Verzoek tot raadpleging bij het het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan september 2009 De Coninck NV te

Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

Bart Candaele T 02 553 42 82

1 Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ...... 3 2 Inleiding ...... 3 3 Beschrijving plan en afbakening van het plangebied ...... 4 3.1 Aanleiding voor de opmaak van het plan ...... 4 3.2 Relatie met het Ru imtelijk Structuurplan Vlaanderen ...... 4 3.2.1 De bindende bepalingen ...... 4 3.2.2 Het richtinggevend gedeelte ...... 4 3.2.3 Toepassing op het bedrijf De Coninck NV in Kortenberg ...... 5 3.3 Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het voorgenomen plan ...... 6 3.4 Visie en gewenste ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven ...... 6 3.4.1 Ruimtelijke vertaling ...... 7 4 De actuele situatie op het terrein m.i.v. gekende milieuknelpunten ...... 9 4.1 Bestaande ruimtelijke structuur ...... 10 4. 1.1 Ruimtelijke kenmerken van de omgeving ...... 10 4.1.2 Kenmerken van het plangebied ...... 10 4.1.2.1 Economische kenmerken: ...... 10 4.1.2.2 Mobiliteitsprofiel: ...... 11 4.1.2.3 Historische context: ...... 11 5 Beschrijvi ng van de realistische alternatieven voor het plan of voor onderdelen van het plan en het nulalternatief ...... 12 6 Ontvankelijkheid voor het onderzoek tot MER ...... 13 6.1 Aandachtspunten vanuit de huidige toestand van het milieu ...... 13 6.2 Voortoets passende beoordeling ...... 14 6.3 Kader voor bijlage I/II -projecten ...... 15 6.4 Grens - of gewestgrensoverschrijdende milieueffecten ...... 15 6.5 Vermoeden van aanzie nlijke milieu -effecten ...... 15 7 Methodologische toelichting en beoordeling van de mogelijke effecten ...... 15 7.1 Planonderdeel A: Het her bestemmen van de bestaande bedrijfswoning en loodsen tot bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf ...... 16 7.2 Planonderdeel B: Het bestemmen van het landschappelijk waardevol agrarisch geb ied tot bouwvrij agrarisch gebied, waarbij de bestaande verhardingen en constructies moeten worden verwijderd; ...... 16 7.3 Planonderdeel C: Het bestemmen van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied tot bouwvrij agrarisch gebied ...... 17 7.4 Planonderdeel D: Het bestemmen in overdruk tot een buffer rond de bedrijfsactiviteiten die continuïteit krijgen door de bestemming bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf ...... 17 8 Beschrijving en beoordeling van de milieueffecten van de geplande situatie ...... 17 9 Globale d iscipline overschrijdende beoordeling rekening houdende met cumulatieve effecten...... 18 10 Besluit m.b.t. de mogelijke aanzienlijke milieueffecten ...... 19 11 Grensoverschrijdende effecten en eventuele gegevens voor grensoverschrijdende info -uitwisseling ...... 19 1 Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ...... 43 2 Inleiding...... 43 3 Beschrijving plan en afbakening van het plangebied ...... 54 3.1 Aanleiding voor de opmaak van het plan...... 54 3.2 Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen ...... 54 3.2.1 De bindende bepalingen ...... 54 3.2.2 Het richtinggevend gedeelte...... 64 3.2.3 Toepassing op het bedrijf De Coninck NV in Kortenberg...... 65 3.3 Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het voorgenomen plan ...... 76 3.4 Visie en gewenste ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven ...... 76 3.4.1 Ruimtelijke vertaling ...... 87 4 De actuele situatie op het terrein m.i.v. gekende milieuknelpunten...... 109 4.1 Bestaande ruimtelijke structuur ...... 1110 4.1.1 Ruimtelijke kenmerken van de omgeving ...... 1110 4.1.2 Kenmerken van het plangebied...... 1110 5 Beschrijving van de realistische alternatieven voor het plan of voor onderdelen van het plan en het nulalternatief ...... 1312 6 Ontvankelijkheid voor het onderzoek tot MER ...... 1413 6.1 Aandachtspunten vanuit de huidige toestand van het milieu ...... 1413 6.2 Voortoets passende beoordeling...... 1514 6.3 Kader voor bijlage I/II-projecten ...... 1615 6.4 Grens- of gewestgrensoverschrijdende milieueffecten ...... 1615 6.5 Vermoeden van aanzienlijke milieu-effecten ...... 1615 7 Methodologische toelichting en beoordeling van de mogelijke effecten...... 1716 7.1 Planonderdeel A: Het herbestemmen van de bestaande bedrijfswoning en loodsen tot bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf ...... 1716 7.2 Planonderdeel B: Het bestemmen van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied tot bouwvrij agrarisch gebied, waarbij de bestaande verhardingen en constructies moeten worden verwijderd;...... 1817 7.3 Planonderdeel C: Het bestemmen van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied tot bouwvrij agrarisch gebied...... 1817 7.4 Planonderdeel D: Het bestemmen in overdruk tot een buffer rond de bedrijfsactiviteiten die continuïteit krijgen door de bestemming bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf ...... 1817 8 Beschrijving en beoordeling van de milieueffecten van de geplande situatie...... 1918 9 Globale discipline overschrijdende beoordeling rekening houdende met cumulatieve effecten...... 2019 10 Besluit m.b.t. de mogelijke aanzienlijke milieueffecten...... 2120 11 Grensoverschrijdende effecten en eventuele gegevens voor grensoverschrijdende info-uitwisseling...... 2120

Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

1 Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer

Contactpersoon Agentschap Ondernemen: Bart Candaele Koning Albert II-laan 35 1030 Brussel 02/553 42 82 [email protected]

De documenten kunnen gedownload worden via www.agentschapeconomie.be , rechtsboven doorklikken op omgevingsfactoren en MER’s.

2 Inleiding

Het verzoek tot raadpleging bij het voorgenomen RUP wordt opgemaakt door het agentschap Ondernemen van de Vlaamse Overheid, conform het protocol ‘taakverdeling inzake de verplichtingen voor een plan-m.e.r. voor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan – afspraken over de verantwoordelijke instantie voor de plan-m.e.r. voor een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan’.

Dit Protocol legt de afspraken gemaakt op de Vlaamse Regering van 21 april 2006 (VR/2006/2104/DOC.0356 BIS) vast. Het betreft afspraken aangaande de instanties en beleidsdomeinen die bij delegatie instaan voor het voldoen aan de verplichtingen inzake plan-m.e.r., de opmaak van een plan-MER of bij het onderzoek tot milieueffectenrapportage, voor gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen.

Artikel 4§2 van het besluit van 12 oktober 2007 van de Vlaamse Regering betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s beschrijft de inhoud van een onderzoek tot milieueffectenrapportage. Deze bevat: ► een beschrijving en verduidelijking van het voorgenomen plan of programma, en in voorkomend geval van de redelijke alternatieven voor dat plan of voor onderdelen ervan; ► een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma, in voorkomend geval op de gezondheid en veiligheid van de mens, de ruimtelijke ordening, de biodiversiteit, de fauna en flora, de energie- en grondstoffenvoorraden, de bodem, het water, de atmosfeer, de klimatologische factoren, het geluid, het licht, de stoffelijke goederen, het cultureel erfgoed met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed, het landschap, de mobiliteit, en de samenhang tussen de genoemde factoren; ► in voorkomend geval alle relevante gegevens, met inbegrip van de redenen waarom de initiatiefnemer meent geen plan-MER te moeten opmaken overeenkomstig artikel 4.2.6, §1, 5° van het decreet. ► in voorkomend geval een beoordeling of het voorgenomen plan of programma grens- of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben;

Voor de opmaak van dit document wordt de structuur en de methode gevolgd zoals aanbevolen in de handleiding plan-mer voor RUP’s zoals terug te vinden op het RUP-forum dat georganiseerd wordt door de afdeling Ruimtelijke Planning van het Departement Ruimtelijke Ordening, Wonen en Onroerend Erfgoed.

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 4 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

(http://rwo.vlaanderen.be/nlapps/docs/default.asp?fid=38&lang=NL-RUPForum ). Deze handleiding werd opgesteld in samenwerking met de dienst MER.

3 Beschrijving plan en afbakening van het plangebied

3.1 Aanleiding voor de opmaak van het plan

Naar aanleiding van het op 10 oktober 2008 afgeleverde gedeeltelijk positief planologisch attest startte de afdeling Ruimtelijke Planning van het Departement Ruimtelijke Ordening, Wonen en Onroerend Erfgoed met de opmaak van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor het bedrijf De Coninck NV te Kortenberg. Basis is de aanvraag tot planologisch attest, de opgestelde randvoorwaarden in het afgeleverde attest en verder onderzoek ter zake.

Het bedrijf De Coninck NV betreft een bouwbedrijf in de ruime zin, met uiteenlopende activiteiten op verschillende locaties. Op de bedrijfssite te Kortenberg is de schrijnwerkerij, de steenkapperij en de stockage van bouwmaterialen gevestigd. Op basis van de schaal van het bedrijf op deze locatie, de omvang van de gevraagde werken en de ligging in een gemeente die deel uitmaakt van het buitengebied werd door de planologisch ambtenaar geoordeeld dat dit een regionaal bedrijf betreft waarvoor een bovenlokale afweging noodzakelijk is, binnen de principes van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Het gedeeltelijk positief planologisch attest voor De Coninck NV voor de site te Kortenberg laat de gedeeltelijke bestendiging toe van het bedrijf op de huidige locatie, tenminste voor wat betreft de percelen 216p en 216l en de bestaande bedrijfswoning. Op basis van een verdere ruimtelijke afweging moet bepaald worden welk deel van de bestaande verhardingen en welk deel van de op korte termijn gevraagde uitbreidingen van die verhardingen aanvaardbaar is. Ook de oprichting van een bijkomende loods dienstig voor bedrijfsactiviteiten kan binnen hetzelfde kader worden onderzocht. Bijkomende in het afgeleverde attest geformuleerde ruimtelijke randvoorwaarden zijn: ► Gelet op de ligging in landschappelijk waardevol gebied is een gebiedsgerichte landschappelijke inpassing, onmiddellijk aansluitend op de bedrijfssite, essentieel. ► De in de aanvraag geformuleerde uitbreidingswensen in functie van privaat gebruik en de uitbreidingswensen die niet gemotiveerd zijn vanuit de bedrijfsvoering worden niet mee in overweging genomen. Voorliggend gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan zal wat dat betreft dan ook geen uitspraken doen noch planningsinitiatieven nemen.

Gezien het RUP voortspruit uit de aflevering van een planologisch attest worden in het kader Met opmaak: Lettertype: van de opmaak van het RUP geen locatie-alternatieven meer in overweging genomen. Deze (Standaard) Arial, 11 pt afweging vond plaats in het kader van de beoordeling van het planologisch attest. Voor dit bedrijf werd het behoud ter plaatse beslist met perspectieven voor beperkte uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten. Het advies van Vlacoro bij het planologisch attest is te vinden op de Opmerking [c1]: Opmerking website van Vlacoro. dienst BGP Met opmaak: Lettertype: 3.2 Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (Standaard) Arial, 11 pt

3.2.1 De bindende bepalingen

In gemeenten buiten de economische knooppunten kan maximaal 500ha als bedrijventerrein voor historisch gegroeide bedrijven worden afgebakend.

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 5 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

3.2.2 Het richtinggevend gedeelte

Om op lange termijn op vlak van economische activiteiten concurrentieel te blijven moet Vlaanderen ruimte en economie beter op elkaar afstemmen. De troeven voor het versterken van de economische potenties liggen in de concentratiegebieden voor economische activiteiten, namelijk de poorten en de economische knooppunten. Daarnaast maken ook bedrijven met hoge toegevoegde waarde, een aanzienlijke tewerkstelling, internationale uitstraling en imago in gemeenten buiten de economische knooppunten deel uit van de Vlaamse economische structuur. Uiteraard moet de ontwikkeling van deze bedrijven worden gegarandeerd.

Een ‘historisch gegroeid bedrijf’ (RSV p. 452) is gelegen in een gemeente buiten de economische knooppunten, heeft een ruimtelijke problematiek die best op bovenlokaal niveau wordt afgewogen, is morfologisch en ruimtelijk verweven met de omgeving en heeft een specifieke sociaal-economische relatie met die omgeving. Omwille van de verantwoordelijkheid van de gemeente inzake de verlening en/of de advisering van de milieuvergunning, de kennis en inschatting van de plaatselijke toestand en met name de bepaling van de draagkracht van de ruimte, is het aan de gemeente deze problematiek te signaleren en een principieel standpunt in te nemen. De afweging en bestemming in een ruimtelijk uitvoeringsplan gebeurt door het Vlaams gewest, in overleg met de gemeente en de provincie.

Wat betreft de bestemmingen in het gewestplan, kan een historisch gegroeid bedrijf ofwel gelegen zijn in industrie- of KMO-gebied, en een uitbreiding vragen in een aangrenzend open ruimtegebied, ofwel volledig zonevreemd gelegen zijn. De beoordeling van de ontwikkelings- en uitbreidingsmogelijkheden gebeurt in beide gevallen aan de hand van volgende principes uit het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (p.453): ► een maximale verweving van de economische activiteit met de activiteiten in haar (bebouwde of onbebouwde) omgeving wordt nagestreefd, waarbij goed nabuurschap het uitgangspunt moet vormen; ► alle mogelijkheden en voorzieningen voor ontwikkeling op de bestaande locatie worden uitputtend aangewend; ► de ruimtelijke implicaties bij een herlokalisatie worden afgewogen tegenover de ruimtelijke implicaties van een ontwikkeling op de bestaande locatie; ► de ruimtelijke draagkracht van de omgeving mag niet worden overschreden; historisch gegroeide situaties en hinder zijn medebepalend voor de draagkracht; ► er wordt ten aanzien van de ontwikkeling van de economische activiteit een maximale beleidszekerheid en beleidscontinuïteit nagestreefd, zowel in de ruimte als in de tijd; de verwachte ontwikkeling en uitbreiding van het bedrijf moeten goed ingeschat worden, evenals bedrijfseconomische implicaties, volgens het batneec-principe.

Deze principes mogen niet los gezien worden van de vooropgestelde multifunctionele ontwikkelingen, en worden gekaderd binnen de uitgangshouding van duurzame ruimtelijke ontwikkeling met aandacht voor kwaliteit en gebaseerd op ruimtelijke draagkracht.

3.2.3 Toepassing op het bedrijf De Coninck NV in Kortenberg

De vestiging van De Coninck NV in Kortenberg wordt beschouwd als een historisch gegroeid bedrijf, gelegen in een gemeente van het buitengebied. Het bedrijf is op de locatie in Kortenberg gevestigd sedert 1968. De activiteiten van het bedrijf zijn er sindsdien gestaag gegroeid. Sinds 1994 werden nog twee andere bedrijfslocaties in gebruik genomen, in

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 6 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

Veltem-Beisem () en ter hoogte van -Sas (Kampenhout). De site te Kortenberg werd evenwel behouden voor de activiteiten schrijnwerkerij, steenkapperij en opslag bouwmateriaal.

Gelet op de schaal van het bedrijf en de omvang van de geplande uitbreidingen worden de opties voor dit bedrijf afgewogen op gewestelijk niveau, binnen de principes van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. De ontwikkelingsmogelijkheden met kwalitatieve vereisten zijn vastgelegd in voorliggend gewestelijk uitvoeringsplan.

3.3 Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het voorgenomen plan

Doelstelling van het plan is bestendiging van de huidige bedrijfsactiviteiten van het bedrijf op een schaal die aanvaardbaar is vanuit landschappelijke- en andere open ruimtekenmerken van het gebied waarin het gelegen is, inclusief overgangsmaatregelen van herstel in de oorspronkelijke toestand van het deel dat niet in functie van het bedrijf kan bestendigd worden en doorgedreven landschappelijk inpassing. Het ruimtelijk uitvoeringsplan zal zich beperken tot de percelen waar een bestemmingswijziging wenselijk is om hoger vermelde doelstelling te realiseren, of die omwille van de duidelijkheid en rechtszekerheid best mee worden opgenomen in het plan. Tegelijk zullen enkel die maatregelen worden opgelegd die tot het beleidsveld van de ruimt elijke ordening horen . Het detailniveau van het plan zal zoveel mogelijk de percelen vatten in één bestemming en grote gehelen aanduiden. Het aanduiden van buffers en andere gebiedsgerichte bouwvoorschriften is een mogelijkheid. Er wordt maximaal gebruik gemaakt van de typevoorschriften ter zake (zie de bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 april 2008 houdende de vaststelling van nadere regels met betrekking tot de vorm en de inhoud van ruimtelijke uitvoeringsplannen). Het opstellen van gedetailleerde bouwvoorschriften zoals bouwwijze, voortuinstroken, keuze van beplanting, e.d. maakt in principe geen deel uit van het RUP, tenzij er goede redenen zijn vanuit het actorenoverleg, het afgeleverd planologisch attest en/of de ruimtelijke visie om dit wel te doen. Indien het in de toekomst noodzakelijk is of wenselijk blijkt een verdere verfijning van dit plan door te voeren, kan dit steeds met een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan worden vastgelegd of kunnen voorwaarden worden opgelegd in kader van de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag.

3.4 Visie en gewenste ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven

In het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor het historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV wordt de gedeeltelijke bestendiging van de bedrijfsactiviteiten en beperkte uitbreiding van het loodsencomplex mogelijk gemaakt. Op die manier kan het bedrijf in de toekomst zo goed mogelijk blijven functioneren. Het spreekt voor zich dat de mogelijkheden voor het bedrijf dienen afgewogen ten aanzien van de ligging in een landschappelijk erg waardevol gebied, bovendien beleidsmatige herbevestigd door de Vlaamse Regering (infra). Dit maakt in eerste instantie dat de inname van open ruimte zoveel mogelijk dient beperkt. Zoals in het planologisch attest opgenomen vormt het behoud van het bedrijf op de percelen 216 p en 216l, evenals de bestaande bedrijfswoning, hierbij het uitgangspunt. Naar aanleiding van het afgeleverde attest werd bekeken welk deel van de bestaande verharding en welk deel van de gevraagde uitbreiding, inclusief de vraag naar een bijkomende loods, aanvaardbaar is binnen een integrale ruimtelijke afweging. Hierbij wordt opgemerkt dat uitbreidingswensen in functie van privaat gebruik en uitbreidingswensen die niet gemotiveerd zijn vanuit de bedrijfsvoering niet mee in overweging worden genomen. De

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 7 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

genomen opties kunnen uiteraard wel consequenties hebben voor bestaande private activiteiten op het terrein. Vanuit ruimtelijk oogpunt is nog verdere uitbreiding van de bedrijfssite in ieder geval niet aan de orde. Wat betreft het behoud van de bestaande verhardingen en de oprichting van een bijkomende loods moet worden uitgegaan van compact en zuinig ruimtegebruik, aansluitend op de al aanwezige loodsen op percelen 216p en 216l. Andere belangrijke voorwaarde is het realiseren van een goede landschappelijke inpassing. Het bedrijf dient daarbij duidelijk gebufferd ten aanzien van het omliggende agrarisch gebied. Conform de visie dat de buffers moeten voorzien worden op het bedrijventerrein zelf wordt de buffer als overdruk op het paarse gebied voorzien. Opmerking [c2]: Opmerking Volgende concepten geven toelichting bij de opties die in het RUP zullen nagestreefd dienst BGP worden.

3.4.1 Ruimtelijke vertaling 1. Realiseren van een compacte bedrijfssite van het historisch gegroeid bedrijf waarbij de inname van open ruimte zoveel mogelijk wordt beperkt Aansluitend op het bestaande loodsencomplex en de bedrijfswoning wordt een compacte zone voorbehouden voor het historisch gegroeid bedrijf. Voor de afbakening van deze zone worden percelen 216p en l als vertrekbasis genomen. In noordoostelijk richting wordt, evenwijdig met de achterste bestaande loods, een zone van 20m bijkomend opgenomen. In zuidoostelijke richting wordt uitgegaan van het behoud van perceel 216f als uiterste grens in functie van bedrijvigheid. Op deze manier wordt de insnijding in de achterliggende waardevolle open ruimte beperkt. Binnen dit gebied kan het bedrijf zich volledig organiseren. Naast het voorzien van opslagruimte in open lucht is ook de oprichting van een bijkomende loods dienstig voor de bedrijfsactiviteiten mogelijk, voor zover de totale bebouwde oppervlakte beperkt blijft tot 2000m² (dit betreft circa 30 % van de zone aangeduid voor het historisch gegroeid bedrijf). De noodzakelijke parkeergelegenheid moet eveneens worden geïntegreerd op de site . Gelet op de inperking ten aanzien van de bestaande toestand vraagt dit een meer efficiënte bedrijfsorganisatie, gebaseerd op de principes van zuinig ruimtegebruik. De ruimte die in voorliggend gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan wordt gegeven aan het bestaande bedrijf dient worden beschouwd als een ruimtelijk maximum op de huidige locatie. Gezien de hoge landschappelijke waarden van de omgeving is het vanuit ruimtelijk oogpunt niet verantwoord nog een bijkomende inname in functie van bedrijvigheid te voorzien. 2. Voorzien van een gebiedsgerichte landschappelijke inpassing teneinde de visuele impact op het omliggende landschappelijke waardevol gebied te milderen Voor de noodzakelijke landschappelijke inpassing wordt rondom het te bestendige deel van het bedrijf

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 8 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

een zone van 15 tot 20m ingetekend. Binnen deze zone dient een bufferstrook op maat worden ingericht, die qua opbouw en typologie aansluit op de landschapskenmerken in de omgeving en die de bedrijfssite visueel buffert ten aanzien van die omgeving. De aanwezige hellingbossen moeten hierbij inspirerend zijn. Het is in ieder geval duidelijk dat de vandaag de dag op het terrein aanwezige buffer, bestaande uit heesters, niet aan deze visie voldoet. Een meer gebiedspecifieke buffering moet worden bedacht. Door een gebiedseigen opbouw kan de buffer mee invulling geven aan de op provinciaal niveau aangeduide natuurverbinding 9c tussen de versnipperde bossen (Eikenbos, Bertembos, Hoogbos en Moorselbos met Kinderbos en Voerhoek-Weeberg met de bossen van de vallei van de Molenbeek, tot aan het park van ). De inpassing langs de straatzijde en ter hoogte van de hoek met de Bayaersweg kan gebeuren met gerichte groenaanleg op de bedrijfssite. De buffer zal moeten aangelegd worden met streekeigen struiken en hoogstammige bomen om te verzekeren dat ze voldoende visuele afscherming biedt ten opzichte van de omliggende functies. De functie van visuele afscherming is verordenend opgenomen in de stedenbouwkundige voorschriften zodat het bepalen van een exacte hoogte van de buffer niet noodzakelijk is. Door de beplanting met streekeigen struiken en gebiedseigen opbouw verplicht te stellen via de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP wordt verzekerd dat de invulling past binnen de provinciaal aangeduide natuurverbinding. Opmerking [c3]: Opmerking dienst BGP 3. Herstel in de oorspronkelijke toestand van die delen die niet in aanmerking komen voor Met opmaak: Lettertype: bedrijvigheid Garamond De overige percelen of delen van percelen in eigendom van het bedrijf (die vervat zaten in de aanvraag tot planologisch attest) komen niet in aanmerking voor bedrijvigheid, ook niet op lange termijn. Ze worden in voorliggend ruimtelijk uitvoeringsplan opgenomen als bouwvrij agrarisch gebied. Delen die nu verhard zijn moeten onherroepelijk hersteld worden in de oorspronkelijke toestand. Dit betekent dat bestaande verhardingen moeten opgebroken en opslag verwijderd worden. Ook het driehoekige perceel aan de overzijde van de Bayaersweg, dat momenteel dienst doet als parking, dient terug worden hersteld. Hierbij wordt de koppeling gemaakt met investeringen in het gebied voor historisch gegroeid bedrijf: op het moment dat een stedenbouwkundige vergunning wordt verkregen, dient de heropname in de agrarische structuur gerealiseerd.

Deze maatregel heeft uiteraard ook consequenties

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 9 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

voor die delen die feitelijk in privaat gebruik zijn (private parkeergelegenheid, helikopterlandingsplaats), maar waarvoor het RUP geen concrete initiatieven zal nemen. Het spreekt voor zich dat het behoud van deze activiteiten vanuit ruimtelijk oogpunt evenmin evident is, en niet te verzoenen met de bestemming van bouwvrij agrarisch gebied.

4 De actuele situatie op het terrein m.i.v. gekende milieuknelpunten

Luchtfoto met aanduidingen

Situering van het plangebied

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 10 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

Het plangebied is volgens het gewestplan (Gewestplan nr.23 Leuven (KB 07/04/1977) volledig gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.

Het bedrijf kan stedenbouwkundige vergunningen voorleggen voor de bouw van een (bedrijfs)woning, zwembad, bureel, en twee loodsen. Het zwembad, bureel en de loodsen werden niet uitgevoerd volgens de afgeleverde vergunningen. De laadkade, de parking aan de Bayaertsweg en de garage zijn stedenbouwkundig niet vergund. Met betrekking tot deze situatie werd op 21 mei 1992 een overtreding vastgesteld. Er werd een vonnis uitgesproken en een herstelvordering opgemaakt (beslissing van 5 april 1995 van de correctionele rechtbank). De oppervlakte aan verhardingen op het terrein, die gebruikt wordt als parking en opslagruimte, blijkt stedenbouwkundig eveneens niet vergund. Het bedrijf beschikt over een milieuvergunning d.d. 17/06/1992 voor de exploitatie van een inrichting voor het bewerken van hout, metaal en natuursteen voor een periode van 20 jaar.

4.1 Bestaande ruimtelijke structuur

In de analyse van de bestaande ruimtelijke structuur wordt eerst de ruimere omgeving van het bedrijf bekeken. Vervolgens wordt ingezoomd op de verschillende kenmerken van het bedrijf en de vraag tot uitbreiding.

4.1.1 Ruimtelijke kenmerken van de omgeving

De bedrijfssite situeert zich ten zuidoosten van de kern van , langs de Hulsbergstraat, op circa 500m van het begin van de kleine bebouwingskern van Meerbeek. De Hulstbergstraat maakt de verbinding tussen Meerbeek en de kern van en verbindt ook de N2 in Kortenberg met het op- en afrittencomplex van Bertem op de E40.

De bedrijfssite is er gelegen op de noordelijke heuvelrug van de Tomme. Het betreft een open akker- en graslandschap met een erg glooiend reliëf, geflankeerd door hellingbossen. Deze hellingbossen, waarvan delen zijn aangeduid als VEN-gebied en habitatrichtlijngebied, markeren de steilrand tussen Laag en Midden-België, die hiermee duidelijk zichtbaar is op terrein. Omwille van het aanwezige reliëf kent de bedrijfssite een eerder verdiepte ligging ten aanzien van de omliggende akkers. Ten aanzien van de straatzijde betreft het de enige vorm van bebouwing langs deze zijde van de Hulstbergstraat. Aan de overzijde bevindt zich een beperkt bebouwingslint (verkaveling), meer zuidelijk is een waterwinstation gelegen. Ook deze constructies zijn omgeven door open landbouwgebied. Ten zuidoosten van de bedrijfssite, achter de steilrand, duikt de geïsoleerd gelegen bebouwde enclave van het weekendverblijfpark “De Tomme” op.

4.1.2 Kenmerken van het plangebied

4.1.2.1 Economische kenmerken: Het bedrijf De Coninck NV is een bedrijf actief in de sector van afbraak-, bouw- en schrijnwerken, containerservice en immo. Het bedrijf heeft naast de locatie te Kortenberg, waarop het RUP betrekking zal hebben, ook locaties te Herent (Veltem-Beisem) en Kampenhout (ter hoogte van Kampenhout Sas) in gebruik. Deze locaties bevinden zich allen in een straal van minder dan 10km van elkaar. De site te Kortenberg herbergt de afdelingen schrijnwerkerij en steenkapperij. Ook de stockage van allerhande bouwmaterialen en materieel voor de afdeling bouw is hier gevestigd.

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 11 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

De administratieve en ondersteunende diensten van het bedrijf, evenals de maatschappelijke zetel en de afdeling immobiliën, zijn gelegen in het hoofdkantoor te Herent (Kroonstraat 170). Naast deze kantoorfunctie bevindt zich op de site eveneens een sorteercentrum voor containerafvalstoffen. Deze locatie vormt tevens het vertrekpunt van het personeel van de afdeling bouw die van hieruit dagelijks naar bouwwerven op locatie vertrekken. Op de site in Kampenhout (Mechelsesteenweg 51) is het sorteercentrum voor inerte materialen en bouwpuin gevestigd. Containers met grond en steenpuin en vrachtwagens met materiaal van eigen afbraakwerkzaamheden worden hier leeggemaakt, gesorteerd, gezeefd, gebroken en per fractie afgevoerd. Het bedrijf is actief in een ruime regio rond Leuven, inclusief de provincie Antwerpen en gemeenten in het Hoofdstedelijk Gewest. Het heeft een honderdtal werknemers in dienst, waarronder een 15tal op de site te Kortenberg. Daarnaast wordt ook veelvuldig samengewerkt met onderaannemers en leveranciers.

Voor de bedrijfssite te Kortenberg beschikt het bedrijf over een geldige milieuvergunning tot midden juni 2012.

4.1.2.2 Mobiliteitsprofiel: De site te Kortenberg wordt ontsloten op de Hulsbergstraat, met een belangrijke doorgaande functie. De weg sluit in zuidelijke richting aan op de N3 (Tervuursesteenweg), waar eveneens een op- en afrittencomplex op de E40 gelegen is (nabij de kern van Bertem). In noordelijke richting sluit de Hulstbergstraat aan op de Wijnegemhofstraat, net voor de kern van Meerbeek, waarna de N2 (steenweg Brussel-Leuven) vlot kan bereikt worden. Het mobiliteitsprofiel van de site kent een 80tal voertuigbewegingen per dag, waarvan een 50tal woon-werkverkeer van het personeel dat in hoofdzaak met de wagen komt. De overige bewegingen betreffen vrachtverkeer en vervoer van personeel van de afdeling schrijnwerkerij naar werven op locaties via bestelwagens. Ook werfleiders van de afdeling bouw komen op wisselende tijdstippen en gemiddeld 2 keer per dag aan en afgereden om allerhande kleiner materiaal op te halen. Het bedrijf geeft in het aanvraagdossier tot planologisch attest aan dat dit mobiliteitsprofiel in de toekomst ongewijzigd zal blijven gezien geen uitbreiding van activiteiten, noch capaciteitsverhoging van de bestaande activiteiten beoogd wordt.

4.1.2.3 Historische context: Het bedrijf De Coninck NV werd in 1968 opgericht door Edgard de Coninck en zijn echtgenote op de huidige terreinen langs de Hulsbergstraat. In eerste instantie werden enkel afbraak- en grondwerken uitgevoerd, nadien werden de activiteiten ook uitgebreid naar het uitvoeren van kleine ruwbouwwerken en maatwerk in binnen- en buitenschrijnwerk. Hieruit zijn de afdelingen bouw, schrijnwerkerij en steenkapperij ontstaan die tot op heden nog steeds actief zijn op deze locatie. Doorheen de jaren kende het bedrijf een constante groei. Steeds grotere bouw- en schrijnwerken werden aangenomen. In 1986 werd een containerdienst in het leven geroepen en werden de eerste sorteeractiviteiten voor bouwpuin opgestart op de locatie aan de Hulstbergstraat. Eind jaren 80 werd het huidige algemene aannemingsbedrijf De Coninck NV opgericht. Naast particuliere woningbouw werd ook begonnen met het uitvoeren van grotere bouwwerken (appartementsgebouwen, industriële gebouwen, …).

In 1994 werden quasi gelijktijdig twee bijkomende bedrijfslocaties in gebruik genomen, te Herent en Kampenhout-Sas. De sorteeractiviteiten werden opgesplitst en verdeeld over deze twee locaties. Op de site te Herent werden ook de hoofdzetel van het bedrijf gevestigd, met alle ondersteunende administratieve diensten. Naast het herbergen van de afdelingen

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 12 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

schrijnwerkerij en steenkapperij groeide de locatie aan de Hulstbergstraat uit tot opslagplaats van bouwmaterialen. Ook de woning van de oorspronkelijke oprichters is hier nog steeds gevestigd.

Met meer den 40 jaar ervaring in de bouwsector kent het bedrijf vandaag de dag nog steeds een sterke bedrijfsdynamiek.

Ruimtegebruik, schaal en visuele impact: De totale site in eigendom van het bedrijf, of de zaakvoerders ervan, is een stuk groter dan hetgeen gebruikt wordt voor de eigenlijke bedrijfsvoering. Het geheel is langs noordoostelijke en noordwestelijke zijde omzoomd met heesterbeplanting. De zuidoostelijke zijde is niet gebufferd. Omwille van het aanwezige reliëf kent het terrein een eerder verdiepte ligging ten aanzien van het omliggend agrarisch gebied. Het deel dat niet in gebruik is voor bedrijfsactiviteiten is in ingericht als weide. Aan zuidoostelijke zijde is ook een helikopterlandplaats ingericht. Het deel in gebruik door het bedrijf is gecentraliseerd rond de eigenlijke bedrijfswoning met bureel die zich aan de straatzijde bevindt. Deels naast en deels achter deze woning bevindt zich een loodsencomplex, bestaande uit twee loodsen, waarin de afdeling schrijnwerkerij en de steenkapperij gevestigd zijn. De huidige oppervlakte van deze loodsen bedraagt ongeveer 1000m² met een kroonlijsthoogte van 5m en een nokhoogte van 7m. De bijhorende stock van deze afdelingen worden deels in deze loodsen en deels in openlucht opgeslagen op de bestaande verhardingen op het terrein. Ook de opslag van allerhande bouwmaterialen en materieel voor de afdeling bouw vindt er plaats, zowel in openlucht, als in zeecontainers die verspreid staan ingeplant op de verharde delen van het terrein. Deze verhardingen kennen een weinig compacte en onlogische configuratie met twee langwerpige stroken voor opslag die relatief diep insnijden in het agrarisch gebied, van elkaar gescheiden door een strook gazon. Ongeveer op gelijke hoogte met het loodsencomplex bevindt zich een dwarse, verharde strook die dienst doet als parking. De totale oppervlakte aan verhardingen bedraagt ongeveer 1850m², waarvan 205m² ingenomen door de zeecontainers. Aan de overzijde van de Bayaersweg, een kleine landbouwweg aan de noordwestelijke zijde van de site, is een driehoekig perceel eveneens (deels) als kleine parking ingericht. Verder bevinden zich op het terrein een zwembadgebouw (schuin achter de woning) en een ruime dierenren met schuilhokken (aan de straatzijde, naast de woning). Het geheel heeft, aan de achterzijde van de site, een eerder slordig en ongeordend voorkomen. Dit heeft vooral te maken met de opslag die er plaatsvindt en de verspreide staande zeecontainers, die visueel als storend worden ervaren.

5 Beschrijving van de realistische alternatieven voor het plan of voor onderdelen van het plan en het nulalternatief

Het plan betreft de bestendiging en uitbreiding van de bestaande bedrijfsactiviteiten (schrijnwerkerij, steenkapperij en opslag van bouwmaterialen) aan de Hulstbergstraat 115, 3078 Kortenberg. De doelstelling van het plan is de bestendiging, herstructurering en beperkte uitbreiding in functie van het historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV, zoals voorzien in het afgeleverde gedeeltelijk positieve planologische attest. De reikwijdte van het voorgenomen plan strekt zich uit tot de nodige bestemmingswijzigingen om deze visie uitvoerbaar te maken. In hoofdlijnen zal het voorgenomen plan enerzijds delen van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied omzetten naar bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf en anderzijds zullen delen van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied in overdruk bestemd worden tot buffer en andere delen tot bouwvrij agrarisch gebied.

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 13 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

Tenzij uit het actorenoverleg of het ruimtelijk ontwerp goede redenen worden aangebracht zullen de gebieden in het grafisch plan van het voorgenomen plan worden aangeduid met het typevoorschrift zoals dit momenteel wordt gehanteerd voor de hoger genoemde bestemmingen. Indien noodzakelijk of wenselijk blijkt kunnen voorschriften voor bijvoorbeeld een bufferstrook of een gebied met overgangsbepalingen m.b.t. de bestaande toestand opgenomen worden. Gedetailleerde voorschriften over bouwwijze, materiaalgebruik, inrichting van voortuinstroken, … zullen geen deel uitmaken van dit plan. Indien later blijkt dat dergelijke bepalingen gewenst zijn, kan de gemeente de bestemming verfijnen in een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

De huidige activiteiten bevinden zich aan de Hulstbergstraat 115, 3078 Kortenberg. Vermits het uitvoeringsplan voornamelijk een bestendiging en beperkte uitbreiding van bestaande bedrijven betreft, geeft dit weinig ruimte voor locatie-alternatieven. De overwegingen inzake locatie-alternatieven maakten deel uit van de beoordeling van het planologisch attest, waar op basis van het historisch gegroeide karakter van het bedrijf beslist werd tot het behoud ter plaatse. Opmerking [c4]: Opmerking dienst BGP

6 Ontvankelijkheid voor het onderzoek tot MER

In dit hoofdstuk wordt achtereenvolgens nagegaan - of er aandachtspunten zijn vanuit de huidige toestand van het milieu; - Of er voor het voorgenomen plan een passende beoordeling vereist is conform het natuurdecreet; - Of het voorgenomen plan het kader vormt voor vergunningen van bijlage I/II-projecten volgens de projectMER-regelgeving; - Of er een vermoeden bestaat van aanzienlijke milieueffecten

Wanneer blijkt dat er reeds een planMER opgemaakt is, of er een studie beschikbaar is die voldoet aan de kenmerken van een MER kan een ontheffing van plan-merplicht gevraagd worden o.b.v. de decreetswijziging van 8 mei 2009 (B.S.: 3 juli 2009, inwerkingtreding 13 juli 2009). Indien een passende beoordeling verplicht is, of het plan het kader is voor de vergunning van bijlage I/II-projecten is een planMER vereist, uitgezonderd in het geval dat het plan betrekking heeft op een klein gebied op lokaal niveau of op een beperkte wijziging voor zover er geen vermoeden is van significante milieueffecten. In alle andere gevallen is een planMER slechts noodzakelijk indien er een vermoeden is van significante milieueffecten.Wannee r blijkt dat een passende beoordeling vereist is, moet een planMER Opmerking [c5]: Opmerking worden opgemaakt. Indien het plan het kader is voor de vergunning van bijlage I/II -projecten dienst BGP is een planMER vereist, uitgezonderd in het geval dat het plan betrekking heeft op een klein geb ied op lokaal niveau of een beperkte wijziging voor zover er geen vermoeden is van significante milieueffecten. In alle andere gevallen is een planMER slechts noodzakelijk indien er een vermoeden is van aanzienlijke milieueffecten.

6.1 Aandachtspunten vanuit de huidige toestand van het milieu

De omzetting van de gedeeltelijk positief bevonden aanvraag tot planologisch attest in een RUP zal als gevolg hebben dat de activiteit op de site inperkt. Dit hangt samen met het visie- element dat die onderdelen die niet in aanmerking komen voor bedrijvigheid in hun oorspronkelijke toestand moeten hersteld worden (helikopterlandingsplaats, parking). De

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 14 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

milieu-effecten die hieraan verbonden zijn worden als positief beoordeeld vanuit de aandachtspunten vanuit de huidige toestand van het milieu.

De aandachtspunten vanuit de huidige toestand van het milieu komen hoofdzakelijk voort uit de aanwezigheid op een afstand van minimum 300m van de speciale beschermingszone SBZ-H ‘Vallei van Dijle, Laan, en Ijse met aangrenzende bos- en moerasgronden’. Grote delen van dit habitatrichtlijngebied vormen ook onderdeel van het VEN-gebied ‘Het Bertembos – Grevenbos’. De aanwezigheid van het VEN- en habitatgebied werkt door naar een aantal milieudisciplines. Hoofdzakelijk wordt ervan uitgegaan in dit verzoek tot raadpleging dat de effecten van het plan positief zullen zijn, gezien de inperking van de activiteiten op de site en het herstel in de oorspronkelijke toestand –bouwvrij agrarisch gebied- van een aantal onvergunde constructies (vb. helikopterlandingsplaats, parking). Het plangebied bevindt zich nabij faunistisch belangrijke gebieden in het verlengde van het VEN- gebied en het habitatgebied. Op dezelfde wijze bevindt het gebied zich in de nabijheid van gebieden die in het verlengde van het VEN- en habitatgebied zijn afgebakend binnen de ecosysteemkwetsbaarheidskaarten voor verzuring, ecotoopverlies, eutrofiëring, verdroging, etc.

Naast het habitat- en VEN-gebied speelt als aandachtspunt het landschappelijk waardevolle van het landbouwgebied waarin het bedrijf gelegen is. In uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen wordt gewerkt aan een ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos voor 13 buitengebiedregio’s in Vlaanderen. Het plangebied van het RUP is gelegen in de buitengebiedregio Zenne-Dijle-Pajottenland, meer bepaald de deelruimte “Brabants plateau en Dijlevallei – deel noord”. Volgens de eindnota van gewenste ruimtelijke structuur, waarvan de Vlaamse Regering op 24 april 2009 kennis nam, is het bedrijf gelegen in het ruimtelijke functioneel samenhangend landbouwgebied van Evergem en Bertem. Omwille van de markant aanwezige steilrand tussen Hogenbos en Bertembos, onderdeel van de reliëfovergang tussen Laag- en Midden-België, betreft het hier vanuit Vlaams oogpunt landschappelijk zeer waardevol gebied. De steilrand is duidelijk aanwezig op het terrein. Het ruimtelijk beleid is er gericht op het maximaal behoud van het onbebouwd karakter, het vrijwaren van zichtassen en het bieden van potenties voor natuuronwikkeling. Ook de in de nabijheid van de bedrijfssite aanwezige hellingsbossen, relicten van historische boscomplex Bertembos-Grevenbos, zijn belangrijke te vrijwaren elementen. Delen van deze hellingsbossen zijn als VEN-gebied afgebakend en eveneens aangeduid als habitatrichtlijngebied (supra). Uitgaande van deze visie, werd het landschappelijk waardevol agrarisch gebied waarin het bedrijf gelegen, bij dezelfde beslissing van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2009 herbevestigd als landschappelijk waardevol agrarisch gebied. De site van het bedrijf ligt daarbij in een ankerplaats. In de nabijheid van de site situeren zich geen monumenten, stads- of dorpsgezichten of gekende archeologische sites. Het plangebied is voor wat betreft de discipline water gelegen in het bekken van de Dijle en watert af naar de Tergesselbeek. Binnen of aangrenzend aan het plangebied is geen waterloop gesitueerd. Volgens de watertoetskaart, gevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 20 juli 2006 dat nadere regels met betrekking tot de watertoets, te raadplegen op het geoloket van het AGIV, is de bedrijfsite niet gelegen in effectief overstromingsgevoelig, noch in mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Het is evenmin gelegen in infiltratiegevoelig gebied.

Uit de analyse kwamen geen aandachtspunten naar voren voor wat betreft lucht (meetstation ), veiligheid (seveso-inrichtingen) of kwetsbare zones bodem.

6.2 Voortoets passende beoordeling Artikel 36 ter van het decreet Natuurbehoud bepaalt dat ieder plan dat - afzonderlijk of in combinatie met één of meerdere bestaande of voorgestelde activiteiten, plannen of

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 15 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

programma’s - een betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van een als speciale beschermingszone te beschouwen gebied kan veroorzaken, dient onderworpen te worden aan een passende beoordeling. Het gaat om gebieden die door de Vlaamse regering zijn voorgesteld of aangewezen zijn als Speciale Beschermingszone in toepassing van de Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG van 02.05.1979) en de Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG van 21 mei 1992). Het ruimtelijk uitvoeringsplan is er op gericht een bestaande bedrijfssite aan de Hulstbergstraat 115 te Kortenberg in te richten als bedrijventerrein voor het historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV. Het plangebied ligt op een afstand van minimum 300m van de speciale beschermingszone SBZ-H “Vallei van Dijle, Laan, en Ijse met aangrenzende bos- en moerasgronden”. Grote delen van dit habitatrichtlijngebied vormen ook onderdeel van het VEN-gebied “Het Bertembos – Grevenbos”. Het bedrijf wordt slechts ten dele bestendigd. Delen die vanuit de ruimtelijke visie niet voor bedrijfsvoering in aanmerking komen dienen onherroepelijk hersteld in de oorspronkelijke toestand, met name bouwvrij agrarisch gebied. Bovendien wordt rondom het te bestendigen deel van de bedrijfssite een gebiedsgerichte buffer van 15 tot 20m voorzien. Redelijkerwijze kan derhalve aangenomen worden dat het gedeeltelijke behoud van de bedrijssite en de voorziene maatregelen naar landschappelijke inpassing ertoe bijdragen dat geen betekenisvolle aantasting wordt veroorzaakt van de habitats van de speciale beschermingszone.

Concluderend kan gesteld worden het ruimtelijk uitvoeringsplan geen plan is dat een betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van een als speciale beschermingszone te beschouwen gebied kan veroorzaken, en conform artikel 36ter van het decreet Natuurbehoud, geen passende beoordeling vereist is.

6.3 Kader voor bijlage I/II-projecten

Het bedrijf heeft volgende activiteiten: ► Schrijnwerkerij; ► Steenkapperij; ► Stockage van bouwmaterialen; ► Beperkte stalling van wagenpark (4 voertuigen).

Uit de confrontatie van deze activiteiten met de bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering houdende de vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage blijkt dat geen van deze activiteiten opgenomen staat in deze bijlagen. Gezien het feit dat de stedenbouwkundige voorschriften de vergunbare werken beperken tot het behoud van de huidige historisch gegroeide bedrijfsactiviteiten vormt het voorgenomen plan niet het kader voor vergunningen van dergelijke projecten.

6.4 Grens- of gewestgrensoverschrijdende milieueffecten Het uitvoeringsplan is gelegen op 10 km van de grens met het Waalse Gewest (1390 Grez- Doiceau). De milieueffecten die kunnen optreden ten gevolge van het plan zijn, zoals in dit document beschreven beperkt en hoofdzakelijk positief. Omwille van de aard van de mogelijke effecten, de ruime afstand en het ontbreken van functionele relaties waardoor de effecten zich op langere afstand zouden manifesteren, wordt er vanuit gegaan zich geen grensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kunnen voordoen.

6.5 Vermoeden van aanzienlijke milieu-effecten

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 16 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

Op basis van alle bovenstaande elementen waarbij specifiek de aandacht gevestigd wordt op het landschapsherstel en het verdwijnen van de helikopterlandschapsplaats met bijhorende verharde oppervlakten bestaat er geen vermoeden van aanzienlijke milieu- effecten.

7 Methodologische toelichting en beoordeling van de mogelijke effecten

De beschrijving van de mogelijke milieueffecten zal worden besproken aan de hand van de vier onderscheiden onderdelen van het plan, namelijk: A. Het herbestemmen van de bestaande bedrijfswoning en loodsen tot bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf; B. Het bestemmen van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied tot bouwvrij agrarisch gebied, waarbij de bestaande verhardingen en constructies moeten worden verwijderd; C. Het bestemmen van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied tot bouwvrij agrarisch gebied D. Het bestemmen in overdruk tot een buffer rond de bedrijfsactiviteiten die continuïteit krijgen door de bestemming bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf.

De beschrijving zal ingaan op het huidig geldend plan, het voorgenomen plan, de huidige toestand als referentiesituatie en de mogelijke milieueffecten.

Planonderdeel A B C D Bestaande Bedrijventerrein onvergunde Agrarisch gebied Beperkte toestand parking en visuele buffering helikopterhave n en andere onvergunde constructies in privégebruik Geldend plan Landschappelijk Landschappelij Landschappelijk Landschappelijk waardevol k waardevol waardevol waardevol agrarisch agrarisch agrarisch gebied agrarisch gebied gebied gebied Voorgenomen Bedrijventerrein Bouwvrij Bouwvrij Buffer waardoor plan voor historisch agrarisch agrarisch gebied een degelijke gegroeid bedrijf gebied waardoor landschappelijk waardoor landschapsherste e inkleding van landschapshers l kan de bedrijfssite tel kan plaatsvinden kan plaatsvinden plaatsvinden

7.1 Planonderdeel A: Het herbestemmen van de bestaande bedrijfswoning en loodsen tot bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 17 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

Planonderdeel A betreft het onderdeel waarin ruimte gegeven wordt voor de uitoefening van de sinds 1968 op deze locatie historisch gegroeide bedrijfsactiviteiten en de daarbij horende bedrijfswoning en aanhorigheden zoals het zwembad. Er wordt voorzien in een maximale bebouwbare oppervlakte, een maximale stapelhoogte en een maximale bouwhoogte. Er worden randvoorwaarden opgelegd inzake verharding en waterbergend vermogen. Aangezien de bestaande activiteiten en de bestaande ruimtelijke verschijningsvorm richtinggevend zijn voor het voorgenomen plan, sluiten de stedenbouwkundige voorschriften nauw aan bij de aanwezige vergunde bebouwing. Dit planonderdeel heeft met andere woorden geen andere milieueffecten dan het geldende plan. De effecten zijn dezelfde als of vergelijkbaar met de bestaande toestand. In het verleden werden op basis van het geldende plan al vergunningen afgeleverd voor de bouw van een woning, een zwembad, burelen en twee loodsen. De bespreking van de mogelijke milieueffecten is dus niet relevant.

7.2 Planonderdeel B: Het bestemmen van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied tot bouwvrij agrarisch gebied, waarbij de bestaande verhardingen en constructies moeten worden verwijderd;

Het milieueffect van de herbestemming van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied naar bouwvrij agrarisch gebied moet positief beoordeeld worden. De stedenbouwkundige voorschriften in het RUP zullen in principe bepalen dat pas vergunningen kunnen afgeleverd worden binnen planonderdeel A als planonderdeel B – het bouwvrij agrarisch gebied – effectief ingericht is als bouwvrij agrarisch gebied. Dit dwingt het bedrijf tot het doorvoeren van landschapsherstel op die plaatsen waar ze zonder de geëigende vergunning overging tot bouwwerken of verhardingen voor de helikopterhaven of voor de parking. Het landschapsherstel omvat ook het herbekijken van de heesters die nu de zone omgrenzen.

7.3 Planonderdeel C: Het bestemmen van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied tot bouwvrij agrarisch gebied

Het milieueffect van de herbestemming van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied naar bouwvrij agrarisch gebied moet positief beoordeeld worden. Het past binnen de visie uitgedrukt in meerdere beleidsdocumenten (supra) die het landschappelijk waardevolle karakter van dit gebied benadrukken. Door de zone te bestemmen als bouwvrij agrarisch gebied wordt een duidelijk signaal gegeven dat de ruimtelijke visie op de uitbreidingsbehoeften van het bedrijf zich beperkt tot het voorgenomen plan. Verdere uitbreidingen in de toekomst zijn vanuit de ruimtelijke visie niet wenselijk, zodat het achterliggende gebied de bestemming bouwvrij agrarisch gebied krijgt.

7.4 Planonderdeel D: Het bestemmen in overdruk tot een buffer rond de bedrijfsactiviteiten die continuïteit krijgen door de bestemming bedrijventerrein voor historisch gegroeid bedrijf

Het milieueffect van planonderdeel D moet positief geëvalueerd worden. Het huidige visueel storende effect van de opslag in zeecontainers en open lucht zal door de buffering beperkt worden (samen met de maatregelen die hiervoor voorzien worden in de twee overige planonderdelen). De stedenbouwkundige voorschriften bepalen dat de buffer moet bestaan uit streekeigen struiken en hoogstammige bomen en dat de buffer qua opbouw en soort dient aan te sluiten op de nabijgelegen hellingsbossen. Het effect van dit planonderdeel is positief. Het planonderdeel dwingt het bedrijf tot zorgvuldig en zuinig ruimtegebruik binnen

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 18 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

de ruimte die het toegekend heeft gekregen als historisch gegroeid bedrijf en verbetert de buffering ten opzichte van de bestaande situatie.

8 Beschrijving en beoordeling van de milieueffecten van de geplande situatie

De actuele situatie op het terrein en het nulalternatief verschillen slechts in die zin dat er handhaving met eventueel bijhorend herstel plaatsvindt. Beide situaties worden samen vergeleken met de geplande situaties voor een aantal milieudisciplines.

Vanuit de discipline mens-ruimtelijke ordening wordt de geplande situatie positief beoordeeld. Het plan wordt beperkt tot de hoodzakelijk vergunde bedrijfsactiviteit en privé- constructies en zal in de stedenbouwkundige voorschriften een duidelijke aanmoediging bevatten voor het bedrijf om het landschapsherstel effectief uit te voeren. De stedenbouwkundige voorschriften zullen voorzien dat geen vergunningen kunnen afgeleverd worden in de zone voor bedrijfsactiviteiten tot het landschapsherstel effectief heeft plaatsgevonden. Naast het landschapsherstel is de betere buffering die voorzien wordt rond het bedrijf een positief effect vanuit de discipline mens-ruimtelijke ordening. Deze positieve beoordeling blijft gehandhaafd zelfs indien de bestemming binnen herbevestigd agrarisch gebied in ogenschouw genomen wordt. Het bedrijf is ter plaatse gevestigd sinds 1971 en heeft voor haar bedrijfsactiviteiten op deze plaats een aantal bouwvergunningen verkregen. De site die bestendigd wordt via het RUP heeft dus gedurende bijna veertig jaar geen effectief gebruik als landbouwgebied gekend. Het op te maken RUP voldoet aan de visie van de afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling om de te herbestemmen zones tot een minimum te beperken en om te vermijden dat binnen het bouwvrij agrarisch gebied waterbekkens e.d. tot stand kunnen komen. De bestemming bouwvrij agrarisch gebied verzekert dit. De herlocalisatie naar een bedrijventerrein is vanuit dit oogpunt minder gewenst. Dit verhoogt de globale ruimtevraag voor nieuwe bedrijventerreinen, die in veel gevallen zullen gepland worden op zones die nog wel in actief landbouwgebruik zijn, terwijl de voorliggende zone sinds lang niet meer in actief landbouwgebruik is. Vanuit deze overweging wordt het behoud ter plaatse mits inperking van het bedrijf en sterke buffering vanuit de discipline ruimtelijke ordening positief beoordeeld. Opmerking [c6]: Opmerking dienst BGP Op vlak van verhardingen zal de geplande situatie een positief effect hebben. De verhardingen van de helikopterlandingsplaats en de parking ter hoogte van de Bayaertsweg zullen verdwijnen. Op het planonderdeel waar de bedrijvigheid bestendigd wordt, kan er in beperkte mate verharding bijkomen, waarbij de stedenbouwkundige voorschriften de gekende voorwaarden volgend uit de watertoets zullen opleggen. Daarbij zullen de Met opmaak: Lettertype: Vet voorwaarden van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 1 oktober 2004 inzake hemelwaterputten e.a. van toepassing zijn. Aangezien het gebied niet Opmerking [c7]: Opmerking overstromingsgevoelig, niet infiltratiegevoelig en weinig tot matig gevoelig is voor VMM operationeel waterbeheer grondwaterstroming wordt niet voorzien in een algemeen verbod op grote ondergrondse constructies. Het al dan niet toelaten van dergelijke constructies kan afgewogen worden op niveau van de af te leveren vergunningen. Het achterliggende gebied krijgt een bestemming Opmerking [c8]: Opmerking bouwvrij agrarisch gebied, waardoor geen verhardingen meer mogelijk zijn. Globaal VMM Operationeel waterbeheer genomen worden de effecten van de geplande situatie tegenover de huidige situatie op het terrein ten gevolge van het verdwijnen van een deel verharding voor de disciplines bodem, water, fauna en flora positief ingeschat. De zone bevindt zich in een gebied voor collectief te optimaliseren buitengebied. Indien het bedrijf voor haar bedrijfsafvalwaters niet zou kunnen aansluiten op het nabijgelegen RWZI zal het moeten voorzien in eigen zuivering conform de Vlaremregelgeving, desgevallend in combinatie met hergebruik van afvalwaters. Opmerking [c9]: Opmerking dienst BGP

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 19 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

De effecten ten opzichte van het nulalternatief zijn beperkt positief indien handhaving optreedt en positief indien de handhaving niet zover kan gaan dat er effectief landschapsherstel wordt opgelegd.

De effecten voor landschap zijn positief zowel ten opzichte van de huidige situatie als ten opzichte van het nulalternatief. Dit komt doordat er gewerkt wordt met een bestemming bouwvrij agrarisch gebied en een degelijke buffering. Beide zaken komen de integratie van de site in haar ruimere omgeving ten goede. Ten opzichte van de huidige situatie is ook positief dat de buitenopslag van containers zal verdwijnen.

Op vlak van mobiliteit zijn de effecten neutraal of positief. Het bedrijf voorziet geen schaalvergroting, het RUP zal dit dan ook niet toelaten. In de mate dat er minder helikoptervluchten zullen uitgevoerd worden kan het effect als beperkt positief ingeschat worden ten opzichte van de huidige situatie. De mogelijkheden voor het gebruik van openbaar vervoer om het bedrijf te bereiken zijn beperkt. De buslijnen 351 (Brussel- Kortenberg--Leuven) en 651 (Leuven-Everberg-Kortenberg-) hebben een halte op iets minder dan één kilometer van de bedrijfssite. Het RUP voorziet voldoende ruimte zodat het bedrijf kan voorzien in voldoende fietsstallingen voor haar personeel, maar gedetailleerde stedenbouwkundige voorschriften worden hieromtrent niet opgenomen. Dit Opmerking [c10]: Opmerking beperkt positieve effect werkt wel op een positieve wijze door naar geluid en lucht . Voor dienst BGP lucht ligt het gebied vandaag al in een gebied waar de luchtkwaliteit conform de grenswaarden uit de betrokken EG-richtlijnen is. Gezien de loutere bestendiging van de huidige bedrijfsactiviteiten zal de activiteit van het bedrijf geen aanleiding geven tot een wijziging van deze situatie. Opmerking [c11]: Opmerking VMM, afdeling Lucht Voor de discipline energie- en grondstoffenvoorraden is het effect neutraal. Het gebied ligt niet in de nabijheid van een ontginningszone. Alhoewel het RUP niet voorziet in de verplichting principes van duurzaam, energiezuinig en milieuvriendelijk bouwen toe te passen, wordt vanuit het algemene reguliere beleid wel gezorgd voor kennisverspreiding en financiële ondersteuning voor bedrijven die dergelijke principes willen toepassen. De toelichtingsnota bij het RUP zal een aanbeveling opnemen voor het toepassen van dergelijke principes rekening houdende met de aard en de financiële draagkracht van het bedrijf. Opmerking [c12]: Opmerking dienst BGP 9 Globale discipline overschrijdende beoordeling rekening houdende met cumulatieve effecten.

In onderstaande overzichtstabel worden de verwachte effecten voor de verschillende milieudisciplines en planonderdelen gegroepeerd.

Planonderdeel Planonderdeel Mens –gezondheid veiligheid en ordening Ruimtelijke Biodiversiteit flora en Fauna Energie- grondstoffenvoorraden Bodem en Water Atmosfeer factoren Klimatologische Geluid Licht goederen Stoffelijke erfgoed Cultureel Mobiliteit Landschap Samenhang disciplines tussen A / / / / / / / / / / / / / / / / B + + + + - + + + 0 + 0 - 0 0 + +

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 20 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

C + + 0 0 0 + + + 0 0 0 0 0 0 + + D + + + + 0 + + 0 0 0 0 0 0 0 + + Geheel + + + + 0 + + + 0 + 0 0 0 0 + + legende: / Het plan houdt geen wijziging in tov het geldend plan en de bestaande toestand, een beoordeling is dus niet van toepassing 0 Er is geen effect of een zeer minimaal effect op deze discipline +, ++ Er is een positief of een aanzienlijk positief effect voor deze discipline -, -- Er is een negatief of een aanzienlijk negatief effect voor deze discipline

Het restrictieve karakter van het afgeleverde planologisch attest waarvoor een RUP wordt opgemaakt levert globaal genomen positieve milieueffecten op, eerder dan negatieve. De reden hiervoor is het landschapsherstel dat moet gebeuren in de zone voor bouwvrij agrarisch gebied waardoor niet-vergunde verhardingen moeten verdwijnen (helikopterlandingsplaats, parking) en de beter georganiseerde buffering en landschapsinkleding. Daarnaast zal in het RUP ook toekomstgericht een duidelijke grens gesteld worden aan de uitbreidingen van dit bedrijf, aangezien het achterliggende gebied ook de bestemming bouwvrij agrarisch gebied krijgt.

10 Besluit m.b.t. de mogelijke aanzienlijke milieueffecten

Het voorgenomen plan zal geen aanzienlijke milieueffecten hebben aangezien het de inperking betreft van de activiteit die in de actuele situatie aanwezig is op de site. De omgevingskenmerken van het bedrijf worden door landschapherstel en buffering beter afgestemd op de ruimere, landschappelijk erg waardevolle omgeving.

11 Grensoverschrijdende effecten en eventuele gegevens voor grensoverschrijdende info-uitwisseling

Zoals hoger beschreven heeft het plan geen grensoverschrijdende effecten.

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 21 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg Provincie Vlaams-Brabant – Gemeente Kortenberg

Verzoek tot raadpleging bij het Gewestelijk RUP 22 Historisch gegroeid bedrijf De Coninck NV in Kortenberg