Het Kenmerk: UV 20120132 Behandeld Door: Team

Het kenmerk: UV 20120132 De heer R.C.J. Messing Kastanjelaan 14 1214 LH Hilversum

Behandeld door: Team Vergunningen Telefoon: (0515) 489000

Onderwerp: omgevingsvergunning uitgebreide Sneek, 8 april 2013 procedure

Geachte heer Messing,

Op 14 februari 2012 hebben wij een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor verbouwen van bestaande stolpboerderij op het perceel plaatselijk bekend Nr 11 te Indijk. Uw aanvraag is geregistreerd onder nummer UV 20120132. Over de voortgang van de behandeling van uw aanvraag delen wij u het volgende mee. Op grond van artikel 3.10 van de WABO is de uitgebreide procedure van toepassing.

Verlenen omgevingsvergunning Wij hebben besloten de omgevingsvergunning te verlenen. De vergunning hebben wij bijgevoegd. Aan de vergunning zijn voorschriften verbonden. Wij raden u aan om de vergunning met de bijbehorende bijlagen zorgvuldig door te nemen. Dit kan veel misverstanden voorkomen. U moet namelijk de aan de vergunning verbonden voorschriften naleven. Let op: wij maken u er op attent dat u op eigen risico handelt als u gebruik maakt van de verleende vergunning voordat deze onherroepelijk is.

Burgerlijk wetboek In het Burgerlijk Wetboek (boek 5, titel 4) staan rechten en plichten van burgers vermeld. Wij willen u erop wijzen dat er rechten van derden worden genoemd, die er mogelijk voor zorgen dat u geen gebruik kunt maken van uw omgevingsvergunning.

Betaling leges Overeenkomstig de legesverordening bent u voor het in behandeling nemen van uw aanvraag voor een omgevingsvergunning leges verschuldigd. Voor betaling van dit bedrag ontvangt u separaat een acceptgiro. Bij deze nota wordt vermeld op welke wijze u eventueel bezwaar kunt aantekenen tegen de hoogte van het legesbedrag en de gehanteerde grondslagen.

Publicatie Het ontwerpbesluit wordt door ons gepubliceerd in de huis-aan-huisbladen en op de gemeentelijke website (www.gemeenteswf.nl). Tegen dit besluit kan door belanghebbenden beroep worden aangetekend.

Nadere informatie Informatie over uw aanvraag is te verkrijgen bij team Vergunningen, telefoonnummer (0515) 489000. Wij zijn elke werkdag telefonisch bereikbaar van 9.00 tot 16.00 uur. Wilt u bij vragen of overleg het registratienummer bij de hand houden, zodat wij u vlot van dienst kunnen zijn.

Gemeente Súdwest Fryslân T 0515-489000 Gemeenteloketten Postbus 10.000 F 0515-489999 Kerkstraat 1, Bolsward 8600 HA Sneek E [email protected] Marktstraat 15, Sneek BNG rek.nr. 285149431 W www.gemeentesudwestfryslan.nl Merk 1, Workum Kvk nr. 51791811

Met vriendelijke groet, namens het college van burgemeester en wethouders van Súdwest-Fryslân, teammanager Publiek Vergunningen,

H.E. de Hoo

? Bijlagen - omgevingsvergunning + bijlagen + kaartjes

- 2 -

Omgevingsvergunning UV 20120132

Burgemeester en Wethouders hebben op 14 februari 2012 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen op het perceel plaatselijk bekend Nr 11 te Indijk. De aanvraag is geregistreerd onder nummer UV 20120132 met de volgende activiteiten:

OV Bouwen verbouwen van bestaande stolpboerderij OV Strijdig planologisch gebruik verbouwen van bestaande stolpboerderij OV Slopen tussenbouw en schuur slopen

BESCHIKKING:

I. Burgemeester en wethouders besluiten, gelet op artikel 2.1, 2.10 en 2.12 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de gevraagde omgevingsvergunning te verlenen.

De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken deel uitmaken van de vergunning. Tevens dient te worden voldaan aan de voorwaarden, zoals hieronder zijn aangegeven. De omgevingsvergunning wordt verleend voor de volgende activiteiten:

- bouwen - strijdig planologisch gebruik - slopen

II. Burgemeester en wethouders besluiten vrijstelling te verlenen voor het indienen van een onderzoeksrapport naar de gesteldheid van de bodem, daar de bouwwerkzaamheden de grond niet raken en het gebruik niet wordt gewijzigd;

namens het college van burgemeester en wethouders van Súdwest-Fryslân, teammanager Publiek Vergunningen,

H.E. de Hoo

Datum besluit: 8 april 2013

- 3 -

Beroepsmogelijkheid Mocht u zich niet met dit besluit kunnen verenigen, dan kunt u binnen zes weken na de dag van verzending van dit besluit beroep aantekenen bij de Rechtbank Noord- Nederland, afdeling Bestuursrecht, locatie Leeuwarden, Postbus 1702, 8901 CA Leeuwarden.

Het beroepschrift moet ondertekend zijn en tenminste bevatten: a. de naam en het adres van de indiener; b. de dagtekening van het beroepschrift; c. de omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht; d. de gronden (argumenten) van het beroep.

U kunt ook digitaal beroep instellen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

Het indienen van een beroepschrift schorst de werking van het besluit niet.

Voorlopige voorziening U kunt de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Nederland middels een verzoek om voorlopige voorziening om schorsing verzoeken. Hiervoor is vereist dat u een beroepschrift heeft ingediend en dat uw belang spoedeisend is. U kunt uw verzoek richten aan de Voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Nederland, afdeling Bestuursrecht, locatie Leeuwarden, Postbus 1702, 8901 CA LEEUWARDEN.

Voor de behandeling van een verzoek om voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd. Indien u in het gelijk gesteld wordt, kan de rechter bepalen dat u het griffierecht terugkrijgt van de gemeente.

- 4 -

Inhoudsopgave De volgende onderdelen horen bij en maken deel uit van de verleende omgevingsvergunning aan De heer R.C.J. Messing voor verbouwen van bestaande stolpboerderij op het perceel plaatselijk bekend Nr 11 te Indijk.

- Bijlage 1: Overwegingen - Bijlage 2: Gewaarmerkte stukken - Bijlage 3: Voorschriften

- 5 -

Bijlage 1

Overwegingen Bij het nemen van het besluit hebben wij overwogen dat:

Activiteit Bouwen - de aanvraag ontvankelijk is, nadat aanvullende gegevens zijn ingediend; - uw aanvraag getoetst is aan de weigeringsgronden genoemd in artikel 2.10 van de Wabo; - het plan is voorgelegd aan de Welstandscommissie, advies nr. W12SWF175-2 van datum 4 juni 2012, en voldoet aan redelijke eisen van welstand als bedoeld in artikel 12, eerste lid van de Woningwet; - de besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.10 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; - het aannemelijk is gemaakt dat het plan voldoet aan de voorschriften van de bouwverordening van de gemeente Súdwest-Fryslân; - het aannemelijk is gemaakt dat het plan voldoet aan de voorschriften van het Bouwbesluit; - het project in hoofdzaak een inpandige verbouwing betreft en de nieuwe woonruimten worden grotendeels gebouwd op een plek die in de huidige situatie al een woonfunctie (als bijkeuken) hebben. De functie van het gebouw veranderd dus niet. Het uitvoeren van bodemonderzoek is in dergelijke gevallen niet nodig. Het project veroorzaakt geen risico’s voor de volksgezondheid; - wij u er op willen wijzen dat wanneer er bij de bouwactiviteiten grond vrij komt welke niet kan worden hergebruikt op het eigen perceel, het bevoegd gezag van de gemeente waar de grond wordt toegepast kan verlangen dat de grond is getoetst volgens de regelgeving van het Besluit bodemkwaliteit.

Activiteit Ontheffing - het perceel Nr. 11 te Indijk is gelegen in het geldende bestemmingsplan “Buitengebied Wymbritseradiel”; - de gronden zijn bestemd voor “Recreatie-Recreatiebedrijven”, nader aangeduid als “Paardenbedrijf” en “karakteristiek” (artikel 12 van de planvoorschriften); - een zelfstandige woonfunctie, zonder relatie tot een toegestaan recreatiebedrijf in strijd is met de bestemming; - het een inpandige verbouwing betreft; - een invulling van het pand door een woonfunctie kan bijdragen aan het behoud van dit karakteristieke pand; - een woonfunctie minder ruimtelijke impact heeft dan een recreatiebedrijf; - dat ingevolge het bepaalde in artikel 2.12, lid 1, sub a, onder 3° Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de omgevingsvergunning slechts kan worden verleend indien de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat; - op grond van bijgevoegde ruimtelijke onderbouwing “Woning Indijk 11 te Woudsend” het bouwplan stedenbouwkundig en planologisch acceptabel wordt geacht; - de raad in haar vergadering van 24 januari 2012 planologisch heeft ingestemd met de voorgestelde bouwplannen; - wij gelet op het bovenstaande derhalve besluiten om medewerking te verlenen aan het verbouwen van bestaande stolpboerderij middels het toepassen van de buitenplanse afwijkingsmogelijkheid, als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 3° van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; - de aanvraag en de ontwerpbeschikking met bijbehorende stukken hebben vanaf 15 februari 2013 zes weken ter inzage gelegen. Er zijn geen zienswijzen ingediend;

- 6 -

Activiteit Slopen - de aanvraag ontvankelijk is, nadat aanvullende gegevens zijn ingediend; - het bestemmingsplan zich niet verzet tegen de sloop waarop de aanvraag betrekking heeft; - de aanvraag is ingediend overeenkomstig de artikelen 8.1.1 van de bouwverordening gemeente Súdwest-Fryslân en de aanvraag in behandeling is genomen; - de besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.10 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. - er mag pas met de sloopwerkzaamheden worden gestart na het aflopen van de bezwarentermijn (6 weken na de dag van bekendmaking).

- 7 -

Bijlage 2

Gewaarmerkte stukken De volgende documenten worden meegezonden met het besluit en zijn als gewaarmerkt stuk bijgevoegd, deze maken onderdeel uit van deze omgevingsvergunning: - aanvraagformulier; - ruimtelijke onderbouwing; - tekening 00B, d.d. 7-2-2012; - tekening 00G, d.d. 7-2-2012; - tekening 01-01, d.d. 10-4-2012; - tekening 01-02, d.d. 10-4-2012; - tekening 01-03, d.d. 10-4-2012; - tekening 02, d.d. 6-6-2012; - tekening 03A, d.d. 10-4-2012; - tekening 03B, d.d. 10-4-2012; - tekening 03C, d.d. 10-4-2012; - tekening 03D, d.d. 10-4-2012; - asbestinventarisatie rapport; - bouwfysisch rapport; - product certificaat porotherm metselblokken; - warmteweerstand berekeningen uitwendige scheidingsconstructies; - constructieberekening gezien d.d. 5 juni 2012.

- 8 -

Bijlage 3

Voorschriften

Activiteit Bouwen

Constructieve veiligheid - te verstrekken constructieve berekeningen en tekeningen:

De ingediende constructieve gegevens, behorend bij de vergunning, zijn op hoofdlijnen getoetst en akkoord bevonden. Op- en aanmerkingen m.b.t. de ingediende constructieve gegevens:

- Realisatie van paalfunderingen moet volgens CUR - aanbeveling 114 plaatsvinden; - Onder alle op de grond gestorte betonconstructies moet een harde (drukvaste) werkvloer worden aangebracht. Een werkvloer bestaande uit (noppen)folie op een (verdicht) zandbed is niet toegestaan; - Bij EPS-werkvloeren zijn kunststof-lijnafstandhouders (lange lijs) niet toegestaan; - Betontegels, klinkers e.d. zijn niet toegestaan als afstandhouders (betondekking); - Principe wapening balkbeëindiging: opgebogen haken (onder en boven); - Doorvoeringen door funderingsbalken (bijv. riolering) overleggen met uw constructeur; - Gegevens en bescheiden met betrekking tot belastingen en belastingcombinaties (sterkte en stabiliteit) en de uiterste grenstoestand van alle (te wijzigen) constructieve delen van het bouwwerk alsmede het bouwwerk als geheel;

Milieu: op grond van artikel 2.1.5 lid 2 van de Bouwverordening van de Gemeente Súdwest Fryslân is in dit geval een onderzoeksrapport naar bodemverontreiniging niet noodzakelijk; vrijkomende grond mag alleen worden afgevoerd als het bevoegd gezag daarvoor toestemming geeft; indien de hoeveelheid af te voeren grond minder is dan 50 m3., is de gemeente het bevoegd gezag en kunt u contact opnemen met de team Backoffice, afdeling Vergunningverlening/ Milieu (telefoon 0515-489000); indien de hoeveelheid af te voeren grond meer is dan 50 m3., is de provincie het bevoegd gezag en kunt u contact opnemen met de afdeling milieu van de provincie Fryslân (telefoon 058-2925925).

Kennisgeving aanvang: Afdeling Handhaving en Toezicht dient tenminste 1 week voor de werkzaamheden in kennis gesteld te worden. Hiervoor kunt u gebruik maken van het bijgevoegde gele kaartje.

Kennisgeving bepaalde werkzaamheden: Afdeling Handhaving en Toezicht dient minimaal 2 werkdagen van te voren in kennis gesteld te worden van de volgende werkzaamheden: - ontgravingwerkzaamheden; - heiwerkzaamheden; - grondverbeteringwerkzaamheden; - het storten van beton. (i.v.m. controle wapening). Hiervoor kunt u bellen met deze afdeling (telefoon 0515-489000)

Gereedmelding bouwwerkzaamheden: Uiterlijk op de dag van beëindiging van de werkzaamheden, waarop de omgevingsvergunning betrekking heeft, wordt het einde van die werkzaamheden bij afdeling Handhaving en Toezicht gemeld. Hiervoor kunt u gebruik maken van het bijgevoegde groene kaartje.

- 9 -

Verbod tot ingebruikneming: Na de realisatie van het bouwwerk, is het verboden dit bouwwerk in gebruik te geven of te nemen indien: het bouwwerk niet, voor controle, gereed is gemeld bij afdeling Handhaving en Toezicht; het bouwwerk in afwijking van de verleende omgevingsvergunning is gebouwd.

Intrekking vergunning: De omgevingsvergunning kan geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken: - indien blijkt dat de houder van de omgevingsvergunning niet heeft voldaan aan een voorwaarde als bedoeld in artikel 2.2 van de Wabo; - indien binnen de in de bouwverordening gestelde termijn geen begin met de werkzaamheden is gemaakt of indien de werkzaamheden langer dan de in bouwverordening gestelde termijn hebben stilgelegen; - op verzoek van de aanvrager.

Activiteit Slopen - de veiligheid tijdens het slopen dient te worden gewaarborgd; - het scheiden en gescheiden afvoeren van het sloopafval dient te geschieden naar een daartoe bestemde bewerkingsinrichting of verwerkingsinrichting die over een vergunning beschikt ingevolge de Wet milieubeheer, tenminste inhoudende een scheiding in een fractie gevaarlijk afval (asbest) en een fractie overig afval (puin, hout, etc.); - twee werkdagen voor aanvang van de (asbest-) sloop dient dit aan de afdeling Handhaving en Toezicht van de gemeente Súdwest Fryslân te worden gemeld; - het asbest mag alleen worden verwijderd door een deskundig SC 530 gecertificeerd bedrijf onder asbestcondities; - indien er bij destructieve (sloop)werkzaamheden onvoorzien asbest vrijkomt dient u dit direct te melden bij de afdeling Handhaving en Toezicht en dient er een aanvullend asbestonderzoek (type B) te worden uitgevoerd. De werkzaamheden dienen op dat moment terstond te worden gestaakt en mogen pas weer worden aangevangen na goedkeuring van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Súdwest Fryslân; - een kopie van de stortbonnen moet ingediend worden bij de afdeling Handhaving en Toezicht van de Gemeente Súdwest Fryslân; - binnen 2 weken na einde asbestsanering dient een vrijgave certificaat te zijn ontvangen door de afdeling Handhaving en Toezicht.

Wij raden u aan om de vergunning met de bijbehorende bijlagen zorgvuldig door te nemen. Dit kan veel misverstanden voorkomen. U moet namelijk de aan de vergunning verbonden voorschriften naleven. Let op: wij maken u erop attent dat u op eigen risico handelt als u gebruik maakt van de verleende vergunning voordat deze onherroepelijk is.

- 10 -

BEREKENING LEGES OMGEVINGSVERGUNNING:

Betreft : verbouwen van bestaande stolpboerderij op het perceel Nr 11 te Indijk.

Bouwkosten exclusief BTW € 185.000,00

Leges advertentiekosten UV 20120132 € 15,30 Leges deelactiviteit bouwen UV 20120132 € 2.253,50 Leges Welstand UV 20120132 € 391,00 Leges buitenplanse afwijking (2.12 1a3) UV 20120132 € 1.428,00 Leges deelactiviteit slopen UV 20120132 € 86,80

Totaal € 4.174,60

Voor de betaling hiervan zal u een nota worden toegezonden.

- 11 -

T.B.V. AFDELING FINANCIËN

NOTA VERZENDEN AAN:

De heer R.C.J. Messing Kastanjelaan 14 1214 LH Hilversum

Betreft : verbouwen van bestaande stolpboerderij op het perceel Nr 11 te Indijk.

Bouwkosten exclusief BTW € 185.000,00

Totaal € 4.174,60

PARAAF:

Datum besluit: 8 april 2013

- 12 -

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING WONING YNDIJK 11 TE WOUDSEND

CONCEPT

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING WONING YNDIJK 11 TE WOUDSEND

CODE 129982 / 23-04-12 BUREAU BUITENWEG 129982 / 23-04-12 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING WONING YNDIJK 11 TE WOUDSEND

TOELICHTING

INHOUDSOPGAVE blz

1. INLEIDING 1 1. 1. Aanleiding 1 1. 2. Locatie 1 1. 3. Planologische regeling 2

2. PROJECTBESCHRIJVING 3 2. 1. Huidige situatie 3 2. 2. Beschrijving initiatief 3 2. 3. Ruimtelijke inpassing 5

3. BELEIDSKADER 6 3. 1. Provinciaal beleid 6 3. 2. Gemeentelijk beleid 6

4. OMGEVINGSASPECTEN 8 4. 1. Milieu 8 4. 2. Water 9 4. 3. Ecologie 9 4. 4. Archeologie 10 4. 5. Luchtkwaliteit 11 4. 6. Externe veiligheid 11

5. AFWEGING EN CONCLUSIES 12

6. UITVOERBAARHEID 13 6. 1. Maatschappelijke uitvoerbaarheid 13 6. 2. Grondexploitatie en economische uitvoerbaarheid 13

129982 blz 1

1. INLEIDING

1. 1. Aanleiding

In het landelijk gebied ten noordwesten van Woudsend ligt een voormalige paardenhouderij aan de Yndijk. Bij de gemeente Súdwest-Fryslân is het verzoek ingediend de aanwezige boerderij te verbouwen tot woonhuis. De aanwezige paardenstal wordt gedeeltelijk gesloopt en in gebruik genomen als bijgebouw bij de woning. Het perceel krijgt daarmee in hoofdzaak een woonfunctie. Omdat het wonen alleen ten behoeve van de bedrijfswoning is toegestaan, is de ontwikkeling in strijd met het geldende bestemmingsplan.

De gemeente wil medewerking verlenen aan de ontwikkeling. Op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) kan dit door het verlenen van een omgevingsvergunning waarbij wordt afgeweken van het bestemmingsplan. Voorwaarde hierbij is dat de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Ter motivering hiervan is een goede ruimtelijke onderbouwing noodzakelijk. Deze notitie voorziet hierin en maakt deel uit van de aanvraag omgevingsvergunning.

1. 2. Locatie

Het projectgebied ligt op ongeveer een kilometer ten noordwesten van Woudsend en op ongeveer 350 meter ten westen van het recreatieterrein ‘De Rakken’. Het betreft het perceel Yndijk 11. De ligging van het projectgebied is weergegeven in figuur 1.

WOUDS END

Figuur 1. De ligging van het projectgebied

Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend Buro Vijn B.V. blz 2 129982

1. 3. Planologische regeling

Het projectgebied is geregeld in het bestemmingsplan Buitengebied van de voormalige gemeente Wymbritseradiel. Dit plan is vastgesteld op 31 augus- tus 2010. Het heeft hierin de bestemming ‘Recreatie - Recreatiebedrijven’, met de aanduiding ‘paardenbedrijf’. Binnen deze bestemming zijn diverse recreatiebedrijven, alsmede een gebruiksgerichte paardenhouderij toegestaan. Het wonen is alleen toegestaan ten behoeve van deze functies.

Omdat het perceel in de gewenste situatie in hoofdzaak wordt gebruikt voor wonen, is de aanvraag in strijd met het bestemmingsplan.

Buro Vijn B.V. Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend 129982 blz 3

2. PROJECTBESCHRIJVING

2. 1. Huidige situatie

De ontwikkeling vindt plaats in het open landelijk gebied, in een ruim opge- zet bebouwingslint langs de Yndijk te Woudsend. Dit bebouwingslint bestaat hoofdzakelijk uit agrarische bedrijven. Het projectgebied gebied betreft een voormalige paardenhouderij. Direct ten oosten ligt een woonperceel.

De locatie ligt op korte afstand ten zuiden van het Heegermeer. De aanwezigheid van dit meer en de vaarwatergang De Woudsender Rakken maakt het gebied aantrekkelijk voor recreatie en toerisme. Op circa 350 meter ten oosten van het projectgebied ligt een vrij grootschalig verblijfsrecreatieter- rein.

Binnen het projectgebied staat een boerderij en een aangebouwde paardenstal. Ten zuiden van de bebouwing ligt een paardenbak. Aan de voor- zijde van het perceel ligt een dichte boomsingel. Ook langs het naastgele- gen perceel en aan de achterzijde liggen beplantingssingels. Een luchtfoto van het projectgebied is weergegeven in figuur 2.

Figuur 2. Luchtfoto van het projectgebied

2. 2. Beschrijving initiatief

Het initiatief betreft het verbouwen van de boerderij, waarbij het woonhuis wordt vergroot. Ook wordt circa 10 meter van de oostzijde van de stal en de huidige aansluiting op de boerderij (tussenbouw) verwijderd, waarbij het oostelijk deel een overkapping wordt. Het overig deel van de stal zal als bijgebouw bij de woning dienen (eventueel voor het hobbymatig houden van dieren). De beoogde situatie in het projectgebied is weergegeven in figuur 3.

Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend Buro Vijn B.V. blz 4 129982

Figuur 3. Beoogde situatie projectgebied

De verbouwingen aan de boerderij betreffen hoofdzakelijk inpandige wijzigingen (creëren van woonruimten). De wijzigingen aan de gevels betreffen het toevoegen en wijzigen van ramen en deuren. Tevens worden twee dakkapellen en enkele dakramen geplaatst. De gevelaanzichten in de huidige en toekomstige situatie zijn weergegeven in figuur 4.

Figuur 4. Gevelaanzichten huidige en toek omstige situatie

Buro Vijn B.V. Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend 129982 blz 5

2. 3. Ruimtelijke inpassing

2.3.1. Functionele inpassing

Het project stelt een functiewijziging van het perceel van een paardenhouderij naar een woonfunctie voor. De woonfunctie was al toegestaan op het perceel, alleen dan in combinatie met de bedrijfsfunctie. Het perceel ligt direct aangrenzend aan een ander woonperceel. Verder komen er in de di- recte omgeving van het projectgebied geen bedrijven voor. De ontwikkeling is in beginsel functioneel inpasbaar op de locatie. In hoofdstuk 4 wordt in- gegaan op de milieutechnische inpasbaarheid.

2.3.2. Stedenbouwkundige/landschappelijke inpassing

De ontwikkelingen leiden tot een afname aan bebouwing op het perceel en verharding op het perceel. Bij de verbouwing van de boerderij wordt de ui- terlijke verschijningsvorm gerespecteerd en nieuwe toevoegingen (zoals de dakkapellen) worden in dezelfde bouwstijl als de boerderij uitgevoerd. Door het verbouwen van de paardenstal krijgt deze een meer hoogwaardige uit- straling, wat de ruimtelijke kwaliteit van de omgeving ten goede komt.

De bestaande beplantingstructuren worden gehandhaafd en waar mogelijk versterkt. Het is daarom niet noodzakelijk om aanvullende eisen aan de landschappelijke inpassing het perceel te stellen.

Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend Buro Vijn B.V. blz 6 129982

3. BELEIDSKADER

3. 1. Provinciaal beleid

Streekplan Fryslân 2007 Het Streekplan Fryslân 2007 is op 13 december 2006 door Provinciale Sta- ten vastgesteld. In het Streekplan wordt het provinciaal omgevingsbeleid verwoord.

De provincie biedt ruimte aan het wijzigingen van de functie van vrijkomende agrarische bedrijfspercelen. Wonen, al dan niet in combinatie met klein- schalige recreatie of bedrijvigheid wordt als geschikte vervangende functie gezien. Hierbij wordt ingezet op het in stand houden van beeldbepalende gebouwen in het landschap, het verwijderen van beeldverstorende bebouwing en het versterken van de ruimtelijke kwaliteit.

De voorgestelde ontwikkelingen in het projectgebied sluiten volledig aan op de criteria die de provincie hanteert bij het hergebruiken van vrijkomende agrarische bebouwing. De beeldbepalende gebouwen (de boerderij) wordt behouden en gebruikt voor de woonfunctie. De paardenstal wordt gedeeltelijk gesloopt en opgewaardeerd, wat leidt tot een versterking van de ruimtelijke kwaliteit.

Verordening Romte Fryslân Op 15 juni 2011 is de Verordening Romte Fryslân vastgesteld. In de verordening zijn regels gesteld die ervoor moeten zorgen dat de provinciale ruimtelijke belangen doorwerken in de gemeentelijke ruimtelijke plannen.

Met betrekking tot het hergebruik van vrijkomende agrarische bebouwing in het landelijk gebied wordt gesteld dat wonen is toegestaan in de voormalige bedrijfswoning en in aanwezige karakteristieke gebouwen. Het project is dus in overeenstemming met de regels uit de verordening.

3. 2. Gemeentelijk beleid

Bestemmingsplan Buitengebied Wymbritseradiel Het geldende bestemmingsplan biedt een uitvoeringskader van het gemeentelijk beleid ten aanzien van ontwikkelingen in het buitengebied. Het bestemmingsplan biedt voor vrijkomende agrarische bedrijfspercelen een aantal mogelijkheden voor functieverandering. Als nieuwe functie is onder andere ‘wonen’ mogelijk.

Erfgoedvisie Súdwest-Fryslân In de gemeentelijke Erfgoedvisie (concept) worden beleidslijnen uitgezet ten aanzien van de bescherming van cultuurhistorische waarden. Het open Friese landschap met een karakteristiek silhouet van kop-hals-romp- en stelpboerderijen wordt genoemd als agrarisch erfgoed. Beeldbepalend in de ruimte zijn de lage zijmuren, het hoge schilddak en het (streekeigen) materiaal van baksteen en pannen en soms riet.

Buro Vijn B.V. Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend 129982 blz 7

Door in te zetten op behoud en ontwikkeling van dit agrarisch erfgoed wordt aan meerdere doelstellingen tegemoet gekomen, zoals het behoud van his- torisch materiaal (daken), het voorkomen van verkrotting door het vinden van een passende herbestemming.

Dit project sluit hierop aan. De aanpassingen aan de stelpboerderij respec- teren de bestaande karakteristieke verschijningsvorm en materiaalgebruik. Er wordt dan ook op een verantwoorde wijze met het agrarisch erfgoed omgegaan.

Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend Buro Vijn B.V. blz 8 129982

4. OMGEVINGSASPECTEN

Het uitgangspunt is dat in de beoogde situatie en tijdens de uitvoering van het project, een goede omgevingssituatie bestaat. Dit hoofdstuk geeft in relatie tot het initiatief een omschrijving van ieder omgevingsaspect.

4. 1. Milieu

4.1.1. Bedrijven en milieuzonering

In het kader van een goede ruimtelijke ordening is ruimtelijke afstemming tussen bedrijfsactiviteiten, voorzieningen en gevoelige functies (woningen) noodzakelijk. Bij deze afstemming kan gebruik worden gemaakt van de richtafstanden uit de basiszoneringslijst van de VNG-brochure “Bedrijven en milieuzonering” (2009).

Het project stelt de functiewijziging van een milieubelastende naar een mi- lieugevoelige functie voor. Direct ten oosten van het projectgebied ligt een woonperceel. Voor dit woonperceel levert het project dus een verbetering van de milieusituatie op.

De dichtstbijzijnde bedrijfsfuncties in de omgeving zijn een verblijfsrecrea- tieterrein (op 350 meter) en een agrarisch bedrijf (op 330 meter). Een ver- blijfsrecreatieterrein valt volgens de basiszoneringslijst onder milieucategorie 3.1, waarbij een richtafstand van 50 meter ten opzichte van milieuge- voelige functie geldt. Het agrarisch bedrijf is activiteit uit milieucategorie 3.2, waarbij een richtafstand van 100 meter geldt.

Er wordt voldaan aan de richtafstanden. Gesteld kan worden dat er sprake is van een verantwoorde milieuzonering.

4.1.2. Wegverkeerslawaai

In de Wet geluidhinder (Wgh) is bepaald dat elke weg in principe een zone heeft waar aandacht aan geluidhinder moet worden besteed. Daarbij on- derscheidt de Wgh geluidsgevoelige functies enerzijds en niet-geluidsgevoelige functies anderzijds. Indien geluidsgevoelige functies binnen de geluidszone van een weg worden geprojecteerd, moet worden bepaald of ter plaatse van deze functies wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde.

Het project stelt geen nieuwe geluidsgevoelige functies voor, aangezien de bedrijfswoning ook geluidsgevoelig is. Het is daarom niet noodzakelijk om te toetsen aan de Wgh. De ontwikkeling vindt bovendien plaats aan een smalle landweg die vrijwel uitsluitend een functie voor bestemmingsverkeer heeft. De weg is aangewezen als 60 km/uur-zone. Gesteld kan worden dat de woning geen onevenredige hinder als gevolg van wegverkeer onder- vindt. Het uitvoeren van akoestisch onderzoek is niet noodzakelijk.

Buro Vijn B.V. Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend 129982 blz 9

4.1.3. Bodem

Het uitgangspunt wat betreft de bodem in het projectgebied is dat de kwaliteit ervan zodanig dient te zijn, dat er geen risico’s voor de volksgezondheid ontstaan.

De verbouwing van de boerderij vindt plaats op een locatie die in het verleden ten behoeve van agrarische bedrijfsvoering ofwel een paardenhouderij werd gebruikt. Het is niet aannemelijk dat als gevolg van deze functie bodemverontreiniging is ontstaan. Ook zijn er geen verdachte activiteiten uit het verleden bekend. De locatie is in principe geschikt voor de voorgestelde functie.

Bovendien betreft het project in hoofdzaak een inpandige verbouwing en worden de nieuwe woonruimten grotendeels gebouwd op een plek die in de huidige situatie al een woonfunctie (als bijkeuken) hebben. De functie van het gebouw veranderd dus niet. Het uitvoeren van bodemonderzoek is in dergelijke gevallen niet nodig. Het project veroorzaakt geen risico’s voor de volksgezondheid.

4. 2. Water

Vanwege het grotere belang van het water in de ruimtelijke ordening, wordt van waterschappen een vroege en intensieve betrokkenheid bij het opstel- len van ruimtelijke plannen verwacht. Bovendien is de watertoets een ver- plicht onderdeel in de bestemmingsplanprocedure geworden.

De ontwikkeling is voorgelegd aan Wetterskip Fryslân via de digitale watertoets (kenmerk: 20120419-2-4620). Het project betreft enkel een functiewijziging van de bestaande bebouwing (in combinatie met enkele verbou- wingswerkzaamheden). Het heeft niet of nauwelijks invloed op de water- huishouding. Er is dan ook geen waterschapsbelang. Verder overleg met het waterschap is niet nodig. Het project heeft een positief wateradvies.

4. 3. Ecologie

Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient rekening gehouden te worden met even- tuele ecologische waarden in of nabij het plangebied. Op dit aspect zijn een tweetal wetten van toepassing, namelijk gebiedsbescherming in de Natuur- beschermingswet en soortenbescherming middels de Flora- en Faunawet.

4.3.1. Gebiedsbescherming

Het projectgebied ligt niet een beschermd natuurgebied. Wel ligt op korte afstand (circa 400 meter) ten oosten van de locatie het Natura 2000-gebied ‘Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving’ dat is beschermd onder de Natuurbeschermingswet. Dit gebied, alsmede het Heegermeer en de Woudsender Rakken, maakt tevens onderdeel uit van de Ecologische Hoofdstructuur.

Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend Buro Vijn B.V. blz 10 129982

Dit project stelt geen milieubelastende functies voor. In de nieuwe situatie zal zelfs sprake zijn van een minder hoge belasting, aangezien momenteel een paardenhouderij op de locatie mogelijk is. Bij de bouwwerkzaamheden worden geen negatieve invloed of effecten verwacht op de soorten en/of habitats waarvoor het Natura 2000-gebied is aangewezen, omdat de kavel daarvoor te ver van het gebied af ligt. Tevens ligt tussen het projectgebied en het beschermde natuurgebied een vrij grootschalig recreatieterrein. Vanuit de gebiedsbescherming bestaan dan ook geen belemmeringen voor het project.

4.3.2. Soortenbescherming

Het projectgebied betreft het terrein behorende bij een paardenhouderij. Het is mogelijk dat in de beplantingen en watergangen rondom het perceel een verblijfsgebied voor beschermde soorten vormen. Aan deze elementen worden in beginsel geen wijzigingen voorgesteld.

De gedeeltelijk te slopen stal betreft een enkelwandig bouwwerk, waarin geen mogelijk holtes aanwezig zijn. Het is daarom niet aannemelijk dat hierin verblijfplaatsen van (beschermde) dieren aanwezig zijn.

De verbouwingen aan de boerderij kunnen worden beschouwd als ‘normaal onderhoud’. Er worden geen wijzigingen aan de hoofdvorm van de boerderij voorgesteld. Indien het pand verblijfplaatsen biedt voor bijvoorbeeld vleermuizen, dient hiermee bij de werkzaamheden rekening te worden gehouden. Het project is niet in strijd met de Flora- en faunawet als die even- tuele verblijfplaatsen worden behouden.

Het project is hiermee uitvoerbaar. Voor alle soorten is de zorgplicht van kracht. Bij verstoring van dieren tijdens de werkzaamheden moeten deze de gelegenheid krijgen te vluchten naar een nieuwe leefomgeving.

4. 4. Archeologie

De Monumentenwet regelt onder andere dat er in het proces van ruimtelijke ordening tijdig rekening gehouden wordt met de mogelijke aanwezigheid van archeologische waarden. Voor een globaal inzicht in mogelijke waarden heeft de provincie de Friese Archeologische Monumentenkaart Extra (FAMKE) gepubliceerd.

Volgens deze kaart bevinden zich binnen het projectgebied mogelijk archeologische resten uit de periode van de ijzertijd tot de middeleeuwen en op enige diepte resten uit de steentijd. De dichtheid van deze resten is echter zodanig laag dat het niet aannemelijk is dat deze door kleine ingrepen worden verstoord. De provincie beveelt aan om bij ingrepen groter dan 5.000 m2 een archeologisch onderzoek uit te voeren.

Voor de uitvoering van dit project worden in beginsel geen nieuwe bo- demingrepen voorgesteld. Het is dan ook niet noodzakelijk om een archeologisch onderzoek uit te voeren.

Buro Vijn B.V. Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend 129982 blz 11

Vanuit het aspect archeologie bestaan dan ook geen belemmeringen voor de uitvoering van het project. Mochten er bij de werkzaamheden toch losse sporen en vondsten worden aangetroffen, dan geldt op grond van artikel 53 van de Monumentenwet een meldingsplicht bij het bevoegd gezag.

4. 5. Luchtkwaliteit

In de Wet milieubeheer zijn de grenswaarden op het gebied van de luchtkwaliteit vastgelegd. Daarbij zijn in de ruimtelijke ordeningspraktijk met na- me de grenswaarden voor stikstofdioxide (NO2) en fijnstof (PM10) van belang. Projecten die niet of slechts in zeer beperkte mate bijdragen aan luchtverontreiniging zijn op grond van het besluit ‘niet in betekenende mate’ (NIBM) vrijgesteld van toetsing aan de grenswaarden.

In deze situatie gaat het om de functiewijziging naar wonen. Het project heeft (al dan niet per saldo) geen negatief effect op de luchtkwaliteit. Aan- vullend onderzoek is niet noodzakelijk. Bovendien vindt de ontwikkeling plaats in een landelijke omgeving waar naar verwachting sprake is van een hoge luchtkwaliteit. Er zijn er geen belemmeringen voor het project vanuit dit aspect.

4. 6. Externe veiligheid

Externe veiligheid gaat over het beheersen van de risico's voor de omgeving bij gebruik, opslag en vervoer van gevaarlijke stoffen als vuurwerk, lpg en munitie over weg, water en spoor en door buisleidingen.

Volgens de risicokaart van de provincie Fryslân zijn er in de omgeving van het projectgebied geen risicobronnen aanwezig. Vanuit de externe veiligheid bestaan geen belemmeringen voor dit project.

Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend Buro Vijn B.V. blz 12 129982

5. AFWEGING EN CONCLUSIES

Aanleiding Deze ruimtelijke onderbouwing dient ter afweging voor het verlenen van een omgevingsvergunning ex artikel 2.12 lid 1 sub a onder 3 van de Wabo, waarmee de verbouw van een boerderij ter vergroting van het woonhuis, in afwijking van het bestemmingsplan, mogelijk wordt gemaakt. Het gaat enkel om een functionele afwijking, omdat de zelfstandige woonfunctie in strijd is met het bestemmingsplan.

Afweging Het project is in overeenstemming met de relevante beleidsuitgangspunten op zowel provinciaal als gemeentelijk niveau en veroorzaakt geen conflic- ten met de sectorale wet- en regelgeving. In de beoogde situatie is verder sprake van een verantwoorde milieusituatie.

Bij de wijzigingen aan de boerderij worden de bestaande karakteristieken en waarden gerespecteerd. Voorts leidt het project tot een afname van de hoeveelheid bebouwing op het perceel. De ontwikkeling komt de ruimtelijke kwaliteit van de omgeving ten goede en is landschappelijk inpasbaar op de locatie.

Conclusie Het verlenen van een omgevingsvergunning voor het project is niet in strijd met een goede ruimtelijke ordening.

Buro Vijn B.V. Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend 129982 blz 13

6. UITVOERBAARHEID

Wettelijk bestaat de verplichting om inzicht te geven in de uitvoerbaarheid van een omgevingsvergunning. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in de maatschappelijke en de economische uitvoerbaarheid.

6. 1. Maatschappelijke uitvoerbaarheid

Op grond van artikel 6.18 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) wordt de ontwikkeling voorgelegd aan de betrokken overlegpartners. De ontwerp- omgevingsvergunning met bijbehorende stukken wordt gedurende een periode van zes weken ter inzage gelegd. Tijdens deze periode bestaat de mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen. Eenieder wordt op deze wijze in de gelegenheid gesteld om bedenkingen tegen het initiatief kenbaar te maken. Het project is hiermee maatschappelijk uitvoerbaar.

6. 2. Grondexploitatie en economische uitvoerbaarheid

Door middel van de grondexploitatieregeling beschikken gemeenten over mogelijkheden voor het verhalen van kosten, bijvoorbeeld voor het bouwen woonrijp maken en kosten voor de ruimtelijke procedure. Indien er sprake is van bepaalde bouwplannen, dient de gemeente hiervoor in beginsel een exploitatieplan op te stellen. In dit geval is geen sprake van een bouwplan in de zin van het Besluit ruimtelijke ordening. Het vaststellen van een exploitatieplan is daarom niet noodzakelijk.

Dit project betreft een particulier initiatief, waarmee de gemeente geen fi- nanciële bemoeienis heeft. De kosten voor de uitvoering van het project zijn voor rekening van de aanvrager. De procedurekosten worden verhaald op de aanvrager, deels via leges. Planschaderisico is door middel van een overeenkomst met de aanvrager gedekt.

Hiermee is het relevante kostenverhaal verzekerd en is het project econo- misch uitvoerbaar.

===

Ruimtelijke onderbouwing woning Yndijk 11 te Woudsend Buro Vijn B.V.