verzamelthe werken Van

;cofd iolitl ecn-n~ -

VERZAMELDE WERKEN

VAN

M U L A T U L I

GLRMOND-BDITIZ

VERZAMELDE WERKEN

TAX MULTATULI

NAAR TYDSORDE GERANGSCHIKTE UITGAVE BEZORGD DOOR ZYNE WEDUWE.

GARMOND-EDITIE

I MAX HAVELAAR

OF D&

lOFFIVEILINGEN DER NEDERANDSCHE HANDEI,MAATSCBAPPY

VOORAFGEOAAN DOOR

STUDI1 N OVER MULTATULI

DOOR

Mr . C. VOSMAER

Ode DRUK

AMSTERDAM UITG}EVERS-MAATSCHAPPY „ELSEVIER" 1916 . Druk van H. J. VAN as Germs & Co., Zalt-Bommel . STUDIEN OVER MULTATULI.

Do heer VostsAns sohreef daze Studign in 1874. Ze zullen ongetwyfeld velen die MULT&TUnt's werken waardeeren, welkom zijn, daar zy one menigmaal inzioht geven in hot hoe en waarom van one sohoonvinden, en do reden van ons eigen gevoeL 1k was er getuige van hoe het versohynen van (lit werkje, even ale de geheele verhouding van den heer VosMsas, MUr .- TATvrs verheugde. Zyn nagedaohtenis blyve den vrienden van MULTATura in eerende herinnering!

By een herdruk in '84 sohreof de hem VosMASa eon voor- woord. Allereerst zeide by daarin dat de verloopen jaren pen verandering hadden gebracht in zyn hart, ten aanzien van zyn vriend en diens werk. Daarna spreekt by van wat er gewyzigd is in de verhouding van MULTATULI tot zyn land. Er is in die regels eon optimisme dat ik niet deelen kan ; doch thane alleen eene opmerking. Do heer Vosstsss zegt : „Al aanstonds geven do eerste regels ,,der volgende studien aanleiding om op to merken, dat V o r- "s t e n s o h o o l op het tooneel word gebraoht, dat vale laden ,,van hot Rotterdamsoh gezelsohap dit met liefde en talent deden, ,,en dat er alzoo eene overwinning ward behaald ." Ja, Vorstenschool word opgovoerd, en wel z66 dat de sohryver, in 't voorberioht voor den vyfden druk van dit work, den di- reoteuren van hat gezelsohap openlyk dank zegde zoowel voor hat opvoeren van zyn drama, ale voor do wyze waarop zy die task volbrachten. Maar rinds warden die opvoeringen gestaakt en er kwam goon reprise. Do oningewyden wisten niet waaraan dit too to sohryven. Evenwel er zyn er ook die weten dat do Koninklyke Vereeniging ,Het Nederlandsoh Tooneel" san zyn schouwburgen het opvoeren van Vorstensohool verboden heeft ; en ziedaar de reden, waarpm, nadat de sohouwburg to Rotterdam van de directie La QRAs, vex Zvrtmc Ex Hesrsrs san het NederL Tooneel was overgegaan, ook in die stad het drama van hat repertoire ward geschrapt. Al sohynt dit ongelooflyk, ik ben zeker van wat ik aohryf, en kan er aan toevoegen dat nu Rotterdam met, het Neder- landsch Tooneel nets meer to maken heeft, een reprise van Vorstensohool kan verwaoht worden. Ook Vos xa die Vorstenachool zoo hoog stelde, zal zulk eene behandeling van dit drama niet vermoed hebben van een Vereeniging die zioh had opgeworpen tot besohaving van one national tooneeL

lL DOUWES DEE$EL AMSTERDAM, SCRBPRL

STUDIEN OVER MULTATULI'S WERKEN.

L Waarom is Multatuli's V o r s t e n a c h o 01 niet op het too- neel gebracht? Men glimlacht en mompelt van zekere scene . Ten onrechte, want de strekking is algemeen en niet zoo be- paald als eene engere opvatting ze heeft willen maken . Is dat ook de care reden wel? Ik betwijfel het stark . Ala dhAr het bezwaar lag, het stuk zou voor de opvoering wel zoo to bewer- ken zijn, dat can de moeilijkheid to gemoet gekomen ward. Enkele alleenspraken zouden to lang zijn, zeggen er . Ik zou niet veroordeeld willen wezen om iets nit to schrappen. Maar de schrijver heeft desnoods daaromtrent zelf wenken gegeven. En al waren deze en nog meerdere moeilijkheden wezenlijk, waarom is er zelf . geen poging gedaan, waarom heeft het ver- langen zich niet dringend geuit, het drama opgevoerd to zien? Heeft het publiek blijk gegeven er naar to reikhalzen ala naar een veredelend en verheffend gent? Zijn onze tooneelbesturen zoo overstelpt met uitstekende dra- ma's, dat dit, in tijdsorde gpze jongste tooneelstukken vooraf- gaande, zijn beurt na de anderen moest afwachten, of er ala mindere voor wijken? Er zijn andere redenen . Er is vrees en vooroordeel ; er is traagheid van geestdrift ; er is gebrek aan vermogen om to bewonderen ; er is tevredenheid met de gewoonte ; er ontbreekt fijnheid in de behoeften van den smack . Meerdere vragen doen zich voor . Waarom is de M a x H a v e 1 a a r nooit de oorzaak van een ernstig onderzoek geweest t De aanklacht was openlijk, bepaald, stout, en op ieder ander gebied dan dat der staatkunde, ware het onmogelijk dat op z66 jets hat stilzwijgen bewaard ward ; en het atilzwijgen, althans hat stilzitten, bleef in acht genomen door den landvoogd, door hat ministerie, door de vertegenwoor- diging, door het yolk, door de deakundigen . Want - er bestaat vrees om groote zaken en vraagstukken can to vatten en ze door to zetten tot de oplossing ; angst om recht to doen, dwars door alles heen : en dat heat politiek.

STODI$N OVER MULTATULI'S WERICEN . I STUDI$N OVER MIIIlrATUU'S WERH :EN. De daad van Max Havelaar, ten slotte van h$ast twintig met hooge waardeering bekroonde dienstjaren, was eon moedige, edele, ideale dead. Waarom heeft Nederland daarop geantwoord met latheid, met faster, met verguizing, en de onbaatzuchtigheid beloond met de poging om ten onder to brengen ? Het antwoord ligt niet daarin dat men in Nederland geen hart heeft voor grootmoedigheid, voor een schoone, onbaatzuchtige dead, voor eon eael streven. Er zijn voorbeelden genoeg dat zilj gehuldigd worden en geestdrift opwekken . Maar, en hierin ligt dunkt mij de verklaring, zulk een dead moat geschieden near do bekende regelen en vormen . Een krijgs- man die rust en leven voor zijn land bloot geeft, eon held bij brand en watersnood, eon groot legaat aan eon godshuia, - dat zijn bekende zaken, dezen vallen in de bekende vakken en daar . voor is het enthousiasme vatbaar. Maar zoodra de goede of bui . tengewone daad niet onmiddellijk to klassificeeren is, of buiten de gewone vormen voorvalt, of in iets bestaat waarvoor het oog van bet algemeen nog niet open is, dan is men onverschillig, de onverschilligheid gaat tot niet begrijpen en bet niet begrijpen voert tot hat ergste wat er is, namelijk tot den %aan dat men wel begrijpt, en bet gevolg is, toeschrijven aan verkeerde be . doelingen, of spot met wat men overdrijving noemt. Zoo %orden zij skeptiesch en oyniesch, die anders tot de bests geloovers behooren, en hat edelste idealisme wordt miskend door hen die anders zoo aandoenlijk weten to klagen over hat mate- rialisme. De toewijding aan alles wat schoon, good en waar is, wordt alleen goedgekeurd als het de dingen geldt, die eerst ale zooda . nig zijn gequalificeerd door de lieden die zich het monopolie daar- van hebben veroverd .

Do H a v e I a a r bezat schitterende eigenschappen als kunst- werk, maar sedert 1860, hoeveel machtiger is Multatuli's wordd, hoeveel rijker en omvattender zijn verbcelding, hoeveel grooter is bij hem de geheele kunst, dat is de beschikking over alle vormen, geworden! En toch, sedert den H a v e I a a r, en niettegenstaande de latere werken die hem overtreffen - de M i 11 i o e n e n- o t n d i e n, de I d e e n metal haar kennis en geestigheid, de ge- schiedenis van W o u t e r t j e met haar schat van menschkunde, do Specialiteiten, de Minnebrieven,-waarom zwijgt de Nederlandsche pers, die kennis zou moeten nemen en re- kenschap geven van zooveel schoons, zooveel ingrijpends, zooveel sympathieks your velen, zooveel stootends your meerderen, als in

8TUDtflx OVER ?WLTATIILI'S WEBHa1Q . 3 al die geschriften met volle grepen geatrooid werd door „den zanier die uitging om to zaaien?" Waarom zijn hier de gidsen en )eiders ten aohter bij de lee- ken? Want, dit zij al dadelijk ter voorkoming van misverstand gezegd, men meene niet dat die werken niet alle snaren in het gemoed van duizenden doen trillen ; men denke niet dat zij geen invloed uitoefenen, dat bet zaad van then zanier niet welig op. wart, omdat men hot niet kan zien! Zijn de organen der litteratuur ook to zeer gewend aan de bekende kategorien? Dat zou wel kunnen gebeuren. Bij een let- terkundig werk vraagt men volgens de oude theorie : wat is hat? een roman, een geschiedwerk, een betoog, een stelsel, een epos, een drama, een melos? In welk hokje moat het? En als or geen hokje is - is het dan wel watt Een andere reden. Ingrijpende idee6n en groote nieuwigheid van vormen worden niet aanstonds begrepen, erkend ; men is Diet al- tijd gereed er zich en anderen rekenechap van to geven . Geruimen tijd bleef de F a u s t tamelijk onbekend bij Goethe's tijdgenooten . Bij ons zijn Geel, P. van Limburg Brouwer, eerst veel later dan bij hun optreden gewaardeerd. Dat versohijnsel is gewoon. De ingrijpende ideeen en nieuwe vormen worden het eerst g e v o e 1 d bij de niet deskundigen ex officio . Zoo zijn ook do nieuwe ideeen op hat gebied van den godsdienst bij do leeken (leeken weten wel eons wat, al heeten ze maar leeken) verspreid en erkend geweest, lang voordat zij als wat nieuws van de kan- sels gegeven werden. De mannen van een vak loopen altijd ge- vaar eenigermate theoretiesch en dogmatiesch to worden. Er komt een tijd dat zij ophouden in hun gang . Maar hat leven gaat voort en verrast hen in hunne theorieen met nieuwe scheppingen. Deze dingen zouden wij anders wenschen, en ale Multatuli er zich dikwijle en scherp tegen uitlaat, dan heeft hij gelijk . Maar er staan andere verscbijnselen tegenover, die hij niet alle even goad als een van ons kan waarnemen . De invloed door zijne werken uitgeoefend is groot, hun ver- spreiding buitengewoon en zij wekken een levendige sympathie . Men moat den invloed en de beteekenis van zulke geachriften niet zoeken in wat ieder aan do oppervlakte z i e n kan. Er ge- beurt zooveel, ook op zulk gebied, dat men niet ziet . Multatuli's werk mist allerlei soort van officieelen, uitwendigen, blinkenden bijvaL Maar het maakt de ziel uit van velerlei kringen; de jon- gelingschap is vervuld van het grootache, dichterlijke, verbeel- dingwekkende, frissehe, krachtige, moedige, edele van zijn kunst en zijn gedachte ; ontwikkelde jonge vrouwen eeren zijn talent en karakter; menige handdruk wordt hem in stilte gegeven ; bij

4 STUDI$N OVER MULT&TULi'S WERBEN. duizenden worden, in telkens en telkens vermeerderde oplagen, zijn werken verkocht, verapreid, genoten . En de ,zaaier" zou vruchteloos werk doen ? Wacht maar, zij zullen wassen die zaden ; en als ze opgewas- sen zijn en in bloei en vrucht staan, eerst dan, eerst later, zal men liefde en erkenning over hebben voor den man, die eon good en stark man was ; voor hem, die tegelijk met het scherpe ploeg- ijzer de voren sneed en het zaad er kwistig instrooide . En er is al oogst, oogst van lieflijkheid en schoonheid, van leven en na- tuur, van waarheid en geestdrift, in de gemoederen van duizenden . Het wordt tijd dat de officieele letterkundigen de oogen ope . nen en erkennen wat het publiek al fang heeft gevoeld : het hoogste en gewichtigste verschijnsel onzer nieuwe letterkunde . Multatuli heeft er zich herhaaldelijk tegen verzet dat zijn woord en daad worden beachouwd als het werk van eon kunste . naar. Hij wil goon ,mooischrijver" zijn, goon man van mooie frazen. Zijn streven bedoelt waarheid en recht ; de aanleiding tot zijn eerste optreden was eon doel, eon dead. Daartoe gebruikte hij zijn talent. En nu wil men alleen dat talent opmerken en de dead en de zaak voorbij zien. Hij verkeert in eon toestand van iemand die met verpletterende welsprekendheid zijne zaak voordraagt ; het publiek meent dat het hooge dramatiache kunst is en juicht toe, maar gaat zijns weegs. En de man blijft alleen en roept met bitterheid uit : maar dat is goon rol die ik u voordraag, dat is werkelijkheid, dat is mijn leven, dat is het leven van millioenen natuurgenooten, dat is de zaak der menschheid, de zaak van recht, van waarheid . Daarin ligt de juistheid van zijn bitter verzet tegen dat : wat schrijf je mooi, schrijf nog eens zoo wat . Doch men moot bier onderscheiden. De oppervlakkige en alle- daagsche opvatting verachilt van eene erntige beschouwing en erkenning van zijn kolossale macho als denkend, dichtend, kunte- naar. In den kuntenaar zoomin als in zijn werk wil ik vorm en inhoud scheiden. Multatuli strijdt voor begina3len, mast hij doet het niet ala advokaat, als staatkundige, als koopman ; hij doet het als denkend kunstenaar, dat is in de hoogste vormen die de menschelijke geest kan aannemen . Alleen eon groot kuntenaar kan z66 over alle vormen beschikken, dat hij zijne gedachten in al haar omvang, samenhang, kontrast, rijkdom uitdrukt . Daarom heeft zoodanige beschouwing haar recht die het denken en dichten in zijn geschriften niet scheidt . Dit om to voorkomen dat 1k, hot kunstwerk bewonderende, ge. acht words de dead en de gedachte van Multatuli voorbij to zien . In zijn kuntwerk zijn daad, gedachte, poiizie eon . Als een geschiedschrijver van de nieuwe Nederlandsche lit- teratuur opstaat, die haar ale een deel der geschiedenissen van den geest beschouwt, die de verschijnselen niet indeelt in gereed- gemaakte kategorieen, maar het wezen der litteraire kunst wil doorgronden in den mensch en zijne werken, dan zal hij bij het jaar 1860 en bij het verrijzen van den naam van Multatuli op- houden. Hi heeft dan zekere periode achter zich . Van de mannen der nieuwe herleving sedert het jaar 1830 zijn er velen heengegaan, en de overblijvenden, die noch krachtig zijn, verkeeren niet meer in den tijd der bloesems en bloemen, maar in dien der vruchten en ros geworden blaadren. Geel, van Limburg Brouwer, da Costa, Oltmans vielen weg. Van Lennep, Heye, Potgieter, Bakhuizen van den Brink, Kneppelbout, Beets en hun genooten volgden hen op in de hegemonie . Een paar achtereenvolgende jongere reeksen sloten zich allengs bij hen aan . De oude strijd tusschen klassiciame en romantiek was thans verdwenen, of versmolten tot enkel persoonlijke sympathieen. Natuur en werkelijkheid, kennis ale wetenschap van de wereld buiten den individu, en subjekti- viteit ala uitdrukking van het leven in den mensch, waren thane de kenmerkende eigenschappen . Alles eigenlijk eene ontwikkeling van de op historie, natuur en leven gegronde richting, die begon eenige jaren na 1830, na Geel's 0 n d e r z o e k en P h a n t a- zie, naLimburgBrouwer's Diophanes en Leesgezel- schap to Diepenbeek, na de Studententypen van Klikspaan en Hildebrands C a m e r a O b s o u r a, na den Gids van Potgieter, Heye, Bakhuizen van den Brink . Ben nieuwe vlucht, nieuwe gezichtshunten waren er in de last- ate jaren van 1860 echter niet of althans niet van veelomvat . tenden card ; een groot deel van de jongeren zou zijne bests krachten pas later ten toon spreiden. Wij kenden elkander allen, ouden en jongeren ; wij moisten wat ieder op hot oogenblik kon geven . Geen groote verschijn. selen deden ons opschrikken en wij verwachtten er geene ; al waren de Genestet's L e e k e d i c h t j e s, al was Alberdingk's Claegh ende Vraeghliedt, da Costa's Slagybij N i e u w poor t, een schaarsch gedicht van Potgieter, of eene vonkelende ondeugendheid van Bakhuizen in den ondergaanden

6 B=AN OVER MULTATVra's WERREN . Letterbode of den verrijzenden Spectator, nu en dan eon schitterender lichtpunt. Toen viel, in 1860, als eon bliksemstraal dat book nit Insulinde en sloeg in on zette in vlam . Dat book heette H a a M a v e 1 a a r ofile koffijveilingen der Nederlandsohe Han- delmaatsohappij . Men zat toen tot over de enkels in de moderne theologie, en de meubelen leden onder het spiritisme ; to midden daarvan ont- wikkelde zich de Indische politiek. De oppositie, met van Hoevell can't hoofd, op het oogenblik strijdend tegen den minister Roehus- sen, had India al lang tot eon onderwerp van debat gemaakt . Geschriften van Veth, van Rees, Weitzel, Robid6 van der As, po- pulariseerden Indische toestanden. Vrije arbeid en kultuurstelsel, en de levendige belangstelling in het lot van den Javaan waren zelf doorgedrongen tot tusschen de commercekaarten der Besogne- Kamer, en dagelijks werden er op de Witte offers voor gebraoht van alkohol en nicotinedamp. In Februari 1860 eindelijk sloeg de Indische Luther zijng vijf stellingen aan de deur van Felix Meritis en werd er de vrije arbeid het onderwerp van eon colloquium van Indische speciali- teiten. Zoo waren rinds eenigen tijd de velden bebouwd en groeide het gewas, toen de geweldige Samson de vossen met de brandende fakkels Ran hun staarten door de akkers en gaarden heenjoeg . Als de geschiedschrijver waarvan ik sprak dan zoover geko- men is, zal hij ophouden . Want hij zal voelen dat hij dat book van Havelaar niet to midden van de voorgaande kan plaatsen. Hij zal eon nieuwe afdeeling aanvangen . Hij zal adem scheppen voor een nieuwen gang, eon nieuw blaadje papier nemen, mis- schien een nieuwe pen. Hij zal de pen indoopen, en den inlet weer laten opdrogen, en weer indoopen en aanvangen en uit- schrappen en weer aanvangen. Want het zal hem niet gemakke- lijk vallen dit book to karakteriseeren. Geel zou het hybridiesch genoemd hebben . De voorstander van de klassieke bepaaldheid, zuiverheid en gematigdheid zou er mis- sohien het romantiache en het verhevene met de beenen in do lucht in gevonden hebben. Althans de Geel van den Drachenfels, van 1835 en 40. Maar wij schreven twintig jaren later : het alternatief lag niet meer tusschen klassiek en romantiek ; klaasiek daarenboven wilds niet meer zeggen : kalm, regelmatig, hartstochteloos . Aischulos is harts- tochtelijk. Aristofanes even vrij en wild in zijn fantazie als Heine. Theokritos kan even los en anedig vertellen ale eon Fransoh- man. Ware de geestige Geel in 1860 nooh gezond geweest, zijn

sTIIDtilx OVER, MtLTATULI'S wMMmx. 7 oordeel en smaak zouden met den tijd zijn medegegaan . Bak- huizen, zijn vriend en vereerder, vertelde ons van het boek van Havelaar, verbaaad en bewonderd, ale van een verschijnseL Tooh zou Geel het boek to recht hybridiesch kunnen noe- men, maar niet in den zin waarin hij het Hildebrand's V o o r- uitgang deed . Ja, er was hubris in, naar de oude beteekenis, dat is over- moed, maw de zich trotech van zijn overtuiging bewuste, geniale overmoed van een Prometheus . Het was de overmoedige stoutheid van bet boek, in vorm en inhoud, die zoo aangreep. De inhoud staat allen voor den geest, die het lazen bij zijn versohijnen of later in de herhaaldelijk herdrukte uitgaven . 1) D e M a x H a v e l a a r was een prachtig pleidooi voor het recht van den Javaan op eene menschelijke behandeling . Gegrond op des schrijvers zelfopoffering voor deze zaak, was het meer dan een boek, het werd eene dead . Geen dead voor eigen belang, want er lagen vier jaren, vier jaren vol kommer en onzekerheid, tusschen het genomen ontslag van den adsistent- residentto Lebak en de uitgave van M a x H a v e 1 a a r, en de man die dreigde aan Europa het lied to leeren van D a a r 1 i g t een roofstaat aan de zee, kon van then staat voor zichzelven nets verwachten . Een beoefenaar van de Indische politiek moge nagaan wat de M a x H a v e l a a r, die „een rifling deed gaan door bet land", op dat gebied heeft uitgewerkt. Dat hij licht heeft verspreid, dat hij gevoelige snaren in 't gemoed heeft doen trillen, dat hij aan een humanistische beschouwing van Java's yolk ontzettende kracht heeft bijgezet, dit alles is niet to betwijfelen . Zeker is het, dat de in 1860 door Veth uitgesproken overtuiging, ,dat Havelaar volkomen gelijk had," voortdurend versterkt en uitge- breid is en niemand bet wagen zal dit tegen to spreken . Maar met then afkeer van kloekmoedig herstel van erkend onrecht, in zoovele voorbeelden zichtbaar, laat men bet gebeurde gebeurd . En hoe greep dat boek, door zijn kunst, dat is door zijne ge- dachten en vormen, aan! Vlijmender sarkasme dan in de schil- dering van Droopstoppel, die een type geworden is, heeft onze litteratuur niet ; maar liefelijker idylle en melancholieker elegie dan die geachiedenis van Saidjah zal men geruimen tijd zoeken kunnen. Scherp en onverwacht is de wending waar Droogstoppel wordt weggedoemd : ,verdwijn, stik in koffie", en waar de schrij- ver zelf optreedt ; en wilder en demonischer dan eenige andere z) Van den Havelaar, then van Lennep beeft willen smoren, zijn thans meer dan 40000 eaemplaren verkocht.

8 sTUDIEN OVER MULTATVu's WERKEN . bladzij Nederlandsch is de verwoede kreet, de laatste toon die klinkt van dit veelsnarig instrument. Dat book tastte Nederland aan in eon van zijn idioten, den koffiegod van 't batig slot, erger nog, in zijn eigenwaan van In- sulinde's gemoedelijkste ziel- en lichaamsherder to zijn ; hot tornde aan de ordineeringen van den Nederlandsch-Indisohen God en den Heiligen Geest der Kompagnie, zelfs in moderne wijziging . Het oordeel over dat book kon dus allicht voor of tegen bevooroor- deeld zijn. Hot is daarom belangrijk den indruk waar to nemen dies het in het buitenland maakte. Met eene aandoenlijke toe. wijding overwon de baron Alphonse Nahuys de bezwaren der vertaling in hot Engelsch, waarvan de Westminster R e . v i e w zeide, dat zij was gemaakt, ,with remarkable ability and command of a language foreign to him ." Bij do erschillende organen der Engelsche pers waren de ver- bazing en de bewondering eenstemmig. „It is difficult, zei de Westminster, to say whether M . HL is more interesting as a novel or powerful as a political pam . phlet. From either point of view it is of rare and first-rate ex- cellence." En van den schrijver: dat do naam van Douwes Dekker mocht worden gerekend tot ,the very first rank of European novelists and philantropists." Van eon redeneering van Droogstoppel zegt de C o n temp o- r a r y R e v i e w van April 1878 : ,Thackeray himself could not have surpassed this scathing page. It is immortal." Van hot dichterlijke stuk : „Ik weet niet waar ik sterven zal," enz. zegt dit blad, na er de vertaling van gegeven to hebben, „It is a nineteenth-century miracle . Will not any gentlemen or ladies with volumes of poems ready, or preparing for publication, after reading the above, oblige their contemporaries and posterity by throwing their manuscripts into the fire?" 4 Zoo zou ik noch vele bladzijden kunnen aanhalen, waarin aan het book en aan de daad die hot vertegenwoordigt, de hoogste lof wordt gegeven. Doch er zijn natuurlijk lieden die zeggen, dat ook hot oordeel in Engeland kon gekleurd worden door den lust om Neerlands bestuur in India of to keuren . Dan keer 1k terug tot het vroeger gezegde : nooit is grieven. der aanklacht door het uitblijven van antwoord en onderzoek tot eon feit verheven.

In den M a x H a v e 1 a a r leeft eon menschenziel met al haar lief en teed, ham hoop en wanhoop .

$TUDIEN OVER MIILTATULI'S wERnEN. 9 "En dat book was zoo mooi, zeiden me. En me lazen dat zoo gretig en zoo overal! En toch . . . toch .. . toch is er geen recht gedaan! Toch ben ik even ver aloof m'n book niet mooi was geweest! Even ver aloof er niet zooveel tranen waren gevallen op dat handschrift ... Toen ben ik verdrietig en bitter geworden ." Zoo sprak Multatuli twee jaar na den H a v e 1 a a r, in ziju geschrift Over vrijen arbeid in Nederlandach In die. Daarin zette hij nosh eens de punten op de is en veracherpte de prikkels. Het was altijd noch de kwestie van den vrijen or. beid, en hierin betoogde hij dat ja, vrije arbeid wenschelijk, maar die k w e a t i e geen kwestie was, en hij wees op den leugen, die invrat in den staat. Diezelfde hand, die soma schrijft zoo fijn en gevoelig als do teederste vrouwenhand, zwaait hier vaster noch en met noch starker en gelijkmatiger macht over de taal den geesel van satire en sarkasme. Voor hen die meenen, dat men dit doet voor zijn plezier, en dat meenen zeer velen, schrijf ik de volgende regels of : ,,O, gij wien 't inderdaad in deze zaak om waarheid to doen is, veroordeel de wijze niet waarop ik die waarheid trachtte to uiten

. . En waar dit niet bast, blijft ook den meest ernstigen beschou- wer nets over dan de geesel van sarcasme. Maar dikwijls ligt er droefheid in spot, en de vlijm der satire wondt niet naar buiten, v66r ze 't eigen hart griefde waarin do satire geboren word. Ja zelfs, waar dat hart g o e d is, most er veel geleden zijn, en ling gedragen, voor dit laatste, maar scherp- ste, wapen zich keert naar uitwendigen vijand. Zulke smart heb ik bedoeld, toen ik sprak van den menschen- vriend die vurig belang stelt in het welzijn zijner medemenachen . Die beurtelings hoopt en vreest, bij 't gade-slaan van elke ver- andering. Die zich opwindt voor 'n schoon denkbeeld, en van verontwaardiging gloeit, als hij 't ziet wegdringen en vertrappen door wie- voor 'n oogenblik slecbts, naar we hopen - sterker zijn dan schoone denkbeelden." ,,O Phobus Apollo! ... du weisst, warum ich mich .. . nicht mit Maass and Geichklang der Worter beschaftigen konnte ...... Du weisst, warum die Flamme, die einst in brillanten Feuer . werkaspielen die Welt ergotzte, zu weit ernateren Branden ver- wendet werden musste . . . Du verstehst mich, grosser sohoner Gott, der du ebenfalls die goldene Leier zuweilen vertauschtest mit dem starken Bogen and den todlichen Pfeilen .. . Erinnerst du dich auch noch des Marsyas, den du lebendig gesehunden Y Es ist schon lange her, and ein iihnliches Beispiel that' wieder noth ... "

lets' dergelijks, als in dit beeld van Heine geteekend is, be- paalt de verhouding van lier en wapen in de hand van Multa- tuli Voor of gelijktijdig met den V r ij e n a r b e i d zagen eenige geschriften van hem het licht waarin de zilveren boog gegrepen werd en de doodelijke pijlen snorden van de pees . Had men Mul- tatuli vroeger, als hij zegt, eer mogen prijzen over zijn zwijgen, daar hij bij de veertig was toen zijn eerste book versoheen, nu zou zijn pen, vruchtbaar omdat er een schat van kennis en leven, maar ook eon berg van smartelijke ervaring in zijne ziel was opgehoopt, eene macbt worden. Hij aanvaardde „den strijd voor de waarheid," de boog met de vreeselijke pijlen kreeg den voor- rang voor de lier ; zijn wapen werd het w o o r d. In de later als V e r s p r e i d e s t u k k e n to zamen uitgege- ven geschriften zijn er die de jaartallen 1858, 1860,1861 dragon ; zij behooren, met de M i n n e b r i e v e n van 1861, tot de Havelaar- zaak . Men houdt van gematigdheid . Een woordapeling . Welke mast? Er is eon schraal scheutje, er is een gulle stroom, er is over- strooming . De juiste maat zal wel de eenige prijzenswaardige maat zijn . Doch voor den eon ligt de juiste maat in het karige scheutje, voor den ander in voller stroom . Maar ieder zal moeten erkennen,datde Brief aan den Gouverneur-Gene- r a a 1 i n r u ate, Brussel, Januari 1858 gedagteekend, zeer ge- matigd is. Zeker zouden de meesten then droger, regclmatiger, rapport- aehtiger geschreven hebben. Anderen wellicht driftiger en boozer . Maar hier is de juiste mast. Die brief is waardig, fier, al bloedde

sTUDIEN OVER MULT&TUU'S WERKNN . 1 1 het hart. En daarbij zoo rustig, zoo ernstig, zoo gestempeld door de waarheid, dot dit eerste en oudste dokument in do Havelaar- zaak zegevierend staat tegen ieder die overdrijving of bitterheid wil laken in latere geschriften . Maar geen wonder dot later de toon bitterder, het woord scher- per wend! Van lieverlede moest wel het laatste geloof aan do goede trouw van regeering en yolk bij den schrijver verdwijnen. Dominus Wawelaar - volstrekt geen ,fictie of leugen", zoo . als Multatuli eon oogenblik gemeend heeft, - gaf sanleiding tot eon brief van den predikant Prancken aan den schrijver van M a a H a v e 1 a a r . Multatuli, met die fijngevoeligheid die geen onreoht wil doen en ale hij iets hards gezegd heeft er zoo licht toe komt to veal toe to geven om weer good to maken, antwoord- de in zijn Brief a a n do. F r a n o k e n, in Aug . 1860. Hij beleed ongelijk in hat schilderen van Wawelaar. Inter zag hiij dot anders en beter in en schreef : „'t zal wel overbodig zijn, hier de opmerking to maken, dat ik berouw voel over de naive gemoedelijkheid, waarmee ik Francken's aanmerking heb opgenomen . Ala ik christen was .. ." Intusschen, maar eon mensch, deed hij tech ook wat in Mei 1861. Toen de heer Nijgh hem vroeg iets to schrijven voor de alachtoffers van den watersnood op Java, nam Multatuli de pen . Binnen weinig tijds kon de uitgever ruim f 1300 naar India zenden. Gevoelt gij daarbij niets iets, lezer ? Dertienhonderd gulden - er ware eon jaar long schraal eon gezin van to onderhouden - dertienhonderd gulden, voor hen vel druks, geschonken in 1861 door den man, die alle fortuin - let wel alle niet Ws froze maar tot hat meest reeele uiterste - had opgeofferd voor eon edel beginsel . . . Maar dot is Don-Quyoterij ! 't Is mogelijk, maar sinds er geen andere keus is in de wereld dan tusschen dit of Sancho-Panzisme, is deze ridder mij liever dan zijn schildknaap, zelfs ale koning van Tobosa . Hot geschrift dot Multatuli schonk tot leniging van den waters- nood op Java, draagt den titel : „W ij s mij d e p l a a t s w a a r i k g e z a aid heb!" Men kan moeilijk eon analise geven van Multatuli's werken . Deels om de honderden details, deals omdat er zooveel in toon en stemming ligt, dot men wel voelen maar niet dissekeeren kan . Hot is weer hat hart voor den Javaan, dat zich hier in alle tonen uit . Nu eons leest ge van den schat van waarde en winst then hij ,afwerpt" voor Nederland . Een ander- maal de gulden woorden, waarin heel de Java-kwestie door M . wordt gesteld en opgelost, en die wij wel eons mogen herhalen, om met den droppel den steen uit to hollen :

1 2 sTUDIEN OVER MULTATULI'S WEAKEN. „Ik houd veel vah vrijen arbeid, zooals van alles wat vrij is . Maar ik ontken dat de opgave wezen zoude : to kiezen tussehen de beide meeningen (kultuurstelsel of vrije arbeid) ; 1k ontken dat India zou verloren gaan of behouden blijven door een van die beide systemen . Ik beweer dat India voor Nederland moat behouden worden door menschlievendheid en rechtvaardigheid. Men zoeke niet ver wat nabij is, niet diep wat voor de hand ligt! Het is de vraag niet- nu althans niet, later zal 't missohien de vraag worden - of de Javaan behoort koffie to planten op last van een beambte (kultuurstelsel) of ten gevolge eener over- eenkomst tusachen particulieren en inlandsche hoofden ; noch zelfs, of hij• dit doe rechtstreeka uit eigen wil (vrije arbeid). De vraag is, of hij meet b3roofd worden van zijn eigendom . . . of hij be- hoorlijk meet worden betaald voor zijn arbeid . . . India heeft geen genie noodig . India heeft noodig een braaf man die waarheid zoekt, en c lie den moed heeft de waarheid in bescherming to nemen."

Multatuli verrast ons dikwijls door de verscheidenheid, de be- wegelijkheid van zijn geest. Hij vereenigt in wonderlijke mate de stiptheid en de poezie, zooals eene bevriende hand mij eons zoo juist over hem schreef. En doze geheele passage, waar 1k een stukje uitlichtte, is een staaltje van zulke stipte, kalme, klare voorstelling van eene hoofdzaak. En dan volgt er weer, - want de mathematicus metamorfo- seert zich telkens in een dichter - die schoone geachiedenis van Karadien, bij wien het feest is, ale hij de premie verdiend heeft op het dooden van een tijger gesteld ; van den vernielenden wa- tervloed en een oproeping om hulp. En die hulp kwam ; / 1300 ale vrucht van een velletje druks met wat woorden van Multatuli . Een kleine som betrekkelijk, een groote, een enorme som, ale gij weet wie ze schiep en achonk en onder welke omatandigheden. Doch zoo Multatuli had afgerekend met Java, niet alzoo met Nederland ; Nederland, dat een beweerde maatschappelijke en godsdienstige meerderheid wil opdringen aan Java . Nederland, dat er jaarlijks millioenen uit trekt, zond niet eens tien maal zooveel als de schrijver van dat gene vel druks. Het zond noch geen ,,negende gedeelte van wat eon Chinees to Samarang heeft bij . gedragen, die oogenblikkelijk do waarde van een ton gouda in rijst ter beschikking steldo van de regeering, om to voorzien in

sTIIDIAN OVER MIILTATULI's WEBKEN. 13 den nood van de arme lieden, die door den watersnood behoefte hadden aan voedseL „Ik verneem dat de Boedhist van plan is en kinderen naar Nederland to zenden, om ze daar to doen onderwijzen in 't ware geloof (P. G.). Prosit!" Wondervolle hand! Nu eens ijzersterk in het zwaaien van den doodelijken moker of de snerpende zweep - dan weer zoo zacht als de vrouwehand die de wilds bloempjes plukt en u verrast met hun schoon. Ziehier weer twee andere stukken die het be. wijzen: de G e l o o f s b e l ij d e n i a (1860), die lieve fijne para- bel, waarin de practische barmhartigheid van L ij s term a n- n e t j e, die den gebroken poot van den pogel verpleegde, zoo schoon uitkomt tegen de bekrompenheid der anderen ; en H e t gebed van den onwetende(1861)...... Wanner we zijn gemaakt met opzet, met een duel, En door onze onvolkomenheid dat niet bereiken . ... Dan valt de blaam van al 't verkeerde op o n s niet, Op 't maaksel niet . .maar op den M a k e r! noem hem Zeus, Of Jupiter, Jehovah, Baal, Jao . . hoe ge wilt, Hij is er niet, of hij moet g o e d zijn, en vergeven Dat wij hem niet begrijpen . 't Stond aan hem Zich to openbaren, en dit deed hij n i e t! Had hij 't gedaan, Hij hadde 't z66 gedaan, dat niemand twijfelen kon ; Dat ieder zeide, ik voel hem en versta hem ...... Intussen -tot we wijzer zijn - is goed en kwaad dan 6t'n1 Ik zie niet in waartoe een God ons dient, in 't scheiden Van 't booze en 't goede . . . Integendeell Wie 't goede doet Opdat een God hem loonen zou, maakt juist daardoor Het goede tot Jets kwaads, tot handel ...... Ik ken u nfet, o" God! Ik riep U** aan, ik zocht, Ik smeekte om antwoord, en gij zweegt! Ik wou zoo graag Uw wil doer ... Gij zweegt . . .

Zoo klaagt de onwetende, maar de wijze, die God kent, jubelt : Dank, o Heer, dat ik niet ben als hij! en

De wijze .. . sluipt ter beurze, en schachert fntegralen. De Vader zwijgt ....

Dit is een afscheidakreet van bet geloof, waarin de smart noch niet heeft plaats gehad, v o o r n i e u wen v r e d e u i t h o o . g e r e w a a r h e i d . En voor ieder die ernstig de waarheid wil en de werkelijkheid in het aangezicht durft zien, komt die vrede . IV

Een man, wiens verwanten in dringenden nood waren, en die door vorsten, millionaire en christenen was afgewezen, wendde zich in 1861 tot een menach die eenzaam en askeetiesoh leefde in eene kleine bovenkamer in de Kalverstraat to Amsterdam . Die een- zame was een poeet, een schepper, en hij bezielde eenige vellen pa- pier, zoo dat ze den hulpbehoevende met eenige honderden guldens redden. Op deze wija kwamen de M i n n e b r i e v e n in de wereld . De M i n n e b r i e v e n, in 1861 geschreven en in 1871 voor do vijfde meal gedrukt, zijn evenwel voor velen ale een nieuw of onbekend book. Ze behooren ook do Havelaar-zaak . Met hun weelderige fantazie, die in Fancy een persoonlijken vorm aan- neemt, bevatten zij de aandoenlijkste kreten nit hat gewonde hart, de liefelijkste bloemen en vlinders der verbeelding, de bit . terste of geestigste satire, de meest overtuigende feiten . Vijfmaal gedrukt - duo dan toch verkocht. Maar ook gelezen? Ik twijfel er aan om de weinige sporen die men van dat lezen, lent staan van genieten, aantreft . - 1k begrijp er mete van, heb ik wel eons hooren zeggen . Ik wil het wel gelooven, want veel mensohen lezen zoo vreemd. Zij beseffen zoo weinig, dat een book, als hat wet beduidt, een kort bijeen gevat samenstel is van zeer veel nit denken, opmerken en voelen geboren stof ; dat or veal tusachen de regels to bespieden is, veel schalmen tusschen de grootere schakels aan to vullen zijn ; dat ieder lezer een schepper moat wezen, die aan de stof der letter door de neusgaten loven inblaast. Lezen is hat werken van verstand, verbeelding, gevoel ; een lezer moat niet lijdend beboekt, beletterd worden, maar zelf handelend do letters ondervragen ; lezen is inspanning .... Meneer B u i d e l d i e r klopt me op den schouder . - Mijn God, me goeie meneer, wat won je van ons i Inspan- ning 1 ]k zou je danken l Ala ik den geheelen dag op 't kantoor heb gezeten, en do laatate poet aan is, denk je dat ik dan lust heb me nog eons to gaan inspannen? 1k lees voor me pleizier, meneer, als ik lees. En maak me ook niet wijs, dat er zooveel in zit in jullie boeken. De onze, dat is wat anders ; dear wordt op gewerkt, want dat luistert nauw . Ale 't kopieboek niet klopt met den brief, of ale er een centje to veal is - wij zijn accu- raat meneer, - dan is de boel in de war. Zulke boeken to ma.

sTVntilx OVER MIILTATVLt's wEnxEn. 15 ken en to lezen, dat is inspanning, maar al je fantaziegoedje ... inspanning .. . ha! ha! ik 1 a a t inspannen en rij naar do Fille de madame Angot ; dat ga ik nu voor de vijfde maal zien en noch spant het me niet in, ... adieu. - De M i n n e b r i e v e n zijn weinig begrepen . Du gleichst dam Geist den du begreifst, en omgekeerd . Maar de meesten gelijken den geest van Multatuli niet. Goddank, zegt Kappelman. En do vind ook dat heel natuurlijk. Ik bedoel echter eigenlijk niet het gelijken en dat zoo ver gnat al de twee droppelen water ; maar er dient eenige verwantechap to bestaan om to begrijpen, verwantachap nit card, sympathie of gelijke ondervinding. De schrijver, die de innigste bewegingen van zijn gemoedsleven openbaart, zal niet begrepen worden dan waar althans eenigermate de snaren sympathiek meetriilen. Boeken van de soort der M i n n e b r i e v e n leze men ook niet als een brochuretje over Amerikaansche spoorwegacties, munt- standaard of schutterij ; niet, om to weten wat er in staat en wat eigenlijk de practische slotsom en uitkomst is. Men moat bij de lezing wat meebrengen ; noch wat moor dan eon vouwbeen, oogen en eon minimum van verstand . Er dient liefde bij, hart voor wat goads en hoogs, voor muziek en kleur, voor teekening en compositie, vooral stemming . Er ligt een sohat in die M i n n e b r i e v e n . Vooreerst hat rijke spel der verbeelding. Niet dier verbeelding, wier spel maar een kaleidoskoop is, een bordpapieren rol met gekleurde stukjes glas er in . Maar die welke eene echte Fancy is, die vrouw is, liefde, tooveres, dichter. Hier is een deal van de schoonste poSzie die Multatuli geschreven heeft. Met voile zeilen stevenen wij hat tooverland in : ,,Mijn lief kind," schrijft de diohter aan Fancy, aan zijn Muze, "mijn lief kind, wie zijt gij eindelijk? Hoe heat gij ? Waar woont ge? Moat ik u noemen met namen nit hat Hooglied, u de don . kerkleurige Sulamite? Zijt gij de lelie van Saron, of de narcis in hat dal? Moat ik uwen hale omvatten met den linkerarm, om u to streelen met mijne rechterhand? Moat ik poezie acheppen uit uwen blik ; moat ik rijmen op de kleur uwer haren ? Zal ik u heden zien of morgen . . . of wanneer? Zal ik u zien na mijnen dood voor het eerst? Zijt gij de glorie of de deugd, of de wellust of 't genie? Zijt gij de onsterfelijkheid of de rust? De geschiedenis? De toekomst? Ben engel, een deamon of een spook?

16 sTUDILN OVER MULTATVLI's WERB$N. Prophetes, vestals, wichelaarster, sybiUe, Egeria of Rafaela' zuster, waar zijt ge, waar woont gij ? Most 1k u zoeken in do wolken, of in de straten eener stad t Moot ik vragen aan de schildwachten die de poort bewaken : hebt gij gezien wat mijne ziel lief heeft? Woont ge op een ster die stof is? Bunt gij de zon zien, Fancy? Of, Fancy, z ij t gij de zon Y Zijt ge 't middelpunt van de aarde, dat ones aantrekt .. ." Dan volgen de brieven tusschen Fancy, Tine en Max gewis- seld ; eerst tintelen in het zonlicht de opwellende waterstroomtjea ; allengs worden ze dieper en donker ; some ganseh troebel en zwart en wild . De van humor sprankelende acheppingsgeschiedenis leidt eene reeks kleine verhalen in, de g e a o h i e d e n i a a e n v a n G e z a g, fijne parabelen, die in onze litteratuur Seen wederga hebben. Dan volgen weer eenige brieven ; een daarvan, van Fancy can Tine, is van de hoogst mogelijke schoonheid : ,,Nzzx! Dat zou ik NIZT! Ik zal u blijven steunen in uw moei- lijke task, edele, moedige, verhevene vrouw. . . trouwe, dap- pere echtgenoot .. . sterke moeder .. . heldin! Ik zal blijven bij u, naaat u, in u! 1k zal u begeleiden tot de lactate ure, en die ure zal ik zoet maken, door 't v66rhouden eener schilderij van uw rein leven, dat het u zij ale een spiegel van gelukkiger toekomst .. . want, ik zegge u hier, wat ik nooit wide tot hem, U zeg ik, dad gij onster/elijk zijt ! En kan ik v66r lien tijd niet al de tranen drogen, die ge weent in 't geheim, nit edele gierigheid op smart - menses die zoo lie/hebben moeten lijden, deed ik hem zeggen - o, toch zal ik beletten, dat uwe kinderen het zilt proeven in spijze met die tranen gedrenkt! T6ch zal ik hen blinden voor de weifeling die moeders hand onzeker maakt, wanneer me hun brood reikt, graag ale ze is om heden to geven, maar zoo begeerig ook om to bewaren tot morgen! Toch zal ik neerzweven op de sponde, waar go slaapt, en u droomen geven van zachtheid en kalmte, dat ge wat sterkte zamelt voor den dag die komen zal, na de vermoeienis van den dag dien ge doorleedt. T6ch zal ik kracht gieten in uw afgemat lichaam, dat het de ziel niet all6bn late, v66r den tijd . Ik zal de spieren van uwen mond za6mtrekken tot den glimlach, then hij noodig heeft om niet to bezwijken, hij die wil dat gij de pijn niet voelt, gij zegt niet to gevoelen.

STUDIfN oVEB MULTATULI'S WESKEN. 17 Hand moed, tnijn kind! Zie mij aan, woes wel to moede, zoo- als awe kinderen dat zijn, wanner ze staren op u . Ben ik u minder dan gij hun P Weten ze niot, dat gij waakt? En weet oIJ Wet dat ix waak . . . ix, Fancy? . . . Voelt ge op uw voorhoofd den kus, then ik u zegenend zend? Wees met de kleinen gegroet .. ."

Bier, in haar troost en steun voor de strijdende en lijdende vrouw, is Fancy het verhevenste wat er is, de edelste werking van den geest, gedacht id den vorm eener actieve en tot bet hoogste inspireerende persoon . Mocht men zich toch hens gaan schamen het innige en ver- hevene van zulk een overtuiging to miskennen, omdat er hat hoogste nu eenmaal met andere letters gespeld wordt dan een G en een o en een d.

Maar in dit geschrift, dramatisch ale een tooneelstuk, volgt dan weder de afwisselende platheid en grove werkelijkheid . Daar komen de Kappelmannen, de stiefn oeders, de ooms met hun brieven, een realistisch komisch intermezzo . Maar gij zijt hier niet, om u alleen met een apel der verbeel ding to vermaken. Allengs verdwijnt de fantazie, verdwijnt Fancy, en doet eon toon zich hooren, een bekende toon. De gedachte om voor de rechten van den Javaan to strijden, of liever om aan de betrekking tusschen hem en Nederland recht en menschelijkheid ten grondslag to geven, wekt het voorstel om een derde partij to vormen in de vertegenwoordiging, die eenvoudig het ,excentrieke idee" zou voorstaan : ,dat men den Javaan niet moet mishandelen." De „brief aan de kiezers" is er het gevolg van . Doch blik en plan worden ruimer en bree- der; do geheele beteekenis van India voor Europa komt ter sprake ; India, waarin „de strijd zal gevoerd worden om de we- reldheerschappij ." En tusschen doze feiten en begrippen door gaan dan weer de fantazieen haar gang . Er komt een spanning, ale van een roman, een drama. Gij voelt hoe Max, overmand van onrecht en smart, vreemd wordt, moe, ziek ; hoe Tine's angst wart en zij Fancy to hulp roept ; hoe hij pijn heeft in 't hart . De geprllckelde fantazie blijft toch doorwerken ; zij geeft nu sprookjes, waaronder dat prachtige van Chresos, burgemeester in Beotie, en dat meesterlijke gedicht : Komt meb, komt meA, daar wordt een man gekruist, Daar is wat schoons to zien op Golgothal En dan wordt de brief aan de kiezers weer vervolgd en daar-

STUDI=N OVER ILULTATULI'S WERKEN. 2

18 8TIIDIlbN OVER MIILTATULI'8 WEEHEN. bjj nieuwe, zeer klemmende bewijzen gegeven voor het H a v e- 1 a A rthema : de Javaan wordt mishandeld. W at hij in de aandoenlijke gesohiedenis van Saidjah en Adinda als beeld gegeven had, deelt hij thans mede in de ernstige ge- stalte van feiten. Hij geeft de namen van de bestolenen, het getal der geroofde buffels enz . Hij geeft een hoogat belangrijk stuk, de vraagpunten aan den controleur der afdeeling Lebak voorgelegd en door hem beantwoord. Het stuk is van 29 Maart 1856. Indien men verbaasd is, hoe na den H a v e 1 a a r niet is ge- antwoord met uitdaging, om to bewijzen wat daar gesohreven stond ; indien men dat zachtjes aan alleen is gaan begrijpen door de overtuiging, dat de taktiek is geweest : smoren door niet tot bewijs toe to laten ; heeft men dan ook noch verklaring voor het feit, dat de openbhring van stukken als do brief aan den Gouv. Generaal, als de statistiek der gestolen buffels en do antwoorden van den controleur op de vragen van Max Havelaar, geen storm van bijval, geen gebiedenden eisch tot oploeeing heeft doen rijzen? Toch is er iets gedaan in then tijd ; want niet ieder had een hoornen huid waarop de indruk afschampte . Maar dit behoort niet to dezer plants. Dit was eigenlijk bet laatste omvangrijker gesohrift, aan deze zaak bizonder gewijd. Het was eene geweldige inspanning go . weest, een uitputtende krachtsontw:lcking. Hij schijnt nog jong en heeft sets in zijn blik Dat taaiheid aanduidt . .. . zie, daar zijgt hij nebr Hij schijnt toch zwak to wezen .... 't Kruis is zwaar ....

is, hij was taai, *maar took, gU gevoelt dat de spanning to veel vergt, dat overspanning dat schoone organisme, zoo rijk en zoo sohoon of het als hart of als hoofd zich toont, zal doen barsten. .. . En Tine's angskreet wordt de uwe „Fanny, om godswd, help, hij bezwijkt!" En Fancy verschijnt. ,,Kleinmoedige, zegt ze, waarover bezwaart gij u? Zaagt ge ooit kiem schieten nit ongespleten korrel?" En zij gaf eerat den w i 1, dan de k r a o h t, eigdnlijk de o v e r. winning. De M i n n e b r i e v a n zijn een vonkelend vaurwerk van ver- nuft en geest ; ze zijn de samenspreking van den diohter met zijn inspiratie, zijne verbeelding, zijne Muze ; do botsing van bet ideaal en do werkeljkheid ; de worsteling van het genie dat

sTIIDIft OVER M LTATUU's wsRKEN. 19 vorm wil geven aan do wolkengestalte der Fancy : de door Plato geschilderde eenheid van Eroos en Poezie ; de liefste streeling, de stoutste satire, do ruwste wanhoop, tot den grijns der nade- rende krankzinnigheid. Voor mij is dit betooverende gedioht een van de schoonste van Multatuli. De macht van den kunstenaar over hat woord is er groot, maw grootecher nosh de vorinkracht en do reins, edele, schoone inhoud der ziel waarin deze gestalten en ideen ontvangen zijn. V.

Multatuli kondigt in het tweeds gedeelte van zijn gesohrift Over V r ij e n a r b e i d zijn Ideen aan . Het was in 1882 Hij wil de ziekte aantasten, waaraan het yolk lijdt . „Ik zal doen wat ik kan. Ik verzoek u (zegt hij tot den hear d'Ablaing) de uitgaaf op n to nemen van 'n werk dat ik zoo-even bedacht heb . .. Ik zal in dat schrijven trachten naar waarheid. Dat is m'n eenig program . Ik zal geven : verhalen, vertellingen, geschiedenissen, para . belen, opmerkingen, herinneringen, romans, voorspellingen, para- doxen .... Ik hoop dat er 'n idee zal liggen in elk verhaal, in elke mede- deeling. Noem due m'n werk : I d e e n. Anders niet. En schrijf er boven : een zaaier ging uit om to zaaien." - Het was aanvankelijk zijn plan slechts teksten to leveren. ,,omdat het leven zoo kort is ." Maar teen de jongeren nalatig bleven in hat uitwerken daarvan, ging hij zelf „aan 't preeken ." De eerste ideen zijn dan ook meest aforistiesch en beslaan maar weinig regels. Doch allengs krijgt de stof, onder toene- mend meesterechap over den vorm, dat is over de wijze out door de teal alle gevoelens en waarnemingen weder to geven, bij toenemende kracht, stiptheid en bewustzijn van wil, meer- der en meerder gestalte en uitbreiding . De stof gast leven en wart tot beelden, gelijkenis, gesprek, besohrijving, handeling, verhaal. Het gaat als van zelf. De natuurlijke, vrije, smedige teal wordt tot alles bokwaam, tot ells tonen der schaal, tot de fijnste tin- ten, tot de moeielijkst onder woorden to brengen zaken. 1k zeg natuurlijk ; er zijn er die Multatuli gezochtheid verwijten. Dan kent men hem niet. Hij is natuurlijk en naief. Wat men gezochtheid noemt, - in den H a v e 1 a a r o. a zijn stukken die het zouden kunnen schijnen - is alleen gevolg van noch onvolkomen beheersching van de taal en hat worstelen om vor- men voor de veelvuldige stof. Zoo jets ligt in den aard der zaak. Hoe stark reeds hat woord van den H a v e 1 a a r is, zijn letters zijn maar kinder-hanepooten bij de ongehoorde stouts en vests karakters, bij het vlammen.

sTVDI N OVER Mvr.TATUU's WERKEN. 21 schrift van later . Reeds de M i n n e b r i e v e n zijn veel sterker ; de eerste I d e e n evenzeer ; de 3e en latere bundels, de M i I- l i o e n e n S t u d i e n, - daarin is de denker-dichter in zijn volle kracht. En daarin is hij volkomen natuurlijk . Do speeleche luim, de snijdende kontrasten der ironie, de teedere gevoeligheid, de mikroskopisohe analyse, de snelle wendingen en overgangen, dat alles i a de man zelf - Maar eacentriek! Dat zal wel waar zijn! Dacht gij sums dat hij in het g e w o n e kringetje omsoesde en daarbij toch zulke gedachten had? - Maar die taal en die spelling? Dank niet dat hij om een gril m e n a en z e i t-i schrijft Hot is alleen wat vreemd, omdat niet ieder het duet ; logiesch is het, zooveel dit in taal en schrift kan . Hot is voor hem alleen eon van de vele pogingen om bij benadering uit to drukken wat hij wil uitdrukken Als dit de menschen soms bevredigen kan, nieuw is het niet ; in de middeleeuwen schreef men ook alzoo. En het is veel gezochter en schoolschor MExscHEr ws to schrijven, als er noch van eon ch-benauwdheid noch van eon dood mensch sprake is Maar iedere poging om eenvoudiger en natuurlijker to worden, wordt eerst bejegend met geschreeuw over gezochtheid De jonge moeder van onzen tijd, vooral tien, twintig jaren geleden, die haar kind wiesch met koud water en het hoofd niet prangde in mutsen, die het zooveel mogelijk de leden bloot en vrij liet, kreeg den roep van wreedheid en geaffektoerdheid ten dank voor die weldaden Zoo gnat hot, totdat gewoonte en eon be- trekkelijk aantal mede-misdadigers het oordeel doen veranderen En zoo gnat het met alien die iets willen verbeteren ; van de ch tot het godsbogrip toe En dat to erger, naarmate zij oprechter zijn Multatuli is niet gezocht, maar hij zoekt zelf ; hij is eon zoeker van de waarheid „De groote zaak," zegt hij, „is het naderen tot waarheid Dat zou niet zoo moeilijk aezen, als we minder lafhartig waren " Hij nu is moedig en oprecht tot het uiterste Hij is daarbij eenvoudig en natuurlijk tot hot naieve Men west dit niet - want men leest to vluchtig en to weinig tusschen do regels Hij die tijgerklauwen scherpen kan aan zijn woorden, heeft het grootate genoegen om de geschiedenis van het blaadje der gummi-plant in zijn kamer na to grin, dat zich ontwikkelt uit de hula die 't omsluit! Omdat hij natuurlijk is, is nets hem gering. Ik geloof net dat er iets rondom hem wordt, dat hem niet een voorwerp van onderzoek en doordenken is. Een plantje, eon kind, eon workman, zoo good als eon trigonome.

22 sTVDIft OVER MvurATVZI's WEaKEN. triesch probleem of een sohaakzet, eon zaadje en de gansche wergild van Fancy! En op verwonderlijke wijze huwt hip mathesis san poSzie, en vereenigt hij de reflektie van den denker met de naieveteit van den kunatenaar. Vandaar voor een deal, een groote mate van kennis, neon van w e t e n, meestal van zeer oorspronkelijken aard en in go- heel eigen vorm. Voeg daarbij een rijk en vol leven . Zoo kon hij uitgaan om to zaaien, want hij was dat niet vroeg begonnen. Hot zaad lag in de voorraadkamers opgehoopt. De grond, waarvan het gewonnen %erd, was diep en veelvuldig doorploegd door het ijzer der gedachte, en de hoeven der paarden en ossen hadden er op getrapt. En over de voren hadden regen en hagel gejaagd, had zonnelicht en gloed geschenen. Maar de arbeidzame hand, die hot zaad verzamelde, onder leed en vreugde, had nooit geaarzeld. Want zij werkte en zamelde voor de waar- heid en den mensch. Z66 was dat zaad gewonnen en had hij nu maar to tasten met volle grepen . Ik weet niet waarmee deze I d e g n to vergelijken ; wat ook niet noodig is, doch men zoekt dat soms om bij benadering hat wezen to teekenen. Hot is anders dan Sterne, dan Borne, dan Heine, dan Montaigne . Soma, door de lichtheid en snelheid der bewegingen, het overspringen op onderwerpen, heeft het iets van een Fransche causerie, maar het is een geharnaste causerie ; zij doet wel eons denken aan Heine, dan weer door de in fjjn- heden spelemeiende bigarures aan Tristram Shandy, dan weer is er Oostersche poezie als die van het Hooglied of toorn als van Jesajas. Ja, van Jesajas en andere Hebreeuwsche dichters ; heeft iemand Ivel ooit opgemerkt welke verwantschap er bestaat tusschen de kleur, den zinbouw, de beelden der schoonste stukken uit de bijbelsche litteratuur en die van Multatuli? Maar altijd is hij weer andere en eigen en geheel oorspronkelijk ; een eenig verschijnsel in onze litteratuur . De I d e e n omvatten alles, wat mensch en wereld betreft . Insulinde is onderdeel geworden ; slechts enkele malen gromt noch die donder van verre en ziet men het weerlicht ; maar Insulinde is de menschheid geworden ; de vrije arbeid, de emancipatie der menschen van alle banden, die hun ontwikkeling belemmeren. Ik betreur hat alleen to kunnen aanstippen en niet genoeg to kunnen aanhalen . Noch ook soms to komen in wederkeerig toeteen van gedachten. Ik tracht alleen toe to lichten en to doen begrijpen. De eerste bundel bevat puntige opmerkingen over waarheid, denken, hat zijn, god-noodzakelijkheid, geloof en ,buitenissig- heden" ; over het kwaad der godsdiensten ; een van de vele

STUDItN OVER MULTLTtTU'S WERHEN. 23 voorbeelden: de geschiedenis der Elberfeldsohe weezen, die stul. pen krijgen van godsdolhoid ; toepassing : die weezen met geloof staan znij nader dan de knoeiers met half geloof . Hot was in 1862 noch de voile tijd van Dageraad en moderne theologie . Teretond was Multatuli der G a n z e die het schijnbare liberalisme en den halfrationeelen godsdienst bestreed . ,Geloof en buig u, of verwerp en sta rechtop." Gij vindt er voortreffelijke zaken over de vrouw en het huwelijk (Id. 183), met eon kritiek en een aanvulling van Matheus XIX ; die aanvulling is een prachtige bladzijde die in de Evangelien vergeten is. Over onze dochters : ,Wat hebt gij vah onze dochters gemaakt: o zeden!" Over de verkrachting van de natuur onder den schijn van deugd ; over opvoeding, I d e e 211, 213 ; voorts over staatkunde ; de verkeerde wijze van vertegenwoordiging, de fouten der He Kamer (men leze Nv die bladzijden van 1862 zij herwinnen eene nieuwe actualiteit), met het vonnis: or is verrotting in het parlement, toen door den liberalen Arnhemnier en den ,bezadigden" Amsterdammer overgenomen ; en eene sterke veroordeeling van Thorbecke's regeerstelseL Onder de hier en daar verspreide fantazieen en verhalen, komt ook dat uitnemend schoone fragment van de brik la Saints Vierge, den monnik, en het lachende Fransche vrouwtje ; eon episode die wel aan den Sentimental Journey doet denken, maar die toch reeds alleen de letterkundige reputatie van eon schrijver zou maken. Men vormt bloemlezingen ; waarom is aan deze reins, geurige bloom geen plaate gegeven t En ook do beroemde Woutergeschiedenis wordt in den eersten bundel aangevangen. VL

De schrijver van de I d e e n noemt ze de „T i m e a miner zieL" Dat zijn ze. Zij zijn ook een dagboek van wat daarbuiten omging. Wanneer wij ze lezen, die van 1862 tot nu, beleven wij weder een stuk van onze geschiedenis. Hat zou aardig zijn daar- naast to leggen de reeks der Vlugmaren van den S p e o t a t o r, over datzelfde tijdvak. Ik verbeeld mij dat deze beide memoires kijkjes zullen geven op en in den gang der denkbeelden, die men bij een officieel gesohiedschrijver vergeefs zou zoeken. De volgende bundels I d e e n geven weder wat zich in den geest des schrijvers afapiegelde. Van 19 Jan . 1894 is een omvang- rijke studie gedagteekend, over den zedelijken, verstandelijken, stoffelijken toestand van het yolk, over openbare eerljjkheid, do armoede van ziel bij het yolk - zoo zichtbaar in zijn vermaken, want het spreekt niet, het wawelt of twist ; het wandelt niet, het slentert ; het zingt niet, het loit : het vermaakt zich niet, het zoekt in luidruchtigheid, met of zonder drank, verdooving van zorg." Aandacht verdient wat er volgt over onderwijs, over voeding, over de feiten nit Le Play's L e s o u v r i e r a E u r o- p 6 e n a . De slotsom neem ik over. „1. Het yolk verkeert stoffelijk, zedelijk en verstandelijk in een ellendigen toestand. 2. Dit is voornamelijk to wijten aan de inrichting van den Staat, wijl niemand zich a a n a p r a k e l ij k houdt voor die el- lende. De Koning niet, omdat-i volgena de grondwet onschendbaar is, en daardoor met den beaten wil, onmachtig . De Ministers niet, wijl ze - bon an, mal an, - om de twee drie jaar aftreden, en zich dan niet bekommeren over de latere gevolgen van de wijze, waarop zij bestuurden . 3. De toestanden zijn 't onvermijdelijk gevolg : voor een deal van 't Parlementair Stelsel in 't algemeen . Voor een ander deel - en voornamelijk - van de wijze waarop dat Stelsel in Nederland is voorgeschreven door de Wet, en wordt toegepast in de daad ." Hieruit vloeit een beoordeeling voort van Thorbecke, als staatsman en als auteur . Niettegenstaande de vele waarheden, die Multatuli hier zegt, achijnt mij het oordeel over den staatsman to volstrekt . Neem Thorbecke zuiver ala historisch verschijnsel van zijn tijd, dan is hij de man die aan de behoeften van hat

STODIN OVER MULTATVra's WERKEN . 2 5 oogenblik vorm heeft gegeven. Dat de behoeften na 10, 20 jaar veranderen - er zijn tijden waarin men snel voortgaat - dat de vormen dan niet meer passen, dat is een gewoon verschijnsel. Dat de radikaler wordende liberaal van 1865-74 niet met bet parlementaire stelsel van 1848 voort kan, dat is niet aan Thor- becke to wijten. Zeg, dat hij to vast was gegroeid in zijn idee, en geen voldoenden zin had voor de jongere vormen ; goad, of liever niet goad . Maar dat is weer een zeer gewoon verschijnseL Vooral bij organisateurs. De zoekers gaan voort ; praktische organisateurs werken voor bet oogenblik en moeten daarom tel- tens door nieuwe vervangen worden . Thorbecke kon niet anders doen, en ik zie niet in dat hij minder was dan Guizot, Thiers of zoovelen. Staatslieden zijn geen abstracte denkers ; zij zijn geen zoekers van de waarheid, mass van wat op bet oogenblik uit- voerbaar is. Meer niet. Ik heb een afkeer van alle staatskunst ; bet is bijna alleen staatskunstenarij ; bet is altijd om een regeerstelsel to doen, om- het mechanisme, om met een wettelijke regeling een Bind aan iets to maken, en niet om de waarheid, om de levende stof, om bet yolk. Zijn behoeften van geest en gemoed, en zijn stoffelijke hooden . Het is volkomen waar, wat de beer Dekker zegt, ,Ben toernooi tegen don beer A . .. . wat gekibbel over de vraag of zekere diplomatieke d6p6che moat worden beschouwd ale al of niet ontvangen, zoolang ze niet is ingenomen op de agenda ... . maar de toestand des yolks is een gesloten boek en nergens blijkt zelfs de begeerte dat book to openen . Zulke begeerte zou dan ook moeten voortkomen uit bet hart . . ." „Ikwilde dat het yolk brood had- brood,vleeschen levenslust ." Altijd heerscht daarentegen de vorm over bet wezen, hot mid- del over bet doel, bet regeerstelsel over bet bezorgen van ge- zondheid, welvaart, geluk ; de wedijver om gelijk to hebben over de onbaatzuchtige geestdrift voor bet algemeen welzijn ; of sofistische dialektiek over bet zoeken van bet ware . Thorbecke nu daarvoor verantwoordelijk stellen is niet geheel billijk ; vooreerat omdat hij althans volstrekt niet uitatak in baat- zucht, maar vooral omdat een naam to noemen minder billijk is : alle staatk u n s t is zoo. Onder al die staatslieden vindt gij, als ze buiten bet parlement zijn, evenveel goeden als elders ; strijd tegen de individuen treft hier niet juist ; wat getroffen moat worden is de onzichtbare geest, die van lieverlede in de parle- mentaire staatkunstknutaelarij is gaan heerschen en bet work, en dikwijls do personen, zoodra in zij een vergadering zitten, bederft. Multatuli legt aan veel menschen, helden, diohters, kunste-

26 s1VDIAN OVER MULTATIILI's WEEHEN . naars, staatslieden, geleerden een geheel volstrekten maatetaf aan, en daardoor heeft hij meestal in abstracto gelijk . Dit doet hij eigenlijk met alles, overal het absolute in gods . dienst, in zedelijkheid, in moed, in kennis, in kunstgaaf . Dit is een uitvloeisel van zijn eigen zeer verheven streven en zoeken. Hij is niet tevreden met een halfje of een schijntje, maar ook wel eons to weinig met eene benadering. Hij wil ale Zeus in do Ilias ; al hing er van den Olumpos een gouden ketting en al trokken alle goden en godinnen daar- aan, dan nosh zouden zij hem niet naar omlaag trekken uit den hemel ; maar hij zou ze omhoog trekken met geheel de aarde en de zee er san en hij zou ze vastalingeren om den hoogsten top van den Olumpos. Do praktisohe wijze haalt daarover do schouders op, en als hij een „lief mensch" is, beklaagt hij, en is hij een ,harde' dan be- spot hij . Maar zonder then Zeus-overmoed geen held, geen hervormer, geen diohter. Wit is wit en zwart zwart ; deugd is goad en mensch zijn, kunst is Fancy en Natuur in hoogste macht, kennis is weten, leven arbeid. Dit is edel en grootsch, en toch soms moat men wat lager . Neen niet hij moat lager - versta mij wel, niet hij en niet wie met hem mee durft . Maar na hat stellen van de hoogste eischen, moge men naaat het absolute, ook aan het betrekkelijke recht doen. Stelt men voorbeelden en neemt men ze aan de men- schen, dan de allerhoogste eisch ; - maar beschouwt en beoor- deelt men, dan zij ook het relatieve in aanmerking genomen . Zoo heeft Multatuli ook volkomen gelijk in zijne kritiek van Hoofts N e d e r l a n d s c h e H i s t o r i e n, wear hij aantoont hoe de zinsneden daarvan zijn overgebracht uit bijna dezelfde woorden van Tacitus ; het stukje waarin hij Hoofta schrijfmanier nabootat en daardoor parodieert, is onverbeterlijk. En toch is Hooft daarmee niet veroordeeld. Leest eens de taal van hen die v6or hem schreven, en ziet met welk een onbehouwen, vermorste, verboergoensde stof hij to werken had . Zie eens welk een bearbei- ding en herschepping die taal, zelfs die der schriften van Roemer en Spieghel, noodig had, en men zal moeten erkennen dat Hooft wat to doen had en wat gedaan heeft . In den schakel van oor- zaken moest Hooft grijpen en verkeerd grijpen near de voor- beelden der klassieken. Doch dat hij buiten zijn historiestijl, met zijn Hollandsch wonderen heeft gedaan, getuigen zijn gedichten, de Chariten hebben hem vergeven van wat hij als Latijnsch sco- larch misdeed.

STUDI2N OVER MULTATULI'S WERKEN . 27 In den Hon bundel volgt, we zijn in 1864, eene kritiek van Zaal- bergs De godsdienat van Jezus en de moderne r i o h t i n g. Men herinnert zioh de satire : mbnager la chbvre et le chou. Daarna gaat van der Palm eon verdiende wandeling door do spitaroeden doen. Dan komen eon paar bladzijden over den Faust van Goethe. Zijn verklaring bevat zeer veal waars, maar ik zou toch iets anders als hoofddenkbeeld beschouwen . Juist en vernuftig is zijn verklaring hoe (bij Wouter had het- zelfde plaats) bij Faust de zueht tot weten en kennen samenvloeit met liefde, en hoe er noch een derde bij hoort, strijd. Doch, hoe good doze geheele ziel-analise ook zij, ik onderschrijf de verklaring niet : ,,Na den gezwollen proloog, had Faust heel andere dingen moeten begeeren, dan 't bezit van de onnoozele ,Gretchen'. Ook met : dat de kunstenaar Goethe hier verkeerd deed, maar de mensch Goethe juist. Ik beschouw het aldus : Faust begeert in den proloog ten slotte niet al de kennis waar- van hij spreekt. Hij heeft juist het onvoldoende gevoeld van de kamergeleerdheid, uit boeken en geraamten, tusschen be- rookte muren opgedaan . Op zijn wandeling grijpt de behoefte aan I e v e n hem opnieuw aan ; dat ontbrak hem . Ook Goethe hield, ale Faust, zooveel van 't leven. Faust smacht nu naar levee, natuur. En wat is nu voor eon man, voor eon man die eerst to veel heeft gewerkt buiten hot leven, het toppunt van leven in al zijn frischheid, schoonheid, natuurlijke gezonde zin- nelijkheid? De vrouw. Daarom is het zoo juist dat do verkrachte natuur zich wreekt en de gewezen kamergeleerde eerst niets liever verlangt dan hot eenvoudige Gretchen .

Doch de verdere inhoud roept onze aandacht . In do bonte rij daarvan gaat er eon nieuw en zeer geprezen bewijs voor de stel- ling van Pythagoras ons voorbij, De derde bundel bevat de verhandeling over V r i j e S t u die ; veel wetenswaardigs over het houden van verhandelingen en hot lags peil van de toehoorders : ,hoe bekrompener de gezichtskring der hoorders, hoe snijdender hun oordeel over wat dear buiten ligt' ; eon schat van opmerkingen over tooneelkunst, over kunst in algemeenen zin, over kunstenaars en wat er in hun ziel om- gaat bij 't ontvangen en voortbrengen ; wat zij hebben to lijden van Kappelman. lk had nit dozen bundel aan iemand eon pear stukken voorge- lezen. „Kijk, zei deze, als M. altijd zoo rustig en redeneerend betoogde, dat zou ik beter vinden dan die verhaaltjes en wilds .. ." - Welnu, zei 1k! heel good, begin dan maar eons met dit

2 8 STIIDI$N OVER MULTATULI'S WERHEN. deel ill to lezen - maar lezen, weet-je, niet met je oogen al. leen. - lk wacht op de uitkomst. Multatuli heeft verlangd zijne I d e e n over menach, maatachap- pij en wereld in een doorloopend geheel to vereenigen . Voor wie ze achtereenvolgens bestudeert, is er een historiesch en logiesch verband in op to merken. lk erken dit voordeel en toch betreur ik hot vaak dat enkele onderdeelen, gevat in het groot geheel, veel minder uitwerking doen dan zou behooren. Men m o e t rekening bouden met bestaande feiten, al wil men ze veranderen . Zulke feiten zijn, dat de vatbaarbeden en de specialiteiten der menschen versehillend verdeeld zijn . Doze leest litteratuur van verbeelding, gene van redeneering. Niet allen willen of kunnen alles omvatten. In het kort de zaak is deze : die geheele ver- handeling der V r ij e s t u d i e, in den IIlen bundel, met baar schat van degelijke opmerkingen gaat, evenals die over den ellendigen volkstoestand in den lien, in 't algemeen geaproken, verloren, omdat zij niet komt onder de oogen van hen die ze zouden moeten ter harte nemen, maar die door samenloopende oorzaken haar niet uit de zes deelen I d e g n zullen gaan opvis- schen. Daarom zou de groote zaak, die de schrijver dient, bevor- derd worden door eene afzonderlijke uitgaaf van enkele onder . deelen. Juli, 1870, oorlogsgebruL Meer dan een millioen menachen maken zich gereed elkander to verscheuren . De ahassepots zullen wonderen doen ; het naaldgeweer zal den chassepot overtreffen ; de mitrailleuse zal ze beide beschamen. Treurig! het graan staat to veld en wacht tevergeefs op den sikkeL Jonge dochters wach- ten. Moeders wachten. De beschaving wacht. Ik zie honderden ossen en duizenden soldaten voorbjj m'n woning 1) drijven . Dat alles moot geslacht worden." Geen wonder dat de leugens van den oorlog, van de vecht- bulletins of tot de dankgebeden der vorsten, een spottende phi- lippics uitlokken. „O, dat men lezen kon!" roept de schrijver, en werkt dit the. ma uit. Tot g o e d lezen dringt hij, tot stiptbeid in uitdrukking, tot nadenken, d.i. tot wijabegeerte, als een roeping van allen. En - ale "om 't professorale wat of to schudden, dat me in de vorige nummers begon to vervelen," - daar krijgen we die delicieuse vertelling van Adele, zoo origineel van vorm, zoo tintelend van dialoog, zoo aardig spannend . Maar, koningin Nutte heeft in dezen bundel toch de overhand r) D. D. woonde to Gustavsburg over Mainz, bij de samenvloeiing van Main en Rijn.

STIIDIEN OVER stvr.TATULI'S WRXE. 2 9 op koningin Parel, en do schrijver vervolgt weldra zijn theme over onderwijs, opleiding, opvoeding. Die bladen zijn de behar- tiging waard van wie zich met die „kwestie" bemoeit, van wie er in die zaak to beschikken heeft. Hot is van hooger standpunt geschreven dan dat der meeste gemoedsbezwaarden over of verdedigers van art. z6oveeL Behalve V o r s t e n s e h o o l, bevat de We bundel, in 1872 geschreven, de verdiende satire op eenige nederlandismen, eene uitvoerige beoordeeling over de staatkunde van Thorbecke, de 107 grafschriftrijmen op hero, belangrijke inlichtingen omtrent den schrijver zelven en zijn arbeid, en daarbij ietd van de laag . hartige wijs waarop de A r n h e m s o h e C o u r anthem behan- delde, en de beantwoording van den brief des heeren Post . Bij het ontbreken van een overzicht, liever nog een good register, van de bundels Ideeen, is het misschien nuttig aan to teekenen, dat gij in dezen bundel ook de aardige satire op Hoofts Ned . H i s t o r i ee n vindt, de wederlegging van sommiger beschouwin. gen over V o r s t e n s c h o 01, en de behandcling van de ,Feiten van Brafa Yoedal" Ik sprak van een register ; zoo een bestaat er van eene be- vriende hand in schrift ; het zou een groote aanwinst zijn als wij dat in druk bezaten . In afwachting daarvan stip ik due nog een en ander van den inhoud aan . Bundels V en VI zetten de Woutergeschiedenis, in III en IV grootendeels gestaakt, met kracht voort . Daarin neemt de geestige, gegronde kritiek van Bilderdijks F l o r i s d e Ve en dat slag van poezie eene ruime plaats in . Maar het wordt tijd een woord van de Woutergeschiedenis to zeggen. Dit prachtig verhaal behandelt de opvoeding van een men- schenzieltje. Er zijn weinig romans waarin zooveel stellige kennis van mensch en wereld met zooveel fantazie is vereenigd . Wouter, een kind met een edel, hoog, diohterlijk zieltje, go- boren in de laagste schichten eener groote stad, worstelend tegen allerlei soort van platheid, grofheid, en gemeenheid, en strevend en smachtend naar het allerhoogste ; Wouter in den reuzenstrijd van ware heilige poezie, tegen het leugenproza dat one de wereld voor waarheid geeft. ,Opgevoed in het laag burgerlijke, ge- katecheseerd door huisdominee, bebijbeld en belaagd door juffrouw Laps, verschoold door meester Pennewip, geslagen door moeder, bespot en voor half wijs gehouden door zijn broer den onder- meester, „in den handel" bij Motto & Co ., die hem oplioht, leeft zijn geest in de hooge poezie, en wel eerst in haar onmo- gelijkste zwermerijen. Met evenveel realistische stiptheid als humor zijn de tafereelen nit de kringen der Lapsen en Pieterse's geteekend ; het salie . avondje bij juffrouw Pieterse, het incident over het zoogdierschap van juffrouw Laps, de tusschenkomst van meester Pennewip, het oordeel der Pieterse's over het tooneeL Zijn eerste kennismaking met het liefelijke in het leven is Femke, het beminnelijke bleekersmeisje, en terstond schiet zijn zieltje vleugels aan. Hij voelt dat hij eigenlijk een prinsje is nit den hemel, dat zijn moeder het Al A-00 is en zijn zusje een ster. Voor zijn Femke wil hij ridder worden, een held, eon over- winnaar van een koninkrijk in Afrika, waar hij met hear alleen zal leven. Zoo dichtte Fancy hem voor . Maar Wouter is overspannen en wordt ziek . - Nu is hij herstellend en zit op. Hij heeft van den dokter prenten gekregen en een verfdoos, en kleurt nu de hem zoo vreemde figuren, waarmee hij, zooals hij dear zit in zijn katoenen nachtjurk en zijn ,bakkertje" op, zijn droomenwereld bevolkt, die hij vereert als raadselachtige spoken en tot wie hij huiverend lange gesprekken houdt. Er zijn allerlei voorstellingen, Salomo's Eerste Rooht, Geno- veva in 't Woud, en a. m ., maar die der personen nit Shakespeare's tragedies treffen hem het meest . Voor Ophelia, die hem ploteeling aan Femke doet denken, en hem herinnert aan hetgeen er met

STUDI12N OVER MULTATULI'8 WEBKEN. 31 haar gebeurd is toen hij ziek was. Hoe langer hoe meer begint Ophelia op Femke to gelijken en hij zich schuldig to gevoelen tegenover haar, omdat hij in zoo lang niet aan hear had gedacht . Ziet gij niet voor uw oogen, dat tengere, bleeke ventje, zoo burgerlijk en gewoon in uiterlijk en omgeving, droomend over zijn prenten? Spreekt het u niet aan, dat jonge, zoekende, ver . langende, naar kennis doratende zieltje, vol gloed en poezie, dat als eon vogel in de kooi de vlerkjes wil uitslaan, maar niet op kan in die beperkte ruimte Y ,,Nu, zegt de moeder, ala je beter bent moet je naar den dokter gaan om hem to bedanken ... . naaat God." Natuurlijk. En ala je nu eons die dame daar in 't geel zette? De moeder woes met 'n breipen op Ophelia. - Neen, o neen, riep Wouter sneL Ze was in't blauw! - Ze was? Wie was? - Ik mean maar, moeder, dat ik al zoo veal gelen heb . En daarom wou 1k haar deze .. . die - Ophelia beet ze, 't ataat er onder - nu eens blauw maken. De dame die 'r handen wascht, kan dan weer geel zijn." De moeder maakt geen bezwaar, en ze bemerkt naar 't schijnt, zijn verlegenheid over Ophelia niet. Zij is 't zeker gewend dat hij niet zoo vlot de dingen weet to zeggen . 't Lag heuach niet in zijn plan naar Femke to gaan - maar onwillekeurig liep hij toch den weg op naar hare mooning . Aan 't hekje blijft hij staan, en durft niet binnengaan . Bevend en verlangend staat hij, op 't lage hekje leunend, to turen naar bet huisje. Daar treft de blauwe rook nit den schoor . ateen zj n oog. Ala er eens brand kwam, droomt hij, dan zou do wel binnen gaan en Femke redden en hear wegvoeren naar een ver en vreemd land; en wat zou zij mooi to paard zitten met een flu. woolen sleep - en ik zou naast haar rijden met een groot zwaard aan! Ale or maar brand kwam! Maar er kwam geen brand. Dit zag Wouter wel, en ook wel dat die kleine rookzuil precies eender was ala van alle andere huizen in de buurt. Eender? Neeni deze wolkjes hadden toch Femke gezien en zij waren gezien door haar. - Dr. Holsma geneest hem, maar gaat voortaan de zorg op zioh nemen om het zieltje to redden van de platheid en het to ziekelijk gespannen idealisme. In Holama's gezin vindt Wouter de vroolijkheid en ongedwongenheid, waarvan hij geen besef had, hat gezonde, menschelijke dat hem moat opvoeden en redden. Wouter is onthutst, verbijsterd - hij begrijpt niet dat de

32 STUDIEN OVER MULTATVLI's WERKEN . wereld niet vergaat. Klimmen de kinderen then deftigen dokter zoo maar op schouders en knieon? Is dat diezelfde dokter wiens beerenvellen en gouden pen hun alien t'huis zoo'n hoog idea van zijn deftigheid hadden gegeven? Wouter blijft daar eten . Hij was blij toen hij aan tafel sat en op die wijze,,drie vierden van zijn postuurtje geborgen voelde." Bijna alles wat-i zag verbaaade hem. Toen-i en handen vouwde . ... - Won je bidden, mannetje? vroeg de dokter. - Ja ... . a m'nheer, stamelde Wouter . - Dat's een zeer goede gewoonte. Ga gerust je gang. Doe je dat altijd aan tafel? - Ja, altijd .. . bij warm eten, mijnheerl Er was tucht in dat huffs. Niemand lachte. - Bid jij er maar gerust op toe, jongen!" Er wordt .even gesproken over al of niet bidden, en dat ieder volgens zijn overtuiging moet handelen . Overtuigingt denkt Wouter, ik een overtuiging? Ik mag een overtuiging hebben? Dit treft hem zoo, dat zijn ,gemoedje er van zwoL"

- Zeker, zeker mag je m'n vrindje wezen, had Femke hem gezegd, maar .. . dan moot je ook alles doen wat 1k verlang ... mask dat je in, drie maanden de eerste bent op school ... En had hij gezegd : 0 Femke, ik zal het doen! - Ja, dat is een liefelijke idylle van deze beide refine kinderenl 1) ,,Als in de genesis-legende, en in bet drama Faust, moest ook de weetgierigheid van Wouter, samensmeltend met de san. trekkingskracht, die een onbeduidend" (maar toch juweelig lief) ,,meisje op hem uitoefende, bet middel wezen om hem toe to rusten tot den atrijd, then hij zou to voeren hebben ." Het bezoek der vreemde vorsten en vorstinnen to Amsterdam geeft den auteur de schitterendste motieven om Wouter nook wader door de visioenen van bet idealisme to voeren . Op hat laatst wart zijn droomend geestje prinses Erica en Femke, prins Erik en zich zelven door elkander. Hoe zit dat alias to zamen? Prinses Erica, de wilds geniale meid, is een nicht van dokter Holsma, en Femke, 't bleekersmeiaje ook, en vrouw Claus ook en 't Stakkervrouwtje ook. 0, Wouter zou haaat krankzinnig worden .

r) Om geen plagiaat to begaan, voeg ik hierbij, dat ik de beide laatste bladzij den overnam uit een met hart geschreven kort overzicht van de Woutergeschiedenis door Holds, in den N e d. Spectator van September 1873 voorkomende.

STUDLEN OVER MULTATULI'S WEBKRN. 33 - Heerejesis, zeit zjjn moeder, waar haalt de jongen de din- gen van daanl Maar Holsma ziet wel dat hij niet krankzinnig is ; dat zijn ,,zieltje aan 't groeien is." Wouter wordt weer in den handel gedaan, bb Kopperlith en Ouwetijd. To midden van de ditmaal fatsoenlijker platheid en ge . meenheid moot hij hier leeren ,dat er wat anders to bestrijden valt dan roovera en reuzen ; dat hij zich moet toerusten met an- dere wapens dan strijd tegen 't geboefte. Wouter moest zioh leeren verdedigen tegen 't kleine ." En Holsma leert hem to be- ginnen met „zijn naastbijliggend plichtje to doen" . Wat Wouter trouw doet. In de onlangs versohenen le afl. van den VIIeD bundel wordt de Woutergeschiedenis voortgezet met do besohrijving van het verblijf bij Kopperlith ,in katoentjes" . De geheele familie, de zoons en boekhouders en knecht, is eene fotografie van groote juistheid en scherpte. Maar als Wouter eon ,smerig papiertje" moot gaan innen, bij eon handelaar in de Jodenbuurt, krijgen we nieuwe tafereelen . De schildering van die buurt in Amsterdam met hot eigenaardige yolk dat daar leeft en werkt, meest op straat, met „de orde of wanorde van 'n volketam, zwervend in de woest~ n," is uitstekend. En wat verhandelen al die mensohen daar Y En wie koopt die wear? Welke zijn de mysterien van den geldomzet aldaar? En dat yolk, eertijds zoo stug tegen het juk van Jahveh, hoe komt het dat het nu nooit ,afvalt 1" En waarom strijdt het nu niet tegen al de valache goden der andere nation f En waarom doen zij nu van allerlei wat in hun wetboek vroe- ger,,een gruwel" heette ? Doze bladen zijn hoogst belangrijk . Daarnaast krijgt ge weer tafereeltjes van het nude grootmoedertje, dat bedorven vijgen, vijf aan eon speetje, en augurken verkoopt, van Roebens en zijn gezin - kijk echte Rembrandjes, geetst met geestig spelende naald of sohilderaehtig van licht-en-bruin . Wouters gesohiedenis is eon stouts sohepping, van de nauwkeu- rigate zieleteekening tot in het minutieuze, vol gezondheid van verstand en moraal, vol van de verhevenste, liefate poezie . Dat de man, die onlangs in den Prbourseur ,un des plus pro- fonds penseura" genoemd ward en die tegelijk eon groot diohter is, deze sohepping voltooie ; onze litteratuur, en wat moor zegt, onze ziel zal eon sohat hebben gewonnen van liefelijkheid, rein- heid en waarheid.

STUDI$N OVER MULTATULI'S WERKEN . $ VIII.

Hot is een geluk dat Multatuli, ofachoon in hem de denker, de fijne ontleeder z6o stark ontwikkeld is, zijne gaaf van schep . pen ook op hat tooneel heeft laten werken . Tusachen zijn twee drama's De Bruid daarboven en Vorstensohool liggen ongeveer achtentwintig jaren. Niets is verrassender dan na hat lezen van Multatuli's overige werken met deze B r u i d kennis to maken. Daar is alles school, conventie ; de sohrijver heeft nog niet gezien, geleefd, geleden. Hij put uit herinnering van het gels . zene, schept niet uit het leven . De gevoelens en do taal, anders bij hem zoo bij uitnemendheid natuurlijk en vrij, zijjn dMr opgeschroefd. Doch, men schreef 1842, en niet alleen als jonge- lingsarbeid van den lateren maestro is dat stuk allerbelangrijkst, maar ook op zich zelf is hat zeker niet slechter dan wat door iedereen ward geleverd. Ja zelfs wanner men de teal wat van haar keurs ontdeed, zou het stuk kunnen geplaatst worden naast zoovelen, die wij nog aannemen. Is Die Rauber beter? Is Emilia Galotti zooveel juister i Van dit standpunt moat dd B r u i d be- oordeeld worden . Do schrijver heeft aan de heruitgaaf een zeer belangrijke beschouwing als Naschrift toegevoegd . Maar welk een vlucht heeft de zelfbewuste kunat van den dichter genomen in zijn drama V o r ate n e o h o 01 ; voortge- bracht door dertig jaren handelend, denkend, ondervindend levenl Niet dat beide stukken, met de andere die er tusachen lieggen geen vruchten blijken van den zelfden boom . De edele, ideale zin van D e B r u i d d a a r b o v e n bezielt al de latere gesohriften. Maw opmerkelijk is het, hoe de werkelijkheid, die in het eerste zich zoo onvolkomen vertoonde, den dichtenden denker, allengs moor stof, inhoud, kracht heeft gaan schenken ; hoe de waarheid die hij altijd en overal gediend heeft ale een preux chevalier, hem heeft beloond voor zijn durven en zijn ontbe- ren; hoe bij het streven naar inhoud de middelen en vormen hem zijn ,toegeworpen geworden ." Juist om het verband tus- schen beide stukken, om de wija waarop een B r u i d d a a r- b o v e n een V o r s t e n s o h o o l kon worden, is eerstgenoemd stuk zoo belangrijk. De schrijver mocht zelf erkennen, toen hij op beide drama's woes, hoe in V o r ate n s c h o of het ziekelijk element van over- gevoel gezuiverd is, al wijat hij op de overeenkomst van den

STIIDIEN OVER MVLTATULI'S WERKEN. 35 ,,sentimenteelen Holm" met de flinke verstandig-gevoelige Louise .' De diohter heeft in Louise een jonge, schoone, edele vorstin voorgesteld, die, vervuld van de idealen harer roeping, het yolk wil leeren kennen en gelukkig wil maken ; zip houdt zich bverig bezig met het inwinnen van

Berichten over alles wat bij 't Volk Niet is zooals bet wezen moest, en toch - Dat hoop 1k! eenmaal anders wezen zal .

Soms ontvangt zij menseben nit den lageren stand en onder . vraagt hen over hun leven. Soms arbeidt zij tot 's avonds laat met den staatsman, graaf van Weert, zooals zij, in het bbzijn der koningin-moeder, deed den avond voor het eerste tooneeL Hoe Louise, de koningin, over de mensohen en zaken denkt? Zie hier : De koningin-moeder vroeg of zij van Weert niet zeer bekwaam vond ? - Als velen van z'n soon. Kon. Moeder. Wat eischt Se meer ?

Louise

lets anders moeder .. . bier! En dat ontbreekt. Die man draagt als de Kerstboom, juist zooveel Als vader schooltyd en mama routine Hem strikten in de takjes .. . nooit lets meer : Zoo'n boompje is dood .... maar leven moet de mensch, Dat is gevoelen . denken, werken, streven En vruchten dragen, honderd .... duizendvoud! Graaf Otto is gewoon, En in den vreemden tyd diet. wy beleven, Is, op zijn standpunt, 't ordinaire : misdaad. Gewoonheid is een giftig woekerkruid Dat zelf geen vruchten draagt, en z'n venyn Gebruikt om, wat er opschiet aan z 'n zy, Te doemen tot gelyke onvruchtbaarheid . Gewoonheid is verdienstes vyandin, Eeu schutsvrouw van het kleine, van 't gemeene . Wat uitsteekt, moet geknot . Wat blinkt, bevuild. Wat vlucht neemt, neergeslagen en gekneveld . Talent, geloochend, of gesmoord met m a are n . En daarna doodgezwegen . . . als het kan. Genie .. . . ha. vraag Van Weert eens naar genie! Maar dat 'a 'n sprookje, een mythe, een onding, Of erger nog . .. . lets .... lets .... lets onfatsoenlijks ...... Neem sulk een man Eens i n kommiezen af. en z 'n rapporten, En zie eens wat hyzelf begrypt of weet...... 1k had bet eenmaal flu er opgezet

in* - ware 't doenlyk, In zijn gemoed een vonk to werpen van 't geloof Asia mooglykheid op beter toekomst, moeder! 36 STUDIfiIN OVER MULTATULI'S WERKEN . Ge weet niet hoe dat denkbeeld my bezielt. My wegsleept, opheft .... Kon. Moeder. - Dweepster, lieve dweepster! Louise. - Neen . zegt dat niet ... . om godswil zegt dat niet! In dweepzucht is bedrog, en ik zoek waarheid . 1k wil doorgronden wat geschieden kan . . Hat Volk Is laag gezonken, moeder ! Ziel en hart Gaan onder by aanhoudend stoffelijk lijden. De gloed van hooger geestdrift wordt gedoofd, Als 't leven slechts eon kamp is met hat lage. Als niet to sterven 's levens eenig doel is Wat is den arme 't schoon der Lente? Niets! Een sterrenhemel? Niets! Wat is hem kunst? Wat is hem poezie? Wat liefde? Niets, Dat alles mag hem nets zijn. Alle vlucht Is hem verboden door de werkelykheid, Die elke poging tot verzet, bestraft Met honger . .. .

En, moeder, als ik al m'n kracht ten offer heb gebracht Aan 't welzyn van m'n medemenschen .. .. dan, Ja, dan noem ik myzelve Koningin, Dan neem ik't aan ale eerelyk verdiend, Wanneer her Yolk my toejuicht . .. . eerder niet! Ale de koningin hear hooge idealen heeft uitgesproken, laat de dichter de koningin-moeder den naam van hear zoon, Louise's gemaal noemen . Fun en waar is die overgang : Louise houdt de eer van haar gemaal altijd op, zij denkt en voelt meer dan zij zeggen wil, zij zoekt eene afleiding : 7.'n majesteit denkt juist ale ik, mama! En mocht at sours .. . . by heeft can edel hart! En ale misschieu .... welnu . ... waartoe zou auders liefde dienen ? Ik wllde . .. . ik zal . .. . ik moot hem .. . . o, mijn George . .. . Natuurlijk is deze afleiding aangebracht : Louise slaat hare moeder eon rijtoer voor, naar buiten, naar do groene weide waar het vee graaat . ... Als't ons mass niet veracht. dat vee, omdat . .. . We measchen zyn, zegt ondeugend de koningin-moeder, crier geeft niet zulk een hooge vlueht neemt. Naast Louise staat haar gemaal, die noch niet geleerd heeft do dwaaste en ijdelste bemoeiingen met nietigheden voor een ernstig streven .te verwisselen, doch in wiens gemoed het go. voel voor het edele en groote sluimert. Hot tweede bedrijf geeft ons een tooneel tussehen de lakeien ; daarna tusechen den koning en den kleermaker, die na rijp be . read, bb de gewichtige proeven omtrent vorm en kleur der schou.

STUDIgN OVER MULTATULI'S WERHEN. 37 derweeren „de kleur die uwe Majesteit bevalt" kiest! Dan de scene met de jongelui van 't hof, vol' bijtende satire, onder an- deren over een troonrede ; tot dat eindelijk de koning de insinuatie van Hesselfeld over van Weerts verblijf op Louise's Rust, (het buiten der koningin) hoort en in woede opatuift ; deze geheele voorstelling, met haar drieerlei verloop is brutaal stout, op de grens van het mogelijke, en toch met groot meesterschap behan- deld. Uit een ander deel der maatschappij is een tweeds groep geno- men. Ben meisje, Hanna, naaister voor haar levensonderhoud, ver- loofd aan een klerk bij een ministerie, die dichter is ; een brooder, workman, wien de onbevlekte naam zijner zuster het hoogste good is ; een dronkaard, uit wiens gezin Hanna het jongste weesje tot zich neemt en verzorgt. De laster speelt zijn roL Aan het hof wordt de koningin verdacht gemaakt van een ongeoorloofde be- trekking met graaf van Weert. Den koning foltert de verdenking . De werkelijkheid is dat de naam van graaf van Weert door eon ander heer van 't hof, die aan Hanna wel eons een bezoek won brengen en daartoe den dronkaard Puf aanklampt, wordt misbruikt... Hierdoor komt ook Hanna's naam op de tong . De rechtsge- leerde minister van Huisde en een ander staatsman, Hesselfeld, schijnen den dubbelen laster to willen gebruiken in then zin, dat de graaf van Weert niet om Hanna zelve bij doze zon ko- men, maar om de koningin daar to ontmoetcn . De koningin gaat met hare eeredame de Walbourg naar Han- na's mooning. Daar ontdekt zij de gansche kuiperij. Daar komt ook Hesselfeld, als lakei vermomd, om Hanna aan to radon de intrigue tusschen de koningin en den graaf van Weert aan den koning mee to deelen en zich daarmede van den laster omtrent haar zelve to bevrijden. Hanna weigert de koningin ongelukkig to waken. Hesselfeld ontdekt op eons de koningin. ,Majesteit!" roept hij ontateld, en allen weten nu wie ze voor zich zien . Han- na last verschrikt hot pak good, dat de koningin haar ter be- working medegebracht had, op den grond vallen. „Reap op!" zegt Louise, de koningin, tot den als lakei ver- momden verrader, die hot pak opneemt en aan Hanna terug geeft. Louise zegt dan tot Hanna : Vaarwel . . . . of neen : tot weerzlens, Hanna! Ik mag wel Hansje zeggen . . . . niet? Dat stemt Met myn gevoel voor u! Bij God, ik heb Wel lager titels .... Wees gezegend. edel kind ! Maar thans blijven haar twee dingen to doen over : de vol-

38 STUDIEN OVER MULTATULI'S WERKEN. doening aan Hanna en•de herstelling van haar goeden naam, en, die van haar eigene ear. Het is eon fijne, meesterlijke greep van den dichter, dat hij mogelijkheid gezien heeft aan beiden to laten voldoen, zonder dat de koningin zich behoeft to vernederen om zioh zelve tegen over eon van Huisde en Hesselfeld to rechtvaardigen .

In het vertrek der koningin zit de Walbourg. De koning treedt gejaagd binnen : hij vergeeft zich niet dat hij een oogenblik zijne vrouw kon verdenken ; hij zoekt Vergeving . .. . die zij my niet schenken kan Omdat ik ... . haar niet zeggen durf waarvoor ? Hip zoekt de koningin die noeh niet is teruggekeerd ; hij draagt san de Walbourg op haar to zeggen hoe schoon hij alles hier vindt, hoe rein hier de lucht is, en haar de roos to geven die hij zelf voor haar plukte. Nadat hij wag is gegaan, komt van Huisde, hier ontboden. Daarna do koningin, die de roos op hare borst draagt ; eindelijk Hanna, haar broader en haar verloofde . Allen gaan zitten ; de ,,eaecutie" begint . Louise . Weest niet verkgen, kind'ren! Neemt daar plaats! Die dame kent ge .... , . ., doze beer Van Huisde buigt Is .. ., een notaris . Hij mag alles hooren! - Ja zelfs, hij moot bet hooren ! - ik heb u hier geroepen Om u, in zyne tegenwoordigheid Een blyic to geven van myu achting . U .. . . De hand ! En u . dv hand . . . . een kus Myn Hansje! Gaat zitten nu en luistert : Neem plaats m'nheer Van Huisde! Ik was zoo vry U hier to bieden, om u een vetznek Te doen, dat .... Van Ilnisde. - Majesteit ! . . . U IS e . - Blyf zitten. Ik Heb van uw roam als techtsman veal gehoord, En wilde Van Hu isde. - Majesteit! Louise. - Blijf zitten . Eent lets anders nog, hebt gy verstand van vlinders? Van Huisde. Maar, Majesteit .... STUDIEN OVER MULTATULI'S WERREN. 39 Louise. - Blyf zitten . Hebt gy ooit Zoo'n beestje fladderend, tegenstrevend, op Lea schyf van kurk gensgeld! Blyf toch zitten! Een slecht entomoloog, die dat niet kan, En die zich roeren last door de onschuld van Zoo'n beestje! Als 't nog 'n slang was, of 'n weep, Een schorpioen, 'n pad, n adder ... dan,ja den Dan zou ikzelf - wie weet ! het nagelen op Een plank, en my niet storen aan 't gespartel En slaan met vaste hand den priem door 't hart! Van Huisde . - Maar Majesteit . .. Louise. - Blyf zitten . Nu ter take I

Na den duo eerst opgeprikton vlinder, of liever den sohor- pioen, eenige fijne pijnigingen to hebben doen ondergaan, ver- volgt Louise : lk gis Dat ook filosofie uw vak is . . . maar Het Recht, de Rechten, is inch hoofdzaak . niet ? Van Nuisde. - Voorzeker, Majesteit, maar . .. Lou ise. - Blijf toch zitten! lk heb u een bekentenis to doers, lets zeer vertrouwelijks, lets dat men niet Dan San dezulken openbaart, wier eer En rechtsgevoel . . . Van Huisde - 0, Majesteit myn dank . ... Lo uise. Dat's wel ! Maar .. . . Ge kunt toch zwijgen ? Van Huisde. - 0, Majesteit, die eer . . . . myn woord . . . . Louise. - Blijf zitten. 1k zeg u dan ... . maar 't valt me waarlijk zwaar, En 'k reken op uw eer, m'uheer van Huisde, ...... De zaak is' dat ik . , . . my verveel, ziedaar! Het is er uit.

De koningin gnat voort met van Huisde, die allengs onraad vermoedt, to martelen ; met hem, na een hem onbegrijpelijke tirade over haar vijver met karpers, to vragen of hij haar leeraar in 'treoht wil zijn. Zij kent geen Latijn, zegt ze, maar dot is mete ; zij slant een woordenboek op : a, abs, abeque, alibi - een alibi, wat is dat? mjjnheer van Huisde, vraagt ze .

40 STUDIEN OVER MULTATULI'S WERI EN . Van Huisde, in wiens kuiperij met Hesselfeld dit woord en het bewijzen van een alibi waxen voorgekomen, gevoelt zieh meer en meer ale de adder, die aan do plank gespjjkerd is.

Van Huisde. Ik smeek u. Louise. - Smeeken hoort btj recht niet. Kom-aan last hooren, Wat is een a l i b i, *m'nheer Van Huisde ! Van Huisde. - Graaf Otto . ... Louise. - Graaf Van Weert is derhjk man En heeft met alibien niets to maken .

• Kom aan, ik luister. Kom-aan, ik wacht! Of zou de vlinder soms De speld niet waard zijn? Van Iluisde (die thans alles begrypt) - Majesteit, ik wil Vergoeden, schaadloos stellen .... men kan vordren Zen som ... . Herman (de broeder van Hanna) - Neen ! Louise. - Schaadloos stellen? Wie en wat? My, voor de niet ontvangen les in 't Recht! Vergoeden ? Wat ? Waarom ? Zyt gy zoo ryk ? Meent ge alles met een weinig geld . ... o, o, Kom.aan m'nheer Van Huisde, spreek ! Weet gij Nog altyd niet wat recht is? Spaar uw mouw Ik vorder antwoord ! (op eta and e) Antwoord I Antwoord ! Van Huisde - Ik . ... Hanna vliegt op en valt voor de voeten der koningin neer. Genade voor then man! Loniae, - Sta op, mijn kind! tot Van Huisde Weet ge nog altyd niet wat Recht is? tot Hanna Op! Uw plaats is d4ar niet ! Op ! sta op! tot van Huisde neerl

STUDIIN OVER MULTATULI'S WERKEN. 41 Omlaag . . . . veer ... . neder . .. . op den grand! Van Huisde, die zich al tegenstre- vend, dieper boog, valt by dit laatste woord voor Hanna op de ItnieEn . Ziedaar myn Recht! tot de koningin-moeder die binnen komt Eene Executie, moederl lk heb dit tooneel, aangrijpend en maohtig van working, willen overaehrijven, opdat zijn verheven schoonheid onzen lezera dit drama zoo spoedig mogelijk doet ter hand nemen .

Ben tooneelstuk vordert zijne eigenaardige compositie, een eigen wijze van to knoopen en to ontknoopen, een eigen teeke . ning, of veeleer beeldhouwwerk, van de figuren, een eigen voor- stelling van de karakters, een eigen taaL Want elke kunstsoort heeft haar wetten, die nosh in Aristoteles', nosh in Diderot's, noch zelfs in Lessing's leer op to zoeken zijn, maar in den aard der zaak zelf zijn geboren en opgegroeid . Het tooneelstuk staat op anderen bodem dan de roman. Reeds het klein bestek van tijd waar men over to beacbikkin heeft, gebiedt de grootste af- gemetenheid, juistheid en helderheid van voorstelling . En wan- neer in den roman de tijd gedoogt de personen uit to werken met al de kleuren, al de tinten, al de kleine schakeeringen en al de wederkeerige lichtwerkingen die aan de schilderkunst eigen zijn, zoo moeten de beeldon op het tooneel die vastheid, die be- pasldheid, die groote, klaar en duidelijk zichtbare vormen hebben, die de beeldhouwkunst meebrengt. Wij mogen, en om het goad to verstaan m o e t e n wij, een tooneelstuk meermalen zien of lezen, maar dat neemt niet weg, dat een tooneelstuk toch reeds bij het eerste toeschouwen ver- staanbaar moat zijn in den samenhang en de karakters . 1k ge. loof niet dat den lezer of toeschouwer van V o r a t e n s o h o 01 voor de aerate maal de samenstelling en de personen in ieder opzioht duidelijk zullen zijn. Is van Weert al of niet jegens Hanna sahuldig Y Is Hesselfeld de heer van 't hof, die deze wil bezoe . ken? Is hij of Miralde of van Huisde de ware aanstoker van den laster tegen de koningin? Dat is op het eerste gezicht niet bui- ten twijfeL Dat Spiridio de geestigste is op het zonderlinge par- tijtje, is wel duidelijk, maar dat hij ook de eenigste is in wien een betere acrd huist, dat ervaron wij alleen aan het einde . Zekere mate van versluiering spant onze belangstelling, bereidt one verrassingen, maar geen geheimzinnigheid mag onzekerheid en onduidelykheid veroorzaken. De bedrieger, do valsche, de sohijngoede behoeft zich niet van den aanvang of plompweg als zoodanig to teekenen. Even ala in 't leven mogen zich de karak-

42 STUDIEN OVER MULTATULI'S WERHEN. tars eerst allengs onthullen : maar zoo in het leven daartoe de tijd voorhanden is, op het tooneel worden de toestanden in zulk eon kleine ruimte en korten tijd samengedrongen, dat ook hun card en verloop zieh scherper en duidelijker en in korter bestek dienen kenbaar to maken. Laat de scherpe en duidelijke bepaling van sommige figuren daaromtrent iets to wenschen over, die der koningin heeft Mul- tatuli met vaste hand en fijnen vingerdruk geboetscerd . Het spreekt van zelf dat het tooneel zijn eigen taal en ma- nieren heeft. ,Natuurlijk spelon", zegt Bilderdijk in eon van die Aanteekeningen, welke met zijn Voorredenen some zijne baste denkbeelden bevatten,,,natuurlijk spelen, dat wind ik overal, maar karakters boven de gemeene Natuur en in de dichterlijke Idealen- wereld behoorende, diohterlijk to zien uitvoeren, dat vrage ik van 't SchouwtooneeL" Dit geldt ook van de taal van den tooneeldiohter. Doch bij one is daaruit, op het voetspoor der Fransche voorgangers van den zoo onjuist klassiek genoemden tijd, een taal en gedrag ont- staan, die aan de woorden tooneeltaal, tooneelmatig, tooneelma- nieren eene gekarikeerde beteekenis hebben gegeven, die hun niet eigen is . Het is toch klaar dat hat tooneel one in eon hoo- ger stemming moot brengen dan wij in het daaglijksehe leven bezitten, en dit kan niet anders dan door de hulpmiddelen der teal en der vormen waarin de denkbeelden en toestanden worden afgebeeld. Maar men heeft aan de lagere natuurlijkheid willen ontkomen door opgeschroefde taal, en daarna aan die onnatuurlijke verhef- fing door valsche natuurlijkheid . Geen van beiden deugt. De ware diohter is verheven en natuurlijk tevens . In dit opzicht is Multatuli's drama eon voorbeeld dat lichtend den weg wijst. Zijne taal is natuurlijk, vrij, maar zij is daarbij artistiek en verheven ; zij is hoog gestemd zonder bombast, zij heeft onderscheiding zonder gemaaktheid en is los zonder plat- heid. 1) Wat one bij zoo talloos vele tooneelstukken hindert in het waardeeren en voelen van wat zij vaak goeds en schoons bezitten, ligt voor eon deal in de teal. Het is uiterst moeQk, vooral bij de thans gelukkig tanende macht der boekentaal, vrij en natuurlijk to zijn en toch hoog en grootach . Op de Soylla- platheid of de ('harybdis-opgeschroefde verhevenheid is haast onze geheele dramatische litteratuur gestrand. Slechts eenigen hebben er, en dan nosh soma met verlies van schip en lading, het leven afgebracht. De jambische versvoeten heeft de scbrijver met groote z) Niet plat, maar voor mijn gevoel toch onaangenaam in den mond der koningin is hat door haar gebruikte beeld, blz . 68 se regel van boven.

STUD12N OVER MULTATUL1'S WERKE15 . 43 vrijheid, en ongedwongenheid behandeld . Ik won dat hun voor- beeld de alexandrijnen voorgoed van het tooneel joeg . Een vrijheid, die Multatuli dikwijls gebruikt heeft, is de over- loop, niet van den zin, maar van een lettergreep, b . v. Ze omringden zich met een cordon van mid- delmatigheid - en - maar 't is wel ee- nigazins - 1k geef toe dat er enkele gevallen kunnen voorkomen, waarin dit, hetzij om de regels onverbreekbaar to binden en to doen samenvloeien en den declamator daartoe op deze wife to nood- zaken, hetzij om een zeer sterken nadruk to leggen, dienstig kan zijn . Hier bleek echter nergens van zulk eene noodzakelijk- heid en dan, meen ik, dat dit, overigens gemakkelijk to vermij- den, enjambement even onbevallig is ale een wijdbeens genomen overstap. Zoo gemakkelijk ale de taal uit rijke ader vloeit, even welig stroomen -de gedachten en sprankelen de geestvolle woorden . Het is geen bijeengelezen schat, docb uit den vollen overvloed wordt maar een deel gegeven . De scene der lakeien, met den kleeder- maker Landeheil, met do jongelui van 't hof, met then onmoge- lijken Schukenscheuer, Spiridio's persiflages, zijn geschreven met gloed, een drastisch sarkasme, %aarvan men in onze letteren Diet licht de wedergade zal vinden. De staatkunstknutselarij tussohen Miralde en van Huisde is hoogst vermakelijk : Miralde sprak over een feit dat vast staat ; - goed, zegt van Huisde, maar dan blijft toch Dog iets over . . . de interpretatie . Lets was ge- bleken: goed, maar er is onderscheid tussehen blijk en schijn, en er is blijk van schijn en schijn van blijk, en met beleid Maakt men een blyk tot schyn en schyn tot blyk : ja men maakt den schijn tot blijk van heel wat anders . Van geheel anderen aard is de meesterlijke bespiegeling van de koningin over de woorden konservatief, liberaal en radikaaL Hoe rein en lieflijk klinkt dan weer de aanvang van het vierde bedrijf, het tooneel tusschen Hanna en haar goejen Albert! Het gedicht van Albert over de poezie, is in zijn soort schoon, maar Hansje begrijpt bet Diet - n o o h Diet. Hoe waarl Ale de dronken Puf met zijn lasterptaaje aankomt, toont Hanna geen groote verontwaardiging, zij haalt de schouders op en lacht ; - een heer van het hof, bb haar! 't is om to lachen . Dooh tot welk een podzie verheft zich dit eenvoudige, brave kind, zij die nu het vers van Albert begint to begrijpen, ale zij

44 STUDIEN OVER MULTATULI'S WERREN. tot Puf, die de wieg met zijn kind nu niet langer bij haar durft laten, zegt : Pie wieg blijft hier Ik zorg als vtoeger voor je kind Of, ale ze eindelijk hoort dat haar naam op ieders tong is, en uitroept : Goddank dat moeder dood is! En eindelijk, als zij in grootmoedige verheffing weigert de arme koningin to schande to maken, haar kracht, haar mood, haar gevoel van wat waarlijk hoog en laag is ; - dat apes is poezie. Met een enkel woord weet do dichter de fijnote snaren van de ziel to doon trillen, het geheele gemoed in beweging to brengen . Hij heeft van die accents du coeur omdat hij schrijft nit zijn eigen zieleleven . Hot gezonde, natuurlijke, verstandige, bewaard gebleven bij de spanning van hot verhovene en dichterlijke, zie- daar wat dit drama zoo hoog doet staan. V o r ate n s o h o 01 met zijn smachten naar het hoogste en edelate, met zijn grootsche gedachten, met zijn kieach en teeder' gevoel, zijne hooge opvatting van het leven, zjjn kreten uit het hart, doet eer aan het gemoed waaruit het opbloeide . Of zou iemand meenen dat zoo iets uit een slecht gemoed, met verbeelding en voorgewende gevoelens kan g e m a a k t wor- den 1 Een armzalige zielkenner, die het beweert. Ala kunstwerk is V o r s t e n s o h o o l niet Nederlandsoh alleen, maar neemt in de litteratuur der menschheid eene eerste plaats in mast het beste. Ix.

Tusschen de afleveringen der I d e 6 n versohenen nooh ver- schillende afzonderlijke geschriften van Multatuli . Onder den titel V e r s p r e i d e s t u k k e n zijn er eenigen verzameld ; ik vermeldde daarvan nog niet : de J a p a n e e g e s p r e k k e n, waarin de Kami's eenige neerlandismen niet zonder verbazing ver . nemen,-De zegen gods door Waterloo,eenekoste- lijke parodie ; en D e s c b o o l d e s l e v e n s, een juweeltje . Dit is in Febr. 1863 geschreven, toen Laura Ernst to Amsterdam in De schooldes levens had gespeeld . Laura, teleurgesteld, had geschreid achter de schermen, en ... ,,toen ik uwe tranen zag met mijn hart, toen zeide ik met eene malle begeerte om de smarten der wereld to dragen : die tranen zal ik u betalenl" En by schreef eene diep gevoelde waardee- ring, en toen Laura weer optrad, was de zaal vol . Ik heb dat stukje gelezen, dat ik er weinig bij voelde. Ik heb hat gelezen, dat hat mij stork aandeed. Zoo hangt er veel of van de stem- ming. Is dit niet de natuurlijke reden, waarom eon book den eenen koel laat, den anderen verrukt? Men moat gestemd zijn, of de dichter kan Been klank uit u krijgen, en uw toon moot stemmen met den zijne. Nu, zeker, Laura Ernst of de school des levens is eon juweeltje. Inl866schreefMultatuliEen en ander over Pruisen e n N e d e r 1 a nd . 1 ) Het is eon ontleding van de,,breedgerande" brochure van den hear oudminister Bosacha, eon vlugschrift - neen, die naam is to fladderend voor de deftigheid der brochure -eon brochure, eveneens P r u i s e n en N e d e r l a n d getiteld, waarin de oudminister zijne Pruisvreezende landgenooten wilde „bemoedigen en opwekken." Wat in 1866 "de bemoedigingen" van den heer Boescha waard waren en wat de voorspellingen van den hear Dekker golden .. . 1870-71 heeft bet getoond . Do laatste geeft betere middelen aan de hand . Tggen d e n Pruis, d e n Brit, d e n Gal, d e n Cor- sikaan, zal nets helpen .. . dan .. . 1k ga hat u zeggen met treffend juiste woorden : „Maar wat moot er dan gesehieden? Moeten wij ,dorpen aan

x) In bet Multatuli genoemde stukje van den beer C . Busken Huet wordt de buitengewone kracht van dit vlugschrift gewaardeerd, maar wat veel nit de kunst van den stijl verklaard. Die komt eerst in de ae of 36 plaats in aanmerking .

46 sTUDIEN OVER MIILTATUU'S 'ERHEN . de grenzen" schrijven, waarin elks Hollander zoo'n bizondere held is, en elke Pruis een lafaard 1 God bewaar ons, Been leu- gens! Moeten we krijgsliederen dichten t Ik heb or niet tegen, mite men ze maken kan zonder onwaarheid. Moeten we bede- dagen houden? Dat helpt niet, want Pruisen biddagt daartegen in, en zou 't van ons winnen op dat terrein . Zijne „Koniglioh- Preussische Majestat" staat hoog aangeschreven bij den „Lenker der Sohlachten" . Moot men zich, zooals Bosscha aanraadt, oefe- nen in schieten, houwen, steken en springen? Ja! Maar dit is 't voornaamste niet. De mood en de kracht om de Pruisen nit hot land to houden, zullen er zijn, zoodra we eerst zullen blijk gegeven hebben van a n d e r e n mood, van den mood die er schijnt noodig to wezen om ons to ontdoen van 't binnenlandsoh bederf, dat alle inspanning zou vruchteloos maken, al wist men elken loteling to dresseeren tot Bayard en Rappo, in 66n persoon, Genezen is zuiveren, verwijderen van de ziektestof. Daarna zorgt de lieve natuur voor de rest." Dit is, sinds de pen van Paul-Louis Courier zaliger, het ver- nietigendst pamflet dat ik ken. Kappelman gelieve eons to infor- meeren bij den geestigen Franschen schrijver wat eon pamflet is ; die naam is geen scheldwoord, als hij at maar weet . Een polemisohe kracht zooals die, welke van de eerste regels of zich reeds volslagen meester toont van den toestand, zag ik, en hot zegt veal, in DIE mate in geen van Multatuli's werken. Wat hierbij opmerking verdient is de hooge voornaamheid van den toon. Hot is eene geeseling, maar met rosestruiken. En eene geeseling, niet van een persoon, die met onderscheiding bejegend wordt, maar van eon geheel broeinest van deftighedens, oonven- ties, frazen en onwaarheid! De slotbladzijden zijn beroemd om haar welsprekendheid . 0, ze zijn veel moor dan welsprekend! Zooals Duitschland, zoo bitter door Heine gegeeseld, geen warmer vriend had dan hij, zoo behoor- de Nederland beschaamd to verklaren goon beter vriend to hebben dan Multatuli zich daarin betuigt, (en hij zou het zioh t o one n ook!), en erkennen : daze Erinnie was ons eene Eumeniede. Er zijn van Multatuli's hand noch enkele geschriften to ver- melden, die ik voor de volledigheid aanstip. Twee kleine stukjes Indrukken van den dag ; de Maatsohappij tot nut van den Javaan ; Brief aan den Koning over d e t r o o n r e d e van 1 8 7 2, waarin, toen bijna nie . mand wilt wat Atjeh was, de oorlog met dozen staat voorspeld word ; N o g e e n s V r ij e a r b e i d ; en drie artikels in het maandschrift Nederland : Divagation over zeker soort van liberalismus.

STUDIEN OVER MULTATVL?8 WIBBEN. 47 De duizend- en eenige hoofdstukken over s p e o i a l i t e i t e n, in 1871 gesohreven - dit gesohrift is weer een van die ,brillante F e u e r w e r k e" die . . . nu go moest het mast liever zelf lezen. Ik ben race van uitrafelen. Wilt gij we- ten wat een specialiteit is? Lees de bladzijden 25 en 26. ,,Hebt gij wel eens zien etraatvegen t Voeldet ge niet some den lust bij u opkomen, zoo'n hem of hear den bezem uit de hand to rukken, en eons to wijzen h o e men behoort to vegen? Dikwijls. Veegden alzoo, near 't ideaal dat gij u schept van straatvegen, die menschen g o e d? Met mijn hand op 't hart, bij mijne ziel en zaligheid, op eer en geweten, in tegenwoordigheid van goden en menschen . . . Neent Zeer wet Dit geconstateerd zijnde, vraag 1k u, of ge zoo'n etraatveger in staat oordeelt u een rechtekundig advies to geven, uw kinderen van kinkhoest to genezen, de echulden van den Staat to delgen, boekdrukkunsten uittevinden, Amerika's to ont- dekken, enz. enz . ? - Met hand, hart, ziel, enz. allee a 1 e v ore n : Neen! Welnu, zoo'n veger die niet vegen kan, en geen ander vak ver- staat den niet to kunnen vegen, is een s p e o i a 1 i t e i t .' Pas dit toe op letteren, handel, etaatkunde, en laten wij one due niet verwonderen, ,dat onze straten nog altijd vuil" zijn . Dit geschrift was reeds uit Wiesbaden gedagteekend, van April 1871 . Multatuli was daar sinds d e r P r e u s s e hat binnen- trok. Wiesbaden, zonder oud-Duitsch karakter, maar modern en eene plaats van weelde en elegantie, met al de bekooring van zijn nabijheid aan Rijn en Main, van zijn golvend gebogen Tau- nus-hoogten, zijn smaakvolle villa's van rooden zandsteen in den stijl der modern-Grieksche vormen, met zijn rood bloeiende kastanjes, zijn geurende acacias, zijn seringen, jasmijnen, en an- der bloemdragend houtgewas, met de speelbank die, door geen valsohe zedelijkheid afgeschaft, er noch een levendige, kleurige, vroolijke wereld lokte, werd hat tooneel waar Multatuli een van zijn echoonste kunstwerken sohiep, de M i 11 i o e n e n- otudiSn. Dit is eon van de bekoorlijkste boeken van Multatuli. In de I d e 9 n spent de diepe gedachte, de ernst der zaken, de ge- rechtigde bitterheid en verontwaardiging u in, wear de fantasie u niet weer eons doet ademhalen to midden van zooveel dat ergernis over wereld en menschen schenkt . Doch hier heeft de afwezigheid van Holland, en het schoone

48 sTUDtEx OVER MULTATUU's WEBK$N. vrije leven in de streken van Rijn, Main en Moezel eon wel- dadigen invlbed op het gemoed van den schrijver . Hip ademt ook weer eons vrijer, zijn luim krijgt de vroolijkste en prettigste in- vallen en eon weldadige stemming van sohryver en lezer is er het gevolg van . Lees toch, zou ik ieder willen toeroepen, lees dit heerljjke book ; liever van daag dan morgen. Do M i 11 i o e n e n vormen inderdaad eon groot bestanddeel van dit book vol oyfers en poiizie. Maar vrees niet dat de oijfers u zullen vervelen . De poSzie heeft het eerste hat woord ; ze voert u bij de ver- eeniging van Rijn en Moezel, hun oonfluentie bij Coblenz . Dam vloeien zij in eon, de bruidegom nit Helvetie en de Luxem- burgsche verlofde. ,Schuchter was ze . . . maar begeerig. Tel- kens sohijnt ze to vlieden . . . telkens blijkt er dat ham vlucht g e m a a k t was, liefelijk valaoh, aanhalig-vrouwelipk, fatsoenlijk, eerbaar en dartel. Weizeker zag ze den Rijn van verre aanko. men! Wel wis en waaraohtig wilt me dat hij voor haar, zip voor hem bestemd was . .. - 1k zal me houden alsof ik hem niet ontmoeten wil. En ze wendt rechts. - Toch zou 1k graag weten of hij nadert . . . En ze kijkt om . - Hij moat niet denken dat ik om hem verlegen ben ... Rechtsom . - Waar blijft hij toch t Linksom . Och die acme verliefde Mosella. Dan hoopt ze alles, dan nets moor. Opgetogen is ze ... hip zal komen .. . snel, nu net gevreesd, hem in de armen! Helaas! - Daar heeft zich de ondeugd ge8noanailleerd met die vuile Main . Is 't goon schande I Dat hadden booze tongen haar overgebracht, en ze was wel drie kilometers lang wanhopend . Het baste net, dat eon der voorouders mijner kinderen haw mood inaprak : - Hij is jong, lieve Moezel. 1k ben zeker, dat de Main u net schaden zal . . . houd mood, blijf mooi, daar is nog altijd kans .. De Moezel won zich verdrinken . Maar een rivier komt daar zelden toe. Mosella - maar om 's hemels wil, vertel het net verder wreekte zich door wat koketteeren met haar buurtjes . Weer eon berioht. Die Frau Schneidermeisterinn hat „am Brunnen' - daar is de beurs, hat oorso der Duitsche bakers

STUDIEN OVER MULTATIILI'S WERHEN . 4 9 - aan Frau Wat-anders-inn verteld, dat de langverwaohte Lo- velaee zich verloopen had met do Lahn. Eindelijk was er feest to Coblenz, en bij het vallen van do gordijn, zeide de oude brave voogd die de jongelui zegende (zich tot het publiek keerende) : „Zoo ziet men dat trouwe liefde al- tijd bekroond wordt " Zou daze aanhef niet wat lezers kunnen verleiden i Wij komen op de schilderachtige rulne van Sonnenberg, op een half nur afstand van Wiesbaden, en vinden er de brutale studenten en Staccata ; de toren van keizer Adolf, en dat luik, waaronder iets geheimzinnigs verborgen scheen, of... nets? Dat nets, die ijdelheid to bevolken met de kinderen van zijn ver- beelding, ziedaar, de task, de wellust waaraan hij zich nu over- geeft. Fancy liehtte bet valluik op, greep hem aan en smeet hem er in. In die diepte maakte hij een aanvang met de M i 1- l i o e n e n - s t u d i o n. Daaronder, in hot rijk der aardmannetjes, der gnomen leert hij gnosis. Hij vroeg van Adolf, den meester, om millioenen ; hij ,w on ze hebben voor allerlei ,dwaze" plannen, om onderwijzers in de natuurkunde to bezoldigen, voor algemeene hygiene, tot het uitwisselen van grenzen, om vruchtboomen langs de wegen to planten, geld voor kunst, om gent, om geluk to geven, geld voor deugd, enz. Van meester Adolf leert hij veel over staatkunde en staathuishoudhunde, over hoogheid en laag- heid bb yolk en vorsten beiden, over monarchen en yolk, over de grondwaarheid 2 x 2 = 4, over alles in alles . Op de korat der aarde teruggekeerd, gaat hij zich in de ketens van oorzaken en haar verband verdiepen ; hij zoekt dit verband ook voor het bankapeL Wat al oorzaken, bij voorbeeld, bepalen de eerste nul die er uitkomt, tot zelfs de olifant in wiens alagtand eon kogel was blijven zitten, die eon afwijking veroorzaakte in de gelijk matigheid van de dichtheid van hot stukje ivoor, ja tot de droe- vige stemming van den ivoordraaier, die ten gevolge daarvan het balletje voor de roulet minder zuiver afwerkte . Do gedachte, die deze verschillende hoofdstukken vol ernst en luim bezielde, achijnt uitgedrukt to zijn in deze woorden : „De speelwereld wordt beheerscht of gevuld door spokerij, luim, ge- zond verstand, gemeenheid, door al wat liggen kan tusschen Hans Schlungel en den goeden Adolf. Boven dit alley troont de onver- staanbare 1 o g os ." Die redo vertoont zich ook in de waarachijnlijkheids-rekening, die do schrijver one in zijne voorstelling van de bank en haar speelstelsel in de verschillende theorieen der spelers op even nauwkeurige ala vermakelijke wijs uiteenzet. Na die eijfers weer de menachen . Al de typen der speelwe- STUDIEN OVER MULTATULI'S WERKEN . 4

50 STUDIi$N OVER MULTATIILI'S WERHEN. read : de gravin Kisseleff en prinses Buda, de Hollandsohe ver- loopen barons die half verduitsoht ,,heerejees, wat een ejant" roept; lord Ci-devant en de tabakshandelaar van de Brakke Grond ; het dappere vrouwtje dat 4000 gulden moest winnen om haar man to redden ; lord Sevenflower met al z jn misses, enz. En of de achrpver nn ten slottq bet middel vindt om millioenen to maken t Lezer, ik heb u genoeg gezegd om u op den weg to helpen . Lees, en zoo gij to Wiesbaden en op den Sonnenberg geweest zijt, zult gij dubbel genieten van dit heerlijke book . X.

Multatuli's werken openen eon nieuwe periode in ooze lette- ren. De oorzaken, die hem voortbrachten, hebben ook meerdere gelijksoortige verschijnselen doen opkomen ; hij heeft eohter met grooter kracht, zelfbewustheid en mood, en ook op ruimer veld, den iemand anders, aan eene met waarheid en vrijheid overeen- stemmende behandeling van worm en stof den weg gewezen. Op eon afetand zal het zeer duidelijk zichtbaar zijn. De eigenaardig- heid van zijn wijs van arbeiden zit in de vereeniging van wije- geer en dichter. Zijn verstand is eon waarnemer, wroeter, uit- pluizer, rangschikker, overdenker ; zijn hart en zijn verbeelding zijn idealistiesch hoog, kunstenaars, dichters in den beaten zin . Overdacht en met opzet legt hij het meeste gewicht op het na- jagen van waarheid, werkelijkheid, stelligheid, natuur, en wil dat ales tot den inhoud van zijn work maken. Artist is hij den daarbij van nature en de rijke inhoud neemt van zelf eon kunst- vorm aan . Om het eerste worstelt hij, bet tweede geeft hij u spelend present. Daarom hecht hij zooveel waaxde aan het eerste an spot some met bet tweede . „Ik ben geen kunstenaar", zegt hij . Neon, we begrijpen bet heel good. Gij zijt een groot kunstenaar, en gij stelt de kunst zeer, zeer hoog. Gij zelf hebt gezegd, artist, dichter, wijsgeer ; in zeer hooge opvatting is dit alles een . . ,,Kunst - in hoogen zin - is eon der krachtigste middelen tot het opwekken van s o h o o n h e i d s g e v o e L Dat is : ter veredeling.Datis :totoefeningindebekwaamheidom to genieten . Dat is : om d e u g d z a a m to wezen. Dat is : to nade- ren aan g e 1 u k." ,,Kunst - eon godin en de eenige" - zegt gij. Zoo hoog staat voor u de kunst . Maar gij hebt zooveel verkeerds in hear beoefening gezien. Ge hebt zooveel ververs gezien, die schilderden met de vingers, maar niet met de ziel ; dichters en schrijvers wie bet om zin- bouw, stijl, effect, allerlei gekunsteldheid to doen was ; zooveel kermislui der kunst. En daarom hebt gij eon afkeer gevoeld van de laagte, waartoe kunst word misvormd . Dooh wat spreek ik tot u, mijn vriend, gij weet hot zoo good ale 1k . Maar bij anderen zou misverstand kunnen rijzen en daar- om dient bet gezegd to worden. Multatuli is in de eerste plaats

52 STUDIEN OVER MULTATULI'S WERKEN . denker, doch hij is daarbij kunstenaar, maar dat s oord beteekent nooh akrobaat op de gespannen fraze, noch kwakzalver met val- sche verf, noch hofraad met eonventioneel gebaar, nosh sybariet met de pen. Maar zulk eon dienaar van den geest wien Sohiller toezong Der Menachheit Wurde ist in eure Hand gegeben

en van wien Tbeokritos sprak :

Hoe hem de Muze den mond overstroomde met kostelijken nektar.

Multatuli is denker, dichter, satiricus, criticus, moralist, her- vormer. Schrijver in de hooggte beteekenis van het woord, niet omdat do kracht bij hem zit in de pen, die hij overigens behan- delt beurtelings ale penceel, als degen ea als houweel, maar om- dat zijn middel het w o o r d is. Die kracht, neen, zoek haar niet in de gemakkelijkheid en juistheid van zich nit to drukken, in den gloed der verven, in de compositie en voorstelling. Dat zijn middelen en vormen en ze worden hier dienstbaar gemaakt san hot rijk des geestes ; maar die kracht, die geweldige kracht zit in de kennis van menech en wereld, in de overtuiging, in den mood om waarheid to zien en to zeggen, in hot hart, in eon woord in de waarde zijner geheele persoonlijkheid . Hoort eons hoe dat verband tusschen den denker en den per. soon zich zelf openbaart, in deze zijne opvatting van het arbei . den : ,Alle studio vordert matigheid, onthouding, economie van verstand en hart, en in zekeren zin a s o e t i s m e . De zeer moeie- lijke task van zielontleding kan niet worden ten uitvoer gebraoht door iemand die z'n eigen ziel wegwerpt, d . L het gereedechap waarmee hij arbeiden moat. Deze waarheid schijnt zeer eenvou- dig, en wordt toch door de meesten niet begrepen . Men moot hun uitdrukkelijk bij herhaling verzekeren - en dan nog vaak to vergeefs - dat 'n dronken Jan Steen niet schilderen kon, en dat eon kunstenaar, die voortbraeht wat hij voortbracht, met inspanning moot g e w e r k t hebben . Arbeid nu is 't meest door- slaand blijk van moraliteit. Wie dit niet inziet, heeft to weinig gewerkt, en staat due ook zedelijk niet zeer hoog ." Ilk voeg bij deze zeer bekentenisvolle uitspraak eene andere : ,,Altijd zouden wij, good zoekend, in onze hersenen eon on- gezonde plek vinden . Men kan er zeker van zijn, dat zoo'n fout in one organisme heerszuchtig is. Hot is onze plioht haar to leeren kennen en one tegen overweldiging to verzetten . De hulp van God is hiertoe noodig. Zonder Hem zijn wij nets, weten wij nets, kunnen wij niets ... . Die god heat logos, de R e d e.

STUDItN OVER MULTATIILI'S WE&BEN . 53 Hij is wijs, goad, eeuwig, almaohtig, trouw. Hq is de waarheid. Hoe dienen wij hem? Door hem, d. i. de w a a r h e i d to zoe- ken. Hoe beleedigen wij hem? Door waarheid to veramaden . Door 't bederven der middelen, die one gegeven zijn, om de waarheid to naderen . Welke r i t u s is de geschiktate om dezen godadienstigen zin levendig to houden ? Denken, overdenken, rede- neeren . Wie redeneert, dient do rede, en de rede zal u vrijmaken . Ala onderwerp van d e n k e n kieze men eenvoudige grondwaarheden . In majesteit van symmetrische logiek staan ze op gelijken trap met de meest ingewikkelde vraagstukken, die alien en altijd uit zulke eenvoudige gegevens zijn zaamgesteld . De gnoompjes hadden gelijk : tweemaal twee is vier . Wie zich schrap zet, hot geloof hieraan, en de toepassing daarvan op a 11 e s w a t b e a t a a t, in 't oog to houden, kan niet verloren gaan. Waarde lezer, ale gij bedroefd zijt, angstig voor't afnemen uwer zedelijke kracht, als gij gebukt gaat onder zorgen, d e n k! En kunt go 't niet, 1 e e r denken. Kies ter oefening onderwer- pen, die op de meest in 't oog vallende wijze de macht der logiek openbaren ; de verhouding van cijfers en lijnen, de elemen- taire catechismus van het zijn . Dwing uzelf tot de stiptheid van het twee maal twee, en gij zult weldra erkennen, dat God zich niet onbetuigd laat aan wie hem dienen in geest en in waar- heid ." Hebt uwe meaning, zoo gij die met evenveel arbeid verover- det, gij andersdenkende, maar deze twee bladzijden ontzeggen u hat recht van anders dan met achting to oordeelen over den zede- lijken ernst, die ze ingaf.

18 Juli 1874. 0. VosMAES.

MAX HAVELAAR

AAN DE DIEP VEREERDE NAGEDACHTENIS VAN

EVERDINE HUBERTE BARONNESSE VAN WYNBERGEN

DER

TROUWE GRADE

DER

HELDHAFTIGE LIEFDEVOLLE MOEDER

DER EDELE VROUW

„J'ai souvent entendu plaindre les femmes de poke, et sans doute, pour tenir dignement dans la vie ce difficile emplol, aucune qualit6 West de trop . Le plus rare ensemble de m6rites West que le strict n6- cessaire, et ne suffit m6me pas toujours au commun bonheur. Voir sans cesse la muse entrer dans vos plus familiers entretiens, - re- cueillir dans ses bras et soigner ce pobte qui est votre marl, quand it vous revient meurtri par les deceptions de sa tache ; - on bien le voir s'envoler a la poursuite de sa chim8re . ... voila l'ordinaire de 1'existence pour une femme de poete. Oui, mail aussi it y a le chapltre des compensations, l'heure des lauriers qu'il a gagn6s a la sueur de son genie, et qu'il depose pieusement aux pieds de la femme 16gitime- ment aim6e, aux genoux de 1'Antigone qui sert de guide en ce monde a cet ,aveugle errant ;" - Car, ne vous-y-trompez pas ; presque toes les petits-fils d'Homere sont plus on moins aveugles a leur fagon : - Us voient ce que nous ne voyons pas ; leurs regards p6n8trent plus haut et plus an fond que les n6tres ; mais Us ne savent pas voir droit devant eux leur petit bonhomme de chemin, et Us seraient capables de trebucher et de se casser le nez sur le moindre caillou, s'il leur fallait cheminer sans soutien, dans ces vall6es de prose oh demeure la vie." (HENRY DR PaNE) . GERECHTSDIENAAR. Mynheer de recllter, daar is de man die Barberfje vermoord beeft. RECHTER . Die man moet hangen. Hoe heeft by dat aangelegd? GERECHTSDIENAAR . heeft haar in kleine stukjes gesneden, en in- gezouten . RECHTER. Daaraan heeft by zeer verkeerd gedaan. jay moet hangen . LOTHARio. Rechter, ik heb Barbertje niet vermoord! Ik heb haar ge- voed en gekleed en verzorgd . Er zyn getuigen die verklaren zullen dat ik 'n goed mensch ben en geen moordenaar. RECHTER. Man, ge moet hangen! Ge verzwaart uw misdaad door eigenwaan . Het past niet aan iemand die . . . van iets beschuldigd is, zich voor 'n goed mensch to houden . LOTHARIO . Maar, rechter, er zyn getuigen die bet zullen bevestigen . En daar ik nu beschuldigd ben van moord ... RECHTER . Ge moet hangen! Ge hebt Barbertje stukgesneden, ingezou- ten, en zyt ingenomen met uzelf . . . drie kapitale delikten! Wie zyt ge vrouwtje? vROVwTJE. Ik ben Barbertje. LOTHARIO. Goddank! Rechter, ge-ziet dat ik haar niet vermoord heb! RECHTER . Hm .. . ja ... zoo! Maar bet inzouten? BARBERTJE. Neen, rechter, by heeft me niet ingezouten . Hy heeft my integendeel veel goeds gedaan . Hy is 'a edel mensch! LOTHARIO . Ge hoort bet, rechter, ze zegt dat ik 'n goed mensch ben. RECHTER. Hm .. . bet derde punt blyft dus bestaan. Gerechtsdienaar, voer then man weg, by moet hangen . Hij is schuldig aan eigenwaan . Griffier, citeer in de praemissen de jurisprudentie van Lessing's patriarch.

(Onuitgegeven Tooneelspel) . EERSTE HOOFDSTUK. (*).

Ik ben makelaar in koffi, en woon op de Lauriergracht N° . 37. Hot is min gewoonte niet, roman to schrijven, of mike dingen, en het heeft dan ook lang geduurd, voor 1k er too overging eon pear riem papier extra to bestellen, en hat work aan to vangen, dat gij, lieve lezer, zoo-even in de band hebt genomen, en dat go lawn moot als ge makelaar in koffi zyt, of ale go wat anders zyt. Niet alleen dat ik nooit iets schreef wat naar een roman ge- leek, maar ik bond er zelf niet van, iets dergelijks to lezen, omdat 1k een man van zaken ben. Sedert jaren vraag ik my af, waartoe zulke dingen dienen, en ik ata verbaaad over de onbeschaamdheid waarmede een dichter of romanverteller u iets op de mouw durft spelden, dat nooit gebeurd is, en meestal niet gebeuren kan. Ale ik in Mijn vak - ik ben makelaar in koffi, en woon op de Laurier- gracht N° 37 - aan eon principaal - een principaal is iemand die koffi verkoopt - een opgave deed, waarin maar eon klein ge- deelte der onwaarheden voorkwam die in gedicbten en roman de hoofdzaak uitmaken, zou by terstond Busselinck & Waterman nemen. Dat zyn ook makelaars in koffi, doch hun adres behoeft ge niet to weten. Ik pea er dus wel op, dat ik geen romans sohryf, of andere valsche opgaven doe . Ik heb dan ook altyd opgemerkt dat menechen die zich met zoo-iets inlaten, gewoonlyk slecht wegkomen. Ik ben drie en veertig jaren oud, bezoek sedert twintig jaren de beurs, en kan dus voor den dag treden, ale men iemand roopt die ondervinding heeft. Ik heb al wat huizen zien vallen! En gewoonlyk, wanneer ik de oorzaak naging, kwam bet me voor, dat die moesten gezocht worden in de verkeerde richting die aan do meesten gegeven was in hun jeugd.

lk zeg : waarheid en gezond verstand, en hier blyf ik by. Voor de Schri/t mask ik natuurlyk eon uitzondering. De fout begint al van Van Alphen af, en wel teretond by den eersten regel over die ,jieve wichtjes." Wat drommel kon then ouden beer bewegen, zich uittegeven voor eon aanbidder van myn zusje Truitje die (*) De cyfers tusschen de haakjes verwyzen naar de Noten achter het work.

2 MAX HAVELAABL zeere oogen had, of van myn broer Gerrit die altyd met zyn neus speelde t En toch, by zegt: ,dat by die verajes zong, door lie/de gedrongen." Ik dacht dikwyls als kind : „man, 1k wilde u graag eons ontmoeten, en als go my do marmerkniikkers weigerde, die 1k n vragen zon, of myn naam voluit in banket - ik hoot Batavua - dan houd ik u voor eon leugenaar. Maar ik heb Van Alphen nooit gezien. Hy was al dood, geloof ik, toen by ons ver- telde dat myn vader myn beate vriend was -1k hield meer van Pauweltje Winner, die mast one woonde in de Batavierstraat - en dat myn kleine bond zoo dankbaar was. We hielden geen hon- den, omdat ze zoo onzindelyk zyn.

Alles leugent Zoo gaat dan do opvoeding voort . Hot nieuwe zusjen is van eon groenvrouw gekomen in eon groote kool . Alle Hollanders zyn dapper en edelmoedig . Do Romeinen waren bly dat do Batavieren hen lieten leven . De Bey van Tunis kreeg eon kolyk ale by hat wapperen hoorde van do nederlandsche vlag . De hertog van Alva was eon ondier. Do eb, in 1672 geloof 1k, duurde wat langer dan gewoonlyk, expres om Nederland to be- sohermen. Leugens! Nederland is Nederland gebleven, omdat onze oude lui op hun zaken pasten, en omdat ze bet ware geloof hadden. Dit is do zaak!

En dan komen later weer andere leugens. Ben meisjen is eon angel. Wie dit hot eerst ontdekte heeft nooit zuaters gehad . Liefde is eon zaligheid . Men vlucht met hot eon of ander voor- werp naar bet einde der aarde. De aarde heeft goon einden, en die liefde is ook gekheid. Niemand kan zeggen dat ik niet good leef met myn vrouw - zy is eon dochter van Last & Co, makelaars in koffi .'- niemand kan iets op on huwelyk aanmerken . Ik ben lid van Art is, zy heeft eon sjaallong van twee-en-negentig gulden, en van zulk eon malle liefde die volstrekt aan bet einde der aarde wil wonen, is toch tusschen on nooit sprake geweest . Toen we getrouwd zyn, hebben wy eon toertje naar den Haag gemaakt - ze heeft 4daar flanel gekocht, waarvan ik nog borat- rokken draag - en verder heoft on do liefde nooit do wereld ingejaagd . Dus: alles gekheid en leugen!

En zou mijn huwelyk nu minder gelukkig wezen, dan van de menchen die zich nit liefde de tering op den hale haalden, of de haren nit bet hoofd l Of denkt go dat myn huishouden iets minder wel geregeld is, dan bet wezen zou, ala ik voor zeventien jaar myn meisjen in verzen gezegd had dat 1k haar trouwen wilds? Gekheid! lk had dit toch even good kunnen doen ale

MAY HAVELAAR- 3 ieder ander, want verzenmaken is eon ambaoht, zeker minder moeilyk dan ivoordraaien . Hoe zouden anders de ulevellen met deviezen zoo goedkoop wezen? - Frits zegt- ,Uhle/ddiea" i weet niet waarom ? - En vraag eons naar den prys van eon stel billardballen!

Ik heb niets tegon verzen op-zichzelf. Wil men de woorden in 't gelid zetten, good! Maar zeg nets wat niet waar is. „De iucht is guur, en 't is tier uur." Dit laat ik golden, als bet werke- lyk guur en tier uur is . Maar als't kwartier voor drieen is, kan ilc, die myn woorden niet in 't gelid zet, zeggen : „de iucht is guur en 't is kwartier voor drieen," I e verzenmaker is door de guurheid van den eersten regel aan eon vol uur gebonden . Hot moot voor hem juist een, twee uur, enz. wezen, of de lucht wag niet guur zyn. Zeven en negen is verboden door de maat. Daar gaat by dan aan 't knoeien! Of bet we8r moot veranderd, bf de tyd . E6n van beiden is dan gelogen .

En niet alleen de verzen lokken de jeugd tot onwaarheid, Ga eons in den schouwburg, en luister daar wat er voor leugens aan den man worden gebracht. De held van 't stuk wordt nit bet water gehaald door iemand die op 't punt staat bankroet to waken. Dan goeft by hem zyn halve vermogen. Dat lean niet waar zyn. Toen onlangs op de Prinsengracht myn hoed to-water woei - Frits zegt : waaide - heb ik den man die hem my terug- bracbt, eon dubbeltje gegeven, en by was tevreden . Ik weet wel dat ik iets moor had moeten geven als by myzelf er nit gehaald had, maar zeker myn halve vermogen niet . 't Is immers duidelyk dat men op die wys maar tweemaal in 't water hoeft to vallen om doodarm to wezen . Wat bet ergste is by zulke vertooningen op bet tooneel, bet publiek gewent zich z66 aan al die onwaarheden, dat bet ze mooi vindt en toejuicht. Ik had wel eons lust zoo'n heel parterre in 't water to gooien, om to zien wie dat toejuichen gemeend bad. Ik, die van waarbeid houd, waarschuw ieder dat ik voor 't opvisschen van myn persoon goon zoo hoog bergloon be- talen wi . Wie met minder niet tevreden is, wag me laten liggen . Alleen Zondags zou ik iota moor geven, omdat ik dan myn kantilje ketting draag, en eon andoren rok .

Ja, dat tooneel bederft velen, meer nog dan de romans. Het is zoo aanschouwelyk! Met wat klatergoud en wat leant van uitgeslagen papier, ziet er dat alles zoo aanlokkelyk nit . Voor kinderen, mean 1k, en voor menschen die net in zaken zyn . Zelfs

4 MAX HAVELAAR alss die tooneelmensohen armoede willen voorstellen, is hun voor- stelling altyd leugenachtig. Een meisje wier vader bankroet maakte, werkt om de familie to onderhouden . Heel good. Door zit ze dan to naaien, to breien of to borduren . Maar tel nu eons de steken die ze doet gedurende het heels bedryf. Ze praat, ze zucht, ze loopt naar 't venster, moor werken doet ze niet. Do familie die van dezen arbeid leven kan, heeft weinig noodig. Zoo'n meisje is natuurlyk de beldin. Ze heeft eenige verleiders de trappen afgeworpen, ze roept gedurig : „o, myne moeder, o, myne moeder I" en stelt duo de deugd voor . Wat is dat voor eon deugd, die eon vol jaar noodig beeft voor eon paar wollen kousen ? Geeft dit alles niet valsche denkbeelden van deugd, en ,werken voor den koat?" Ales gekheid en leugens!

Dan komt haar eerste minnaar - die vroeger kierk was aan 't kopieboek, maar nu schatryk - op eons terug, en trouwt haar. Ook weer leugen. Wie geld heeft, trout geen meisje nit eon gefailleerd huffs. En als go meent, dat dit op hot tooneel er d66r kan als uitzondering, blyft tech myn aanmerking bestaan, dat men den zin voor waarheid bederft by hot yolk, dot de nit- zondering ala regel aanneemt, en dat men de publieke kedelykheid ondermynt, door hot to gewennen iets toetejuichen op hot tooneel, wat door elk fateoenlyk makelaar of koopman voor eon bespot. telyke krankzinnigheid wordt gehouden in de wergild. Toen ik trouwde, waxen wy op het kantoor van myn schoonvader - Last d, Co - met ons dertienen, en er ging wat om!

En nog moor leugens• op hot tooneeL Als de held met zyn styven komediestap weggaat om't verdrukte vaderland to redden, waarom gaat dan de dubbele achterdeur altyd vanzelf open? En verder, hoe kan de persoon die in verzen spreekt, voorzien wat de ander to antwoorden heeft, om hem 't rym gemakkelyk to maken? Als de veldheer tot de princes zegt : ,mevrouw. hot is to laat, de poorten zijn gesloten" hoe kan by dan vooruit weten, dot zy zeggen wil : ,welaan dan, onversaagd men doe hot zuaard ontblooten?" Want als zy nu eons, hoorende dot do poort toe was, antwoordde dat ze dan wat wachten zou tot er geopend word, of dot zy eon andermaal eons terug zou komen, waar bleef dan mast en rym? Is hot dus niet eon pure leugen, als do veldheer do prinses vragend aanziet, om to weten wat ze doen wil no 't poort- sluiten? Nog-eens : ale 't mensch nu eons lust had gehad om to gaan slapen, in plaats van iota to ontblooten? Ales leugens!

En dan die beloonde deugd! 0, o, o! Ik ben sedert zeventien

VAa HAVSLAAB. 5 jam makelaar in koffi - Lauriergracht, N ° 37 - en heb duo al zoo-fete bygewoond, maar het stuit my altyd vreeselyk, als 1k de goede lieve waarheid z66 zie verdraaien. Beloonde deugd ? Is 't niet om van de deugd eon handeleartikel to maken? Hot is zoo niet in de wereld, en 't is good dat het niet zoo is. Want wear bleef de verdienste, ale de deugd beloond word? Waartoe duo die infame leugens altyd voorgewend?

Daar is by-voorbeeld Lukas, onze pakhuiskneobt, die reedslby den vader van Last & C° heeft gewerkt - de firma was toen Last en Meyer, maar de Meyers zyn er lang nit - dit was dan toch *el eon deugdzaam man . Geen boon kwam er ooit tekort, by ging stipt naar de kerk, en drinken deed by niet . Ala myn sohoonvader to Driebergen was, bewaarde by hot hula, en de kas, en alles. Eens heeft by aan de bank zeventien gulden to veel ontvangen, en, by braoht ze terug. Hy is nu and en jichtig, en kan niet moor dienen . Nu heeft by nets, want er gaat veel by ons om, en we hebben jong yolk noodig . Welnu, ik boud then Lukas voor zeer deugdzaam, maar wordt by nu beloond? Komt er eon prins die hem diamanten geeft, of eon fee die hem boterhammen smeert? Waarachtig net! Hy is arm, en blijft arm, en dit moot ook zoo wezen. Ik kan hem net helpen - want we hebben jong yolk noodig, omdat or zooveel by ons omgaat - maar al kon ik, waar bleef zyn verdienste, als by nu op zyn ouden dag eon gemakkelyk leven leiden kon? Dan zouden alle pakhuisknechta wel deugd- zaam worden, en iedereen, hetgeen Gods bedoeling net wezen kan, omdat er dan goon byzondere belooning voor de braven overbleef hier-namaals. Maar op eon tooneel verdraafen ze dat ... .alles leugens1

Ik ben ook deugdzaam, maar vraag ik biervoor belooning? Ala mien zaken good gaan - en dit doen ze - ale myna vrouw en kinderen gezond zyn, zoodat ik goon gemaal heb met dokter en apteker. .. . ale ik jaar-in jaar-uit eon sommetje kan ter-zy leggen voor den ouden dag ... . als bits knap opgroeit om later in myn pleats to komen als ik naar Driebergen ga . .. . zie, dan ben ik heel tevreden . Maar dit alles is eon natuurlyk gevolg van de omstandigheden en omdat fk op de zaken pas. Voor myn deugd eiaoh do pieta

En dat 1k toch deugdzaam ben, blykt nit myn liefde voor de waarheid. Dew is, na myn geheohtheid aan hot geloof, myn hoofdneigfng. En 1k wenschte dat go hiervan overtuigd waart,

6 MAX HAVELAAR. lezer, omdat het de verontschuldiging is your 't schrijven v in dit book. Een tweede neiging, die my even stork als waarheidsliefde beheerscht, is de hartstooht voor myn vak. Ik ben namelyk makelaar in koffi, Lauriergracht N° 37 . Welnu, lezer, aan myn onkreukbare liefde voor de waarheid, en aan myn yver voor de zaken, hebt gy to danken dat daze bladen geschreven zyn . 1k zal u vertellen hoe dit is toegegaan. Daar ik nu voor 't oogen- blik afscheid van u neem - ik moot near de beurs - noodig 1k n straks op eon tweede hoofdstuk. Tot weerziens dust

Eilieve, steek het by u. . .. 't is eon kleine moeite . . . . hot kan to-pas komen.. . . ei zie, daar is hot: eon adreskaartjet Die C° ben ik, sedert de Meyera er uit zyn.... de oude Last is mijn schoonvader.

LAST & C° MAKELAARS IN KOFFI Lauriergracht, No 37

TWEEDE HOOFDSTUK.

Het was slap op de beurs, maar de voorjaarsveiling zal 't wel goad maken. Dank niet dat or Diets by one omgaat. By Busselinck & Waterman is 't Dog slapper. Een vreemde wereldl Men woont zoo iets by, als men zoo'n twintig jaren de beurs bezoekt. Verbeeld u dat ze daar getracht hebben - Busselinok & Waterman, mean ik - my Ludwig Stern aftenemen . Daar ik Diet weet of gy aan do beurs bekend zyt, wil 1k n even zEggen dat Stem eon eerst huis is in kofli to Hamburg, dat altyd door Last & C° is bediend gev orden. Heel toevallig kwam ik daar achter ... . 1k moon achter de knoeiery van Busselinok t, Water- man. Zy zouden een "art prooent van de oourtage laten vallen- onderkruipers zyn bet, anders Diet - en zie nu eens wat 1k ge- daan heb om dien slag afteweren. Eon ander in myn plaata had misacbien aan Ludwig Stern geschreven, dat by ook wat zou laten vallen, dat by hoopte op konsideratie om de langdurige diensten van Last & Co . ... ik heb uitgerokend dat de firma, sedert ruim vyftig jaren, vier ton aan Stern verdiend heeft. Die konnexie dateert van 't kontinentaal stelsel, toen wy de kolo . niale waxen insmokkelden van Helgoland. Ja, wie west wat eon ander al zoo zou gesebreven hebben . Maar neon, onaerkruipen doe ik niet. Ik ben near Polen gegaan (1) liet me pen en papier geven en schreef: Dat de groote uitbreiding die oars zaken den laataten ti, fd genomen hadden, vooral door de vela geeerde orders uit Noord- Duitechland . ... 't Is do zuivere waarheidl . . . .dal die uitbreiding eenige vermeerdering van one per- soneel noodzakelijk maakte. 't Is de waarheidl Gister-avond Dog was de boekhouder na elven op 't kantour, om zyn bril to zoeken. Dat vooral rich de behoefte deed gevoelen aan fatsoenlijke, wdopgevoede jongetieden, voor de korre8pondentie in hat Duitsch . Dat wel-is-waar vale duiteche jongelingen, in Amsterdam aan-

MAX 8AVELAA8. $ wezig, hiertoe de vereischte bekwaamheden bezaten, moor dat ten huie dat zich respekteert.... 't Is de zuivere waarheidl . .bij de toenemende ligtzinnigheid en onzedeltjMeid onder de jeugd, by bet dagelyks aangroeien van bet getal fortuin- zoekers, en met let cog op de noodzakelykheid on sdiditeit van gedrag, hand-aan-hand to doen gaan met soliditeit in de uitvoering van de gegeven orders .... 't Is, waarachtig, alias de zuivere waarheid! .. .dat zulk een huis - 1k bedoel Last & Co. makelaare in koffi, Lauriergraebt, N° 37 - niet omzichtig genoeg wizen kon met hat engageeren van eujetten . Dit alles is de zuivere waarheid, lezer! Weet go wel, dat de jonge Duitscher, die op de beurs by pilaar 17 stond, weggeloopen is met de dochter van Busselinok & Waterman f Onze Marie wordt ook al dertien in September. . . . .dat ik de eer had gehad van den beer Saffeler to verne»un - Saffeler reist voor Stern - dat de geachte chef der firma, de beer Ludwig Stern, een noon had, den hear Ernest Stern, die ter volmaking zyner kommercieele kennie eenigen tyd in een hollandsch huffs wenechte geemploieerd to zyn. Dat ik met hat oog op... . Hier herhaalde ik weer al die onzedelykbeid, en vertelde de gesohiedenis der doohter van Busselinok & Waterman. Niet om ismand zwart to maken... . neon, bekladden ligt nu joist heels . meel niet in myn manier! Maar ... . het kan nooit kwaad dat se 't weten, dunkt me. .. .dat ik met bet oog daarop, nets liever wenmhte dan den heer Ernest Stern belast to zien met de duitache korrespondentie van one huffs. Uit kiesheid vermeed fic ale toespeling op honorarium of safaris. Maar ik voegde er by : Dat indien de heer Ernest Stern bet verbly/ ten onzen huize - Lauriergracht N° 37 - wilde voor lief nemen, myn vrouw zich bereid verklaarde ale een moeder voor hem to zorgen, en dat zyn linnengoed in huis zou vereteld worden . Dit is do zuivere waarheid, want Marie stopt en maast heel lief. En ten-slotte : Dat by one de Heer gediend ward. (s)

MAX HLVELAAR. 9 Die kan by in zyn zak steken, want do Sterns zyn Luthersch . En 1k verzond myn brief. Ge begrypt dat de oude Stern niet goed- sohiks by Busselinck en Waterman kan overgaan, als do jonge by one aan 't kantoor is. Ik ben zeer benieuwd naar het antwoord.

Om nu terug to komen op myn book . Voor eenigen tyd kom 1k 'a avends door de Kalverstraat en bleef staan kyken near den winkel van een kruienier, die ,ich bezigbield met het sorteeren van een partytje Java, ordinair, mooi-geel, Cheribon-aard, lets gebroken, met veegsel, dat me zeer interesseerde, want 1k let altyd op alley Daar viel my op-eenmaal een beer in 't oog, die daarnaast voor een boekwinkel stond en me bekend voorkwam . Hy soheen ook my to herkennen, want onze blikken ontmoetten elkander gedurig. Ik moot betuigen dat ik to verdiept was in 't veegsel, om terstond op to merken, wat 1k namelyk later zag, dat by vry kaal in de kleeren stak. Anders had ik de zaak daarby gelaten. Maar op-eons schoot my de gedachte in, dat by misschien reiziger was van een duitsch huis, die eon solieden makelaar zocht. Hy had ook wel iets van eon Duitscher, en van eon reiziger ook. Hy was zeer blond, had blauwe oogen, en in houding en klee. ding iets dat den vreemdeling verraadde. Inplaata van eon be- hoorlyken winterjas, hing hem eon soort van ajaal over den schou . der - Frits zegt ,8haui " maar dit doe ik niet - alsof by zoo van de rein kwam . lk meende eon klant to zien, en gaf hem eon adreskaartje : Last di Co., makelaars in koffi, Lauriergracht . N°. 37. Hy hield het by de gasvlam en zeide : „Ik dank u, maar fic heb me vergist ; ik dacht het genoegen to hebben eon ouden school- kameraad voor me to zien maar .... Last? Dit is de naam niet."

- Pardon, zei ik - want ik ben altyd beleefd - ik ben m'nheer Droogstoppel, Batavus DroogstoppeL Last & Co. is do firma, makelaars in koffi, Lauriergr . ... - Wel, Droogstoppel, kent ge my niet meer? Zie my eons goad aan. Hoe moor ik hem aanzag, hoe meer ik my herinnerde hem meer gezien to hebben. Maar, zonderling, zyn gelaat deed op my de uitwerking ale of ik vreemde parfumerien rook . Lach hier niet om, lezer, straks zult ge zien hoe dit kwam. lk ben ver- zekerd dat by geen drup reukwerk by zich droeg, en toch rook HE iets aangenaams, iets aterks, iota wat me herinnerde aan .. . . daar had ik hetl

- Zyt gy het, riep ik, die my van den Griek hebt verlost? - Wel zeker, zeide hy, dat was ik. En hoe gnat het U?

10 MAX HAvELAAa . Ik vertelde dat we met one dertienen op bet kantoor waxen, en dat er zooveel by one omging. En toen vroeg ik hoe bet hem ging, wat me later speet, want by sobeen niet in goede ometandig- heden to verkeeren, en ilk hood niet van arme mensohen, omdat er gewoonlyk eigen schuld onderloopt, daar de Hear niet ismand verlaten zoo, die hem trouw gediend had. Had ik eenvoudig gezegd ,,we zyn met one dertienen, en . . .. goeien avond verder!" den was 1k van hem afgeweest. Maar door dat vragen en antwoorden ward bet hoe langer hoe moeilyker - bits zegt : hoe tango zoo moeilyker, maar dit doe ik niet - hoe moeilyker due, om van hem verlost to worden. Aan den anderen kant moot ik ook weer erkennen dat go den dit book niet hadt to lezen gekregen, want bet is eon gevolg van die ontmoeting. Ik hood er van, bet goode optemerken, en wie dit niet doen, zyn ontevreden menschen die ik niet lyden kan.

Js, ja, by was bet, die my nit de handen van den Griek had verlost! Denk nu niet dat ik ooit door zeeroovers ben genomen geweest, of dat ik twist heb gehad in den Levant. lk heb u reeds gezegd dat ik na myn trouwen met myn vrouw near den Haag ben gegaan. Dear hebben wy bet Mauritshuis gezien, en flanel ge . kocht in de Veenestraat. Dit is bet eenige uitstapje dat de zaken my ooit hebben veroorloofd, omdat er zooveel by ons omgaat . Neon, in Amsterdam zelf had by om mynentwil een Griek den neue aan 't bloeden geslagen . Want by bemoeide zich altyd met dingen die hem niet aangingen.

Het was in drie of vier en dertig, geloof ik, en in September, want er was kermis to Amsterdam . Dear myn oude lui van voornemen waxen eon predikant van my to maken, leerde ik latyn. Later heb ik myzelf dikwyls algevraagd, waarom men latyn moest verstaan, om in 't Hollandsch to zeggen : „God is goad!" Genoeg, ik was op de latynecbe school - nu zeggen ze gymnasium - en daar was kermis ... . in Amsterdam mean 11k. Op de Westermarkt stonden kramen, on als ge eon Amster- dammer zyt, lezer, en nagenoeg van myn leeftyd, zult ge u herinneren hoe daaronder 66n was, die uitmuntte door do zwarte oogen en de lange vlechten van eon meisje, dat als eon Griekin gekleed was. Ook hear vader was eon Griek, of althane by zag er nit ale eon Griek. Ze verkochten allerlei reukgoed.

Ik was juist oud genoeg om bet meisje mooi to vinden, zon- der evenwel den mood to hebben hear asn to spreken . Dit zou my ook weinig gebaat hebben, want meisjes van aehttien jaren

MA HAVELAAB. 1 1 besohouwen een jongen van zestien ale een kind. En hierin hebben ze groot gelyk. Toch kwamen wy, jongens van quarta, altyd 'a avends op de Westermarkt om dat meisje to zien .

Nu was by die daar voor me stond met zyn sjaal, eens daarby, sohoon by eon paar jaar jonger was dan de anderen, en dug nog to kinderachtig om naar de Griekin to kyken . Maar by was de primus van onze klasse - want knap was by, dit moat ik erkennen - en by hield veel van spelen, stoeien en vechten . Daarom was by by one. Terwyl we dus - we waxen wel met on tienen - vry ver van de kraam af, naar die Griekin ston . den to kyken, en beraadslaagden hoe wy 't moesten aanleggen om kennis met haar to maken, werd or besloten geld by-een to leggen om iets in die kraam to koopen. Maar toen was de goede raad duur, om to weten wie de stouts schoenen zou aantrekken om hat meisje aan to spreken. leder wilds, maar niemand durfde . Er werd geloot, en bet lot vial op my. Nu erken ik, dat ik niet gaarne gevaren trotseer. Ik ben man en vader, en bond ieder die hat gevaar zoekt, voor een gek, wat ook in de Schrift staat . Het is my inderdaad aangenaam optemerken hoe ik my in myn denkbeelden over gevaar en zulke dingen, gelyk ben gebleven, daar ik than over zoo-iets nog juist dezelfde meening koester, als then avend toen ik daar by de kraam van den Griek stond, met de twaalf stuivers die we saamgelegd hadden, in de band . Maar zie, nit valache schaamte durfde ik niet zeggen, dat 1k niet durfde, en bovendien, ik moest wel vooruit want myn makkers drongen me, en weldra stond ik voor de kraam . Het meisje zag ik niet : ik zag nets! Alles werd me groen en geel voor de oogen. Ik stamelde een aoristus primus van ik west niet welk werkwoord ....

- Plait-i P zeide zy. Ik herstelde my eenigszin, en ging voort : - Meenin aside thea, . ... dat Egypte een geschenk van den Nyl was. Ik ben overtuigd dat ik in de kennismaking zou geslaagd zyn indien niet op dat oogenblik een myner makkers uit'Ekinderach. tige baldadigheid my een zoo harden stoot in den rug had ge- geven, dat ik heel onzacht tegen de uitstalkast aanvloog,fdie op halvemanshoogte de voorzy van de kraam afsloot . Ik voelde een greep in myn nek .. . . een tweede greep veal lager .. . . ik zweefde eon oogenblik . .. . en v66r ik recht begreep hoe de zaken stonden, was ik in de kraam van den Griek, die in verstaanbaar franach

12 MAX HAVaLSABZ zei dat ik eon gamin was, en dat by de policie roepen zou . Nu was ik wel dicht by het meisje, mast genoegen deed het me niet. Ik schreide, en bad om genade, want 1k zat vreeselyk in angst. Maar het baatte niet. De Griek bield me by den arm, en schopte my. Ik zocht naar myn makkers - we hadden juist then morgen veel over Scaevola to doen gehad, die zyn hand in 't vuur stak, en in hun latynsche opetellen hadden ze dit zoo heel mooi gevonden - jawel! Niemand was daar gebleven om voor my eon hand in 't vuur to steken . ... Z66 meende 1k. Maar zie, daar vloog op-eons myn Sjaalman door de achterdeur de kraam in. Hy was niet groot of stork, en pas een jaar of dertien oud, maar by was eon vlug en dapper mannetje . Nog zie 'k zyn oogen flikkeren - anders zagen ze flauw - by gaf den Griek een vuistalag, en ik was gored. Later heb ik geboord dat de Griek hem duchtig geslagen heeft, maar omdat ik eon vast principe heb, me nooit to bemoeien met dingen die me Diet aangaan, ben ik terstond weggeloopen. Ik heb het dus niet gezien. Ziedaar de reden waarom zyn trekken me zoo aan reukwerk herinnerden, en hoe men in Amsterdam twist kan krygen met eon Griek . Als op latere kermissen die man weer met zyn kraam op de Westermarkt stond, ging ik my altyd elders vermaken .

Daar ik veel van wysgeerige opmerkingen houd, most ik u Loch even zeggen, lezer, hoe wonderbaar de zaken dezer wereld elkander hangen . Ala de oogen van dat meisje minder zwart waren geweest, als ze korter vlechten had gehad, of ale men my niet tegen die winkelkast had aangeworpen, zoudt go nu dit book niet lezen. Woes due dankbaar dat dit zoo gebeurd is. Ge- loof me, alles in de wereld is good, z66 als hot is, en ontevreden menschen die altyd klagen, zyn myn vrienden niet. Daar hebt ge Busaelinck & Waterman ... . maar ik moot voortgaan, want myn book moat of voor de voorjaarsveiling.

Ronduit gezegd - want f houd van de waarheid - was my hot weerzien van then persoon niet aangenaam. Ik bomerkte terstond dat het geen soliede konneaie was. Hy zag zeer bleak, en toen ik hem vroeg hoe laat het was, wist by 't niet . Dit zyn dingen, waar een mensch op let, die zoo'n twintig jaar de beurs bezocht heeft, en zooveel heeft bygewoond . 1k heb a1 wat huizen zien vallen 1 Ik meende dat by rechts zou gaan, en zei dat ik links moest. Doch zie, by ging ook links, en ik kon due niet vermyden in gesprek to treden. Maar ik bedacht gedurig dat by Diet wist

MAX HAVBLAAB. 1 3 hoe laat het was, en bespeurde bovendien dat zyn jasje tot aan do kin was dichtgeknoopt - dat eon zeer slecht merk is - zoodat ik den toon van ons onderhoud wat flauw blyven list . Hy ver- haalde my dat by in Indig was geweest, dat by getrouwd was, dat by kinderen had. Ik had daar nets tegen, maar vond er nets belangryks in. By de Kapelsteeg - ik ga anders nooit door die steeg, omdat het voor eon fatsoenlyk man net staat, vind ik - maar ditmaal wilde ik by de Kapelsteeg rechts afslaan. Ik wachtte tot wy het straatje byna voorby waren, om good to doen blyken dat zyn weg rechtuit leidde, en toen zei 1k zeer beleefd ... . want beleefd ben ik altyd, men kan nooit weten hoe men later iemand noodig heeft :

- Hot was me byzonder aangenaam u week to zien m'nheer ... .r ....r! En . .. . In . ... ik rekommandeer me! Ik moot hierin.

Toen kook by me heel gek aan, en zuchtte, en vatte op-eons eon knoop van myn jas ....

- Beste Droogstoppel, zeide hy, 1k heb u iota to vragen . Er ging my eon rilling door de laden . Hy wist net hoe laat hot was, en wilde my iota vragenl Natuurlyk antwoordde ik dat ik goon tyd had, en naar de beurs moest, schoon hot avend was . Maar als men zoo'n twintig jaren de beurs heeft bezocht . .. . en iemand wil u iets vragen, zonder to weten hoe last hot is . ...

Ik maakte myn knoop los, groette heel beleefd - want be- leefd ben ik altyd - en ging de Kapelsteeg in, wat 1k anders nooit doe, omdat hot net fatsoenlyk is, en fatsoen gnat my boven alles. Ik hoop dat niemand hot gezien heeft. DERDE HOOFDSTUK.

Teen 1k een dag daarna van de beurs kwam, zei Frits dat or iemand geweest was om my to spreken. Naar de bbschrijving was bet de Sjaahnan. Hoe by me gevonden had .. . . nu ja, 't adreskaartjel Ik dacht er over, myn kinderen van school to nemen, want het is lastig, nog twintig, dertig jaren later to warden nagezeten door eon schoolkameraad die een sjaal draagt in plaata van een jas, en die niet weet bee last bet is . Ook heb ik Frits verboden naar de Westermarkt to gaan, als er kramen staan .

Den volgenden dag ontving 1k een brief met een groot pak. Ik zal u den brief laten lezen :

Waarde DroogstoppelI

Ik vind dat by wel had kunnen zeggen : Wdedde Heer Droog. stoppd, omdat ik makelaar ben . Ik ben giateren fen-went gewee8t met het dod u een verzoek to doer. Ik geloof dat gy in goede omstandigheden verkeert ... .

Dit is waar : we zyn met one dertienen op 't kantoor.

.... en ik wenachte gebruik to maken van uw krediet, om een zaak tot-stand to brengen, die veer my van groot gewicht is .

Zen men niet denken dat bet om een order op de voorjaars . veiling to doen was? Door velerlei ometandigheden ben ik op 't oogenblik eenigazina om geld verlegen .

Eenigszins? Hij had geen hemd aan . Dat noemt by eenigazinel Ik kan myn lieve vrouw niet alley geven wet tot veraangena- ming'des levene noodig is, en ook de opvoeding myner kinderen, is uit een gelddijk oogpunt, niet zooale ik wenachen zou.

Veraangenaming des levens ? Opvoeding van do kinderen ? Meent ge dat by voor zijn vrouw eon logo in de Opera huren wilde, en zyn kinderen op eon instituut doen to Genbve ? 't Was

MAX sAVELess . 15 najaar, en vrij koud ... . welnu, by woonde op eon vliering, zon- der vaur. Toen ik then brief ontving, wist ik dit niet, maar later ben 1k by hem geweest, en thans nog ben ik verstoord over den zotten toon van zyn geschryf. Wat drommel, wie arm is, kan zeg- gen, dat by arm is! Armen moeten er zyn, dit is noodig in de maatsohappy, en 't is Gods wil . Als by maar geen aalmoes vraagt, en niemand lastig valt, heb ik er volstrekt niet op tegen dat by arm is, maar die opsiering van de zaak komt niet to-pas . Luister verder: Daar op my de verplichting rust, in de behoeften der mynen to voorzien, heb ik besloten een talent aantewenden, dat naar ik geloof, my gegeven is. Ik ben dichter .... Poeh! Ge weet, lezer, hoe 1k en alle verstandige menschen daarover denken . .. en achryver. Sedert myn kindeheid drukte ik myn aandoe- ning in verzen uit, en ook later achreef ik dagelyke neder wet er omging in myn ziel. Ik geloof dat er onder dat alley eenige op8tel. len zyn, die waarde hebben en ik zoek daarvoor een uitgever. Near dit ie juist het moeielyke. Het publiek kept my niet en de uitgevers beoordeelen de werken meer naar den geveatigden naam van den achryver, dan near den inhoud. Juist zooals wy de koffi naar de renommee van de merken. Wel zeker! Hoe anders? Ala ik dus mag aannemen, dat myn werk niet geheel zonder verdienste ia, zou dat Loch eer8t na de uitgave blyken, en de boek. handelaara vragen de betaling van drukioon, enz. vooruit . ... Daar hebben ze groot gelijk in. ... .wat my op dit oogenblik niet gelegen Lomt. Dear ik evenwel overtuigd ben, dat myn arbeid de koaten dekken zou, en gerust daarop myn woord dur/ verpanden, ben ik, aangemoedigd door onze ontmoeting van voorgisteren .. . . Dat noemt by aanmoedigen! tot het besluit gekomen u to vragen of ge voor my by een boek- handelaar zoudt willen borg ataan voor de ko8ten eener eerate uitgave, al ware het 8lechts van een idein boekdeeltje. Ik laat de keua van die eer8te proeve geheel aan u over. In het pak dat bier, nevena gaat, suit ge vele handechriften vinden, en daaruit zien, dal ik veel gedachl, gewerki en bygewoond heb

16 MAY HsVErsAR. Ik hob nooit gehoord, dat hu zaken deed. .. .en ale de gaaf van wet zeggen me nid gehed-en-al ontbreekt, se het gewia nid door gebrek can i n d r u k k e n dat ik nid slagen zou. In afwachting van een vrienddyk antwoord, noem ik my uw ouden achoolmakker . ... En zyn naam stond er onder. Maar dien verzwyg ik. omdat ik er niet van houd, iemand in opspraak to brengen . Waarde lezer, ge begrypt hoe gek ik stond to kijken, toen men my daar zoo op-eons wilde verheffen tot makelaar in verzen. 1k ben zeker dat die Sjaalman - zoo zal ik hem blyven noemen - als de man my bb dag had gezien, zich met zulk eon ver- zoek niet tot my zou gewend hebben. Want deftigheid en fataoen laten zich niet verbergen. Maar 't was avend, en ik trek bet me dus niet aan. Hot spreekt vanzelf dat ik van die gekheid niet weten wilde. Ik zou bet pak door Frits hebben laten terugbrengen, maar ik moist zyn adres niet, en by liet nets van zich hooren . Ik daoht dat by ziek was, of dood, of zoo-lets . De vorige week was er krans by de Rosemeyers, die in suiker doen . Frite was voor bet eerst meegegaan . Hy is zestien jaar, en ik vind hot good dat eon jong mensch in de wereld komt. Anders loopt by naar de Westermarkt of zulke dingen. Do meis- jes hadden piano gespeeld en gezongen, en by 't dessert plaag . den ze elkaar met lets dat in de voorkamer scheen gebeurd to zyn, terwyl wy achter aan 't gentsch whieten waxen, lets waar- in Frits betrokken scheen. "Ja, ja, Louise, riep Betsy Rose- meyer, goschreid heb je! Papa, Frits heeft Louise can't schreien gemaakt." Myn vrouw zei hierop dat Frits dan voortaan net moor mee zou naar de krans. Ze dacht dat by Louise geknepen had, of zoo lets wat niet to-pas komt, en ook ik maakte my gereed or eon hartig woordje by to voegen, toen Louise riep : - Neen neon, Frits is heel lief geweest! Ik won dat by 't nog-eons deed! Wat dhn? Hy had haar niet geknepen, by had gereciteerd, daar bebt ge 't . Natuurlijk ziet de vrouw van 't hula gaarne dat or aan hot dessert eon aardigheidje pleats heeft . Dat vult. Mevrouw Rose- meyer = do Rosemeyers laten zich mevrouw noemen, omdat ze in suiker doen, en aandeel in eon schip hebben - mevrouw

MAX HAVELAAB. 17 Rosemeyer begreep dat vat Louise aan 't schreien had gemaakt, ook one vermaken zou, en vroeg een dacapo aan Frits, die zoo rood zag ale een kalkoen . lk begreep om de wereld niet, wit by clan toch opgesneden had, want ik kende zyn repertoire op een haar. Dat was : de godenbruilo/t, de bocken van het Oude Testa- ment op rym, en een epizode nit de bruiloft van Kamacho, dat de jongens altyd zoo aardig vinden, omdat er lets van een ,brille- kiek' inkomt. Wat er onder dit alles wezen kon dat tranen uitlokte, was my een raadseL 't Is waar, zoo'n meisje schreit gauw.

,,Toe, Frits! Och ja, Frits! Kom, Frits!" Zoo ging bet, en Frits begon. Daar ik niet hood van dat bestudeerd spannen van des lezers nieuwsgierigheid, zal ik maar terstond zeggen dat ze to-huis hot pak van Sjaalman hadden opengemaakt, en daaruit hadden Frits en Marie een neuswysheid en een sentimentaliteit geput, ale me later veel last in hula gehaald hebben . Toch moat ik erkennen, lezer, dat dit book uit dat pak komt, en ik zal me naderhand hierop behoorlyk verantwoorden, want ik becht er aan, dat men my beschouwe ale iemand die de waarbeid lief heeft, en die good voor zyn zaken is . Onze firma is Last & Co., Makelaars in kof, Lauriergraeht N° 37. Teen reoiteerde Frits eon ding dat van nonseus aan-66n ping. Neon 'thing niet aan-een . Een jong menach schreef aan zyn moeder, dat by verliefd was geweest, en dat zyn meisje met een ander getrouwd was - waarin ze groot gelyk had, vind ik - dat by echtor, in weerwil biervan, altyd veel van zyn moeder hield. Zyn deze laatste drie regels duidelyk of niet? Vindt ge dat er veal omslag noodig is, om dat to zeggen? Welnu ik hob een broodje met kaas g-geten, daarna twee peren geschild, en was ruim half gereed met bet verorberen van de derde, voor Frits klaar was met die vertelling. Maar Louis schreide weer en de dames zeiden dat hot heel mooi was . Toen vertelde Frits, die geloof 1k, meende dat by een groot stuk had uitgevoerd, dat by 't ding in dat pak had gevonden van den man, die eon sjaal droeg, en ik legde aan de heeron uit, hoe dat in myn hula kwam . Maar van do Griekin sprak ik niet, omdat Frits or by was, en ook zeide ik niets van de Kapelsteeg . leder vond dat ik 1 eel good had gehandeld, me van then man aftehelpen. Straks zult ge zien dat er ook andere dingen in dat pak waxen van meer solieden aard, en daarvan komt een-en-ander in dit book, omdat de Koffiveilingen van de Handelmaatachappy er mee in verband staan. Want ik leef voor myn vak.

Later vroeg my de uitgever of ik bier niet byvoegen wilde,

18 sun HAVELAAEL wat bits gereoiteerd had. Ik wil 't wel doen, mite men wete dat ik me niet ophoud met zulke dingen. (') Alles leugen en gekheidl Ik houd myne aanmerkingen terug, anders wordt myn book to dik . Ik wil hier alleen byzeggon, dat die vertelling zoo omstreeks 1843 in de buurt van Padang geschreven is, en dat dit een inferieur merk is. Do koffi, bedoel ik.

Moeder, 'k ben wel ver van 't land Waar me 't leven werd geschonken, Waar .myn eerste tranen blonken, Waar ik opwies aan uw hand ... Waar uw moedertrouw der ziel Van den knaap haar zorgen wydde. En hem liefdryk stond ter-zyde, En hem ophief als by viel . .. Schynbaar scheurde 't lot de banden Die ons bonden, wreed van-een ... 'k Sta bier wel aan vreemde stranden Met myzelf en God, alleen ... Maar toch, moeder, wat me griefde, Wat me vreugd gaf of verdriet, Moeder twyfel aan de liefde, Aan bet hart uws zooms toch nietl

't Is nog nauwlyks twee paar jaren Toen ik 't laatst op gindschen grond Zwygend aan den oever stond Om de toekomst in to staren . . . Toen ik 't schoone tot my riep Dat ik van de toekomst wachtte, En bet heden stout verachtte, En my paradyzen schiep . .. Toen, door alle stoornis been Die zich opdeed voor myn schre8n, 't Hart zich koen een uitweg baande, Ea zich droomend zalig waande ...

Maar die tyd, sints 't laatst vaarwel Hoe gezwind ons ook onttogen, Onbevatbaar bliksemsnel, Als een schim voorbygevlogen .. . 0, by liet in 't voorwaarts gaan, Diepe, diepe sporen staan! 'k Proefde vreugde en smart met-66n, 'k Heb gedacht en 'k heb gestreden, 'k Heb gejuicht en 'k heb gebeden 't Is me als vlogen eeuwen been 'k Heb naar levensheil gestreefd, 'k Heb gevonden en verloren, En, een kind nog kort to voren, jaren in ekn uur doorleefdl MAY RAVZLAAB. 19 Maar toch, moeder! wil 't gelooven, By den Hemel die my ziet, Moederl wil bet toch gelooven, Neen, uw kind vergat u nietl

'k Minde een meisje. Heel myn leven Scheen my door die liefde schoon . 'k Zag in haar een eerekroon. Als een eindloon van myn streven, My door God ten doel gegeven. Zalig door den reinen schat Die Zyn zorg my toegewogen, Die Zyn gunst geschonken had, Dankte ik met een traan in de oogen . Liefde was met godsdienst fin ... En 't gemoed dat opgetogen, Dankend opsteeg tot den Hoogen, Dankte en bad voor haar alleen!

Zorgen baarde my die liefde, Onrust kwelde my bet hart, En ondragelyk was de smart Die my 't week gemoed doorgriefde. 'k Heb slechts angst en leed gegaard. Waar 'k 't hoogst genot verwachtte, En voor 't heil waamaar ik trachtte, Was me gif en wee bewaard ...

'k Vond genot in 't lydend zwygenI 'k Stond standvastig hopend daar, Onspoed deed den prys my stygen : 'k Droeg en Teed zoo graag voor haarl 'k Telde ramp noch onspoedsslagen, Vreugde schiep ik in verdriet, Alles, alles wilde ik dragen ... Roofde 't lot my haar slechts niet 1

En dbt beeld, my 't schoonste op aarde, Dat ik omdroeg in 't gemoed Als een onwaardeerbaar goed, En zoo trouw in 't hart bewaarde ... Vreemd was 't eenmaal aan myn zinneal En al houdt die liefde stand Tot de laatste snik van 't leven Me in een beter vaderland Eind'lyk haar zal wedergeven . . . 'k Had begonnen haar to minnenl

Wat is min die eens begon, By de liefde mlt het leven 20 MAY HAVZL&A& 't Kind door God in 't hart gedreven Toen bet nog niet staam'len kon? Toen bet aan de moederborst, Nauw den moederschoot onttogen, 't Eerste vocht vond voor den dorst, 't Eerste licht in moederoogen?

Neen, geen band die vaster bindt, Vaster harten houdt omsloten, Dan de band, door God gesloten Tusschen 't moederhart en 't kindl

En een hart, dat zbb zich bechtte Aan bet schoon dat even blonk, Dat me niets clan doornen schonk, En geen enkel bloempje vlechtte ... Zou dat zelfde hart de trouw Van bet moederhart vergeten? En de liefde van de vrouw Die myn eerste kinderkreten Opving in 't bezorgd gemoed? Die my, als ik weende, suste, Traantjes van de wangen kuste, Die my voedde met haar bloed?

Moederl wil bet niet gelooven, By den hemel die my ziet, Moederl wil bet niet gelooven, Neen, uw kind vergat u nietl

'k Ben bier vPr van wat bet leven Ginds ons zoets en schoons kan geven, En 't genot van de eerste jeugd, Vaak geroemd en hooggeprezen, Kan wel bier myn deel niet wezen : 't Eenzaam harte kent geen vreugd . Steil en doornig zyn myn paden, Onspoed drukt me bier ter-neer, En de last my opgeladen Knelt me, en doet bet hart me zeer . . . Laat bet slechts myn tranen tuigen, Als zoo menig moed'loos uur Me in den boezem der Natuur, 't Hoofd zoo treurig neer doet buigen ...

Vaak, als my de moed ontzonk, Is de zucht me schier ontvloden : „Vaderl schenk me by de dooden, „Wat bet leven my niet schonki M4X HAVELAAR. 21 „Vaderl geef me aan gene zyde „Als de mond des doods my kust, „Vaderl geef me aan gene zyde „Wat ik hier niet smaakte .. .Ruaa I

Maar, bestervend op myn lippen, Steeg de bet niet tot den Heer ... 'k Boog wel bet mijn knie8n neer, 'k Voelde wel een zucht me ontgiippen, Maar het was : „nog nid, o Heer I „Gee/ my eerat myn moeder veer P' VIERDE HOOFDSTUK.

Voor 1k verder go,, moet ik u zeggen dat do jonge Stern go . komen is. Hot is eon aardig ventje. Hy schynt vlug en bekwaam, maar ik geloof dat by schw&rmt. Marie is dertien jaar. Zyn uitzet is heel netjes, Ik heb hem aan 't kopyboek gezet, • zich to oefenen in den hollandschen styl . Ik ben benieuwd • er spoedig orders van Ludwig Stern zullen komen. Marie zal een paar pantoffels voor hem borduren ... . voor den jongen Stern, mean 1k. Busselink & Waterman hebben achter 't net gevischt . Een fatsoenlyk makolaar onderkruipt niet, dat zeg ikl

Den dag na dat kransje by de Rosemeyers, die in suEker doen, riep ik Fits. en gelastte hem my dat pak van Sjaalman to bren- gen. Ge moot weten, lezer, aat ik in mijn gezin zeer stipt ben op godsdienst en zedelykheid . Welnu, den vorigen avend, juist toen 1k mijn eerste peer had geschild, las ik op het gelaat van eon der meisjes, datrer lets in dat vers voorkwam, dat niet pluis was. Ikzelf had niet naar 't ding geluisterd, maar ik had bemerkt dat Betsy haar brood verkruimelde, en dat was my genoeg . Ge zult inzien, lezer, met iemand to doen to hebben, die weet wat er in do wereld omgaat. Ik liet me duo door Fits dat fraaie stuk van den laatsten avend voorleggen, en ik vond heel spoedig den regel die Betsy's broodje verkruimeld had . Er wordt dear gesproken van eon kind dat son de borst van de moeder ligt - dit kan er dbbr - maar : ,dat ter-nauwernood aan den moederlyken schoot onttogen is' zie, dit vond ik niet good - om daarover to apreken, mean ik - en myn vrouw ook niet . Marie is dertien jaar. Van kool of ooievaara wordt by ons aan hula niet geaproken, ook niet van Volewijk, maar zbb de zaken by den naam to noe- men, vied ik onbehoorlyk, omdat ik zoo op zedelykheid gesteld ben. Ik deed Fits, die dat ding nu eenmaal ,uitwendig wise' zooals Stern dit noemt, beloven dat by 't nooit weer opzeggen zou - althans niet voor by lid van Doctrina wezen zal, omdat daar geen jonge meisjes komen - en toen borg ik bet in myn Iessenaar, bet vers mean 1k . Maar ik moest weten of er niet meer in dat pak was, dat aanstoot geven kon . Daar ging ik son 't zoeken en bladeren. Alles lezen kon ik niet, want ik vond er

VAX aAVELAAB. 23 talen in, die ik niet verstond, maar zie, daar viel mijn oog op eon bundel. ,Verdag over de KoJficultuur in de Residentie Menado."

Myn hart sprong op, omdat 1k makelaar in koffi ben - Lau- riergracht N° 37 - en Menado is een good merle . Duo die Sjaal- man, die zulke onzedelyke verzen maakte, had ook in koffi gewerkt. Ik zag nu 't pak met eon heel ander oog aan, en vond er stukken in, die ik wel niet alle begreep, maar die werkelyk kennis van zaken aantoonden . Er waren Staten, opgaven, bere- keningen van cyfers, waaraan geen rym to bekennen was, en alley was met zulk een zorg en nauwkeurigheid bewerkt, dot 1k, ronduit gezegd - want ik houd van de waarheid - op bet denkbeeld kwam dot die Sjaalman, als de derde Work eons uit- viel - wat gebeuren kan, daar by oud en atuntelig wordt - heel good diens pleats zou kunnen innemen . Hot apreekt van- zelf dot ik eerst information nemen zou naar eerlykheid, geloof en fatsoen, want ik neem niemand op 't kantoor, voor ik dMr- van zeker ben. Dit is eon vast principe van me . Gy hebt bet gezien nit myn brief aan Ludwig Stern.

1k wilde voor bits niet weten dot 1k eenig belong begon to stel. len in den inhoud van dot pak, en stuurde hem daarom weg. 't Word mq inderdaad duizelig, toen ik zoo den eenen bundel v66r, den anderen na, opnam, en de opschriften las. Het is waar, er waren veel verzen onder, maar ik vond veel nuttigs ook, en ik stond ver- baasd over de verscheidonheid der behandelde onderwerpen . Ilk er- ken - want ik houd van de waarheld - dot 1k, die altijd in koffi gedaan heb, niet in staat ben de waarde van alley to beoordeelen, maar, ook zonder daze beoordeeling, de lyst der opschriften alleen was reeds kurieus. Daar ik u de geschiedenis van den Griek verteld heb, west ge reeds dat ik in myn jeugd eenigszins ben gelatinizeerd geworden, en hoezeer ik my in korrespondentie onthoud van ale citaten - wat op eon makelaarskantoor ook niet to-pas komen zou - dacht ik echter by bet zien van dot alles : multa, non multum. Of : de omnibus aliquid, de toto nihil.

Maar dot was eigenlijk moor uit oen soort van wrevel, en uit zekeren aandrang om de geleerdheid die voor my lag, in 't latijn aantespreken, dan wel omdat 1k bet precies meende. Want, waar ik 't eon of ander stuk wet longer inzag, moest ik erkennen dot de achryver me toescheen wel op de hoogte van zyn tank to staan, en zelfs dot by eon groote soliditeit in zijn redenee- ringen aan den dag legde. MAX RAVELAAR. 6

24 MAT sAVELLAE. Ik vond daar verhandelingen en opstellen :

Over hot S a n a k r i t, ale moeder van de germaanche taaltakken. Over de 8trafbepalingen op kindermoord. Over den oor8prong van den add. Over hot ver8chil tuaachen de begrippen : O n e i n d i g e t y d en Eeuwigheid . Over de kan8rekening. Over hot boek van Job. (Ik vond nog iets over Job, maar dat waren verzen .) Over protein in de atmo8pheriache lucht. Over de 8taatkunde van Bualand. Over de klinklelera, Over cellulaire gevangeniasen. Over de oude atelling omtrent hot :horror v a o u i. Over de wenechdijkheid der afachaffing van strafbepalingen op hater. Over de oorzaken van den opatand der Nederlandera tegen Spanje, n i e t liggende in de begeerte near godadienatige of ataatkundige vryheid. Over hot p e r p e t u u m mobile, de cirkelkwadratuur en den wortd van wortellooze getallen. Over de zwaarte van hot licht . Over den achteruitgang der beechaving sedert hat ontataan dea Chriatendoma (Hb?) Over de yalandache Mythologie. Over denEmilevanRousseau . Over de Civiale Rechtaordering in zaken van koophandel. Over S i r i u s ala middd punt van een zonneatelael. Over inkomende Bechten ala ondoeltre$end, onkieach, onrecht- awardig en onzedelijk. (Daarvan had ik nooit iota gehoord .) Over verzen ala oudde taal. (Dat geloof ik niet.) Over wile mieren. Over hat tegennatuurlyke van School Inrichtingen . Over de pro8titutie in hat huwelyk. (Dat is een schandelyk stuk .) Over hydrauli8che onderwerpen in verband met de ryatculuur . Over het achynbaar overwicht der weaterache beachaving . Over kadaater, regiatratie en zegel . Over kinderboekjea, fabela en 8prookjea. (Dit wil 1k wel eons lezen, omdat by op waarheid aandringt.) Over bemiddeling in den handel. (Dit bevalt me volstrekt niet. Ik geloof dat by de makelaars wil afsohaffen . Maar ik heb hot Loch ter-zyde gelegd, omdat er eon-en-ander in voorkomt, dat ik gebruiken kan voor myn book) .

MAX HAVELAAB. 25 Over suceeaaierecht, een der beste belastingen . Over de uitvinding der kuisheid . (Dit begryp ik niet). Over vermenigvuldiging. (Deze titel klinkt heel eenvoudig, maar or staat veel in dit stuk, waaraan ik niet vroeger gesacht had .) Over zeker aoort van geest der Fran8chen, een gevolg der ar- moede van hun taal. (Dit last ik golden . Geestigheid en armoede ... by kan het weten.) Over het verband tusachen de roman van A u g u s t L a f o n- t a i n e en de tering. (Dit wil ik eens lezen, omdat er van then Lafontaine boeken op zolder liggen. Maar by zegt, dat de invloed zich reeds openbaart in het tweede geslacht . Myn grootvader las niet.) Over de macht der Engelechen buiten Europa . Over list Oodsgericht in de middeleeuwen, en than . Over de rekenkunde by de Romeinen . Over de armoede aan polzie by toonzettera. Over pietietery, biologie en tafeldan. Over besmettelyke ziekten. Over den moorschen bouwtrant. Over de kracht der vooroordeelen, blykbaar uit ziekten die door tocht veroorzaakt heeten to zyn. (Heb ik het niet gezegd, dat do lyst kurieus was?) Over de duitsche eenheid. Over de lengte op zee. (Ik denk dat op zee alles wel even lang zal wezen ale op 't land.) Over de plichten van de regeering omtrent publieke vermake- lykheden . Over de overeentemming tusechen de achotache en friesche talen. Over prozodie. Over de echoonheid der vrouwen to Nimes en to Arles met ten onderzoek naar het etelsd van kolonizatie der Phoenicidra. Over landbouwkontracten op Java . Over list zuigvermogen van een nieuw-model pomp . Over legitimiteit van dynastidn. Over de tviksletterkunde in javaansche rhapsoden. Over de nieuwe wyze van revere . Over de perkusie, toegepast op handgranaten . (Dit stuk dateert van 1847, due van v66r Orsini.) Over het begrip van eer. Over de apokriefe boeken. OverdewettenvanSolon, Lykurgus, Zoroaster en Confucius. Over de ouderlyke macht. Over S h a k e s p e are ale geschiedachryver.

26 asses HAVSLAAB. Over de slaverny in Europa. (Wat hy hiermee bedoelt, be. gryp ik niet . Nu, zoo is er meer!) Over schroet/watermolene . Over 8ouverein recht van gratis. Over de chemische bestanddeden der ceyld»ache kaneel . Over de tucht der koopvaardyschepen. Over de opiumpacht op Java . Over de bepalingen omtrent hat verkoopen tan gif. Over htt doorgraven der landengte tan Suez, en de gevolgen daarvan. Over de betaling van landrente in natures Over de ko//ikedtuur to Menado. (Dit heb ik al genoemd). Over de scheuring tan het romeinsche ryk Over de gem ii t h l i o h k e i t der Duitschers Over de skandinavische E d d a. Over den plicht tan Frankryk, om in den Indischen Archipel zich ten tegenwicht tegen Engeland to verachaffen. (Dit was in 't Pransob . Ik weet niet waarom !) Over het azyn maker. Over de vereering van S e h i 11 e r en G i t h e in den duitechen tniddelstand. Over de aanspraken van den mensch op geluk . Over het recht van opstand by onderdrukking. (Dit was in 't Jim. vaanach. 1k ben then titel eerst later to weten gekomen .) Over de ministerieele verantwoordelykMeid. Over eenige punter in de krimineele rechtsvordering. Over hat recht van een yolk, to eischen dat de opgebraclte be . lasting ten-zynen-behoeve worde aangewend . (Dit was weer in 't javaanech.) Over de dubbele a en de griekache xra. Over hat bestaan van een onpersoonlyken God in de harten der mensehen, (Bone infame leugen.) Over den aryl. Over een konstitutie tan het Ryk INSULINDE . (Ik heb nooit van dat Ryk gehoord .) Over het gebrek aan epdhkustielc in onze taalregels. Over pedanterie. (Ik geloof dat dit stuk met veel kennis van zaken gesahreven is.) Over de verplichting van Europa aan de Portugezen . Over boschgeluiden. Over brandbaarheid van water . (Ik denk dat by sterk water bedoelt.) Over de melkzes. (Ik heb daarvan nooit gehoord . Hot sohynt lets in de nabyheid van Bands to zyn.)

MAY HAVSLees. 27 Over zienera en pro/den . Over elektriciteit ala beweegkracht, zonder week veer. Over ebbe en doed der be8chaving. Over epidemi8ch bederf in staathuishoudingen. Over bevoorrechte handelmaatschappyen. (Hierin komt een-en ander voor, dat ik noodig heb voor myn book .) Over dymologie ala hulpbron voor ethnologische atudien. Over de vogelnestklippen aan de jacasche Zuidkuat . Over de piaats waar de dag aanvangt . (Dit begryp 1k niet.) Over pereoonlyke begrippen ale maatataf der verantwoorde . iykheid in de zeddyke wereld. (Bespottelyk! Hy zegt dat ieder zyn eigen rechter moat wezen. Waar zou dat heen?) Over galanterie. Over den ver8bouw der Hebreen. Over de century of inventions van den Markies van Worcester. Over de niet-etende bevolking van hd es7and Rotti by Timor. (Het moat daar goedkoop leven zyn.) Over hat menachen-den der Battah'a, en hat koppenanellen der Al foeren. Over hat wantrouwen op de publieke zedelijkheid . (Hy wil, go- loof ik, de slotenmakers afschaffen . Ik ben er tegen .) Over ,het reeht" en „de reehten." Over B 6 r anger ala wysgeer. (Dit begryp ik weer niet.) Over den afkeer van de Maleiers van den Javaan . Over de onwaarde van hd onderwija op de zoogenaamde hoogeecholen. Over den lie/deloozen geest onzer vooroudera, blykbaar uit hue begrippen omtrent God. (Alweer een goddeloos stukl) Over den samenhang der zintuigen. ('t Is waar, toen 1k hem zag, rook ik rozenolie.) Over den puntwortel van den ko/Jiboom . (Dit heb ik ter-zy gelegd voor myn boek.) Over gevoei, gevodigheid, sensiblerie, empfindelei, enz. Over hd verwarren van Mythologie en Godsdienat. Over de aaguweer in de Molukken. Over de toekomat van den Nederlandechen handel . (Dit is eigen. lyk 't stuk, dat me bewogen heeft, myn bock to schryven. Hij zegt dat er niet altyd zulke groote koffiveilingen zullen gehon . den worden, en ik leaf voor myn vak.) Over Genesis. (Een infaam stuk!) Over de geheime genootachappen der Chinezen . Ova hat teekenen als natuurlyk 8chri/t. (Hy zegt dat een pas.

28 VAZ HAVELAAR_ geboren kind teekenen kan!) Over waarheid in poezie. (Wel zeker!) Over de impopulariteit der rystpelmolena op Java. Over hot verband tuaschen poezie en mathematiache weten- achappen. Over de Wajanga der Chinezen. Over den prye van de Java-kof. (Dit heb ik ter-zy gelegd.) Over een europee8ch muntstdad. Over beaproejing van gemeene velden . Over den invioed van de vermenging van raison op den geed . Over evenwielt in den handel. (Hy spreekt daarin van wissel- agio. Ik heb bet ter-zy gelegd voor myn book .) Over hot atandhouden van aziatische gewoonten. (Hy beweert dat Jezue eon tulband droeg .) Over de denkbeelden van M alt h u s omtrent hot cyf er der bevolking in verband met de onderhoudemiddden. Over de oorspronkelyke bevolking van Amerika. Over de havenhoo/den tan Batavia, Samarang en Soerabaia . Over bouwkunde ale uitdrukking van denkbeelden . Over de verhouding der europeesche ambtenaren tot de Begen- ten op Java. (Hiervan komt eon en ander in myn book.) Over hot woven in kelders, to Amsterdam . Over de kracht der dealing . Over do werkdoosheid tan eon Off, by volmaakte natuurwetten. Over hot zoutmonopolie op Jam Over de wormen in den aagopalm. (Die warden, zegt by, gegeten. . . . bah!) Over de Spreuken, den Prediker, hot Hooglied, en de p a n- t o e n a der Javanen. Over hot jus primi occupantis. Over de armoede der achilderkunat . Over de onzeddykheid van hot hengelen. (Wie heeft ooit daarvan gehoord?) Over de rnisdaden der Europeere buiten Europa . Over de eapenen der zuakkere dieraoorten. Over hot jus t a 1 i o n i s. (Alweer een infaam stuk! Daarin kwam eon gedicht voor, dat ik zeker allerschandelykst zon ge. vonden hebben, als ik 't uitgelezen had . (')

En dit was nog niet alles! flc vond, om van de verzen niet to spreken - er waren er in velerlei talon - eon aantal bundel- tjes waaraan hot opschrift ontbrak, romances in bet maleisob (') krygszangen in bet javaansch, en wat niet al! Ook vond ik

MAX HAVELAAB. 29 brieven, waarvan velen in talon die ik niet verstond . Sommigen waren aan hem geschreven, of liever bet waren sleohta afschriften doch by scbeen daarmee zeker plan to hebben, want alles was door zekere personen geteekend voor : gelykluidend met hel oor- apronkelyke. (7) Dan vond ik nog uittreksels nit dagboeken, aanteekeningen en lose gedachten ... . sommige werkelyk heel los.

Ik had, zooals ik reeds zeide, eenige stukken ter-zy gelegd, omdat ze my toeschenen in myn vak to-pas to komen, en voor myn vak leaf ik. Maar ik moat erkennen dat ik met de rest ver- legen was. Hem bet pak terugzenden, kon ik niet, want ik %ist niet waar by woonde . Het was nu eenmaal open. Ik kon niet loochenen dat ik 't had ingezien, en dit zou ik ook niet gedaan hebben, omdat ik zoo van de waarheid houd. Ook gelukte 't me niet bet weer z66 to sluiten dat er van 't openen nets blyken kon. Bovendien mag ik net ontveinzen dat eenige stukken die over koffi handelen, my belang inboezemden, en dat ik gaarne daarvan gebruik maken zou . Ik las dagelyks hier-en-daar eenige bladzyden, en ik kwam hoe langer hoe meer - Trite zegt : „hoe langs zoo meer" maar dit doe ik net - hoe meer, zeg ik. tot de overtuiging dat men makelaar in koffi moat wezen, om z66 juist to aeten to komen wat er in de wergild omgaat. Ik ben overtuigd dat de Rosemeyers, die in suiker doen, nooit zoo-iets onder de oogen hebben gehad .

Fu vreesde ik dat die Sjaalman op-eons weer voor me zou staan, en dat by me weer iets to zeggen hebben zou . Het be- gon me nu to spyten dat ik then avond de Kapelsteeg was in- gogaan, en i1c zag in, dat men nooit den fatsoenlyken weg ver- laten moat . Natuurlyk had by my om geld gevraagd, en van zyn pak gesproken. Ik had hem misschien fete gegeven, en als by my dan den volgenden dag die mama schryvery had toegezonden, ware bet myn wettig eigendom geweest . ($) Ik zou dan de tarwe hebbea kunnen scheiden van hot kaf, ik had er de nummers uit- gehouden, die ik noodig had voor myn boek, en de rest verbrand, of in de papiermand geworpen, hetgeen ik nu net doen kon . Want als by terugkwam, zou ik hot moeten leveren, en by ziende dat ik belang atelde in eon paar stukken van zijn hand, zou zeker to veal daarvoor vorderen. A fete geeft den verkooper nicer overwicht, den de ontdekking, dat de kooper om zijn w aar verlegen is . Zulk eon pozitie w ordt dan ook door een koopman die zyn vak verstaat, zooveel mogelyk vermeden.

Een ander denkbeeld - ik sprak er reeds van - dat bevy . ten moge hoe ontvankelyk bet bezoeken van do beurs iemand

30 MAX HAVL%Aes. laten kan voor menschlievende indrukken, was dit. Bastiaans - dit is de derde bediende die zoo oud en stuntelig wordt - was den laatsten tyd, van de dertig dagen zeker geen vyf-en- twintig binnon geweest, en i is by aan 't kantoor komt, doet by nog dikwijls zyn werk slecht. Ala eerlyk man ben 1k tegenover do firms - Last & Co., sedert de Meyers er nit zyn - verplicht to zorgen dat ieder zyn werk doe, en ik mag niet uit verkeerd begrepen medelyden of overgevoeligheid, het geld van de firms wegwerpen. Z66 is myn principe. Ik geef liever then Bastiaans uit myn eigen zak een driegulaen, dan dat ik voortga hem do zevenhonderd gulden 's jaars uittebetalen die by niet meer verdient. Ik heb uitgorekend dat die man sedert vier-en-der- tig jaren, aan inkomen - zoo van Last & Co., ale van La8t & Meyer, maar de Meyers zyn er nit - do som van byna vyftien duizend gulden genoten heeft, en dit is voor een burgerman een aardig sommetje. Er zyn er weinig in dien stand, die zoo- veel bezitten . Becht tot klagen heeft by due niet. Ik ben op deze berekening gekomen door dat stuk van Sjaalman over de multiplikatie.

Die Sjaalman schryft een goode hand, dacbt 11k . Bovendien by zag er armoedig uit, en wist niet hoe last hat was .... hoe zou 't wezen, dacht ik, ale ik hem de plaats van Baatiaans gaf? Ik zon hem in dat geval zeggen dat by my "m'heer" moest noe- men, maar dit zou h fzelf wel begrypon, want een bediende kan toch zyn patroon niet by den naam aanspreken, en hj ware mis- schien voor zyn leven geholpen. Hy zou kunnen beginnen met vier- of vyfhonderd gulden - onze Bastiaans heeft ook fang ge- werkt voor hij tot zevenhonderd opklom - en ik had ook een goede dead gedaan . Ja, met driehonderd gulden zou by wel kun- nen beginnen, want dear by nooit in zaken geweest is, zou by de eerste jaren ale leertijd kunnen besebouwon, wat dan ook bil- lyk is, want by kan zich niet gelyk-stellen met menachen die veel gewerkt hebben. Ik ben zeker dat by met tweehonderd gulden tevreden zou zyn. Maar ik was niet gerust over zyn gedrag .... by had een sjaal om. En bovendien, ik wist niot wear hij woonde.

Een paar dagen daarna, waren de jonge Stern en Prits to za- men op een boekverkooping geweest in het Wapen van Bern. (') Ik had Frits verboden iets to koopen, maar Stern, die ruin zak- geld heeft, kwam met eenige prullen tbuis. Dit is zyn zaak. Doch zie, daar vertelde Frits dat by Sjaahnan gezien had, die by de verkooping geemploieerd sebeen . Hy had de boeken uit de kasten genomen, en die up de lange tafol voortgeschoven near

MAY asv$rssa. 31 den afalager. Frits zei dat by zeer bleek zag, en dat een hear die daar hot opzioht sobeen to hebben, hem bekeven had, omdat by een paar jaargangen van do Aglaia had laten vallen, wat ik dan ook zeer onhandig vind, want dat is een allerliefste verza- meling van dameshandwerken. Marie heeft het semen met de Rosemeyers, die in suiker doen . Ze knoopt er nit .... nit do Aglaia meen ik. Maar onder dit kyven had Frits gehoord dat by vyftien stuivers daags verdiende . ,Denkie dat ik van plan ben vyftien stuivers daags aan jou w- eg to gooien7" had die beer gezegd . Ik rekende nit, dat vyftien stuivers daags - ik denk dat de zon- en feestdagen niot meetellen, anders had by een maand- of jaargeld genoemd - tweehonderd vyf- en-twintig gulden 'a jaars uitmaken. Ik ben snel in myn bealuiten - als men zoo lang in zaken is, weet men altyd terstond wat men to doen heeft - en den volgenden morgen vroeg was ik bij Gaaf. zuiger. Zoo beet de boekhandelaar die de verkooping gehouden haa. Ik vroeg naar den man die de Aglaia had laten vallen. - Die heeft zyn conga, zei Gaafzuiger. Hy was lui, pedant, en ziekelyk. Ik kocht een doosjen ouwels, en besloot terstond hat met onzen Bastiaans nog wat aantezien . Ik kon er niet toe besluiten, een oud man op straat to zotten . Strong, maar, waar bet wezen kan, zachtmoedig, is altyd myn principe geweest . Ik verzuim echter nooit iets to vernemen wat to-pas kan komen in de zaken, en daarom vroeg ik aan Gaafzuiger waar die Sjaalman woonde? Hy gaf my 't adres, en ik achreef hat op. lk peinsde gedurig over myn book, maar daar ik van waarbeid houd, moat ik ronduit zeggen dat ik niet moist, boo ik 't daar- mee zou aanleggen. Eon ding staat vast : de bouwstoffbn die 1k in Sjaalman'a pak gevonden had, waxen belangryk voor de ma- kelaars in koffi. De vraag was maar, hoe ik handelen moest om die bouwstoffen behoorlyk to sohiften en by-een to brengen. Ieder makelaar weet van hoeveel gewicht eon goede sorteering der kavelingen is.

Maar . .. . schryven - buiten de korresponc.entie met de prin- oipalen - ligt zoo niet in myn kring, en toch voelde ik dat ik schryven moest, omdat misschien de toekomst van 't vak er van afbangt. De inlichtingen die ik in de bundels van Sjaalman vond, zyn niet van then aard, dat Last & Co. hat nut daarvan voor zich alleen kunnen houden . Ale dit zoo ware, begrypt ieder dat ik niet de moeite zou nemen een book to laten drukken dat Busselinck & Waterman ook to lezen krygen, want wie een konkurrent op den weg helpt, is een gek . Dit is een vast prin.

32 MAY sAVELAAB& tips van me. Neon, ffi zag in dat er eon gevaar dreigt, dat de beele koffimarkt bederven zou, eon gevaar dat alleen door de vereende kraehten van alle makelaars kan Borden afgeweerd, en zelfs is 't mogelyk dat deze kraehten daartoe niet eons voldoende zyn, en dat ook de suikerraffinadeurs - Fits zegt : raffineura, maar ik sohryf nadeura. Dit doen de Rosemeysrs ook, en die doen in suiker. Ik weet wel dat men zegt : gera ffineerde sehelm, en niet geraffinadeerde sehelm, masr dat is omdat ieder die met schelmen to doen heeft, zicb zoo kort mogelijk van do zaak af- helpt - dat ook de raffinadeuus dan, en de handelaren in indigo er by noodig zullen wezen. Als ik zoo al schryvende nadenk, komt het me voor, dat zelfe de scheepsreederyen er eenigszin$ in betrokken zijn, en de koop- vaardyvloot .. . zeker, dit is waarf En do zeilenmakers ook, en de minister van finantien, en de armbesturen, en de andere mi- nisters, en do pasteibakkers, en de galanteriekramers, en de vrou- wen, en de scheepsbouwmeesters, en de groothandelaars, en die in 't klein verkoopen, en de buisbewaarders, en cte tuinlui . En - zonderling toch, hoe de gedachten onder 't schryven in iemand opkomen - myn book gaat ook de molenaars aan, en de dominoes, en hen die Rollowaypillen verkoopen, en de likeur . stokers, en de pannebakkers, en de mensohen die van staats- schuld leven, en de pompenmakers, en de touwslagers, en de wevers, en de slachters, en de klerken op eon makelaarskantoor, en do aandeelhouders van de Nederlandsche Handelmaatachap- py, en eigenlyk, eel beschouwd, ells anderen ook. En den koning ook .. .ja, den koning vooral! Mijn book most do wereld in. Hiertegen is nets to doen , Last dan Busselinck en Waterman hot ook to lezen krygen ... of-I gunst is myn zaak niet. Maw knoeiers en onderkruipers zyn ze, dit zeg ik I Ik heb 't vandaag nog aan den jongen Stern ge. zegd, teen ik hem in Artie introduceerde. Hy mag 't gerust schryven aan zijn wader. Zoo zat ik dan voor eon paar dagen nog vreeselyk in den brand, met myn book, en zie, Fits heeft my op den weg gebolpen . Ik heb dit hemzelf niet gezegd, omdat ik net goedvind iemand to laten merken dat men verplichting aan hem heeft - dit is eon principe van me - maar weAr is het. Hy zei dat Stern zoo'n knappe jongen was, dat by zulke snelle vorderingen in de teal maakte, en dat by duitsche verzen van Sjaalman in 't hol- landsch vertaald had. Ge ziet, de verkeerde wereld was in myn buis : de Hollander had in 't duitsch geschreven, en de Duit-

MAY HAVELAAS. 33 scher vertaalde in 't hollandsch. Ala ieder zich by zyn eigen taal had gehouden zou or moeite gespaard zyn . Maar, dacht 1k, ale ik myn book door then Stern schryven liet i Ala ik er wat by to voegen hob, scbryf ikzelf van-tyd tot-tyd eon hoofdstuk. Frits kan ook helpen, Hy heeft eon lijstje van woorden die met twee e's geschreven worden, en Marie kan alles in 't net schryven . Dit is meteen voor den lezer eon waarborg tegen alle onzede- lykheid. Want dit begrijpt ge tocb, dat een fatsoenlyk makelaar aan zyn dochter nets in handen geven zal, wat niet strookt met zeden en fatsoen. Ik heb toen de beide jongens over myn plan gesproken, en ze vonden hot goad. Alleen scheen Stern, die eon tint van letter. kunde over zich heeft - zooals veel Duitschers - stem to wil- len hebben in do wyze van uitvoering . Dit beviel me nu wel met zeer, maar omdat do voorjaarsveiling op-hand is, en 1k van Ludwig Stern nog goon orders hob, wilde 1k hem net to stork kontrarieeren. Hy zei dat : ,als de borst hem gloeide van gevoel voor het ware en schoone, goon macht ter-wereld hem beletten kon de tonen aan to slaan, die met zulk eon gevoel overeen . stemmen, en dat by veel liever zweeg, dan zyn woorden om- klemd to zien door de onteerende kluisters der alledaagsheid" .- Frits zegt : 8chheid, maar dit doe ik net. 't Woord is lang ge . noeg zoo. - Ik vond dit nu wel heel gek van Stern, maar myn vak gnat me v66r alles, en de Oude is eon good huis. We stel- den dus vast : 1° Lat by alle wezen eon paar hoofdstukken zou leveren voor myn book . 2° Dat ik in zyn geschryf nets zou veranderen. 30 Dat Frits de taaifouten verbeteren zou. 4° Dat ik nu-en-dan eon hoofdstuk schryven zou, om Ran 't book eon soliede voorkomen to geven. b° Dat do titel zou wezen : de kofveilingen der Nederlandache Handelmaatschappy. 6° Dat Marie eon net afschrift zou maken voor den druk, maar dat men geduld met haar zou hebben, als de wasch kwam. 7° Dat de afgewerkte hoofdstukken elks week op den krans zouden worden voorgelezen . 8° Dat alle onzedelykheid zou worden vermeden . 9° Dat myn naam net op den titel zou staan, omdat ik ma, kelaar bon . 10° Dat Stern eon duitsche, eon franache, eon engelacle ver- taling van myn book zou nnogen uitgeven, omdat - zoo

34 MAX UAYBLAABL beweerde by, - zulke werken beter in 't buitenland wor- den begrepen dan by one. 11° (Hierop drong Stern zeer aterk aan) Dat ik Sjaalman eon riem papier, eon gros pennon, en eon kruikjen inkt zen- den zou. Ik nam met alles genoegen, want er was groote haast by myn book. Stern had den volgenden dag zyn eerste hoofdstuk gereed, en ziedaar, lezer, de vraag beantwoord, hoe 't komt dat een ma- kelaar in koffi - Last c Co., Lauriergracht No. 37 - een book schryft dat op eon roman gelykt. Nauwelyka echte .- was Stern aan zyn work begonnen, of by stuitte op moeielykheden . Buiten de zwarigheid om uit zooveel bouwstoffen het noodige nit to zoeken en to rangschikken, kwa. men er gedurig in de handschriften woorden en uitdrukklngen voor, die by niet begreep, en die ook my vreemd waxen. Hot was meestal javaansch of maleisch . Ook waren hier-en-daar verkor- tingen aangebracht, die moeielyk to ontcyferen waxen. Ik zag in, dat we Sjaalman noodig hadden, en daar ik hot voor eon jong menach niet good vindt, dat by verkeerde konneai6n aan- knoopt, wilde ik noch Stern noch Frits daarheen zenden . Ik nam suikergoed mee, dat overgebleven was van den laataten krans . avend - want ik denk altyd aan alles - en ik zocht hem op. Sehitterend was zyn verblyf niet, maar do gelykheid voor alle menachen, duo ook wat hun woningen aangaat, is eon hersen- sohim . Hyzelf had dit gezegd in zyn verhandeling over de aan- spraken op geluk . Bovendien ik houd niet van die altyd ontevre- den zyn. Hot was in de Lange Leidsche dwarsstraat, op eon achterka . mer. In 't onderhuis woonde een uitdrager die allerlei dingen ver- koeht, kopjes, scbotels, meubels, oude boeken, glaawerk, portret . ten van Van Speyk, en zoo al meer. Ik was zeer bang iota to broken, want in zoo'n geval vorderen de menschen altyd meer geld voor de zaken dan ze waard zyn . Ben klein meisje zat op de stoop, en kleedde haar pop aan . Ik vroeg of m'nheer Sjaalman dear woonde t Ze liep weg, en de moeder kwam . - Ja, die woont hier, meneer. Gaat uwee maps de trap op na 'et aerate pe-taal, en dan de trap na 't twoede pertaal, en dan nog 'en trap, en dan is uwee-d-er, want uwee komt er van- zelf. Myntje, ga 'a eefe segge datter 'en heer is. Wie kanse segge, dat er is, meneer ? Ik zel dat 1k m'nheer Droogstoppel was, makelaar in kof l, van de Lauriergracht, maar dat ik mezelf wel zou aandienen .

MAX sev$rses . 35 Tk klom zoo hoog als gezegd was, en hoorde in bet derde por . tsaal een kinderstem zingen : atrakjes komt vader, die node papa . Ik klopte, en de dour ward geopend door een vrouw of dame - 17c west zelf niet recht wat ik van haar maken moest . Ze zag zeer bleek . Haar trekken droegen sporen van vermoeidheid, en deden me denken aan myn vroua als de wasch beredderd is . Ze was gekleed in een wit lang hemd, of jak zonder schoot, dat haar tot de knieen hing, en aan de voorzyde met een zwart speldje was vastgemaakt. Inplaata van een behoorlyke japon of rok, droeg ze daaronder een stuk donker gebloemd lynwaad, dat eenige malen om bet lyf gewikkeld scheen, en hare heupen en knieen .yry nauw omsloot. Er was geen spoor van plooien, wydte of omvang, zooals dit by een vrouw toch behoort . 1k was bly dat ik Frits niet gezonden had, want haar kleeding kwam me zeer onkiesch voor, en bet vreemde daarvan werd nog verhoogd door de losheid waarmee ze zich bewoog, als vond ze zich heel goad zoo. Hot menach scheen volstrekt niot to weten dat ze er niet nitzag als andere vrouwen. Ook kwam bet me voor, dat ze volatrekt niet verlegen was over myn komst. Ze verborg nets onder de tafel, verschoof de stoelen niet, en deed nets van wat toch bet gebruiik is, als er een vreemdeling komt van een deftig voorkomen . Ze had als een Chinesche, de haren achter over gekamd, en die achter bet hoofd in eon soort van strik of knoop saamge- bonden. Later bob ik vernomon dat hear Weeding een soort van indi8che dracht is, die ze daar-te-lande sarong en kabaai noemen, maar do vond bet heel leelyk . - Is u juffrouw Sjaalman f vroeg 1k. - Wien heb ik de eer to spreken t zeide zy, en wel op een toon waarin iets lag, alsof ook ik wat eer had moeten brengen in mijn vraag. Nu, van kompiimenten bond ik net . Met eon prinoipaal is dit wat anders, en ik ben to lang by de zaken, om myn wergild net to kennen. Maar om daar veal omslag to verkoopen op een derde verdieping, vond ik niet noodig . Ilk zei due kort-af, dat ik m'nheer Droogstoppel was, makelaar in koffi, Lauriergracht No. 37, en dat ik haar man spreken wilds. Wel ja, waarom zou ik omslag maken Y Ze wees my een matten stoeltjen aan, en nam een klein meisje op den schoot, dat op den grond zat to spelen. De kleine jon- gen then ik had hooren zingen, zag me strak aan, en bekeek me van 't hoofd tot de voeten. Die scheen ook volstrekt niet verlegen! Het was een knaapje van een jaar of zes, ook al vreemd

36 MAX HAVEr.ASSE gekleed. Zyn wyd broekje reikte ter-nauwernood tot de helft van de dy, en de beentjos waren bloot van daar tot aan den enkeL Heel indecent, vind ik. ,Kom je om papa to spreken ?" vroeg hij op-eens, en 1k begreep terstond dat de opvoeding van dat knaapje veel to aenschen overliet, anders had hy : „komt u" gezegd. Maar omdat ik met myn houding verlegen was, en wel vat praten wilde, antwoordde ik :

- Ja, kereltje, ik kom om je papa to spreken. Zon hij spoe . dig komen, denkje? "Dat weet ik niet. Hy is nit, en zoekt geld om een verfdoos voor me to koopen. (Frits zegt : verwdooa, maar dit doe ik niet. Verf is verf, en geen verw). - Stil, myn jongen, zei de vrouw . Spool wat met de prenten, of met de chinesche speeldoos. - Je weet immers dat die m'nheer gister alles heeft meege- nomen.

Ook zyn moeder noemde hy : je, en er sobeen een ,heer" ge- weest to zyn, die alles ,meegenomen had" ... . eon vroolyk be- zoekl De vrouw scbeen ook niet opgeruimd, want ter-sluik wischte zy haar oog af, terwyl zy't kleine meisje by haar broertje braoht . ,,DMr, zeide zy, speelt wat met Nonni ." Eon rare naam. En dit deed hy. - Wel juffrouw, vroeg, DE, verwaoht u spoedig uw man? - Ik kan 't niet bepalen, antwoordde zy .

Daar liet op-eens de kleine jongen, die met zyn zusje achuit . jevaren gespeeld had, daze in den steek, en vroeg my : - M'nheer, waarom zeg je tegen mama : juffrouwP - Hoe dan, kereltje, zei ik, wat moat ik dan zeggen? - Wel .... zooals andere menschen! De ju//rouw is beneden. Ze verkoopt scbotels en priktollen. Nu ben ik makelaar in koffi - Last & Co., Lauriergraobt, No. 37 - we zyn met ons dertienen op 't kantoor, en als ik Stern meereken, die geen safaris ontvangt, zyn er veertien. Wel. nu, myn vrouw is : juffrouw, en moest ik nu tegen dht mensch mevrouw zeggen? Dit ging toch niet! Ieder moat in zyn stand blyven, en wat meer is, gister hadden de deurwaarders den boel weggehaald. lk vond myn: ju//rouw due w6l, en bleef er by. Ik vroeg waarom Sjaalman zich niet by my had aangemeld om zyn pak terug to halen? Ze scheen er van to weten, en zei dat zy op-reis waren geweest, en wel naar Brussel. Dat by daar voor de Indkpendance gewerkt had maar dat by er niet had

MAX UAVIMASR . 37 kunnen blyven, omdat zyn artikcels oorzaak waren dat het blad aan de fransche grenzen zoo dikwijls werd afgewezen . Dat ze sedert eenige dagen in Amsterdam teruggekeerd waren, omdat Sjaalman bier eon betrekking zou krijgen .... - Zeker by Gaafzuiger? vroeg UL Ja, dat was het! Maar dit was tegengeloopen, zeide zy . Nu, hiervan wist ik meer dan zyzelf. Hy had de Aglaia laten vallen en was lui, pedant en ziekelijk .... precies, dbdrom was by weggejaagd. - En, ging ze voort, dat by zeker dozer dagen by my komen zou, en misschien wel juist naar my toe was, om antwoord to vragen op 't verzoek dat by my gedaan had. Ik zei dat Sjaalman maar eens komen zou, maar dat by niet moest echellon, want dit is zoo lastig voor de meid. Ala by wat wachtte, zei 1k, zou de deur wel eons opengaan, ale er iemand nit moest. En toen ging ik been, en nam myn bruidsuikers weer mee, want, ronduit gezegd, het beviel me daar niet. Ik voelde me niet op myn gemak. Een makelaar is toch geen kruier dunkt me, en ik beweer dat ik er fatsoenlyk uitzie. Ik had myn jas met bont aan, en toch zat ze daar zoo eenvoudig, en praatte zoo kalm met haar kinderen, alsof ze alleen was. Bovendien ze scheen geschreid to bebben, en ontevreden menschen kan ik niet verdragen. Ook was 't er koud en ongezellig - zeker omdat de boel weggehaald was - en ik houd veel van gezelligheid in eon kamer. Onder hot near-huis gaan besloot ik bet met Bastiaans nog eons aantezien, omdat ik niet gaarne iemand op-straat zet . Nu volgt de eerste week van Stern . Hot spreekt vanzelf dat er veel in voorkomt, dat my niet bevalt . Maar ik most me hou. den aan artikel twee, en do Rosemeyers hebben 't good gevon. den . Ik geloof, dat ze Stern in de hoogte ateken, omdat by eon oom heeft to Hamburg, die in suiker doet. Sjaalman was er inderdaad geweest . Hy had Stern gesproken, en aan dezen eenige woorden en zaken uitgelegd, die by niet begreep. Die Stern niet begreep, mean 1k . Ik verzoek nu den lezer de volgende hoofdstukken door to byten, dan beloof ik na- derhand weer iets van meer solieden aard, van my, Batavus Droogstoppel, makelaar in koffi : Last & Co., Lauriergracht No. 37. VYFDE HOOFDSTUK.

Er was des morgens to tien ure eene ongewone beweging op den grooten weg die de afdeeling Pandeglang verbindt met Lebak (10). ,Groote weg" is misschien wat veal gezegd voor 't breede voetpad dat men, uit beleefdheid en bij-gebrek aan beter, de „weg" noemde. Maar als men met een vierspannig rytuig vertrok van Serang, de hoofdplaats der residentie Bantam, met het voornemen zich to begeven naar Rang-Betoeng, de nieuwe hoofdplaats van 't Lebaksche, kon men nagenoeg zeker zyn, te- eeniger-tijd daar aantekomen . 't Was dus een weg. Wel bleef men gedurig steken in de modder, die in de Bantam8che laag- landen zwaar, kleierig en klevend is, wel was men telkens ge- noodzaakt hulp in to roepen van do bewoners der naastby gele- gen dorpen - ook al waren ze niet zegr naby, want de dorpen zyn met menigvuldig in die streken - maar als men er dan ein- delyk in geslaagd is, een twintigtal landbouwers nit den om- trek by-een to krygen, duurde het gewoonlijk niet zeer lang, voor men paarden en wagen wader op vasten grond had gebracht . De koetsier klapte met de zweep, de loopers - in Europa zou men, geloof ik, zeggen ,palfreniers" of liever, er bestaat in Euro- pa pieta wat met deze loopers overeenkomt - die onverge- lykbare loopers dan, met hun korte dikke zweepjes, huppelden weer aan de zyde van hat vierspan, kreschen onbeschryfelyke geluiden, en sloegen de paarden tar-aanmoediging onder den buik. Zoo hosts men dan eenigen tyd voort, tot hat verdrietig oogen- blik weer daar was, dat men tot over de assen wegzonk in de modder. Dan begon hat geroep om hulp opnieuw . Men wachtte geduldig tot die hulp kwam, en . .. . sukkelde verder . Dikwijls, als ik then weg langs ging, was 't my ala zou ik hier of daar een wagon vinden met reizigers uit de vorige eeuw, die in de modder gezakt, en vergeten waren . Maar dit is me nooit voorgekomen. Ik veronderstel duo dat alien die ooit dezen weg lailgs kwamen, eindelyk zyn aangeland waar ze wezen wilden . Men zou zich zeer vergissen, wanneer men zich van den ge- heelen grooten weg op Java, een denkbeeld vormde naar den maatstaf van dien weg in 't Lebakache. De eigenlyke heirbaan

VAa HAVELAAB. 39 met zyn vela zytAkken, die de maarschalk Daendels met groote opoffering van yolk deed aanleggen (11) is inderdaad eon praoh. tig stuk works, en men staat verbaaad over de geestkracht van den man die, ondanks alle bezwaren welke zyn benyders en te- genstanders in 't moederland hem in den weg legden, den onwil der bevolking en de ontevredenheid der hoofden durfde trotsen, om iets tot-stand to brengen, dat thane nog de bewondering van iederen bezoeker opwekt en verdient .

Geen paardenpostery dan ook in Europa - zelfs niet in En . geland, Rusland of Hongarije - kan met die op Java worden gelyk gesteld . Over hooge bergruggen,langs diepten die n doen yzen, vliegt do zwaar bepakte reiswagen in 66n galop voort . De koetsier zit als op den bak genageld, uren, ja, gansohe dagen achtereen, en zwaait de zware zweep met yzeren arm. - Hy weetjuist to berekenen waar en hoeveel by de hollende paarden moot inhouden, om na vliegend dalen van eon berghelling, ginds aan then hook ....

- Myn God, de weg is . ... weg! We gaan in eon afgrond, gilt de onervaren reiziger, daar is geen weg .. . . daar is de dieptet

Ja, zoo schynt bet . De weg kromt zich, en juist als 66n ga- lopsprong verder, vasten grond zou doen verliezen can't voorspan, wenden zich de paarden,en slingeren bet voertuig den hook om. Ze vliegen de berghoogte op, die ge eon oogenblik vroeger niet zaagt, en.... de afgrond ligt achter u . Er zyn, by zulke gelogenheid, oogenblikken dat de wagen &I- loon rust op de raderen aan de buitenzyde van den boog then ze beschryft : de middelpuntvliedende kracht heeft de binnenwie . len van den grond geboven. Er behoort koelbloedigheid toe, do oogen niet to sluiten, en wie voor 't eerst op Java reist, sohryft aan zyn familie in Europa, dat by in levensgevaar verkeerd heeft. Maar wie er to-huis behoort, lacht om then angst. Hot is myn doel niet, vooral niet in bet begin van myn ver- telling, den lezer lang bezig to houden met bet beschryven van plaatsen, landschappen of gebouwen. Ik vreea to zeer hem af- teschrikken door wat zweemen zou naar langdradigheid, en eerst later, als ik gevoel dat by voor my gewonnen is, als ik nit blik en bonding bemerk dat bet lot van de heldin die ergens van 't balkon eener vierde verdieping springt, hem belang inboezemt, dan last 1k, met stoute veracbting van alle wetten der zwaarte- kraeht, haar zweven tussohen bemel en aarde, tot ik myn hart heb lucht gegeven in de nauwkeurige schets der schoonheden van

MAX HAVELAAR. 7

40 Vex sAV3rsexL hot landschap, of van 't gebouw dat daar ergens schynt geplaatst to zyn om eon voorwendsel aan do hand to doen tot eon veel- bladzydig vertoog over middeleeuwsche architektuur . Al die kas- teelen gelyken op elkaar . Onveranderlyk zyn ze van heterogene bouworde. Het corps de logic dagteekent altyd van eenige regee- ringen vroeger dan do aanhechtsels die onder dozen of genen lateren koning daarby zyn gevoegd . Do torens zyn in vervallen staat . .. Waarde lezer, er zyn geen torens. Ben toren is eon denkbeeld, eon droom, eon ideaal, eon verzinsel, onverdragelyke grootspraak! Er zyn halve torens, en .. . torentjes. De geestdryvery die torens meende to moeten zetten op de gebouwen die opgericht werden ter .eere van dezen of genen heilige, duurde niet lang genoeg om ze to voleinden, en de spite die de geloovigen near den hemel moeten wyzen, rust, gewoon- lyk eon paar omgangen to laag, op de massieve bazis, 't goon denken doet aan den man zonder dyen op de kermis . Alleen torentjee, Heine naaldjea op dorpskerken, zijn afgewerkt. Hot is waarlyk niet vleiend voor do westerache beschaving, dat zelden het denkbeeld om eon groot work tot-stand to bran . gen, zich lang genoeg heeft kunnen staande houden om dat werk vo1ind to zien. Ik epreek nu niet van ondernemingen welker afwerking noodig was om do kosten to dekken. Wie juist weten wil wat ik bedool, ga den Dom to Keulen zien . Hy geve zich rekenschap van de grootsche opvatting van dat gebouw, in de ziel des bouwmeesters Gerhard von Riehl .. . van 't geloof in de harten des yolks, dat hem in staat atelde dat work aantevan . gen en voorttezetten .. . van den invloed der denkbeelden die zulk eon kolos noodig hadden om ale zichtbare voorstelling to dienen van hot ongezien godsdienstig gevoel .. . en by verge . lyke doze overspanning met de richting, die eenige eeuwen later het oogenblik deed geboren worden, waarop men 't work staakte.. . Er ligt eon diepe kloof tusachen Erwin von Steinbach en onze bouwmeesters! Ik weet dat men sedert jaren bezig is deze kloof to dempen. Ook to Keulen bouwt men weder aan den Dom . Maar zal men den afgebroken dread weer kunnen aanhechten? Zal men terugvinden in ogre dagen, wat toen de kracht uitmaakte van kerkvoogd en bouwheer? Ik geloof het niet. Geld zal wel to bekomen zyn, en hiervoor is steen en kalk te-koop . Men kan den kunstenaar betalen, die eon plan ontwerpt en den metselaar die do steenen legt. Maar niet voor geld to-koop is 't verdwaald en toch eorbiedwaardig gevoel dat in eon bouwontwerp een

MAX ssvsrsex. 41 dichtstuk zag, een dichtstuk van graniet, dat luid sprak tot het yolk, een dichtstuk in mariner, dat dit:r stond Ws eon onbewe- gelyk voortdurend eeuwig gebed. Op de grens tusschen Lebak en Pandeglang dan, was op ze- keren morgen een ongewone beweging. Honderden gezadelde paarden bedekten den weg, en duizend menschen voor 't minst - wat veel was voor die plek - liepen in bedryvig waohten heen- en-weer. Hier zag men de hoofden der dorpen, en de distrikts . hoofden nit hat Lebaksche, allen met hun gevolg, en to oordeelen naar den schoonen basterd-arabier die in zyn ryk tuig op den zilveren watertrens knabbelde, was ook eon hoofd van hoogeren rang op deze plaats aanwezig. Dit was dan ook hat gevaL De Regent van Lebak, Radhen, ddhipatti Karta Natta Negara (11) had met groot gevolg Rangkas Betoeng verlaten, en ondanks zyn hoogen ouderdom de twaalf of veertien palen afgelegd, die zyn woonplaats scheiden van de grenzen der naburige afdeeling Pan- deglang. Er ward een nieuwe adsistent-resident verwaeht, en hot ge- bruik, dat in Indig meer dan ergens kracht van wet heeft, wit dat de beambte die met het bestuur eener afdeeling belast is, feestelyk worde ingehaald by zijn aankomst . Ook de kontroleur, een man van middelbaren leeftyd, die sedert eenige maanden na den dood van den vorigen adsistent-resident, als eerstopvolgende in rang hat bestuur had waargenomen, was daar tegenwoordig. Zoodra hat tydstip der komst van den nieuwen adsistent-resi- dent bekend was, had men in-aller-ijl een pendoppo doen oprich- ten, een tafel en eenige stoelen daarheen gebracht, en eenige ververschingen gereed gezet . In daze pendoppo wachtte de Re- gent met den kontroleur de aankomst van den nieuwen chef af . Na een hoed met breeden rand, een regenscherm, of een hollen boom, is een pendoppo zeker de eenvoudigste uitdrukking van het denkbeeld : dak. Verbeeld u vier of zes bamboezen palen in don grond geslagen, die aan de boveneinden met elkander ver- bonden zyn door andere bamboos, waarop een deksel is vastge- hecht van de lange bladen van den waterpalm die in deze stre- ken atap heet, en go zult u dusdanige pendoppo kunnen voor- stollen . Hot is, zooals ge ziet, zoo eenvoudig mogelyk, en hat moest hier dan ook slechts dienen als pied d terre voor de euro- pesche en inlandsche beambten die daar hun nieuw opperhoofd kwamen verwelkomen aan de grenzen . Ik hob me niet volkomen juist uitgedrukt, toen ik den adsis- tent-resident hat opperhoofd, ook van den Regent, noemde. Ben

42 MAX sevsrsssL uitweiding over 't mechanismus van het bestuur in daze landstre- ken is pier, tot juist begrip van hetgeen volgen zal, noodzakelijk .(u) Hot dusgenaamd Nederland.ech-India-'t adjektief nederlandech komt me eenigszins onnauwkeurig voor, dooh 't ward officieel aangenomen ( 1') - is, wat de verhouding van het moederland tot do bevolking aangaat, to spliteen in twee zeer versohillende hoofddeelen. Ben gedeelte bestaat uit stammen walker vorsten en vorstjes de opperheersohappy van Nederland ale atczerein er- kend hebben, doch waarby nog altyd hat rechtstreeksoh bestuur in meer of minder mate gebleven is in handen van de ingeboren Hoofden zelf. Een ander gedeelte, waartoe, - met een zeer kleine, wellicht maar schijnbare uitzondering - geheel Java be- hoort, is reohtatreeks onderworpen aan Nederland. Van cyns of sohatting of bondgenootechap is hier geen spraak. Do Javsan is nederland8cle onderdaan, De Kt ring van Nederland is zyn ko- ning. De afstammelingen zyner vorige vorsten en heeren zyn nederlandache beambten. Ze worden aangesteld, verplaatat, be- vorderd, door den Gouverneur-generaal die in-naam van den Bo- ning regeert. Do misdadiger wordt veroordeeld en gevonnisd near een wet die van '8 Gravenhage is uitgegaan. Do belasting die de Javaan opbrengt, vloeit in de sohatkist van Nederland. Van dit gedeelte alechts der nederlandsche bezittingen, dat alzoo inderdaad deel uitmaakt van hat Koningrijk der Neder- landen,zal in daze bladen hoofdzakelyk sprake zyn. Den Gouverneur-generaal staat een Read ter zyde, die echter op zyn bealuiten goon beslisaenden invloed heeft . To Batavia zyn de ondersoheidene bestuurstakken verdeeld in ,departemen- ten' aan welker hoofd Direkteuren geplaatat zyn, die den scha- kel uitmaken tusechen het opperbestuur van den Gouverneur- generaal en de Residenten in de provincie . By behandeling evenwel der zaken van politieken aard, wenden zich deze beambten recht- streeks tot den Gouverneur-generaaL De benaming Resident is herkomstig uit den tyd toen Neder. land nog slechts middellyk ale leenheer de bevolking beheerachte, en zich aan de hoven der nog regeerende Vorsten door Resi- denten liet vertegenwoordigen. De vorsten bestaan niet meer, en de residenten zyn, ale gewestelyke Gouverneurs of prae/ecten bestuurders van landschappen geworden . Hun werkkring is ver- anderd, dooh de naam is gebleven . Hot zyn deze residenten, die eigenlyk het nederlandsch gezag tegenover de javaanache bevolking vertegenwoordigen . Hot yolk kent noch den Gouverneur-generaal, noch de Raden van India,

VA HAVErAAL 43 noch de Direkteuren to Batavia . Hot kent slechts den Resident, en de beambten die onder hem besturen. Een dusdanige residentie en er zyn or, dib byna eon millioen zielen bevatten - is verdeeld in drie, vier of vyf afdeelingen of regentschappen, aan welker hoofd Adaistent-residenten go- plaatst zyn . Onder dozen weder wordt het bestuur uitgeoefend door kontroleurs, opzieners en eon tal van andere beambten die noodig zyn voor de inning der belastingen, voor het toezicht over den landbouw, voor het oprichten van gebouwen, voor de water- staatswerken, voor de policie en voor hot rechtswezen . In elke afdeeling ataat eon inlandech hoofd van hoogen rang met den titel van Regent, den adsistent-resident tar-zyde . Zoo- danig Regent, hoewel zyn verhouding tot hot bestuur en zyn werkkring geheel die is van eon bezoldigd beambte, behoort altyd tot den hoogen adel des lands, en dikwyls tot de familie der vorsten die vroeger in dat landschap of in de nabuurschap on- afhankelijk geregeerd hebben . Zeer staatkundig wordt alzoo go- bruik gemaakt van hun alouden feodalen invloed - die in Azie over 't geheel van groot gewicht is, en by de meeste stammen als punt van godsdienst wordt aangemerkt - dewyl door het, benoemen dezer hoofden tot beambten, eon hierarchic wordt ge- schapen, aan welker spits het nederlandsch gezag staat, dat door den Gouverneur-generaal wordt uitgeoefend. Er is niets nieuws onder de zon. Worden niet de Ryka-, Mark-, Gau-, en Burggraven van het duitsehe Ryk evenzoo door den Keizer aangesteld, en meestal gekozen uit do Baronnen? Zon- der uitweiding over den oorsprong des adels, die gebeel in de natuur ligt,wensch ik toch plaats to geven aan de opmerking hoe in ons werelddeel en ginds in 't verre India, dezelfde oor- zaken dezelfde gevolgen hadden . Ben land moot op verren af. stand geregeerd worden en hiertoe zyn beambten noodig, die 't centraal gezag vertegenwoordigen. Onder hot stelsel van mi- litaire willekeur, kozon de Romeinen hiertoe de Praefecten, in den aanvang geaoonlijk do bevelhebbers der legioenen, die 't be- doelde land hadden ten-onder gebracht . Zulke landstreken bleven dan ook ; provincien, dat is : wingewesten. Maar toen later hot centraal gezag des duitschen Ryks behoefte voelde, eenig ver gelegen yolk aan zich to binden op andere wyze dan door stof- felyk overwicht alleen, zoodra eon verwyderde streek word be- schouwd als door gelykheid in afkomst, taal en gewoonten tot hot Ryk to behooren, deed zich de noodzakelykheid gevoelen, iemand met de leiding der zaken to belasten, die in dat land to-buis behoorde niet alleen, maar door zyn stand boven zyn me-

44 MAX HAVErse$E deburgers in die streken verheven was, opdat de gehoorzaambeid aan de bevelen des Keizers, gemakkelyk werde door de samen- hangende neiging tot onderwerping aan hem die met de uitvoe- ring dezer bevelen belast was . Hierdoor werden dan tevens go- heel of gedeeltelyk de uitgaven vermeden, voor eon staand leger ten-laste der algemeene staatskas, of, zooals meestal geschiedde, ten-lasts van de gewesten zelf, die door zoodanig leger moesten bewaakt worden. Zoo werden do eerste graven gekozen nit de Baronnen des lands, en strikt genomon is dus hot woord graaf geen adellyke titel, doch slechts de benaming van een met zeker ambt belasten persoon. Ik geloof dan ook dat in de middeleeuwen de meaning gold, dat de duitsche Keizer wel't recht had, graven, d.i. land8chapsbestuurder8, en hertogen, d. i. heiraanvoerdera, to benoemen, Loch dat de Baronnen beweerden, wat hunne ge- boorte aangaat, aan den Keizer gelyk to zyn en alleen van God aftehangen, behoudens de verplichting den Keizer to dienen, voor- zoo-ver daze met hun toestemming, en nit hun midden gekozen was. Eon graaf bekleedde een ambt waartoe hem de Keizer had geroepen. Ben baron beschouwde zich als baron,,,door de genade Gods" . De graven vertegenwoordigden den Keizer, en voerden als zoodanig diem barrier, d. iL den atandaard van het Ryk. Eon baron bracht yolk op de been onder zyn eigen vaan, als baanderheer. Do omstandigheid nu, dat graven en hertogen gewoonlyk nit de baronnen warden gekozen, bracht te-weeg dat zy het gewicht hunner betrekking in de schaal legden by den invloed then zy aan hun geboorte ontleenden, en hieruit schijnt later, vooral toen men aan de erfelykheid dezer betrekkingen was gewoon geraakt, do voorrang ontstaan to zijn, then daze titels hadden boven dien van baron. Nog heden -ten dage zou menige vryheerlyke familie - zonder keizerlyk of koninklyk patent, dat is eon zoodanige familie, die haren adel afleidt van hat ontstaan des lands, die altyd van adel was omdat ze van adel was - autoc1thoon - een verheffing tot den gravenstand, als derogeerend afwyzen . Er zyn voorbeelden van. Do personen die met hat bestuur van zoodanig graafschap be- last waxen, trachtten natuurlijk van den Keizer to verkrygen dat hun zoom, of, by gebreke daarvan, andere bloedverwanten hen in hun betrekking zouden opvolgen. Dit geschiedde dan ook gewoonlyk, schoon ik niet geloof dat ooit hat recht op deze op- volging organi8ch is erkend geworden, althans wat deze beamb . ten in de Nederlanden aangaat, byvoorbeeld, de graven van Hol- land, Zeeland, Henegouwen of Vlaanderen, de hertogen van Brabant, Gelderland, enz. Het was in den beginne een gunst, weldra eon gewoonte, en ten-slotte een noodzakelykheid, maar nooit ward deze erfelykheid wet. Nagenoeg op gelyke wyze - wat de keus der personen aan- gaat, daar hier geen spraak is van gelykheid in werkkring, hoe- wel ook in dit opzicht zekere overeenstemming in 't oog valt - staat aan bet hoofd eener afdeeling op Java, eon inlandsche be . ambte die den hem door bet gouvernement gegeven rang met zyn autochthoonen invloed verbindt, om aan den europeschen ambtenaar die 't nederland8eh gezag vertegenwoordigt, bet be- stuur gcmakkelyk to waken . Ook hier is erfelykheid, zonder door een wet vastgesteld to zyn, tot een gewoonte geworden . Reeds by bet leven van den regent is daze zaak meestal geregeld, en 't geld als een belooning voor dienstyver en trouw indien men hem de toezegging geeft dat by in zyn betrekking door zyn zoon zal worden opgevolgd. Er moeten al zeer gewichtige redenen bestaan, voor er van dezen regel wordt afgeweken, en waar dit bet geval wezen mocht, kiest men toch gewoonlyk den opvolger uit do leden van dezelfde familie. De verhouding tusschen puropesche ambtenaren, en dusdanige, hooggeplaatste javaansche grooten, is van zeer kieschen aard . De adsistent-resident eener afdeeling is de verantwoordelyke persoon. Hy heeft zyn instruktien, en wordt verondersteld bet hoofd der afdeeling to zyn . Dit belet echter niet dat de Regent, door plaat- selyke kennis, door geboorte, door invloed op de bevolking, door geldelyke inkomsten en hiermede overeenstemmende levenewyze, ver boven hem verheven is. Bovendien is de regent, als verte- genwoordiger van 't javaanache element eener landstreek, en ver- ondersteld wordende to spreken uit naam der honderd- of meer duizend zielen, die zyn regentachap bevolken, ook in de oogen van 't Gouvernement eon veel belangrijker persoon, dan de een . voudige europeache beambte, wiens ontevredenheid niet behoeft gevreesd to worden, daar men voor hem vele anderen in de plants bekomen kan, terwyl de minder goede stemming van een Regent wellicht de kiem zou kunnen worden van beroering of opstand. Uit dit apes vloeit dus do vreemde omstandigheid voort dat, eigenlyk de mindere den meerdere beveelt. De adsiatent-resident gelast den Regent, hem opgaven to doen . Hy gelast hem yolk to zenaen tot bet arbeiden aan bruggen en wegen . Hy gelast hem, belastingen to doen innen. Hy rcept hem op, zitting to nemen in den landraad, waarin by adsistent-resident voorzit. Hy berispt hem, waar by schuldig is aan plichtsverzuim . Daze zeer eigenaardige verhouding wordt alleen mogelyk gemaakt door beleefde vormen, die evenwel noch bartelykheid, noch, waar 't

46 MAY HAVKLAAR . noodig blyken mooht, strengheid behoeven uittesluiten, en ik go- loof dat de toon die in daze verhouding heerschen moat, vry wel wordt aangegeven in 't officieel voorschrift dienaangaande : de europe8che ambtenaar hebbe den inlandachen beambte die hem ter-zijde ataat, to behandelen als zyn jonger broeder.

Maar by vergete niet dat daze jonger broader by de ouders zeer bemind - of gevreesd - is, en dat, by voorkomend go- schil, zyn meerdere jaren zouden worden in rekening gebracht als beweegreden om het euvel to nemen dat by zyn jonger broe- der niet met meer inschikkelykheid of takt behandelde .

De aangeboren hoffelykheid van den javaanschen groote - zelfs de geringe Javaan is veel beleefder dan zyn europesche standgenoot - maakt evenwel deze schynbaar moeielyke ver- bouding dragelyker ale ze anders wezen zou .

De Europeaan zy wel-opgevoed en kiesch, by gedrage zich met vriendelyke waardigheid, en kan dan zeker zijn dat de Re- gent van zyn kant hem 't bestuur gemakkelyk maken zaL Hot stuitend bevelen, in verzoekenden vorm geuit, wordt met stipt- heid nagekomen. Hot verscbil in stand, geboorte, rykdom, wordt uitgewischt door den Regent zelf, die den Europeaan, ale ver- tegenwoordiger des Koninga van Nederland, tot zich opheft, en ten-slotte is een verhouding die, oppervlakkig beschouwd, botsing moest to weeg brengan, zeer dikwyla de bron van een aangenaam verkeer.

Ik zeide dat dusdanige Regenten ook door rykdom den voor- rang hadden boven den europeschen ambtenaar, en dit is natuur- lijk. De Europeaan, ale by geroepen wordt tot hot besturen eener provincie die in oppervlakte met vale duitsche bertogdommen gelyk staat, is gewoonlyk iemand van middelbaren of meer dan middelbaren leeftijd : gehuwd en wader. Hy bekleedt een ambt om den broode. Zyn inkomsten zyn juist voldoende en zelfs vaak niet voldoende, om aan de zynen het noodige to verschaffen . De Regent is : Tommongong, Adhipatti, jazelfs Pangerang, d . L Javaanech Prim. Do vraag is voor hem niet dat by leve, by moot z66 leven ale 't yolk gewoon is dit to zien van zyn aristokratie . Waar de Europeaan een huis bewoont, is dikwijls zijn verblyf een Eratcon, met vele huizen en dorpen daarin. Waar de Europeaan one vrouw heeft met drie, vier kinderen, onderhoudt by een tal van vrouwen met wat daarby beboort. Waar de Europeaan uitrydt, gevolgd door eenige beambten, niet meer dan er by zyn inspektiereis noodig zyn tot het geven

MAX HAVRrseR- 47 van inlichtingen onder-weg, wordt de Regent vergezeld door do honderden, die tot zyn gevolg behooren, dat in de oogen des vollcs onafseheidelyk is van zyn hoogen rang. De Europeaan leeft burgerlyk, de Regent leeft - of wordt verondersteld to leven - als cen vorst . Doch dit alles moat betaald worden. Het nederlandsch bestuur dat zich op den invloed van die Regenten gegrondvest heeft, weet dit, en nets is dus natuurlyker dan dat bet hun inkomsten heeft opgevoerd tot eene hoogte die den niet-Indier overdreven zou voorkomen, maar inderdaad zelden voldoende is ter bestry- ding van de uitgaven welke aan de levenswijze van zoodanig inlandech Hoofd verbonden zyn . Het is niet ongewoon, Regenten die twee- ja driemaal honderd duizend gulden 'a jaars inkomen hebben, in geldverlegenheid to zien verkeeren . Hiertoe draagt veel by de, ala 't ware vorstelyke onverachilligbeid waarmee zy hun inkomsten verspillen, hun nalatigheid in 't bewaken hunner ondergeschikten, hun koopziekte en vooral bet misbruik dat dik- wyls van deze hoedanigheden gemaakt wordt door Europeanen .' De inkomsten der javaansche Hoofden zou men in vier deelen kunnen splitsen. Vooreerst, bet bepaald maandgeld. Vervolgens een vaste som ale schadeloosstelling voor afgekocbte recbten die overgegaan zyn op 't nederlandech bestuur. Ten-derde een belooning in evenredigheid met de hoeveelbeid der in bun regent- schap voortgebrachte producten, ale koffi, suiker, indigo, kaneel, enz. En eindelyk, de willekeurige beschikking over den arbeid en de eigendommen hunner onderhoorigen . De beide laatste bronnen van inkomen vorderen eenige op- heldering. De Javaan is nit den acrd der zaak landbouwer. De grond waarop by geboren werd, die veel belooft voor weinig arbeids, lokt hem hiertoe nit, en vooral is by met hart en ziel overgegeven aan bet bebouwen zyner rystvelden, waarin by dan ook zeer bedreven is. Hy groeit op to midden zyner sawah's en gagah's en tipar's (15) vergezelt reeds op zeer jeugdigen leeftyd zyn vader naar 't veld, wear by hem behulpzaam is in den ar- beid met ploeg en spade, aan dammen en waterleidingen tot het bevochtigen zyner akkers. Hy telt zyn jaren by oogsten, by re- kent den tyd naar de kleur zyner to veld staande halmen, by voelt zich te-huis onder de makkers die met hem padie sneden (14) by zoekt zyn vrouw onder de meisjea der dessa4 (17 ) die 'a avonds onder vroolyk gezang de ryst stampen om ze to ontdoen van den bolster .. . bet bezit van een paar buffels die zyn ploeg zullen trekken, is 't ideaal dat hem aanlacht .. . kortom, do

48 MAa HAVE ex. rystbouw is voor den Javaan, wat in de Rynstreken en in het zuiden van Frankryk, de wynoogst is . Doch daar kwamen vreemdelingen uit het Westen, die zich hoer maakten van dat land. Ze wenschten voordeolto doen met de vruchtbaarhoid van den bodem, en gelu3tten den bewoner een godeelte van zyn arbeid en van zyn tyd toetewyden aan het voort . brengen van andere zaken, die moor winst zouden afwerpen op ae markten van Europa. Om den geringen man hiertoe to bewe- gen, was niet meer dan eon zoer eenvoudige staatkunde noodig. Hy gehoorzaamt zyn hoofden, men had due slechts daze hoofden to winnen door hun een gedeelte van de winst toete- zeggen, en .. . het gelukte volkomen. Als men let op de ontzettende massa javaache produkten die in Nederland worden te-koop geveild, kan men zich overtuigen van het doeltreffende dezer staatkunde, al vindt men ze niet edeL Want, mocht iemand vragen of de landbouwer zelf eene met daze uitkomst evenredige belooning geniet, dan moot ik hierop een ontkennend antwoord geven . De Regoering verplicht hem op zyn grond aantekweeken wat haar bebaagt, ze straft hem wanner by het aldus voortgebrachte verkoopt aan wien hat ook zy buiten h£Ar, en zyrelf bepaalt den prys lien ze hem daarvoor uitbetaalt. De kosten op den overvoer naar Europa, door bemiddeling van een bevoorrecht handelslichaam, zyn hoog. De aan de Hoofden toogelegde aanmoedigingsgelden, bezwaren daarenboven den inkoopsprys, en ... daar toch ten-slotte de geheelo zaak winst afworpen mod, kan deze winst niet anders worden gevonden dan door juist zbbveol aan den Javaan uitte- betalen, dat by niet starve van honger, hetgeen de voortbrengende kracht der natie verminderen zou . Ook aan de europesche boambten wordt eon belooning uitbe- taald in evenreaigheid met de opbrengst . 18) Wel wordt dus de acme Javaan voortgezweept door dubbel gezag, wel wordt by dikwyls afgetrokkon van zyn rystvelden, wel is hongersnood vaak't gevolg van doze maatregelen, doch .. . vroolyk wapperen to Batavia, to Samarang, to Soerabaja, to Passarocan, to Bezoeki, to Probolingo, to Patjitan, to Tjilatjap, de vlaggen aan boord der schepen, die beladen worden met de oogsten die Nederland ryk maken . Hongersnood ? Op hot ryke en vruchtbare gezegende Java, honger8nood Y Ja, lezer. Voor weinige jaren zyn geheele distrikten uitgestorven van honger . (19) Moeders boden hun kinderen to koop voor spyze . Moedors hebbon hun kinderen gegeten . . .

MAX EAVEL&AS. 4 9 Maar toen heeft zich 't moederland met die zaak bemoeid . In de raadzalen der volksvortegonwoordiging is men daarover on- tevreden geweest, en de toenmalige Landvoogd, heeft bevelen moeten geven, dat men de uitbreiding der dusgenaamde euro- pesche marktproducten voortaan niet weder zou voortzetten tot hongersnood toe ... Ik ben daar bitter geworden . Wat zoudt ge denken van iemand die zulke zaken kon ncersehryven zonder bitterheid? My blyft over to spreken van de laatste en voornaamste soort der inkomsten van inlandsche hoofden : bet willekeurig beachik- ken over personen en eigendommen hunner onderhoorigen . Volgona bet algomeen begrip in byna geheel Azie, behoort do onderdaan, met al wat by bezit, aan den vorat. Dit is ook op Java bet geval, en de afatammelingen of verwanten der vroegere vorsten maken gaarne gobruikt van de onkunde der bevolking, die niet recht begrijpt dat haar Tommongong of AdhipaUi of Pangerang thans eon bezoldigd ambtenaar is, die zyn eigen en hare rechten voor eon bepaald inkomen verkocht heeft, en dab dus de schraal beloonde arbeid in koffituin of suikerveld, in do plants getreden is van de belastingen die vroeger door de heeren des lands van de opgczetenen gevorderd werden . Niets is dus gewoner dan dat honderden huisgezinnen van verren afstand worden opgercepen om zonder betaling velden to bewerken, die den Regent toebehooren. Nieta is gewoner dan bet onbetaald verstrekken van levensmiddelen ten-behoove der hofhouding van den Regent. En wanner die Regent eon gevallig oog mocht slaan op bet paard, den buffel, de dochter, de vrouw van den geringen man, zou men 't ongehoord vinden, ale deze den on- voorwaardelyken afatand van bet begeerd voorwerp weigerdo . Er zyn Regenten, die van zoodanige willekeurige beschikkingen eon matig gebruik maken, en niet meer van den geringen man vorderen, dan tot bet ophouden van hun rang volstrekt noodig is. Anderen gaan iets verder, en geheel-en-al ontbreekt deze onwettigheid nergens. Hot is dan ook moeielyk, ja onmogelyk, zoodanig misbruik geheel uitteroeien, daar bet diep geworteld is in den aard der bevolking zelf die or onder lydt. De Javaan is gul, vooral waar bet to doen is om eon bewys to geven van gebechtbeid aan zyn Hoofd, aan den afstammeling van hen wien zyn vaderen gehoorzaamden. Ja, by zou meenen te-kort to doen aan den eerbied then by aan zyn erfelyken beer verachukiigd is, wanner by zonder geachenken diens kratoon betrad. Zulke ge- schenken zyn dan ook dikwyls van zoo weinig waarde, dat bet afwyzen iota vernedereuds zou in zicb sluiten, en vaak is

5 0 MAX HAVar.AASA alzoo daze gewoonte eerder to vergelyken met de hulde van een kind dat zyn liefde tot den vader tracht to uiten door 't aan- bieden van eon klein geschenk, dan optevatten ala sohatting aan dwingelandsche willekeur. Maar .. . aldus wordt door eon lief gebruik, de afsehaffing van mi8bruik belemmerd. Indien de aloen-aloen (20) voor de woning van den Regent in verwilderden staat lag, zou de nabywonende bevolking hierover beschaamd wezen, en er ware veel gezags noodig om haar to beletten dat plain van onkruid to reinigen, en bet to brengen in eon staat die met den rang des Regents overeenstemt . Hier- voor eenige betaling to gevan, zou algemeen als eon beleediging worden aangemerkt. Maar naast then aloen-aloen, of elders, liggen Sawah'8 die op den ploeg wachten, of op eon leiding die bet water daarheen moot vooren, dikwyls van mylen ver... doze Saunh'8 behooren den Regent. Hy roept, om zyn velden to bewerken of to besproeien, de bevolking van ganscbe dorpen op, wior eigen Sawah'8 evenzeer beboefte hebben aan bearbei- ding.. . ziedaar bet mi8bruik. Dit is aan de Regeering bekend, en wie de staatabladen leest, waarin de wetten, instruktien en hanoleidingen voor de ambte- naren bevat zijn, juicht de menschlievendheid toe, die by bet ontwerpen daarvan schynt to hebben voorgezeten. Alom wordt den Europeaan, met gezag in de binnenlanden bekleed, Ws eon zyner duurste verplichtingen op 't hart gedrukt, de bevolking to beschermen tegen haar eigen onderworpenheid en de bebzucht der Hoofden . En, ala ware bet niet genoeg, doze verplichting voorteschryven in 't algemeen, er wordt nog van de ad8iatent- reaidenten, by de aanvaarding van 't bestuur eener afdeeling, eon ajzonderlijke eed gevorderd, dat zy doze vaderlyke zorg voor do bevolking zullen beschouwen ala eon eersten plicht . Dit is voorzeker eon schoone roeping. Rechtvaardigheid voor- testaan, don geringe to beschermen tegen den machtige, den zwakke to beschutten tegen de overmacht van den aterke, bet ooilam van den arme terug to vorderen nit to stallen des vor- atelyken roovers . . . zie 't is om 't hart to doen gloeien van ge- not, by 't denkbeeld dat men geroepen is tot iets zGb schoonal En wie in de javaacho binnenlanden soma ontevreden moge zyn met standplaats of bolooning, by sla bet oog op den vorheven plicht die op hem rust, op 't heerlyk genoegen dat de vervul . ling van zulk eon plicht met zich brengt, en by zal geen andere belooning begeeren.

MAX RAVRLAAR. 451 Maar . . . . gemakkelyk is daze plicht niet. Vooreerst hebbe men juist to beoordeelen, waar hat gebruik heeft opgehouden om voor misbruik plaats to maken? En.. . . waar het misbrnik bestaat, waar inderdaad roof of willekeur gepleegd i8, zyn veelal de slachtoffers zelf hieraan medeplicbtig, hetzy nit to ver gedreven onderserping, hetzy nit vrees, hetzy uit wantrouwen op den wil of de macht der persoon die hen beschermen moet. Ieder weet dat de europeeche beambte elk oogenblik kan geroepen worden tot eon andere betrekking, en dat de Regent, de machtige Regent der blyft. Voorta zyn er zoo v66l manieren om zich het eigen- dom van eon arm onnoozel mensch toeteeigenen . Ala eon man- trie (21 ) hem zegt dat de Regent zyn paard begeert, met dit ge- volg dat het begeerde dier weldra plaats heeft gekregen in de stallen van den Regent, bewyst zulks nog volstrekt niet dat deze niet van voornemen was - o, zeker! - daarvoor eon hoogen prys to betalen... . te-eeniger-tyd. Ala honderden arbeiden op de velden van eon Hoofd, zonder daarvoor betaling to ontvangen, volgt hieruit geenszins dat by dit liet geschieden ten zynen be- hoeve. Had niet zyn bedoeling kunnen zyn, hun den oogst over to laten nit menschlievende berekening dat zyn grond beter gelegen was, vrucbtbaarder dan de hunne, en due hun arbeid milder beloonen zou Y Bovendien, vanwaar haalt de europeache beambte de getuigen die den mood hebben eon verklaring to doen tegen hun beer, den gevreesden Regent? En, waagde by eon beschuldiging, zonder die to kunnen bewyzen, waar blyft dan de verhouding van ouder broader, die in zulk geval zyn jongeren broader zonder grond zou hebben gekrenkt in zyn eer? Waar blyft de gunat van de Re- geering, die hem brood geeft voor dienst, maar hem dat brood opzegt, hem ontalaan zou als onbekwaam, wanner by eon zoo hooggeplaatet persoon als Tommongong, Adhipatti of Pangerang had verdacht of aangeklaagd met ligtvaardigbeid? Neen, neon, gemakkelyk is die plicht niet! Dit blykt reeds hieruit, dat de neiging der inlandsche Hoofden om de grens van 't geoorloofd beschikken over arbeid en eigendom hunner onder- hoorigen to overschryden, overal volmondig erkend wordt ... dat alle adsistent-residenten den eed doen die misdadige hebbelykheid to-keer to gaan, en. . . dat toch slechts zeer zelden eon Regent wordt aangeklaagd wegens willekeur of misbruik van gezag . Er schynt dus wel eon byna onoverkomelyke moeielykheid to bestaan, om gevolg to geven aan den eed : „de inlandache bevoi- king to beechermen tegen uitzuiging en knevelary ." ZESDE HOOFDSTUK .

De kontroleur Verbrugge was eon goad mensch . Ale men hem daar zag zitten in zyn blauw-lakenschen frak, met ge- borduurde eiken- en oranjetakken op kraag en mouw-opslagen was 't moeilyk in hem den type to miskennen die voorheerscht onder de Hollanders in India . . . eon menschensoort in 't voor- bygaan gezegd, die zeer onderscheiden is van de Hollanders in Holland . Traag zoolang er nets to doen viel, en ver van de be- redderingszucbt die in Europa voor yver geldt, maar yverig waar bezigbeid noodig was .. . eenvoudig maar hartelyk voor wie tot zyn omgeving behoorden, mededeelzaam, hulpvaardig en gastvrij . . . welgemanierd zonder styfheid . . . vatbaar voor goede indrukken ... eerlyk en oprecht, zonder evenwel lust to voelen de martelaar van doze boedanigheden to worden ... in 't kort, hij was eon man die, zooals men 't noemt, overal op zyn plaats zou wezen, zonder dat men echter op't denkbeeld komen zou de eeuw naar hem to noemen, wat by dan ook net begeeide. Hy zat in 't midden van de pendoppo by de tafel die met eon wit kleed bedekt, en met spyzen beladen was . Wel eenigs- zins ongeduldig vroeg by van-tyd-tot-tyd, met de woorden der zuster van mevrouw Blauwbaard, aan den mandoor-oppasser, dat is hat hoofd van de policie- en bureaudienaren der adsistent- residentie, of er niets in aantocht was? Dan stond by eons op, beproefde vergeefs zyn aporen to doen kletteren op den gestamp- ten kleivloer van de pendoppo, stale voor de twintigste maal zyn sigaar aan, en ging, als teleurgesteld weer zitten . Hy sprak weinig. En toch had by kunnen spreken, want by was net alleen . Ik bedoel hiermee nu juist niet dat by vergezeld was van de twintig of dertig Javanen, bedienden, mantries, en oppassers die op den grond gehurkt en buiten de pendoppo zaten, noch van de velen die aanhoudend uit- en inliepen, noch van 't groot aantal inlanders van verschillenden rang, dat daar buiten de paarden vasthield, of to-paard rondreed ... neon, de Regent zelf van Lebak, Radhen Adhipatti Karta Natta Nagara, zat tegenover hem. Wachten is altyd vervelend. Een kwartier duurt eon uur,

MAX HAVELAAB. 53 een uur een halven dag, en zoo voort. Verbrugge had wel wat spraakzamer mogen zyn. De Regent van Lebak was eon be- schaafd oud man, die over veel moist to apreken met verstand en oordeeL Men had hem slechts aan to zien om overtuigd to we- zen dat bet meerendeel der Europeanen die met hem in aanraking kwamen, meer van hem, dan by van hen to leeren had . Zyn levendige donkere oogen weerspraken door bun vuur de ver- moeidheid der trekken van zyn gelaat en de grysheid zyner haren. Wat by zeide, was gewoonlyk lang overdacht - een eigen- aardigheid trouwens die by den beschaafden Oosterling algemeen is - en wanneer men met hem in gesprek was, gevoelde men dat men zyn woorden to bescbouwen had sla brieven, waarvan, by de minuut in zyn archief had, om zoo noodig daarop to ver- wyzen. Dit nu moge onaangenaam schynen voor wie niet gewoon is aan den omgang met javaansche grooten, 't is niet moeielyk alle onderwerpen van gesprek die aanstoot geven kunnen, to ver- myden, vooral daar zy van bun kant nooit op bruske wyze aan den loop van 't onderhoud een andere richting geven zullen, om- dat dit naar oostersche begrippen in stryd wezen zou met den gouden toon. Wie dus oorzaak heeft bet aanroeren van een be- paald punt to vermyden, behoeft slechts over onbeduidende zaken to spreken, en by kan verzekerd zyn dat een javaansch hoofd hem niet, door een onbegeerde wending in 't gesprek, zal voeren op een terrein dat by liever niet betrad . Over de beste wyze van omgang met die hoofden, bestaan overigens verechillende meeningen . Het komt my voor dat eon- voudige oprechtheid, zonder streven naar diplomatische voor- zichtigheid, de voorkeur verdient. (22) Hoe dit zy, Verbrugge begon met een banale opmerking over 't wear en den regen. - Ja, mynheer de kontrolour, bet is westmoosson . Dit nu wist Verbrugge wel : men was in Januari.(23) Maar mat by over den regen gezegd had, wist de Regent ook . Hierop volgde weder eenig zwygen. De Regent wenkte met een nauw zichtbare beweging van 't hoofd, een der bediendon die neer- gehurkt zaten aan den ingang der pendoppo. Een kleine jongen, allerliefst gevat in een blauw-fluweelen buis, witten pantalon, met goudon lyfband die zyn kostbaren sarong vasthield om de lenden, en op't hoofd den behagelyken train kapala, waaronder zyn zwarte oogen zoo ondeugend to voorschyn kwamen, kroop hurkende tot aan de voeten des Regents, zette de gouden doos neder, die do tabak, de kalk, de sirie, de pinang, en do gambier bevatte, maakte den slamad, door beide handon saamgevoegd opteheffen tot aan

54 MAX aeyarAAR& hot diep neergebogen voorhoofd, en bood daarop zyn beer do kostbare doos aan . (24) - De weg zal moeilyk zijn na zooveel regen, zei do Regent, ale om 't lang wachten verklaarbaar to maken, terwyl by een betelblad met kalk bestreek. - In 't Pandeglangsche is de weg zoo slecht niet, antwoordde Verbrugge die als by ten minste niets stuitends wilde aanroeren, dit antwoord wel wat ondoordaebt gaf. Want by had moeten be- denken dat een Regent van Lebak niet gaarne de wegen van Pandeglang hoort roemen, al zyn dan die ook werkelyk beter dan in 't Lebakeche. De Adhipatti beging de fout van een to snel antwoord niet . De kleine maas (25) was reeds al hurkend achterwaarts terug- gekropen tot aan den ingang der pendoppo, waar by onder zyn makkers plants nam ... de Regent had reeds zyn lippen en weinige tanden bruinrood geverwd met bet speeksel zyner sirie, voor by zeide: Ja, er is veal yolk in Pandeglang. Voor wien den Regent en den kontroleur kende, voor wien de toestand van Lebak geen geheim was, had bet duidelyk kunnen blyken dat bet gesprek reeds een stryd was geworden . Een toe- speling namelyk op den beteren staat der wegen in een naburige afdeeling, scheen het vervolg to wezen op vergeefache pogingen om ook in Lebak dusdanige betere wegen to doen aanleggen, of de beataande beter to onderhouden. Doch hierin had de Regent gelyk, dat Pandeglang dichter bevolkt was, vooral in verhouding tot de veel kleinere oppervlakte, en dat due dbAr de arbeid aan de groote wegen, door vereende krachten lichter vial dan in 't Lebakache, een afdeeling die op honderden palen oppervlakte, alecbts zeventig-duizend inwoners telde . - Dat is waar, zei Verbrugge, we hebbon weinig yolk bier maar... De Adhipatti zag hem aan, ale wachtte by een aanval af . Hy wist dat er na dat "maar" iets volgen kon, dat onaangenaam zou to hooren zyn voor hem, die sedert dertig jaren Regent van Lebak geweest was. Hot seheen dat Verbrugge op dit oogenblik geen lust had don stryd voorttezetten. Althans by brak 't ge- aprek af, en vroeg weder aan den mandoor-oppasser of by nets komen zag ? - Ik zie nog nets van den kant van Pandeglang, mynheer de kontroleur, maar daar-ginds aan de andere zyde rydt iemand te-paard.- het is de toeuxin-kommendaan.

MAX HAVELAAB. 55 - Welzeker, Dong8o, zei Verbrugge naar buiten starende, dat is de kommandant! Hy jaagt in deze buurt, en is vanmorgen vroeg reeds uitgegaan. H6, Duclari . . . Duclari! - Hy boort u al, mynheer, by komt hierheen. Zyn jonggn rydt achter hem, met een kidang ("") achter zich over 't paard . - Pegang koedahnja toewan kommendaan ("7) gebood Ver . brugge aan een der bedienden die buiten zaten . Bonjour Duclari! Ben je nat? Wat heb je geschoten? Kom binnen! Een krachtig man van dertigjarigen leeftyd en flinke militaire houding, hoewel van uniform geen spoor was, trad de pendoppo in. Het was de eerste-luitenant Duclari, kommandant van 't kleine garnizoen to Bangkaa-Betoeng. Verbrugge en by waren bevriend, en hun gemeenzaamheid was to grooter, daar Duclari sedert eenigen tijd de woning van Verbrugge betrokken bad in afwachting der voltooiing van een nieuw fort . Hy drukte dezen de hand, groette den Regent beleefd, en ging zitten onder de vraag: ,wel wat heb je alzoo bier?" - Wil je thee, Duclari? - Wel neen, ik ben warm genoeg! Heb je geen klapperwa- ter? ("") Dat is frisscher. - Dat last ik je niet geven . Ala men warm is, houd ik klap . perwater voor heel nadeelig. Je wordt er styf en jichtig van . Zie eons de koelies die zware vrachten over de bergen dra- gen : zy bouden zicb vlug en lenig door beet water to drinken, of koppi dahoen. Maar gemberthee ("") is nog beter . . . - Wat? Koppi dahoen, thee van koffibladen? Dat heb ik nog nooit gezien. - Omdat je niet op Sumatra gediend hebt. Daar is 't de ge- woonte. - Laat me dan maar thee geven maar niet van koffibla- den, en ook niet van gember . Ja, je bent op Sumatra geweest ... en de nieuwe adsistent-resident ook, niet waar? Dit gesprek ward in 't hollandsch gevoerd, een taal die de Regent niet verstond. Hetzy Duclari gevoelde dat er iets onbe- leefds in lag, hem hierdoor van 't onderhoud uittesluiten, bet . zyd-i biermee een andere bedoeling had, op-eenmaal ging by, zich tot den Regent wendende, in 't maleisch voort : - Weet mynbeer de Adhipatti, dat m'nheer do kontroleur den nieuwen adsistent-resident kent? - Wel neen, dat beb ik nooit gezogd, ik heb bem nooit gezien . Hy diende eenige jaren v66r my op Sumatra. Ik heb je maar ge- zegd dat ik daar veel over hem heb hooren spreken, anders niet! - Nu, dit komt op't zelfde neer. Men behoeft iemand juist niet MAX HAVELAAR . 8

56 MAX gevstssaL to zien om hem to kennen. Hoe denkt m'nheer deAd ipattihierover ? De Adhipatti bad juist noodig een bediende to roepen. Er verliep due wat tyd voor by zeggen kon : ,dat by met den beer kommandant instomde, maar dat bet toch dikwyls noodig was jemand to zien voor men hem beoordeelen kon." - Over 't geheel genomen is dat misschien waar, ging nu Duclari in 't hollandscb voort - betzy omdat doze teal hem gemeenzamer was en by meende genoeg gedaan to bebben voor de beleefdheid, hetzy omdat by alleen door Verbrugge verstaan wilde worden - dit moge in 't a1gemeene waar zyn, maar om . trent Havelaar heeft men waarachtig goon persoonlyke kennis . making noodig . . . by is een gok! - Dat heb ik niet gezegd, Duclari! - Neen, jy hebt dat niet gezegd, maar ik zeg bet na al wat je my van hem verteld hebt. Ik noem iemand die in 't water springt om eon bond to redden van de haaien, eon gek. - Nu ja, verstandig is 't zeker niet . Maar ... - En hoor eens, dat vereje tegen den generaal Vandamme .. . 't kwam niet to-pas! - 't'Was geestig . . . - Tot je dienst! Maar eon jong mensch mag niet geestig zyn tegen eon generaal. - Je moot in 't oog houden dat by nog zeer jong was . . . hot is veertien jaar geleden. Hy was teen maar twee-en-twintigjaar oud. - En dan de kalkoen then by stall - Dat deed by om den generaal to plagen. - Juist! Ben jong mensch mag goon generaal plagen, die bovendien, als civiel gouverneur, zyn chef was . Dat andere veraje vind ik aardig, maar . . . dat eeuwige duelleeren! - Hy deed bet gewoonlyk voor eon ander. Hy trok altyd party voor den zwakste . - \'Vel laat ieder voor zich zelf duelleeren, als men bet dan volstrekt doen will Ik voor my geloof dat eon duel zelden noo- dig is. Waar 't onvermydelyk was, zou ook ik eon uitdaging aannemen, en in zekere gevallen zelf uitdagen, maar om daarvan dagelyksch work to maken . . . dank je! Hot is to hopen dat by veranderd is op dit punt. - Wel zeker, daar is goon twyfel aan! Hy is nu zooveel ouder, daarby sedert langen tyd getrouwd, en adsistent-resident . Bo- vendien, ik heb altyd gehoord dat zyn hart good was, en dat by eon warm gevoel had voor recht. - Nu, dat zal hem te .pas komen in Lebak! Dam is me juist iets voorgekomen, dat .. . zou de Regent one verstaan!

MAX HAvELAAB, 57 - Ik geloof 't niet. Maar toon my iota nit je weitasch, dan denkt by, dat we ddArover spreken . Duclari nam zyn weitasch, haalde daaruit eon paar boschduiven, en die vogels betastende ale sprak by over de jacht, deelde hij Ver- brugge mode dat by zoo-even in 't veld was nageloopen door eon Javaan, die hem gevraagd had of by niet iets doen kon tot verlicbting van den druk waaronder de bevolking zuchtte i (80) - En, ging by voort, dit is zeer stork, Verbrugge! Niet dat ik me verwonder over de zaak zelf. Ik ben lang genoeg in 't Bantamsche om to weten wat hier voorvalt, maar dat de go. ringe Javaan, gewoonlyk zoo omzicbtig en terughoudend waar 't zyn hoofden geldt, zoo-iets vraagt aan iemand die er niets mee to maken heeft, dit bevreemdt my! - En wat heb je geantwoord, Duclari Y - WO, dat hot me niet aanging! Dat by tot u moest gaan, of tot den nieuwen adsistent-resident, als die zou aangekomen zyn to Rangkaa-Betoeng, en dAAr zyn klachten uiten.' - Ienie apa toewan toewan-datang / riep op eenmaal de oppas. ser Dongao. Ik zie eon mantrie die met zyn toedoeng wuift. (31) Allen stonden op. Duclari, die niet door zyn tegenwoordigheid in de pendoppo den schyn wilde aannemen als ware ook by aan de grenzen ter verwelkoming van den adsistent-resident, die wel zyn meerdere doch niet zyn chef, en bovendien eon gek was, steeg te-paard, en reed door zyn bediende gevolgd, been . De AdhipaUi en Verbrugge stelden zich aan den ingang van de pendoppo, en zagen eon door vier paarden getrokken reis- wagen naderen, die weldra vry bemodderd by 't bamboezen ge- bouwtje stilhield. Het zou moeielyk geweest zyn to radon wat er zich al zoo in then wagon beyond, voor Dongso, geholpen door de loopers en eon tal van bedienden, die tot hot gevolg van den Regent behoor- den, al de riemen en knoopsels hadden losgemaakt, die het voer- tuig hielden ingesloten met eon zwart lederen foedraal dat aan de diskretie herinnerde, waarmee in vroeger jaren leuwen en tygers de stad inkwamen, toen de zo6logische tuinen nog dierenspellen waxen . Leeuwen of tygers nu waxen er in den wagon niet . Men had alles maar zorgvuldig gesloten omdat hot westmoesson was, en men duo op regen moest bedacht zyn. Nu is 't uitstappen uit eon reiswagen waarin men lang over den weg gehotst heeft, wet zoo gemakkelyk als iemand die nooit of weinig gereisd beeft, zich verbeelden zou. Nagenoeg als de arme Sauriere nit de voorwe- reld, die door lang wachten ten-laatate eon integreerend deal nit .

SR MA HAVELSAL maken van de klei, waarin ze aanvankelgk niet gekomen waren met bet plan om er to blyven, heeft er ook by reizigers die wat nauw op-fin gedrukt en in gedwongen hooding, to lang in eon reiswagen gezeten hebbon, jets plants, wat ik voorstel aaaimlatie to noemen . Men weet eindelyk niet juist moor waar't lederen kus- sen van den wagen ophoudt, en waar de ikbeid aanvangt, is, bet denkbeeld is me niet vreemd, dat men in zulk eon wagon kiespyn of kramp hebben kan, die men voor mot in 't laken aan- ziet, of omgekeerd . Er zyn weinig omstandigheden in do stoffelijke wereld, die den denkenden mensch goon aanleiding geven tot bet maken van opmerkingen op verstandelyk gebied, en zoo heb ik myzelf dikwyls afgevraagd of niet veel dwalingen die onder one kracbt van vet hebben, veel,,scheefheden" die wy voor,,recbt" houden, hieruit voortvloeien, dat men to lang met hetzelfde gezelsehap in denzelfden reiswagen heeft gezeten? Hot been dat ge daar links uitsteken moest, tusschen de hoededoos en 't mandje met kersen ... de knie die go tegen 't portier gedrukt hield, om de dame te . genover u niet to doen denken dat ge eon aanval in den zin halt op krinoline of deugd .. . de gelikdoornde voet die zoo bang was voor de hakken van den commia-voyageur naast u . . . de hale then ge zoo lang links moest wenden, omdat bet drupt aan de rechter . zyde . . . zie, dat worden zoo alle ten laatste halzen, en knieen, en voeten, die lets verdraaids bekomen . Ik houd bet voor goad, van tyd tot tyd eons to verwisselen van wagons, zitplaats en me- dereizigers. Men kan dan zyn hals eene anders wenden, men beweegt nu-en-dan zyn knie, en misschien zit er eons eon juffrouw naast one met dansschoenen, of eon jongetje wiens beentjes den grond niet raken. Men heeft dan moor kans om recht to zien en recht to loopen, zoodra men weer vasten grond onder de voeten krygt . Of er ook in den wagen, die nu voor de pendoppo stilbield, zich lets verzette tegen de ,oplossing der continuiteit" weet ik niet, maar zeker is 't dat bet lang duurde voor er lets to voor- schyn kwam . Er scheen eon stryd van hoffelykheid gevoerd to worden. Men vernam de woorden : ,als 't u belieft, mevrouw" en „resident!" Hoe dit zij, eindelyk stapte er eon beer uit, die in houding en voorkomen wel lets vertoonde dat denken deed aan de Sauriers waarvan ik zoo-even gesproken heb . Daar wy hem later zullen weerzien, wil ik u maar terstond zeggen, dat zyn onbeweeglykheid niet uitsluitend moest geweten worden aan de assimilatie met den reiswagen, want dat by, ook als or op mylen afstands goon voertuig in de buurt was, eon kalmte, eon langzaamheid en eon voorzichtigheid aan den dag let, die

MAY HAVELAAS. 5 9 menigen Saurier jaloersch maken zou, en die in de oogen van velen de kenmerken zyn van deftigheid, bezadigdheid en wysheid . Hy was, zooals de meeste Europeanen in India, zeer bleek, het- geen echter in die streken geenazins voor eon blyk van minder goede gezondheid wordt gehouden, en by had fyne trekken die wel getuigden van verstandelyke ontwikkeling. Alleen was er iets kouds in zyn blik, iets wat u denken deed aan eon logarithmen- tafel, en hoewel zyn voorkomen over 't geheel niet onbehagelyk of terugstootend was, kon men zicb toch niet ontbouden van de verdenking dat zyn vry groote magere neus zich op dat gelaat verveelde, omdat er zoo weinig op voorvieL Met beleefdheid bood by zyn hand aan eon dame, om haar by bet uitstygen behulpzaam to zyn, en nadat daze van eon beer die nog in den wagon zat, eon kind had aangenomen, eon klein blond jongetje van eon jaar of drie, traden zy de pendoppo in. Daarop volgde die hear zelf, en wien op Java bekend was, zon bet ala eon byzonderheid in 't oog gevallen zyn, dat by by 't portier wacbtte om 't uitstygen gemakkelyk to maken aan eon oude Javaansche baboe.(32) Eon drietal bedienden hadden zich- zelf verlost nit het wasleeren kastje, dat achter den wagon was vastgeplakt als eon jonge oester op den rug van zijn mama . De beer die hat eerst was uitgostegen, had den Regent en den kontroleur Verbrugge de hand geboden, die zy met eerbied aannamen, en in hun geheele houding was to bespeuren dat zy gevoelden zich in de tegenwoordigheid to bevinden van eon ge- wichtig persoon. Hot was de resident van Bantam, de groote landstreek waarvan Lebak eon afdeeling, eon regentschap, of, zooals men officieel zegt, eon adsistent-reaidentie is . By 't lezen van verdichte verhalen, heb ik my meermalen geergerd over den weinigen eerbied der schryvers voor den amakk van 't pu- bliek, en vooral was dit bet geval, wear zy blyk gaven iets to willen voortbrengen dat koddig of burlesk heeten moest, om nu niet van humor to spreken, eon eigonaardigbeid die byna doorgaande aller- jammerlykst wordt verward met bet komieke. Men voert eon per- soon sprekende in, die do taal niet verstaat of slecht uitspreekt . men last eon franschman zeggen : ,ka kauw naar de krote krak' of ,,krietje kooit keen kare kroente kraak wok ." By-gebrek aan eon franschman, neemt men iomand die stamelt, of men ,schept" eon persoon die zyn stokpaardje maakt van eon paar telkens wederkee- rende woorden. Ik heb eon allerzotste vaudeville zien ,r6usseeren" omdat daarin iemand voorkwam, die gedurig zeide : myn naam is Meyer." My komen zulke geestigheden wat goedkoop voor, en om de waarheid to zcggen, ik ben boos op u als ge zoo-iets grappig vindt .

60 MAY HAVELAAB. Maar nu heb ikzelf u iets dergelyks voortestellen . Ik moat van . tyd tot tyd iemand ten-tooneele voeren - ik zal't zoo weinig mo- gelyk doen - die inderdaad een manier van spreken had, welke my doet vreezen verdacht to worden van een mislukte poging om u to doen lachon, en bierom moat ik u uitdrukkelyk verzekeren dat hat niet myn scbuld is, ala de hoogstdeftige resident van Ban- tam, van wien bier de rede is, iets z66 eigenaardigs vertoonde in zyn wyze van spreken, dat het me moeielyk valt dat weertegeven, zonder den schyn op me to laden dat ik eon effekt van geestigheid zoek in een tic . Hy sprak namelyk op een toon, alsof acbter elk woord een punt atond, of zelfs een lang rustteeken, en ik kan de ruimte tusschen zyn woorden niet beter vergelyken dan by de stilts die er volgt op het „amen" na een lang gebed in de kerk, bet- welk zooals ieder west, een sein is dat men den tyd heeft tot ver- zitten, hoesten of neussnuiten. Wat by zeide, was gewoonlyk good overdacht, en wanneer by zich die ontydige rustpunten had kun . nen afwennen, zouden zyn zinaneden, nit een redekunstig oogpunt althans, meestal een gezond aanzien gehad hebben . Maar al dat afbrokkelen, dat stooterige en hobbalige maakte hat aanhooren lastig. Men viel er dan ook dikwyls over . Want gewoonlyk ala men begonnen was to antwoorden in de goedige meaning, dat de zin nit was, en dat by do aanvulling van 't ontbrekende aan de scherpzinnigheid van zyn toehoorder ovorliet, kwamen de nog ont- brekende woorden ala trainarda van een geslagen leger achteraan, en deden u gevoelen dat ge hem in de redo waart gevallen, wat altyd onaangenaam is. Hot publiek der hoofdplaats Serang, voor- zoo-ver men niet in dienst stond van 't gouvernement - een vor- bouding die den meesten iets omziohtigs geeft - noemde zyn ge- sprekken ,slymerig." Ik vind dit woord niet zeer amaakvol, doch moot erkennen dat hot de hoofdeigenschap van des residents wel- sprekendheid vry juist uitdrukte.

Ik heb van Max Havelaar en zyn vrouw - want dit waren de beide personen die na den resident met bun kind en de baboe uit den wagen gekomen waren - nog niets gezegd, en mis- schien ware het voldoende, de kenschetsing van bun voorkomen en karakter aan den loop der gebeurtenissen en des lezers eigen verbeelding overtelaten. Daar ik evenwel nu eenmaal aan 't be- schryven ben, wil ik u zeggen dat mevrouw Havelaar niet schoon was, dat zy echter in blik en apraak iets zeer lieftalligs bezat, en door de gemakkelijke ongedwongenheid van haar manieren het onmiskenbaar teeken gag, dat zy in de wereld was geweest, en in de hoogere klassen der maatachappy to-huis behoorde . Zy had niet dat styve en onbehagelyke van 't burgerlyk fatsoen dat .

MAX HAVELAAB. 61 om voor ,gedistingeerd" doortegaan, zich en anderen meent to moeten plagen met gene, en ze hechtte dan ook niet aan veel uiterlyks wat voor sommige vrouwen waarde schynt to heb- ben. Ook in haar kleoding was zy eon voorbeeld .van eenvou- digheid. Een wit baodjoe van moesselien, met blauwe cordeliIre - ik geloof dat men in Europa zulk eon kleedingstuk peignoir noemen zou - was haar reiskleed. Om den hals had zy eon dun zyden koordje, waaraan twee kleine medaljons, die go echter niet to zien kreegt, daar ze verscholen waren in de plooien voor hare borst. Overigens, de haren h la chinoise, en eon kransje melati in den kondeh. . . ziedaar al haar toilet.(33) Ik wide dat ze niet schoon was, en Web wilde ik niet gaarne dat ge haar voor bet tegendeel hieldt. Ik hoop dat ge I-aar Baboon vinden zult, zoodra ik gelegenheid zal hebben haar voorte- stollen, gloeiend van veruntwaardiging over wat zy do ,mis- kenning van 't genie" noemde, als haar aangebeden Max in 't spel was, of wanneer hear eon denkbeeld bezielde, dat in ver- band stond met bet welzyn van hear kind . Te dikwyls reeds is er gezegd dat bet gelaat de spiegel der ziel is, om nog prys to stellen op de portretwaarde van eon onbewegelyk gezicht, dat niets heeft aftespiegelen omdat er goon ziel in weersebynt. Welnu, zy had eon schoone ziel, en wel moest men blind zyn, om niat ook haar gelaat voor seboon to houden als die ziel daarop to lezen stond. Havelaar was eon man van vyf-en-dertig jaren . Hy was Blank, en Aug in zyn bewegingen . Buiten zyn korte en bewegelyke bovenlip, en zijn groote flauw-blauwe oogen die, als by in kalme stemming was, iets droomerigs hadden, maar vuur schoten als eon groot denkbeeld hem beheerscbte, viel er in zyn voorkomen nets byzonders optemerken. Zyn blonde haren hingen sluiks langs de slapen, en ik begryp zeer good dat weinigen, hem voor 't eerst ziende, op bet denkbeeld komen zouden iemand voor zich to hebben, die wat boofd en hart beide aangaat tot de zeld- zaamheden behoorde. Hy was eon „vat vol tegenstrydigheids." Scherp als eon vlym, en zacht ale eon meisje, voelde hyzelf altyd bet eerst de wonde die zyn bitters woorden geslagen hadden, en by leed daaronder moor dan de gekwetste. Hy was vlug van begrip, vatte terstond bet `hoogste, bet ingewikkeldste, speelde gaarne met de oplossing van moeilyke vragen, had daarvoor alle moeite, alle studie, alle inspanning veil, .. . en dikwijls toch begreep by de eenvoudigste zaak niet, die eon kind hem had kunnen uitleggen. Vol liefde voor waarheid en recht, verwaar- loosde by menigmaal zyn eenvoudigste naastbyliggende verplich-

62 MAa GAVEL AI, tingen, om een onrecht to heratellen dat hooger of verder of dieper lag, en dat door de vermoedelyk grootere inspanning van den stryd hem meer aanlokte. Hy was ridderlyk en moedig, maar verspilde, als die andere Don Quichot, zyn dapperheid dik- wyls op een windmolen. Hy gloeide van onverzadelyke eerzucht die hem alle gewone onderscheiding in 't maatschappelyk leven, ale nietig deed voorkomen, en toch stelde by zyn grootat geluk in een kalm huiselyk vergeten leven . Dichter in den hoogaten zin van 't woord, droomde by zich zonnestelsels by een vonk, bevolkte die met schepsels van zyn maaksel, voelde zich heer van een wereld die hyzelf had in 't leven geroepen . . . en kon toch zeer goad terstond daarop zonder de minste droomery eon gesprek voeren over den prys van de ryst, de regels der taal, of de oekonomische voordeelen eener egyptische hoenderbroeiery . Geen wetenschap was hem geheel vreemd. Hem ahnde wat by niet wist, en by bezat in hooge mate de gaaf om 't weinige dat by moist - ieder weet weinig, en hy, misschien meer wetende dan sommige anderen, maakte op dezen regel geen uitzondering - om dat weinige aantewenden op een wys die de maat zyner kennis vermenigvuldigde. Hy was atipt en ordelyk, en daarby buitengewoon geduldig, doch juist omdat stiptheid, orde en ge- duld hem moeielyk vielen, daar zyn geest iets wilds had. Hy was langzaam en omzichtig in 't beoordeelen van zaken, hoewel dit niet zoo scheen aan vie hem zoo haastig zyn slotsommen hoorden uiten . Zyn indrukken waren to levendig, dan dat men ze voor duurzaam houden durfde, en toch bewees by dikwijls dat ze duurzaam waxen. Al wat groot en verheven was, lokte hem aan, en tegelyker-tyd was by onnoozel en nalf als eon kind . Hy was eerlyk, vooral waar eerlykheid in 't grootmoedige over- ging, en zou honderden die by schuldig was, onbetaald laten omdat by duizenden had weggeschonken . Hy was geestig en onderhoudend wanner by gevoelde, dat zyn geest begrepen werd, maar anders stug en teruggetrokken . Hartelyk voor zyn vrienden, maakte by - wat to snel soma - zyn vriend van al wat lead. Hy was gevoelig voor liefde en aanhankelykbeid ... trouw aan zyn gegevon woord .. . zwak in kleinigheden, maar standvastig tot hoofdigbeid toe, waar 't hem de moeite waard scheen karakter to toonen .. . nederig en welwillend voor wie zyn geestelyk overwicht erkenden, doch lastig wanner men poogde zich daartegen to verzetten ... rondborstig nit trots, en by vlagen achterhoudend, waar by vreesde dat men zyn op- rechtheid zon aanzien voor onverstand evenzeer vatbaar voor zinnelijk als voor geestelyk genot .. . beschroomd en slecht bespraakt waar by meende niet begrepen to worden, maar wel-

MAY ssvssrsss . 63 sprekend Ms by gevoelde dat zyn woorden op willigen bodem vielen . . . traag als by niet werd aangespoord door eenigen prikkel die voortkwam uit zyn eigen ziel, maar yverig, vurig, en doortastend waar dit wel het geval was .. . voorts, vriendo- lyk, beschaafd in zyn manieren, en onberispelyk van gedrag : ziedaar nagenoeg Havelaarl Ik zeg: nagenoeg. Want indien reeds alle bepalingen moeie- lyk zyn, geldt dit vooral van de beschryving van een persoon, die zeer ver van den dagelykschen grondvorm afwykt . Het zal dan ook wel hierom wezen, dat romandichters hun helden ge- woonlyk tot duivels of engelen maken . Zwart of wit last zich gemakkelyk schilderen, maar moeielyker is 't juist weergeven van schakeeringen die daartusschen liggen, wanneer men aan waarbeid gebonden is ep dus noch to donker noch to licht mag kleuren . Ik gevoel dat de schets die ik van Havelaar traehtte to geven, hoogst onvolkomen is. De bouwstoffen die voor me lig- gen, zyn van zoo uiteenloopenden aard, dat ze my door over- maat van rvkdom in myn oordeel belemmeren, en ik zal dug wellicht daarop, onder het ontwikkelen der gebeurtenissen die ik wench meetedeelen, ter aanvulling terugkomen . Dit is zeker, by was een ongewoon mench, en wel de moeite van 't bestu- deeren waardig . Ik bemerk nu reeds dat ik verzuimd beb als een zyner hoofdtrekken optegeven, dat by de belachelyke en de ern- stige zyde der dingen met dezelfde snelheid en te-gelyker-tyd opvatte, aan welke eigenschap zyn wyze van spreken, zonder dat hyzelf dit moist, een soort van humor ontleende, die zyn toehoor- ders gedurig in twyfel bracbt, of ze getroffen waren door 't diep gevoel dat in zyn woorden heerschte, of dat ze to lachen hadden over de koddigheid die op-eenmaal den ernst daarvan afbrak . Opmerkelyk was 't dat zyn voorkomen, en zelfs zyn aandoe- ningen, zoo weinig sporan droegen van zyn doorgebraohtleven . Het roemen op ondervinding is een belachelyke gemeenplaats geworden. Er zijn lieden die vyftig of zestig jaren lang mee dreven met het stroompje, waarin ze beweren to zwemmen, en die van al lien tyd weinig anders zouden kunnen verbalen dan dat ze verhuisd zyn van de A-gracht naar de B-straat . Niets is gewoner dan op ervaring to hooren bogen, juist door hen die hun gryze haren too gemakkelyk verkregen . Anderen weer meenen hun aanapraken op ondervinding to mogen gronden op werkelyk ondergane lotwisseling, zonder dat echter uit iets blykt dat ze door die veranderingen werden aangegrepen in hun ziele- leven. Ik kan me voorstellen dat het bywonen, of ondergaan zelfs, van gewichtige gebeurtenissen weinig of geen invloed heeft op

64 MAX HAVEr.AASE zeker soort van gemoederen, die niet zyn toegerust met de vat- baarheid om indrukken optevangen en to verwerken. Wie hier- nan twyfelt, vrage zich of of men ondervinding zou mogen toe- kennen aan al de bewoners van Frankrijk, die veertig of vyftig jaren oud waren in 1815? En zy allen waren toch personen die 't belangryk drama dat in 1789 aanving, hadden zien opvoeren niet alleen, maar die selfs in meer of min gewichtige rol, dat drama hadden meegespeeld. En, omgekeerd, hoe velen ondergaan een reeks van aandoe- ningen, zonder dat de uiterlyke omstandigheden hiertoe schenen aanleiding to geven . Men denke aan de Crusoe-roman, aan Silvio Pellico's gevangenschap, aan 't allerliefste Picciola van Saintine, aan den stryd in de borst eener ,oude vryster" die haar geheel leven door 66n liefde koesterde, zonder ooit door een enkel woord to verraden wat er omging in baar hart, aan do aandoeningen van den menschenvriend die, zonder uiterlyk in den loop der ge- beurtenissen betrokken to zyn, vurig belang stelt in 't welzyn van medeburger of medemensch. Men stelle zich voor, hoe by beurtelings hoopt en vreest, hoe by elke verandering gadeslaat, zich opwindt voor een schoon denkbeeld, en gloeit van veront- waardiging, als by bet ziet wegdringen en vertrappen door de velen die, voor een oogenblik althans, sterker waren dan schoone denkbeelden. Men denke aan den wysgeer die van nit zyn cal aan 't yolk tracht to leeren wat waarheid is ala by bemerken moot dat zyn stem overschreeuwd wordt door pietistische bui- ohelary of gewinzoekende kwakzalvers . Men stelle zich Sokrates voor - niet als by den gifbeker ledigt, want ik bedoel hier de ondervinding van 't gemoed, en niet die welke rechtstreeks door uiterlyke omstandigheden veroorzaakt wordt - hoe bitter be. droefd zyn ziel moot geweest zyn, toen by die 't goede en ware zocht, zich hoorde noemen „een bederver der jeugd en een ver- achter der goden ." Of beter nog : men denke aan Jezus waar by zoo treurig staart op Jeruzalem, en zich beklaagt ,dat bet niet gewild heeft ." Zulk een kreet van smart - v66r gifbeker of kruishout - vloeit niet uit eon ongedeerd hart. DeAr moot geleden zyn veel geleden, daar is onderzonden Doze tirade is me ontsnapt . . . ze staat er nu eenmaal, en blyve. Havelaar had veel ondervonden . Wilt ge iota dat opweegt tegen de verbuizing van do A-gracht! Hy had schipbreuk geleden, meer dan eons. Hy had brand, oproer, sluikmoord, oorlog, duel- len, weelde, armoede, honger, cholera, liefde en „liefden" in zijn dagboek staan . Hy had vela landen bezocht, en omgang gehad

MAX HAVELLAB. 6 5 met lieden van allerlei ras en stand, zeden, vooroordeelen, gods- dienst en gelaatskleur. Wat duo de levensomstandigheden aangaat, kon by veal on . dervonden hebben . En dot by werkelyk veel ondervonden had, dot by 't leven niet was doorgegaan zonder do indrukken opte- v angen die 't hem zoo ruimachoots aanbood, daarvoor moge ons de vlugheid van zyn goest borg wezen, en de ontvankelykheid van zyn gemoed. Dit nu wekte verwondering van allen die moisten of gissen konden hoeveel by had bygewoond en geleden, dat hiervan zoo weinig op zyn gelaat to lezen was. Wel sprak er uit zijn trekken iets ala vermoeienis, doch dit deed eer donken aan vroegrype jeugd dan aan naderenden ouderdom . En naderende ouderdom had het toch moeten zyn, want in Indies is de man van vyfendertig jaar niet jong meer. Ook zyn aandoeningen, zeide ik, waren jong gebleven . Hy kon spelen met eon kind, en aala eon kind, en meermalen klaagde by dot ,kleine Maa' nog to jong was om vliegers optelaten, omdat by „de groote Max" daarvan zooveel hield . Met jongens sprong by ,haasjen-over" en by teekende heel gaarne eon pa- troon voor 't borduurwerk van de meisjes . Zelfs nam by dozen meermalen de naald uit de band, en vermaakte zich met dot work, ofschoon by dikwyLs zei dat me wel wat beters konden doen dan dot ,machinale steken tellon". By jongelieden van achttien jaren was by een jong student, die gaarne zyn Patriam canimus meezong, of Gaudeamus igitur... ja, 'k ben niet gebeol zeker, dot by niet nog zeer kort geleden, toen by met verlof to Amster- dam was, eon uithangbord hoeft afgebroken, dot hem niet be- haagde omdat er eon neger op geschilderd was, geboeid aan de voeten van eon Europeaan met eon lange pyp in den mond on waar- ondor natuurlyk to lezen stond : de rookende jonge koopman. De baboe die by nit den wagon had geholpen, geleek op alle baboes in Indict, als ze oud zyn. Wanneer ge daze soort van be- dienden kent, behoef ik u niet zeggen hoe ze er uitzag . En als gy ze niet kent, kan ik hot u niet to zeggen . Dit alloen on- derscheidde haar van andere kindermeiden in Indian, dot ze zeer weinig to doon had. Want mevrouw Havelaar was eon voorbeeld van zorg voor hear kind, en wat er voor of met den kleinen Max to doen vial, deed zyzelf, tot groote verwondering van veel andere dames, die niet goedkeurden dot men zich maakte tot „slavin van zyn kinderen ." ZEVENDE HOOFDSTUK .

De resident van Bantam stelde den Regent en den kontroleur aan den nieuwen adsistent-resident voor . Havelaar begroette bei- de beambten hoffelyk . Den kontroleur - er is altyd iets pyn- lyks in de ontmoeting van eon nieuwen chef - zette by door eenige vriendelyke woorden op zyn gemak, ale wilds by terstond reeds eon soort van gemeenzaamheid invoeren, die 't verkeer zou gemakkelyk maken. Met den Regent was zyn ontmoeting zooals dit behoorde met eon persoon die den gouden pajong voert (8') maar die te-gelyker-tyd zijn ,jonger brooder" wezen zou . Met deftige minzaamheid berispte by hem over zyn to vurigen dienst- yver, die in zulk eon weder hem tot aan de grenzen zyner af- deeling gevoerd had, 't geen dan ook de Regent atrikt genomen volgens de regelen der etikette, niet had behoeven to doen.

- Waarlyk, mynheer de Adhipatti, ik ben boos op u dat go u zooveel moeite gegeven hebt om-mynentwil! Ik dacht u eerst to Rangkas-Betoeng aantetreffen . - Ik wenschte den heer adsistent-resident zoo spoedig moge- lyk to zien om vriendschap to aluiten, zei de Adhipatti. - Zeker, zeker, ik voel me zeer vereerd 1 Maar ik zie niet gaarne iemand van uw rang en uw jaren zich al to veel inspannen . En te.paard nogall - Ja, mynheer de adsistent-resident! Waar de dienst me roept ben ik nog altyd vlug en stork . - Dit is to veel van uzelf gevergd! Nietwaar, resident? - De heer Adhipatti. Is. Zeer. - Good, maar er is eon grens. - Yverig, sleepte do resident achterna. - Good, maar er is eon grens, moest Havelaar nogeens zeg- gen, ale om 't vorige terugteslikken . Als u 't good vindt, resi- dent, zullen we pleats in den wagen maken. De baboe kan hier blyven, we zullen haar eon tandoe (86) zenden van Rangkae-Be- toeng. Myn vrouw neemt Max op schoot .. . niet %aar, Tine? En dan is er plaats genoeg. - Het. Is. My. - Verbrugge, we zullen ook u passage geven, ik zie niet in . . .

MAX HAVELAAR. 67 - W61! zei de resident. - Ik zie niet in waarom go zonder noodzaak te-paard door de modder zoudt klepperen .. . er is plaats genoeg voor ons alien. Wj kunnen dan met-een terstond kennis maken . Niet waar, Tine, we zullen one wel schikken? Hier, Max, . . . kyk eens, Verbrugge, is dat niet een aardig kereltje? Dat is myn kleine jongen . . . dat is Max! De resident had met den Adhipatti in de pendoppo plaats geno- men. Havelaar riep Verbrugge om hem to vragen wien die sohim- mel behoorde met roode schabrak? En toen Verbrugge naar den ingang van do pendoppo trad, om to zien welk paard hij be- doelde, legde by dozen de hand op den schouder, en vroeg : - Is de Regent altijd zoo dienstyverig f - 't Is een kras man voor zyn jaren, m'nheer Havelaar, en u begrypt dat by gaarne een goeden indruk op u maken zou . - Ja, dat begryp ik. Ik heb veal goods van hem gehoord ... by is beschaafd, niet waar? - O ja . .. - En by heeft eon groote familie? Verbrugge zag Havelaar aan, als begreep by dozen overgang niet. Dat was ook, voor wie hem niet kende, dikwijls moeie- lyk. De vlugheid van zvn geest deed hem in gesprekken meer- malen eenige schakels der redeneering overslaan, en hoe gelei- delyk ook doze overgang plaats vond in zyn gedachten, was l'et toch iemand die minder vlug was, of niet gewoon aan zyn vlug- heid, niet euvel to duiden wanneer men by zulk eon gelegen . heid hem aanstaarde met de onuitgesproken vraag op de lippen : ben je gek .. . of hoe is hat? Zoo-lets lag er dan ook in de trekken van Verbrugge, en Ha- velaar moest de vraag he'halen, v66r by antwoordde : - Ja, by heeft een zeer uitgebreide familie. - En zyn or Medjiets in aanbouw in de afdeeling? ging Ha- velaar voort, alweer op een toon die, geheel in tegenspraak met de woorden zelf, scheen aanteduiden dat er verband bestond tus- schen die moskeeen en de ,groote familie" van den Regent . Verbrugge antwoordde dat er werkelyk veel aan moskeen ge . arbeid ward. - Ja, ja, dat wilt ik wel! riep Havelaar. En zeg me nu eons of er veel achterstand is in de bataling van de landrenten ? - Ja, dat kon wel beter zyn . - Juist, en vooral in hat distrikt Parang Koedjang, zei Ha- velaar, ale vond by 't makkelyker zelf to antwoorden . Hoe hoog

68 MAX HAVELAAE. is de aanslag van dit jaar f ging by voort, en bemerkende dat Verbrugge eenigszins weifelde, als om zieb op't antwoord to bezin . nen, voorkwam hem Havelaar, die in Sen adem aldus vervolgde : - Good, good ik west het al . . . zes-en-taohtig duizend en eenige honderden .. . vyftien duizend moor dan in 't vorige jaar . doch maar zesduizend boven '55. We zyn sedert '53 maar acl,tduizend vooruitgegaan .. . en ook de bevolking is zeer sohraal ... nu jai Malthus! In twaalf jaar zyn we maar elf prooent gestegen, en ait is nog de vraag, want de tellingen waren vroeger zeer onnauwkeurig .. . en nog! Van '50 op '51 is or zalfs eon teruggang. Ook de veestapel gaat niet vooruit ... dat is eon slecht teeken, Verbrugge! ($9) Wat drommel, zie dat paard eons springen, ik geloof dat hot koldort .. . kom eons kyken, Max! Verbrugge bemerkte dat by den nieuwen adsistent-resident weinig zou to leeren hebben, en dat er goon kwestie was van overwicht door „lokale ancienniteit" wat de goode jongen dan ook niet begeerd had. - Maar 't is natuurlyk, ging Havelaar voort, terwyl by Max op den arm nam. In hot Tjikandi8che en Bolangsche zyn ze er heel bly om ... en de opatandelingen in de Lampongs ook (37 ). Ik beveel me zeer aan voor uwe medewerking, m'nheer Ver- brugge! De Regent is eon man van jaren, en due moeten we ... zog eons, is zyn schoonzoon nog altyd distriktshoofd? Alles saamgenomen houd ik hem voor eon persoon, die inschikkelyk- beid verdient .. . de Regent, mean ik. Ik ben zeer bly dat hier ales zoo acbterlyk en armoedig is en . . . hoop hier lang to blyven. Hierop reikte by aan Verbrugge de hand, en daze, met hem terugkeerende naar do tafel waar de resident, de Adhipatti en mevrouw Havelaar gezeten waren, voelde reeds ieta beter dan vyf minuten vroeger, dat „die Havelaar zoo gek niet was" als de kommandant meende. Verbrugge was volstrekt niet misdeeld van verstand, en by die de afdeeling Lebak kende, nagenoeg zoo good als eon zoo groote landstreek, waar niets gedrukt wordt, door 66n persoon gekend worden khn, begon intezien dat er toch verband was tusschen de schynbaar niet samenhangende vragen van Havelaar, en tevens dat de nieuwe adsistent-resident, hoe- zeer by nooit de afdeeling betreden had, jets wilt van wat er in omging. We! begreep by nog altyd die vreugde niet over de armoede in Lebak, maar by drong zich op, die uitdrukking ver • keerd to hebben verstaan. Later evenwel, toen Havelaar hem meermalen hetzelfde zeide, zag hij in hoeveel groots en edels er was in die vreugde.

MAX HAVELAAB. 6 9 Havelaar en Verbrugge namen plaats by de tafel, en onder 't gebruiken van thee over onbeduidende dingen bprekende, wacht- te men tot Dongso den resident kwam berichten dat de verache paarden waxen voorgespannen. Men pakte zich zoo goad mogelyk in den wagen, en reed been . Door 't botsen en stooten viel 't spreken moeielyk. Kleine Max ward rustig gehouden met pi- sang (33) en zyn moeder die hem op den schoot had, wilde vol- strekt niet bekennen dat ze vermoeid was, als Havelaar aanbood haar van den zwaren jongen to ontlasten. In een oogenblik van gedwongen rust in een moddergat, vroeg Verbrugge den resident, of by den nieuwen adsistent-resident reeds gesproken bad over mevrouw Slotering. - M'nheer Havelaar. Heeft gezegd. - Welzeker, Verbrugge, waarom niet? Die dame kan by ons blyven. Ik zou niet gaarne . . . - Dat. Het. Goad . Was. sleepte de resident er met veol moeite by. - Ik zou niet gaarne myn hula ontzeggen aan een dame in hLr omstandigheden! Zoo-fete spreekt vanzelf . . . nietwaar, Tine? Ook Tine meonde dat bet vanzelf sprak. - U heeft twee huizen to Rangkas-Betoeng, zei Verbrugge. Er is ruimte in overvloed voor twee families . - Maar, al was dit zoo niet ... - Ik Durfde. Het. Haar. - Wel resident, riep mevrouw Havelaar, or is geen twyfel aan1 - Niet. Toezeggen . Want. Het. Is. - Al waxen ze met bun tienen, ala ze 't maar voor lief no- men by one. - Een. Groote. Last . En . Zy. Is. - Maar het reizen in hare positie is onmogelyk, resident! Een hevige schok van den wagen die ontmodderd ward, zette eon uitroepingsteeken achter Tine's verklaring dat bet reizen on- mogelyk was voor mevrouw Slotering. leder had bet gebruikelyk hi / geroepen, dat op zulk een stoot volgt . Max had in den schoot zyner moeder de pisang weergevonden, die by door den schok verloor, en reeds was men een heel eind nader aan de modder- diepte die straks kommn zou, voor de resident besluiten kon zyn zinsnede to voleinden. door er bytevoegen : - Ben. Inlandsche. Vrouw. - 0, dit is volkomen h--tzelfde, trachtte mevrouw Havelaar verstaanbaar to maken . De resident knikte, als vond by bet goad

70 wsex SAVsLAanM dat die zaak due geregeld was, en daar bet spreken zoo moeie . lyk vial, brak men 't gesprek af. Die mevroua Slotering was de weduw van Havelaars voorganger die twee maanden geleden gestorven was. Verbrugge, daarop voorloopig belast met bet ambt van adsistent-resident, zou 't recht gehad bebben, gedurende then tyd de ruime woning to betrekken, die to Bangkaa-Betoeng, zooals in elke afdeeling, van landswege voor 't hoofd van bet gewestelyk bestuur is opgericht . Hy had dit echter niet gedaan, gedeeltelyk misschien nit vrees dat by to spoedig op-nieuw zou moeten verhuizen, gedeeltelyk om 't ge . bruik daarvan aan die dame met haar kinderen overtelaten. Er ware anders ruimte genoeg geweest, want behalve de vry groote adsistent-residentswoning zelf, stond daar neven op't zelfde ,err' een ander huis, dat vroeger daartoe geaiend had, en in-weerwil van den eenigszins bouwvalligen staat, nog altyd zeer gesohikt was ter bewoning. Mevrouw Slotering had den resident verzocht haar voorspraak to zyn by den opvolger van haar echtgenoot, om de vergunning dat oude huis to bewonen tot na haar verlossing, die zy over eenige maanden te-gemoet zag. Hot was dit verzoek dat door . Have. laar en zyn vrouw zoo gereedelyk was toegestaan, iets dat ge- heel in bun aard lag, want gastvry en hulpvaardig waren zy in de hoogste mate. Wel hoorden den resident zeggen dat mevrouw Slotering eon ,,inlandache vrouw" was. Dit vereischt voor niet-indisphe lezers eenige opheldering, daar men al licht tot de onjuiste meening geraken zou met eon eigenlyk-Javaansohe to doen to hebben. De europeesche maatschappy in Nederlandsch Indiiin is vry scherp in twee deelen gesplitat : de eigenlyke Europeanen, en dezulken die - hoezeer wettelyk in geheel denzelfden reohts- toestand verkeerende - niet in Europa geboren zyn, en min of moor inlandsob blood in de aderen hebben. Ter-eere der begrip- pen van menschelykheid in Indian, baast ik me hier bytevoegen dat, hoe scherp ook de lyn zy, die in 't maatschappelyk verkeer 'woodt getrokken tusschen de twee soorten van individuen welke fegenover den inlander gelykelyk den naam van Hollander ($9) dragon, deze afacheiding evenwel geenazins't barbaarseh karakter vertoont, dat in Amerika by de standsplitsing wordt waargenomen . 7k ontken niet dat er nog altyd veel onrecbtvaardigs en atuitends in doze verhouding blyft bestaan, en dat hot woord iiplap my' meermalen in do ooren klonk als eon bewys hoe ver de niet-liplap, ode blanke, dikwerf van ware beschaving verwyderd is . Ret is

MAX HAVSLAA L 71 waar dat de liplap niet dan bij-uitzondering in gezelschappen wordt toegelaten, en dat by gewoonlyk, ale ik me hier van een zeer gemeenzame uitdrukking bedienen mag : "niet voor vol wordt aangezien" maar zelden zal men zulke uiteluiting of geringechat- ting hooren vooratellen en verdedigen als eon grondbeginael. Hot staat natuurlyk ieder vry zyn eigen omgeving en gezelsohap to kiezen, en men mag bet den eigenlyken European niet euvel dui . den, wanner by den omgang met laden van zyn landaard voor- trekt boven 't verkeer met persona die - hun meer of minder zedelyke en verstandelyke waarde in 't midden gelaten - zyn in . drukken en denkbeelden niet deelen . of - en dit is missohien by vermeend verschil van be8chaving, zeer dikwyls de boofdzaak - wier vooroordeelen een andere ric1sing hebben genomen dan do zyne. (a) Eon liplap - om den term to bezigen die voor beleefder wordt gehouden, zou ik moeten zeggen een "duagenaamd inland8ch kind" maar 1k vraag vergunning my to houden aan 't spraakgebrulk dat nit alliteratie geboren schynt, zonder dat 1k met de uitdruk. king iets beleedigends bedoel, en wat beteekent bet woord dan ook? - een liplap heeft veal goads. Ook de Europeaan beeft veel goads. Beiden hebben veel verkeerds, en ook hierin alzoo gelyken zy op elkaar. Maar 't goode en 't verkeerde dat aan beiden eigen is loopt to veel uit elkander, dan dat hun verkeering over 't algemeen tot wederzydsob genoegen kan strekken. Boven- dien - en bieraan heeft de Regeering veel schuld - is de liplap dikwijls slecbt onderwezen . De vraag is nu niet hoe de Europeaan wezen zou, als by zoo van der jeugd of ware belemmerd geworden in zyn ontwikkeling, maar zeker is bet dat de geringe weten- sohappelyke ontwikkeling van den liplap in 't algemeen zijn go- lykstelling met den Europeaan in den weg staat, ook d6Ar waar by ala individu in beschaving, wetenschap of kunst, misschien den voorrang boven een bepaalden europeesohen persoon ver- dienen zou. Ook hieraan is weder niets nieuws . Het lag dan ook, bijv in de staatkunde van WiHem den Veroveraar, om den minstbedui- denden Normandier to verheffen boven den besehaafdsten Sakser, en elke Normandier beriep ziob gaarne op 't overwicht der Normandiers in hat algemeen, om zyn persoon ook dUr to doen golden, waar by de minste zou gewesst zyn zonder den invloed zyner stamgenooten als bovenliggende party . Uit zoo-iets wordt natuurlyk in 't verkeer zekere gedwongen. heid geboren, die niet zou weg to nemen zyn dan door wysgeerige onbekrompen inziohten en maatregelen van bet bestuur . (41) MAX HAVELAAR. 9

72 M41 HAVELAAE. Dat do Europeaan, die in zulke verhonding aan den winnen. den leant is, zioh in dit kunatmatig overwicbt zeer gemakkelyk aohikt, spreekt vanzelf. Maar dikwyls is 't koddig, iemand die zyn beschaving en teal grootendeels opdeed in de rotterdamsche Zandetraat, den liplap to hooren uitlachen omdat deze eon glee water en 't gouvernement, mannelyk, of zon of mean onzydig maakt. Een liplap moge beschaafd, goad onderwezen zyn, of geleerd - or zyn er zool zoodra de Europeaan, die zich ziek hield om ach- terteblyven van 't scbip waarop by borden wascbte, en die zyn aanspraken op beleefdheid bazeert op ,uwee" en ,vereakuseer" aan het boofd staat van de handelsonderneming die zoo „enorm" gewonnen heeft op de indigo in 1800 zooveel . . . neon, lang v66r by de Joke" bezat, waarin by hammen en jachtge . weren verkoopt - wanner zoo'n Europeaan opmerkt dat do beschaafdste liplap moeite heeft de h en de g nit elkaar to bouden, lacht by over de domheid van den man die niet weet, dat er ondersobeid is tussoben eon gouden hek en eon houten gale. Maar om hierover niet to lacben, had by moeten weten dat in het arabisch en maleisch de cha en de Ma door 66n karakter worden uitgedrukt, dat Hieronymue via Geronimo in Jerome overgaat, dat we van huano, guano maken, dat eon want eon handechoen is, dat koua van hose afstamt, en dat we voor Guild Resume in 't hollandsch Huilem of Willem zeggen. Zooveel eruditie is to veal gevergd van iemand die zyn fortuin maakte „in ' de indigo, en z'n beschaving haalde nit het welgelukken van dobbelary .. . of ergerl En zulk eon Europeaan kan toch niet omgaan met zulk eon liplapl Ik begryp hoe Willem van Gui laume komt, en moot erkennen dat 1k, vooral in do Molukken, zeer dikwyls „liplappen" heb leeren kennen, die me deden verbaasd staan over den omvang hunner kennis, en die my op 't denkbeeld braohten dat wy Europeanen, hoeveel hulpmiddelen ons ook ten-dienste stonden, dikwyls - en niet vergelykender-wyze sheen - verre ten- acbteren staan by de arms pariah's die van de wieg at badden to stryden met kunstmatig-onbillijke terugzatting en 't zot voor- oordeel tegen hun kleur. Maw mevrouw Slotering was eens-voor-al gevrywaard voor fouten in 't bollandsch, omdat ze nooit angers dan maleisch sprak . We zullen bear later to zien krygen, ale we met Havelaar, Tine en kleine Max thee-drinken in de voorgalery der adsistentresidents- woning to Rangkaa-Betoeng, waar ons reisgezelacbap, na lang hoteen en stooten, eindelyk behouden aankwam .

VAX $&VELAAR. 73 De resident, die sleohts was meegekomen om den nieuaen adsistent-resident in zyn ambt to bevestigen, gaf den wench to kennen nog dienzelfden dag naar Berang terugtekeeren : - Omdat. Hy. Havelaar betuigde insgelijks bereid to zyn tot alien spoed .. . Hot. Zoo. Druk. Had . .. en de afspraak word gemaakt, dat men daartoe over eon half uur in de groote voorgalery der woning van den Regent zon by-eenkomen. Verbrugge, hierop voorbereid, had reeds voor vale dagen aan de Distrikshoofden, den Patteh, den Bliwon, den Djakea (V) den belasting-koliecteur, eenige mantries, en voorts San alle inlandsohe beambten die deze pleobtigheid moesten by- wonen, last gegeven zioh op de hoofdplasts to verzamelen .

De AdhipaUi nam afscheid, en reed naar zyn hula . Mevrouw Havelaar bezag haar nieuwe woning, en was or zeer mee inge- nomen, vooral omdat de tuin groot was, 't goon haar zoo good voorkwam voor kleinen Max die reel in do luoht moest . Do re- sident en Havelaar waren near hun kamers gegaan om zich • verkleeden, want by do plechtigbeid die er plaats hebben zon, scheen het officieel voorgeschreven kostuum eon vereischte • wezen . Rondom hot hula stonden bonderden menschen, die of te-paard den wagon van den resident hadden begeleid, of tot het gevolg der saamgeroepen Hoofden behoorden . Do polioie- en bureau-opppasaers liepen bedryvig heen-en-weer . Kortom, alles toonde aan dat de eentonigheid op dat vergeten plekje gronds in den javasohen Westhoek, voor eon oogenblik word afgebroken door wat leven.

Weldra reed de fraaie wagen van den AdhipaUi 't voorplein op. De resident en Havelaar, sohitterend van goud en zilver, maar ietwat struikelend over hun degens, stapten er in, en be . gaven zioh near do mooning van den Regent, wear ze met muziek van gongs en gamlanga ontvangen werden. (V) Ook Verbrugge, • zioh van zyn bemodderd kostuum had ontdaan, was reeds dear aangekomen. De mindere Hoofden zaten in eon grooten kring, near oostersche wyze op matten op den grond, en aan 't eind van de lange galery stond eon tafel, waaraan de resident, do Adhipatti, do adsistent-resident, de kontroleur en eon zestal Hoofden plants namen. Men diende thee met gebak rond, en de eenvoudige plechtigheid begon. De resident stond op, en Isis hot besluit van den Gouverneur .

74 MAX HAVELAABL generaal voor, waarby Max Havelaar was aangesteld tot adsistent- resident van de afdeeling Bantan-Kidoel of Zuid-Bantam, zoo- als Lebak door do inlanders genoemd wordt. Hy nam daarna 't staatablad waarin de eed stond die tot do aanvaarding van be- dieningen in 't algemeen voorgesohreven is, en houdende : "dat men om tot hot ambt van **** to worden benoemd of bevorderd, niemand sets beloofd of gegeven heeft, beloven of geven zal ; dat men gehouw en getrouw zal zyn aan zyne Majesteit den Honing der Nederlanden ; gehoorzaam aan zyner Majesteits vertegenwoor- diger in de Indisehe gewesten ; dat men stiptelyk zal opvolgen en doen opvolgen de wetten en bepalingen, die gegeven zyn of gege- ven sullen worden, en dat men rich in aides zal gedragen 9dyk sea goed. .. (hier : adsistent-resident) betaamt." Hierop volgde natuurlyk bet sakramenteele : „zoo waarlyk helps mij God Almtcltig." Havelaar sprak de voorgelezen woorden na. Als in dezen eed begrepen, bad eigenlyk moeten worden beschouwd do belofte : de inlandsche bevolking to sullen beachermen tegen uitzuiging en onderdrukking. Want, zwerende dat men de bestaande wetten en bepalingen zou handhaven, behoefde men slechts bet oog to slaan op de talrijke voorschriften dienaangaande, om intezien dat eigenlyk eon byzondere eed hieromtrent niet to-pas kwam . Maar de wetgever scbynt gemeend to hebben dat overvloed van good niet schadeu kan, althans men vordert van de adsistent-residenten eon afzonderlyken eed, waarby die verplichting omtrent den ge- ringen man nog eons uitdrukkelyk vermeld wordt . Havelaar moest due andermaal „God Almachtig" tot getuige nemen by de belofte : dat by de ,inlandeche bevolking beechermen zou tegen onderdruk- king, mishandeling en knevelary." Voor eon fynen opmerker zou 't do moeite waard zijn ge- weest, het onderscheid gadeteslaan tusschen houding en toon van den resident en van Havelaar by deze gelegenheid. Beiden hadden zy duadanige plochtigheid meermalen bygewoond . Het onderscheid dat ik bedoel, lag duo niet in 't moor of min go- troffen zyn door bet nieuwe en ongewone, doch werd alleen veroorzaakt door 't uiteenloopende der karakters en begrippen van deze beide personen. De resident sprak wel iets sneller dan gewoonlyk, daar by 't besluit en de eeden slechts behoefde v66r- telezen, 't geen hem de moeite bespaarde naar zyn slot- woorden to zoeken, maar toch geschiedde van zyn kant alles met eon deftigheid en eon ernst, die den oppervlakkigen be- sohouwer eon zeer hoog denkbeeld moesten inboezemen van 't

MAX HAVKLAAR. 76 gewicht dat by aan de zaak hechtte. Havelaar integendeel, toen by met opgebeven vinger de eeden nasprak, had lets in gelaat, stem en houding, alsof by zeggen wilde : ,dat spreekt vanzelf, ook zonder God Almachlig zou ik dat doen" en wie mensohkunde bezat, zou meer vertrouwd hebben op zyn ongedwongen . heid en schynbare onverschilligheid, dan op de ambtelyke deftig- beid van den resident. Is 't niet inderdaad bespottelyk, to meenen dat de man die geroepen is rocht to spreken, de man aan wien bet wel of wee van duizenden is in handen gegeven, zicb zou gebonden aohten door eon paar uitgesproken klanken, wanner by niet, ook zon- der die klanken, zich daartoe gedwongen voelt door zyn eigen hart? Wy gelooven van Havelaar, dat by de armen en onderdruk- ten, waar by die mocht aantreffen, zou beschermd hebben, al had by by „God Almacbtig' bet tegendeel beloofd . Daarop volgde een toespraak van den resident tot de Hoof. den, waarop by bun den adsistent-resident als opperhoofd der Afdeeling voorstelde, ben uitnoodigd ) hem to gehoorzamen, bun verplichtingen stipt na to komen, en dergelyke gemeenplaatsen moor. De hoofden werden daarop 66n-voor-fin by name aan Ha- velaar voorgesteld . Hy reikte ieder de hand en de ,installatie" was afgeloopen. Men gebruikte ten-huize van den Adhipatti 't middagmaal, waartoe ook de kommandant Duclari genoodigd was. Terstond na afloop daarvan, stapte de Resident, die gaarne nog then avond to Serang wilde zijn : - Omdat . Hy. Het. Zoo. Byzonder. Druk. Had. .& weder in zyn reiswagen, en zoo keerde Rangkas-Betoeng welds terug tot een stilts, als to verwachten is van een java- ache binnenpost die door slechts weinig Eutopeanen bewoond werd en daarenboven niet aan den grooten weg gelegen was . De kennismaking tussohen Duclari en Havelaar was spoedig op een gemakkelyken voet gebracht . De AdhipaUi gaf blyken van ingenomenheid met zyn nieuwen ,ouder broader" en Ver- brugge verhaalde later dat ook de resident, then by op zyn terug- reis naar Serang eon Bind weegs uitgeleide bad gedaan, zich zeer gunstig over de familie Havelaar, die op haar doortocht naar Lebak eenige dagen ten-zynen-huize vertoefde, had uitgela- ten. Ook zeide by dat Havelaar, by de Regeering goed aange . teekend staande, hoogstwaarschynlyk spoedig tot een booger ambt bevorderd, of althans naar een meer ,voordeelige" afdeeling ver- plaatat worden zou.

76 MAX HAVELAAE. Max en ,zyn Tine" waren eerst onlangs van eon rein near Europa teruggekeerd, en gevoelden zich vermoeid van wat ik eons zeer eigenaardig eon koffertjes-leven heb hooren noemen. Zy achtten zich duo gelnkkig, no, veal omzwervens eirdelyk wader eons eon plek to bewonen waar zy zouden to-huis be- hooren. V66r hun rein naar Europa, was Havelaar adsistent- resident van Amboina geweest, waar by met veal moeielykheden had to stryden gehad, omdat de bevolking van dat eiland in eon gistenden en oproerigen toestand verkeerde ten-gevolge van de vele verkeerde mastregelen die in den laatsten tyd genomen wa- xen. Niet zonder veerkraebt had by dozen geest van verzet we- ten to onderdrukken, doch nit verdriet over de weinige hulp die men hem bierin van-hooger-hand verleende, en nit ergernis over 't ellendig bestuur dat aedert eeuwen de heerlyke streken der Molukken ontvolkt en bederft ... De belangstellende lezer trachte to lezen to krygen wat over dit onderwarp reeds in 1825 door den baron Van der Capellen gesobreven ward, en kan de Publikatien van dozen mensoben- vriend vinden in het Indiscbe Staatsblad van dat jaar . De toe- stand is er sedert then tyd niet beter op geworden! Hoe dit zy, Havelaar deed to Amboina wat by mooht en kon, maar nit ergernis over gebrek aan medewerking van hen die in de eerste plants geroepen waren zyn pogingen to steunen, was by ziek geworden, en dit had hem bewogon naar Europa to ver- trekken. (") Strikt genomen bad by by wederplaataing aanspraak gehad op beter keuze dan de arme geenszins welvarende afdee- ling Lebak, daar zyn werkkring to Amboina van grooter gewioht was, en by dUr, zonder resident boven zich, gebeel op zicbzelf gestaan had. Bovendien was er, reeds voor by naar Amboina ver- trok, sprake van geweest hem tot resident to verheffen, en het bevreemdde due sommigen dat hem thans hat bestuur eener of . deeling ward opgedragen, die aan kultuur-emolumenten zoo wei- nig opbracbt, dewyl velen het belong eener bediening naar de daaraan verbonden inkomsten afmeten . Hyzelf eobter beklaagde zich hierover volstrekt niet, want zijn eerzucbt was geenazins van then aard, dat by bedelen zou om boogeren rang of meer gewin. (") En dit laatste ware hem toch good te-stade gekomen! Want op zyn reizen in Europa had by het weinige uitgegeven, dat by in vorige jaren had overgegaard. Zelfa had by dear sobulden achtergelaten, en by was duo, in 66n woord, arm . Doch noolt bad by zyn ambt besohouwd als eon geidwinning, en by zyn benoeming naar Lebak nam by zich met tevredenheid voor,

MA3 BAV&LAAB . 77 hot achterstallige door zuinigheid intehalen, in walk voornemen zyn vrouw die zoo eenvoudig was in smack en behoeften, hem met groot genoegen ondersteunen zou . Maar zuinigheid viol Havelaar moeilyk. Hy voor zicbzelf kon zich tot hot strikt-noodige bepalen . Ja, zonder do minste inspan. ning kon by binnen de grens daarvan blyven, doch waar anderen hulp beboefden, was hem 't belpen, het geven, eon ware harts- tocht. Hyzelf zag dit zwak in, beredeneerde met al 't gezond verstand dat hem gegeven was, hoe onrecht by deed, iemand to ondersteunen, waar hyzelf meer aanspraek zou gehad hebben op zyn eigen hulp .. . gevoelde dit onrecht nog levendiger, wan- neer ook „zyn Tine" en Max, die by beiden zoo lief had, to lyden hadden onder de gevolgen zyner vrygevigbeid ... by ver- weet zicb zyn goedhartigheid als zwakte, als ydelheid, als zucht om vocr eon verkleeden prins doortegaan ... by beloofde zich beterachap, en toch .. . telkens als daze of gene zich aan hem wilt voortedoen als 't slachtoffsr van tegenspoed, vergat by alles om to helpen . En dit in-weerwll der bitters ondervinding van de gevolgen dezer door overdryving tot font geworden deugd . Acht dagen v66r do geboorte van zyn kleinen Max, bezat by 't Doodige niet om 't yzeren wiegje to koopen waarin zyn lie- veling rusten zou, en weinig tyds te-voren nog had by de weinige versierselen zyner vrouw opgeofferd, om iemand bytestaan, die gewis in beter omatandigheden verkeerde dan byzelf . 4 Maar dit alles lag al weer ver achter hen toen zy waren aan- gekomen to Lebak / Met vroolyke kalmte hadden zy bezit geno- men van hot hula; „waar ze nu tocb eenigen tyd hoopten to blyven." Met eon eigenaardig genot badden zy to Batavia de meubelen besteld, die alles zoo comfortable en gezellig maken zouden. Zy toonden elkaar de plekken waar ze zouden ontbyten, waar kleine Max spelen zou, waar de bibliotheek zou staan, waar by 's avends haar zou voorlezen wat by lien dag geschreven had, want by was altyd bezig met hot ontwikkelen zyner denk- beelden op 't papier .. . en: „eens zou dat gedrukt worden, meende Tine, en dan zou men zien wie hear Max was!" Maar nooit had by iota ter-perse laten leggen van wat er in zyn hoofd omging, omdat zekere sobroom hem bezielde, die wel iets zweemde naar eerbaarheid. Hyzelf althans moist dozen schroom niet beter to beschryven, dan door can wie hem aanspoorden tot publiciteit, to vragen: „zoudt gy uw dochter op-straat laten loopen zonder hemd t" Dit was dan weer eon van do vale boutadee, die zyn omgeving deden zeggen dat die Havelaar tooh eon zonderling menach

7 8 MAX HAVEL&ABL was", en ik beweer bet tegendeel niet. Maar als men do moeite nam zyn ongewone wyze van spreken to vertalen zon men in die vreemde vraag over bet toilet van eon meisje wellicht den tekst gevonden hebben your eon verhandeling over de kuisheid van den geest, die schuw is voor de blikken van den lompen voorbyganger, en zioh terugtrekt in eon hulsel van maagdelyke sohroomvalligheid. (4') Ja, ze zouden gebnkkig zyn to Rangkas-Betoeng, Havelaar en zyn Tine! Do eenige zorg die ben drukte, waxen de sohulden die zy in Europa hadden achtergelaten, verhoogd met de nog onbetaalde .kosten der terugreis naar Indian, en met de uitgaven voor 't meubelen bunner woning. Maar hood was er niet . Ze zouden immers leven van do helft, van eon derde zyner inkom- sten t Misschien ook, ja waarschynlyk, zou by spoedig resident worden, en dan ward alles makkelyk geregeld in weinig tyds . . . Hoewel 't my erg spyten zou, Tine, Lebak to verlaten, want er is hier veal to doen. Je moot heel zuinig wezen, beste, dan kunnen wy misschien alles afdoen, ook zonder bevordering ... en dan hoop ik lang hier to blyven, heel fang! Ben aansporing tot zuinigheid nu, behoefde by tot hh£r niet to richten. Zy had er waarlyk geen schuld aan, dat spaarzaam- heid noodig was geworden, doch ze had zich zoo vereenzelvigd met haar Max, dat ze die aansporing geenszins opvatte als eon verwyt, wat hot dan ook niet was . Want Havelaar wist zeer good dat by alleen gefaald had door zyn to ver gedreven vry. gevigheid, en dat haar fout - als er dan eon fout bestond aan hare zyde - alleen hierin had gelegen, dat ze nit liefde voor Max altyd alles had goedgekeurd wat by deed. Ja, zy had bet good gevonden, toen by die beide armen vrouwen nit de Nieuwatraaf, die nooit Amsterdam hadden verlaten, en nooit waren ,uitgeweest" rondleidde op de Haarlemmer kermis, onder 't koddig voorwendsel dat de Koning hem belast had met : ,,bet amuzeeren van oude vrouwtjes die zich zoo goed gedra- gen hadden." Zy vond bet good dat by do weeskinderen nit alle gestichten to Amsterdam op kook en amandelmelk onthaalde, en ze overlaadde met speelgoed. Zy begreep volkomen dat by de logementarekening van de familie arme zangers betaalde, die terug wilden naar hun land, maar niet gaarne do have achter- lieten, waartoe de harp behoorde, en de viool en do bas, die zy zoo noodig hadden voor hun schamel bedryf. Zy kon bet niet afkeuren, dat hy,'t meisje tot haarlbracht, dat 'a avends op de straat hem had aangesproken . . . dat by haar to eten gaf en berbergde, en 't h1 to goedkoop ,ga been, en zondig niet meer!"

MAX HAVELAAB. 79 niet uitsprak, voor by haar dat ,niet zondigen" had mogelyk gemaakt, Zy vond het zeer schoon in haar Max, dat by 't kla- vier Bet terugbrengen in de voorkamer van den huisvader, then by had hooron zeggen hoe lead het hem deed, dat de meisjes verstoken waxen van muziek ,na dat bankroet ." Zy begreep zeer good dat hear Max de slavenfamilie vrykooht to Menado, die zoo bitter bedroefd was to moeten stygen op de tafel des afslagers. Zy vond het natuurlyk dat Max paarden weergaf aan de Alfoe- ren in de Minahassa, wier paarden waxen doodgereden door de officieren van de Bayonnaise. Zy had or niet tegen dat by to Me- nado en to Amboina de schipbreukelingen der Amerikaansche whalers by zich riep en verzorgde, en zich to grand seigneurachtte om eon herbergiersrekening voorteleggen aan't amerikaansch Gou- vernement.(47) Zy begreep volkomen waarom de offioieren van byna elk aangokomen oorlogscbip grootendeels by Max lo- geerden, en dat zyn huis hun geliefd pied-a4erre was. Was hat niet her Max? Was hat niet to klein, to nietig, was 't niet ongerymd, hem die zoo voratelyk dacht to willen binden aan de regels van spaarzaamheid en huishoudelijkhoid die voor anderen golden? En bovendien, al mocht er dan soma voor 't oo- genblik iets onevenredigs wezen tusscben de inkomsten en uit- gaven, was Max, h"r Max, niet bestemd voor eon schitterende loopbaan? Moest by niet weldra in omstandigheden verkeeren, die hem zouden in-staat stellen zonder overschryding zyner in- komsten den vryen loop to laten aan zyn groothartige neigingen? Moest her Max niet Gouverneur-Generaal worden van dat lieve Indian, of... een koning Y Was 't niet vreemd zelfs, dat by niet reeds koning was? Als er eenvoud by haar gevonden kon worden, dan was haar ingenomenheid met Havelaar schuld daaraan, en zoo ooit, dan zou 't hier golden : dat men veel vergeven most aan wie veel heeft lief gehad! Doch men had haar niets to vergeven . Zonder nu to deelen in de overdreven begrippen di3 zy van haren Max koesterde, mag men toch aannemen dat by eon goede loopbaan voor zich had; en wanneer dit gogrond uitzicht zich had verwezenlykt, zou- den inderdaad de onaangename gevolgen zyner vrygevigheid weldra uit den weg to ruimen geweest zyn . Maar nog eon reden van geheel anderen acrd verontachuldigde hare en zyne schynbare zorgeloosheid. Ze had zeer jong hear beide ouders verloren, en was by hare familie opgevoed. Toen ze huwde, deelde men haar mode dat zy eon klein vermogen bezat, 't geen dan ook ward uitbetaald, dock

80 MAX HAVELAAB . Havelaar ontdekte nit enkele brieven van vroeger tijd, en nit eenige losse aanteekeningen die zy in eon van hear moeder af- komstige kassette bewaarde, dat haar famillie zoo van vaders- ale van moeders-zyde zeer ryk was geweest, zonder dat hem evenwel duidelyk worden kon, wUr, waardoor of wanneer die rykdom was verloren gegaan. Zyzelf, die nooit belang gesteld had in zaken van geldelyken aard, wist weiuig of nets to ant- woorden, toen Havelaar by hear aandrong op eenige inliohtingen aangaande de vorige bezittingen van haar verwanten. Haar grootvader, de baron Van W., was met Willem den vyfden naar Engeland uitgeweken en ritmeester geweest by 't lager des her- togs van York. Hy scheen met de uitgeweken laden der stad- houderlyke familie eon vroolyk leven geleid to hebben, wat dan ook door volen ward opgegeven ale oorzaak van den ondorgang zyner fortuin . Later, by Waterloo, sneuvelde by in eon charge onder de huzaren van Boreol. Aandoenlyk was hat, do brieven to lezen van haar vader - then eon jongeling van achttien jaren die als luitenant by dat korps in dezelfde charge eon sabelhouw op 't hoofd bekwam, aan welks gevolgen by acht jaren later krankzinnig sterven zou - brieven aan zyn moeder, -waarin by zich beklaagde hoe by vruohteloos op het slagveld naar 't lyk zyns vaders had gezooht.(") Wat haar afkomst van moederszyde aangaat, herinnerde zy ziob dat haar grootvader op zoer aanzienlyken voet geleefd had, en nit sommige papieren bleak dat doze in hat bezit was geweest van de posteryen in Zwitserland, op de wyze zooals thans nog in eon groot gedeelte van Duitschland en Italie, die tak van in- komst do apanage uitmaakt der voraten van Turn en Taxis. (") Dit deed eon, groot vermogen veronderstellen, maar ook hiervan was door geheel onbekende oorzaken nets of zeer weinig althans, overgegaan op hat tweede geslacht. Havelaar vernam 't weinige wat daarvan to vernemen was, eerst na zyn huwelyk, en by zyn nasporingen wekte het zyn ver- wondering dat de kassette waarvan ik zoo-even sprak - en die zy met den inhoud uit eon gevoel van pieteit bewaarde, zonder to gissen dat daarin misschien stukken waren, die belang hadden nit eon geldelyk oogpunt - op onbegrijpelyke wyze was verlo- ren gegaan . Hoe onbaatzuchtig ook, by bouwde op doze en vale andere omstandigheden do mooning dat hieraohter eon roman intime verscholen lag, en men mag 'them niet euvel duiden, dat by, die voor zyn duren inborst veel behoefde, met vreugde dien roman eon bly einde bad zien nemen. Hoe 't nn wezen moog met hat bestaan van dien roman, en of er al dan niet spoliatie had

Mss HAVErsAS. 81 plaats gehad, zeker is 't dat er in Havelaars verbeelding jets ge . boren ward, wat men een reve aux millions zou kunnen noe- men . (w) Doch alweer was 't eigenaardig dat by die zoo nanwkeurig en scherp het reoht van een alder - hoe diep ook begraven onder stoffige akten en dikwebbige chicanee - zou hebben na- geapoord en verdedigd, dat by hier, waar zyn eigen belang in 't spel was, met slordigheid hot oogenblik verwaarloosde, waarin misachien de zaak had moeten worden aangevat . Hy scheen jets all schaamte to gevoelen omdat het hier zyn eigen voordeel gold, en ik geloof zeker wanner ,zyn Tine" gehuwd ware geweest met een ander, met iemand die zich tot hem had gewend met het verzoek het spinrag to verbreken, waarin haar voorouderlyk fortuin was blyven hangen, dat by geslaagd zou zyn „de interes- sante woes' in 't bezit to stellen van het vermogen dat haar behoorde. Maar nu was die interessante woes zijn vroaw, HRgr vermogen was het zyne, by vond er duo jets koopmansaahtigs in, jets derbgeerends, in haar naam to vragen : ,zyt go my niet nog jets scbuldig V' En toch kon by then millioenendroom niet van zich schudden, al ware het dan ook slechts om eon verontachuldiging by de hand to hebben, by het dikwyls voorkomend zelfverwyt dat by to veel geld uitgaf. Eerst kort voor het terugkeeren near Java, toen by reeds veel geleden had onder den druk van geldgebrek, toen by zyn fier hoofd had moeten buigen onder de /urca caudina van menigen schuldeischer, had by zyn traagheid of zyn schroom kunnen overwinnen om work to maken van de millioenen die by meende nog to-goed to hebben. En men antwoordde hem met een oude rekening-courant .. . een argument, zooals men weet, waartegen nets valt intebrengen. Maar ze zouden zoo apaarzaam wezen to Lebaki En waarom ook niet? Er dwalen in zoo'n onbeschaafd land, op den laten avend geen meisjes over straat, die een weinig eer to verkoopen hebben voor een weinig voedseL (61 ) Er zwerven daar zoo geen menachen rond, die van problematiache beroepen leven . Daar valt het net voor, dat een gezin op-eens te-gronde gaat door wisseling van fortuin .. . en van zoodanigen aard toch waxen gewoonlyk de klippen waarop de goede voornemens van Havelaar strandden. Hot aantal Europeanen in die Afdeeling was zoo gering dat het niet in aanmerking komen kon, en do Javaan to Lebak to arm, om - by welke lotwisseling ook - belangwekkend to worden door nog grooter armoede. Dit alles overdacht Tine

82 MAY HAVE ea zoo niet - hiertoe tooh had zy zich, juister dan zy nit liefde voor Max doen wilde,rekensohap moeten geven van de oorzaken hunner min gunstige omstandigheden - maw er lag in hun nieuwe omgeving iets dat kalmte ademde, en afwezen van We aanleidingen - met meer of min valach-romaneske tint dan - die vroeger Havelaar zoo dikwijls hadden doen zeggen : - Niet waar, Tine, dat is nu toch eon geval waaraan 1k me niet onttrekken kan! En waarop zy altyd geantwoord bad : - Wol neon, Max, d"raan kan je je niet onttrekkenl We zullen zien hoe 't eenvoudige, schynbaar onbewogen Lebak Havelaar moor kostte dan alle vorige uitspattingen van zyn hart te-zamen genomen. Maar dit moisten zy nieti 7.y zagen de toekomst met vertrouwen te-gemoet, en voelden zich zoo geg lukkig in hun liefde en in 't bezit van hun kind . - Wat al rozen in den tuin, riep Tine, en ziedaar ook rampeh en tjempaka, en zooveel melati, en zie eons die schoone lelien . .. En, kinderen als ze waren, vermaakten zy zich met hun nieuw huis. En toen 'a avends Duclari en Verbrugge, na eon bezoek by Havelaar, terugkeerden naar hun gemeenschappelyke woning spraken zy veal over de kinderlyke vroolykheid van de nieuw aangekomen familie. Havelaar begaf zich naar zyn kantoor, en bleef daar den nacht door, tot den volgenden morgen . ACHTSTE HOOFDSTUB.

Havelaar had den kontroleur verzocht, de hoofden die to Bangka8-Betoeng aanwezig waren uittenoodigen daar tot den volgenden dag to vertoeven om do Sebah (6s) bytewonen, die by beleggen wilde. Zulk eon vergadering bad gewoonlyk eons in do maand plaats, doch hetzy-i aan sommige hoofden die wat ver van de hoofdplaats woonden - want de Afdeeling Lebak is zeer uitgestrekt - het onnoodig keen- en weerreizen wide besparen, hetzyd-i wenschte, terstond en zonder den vastgestel- den dag aftewachten, hen op plechtige wyze toetespreken, by had den eersten Sebah-dag op den volgenden morgen bepaald. Links voor zyn mooning, doch op 't zelfde ,erf" en tegenover 't huis dat mevrouw Slotering bewoonde, stond eon gebouw dat gedeeltelyk de bureaux der adsistent-residentie bevatte, waar- toe tevens de landkas beboorde, en gedeeltelyk bestond in eon vry raime open galery, die eon zeer goede gelegenheid tot zulk eon vergadering aanbood. Daar waren dan ook den volgenden morgen de Hoofden vroegtydig vereenigd. Havelaar trad binnen, groette, en nam plaats. Hy ontving de gescbreven maandelyksohe berichten over landbouw, veestapel, politie, en justitie, en legde die tot nader onderzoek ter-zyde . Ieder verwachtte bierop eon toespraak als die welke de resident op den vorigen dag had gehouden, en het is niet geheel-en-al zeker dat Havelaar zelf van voornemen was iets anders to zeggen, doch men moest hem by zulke gelegenheden gehoord en gezien hebben om zich voortestellen hoe by, by toespraken ale doze, zich opwond en door zyn eigenaardige wyze van spreken aan de bekendste zaken eon nieuwe kleur meedeelde, hoe zich dan zyn houding oprichtte, hoe zyn blik vuur sohoot, hoe zyn stem van 't vleiend zachte in 't vlymend soberpe overging, hoe de beel- den van zyn lippen vloeiden als strooide by iets kostbaars om zich been dat toch hem ni3ts kostte, en hoe, als by opbield, ieder hem aanstaarde met open mond als om to vrrgen : ,myn God, wie zyt gel" Het is waar dat hyzelf, die by zulke gelegenheid sprak als eon apostel, als eon ziener, later niet juist wist hoe by gespro.

84 MAT RAV$rssaE ken had, en zyn welsprekendheid had dan ook moor do eigen . sohap van to verbazen en t8 treffen, dan door bondigheid van redeneering to overtuigen . Hy zou den krygslust der Athe- ners, zoodra tot den oorlog tegen Philippus besloten was, tot dolzinnigheid hebben kunnen aanvuren, maar minder good waar- sohynlyk zou by geslaagd zyn als zyn task geweest ware hen door redeneering tot then oorlog to bewegen . Zyn aanspraak tot de Lebaksche hoofden was natuurlyk in 't maleisoh en ontleende hieraan eon eigenaardigheid to moor, daar de eenvoudigheid der oosterache talon aan veal uitdrukkingen eon kracht verleent, die in onze idiomen door litterarische gekunsteldheid is verloren gegaan, terwyl can den anderen leant hat zoetvloeiende van 't maleisch moeielyk in eenige andere tad is weertegeven . Men bedenke bovendien dat hat meerendeel zyner hoorders nit een- voudige, dock geenszins domme mensehen bestond, en tevens dat hat Oosterlingen waxen, wier indrukken zeer verschillen van do onze . Havelaar moat nagenoeg aldus gesproken hebben :

- Mynheer de Radhen Adhipatti, Regent van Bantan-Kidod, en gy, Radhena Dhemang die Hoofden zyt der diatikten in daze Afdeeling, en gy Badhen Djaksa die de justitie tot uw ambt bebt, en ook gy Rhaden Eliwon die gezag voert op de hoofdplaata, en gy, Rahdena Mantries, an alien die Hoofden zyt in de afdee- ling Bantan-Kidod, ik groot ut (U) En ik zeg u dat ik vreugde voel in myn hart, nu 1k hier u vergaderd zie, luisterende naar de woorden van myn mond . Ik meet dat er onder ulieden zyn, die uitateken in kennis en in braafheid van Bart ; ik hoop myn kennis door de uwe to ver- meerderen, want zy is niet zoo groot als 1k wensobte. En do bob wel de braafheid lief, maar dikwyls bespeur 1k dat er in myn gemoed fouten zyn, die de braafheid oversobaduwen, en daaraan den groei benemen .. .gy alien weet hoe de groote boom den kleinen verdringt en doodt. Daarom zal ik letten op degenen onder u, die uitetekend zyn in deugd, om to trachten beter to worden dan 1k ben. Ik groet n alien zeer. Toen de gouverneur-generaal my gelastte tot u to gaan om adsistent-resident to zyn in daze afdeeling, was myn hart ver . heugd. Hot kan u bekend zyn dat ik nooit Bantan-Kidod had betreden. Ilk liet my duo geschriften geven, die over uwe • af- dealing handelen, an heb gezien dat er veel goeds is in Banks. Sidoel. Uw yolk bezit ryatvelden in de dalen, en er zyn ryst- velden op de bergen. En ge wensoht in vrede to leten, en go

MAY HAVFLAAB. 8 5 begeert niet to wonen in landstreken die bewoond warden door anderen. is, 1k west dat er veal goads is in Banta»-Eidod l Maar niet hierom alleen was myn hart verhougd. Want ook in andere streken zou ik veel goods gezonden hebben . Dooh ik ontwaarde dat uwe bevolking arm is, en hierover was blyde in bet binnenste myner zieL Want ik weet dat Allah den arme liefheeft, en dat Hy rykdom geeft aan wien Hy beproeven wil . Maar tot de armen zendt Hy wie zyn woord spreekt, opdat zy zioh oprichten in hun ellende . Geeft Hy niet regen wear de helm verdort, en eon dauwdrup in den bloemkelk die dorst heeft? En is bet niet schoon, to worden uitgezonden om de vermoei- den to zoeken, die achterbleven na den arbeid en neerzonken langs den weg, daar hun knieen niet stork meer waxen om op- to gaan naar de plaats van bet loon? Zou ik niet verheugd wo- men de hand to mogen reiken aan wie in de groove vial, en eon staf to geven aan wie de bergen beklimt t Zon Met myn hart opspringen als bet ziet gekozen to zyn onder velen, om van kla- gen een gebed to maken en dankzegging van geween? Js, 1k ben zeer blyde geroepen to zyn in Bantan-Kidoel I Ik heb gezegd tot de vrouw die myna zorgen dealt en myn geluk grooter maakt : ,verheug u, want ik zie dat Allah zegen geeft op bet hoofd van one kindl Hy heeft my gezonden naar eon cord waar niet alle arbeid is afgeloopen, en Hy keurde my waardig daar to zyn v66r den tyd van den oogst . Want niet in bet snyden der padie is de vreugde : de vreugde is in bet any- den der padie die men geplant heeft. En de ziel des menschen groeit niet van bet loon, maar den arbeid die bet loon ver- dient. En ik zeide tot haar: Allah heeft ons eon kind gegeven dat eenmaal zeggen zal: ,weet ge dat do zyn noon ben?" En dan zullen er wezen in bet land die hem groeten met liefde, en die de hand zullen leggen op zyn hoofd, en zeggen zullen : ,zet u neder aan ons maal, en bewoon one buls, en neem uw deal aan wat wy hebben, want ik heb uwen wader gekend ." Hoofden van Lebak, er is veal to arbeiden in uw landstreek! Zeg my, is niet de landman arm? Rypt niet uw padie dikwerf ter voeding van wie niet geplant hebben? Zyn erniet vale ver- keerdheden in uw land? Is niet bet aantal uwer kinderen gering t Is er niet schaamte in uwe zielen, als de bewoner van Bandoeng (") dat dear ten oosten ligt, uwe streken bezoekt, en vraagt : ,,waar zyn de dorpen, en waar de landbouwers? En waarom hoor BE den gamlang niet, die blydsohap spreekt met koperen mond, nooh bet gestamp der padie uwer dochters?" Is bet u niet bitter, to reizen van bier tot de Zuidkust, en

86 MAT IUVELeeaL de bergen to zien die goon water dragon op hunne zyden, of de vlakten waar nook eon buffel den ploeg trok? Ja, is, 1k zeg u dat uw en myn ziel daarover bedroefd is . En juist daarom zyn wy Allah dankbaar dat by ons macht heeft go- geven om hier to arbeiden. Want wy hebben in dit land akkers voor velen, schoon do be- woners weinig zyn. En bet is met de regen die ontbreekt, want de toppen der bergen zuigen de wolken des hemels ter aarde . En met overal zyn rotsen die plaats weigeren aan den wortel, want op veel plaatsen is do grond week en vruchtbaar, en roept om do graankorrel die by ons wil weergeven in gebogen habn. En er is goon oorlog in bet land die de padie vertreedt als ze nog green is, noch ziekte die den patjol nutteloos maakt. (") Nooh zyn er zonnestralen, heater dan noodig is om bet graft to doen rypen dat u en uw kinderen voeden meet, noch ban- jira die u doen jammeren : ,wys my de plaats waar do gezaaid heb!" (") Waar Allah waterstroomen zendt, die de akkers wegnemen . .. waar by den grond hard maakt als dorre steen ... wear Hy Zyn zon doet gloeien ter verschroejing . . . waar Hy oorlog zendt, die de velden omkeert ... waar Hy shat met ziekten die do handen slap waken, of met droogte die de aren doodt ... daar, Hoofden van Lebak, buigen wy deemoedig bet hoofd, en zeggen : ,,Hy wil bet zoo!" Maar niet aldus in Bantan-Kidod l Ik ben hier gezonden om uw vriend to zyn, uw ouder brooder. Zoudt gy uw jongeren broader niet waarachuwen als go een tijger zaagt op zyn weg? Hoofden van Lebak, we hebben dikwyls misalagen begaan, en one land is arm omdat we zooveel misalagen begingen . Want in Tjikandi en Bolang, en in bet Erawangeche, en in do ommelanden van Batavia, zyn velen die geboren zyn in one land, en die one land verlaten hebben. (67 ) Waarom zoeken zy arbeid, ver van de plaats waar ze hun ouders begroeven? Waarom vlieden zy de deasah (6t) waar zy de besnydenis ontvingen f Waarom verkiezen zy de koelte van den boom die d6Ar groeit, boven de scbaduw onzer bossohen? En Binds in 't noordwesten over de zee, zyn velen die onze kinderen moesten zyn, maar die Lebak hebben verlaten om rond- tedolen in vreemde streken met kris en kleuung en schietgeweer. En zo komen ellendig om, want er is macht van de Regeering daar, die de opstandelingen verslaat .(66 ) Ik vraag u, Hoofden van Bantan Kidoel, waarom zyn er zoo- velen die weggingen, om niet begraven to worden waar ze go .

MAY HAVRLAAR. 87 boron zyn? Waarom vraagt de boom, waar do man is then by ale kind zag spelen aan zyn voet?

Havelaar hield hier eon oogenbl k op . Om eenigszins den indruk to begrypen then zyn tad maakte, had men hem moeten hooren en zien. Toen by sprak van zyn kind, was er in zyn stem lets zachts, iets onbeschryfelyk roerends, dat uitlokte tot • vraag : ,waar is de kleine? Reeds nu wil ik 't kind kussen, dat zyn vader zoo spreken doetl" Maar toen by kort dawns, schynbaar met weinig geleidelykheid, overging tot de vragen waarom Lebak arm was, en waarom er zooveel bewoners van • streken verhuisden naar elders, klonk er in zyn toon lets, dat denken deed aan 't geluid dat eon boor maakt, ale ze met kracht wordt geschroefd in hard hout. Toch sprak by niet luid, nosh drukte by byzonder op enkele woorden, en zelfs was er lets eentonigs in zyn stem, maar hetzy studio of natuur, juist deze eentonigheid maakte den indruk zyner woorden starker op de gemoederen die zoo byzonder ontvankelijk waren voor zulke taa .

Zyn beelden die altyd genomen waren uit het leven dat hem omringde, waren voor hem werkelyk hulpmiddelen tot begry- pelyk maken van wat by bedoelde, en niet, zooals vaak ge- sohiedt, lastige aanhangels die de zinsnede der redenaars be- zwaren, zonder eenige duidelykheid toetevoegen aan 't begin der zaak, die men voorgeeft toetelichten. We zyn than gewoon aan de ongerymdbeid van de uitdrukking : ,sterk als eon leeuw" maw wie in Europa dit beeld het eerst gebruikte, toonde dat • zyn vergelyking niet had geput uit de zielspoezie die beelden geeft voor redeneering en niet anders spreken ban, dock zyn aanvullende gemeenplaats eenvoudig had afgeschreven uit eon • ander boek - nit den bybel misscbien - waar eon leeuw voorkwam . Want niemand zyner hoorders had ooit de sterkte des leeuws ondervonden, en 't ware dus veeleer noodig geweest hun die sterkte to doen beseffen door vergelyking van don leeuw met lets waarvan de kracht hun by ervaring bekend was, dan omgekeerd .

Men erkenne, dat Havelaar werkelijk dichter was . Ieder ge- voelt dat by, %prekende van de rystvelden die or waren op de bergen, de oogen daarheen richtte door de open zyde der zaal, en dat by die velden inderdaad zag. Men bereft, als by den boom list vragen waar de man was die als kind aan zyn voet ge- speeld had, dat die boom daar stond en voor de verbeelding van Havelaars toehoorders in werkelykheid vragend rondstaarde

MAX HAVELAAR . 10

88 MAY HAVsrsssE naar de heengegane bewoners van Lebak Ook verzon by nets : by hoorde den boom spreken, en meende sleohts natezeggen vat by in zyn diohterlyke opvatting zoo duidelyk verstaan had .

Wanner missohien iemand do opmerking maken moobt, dat bet oorepronkelyke in Havelaars wyze van spreken net zoo on- betwistbaar is, daar zyn taal denken doet aan den styl der pro- feten van 't Oude-Testament, moat ik herinneren reeds gezegd to hebben dat by in oogenblllkken van vervoering werkelyk iets had van een ziener. Gevoed door de indrukken die 't leven in wouden en op bergen hem had meegedeeld, omgeven door de pobzie-ademende atmosfeer van bet oosten, en alzoo soheppende nit gelyksoortige bron ale de Vermaners der Oudheid waarmee men some zioh genoopt voelde hem to vergelyken, gissen wy dat by net anders zou gesproken hebben, ook wanner by nooit de heerlyke diohtstukken van bet Oude-Testament gelezen had. Vinden we niet reeds in de verzen die van zyn jeugd dagtee- kenen„regels als daze, die gesohreven waren op den rBalak - een der reuzen, maar net de grootate, onder de bergen van de Freanger Regentachappen - waarin alweder de aanhef do zaoht- heid zyner sandoeningen teekent, om cm-op-eons overtegaan in 't naspreken van den donder then by onder zioh hoort :

't Is zoeter bier zijn Maker luid to loven . ... 't Gebed klinkt schoon tangs berg en heuvelrij . .. . Veel meet dan ginds rijst bier bet hart near boven : Men is zijn God op bergen meet nabij I Hier schiep Hijzelf altaar en tempelkoren, Nog door geen tred van 'a menschen voet ontwijd, Hier doet Hij zich in 't raatlend onweer hooren .. . . En rollend rapt Zijn donder ; Majesteitl ......

... on gevoelt men Wet, dat by de laatste regels niet z66 had kunnen schryven, ale by net werkelyk had meenen to booren en to verstaan hoe Gods donder hem die regels in klaterende trilling tegen de wanden van 't gebergte toeriep t

Maw by hield net van verzen. ,Hat was een leelyk ryglyf' zeide by, en ale by er toe gebraobt werd fete to lezen van vat by ,begaan" had, zooals by zioh uitdrukte, sohiep by er ver- mask in, zyn eigen work to bederven, 6f door 't voortedragen op een Loon die 't belachelyk maken moest, of door op-eenmaal

• Frits zegt ; yd en sit rymt niet, althans niet in Friesland en Zealand . Die Sjaalman schijnt dan niet eens verzen to maken, die deugen. 't Is waar 't was in zijn jeugd • B . Droogstoppel lso)

VAX HAVELAAB . 89 voaral by eon hoogst-ernstigen passus, aftebreken, en or eon kwinkslag tusachen to werpen, die de toehoorders pynlyk san- deed, maar die by hem nieta anders was dan eon bloedige satire op de onevenredigheid tusschen dat keurslyf en zyn ziel, die zioh daarin zoo benauwd voelde. Er waren onder de boofden slechts weinigen die van de rond- gediende ververschingen iets gebruikten. Havelaar had namelyk met een wenk gelast, de by zoodanige gelegenheid onvermyde . lyke thee met maniewan ('1 ) rondtedienen. Het scheen dat by met voordaoht na de laatate zinsnede zyner toespraak eon rustpunt wilde laten. En hier was reden toe. „Hoe, moesten de Hoofden denken, by weet reeds dat er zoovelen onze Afdeeling verlieten, met bitterheid in 't hart? Reeds is hem bekend hoeveel huisge- zinnen naar naburige landstreken verhuisden, om do armoede to ontwyken die hier heeracht? En zelfs weet by dat er zooveel Banfammers zyn onder de benden die in de Lamponga do vaan des opstands hebben ontrold tegen 't nederlandsoh gezag? Wat wil by? Wat bedoelt by? Wien golden zyne vragen? En er waren er die Radhen Wiera Koeaoema, bet distrikta- hoofd van Parang-Soedjang aanzagen . ('S) Maar de meesten sloegen de oogen ter aarde. .Kom eons hier, Max!" riep Havelaar, die zyn kind gewaar ward, spelende op bet erf, en de Regent nam den kleine op den schoot. Maar doze was to wild om daar lang to blyven . Hy sprong weg, en lisp den grooten kring rond, en vermaakte de Hoof- den door zyn gekeuvel, en speelde met de gevesten van hun krissen. Toen by by den Djakea kwam, die de aandaoht van 't kind trok omdat by sierlyker dan de anderen gekleed was (p) echeen deze iets op 't hoofd van kleinen Max to wyzen aan den Kliwoen die naast hem zat en eon gefluisterde opmerking daar- over scheen to beamen. - Ga nu been, Max, zei Havelaar, papa heeft iota &an die heeren to zeggen. De kleine lisp weg nadat by met kushandjes gegroet had. Hierop ging Havelaaar aldus voort : - Hoofden van Lebak/ Wy alien staan in dienst des Konings van Nederland . Maar Hy, die rechtvaardig is, en wil dat wy omen plicht doen, is ver van hier. Dertig-maal duizend-maal duizend zielen, ja, moor dan zooveel, zyn gehouden zyn bevelen to gehoorzamen, maar by kan niet wezen naby alien die afhangen van zynen wil . Do Groote-Heer to Buitenzorg is reohtvaardig, en wil dat

90 MAY HAVELAAR. seder zyn plioht doe. Maw ook doze, maobtig als by is, en go- biedende over al wat gezag heeft in do steden en over allen die in do dorpen de oudaten zyn, en beschikkende"over do maobt des legers en over de sohepen die op zee varen ("), ook by kan niet zien waar onrecht gepleegd is, want bet onreoht blyft verre van hem. En de resident to Serang, die beer is over do landstreek Ban- tamn, waar vyf-maal-honderd-duizend mensohen wonen, wil dat er recht geschiede in zyn gebied, en dat or rechtvaardigheid heersohe in de landschappen die hem gehoorzamen . Dooh waar onrecht is, woont by verre. En wie boosheid doet, verschuilt zich voor zyn aangezioht omdat by straffe vreest. En de beer Adhipaai, die Regent is van Zuid-Bantam, wil dat ieder leve die hot goods betracht, en dat er goon sohande zy over de landstreek die zyn regentacbap is . En ik, die gisteren den Almachtigen God tot getuige nam dat 1k recbtvaardig zou zyn en goedartieren, dat ik recht zou doen zonder vrees en zonder haat, dat ik zal zyn : „eon good adsistent-resident" ... ook ik wench to doen wat myn pliobt is. Hoofden van Lebak! Dit wenschen wy allen! Maar als er soms onder on mochten zyn, die hun plioht ver- waarloozen voor gewin, die hot recht verkoopen voor geld, of die den buffel van den armen nemen, en de vruohten die be- hooren aan wie honger hebben . . . wie zal ze straffen? Ale eon van u hot moist, by zou 't boletten . En de Regent zon niet dulden dat zoo-iota gesohiedde in zyn regentecbap . En ook ik zal bet tegengaan waar ik kan. Maar als nooh gy, noch de Adhipali, nosh ik bet wisten ... Hoofden van Lebakl Wie Loch zal dan reoht doen in Bantan- KidoelY Hoort naar my, als ik u zeggen zal hoe or dan recht zal gedaan worden. Er komt eon tyd dat onze vrouwen en kinderen schreien zullen by bet gereedmaken van on doodkleed, en de voorby- ganger zal zeggen : ,daar is eon mensch gestorven ." Dan zal wie aankomt in de dorpen, tyding brengen van den dood des- genen die gestorven is, en wie hem berbergt, zal vragon : „wie was de man die gestorven is?" En men zal zeggen : ,,Hy was good en rechtvaardig. Hy sprak recht en verstootte den klager niet van zyn dour ]Ely hoorde geduldig aan, wie tot hem kwam, en gaf weder wat ontnomen was. En wie den ploeg niet dryven kon door den grond omdat de buffel nit den stal was gehaald, hielp by zoeken near den buffet En waar de dochter was geroofd nit bet huis der moeder, zooht by den

WAS HAVELAAS. 91 dief en bracht de doohter wader . En waar men gearbeid had ont. hield by het loon niet, en by ontnam do vruohten niet asn wie den boom geplant hadden. Hy kleedde zioh niet met hot kleed dat anderen dekken moest, noch voedde zioh met voedsel dat den arme hoorde." Dan zal men zeggen in de dorpen : „Allah is groot, Allah heeft hem tot zioh genomen. Zijn wil gesohiede .. . er is eon good mensoh gestorven ." Doch andermaal zal de voorbyganger stilstaan voor eon huffs, en vragen, ,wat is dit, dat de gamlang zwygt, en het gezang der meisjes?" En wederom zal men zeggen : ,er is eon man gestorven." En wie rondreist in de dorpen, zal 's avends zitten by zyn gastheer, en om hem heen de zonen en doohteren van het hula, en de kinderen van wie het dorp bewonen, en by zal zeggen : „Dear stierf eon man die beloofde rechtvaardig to zyn, en by verkooht het recht aan wie hem geld gaf. Hy mestte zyn akker met hat zwoet van den arbeider then by had afgeroepen van den ak- ker des arbeids. $y onthield den Rerkman zyn loon, en voedde zich met hat voedsel van den arme . Hy is ryk geworden van de armoede der anderen. Hy had veel gouas en zilvers en edele steenen in menigte, doch de landbouwer die in de nabuursohap woont, wist den honger niet to stillen van zyn kind. Hy glim- lachte Ms eon gelukkig menseh, maar men hoorde gekners tus. schen de tanden van den klager die recht zooht . Er was tevreden- heid op zyn gelaat, maar geen zog in de borsten der moeders die zoogden." Dan zullen de bewoners der dorpen zeggen : „Allah is groot . .. wy vloeken niemand!" Hoofden van Lebak, eons sterven wy alien! Wat zal er gezegd worden in de dorpen waar wy gezag hadden? En wht door de voorbygangers die de begrafenis aan- sohouwen? En wat zullen wy antwoorden, als er na omen dood eon stem spreekt tot onze ziel, en vraagt : ,waarom is er geween in de velden, en waarom verbergen zich de jongelingen t Wie nam den oogst uit de schuren, en nit de stallen den buffel die hat weld ploegen zou t Wat hebt gy gedaan met den brooder lien ik u gaf to bewaken? Wasrom is de arme treurig en vloekt de vruoht- baarheid zyner vrouw t" Hier hield Havelaar weder op, en na eenig zwygen ging by op den eenvoudigsten toon van de *ereld, en als had er volstrekt note plants gehad dat indruk maken moest, voort : - Ik wenschte gaarne in goods verstandhouding met u to

92 VAX H&VSLAAP& leven, en daarom verzoek 1k u my to besohouwen ale een vriend . Wie gedwaald mooht hebben, kan op een zaoht oordeel van myn kant staat-maken, want dear lzelf zoo menig keen dwaal, zal 1k niet streng zyn .. . niet althans in de gewone dienstvergrypen of nalatigheden. Alleen wear nalatigheid zou worden tot gewoonte, milk die tegengaan. Over misslagen van groveren acrd .. . over knevelary en onderdrukking spreek ik niet . Zooiets zal niet voor- komen, niet waar, m'nheer de Adhipatti I - 0 neen, mynheer de adsistent-resident, zoo jets zal niet voorkomen in Lebak. - Welnu den, myna heeren Hoofden van Bantam-Kidod, last ons verheugd zyn dat onze Afdeeling zoo verachterd en zoo arm is. Wy hebben iets schoons to doen, Als Allah one in 't leven spaart, zullen wy zorg dragen dat er welvaart kome . De grond is vruchtbaar genoeg, en de bevolking gewillig . Ale ieder in 't ge- not wordt gelaten van de vruohten zyner inepanning, lydt het pen twyfel dat binnen weinig tyds de bevolking zal toenemen, zoo in zielental ale in bezittingen en beechaving, want dit gaat veelal hand-aan-hand . Ik verzoek u nogmaals my to besahouwen ale een vriend die u helpen zal waar by kan, vooral waar onreoht meet worden to-keer gegaan . En hiermede beveel fit my zeer aan in uwe medewerking. Ik zal u de ontvangen berichten over Landbouw, Veeteelt, Politie en Justitie met myn beschikkingen doen teruggeworden. Hoofden van Bantan-Kidod / Ik heb gezegd . Ge kunt terug- keeren, ieder naar zyne woning, Ik groet u allen zeer! ('a) Hy boog, bood den ouden Regent den arm, en geleidde hem over hat erf naar 't woonhuis, wear Tine hem stond to wachten in de voorgalery. - Kom, Verbrugge, ga nog niet naar hula! Kom .. . eon glee Madera? En ... ja, dit moat 1k weten, Radhen Djaksa, hoor eons! Havelaar Aep dit teen alle Hoofden na veel buigingen zich gereed maakten near hun woningen terug to keeren . Ook Ver- brugge stond op 't punt het erf to verlaten, dooh keerde met den Djakea terug. - Tine, 1k wil madera drinken, Verbrugge ook . Djaksa, laat hooren, wat hebt ge tech aan den Eliwon over min kleinen jongen gezegd ? - Mintah ampong (N) mynheer de adsistent-resident, ik bezag zyn hoofd, omdat mynheer geaproken had . - Wat drommel heeft zyn hoofd daarmee to maken? Ik weet zelf al niot meer wat ik gezegd heb.

MAT gsvaress . 93 - Mynheer, 1k zeide tot den Hliwon... Tine sohoof by ; er ward over kleinen Max gesproken . - Mynheer, ik zeide tot den Bliwon dat de Sienio (") eon koningskind was. Dat deed Tine good : zy vond het ookl De Adhipatti bezag 't hoofd van den kleine, en inderdaad, ook by zag op de kruin den dubbelen haarwervel die, aria 't bygeloof op Java, bestemd is eon kroon to dragon . Daar de etikette niet toeliet den Djak8a eon pleats aantebie. den in tegenwoordigheid van den Regent, nam by afeoheid, en men was eenigen tyd by-een zonder iets aanteroeren dat be- trekking had op den ,dienst" . Maar op eenmaal - en due in stryd met eon zoo uitermate hoffelyken volksaard - vroeg do Regent of zekere golden die do belasting kollekteur to-goad had, niet konden worden uitbetaald? - Wel neon, riep Verbrugge, mynheer de Adhipa#i weet dat dit niet geschieden mag voor zyn verantwoording afgeloopen is . Havelaar speelde met Max . Maar or bleek dat dit hem niet belette op 't gelaat van den Regent to lezen dat Verbrugge'e ants oord hem niet aanstond. - Kom, Verbrugge, laat one niet lastig wezen, zeide hij . En by liet eon klerk van 't kantoor roepena We zullen dat maar uitbetalen .. . die verantwoording zal wel goedgekeurd worden . Nadat de Adhipalti vertrokken was, zei Verbrugge, die veel hield van de staatsbladen : - Maar, m'nheer Havelaar, dat mag nietl De verantwoording van den kollekteur is nog altijd to Serang in onderzoek .. . als nu eons daaraan lets ontbreekt? - Dan leg ik 't er by, zei Havelaar . Verbrugge begreep maar niet waaruit daze groote insohlkke- lykheid voor den belasting-kollekteur geboren ward . De Work kwam weldra met eenig gesobryf terug. Havelaar teekende, en zei dat men spoed moest maken met de uitbetaling. - Verbrugge, 1k zal je zeggen waarom 1k dit doe! De Re- gent heeft geen duit in huffs; zyn sohryver beeft hot my gezegd, en bovendien .. . dat brusque vragen! Do zaak is duidelyk . Hy- sell heeft dat geld noodig, en de kollekteur v. il 't hem voor- sohieten . Ik overtreed liever op eigen verantwoordolykheid eon vorm, dat dan ik eon man van zyn rang en jaren in verlegen- heid laten zou. Bovendien, Verbrugge, er wordt in Lebak gru-

94 MAY HAVKLAAaL welyk misbruik gemaakt van gezag . Dit moot je weten. Weet je't? Verbrugge zweeg. Hy wist hot. (11) -- Ik weet het, ging Havelaar voort, ik wed hetl Is niet m'nheer Slotering gestorven in November? Welnu, den dog na zyn dood he.-ft de regent yolk opgeroepen om zyn Bawahe to bewerken .. . zonder betalingi Ge hadt dit mueten weten, Ver- brugge. Wish je't? Dit moist Verbrugge met. - Ala oontroleur had je 't +aoden wetenl Ik weet het, ging Havelaar voort. Daar liggen de maandstaten van de distrikten - en by toonde 't pak geschryf dat by ontvangen had in de vergadering - zie, ik heb nets geopend. Daarin zyn, onder andere zaken, de opgaven van de hoofdplaats geleverde ar- beiders tot heeredienst. Welnu, zyn die opgaven juist? - Ik heb ze nog niet gezien ... - Ik ook net! Maar toch vraag 1k je of ze juist zyn? Waren de opgaven van de vorige maand juist? Verbrugge zweeg. - Ik zal 't je zeggen : ze waren val8ch I Want er was drie- maal meer yolk opgeroepen om voor den Regent to werken dan de bepalingen op de heerendiensten toelaten, en dit durfde men natuurlyk in de staten net opgeven . Is 't waar, wat 1k zeg? Verbrugge zweeg. -- Ook de Staten die ik vandaag ontving, zyn valsch, ging Havelaar voort. De Regent is arm . De Regenten van Bandoeng en Tjiandjoer (11) zyn laden van 't geslacht waarvan by 't hoofd is. Die laatste heeft slechts rang van Tommongong, onze Regent is Adhipatdi, en toch laten zyn inkomsten, omdat Lebak net geschikt is voor koffi en hem dus Been emolumenten opbrengt, niet toe in praal en luister to wedyveren met eon eenvoudigen Dhemang in de Preanger, die den stygbeugel houden zou als zyn neven to paard- stygen. Is dit waar? - Ja, dit is zoo . - Hy heeft nets dan zyn traktement, en hierop is eon kor- ting ter afbetaling van eon voorsebot dat de Regeering hem go- geven heeft, toen hy ... west je't? - Ja, ik weet hot. - Toen by eon nieuwe med8jid wilds laten bouwen, waartoe veal geld noodig was. Bovendien, veel laden zijner familie ... wed je't? - Ja, dat weet 1k.

MAX seyelses. 95 - Veel laden van zyn familie - die eigenlijk niet in 't Lebala- scbe te-huis behoort, en daarom ook by 't yolk niet gezien is - soharen zich als eon plundorbende om hem been, en person hem geld of. Is dit waar? - 't Is de waarheid, zei Verbrugge. - En als zyn kas ledig is, vat dikwyls gebeurt, nemen zy in zyn naam de bevolking of, wat hun aanstaat . Is dit zoo? - Ja, hat is zoo. - Ik ben due good onderricht, doch daarover nader . Do Re- gent, die in jaren klimmende den dood vreest, wordt beheerscht door de zuoht zich verdienstelyk to maken door giften aan geestelyken. Hy geeft veel geld nit voor de reiskosten van pel- grims naar Mekka, die hem eilerlei vodden van relieken, talis- mans en dj»gals (70) terugbrengon. Is 't niet zoo? - Ja, dat is ,* aar. - Welnu, door dit alias is by zoo arm. Do Dhemang van Parang-Koedjang is zyn schoonzoon. Waar de regent zolf uit schaamte voor zyn rang niet durft nemen, is hat die Dhemang - maar by is 't niet alien - die san den AdhipaUi zyn hof maakt door 't afpersen van geld en good aan de arms bevolking, en door do lieden wegtehalen van hun eigen rystvelden om ze heentedryven naar de saeaahs van den Regent. En daze.. . zie, BE wil gelooven dot by gaarne anders wilde, maar de nood dwingt hem gebruik to maken van zulke middelen. Is dit alles niet waar, Verbrugge? - Ja 't is waar, zei Verbrugge, die hoe langer boo meer begon in to zien dat Havelaars bilk scherp was. - Ik wist, vervolgde daze, dat by geen geld in huis had, teen by zoo-even over de afrekening met den onderkollekteur begon to spreken. Ge hebt heden morgen gehoord dot het myn voornemen is, myn plicht to doen . Onrecht duld ik niet, by God, dot dull ik niet! En by sprong op, en er was in zyn toon geheel iets anders dan den vorigen dag by zyn officieelen eed. - Maar, ging by voort, 1k wil myn plicht doen met zaoht- heid. Ik wil niet to nauwkeurig weten wat geschied is. Doch vat van Wen a/ geschiedt, is ter myner verantwoording, daar- voor zal ik zorg dragon! Ik hoop lang hier to blyven . Weet je wel, Verbrugge, dat onze roeping beerlyk sohoon is? Maar vest je ook wel dot ik alles wat 11E je zoo-even zei, eigenlyk van u had moeten hooren i Ik keg u even good als ik weet vie er garem glap maken aan de zuidkust.(71) Je bent eon braaf mensoh ... ook dit west 11c. Maw waarom heb je my niet

96 Vex HAVEIJ ea. gezegd dat hier zooveel verkeerds was? Gedurende twee maanden ben je waarnemend adsistent-resident geweest, en bovendien reeds fang hier als kontroleur .. . je moest het due weten, niet waar? - M'nheer Havelaar, ik heb nooit gediend onder iemand als u. Ge hebt iets byzonders . neem het me niet kwalyk. - Volstrekt niet! Ik weet wel dat ik niet ben als alle men- soben, maar moat doet dit tot de zaak? - Dat doet er dit toe, dat u iemand begrippen en denkbeelden meedeelt, die vroeger niet bestonden . - Neen die ingesluimerd waren door den vervloekten offioiee- len ,lender die zyn styl zoekt in "ik heb de ear" en de rust van zyn geweten in „De hooge tevredenhe+d van de Regeering." Neen, Verbrugge! laster jezelf niet! Je behoeft van my nets to baron. Heb ik je by-voorbeeld heden morgen in de Sebah lets nieuws verteld t - Neen nieuws niet, maar u sprak anders dan anderen ... - Ja, dat komt .. . omdat myn opvoeding wat verwaarlooad is : ik spreek te-hooi en t-gras . Maar je zoudt me zeggen waarom je tot-nog-toe zoo berust hebt in alles wat er verkeerds was in Lebak. - Ik heb nog nooit zoo den indruk gehad van eon initiatief. Bovendien, dat silos is altyd zoo geweest in daze streken. - Ja, ja, dat weet ik well leder kan geen profeet of apostel wozen .. . hm, 't bout zou duur worden van 't kruisigenI Maar je wilt me toch wel helpen alles to-recht to brengen f Je wilt took wel je plcht doen? - Zeker! Vooral by u. Maw niet ieder zou dit zoo strong vorderen of zelfs good opvatten, en dan komt men zoo ligt in do pozitie van iemand die windmolens bostrydt . - Neen! Dan zeggen zy die 't onreoht liefhebben omdat ze daarvan leven, dat er geen onreoht was, om 't vermaak to heb- ben u en my uittemaken voor Don Quiohotten, en te-gelyker-tyd hun windmolena draaiende to houden. Doch, Verbrugge, je hadt niet op my hoeven to waohten om je plicht to doen! M'nheer Slotering was eon bekwaam en eerlyk man : by moist wat or om- ging, by keurde hat of en verzette zich or tegen ... ziehier! Havelaar nam nit eon portefeuMe twee vellen papier, en dew san Verbrugge toonende, vroeg by : - Wiens hand is dit? - Dat is de hand van m'nheer Slotering. - Juist! Welnu, dit zyn kladnotaas, bevattende blykbaar onderwerpen, waarover by met den resident epreken wilde . Daar lees 1k ... zie : 1° Over den ryatbouw. 2° Over de woningen der

MAX H&VBL&ea. 97 dorpshoofden. 3° Over hot innen der landrenten, ens. Daar aohter staan twee uitroepingsteekens. Wat bedoelde m'nheer Slotering daarmee t - Hoe kan ik dat weten? riep Verbrugge. - Ik well Dit beduidt dat er veel moor landrenten worden opgebraoht, dan er in 's lands kas vloeien. Dooh 1k zal je dan fete toonen dat wy beiden weten, omdat het in letters en niet in teokens gesohreven is . Ziehier : 12° Over list misbruik dat door de regenten en mindere hoo/den van de bevolking word* gemaakt. (Over hot houden van verschilends woningen ten-koste der bevolking, enz.) Is dit duidelyk t Ge ziet dat de heer Slotering weal iemand was, die eon initiatief wilt to nemen . Je hadt je due by hem kunnen aansluiten. Luister verder : „16° Dat vole personen van de famslien en bedienden der in. landsche hoofden op de uitbetdingstaten voorkomen, die inderdaad geen deel nemen in de kuUuur, zoodat de voordeden hiervan hun ten deel vallen, ten prijudice van de werkelyke deelhouders . Ook worden zy gesteld in hot onrechtmatig bezit van sawah-velden, terwyt die alleen toekomen aan degenen, die sanded hebben in de kuUuur. Hier heb do eon andere note : en wel in potlood. Zie eons, ook dhdrop start iets zeer duidelyka : De verloop van yolk *e Parang-Koedjang is alleen toeteschryven aan hot VERREOAAND misbruik, dat van de bevolking word* ge . mask* . Wat zegje d4brvan? Ziet ge wel dat ik niet zoo eaoentriek ben ale 't sohynt, wanner ik werk mask van reoht? Zie je nu dat anderen dit deden Y (75) - En wat volgde daarop? - Dan word de Regent geroepen : er word geaboucheerd ... - Juist! En verder? - De Regent ontkende gewoonlyk alles . Dan moesten er getuigen komen .. . niemand durfde tegen den Regent getuigen .. .ooh, m'nheer Havelaar, die zaken zyn zoo moeielyk! De lezer zal, v66r by myn book heeft uitgelezen, even good ale Verbrugge weten waarom die zaken zoo byzonder moeielyk waxen. - Mynheer Slotering had er veel ergernis over, vervolgde de kontroleur, by schreef soherpe brieven aan de Hoofden ... - Ik heb ze gelezen . . . heden naoht, zei Havelaar . (")

98 Vex HAVEr ass. - En ik heb hem dikwbls hooren zeggen dat by, als er geen verandering kwam, en als de resident niet doortaatte, zich recht- streeks zou wenden tot den Gouverneur-Generaal. Dit heeft by ook aan de Hoofden zelf gezegd op den laatsten Sebals then by heeft voorgezeten. - Daaraan zou by zeer verkeerd hebben gedaan . De resident was zyn chef dien by in geen geval mocht voorbygaan . En waar- om zou by dat ook t Het is toch niet to veronderstellen dat do resident van Bantam onrecht en willekeur zou goedkeuren t - Goedkeuren .. . neon! Maar men klaagt niet gaarne by de Regeering een hoofd san. - Ik klaag niet gaarne iemand aan, wien ook, maar als 't mod, een Hoofd zoo goad als een ander . Doch van aanklagen is nu hier, goddank, nog geen spraak! Morgen ga ik den Regent be- zoeken . Ik zal hem 't verkeerde van onwettige gezagsoefening on- der 't oog brengen, vooral wear 't om de bezitting van arme men- schen to doen is. Maar in afwachting dat alles to-recht komt, zal ik hem in zyn netelige omstandigheden helpen zooveel 1k kan . Je begrypt nu immers waarom ik dat geld aan den kol- lekteur heb laten uitbetalen, niet wear? Ook ben ik van voor- nemen aan de Regeering to verzoeken, den Regent zijn voor- schot kwytteschelden . (74 ) En u, Verbrugge, stel ik voor, geza- menlyk stipt onzen plicht to doen. Zoolang 't kan met zacht- held, maar als 't mod, zonder vrees! Je bent een eerlyk man, dit weet ik, maar je bent beschroomd. Zeg voortaan funk nit wear op 't staat, advienne quo pourra l Werp die halfheid van je, beste kerel .. . en nu, blyf by ons eten : we hebben holland- sche bloemkool in blik ... maar alles is zeer eenvoudig, want ik moat heel zuinig zyn .. . ik ben erg ten aohter in geld- zaken : (de reis, naar Europa weetje) Kom Max sak- kerloot, jongen, wet word je zwaar!

En, met Max te-paard op zyn schouder, trad by, gevolgd door Verbrugge, de binnengalery in, wear Tine hen wachtte aan den gedekten disch die, zooals Havelaar gezegd had, wel zeer eenvoudig was! Duclari, die aan Verbrugge kwam vragen of by al dan niet dacht thuis to zyn voor 't middagmaal, ward meegenoodigd aan-tafel, en wanner de lezer gesteld is op wat afwisseling in myn vertelling, wordt by near 't volgend hoofd- stuk verwezen, waarin ik meedeel wet er zoo-al gesproken ward by dit meal. NEGENDE HOOFDSTtJX.

Ik gaf er veel voor, met juistheid to weten, lezer, hoe lang nu eon heldin in do lucht zou kunnen laten zweven, voor go, by de beschryving van eon kasteel, myn book moedeloos nit de hand zoudt leggen, zonder to wachten tot het mensoh op den grond kwam t Ala ik in myn verhaal zulk eon luohtsprong noodig had, zou 1k voorzichtigheidshalve nog altyd eon eerste verdieping kiezen ale uitgangspunt van haar sprong, en eon kasteel waarvan weinig to zeggen vieL Wees echter voorloopig gerust : Havelaars hula had geen verdieping, en de helden van myn book - goede hemel, die lieve trouwe anspruchioae Tine, eene heldin! is nooit nit eon venster gesprongen . Toen 1k 't vorige hoofdstuk sloot met eon aanwyzing op wat afwisaeling in het volgende, was dit eigenlyk moor een orato- risohe kunstgreep, en om eon slot to maken dat goad ,knipte" dan wel omdat ik inderdaad meende dat hot volgend hoofdstuk alleen ,ter afwiaseling" waarde hebben zou. Ben sohryver is ydel als .. . eon man. Spreek kwaad van zyn moeder of van de kleur zyner haren, zeg dat by eon amstordamsch accent heeft - wat nooit eon Amsterdammer toestemt - wellicht vergeeft by u die dingen. Maar .. . roar nooit aan de buitenzy van 't kleinate onderdeel eener byzaak van lets dat er lag naast zyn geschryf ... want dht vergeeft by u niet! Ale go dus myn book niet schoon vindt, en go mocht my ontmoeten, houd u dan alsof wy elkan- der niet kenden. Neon, zelfa zulk eon hoofdstuk ,ter afwisseling' komt me door het vergrootglas myner schryvere-ydelheid, hoogst belangryk en zelfa onmisbaar voor, en als ge het oversloegt, en daarna niet naar behooren waart ingenomen met myn book, zou ik niet aarzelen u dat overslaan to verwyten ale oorzaak dat ge myn book niet kondet beoordeelen, want dat ge juist hot ementiede Wet gelezen hadt. Z66 zou ik - want ik ben man en schrijver - elk hoofdstuk voor esaentied houden, dat gy hadt overge- slagen met onvergeeflijke lezers-lichtzinnigheid . Ik verbeeld me dat uwe vrouw vraagt : „Is er nogal wat aan dat book?" En ge zegt by-voorbeeld - horribsle auditu voor

100 VAT HAPSLAABL my - met de woordenrykheid die eigen is aan gehuwde manner :

- Elm z66 ... . 1k west nog niet.

Welnu, barbaar, lees verder. Het belangryke staat Just voor do deur. En met eon bevende lip staar 1k u aan, en meet de dikte van de omgeslagen bladen, en 1k zoek op uw gelaat naar den weersohyn van hot hoofdstuk dat zoo mooi is ...

Neon, zeg ik, by is or nog niet . Straka zal ht opepringen, in vervoering fete omhelzen, zyn vrouw misachien . . .

Maar ge leest verder. Hot „mooie hoofdstuk" moot voorby wezen, dunkt me. Ge zyt in 't mint met opgesprongen, hebt niet omhelsd . ..

En al dunner wordt de bundel bladen order uw rechterduim, en al schraler wordt myn hoop op die omhelzing .. . ja waar- achtig, ik had zelfs staat gemaakt op eon traanl

En go hebt den roman uitgolezen tot ,waar ze elkaar krygen" toe, en go zegt - eon andere vorm van welsprekendheid in den eohtestaat - geeuwend :

- Z66 . . .. z661 't Is eon book dat .. . hint Ooh, so sohry- ven zoo v661 tegenwoordig! Maar weet go dan niet, ondier, tyger, Europeaan, lezer, weet ge dan niet dat go daar eon uur hebt doorgebraoht met byten op myn geest als op eon tandentoker ? met knagen en kauwen op vleesch en been van uw geslacht t Mensoheneter, daarin stale myn ziel, myn ziel die ge hebt vermaald als eon gegeten gras! 't Was myn hart dat go daar hebt opgeslikt ale eon veranape- ringl Want in dat book had ik dat hart en die ziel neergolegd, en er vielen zooveel tranen op dat handsohrift, en myn blood week weg nit de wren naarmate ik voortaohreef, en 11k gaf a dat alles, en dat kooht go voor weinige stuivers . . . en go zegt: hm I

Do lezer begrypt dat ik hier niet spreek van m{fn book.

Zoodat 1k maw zeggen wil, om met Abraham Blankaart to spreken ... .

- Wie is dat, Abraham Blankaartt vroeg Louiee Rosemeyer, en Frits vertelde 't haw, vat me groot genoegen deed, want

MA ssVBrsdB. 101 dit gaf my gelegenheid eens optestsan en, voor then avond al- thans een einde to maken aan do voorlezing. Go weet dot 1k makelaar in koffi ben - Lauriergraclit No. 37 - en dot 1k alles over heb voor min vak. Ieder zal duo kunnen nagaan, hoe weinig ik tevreden was met het werk van Stern . Ik had op koffi ge- hoopt en by gaf one .. . ja, de hemel weet, watt Met zyn opstel heeft hy one al drie kransavonden bezig go- houden en wat het ergste is, de Rosemeyers vinden het mooi. Zoo zeggen me, ten-minste. Ale 1k eon aanmerking mask, beroept by zich op Louise. HUr goedkeuring zegt hy, weegt hem zwaarder den alle koffi van de wereld, en bovendien„als't hart me gloeit .. . . enz. - Zie deze tirade op bladzy zooveel, of liever, zie ze niet. - Daar sta 1k dan en west niet wat to doent Dat pak van Sjaal- man is eon waar Trojaansch paard. Ook Frits wordt er door bedorven. Hy heeft, naar ik bemerk, Stern geholpen, want die Abraham Blankaart is veel to hollandsch voor eon Duitscher . (*1 ) Beiden zyn ze zoo pedant, dot ik waarlyk met de zaak verlegen word. Het ergste is dot 1k met Gaafzuiger eon overeenkomst heb aangegaan voor hat uitgeven van eon book dot over de koffi- ves7ingen moat handelen - heel Nederland wacht er op - en dear gaat me nu die Stern een heel anderen weg nit! Gister zeide hij : „wees gerust, alle wegen leiden naar Rome. Wacht nu eerst hat slot van de inleiding of - is dat alles nog maar in- leidingY - ik geloof u - by zeide eigenlyk : ,ik verspreek u" - dot ten-alotte de zaak zal neerkomen op koffi, koffi op nets don koffi! Denk aan Horatius, ging by voort, heeft niet by reeds gezegd : omne tulit, punctum, qui miecuit . . . koffi met wat anders ? Handelt gyzelf niet even zoo, ale ge suhker en melk in uw kopje doet 1" En don most 1k zwygen. Niet omdat by gelyk heeft, maar omdat 1k aan de firms Last & Co verplicht ben zorgtedragen dot de oude Stern niet vervalle in Busselinck & Waterman, die hem eleoht zouden bedienen omdat hat knoeiers zyn. By u, lezer, stort 1k myn hart nit, en opdat ge na het lezen van Stern's geschrijf - hebt ge 't werkelyk gelezen? - uwen toorn niet zoudt uitstorten over eon onsohuldig hoofd - want 1k vraag u, wie zal eon makelaar nemen, die hem voor men- eeheneter uitacheldt? - heeht 1k er san, dat ge overtuigd zyt van myn onschuld . Ik kan tooh then Stern net uit de firms van myn book dringen, nu de zaken eenmaal z66ver zyn dot Louise Rosemeyer, ale ze uit de kerk komt -de jongenssehynen haar optewachten - vraagt of by wat vroeg komen zal then avend cm toch reoht veel van Max en Tine voortelezen 2

102 MAY R:&VRL.esR . Maar omdat ge het book hebt gekooht of gehuurd in 't ver- trouwen op den deftigen titel die wat degelyks belooft, erken 1k uw aanspraken op wat goods voor uw geld en daarom sohryf fkzelf nu eons weer eon pear hoofdstukken . Ge zyt niet in den krans van de Rosemeyers, lezers, en due gelukkiger dan ik die alles moat aanhooren. U staat hot vry, de hoofdstukken overte- slaan, die naar duitsche opgewondenheid rieken, en u alleen bezig to houden met wat gesohreven is door my, die eon deftig man ben en makelaar in koffi.

Met bevreemding heb 1k nit Stern's gesohryf vernomen - en nit Sjaalman's pak heeft by me aangetoond dat hot waar was - dat er in die afdeeling Lebak geen koffi wordt geplant . Dit is zeer verkeerd, en 1k zal myn moeite zeer beloond aohten, au de Regeering door myn book op die fout wordt opmerkzaam gemaakt . Uit de papieren van Sjaalman zou blyken, dat de grond in die streken voor de koffikultuur niet geschikt is . Maw hierin ligt volstrekt goon verschooning, en ik boweer dat men zich sohuldig maakt aan onvergeeflyk plichtverzuim omtrent Nederland in 't algemeen en de koffimakelaars in 't byzonder, ja omtrent do Javanen zelf, door niet, df then grond to veranderen - de Javaan heeft toch niets anders to doen df, ale men meent ditniettekunnen, de mensohen die daar wonen, to zenden naar andere streken waar de grond wel good is voor koffi .

Ik zeg nooit iets wat 1k niet good overwogen heb, en durf beweren dat ik hier met kennis van zaken spreek, daar 1k over dit stuk rypelyk heb nagedaoht, vooral sedert het hooren der preek van domino Wawelaar in den bidstond voor 't bekeeren der heidenen. Dat was woensdag avend. Ge moot weten, lezer, dat 1k myn pliohten ale vader stipt vervul, en dat de zedelyke opleiding myner kinderen me zeer na aan hot hart 1igt . Daar nu Fits sedert eenigen tyd in toon en manieren iets heeft aangenomen, dat me niet bevalt - 't komt alles uit dat verwensohte pakl - heb 1k hem eons goad onder handen genomen en gezegd : ,omits, 1k ben niet over je tevredenl Ik heb je altyd het goode voorgehouden, en Loch wyk je van den reohten weg af . Je bent pedant en lastig en maakt verzen, en je hebt Betsy Rosemeyer eon noon gegeven. De vreeze des Heeren is 't beginsel van alle wysheid, je moot dus de Rosemeyers niet zoenen en niet zoo pedant wezen. Zedeloosheid brengt ten verderve, jongen. Lees in de Sohrift, en let eons op then Sjaalman . Hy heeft do wegen van den Heer verlaten: nu is by arm, en woont op eon klein

MAX HAVELALBL 103 kamertje ... . ziedaar de govolgen van onzedelykheid en sleoht gedrag! Hij heeft verkeerde artiilcels in de Inddpendance ge- schreven en de Aglaia laten vallen. Zoo gaat het, ale men wys is in zyn eigen oogen. Hij west nu niet eens hoe last hot is, en zyn jongetje heeft maw een half broekjen aan . Bedenk dat je lichaam een tempel Gods is, en dat je vader altyd hard heeft moeten werken voor de kost - 't is de waarheid - sla dus het oog naar boven, en traoht optegroeien tot eon fatsoenlyk makelaar, ale ik naar Drie- bergen ga. En let toch op al de menschen, die niet hooren willen naar goeden read, die godsdienst en zedelykheid met voeten trap- pen, en spiegel je aan die mensohen. En atel je niet gelyk met Stern, wiens vader zoo ryk is, en altyd geld genoeg zal hebben, al wil by geen makelaar worden, en al doet by nu en dan eons wat verkeerds . Bedenk toch dat al hot kwade gestraft wordt : zie maar weer then Sjaalman die goon winterjas heeft, en er uitziet als eon komediespeler . Luister toch good in de kerk, en zit daar niet heen-en weer to draaien op je bank, alsof 't je verveelde, jongen, want .. . wat moot God daarvan denken? De kerk is Zyn hei- ligdom, zieje? En waoht goon jonge meisjes op ale 't nit is, want dit neemt de stiohting weg. Mask ook Marie niet aan 't lachen, als ik by 't ontbyt de Schrift lees . Dat komt in eon fatsoenlyk huishouden niet to pas, ook heb je poppetjes geteekend op 't legblad van Bastiaans, toen de man weer niet binnen was - omdat by telkens de jioht heeft - dat houdt de mensohen op 't kantoor van hun work, en er staat in Gods Woord dat zulke dwaasheden ten-verderve leiden. Die Sjaalman deed ook verkeerde dingen toen by jong was : by heeft ale kind op de Westermarkt eon Griek geslagen ... nu is by lui, pedant en ziekelyk, ziedaar! Maak duo niet altyd grappen met Stern, jongen, zyn vader is ryk, moot jo denken . Houd je aloof je 't niet zag, als by gezichten trekt tegen den boekhouder . En ala by buiten 't kantoor met verzen bezig is, zeg hem dan zoo-eons dat by 't hier by one zoo good heeft, en dat Marie pantoffels voor hem heeft geborduurd met eohte floszy. Vraag hem - zoo. eons nit je-zelf, weetje? - of by gelooft, dat zyn vader by Bus- selinok & Waterman gaan zal, en zeg hem, dat het knoeiers zyn. Zieje, dat is men zyn naaste schuldig - zoo breng je hem op den gooden weg, moon ik - en . . . al dat verzenmaken is gekheid. Woes toch brad en gehoorzaam, Frits, en trek do meid niet aan de rokken, ale ze thee brengt op 't kantoor en mask me niet to schande, want dan stort ze, en Paulus zegt dat nooit eon noon verdriet moot doen aan zyn vader . Ik bezook twintig jaar de beurs, en durf zeggen dat >7c geaoht ben by myn pilaar. Hoor duo near myn vermaningen, en woes braaf, en asx HAVSLAAL 11

1 04 MAX HAVZLAAR. hail je hoed, en trek je jas aan : en ga moo naar den bidstond, dat zal je good doenl Z66 heb 1k gesproken, en ik ben overtuigd dat ik indruk op hem gemaakt heb, vooral dear dominee Wawelaar tot onder- werp van zyn rode had gekozen : de liefde CJodo, blykbaaruiiZbjn toorn tegen de ongeloovigen, near aanleiding van Samuels berisping aan Saul : Sam . 8V : 33b .

BU 't aanhooren van die predikatie, daoht ik gedurig hoe he- melsbreed tooh hot verschil is tusschen mensohelyke en godde- lyke wyaheid. lk zeide reeds dat er in bet pak van Sjaalman, onder veal vodden, Loch ook eon-en-ander was, dat in 't oog viel door degelykheid van redeneering . Maar ooh, hoe weinig heeft toch zoo-iets to beduiden, ale men 't vergelykt bb eon taal als van dominee Wawelaart En niet nit eigen kraoht - want ik ken Wawelaar, en bond hem voor iemand die waarlyk niet hoog vliegt, neon, door de kracht die van boven komt . Dit onder- scheid bleek to duidelyker, omdat by sommige punten aanroerde, die ook door Sjaaiman behandeld waren, want go hebt gezien dat er in zyn pak veel over de Javanen en andere heidenen voor- kwam. Frits zegt dat de Javanen goon heidenen zyn, maar ik noem ieder die een verkeerd geloof heeft, eon heiden . Want ik houd me san Jezus Christus, en then gekruist, en dit zal elk fataoenlijk lezer ook wel doen .

Zoowel omdat 1k nit Wawelaars redenoering mijn meaning heb geput omtrent bet ongeoorloofde ter intrekking van de koffikultuur to Lebak, waarop ik straks zal terugkomen, als om- dat ik als eerlyk man niet wil, dat de lezer volstrekt nets ont- vange voor zyn geld, zal 1k hier eenige brokstukken nit de preek meedeelen, die al byzonder treffend waren.

Hy had kortelyk Gods liefde nit de aangehaalde tekstwoorden bewezen, en was al zeer spoedig overgegaan tot hot punt, waarop 't hier-eigenlyk aankwam, de bekeering namelyk der Javanen. Maleiers, en hoe al dat yolk moor heeten moge . Zie bier wat by daarvan zeide :.

„Zoo, myn geliefden, was de heerlijke roeping van Israel - hij bedoelde bet uitroeien der bewoners van Kpnaiin - en zoo is de roeping van Nederland t Neen, er zal net gezegd worden dat bet licht dat ons bestraalt, wordt weggezet onder de koren- maat, en net ook dat wy gierig zyn in bet meedeelen van het brood des eeuwigen levensl Mast bet oog op de eilanden des Indischen Ooeaans, bewoond door millioenen en millioenen kin-

MAX HAVELLAR . 105 deren des verstooten zoons - en des te-recht verstooten zoons van den Godgevalligen Noaohl Daar kruipen zy rond in de walgelyke slangenholen van heidensohe onkunde, daar buigen zy hot zwarte kroesharige hoofd onder hat juk van eigenbelang- zuohtige priesters! Dam aanbidden zy God onder sanroeping van eon valsohen profeet, die een gruwel is voor de oogen des Heerenl En geliefdenl zelfs zyn er die, als ware hot niet genoeg een valsohen profeet to gehoorzamen, zelfs zyn er die een anderen God, wat zeg 1k, die goden aanbidden, goden van hout of steen, die zyzelf gemaakt hebben naar hun beeld, zwart, afsohuwelijk, met platte neuzen en duivelaohtigl Ja, geliefden, byna belet- ten my de tranen hier voorttegaan, nog dieper is do verdor- venheid van Chams geslaohtel Er zyn er onder hen, die gee* God kennen, onder welken naam ook! Die meenen dat hat vol- doende is, de wetten to gehoorzamen der burgerlyke maataohappy! Die een oogstlied, waarin ze hun vreugde uitdrukken over het welalagen van hun arbeid, besohouwen ale voldoenden dank aan het Opperwezen dat then oogst rypen liet! Er leven dear ver- doolden, myn geliefden - wanneer zulk een gruweljk bestaan den naam van levee dragen magi - dear vindt men wezens die beweren dat het voldoende is, vrouw en kind lieftehebben en van hunnen naaste niet to nemen wat hun niet behoort, om 'a avends gerust het hoofd to kunnen nedorleggen ter-slape! Yst ge niet by dit tafereel? Krimpt uw hart niet in-een bb het be- denken wat het lot wezen zal van al die dwazen, zoodra de ba . zuine sohallen zal, die de dooden oproept ter soheiding van reoht- vaardigen en onreohtvaardigen? Hoort go niet - ja, gy hoort hat, want nit de voorgelezen tekstwoorden hebt gy gezien dat uw God is eon machtig God, en een God der gereohte wrake - ja, gy hoort het gekraak der beenderen en het'geknetter der vlammen in hot eeuwig Gehenna wear weeninge is, en tandege- knars! DMr, der branden zy, en vergaan niet, want eeuwig is de straffe 1 Dar lekt de vlam met nooit voldane tong san de gillende slaohtoffers van hot geloof . Dar sterft de worm niet, die hunne harten d66r en d66r knaagt, zonder ooit die to ver- nietigen, opdat er steeds eon hart to knagen overblyve in de borst van den Godverzaker! Ziet, hoe men het zwarte vel af- stroopt van hat ongedoopte kind dat nauwelyke geboren, ward weggeslingerd van de borst der moeder in den pool der eeuwige verdoemenis .. . Toen viel er een juffrouw flauw. „Maar geliefden, ging Dominee Wawelaar voort, God is een God van liefdel Hy wil niet dat de zondaar verloren ga, maar

106 WAY HAVBLAAnL dat by zalig worde met de genade, in Christue, door hot geloof I En daarom is Nederland uitverkoren om van die rampzaligen to redden wat er van to redden is! DUrtoe heeft Hy in Zyn onnaspeurlyke Wysheid aan een land kloin van omvang, maar groot en sterk door de kennisse pods, macht gegeven over de bewoners dier gewesten, opdat zy door het heilig nooit volprezen Euangelium worden gored van de straflen der hellel De achepen van Nederland bevaren de groote wateren en brengen besohaving, godsdienst, Christendom, aan den verdoolden Javaant Neen one gelukkig Nederland begeert met voor zioh alleen de zaligheid : wy willen die ook mededeelen aan de ongelukkige sohepeelen op verre stranden, die daar gebonden liggen in de kluisters van ongeloof, bygeloof en zedeloosheid! Hot beschou'aen van de pliehten die ten-dezen op ons rusten, zal het zevende deel myner rode uitmaken." Want, wat voorafging was het zeede. Onder de pliehten die wy ten-aanzien van die arms heidenen to vervullen hebben, wer- den genoemd : 1° Hot geven van mime bydragen in geld aan de zenddingever- eeniging. 2° Hot onderateunen der bybdgenootaclappen, ten-einde dose in etaat to etellen, bybele op Java uittededen . 3° Hot bevorderen van „O e f e n i n g e n" to Harderwyk, ten- diende van hd koloniaal wer/dep6t. 4° Hot achryven van preeken en godedienatige gezangen, geachikt om door eoldaten en matrozen aan de Javanen to worden voor- gdezen en voorgezongen. li° Hot oprichten eener vereeniging van intdoedryke manner, wier taak zoude zyn, onzen geeerbiedigden Boning to ameeken a) Slechte zulke gouverneura, o/flcieren en beambten to benoemen, die geacht kunnen worden vaattedaan in hot ware gelo% b) Den Javaan to doer vergunnen de kazernee, aiamede de op de reed en liggende oorloge- en koopvaardyachepen te bezoeken, om door 't verkeer met nederland8che ad- dates en matrozen to worden opgeleid tot hot Godaryk. a) Te verbieden, bybde of godedienetige traktaatjee in drankhuizen to doer aannemen in betaling . d) Te doen opnemen in de voorwaarden der amfioenpacht op Java, de bepaling : dat er in dke am/ioenkit een voor- raad bybde moot aanwezig zyn, in verhouding met hd vermoeddyk getal bezoekera van zoodanig geeticht, en dat de pachter zich verbinde geen opium to verkoo-

MAX HAVELAAS. 107 pen, zonder dat de kooper sen godedientg traktaatjs daarby neme. e) Te gelassen dat de Javaan door arbeid tot God words ge- bracht. 6°LHst geven van ruime bydragen aan de zendelinggenootechappen . Ik weet wel dat ik dit laatste punt reeds onder nummer Kn heb opgegeven, maar by herhaalde hat, en deze overtolligheid komt my, in het vuur der rede, zeer verklaarbaar voor .(14) Doch, lezer, hebt gy op nummer 5, e gelet t Welnu, juist die voorslag herinnerde my zoo can de koffiveilingen, en aan de voorgewende onvruohtbaarheid van den grond to Lebak, dat hetu u niet meet zoo vreemd zal voorkomen, ale ik verzeker dat dit punt sedert woensdag avend geen oogenblk nit myn gedaohten geweeat is. Dominee Wawelaar heeft de berichten der zendelin- gen voorgelezen, niemand kan hem due een grondige kennis der zaken betwisten. Welnu, ale by met die rapporten voor zich, en met het oog op God, beweert dat veal arbeids gunstig werken zal op de verovering der javaansohe zielen voor het Goderyk, dan mag 1k toch wel vaststellen niet geheel buiten alle waarheid to epreken, ale ik zeg dat er to Lebak zeer goad koffi ken geplant worden. En aterker nog, dat missehien het Opperwezen juist hierom alleen then grond voor kofficulkuur ongeschikt heeft ge- maakt, om door den arbeid die er noodig wezen zal om een an- deren grond daarheen to verleggen, de bevolking van die streak vatbaar to waken voor de zaligheid . Ik hoop toch dat myn book onder de oogen van den Boning komt, en dat er weldra door grootere veilingen blyken moge hoe nauw de kennisse Gods in-verband staat met het welbegre- pen belong van de geheele burgeryl Zie eons hoe de eenvoudige en nederige Wawelaar, zonder wysheid near den mensch - de man heeft nooit een voet op do beura gezet - maar voorgelioht door het Evangelic dat een lamp op zyn pad is, my, makelaar, in koffi, daar op een-maal een wenk geeft, die voor heel Nederland belangryk is niet alleen, maar die my in-qtaat zal stollen, ale Frita goad oppast - by heeft redelyk stil gezeten in de kerk - wellicht vyf jaar vroeger near Dricbergen to gaan. Ja, arbeid, arbeid, dat is myn wachtwoordi Arbeid voor den Javaan, dat is myn principal En myn principes zyn me heilig . Is niet het Evangelic 't hoogste goad? Goat er iets boven de zaligheid? Is het due niet onze plicht, die menschen zalig to maken? En wanner, ale hulpmiddel hiertoe, arbeid noodig is - ikzelf heb twintig jaar de beurs bezocht - mogen we dan den

108 MAX HAVELAAB. Javaan arbeid weigeren, wear zyn ziel daaraan zoo dringend be . hoefte heeft om later niet to branden i Zelfzuoht zon hot wegen, sohandelyke zelfzuoht, ale we niet alle pogingen aanwendden om die arme verdoolde mensohen to behoeden voor do ver- sohrikkelyke toekomst die Wawelaar zoo welsprekend gesohetat heeft. Er is eon juffrouw flauw gevallen toen by van dat zwarte kind sprak . . . misschien had ze eon jongetje dat er wat donker uitzag. Vrouwen zyn zoo. En zou ik niet aandringen op arbeid, ik die zelf van den mor- gen tot den avend aan do zaken denkt Is niet reeds dit book - dat Stern me zoo i uur maakt eon bewye hoe good 1k het mean met de welvaart van one vaderland, en hoe ik daarvoor alley veil hob! En als ik zoo zwaar moot arbeiden, ik die gedoopt ben - in de Amatelkerk - zou men dan van den Java= niet mogen vorderen dat by die zyn zaligheid nog verdienen moot, de handen uitsteekt t

Ale die vereeniging - van nummer 5, a mean 1k - tot stand komt, sluit ik me daarby aan . En ik zal ook de Rosemeyers hier toe traohten overtehalen, omdat de suikerraffinadeurs er ook be- lang by hebben, schoon ik niet geloof dat ze zeer zuiver zyn in hun begrippen - de Rosemeyera mean ik - want ze houden eon roomsohe meld.

Hoe hot zy, ik zal myn plioht doen. Dit heb gc mezelf beloofd teen ik met Frits van den bidstond naar-huis ging . In myn hula zal de Heere gediend worden, daarvoor zal ik zorgen, dit met to meer yver, omdat ik hoe langer hoe meer inzie hoe wys alley geregeld is, hoe liefderyk de wegen zyn waarlangs wy worden geleid aan God hand, en hoe Hy ons behouden wil voor het eeuwi- ge en voor het tydelyke leven, want die grond to Lebak kan zeer good geschikt worden gemaakt voor de koffikultuur. TIENDE HOOFDSTUK .

Hoewel 1k, waar 't principes geldt, niemand ontzie, heb 1k toch begrepen dat 1k met Stern eon anderen weg most inslaan dan met Frits, en daar het to voorzien is dat myn naam - do firms is Last & Co, maar ik heet Droogstoppd : Batavue Droop soppd, -- in aanraking komen zal met een book waarin zaken voorkomen, die niet strooken met den eerbied lien elk istsoenlyk man en makelaar ziohzelf verschuldigd is, acht do het myn plicht u meetedeelen, hoe ik getracht heb ook then Stern terugtebren- gen op den waren weg.

Ik heb hem niet van den Heer gesproken - omdat hy Lu- thersch is - maar 1k heb gewerkt op zyn gemoed en zyn eer. Ziehier hoe 1k dit heb aangelegd, en mark daarby op, hoever men het brengt met menschkunde. Ik had hem hooren zeggen : auf Ehrenwort, en vroeg wat by daarmee bedoolde f -- Wel, zeide hy, dat 1k myn eer verpand voor de waarheid van wat ik zeg. - Dat is zeer veel, hernam 1k. Ben je zoo overtuigd, altyd do waarheid to zeggen? - Js, verklaarde hy, de waarheid zeg ik altyd . Ala do borst me gloeit .. .. Do lezer west de rest. - Dat is waarlyk zeer sohoon, zel ik, en ik hield me heel onnoozel aloof ik het geloof do. Maar hierin lag juist de fynheid van den strik, dien 1k hem spande met het duel om, zonder gevaar to loopen den ouden Stern in handen van Busselinok & Waterman to zien vallen, tooh dat jonge keroltjen eons goed op zyn pleats to zetten, en hem to doen govoelen hoe groot de afstand is tusschen iemand die pas begint - al doet dan ook zyn wader groote zaken -- en eon makelaar die twintig jaar de beurs bezooht heeft . Het was me namelyk bekend dat by allerlei tuig van verzen nit het hoofd wilt - by zegt : ,uitwendig" - en dear verzen altyd leugens bevatten, was ik zeker dat 11c hem zeer spoedig zou betrappen op onwaarheid. Dit duurde dan ook niet long.

1 1 0 MAX EAVELAAR. Ik zat in de zykamer, en by was in de euite .. . want we hebben eon suite. Marie was aan 't breien, en by zou haar wat vertellen . Ik luisterde aandachtig toe, en toen 't uit was, vroeg 1k hem of hy 't book bezat, waarin het ding stond, dat by dam zoo-even had opgedeund . Hy zei ja, en bracht het my. Hot was eon deal. tie der werken van zekeren Heine . Den volgenden morgen gal 1k hem - aan Stern mean 1k- de onderstaande :3

Besckouwingen omtrent de waarkeidsliejde van iemand die hd volgend prul van Heine v66rsegt aan eon jong meisje dat in de suite sit to breien.

Auf Fliigein des Gesanges, Herzliebchen, trag ich dish fort .

Herzliebchen I Marie, jouw Herzliebchen Y Weten je ouwelui daarvan, en Louise Rosemeyer? Is het brad dit to zeggen aan eon kind, dat door zoo-iets al zeer ligt ongehoorzaam zou worden aan hare moeder, door zioh in hat hoofd to halen dat ze mondig is, omdat men haar : Herzliebchen noomt? Wat beduidt dat : voortdragen op je vleugels l Je hebt geen vleugels, en je gezang ook. niet. Probeer 't eons over de Lauriergracht, die niet eons heel breed is. Maar al had je vleugels, mag je dan zulke dingen voorstellen aan eon meisje dat haar belydenis nog niet gedaan heeft? En al was 't kind aangenomen, wat beduidt dat aanbod van wegvliegen semen? Foeil

Fort nach den Fluren des Ganges, Da weiss ich den schbnsten Ort.

Ga er dan alleen heen, en hour er eon optrek, naar neem niet eon meisje mee, dat haar moeder moot helpen in 't huis- houdenl Maar je meent het ook niet! Vooreerst heb je nooit den Ganges gezien. en kunt due niet weten of 't daar good le- ven is. Wil ik je eons zeggen hoe de zaken staan? Hot zyn al- les leugens, die je alleen d4hrom vertelt, omdat je in al dat gevers je tot slaaf maakt van mast en rym . Ale de eerste regel ge6indigd was op koek, wyn, kina, zou je aan Marie gevraagd hebben of ze meeging naar Broek, Berlyn, China, en zoo voort. Je ziet dus dat je voorgestelde reisroute niet opreoht gemeend was, en dat alles neerkomt op eon laf geklinkklank van woor- den zonder slot of zin. Hoe zou 't wezen, ale Marie nu eons wer- kelyk lust kreeg om die malle refs to doen? Ik spreek nu nog niet eons van de ongemakkelijke manier die je voorstelt! Maar zy is, den Hemel zy dank, to verstandig om naar eon land to verlangen, waarvan je zegt : MAX nAVELAAR. 1 1 1 Dort liegt ein rothbliihender Garten Im stillen Mondenschein ; Die Lotosblumen erwarten Ihr trautes Schwesterlein ; Die Veilchen kichern and kosen, Und schau'n nach den Sternen empor ; Heimlich erzihlen die Rosen Sich duftende Marchen ins Ohr .

Wat zou je in dien twin by maneschyn met Marie uitvoeren, Stern? Is dat zedelijk, is dat braaf, is dat fatsoenlyk? Wil je dat 11c beschaamd moet ataan, evenals Busselinck & Waterman, met wie geen fatsoenlyk handelshuis iets to doen wil hebben, omdat hun dochter weggeloopen is, en omdat het knoeiers zyn? Wat zou 1k moeten antwoorden, als men my op de beurs vroeg, waarom myn dochter zoo lang in dien rooien twin is gebleven? Want dit begryp je toch, dat niemand me gelooven zou, als 1k zei dat ze daar wezen moest om een bezoek to brengen aan de lotusbloemen die, zoo ale je zegt, hear al lang gewacht hebben . Even zoo zou ieder verstandig mensch my uitlachen, als 1k gek genoeg was om to zeggen : Marie is daar in den rooden thin - waarom rood, en niet gees of pears l - om to luisteren naar 't snappen en giechelen van de viooltjes of naar de sprookjes die de rozen elkaar heimelyk in 't oor blazen . Al kon zoo iets waar zyn, wat zou Marie er aan hebben, als het toch zoo heimelyk geschiedt, dat zy er niets van verstaat? Maar leugens zyn het, flauwe leugens! En leelyk zyn ze ook, want neem eens een pot- lood, en teeken een roos met een oor, en zie eens hoe dat er uit- ziet? En wat beduidt het, dat die Mdrchen zoo du/tend zyn? Wil ik je dat eens zeggen in goed rond hollandach? Dat wil zeg- gen dat er eon luchtjen is aan die malle sprookjes .. . zoo is het!

Es hiipfen herbei, and lauschen Die frommen, klugen Gazellen ; Und in der Ferne rauschen Des heiligen Stromes Wellen .. . Dort wollen wir niedersinken Unter dem Palmenbaum, Und Ruhe and Liebe trinken, Und traumen seligen Traum .

Ran je niet naar Artie gaan - je hebt immers aan je vader geschreven dat ik lid ben ? - zeg, kan je niet in Artie terecht als je dan volstrekt vreemde dieren zien wilt? Moeten het juist die gazellen aan den Ganges wezen, die tech in 't wild nooit zoo goed zyn waartenemen, ale in een nette omheining van ge- koolteerd yzer? Waarom noem je die dieren vroom en verstan-

112 MAa n vBI. AB. dig? Hot laatste laat ik gelden - ze maken althans zulke zotte verzen niet - maar vroonW Wat beteekent datt Is 't niet mis- bruik maken van eon heilige uitdrukking die alleen mag gebruikt worden voor mensohen van 't ware geloof t En die heilige stroom t Mag je aan Marie dingen vertellen, die haw tot eon heidin zou- den waken? Mag je haw doen wankelen in de overtuiging dat er geen ander heilig water is, dan dat van den doop, en goon andere heilige rivier dan de Jordaan? Is dit niet ondermynen van de zedelykheid, deugd, godsdienst, Christendom en fatsoen? Denk over dit alles na, Stern! Je vader is een aohtenswaar- dig hula, en ilc ben zeker dat by 't goedvindt dat ik zoo op je gemoed work, en dat by gaarne zaken doet met iemand die deugd en godadienst voorataat. Ja, prinoipes zyn me heilig, en 1k heb geen schroom om ronduit to zeggen wat ik mean. Mask dus geen geheim van wat ik je zeg, schryf 't gerust aan je vader dat je hier in eon soliede familie bent, en dat ik je zoo op 't goe- de wys. En vraag je zelf eons af, wat er van je zon geworden zyn, ale je by Busselinok & Waterman waart gekomen? DEAr zou je ook zulke verzen opgezegd hebben, en dedr had men niet op je gemoed gewerkt, omdat het knoeiers zyn . Sohryf dit gerust asn je vader, want als er prinoipes in 't spel zyn, ont- zie ik niemand. D64r zouden de meisjes met je meegegaan zyn naar den Ganges, en dan lag je daar nu missohien onder dien boom in 't natte gras, terwyl je nu, omdat ik je zoo vaderlyk waarsohuwde, hier by ons kunt blyven in eon fatsoenlyk hula . Sohryf dat alles aan je vader, en zeg hem dat je zoo dankbaar, bent dat je by one zyt gekomen, en dat ik zoo good voor je zorg, en dat de doohter van Busselinok & Waterman is weggeloopen, en groet hem zeer van my, en achryf dat ik nog 1/1, prooento our- tage zal laten vallen beneden hun bod, omdat ik geen onderkrui- pers lyden kan, die eon konkurrent hat brood uit den mond sto- len door gunstiger voorwaarden .

En doe me Loch 't genoegen, in je voorlezingen nit Sjaalman's pak, wat moor degelyks to brongen . Ik heb er opgaven gezien van do koffi-produotie der laatste twintig jaren, uit alle residen. tien op Java : lees z66-iets eons voort Zieje, dan kunnen de Ro- semeyers, die in suiker doen, eons to hooren krygen wat er eigen- lyk omgaat in de wereld. En je moot ook de meisjes en ono al- ien niet zoo uitmaken voor kannibalen die wat van je hebben opgeslilct - dat is niet fatsoenlijk, myn bests jongen. Geloof Loch iemand die west wat er in de wereld to koop is! Ik hob je vader reeds bediend voor zyn geboorte - zyn firms, mean 1k, neon .. . ooze firms, mean ik : Last & Co. - vroeger was

VAa HsvsLLAL 113 het Last & Meyer, maar de Meyer's zyn er lang nit - je be . grypt due dat & 't good met je mean. En spoor Frite aan, dat by wat beter oppast, en leer hem goon verzen maken, en hood je aloof je het niet zag, ale hij geziohten trekt tegen den boek- houder, en al zulke dingen moor . Geef hem eon good voorbeeld, omdat je zooveel ouder bent, en traoht hem bedaardheid en def- tigheid inteprenten, want by moat makelaar worden .

Ik ben is vaderlyke vriend

Batavus DroogstoppeL

(firms: Last & Co, tnakelaars in bofJi, Lauriergraeht No. 37.) ELFDE HOOFDSTUK.

Zoodat ik maar zeggen wil, om met Abraham Blankaart to spreken, dat ik dit hoofdstuk als ,essentieel" besohouw, omdat het, near ik mean Havelaar beter doet kennen, en by sohynt nu tooh eenmaal de held van de historie to zyn.

- Tine, wat is dat voor ketimont (*7) Lieve meid, doe nooit plantenzuur by vruohten! Komkommers met zout, ananas met zout, pompebnoes met zout, al wat uit den grond komt, met zout . Azyn by visoh en by vleesch .. . or staat iets van in Liebig .. . - Beste Max, vroeg Tine lachend, hoe lang mean je wel dat we hier zyn? Die ketimon is van mevrouw Slotering.

En Havelaar had moeite zich to herinneren dat by pas gister was aangekomen, en dat Tine met den beaten wil nog pieta had kunnen regelen in keuken of huishouding. Hyzelf was reeds lang to Rangkae-Betoeng I Had by niet den gansohen nacht doorgebraoht met lezen in 't arohief, en was er niet reeds to veel door zyn ziel gegaan, dat in-verband stond met Lebak, dan dat by zoo terstond weten kon dat by eerst sedert gisteren d4Ar was? Tine begreep dit wel : zy begreep hem altyd!

- Ach ja, dat is waar, zeide hy. Maar toch moot je eens wat van Liebig lezen. Verbrugge, heb jy veal gelezen van Liebig? - Wie is dat? vrueg Verbrugge. Dat is iemand die veal geschreven heeft over 't inleggen van augurken. Ook heeft hij ontdekt hoe men gras in wol veran- dert.. . je begrypt wel? - Neen, zeiden Verbrugge en Duclari'tegelyk . - Wb1, de zaak zelf was tooh altyd bekend : stuur een schaap 't land in ... en je zult zien? Maar by heeft de manier nage- spoord, waarbp hat geschiedt . Anders wyzen zeggen weer dat by er weinig van weet. Nu is men bezig met zoeken naar middelen om 't heele schaap in de bewerking overteslaan .. . o, die geleer- den.(2s) Moliere wist het wel .. . ik houd veel van Molibre. (75) Ala je wilt, zullen we samen een leeskursus houden, 'a avends, een paar maal in de week . Tine doet ook moo, als Max naar bed is. Duolari en Verbrugge wilden dit gaarne, Havelaar zei dat by

MAX asvmses. 115 niet veel boeken had, maar daaronder waren tooh Schiiller, Goethe, Heine, Vondel, Lamartine, Thiers, Say, Malthus, Scialoja, Smith, Shakespeare, Byron . . . Verbrugge zei dat by geen engelsoh his . - Wat drommel, je bent took over do dertig! Wat heb je dan al then tyd gedaan 7 Maw dat moat nog al lastig voor jo geweest zyn op Padang, waar zooveel engelsoh gesproken wordt Heb je miss Mata-api (») gekend? - Neon, do ken then naam niet. - 't Was ook hear naam niet. Ze noemden haar zoo, in 1843, omdat haw oogen zoo sohitterden . Ze zal wel gotrouwd zyn .. . 't is al zoo long geleden! Nooit heb 1k zoo-iets gezien .. . ja toch, to Arles.. . dAAr moat je eons heen gaan! Dat is 't sohoonste wat 1k gevonden heb op al myn reizen. Er bestaat nets, dunkt me, vat je zoo klaar de sohoonheid in 't afgetrokkene voor- stelt, ala zichtbaar beeld van het ware, van 't ontetof fdijk-rein, ala eon schoone vrouw. Gelooft me, gaat eens naar Arles en Nimes ... Duclari, Verbrugge en - ik moot het erkennen! - ook Tine konden eon luiden laoh net onderdrukken by de gedaohte zoo op-eons nit den westhoek van Java overtestappen naar Arles of Nimes in 't zuiden van Frankrijk . Havelaar, waarsohynlyk in zyn verbeelding op den toren staande, die door de Saraoenen gebouwd is op den omgang van de arena to Arles, had zioh eenigszins intespannen, voor by de oorzaak van then lach begreep, en toen ging by voort : - Nu ja, do mean . . . als je daar in de buurt komt. Z66-iets heb ik nooit ergens meer ontmoet. Ik was gewoon aan teleur- stellingen by 't zien van alles wat zoo hoog wordt opgehemeld . Ziet eons, by-voorbeeld, de watervallen waarvan men zooveel spreekt en sohryft. Wat my betreft, ik heb weinig of nets go- voeld to Tondano, to Maros, to Schaffhausen, by den Niagara. Men moat zy'n boekjen inzien om daarby de vereisohte meat zyner bewondering by do hand to hebben, over ,z66veel voeten vale' en ,z66veel kubiek-voeten waters in de minuut" en ale die oyfers dan hoog zyn, moat men 1e zeggen. 1k wil nooit weer watervallen zien, althans net ale ik er eon omweg voor moat maker . Die dingen zeggen me nets! Gebouwen spreken me wat luider toe, vooral wanneer't bladzyden uit de geschiedenis zyn. Maar hierby spreekt eon gevoel van heel anderen card! Men roept de vergangenheid op, en laat de schimmen van 't ver- ledene de revue passeeren . Hieronder zyn zeer afsohuwelyke' en due, hoe belangryk dit soma wezen moog, men vindt in zijn

116 MAX HAVELAABL gewaarwordingen met altyd voldoening voor sohoonheids- gevoel.. . onvermengd althans nooitt En sander do geechie- denis er byteroepen, is or wel veal schoons in sommige gebou . wen, mass 't wordt gewoonlyk bedorven door gidsen - van pa- pier, van vleesoh en been . . . 't komt overeen uitl - gideen, die je den indruk wegstelen door hun eentonig : ,dew kapel is opgerioht door den bissohop van Munster in 1223 . . . do zuilen zyn 63 voeten hoog en rusten op .. . do west niet wat, en bet kan me niet sohelen ook. Dat gebabbel is vervelend, want men welt dat men dan juist drie-en-zestig voet bewondering moot gereed hebben, om niet in do oogen van sommigen door to gaan voor een Vandaal of geecldfte-reiziger ... dkt is een rael - Do Vandalen t - Neen, die anderen. Nu men zou zeggen, houd dan je gids in den zak, ale by gedrukt is, en last hem buiten staan of zwy- gen in 't andere geval, maar behalve dat men werkelyk tot eenigezins juist oordeelen, dikwyls inliohtingen noodig heeft, zoude men ook, ook al kan men de inlichtingen altyd missen, tooh to-ver- geefs in eenig gebouw iets zoeken, dat longer dan eon zeer kort oogenblik beantwoordt san ons verlangen naar bet sohoone om- dat bet niet beweegt, Dit geldt, geloof 1k, ook voor beeldhouw- work en sohiiderstukken. Natuur is beweging. Groei, honger, denken, gevoelen, is beweging .. . stilstand is do doodl Zonder beweging, geen smart, geen genot, geen aandoeningl Beproef eons dear to zitten sander a to verroeren : go zult zien hoe spoedig je een epookachtigen indruk maakt op ieder ander en zelfs op je eigen verbeelding . By 't mooiste tableau vivant verlangt men al gauw naar een volgend nummer, hoe heerlyk ook de indruk was in 't begin . Dear an onze sohoonheidezuoht niet voldaan is met 66n blik op iets schoons, maar behoefte heeft aan eon reeks van opvolgende blikken, op de beweging van het achoone, lyden wy san iota onvoldaans, by 't aansohouwen van die soort van kunat- werken, en daarom beweer ik dot een sohoone vrouw - mite goon portretschoonheid die atilstaat - bet mast komt san bet ideaal van 't goddelyke . Hoe groot de behoefte is san de bewe- ging die een danseres veroorzaakt, al ware zy Elssler of Tagli- oni, wanner ze na een dans op haar linkerbeen etaat en 't pu- bliek toegrynet. - Dit geldt hier niet, zei Verbrugge, want dat is absoluut leelyk. - Dat wind 1k ook. Maar zy geeft bet tooh ale sohoon, en ale climax op al 't vorige, waarin werkelyk veal sohoone kan geweest zyn. Ze goeft bet ale de points van 't epigram,lals 't

VAT HAVSLSea 1 17 aux arm" / van de marsei7laiae die zy zong met haar voeten, als 't ruischen van de wilgen op het graf der zoo-even bespron- gene liefde. 0, misselyk! En dat ook de toesohonwers, die ge- woonlyk - zooala wy allen, meer of min - hun smaak gronden op gewoonte en navolging, dht oogenblik besohouwen als hot treffendste, blykt hieruit dat men juist ditn uitberst in toejui- 4hing, alsof men wilds to kennen geven : al het vorige was ook wel heel mooi, maar nu kan ik 't waarachtig niet langer uit- houden van bewondering! Je zei dat die slot-pose voistrekt lee • lyk was - do ook - doch vanwaar komt dit? Hot is omdat de beweging ophield, en daarmee de geachiedenia die de danseres verhaalde. Geloof me, stilatand is de doodl - Maar, bracht Duolari in 't midden, ge hebt ook de water- vallen verworpen ale uitdrukking van het schoone. Watervallen bewegen Loch! - Ja, maar .. . zonder geachiedenis / Ze bewegen, maar komen niet van de plants. Ze bewegen zich ale eon hobbelpaard, minus nog het va d vienf. Ze geven geluid, maar spreken niet . Ze roe- pen : hrrroe .. . hrrroe .. . hmoe... en nooit iets andersl Roep jy eons zesduizend jaar, of langer : hrrroe, hmoe ... en zie eons hoe weinigen je voor eon onderhoudend mensch sullen aan- zien . - lk zal de proof niet nemen, zei Duclari . Maar 1k ben het took nog niet met u eons, dat de door u gevormde beweging zoo volstrekt noodzakelijk wezen zou.lk sohenk u nn de water- vallen, maar eon goad achilderatuk kan tooh, dunkt me, veal uitdrukken. - Wel zeker, maar sleohts voor bgn oogenblik. Ik zal trach- ton myn meaning to verklaren door eon voorbeeld . Hot is van dug 18 Februari .. - Wel neon, zei Verbrugge, we hebben nog Januari . . . - Neen, neon, hot is heden de l8de Februari 1587, en je bent opgesloten in 't kasteel Fotheringhay . . . (ei) - Ik i' vroeg Duclari, die meende niet good verstasn to hebben. - Ja, gy. Go verveelt u en zoekt afleiding. Dir in then muur is eon opening, maar zy is to hoog om er doortezien, en dit wil je toch. Ge zet uw tafel er voor, en daarop eon stool met drie pooten, waarvan 66n wat zwak. Je zag eens op de kermis eon akrobaat die zeven stoelen op elkaar zette en zich zelf daarop met het hoofd naar beneden. Eigenliefde en verveling drin- gen n iota dergelijks to doen . Go beklimt waggelend then stool ... bereilct uw oogmerk .. . slant eon blik door de opening, en roept : o, god! En je valtl Weet je me nu to zeggen waarom je : o godl riep, en gevallen bent!

11 8 WAY BAVELAAB. - 1k denk dat de derde pout van den steel brak, zei Ver- brugge sententious. - Nn is, die poot brak misschien, maar niet dMrom ben je gevallen . Die poot is gebroken omdat je gevallen bent . Voor elke andere opening had je 't eon jaar lang op dien stool nit- gehouden, en nu moat je vallen, al waren or dertien pooten onder then stool geweest, ja, al had je op den grond gestaan. - Ik neem er genoegen mee, zei DuclarL 1k zie dat go u in bet hoofd hebt gezet, my oodk quo codte to laten vallen. Ik lig dear nu zoo lang 1k ben .. . maar 1k weet waaraohtig niet waarom ? - Wel, dat is toch zeer eenvoudig! Ge zaagt dear eon vrouw, gekleed in 't zwart, die geknield lag voor eon blok. En ze boog bet hoofd, en blank ale zilver was de hale die afetak by 't zwart fluweeL En daar stond eon man met eon groot zwaard, en by hield bet hoog, en zyn blik staarde op then blanken hale, en by zooht den boog then zyn zwaard beechryven zou, om ddgr ... dh6r tussohen die wervels been to worden doorgedreven met juistheid en kracht .. . en toen viel je, DuclarL Je viel omdat je dat alles zag, en daarom riep je : o god! Volstrekt niet omdat er maar drie pooten san je stool waren. En lang nadat je nit Fotheringhay werd verlost - op voorspraak van je neef, dank ik, of omdat bet de mensohen verveelde je dear langer onver- plioht den kost to geven, ale eon kanarievogeltje - lang daarna, ja, tot heden toe, droom je wakend van die vrouw, en in je slaap zelfs sohrik je op, en valt met zwaren sohok near op je leger- stede, omdat je den arm wilt grypen van den bout Is dit niet waar t - Ik wil 't wel gelooven, maar bepaald zeker kan 1k 't waar- lyk niet zeggen, omdat ik nooit to Fotheringhay door eon gat in den muur heb gezien. - Goed, good! 1k ook niet. Maar nu neem 1k eon scbildery die 't onthoofden van Maria Stuart voorstelt. Laat one aannomen dat de voorstelling volmaakt is. Daar hangt ze, in vergulde lyst, aan eon rood koord ale je verkiest ... ik weet wat je zeggen wilt, good! Neen, neen, ge ziet die lyst niet, ge vergeet zelfs dat ge uw rotting hebt afgegeven aan den ingang van de schilder. zaal.. . ge vergeet um naam, uw kind, bet nieuw-model po- litiemuts, en dus allea, om niet to zien eon achildery, maar om werkelyk daarop Maria Stuart to aanschouwen : gehed juiat ale to Fotheringhay. De beul staat er volkomen z66 ale by werkelyk moot gestaan hebben, is, 1k wil z66ver gaan dat je den arm uit- etrekt om den slag afteweren! Z66 ver dat je roept : „last die vrouw leven, missohien betert zy zich!" Je ziet, ik goof je beau jeu wat de uitvoering van 't schilderstuk aangaat .. .

MAY HAVELAAB. 11 9 - Ja, maar wat dan verder? Is den do indruknieteventreffend, als toen ik't zelfde in werkelykheid zag to Fotheringhay? - Neen, volstrekt niet, en wel omdat je niet waart geklom . men op eon stoel met drie pooten. Je neemt eon stool - met vier pooten ditmaal, en liefst een fauteuil - je gaat voor de sohildery zitten, om goed en lang to genieten - we genieten nu eenmaal by 't aanschouwen van lets akeligs - en welken in. druk meent go dat zy op je maakt i - W61, schrik, angst, medelyden, ontroering .. . evenals toen ik door do opening van den muur zag. We hebben gesteld dat de sohildery volmaakt is, ik moat due daarvan geheel denzelfden indruk hebben ale van de werkelykheid . - Neen! Binnen tee minuten voel je pyn in je reohterarm, nit sympathie voor den beul die zoo lang dat zwaar stuk steal onbewegelyk omhoog moot houden . - Sympathie met den beul Y Jai evenlydendheid, gevoeligheid, weetje t En tevens met do vrouw die dear zoo lang in ongemakkelyke houding, en waar- sohynlyk in onaangename stemming, voor dat blok ligt . Je hebt nog altyd medelyden met hear, maar ditmaal niet, omdat ze ont- hoofd moat worden, maar omdat men hear zoo lang laat waohten v66r ze onthoofd wordt, en ale je nog lets zeggen of roepen zoudt, in 't eind - gesteld dat je aandrift voelt je met de zaak te be- moeien - zou 't nets anders wezen den : ,sla Loch in-gods- naam toe, man, 't menach wacht er op!" En wanner je later de sohildery weerziet, en meermalen weerziet, is zelfs reeds de eerate indruk : is de historie nog niet afgeloopen? Staat by, en ligt zy daar nog f" - Maar wat is er den voor beweging in de schoonheid der vrouwen to Arles? vroeg Verbrugge . - 0, dht is lets anders! Zy spelen eon gesohiedenis uit in hear trekken. Karthago bloeit en bouwt sohepen op hear voorhoofd ... door den Hannibals-eed tegen Rome .. . daar vlechten zy koorden voor de bogen ... . daar brandt de stad ... - Max, Max, ik geloof waarlyk dat je to Arles je hart ver- loren hebt, plaagde Tine. - Ja, voor eon oogenblik .. . maar ik vond hot terug ; dat zult go hooren. Verbeeldt u ... Ik zeg niet, daar heb ik eon vrouw gezien, die z66 of z66 schoon was, neon : allen waxen zij schoon, en 't was due eon onmogelykheid dear pour tout de bon ver- liefd to worden, omdat elke volgende weer de vorige nit je bewon- dering verdrong, en ik dacht dasrby waarlyk aan Caligula of Tibe- rius - van a ien vertellen ze't fabeltje 1- die 't heele mensohelyk geslaeht maar 66n hoofd toewenschte . Z66 namelyk kwam on-

HA:[ BAVHLAAR. 12

120 MAY HevnrsssL willekeurig de wensoh in my op, dat do vroawen to Arles . .. - Maar 66n hoofd hadden samen? - Ja . - Om~'t afteslaan? - Wel neon! Om . .. het to kussen op 't voorhoofd, wide 1k zeggen, maar dat is het niet! Noon, om er op staren, en er van to droomen, en om.. . goed to zyn/ Duclari en Verbrugge vonden waarsohynly$, dit slot weer by- zonder vreemd. Maar Max bemerkte hun verrassing niet, en ging voort : - Want z66 edel waxen do trekken, dat men lets ale sohaamte voelde, aleohts eon mensoh, to wezen en niet eon vonk ... een straal - neon, dat waar stof l - een gedaoht 1 Maw .. . dan zat daar op-eons eon broer of een wader neat die vrouwen, en . . . godbewaarme, ik heb er een gezien die ham neus moot! - Ik wist wel dat je er weer een zwarten streep over halen zoo, zei Tine verdrietig. - Kan ik 't helpen. Ik had ze liever dood zien valleni Mag zulk een meisje zich profaneeren? - Maw, mynheer Havelaar, vroeg Verbrugge, als ze no eons verkouaen is? - W81, ze moeat niet verkouwen zyn met zulk een neusl - Ja, maar . . . Alsof 't booze spel sprak, op-eens moest Tine niezen, en . . . voor ze er aan daoht, had ze haw neus gesnotenI - Baste Max, wil je er niet boos om worden? vroeg ze met teruggehouden laoh. Hy antwoordde niet. En, hoe gek hot sohynt of is ... ja, by was er boos om! En wat dan 66k vreemd klinkt, Tine was bly dat by boos was, en van haar vergde moor to zyn dan de Phooeesche vrouwen to Arles (t°) al was 't dan ook niet omdat ze reden had grootsoh op haar neus to wezen. Als Duclari nog moende dat Havelaar „gek' was, had men 't hem niet ten kwade kunnen duiden wanneer by zich in daze meaning veraterkt voelde, by 't bemerken der korte verstoordheid die er, na en om dat neussnuiten, op Havelaara gelaat to lezen was. Maar deze was teruggekeerd van Kartbago en by las - met de snelheid waarmee by lezen kon, ale by niet to ver van- huia was met zyn geest - op de gezichten van zyn gasten, dat zy de twee volgende atellingen opwierpen : to Wit aid wd dat zyn vrouw haar mm Inuit, is ten gek.

MAX KAVELAsa . 121 20 Wie gdooft dog eon in aelwone iynen gdtekende neua aid mg geanden worden, does verkeerd dig gdoo/ toetepaaaen op nevrouw Havelaar, wrier neue een beetje e n p o m m e d e t e r r e is. De eerste stelling liet Havelaar rusten, maar .. . de tweede! - 0, riep by, aloof by to antwoorden had, schoon zyn paten to beleefd waren geweest hun stellingen uittespreken, dat zal 1k n verklaren. Tine is ... - Baste Maai zeide zy smeekend . Dit beteekende ; ,vertel tech niet san die heeren waarom 1k in uw schatting verheven moest zyn boven verkoudbeid I" Havelaar echeen to verstaan wat Tine meende, *ant by ant- woordde : - Good, kind! Maw weet je wel, heeren, dot men zich dlkwyls bedriegt in 't beoordeelen der aanspraken van sommige mensohen op stoffelyke onvolkomenheid? Ik ben zeker dot de gasten nooit van die aanspraken gehoord hadden. - Ik heb op Sumatra eon meisje gekend, ging by voort, de doohter van een datoe.(U). Welnu, 1k houd hat er voor dat zy op die onvolkomenheid geen recht had . En tooh beb 1k haar in 't water zien vallen by een sohipbreuk .. . evenals eon ander. Ik, eon meneoh, heb bear moeten helpen om aan land to komen . - Maar .. . had ze dan moeten vliegen als een meeuw? - Wel zeker, of... neen, ze had geen lichaam moeten hebben . Wilt go dat ik u vertel hoe 1k kennis met haar maakte? 't Was in '42. Ik was kontroleur van Natal . . . ben je daar geweest, Verbrugge ? Ja . - Welnu, dan weet je dat er peperkultuur in 't Natalsohe is . De pepertuinen liggen to Taloh-Baleh, benoorden Natal, aan de trust. Ik moest ze inspekteeren, en daar 1k geen verstand van peper had, nam 1k in de prahoe (µ) een datoe mee, die or meer van wilt. Zyn dochtertje, toen een kind van dertien jaren, ging mee. We zeilden langs de kust, en verveelden Ono ... En toen'hebt ge sohipbreuk geleden? - Wel neen,'t was mooi weer, al to mooi weer . De schipbreuk waarop je doelt, viel veal later voor . Anders zou 1k me niet ver- veeld hebben. Zoo zeilden we langs de kust, en 't was stik- heet. Zoo'n prauw biedt weinig gelegenheid tot afleiding, en daarby was 1k juist in een verdrietige stemming, waartoe veel oorzaken hot hare bydroegen. Ik had, primo, een ongelukkige

122 MAY $sVErsABE liefde, ten-tweeds, eon .. . ongelukkige liefde, ten-derde .. . nu ja, n6g iets van dien card, enz. Ooh, dat hoort er zoo by. Maw bovendien beyond 1k my in eon statie tusaohen twee aanvallen van eerzuoht. Ik had me koning gemaakt, en was weer ont- troond. Ik was op eon toren geklommen, en weer op den grond gevallen .. .ik zal nu maar overslaan hoe dat kwam! Genoeg, ik zat dAk in die prauw met eon zuur gezioht en sleoht humenr, en was, wat de Duitsohers noemen : ungeniembar. 1k vond onder anderen dat bet niet to-pas kwam my pepertuinen to laten in- apekteeren, en dat ik lang had moeten aangesteld zyn tot gou . verneur van eon zonnestelsel . Hierby kwam bet me voor ale ze- delyke moord, eon geest ala den myne in 66n prauw to zetten met dien dommen datoe en zyn kind . Ik moat je zeggen, dat ik anders de maleisohe Hoofden wbl lyden moobt, en goad met hen overweg kon . Zelfa bezitten zy veel dat my hen doet voortrekken boven de javaansohe Grooten . Ja, ik west wel, Verbrugge, dat je dit niet met my eons bent, er zyn sleohts weinigen die 't me toestemmen . . . maar dit laat 1k nu d4Ar. (") Als do dat reisjen op eon anderen dag gedaan had - met wat minder muizenesten in 't hoofd, mean ik - zou ik waarsohynlyk terstond met dien datoe in gesprek zyn gekomen, en missohien had ik gevonden dat by myn omgang wel waard was. Wellioht had 1k dan ook bet meisje aan 't spreken gebraoht, en dit had my misschien onderhouden en vermaakt, want eon kind heeft meestal iets oorspronkelyks . . . sohoon ik erkennen moot dat 1k zelf toen nog to veal kind was, om belang to stellen in oorspron- kelykheid. Thans is dit anders. Nu zie ik in elk meisje van dertien jaren eon manuskript waarin nog weinig of nets is door . geatreken. Men verrast den auteur en nkgligJ, en dit is dikwyls aardig. Het kind reeg kralen aan eon snoer, en scheen al haar aan- daoht daarby noodig to hebben. Drie rooden, fen zwarte .. . drie rooden, 66n zwarte : 't was mooi! Ze heette Si Oepi Keteh. Dit beduidt op Sumatra zooveel ala : Heine ireule... ja, Verbrugge, jy weet bet wel, maar Duolari heeft altyd op Java gediend. ("") Ze heette Si Ooepi Seteh, maar in myn gedaohten noemde ik haar ,stumpert" of zoo-iets omdat ik naar myn schatting zoo hemelhoog boven haar verheven was . 't Werd middag . . . avend byna, en de kralen werden opge- borgen. Het land sohoof langzaam naast ons weg, en kleiner en Weiner ward de Ophir reohts aohter one. ("1) Links in 't wee.

MAY asvar.AAE. 123 ten boven de wyde, wyde zee, die geen grens heeft tot waar Madagaskar ligt, en Afrika dam aohter, zakte do zon, en Hot haar etralen in geduriger etomper buiging kiskasaen (M) over de golven, en zy zocht verkoeling in do zee . Hoe drommel was ook weer dat ding? - Wat voor ding .. . de zon? - Ach neon .. . ik maakte verzen in die dagen! 0, verrukke- lyk! Hoor eons :

Ge vraagt waarom toch de Oceaan Die Natals ree bespoelt, Schoon elders minzaam en gedwee, Onstuimig slechts op Natals ree, Gedurig kookt en woelt? Ge vraagt en de arme visschersknaap Heeft nauw uw vraag verstaan, Of wenkend met het donker oog, Wyst by u aan d'onmeetbren boog Het verre Westen aan. Hy wendt den blik van 't donker oog . En staart naar 't Westen heen, En toont u, daar ge rondsom ziet, Slechts water, water, in 't verschiet, En zee, en zee alleenl En d33rom schuurt bier de Oceaan Zoo fel het oeverzand : 't Is zee slechts waar ge rondsom ziet, En water, water anders niet, Tot Madagaskars strand l En menig offer werd gebracht Ten zoen voor d'Oceaanl En menig kreet, in 't nat gesmoord, Door vrouw, noch kind, noch maag gehoora, Werd slechts door God verstaanl En menig hand voor 't laatst gestrekt Rees opwaarts uit bet meer, En voelde en greep en plaste in 't rood, En zocht of ze ergens steunsel vond, En zonk voor eeuwig neerl En...

- En .. . en .. . ik wed de rest niet meer. - Die is weertevinden door or om to sohryven aan Krygs- man, uw klerk to NataL Hy heeft het, zei Verbrugge . - Hoe komt by daaraan? vroeg Max . - Misschien uit uw papiermand. Maar zeker is 't, dkt by hat heeft! Volgt er niet de legende van de aerate zonde, die 't

124 MAX HAVELAA& eiland zinken deed waardoor vroeger de reede van Natal ward besohermd? De geschiedenis van DjAw met de twee brooders? - Ja, dht is waar. Die legende .. . was goon legends. Hot was een parabel die 1k maakte, en die misschien over eon pear eeuwen legends worden zal als Krygsman dat ding vat veel opdeunt. Z66 begonnen alle mythologen. Djiwa is : ziel, zooals je weet, ziel, geest of zoo-lets. lk maakte er eon vrouw van, do onmisbare, ondeugende Eva ... - Wel, Max, waar blyft onze kleine freule met haar kraal- tjes? vroeg Tine. - De kralen waren opgeborgen. Hot was zes uur, en daar onder de evenachtslyn - Natal ligt op weinige minuten noord : ale 1k overland naar dyer-Bangle ging, stapte 1k to paard over de linie been, of nagenoeg .. . 't was om er over to strulkolen, waarachtigI d£hr was zee uur 't eein tot avendgedaehten. Nu vind 1k dat eon mensch 'a avends altyd iets beter is, of minder ondeugend liever, dan 'a morgens, en dit is natuurlijk. 'a Morgene houdt men zich to zamen - ik west we] dat dit eon germania- mus is, maar hoe moot ik bet zeggen in 't hollandaeh f - men is ... deurwaarder of kontroleur, of ... neon, dit is genoeg! Ben deurwaarder MU sick zusammen om then dag eons terdeeg zyn plicht to doen .. . god, welk eon plioht! Hoe moet dat zu- aammen gehalten hart er uitzient Een kontroleur - 1k zeg dit niet voor u, Verbrugge! - eon kontroleur wryft zich de oogen nit, en ziet er tegen op den nieuwen adsistent-resident to ont- moeten, die eon bespottelyk overwicht V, it aannemen op eon pear jaren dienattyd meer, en van wien by zooveel zonderlings ge- hoord heeft .. . op Sumatra. Of by moat then dag velden opme- ten, en staat in dubio tusschen zyn eerlykheid - jy west dit zoo niet, Duclari, omdat je militair bent, maar er zyn werkelyk eerlyke kontroleurs! - dan staat by to waggelen tusschen die eerlykheid en de vreea dat Radhen Dhemang z66 of z66 hem den schimmel zal terugvragen, die zoo good tell . Of wel,hymoet lien dag kordaat ja of peen zeggen in antwoord op mis- sive nummer z66veeL Kortom, 'e morgens by 't ontwaken valt je de wereld op't hart, en dat is zwaar voor eon hart, al is bet stork . Maar s' avends heeft men eon pauze. Er liggen tien volle uren tussohen nu en 't oogenblik dat men zyn rok weerziet. Tien uren : zes .en-dertig-duizend sekonden om mensch to zyn! Dit lacht ieder toe. Dit is 't oogenblik waarop ik hoop to sterven, om ginder aantekomen met eon inofficieel gezieht . Dit is 't oogenblik waarop je vrouw lets weervindt in je gelaat, van wat hear ving teen ze je then zakdoek behouden liet met eon gekrumde E op de punt .. .

VAX asv1LAAE . 125 - En toen ze nog 't reoht niet had, verkouwen to wezen, zei Tine. - Ach plaag me niet 1 Ik wil maar zeggen dat men's avends gemtiaicher is. Toen alzoo de zon langzamerhand verdween, ging Havelaar voort, ward 1k een beter mensoh . En als eerste blyk van die be- terschap moge gelden, dat ik tot de kleine freule zei : ,,Het zal nu gauw vat koeler worden." „Ja, toewan l" antwoordde zy. Maar 1k boog myn hoogheid nog dieper tot die ,stumpert" near, en wing een gesprek met haar aan. Myn verdienste was to grooter omdat zy heel weinig antwoordde . Ik had gelyk in al wat ik zei .. . dat ook al vervelend wordt, al is men nog zoo verwaand. ,,Zon je graeg een volgenden keer weer meegaan near Taloh- Bateh f" vroeg dc. ,,Zoo als toewan kommandeur (0) beveelt" „Keen, ik vraag u of gvj zoo'n rolejen aangenaam vindt?" „Als myn vader het verkiest", antwoordde zy. Zegt eons, heeren, was 't niet om dol to worden? Welnu, 1k werd niet dol. De zon was onder, en ik voelde my gemtlthlich genoeg om n6g niet afgeschrikt to worden door z66veel dom- heid. Of liever, ik geloof dat ik begon vermaak to scheppen in 't hooren van myn stem - or zyn weinigen onder ons die niet gaarne luisteren naar ziohzelf - maar na myn mutisme van den heelen dag, meende ik, nu ik eindelyk can't spreken geraakt was, iets beters to verdienen dan de at to onnoozele antwoorden van Si Oepi Keteh. Ik zal haar een aprookje vertellen, daoht 1k, dan hoot lkzelf het met-een en do heb niet noodig dat ze my antwoordt. Nu weet ge dat, even als by het lossen van een schip de laatat in- geladen krandjang suiker ( 8") 't eerst weer voor den dag komt, ook wy gewoonlyk die gedaohte of die vertelling 't eerst lossen die 't laatat is ingeladen. In het Tijdschrift van Nederlandseh Indict had ik kort tevoren een verhaal gelezen van Jeronimus : de Japansche Steenhouwer ... Hoort eens, die Jeronimus heeft lieve dingen gesohrevenl Hebt ge zyn Vendutie in een sterfhuis gelezen? En zyn : Graven P En, vooral: de Pedatti P (11) Ik zal 't u geven. Ik dan had pas de Japansche Steenhouwer gelezen. Ach, nu herinner ik my op eenmaal hoe ik zoo-even verdwaald ben ge-

126 WAY HAVSLAABL raakt in dat liedje, waarin 1k 't,,donker oog' van then via- sehersknaap tot scheelwordens toe ,,rond-om last dwalen" in Can riehting .. . heel gek! Dat was een aaneenschakeling van denk- beelden . Myn verstoordheid, van then dag stond in verband met het gevaarlyke der Natalsche ree ... je weet, Verbrugge, dat geen oorlogschip die reede mag aandoen ; vooral niet in Juli ... ja, Duolari, de westmousson is dear in J u 1 i 't sterkst, juist andersom dan hier. (") Welnu, 't gevaarlyke van die reede soha- kelde zich vast aan myn gekrenkte eerzueht, en die eerzucht hangt weer samen met dat liedjen over Djiwa. lk had den resi- dent herhaaldelyk voorgesteld to Natal een zeewering to maken, of althans een kunsthaven in de monding van de rivier, met bet doel om handel to brengen in de Afdeeling Natal, die de zoo belangryke Battahlanden met de zee verbindt . Anderhalf millioen menschen in 't binnenland wisten geen weg met hun produkt, omdat de Natalsche ree - en tereoht ! - in zulk eon slecht blaad . je stond. Welnu, die voorstellen waren door den resident niet goedgekeurd, of althans by beweerde dat de Regeering ze niet zou goedkeuren, en je weet dat behoorlyke residenten nooit iets voorstellen, dan wat ze vooruit kunnen berekenen dat aan 't Gou . vernement bevallen zal . Het maken van een haven to Natal streed in principe tegen 't stelsel van afsluiting, en wel verre van schepen daarheen to lokken, was 't zelfs verboden - tenzy in geval van force majeure - raschepen op de reede toafelaten. Ale er nu toch een achip kwam - 't waren meestal Amerikaan . ache walvisohvangers, of Franachen die paper hadden geladen in de onafhankelyke rykjes op den noordhoek (") - liet ik my altyd door den kapitein een brief schryven, waarin by verlof vroeg om drinkwater intenemen. De verstoordheid over 't mislukken myner pogingen om iets ten-voordeele van Natal to bewerken, of liever de gekrenkte ydelheid . . . was 't niet hard voor me, nog zoo weinig to beteekenen dat ik niet eens een haven kon laten maken waar 1k wilde 1 Nu, dit alles, in verband met myn kandidatuur voor 't regelen van een zonnestelsel, had me then dag zoo onbeminnelyk gemaakt. Toen 1k door 't ondergaan der zon eenigszins genas - want ontevredenheid is een ziekte - bracht juist die ziekte my den Japanschen Steenhouwer voor den geest, en misschien dacht ik alleen dbArom die gesehiedenis overluid, om, mezelf wysmakende dat ik bet deed nit welwil- lendheid voor dat kind, ter-sluik den laatsten druppel intenemen van hat drankje dat ik voelde noodig to hebben . Maar zy, dat kind, genas me - voor een dag of wat althans - beter dan myn vertelling, die ongeveer aldus moat geluid hebben :

MAX HAVSLAAB. 127 ,,Oepi, er was eon man die steenen hieuw nit do rots . Zyn arbeid was zoer zwaar, en by arbeidde veel, dooh zyn loon was goring, en tevreden was by niet. • zuohtte omdat zyn arbeid zwaar was . En by riep: ooh, dat ik ryk ware, om to rusten op eon baleh-baler met klmmboe van roode zyde.(") En or kwam eon angel nit den hemel, die zeide : n zy gelyk By gezegd hebt. En by wis ryk . En by ruatte op eon baleh- baleh, en de klamboe was van roode zyde. En de koning des lands toog voorby, met ruiters voor zyn wagen. En ook aohter den wagon waren ruiters, en men hield den gouden pajong (") boven het hoofd van den koning . En then de ryke man dit zag, verdroot het hem dat er geen gou- den pajong word gehouden boven zyn hoofd. En tevreden was by niet. • zuchtte, en riep :1k wensohte koning to zyn. En er kwam eon engel nit den hemel, en zeide : u zy gelyk gy gezegd hebt. En by win koning. En voor zyn wagon reden vale ruiters, en ook waxen er ruiters achter zyn wagen, en boven zyn hoofd hield men den gouden pajong. En de zon soheen met heete stralen, en verbrandde hot card . ryk, zoodat de grassoheut dor word. En de koning klaagde dat de zon hem sohroeide in bet gelaat, en maeht had boven hem . En tevreden was by niet. • zuohtte, en riep : ik wensohte de zon to zyn. En er kwam eon engel uit den hemel, die zeide : u zy gelyk gy gezegd hebt. En by whs de zon. En by zond zyn stralen naar boven, en naar beneden, naar de reohterzyde en naar de linkerzyde, en alom . En by versohroeide den grassoheut op hot aardryk, en hat gelaat der vorsten die op de aarde waren . En eon wolk stelde zich tusschen de aarde en hem, en de stralen van de zon stuitten daarop terug. En by word toornig dat zyner macht weerstaan word, en by klaagde dat die wolk machtig was boven hem . En tevreden was by niet. • wilde de wolk zyn, die zoo machtig was. En er kwam eon engel uit den homel, die zeide : u zy gelyk gy gezegd hebt . En by word eon wolk, en plaatste zioh tussohen de zon en de aarde, en ving de stralen op, zoodat het Bras groan ward . En de wolk regende in groote druppen up hat aardryk, en

1 28 Mss HAVELAABL deed de rivieren zwellen, en banjira voerden de kudden weg. En by verwoestte door veal waters het weld . En by vial neer op een rots, die niet week . En by klaterde in groote stroomen, maar de rots week niet . En by ward toornig omdat de rots niet wyken wilde, en omdat de eterkte van zyn stroomen ydel was. En tevreden was by niet. Hy riep : aan die rots is macht gegeven boven my . Ik wensohte die rots to zyn. En er kwam een angel nit den hemel, die zeide : u zy gelyk gy gezegd hebt. En by w6rd rots, en bewoog niet als de zon scheen, en niet ale bet regende. En daar kwam eon man met houweel, en met puntigen byte], en met zwaren hamer, die steenen hieuw nit de rote En de rots zeide : wat is dit, dat die man macht heeft boven my, en steenen houwt nit myn schoot? En tevreden was hyniet . Hy riep: ik ben zwakker dan doze . . . ik wenschte die man to zyn . En er kwam een angel uit den hemel, die zeide : n zy gelyk gy gezegd hebt. En by was een steenhouwer. En by hieuw steenen nit de rots, met zwaren arbeid, en by arbeidde zeer zwaar voor weinig loons, en by was tevreden ."

- Heel aardig, riep Duclari, maar nu zyt ge ons nog 't bewys echuldig dat die kleine Oepi imponderabel had moeten wezen. - Neen, ik heb u dat bewys niet beloofdl Ik heb alleen willen vertellen hoe 1k kennis met haw maakte. Toen myn verhaaltjen nit was, vroeg 1k :

,,En jy, Oepi, wat zon jy kiezen, als een engel nit den hemel je kwam vragen wat je begeerde Y"

,,Voorzeker, mynheer,1k zou hem bidden my meetenemen naar den hemeL"

- Is dat niet beeldig t vroeg Tine aan haar gasten, die 't missohien heel gek vonden ... Havelaar stondvp, en vaagde lets weg van het voorhoofd . TWAALFDE HOOFDSTVS.

- Baste Max, zei Tine, ons dessert is zoo schraaL Zon je niet ... je weet wel . . . Madame Gleoffrin? (") - Nog wat vertellen, in plaats van gebak f Wat drommel, ben heesch . Do beurt is aan Verbrugge. - Ja m'nheer Verbruggei Lost u Max eons af, verzooht me- vrouw Havelaar.

Verbrugge bedacht zich even, en begon :

- Er was eons eon man, die een kalkoen stal . . . - 0, deugniet, riep Havelaar, dat heb je van Padang / En hoe is 't verder? - 't Is nit. Wie kent hat slot van de historic? - Wel, ikI 1k heb hem opgegeten samen met ... iemand. Weet je waarom ik to Padang gesuapendeerd was? - Men zei dat er een deficit was in uw kas to Natal, her- nam Verbrugge . - Dit was niet geheel onwaar, doch waar was hat ook niet. 1k was to Natal door allorlei oorzaken heel slordig geweest in myn geldelyko verantwoording, waarop inderdaad veal san- merkingen to maken waxen . Maar dit vial in die dagen zoo dik. wyls voorl Do omatandigheden in de Noord van Sumatra waxen kort na-'t innemen van Baroe, Tapoea en Singkel z66 verward, alien was z66 onrustig, dat men het eon jong mensch, die liever to-paard zat dan dat hij geld telde of kasboeken bijhield, niet kwalijk nemen kon dat alles niet zoo ordelyk en geregeld ging ale men zou kunnen vorderen van een amsterdamsohen boekhouder die'niet anders to doen heeft . De Battahlanden waxen in roering, en je weet, Verbrugge, hoe altyd alles wat in de Battahs gebeurt, terugwerkt op 't Nataisohe. Ik sliep 's nachts geheel gekleed om spoedig by-de-hand to zyn, wat dan ook dikwyls noodig was. Daarby heeft hat gevaar - eenigen tyd voor myn komst was er een komplot ontdekt, om myn voorganger to vermoorden en op- stand to maken - het gevaar heeft iets aantrekkelyks, vooral, wanner men sleohts twee-en-twintig jaren oud is . Dit aantrek- kelyke maakt dan iemand wel ongeschikt voor bureau of voor do styve nauwkeurigheid die noodig is tot good beheer van geldza-

130 Mss HAVELAABL ken. Bovendien, ffi had allerlei gekheden in 't hoofd . .. - Traoecaa („) riep mevrouw Havelaar een bediende toe . - Wit hoeft niet? - Ik had gezegd nog lets gereed to maken in de keuken ... een omelet of zoo-lets. - Ahl en dat hoeft niet meer, nu fit van mien gekheden be- gin? Je bent ondeugend, Tine. 't Is my wel, maar die heeren hebben ook eon stem. Verbrugge, vat Idea je, je aandeel in de omelet of de historie ? - Dat is een moeilyke positie voor een beleefd mensoh, zei Verbrugge. - En ook Hi son liever niet kiezen, voegde Duclari er by . . want het is hier to doen om een uitapraak tuaschen m'nheer en mevrouw, en : mire l'Ecorce et le bois d ne favt pas mettre is doigs. - Ik zal u helpen, heeren, de omelet is ... - Mevrouw, zei de zeer beleefde Duclari, de omelet zal'wel zooveel waard zijn ale ... Ala de historie? Zeker ale ze vat waard wasljDoeh er is een bezwaar ... - Ik wed dat er geen suiker in hula is, riep Verbrugge . Ooh last toch by my halen vat ge noodig hebt! - Suiker is or... van mevrouw Slotering. Neen, daaraan hapert het niet. Ale de omelet overigens goad was, son dat pen bezwaar zijn, maar ... - Hoe dan, mevrouw, is ze in 't vuur gevallen? - Ik won dat het waar was. Neen, ze kan niet in 't vunr vallen. Ze is ... - Maar, Tine, riep Havelaar vat is ze dan toch? - Ze is imponderabel, Max, ala je vrouwen to Arles .. . we- zen moesten! Ik heb geen omelet .. . ik heb niets meerl - Dan in 's hemelsnaam de historie I zuchtte Duelari met kod . dige wanhoop. - Mast koffi hebben we, riep Tine. - Goed! Koffidrinken in de voorgalery, en laat one mevrouw Slotering met de meisjea daarby roepen, zei Havelaar, waarop 't kleine gezelechap naar buiten tong . - Ik gis dat ze bedanken zal, Maxi Je weet dat ze ook He . ver niet met one eet, en ik kan hear geen ongelyk geven . - Ze zal gehoord hebben dat ik histories vertel, zei Havelaar, on dat heeft haar afgeschrikt. - Wel neen, Max, dat zou haar niet deren ; ze verataat geen hollandsch. Neen, ze heeft my gezegd dat ze haar eigen huia- handing wil blyven voeren, en dit begryp HE heel goad. Weet je nog hoe je myn naam vertaald hebt ?

MAX ssvsrssa 131 - E. H. V. W. : eigew hoard ved waard. - Daarom! Ze heeft groot gelijk. Bovendien ze komt me mat mensohenschuw voor. Verbeeld je dat dat zy alle vreemden die 't erf betreden, last wegjagen door oppassers ... - lk verzoek om de historie of de omelet, zei Duclari. - lk ookI riep Verbrugge. Uitvluohten warden niet aange- nomen. We hebben aanspraak op eon volledig maal, en daarom eisoh do de geschiedenis van den kalkoen . - Die heb 1k je reeds gegeven, zei Havelaar. Ik had het boost gestolen van den generaal Vandamme, en heb 't opgegeten . .. . met iemand. - Voor die „iemand" ten-hemel voer, zei Tine sohalk . - Neen, dat is trioheeren, riep Duclari We moeten weten waarom ge then kalkoen .. . weggenomen hebt . - Wdl omdat 1k gebrek leed, en dat was de sohuld van den generaal Vandamme die me gesuspendeerd had. - Als 1k er niet moor van to weten kryg, breng 1k eon vol- genden keer self eon omelet mee, klaagde Verbrugge. - Geloof me, or stak nets meer aohter dan dlt. Hy had seer veel kalkoenen en ik had neta . Men dreef die dieren voorby myn dour ... 1k nam er eon, en zei tot den man die zich ver- beeldde er op to passen : ,zeg den generaal dat 1k, Max Ha- velaar, dozen kalkoen neem omdat ik eten wiL" - En dan dot epigram? Heeft Verbrugge je daarvan gesproken? Ja . Dat had niets met den kalkoen uittestaan . Ilk maakte dat ding omdat by zooveel ambtenaren suapendeerde. Er waren er op Padang zeker zeven of acht die by met moor of minder recht- vaardigheid in hun ambten geschorst had, en velen onder hen verdienden 't veel minder dan ik . De adsistent-resident van Pa dang zelf was gesuspendeerd, en wel om eon reden die, naar & geloof, eon geheel andere was dan de in hot besluit opgegevene . Ik wil u dat wel vertellen, schoon ik niet verzekeren kan dat 1k alles juist weet, en alleen 6verzeg wat men in do chineeche kerk (N) to Padang voor waar hield, en wat dan ook - vooral met hot oog op de bekende eigenschappen van den generaal - waar loan geweest zyn.

Hy had, moot ge weten, zyn vrouw getrouwd om eon wed- dingschap to winnen, en daarmee eon anker wyn . Hy ging duo dhkwyls'a avends nit, om ... overal rondteloopen. De surnumerair Valkenaar moot eons in eon straatje naby 't meisjesweeshuis zyn

132 MAT EAVELAAR. inkognito z66 etipt geeerbiedigd hebben, dat by hem eon pak slaag heeftgegeven even als een gewonen straatsohender. Niet ver van daar woonde Miss %. r liep een geruoht dat die Miss It leven zou gegeven hebben aan een kindje dat .. . verdwenen was. Do adsistent-resident was ale hoofd der politie verplioht, en ook inderdaad van plan, zioh met die zaak to bemoeien, en schynt van dit voomemen lets gezegd to hebben op eon whist- party by den generaal . Doch zie, den volgenden dag ontvangt by den last zich naar zekere Afdeeling to begoven, welker gezag- voerende kontroleur wegens ware of veronderstelde oneerlykheid geschorst was in zyn beheer, om in loco zekere zaken to onderzoe- ken en daarvan ,,te dienen van berioht." Wail was de adsistent- resident verwonderd dat hem iets ward opgedragen dat zyn Af- deeling in 't geheel niet aanging, dooh daar by strlt genomen deze opdraoht kon besohouwen ale eon vereerende ondersoheiding, en dewyl by met den generaal op zeer vriendsohappelyken voet stond, zoodat by geen oorzaak had aan een valetrik to denken, berustte by in deze zending, en begaf zioh naar .. . ik wil ver- geten hebben waarheen, om to doen wat hem bevolen was . Na eenigen tyd keert by terug, en biedt een verslag aan dat niet ongunstig luidde voor then kontroleur . Doch ziet, er was gedurende lien tyd op Padang door 't publiek - dat is : door niemand en iedereen - ontdekt dat die ambtenaar sleohts gesuspenseerd was om eon gelegenheid to soheppen den adsistent-resident van de pleats to verwijderen, ten-einde zyn voorgenomen onderzoek near de verdwyning van het kind to voorkomen, of althans to versohuiven tot een tydetip dat die zzak moeielyker zou opte- helderen zyn . Ik herhaal nu dat ik niet west of dit waar was, dooh naar de kennis die ikzelf later van den generaal Vandamme opdeed, komt deze lezing van 't geval my geloofbaar voor . Op Padang was er niemand die hem niet - wat hat pail aangaat, waartoe zyn zedelykheid was afgedaald - tot zoo-iets in-staat keurde. De meesten kenden hem slechts bgn goede hoedanigheid toe, die van onversohrokkenheid in 't gevaar, on indien 1k, die hem in gevaar gezien heb, van meaning ware dat by apr a tout een dapper man was, zou dit alleen my bewegen u deze go- sohiedenis niet to vertellon. 't Is wear, by had op Sumatra veal laten „sabreeren' doch wie sommige gebeurtenissen van naby ge- zienhad(„) voelde neiging omwataftedingenopzyndapperheid,en, hoe vreemd hat sohyne, 1k geloof dat by zyn krygsmansroem grootendeels to darken had aan de zuoht tot tegenstelling, die one alien min of moor bezielt. Men zegt gaarne : 't in waar dat Peter of Paul dig, of dig is, maar ddt is hy, dat most men hem latent En nooit kan men zoo zeker zyn geprezen to worden,

MAY BAVELAAB. 133 den wanner men eon zeer in 't oog vallend gebrek heeft . Jy, Verbrugge, bent alle dagen dronken ... - Ik t vroeg Verbrugge die eon voorbeeld was van matigheid. - Ja, ik maak je nu dronken, alle dagen l Je vergeet je z66 ver, dat Duolari 's avends in de galery over je strulkelt . Dit zal by onaangenaam vinden, meat terstond zal by ziob herinneren lets goads in je gezien to hebben dat hem Loch vroeger niet in 't oog vieL En als ik den kom, en 1k wind je zoo erg ... hori. zonlaal, den zal by my de hand op den arm leggen, en uitroe- pen : „ooh, geloof Loch dat by overigens zoo'n beste brave knap . pe jongen is t" - Dat zeg 1k toch van Verbrugge, riep Duclari, al is by ver- tikaal. - Niet met dat vuur en die overtuigingl Herinner je eons hoe dikwijls men hoort zeggen : „O, als die man op zpn taken wilds passen, dAt zon iemand wezenl Maar .. . en den volgt bet betoug hoe by niet op zijn zaken past en due niernand is. 1k geloof hiervan de reden to weten. Ook van de dooden verneemt men altyd goede hoedanigheden waarvan we vroeger nets .be- merkten . De oorzaak zal wel zyn dat ze niemand in den weg dean. Ale mensohen zyn min of meer mededingers. We zouden gaarne 61k ander geheel en in alley onder on plaateen. Dit echter to uiten, verbiedt de goede toon en zelfs bet eigenbelang, want zeer spoedig zou nemand one gelooven, ook al beweerden wy lets wears. Er moot due eon omweg gezooht worden, en ziet hier hoe we dit doen. Ale gy, Duclari, zegt : „de luitenant Slop- kous is eon goad soldaat, wasrachtig by is eon goad soldaat, 1k ken je net genoeg zeggen welk eon good eoldaat de luitenant Slopkous is ... mean eon theoritikue is~hy net . . ." Hob je niet zoo gezegd, Duclari? - 1k hob nouit eon luitenant Slopkous gekend of gezien 1 - Good, sohep or den eon, en zeg dat van bem . - W61, 1k schep hem, en zeg bet. - Weet je sat go nu gezegd hebt? Je hebt gezegd dat jy, Duclari, d cheval bent op de theorie. 1k ben Been ham beter . Geloof me, we doen unrecht zoo boos to worden op iemand die heel sleoht is, want de goeden onder one zyn 't sleohte zoo nal Laat eons de volmaakthoid nul heeten, en honderd graden voor sleoht gelden, hoe verkeerd doen we den - wy die dobberen tussohen acht- en negen-en-negentigt - hero to roepen over lemand die op bonderd-en 66n staatt En nog geloof do dat velen then honderdsten grand slechts not bereiken tut gemis tan goede eigenschappen, aan moed by-voorbeeld om geheel to zyn wat men is

134 MAX HAVE es. - Op hoeveel graden sta 1k, Max? - Ik heb eon loop noodig voor do onderdeelen, Tine . - 1k reklameer, riep Verbrugge - neon, mevrouw, niet tegen uwe nabyheid aan de null - neen, maw or zyn ambtenaren go . snspendeerd, er is eon kind zoek, een generaal in stoat van be . sohuluiging .. . 1k vraag : la piece I - line, zorg tooh dat er eon volgenden keer wat in huffs is I Neon, Voebruggo je krygt la pike niet, voor ik nog eon beetje heb rondgereden op myn stokpaardje over de togenstellingen . Ik zei dat. elk mensoh in zyn medemensoh eon snort van konkurrent ziet . Men mag niet altyd laken - wat in 't oog vallen zoul -- daerom verheften wy gaarne eon goede eigensohap bovenmate, om de kwade hoedanigheid aan walker openbaring one eigenlyk alleen gelegen is, to doen in het oog vallen, zonder den sohyn op one to laden van partydigheid . Als iemand zich by my be. klaagt omdat ik gezegd bob : ,zyn doohter is seer sohoon, maar by is eon dief" dan antwoord ik : „hoe kan je daarover zoo boos wozen! lk heb immers gezegd dat je doehter eon lief meisje is!" Zie je, dat wint dubbell Wy beiden zyn kruieniers, ik neem hem zyn klanten af, die Been rozynen willen koopen by eon diet, en to gelyker-tyd zegt men van my dat ik eon goad mensoh ben, omdat ik de doohter prys van eon konkurrent. - Neon, z66 erg is 't niet, zei Duolari, dat is wat sterkl - Dit komt u nu zoo voor, omdat ik de vergelyking wat kort en brusk gemaakt heb. We moeten ons dat : ,hy is eon dief" eenigazins omzwachteld voorstellen. De strekking der gelykenis blyft waar. Wanneer we genoodzaakt zyn iemand zekere eigen- schappen toe to kennen die aanspraak geven op achting, eerbied of ontzag, dan doet hot one genoegen naast die eigensohappen iets to ontdekken, dat one van den versohuldigden oyne voor eon gedeelte of geheel ontslaat. ,Voor sulk eon dichter zou men 't hoofd buigen, maar .. . by slaat zyn vrouw!" (IN) Ziet go, dan gebruiken wy gaarne die blauwe plekken van die vrouw als voor- wendsel om one hoofd overeind to houden, en in 't eind doet hot one pleizier dat by het mensch slaat, wat tech anders heel leelyk is. Zoodra wy erkennen moeten dat iemand hoedanigheden bezit die hem de eer van eon voetetuk waardig maken, zoodra we zija aanspraken daarop niet langer kunnen loochenen zonder doorte- gaan voor onkundig, gevoelloos, of nayverig . . . dan zeggen we ten-laatete : „goad, set hem er op!" Maw reeds onder dat opzet- ten, en ale hy-zelf nog meant dat we verrukt staan over zyn uitetekendheid, hebben we reeds den strik gelegd in den lasso die dienen moot om hem by de eerste gunstige gelegenheid naar- beneden to halen. Hoe moor mutagie onder de inhabers der voet.

MAY HAVELAAL 1 35 stukken, hoe grooter de kans voor anderen om 66k eons aan do beurt to komen, en dit is z66 wear dat wy nit gewoonte en tot oefening - even ale een jager die op kraaien schiet, welke by toch liggen last - ook die standbeelden gaarne neerhalen, wel . ker piedestal nooit door one kan bestegen worden . Kappelman die zich voedt met zuurkool en scharrebier, zoekt verheffing in de klacht : „Alexander was niet groot. . . by was onmachtig" zonder dat er voor Kappelman de minste kans bestaat ooit met Alexander to konkurreeren in wereldverovering .

Hoe dit zy, 1k ben zeker dat velen nooit op 't denkbeeld zon- den gekomen zyn, den generaal Vandamme voor zoo dapper to houden, ale zyn dapperheid niet had kunnen dienen tot voertuig van 't altyd daarby gevoegde : „maar .. . zyn zedelykheidi" En tevens, dat deze onzedelykheid niet zoo hoog zou opgenomen zyn door de velen die zelf niet zoo onaantaatbaar waren op dit stuk, wanneer men ze niet had noodig gehad tot hat opwe . gen tegen zyn roam van dapperheid, die sommigen belette to slapen. E6n eigenschap bezat by werkelyk in hooge mate : wilskracht. Wat by zich voornam, moest geschieden, en geschiedde ook ge- woonlyk . Doch - zie je wel dat ik weer terstond de tegenstel- ling by-de-hand heb ? - doch in de keuze der middelen was by dan ook wat . . . vry, en, zooals van der Palm - naar ik ge- loof, ten-onrechte - van Napoleon zeide : ,hinderpalen der ze. delykheid stonden hem nooit in den weg!" Nu, dan is 't zeker gemakkelyker zyn doel to bereiken, dan wanner men zich door zoo-iets we! gebonden acht. De adsistent-resident van Padang dan had een bericht uitge- bracht, dat gunstig luidde voor then gesuspendeerden kontroleur, wiens suspensie hierdoor een tint van onrechtvaardigheid be. kwam . De Padangsche praatjes duurden voort : men sprak nog altyd over 't verdwenen kind . De adsistent-resident voelde zich op-nieuw geroopen die zaak optevatten, maar voor by iets tot helderheid had kunnen brengen, ontving hij een besluit waarby by door den Gouverneur van Sumatra's Westkust ward gesus- pendeerd ,wegens oneerlykheid in ambtsbetrekking." Hot heette dat by uit vriendschap of medelyden de zaak van then kontroleur, tegen beter weten aan, in een valech daglicht had gesteld . Ik heb de stukken die daze zaak betreffen, niet gelezen, mass ik weet dat de adsistent-resident niet in de minste betrekking met then kontroleur stond, hetgeen reeds hieruit blykt, dat men juist hem had gekozen om die zaak to onderzoeken . Ik weet MAX HAVELMR. 13

136 MAY HAVELAAR. voorts dat by een aohtenswaardig persoon was, en dat ook de Regeering hem hiervoor hield, hetgeen blykt nit het vernieti- gen der suspensie, nadat de zaak elders dan op Sumatra's West- kust onderzocht was. Ook die kontroleur is later geheel in zyn eer hersteld geworden. Het was hun suspensie die my 't punt- dioht ingaf, dat ik op de ontbyttafel van den generaal liet neer- leggen door iemand die toen by hem, en vroeger by my in dienst was. Het wandlend schorsbesluit dat schorsend ons regeert, Jan Schors-al, Gouverneur, de weerwolf onzer dagen, Had zyn geweten zelf met vreugd gesuspendeerd . .- Als 't niet voor langen tyd finaal reeds ware ontslagen . - Neem me niet •kwalijk, m'nheer Havelaar, 1k wind dat zoo-iets niet to pas kwam, zei Duclari . - Ik ook .. . maar ik moest toch seta doenl Verbeeld je dat 1k goon geld had, niets ontving, en van-dag tot-dag vreesde to sterven van honger, wat dan ook naby genoeg geweest is . Ik had weinig of geen betrekkingen op Padang, en bovendien, ik had den generaal geschreven dat by verantwoordelyk was indien ik omkwam van ellende, en dat ik van niemand hulp zou aan- nemen. In do binnenlanden waren er, die, vernemende hoe 't met my gesteld was, my uitnoodigden ten-hunnent to komen, maar de generaal verbood dat men my daarheen eon pas zou geven. Naar Java vertrekken mocht ik ook niet . Overal elders had ik me kunnen redden, en misschien ook dk4r als men niet zoo bevreesd ware geweest voor den machtigen generaaL Het scheen zyn plan to zyn my to laten verhongeren . Dat heeft negen maanden geduurdt - En hoe hebt go u zoolang in 't leven gehouden t Of had de generaal v66l kalkoenen Y - 0 ja! Maar dat hielp me niet .. . zoo-iets doet men maar ins, niet waar? Wat ik gedurende then tyd uitrichtte? Och . .. ik maakte verzen, schreef komedies .. . en zoo al voort. - En was daarvoor op Padang ryst-te koop Y - Neen, maar die heb ik er ook niet voor gevraagd . Ik zeg Bever niet hoe ik geleefd heb. (101 ) Tine drukte hem de hand, zy wist het . - Ik heb een paw regels gelezen, die ge in die dagen zoudt geschreven hebben achter op een kwitantie, zei Verbrugge. - Ik weet wat je bedoelt. Die regels schetsen myn pozitie. Er bestond in die dagen een tydschrift, de Kopiiat, waarop ik inteekenaar was. Het stond onder de bescherming van de Regee- ring - de redakteur was ambtenaar byde algemeene Sekretarie (los) - en hierom werden de inteekeningsgelden in 's lands kas ge-

MAX HAVELAAE- 137 atort . Men bood my een kwitantie van twintig gulden aan . Daar nu dit geld op de bureaux van den Gouve* eur moest worden verhandeld, en dus de kwitantie, als zy onbetaald bleef, die bureaux to passeeren had om to worden teruggezonden naar Ba- tavia, maakte ik van de gelegenheid gebruik om achter op dat stuk to protesteeren tegen myn armoede : Vingt florins .. . quel tr6sor! Adieul litt6rature, Adieu, Copiste, adieu Trop malheureux destin : Je meurs de faim, de froid, d'ennui et de chagrin, Vingt florins font pour moi deux mois de nourriturel Si j'avais vingt florins je serais mieux chauss6, Mieux nourri, mieux log6, fen ferais bonne chere ... . Il faut vivre avant tout ; soit vie de misfire : Le crime fait la honte et non la pauvret6l Maar toen ik later to Batavia by de redaktie van den Sopiiet myn twintig gulden kwam brengen, was ik nets schuldig. Ret schynt dat de generaal zelf dat geld voor my betaald heeft, am net gedwongen to zyn die geillustreerde kwitantie terug to zen- den naar Batavia. - Maar wat deed by na 't . . . na 't .. . wegnemen van den kalkoen f 't Was toch ... eon diefatal! En na dat epigram? - Hy atrafte me vreeselyk! Wanneer by my voor die zaken had laten terechtstaan ala achuldig aan oneerbiedigheid jegens den Gouverneur van Sumatra's Westkuat, hetgeen in die dagen met een beetje goeden wil had kunnen worden uitgelegd als ,,poging tot ondermyning van 't nederlandech gezag, en aanhitaing tot opstand" of „die/atal op den publieken weg" zou by getoond hebben een goedhartig menach to zyn . Maar neen, by strafte me beter ... akelig! aan den man die op de kalkoenen passen moest, liet by gelasten voortaan een anderen weg to kiezen. En myn puntdicht ... ach, ditt is nog erger! Hy zeide nets, en deed metal Ziet ge, dit was wreed! Hy gunde me net hat minste martelaars-air, ik ward net belangwekkend door vervolging, en mocht niet ongelukkig wezen door verregaande geestigheidl 0, Duclari . . . o, Verbrugge . .. 't was om eens- voor-al to walgen van puntdichten en kalkoenen! Z66 weinig aanmoediging dooft de vlam vrin 't genie nit tot op de laatste vonk .. . inkluzief ; ik heb 't nooit weer godaanl DERTIENDE HOOFDSTUK.

- En mag men nu weten waarom ge eigenlyk gesuspendeerd waart? vroeg Duolari - 0 is, gaarne! Want daar ik alles wat 1k hiervan to zeg- gen heb, voor wtAr geven en zelfs nog gedeeltelyk bewyzen kan, zult ge daaruit zien dat ik niet lichtvaardig handelde toen ik, in myn verhaal over dat vermiste kind, de praatjee van Padang niet verwierp ale volstrekt ongerymd. Men zal ze zeer geloofbaar vinden, zoodra men onzen dapperen generaal leert kennen in de zaken die my betreffen .

Er waxen dan in myn kasrekening to Natal onnauwkeurig . heden en verzuimen. Ge weet hoe elke onnauwkeurigheid op nadeel uitloopt: nooit heeft men door slordigheid geld over . Do chef van do komptabiliteit to Padang - die nu juist myn by- zondere vriend niet was - beweerde dat er duizenden te-kort kwamen . Maar let wel dat men my, zoolang ik to Natal was, daarop niet had opmerkzaam gemaakt . Geheel onverwachts ont- ving ik een overplaatsing naar de Padangache bovenlanden . Je weet, Verbrugge, dat op Sumatra een plaatsing in de boven- landen van Padang ale voordeeliger en aangenamer wordt be- schouwd dan in do noordelyke residentie . Daar ik nog slechts weinig maanden vroeger den Gouverneur by my had gezien - straks zult go hooren waarom en hoe? - en omdat er gedurende zyn verblyf to Natal, en zelfs in myn hula, zaken waren voor- gevallen waarin ik meende my al zeer flink gedragen to hebben, nam ik die overplaataing ale een gunstige onderecheiding op- en vertrok van Natal naar Padang. Ik deed de refs met een franech achip, de Baobab van Marseille, dat to Atjeh peper had ingeladen, en ... natuurlyk to Natal ,gebrek had aan drinkwa- ter." Zoodra ik to Padang aankwam, met hot doel vandaar ter- atond naar do binnenlanden to vertrekken, wilds ik volgens go- bruik en plicht den Gouverneur bezoeken, maar by bet me zeg- gen dat by me niet ontvangen kon, en tevens dat ik myn ver- trek naar myn nieuwe standplaate moest uitatellen tot nader bevel Ge begrypt dat ik hierover zeer verwonderd was, to-meer daar by to Natal my verlaten had in een stemming die me deed mee-

MAY asvsrsAR. 139 nen nogal good by hem aangeaohreven to staan . Ik had sleohta weinig kennissen to Padang, maar van daze weinigen vernam ik - of liever ik bemerkte het aan hen - dat de generaal zeer verstoord op me was. Ik zeg dat ik 't bemerlde omdat op eon bui. tenpost als Padang teen was, de welwillendheid van velen dienen kon als graadmeter der genade die men gevonden had in de oogen des Gouverneurs. lk gevoelde dat er eon storm in aantocht was, zonder to weten nit welken hook de wind komen zou. Daar ik geld noodig had, verzocht ik dozen en genen me daarmee to hulp to komen, en ik stond werkelyk verbaasd dat men my overal een weigerend antwoord gaf. Op Padang, niet minder dan elders in India, waar over 't geheel het krediet een zelfs to groote rol speelt, was do stemming op dat stuk anders vry ruim . Men zou in elk ander geval met genoegen eenige honderden guldens heb- ben voorgeschoten aan een kontroleur die op rein was en tegen verwachting ergens word opgehouden. Doch my weigerde men alle hulp. Ik drong by aommigen op 't noemen der oorzaken van dit wantrouwen aan, en de fit en aigulle k's am ik eindelyk to weten dat men in myn geldelyk beheer to Natal fouten en ver- zuimen had ontdekt, die me verdacht maakten van ontrouwo administratie . Dat er fouten inmynadministrat.iewaren,bevreemd- do me volstrekt niet. Juist het tegendeel zou me verwonderd hebben, maar wel vond ik 't zonderling dat de Gouverneur, die persoonlyk getuige was geweest hoe ik geflurig ver van myn bureau had to kampen gehad met do ontevredenheid der bevol- king en aanhoudende pogingen tot opstand .. . dat by die zelf my geprezen had over wat by ,kordaatheid" noemde, aan de ontdekte fouten den naam geven kon van ontrouw of oneerlyk- heid. Niemand beter tech dan by kon weten dat er in doze zaken nooit sprake kon zyn van iets anders dan van force majeure.

En, al loochende men deze force majeure, al wilde men my verantwoordelyk stellen voor fouten die begaan waren op oogen . blikken dat ik - in levensgevaar dikwylal - ver van de kas en wat er naar geleek, het beheer daarvan moest toevertrouwen aan anderen, al zou men eischen dat ik, het eene doende, hot andere niet had mogen nalaten, dan n6g zou Bc alleen schuldig geweest zyn aan eon slordigheid die nets gemeens had met ,,ontrouw." Fr bestonden bovendien, in die dagen vooral, talryke voorbeelden dat de Regeering deze moeielykheid der pozitie van de ambtenaren op Sumatra inzag, en 't scheen dan ook in grond- beginsel aangenomen by zulke gelegenheden ieta door de vingers to zien. Men vergenoegde zich met van de betrokken ambtena- ren de terugbetaling van 't ontbrekende to vorderen, en er moss-

140 MAX awELAAS& ten al zeer duidelyke bewijzen zyn voor men 't woord ,ontrouw" uitaprak of zelfs daaraan daoht. Dit was dan ook z66 als regal aangenomen, dat ik to Natal den Gouverneur zelf gezegd had bevreesd to zyn dat ik, na 't onderzoeken van myn verantwoor- ding op de bureaux to Padang, veel zou to betalen hebben, waar- op by sehoudor-ophalend antwoordde : ,och .. . die geldzaken!" ale gevoelde hyzelf dat bet mindere voor 't meerdere wyken moest .

Nu erken ik dat geldzaken gewichtig zyn . Maar hoe gewich- tig ook, ze waren in dit geval ondergeschikt aan andere takken van zorg en bezigheid. Als er door slordigheid of verzuim eenige duizenden te-kort waren in myn beheer, noem ik dit op-zich-zelf goon kleinigheid. Maar als deze duizenden ontbraken ten-gevolge van myn gelukte pogingen om den opatand to voorkomen, die de landstreek van Mandhiling dreigde in vuur en vlam to zetten, en de Atjineezen to doen terugkeeren in de oorden aaaruit wy hen pas met veel opoffering van geld en yolk hadden verjaagd, dan vervalt bet gewicht van zoodanig te-kort, en 't werd zelfs reeds eenigszins onbillyk de terugbetalng daarvan opteleggen aan iemand die oneindig grooter belangen gered had.

En toch had ik vrede met zoodanige terugbetaling . Want door die niet to vorderen, zou men een to wyde deur openstellen voor oneerlykheid.

Na dagen toevens - ge begrypt in welke stemming! - ont- ving ik van de sekretarie des Gouverneurs een brief, waarin men my to kennen gaf dat ik van ontrouw ward verdacht gehouden, met last my to verantwoorden op een tal van aanmerkingen die er gevallen waren op myn beheer. Enkelen daarvan kon ik ter- stond ophelderen. Voor anderen evenwel had ik image van ze- kere stukken noodig, en vooral was 't voor my van belang die zaken natesporen to Natal zelf, om by myn geemployeerden near do oorzaken der gevonden verschillen onderzoek to doen, en waarschynlyk zou ik der geslaagd wezen in myn pogingen om alles tot klaarheid to brengen. Het verzuim eener afschryving by-voorbeold van naar Mandheling gezonden gelden - je weet, Verbrugge, dat de troepen in 't binnenland uit de Natalsche kas worden betaald - of iets dergelyks, dat me boogstwaarschynlyk terstond zou gebleken zyn als ik onderzoek had kunnen doen op de plaats zelf, had misachien tot die verdrietige fouten aanlei- din gegeven . Maar de generaal wilde my niet naar Natal laten vertrekken . Deze weigering deed my to meer letten op 't vreem- do der wyze waarop die beschuldiging van ontronw tegen my was

MAX Hevsrsss. 141 ingebracht. Waarom toch was ik van Natal onverwachts overge- plaatst, en wel onder verdenking van ontrouw i Waarom deelde men my dit onteerend vermoeden eerst mede, toen 1k ver van do plants was waar ik gelegenheid zou gehad hebben my to ver- antwoorden ? En bovenal, waarom tegen my die zaken zoo terstond in bet ongunstigst daglicht gesteld, in tegenspraak met de aan- genomen gewoonte en de billykheid Y Voor 1k nog al die aanmerkingen, zoo goed me zonder archief of mondelinge inlichtingen mogelyk was, beantwoord had, ver- nam 1k zydelings dat de Generaal zoo verstoord op me was : ,,omdat ik hem to Natal zoo gekontrarieerd had, waaraan ik dan ook, voegde men er by, zeer verkeerd had gedaan." Toen ging er een licht voor my op . Ja, ik had hem gekon . trarieerd, maar in 't naif denkbeeld dat by me daarom achten zou! Ik had hem gekontrarieerd, maar by zyn vertrek had nets me doen gissen dat by daarover verstoord was! Dom genoeg had ik de gunstige overplaataing naar Padang aangenomen als een bewys dat by myn ,kontrarieeren" schoon gevonden had. Ge zult zien, hoe weinig ik hem toen kende . Mar zoodra ik vernam, dat dit de oorzaak was van de scherpte waarmee men myn geldelyke administratie beoordeeld had, was ik in vrede met m yzelf. lk beantwoordde punt voor punt zoo goed ik kon, en eindigde myn brief - ik bezit daarvan nog de minuut - met de woorden :

„Ik heb de op myn admini8tratie gevallen aanmerkingen, zoo goed het my zonder archief of lokale na8poringen moge. lyk wa8, beantwoord. Ik verzoek Uhoogedelge8trenge my van alle welwillende kon8ideratien to ver8choonen. Ik ben jong, en onbeduidend in vergelyking met de macht der heer8chen- de begrippen waartegen myn principee me noodzaken opte- 8taan, maar blyf niettemin grouch op myn zeddyke onaf- hanlcdykheid, grouch op myn eer.

Den volgenden dag was ik gesuspendeerd wegens ,ontrouwa administratie". Den Officier van Justitie - we zeiden nog fin. kaal in then tyd - werd gelast omtrent my ,ambt en plioht" to betrachten.

En zoo stond 1k dus daar to Padang, nauw drie-en-twintig jaren oud, en staarde de toekomst aan, die my eerloosheid bren- gen zou! Men raadde my aan, me to beroepen op myn jonge ja- ren - ik was nog onmondig toen de voorgegeven vergrypen hadden plants gehad - maar dit wilde do niet. lk had immers

142 MAX RAVErsAE s reeds to veel gedacht en geleden, .. .ik durf zeggen : to veel reeds gewerkt, dan dat 1k me verschuilen zou achter myn jeugd . Ge ziet nit het zoo-even aangehaald slot van den besef, dat ik niet wilde behandeld zyn als een kind, ik die to Natal tegen. over den generaal myn plicht had gedaan als een man . En tevens kunt ge uit then brief zien hoe ongegrond de besehuldiging was, die men tegen my inbracht . Waarlyk, wie schuldig is aan lags vergrypen, schryft anders!

Men nam me niet gevangen, en dit had took moeten gesehie- den als bet ernst ware geweest, met die krimineele verdenking . Misschien echter was dit schynbaar verzuim niet zonder grand . Den gevangene immers is men onderhoud en voedsel schuldig . Daar ik Padang niot verlaten kon, was ik in werkelykheid tbch een gevangene, maar een gevangene zonder dak en zonder brood . Ik had herhaaldelyk, doch telkens zonder beat, aan den Generaal geschreven dat by myn vertrek van Padang niet beletten mbcht al ware ik schuldig aan 't allerergate, geen misdaad mocht ge- straft warden met hongerlyden. Nadat de rechtsraad, die blykbaar met de zaak verlegen was, den uitweg had gevonden zich onbevoegd to verklaren, omdat ver- volgingen wegens misdryf in dienstbetrekking, niet mogen plaata hebben dan op machtiging van de Regeering to Batavia, hield my de generaal, zooals ik zeide, negen maanden to Padang. Hy ontving eindelyk van hoogerhand den last me near Batavia to laten vertrekken. Toen ik eon pear jaren daarna wet geld had - beste Tine, jij hadt het me gegeven! - betaalde ik eenige duizenden guldens om de Natalsche kasrokeningen van 1842 en 1843 effen to ma- ken, en toen zeide my iemand ( 103) die geacht kon warden de Regeering van Nederlandsch-India voortestellen : dat had ik in uw pleats niet gedaan .. . . ik zou een wissel op de eeuwigheid ge. geven hebben." Ainsi va le monde I

Juist wilde Havelaar een aanvang maken met bet verhaal dat zyn gaston van hem verwachtten, en dat ophelderen zou waarin en waarom by den Generaal Vandamme to Natal zoo ,,gekontrarieerd" had, toen mevrouw $lotering zich in de voor- galery van hear waning vertoonde, en den politie-oppasser wenkte, die naast Havelaars hula op de bank zat . Deze begaf zich tot hear, en riep daarop lets tot een man die zoo-even het erf be- treden had, waarschynlyk met het duel am zich near de keuken to begeven die achter 'r hula gelegen was . Ons gezelachap zou

MAX HAVELAAR. 143 hierop waarschynlyk niet gelet hebben, wanneer niet Tine then middag aan tafel gezegd had dat mevrouw Slotering zoo scbuw was, en eon aoort van toezicht scheen uitteoefenen over ieder die 't erf betrad . Men zag den man die door den oppasser geroe- pen was, tot haar gaan, en 't scheep wel dat ze hem in verhoor nam dat niet in zyn voordeel afliep . Althans by wendde zyn schreden en liep naarbuiton terug . - 't Spijt me wel, zei Tine . Dat was misschien iemand die kip- pen te-koop had, of groente . Ik heb nog nets in hula. - Wel, last dan daartoe maar iemand uitzenden, antwoordde Havelaar. Je weet dat inlandache dames gaarne gezag oefenen . Haar man was vroeger de eerste persoon hier, en hoe weinig eon adsistent-resident eigenlyk beduidt, in zyn afdeeling is by eon kleine koning : zy is nog niet gewoon aan de onttroning. Laat ons die arms vrouw dit klein genoegen net ontnemen . Houd je maar alsof je 't niet bemerkte. Dit viel nu Tine net zwaar : zy hield net van gezag. Een uitweiding is hier noodig, en zelfs wil ik eons uitweiden over uitweidingen. Hot valt eon schryver soma niet gemakkelyk juist doortezeilen tusschen de twee klippen van het te-veel of te-weinig, en doze moeielykheid wordt to grooter als men toestan- den beschryft, die den lezer verplaataen moeten op onbekenden bodem. Er is eon to nauw verband tusachen plaatsen en gebeur- tenissen, dan dat men de beschryving van die plaatsen geheel zou kunnen ontberen, en 't vermyden der beide klippen waarop ik doelde, wordt dubbel moeielyk voor iemand die India tot too- neel zyner vertelling gekozen heeft. Want waar eon schryver die europeesche toestanden behandelt, veel zaken ala bekend kan veronderstellen, moot by die zyn stuk in Indie spelen last, zich gedurig vragen of de niet-Indische lezer deze of gene omatan- digheid juist opvatten zal? Wanneer de europeesche lezer zich mevrouw Slotering voorstelt als „logeerende" by de Havelaars zooals dit zou plaata-vinden in Europa, moot hat hem onbegrype- lyk voorkomen dat ze niet tegonwoordig was by 't gezelachap dat de koffi gebruikte in de voorgalery . Wel heb ik reeds gezegd dat zy eon afzondorlyk hula bewoonde, doch tot juist begrip hiervan en tevena van latere gebeurteniasen, is 't inderdaad noo- dig dat ik hem Havelaars huis en erf eenigazins doe kennen . De beachuldiging die zoo vaak wordt ingebracht tegen den grooten meester die den . Waverley achreef, dat by dikwyls van 't geduld zyner lezers misbruik maakt door to veel bladzyden aan plaatabesehryving to -widen, komt me ongegrond voor, en

144 MAT $AVELesa, ik geloof dat men zich tot hat beoordeelen van de juistheid eener zoodanige aanmerking eenvoudig de vraag hebbe voorte- leggen: was deze beschryving noodig tot juist opvatten van den indruk then de schryver u wilde mededeelen Y Zoo ja, men duide dan hem niet ten-kwade dat by van u de moeite verwaeht to lezen wat by zich de moeite gaf to schryven. Zoo neon, dan werpe men 't book weg. Want de schryver die ledig genoeg van hoofd is, om zonder hoo/dzaak topografis to geven voor denkbeelden, zal zelden do moeite van 't lezen waard zyn, ook daar waar ten- laatste zyn plaatsbeschryving eon eind neemt . Maar men vergete niet dat het oordeel van den lezer over 't al of niet noodzakelyke eener afwyking, dikwyls valsch is, omdat by v66r de katastrofe niet weten kan wat al of niet vereischt wordt tot geleidelyke ont- wikkeling der toestanden. En wanneer by nh de katastroof 't book weder opneemt - van boeken die men alechts 66nmaal leest, spreek ik niet - en zelfs dan nog meant dat daze of gene afwyking wet had kunnen gemist worden zonder schade voor den indruk van 't geheel, blyft het altyd de vraag of by van 't geheel denzelfden indruk zou verkregen hebben, wanneer niet de schryver op meer of min kunstige wyze hem daartoe gebracht had, juist door de afwykingen die den oppervlakkig oor- deelenden lezer overtollig voorkomen .

Meent ge dat Amy Robsart's dood u zoo treffen zou, ala go vreemdeling waart geweest in de hallen van Kenilworth? En gelooft ge dat er geen verband is - verband door tegenstelling - tusschen de ryke keeding waarin de onwaardige Leicester zich aan haar vertoonde, en de zwartheid zyner ziel? Gevoelt ge niet dat Lester - ieder weet dit, die den man kent nit andere bronnen dan uit den roman alleen - dat by oneindig lager stond dan by geschetst wordt in den Kenilworth ? Maar de groote romanschryver die liever boeide door kunstige rangschikking van kleuren dan door grofheid van kleur, achtte het beneden zich zyn penaeel to doopen in al het slyk en in al hat blood dat or kleefde aan den onwaardigen gunsteling van Elizabeth . Hy wilde alechts- 66n stip aanwyzen in den pool van vuil, maar veratond hat, zulke atippen to doen in 't oog vallen door de tinton die by in zyn onsterfelyke geschriften daarnUst legde . Wie nu al dat daarnaast gelegde ale overtollig meent to kunnen verwerpen, verliest geheel nit het cog dat men dan, om effekt to-weeg to brengen, zou moeten overgaan tot do school die sedert 1830 zoo- lang in Frankrijk gebloeid heeft, schosn ik ter-eere van dat land zeggen most dat de schryvers die in dit opzicht hat meest zon- digen tegen den goeden smaak, juist in 't buitenland, en niet in

MAT HSVgr .AA$. 145 Frankryk zelf, den grootaten opgang maakten . Die school - ik hoop en geloof dat ze uitgebloeid heeft - vond bet gemakkelyk met volle hand to grypen in plassen van blood , en daarmee groote kladden to werpe~n op de schildery, dat men die zien zou in de verte! Ze zyn dan ook met minder inspanning to schilde- ren, die ruwe strepen van rood en zwart, dan de fyne trekken to penseelen die er staan in den kelk eener lelie . D6Aaom dan ook koos die school meestal koningen tot helden van hear ver- halen, liefst nit den tyd toen de volkeren nog onmondig waren. Zie, de droefheid des koning vertaalt men op 't papier in volks- gehuil . .. zyn toorn biedt den schryver gelegenheid tot bet doo- den van duizenden op 't slagveld ... zyn fouten geven ruimte tot bet schilderen van hongerenood en peat ... dat alles geeft stomme akeligheid van een lyk dat dear ligt, er is pleats in myn verhaal voor eon slachtoffer dat nog stuiptrekt en gilt! Hebt go niet geweend by die moeder, vruchteloos zookend near haar kind .. . we!, ik toon u eon andere moeder die hear kind ziet vierendeeleni Blyft ge ongevoelig by den marteldood van then man .. . ik vermenigvuldig uw gevoel honderdmalen door negen . en-negentig andere mannen to laten martelen naast hem! Zyt go verstokt genoeg om niet to yzen by 't zien van den soldaat die in een belegerde vesting nit honger zyn linkerarm veralindt . . . Epikurist! Ik stel u voor, to kommandeeren : rechts en links formeert een kring! Ieder eet den linkerarm op van zyn rechter- nevenman . . . marsch!"

Js, z66 gaat de kunst-akeligheid over in zotterny ... wet ik in 't voorbygaan bewyzen wilde . ( 10'). En darin tech zou men vervallen door to spoedig eon schry- ver to veroordeelen die u geleidelyk wilde voorbereiden op zyn katastroof zonder zyn toevlucht to nemen tot die schreeuwende kleuren. Hot gevaar evenwel aan den anderen kant is n6g grooter. Ge veracht de pogingen der grove letterkunde die met zoo ruwo wapenen op uw gevoel meende to moeten instormon, maar .. . ale de schryver in 't andere uiterste vervalt, ale by zondigt door to veel afwyking van den hoofdzaak, door to veel penseel-gemanierd- heid, dan is uw toorn nog sterker, en terecht. Want dan heeft by u verveeld, en dit is onvergeeflyk. Wanneer wy tezamen wandelen, en go wijkt telkens of van den weg, en roept my in 't kreupelhout, alleen met bet doel om de wandeling to rekken, vind ik dit onaangenaam, en neem me

146 MAX HAVELAAR. voor, in 't vervolg alleen to gaan . Maar ale ge me dear eon plant weet aantewyzen die ik niet kende, of waaraan voor my jets to zien valt dat vroeger myn aandacht ontanapte ... ale ge my van-tyd tot-tyd eon bloom toont, die ik gaarne pluk en mee- draag in 't knoopogat, den vergeef ik u dat afwyken van den weg, ja, ik ben er dankbaar voor. En, zelfs zondor bloom of plant, zoodra ge my ter-zyde roept om me door 't geboomte heen hot pad to wyzen, dat we straks zullen betreden, doch dat nu nog verre voor one ligt in de diepte, en als eon nauw merkbaar streepje zich slingert door 't veld daar-beneden .. . ook dan neem ik u de afwyking niet euvel . Want ale we eindelijk z66 ver zullen gekomen zyn, zal ik weten hoe zich onze weg heeft gekronkeld door 't gebergte, wat de oor- zaak is dat wy de zon die zoo-even d4r stond, nu links van ons hebben, wMrom die heuvel nu achter one ligt, welks top we vroeger v66r one zagen .. . zie, dan hebt ge my door die af- wyking 't begrypen myner wandeling gemakkelyk gemaakt, en begrypen is genot. Ik, lezer, heb u in myn verhaal dikwyls op den grooten weg gelaten, schoon 't my moeite kostte u niet meetevoeren in 't kreupelhout . Ik vreesde dat de wandeling u verdrieten zou, daar ik niet wist of go vermaak zoudt scheppen in de bloemen of planten die ik u wyzen wilde. Maar omdat ik geloof dat het u later genoegen zal doen, het pad gezien to hebben dat we straks zullen betreden, voel ik me nu genoopt u fete to zeggen van Havelaars huis. Men zou verkeerd doen, zich van eon huis in Indie eon voor- stelling to maken near europeesche begrippen, en zich daarby eon steenmassa to denken van op-elkander gestapelde kamers en ka- mertjes, met de straat er voor, rechts en links buren wier huis- goden tegen de onzen aanleunen, en eon tuintje met drie bes- senboompjes or achter. Op weinig uitzonderingen na, hebben de huizen in Indie goon verdieping . Dit komt den europeeschen lezer vreemd voor, want het is eon eigenaardigheid van bescha- ving - of van wat hiervoor doorgaat - alles vreomd wat na- tuurlyk is. Do indische huizen zyn geheel anders dan de onzen . doch niet zy zijn vreemd, onze huizen zyn vreemd. ,Wie 't eerst zich de weelde kon veroorloovon niet in 66n kamer to slapen met zyn koeien, heeft de tweede kamer van zyn huis niet op, maar neat de eerste gezet, want hot bouwen gelijkvloers is een- voudiger en biedt ook moor gemak aan in 't bewonen. Onze hooge huizen zyn geboren uit gebrek man ruimte : we zoeken in de lucht wat er op den grond ontbreekt, en zoo is eigenlyk elk dienst .

VAX RAV LLAH. 147 meisje dat's avends het venster aluit van 't dakkamertje waar ze alaapt, een levend protest tegen de overbevolking .. . al denkt zyzelf aan iets anders, wat ik wel gelooven wiL In landen dus, waar beachaving en overbevolking nog Met door samenpersing beneden,'t menachdom naar-boven hebben opgekne- pen, zyn de huizen zonder verdieping, en dat van Havelaar be= hoorde niet tot de weinige uitzonderingen op dezen regeL Bj 't binnentreden .. . doch neen, ik wil eon bewys geven dat ik af- stand doe van alle aanspraken op achilderachtigheid. Ia gegeven een langwerpig vierkant dat go wel wilt verdeelen in een-en- twintig vakken, drie breed, zeven diep . We nummeren die vak- ken, beginnende van den linker-bovenhoek rechts-uit, zoodat tier under ten kome, vijf onder twee, en zoo vervolgens. De eerste drie nummers tezamen vormen de voorgalery die aan drie kanten open is, en welker dak aan de v66rzyde op zui- len rust. Van daar treedt men door twee dubbeldeuren in de binnengalery die door de drie volgende vakken wordt voorgeateld . De vakken 7, 9, 10, 12, 13, 15, 16, en 18 zyn kamers, waarvan de meesten door deuren met de daarnaast liggenden in verbin- ding ataan. De drie hoogste nummers vormen de open achterga- lery, en wat ik oversloeg is een soort van opgesloten binnenga- lery, gang of doorloop. Ik ben recht grootsch op deze beschryving. Het is moeielyk to zeggen welke uitdrukking in Nederland het denkbeeld teruggeeft, dat men in India aan 't woord „erf hecht. Er is dbAr noch tuin, nooh park, noch veld, noch bosch, maar 6f iets daarvan, 6f alles tezamen, bf niets van dat alles . Het is de grond die tot hat huis behoort, voor-zoo-ver die niet door dat huis bedekt is, zoodat in India de uitdrukking: ,tuin en erve" zou doorgaan voor een pleonasmus. Er zyn dear geen of weinige huizen zonder zoodanig erf . Sommige erven bevatten bosch en tuin en weiland,en doen aan een park denken. Ande- ren zyn bloementuinen. Elders weer is 't geheele erf eOn groot grasveld. En eindelyk zyn er die, al zeer eenvoudig, geheel-en- al zyn gemaakt tot een gemacadamiseerd plain, dat misschien minder aangenaam is voor 't oog, doch de zindelykheid in de huizen bevordert, omdat veel insekten-soorten door gras en boo- men worden aangetrokken. Havelaars erf nu was groot, ja, hoe vreemd het klinke, aan een der zyden kon men 't oneindig noemen, daar het aan een ravyn grenade die zich uitstrekte tot aan de oevers van den Tjioedjoeng de rivier die Rangkus-Betoeng in een zyner vele bochten omsluit. ('") Het vial moeielyk to bepalen wear 't erf

148 Xex IUV3C ex . van do adsistent-residents-mooning ophield, en waar de gemeente- grond aanving, daar 't groot verval van water in den Tjioedjoeng, die dan eons zyn oevers eon gezichtsverheid terugtrok, en dan weer den ravyn vulde tot zeer naby Havelaars huis, gedurig de grenzen veranderde. Daze ravyn was dan ook altyd een doom geweest in de oogen van mevrouw Slotering, wat zeer begrypelyk is. De plantengroei reeds overal elders in Indie zoo snel, was op die plaats door do telkens achtergelaten byzonder welig, z66 zelfs dat, al had het op- of afloopen des waters plaats gehad met een kraoht die 't kreupelhout ontwortelde en meevoerde, er maar zeer weinig tyds noodig was am den grand weer Le bedekken met al de ruigte die 't reinhouden van het erf, ook in de onmiddellyke naby- heid van 't huffs, zoo moeielyk maakte . En dit veroorzaakte geen gering verdriet, zelfs san wie geen huismoeder was . Want zonder to spreken van allerlei insekten, die gewoonlyk des avends am de lamp vlogen in zoo groote menigte dat lezen en schryven onmogelyk ward - jets wat op v661 plaatsen in India lastig is - hielden zich in dat kreupelhout een tal van slangen en ander gedierte op, dat zich niet bepaalde by den ravyn, maar telkens ook in den tuin naast en achter 't hula werd gevonden, of in bet grasperk op 't voorplein. Dit plein had men recht v66r zich als men in do buitengalery met den rug naar 't huffs gekeerd stand. Links daarvan lag bet gebouw met de bureaux, de kas en - de vergaderzaal waar Have- laar dien morgen de Hoofden had toegesproken, en daar-achter breidde zich do ravyn uit, dien men overzag tot san den Tjioed- joeng toe. Juist tegenover de bureaux stand de oude adsistent- residents-woning die nu tydelyk door mevrouw Slotering bewoond ward, en dewyl de toegang van den grooten weg tot hat erf plaats had door twee wegen die langs beide zyden van 't gras- veld liepen, volgt hieruit vanzelf dat ieder die hat erf betrad am zich naar de achter het hoofdgebouw gelegen keuken of stallen to begeven, 6f de bureaux of de waning van mevrouw Slotering moest voorbygaan . Terzyde van 't hoofdgebouw en daaraohter, lag de vry groote twin die de vreugde van Tine had opgewekt door de vele bloemen die ze daar vond en, vooral omdat kleine Max daar zoo dikwijls spelen zou . Havelaar had zich by mevrouw Slotering laten verontschuldi. gen dat by haar nog Been bezoek had gebracht. Hy nam zich voor, den volgenden dag daarheen to gaan, maar Tine was er geweest en had kennis gemaakt. We vernamen reeds dat die dame een zoogenaamd ,inlandsch kind' was, die geen andere dan

MAX HAVELAA$. 149 de maleische teal sprak. Ze had haar verlangen to kennen gege- ven hear eigen huishouding to blyven voeren, waarin Tine gaarne berustte. En niet nit ongastvryheid kwam daze berusting voort doch voornamelyk uit de vrees dat zy, pas to Lebak aangekomen en dus nog niet „op ordo" mevrouw Slotering niet zoo goad zou kunnen ontvangen als wenschelyk gemaakt ward door de byzon- deze omstandigheden waarin doze dame verkeerde . Wel zou ze - geen hollandsch verstaande - niet ,gedeerd" worden door de vertellingen van Max, zooals Tine 't genoemd had, ma" zy begreep dat er meer noodig was dan de familie Slotering niet to deren, en de schrale keuken in-verband met de voorgenomen zuinigheid deden hear werkelyk 't voornemen van mevrouw Slo- tering zeer verstandig vinden. Of nu overigens, wanner de om- standigheden anders waxen geweest, do omgang met iemand die slechts 66n taal sprak, waarin niets gedrukt is dat den geest beschaaft, geleid zou hebben tot wederzydsch genoegen, blyft twyfelachtig. Tine zou haar zoo good mogelyk gezelschap gehou- den.en veel met haar gesproken hebben over keukenzaken, over sambal-sambal (104) over 't inmaken van ketimon - zonder Lie- big, o goden! - maar zoo-lets blyft toch altyd eon opoffering, en men vond het dus zeer good dat de zaken door mevrouw Sloterings vrywillige afzondering geschikt waxen op eon wyze die aan beide partyen volkomen vryheid liet . Zonderling echter was het, dat die dame niet alleen geweigerd had deeltenemen san de gemeenschappelyke maaltyden, maar dat zij zelfs geen gebruik maakte van 't aanbod om haar spyzen to doen gereed maken in de keuken van Havelaars hula. „Doze bescheidenheid,' 9.ei Tine, ,,was wat ver gedreven,want de keuken was ruim genoeg .' VEERTIENDE HOOFDSTUK.

Ge weet, begon Havelaar, hoe de nederlandsche bezittipgen ter Westkust van Sumatra aan de onafhankelyke ryken in den noordhoek grenzen, waarvan Atjeh het aanzienlykste is. Men zegt dat een geheim artikel in het traktaat van 1824, one je- gens de Engelsehen de verplichting opligt, de rivier van Singkd niet to overschryden. De generaal Vandamme, die met een faux- air Napoleon gaarne zyn gouvernement zoo vbr mogelyk uit- breidde, stuitte dus in die richting op een onoverkomelyken hin- derpaaL Ik moet aan 't bestaan van dat geheim artikel wel gelooven, omdat het me anders bevreemden zou dat de Radish's van Troemon en Analaboe, wier provincien niet zonder gewicht zyn door den peperhandel die dear gedreven wordt, niet sedert long onder nederlandsche souvereiniteit zyn gebracht . Ge weet hoe gemakkelyk men een voorwendsel vindt om zulke landjes den oorlog aantedoen, en zich daarvan meester to maken . Het stelen van een landschap zal altyd gemakkelyker blyven dan van een molen. Ik geloof van den generaal Verdamme, dat by zelfs een molen zou weggenomen hebben als by daarin lust gevoeld had, en begryp duo niet dat by die landschappen in de Noord zou hebben verschoond, wanner niet daarvoor ateviger gronden hadden bestaan dan recht en billykheid. ( 20) Hoe dit zy, by richtte zyn veroveraarsblikken niet Noord- maar Oostwaarts. De landstreken Mandhiing en Ankola - dit was de naam der adsistent-residentie die gevormd was uit de pas tot rust gebrachte Battahlanden - waren wel nog niet ge- zuiverd van atjineschen invloed - want waar dweepzucht eens wortel schiet is 't uitroeien moeielyk - maar de Atjinezen zelf waren er toch niet meer. Dit was evenwel den Gouverneur niet genoeg. Hy breidde zyn gezag tot aan de oostkust nit, en er werden nederlandache beambten en nederlandache garnizoenen go- zonden near Bila en Pertibie, welke posten echter - zooals je west, Verbrugge - later weer ontruimd zyn. Toen er op Sumatra een Regeeringskommissaris (u") aankwam, die deze uitbreiding doelloos vond en ze hierom afkeurde, voor- al ook wyl ze in atryd was met de wanhopige spaarzaamheid waarop door 't moederland zoozeer was aangedrongen, beweerde

MAX HAVSLAAS. 151 do generaal Vandamme dat de uitbreiding geen bezwarenden in- vloed behoefde to hebben op de begrooting, want dat de nieuwe garnizoenen gevormd waren uit troepen waarvoor toch reeds gelden waren toegestaan, zoodat by een zoer groote landstreek onder nederlandsch beatuur had gebracht, zonder dat hieruit geldelyke uitgaven waren voortgevloeid. En wat voorta het ge- deeltelyk ontblooten van andere plaatsen aanging, voornamelyk in 't Mandh6lingsche, meende by genoeg to kunnen rekenen op de trouw en de aanhankelykheid van Jang di Pertoean, 't voornaamste hoofd in de Battahlanden, om hierin geen bezwaar to zien. (109) Met weerzin gaf de Regoeringakommisaaris toe, en wel op do herhaalde betuigingen van den generaal dat by pereoonlyk zich tot borg stelde voor Jang di Pertoean'a trouw. Nu was de kontroleur die v66r my de afdeeling Natal be- stuurde, de achoonzoon van den adsistont-resident in de Battah- landen, welke ambtenaar met Jang di Pertoean in onmin leefde. Later heb ik veel hooren apreken van klachten die tegen then ad- sistent-resident waren ingebracht, doch men moest voorzichtig wezen met geloof-slaan aan deze beschuldigingen, omdat ze groo- tendeels nit den mond kwamen van Jang di Pertoean, en wel op een oogenblik toen doze zelf van veel zwaarder vergrypen was aangeklaagd, hetgeen hem misschien noopte zyn verdediging to zoeken in de fouten van zyn beschuldiger . .. . wat meer ge- beurt. Hoe dit zy, de gezaghebber van Natal omhelsde de party van zyn schoonvader tegen Jang di Pertoean, en dit to vuriger misschien omdat de kontroleur zeer bevriend was met zekeren Soetam Salim, een natalach Hoofd dat ook zeer op den batak- echen chef gebeten was. Sedert lang heerschte er een veete tus- schen de familien dezer beide hoofden. Er waren huwelyks- voorstellen afgealagen, er bestond yverzucht over invloed, trots aan den kant van Jang di Pertoean die van beter geboorte was, en meer andere oorzaken nog liepen samen om Natal en Mand- hMling tegen elkander opgezet to houden . Op-eenmaal verapreidde zich 't gerucht dat er in Mandhaing een komplot was ontdekt, waarin Jang di Pertoean zou betrok- ken wezen, en dat ten-doel had de heihge vaan des opetands uit- testeken en alle Europeanen to vermoorden . De eerste ontdekking hiervan had to Natal plaats gehad, wat natuurlyk is, daar men in nabyliggende provincien altyd beter van den stand der zaken onderricht wordt dan op de plaats zelf, dewyl velen die to-hula door vrees voor een betrokken Hoofd zich laten weerhouden van de openbaring eener hun bekende omstandigheid, de vrees eeni- MAX HAVELAAR. 14

152 sea navEtsexL germate overt innen zoodra ze zich op een grondgebied bevinden waar dat Hoofd geen invloed heeft. Dit is dan ook de reden, Verbrugge, waarom ik geen vreemde . ling ben in de zaken van Lebak, en dat ik redelyk veel moist van wat hier omgaat, voor ik dacht hier ooit to zullen geplaatat worden. Ik was in 1846 in 't Xrauangache, en heb veel rond- gedwaald in de Preanger waar ik reeds in 1840 Lebaksche uit- gewekenen ontmoette . Ook ben ik bekend met sommige eige- naren van partikuliere landen in 't Buitenzorgsche en in de Bataviasche ommelanden, en ik meet hoe van onds-her die land- heeren verheugd zyn over den slechten toestand dezer Afdeeling, omdat dit hun landerven bevolkt.(110 ) Z66 ook zou dan to Natal de samenzwering ontdekt wezen, die - ale me bestaan heeft, wat ik niet meet - Jang di Per. town deed kennen als verrader. Volgens door den kontroleur van Natal afgenomen verkiaringen van getuigen, zou hy geza- menlyk met zyn brooder Soetan Adam de bataksche Hoofden hebben doen verzamelen in een heilig bosch, waar zy zouden gezworen hebben niet to ruaten voor 't gezag der ,christenhon- den" in Mandheling vernietigd was. Hot spreekt vanzelf, dat by hiertoe een ingeving van den hemel had ontvangen. Go meet dat dit by zulke gelegenheden nooit uitblyft . (111) Of nu inderdaad dit voornemen by Jang di Pertoean bestaan heeft, kan ik niet verzekeren. lk heb de verklaring der getuigen gelezen, dooh ge suit terstond inzien waarom daaraan niet on. voorwaardelyk geloof mag worden geslagen. Zeker is 't dat de man, wat zyn islamsche dweepzueht aangaat, wel tot zoo-lets kan in-staat geweest zyn . Hy was, met de geheele batakaehe bevolking, eerst kort to voren door de Padriee overgehaald tot het ware geloof, en nieuwbekeerden zyn gewoonlyk fana- tiek. (112) Het gevolg van die ware of vermeende ontdekking was dat Jang di Pertoean door den adsistent-resident van Mandheling werd gevangen genomen en naar Natal gezonden . Hier sloot do kontroleur hem voorloopig in 't fort op, en list by hem met de eerste gesehikte seheepsgelegenheid gevankelyk naar Padang vervoeren. Het apreekt vanzelf dat men den Gouverneur al de stukken aanbood, waarin de zoo bezwarende getuigenissen waren opgenomen en die de strengheid van de genomen maat- regelen moesten wettigen. Onze Jang di Pertoean was dus van Mandhiling vertrokken ale een gevangene. To Natal was by ge- vangen. Aan-boord van 't oorlogsvaartuig dat hem overvoerde,

MAs sAVELAea. 153 was by ook natuurlyk een gev angene. Hy verwaehtte dus - schuldig of niet, dit doet niets tot do zaak, daar by in wettigen vorm en door bevoegde autoriteit was beschuldigd van hoog- verraad - ook to Padang als een gevangene to zullen aankomen. Wc1 moat by dus zeer verwonderd hebben gestaan, by de ont- scheping to vernemen dat by wry was niot alleen, maar dat do generaal, wiens rytuig hem by 't aan wal stappen opwaehtte, het zich tot een eer rekenen zou hem by zich aan huis to ont- vangen en to herbergen. Zeker is nooit een van hoogverraad besebuldigde aangenamer verrast geworden. Kort bierop ward de adsistent-resident van MandhoUing in zyn betrekking gesehorst aegens allerlei vergrypen die ik hier niet beoordeeL Jang di Pertoean echter, na op Padang eenigen tyd ten-huize van den generaal to hebben vertoefd, en na door dozen met de meeste on- dersoheiding to zyn behandeld, keerde over Natal naar Mand- hWling terug, niet met hat zelfgevoel van den onschuldig-ver- klaarde, maar met den trots van iemand die z66 hoog staat dat by geen verklaring van onschuld noodig heeft . Immers, onder- zocht was de zaak niet! Aannemende dat men de tegen hem ingebrachte beschuldiging voor valach hield, dan had reeds dit vermoeden een onderzoek vereischt, teneinde de valsehe getuigen to straffen en vooral hen die blyken zouden zoodanige valsheid to hebben uitgelokt. Hot schynt dat de generaal zyn redenen had om dit onderzoek niet to doen plaats hebben . De tegen Jang di Pertoean ingebrachto aanklacht ward beschouwd als non avenu, en ik houd voor zeker dat de daarop doelende stukken nooit onder de oogen der Regeering to Batavia gebracht zyn .

Kort na Jang di Perloean'a terugkeer kwam do to Natal aan om 't bestuur van die afdeeling overtenemen. Myn voorganger ver- haalde me natuurlyk wat er kort geleden in 't Mandhr lingsche was voorgevallen, en gaf my de noodige inlichting over de staat- kundige verhouding tussehen die landstreek en myn Afdeeling . Hot was hem niet euvel to duiden dat by zich zeer beklaagde over de zyns inziens onrechtvaardige behandeling die zyn schoonvader ten-deel vie1, en over de onbogrypolyke beschorming die Jang di Pertoean van den generaal Week to genieten . Noch by noch ik wisten op dat oogenblik dat de opzonding van Jang di Per- toean near Batavia, een vuistslag in 't gelaat van then generaal zou geweest zyn, en dat deze - persoonlyk voor de trouw van dat hoofd hebbende ingestaan - gegronde redenen had, wat het ook kosten mocht, hem to vrijwaren tegen een beschuldiging van hoogverraad. Dit was voor den generaal des to belangryker, omdat inmiddels de zoo-even bedoelde Regeeringskommissaris zelf

1 54 MAX RAVE es. Gouverneur-Generaal was geworden, en hem dus hoogetwaar- schynlyk nit zyn gouvernement zou hebben teruggeroepen, nit verstoordheid over 't ongegroud vertrouwen op Jang di Pertoean, en over de hierop steunende hoofdigheid waarmee de generaal zich tegen 't ontruimen van de Ooetkust verzet had . ,,Doch, zei myn voorganger, wat ook den generaal moge be- wegen al de beschuldigingen tegen myn schoodvader voetstoote aantenemen, en de veel zwaarder grieven tegen Jang di Per. town niet eons een onderzoek waardig to keuren, de zaak is niet nit! En als men to Padang, zooals ik gis, de afgelegde ge- tuigenissen vernietigd heeft, ziehier iets anders dat niet ver- nietigd worden ken." En by toonde my eon vonnis van den Bappat-raad to Natal (113) waarvan by voorzitter was, houdende : v e r o o r d e e l i n g van zekeren SiPamaga tot de straf van geese- ling en brandmerk, en-ikmeen-twintigjari- gen dwangarbeid, wegens poging tot moord op den Toeankoe van Natal. ,,Lees eons het proves-verbaal van de terechtzitting, zei myn voorganger, en beoordeel dan of myn schoonvader niet zal ge . loofd worden to Batavia, als by daar Jang di Pertoean aan- klaagt van hoogverraad! Ik las de stukken. Volgens verklaringen van getuigen en „de bekentenie van den beklaagde' was Si Pamaga omgekooht om to Natal den Toeankoe, diens pleegvader Soetan Salim en den gezaghebbenden kontroleur to vermoorden. Hy had zich, om dit opzet uittevoeren, naar de woning van den Toeankoe begeven, en daar met de bedienden die op de trap der buitengalery zaten, eon gesprek aangeknoopt over eon Sewah (114) met hot doel zyn tegenwoordigheid to rekken tot by den Toeankoe zou gewear worden, die zich dan ook weldra, omgeven van eenige verwanten en bedienden, vertoonde . Pamaga was met zyn Sewah op den Toeankoe losgegaan, doch had dooronbekende oorzaken zyn moord . dadig opzet niet kunnen volvoeren . De Toeankoe was verschrikt nit hot venster gesprongen, en Pamaga nam de vluoht. Hy ver- school zich in 't bosch, en word eenige dagen later door do na. taleche policie opgevat. ,,Aan den beschuldigde gevraagd : teat hem tot dezen aanelag en den voorgenomen moord op Soetan Salim en den kontroleur van Natal had bewogen 1" antwoordt hy : „d a a r t o e t e z ij n o m- gekooht door Soetan Adam, nit naam van diens brooder Jang di Pertoean van Mand. holing."

VAT RAVE uR. 1 55 „Is dit duidelyk of niet? vroeg myn voorganger . Het vonnis is na fiat exekutie van den resident, ten-uitvoer gelegd wet do geeseling en 't brandmerk aangaat, en Si Pamaga is op weg naar Padang, om vandaar als kettingganger naar Java to wor- den gezonden. Gelyk met hem komen de prooesstukken van de zaak to B~:tavia, en dan kan men d hr zien wie de man is, op wiens aanklacht myn schoonvader gesuspendeerd ward! Dat vonnis kan de generaal niet vernietigen, al wilds hy ." Ik nam het bestuur der natalsche afdeeling over, en myn voorganger vertrok. Na eenigen tyd ontving ik bericht dat de generaal met een oorlogschip in de Noord komen, en ook Natal bezoeken zou. Hy stapte met veel gevolg ten-myna huize af' en verlangde oogenblikkelyk de oorspronkelyke proeesstukken to zien van : „den armen man then men zoo vreeselyk mishandeld had." ,,Zyzelf hadden een geeseling en een brandmerk verdiend!" voegde by er by. Ik begreep er nets van. Want de oorzaken van den stryd over Jang di Pertoean waren my toen nog onbekend, en 't kon dus niet in myn gedachten opkomen, evenmin dat myn voorgan- ger willens en wetens een onschuldige zou veroordeeld hebben tot zbb zware straf, als dat de generaal een misdadiger zou in bescherming nemen tegen een rechtvaardig vonnis . Ik ontving den last, Soetan Salim en den Toeankoe to doen gevangen ne- men. Daar de jonge Toeankoe by de bevolking zeer bemind was, en we slechts weinig garnizoen in 't fort hadden, verzocht ik den generaal hem op vrye voeten to mogen laten, hetgeen me werd toegestaan . Doch voor Soetan Salim, den byzonderen vy- and van Jang di Pertoean, was geen genade. De bevolking wag in groote spanning. De Natallers vermoedden dat de generaal zich verlaagde tot eon werktuig van mandhblingschen haat en 't was in die omstandigheden dat ik vantyd tot-tyd iets doen kon, wat by ,kordaat' vond, vooral daar by de weinige macht die er nit het fort kon gemist worden, en het detachement mariniers dat by van boord had meegebracht, niet aan my afstond ter be- dekking als ik naar de plekken reed wear men samensohoolde . Ilk heb by die gelegenheid opgemerkt dat de generaal Vandamme zeer goed zorgde voor zyn eigen veiligheid, en is 't dL rom dat ik zyn roem van dapperheid niet onderschryven mag voor ik er meer van gezien heb, of iets anders . Hy vormde in groote overhaasting eon Raad, then do ad hoc zou kunnen noemen. Daarin waren leden : een paar adjudanten,

156 MA$ HAVE ex . andere officieren, de officier van Justitie of fiskaal, then by van Padang had meegenomen, en 1k. Deze Rasd zou eon onderzoek instellen near de wyze waarop onder myn voorganger 't proves tegen Si Pamaga was gevoerd geworden. 1k moest een tal van getuigen laten oproepen, wier verklaringen daartoe noodig waren. De generaal, die natuurlyk v66rzat, ondervroeg en de proves . verbalen werden geschreven door den fiskaal. Daar evenwel deze beambte weinig maleisch verstond - en volstrekt niet het ma- leiach dat in de Noord van Sumatra wordt gesproken - was 't dikwijls noodig hem de antwoorden der getuigen to vertol- ken, hetgeen meestal de generaal zelf deed. Uit de zittingen van then Raad zyn stukken voorgekomen, die ten-duidelykete schynen to bewyzen : dat Si Pamaga nooit het voornemen ge- koesterd had, iemand, wie het ook zy, to vermoorden. Dat by noch Soetan Adam, noch Jang di Pertoean ooit had gezien of gekend. Dat by niet op den Toeankoe van Natal was toegesprongen. Dat deze niet nit het venster gevlucht was .. . en zoo voort! Verder : dat het vonnis tegen den ongelukkigen Si Pamaga was geslagen onder de pressie van den voorzitter - myn voor- ganger - en van 't Raadslid Soetan Salim, welke personen de voorgewende misdaad van Si Pamaga hadden verzonnen om aan den gesuspendeerden adsistent-resident van MandhRing een wa- pen ter zyner berdediging in de hand to stellen, en om lucht to geven aan hun haat jegens Jang di Pertoean. De wyze nu waarop de generaal by die gelegenheid onder- vroeg, deed denken aan do whistparty van zekeren keizer van Marokko die zyn partner toevoegde : ,Speel harten, of ik any je den hals af." Ook de vertalingen, zooals by die den fiskaal in de pen gaf, lieten veel to wenschen over. Of nu Soetan Salim en myn voorganger pressie hebben uit- geoefend op den natalschen Rechtsraad om Si Pamaga a o h u 1- d i g to verklaren, is my onbekend. Maar wel weet ik dat do generaal Vandamme pressie heeft uitgeoefend op de verklaringen die's mans o n s c h u 1 d moesten bewyzen . Zonder op dat oogen. blik nog de strekking daarvan to begrypen, heb -ik me tegen die . . . onnauwkeurigheid verzet, hetgeen z66 ver gegaan is dat ik heb moeten weigeren eenige verbalen mede to ondertee- kenen, en ziedaar nu de zaak waarin ik den generaal zoo ,ge- kontrarieerd" had. Ge begrypt nu ook waarop de woorden doe . len, waarmee ik de beantwoording sloot van de aanmerkingen die er op myn geldelyk beheer gemaakt waren, de woorden waar- in ik verzocht van alle welwillende lwnsideratien verachoond to blyven.

MAs H&VZLAAR . 157 - Ret was inderdaad zeer sterk voor iemand van uw jaren, zei Duclari. (119 ) - Ik vond het natuurlyk. Doch zeker is 't, dat de generaal Vandamme niet aan zoo-iets gewoon was. Ilk heb dan ook onder de gevolgen van die zaak veel geleden. 0 neon, Verbrug. go, ik zie wat je zeggen wilt, berouwd heft het me nooit. Zelfs moet ikyhierby voegen dat ik me niet zou bepaald hebben tot eenvoudig protesteeren tegen de wys waarop de generaal de getuigen ondervroeg, noch tot het weigeren myner hand- teekening op enkele verbalen, indien ik toen had kfinnen gissen wat ik eerst later to weten kwam, dat alles voortsproot nit eon vooraf vastgestelden toeleg om myn voorganger to bezwaren. Ik meende dat de generaal overtuigd van Si Pamaga's onaehuld, zich bet meesleepen door de achtenswaardige zucht om eon onschuldig slachtoffer to redden van de gevolgen eener rechts- dwaling, voor-zoo-ver dit na de geeseling en 't brandmerk nog mogelyk was. Deze meening deed my wel in verzet komen tegen valsheid, maar ik was daarover niet z66 verontwaardigd als ik zou geweest zyn indien ik geweten had dat het hier geens- zins to doen was om een onschuldige to redden, maar dat deze valsheid de strekking had om ten-koste van de eer en 't wel- zyn myna voorgangera de bewyzen to vernietigen die de politiek van den generaal in den weg atonden. - En hoe ging't verder met uw voorganger? vroeg Verbrugge. - Gelukkig voor hem was by reeds naar Java vertrokken voor (te generaal to Padang terugkeerde. Hy schynt zich by de Regeering to Batavia to hebben kunnen verantwoorden, althans by is in dienat gebleven . De resident van Ayer-Bangie die op 't vonnis fiat exekutie verleend had, werd ... - Gesuspendeerd f - Natuurlyk! Ge ziet dat 1k niet zoo heel onrecht had, in myn puntdicht to zeggen dat de Gouverneur on schorsend regeerde. - En wat is er geworden van al die gesuspendeerde amb- tenaren ? - 0, er waren er nog veel meer! Allen, de eon voor, do ander no., zyn in hun betrekking hersteld. Enkelen van hen hebben later zeer aanzienlyke ambten bekleed. (114) - En Soetan Salim I - De generaal voerde hem gevankelijk mede naar Padang, en vandaar werd by ale balling naar Java gezonden. Hy is than nog to Tjanjor in de Preanger regentschappen . Toen ik in 1846 dear was, heb ik hem eon bezoek gebracht. Weet je nog wat do to Tjanjor kwam doen, Tine?

158 MAX HAVELAAB . - Neen, Max, dat is me glad ontgaan. - Wie kan ook alles onthouden? Ilk ben daar getrouwd, heeren! - Maar, vroeg Duclari, dear go nu took aan 't vertellen zyt, mag ik vragen of het waar is dat go to Padang zoo dikwyls ge . duelleerd hebt? - Ja zeer dikwyls, en daartoe was aanleiding . Ik heb u reeds gezegd dat de gunst van den gouverneur op zoodanigen buitenpost de maatstaf is, waarnaar velen hun welwillendheid afmeten. De meesten waxen dus voor my zeer onwelwillend, en vaak ging dit over in grofheid. Ik van myn kant was prik- kelbaar. Een niet beantwoorde groet, een schimpscheut op de ,,zotterny van iemand die 't wil opnemen tegen den generaal', een toespeling op myn armoede, op myn hongerlyden, op 't „slechte voedsel dat er scheen to liggen in zedelyke onafhan- kelykheid' ... dit alles, begrypt ge, maskte my bitter. Velen, vooral onder de officieren, wisten dat de generaal niet ongaame zag dat er geduelleerd werd, en vooral met iemand die zoo in ongenade was all ik . Misschien wekte men due myn gevoed ligheid met voordacht op. Ook duelleerde ik wel eens voor een ander then ik voor verongelykt hield . Hoe dit zy, het duel was daar in then tyd aan de orde van den dag, en meer dan eons is 't gebeurd dat ik twee samenkomsten had op een och- tend. 0, er is iets zeer aantrekkelyks in hat duel, vooral met de label, of „op" de sabel, zooals ze 't noemen .. . ik west niet waarom . Ge begrypt echter dat ik nu zooieta niet meer doen zou, ook al ware daartoe zooveel aanleiding all in die dagen .. . kom eens hier, Max - neon, yang dat beestje niet - kom hier! Hoor eons, je moat nooit kapellen vangen. Dat acme dier heeft eerst langen tyd ala rups op een boom rond- gekropen, dat was geen vroolyk leven! Nu heeft het pas vleugeltjes gekregen, en wil wat rondvliegen in de lucht, en zich vermaken, en 't zoekt voedsel in de bloemen, en doet niemand leed .. . kyk, is 't niet veel aardiger hat daar zoo to zien rondfladderen? Zoo kwam 't gesprek van de duellen op do vlinders, op de ontforming des rechtvaardigen over zyn vee, op bet dioren- plagen, op de la Grammont, op de Nationale Vergadering waarin die wet werd aangenomen, op de republiek en op wat niet al! Eindelyk stond Havelaar op. Hy verontschuldigde zich by zyn gasten, wyl by bezigheden had . Toen do kontroleur hem den volgenden morgen op zyn kantoor bezocht, wist by niet dat de

area HAVELLAE. 159 nieuwe adsistent-resident den vorigen dag na de gesprekken in de voorgalery, was uitgereden naar Parang-Koedjang - het distrikt der „verregaande inisbruiken" en eerst then ochtend vroeg van daar was teruggekeerd.

lk verzoek den lezer to gelooven dat Havelaar to wellevend was om aan zyn eigen tafel zooveel to spreken als ik in de laatste hoofdstukken heb opgegeven, en waardoor ik op hem den schyn land alsof by zich meester zou hebben gemaakt van 't gesprek met verwaarloozing der plichten van een gastheer, die voorschry- ven nan zyn gasten de gelegenheid to laten of to verschaffen ,,zich to doen uitkomen." )k heb nit de vela bouwstoffen die voor me liggen, een pear grepen gedaan, en zou nog lang de tafelge . sprekken hebben kunnen voortzetten met minder moeite dan 't afbreken daarvan me gekost beeft. Ik hoop echter dat hat mee- gedeelde voldoende wezen zal om eenigermate de beschryving to rechtvaardigen die ik van Havelaars inborst en hoedanigheden gegeven heb, en dat de lezer niet geheel zonder belangstelling de lotgevallen zal gadeslaan, die hem en de zynen wachtten to Bankas-Betoeng. Do kleine familie leefde stil voort . Havelaar was dikwijls over- dag nit, en bracht halve nachten op zyn bureau door. De verhou- ding tusschen hem en den kommandant van 't kleine garnizoen was alleraangenaamst, en ook in den huiselyken omgang met den kontroleur was geen spoor to ontdekken van 't rangverschil dat anders in India zoo vaak hot verkeer styf en vervelend maakt, terwyl bovendien Havelaars zucht om hulp to verleenen waar by hat eenigszins kon, dikwyls den Regent te-stade kwam, die dan ook zeer met zyn ,ouderen broeder" was ingenomen. En ten- slotte bracht de lieftalligheid van mevrouw Havelaar toe tot hat aangenaam verkeer met de weinige op de plaats aanwezige Eu- ropeanen en de Inlandsche Hoofden. De dienstkorrespondentie met den resident to Serang droeg blyken van wederzydsche wel- willendheid, terwyl de bevelen van den resident, met heuschheid gegeven, stipt werden opgevolgd . Tine's huishouding was spoedig geregeld . Na lang wachten waxen de moubols van Batavia aangokomen, en waren ketimon'a in zout gelegd, en als Max aan-tafel iets verhaalde, geschiedde dit in 't vervolg niet meer uit gebrek aan eieren voor de ome- let, hoewel toch altyd de levenawys van 't klein gezin duidelyke blyken droeg dat de voorgenomen spaarzaamheid zeer ward in acht genomen . Mevrouw Slotering verliet zelden haar hula, en gebruikte slechts

160 MAX HAVELAABL oenige malen de thee by de familie Havelaar in de voorgalery . Ze sprak weinig, en bleef altyd eon wakend oog houden op ieder die hare of Havelaars woning naderdenlMen was echter gewoon geraakt aan wat men hear monomania begon to noemen, en lette daarop weldra niet meer. Alles scheen kalmte to ademen, want voor Max en Tine was 't vergelykenderwyze een kleinigheid zich to schikken in ontbe . ringen die op eon niet aan den grooten weg gelegen binnenpost onvermydelyk zyn. Dear er op de pleats geen brood ward gebak . ken, at men geen brood. Men had het van Serang kunnen laten komen, maar de kosten op dat vervoer waren to hoog . Max wilt zoo good als ieder ander dat er veel middelen to vinden waren om zonder betaling brood near Rangkas-Betoeng to laten brengen maar onbetaalde arbeid, die indische kanker, was hem eon gruweL Zoo was er voel to Lebak, dat wel door gezag to verkrygen was om-niet maar niet te .koop voor billyken prys, en onder zulke ge . gevens schikten zich Havelaar en zyn Tine gaarne in 't gemis. Ze hadden wel andere ontberingen beleefd! Had niet die arme vrouw maanden doorgebracht aan-boord van eon Arabisch vaar- tuig, zonder andere legerstede dan't acheepadek, zonder andere be . schutting tegen zonnehitte en westmoessonsbuien, den eon tafel . tje tusschen welks pooten ze zich moest vastklemmen t Had ze niet op dat schip zich moeten vergeuoegen met eon klein rant . soon droge ryst en vuil water? En was ze niet in die en vale andere omstandigheden altyd tevreden geweest, als ze maar mocht semen wezen met hear Max? Eon omstandigheid echter was er to Lebak, die ham verdriet berokkende : kleine Max kon niet in den tuin spelen omdat dear zooveel slangen waren. Toen zo dit bemerkte en hierover zich by Havelaar beklaagde, loofde daze aan de bedienden eon prys nit veer elke slang die ze vangen zouden, doch reeds de eerste dagen betaalde by zLbveel aan premien dat by zyn belofte moest in- trekken veer 't vervolg, want ook in gewone omstandigheden en due zonder de veer hem zoo noodzakelyke zuinigheid, zou die be- teling spoedig zyn middelen zyn te-boven gegaan . Er ward alzoo vastgesteld dat kleine Max voortaan 't huis niet meer zou ver- laten, en dat by zich, om friseche lucht to acheppon, vergenoegen moest met spelen in de voorgalery. In-weerwil van daze voor. zorg was Tine toch altyd angstig, en vooral 'a avonds, dear men west hoe slangen dikwyls in de huizen kruipen en zich, om warmte to zoeken, in de slaapkamers verbergen . Slangen en dergelyk ongedierte vindt men wel-is-waar in Indian overal, maar op de grootere hoofdplaatsen wear de be-

MAX aAVELAAS . 1.61 volking dichter op elkander woont, komen zy natuurlyk zeld- zamer voor dan in meer wilde streken, zooals to Rangkas-Be- toeng. Indien echter Havelaar had kunnen besluiten zyn erf van onkruid to doen reinigen tot aan den rand van den ravyn too, zouden toch wel de slangen zich van-tyd tot-tyd in den tuin vertoond hebben, maar niet in z66 grooterr getale ale dit nu 't geval was . De natuur dezer dieren doet hun duisternis en schuiling voortrekken boven 't licht van open plaatsen, zoo- dat, ale Havelaars erf zindelyk ware gehouden, de slangen niet dan ale 't waro hears ondanks en verdwaald, do ruigte in den ravyn zouden verlaten hebben. Maar 't erf van Havelaar was niet zindelyk, en ik wench de reden hiervan to ontwikkelen, daar ze een blik to meer doet slaan op de misbruiken die byna alom in de nederlandsch-indische bezittingen heerechen .

De a oningen der gezagvoerders in de binnenlanden staan op de gronden die aan de gemeente toebehooren, voor-zoo-ver men van gemeente-eigendom spreken kan in een land waar de Regeering zich alles toeeigent. Genoeg, dat die erven niet toe- behooren aan den ambtelyken bewoner zelf . Deze toch zoul' ale dit het geval ware, zich wachten een grond to koopen of to huren, waarvan 't onderhoud boven zyn krachten ging . Wan- neer nu het erf van de hem aangewezen mooning to groot is om behoorlyk to worden onderhouden, zou dit by den weligen tropischen plantengroei, binnen weinig tyd in een wildernis ontaarden. En toch ziet men zelden of nooit zoodanig erf in slechten staat . Ja, dikwyls zelfs staat de reiziger verbaasd over 't schoone park dat een residentswoning omringt. Geen beambte in de binnenlanden heeft inkomen genoeg om den hiertoe noo- digen arbeid to doen verrichten tegen behoorlyke betaling, en daar nu toch een deftig aanzien van de woning des gezaghebbers een vereischte is, opdat niet de bevolking, die zooveel hecht aan uiterlykheden, in slordigheid grond vinde voor minachting, doet zich de vraag op, hoe dan dit doel bereikt wordt ? Op de meeste plaatsen hebben de gezaghebbers to beschikken over eenige kettinggangers, dat zyn : elders veroordeelde misdadigers, een soort van werklieden eohter dat to Bantam om meer of mir geldige redenen van politieken card niot aanwezig was. Doch ook op plaatsen waar zich wel zoodanige veroordeelden be- vinden,is hun aantal, vooral met het oog op de behoefte aan anderen arbeid, zelden in evenredigheid met het work dat zou vereischt worden tot hot goed onderhouden van een groot erf . Er moeten due andere middelen gevonden worden, en de op- roeping van arbeiders tot het verrichten van heeredienat ligt

162 MAY HAVELAAB voor-de-hand . De Regent of de Dhemang die zoodanige oproe- ping ontvangt, haast zich daaraan to voldoen, want by weet zeer goad dat bet den gezaghebbenden ambtenaar die van dat gezag misbruik maakt, later moeielyk vallen zou eon inlandsch Hoofd to bestraffen over een gelyke fout. En alzoo strekt het vergryp van den een tot vrybrief voor den ander. Het komt my echter voor, dat dusdanige fout van een ge- zaghebber in sommige gevallen niet al to streng, en vooral niet naar europesche begrippen, moet worden beoordeeld . De be- volking zelf toch zou 't - misschien uit gewoonte - zeer vreemd vinden ala by altyd en in alle gevallen zich stipt hield aan de be- palingen die 't getal der voor zyn erf bestemde heeredienst- plichtigen voorschryven, daar er omstandigheden kunnen voor- komen die by deze bepalingen niet waren voorzien. Maar zoo- dra eenmaal de grens van 't strikt wettige is overschreden, wordt het moeielyk een punt vasttestellen, waarop zoodanige overschryding zou overgaan in misdadige willekeur, en vooral wordt groote omzichtigheid noodig zoodra men weet dat do Hoofden alleen wachten op een slecbt voorbeeld, om dat met verregaande uitbreiding natevolgen. De vertelling over zekeren koning die niet wilde dat men de betaling verzuimde van 66n korrel zout die by by zyn eenvoudig maal gebruikt had, toen by can 't hoofd zyns legers bet land doortrok - omdat, naar by zeide, dit het begin was van een onrecht dat ten-lactate zyn geheel ryk zou vernietigen - by moge dan Timoerleng Noereddien 6f Djengis-Khan geheeten hebben, is zeker 6f die fabel, 6f ala 't goon fabel is, bet voorval zelf, van aziatischen oorsprong. En even als 't aanschouwen van zeedyken can de mogelykheid van hoog water doet gelooven, mag men aannemen dat er neiging bestaat tot zulke misbruiken in een land waar zulke lessen worden gegeven. Het gering getal lieden nu waarover Havelaar wettig be. schikken mocht, kon niet dan slechta een zeer klein gedeelte van zyn erf, in de onmiddcllyke nabyheid der woning, van onkruid en kreupelhout vryhouden . Het overige was bin- nen weinig wekon eon volslagon wildernis . Havolaar schroef aan den resident over de middelen om hierin to voorzien, hetzy door een geldelyke toelage, hetzy door can do Regeering voor- testellen even ala elders kettingangers on de residentie Ban- tam to doen arbeiden. Hy ontving hiorop can weigerend ant- woord, met de opmerking dat by immers 't recht had de per- sonen die door hem by policievonnis waren veroordeeld tot ,,arbeid aan den publieken weg" up zyn erf to-werk to

MAX sAVELAAB. 1 63 stellen . Dit wist Havelaar a el, of althans 't was hem meer dan voldoende bekend dat zoodanige beschikking over gekondemneer- den overal de gewoonste zaak van de wereld was, maar nooit had by, nog to Rangkas-Betoeng, noch to Amboina, nook to Menado, noch to Natal, van dat vermeend recht willen gebruik maken. Het stuitte hem, zyn tuin to laten onderhou- den als boete voor kleine vergrypen, en meermalen had by zich afgevraagd hoe de Regeering bepalingen kon laten bestaan, die den ambtenaar in verzoeking kunnen brengen kleine verschoonbare fouten to straffen, niet in evenredigheid met het vergryp, maar met den toestand of de uitgestrektheid van zdn erf? Het denkbeeld alleen dat de gestrafte, ook, zelfs by die rechtvaardig gestraft was, vermeenen zou dat er eigen- belang schuilde onder het geslagen vonnis, deed hem, waar by straffen moest altyd do voorkeur geven aan de anders zeer afkeurenswaardige opsluiting . (117) En vandaar kwam bet dat de kleine Max niet spelen mocht in den tuin, en dat ook Tine van de bloemen niet zoovoel genoe- gen smaakte ale ze zich had voorgesteld op den nag van haar aankomst to Rangkas-Betoeng. Het spreekt vanzelf dat daze en dergelyke kleine verdrietelyk . heden geen invloed uitoefenden op de stemming van eon gezin dat zooveel bouwstoffen bezat om zich een gelukkig huiselyk le- ven to verschaffen, en 't was dan ook niet toeteschryven aan zulke kleinigheden, wanneer Havelaar soma met een bewolkt voorboofd binnentrad, by hat terugkoeren van een uitstap, of na 't aanhooren van dezen en genen die verzocht hadden hem to apreken. We hebben uit zyn toespraak aan de Hoofden ge- hoord hat by zyn plicht wilde doen, dat by onrecht ailde to- keer gaan en tevens hoop ik dat de lezer nit de gesprekken die ik meedeelde, hem heeft leeren kennen ale iemand die wel in-staat was iets uittevinden en tot klaarheid to brengen, dat voor sommige anderen verborgen was 6f in 't duister lag . Er was due to veronderstellen dat niet veel van wat er in Lebak omging zyn aandaeht ontgaan zou . Ook zagen we dat by vela jaren vroeger op die afdeeling gelet had, zoodat by reeds den eersten dag, toon Vorbrugge hem ontmoette in do pendoppo waar myn verhaal aanvangt, toonde in zyn nienwen werkkring geen vreemdeling to zyn. Hy had door nasporing op de plaatsen zelf, veal bevestigd gevonden van wat by vroeger vermoedde, en vooral uit bet archief was hem gebleken dat do landstreek waarvan hat bestuur aan zyn zorg was toevertrouwd, werkelyk in een hoogst treurigen toestand verkeerde.

164 area HAVErsss. Uit brieven en aanteekeningen van zyn voorganger bemerkte by dat deze dezelfde opmerkingen gomaakt had . De korrespon- dentie met de hoofden bevatte verwyt op verwyt, bedreiging op bedreiging, en oeden zeer good begrypen hoe die ambtenaar ten laatste zou gezegd hebben, zich rechtstreeks tot de Regee- ring to zullen wenden indien niet aan then stand van zaken eon einde word gemaakt. Toen Verbrugge dit aan Havelaar meedeelde, had deze geant- woord dat zyn voorganger daaraan verkeerd zou gedaan hebbon, daar de adsistent-resident van Lebak in geen geval den resident van Bantam mocht voorbygaan, en by had daarby gevoegd dat dit ook door volstrekt nets zoude gewettigd zyn, daar het toch niet to denken was dat die hooge beambte party zou trekken voor afpersing en knevelary. Zoodanig partytrekken was dan ook waarlyk niet to veron- derstellen in den zin zooals Havelaar 't bedoelde . niet namelyk alsof den resident eenig voordeel of gewin zou ten-deel vallen van die vergrypen . Doch wbl bestond er een oorzaak die hem bewoog niet dan zeer ongaarne op de klachten van Havelaars voorganger recht to doen . Wy hebben gezien hoe die voorgan- ger meermalen met den resident over de heerschende misbruiken had gesproken - geaboucheerd, zei Verbrugge - en hoe weinig hem dit gebaat had . Het is dus net van belang ontbloot, to onderzoeken waarom een zoo hooggeplaatst ambtenaar, die als hoofd van de geheele residentie evenzeer als de adsistent-resi- dent, ja meer nog dan deze, gehouden was to zorgen dat er recht geschiedde, byna altyd reden meende hebben om den loop van dat recht to stuiten. (118) Reeds to Serang toen Havelaar daar ten-huize van den resi- dent vertoefde, had by dezen over de Lebaksche misbruiken ge- sproken, en hierop ten-antwoord bekomen : ,dat dit alley in meer of mindere mate overal 't geval was ." Dit nu kon Havelaar net ontkennen. Wie toch zou beweren een land to hebben gezien waar nets verkeerds geschiedt? Maar by meende dat dit geen beweegredon was, om misbruiken, waar men die vond, to laten bestaan, vooral niet wanneer men uitdrukkelyk tot het tegengaan daarvan geroepen was, en tevens dat, na al wat by van Lebak moist, hier geen spraak was van meer of mindere, doch van tear groote mast, waarop de resident hem onder anderen antwoordde : ,,dat het in do afdeeling Tjiringien - ook tot Bantam behooren- de - nog erger gesteld was." .. Wanner men nu aanneemt, zooals men aannemen kan, dat een

MAa RAVELAAB. 165 resident geen rechtstreeks voordeel heeft van afpersing en van willekeurig beschikken over de bevolking, duet zich de vraag op, wat dan zoovelen beweegt in tegenspraak met eer en plicht zulke misbruiken to laten bestaan, zonder daarvan aan de Regeering kennis to geven? En wie bier over nadenkt, moet bet a1 zeer vreemd vinden dat men zoo koelbloedig 't bestaan van die mis- bruiken erkent, als ware er spraak van lets dat buiten bereik of bevoegdheid lag. Ik zal trachten de oorzaken bier van to ont- wikkelen. In 't algemeen reeds is bet overbrengen van slechte tydingen jets onaangenaams, en 't schynt wel of er van den ongunstigen indruk then ze veroorzaken, lets blyft kleven op wien de ver- drietige tank to-beurt viel zulke tydingen meetedeelen . Wanneer au dit sheen reeds voor sommigen een reden zou wezen om te- gen beter weten aan, bet bestaan van lets ongunstigs to ontken- nen, hoeveel to meal dan wordt dit bet geval wanneer men ge- vaar loopt, niet alleen zich de ongenade op den hals to helen die au eenmaal 't lot sehynt des overbrengers van slechte berichten, dock tevens als de oorzaak to worden aangezien van den ongun. atigen toestand then men plichtshalve openbaart . De Regeering van Nederlandsch India schryft by-voorkeur aan baar meesters in 't moederland dat apes naar %ensoh gaat . De residenten melden dit gaarue aan de Regeering. De adsistent-re- sidenten, die zelf van hun kontroleurs byna niet dan gunstige be- richten ontvangen, zenden ook op hun beurt liefst geen onaangena- me tydingen aan de residenten . Hieruit wordt in de officieele en schriftelyke behandeling der zaken een geknutseld optimismus geboren, in tegenspraak niet alleen met de waarheid, maar ook met de eigen meaning van die optimisten zelf, zoodra zy dezelf. de zaken mondeling behandelen, en - nog vreemder! - dikwyls zelfs in tegenspraak met hun eigen geschreven berichten . Ik zou veel voorbeelden kunnen aanhalen van rapporten die den gunsti- gen toestand van een residentie ten-hoogate verheffen, doch te- gelyker-tyd, vooral waar de cy/era spreken, zichzelf logenstraffen . Deze voorbeelden zouden, als niet de zaak om de eindelyke ge- volgen to ernstig was, aanleiding geven tot lach en spot, en men staat verbaasd over de nalveteit waarmee vaak in zoodanig geval de grofste onwaarheden worden staande gehouden en aangenomen, al biedt dan ook de schryver zelf weinig zinsneden verder de wapens aan waarmee die onwaarheden to bestryden zyn . Ik zal me tot een enkel voorbeeld bepalen, dat ik met zeer velen zou kunnen vermeerderen . Onder de stukken die voor me liggen, vied ik bet jaarverslag van een residentie . De resident roemt

166 MAX HAVELAARL den handel die daar bloeit, en beweert dot in de geheele land . streek de grootste welvaart en bedryvigheid worden waargeno . men. Eon weinig verder evenwel, sprekende over de geringe middelen die hem ten dienste staan om sluikery to weren, wil by terstond den onaangenamen indruk wegnemen, die op de Re . geering zou warden to-weeg gebracht door do meening dot er duo in die residentie veel Inkomend-Recht wordt ontdoken . ,Neen, zegt hy, dMrvoor behoeft men niet bezorgd to zyn! Er wordt in myn residentie weinig of niets ingevoerd ter-sluik, want ... er goat in deze streken z66 weinig om, dot niemand hier zyn ka- pitaal in den handel wagon zou ." Ik heb eon dergelyk verslag gelezen dot aanving met de woor- den: ,in 't afgeloopen jaar is de rust rustig gebleven ." Zulke zinsneden getuigen wel van eon zeer rustige gerustheid op de inschikkelykheid van de Regeering voor ieder die haar onaange- name tydingen spaart, of die, zooals de term luidt : haar niet ,,be- moeilykt" met verdrietige berichten! Waar de bevolking niet toeneemt, is dit toeteschryven aan on- juistheid der tellingen van vorige jaren. Waar dd belastingen niet stygen, maakt men zich daarvan eon verdienste : de bedoe. ling, is, door lagen aanslag den landbouw aantemoedigen, die zich juist flu gaat ontwikkelen, en weldra - liefst ale de be- richtgever zal afgetreden zyn - onbegrypelyke vruohten most afwerpen. Waar onordelykheid heeft plaats gehad die niet ver . borgen blyven kon, was dit het work van eenige weinige kwa- lykgezinden die voor 't vervolg niet moor to vreezen zyn daar er eon algemeene tevredenheid heerscht. Waar gebrek,of hongers. nood de bevolking heeft gedund, was dit eon gevolg van mis- gewas, van droogte, regen of zoo-iets, nooit van wanbestuur . De nota van Havelaara voorganger, waarin deze ,het verloop van yolk uit het distrikt Parang-Koedjang toeschreef aan ver- regaand misbruik" ligt voor my. (11) Deze nota was inofficieel, en bevatte punten waarover die ambtenaar met den resident van Bantam to epreken had. Maar vergeefs zocht Havelaar in 't archief naar eon blyk dot zyn voorganger diezelfde zaak ruiter . lyk by den waron naam had gonoomd in eon openbare dienet- missive. Kortom, de officieele berichten van de beambten aan het Gou . vernement, en due ook de daarop gegronde rapporten aan de Re . geering in 't moederland, zyn voor het grootete en belangrykste gedeelte : onuaar. Ik weet dot deze beschuldiging gewichtig is, doch hood die

Mss aevsrsAS. 167 staande, en voel me volkomen in stoat haar met bewyzen to staven. Wie verstoord mooht zyn over dit onbewimpeld uiten myner meening, bedenke hoeveel millioenen schats en hoeveel menschenlevene er zouden gespaard zyn aap Engeland, indien men d££r tydig de oogen der natie voor de ware toedraoht der zaken in Britsoh-India geopend had, en hoe groote dankbaarheid men zou schuldig geweest zyn aan den man die den mood had getoond de Jobsbode to wezen, voor het to last ware geweest om 't verkeerde to herstellen op minder bloedige wyze dan nu wel noodzakelyk geworden was . Ik zeide, myne beschuldiging to kunnen staven. Waar't noodig is, zal ik aantoonen dat er vaak hongeranood heersohte in stre . ken die geroemd werden als toonbeelden van welvaart, en dat meermalen een bevolking die als rustig en tevreden wordt op- gegeven, op 't punt stond uittebersten in woede. Het is myn voornemen niet daze bewyzen to leveren in dig boek, schoon 1k 'vertrouw dat men 't niet nit do hand leggen zal zonder to ge. looven dat ze bestaan. Voor 't oogenblik bepaal ik me tot nog een enkel voorbeeld van hat belachelyk optimisme waarvan ik gesproken heb, een voorbeeld dat door ieder, by zy dan al of niet bekend met de zaken van India gemakkelyk zal kunnen begrepen worden. leder resident dient maandelyks een opgaaf in van de rijet die in zyn landsahap is ingevoerd, of daaruit near elders verzonden . By daze opgave wordt dat vervoer in twee deelon gesplitst, near mate hat zich bepaalt tot Java zelf of zich verder uitstrekt. Wanneer men nu let op de hoeveelheid ryst welke volgens die opgaven is overgevoerd uit residentien op Java naar residentien op Java, zal men bevinden dat daze hoeveelheid vele duizenden pikols meer bedraagt dan de ryst, die volgens dezelfde opgaven, in residentien op Java uit residentien op Java is ingevoerd. lk ga met stilzwijgen voorby, wat men to denken hebbe van het docrzicht der Regeering die zulke opgaven aanneemt, en publiceert, en wil den lezer alleen opmorkzaam maken op de strekking van deze valsheid. Do prooentsgewyze belooning aan Europeesche en inlandsche beambten voor produkten die in Europa moeten verkooht warden, had den ryatbouw zoodanig op den achtergrond gesteld, dat er in sommige atreken een hongersnood geheerscht heeft, die niet voor de oogen der natie weggegoocheld worden k6n. 1k heb reeds gezegd dat er toen voorschriften zyn gegeven, de zaken niet weder to laten komen tot z66 ver . Tot de vale uitvloeisels

MAX. 8AVELAAR . 15

168 VAT HAVZLAABL van deze voorschriften behoorden ook de door my genoemde op . gaven van uit-en ingevoerde ryst, opdat de regeering voortdu . rend het oog houden kon op de ebbe en den vloed van dat le . vensmiddeL Uitvoer nit een residentie stelt welvaart voor, In- voer : betrekkelyk gebrek. Wanneer men nu die opgaven onderzoekt, en vergelykt, blykt daaruit dat de ryst overal z66 overvloedig is, dat alle resides. lien tezamen ineer ryst uitvoeren dan er in alle reeidentien teza. men wordt ingevoerd. lk herhaal dat hier geen npraak is van uitvoer over zee, waarvan de opgaaf afzonderlyk plaats heeft . De slotsom hiervan is dus de ongerymde stelling, dat er op Java moor ryet ie den er ryst ii . Dlt is toch welvaart! Ik zeide reeds dat de zucbt om nooit anders dan goods be- richten aan do Regeering meetedeelen, son overgaan in 't be. lachelyke, als niet de gevolgen van dit alley zoo treurig wares . Welke verbetering immers is er to hopen van veal verkeerds, als er eon vooraf bepaald voornemen bestaat, in de berichten aan 't bestuur alley omtebuigen en to verdraaien? Wat is er bij-voord beeld to verwachten van eon bevolking, die, nit den aard zaoht en gedwee, sedert jaren, jaren klaagt over onderdrukking, als zy den eenen resident v66r, den anderen nl zien aftreden met ver- lof of met pensioen, of wegroepen tot eon ander ambt, zonder dat er iota geschied is tot herstel der grieven, wasronder ze gebukt gnat! Most niet de gebogen veer eindelyk terugapringen? Moet niet de zoolang onderdrukte ontevredenheid - onderdrukt, opdat men zou kunnen voortgaan ze to loochenen! - eindelyk overslaan in woods, in wanhoop, in razerny. Ligt er niet eon Jacquerie op 't eind van dezen weg ? En waar zullen dan de beambten zyn, die sedert jaren elkander opvolgen, zonder ooit op 't denkbeeld to zyn gekomen dat er iets hoogers bestaat dan de,,gunst der Regeering ?" Lets hoogers dan de „tevredenheid van den Gouverneur-generaal?" Waar zullen zy dan wezen, de fiauwe-berichtenschryvers die de oogen van 't Bestuur door hun onwaarheid verblinden? Zullen dan zy die vroeger den mood misten om eon kordaat woord op't papier to stellen, to-wa- pen vliegen en do nederlandsche bezittingen behouden voor Neder- land? Zullen zy aan Nederland de sohatten weergeven die er zullen noodig wezen tot demping van oproer, tot het voorkomen van om- wenteling? Zullen zy't leven weergeven aan duizenden die er vie- len door hun schuld! En die ambtenaren, die kontroleurs en residenten, zyn niet do mead sohuldigen. Het is de Regeering zelf die, ala geslagen

VA HAVELAAs. 169 met onbegrypelyke blindheid, het indienen van gunstige berioh . ten aanmoedigt, uitlokt en beloont. (1N) Vooral is dit hat geval, wear spraak is van onderdrukking der bevolking door inlandsche Hoofden. Door velen wordt dit besohermen van de hoofden toegesohre . ven aan de onedele berekening dat zy, pracht en praal moetende ten-toon spreiden om op de bevolking den invloed nitteoefenen lien de Regeering noodig heeft om h4r gezag staande to houden, daartoe eon veel hooger bezoldiging zouden moeten genieten dan thane het geval is, wanner men hun niet in vryheid liet hat ontbrekende aantevullen door onwettige beschikking over de bezittingen en den arbeid van 't yolk. Hoe dit zy, de Re . geering gaat niet dan node over tot hot toepassen der bepa . lingen, die den Javaan tegen afpersing en roof heeten to be. schermen. Meestal weet men in onbeoordeelbare en vaak nit do luoht gegrepen redenen van staatkunde, eon oorzaak to vinden om then Regent of dot Hoofd to sparen, en 't is dan ook in Indig eon tot spreekwoord geijkte mooning . dat hat Gouverne . ment liever tien residenten zou ontalaan dan 66n Regent . Ook die voorgewende politieke redenen - als ze op iets gevestigd zyn - steunen gewoonlyk op valaohe opgaven, daar ieder re- sident belang heeft by 't verheffen van den invloed zyner Re- genten op de bevolking, om daaraohter zich to verachuilen als er later eenmaal aanmerking mooht vallen op to groote inschik- kelykheid omtrent die hoofden. (121 ) Ik ga nu de afsohuwelyke huiohelary voorby van de mensch . lievend-luidende bepalingen - en van de eeden! - die den Javaan tegen willekeur beschermen .. . op 't papier, en verzoek den lezer zich to herinneren hoe Havelaar by 't naspreken van die eeden iets to kennen gaf dat denken deed aan minaohting . Voor 't oogenblik wil ik alleen wyzen op het moeielyke van den toestand des mans die, geheel anders dan nit kracht eener uitgesproken formule, zich gebonden aohtte aan zyn plicht . En voor hem was doze moeilykheid grooter nbg dan ze voor sommige andoren zou geweest zyn, omdat zyn gemoed zaoht was, gebeel in tegenspraak met zyn doorzioht dat de lezer nu wel ale vry soherp zal hebben leeren kennen. Hy had due niet alleen to stryden met vreea voor menschen of met de zorg voor loopbaan en bevordering, noch ook alleen met de plichten die by ale eohtgenoot en huisvader to vervullen had : by moest eon vyand overwinnen in zyn eigen hart. Hy kon niet zonder lyden lead zien, en 't zou my to ver leiden ale fit de voorbeelden wilds aanvoeren hoe by immer, ook waar by gekrenkt en be-

170 MAX HAVELAAEL leedigd was, de party van eon tegenstander beschermde tegen ziohzelf. Hy verhaalde aan Duclari en Verbrugge hoe by in zyn jeugd iets aantrekkelyks had gevonden in hot duel met de label, 't geen de waarheid was .. . doch by zeide er Wet by hoe by na 't wonden van zyn tegenparty gewoonlyk sohreide, en zyn gewezen vyand ala een liefdezuster verpleegde tot de genezing toe . Ik zou kunnen verhalen hoe by to Natal den ket- tingganger die op hem geschoten had (In) by zioh nam, den man vriendelyk toesprak, hem voeden liet en vryheid gaf boven alle anderen, omdat by meende to ontdekken dat do verbittering van then veroordeelde 't gevolg was van eon, elders geslagen, to strong vonnis. Gewoonlyk word de zachtheid van zyn gemoed 6f ontkend, 6f belachelyk gevonden. Ontkend door wie zyn hart verwarde met zyn geest . Belachelyk gevonden door wie niet begrypen kon hoe eon verstandig mensch zich moeite gaf om eon vlieg to redden, die vastgeraakt was in hot web eener spin. Ontkend wader door ieder - buiten Tine - die hem daarna hoorde achimpen op die ,domme dieren" en op de ,domme natuur" die zulke dieren schiep . Maar nog eon andere wyze bestond er om hem neertehalen van 't voetatuk waarop zyn omgeving - men mocht hem be minnenn of niet - wel gedwongen was hem to plaateen. ,Ja, by is geestig, maar . . . or is vluchtigheid in zyn geest" of : ,hy is verstandig, maar .. . by gebruikt zyn verstand niet goad ." Of : „is, by is goedhartig, maar . . . by koketteert er mee!" Voor zyn peat, voor zyn verstand, trek 1k goon party. Maar zyn hart? Arme spartelende vliegjes die by redde als by geheel alleen was, wilt gy dat hart verdedigen tegen de besehuldiging van koketterie ? Maar ge zyt weggevlogen, en hebt n niet bekommerd om Havelaar, gy niet niet weten kondt dat by eenmaal behoefte hebben zou aan uw getuigenis! Was 't koketterie van Havelaar, toen by to Natal eon hond - Bappho heette hot dier - nasprong in de rivier-monding, om. dat by vreesde dat hot nog jonge dier niet good genoeg zwem- men kon om de haaien to ontwyken die dear zoo menigvuldig zyn? lk vind zulk koketteeren met goedbartigheid moeielyker to gelooven dau de goedhartigheid zelf . Ik roep u op, de velen die Havelaar gekend hebt - wanneer ge niet veretyfd zyt door winterkou en dood .. . ala de geredde vliegen, of verdroogd door de hitte daarginds onder do line! - 1k roep u op out getuigenis to geven van zyn hart, gy alien die

MAX HAVELAAL 171 hem hebt gekend! Thans vooral roep 11k u op met vertrouwen, omdat go niet meer noodig hebt to zoeken waar do koord most worden ingehaakt om hem neertehalen van welke luttele hoogte ook . ("') Intusschen, hoe boat het schyne, zal 1k hier plaats geven am eenige regels van zyn hand die zulke getuigenisaen missohien overbodig maken. Max was eons verre, verre weg van vrouw en kind. Hy had hear in India moeten achterlaten, en beyond zioh in Duitsohland. Met de vlugheid die ik hem toeken, doch die 1k in bescherming neem ale men ze mocht willen aantasten, maakte by zich meester van de taal des lands waar by eenige maanden verkeerd had. Ziehier die regels, die te-gelykertyd de innigheid schetsen van den band die hem aan de zynen heohtte. - Mein Kind, da schlagt die neunte Stunde, h8rl Der Nachtwind sauselt, and die Luft wird khhl, Zu kUhl fair dich vielleicht ; dein Stirnchen gIUhtl Du bast den ganzen Tag so wild gespielt, Und bist wohl miide, komm, dein Tikas harret. ("") Ach, Mutter, lass mich noch 'nen Augenblick l Es ist so sanft zu ruben hier ... and dort, Da drin auf meiner Matte, schlaf ich gleich, Kann ich loch gleich dir sagen was ich traume, Und fragen was mein Traum bedeutet ... hor. Was war das? - 's War ein Klapper der da fiel, ("~) - Thut das dem Klapper weh? - Ich glaube nicht, Man sagt, die Frucht, der Stein, hat kein Gefuhl, - Doch eine Blume, fiihlt die such nicht? - Nein, Man sagt, sie flihle nicht . - Warum denn, Mutter, Als gestern Ich die Pukel ampat brach (") Hast du gesagt: es thut der Blume weh? - Mein Kind, die Pukel ampat war so sch8n, Du zogst die zarten Blattchen roh entzwel, Das that mir fir die arme Blume leid . Wean gleich die Blume selbst es nicht gefiihlt, Irk fUhlt' es Air die Blume, well sie schon war . - Dock, Mutter, bist du auch sch8n? - Nein, mein Kind. Ich glaube nicht. - Allein du bast Gefiihl? - Ja, Menschen haben's .. . doch nicht alien gleich . Und kann dis etwas weh thun? Thut dir's weh, Wenn dir im Schooss so schwer mein Kdpfchen ruht? 17~ VA HAVFJAAR - Nein, das thut mir nicht wehl - Und, Mutter, ich ... Hab' ich GefUhl? - Gewts 1 Erinn're dich Wit du, gestrauchelt einst, an einem Stein Dein Handchen hast verwundet, and geweint . Auch weintest du, als Suadien dir erzahlte (111) Dass auf den Hiigeln dort, ein Schaflein tief In eine Schlucht hinunter fiel, and starb. Da hast du lang geweint ... das war GefUhl . - Doch, Mutter, ist Gefiihl denn Schmerz? - Ja, ofti Doch .. . immer nicht, bisweilen nicht 1 Du weisst, Wenn's Schwesterlein dir in die Haare greift, Und krihend dir 's Gesichtchen nahe drUckt, Dan lachst du freudig, das 1st auch GefUhl. - Und darn mein Schwesterlein ... es weint so oft. Ist das von Schmerz? Hat sie dean auch GefUhl? - Vielleicht, mein Kind, wir wissen's aber nicht, Well sie, so klein, as noch nicht sagen kann, - Doch, Mutter ... hore, was war das? - Bin Hirsch Der sich verspatet im GebUsch, and jetzt Mit Eile heimwarts kehrt, and Rube sucht Bet andren Hirschen die item lieb sind . - Mutter, Hat solch ein Hirsch ein Schwesterlein wie ich? Und eine Mutter auch? - Ich weiss nicht, Kind. - Das wUrde traurig sein, wen's nicht so ware) Doch, Mutter, seh ... was schimmert dort im Strauch? Seh' wie es hiipft and tanzt .. . ist das ein Funk? - 's Ist eine Feuerfliege. - Darf ich 's fangen? - Du darfst es, doch das Flieglein is so zart, - Du wirst gewiss es weh thun, and sobald Du 's mit den Fingers all zu rob beriihrst, Ist 's Thierchen krank, and stirbt, and glanzt nicbt meter. - Das ware Schadel Nein, ich fang' es nichtl Seh', da verschwind es . .. nein, es kommt hierher ... Ich fang' es doch nicht! Wieder fliegt es fort, Und freut sich dass ich's nicht gefangen habe . Da fliegt es .. . hoch 1 Hoch, oben . .. was is das, Sind das such Feuerflieglein dort? - Das sand Die Sterne . - Ein, and zehn, and tausendl Wieviel sind dean wohl dal

MAX HAVSrssR. 173 - Ich weirs as nicht, Die Sterns Zahl hat Niemand noch gezahlt . - Sag', Mutter, zahlt such Er die Sterns nicht? - Nein, liebes Kind, such Er nicht . - Ist das welt, Dort oben wo die Sterns sind? - Sehr welt 1 - Doch baben these Sterna such Gefiibl? Und wUrden sie, wean ich sie mit der Hand Beriihrte, gleich erkranken, and den Glanz Verlieren, wie das Flieglein? - Seh' nosh schwebt cal - Sag', word' es such den Sternen web thus? - Nein, Weh tbut's den Sternen nicbtl Doch 's ist zu wait Fihr deine kleine Hand: du reichst so hoch nicht. - Kan Er die Sterna fangen mit der Hand? - Auch Er nicht: das kann Niemandl - Das ist Schadel Ich gab' so gem dir einenl Wenn ich gross bin, Dan wil ich so dish lisbsn das ich 's kann . Das Kind schlief sin and traumte von Gefiihi, Von Sterna die es fasste mit der Hand .. Die Mutter schlief noch lange nichtl Doch traumte Auch sie, and dacht' an den der fern war ... Ja, op 't gevaar of van bont to sohynen, heb 1k aan die regele hier plaate gegeven. Ik wench geen gelegenheid to verzuimen om den man to doen kennen, die de hoofdrol vervult in myn verhaal, opdat by den lezer eenig belang inboezeme wanner later donkere wolken zich samentrekken over zyn hoofd. VYFTIENDE HOOFDSTUIt .

Havelaars voorganger, die wel het goods wilde doch tevens de hooge ongenade van de Regeering eenigazins soheen gevreesd to hebben - de man had veel kinderen, en geen vermogen - had alzoo hover met den resident ge8proken over wat hyzelf verregaande misbruiken noemde, dan die ronduit to noemen in eon officieel berioht. Hy wist dat eon resident niet gaarne eon echriftelyk rapport ontvangt, dat in zyn archief blyft liggen en later kan golden ale bewys dat by tydig was opmerkzaam gemaakt op daze of gene verkeerdheid, terwyl eon mondelinge mededee- lieg hem zonder gevaar de keus last tusschen 't al of niet ge- volg geven asn eon klacht. Zulke mondelinge mededeelingen hadden gewoonlyk eon onderhoud ten-gevolge met den Regent, die natuurlyk alles ontkende en op bewyzen aandrong . Dan war- den de lieden opgeroepen die de stoutheid hadden gehad zich to beklagen, en kruipende voor de voeten van den ddhipatti, baden zy om versohooning. ,Neen, die buffel was hun niet afgenomen om-niet, ze geloofden wel dat daarvoor eon dubbele prys zou be- taald worden." ,,Neen ze waren niet afgeroepen van hun velden om zonder betaling to arbeiden in do Sawaha van den Regent, ze wisten zeer good dat de ddhipatti hen later ruim zou beloond hebben". ,Zehaddenhunaanklachtingebrachtineonoogenblikvan ongegronden wrevel .. . ze waren waanzinnig geweest, en smeekten dat men hen straffen mocht voor zulke verregaande oneerbie- digheid!"

Dan wist de resident wel wat by over die intrekking der aan- klacht to denken had, maar dat intrekken gaf hem niettemin eon sehoone gelegenheid om den Regent to handhaven in ambt en ear, en hemzolf was de onaangename task bespaard de Re- geering to ,bemoeielyken" met eon ongunstig berioht . Do roe- kelooze aanklagers werden met rottingslagen gestraft, de Regent had gezegepraald, en de resident keerde naar de hoofdplaats to . rug, met het aangenaam bewustzyn die zaak alweer zoo goad ,,gesohippord" to hebben. Maar wat moest nu de adsistent-resident doen, als den vol- genden dag weer andere klagers zieh by hem aanmeldden? Of -

Mss Hevarssa. 175 en dit gesohiedde dikwijls - ale dezelfde klagers terugkeerden en hun intrekking introkken t Moest by weder die zaak op zyn note schryven, om weder daarover to spreken met den resident, om weder dezelfde komedie to zien spelen, apes op 't gevaar of van in hot Bind doortegaan voor iemand die - dom en boosaar- dig den - telkens beschuldigingen voorbracht welke gedurig moesten worden afgewezen ale ongegrond t Wat moest er work den van de zoo noodige vriendschappelyke verhouding tusschen 't voornaamst Inlandsch Hoofd en den eersten europeeschen ambtenaar, ale doze gedurig scheen gehoor to geven aan valeche aanklaohten tegen dat Hoofd? En vooral, wat werd er van die arme klagers nadat ze waxen weergekeerd in hun dorp, onder do macht van het distrikts-of dorpshoofd dat ze hadden aangeklaagd ale uitvoerder van des Regents willekeur? Wat or van die klagers word? Wie vluohten kon, vluohtte. DMrom zwierven er zooveel Bantammers in de naburige pro- vineien! DiArom waren er zooveel bewoners van Lebak onder de opstandelingen in de Lampongsche distrikteni DMrom had Havelaar in zyn toespraak aan do Hoofden gevraagd : ,vat is dit, dat er zooveel huizon ledig staan in de dorpen, en waarom verkiezen velen de schaduw der bosschen elders, boven de koelte der Wouden van Bantan Kidoel?" Doch niet ieder kon vluchten . De man wiens lyk 's morgens de rivier afdreef, nadat by den vorigen avond, in 't geheim schoorvoetend, angstig, verzocht had om gehoor by den adsistent- resident .. . by had geen behoefte meer aan do vlucht. ('M) Misschien ware het ale menschlievendheid to achten, hem door oogenblikkelyken dood to onttrekken aan nog eenigen tyd levens. Hem bleef de mishandeling gespaard die hem wachtte by te . rugkeer in zyn dorp, en de rottingslagen die de straffe zyn voor al wie een oogenblik meenen kon geen beest to wezen, geen onbezield stuk hout of steen. De straffe van wie in een aan. val van dwaasheid geloofd had dat er Recht in 't land was, en dat de adsistent-resident don wil had, en de macht om dat Recht to handhaven ... Was 't niot indcrdaad botor dion man to beletten den volgen- den dag by den adsistent-resident terugtekeeren - zooals deze hem 'a avends zeggen liet - en zyn klachte to smoron in 't ge- ls water van den Tjioedjoeng, dat hem zachtkens zou afvoeren naar hare monding, gewoon als ze was overbrengster to wezen van die broederlyke groetgeschenken der haaien in 't binnenland san de haaien in zee? En Havelaar wist dit alles! Gevoelt de lezer wat or in zyn

176 VAT HAVELAAB. gemoed omging by 't bedenken dat by tot recht-doen geroepen, en daarvoor verantwoordelyk was aan eon hoogere mooht dan de macht van een Regeering, die wel dat reoht voorsohreef in haar wetten, maar niet altyd even gaarne daarvan do toepassing sag? Gevoelt men hoe by ward geslingerd door twyfel, niet aan watt hem to doen stond, maar aan de wyze waarop hy to han- delen had? (12 ') Hy had aangevangen met zachtheid . Hy had tot den Adhi. patti gesproken als : ,oudere brooder" en wie meenen mooht dat ik, ingenomen met den held myner geschiedenis, do wyze waarop by sprak, tracht to verheffen boven mast, hoore hoe eons na zoodanig onderhoud, de Regent zyn Patteh tot hem zond om voor de welwillendheid zyner woorden dank to zeggen, en hoe nog lang daarna die Patteh, sprekende met den kontroleur Verbrugge - nadat Havelaar had opgehouden adsistent-resident van Lebak to zyn, nadat er dus van hem nets meer to hopen of to vreezen was - hoe die Patteh by de herinnering aan zyn woorden getroffen nitriep : „nog nooit heeft eenig heer gespro- ken als hyl" (u') Js by wilde helpen, terechtbrengen, redden niet verdervent Hy had medelyden met den Regent. Hy die wist hoe geldge- brek kan drukken, vooral waar het leidt tot vernedering en smaad, zooht near gronden van verschooning. De Regent was oud en 't Hoofd van eon geslaoht dat op grooten voet leefde in naburige provincien, waar veel koffi geoogst en dun veal emolument genoten ward. Was 't niet grievend voor hem, in levenswys zoover to moeten achterstaan by zyn jongere ver- wanten ? Bovendien meende de man, door, dweepzuoht beheersoht, by 't klimmen zyner jaren hat hail van zyn ziel door bezoldigde bedevaarten near Mekka en voor aalmoezen aan gebedzingende leegloopers to kunnen inkoopen . Do ambtenaren die Havelaar in Lebak waren voorafgegaan, hadden net altyd goede voor- beelden gegeven. En eindelyk maakte de uitgebreidheid der Lebaksche familie van den Regent, die geheel ten-zynen lade leefde, hem het terugkeeren tot den gooden weg moeielyk . Z66 zooht Havelaar naar grondon om silo atrengheid nitte- stellen, en nog-eons en nog-eens to beproeven wat er kon be- reikt worden met zachtheid. En by ging verder nog dan zachtheid . Met eon edelmoedig- heid die aan de fouten herinnerde waardoor by zoo arm go- maakt was schoot by den Regent gedurig op eigen verantwoor . delykheid geld voor, opdat net behoefte al to stork zou drin-

MAX aAVELAAB. 17 7 gen tot vergryp, en by vergat als gewoonlyk zichzelf z66 ver dat by aanbood zich en de zynen tot het strikt noodige to be- krimpen, om den Regent ter hulpe to komen met het weinige dat by nog van zyn inkomsten zou kunnen uitsparen . Indien 't nog noodig schynen mocht, de zachtmoedigheid to bewyzen waarmee Havelaar zyn moeielyken plicht vervulde son dit bewys kunnen gevonden worden in een mondelinge boodschap die by den kontroleur opdroeg, toen deze eens near Serang zou vertrekken : ,zeg den resident, dat hy, hoorende van de misbruiken die hier pleats vinden, niet geloove dat ik daaromtrent onverschillig ben. Ik maak daarvan niet terstond offioieele melding omdat ik den Regent, met wien 1k medely- den heb, wench to bewaren voor to groote strengheid, dear ik eerst beproeven wil hem door zachtheid tot zyn plicht to brengen." ("0)

Havelaar bleef dikwijls dagen achtereen nit. Als by to-hula was, vond men hem meestal in de kamer die wy op onzen plat- ten grond vinden voorgesteld door 't zevende vak . Daar zat by gewoonlyk to schryven, en ontving de personen die om ge . hoor lieten vragen . Hy had die plek gekozen omdat by daar in de nabyheid was van zyn Tine die zich gewoonlyk in de ka- mer daarnaast ophield. Want z66 innig waxen zy verbonden dat Max, ook ale by bezig was met eenigen arbeid die aandacht en inapanning vorderde, gedurig behoefte voelde hear to zien of to hooren. Het was dikwyls koddig hoe by op-eenmaal tot haar een woord richtte dat in zyn gedachten over de onder- werpen die hem bezig-hielden opkwam, en hoe and zy, zonder to weten wet by behandelde, den zin van zyn meening moist to vatten, die by hear dan ook gewoonlyk niet toelichtte, ale aprak hat vanzelf dat zy wel weten zou wat by bedoelde . Dik• wyls ook, als by ontevreden was over eigen arbeid of pas ont- vangen verdrietig bericht, sprong by op en zeide iota onvrien . delyks tot hear .. . die toch geen sohuld had aan zyn ontevre- denheid! Maar dit hoorde zy gaarne omdat het een bewys to moor was hoe Max haar verwarde met ziohzelf. En nooit ook was er epraak van berouw over zoodanig schynbare hardheid, of van vergiffenis aan do andere zyde. Dit zou hun geweest zyn, als hadde iemand vergeving gevraagd aan zichzelf, omdat by in wrevel zich had geslagen voor zyn eigen hoofd. Zy kende hem dan ook zoo goad, dat ze juist moist wanner so dbAr moest zyn om hem een oogenblik verpoozing to ver- sohaffen .. . juist, wanneer by behoefte had aan haren read, en niet minder juist, wanneer ze hem alleen moest laten .

178 MAY HAVE In de kamer zat Havelaar op zekeren morgen toen de kontroleur by hem binnentrad, met een zoo-oven ontvangen brief in de hand . - Dit is een moeilyke zaak, m'nheer Havelaar, zeide by onder 't binnentreden. Zeer moeielyk! Wanneer & nu zeg dat die brief eenvoudig Havelaars last inhield, om optehelderen waarom er een verandering was ge. komen in do pryzen van houtwerken en arbeidsloon, zal do lezer vinden dat de kontroleur Verbrugge al zeer spoedig iets moeielyk vond . Ik haast me dus hierby to voegen dat veal an- deren evenzeer moeielykheid zouden gevonden hebben in 't beantwoorden van die eenvoudige vraag. Voor eenige jaren was er to Rangkas-Betoeng eene gevange. nis gebouwd. Nu is 't van algemeene bekendheid dat de beamb- ten in de binnenlandon van Java de kunst verstaan gebouwen opterichten die duizenden waard zyn, zonder meer dan even zooveel honderden daarvoor uittegeven . Men verkrygt daardoor den roep van bekwaamheid en yver voor 's lands dienst. Hot verschil tusechen de uitgegeven golden en de waarde van het daarvoor verkregene, wordt aangevuld door onbetaalde levering of onbetaalden arbeid. Sedert eenige jaren bestaan er voor- schriften die dit verbieden. Of ze worden nagekomen, is hier de vraag niet. Evenmin of de Regeering zelf mod dat ze nage . komen worden met een stiptheid die bezwarend werken zou op do begrooting van 't bouwdepartement ? Hot zal hiermede wel gaan zooals met voel andere voorsohriften die or zoo menach- lievend uitzien op 't papier . Nu moesten er to Bangkaa-Betoeng nog veel andere gebouwen worden opgerioht, en de ingenieurs die met het ontwerpen van de plannen daartoe belast waren, hadden opgaven gevraagd van de plaateelyke pryzen der arbeideraloonen en materialen . Havelaar had den kontroleur belast met een nauwkeurig on- derzoek hieromtrent, en hem aanbevolen de pryzen optegeven naar waarheid, zonder terugzicht op wat vroeger geschiedde. Toen Verbrugge aan dezen last had voldaan, bleek or dat die pryzen niet overeen kwamen met de opgaven van eenige jaren vroeger.Van dit verschil nu word do reden gevraagd, dit vond Verbrugge zoo moeilyk. Havelaar, die zeer good moist wat er achter deze schynbaar eenvoudige zaak schuilde, antwoordde dat by zyn denkbeelden over die moeilykheid schiiftelyk zou meedeelen, en ik vind onder de voor my liggende stukken een afsohrift van den brief, die 't gevolg schynt van deze toezegging . Wanneer de lezer klagen mocht dat 1k hem ophoud met een

MAX HAVELAAB . 179 korrespondentie over do pryzen van houtwerken, waarmee by schynbaar niet to maken heeft, most 1k hem verzoeken niet onopgemerkt to laten dat hier eigenlyk spraak is van geheel iets anders, tan den toestand namelyk der ambtdyke IndisrM .huishouding, en dat de brief then ik meedeel niet sheen eon straal van lioht to meer werpt op 't kunstmatig optimismus waarvan ik gesproken heb, maar tevens de moeielykheden sohetst, waarmee iemand to kampen had die zooals Havelaar reohtuit en zonder omzien zyn weg wilde gaan. ,,No . 114 Rangkas Betoeng,15 Maart 1856 Aan den Kontroleur tan Lebak. Toen ik den brief van den Direkteur der Openbare-Werken, van den 16den Februari Ll., No. 271/354 aan u renvoieerde, heb ik u verzocht het daarby gevraagde, na overleg met den Regent, to beantwoorden met inachtneming van wat ik sohreef in myn missive van 5 dezer, No. 97. Die missive bevatte eenige algemeene wenken omtrent het- geen ads billyk en rechtvaardig to beschouwen is by 't bepalen der pryzen van materialen, door do bevolking to leveren aan, en op last van hat Bestutir . By uwe missive van 8 dezer, No. 6, hebt ge daaraan - en naar ik geloof, volgens uw beats weten - voldaan, zoodat ik, ver- trouwende op uw lokale kennis en die des Regents, die opgaven, zooals ze door u waren gesteld, den resident heb aangeboden . Daarop volgde eene missive van then hoofdambtenaar, van 11 dezer, No. 326, waarby inliohting wordt verzocht omtrent do oorzaak van het verechiltusschen de door my opgcgeven pryzen, en die welke in 1853 en 1854 by bet opbouwen eener gevangenis besteed warden? Ik stelde natuurlyk then brief in uwe handen, en gelaatte u mondeling, alsnu uwe opgave to justifioeeren, hetgeen n to minder moeielyk moest -.alien, daar ge u kondet beroepen op de voorsohriften u in myn sohryven van den yen dezer gegeven, en die we mondeling meermalen uitvoerig bespraken . Tot hiertoe is alles eenvoudig en geleidelyk . Maar gistoren kwaamt ge ten-mynen-kantore, met den geren- voieerden brief des residents in de hand, en begon to spreken over de moeielykheid der afdoening van het daarin voorkomende . Ik ontwaarde by u wederom zekeren schroom om sommige zaken by den waxen naam to noemen, iets waarop ik u reeds meermalen opmerkzaam maakte, onder anderen onlangs in tegenwoordigheid van den resident, jets wat ik ter bekorting hal/held noem, en waar- tegen ik u reeds dikwyls vriendschappolyk waarsohuwde

180 aces HAVXLAes. Halfheid leidt tot nets. Hal/-goad is niet good. Half-waar is onwaar. Voor vol traktement, voor vollen rang, na eon duidelyken volledigen eed, doe men zyn vollen plicht. Is er some mood noodig then to volvoeren, men bezitte dien . Ik voor my zou den mood niet hebben then mood to missen . Want, afgesoheiden van de ontevredenheid met zichzelf, die eon gevolg is van plichtverzuim of lauwheid, heart het zoeken naar gemakkelyker omewegen, de zuoht om altyd en overal botaing to ontgaan, de begeerte om to „schipperen" meer zorg, en inder- dead meer gevaar, den men op den rechten weg ontmoeten zal. Gedurende den loop eener zeer belangryke zaak, die thans by 't Gouvernement in overweging is, en waarin gy eindelyk ambta- halve behoordet betrokken to zyn, heb do u stilzwygend ale het ware neutraal gelaten, en sleohts lachend van-tyd tot-tyd daarop gezinspeeld. Toen, by-vourbeeld, onlangs uw rapport over de oorzaken van gebrek en hongersnood onder de bevolking by my was ingekomen, en 1k daarop schreef : ,dig alleo moge de waarheid zijn, Ad i8 niet al de waarheid, noch de v o o r n a a m s t e waarheid. De hoo/d. oorzaak zit dieper" stemdet gy dit volinondig toe, en 1k maakte geen gebruik van myn recht, to eisohen dat ge den ook die hoofd- waarheid noemen zoudt. 1k had tot myn insohikkelykheid velen redenen, on onder an- dere deze, dat ik 't onbillyk vond op-eenmaal iets van U to vorderen, wat vale anderen in uw pleats evenmin zouden pres- teeren . U to dwingen zoo op-eenmaal de routine van aohter- houdendheid en menschenvrees vaarwel to zeggen, die niet zoo. zeer uw schuld is, ale wel die der leiding welke u to beurt vieL Ik wide eindelyk eerst u eon voorbeeld geven hoeveel eenvoudi- ger en gemakkelyker het is, zyn plicht geheel to doen den half. Thans echter, nu ik de eer heb u wcder zooveel dagen langer onder myn bevelen to zien, en nadat ik u herhaaldelyk in de gelegenheid stelde, principes to leeren kennen die - tenzy ik dwaal - ten-laatate zullen zegevieren (131) wenschte ik dat go die aannaamt, dat gy u de niet ontbrekende, maar in onbruik geraakte kracht eigon maaktet die er noodig sohynt om altyd near uw beste weten ronduit to zeggen wat or to zeggen valt, en dat ge due geheel-en-al varen Let then onmannelyken schroom om funk voor eon zaak uittekomen. Ik verwaeht dus nu eon eenvoudige maar volledige opgave van wat u voorkomt de oorzaak to weten van 't prysversohil tus- sohen nu en 1853 of 1854. lk hoop ernetig dat gy geen enkele zinenee van dezen brief

Mss Hsvsrsss. 181 suit opnemen, als gesohreven met de bedoeling am u to kren. ken. Ik vertrouw dat ge my genoeg hebt leeren kennen am to weten dat ik niet moor of minder zeg dan 1k mean, en bo. vendien goof ik u nog ten-overvloede de verzekering dat myn opmerkingen eigonlyk minder U betreffen, dan de school waarin go tot IRdisch ambtenaar gevormd zyt. Daze circonatance attknuante zou echter vervallen wanneer ge, langer met my omgaande en 't Gouvernement onder myn leiding dienende, voortgingt den slender to volgen waartegen ik my verzet . Go heb opgemerkt dat ik my van hot ., Uweiedeigeatrenge' heb ontalagen : 't verveelde my. Doe het ook, en laat onze ,wel- edelheid" en waar 't noodig is onze ,gestrengheid' elders en vooral finders blyken, dan nit die vervelende, zinstorende titula- tuur. De adsietent-resident van Lebak MAX HevsrtAL" Hot antwoord op dozen brief bezwaarde sommigen van Have- laars voorgangers, en bewees dat by niet zoo onrecht had, toen by de „slechte voorbeelden van vroegeren tyd" made opnam onder de redenen die pleiten konden ter versohooning van den Regent. Ik ben in 't meedeelen van dozen brief den tyd vooruitge- loopen, am reeds nn to doen in 't oogvallen, hoe weinig hulp Havelaar van den kontroleur to verwachten had, zoodra geheel andere, meer belangryke zaken zouden moeten genoemd war- den by den reohten naam, wanneer reeds deze ambtenaar die zonder twyfel eon braaf mensch was, z66 moest warden toege. sproken am de waarheid to zeggen waar het slechts do opgaven der pryzen van bout, steen, kalk en arbeidsloon gold. Men be- seft alzoo dat by niet alleen to stryden had met de macht der personen die voordeel genoten van misdryf, maar tevens met de besohroomdheid dergenen die - hoezeer dat misdryf even- zeer afkeurende als by - zioh niet geroepen of gesohikt aoht- ten daartegen met den vereiachten mood optetreden . Missohien ook zal men na 't lezen van then brief, eenigszins terugkomen van de minaohting voor de slaafsohe onderworpen- heid van eon Javaan die in tegenwoordigheid van'zyn Hoofd de ingebrachte beschuldiging, hoe gegrond ook, lafhartig terug. trekt. Want, als men bedenkt, dat er zooveel oorzaak was tot vreeze, zelfs voor den europeesehen beambte, die dan Loch geaoht kon warden iets minder bloottestaan asn wreak, wat wachtte dan den armen landbewoner, die in eon dorp ver van de hoofdplaats geheel-en-al in de maeht zyner aangeklaagde onderdrukkers ver- viel? Is 't wonder dat die arms menschen, versohrikt over do 182 WAY HAVELAABL gevolgen van hun stoutheid, die gevolgen zachten to ontwyken of to verzachten door deemoedige onderwerping ? En 't was niet alleen de kontroleur Verbrugge, die zyn plicht deed met een sohuwheid als voegen zou aan plichtverzuim . Ook de Djaksa, 't Inlandech Hoofd dat by den Landraad het ambt van publieken aanklager vervult, trad liefst 's avends, ongezien en zonder gevolg, in Havelaars mooning. Hy, die diefstal moest tegengaan, dien 't was opgedragen den sluipenden diet to be . trappen, by sloop, als ware hyzelf de dief die betrapping vreesde, met zachten tred het hula aan de achterzyde in, no, zich eerst to hebben overtuigd dot geen gezelschap dear was, dot later hem zou kunnen verraden als schuldig aan plichtsbetrachting. Was 't wonder dat Havelaara ziel bedroefd was, en dat Tine meer dan ooit noodig had zyn kamer binnentetreden om hem optebeuren, als ze zag hoe by daar zat met de hand onder't hoofd t En toch was voor hem 't grootat bezwaar niet gelegen in de schroomvalligheid van wie hem ter-zyde stonden, lioch in de mede- plichtige lafhartigheid van wie zyn hulp hadden ingeroepen . Neen, geheel alleen desnoods zou by recht doen, met of zonder hulp van anderen dan, ja, tegen allen, al ware 't ook tegen henzelf die be . hoefte hadden aan dat recht! Want by wilt hoe by invloed had op het Volk, en hoe - als eenmaal de arme onderdrukten, opge. roepen om luide en voor't gerecht to herhalen wet ze hem's avends of 's nachta hadden toegefluisterd in eenzaamheid - by moist hoe by dan mocht had op hun gemoederen to werken, en hoe do kraoht zyner woorden sterker zyn zou dan de angst voor wreak van Dis . trlktshoofd of Regent. Do vrees dot zyn besohermelingen zouden afvallen van hun eigen zaak weerhield hem duo niet . Maar't kostte hem zooveel then ouden Adhipatti aanteklagen : dirt was de reden van zyn tweestryd 1 Want ook aan den anderen kant mocht by niet tuegeven in dezen weerzin, dear de geheele bevolking, af- gescheiden nog van hear goed recht,evenzeer aanspraak had op medelyden. Vrees voor eigen Teed had geen deel in zyn twyfel . Want al moist by hoe ongaarne in 't algemeen de Regoering eon Regent ziet aanklagen, en hoeveel gemakkelyker 't sommigen valt den europeesohen beambte broodeloos to maken dan een Inlandsch Hoofd to straffen, by had een byzondere reden om to gelooven dot or juist op dit oogenblik by de beoordeeling van zulke zaak andere grondatellingen dan de gewone zouden voorheerschen . Het is waar dot hy, ook zonder deze meening, evenzeer zyn pliebt zou gedaan hebben, to liever zelfs ale by 't gevaar voor zich en de zynen grooter had geacht dan ooit . We zeiden reeds

MAX asVXLAAB . 183 dat moeielykheid hem aantrok, en hoe by dorstte naar opoffering. Dooh by meende dat de aanlokkelykheid van eon zelfoffer hier niet bestond, en vreesde - ale by in 't eind zou moeten over- gaan tot ernstigen stryd tgen 't onrecht - zioh to moeten spe- nen van 't ridderlyk genoegen then stryd to hebben aangevangen als do zwakste. Ja, dit vreeade hy. Hy meende dat er aan 't hoofd van de Regeering eon Gouverneur-generaal stand die zyn bondgenoot wezen zou, en 't was eon eigenaardigheid to meer in zyn ka- rakter, dat daze meening hem van strengo maatregelen terug- hield, langer juist dan iets anders hem zou weerhouden heb . ben, omdat het hem stuitte het Onrecht aan to grypen op eon oogenblik dat by 't Recht voor sterker hield dan gewoonlyk . 1k zeide inmners reeds in de proeve der beschryving van zyn inborat, dat by naif was by al zyn scherpte . Last ons trachten optehelderen hoe Havelaar tot die meening gekomen was .

Zeer weinig europesche lezers kunnen zich eon juist denkbeeld vormen van de hoogte waarop eon Gouverneur-generaal staan moot ale menach, am niet beneden de hoogte zyner bediening to blyven, en 't gelde dan ook niet als eon to strong oordeel wanneeer ik do meening aankleef dat zeer weinigen, geenen misschien, aan z66 zwaren eisch hebben kunnen beantwoorden . Om nu niet al do hoedanigheden van hoofd en hart to noemen die daartoe noodig zyn, vestige men slechts't oog op de duizeling . wekkende hoogte waarop zoo eensklaps do man wordt geplaatst die - gisteren nog eenvoudig burger - heden macht heeft over miHioenen onderdanen. Hy die voor weinig tyde nog versoholen was onder zijn omgeving, zonder daarboven uittesteken in rang of gezag, voelt zich op eenmaal, onverwaohta meestal, opgeheven haven eon monigte, oneindig grooter dan de kleine kring die hem vroeger toch geheel voor 't oog verborg, en ik geloof dat ik niet ten-onrechte de hoogte duizelingwekkend noemde, die inderdaad herinnert aan de duizeling van iemand die onverwachts eon af- grond voor zioh ziot, of aan de blindheid die one treft wanner we met snlheid warden overgebracht van diepe duisternis in scherp licht. Tegen zulke overgangen zyn de zonuwen van go . zieht of hersenen niet bestand, ook al waren zy overigens van buitengewone sterkte. Indien alzoo reeds in zichzelf de benoeming tot Gouverneur- generaal veelal de oorzaken van bederf meedraagt, ook van den- zulken die uitstekend was in verstand en gemoed, wat is er dan MAX HAVELAAR. z6

184 MAa HL'XLAAEL to verwachten van personen die reeds v66r die benoeming laden aan veal gebreken ? En al stellen we voor eon oogenblik dat de Koning altyd good is voorgelicht, als by zyn hoogen naam teekent onder de akte waarin by zegt overtuigd to wezen van de ,goede trouw, den yver en de bekwaamheden" des benoemden Stedehoudere, al nemen wy aan dat de nieuwe Onderkoning yverig, trouw en bekwaam is, dan nog blyft het de vraag of die yver, en voor- al of die bekwaamheid, by hem bestaat in eene mad, hoog ge- noeg verheven boven middelmatigheid, om aan de eisohen van zyn roeping to voldoen . Want de vraag kan niet zyn of de man, die to 's-Gravenhage voor 't eerst als Gouverneur-generaal het kabinet des Konings verlaat, op dbt oogenblik de bekwaamheid bezit die noodig zal wezen voor zyn nieuw ambt .. . dit is onmogelyki Met de be . tuiging van zyn vertrouwen op zyn bekwaamheid kan sleobta do meening bedoeld zyn dat by in eon geheel nieuwen werkkring, op een gegeven oogenblik, by ingeving ale 't ware, weten zal wat by to 's Gravenhage niet kan geleerd hebben. Met andere woorden : dat by eon genie is, eon genie dat op eenmaal kennen moot en kunnen, wat het kende noch kon . Zulke genien zyn zeldzaam, zelfs onder personen die in gunste staan by konin- gen. (In) Daar 1k van genien spreek, gevoelt men dat 1k wil overslaan vat er zon to zeggen vallen van zoo menigen Landvoogd . Ook zou 't me stuiten in myn book bladzyden in to voegen die 't ernetig doel van dit work zouden blootatellen aan do verden . king van jaoht op schandaal. Ik ga due nu do byzonderheden die bepaalde personen zouden raken voorby, maar als aigemeene ziektegesohiedenis van de Gouvemeurs-generaal, mean ik to mogen opgeven : Eerste stadium. Duizeling. Wierook-dronkenschap. Eigen- waan. Onmatig zelfvertronwen. Minaohting van anderen, vooral van ,oudgasten'. Tweede stadium. Afmatting. Vrees. Moedeloos . heid. Neiging tot slaap en rust . Bovenmatig vertrouwen op den Raad van India. Afhankelykheid van do Algemeene Sekretarie . Heimwee near eon hollandsche buitenplaats. Tuseohen dew beide stadien in, en ale overgang - miesohien zelfs als oorzaak van dien overgang - liggen dyssenterische buikaandoeningen. Ik vertrouw dat velen in India me danbkaar sullen wezen voor daze diagnose. Ze is nuttig toetepaeeen, want men kan voor zeker houden dat de zieke, die door overspanning in de eerste periode etikken zou aan eon mug, later, - na do buikziektol -

WAY aevars AB. 185 zonder bezwaar kernels zal verdragen. Of, om duidelyker to "ken, dat een beambte die ,geschenken aanneemt, niet tad hat dod zich to verryken" - by-voorbeeld eon boo pisang ter- waarde van eenige duiten - met smaad en schande zal worden weggejaagd in de eerate periode der ziekte, maar dat iemand die 't geduld heeft het lactate tydperk aftewaehten, seer gerust en zonder eenige vrees voor straf, zich zal kunnen meester maken van den tuin waar de piaang groeide, met de tuinen die daar- naast liggen er by ... van de huizen die in den omtrek staan . .. van wat er in die huizen is.. . en van nog een-en-ander meer, ad Ubitum. (-) leder doe met daze pathologisch-wvsgeerige opmerking zyn voordeel, en houde myn read geheim, ter voorkoming van to groote mededeeling ... Vervloekt, dat verontwaardiging en droefheid zoo vaak zich moeten kleeden in 't lappenpak van de satire! Vervloekt, dat eon traan, om begrepen to worden, moat verzeld gaan van gegryns! Of is 't de schuld myner onbedrevenheid, dat ik geen woorden wind om de diepte to peilen van de wonde die er kankert am ons staatsbestuur, zonder myn styl to zoeken by Figaro of Po- lichind Y Styl.. . jai Daar liggen stukken voor my, waarin styl is! Styl die aantoonde dat er een mensch in de buurt was, eon men" wien hat de moeite waard geweest ware, de hand to reiken! En wet heeft die styl don armen Havelaar gebaat? Hy vertaalde zyn tranen niet in gegryns, by spotte niet, by zoeht niet to treffen door bontheid van kleur of door de grappen van den uitroeper voor de kermistent .. . wat heeft hat hem gebaatt Kon 1k schryven zooals hy, ik zou anders sohryven dan by Styli Hebt ge gehoord hoe by sprak tot de Hoofden! Wat heeft het hem gebaat? Kon 1k epreken zooals by 1k zon finders spreken dan hy. Weg met gemoedelyke taal, weg met zachtheid, rondborstig . heid, duidelykheid, eenvoud, gevoel! Weg met al wat herinnert can Horatius' juetum ac tenacem! Trompetten hier, en scherp gekletter van bekkenslag, en gesis van vuurpylen, en gekras van valsche snaren, en hier-en-daar een waar woord, dat hot mee insluipe als verboden waar, onder bedekking van zooveel getrommel en zooveel gefluit! Styl? Hy had styli Hy had to veal ziel om zyn gedaohten to verdrinken in de ,ik heb de sets" en de ,edelgestrengheden" en

186 VAT asvarseaC de „eerbiedig-in-overweging-gevingen" die den wellust uitmaken van de kleine wereld waarin by zich bewoog. Ale by sohreef, doordrong u iets by 't lezen, dat n begrypen deed hoe er wolken dreven by dat onweder, en dat ge niet bet rommel hoordet van eon blikken tooneeldonder . Ale by vuur sloeg nit zyn denk- beelden, voelde men de hitte van dat vuur, tenzy men geboren kommies was, of Gouverneur-generaal, of schryver van 't walge . lijkste verslag over ,rustige rust ." En wat heeft het hem gebaat? Ala ik due wil worden gehoord - en verstaan voorall - moat 1k anders schryven dan by. Maar hoe dan? Zie, lezer, 1k zoek naar 't antwoord op dat hot f en daarom heeft myn book eon zoo boat aanzien . Het is eon staalkaart : bepaal uw keuze. Later zal ik u geel of blauw of rood geven naar uwen wench. Havelaar had de Gouverneura-ziekte reeds zoo dikwgla waarge- nomen by zoo v66l lyders - en vaak in anima vii, want er zyn analogische residents-, kontroleura- en surnumerairsziekten, die tot de eerste in verhouding staan ale mazelen tot pokken, en eindelyk : hyzelf had aan de ziekte geledenl - reeds z66 dikwyls had by dat alles waargenomen, dat de versohynselen daarvan hem vry-wel bekend waren . Hy had den tegenwoordigen Gouverneur-generaal in 't begin van do ongesteldheid minder duizelig gevonden dan de meeste anderen, en meende hieruit to mogen besluiten dat ook de verdere loop der ziekte eon andere riohting nemen zou. Hot was om deze reden dat by vreesde de eterkste to zullen zyn, wanner by in 't eind zou moeten optreden Ws verdediger van het good recht der inwoners van LebaL. ZESTIENDE HOOFDSTUK.

Havelaar ontving eon brief van den Regent van Tjanjor, waarin deze hem meedeelde dat by eon bezoek wensohte to brengen aan zyn oom, den Adhipatti van Lebak. Deze tyding was hem zeer onaangenaam. Hy wist hoe de Hoofden in do Preanger Begentachappen gewoon waren eon groote weelde ten- toon to spreiden, en hoe de Tjanjorache Tommomgong zulk eon rein niet zou doen zonder eon gevulg van honderden die alien met hun paarden moesten geherbergd en gevoed worden . Gaarne alzoo had by dit bezoek verhinderd, dooh by peinsde vruohteloos op middelen die 't konden voorkomen zonder den Regent van Bangkas-Betoeng to kwetsen, daar deze zeer trotsoh was en zioh diep beleedigd zou gevoeld hebben wanner men zyn betrekke- lyke armoede had opgegeven als beweegredenen om hem niet to bezoeken. En wanner dit bezoek niet to ontwyken was, zou 't onmisbaar aanleiding geven tot verzwaring van den druk waar- onder de bevolking gebukt ging, Het is to betwyfelen of Havelaars toespraak eon blyvenden in- druk op do Hoofden gemaakt had. By velen was dit zeker niet het geval, waarop hyzelf dan ook niet gerekend had. Doch even zeker is 't, dat er eon roep was opgegaan in de dorrsn, dat de toewan die gezag had to Bangkas-Betoeng, recht wilds doen, en al hadden dus zyn woorden de kraoht gemist om terugtehouden van misdaad, ze hadden toch aan de slachtoffers daarvan den moed gegeven zich to beklagen, al geschiedde dit dan ook aleohts sohoorvoetend en in 't geheim. Ze kropen 'a avends door den ravyn, en ale Tine in haar kamer zat, ward ze meermalen opgesohrikt door onverwaoht godruisoh, en ze zag door 't open venster donkere gedaanten die voorby slopen met sohuwen trod. Weldra schrikte ze niet meer, want ze wist wat bet beduidde ale die gestalten zoo apookachtig om 't huis waarden en bescherming zochten by haren Mail Dan wenkte zy dezen, en by stond op om de klagers tot zich to roe- pen. De meesten kwamen uit bet distrikt Parang-Koedjang, waar des Regents schoonzoon Hoofd was, en hoewel dat Hoofd gewis niet verzuimde zyn aandeel van 't afgeperste to nemen .

188 Mac HAVELAABL was hot Loch voor niemand eon geheim dat by meestal roofde nit naam en ten-behoove van den Regent. Hot was aandoenlyk hoe die arme lieden op Havelaars ridderlykheid vertrouwden en over- tuigd waren dat by hen niet roepen zou om den volgenden dag in 't openbaar to herhalen wat ze des nachts of den vorigen avend in zyn kamer gezegd hadden. Dit toch ware mishandeling ge- weest voor alien, en voor velen de dood l Havelaar teekende can wat ze zeiden, en daarna gelastte by de klagers naar hun dorp terugtekeeren . Hy beloofde dat er recht zou gesohieden, mite zy zich niet verzetten, en niet uitweken zooals 't voornemen was van de meesten . Meestal was by kort daarna op de plaats waar 't onrecht gesohiedde, ja, yank was by reeds daar gewoest en had - gewoonlyk dea-nachts -- de zaak onderzocht, voor nog do klager zelf in zyn woonstede was teruggekeerd . Zoo bezocht by in die uitgestrekte afdeeling, dorpen die twintig uren verwy- derd waren van Rangkas-Betoeng, zonder dat nosh do Regent noch zelfs de kontroleur Verbrugge moisten dat by afwezig was van de hoofdplaats. Zyn bedoeling hier mede was, 't gevaar der wrack van de klagers aftewenden en tevens den Regent de schaamte to besparen van eon openlyk onderzoek, dat gewis onder hem niet ale vroeger met eon intrekking van de klaoht zou afge- loopen zyn. Zoo hoopte by nog altyd dat de Hoofdon zouden terugkeeren van den gevaarlyken weg then zy reeds zoolang betraden, en by zou in dat geval zich vergenoegd hebben met het vorderen van sohadeloosatelling aan do beroofden ... voor- zoo-ver 't vergoeden der geleden schade mogelyk wezen zou .

Maar telkens nadat by opnieuw met den Regent had gesproken, deed by cTe overtuiging op dat de beloften van betersohap ydel wares, en by was bitter bedroefd over 't mislukken van zyn pogingen.

We zullen hem nu eenigen tyd aan die droefheid en zyn movie • lyken arbeid overlaten, om den lezer de geschiedenis to ver- halen van den Javaan Saidjab in de dessah Badoer. Ilk kies de namen van dat dorp en then Javaan nit do aanteekeningen van Havelaar. ("') Er zal daarin spraak zyn van afporsing en roof, en wanner men - wat de hoofdatrekking aangaat - bewyskraeht mocht willen ontzeggen aan eon verdiohtsel, goof 1k de verzekering dat ik in-staat ben de namen optegeven van twee-en-dertig personen in hot distrikt Parang-Koedjang alleen, aan welke in ekn maand tyds zee-en-dertig buffets zyn afgenomen ten-behoove van den Regent. Of, juister nog, dat ik de namen kan noemen van de twee-en-on dertig personen uit dat dis-

MAT HAVELLAd 189 trikt, die zich in 66n maand hebben durven beldagen, en wier klacht door Havelaar onderzocht en gegrond bevonden is. Er zyn vijf zoodanige distrikten in do afdeeling Lebak Wanneer men nu verkiest aantenemen dat bet getal geroofde buffels minder hoog was in de streken die niet de eer hadden bestuurd to worden door een schoonzoon van den Adhipani, wil ik dit wel toegeven, hoezeer bet de vraag blyft of niet de onbeschaamdheid van andere Hoofden op even vaste gronden ruatte als hooge verwantschap? Het distriktshoofd, by voor. beeld, van Tjilang-kahan aan de Zuid-kust kon, by-gebreke van een gevreesden schoonvader, steunen op de moeielykheid van 't inbrengen eener klacht, voor arme lieden die veertig tot zestig palen hadden afteleggen voor zy 'a avends zich konden verber- gen in don ravyn naast Havelaars huffs. En als men hierby aoht geeft op de velen die op weg gingen om nooit dat hula to be . reiken .. . op de velen die niet eenmaal vertrokken uit hun dorp, afgeschrikt als ze waren door eigen ondervinding of door 't aanschouwen van bet lot dat anderen klagers to-beurt vial, dan geloof ik dat men onrecht hebben zou in de meaning dat de vermenigvuldiging met vyf van 't getal gestolen buffels nit Can distrikt, eon to hoogen maatstaf opleverde voor vie near de statistiek vraagt van 't getal runderen dat elke maand ge- roofd ward in vyf distrikten, om to voorzien in de behoeften der hofhouding des Regents van Lebak. En 't waren niet buffels alloen die gestolen warden, nook zelfs was buffelroof 't voornaamste. Er is - in India vooral, waar nog altyd heeredienst wettelyk bestaat - eon geringer mast van onbeachaamdbeid noodig om de bevolking onwettig opteroepen tot onbetaald work, dan er vereiacht wordt tot bet wegnemen van eigendom . Het is gemakkelyker do bevolking diets to maken dat de Regeering behoefte heeft aan haren ar- beid zonder then to wilen betalen, dan dat zs haar buffels eiachen zou om-niet. En al dur/de do vreesaohtige Javaan nasporen of de zoogenaamde heeredienat then men van hem vordert, over. eenstemt met do bepalingen daaromtrent, dan nog zou hem dit onmogelyk wezen, daar de een niet west van den ander, en by due niet berekenen kan of 't vaatgeateld getal personen tien- ja vyftigvoud overschroden is? Waar duo 't meer gevaarlyke, bet lichter to ontdekken feit wordt uitgevoerd met zulke stout- heid, wat is er dan to denken van de miabruiken die gemak- kelyker zyn aantewenden en minder gevaar loopen van ont- dekking? (us) Ik zeide, to zullen overgaan tot de geschiedenis van den Javaan

190 MAX HAVELAAn. $aidja. Vooraf echter ben ik genoodzaakt tot eon der afwy . kingen, die zoo moeielyk kunnen vermeden warden by 't be . sohryven van toestanden welke den lezer gebeel vreemd zyn. lk ral tevens daaruit nanleiding nemen tot het wyzen op eon der beletselen die 't juist beoordeelen van indisohe zaken aan uiet-indische personen zoo byzonder mocielyk maken .

Herhaaldelyk heb 1k van Javanon gesproken, en hoe natnur. lyk dit den europeschen lezer moge toeschynen, toch zal daze benaming als eon Pout hebben geklonken in de ooren van wien op Java bekend is. De westelyke residentien Bantam, Batavia, Preanger, Krawang, en eon gedeelte van Cheriboa - tezamen genomen : Soendahianden genaamd - worden geacht niet tot eigonlyk Java to behooren, en om nu niet van de over zoo go- komen vreemdelingen in die gewesten to spreken, de oorspron- kelyke bevolking is inderdaad een geheel andere dan op mid= den-Java en in den zoogenaamden Oosthoek . Kleeding, volks- aard en taal zyn zoo geheel anders dan meer oostwaarts, dat de Soendanees of Orang Goenoeng ( 1") van den eigenlyk ge- zegden Javaan meer verschilt dan eon Engelsman van den Hollander. Dusdanige verschillen geyen aanleiding tot oneenig . heid in 't oordeel over indische zaken . Immers wanneer men nagaat dat Java alleen reeds zoo scherp is afgedeeld in twee ongelyksoortige deelen, zonder nog to letten op de vele on- derdeelen van die splitsing, kan men berekenen hoe groot hat ondersoheid moat wezen tusschen volkestammen die verder van elkandor wonen en zelfs door de zoo gescheiden zyn. Wie nederlandsch India alleen kent van Java, kan zich evenmin eon juist denkbeeld vormen van den Maleier, den Amboineea, den Batch, den Aijoer, den Timoreea, den Dajak, den Boegie, of den Makaaaaar, alsof by nooit Europa verlaten had, en 't is voor iemand die in de gelegenheid was 't onderscheid tusechen daze volken waartenemen, dikwyls vermakelyk om de gesprekken aantehooren - grappig en bedroevend tevens, de redevoeringen to lezen! - van personen die hun kennis der indische zaken opdeden to Bataavia of to Buitenzorg. Meermalen bob do me ver- wonderd over den mood, waarmee, by-voorbeold eon gowozon Gouverneur-generaal, in de Kamer der Volksvertegenwoordiging gewicht tracht bytezetten aan zyn woorden door voorgewende aanspraak op plaatselyko kennis en ondervinding . Ik stel hoo- gen prys op wetenschap die door ernstige studio in 't boek- vertrek verkregen is, en vaak stond ik verbaasd over de uit- gebreidheid der kennis van indische zaken, die sommigen toonen to bezitten zonder ooit indisahen grond betreden to hebben .

MAX BAVELAAE. 191 Zoodra nu eon gewezen Gouverneur-Generaal blyken geeft zich zulke kennis to hebben eigen gemaakt op die wyze, behoort men voor hem den eerbied to gevoelen ale 't regelmatig loon is van veeljarigen nauwgezetten vruchtbaren arbeid. Grooter nog zy de eerbied voor hem dan voor den geleerde die minder moeielykheden to overwinnen had omdat hy, op verren afstand zonder aanschouwing, minder gevaar liep to vervallen in de dwa- lingen die 't gevolg zyn eeenr gebrekkige aanschouwing zooals onmisbaar ten-deel vial aan den gewezen Gouverneur-generaaL Ik zeide dat ik verwonderd was over den mood then sommi- gen by de behandeling van indische zaken ten toon spreiden . Zy weten immers dat hun woorden ook door andere worden go- hoord, dan wie meenen mochten dat het genoeg is eon paar jaren to Buitenzorg to hebben doorgebraoht om India to kennen. Hot moot hun toch bekend zyn dat die woorden ook geleden worden door persona die in Indie zelf getuigen waren van hun onbe- drevenheid, en die evenzeer ala ik verbaasd staan over do stout- heid waarmee iemand die nog zoo kort geleden vergeefs trachtte zyn onbekwaamheid wegtesteken onder den hoogen rang then hem de Koning gaf, nu zoo op-eenmaal spreekt alsof by werkelyk kennis droeg van de zaken die by behandelt . Telkens hoort men clan ook klacbten over onbevoogde inmen . ging. Telkens wordt deze of gone richting in de koloniale staat- kunde bestreden door 't loochenen der bevoegdheid van hem die zulke richting vertegenwoordigt, en misschien ware het niet onbe- langryk een gezet onderzook intestellen naar do eigensohappen die iemand bevoegd maken om... bevoegdheid to beoordeelen. Meestal wordt eon bolangryke vraag getoetst, niet aan de zaak waarover ze handelt, maar aan de waarde welke men toekent aan de meaning van den man die daarover 't woord voert, en daar dit meestal do persoon is die doorgaat voor eon Specialiteit, by- voorkeur iemand „die in Indie een zoo gewichtige betrekking heeft bekleed", volgt hieruit dat de sloteom eener stemming meestal do kleur draagt van de dwalingen die nu eenmaal sohyneu to kloven aan „die gewichtige betrekking." Indion dit reeds geldt a aar de invloed van zoodanige speoialiteit sleohts wordt uitgeoefend door eon lid der Volkevertogenwoordiging, hoe groot wordt dan niet de voorbeschikking tot verkeerd oordeelen, ale zulke invloed gepaard gaat met hat vertrouwen des Konings die zich daingen liet zulk eon specialiteit aan 't Hoofd van zyn Ministerie van Kolonien to plaatsen . Hot is eon eigenaardig vorschynsel - wellicht voortsprui- tende uit eon soort van traagheid die de moeite van 't zelf .

192 VAa HAVELAABM oordeelen sohuwt - hoe licht men vertrouwen sehenkt aan personen die zich den schyn weten to geven van meerdere ken. nis, zoodra slechts die kennis kan geput wezen nit bronnen die niet voor ieder toegankelyk zyn . De oorzaak ligt missohien hier- in, dat de eigenliefde minder gekwetst wordt door 't erkennen van zoodanig overwicht, dan 't geval wezen zou wanner men van dezelfde hulpmiddelen had kunnen gebruik maken, waardoor jets ale wedyver ontstaan zou. Het valt den Volksvertegen- woordiger gemakkelyk zyn gevoelen optegeven, zoodra't bestreden wordt door iemand die geacht kon worden een juister oordeel to vellen dan hat zyne, wanneer slechts zulke veronderstelde meerdere juistheid niet behoeft to worden toegesohreven aan persoonlyke meerderheid - waarvan de erkenning moeielyker vallen zou - doch alleen aan de byzondere omstandigheden waarin zoodanige tegenstander verkeerd heeft. En zonder to spreken van hen, „die zulke hooge betrekkingen in Indig vervulden' het is inderdaad vreemd hoe men meer. malen waarde toekent san de meaning van personen die vol. atrekt nets bezitten wat die toekenning rechtvaardigt dan do "herinnering aan een z66veoljarig verblyf in die gewesten." Dit is to meer zonderling omdat zy die gewicht hechten aan dusdanigen bewyogrond, toch met gereedelyk alles zouden san- dmen wat hun by voorbeeld zou gezegd worden over de huis- houding des nederlandschen staats, door ieder die aantoonde dat by veertig of vyftig jaren in Nederland gewoond had . Er zyn persona die byna even zooveel tyd in Nederlandeoh-India doorbrachten, zonder ooit in aanraking gekomen to zyn, nosh met de bevolking noch met inlandsche Hoofden, en 't is be- droevend, dat de Raad van Indie zeer dikwyls geheel of groo- tendeels uit zoodanige personen is samengesteld, ja dat men zelfs middel heeft gevonden, den Koning benoemingen to laten teekenen tot Gouverneur-generaal, van iemand die tot dew soort van specialiteiten behoorde. (IN) Toen 1k zeide dat de veronderstelde bekwaamheid van een nieuwbenoemden Gouverneur-generaal moest geacht worden do meaning intesluiten dat men hem voor een genie hield, waa myn bedoeling geenezins het benoemen van genien aantepry- zen. Buiten het bezwaar took, dat er liggen zou in 't gedurig onvervuld laten van een zoo gewichtige betrekking, pleit nog een andere reden hiertegen . Een genie zou net kunnen werken onder hat Ministerie van Kulonien, en dus als Gouverneur- generaal onbruikbaar wezen .. . zooals genien wel meer zyn. Het ware misschien wel to wenschen dat de door my in den

MAX HAVELAAS 193 vorm eener ziektegeschiedenis opgegeven hoofdfeilen de san- dacht trokken dorgenen die tot de keuze van eon nieuwen Land- voogd geroepen zyn. Op den voorgrond stellende dat al de per- sonen die daarvoor worden in aamnerking gebraoht, recht- schapen zyn, en in 't bezit van eon bevattingsvermogen dat hen eenigermate zal in-stoat stellen to leeren wat ze zullen moeten weten, houd ik 't voor hoofdzaak dat men met eenig gegrond vertrouwen van hen de vermyding kunne verwaohten van die aanmatigende betwetery in 't begin, en vooral van die apati- ache slaperigheid in de laatste jaren van hun bestuur . Ik hob or reeds opgewezen dat Havelaar in zyn moeilyken plicht meende to kunnen steunen op de hulp van den Gouverneur-generaal, en ik voegde er by ,dat deze meaning nalef was ." Die Gouver. neur-generaal waohtte zyn opvolger : de rust in Nederland was nabyl We sullen zien wat daze neiging tot slaap berokkend heeft san de Lebakache Afdeeling, san Havelaar, en san den Javaan ,'aidjah, tot wiens eentonige geschiedenis - 66n onder zeer velend - ik than overga . Ja, eentonig zal ze wezen! Eentonig als 't verhaal van de werkzaamheid der mier die haar bydrage tot den wintervoorraad moat opslepen tegen den aardkluit - voor haar een berg - die er ligt op den weg naar de voorraadschuur . Telkens volt ze terug met haar vracht, om telkens weer to beproeven of ze eindelyk vasten voet zou kunnen zetten op dat steentje daar boven ... op do rote die den berg kroont . Maw tussohen haar en then top is eon afgrond die moat worden omgetrokken ... eon diepte die duizend mieren niet vullen zouden . Daartoe moat zy, die nauwelyke kracht heeft hear last voorttesleepen op gely- ken grond - eon last vela malen zwaarder dan eigen lyf - then omhoog heffen, en zich overeind houden op eon bewege- lyke plek . Ze moot hat evenwicht bewaren als ze zich oprioht met haar vracht tusschen de voorpooten . Ze moot die omalin- geren in schuinsche richting near-boven, om ze to doen neer- komen op do punt die uitsteekt san den rotswand Ze wankelt, waggelt, sohrikt, bezwykt . . . tracht zich to houden san den half ontwortelden boomstam die met zyn kruin naar do diepte wyst - eon grasspriet! - ze mist het steunpunt dat ze zoekt : do boom slingert terug - de grasspriet wykt onder Karen tred - ach, do tobeter valt in de diepte met hear vracht . Dan is zy eon oogenblik stil, wel eon sekonde .. . dat long is in het leven van een mier. Zou ze verdoofd wezen van pyn door haar val? Of geeft ze toe san wat droefheid dat zooveel inspanning

194 area aevarses . ydel was? Maar ze verliest den mood niet . Weder grypt ze haren last, en weder sleept zy then naar-boven, om straks n6g-eens, en n6geens, neertevallen in de diepte . Z66 eentonig is myn verhaaL Maar 1k zal niet spreken van mieren, walker vreugde of Teed door de grofheid onzer zintui . gen aan onze waarneming ontsnapt. Ik zal verhalen van men- schen, van wezens die gelyke beweging hebben ale wy . 't Is waar, wie aandoening schuwt en vermoeiend mede-lyden ont- gaan wil, zal zeggen dat die menschen geel zyn, of bruin - velen noemen ze zwart - en voor dezulken is 't versohil van kleur beweegreden genoeg om hun oog aftekeeren van die el- lende, of ten-minste Ale zy er op neerzien, daarop neertezien zonder aandoening.

Myn vertelling is due alleen gericht aan hen die in staat zyn tot het moeielyk geloof dat er harten kloppen onder die donkere opperhuid, en dat, wie gezegend is met blankheid en de daar- mee samengaande beschaving, edelmoedigheid, handela- en Gods . kennis, deugd .. . zyn blanke hoedanigheden zou kunnen aan- wenden op itndere wyze den tot nog toe ondervonden ward door wie minder gezegend zyn in huiskleur en zielevoortreffelykheid .

Myn vertrouwen op medegevoel met de Javanen gnat echter niet z66 ver, dat 1k by de beschryving hoe men den laatsten buffel rooft uit den kendang (1I) by-dag, zonder schroom, onder bescherming van 't nederlandech gezag ... ale 1k 't weggevoerd rend last volgen door den eigenaar en zyn schreiende kinds . ren ... als ik hem last neerzitten op de trap van 't huis des roovers, sprakeloos en wezenloos en verzonken in smart ... ale 1k hem van daar laat wegjagen met hoon en smaad, met bedreiging van rottingslag en blokgevangenia ... zie, ik eiech niet - noch verwacht, o Nederlanders! - dat go daardoor zult aangegrepen zyn in gelyke mate als wanner ik u het lot schetate van eon boor wien men zyn koe ontnam . Ik vraag goon traan by de tranen die er vloeien op zoo donkere gezichten, noch edelen toorn ale ik zal spreken van do vertwijfeling der beroofden. Evenmin verwacht ik dat ge zult opetaan, en met myn book in do hand tot den koning gaan, en zeggen : ,zie, o Koning, dat geachiedt in uw Ryk, in uwachoonrykvanlnsulinde!"

Neen, neen, neon, dat alles verwacht ik niet! To vecl leeds in de nabyheid maakt zich meester van uw gevoel, om u 266 veel gevoels overtelaten voor wat zoo ver is! Worden niet al uw zenuwen in spanning gehouden door de akeligheid der keus

MAX HAVEr.AAB. 195 van eon nieuw Kamerlid? Dobbert niet uw verscheurde ziel tusschen de wereldberoemde verdiensten van Nietigheid A en Onbeduidendheid B ? En hebt ge niet uw dure tranen noodig voor ernstiger zaken dan .. . maar wat hoof ik mFkr to zeggen! Was or niet gister slapte op de beurs, en dreigt niet ietwat overvoer de koffimarkt met daling?

,,Sohrijf toch zulke zinnelooze dingen niet aan je papa, Stern!" heb ik gezegd, en misachion zei ik 't wat driftig, want ik kan pen onwaarheid lyden, dat is altyd een vast principe van me geweest. Ilk heb then avend terstond aan den ouden Stern ge- schreven dat hij haast moest maken met zyn orders, en vooral zich in acht nemen tegen valeche beriohten, want de koffi staat heel good. De lezer gevoelt wat 1k by 't aanhooren van die laatate hoofd- stukken weer heb uitgestaan. Ik heb in de kinderkamer eon aolitairspelletje gevonden, en dirt neem 1k voortaan mee naar den krans. Had ik niet gelyk, teen ik zei dat die Sjaalman alien had gek gemaakt met zyn pak? Zou men in al dat geschryf van Stern - en Frits doet ook mee, dit is zeker! - jongelieden her- kennen, die opgebracht werden in eon deftig hula? Wat zyn dat voor malle uitvallen tegen eon ziekte, die zich openbaart in 't verlangen naar eon buitenplaats ? Is dat op my gemunt ? Mag 1k niet naar Driebergen gaan, ala Frits makelaar is? En wie apreekt van buikaandoeningen, in gezelachap van vrouwen en meisjes ? Hot is eon vast principe van me, altyd bedaard to blyven - want ik houd dit voor nuttig in do zaken -maar ik moot or . kennen, dat het me dikwyls veel moeite koatte, by 't aanhooren van al de gekheid die Stern voorleest . Wat wil by tooh? Wat moot hot Bind zyn? Wanner komt er nu eindelyk iota degelyks? Wat gaat hot my aan, of die Havelaar zyn tuin schoon houdt, en of de menschen voor of achter by hem binnenkomen? By Busselinok en Waterman moot men door eon nauw gangetje, naast eon oliepakhuis, waar 't altyd heel vuil is . En dan dat gemaal over die buffels! Wat hoeven ze buffets to hebben, die zwarten? 1k heb nog nooit eon buffel gehad, en tech ben ik te- vredon. Er zyn mensohon die altyd klagen. En wat dat sohim- pen op gedwongen arbeid aangaat, men ziet wel dat by de preek van dominee Wawelaar niet gehoord heeft, anders zou by weten hoe nuttig dat werken is voor de uitbreiding van 't Godsryk . 't Is waar, by is luthersch. 0, zeker, als ik had kunnen gissen hoe by 't book sehryven zou, dat zoo gewichtig worden moot voor alle makelaars in koffi- en anderen - had ik 't liever zelf gedaan . Maar by heeft eon

196 MAT HAVELAAIL steun in de Rosemeyers, die in suiker doen, en dit maakt hem zoo boud. Ik heb ronduit gezegd - want 1k ben oprecht in die dingen - dat wy de gesohiedenis van then Saidjah wel kunnen missen, maar daar begon op-eens Louise Rosemeyer tegen my optestaan . Hot sohynt dat Stem haar gezegd heeft dat er van liefde zou inkomen, en daar zyn zulke meisjes dol op . Ik son me echter hierdoor niet hebben laten afschrikken, ale maar niet de Rosemeyers me gezegd hadden, gaarne kennis to when aan- knoopen met Sterns vador. Dit is natuurlyk om door den vader to komen tot den oom, die in suiker doet . Als ik nu to stork party trek voor 't gezond verstand tegen den jongen Stem, land ik den sohijn op my, alsof ik hen van hem wil aftrekken, en dit is volstrekt het geval niet, want me doen in suiker . Ik begryp volstrekt Sterns bedoeling niet met zyn goschryf. Er zyn altyd ontevreden menschen, en staat hot hem nu fraai, by die zooveel goods geniet in Holland - van do week nog heeft myn vrouw kamillenthee voor hem gezet - om to sohimpen op de Regeering? Wil by daarmee de algemeene ontevreden- heid aanvuren? Wil by Gouverneur-generaal worden? Hy is er verwaand genoeg toe . . . om het to wdlen, mean ik. Ik vroeg hem dit eergister, en zei er ronduit by, dat zyn hollandsoh nog zoo gebrekkig was. „O, dit is geen bezwaar," antwoordde hy. ,Er schynt maar zelden eon Gouverneur-generaal daarheen gezonden to worden, die de taal van 't land verstaat" . Wat moot ik nu doen met zoo'n wysneus? Hy heeft niet den minsten eerbied voor myn ondervinding. Toen ik hem van do week zei dat 1k reeds zeventien jaar makelaar was, en al twintig jaar de beurs be- zocht, haalde by Buaselinck en Waterman aan, die al achttien jaar makelaar zyn, en, zeide hy, „die hebben dus eon jaar onder- vinding moor." Zoo ving by me, want ik moot erkennen, omdat 1k van de waarheid houd, dat Busselinok & Waterman weinig van de zaken weten, en dat het knoeiers zyn. Marie is ook in de war. Verbeeld u, dat ze van de week - het was hear beurt van voorlezen aan 't ontbyt, en we waren aan de geschiedenis van Loth - op eons stilhield en niet ver- der lezen wilde. Myn vrouw, die evenzeer als ik op godsdienst gesteld is, trachtte haar met zachtheid tot gehoorzaamheid over- tehalen, omdat het toch voor eon zedig meisje niet past, zoo hoofdig to wezen. Alles vergeefsl Toen moest 1k als wader met groote strengheid haar beknorren, omdat ze door ham hard- nekkigheid de stiohting van 't ontbyt bedierf, wat altijd sleoht werkt op den heelen dag. Maar er was mete aan to doen, en so ging zGbver, dat ze zei liever doodgeslagen to willen worden

MAX HAVBLAAB. 197 • voorttelezen. lk heb haar gestraft met drie dagen kamer- arrest op koffi en brood, en hoop dat het haar goed zal doen . • tevens die straf to doen strekken tot zedelyke verbetering heb 1k haar gelast het kapittel dat ze niet lezen wilds, tienmaal afteschryven, en ik ben tot deze strengheid vooral overgegaan, omdat ik bemerkt heb dat ze in den laataten tyd - of 't van Stem komt, weet ik niet - begrippen heeft aangenomen, die me gevaarlijk voorkomen voor de zedelykheid, waarop myn vrouw en ik zoo byzonder gesteld zyn . Ik heb haar onder anderen eon fransch liedje hooren zingen - van B&ranger, geloof ik - waarin eon arme oude bedelaarster beklaagd wordt, die in haar jeugd op eon theater zong, en giater was zy aan 't ontbyt zonder korset -- onze Marie, mean ik - dat toch niet fatsoenlyk is.

Ook moat 1k erkennen dat Frits weinig goads heeft thuisge- braoht van den bidstond. lk was redelyk tevreden geweest over • stilzitten in de kerk . Hy verroerde zich niet, en wendde goon oog van den preekstoel, maar later vernam 1k dat Betsy Rosemeyer in het doophek had gezeten. lk heb er nets van ge- zegd, want men moot voor jongelieden net al to strong zyn, en de Rosemeyers zyn eon fatsoenlyk hula . Ze hebben can hun oudste dochter die met Bruggeman in drogeryen getrouwd is, iets heel aardigs meegegeven, en daarom geloof ik dat zoo-iets Frits van de Westermarkt afhoudt, wat me heel aangenam is, omdat ik zoo op zedelykheid gesteld ben.

Maar dit belet niet, dat het me ergert, Frits zyn hart to zien ver . harden, even ale Pharao, die minder echuldig was clan by, omdat by geen vader had die hem zoo gedurig den rechten weg woes, want van den ouden Pharao zegt de Schrift nieta. Dominee Wawelaar klaagt over zyn verwaandheid - van Frits, mean 1k - op de katechisatie, en de jongen schynt - nit dat pak van Sjaalman alweer! - eon neuswyzigheid gehaald to hebben, dit den gemoedelyken Wawelaar dol maakt . Hot is aandoenlyk hoe de waardige man, die dikwyls koffi by ons drinkt, by Frits op 't gevoel tracht to werken, en hoe de kwajongen telkens nieuwe vragen gereed hoeft, die do weerbarstigheid van zyn gemoed aantoonen .. . 't komt alles uit dat vervloekte pak van Sjaalman! Met tranon van gevoel op de wangen, tracht de yverige dienaar des Evangeliums hem to bewegen, aftezien van de wye . heid near den mensch, om toworden ingeleid in de geheimenissen der wyaheid Gods. Met zachtheid en teederheid smeekt by hem, toch niet to verwerpen hat brood des eeuwigen levens, en dus- doende to vervallen in de klauwen van Satan, die met zyn

198 MA BAVBLAABL engelen hat vuur bewoont, dat hem bereid is tot in eeuwigheid. „O, zeide by gisteren - Wawelaar mean 1k - o, jonge vriend, open tooh de oogen en de ooren, en hoor en zie wat de Heer u geeft to zion en to hooron door myn mond . Let op do getui- genissen der heiligen die gestorven zyn voor 't ware geloof! Zie Stefanus, als by nederzinkt under de keien die hem ver- pletteren! Zie, hoe nog zyn blik ten hemel is gerioht, en hoe nog zyn tong psalmzingt .. ." „Ik had liover weerom gegooid l" zei Frits daarop . Lezer, wat meet ik met dien jongen aanvangen? Ben oogenblik later begon Wawelaar op-nieuw, want by is een yverig dienstknecht, en laat niet of van den arbeid . „O, wide hy, jonge vriend, open toch .. . de aanhef was als zooeven. ,,Maar, ging by voort, kunt gy ongevoelig blyven by 't beden- ken wat er van n worden zal, els gy eenmaal zult gerekend wor- den tot de bokken aan de linkerzyde ...11 Daar berstte de deugniet uit in gelach - Frits mean ik - en ook Marie begon to lachen. Zeifs meende ik iets wat naar lachen geleek, to bespeuren op 't gelaat van myn vrouw. Maar toen ben ik Wawelaar to hulp gekomen, ik heb Frits gestraft met een boete nit zyn spaarpot aan't zendelinggenootochap. ('") Och, lezer dat alles treft me diep . En men zou, by zulk lyden, zich kunnen vermaken met het aanhooren van vertelsels over buffets en Javanen? Wat is een buffel in vergelyk met do za- ligheid van Frita? Wat gaan my do zaken aan van die mensohen in de verte. als ik vreezen moat dat Frits door zyn ongeloof myn eien zakon zal bedorvon, en dat by nooit een flink ma- kelaar worden zal? Want Wawelaar zelf heeft gezegd, dat God atlas z66 bestiert, dat rechtzinnigheid tot rykdom voert . „Zie maar, wide hy, is er niet veel rykdom in Nederland? Dat komt door 't geloof . Is niet in Frankryk telkens moord en doodslag? Dat is omdat ze daar katholiek zyn. Zyn niet de Javanen arm? 't Zyn heidenen. Hoe longer de Hollanders met de Javanen om- gaan, hoe meer rykdom er zal komen hier, en hoe meer armoede daarginder. Dat is Gods wil zoo!" lk eta vorbaasd over Wawelaar's doorzicht in zaken. Want het is de waarheid dat ik, die stipt op de godsdienst ben, myn taken zie vooruitgaan van-jaar tot-jaar, en Busselinek & Waterman, die om God noch gebod geven, zullen knoeiers blyven hun leven lang. Ook de Rosemeyers, die in suiker doen en een roomsche meid houden, hebben onlangs weer 27 % moeten aannemen nit do mama van een food die font was. Hoe meer do nadenk, hoe

MAY HAVELAAB . 1 99 verder ik kom in 't doorgronden van Gods onnaspeurlyke wegen . Onlangs is gebleken dat or weer dertig millioen zuiver gewonnen is op den verkoop van produkten die door de heidenen geleverd zyn, en daarby is niet eons gerekend wat ik daarop verdiend heb, en de vale anderen die van deze zaken leven. Is dit nu niet Woof de Heer zei : ,ziedaar dertig millioen ter belooning van uw geloof ?" Is dit niet duidelyk de vinger Gods, die den booze last arbeiden om den reohtvaardige to behouden? Is dit niet een wenk om voorttegaan op den goeden weg t Om ginds veel to laten brengen, en hier to volharden in 't ware geloof? Heet het niet daarom ; ,bidt en werkt' opdat wy zouden bidden, en 't work laten doen door al 't zwarte goedje dat geen ,Onze Vader" kent? 0, hoe heeft Wawelaar gelyk, als by Gods juk zacht noemtl Hoe licht wordt de last gemaakt aan ieder die gelooftl lk ban pas in de veertig, en zou kunnen nitecheiden als ik wilds, en naar Driebergen gaan, en zie eons hoe 't met anderen afloopt, die den Heer verlieten t Gisteren heb 1k Sjaalman gezien met zyn vrouw en hun jongetje : ze zagen er nit als spoken . Hy is bleek als de dood, zyn oogen puilen nit, en zyn wangen staan hol . Zyn houding is gebogen, schoon by nog jonger is dan 1k. Ook zy was zeer armoedig gekleed, en ze scheen weer geschreid to hebben. Nu, 1k had terstond bemerkt clot zy onte- vreden van natuur is, want ik behoef iemand maar eenmaal to zien om hem to beoordeelen Dat komt van de ondervinding . Ze had een manteltje van zwarte zyde om, en 't was toch vry koud. Van krinoline was goon spoor . Haar licht japonnetjo hing slap om de knieen, en aan den rand was franje. Hy had zelfs zyn sjaal niet meer om, en zag er nit aloof 't zomer was . Toch achynt by nog eon soort van trots to bezitten, want by gaf lets aan eon arme vrouw, die op de sluis zat - Frits zegt : brug, maar wat steen is zonder eon wip, noem ik eluis (140) - en wie zelf zoo weinig heeft, doet zonde als by nog weggeeft aan eon ander. Bovendien, 1k geef nooit op street - dit is eon principe van me - want ik zeg altyd, als ik zoo arms men- schen zie : wie weet 6f 't hun eigen schuld niet is, en do mag hen niet styven in verkeerdheid . Zondags geef ik tweemaal : eons voor de armen, en eons voor do kerk . Zoo behoort het! Ik weet niet of Sjaalman me gezien heeft, maar ik ging snel voorby, en keek naar boven, en daoht aan de rechtvaardigheid van God, die hem toch niet zoo zou laten loopen zonder win- terjas, ale by beter had opgepast en niet lui, pedant en ziekelyk was. Wat nu myn book aangaat, 1k mag waarlyk den lezer wel om MAX HAVELAAR. I7

200 ass asvsrsABC verschooning vragen voor de onvergeeflyke wyze, waarop Stern misbruik maakt van one kontrakt. Ik moat erkennen dat ik zeer opzie tegen den eersten kransavend en de liefdesgeschie- denis van then Saidjah. De lezer weet reeds, welke gezonde begrippen 1k over liefde heb .. . men denke sleohts aan myn beoordeeling van dat uitstapje near den Ganges . Dat jonge meiajes zoo-jets aardig vinden, kan ik wel begrypen, maar 't is my onverklaarbaar dat mannen van jaren zulke zotheden zonder walg aanhooren. Ik ben zeker, dat ik op den aanstaan- den krans den triolet vind van myn solitairspel. Ik zal beproeven niets van then Saidjah to hooren, en hoop dat de man gauw trouwt, ale hij ten-minste de held is van do liefdehistorie. 't Is nog al wi'1 van Stern, dat by vooraf gewaar . schuwd heeft, dat het eon eentonige geschiedenis wezen zal. Zoodra by den later aan wat anders begint, zal ik toeluisteren . Maar dat afkeuren van 't Bestuur, verveelt me byna even- zeer ale liefdegeschiedenissen . Men ziet uit alles dat Stern jong is en weinig ondervinding heeft . Om de zaken good to beoor- deelen, moot men alles van naby zien . Toen ik trouwde, ben ik. self in den Haag geweest, en heb met myn vrouw 't Maurits- huis bezooht. Ik ben daar in aanraking gekomen met alle stan- den van de maateohappy, want ik heb den Minister van Finan- oien zien voorbyryden, en we hebben semen flanel gekocht in de Veenestraat - ik en myn vrouw, mean ik - en nergens heb ik't minste blyk bespeurd van ontevredenheid met de Regeering. Die juffrouw in den winkel zag er welvarend en tevreden uit, en toen due in 1848 sommigen one trachtten wystemaken dat in den Haag niet alles was zoo ale 't behoorde, heb ik op den krans over die ontevredenheid flinkweg het myna gezegd. lk vond ge- loof, want ieder moist dat ik by ondervinding sprak. Ook op de terugreis met de diligence heeft de kondukteur ,schep vreugd" geblazen, en dat zou de man toch niet gedaan hebben, ale er zooveel verkeerds was. Z66 heb ik op alles gelet, en wist due terstond water to denken viel van al dat morren in 1848 . Tegenover one woont eon juffrouw, wier neef in do Oost een toko doet, zooals ze dear een winkel noemen . Wanneer duo alles zoo slecht ging ale Stern zegt, zou zy er ook wel wat van weten, en 't schijnt took dat het menech seer tevreden is met de zaken, want ik hoor hear nooit klagen. Integendeel, ze zegt dat hear neef dear op eon buiten woont, en dat by lid is van den kerkeraad, en dat by hear eon pauweveeren sigaar- koker heeft gezonden, dien by self gemaakt had van bamboo. Dit alles toont toch duidelyk hoe ongegrond dat geklaag is over

MAX KAVEL&AR. 201 slecht bestuur. Ook ziet men daaruit, dat er voor iemand die wil oppaesen, in dat land nog wel wat to verdienen valt, en dat due die Sjaalman ook dUr al lui, pedant en ziekelyk geweest is, anders zou by niet zoo arm zyn thuisgekomen, en hier rondloo . pen zonder winterjaa. En de neef van die juffrouw tegenovez one, is de eenige niet die in de Oost fortuin heeft gemaakt . In „Poles" (') zie ik velen die daar geweest zyn, en waarlyk heel knap in de kleeren steken. Maar dit begrypt zich, op de zaken moot men passen, Binder zoo goad ale hier . Op Java sullen de gebraden duiven niemand in den mond vliegen : er moat gewerkt wordenl Wie dat niet wil, is arm en blijft arm, dat spreekt van- zelf . en 't is good ook. ZEVENTIENDE HOOFDSTOK. (i")

Saidjah'a vader had eon buffel, waarmede by zyn veld bewerkte . Toen dew buffel hem was afgenomen door hat distriktshoofd van Parang-Koedjang, wag by zeer bedroefd, en sprak geen woord, vele dagen lang. Want de tyd van ploegen was naby, en 't was to vreezen, als men de sawah niet tydig bewerkte, dat ook de tyd van zaaien zou voorbygaan, en eindelyk, dat er geen padie zou to anyden zyn, om die to bergen in den loinbong van het huia Ik moat hierby voor lezers, die wel Java doch niet Bantam kennen, do opmerking maken dat in doze residentie persoonlyk grondeigendom bestaat, wat elders niet het geval is. ('") Saidjah's vader nu was zeer bekommerd. Hy vreesde dat zyn vrouw behoefto zou hebben aan ryat, en ook Saidjah die nog eon kind was, en do broertjes en zusjes van Saidjah. Ook zou hat distrltshoofd hem aanklagen by den adsistent . resident, als by achterlyk was in de betaling van zyn landrenten . Want daarop ataat straf by de wet. Toen nam Saidjah's vader een kris die poeaaka was van zyn vader. De kris was niet zeer schoon, maar er waxen zilveren banden om de acheede, en ook op de punt der scheede was eon plaatje zilver. Hy verkocht deze kris san eon Chines die op de hoofdplaats woonde, en kwam te-huis met vier-en-twintig gul- den, voor welk geld by eon anderen buffel kocht . Saidjah, die teen omstreeks zeven jaar oud was, had met den nieuwen buffel spoedig vriendsohap gesloten . Ik zeg niet zonder doel: vriendachap, want hat is inderdaad treffend to zien hoe do javasohe kerbo zich hecht san den kleinen jongen die hem be- waakt en verzorgt. Hot storke dier buigt gewillig den zwaren kop rechts of links of omlaag naar den vingerdruk van 't kind, dat by kent, dat by verstaat, waarmede by is opgegroeid . Zulke vriendschap had dan ook de kleine Saidjah spoedig weten inteboezemen aan den nieuwen gast, en Saidjah's aan- moedigende kinderstem soheen meer kracht nog to geven aan do krachtvolle echoften van 't sterke dier, ale hat den zwaren

VAa asvsrses. 203 kleigrond opsoheurde en zyn weg teekende in diepe soherpe voren . De buffel keerde gewillig om ala by aan 't eind was van den akker en verloor geen duimbreed gronda by het terug-ploe- gen van de nieuwe voor, die altyd naast do oude lag ale ware de Sawah eon tuingrond geweeat, geharkt door een reus. Daarnaaat lagen de sawah's van Adinda's vader, den vader van 't kind dat met Saidjah huwen zou. En als Adinda's broertjes aankwamen aan de tusachenliggende grens, juist ala ook Saidjah diAr was met zyn ploeg, dan riepen zy elkander vroolyk toe, en roemdon om-stryd de kracht en de gehoorzaamheid hunner buffets. Maar ik geloof dat die van Saidjah de beats was, mis- achien wet omdat doze hem beter dan de anderen wilt toete- spreken, want buffels zyn zeer gevoelig voor goods toesprask . Saidjah was negen jaar oud geworden, en Adinda reeds zest jaren, voor deze buffel aan Saidjah's wader word afgenomen door het distriktshoofd van Parang-Koedjang. Saidjah's vader, die zeer arm was, verkocht nu aan eon Chi- nees twee zilveren klamboe-haken, poesaka van de ouders zyner vrouw, voor achttien gulden. En voor dat geld kooht by eon nieuwen buffet Maar Saidjah was bcdroefd . Want by wilt van Adinda's broer- tjes, dat do vorige buffel was heengedreven naar de hoofdplaats, en by had zyn wader gevraagd of deze het dier niet gezien had toen by diAr was om do klamboe-haken to verkoopen Y Op welke vraag Saidjah's vader niet had willen antwoorden. Daarom vreesde by dat zyn buffel geelaoht was, zooale do andere buffel, cue het distriktehoofd afnam van de bevolking . En Saidjah schreide veel ala by dacht aan den armen buffel waarmede by twee jaren zoo innig had omgegaan . En by kon niet eten, langen tyd, want zyn keel was to nauw als by slikte. Men bedenke dat Saidjah eon kind was . De nieuwe buffel leerde Saidjah kennen en nam in de gene. genheid van 't kind zeer spoedig de plants in van zyn voor. ganger ... aI to apoedig eigenlyk. Want, helaas, de wasindrukken van ons hart worden zoo licht gladgestreken, om plants to maken voor lator schrift. Hoe dit zy, do nieuwe buffel was wel niet zoo aterk als de vorige .. . wet was 't oudo juk to ruim voor zyn schoft . . . maar 't arme dier was gewillig ala zyn voorganger die geslacht was, en al kon dan Saidjah niet moor roemen op de kracht van zyn buffel by 't ontmoeten van Adinda's broertjea aan do grens, by boweerde toch dat geen ander den zynen over- trof in goeden wil, en wanneer de yore niet zoo rechtlynig lisp

204 MA EAVELAA$L als voorheen, of ale er aardklonten ondoorgesneden waxen om- gegaan, werkte by dat gaarne by met zyn patjol, zooveel by kon. Bovendien, geen buffel had een oeaer-oeseran ale de zyne. De penghoeloe zelf had gezegd dat er omtong was in den loop van die hsaswervels op do aehterschoften. Eens, in 't veld, riep Saidjah to-vergeefs zyn buffel toe, wat spoed to maken . Hot dier stond paL Saidjah, verstoord over zoo groote en vooral zoo ongewone weerspannigheid, kon zich niet weerhouden een beleediging to uiten . Hy riep a. a. Ieder die in Inaie geweest is, zal my verstaan . En wie me niet ver- staat, wint er by dat i1c hem de uitlegging spaar van een grove uitorukking. Saidjah bedoelde evenwel niets kwaads daarmede. Hy zei 't maar, omdat by 't zeer dikwyls had hooren zeggen door an- deren, als ze ontevreden waren over bun buffels . Doch by had het niet behoeven to zeggen, want het baatte nets : zyn buffel deed geen step verder. Hy schudde den kop ale om 't juk afte- werpen . . . men zag den adem uit zyn neusgaten .. . by blaaade, sidderde, rilde ... er was angst in zyn blauw oog en de boven- lip was opgetrokken, zoodat het tandvleeach bloot lag .. . ,,Vlucht, vlucht, riepen op eenmaal Adinda'a broertjes, Said- jah vlucht! Daar is een tygerI" En alien ontdeden hun buffels van de ploegjukken, en slip . gerden zich op de breede ruggen, en galoppeerden weg door eawaha, over gdangana, door modder, door kreupelhout en bosch en allang-allang langs velden en wegen. En then ze hygend en zweetend binnenrenden in het dorp Badoer, was Saidjah net by hen. Want then deze zyn buffel, bevryd van het juk, had beste- gen als de anderen om to vluohten als zy, had eon onverwaohte sprong van het Bier hem 't evenwicht benomen en ter-aarde geworpen. De tyger was zeer na .. . Saidjah's buffel, voortgedreven door eigen vaart, sohoot eenige sprongen voorby de plek waar zyn kleine meester den dood wachtte. Maar door eigen vaart alleen, en niet door eigon wil was hot diet verder gegaan dan Saidjah. Want nauw had het do stuwing overwonnon die alle stof beheersoht, ook na 't op- houden van de oorzaak die haar voortatuwde, of 't keerde terug, zette zijn lomp lyf up zyn lompe pooten als een dak over hot kind, en keerde zyn gehoornden kop near den tijger . Doze sprong ... maw by sprong voor 't laatst. De buffel wing hem op zyn hoornen en verloor slechta wat vleeaoh dat de tyger hem

MAX HAVELAAE. 205 uitaloeg aan den hale. De aanvaller lag dear met opgescheurden buiic, en Saidjah was gered . W61 was er ontong geweest in do oeaer-oweran van then buffel! (1'°) Toen deze buffel aan Saidjah'a vader was afgenomen, en ge. slacht ... Ik heb u gezegd, lezer, dat myn verhaal eentonig is, . ., toen deze buffel geslacht was, telde Saidjah twaalf jaar, en Adinda weefde sarongs, en batikte die met puntig kapala. Ze had reeds gedachten to brengen in den loop van hear verf- schuitje, en ze teekende droefheid op hear weefsel, want za had Saidjah zeer treurig gezien. En ook Saidjah's vader was zeer bedroefd, doch zyn moeder het meest. Deze toch had de wonde genezen aan den hals van hot. trouwe dier dat hear kind ongedeerd had thuis-gebracht, nadat . zy op de mare van Adinda's broertjes gemeend had dat het was weggevoerd door den tyger . Ze had die wond zoo dikwyle bezien met de gedaohte hoe deep de klauw die z66 ver indrong in de ruwe vezelen van den buffel, zou voortgedreven zyn in, 't weeks lyf van hear kind, en telkens als ze versche genees- kruiden had gelegd op de wonde, streelde zy den buffel en sprak hem eenige vriendelyke woorden toe, dat hot goede trouwe dier toch weten zou hoe dankbaar eon moeder is! Ze hoopte later dat de buffel hear toch mocht verstaan hebben, want den had by ook hear sohreien begrepen toen by word wegge . voerd om geslacht to worden, en by had geweten dat het niet Saidjah'a moeder was, die hem slachten liet. Eenigen tyd daarna vluchtte Saidjah's vader nit het land . Want by was zeer bevreesd voor de atraf als hy zyn landren . ten niet betalen zou, en by had geen poesaka meer om eon nieu- wen buffel to koopen, daar zyn ouders altyd in Parang Koedjang woonden, en hem due weinig hadden nagelaten . Ook de ouders van zyn vrouw woonden altyd in hetzelfde distrikt . Na hot ver- lies van den laatsten buffel hield by zich nog eenige jaren staan- de door to werken met gehuurde ploegdieren. Maar dit is eon zeer ondankbare arbeid, en bovenal verdrietig voor iemand die in 't bezit van eigen buffols geweest is. Saidjah's moeder stierf van verdriet ; en toen maakte zyn wader in een moedeloos oo- genblik zich weg nit Lebak en nit Bantam, om werk to zoeken in 't Buitenzorgsche. Hy werd met rottingslagen gestraft om- dat by Lebak verlaten had zonder pas, en door de policie te- ruggebracht near Badoer. Hier werd by in de gevangenis ge- worpen omdat men hem voor krankzinnig hield, wat zoo on-

208 MAX HAVELAABL vorklaarbaar niet zou geweest zyn, en omdat men vreesde dat by in eon oogenblik van matah-glap, misschien amokh maken of andere verkeerdheden begaan zou. Maar by was niet fang gevangen, wyl by kort daarop stierf. Wat er geworden is van de broertjes en zusjes van Saidjah weet ik niet . Het huisje wat zy bewoonden to Badoer, stond eenigen tyd ledig, en spoedig viel bet in, daar 't slechts van bamboe gebouwd was, en gedekt met atap. Een weinig stof en vuil dekte de plek waar veel geleden ward . Er zyn veel zulke plekken in Lebak. Saidjah was reeds vyftien jaar, toen zyn wader naar Buiten- zorg vertrok. Hy had dezen niet daarheen vergezeld omdat by grooter plannen in zyn gemoed omdroeg. Men had hem gezegd dat er in Batavia zooveel heeren waren die in bendiee reden, en dat er dus misschien voor hem een dienst zou to vinden zyn als bendie-jongen, waartoe men gewoonlyk iemand kiest, die nog jong is en onvolwassen, om niet door to veal zwaarte achter op bet tweewielig rytuig, 't evenwicht to breken. Er was, had men verzekerd, by goad gedrag veel to winnen in zoodanige bedie . ning. Missohien zelfs zou by op deze wyze binnen drie jaren geld kunnen oversparen, genoeg om twee buffels to koopen. Dit vooruitzicht lachte hem toe . Met fieren tred, zooals iemand gaat die groote zaken in den zin heeft, trad by na't ver- trek zyns vadors by Adinda binnen, en deelde ham zyn plan made . - Donk eons, zeide by, als 1k wederkom, zullen wy oud go- noeg zyn om to trouwen, en we zullen twee buffels hebben! - Heel goad, Saidjah / Ik wil gaarne met je trouwen als je terugkomt. Ik zal spinnen, en sarongs en dendanga weven, en batikken, en heel vlytig zyn al then tyd. - 0, ik geloof je, Adinda / Masr .. . Ws ilk je getrouwd vind? - Saidjah, je weet immers wel dat ik met niemand trouwen zal. Myn vader heeft me toegezegd aan uw vader . - En jzyelf Y - Ik zal trouwen met u, woes daar zeker van! - Als ik terugkom zal ik roepen in de verte ... - Wie zal dat hooren, Ws we ryst stampon in 't dorp? - Dat is waar. Maar Adinda . . . o is, dit is beter : wacht me by bet djati-bosch, onder den ketapan waar je my de melatti hebt gegeven. - Maar, Saidjah, hoe kan Ok weten wanneer 1k moat heen- gaan om je to wachten by den ketapan ? Saidjah bedacht zich een oogenblik, en zeide :

MAX HAVELAAB. 20 7 - Tel de manen. Ik zal uitblyven driemaal twaalf manen . . . deze maan rekent niet mee. Zie, Adinda, kerf een streep in je rystblok by elke nieuwe maan. Ala je driemaal twaalf strepen hebt ingesneden, zal fit den dag die db rop volgt, aankomen onder den ketapan. Beloof je dAAr to zyn! - Ja, Saidjahl Ik zal onder den ketapan by het djatibosch wezen ale je terugkomt. Nu scheurde Saidjah een strook van zyn blauwen hoofddoek, die zeer versleten was, en by gaf dat stukje lynwaad asn Adinda, dat ze 't bewaren zou ale pand. En toen verliet by haar en Ba- doer. Hy liep vele dagen voort. Hy ging Bangkas-Betoeng voorby, dat nog niet de hoofdplaats was van Lebak, en Waroeng.Goe- noeng waar toen de adsiatent-resident woonde, en den volgen- den dag zag by Pandeglang dat daar ligt als in een tuin. Weder een dag later kwam by to Serang aan, en atond verbaasd over de pracht van zulk een groote plaats met vela huizen, gebouwd van steen, en gedekt met roode pannen . Saidjah had nooit zoo- iets gezien. Hy bleef daar een dag omdat by vermoeid was, maar 's nachts in de koelte ging by verder, en kwam tot Tan- gerang, den volgenden dag, voor nog de schaduw gedaald was tot zyn lippen, hoewel by den grooten toedoeng droeg then zyn vader hem had achtergelaten. Te Tangerang baadde by zich in do rivier naby do overvaart, en by matte nit in 't huis van een bekende zyns vaders, die hem woes hoe men stroohoeden vlecht, even ale die van Ma- nilla komen.(1") Hy bleef daar een dag om dit to leeren, want by bedacht hiermee later misachien iets to kunnen verdienen, in- geval by niet slagen mocht to Batavia. Den volgenden dag tegen den avend toen 't koel werd, bedankte by zyn gastheer seer, en ging verder . Zoodra 't geheel donker was, opdat niemand het zien zou, haalde by 't bled to voorschyn, waarin hy de me- latti bewaarde, die Adinda hem gegeven had onder den keta- pan-boom . Want by was bedroefd geworden omdat by haar niet zien zou in z66 langen tyd . Den eorsten dag, en ook den tweeden, had by minder sterk gevoeld hoe allwn by was, omdat zyn ziel geheel was ingenomen door 't groote denkbeeld geld to verdienen tot het koopen van twee buffels, daar zyn wader zelf nooit meer bezeten had dan fin, en zyn gedachten richtten zich to veel op 't weerzien van Adinda, om plaats to bieden aan veel droef- heids over 't afscheid . Hy had dat afacheid genomen in over- spannen hoop, en in zyn gedachten het vast geknoopt aan 't ein- delyk terugzien onder den ketapan. Want z66 groote rol speelde

208 MAX HAVErsesE het uitzicht op dat weerzien in zyn hart dat hy, by 't verlaten van Badoer then boom voorbygaande, iets vroolyks voelde ale waren ze reeds voorby, de zes-en dertig manen die hem scheidden van dit oogenbiik. Het was hem voorgekomen dat by slechts omtekeeren had alsof by reeds terugkwam van de reis, om Adinda to zien, hem wachtende onder then boom . Maar hoe verder by zich verwyderde van Badoer, en hoe meer by lette op den vreeselyken duur van 66n dag, hoe meer by de zes-en-dertig manen die voor hem lagen, begon lang to vinden. Er was iets in zyn ziel, dat hem minder anal deed voort- stappen . Hy voelde droefheid in zyn knieen, en al was 't geen moedeloosheid die hem overviel, het was toch weemoed, die niet ver is van moedeloosheid . Hy dacht er aan, terugtekeeren, maar wat zou Adinda zeggen van z66 weinig hart! Daarom liep by door. al liep by minder snel dan den eersten dag. Hy had de melaui in de hand, en drukte die dikwyls tegen zyn borst. Hy was veel ouder geworden sedert drie dagen, en begreep niet meer hoe by vroeger zoo kahn geleefd had, daar toch Adinda zoo naby hem was en by haar zien kon telkens en zoo lang by wilde. Want nd zou by niet kahn wezen als by verwachten kon dat ze straks voor hem staan zou . En ook be. greep by niet dat by na 't afscheid niet nog eons was terugge- keerd om haar nog 66nmaal aantezien. Ook kwam hem voor den geest hoe by nog kort geleden met haar getwist had over de koord die ze spon voor den lalayang van haar broertjea, en die gebroken was omdat er, near by meende, een font was in haar spinsel, waardoor een weddingschap was verloren gegaan tegen do kinderen nit Tjipoeroet. „Hoe was 't mogelyk, daoht by, hierover boos to worden op Adinda I Want al had zy een font gesponnen in de koord, en al ware de weddingsohap van Badoer tegen Tjipoeroet verloren d64rdoor, en niet door de glas- acherf - zoo ondeugend en handig dan geworpen door den kleinen Djamien die zich verschool achter den pagger - had do zelf dan zoo hard mogen wezen tegen haar, en hear noemen met onbehoorlyke namen? Wat zal't zyn, ale ik sterf to Batavia zonder haar vergeving to hebben gevraagd voor z66 grooto ruw- heid? Zal't niet wezen alsof ik een slecht mensch ben die scheld- woorden werpt op eon moisje? En zal niet, ale men hoort dat a'k gestorven ben in een vreemd land, ieder to Badoer zeggen : het is goad dat Saidjah stierf, want by heeft een grooten mond gehad tegen Adinda P' Zoo namen zyn gedachten een loop die veel verschilde van do vorige overspanning, en onwillekeurig uitten ze zich, eerst in

VAX aAVEI.AAS. 209 halve woorden binnen'a monds, weldra in een alleenaprask, en eindelyk in den weemoedigen zang waarvan ik bier de ver- taling laat volgen. Eerst was myn voornemen wat mast en rym to brengen in die overzetting, doch evenals Havelaar wind ik beter dat keuralyf wegtelaten .

„Ik webt niet waar ik sterven zal. 1k heb de groote zee gezien aan de Zuidkust, toen ik daar was met myn vader om zout to maken. Als ik sterf op de zee, en men werpt myn lichaam in bet diepe water, zullen er haaien komen. Ze sullen rondzwemmen om myn lyk, en vragen : ,wie van ons zal bet lichaam verslinden dat daar daalt in bet water?" Ik zal 't niet hooren. Ik weet niet waar ik sterven zal. Ik heb bet huffs zien branden van Pa-ansoe, dat hyzelf had aange- stoken omdat by mata-giap was. Als ik sterf in een brandend huis, sullen er gloeiende stukken hout neervallen op myn lyk. En buiten bet huis zal een groot geroep zyn van menschen die water werpen om bet vuur to dooven,

Ik zal 't niet hooren . Ik weet niet waar ik sterven zal . Ik heb den kleinen Si-oenah zien vallen nit den klappa-boom, toen hij een klappa plukte voor zyne moeder. Als ik val nit een klappa-boom zal ik dood nederliggen aan den voet, in de struiken, als Si-oenah. Dan zal myne moeder niet schreien, want zy is dood, Maar ande- ren zullen roepen : ,zie, daar ligt Saidjahl" met hare stem.

Ik zal 't niet hooren. Ik weet niet waar ik sterven zal . 1k heb bet lyk gezien van Pa-lisoe, die gestorven was van hoogen ouderdom, want zyn haren waren wit . Als ik sterf van ouderdom, met witte haren, zullen de klaagvrou- wen om myn lyk staan . En zy zullen misbaar maken als de klaagvrouwen by Pa-lisoe's lyk . En ook de kleinkinderen sullen schreien, zeer laid . Ik zal 't niet hooren. Ik weet niet waar ik sterven zal. Ik heb velen gezien to Badoer, die gestorven waren . Men kleedde hen in een wit Weed, en begroef hen in den grond. Als ik sterf to Badoer, en men begraaft my buiten de dessah, oost- waarts tegen den heuvel, waar 't gras hoog is, Dan zal Adinda daar voorbygaan, en de rand van haar sarong zal zachtkens voortschuiven langs bet gras ... Ik zal bet hooren ." Saidjab kwam to Batavia aan . Hy verzocht een heer hem in

210 MA HAVELSSR, dienst to nemen, hetgeen die heer terstond deed omdat by Saidjah niet verstond. Want to Batavia heeft men gaarne bedienden die nog geen maleisch spreken en due nog niet zoo bedorven zyn als anderen die langer in aanraking waren met europesche beschaving. Saidjah leerde spoedig maleisch, maar paste brad op want by dacht altyd aan de twee buffels die by koopen wilde, en aan Adinda. Hy ward groot en stark omdat by alle dagen at, wat to Badoer niet altyd wezen kon. Hy was bemind in den stal, en zou zeker niet afgewezen zyn als by de dochter van den koetsier ten-huwelyk gevraagd had . Zyn heer zelf hield zooveel van Saidjah, dat deze spoedig ward verheven tot huisbediende. Men verhoogde zyn loon, en gaf hem bovendien gedurig geschen- ken, omdat men zoo byzonder tevreden was over zyn diensten . Mevrouw had den roman van Sue gelezen die zooveel kort go- rueht maakte, en dacht altyd aan prins Djalma wanner ze Said- jah zag. Ook de jonge meisjes begrepen beter dan vroeger hoe de javaansohe schilder Badhen Saieh zoo grooten opgang had ge- maakt to Parys. Maar men vond Saidjah ondankbaar toen hy, na byna drie ja- ren dienst, zyn ontslag vroeg en om eon bewys verzooht dat by zich goad gedragen had. Men kon hem dit eohter niet weigeren, en Saidjah ging met een vroolyk hart op rein . Hy ging voorby Pining, waar eons Havelaar woonde, lang geloden. Mane dit moist Saidjah niet. En al had by 't geweten, by droeg heel iets anders in do ziel dat hem bezig hield. Hy telde de schatten die by t'huisbracht. In een bamboezen rol had by zyn pas en 't getuigschrift van goad gedrag . In een koker die aan eon lederen Hem bevestigd was, scheen iets swears ge- durig to slingeren tegen zyn schouder, maar by voelde dit gaar . ne... ik geloof 't wbl! Daarin warrn dertig apaanaehe-matt en, genoeg om drie buffels to koopen. Wat son Adinda zeggen! En dit was nog niet alles. Op zyn rug zag men de met zilver be. slagen scheede van een kris then by in den gordel droeg . Hot gevest was zeker van fijn uitgesneden kamoening, want by had het met veal zorg gowikkeld in een zyden omhulseL En by be- sat nog meer schatten. In do wrong van den kahin om zyn len- denen bewaarde by eon buikband van breene zilveren schakels, met gouden ikatpendieng. Het is waar dat de band kort was : maar ze was zoo stank ... Adinda En aan een koordjen om den hale, onder zyn voor-baadjoe droeg by eon zyden zakje, waarin eenige verdroogde melatti. Was 't wonder dat by to Tangerang zich niet langer ophield dan noodig was tot hat bezoeken van den bekende zyns waders,

VA HAVErssL 211 die zoo fijne stroohoeden vloohtt Was 't wonder dat by weinig zeide tot de meisjes op zyn weg, die hem vroegen : ,waarheen, vanwaar?" zooals de groet is in die streken? Was 't wonder dat by Serang niet meer zoo voornaam vond, by die Batavia had lveren kennen i Dat by niet moor %egkroop in den pagger, zooals by aced voor drie jaren, toen de resident kwam voorby. ryden, by die den veel grooteren beer had gezien, die to Buiten. zorg woont en grootvader is van den Soesoehoenan van Solo? Was 't wonder dat by weinig acht sloeg op de vertellingen van wie eon eind weegs met hem gingen en spraken van al 't nieuws in Bantan-Kidoel Y Dat by nauwelyks luiaterde teen men hem verhaalde dat de koffikultuur na veel onbeloonde moeite geheel was ingetrokken? Dat het distriktshoofd van Parang-Koedjang, wegens roof op den publieken weg was veroordeeld tot veertien dagen arrest ten-huize van zyn schoonvader 1 Dat do hoofdplaats was verlegd naar Rangkae-Betoeng P Dat or eon nieuwe adsis- tent-resident gekomen was, omdat de vorige was gestorven eenige maanden geleden? Hoe die nieuwe beambte gesproken had op • eerste sebah-vergadering t Hoe er sedert eenigen tyd niemand was gestraft wegens klachte, en hoe men onder de bevolking hoopte dat al 't gestolene zou worden weergegeven of vergoed? Neon, schooner beelden vertoonden zich voor 't oog zyner zieL Hy zocht den ketapan-boom in de wolken, to ver nog ale by was om then to zoeken by Badoer. Hy greep near de luoht die hem omgaf, ale wilde by do gestalte omvatten die hem roach . ten zou onder then boom. Hy teekende zioh Adinda's gelaat, haar hoofd, haar schouder .. . by zag den zwaren kondh, zoo glinsterend zwart, gevangen in eigen strik, afhangend in hear hale.. . by zag haar groot oog, schitterend in donkeren weer- sohyn ... de neusvleugels die ze zoo fier optrok Ms kind, wan- neer by - hoe was 't mogelykl - baar plaagde, en den hook van haar lippen waarin zy eon glimlach bewaarde. Hy zag hare borat, die nu zwellen zou onder do kabaai .. . by zag hoe do sarong die zyzelf geweven had, ham heupen nauw omaloot, en • dy volgend in gebogen lyn, fangs de knie neerviel in beer . lyke golving op den kleinen vuet ... Teen, by hoorde weinig van wat men hem zeide. Hy hoorde geheel andere tonen. Hy hoorde hoe Adinda zeggen zou : ,zy w6l gekomen, Saidjah / Ik hob aan u gedacht by spinnen en by 't woven, en by 't stampen van de rust in het blok dat driemaal twaalf kerven draagt van myne hand. Hier ben ik onder den ketapan, den eerston dag der nieuwe maan. Zy wbl gekomen, • / 1k wil uw vrouw zyn t"

212 VAa HAVELAAB. Dht was de muziek die in zyn ooren weerklonk, en hem belette to luisteren naar al 't nieuws dat men hem verhaalde op zijn weg. Eindelyk zag by den ketapan. Of liever by zag eon donkere plek die veel sterren bedekte voor zyn oog. Dat moest hot Djati- bosch wezen, by den boom waar by Adinda zon weerzien, den volgenden dag na 't opgaan van de zon . Hy zocht in het duister, en betastte vele stammen . Weldra vond by eon bekende oneffen- heid san de zuidzyde van eon boom, en by legde den vinger in eon gleuf die Si-Panteh daarin gehakt had met zyn parang, om den pontianak to bezweren die do schuld had aan do tandpyn van Panteh'a moeder, kort voor de geboorte van zyn broertje . Dht was de ketapan then by zocht. Ja, wel was dit de plek wear by voor 't eerst Adinda anders had aangezien dan zyn overige speelnootjes, omdat ze daar voor hot eerst geweigerd had doeltenemen aan eon spel dat ze tooh had meegespeold met alle kinderen, knapen en meisjes, nog kort to voren. Dar had ze hem de melatti gegeven. Hy zette zich neder san den voet van den boom, en zag op near de sterren. En als er eon verschoot, nam by dit san ale eon groet by zyn wederkomst to Badoer. En by dacht er san, of Adinda nu slapen zou ? En of ze wel good de manen had in- gesneden in haar rystblok? Hot zou hem zoo smarten wanner zy eon mean had overgeslagen, alsof 't niet genoeg ware .. . zes-en-dertig! En of ze schoone sarongs en slendangs zou geba. tikt hebben? En ook vroeg by zich, wie or toch wel wonen son in zyns waders huis? En zyn jeugd kwam hem voor den geest en zyne moeder, en hoe die buffel hem had gered van den tyger, en by bepeinsde wat er tooh zou geworden zyn van Adinda ale die buffel minder trouw ware geweest? Hy lette zeer op hot dalen van de sterren in 't westen, en by elke ster die aan de kim verdween, berekende by hoe do zon weer iets nader was san haren opgang in hot oosten, en hoeveel nader hyzelf aan 't weerzien van Adinda. Want zeker zou ze komen by den eersten straal, ja, by 't sohemeren reeds zou ze daar zyn .. . ach, waarom was ze niet reeds gekomen den vorigen dag? Hot bedroefde hem dat ze 't niet was vooruitgeloopen, het sohoone oogenblik dat hem drie jaren lang .do ziel had voor- gelioht met onbeechryfelyken glans . En, onbillyk als by was in do zelfzucht zyner liefde, scheen 't hem toe dat Adinda had moeten dUr zyn, wachtende op hem, by die zich nu beklaag. do - v66r den tyd reeds! - dat by to wachten had op hiu r .

MAX H&VELAAB. 213 Maar by beklaagde zich ten-onreehte. Want nog was de zon niet opgegaan, nog had het oog vaA den dag goon blik gewor- pen op de vlakte. Wel verbleekten de sterren daar omhoog, be- schaamd dat er spoedig eon eind komen zou aan haar heerachap- py ... wel vloeiden er vreemde kleuren over de toppen der ber- gen, die donkerder schenen naarmate ze scherper afstaken op lichteren grond .. . wel vloog er hier-en-daar door de wolken in het oosten iets gloeiends - pylon van goad en van vaur die heen-en-weer werden geschoten, evenwydig aan de kim - maar ze verdwenen weer en schenen neertevallen aohter de ondoordring- bare gordyn die nog altyd den dag bleef verbergen voor do oogen van Saidjah. Toch word hot allengs lichter en lichter om hem heen. Hy zag reeds hot landschap, en reeds kon by de kuif onderseheiden van hot klappa-boschje waarin Badoer verecholen ligt .. . daar sliep Adinda I Neon, ze sliep niet moor! Hoe zou ze kunnen slapen? Wist ze niet dat Saidj& near hear wachten zou t Gewis, ze had niet geslapen den ganschen naeht! Zeker had de dorpswacht geklopt aan hare deur, om to vragen waarom de pelitah voortbrandde in haar huisjen, en met lieven lath had ze gezegd dat eon ge . lofte hear wakker hield om den alendang afteweven waaraan ze bezig was, en die gereed moat zyn voor den eersten dag der nieuwe maan . Of ze had den nacht doorgebracht in 't donker, zittend op haar rystblok, en tellencle met begeerigen vinger dat or wel waarlyk daarin zes-en-dertig diepe strepen stonden gekorven naast elkander. En ze had zich vermaakt met kunstigen sohrik of ze zich misschien verrekende, of er wellicht nog eene ont- brak, om nogeens, en nogeens, en telkens wader to genieten van do heerlyke zekerheid dat er wel degelyk driemaal twaalf manen waren voorby gegaan sedert Saidjah hear zag voor het laatst. Ook zy zou thane, nu 't al zoo licht ward, hear oogen in-- spannen met vruohtelooze vermoeienis om de blikken to buigen Ever de kim, opdat ze de zon zouden ontmoeten, do trage zon, die wegbleef .. . wegbleef ... Dear kwam eon streep van blauwig rood die zich vaatklemde aan do wolken, en de randen werden licht en gloeiend, en 't begon to bliksemen, en weer sahoten or pylen van vuur door hot luchtruim, maar ze vielen niet neder ditmaai, ze heohtten zich vast op den donkeren grond, en deelden hun gloed made in

214 VAX HAVSressX grooter en grootere kringen, en ontmoetten elkander, kruisend, slingerend, wendend, dwalend, en ze vereenigden zich tot vuur- bundels, en weerlichtten in gouden glans op een grond van paar- lemoer, en or was rood, en blauw, en geel, en zilver, en purper, en azuur in dat alles . . . o God, dat was de dageraad : dat was het weerzien van Adinda Saidjah had niet geleerd to bidden, en 't ware ook jammer geweest hem dat to leeren, want heiliger gebed en vuriger dank dan or lag in de sprakelooze opgetogenheid zyner ziel, was niet to vatten in menschelyke taal. Hy wilde niet naar Badoer gaan. Hot weerzien zelf van Adinda kwam hem minder schoon voor, dan de zekerheid haar straks to zvllen weerzien. Hy zette zich aan den voet van den ketapan, en liet zyn oogen dwalen over de landatreek . Do natuur laohte hem toe en scheen hem welkom to heeten als een moeder ham teruggekeerd kind. En even als deze baar vreugde schildert door eigenwillige herinnering aan do voorbygegane smart by 't vertoonen van wat ze bewaarde als aandenken gedurende het afzyn, liet ook Saidjah zich vermaken door 't weerzien van zoo- vele plekken die getuigen waren van zyn kort leven . Maar hoe ook zyn oogen of zyn gedachten ronddwaalden, telkens viel zyn blik en zyn verlangen terug op bet pad dat van Badoa leidt naar den ketapan. Alles wat zyn zinnen waarnamen, heette Adin- d . Hy zag den afgrond links, wear do aarde zoo geel is, waar eons een jonge buffel verzonk in do diepte : dear hadden do dorpelingen zich verzameld om bet dier to redden - want bet is geen geringe zaak een jongen buffel to verliezen - en ze hadden zich neergelaten aan sterke rottan-koorden . Adinda's wader was de moedigste geweest .. . o, hoe zy in de handen klapte, Adinda I En daarginds, aan de andere zyde, waar 't kokosboschje wuift over de button van het dorp, daar ergens was Si-Oenah nit een boom gevallen, en gestorven. Hoe schreide zyn moeder : ,omdat Si-Oenah nog zoo klein was" jammerde zy .. . alsof zy minder bedroefd zou geweest zyn als Si-Oenah grooter geweest ware. Maar klein was hy, dot is wear, want by was kleiner en zwak- ker nog dan Adinda. Niemand betrad hot wegje dat van Badoer leidde naar den boom. Straks zou ze komen : o, zeker .. . 't was nog zoo vroegt Saidjah zag een badjing die met dartele vlugheid heen-en. weersprong tegen den stam van een klappa-boom. Hot diertje - do ergernis van den eigenaar des booms, maar lief toch in gedaante en beweging - klauterde onvermoeid op-en-neder.

MA RAVELAsa. 215 Paidjah zag hot, en dwong zich er naar to blyven zien, wyl dit son zyn gedaehten rust gaf van den zwaren arbeid dien ze verrichtten sedert het opgaan der zon .. . rust na 't afmattend wachten. Welhaast uitten zich zyn indrukken in woorden, en by zong wat or omging in zyn zid . Hot ware my liever n zyn lied to kunnen voorlezen in 't maleisch, dat italiaansoh van het Oosten ( 1'°) doch ziehier de vertaling : „Zie hoe de badjing zyn levensonderhoud zoekt Op den klappa-boom . Hy stijgt, daalt, dartelt links en recbts, Hy draait om den boom, springt, valt, klimt, en valt weder : Hy heeft geen vleugels, en is toch zoo vlug als een vogel. Veel geluk, myn badjing, ik wensch u befit Ge zult gewis vinden bet levensonderhoud dat go zoekt ... Maar ik zit alleen by bet djati-bosch, Wachtende op levensonderhoud van myn hart . Reeds lang is bet buikje van myn badjing verzadigd ... Reeds tang is by teruggekeerd in zyn nestje ... Maar nog altyd is mijn ziel En myn hart bitter bedroefd . .. AdindaP' Nog was er niemand op het pad dat van Badoer leidde naar den ketapan. Paidjah'a oog vial op een kapel die zich scheen to verheugen omdat het warm begon to worden . „Zie hoe de vlinder daar rondfladdert. Zyn vlerkjes schitteren als een veelkleurige bloem. Zyn hartjen is verliefd op den bloesem der kenasi : Zeker zoekt by zijn welriekende geliefde . Veel geluk myn vlinder, ik wench u bell Go zult gewis vinden wat gy zoekt ... Maar ik zit alleen bij bet djali-bosch, Wachtende op wat myn hart liefheeft. Reeds lang heeft de vlinder gekust Den kenari-bloesem then by zoozeer bemint ... Maar nog altyd is myn ziel En myn hart bedroefd .. . Adinda P' Ma or was niemand op het pad dot van Badoer leidde naar den boom. De zon begon reeds hoog to staan .. . er was al hitte in do lncht. „Zie, hoe de zon schittert daar omhoog, Hoog boven den waringi-heuvell Ze voelt zich to warm en wenscht neertedalen Om to slapen in zee, als in de armen van een Bade . Veel geluk, o zon, ik wenscb u heill Wat gy zoekt, zult ge gewis vinden . .. Maar ik zit alleen by bet djati-bosch, Wachtende op rust voor myn hart . MAX HAVHLAAR. z8

216 arAx uA vnr.i n. Reeds lang zal de zon ondergegaan wezen, En slapen in de zee, als alles duister is... En altyd zal mijn ziel En myn hart bitter bedroefd zyn.. .Adinula P' Nog was er niemand op den weg die er leidt van Badoer near den ketapan. ,,Als er niet langer vlinders zullen rondfladderen, Als de sterren niet meer zullen schitteren, Als de melaUi niet meer welriekend zal wezen, Als er niet langer bedroefde harten zyn, Noch wild gedierte in het woud .. . Als de zon verkeerd zal loopen, En de maan vergeten wat cost en west is... Als din Adinda nog niet gekomen is, Dan zal een engel met blinkende vleugelen Neerdalen op aarde, om to zoeken wat daar achterbleef. Dan zal myn lyk hier liggen onder den kdapan ... Myn ziel is bitter bedroefd . . . Adinda P' Nog was er niemand op hot pad dot van Badoer leidde near den ketapan. „Dan zal myn lyk door den engel gezien worden . Hy zal het zija broederen aanwyzen met den vinger : ,,Ziet daar is een gestorven mensch vergeten Zyn verstyfde mond kust een melatti-bloem. Komt, dat wy hem opnemen en ten-hemel dragen, Gewis, by mag daar niet achterblyven, Wiens hart de kracht had z66 to beminnen!" Dan zal nog ins myn verstyfde mond zich openen Ora Adinda to reopen, die myn hart lief heeft ... Nog 66nmaal zal 1k de melaui kussen Die sy me gaf . .. Adinda.. . Adinda P' En nog altyd was or niemand op het pad dat van Badoer leidde naar den boom. 0, ze was gewis tegen den morgenstond in slaap gevallen, vela lange nachten door! Zeker had ze niet geslapen sedert we . ken: z66 was het! Zon by opstaan en naar Badoer gaan? Neen! Mooht hot sohy- nen alsof er twyfel was san hear komst? Ala by den man riep die daarginds zyn buffel naar 't weld dreef ? Die man was to ver. En bovendien, Saidjah wilde niet spreken over Adinda, niet vragen near Adinda ... hy wilde weer- zien, hhgr alleen, hhhr hot eerat! 0, zeker zeker zou ze nu spoe- dig komen. Hy zon wachten, waohten .. .

MA]C HAVELAAS . 217 Maar als ze ziek was, of ... dood? Ale een aangeschoten hert vloog Saidjah 't pad op, dat van den kdapan leidt naar het dorp waar Adinda woonde. Hy zag nets en hoorde nets, en toch had by lets kunnen hooren, want er stonden menschen op den weg by den ingang van het dorp, die riepen : ,Saidjah, Saidjah f' Maar .. . was 't zyn haast, zyn drift, die hem belette Adinda's hula to vinden ? Hy was reeds voortgevlogen tot aan 't einde van den weg waar het dorp ophoudt, en ala dolzinnig keerde by terug, en sloeg zich voor 't hoofd omdat by hUr hula had kunnen voorbygaan zonder het to zien . Maar weer was by aan den ingang, - en myn God, was 't een droom i - wear had by Adinda's hula niet gevonden! Nogeens vloog by terug, en op een-maal bleef by staan, greep met beide handers zyn hoofd, &ls om daaruit den waanzin wegtepersen die hem beving, en riep luide : ,dronkeu,1k ben dronken! En de vrouwen van Badoer kwamen nit hare huizen, en zagen met deernis den armen Saidjah dear staan, want zy herkenden hem, en begrepen dat by Adinda's huffs zocht, en moisten dat or geen hula van Adinda was in het dorp Badoer. Want toen hot distriktshoofd van Parang Boedjang den buf- fel van Adinda's vader had weggenomen ... Ik heb u gezegd, lezer, dat myn verbaal eentonig is . ... toen was Adinda's moeder gestorven, van verdriet . En haar jongste zusje was gestorven, omdat het geen moeder had die 't zoogde. En Adinda's vader vreesde voor do straf ale by zyn landrenten net betaalde ... Ik weet hat wel, do weet het wel, dat myn verhaal eentonig is! .. . Adinda's vader was heengegaan nit hat land. Hy had Adinda meegenomen, met hare broeders. Maar by had verno- men hoe de vader van Saidjah to Buitenzorg was gestraft met rottingalagen omdat by Badoer verlaten had zonder pas. En daarom was Adinda's vader net gegaan naar Buitenzorg, noch naar Brataang, noch naar do Preanger, nook naar do Batavia. ache ommelanden . . . by was gegaan naar Tjilang kahan, hot dis- trikt van Lebak, dat aan de zoe grenst. Daar had by zich ver- scholen in de bosschen, en gewacht de komst van Pa-Ento, Pa-Lontah, Si Oeniah, Pa-Anaioe, Abdoel-Isma en nog eenige anderen die door het distriktshoofd van Parang-Koedjang be- roofd waxen van hun buffels, en alien vreesden voor straf als ze hun landrenten net betaalden . Daar hadden ze zich by-nacht

218 aces HAVEr ass. meester gemaakt van een vissohersprauw en waxen in zee ge- stoken. Ze hadden westelyk gestuurd, en hielden hat land rechta van zich, tot aan Java punt. Vanhier waxen zy noordwaarts go- stevend tot ze Tanah-itam voor zich zagen, dat do europesche zeelieden Prinsen-eiland noemen. Zy waren dat eiland omgezeild aan de oostzyde, en hadden toen aangehouden op de Keizersbaai, zich richtende op de hooge plek in de Laniponga. Z66 althana was de weg then men elkandor fluisterend v66rzei in 't Lebak- ache, wanneer er gesproken werd over oflieieelen buffelroof en onbetaalde landrenten. Maar de verbysterde Saidjah verstond niet duidelyk wat men hem zeide. Zelfs begreep by niet goad hat bericht van den dood zyns vaders. Er was eon gegons in zyn ooren als had men op eon gong geslagen in zyn hoofd . Hy voelde hoe 't blood met sohokken ward gewrongen door de aderen aan zyn slapen, die dreigden to bezwyken onder den druk van zoo zware uitzetting. Hy eprak niet, en staarde met verdoofden blik rond zonder to zien wat om en by hem was, en berstte eindelyk uit in akelig gelaoh. Een oude vrouw nam hem made naar haar huisjen en ver- pleegde den armen dwaas. Weldra lachte by niet meer zoo ake. lig, maar tooh sprak by niet. Alleen a nachts warden de hutgenooten opgeschrikt door zyn stem, ala by toonloos zong : ,,ik wed aid waar tilt aterven zal' en eenige bewoners van Ba- doer legden geld tezamen, om eon offer to brengen aan do boa- ja's van de Tjioedjoeng voor do genozing van Sai4ah, then men voor zinneloos hield. Maar zinneloos was by met. Want eons by nacht, toen de maan holder lichtte, stond by op van de baleh-baleh, en verliet zaohtkens hat hula, en zocht near de plek waar Adinda gewoond had. Het was met gemak- kelyk die to vinden, omdat er zoov66l huizen waren ingestort. Doch by scheen de plants to herkennen aan de wydte van den hook, then sommige lichtlynen door 't geboomte vormden by haw ontmooting in zyn oog. zooals de zeeman palling neemt op vuur- torens of uitatekende bergpunten. Js, d64r moest het zyn .. . d4Ar had Adinda gewoond! StruEkelend over halfvergane bamboo en over stukken van 't neergevallen dak, baande by zioh eon weg naar 't heiligdom dat by zocht. En, waarlyk, by vend nog iets terug van den op . staanden pagger waarnaast Adinda's baleh-balele gestaan had,

VAa HAVELAAB. 219 en zelfe stak in then pagger nog de bamboezen pin, waaraan ze haar kleed hing als ze zich to slapen legde ... Maar de baleh-baleh was ingestort als het huffs, en byna ver- gaan tot stof. Hy nam eon handvol daarvan, drukte het aan zyn geopende lippen, en ademde zeer diep ... Den volgenden dag, vroeg by aan de oude vrouw die hem verpleegd had, waar 't rystblok was dat er gestaan had op het erf van Adinda's huffs! De vrouw was verheugd dat ze hem hoorde spreken, en liep hot dorp rond om dat blok to zoeken . Toen zy den nieuwen eigenaar aan Saidjah kon aanwyzen, volgde deze haar zwygend, en by 't rystblok gobraoht, telde by daarop twee en dertig ingekorven strepen ... Toen gaf by die vrouw zooveel Spaansehe mallen als noodig was tot het koopen van eon buffel, en vorliet Badoer. To Tjilang Kahan kooht by eon visschersprauw, en kwam daarmede naeenige dagen zeilens in de Lampongs aan, waar de opstandelingen zioh verzetten tegen het nederlandsch gezag . Hy sloot zich aan by een bends Bantammere, niet om to stryden zoozeer ale om Adinda to zoeken. Want by was zacht van card, en meer ontvankelijk voor droefenis dan voor bitterheid. Op zekeren dag dat de opstandelingen op-nieuw waren go- slagen, doolde by rond in eon dorp dat pas veroverd was door het nederlandeche lager, en due in brand stond (1) Saidjah wiet dat do bends die dear vernietigd was geworden, grootendeels nit Bantammers had bestaan. Ale eon spook waarde by rond in do huizen die nog niet geheel verbrand waren, en vond het lyk van Adinda's vader met eon klewang-bajonetwonde in de boret. Naaat hem zag Saidjah de drie vermoorde brooders van Adinda,jonge- lingen, byna kindoren nog, en eon weinig verder bet lyk van Adinda, naakt, afschuwelyk mishandeld ... Er was eon smal strookje blauw lynwaad gedrongen in do gapende boretwond die eon Bind scheen gemaakt to hebben aan lange worsteling .. . Toen liep Saidjah eenige soldaten te-gemoet, die met geveld geweer do leatstlevende opstandelingen in 't vuur dreven van de brandende huizen. Hy omvademde de breeds zwaardbajonetten, drukte zioh voorwaarts met kracht, en drong nog de soldaten terug met een laatate inspanning toen de gevesten stuitten tegen zyn boret. En weinig tyds later was er to Batavia groot gejubel over de nieuwe overwinning die weer zooveel lauweren had gevoegd

220 area Hevsr ass . • do lauweren van 't nederlandsch-indiach leger . En de Land. voogd sobreef naar 't Moederland dat de rust in de Lamponga hersteld was. En do Koning van Nederland, voorgelicht door zyn Staatsdienaren, beloonde wederom zooveel heldenmoed metvele ridderkruisen . En waarsohynlyk stegen er in zondagkerk of bidstond uit de harten der vromen dankgebeden ten-hemel, by 't vernemen dat "de Heer der heirscharen" weer had meegestreden onder de banier van Nederland . .. ,,Maar God, met zooveel wee begaan, Nam do offers van then dag niet aanl" (iu)

Ik heb 't slot der geschiedenis van Saidjah korter gemaakt, dan 1k had kunnen doen wanneer ik lust govoeld had in 't schetsen van lets akeligs. De lezer zal opgemerkt hebben hoe ik verwylde • de beschryving van het wachten onder den kolapan, als schrikte 1k terug voor de treurige ontknooping, en hoe ik over doze ben heengegleden met afkeer. En toch was dit myn voornemen niet, toen ik begon over Saidjah to spreken. Want aanvankelyk vreesde ik, sterker kleuren noodig to hebben om den lezer to treffen • 't beschryven van zoo vreemde toestanden . Gaande-weg echter gevoelde ik dat het eon beleediging voor myn publiek wezen zou, to gelooven dat ik meer blood had moeten brengen in myn achil- dery. (iu)

Toch had do dit kunnen doen, want 1k heb stukken voor my liggen .. . dooh neon - liever eon bekentenis. Ja, eon bekentenis lezerl Ik weet niet of Saidjah Adinda liefhad. Niet of by near Batavia ging. Niet of by in do Lamponga word vermoord met nederlandache bajonetten . 1k weet niet of zyn wader bezweek ten-gevolge van do rottingalagen die hem werden gegeven omdat by Badoer had verlaten zonder pas. Ik weet niet of Adinda de manen telde door kerven in haar ryatblok ... Dit alles west ik niet l Maar 1k west meer dan dat allos . 1k weet en kan bewyzen dat or veel Adinda's waren en ved Saldjah's, en dat, wag verdichtsd is in 't byzonder, waarheid wordt in 't algemeen . 1k zeide reeds dat ik de namen kan opgeven van personen die, zooals de ouders van Saidjah en Adinda, door onderdrukking werden verdreven nit hun land. Hot is myn doel niet, in dit work mededeelingen' to geven als voegen zouden voor eon vierachaar die uitspraak to doen had over de wyze waarop 't nederlandsch gezag in India

WAY HAVErees. 221 wordt uitgeoefend, mededeelingen die slechts kraoht van bewye zouden hebben voor wien het geduld had die met aandaoht en be- langstelling doortelezen, zooals niet verwaoht kan worden van eon publiek dat verstroojing zoekt in zyn Iektuur . Daarom heb ik in . plants van dorre namen van personen en plaateen, met de dag- teekening er by, in plaats van afsehrift der lyst tun die/stallen en a/- persingen, die voor the ligt (14 1) getracht een whets to geven van wat er kitin omgaan in de harten der acme lieden die men berooft van wat dienen moot tot onderhoud van hun leven, of zelfs : do heb dit slechts laten gissen, vreezende my to zeer to bedriegen in het teekenen der omtrekken van aandoeningen die 1k nooit ondervond . Maar wat de hoo/dzaak aangaat? O+ dat ik geroepen werde om to staven wat ik eohreef! O, dat men zeide : ,ge hebt then Saidjals verdicht .. . by zong nooit dat lied .. . er woonde goon Adinda to Badoer P' Maar dat hot gezegd word met de maoht en den wil om recht to doen, zoodra ik zou bewezen hebben goon lasteraar to zyn! Is er logen in de gelykenis van den barmhartigen Samaritaan, omdat er miaschien nooit eon geplunderd reiziger is opgenomen in eon samaritaanech huis? Is or logen in de parabel van den zaaier, omdat geen landbouwer zyn zaad zal uitwerpen op eon rots? Of - om aftedalen tot moor gelykheid met myn book- mag men de waarheid ontkennen die de hoofdzaak uitmaakt van de Negerhut, omdat er mischien nooit eon Evangeline bestaan heeft? Zal men tot do sohryfster van dat onsterfelyk pleidooi - onsterfelyk, niet om kunst of talent, maw door etrekking en indruk - zal men tot ham zeggen : ,ge hebt gelogen, do elaven worden niet mishandeld, want . . . or is onwaarheid in uw book : het is eon roman!" Moest niet ook zy, inplaats eener optelling van dorre daadzaken, eon verhaal geven dat die dAadzaken in- kleedde, om 't besef der behoefte aan verbetering to doen door- dringen in de harten? Zou haar book gelezen zyn, ale ze daaraan den vorm had gegeven van eon prooesstuk ? Is 't ham schuld - of de myna - dat de waarheid, om toegang to vinden, zoo vaak hot kleed moot borgen van do leugen? En aan sommigon die missohien beweren dat 1k Saidjah en zyn liefde heb geldealieeerd, moot ik vragen hoe ze dit weten kunnen? Sleehts zeer weinig Europeanen immers achten hot de moeite waard,zich neertebuigen tot waarneming der aan- doeningen van de koffi- en sulkerwerktuigen die men „islanders" noemt. Doch al ware hun aanmerking gegrond, wie zulke bedehkin- gen aanvoert als bewys tegen de hoofdstrekking van myn book, geoft my eon groote zegepraal. Want ze luiden, vertaald, „hot kwaad dat gy bestrydt, bestaat niet, of niet in zoo hooge maat, omdat de inlander niet is ale uw Saidjah . .. er ligt in do mis- handeling der Javanen geen zoo groot kwaad als daarin liggen zou wanner go uwen Saidjah juister geteekend hadt. De Soenda- nees zingt zulke liederen niet, bemint zoo niet, gevoelt zoo niet, en due ... Neen, Minister van Kolonien, neon, Gouverneurs-generaal in mete, niet dht hebt gy to bewyzen! Ge hebt to bewyzen dat de bevolking niet mishandeld wordt, onverschillig of er sentimenteele ,Saidjahe onder de bevolking zyn. Of zoudt go durven beweren buffels to mogen stelen van lieden die niet beminnen, die gem droefgeestige liedjes zingen, die met sentimenteel zyn? (1f0) By een aanval op letterkundig gebied zou 11k do juistheid der teekening van Saidjah verdedigen, maar op staatkundigen bodem geef ik terstond alle aanmerkingen op die juistheid gewonnen, om to beletten dat de groote vraag worde verplaatst op verkeerd terrein. Het is me geheel om 't even of men my houde voor een onbekwaam schilder, mite men my toegeve dat de mishandeling van den inlander is : VZRBEOAA!ND! Z66 toch luidt het woord op de note des voorgangers van Havelaar, die door dezen getoond ward aan den kontroleur Verbrugge : een nota die veer me ligt. (100) Maar gc heb andere bewyzen! En dit is gelukkig, want ook Havelaar's voorganger kon zich vergist hebben . Helaas, ale by zioh vergiste, ward by voor die vergiasing hard geetraft . Hy is vermoord. ACHTTIFNDE HOOFDSTUK.

't Was namiddag. Havelaar trad nit de kamer, en vond zyn Tine in de voorgalery, hem wachtende met de thee . Mevrouw Slotering trad haar hula uit en scheen zich naar de Ha. velaars to willen begeven, maar eensklaps wendde zy zich naar 't hek, en wees daar met hevige gebaren een man terug die even te-voren was binnengetreden. Ze bleef staan tot zy zich verze- kerd had dat by near buiten was teruggegaan, en keerde dear • op langs het graaveld naar Havelaars huffs terug .

,,Ik wil toch eindelyk eens weten wat dit beduidt!" zei Ha . velaar, en toen de begroeting voorby was, vroeg by op schert- senden toon, om haar niet to doen meenen dat by haar een wei- nigje gezag misgunde, op een erf dat vroeger't hare was :

- Wel, mevrouw, zeg me toch eens waarom u de mensohen die 't erf betreden, zoo terugzendt? Ale die man van zoo even nu eens iemand was die kippen to-koop had, of iets anders wat noodig ken zyn voor de keuken?

Er toonde zich op 't gelaat van mevrouw Slotering eon pyn- lyke trek die niet ontanapte aan Havelaars blik.

- Ach, zeide zy, er is zooveel slecht volk!

- Zeker, dat is overal . Maar ale men 't de menschen zoo moeielyk maakt, zullen de goeden ook wegblyven . Komaan, me- vrouw, vertel me tooh eons ronduit waarom go zoo strong op. zicht houdt over 't erf? Havelaar zag hear aan, en trachtte vergeefe hot antwoord to lezen in haar voohtig cog. Hy drong iets sterker op verklaring aan .. . do woduw burette in tranen nit, en zei dat haar man ten huize van het distriktahoofd to Parang.Koedjang vergiftigd was.

- Hy wilde rechtvaardig zyn, m'nheer Havelaar, ging de acme vrouw voort, by wilde een eind maken aan de mishandeling waaronder de bevolking zucht. Hy vermaande en dreigde de

224 WAY KAVELLes. Hoofden, in vergaderingen en sohriftelyk . .. go moot zyn brieven gevonden hebben in 't arohief? Dit was zoo. Havelaar had die brieven gelezen, toaarerzn af- achriften voor mij ligggen. (149) - Hy sprak telkens met don resident, vervolgde de weduw, maar altyd vergeefs . Want daar 't van algemeene bekendheid was dat de knevelary plaats had ten-behoove en onder bescher- ming van den Regent, then de resident niet by do Regeering wilde aanklagen, leidden al die gesprekken tot nets den tot mis- handeling van de klagers . Daarom had myn arme man gezegd dat by, als er goon verbetering kwam v66r 't einds des jaars, zich rechtstreeks wenden zou tot den Gouverneur-GeneraaL Dat was in November. Hy ging kort daarna op eon inspektiereis, gebruikte het middagmaal ten huize van den Dhemang van Pa- rang- Koedjang, en word kort daarop in deerniswaardigen toe- stand to-huis gebraoht, Hy riep, op de maag wyzende : .vuur, vuur!" en weinige uren later was by dood, by die altyd eon voorbeeld was geweest van goede gezondheid. - Hebt ge den dokter van Serang laten roepen? vroeg Ha- velaar. - Ja, mass by heeft myn echtgenoot slechts kort behandeld omdat doze kort na zyn komst gestorven is. Ik durfde den dok- ter myn vermoeden net meedeelen, omdat ik wegens myn toestand voorzag daze plants niet spoedig to kunnen verlaten, en bevreesd was voor wreak. Ik heb gehoord dat gy evenals myn eohtgonoot n verzot tegon do misbruikon die hier heer- schen, en daarom heb ik goon gerust oogenblik. lk had dit alles voor u willen verbergen om u en mevrouw net angstig to maken, en bepaalde my due tot het bewaken van tuin en erf, opdat geen vreemden toegang zouden hebben tot de keuken. Nu werd hot Tine duidelyk waarom mevrouw Slotering hear eigen huishouding was blyven voeren, en zelfs goon gebruik had willen maken van de keuken „die toch zoo ruim we &" Havelaar liet den kontroleur roepen . Intussohen richtte by aan den geneesheer to Serang eon verzoek om opgave der ver- schynsolon by Sloterings dood. Hot antwoord dat by op doze vraag bekwam, was niet in den geest der vermoedens van do weduw. Volgens den arts was Slotering g+ storven aan eon ,abschs in de lever ." Hot is me niet gebleken of zoodanige kwaal zich zoo kan openbaren op-eenmaal, en den dood veroorzaken in wei- nige uren? Ilk geloof bier to mocten aehtslaan op do verklaring van mevrouw Slotering dat hear eel teal oot vroeger altyd ge-

VAX HAvELLAa. 225 zond geweest was. Doch als men geen waarde hecht aan zoo . danige verklaring, omdat de opvatting van 't begrip : gezondheid, vooral in de oogen van niet-goneeskundigen, zeer onderwerpelyk is - blyft toch de gewichtige vraag bestaan, of iemand die he- den sterft aan een ,absc&s in de lever" zich gister kon te-paard zetten met het doel om een bergachtige landatreek to inspek- teeren die in sommige richtingen twintig uren breed is? De arts die Slotering behandelde kan een bekwaam geneesheer geweest zyn, en zich niettemin vergist hebben in 't beoordeelen van de verschynselen der ziekte, onvoorbereid als by was op 't ver- moeden van misdaad . (161) Hoe dit zy, 1k kan niet bewyzen dat Havelaars voorganger vergiftigd was, daar men Havelaar den tyd met heeft gelaten deze zaak tot klaarheid to brengen. Doch wel kan ik bewyzen dat zyn omgeving hem voor vergi/tigd hield, en dat men dit ver. moeden vaatknoopte aan zyn zucht om onreoht to-keer to gam De kontrloleur Verbrugge trad de kamer van Havelaar binnen. Deze vroeg kortaf : - Waaraan is m'nheer Slotering gestorven? - Dat west ik niet . - Is by vergiftigdt - Dat weet ik niet, maar ... - Spreek duidelijk, Verbrugge! - Maar by trachtte do misbruiken te-keer to gaan, zooals n, m'nheer Havelaar, en .. . en .. . - Welnu? Ga voort! - Ik ben ovcrtuigd dat by ... zon vergiftigd geworden zyn ale by langer hier was gebleven. - Schryf dat opt Verbrugge heeft die woorden opgeschreven . Zyn verklaring ligt voor my. (1a) - Nog iets. Is 't war of is 't nie waar dat er gekneveld wordt in Lebaki Verbrugge antwoordde niet. - Antwoord, Verbrugge! - Ik durf niet. - Schrijjf 'top, dat je niet durft! Verbrugge heeft het opgeachreven : hd ligt voor my. (169) - Welt Nog iets : je durft niet antwoorddn op de laatste vraag, maar je zei me onlangs, toen er spraak was van vergiftiging, dat je do eenige steun was van je zusters to Batavia, niet wear?

228 MAX Hevarses. Ligt dMrin misschien de oorzaak van je vrees, do grond van wat 1k altyd lwl/heid noemde? - Ja! - Schryf dat op. Verbrugge sohreef het op : zyn verkiaring iigt vow my! (u •) 't Is wbl, zei Havelaar nu weet 1k genoeg. En Verbrugge kon Sean .

Havelaar trad naar buiten en speelde met kleinen Max then by met byzondere innigheid kuste. Toen mevrouw Slotering ver- trokken was, zond by 't kind weg en riep Tine in zyn kamer.

- Lieve Tine, ik heb je een verzoek to doer. Ik wenschte dat je met Max, near Batavia ging : ik klaag heden den Regent aan.

En ze vial hem om den hale, en was ongehoorzaam voor hat eerst, en riep snikkende :

- Neen Max, neon Max, dat doe 1k niet .. . dat doe 1k niet! Wy den en drinken tezament

Had Havelaar ongelyk then by beweerde dat zy evenmin recht had op neussnuiten als de vrouwen to Arles? Hy schreef en verzond den brief waarvan 1k hier een afschrift geef. Nadat ik eenigszins de omatandigheden heb gesohetst, waarin dit stuk geschreven werd, geloof ik niet noodig to hebben op de kordate plichtsvervulling to wyzon die daarin doorstraalt, evenmin als op de zachtmoedigheid die Havelaar bewoog den Regent in bescherming to nemen tegen al to zware straf . Doch niet zoo overbodig zal 't wezen, daarby zyn omzichtigheid to doen opmerken die hem geen woord deed uiten over de pas gedene ontdekking om niet hat stellige zyner aanklacht to verzwakken door onzekerheid omtrent een wel belangryke, maar nog onbe- wezen beschuldiging. Zyn voornemen was, 't lyk van zyn voor- ganger to doen opgraven en wetensohappelyk onderzoeken, zoo- dra de Regent zou verwyderd zyn en diens aanhang onachade- lyk gemaakt. Maar men heeft hem hiertoe do gelegenheid niet gelaten. ( 167 )

In do afschriften van officieele stukken - afschriften die overigens letterlyk overeenstemmen met hat oorspronkelijke - geloof ik de dwaze titulatuur to mogen vervangen door eenvou- dige voornaamwoorden. Van den goeden smaak myner lezers verwacht ik dat zy in daze verandering genoegen nemen .

MAX sAVELAAB. 227 .No. 88. Geheim. Rangka8-Betoeng, 24 Februari 1856. Spoed.

Aan den Resident van Bantam.

Sedert 1k voor eon maand myn betrekking alhier aanvaardde, heb ik my hoofdzakelijk beziggehouden met hot onderzoek near de wyze, wearop de inlandsche Hoofden zich kwyten van hun verpliohtingen jegens de bevolking op het stuk van heeredien8ten, poendoetan en dergelyke. (163 ) Zeer spoedig ontdekte ik, dat de Regent op eigen autoriteit, en to zijnen behoove menschen liet opkomen, Or boven het hem wettig toekomend santal pantjene en kemite. (14) Ik weifelde tusschen de keus om terstond offioieel to rappor. teeren en do zucht om door zachtheid, of later zelfs door bedrei . gingen, dien Inlandsohen Hoofdambtenaar daarvan terug to bren- gen, ten-einde het tweeledig doel to bereiken om dat misbruik to doen ophouden en to gelyker-tijd den ouden dienaar van hot Gouvernement niet terstond al to strong to behandelen, vooral nit sanmerking van de sleohte voorbeelden die, near 1k geloof, hem dikwyls gegeven zyn, en in-verband met de byzondere omstan- digheid, dat by bezoek verwaohtte van twee verwanten, de Re- genten van Bandoeng en van Tjandjor, aithans van den last. sten - die, near ik meen, reeds met groot gevolg op weg is - en by duo moor den anders in de verzoeking was - en met hot oog op den benarden staat zynor geldmiddelen, als-het-ware in do noodzakelykheid - om door onwettige middelen to voorzien in de noodige toebereidselen voor het bezoek . Dit silos leidde my tot zachtheid omtrent hetgeen reeds go- schied was, doch geenszins tot toegevendheid voor den vervolge . Ik drong aan op dadelyke staking van elke onwettigheid . Van de voorloopige proeve om den Regent door zachtheid tot zyn plicht tobrengen,heb1kuonder'shanddoenkennisdragen .(1U) My is eohter gebleken dat by met brutale onbeschaamdheid alles in den wind slaat, en ik gevoel my kraehtens myn ambts . eed verplicht meetedeelen :

dat ik den Regent van Lebak, Radhen Adhipatti Karta Natth Nagara, b e s o h u l d i g van miebruik van gezag, door hot onwettig beschikken over den arbeid zijner onderhoorigen, . en v e r d e n k van knevelary, door het vorderen van opbrengsten in nature, zonder, of tegen willekeurig vastgestelde, onvoldoende, betaling; dat ik voorte den Dhemang van Parang-Koedjang, - zyn

228 MAY KAVELSARL echoonzoon - verdenk van medeplichtigheid aan de genoem- de feiten.

Om beide zaken behoorlyk to kunnen instrueeren, neem 1k de vryheid u voortestellen, my to gelasten : 1° den Regent van Lebak voornoemd, met den meeaten epoed near Serang optezenden, en zorgtedragen dat by noch voor zyn ver- trek, noch gedurende de reize in de gelegenheid zy, door omkoo- ping of op andere wyze to influenceeren op de getuigeniseen die ik zal modem inwinnen; 2° den Demang van Parang-Koedjang voorloopig in arrest to nemen ; 3° gelyken maatregel toetepaesen op zoodanige personen van min- deren rang, ale, behodrende tot de familie van den Regent, geacht kunnen uvrden invloed uitteoefenen op de zuiverheid van hot inteatelien onderzoek ; 4° dat onderzoek teretond to doen pleats hebben, en van den uitdag to dienen van omatandig berich&

Ik neem de vryheid u voorts in overweging to goven, de komat des Regents van Tjanjor to kontramandeeren. Ten-slotte heb ik de eer - ten-overvloede voor n, die de Af- deeling Lebak beter kent dan my nog mogelyk is - de ver- zekering to geven dat uit eon pditiek oogpunt de strong recht- vaardige behandeling dezer zaak goon het minste bezwaar heeft, en dat 1k eer voor gevaar zou beducht zyn als ze aid tot klaar- heid gebraoht weld. Want 1k ben gelnformeerd dat do geringe man die, naar eon gotuige my wide, poeseing is van do veaatie, reeds lang near redding uitziet. ('a')

Ik heb de kracht tot den moedyken plicht lien ik door hot schryven van dezen brief volbreng, gedeeltelyk geput nit de hoop dat het my vergund zal wezen ter-zyner-tyd eon en ander bytebrengen ter verschooning van den ouden Regent, met wiens pozitie, hoezeer door eigen schuld veroorzaakt, ik evenwel diep medelyden gevoeL De Adeietent-resident van Lebak, MAX EAVVLAAR .

Den volgenden dag antwoordde hem ... de resident van Ban- tamf 0, neon, de heer Slymering, partikulierl

Dit antwoord is eon kostbare bydrage tot de kennis van do wyze waarop hot bestuur in Nederlandsch-India wordt uitge- oefend. De heer Slymering beklaagde zich ,dat Havelaar hem

area asvar as$ . 229 van de zaak die voorkwam in den brief N ° 88, niet eerst mon- deling had kennis gegeven . ,Natuurlyk omdat er dan meer kans ware geweest op schipperen." En voorts,,dat Havelaar hem 8toorde in zyn drukke bezighedenl" De man was zeker bezig met eon jaarverslag over rustige rust! Ik heb lien brief voor mij liggen (14 ) en vertrouw myn oogen niet. Ik herlees den brief van den adsistent-resident van Lebak . . . 1k plaata hem en den resident van Bantam, Havelaar en Slymering mast elkander ......

dat Baatiaans weer dikwyls Wet op 't kantoor komt, omdat by de jicht heeft. Dasr ik nu een gewetenszaak maak van het weg . werpen der fondsen van de firms - Lad cb Co - want in prin- cipes ben ik onwrikbaar, kwam ik eergister op 't denkbeeld dat Sjaalman toch eon tamelyke goede hand schryft, en daar by er zoo armoedig uitziet, en due voor matig loon wel zou to krygen zyn, begreep ik aan de firms verplicht to wezen, op do goad . koopste wys in de vervanging van Bastiaans to voorzien . Ik ging due near de Lange-leidsche-dwarsstraat. De vrouw van den winkel was voor, doch scheen me niet to herkennen, schoon ik hear onlangs heel duidelyk had gezegd dat ik m'nheer Droog. stoppel was Makelaar in Ho/fi van de Lauriergracht. Er is al- tyd iets stuitends in dat niet herkennen, maar . omdat hat nu wat mindor koud is en ik den vorigen keer myn jas met bout aan- had, schrijf ik het daaraan toe, en trek 't my niet san ... de beleediging, mean ik. Ik zei dus •nog eons, dat ik m'nheer Droog- 8toppel was, Makelaar in ko/fi van de Lauriergracht, en verzocht hear to gaan zien, of die Sjaalman thuis was, omdat 1k niet weer zooals onlangs wide to doen hebben met zyn vrouw, die altyd ontevreden is. Maar die uitdraagster weigerde naar-boven to gaan. ,Ze kon niet den heelen dag trappen klimmen voor dat bedelvolk, zeide zy, ik moest zelf gaan zien ." En daar volgde eon beschrijving van de trappen en portalen, die ik volstrekt niet noodig had, want ik herken altyd eon plaats, waar ik eons goweost ben, omdat ik altyd zoo op alles acht geef. Dit heb ik my aangewend in de zaken. Ik klom due de trappen op, en klopte aan de bekende dour, die terug week . Ik trad binnen, en daar ik niemand in de kamer vend, zag ik eons rond . Nu, veel to zien was er niet. Er hing eon half broekje met geborduurde strook over eon stool . . . wat hoeven zulke menschen geborduurde broekjes to dragen Y In eon hook stond eon niet zeer zware reiskoffer, lien 1k in gedachte aan hat hengsel vatte, en op den schoorsteen-

230 MAY HAVELAABL mantel lagen eenige boeken, die ik eons inzag . Ben wonderlyke verzameling! Een pear deelen van Byron, Horatiue, Bas", Beranger, en . .. .raad eens? Ben bybel, eon komplete bybel, met de apokriefe boeken er in! Dirt had ik by Sjaalman niet verwacht . En er scheen in gelezen to zyn ook, want ik vond veel aanteeke- ningen op losse stukjes papier, die betrekking hadden op de Schrift - hy zegt, dat Eva tweemaal ter wereld kwam .... de man is gek! - nu alles was van dezelfde hand als de stukken in dat verwensoht pak. Vooral 't book Job scheen by yverig bestudeerd to hebben, want daar gaapten de bladen. Ik denk, dat by de hand des Heeren begint to voelen, en daarom door lektuur in de heilige boeken zich wil verzoenen met God. Ik heb er nets tegen. Maar zoo al wachtende, viel myn oog op eon dames-werkdoosje, dat op tafel stond. Zonder erg bezag ik dat. Er waren eon pasr half. afgewerkte kinderkouajes in en tal van zotte verzen. Ook eon brief aan Sjaalmans vrouw, zooals nit hot opechrift bleak . Do brief was geopend en zag er nit, alsof men hem in drift had saamgeknepen. Nu is myn principe nooit iets to lezen, dat net aan my gerioht is, omdat ik hot niet fataoenlijk vind. Ilk doe het dan ook nooit, als ik or goon belang by heb . Maar nu kreeg do eon ingeving, dat hot myn plicht was, dien brief eons in to zien, omdat de inhoud my misachien zou voorlichten omtrent de menschlievende bedoeling, die me tot Sjaalman voerde. Ik dacht er aan, hoe toch de Heer altyd naby de Zynen is, daar Hy me hier onverwachts in de gelegenheid stelde, iets moor van then man to weten to komen, en me duo behoedde voor 't gevaar eon weldaad to bewyzen aan eon onzedelyk persoon . Ik let nauw- keurig op zulke vingerwyzingen van den Heer en dit heeft me dikwyls veel nut in de zaken gedaan. Tot myn groote verwondering zag 1k, dat die vrouw van Sjaalman van deftige familie was, atlhans de brief was geteekend door eon bloedverwant, wiens naam in Nederland aanzienlyk is ; en ik was inderdaad opgetogen over den sohoonen inhoud van dat schryven . Hot scheen iemand to zyn, die yverig werkt voor den Heer, want by schreef, ,dat de vrouw van Sjaalman zich moest laten scheiden van zulk eon ellen- doling, die haar armoede liet lyden, die zyn brood niet kon verdie- non, die bovendien eon schurk was, omdat by schuldon had ... dat de schryver van den brief met haar toestand begsan was, hoe . wel zy zioh dat lot op den hals had gehaald door eigen schuld, daar ze den Heer had verlaten, en Sjaalman aanhing . . . dat ze tot den Heer moest terugkeeren,en dat dan de geheele familiemisschien de handen zou inn slaan, om haar naaiwerk to bezorgen . Maar v66r alles moest ze scheiden van then Sjaalman, die eon ware schande was voor de familie."

MAX HAVELAAB. 231 Kortom, in de kerk zelf was niet meer stichting to halen dan er in then brief stond.

1k wist genoeg, en was dankbaar dot ik op zoo wonderbare wys was gewaarschuwd. Zonder deze waarschuwing toch ware ik zeker weer 't slachtoffer geworden van myn good hart. Ik besloot duo nogmaals om Bastiaans maar to houden tot ik eon geschikten vervanger vind, want ik zet niet gaarne iemand op- straat, en we kunnen op 't oogenblik geen bediende missen, om . dat er zooveel by ons omgaat .

De lezer zal wel nieuwsgierig zyn, to weten hoe 1k 't go. maakt heb op den laatsten krans, en of 1k den triolet heb go. vonden ? Ik ben niet op den krans geweest. Er zyn wonder. lyke dingen voorgevallen : ik ben naar Driebergen geweest, met myn vrouw en Marie. Myn schoonvader, de oude Last, de zoon van den eersten Last - toen de Meyers en nog in waxen, maar die zyn or al lang uit, - had al zoo dikwyls gezegd, dot by myn vrouw en Marie eons wilds zien . Nu was 't vry good weer en myn vrees voor de liefdegeschiedenis waarmee Stern gedreigd had, bracht my opeens weer de uitnoodiging in de gedachten. Ik sprak er over met onzen boekhouder, die eon man is van veel ondervinding, en die me na ryp beraad in overweging gaf, my op myn plan to beslapen. Dit nam ik terstond voor, want ik ben anal in de uitvoering van myn besluiten. Den volgenden dag reeds zag ik in, hoe wys die raad geweest was, want de nacht had my op het denkbeeld gebracht, dot ik niet beter kon doen dan de boslissing uittestellon tot vrydag . Kortom, na rype- lyk alles to hebben overwogen - er was veel v66r, maar ook veal tegen - zyn we gegaan, saturdag-middag, en maandag- morgen teruggekeerd. 1k zou dit alles niet zoo uitvoerig ver- halen, als 't niet in nauw verband stond met myn book . Ten- eerste hecht ik er aan, dot ge zoudt weten, waarom ik niet pro . testeer tegen de zotternyen die Stern den laatsten zondag zeker weer heeft uitgekraamd . - Wat is dot voor eon vertelling, van iemand die wat hooron zou ale by dood was Y Marie sprak er van. Ze had het van do Rosemeyertjes, die in suiker doen. - Ten-tweede, omdat ik nu op-nieuw de zekere overtuiging hebU opgedaan, dot al die vertollingen over ellende en onrust in den Oost, klinkklare leugens zyn. Zoo ziet men, hoe 't reizen iemand in de gelegenheid stelt do zaken to doorgronden.

Saturdag-avend namelyk, had myn schoonvader eon uitnoo- di ging aangenomen by eon heer die vroeger in den Oost resi

MAX HAVELAAR. 19

232 MAT HAVELAAL dent was, en nu op een groot buiten woont . Dar zyn we ge. weest, en waarlyk, ik kan de lieve ontvangst niet genoeg roemen . Hy had zyn rytuig gezonden om ons aftehalen, en de koetsier had een rood vest aan. Nu was 't nog wel wet to guur om de buitenpiaats to bezien, die prachtig most wezen in den zomer, maar in 't huis zelf verlangde men near nets meer, want er was volop van alles wet vermaak geeft : een billardzaal, een bibliotheekzaal, een overdekte yzeren glasgalerij als broeikaat, en de kakatoea zat op een kruk van zilver. (u?) Ik had nooit zoo-iets gezien, en maakte terstond de opmerking, hoe toch al- tyd goad gedrag beloond wordt . De man had terdeeg op zyn zaken gepast, want by had wel drie ridderorden. Hy bezat een beerlyke buitenplaats, en bovendien een huis to Amsterdam. Aan- 't souper was alles getruffeld, en ook de bedienden aan tafel hadden roode vesten aan, net als de koetsier.

Dear Bt veel belang atel in indische zaken - om do koffi - bracht ffi dt.rop het gesprek, en zag al heel spoedig waaraan Or me to houden had. Die resident heeft me gezegd, dat by 't in den Oost altyd heel goad heeft gehad, en dat er due geen woord waar is van al die vertellingen over ontevredenheid on- der de bevolking. 1k bracht het gesprek op Sjaalman . Hy kende hem, en wel van een zeer ongunstige zyde. Hy verzekerde my, by was een zeer ontevreden persoon, die altyd op alles aan- merking maakte, terwyl er bovendien veel viel aftekeuren in zyn eigen gedrag. Hy schaakte namelyk telkens meisjes, en braoht die dan by zyn vrouw, en by betaalde zyn sohuldon niet, wet toch zeer onfatsoenlyk is. Dear ilk nu nit den brief dien ik gelezen had, zoo juist wist hoe gegrond al die beschuldigingen waren, deed het me groot genoegen, to zien dat at de zaken zoo goad beoordeeld had, en was ik zeer tevreden met myzelf . Ik ben hiervoor dan ook bekend by myn pilaar .. . dat ik altyd zoo juist oordeel, mean 1k .

Die resident en zyn vrouw waren lieve, guile menschen. Ze verhaalden ons veel van hun levenawyze in den Oost. Het moat daar took wel aangonaam wezen. Zy zeiden dat hun buitenplaats by Driebergen niet half zoo groot was ala hun ,erf', zooals zo dat noemden, in de binnenlanden van Java, en dat daartoe wel honderd menschen noodig waren tot onderhoud. Maar - en dit is wel een bewys hoe bemind ze waren - dat deden die menechen geheel om-niet , en alleen nit genegenheid. Ook verhaalden zy, dat by hun vertrek de verkoop hunner meubelen wel tienmaal meer dan de waarde had opgebracht, omdat do

MAX $AVELAAR. 233 Inlandsche Hoofden zoo graag eon aandenken koopen van eon resident die goad voor hen geweest is. Ik zei dit later aan Stern, die beweerde dat het door dwang geschiedde, en dat by dit nit Sjaaimans pak bewyzen kon . ('63) Maar ik hob hem gezegd, dat die Sjaalman eon lasteraar is, dat by meisjes heeft gesohaakt - even als die jonge Duitecher by Busselinok & Waterman - en dat 1k voletrekt geen waarde hecht aan zyn oordeel, want dat 1k nu van eon resident zelf had gehoord hoe de zaken ston . den, en due van m'nheer Sjaahnan nets to leeren had.

Er waren daar nog meet menechen nit den Oost, onder ande- ren een hear, die heel ryk was en nog altyd veel geld verdiende aan thee, die Javanen voor hem moeten maken voor weinig geld en die de Regeering van hem koopt voor hoogen prys, om do werkzaamheid van die Javanen aan to moedigen. Ook die bier was zeer boos op al de ontevreden mensohen, die gedurig spre- ken en schryven tegen de Regeering . Hy kon 't bestuur van do kolonien niet genoeg roemen, want by zei overtuigd to wezen, dat er veal verloren werd op de thee, die men van hem kooht, en dat het dus eon ware edelmoedigheid was, by voortduring eon zoo hoogen prys to betalen voor eon artikel, dat eigenlyk wei- nig waarde heeft en dat hyzelf dan ook niet lustto, want by dronk altyd chineesohe thee. Ook zeide hy, dat de Gouverneur- generaal, die de zoogenaamde theekontrakten had verlengd, in weerwil van de berekening, dat er door 't Land zooveel verloren wordt op die zaken, zulk een bekwaam braaf mensch was, en vooral zulk eon trouw vriond, voor wie hem vroegor gekend hadden. Want die Gouverneur-generaal had zich volstrekt Diet gestoord aan de praatjes over 't verlies op de thee, en hem, toen er spraak was van de intrekking dier kontrakten, ik geloof in 1846, eon grooten dienst gedaan door to bepalen, dat men maar altyd zou voortgaan met hat koopen van zyn thee, „Ja riep by nit, het hart bloedt me, als ik zulke edele mensohen hoot lasteren! Als by er niet geweest was, liep ik nu to voet met vrouw en kinderen ." (u•) Toen list by zyn barouchet voorkomen, en die zag or z66 good uit, en de paarden ,taken z66 goad in 't vleesch, dat ik best begrypen kan, hoe men gloeit van dank- baarheid voor zulk eon Gouverneur-generaal . Hot duet in de ziel goad, hat oog to vestigen op zoo liefelyke aandoeningen, vooral, wanneer men die vergelykt met dat verwenschte morren en kla- gen van wezens als zoo'n Sjaalman.

Den volgenden dag bracht die resident one eon bezoek terug, on ook die peer, voor wien de Javanen thee maken . 't Zyn beets

234 VAX HAVEL AAS. menschen en toch deftig van belang! Beiden tegelyk vroegen ze met welken trein we dachten aan to komen to Amsterdam? Wy begrepen niet, wat dit beteekenen moest, maar later ward het one duidelyk, want toen we maandagmorgen dear aankwamen, waren or aan het station twee bedienden, 66n met eon rood vest en Mn met eon geel vest, die tegelyk one zeiden met de tele- graaf last to hebben bekomen, ons of to halen met rytuig . Myn vrouw was konfuus, en ik dacht er aan, wat Busselinck en Wa- terman zouden gezegd hebben, als ze dat gezien hadden . .. dat er twee rytuigen tegelyk voor one waren, mean 1k . Maar 't was niet gemakkelyk eon keus to doen, want 11k kon niet besluiten eon der partyen to krenken, door 't afwyzen van eon zoo lieve attentie. Goede raad was duur. Maar ik heb my uit die hoogst . moeielyke omatandigheid al weer gered. Ik heb myn vrouw en Marie in 't roode rytuig gezet - in den wagon van hat roods vest, mean 11k - en ik ben in 't gels gaan zitten .. . in 't rytuig, mean 1k.

Wat die paarden liepen! Op de Weesperstraat, waar 't altyd zoo vuil is, vloog de modder rechts en links huizenhoog, en, als . of weer 't spel sprak, daar Rep die schooierige Sjaalman, in go . bogen houding, met gebukt hoofd, en ik zag, hoe by met do mouw van zyn kaal jasje zyn bleek gelaat trachtte to reinigen van de apatten. Ik ben zelden prettiger nit geweest, en myn vrouw vond hot ook.

NEGENTIENDE HOOFDSTUK.

In 't partikulier briefje dat de beer Slymering san Havelaar zond, deelde by dezen made dat by in weerwil zyner ,drukke bezigheden' den volgenden dag to Rangkae-Betoeng zou komen • to overleggen wat er moest gedaan worden . Havelaar, die maar al to goad moist wat zulke overlegging to beteekenen had - zyn voorganger bad zoo dikwyls ,geaboucheerd" met den re- sident van Bantam/ - schreef den volgenden brief, then by den resident tegemoet zond opdat deze then zou gelezen hebben voor by op de Lebaksche hoofdplaats aankwam . Kommentaar • dit stuk is overbodig. „N°. 61. Geheim. Rankas.Betoeng, 25 Februari 1856 Spoed. des avends to 11 ure. Gisteren middag to 12 ure had ik de eer tot u aftezenden myn spoedmissive N°. 88, houdende in substantie : dat ik na tang onderzoek en na vergee/a getracht to hebben den bdrokkene door zachtheid terugtebrengen van zyn verkeerd- heid, my krachtens myn ambtseed verplicht gevoelde den Re- gent van Lebak to b e s o h u 1 d g e n van miabruik van gezag, en dat ik hem v e r d a o h t Meld van knevdary. Ik was zoo vry in dien brief u voor testellen dat Inlandsoh Hoofd near Serang opteroepen, ten-einde na zyn vertrrek en na neutralisatie van den bedervenden intioed zyner uitgeatrekte /a. mile (1w) een onderzoek to doen inetellen naar de gegrondheid myner besehuldiging en van myn vermoeden. Lang, of juister gezegd veal, had ik nagedacht voor 1k daar. toe bealoot. Het was u door myn zorg bokond dat ik getraoht heb door vermaningon en bedreigingen den ouden Regent voor ongeluk en` schande to bewaren (166) en myzelf voor do diepe grieve, daarvan - zy 't dan ook alleen de onmiddellyk voorafgaande - oorzaak to zyn. Doch ik zag aan den anderen kant de sedert jaren uilgezogene, diep gedrukte bevolking, ik dacht aan de noodzakelykheid van een voorbeeld - want vele andere vezatien zal ik u to rappor-

236 MAY asvsL AAS. porteeren hebben, als niet ten-minste deze zaak door terug- werking daaraan een Bind maakt - en, ik herhaal het, na ryp beraad heb ik gedaan wat ik voor plioht hield. Op dit oogenblik ontvang ik uwe vriendelyke en geachte per . tikuliere letteren, houdende mededeeling dat gy morgen hier cult komen, en tevens een wenk dat ik deze zaak liever vooraf partikulier had moeten behandelen. Morgen duo zal ik de eer hebben u to zien, en het is juist hier- om dat ik vryheid neem u dezen te-gemoet to zenden, om v66r die ontmoeting het volgende to konstateeren . Alles wat ik omtrent de handelingen van den Regent onder- zooht, was diep geheim. Alleen hyzel/ en de Patteh moisten hat, want ik had hem loyaal gewaarsohuwd. Zelfe de oontroleur west nu nog maar ten deele den uitalag van myn onderzoekin- gen.(1M) Deze geheimhouding had eon tweeledig doel. Eerst, toen ik nog hoopte den Regent van zyn weg terugtebrengen, was het om, Ma ik slaagde, hem niot to kompromitteeren. De Patteh heeft my namens hem - het was op den 12den dozer - expresselyk voor die diskretie bedankt . ( 1") Dooh later then 1k begon to wanhopen aan den goeden uitalag myner pogingen of beter, toen de mast myner verontwaardiging d o o r e e n p a s g e h o o r d v o o r v a 1 overliep, (1") toen langer zwygen mede- piic11tgheid worden zou, toen moest die geheimhouding strekken ten mynen-behoeve, want ook omtrent myzelf en de mynen heb ik pliohten to vervullen . Immers na 't schryven der missive van gister, zou 1k on- waardig zyn hot Gouvernoment to dienen, indion het daarin voorkomende, ydel, ongegrond, nit de lucht gegrepen was . En zoude of zal het my mogelyk wezen to bewyzen dat 1k gedaan heb : ,wat een goed Adaistent-resident behoorl to doer' (1"), to bewyzen dat ik niet beneden de betrekking sta die my gegeven is, to bewyzen dat ik niet loszinnig en lichtvaardig zeventien moeielyke dienstjaren op 't spel zet, en wat meer zegt, het be- lang van vrouw en kind .. . zal 't my mogelyk zyn dat alles to bewyzen, wanneer niet een diep geheim myn nasporingen verbergt, en den sehuldige bclet zich, zooals men 't noemt, to dekken (1") t By de minste verdenking zendt do Regent een esprease naar zyn neof die op-wog is, on die Wang heeft by zyn maintien. Hy vraagt ten-koste van wat ook, geld, deelt het met kwis- tige hand uit aan ieder lien by in den laatsten tyd heeft te- kort gedaan, en 't gevolg zou wezen - ik hoop niet to moeten zeggen : zal wezen - dat ik eon liohtvaardig oordeel heb geveld en kortaf : een onbruikbaar ambtenaar ben, om niet erger to zeggen . Om my tegen deze eventualiteit to verzekeren, dient dit schrU-

LAX HAVELAAR. 2 37 van. Ik heb de meeste hoogachting voor u, mar 1k ken den geest, die men „de geest der Oostindische ambtenaren" zou kunnen noemen (1") en ik bozit then geest niet I Uw wenk, dat do zaak vooraf beter parti rulier ware behan- deld geworden, doet me vreezen voor een abouchement . Wat 1k in myn brief van gisteren gezegd heb, is wear. Dooh misschien zou bet onwaar achynen, wanneer de zaak ward behandeld op een wyze Ms zou kunnen strekken tot openbaarmaking van myn besohuldiging en van myn vermoeden, v66r de Regent van hier verwyderd ie. Ik mag u niet ontveinzen dat zelfs uw onverwachte komst, in verband met de gister door my naar Serang gezonden expresse, my doet vreezen, dat de sohuldige . die vroeger niet wilde toe- geven aan myn vermaningen, nu voor den tyd zal wakker wor- den en trachten, zoo mogelyk, zich tent aoit peu to diskulpee- ren. (1n) Ik heb de ear, my thans nog letterlyk to gedragen aan myn missive van gister, doch neem de vryheid daarby op to merken, dat die missive 66k het voorstel inhield : om voor hat onderzoek den Regent to verwyderen en zyn danhangelingen voorloopig on- aehadelyk to maken. Ik vermeen niet verder verantwoordelyk to zyn voor vat ik avanceerde, dan voor-zoo-ver gy mocht gelieven in to stemmen met myn voorstel betreffende do wyze van onder- zoek, dat is : onpartydig, openlyk, en vooral vry. Die vryheid bestaat niet, voor de Regent verwyderd is en naar myn bescheiden meening ligt hierin niets gevaarlyks . Hem kan immers gezegd worden, dat ik beschuldig en verdenk, dat 1k go- vaar loop en niet hy, wanner by onschuldig is. Want ikzelf ben van oordeel, dat ik nit den dienst behoor ontslagen to worden, als er blyken zaL dat ik lichtvaardig, of zelfs maar voorbarig heb gehandeld.(1") Voorbarig! Na jaren, jaren, misbruik! Voorbarig! Alsof een eerlyk man slapen kon, en leven en ge- nieten, zoolang zy, voor wier welzyn by geroepen is to waken, zy, die in den hoogsten zin zyn naasten zyn, worden gekneveld on uitgezogenl Hot is waar, 1k bon hier kort, doch ik hoop, dat de vraag een- meal wezen zal : wal men gedaan heeft, of men het goad godaan beeft, niet, of men het in to korten tyd heeft gedaan . Door my is elke tyd to lang, die gekenmerkt wordt door af- persing en onderdrukking, en zwaar weegt my de sekonde, die door myn nalatigheid, door myn plichtverzuim, door myn „geest van schipperen" in ellende zou doorgebracht zyn . Ik heb berouw over de dagen, die ik heb laten verloopen, voor

23 8 Maa HAVELAAB ik officieel rapporteerde, en ik vraag verschooning voor dat ver- zuim. Ik neem de vryheid u to verzoeken my in de gelegenheid to stellen myn achryven to rechtvaardigen, en my to vrywaren voor do mislukking myner pogingen om do afdeeling Lebc.k to bevry- den van de wormen die sedert menschenheugenis knagen asn hear welvaert. Het is daarom dat ik op-nieuw zoo vry ben, u to verzoeken myn handelingen ten deze - trouwens alleen bestaande in on- derzoek, rapport en vooretel (1'0) - vel to willen goedkeuren, den Regent van Lebak, zonder voorafgaande direkte of indirecte waarschuwing van hier to verayderen, en voorts to doen instel- len een onderzoek near hetgeen ik meedeelde in myn schryven van gisteren No. 88. (MO). De Adsiatent-resident van Lebak, Mss HAVELAB. .

Deze beds om de schuldigen niet in bescherming to nemen, ontving de Resident onderaego . Ben uur na zyn komst to Rang- kas-Betoeng legde by een kort bezoek by den Regent af, en vroeg hem by die gelegenheid : vat by kon inbrengen tegen den Ad- sistent-Resident ? en: of hy, A d h i p a t t i, geld noodig had Y Op de eerste vraag antwoordde de Regent : „nets, dug kan ik bezweren P' Op do tweeds vraag antwoordde by toestemmend, waarop de resident hem een pear bankbriefjes gaf, die by - voor de gelegenheid meegebrachtI - uit zyn vestzak haalde. Men begrypt dat dit geheel buiten Havelaar omging, en straka zul- len wy to weten komen, hoe die schandelyke handelwyze hem bekend werd. (171) Toen de resident Slymering by Havelaar afstapte, was by blee- ker dan gewoonlyk en zyn woorden stonden verder van elkander dan ooit. Het was dan ook geen geringe zaak voor iemand, die z66 uitmuntte in ,sehipperen" en jaarlyksche rustverslagen, zoo op eenmaal brieven to ontvangen, waarin geen spoor was, noch van het gebruikelyk officieel optimismus, noch van kunstige om- wending der zaak, noch van vroes voor ontovredenheid van de Regeering over 't ,bemoeilyken" met ongunstige berichten . Do resident van Bantam was geschrokken, en als men my de one- delheid van 't beeld wit vergeven om-den-wille van do juistheid, heb ik lust hem to vergelyken by een straatjongen die zich be- klaagt over verkrachting van voorouderlijke gewoonten, omdat een eacentriek kameraadje hem zonder voorafgaande acheldaoor- den geslagen heeft.

MAX $AVILAAB. 239 Hij begon met den kontroleur to vragen waarom deze niet beproefd had Havelaar van zyn aanklacht terugtehouden? De arme Verbruggo, wien de geheele aanklacht onbekend was, betuigde dit maar vond geen geloof . De beer Slymering kon maar niet begrypen, dat iemand, geheel alleen, op eigen ver- antwoordelykheid en zonder langgerekte overwegingen of ,,rvg- gespraken" had kunnen overgaan tot z66 ongehoorde plichts- vervulling. Daar evenwel Verbrugge - volkomen near waar- heid - zyn onbekendheid met do door Havelaar geschreven brieven staande hield, moest de resident na veel uitroepen van ongeloovige verbazing eindelyk wel toegeven, en by ging -- ik weet niet waarom ? - tot bet voorlezen van die brieven over . Wat Verbrugge by 't aanhooren daarvan leed, is moeielyk to beschryven. Hy was een eerlyk man, en zou zeker niet gelogen hebben als Havelaar zich op hem had beroepen om do waarheid van den inhoud der brieven to staven . Maar ook zonder daze eerlykheid, by had in veel schriftelyke rapporten niet altyd kunnen vermyden do waarheid to zeggen, ook waar die soma gevaarlyk was. Hoe zou 't zyn als Havelaar daarvan gebruik maakte i Na 't voorlezon van de brieven betuigde de resident dat het hem aangenaam wezen zou indien Havelaar die stukken terug- nam, om ze to kunnen beschouwen als niet geschreven, hetgeen daze met beleefde vastheid weigerde . Na vergeefs to hebben getraeht hem hiertoe to bewegen, zei de resident dat hem niets overbleef dan een onderzoek intestellen naar de gegrondheid van de gedane klachten, en dat by due Havelaar verzoeken moest de getuigen to doen oproepen die zyn beschuldigingen konden staven. Arme lieden die u gewond hadt aan de doornstruiken in den ravyn, hoe angatig zouden uw harten geklopt hebben als go dezen eisch hadt kunnen hooren. Arms Verbrugge! Gy, eerste getuige, hoofdgetuige, getuige ex officio, getuige nit kraeht van ambt en eed! Getuige, die reeds getuigd hbdt op schrift! Op schrift dat char lag, op do tafel, onder Havelaars hand ... Havelaar antwoordde : "Resident, ik ben adsistent-resident van Lebak, ik heb beloofd de bevolking to beschermen tegen afpersing en geweldenary, ik klaag den Regent aan, en zijn schoonzoon van Parang-Koed- jang, ik zal de gegrondheid myner aanklacht bewyzen zoo-

w WAY HAVEIAAR& dra me daartoe de gelegenheid wordt gegeven die 1k voorstelde in myn brieven, ik ben schuldig aan laster, als myn aanklaoht valsch is!" Hoe ruim Verbrugge ademde! En hoe vreemd de resident Havelaars woorden vond! Het onderhoud duurde lang. Met beleefdheid - want beleefd en welopgevoed was de heer Slymering - trachtte hy Have- laar to bewegen van zoo verkeerde grondbeginselen aftezien . Maw met even groote beleefdheid bleef deze onverzettelyk . Het slot was dat de resident moest toegeven, en als bedreiging zei, wat voor Havelaar eon zegepraal was ; dat by zich dan genood- zaakt vend de bedoelde brieven to brengen order de aandacht van de Begeering. De zitting ward opgeheven. Do resident bezocht den adhi- patti - we zagen reeds wat by daar to vorrichten had! -- en gebruikte daarna 't middagmaal aan den sehralen disch der Havelaars. Terstond daarop keerde by terug naar Serang, met grooten spoed : Omdat. Hy. Het. Zoo. Byzonder. Druk. Had. Den volgenden dag ontving Havelaar eon brief van den resi- dent van Bantam walks inhoud blykt nit hat antwoord dat 1k bier afachryf. No. 93. Banka Betoeng, 28 Februari 1858. Ak hob de eer gehad to ontvangen uwe spoedmissive van 26 dezer U 0, geheim, houdende hoofdzakelyk mededeoling : dal gy gronden hadt, niet to treden in de voorstelen, gedoan bij myne ambtabrieven van 24 en 25 deter, Nos. 88 en 91 ; dot gy woraf vertrouwelyke mededeeling had geweneeht ; dot gy niet goedkeurt mijne verrichtingen in die beide brie, ven omachreven ; en ten alotte eenige bevelen. Ik heb thans de eer, gelyk trouwens reeds in de konferentie van eergister mondeling gesehiedde, nogmaals en ten-overvloede to verzekoren: dat ik volkomen eerbiedig de wettigheid van uw gezag, wear hot gelds de keuze al o/ niet to treden in myn taooratellen ; dat de ontvangen bevelen met etiptheid en dea-nods met zelfverlooehening, zullen worden nagekomen, ale smart gy tegenwoordig by at wet ik doe en zeg, of jui8ter : by at was ik niet doe en niet zeg. Ik weet, dat gy op myn loyauteit ten doze vertrouwt . ( 1")

VAa ssVELAAE. 241 Doch ik neem de vryheid ten plechtigste to protesteeren te- gen den minaten zweem van afkeuring omtrent 66nige handelin- gen, 66nig woora, 66nige zinsnede, door my in daze zaak ver- richt, gesproken of geschreven. Ik heb de overtuiging myn plcht to hebben gedaan, in doel en in wyze van uitvoering, gehed myn plicht, mete dan myn plicht zonder de minste a/wyking. Lang had ik nngedaeht voor ik handelde - dat is : voor 1k onderzocht, rapporteerde en voorstelde - en als ik in iets bet urin- ate zou gefaald hebben . . . nit overyling faalde ik niet. In gelyke omatandigheden zou ik op-nieuw - iets speller ech. ter - geheel, letterlyk geheel hetzelfde doen en nalaten . En ware bet zelfs dat eon hooger macht dan de uwe iets af . keurde in wat ik deed - behoudens misschien bet eigenaardige van myn styl die eon deal uitmaakt van myzelf, eon gebrek waarvoor 1k zoo min verantwoordelyk ben ale eon stamelaar voor bet zyne - al ware bet dat . . . doch neon, dit kin niet zyn, maar al ware bet zoo : ik heb myn plicht gedaan / Wel duet bet my - zonder bovreemding evenwel - Teed dat gy hierover anders oordeelt - en wat myn persoon aangaat, zou ik terstond berusten in wat my eon miskenning toeschynt - dock er is eon principe in 't apel, en ik heb gewetenerede . non die eischen dat uitgemaakt worde welke meening juist is, die van U of de myna Anders dienen dan 1k to Lebak dienee, kan 1k niet. Wensoht due bet Gouvernement anders to worden gediend, dan most ik ale eerlyk man eerbiedig verzoeken my to ontelaan . Dan moot do op zes-en-dertigjarigen leeftyd traohten op-nieuw eon loop- bean aantevangen . Dan moot ik, na zeventien jaron, na zeven . tien zware moeilyke dienstjaren, na myn beate levenskrachten to hebben ten-offer gebracht aan wat ik voor plicht hield, op- nienw aan do Maatschappy vragen of ze my brood wil geven, voor vrouw en kind, brood in ruil voor myn denkbeelden, brood wellicht in ruil voor arbeid met kruiwagen of spade, ale de kracht van myn arm meer waard wordt gekeurd dan do kracht myner ziel. Maar ik kan en wil niet gelooven dat uwe meening door zy- no Eacellentie den Gouvorneur-generaal gedeeld wordt, en ik ben due verplicht, v66r ik overga tot bet bitter uiterste dat ik neerschreef in de vorige alinea, u eerbiedig to verzoeken aan bet Gouvernement voorteatellen :

den resident van Bantam aanteachryven, aisnog goediekeuren de handelingen van den addidtent-resident van Lebak betrek.

242 VAT sevsLAABL king hebbende op diem missives tan 24 en 25 dezer, Nos. 88 en 91. Of wel : genoemden adsistent-resident to roepen ter verantwoording op de door den resident tan Bantam to Jormuleeren punten van a/keuring.

Ik heb de eer u ten-slotte de dankbare verzekering to geven, dat wanner jets me kon terugbrengen van myn fang doordach- te, en bedaard maar vurig aangekleefde principes ten dezen ... waarlyk, hot zou geweest zyn de heusche, innemende wyze waar- op gy in de konferentie van eergister die principes hebt bestre- den. De Adsistent-resident tan Lebak, MAY sevsLesB."

Zonder uitapraak to doen omtrent de gegrondheid van hot ver- moeden der Weduwe Slotering, betreffende de oorzaak die haar kinderen tot weezen maakte, en alleen aannemende wat bewys- baar is, dat er in Lebak nauw verband was tusschen plichtsbe- trachting en gif - al beatond dan ook dit verband slechts in meening (103) - zal toch ieder inzien dat Max en Tine kom- mervolle dagen hadden doortebrengen na 't bezoek van den re- sident. Ik geloof niet noodig to hebben den angst to schetsen van eon moeder die by 't reiken van spys aan haar kind, zich gedurig de vraag most voorleggen of ze misschien haar lieve- ling vermoordt? En wel was hot eon ,afgebeden kind' de klei- ne Max, die zeven jaar was uitgebleven na 't huwelyk, ala moist de schalk dat het geen voordeel was ter-wereld to komen als zoon van zulke ouders! Negen en-twintig lange dagen had Havelaar to wachten voor de Gouverneur-generaat hem meedeelde ... doch we zyn nog zoover niet. Sort na de vergeefache pogingen om Havelaar to bewegen tot do intrekking zyner brieven, of tot het verraden van de acme liedon die op zyn grootmoedigheid vertrouwd hadden, trad eons Verbrugge by hem binnen. De brave man was doodableek, en had moeite to sprokon. - Ik ben by den Regent geweest, zeide hy ... dat is in- faam .. . maar verraad me niet. - Wat? Wit most ik niet verraden? - Geeft ge my uw woord geen gebruik to maken van wat u zeggen zal Y

MAT HAVELAAR 243 - Weer halfheid, zei Havelaar. Doch .. . good l Ik geef myn woord. En toen verhaalde Verbrugge, wat den lezer reeds bekend is, dat de resident aan den AdhipaUi had gevraagd of by iets wilt intebrengen tegen den adsistent-resident, en hem tevens geheel onverwachts geld had aangeboden en gegeven. Verbrugge moist het van den regent zelf, die hem vroeg welke redenen den resident hiertoe konden geleid hebben t Havelaar was veront- waardigd, maar .. . by had zyn woord gegeven . Den volgenden dag kwam Verbrugge terug, en zei dat Du- clari hem onder 't oog had gebracht hoe onedel het was, Ha- velaar, die met zulke tegenstanders to stryden had, zoo geheel alleen to laten, waarop Verbrugge dezen kwam ontheffen van zyn gegeven woord . - Goed, riep Havelaar, echryf het op! Verbrugge sohreef het op. Ook die verklaring ligt voor my. (114) De lezer heeft immers reeds lang ingezien waarom 1k zoo gemakkelyk afatand kon doen van alle aanspraken op juridieke echtheid der geachiedenis van Saidjah Y Hot was zeer treffend optemerken hoe de beschroomde Ver- brugge - vbbr de verwyten van Duclari - op Havelaars woord durfde bouwen in een zaak die zoo noopte tot woordbreukI En nog iets. Er zyn sedert de gebeurtenissen die 1k verhaal, jaren verloopen. Havelaar heeft in then tyd veal geleden, by heeft zyn gezin zien lyden - de geschriften die voor my liggen, getuigen daarvan! - en 't schynt dat by gewacht heeft .. . ik geef de volgende aanteekening van zyn hand : „Ik heb in de nieuwabladen gelezen dat de heer 81 y m e r i n g benoemd is tot ridder van den Nederlandachen Leeuw . fly schynt thane resident van D j o k j a k a r t a to wezen, Ik zou due niet op de L e b a k ache zaken kunnen terugkomen zonder gevaar voor Verbrugge." TWINTIGSTE HOOFDSTUX.

't Was avend. Tine zat to lezen in de binnengalery, en Ha- velaar teekende een borduurpatroon. Kleine Max tooverde eon legprent in elkaar, en maakte zich driftig omdat by niet vinden kon: ,het rooie lyf van die mevrouw." - Zou 'tnu zbb goed wezen, Tine? vroeg Havelaar . Kyk, 1k heb then palm wat grooter gemaakt . . . 't is nu juist the line of beauty van Hogarth, niet wear? - Ja, Max. Maar die vetergaten staan to dicht op elkander. - Zoo? En die andere strooken dan? Max, laat me je brook- jen eons zien! Ei, heb je die strook aan? Ach, ik weet nog waar je die geborduurd hebt, Tine! - Ik niet. Waar dan? - 't Was in den Haag, toen Max ziek was en we zoo geschrok. ken waren omdat de dokter zei dat by eon zoo ongewoon gevormd hoofd had, en dat er zooveel zorg vereischt ward om aandrang near do hereenen to voorkomen . Juist in die dagen was je bezig aan die strook. Tine stood op, en kuste den kleine . - Ik heb hear buds, 1k heb hear bulk! riep 't kind vroolyk, en de rooie mevrouw was kompleet. - Wie hoort dear eon tontong slaan? vroeg de moeder. (11) - Ik, zei kleine Max. - En wat beduidt dat? - Bedtyd! Maar .. . Ik heb nog niet gegeten . - Beret kryg je eten, dat spreekt vanzelf. En ze stond op, en gaf hem zyn eenvoudig maal dat ze nit eon good gesloton kast in hear kamer scheen gehaald to heb- ben, want men had hot knippen van vale sloten gohoord . - Wet geef je 'm dear? vroeg Havelaar. - 0 woes gerust, Max : 't is beschuit nit eon bilk van Bata- via! En ook de suiker is altyd achter slot geweest . Havelaars gedachten keerden terug near 't punt waarop ze waxen afgobroken.

MAX BAVELAAR. 245 Weet je wel, ging by voort, dat wy de rekening van then dok- ter nog niet betaald hebben ... . o, dat is zeer hard! - Lieve Max, we leven hier zoo spaarzaam, weldra zullen wy alles kunnen afdoen! Bovendien, je zult wel spoedig resident worden en dan is alles geregeld in weinig tyds. - Dat is nu juist een zaak, die me verdrietig maakt, zei Ha- velaar. Ik zon zoo heel ongaarne Lebak verlaten ... . dit zal 1k je uitleggen. Geloof is niet dat we nog meet van onzen Max hielden na zyn ziekte? Nu, z66 ook zal ik dat arme Lebak lief hebben na de genezing van den kanker, waaraan 't lydt sedert zooveel jaren. De gedachte aan bevordering doet me schrikken, ik kan hier niet gemist worden, Tine! En took, aan den ande- ren leant, als ik weer bedenk, dat we schulden hebben .... - Alles zal wet goedgaan, Max! Al moest je nu van hier, dan kan je later Lebak helpen, als je Gouverneur-Generaal bent . Daar kwamen woeste strepen in Havelaars borduurpatroon! Er was toorn in dat bloemsel, die vetergaten warden hoekig, scherp, ze beten elkaar ... . Tine begreep, dat ze iota miszegd had . - Lieve Max .. . begon ze vriendelyk. - Vervloekt! Wil je die stumperta z66 lang laten hongeren? Kan jy leven van zand ? - Lieve Max ! Maar by sprong op. Er werd niet meer geteekend, dien avend . Hy ging toornig op-en-neer in de binnengalery en eindelyk sprat[ by op eon toon die ruw en hard zou geklonken hebben aan iede- ren vreemde, doch door Tine heel anders ward opgevat : - Vervloekt, die lauwheid, die schandelyke lauwheid! Dana zit 1k nu sedert eon maand to wachten op recht en intussohen wordt er vreeselyk geleden door dat arme vo& . Do Regent schynt er op to rekenen dat niemand hem aandurft! Zie . . .. Hy ging op zyn kantoor en kwam terug met eon brief in do hand, eon brief die voor me ligt, lezerl (111 ) Zie, in dozen brief durft by me voorstellen doen over de soort van arbeid, then by wil laten verrichten door de men- schen die by onwettig heeft opgeroepen. Is dit niet de onbe- sohaamdheid to ver gedreven? (171) En west je vie dat zyn? Dat zyn vrouwen met kleine kinderen, met zuigelingen, zwan- gere vrouwen die van Parang-Koedjang zyn gedreven naar do hoofdplaats om voor hem to werken! Mannen zyn er niet meerl

246 area HAVBLess. En ze hebben nets to eten, en ze slapen op den weg, en eten zand! Ban jy sand eten! Moeten me sand eten, tot ik Gouverneur-ge . neraal ben? Vervloekt! Tine wilt zeer good op wien Max eigenlyk boos was, als by zoo eprak tot hear die by zoo liefhad. - En, ging Havelaar voort, dat loopt ales ter myner verant- woording! Als er op dit oogenblik van die arms wezens rond- dwalen daarbuiten .. . ale zy 't schynsel zien van onze lampen, zul!en zy zeggen : dear woont de ellendeling die one beschermen zou! Daar zit by rustig by vrouw en kind, en teekent borduur- patroontjee, en wy liggen hier ale boschhonden op den weg to verhongeren met onze kinderen!" Ja, ik hoor het wel, ik boor hot wel, dat roepen om wreak over myn hoofd! Hier, Max, hier! En by kuste zyn kind met een wildheid die 't verschrikte . - Myn kind, ale men je zeggen zal dat ik eon ellendeling ben die geen mood had om recht to doen .. . dat er zooveel moe- ders zyn gestorven door myn schuld .. . ale men je zeggen zal dat het verzuim van je vader den zegen wegetal van je hoofd . . . o Max, o Max, getuig den wet ik leed! En by berette in tranen lit, die Tine afkuste. Zy bracht dear . op den kleinen Max near zyn bedjen - eon stroomat - en teen e terugkwam, vond ze Havelaar in gesprek met Verbrugge en Duclari die zoo-even waren binnen getredon. Hot gesprek liep over do verwachte beslissing van de Regeering . - Ik begryp zeer good dat de resident in eon moeilyken toe . stand is, zei Duclari. Hy kan 't Gouvernement niet aanraden ge . volg to geven aan uw vooratellen, want dan zou or to vest aan den dag komen. Ik ben reeds lang in 't Bantamsche, en weet or veel van, moor nog dan uzelf, m'nheer Havelaar! Ilk was reeds ale onderofficier in deze atreken, en dan komt men zaken to we. ten die de inlander zoo niet durft zeggen aan de ambtenaren . Maar ale nu na eon openlyk onderzoek dat ales aan den dag komt, zal de Gouverneur-generaal den resident ter verantwoor . ding roopon en hem afvragon hoe 't komt, dat by in twee jaren net ontdekt heeft, wet u terstond in 't cog is gevallon t Hy moat due natuurlyk trachten zoodanig onderzoek to voorkomen .. . - Ik heb dit ingezien, antwoordde Havelaar, en, wakker ge- maakt door zyn poging om den Adhipatti to bewegen lets egen my intebrengen, hetgeen schynt aantetoonen, dat by beproeven wil do kwestie to verleggen, door by-voorbeeld my to beachul- digen van. . . ik weet niet wet - heb ik me hiertegen gedekt .. door afechriften rechtstreeks aan de Regeering to zenden. In eon

VAS Hevsr.AAs. 247 daarvan komt bet verzoek voor, ter verantwoording to warden geroepen wanneer er missehien mocht warden voorgegeven dat ik iets misdaan had. Ala nu do resident my aantast, kan daarop in gewone billykheid geen beslissing warden genomen zonder dat men my vooraf heeft gehoord. Dit is men zelfs een misdadiger schuldig en daar ik nets misdaan heb ...

- Daar komt de post aan! riep Verbrugge .

Ja, 't was do post! Do post, die den volgenden brief mee- bracht van den Gouverneur-generaal van Nederlandsch India aan den gewezen adsistent-resident van Lebak, Havelaar. „Sabinet. Buitenzorg, 23 Maart 1856 N° 54. De wyze waarop door u is to work gegaan, by de ontdekking of vooronderatelling van kwade praktyken van de Hoofden in de afdeeling Lebak, en de houding daarby door u tegenover uwen Chef, den Resident van Bantam, aangenomen, hebben in hooge mate myne ontevredenheid verwekt . In uwe bedoelde handelingen warden evenzeer gemist bezadigd overleg, beleid en voorzichtigheid, zoo zeer vereischt in eenen ambtenaar met uitvoering van gezag in de binnenlanden bekleed (sic) ala begrippen van ondergeschiktheid aan uwen onmiddelyken superieur. Reeds weinige dagen na de aanvaarding uwer betrekking hebt gy kunnen goedvinden, zonder voorafgaande raadpleging van (sic), den Resident, bet hoofd van bet Inlandach Bestuur to Lebak to maken tot bet doelwit van bezwarende onderzoekingen . In die onderzoekingen hebt gy aanleiding gevonden zonder zelfa uwe beachuldigingen tegen dat Hoofd door feiten, veel minder bewyzen to staven, tot bet doen van voorstellen, die de strekking hadden een' Inlandsch ambtenaar van den atempel van den Regent van Lebak, eon' zestigjarigen doch nog yverigen lands. dienaar, aan naburige aanzienlyke Regentengeslachten vermaag- schapt, en omtrent wien steeds gtmstige getuigonisaon waren uitgebracht, san eene hem moreel gcheel verniotigende bejegening to onderwerpen. Daarenboven hebt gy, toen de resident zich ongenegen be. toonde aan uw voorstellen gereedelyk gevolg to geven, geweigerd am bet billyk verlangen van uwen Chef to voldoen, am voile opening to geven van hetgeen u omtrent de handeling van bet Inlandsche Bestuur to Lebak, bekend wa . Zulke handelingen verdienen alle afkeuring, en doen lichtelyk

MAX HAVRLAAR. 20

248 area HAVBLAABL gelooven aan ongeechiktheid voor het bekleeden eener betrekking by het Binnenlandsch Bestuur . Ik heb my verplicht gezien, u van de verdere vervulling der betrekking van Adsistent-resident van Lebak to ontheffen. Uit aanmerking evenwel van gunstige rapporten, vroeger om- trent u ontvangen, heb ik in het voorgevallene geen reden willen vinden, om u het uitzicht op eene wederplaatsing by het Binnen. landsch Bestuur to benemen . Ik heb u daarom voorloopig belast met de waarneming der betrekking van Adsistent-resident van Ngawi. Van uwe verdere handelingen in die betrekking zal hat geheel afhangen of gy by hat Binnenlandsch Bestuur zult kunnen ge . plaatat blyven ." En daaronder stond de naam van den man, op wiens ,yver, be. kwaamheid en goede trouw" de Koning zeide to kunnen staat. maken, teen by diene benoeming tot Gouverneur-Generaal van Nederlandech India onderteekende . ( 17a)

- We gaan van hier, bests Tine, zei Havelaar gelaten, en by reikte den kabinetsbrief aan Verbrugge, die 't stuk las tezamen met Duclari Verbrugge had tranen in de oogen, maw sprak niet . Duclari, een zeer beschaafd mensch, berstte in eon wilden vloek nit :

-0 1k heb hier in 't bestuur schelmen en dieven gezien .. . ze zyn in Bore van hier gedaan, en men sohryft aan U zulk eon brief! 't Is nets, zei Havelaar, de Gouverneur-generaal is eon eerlyk man : by moot bedrogen zyn .. . hoewel by zich tegen dat be. drog had kunnen hoeden door my eerst to hooren . Hy is ver- etrikt in 't web van de buitenzorgsche ambtenary . We kennen dat! Maw 1k zal tot hem gaan en hem aantoonen hoe hier do zaken staan. Hy zal recht doen,1k ben er zeker van! - Maar, ale go naar Ngawi gaat. . . - Juist, ik weet ditl To Ngawi is de Regent verwant aan hot Djokjasehe hof. Ik ken Ngawi, want ik was twee jaar lang in do Baglen, dat in de buurt is. ('") Ik zou to Ngawi hetzelfde moeten doen wat ik hier gedaan heb : dat zou nutteloos been- en-wear reizen zyn. Bovendien, 't is my onmogolyk dienst to doen op do proof alsof ik me slecht gedragen had! En eindelyk, ik zie in dat ik om eon Bind to maken aan al dat geknoei, geen ambtenaay moat wezen. Ale ambtenaar staan or tuesohen de Regeering en my to veal personen die belang hebben by 't loo. chenen der eliende van de bevolking . Er zijjn nog meer redenen

VAa RAVELAAS. 249 die my beletten near Ngawi to gaan. Die photo was niet va. leant ... . ze is voor my open gemaakt, kykl En by toonde in do Jatascke-Courant die met dezelfde post was sangekomen, dat inderdaad by 't zelfde besluit der Regee . ring waarby hem hot Bestuuur van Ngawi ward opgedragen, do adaistent-resident van die provincie verplaatat ward naar eon andere afdeeling die vakant was. - Weet ge waarom 11k juist naar Ngaw moet, en niet near die vakante afdeeling? Dat zal ik je zeggen! Do resident van Madioen, waaronder Ngaw behoort, is de scAoonbroeder vats den vorigen resident van Bantam. Ik heb gezegd dat do Regent vroeger zulke sleohte voorbeelden had gehad . .. - Ah, riepen Verbrugge en Duclari tegelyk . Ze begrepen waarom Havelaar juist naar Ngawi verplaatst word om op do proof to dienen, of by misechien beteren soul - En om n6g een reden kan ik niet daarheen gaan, zei hy. Do tegenwoordige Gouvorneur-generaal zal spoedig aftre.. den ... zyn opvolger ken 1k, en 1k weet dat er van hem mete to waehten valt.(176 ) Om due nog tydig voor dat arme yolk iota to verriohten, moat ik den tegenwoordigen Gouverneur spren ken voor zyn vertrek, an ale ik nu naar Ngawi ging, zou dat onmogelyk wezen . Tine, hoor eens! - Lieve Max? - Je hebt mood, niet waar? - Max, je weet dat ik mood heb .. . ale 1k by je beat - Wolnu! Hy stond op en schreef 't volgend rekwest, naar myn inzien eon voorbeeld van welsprekendheid. „Bangkas Betoeng, 29 Maart 1856. Aan den Oauverneur-Generaal van Nederlandscia India. Ik had do ear to ontvangen uwer Exoellentie's kabinetamis . sive van 23 dezer No. 54 . Ik ale me gonoodzaakt, in antwoord op dat stuk, Uwe Exeel- lentie to verzoeken my to verleenen eon eervol ontalag uit 'a Lands dienst. (8O) VAT sev$LAAn." Er was to Buitenzorg tot het verleenen van 't gevraagd ontg slag niet zoo lange tyd noodig als er scheen vereischt geweest to zyn voor de bealissing hoe men Havelaars aanklaoht kon af .

250 MAT HAVSLAABL wenden. Dit toch had een maand gevorderd, en 't gevraagd ont- slag kwam binnen weinige dagen to Lebak aan. - "dank, riep Tine, dat je eindelyk jezelf kunt zyn! Havelaar ontving geen last om 't Bestuur zyner Afdeeling voorloopig overtegeven Ran Verbrugge, en meende dus zyn op . volger to moeten afwachten . Deze bleef lang nit omdat by uit een geheel anderen hoek van Java komen moest. Na byna drie weken wachtens schreef de gewezen adsistent-resident van Le- bak, die echter nog altyd als zoodanig was opgetreden, den vol- genden brief aan den kontroleur Verbrugge : ,,No. 153. liangkzs-Betoeng,15 April 1856. Aan den Konfroleur van Lebak (141) Het is u bewust dat ik by Gouvornements Besluit van den 4den dezer, No 4, op myn verzoek eervol ben ontslagen nit 'a lands dienst. Misschien ware ik in myn recht geweest, na de ontvangst van die beschikking myn betrekking van adsistent-resident terstond neerteleggen, dear bet een anomalie schynt een funktie to ver- vullen zonder ambtenaar to wezen . Ik ontving evenwel geen aanschryving om myn betrekking overtegeven, en gedeeltelyk uit besef van de verplichting myn poet niet to verlaten zonder behoorlyk afgelost to zyn, gedeel- telyk uit oorzaken van ondergeschikt belang, wachtte ik de komst van myn opvolger af, in de meaning dat die ambtenaar spoedig - althans dens maand - men arriveeren. Thane verneem ik van u dat myn vervanger nog niet zoo spoe- dig kan verwacht worden - ge hebt, mean ik, die tyding to Serang gehoord - en tevens dat het den resident verwonderde dat dc, in de zeer byzondere pozitie waarin ik verkeer, nog niet heb verzocht het Bestuur aan u to mogen overdragen. Niets kon my aangenamer zyn dan dit bericht . Want 1k be- hoof u niet to verzekeren dat 1k, die verklaard heb niet anders to kunnen dienen dan ik hier deed . . . ik die voor dew wyze van dienen ben gestraft met berisping, met een rulneuze en deshonorante overplaatsing .. . met den last om do arms lieden to verradon die op myn loyauteit vertrouwden - met do keno alzoo tusschen oneer en broodgebrek : - dat ik na dit alley met moeite en zorg elk voorkomend geval to toetsen had aan myn plicht, en dat de eenvoudigate zaak my zwaar vial, geplaatst als ik was tusschen myn geweten en de prinoipes van 't Gouver . nement waaraan 1k trouw sohuldig ben zoolang ik niet onthe . ven ben van myn ambt.

MAX UAVEL4AR 251 De moeielykheid openbaarde zich vooral by 't antwoord dat geven moest aan Idagera. Eons toch had ik beloofd niemand to sullen overleveren aan de rankune zyner hoofdent - Eenmaal had 1k - onvoorzich- tig genoeg! - myn woord ten borg gesteld voor do reohtvaar- digheid van 't Gouvernement. Do arme bevolking kon niet weten dat die belofte en die borg- stelling gedesavoueerd waren, en dat ik arm en onmachtig al- leen stond met myn zucht voor recht en menschelykheid . En men ging met klagen voort! Het was grievend, na de ontvangst der kabinetsmissive van 23 Maart, d 4r to zitten Ws vermeende toevlucht, ala maohte- looze beschermer. Het was hartverscheurend de klachten aantehooren over mis- handeling, uitzuiging, armoede, honger .. . terwyl ikzelf nu met vrouw en kind honger en armoede te-gemoet ga . En ook 't Gouvernement mocht ik niet verraden . 1k mocht tot die arme lieden niet zeggen : ,gaat en lydt, want bet Bestuur wil dat gy gekneveld woort! „Ik mocht myn onmacht niet or- kennen, eOn als ze was met de schande en de gewetenloosheid der raadgevers van den Gouverneur-generaaL Ziehier wat ik antwoordde : ,,Terstond kan ik u niet heden I ,Dock ik zal near Batavia gaan, ik zal den Grooten-Heer apreken over uwe ellende. Hy is rechtvaardig, en by zal a byataan . Goat voorloopig rue- tig naar hula .. . verzet a niet .. . verhuist nog niet .. . wacht geduldig : ik denk, ik.. . hoop dat er recht zed geachie- den f' Z66 meende 1k, beschaamd over do sohending myner toezeg- ging van hulp, myn denkbeelden in overeenstemming to brengen met myn plicht omtrent bet Bestuur dot my nog doze maand betaalt, en 1k zou aldus tot de komst van myn opvolger zyn voortgegaan, indien niet eon byzonder voorval my heden in do noodzakelykheid bracht asn die dubbelzinnige varhouding eon Bind to maken. Zeven personen hadden geklaagd . Ik gaf hun bovenstaand ant- woord . Zy keerden naar hun woonstede terug. Onder-weg ont- moet hen hun dorpshoofd. Hy moot ze verboden hebben hun kampong weder to verlaten, en nam ze - naar men my rap- porteert - hun kleederen of, om hen to dwingen tehuis to bly- ven. Een hunner ontsnapt, vervoegt zich weder by my, en ver- klaart : nid mar zyn dorp tc durven terugkeeren . Wat ik nu then man moat antwoorden, weet ik niet! Ik ken hem niet beachermen . . . ik mag hem myn onmaoht

262 MAY RAVZLAA$L niet bekennen . . . ik toil 't aangeklaagd dorpshoofd niet ver- volgen, daar zulks den schyn zou meebrengen alsof deze zaak pour 1e beeoin de ma cause door my was opgerakeld . 1k weet niet meer wat to doen ... 1k belast u, onder nadere goedkeuring des Residents van Ban- tam, van of morgen-oohtend met het bestuur der afdeeling Lebaka De Adaietent-resident van Lebak, MAY HAVELAAR."

Daarop vertrok Havelaar met vrouw en kind van Bangkae- Betoeng. Hy weigerde alle geleide. Duclari en Verbrugge waren diep geroerd by 't afscheid. Ook Max was aangedaan, vooral toen by op de eerste wisselplaats eene talryke menigte vond, die weggeslopen was nit Rangkae-Betoeng, om hem daar to be. groeten voor hot laatat. To Berang stapte do famiiie by den heer Slymering af, die haar met do gewone indische gastvryheid ontving. ( 1) 'a Avends kwam or veel bezoek by den resident. Men zeide zoo beteekenisvol mogelyk, gekomen to zyn om Havelaar to be . groden, en Max ontving menigen welsprekenden handdruk . .. Maw by moest naar Batavia om den Gouverneur-generaal to Woken ... Dar aangekomen, liet by om gehoor verzoeken . Dit word hem geweigerd omdat er eon fytzweer was aan den voet van zyn Exoellentie. Havelaar wachtte tot die fytzweer genezen was . Toen liet by andermaal verzoeken gehoord to worden. Zyn Exoellentie „had hot zoo druk dat zy sells aan den Direk . teur-Generaal tan financien een audientie had modem weigeren" en kon dus ook Havelaar niet ontvangen. Havelaar wachtte tot zyn Excellentie zou heengeworsteld zyn door die drukte. Intusschen voelde by iets ale nayver op de per . sonen die pan zyn Excellentie waren toegevoegd in den arbeid . Want by werkte gaarne snel en veel, en gewoonlyk smolten zulko „drakton" wog ondor zyn hand. Hiervan echter was nu natuurlyk goon spraak . Havelaars arbeid was zwaarder dan ar. beid: by wachtte Hy waohtte. Eindelyk liet by op-nieuw verzoeken om gehoord to worden. Men gaf hem ten antwoord ,dat zyn Excdlentie hem nid kon ontvangen, wyl ze hierin verhinderd word door de druk- to van haar aanetaand vertrek .

VAT HAVELAAB. 253 Max beval zich aan in de gunst van zyn Eaoellentie om Kn half uur gehoor, zoodra er eon kleine ruimte wezen zon tussohen twee ,drukten."

Eindelyk vernam by dat zyn Excellentie den volgenden dag vertrekken zou 1 Dit was hem eon donderslag . Nog altyd hield by zich krampachtig vast aan 't geloof dat de aftredende Land- voogd eerlyk man, en ... bedrogen was. (W) Ben vierendeel uurs ware voldoende geweest om de rechtvaardigheid zyner zaak to bewyzen, en dit vierendeel uurs scheen men hem niet to wil- len geven.

Ik vind onder Havelaars papieren do minuut van eon brief then by aan den aftredenden Gouverneur generaal schynt ge- schreven to hebben op den laatsten avend voor diens vertrek naar 't moederland. Op den rand staat met potlood aangetee- kend ,niet juist" waaruit ik opmaak dat sommige zinsneden by 't afsohryven veranderd zyn . Ik doe dit opmerken, om niet nit bet gemis aan letterlyke overeenstemming van dit stuk, twyfel to doen geboren worden aan de echtheid der andere officiede stuk- ken die 1k mededeelde, en die alien door eon vreemde hand Moor eensluidend afschrift zyn geteekend. Misachien heeft de man aan wien deze brief gericht was, lust den volkomen-juisten tekst daarvan publiek to maken .(1 ) Men zou door vergelyking kun . nen zien hoever Havelaar is afgeweken van zyn minuut . Zake- lyk korrekt was de inhoud aldus : ,Batavia, 23 Mei 1856. „Eaoellentie! Myn ambtshalve by missive van 28 Februari ge. daan verzoek om aangaande de Lebaksche zaken to worden ge- hoord, is zonder gevolg gebleven . Evenzoo heeft Uwe Excellentie niet gelieven to voldoen aan myn herhaalde verzoeken om audientie. Uwe Eaoellentie heeft due eon ambtenaar die gunstig by hot Grouvernement bekend stond - dit zyn Uwer Exoellentie's eigen woordenl - iemand die zeventien jaren het Land in deze go- westen diende, iemand die niot alleen mete misdeed, maw zelfs met ongekende zelfverloochening hot goede beoogde en voor eer en plicht alles veil had .. . z66 iemand heeft Uwe Eaoellentie gesteld beneden den misdadiger. Want then hoott men ten-min" Dat men Uwe Eaoellentie omtrent my misleid heeft, begryp ilk. Maar dat Uwe Exoellentie niet de gelegenheid heeft aan- gegrepen om die misleiding to ontgaan, begryp ik niet . Morgen gaat Uwe Exoellentie van hier, en ik mag haar niet laten vertrekken zonder nog eenmaal gezegd to hebben dat ik

254 MAT HAVELAAE . myn PLIGHT heb gedaan, OEHEEL-EN-AL MYx PLICWF met bdeid, ma bezadigdheid, met menechenlievendheid, met zachthcid en met mood. De gronden waarop gobazeerd is de afkeuring in Uwer Ex. cellentie's kabinetsmissive van 23 Maart, zyn geheel en at ver- dicht en logenachtig. Ik kan dit bewyzen, en dit ware reeds gesehied, als Uwe Ea- oellentie my en half uur gehoor had willen schenken . Ala Uwe Eacellentie 66n half uur tyd had kunnen vinden om recht to doen / Dit is zoo niet geweest! Een deftig gezin is daardoor tot den bedelstaf gebracht ... Maar Uwe Eacellentie heeft gesanktioneerd : EccT sTEISEL vex MISBBUIS VAN OEZAO, VAN ROOF EN MOOED, WAABONDEB DE AB- ME JAVA" OEBUKT OAAT, en daarover klaag ik. Dat schreit ten hemel! Er kleeft blood aan de overgegaarde penningen van uw dns ontvangen indisch traktement, Eacellentie! (a') Nog 66nmaal vraag ik om een oogenblik gehoor, zy bet dezen nacht, zy hot morgen vroeg! En alweder vraag ik dit niet voor my, maar voor de zaak die ik voorsta, de zaak van rechtvaar- digheid en menschelykheid, die tevens do zaak is van welbegre . pen politiek. Ala Uwe Eacellentie bet met haar geweten kan overeenbren . gen, van hier to vertrekken zonder my to hooren, bet myna zal gerust zyn by do overtuiging al bet mogelyke to hebben aange . wend om do treurige, bloedige gobeurtenissen to voorkomen, die weldra 't gevolg zullen wezen van de eigenwillige onkunde waar. in de Regeering wordt gelaten ten-opzichte van hetgeen er om- gaat onder de bevolking . (lu) MAT HAVELAAIL"

Havelaar wachtte then avond. Hy wachtte den ganschen nacht . Hy had gehoopt dat misschien verstoordheid over den toon van zyn brief bewerken zou, wat by vergeefs getracht had to bereiken door zachtheid en geduld . Zyn hoop was ydel! Do Gouverneur- generaal vertrok zonder Havelaar to hebben gohoord . Er was wader een Eacellentie ter-ruste gegaan in 't moederland!

Havelaar doolde arm en verlaten rond : Hy zocht ...

Genoeg, myn goods Stern! Ik, Multatuli, neem de pen op. Ge zyt niet geroepen Havelaars levensgeschiedenis to schryven . Men HAVELAAa.

Ik heb u in 't leven geroepen .. . do list n komen van Ham- burg .. . ik leerde u redelyk goad hollandach schryven, in zeer korten tyd .. . ik liet u Iouise Rosemeyer kussen, die in sui- ker doet .. . hat is genoeg Stern, ge kunt gaanl

Die Sjaalman en zyn vrouw ... Halt, ellendig produkt van vuile geldzucht en godslasterlyke femelasy! Ik heb u geschapen ... ge zyt opgegroeid tot een monster onder myn pen .. . ik walg van myn eigen maaksel : stik in koffi en verdwyn! Ja, ik, Multatuli „die veel gedragen heb" neem de pen op Ik vraag geen verschooning voor den vorm van myn book. Die vorm kwam my geschikt voor ter bereiking van myn doeL Dit doel is tweeledig : Ik wilde in do eerste plants het aanzyn geven aan lets dat ale heilige poesaka zal kunnen bewaard worden door kleinen Man en zyn zusje, ale hun ouders zullen zyn omgekomen van ellende . Ik wilde aan die kinderen een adelbrief geven van myne hand . En in de tweede plants : ik wil gelezen worden. Ja ik wil gelezen warden! Ik wil gelezen warden door staats- lieden die verplicht zyn to letten op do teekenen des tyds .. door letterkundigen, die toch ook eens 't book moeten inzien waarvan men zooveel kwaads spreekt .. . door handelaren, die belang hebben by de koffiveilingen .. . door kameniers, die me huren voor weinige centen .. . door Gouverneurs-generaal in- ruste.. . door Ministers in bezigheid (157 )... door de lakeien van die Eacellentien .. . door de bidpredikers, die more majorum zullen zeggen dat ik den Almachtigen God aantast, waar ik slechts opsta tegen 't godje dat zy maakten near hun beeld .. . door duizenden en tienduizdnden van exemplaren nit het droogstop . pehas, die - voortgaande hun zaakjes op de bekende wys to behartigen -'t hardst sullen meeschreeuwen over de mooijigheid van m'n geschryf ('u) . .. door de laden der Volkavertegen. woordiging, die weten moeten wat er omgaat in 't groote Ryk over zoo, dat bohoort tot hot Ryk van Nedorland ... Ja, ik zal gelezen warden! Als dit doel bereikt wordt, zal ik tevreden zyn. Want het was me niet to doen om goad to schryven .- Ik wilde z66 schry. van dat het gehoord ward. En, even ale iemand die roept : ,houdt den dief!" zich weinig bekommert over den styl zyner geim- provizeerde toespraak aan 't publiek, is 't ook my geheel om

256 MAY HAVELAAB. 't even hoe men do wyze zal beoordeelen waarop ik myn ,houdt den dief' heb uitgeschreeuwd. „Het book is bont . . . er is goon geleidelykheid in .. . jacht op effekt .. . de styl is slecht .. . de schryver is onbedreven ... goon talent .. . goon methods ... Good, good, alles good! Maar ... DR JAVAAN WOBDT 3uS- HexDE1.D! Want : wederlegging der HOOFDSTBExtfra van myn werk ie onmogdyk / (111) Hoe luider overigens de afkeuring van myn book, hoe liever 't my wezen zal, want des to grooter wordt de kans gehoord is worden. En dit w1I ik! Doch gy, die 1k stoor in uw ,drukten,' of in uw „rust",gy Ministers en Gouvernerneurs.generaal, rekent niet to zeer op de on- bedrevenheid myner pen . Ze zou zich kunnen oefenen, on met eenige inspanning misschien geraken tot eon bekwaamheid die ten lactate zelfs de waarheid zou doen gelooven door 't Volk! Dan zon ik can dat Volk eon plants vragen in de Vertegenwoordiging (110 ) al ware 't alleen om to protesteeren tegen certifikaten van reoht- schapenheid, die door Indische specialiteiten vice versa worden nitgereikt (111) misschien om op 't vreemd denkbeeld to brengen dat men zelf waarde heoht can die hoedanigheid ... Om to protesteeren tegen de eindelooze expedition en helden . daden tegen arme ellendige schepsels, die men vooraf door mis. handeling dwong tot opstand. Om to protesteeren tegen de schandelyke lafhartigheid van eirkulaires die de eer der Natie achandvlekken door 't inroepen van publieke lie/dadigheid voor de s l a o h t o f f e r s van kroni- schen zeeroof. (191) 't Is waar, die opstandelingen waren uitgehongerde geraamten, en die zeeroovers zyn weerbare mannen! En ale men my die plants weigerde .. . ala men my by voort- during niet goloofdo ... Dan zou ik myn book vertalen in de weinige talen die 11k ken, en in de vole talon die ik boron kan, om to vragon aan Europa, wat ik vruchteloos zou hebben gezocht in Nederland . En er zouden in alle hoofdsteden liederen worden gezongen met refreinen als dit : er ligt een roo/slaaat aan de zee, tusschen Oost/riesland en de Sehelde / En wanneer ook dit niet baatte t

MAX HAVEL.AAS. 267 Dan zou ik myn book vertalen in 't maleisch, javaanach, aoen- dascA, alfoerach, boegineesch, baUakech . .. En do zon klewangwettende krygezangen slingeren in de ge- moederen van de arme martelaren wien do hulp hob toegezegd, ik, Multatuli. Redding en pulp, op wettelyken weg, waar bet kdn.. . op w e t t i g e n weg van geweld, waar hot mod. En dit zou zeer nadedigwerken op de K o f f i v e i hi n g e n van de Nederlan4sohe Handelmaatsohappyl( 1'a) Want 1k ben Been vliegenreddende dichter, goon zachtmoedige droomer, zouals de getrapte Havelaar die zyn plicht deed met den mood van eon leeuw, en honger lydt met bet geduld van eon marmot in den winter. Dit book is eon inleiding ... Ik zal toenemen in kraoht en scherpte van wapenen, naarmate bet noodig zal wezen . .. God geve dat bet niet not dig zyl Neen, 't zal niet noodig zynl Want aan U draag 1k myn book op, Willem den derden, Koning, Groothertog, Prins .. . moor dan Prins, Groothertog en Koning .. . ssizzn van 't prachtig ryk van nrsuuNDn dat zioh daar slingert om den evenaar, ala eon gordel van smaragd .. . Ann U durf 1k met vertrouwen vragen of 't uw keizerlyke wil is : Dat Havelaar wordt bespat met de modder van Slymeringen en 1)roogaloppds I En dat daarginds Uw moor dan derlig milioenen onderdanen worden Misa&NDai.D se uiznzzoomr to UWEN nAAxt ( 1a')

AANTEEKENINGEN EN OPHELDERINGEN . AANTEEKENINGEN EN OPHELDERINGEN.

BY DS UITGAAF VAN 1875

(hersien, gewijsigd en aangevuld in 188x) .

De vertraging in 't verschynen van dezen druk is aan my to wyten, en waarlyk niet aan myn voortvarenden uitgever. Hot blyft evenwel twij- felachtig of 't woord : wyten goed gekozen is? Recht tot verwyt immers veronderstelt schuld, en ik vraag of dit van toepassing wezen kan op myn byna onoverwinnelyken tegenzin om, bladzy voor bladzy, woord voor woord, letter voor letter, op-nieuw bet treurig drama to doorleven, dat aan dit boek het aanzyn gaf ? Dit book I Lets anders immers ziet de Ia zer er niet in . My evenwel zyn deze bladen'n hoofdstuk uit m'n leven ... my was de korrektie'a marteling, bbn martelingI Telkens ontviel de pen m'n hand, telkens schemerde my 't oog by 't herlezen der - nog altyd onvolmaakte en verzachteI - schets van wat er nu meer dan vyf-en- twintig jaar geleden voorviel in 't vroeger onbekend plekje gronds dat Lebak beet. En dieper nog was de indruk van treurigheid by 't beden- ken van wat er nu sedert ruim twintig jaren op de uitgaaf van 't book H a v e I a a r gevolgd is. Gedurig wierp ik de proefbladen terzyde, en trachtte bet oog myner ziel to richten op minder tragische voorwerpen dan die welke H a v e 1 a a r s tot-nog-toe onbekroond streven my voor den geest roept. Wekea en soms maanden lang - myn uitgever kan 't ge tuigen! - bad ik den cooed niet, de my gezonden proefvellen intezien . By vallen en staan ben ik nu de korrektie doorgeworsteld, een kor- rektie die me meer kost dan 't schrijven zelf. In den winter van 1859 immers, toen ik, gedeeltelyk in een kamertje zonder vuur, gedeeltelyk aan een waggelend en smerig herbergtafeltje to Brussel, omringd van goedmoedige maar tamelyk onaesthethische farodrinkers m'n Haveiaar schreef, meende ik lets to zullen bewerken, lets uitterichten, lets tot stand to brengen. De hoop gal me moed, de hoop maakte my hier-en-daar welsprekend. Nog herinner ik my den indruk die my bezielde toen ik aan bhkr schreef, m'n book is a!, m'n book is at. No sat aUes weldra good gaan.I Vier lange, vier moeielyke jaren had ik doorgeworsteld - en vruchteloos verloren, helaas! - in pogingen om zonder publiciteit, zonder opzien, zonder schandaal vooral, lets to bewerken dat tot ver- betering zou kunnen leiden van den toestand waaronder de Javaan ge- bukt gaat. De ellendige V a n T w i s t die, voor't mint zoo er eenig be sef van eer en plicht in hem huisde, m'n natuurlyke bondgenoot had moe- ten zyn, was niet to bewegen geweest 'n hand nit to steken . De brief, then ik tot hem richtte, is ontelbare malen gepubliceerd, en bevat nagenoeg alles wat in de Havelaarszaak de hoofdmomenten uitmaakt . De man beeft nooit geantwoord, nooit blyk gegeven van welwillendheid om zooveel mogelyk to herstefen wat door zyn schuld bedorven is . Door die ge MA HAVELAAB- 261 wetenlooze lauwheid ten-laatste gedwongen tot publiciteit, tot bet kiezen van een anderen weg dan ik tot then tyd toe betrad, wees verontwaar- diging my eindelyk de middelen aan om to bereiken, wat onbereikbaar scheen : een oogenblik gehoor. Wat de luie V a n T w i a t niet wilde toe- staan, wist ik aftepersen van de Natie : de Havelaar werd gelezen men .. hoorde my. Helaas, hooren en verhooren is twee! Dat boek was „mooi" verzekerde men, en als de schryver eens weer zoo'n vertel- linkje had ... Zeker, men had zich by de lecteuur ,geamuzeerd" en dacht er niet aan - of ontveinsde to begrypen - dat niet ik op middelbaren leeftyd m'n loopbaan, die schitterend beloofde to worden, opgaf tot vermaak . Dat niet ik amuzement beoogd bad in bet trotseeren van den gifdood voor my, voor myn trouwe dappere vrouw, en voor ons lief kind. De Have- laar was zoo'n onderhoudend bock, durfde men my zeggen, en onder zulke lofredenaars waren er die gillen zouden van angst bij bet minste dagelyksch gevaartje, ik zeg niet voor gezondheid en leven, maar voor 'n Bering deel van bun welstand . De meeste lezers schenen to meenen dat ik my en de mynen bad blootgesteld aan armoed, vernedering en dood, om bun 'n prettig lektuurtje to verschaffen. Deze dwaling . . . doch genoeg hiervan. Zeker is 't dat ik van zoo'n naif-wreede Jokrissiade geen voorgevoel had toen ik zoo verheugd uit- riep : m'n bock is a/, m'n boek is a/ I De overtuiging dat ik waarheid zeide, dat ik gedaan bad wat ik bezig was to schryven, en bet voorbyzien boa 't lezend en luisterend Publiek zoo gewoon is geraakt aan cant, aan zinledige praatjes, aan byna doorgaande tegenstelling van zeggen en doen . . . dit alles vervulde my in 1859 met zooveel hoop als inderdaad noodig was om 't pynlyk schrijven van den Havelaar mogelyk to maken. Maar than, nu me twintig jaar later al to voldoende gebleken is dat de Natie party trekt v66r de Van Twisten en konsorten - d . L voor schelmery, roof en moord - tegen my, d.1 . tegen Recht, Menschlievendheid en w6lbe- grepen Staatkunde, nu viel my 't behandelen dezer bladen oneindig zwaarder nog dan in 1859, al zy 't dan dat ook toen reeds de pynlyke bitterheid herhaaldelijk dreigde de overhand to nemen . Hier-en-daar komt ze - op blz . zoo, byv. - hoe gaarne ook teruggehouden, voor den dag. Wie overigens begeert m'n stemming to kennen by de oprakeling der herinneringen die 't gebeurde to Lebak en wat daarop gevolgd is, in my opwekt, wordt verwezen naar m'n eerste brochure over Vryen- arbeid. 0) En... by al 't verdriet over de aanhoudende mislukking van m'n pogingen, de smart over 't verlies van h5$r die aan m'n zyde zoo held- haftig den stryd tegen de wereld opnam, en niet dkkr wezen zal wan- neer eindelyk bet uur van triumf geslagen is! Het uur van triumf, lezer. Want, bet moge u bevreemden of niet, overwinnen zal ik! Ten-spyt van 't geknutsel en geknoei der Staatsman- netjes aan wien Nederland z'n hoogste belangen toevertrouwt . Ten-spyt onzer zotte Grondwet die premien uitlooft op middelmatigheid of erger, een Instelling die alles weert wat de nu alom erkende verrotting in ons Staatswezen zou kunnen genezen . Ten spyt van de velen die belang heb ben by Onrecht . Ten-spyt van laaghartige afgunst op m'n ,schryftalent" .. . beet bet zoo niet? Ik ben Been schryver, heeren boekenmakers, die volstrekt in my een kollega en konkurrent wilt zien, gelooft me tochl Ten-spyt van plompen taster die niets to grof en to ongerymd acht om

a Uitgaaf van 2873, b1z. 99, vlgg. waar tevens de oorzaak wordt verklaard die, na den Harslaar, me dwong tot bet betreden van breeder terrein dan de zaken in Indie .

262 MAY HAV&LAARL m'n stem to smoren en m'n invloed to breken. Ten-spyt eindelyk van de jammerlyke Sauwhartigheid der Natie die dat alles by voortduring blyft gedoogen .. . overwinnen zal ik. Er zyn in den laatsten tyd schryvers opgestaan, die me verwyten dat ik nets of niet genoeg heb uitgericht, nets of niet genoeg veranderd, niets of net- genoeg tot-stand gebracht . Straks zal lk terugkomen op do bron waaruit zulke beschuldigingen voortkomen . Wat de zaak zelf aan- gaat . . . ik erken volmondig dat er in Indie nets verbeterd is . Maar ... veranderd l De lieden die, eerst onmiddellyk na den Havelaar, en ver- volgens nit kracht van ons armzalig grondwettelyk baskule-systeem, ge- bruik maken van de door dat book opgewekte beweging om zich op 't kussen to zetten, hebben niets gedaan dan veranderen. Dit moest immers wee? Hun staatkunstenmakersmktier bracht het mee . Het gedeeltelyk on- bekwame, gedeeltelyk net zeer integre volkje dat na'6o ,naarboven viol uit gebrek eats zwaarle" begreep dat er iets gedaan moest worden, al deden ze liever 't goede niet, dat dan ook - dit erken ik met hen - naar zelfmoord zou gesmaakt hebben. Recht doen aan den mishandel- den Javaan was gelykbeteekenend met Havelaars verheffing, en dit ware den meesten een vonnis. •) Toch moest er schyn geleverd worden van werkzaamheid in nieuwe richting, en aan 't van verontwaardiging „ril- lend" Volk werd gedurig een been toegeworpen, net waarlyk om den honger naar verbetering to stillen, maar om de kaken in bezigheid to houden, al ware 't dan ook maar met vermeend ekonomisch politisch gewawel. De reageermannen wierpen aan hun kieskollegien, krantenfa- brikeurs en verder koffihuispubliek successievelyk de kluifjes toe, die ik eens voor-al doopte met den naam van duitenplatery. ,Vrye-arbeid" was jaren - en v66r den Havelaar reeds - de hoofdschotel, de piece de resistance van 't verraderlyk menu. Ter afwisseling dienden de heeren hun onnoozelen gasten opgeworpen kwestien over 't Indisch muntstelsel toe. Daarop volgden de kadaster-kwestie, de Preanger-kwestie, de kul- tuur-emolument-kwestie, agrarische-wet-kwestie, de partikuliere-grond- bezit-kwestie, en nog een-en-ander van then aard . De eene neuwe wet volgde op de andere, en telkens wisten de mannen en place - behou- dend of liberaal om 't even ! - aan 't yolk diets to maken dat de eenge mogelyke ontknooping van de door alien erkende moeielykheid nu eigen- lyk en eindelyk geheel alleen in 't allerlaatst voorgesteld heilmiddeltjo lag. Heusch, nu zou 't probaat wezen! Zoo volgde na elk versleten experiment een nieuw experiment . Na elke verbruikte kwakzalvery, een nieuwe kwakzalvery . By elk nieuw mi- nsterie een nieuw arkanum. Voor elk nieuw arkanum nieuwe ministers, bestemd gewoonlyk meer jaren den overladen pensioenstaat to bezwaren, dan ze maanden op 't kussen hadden gezeten . En de Tweede-Kamer aan 't redevoeren! En de kieskollegien aan 't opvyzelen of zwartmaken 1 En 't Volk aan 't luisteren! Al die nieuwigheden werden onderzocht, beproefd, toegepast, ingevoerd . In Indie maakte men de Hoofden, do europeesche ambtenaren, en vooral de Bevolking biengong met de onop- houdelijke ckangements-d-vue ... en er zou nets veranderd zyn na den Havelaar? Ten-gevolge van den Havelaar? Allons done t Er is na en ten-gevolge van dat book, in Indie geschied wat er met j a n K I a a s- s e u 's horloge gebeurde . Men had then wysgeer de opmerking gemaakt dat bet werk vuil was en daarom verkeerd Rep . Fluks wierp by 't in do goot, en reinigde het met 'n stalbezem. Volgens andere tradition van de haagsche poppenkast zette onze politikus er den hak van z'n klomp op . Ik kan den lezer verzekeren dat er werkelyk veel veranderd is in dat horloge.

e) Zeker! Zie de laatste bladz. van sPrrizen on Nederlanda . MAX HAVELAAR. 263 Nederland heeft niet verkozen recht to doen in de Havelaarszaak . Zoo- lang tweemaal twee vier zal wezen, blijft bet zeker dat dit verzuim - dat deze misdaadl - bet punt van uitgang worden zal van 't verlies zyner indische bezittingen Wie deze voorspelling wantrouwt omdat he- den, en dus slechts twintig jaar na m'n seer gedwongen optreden, de hollandsche vlag nog altijd to Batavia waait, verraadt de nauwte van z'n politieken blik. Meent men dat omkeeringen als die welke Insulinde te-gemoet gaat, en waarmee faktisch reeds 'n aanvang gemaakt is - ziet ge die aiet, Nederlanders? - kunnen plaats grypen in 'a bestek als voldoende wezen zou voor 'n dagelijksch voorvalletjen nit bet by- zonder leven? In 't leven der Staten is twintig jaar minder daa 'n oogenblik . Toch zal de kastastroof eon betrekkelyk snel verloop nemen . De on- besuisde oorlog met Atjek was eon der laatste duitenplateryen die 'n minister noodig bad om de aandacht of to leiden van z'n onbekwaamheid, en zal blyken even noodlottig to zyn van uitslag en invloed, als ze licht- vaardig en misdadig was van opzet. Het wankelend nederlandsch gezag is tegen Echecs als dkkr door ons geleden worden, niet bestand . e) Doeh reeds v66r de openbaring der gevolgen van wyder strekking, die deze wreedaardige en dure zotterny na zich slepen moot, waar blijft in doze zaak de zoo hooggeroemde ministerieele verantwoordelykheid . Moet nu de Natie er maar in berusten, dat zekere F r a n s e n v a n d e Iu t t e goedgevonden heeft haar in 'n toestand to brengen, die - om nu niet to spreken van 't schromelyk verlies aan prestige in den Indischen Ar- chipel! - op z66veel millioenen schats, op z66veel menschenlevens to staan komt? Wel zeker I Ook de naam van then man bekleedt'n plaats op den staat van pensioenen! De nederlandsche belastingschuldigen hebben geld to veel naar 't schynt . Wat overigens den oorlog met Atjeh aangaat, ik-eal straks by do aanteekeningen op den Havelaar wel genoodzaakt wezen daarop nu-en dan terug to komen . Nu reeds de opmerking echter, dat me ook in dit opzicht gebleken is, hoe slordig dat book gelezen werd . Zelden of nooit ontving ik blyk dat men den tegenwoordigen oorlog, en myn voorspel- ling daarvan in verband wist to brengen met den iahoud van 't dertiende hoofdstuk. By de groote verspreiding van den Havelaar, is 't inderdaad vreemd, dat toen in September '72 m'n waarschuwende brief Ann den Koning verscheen, en in 't volgende voorjaar de oorlog verklaard word, zoo weinigen zich herinnerden dat ik reeds in '60 op onze gespannea verhouding met bet atjinsche Ryk gedoeld, en bewys geleverd had lets meer van die zaken to weten dan onze krantenschrijvers en Kamerleden . Ware dit Anders geweest, misschien zou myn welmeenende waarschuwing van September '72 beter vrucht gedragen hebben! Nog altyd maakt de oude Jupiter de Koningen en de Natien die by verderven wil, blind, doof, krankzinnig en behoudend of ... liberaal. Want dat komt overeen nit. Hoofdzaak is en blyft : w a a r h e i d zoeken, 't gewichi der waarheid e r k e n n e a en vooral handelen, naar de gegevens die men, aldus te-werk gaande, v o o r waar howden mag . Wat daarbuiten gaat is uit den booze, en Holland zal India verliezen omdat men my geen recht heeft gedaan in myn streven om den Javaan to beschermen tegen mishandeling . Er zija er nog altyd die 't verband tusschen deze beide stellingen niet vat- ten, maar is dit myn schuld? Het smoren van myn klachten is bescber- ming van onwaarheid, aanmoediging van leugen . Is bet nu zoo moeilyk to begrypen dat bet onmogelyk is, by-voortduring die zoo uitgestrekte bezittingen to beheeren, wanneer men omtrent Land en Bevolking goon

) Dat Atjeh zou rurorerd en de Atjiuees o,erwoxxex zoo, is 'n leugen.

MAX HAVHLAAR . 21 264 VAS sAVZLASSA andere dan onware berichten gelieft to ontvangen? Om lets to regelen, to besturen, to regeeren, behoort men dan toch in de eerste plaats to wden in welken toestand zich de to behandelen zaken bevinden, en zoolang men de in den Havelaar verstrekte gegevens ter-zyde schuift, weet men dit nid I En nog lets. Er blykt nit dat book dat de bestaande wetten niet wor- den gehandhaafd . Eilieve, wat bast het dan of men in den Haag en by verkiezingen zich aanstelt alsof er aan 't maken van nieuwe wetten lets gelegen lag? Ik blyf or by dat de oude bepalingen wat de hoojdsaken aangaat zoo slecht niet waren. Maar men verkoos ze niet op to volgen. Daar ligt de kwestie! 5) Daar, en niet in 't eindeloos redeneeren over onderwerpen van vermeend- of voorgewend-politisch belong, een gekib- bel dat wel dienen kan om krantenschryvers aan teksten voor hoofd- artikels to helpen, om ministers een week langer op 't kussen, en de geheel overbodige talenterigheid van Kamerdebattisten bezig to houden, maar geen voetstap nader brengt aan 't eenig ware doel : beschcrming van den Javaan tegen de hebsucht syner Hoojden in medepliehtigheid van eon bedorven Nederiandsch Bestuur.

Wat nu deze nieuwe uitgaaf betreft, ik stond by de Noten die straks volgen, gedurig in twijfel over de meer of mindere behoefte aan toe- lichting . Dit bezwaar is tweeledig, en betreft zoowel bet ophelderen van 'n Maleische of vreemdklinkende uitdrukking, als de staving der /&en die in den Havelaar worden meegedeeld . Ik weet nog altyd niet hoe diep het door de Van Twisten uitgestrooid praatje ,dat ik maar 'n roman had geschreven" wortel heeft geschoten? Durft men de door my over- gelegde officieele stukken voor onecht houden? Hiervan is me niets ter oore gekomen. Dewyl men echter by voortduring weigert my de pleats in to ruimen die me zou toekomen indien ze voor echt worden er- kend, viel 't my moeielyk bet juiste middel to vinden tusschen to veel en to weinig rechtvaardiging . Ik Rep telkens gevaar het justificeeren over to slaan van lets dat in de oogen van sommige lezers bewys kon noodig hebben, en elders lets met bewyzen to staven dat alle verdere toelichting missen kon, een Pout die me zou blootstellen aan de - go- woonlyk verkeerde! - toepissing van 't bekende : qui s'excuse s'aecuse. To excuseeren nu heb ik, die m'n plicht deed, nets. Nederland, deed z'n plicht nid, en heeft zich to verontschuldigen dat het tegen H a v e- 1 a a r party trekt voor schelmery. Z66 is de zaak! De weifeling dan tusschen to veel of to weinig justificatie der aange- voerde feiten, hinderde my zeer . Maar zie, tamelyk ver reeds gevorderd met bet afwerken der Noten, bleek me dat ik bezig was de grenzen der my gegunde ruimte - een ruimte die ik zelf vroeger voldoende had gerekend - zeer ver to overschryden . Myn aanteekeningen, toelichtin- gen en ophelderingen op filologisch, land- en volkenkundig of historisch terrein, dreigden weldra den oorspronkelyken tekst in uitgebreidheid te- boven to gaan. Hot hierdoor noodzakelyk geworden knotten was my een verdrietig work, en ik ben zoo vry to gelooven dat do lezer er lets by ver- liest . Do vervloekte puntjes waarmee de beer V a n L e n n e p goedvond m'n work to bederven, zijn in doze uitgaaaf natuurlyk door leesbare woor- den in idlers vervangen. De pseudoniemen S ly m e r i n g, V e r b r u g- g e, D u c l a r i en S 1 o t e r i n g heb ik onveranderd gelaten omdat

d) Zie ter opheldering der karakteristieke frekwentie van dnsdanig misvatten . hot aardig voorval op 'n audientie by den Keizer van Ruslan4, medegedeeld in m'n brochure over Vrgen arbzid, uitgaaf 1893, bla. 137,

MAX EAVELAAB. 265 die namen nu eenmaal populair zyn geworden . Myn vermoorde voorgan- ger heette C a r o l u a De namen van den kontroleur V e r b r u g g e en den kommandant D u c 1 a r i waren Van H e m e r t en Col- lard . De Resident van Bantam heette B r e s t van K e m p e n, en M i c h i e 1 a was de naam van 't Napoleonnetje to Padang. Wat my be- woog tot verandering dezer namen in 't handschrift dat ik aan den beer V . L. toevertrouwde? Met verwyzing naar bet slot van 't XIXe hoofd- stuk, zy hieromtrent de opmerking voldoende, dat ik den eerlyken maar niet heldhaftigen kontroleur wilde vrywaren tegen rankune. Al steunde by me niet in m'n streven, by had me dan toch niet tegengewerkt, en zelfs, waar ik 't verzocht, ronde verklaringen afgegeven. Dit was reeds seer veel, en zou hem kunnen aangerekend zijn als misdaad . De benaming S I y m e r i n g voorts diende my tot bet typizeeren van m'n model. En 't veranderen eindelyk van de namen C a r o l u s en C o l l a r d in Slotering en Duclari vloeide uit de vorige substitutien voort . Geheimhou- ding was waarlyk m'n zoeken niet, wat trouwens uit de geheele strekking van m'n work blykt, maar ik vond bet stuitend bepaalde personen prys to geven aan bet oordeel van 't gewoon lezend Publiek. In de oicieeie wereld, meende ik - en heir ging de zaak aan-zou men wel weten tot wien men zich to richten bad om inlichtingen aangaande de zaken die ik openbaar- de . Dit hkbft men dan ook geweten, want na ontvangst van den Havelaar in Indie, is de Gouverneur-Generaal P a h ud terstond naar Lebak ge- reisd ,om daar eenige klachten over misbruiken to onderzoeken." Op den titel van 't boek zal ik in een latere aanteekening terugkomen. Die titel is noch 'n Jarce, gelyk sommigen voorgeven to meenen, noch 'n uithangbord, ein Aushdngeschild das in Holland nothig schien um Kdu- fer su locken, beweerde zeker publicist in de Deutsche Jahrblcher /fir Wissenschajt, Kunst and Politik . 0, neen, die titel is 'n epigram. Wat de spelling aangaat, even als in m'n andere werken volg ik na- genoeg de mode van den dag . ,Nief, zooals ik zeide in 't Voorbericht by den vyfden druk myner I d e e n, omdat ik den minsten eerbied voel voor de taalkennis der personen die heden-ten dage zoo good ads ofcieel6elast schynen met de bearbeiding van dat veld, dock om niet hot oog des losers ajtestooten door vreemdheid van spelling. De sop so" de hoot niet waard syn." Zeker, wezenlyke taalkunde is heel wat anders! Toch heb ik ook bier de leelyke i-j die door sommigen als y-klank gebruikt wordt, voor goed conga gegeven. Tent pis voor de Hilaridessen die er om treuren . Dezelfde soort van lettermannen zullen waarschynlyk geen vrede hebben met m'n interpunktie. Ik met de hunne niet. Welnu, evenals - ik meen - H i l d e b r and ergens, Beef ik bun een paar mud komma's tea-ge- schenke, om die to plaatsen waar ze goedvinden, tot er de verlangde slymerigheid en hun voldoening op volgt, amen . De beer Mr . C. V o s m a e r maakt in z'n ,Zaaier" de opmerldng dat de Havelaar blyken draagt van nog onvolkomen beheersching der taal, en van 't worstelen om vormen voor de veelvuldige stof . Ik stem dit volmondig toe . Ook my hinderde onder de korrektie herhaaldelyk lets gewrongens in den zinbouw, dat waarschynlyk tot de kritiek van den beer V. beeft aanleiding gegeven . Naar m'n bests weten heb ik die fouten in de tegenwoordige uitgaaf verbeterd.

En, alsnu terugkomende op de beschuldiging dat ik tot-nog-toe zoo weinig heb tot stand gebracht .. . dit verwyt is zoo dom niet . Men wordt Doctor in de letteren door zulke wapenfeiten. Eilieve, dit heb ik dan toch bewerkt, niet waar, dat personen die bezig waren met kouvatten uit verregaande lauwerloosheid, op-eenmaal bun kalen schedel gedekt voel- den met den doktershoed, alleen omdat ze de handigheid hadden ge- 266 MAX RAVELAAB. bruikt my 'n paar kwajongensachtige insolenties to zeggen? In een land waar de officieele distinktie zd6 wordt te-grabbel gegooid ... Het zy zoo! Wat ik gedaan heb, heeren? Wel ik dbkd wat in den Havelaar geschreven staat. Is dat niet genoeg? Wat deedt gy? Wat ik gedaan heb, nogeens? Ik ving, geheel alleen staande, in dret- gend levensgevaar en met opoffering van alien welstand, den stryd aan tegen lieden van *we soort, d . i. tegen bet Onrecht. Gaat been en doet desgelyksl Dat overigens m'n streven niet werd bekroond . . . dat ik nog altyd bet gemakkelyk to raken - en debietbelovend - mikpunt ben van de eerste de beste nulliteit die 't ambacht van frazenmaken eenigszins meent to verstaan - al zy 't dan ook dakrmee vaak povertjes gesteld - en dat, wat meer zegt, de toestand in Indien ellendiger is dan ooit . . . mag men dit my wyten? Ik deed, meen ik, wat 'n mensch in de gegeven omstan- digheden doen kdn, en zeker meer dan eenig Nederlander . Het schim- pen op de betrekkelyke onvruchtbaarheid van m'n pogen herinnert aan den wrevel der matrozen van Columbus in September 1492 . Ook dat ge- peupel schold z'n admiraal uit . Of ze doktoren in de letteren geworden zyn, weet ik niet. Geen vrucht alzoo in m'n werk? Het is hier de plaats niet, den in- vloed na to gaan then ik uitoefende op heel ander terrein dan de zaken van Indib . Ik ben zoo vry to gelooven dat m'n geschriften heilzamer be- weging hebben uitgewerkt op zedelyk en godsdienstig .. . last me liever zeggen op intellektueel gebied. Van vele zyden ontving ik blyken dat ik menigeen tot denken heb gebracht . Wie 't betwijfelt of ontkent, gelieve bet to zeggen, en noemen evenals de zeer edele heeren A. B . C o h e n Stuart en Van V 1 o t e n, z'n naam er by, om behoorlyk do schande to dragen van z'n platte jalouzie. Aan afgunst namelyk meen ik voor 'n groot deel den toon to moeten toeschryven, waarop sedert eenigen tyd sommige publicisten - of lui die 't worden willen - m'n werken en m'n persoon aanvallen. Die toon is gewoonlyk wat to laag voor 't onderwerp. Dat ik niet de eenige ben, die by 't lezen van stukken als die van Doctor van Vlotea aan jaloersheid denk, blykt o .a uit bet hartig artikel van den beer J. V e r s I u y s, in 't Schoolbiad van 1g Januari 1875, waar de animoziteit van then godgeleerde in verband wordt gebracht met bet stuk over Vrye Studie dat in m'n Jun bundel I d e e n voorkomt . Dat onderwerp namelyk was ook door Dr. Van Vl. behandeld, en schynt onder zyn handen niet veel opgang gemaakt to hebben . Kan ik dit helpen? Zbker is 't dat ik na 't verschynen myner verhandeling sporen begon waartenemen van de hatelyke stemming die nu blykt jegens my to be- staan . Vroeger was ik't allerliefst gekwalificeerd : ,slachiofer van indisch wanbestuur en hollandsche lamlendigheid," Wat ik nu ben, weet ik niet recht . Een prulschryver, denk 1k, wiens werken moeten verdrongen wor- den om wat ruimte to verschaffen aan de hyperaesthetische produkten der pen van Dr . V. VI . Wie z'n ,Bloemlezing" onderzoekt, zal deze gissing nog-al aannemelyk vinden. Op de blykbare oneerlykheid in dat prachtstuk van letterkundigen arbeid wyst dan ook zeer ten-reclite de heer V e r s l u y s . Zelfs Mr. V o s m a e r - gewis toch een onzer eer- ste dichters, als-i niet de eerste is - wordt door den verheven Bloemlezer in den ban gedaan. Die auteur had zich verstout myn work in z'a,,Zaaier" to pryzen, en mocht dus geen bloemen leveren. Doch ook zonder eigenlyken broodnyd, sedert eenigen tyd is 't schelden op my'n miner en 'n lie geworden. Het aantal brochuretjes en ,,Overdruk- jes ' dat aan dusdanige spekulatie z'n aanzyn to wyten heeft, islegio,enle- veit een treurig blyk van armoed aan scheppingsverniogen. Wie nief in- MAX HAVEL.AAB. 267 staat is zelf lets degelyks voorttebrengen, tracht evidentie - en honora- rium! - optedoen door 't knagen aan den arbeid van 'n ander . Men zon haast op 't denkbeeld komen dat ikzelf hiertoe den weg wees in m'n I d e e 249, wanneer men niet wist dat wespen, rupsen en paalwormen zoo oud zyn als vruchten, loof en zeeschoejing . Maar jammer is 't! Dat de Van Vlotens, e. d . zulke manoeuvres noodig hebben om 'n uitgever to bewegen tot bet riskeeren van ,Overdrukjes" nit hun niet zeer verspreide tydschriften, is begrypelyk. Ook vereert bet me zeer, z66veel opgang to maken dat daarvan nog altyd lets kan afvallen om 'n ander to helpen aan relief, al schikt bet me niet altyd dat teren op afval in de hand to werken door serieuze beantwoording van dergelyk ge- schryf. Toch verbind ik me niet tot voortdurend zwygen, maar't zou me aangenaam zyn indien anderen de niet moeielyke taak op zich namen . ... bet verschil to doen in 't oog vallen tusschen wespen en ooft. My wordt door zulke al to goedkoope bewysvoering de stemming bedorven, en ditis jammer voor myzelf en den lezer. Men begrypt immers hoe ik, bezig met bet schetsen van lets liefelyks, met viesheid de pen wegwerp zoodra my de gedachte overvalt dat wezens als V a n V 1 o t e n zich gereed maken m'n, werk to bevuilen? 5) Ik meen to goed to zyn om zulk volkjen aan verkoop- bare kopie to helpen, en zeker zou 't my 'n kwart-eeuw geleden toen ik den . Lebakschen stryd streed, bevreemd hebben indien iemand my voorspeldh had dat er n3 't openbaien van m'n pogen en streven, aanleiding zou be- staan tot zoo'n verklaring! Het strekt waarlyk 't lezend Publiek met tot eer dat sommigen een toon tegen mij durven aanslaan alsof H a v e I a a r een der hunnen was. Zoolang dit opgaat, beweer ik dat men - ouder ge- woonte - slecht gelezen heeft . Anders toch zou men niet gedoogen dat 'n stryd die zoo ridderlyk werd aangevangen en voortgezet, ten-behoeve van zeker soort van belanghebbenden werd overgebracht op 'a mestvaalt' Hartelyk dank!

s) De verdeeling in hoofdstukken is 'n toevoegsel van den beer V a a Len n e p. Ikzelf namelyk was, vooral in r86o, niet schryversachtig ge- noeg om zooveel reglement to brengen in m'n pleidooi,en blyf gelooven dat die indeeling, nit 'n letterkundig oogpunt zonder schade kon gemist wor- den. Juist in de onafgebroken opvolging der stukken van D r o o g s t o p- p e 1 en van S t e r n, ligt iets pikants dat door 't onverwachte van den overgang den lezer wakker houdt of ... maakt . Doch de ondervinding leerde my dat bet aanhalen van zekere passages gemakkelyk wordt ge- maakt door de nummering der hoofdstukken, en ik liet daarom die indee- ling bestaan.

2) Het ,,Poolsche koffihuis" was, of is nog, 'n druk bezochte inrichting in de Kalverstraat to Amsterdam, en vooral'n verzamelingspunt voor ze- kere klassen van beursgangers.

3) Dass er- de jonge Stern- bei uns speisen kann ." Aldus heeft zekere He" Stromer, in z'n zoogenaamde vertaling van den Havelaar deze woorden overgezet . Wanneer men nu nog daarby verneemt dat die snug- gere letterman blyk geeft geen verschil to kennen tusschen de woorden pantalon en panto/fel, dat hij ,witte mieren" verandert in schweinsmieren, enz . enz. zal men de waarde van z'n werk kunnen beoordeelen . Hy heeft bovendien omstreeks s/s van 't boek mir nichts dir nichis doodeenvoudig

0) Be kan op m'n woord verzekeren dat dit in den meest letterlyken zin een der oorzaken is van de herhaalde vertraging in de Ge,chiedenu van Wuvierlje. 268 MAX UAVELSesC weggelaten, en alzoo't heele boek tot onzin gemaakt. Ik stel voor, hem tot beroemd buitenlandsch schryver to benoemen. Ook de fransche vertaling van Nieuwenhuis en Crisa/ulli last seer veel to wenschen over, maar zoo slecht als do duitsche kon ze nu eenmaal niet worden . Onbereikbaar! De engelsche bewerking van m'n nobelen Alphons Nahuys daarentegen is goed, en wordt ook in Engeland geprezen . 4) Het is er ver van daan dat ik alles zou afkeuren wat ik D r o o g- s t o p p e 1 in den mond leg . Hy,,hield zich zich niet op" met versjes van de soort als hier volgt. Welnu, ik ook niet! 't verschil ligt in den grond waaruit zoodanige tegenzin voortspruit . Dat een jong vurig naar poexie dorstend hart, misleid door de biologie van opgedrongen letterkundery, misgrypt in z'n eerste pogingen tot uiting, en voor lets wezenlyks houdt wat ten-slotte blykt slechts ydele klank to zyn - „getingel en gejingel" noem ik 't in m'n Naschrijt op do Bruid daarboven - dit is to vergeven niet alleen, maar een zeer noodzakelyk verschynsel . Il taut passer par id ! De eikenstam die bestemd is om gaaf droog bout to leveren, moet z'n be- staan aanvangen als sappige tak . Maar de Droogstoppels hadden nooit sap to veel, en hoefden niet to veranderen om to worden wat ze zyn ; dor en onbruikbaar. Ze staan niet boven maar beneden de fout van die ande- ren, en zouden bovendien terstond waarde gaan hechten aan ,versjes en zulke dingen" wanneer die produktjes genoteerd stonden op de beurs. Voor zoo-ver D r o o g s t o p p e I's realistische ontboezemingen die- nen kunnen om valsche poixie in de gemoederen onzer jongelingschap to knotten, beveel ik z'n boutades van harte in de aandacht van ouders, opvoeders en recensenten aan . Wat my aangaat, als ik kiezen moest tusschen hem en zeker soort van verzenmakers .. . nu, toch koos ik 'hem niet! Maar ik erken dat die rechtvaardigheid me zwaar yallen zou . 5) Welk gedicht kan bier bedoeld zyn? De chronologische volgorde verbiedt ons hier to denken aan : „de laatste dag der Hollanders op Java door S e n t o t, want dat stuk is nk den Havelaar geschreven, en mis- schien wel onder den indruk 'Van den Havelaar. Daar ik Sjaalmanspak niet by de band heb, en toch gaarne den lezer in staat stellen wil zich 'n denkbeeld to vormen van D r o o g s t o p p e l s verontwaardiging, seem ik verlof then arbeid van S e n t o t aan de Natie voor oogen to leg- gen. Het zal den toekomstigen geschiedschryver aangenaam zyn to kun- nen bewyzen dat bet niet aan waarschuwingen ontbroken heeft. Er zyn er die beweren dat myn vriend S . E . W. R o o r d a v a n E y- s i n g a om't vervaardigen van dit stuk nit India verbannen is . De beer V a n d e r W y c k, Raad van India en als zoodanig een der voorstan- ders van de uitzettiftg, beeft dit ontkend . Ook andere regeeringsmannea loochenen bet verband tusschen S e n t o t s profetengaaf en R o o r d a' s verdrietig en onverdiend omzwerven . Sommige waren van gedachte dat deze duisterheid zou opgehelderd worden by de behandeling van R o o r- da's zaak in de Tweede-Kamer, waar overlegging kon verwacht wor- den - en geaischt, want bet Regeerings-Reglement schryft dat over- leggen voor - van 't besluit waarby de gezagsdaad was uitgevoerd . Maar de Minister F r a n s e n v d Putte meende to kunnen volstaan met de aanbieding van een extrakt nit de beschikking, en de leden der Kamer berustten alweer in die onwettigheid. Vrage : wat stond er in 't achtergehouden deel van dat dokument? lets over S e n t o t s Vloek- zang? Misschien die Vloekzang zelf? Bestond er wellicht zeker schuld- besef dat angstig maakte voor de openbaring van dat stuk? In dit ge- val is de toeleg niet gelukt, want - zy 't dan dat R. V. E. zelf nooit de hand leende tot de publikatie - bet verscheen herhaaldelyk in druk,

MAX HAVELAAB . 269 en ikzelf vond bet meer dan eens opgenomen in provinciale blaadjes . Zoo- wel om de edele verontwaardiging die er in schittert, als om de letterkun- dige verdiensten vinde het bier een blyvende plaats . Reeds elders maakte ik de opmerking, dat bet in gloed en in kracht van uitdrukking zegevie- rend de vergelyking kan doorstaan met de beroemde imprekatie van Camille.

DE LAATSTE DAG DER HOLLANDERS OP JAVA

DOOR SENTOT.

Zult gy nog langer ons vertrappen, Uw hart vereelten door het geld, En, doof voor de eisch van recht en rede, De zachtheid tergen tot geweld?

Dan zy de buffel ons ten voorbeeld, Die sarrens moe de hoornen wet, Den wreeden dryver in de lucht werpt En met zyn lompen poot verplet .

Dan schroeie de oorlogsvlam uw velden, Dan roll' de wraak langs berg en dal, Dan styg' de rook nit uw paleizen, Dan trill' de lucht van 't moordgesebal.

Dan zullen wy onze ooren streelen Aan uwer vrouwen klaaggeschrei, En staan, als juichende getuigen, Om 't doodsbed van uw dwingelandy .

Dan zullen wy uw kinderen slachten En de onzen drenken met hun bloed, Opdat der eeuwen schuld met rents, Met woekerwinste word' vergoed .

En als de zon in 't Westen neerdaalt, Beneveld door den damp van 't bloed, Ontvangt zy in bet doodsgerochel De laatste Hollandsche afscheidsgroet .

En als de nachtelyke sluier De rookende aard heeft overdekt, De jakhals de nog lauwe lyken Dooreenwoelt, afknaagt, knabbelt, lekt ...

Dan voeren wy uw docbters henen, En elke maagd wordt ons een boel, Dan rusten we aan haar blanke boezems Van moordgetier en krygsgewoel . 270 VAX HAVELAAR. En als haar schand zal zyn voltrokken, Als wy ons hebben moegekust, Als elk tot walgens toe verzadigd, Hot hart van wraak, bet lyf van lust,

Dan tygen wy aan 't banketteeren, En de eerste toast is : „'t Batig Slot!" De tweede toast : ,aan Jezus Christusl" De laatste dronk : ,aan Neerlands God!"

En als de zon in 't Oosten opdaagt, Knielt elk Javaan voor Mahomed, Wyl by bet zachtste yolk der aarde Van Christenhonden beeft gered."

De opmerkzame lezer ziet dat de brave Droogstoppel ongelyk had in a'n verontwaardiging over dit - of 'n dergelijk - stuk. Ook had F r a n- s e n v a n d e P u t t e bet besluit der Regeering, waarby de beer R . v. E . verbannen werd, in alle gerustheid integraal kunnen overleggen . S e n t o t zegt immers niet dat dit alles zoo wezen zal . Hy waarschuwt slechts dat bet geschieden sou, indien de Hollanders voortgingen hun „hart to Wen vereelten door 't geld, en den Javaan to vertrappen." Daar nu dit geval - vooral na de oprichting der Javaannutmaatschappy en al 't geredekavel in de Kamer - ondenkbaar is, zal de zaak veel be- ter afloopen dan S e n t o t in 'n wanhopig oogenblik meende . Voor wien 't niet weet, hier de mededeeling dat de pseudoniem Sentot niet byzonder ongepast de herinnering in bet leven roept aan den javaschen oorlog. Sentot namelyk was in zeer letterlyken zin to vtom de guerre van A l i b ass a P r a w i r g D i r d j o, 't uitstekendst legerhoofd van de ,muitelingen" zooals de party van D i e p o N e g o r o in chauvinistisch hollandsch genoemd werd, een vertalingsfout waaraan zich ook de Spanjaarden schuldig maakten jegens de Nederlanders, toen desen zich van indelikate vreemdelingen trachtten to ontslaan . De meer of minders juistheid van zoodanige uitdrukkingen bangt dikwyls of van geografische ligging, dagteekening, huidskleur, geloof, en behoefte aan batige saldo's. De muiters van gister zyn dikwyls de helden en marte- laren van vandaag. ') Wat overigens then S e n t o t betreft, men heeft hem na afloop van den Javaschen oorlog to vriend gehouden . Hy heeft z'n laatste levensja- ren gesleten als gepensionneerde van den nederlandschen Staat, en z'n krygslieden werden by 't ned . ind . leger ingelyfd, dock niet en corps ... wat zyn goede reden had. Nog in myn tyd - die wat Indie aangaat, een aanvang nam in Januari 1839 - onderscheidden zich de nit S e n t o is Barrissan (geregelde troepen) afkomstige soldaten door good gedrag, tucht en militaire houding. Hot was niet zeldzaam, by inspection of parades, een hoofdofficier, by 't wyzen op 'n flinken kerel, to hooren zeggen : Ienie ape lagie orangnja Sentot l .,Dat's flog 'n man van Sentot P' 6) Romancen in 't maleisch. Ik laat nu daar wat D r o o g s t o p p e l kan onder de oogen gehad hebben, doch geker is 't dat ik den zang van Saidjah die in doze uitgaaf voorkomt op b1z . 215, oorspronkelyk in 't maleisch geschreven heb. Waar dat stuk beland is, weet ik niet, en op dit oogenblik zie ik geen kans bet in die taal to maken. Waarschynlyk

°) De moedige Atjinezen die bun land verdedigen, heeten tegenwoordig .kwaad- wiUigen.s

MAa HAVELess 271 igt bet in een der koffers of pakken papieren die ik na m'n vertrek van Lebak op m'n verdrietige Odyssee hier-en-daar moest achterlaten, en waaromtrent ik den lezer verwys naar Idee 951 . Ik denk dat bedoeld stuk voor den dag zal komen na m'n dood, als ik niet meer daar wezen zal om to vragen hoe men er aangekomen is? Dat or overigens zal ge- spekuleerd worden in nagemaakt-posthume arlikelen, spreekt in oaze eeuw van vervalsching vanzelf. En wanneer bet to voorzien was dat die sofistikatie zich bepalen zou tot schryvery, kon men de zaak dragelyk vinden voor 'n doode. Maar de goocheltoeren die men aan den man brengen zal omtrent m'n leven, handelwys, karakter! Reeds nu lees en verneem ik dagelyks voorvallen die my betreffen, gebeurtenissen waarin ik 'n hoofdrol speel, en die myzelf grooter verrassing baren dan ze ooit kunnen teweegbrengen bij ieder ander. De vertellingen die over my in omloop zyn - ook de niet boosaardige -- loopen voor ieder die me werkelyk kent, in 't koddige .. . neen, in 't idiote / Geenszins nu ter ad- struktie hiervan, maar alleen om to doen blyken comment on Ecru l'his- toire, hier de opmerking dat zekere Bloemlezer nu reeds, slechts zeven- en-dertig jaar na m'n vertrek naar India, goedvindt dat vertrek 'n paar jaar to verschuiven. Wage welke stiptheid is er to wachten in de chro- nologische rangschikking der chinesche dynastien, en vooral welke we- tenschappelyke en moreele integriteit in karakterbeschryving? Toch is er leering to trekken uit de hier bedoelde foot . Door 't opmerken van zulke blunders, gewenne zich de lezer aan de vraag : „man, bloemlezer, wed je wel wat je beweert ons to willen leeren? Zoo neen, waar bemoei je je mee?" y) Voor gelykluidend met hot oorspronkelyke geteekend . Dit is werkelyk bet geval met de bewysstukken die ik zoowel in den Havelaar als in de Minnebrieven overleg. Op gelyke wys heb ik de echtheid van meer andere stukken doen staven, in de meening dat men eenmaal daarnaar onderzoek zou doen . Maar nooit heeft iemand de moeite genomen, wat me zeer karakteristiek voorkomt. Het spreekt vanzelf dat ik nog altyd bereid ben image van bedoelde stukken to geven aan ieder die blyk zal geleverd hebben dat bet hem om waarheid to doen is . Voorloopig be- paal ik my tot herhaling der sommatie aan D u y m a e r v a n T w i s t om to beweren dat de door my als echt voorgestelde stukken verdicht ziju. Zoolang by dit niet durft, blyf ik eischen dat or op die stukken Recht worde gedaan. 8) Wettig sigendom van den Havelaar. D r o o g s t o p p e l voelde be- rouw dat-i den onnoozelen S j a a I m a n z'n recht op eigen work niet ontfutseld had . Waarschynlyk kwam me by 't schetsen van den huiche'. lenden schelm, doze trek noodig voor . En zie, ik wist niet dat ik hier -, in zeer beperkten zin altoos - profeet was . Juist op de manier die D r o o g s t o p p e I hier betreurt niet gevolgd to hebben, is de beschik- king over 't book Havelaar in andere handen overgegaan. De my aan- geboden en eigenlyk opgedrongen ondersteuning die strekken zou om me zes maanden rust to verschaffen na m'n ellendig omzwerven, en om den uitslag van m'n pleidooi a/tewachten, is gebruikt als voorwendsel om den Havelaar z66 to behandelen dat bet pleidooi z'n kracht verloor . En dit geschiedde opzettelyk . In een aan my gerichten „brief' verklaart de beer V a n Len n e p : dat by 't populair worden van m'n arbeid wilds tegengaan, by die met zooveel vertoon van vurige sympathie my verzocht had de uitgaaf daarvan aan hem optedragen 1 Toch ben ik aan de recht- vaardigheid verplicht den lezer to waarschuwen tegen zekere vereenzel- ving van den beer V . L. met den afzichtelyken Droogstoppel . Toen V. L. begon zich met de Havelaarszaak intelaten, was-i oprecht . Maar gaan-

272 VAT HAVELALRE de-weg begon by berouw to voelen, en z'n zwakheid nam zbb do over hand dat-i weldra liever my verraadde - 't moot hem zfkr gedaan hebben, want slecht was-i niet 1 - dan in zyn kring doortegaan voor den beschermer eener zaak die, seer ten onrechte, werd uitgekreten voor jets revolutionnairs. Men zie over dit alles, blz . 17 van Vrye-arbeid, uit- gaaf 1873, en de Noot Qp Idee 289 . 9) Wapen van Bern . In een aldus genoemd gebouw, staande op 't Spui to Amsterdam, werden in m'n jeugd boekverkoopingen gehouden . Ik weet niet of dit nog zoo is, en zelfs niet of die inrichting nog be- stond in den tyd waarvan D r o o g s t o p p e 1 verondersteld wordt to spreken, d. I . een paar jaar na den datum der officieele stukken die in den Havelaar opgenomen zyn. zo) Pandeglan en Lebak. Hier voor 't eerst bad ik 't genoegen een paar namen voluit to schryven, die in vorige uitgaven met puntjes ver- minkt waren . Tot op dit oogenblik toe kende een zeer groot getal lezers den naam niet van de provincie waar de in Havelaar behandelde voor- vallen plaats grepen. Men moest zich vergenoegen met den klank Leb . En dat zoo's storende terughouding nadeelig gewerkt heeft, zoowel op bet schilderachtige der voorstelling als op 't betrouwbare van m'n be- weringen, spreekt vanzelf . Dit was dan ook 't doel van dat verraderlyk kastreeren. Men zie hiervoor de zooeven aangehaalde Noot op I d e e 289 . De Engelschman W a 11 a c e - die nota bene de engelsche vertaling van den Havelaar niet onder de oogen gehad heeft, want dakrin staan namen en datums voluit gedrukt - ontzegt aan m'n werk alle waarde omdat ik geen plaatsen en dagteekeningen opgee/ . Men heeft my verzekerd - of 't waar is, weet ik niet - dat de beer V a n L e n n e p m'n handschrift ten-geschenke heeft gegeven aan de Maatschappy der Nederlandsche Ldterkunde to Leiden. Indien ik hierin wbl geinformeerd ben, zou dat Genootschap in de gelegenheid zyn to onderzoeken of 't myn schuld is, dat in vorige uitgaven de namen van plaatsen en personen of de dagteekeningen met lafhartige puntjes ge- speld zyn? lul ix) Groote weg over Java. Doze weg loopt van Anjer, aaa straat Soenda gelegen en dus een der westelykste punten, tot aan Banjoewangis dat aan 't Zuidoostelyk uiteinde des lands, tegenover Bali ligt, en is 276 uur gaans lang. Het aanleggen daarvan was een reuzenwerk, en kon dan ook slechts ten-einde worden gebracht door 'n man als D a e n- d e I s die aan groote wilskracht, verregaande minachting voor byzondere belangen, paarde. De blyken die van z'n ruwheid worden verteld, loopen in 't ongelooflyke . Toch zya er in zekere gevallen menschen van die soort noodig . Ik beweer dat er ook than behoefte is aan personen die moed en kracht hebben om op eigen verantwoordelykheid to broken met den sleur. Waarlyk, er zyn heden-ten-dage in ons India dingen to verrichten, waarby die postweg kinderspel isl Of de D a end o 1 s die daartoe verwacht en gewenscht wordt, zou kunnen volstaan met de ei- genschappen die 'n zeventig jaar geleden aan de eischen beantwoordden, blyft to betwyfelen . 1k spreek in den tekst van ,bezwaren die z'n tegen- standers in 't Moederland hem in den weg legden ." Wat is in onzen tyd bet lot van iemand die in Indien iets verbeteren wil? Hoe zwaar D a e n- d e Is' taak ook moge geweest zyn, by had niet to worstelen met 'n wysneuzige Tweede Kamer en de mlnisterschappen die nit zoo'n Ka- merregeering voortvloeien . Wat overigens omen ,Maarschalk" aangaat -MarlchaldeHollande, namelyk, want na de inlyving werd-i teruggezet tot generaal - ook ten MAY HAVELAAS 273 zynen opzichte is het to betreuren dat wy Hollanders zoo schraal voor- zien zyn van MEmoire-litteratuur, een fout die onze Geschiedenis dor maakt, en slechts begrypelyk voor de zoodanigen die, geen oordeel ge- noeg hebbende tot niet-begrypen, volkomen tevreden zyn met ongerymd- heid. De levensloop van D a e n d e I s was 'n drama . Dit is op to maken nit bet weinige dat officieel van hem bekend is, en nit de vele vertel- lingen die in de chinesche kerk (98) omtrent hem in omloop zyn. Een goedgeschreven levensgeschiedenis van then man zou licht werpen op 'n belangryk tydvak onzer historie van den patriottentyd of tot de res- tauratie toe. Op z'n armzalig knoeien by gelegenheid der inlyving van ons landje, wees ik reeds in m'n I d e e 515 . Wie by 't lezen van die bydrage in 't oog houdt dat onze ,Maarsehalk van Holland" een gewe- zen patriot was - en een van de vurigsten 1 - zou verbaasd staan over 's mans verregaande karakterloosheid, indien niet zyn verbazing uitgeput ware door 't letten op de algemeenheid van die kwaal . Ook in 't zeer belangryk werk van den heer V a n L e n n e p (Het leven van Mr. C. v . L . en Mr. D. J. v. L . C) vindt men kostbare maar bedroevende bydra- gen tot deze waarheid. Wie de Gescbiedenis grondiger bestudeert dan nit officieel-goedgekeurde schoolboekjes mogelyk is, zal erkennen dat men zeer zelden in de rei der personen die zy ons to aanschouwen geeft, een karakter aantreft . Toch blyft bet de vraag of men D a e n d e I s goed zou beoordeelen, indien men alleen achtsloeg op z'n lamlendig gedrag in de maand F e- bruari 1811 . Het wantrouwen waarmee eenige jaren later W i 11 e m I hem onderscheidde, schynt aantetoonen dat men hem tot iets buitenge- woons in staat achtte. Z'n benoeming tot gouverneur der Bezittingen op de Goudkust - de heele bezitting stond in belangrykheid beneden menige kontroleursafdeeling op Javal - die benoeming was 'n soort van gevangenschap . Ik weet van-goederhand dat hyzelf de zaak dan ook als zoodanig beschouwde . By gelegenheid zal ik eenige staaltjes meedee- len van z'n inborst . Al verdient by geen plaats onder beroemde mannen, een vreemde verschyning was-i zeker. Dit is al iets in onzen tyd van jammerlyk ordinarismel x2) Radhen Adhipatti Karta Natta Negara. De drie laatste woorden zyn de naam, de twee eersten drukken den titel uit. Het spreekt vanzelf dat de juiste vertaling van zoodanigen titel moeilyk is. Toch heeft bet de oude V a I e n t y a in z'n werken over Oost-Indie beproefd . Hy spreekt van ,hertogen" en „graven". Hierin ligt voor iemand die de In- landsche Hoofden kent, lets zonderlings . Na de velerlei titels van meer of min schynbaar-onafhankelyke Vorsten is die van Pangerang de hoogste . Zoo'n Pangirang zou men met eenigen kans op juistheid, Prins kunnen noemen, omdat deze rang ontleend is aan verwantschap met een der re- geerende huizen van Solo (Soerakarta) en Djokja (Djokjakarta) schoon hierop, naar ik meen, uitzonderingen bestaan, waarmee we nu niet to ma- a) Ziedekr Ndstoirea! Toch blyft bet by de onmiskenbare waarde van dat week to betreuren dat de schryver gemeend heeft . . , hoe zal ik me uitdrukken? God bewaar me dat ik schandeal zou 'aenpryzen, maar de iwenacdknndige lezer voelt by 't volgen van de biografien der bcidc van Lennepen, dat erhier-en-daar icts moot ovcrgeslagen zyn . Hoe dankbaar ook voor de kostbare bydragen tot do kennis der zeden van then tyd, wordt toch bet oog vermoeid van de vlekkeloosheid der twee brave Hendrikken waaraan de auteur •t aauzyn dankt. Het gekste is dat Jacob van Lennep zelf noch abrave Hendrika was, noch lust had er voor doortegaan. Ik gis due dat de gapingen waarop ik doel, voldoen moesten aan den smack en de eischen van zeker soort van Publiek, can welks invloed Mr . Jacob v, L. zich - jammer gbnoegi nooit wist to onttrekken. Juist 'n menschenvrees van zoodanigen card belette hem de Havelaarszaak doortezetten zooals aanvankelyk inderdaad z'n plan was. 274 MAX HAVELAARL ken hebben . De naastvolgende titel is die van Adhipatti, of voluit, Radhen AdhipaUi. Radhen alleen duidt 'n rang van lager orde aan, doch die nog vry hoog boven 't gemeen staat. lets lager dan Adhippatti staan de Tommongongs . De adel speelt in de javasche huishouding een groote rol . Het Gon- vernement heeft zich't recht aangematigd adelyke titels toetekennen, lets dat eigenlyk met het grondbegrip van onderscheiding door geboorte in stryd is . Ook in Europa evenwel zien wy 't zelfde verschynsel . Stipt genomen kan een regeering iemand toestaan zekeren titel to voeren, de voorrechten to genieten die aan zekeren stand verbonden zyn, maar geen macht ter-wereld kan bewerken dat iemand wiens voorouders onbekend waren, op-eenmaal de afstammeling wordt van een geslacht dat reeds eeuwen geleden in aanzien was. Wat Java aangaat, de gebeneficeerden berusten vry geduldig in 't hun toegeworpen voordeel . Men beweert echter dat er onder de minder gunstig bedeelden - en misschien ook onder de Bevolking, die voor echte stamregisters religieuzen eerbied heeft - plan bestaat om de diplomen welke de oude O. I . Kompagnie uitreikte, en die welke door de Buitenzorgsche Sekretarie verleend wer- den, by de eerste gelegenheid to herzien . Er zyn weinig of geen adelyke geslachten op Java - de regeerende vorsten van Solo en Djokja niet uitgezonderd - welker titels en officieele pozitie geen stof leveren zou- den tot kontroverse en verzet. Dit wacht maar op 't breken van een der mazen van 't net waaronder de geheele javaansche huishouding ge- vangen ligt.

13) Mechanismus van 't Besluur. Jonge lieden die den Havelaar voor 't eerst lezen in dose uitgaaf, kunnen zich geen denkbeeld maken, hoe volstrekt noodig in x86o de schets was van de inrichting onzer heer- schappy in Indict, die in de volgende bladzyden van den tekst gegeven wordt . En meer nog : op de hoofdplaatsen in Indict zelf was, kort gele- den nog, 't mechanisme van ons Bestuitr een gesloten boek. Van deze onkunde zoo ik vreemdklinkende voorbeelden kunnen aanhalen . Tot juist begrip evenwel van de zeer kunstige - en toch eenvoudigel - wyze waarop 't machtig Insulinde door een zwakke natie onder de knie wordt gehouden, verwys ik naar m'n beide brochures over vryen arbeid. •) De fout der Nederlanders is dat ze aan 't vreemde van onze verhoudin- gen daarginds zoo gewoon zyn geraakt, dat ze er nets byzonders meer in zien en meenen dat alles vanzelf zoo blyven zal . Wat overigens de inrichting van bet Binnenl . Besluur aangaat, mag ik niet onvermeld laten dat sedert eenige jaren de Residenten als Voorzit- ters van den Landraad vervangen zyn door z .g.n . rechterlyke ambienaren. Deze splitsing van gezag- ook vooral noodlottig uit'n politiek oogpunt- draagt ruimschoots bet hare by tot den ellendigen toestand waarin 't Inlandsch Rechtswezen op Java verkeert . Veiligheid van personen en goederen heeft sedert lien baarschen maatregel schrikbarend afgenomen . Het Kdjoe-wezen neemt by den dag in omvang toe.

14) Nederlandsch India . Sommigen rekenen de eilandengroep die mis- schien eenmaal Nieuw-Holland aan de vaste kust van Indic verbond, met dit laatste tot A ustralie. Anderen spreken van Polynesie en Melanesia Elders weer lezen wy van Oceania . In al deze gevallen staat bet aan ieders willekeur om de toepassing van zulke benamingen al dan net uittestrekken tot Gezelschaps- en Markiezen eilanden. Maar die verdee- lingen zyn en blyven konventioneel. Van meer gewicht is de vraag of onze bezittingen in die streken Nederlandsch zyn? In politieken zin, ja, in soci-

') Vooral jam de tweeds : Nogeens Yrge-arteid. Mousses & Co. Purmerend.

MAT HAVSLAAB. 275 alen zin echter even weinig als in geografische beteekenis . Niets is minder nederlandsch dan de bodem, 't klimaat, de fauna, de flora, van al die eilanden. Niets ook is minder nederlandsch dan de geschiedenis der bcwo- ners, dan bun traditien, hun godsdienst, hun begrippen, hun karakter, hun zeden en .. . hun belangen. Ook zonder de minste politieke nevenge- dachte stuitte my altyd een kwalifikatie die zulke onjuiste denkbeelden in 't leven roept, en daaraan heeft men de invoering to danken van 't woord I n s u I i n d e, waarmee de lezer nu wel eenigszins gemeenzamer wezen zal dan D r o o g s t o p p e l bleek to zyn, toes by die benaming voor 't eerst ontmoette in Sjaalmans pak . (bl. 26) .

15) Sawah's, gagah's, tipav's. Rystvelden, onderscheidennaarligging en wyze van bewerking, vooral met het oog op de mogelykheid om ze al of niet van water to voorzien.

x6) Padie. Ryst in den bolster.

r7) Dessah . Dorp. Elders : negrie. Ook : kampong.

r8) Kultuur-emolumenten. Doze zyn, wat de europesche ambtenaren aangaat, afgeschaft. 't Spreekt vanzelf dat ik, die op de noodlottige wer- king van deze perspompmekaniek gewezen had, niet genoemd werd by de beraadslagingen over dat onderwerp . Of de maatregel overigens de bedoel- de verlichting voor den Javaan ten-gevolge heeft, valt to betwyfelen, daar men verzuimd heeft de vaste inkomsten der europesche ambtenaren in de binnenlanden to verhoogen . Zy zyn en blyven genoodsaakt diensten en leveringen van den Javaan to vorderen, die nergens beschreven staan .

r9) Geheele distrikten van honger uitgestorven. Waarschynlyk doelde ik bier op den hongersnood die 't Regentschap Demak en Grobogan ontvolk- te . Na'6o evenwel - en thans vooral met minder dan vroeger - zyn do berichten oratrent dergelyke kalamiteiten zoo menigvuldig, dat bet de moeite niet loont daarvan geregelde opgave to doen . De bewering dat er op Java telkens hongersnood heerscht, is 'n truism geworden . Wat Lebak in 't byzonder aangaat, daar waren ze geregeld periodisch. Hierop zal ik terugkomen. 20) Aloen-aloen . Kraton. Kotta Redja. De aloen-aloen is 'n uitgestrekt voorplein voor de groep gebouwen, die de woning van 'n Regent uitma- ken . Gewoonlyk staan er op zoo'n plein twee statige waringi-boomen, nit welker ouderdom blykt dat zy niet op den aloen-aloe" geplant zyn, maar dat de Regentswoning in hunne nabyheid, en waarschynlyk juist char om die nabyheid is opgericht . Daar ik verzuimd heb op deze zelfde bladzyde een noot to plaatsen by 't woord Kratoon-Kraton, Kratoen, Keratoe-an, om't even - wil ik diefout bier herstellen to meer omdat ze my aanleiding geeft tot bet bespreken van zeker bedrog dat onlangs van ofhcieele zyde weder jegens 't neder- landsche Volk gepleegd is, en nog altyd by sommigen z'n working doet . Men heeft, om de atjinesche krygsbedryven in 'n chauvinistisch licht to stellen, den Kraton des Sultans van Atjin doen voorkomenals'nvesting welker verovering zeker schitterend succes beteekende. Ik gis dat er to Atjin nooit 'n Kraton geweest is, en zelfs dat de Atjinezen dit woord nooit gehoord hadden, daar de zaak zeer speciaal 'n Javanismus is. Doch ook wanner ik me hierin mocht bedriegen, een vesting, een ,militair punt" is zoo'n Kraton gewis niet . Het veroveren van een Kraton is 'n wapenfeit, nagenoeg gelykstaande met het innemen eener omheindc of desnoods ommuurde hollandsche buitenplaats . Als gewoonlyk heb-

276 MAX RAVELLAB. ben de Bestuursmannen in doze zaak 't Volk weer gepaaid met 'n klnnk l Ik bespeur dan ook dat men van-lieverlede 't woord Kraton is gaan overzetten in Kotta Radja, 'n woord dat met wat goeden wil als de Maleische vertaling van 't Javaansch begrip : Keratoean kan worden opge- vat, wits men niet met de woordenboeken 't woord Kotta overzette in stall - insulindische ,steden" zyn er niet - maar opvatte als : wonings- groep of lets dergelyks, al of niet op zekere wyze, maar niet nit's oogpunt van versterkingskunst, afgesloten . Dat dit afsluiten soms in oorlogstyd ge- schiedt, is waar, doch dit maakt Kotta's en Kratons evenmin tot vestingen als de Buitenplaats waarvan ik zoo-even sprak. Dat wy, Europeanen, soms aan'n versterking in India den naam van Kotta geven, is by gebrek aan beter, doch verandert nets aan de waarheid dat het woord kotta geen vesting beteekent. Er is dus Been vyandelyke sterile genomen by 't „betreden'- ik ides dit woord me; opzet - by 't betreden van des Sultan's Kraton of, zooals't nu beet, z'n Kotta Radja, d.i. z'n vorstenverblyj . Vandaar dan ook de zon- derlinge manier waarop die ,verovering" plaats greep . Onze bevelvoeren- de generaal beyond zich binnen de de ,versterking" sonder hot is wet en. Dat de beer V a n S w i e t e n dit in een zyner rapporten met den groot- sten eenvoud getuigt, bewyst dat by net medeplichtig was can't opzet- en dat by niet deelde in de ministerieele behoefte I - om de Natie zand in de oogen to strooien. Maar uit bet gelukken van dat opzet blykt alweer voor de duizendste maal dat die Natie niet lesen han I Want V a n S w i e t e n's oprecht en zedig rapport werd gepubliceerd, en toch . t6ch moest het heeten dat er 'n vesting veroverd was! 2r) Mantrie : Inlandsche beambte wiens betrekking nagenoeg door 't woord Opsiener ken worden aangeduid . 22) Diplomatische voorsichtigheid in den omgang met Inlandsche Hoot- den. Men vergeet gewoonlyk dat wyzelf voor 'n groot deel oorzaak zyn van de dubbelhartigheid die wy de javaansche Grooten verwyten. On- der hen is de spreuk in omloop : valsch als 'n Christen. En deze kwa- lifikatie klinkt zoo ongegrond niet, als men de slenters en streken op- merkt, w a a r m e e we, van Houtman of tot heden toe, ons hebben we- ten staande to houden. Wat my betreft, ik beb over 't algemeen de Inlandsche boofden net geveinsder gevonden dan Europeanen. En waarom zou dit ook? Het di- plomatisch axioom que la parole est donnfe d l'homme pour digusser sa pen- sie is niet van ariatischen oorsprong . Of 't waar is dat T a 11 e y r a n d die bitise gezegd heeft - sn ne diguisant nullement sa pensie alors, en dus nog al dom van z'n eigen standpuntje bezien! - laat ik daar. De wars diplomatic bestaat in oprechtheid. 23 Westmoesson. De regentyd duurt op Java van Oktober tot Maart . In de Noord van Sumatra evenwel zyn de saizoenen andersom. Daar bren- gen stormen uit het Westen hevige regens aan, juist in den tyd dat op Java de ganscho natuur smacht naar wat vocht . Opmerkelyk is 't dat do Regeering to Buitenzorg blyk gaf dit niet to weten . Zy zond de befaamde eerste expeditie naar Atjeh, op 'n tydstip toen H o r s b u r g h's Indian Directory - en elke scheepsjongen van 'n kustvaartuigI - haar had kunnen zeggen dat de Westkust van Sumatra zeer gevaarlyk was . Al weer'n staaltje van de gevolgen der kommiezery . Dit wil oorlog voeren, en kent de eigenaardigheden van z'n eigen land net I Wat overigens dat verschil van seizoenen aangaat, op 't zuidwestlyk deel van Sumatra schynen de jaargetyden in elkander to loopen . To

M&X HAPSLLA$ . 277 Padang, byv . kan men niet op standvastig-periodieke winden, noch alzoo op de daarvan afhangende regens of droogte staat waken.

24) Sirie. Pinang. Gambier. Slamat. De drie eerste woorden duiden de bestanddeelen aan die, met tabak en kWh, den voor den Javaan onmis- baren betel-pruim vormen . In sommige gewesten van Insulinde ontmoette ik personen die niet pruimden, maar op Java zelden of nooit, de vrou- wen niet uitgezonderd . Het bruin sap van den tabak, iets rooder ge- kleurd nog door de gambier, verft aller lippen en tanden. Fraai staat dit niet, doch 't wordt voor zeer mondzuiverend gehouden. Hot gebruik van sine - met toebehooren dan - is zoo algemeen, dat bet euro- peesch begrip : dsinkpenning, in Indie wordt uitgedrukt door 't woord Wang sirih, d .i. sirie-geld . De Sine is 't blad van een rank, niet veel zwaarder dan onze erwten- planten, en die z66 op 'n peperboompje gelykt, dat de onkundige doze beide gewassen niet gemakke yk van elkander onderscheiden kan . Ik ge- loof dan ook dat ze tot dezelfdo botanische familie behooren, al mocht hot zyn dat vakgeleerden die graag wat vreemds verkondigen - een leeuw is 'n kat, en de walvisch mag Been visch heeten! - in die over- eenkomst reden vinden om sirie en peper heel ver van elkaar to zetten . Het verwondert me dat er in de tandbeelkunde zoo weinig gebruik van de sirie gemaakt wordt . Me dunkt dat de zuiverende samentrekkende werking van dat blad - en do smaak is niet onaangenaam - daartoe aanleiding geven zou . Ik meen dat men aan de gambier we 'n plaatsje toekent in de europeesch pharmakopee, maar weet niet of dat alsmede 't geval is met de pinang of areka. Dit is 'n noot, uiterlyk niet zeer on- gelyk aan de muskaat . Doch de boom waaraan ze groeit, behoort tot de palmsoorten. Hot woord slamat beteekent : groet, en in dit geval bet zeer elgen- aardig hompliment - samenvouwing - dat in den tekst beschreven wordt . Vrage : is er verband tusschen 't maleische slamat, selamat, en 't woordeke Sela dat zoo vaak in de psalmen voorkomt? Men weet dat volgens de rites van bet Oosten, godsdienstige oefeningen bestaan nit gebeden en gezangen, telkens afgebroken door velerlei gebaren en hom- plimenten. Zoo-iets geschiedde misschien ook by 't voordragen der psal- men, en deze gissing wordt verstrekt door 'n opmerking over do ver- moedelyke nadere beteekenis van 't woord slamat of selamat. In-verband gebracht met Slam Islam - door letterverzetting verwant met most, mual : muzelman-zou misschien de oorspronkelyke zin kunnen geweest zyn : de plechistatige of ritueele groet, en dit zou volkomen beantwoor- den aan de beteekenis die 't woord Sela in de psalmen gevoeglyk kan gehad hebben . Maar ik geef de opmerking om beter.

25) Maas : adelyke titel die lager staat dan Radhen, doch soms ook met dat woord tezamen gebruikt wordt : Rahden Maas. 't Woord anak mans beteekent een slaaf die niet gekocht maar in 't huis zyns meesters geboren is, en heeft dus met den titel Maas niet to maken.

26) Kidang : middelsoort hert. Veel kleiner, en niet grooter dan 'n middelmatige bond, zyn de handjiels, hertjes die uitmunten door vlugbeid en bevalligheid. Men beweert dat ze in opgesloten staat niet in 't leven kunnen gehouden worden. De kidang echter schynt, evenalsdemeestesoor- ten van onze herten, zich gemakkelyk to schikken in 'n omheind kamp .

27) Pegang koedahnja toewan kommendaan : hou't paard van m'nheer den kommandant vast!

278 MAX HAVE 28) Klapperwater. Dat is 't vocht dat men in Holland ,kokosmelk" noemt. Het is koel en frisch, maar wordt zelden gedronken . De klappa, kelappa of kokos wordt, meestal geraspt, by 't bereiden van spys in de keuken hoofdzakelyk echter tot bet slaan van olie, maar zelden als oo/t, en nooit als spys gebruikt. De vertellingen die in kinderboekjes en in ge- leerde verhandelingen van vakmannen (zie Album der Natuur) over den klapper in omloop zyn, klinken koddig in de ooren van iemand die in Indie geleefd heeft. Of de kokos in West-Indib 'n andere rol speelt dan in Insulinde, is my onbekend. Met den banaan-insulindisch : pining - is dit zeker 't geval, daar by op de surinaamsche plantages aan de ne- gers tot voedsel wordt gegeven. Dit is dan ook 'n zeer grove soort van 'a paar voet lang. De middelbare soort in Oost-Indie haalt slechts zes duim, en een der kleinste - de pisang maas of goud-pisang, 'n fyn vruchtje - is niet veel grooter dan een kinderpink, en zeer smakelyk .

29) Gemberthee : aftreksel van den gemberwortel, dat zoo beet moge- lyk moot gedronken geworden .. . ter verkoeling . In India heerscht de meening dat koude dranken, en vruchten die in den mond een verfris- schende working doen, 't licbaam verhitten . Volgens 'n gelyksoortige stelling werken de spaansche pepersoorten tjabeh en lombok - west- indisch : cayenne - verkoelend. Voor-zoo-ver ik in de praktyk heb kun- nen nagaan, zyn die meeningen niet ongegrond, maar vaak speelt in zulke zaken de verbeelding haar rol.

30) Vraag van een inlander aan den luilenani D u c I a r i. De beer C o 11 a r d - thans sedert lang hoofdofficier, en misschien gepension- neerd - zal, des gevraagd, wel zoo good zyn to erkennen dat ik ook bier de waarheid zeg.

31) lenje apa toewan-toewan datang : daar komen de heeren aanl De toedoeng is het in den vorm van een grooten ronden schotel gevlochten hoofddeksel van den Javaan, en beschut zoowel tegen de zon, als tegen den regen waarvoor de Inlander bespottelyk bang is. Zeker soort van tuinhoeden die onlangs by onze dames in de mode waren, geleken pre- eies op toedoengs.

32) Baboe: inlandsche kindermeid.

33) Kondeh : het op 't achterhoofd in 'n wrong vereenigd haar, dat echter nooit door 'n afzonderlyk lint of koord wordt saamgehouden, maar steeds in 'n lus of strik van 't haar zelfhangt. Indien 't woord chignon uitsluitend op valsch haar doelt, is *de kondeh gbea chignon.

34) Gouden pajong. De kleur van 't zonnescherm duidt naar lands wys doch volgens officieel vastgestelde bepalingen, den rang van 't Hoofd aan, wien zoodanige pajong wordt nagedragen. Effen verguld is 't hoogste .

35) Tandoe: draagstoel . In andere provincien draagt dit voorwerp den naam van Jokk, Djoeli, of zoo-iets.

36) De volkstellingen zyn onnauwkeurig. Ieder hoofd heeft er belang by, het getal zyner onderhoorigen zoo laag mogelykie doen schynen, niet zoozeer om daardoor den druk van verplichte dienst en levering to ver- lichten, als wel om meer dienst en levering voor zichzelf to kunnen vor- deren . Wie de waarbeid wil benaderen, kan de officieele opgaven gerust met to % verhoogen.

MAX HAVBL.AAR. 279 37) Uitgewekenen naar Tjikandi en Bolang. De bevolking der parti- culiere landeryen in 't Bataviasche en Buitenzorgsche bestaat voor 'n groot deel uit de Lebaksche vluchtelingen. Als er in Lebak niet gekneveld words, heb ik 'n landheer hooren zeggen, hebben my gebrek aan yolk .

38) Pisang : banaan . Hoe 't komt dat deze Iaatste (west-indische) be- naming in 't oost-indisch Nederland beter bekend is dan 't woord pisang, begryp ik niet. Ook is 't my een raadsel, vanwaar de engelschen hun woord : plantain halen . Het getal soorten der pisangs wordt op drie- honderd geschat . Zie overigens moot 28.

39) Hollander. leder blanke heet by den inlander : orang hollanda, wolanda, belanda, om 't even . Op hoofdplaatsen maken ze nu-en-dan een uitzondering op dezen regel, en spreken van prang ingris of *rang pranijies, d. i . engelschen of franschen . De duitscher beet soms : orang hollanda goenoeng, nam. berg-hollander, hollander wit de binnenlanden. 40) Opvauing van 'I begrip: beschaving. De Europeaan vergist zich in de meening dat de hoogere beschaving waarop by roemt, overal als 'n axioma wordt aangenomen . Ook hierin dat by werkelyk in alle opzichten beschaafder is. Ik zou weer voorbeelden kunnen aanhalen, die van onzen beweerden roem to dezer zake een vraagstuk maken, en enkelen die hem stempelen tot onwaarbeid. Het praedikaat dat liplappen en inlan- ders den Europetr, geven, is : ongewasschen. Men zie hierover blz. 53 van ,Nog eens Vryen-arbeid" en I d e e 327. Ook I d e e 587 (nieuwe nummering) kan den waarheidsvriend op den weg brengen om to onder- zoeken hoeveel boekerigheid en konventie er schuilt onder onze opvat- ting van 't woord : beschaving. We gelyken hierin vry nauwkeurig op zekere inlanders, die zich niet kunnen voorstellen hoe 'n beschaafd mensch genoegen neemt met witte tanden . Tjies, selakoe andjingl zeggen ze, d . i . „foei net als 'n bond!" Elders wordt het voor onbeschaafd ge- houden, geen ebbenbouten schyf in de gespleten onderlip of in de oor- lappen en geen ring in 't jukbeentje van den neus to dragen . Er zyn streken in Insulinde waar de beschaving zich openbaart . ., hoe zal ik my uitdrukken? Komaan, ethnologic mag niet belemmerd worden door preutsheid! Die mannen dragen in 't uiteinde van den penis een ebben- houten dwarsspalk, ten welken einde reeds op zeer jeugdigen leeftyd dat lichaamsdeel doorboord wordt . By die dwazen gaat het plegen van den coitus zonder zoodanig ornament, voor ... beestachtig door. Selakoe andjing alweer, denk ik . Hoe bespottelyk dit zy, de onbevooroordeelde moet erkennen dat wy de woorden dierlyk en beestachtig dikwijls even ongepast gebruiken .

41) Maatschappelyk standpunt van den liplap. Het is de vraag of Nederland, nu eens zoogenaamd-politisch gesproken, wysgeerig en on- bekrompen handelen kan? Officieele gelykstelling van den liplap zon misschien 'n bevolking in bet leven roepen . die gevaarlyk worden kon voor 't nederlandsch gezag. Vanhier dan ook 't aanhoudend geknoei met bepalingen die - hoe ook bemanteld - geen andere strekking hebben dan om aan 't echt europeesch element den boventoon to ver- zekeren . Ik doel bier op de, voor zeeroovers niet onaangename afschaf- fing der Koloniale Marine. Op 't eindeloos geknutsel met 'n zoogenaamd Radikaal . Op de instellingen van Onderwys in Nederland, en den daar- uit voortvloeienden, door indische ouders al to pynlyk gevoelden dwang m bun kinderen naar Europa to zenden . En eindelyk : op de door dit a ges kunstmatig in 't leven gehouden, voor Insulinde zoo boogstver- derfelyk absenteistnusl Juist dit is de eisch onzer op immoreele grcnden

MAX HAVELAAR. 22

280 MAX nAVELAAR gevestigde overheersching, dat we niet ,wysgeerig en onbekrompen" handelen kunnen zonder ons belang in do waagschaal to stellen.

Des eben ist der Fluch der bosen That, Dass sie Jortseugend Boses muss gebahren.

42) PaUeh, Kliwon, Djaksa: Inlandsche Hoof den. De PaUeh staat den Regent ter-zyde als sekretaris, boodschapper, faktotum . De Kliwon is tusschenpersoon tusschen het Bestuur en de dorpshoofden. Gewoonlyk beeft by 't opzicht over gemeentelyke publieke werken, verdeeling van wacbtvolk, regeling van heerendienst, enz . De Djaksa is officier van politie en justitie.

43) Gongs en Gamlang: muziekinstrumenten. De Gong is 'n zwaar metalen bekken dat aan 'n koord hangt. Men bespeelt den Gamlang als onze glasharmonika's of als 't bekende hout-en-stroo-instrument . Ik had op deze plaats in den tekst wel tevens van Ankloeng mogen spreken, zynde een roostergchtig toestel met bekkens die op gespannen koorden liggen. Het verdient opmerking dat de benamingen van al deze instru- menten onomatopeen zyn. De Gong klinkt forsch. Ankloeng en Gamlang (gamelan) daarentegea zacht en liefelyk, maar zeer melancholisch.

44) Ergernis over tegenwerking. By den Gouverneur der moluksche eilanden, een zeer verdienstelyk man, die in z'n pogingen tot herstel van 't gefnuikte gezag werd belemmerd door de kommiezery der Buitenzorg- sche sekretarie, werkte deze ergernis noodlottig . Onder de oogen van den onbekwamen V a n T w i s t, die natuurlyk geheel aan den leiband liep van die bureaukratie, maakte by door 'a sprong in den waterval to Tondano (Minahassa van Menado) 'a eind aan z'n leven.

45) H a v e l a a r s of ficieele loopbaan. Reeds in Augustus r85r was ik aan de Regeering voorgedragen tot Resident . Ook werden de funktien die ik to Amboina vervulde, weinig tyd na myn vertrek aan 'n Resident opgedragen.

46) lk verzeker den lezer dat het my thans (z881) meer nog dan vroeger tegen de borst stuit, my op publiek terrein to bewegen. Toen ik op m'n veertigste jaar myns ondanks daartoe gedwongen ward, had ik in de hoop op eenig succes een bondgenoot tegen den afkeer die elke aanraking met Publiek my veroorzaakt. Na de ervaring van den uitslag myner pogingen is m'n walg sterker dan ooit .

47) Herbergiersrekening. Men mocht aan de Regeering der Vereenigde Staten 83 nederl . centen daags in rekening brengen voor 't onderhoud van 'n schipbreukeling, onverschillig of de man Gezagvoerder of Matroos was. Onder die vermeende schipbreukelingen waren do meesten niet veel beter dan zeeschuimers. De Amerikanen hebben voortdurend 'n duizendtal Whalers in de indische zeeen, en de bemanning dezer scbe- pen is 't uitschot van de Natie .

48) Overgrootvader myner kinderen. Z'n naam staat op 't voetstuk van den Leeuw to Waterloo.

49) Apanage der Vorsten van Turn en Taxis. Is na de groote veran- deringen van '66, door de duitsche Ryksregeering voor ettelyke millioe- nen afgekocht.

MAY HsvELAAB. 281 5o) Rive aux millions. Nu'n rive was 't eigenlyk niet . De aanspraak is verjaard, en 't lust me nog altyd niet, den zeer interessanten familie- roman to behandelen, die hiermee samenhangt. Ook stuit ikzelf, vooral tengevolge van den diefstal der bescheiden waarvan ik in den tekst mel- ding maak, op eenige duisterheden. Toch is 't voor my van belang niet to doen opmerken dat sommige personen en familietakken die de hier aan- geroerde byzonderheden beter begrypen dan de gewone lezer, onder de venynigste vervolgers van H a v e 1 a a r behoorden. Hun belang bracht mee dat by niet aan 't woord kwam, of althans niet in de gelegenheid om zekere mysterien to ontsluieren .

51) Doze zinsnede is door zekeren Q in de Arnhemmer Courant aan- gevoerd als bydrage tot de blyken myner onzedelykheid 1 En die verra- derlyke manoeuvre werd door Dr. V a n V 1 o t e n toegejuicht, evenzeer als Q's mededeeling dat ik m'n ,tyd doorbracht met . . . bittertjes drin- ken, biljardspelen en 't rooken van geborgde sigaren ." Ik vraag of do viesheid waarvan ik sprak op blz . 267, gerechtvaardigd is? Waarmee brengt zulk yolk z'n tyd door?

52) Sebah . De beteekenis blykt uit den tekst . Ik weet niet of 't woord 'n verbastering is van pasebah, 'n gebouw, dat wel zou kunnen genomen worden voor de plaats waar men dergelyke vergaderingen houdt .

53) Bantan-Kidoel: Zuid-Bantam. De m waarmee wy't woordBantam sluiten is niet korrekt . De naam is : Bantan. Mantrie: opziener . Dhemang: distriktshoofd . In centraal en oostelyk Java beet deze beambte Wedhono. De schryver van een fransch werk : Felix Batel, waarin de Havelaar wordt Aageschreven, en - tegen de bedoeling van den auteur, voorze- kerl - geparodieerd, verraadt o.a. z'n letterdievery door in den Java- schen Oosthoek, waar by z'n stuk spelen last, van Dhemangs to spreken. Dit klinkt ongeveer als . .. grietman van Utrecht. In dat werk gaat de zon op, juist zooals dat word waargenomen door Saidjah . Ook de buffel-epizode wordt letterlyk overgenomen, en de auteur beeft de goedheid to erken- nen dat dit voorval ook door zekeren M u l t a t u l i beschreven word. Welnu, die Felix Batel is door nederlandsche recensenten uitvoerig be- handeld, doch nergens vindt men 'n spoor van protest tegen then onbe- schaamden diefstal1 Ik noem dit even slecht als de piraterie zelf . Als 'a vreemdeling zich de eer aanmatigde der diepzinnige uitvinding van 't haringkaken, zou men moord en brand schreeuwen, maar de ,nationale eer" kan wel verdragen dat H a v e l a a r bestolen wordt . Bepaalde zich de oneerlykheid maar tot litteratuur! Maar ook op maatschappelyk, poli- tisch en wysgeerig terrein loopt ze tot in 't onbegrypelyke . De natie kan nog altyd niet lezen . Of wil ze niet verstaan wat men haar to lezen geeft?

54) Bandoeng: regentschap of adsistent-residentie in de Preanger-re- gentschappen.

55) Pat jot: houweelachtige spade.

56) Banjirs. Omtrent deze natuurverschynselen verwys lk naar 't stukje : Wys my de plaats waar ik gezaaid heb" een geschrift dat aan dezen regel uit den Havelaar z'n naam ontleende .

57) Zie moot 37.

58) Dessah : dorp. Elders : kampong en negrie. De inlandsehe oorsprong

282 MAY HAVBLAARL dezer beide laatste woorden - javaansch, soendasch of maleisch dan - komt me verdacht voor.

59) Opstandelingen in de Lampongs . Er bestaat 'n brochure over de bier bedoelde expeditie, welker titel ik niet kan opgeven. Ze is waar- schynlyk van '61 of '62, en werd, meen ik, geschreven door den kom- mandant onzer troepen. Die schryver loochent dat er veel lebaksche uitgewekenen waren onder de door hem bevochten opstandelingen . Ik bond evenwel m'n opgaaf staande, en beroep me op 't getuigenis der officieren die onder hem aan then veldtocht deelnamen . Juist door een hunner heb ik m'n bewering met 'n zeer sterke uitdrukking hooren be- vestigen. Er was 'n tyd dat bet ontkennen myner assertien zekere wel- gezienheid in den Haag meebracht, en d' raan schreef die officicier toe, wat by in z'n gewezen kommandant plompweg 'n ,vervloekt gemeene leugen" noemde. Indien me had mogen blyken dat Nederland belang stelde in waarheid, zou ik sedert lang bewyzen geleverd hebben. Maar 't is vervelend pleiten voor 'n rechtbank die verzot is op leugens .

60) Yd- en eit . Dit Nootjen is van den beer V a n L e n n e p . Als aardigheid kan het er door, maar in de oogen van 'n volwassen mensch is dat purisme op 't rym waarlyk komiek. Laat de Zeeuwen op z'n zeeuwsch, de Friezen op z'n friesch rymen! En wie in 't gebeel niet rymt, doet ook goed, ja . .j beter nog! By G S t h e en S c h i l l e r rymt Ritter op ,Jesuiter, ehren op wdhren, Kaiser op weiser, ftlhren op probiren, enz. B o i 1 e a u koppelt audace aan Parnasse, pucelle aan modile, e.d. De sop is de kool niet waard. Jammer maar dat nog altyd zoo velen hun wys- heid over dergelyke kinderachtighedens aan den man weten to brengen als Letterkunde en zelfs als poezie I

61) Maniessan : zoetigheid, konfituren . Het gebruiken hiervan by de thee is van chineeschen oorsprong.

6z) Distriksthoofd van Parang-Koedjang . Hy was schoonzoon en hand- langer van den Regent. Ten zynen huize werd myn voorganger vergiftigd.

63) Kkeding van den Djaksa . Deze inlandsche ambtenaar was 'n Ja- vaan - geen Soendanees - en daarom eenigszins anders, en opzichtiger, gekleed dan de Hoofden die to Lebak thuis hoorden. 64) Onder de titels van den Gouverneur-generaal behoort ook die van Opperbevethebber van Zr . Ms . Zeemacht beoosten de Kaap de Goede Hoop . 65) Deze aanspraak aan de Lebaksche Hoofden wordt, naar my van vele zyden bleek, vry algemeen gewaardeerd. Waarom keurde men dan H a v e 1 a a is handelingen die daarmede stipt overeenstemden, geen aandacht waard? Om to beoordeelen in hoever ik by 't benaderend in druk geven van die ongeschreven toespraak kan afgeweken zyn van shpt-leuerlyke wear heid is 't misschien niet onbelangryk Loon en inhoud daarvan to verge- lyken met zeker stuk van eenige jaren tevoren . Ik bedoel de Publikatie aan de In! . Hoofden der Minahassa van z April 1851, waarin naar ik meen dezelfde geest heerscht . Het Weekblad ,Oost en West" en daarna de Spectator (26 Juli 1879), namen 't over uit de indische courantea die dat dokument de moeite der reproduktie hadden waard gekeurd, mis- schien wel om de velen terecht to wyzen die voorgeven den Havelaar to ontkrachten door 't bock voor'n iktie uittemaken . Bedoelde Publika- tie is 'n of)icieel sink en heeft nets to waken met romanschryvery. Ik noo-

WAY HAVELAAR. 283 dig den lezer uit, het aangehaalde nummer van den Spektalor intezien, en zich de vraag voorteleggen of 't billyk is dat ik ruim dertig jaar na 't schryven van de daarin meegedeelde Publikatie, nog telkens door den eersten den besten kwajongen straffeloos word uitgescholden? (Zie voorts over dil onderwerp de Nolen ioz en rrs .)

66) Mintak ampong : ik vraag verschooning.

67) Sienjo, dikwyls verkort tot njo : jongebeer . Velen meenen dat dit woord van portugeschen oorsprong is, vooral ook omdat de afstamme- lingen van Portugeezen, die nog altyd to Batavia 'n eigenaardige kaste uitmaken, in de wandeling Sienjo's genoemd worden. Toch is deze ety- mologie twyfelachtig .

68) Verbrugge mist het / Nog altyd ben ik in 't bezit van een briefje dat by me deed toereiken op 'n oogenblik dat ik met den Regent in gesprek was, en waarin by my - onder uitdrukkelyk verzoek hem niet to noemen - uitnoodigde dat Inlandsch Hoofd eens onder handen to nemen over de ,misbruiken." Het overbodige van dit verzoek last ik nu daar . Er blykt uit :

r) dat myn bezwaren geen gevolg waren van persoonlyke zwartgal- lige opvatting. 2) dat myn onderzoekingen zeer omzichtig plaats hadden, z66 zelfs dat de vreesachtige Verbrugge meende grond to hebben my aan- tezetten tot wat yver.

Belangstellenden - zyn er die? - kunnen bet bedoelde briefje van den kontroleur ter image krygen . 69) Tjiandjoer. lets later spel ik dezen naam van de hoofdplaats der Preanger-regentschappen eenvoudig : Tjanjor, zooals 't woord in dage- lyksch spraakgebruik luidt . Ook elders achtte ik my ontslagen van de poging om by 't spellen van inlandsche namen, het geschreven javaansch of maleisch in onze karakters natebootsen . Ik schryf alzoo voor : aoerang, orang. Voor : prahoe, prauw. Voor : kahin, train, enz . We hebben immers bier niet to doen met puristische spelling? De eisch is 't weergeven - by benadering altyd - van den klank zooals die onder Europeanen in Indi6 gebruikelyk is. 70) Djimals zyn briefjes of andere voorwerpen die nit den hemel vielen om geestdryvers en boerenbedriegers aan 'n geloofsbrief to helpen. Tout comme chew noes I 't Getal der leveranciers van Goddelyke Openbaringen is zeer groot, en apostelen en profeten van deze soort zyn in geheel Azie nog altyd aan de orde van den dag . 't Verschil by vroeger eeuwen is maar dat ze tegenwoordig wegens landloopery worden gestraft, en wel door dezelide menschen die hun voorgangers in vagebondage als Heiligen vereeren . Ziedaar nu 'n stuitend gebrek aan rym in myn 0og.1 71) Garem glap : smokkelzout . Het maken en verkoopen van zout is in Indie regie . Er werd inderdaad aan de zuidkust van Lebak veel zout ge- maakt, en 't was die arme menschen niet zeer kwalijk nemen, als men bedacht dat ze soms vele mylen to loopen hadden om 'n Gouvernements debietplaats to bereiken, waar ze hoogen prys moesten betalen . My komt bet monopolizeeren van den zoutaanmaak onredelyk voor, en voor- al wreed jegens strandbewoners wien 't zeezout in huis spoelt. 72) Ook de hier bedoelde nota's van m'n vermoorden voorganger zyn

284 MAY It&VELAAL nog altyd in myn bezit . Nooit vroeg iemand my, die to mogen zien . Me dunkt toch dat ze, vooral met bet oog op z'n dood, zeer treffend zyn . Zou niet de zaak in elk ander land voor'n causecAilbre gegolden hebben?

73) Ook de bier bedoelde brieven bezit ik nog, dock slechis in of , schrift, dat evenwel door den toenmaligen klerk to Lebak als ,eenslui- dend met hot origineel" gewaarmerkt is. 't Was nooit iemand de moeite waard er naar to vragen.

74) Voornemen den Regent en voorschot kwytteschelden . Dit is, na bet door den Gouv. Gen . P a h u d ingesteld onderzoek werkelyk geschied . Ook meen ik dat by die gelegenheid zyn tractement verhoogd is . Men moot erkennen dat hierin een zonderlinge wys van rechtdoen omtrent my gelegen was l De gebleken gegrondheid myner aanldacht moest niet my ten-goede komen, maar den persoon die door my was aangeklaagd.

75) Abraham Blankaart to hollandsch voor een Duitscher . En .. . voor het tegenwoordig geslacht van Hollanders misschien ook . Hoevelen myner lezers kennen die aardige figuur uit Sara Burgerhart7

77) Deze boutade tegen de orthodoxen mag, dunkt me, aanleiding ge- ven tot de opmerking dat de modernen, de liberalen, de ... meer verlich- ten - en zelfs de ware vrydenkers - wel 'n voorbeeld mochten nemen aan zekere oprechtheid van geloof, die zich by bun tegenstanders in la- den openbaart. Indien er door sommigen even gul werd bygedragen tot bet verspreiden van licht, als door anderen tot het verdikken van duis- ternis, zouden we sedert lang 'n groote schrede verder zyn . Zouden de ge- loovers my hebben laten zwerven en derven zooals 't geval geweesst is, indien ik hun denkbeelden bad aangehangen en verkondigd? Immers neen. Hoera voor de oprechte gelooversl

77) Ketimon : augurken, komkommers.

78) Die geleerden I Een der nieuwste snufjes op 't gebied der chemi- sche voedingsleer, is van professor V i r c h o w . Die scheikundige be- weert nu dat er niet de minste voedingskracht in bouillon zit . Ik stel voor, hem op 'a dieet van uitgekookt vleesch to zetten, waarmee by zeer ge- leerdelyk tevreden wezen moet.

79) Moliere . Ik stel dezen auteur thans veel minder hoog dan vroeger dock bewaar myn opmerkingen dienaangaande voor'n monografie over dramatische literatuur, waarvoor in deze Noten geen plaats is.

8o) Miss Mate-A pie : juffer vuur-oog.

8x) Foiheringkay. In sommige vorige drukken staat herhaaldelyk Fo- thingeray, 'n lapsus van den beer V a n L e a n e p . In 't handschrift stond noch 't een nosh 't ander, maar : Tower. Dat was 'n lapsus van my .

82) Arles wordt gehouden voor 'n binnenlandsche kolonie van de Massiliers, en Massilia (Marseille) was door Phoeniciers gesticht . Dat do waarlyk typische schoonheid der vrouwen to Arles, daar beter dan to Marseille bewaard bleef, kan liggen aan de mindere vermenging met vreemden . Op strandplaatsen als Marseille verbasteren de rassen zeer snel . Of de vrouwen to Nimes - 66k 'a marseillaansche faktory - even schoon zyn als to Arks, is my onbekend. 83) Datoe : inlandsch Hoofd.

84) Prahoe : prauw, schuit, vaartuig, scheepje.

85) De oordeelvellingen over de boedanigheden der verschillende ras- sen die Insulinde bewonen, loopen zeer uiteen . Bevolking en Hoofden op Sumatra zyn minder gedwee dan de Javaan, doch men vindt daar mannelyker karakters . Zeker is 't, dat de Javaan niet geacht is op Suma- tra, en dat de echte Maleier die hem verachtelyk : toekan makes koetoe noemt - vraag de vertaling aan 'n neef nit de Oost - zich ver boven hem stelt . 't Was 'n fout van den generaal V a n S w i e t e n, 'n Javaan to gebruiken als onderhandelaar met de Atjinezen . Dat de onverschrok- ken Radhen die zich hiertoe leendl, 't offer zou worden van z'n bereid- willigheid en trouw, was to voorzien . Het duet me lead dat z'n naam my ontgaan is.

86) De meeste Europeers in India dragen weinig kennis van taal en zeden der streken die ze niet bezocht hebben. De uitdrukking Si Oepi ketch - zooveel als : kleine jonge-juffer - werd door D u c 1 a r i niet verstaan. Men vergist zich gewoonlyk in Holland, door aan seder „die in de-n-Oost geweest is" algemeene kennis van indische zeden toete- schryven.

87) Ophir . We vinden dezen naam op de meestelandkaarten,en- waarschynlyk omdat de berg die er mee bedoeld wordt, ver nit zee to zien is - op alle zeekaarten. Maar't woord Ophir is by de inlanders onbekend . Ze noemen den berg die ongeveer in 't midden der breedte van 't land, even benoorden de line ligt : Goenoeng Passaman. Hoe dus de kartogra- fen, die elkaar blykbaar hebben nageschreven, de benaming Ophir kun- nea verantwoorden, begryp ik net . Een andere vraag is, of er verband mag gebracht worden tusschen dezen berg, en de streken vanwaar de Tyrische koning H i r a m, ten-behoeve van Salomo's tempelbouw, goud, ebbenhout en edelgesteente halen liet? (I Kon . IX, 28 X, 11 .) Het is zeer gewaagd dit op grond van 'n enkel woord aantenemen . En boven- dien, waar komt bet woord Ophir vandaan? Wie heeft het eerst de G. Passaman aldus genoemd? De f-klank doet aan de Arabierea denken. In de ,arabische verteuingen" wordt Sumatra door S i n d b a d den zeeman bezocht.

88) Kiskassen. Of dit woord uitsluitend to Amsterdam gebruikt wordt, weet ik net . In die stad beteekent het de eigenaardige huppelende beweging die 'n zeer plat steentje behendig geworpen, op de oppervlakte van 't water maakt . Het beschryft telkens even op 't water rustende, al .voortspringende en reeks van allengs korter wordende bogen, en zinkt net voor de kracht van den horizontalen worp uitgeput is . De manier waarop sommige zeevogels, na op de golven gerust to hebben, over 't water schuiven om vlucht to nemen, komt met dat ,kishassen" overeen . Ook vliegende visschen scheren de oppervlakte voor ze zich verheffen . 8g) Toewan kommandeur. Op die plaatsen van Sumatra waar vroeger engelscbe vestingen bestonden, worden de gezagvoerende beambten nog altyd kommandeurs - commodore - genoemd. Natal ging in den ,,en- gelschen tyd" voor 'n punt van groot belang door, getuige bet fort dat veel to groot was voor de weinige manschap die 't in myn tyd - 1842 - heette to bezetten. go) Krandjang. Korf van bamboo, waarin de voor Nederland bestemde

286 MAX HAVELAAR. suiker verscheept wordt. Tot ver in 't binnenland van Europa ziet men tegenwoordig bet bamboezen vlechtwerk van die Krandjangs - meestal gekoolteerd - gebruikt tot heggen en dergelyke afsluiting .

qr) Pedattie : javaansche kar. De eigenaardigheid van dit voertuig was, dat bet niet op raderen, maar, en wel op meewentelenden as, op schy- ven rolde, die om de onpraktische primitiviteit to volmaken, gewoonlyk den vorm hadden van 'n zeer onregelmatigen veelhoek . De ,chinesche kerk' to Batavia (Zie hoot 98) hield den beer W. IL v a n H o e v e 11 voor den bekwamen schryver die zich onder den naam Jeronimus niet ver- borg . Wel jammer dat deze publicist, gedeeltelyk uit gebrek aan kennis van indische toestanden - by was volbloed Bataviaan - meer nog misschien uit persoonlyke behoefte aan 'n schelle leus, zich door den klank van 't woordje : vry, verlokken liet tot bet ophemelen van den zoo- genaamd-vryen Arbeid. Het wawelen over deze opgedrongen topic beeft jaren lang de aandacht afgetrokken van hoofdzaken als die welke in den Havelaar behandeld worden, en nog altyd aan de orde blyven . Men zie hierover m'n beide brochures over Vryen-Arbeid.

92) Zie noot 23 . 93) Onajhankelyke rykjes in den Noordhoek. Het aantal meer of min onafhankelyke kleine vorsten in die streken is legio . Twee hunner heb ik persoonlyk gekend, de Toeankoe's of Radjah's van Troemon en van Aana- laboe, die me sours to Natal bezochten, en wel tot groote ergernis van den Toeankoe dezer afdeeling . Een van die Hoofden namelyk -'t is me ont- gaan, wie van de twee - veroorloofde zich 'n zyden doek om de lenden to slaan op 'n wyze die volgens de natalsche heraldiek, 't distinktief was van meer hoogheid dan hem toekwam. Uit deze en dergelyke kwes- tien over etikette en voorzitting vloeiden twisten en vechtpartyen voort, die me soms veel boofdbreken berokkenden, daar de volgelingen van 't atjinsche Hoofd redelyk strydbaar waren, en de Natalezen zeer prikkel- baar zoodra 't den rang van bun Toeankoe gold. Over 't geheel werd Natal zeer druk .door Atjinezen bezocht, en ik was ruimschoots in de gelegenheid eenige kennis van hunnen aard optedoen, te-meer omdat de naive Si Oepi Ketch - een myner menigvuldige eerste lief den - 'n Atjinesehe was. Toch bezit ik geen bouwstoffen voor 'n vol- ledige karakterbeschryving, en ik durf alleen - in tegenspraak met de velen die heden-ten-dage over Atjinezen meespreken zonder ooit 'a Atjinees gezien to hebben - beweren dat zy over 't geheel genomen seer veel goede hoedanigheden bezitten. Ongetwyfeld namelyk zyn ze hoog- hartig en dapper . Dat, by gelegenheid der oorlogsverklaring, 'n minister in de Kamer de Atjinezen heeft durven afschilderen als schuldig aan zeerooj, bewyst slechts voor de duizendste keer dat sommige sprekers geen las- ter to plomp keuren om by dat kollegie hun doel to bereiken . Is de zeeroof in den indischen Archipel afgenomen, sedert de atjinesche havens geblokkeerd zyn? Immers neen. Indien one gouvernement zeeroovers bevechten wil, last bet dan den oorlog verklaren aan den Sultan der Soeloe-eilanden, aan de Illanezen Op Magindanao, en eigenlyk aan alle vorsten en volken op dat groote eiland, Uit die streken zwermen de vloten nit, die sedert eeuwen de bezittingen der atjinsche Sultans, niet minder dan de onze, op 'n brandschatting stellen, weinig minder schan- delyk voor wie ze betaalt dan voor den heffer . Daar zou lets deugde- lyks to doen vallen voor onze marine, of liever voor onze Landmacht, want bet beschieten van bamboezen gebouwtjes aan 't strand beteekent niet veel. Maar de beschuldiging van zeeroof was onze edele staatslieden niet MAX BAVELAAB. 287 voldoende . Om den zoo fyn zedelyken Nederlander to bewegen tot de vereischte oorlogswoede - en fondsen-bewilligingI - werd hem in diezelfde Tweede-Kamer de Atjinees voorgesteld als zoo heel in 't by- zonder overgegeven aan .. . onnatuurlyken wellust! My, die veel met Atjinezen heb omgegaan, was daarvan nooit iets gebleken, misschien wel omdat ik nooit in 't belang van carritere of pozitie vuile voorwend- sels noodig had om oorlog to waken . Aan hen die op dit punt zich zooveel volkenkundiger toonen, vraag ik welke ,reden van wetenschap" ze voor hun liefelyke beschuldiging kunnen aanvoeren? In-alien-geval komt me zoo's aantyging tegen 'n vyand die doorslaande blyken geeft van mannelykheid, niet zeer .. . mannelyk voor, en even onsmakelyk als 't bedoeld delikt zelf. Wat to zeggen van 'n Vertegenwoordiging die millioenen voteert op voorstellen van ministers wien zulke middel- tjes tot ophitsing niet to verachtelyk zyn? Dat overigens het nederlandsch Staatsbestuur - een tot in 't merg verrot organismus! - de wapens zou aangorden in 't belang der zedelykheid, is 'a koddig denkbeeld. Wat eindelyk den tegenwoordigen oorlog aangaat, ik herhaal wat ik elders zeide : van Atjeh begint de nederlaag . De toelichting van deze stelling ligt nu buiten m'n bestek . Ook lust bet me niet by voortduring onbeloond les to geven aan de haagsche politici. Zy worden door de Natie betaald om lots van de zaken to weten . Dat nu die Natie by voortduring genoegen neemt met individuen die aan dezen eisch niet voldoen, is myn schuld niet . Zeker is 't, dat nog geen enkele maal de onvermydelyhe gevolgen der intrekking van 't geheim artikel in het trak- taat van 1824, ter-sprake gebracht zyn, noch in de talryke brochures over deze zaak, noch in de tallooze dagbladartikelen die haar behan- • delen, noch in de redevoeringen van ministers en ,geachte leden" . Al die schryvers en sprekers bleven 6f uit onbekendheid met de toestan- den 6f om redenen van nog lager soort, voortdurend d cdt6 de la question O. d . e. t . U. o . S. i . v. m. d. p . o. o. d. o. z. w. v. m . a . o. f . d. z . t . m . d. k . v. s. t . g . h. d . z. d . d. o. v . a. L v . v. d . n. j . z. o. Mocht de lezer klagen dat ik hier in raadsels spreek, by bedenke dat m'n Brief aan den Koning van September 1874 niet raadselachtig was, en dat or van dat zeer duidelyk stuk geen notitie is genomen . Als de minister van Koloni6n my zeer beleefd vraagt wat er ten-gevolge der zotte atjinsche kampagne to voorzien is, zal ik hem voldoende inlichting geven, onder protest evenwel tegen de onrechtvaardigheid dat by en niet ik betaald wordt voor de zorg om Insulinde voor Nederland to bewaren.

94) Bakh baleh : bamboezen rustbank, brits . Kiambos : gordyn.

95) Pajong : Zonnescherm, distinktief van rang. 96) Madame Geolfrin. In 't handschrift stond : Madame Scarron, en 't komt me voor, dat de beer V a a L e n a e p hier ten-onrechte lets ver- anderd heeft . Madame Geo/Jrin, zeer ryk zynde, had niet noodig de schraalte van haar disch aantevullen door vertellingen . Bovendien weet ik zeker dat sommige schryvers de bekende anekdote op rekening van Madame Scarroa stellen . 97) Traoessa :'t hoeft niet! 98) Chineesche herk : bet „tout Paris" der hoofdplaatsen in Indie. De oorsprong dezer zegswys schynt to liggen in de commErages die oudtyds ge- houden werden by 't uitgaan der protestantscbe kerk in of by de chinee- schekamp to Batavia. 99) „Wit sommige gebeurtenissen van naby gesisn had." In 1843 Bet de

288 VAx HAV$rsesV generaal Michiels op in 't oog vallend vexatoire wys de wegen in den omtrek van Padang verbreeden. Voor niemand was bet doel twyfelachtig : by had behoefte aan wat krygsroem om zich staande to houden als civiel Gouverneur. De uitgelokte ontevredenheid openbaasde zich 't eerst to Pau, in de nabyheid der hoofdplaats . Daar hadden, naar weldra publiek bekend was, de samenscholingen plaats, waaruit de door ieder voorziene oproerige bewegingen zouden - en moesten 1 - voortkomen. Ze werden uiet terstond tegengegaan : de vrucht moest rypen . Op zekeren nacht werd ik gewekt door een bediende van den kapitein der artillerie J. J . M . de Chateleux . Hy liet my roepen omdat zyn en myn vriend, de kapitein der infanterie Beyerman, by hem gekomen was om van hem en my afscheid to nemen. Ik ging, en vond B. in hoogernstige stemming. Geheel onverwacht had by bevel gekregen naar Pau opte- rukken : ,om me daar to laten vermoorden" zeide by. Hy is er vermoord dienzelfden nacht nog . Toen daarvan den volgenden morgen bericht kwam, rukte de generaal aan 't hoofd van meer dan voldoende krygs- macht nit . In 'n ommezien behaalde by de lauweren en 't certificaat van onmisbaarbeid waarom by zoo dringend verlegen was . Arme Beyerman. Zulk en scene zetten van krygsbedryven door 't vooruitzenden van een aan den dood gewyde kleine schaar behoorde onder de lyfkunstjes van Michiels, doch eenig was by niet in die misdadige kwakzalvery . Ze speclt in veel veldtochten haar rol, en dit zal wel zoo blyven tot de kunst van lezen meer algemeen wordt ; de koddigheid der advertentien van goedkoope boeken en allesgenezende pillen zinken in 't niet, by do hansworstige leugens waarop sedert eeuwen sommige krygsoversten ge- woon zyn hun betalende kommittenten to onthalen . Terstond zyn er al- tyd verzenmakers en geschiedschryvers by de hand om die zotte praat- jes met hun visa : ,gezien en opgehemeld" to stempelen, en 'n reeks van geslachten bouwen den aldus smakelyk gemaakten onzin na . Zie, als 'n enkel staaltje - ik heb ze voor 't grypen 1 - m'n opmerkingen over de hyperkrygskunstige slimmighedens van den prillen grins van Oranje by Quatre-Bras (IDae 747, vlgg.) zoo) Hier ben ik profeet geweest, helaas 1 Hot grofste,'t onmogelykste is met to grof en niet to onmogelyk, zoodra 't dienen kan om iemand die ,,uitsteekt" van de baan to dringen. In deze taktiek ontmoeten zich de middelmatigheden van alle partyen . Er blykt nit den tekst dat ik hiervan iets wist toen ik den Havelaar schreef, maar toch was ik niet profeet genoeg om to voorzien dat men de karakterschets van Publiek, die ik slechts als boutade gaf, maken zou tot letterlyke waarheid. Wanneer ook bier D u c 1 a r i my in de rede was gevallen met 'n : ,neen, dat is al to sterkl" zou ik zeker de fout begaan hebben iets to laten afdingen van m'n bittere opmerking, al bewees dan later de uitkomst dat ik niet to veel gezegd had. 1o1) Het was in die dagen (1843) dat ik de ,,Bruid daarboven" schreef. Dit stuk werd nog onlangs in den Haag, to Rotterdam en elders opge- voerd. Een van die voorstellingen woonde ik by, en m'n aandoeningen waren zeer gemengd. Het wederzien van dien arbeid nit m'n jeugd, van nu naby veertig jaar geleden, wekte meer herinneringen in my op dan m'n gemoed verslikken kon. En dan 't nagaan van apes wat er in en om my voorviel gedurende dat lange tydvak van m'n gevuld leven! Doch dit gaat den lezer niet aan . Met bet oog evenwel op den ouder- dom van dat stuk heb ik 'n vraag to doen, die meen ik, sommige Ie- zers will aangaat . Is de Loon dien heden-ten-dage zekere publicisten tegen my aanslaan, wel in overeenstemming met den eerbied dien we

MA% HAVELAAM 289 gewoon zyn toetekennen am ancienneteit in rang? Vindt men 't getal lettervruchten die in onzen stoomtyd meer dan bet derde deel eener eeuw beleven, zdd groot dat elk rekruut my mag toespreken co,nme Is premier venu l Hoe ikzelf over die ,Bruid" oordeel, is bekend, maar 't stuk is toch minstens even good als de Emilia Galotti, als de Kaba a and Liebe, als de Minna von Barnhelm, als de larmoyante komedies en Lust- spiele van K o t z e b u e, die nog altyd op 't repertoire staan . In-allen- gevalle blykt er uit, hoe ik m'n tyd doorbracht in de dagen toen 'n groot deal van hen die me tegenwoordige als hun gelyken meenen to mogen behandelen, nog - en misschien Wet eens nog! - op do schoolbanken zaten. Suum cuique, heerenI (Zie hiervoor de not en 65 en rr5) .

ro2) Die redakteur heeft laterals minister 't zyne bygebracht om den toestand in Indian onhoudbaar to maken. Van al de duitenplateryen waarmee by Kamers en Natie eenige jaren aan de praat hield, noem ik nu alleen de fameuze komptabiliteitswet, 'n monument van bureaukra- tische onbruikbaarheid, en als zoodanig de getrouwe afspiegeling van de man zelf. By was 't ook die zoo byzonder veel bydroeg tot do ver- lamming van 't gezag in de binnenlanden, door de splitsing van rech- terlyke en besturende macht (zie Noot 13) . De uitverkorene van de Natie beet E. d e W a a 1, en bekleedt natuurlyk 'n aangenaam plaats- jen op den pensioenstaat.

io3) Do toenmalige Algemeene Sekretarls der indische Regeering, Mr . C. Visscher.

ro4) Ik mean bier blyken to geven dat de eischen der kunst ten aan- zien van de neat der optewekken aandoeningen, of liever van de daartoe strekkende middelen, my eenigszins bekend waren . Ook beweer ik in den Havelaar zelf (zie by v. blz. 220) my aan die eischen to hebben ge- houden . Juist omdat ik minder akeligheid schilder dan nit de geschetste omstandigheden blykt voorttevloeien, is de indruk der Saidjah-epizode zoo algemeen en zoo diep geweest en alzoo is de beschuldiging van „overdryving" een font op 't gebied der kritiek . Dit wat kunstbese/ aan- gaat. En wat de Jeiten betreft die in den Havelaar vermeld worden, ook daarin blyf ik beneden de waarheid. Ik roerde niets aan dan wat ik - thans nogl - bewyzen kan, en dus volstrekt nog 't ergste niet. Wie nu, om den indruk van myn pleidooi to ontzenuwen, z'n toevlucht neemt tot do afgezaagde en goedkoope beschuldiging dat ik ,overdre- ven" heb - in den grond eigenlyk slechts 'n oneerlyk-vermomd erken- nen van de waarheid! - gelieve to zeggen : mat, waarin, hoe, in-hoe-ver 7 Hiertoc dan ook sommeerde ik herhaaldelyk D u y m a e r v a n Twist, den man die beter dan iemand by-machte wezen moest my tegente- spreken, indien er lets op myn beweringen vie! aftedingen . Hy even- wel durfde niet eons van ,overdryving" spreken, en bepaalde zich tot bet verwyt dat ik zooveel talent had - in zyn oog 'n fout zeker - en dat-i zwygen zou nit vrees voor den schyn van partydigheid . En met zulke jongensachtige uitvluchten namen Kamers en Natie genoegen l Is dit Recht, Nederlanders? xo5) Bochten van den Tjioedjoeng. Deze rivier draagt naar die vele bochten z'n naam. Tji : water. Oedjong :hoek .'t Woord Rangkas beteekent eon door zulke bochten omarmde streek lands . Bdoeng is 'n bamboesoort. 106) Sambal-sambal : allerlei toespys,'n keukenvak waarin Indian uit- munt . De beschryving van de sambals die daar in gebruik zyn, zou boekdeelen vullen. In welvarende familien vordert dit onderdeel van

290 MAX HAVELAAB. 't dagelyksch menu de uitsluitende zorg van 'a bediende, en by ryken is Pen persoon daartoe zelfs niet voldoende . Als grondstof dient al wat eetbaar is zooveel mogelyk onkenbaar gemaakt, en ook veel dat onin- gewyden "id eetbaar voorkomt, byv. onrype vruchten en bedorven vischkuit. Het bereiden van al die gerechten volgens de regelen der kunst, vereischt 'n ware studie. Ook is er voor bares (nieuwelingen) soms eenige oefening noodig om ze smakelyk to vinden, maar ingewy- den gevea aan de indische keuken de voorkeur boven do velerlei soor- ten van europesche tafels .

107) Zoodra in 1873 bet geheim traktaat met Engeland van 1824, dat ons tot eenige bescheidenheid verplichtte, was ingetrokken, werd de oorlog verklaard. Men zou misschien hieruit mogen opmaken, dat en oordeel over den generaal M i c b i e 1 s van algemeener toepassing is dan ikzelf in 1842 gissen kon .

108) De later tot Gouverneur-Generaal benoemde Mr . P. M e r k u s.

log) Jang (njang) di Pertoean : by die heersckt. Als ik me niet vergis, is er op geheel Sumatra slechts eka Hoofd dat dezen titel draagt, Toean- hoes (mynheer, monseigneur) zyn er velen . Beide benamingen zyn ma- kisch - de laatste sylbe van 't woord Toeankoe komt me zelfs ja- vaansch voor - en daar de Jang di Pertocan zeer speciaal 't voor- naamste Hoofd is in de Battahlanden, schynt die waardigheid oorspron- kelyk door maleische overweldigers ingevoerd to zyn . De wortels der benamingen van autochthoone waardigheden en titels moeten altoos in de oudste taal des lands gezocht worden. Ze zyn slechts van eenigs- zins jonger oorsprong dan onwillekeurige geluiden die door uitwendige oorzaken aan long en keel ontsnappen, dan de velerlei benamingen voor water, dan de aanduiding van terrein-accidenten of natuurverschyn- selen, en clan de algemeene klanknabootsing.

ixo) Zie aoot 37. 111) Tout comme ches nous I De katholiek die vast en zeker gelooft dat de H. Maagd zich de moeite gal 'n boodschap to komen brengen aan 'a hysterich landmeisje to Lourdes, spot met den islamiet die beweert 'n visite of brief ontvangen to hebben van Mohamed . En de protestant, lachende om den katholiek die boodschappen nit den hemel krygt, voelt zich zeer gesticht door 'n preek over den Engelenzang to Beth- lehem . Waarom neemt men 't my euvel, dat ik al die soorten van dom- heid op hen lyn stel? 112) Padries noemden wy in de wandeling de Atjineezen, die toes kort tevoren de Battahianden tot den Islam bekeerd hadden . 't Woord zal wel pedirees moeten beduiden, naar Pedir, eeq der mint onaanzienlyke staatjes van Atjin . Ook 't woord Aijin is 'n door 't spraakgebruik ge- wettigde verbastering . Van Atjeh maakten we atjcnecs, of atiinees waar- door 't grondwoord zelf in Atjin veranderde . Litterarisch purisme komt hier niet to pas . De blyken overigens van 't in den tekst aangeroerd fanatismus loo- pen in 't ongelooflyke. Men moet evenwel erkennen dat de invoering van den Islam - die tevens vermeerdering van zoutgebruik ten ge- volge had - grooten afbreuk heeft gedaan aan 't menscheneten . Dat deze hebbelykheid nog in de buurt van Penjaboengan - ' t centrum van ons gezag in de Bathalanden - zou bestaan hebben tydens I d a P f e i f e r die streken bezocht, (1844? 1845?) houd ik voor 'n leugen .

VAX KAVELAAB, 291 Zy knoopt aan de ontmoeting die ze' te-dezer-zake beweert gehad to hebben, een anekdote vast, die den stempel der onwaarheid op 't voor- hoofd draagt . Men zou h55r gespaard hebben, vertelt ze, om-den-wille der grappigheid van haar opmerking : dat zy 'n ,bejaarde vrouw en dus to taai" was . Toen zy, eenige jaren na my, met Battahlanders in aanraking kwam, was de anthropolagie in die streken uitgeroeid, en wel door den invloed van dezelfde volkeren die we thans in naam der beschaving beoorlogen . Wanneer heeft Nederland ooit met syn gods, dienst en met syn wapens, in 'n ommezien tyds een ganschen volksstam van kannibalen tot rustige menschen gemaakt?

113) De Rappatraad to Natal bestond nit de voornaamste inlandsche Hoofden der Afdeeling met den Civiel-gezaghebber als voorzitter . Door then Raad werden niet alleen civiele kwestien en krimineele zaken af- gedaan, maar tevens politische aangelegenheden behandeld . Tot bet ten-uitvoer-leggen der geslagen vonnissen was er slechts bet „fiat-exeku- tie" van den Resident to Ayer Bangie noodig, gelyk nit den tekst blykt. De afleiding van 't woord Rappat is me onbekend. Hot schynt slechts op Sumatra in gebruik to zyn.

114) Sewah : bet wapen van de bewoners dezer streken, gelyk op Java de kris. De Sewah is 'n eenigszins kromme dolk met zeer klein gevest en de snede aan de binnenzy der kromming. De oorspronkelyke bedoeling met dozen vorm zal wellicht geweest zyn, dat de greep geheel in de hand kan verborgen worden, terwyl de zeer stompe rug van 't wapen tegen den pols rust, en door den arm bedekt wordt. De aangevallene bemerkt alzoo niet dat z'n tegenstander gewapend is, voor deze hem, na 'a eigenaardige vlugge beweging van pols en arm in drie tempo's, treft. Geheel afgescheiden van deze geschiktheid tot moordtuig, is de sewah 't distinktief van vryheid en mannelykheid . Wie 'n maleisch Hoofd ge . vangen neemt - gelyk volgens blz. r55 in de daar beschreven om- standigheden m'n verdrietige taak was - vordert hem z'n sewah al. Een ander wapen op Sumatra, dat elders niet bekend is naar ik meen, beet krambilh - ik spel op 't gehoor of - en dient uitsluitend tot moordtuig . Het is kleiner en veel krommer dan de Sewah . De greep bestaat nit niet veel meer dan 'n ringvormige opening waarin de moor- denaar z'n duim steekt, terwyl 't lemmet geheel in of achter de hand verborgen blyft. 115) Ik geloof dat deze opmerking van den braven D u c I a r i niet ongegrond is, en durf daarop wyzen in verband met de soort van wa- pen waarmee ik than, achi-en-dertig jaren na de in den tekst beschre- ven voorvallen, word aangetast . Hot laat zich begrypen dat lieden die behoefte hebben aan 't verscheuren van m'n naam om wat opgang to maken, zjch aan zoo'n armzalig hulpmiddel vastklemmen . Want, ook naar den geest gesproken, is armoed 'n scherp zwaard en 't ligt m de rede dat dezulken geen besef hebben van hun gebrek aan ebenberligkeit. Maar 't lezend Publiek moest niet zonder protest gedoogen dat ik zoo straatjongensachtig wordt aangevallen. Wat hebben de Van Vlotens e. d ooit verricht, dat hun 't recht geven zou den mond tegen my to openen? Men behoorde die heeren hun Staat van dienst aftevorderen . rr6) Een van die gesuspendeerde ambtenaren, de Resident A . L W e d d i k, word gouverneur van Borneo. De adsistent-resident van Pa- dang, S c h a a p, is later gouverneur van Makassar geweest . Ook myn voorganger to Natal, de beer V a n M e e r t e n- een zeer bekwaam man, en de zoon der bekende schryfster van then naam - is in dienst.

292 MAX HAVELAAEE gebleven en werd meermalen eervol bevorderd . In 't voorbygaan bier de opmerking dat de benoeming van den beer W e d d i k tot gouverneur van geheel Borneo, hoezeer bewyzende dat hyzelf tot bet bekleeden van 'n hoog ambt geschikt werd geoordeeld, eigenlyk slechts fiktie was, en de strekking had om tegenover Engeland - en de vela partikuliere Engelsche /ortuinzoekers I - onze souvereiniteit over dat enorme eiland to handhaven. De voor onze Regeering onverantwoordelyke vestiging van Brooke to Laboean, bewyst dat die armzalige kunstgreep z'n doel miste. Weldra zal 't met Nieuw-Ginee- dat tot I n s u I i n d e behoort - ook zoo gaan . Nederlanders, ik zeg u dat daar loerende kapers op de kusten zyn. En .. . de gouverneurs-generaal hebben in dit opzicht min- der schuld aan 't verregaand verwaarloozen der bun toevertrouwde be- langen, dan later misschien de geschiedenis meenen zal . In-stede van bun veerkracht to kunnen besteden aan 't intakt houden van Insulinde moesten zy zich toeleggen op 't handhaven van bun gezag tegenover ministers, Kamerpraatjes en'onbevoegd Hollandsch krantengeschryf . Het nit de veranderingen in '38 voortgevloeid allemans-meekakelen werkt ook in Indie, desorganizeerend. Toch . . . ,leve de groote T h o r- b e c k el" niet waar? 't Is bedroevendI

117) Op de afsehaffing der - betrekkelyk humanel - roltingstraf, en de nadeelige gevolgen van die tendentieuze filantropery zal ik elders terugkomen.

118) In deze alinea wordt de Resident B r e s t van K e m p e n gunstiger beoordeeld dan by verdiende. Lang na bet schryven van den Havelaar werd my door 'n onwraakbaar getuige meegedeeld dat de Resi- dent B r e s t v a n K e m p e n een seer bysondere reden bad om den Regent to ontzien. Ik wenschte dat my van bevoegde zyde naar die reden gevraagd werd.

erg) Opmerking als in de Noten 68 en 72 .

120) Wat ik bier van de Regeering zeg, is na den Havelaar van voile toepassing geworden op de geheele Natie . Ze geeft voor, myn pogingen tot verbetering to ignoreeren, en vindt bet behoorlyk dat ik vertellinkjes moet schryven om in 't leven to blyven . Maar de lieden die by-voortdu- ring haar misleiden met onwaarheid, worden geserd, beloond, met gezag bekleed, aan 't hoofd der zaken geplaatst. 't Volk wit bedrogen zyn .

121) De bespottelyke angst voor'n Inlandscb hoofd wordt door de residenten by de Regeering levendig gehouden in huts eigen belang, en berust eigenlyk op . . . woordspeling. De waarheid is, tint wy in 't orga- nismus van ons bestuur de Inlandsche Hoo/den niet kunnen missen, d .i. bet stelset waarin die Hoofden een zoo voorname plaats beklee$en . Maar hieruit volgt volstrekt niet dat men een Inlandsch Hoofd niet aan z'n plicht zou kunnen houden. Waar zou 't been, als men geen luitenant straffen of ontslaan mocht omdat men In 'n leger de officieren niet mis- sen kan?

122) De arme man heette Don g s o, en beeft me later trouw ge- diend . De op Java tot dwangarbeid veroordeelde misdadigers vervalfen in twee klassen. Een gedeelte blyft op Java zelf, 't geen als'a groote verlich- ting van 't vonnis beschouwd wordt . Te-werkstelling buiten Java is den meesten een vreeselyke straf die niet zelden tot zelfmoord dryft. 123) Toen ik in den tekst dit nummer invulde, was m'n voornemen

MAY HAVErses. 293 een karakterkundige analyse to beproeven van de wyze waarop myn stre- ven door m'n landgenooten is opgenomen . De Loon echter waarop dezer dagen sommige publicisten my aanvielen en bet terrein waarop zy trach- ten den stryd over to brengen, weerhoudt me . Voor't oogenblik bepaal ik my to then aanzien tot verwyzing naar de nummers 632, vlgg. myner Ideea.

124) Tikar: matje. Het gebruik van fijn gevlochten matten op de bedmatrassen, is in Indie vry algemeen, en wordt, omdat ze koel blyven, voor gezond gehouden . Het vervaardigen van die matten en ander vlecht- werk is 'n niet onbelangrijke industrie, waarin vooral de Makkassaren uitmunten.

125) Pukul ampat: vier uur. Dat is de naam van 'n bloemp$e dat's na- middags op dat uur zich opent, en tegen den morgenstond zich weer sluit. Dat pukul (= slaan, slag. Hier : klokslag) moet worden uitgespro- ken met de hollandsche oe-klank spreekt vanzelf .

126) Saudien of Soedien voor : Si-Oedien- een zeer dikwyls voorko- mende maleische naam, Oedien, Oedin ('t arabische Eddix) is waarschyn- lyk verwant met gelyksoortige noordsche benamingen in Europa . Over 't zeer algemeene praefix si ware veel to zeggen, meer dan me thans de ruimte toelaat,

127) De gewone lezer houdt dit voor een fiktie . Welnu, ook bier schreef ik de waarheid. De commandant D u e I a r i zag, des morgens bij 't baden, een lyk de rivier afdryven, en by herkende den man die in zyn tegenwoordigheid des avends tevoren zich by den adsistent-resident had aangemeld met 'n klachte. De beer C a r o 1 u s had hem doen ge lasten den volgenden dag op 't bureau to komen. Maar .. . er werd zorg gedragen dat-i nid terugkwam 1 Geheel afgescheiden van D u c l a r is getuigenis, was 't H a v e I a a r bekend, dat dit de gewoonte was, en dit mist ieder in 'I Lebaksche, de Resident B r e s t v a n K e m p e n zoo goed als seder ander.

128) De wijze waarop H a v e 1 a a r to handelen had . In de eerste plaats was by gebonden aan eed en instruktie, twee faktoren die hem volko- men denzelfden weg aanwezen ale zyn karakter en de menschelykheid . Maar . . . by zou to doen krygen met den nergene beschreven ,geest des gouvernements" waarvan z'n onmiddellyke chef de zeer onderdanige dienaar was. Die ,geest" wilde - niet dat er Recht geschiedde, maar slechts - dal de uiterlijke totstand sustig blee/. Ieder had bet oog op eegen welstand alleen, op bevordering, op pensioen. Hoeveel Javanen men om dat doel to bereiken, straffeloos moest laten uitplunderen en vermoorden, deed niet tot de zaak . Z66 de Slymeringen, z66 de van TwistenI En dit keurt de Natie goed . Wet verre van 't H a v e I a a r dank to wyten dat-i zich opofferde om aan then onzedelyken toestand 'n eind to maken, gaat de onbeschaamdheid z66ver dat men thane begint hem z'n onbaatzuchtigheid aanterekenen ale vergryp. Hy had - als de anderen due? - eerst z'n tyd moeten uitdienen om pensioen to krygenl M. a w. by had moeten deelnemen aan de schelmery, om ten slotte z'n onwaardig leven to eindigen als kollega van V a a T w i s t . Hoe onbeschaamd ook deze stelling wezen moge, ze heeft de verdienste van oprechtheid, of van brutale openheid althans . Wie ze verkondigt, is voorzeker 'n slecht wezen, maar . ., 't deert hem niet dat men 't weet . A la bonne heure, zeer godgeleerde d o c t e r V a a V l o t e a .

29 4 MAX HAVELAAB . Minder bevalt my de huichelary van de velen die H a v e I a a r s handelwyze subliem vinden, o ja, maar geen hand uitsteken voor de zaak die by verdedigt. Men behoorde den moed to hebben zyner ge- wetenloosheid.

129) Men zie hierover in de Minnebrieven: Vraagpunten aan den kontroleur : § 18,

130) Als boven . § II .

131) Beginselen van bestuur die ten laatste sullen segevieren . Ik erken dat dit er tot-nog-toe weinig naar gelykt. Het sprookje dat er na 186o in Indie zooveel zou verbeterd zyn, behandelde ik reeds op b1z . 262 . Wat - onder veel andere redenen -- alle verbetering in den weg staat is onze Kieswet . Het bederf in den staat (IDES 286) dat than allerwege wordt, is niet to genezen voor we van dat immoreel en onpraktisch thor- beckiaansch vod verlost zyn. Geheel afgezien van de indiscke saaen, is deze waarheid op Nederland zelf van voile toepassing.

132) Wil men dit „self" opvatten als sarkasme, my well Eenvou- dige waarheid is, dat weinige koningen groot genoeg zyn ow lets groots naast zich to dulden . De meesten zelfs hebben behoefte aan 't byzonder kleine. De afschuw van uitstekendheid gaat niet zelden boven 't eigen- belang en menig hooggeplaatst persoon ziet liever z'n eigen zaak - en die van 't algemeen! - te-gronde gaan, dan dat by iemand naast zich stellen zou, wiens verdiensten de zyne overschaduwen . Deze waat- heid nu is oud, en - hoe treurig ook, - niet onbegrypelyk. Maar dat 'n geheel Volk, wiens belangen daardoor worden verwaarloosd, genoegen neemt met zoo'n domme jalouzie, komt me vreemder voor . Ook hier alweer staat onze Grondwet alle verbetering in den weg . De koning mag .. . nets wezen. 't Zy zoo! Doch waarom toch de be- palingen omtrent gezagsverdeeling zdb ingericht, dat-i by voortduring in z'n omgeving niet veel anders to aanschouwen krygt dan middelma- tigheid? Men moest zoo'n armen Koning dan toch de leans laten dat-i eens eindelyk iemand naast, onder of boven zich kreeg, die wat meer beteekende dan to verwachten is van nit de Kaner voortgekropen ministers. Sommigen beweren, naar ik hoor, dat onze Koning by de Natie niet geacht is . Of 't waar is, weet ik niet . Ook niet of by achting verdient. Maar eilieve, meent men dat bet omgekeerde mogelyk is? Dat die koning de Natie achten kan, volgens de stalen die by dagelyks van haar onder de oogen krygt, en die hem note bone worden opge- drongen als de elite van 't Volk? Hoe overigens dit alles inwerkt op de benoemingen van Landvoogden voor Insulinde, heeft de ondervin- ding voldoende geleerd. Voor dat ambt - bet gewichtigste in den Staat! - blykt ieder goed genoeg to wezen, wits by maar passe in 't kader van de clique die vandaag toevallig op 't kussen zit . Hierdver 'n hoofstuk in den nieuwen druk van ,Specialiteitex."

133) Zekere kontroleur B a u e r werd, heel in den beginne der re- geering van V a n T w i s t nit 's Lands dienst ontslagen ; omdat-i ge- schenken had aangenomen ,niet strekkende on sick to verryken." Ik ontleen de onderstreepte woorden van 't Besluit zelf. Ziedaar de echte huichelende moraliteits-preutsheid! V a n T w i s t die gezworen had „de bescherming van den Inlander als z'n eerste plicht te beschou- wen" mag then plicht verwaarloozen en toch z'n traktement in oat- vangst nemen, maar 'a kontroleur die .niet om sick to verryken" en

MAX HAVELAAB. 295 dus zonder 't mint uitzicht op 't grondbezittend lidmaatschap in de Eerste Kamer, zich 'n bos pisang last opdringen, wordt met schande weg- gejaagdl Ik zou ver loopen om iemand to zien, die 'a plants beklee- dead by Binnenlandsche Bestuur zich nooit schuldig maakte aan do vreeselyke misdaad die den beer B a u e r ward ten-laste gelegd . Gelyk ik reeds in den tekst opmerkte, behoort bet aanbieden van geschen- ken als de bier bedoelde, beschouwd to worden als 'n grod, als 'n plicht- pleging, als uitdrukking van beleefdheid volgens de zeden van 't Land . Dat ik, in-weerwil hiervan, bet aannemen van geschenken afkeur - gelyk nit de aanhalen der Oostersche vertelling op blz. 162 voldoende blykt - doet nu niet tot de zaak. M'n bedoeling is de huichelary van den Landvoogd in 't licht to stellen, die son zulke kleinigheden z'n deugd verspilde, en onverschillig toezag dat de aan syn zorg toever- trouwde inlanders uitgeplunderd en vermoord werden . Hot was de- zelfde V a n Twist, die de door hemsel/ afgeschafte wyze van werving voor 't indisch leger weer invoerde 1 De brave man meende dat zy „den Sods der sedelykheid aid Icon doorstean ." Heel juist ! Onnoozele javaansche jongens werden van Regeeringswege door onderofficieren, met behulp van dobbelspel en ... hoeren in 't net gelokt. Zeker, zeker, dat kan index dead den „toets der zedelykheid" niet doorstaanl Maar wel kon 't den ,,toets der zedelykheid" van den godvruchtigen V a n T w i s t doorstaan, dese wijze van serving seer in 't voerene) en die man is in Nederland ,,geacht" . Zal 't niet by zulke toetsverhoudingen weldra 'a eer worden, tuchthuisboef to zyn?

134) De naam Saidjab is met 'a klelne letterverzetting ontleend aan den ,Staat van gestolen buffels" in de Minnebrieven . Daarin vindt men ook de namen der dorpen Badoer en Tjipoerod.

135) Myn berekening van wat er in Indie verloren goat onder do Re- geering van 66a Gouverneur-generaal „die z'n plicht niet doet" is - als gewoonlyk, we kennen datl - overdreven genoemd. Weinigen hebben besef van de kracht der vermenigvuldiging . Ook D r o o g stop p e t stond verbaasd toen-i over dit onderwerp iets aantrof in Sjaalman's pak . Ik vraag aan hen die zich zoo makkelyk van de zaak afmaken : hoe hoog dan v o 1 g e n s b u a m e e n i n g 't bedrag is, waarop EM gouverneur- generaal van do soort der V a n T w i s t e n- en by was de ergste niet 1 - aan de Natio to staan komel

136) Orang Goenoeng- bergbewoner, doch op Java zeer speciaal do bewoner der bergen in den westhoek. 't Woord ali/oroo, uli/oeroe, hari- Joeroe (alfoer) heeft in den noordhoek van Celebes, in den geheelen molukschen Archipel, en op Nieuw-Guinea dezelfde beteekenis, of althaas die van bewoner der binnenlanden. 't Is dus eigenlyk geen yolks- of stamnaam, gelyk door sommigen gemeend wordt, maar wordt -evenals 't wooed Nederlander dikwyls als zoodanig gebruikt.

137) Uit gebrek aan ruimte, en tevens omdat de hier behandelde zaak in naut0 verband staat met de meerendeels zoo onjuiste begrippen over bevoegdheid in 't algemeen, wil ik bier over dit onderwerp niet verder uitweiden. Ik verwys naar den laatsten druk der ,Specialiteiten." (Delft, by Waltman.)

e) Voor den tienden mail sommeer ik den aO .d-o/1Pa%sr saw Y lwdleel leg"* die in de N. Rott. (bur, deze bewering 'a .onwaarheids noemde z'n faster intetrek- ken . Zie overigens eon der noten op Idee 534. MAX HAVBLAAR. 23

296 MAX HAVSLAAB. 138) Kendang: omheining van ruw paalwerk. 139) F r its had allerlei vragen gedaan, zegt D r o o g s t o p p e 1 . Van die vragen kwamen er in 't Hs . 'n paar voor, maar de beer V . L e n- n o p heeft gemeend ze to moeten supprimeeren . Waarom? Toch niet om- dat do Wawelaars verlegen zitten met bet antwoord? 't Komiekste is dat V. L. zelf, bier hofmakende aan 't bekrompenst bygeloof, dikwijls met do bybelsche vertellingen den spot dreef . Hy hield van V o l t a i r e meer dan ik, en was zeer in z'n schik als men hem zeide dat-i op lien oppervlakkigen denker geleek, wat in z'n laatste levensjaren werkelyk 't geval was. Dat by in-weerwil van daze geestesinrichting, toch geen vryheid voelde F r i t s to laten vragen : vanwaar Loch Noach s'n ysbeeren voor do Ark gehaald had?" e.d. bewyst, dunkt me, de gegrondheid myner opmerking in de noot op blz. 272. Z'n orthodoxe vrindjes to Amsterdam mochten niet gekrenkt worden in hun keukenmeidengeloof . Gelukkig dat bet aantal ongerymdheden in den bybel zoo groot is dat niemand verlegen hoeft to staan om de bier gesupprimeerde ,neuswyzigheden" van F r i t s met beliebige uitbreiding aantevullen. 140) Sluis in-plaats van steenen brug, is werkelyk'n eigenaardigheid in 't amsterdamsch. Van lien aard hoort men er velen, daar zoowel als elders . De woorden, gracht en wal, byv., worden dikwyls verwisseld . Men woont op de gracht en werpt iets in den wal . Opmerkelyk is in do laatste spreekwys het onbewust terugkeeren tot de oorspronkelyke be- teekenis van 't woord, daar wal een der zeer vela klanken is waarmee men 't begrip : water aanduidde, (walvisch, narwal, walrus a walros : zeepaard.) Op analogische wys veranderde het woord dyk van beteekenis, en misschien ook : dam . Zoo ook, maar in omgekeerde richting, de woor- den twin en gaarde. Gedurende den loop der eeuwen verwisselde men telkens de benamingen van 't contenant en 't contenu . Dat nu, om weer- tekeeren tot D r o o g s t o p p e I s amsterdamismus, 't woord stuis oor- spronkelyk niet uitsluitend de beteekenis had van waterkeering, ligt in de rede. Het is van den met zooveel nakroost gezegenden wortel hl, of sl, die eerst bet begrip roepen, daarna dat van sluiten en heerschap uit- drukte. Zie hierover eenige opmerkingen in den Vn bundel I d e e n. waar evenwel de stof op verre na niet uitgeput is. De vruchtbaarheid der Israelieten haalt niet by den rykdom aan kroost van de klanken kt (sl) of 1k (is) . Ik mean ten slotte dat het ware woord voor sluis in den zin van waterkeering, is : syl of siel, doch daarvan kon ik tot-nog- toe de etymologie niet opsporen . (1881) . Zyl (sl) zal wel van denzelfden wortel stammen. 141) Ik geef bier by-een de verklaring van eenige maleische woorden, idiotismen en eigenaardigheden, die in de epizode van S a I d j a h voor- komen. Lombong . bergplaats voor ryst en padie . Meestal is ze buiten 't huts tegen een der wanden aangebouwd . Kris, 't volksthUmliche wapen van den Javaan, dat als zoodanig by z'n volslagen kleeding behoort, gelyk by ons in vroeger tyd de degen . Het is 'n slangvormige platte dolk, met zeer kleinen greep . Gewoonlyk zyn de krissen van reepen week yzer in-eengesmeed - damastwerk alzoo? - en daarna met behulp van buffelhoeven gestaald . Ze worden voor roast bewaard door 'n inwryving met djerook ('n citroensoort) met arsenicum, dat aan 't yzer 'n eigenaardige doffe tint geeft . Het bygeloof beweert dat men, 'n kris willende bezien, die geheel-en-al nit descheede moot halen. Wie 't slechts gedeeltelyk doet, stelt zich bloot aan grout ongeluk . Over betooverde krissen, e.d zyn tallooze vertellingen in omloop .

MAY RAVELAAB. 297 Poesaka : erfstuk, hier - gelyk dikwyls - in pieuzen tin genomen . Sawak : door kunstmatige bewatering toebereid rystveld, in tegenstel- ling van glaga's en tipars, rystaanplantingen, die wat de bevochtiging aangaat, rechtstreeks van den regen afhangen . Klamboe-haken. Klamboe is gordyn. In de platte, zeer breede haken waarmee ze worden opgehouden, heerscht eenige weelde . Ook by den minst welvarende zyn ze toch gewoonlyk van messing. Patjol : 't werktuig dat de Javaan als spade gebruikt . Het blad zit, als 't yzer van 'n houweel, loodrecht op den houten steel . Er wordt due mee gehouwen, niet gespit, 'n eigenaardigheid die mucchien hieruit voort- vloeit, dat de inlander blootvoets gaat. Oeser-Oeseran : 't Woord wordt in den tekst verklaard . Vermeende byzonderheden in den loop van zulke haarkringen, vooral wanneer ze zich vertoonen op den kruin van 'n kind, leveren stof tot allerlei voor- spellingen. (Zie, byv. blz . 92) . Penghoeloe : priester. Ontong : geluk, voordeel. Galangans : smalle dykjes die 't water op de sawahs houden. Allang-allang : riet, reuzen- of prairie-gras. Het is vaak zoo hoog dat 'n man to paard er zich in verbergen kan. De benaming op Sumatra is riemboe, wat daar ook wildernis in 't algemeen beteekent. Sarong. Batik. Kapala. De sarong is 't eigenaardig kleedingstuk der Javanen, mannen en vrouwen beide . Het is een van kapok geweven lap, welks einden aan elkander genaaid worden. Het gebruik van zyde is. uitzondering. Een deter einden heet kapala, d. i. hoof d, en is bescbil. derd met 'a breeden rand, gemeenlyk nit tegen elkander inloopende driehoeken bestaande. Dit ,schilderen" beet batik, en geschiedt nit de hand. Het weefsel wordt te-dien-einde op 'n raam gespannen, en de verf is in 'a werktuigje van blik dat - zeer verkleind - den vorm heeft van 'a trekpot of antiek lampje. Sarongs zonder kapala, en welker ein- den niet aaneengenaaid zyn, heeten skndangs. Men draagt deze klee- dingstukken om de heupen, en de mannen schorten ze moor of min, ja soms geheel-en-al, op. Ook wordt de slendang dikwyls geheel tot gordel saamgerold, in welk geval de mannen een brook dragen, zeer tegen de eigenlyke Javaansche gewoonte, 't welk moor en meer de overhand neemt by de Javanen die veel met Europeers in aanraking komen . Als 'n by- zonderheid mag opgemerkt worden, dat het gebruik van broeken onder de sarong, door vrouwen, alleen in den Noordhoek van Sumatra voor- komt . Ik althans heb deze gewoonte slechts daar aangetroffen . Ze is van atjineschen oorsoprng, waarom dan ook de kleedingstukken den naam dragen van serawak atjek : atjinesche brook. Het vervaardigen daarvan is een der voornaamste industrien in de rykjes waarmee we nu in oor- log zyn. Wat overigens de sarongs en slendangs aangaat, sedert'a dertigtal jaren leggen zich europesche fabrikanten toe op 't namaken van 't javaanscbe batik, en er worden dan ook jaarlyks voor millioenen in dat artikel om- gezet. Toch wordt het dragon van 'n gedrukten kain (kahin : kleed, de generische naam voor al zulke kleedingstukken) steeds voor 'a blyk van armoed of althans van geringer welvaart gehouden. Matah-glap . Amokh . 't Woord (nsalah-glap - verdonkerd oog) duidt den toestand aan van iemand die in razerny alles wat by ontmoet neer- velt, tot hyzelf verslagen wordt. Ik noemde't ergens'a ,zelfmoord in ge- zelschap" en weet er nog altyd geen beter naam voor . De ongelukkige, die door deze woede wordt aangetast, kent vriend noch vyand . Oorzaken zyn gewoonlyk 6f minnenyd, 6f lang opgekropte wrevel over mishandeling . De Javaan is, als de meeste andere inlanders, uit den aard zachtmoedig 298 MAY HAVELAABL en inschikkelyk. Al to diep gegriefd, of to lang verongelykt, berst z'n woede in amokh nit. Dat evenwel ook de am(wen (opium) bierby 'n rol speelt -'t zy als oorzaak der kwaal, 't zy als opwekkend hulpmiddel tot bet botvieren van de woede - spreekt vanzelf. Atap : een soort van waterpalm welks bladen tot dekking van geringe huizen gebruikt worden. Bendie : chais, tilbury. Djati. Ketapan . Twee soorten van groote boomen . De eerste levert 'n zeer duurzaam bout . Waarom batonici hem den naam van quercus indica gegeven hebben weet ik niet, daar by geenszins met onzen eik overeen- komt. ,Kajatenhout" is pleonastische verbastering van kajos-djati djatihout. Melati. Een klein wit bloempje met sterken jasmyngeur . Het speelt, als by ons de roos, 'n groote rol in balladen, Wen en legenden . Rystblok . Zware bouten trog waarin de padis door stampen ontdaan wordt van den bolster. Dat stampen beet - klanknabootsing alweer! - toembokh . Tocdoeng, zie Noot 3r . De bepaling van 't uur, na de schaduw die Saidjah's toedoeng teekende op zyn gelaat, is 'n indilsmus . Lalayang : vlieger . Op Java vermaken zich niet uitsluitend kinderen met dit speeltuig . Het heeft geen staart en beschryft allerlei slingeringen die door vieren, inhalen en rukken eenigszins bestuurd worden door den persoon die de koord houdt. Het duel van bet spel is, de koord van den vlieger der tegenspelers in de lucht to ontmoeten en aftesnyden . Uit de pogingen die hiertoe worden aangewond, ontstaat als 't ware een ge- vecht dat zeer vermakelyk is om aantezien, en de toeschouwers opwekt tot levendige deelneming . De door S a I d j a h veronderstelde mogelyk- held dat „de kleine D j a m i e n" zou getricheerd hebben, is wat de daar- toe vereischte handigheid in 't werpen aangaat, 'n indiismus . Soul maken aan de suidhust. Zie Noot 71 . Groolen mond hebben, en vuur dooden, zyn maleysmen. Klaagvrouwen. By 't sterven van 'n Javaan wordt vreeselyk misbaar getbaakt, niet - zooals vroeger ten-onzent - door bezoldigde huilebal- gen, maar door verwanten, kennissen en buren . Spaansche matten : zuid-amerikaansche dollars, waarschynlyk dus ge- noemd omdat in vroeger tyd bet zeer omslachtige spaansche wapen aan matwerk deed deaken. Die waarop twee kolommen staan, de zoo- genaamde pilaarmalen, worden voor de beste gehouden, en gelden zoo- veel als onze seeuwsehe ryksdaalders, die misschien wat gewicht en gehalte aangaat, aanvankelyk naar spaansch model geslagen werden . De .,spaansche mat" - nu veelal van mexikaanschen muntslag - beet in ons Indie ,ringgit' en blyft nog steeds 'n zeer gewild betaalmiddel, omdat de Chineezen, die veel munt uitvoeren en in China versmelten, bet zilvergehalte op hoogen prys stellen. Kamoening : fyn geel gevlamd hout, dat slecbts door den wortel van 't aldus genaamde kleine boompje geleverd wordt, en dus nooit groot van stuk wezen kan . Het is zeer duur. Ikat-Pendieng : Pendieng is de buikband zelf, IkaI : gemeenzame ver- korting in slecht maleisch van pengikatan, de agraaf daarvan . Pagger (ten rechte pagar) beteekent heg. Paggar is een van de vela maleische woorden, die - evenals pikelen, dragen, mandiM : baden, soesah : moeite, verdriet - burgerrecht verkregen in 't hollandscb der Europeanen in Indie . Soesoehoenan van Solo : de Keizer van Soerakarta . Hy geeft in z'n offi- cleele korrespondentie, aan den gouverneur-generaal, o . a den titel van „grootvader."

MAX HAVZT,A a- 299 Kondeh ... gevangen in eigen strik . Zie hierover moot 33 . In de engelsche vertaling van den Havelaar, heeft m'n beste Nahuys, zonder erg ge- meend in deze beschryving lets to mogen veranderen. Hy last A d i n - d a' s haren saamhouden door 'n lint, wat zeer onjavaansch is . Deze blun- der beeft my in den edinburgsehen Scotsman 'a vinnige berisping op den hals gehaald van 'n hollandschen korrespondent - toevallig 'a gewezen tbeekontraitanttokohouder en ... rystopkooper, dat is woeke- raar van de ergste soort, 'a ware Javanenbloedzuiger - die daaruit betoogt dat ik niet bet minste verstand heb van indiscue politiek en dat de inlander 't heel goad heeft . Pontianak : spook dat zich in boomen ophoudt en zeer gebeten is op vrouwen, vooral zwangere. Ik weet niet of er verband bestaat tusschen daze beteekenis van 't woord, en den naam der nederlandsche vestiging op Borneo's Westkust . Oog van den dag voor zon : malayismus. Pelitah : lampje. Rottan of Rotan : spaansch net, rotting. Badjing : Javasche eekhoorn. Dit beestje kwam me altyd kleiner voor don z'n europesche soortgenoot. Het last zich gemakkelyk tam maken. Buikje voor maag : malayismus. Rottingstraj. Onder den indruk van den Havelaar is daze straf afge- schaft, wat ik als een font beschouw . Ook hier beyond men zich, als ge- woonlyk, d cdtJ do la question. Indien er voor kleine delikten gestraft worden mod, is rottingstraf doeltreffender, zedelyker, en vooral . menschlievender, dan 't opsluiten in 'n gevangenis, of de ten-arbeidstel- ling aan publieke werken. Zie over dit laatste blz . 562. Het doet me Teed, bier geen ruimte to hebben deze zaak breeder to behandelen, ge- lyk eerst m'n voornemen was. Ik bepaal me tot de verklaring dat de afscbaffing der rottingstraf naar aanleiding van den Havelaar in-verband met bet opsettelyk verwaarloosen der hoo/dstrekking van dot werk, 'a escobarsche huichelary is . De Natie heeft zich alweer wat zand in de oogen laten strooien. Het weder invoeren van de rottingstraf in India is in 't belong van den Javaan dringend noodig. Boaja : kaaiman, 'n krokodillensoort. Dat offeren geschiedt door 's avonds wat ryst en andere spys in 'n bamboezen koffertjen of bakje dat van 'a lichtje voorzien is,,met den stroom to laten of dryven . Als er wat veel op de rivieren geofferd wordt, leveren die zachtkens voort- schuivende vuurpunten 'n aardig gezicht op . 142) Ik verneem dat men thans bezig is, ook elders dan in Bantam ,,persoonlyk grondeigendom" intevoeren. De zaak is van hoog belang, doch zal waarschynlyk schipbreuk lyden op de moeilykheid om de gemeenschappelyke bewatering van rystvelden to regelen . Ik erken op dit oogenblik niet to weten hoe dit in 't Bantamsehe geschiedt . Be- halve deze zaak, die voor Java levenskwestie is, zullen er maatregelen dienen genomen to worden om den onmondigen Javaan to beschermen tegen den .,handels-geest" van zekere industrieelen . Wanneer bedoelde maatregel de strekking heeft om de inlander z'n grond to laten af- kwanselen, door den eersten den besten fortuinzoeker, ben ik er tegen / 543) In 't handschrift had ik de font begaan, bier uitdrukkelyk to verzekeren dat bet volgend voorbeeld van trouw eens buffels aan z'a jongen meester niet ,verdicht" was. De beer V e t h maakte daarop in den Gids van Augustus 586o 'n aanmerking die volkomen gegrond was, en daarom last ik nu die verzekering in den tekst weg . Doch 't zy my vergund haar in deze Noten to herhalen. 1k bezit bet Tydschrijt van Nederl. India niet, maar beroep my op zeker daarin opgenomen oficieel

300 apex HAVELAASL relaas van de zaak. Wie lust heeft bet optezoeken, wordt naar zeer oude nummers verwezen, ik meen zelfs nit de dagen toen dat tydschrift nog to Batavia uitkwam, dus v66r '48 .

144) Er worden inderdaad to Tangerang seer fijne stroohoeden ge- vlochten, die aan de manilla-hoeden in buigzaamheid en sterkte weinig toegevea. Waarom wordt die industrie niet 'n beetje aangemoedigd? Wie bewerken kon dat bet to Parys mode werd un chapeau Tangerang to dragon, son groote sommen gelds haar Java lokken . Doch er zyn seer veel artikelen van die soort in Indie, en daaronder van veel grooter be- lang waarvoor de europesche markt gesloten blyft omdat de Regeering op alle krachten beslag legt ten-behoove van z'n kruieniers-affaire . Even als die andere D r o o g s t o p p e I kent en waardeert ze nets dan z'a koffi . En ... suiker, 't is waar ookl

145) Zie over dit lied van S a is d j a h, 't begin van Noot 6. Onder de korrectie (1875) vernam ik dat de beer Wiersma, zendeling in de Mina- kassa, de Saidjah-epizode in 't maleisch heeft overgezet . Het duet me leed nooit 'n exemplaar van die vertaling onder de oogen gekregen to hebben. Zeer in 't byzonder bad ik zoo gaarne dal lied in 't maleisch weergezien. Het myne begon : liatlah badjing tjari penghidoepan, enz. Dit herinner ik my, maar van 't vervolg niet veel moor.

146) En ,,dus" in brand stond. Om doze uitdrukking to rechtvaardigen beroep ik me op de toelichtingen in I d e e n 304 en 1066 .

147) De aangehaalde regels zyn van T o I I e n s . Hy sluit daarmee z'n tamelyk apokriefe verteling : Dirk Willemss& van Asperen.

148) Met verwyzing near Noot 104, vraag ik alweder of de beschul- diging van .overdryving" tegen my mag worden ingebracht? Indien hierin m'n fout lag, zou ze, dunkt me, by voorkeur zich geopenbaard hebben in 't slot der geschiedenis van S a I d j a h . Do stof ontbrak waar- lyk niet.

149) Nooit gaf iemand blyk van begeerte om bewysstukken als de hier bedoelde intezien. 15o) De minister F r a n s e n v a n d e Put t e heeft in de Kamer beloofd „dal geschiedenissen als die van S a I d j a h nid meen souden plaats kebben." Maar nooit bleek er dat er iets gedaan word om dit duel to bereiken. Iategendeel, by, waarlyk niet minder dan z'n vole voorgangers en opvolgers, stond altyd alle verbetering in den weg door de Natie bezig to houden met byzaken. 151) Ik meen to kunnen bewysen dat bet aantal vergiftigingen-ook in Europa - schrikbarend groot is, doch bewaar dit treurig betoog voor 'n andere plaats. Wat bet in den tekst behandelde voorval aangaat, de officier van gezondheid B e n s e n beeft kort na 't verschynen van den Havelaar, in de N . Rotterdamsche Courant meegedeeld dat de beer Ca- r o I u a na z'n tehuiskomst van Parang-koedjang niet ..weinig uren" had geleefd, maar nog - ik meen - twee dagen . Ik neem doze getuigenis van den beer B e n s e n, then ik voor'n achtenswaardig man houd, on- voorwaardelyk aan, en erken alzoo .dat bf do weduwe zich vergist heeft, of dat ik haar verkeerd bad verstaan, of dat in 1859 toen ik den Have- lear schreef, m'a geheugen my bedroog . De terechtwyzing van den beer Benson is my to meer welkom :

MAX 8AVBLAA8. 301 r°) omdat by, dew aanmerking makende op z'n zaak van onderge- schikt belang, stilzwijgend de juistheid staaft van m'n opgaven omtrent de hoofdsaken in 't algemeen. 2°) omdat by, in 'n stuk dat blykbaar bestemd is de door my be- handelde voorvallen aan do stipte waarheid to toetsen, met t or n g- komt op 't leverabc6s in 'tbysondet.

Indien ooit 'n d8menti op z'n plaats ware, ton 't bier geweest zynl

152) Het is my onbekend of 't lyk myns voorgangers is opgegraven tydens bet in r 86o door den G. G . P a h u d ingesteld onderzoek . Wei weet ik dat by die gelegenbeid bet Distriktshoofd van Parang-Koedjang ontslagen word. Do Regent werd gestraft met kwytschelding van geno- ten voorschot en - naar my werd meegedeeld, docb zeker ben ik bier- van niet -- met traktementsverhooging.

153) Ik had alzoo my bezig gehouden met bet nakomen der ver- plichting die my door eed en instruktie uitdrukkelyk waren voorge- schreven.

154) Pantjens en Kemits : onbezoldigd wacht- en dienstvolk . Poendoe- tan : levensmiddelen en andere artikelen die geheven worden zonder betaling. Dit is 'n ware indische kanker, en T a m e r I a n (blz . 162) schynt bet geweten to hebben . Maar onze Regeering weet bet nog altyd niet! Wat byv. een zoogenaamde inspektiereis van 'n Gouverneur-gene- raal koSt - zoogenaamd, want de man wordt by den neus geleid! - loopt in 't ongelooflyke . Juist dezer dagen gewerd my nit Engeland 'n courant waarin dit onderwerp behandeld wordt naar aanleiding der voorgenomen reis van den Prins van Wales naar Bengalen . Daar my de ruimte ontbreekt om dat artikel overtenemen, zend ik 't aan de Sa- marangsche Locomotiej, in welk blad bet door den belangstellenden le- zer kaa worden opgezocht.

i SS) Zie § i r der,,Vraagpunten aan den Kontroleur" in delMinnebrieven. 156) Poessing : duizelig, verward, radeloos. Den bier bedoelden getui- ge kan ik nog altyd produceereiL r57) Zie over 't woord haka-toea de Noot° by I d e e 438 . 158) De op inlandsche Hoofden uitgeoefende moreele dwang om by 't vertrek van 'n boofdambtenaar, fabelachtig hooge pryzea to bestedea voor sommige stukken nit z'n inboedel, is ergerlyk . En ... ze moeten wel . Zou anders de vervanger niet meenen dat ze nets over hadden voor hun Resident! Dat ten-slotte die vrygevigheid alweer betaald wordt door den geringen man, spreekt vanzelf. Tot m'n groote verbazing heb ik onlangs 't hoog bedrag dat er besteed was voor den inboedel van den beer L o u d o n zien aanvoeren als 'n bewys van z'n verdiensten . Me dunkt dat by, die dan toch moot geweten hebben hoe zulk ,opjagen" in z'n work gaat, verplicht ware geweest misbruik door 'n uitdrukkelyke waarschuwing to voorkomen. Dit heb ik gedaan, doodarm toch, toes ik Lebak verliet, gelyk in nog altyd door getuigen staven kan . r5g) Ik zeide in Noot 5o dat sommigen zekere uitdrukkingen in dit werk beter begrepen dan de gewone lezer, en dat zich onder deznlken de vinnigste vervolgers van H a v e I a a r bevonden . Dit is van volkomen toepassing op dozen kleinen trek in den tekst, waar ik den vinger schyn gelegd to hebben op de ... zonderlinge verlenging der theekontrakten in

302 MAT HAVE ss. 1845 . Dat de bier bedoelde persoon't Nederlandscbe Volk to reprezentee- ren kreeg, spreekt aiweer vanzelf. Onze theeman - tevens rystopkooper, enz. (zie de Noot by 't woord kondeh, op blz. 293) praatte in de Kamer heel aardlg mee over Staathuishoudkunde, Volksbelang, Menschenrecht, In- dische toestanden enz . enz.

16o) Vgl . blz . 6y, in 't midden. 161) Zie § 25 van de ,Vraagpunten aan den kontroleur" in de Min- webrieven.

162) Ais boven § 58 . 163) Het vergiftigen van den beer C a r o 1 u s . 164) Term van den ambtseed. 163) ..Ea-had ik er by kunnen zeggen-ook my to vermoordea ." De vrees overigens dat de Resident sell den Adhipaui'n weak geven zon ,,om zich to dekken" teekent de pozitie. En de Resident voelde zich niet opgewekt tegen die vrees, als tegen 'a lasterlyke vooronderstelling, to protesteeren. In-plaats hiervan bewees by door z'n handelingen (bladz . 238 en 243) dat H a v e 1 a a r maar al to joist had ingezien wat beak to wachten stond van 'a chef die toch even als by gezworen had den inlan- der tegen de hebzucht zyner Hoofden to beschermen. 166) Opmerkelyk alweer dat de resident B r e s t v a n K e m p e n al zulke uitdrukkingen liet voorbygaan zonder protest, en zelfs zonder ver- soek on; toelichting. Uit z'n zwygen blykt dat-i de assertion van H a v e- 1 a a r volkomen begreep, ,'t geen bewyst dat ik den algemeenen toestand naar waarheid geschetst heb . Had niet ook bier, byva de resident mocten vragen : wet bedoeU go met then „geest" der Oost-Indische ambienaren 1 167) Opmerking als in Noot 563. 568) „Lichtvaardigheid" en ,voorbarigbeid" zyn voorzeker aftekeu- ren en strafbaar, vooral in zulke gewichtige omstandigheden . In-zoo-verro is or dus op Havelaars loyaal aanbod Been aanmerking to maken. Wan- veer men evenwel daarin de stelling mocht zoeken, dat 'n ambtenaar die krachtens z'n instruktie aanklaagt van misdryf, terstond persoonlyk aansprakelyk zou wezen voor de gegrondheid syner beschuidiging, moe- ten we erkennen dat Havelaar bier meer heeft toegegeven dan-i verplicht was. Welk officier van Justitie zou op zulke voorwaarden 't publiek ministerie willen waarnemen? Docb Havelaar was to zeker van z'n zaak om do minste achterdeur open to houdea . 569) ,Onderzoek, rapport en voorstel ." Wel to verstaan : alles binnen de grens myner instruktie, en wit kracht van die instruktie . 57o) Eerst jaren daarna is bet onderzoek werkelyk geschled, en de Regeering was genoodzaakt to erkennen dat Havelaar de waarheid had gezegd . Zie den Gids van Augustus 1820, waar de boogleeraar Veth as uit- voerige behandeling der Havelaarszaak, bet volgende zegt : Sedert heelt H a v e l a a r met de sijnen gebrek geleden, by is hat voorwerp geworden van den smaad der droogstoppels - want de droogstoppels in Nederland makes allijd gemeene soak met de Stijmeringen in India - hij is geworden M u l t a t u 1 i, mid allure in aengenomen naam, maar inderdaad.

Men BAVELA B . 303 En root bewyst nu hd tea, dat, na sijn ontsiag, werhehjh een onder soek in hot Regentschap Lebak plants had, dat do Regent esn scherps vermaning ontving, on senige minders Hoo/den merlon a/gesd . Primo : de waarheid van hd spreekwoord, dat do Wine dieven gehangen word en, terwyi men de groots laat loopen . Secundo : dal de zaak is vet ruehtbaarheid had verkregen, on . ow nog gesmoord to worden. Tertio : dat de knevelarij in Lebak at sssr erg mod geweest sijn, wanner sd/s een Resident, die soo gaarne schipperde, en zoo on- gaarne een Inlandsch Hoo/d vervolgde, constateeren moest dat or wes- kelyk red en tot klagen bestond, en bij gevoig : Quarto : dot H a v e l a a r volkomen gelijk had".

Aldus Professor Veth. Niemand evenwel schynt op do gedachte ge- komen to zyn dat men ook then Havelaar eenige voldoening schul- dig was. Ook niet dat de hem ten-deel gevallen rechtsweigering alley nadeeligst werken moest op den toestand der inlandscbe bevolking . Van welk besturend ambtenaar in de binnenlanden is plichtsvervulling to verwachten, nadat er zoo duidelyk bleek dat de Natie evenzeer als de Regeering party trekt voor de ellendelingen die 't mishandelen van den Javaan oogluikend toelaten?

171) Zie blz . 243 .

,7z) Hot had aan my gestaan de Bevolking opteruien . In-plaats daar- van handhaafde ik de eer van de Nederlandsche regeering zoo good ik kon en de resident vertrouwde hierop.

173) Dat m'n voorganger vergiftigd is geworden, word door niemand in Lebak betwyfeld. Waarom liet de beer P a h u d zyn lyknietopgraven?

174) 1k bezit die verkiaring nog. Niemand vond hot ooit do moeite waard daarvan inzage to verzoeken .

175) Tontong (tomtom, tandam) is 'n groot hangend uitgehold houten blok waarop men do uren slaat. De naam is alweer 'n onomaiopes. 176) Doze brief van den Adhipatti is nog in myn bezit, en wel - nogal karakteristiekl - saamgeknepen en in stukken gescheurd, maar nog altyd volkomen leesbaar. De toeleg van het schryven was, my in z'n knevelary to betrekken, 't geen gelukt zou wezen indien ik z'n voor- stellen had goedgekeurd, of argeloos daarover in korrespondentie was getreden.

177) In de derde alinea van dezen brief wordt my 't vervullen van myn voorgeschreven plicht tot verwyt gemaakt door den man die in do eerste plants geroepen was my to berispea enzelftestraffenindienikdien pllcht had verzuimd. Wat vervolgens z'n ontevredenheid aangaat over do door my,,aangenomen houding tegenover den Resident van Bantam" ze was geheel ongegrond en de heer B . v. K. zelf betuigde my later, niet to begry- pen wat daarmee kon bedoeld zyn . De bewering dat er omtrent den Regent „steeds gunslige getuigenissen waxen a/gekgd" was een onwaarheid. Herhaaldelyk was or in de conduite-staten over dat Hoofd geklaagd . De opmerking dat ik myn beschuldiging niet door „/eaen, veel minder bewy- sen" gestaafd bad, klinkt zonderling in den mond van den man die geen gehoor verkoos to geven aan myn dringende bede, my in do gelegenheid to

304 MAX HAVELAAIL stellen myn beschuldigingen door,,feiten en bewyzen to staves ." Onwaar is 't dat ik geweigerd hebben zou ,volle opening to given van wag my om- trent de handelingen van hot Indische Bestuur to Lebak behind was ." Juist om tot die ,volle opening" to kunnen overgaan, drong ikop'nvryenopen- lyk onderzoek aan . Maar i k wilde voorkomen dat bet weder zou uitloo- pen op 'n vruchteloos ,aboucheeren' gelyk onder myn voorganger zoo dikwyls geschied was zonder ander gevolg dan dat de Wagers officieel ge- straft of in 't geheim mishandeld werden . Ongeschiktheid voor't bekloeden eener betrekking by hot Binnenlandsch Bestuur" moist wel beteekenen dat ik niet kan werken in den ,geest des Gouvernements" niet in den geest van Slymeringen, niet in den geest van den verheven Duymaer van Twist . De Natie had behooren to eischen dat al die varieteiten van plichtverza- kende deugnieten zich geschikt maakten orn to werken „in den geest" van Havelaar. Hoe rymt vervoigens de erkentenis dat ik by de Regeering gun- stig stond aangeschreven, met de laaghartige insinuatie in de Tweede ka- mer, dat by over den schryver van dat book sooveel - kwaads alzoo 1 sou kunnen seggen 1" Wat de plaatsing to Ngawi aangaat, er bestonden nog meer redenen dan ik opgaf om die aanstelling van de hand to wyzen . Maar de in alle inlandsche zaken zoo grondig onwetende V a a T w 1 s t kende die met . Hy Rep in 't kiezen voor my van die betrekking, alweer aan de leiband van de buitenzorgsche kommiezery, die er waarachtig groot be- lang by had dat ik niet aan 't woord kwam . Het was 'n uitgemaakte zaak dat ik to Ngawi moest ,vallen." Het openbaren der kuiperytjes die hier- toe in 't werk werden gesteld, zou zeer pikant wezen, maar ik ontboud me nu daarvan omdat ik geen vrijheid heb m'n bronnen to noemen. Misschien wordt dit bezwaar eenmaal opgeheven. De laatste alinea van den heerly- ken kabinetsbrief beteekent alweer dat er zou moeten blyken of Havelaar bekwaam en genegen was dienst to nemen onder de vereerders van den „geest des gouvernements ." En dit zou moeten getuigd worden door dezen of genen hoofdambtenaar van 't allooi der SlymeringenI leder ziet dat de onbekwaambeid van V a n T w i s t zich niet tot de inlandsche zaken be- paalde en dat de man ook in „the proper study of men" 'n brekebeen was . Men bedenke dat by Havelaar's brieven onder de oogen had, brieven die geschreven waren met de voorbedachte strekking den man wakker to schudden. Nederlanders, welke soort van wezens Loch laat gy u opdringen als Landvoogden van Insulinde .

178) Dal in die buurt is. Ook bier aiweder is van toepassing wat ik op b1z. 1g4 zeide over 't leeren kennen van den toestand eener land- streek door 't verblijf in een nabygelegen provincie. 179) die opvolger was de beer P a bud, 'n pronkjuweel alweer van onbeduidendheid en dus een man naar 't hart van de natie die hem vyf jaar als Minister, vyf jaar als ook Gouverneur-generaal heeft kunnen gebruiken. Gelyk er in den tekst van deze uitgaaf uitdrukkelyk staat wist ik in '56 - wat than m'n drie millioen landgenooten wel met my eens zullen wezen - dal van then man niets to wachten viol." Z66 is dan ook de lezing in't Hs . van den Havclaar. Maar 6f de heer V a n L e n n e p zelf, 6f de zetter, 6f deze of gene korrektor, - weet ik 't - eon van alien dan, heeft goedgevonden then tekst to vervalschen . Men leest in vorige uitgaven : zyn opvolger - den opvolger namelyk van V a n Twist - ken ik niet, on ik wad niet of or van hem ids to verwachten volt. Wat de strek- king was van deze blykbaar opzettelyke verandering-'a drukfout kan 't niet zyn - weet ik niet, maar ze komt my oneerlyk voor. 180) Een Javaannutter in Friesland - ik meen to Bolsward - ont- haalde z'n Publiek op de mededeeling dat : „die Havelaar" b e n e d e n

MAX HAVETAAn. 305 alles en op 'n onaangename wys nit den dienst ga- r a a k t w a s." Ik heb niet vernomen dat men den man de deur uitwierp . Welk nut bet voor den Javaan heeft, dat men den man lastert die voor hem weggaf al wat-i offeren kon, begryp ik niet . Zie daarover - in den bundel Verspreide Stukken - m'n brief aan die kostelyke maatschappy . 181) By 't lezen van dezen brief aan den kontroleur gelieve men in 't cog to houden dat-i geschrieven werd aan den man die van al 't voor- gevallene to Lebak getuige, en daarin ambtelyk betrokken was geweest. Ook vooral met bet oog op de mededeeling die in de laatste alinea's voor- komt, geloof ik niet dat er bondiger bewys voor de waarheid der geheele strekking van m'n boek denkbaar is dan in dit dokument geleverd wordt. 182) In 'n batavische courant werd me verweten dat ik by den heel B r e s t v a n K e m p e n afstapte . Wel, ik deed dit op syn uitdrukkelyk verzoek, en 't was van myn kant'n edelmoedigheid . De man vreesde voor oproer, waartoe inderdaad reden was. Reeds to Lebak had ik al m'n in- vloed noodig om de bevolking in rust to houden, waarop dan ook in m'a laatsten brief aan den kontroleur gedoeld wordt . Hat zou 'n verkeerden indruk hebben gemaakt, indien ik by 't verlaten van Bantam blyk had gegeven in onmin met den Resident to zyn, wat dan ook werkelyk bet geval niet was. Maar zeker zou dit wbl 't geval geweest zyn . indien ik toen al de motieven had gekend die hem bewogen moordenaars en dieven de hand boven 't hoofd to houden . Gelyk uit den Havelaar blykt, dacht ik slechts aan een door gewoonte verwrongen plichtsbese/ van de soort als ik seder t jaren overal ontmoet had . Later evenwel ontdekte ik dat bet ontzien van den ,geest des gouvemements" in dit byzonder geval samen- hing met 'n indruk van nog lager soort van .. . de allerlaagste soort? Hat lust me niet my daarover op dit oogenblik uittelaten . Misscbien is de gewezen minister van kolonien H a s s e l m a n genegen den belangstel- lenden onderzoeker nauwkeuriger intelichten. Ook kan daze staatsdie- naar - een myner voorgangers to Lebak - getuigen of ik de beschul- diging van ,overdrvying" in 't schetsen van den toestand der provincie verdien? Hy zal erkennen dat ik beneden de waarheid bleef. 183) Dit zeg ik V a n Twist zelf in den „Brief aan den Gouverneur- Generaal in ruste" . Dat men hem bedrogen had, blyft waar. Maar niet gegrond bleek m'n goedige meaning dat-i eerlyk man wezen zou . Een eerlijk man tracht to kerstellen wat door zyn schuld bedorven werd, en nooit gaf V. T. bet geringste blyk dat-i hieraan wilde meewerken . In- tegendeel. Juist van hem ging de helsche wenk uit, dat men onder voor- wendsel myner mooischryvery - bah! - m'n aanklacht smoren kon . 184) Dit heeft bet niet gedaan . My dunkt dat we, na vyftien jaar wachtens, myn tekst voor den juisten mogen houden . 185) Toch Specialiteit voor indische zaken I Toch Liberaal l Toch Lid van de eerste-Kamer. Toch eere-voorzitter van Mettray I Toch ,bizonder geacht" in 't hoogzedelyk en godvruchtig Nederland! Telkens vraagt men my 'n .program "van Regeeringsvorm, en sommigen meenen zeke- ren grond tot tevredenbeid to hebben, omdat ik, bittere aanmerkingen makende, zoodanig program tot-nog-toe niet mededeelde . Eilieve, walk ander program is in toestanden als de onze mogelyk, dan de wenk lien ik gaf in de laatste bladzyden van ,Pruisen en Nederland ?" Wetten en bepa- lingen baten nets, zoo lang men de uitvoering daarvan en hat toezicht daarover, opdraagt aan schelmen. Ook bier is de leer toepasselyk die er to halen valt nit bet voorval op 'n audientie by den Keizer van Rus- land, dat ik aanhaalde in m'a eerste brochure over Vryen-arbeid, uit- gaaf 1874, blz . 137.

306 MAY HAVELAAB.

,86) Vgl blz . 263 en 264 . Ook de Noot op 't woord amokh op blz . 294. Moetenn dan volstrekt de gruwelen van Gawnpore in ons lief Insulinde her- haald worden? En wat anders dan woest uitbersten zal ten-laatste den lang getrapten, -en daardoor gedemoralizeerden- Javaan overblyven? Op welke Buitenplaats znllen dan de Van Twisten zitten, zy die de schuld dragen aan 'n woede zooals voorspeld wordt in Sentots vloekz`ang? 187)Ministers in bezigheid. Daaronder waren er die hun verheffing to danken hadden aan de door Havelaar te-weeggebrachte ,rilling". Kort na de verscbyning van dat werk benoemde men een indischen rykworder tot Minister van Kolonibn. Hy zou zorgen dat ,geschiedenis- sen als van Saidjah voortaan tot de onmogelykheden behooren souden P' Wat by gedaan heeft om then vromen wensch to bereiken weet ik niet En dat weet niemand. In-plaats daarvan beeft by de Natie met den liefelyken oorlog op den Sumatraschen noordhoek begiftigd . 188) Deze laatste beide volzinnen zyn later bygevoegd . Ik erken, in 1859 niet voorzien to hebben dat bet hier bedoelde volkje my zou toe- juichen. Toch had ik bet kunnen weten. 't Ligt in den aard der zaak dat schelmen 't luidst meeschreeuwen als er „houdt den diet" wordt geroepen . 18g) Dat weerleggen is dan ook niet beproefd . Op fen uitzondering na - die welke ik behandelde in Noot 151 - heeft men nooit openlyk eenig in den Havelaar vermeld feit in twyfel durven trekken. 190) Nu niet meer, kiezers, ik zou me waarlyk zeer misplaatst voelen in uwe Kamer, tegenover uw ministers! Ook daaromtrent beroep ik my op m'n werkjen over Specialiteiten. 191) Van Twist gaat by zyn medegrondbezitters - onverschillig van welke z . g. n. staatkundige kieur-nog altyd voor byzonder achtens- waardig door. Hy spreekt mee over Indische zaken, net alleen alsof er nets op hem viel aantemerken, maar zelfs op den toon van 'n deskun_ dige en bevoegde by uitnemendheid . En de Natie neemt er genoegen mee I 192) Nederlanders dit is geschied / Tot schande van uw Regeering in India, werd die vuistslag in 't aangezicht uwer Marine gegeven, en de eer der uitvinding van deze laagheid komt weer den verheven Land- voogd toe, die geen tyd had om H a v e l a a r to hooren. 193) Ziehier eindelyk den regel die den titel van 't boek stempelt tot epigram. 't Is verdrietig schryven voor lezers die men ales moet uit- leggen. 194) Op de beide vragen die 't boek besluiten, ontving ik nog altyd geen antwoord, waarschynlyk houdt de koning zich bezig met belang- ryker zaken dan rechtdoen en 't houden van Insulinde voor Nederland . Ik zal Z. M. 'n exemplaar van deze nieuwe uitgaaf aanbieden, en in af- wachting van beter succes - evenals m'n vrind C h r e s o s nit de Min- nebrieven, dock altyd onder protest - vertellinkjes dichten voor 'n Pu- bliek dat niet lezen kan. Immers, indien dit net bet geval was, zou de Na- tiehebben aangedrongen op recht in de Havelaars- zaak . Volgens de laatste berichten nit Indien is L e b a k een woesteny . Ge- heele dorpen zyn uitgestorven . NIEDER-INGELHEIM, Augustus, 1$81 . MAX HAVELAAR. 307 De begeerte om Noot 183 aantevullen noopt my bier een stuk nit een brief van Multatuli aan den beer Vosmaer to doen volgen . Aan kieine bedenkingen van kieschheid mag ik wet toegeven, waar ik in staat ben nadere inlichtingen medetedeelen over de gebeurtenissen to Lebak . De brief aan den heer Vosmaer is gedateerd van 25 April :874 . Het onderhoud met den heer Hasselman had plaats in 't begin van 1868. M . Douwes Dekker-Schepel ...... Uw „Vaderland" dus, en ik was er erg bly mee . Ik hoop dat uw stulie afzonderlyk worde uitgegeven .') Zeer in 't byzonder deed het my goed dat ge wyst op then brief aan den G. G. in ruste. Ik voor my wenschte wel dat de heele Havelaar achterwege was gebleven, en dat ik alleen then brief gepubliceerd hadl Maar .. . er waren oorzaken die me drongen - en dwongen I - 'n boek to schryven, en zoo'n boek. Nog altyd betreur ik dat ik my tot schry- ver liet maken . Als't over to doen was, werd ik horlogemaker of schryn- werker. Nog altyd stuit bet my vreeselyk ideen aan Publiek to geven. Het is de brief van Van Twist en uw wyzen daarop, die my noopte, 't blaadje dat voor M . bestemd was, aan u to zenden . Ik voelde lust u lets medetedeelen over de Havelaarsgeschiedenis die me pikant voor- komt. Maar meem niet dat dit lets to waken heeft met uw studie over m'n geschryf, o neen. Integendeel! 't Schandaaltje - want ergeren zult ge AI - dat ik u meedeel moet onder ons blyven, of behoort althans volstrekt niet in uw studie thuis. Toen de Havelaar verschenen was, boopte ik op uitdagingen om to bewyzen wat ik geschreven had . Ge weet hoe die achterbleven. Eerst het - naar myn inzien opzettelyk overdreven - geseur over de hoe- danigheid van 't book, vry spoedig daarop de algemeene kreet dat ik zoo'n byzonder slecht mensch was, en eindelyk 't gewone : by hee/t overdreven. (Juist andersom, ik had verzacht, en de stipts waarheid go- offerd aan wat my voorkwam ale eisch van de kunst .) Hoe dit zy, bewyzen werden niet gevraagd, en ik zat met m'n plel- dooi en mooischryvery. In de Minnebrieven publiceerde ik 'n paar stukken .. . och, waartoe? Men was stilzwygend overeengekomen my niet toetelaten tot bewys . Ik vind dat welwillenden de vraag moesten stellen : ,Zyn die verklaringen van den kontroleur echt of valsch?" Toen er onder 't ministerie Van Zuylen, S . Hasselman kwestie van was de kamer to ontbinden - ik schreef u reeds daarover - zei my Hasselman eens : . . maar dat begryp ik niet van je, dat je niet myn rapport over den toestand in 't Lebaksche hebt gepubliceerd 1 Je hebt by lange as 't ergste niet genoemd I 't Was me een boeltje I lit begreep hem niet omdat ik me niet herinnerde dat hyzelf een myner voorgangers to Lebak was geweest . - Wei zekerI Ik zat telkens uittekyken of je myn rapport niet pu- bliceerde. Daar stond meer in dat verzeker ik je . Een oogenblik later over Brest van Kempen sprekende : - Ja, dat die er geen eind aan waken zou, was to begrypen . Je weet toch dat-i onder den Regent zat! De regent leverde hem meiden. - (Stipt letterlyk!) Dit werd door den Minister van Kolonien aan Havelaar gezegd, of .. . door den beer Hasselman, hoe wil je? 't Viel voor op 't Departement, '1 Vosmaer's ∎Zaaier- is namelyk oorspronkelyk .als feuilleton in bet bier Qe- nocmde dagbiad serschcucn .

308 MAX RAVELAAL in 't kabinet van den minister, maar de toon was fideeL (Dit blykt nog al, niet waar?) Juist de fideliteit zou me weerhouden hebben to zeggen : ,geef me dat op schrift" of : „ik houd je aan dat woord." Hasselman praatte losweg en inofficieel. 't Is de vraag of ik loyaal gedaan had, z'n woor- den to maken tot punt van uitgang myner eischen om recht . Doch ik dacht er niet aan, en heb geen verdienste van m'n discretie . Want de beele aanraking met Hasselman tendeerde op 'n groote verandering waarmee myn herstel zou samengaan. Ik had dus geen reden op ddt oogenblik werk to waken van myn belang. Er was bepaald dat my recht zou gedaan worden, en 't kwam dus niet meer to pas getuigen interoepen .. . ditmaal den minister van kolonien zewfl Hoe nu zoo'n Hasselman berusten kon en kan in de wyze waarop ik behandeld word, is ... geen raadsel. Hy is gewis geen slecht mensch, doch als de meesten lauw en half . Ik erken dat ik nu gaarne z'n getuigenis op schrift bad! 't Is de vraag of by 't geven zou, als ik 't nu de but en blanc vroeg . Toch ge- loof ik niet dat by liegen zou. Reeds Lang zou ik en daarvan, en van zyn rapport over den too- stand in 't Lebaksche werk hebben gemaakt, als men 't oordeel over de Havelaarszaak had gelieven to laten afhangen van bewys . De taktiek is geweest my niet tot bewys toetelaten . De „liberalen' hebben van de schets die ik leverde - schoon ze niet in 't minste verband stond met zoogenaamde politiek of regeeringsbeleid - gebruik gemaakt oun op 't kussen to komen. Dkkrin geslaagd smoorden ze my zoo hard ze konden. Heel in den beginne van Van de Putte's eerste ministerie zeide by in de kamer : ,Saidjah-geschiedenissen zullen niet meer voor- komen" als of dat de beteekenis was van z'n optredenI Wat 'n vals- heidl Do conservatieven zouden my meer dienst gedaan hebben, als ik maar niet zoo onwel was met hun god . Welnu sy zyn consequent. Als ik geloofde zou ik ook 'n vyand zyn van ieder die myn God aan- viel . Maar de liberalen! Zeg my eens s . v, p . of gy kans ziet my aan 'n middel to helpen om Hasselman's confidentie to gebruiken . Als ik hem schreef? "Dat hebt go my gezegd. Mag ik dat publiceeren?" Nu moet ge weten dat ik die byzonderheid in de verhouding van Slymering met den Regent niet wist . En ik ben er bly om . Zoo licht had ik er op gedoeld in den Havelaar, en din ware de zaak afgedaald tot chronique scandaleuse op de gemeenste soort. Thans na de manier waarop myn pogingen door Regeering en Natie ontvangen zyn, is 't wat anders, vindt ge niet? Van achteren beschouwd, maak ik me toch driftig by 't berdenken, en 't is wel nalf van me geweest, toeteschryven aan verschil van plichts- opvatting, wat later bleek thuis to hooren op 'n terrein van geen plicht hoegenaamd. Neen, dat is niet juist . De kwasi-politische regeeringssy- steem-ruitery van zoo'n resident blyft bestaan al ware ze dan ook ditmaal gecompliceerd met invloeden van nog lager soort . Maar och, hoe onnoo- zel van me to Lebak to meenen dat ik slagen zou! 't Is om medelyden met mezelf to krygen. En daarna'tbchec by Van Twist! En in Neder- land! Bitter!