CALENDARIUM GESCHIEDENIS STADHUIS N.B. Samengesteld met behulp van: H. Uil en G.C. Groenleer: De gemeente van huis uit: een historische tocht langs de gemeentehuizen van Schouwen-Duiveland en Sint Philipsland, 1989, alsmede het gemeente-archief Schouwen-Duiveland Zierikzee.

1487 De oudste vermelding van “der stedehuys van Brouwershaven” be- staande uit het achterste gedeelte van het tegenwoordige stadhuis; een gebouw met drie trapgevels en een toren; de voorgevel was gelegen aan de Korenmarkt.

1598-1601 Er ontstond behoefte aan een Thesaurierskamer; besloten werd hiertoe een uitbouw te maken aan de zijde van de havendijk. Halverwege de bouw besloot het Stadsbestuur tot een grootse aanpak van de uitbrei- ding door plaatsing van een “cyerlijcken ghevel”, waardoor de voor- zijde aan de havenkant kwam te liggen (de tegenwoordige Markt).

De gevel werd gebouwd door Cornelis Claesz. Tegen het gebouw werd bovendien een traptoren gebouwd, bekroond door een appelspits, volgens ontwerp van Jan Pietersz., meestertimmerman te Veere. Het bordes, voorzien van leeuwen als schildhouders met de wapens van Brouwershaven en , gaf het gebouw meer allure. Op de top van de gevel plaatste men een beeld van De Barmhartigheid (in het gebouw was ook de Weeskamer gevestigd); in de nis boven de deur werd een beeld geplaatst van Vrouwe Justitia, verwijzend naar de rechtspraaktaak die het stadsbestuur in die dagen vervulde; de archi- traaf boven de ingang voorzag men van de inscriptie ‘Lex republicae conservatio’ (‘de wet is het behoud van de republiek’).

Achter de voordeur lag de Voorzaal; daarachter was de Vierschaar ge- legen die ook dienst deed als Weeskamer. Onder het nieuwe gedeelte bevond zich een kelder; op de eerste verdieping was de Raadkamer en daarachter vermoedelijk de Thesaurierskamer; op de zolder was een gevangenis ingericht. Op de eerste verdieping werden betimmeringen aangebracht: plafonds van de Voorzaal en de Raadkamer versierde men met geschilderde fl orale en met sjablonen vervaardigde motieven.

17de - 18de eeuw Het gebouw behield zijn oorspronkelijke inrichting door de geringe welvaart van de smalstad.

[tweede helft Vierschaar voorzien van een stucwerkplafond. 18de eeuw]

1754 Besluit van het stadsbestuur tot het instellen van boetes voor laatko- mende leden van de magistraat, om zo de nodige stoelen, tafels en kussens te kunnen aankopen.

1756 Kleinschalige restauratie. 1784 Bordes vernieuwd door plaatselijke timmermansbaas Leendert van Westervoord.

[In of kort na 1819] Renovatie met gebruik van sloopmateriaal van de in 1819 afgebroken stadspoorten; de gevel aan de Korenmarktzijde werd ‘afgetopt’, naar de smaak van die tijd.

1843 Stadsarchitect van Zierikzee A. van der Velde heeft een plan gemaakt, tot afbraak van de bouwvallige bovenbouw van de stadhuistoren en het aanbrengen van een daktorentje in plaats hiervan.

1844 Bouw van een daktorentje door de plaatselijke timmermansbaas Cor- nelis Hordijk

1860 Herziening interieur van het vertrek in gebruik bij het kantongerecht, volgens het plan van genoemde Van der Velde.

[laatste kwart Aantasting van eigenlijke bestemming van het gebouw, door gebruik 19de eeuw] van de Voorzaal als gymnastiekruimte en ruimte voor geven van lessen in huisvlijt en voor vervaardiging van kleding voor behoeftigen.

1875 Bezoek van de ‘Rijksadviseurs voor de Monumenten van Geschiede- nis en Kunst’, die het gebouw “één van de zuiverste voorbeelden van den Hollandschen renaissancestijl” noemden; restauratie onder des- kundige leiding werd geadviseerd. Genoemden troffen een nagenoeg geheel met cement bestreken voorgevel aan. Het gemeentebestuur gaf opdracht tot vervaardiging van een tekening van de voorgevel en het opstellen van een begroting van de herstelkosten, maar wees ook op de vele andere uitgaven die nog gedaan moesten worden.

1876 Herstel van de cementlaag van de voorgevel.

1877 Opheffi ng van het Kantongerecht Brouwershaven; leegstand van het vertrek dat deze instelling in gebruik had.

1878 Het beeld van Vrouwe Justitia werd uit de nis boven de ingang verwij- derd en opgeborgen, wegens slechte staat.

1884 Herstel van het daktorentje; de windwijzer in de vorm van een koop- vaardijschip werd verguld.

1885 Achtergevel voorzien van een cementlaag. Raadslid J. van der Bent wees op uitgeweken hoeken van de voorgevel en het gevaar hiervan; hij pleitte voor aanvraag van rijkshulp om te komen tot restauratie.

1886 Raadslid van der Bent wees opnieuw op achteruitgang en genoemde mogelijkheid tot bekostiging van restauratie, naar aanleiding van het aantreden van de nieuwe burgemeester J.Ph. Wesselink. Burgemeester Wesselink ging naar Den Haag om daar te spreken met jhr. Victor de Stuers, referendaris van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en belast met onder andere monumentenzorg. De Stuers raadde aan om de Rotterdamse architect E.J. Margry een tekening van de voorgevel te laten maken.

1887 Op de gemeentebegroting 1888 werd alvast de post voor het onder- houd van de gebouwen verhoogd.

Burgemeester Wesselink ging opnieuw naar Den Haag om daar te spreken met De Stuers en minister mr. J. Heemskerk Azn.. Een sub- sidie van 3.000 gulden (ter dekking van de helft van de restauratie- kosten) kon worden toegezegd; kans op provinciale subsidie was niet ondenkbaar.

Benoeming van burgemeester Wesselink in Maassluis.

1888 De nieuwe burgemeester, mr. A.D.H. Kolff, ging naar Den Haag om met De Stuers te spreken; minister Heemskerk was inmiddels afge- treden en het college van ‘Rijksadviseurs voor de Monumenten van Geschiedenis en Kunst’ (zie bij 1875) had men opgeheven; er was geen kans meer op rijkssubsidie volgens De Stuers.

1889 Plaatsing van een stelling tegen het bovenste gedeelte van de voorge- vel ter voorkoming van instorting.

Tijdens de raadsvergadering van 21 oktober stortte een deel van de voorgevel en de stelling in; het beeld De Barmhartigheid dreigde op het dak van een der aangrenzende panden te zullen vallen.

Plaatsing van een schutting voor het stadhuis en afsluiting van de Noorddijkstraat voor rijtuigen. Afbraak van het bovenste gedeelte van de voorgevel naar aanleiding van deze instorting; het ontstane gat werd voorlopig dichtgetimmerd; het beeld werd in veiligheid gebracht.

Voorstel voor het ‘aftoppen’ van de voorgevel: raadslid Van der Bent pleitte opnieuw voor restauratie; burgemeester Kolff zou gaan spreken met de nieuwe minister jhr.mr. A.F. de Savornin Lohman, met Victor de Stuers en met een lid van de Provinciale Staten van Zeeland. De Stuers deelde mee dat de rijksbegroting voor 1890 reeds was opge- maakt en dat de Tweede Kamer meerdere malen bezwaren had ge- maakt tegen het van rijkswege subsidiëren van restauratie: een bezoek aan de minister werd nutteloos gevonden.

Burgemeester Kolff ontving een vertrouwelijke missive van de mi- nister, waarin wordt meegedeeld dat een deel van het extra bedrag voor urgente gevallen wellicht zou kunnen worden aangewend voor de restauratie. De minister deelde mee bereid te zijn tot verstrekking van een subsidie van 2.000 gulden. Hij deed tevens een restauratiead- vies toekomen van dr. P.J.H. Cuypers (architect van het Amsterdamse Rijksmuseumcomplex). De architect Margry werd gevraagd bestek, begroting en tekeningen te maken; diens begroting vermeldt een be- drag van 6.951 gulden.

Vertrek van burgemeester Kolff en installatie burgemeester Cornelis Bosman.

Van de zijde van de Provincie Zeeland kwam het bericht, dat zij een derde van de restauratiekosten wilde dragen. De Gemeenteraad be- sloot een lening aan te gaan van 2.700 gulden. Cuypers adviseerde de achtergevel ook te restaureren en de toren weer op te bouwen; hetgeen niet haalbaar werd gevonden.

1891 (februari) Begin restauratie. Stenen kruisvensters werden weer aange- bracht; de onderste helften voorzag men van luiken, met uitzondering van het zolderraam; de gevel werd wat rijker geornamenteerd dan oorspronkelijk het geval was; men knapte de zuidelijke zijmuur op en de dakruiter werd geverfd.

(4 december) Bezoek van Cuypers en De Stuers naar aanleiding van de voltooiing van de restauratie van de voorgevel en het bordes. Bei- den lieten weten tevreden te zijn over de uitgevoerde werkzaamheden.

(16 december) Feestelijke bijeenkomst van de raad ter gelegenheid van de gereedkoming, burgemeester Bosman gaf meerdere complimenten en schonk als wandversiering van de Raadszaal het staatsieportret van koningin Wilhelmina.

1892 De vroegere cel in de kelder werd opgeknapt en weer in gebruik ge- steld.

1894 De gemeentesecretarie werd gevestigd in de vroegere Vierschaar, die als Trouwzaal had gediend.

1898 In het achterste gedeelte van het souterrain werd de brandspuit ge- plaatst. De wenteltrap werd afgebroken om op de plaats daarvan drie wc’s te maken.

1900 De Gijzelkamer op de zolder werd als arrestantenlokaal in gebruik genomen.

1915 Het aangezicht werd geschaad door de afbraak van het grote zestien- de-eeuwse buurpand aan de noordzijde. De stadhuismuur aan die zijde bleek in zeer slechte staat te verkeren. Enige jaren bevond zich in deze zijgevel een gat waarvoor een schutting werd geplaatst. 1923/1924 De fi rma Eysbouts uit Asten leverde een nieuw uurwerk.

1939 De Haagse architect Herm. van der Kloot Meijburg ontwierp een plan- voor de bouw van een brandvrije archiefkluis (niet uitgevoerd).

1940-1945 De twee klokken uit 1510 en 1641 werden door de bezetter verwijderd en omgesmolten.

1953/1954 Het bordes raakte zwaar beschadigd door de watersnoodramp; het werd op kosten van de Gemeente Voorburg (die Brouwershaven had geadopteerd) en onder leiding van de Rijksdienst voor de Monumen- tenzorg herbouwd.

De middenstand van Voorburg schonk de verlichting voor het uurwerk.

1958 Restauratieplannen werden gemaakt.

1961 Besloten werd tot bestemming van het stadhuis van Brouwershaven als zetel van het bestuur van de nieuwe gemeente Brouwershaven: men wees het raadhuis van aan als tijdelijk “huis der ge- meente”.

Ontwerp restauratieplan door ir. H. de Lussanet. de la Sablonière te Middelburg en H.G.C. Heringa te Zierikzee. De kosten van restauratie werden begroot op 320.116 gulden.

Opdracht tot uitvoering hiervan werd verleend aan de fi rma L.C. Bom en Zonen te Burgh

1962 Discussie over de keuze van het Brouwershavense stadhuis als ge- meentehuis, vanwege de excentrische ligging van het stadje. Voorstel van twee wethouders tot de bouw van een nieuw gemeentehuis in , dat wellicht tot de grootste kern zou uitgroeien. De Raad besloot het voorstel van de wethouders aan te nemen. Tegenstemmers droegen het raadsbesluit ter vernietiging voor bij de Kroon.

Gedeputeerde Staten van Zeeland maakten bezwaar tegen goedkeuring van een krediet van 5.000 gulden voor het ontwerpen van een plan voor het nieuwe gemeentehuis door architectenbureau Wesselo en Van Voorst te Bussum.

1963 Schetsplan voor de bouw van een gemeentehuis aldaar aangenomen in de raadsvergadering. De totale kosten beliepen 381.300 gulden.

1964 Gedeputeerde Staten weigerden goedkeuring te verlenen aan de beno- digde begrotingswijziging. De Raad kon het niet eens worden over het al dan niet goedkeuren van een begrotingswijziging voor eenvoudige restauratiewerkzaamheden aan het stadhuis van Brouwershaven. 1965 Het college van burgemeester en wethouders stelde voor Lussanet en Heringa een uitgewerkt plan voor restauratie te laten maken, waartoe door de raad werd besloten. De voormalige openbare lagere school te Dreischor werd in gebruik genomen als secretarie.

1967 Besluit van de Raad tot restauratie en verbouwing van het Brou- wershavense stadhuis en aankoop en verbouwing van het buurpand Noorddijkstraat 1.

1968 De Raad moest deels terugkomen op het besluit uit 1967 wegens hoge uitgaven aan een rioolzuiveringsinstallatie. Het pand Noorddijkstraat 1 zou niet meer worden aangekocht. Architectenbureau ir. K.I. Ruige kreeg de restauratieopdracht.

1969-1973 Firma Bom te Burgh nam (opnieuw) de restauratie ter hand. Ornamen- ten van het achttiende-eeuwse stucwerkplafond uit de Vierschaar wer- den ter beschikking gesteld voor de restauratie van het in het stadhuis van Goes aanwezige stucwerk.

(1970) N.V. Nederlandse Klokkengieterij Eysbouts te Asten leverde een carillon, bestaande uit vier klokken.

(1973) Het pand Korenmarkt 3 dat achter het gebouw lag, werd aange- kocht en gesloopt om een vrij uitzicht op de achtergevel te creëren.

De raad besloot tot vestiging van de Secretarie in het pand Noord- dijkstraat 1, dat daartoe werd verbouwd door de afdeling Gemeente- werken.

1974 Verbouwing van het pand Noorddijkstraat 1 kwam gereed.

(mei) Verhuizing van de secretarie vanuit Dreischor naar het nieuwe gedeelte van het Brouwershavense stadhuis.

(20 juni) Opening van het gerestaureerde, verbouwde en uitgebreide stadhuis (restauratiekosten ca. 2 miljoen gulden).

Begin jaren tachtig de werkruimten boven de Secretarie bleken te klein te worden. Gemis aan een deugdelijke archiefbewaarplaats werd gevoeld. Voor het bij- dragen in de kosten van een gemeenschappelijke archiefbewaarplaats met de gemeenten Duiveland en Middenschouwen en het Waterschap Schouwen-Duiveland voelde de Raad niets.

1984 Opdracht voor de vervaardiging van een ontwerp door Architectenbu- reau Kraamer & Partners te Noordgouwe. Gekozen werd voor afbraak van het gedeelte Noorddijkstraat 1 en bouw van een nieuwe vleugel waarin de archiefbewaarplaats zou worden opgenomen. 1987-1988 Aannemingsbedrijf Stegink uit Vlissingen start en voltooit de bouw van de archiefbewaarplaats.

(30 september 1988) Opening van het uitgebreide en aangepaste gebouw door de commissaris van de koningin dr. C. Boertien (totale kosten van de nieuwbouw en aanpassing van het oude gedeelte be- droegen 1,7 miljoen gulden). Het oude en nieuwe gedeelte werden met elkaar verbonden door het aanbrengen van de stenen deuromlijsting afkomstig uit het afgebroken weeshuis bij de Sint Nicolaaskerk. De speklagen in de nieuwbouw moeten herinneren aan de gevel van het woonhuis dat in 1915 was afgebroken.

1997 De gemeente Brouwershaven ging op in de nieuwe gemeente Schou- wen-Duiveland. Het stadhuis kwam leeg te staan.

1998 De nieuwe gemeente gebruikte het oude stadhuis alleen nog voor commissievergaderingen en als trouwlocatie. Een gedeelte wordt het onderkomen van de VVV.

2002 Het stadhuis werd verkocht aan de Stichting Monumenten Schouwen- Duiveland, een dochteronderneming van Stichting Renesse, die het stadhuis wilde exploiteren als kantoorruimte.

S.W.M.A. den Haan