. 1717 ; 9. Johanna Catherina Duymaer, ged. Zalt-Bommel 20 nov. 1718 ; 10. Jan Duymaer, ged. Zalt-Bommel 27 juni 1720 ; 256 ll. Henricus Duymaer, ged. Zalt-Bommel 1 juli 1722, studeert aan de Leidse Hogeschool theologie, predikant te Gellicum en Rhenoy : 12. Simon Duymaer, ged. Zalt-Bommel 24 aug. 1724 ; 13. Geertruid Duymaer, ged. Zalt-Bommel 5 mei 1726, tr. Hendrik uan den Berg, predikant te Herpt en Hedikhuizen.

IV. Maria Jeannette Duymaer, ged. Zalt-Bommel 24 april 1714, sterft Alem 14 aug. 1775 ; tr. le de luitenant Norman Mac Leod, en 2e Willemstad 4 okt. 1743 Mr.Albertus uan Tmist, schout en dijkgraaf van stad en lande van Willemstad, geb. Hulst 25 sept. 1699, sterft 14 jan. 1750. Uit dit huwelijk : /an Duymaer van Twist.

Zie verder de hiervoren genoemde genealogie van het geslacht DUIJ- maer van Twist.

‘s Gravenhage, oktober 1956.

De Penningmeester der N.G.V. zou het zeer op prijs stellen, indien de leden hun contributie voor 1957 zo spoedig mogelijk wilden voldoen ; het is noodzakelijk voor de goede gang van zaken, dat op 1 januari 1957 reeds een behoorlijk saldo in kas is.

Op 12 november a.s. zal ons geacht mede!id, de Heer D R . L. G. KORTENHORST , Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal, zijn 70ste verjaardag vieren. Wij bieden bij deze gelegenheid Lijn Hoogedelgestrenge, die sfeeds zulk een levendige belang- stelli,ng voor onze Vereniging heeft getoond, onze hartelijke gelukwensen aan en hopen, dat hij nog vele jaren in zijn belangrijke funcfie de Staaf der Nederlanden zal kunnen dienen. Wij publiceren hierachter de kwartierstaat (16 kwartieren) van D R. KORTENHORST. van de hand [Jan de Heer J. KORTENHORST te ‘s-Gravenhage.

257 V/l VP Vi3 Vl1 v/5 - VIG Vl7 V/S ODORUS JOHANNA TIMOTHEUS GEESJE PIETER i4NNA MARIA CASPARLIS NEELTIE IENHORST TERESIA COOPS EVERS HOUBEN STRIEG SCHOUTEN van de KIKKERT MEUNDERS IAGTMAN GREIS

'n. v. Gerardus Dr. v. W,llem V. Jan Chmuna en Galharm Janna en H..,rt Zamesdorp ibrmk “B”

Handelas, in lr. Broodbakker evensm,ddelen te Kumre

n Geelkerken w w Zaandam VI Zaandam Linderte 5.1-1744 1742 1735 1748 t Kuinre t Zaandam t Zaandam anderte i 14.1-1803 6.3-1827 :i-1 840 12-5-1817

al a m al - --- / IV/Z Vl3 IIV1.l THEODORUS GEZINA GERARDUS ELISABETH iORTENHORST COOPS JAGTMAN HOUBEN SCHOUTEN

Mr. Broodbakker

mderte(onderRaalte 24-12-1778 on Kuinre 5-10-1783 v, Zaandam 18-9-1784 v) Zaandam 7-3-1781 t Kuinre 1837 j- Kuinre 14-5-1833 t Kuinre 15-4-1847 t Zaandam 7-6-1845

UI Kuinre 28-5-1809 CII Zaandam 13-5-1804

,l,‘l 111/2 TIMOTHEUS CATHARINA KORTENHORST HOUBEN Notaris te Kuinre * Kuinre 19-1-1812 ' Zaandam 29-6-1815 t Kuinre 25-5-1853 t 29 7.1850 co Zaandam 15-6-1842 __ - GERARDUS PETRUS KORTENHORST Arts te Weesp

* Kuinre 5-4-1846 j- Haarlem 27-8-1903 03 Amsterdan

’ Weesp 12-1 1-1886 Mr. Dr. LEONARD GE Voorzitter van de Tweede l CO 1915 te Arnhem, Doro Vi9 V/IO Vil1 V/l? Vil3 V/l4 - V’l5 Ï- ANTHONY SIBILLA JOHANNES BERNARDINA JOHANNES IACOBA SLOO’T CATHARINA WILHELMUS HELMICH in HAASTERT LOUISA JANSEN BL00 HOMANS

iIn. Y. Hendrik Dr V. Rutger !n. Y. Johannes n. v< Leender! Dr. V. en Marla en Magarita Wtlhelmu. 3” Giirberta Chrortiaa” Yl” Ingen Giebcn en Jsnna van Beek en Anna va” Dtks Geerhuipe”

Grootgrond- akenkoopman bezitter

VI Amsterdam VI Kranenburg v) Voorst n De” Haag * Haarlem 27.1 1.1735 5-3-1739 1744 30-11-1767 t Amsterdam t Twello ZO-1 0.1785 12-11-1831

Colmschate Haarlem Co m 12-11-1831 m 21-4-1799

IIV/S 1’ V/5 IV/6 IV/7 NICOLAAS JOHANNA MARIA CHRISTIAAN PHILOTHEA SAJIA SLOOT BL00 van HAASTERT wed. HEKKERT

Arts te Semsrsng

cl1 Amsterdam 9-1 1-1777 on Twello 6-10-1 783 v> ilaarlem 31.1-1 800 * Semarang 1800 t Oldenzaal 1884 t Oldenzaal 10 8-1838 t Semarang 21-9-1860

Q Twell 2-5-1809 Q Semarang 1820 --- - - 111,‘3 I I I :-I CAREL FREDERIK JACOBA LOUISE SLOOT van HAASTERT Schoolopziender te Roermond * Oldenzaal 22-6-1826 vr Semarang 16-9-1825 -f Amsterdam 1883 t Roermond 6-10-1873 U, Semarang 31-8-1850 I . - 11/2 I CHRISTINA HENDRIKA JOSEPHINA SLOOT

" Soerabaja 23-3-1858 t Amsterdam 30-3-1923 I, 12-1-1882 - RARD KORTENHORST :amer der Staten-Generaal .hea Magdalena Woltersom HET POORTERBOEK VAN ROTTERDAM door C. ROODENBURG (vervolg)

2675. George Hanburij. 1, 13-12-1724, gbv. Londen. 2676. /an uan Welij, I. 15-12-1724, gbv. Lent gelegen in Gelderland. 2677. Philippe Gast, 1, 15-12-1724, gbv. St. Jonzac gelegen in de provincie van Xain- tonge m Vrankrijck. 2678. Thomas Baijlis, 1, 18-12-1724. gbv. Porsmuijden in Engeland. 2679. Adrianus Siekel, 11, 19-12-1724, gbv. Thiel. 2680. Edu~ard Poulfer, 1, 28-12-1724, gbv. Londen. 268 1. lurrianus de lacker. 1, 29- 12- 1724, gbv. Nimwegen. 2682. Gcrrardus fen Back, 1, 29-12-1724, gbv. de Stad Kleeff. 2683. Christiaen Brouujer, 1, 2-1-1725, gbv. Keulen. 2684. /ohn Learmout, 1, 3-1-1725, gbv. Lothian in Schotland. 2685. Willem Spruijt. 1, 9-1-1725, gbv. Aernhem. 2686. Alcxandcr Parsons. 1, 9-1-1725, gbv. Londen. 2687. Grcgorius uan der Puftc. 1, 10-1-1725, ghv. Schoonhoven. 2688. fan Hendrik Piliekamp, 1, 11-1-1725, gbv. Drevenak gelegen in Brnndenburger- land. 2689. Leendert van Dalen, 1, 11-1-1725, gbv. Mil gelegen in ‘t Land van Kuijck. 2690. Leendret Keumer, 1. 19-1-1725, gbv. Pieterhoek. 2691. Carolus Coissin, 1, 23-1-1725, gbv. Gorinchem. 2692. Lambertus uan dndel, 11, 23-1-1725, gbv. Woerkom. 2693. r2ijck de Beijcr, 1, 25-1-1725, gbv. Helderen boven Nimwegen. 2694. Gijsberf Vervloef, 1, 1-2-1725, gbv. Asperen. 2695. Willem van Wallendael, 1, 6-2-1725, gbv. Rosendael. 2696. Everard Luijken, 1, 7-2-1725, gbv. Wesel in ‘t Land van Kleeff. 2697. Arnoldus Hamboch, 1, 7.2-1725, gbv. Kaldenkercke in ‘t Land \‘an Guijlick. 2698. Piefer Hemmelingh, 1, 9-2-1725, gbv. Utregt. 2699. Maerfe Verduijn, 1, 13-2-1725, gbv. Ouwerkerck. 2700. William Hay, 1. 15-2-1725, gbv. Portlouis gelegen in de provincie Brittinge in Vrankrijck. 2701. Arnoldus Scholten, 1, 21-2-1725, gbv. Sante gelegen in ‘t Land van Cleeff. 2702. Willem uan Triest, 11. 21-2-1725, gbv. Ingen gelegen in Gelderland. 2703. Ian van de[st. 1. 21-2-1725, qbv. Nimwegen. 2704. Rut van Heukclom, 1, 24-2-1725, gbv. Hasten in Gelderland 2705. Richard Lee. 1, 2-3-1725, gbv. Londen. 2706. Arthur Lee, 1, 2-3-1725, gbv. Londen. 2707. Hendrik Koertpenning. 1, 6-3-1725, gbv. aen de Uijttersevaert. 2708. Francois van Eijndc, 1. 6-3-1725, gbv. Nimwegen. 2709. Barent Arens, 1, 8-3-1725, gbv. Bruijnen in Cleeffsland. 2710. Lambregl Zsereman, 11, 8-3-1725, gbv. Swartewael. 2711. lohannes Braekmans, 1, 8-3-1725, gbv. Aernhem. 2712. lohanes Mencingh. 11, 12-3-1725, gbv. Gelselaer gelegen boven Zutphen. 2713. fan Timmers, 1, 12-3-1725, gbv. de Lint in de Meijerije van den Bosch. 2714. Willem Haseman, 1, 15-3- 1725, gbv. Oosnabrugge. 2715. loseph van der Egden, 1, 16-3-1725, gbv. de Oude Tonge. 2716. /ohannes Nolen, 1, 21-3-1725, gbv. Houten gelegen in Brandenburgerland. 2717. [an /acob Nersen, 1, 23-3-1725. gbv. de stad Gulick. 2718. Andries Melchoir Verkrrijl, 1, 26-3-1725, gbv. Uttregt. 2719. Hendrik Visschcr. 1. 27-3-1725, gbv. Gladbeek in ‘t Keulsland. 2720. lohanncs Bazelaar, 1, 5-4- 1725, gbv. Gorinchem. 2721. Hendrik Cibo, 11, 5-4-1725, gbv. Delft. 2722. Jacob van Wescl, 1, 6-4-1725, gbv. Deventer. 2723. Cornelis Sonne, 1. 10-4-1725. gbv. Bleijswijck. 2724. Willem Otto, 1, 11-4-1725, gbv. Wermerskercke gelegen in ‘t Bergsland. 2725. Casper Hanebeek, 1, 11-4-1725, gbv. Hartvelt in Munsterland. 2726. lohn Overal. 1, 12-4-1725, gbv. Londen. 2727. Dirk de Kroes, 1, 18-4-1725, gbv. Bommel. 2728. Lamberf Robberfse van Roe, 1, 20-4-1725, gbv. Dordregt.

260 2729. Hendrik Paaken, 1, 25-4-1725, gbv. Cappelle aan den Issel. 2730. Arnoldru van Kerckhoff, 1, 26-4-1725, gbv. Huijse gelegen in ‘t Kleeffsland. 2731. Cornclis Philipse, 11, 26-4-1725, gbv. Breda. 2732. Mathijs Kramer, 1, 26-4-1725, gbv. Nimwegen. 2733. Gerrit van Schacrdenburgh, 11, 2-5-1725, gbv. Bakel gelegen in de Meijrrij vrm den Bos. 2734. Carel van Bael. 11, 2-5-1725, gbv. Breda. 2735. Nicolaes van Gorcum, 1, 4-5-1725, gbv. Heesbeen gelegen bij Heusden. 2736. Christof Frhlingh, 111, 14-5-1725, gbv. stad Hessen Kassei. Gratis als sijnde de coetsier van den Heere Zsbrarls. 2737. Christoffel Hofman, 111, 14-5-1725, gbv. Delft. Gratis als sijnde de Lijffknegt van den heer Isbrans. 2738. Willem Ianse, 1. 14-5-1725, qbv. Gendringen gelegen in ‘t Graafschap Zutphen 2739. Wardenhis Immink, 1, 14-551725, gbv. ‘t Griefschap Zutphen. 2740. Evert Roodackcr, 11, 15-5-1725, gbv. Randwijck gelegen in Gelderland. 2741. Harmanus dc Meij, 11, 15-5-1725, gbv. de stadt Luijnen gelegen in Munsterland. 2742. Gijsbcrt Monfingh, 11. 17-5-1725, gbv. Naarden. 2743. Pieter Bownccstcr, 11, 28-5-1725, gbv. Embden in Oost Vricsland. 2744. Wander Pmds, 1, 2X-5-1725, gbv. Zeventer gelegen in ‘t IIutogdom Klccff. 2745. fucobus Iloogh, sonc v‘m Dominus Marinus flooglr, 1, 2X-5-1 725, gbv. Mulc- naersgraeff Aengenomen als burger en poorter deser stad. Sullende den eed daertoe staende door hem sen handen van de Heeren Burgemeesteren werden gedaen en afgeleyd nae deb 3e Nov. 1736 toekomende als wanneer hij den ouderdom van veerthien iaeren sal hebben bereijckt en hem daervan behoorlijcke acte sal werden verleent. Op heden den 9 Dec. 1738 heeft facobtrs HOOLI~ aan handen van de Heeren Burgemeesteren den eed als burger en poorter na behoren gedaan en affgelegt. 2746. Christiaen Koek, 11, 28-5-1725, gbv. Vlengburg gelegen in Holsteijn. 2747. lillis Schinkel, 11, 30-5-1725. gbv. Montfoort. 2748. Hendrik de Staart, 1. 31-5-1725. gbv. Delft. 2749. Thomas Edams, 11, 4-6-1725, gbv. Brantouet in ‘t Grzlefschap van Essecx in Engeland. 2750. ]an Croonc, 1, 19-4-1725, gbv. Nimwegen.

No’s 2751-2799 geplaatst m No. 10. okt. ‘56. 2800. loseph van der Poorte. 1. 22-10-1725. gbv. Antwerpen. 2801. /onas Hofbouwer, 1, 24-10-1725, ghv. Winingen sen de Moescl in Duijtsland. 2802. David Nabes, 1, 26-10-1725. gbv. Puilaurans gelegen in de provincie van Lan- guedoc in Vrankrijck. 2803. ]ohn Duncombe, 1, 27-10-1725, gbv. Londen. 2804. Albertus Vrolijk, 1, 30-10-1725,. gbv. ‘s Gravenhage. (Wordt vervolgd.)

EEN EN ANDER OMTRENT FAMILIEWAPENS door R. T. MUSCHART -f

KETELAER. Volgens het Rotterdamsche Jaarboekje van 1912 pag. 32 vertoonde de grafzerk in de voormalige Prinsenkerk te Rotterdam van Krijn Cor- nrliszoon Ketelaet, die metselaar zoas en die 1 l-12- 1644 in den ouderdom van 59 jaar overleed en getrouwd was met de 22-1-1657 in den ouderdom van 69 jaar overleden Maeiken Cornelis, als wapen : ,,een arm met een’ troffel in de hand en vergezeld van de hoofdletter K, die op den troffel rust.”

261 VAN DER KLOES. Jacobus van der Kloes 3-11-1777 te Utrecht en getrouwd met Maria Voorsteegh voerde volgens zijn’ lakafdruk in protocol 444 14 van notaris Cornelis de Wijs in het Gemeente Archief te Utrecht als wapen : ,,gedeeld, 1 in zilver 3 voorwerpen als onderstaande schets boven elkaar ; 11 in goud een molenijzer.” .

Uit protocol 444 $1 van dezen zelfden notaris blijkt, dat deze Jacobus va,n der Kloes 23-1-1772 eveneens te Utrecht woonde en toen Mr. timmerman was. In verband met dit beroep acht ik het waarschijnlijk, dat die geschetste voorwerpen kniestukken zullen zijn, die bij timmerwerk gebruikt worden.

LAMBERTS W. H. Lamberts burgemeester van Almelo voerde volgens zijn lakafdruk van 16-11-1784 in de Brieven aan den Secretaris van den Oeco- nomischen tak van de Hollandsche Maatschappij van Wetenschappen in het Oeconomisch Archief als wapen : ,,3 (heraldische) hxelnoten” als onderstaande schets met als helmteeken een uitkomend lam.

Ook dit is een sprekend wapen, want op eene losse wapenafbeelding met dit zelfde wapen in 1949 in bezit van den Heer S. M. Tilanus te Almelo vond ik vermeld, dat deze voorwerpen lamlertsnoten zijn. Wij hebben hier tevens een voorbeeld van een sprekend helmteeken. waarvan mij meerdere bekend zijn, die ik later hoop mede te deelen.

LEVERSTEI JN. Op 2 grafzerken in de Groote Kerk te Delfshaven, waaronder meerdere leden van eene familie Leversteijn begraven werden, komt het navolgende wapen voor : ,,doorsneden, A. 3 rualuisschen als onderstaande schets, verticaal geplaatst naast elkaar ; B. een eend op de grond.” Helmteeken : een dito verticaal geplaatste walvisch tusschen vlucht.

262 Volgens het opschrift van één dezer zerken werd daaronder begraven de 15-12-1629 in den ouderdom van 62 jaar overleden Dirck Adriaens- zoon Leversteijn en diens 27-5-1616 overleden vrouw Dievertgen van der Does en volgens het opschrift op de andere zerk werd daaronder begraven Adriaen Dirckszoon Leversteijn, 13-1-1629 in den ouderdom van 37 jaar overleden. Mr. R. Bijlsma vermeldt in zijn ,,Rotterdams Welvaren” op pag. 95, 97 en 98 zonder wapen Dirck Adriaenszoon, Leversteijn, koopman te Delftshaven in 1616 één der 2 oprichters van de Klei,ne Noorsche Com- pagnie, die het vangen van zvalvisschen iq de Noordelijke Ilszee ten doel had, en diens zoon Adriaen Dircxzoon Leversteijn, die tezamen met den Rotterdamschen Secretaris Mr. Cornelis Musch in 1618 een schip uitzond tot ontdekking van het toen nog nagenoeg onbekende Groenland. En in protocol 84 van notaris Jan van Aller in het Gemeente Archief te Rotterdam wordt zonder wapen vermeld Adrijaen Dircksen Lever- steijn, wonende op Delfshaven, die 14-3-1622 een contract aanging voo/ het bevrachten van een schip naar Groenland, .,daer men de walvissche- rij6 is plegende.”

LUGARD. Gerrijt Jan Lugard 14-2-1786 wonende te Deventer en getrouwd met Anthonia Wijers, voerde volgens zijn’ lakafdruk op eene verklaring, in 1934 in bezit van den Heer G. J. Lugard te Eefde bij Zutphen als wapen : ,,een zadel”. Volgens mededeeling van dezen heer Lugard was zijn voorvader zadelmaker te Deventer.

MALEFIJT Volgens het Armorial Général, Appendice voerde de Noord Holland- sche familie Malefijt als wapen : ,,een vliegende visch vergezeld beneden van 2 schuingekruistegeleliede stokken”. In de Navorscher 1877 wordt op pag. 505 gezegd, dat de vroegere zeelui een stormvogel een malefijt noemden. Indien dit juist is, acht ik het waarschijnlijk, dat het dier in dit wapen geen vliegende visch doch een vliegende vogel zal moeten zijn en dat dit wapen, voor zoover het dier betreft, een sprekend wapen zal zjn.

MAROIJEN. Matthijs Marouen I.U.L. in 1635 schepen van Roermond voerde volgens zijn zegel in de volmachten van de Geldersche Leenkamer als wapen : ,,een leeuw vergezeld van een schuinlinks geplaatst anker, over de schacht waarvan de kop van de leeuw in diens rechter voor- poot heen gaan en waarvan het einde van den stok op den lin- kervoorpoot van den leeuw rust.” In het Archief van de Rekenkamer van Gelderland Inv. no. 788 wordt vermeld Meroijen Schipper, die met zijn met ,,huij” geladen schip, komende van Roermond, 19-5-1546 den tol te Zalt Bommel passeerde. In verband hiermede acht ik de aanwezigheid van het anker in het wapen waarschijnlijk.

263 HET GESLACHT VAN DEN TOORN Een fragment-genealogie

1 n 1 ei d 1 n g. Ter beantwoording van de door ons medelid F. oan den Toorn Ir in het oktobernummer van ,,Gens Nostra” gestelde vraag naar de oudste generaties van het geslacht Van den Toorn volgt hieronder een fragment-genealogie van dit protestantse geslacht. In de 17e en 18~ eeuw is de naam Van den Toom (ook gespeld Van der Toren. zelfs Van der Torre) in de streek tussen Rotterdam en Gouda zeer algemeen. Vermoe- delijk geldt het hier wel één en hetzelfde gcslachl, al is dit doordat de retroacta van de Burgerlijke Stand niet ver genoeg terugrelken. niet vast te stellen. Of de notariële en rechterlijke archieven deze vraag zullen kunnen oplossen, is dubieus. De hierna volgende genealogie vertoont nog verscheidene lacunes (voor aunvtlllingen houdt schrijver dezes zich d

1. lan lanse, geboren te Zevenhuizen ca. 1615, gestor\,en na 13 nov. 1667, ondertr. Zevenhuizen 9 januari, aldaar getr. 23 jan. 1639 M aertgie Jacobs. j. d. van Zeven- huizen, overleden na 13 nov. 1667. Uit dit huwelijk : 1. ]an lanse, ged. Zevenhuizen 8 juli 1640, jong over1 2. Jan Janse, ged. Zevenhuizen tussen 3 en 26 aug. 1641 ‘). 3. Hendrick Janse, volgt 11. 4. Jaapje Janse, over]. na 30 juli 1673. 5. Aagje Janse. over]. na 22 maart 1676. 11. Hendrick Janse, geb. ca. 1643, getr. ca. 1665 met Barber Ariense, ged. Zevenhuizen 15 sept. 1643. dochter van Crijn Ariense?) en Grietgr Jacobse. Op 31 aug. 1669 koopt hij ten overstaan van notaris Claes Bontenbal een ,,Ale, mans turvpontscheepge”. Waarschijnlijk nam hij dus deel aan het intensieve turf- steken in oostelijk Schieland ten behoeve v

264 deze acte woonde Hendrick Janse .,van den Toorn” in het ,.suijteynde van 7huijsen”. Dit is de eerste maal, dat een der leden van deze genealogie zich met de familic- naam noemt. Uit dit huwelijk : 1. Ari Hendrickse, ged. Zevenhuizen 24 okt. 1666. 2. Jan Hendrickse, volgt 111. 3. Maerfje Hendrickse. ged. Zevenhuizen 1 maart 1670. 4. Annitje uan Toren, ged. Zevenhuizen 30 juli 1673, over]. na 18 mei 1738, ondertr. Zevenhuizen 17 febr. 1696 met Ary Cornelis Hofland. 5. Aaltje Hendrickse. ged. Zevenhuizen 22 maart 1676, overl. na 23 aug. 1711. getr. ca. 1696 met Wiggerf Ariense Olij, over]. na 23 aug. 1711. IK /an Hendrickse. ged. Zevenhuizen 13 nov. 1667, getr. Zevenhuizen 24 febr. 1694 met Willemfje Willems Vermeulen. j. d. van Bleiswijk:‘), dochter van Willem lans Vermeulen en Leentje Mcesdr. Zij maken op 25 febr. 1702 een mutueel testament op voor notaris Adriaan van der Hoek te Moercnpclle. Als eventuele voogden worden hierin nnngcwezen Leen- dert van Lis en Abraham Gijnen van Alphen. Uit dit huwelijk : 1. Cornclia Toeren, ged. Bleiswijk 25 spr. 1694, ondertr. Bleiswijk 8 febr. 1718 met Hendrick Symonse Groofsius. 2. Maryfje van der Toren. ged. Zevenhuizen 1 mei 1695, waarschijnlijk jong overleden. 3. Maria van den Toren, ged. Zevenhuizen 24 Juni 1696, getr. 10. ondertr. Bleis- wijk 11 maart 1719 Willem Rufse Korte, ,.jongemun van Slooten of van den Overtoom”. 20. ondertr. Bleiswijk 28 jan. 1730 Claas Ariens van der Wilck, waarsch. zoon van Arien Dircksz van der Wilck. 4. lannifje van den Toren, ged. Zevenhuizen 29 juni 1698, overl. na 7 aug. 1734. 5. Hendrick van der Toren, volgt IV. 6. lan Janse, ged. Bleiswijk 28 sept. 1710. IV. Hendrick van der Toren, ged. Bleiswijk 21 okt. 1708, over]. (impost) Bleiswijk 22 maart 1784. Getr. Jo. (imp.) Bleiswijk 13 apr. 1731 met Dirkje van Adrichem. geb. te Ketel, over]. (imp.) Bleiswijk 27 mei 1743, waarsch. dochter van lan Goo- risse van Adrichem en Maerfje Dirckx Jongsfe, 20. ondertr. Bleiswijk 20 okt., getr. Nieuwerkerk aan de IJsel 13 nov. 1757 met Piefernella van Kesferen, ged. Amsterdam (Zuiderkerk) 29 jan. 1727, overl. Bleis- wijk 23 dec.. begr. ald. 29 dec. 1786, dochter van Wijnanf (Pictcrsz.) van Kcsfe- ren en Margriefie (Coenradusdr.) Michiclse. Uit een vrij groot aantal notariële acten, verleden voor notarissen te ‘s-Gravenhage, Rotterdam en Bleiswijk, blijkt dat Hendrick van der Toren een zekere mate van welstand heeft bereikt. Enerzijds verveende ook hij (evenals zijn grootvader had gedaan), anderzijds trad hij op als geldschieter voor de aannemers van de omvangrijke inpolderingen die in de laatste decennium van de 18~ eeuw op last van de Staten van Holland in Schieland plaats vonden. Daar deze leningen niet steeds op tijd werden afgelost, vloeiden hieruit verscheidene. langdurige processen voort. Uit het eerste huwelijk : 1. Janna t*an den Toorn, ged. Bleiswijk 23 febr. 1732, overl. in 1735. 2. ldn van den Toeren, ged. Bleiswijk 7aug. 1734, overl. in 1735.‘). 3. lan van den Toorn, ged. Bleiswijk 29 maart 1738, overl. (imp.) 3 juni 1738. 4. lanna van den Toren, ged. Bleiswijk 1 aug. 1739. overl. na 19 juni 1804. ondertr. Bleiswijk 17 maart 1758 en getr. ald. 9 april 1758 met Hendrik van Hoek, ged. Rotterdam 26 febr. 1730, overl. (kort 1) voor 10 febr. 1783, zoon van /an (van) Hoek en Jannetje van Brink. 5. Griefje van den Toorn. ged. Bleiswijk 19 mei 1742, overl. (imp.) 10 okt. 1742. Uit het tweede huwelijk : 6. Jan Wijnand van den Toren, ged. Bleiswijk 20 febr. 1763, ovrrl. (imp.) 14 juli 1763. 7. Hendrina lacoba van den Toren, ged. Bleiswijk 24 juni 1764, waarsch. jong overleden. 8. Willem Hendrik uan den Toren, volgt V.

:I) Haar doop werd niet te Bleiswijk gevonden. Wellicht Hillegersberg ? “) Op 4 april en 27 juni 1735 wordt het overlijden van een kind van Hendrick ‘uan der Toren te Bleiswijk aangegeven. 265 V Willem Hendrik oarl den Il‘oren, aed. Bleiswiik 29 ian. 1769. over]. Rotterdam 16 juli 1819, getr. 10. ondertr. Bleiswijk 27 jan. 1787, getr. Kralingen 12 febr. 1787 met Anna Hen- drina Buvt. qed. Riinsburn 29 april 1764. overl. (imp.) ‘s-Gravenhage 2 iuni 1796, begraven- te Loosduinen. aochte; van lan Buijt en l&&na Verloop: 20. ondertr. Rotterdam 14 mei, getr. 1 juni 1800 ald. met facoba de Wit, ged. Rotterdam 19 febr. 1769, overl. Rotterdam 17 aug. 1819, dochter van Abraham de Wit en Trijntje Weeraat. Willem Hendrik van den Toren schijnt in korte tijd het vrij aanzienlijke vermogen. dat hij van zijn vader erfde. verloren te hebben. Een illustratie daarvan bieden de impostregisters : bij zijn eerste huwelijk (1787) bedraagt voor hem de impost f 30.-, terwijl de impost 9 jaar later, bij het overlijden van zijn eerste echtgenote, pro Deo is. Uit het eerste huwelijk : 1. lohanna Petronella van den Toorn, geb. ‘s-Gravenhage 9 jan., ged. ald. (Grote Kerk) 12 januari 1794. 2. lacoba Hendrina van den Toren, aeb. in ‘t Zuidende I(Haaqambacht) 30 seot.. bed. Loosduinen 11 okt. 1795. L Uit het tweede huwelijk : 3. Catharina lacomina van den Toorn, geb. Rotterdam 20 april, ged. Oosterkerk ald. 3 mei 1801. 4. Willem Hendrik van den Toorn, geb. Rotterdam 14 febr. 1803, ged. Grote Kerk ald. 6 maart 1803, over]. Rotterdam 15 juli 1853, getr. Rotterdam 13 juni 1827 met Cornelia Henrietta Wilton, geb. Rotterdam 23 aug., ged. 25 aug. 1805 ald., overl. Rotterdam 7 okt. 1873. dochter van Bartel Wilton. smid, en Anna Caro- lina Margaretha de Vries. Dit echtpaar 6, had drie zoons en twee dochters. Van deze kinderen stammen tientallen ,,Van den Toorns” af. 5. lacomijntje van den Toorn, geb. Rotterdam 22 maart, ged. Grote Kerk ald. 26 maart 1805. overl. na 22 april 1887. ongehuwd. 6. Petronella lohanna van den Toorn, geb. Rotterdam 28 sept., ged. Grote Kerk ald. 11 okt. 1808, over]. (ongehuwd) Rotterdam 22 april 1887.

“) Betovergrootouders van de Heer F. van den Toren Ir. en schrijver dezes

Koog aan de Zaan. H. H. W. VAN EIJK. -~

TIJDSCHRIFTEN-REVUE

(Administrateur voor de lopende Jaargangen: J. J. G. Kranen, Mariëndaal 5, Rozendaal Gld). Tijdschriften kunnen na aankondiging in deze Revue, aan de Leden der N.G.V. op aanvrage worden verzonden.) Den A!ler, orgaan der familie Van Aller. 4e Jrg. No. 2 sept. 1956 ; hieraan is toegevoegd een veranderde uitgave van le Jrg, No. 2, maart 1953. benevens een overdruk uit ,.De Nederlandsche Leeuw, mei 1919 : Het notarisgeslacht Van Aller. Gruoninga, mededelingenblad Afd. Groningen en Nrd Drenthe, 3e Jrg. No. 6. juni 1956 : A. Hoft. Fragment-genealogie Bitter ; P. 1. Ritscma. Het geslacht. De Stichtse Heraut, mededelingenblad van de Afd. Utrecht, 3e Jrg. No. 5. sept. 1956 : Mevr. W. Eldering-Niemeyer vervolgt haar interessant artikel over De Plompetoren- gracht en haar bewoners van 1552 tot plm. 1800; W. Prins. Ruitrrus-Rutherus. Een achternaam uit de 2e helft der 17e eeuw. die nog steeds als voorn,~am in de f‘tmilie voorkomt. De Brabantse Leeuw, Jrg. 5, No. 10, okt. 1956 : Mr. Rijndorp. Pricker. 1. /. M. Heeren, 1. A. W. Swane: Van (de) Luyteloer ; 1. P. H. Goossens. Het Hcerlijkheids- archief van Drongelen ; K. v. d. Watering. De familie Langejaan Langneyn.

266 De Nauorscher, Jrg. 96, Afl. 4 : 1. 1. M. H. Verzijt. Genealogie De Bors ; Nogmaals Mats Hari ; C. 1. S.ierfsenta-Heuc’elink. Van Heukelom ; G. A. Bontekoe. De stadsvlag van Bolsward : M. D. Lammerfs. Naamlijst van Priesters ; J. J. M. H. Verzijl. DOCU- menten Petit ; 1. Loeff. Het verdwaalde Handwerk ; Mr. 1. Belonje. Iets over de kerk te Gellicum ; Mr. H. L. U. Essink. De schaking van Joff. Elis. van Wijnbergen. Met Gansen Trou, 6e Jrg. No. 9. sept. 1956 : R.K. Kerk te Bokhoven ; A. van En- gelen. De Vlijmense en Baardwijkse Overlaten ; P. Eliyilrs Wiegmans. De wiel van Haarsteeg ; A. 1. L. van Bokhoven. Overheidsmaatregelen ter bevordering van het in- enten tegen pokken. De Nederlandsche Leeuw, 73e Jrg. No. 9, sept. 1956 : Collectie Opt Straeten van der Moeien ; D. L. Ch. H. F. Arpeau. Arpeau, een Frans-Zwitsers geslacht ; P. Bos. Wel- geboren mannen en schepenen van Monster.

Westfriese Famil.ies, 2e Jrg. No. 1, juli 1956: Herdenking De Boed en Avis; het geslacht Stapel; 1. P. de Geus. De familie Madderom te Broek op Langendijk. Idem 2e Jrg. NO 2, aug. 1956 : Hoogwoud: Het Geslacht Apel ; Corn. Lom. Sijp en zijn nageslacht; De Hoogwouder Tak van de familie Glas. Orde van Sinf-lan, 7e Jrg. No. 29, okt. 1956 : Indrukken van de Ridderdag ; De wordingsgeschiedenis van het Roode Kruis ; Nederlandse Adalsvereniging ; Personalia. Ons Amsferdam, 8e Jrg. No. 9, sept. 1956 : Ir. F. Muller van Brakel. Een welvarende familie. H. W. Alin~s. Beeldhouwwerk in de lucht; De oude stad in panorama ; J. H. Kruizinga. Haal op die hei !

Der Archiuar, Mitteilungsblatt fiir deutsches Archivwesen, 1X Jrg. Heft 3, August 1956 : lohannes Paprifz. Die italienische staatliche Archivverwaltung und ihre Publi- cationen ; M. Gallo. Die Termiten-bckampfung ; Otfo Graf van Looz-Corswarem. Der Neubau des Staatsarchivs zu Koblenz ; H~lgh Murray Bailtie. The National Register of Archives ; W. Kohfe. Technikgeschichtliche Quellenerschlieszung im ,.Feldhaus- Archiv ; M. Kunalh. Die Wort-abtcilung im Lautarchiv des Deutschen Rundfunks. Der Famitienforscher in Bayern, Franken und Schwaben, Band 11 Heft 5/6, August 1956 : P. H. Dusstcr. Bemerkenswertes aus den Pfarrmatrikeln von Schongau ; M. Leif- schtrh. Ibler und Saurlacher ; Adot[ Rofh. Schul-Bücher. U.S.W. Hessische Famitienkunde, Band 3 Heft 11/12, 1956 : Dr. H. F. Fricderichs. Die Ent- wicklung der Genealogie in Hessen ; F. Bachmann. Genealogische Quellen- und For- schungsmöglichkeiten in Hessen ; 0. Praeforilrs. Uher Kirchenbücher in Hessen ; Dr. I. Rosch. Genealogie und Nachbarwissenschaften ; H. Knodf. Hcraldik in Hessen ; Mit- glieder-Verzeichnis 1956.

Zeifschri~f [iir Niedrrsiichsische Familienkunde, 31. Jrg. Heft 4. juli 1956 : H. .Rcinckc. Das Geschlecht der Von dem Berge (de Monte): Nicoline Sfitt. Genealogische Beitragc zur Pastorengeschichtc im niederelbischen Holstein.

Monafsheffe fiir evanyelische Kirchenyeschichfe des Rheinlandes, Jrg. V Heft 9/lO, Sept./Oct. 1956 : D. Rozenkranz : Zur Geschichte der evangelischen Gemeinde Winter- burg ; D. Miiller. Johan Dietrich van Steinen und seinc Darstelling der Rrformations- geschichte des Herzogtums Kleve, insbesondere der Rcformation Issclburgs ; Fritr Far- her. Zur Charakteristik des Seelscheider Pfarrers Thomas Friedrich Schulz ( 1824--1870).

Mitfeilungen der U’esfdcufschen Gesellschaft fiir Farnilienkundc E.V., Band XVII Heft 5, Jrg. 44 Heft 1. 1. Vierteljahr 1956 : Bernhardt. Kricgstrauungen im Spanischen Erbfolgkrieg ; Diicker. Die alte Herrlichkeit Lon ; Hocdcrath. Zur Ccschichte der Grafen von Zsenberg und ihrer Nachtkommen. (De twee laatste artikelen zijn zeer belangrijk voor de Nederlandse geschiedenis).

Revisfa Araldica, Anno LIV No. 9, sett. 1956 : G. Marcsca. Pius 1X en het heraldisch Genootschap ; Cyritle Toumanoif. La noblesse georgienne : sa genese et sa structurr ; Giovanni Maresca. Van een onbekend ontwerp voor cen nieuwe organisatie van de adel van het Hertogdom Sicilië. 267 Slskt och Häud, No. 2 1956 : Ingel Wadén. Nagra anteckningar om Per Chrismans. son Lillie : Erik H. Berglof. Om C. B. Wadströms mödernesläkt (Blomberg) och nar- maste anförvanter ; Sfen von Euler. Släkten Aspehmd fran Tofta.

Adder, Zeitschrift für Genealogie und Heraldik. Wie”. Mai/Jum 1956, 74. Jrg. : 4. Band, 3. Heft. : B. Waldsfein-Warfenburg. Das wappen des Vormundes ; L. Igá/ffp I&Ui. Beiträge zur genealogie der grafen Neuhaus-Cormons in der grafschaft GOrz und im Furstentum Troppau ; W. Berger. Paläontologie und Heraldik ; bijvoegsels : Un- cheliche Kinder der Tiroler Landesfürsten ; Ahnenlist : Antoine, von Dr. Lore Antoine, Wie”.

Senffeneqger Monafsblaff. fiir Geneal ogie und Heraldik. 111. Band 11~~12 Heft Mai/Juni 1956 : K. F. wn Frank. Regesten sus den Sperr-Relationen des Mahrisch. Schlesischen Landrechtes ; 11. W. Höfflinpr. Adels und Wappenverleihung ; k’. F. von Frank. Ortsfremde wd bemerkenswerte Personen in den Matriken von Grcsten ; H. uon Bourcy. Der Wapenbrief ftir Christoph Lang von 1575.

Insfifufo Znfernacional dc Geneeloyia y Hcraldice, Hoja Informativa, Ano 111 No. 47, 1 Sept. 1956 : Mededelingen van het Instituut ; Bibliografie ; Groothertogdom Luxem, burg. Ontwerp heruitgave Rietstap. Idem, No. 48, 15 sept. 1956 : Adelijke titels; Bibliografie ; Zeininger de Borja. Le graad-prieure russe de 1’Ordre de Saint-Jean de Jérusalem.

Le Mais Généalogique. organe de la Société génélogique canadienne-francnise. Vol- 1X No. 7, 8, 9. juillet-septembre 1956 : Réunions du mois : Le nouveau consetl général ; Nouveaux Mcmbres bienfaiteurs a vie ; Réunions des famillcs : Trudel, Gendron.

The Detroit Sociefy for ~enealo@caf research. Magazine, Vol. XX No. 1, Fa11 1956 : Midwestern Pioneer ; The Hammers and allied famihes ; The Philip Hautz family of Pennsylvania ; Descendants of Isaac and Thankful (Gray) Morshouse of Hebron. New York ; One branch of the Bonney family ; Old Rockingham Cemetry Inscriptions ; Inscriptions from three Cemeteries in Macom Country, Michigan ; Miseellaneous Michigan Vita Statistics.

Mississipi yencalogical exchange. a quartelly devoted to early families and records of Mississipi. Vol. 2. No. 1. march 1956 : Cemeteries : Tippah Country ; Pisyah, Shiloh ; Monroe Country - 1820. Chambers Co. Texas - 1850 ; Court records : M”“‘.:~ss~slpl supreme court, Migrations to Mississipi, from Mississipi. Idem. Vol. 2 No. 2 juni 1956 : Pleasant Hill cemetery ; Census records : Jefferson Country 1820. The New Iersey Genesis. editor Harold A. Sonn. Vol. 2 No. 1. act. 1954 : Thc Dutch in New Jersey ; Genealogical Queries on New Jersey families ; etc.

The New York genealogical and biographical Record, Vol. 87 Number 3. July 1956 : The Brokaw-Bragau family ; Marriages of the Dutch Reformed Church of Shawan- gunk, Ulster Country ; Baptisms of the Dutch Reformed Church of Rhinebeck ; Gilbert Livingston and some of his Descendants.

Bullefin of fhe Oklehoma genealogical Society, Vol. 1. No. 4, sept. 1956 : Oklahoma, its resouries and accomplishments ; suggestions for beginners ; Mariage license index Oklahoma Country. Amsterdam. okt. ‘56. W. R

VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, die met zijn onderzoek is vastgelopen, dan wel diegenen. die met andere personen verbinding zoeken op genealogisch en hcral- disch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra, Post- bus 976. AmsterdamC.

268 Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden. Men wordt wel zeer dringend verzocht het papier, waarop de vragen worden ingezonden, slechts aan één zijde te beschrijven. XXXIX. al KAMMAN-SLLIITTERS. In 1780 huwden te Amsterdam lan Kamman van Wi! desha~tsen en Ma&aretha Sluijfers van A’dam, oud 20 jaar. Haar moeder was En- getjc v. d. Laan. Waar werd MarHarcfha gedoopt. Niet in A’dam gevonden. b) MARINUS-TYLARD. Waar huwden omstr. 1780 Cornclis Marirms en /annetje Tylard. Waar kwam Cornelis vandaan en wie waren zijn ouders ? C) FARJON-HEEMAN. Waar huwden omstr. 1745 David Farjon en lobanna Hce man. Waar kwam Johanna vandaan en wie waren haar ouders? d) VULSMA : HARMS-HENDRICKS. Waar huwden omstr. 1770 Hendrik Harms. ook Hendrikus Hermanus (Vulsma) met Chrisfina Hendricks. Hun zoon Nicolaas werd op 6-12-1777 te Harlingen gedoopt. Huwelijk aldaar niet gevonden. Waar kwamen zij vandaan. Is iemand ook een encyclopaedie of ander boekwerk bekend, waarin een Friese dominee Vulsma voorkomi? el v. BEEK-V. DIJK. Op 17-2-1765 huwden te Montfoort H&wrf v. Beek en lannegie v. Dijk. Waar werd Huiberf gedoopt 7 f) PAS-URSELIN. Waar huwden omstr. 1750 Hendrik Pas. soldaat, en Elisabefha Urselin en wie waren de ouders? 9) SAKKE-VRIJBERGHE. Waar huw d en omstr. 1770 dnfonic Sakké van den Haag en Maria Vrijsberghe. Waar werd Maria gedoopt, en wie waren haar ouders 7 R. F. VULSMA, Amsterdam. XL. VAN WELSENES. a. Wanneer trouwden Arend en Pieter, zoons van Obbe van Welsenes en lakoba Gout ? Arend werd te Dordt gedoopt 10/8-1788. Pieter werd te Dordrecht gedoopt 4/9-1789. b. Wanneer trouwden Johanna en Arend, kinderen van dlbcrfus van Welsenes en Cornelia van der Hoeve 1 lohana werd gedoopt te Dordrecht 10/5-1778. Arend werd gedoopt te Dordrecht 12/1 l- 1778. c. Wanneer trouwde Arend. zoon van Arend van Wclsenes en /ennckc dc Heer en wanneer overleed hij ? Arend werd gedoopt te Dordrecht 3/12-1760. Toelichting : Obbc. dlbcrfus en Arend warren allen zoons v;m Arend uan Wclsencs en lenneke de Heer. Alle dopen geschiedden in de Gcrcformcrrdc Kerk. Tot 1811 waren bovenstaande personen ongehuwd. JAC. VAN WELSENIS, Rotterdam. XLI. LE DUCQ. Gevraagd de ouders van Jean le Ducq, geb. 1629, overl. 1676 tengevolge van krijgs- verwondingen voor Roermond. Mr. Kunstschilder (dierenschilder. voornamelijk honden en koeien), leerling van Paulus Pofter. Bestuurslid Haagse Kunstenaars Confrerle. Volgens de niet gepubliceerde kunstinventaris van Dr. Bredius, verbleef hij reeds 28 mei 1654 te Den Haag, 8 sept. 1670 wordt hij vaandrig bij een afdeling ruiterij onder kolonel Wallenburg. Hij had een opvliegend karakter, getuige de zeer vele duels die hij had met diverse personen. Gehuwd met Ida Piefersd. Persijn 27.3.1661 te Den Haag. Zijn broer was Mathema- ticus (Doctor ?) en Peijlder der stad ‘s Gravenhage. Zijn vader zou afkomstig zijn uit Amsterdam. Een portret van 1. Lc Ducq door Frans uan Micris zou aanwezig zijn in de Albertina te Wenen. A. VAN ECK, Pieter Nieuwlandstr~mt 109, Utrecht. XLII. CATERS. Medewerking wordt verzocht voor opstelling ener genraolgic van het IHaagse geslacht Cafers, waarnaar de Catersstraat aldaar is genoemd en waartoe behoorde Mar- tijntje Cornelis ]ansdr. Caters. Als weduwe van Jan Hendriks Iorrckbloct huwde zij te ‘~Gravenhage 18 oktober 1676 met lan Gil/&. (van der) Maas. voorvader van het geslacht Maas Geesteranus. Blijkens haar testament had zij een neef tc Breda, genaamd [ohannes van Eel. Was zij verwant aan Margariefa Katers, die als weduwe van loris Maes, 12 juni 1678 ondertrouwt met Hendrik van (der) Puffen ? MAAS GBESTERANUS, Parijs. 269 x:L ,111. a DE HAU(L)TEPENNE DE LA TOUR. Hieronymus Franciscus de la Tour. ook geheten De Nau(/)fepenne de la Tour, geboren ca. 1708 (is n.1. op 23 november 1741 ,,omtrent 33 jaer oud”), overleden voor 8 oktober 1771, gehuwd met Anna Roos, als dochter van Gerard Roos en /annetje Ellelappc op 6 april 1715 te Amsterdam (R.K.) gedoopt. Uit dit huwelijk (waar gesloten ?) te Abcoude-Proosdij (Ned. Herv.) gedoopt : 30 april 1741 Anna, 31 maart 1743 Margarcfha, 7 februari 1745 Pefroncllu en 8 mei 1746 {an. Nieronymtrs Franciscus was houder van een protestantse, franse kostschool te Abcoude. In het tijdvak van 23 november 1741 tot 26 april 1747 verleed hij verscheidene acten te Abcoude voor notaris Anfipas Tredee. Zijn echtgenote geeft, als weduwe, op 8 oktober 1771 te Rotterdam schriftelijk toestemming tot het huwelijk van haar minderjarige dochter Elizabeth Geertruyd (waar en wanneer geboren ?) die op dat moment woont .,te Genneperhuysen in den Lande van Cleeff”. Anna Roos overleed in het ambacht Co01 (Rotterdam) 14 augustus 1788. Gevraagd: aanvullende gegevens ten aanzien van Hieronymus Franciscus (de Haulfepenne) de la Tour (doop, namen ouders, overlijden). Is hij wellicht verwant met het Waalse geslacht De Haulfepenne? b. MEISSELBACH. Te Vlissingen overleed op 18 januari 1825 Carel Chrisfiaan Meisselbach, geboren OD 24 augustus 1785 te ,,Ten Haken”. Welke ulaats kan hiermee bedoeld zijn ? Gaarne gegevens over Meissclbach. H. H. W. VAN WIJK, Koog aan de Zaan XLIV. WIJNEN Te Rotterdam rrouwen op 14 okt. 1804 Elisabeth Wijnen, geboortig van Budel, en Leonard Outlzoff. Zij overleed R’dam 1 mei 1830, oud 53 jaar, geboortig van Budel, ouders onbekend (volgens de aangevers, o.a. haar zoon Leonard). Bij navraag bij het R. Archief te den Bosch werd de doop niet gevonden, de archivaris deelde echter wel het volgende mede : ,,dat de dopen van de op 27 feb. 1813 te Budel overleden Anfoineffe Wijnen, echtg.e Theodore Jorissen, en haar op 18 juli 1827 te Budel overleden zuster Anna Maria Wijnen, echtg.e van Jan Sfeuens, die resp. 1765/66 en 1776/77 te Budel geboren zouden zijn als dochters van Henri- cus Wijnen en diens vrouw losina, evenmin in de doopboeken te vinden zijn, zodat deze Wijnen’s hun kinderen niet of elders lieten dopen”. Wie kan mij helpen aan de ouders en voorouders van Elisabeth Wijnen. BREDILIS-COSTERMAN (S). Te Schiedam zijn tussen 26/3 1730 en 8/10 1734 3 kinderen geboren van het echtpaar Cornelis Bredius en Marijfje Cosfermans. Volgens acte van alimentatie, verleend ten behoeve van de armen van Oudewater. afgegeven te Schiedam 1741 had dit echtpaar 5 kinderen, welke met name en leeftijd genoemd worden. De twee ontbrekende kinderen zijn lohannes en Cornelia, geboren resp. 1725/‘26 en 1728/‘29. Deze dopen zijn niet te Oudewater te vinden, evenmin het huwelijk der ouders. Waar is dit echtpaar getrouwd? DE ZEEUW-VAN DER HORST. Adrianus de Zeeuw ; tr. 2e Overschie 20 juni 1784 als wedn. van Maria Snel met lacoba Rodenburg: tr. Schoonderloo 8 april 1803 met Barbara Blokland. Hij overlijdt te Delfthaven op 22 april 1822, oud 71 jaar, als zoon van Piefer de __ ~. . _. Zeeuw en Magdalena van der Horst. Waar werd Adrianus de Zeeuw geboren ? (niet te Delfshaven of Overschie.) H. P. SCHOUTEN, Gordelweg 19c, Rotterdam XLV. VERHEY. Gevraagd het voorgeslacht van lohannes lacobszn Verhey, die 16 okt. 1683 te IJssel- monde ondertrouwde met Marie Pietersdr. uan Wij&. Alle andere gegevens betreffende de naam Verhey zijn welkom. D. VAN BAALEN. Den Haag. XLVI. POTGIETER. Gevraagd plaats en datum van overlijden, circa 1844, van Hermarms Pofgiefcr (de vader van de bekende dichter). XLVII. PRINS. Inlichtingen gevraagd over het geslacht Prins - later Winkler Prins. Einde 18e eeuw te Apeldoorn en Deventer. 270 A. R. KLEYN, Zeist. .,ONS GESLACHT” MAANDBLAD DER NEDERLANDSE GENEALOGISCHE VERENIGING GOEDOE*EuRD BIJ KONINKLIJK BESL. “AN 16 ,%UG”STUS ,040. No. ea Leat*te,l,k goedgekeurd bil K0”i”kllJk Besluit ven 5 .4pr,, ,855 JAARGANG 11 NO 12 DECEMBER 1956 Redacteur : W. D. H. Rosier, Postbus 976, Amsterdam. Administrateur van de Contact- afdeling : C. Roodenburg, Van Eedenstraat 9. Haarlem. Administrateur der verzending van het Maandblad: Jan Hagoort, Kloosterstraat 11, Naarden. Secretariaat der N.G.V.: Postbus 976, Amsterdam. Contributie minimum fl. lO,- te storten op Girorekening No. 547064 ten name van de Penningmeester der N.G.V. te HAARLEM.

DE OUDSTE GENERATIES PAMA door C. PAMA

Toen ik door een gelukkig toeval in 1949 in staat was de genealogie van de familie Pama te Burum nog een paar generaties op te voeren 1) stuitte ik op een genealogische puzzle. Hiervoor deed jhr. Mr. Dr. J. R. Clifford Kocq uan Breugel toen een oplossing aan de hand 2) die bij nader onderzoek inderdaad juist is gebleken. Tevens was het mogelijk hierdoor de stamreeks van de familie nog wat hoger op te voeren en ten slotte bleek dat de oudst bekende stamvader, Ja,n Pama, inderdaad uit het nabijgelegen Humsterland kwam, waardoor het verband met de daar in de 15e eeuw voorkomende Pama’s, die hun naam gaven aan de thans nog bestaande z.g. ,,edele heerd” Pama, weliswaar niet bewezen, dan toch wel zeer aannemelijk is geworden. Daar geen archieven uit die tijd van het Westerkwartier van Groningen meer bestaan, zullen onderstaande gegevens wel het laatste zijn wat over die oudste generaties te zeggen valt. Door mijn tegenwoordig verblijf aan de Kaap de Goede Hoop heb ik dit onderzoek niet zelf ter hand kunnen nemen, doch dank het merendeel van de gegevens aan de heer D. LI. Osinga, die zich zeer veel moeite in deze getroost heeft.

Voordat we nu tot de stamreeks overgaan, eerst nog een paar woorden over de schijnbare puzzle. Al s uitgangspunt van het onderzoek werd genomen de in het artikel genoemde Jan Symensz Pama. Mr. Schoen- maker te Burum. De inventaris van zijn goederen werd in het sterfhuis opgenomen op 11 juni 1680. Het was reeds gebleken, dat op 6 februari 1681 een kind, met name Jan, als zoon van wijlen Jan Pama te Burum werd gedoopt. Mijn hypothese, dat het kind door zijn voogden ten doop zou zijn gehouden omdat ook de moeder reeds zou zijn overleden, bleek onjuist. In het lidmatenregister van de Burumse kerk wordt n.1. op 19 februari 1682 ingeschreven ,,Aefke Heeres, weduwe van Jan Pama”

l) Gens Nostra 1949, p. 284. -) Gens Nostrn 1949, p. 325. 271 ---=. . _ =-...-_ _ _. . _;;~LT dat de gestorven gewaande weduwe van Jan Symensz zo k+xte. Uit dit register blijkt ook, dat zij hertrouwde met een Douwe Willems, eveneens Mr. Schoenmaker te Burum en bij hem nog verschillende kinderen had. Dit is dus de oplossing van de puzzle. Er blijkt nog meer, n.1. dat Aefke met haar tweede man in het huis van haar overleden eerste echtgenoot Jan Symens Pama woonde en aangezien hij hetzelfde beroep had, zal hij dus waarschijnlijk de oude firma op dezelfde voet hebben voortgezet. Kort na de doop van haar zoon Jan Jansen Pama, tekent Aefke dan een schuldbekentenis waaruit blijkt dat Jan Symens Pama in eerste huwelijk gehuwd was geweest met Lysbefh Willems, wier broeder Albert Willems nog in Oldehove (Humsterland) blijkt te wonen. Ja,n Symens Pama is dus als ongeveer vijfentwintigjarige, een paar maanden voor zijn dood, nog voor de tweede keer in het huwelijk getreden en uit het posthuum geboren zoontje stammen alle thans levende Pama’s. Indien ooit het voortbestaan van een geslacht aan een zijden draadje hing, dan dus zeker wel hier. De gegevens over zijn voorouders rangschikkend, komen wij dan tot de volgende stamreeks : 3) 1. JAN PAMA Naar menselijke berekening moet hij ongeveer 1590 geboren zijn, en daar zijn zoons Gaecke en Piefer nog in Ezinge woonden, is ook hij zeer waarschijnlijk uit Humsterland afkomstig, had daar althans sterke familiebanden. In ieder geval is noch over hem, noch over zijn voorouders in de archieven van Kollummerland verder nog iets te vinden. Burum lag overigens slechts een uur gaans van Humster- land. Hij was gehuwd met Sycke Symens die tussen 1660 en 1666 gestorven moet zijn. Uit verschillende acten blijkt dat de familie een zekere welstand genoot en tot de Doopsgezinden behoorde. Uit dit huwelijk vier kinderen : 1. Gaycke Jans Pama. Komt in diverse acten voor waaruit blijkt dat hij in 1666 en ‘69 te Ezinge woonde. Met zijn broer Pieter wordt hij in 1666 tot voogd benoemd van Jan Claesen (geb. te Kollum 1660). zoon van hun zuster Diucke (Dieuwke) Jans&. Pama en Cfaes Wabbesz, waartoe zij ,,den behoorlycken belofte van ge- trouwicheyt, als mennonijten, met handtastinge, enz. hebben ge- praesteert”. 2. Pieter Jans Pama. Ook hij 1ee ft in 1666 in de Ommelanden. Waarschijnlijk is de volgende zijn zoon : a. Cornefis Pytfers Pama. Hij wordt in een acte van 1674 als een volwassen man genoemd. 3. Diucke Jansdr. Pama. Was gehuwd met Claes Wabbesz, Mr. Schoenmaker te Kollum. Beiden overleden Kollum vóór 1666. 4. Symen Jans Pama. Volgt onder 11. :j) Bij het samenstel!en van deze stamreeks is van de volgende archiefstukken gebruik gemaakt : Kollumerland : Weesboek P. 21. fol. 27 : P. 22, fol. 428 ; P. 24, fol. 385 ; P. 26, fol. 22 ; P. 27, fol. 538 - Proclan~a~ie6ock Q. 4, fol. 379 ; Q. 6, fol. 286, 455 ; Q. 7. fol. 77, 210, 704 - Hgpotheekboek V. 11, fol. 554, 555, 557, 570 ; V. 12, fol. 366, 373 - Autimrisaticlwck N. 2/4/1674 ; 9/6/1678; 31/1/1681 - Rcccsbmk B. 15. 20/11/1666. Regisfer Gedoopten Burwn 1680-1672 ; Register van Lidmaten B~trum 1680, 1681. 1682 : Lidmaten/@ Burum 1712 en 1717.

272 11. SYMEN JANS PAMA Waarschijnlijk geboren omstreeks 1610. Gestorven te Burum vóór 1666. Mr. Schoenmaker te Burum. Hij huwde met Geertie Willems. In 1650 worden zij nog als echtelieden te Burum vermeld, doch zij stierf vóór 2 april 1674. (Na de dood van Symen jansz. Pama hertrouwde zij met Pieter Cornelisz, Mr. Schoenmaker te Burum, die te Burum vóór 2 april 1674 stierf. Voor de zoon uit het huwelijk zie onder 4 hierna.) Van de nagelaten goederen van Symen bestaat een inventaris, opgemaakt 10 juni 1669, waaruit blijkt dat hij een, voor die dagen, welgestelde middenstander was. Uit dit huwelijk drie kinderen : Jan Symens Pama. Volgt onder 111. Sycke Symens de Pama. Geb. Burum ca. 1660, gest. Burum (7) nà 1717. Huwde ca. 1680 met Jan Jacobs, Mr. Schoenmaker te Bu- rum, welke te Burum tussen 1712 en 1717 overleed. Maeycke Symensdr. Pama. Geb. Burum ca. 1662. Cornelis Pytfers (uit 2e huwelijk). Geb. Burum ca. 1669. In 1681 nog in leven.

111. JAN SYMENS PAMA Geb. Burum ca. 1655 en gest. ald. tussen 1 en 11 juni 1680. Mr. Schoenmaker te Burum. Huwde le. Burum ca. 1674 Lysbeth Wil- fems, gest. Burum 1679 ; 2e. Burum 1680 Ae[cke Heeres. Na de dood van Jan Symens huwde Aefcke opnieuw te Burum met Dourve Willems, Mr. Schoenmaker te Burum. Het leven van Jan Symens Pama moet nogal tragisch geweest zijn. Nadat zowel zijn vader a1.s zijn stiefvader en moeder gestorven waren, was hij op 19-jarige leeftijd al wees en niet alleen gedwon- gen de oude familiezaak voort te zetten, doch ook de zorg op zich te nemen voor de twee jongere zusjes en ten dele ook voor het nog jongere stiefbroertje. Waarschijnlijk om deze reden direct na het overlijden van zijn ouders gehuwd, ontviel ook zijn vrouw hem na een vierjarig huwelijksleven. Een jaar daarna opnieuw gehuwd, overleed hijzelf al binnen een jaar en zijn enig kind werd dan ook pas na zijn dood geboren. Hij had een voor die dagen behoorlijke bibliotheek, waarin enkele typische Menniste-boeken. Hij komt echter in 1680 in het lidmatenboek van de Herv. Kerk voor en zijn zoon wordt in die kerk ook gedoopt. Deze zoon blijkt later echter weer tot de voorvaderlijke Doopsgezindheid te zijn teruggekeerd. Ondank,s de vroege dood van zijn ouders en zijn eigen korte leven, blijkt uit de inventaris van zijn goederen dat hij niet onbemiddeld was. Het door hem bewoonde huis was zijn eigendom en de waarde van het leer, gelooid en ongelooid, wijst op een druk beklante zaak. Zijn boekenbezit wijst op een intellectuele belangstelling, die men in het Burum van die dagen misschien niet zou zoeken. Zijn enig kind is : Jan Jansz. Pama, ged. Burum 6.2.1681 ; gest. Surhuisterveen 1737. Mr. Schoenmaker en vervener te Surhuisterveen (Fr.). Hijzelf en zijn afstammelingen zijn reeds elders behandeld:‘)

.‘) Zie Genealogisch Repertorium : Pama.

273 Het feit, dat reeds de oudste generatie de naam Pama voert terwijl in Burum voorts vrijwel uitsluitend patronymia voorkomen, zomede de tamelijke welgesteldheid duiden ongetwijfeld ook op de samenhang met de 15e eeuwse Humsterlandse Pama’s. Hier moet ook het verband liggen met de Amsterdamse Pama’s, die eveneens uit Burum en Humsterland kwamen. Daar de vader van Jan Pama (1) zeer waarschijnlijk een Pieter of een Gaecke was en de naam Pieter ook bij de Amsterdammers over- heerst, is het verleidelijk de hypothese te stellen dat onze stamvader ]an en de Amsterdamse stamvader Andries (die een zoon Pieter had), beide zoons waren van deze hypothesische Pieter. Doch dit is een onvruchtbare gissing want bewijzen ervoor of ertegen zullen bij gebrek aan archieven wel nooit te leveren zijn. Kaapstad, act. 1956. HERALDISCHE POEZIE Onze zeer geachte medewerker. Ds. E. van Alphen Azn.. te Ambon, die de verdienste heeft een copie te maken van de doopboeken en grafschriften op Ambon, welke gedoemd zijn te vergaan. heeft op zijn tochten tussen de eilanden der Molukken de tijd gevonden gedichten te maken op enige bekende wapens; hij deed ons het genoegen er enige te zenden, waarvan wij hieronder die op het wapen van wijlen ons erelid R. T. Muschatf plaatsen. DE STROOIEN BIJENKORF Bij het Wapen: Muscharf Tien nijvere bijen, om, een korf van stro gevlochten - op zilver - met daaronder een grasgroene grond; Twee zilveren zwaarden op keel, gelijk ze eens vochten gekruist in het schildhoofd - maar met niemand gewond. Helrode dekkleden gevoerd met zilveren draden -- Als Helmteken de Bij van volharding en vlijt: Voor ons vereeuwigd in een van de Gens Nostra bladen - Aan Rudolphe Theodore Muschart toegewijd. ‘k Heb altijd dit Wapen veelzeggend en mooi gevonden, gevoerd door een Heraldicus in merg en been; Door zijn Moeder met het Geslacht Van Alphen verbonden, Zo blijft hij steeds bij ons al ging hij ook van ons heen. Ambon, 15 sept. 1956 E. VAN ALPHEN Az. Gewijd aan de Nagedachtenis van de Heraldicus &dolphe Theodore Mmcharf.

AANBIEDING In mijn bezit is een in klei geboetseerde buste en reliëf voorstellende een manspersoon. gekleed in een blauw jasje met bronzen knopen, met een enigszins opstaand& aan de binnenzijde, rode kraag. Om de hals draagt hij cen van voren geknoopte witte das of sjaal. Onder de buste is een opschrift aangebracht. waarop in schrijfletters staat te lezen: ,,hendrik van Velsen, geboren 10 Sep: 172X. nu Zlg Selfs gecopieert int jaar 1795 = 4 October.” Het geheel is gevat in een houten, min of meer geïmproviseerde ovale medaillon met een zwarte achtergrond. Het formaat is: 30 x 22 cm. aan de buitenzijde. Binnenzijde is: 24,5 x 17 cm. De figuur geeft een geleerde indruk. Mogelijk een dominee? Heeft diepliggende ogen met forse wenkbrauwen. uitstekende jukbeenderen, vooruitstekende km en een kleine mond met samengeknepen lippen, lang haar met aan beide zilden van het hoofd een krul”. Wie is deze van Velsen? Mogelijke nakomelingen kunnen zich met ondergetekende in verbinding stellen. S. POS, St. Annastraat 4a, Hilversum

274 KWARTERSTAAT VAN ir. T. GOLDEHOORN 1. Goldhoorn, Ir. Tidde, geb. 25-4-1919 te Zeerijp (Gem. ‘t Zandt Gr). Landbouwk. Ingenieur te Zeerijp. 2. Goldhoorn, Pieter Barteld, geb. 25-3-1884 te Middelstum (Gr). Landbouwer te Steendam. Huwt 23-5-1918 te Slochteren met 3. Mulder, Jantje, geb. 18-2-1892 te Steendam. 4. Goldhoorn, Tidde, geb. 13-5-1852 te Loppersum )Gr). Overl. 7-6- 1927 te Midelstum. Beroep : Kassier te Middelsturn. Hij huwt 15-5-1883 te 1 met 5. De lager, Anje, geb. 7-3-1861 te Midwolda (Oldambt). Overl. 11-7- 1889 te Middelstum. 6. Mulder, Hero, geb. 8-6-1863 te Sappemeer (Gr). Overl. 8-7-1946 te Spijk (Gr). (Gem. Bierum-Gr). Landbouwer te Steendam. Huwt 1887 te Slochteren met 7. Rumpff, Martje, geb. 18-6-1861 te Siddeburen. (Gem. Slochte- ren-Gr). 8. Goldhoorn, Pieter Bartelds, geb. 16-11-1797 te Loppersum. Over]. 28-7-1872 te Loppersum. Landbouwer op ,,De Zeeuw” te Loppersum. Huwt 1844 te Loppersum met 9. De Boer. Harmke Tiddes, geb. 4-6-1818 te Leermens (GT). Overl. 2-5-1869 te Loppersum. 10. De lager, Fokke Daniëls, geb. 10-9-1830 te Midwolda (Oldambt). Overl. 25-10-1896 te Loppersum. Landbouwer te Wittewierum (Gr). Huwt 4-5-1860 te Midwolda (Oldambt) met 11. Kuiper, Aaffien. Geb. 30-12-1839 te Midwolda (Old). Overl. 10-2- 1905 te Loppersum. 12. Mulder, Gerke Eppes, geb. 18-9-1820 te Sappemeer. Overl. 2-9-1886 te Hellum. Landbouwer te Achterdiep bij Sappemeer (Gem. Hooge- zand-Sappemeer-Gr). Later Landbouwer te Tjuchem en Helium Gem. Slochteren-Gr). Huwt 2-6-1849 te Sappemeer met 13. Gruber, Jantje Davids, geb. 3-12-1827 te Sappemeer. Overl. 21-9- 1870 aldaar. 14. Rumpff, Willem Frans, geb. 29-5-1832 te Tjamsweer (Gem. Ap- pingedam). Overl. 24-7-1897 te Siddeburen (Gem. Slochteren). Huwt met 15. Brouwer, Jantje Wiltes, geb. 6-9-1837 te Siddeburen (Gem. Sloch- teren). Overl. 15-3-1864 aldaar. 16. Goldhoorn, Barteld Pieters, geb. 26-12-1762 te Loppersum (Gr). Overl. 29-9-1808 aldaar. Landbouwer op ,,De Zeeuw” onder Lap- persum. Huwt 30-5-1796 te Loppersum met 17. Weert, Tiemke Jans, ged. 2-7-1775 te Westeremden (Gem. Lopper- sum). Overl. 3-4-1837 te Loppersum. 18. De Boer, Tidde Sieuwkes, ged. 29-10-1793 te Oosterwijtwerd. Overl. 31-3-1861 te Eppenhuizen bij Zandeweer (Gr). Landbouwer te Zandeweer, later te Eppenhuizen. Huwt 8-9-1817 te ‘t Zandt (Gr) met

275 19. Bos, Pieterke Jacobs, ged. 19-12-1798 te Bierum (Gr). Overl. 15-4-1872 te Eppenhuizen. 20. De Jager, Daniël Eises, geb. 1794 te ? Landbouwer te Midwolda (Oldambt). Burgemeester aldaar. Huwt 31-5-1815 te Midwolda met 21. Knoffnerus, Annigje Samuels. Geb. 1789 te Oostwold (Oldambt). 22. Kuiper, Siepko Warmoldts, ged. B- 1 l- 1803 te Midwolda (Oldambt) . Overl. 9-11-1878 te Eexta (Gem. Scheemda-Gr). Landbouwer te Midwolda (Old) . Huwt 20-12-1827 te Ten Boer (Gr) met 23. Coolman, Anje Hendriks, geb. 27-1-1808 te Enumerwolde (Gem. Ten Boer-Gr). 24. Mulder, Eppe Richts, Molenaar, later Landbouwer te Sappemeer. 25. Kuipers, Martje. 26. Gruber, David Hansen, ged. 5-2-1795 te Sappemeer. Landbouwer aan het Achterdiep bij Sappemeer. Overl. 31-1-1832 ald. Huwt 29-4-1819 te Sappemeer met 27. Kalketna, Sibbele Jans, geb. 31-10-1788 te Kleinemeer bij Sappemeer Overl. 19-3-1848 te Sappemeer. 28. Rump[[, Frans, ged. 3-2-1790 te Heerenveen (Frlnd). Overl. 31- 10-1832 te Tjamsweer (Gem. Appingedam-Gr). Kweker te Tjamsweer. Huwt 22-10-1819 te Appingedam met 29. Vos, Anna Derks, ged. 14-12-1794 te Tjamsweer (Gem. Appinge- dam). Overl. 24-11-1858 te Siddeburen (Gem. Slochteren) . 30. Brouwer, Wilte Areuis, geb. 4-11-1812 te Siddeburen (Gem. Sloch- teren). Overl. 1868 aldaar. Landbouwer te Siddeburen (Gem. Slochteren). Huwt 27-6-1835 te Slochteren met 31. Bijmolt, Martje Eppes, geb. 4-3-1813 te Siddeburen. Overl. 1868 ald. - KWARTIERSTAAT VAN A. HOFT te Appingedam 1. Haft, Auke, geb. 20-9-1923 te Appingedam (Gr). Leraar R.H.B.S. Lich. Oef. M.O. Gehuwd 5-7-1947 te Groningen met Frederika Petronella Wibina Smifh, geb 25-11-1924 te Dalen (Dr). 2. Hoff, Jan, geb. 9-9-1889 te Groningen. Overleden 3-8-1948 te Zuid- laren (Dr). Begr. 7-8-1948 te Haren (Gr). Leraar M.O. Lich. Oef. aan R.H.B.S. te Appingedam. Huwde 29-8-1918 te Groningen met 3, De Waard, Hemma, geb. 9-1-1888 te Groningen. Overl. 16-10-1944 te Haren-Gr. Begr. 20-10-1944 aldaar. 4. Hoff, Auke, geb. 14-12-1854 te Berlikum-Fr. Overl. 1-4-1948 te Groningen. Begr. 6-4-1948 ald. Granitobedrijf. Huwde 24-11-1881 te Groningen met 5. Paap, Annechien. geb. 11-11-1858 te Veendam. Overl. 17-4-1925 te Groningen. Begr. 21-4-1925 ald. 6. De Waard, Tammo, geb. 25-10-1860 te Groningen, Overl. 22-4-1935 ald. Begr. 26-4-1935 ald. Hoofdconducteur N.S. Huwde 19-5-1887 te Groningen met

276 7. De WaaxI. Grietje, geb. 4-9-1859 te Midwolda (W.Kw.) Gem. Leek. Overl. 10-12-1938 te Groningen en begr. 14-12-1938 ald. 8. Hofr, Hendrik, geb. 15-5-1829 te St. Jacobi-Parochie (Frlnd). Overl. 4-8-1866 te Farmsum (Gem. Delfzijl-Gr) aan de cholera. Beroep : Koopman. Huwde 23-7-1851 te Menaldumadeel-Frlnd. met 9. Tofsma, Nieske Aukes, geb. 24-3-1831 te Beetgum-Frlnd. Overl. 23-6-1896 te Groningen. 10. Paap, Jan Janszn., geb. 2-11-1811 te Veendam. Verdronken 1869. Zeeman. Huwde 6-12-1843 te Veendam met 11. Zoufman, geb. 27-11-1818 te Veendam. Overl. 4-4-1907 te Gro- ningen, 12. De Waard, Harm, geb. 6-3-1824 te Zuidhorn. Over]. te Enumatil (Gem. Zuidhorn). Koopman. Huwde 17-9-1854 te Groningen met 13. Houfpsf, Hemke Tammes, geb. 2-10-1820 te Groningen. Overl. te Hoogkerk. 14. De Waard. Jacob, Geb. 1-5-1830 te Zuidhorn-Gr. Overl. 15-11-1915 te Lettelbert (Gem. Leek-Gr). Beroep : wegwerker. Huwde te Leek in 1853 met 15. Poll, Trijntje, geb. 5-8-1828 te Midwolda (W.Kw.-Gem. Leek-Gr). Overl. ald. 12-6-1907 en begr. ald. 16-6-1907. 16. Hof!, Jacobus, ged. 6-10-1802 te Leeuwarden. Was kleermaker te St. Jacobi-Parochie. Overl. ?? Huwde 11-5-1828 te Leeuwarden met 17. Kingma, Pietje Sieessens. Ged. 29-12-1803 te Franeker. 18. Tolsma, Auke Doekeles. 19. Popma, Lijbrig Sjoerds. 20. Paap, Jan Janszn, ged. 10-6-1781 te Wildervank-Gr. Schipper. Huwde te ? met 21. Joosren, Annechien Hindriks. 22. Zoufman, Evert Everts, ged. 9-11-1783 te Veendam. Schipper. Huwde te ? met 23. Kruizinga, Albertje Seyes, ged. 30-1-1785 te Veendam. 24. De Waard, Sytse Jacobs, ged. 21-3-1790 te Niehove (Gem. Olde- hove (Gr). Overl. te Roden (Dr). Koopman. Huwde 29-4-1813 te Oldehove met 25. Schuringa, Grietje Harms, ged. 25-5-1788 te Niezijl (Gem. Grijps- kerk). Overl. te Oostwold-W.Kw. (Gem. Hoogkerk). 26. Houtgasf, Tamme, ged. 31-1-1770 te Hoogezand. Koopman. Huwde 3-5-1818 te Groningen met 27. Swartwold, Gerhardina. Geb. 7-2-1789 te Scheemda en ged. 15-2-89 aldaar. 28. is 24. 29. is 25. 30. Pol, Pieter Tjebbes, geb. 1791 te Aduard (Gr.). Ged. 27-11-1796 op vijfjarige leeftijd te Aduard. Boerenknecht. Huwde 6-10-1827 te Oldekerk (Gr) met 31. De Jager, ged. 24-3-1803 te Hoogkerk. 277 Aangezien ik nog steeds brieven ontvang met het verzoek om inlichtingen uit mijn kartotheek, deel ik nogmaals mede, dat ik deze heb overgedragen aan het Centraal Bureau voor Genealogie, Nassaulaan 18 te Den Haag. Men schrijve dus om inhchtingen aan dit bureau.. De klaooers. . OD de Notariële- en Rechterliike archieven van Zuid-Holland blijven in mijn bezit. Een iijst van de geklapperde gemeenten verscheen in Gens Nostra &tober 1953. Hierbij kunnen de volgende klappers gevoegd worden: HAZERSWOUDE (notarieelj LEIMUIDEN (notarieel) MAASDAM (notarieel) MOLENAARSGRAAF (notarieel) NIEUW IEKKERLAND (rechterlijk) NOORDELOOS (notariee.1) PIJr\IACKER (notarieel) ROC:KANJE (notarieel) eiland ROSENBURG (notarieel1 STOLWI JK (notarieel j WASSENAAR (rechterlijk) ZWARTEWAAL (notarieel) In bewerking: Sassenheim (rechterlijk, Voorburg, notarieel), Ouderkerk aan de IJsel (notarieel) en Melissant (notarieel). Op het Algemeen Rijksarchief te ‘s-Gravenhage vordert het klapperen van de retro- akten van de burgerlijke stand door werkloze hoofdarbeiders zeer goed: de trouwboeken 1695-1811 zijn gereed. Men is nu aan de doopboeken begonnen. Dat door genealogen van deze klappers een druk gebruik wordt gemaakt, hoeft geen betoog ! De secretaris van de afdeling ‘s-Gravenhage en Omstreken, P. W. PALUDANUS Frankenslag 327, Telefoon 558109, ‘s-Gravenhagz

In vervolg op bovenstaande meldt ons de Heer Ir. N. 1. Kuiper te ‘s-Gravenhage onderstaande : ALGEMEEN RIJKSARCHIEF, Bleijenburg 7, ‘s-Gravenhage. Geopend 10.00 tot 17.30, ‘s zaterdags 10.00 tot 17.00. Op het Algemeen Rijksarchief berusten niet alle doop-, trouwen begraafregisters van voor 1812. Een aantal grotere gemeenten heeft nl. zijn eigen registers behouden en deze zelf geheel of gedeeltelijk geklapperd. Deze gemeenten zijn: Rotterdam (met ge- annexeerde gemeenten) 1 Schiedam, Vlaardingen. Delft, ‘s Gravenhage, Leiden, Gouda, Dordrecht en Brielle. Bovendien hebben Gorinchem en Maassluis klappers gemaakt, die in de archieven van die gemeenten berusten. Het overblijvendz gedeelte van Zuid- Holland is ten behoeve van de klappering in 13 districten en twee gemeenten verdeeld Dit zijn: 1 Goeree, Overflakkee, 11 Voorne-Putten en Rozenburg, 111 Beierland. Hoekse Waard, IV IJselmonde en Eiland van Dordrecht, V Alblasserwaard, VI Vijfherenlanden en Land van Vianen, VII Krimpenerwaard, VIII Delfland ten westen van Delft, 1X Delfland ten oosten van Delft en Schieland, X Rijnland (kuststreek), X1 Rijnland ten zuiden van Leiden, XII Riinland ten noorden en oosten van Leiden. X111 Rijnland rondom Woerden, XIV Rijswijk, XV Voorburg.

278 Op de leeszaal van het A.R.A. staan de navolgende klappers ter inzage: Huwelijksklappers van de districten 1 t/m X111 van 1695-1811. van Rijswijk van 1596-1811, en van Voorburg van 1630-1812. Doopklappers van district 1 van 1695-1755 (1794), van 1695-1715 (1735), ::1 ( van 1716-1735), VIII van 1695-1794, 1X (van 1716-1735), (van 1716-1735), x11 ( van 1695-1715). (De tussen haakjes geplaatste jaartallen hebben betrekking op klappers. die naar ver- wachting nog voor het einde van dit jaar gereed zullen komen). Voorts zijn nog een groot aantal andere klappers door het publiek te raadplegen, waarvan wij noemen de klappers op de stamboeken van: Officieren Oost-Indische Leger van 1813 tot ca. 1875. Officieren Marine van ca. 1750 tot ca. 1850, (stamboeken op het A.R.A.) Idem van ca. 1850 tot ca. 1900. (stamboeken op het Dep. v. Marine). Mariniers 19e eeuw, Schepelingen 19e eeuw, Indische ambtenaren van 1814 tot 1836 (die na 1836 op het Dep. v. Ov. Rijksd.). terwijl in bewerking zijn de stamboeken van onderofficieren en minderen van 1795 tot 1813. Een inventarislijst va’n alle klappers is aanwezig.

De tienjarige ta/els vanaf 1812 (of 1811) tot 1842 van alle gemeenten en de betr. acten van de B.S. zijn te raadplegen. De tienjarige tafels van 1843 tot 1882 van het Arrondissement Dordrecht (omvattende de districten 111 t/m VI) zijn eveneens thans reeds te raadplegen, de acten echter eerst over enige maanden.

Voor mij ligt de Prinsessenkalender 1957. met toestemming van het Koninklijk Paar, uilgegeven ten bafe uan de Vereniging Pro luvenfufe. Ik beveel deze kalender fen zeerste aan bij onze leden; de fraaie foto’s verwarmen hef Nederlandse hart en het goede doel is evident. W. R.

De Leden vinden bij dit nummer ingesloten het prospectus betreffende de voorgenomen uitgave van de tweede druk van ,,Ommelander Geslach- ten, het Nageslacht van ]acob Sijbolts, landbouwer te Warffum en Geer- truid Cornelis”, door K. J. Ritzema van Ikema te Rasquert. De schrijver heeft deze tweede druk geheel omgewerkt en aanzienlijk vermeerderd na door hem verrichte onderzoekingen, zodat verkregen is een standaardwerk van 2 X 900 bladzijden ; de meeste akten zijn in extenso opgenomen, zodat daarin ook voorkomen de getuigen en de bezitters van belendende percelen. Voorwaar een belangrijk naslagwerk. W.R.

279 DE OUDSTE VAN WARMERDAMS door Mr. J. W. F. X. DE RIJK

Dit R.K. boerengeslacht is, voor zover wij kunnen nagaan, afkomstig uit het rijnlandse dorp Sassenheim en heeft zich vandaar eerst over de omliggende dorpen en steden en later over heel de wereld verspreid, zodat bv. op de Olympiade van 1932 een Warmer- dam voor de U.S.A. de gouden medaille in het discuswerpen won. Door het ontbreken van de R.K. doop- en trouwboeken voor 1700, het veelvuldig voorkomen van de namen Cornelis, /an en Pieter en de verspreiding van de verschillende takken wordt het onderzoek naar de eerste generaties, welke de naam Warmerdam - afgeleid van de Warmonderdam tussen Sassenheim en Warmond - voeren, zijn wij door de protocolboeken van Sassenheim uitvoerig ingelicht. De data en gegevens, welke hieronder zonder meer geciteerd worden, zijn dan ook aan deze protocollen ontleend. (Rechterlijk Archief van Sassenheim). De stamvader blijkt dan te zijn Cornelis lansz.. ,,wonende aan Warmonderdam”. wiens eerste vrouw, Maritje Thonisdr.. voor 19 februari 1614 Oude Stijl is overleden. Uit dit huwelijk zijn dan 5 kinderen in leven, nl. Gors, lan, Tllonis, Dirk en Aaltje, welke resp. 14, 12, :8. 6 en 2 jaar oud zijn. Uit het Cohier van het Hoofdgeld (1) zien we dat in 1623 Cornelis lansz. is hertrouwd met lannetje Cornelisdr., wier vader, Cornelis Jacobse, voor 13 november 1632 aan de Kerklaan te Sassenheim is overleden. Uit de morgenboeken van Rijnland blijkt, dat Cornelis lansz. in 1636 een stuk grond van zijn schoonvader in eigendom heeft (2). Tussen 13 november 1632, wanneer hij nog als erfgenaam van zijn schoonvader compareert, en 28 april 1633 moet Cornelis Warmerdam zijn overleden, want op de laatstgenoemde datum passeren zijn erfgenamen de acte van boedelscheiding, waarbij meer dan 15 morgen land ter waarde van 21.000 gulden worden verdeeld. Tevens blijkt uit deze acte, dat uit het 2de huwelijk in 1625 nog een zoon, /onge Jan. is geboren, en dat de oudste zoon, Cors II. dan al is overleden, nadat uit zijn huwelijk met Maritgen Pietersdr. 3 kinderen zijn geboren. Dit overlijden moet al enige tijd tevoren hebben plaatsgehad, want op 16 februari 1632 is Maritgen Pietersdr. al weer hertrouwd met Seger Adriaans. terwijl dan ook blijkt dat de kinderen Pieter. lan en Cornelis rond 5, 2 en 1 jaar oud zijn. De weduwe van Cors Warmerdam I is overleden voor 6 juni 1646. want op die datum is haar 2de man, Jacob lansz. Warmend, voogd over hun beide minderjarige kinderen. Bij het verkopen van grond op 16 mei 1648 wordt Aaltje. de enige dochter van Cors 1, bijgestaan door haar echtgenoot Maarten Ariaans, terwijl dan ook al een der 3 kinderen van Cors II is overleden. Betrekkelijk spoedig hebben de leden van de familie zich dan heren derwaarts verspreid, want blijkens een later belastingregister, in het Gemeente-Archief van Leiden aanwezig, zijn er dan nog maar 2 Warmerdams. nl. Pieter en Jan Corne/is, benevens de weduwe van Theunis Cornelisr. Warmonderdam. Maartje Pietersdr., in Sassenheim woonachtig, die als bouwman en bouwvrouw staan vermeld. Of het hier gaat om de beide zoons van Cors 11 is moeilijk te zeggen zonder verder archiefonderzoek. In dat geval kan echter de Cornelis Cornelisr. van Warmondlerdam. jongeman van Warmond, die op 9 mei 1659 in Leiden voor schepenen in ondertrouw gaat en op 25 november d.a.v. in het huwelijk treedt met losyntyen Heindricl, bezwaarlijk in deze parenteel geplaatst worden. De beide laatstgenoemden zullen weI dezelfden zijn als de Cornelis Warmerdam en losine Belaen, welke op 27 januari 1669 in de R.K. Statie de Zon hun dochter Angélique laten dopen, waarbij Christiaan Bogaert en Elisabeth Simons als getuigen optreden. (Klapper op de huwelijken en doopboek de Zon in G.A. Leiden). Voor uitwisseling van gegevens en aanvulling daarvan houd ik mij aanbevolen

1 Cohier Hoofdgeld (G.A. Leiden no 7542). 2 Morgenboeken van Sassenheim, 1636 fol. 84) (Archief Hoogheemraadschap Rijnland in Leiden). Haarlem. Mr. J. W. F. X. DE RIJK.

280 EVERHARD JOHANNES POTGIETER, de mens, zijn werk en zijn familie ,,Toch maar een burgerman”, was de fijn-ironische opmerking, die de man, aan wie dit opstel gewijd is, maakte, toen hij zijn geschilderd portret voor het eerst zag. Inderdaad Potgieter was een typisch vertegenwoordiger der burgerij, doch tevens ook van de beste eigenschappen, die deze klasse, in haar glorietijd, het midden der 19e eeuw, kenmerkte. Hoe hijjzich als kunstenaar boven het aardse en alledaagse wilde verheffen, waardoor men in zijn werk vaak de wiekslag van het epos bespeurt, geregeld komt de geest van zijn tijd en omgeving hem al spoedig weer nedertrek- ken. Potgieter is typisch een man van zijn tijd, in de eerste plaats koopman, en daarnaast (in zijn vrije uren) dichter en woordkunstenaar. Wellicht schuilt er iets onbillijks in, dit zowel de tijd als de man te verwijten. Wat toch was het geval ? Het revolutietijdperk, met de aansluitende Napoleontische oorlogen, hadden ons land, ja zelfs een groot deel van Europa, dermate verarmd, dat de navolgende generatie niets overbleef, dan of overzee fortuin te zoeken, dan wel door stoere arbeid en hoogst sober leven, heel langzaam aan een zekere welstand terug te veroveren Er is ons jammer genoeg maar weinig bekend van het huwelijksleven in het eerste en tweede kwar- taal der vorige eeuw, doch geven onze familiekronieken en herinneringen de nauwlettende lezer toch aanwijzingen genoeg, om te beseffen, hoe eenvoudig en sober het leven vergeleken bij dat der 18e en 20e eeuw wel was. Potgieter zelf had deze tragische lotswisseling als kind ondervonden, en de uiterst gevoelige natuur, die onder het oppervlak van de nuchtere robuste koopman verborgen was, had dit zich zo aangetrokken, dat wij menen, niet mis te tasten, door aan te nemen dat Potgieter zich zelf steeds voorgehouden heeft : In de eerste plaats het materiele, daarna het ideële, iets wat hem vermoedelijk ook van het sluiten van een huwelijk heeft doen afzien. De Heer A. Stakenburg is, in het Tijdschrift voor Ned. Taal en Letterkunde, dl. LXI, van 1941, dieper op de oorzaken van die financiële achteruitgang ingegaan, en vele der hierna volgende bijzonderheden zijn ook aan dat opstel ontleend. Wij willen thans eerst de kwartierstaat van de dichter bezien. Het geslacht Potgieter is afkomstig uit Nordhorn in Bentheim, waar reeds in 1519 een Hermann Potgieter als pachter der Gereformeerde Kerkelijke goederen aldaar voorkomt. Herman schijnt wel de familienaam bij uitstek geweest te zijn, zo komen bijv. in de burgerboeken op 22-2-1649 burgemeester Hermann Potgieter de Jonge en zijne vrouw Schrvenne

281 Lodden voor. Ook de stamvader der Zuid-Afrikaanse Potgieter was een Nordhorner, n.1. Harman Potgieter Janszn, waarschijnlijk volle neef van de tot nu toebekende eerste Nederlandse voorvader van onze dichter, en op 8-5-1672 te Swellendam in Zuid-Afrika gehuwd met Isabella Frederiks, uit Amsterdam, weduwe van Nicolaas Vlechtman. De bovengenoemde Nederlandse stamvader was Hermanus Potgieter, smid van Nordhorn, werd op 6-8-1672 burger te Zwolle, en aldaar begraven vóór 4-5-1716. Hij huwde vóór 1673, niet te Zwolle, met Stuaen- tje Getiits, die op 4-5-1716 te Zwolle begraven werd. Zij zijn de ouders van no. V/i van onze kwartierstaat. Toen no. V/5 met Elisabeth Hulsebos huwde zal hij wel niet gedacht hebben, dat hij met haar zijn zilveren bruiloft zou gedenken en dat zij hem daarna nog 20 jaar zou overleven. Het Kerkelijk Ondertrouwregister van Amsterdam toch leert ons, dat op 19-12-1709 Jacob Albertse van Ulsen, nootkaersemaker, oud 26 jaar, wonende in de Munnikestraat, ’ vergezeld van zijn moeder Hendrickje Hassels tot Ulsen, ondertrouwde met Aaltje Claasse. van Rouveen, weduwe van Harmen Klunder, op de Boomsloot, welk huwelijk door Ds. Rippius op 5-11-1710 in de Nieuwe Kerk voltrokken werd. Deze echt was helaas slechts van korte duur want ’ nauwelijks 17 maanden later vermeldt het zelfde register op 5-6-1711, dat Jacob Alberfse, van Ulsen, kaarsenmaker, weduwnaar van Aaltjen Claas, op de Boomsloot, ondertrouw doet met Lysbeth Gerrifse ten Kate, van den Ham, oud 33 jaren, wonende op de 0.2. Achterburgwal, ouders dood en geassisteerd met haar zuster Femmetje Gerrifse ten Kate. Op de 16-6-1711 voldeed de bruidegom de weeskamer, waardoor wij mogen aannemen, dat er uit het eerste huwelijk nakomelingschap was, en Aalfje dus wellicht in het kraambed is overleden. De predikatie van Ds. Rippius scheen in de smaak te zijn gevallen, want ook ditmaal voltrok deze het huwelijk in de Nieuwe Kerk op zondag 21-6-1711. Uit de ondertrouw- acte van het 3e huwelijk op 26-5-1715 leren wij nog, dat de ouders van Elisabeth dood waren en dat zij een broeder Arend had. Ook dit huwelijk werd ingezegend in de Nieuwe Kerk, thans door Ds. d’Outr@. Merkwaardigerwijze wordt in de doopacte van no. V/7, die zelf zowel als zijn nakomelingen steeds als Rudding voorkomt, zijn vader Jan Ree- ding genoemd. Deze is waarschijnlijk vóór 1725 overleden, daar Jan Ju- nior bij zijn ondertrouw slechts geassisteerd wordt door zijn moeder Annefje Kramp. No. V/9 was zoon van Claas Jans van Ulsen, gedoopt te Zwolle 3-6- 1660, aldaar overleden 30-7-1708 en van Aaltje Vos, die op 23-7-1725 te Zwolle overleed. Klaas Greve (no. V/l 1) was zoon van Jochem die op 15-6-1729 te Zwolle overleed en van Berenfje Jansdr. Wij konden niet met zekerheid vaststellen of zij synoniem is met de Berenfse die op 17-11-1704, dan wel met degene die op 10-1-173 1 te Zwolle als overleden ingeschreven werd. Coenraadt Wolfsen J.U.D., geb. Zwolle 3-5-1636 en de Meppelse Rodolphina Schickaarts, welke op 29-7-1665 te Zwolle ondertrouwden, waren ouders van Geesje Wolfsen (V/13). Hoewel no. V/15 zich later uitsluitend van den Bosch noemde, schijnt bij zijn geboorte de bedoeling voorgezeten te hebben, dat hij ook de naam zijner moeder zou voeren. In de Oude Kerk te Amsterdam vond op 16-10-1696 door DS. Winter de doop plaats van Willem Goetvriend, zoon van Dirk van den 282 Bosch en Maria Goervriend, waarbij Willem Goetvriend en Gerbrechtje Bussum getuigen waren. Tenslotte no. V/16, Geertruyd vaq Ulsen. Dat deze tot het zelfde geslacht zou behoren als no. V/9, bleek hoewel niet onwaarschijnlijk, toch niet met voldoende zekerheid vast te stellen. Zij, Gerardina, werd op 23-4-1703 als dochter van Coenraad van Ulsen (begr. Zwolle l l-6- 1725) en Maria Kolks, begr. Zwolle 16-1-1754, te Zwolle gedoopt. Dit echtpaar had reeds twee dochtertjes Gerridina op 17-8-1699 en 18-IO- 1701 laten dopen, welke dus vermoedelijk beiden jong gestorven zijn. In het algemeen meent de leek, dat uit dergelijke doop, trouw, of over- lijdensinschrijvingen niet veel anders dan een paar nuchtere cijfers te halen zijn, doch gelukkig is dat vaak anders. Zo vermeldt het begraafregister der Zuiderkerk op 14-6-1762 ,inzake het overlijden van ,,Hendrik Alberts, wonende in de 2e Batavierstraat bij d’oostersekaay, 5 minderjarige kinderen”. Een aantekening in margine zegt nog : ,,26-10-1762 heeft Dirk van der Meer Evertszn., uit naam van de weduwe vertoont testament d.d. 13-3-1762, gepasseerd voor Not. F. Boese, waarbij de weeskamer is ,,gesecludeerd”, Hieruit kunnen we afleiden, dat Hendrik in de winter 1761-1762 al sukkelend was, en zoals men pleegt te zeggen, zijn einde voelde naderen. Gedachtig aan de Oud-Vaderlandse spreuk : Een wijs huisvader bestelt zijn huis, en de misschien niet geheel onge- gronde antipathie zijner tijdgenoten tegen het oorspronkelijk toch zeer goed bedoelde toezicht en beheer der Weeskamers, delende, stelde hij vast, dat deze heren hun neus buiten zijn zaken hadden te houden. Er blijkt ook uit, dat hij als chirurgijn in vrij redelijke doen was, aangezien het anders de moeite van het testament niet waard geweest zou zijn. Bij zijn ouders vinden wij een gelijksoortig bericht, dat echter weer een andere conclusie geeft. Hetzelfde begraafregister vermeldt op 24-5- 1740 ,,Jacob Alberts, op de Regtboomsloot, 2 minderjarige kinderen”, en als kanttekening : ,,den 13 Juli 1740 heeft Elisabeth Hulsebos, wed. vertoont het testament van den overledene benevens haar, gepasseerd voor Not. Mr. Jan Snoek, op den 6-8-1715, waarbij de Weeskamer is gesecludeerd.” Hieruit kunnen wij dus slechts afleiden, dat de echtelieden reeds bij het aangaan van hun huwelijk, in vrij behoorlijke finantiele omstandigheden verkeerden. De overlijdensinschrijving van no. V/7 leert ons wederom iets merk- waardigs. Het is al weder het begraafregister der Zuiderkerk, dat het volgende op 29-11-1736 vermeldt : ,,Jan Pudding, op de Oude Schans, l op de hoek van de Ridderstraat, 2 minderjarige kinderen”. Deze buurt, thans welhaast volkomen in verval, was tot de aanleg der trotse grachten- trits, de plaats waar de Amsterdamse kooplieden woonden, een feit, waarvan thans nog slechts enkele grotendeels vervallen pakhuizen spreken. De kanttekening bij deze acte luidt : ,,Den 19 Maart 1737 heeft Rey- nier Cfattenburg, in naam van Sytje van der Meer, de weduwe, vertoont het testament van den overledene benevens haar gepassegrd voor Not. C. v. Loon d.d. 12-10-1736, waarbij de Weeskamer is gesecludeerd”. Men ziet, onze voorouders waren bedachtzaam, en zodra een ziekte een ernstige afloop liet vrezen, werden de vereiste maatregelen getroffen. Seytje bleef in haar huis wonen en was even bedachtzaam als haar echtgenoot, want blijkens een kanttekening gedateerd 18-5-1738 op haar

283 overlijdensacte. liet zij reeds op 28-3-1738 voor dezelfde Nots. Cornelis v. Loon, eveneens een testament maken, waarbij zij zoals gebruikelijk de Weeskamer uitsloot, maar tevens de hierbovengenoemde Reynier Claddenburg, die dus blijkbaar haar zaken beheerde, met zijn broeder (?) Dirk C. tot voogd over haar kinderen aanstelde. Tenslotte nog iets uit het Poorterboek van Amsterdam, dat bij de inschrijving van no. V/7 tot poorter op 23-6-1723, noteert, dat deze zoon was van de reeds overleden Jan Rudding, in zijn leven mede bakker en poorter. Na deze uitweiding over de Amsterdamse voorouders van Pofgieter, willen wij de Zwolse familierelaties eens bekijken. Hier stootten wij alras op datgene wat Potgiefer’s jeugd en later leven zo diep heeft beïnvloed. Gedurende de gehele 18e eeuw behoorde de familie Pofgiefer. tot de gezeten, deftige, burgerstand. In de drie zoons van het echtpaar V/l en 2 sprak wel sterk de ,,Wanderlust” die de Nedersaks zo sterk eigen is. De tweede zoon Pieter vestigde zich als chirurgijn te Amsterdam, en kreeg bij zijn zeer jong gestorven echtgenote Joanna Schouten, slechts één zoon, ]an CorneIis Pofgieter, die met Maria Elisabeth van HuIsfey,n huwde. De oudste dochter van dit echtpaar Johanna huwde met haar achterneef Anthony Potgieter. De derde zoon van het echtpaar Pot- gieter-Milanus was oorspronkelijk als voerman te Deventer woonachtig, alwaar hij op 14-5-1765 Catrina Schornagel huwde. Moge het beroep wat nederig klinken, er schijnt een appeltje voor de dorst te zijn overgebleven, want zijn gelijknamige kleinzoon was later heel- en vroedmeester te Leiden, waar hij zijn achternichtje Johanna huwde. Als jongste dochter van dit echtpaar dient genoemd Sara Maria Eli- sabeth Potgiefer, die op 26-9-1912 te Amsterdam overleed, en alle haar toebehorende Potgieteriana aan het Museum der Ver. tot beoefening van Overijsselsch Regt en Geschiedenis te Zwolle legateerde. De grootvader van onze dichter was ook min of meer behept met de trekkersgeest van zijn voorgeslacht. Op 18 jarige leeftijd vertrok hij van Zwolle naar Groningen. Vandaar schijnt hij zich te Blokzijl gevestigd te hebben, om als jongman van aldaar in 1752 te Kuinre te huwen. Direct na zijn huwelijk zette hij zich neder te Amsterdam, om op 43 jarige leeftijd weder te Zwolle te verhuizen. Zijn schoonmoeder Helena Wifman woonde te Zwolle bij haar dochter in en overleed ten hunnent op 9-12-1773. Blijkens haar testament van 13-4-1769 zat zij er warmpes bij, haar dochter werd universeel erfgename, terwijl haar ,,Innocenten” zoon Henricus levenslang het vruchtgebruik zou genieten van 5 huizen te Amsterdam. Natuurlijk profiteerde schoonzoon Pofgieter ook van deze welstand, hij kocht meerdere huizen in de Diezerstraat, te weten de nummers 85, 86 en 126, zomede een graf in de Michaeliskerk. Aangezien hij de patriottische beginselen was toegedaan, werd hij op 30-5-1795 representant, een functie die hij vele jaren bekleedde. In 1805 vinden wij hem nog als keurnoot. Zijn zoon Euerhardus Johmnes was door hem bij testamentaire dispositie van 9-12-1805 tot universeel erfgenaam benoemd. Helaas heeft deze daar nimmer van geprofiteerd, aangezien zijn vader hem overleefde. Uit zijn le huwelijk met Helena Alberts, sproten, behalve Hermanus, nog twee zoons : Hendrik, later koopman te Zwolle en Johannes Leonardus, commissionair te. Amsterdam. Naar ‘iernomen werd, heeft deze door droeve omstandigheden genoodzaakt de hoofdstad

284 verlaten en is naar Suriname vertrokken, waar hij reeds 3 jaar later te Paramaribo overleed. Everhardus Johannes, die ook nog uit zijn eerste huwelijk een dochter Anna Jacoba bezat, huwde na het overlijden zijner eerste echtgenote, Margaretha van Hengelen, waarbij hij nog een zoon kreeg, die naar zijn vader Everhardus Johannes genaamd werd en dus halfoom van onze dichter was. Om zich van deze te onderscheiden (het leeftijdsverschil was niet zo heel groot) schreef hij zich E. J. Potgieter Ezn. Dit tweede huwelijk duurde slechts kort, op het einde van het jaar 1808 werd Euer- hardus Johannes ongesteld, en ontviel na enkele dagen aan zijn gezin, gelijk ons de uitvoerige overlijdens annonce, geheel volgens de toen gang- bare mode, leert. Zij luidt :

, ,,De vroege morgenstond van den vroolijksten dag, den eersten dag van dit jaar, op welken duizenden zich blijde zegenen, baarde mij de hartgrievendste smerte en deed mij harte tranen plengen, daar mijn dierbare echtgenoot Euerhardm Johannes Pofgieter, mij door den dood ontrukt Werd. Ik leefde slechts bijna vijf jaren met hem in den genoeg- lijksten echt; maar nu scheurde een felle zinkingskoorts hem, in het 53ste jaar van : zijn, voor mij en onze kinderen, allernuttigst leven, in weinige dagen van mijne zijde en mijn hart. Ik treur over dit verlies, maar zwijg, aanbid, en hoop op den God meins levens, bij wien alle mijne paden zijn, die mij en onze kinderen niet begeven of verlaten zal”. Zwolle, 1 January 1809. MARGARETHA POTGIETER, geb. van HENGELEN. De weduwe vertrok met kroost en stiefkroost, naar Amsterdam en het was in haar woning, dat onze dichter, na zijn verblijf te Antwerpen, waarover hieronder, zijn intrek nam. De oudste zoon van Everhardus Johannes, Hermanus had de voorvaderlijke lakenhandel voortgezet, welke hem in staat stelde reeds voor de dood zijns vader.s, in 1807 met een Zwolse patriciersdochter Beren- dina Margaretha van Ulsen te huwen. Het geslacht van Ulsen woonde reeds sinds de 17e eeuw te Zwolle. Blijkens] de naam kwamen zij uit het gelijknamige plaatsje Bentheim, waaruit ook het geslacht der grootmoeder van onze dichter Helena Aalberts stamde. , Oorspronkelijk eenvoudige linnenwevers, geraakten zij spoedig in goede doen, en verbonden zich o.a. met de Greve’s, een der aanzienlijkste geslachten van het 18e eeuwse Zwolle, waartoe o.a. de bekende Aleida Greve behoorde, dochter van de Gemeensman en burger hopman Geurt 1 Greve bij Lamberfa Hok, welke bij uiterste wil, door haar overlijden op 4-2-1742 bekrachtigd, het zgn. Vrouwenhuis, ieder Zwollenaar welbe- kend, stichtte. Berendka Margaretha van LIlsen, was het tweede kind van Jan Claaszoon van Ulsen en Sophia Johanna Damman. Zij had nog een oudere broer en twee zusters : Geertruid, geboren Zwolle 21-12-1785 en de in het leven van onze dichter een grote rol spelende Willemina, geboren 26-3-1788. Haar vader was eveneens textielhandelaar, een lid der firma van Ulsen en Damman, die door zijn vader en schoonvader was opgericht. Later associeerde hij zich met zijn zoon onder de Firma J. v. LIlsen en Zoon. Nicolaas Hermanus werd eveneens compagnon van zijn zwager Potgieter, en men meende op deze wijze de reed.s tanende zaken nieuwe veerkracht te schenken. De Franse tijd echter oefende haar nivellerende werking uit, het Zwolse Patriciaat verarmde, in 1810

285 Vl5 --V/l - VP VP Vl‘l - vis Vl7 VP IOHAN WILLEMINA bs. EVERARDUS HELENA JACOB ELISABETH JAN i SYTJE )TGIETER MILANUS ENGBERS WITMAN ALBERTS HULSEBOS RUDDING v. der MEER

zn. V. Hendrik dr. V. Lodewijk z n. v. dr. V. dr. Y. Eert ,n Albert% en en Hendrikje D,rkr en Dieuwertie Jans H8SS& Annetje Hendrikr Boom

00pma” Predt. te Kulnre MS r. Ksarsenmaker

Zwolle VI Zwolle . Dalen ~n Amsterdam * UIS.” w Amsterdam VI Amsterdam ll.1690 9-5-1689 1681 5-1 1-1694 1683 26-9-1690 16-1-1701 Zwolle = Zwolle t Kuinre t/= Zwolle = Amsterdam = ~msterdom = Amsterdam = Amsterdam 4.1747 19-4.1768 23-9-1749 9/16.12-1773 24-5-1740 29-1-1760 29-11-1736 10-4-1738 l Zwolle/Nw, Leuren Kuinrc Amsterdam Amsterdam 14.415-5-1 725 m 27.5/13-6-1 719 00 111. 10/26.5-171 5 VI 11/2B-1 1.1 723 ,_ Vl2 rv/> IV/? HERMANUS SWAANKE HENDRIK ANNA POTGIETER ENGBERS ALBERTS RUDDINGH

Lakenkaper Keurnoot-Representanl

, Zwolle 6-6-1726 t/= Zwolle v, Kuinre 25-2-1 725 v, Amsterdam 7-2-1 723 on Amstedam 6-4-1727 28-2/2-3-1811 = Zwolle 22-10-1810 = Amsterdam 14-6-1 762 = Zwolle 6-6-1797

CO Kuinre 9-lO/l-11 -1 752 co It. Amsterda; 7123-7-1 752 c 111/2 EVERARDUS JOHANNES HELENA POTGIETER ALBERTS

Lakenkoper

on Amsterdam 1-9-1756 CA Amsterdam 30-4-1760 t Zwolle 1-1-1809 t/= Zwolle 25/30-4-1802 O, 1. Zwolle/Amsterdaml /18-5-1 783

HERMANUS POTGIETER Lakenkoper

UI Zwolle 10-1 1-1 784 t 1844

U, Zwolle/Zalk 26-6/1 5-/-- l v> Zwolle 27-6/3-7-1808 EVARHARDUS JOt- Dit VP V/lO Vil 1 V112 V/I 1 - Vil5 V/lf, Ï IANNES ANNA KLAAS GRIETJE T- HARMEN GESIENA WILLEM GEERTRUYD j Y. ULSEN v. d. MAST GREVE DIRKS DAMMAN LUBBERDINA GOETVRIEND Y. ULSEN WOLFSEN v. d. BOSCH

2”. Y. Claar dr. Y. Jurrie” zn. Y. Jachem dr. V. Willem zn< V. Dtrk dr. v. Dr. Ja- zn. V. Dirk dr. Y. Caenraôd en Lyrbeth en Jannetgen en Bereolje en Geesle ,” Cathsrina Coenraedt en Maria en Maria Jans G~Oe”eWOlt Ja”1 Teunisse” _ Mouw 7 en Rodolphana Goetwend Kolks Schickaarts

m zwollc vl Zwalic m Zwolle m Zwolle Amsterdam * Zwale VI Amsterdam m Zwolte I 1 y; 16$5 2-4-1696 3-6.1688 19.1-1697 19-3-1668 16-10-1696 23-4-1703 1 = Zwolle = Zwolle = Zwolle = Zwolle = Zwoile = Zwolle = Zwolle I 2-1 27;754 17-9-1725 4-12-1750 29-12.1766 31-10 1749 1 1-8-1 724 4-12-1747 24.10-1 749 / Zwoile/Wyhe Zwolle i!WCalle Zwolle m 6127.7-1720 m 22-5114-6-1723 m24-3 /2.4-4-1703 al 27-4127-5-1 720 1 L i _ IIV/5 IV/6 IV/7 IV/S CLAAS BERENDINA HERMANUS GEERTRUYD v. ULSEN GREVE DAMMAN v.d. BOSCH

Coopman in terNel

m Zwolle 23-1 2-1 722 m Zwolle 27-3-1724 cn Zwolle 28-10-1717 t_n Zwolle 20-2-1721 = Zwolle 22-3-1773 = Zwolle 19 8-1757 t Zwolle 13-8-1793 = Zwolle 27-8-1 778

Co Zwolle . ‘26-5-1755 Co Zwolle 15/30-4.1747 ’ 01 - UI/3 JOHAN v. ULSEN

Koopman ,” textiel. Lid Mu”,clpal,te,t (1 7961, Vertegenwoordiger des Zwolsche” Volks (1 797). IMunlclpaal (1 798). Schenen en Burgemeester v< Zwolle (1802-1808

1‘ v) Zwolle 3-3-1756 m Zwolle 20-11-1757 t Zwolle 9-5-1825 j- Zwolle 27-6-1823

~0 Zwolle/Windesheim 1-5/1-6-1 779 - 11/2 BERENDINA MARGARETHA v. ULSEN

UI Zwolle 17-4-1 782 t Oirschot 23-2-1840

-1807 -

ANNES POTGIETER + Amsterdam 3-2-187tl . ll.3 was Hermanus reeds beneden de 5000 gulden gegoed, en leende op schuldbekentenissen een gelijld bedrag tegen een rente van 4x% van zijn stiefmoeder. De omwenteling bracht slechts tijdelijke verlichting. Nederland was na de oorlog heel, heel arm geworden. In 1814 leende Hermanus van een zuster (?) zijner schoonmoeder, Mevr. Hendrika Damman, weduwe van de Eeze, 1000 gulden tegen 5%, terwijl de rechter Mr. H. W. Greuen, hem, onder borgtocht van zijn schoonvader Jan van Ulsen, in 1816 f 2000.- leende. l’oen onze dichter 17 jaar was, barste de bom. Een wissel van 6-11-1824, door Heinrich Sebes, koopman te Lennep in Pruisen, getrokken op Potgieter en Van Ulsen en door N. H. va,n Ufsen voor accept getekend, kon, hoewel zij slechts f 328.- bedroeg, op 10-1-1825 niet voldaan worden. Sebes reclameerde bij de rechtbank te Zwolle, die de firma op 31-3-1825 in staat van faillisement verklaarde, en gelastte dat de firmanten te hunnen huize in bewaring van de deurwaarder te stellen. Tot rechter-commissaris werd Mr. F. P. A. Heerkens aangesteld, terwijl Mr. 1. A. Sandberg en de koopman Hermanus Smale tot agenten benoemd werden. Men kan zich moeilijk de beroering welke deze zaak in het toenmalige rustig voortdommelende Zwolle veroorzaakte, indenken. Een extract van het vonnis werd door de ganse stad aangeplakt, de Provinciale Zwol- sche en Overijsselsche Courant van 5-4-1825 bevat een grote annonce, terwijl zelfs nog een aan deze zaak gewijd pamflet gedrukt bij de firma Tyl, verscheen. Op de 31e maart werd de winkelvoorraad, daags daarop het huisraad der familie Potgieter in de Diezerstraat verzegeld. De inventaris wijst waarlijk niet op spilzucht of overbodige weelde, het vormt de omgeving, voor wat Potgieter zijn verdere leven blijven zou, een fatsoenlijk burgerman. Een mahoniehouten secretaire, wat porcelein, een pendule onder een glazen stolp, enige zilveren couverts, en een bijbel met koperen beslag. Wat, ons echter vreemd aandoet, is het feit, dat terwijl dit alles het gevolg was, van het niet betalen van een wissel van even drie honderd gulden, thans een bedrag van f 884,73 in huis bleek te zijn. Op 7-4-1825 was reeds een voorlopige balans gereed, die de situatie wel pijnlijk scherp belichtte ! Actief f 24.245.30, passief f 68,505,71, dit betrof de firma, doch ook het particulier bezit van Hermanus was al in zeer slechte staat ; Actief f 3500.-, Passief f 6638,65. De Rechtercommissaris geselt dan ook met ernstige woorden : ,,be- langende de oorzaak van dit faillissement, zoo is bij het gemis aan een kas-, wisselen huishoudingboek, gevoegd bij de onnauwkeurigheid der bestaande boeken, het onderzoek bijna ondoenlijk om zulks met zekerheid op te geven”, maar gaat hij verder : ,,evenwel zoo niet de gefailleer- den, bij het aangaan van hunne compagnieschap reeds beneden parie geweest zijn, schijnt dat failliet als dan aan slordigheid, verzuim en on- verschilligheid door onderlinge verdeeldheid, twist en een ongelukkige huishouding worden toegeschreven, terwijl het niet geblijkt. dat men in dezen ter kwader trouw, of met bedrog heeft te werk gegaan”. Kort daarop werd Hermanus dan ook uit de bewaring ontslagen en ontving tot onderhoud van zijn gezin f 12.- per week. De voornaamste creditrice in de particuliere boedel van Hermanus was zijn stiefmoeder Margaretha van Hengelen, die behalve de door haar verleende f 5000.- ook nog sinds 1 mei geen huur van het haar

288 toebehorende woonhuis der familie in de Diezerstraat ontvangen had. Op 8 october kwam haar stiefzoon met het voorstel om deze schulden te voldoen met 10% nl. 5% op 15-11-1825 en 5% op 1-3-1826, terwijl hij voor de schulden der firma 10% direct en 4°/0 op 1-3-1826 betalen zou. Op 19 december werd deze voorslag vrijwel ongewijzigd door de crediteuren, waarschijnlijk gedachtig aan het spreekwoord, dat men nu eenmaal van een kikvorsch geen veren plukken kan, aangenomen. Op 27-12-1825 werd het faillissement door de rechtbank te Zwolle opgeheven, waarmede de finantiele zorgen echter nog niet uit de wereld waren. Vader Hermanus trachtte eerst geld te verkrijgen door de verkoop der huizen te Amsterdam, behorende tot de nalatenschap zijns vaders en grootvaders, doch dit zette blijkbaar weinig zoden aan de dijk. Op 27- 9-1826 werd hij tenminste door het Vredegerecht veroordeeld tot betaling van twee schulden, groot respectievelijk f 260.- en f 264.07, die intussen op 30-10-1827 nog niet voldaan waren ! Kort daarop (tussen 16-11-1827 en 29-4-1828) heeft hij Zwolle dan ook metterwoon verlaten en’ is met stille trom vertrokken, nadat op 1 1-12-1827 het familiehuis aan de Diezerstraat verkocht was. Het gezin vertrok, zoals in die dagen gebruikelijk naar het Brabantse platteland, waar niemand hen kende en het uiterst goedkoop leven was. Over de laatste levensjaren van Vader Potgieter hangt een dichte sluier. Als zijn echtgenote op 23-2-1840 te Oirschot overlijdt, is hij afwezig. Waar hij zich ophield, mochten wij niet ontdekken, slechts uit familienotities konden wij opmaken, dat hij in 1844 overleed. Potgieter zelf was naar uit het bovenstaande blijkt, niet zonder reden, uiterst gesloten over zijn familie. Hij toch, had wel zeer zwaar geleden. Als 13 jarige jongen was hij naar Amsterdam gezonden, om daar zijn handelsopleiding te ontvangen bij de Firma Van Hengel, Van Ulsen en Van Cleef. Hiervan was Nicolaas Hermanus van Ulsen ook firmant, en deze had voor een schuld der firma J. van Ulsen en Zn. groot f 6.106.95 ten laste van Mej. Everdina Geerlings van Cleef met interessen cessie gedaan tot een bedrag van f SOOO.-, voor wat hem als firmant der firma Van Hengel, Van Ulsen en Van Cleef toekwam. Deze transactie nu gaf aanleiding tot grote moeilijkheden, waardoor de afwikkeling van het faillissement van Van Ulsen en Zoon uiterst traag verliep. In 1839 gaf het Hoog-Gerechtshof een eindvonnis, waarbij bepaald werd, dat Mej. v. Hengel, de oudste firmante ruim 17000 gulden diende te betalen, waartegen zij protesteerde en een geheel andere berekening maakte, uit hoofde waarvan zij slechts f 3000.- diende te betalen, waartoe zij zich bovendien reeds bij voorbaat onmachtig verklaarde. Wanneer men nu nagaat dat de gehele #schuld der firma Van Ulsen en Zoon ruim 33.000, die van Grootvader Jan Claaszoon van Ulsen ruim 43 mille en die van zijn zoon ruim 12 mille bedroeg, terwijl zich in hun boedel een vordering van f 5600.- op de firma Potgieter en Van Ulsen, en (schrik niet) een vordering ten nadele van Hermanus Potgieter persoonlijk van f 37.000 bedroeg, begrijpt men, dat men bij de Amsterdamse firma, de jonge Potgieter, hoe nauwgezet zijn werk ook mocht zijn, toch enigszins met een scheef oog beschouwde, en hoe de schande de zoon van een bankroetier te zijn. bij Potgieter d e vaste wil deed ontwaken, ten koste van alles, zorg te dragen, dat zijn zaken in puike orde waren, en eerst na gedane arbeid enige ruimte beschikbaar kwam voor zijn kunstenaarschap. Zag hij niet steeds zijn arme grootvader voor zich, de

289 eenmaal door een ieder geachte, trotse burgemeester zijner geboortestad. en op zijn laatste levensdagen oud, zwak en blind, in een armoedig ka- mertje ten huize van Everchina Geerlings van Cleeff, ziek liggende, daar in hechtenis genomen, terwijl zijn schaarse meubels ,,als niet wel voor verzegeling vatbaar*’ maar dadelijk geïnventariseerd werden. Dit greep de oude man dusdanig aan, dat hij kort daarop bezweek, waarna, wat hij wel nimmer had kunnen denken, Zwolle’s burgervader van de armen begraven werd. Tante Wilhelmina van Ulsen, de jongste zuster van Potgieter’s moeder, bezat een gezonde zakelijke kijk. Zij was, zoals men dat in de wandeling pleegt te noemen in zekere zin de enige ,,man” in de familie en had de goede gedachte gehad, de 13 jarige Pofgieter aan dit millieu te onttrekken, toen zij de catastrofe zag naderen. Bij de firma doorliep de jongen een strenge leerschool, en moest hij, zoals hij het zelf in zijn ,, ‘t Is maar een pennelikker”, dat voornamenlijk wel autobigra- fisch zal zijn, uitdrukt, ondervinden wat het zeggen wil, als een jongen van goede, maar arme huize, zoon die voor de misslagen zijner ouderen boeten moet, een onberaden huwelijk de oorzaak van achteruitgang en armoede. Hoe oordeelt hij later scherp : ,,Liefde is niet al, genoegzaam, wanneer haar gebrek vergezelt”. In het conflict stond Potgieter tegenover zijn vader, dit getuigt oa. zijn Dagboek in Zweden, waar hij op 14-7-1831 schrijft : ,,De hemel weet, waarom ik zoveel aan Zwolle en mijn kindsheid dacht. Niet met die bitterheid, die mij anders wel aan- kleeft, maar met een zeker genoegen en weemoed : Mijne moeder, mijne arme Moeder”. En ja, na het doornemen van het voorgaande, beamen wij volkomen, wat een biograaf zegt : ,,’ s dichters eerste levensperiode, tot aan de dood van zijn vader toe, is een vlucht voor, en zorg over geld”. Op de duur werd het echter in Amsterdam ook niet houdbaar, waar de moeilijkheden, die de firma veroorzaakte, toch altijd onbewust de pennen van de jongeling, zij het wellicht niet in woorden, aangere- kend werden. Dit alles noopte Pofgieter tot zijn vertrek naar Antwerpen in 1828, een verblijf dat hem ongetwijfeld verrijkt heeft, door zijn kennismaking met Jan Frans Willems. Die jaren van 1826-1830 zijn be- slissend voor zijn geestelijke groei, Boven alles Nederlander, maar geen chauvinist, en verre blind voor de fouten, die het cegeringssysteem van Willem Z, vooral voor de Zuidelijke Nederlanden aankleven, vervolgens de opstand, het bombardement van Chassé, dat hij met de zijnen in een diepe kelder verborgen meemaakte, even later zijn avontuurlijke terugreis in de winter van 1830 over Aken, In de winter van 1831 te Amsterdam wordt hij huisvriend bij Jeronimo de Vries, en hoort de bezielende lezingen van Van Lennep en andere coryphaeen hunner dagen. Hij ondergaat een nationale hervorming, tengevolge van de dreigende toestand van 1831. Het is waarlijk geen wonder, dat tegelijk op godsdienstig gebied de Reveilbeweging ontstaat, er is een geestelijke wederopstand op allerlei terrein, waarvan Pofgieter een der profeten zal worden. Dan krijgt hij de voor een jonkman zijner dagen geweldige kans om zijn geestelijke horizon te verruimen. Als gemachtigde van het huis Trip moet hij naar Scandinavie, waar hij ruim anderhalf jaar blijft en meest in intellectuele kringen vertoeft. Hier gaat een geheel andere wereld voor hem open, hij leert de Scandinaafse literatuur kennen, en geeft zijn indrukken van dit voor het Nederland zijner dagen geheel onbekende terrein, tussen 1832-1840 in ,,Het Noorden” uit,

290 Inmiddels is hij echter te Amsterdam als commissionnair gevestigd, waar zijn bekendheid als letterkundige groter wordt.. Er wordt getracht een nieuw tijdschrift het licht te doen zien, een eerste poging het blad ,,De Muzen” te samen met Aernouf Drosf, lijdt door het schielijk overlijden van de laatste, schipbreuk. Maar Pofgieter laat niet af, en te samen met zijn vriend Bakhuizen uan den Brink, verschijnt op 1-1-1837 ,,De Gids”, nieuwe Vaderlandse let- teroefeningen. Indien Pofgieter ons niets dan dit tijdschrift geschonken had, was zijn plaats in onze letterkunde reeds voor altijd verzekerd, maar hoeveel schonk hij ons niet daarnaast ? Van 1837 tot 1865 is de blauwe beul, zoals de Gids, in een blauwe omslag gestoken wegens zijn scherpe kritieken alras geheten is, grotendeels zijn werk, en als hij eindelijk steun en een gee,stelijk evenwaardig plaatsvervanger, n.1. Busken Huef gevonden heeft, werden de moeilijkheden, welke deze door zijn geestige maar niets en niemand ontziende pen deed ontstaan, oorzaak dat hij de Gids moet verlaten. Het lag volkomen in Pofgiefer’s lijn, dat hij de vriend, die hij in Busken Huet gevonden had, niet alleen liet gaan, op ridderlijke wijze nam ook hij zijn ontslag, en verliet het tijdschrift, welks kring voor hem, de brede geest, te eng was geworden. Onwille- keurig gaan onze gedachten naar die andere Zwollenaar, die slechts 10 jaar met onze dichter verschilde, de grote Thorbecke. Bijna gelijktijdig met Pofgiefer’s uittreden loopt het tweede ministerie Van den Thor ten einde, en evenals de leider van onze letterkunde treedt ook een groot staatsman terug, teleurgesteld in zijn volk en in zijn vrienden. Als troostprij,s kwam eindelijk voor onze dichter de lang verbeide ,,Nederlandsche Leeuw”, welke ieder fatsoenlijk hoofdcommies, die 25 jaren het dekje van zijn bureaustoel versleten had, ontving. Pofgieter zei alles ,,Te Laat” en heeft zijn decoratie nooit gedragen. Toch duurde deze inzinking slechts kort, hij was geen man, om zich door omstandigheden te laten terneerdrukken. In de eerste jaren na het uittreden leek het of zijn ijver verslapt was, maar in 1868 verscheen van zijn hand het meesterwerk ,,Florence” als herinnering aan zijn bezoek met Huef aan de Dantefeesten in 1865. Behalve vele kleinere studies, herinneren we hier nog aan het volkomen uitgewerkte : ,,Leven van Bakhuizen van den Brink”: en termlotte zijn zwanenzang voor zijn overlijden : ,,De nalatenschap van den landjonker”. Zo iemand dan heeft wel Potgieter gewerkt, zolang het dag was. De hedendaagse generatie kent Pofgiefer maar slecht, zijn taal is niet licht en luchtig, doch doet denken aan stug zwaar eiken, maar toch de schoonheid die er in glanst en steeds opnieuw weer opstraalt is van alle tijden. Luistert naar de zinnen van zijn ,,Vervlogen Grootheid”, waarmede ,,Droomerijen in het Rijksmuseum” opent. ,,Er was eens een tijd, waarin de weegschaal der volkeren van Europa door hare vorsten niet ter hand werd genomen, of de Hollandsche maagd, aan hunne zijde op het regtsgestoelte gezeten, wierp er mede haar oor- logszwaard of haren olijftak in en deed door deze bijwijlen den evenaar overhellen ; - gij, die het leest, als ik, die het schrijf, wij waren er getuigen van, hoe zij, vóór luttel jaren, met hare partij voor de vijf- schaar gedaagd, vonnis ontving van wie haars gelijken, hare mindere zijn geweest. Er was een tijd, dat de Hollandsche vlag werd begroet als de meesteres der zee, waar ook ochtend- of middag- of avondlicht de oceanen van beide wereld halfronden verguldde ; een tijd, waarin hare

291 vlootvoogden den bezem op den mast mogten voeren, dewijl zij, naar de krachtige uitdrukking dier dagen, de zee hadden schoongeveegd van gespuis in eene der jongste vergaderingen Hunner Edelmogenden hebben welsprekende stemmen de roemlooze rust van Janmaat beklaagd. Er was een tijd, waarin de Hollandsche handel den moed had, de boeien te verbreken, hem door den beheerscher der beide Indiën aangelegd, en, stouter nog, de ongenade van ‘s aardrijks uithoeken braveerde, om eenen doortogt te vinden, ,,door natuur ontzegd” een tijd, waarin de winzucht een adelbrief verwierf, door hare verzutering met de wetenschap ; stel U voor, God verhoede het, dat het ooit gebeure ; stel U voor, dat Java ons niet langer zijne schatten in den schoot stortten en zeg mij, werwaarts de dienstbare vloot der Handel-Maatschappij dan hare zeilen hijschen zou, waar ‘de ondernemingslust harer reeders, in Noord- of in Zuid- Amerika, betrekkingen heeft aangehouden”. ,,Er was een tijd dat Holland Europa’s bewondering wegdroeg door zijne schilderschool, de oorspronkelijke met zijnen strijd voor de vrijheid geboren, en die de helden van deze heeft veraanschouwelijkt en vereeuwigd ; eene eerzuil, welker meesterstukken we ten minste niet alle voor het goud des vreemdelings veil hadden, hoe onverschillig onze acht- tiende eeuw de nalatenschap bewaarde, die, in welsprekend zwijgen, het vonnis der erfgenamen wees ; tot welke eene hoogte, in den aanvang der negentiende eeuw, de druk ,des geteisterden volks stijgen mogt ; eene eerzuil, voor welker luister het ons past het hoofd neder te buigen van schaamte, als zij al de gaven, al de krachten, al de deugden van het voorgeslacht, al,s een spiegel weerkaatst, tot we, voelende wat we eens geweest zijn, en wat we werden, ons aangorden ...... ‘* Komt niet het schaamrood op onze kaken, wanneer wij nagaan wat wij bijna een eeuw, nadat Pofgieter ,dit neerschreef geworden zijn ? Hij was een Nederlander in hart en ziel, al was hij zich zijn Duitse afkomst zeer wel bewust. Vol belangstelling volgde hij het Eenheid.sstreven onzer Oosterburen en zong reeds in 1859 in zijn Ode aan Schiller :

Schiller, onze bede is hulde, Dat de dag der eendragt rijz ! Uit denzelfden stam gesproten Voelen w’ons in iedren stand, het Duitsche lief en leed verpand.

Wat hem echter niet verhinderde, zijn ,,Holland” te beginnen, en de navolgende regels, die heden ten dage nog steeds weerklank zullen vinden bij ieder vaderlander, en waarmede we dit opstel willen besluiten :

Graauw is Uw hemel en stormig Uw strand. Naakt zijn Uw duinen en effen Uw velden U schiep natuur met een stiefmoeders hand, Toch heb ik U innig lief, o mijn land.

JURRIAAN VAN TOLL.

Mededeling uan de Redactie De Heer A. R. Kleyn besluit in dit nummer de eerste reeks kwartierstaten van bekende Nederlanders met de vooroudertabel van de grote dichter Potgieter, opgenomen bij bovenstaande levensschets.

292 AANVULLINGEN OP DE KWARTIERSTAAT VAN Prof. Dr. WILLEM EINTHOVEN (Gens Nostra Jrg. 11, No. 7, juli 1956)

De kwartierstaten van bekende Nederlanders. die wij maandelijks publiceren. ondervinden alom grote waardering en trekken veel belangstelling. Van één der leden der actieve afdeling Groningen mochten wij onderstaande aanvullingen op de kwartierstaat van Prof. Einthouen ontvangen, welke bij de familie, die een deel der gepubliceerde gegevens verschafte, niet bekend waren, terwijl enige offciële instanties indertijd daar- naar gevraagd het gewenste niet vermochten mede te delen. Wij raden onze lezers aan deze gegevens en eventueel later volgende correcties c.q. aanvullingen op andere kwartierstaten ter plaatse aan te brengen, daar bij lezing van de originele publicatie meestal verzuimd wordt een daarna volgende rectificatie te raadplegen. kw. III/l Dr. Samuel ]urdan Einfhoven wordt in tegenstelling tot familieaantekenin- gen in zijn trouwacte dd. Groningen 9-9-1818 genoemd Salomon Jurdan, terwijl als datum van besnijdenis nog wordt vermeld 3 oktober 1784. kw. III/2 Maria Chrisfina Jacoba Baad de la Paille werd gedoopt 2-6-1793. kw. lV/l luda (Einfhoven) overleed te Delft (aangifte) 11-6-1799 en werd te ‘s-Gra- venhage op het Isr. kerkhof begraven ; als beroep staat vermeld : collecteur in loten. kw. V/l David had tot vader loseph en overleed (aangifte) te den Haag 9-5-1791. kw. V/2 zijn vrouw heette Bfoeme Coopman en overleed te den Haag 28-9-1815. als dr van luda en Roosje Heyman. Zij was geboren te Mannheim anno 1727/28.

Naar aanleiding van het bijeenbrengen van gelden voor aanbieding van een jubileum- geschenk aan de N.G.V. op initiatief van de Heer W. Niekerk te Amsterdam. die ook de volledige administratie hiervan gevoerd heeft, hebben de heren C. Wiegel en 1. Draak, op verzoek van de Heer Niekerk deze administratie gecontroleerd. waarvan zij het onderstaande rapport hebben opgemaakt :

Ondergetekenden, C. Wiegel wonende te Haarlem en 1. Draak te Nieuwendam, leden der Kascontrölecommissie, hebben op verzoek van de Heer Niekerk, de door hem ingezamelde bedragen voor de aankoop van een adresseermachine ten behoeve van de administratie van het maandblad ,,Gens Nostra” van de Nederlandse Genealogische Vereni- ging, volgens de door hem opgemaakte staten en overgelegde postgiro- cheques gecontroleerd en accoord bevonden.

Nieuwendam, 12 november 1956. (w.g.) C. WIEGEL. J. DRAAK.

De heer C. W. Timmer, Stolwijkstraat 4 11 te Amsterdam w. zond ons vier door hem genomen foto’s van de Genealogendag te Nijmegen, waarvan bij hem afdrukken verkrijgbaar zijn; zij stellen voor: Kasteel-Raadhuis Wijchen 5 30 ets., 2 stuks Ruïne Batenburg & 20 ets., 1 Kasteel Hemen à 20 ets., porto bijvoegen.

293 TIJDSCHRIFTEN-REVUE

(Administrateur voor de lopende Jaargangen: J. J. G. Kranen, Mariëndaal 5, Rozendaal Gld). Tijdschriften kunnen na aankondiging in deze Revue, aan de Leden der N.G.V. op aanvrage worden verzonden.) Gruon.inga, Maandblad v. d. Afd. Groningen en Nrd Drenthe der Neder]. Geneal. Ver. 3e Jrg. No. 7, okt. 1956 : Gedeeltelijke geslachtslijst Heeres/Heres; A. Hoff en W. A. Zandf. Het stad-Groninger geslacht Zandt.

De Sfichfse Heraut, Mededelingenblad van de Afd. Utrecht der Ned. Geneal. Ver.. 3e Jrg. Afd. 6, okt. 1956 : Mevr. Eldering-Niemcijer vervolgt haar belangrijk artikel over de bewoners der Plompetorengracht ; A. Pasfoors. Enkele aanvullingen betreffende de familie Wachendorff ; 1. W. Niemeyer. Enige honderdjarigen te Utrecht.

Met Gansen Trou, 6e Jrg. No. 10, okt. 1956 : P. Eligilrs Wiegmans S. 6. Cist. De Wiel van Haarsteeg ; 1. Vcrsanfvoorf. R.K. Kerk te Bokhoven ; Voor- en Roepnamen.

De Nederiandsche Leeuw, 78e Jrg. No. 10. okt. 1956 : W. W. van Valkenburg Kwartierstaat van Jan Carel van der Muelen ; Jhr. Mr. C. C. van Valkenburg. On- bewezen stamreeksen ; Mr. H. L. Hommes, Bijdragen tot genealogiën van oude adelijke geslachten in Stad en Lande ; A. uan der Marel. Van Merlen enVan Maerle; Dr. 1. L. van Eijk. De families Hoffkens en Verbeeck ; Korte mededelingen ; inhoud van buitenlandse boeken en tijdschriften.

Ons Voorgeslacht lle Jrg. No. 61, sept-okt. 1956 : f. H. Brakke. Grafzerken in de Hillegondakerk te Hillegersberg ; Ir. C. Baars. Het oud-Beijerlandse gesalcht Hoogen- boom ; De kwartierstaat van Cornelia Molendijk ; Het geslacht Hannaert ; De cohieren van de tiende penning.

Hef Personeel Sfafwf, 7e Jrg. No. 10, okt. 1956 : Ko//ewjn. Verstoting ; Huwelijk tussen Hongaarse en Nederlander.

Idem. No. 9, sept. 1956 : De Nietigverklaring van een erkenning.

L’lnfermédiaire des Généalogistes, Bulletin bimestrial. X1 : année No. 65, sept. 1956 : J. lacquarf. Pourquoi s’occuper de généalogie ?, le Dr. E. Spelkens. Les Bourgeois de Bruxelles notes par J. B. Houwaert ; Jean Cossarf. Families d’Artistes.. Les quartiers jodoignois de Jean-Baptiste Cociers.

Le Mais Généalogiquie, organe de la Socité Généalogique Canadienne-française. Vol. 1X No. 7-8-9 juillet-sept. No. 10 act. 1956 : Réunions du mois ; Rapport du Trésorier ; Réunions de familles ; Cours de Généalogie ; Avez-vous pensé au fichier 7

Znsfifuuf fir duslandbeziehungen. Mitteilungen : Juli-August 1956 No. 6 : Erwino Pocar. Deutsches Schriftung in Italienischer Ubersetzung ; Der Norden im deutschen Nachtkriegsbuch ; Das heutige Muzikleben in England ; U.S.W.

Miffeifungen des Herold, No. 45-46 April-Juli 1956 : Adolf Hofmeister in memoriam ; Jhr. Mr. Frans Beelaerts van Blokland ; Zentralstelle für internationale Hausmarken- forschung ; Zeitschriftenschau ; Buchbespreshungen ; Wappendeutung.

Hessische Familienkunde, Band 3 Heft 11/12 1956. Zur 8. Tagung der Arbeitsge- meinschaft der genealogischen Verbande in Deutschland, Kassei 6. u. 7. okt. 1956 D’r. H. F. Friederichs, Die Entwicklung der Genealogie in Hessen und Nassau ; Genea- logische Quellen und Forschungsmöglichkeiten in Hessen ; Heraldik in Hessen : Ta- feln : Das Meisterbuch der Frankfurter Goldschmiedc ; Das Bett des Johannes Dickel

Die Laferne, Mitteilungsblatt der Westdeutschen Gesellschaft f,ür Familienkunde. Ortsgruppen Bonn und Kleve, Jrg. VIII No. 3/9. 1956 : Findlingsnamen ; Die Pfalz als Ziel niederrheinischer Auswanderer ; Niederrheinische Nachfahren Karls des Gros- zen ; Ahnenliste Walter F. W. Kramer ; Katholische Glaubensfluchtlinge aus Antwerpen in Köln.

294 I

Zeitschrift fiir Niedersiichsische Familienkunde, 31. Jrg. Heft 5. sept. 1956: Die I Liineburger Siilfmeister ; K. E. Schultse: Zur Genealogie des Kieler Prokanzlers Chris- toph Franck und des Opernkomponisten Johann Wolfgang Franck; Uic. Still. Genea- logische Beiträge zur Pastorengeschichte im niederelbischen Holstein.

Norddeutsche Familienkunde, 5. Jrg. Heft 5. sept.-okt. ‘56 : Schatzregister des Amtes Nienburg 1617 ; Die Hofbesitzer von Sievershausen ; Westfalen in Northeim ; Studen- ten der Universität Rinteln.

Ostfriesland, 1956-3 : K. Kennepohl. Der Emder Miinzmeisterstein. Pfalzische Familien- und Wappenkunde, Band 11 5. Jrg. Heft 6, 1956 : Untertanen- Listen des Kurpfälzischen Oberamts Alzey vom Jahre 16982; Einwanderung in die Herrschaft Sickingen, Amt Landstuhl, urn 1700 ; F. A. Piefrsch. Das älteste Einwoner- verzeichnis der Gemeinde Friedelsheim sus dem Jahre 1587 ; K. Armknechf. Einwohner von Bolander im Jahre 1534.

Monalshefte f

Der Schlüssel. Gesamtinhalts Verzeichnisse mit Ortsquellen Nachweisen fiir genealo. gisch-heraldische und historische Zeitschriftenreihen, fiir die Bande 1-13 (1913--1944).

Siidwesfdeutsche Blafter fur Familicn- tmd Wappenkunde. Jrg. S/Heft 3, okt. 1956 : G. Schenk. Zur oberschwäbischen Abstammung der Prinzen von Battenberg ; W. Pfeil- sticker. Das Totengedenkmal fiir den Vizekanzler Joh. Seb. Faber ; E. Stochdorph. Weitere Ahnen des Dichters Schubart; &‘. Haidlen. Ergänzungen und Berichtigungen zur Ahnentafel Pfeffentausen Fauchritz.

Mitfeilungen der Westdeutschen Geselschaft fiir Familienkunde. Band XVII, Heft 6. 2/3. Vierteljahre 1956: Eva Lessings Rheinische Verwandschaft: 300 Jahre Fa- milie Scheibler im Rheinland ; Hanquet. Aufzeichnungen über die Familie Malherbe im Tal der Vesdre ; tibersicht iiber die Familie Pensen von Caldenbach.

The Genealogists’ Magazine, Vol. 12 No. 7, Sept. 1956 : the late Rev. C. Moor. The Mediaeval Marriage Market ; L. Russel[ Muirhead. Genealogy-Handmaid of the Arts ; Cr. D. P. Nicholson. Some early emigrants to Americn ; R. Slrarpe Frarrce. Early emigrants from Liverpool.

Rivista Araldica, Anno LIV No. 10. Ottobre 1956 : R. F. L’Aristocrazla in lnghii- terra, L’Ordinaments della Nobilta romans e la portata sociale della ,.Urbem Romam”; 1 Mancini di Castel Baronia.

Norsk Slektshistorisk Tidsskrift. Bind XV, Hefte 4, Oslo 1956 : A. E. Hcdem. Litt. slektshistorie fra 1300-tallets Oslo ; A. 0. Aalholm. Fremmed inaslag. Offiserslekten v. Scsterfleth.

Insfituto Znternacional de Genealogia y Heraldica, Haja lnformativa. Ano 111 No. 49, 50, 1 de act. 1956, 15 act. 1956. Mededelingen van het Instituut ; Bibliografie ; Adelijke titels : Decreet 4 juni 1948 betreffende de wet van 4 mei 1948 betrekking hebbende op de Grandezza en de adelijke titels.

The Genealogical Helper, Vol. 10 No. 2, june 1956, No. 3. sept. 1956. Utah. Speciaal gepubliceerd voor hen, die hun eigen genealogisch ondcrzock willen doen (bijna 100 pagina’s vragen).

Der Schweizer Familien~orscher. Le Généalogiste Suisse, 23 Jrg. No. 5/6. Juli 1956 : 1. Wocher- Wey. Innerschweizerische Auswanderung ins Elsnsz : Register. Amsterdam, nov. 1956. W. R.

295 VRAGENRUBRIEK Deze rubriek staat ten dienste van een ieder, die met zijn onderzoek is vastgelopen, dan wel diegenen, die met andere personen verbinding zoeken op genealogisch en hcral- disch gebied. De vragen zijn uitsluitend in te zenden aan de Redacteur van Gens Nostra, Post- bus 976, Amsterdam-C. Deze rubriek is uitsluitend voor leden der N.G.V., die zich reeds desbetreffend met de Contactdienst in verbinding stelden. Men wordt wel zeer dringend verzocht het papier, waarop de vragen worden ingezonden, slechts aan één zijde te beschrijven. XLVIII. MUIJKENS, TER BEEREN. Op 3 mei 1743 gingen te Amsterdam in ondertrouw Willem fer Ilorst van Laaren (= Lathen, Ems, Westduitsland) en Geesje Muijlrens van ter Beeren. In het huw. procl. register van het Stadhuis staat: oan der Beeren. Gevraagd: de ligging van laatstgenoemde plaats en gegevens betreffende de familie Muijkens. Th. G. A. BOS, Amsterdam XLIX. DE JAGER. Gevraagd gegevens over: Jan Pieterszoon de Jager (gehuwd met M. C. Hr~isrnan), overleden 17 maart 1732 te Koog a/d Zaan. J. DE JAGER, arts, Hilversum L. OOSTERMAN. Wie kan mij helpen aan gegevens betreffende Cornelis Oosterbaan, wonende te Mon- nickendam en was gehuwd met Christina Sfeenbergen. Geboortedata en overlijdensdata gevraagd alsmede z.m. nadere gegevens. D. J. OOSTERBAAN, Amsterdam. LI. a. BOESVELT: Barend Jansse en Ienneken Hermsen laten te Ede - Herv. kerk - van 5-12-1745 tot 2-9-1764 kinderen dopen. Huwelijk ouders onder naam Barend Janse niet gevonden - wel ondertrouw te Ede (huwelijk Oosterbeek 13-7-1744) van Barent Boes- velt, jon. van Varsseveld, woont te Ginkel (bij Ede) en Jenneken Hermsen, jonge dochter van Oosterbeek. Kan iemand een aanwijzing geven of Barend Boesoclt - Barend Jansse identiek zijn ? Doopboek Varsseveld ontbreekt. DUBACH : Doopinschrijving te Grave - Herv. Kerk - 20-1-1771. Maria Magdalena, waarvan moeder is Medelena Dubach en vader Abraham Redt - vaandrig regiment ,,Zwitsers” van generaal Sturler. Getuige : Maria Madelena Gosner - geboren van Heteren (eventuele familie-relatie onbekend). Gevraagd: ouders en verdere gegevens van Madelena Dubach. HARTMAN : Ondertrouw inschrijving te Bergen op Zoom - Herv. gem. - 17-3-1759 : Jan Wil- lem Hartman, j.m. ,,geboortig van Lille, corporaal in regiment luientant-generaal Evertze” - religie Luthers (geboren F 1732 - doopboeken Lil10 ontbreken) en Johanna Smits, weduwe van Hendrik de Graaf. Uit dit huwelijk, voorzover bekend, gedoopt te Venlo - Herv. kerk 12-12-1765 - Clasyna Henderika Willemina (getuigen : Jan Hendrik Hartman en Cornelia Cla- syna Harfman (fam. relatie onbekend) en te Hulst - Herv. kerk - 10-5-1775 Juliana Frederica (getuigen : Frederick en Juliana Mohr) . Gevraagd : overlijdensdata echtpaar en ascendenten Jan Willem Hartman. VAN LICHTENBURGH-VERGOUTS : Van Petrus uan Ligtenburgh en Catharina Vergouts wordt te Halsteren (N.-Br.) slechts een kind gedoopt, nl. R.K. 23-1-1682, een dochter Anna. Het echtpaar is niet in Halsteren gedoopt of gehuwd. Na het overlijden van zijn vrouw (begraven Halsteren 17-3-1685) is Petrus van Lichtenburgh waarschijnlijk uit Halsteren weggetrokken ; zijn begraafakte komt althans in Halsteren niet voor. Gevraagd: ontbrekende gegevens van deze echtlieden. Zijn elders nog kinderen van hen gedoopt ? 296 e. PERRY-SCHOENZETTER : Voor een kwartierstaat worden nadere gegevens gezocht van Michiel Perry en Christina Schoenzefter. Zij laat te Leeuwarden - Herv. kerk - 5-1-1774 haar in onecht geboren zoon Johannes Hendrik dopen, waarvan Michiel Perry als vader wordt aangegeven. De naam Michiel P. werd te Leeuwarden niet verder gevonden, tenzij misschien mededeling, dat 26-2-1774 aldaar begraven werd een kind van Michiel Schoenzetfer. Overlijden van Michiel Perry en Chrisfina Schoenzctfer of hun huwelijk te Leeuwarden niet aangetroffen. Wel R.K. huwelijken : Nicolaas Schoenzetter, Susanna Elisabeth Witting in 1773 en Willem Schoenzetter, Janneke Lasthuis in 1763 (uit laatste huwelijk ook een zoon /ohannes Hendrik geboren. Mogelijk zijn beide bruidegoms broeders van Christina Schoenzetter en kinderen van een /ohannes Hendrik Schoenzetfer? Van genoemde Schoenzetters werden de doop- celen te Leeuwarden niet gevonden (hiaat R.K. dopen); mogelijk kwamen zij van elders. f. SLEUMER/SLLIYMERS--BORCHER : Derk Sloemer (Sleumer/Sluymer) geb. 1 overleden tussen 1694-1719 trouwde te ? Elsken Borchers, geb. 1 overleden te Zutfen 2 1720. Hun dochter Anna Maria Sluymers, ged. te Zutfen 15-3-1674. overleden te Zutfen * 1749, trouwde /an Bes- sem, ged. Brummen 23-4-1682. overleden waarschijnlijk te Zutfen na mei 1726. Ondertrouw Zutfen Herv. kerk 12-12-1706. Huwelijk voltrokken te ? Gaarne aanvulling van ontbrekende gegevens.

9. SMITS-KLIYL : lohanna Sm.ifs, overleden ? (wordt mei 1775 nog te Hulst vermeld), trouwde le keer Hendrik de Graaf: (ondertrouw Bergen op Zoom 6-1-1751, 2e keer Jan Willem Harfman (ondertrouw Bergen op Zoom 17-3-1759), was gedoopt Bergen op Zoom 8-3-1763 als dochter van Willem Smits en Syken Kr1y1 (getuigen : Thomas Kuyl en Elirabeth de Haan). Van haar ouders was 1-4-1725 te Bergen op Zoom ook reeds een dochter lohanna gedoopt (getuigen : Hendrik Efdermans en Dina Volkers). Het overlijden van haar ouders niet te Bergen op Zoom gevonden. Mogelijk dat begraafakte 7-3-1782 aldaar ,,Sykekuyl, weduwe van Jan Smits, oud 87 jaar” op haar moeder betrekking heeft. Misschien is haar moeder tevens identiek met Seyke - gedoopt Waspik - Herv. kerk - 18-3-1695, dr. van Thomas Cuyl en Maria Thomassen Zeylmans ? Gevraagd : verdere gegevens en ascendenten lohanna Smifs. h. STANDER/STANDAART-EBBENHORST-VAN APPELEN : Frederik Stander (of Stand 1) geb. ? overl. ? trouwt te ? met Aalfje Ebbenhorst mogelijk ged. te Amersfoort - Herv. kerk - 15-4-1683 als dr. van Aelberf Cor- nelis van Ebbenhorsf N.N.), overleden te 7 Van dit echtpaar werd te Amersfoort slechts de doop van één kind aangetroffen, n.1. Frederik - Herv. kerk - 30-1-1705. Laatstgenoemde trouwde te Amersfoort in; Herv. kerk op 28-7-1726 met [acoba Dirk (ook als Jacoba Dirks van Appelen vermeld), van haar verder niets bekend. Uit dit huwelijk te Amersfoort gedoopt 1727 Alberf, 1734 Clara, 1737 Hendrik. 1738 Dirk. Voorts waarschijnlijk elders ? Nog een zoon lohannes. Deze kinderen voeren later als familienaam Sfandaar(t). i. STEVELS : Willem Stevels, geb. te ?, begr. A’dam 14-1-1717, zoon van Jacob Steuels en Ag- nila lans (Kerk ?). Trouwde Herv. kerk te Den Haaa 14-8-1701 met Hendrina Waersegyers. Volgens ondertrouwinschrijving is hij geboren te Den Haag, doop echter in Den Haag-Rijswijk--Voorburg niet gevonden. Het echtpaar woonde 1702.-1717 te Amsterdam. Zijn weduwe wordt in maart 1718 voor Weeskamer Amsterdam vermeld in verband met nalatenschap van haar schoon. vader Jacob Steuels (zijn geboorte/sterfdatum onbekend). Haar schoonmoeder A- nita Kerk is dan nog in leven. Het overlijden van Hendrina Waersc~~~ers, noch van Agnita Kerk werd te Amsterdam of Den Haag aangetroffen. Voorts gevraagd: sterfdata echtpaar lohannes Sfevels en Anna Vcrhof. gehuwd te Amsterdam 1739. Worden als doopgetuigen tot maart 1774 aldaar regelmatig genoemd ; zijn te Amsterdam niet begraven.

297 THOLENAER : Peter Cornelisse Tholenaer en Neltien Marinus laten te Halsteren (N.-Br.) R.K. dopen een dochter Anna 4-7-1632. Gevraagd : genealogische gegevens van dit echtpaar. VOSDINCK-SCHLIYLENBLIRGH : Assuerus Vosdinck, muntmeester te Groningen, weduwnaar van Anna de la Burgh (zij laatst vermeld’ 16-7-1682 te Deventer - datum overlijden onbekend, ondertrouwde te Woerden - Herv. kerk - 29-10-1690 met Maria Symons Schuilenburgh. Aldaar attestatoe gegeven om ,,met blijck van Deventer” elders te mogen trouwen. Gevraagd : waar werd dit huwelijk voltrokken (niet gevonden te Woerden, Gronin- gen en Deventer). SCHUYLENBURGH : Symon Pieters Schuilenburgh, i.m. van Bodegraven, ondertrouwde te Bodegraven - Herv. kerk - 23-9-1657, Hester Pietes, weduwe van Woerden. Uit dit huwelijk worden van 1658 - januari 1664 kinderen te Woerden gedoopt. Blijkens een akte van 23-5-1659 voor Weeskamer te Woerden is zijn vader Pieter Andries dan niet in leven. Zijn moeder Merrichjen Symons wordt tot juli 1665 te Bodegraven nog als getuige vermeld. Gevraagd : geb. en sterfdata van echtparen Symons Schuylenburgh, Hester Piefers en Pieter Andries (Schuylenburgh) en Merrichien Symons. Is er van Woerden en Bodegraven een poorterboek bekend en waar is dit eventueel te raadplegen ? WAERSEGGER-GREVING : De ouders gezocht van Bartholomeus lans Waersegger, geb. i 1605 te ? vanaf 1629 tot okt. 1653 in Den Haag vermeld - zijn overlijden aldaar niet gevonden. Zijn zoon François Waersegger trouwde te Den Haag, in de Herv. kerk op 4-5. 1670, Geertruid Greevingh j.d. woonachtig aldaar. Zij is tussen maart 1678-november 1683 overleden (haar doop noch haar begranfakte in Den Haag aangetroffen). Bij de doop van haar dochter wordt in 1678 als getuige een Calcs Grcuin genoemd. Voorts komen bij de doop van haar andere kinderen verschillende dragers van de naam Hardenburgh voor, voorzover bekend geen familierelatie van haar man. Zij wordt ook als Greuen en Greving vermeld. Wie waren haar ouders 1 A. G. BESSEM, Haagweg 167, Rijswijk (Z.H.). LIL a. v. d. BERGE-KOOLE. Op 20 okt 1793 tr. te Kortgene Krijn van den J3erge (Gillisz.), j.m. van Wissenkerke met Margaretha Koele, j.l. van Wissenkerke. Zij is geboren * 1768. Gevraagd : geb./doopdata en voorgeslacht van beiden. b. NONNESCHUUR. Op 2 maart 1766 werd te Utrecht gedoopt (R.K.): Henricus Nonneschuur, zoon van Hendrik en Anna van Doojerueert. Gevraagd verdere gegevens van dit echtpaar. Komt de na,im : Nonneschmlr nog voor ? c. SUVAAL. Te Vlissingen overleed 9 mei 1817 Cornelia Suuaal, 45 jaar, huisvrouw van Cornelis Bos. Zij had een zoon, Cornelis Abraham Suvaal in 1802 te Middelburg geboren. Ge- vraagd gegevens en ancendentie van Cornelis Srlvaai. A. S. P. VERJAAL, Rozenlaan 20, Boskoop. LIII. DE MAN. Wie kan mij inlichten omtrent het volgende: Volgens een zekere Johann de Man uit Hagen (Westfalen), zou voor de 2e wereldoorlog een oproep in kranten in Neder- land hebben gestaan, omtrent een grote erfenis van een zekere De Man, wiens voorvader in het jaar ca. 1750 van een landgoed in Neerbosch bij Nijmegen naar Zuid-Amerika zou zijn vertrokken (staat Columbia Z.Am.). Deze De Man zou aldaar koffieplantages hebben gehad enz. H. H. TULFER-DE MAN, St. Canisiussingel 23 te Nijmegen._ LIV. HOUTMAN. Willem Houfman. gehuwd met Jannetje Hamer. Jannetje Hamer werd Geref. gedoopt te Loenen (LI.) 23-9-1731, t Loenen (LI.) 1812, dr. van Arent Hamer en Neefje la- cobsdochter van ‘t Hondert.

298 Ze laten te Loenen 2 kinderen dopen : Arend 30-10-1768 en Maurits 26-1-1772. Gegevens gevraagd van Willem Houfnlan. De mij bekende gegevens Houtman stel ik gaarne ter beschikking. C. HOLITMAN, Eikbosserweg 175, Hilversum. LV. VAN DEN DRIES. Gevraagd geboorteplaats en data zomede personalia der ouders en grootouders van Adriaan van den Dries. geboorteplaats en data onbekend. Volgens een familieoverlevering komende van Hoboken bij Antwerpen, vestigde hij zich in 1690 te ‘s Heer-Arendskerke (Zeeland), samen met een neef of oomzegger Bastiaan van den Dries. Adriaan was gehuwd (plaats en data onbekend) met Elizabefh Marinusse Tolleman, wed. van Gifjan Tyree. Uit dat huwelijk twee dochters Maria ged. (R.K.) te ‘s Heer- Arendskerke 13-10-1696 en Aldegondcs, ged. (R.K.) te ‘s Heer-Arendskerke 20-4-1699. Elisabefh Tolleman overleed ‘s Heer-Arendskerke 28-6-1705, oud 50 jaren. Adriaan huwde voor de 2e maal met Piefernelfa Janse Moes te Driewegen (Zeeland). Uit dat huwelijkhet nog thans levenb. geslacht Van den Dries in Zuid-Beveland (Z.). Bij navraag in het Prov. Archief van Antwerpen, wël de geboorte te Hoboken van Bastiaan vanden Dries, 16-2-1669 als zoon van Adam van den Dries en Maria Verach- ferd. Maar geen geboortedata van Adriaan. Kan er familieverband bestaan tussen Adriaan en Anthonie van den DNes welke in 1597 te Hoboken in het huwelijk trad met Margarefha van Lammen ? Gaarne contact met onderzoekers van dezelfde geslachtsnaam in België. W. VAN DEN DRIES, NW . Kerksplein 20a rood. Haarlem. LVI. Fam. LEUTSCHER. Stamt af van doopsgez. fam., in 1711 uit Zwitserland in ons land gekomen. Gaarne gegevens over deze fam. uitwisselen. A. MEESTER, Van Pallandtstraat 30, Arnhem. LVII. FERTONUS-SCHRIJNWERKERS-SIERAG. Wie weet afkomst en huwelijksdata van Gabriel Andriesz. en/of vrouw Cafalijnfje Fertonus (periode 1600-1665), alsmede van zijn zoon Andries Gabrielsz. en zijn vrouw Maria Schrgnwerkers, ook wel genoemd Maria Hendriksd. en Maria den Haan (periode 1655-1734). Alle inlichtingen over genoemde personen, hoe gering ook, zijn welkom. Evenals gegevens over het geslacht Sierag vóór 1735. C. C. SIERAG, Eindhoven. * ANTWOORDEN : XLI. LE DUCQ. Volgens Nieuw Nederlandsch Biografisch Wooidenboek, deel X. kol. 247 zou {ean Ze Duck in 1629 of 1630 te den Haag geboren zijn en zou hij 2 jan. 1659 gehuwd zijn met Geerfruyt Sybilla Kerkhoff. Ida van Persijn was zijn tweede echtgenote. W. F. DEL CAMPO HARTMAN. de Bilt. XLIV. b. Volgens aantekeningen in het zeer uitvoerige dossier Bredius, berustende bij het Cen- traal Bureau voor Genealogie, Nassaulaan 18, den Haag, trouwden 27 april 1717 te Rotterdam Cornelis lansz. Bredius. j.m. van Rotterdam, won. in de Breestraat aldaar, en Marijfje Pleune Cosferman, j.d. van Rotterdam, eveneens won. in de Breestraat. Uit dit huwelijk sproten de volgende kinderen : 1. lohanna, ged. Rotterdam 17 dec. 1719. 2. Arriaanfje, ged. Schiedam 17 okt. 1721. 3. Maria, ged. Schiedam 31 jan. 1723. 4. loannes, ged. Schiedam 4 juli 1725. 5. Kornelia, ged. Schiedam 26 sept. 1727. 6. Abraham. ged. Schiedam 26 maart 1730. 7. Claas, ged. Schiedam 26 okt. 1732. 8. Cornelis, ged. Schiedam 8 okt. 1734. De moeder dezer kinderen komt in de doopinschrijvingen voor als : Maria Plecmen, Marijfje Kosters. Marijtje Pleunen Kosters, Marijtje Pleunen, Marija Bredijis, Marijtje Kosterman, Marijtje Cosferman en Maritjc Costermans. Genoemd dossier bevat nog veel gegevens over de huwelijken en nakomelingen van sommige dezer kinderen. W. F. DEL CAMPO HARTMAN, de Bilt.

299 XXXVIII b. Vanmorgen (1-11-1956) op de Bibliotheek te Rotterdam het tijdschrift Gens Nostra inziende, viel mijn oog op de vraag: ,.Rijk van den Berg. schoolmeester te Garneren en zijn vrouw Gerritjc Nieuwkerk lieten te Garneren (Ned. Herv.) dopen hun kinderen: Roelof, op 22-2-1726, en: Geertruyda, op 7-3-1728. Gevraagd: geboorteplaats, plaats en datum huwelijk, en voorgeslacht van Rijk uaf~ den Berg en zijn vrouw”. Mijn schoonmoeder heette Maria van den Berg. Van haar stelde ik een ontwerp- genealogie samen, waarbij ik gebruik kon maken van een gedrukt boekje van vóór í900, dat ik van een neef ter inzage kreeg en dat kennelijk samengesteld was uit gegevens, die bij de familie in de tijd vóór 1900 bekend waren. Hieruit deel ik U het volgende mede, dat mogelijk en waarschijnlijk LI van dienst kan zijn. 1. Francons Dumont. (de ,,c” zonder cédille !). geboren omstreeks 1670 in Frankrijk, gehuwd vermoedelijk omstreeks 1690 te vermoedelijk Garneren met: N.N. (onbekend). Kind: Rijk, geboren in 1695 te Garneren. Volgt onder 11. 11. Rijk van den Berg (!!!) (blijkbaar is Dumont vertaald !), geboren in 1695 te Ga- meren !!!!, van beroep onderwijzer te Garneren !!!, overleden ?? mogelijk te Garneren, gehuwd omstreeks 1720 te mogelijk Garneren met; Geerfruida van Kerkwijk !!!, geboren vermoedelijk omstreeks 1700 te ( mogelijk Garneren ???). Kinderen: 1. Frank. 2. lacob, 3. Hendrikus; 4. Gijsberf; 5. Geerfruida; en 6. Rocland. De kinderen 1 tot en met 5 zijn mogelijk te Garneren geboren. Het zesde kind volgt onder 111. 111. Roeland van den Berg, betovergrootvader van bovengenoemde Maria van den Berg. geboren 21-12-1726 te Garneren, was onderwijzer te Lienden, overleden 28-4-1803, mogelijk te Lienden. Gehuwd 26-3-1751 of 1752 mogelijk te Herwijnen met: Maaike van Balgoyen. geboren 1-11-1731 te Herwijnen, overleden 14-11-1797 te Lienden. Hieruit sproten 9 kinderen, van wie mij slechts enkele byzonderheden bekend zijn. Van één kind, Gerrit, en diens nakomelingen, weet ik wel wat meer. In verband met de vraag trof me de naamsovereenkomst Rijk en het feit: schoolmeester te Garneren. Verder bij LI: een gedoopte dochter Geerfruyda, en bij mij de voornaam van de vrouw: Geerfruida van Kerkwijk. ( Van harte hoop ik, dat U aan het bovenstaande iets heeft. Meer dan wat hier vermeld is, weet ikzelf niet. Zoudt U mij met mogelijke vondsten in kennis willen stellen 7 H. C. RADEMAKER, Schieweg 81 c, Rotterdam CII. XL111 sub a. In verband met de vraag naar het voorgeslacht van Heronymus Fran- ciscus (de Haulfepenne) de la Tour kan ik hierop het volgende mededelen. Hij behoort. blijkens het hierna volgende, tot het geslacht de Moustier de Cert: de Fieze dit del Thour de Haulfepenne, waarna ik reeds een dertigtal jaren terug voor Jhr. A. P. A. Elias van Sfabrouck te Londen een onderzoek instelde en waarvan ik daarna zo nu en dan aantekeningen heb gemaakt. Dit geslacht voert : d’or fretté de sable de six pièces, au chef de gueules (de Cerf). Sommigen voerden echter, volgens een grafzerk van Fize. het wapen de Haultepennen : d’argent semé de fleur+de-lis de gueules (1). De familie de Moustier is afkomstig van Moustier-sur-Sambre. waar zij belangrijke goederen bezat. Door haar alliantie’s met de Ferots bewoonde zij weldra ,,la Tour et Maison de en noble familie de Cerf” te Fize-Fontaine nabij Huy ; zij bezat eveneens verschillende andere goederen, cijnzen en renten, die van de de Cerfs afkomstig waren (2) Wij zullen dit fragment aanvangen met : 1. lean de Mousfier, geb. omstr. 1470, t vóór 1519, tr. omstr. 1490, Evelefte de Haul- tepenne, xhanoinesse de l’abbaye noble de Moustier” (1487). weduwe in 1519, dr. Wauthier de Haulfepenne de Barueeu, écuyer, Heer van Fize-Fontaine en Har- deumont, voogd van Ferot en Cudc de Ferof, erfgename van de voogdij van Ferot (3)s waaruit : 1. Daniel. die volgt 11. 11. Dan.iel de Motrsfier dit de CerF de Ficze, qeb. omstr. 1490. bezit het kasteel de Cerf te Fize, verm. 1514-1566;erfde van ziin oom, ,,noble homme /ohan de Haul- fepenne”; zijne goederen werden verdeeld op 9-10-1569, t vóór 1566, tr. 1. Marie de Ferof, tr. 2. Gertwde de Hanneffe, verm. met haar man in 1551 (4). waaruit oeb. te Fize : Ült le huwelijk : 1. lean de Moustier, leenman van de Prins-Bisschop van Luik, verm. te Fize 1569-1588. tr. Philippofe Germeau, dr. lean-Roger en Agnes Navcau (5). waaruit geb. te Fize : a. Daniel de Cerf de Fieze, vertrok naar het buitenland (6); b. Laurent de Cerf de Fiere, vertrok naar het buitenland, t vóór 1635 (7), 300 c. Hubert de Cerf de Fieze, woonde te Fize (1609), tr. Linefte N., verm. le Fize 1655 (8); 2. Daniel, die volgt 111 ; 3. Anne de Moustier, tr. Jean de Thicr, verm. 1566 (9). 111. Daniel de Moustier dit de CerF de Fieze (Le Fort noemt hem ,.Daniel Del Thour de Haultepenne”), geb. omsti. 1530, leenman van de Prins-Bisschop van Luik, bezat het kasteel de Cerf te Fize met duiventoren, werd gedood en begraven op 26-51-1585, met zijn wapen, in de kerk van Fize, tr. (contract 15-11-1565), damoiselle Marie de Lovinfosse, dr. /can, baljuw van Amay en Marie

Rijksarchief Luik. Fonds Le Fort. Eerste serie. Ms. no. 5, 62. 2- ;; Iibidem. Idem. Cour feodale de liège. Reg. no. 87 ( 1592-1597), folio 197verso. Idem. Fonds Amay. Reg. no. 8. folio 84, 2-3-1542, folio 100verso. 10) Ibidem. Idem. Fonds Luik. Reg. no. 47 Grande Greffe. Convenances et Testa- ments (1566-1567). 15-11-1566. Fonds Le Port. Derde serie. Ms. no. 27. Cour féodale de Liege. Reg. no. 85, folio 204. leenvcrhef van 28-9-1583. Idem. Reg. no. 83, folio 141, leenverhef van 13-3-1577. Fonds Amay. Reg. no. 12, folio 47vrrs0, 12-3-1573, folio 67, 11-7-1572. Rijksarchief Hasselt. Fonds Diepenbeek, Reg. “0.7, folio 59, 5-11-1591. 11-12) Ibidem, Idem. Rijksarchief Luik. Fonds Wanze. Reg. no. 65, 9-7-1603. 13-15) Idem. Fonds Le Fort. Eerste serie. Ms. no. 5, 62. 16--24) Ibidem. Idem. Fonds Amay. Reg. no. 19, folio 1, 31-12-1619. 25.-26) Idem. Fonds Le Fort. Eerste serie. Ms. no. 5, 62. 301 AANVULLINGEN EN WIJZIGINGEN OP DE LEDENLIJST

1727. Putman, J. H. M., Prins Frederik Hendrikstraat 40, Castricum. 1728. Nekeman. T.. Coevorderstraat 79, Hooaeveen. 1729. Clausen, ti. .H.. Leusderweg 215, Ameysfoort. 1730. Voorn, K., 92, Kortenhoef. 1731. Noorman van der Dussen, M. M., Steenlaan 142. Rijswijk Z.H. 1732. Jager. C. J., Bhjhamsterweg 126, Winschoten. 1733. Spiers, A. W., Kaltestraat 30. Zantvoort. 1734. Strike-Storij, J., Oisterwijksebaan 93, Tilburg. 1735. Zweers. H., Slotstraat 13. Culemborg. 1736. Cobussen Jr., C. H.. Mauritskade 100 A 111, Amsterdam 0. 1737. Beeden, J. L. van. Fokke Simonszstraat 12 111, Amsterdam C. 1738. Kaye M. A.. Peter, 63 Newport Road, Middlesbrough, Yorkshire. 1739. Gosen, H.. Waltherlaan 36, Bussum. 1740. Bruijnzeel. J. L. J., Voorstraat 13, Wissenkerke. 1741. Burema, R. H., Dorpsstraat 93, De Wijk. 1742. Langeraad. P. J. van, Zuiddijkweg 2. Dreischor. 1743. Sloten, ‘G. van, Fokke Bleekerstraat 16, Bussum. 1744. Klapwijk, Mej. A., Zuideinde 8. Zevenhuizen Z.H. 1745. Plomp, J. J., Ir. Lelylaan 25, Heemstede. 1746. Hassoldt, Mr. W. C.. Willemsparkweg 122, Amsterdam Z. 1. 1747. Jansen, Mej. O., Groes 42, Gennep. 1748. Bronckhorst, J. A. van, Hazepkampseweg 295, Nijmegen. 1749. Wooning, A. J., Meidoornlaan 40, Nieuw Loosdrecht. 1750. Schrakamp, J. J., Jan Toebacklaan 3, Naarden. 1751. Schelhaas. E. W.. Burg. Ploegmakerslaan 65, Oss. 1752. Hoornerborg, H. J., Uilenweg 9B. Apeldoorn. 1753. Klebach, A. J., Haarlemmermeerstraat 22 1, Amsterdam W. 1.

Adreswijzigingen: 596. Bax, G.. Segbroekstraat 272, Den Haag 7. 999. Plate. D. M., Ruitenborahstraat 44, Dalfsen. 1572. Lakké, J. P. W. F.. Pr.“Margrietlaan 22, Meppel 116. Braber, J. L., Ring 15. Dreischor. 1148. Koopman-Minderman, Mevr. H., Valkenboskade 570 Gv. 8. 1370. Jonge, P. G. de, Franselaan 236 c, Rotterdam W. 2. 450. Steens Zijnen, Mr. J. W., Sijzenlaan 43, ‘s-Gravenhage. 47. Vermeulen, D.. Prof. LI. Hubertstraat 10. Franeker. 1508. Pols Jr., C. P., Kuijperweg 102, Delft. 742. Roodenburg, W., Pickéweg 1. Noordwijk. 1628. Röben, L. W., Malakkastraat 184, Den Haag 3. 901. Sutherland. C. J. W., Goudsestraat 66, Oudewater. 787. Rotsteeg Jr.. P., Proveniersstraat 256, Rotterdam C. 2. 1556. Driedonks, H. G. J., J. van Campenstraat 72, Hilversum. 1575. Parlevliet, F. L., A. Thymlaan 64, Heemstede. 1217. Hofstee, Mr. L. P. A. M., Lumeystraat 13. Rotterdam C 2. 39. Veldman, J.. Hertogin Johannasingel 64, Oss. 1654. Hendrikse, D., Holleweg 17 a, Amerongen. 347. Bosga. G. J., Adr. Poirterlaan 15, Aalst-Waalre. 922. Modderman, P. W., Oranjepark 38, Bussum. 22. Bartelds, B. J.. Rembrandt van Rijnstraat 200, Groningen. 1699. Raap, A. N. P., Papenburghlaan 8. Santpoort St. Tot ons leedwezen maken wij het overlijden bekend van de heer G. G. Grasmaijer te Aduard.

Wij melden de geboorte te Rotterdam op 30 oktober 1956 van HERMINA HENDRIKA, dochter van de Heer en Mevrouw Schouten-Erkelens. Onze hartelijke gelukwensen. W. R.