BEKNOPT VERSLAG

van de regiovergadering regio 3 veldvoetbal van de KNVB district Oost gehouden op 19 oktober 2010 bij v.v. ESA, Sportcentrum “Rijkerswoerd” te Arnhem

Aanwezig:

Bestuur: Mevr. E. Bakker-Derks, vice-voorzitter A.J.G. Brunnekreef, lid

Regioafgevaardigden: Th.B.M. Aaldering, W.G. Hendriks

Afgevaardigde AV: J. van Baal

Medewerk(st)ers: K. Hetterscheidt, districtsmanager L. Gudde, medewerkster

Veldvoetbalverenigingen: Angeren, AVW ‟66, De Bataven, Eldenia, ESA, Excelsior Z., Jonge Kracht, MASV, RKHVV, SKV, SVHA, VDZ

Afwezig (met kennisgeving): asv AZ 2000, SC Bemmel, Eendracht A., GVA, FC Presikhaaf, SC Valburg en regioafgevaardigde P.B.M. Wegh

Afwezig (zonder kennisgeving): Arnhemia, Arnhemse Boys, CHRC, sv DFS, Dodewaard, RKSV Driel, DUNO D, Echteld, Elistha, Elsweide, EMM, ESCA, GVC, HAVO, Kesteren, Lienden, ONA ‟53, SC Oranje, OSC, Ostrabeke, OVC ‟85, De Paasberg, Redichem, RVW, SDOO, SML, Spero, Uchta, SBV Vitesse Arnhem, Wageningen, WAVV, Sc Westervoort, Wodanseck

Belangstellenden: A. van Buuren

1. OPENING

De vergadering wordt door de voorzitter begonnen met een openingswoord.

2. MEDEDELINGEN EN INGEKOMEN STUKKEN

2.1. Berichten van verhindering Berichten van verhindering zijn opgenomen in de aanhef van dit verslag.

2.2. Ingekomen stukken en eventuele mededelingen. Er zijn geen ingekomen stukken.

3. VERSLAGEN

3.1. Verslag regiovergadering voorjaar 2010 Bij pagina 7 merkt Hans Folker (Eldenia) op dat er met zijn punt t.a.v. de benadering door Voetbal International (VI) blijkbaar niets is gedaan, aangezien hij onlangs weer door VI is gemaild voor een actie. Overige aanwezigen vullen hierbij aan dat dit inderdaad al vaker is voorgekomen en dat het een zeer slechte zaak is: de leden zitten hier niet op te wachten en het zou zelfs in strijd zijn met de wettelijke afspraken. Een vereniging heeft hier eens een mail over gestuurd naar de KNVB, waarop de KNVB antwoordde dat iedereen afzonderlijk moet aangeven als ze geen interesse in de aandacht van VI hebben. Dit is eigenlijk de omgekeerde wereld.

Het bestuur legt uit dat de afspraak met VI een tijd geleden eens is aangenomen op een Algemene Vergadering. Destijds was een dergelijke samenwerking nog niet voor de wet verboden. De voorzitter neemt dit punt serieus, maar kan hier ter plekke nog geen uitspraken over doen. Ze belooft om hier deze week nog actie op te ondernemen en Hans Folker per mail een antwoord toe te sturen. Verenigingen zijn reeds van de geldende afspraken op de hoogte gesteld.

Het verslag wordt, met in achtneming van de genoemde punten, goedgekeurd en vastgesteld.

3.2. Rapportage afgevaardigden n.a.v. algemene vergadering AV – voorjaar 2010 De vergadering gaat akkoord met de rapportage. ______Verslag regiovergadering KNVB district Oost, regio 3 veldvoetbal d.d. 19 oktober 2010 1

4. ALGEMENE LANDELIJKE ONDERWERPEN

4.1. Jaarverslag seizoen 2009/’10 In het jaarverslag wordt verwoord wat in het afgelopen seizoen allemaal werd opgepakt en/of bereikt. Een gevarieerd pakket aan beleidsactiviteiten werd weer ter hand genomen door de secties amateurvoetbal en betaald voetbal. En als voetbalbond timmerden we op allerlei terreinen aan de weg.

Het jaarverslag kent een algemeen deel, een deel waarin het betaalde voetbal en het amateurvoetbal zaken beschrijven en zoomt in op het district waartoe uw vereniging behoort.

De KNVB kan in veel gevallen alleen maar succesvol zijn, als de amateurclubs, hun besturen en leden mee werken. De successen in dit jaarverslag staan daarmee ook op uw naam.

Geen op- of aanmerkingen.

4.2. Aanvulling op KNVB jaarverslag – district Oost Medegedeeld wordt dat dit jaar de aanvulling op jaarverslag van de KNVB te downloaden is op www.knvb.nl. Op deze manier is het voor iedereen toegankelijk.

Geen op- of aanmerkingen.

4.3. Bestuurlijke vernieuwing Daadkracht en tempo in besluitvorming. Korte lijnen in communicatie van en naar onze clubs. Slagvaardig besturen. Enkele uitgangspunten die aanleiding zijn voor het bestuur amateurvoetbal om de bestaande structuur en processen – landelijk en op districtsniveau - onder de loep te nemen en na te denken over vernieuwingen, om zodoende klaar te zijn voor de toekomst.

De afgelopen periode hebben niet alleen het bestuur amateurvoetbal maar ook de districtsbesturen, de landelijk afgevaardigden en de regio- en clusterafgevaardigden hierover van gedachten gewisseld. Uit dit overleg blijkt draagvlak voor het nadenken over vernieuwingen en de eigen positie en rol daarin.

Een vervolgstap zal nu zijn om na te denken over modellen voor de toekomst. En daarover willen we dan ook graag met de clubs praten in een volgende vergaderreeks.

Zonder concreter te kunnen zijn op dit moment, is het goed te weten dat een beweging is ingezet om vooral voor de clubs toe te werken naar een heldere structuur met herkenbare besluitvorming.

In de zaal wordt opgemerkt dat de structuur van autonomiteit van de verenigingen te allen tijde overeind moet blijven staan en dat het ambt van regioafgevaardigden niet nog verder uitgehold mag worden. De verenigingen zijn de baas. Het verzoek aan het bestuur is om dit nadrukkelijk in het proces en de besluitvorming rondom de bestuurlijke vernieuwing mee te nemen. Daarnaast wordt voorgesteld om de grote lijnen van een mogelijk nieuw plan eerst aan de verenigingen kenbaar te maken, voordat er straks weer vanuit het niets een compleet voorstel bij de verenigingen wordt neergelegd.

Het bestuur geeft aan dat we nu midden in het proces zetten, waarbij heel veel partijen zijn betrokken, en waarbij afgevaardigden en regioafgevaardigden de stem van de verenigingen in de verschillende districten goed vertegenwoordigen. Tijdens de vergaderingen worden de besluiten genomen door de verenigingen, dus de verenigingen bepalen uiteindelijk altijd wat er wel en niet gebeurt. Het is dus zeker niet zo dat er straks zomaar vanuit het niets een kant en klaar stuk vanuit Zeist komt te liggen.

4.4. Masterplan KNVB Sportcentrum De KNVB heeft de ambitie het Sportcentrum in Zeist te ontwikkelen tot een Nationaal Sportcentrum. Dit door de faciliteiten te verbeteren en tevens kennis op het gebied van trainen, begeleiden, maar ook het managen van sport (verder) te ontwikkelen. Met faciliteiten die zowel ten dienste staan van de professionele als van de amateursporter. Hiertoe zijn plannen ontwikkeld voor een herinrichting van het terrein en een aantal nieuwbouw- en renovatieprojecten, het Masterplan KNVB Sportcentrum.

De eerste fase van het Masterplan is in april 2010 voltooid. We hebben nu de beschikking over een 2e ring op het bondsbureau en een vergrote achterbouw. Momenteel zijn de voorbereidingen voor de bouw van een Voetbalhuis aan de overkant van de Woudenbergseweg in volle gang. In het Voetbalhuis worden de ECV (), de CED (), FBO (Federatie van betaalvoetbalorganisaties) en de Stichting Meer dan Voetbal gehuisvest. Daarnaast is vergunning aangevraagd voor de bouw van een nieuw hotel. De KNVB heeft er namelijk voor gekozen op termijn alle vertegenwoordigende elftallen, inclusief het Nederlands elftal, weer in Zeist te laten trainen en te huisvesten. ______Verslag regiovergadering KNVB district Oost, regio 3 veldvoetbal d.d. 19 oktober 2010 2

Geen op- en/of aanmerkingen.

5. FINANCIEN

5.1. Jaarrekening amateurvoetbal 2009/’10 De vergadering gaat akkoord met de jaarrekening seizoen 2009/‟10.

Voorstel nog te bestemmen exploitatiesaldo 2009/‟10 Het bestuur amateurvoetbal stelt voor het resultaat na reserves € 927.830 als volgt te bestemmen: 1. € 108.000 toevoegen aan de bestemmingsreserve project "waardering vrijwilligers"; 2. het restant van € 819.830 toevoegen aan de algemene reserve.

De vergadering gaat akkoord met het voorstel nog te bestemmen exploitatiesaldo 2009/‟10.

5.2. Financieel beleid amateurvoetbal 2011-2014 In de ontvangen publieksversie is geprobeerd het complexe onderwerp financieel beleid op een leesvriendelijke manier te omschrijven. Als u dit document heeft gelezen, heeft u ontdekt dat in het formuleren van dit financieel beleid de vereniging centraal staat en het bestuur amateurvoetbal er alles aan gelegen is om naar de verenigingen duidelijkheid te scheppen voor de periode tot en met het seizoen 2013/‟14.

Het vierde punt op de sheet “Uitgangspunten financieel beleid 2011 – 2014 (2)”, te weten “Resultaten (positief en negatief) per beleidsperiode afrekenen” roept wat vragen in de zaal op. Men vraagt zich af of er niet per jaar maatregelen kunnen worden genomen, in plaats van per beleidsperiode, omdat een negatief resultaat aan het einde van vijf jaar in één keer een grote tegenvaller voor verenigingen kan betekenen.

De voorzitter licht toe dat het streven is om aan het einde van de beleidsperiode op 0 uit te komen. Ze benadrukt dat er bij het opstellen van het financieel beleid goed rekening is gehouden met alle mogelijke relevante factoren, maar dat een onverwachte tegenslag natuurlijk nooit voor 100% te voorkomen is. Uitgangspunt is in ieder geval dat een tekort niet verhaald zal worden op de verenigingen. Wanneer er een negatief resultaat dreigt, dan zal er tussen de KNVB-potjes met het geld worden geschoven. Dit wordt per jaar opnieuw bekeken en dus niet alleen aan het eind van de beleidsperiode. Indien er sprake is van een positief resultaat aan het einde van de beleidsperiode, zal samen met de verenigingen worden bekeken wat er met dit extra geld gaat gebeuren.

Aan het eind van agendapunt 5.2. vraagt de districtsmanager aan de aanwezigen of het voor verenigingen soms gewenst is om hun contributie te verhogen.

Vanuit de zaal wordt opgemerkt dat dit sterk afhangt van hoeveel gemeentegelden er van de club worden verlangd. Zo zitten de Arnhemse clubs behoorlijk aan hun maximum, terwijl dit in de meer landelijke regio‟s aanzienlijk minder is. Er worden grote zorgen geuit over de betaalbaarheid van de voetbalsport in Arnhem en het beleid dat de gemeente t.a.v. dit onderwerp voert (los van de Arnhem-kaart, die wel als heel positief wordt ervaren). De conclusie is dat er grote verschillen tussen de financiële lasten van verenigingen in verschillende gemeenten zitten.

Het bestuur geeft aan dat het signaal helder is en dat ze hierover zeker in discussie zullen gaan met de gemeenten. Ook spreekt het bestuur uit dat het wellicht interessant is om binnen het district nader onderzoek te doen naar de aard van de verschillen in financiële lasten bij verenigingen. Op deze manier krijgt de KNVB meer inzicht in het probleem en kan het onderwerp mogelijk beter bespreekbaar worden gemaakt bij de gemeenten.

6. WEDSTRIJDZAKEN

6.1. Aanpassen competitiestructuur vrouwen veldvoetbal De huidige competitieopzet van het vrouwenvoetbal voldoet niet meer. In de ontvangen publieksversie wordt duidelijk waarom en hoe de competitiestructuur voor de toekomst eruit ziet. Er is voor gekozen om de nieuwe competitiestructuur in te voeren met ingang van het seizoen 2011/‟12. Daarvoor is de publicatie van de promotie-/degradatieregeling 2010/‟11 aangehouden (zie hoofdstuk 1.22.9 van het bewaarnummer 2010/‟11). De nieuwe promotie-/degradatieregeling maakt onderdeel uit van het voorstel. De algemene vergadering amateurvoetbal neemt op 4 december 2010 een definitief besluit over het voorstel, waarna de dan vastgestelde promotie-/degradatieregeling voor 1 januari 2011 aan de clubs wordt toegezonden.

______Verslag regiovergadering KNVB district Oost, regio 3 veldvoetbal d.d. 19 oktober 2010 3

In de week voorafgaand aan de regio- en clustervergaderingen hebben alle districten een informatiebijeenkomst over dit onderwerp, speciaal bedoeld voor het kader van het vrouwenvoetbal. De uitkomsten van deze bijeenkomsten zullen uiteraard ook worden meegenomen in de uiteindelijke besluitvorming.

Het volledige rapport “Aanpassen competitiestructuur vrouwen veldvoetbal” (versie 6) is terug te vinden op knvb.nl.

In de zaal wordt opgemerkt dat dames echt een waardevolle aanwinst voor een vereniging zijn en dat ze echt toegevoegde waarde hebben. Ook wordt genoemd dat de kwaliteit van de jonge meiden toeneemt door betere begeleiding, hetgeen kan gaan botsen met de niveaus van de (oudere) dameselftallen. Het bestuur onderschrijft beide opmerkingen.

Daarnaast stelt iemand de vraag of de indeling in leeftijdscategorie hetzelfde blijft. Het bestuur geeft aan dat dit inderdaad zo is.

Tot slot wordt genoemd dat vrouwenvoetbal wel extra kleedkamers kost. De huidige norm gaat hierdoor niet meer op en zal moeten worden aangepast, willen verenigingen hiermee niet in de problemen komen. Het bestuur geeft aan dat dit punt hun aandacht heeft en dat zij als doel hebben om de huidige norm te versoepelen.

De vergadering gaat akkoord met de aanpassingen t.a.v. de competitiestructuur vrouwen veldvoetbal.

6.2. Masterplan Zaalvoetbal 2010-2014 Het Nederlandse zaalvoetbal staat al jaren voor een grote uitdaging. Er is dan ook vanaf 2007 een aantal onderzoeken, voorstellen en investeringen gedaan. Top op heden zonder direct resultaat. De redenen, achtergronden en aanpassingen worden duidelijk toegelicht in de „Contouren Masterplan Zaalvoetbal 2010- 2014‟. In de publieksversie is een samenvatting gegeven van deze achtergronden en voorstellen voor verbeteringen.

Wekelijks voetballen ongeveer 77.000 KNVB-leden in de zaal. Zij maakten daarbij een bewuste keuze om onder een dak te voetballen. De helft van deze zaalvoetballers voetbalt daarnaast ook op het veld, echte liefhebbers dus. Zaalvoetbal is binnen de KNVB een belangrijke loot aan de „voetbalboom‟. Er zijn veel overeenkomsten, maar ook grote verschillen met veldvoetbal. Dan gaat het niet alleen over het dak, maar ook over de houten vloer, spelregels en niet te vergeten de plofbal.

Mensen met roots in het veldvoetbal vergeten wel eens dat een totaal andere benadering voor zaalvoetbal noodzakelijk is om deze sport tot ontwikkeling te laten komen. Zaalvoetbal staat veelal nog te veel met één been op het gras. Hierdoor worden doelstellingen al jaren niet bereikt. Beleid voor veldvoetbal blijkt lang niet altijd in de zaal te werken. Het beleidsplan „Samen Scoren‟ is leidraad voor handelen en ook daaruit blijkt dat zaalvoetbal een van de zaken is waarop we kunnen scoren. De KNVB ziet zeker wel kansen voor de ontwikkeling van zaalvoetbal en waardeert steeds meer de zelfstandige positie van de collega‟s in de zaal. Je behoort tot dezelfde „familie‟, maar beoefent de voetbalsport op verschillende wijze.

Zaalvoetbal heeft recht op een maximale zelfstandigheid binnen de KNVB. Dat vraagt om antwoorden in plaats van het stellen van vragen. Het vereist ook nieuwe wegen en geen klassieke oplossingen, want die zijn al geprobeerd en bleken in het zaalvoetbal niet te werken. Het vergt tevens bestuurlijke durf en de bereidwilligheid van iedereen om deze fascinerende tak van de voetbalsport tot volle wasdom te laten komen. Een meer zelfstandige positie gaat gepaard met wijzigingen in de manier waarop het zaalvoetbal nu georganiseerd is binnen de KNVB.

Er is gekozen voor een delegatie van verantwoordelijkheden voor drie jaar aan een bestuurscommissie zaalvoetbal. Daarnaast wordt de nieuwe werkeenheid zaalvoetbal aangestuurd door een manager zaalvoetbal. En in de nieuwe financiële beleidsperiode heeft het zaalvoetbal dezelfde financiële ruimte ter beschikking als opgenomen in de begroting 2010/‟11. De algemene vergadering amateurvoetbal neemt op 4 december 2010 een definitief besluit over het voorstel.

Het volledige rapport „Contouren Masterplan Zaalvoetbal 2010-2014‟is op te vragen bij het secretariaat amateurvoetbal.

______Verslag regiovergadering KNVB district Oost, regio 3 veldvoetbal d.d. 19 oktober 2010 4 Naar aanleiding van het masterplan Zaalvoetbal wordt in de zaal de vraag gesteld of het feit dat de zaalhuur straks in één keer voorafgaand aan het seizoen moet worden betaald, niet afschrikt. De districtsmanager geeft aan dat de uitvoering van deze maatregel voorlopig inderdaad nog even wordt opgeschort, omdat dit niet samengaat met de impuls die de KNVB aan het zaalvoetbal wil geven. Alle verenigingen zijn hiervan per brief op de hoogte gesteld.

De vergadering gaat akkoord met het Masterplan Zaalvoetbal 2010-2014.

7. VOETBALTECHNISCHE ZAKEN

7.1. Aanpassing Trainerslicentiebeleid per seizoen 2010/’11 Als gevolg van de aanpassing van de voetbalpiramide senioren in het amateurvoetbal per seizoen 2010/‟11 wordt voorgesteld de koppeling van de klassenindeling aan het trainerslicentieniveau als volgt te bepalen:

Topklasse: UEFA A : UEFA A 1e klasse: UEFA A 2e klasse: UEFA B 3e klasse: UEFA B 4e klasse: UEFA B 5e klasse: UEFA C 6e klasse: geen licentieplicht (was UEFA C)

In de zaal wordt gevraagd of dit trainerslicentiebeleid voor zowel de mannen als de vrouwen geldt. Het bestuur geeft aan dat dit inderdaad het geval is, hoewel er bij de vrouwen waarschijnlijk wel wat soepeler mee zal worden omgegaan. Dit antwoord zorgt voor wat rumoer in de zaal.

Ook wordt door een vereniging aangegeven dat het vreemd is om op basis van de financiële middelen van een vereniging dispensatie te verlenen voor een UEFA B licentie. Er is eerder in de vergadering immers opgemerkt dat sommige clubs noodgedwongen een hoge contributie moeten vragen, dus waarom zouden deze clubs dan geen dispensatie mogen aanvragen?

Een aantal mensen in de zaal vraagt zich af of het niet beter is om gewoon sowieso geen licentieplicht voor de laagste klassen op zaterdag en zondag in te stellen, in plaats van een dergelijk voorstel waarbij allerlei uitzonderingen mogelijk zijn. Het bestuur neemt de bovengenoemde punten mee.

De vergadering gaat akkoord met de aanpassingen t.a.v. het Trainerslicentiebeleid per seizoen 2010/‟11.

7.2. Ontwikkelen van voetballen in Nederland Het bondsbestuur van de KNVB heeft ingestemd met het rapport „Ontwikkelen van voetballen in Nederland‟. Tijdens de regio- en clustervergaderingen wordt door middel van een DVD een toelichting gegeven op de werkwijze van voetbaltechnische zaken met ingang van het seizoen 2011/‟12. Een nieuwe stap om het voetballen in Nederland te ontwikkelen was noodzakelijk, aangezien het Masterplan jeugdvoetbal per 1 juli 2011 eindigt. De afgelopen tien jaren is door middel van een aantal extra investeringen in jeugdvoetbal uitvoering gegeven aan door de KNVB opgesteld jeugdvoetbalbeleid. Dit heeft geleid tot goede resultaten, zowel in kwaliteit als in kwantiteit, betreffende het jeugdvoetbal in Nederland.

Er heeft zich de afgelopen jaren echter ook een aantal ontwikkelingen voorgedaan dat de KNVB noopte om in de werkwijze enkele aanpassingen aan te brengen. De invoering van regionale jeugdopleidingen, maar ook de doelen die zijn gesteld in het beleidsplan „Samen scoren‟ hebben geleid tot het rapport „Ontwikkelen van voetballen in Nederland‟. Op hoofdlijnen komt het erop neer dat de KNVB de regie blijft voeren over het ontwikkelen van het voetballen in Nederland en vanuit een groeimodel zal de KNVB nadrukkelijker gaan samenwerken met regionale jeugdopleidingen om gezamenlijk effectiever te kunnen opereren in de diverse verzorgingsgebieden. Met name het ondersteunen van verenigingen bij het technisch te voeren beleid is één van de speerpunten, waarbij met nadruk niet alleen talentontwikkeling centraal staat, maar zeker ook de ontwikkeling van clubs, kader en de breedtesport veel aandacht krijgt. De KNVB en de regionale jeugdopleidingen zullen ook intensiever gaan samenwerken met andere voetbalaanbieders, zoals het onderwijs en de overheid. Daarnaast zullen activiteiten en projecten nog beter op elkaar worden afgestemd om leden van verenigingen op alle niveaus optimaal van dienst te kunnen zijn in het kader van het ontwikkelen van het voetballen, het ontwikkelen van de club, het ontwikkelen van het kader en het ontwikkelen van voetballers op alle niveau´s. Er zijn geen op- of aanmerkingen vanuit de zaal met betrekking tot het ontwikkelen van voetballen in Nederland.

______Verslag regiovergadering KNVB district Oost, regio 3 veldvoetbal d.d. 19 oktober 2010 5 8. VERKIEZINGEN

8.1. Districtsbestuur

Aftredend en herkiesbaar zijn: J.C. van den Berg - Voorzitter A.J.G. Brunnekreef - Lid N.J. van den Ham - Lid

Geen op- en/of aanmerkingen.

8.2 . Afgevaardigden

Aftredend en herkiesbaar zijn: M.J.G.L. de Beijer G. Boers A.M. Bolder J. Ph. Engelvaart A. Oeseburg R.Th. C. Oosterlaken A.H.G.J. Perlo W.A. Tamboer H.R.M. Tip S. Versluijs

De heren J. van Baal, J. Jager en A. van Vemden hebben aangegeven zich niet meer herkiesbaar te stellen.

Dit betekent dat er 3 vacatures zijn. De volgende heren worden in deze vacatures kandidaat gesteld:

De heer E. Boerstoel uit Herveld, voormalig jeugdvoorzitter van SVHA. De heer H. de Roos uit Winterswijk, thans regioafgevaardigde en voormalig voorzitter van MEC.

8.3 . Regioafgevaardigden

Aftredend en herkiesbaar zijn: T.B.M. Aaldering W.G. Hendriks P.B.M. Wegh

Tijdens de vergadering ontvangt het bestuur een kandidaatstellingformulier van W.E.H. Meijer.

8.4 . Commissie van Beroep

Aftredend en herkiesbaar zijn: H.F.M. Claessen Kamer 1 Commissie van Beroep J.J.H.M. Schings Kamer 1 Commissie van Beroep W.Th.G. Terink Kamer 3 Commissie van Beroep M.P. Schutte Kamer 4 Commissie van Beroep A.H.J.J. van den Wetering Kamer 5 Commissie van Beroep

Tussentijdse kandidaatstelling commissie van beroep In de aanwezige vacature in kamer 3 van de commissie van beroep wordt onderstaand persoon door het districtsbestuur kandidaat gesteld:

- Mr. B.J.H. Reekers

Geen op- en/of aanmerkingen.

______Verslag regiovergadering KNVB district Oost, regio 3 veldvoetbal d.d. 19 oktober 2010 6 8.5 . Tuchtcommissie

Aftredend en herkiesbaar zijn: J.G. Brinkhuis Tuchtkamer 1 J. Klink Tuchtkamer 2 C.W.J.M. Appels Tuchtkamer 2 A.C.T. Hover Tuchtkamer 2 R.J.Th.R.J. Peters Tuchtkamer 3 G.H. Oplaat Tuchtkamer 4 B.J.M. Gabriël Tuchtkamer 4 B. Witte Tuchtkamer 5

Tussentijds treedt af de heer P. Klein, lid van tuchtkamer 3.

Tussentijdse kandidaatstelling tuchtcommissie In de aanwezige vacature in kamer 3 van de tuchtcommissie wordt onderstaand persoon door het districtsbestuur kandidaat gesteld:

- J.P.J. Wessels

Geen op- en/of aanmerkingen.

9. DISTRICTSONDERWERPEN/THEMA’S/ONDERWERPEN VANUIT CLUBS

9.1. Notitie maluspuntensysteem district Oost Sportiviteit & Respect zal het komende voetbalseizoen centraal staan binnen het district Oost. Het nakomen van met elkaar gemaakte afspraken is hierbij belangrijk. Er zal dan ook niet geschroomd worden om de gewenste sancties bij het (herhaaldelijk) niet nakomen van afspraken toe te passen. Hiermee wordt gehoor gegeven aan de toenemende behoefte van voetbalverenigingen om wantoestanden op de velden effectief aan te pakken.

De commissie Sportiviteit & Respect van de KNVB district Oost heeft hiertoe in mei 2010 de Regeling “Zonder fair play is er geen bal aan”, met daaraan gekoppeld het Maluspuntensysteem, geëvalueerd. Uit deze evaluatie blijkt dat de regeling in de afgelopen jaren heeft bijgedragen aan de stimulering van sportief gedrag op en rondom het voetbalveld. De regiocommissies hebben veel clubs ondersteund bij de ontwikkeling van beleid binnen hun eigen vereniging en daarmee is een positieve impuls gegeven aan het gedrag van spelers, leiders, trainers, ouders, etc.

Het maluspuntensysteem legt echter ook bloot dat problemen omtrent ontoelaatbaar gedrag bij herhaling bij dezelfde verenigingen voorkomen. Op de lijst komen jaar na jaar veelal dezelfde namen voor. In sommige gevallen heeft de inzet van de regiocommissies een positief resultaat en leiden gespreksronden met bestuur en kader tot een afname van (ernstige) incidenten. Bij een aantal helpt dit echter niet en lijkt het niet langer zinvol nog tijd en energie te steken in desbetreffende verenigingen.

Het bestuur van de KNVB district Oost vindt dit ontoelaatbaar en stelt een verscherping van het malusregelingsysteem voor. In deze notitie wordt een voorstel hiertoe uitgewerkt.

De regiovergadering wordt gevraagd in te stemmen met de aanscherping van de maluspuntenregeling, waaronder:

 De aanpassing van het aantal maluspunten bij gemaakte overtredingen;  Het verlengen van de termijn tot 2 jaar (waarbij telkens na twee jaar de maluspunten uit het eerste jaar vervallen);  De maatregelen die door de Commissies S&R en het Districtsbestuur worden genomen met het bereiken van een bepaald aantal maluspunten, en;  De vereniging die de dupe wordt van uitstel van een wedstrijd (als gevolg van het een speelweekend stilzetten van alle wedstrijden) het recht te geven de inhaalwedstrijd op eigen veld te spelen.

Het nieuwe maluspuntensysteem wekt vooral positieve geluiden op vanuit de zaal.

Ten aanzien van het eerste punt geeft een van de aanwezigen aan dat hij de regel te mild vindt en dat er eigenlijk ook een sanctie m.b.t. de wedstrijdpunten zou moeten plaatsvinden op basis van de maluspunten. Het bestuur geeft aan dat zij hier reglementair niet toe bevoegd zijn, maar dat dit wordt gecompenseerd doordat de tuchtcommissie op basis van haar eigen onafhankelijke oordeel wel minpunten kan toekennen.

______Verslag regiovergadering KNVB district Oost, regio 3 veldvoetbal d.d. 19 oktober 2010 7 De tuchtcommissie straft met haar eigen middelen de spelers en een team, terwijl het districtsbestuur de grote lijn in de gaten houdt en, indien nodig, een signaal aan de gehele vereniging afgeeft. Ten aanzien van het derde punt wordt opgemerkt dat het wel zo eerlijk is om bij het bepalen van de maatregelen rekening te houden met de grootte van de club. Bij een hele grote vereniging hoeft maar minder dan 0,5% van de leden over de schreef te gaan en de hele vereniging wordt hiervoor gestraft. Het bestuur geeft aan dat de ervaring in principe leert dat grote clubs minder met dergelijke probleemgevallen te maken hebben, maar dat ze dit punt zeker nog zullen meenemen.

In het verlengde van de bovengenoemde opmerking wordt de zorg geuit of dergelijke maatregelen niet als neveneffect hebben dat de clubs minder open zullen staan voor de opvang van probleemjongeren (sportzorgjongeren). Alle nuances lijken weg te zijn met een dergelijke maatregel. Het bestuur benadrukt dat de grootste winst van een dergelijk instrument de objectiviteit is, maar dat er hierbij zeker ook ruimte zal zijn voor nuances. Dit betekent dat er bij de besluitvorming rekening wordt gehouden met zaken als de grootte van de club, om welk type jongeren gaat het en wat heeft de club er al allemaal aan gedaan om problemen te voorkomen.

In het algemeen wordt nog opgemerkt dat het belangrijk is dat besturen harder leren omgaan met spelers waarvan bekend is dat ze problemen veroorzaken. Deze probleemgevallen moeten door de verenigingen worden gemeld zodat ze op de zwarte lijst terecht komen en hun spelerspas wordt ingetrokken. Dit gebeurt echter lang niet altijd. Het lijkt echter ook dat niet iedereen even goed op de hoogte is van het bestaan van de zwarte lijst. Het bestuur geeft aan dat ze dit punt zullen meenemen in de vergadering van de tuchtcommissie. Verenigingen moeten hun hand in eigen boezem steken en zelf een bijdrage leveren aan het bevorderen van sportiviteit en respect.

Verder wordt nog genoemd dat het wegnemen van de buitenspelregel bij de lagere niveaus een hoop problemen (door ellende met de grensrechters) zou voorkomen.

Tot slot wil één van de aanwezigen ook graag nog een positieve opmerking maken over het onlangs afgesloten Fair Play convenant tussen Arnhem, Nijmegen en Maas en Waal. De positieve effecten hiervan zijn nu al merkbaar. Het bestuur onderschrijft dit.

De vergadering gaat akkoord met de vier bovengenoemde punten.

10. RONDVRAAG

Bestuurslid AVW ‟66: Onlangs heeft de vereniging een aanmanende brief ontvangen vanwege het feit dat er door een rapporteur was geconstateerd dat er iemand bij de vereniging met glas buiten het terras had rondgelopen. Niemand binnen de vereniging was hiervoor echter op de hoogte gesteld van het bezoek noch de klacht van de rapporteur. Men vraagt zich af waarom iets dergelijks niet gewoon ter plekke door de rapporteur gemeld kan worden, zodat de vereniging hier ook meteen adequaat op kan reageren. Ook zou een rapporteur zich voorafgaand zijn bezoek bij de vereniging moeten melden.

Het bestuur en de districtsmanager delen dit gevoel en nemen het punt mee.

Geert van Gessel (VDZ): Bij het invullen van het digitale wedstrijdformulier moet je eerst de relatiecode van een speler invullen, maar bij een volgende stap blijk je toch weer zelf te moeten zoeken naar de juiste speler. Kan dit niet handiger?

Aansluitend wordt door één van de aanwezigen opgemerkt dat scheidsrechters ook erg lang bezig zijn met het invullen van het formulier

De districtsmanager antwoordt dat het digitale wedstrijdformulier nog in de pilotfase zit en dat er nog de nodige foutjes in het systeem zitten. Het proces loopt dan ook iets minder snel dan vooraf was gepland. Het doel is nu om het digitale wedstrijdformulier bij de start van het volgend seizoen goed ingevoerd te hebben. Alle opmerkingen van verenigingen over het systeem zullen in het voorafgaande proces worden meegenomen.

Hans Folker (Eldenia): De KNVB heeft voorafgaand aan het huidige seizoen een flinke achterstand opgelopen met de verwerking van de overschrijvingsformulieren. Doordat de overschrijvingen niet op tijd werden verwerkt, raakte het ledenbestand vervuild en kon de contributie in juli niet goed worden geïnd. Dit leidde ertoe dat sommige mensen in augustus onverwachts het dubbele bedrag moesten betalen, met de daarmee gepaard gaande problemen tot gevolg. De vraag is of zich aan het eind van het huidige seizoen weer dezelfde problemen voor gaan doen. ______Verslag regiovergadering KNVB district Oost, regio 3 veldvoetbal d.d. 19 oktober 2010 8

De districtsmanager geeft aan dat het in juni jl. om een eenmalige situatie ging, ten gevolgde grote problemen met de ICT-migratie van de KNVB. De situatie zal zich dus in het komende seizoen niet nogmaals voordoen.

Wim Hendriks (regioafgevaardigde, AVF): Eendracht Arnhem heeft op het laatste moment het eerste elftal moeten terugtrekken doordat spelers wegliepen naar een andere vereniging. Dit gebeurde na de inschrijftermijn voor teams, maar nog voor de deadline voor overschrijvingen. Toch heeft Eendracht hiervoor wel een boete van de KNVB ontvangen. Er wordt een dringend beroep op de KNVB gedaan om deze en dergelijke boetes niet te innen.

Een andere aanwezige voegt hieraan toe dat deze problemen voorkomen kunnen worden door de deadlines voor beide inschrijvingen gelijk te stellen.

Het bestuur geeft aan de punten uit de brief mee te nemen, die aangaande dit onderwerp aan de KNVB is verzonden. E.e.a. is reeds afgehandeld door de afdeling wedstrijdzaken.

Henk Romeyn (Excelsior Z.): Tot drie keer toe is een bezoekende vereniging bij Excelsior niet op komen dagen. Dit brengt elke keer veel gedoe met zich mee. Waarom wordt er niet gewoon besloten om deze verenigingen meteen minpunten toe te kennen en dat het dan klaar is?

Aangegeven wordt dat dit punt is besproken. Er zal geen voorstel tot reglementswijziging worden ingediend. Indien de afdeling wedstrijdzaken op de hoogte is van het niet opkomen van een elftal wordt de betreffende tegenstander op de hoogte gesteld.

Ook wordt de vraag gesteld (door dezelfde persoon?) of de spelerspassen inderdaad naar een lengte van 10 jaar voor senioren en 4 jaar voor jeugd gaan. Dit is nu nog nergens aan te merken namelijk.

De districtsmanager geeft aan dat dit inderdaad het geval is en dat het per 1 januari ingaat.

Jan van Baal (afgevaardigde): Spreekt tot slot zijn waardering voor het bestuur en zijn collega-bestuurders uit voor het vertrouwen dat ze al die tijd in hem als afgevaardigde hebben gehad. Hij legt uit dat hij zich helaas niet meer verkiesbaar kan stellen en wenst iedereen heel veel succes toe.

De voorzitter bedankt Jan van Baal zeer voor zijn inzet voor deze regio.

11. SLUITING

Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter de vergadering met een woord van dank. Tevens bedankt zij de v.v. ESA te Arnhem voor de gastvrijheid.

N.B. dit verslag is nog niet vastgesteld

______Verslag regiovergadering KNVB district Oost, regio 3 veldvoetbal d.d. 19 oktober 2010 9