RECENT ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK IN VLAAMS-BRABANT 2020 Zouden archeologen binnen enkele honderden jaren sporen terugvinden van het coronatijdperk? Misschien een restant van een mondmasker? Wie weet? Wij zullen ons 2020 alvast nog lang herinneren. De coronapandemie maakte het ons moeilijk en gooide onze leef- en werksituatie overhoop. De ouderen in de woonzorgcentra kregen het extra hard te verduren. Hopelijk kan het project PA LEO & NEA daar snel weer verandering in brengen, met meer hoognodig menselijk contact en boeiende bezigheden. Het project kreeg steun van de provincie en je leest er meer over in deze brochure. De Archeologiedagen brachten wat verlichting, ook al was dat lang niet evident. Het evenement verschoof van het voorjaar naar het najaar. Zo kregen de lokale organisatoren de kans om een coronaveilige editie uit te werken, met een boeiend en divers aanbod voor jong en oud. Dat vergde natuurlijk inspanningen, flexibiliteit en creativiteit van lokale gemeenten, bedrijven, organisaties. We willen hen dan ook van harte bedanken om samen van de Archeologiedagen 2020 een succes te maken!

Tom Dehaene gedeputeerde voor erfgoed Provincie Vlaams-Brabant

COLOFON: Deze brochure werd uitgegeven door de provincie Vlaams-Brabant in opdracht van de deputatie | Redactie: Bart Claes, Wartaal | Lay-out: grafische cel, provincie Vlaams-Brabant | V.u.: Provincie Vlaams-Brabant, Provincieplein 1, 3010 | D/2020/8495/13 INHOUD

4 6 8 12 Een baksteenoven Marijke Wouters Rondom de De oudste aan de rand van van de Interge- Kerk van Kerkom. woonkern van Leuven. meentelijke . Onroerende Erf- goeddienst (IOED) Zuid-.

14 16 20 22 Archeologie- Archeologisch PA LEO & NEA Middeleeuwse dagen 2020 in syntheseonderzoek brengt jong en gebouwen in Vlaams-Brabant: brengt nieuwe oud samen. Wezemaal. een terugblik. inzichten.

24 26 Ufo’s uit de Archeologische Vlaamse grond. toevalsvondsten.

3 Warm, warmer, heet EEN BAKSTEENOVEN AAN DE RAND VAN LEUVEN Bert Acke, Maarten Bracke, Jan Claesen en Paulien Fonteyn

Archeologisch onderzoek legde een baksteenoven bloot in Leuven. Die dateert uit de 15e tot midden 17e eeuw en maakte allicht deel uit van een hele reeks steenbakkersactivitei- ten in de omgeving.

De aanleiding was een omgevings- werd van de eigenlijke ovenruimte cartografische bron toont een bak- aanvraag voor een verkaveling aan gescheiden door een dwars, onder- steenoven op deze locatie of in de de Ziekelingenstraat. Een proefsleu- broken muurtje. De baksteenoven directe omgeving vanaf de tweede venonderzoek bracht sporen van werd gebouwd op een puinrijke laag helft van de 18de eeuw. een ovenstructuur op de site aan het als fundament, die je in het vlak kan licht. Op basis van deze prille resul- herkennen. Mogelijk werd het terrein KLEI IN DE ONDERGROND taten onderzochten studiebureaus aanvankelijk gebruikt om leem te Arch­ebo en Acke & Bracke in het na- winnen. Het zuidelijke deel is enigs- In de ruime omgeving waren er in jaar van 2019 een zone van 600 m². zins genivelleerd om de oven te bou- de 18de en 19de eeuw verschillen- Met succes: de archeologische on- wen. de baksteenateliers. Op de Villaret- derzoekers legden de restanten van kaart (ca. 1745-1748) en de kaart van Vandermaelen (ca. 1846-1854) een baksteenoven bloot. DATERING herken je meerdere productieplaat- Het vondsmateriaal en het gebruik sen, voornamelijk aan de rand van de STOOKGANGEN van steenkool als brandstof, wijzen Predikherenberg, ter noorden van de Enkel de roodkleurige doorverhitting erop dat de oven vermoedelijk in archeologische site, binnen de huidi- kwam aan het licht en aan de oostelij- een relatief recente periode werd ge bebouwde zone. ke kant viel de oven buiten de opgra- gebouwd. Steenkool komt immers vingszone, maar dat was genoeg om pas op zeer kleine schaal voor in de De Tertiaire formatie van Sint-Hui- een goed beeld te vormen van hoe 13de tot de 16de eeuw. Vanaf de brechts-Hern vormt hier de onder- de ovenstructuur er moet hebben 17de eeuw gebruikte men steenkool grond die bestaat uit een heel fijn, uitgezien. De baksteenoven was op- al vaker in combinatie met hout en grijsgroen zand dat kleihoudend, gebouwd uit parallelle stookgangen turf als brandstof voor ovens. Voor glauconiethoudend en glimmerrijk (70 à 85 cm doorsnede) met daar- industrieel gebruik wordt steenkool is. De top van de Predikherenberg tussen parallelle stapelgangen (ca. pas vanaf 1730 aangewend. heeft een zwak tot matig gleyige 94 cm doorsnede). Vijf stookkanalen­ kleibodem met onbepaald profiel. konden de onderzoekers nog onder- Uit de 14C-datering van een stukje In de omgeving vinden we ook vaak scheiden, maar waarschijnlijk telde verkoold aanmaakhout uit een van matig droge zandleembodems met de oven zes stookkanalen en vijf sta- de stookgangen, blijkt dat de oven (sterk gevlekte, verbrokkelde) textuur pelgangen. dateert uit de periode van het einde B, waarbij soms klei voorkomt op ge- van de 15de eeuw tot het midden ringe diepte. Ook droge tot lemige Aan de westelijke kant kwam de van de 17de eeuw (ca. 1490-1660). zandbodems vinden we terug op de vermoedelijke fundering van de Ook het historische kaartmateriaal bodemkaarten. stookruimte aan de oppervlakte. Die wijst in deze richting. Geen enkele

4 De klei in de bodem kan gebruikt zijn voor de productie van bakstenen. Maar vermoedelijk gebruikte men vooral lokale (alluviale) klei uit de Dij- levallei of uit de plaatselijke beekval- lei van de Molenbeek, die ten zuiden van het plangebied vloeit.

ABDIJ VAN PARK

In de historische rekeningen van de Abdij van Park staat te lezen dat er in de 17de eeuw bakstenen werden ge- produceerd ter hoogte van de zeven vijvers. Dat is de huidige Broekstraat, ten westen van de abdij. Deze bakste- nen gebruikte men onder meer voor de bouw van de nieuwe abdijhoeve en de tiendenschuur. Is er een ver- band tussen de baksteenoven van de Ziekelingenstraat en de verschillende bouwcampagnes van de abdij? Dat valt niet met zekerheid aan te tonen. Aan de overzijde van de Ziekelingen- straat, ter hoogte van huisnummer 41, vonden archeologen eerder ook al restanten van steenbakkersactivi- teiten. De blootgelegde oven maakte dus deel uit van een ruim landschap van baksteenovens.

5 De Intergemeentelijke Onroerenderf- goeddienst (IOED) Zuid-Hageland is een initiatief van de gemeenten , , en . De medewerkers van de dienst werken rond archeologisch, bouwkundig en landschappelijk erfgoed in de streek. Ze verzamelen historische en archeologische kennis, adviseren de gemeentebesturen bij bouwaanvragen met betrekking tot waardevol erfgoed, en helpen bij het beheer van het gemeentelij- ke beschermde patrimonium. Ook eigenaars van waardevol erfgoed en studiebureaus kunnen aankloppen voor advies.

EEN DISCIPLINE APART Marijke Wouters van de Intergemeentelijke Archeologe Marijke Wouters is het nieuwste gezicht van het team. Ze Onroerende Erfgoeddienst (IOED) Zuid-Hageland werkte veertien jaar lang als erf- goedconsulent bouwkunde voor het agentschap Onroerend Erfgoed, maar bijna een jaar geleden ruilde ze haar job in. “Als erfgoedconsulent ONS ERFGOED bouwde ik een goede samenwerking uit met coördinator Tom Cornelis- sen van de IOED”, vertelt Marijke. IS ER OM TE “Hij had vanuit de schoot van het Regionaal Landschap al een mooie werking uitgebouwd rond bouwkun- DELEN dig en landschappelijk erfgoed. Maar archeologie is toch een discipline Tumuli en mottes, veldslagen en eeuwenoude hoeves, apart. Er lagen nog wel wat onbe- een Spaanse citadel en historische hoogstamboom- nutte kansen te rapen in de streek.” gaarden: Zuid-Hageland heeft een ongemeen boeiend Toen er een vacature kwam voor een verleden. Archeologe Marijke Wouters van de Inter­ archeoloog, zette ze met volle over- gemeentelijke Onroerenderfgoeddienst Zuid-Hageland tuiging de stap. “Het agentschap helpt mee om dat verleden te koesteren en een toe- Onroerend Erfgoed kende me twee komst te geven. “Ons onroerend erfgoed is de drager jaar verlof toe om ervaring op te doen op lokaal niveau. De rol van het van de verhalen uit het verleden. Veel mensen zijn agentschap verschuift steeds meer benieuwd naar die verhalen, want ze zijn een stuk van naar een functie als coach terwijl het onze identiteit. Ik wil ze mee vertalen naar een breed lokale niveau meer uitvoerende taken ”publiek, naar jong en oud, inwoner of toerist, erfgoed­ krijgt. Voor mij was het een kans om eigenaar of geïnteresseerde.”

6 mijn oude liefde voor de archeologie gaan de huidige stukken inventari- Een lezingenreeks in het najaar van op te pakken en te delen met het seren, een overzicht maken van de 2021 over de Nieuwe Tijd zet de pe- grote publiek. Dat miste ik wel wat recentere vondsten en hun bewaar- riode waarin de veldslagen zich af- als erfgoedconsulent. Je ziet dan wel plaats en de inhoudelijke richting van speelden extra in de kijker. veel studies en onderzoeken passe- de nieuwe tentoonstelling onderzoe- ren, maar je kan al dat boeiende on- ken”, zegt Marijke. “In samenspraak SAMENWERKING derzoek niet delen met de mensen.” met de stad, met de Vrienden van Zoutleeuw, met archeologen.” De Intergemeentelijke Onroerenderf- goeddienst Zuid-Hageland kan daar- WANDELAPP voor altijd rekenen op het Regionaal DE SLAGEN BIJ NEERWINDEN Vandaag is het laagdrempelig toe- Landschap Zuid-Hageland. De twee gankelijk maken van archeologisch Daarnaast organiseerde Marijke en organisaties werken nauw samen onderzoek en onroerend erfgoed een het team van de Intergemeentelijke op administratief vlak, maar ook in- belangrijke taak voor Marijke. Ze doet Onroerenderfgoeddienst de Archeo- houdelijk. “Zoals bijvoorbeeld met dat halftijds voor de stad Zoutleeuw, logiedagen in Laar en Zoutleeuw, en de 360°-erfgoedprojecten. Met pro- dat voor haar publiekswerking extra zetten ze een coronaproof program- vinciale middelen pakt het Regionaal investeert in de Intergemeentelijke ma voor Open Monumentendag op Landschap jaarlijks een klein bouw- Onroerenderfgoeddienst. “Met haar touw. Marijke verdiepte zich ook in kundig element en het landschap oude stadskern, de restanten van de geschiedenis van twee tumuli in errond aan. Als het erfgoedproject de citadel en de historische vesten is Landen, en gaf het stadsbestuur in ons werkgebied valt, werken we Zoutleeuw rijk aan archeologie. De advies over de herwaardering en graag samen. De IOED kan daarbij stad heeft de laatste jaren flink geïn- ontsluiting ervan. Ze maakte ook de het voorbereidend historische onder- vesteerd in archeologisch onderzoek. omgevingsambtenaren wegwijs in zoek doen en advies geven bij het Het komt er nu op aan die resultaten de verschillende erfgoedstatuten en restauratieproces. De collega’s van kenbaar te maken.” regelgeving. Ja, ze heeft de handen het Regionaal Landschap hebben dan vol, maar er staan nog veel meer weer meer kennis over de landschap- Daarvoor verdiepte Marijke zich on- plannen op stapel. pelijke component. Samen staan we der meer in de wereld van wandel- sterker. Hun landschapskennis komt en erfgoedapps, en maakt ze een Zoals de volgende wandeling in de izi. ons ten goede, en onze historische audiogids met de digitale wandel­ TRAVEL-app. “Tijdens de Archeologie- en archeologische kennis helpt hen.” app izi.TRAVEL. Die app kan je gratis dag in Laar hebben we de geschiede- downloaden op je smartphone. Als je nis van de twee Slagen bij Neerwinden “Zo bouwen we als jonge IOED een Zoutleeuw als locatie ingeeft, gidst (17de en 18de eeuw, red.) toegelicht hele mooie interdisciplinaire werking Marijke je langs de Vestenwandeling en gestoffeerd met een schietdemon- op: bouwkundig, archeologisch én en het rijke verleden van de stad, stratie van een re-enactor. De aanlei- landschappelijk. Een mooie ploeg om langs Spaanse soldaten, kanonsko- ding was een recente opgraving van samen met gemeenten, eigenaars en gels en de verdwenen stadsomwal- een militaire gracht van de Tweede inwoners een toekomst te geven aan ling. Rijk gestoffeerd met historische Slag bij Neerwinden. Dit onderwerp ons verleden.” kaarten en foto’s van archeologische werken we verder uit als audiogids, vondsten. Leerrijk voor inwoners én samen met coördinator Tom, de stad bezoekers die op hun eigen tempo Landen en kenner-streekgenoot Wim de geschiedenis willen ontdekken. Uyttebroek. We denken er ook aan om metaaldetectie-onderzoeksdagen Daardoor vinden meteen meer be- te organiseren op het terrein waar de zoekers de weg naar de archeologi- slagen plaatsvonden, met specifieke sche tentoonstelling in het historisch aandacht voor de slagveldcontext. stadhuis van Zoutleeuw. De collectie Wie weet wat komt er nog aan de krijgt trouwens een opfrissing. “We oppervlakte?”

7

RONDOM DE KERK VAN KERKOM Dominick Van den Notelaer

Voor de allereerste keer Het Vlaams Erfgoed Centrum kon aal wijst erop dat de bewoners deel gingen archeologen van het dankzij rioleringswerken verschil- uitmaakten van de Lineaire Band- Vlaams Erfgoed Centrum lende percelen in de dorpskern van keramiek-cultuur (ca. 5300-4900 v. Kerkom onderzoeken. Het was de Chr.). Het gaat om de eerste boeren­ aan de slag in het dorpje eerste keer dat er dergelijk archeo- gemeenschappen die zich in deze re- Kerkom. En al snel bleek dat logisch onderzoek gebeurde in het gio vestigden. Een vondst die in het er al veel vroeger mensen kleine dorp. Daardoor was er tot nu oog springt, is een kleine dissel. Dit woonden dan tot nu toe toe niet veel gekend over het verle- werktuig werd vaak gebruikt om bo- geweten is. Zelfs héél veel den van Kerkom. De ligging in het men te rooien of hout te bewerken. glooiende landschap, niet ver van vroeger. waar de Molendriesbeek en de Vel- In dezelfde zone kwamen ook Ro- pe samenvloeien, moet echter best meinse vondsten aan de oppervlak- wel aantrekkelijk geweest zijn voor te. Men paste de plannen voor de bewoning. En volgens historische rioleringswerken aan, zodat deze ne- bronnen gaat de geschiedenis van olithische en Romeinse contexten in de dorpskern terug tot de dertiende situ bewaard kunnen blijven. eeuw. Het nieuwe archeologische onderzoek toont echter aan dat er al veel vroeger mensen woonden in dit gebied.

DE EERSTE LANDBOUWERS

De oudste sporen vonden de onderzoekers in het zuidwesten van de huidige dorpskern. Tijdens een proefsleuvenonderzoek vonden ze verschillende kuilen met materiaal uit Tussen de vondsten bevond zich deze het neolithicum. Het vondstmateri- gepolijste dissel.

9 IJZERTIJD bijgebouw. Vermoedelijk gaat het DE AMBACHTENZONE om een spiekertje (voorraadschuur) Een kleine opgraving langs de Ker- Net ten noordoosten van de waar graan werd gedroogd. Botani- komsesteenweg legde sporen van Sint-Martinuskerk vond een tweede sche resten tonen aan dat er op het een erf uit de midden-ijzertijd bloot, opgraving plaats. De archeologen erf gerst en emmer- of spelttarwe gedateerd tussen 475 en 250 voor vermoedden dat ze hier, vlakbij de werd verbouwd en geconsumeerd. onze jaartelling. Centraal op het erf 13de-eeuwse kerk, restanten van de stond een driebeukig woongebouw vroegste dorpskern zouden vinden. Een deel van het erf bevindt zich bui- met een omheining rond. Mogelijk Maar het bleek tot het einde van ten de opgravingszone, waardoor was die omheining er om het vee te de 15de of 16de eeuw heel rustig mogelijk niet alle elementen van de beletten om te ontsnappen. Buiten geweest te zijn op de percelen. Op site werden gevonden. De onderzoe- de omheining vonden de onderzoe- historische kaarten staan de percelen kers ontdekten ook middeleeuwse kers nog een waterkuil en een klein dan ook steevast als ‘Bosveld’ aange- sporen, maar omdat de bodem er duid. Dat wijst erop dat de percelen erg verstoord was, waren ze moei- braak lagen of bebost waren. lijk te interpreteren. Wel herkenden de archeologen duidelijk een platte- In de late 15de of 16de eeuw werd grond van een woongebouw in een het terrein als ambachtenzone typische bootvorm uit de periode ingericht. Vermoedelijk stond de zone van de 10de tot de 12de eeuw. Het in verband met het Hof van Kerkom, is opvallend dat het middeleeuwse een landhuis met een hoeve omgeven gebouw haaks staat op de Kerkom- door een groot domein. Er lag een sesteenweg en er direct op lijkt aan gracht om de ambachtenzone en te sluiten. Vermoedelijk bestond de tal van kuilen verraden er menselijke Kerkomsesteenweg dus al in de mid- activiteit. De exacte functie van deleeuwen als een verbinding tussen deze kuilen is momenteel nog niet Kerkom en . In de ambachtenzone werden verschillende duidelijk. Hierdoor is het ook moeilijk munten teruggevonden, waaronder dit zilveren te achterhalen welke activiteiten er exemplaar geslagen onder Filips II. werden uitgevoerd.

10 Naast de Sint-Martinuskerk en het Hof van Kerkom werd een ambachtenzone uit de zestiende eeuw aangetroffen.

Centraal in de ambachtenzone stond delijk zijn het kleine voorraadkelders ambachtenzone parten. De opgra- een kleine oven uit natuursteen en want ze lijken geen deel uit te maken vingen maakten immers duidelijk dat baksteen. Daarin vonden de onder- van woongebouwen. het domein erg te lijden had onder zoekers verkoolde resten van rogge, bodemerosie, mogelijk een gevolg haver en gerst. Allicht werden in de EROSIE van het verwijderen van de begroei- oven dus brood of koeken gebak- ing van het heuvelachtige terrein. ken. Ze vonden tussen de resten ook De archeologen vonden veel munten, wat erop kan wijzen dat de activitei- doornen van een rozen- of braam- TIPJE VAN DE SLUIER struik. Dit doet vermoeden dat men ten van het ambachtencomplex best rozen- of braamhout gebruikte om lucratief waren. Hoe dan ook, de De opgravingen lichtten een tipje van de oven te stoken. ambachtenzone lijkt abrupt tot een de sluier op van het rijke verleden van eind te zijn gekomen. Vondsten uit Kerkom. Er vallen nog veel meer ar- Naast de oven kwamen twee kleine de 17de eeuw of later zijn er immers cheologische ontdekkingen te doen kelders aan de oppervlakte. Vermoe- schaars. Misschien speelde erosie de in de Kerkomse bodem. Dat brengt perspectief voor toekomstige archeo- logen!

MEER LEZEN?

D. Van den Notelaer, 2020, “Noes- te arbeid in 16de-eeuws Kerkom”, Ex situ 29, p. 10-11. Tijdens een van de opgravingen werden twee natuurstenen voorraadkelders opgegraven.

11 DE OUDSTE WOONKERN VAN AARSCHOT Niels Jennes & Jeroen Verrijckt

Voor het eerst legden on- oudste steden van het toenmalige HUISPLATTEGROND Brabant. De heren van Aarschot ke- derzoekers een gebouw van De oppervlakte is relatief klein, maar ken vanuit hun donjon uit over de de onderzoekers van het archeolo- de oudste woonkern van nederzetting. In dit fraaie historische gische bureau J. Verrijckt vonden er Aarschot bloot. Aan de hand kader passen de archeologische vond- heel wat sporen, onder meer paal- sten in het volle stadscentrum. van paalsporen, botfrag- sporen. Eén paal is zelfs nog bewaard menten en aardewerk krij- gebleven. De vierkante palen hadden Het plangebied bevindt zich tegen- een doorsnede van 20 bij 20 cm. gen we een eerste inzicht over het stadhuis, ter hoogte van Nadat de onderzoekers ze in kaart in enkele aspecten van het de Jozef Tielemansstraat 10-14. Het brachten, toonden ze een bootvor- dagelijkse leven in het Aar- terrein ligt op de meest noordelijke mige huisplattegrond die oost-west uitloper van een Hagelandse heuvel- schot van de 12de eeuw. georiënteerd was, een typerende rug, op de linkeroever van de vorm voor de volle middeleeuwen. Aarschot staat in historische bronnen en vlak achter een oude meander die de eerste keer vermeld in 1125. Dat niet meer zichtbaar is in het land- jaar schonk Arnold I, graaf van Arscot, schap. meerdere landen, bossen en weiden aan de abdij van . De burcht van de graaf zou hebben gestaan aan de Weerdedonk, ten oosten van het huidige stadscentrum. Aarschot was toen nog geen stad, maar een kleine nederzetting aan een meander van de Demer. Die rivier was belangrijk als aanvoerroute voor de handel en de ambachten.

In de 12de eeuw werd Aarschot op- genomen in het hertogdom Brabant en in 1194 kreeg de plaats stadsrech- ten. Dat maakt Aarschot een van de

Aarschot - Jozef Tielemansstraat. Huisplattegrond in vlak en coupe. © Verrijckt.

12 Een deel van de plattegrond viel bui- den de onderzoekers de kapping van totaal 400 aardewerkscherven te- ten het kleine plangebied. De palen het hout dateren rond 1112. rug. Daarvan was 60% Maaslands stonden ongeveer 2,5 meter uit el- witbakkend aardewerk, het meer kaar en vormden minstens zes tra- Op basis van al deze informatie regionale Kempische aardewerk was veeën. Zo vormden ze een gebouw kunnen we de bouw dateren in de goed voor 16% van de vondsten. Het met een breedte van maximaal 9,8 vroege 12de eeuw en het verlaten in Kempisch aardewerk werd als kook- meter en een minimale lengte van het derde kwart van diezelfde eeuw. potten gebruikt. Het geïmporteer- 13,5 meter. Het lijkt er dus op dat dit huis tot de de Maaslandse aardewerk bestond oudste woonkern van Aarschot be- vooral uit kannen en (tuit)potten. De ondergrond in het plange- hoort, achter de oude Demermean- bied was te veel verstoord om de der. Er was toen nog geen sprake van binnen­indeling te ontwaren. Bij de een echte stad. De manier van bou- paalsporen vonden de onderzoe- wen leunt immers sterk aan bij ge- kers fragmenten van voornamelijk kende landelijke archeologische sites. Maaslands witbakkend en Kempisch aardewerk. Dergelijk aardewerk da- AARDEWERK EN BOTFRAGMENTEN teert vermoedelijk uit de periode tussen 1125 en 1250. Ze vonden ook Hoe groot de nederzetting was, is De 43 geconserveerde botfragmen- manchetranden in Maaslands wit- op dit moment nog niet te zeggen. ten komen vooral van runderen, bakkend aardewerk, wat de datering Daarvoor moet er meer archeo- en in mindere mate van varkens en vernauwt tussen 1125 en 1175. De logisch onderzoek gebeuren. Het schapen of geiten. Ook een leren houten palen leenden zich perfect vondstmateriaal leert wel wat over schoenzool, een slecht bewaarde tot dendrochronologisch onderzoek. het dagelijkse leven in de twaalfde munt en een 12de-eeuwse schede- Aan de hand van de jaarringen kon- eeuw. De onderzoekers vonden in puntbeschermer in koperlegering kwam aan de oppervlakte.

INZICHT

Het is de eerste keer dat een ge- bouw uit de oudste woonkern van Aarschot werd gevonden. Het is moeilijk om grote conclusies te trek- ken, daarvoor was het plangebied te klein. Toch geeft de vondst een eer- ste inzicht in enkele aspecten van het dagelijkse leven van de 12de-eeuwse Aarschottenaren.

13 ARCHEOLOGIEDAGEN 2020 IN VLAAMS-BRABANT: ➜ EEN TERUGBLIK 26 ACTIVITEITEN • 19 ORGANISATOREN • 2030 DEELNEMERS GROTE TEVREDENHEID BIJ ORGANISATOREN EN DEELNEMERS

Fantastisch leuk! ➜

LEUVEN ROOSDAAL ➜ Op speurtocht met een boekje vol raadsels Maak kennis met een Een ontdekkingstocht naar de metaaldetector! bunkers uit WOII en vondsten uit de buurt ➜

HAMME-MILLE EN OUD-HEVERLEE

Een wandeling door bossen en velden, Hoe bouw je een Romeinse hypo- Boeiend landschapsonderzoek: hoe op zoek naar sporen uit het verleden en caustumverwarming in een badhuis? kijk je vanuit verschillende disciplines Romeinse landbouwers Met RoMeincraft natuurlijk! naar het landschap? ➜

HALLE Rarara, wat de kinderen HEVERLEE ZOUTLEEUW GEZINS­ nu willen worden? Waar is de grafheuvel? Op spoor- Een toffe wandelapp en een speur- WORKSHOP Archeoloog natuurlijk! zoektocht in een eeuwenoud bos tocht voor de kinderen 14 ➜

ASSE HALLE ➜

Dit krijg je als een klas zich uitleeft Radio 2 wijdde een live-uitzending Ontmoet je voorouders (en een in het Onroerend Erfgoeddepot aan archeologie fysisch antropologe) Vlaams-Brabant Is dat van een echte mens? ➜

Jammer dat LANDEN HALLE het zo snel Op speurtocht naar de pot van gedaan is! Een tof bezoek Op workshop met de klas Marcus, een boeiende reis naar met de klas het Romeinse verleden ➜ ➜ BOUTERSEM EN LANDEN GRIMBERGEN

Volg de gids naar een vergeten Oog in oog met een soldaat die Hoe werd een torenhoge steiger vliegveld dat door de Duitse be- meevocht in de tweede Slag van gebouwd in de middeleeuwen? zetter werd ingepalmd Neerwinden Het MOT demonstreert Enorm genoten en verrast! ➜

BELLINGEN BELLINGEN GRIMBERGEN

Een kleine kerk op een heuvel Op archeologische wandeling Altijd eens willen sjorren als een herbergt soms veel geheimen echte scout (of middeleeuwer)? 15 De vroegmiddeleeuwse ambachtelijke site van Rotselaar ARCHEOLOGISCH SYNTHESE­ONDERZOEK BRENGT NIEUWE INZICHTEN P. Hazen, G. Verstraeten, M. Gouw-Bouman, B. Minnen, V. Lauwers, M. Melkert, D. Tys & H. van der Velde

WAT VOORAF GING

In het voorjaar van 2016 onderzocht een team van het Vlaams Erfgoed Centrum een terrein van een hectare groot aan de Wijngaard in Rotselaar. De opgraving bracht een nederzet- ting uit de bronstijd en een ambach- telijke site uit de vroege tot volle middeleeuwen aan de oppervlakte.

De resultaten overstegen ruim- schoots de verwachtingen van het vooronderzoek. Op de middeleeuw- se site vonden de onderzoekers liefst vijftig hutkommen. Zoveel hutkom- men op één site was nog nooit ge- zien in Vlaanderen. Omdat er ook veel maal- en molenstenen tevoor- schijn kwamen, vonden hier heel waarschijnlijk op grote schaal maal- activiteiten plaats. Daarvoor werden Overzicht van de twee rivierlopen van de Dijle in de Romeinse tijd. deels rosmolens gebruikt. de aard van de middeleeuwse sites van een vroegmiddeleeuws domein. Verder onderzoek op regionaal niveau. Hiervoor werd Dergelijke domeinen zijn vooral ge- Na het onderzoek bleven nog veel er een samenwerking opgezet tus- kend van geschreven bronnen en vragen onbeantwoord over de aard, sen het Vlaams Erfgoed Centrum, de historische studies, niet van archeolo- het functioneren, de datering en de intergemeentelijke dienst WinAr, de gisch onderzoek. De site in Rotselaar fasering. Daarom ging er in maart VUB, de KU Leuven, historicus Bart is dus een unieke kans om de ruim- 2019 een archeologisch synthe- Minnen en natuursteenspecialiste telijke en economische praktijk te se=onderzoek van start, gesubsidi- Marian Melkert. onderzoeken, voor de eerste keer in eerd door het agentschap Onroerend Vlaanderen. En dat in een tijd dat met Agrarische revolutie Erfgoed. De benadering was zowel de introductie van het drieslagstelsel archeologisch, historisch, histo- Vergelijkbare sites in Noord-Frankrijk een agrarische revolutie aan de gang risch-geografisch als landschappelijk, wekten het vermoeden dat het in Rot- was in Europa, met een enorme ver- gekoppeld aan een goed inzicht in selaar ging om een artisanaal kwartier groting van de graanproductie.

16 HET LANDSCHAP Datering en evolutie In fase 4 verschijnen ook grotere, individuele hutkommen. Deze hut- De locatie van de site werd bepaald Vondsten van aardewerk en kool- kommen lijken, net als de hutkom- door de Dijle. Door ontbossingen stofdateringen plaatsten de ambach- menparen in deze en eerdere fasen, tijdens de ijzertijd, stroomopwaarts telijke site nauwkeurig in de tijd. De toe te behoren aan een boerderij, die van Leuven, vervoerde de rivier meer onderzoekers onderscheidden vier ergens in de wijdere omgeving in de water en sediment. Dat sediment fases. Dijle-Demervallei gelegen was. vormde vanaf de Romeinse periode > Fase 1: van 660/675 tot oeverwallen tussen de Wijngaard en ongeveer 725. Handige hutkom de Molen van Rotselaar. Zo vormde > Fase 2: van ongeveer 725 zich een nieuw rivierlandschap, met Het kostte weinig tijd en mankracht tot ongeveer 875. oeverwallen die zich verder ophoog- om hutkommen op te richten. Dat > den en uitbreiden naar de beide zij- Fase 3: van ongeveer 875 maakt ze bijzonder geschikt voor den van de Dijle. De wallen sneden tot ongeveer 925. het vermoedelijk seizoensgebonden grote delen van de vallei af van de ri- > Fase 4: van ongeveer 925 karakter van de artisanale activitei- vier. Daar ontstond een moerasachtig­ tot ongeveer 975/990. ten. Ze waren ook groot genoeg om gebied met elzenbroekbos. Deze granen handmatig te sorteren en te Zeker in de eerste drie fasen bestaat vegetatie is er vandaag nog steeds. malen, en om landbouwproducten elke werkplaats uit paren van hut- Het open landschap op de hoge- droog op te slaan. kommen. Die stonden haaks of pa- re delen van de vallei werd groten- rallel ten opzichte van elkaar. Ook de deels bewerkt. Dat blijkt uit de grote inrichting van de hutkommen evolu- hoeveelheden pollen van granen en eert in de tijd. In fase 3 – en mogelijk groenten. al in fase 2 – bestaat een paar hut- kommen telkens uit een groter ex- ONTWIKKELINGEN BINNEN DE SITE emplaar met twee diep gefundeerde Een uitgebreide ruimtelijke analyse palen, en een kleiner exemplaar dat gaf meer inzicht in de opbouw en het 20 tot 30 cm dieper werd uitgegra- functioneren van de site. Die groei- ven. Elk paal was doorgaans voorzien de niet organisch vanuit een centraal van één (afval)kuil. punt, zoals aanvankelijk werd ge- dacht. Maar wel als los verband van groepjes hutkommen verspreid over het terrein. Alle werkplaatsen deel- den samen een rosmolen, zo blijkt uit de vondst van een grote hoeveel- heid molenstenen. De exacte locatie van de rosmolen is moeilijk te bepa- len. Het laat wel zien dat er intensief werd samengewerkt.

Een rosmolen op een vroegmiddel- eeuwse vindplaats is bijzonder. Op Romeinse landbouwbedrijven wer- den die wel gebruikt, maar de tech- niek zou in onbruik geraakt zijn en pas aan het einde van de middeleeu- wen weer opduiken. Niet dus, blijkt uit de vondsten in Rotselaar.

Overzicht van de hutkommenparen uit de fasen 1 t.e.m. 3, met in oranje de vermoedelijke locatie van een rosmolen. ©VEC 2020

17 BOTANISCH ONDERZOEK legen was op de zandigere gronden de woonkernen van Neerhem en in het gebied tussen de Dijle en de Ophem, werd de plek allicht als ge- Uit onderzoek van de botanische sta- Demer, en minder op de rijkere leem- meenschappelijk terrein benut. De len blijkt dat er op de vindplaats op gronden aan de overzijde van de Dij- etymologie van ‘laar’ lijkt daar ook relatief grote schaal graan werd ge- le. De akkers werden niet zwaar en op te wijzen. Door het intensieve ge- malen. De onderzoekers vonden en- intensief bemest. Mogelijk liet men in bruik ontstond er een open ruimte in kel geschoond graan, en dan vooral de braakliggende jaren vee op de ak- het bos, waar enige tijd voor 1044 rogge, gevolgd door tarwe en gerst. kers grazen en verbeterde de grond een nieuwe nederzetting ontstond: Mogelijk werd het graan ter plaatse door er peulvruchten te telen vanaf Rotselaar. Die werd gebouwd rond op kleine schaal gedroogd en ge- ca. 900 na Chr. een dries, een gemeenschappelijke zeefd om de kafresten te verwijde- open ruimte. Er kwam ook een kerk ren. Het kleine aantal onkruidstalen HISTORISCH-GEOGRAFISCH en de parochie scheidde zich af van doet vermoeden dat stro en het on- ONDERZOEK die van Wezemaal. kruid elders werden verwijderd, ver- moedelijk op de boerderij. De historische studie was vooral op- De nederzetting werd opgedeeld gezet om meer duidelijkheid te krij- in een aantal allodia, of vrije eigen- Het malen gebeurde zowel met de gen op de vraag of de site tot een dommen. Dat alles wijst erop dat hand als met de rosmolen. Allicht domeingoed behoorde, of juist door Rotselaar werd gecreëerd door voor- werd er handmatig gedaan wat me- vrije boeren opgericht was. aanstaande lokale families van vrije chanisch (nog) niet kon, zoals het boeren. Wellicht werd de nieuwe ne- verwijderen van het kaf van spelttar- Daaruit blijkt dat Rotselaar en de derzetting in het laar genoemd naar we. Er werden ook peulvruchten ver- onmiddellijke omgeving acht neder- het hoofd van één van die families: werkt, maar veel minder dan graan. zettingen telde in de vroege middel- Hrôt(s)ho. Waarschijnlijk maalde men ze vanaf eeuwen en dus relatief dichtbevolkt fase 3 ook op de site (na te zijn ge- was. Twee nederzettingen waren van De neergang van de ambachtelijke droogd). belang voor de vindplaats: Ophem en zone Neerhem (fig. 5). Ophem lag net ten Het toenemende belang van Rot- Teelt en bemesting noorden van de site, dus allicht wa- selaar luidde de neergang van de ren er intensieve contacten. Neerhem Zowel winter- als zomergraan werd ambachtelijke site in. Vermoedelijk lag wat verder weg, aan de rand van verbouwd, en tarwe, rogge en gerst speelde de machtspolitiek van de de Demervallei. stonden op dezelfde gronden. Dat Ottoonse vorsten in dit deel van Ne- is af te leiden van de gemeten iso- Het ontstaan van Rotselaar der-Lotharingen ook een belangrijke topenwaarden. Mogelijk was al van- rol. De bisschop van Luik verstevigde af het einde van de 9de eeuw sprake Ter hoogte van het huidige Rotse- zijn greep in de Dijlevallei en verwief van een drieslagstelstel. laar lag in de vroege middeleeuwen in de 10de eeuw de stad Mechelen een bos, in die tijd heette dat een en de allodia van Rotselaar en We- Het lijkt de onderzoekers aannemelijk laar. Gezien de geringe afstand van zemaal. Hij bouwde Mechelen uit als dat het merendeel van de akkers ge- belangrijke rivierhaven en handels-

Enkele verkoolde granen en erwten die zijn aangetroffen in de botanische stalen. Een handmolen met zwaaistok in een houten stellage in het Openluchtmuseum Tallinn 18 (foto: M. Melkert). De gehuchten Ophem en Neerhem geprojecteerd op de kadastrale kaart, met de locatie van het laarbos en het latere Rotselaar. plaats aan de Dijle, ten koste van de Dat men al in de 8ste eeuw op der- Neergang aanlegplaats in Rotselaar en de pro- gelijke schaal bulkgoederen verhan- Het initiatief van de artisanale site lijkt ductie in de ambachtelijke zone. delde in de regio, is een bijzondere te zijn gekomen van vrije boeren, in ontdekking. Vroeger dacht men dat tegenstelling tot wat historici tot nu handel zich in deze periode uitslui- BESLUIT toe dachten. De boerenfamilies van tend richtte op luxeartikelen. Het syntheseonderzoek leverde een de diverse nederzettingen slaagden schat aan informatie op over de Groei erin door intensieve samenwerking vroegmiddeleeuwse ambachtelijke op het gebied van landbouwtech- Het drieslagstelsel zorgde vermoe- site in Rotselaar. Dankzij de multi­ nieken en verwerking van producten delijk in de 9de eeuw voor betere disciplinaire aanpak van het onder- een hogere welvaart op te bouwen. oogsten, eerder dan aanvankelijk zoek, werden diverse aspecten met gedacht dus. Ook de gevonden sta- De stichting van de nederzetting Rot- elkaar in verband gebracht. len van peulvruchten wijzen in die selaar was het begin van het einde Het begin richting. Grotere oogsten en allicht voor de site. Ook de machtspolitiek meer aangesloten nederzettingen, van de bisschop van Luik zal hierin Door veranderingen in Dijlevallei van- noopten tot een betere organisatie een grote rol hebben gespeeld. Ver- af de Romeinse periode, kon er in op de ambachtelijke site. De indeling moedelijk werd een deel van de ver- de vroege middeleeuwen een goe- en de opbouw van de werkplaatsen werking verplaatst naar de stedelijke de aanlegplaats gebouwd worden formaliseerde en de laatste lege plek- centra. Daarmee lijkt er in de tweede langs een goed bevaarbare rivier. Dat ken werden ingenomen. helft van de 10de eeuw, na ongeveer maakte meer handel mogelijk in de drie eeuwen, een einde te komen regio tussen Demer en Dijle. Zeker In de 10de eeuw lag het zwaarte- aan de artisanale activiteiten aan de vanaf de late Merovingische periode punt steeds dichter bij de Dijle, waar Wijngaard in Rotselaar. intensifieerde de samenwerking tus- het door de hogere oeverwallen ook sen de verschillende nederzettingen steeds droger moet zijn geworden. in het gebied en werd er een geza- Er verschenen meer grotere hut- CONTACT menlijke artisanale site opgericht. kommen in plaats van huttenparen, Peter Hazen Daar kon men verschillende soorten mogelijk door de introductie van een Vlaams Erfgoed Centrum, graan malen, met de hand en met nieuwe maalsteensoort. Liesdonk 5, 440 Geel rosmolens. Het meel werd via de Dijle [email protected] vervoerd naar de afzetmarkten. www.vlaamserfgoedcentrum.be

19 De verbindende kracht van onroerend erfgoed PA LEO & NEA BRENGT JONG EN OUD SAMEN

PA LEO & NEA brengt jon- GUST BOSCHMANS? geren en rusthuisbewoners Gust Boschmans (1902-2005) was samen rond lokaal archeo- amateurarcheoloog, heemkundi- logisch, monumentaal en ge, kunstenaar en ereburger van Aarschot en . Hij ijverde landschappelijk erfgoed. zijn leven lang voor een betere ken- Jongeren maken kennis nis van en meer aandacht voor het met het verleden van hun lokale erfgoed. De Gust Boschmans eigen dorp, en de rusthuis­ werkgroep zet zijn werk voort, en bewoners delen herinnerin- startte op 1 december 2018 het pro- ject PA LEO & NEA. Dat project richt gen en voelen zich betrok- zich in de eerste plaats tot de scholen ken. Een initiatief van de en woonzorgcentra in de regio waar Gust Boschmans werkgroep Gust actief was. met de steun van de provin- cie Vlaams-Brabant.

20 Het concept werd uitgewerkt door ARCHEOproof. Illustratrice Inge Bogaerts (tekeninge.be) gaf de mascottes - grootvader Pa Leo en kleindochter Nea – een gezicht en een ziel.

WORKSHOPS

De eerste workshop vond plaats in het woonzorgcentrum in Holsbeek, Met verenigde krachten winnen jong en oud de ARCHEOquiz (foto ARCHEOproof) in maart 2019. Teams van bewoners en leerlingen van de naburige ge- meentelijke basisschool streden er om winst in een heuse ARCHEOquiz.

In oktober 2019 volgden er work- shops in de vrije basisschool en het woonzorgcentrum van Wilsele-Putka- pel. Rusthuisbewoners en leerlingen van het derde leerjaar kregen uitleg over wat er in de middeleeuwen zoal op tafel kwam en probeerden samen een oud familierecept uit: cameleynse dondeyne-saus. De leerlingen van het vierde leerjaar waagden zich met de senioren aan een quiz. Het vijfde en zesde leerjaar dook het verleden in tij- Ooggetuige Willy Bollens deelt zijn herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog (foto ARCHEOproof) dens een wandeling naar het Puthof en de ijzertijdnederzetting op de Kes- in natuurgebied Dunbergbroek, aan MEER WETEN? selberg. enkele herdenkingsmonumenten en aan de plaats waar in oktober 1944 Stuur een mailtje naar 75 JAAR BEVRIJDING een Amerikaanse bommenwerper [email protected]. een noodlanding had gemaakt. De 75ste verjaardag van het einde Namen al deel aan de PA LEO & van de Duitse bezetting bleef niet NEA workshops: GBS De Gobbel OP NAAR 2021 onopgemerkt. In het najaar van 2019 (Kortrijk-Dutsel), GBS De Zilver- bestelde de gemeente Holsbeek een Het coronavirus gooide roet in het linde (Holsbeek), GBS Het Anker reeks workshops op maat voor de eten. Eén workshop werd afgezegd (Nieuwrode), VBS De Plein (Hols- vier lagere scholen. Het hoogtepunt en nieuwe boekingen bleven uit. De beek), VBS De Bosstraat (Wilsele), was de ontmoeting met de lokale provincie Vlaams-Brabant heeft ge- WZC Sint-Margaretha (Holsbeek), ooggetuigen Willy Bollens, Pierre lukkig de subsidieperiode met een WZC Ter Putkapelle (Wilsele). Rondas en Vital Boon. jaar verlengd, tot 31 mei 2021. Pa Leo en Nea hopen dat ze snel op- Er stond ook een reeks bezoeken nieuw jongeren en rusthuisbewoners op het programma: aan de tentoon- warm kunnen maken voor onze ge- stelling ’75 jaar Bevrijding’ in het schiedenis. gemeentehuis, aan de bomputten

21 MIDDELEEUWSE GEBOUWEN IN WEZEMAAL Niels Jennes & Jeroen Verrijckt

Het archeologisch bureau J. Verrijckt legde in het centrum van Wezemaal sporen van een middeleeuwse nederzetting bloot. Het gaat om twee hoofdgebouwen, het ene allicht de voorloper van het andere.

Het perceel aan de Steenweg op Nieuwrode 36 ligt amper 130 meter ten oosten van de Sint-Martinuskerk. Landschappelijk is het gelegen tus- sen de vallei van de Winge in het zuidwesten en enkele heuvelrug- gen in het noordoosten, op zo’n 15 tot 16 meter boven de zee- spiegel (TAW).

De vondsten gaan terug tot de eerste gekende historische vermelding van Wezemaal in 1044. In de 12de eeuw is er sprake van de heren van We- stens 9,7 meter lang. Ze vonden vier zemaal. De oudst gekende heer is staanderparen terug, telkens op 2 tot Arnold I. Onder Arnold II groeide de 2,5 meter uit elkaar. Op ongeveer 2 Allesporenkaart met interpretaties en familie uit tot een van de belangrijk- meter van de staanderparen bleven de wandpalen mogelijk bewaard. aanduiding van de gebouwplattegronden. ste van het hertogdom Brabant. Rotselaar-Steenweg op Nieuwrode 36. © Verrijckt De archeologen deden een vlak- SCHERVEN AARDEWERK dekkende opgraving en deelden De onderzoekers vonden in twee 188 spoornummers uit. Ze herken- sporen aan dit gebouw in totaal den twee grotere en twee kleinere vier scherven terug. Die zijn te her- structuren. In het noordwesten van leiden naar drie recipiënten: één van het plangebied stootten ze op een Maaslands witbakkende aardewerk driebeukige, oost-west gerichte plat- en twee van het zogenaamde Kem- tegrond van 11 meter breed en min- pische aardewerk.

22 De radiokoolstofdatering van twee paalsporen situeert het gebouw in de late 10e, vroege 11e eeuw. Het gevonden aardewerk wijst erop dat de woning allicht pas in de 12de of de eerste helft van de 13de eeuw verdween.

Net ten oosten van het hoofdgebouw vonden de archeologen sporen van twee kleinere bijgebou- wen: een spieker (voorraad- schuur) op vier palen en een wat groter noordoost-zuidwest georiënteerd bijgebouw. Deze bijgebouwen werden opgericht in dezelfde materialen als het hoofd- gebouw en behoren dan ook ver- Aardewerkvondsten moedelijk tot hetzelfde erf. boven: Kempisch aardewerk, onder: Maaslands witbakkend aardewerk

BOOTVORMIG, OUDER GEBOUW Een radiokoolstofdatering van twee Kempisch aardewerk komen vooral In het zuiden van het plangebied paalsporen leverde voor één spoor van kookpotten. Het geïmporteerd kwam een andere plattegrond aan een datering op in de 10de, vroege Maaslands witbakkend aardewerk de oppervlakte, haaks op het ge- 11de eeuw. Het andere spoor gaat bestond uit tuitpotten, kommen en bouw in het noordwesten van het terug tot de 6de, eerste helft 7de potten voor ander gebruik. terrein. De bouwwijze is anders: de eeuw. Mogelijk is deze gebouwstruc- wanden hebben een boogvorm en tuur dus de voorloper van het andere CONCLUSIE? worden afgesloten door twee sluit- gebouw in het plangebied. palen. Het bootvormige gebouw is Het vlakdekkende onderzoek bracht minstens 9,5 meter lang en 7 meter In het hele plangebied vonden de de plattegronden van twee op- breed. Behalve een intrusief Romeins onderzoekers in totaal slechts 106 eenvolgende hoofdgebouwen aan aardewerkfragmentje, werd er geen scherven. Het gaat om Maaslands het licht. Het oudste gebouw heeft materiaal gevonden. wit (51%) en Kempisch (42,9 %) een bootvormige plattegrond, het aardewerk, en enkele overige aarde- jongste gebouw een rechthoekige, werksoorten. De fragmenten van het driebeukige plattegrond. De archeo- logen vonden op het erf ook enkele kleinere bijgebouwen. Een waterput vonden ze niet, die bevindt zich ver- moedelijk buiten het plangebied.

De plattegronden dateren uit de 10de en 11de eeuw. De kloof tus- sen de radiokoolstofdatering en het vondstmateriaal van het jongste ge- bouw wijst er vermoedelijk op dat het gebouw niet meteen werd af- gebroken nadat het niet meer werd bewoond. Het vondstmateriaal toont dat er in de 12de en 13de eeuw nog activiteit was in het plangebied.

Structuur 01 in het vlak

23 UFO’S UIT DE VLAAMSE GROND

S. Milis & K. Nolet

Een ufo vind je niet alleen in de lucht, maar ook onder de grond. Dan gaat het niet om een Unidentified Flying Object, maar om een Unidentified Found Object. Een gevonden artefact waar geen knoop aan vast te binden valt. MEDEA, het online platform voor metaaldetectievondsten van vzw Histories, lanceert een oproep om ufo’s te melden. Zoals de staafjes met twee lusjes in de afbeelding hier naast, die in Vlaanderen al jaren aan de oppervlakte komen.

Een metaaldetectorist vond zo’n ufo VEEL THEORIEËN Een mogelijke hypothese komt uit in de buurt van . De Brugge, waar men een ufo aantrof Er doen verschillende theorieën de vorm kan verschillen van vondst tot in een 19de-eeuwse woning bij het ronde. Iemand meent het object te vondst, maar bepaalde eigenschap- uitbreken van een raamkozijn. Mis- herkennen als een vleugelmoer op pen zijn steeds dezelfde: een kor- schien is het voorwerp te linken aan huifkarren. Maar in het karrenmuse- te staaf uit koperlegering met aan ramen of gordijnen uit deze periode? um in Essen duikt het alleszins niet weerszijden een ronde lus uit hetzelf- Maar er zijn tot dusver geen icono- op. Kunnen de ringen misschien heb- de materiaal, en een ijzeren staaf (of grafische bronnen die dit kunnen be- ben gediend om touwen of riemen ijzeroxidatie) in het verlengde ervan. vestigen. door te spannen? Een argument te- De breedte, van lus tot lus, is 25 tot gen deze theorie is dat er geen syste- 30 mm. De lussen zijn te klein om Misschien helpt jouw vondst het matische slijtage is vast te stellen aan een vinger door te steken. Deze ufo’s mysterie op te lossen of heb je een de binnenzijde van de ringen. zijn een typisch Vlaams fenomeen. andere theorie over de functie van Experts van het Portable Antiquities deze ufo’s. Aarzel dan niet en stuur Scheme in Nederland en het Ver- een mail naar katelijne.nolet@histo- enigd Koninkrijk herkennen het ob- riesvzw.be. ject niet.

24 WAT IS MEDEA? Alle metalen bodemvondsten zijn CONTACT welkom in de databank van MEDEA, MEDEA is een online platform waar ongeacht de ouderdom, metaalsoort, Katelijne Nolet detectoristen, onderzoekers en erf- of objectcategorie. De bank zorgt Projectcoördinator MEDEA goedmedewerkers archeologische voor structuur, ook in jouw eigen ver- [email protected] metaaldetectievondsten en ken- zameling. Iedereen kan de databank +32 499 90 78 75 nis hierover kunnen delen via een vrij doorzoeken, wat een grote meer- www.vondsten.be publiek toegankelijke databank. waarde is voor het wetenschappelij- www.facebook.com/MEDEAvondsten Hiermee willen Histories, VUB, ex- ke onderzoek. Bepaalde gegevens, pertisecentrum meemoo, en het zoals de exacte coördinaten van de Agentschap Onroerend Erfgoed de vindplaats van een vondst, zijn niet samenwerking bevorderen tussen publiek. alle actoren die actief bezig zijn met metaaldetectiecollecties zoals we- tenschappelijk onderzoekers, musea, MEDEWERKERS GEZOCHT heemkringen, IOED’s, het agentschap MEDEA is steeds op zoek naar meer Onroerend Erfgoed en de detectoris- medewerkers. Ben je een metaalde- ten. Door expertise, bronnen en col- tectorist en wil je je vondsten up- lecties uit de roerende en onroerende loaden? Of ben je een vondstexpert erfgoedsector te delen, schrijven we die de vondsten van een classificatie samen een completer, rijker gestof- kan voorzien? Wil je de collectie van feerd verhaal. jouw museum of vereniging samen met die van je leden in één collectie tonen? Neem gerust een kijkje op www.vondsten.be.

25 ARCHEOLOGISCHE TOEVALSVONDSTEN Lisa Van Ransbeeck & Geert Vynckier

Soms worden bijzondere archeologische vondsten heel toevallig gedaan. Ook tij- dens coronatijd ontving het agentschap Onroerend Erfgoed heel wat meldingen van zulke toevalsvondsten. Als er resten zijn die op korte termijn dreigen te verdwijnen, grijpt het agentschap in. De vondsten worden dan gedocumenteerd, onderzocht of opgegraven. Een overzicht.

RESTEN VAN EEN KOEIENSTAL, OVEN, WERKPLAATS VAN EEN BAKKER EN EEN WATER- OF BEERPUT (FRANS WALRAVENSTRAAT 82)

Bij tuinwerken op het domein van het Kasteel van Wolfsha- gen in Lot, kwamen in januari 2020 funderingen en muur- resten aan de oppervlakte. De vindplaats ligt net ten zui- den van de portierswoning van het kasteel. De muurresten in baksteen strekken zich uit over een oppervlakte van ca. 13x6m 1 . Ze behoren duidelijk tot verschillende gebou- wen.

Een langwerpig gebouw was georiënteerd van het noord- oosten naar het zuidwesten. Daarnaast stond een U-vor- mige uitbouw met tussen de muren houtskool en sintels. 1 Dat doet vermoeden dat het om de restanten van een oven 2 gaat. In de zuidoostelijke hoek van het terrein stond een vierkante constructie, bezet met grijze kalkmor- tel. Vermoedelijk een water -of beerput.

Op basis van historische plannen en een summier plan op de afbraakvergunning uit 1966, kunnen de verdwenen ge- BIBLIOGRAFIE bouwen geïnterpreteerd worden als de restanten van een AGENTSCHAP ONROEREND serre, stallingen, een oven en een waterput. Ze werden ge- ERFGOED 2020: bouwd aan het einde van de 18de eeuw, of - meer waar- Portierswoning kasteel Wolfshagen [online], schijnlijk – in het begin van de 19de eeuw na de verkoop https://id.erfgoed.net/ tijdens de Franse bezetting. erfgoedobjecten/216610 (geraadpleegd 22/01/2020).

2 De eigenaar van het terrein maakte de water- of beerput BOSMANS F. 2005: leeg en deed er nog verschillende vondsten, zoals een De Heerlijkheid van © agentschap Onroerend Erfgoed Wolfshagen, Lewe 24, metalen koffie- of theepot, lederen fragmenten van een 1, 5-70. schoen, glas en porselein.

26 HET OUDE KERKHOF ROND DE VERDWENEN KERK VAN BEISEM (NEKWINKELSTRAAT 1)

Tijdens de aanleg van een parkeerplaats aan een woning aan de Nekwinkelstraat 3 in Beisem, kwamen er menselijke bot- fragmenten, restanten van graven en enkele kuilen 4 naar boven. De kuilen waren gevuld met witte mortelfragmenten en uitbraaksporen van een gebouw of een muur die hier ooit 3 moet hebben gestaan. De sporen doen vermoeden dat hier de oude kerk van Beisem stond, omringd door het kerkhof. BIBLIOGRAFIE Oorspronkelijk stond er op deze plek op de Bovenberg een VYNCKIER G. & kapel uit de 12de eeuw. Die werd later vervangen door een LENTACKER A. 2020: Romaanse kerk. Die kerk raakte in verval en werd tussen Sporen van de oude kerk van Beisem (Herent) langs 1755 en 1762 afgebroken. Meer naar het noorden werd de de Nekwinkelstraat 1, nieuwe Sint-Michielskerk gebouwd. Heembode 36.3, 2-8.

4 © agentschap Onroerend Erfgoed

RESTANTEN VAN HERBERG HET BOERENHOL LEUVEN (GOUDSBLOEMSTRAAT 50)

Tijdens infrastructuurwerken op het kruispunt van de Mgr. Van Waeyenberghlaan en de Goudsbloemstraat, troffen de werkmannen de fundering van een bakstenen muur 5 aan. De fundering werd over een lengte van vier meter gedocu- menteerd. Ze was gebouwd met baksteen en een zachte donkergele mortel met kalkstippen. 5 BIBLIOGRAFIE © stad Leuven Een cartografische en historische studie leert ons dat het MEULEMANS A. 2004: gaat om herberg Het Boerenhol - met feestzaal - langs het Huizen en straten van het Oude Leuven. deel I: patri- toenmalige (Mannekens)straatje. In 1941 werd het plein monium, Leuven. breder gemaakt en uitgerust met een tramhalte. De oude AGENTSCHAP ONROEREND herberg moest wijken en in het nieuwe hoekpand kwam ERFGOED 2020: In ’t Nieuw Boerenhol. De geschiedenis van Het Boerenhol Goudsbloemstraat, [online], http://id.erfgoed.net: gaat terug tot Brouwerij Den Hert, die voor het eerst ver- themas/8239 (geraad- meld wordt in het laatste kwart van de 15de eeuw. pleegd 26 februari 2020).

27 BAKSTENEN FUNDERINGEN VAN OUDE UNIVERSITEITSGEBOUWEN LEUVEN (HOGESCHOOLPLEIN)

In 1807 werden voor de heraanleg van het Hogeschool- BIBLIOGRAFIE plein twee oude universiteitsgebouwen afgebroken: pe- AGENTSCHAP ONROEREND ERFGOED 2020: Hoge- dagogie Het Varken uit 1430 en studentenresidentie Het schoolplein [online] , Standonckcollege uit 1545. Toen bij de huidige heraanleg http://id.erfgoed.net/ puinlagen tussen de boomwortels werden weggezogen, erfgoedobjecten/114526 (geraadpleegd 5 mei 2020). 6 stootte de aannemer op zes bakstenen structuren 6 en © stad Leuven resten van kasseiniveaus. VAN EVEN E. 1895 : Louvain dans le passé et dans le présent. Formation Het gaat om slechts een deel van de muurfunderingen, de la ville – événement omdat er ondiep en verspreid werd ingegrepen. De ove- mémorables – territoire – topographie – institutions rige restanten van beide colleges zitten wellicht nog in de monuments – œuvres d’art, bodem. Leuven.

EEN WATERPUT IN HET MIDDEN VAN DE STRAAT LEUVEN (KRUISPUNT TERVUURSESTRAAT – HEILIGE GEESTSTRAAT)

In juni 2020 kwam een waterput te voorschijn tijdens rio- leringswerken aan het kruispunt Tervuursestraat – Heilige Geeststraat in Leuven. Historische gegevens tonen aan dat er hier al in 1384 een waterput was: de Roelantsput. In 1526 wordt die de Gouputte genoemd. 7 © stad Leuven Tot ongeveer 2,5 meter diepte onder het huidige maai- veld is de put gebouwd met natuursteen met een zwar- te aanslag. Dat doet vermoeden dat het om dezelfde put gaat als in 1384. Boven die laag natuursteen bestaat de put uit verschillende bouwmaterialen. Hij werd dus re- gelmatig aangepast. De bovenste 55 cm is een slordig opgebouwde, vierkante bovenbouw van verschillende baksteenformaten en een harde cementachtige grij- ze mortel. Deze vierkante schacht zou gebouwd kun- BIBLIOGRAFIE nen zijn om een pomp op de put te plaatsen. Onder MEULEMANS A . 2004. de schacht bevindt zich een ronde, regelmatig gemet- Huizen en straten van het Oude Leuven, bewerking, ste constructie van bakstenen en een zachte gele kalk- aanpassingen, aanvullingen mortel met een zwarte aanslag aan de binnenzijde 7 . door REEKMANS P., MEU- De locatie van de waterput wordt in de stoep gevisuali- LEMANS H. & GALICIA L., Jaarboek Leuvens Historisch seerd. Genootschap Leuven, deel I en deel II, , Leuven.

28 MENSELIJKE BOTRESTEN ROND DE SINT-RUMOLDUSKERK STEENOKKERZEEL (FUÉRISONPLAATS 1)

Het graafwerk voor een septische put, net ten zuiden van de inkom van de Sint-Rumolduskerk, bracht in juni 2020 menselijke botfragmenten aan het licht. Ze bevonden zich niet meer in een graf en zijn dus waarschijnlijk de resten van een geruimd kerkhof rond de kerk. De vindplaats werd re- 8 cent verstoord door de aanleg van een afvoerbuis die dwars 8 © agentschap Onroerend Erfgoed door de werkput liep . De rest van de kleine werkput ver- toonde een donkerbruine, homogene laag, vermengd met BIBLIOGRAFIE mortel-, baksteen- en botfragmenten. Verder waren er geen AGENTSCHAP ONROEREND duidelijke aflijningen van kuilen of een graf zichtbaar. ERFGOED 2020: Parochie- kerk Sint-Rumoldus [online], Het kerkhof was dus tot op zekere diepte verstoord, even- https://inventaris.onroeren- derfgoed.be/erfgoedobjec- tueel afgegraven bij een opruiming en weer opgevuld. De ten/41318 (geraadpleegd skeletresten bevonden zich niet meer in situ. 15 september 2020).

EEN MAQUETTE VAN EEN NOODBRUG UIT WOII (DUBOISLAAN 4)

Het Agentschap Natuur & Bos legde in juni 2020 tijdens landschaps- en natuurinrichtingswerken de Keizer Karel­ vijver in Hoeilaart droog 9 . Zo werden her en der groepen van houten palen zichtbaar die onder het wateroppervlakte waren verscholen, tussen een groene zee van waterplanten, grassen en omgevallen bomen. 9 De modder en drassigheid maakte het onmogelijk om de palen te bereiken, maar met een theodoliet (een hoek- meetinstrument uit de landmeetkunde, red.) konden ze BIBLIOGRAFIE toch opgemeten worden. Het gaat om vier clusters en acht GLORIEUX E. 2020: Keizer rechthoekig (ca. 2,90 x 2,0 m) geplaatste groepen palen 10 Karelvijver. Drooggelegde die allemaal in de as van de vijver liggen. Ze vormden een Keizer Karelvijver geeft constructie van ongeveer 144 meter lang. verborgen oorlogserfgoed prijs, ’t Beukeblad 28.111, 7-9. Het bouwwerk is nergens op historische kaarten terug te SCHEYS D. 2011: Militaire vinden. Volgens mondelinge informatie zouden de palen aanwezigheid in het Zoni- 10 wel eens de restanten kunnen zijn van een proefopstelling ënwoud tijdens de 20ste © agentschap Onroerend Erfgoed van een vervangbrug, gebouwd door de geallieerde troe- eeuw. Opruiming van mu- nitie en de grote ontplof- pen tijdens WOII. Dergelijke vervangbruggen moesten de fing na de Eerste Wereld- vernielde en ingestorte bruggen over de Rijn vervangen, oorlog, munitiedepot van zoals die van de Duitse stad Remagen. Een doorgedreven de Engelsen, Duitsers en de opruiming na de Tweede archiefonderzoek in legerarchieven kan misschien een defi- Wereldoorlog, Zoniën 35.3, nitief antwoord geven. 121-184.

29 TWEE WATERPUTTEN IN HET HISTORISCHE CENTRUM (CABARETSTRAAT 3 EN SCHOTELSTRAAT)

Nutswerken brachten twee bakstenen waterputten aan de oppervlakte in het centrum van Diest. De eerste verscheen in juni, het gaat om een ronde waterput 11 aan de rand van de openbare weg. De put is minstens 5 meter diep, heeft een doorsnede van 1,70 meter en is opgebouwd uit 11 een witgrijze kalkmortel en baksteen die aan de binnenzij- © agentschap Onroerend Erfgoed de wit bepleisterd is (20x10x4cm). Aan de bovenzijde van de waterput is de aanzet van een koepel zichtbaar.

De tweede put werd gevonden in oktober. Hij bevond zich in het midden van de straat, is minstens tot op een diep- te van 4 meter bewaard en heeft een doorsnede aan de buitenzijde van ongeveer een meter 12. De wand is opge- bouwd met een witgrijze kalkmortel en donkerrood ge- kleurde bakstenen.

In historische bronnen en op oude kaarten is er geen spra- ke van deze waterputten. Ze werden slechts oppervlakkig onderzocht en werden niet gedateerd. Allicht werden ze in 12 de loop van de 19de eeuw opgegeven. © Olivier Buyckx

VERBORGEN KELDERS LEUVEN (MGR. VAN WAEYENBERGHLAAN)

Enkele kelders kwamen aan het licht tijdens riolerings- werken in de Mgr. Van Waeyenberghlaan in Leuven 13. Ze behoorden toe aan de huizenrij van de voormalige Mannekensstraat. Zo heette het smalle straatje dat zich hier bevond voor de huidige brede laan werd aangelegd.

13 Oud kaartmateriaal leert dat de eerste bebouwing hier © stad Leuven pas op het einde van de 19de eeuw verscheen. De kelders dateren wellicht uit deze periode, of zijn net iets jonger (1ste helft 20ste eeuw). De bouwwijze van de kelders lijkt dit te bevestigen. De keldermuren en funderingen zijn op- gebouwd uit hergebruikt materiaal: baksteenbrokken, na- tuursteenbrokken en -blokken van verschillende formaten. Opvallend is een natuurstenen paaltje dat gebruikt werd in een van de funderingen 14.

14 © stad Leuven

30 30 FUNDERINGSRESTEN OP HET DOMEIN KIEKENBOS TIELT-WINGE (LEUVENSESTEENWEG 100)

Tijdens het uithalen van boomwortels vlakbij een oude vijver, stootte de eigenaar van Hoeve Kiekenbosch op een oude, losse fundering. Die bestond uit fragmenten bak- en kalk- steen en blokken ijzerzandsteen 15.

De Kiekenboschhoeve wordt voor het eerst vermeld in 1629 BIBLIOGRAFIE 15 en werd later eigendom van de Leuvense universiteit. In 1914 AGENTSCHAP ONROEREND blies het Belgische leger de hoeve op. Tijdens het onderzoek © agentschap Onroerend Erfgoed ERFGOED 2020: in november 2020 kon niet bepaald worden tot welk ge- Kiekenboshoeve [online] bouw van de hoeve deze vondst behoorde. In de Atlas der https://id.erfgoed.net/ waarnemingen/1054 Buurtwegen (midden 19de eeuw) zien we op deze plaats een (Geraadpleegd gebouwtje waarvan we de functie niet kennen. 10-11-2020).

CONTACT:

Lisa Van Ransbeeck, stadsarcheoloog, Stad Leuven [email protected], +32 492 23 87 68

Geert Vynckier, erfgoedonderzoeker archeologie, agentschap Onroerend Erfgoed [email protected], +32 477 56 03 89

31 MEER INFO

Provincie Vlaams-Brabant Dienst Erfgoed Provincieplein 1 - 3010 Leuven 016 26 76 10 [email protected] www.vlaamsbrabant.be

Beleidsverantwoordelijke Tom Dehaene gedeputeerde voor erfgoed tel. 016 26 70 22 [email protected]

32