Actaea– Voorheen Cimicifuga
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
overzicht van de wijzigingen van cimicifuga naar actaea – voorheen Cimicifuga ctaea Om bij de soorten en cultivars niet te verzanden in een enorme hoeveelheid synoniemen A volgt hier een overzicht van de wijzigingen van Cimicifuga naar Actaea: sortimentsoverzicht C. acerina (Prantl) Tanaka → A. japonica Thunb. H. Kramer C. acerina f. purpurea P.K. Hsiao → A. purpurea (P.K. Hsiao) J. Compton C. americana Michx. → A. podocarpa DC. C. arizonica S. Watson → A. arizonica (S. Watson) J. Compton Actaea en Cimicifuga waren lange tijd bekend als C. biternata (Siebold & Zucc.) Miq. → A. biternata (Siebold & Zucc.) Prantl twee afzonderlijke geslachten. Tot 1998, toen James C. brachycarpa P.K. Hsiao → A. brachycarpa (P.K. Hsiao) J. Compton A. Compton, Alastair Culham et al. op basis van C. calthifolia Maxim. ex Oliv. → onduidelijk, waarschijnlijk Beesia calthifolia Ulbr. moleculair onderzoek concludeerden deze geslachten C. cordifolia (DC) Torrey & A. Gray → A. cordifolia DC. dermate nauw zijn verwant dat het gerechtvaardigd C. cordifolia Pursh → A. podocarpa DC. is om de soorten in één geslacht onder te brengen: C. dahurica (Turcz.) Maxim. → A. dahurica (Turcz. ex Fisch. & C.A. Mey.) Franch. Actaea. De praktijk kon hier maar moeilijk mee C. elata Nutt. → A. elata (Nutt.) Prantl omgaan en een deel van de kwekers blijft hardnekkig C. europaea Schipcz. → A. europaea (Schipcz.) J. Compton Cimicifuga als naam gebruiken. Deze problematiek C. foetida L. → A. cimicifuga L. doet echter niets af aan de schoonheid van de soorten C. foetida var. matsumurae Nakai → A. matsumurae (Nakai) J. Compton & Hedd. en cultivars van de Zilverkaars. C. heracleifolia Kom. → A. heracleifolia (Kom.) J. Compton C. japonica (Thunb.) Spreng. → A. japonica Thunb. Veel kwekers zijn nog altijd niet bekomen van de Flora of North America wordt Actaea als synoniem C. laciniata S. Watson → A. laciniata (S. Watson) J. Compton naamsverandering die James Compton, Alastair genoemd. Echter, de twee belangrijkste taxonomi- C. mairei H. Lév. → A. mairei (H.Lév.) J. Compton Culham en anderen in 1998 doorvoerde. Het sche databases op het gebied van wilde planten- geslacht Cimicifuga werd geminimaliseerd en vrij- soorten, GRIN en The Plant List, hebben de visie C. matsumurae (Nakai) Luferov → A. matsumurae (Nakai) J. Compton & Hedd. wel alle soorten werden geplaatst in Actaea. Los van Compton overgenomen. Dit was een belang- C. nanchuenensis P.G. Xiao → C. nanchuenensis P.G. Xiao van de duidelijke overeenkomsten in moleculaire rijk argument voor de naamlijsten om hierin mee (DNA) structuren is het enige belangrijke verschil te gaan. C. podocarpa (DC.) Elliott → A. podocarpa DC. tussen de twee dat Actaea vlezige vruchten (bes- C. purpurea (P.K. Hsiao) C.W. Park & H.W. Lee → A. purpurea (P.K. Hsiao) J. Compton sen) draagt en Cimicifuga droge kokervruchten. Dit artikel zal over de discussie “Actaea of C. racemosa (L.) Nuttall. → A. racemosa L. Opvallend genoeg blijft vervolgens één soort tot Cimicifuga” geen uitspraak doen. Zoals gebruike- Cimicifuga horen: C. nanchuenensis. lijk in Dendroflora wordt de algemeen aanvaarde C. racemosa ‘Purpurea’ → A. simplex Atropurpurea Group Eveneens opvallend: volgens de nieuwe indeling nomenclatuur/taxonomie toegepast, conform de C. racemosa var. cordifolia (DC.) A. Gray → A. cordifolia DC. zal de oude en bekende Cimicifuga foetida, nota naamlijsten van houtige gewassen en van vaste bene Actaea cimicifuga genoemd moeten worden. planten en worden alle planten in dit artikel C. ramosa (Maxim. ex Franch.& Sav.) Nakai → A. simplex ‘Prichard’s Giant’ Het is allemaal zeer verwarrend, mede omdat de Actaea genoemd. Het artikel gaat dan ook alleen C. rubifolia Kearney → A. cordifolia DC. Flora of North America en de Flora of China, lan- over die species en cultivars die in het verleden den waar het merendeel van de soorten voorkomt als Cimicifuga werden beschouwd en nu in het C. simplex (DC.) Wormsk. ex Turcz. → A. simplex (DC.) Wormsk. ex prantl nog gewoon het geslacht Cimicifuga hanteren. In de geslacht Actaea zijn ondergebracht (zie overzicht). C. yunnanensis P.K. Hsiao → A. yunnanensis (P.K. Hsiao) J. Compton 4 5 dendroflora 52 [2016] De naam Cimicifuga is afgeleid van cimex, wat bloeiwijze aarvormig is. Bloeiwijze enkelvoudig betekent insect en fuga wat staat voor wegjagen. of vertakt (dan pluimvormig). Afzonderlijke Het verwijst naar de insecten verjagende eigen- bloemen kort gesteeld (uitgezonderd A. japonica), schappen van het gedroogde blad, dat vaak in met 2-10 vrije bloemdekbladen, veel meeldraden matrassen werd gestopt. en 1-8 stijlen. Vruchten vlezig (bes) of droog De verklaring van de naam Actaea is minder (kokervrucht), met meerdere zaden. eenduidig. Het zou de Latijnse transcriptie zijn van de oude Griekse plantennaam Aktaia. Ook de Cultuur en vermeerdering oorsprong van deze naam is onduidelijk. Volgens Actaea is op de kwekerij van de auteur al jaren sommigen is het afgeleid van Aktê, de Vlier, waar- een specialiteit; nagenoeg alle soorten en cultivars mee de bladeren inderdaad enige gelijkenis verto- worden gekweekt. Dat zijn bij elkaar ruim 50 ver- nen. Anderen vertalen Aktê als (steile) oever, wat schillende planten. Opvallend is dat er niet één verwijst naar de plaatsen waar de planten graag is die problemen geeft in cultuur, zolang ze maar groeien. niet te droog en te kalkrijk staan. Lichte tot half- Veel poëtischer is de verklaring van Linnaeus en schaduw past ze het best, maar in gebieden met anderen. De naam Actaea zou zijn afgeleid van koele zomers, zoals West-Europa, kunnen de de mythologische jager Actaeon. Hij verraste de meeste soorten prima in de volle zon staan. Juist godin Artemis bij het baden en werd door haar als bij de donkerbladige cultivars is de bladkleur dan straf veranderd in een hert. Zijn eigen honden, die het meest intens. De meeste soorten kunnen jaren- Actaeon niet herkenden in zijn nieuwe gedaante, lang vast blijven staan, waarbij een mulchlaag van verscheurden hem. Linnaeus zou de naam hebben bladaarde of compost om de paar jaar de planten gekozen vanwege de giftige vruchten van Actaea. vitaal houdt. Pas op met gescheurde planten uit Deze zijn voor de mens die ze eet even gevaarlijk de handel. Die kunnen nog wel eens aangetast zijn als de honden voor Actaeon. door wortel- en bladaaltjes. Deze aantastingen zijn De Nederlandse naam zilverkaars verwijst naar de zichtbaar als kleine knobbeltjes en verdikkingen (gewoonlijk) witte bloemen in lange eindstandige op de wortels. Ook zijn de haarwortels vaak niet trossen. goed ontwikkeld. Warmwaterbehandelingen, het zogenaamde “koken” van de wortels bij 41 °C in Actaea roodbladige selecties Morfologie maart, hebben effect in het bestrijden van wortel- (foto: hk) Actaea behoort tot de Ranunculaceae. Tot deze aaltjes. Maar de planten kunnen er wel van te grote en voor de tuinbouw belangrijke familie lijden hebben, wat zich uit in kortere bloeiwijzen. zaaien in aardewerken zaadpannen die ingegraven of bladaarde kan doen. Zelfs de donkerbladige behoren ook bekende geslachten als Aconitum, Bij warmwaterbehandelingen onder hogere worden. In de tweede winter begint het zaad al selecties van A. simplex groeien tot volle tevreden- Anemone, Clematis, Delphinium, Helleborus en temperaturen zullen groei- en bloeireductie vroeg te kiemen, waarna de jonge planten na een heid in de volle zon, zolang ze maar niet te droog Thalictrum. Actaea is het meest nauw verwant aan het gevolg zijn. keer verspenen vaak in mei-juni al opgepot kun- staan. Zeker, als naar de natuurlijke groeiplaatsen Eranthis. Er zijn 29 soorten Actaea, die globaal in De vermeerdering geschiedt gewoonlijk door nen worden in een P9. wordt gekeken, prefereren de zilverkaarsen stuk twee groepen in te delen zijn: de “klassieke” Actaea scheuren. Bij cultivars moet dit natuurlijk, De auteur heeft inmiddels duizenden zaailingen voor stuk een koele, enigszins half beschaduwde en de soorten die voorheen Cimicifuga werden maar ook de botanische soorten worden vaak opgekweekt van verschillende soorten die op de standplaats die vooral niet te droog mag zijn en genoemd. De samenvoeging van Cimicifuga met gescheurd. Het liefst gebeurt dit in het vroege kwekerij dicht op elkaar staan. Opvallenderwijs voldoende humus moet bevatten. Zo geplant zijn Actaea is gedaan op basis van gemeenschappelijk voorjaar, maar in de herfst is het ook mogelijk. is er nog nooit een hybride tussen twee soorten alle soorten eigenlijk uiterst gemakkelijke, zij het DNA, zeer sterke biochemische overeenkomsten Zaaien gaat uitstekend maar wordt tegenwoor- gevonden. Enerzijds is dat jammer, anderzijds is ietwat traag groeiende planten die jarenlang op en morfologie. Het enige kenmerk dat de planten dig weinig gedaan. Dat komt doordat de zaden steeds duidelijk dat aangeboden planten soortecht dezelfde standplaats kunnen staan. Ze overtuigen die voorheen Cimicifuga werden genoemd onder- meestal een jaar over moeten liggen. Gemiddeld zijn. Bovendien heeft de auteur in het verleden met hun sierlijke groeiwijze, verticale ijle habitus, scheid van de “klassieke” Actaea is dat Cimicifuga duurt het ongeveer anderhalf jaar voordat de veel kruisingswerk uitgevoerd, vooral met de prachtige blad en hun soms overweldigende geur, droge vruchten heeft en Actaea vlezige. zaden kiemen. Omdat het zulke fijne zaden zijn donkerbladige selecties van Actaea simplex. En die op hun beurt weer veel insecten en vlinders Actaea zijn overblijvende vaste planten. De bla- kan het gauw uitdrogen. Verzamel het zaad in de hoewel de droge en wat schrale zandgrond waar aantrekt. Weinig vaste planten zijn zo lange tijd deren zijn twee- tot vier keer drie-tallig en staan herfst in papieren zakken en laat het maximaal de kwekerij op is gelegen, op het eerste gezicht attractief, vanaf het moment dat ze uitlopen tot het verspreid aan de stengels. De bloeiwijze is steeds een paar weken drogen. Daarna moet het meteen niet als ideaal kan worden bestempeld, is het punt in de vroege winter wanneer de goudvinken trosvormig, uitgezonderd bij A. japonica, waar de uitgezaaid worden. Dit kan bijvoorbeeld door te verbazingwekkend wat een flinke gift compost de goudbruine zaaddozen leeg peuzelen. 6 7 dendroflora 52 [2016] A. cordifolia ‘Blickfang’ A. cordifolia ‘Blickfang’ A.