Jerzy Gawronski, Ranjith Jayasena En Sander Ijzerman De Gelaagde Stad Onder Het Waterlooplein
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
jerzy gawronski, ranjith jayasena en sander ijzerman De gelaagde stad onder het Waterlooplein De bouwgeschiedenis van het Waterlooplein gaat terug tot 1450-1595, toen in de drassige veenweiden langs de Amstel kleinschalige landwinning plaatsvond. Tussen 1595 2 De Sint-Anthoniesdijk en en 1597 werd in de bocht van de Amstel het eiland Vlooienburg aangelegd. de rafelige oeverlijn van de Vanaf 1602 groeide het eiland uit tot een multi-etnische woonwijk. De afbraak Amstel op de houtsnedekaart van de huizen die na de Tweede Wereldoorlog in verval waren geraakt, luidde het van Amsterdam van Cornelis einde in. Ten slotte kwam er in de jaren tachtig het gecombineerde stadhuis en opera- Anthonisz, 1544. Langs de gebouw tot stand. In dit artikel wordt gepoogd tot een geïntegreerde reconstructie dijk staan huizen en schuren van de stedenbouwkundige ontwikkeling en bewoningsgeschiedenis te komen afgebeeld met uiterst links het (afb. 1), gebruikmakend van de overgeleverde schriftelijke bronnen en de Leprozenhuis. Het kaartnoor- archeologische resten, onder toepassing van een Geografisch den ligt rechtsonder. Stadsar- Informatie Systeem (gis). 1 chief Amsterdam. rcheologie, historische kaarten en gis Tussen 1960 en 1982 1 Combinatie gis-kaart van alle historische en archeologische data A vonden verschillende archeologische onderzoeken rondom het Waterloop- geprojecteerd op de tegenwoordige topografie. Kaart Sander IJzer- lein plaats. In 1964 werden in een bouwput op de hoek van de Jodenbreestraat man, Gemeente Amsterdam, Monumenten en Archeologie. en de Houtkopersdwarsstraat sporen van bebouwing langs de Sint-Antho- niesdijk gedocumenteerd. In 1968 gaf de aanleg van de verkeersweg tussen de vóór de stadsuitbreiding van 1592. Informatie over de topografische situatie aan Weesperstraat en de IJ-tunnel de mogelijkheid om ter hoogte van het Mr. Visser- het einde van de zestiende eeuw bieden de eerste en tweede druk van de stads- plein een volledige doorsnede van de dijk te maken.2 In 1972 werd het afzinken kaarten van Pieter Bast (afb. 5). Voor een vroeg zeventiende-eeuws beeld van dit van caissons bij de aanleg van de Metro-Oostlijn archeologisch begeleid, waarbij deel van de stad is er de gedetailleerde vogelvluchtkaart van Balthasar Florisz van vondsten zijn geborgen en structuren in kaart gebracht. De metro doorsneed de Berckenrode uit 1625, die in 1647 een tweede druk kende en in 1657 een derde noordzijde van het Waterlooplein met zes caissons.3 Kort nadat de Oostlijn in (afb. 6). De verschillende historische stadskaarten zijn aan de huidige topografie 1980 in gebruik was genomen en de bouw van de Stopera was aangenomen, vond gekoppeld door middel van de negentiende-eeuwse kaartenatlas van J.C. Loman in 1981 en 1982 een veel grootschaliger, archeologisch onderzoek plaats. Daarbij jr. die in 1876 is gepubliceerd.6 Alle vijftig buurten van Amsterdam zijn hierin op werden twee complete huizenblokken, met beerputten en materiële cultuur als een schaal van 1:1250 opgenomen met de in 1875 ingevoerde huisnummering.7 informatiebronnen over sociale geledingen in een zeventiende- en achttiende- Om deze historische kaarten systematisch met elkaar te kunnen vergelijken eeuwse woonwijk volledig opgegraven.4 en met archeologische gegevens te kunnen verbinden is een Geografisch Infor- Verschillende kaarten hielpen bij de analyse van de archeologische vondsten matie Systeem (gis) gebruikt. Dit dient kortweg om alle soorten gegevens die en sporen en de reconstructie van de ruimtelijke context. Het oudste kaartbeeld een geografische component of een ruimtelijk, aanwijsbare plek hebben geza- is de stadsplattegrond van Amsterdam van het vogelvluchtschilderij van 1538 menlijk als geo-informatielagen onder te brengen in een digitaal raadpleegbare en de houtsnede uit 1544 van Cornelis Anthonisz (afb. 2). Een tweede daarop omgeving. Zo krijgen onzichtbare of verdwenen structuren een digitale plek in aansluitende kaart met een beeld van de zestiende-eeuwse topografie is die van de huidige wereld. Een gis maakt het mogelijk om deze gegevens te ordenen, Jacob van Deventer, vervaardigd rond 1560 in opdracht van de Spaanse koning te beheren en te relateren aan de hedendaagse situatie. Vanuit een gis kunnen Philips ii (afb. 3). Een derde kaart is een ontwerpkaart van het stadsbestuur uit gegevens eenvoudig worden gedeeld met het publiek in tal van verschillende 1591 waarop het tracé van de nieuw te bouwen stadswal is geprojecteerd op de producten, zoals web-applicaties en services. Een deel van de gegevens wordt bestaande percelen aan weerszijden van de Sint-Anthoniesdijk buiten de Sint- aangeboden als open-data en is zo bruikbaar voor systemen, applicaties (apps) of Anthoniespoort (afb. 4).5 Dit is de laatste topografische momentopname van websites van derden. 28 Amstelodamum 103-1 [2016] Amstelodamum 103-1 [2016] 29 3 De Sint-Anthoniesdijk en de bebouwde percelen van Deventer, 1558-1561. Pen en penseel in kleur. 4 Kaart uit 1591 van de nieuw ontworpen stadswal, werk de bebouwing van het leprozenhuis zichtbaar aan de Amstel op de stadsplattegrond van Jacob Haarlem, Noord-Hollands Archief. geprojecteerd op de bestaande weren tussen de met daaronder een vierkant en twee rechthoekige Amstel en het IJ (het kaartnoorden ligt linksonder). blokken. Hier werd in 1595 Vlooienburg aange- Aan de waterzijde (rechts) is onder het laatste bol- plempt. Stadsarchief Amsterdam. De gegevens in een gis worden in twee soorten lagen geordend: vectorlagen en rasterlagen. Vectorlagen bevatten afzonderlijke punten, lijnen of vlakken met achter ieder object gegevens uit achterliggende databases, afkomstig uit onder- manieren van landmeten, de artist impression van de cartograaf of afwijkende zoeksrapporten of nauwkeurige veldtekeningen. Zo kunnen archeologische brondata maken het soms erg lastig om een historische kaart zo te ‘stretchen’ vondsten op virtuele wijze weer terug op hun plek worden gelegd en in die con- of ‘rubber sheeten’ dat het eindresultaat precies passend is. Bijvoorbeeld, op de text worden bekeken en onderzocht. Met het andere type, de rasterlagen, zijn de kaart van Cornelis Anthonisz liggen de meeste nog aanwijsbare georeferentie- historische kaarten uit de verschillende perioden digitaal toegankelijk gemaakt. punten alleen binnen de stadsmuren, waardoor de exacte ligging van gekarteerde Om deze kaarten functioneel onder te brengen in het gis zijn ze eerst gescand objecten buiten de stadsmuur moeilijk te herleiden is. Daarbij komt nog dat deze en vervolgens gegeorefereerd. Op historische kaarten zijn vaak plekken aan te kaart geen eenduidig perspectief kent. De gekozen referentiepunten vertonen wijzen die ook nu nog terug te vinden zijn in het hedendaags straatbeeld. Deze onderling zodanige afwijkingen, dat de uiteindelijke georeferentie niet één kunnen vervolgens van coördinaten worden voorzien, waarbij de onderlinge samenhangend geheel vormt. Toch heeft deze kaart wel degelijk werkelijkheids- afstanden tussen de punten ook zorgen voor een schaalverhouding. De digitale waarde, vooral vanwege de gedetailleerde wijze waarop de bebouwing in opstand historische kaart krijgt zo een plek op de wereld (geo) aangewezen (referentie). is ingetekend.8 Historische beelden kunnen als het ware onder of over de hedendaagse kaart en Aangenomen wordt dat Cornelis Anthonisz de huizen op basis van eigen andere datalagen heen worden gelegd. waarnemingen of naar het leven getekende afbeeldingen heeft weergegeven, Georefereren heeft een aantal beperkingen die in acht moeten worden geno- met aandacht voor details als vensterindelingen en rookkanalen.9 Hoewel ook de men bij een gecombineerd gebruik met archeologische gegevens. Vaak geldt stadsplattegrond van Jacob van Deventer als waarheidsgetrouw geldt, zijn toch dat hoe ouder de kaart des te onbetrouwbaarder de georeferentie. Primitievere bepaalde zaken zoals individuele huizen niet of weinig gedetailleerd afgebeeld 30 Amstelodamum 103-1 [2016] Amstelodamum 103-1 [2016] 31 6 Het eiland Vlooienburg op de stadsplattegrond van houtwallen door landwinning in de Amstel in 1626 en Balthasar Florisz van Berckenrode uit 1625 (links) en het in 1656 gebouwde Diaconieweeshuis op de zuid- 1657 (rechts). Goed zichtbaar is de uitbreiding van de westhoek. Stadsarchief Amsterdam. De verschillende zestiende-eeuwse historische kaarten geven gedetailleerde topografische momentopnamen, die echter inhoudelijk van elkaar afwijken. Combinatie ervan binnen het gis-systeem levert een completer beeld op van het landgebruik in de Amstelbocht (afb. 7). De stadsplattegrond van Cornelis 5 De oudste afbeelding van Vlooienburg als een de Amstel. Detail van de stadsplattegrond van Pieter Anthonisz uit 1538 toont een aaneengesloten bebouwing langs de Sint-Antho- braakliggend eiland tussen de Sint-Anthoniesdijk en Bast uit 1597. Stadsarchief Amsterdam. nisdijk tussen het blokhuis (een verdedigingstoren ter hoogte van de Oude Schans) en het Leprozenhuis ter hoogte van het tegenwoordige Mr. Visserplein. vanwege het militaire belang dat aan de kaart ten grondslag lag. Dat Jacob van Achter dit bebouwingslint liggen een aantal kavels van ongelijke breedte met Deventer en zijn medewerkers daadwerkelijk de straten en paden hebben betre- daartussen sloten. De situatie van 1538 was zes jaar later weinig veranderd. Er is den blijkt uit de meetaanduidingen op de kaart. Dit zijn kleine zwarte puntjes dan een aaneengesloten bebouwing van twee tot drie bouwlagen met twee tus- die de door hen met kettingen gemeten afstanden voorstellen.10 De kaart van senliggende stegen. Wel is er op