SPECTROSCOPY of HIGH ENERGY NEUTRONS EMITTED AFTER MUON CAPTURE in 40Ca

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

SPECTROSCOPY of HIGH ENERGY NEUTRONS EMITTED AFTER MUON CAPTURE in 40Ca SPECTROSCOPY OF HIGH ENERGY NEUTRONS EMITTED AFTER MUON CAPTURE IN 40Ca uns-mf—9957 -O- + • + *>!• •IJ J. A.N. van der PLUIJM Stellingen. 1. De stootgolven die uitgezonden worden bij het ontstaan en de groei van scheuren in materialen ( z. g. akoestische emissie ) kunnen informatie verschaffen over de structurele integriteit van constructie- onderdelen. Het gebruik van akoestische emissie als niet-destructieve onderzoekstechniek kan evenwel eerst als volwaardige onderzoeks- techniek worden beschouwd als de relatie tussen heersende of perio- diek optredende spanningen in een constructie, scheurvorming en groei van eventueel aanwezige defecten enerzijds en de aard en hoeveelheid van akoestische emissie anderzijds modelmatig is vast- gelegd. 2. De door Alaerts en Anders gebruikte "activatiecoefficienten" die dienen om het verlies van spoor elementen uit geologisch materiaal ten gevolge van verhitting te beschrijven suggereren ten onrechte dat hier één enkel fysisch proces werkzaam is. Leo Alaerts and Edward Anders, Geochim. Cosmochim. Acta 43_ (1979), 547. 3. Het is slechts zinvol een zo hoog mogelijke onderdrukkingsfactor voor een anticompton spectrometer na te streven als experimenteel is gebleken dat de continue ondergrond in de fotonspectra veroor- zaakt wordt door comptonverstrooiing in de Ge-detector en niet door absorptie van andere straling met een continu energiespectrum. 4. De meest gebruikte tabellen voor de berekening van het energie- verlies van energetische geladen deeltjes in materie suggereren een veel grotere nauwkeurigheid dan ze in werkelijkheid bezitten. 5. De keuze van Ho als tref plaatkern voor een onderzoek aan hoog- energetische neutronen die uitgezonden worden na muonvangst in atoomkernen lijkt eerder het resultaat van geblinddoekt prikken op de nuclidenkaart dan van fysische overwegingen. i E. K. Mclntyre et. al., Phys. Lett. 137B(1984), 339. 6. Gezien het feit dat effecten van ioniserende straling vaak pas op langere termijn zichtbaar worden is het onbegrijpelijk, dat de nauwlettende medische controle, waaraan radiologisch werkzame personen onderworpen worden, volledig stopt zodra de radiologische werkzaamheden beëindigd zijn. 7. De benaming "electronisch brein" voor een computer geeft blijk van een grove onderschatting van het menselijk brein. VRIJE UNIVERSITEIT TE AMSTERDAM SPECTROSCOPY OF HIGH ENERGY NEUTRONS EMITTED AFTER MUON CAPTURE IN 40Ca ACADEMISCH PROEFSCHRIFT ter verkrijging van de graad van doctor in de wiskunde en natuurwetenschappen aan de Vrije Universiteit te Amsterdam, op gezag van de rector magnificus dr. P.J.D. Drenth, hoogleraar in de faculteit der sociale wetenschappen, in het openbaar te verdedigen op donderdag 25 October 1984 te 13.30 uur in het hoofdgebouw der universiteit, De Boelelaan 1105 door JOHANNES ADRIANUS NORBERTUS VAN DER PLUIJM geboren te Helvoirt IDSIDIST Grootebroak Promotor : Prof. dr. H. Verheul Copromotor : Dr. W.H.A. Hesselink Referent : Dr. H.K. Walter Voorwoord. Het onderzoek waarop dit proefschrift betrekking heeft werd uitgevoerd binnen een samenwerkingsverband van de Vrije Universiteit te Amsterdam, de Technische Hogeschool te Zurich en de Universiteit van Zurich. De experimenten die in dit proefschrift beschreven staan zijn voorbereid en uitgevoerd aan het Sahweizerisahe Institut für Nuclearforschung (S.I.N.) te Villigen. Het spreekt vanzelf dat dit promotieonderzoek slechts tot succes kon leiden dank zij de inspanningen van velen. Ik denk daarbij niet alleen aan de wetenschappelijke kant maar ook aan al de organisatie, administratie en technische ondersteuning die ervoor nodig waren. Ik wil graag in de eerste plaats al die mensen van de betrokken vier instituten bedanken die, door gewoon hun werk op kantoor, in de werkplaats of achter het instrumentenpaneel goed te doen, dit proefschrift mogelijk hebben gemaakt. Van degenen die direct bij het onderzoek betrokken waren wil ik graag in de eerste plaats mijn promotor professor Verheul bedanken die me bij dit onderzoek betrokken heeft en die me met name gedurende de laatste twee jaren van mijn promotieperiode op een prettige wijze intensief begeleid heeft. Willem Hesselink dank ik voor het feit dat ik ondanks zijn zeer drukke, overige werkzaamheden toch steeds de portie aandaaht kreeg die ik nodig had en voor de belangrijke bijdrage die hij heeft geleverd aan de experimenten en aan de afronding van het proefschrift. I thank Hans Christian Walter for his careful reading of the manuscript of the thesis. I also thank him and Roland Engfer for the warm hospitality I enjoyed during the years I spent in their group at SIN. I will allways remember this period with warm feelings. Met Andries van der Schaaf heb ik tijdens mijn verblijf in Zwitserland het meest intensief samengewerkt. Ik denk dat dit project zonder zijn inzicht, zijn creativiteit en zijn inzet niet geslaagd zou zijn. Ik dank hem voor dit alles en ik dank ham en sijn vrouw Sherry voor de ki^m-jraudcoriai-pelijke wijze waavov zij mijn gezin en mij heblei, opgevangen. I thank Tadeusz Kozlowski for all the work he did as spokes- man for this project, for his superb work in the conception and implementation of the setup for the first experiment, for the theoretical guidance he provided and for the many fruitfull discussions concerning muons we had during his three months stay in Amsterdam. I thank yilli Bertl, Christovh Grab and Antek Zglinski for the m.iny shifts they took duriïig the runs and for the skill they displayed in keeping the experiments going. I thank Erwin Hermes and the crew of the workshop of the University of Zurich for all the hardware they provided and especially for all the pieces of equipment they produced at short notice with expert skill. I thank Fritz Schlepütz for a fine online program and a lot of help with its adaption to our needs. Jeroen van Goudoever dank ik voor vele maanden van prettige samenwerking tijdens de analyse, fase. I thank all members of the "Walter-Engfer Gruppe" for their friendliness and for the continuing support and interest they gave the muon program. I thank the staff of SIN. My special thanks goes to Claude Petitjean not only for providing us with the best muon channel in the world but also for showing us how to optimize it to our needs, to Nicolas Lordong and Johan Jansen, the wire chamber experts we heavily leaned upon, and to Wilfried Schoeps, who provided us with beautiful electronics. Ik wil graag de bevolking van het Natuurkundig Laboratorium van de Vrije Universiteit bedanken. Mijn speciale dank gaat naar de J leden van de maandagochtendolub die altijd bereid waren in een aangename sfeer mijn problemen te bespreken en die me vele oplossingen aan de hand hebben gedaan, naar Hessel van Wijngaarden en Andries Pomper die de tekeningen voor dit proefschrift hebben gemaakt en naar de heer Van Sijpveld die het fotowerk heeft verzorgd. Mijn huidige -werkgevers, Vestvries Computer Consulting, wil ik graag danken voor het begrip dat ik in velerlei opzicht van hen ondervonden heb. Renske dank ik niet alleen voor het typen van het manuscript, maar vooral voor het vele geduld, dat ze de afgelopen jaren met me gehad heeft. CHAPTER I INTRODUCTION When a fast muon penetrates matter it is gradually slowed down to thermal velocities by electromagnetic interactions. A negatively charged muon is then captured by an atom. The muonic atom formed rapidly decays to its ground state, the muonic S state. This state is not stable. It can decay trough U~ + (A,Z) •* (A,Z) + e~ + "ve + v , (1.1) with a partial decay rate of 45.10 s , which slightly depends on Z. It can also decay through \T + (A,Z) •+ (R,Z) + e~ + v"e + v + Y, (1.2) with a partial decay rate of 600 ± 200 s [PAR 82] . Other decay processes in which electrons are created are extremely rare. A third decay channel is muon capture by the nucleus U~ + (A,Z) -h (A,Z-1) + v . (1.3) Like the electron capture process e~ + (A,Z) •*• (A,Z-1) + v , (1.4) the muon capture process is due to semileptonic weak interactions. In both cases a charged lepton is transformed into a neutrino and the rest energy of the lepton is shared by the neutrino and the residual nucleus. However, due to the large difference in rest energy between the electron and the muon the energy- ana momentum transfer to the nucleus are in the average much larger in muon capture than in electron capture. In muon capture on a free ( i.e. not bound by a nucleus ) proton \T + p •+ n + v , (1.5) the energy transfer to the nucleon is 5 MeV, the momentum transfer is 100 MeV/c. In nuclei the 4-momentum transfer has a distribution that depends on the reaction mechanism which determines the momenta of the particles taking part in the interaction. Muon capture with energy transfer up to =30 MeV can be described as a quasi free process with nearly the same kinematics „as muon capture on a free proton. Here one can distinguish between processes in which the neutron is created in a bound state and processes in which the neutron is created in an unbound state. In the latter case muon capture is most likely followed by neutron emission. Two energy regions can be distinguished in the spectra of neutrons emitted after nuclear muon capture. The lower part of the neutron spectra corresponding to a nuclear excitation energy E =: 15 MeV shows pronounced structures, which are due to the excitation of the giant dipole resonance. The part of the spectra corresponding to an excitation energy E >15 MeV is associated with a direct reaction mechanism. A quasi free reaction mechanism cannot account for the emission of high energy neutrons ( E > 30 MeV ). In a quasi free process, assuming a proton momentum of 300 MeV/c the maximum neutron energy E is about 10 MeV. Neutrons with much higher energy have been reported [SUN 73, SCH 83] .
Recommended publications
  • Arxiv:2010.09509V2 [Hep-Ph] 2 Apr 2021 in Searches for CLFV Or LNV, Incoming Muons Are the Source of Both the Μ → E Signal and the RMC Back- Ground
    FERMILAB-PUB-20-525-T The high energy spectrum of internal positrons from radiative muon capture on nuclei Ryan Plestid1, 2, ∗ and Richard J. Hill1, 2, y 1Department of Physics and Astronomy, University of Kentucky, Lexington, KY 40506, USA 2Theoretical Physics Department, Fermilab, Batavia, IL 60510,USA (Dated: April 5, 2021) The Mu2e and COMET collaborations will search for nucleus-catalyzed muon conversion to positrons (µ− ! e+) as a signal of lepton number violation. A key background for this search is radiative muon capture where either: 1) a real photon converts to an e+e− pair “externally" in surrounding material; or 2) a virtual photon mediates the production of an e+e− pair “internally”. If the e+ has an energy approaching the signal region then it can serve as an irreducible background. In this work we describe how the near end-point internal positron spectrum can be related to the real photon spectrum from the same nucleus, which encodes all non-trivial nuclear physics. I. INTRODUCTION Specifically, on a nucleus (e.g. aluminum), the reaction µ− + [A; Z] ! e+ + [A; Z − 2] ; (1) Charged lepton flavor violation (CLFV) is a smok- ing gun signature of physics beyond the Standard Model becomes a viable target for observation (see also [7]). (SM) and is one of the most sought-after signals at the While neutrinoless double beta (0νββ) decay is often intensity frontier [1–4]. Important search channels in- touted as the most promising direction for the discovery volving the lightest two lepton generations are µ ! 3e, of LNV, there do exist extensions of the SM that predict µ ! eγ, and nucleus-catalyzed µ ! e [1–6].
    [Show full text]
  • 4 Muon Capture on the Deuteron 7 4.1 Theoretical Framework
    February 8, 2008 Muon Capture on the Deuteron The MuSun Experiment MuSun Collaboration model-independent connection via EFT http://www.npl.uiuc.edu/exp/musun V.A. Andreeva, R.M. Careye, V.A. Ganzhaa, A. Gardestigh, T. Gorringed, F.E. Grayg, D.W. Hertzogb, M. Hildebrandtc, P. Kammelb, B. Kiburgb, S. Knaackb, P.A. Kravtsova, A.G. Krivshicha, K. Kuboderah, B. Laussc, M. Levchenkoa, K.R. Lynche, E.M. Maeva, O.E. Maeva, F. Mulhauserb, F. Myhrerh, C. Petitjeanc, G.E. Petrova, R. Prieelsf , G.N. Schapkina, G.G. Semenchuka, M.A. Sorokaa, V. Tishchenkod, A.A. Vasilyeva, A.A. Vorobyova, M.E. Vznuzdaeva, P. Winterb aPetersburg Nuclear Physics Institute, Gatchina 188350, Russia bUniversity of Illinois at Urbana-Champaign, Urbana, IL 61801, USA cPaul Scherrer Institute, CH-5232 Villigen PSI, Switzerland dUniversity of Kentucky, Lexington, KY 40506, USA eBoston University, Boston, MA 02215, USA f Universit´eCatholique de Louvain, B-1348 Louvain-la-Neuve, Belgium gRegis University, Denver, CO 80221, USA hUniversity of South Carolina, Columbia, SC 29208, USA Co-spokespersons underlined. 1 Abstract: We propose to measure the rate Λd for muon capture on the deuteron to better than 1.5% precision. This process is the simplest weak interaction process on a nucleus that can both be calculated and measured to a high degree of precision. The measurement will provide a benchmark result, far more precise than any current experimental information on weak interaction processes in the two-nucleon system. Moreover, it can impact our understanding of fundamental reactions of astrophysical interest, like solar pp fusion and the ν + d reactions observed by the Sudbury Neutrino Observatory.
    [Show full text]
  • Status of the Alcap Experiment
    Status of the AlCap experiment R. Phillip Litchfield∗† UCL E-mail: [email protected] The AlCap experiment is a joint project between the COMET and Mu2e collaborations. Both experiments intend to look for the lepton-flavour violating conversion m + A ! e + A, using ter- tiary muons from high-power pulsed proton beams. In these experiments the products of ordinary muon capture in the muon stopping target are an important concern, both in terms of hit rates in tracking detectors and radiation damage to equipment. The goal of the AlCap experiment is to provide precision measurements of the products of nuclear capture on Aluminium, which is the favoured target material for both COMET and Mu2e. The results will be used for optimising the design of both conversion experiments, and as input to their simulations. Data was taken in December 2013 and is currently being analysed. 16th International Workshop on Neutrino Factories and Future Neutrino Beam Facilities - NUFACT2014, arXiv:1501.04880v1 [physics.ins-det] 20 Jan 2015 25 -30 August, 2014 University of Glasgow, United Kingdom ∗Speaker. †On behalf of the AlCap Collaboration © Copyright owned by the author(s) under the terms of the Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike Licence. http://pos.sissa.it/ Status of the AlCap experiment R. Phillip Litchfield 1. Muon to electron conversion and the motivation for AlCap The term ‘muon to electron conversion’ refers to processes that cause the neutrinoless decay of a muon into an electron, specifically those in which the muon is the ground-state orbit of an atomic nucleus.1 In this case the conservation of momentum and energy can be achieved by coherent interaction on the nucleus, i.e.
    [Show full text]
  • Subject Categories and Scope Descriptions Co Q
    International Nuclear Information System (INIS) • LU Q CD XA0202260 D) c CO IAEA-ETDE/TNIS-2 o X LU CO -I—• SUBJECT CATEGORIES AND SCOPE DESCRIPTIONS CO Q ETDE/INIS Joint Reference Series No. 2 CT O c > LU O O E "- =3 CO I? O cB CD C , LU • CD 3 CO -Q T3 CD >- c •a « C c CD o o CD «2 i- CO .3-3/33 CO ,_ CD a) O % 3 O •z. a. Renewable energy technologies • Radiation protection • Energy storage, conversion, and consumption Radioactive waste management • Energy policy • Radiation effects on living organisms • Fossil fuels INTERNATIONAL ATOMIC ENERGY AGENCY, VIENNA, JULY 2002 ETDE/INIS Joint Reference Series No. 2 SUBJECT CATEGORIES AND SCOPE DESCRIPTIONS INTERNATIONAL ATOMIC ENERGY AGENCY VIENNA, JULY 2002 SUBJECT CATEGORIES AND SCOPE DESCRIPTIONS IAEA, VIENNA, 2002 IAEA-ETDE/INIS-2 ISBN 92-0-112902-5 ISSN 1684-095X © IAEA, 2002 Printed by the IAEA in Austria July 2002 PREFACE This document is one in a series of publications known as the ETDE/INIS Joint Reference Series. It defines the subject categories and provides the scope descriptions to be used for categorization of the nuclear literature for the preparation of INIS input by national and regional centers. Together with volumes of the INIS Reference Series and ETDE/INIS Joint Reference Series it defines the rules, standards and practices and provides the authorities to be used in the International Nuclear Information System. A list of the volumes published in the IMS Reference Series and ETDE/ENIS Joint Reference Series can be found at the end of this publication.
    [Show full text]
  • Radiative Muon Capture on Carbon, Oxygen and Calcium
    TRI-PP -90-21 May 1990 Radiative muon capture on carbon, oxygen and calcium D.S. Armstrong/") S. Ahmad/6) R.A. Burnham/C) T.P. Gorringe.W M.D. Hasinoff, A.J. Larabee<e>, and C.E. Waltham University of British Columbia, Vancouver, B.C., Canada V6T 2A6 G. AzuelosO, J.A. Macdonald, T. Numao and J-M. Poutissou TRIUMF, Vancouver, B.C., Canada VST 2A3 M. Blecher and D.H. Wright'^ Virginia Polytechnic Institute and State University, Blacksburg, Virginia 24061 E.T.H. Clifford^) and J. Summhammer*1' TRIUMF and University of Victoria, Victoria, B.C., Canada V8W 2Y2 P. Depommier and R. Poutissou Universile de Montreal, Montreal, P.Q., Canada II3C 3J7 H. Mes National Research Council of Canada, Ottawa, Canada KlA OR6 B.C. Robertson Queen's University, Kingston, Ontario, Canada K7L 3N6 The photon energy spectra from radiative muon capture on 12C,16 O and 40Ca have been measured using a time projection chamber as a pair spec- trometer. The branching ratio for radiative muon capture is sensitive to <7P, the induced pseudoscalar coupling constant of the weak interaction. Ex- pressed in terms of the axial-vector weak coupling constant ga, values of 40 16 ffp/So = 5.7 ± 0.8 and gp/ga = 7.3 ± 0.9 are obtained for Ca and O respectively, from comparison with phenomenological calculations of the nu- clear response. From comparison with microscopic calculations, values of {oT 4 Ca 16 and 12 gp/ga = 4.6± 1.8, 13.6 +}|, and 16.2 ±J$ ° . °. C, respec- •:« tively are obtained.
    [Show full text]
  • Electroweak Structure of Light Nuclei Within Chiral Effective Field Theory
    Few-Body Systems (EFB22) manuscript No. (will be inserted by the editor) Laura E. Marcucci Electroweak structure of light nuclei within chiral effective field theory Received: date / Accepted: date Abstract We review the results of the most recent calculations for the electromagnetic structure of light nuclei, the weak muon capture on deuteron and 3He and the weak proton-proton capture reaction at energies of astrophysical interest, performed within the chiral effective field theory framework. Keywords Chiral effective field theory · Electromagnetic Form Factors · Light nuclei · Muon capture · Proton-proton weak capture 1 Introduction Among the great advantages of the chiral effective field theory (χEFT) framework, the two following ones are here of interest: (i) the possibility of deriving nuclear electroweak (EW) currents consistently with the nuclear interaction, and (ii) the possibility of setting a hierarchy among the different contri- butions, both for the interactions and the currents. In fact, it is well known that χEFT can justify a priori the empirical observation that the contribution of three-nucleon interactions to nuclear structure is far less significant than that of the two-nucleon force. Furthermore, the χEFT power counting allows to recognize which are the most significant contributions also among the different currents. The idea of using χEFT to derive the nuclear EW transition operators was first implemented by Park et al. [1] in the nineties. They derived the nuclear electromagnetic (EM) current and charge operators, within the so-called heavy-baryon chiral perturbation theory (HBχPT) approach, where the baryons are treated as heavy static sources, and the perturbative expansion is performed in terms of the involved momenta over the baryon mass.
    [Show full text]
  • Charged-Particle Spectra from $\Mu ^{-}$ Capture on Al
    PHYSICAL REVIEW C 101, 035502 (2020) Charged-particle spectra from μ− capture on Al A. Gaponenko ,1,* A. Grossheim,2 A. Hillairet,3 G. M. Marshall ,2 R. E. Mischke,2 and A. Olin 2,† 1Fermi National Accelerator Laboratory, Batavia, Illinois 60510, USA 2TRIUMF, Vancouver, British Columbia, Canada V6T 2A3 3Department of Physics and Astronomy, University of Victoria, Victoria, British Columbia, Canada V8P 5C2 (Received 20 August 2019; revised manuscript received 13 December 2019; accepted 10 February 2020; published 13 March 2020) Published data on the emission of charged particles following nuclear muon capture are extremely limited. In addition to its interest as a probe of the nuclear response, these data are important for the design of some current searches for lepton flavor violation. This work presents momentum spectra of protons and deuterons following μ− capture in aluminum. It is the first measurement of a muon capture process performed with a tracking spectrometer. A precision of better than 10% over the momentum range of 100–190 MeV/c for protons is obtained; for deuterons of 145–250 MeV/c the precision is better than 20%. The observed partial yield of protons with emission momenta above 80 MeV/c (kinetic energy 3.4 MeV) is 0.0322 ± 0.0007(stat) ± 0.0022(syst) per capture, and for deuterons above 130 MeV/c (4.5 MeV) it is 0.0122 ± 0.0009(stat) ± 0.0006(syst). Extrapolating to total yields gives 0.045 ± 0.001(stat) ± 0.003(syst) ± 0.001(extrapolation) per capture for protons and 0.018 ± 0.001(stat) ± 0.001(syst) ± 0.002(extrapolation) for deuterons, which are the most precise measurements of these quantities to date.
    [Show full text]
  • Nuclear Isotope Production by Ordinary Muon Capture Reaction $
    Nuclear Isotope Production by Ordinary Muon Capture Reaction I I.H. Hashima,b,c,∗, H. Ejirib,d, F. Othmana, F. Ibrahima, F. Soberia, N.N.A.M.A. Ghania, T. Shimab, A. Satoe, K. Ninomiyaf aDepartment of Physics, Faculty of Science, Universiti Teknologi Malaysia, 81310 Johor Bahru, Johor, Malaysia. bResearch Center for Nuclear Physics, Osaka University, Ibaraki Osaka 567-0047, Japan. cNational Centre for Particle Physics, Universiti Malaya, 50603 Kuala Lumpur, Malaysia dNuclear Science, Czech Technical University, Prague, Czech Republic. eDepartment of Physics, Osaka University, Toyonaka Osaka 560-0043, Japan. fDepartment of Chemistry, Osaka University, Toyonaka Osaka 560-0043, Japan. Abstract Muon capture isotope production (MuCIP) using negative ordinary muon (µ) capture reactions (OMC) is used to efficiently produce various kinds of nuclear isotopes for both fundamental and applied science studies. The large capture probability of µ into a nucleus, together with the high intensity µ beam, make it possible to produce nuclear isotopes in the order of 10 9−10 per second de- pending on the muon beam intensity. Radioactive isotopes (RIs) produced by MuCIP are complementary to those produced by photon and neutron capture reactions and are used for various science and technology applications. MuCIP on NatMo by using the RCNP MuSIC µ beam is presented to demonstrate the feasibility of MuCIP. Nuclear isotopes produced by MuCIP are evaluated by using a pre-equilibrium (PEQ) and equilibrium (EQ) proton neutron emission model. Radioactive 99Mo isotopes and the metastable 99mTc isotopes, which Nat arXiv:1908.08166v3 [nucl-ex] 1 Oct 2019 are used extensively in medical science, are produced by MuCIP on Mo and IThis project is partially funded through the UTM-International Industry Institute Grant (IIIG) Grant No Q.J130000.3026.01M14 and the Fundamental Research Grant Scheme (FRGS) Grant No.
    [Show full text]
  • The Nuclear Physics of Muon Capture
    Physics Reports 354 (2001) 243–409 The nuclear physics of muon capture D.F. Measday ∗ University of British Columbia, 6224 Agricultural Rd., Vancouver, BC, Canada V6T 1Z1 Received December 2000; editor: G:E: Brown Contents 4.8. Charged particles 330 4.9. Fission 335 1. Introduction 245 5. -ray studies 343 1.1. Prologue 245 5.1. Introduction 343 1.2. General introduction 245 5.2. Silicon-28 350 1.3. Previous reviews 247 5.3. Lithium, beryllium and boron 360 2. Fundamental concepts 248 5.4. Carbon, nitrogen and oxygen 363 2.1. Properties of the muon and neutrino 248 5.5. Fluorine and neon 372 2.2. Weak interactions 253 5.6. Sodium, magnesium, aluminium, 372 3. Muonic atom 264 phosphorus 3.1. Atomic capture 264 5.7. Sulphur, chlorine, and potassium 377 3.2. Muonic cascade 269 5.8. Calcium 379 3.3. Hyperÿne transition 275 5.9. Heavy elements 383 4. Muon capture in nuclei 281 6. Other topics 387 4.1. Hydrogen 282 6.1. Radiative muon capture 387 4.2. Deuterium and tritium 284 6.2. Summary of g determinations 391 4.3. Helium-3 290 P 6.3. The (; e±) reaction 393 4.4. Helium-4 294 7. Summary 395 4.5. Total capture rate 294 Acknowledgements 396 4.6. General features in nuclei 300 References 397 4.7. Neutron production 311 ∗ Tel.: +1-604-822-5098; fax: +1-604-822-5098. E-mail address: [email protected] (D.F. Measday). 0370-1573/01/$ - see front matter c 2001 Published by Elsevier Science B.V.
    [Show full text]
  • Muon Capture on Light Isotopes in Double Chooz
    Muon capture on light isotopes in Double Chooz Y. Abe,27 T. Abrah˜ao,5 H. Almazan,20 C. Alt,1 S. Appel,29 J.C. Barriere,14 E. Baussan,22 I. Bekman,1 M. Bergevin,9 T.J.C. Bezerra,25 L. Bezrukov,13 E. Blucher,6 T. Brugi`ere,22 C. Buck,20 J. Busenitz,2 A. Cabrera,4 L. Camilleri,8 R. Carr,8 M. Cerrada,7 E. Chauveau,25 P. Chimenti,31 A.P. Collin,20 E. Conover,6 J.M. Conrad,19 J.I. Crespo-Anad´on,7 K. Crum,6 A.S. Cucoanes,23, ∗ E. Damon,10 J.V. Dawson,4 H. de Kerret,4 J. Dhooghe,9 D. Dietrich,30 Z. Djurcic,3 J.C. dos Anjos,5 M. Dracos,22 A. Etenko,18 M. Fallot,23 J. Felde,9, † S.M. Fernandes,2 V. Fischer,14 D. Franco,4 M. Franke,29 H. Furuta,25 I. Gil-Botella,7 L. Giot,23 M. G¨oger-Neff,29 H. Gomez,4 L.F.G. Gonzalez,32 L. Goodenough,3 M.C. Goodman,3 N. Haag,29 T. Hara,17 J. Haser,20 D. Hellwig,1 M. Hofmann,29 G.A. Horton-Smith,15 A. Hourlier,4 M. Ishitsuka,27 J. Jochum,30 C. Jollet,22 F. Kaether,20 L.N. Kalousis,33 Y. Kamyshkov,24 M. Kaneda,27 D.M. Kaplan,12 T. Kawasaki,16 E. Kemp,32 D. Kryn,4 M. Kuze,27 T. Lachenmaier,30 C.E. Lane,10 T. Lasserre,4, 14 A. Letourneau,14 D. Lhuillier,14 H.P.
    [Show full text]
  • Prospective Study of Muon Storage Rings at Cern
    XC99FD1O1 CERN 99-02 ECFA 99-197 30Aprill999 LABORATOIRE EUROPEEN POUR LA PHYSIQUE DES PARTICULES CERN EUROPEAN LABORATORY FOR PARTICLE PHYSICS PROSPECTIVE STUDY OF MUON STORAGE RINGS AT CERN Edited by: Bruno Autin, Alain Blondel and John Ellis 30-47 GENEVA 1999 Copyright CERN, Genève, 1999 Propriété littéraire et scientifique réservée Literary and scientific copyrights reserved in pour tous les pays du monde. Ce document ne all countries of the world. This report, or peut être reproduit ou traduit en tout ou en any part of it, may not be reprinted or trans- partie sans l'autorisation écrite du Directeur lated without written permission of the copy- général du CERN, titulaire du droit d'auteur. right holder, the Director-General of CERN. Dans les cas appropriés, et s'il s'agit d'utiliser However, permission will be freely granted for le document à des fins non commerciales, cette appropriate non-commercial use. autorisation sera volontiers accordée. If any patentable invention or registrable Le CERN ne revendique pas la propriété des design is described in the report, CERN makes inventions brevetables et dessins ou modèles no claim to property rights in it but offers it susceptibles de dépôt qui pourraient être for the free use of research institutions, man- décrits dans le présent document; ceux-ci peu- ufacturers and others. CERN, however, may vent être librement utilisés par les instituts de oppose any attempt by a user to claim any recherche, les industriels et autres intéressés. proprietary or patent rights in such inventions Cependant, le CERN se réserve le droit de or designs as may be described in the present s'opposer à toute revendication qu'un usager document.
    [Show full text]
  • Download Download
    A Laboratory Study of Cosmic Ray Produced Radionuclides with Muons Joseph L. Breeden Martinsville High School Martinsville, Indiana 46151 Muons are a major constituent of the secondary cosmic radiation detected at sea level. They comprise 63% of the secondary radiation while 21% are neutrons, 15% are electrons, and <1% are pions and protons. This secondary cosmic radia- tion is responsible for 30 - 40% of the total natural background radiation (NCRP Report No. 45). Electrons, taus, and their respective neutrinos and antiparticles are members of the family of leptons along with the muon. Leptons are particles which in- teract exclusively through weak and electromagnetic forces. The muon possesses 2 a mass of 105.7 MeV/c , charge of ± 1, and a spin of Vz. It is simply a more massive version of the electron. Both positive and negative muons are produced in the atmosphere via the v p decays: -k + — /x+ + \i and t - — p- + /i. These muons can then free decay by the processes: fi+ — e+ + ve + v~n and /i— — e— + pe + v/i. The negative muons also can decay via a capture decay: \i- + p — n + v fi with the proton being bound in the nucleus of an atom. In the capture decay, 13 the muon first enters an orbit around the nucleus. It then falls rapidly (10~ sec.) into the nucleus and interacts with a proton forming a neutron and a neutrino thus changing atomic number of the element. Muon decay differs from that of electron capture because the muon capture process deposits an average of 35 MeV to the residual nucleus and is thus capable of ejecting several neutrons from the atomic nucleus.
    [Show full text]