p.1

1 2 Free 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.2

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.3

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 FREE 11 Hoe het nieuwe Gratis de markt radicaal verandert 12 13 14 15 Chris Anderson 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 Nieuw Amsterdam Uitgevers 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.4

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 © 2009 Chris Anderson 13 Oorspronkelijke titel Free. Th e Future of a Radical Price (Hyperion books, New York) 14 © Nederlandse vertaling Nieuw Amsterdam Uitgevers 15 Alle rechten voorbehouden 16 17 18 Vertaling Geeske Bouman 19 Redactie Marianne Mols 20 Register Yulia Knol 21 Correctie Nienke van der Meulen 22 Omslag Mulder van Meurs 23 24 nur 788 e-handel, 800 Bedrijfskunde algemeen 25 isbn 9789046805084 26 27 www.nieuwamsterdam.nl/free 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.5

1 2 3 4 5 Voor Anne 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.6

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.7

1 2 Inhoud 3 4 5 6 7 8 9 10 Voorwoord 11 11 12 1. | Het ontstaan van Gratis 17 13 14 Wat is Gratis? 15 16 2. | Gratis 101 29 17 Een korte les over een woord dat heel vaak verkeerd 18 wordt begrepen 19 20 3. | De geschiedenis van Gratis 47 21 Nul, lunch en de vijanden van het kapitalisme 22 23 4. | De psychologie van Gratis 71 24 Het voelt goed. Te goed misschien? 25 26 Digitaal Gratis 27 28 5. | Zo goedkoop dat het er niet toe doet 93 29 Les die het web leert: wanneer iets elk jaar in prijs 30 halveert, is nul onvermijdelijk 31 32 6. | ‘Informatie wil gratis zijn’ 115 33 De geschiedenis van een uitspraak die het digitale 34 tijdperk heeft bepaald 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.8

1 7. | Concurreren met Gratis 123 2 Microsoft had decennia nodig om te leren hoe 3 het moest, Yahoo slechts een paar maanden 4 5 8. | Demonetisering 142 6 Google en de geboorte van het economische model van 7 de 21e eeuw 8 9 9. | De modellen van de nieuwe media 160 10 Gratis media zijn niets nieuws. Wel nieuw is de uitbreiding 11 van dat model naar al het andere online 12 13 10. | Hoe Groot is de Gratis-Economie? 189 14 Er komt meer bij kijken dan dollars en centen alleen 15 16 De economie van Gratis en de wereld van Gratis 17 18 11. | Econ 000 199 19 Hoe een eeuwenoude grap de wet van de digitale 20 economie werd 21 22 12. | Non-monetaire economieën 210 23 Als geld niet oppermachtig is, wat dan wel? 24 25 13. | Verspilling is (soms) goed 222 26 De beste manier om gebruik te maken van overvloed: 27 laat de controle los 28 29 14. | Gratis-wereld 232 30 In China en Brazilië staat Gratis nog in de kinderschoenen. 31 Wat kunnen we van hen leren? 32 33 15. | Fantasieën over overvloed 242 34 Gedachtenexperimenten in ‘post-schaarste’-samenlevingen, 35 van sciencefi ction tot religie

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.9

16. | ‘Je krijgt waarvoor je betaalt’ 249 1 en andere twijfels over Gratis 2 3 Slotopmerkingen 275 4 Gratis in tijden van crisis 5 6 Regels voor Gratis 280 7 De tien principes van het overvloedsdenken 8 9 Freemium-tactieken 284 10 11 Vijft ig bedrijfsmodellen op basis van Gratis 289 12 13 Dankwoord 293 14 15 Register 297 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.10

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.11

1 2 Voorwoord 3 4 5 6 7 8 9 10 Verbijsterd over de talloze keren dat hun video’s illegaal waren 11 geüpload, deden de overgebleven leden van het oorspronkelijke 12 Monty Python-team in november 2008 een grimmige aankondi- 13 ging op YouTube: 14 15 Drie jaar lang hebben jullie ons beroofd, door tiendui- 16 zenden van onze video’s op YouTube te zetten. Nu is het 17 onze beurt. Het is tijd om het heft in eigen handen te 18 nemen. 19 We weten wie jullie zijn, we weten waar jullie wonen en 20 we zouden jullie te pakken kunnen nemen op manieren 21 die te gruwelijk voor woorden zijn. Maar omdat we aardige 22 kerels zijn, hebben we iets beters verzonnen om terug te 23 halen wat van ons is. We hebben ons eigen Monty Python- 24 kanaal op YouTube gelanceerd. 25 Dus niet meer die video’s van waardeloze kwaliteit die 26 jullie erop hebben gezet. We geven jullie onze onvervalste 27 video’s, rechtstreeks uit onze eigen kluis. En dat is nog niet 28 alles: we kiezen de meest bekeken clips en uploaden splin- 29 ternieuwe versies van hoge kwaliteit. En het mooiste is wel 30 dat we ze jullie helemaal voor niks laten zien. Wat zeggen 31 jullie daarvan! 32 Maar we willen er wel wat voor terug. 33 Geen stompzinnige leutercommentaren meer. We wil- 34 len dat jullie op de links klikken en onze fi lms en tv-shows 35

11

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.12

1 kopen. Zo kunnen jullie onze pijn en walging verzachten 2 over het feit dat we al die jaren zijn opgelicht. 3 4 Drie maanden later kwamen de resultaten van dit drieste experi- 5 ment met Gratis binnen. Monty Python-dvd’s waren naar de twee- 6 de plaats gestegen op de Movies & TV-bestsellerlijst van Amazon, 7 met een verkoopstijging van 23.000 procent. 8 Zo zie je maar weer! 9 Gratis werkte, fantastisch zelfs. Meer dan twee miljoen mensen 10 bekeken de clips op YouTube, omdat iedereen het weer doorgaf en 11 ouders hun kinderen de Black Knight- of de Dead Parrot-sketch 12 lieten zien. Duizenden kijkers werden eraan herinnerd hoeveel ze 13 van Monty Python hielden en wilden meer. En dus bestelden ze 14 de dvd’s. Response video’s, mash-ups en remixes werden overal be- 15 kend en een nieuwe generatie leerde de juiste betekenis van ‘Killer 16 Rabbit’. En dit alles kostte Monty Python in wezen geen cent, om- 17 dat YouTube alle kosten van bandbreedte en opslag betaalde. 18 Het verbazingwekkende aan dit voorbeeld is dat het zo wei- 19 nig verbazingwekkend is. Er zijn talloze vergelijkbare gevallen te 20 vinden online, waar zo’n beetje alles in een of andere vorm wordt 21 weggegeven in de hoop iets anders te verkopen – of, wat nog vaker 22 voorkomt, zonder enige verwachting dat er wordt betaald. 23 Deze woorden typ ik op een ‘netbook’-computer van $250, de 24 snelstgroeiende nieuwe categorie laptops. Het besturingssysteem 25 is toevallig een gratis Linux-versie, al doet dat er niet zoveel toe 26 aangezien ik behalve de gratis Firefox-webbrowser geen enkel pro- 27 gramma gebruik. Ik maak geen gebruik van Microsoft Word, maar 28 liever van de gratis Google Docs. Dit heeft het voordeel dat ik altijd 29 toegang heb tot mijn krabbels, waar ik ook ben. En ik hoef me geen 30 zorgen te maken over de back-up, want dat regelt Google voor mij. 31 Alles wat ik verder op deze computer doe, is gratis, van mijn e- 32 mail tot de boodschappen die ik op Twitter zet. Ik heb zelfs gratis 33 draadloos toegang, dankzij het café waar ik nu zit. 34 En toch is Google een van de meest winstgevende ondernemin- 35 gen in Amerika; het ‘Linux-ecosysteem’ is dertig miljard dollar

12

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.13

waard en het café verkoopt de koffi e verkeerd van drie dollar net 1 zo snel als het die maakt, zo te zien. 2 Hierin ligt de paradox van Gratis: mensen verdienen een hoop 3 geld zonder anderen iets te laten betalen. Dat geldt niet voor alles, 4 we hoeven niet niets te betalen voor alles, maar wel voor zo veel 5 dingen dat we de economie van een fl ink land hebben gecreëerd 6 voor een prijs van ongeveer € 0. Hoe is dat gegaan en waar gaat dat 7 naar toe? 8 Deze vraag staat centraal in dit boek. 9 Voor mij begon het toen ik niet wist hoe ik Th e Long Tail, mijn 10 eerste boek, moest laten eindigen. Dat boek ging over de nieuwe 11 vorm van de consumentenvraag die ontstaat wanneer alles op de 12 markt is en we uit een oneindig aanbod kunnen kiezen in plaats van 13 van de bestsellertafel alleen. Dat er zo veel verkoopruimte voor Th e 14 Long Tail was, was mogelijk gemaakt door de onbeperkte ‘schap- 15 ruimte’ van internet, het eerste distributiesysteem in de geschiede- 16 nis dat zich leent voor zowel de nichemarkt als de massaproducten, 17 voor het onbekende én de voornaamste trend. Daardoor ontstond 18 een enorm diverse nieuwe cultuur, die een bedreiging vormde voor 19 de instituten in de bestaande cultuur, van mainstream-media tot 20 platenmaatschappijen. 21 Schapruimte is alleen onbeperkt als die ruimte niets kost. Doordat 22 de ‘marginale kosten’ van digitale distributie (dat wil zeggen de ex- 23 tra kosten van het verzenden van een volgende kopie boven op de 24 ‘vaste kosten’ van de benodigde hardware) vrijwel nihil zijn, kunnen 25 we daar voor alles en nog wat gebruik van maken. Er hoeft niemand 26 aan de poort te staan die beslist of iets een wereldwijd bereik moet 27 hebben of niet. En uit dat gratis-voor-iedereen ontstond het wonder 28 van het web van vandaag, de grootste accumulatie van menselijke 29 kennis, ervaring en expressie die de wereld ooit heeft meegemaakt. 30 Dit is dus waar vrije bergruimte toe kan leiden. Terwijl ik me ver- 31 baasde over de gevolgen, ging ik meer nadenken over Gratis en be- 32 gon ik te beseff en hoe wijd verbreid dit principe al is. Het verklaarde 33 niet alleen de explosieve variatie online, het was ook kenmerkend 34 voor de manier waarop de prijsvorming daar werkt. Bovendien was 35

13

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.14

1 deze vorm van ‘gratis’ niet zomaar een marketingtrucje, vergelijk- 2 baar met de gratis proefmonsters en de achterliggende prijzen die 3 we van de traditionele detailhandel kennen. Er leek niets achter te 4 zitten, het ging niet om een lokkertje om je tot aankopen in de toe- 5 komst te verleiden, het was écht gratis. De meesten van ons ma- 6 ken van een of meer Google-diensten per dag gebruik, maar dat 7 zie je nooit terug op je afschrift en. Er loopt geen meter wanneer je 8 Facebook gebruikt. Wikipedia kost je geen cent. 9 Gratis in de 21e eeuw is niet meer hetzelfde als Gratis in de 20e 10 eeuw. Ergens in de omzetting van atomen naar bits ontstond een 11 verschijnsel dat we dachten te begrijpen. ‘Gratis’ werd Gratis. 12 Economen zullen daar toch wel iets over te zeggen hebben, 13 dacht ik. Maar ik kon niets vinden, geen theorie over gratis of prijs- 14 modellen die op nul uitkwamen. (Eerlijk gezegd bestaan er wel een 15 paar, zoals ik later ontdekte, maar dat waren voornamelijk vage 16 academische discussies over ‘tweezijdige markten’ en, zoals we in 17 het hoofdstuk over economie zullen zien, vrijwel vergeten theo- 18 rieën uit de negentiende eeuw). Op een of andere manier was er 19 een economie rond Gratis opgekomen voordat er een economisch 20 model bestond waarin deze vorm werd beschreven. 21 Vandaar dit boek, dat een verkenning is van een concept dat 22 midden in een ingrijpende revolutie zit. Ik ben erachter gekomen 23 dat Gratis zowel een bekend als een zeer mysterieus concept is. 24 Het verschijnsel Gratis dat de afgelopen tien jaar is opgekomen, is 25 anders dan het Gratis van daarvoor. Maar het hoe en waarom daar- 26 van is nauwelijks onderzocht. Bovendien zit het Gratis van nu vol 27 klaarblijkelijke tegenstellingen: je kunt wel degelijk geld verdienen 28 door dingen weg te geven. Voor niets is echt meer te krijgen dan 29 een zonsopgang. Soms krijg je meer dan waar je voor betaalt. 30 Het was heel leuk om dit boek te schrijven. Het bracht me van de 31 makers van patentgeneesmiddelen aan het eind van de 19e eeuw in 32 Amerika tot de piratenmarkten van China. Ik ben in de psycholo- 33 gie van gift en gedoken en in de moraal van verspilling. Daarnaast 34 ben ik aan een project begonnen waarin nieuwe bedrijfsmodellen 35 worden uitgeprobeerd op elektronica waarop geen intellectuele

14

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.15

eigendom rust (een model dat bekendstaat als open source-hard- 1 ware). Met mijn uitgevers ben ik gaan brainstormen over allerlei 2 manieren om dit boek in de meeste vormen gratis te maken terwijl 3 iedereen die aan de totstandkoming heeft meegewerkt toch betaald 4 wordt. 5 In bepaalde opzichten was dit boek een openbaar onderzoeks- 6 project, net als Th e Long Tail. Ik schreef een voorpublicatie over de 7 stelling in een artikel in Wired en blogde er overal over, net zoals ik 8 met Th e Long Tail had gedaan. Maar voor het overige moest ik een 9 andere weg bewandelen, meer in mijn eigen hoofd dan in gesprek 10 met mensen die online bijdragen leverden. Dit boek moet het meer 11 hebben van geschiedenis en verhalen; het gaat net zo goed over het 12 verleden als over de toekomst van Gratis. Tijdens mijn onderzoek 13 kwam ik net zo vaak in archieven en bij 18e-eeuwse psychologische 14 teksten uit als bij de nieuwste verschijnselen op het web. En zo 15 ging ik vanzelf als de traditionele schrijver te werk, die eenzaam 16 studeert en met oortjes in bij Starbucks zit te typen, zoals God het 17 heeft bedoeld. 18 Als ik niet schreef, was ik op reis om met mensen over Gratis 19 te praten. Ik ontdekte dat het idee dat je een wereldwijde econo- 20 mie kunt scheppen rond een basisprijs van nul altijd tot polarisatie 21 leidde, maar wat iedereen met elkaar gemeen had, was twijfel. Er 22 waren grofweg twee kampen, en ik excuseer me vast voor het geval 23 ik aan leeft ijddiscriminatie lijk te doen: de ene groep was boven 24 de dertig, de andere jonger. De oudere critici waren opgegroeid 25 met het Gratis uit de 20e eeuw en waren terecht achterdochtig: 26 natuurlijk is niets echt gratis – vroeg of laat betalen we ervoor. En 27 het is bepaald niet nieuw, het is zelfs de oudste marketingtruc die er 28 bestaat. Hoor je het woord ‘gratis’, trek dan je portemonnee maar. 29 De jongere critici reageerden anders: ‘Ja, hè hè!’ Dit is de Google- 30 generatie, die online is opgegroeid en er gewoon van uitgaat dat 31 alles online gratis is. Ze hadden zich de subtiele marktwerking 32 van een economie zonder noemenswaardige marginale kosten al 33 eigengemaakt, op dezelfde manier als we ons de mechanica van 34 Newton eigenmaken wanneer we een bal leren vangen. Het feit dat 35

15

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.16

1 we nu een wereldeconomie scheppen rond de prijs van nul, leek 2 voor hen te vanzelfsprekend voor woorden. 3 Hiermee had ik het perfecte onderwerp voor een boek gevon- 4 den, realiseerde ik me. Elk onderwerp dat critici in twee tegenover- 5 gestelde kampen kan verdelen – dat van ‘helemaal fout’ en dat van 6 ‘erg vanzelfsprekend’ – moet wel goed zijn. Ik hoop dat degenen 7 die dit boek lezen, zelfs al doen ze dat vanuit het uitgangspunt van 8 een van beide kampen, in geen van beide eindigen. Gratis is niet 9 nieuw, het verandert wel. En dat gebeurt op zulke manieren dat we 10 gedwongen zijn om bepaalde basistheorieën over menselijk gedrag 11 en economische prikkels te herzien. 12 Wie begrijpt hoe het nieuwe Gratis werkt, zal de markt van mor- 13 gen beheersen en de markt van vandaag ontwrichten – doet dat 14 eigenlijk al. Dit boek gaat over deze ondernemers en wat ze ons 15 leren. Het gaat over verleden en toekomst van een radicale prijs. 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

16

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.17

1 2 1 | Het ontstaan van Gratis 3 4 5 6 7 8 9 10 Hoe je het ook wendt of keert, gelatine is gemaakt van vlees en 11 botten. Het is de doorschijnende, lijmachtige substantie die komt 12 bovendrijven wanneer je vlees kookt. Maar als je er voldoende van 13 verzamelt en het zuivert, er kleur- en smaakstoff en aan toevoegt, 14 wordt het iets anders: Jell-O. Schoon poeder in een pakje dat in 15 niets meer doet denken aan zijn abattoirverleden van merg en 16 bindweefsel. 17 Tegenwoordig staan we nauwelijks meer stil bij de oorsprong 18 van Jell-O, maar aan het eind van de 19e eeuw moest je voor een 19 trillende traktatie op de eettafel hard aan het werk. Je moest rest- 20 afval in een stoofpot stoppen en een halve dag wachten voor het 21 gehydrolyseerde collageen loskwam uit het kraakbeen. 22 In 1895 zat Pearle Wait, een timmerman in LeRoy, New York, 23 die als bijverdienste een bedrijf in verpakking van patentgenees- 24 middelen had, aan de keukentafel in een kom van dat spul te prik- 25 ken. Hij wilde altijd al iets ondernemen in de destijds nieuwe be- 26 drijfstak van verpakte voedingsmiddelen en bedacht dat dit het 27 wel eens kon zijn. Hij wist alleen niet hoe hij het er appetijtelijker 28 uit kon laten zien. Lijmmakers maakten het al tientallen jaren als 29 bijproduct van hun verwerking van dierlijk materiaal, maar onder 30 Amerikaanse consumenten moest gelatine nog populair worden. 31 En terecht: het was een hoop werk voor een nogal geringe beloning. 32 Wait vroeg zich af of hij van gelatine een meer alledaags product 33 kon maken. Bij eerdere pogingen om poedergelatine aan de man te 34 brengen, zoals van bijvoorbeeld de uitvinder van het proces, Peter 35

17

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.18

1 Cooper (van Cooper Union), werd het poeder zonder smaakje 2 verkocht, met het argument dat dit de fl exibelste vorm was; koks 3 konden er zelf een smaak aan toevoegen. Maar Wait dacht dat ge- 4 latine die al een smaakje had beter zou verkopen. Daarom mengde 5 hij er vruchtensap met suiker en kleurstoff en door. De gel kreeg de 6 smaak en kleur van het fruit – sinaasappel, citroen, framboos en 7 aardbei – en daarmee maakte hij iets wat lekker smaakte en rook. 8 Kleurig en licht als het was, kon je er heerlijk mee spelen. Gelatine 9 werd een traktatie op tafel, zo leuk, trillend en doorschijnend dat 10 elke maaltijd ervan opvrolijkte. Om de herinnering aan het abattoir 11 nog verder uit te wissen, noemde zijn vrouw May de gelatinepud- 12 ding Jell-O. En ze pakten het in om te verkopen. 13 Maar het verkocht niet. Jell-O was te buitenissig en te onbekend 14 voor eind-19e-eeuwse consumenten. De keukentradities waren 15 nog altijd gebaseerd op Victoriaanse recepten, waarin elke voe- 16 dingssoort zijn eigen plaats had. Was deze nieuwe gel een salade- 17 ingrediënt of een dessert? 18 Twee jaar lang probeerde Wait mensen voor Jell-O te interes- 19 seren, maar hij had weinig succes. In 1899 gaf hij het uiteindelijk 20 op en verkocht de merknaam met streepje en al aan Orator Frank 21 Woodward, een stadsgenoot. De prijs bedroeg $450. 22 Woodward was een geboren verkoper en had zich in de juiste 23 plaats gevestigd. LeRoy was zo’n beetje een broeinest van 19e-eeuw- 24 se reclamemakers geworden en stond bekend om zijn fabrikanten 25 van patentgeneesmiddelen. Woodward verkocht massa’s wonder- 26 middelen en deed ook creatieve dingen met gips. Hij bracht gips- 27 ballen voor scherpschutters op de markt en vond gipsnesten voor 28 kippen uit die waren voorzien van een luiswerend poeder. 29 Maar zelfs Woodwards bedrijf, Genesee Pure Food, vond het 30 moeilijk om een markt te vinden voor het gelatinepoeder. Het was 31 een nieuwe productcategorie met een onbekende merknaam, in 32 een tijd waarin vrijwel alle producten bij kruideniers over de toon- 33 bank werden verkocht. Klanten moesten de naam dus kunnen noe- 34 men. Jell-O werd geproduceerd in een fabriek in de buurt, die werd 35 geleid door Andrew Samuel Nico. De verkoop van het nieuwe pro-

18

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.19

duct verliep zo moeizaam dat Woodward op een sombere dag, toen 1 hij naar een enorme voorraad onverkochte Jell-O-dozen stond te 2 kijken, Nico moedeloos de hele handel voor $35 aanbood. 3 Het probleem was vooral dat consumenten niet begrepen wat 4 het product inhield en wat ze ermee konden doen. En als de con- 5 sument er niet naar vroeg, wilden handelaren het niet in voorraad 6 nemen. Fabrikanten van andere producten in de nieuwe branche 7 van verpakte ingrediënten, zoals bijvoorbeeld Arm & Hammer- 8 bakpoeder en Fleishmans gist, deden vaak een receptenboekje bij 9 hun verpakkingen. Woodward bedacht dat een handleiding ook 10 de vraag naar Jell-O zou stimuleren, maar hoe kreeg hij die bij de 11 klant? Niemand kocht ze überhaupt. 12 Daarom probeerde Woodward samen met zijn marketingmana- 13 ger William E. Humelbaugh in 1902 iets nieuws. Eerst plaatsten ze 14 voor $336 een kleine advertentie in de Ladies’ Home Journal. Hierin 15 riepen ze Jell-O nogal optimistisch uit tot ‘Amerika’s beroemdste 16 dessert’ en legden ze uit wat het product zo aantrekkelijk maakte: 17 je hoefde er ‘alleen maar geklopte slagroom of dunne custard bij te 18 serveren. Maar als u iets chics wilt, kunt u er in een handomdraai 19 honderden heerlijke combinaties mee maken.’ 20 Om de vele variatiemogelijkheden te illustreren, drukte Genesee 21 vervolgens tienduizenden folders met Jell-O-recepten, die het gra- 22 tis onder thuiskoks liet verspreiden door zijn verkopers. 23 Hiermee werd het voornaamste probleem van de verkopers slim 24 omzeild. Terwijl ze in hun roestbakken door het land trokken, 25 mochten ze in de meeste steden niet aan de deur verkopen zon- 26 der een dure vergunning. Maar met kookboekjes lag het anders, 27 want dingen weggeven is geen verkopen. Ze konden aan de deur 28 kloppen en de vrouw des huizes gewoon een gratis receptenboek 29 overhandigen, zonder enige verplichting. In vergelijking met het 30 maken van Jell-O-pudding was het drukken van papier goedkoop. 31 Ze konden het zich niet veroorloven om proefmonsters van het 32 product zelf weg te geven, daarom deden ze het op een na beste: 33 gratis informatie geven die alleen gebruikt kon worden als de con- 34 sument het product kocht. 35

19

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.20

1 Nadat ze een stadje hadden bedolven onder de folders, gingen 2 de verkopers naar de plaatselijke winkeliers om hun te vertellen 3 dat er een stroom klanten aankwam die allemaal naar een nieuw 4 product zouden vragen dat Jell-O heette. Het was dus verstandig 5 als ze dat alvast insloegen. En zo kwam er eindelijk beweging in de 6 pakjes Jell-O achter in de roestbakken. 7 In 1904 bleek de campagne een doorslaand succes. Twee jaar 8 later haalde Jell-O een jaaromzet van een miljoen. Het bedrijf 9 introduceerde het Jell-O-meisje in zijn advertenties en de folder 10 groeide uit tot het Jell-O-‘bestseller’-receptenboek. In sommige 11 jaren drukte Genesee maar liefst 15 miljoen gratis boekjes en de 12 eerste 25 jaar van zijn bestaan drukte het bedrijf naar schatting 13 een kwart miljard gratis boekjes, die van deur-tot-deur over het 14 hele land werden verspreid. Bekende kunstenaars als Norman 15 Rockwell, Linn Ball en Angus MacDonald leverden kleurenillus- 16 traties bij de boeken. Jell-O had een vaste plaats in de Amerikaanse 17 keuken veroverd en de naam werd een begrip. 18 Op deze manier werd een van de eff ectiefste marketinginstru- 19 menten van de 20e eeuw geboren: het ene weggeven om vraag te 20 creëren naar het andere. Woodward begreep dat ‘gratis’ een woord 21 is met het speciale vermogen om de psychologie van de consument 22 te beïnvloeden, nieuwe markten aan te boren, oude op te doeken 23 en vrijwel elk product aantrekkelijk te maken. Hij bedacht ook dat 24 ‘gratis’ niet hetzelfde is als winstloos. Het betekende gewoon dat de 25 weg van product naar inkomsten niet in een rechte lijn loopt, iets 26 wat in de wetten van de detailhandel zou worden opgenomen als 27 het concept van de loss leader. 28 29 30 King Gillette 31 Op hetzelfde moment was een paar honderd kilometer naar het 32 noorden, in Boston, het beroemdste voorbeeld van deze nieuwe 33 marketingmethode in de maak. Op veertigjarige leeft ijd was King 34 Gillette een gefrustreerde uitvinder, een bittere antikapitalist en 35 verkoper van fl essendoppen met een kurkrand. Ideeën had hij ge-

20

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.21

noeg, rijke ouders ook, maar hij kon weinig werk laten zien. Hij 1 gaf de schuld aan de concurrentie. In 1894 had hij inderdaad een 2 boek gepubliceerd, Th e Human Drift , waarin hij beweerde dat alle 3 bedrijfsactiviteiten overgenomen zouden moeten worden door 4 één enkele corporatie die in handen was van het publiek, en dat 5 miljoenen Amerikanen in een reusachtige stad zouden moeten 6 wonen, Metropolis genaamd, die zijn energie uit de Niagara Falls 7 zou halen. Zijn baas van de fl essendoppenfabriek had ondertussen 8 maar een advies: vind iets uit wat mensen gebruiken en daarna 9 weggooien. 10 Op een dag, toen hij zich met een conventioneel mes stond te 11 scheren dat zo bot was dat het niet meer geslepen kon worden, 12 kreeg hij zijn inval. Wat als je het scheerblad van een dunne meta- 13 len strook maakte? Dan konden mannen in plaats van tijd te beste- 14 den aan het onderhoud ervan, het mes gewoon weggooien als het 15 bot werd. Na een paar jaar experimenteren met het metaal was het 16 veiligheidsscheerapparaat met wegwerpmesjes geboren. 17 Maar het was niet meteen een succes. In 1903, het eerste jaar, 18 verkocht Gillette in totaal 51 apparaten en 168 mesjes. De twin- 19 tig jaar daarop probeerde hij iedere marketingtruc uit die hij kon 20 verzinnen. Hij zette zijn eigen gezicht op de verpakking, zodat hij 21 tegelijk legendarisch en volgens sommigen een verzinsel werd. Hij 22 verkocht miljoenen aan het leger, tegen een scherpe korting, in 23 de hoop dat de soldaten de gewoonten die ze tijdens de oorlog 24 aannamen, mee zouden nemen in vredestijd. Hij verkocht ze in 25 bulkhoeveelheden aan banken, die ze cadeau konden doen bij een 26 nieuwe spaarrekening (shave and save-campagnes). Overal werd 27 een scheerapparaat bij gestopt, van Wrigley’s kauwgom en pakken 28 koffi e, thee en kruiden tot marshmallows. 29 De weggevertjes waren bevorderlijk voor de verkoop van die pro- 30 ducten, maar de tactiek hielp Gillette nog meer. Door de scheerap- 31 paraten, die op zichzelf onbruikbaar waren, goedkoop te verkopen 32 aan partners die ze weggaven, creëerde hij een vraag naar wegwerp- 33 mesjes. Het was net als bij Jell-O (waar de kookboeken de ‘scheerap- 34 paraten’ bij de gelatine, de ‘mesjes’ waren), maar de koppeling was 35

21

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.22

1 nog sterker. Als je eenmaal gewend was aan een wegwerpmesje, was 2 je een dagelijkse klant voor het leven. 3 Interessant genoeg is het idee dat Gillette, het bedrijf, de scheer- 4 apparaten weggaf in grote trekken een broodje aap. De enige voor- 5 beelden van zo’n vrijgevigheid die zijn vastgelegd, betreff en de in- 6 troductie van de Trak II in de jaren zeventig van de vorige eeuw, 7 toen het bedrijf een goedkope versie van het scheerapparaat met 8 een onvervangbaar mesje weggaf. Het meer gangbare model van 9 Gillette was om scheerapparaten met een kleine winstmarge aan 10 partners te verkopen, bijvoorbeeld banken, die ze meestal wegga- 11 ven als onderdeel van hun promotieacties. De echte winst zat voor 12 Gillette in de hoge marge op de mesjes. 13 Een paar miljard mesjes later is dit bedrijfsmodel de basis van 14 hele bedrijfstakken geworden: geef de mobiele telefoon cadeau, 15 verkoop het abonnement; maak het bedieningssysteem voor vi- 16 deogames goedkoop en verkoop dure spelletjes; installeer koste- 17 loos chique koffi emachines in kantoren zodat je de managers dure 18 koffi eampullen kunt verkopen. 19 Sinds deze experimenten aan het begin van de 20e eeuw heeft 20 Gratis de consumentenrevolutie gevoed die de honderd jaar daar- 21 na heeft bepaald. De opkomst van winkelstraten en supermarkten 22 maakten van consumentengedrag een wetenschap en van Gratis 23 het keuze-instrument. Vrije radio- en televisie-uitzendingen (een 24 term die werd gebruikt voor signalen die via de lucht werden uit- 25 gezonden en die iedereen gratis kon ontvangen) verenigden landen 26 en schiepen de massamarkt. Gratis was de strijdkreet van de mo- 27 derne marketeer waar de consument altijd op reageerde. 28 29 30 Gratis in de 21e eeuw 31 Aan het begin van de 21e eeuw zijn we bezig met de uitvinding 32 van een nieuwe vorm van Gratis, die het komende tijdperk net zo 33 ingrijpend zal bepalen. De nieuwe vorm van Gratis is geen truc, 34 geen list om geld van de ene zak naar de andere te verplaatsen. Dit 35 Gratis wordt ingegeven door een bijzondere nieuwe mogelijkheid

22

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.23

om de kosten van goederen en diensten tot bijna nul te beperken. 1 Was Gratis uit de vorige eeuw een eff ectieve marketingmethode, 2 het Gratis van deze eeuw is een totaal nieuw economisch model. 3 Deze nieuwe vorm van Gratis is gebaseerd op de economie van 4 bits, niet van atomen. Het digitale tijdperk heeft een unieke ei- 5 genschap: iets wat eenmaal soft ware wordt, wordt onvermijdelijk 6 gratis, in ieder geval wat betreft de kosten en vaak ook de prijs. 7 (Stel dat de prijs van staal zo dicht tot nul zou zijn gedaald dat King 8 Gillette zowel apparaat als scheermes weg kon geven en zijn geld 9 met iets anders kon verdienen – scheercrème?) En er wordt een 10 miljardeneconomie mee geschapen – de eerste in de geschiedenis 11 – waarin de basisprijs nul is. 12 In de atomeneconomie, zo’n beetje alles om ons heen, worden 13 dingen in de loop van de tijd vaak duurder. In de bitseconomie, 14 dat wil zeggen de onlinewereld, worden dingen goedkoper. De 15 atomeneconomie is onderhevig aan infl atie, de bitseconomie aan 16 defl atie. 17 De 20e eeuw was voornamelijk een atomeneconomie, de 21e zal 18 overwegend een bitseconomie zijn. Voor alles wat in de atomen- 19 economie gratis is, moet door iets anders worden betaald. Daarom 20 voelt het traditionele gratis ook zo vaak als lokkertje om te beta- 21 len, want je betaalt hoe dan ook. Maar gratis in de bitseconomie 22 kan écht gratis zijn; geld komt in het verhaal vaak helemaal niet 23 voor. Terecht zijn mensen achterdochtig ten aanzien van Gratis 24 in de atomeneconomie; terecht zijn ze goed van vertrouwen in de 25 bitseconomie. Ze begrijpen intuïtief het verschil tussen die twee 26 economieën en waarom Gratis het online zo goed doet. 27 Nu we zo’n vijft ien jaar bezig zijn met het grote online-expe- 28 riment, is gratis de norm geworden en vormen betalingsmuren 29 de weg naar vergetelheid. In 2007 ging Th e New York Times gratis 30 online, net als een groot deel van de Wall Street Journal, die een 31 slim hybride model gebruikte, waarbij artikelen gratis waren voor 32 degenen die ze online, in blogpublicaties of andere sociale media, 33 wilden delen. Populaire muziekgroepen van Radiohead tot Nine 34 Inch Nails geven hun muziek automatisch weg op het internet, om- 35

23

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.24

1 dat ze weten dat ze met Gratis meer mensen bereiken en meer fans 2 krijgen, waarvan sommigen naar hun concerten komen en zelfs 3 – stel je voor – betalen voor eersteklas-versies van hun opnamen. 4 De snelstgroeiende onderdelen van de computerspelletjesindustrie 5 worden geregeld op internet gezet en betaald door advertenties en 6 er zijn talloze gratis multiplayer-games online. 7 De gratis economie (freeconomics) kon opkomen door de on- 8 derliggende technologie van het digitale tijdperk. Schrijft Moore’s 9 wet voor dat een eenheid processing power elke twee jaar in prijs 10 halveert, de prijs van bandbreedte en opslagruimte daalt nog snel- 11 ler. Internet combineert deze drie en versterkt de prijsdalingen 12 door een drievoudige inzet van technologie. Het resultaat is een 13 netto defl atiepercentage van bijna 50% online, dat wil zeggen, het 14 draaien van een video op YouTube kost over een half jaar de helft . 15 De trendlijnen die bepalend zijn voor de kosten van zakendoen op 16 internet wijzen allemaal in dezelfde richting, namelijk naar nul. 17 Geen wonder dat de prijzen online dezelfde kant opgaan. 18 George Gilder, die in zijn boek Microcosm uit 1990 als eerste de 19 economie van bits onderzocht, plaatst dit in een historische con- 20 text: 21 22 In elke industriële revolutie worden de kosten van een 23 cruciale productiefactor drastisch verlaagd. Vergeleken 24 met de vroegere kosten om een bepaalde functie te berei- 25 ken, is de nieuwe factor vrijwel gratis. Na de Industriële 26 Revolutie werd fysieke inspanning bijna gratis vergeleken 27 met de spierkracht van dieren of mensen die vroeger ver- 28 eist was voor een bepaalde prestatie. Je kon een fabriek 29 opeens 24 uur per dag grote hoeveelheden producten laten 30 produceren in een tempo dat voorheen gewoon ondenk- 31 baar was. 32 33 De interessantste bedrijfsmodellen van nu beschrijven manieren 34 om geld te verdienen rond Gratis. Vroeg of laat zullen alle bedrij- 35 ven moeten uitvinden hoe ze gebruik kunnen maken van Gratis

24

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.25

of daarmee kunnen concurreren. In dit boek vertellen we hoe je 1 dat doet. 2 Om te beginnen kijken we naar de geschiedenis van Gratis en 3 de reden waarom het onze keuzen zo sterk beïnvloedt. Vervolgens 4 bekijken we hoe de digitale economie Gratis revolutionair veran- 5 derd heeft en van een marketingtruc een economische kracht heeft 6 gemaakt, inclusief de bedrijfsmodellen die er mogelijk door zijn 7 geworden. En ten slotte duiken we in de principes van de gratis 8 economie die daaraan ten grondslag liggen: hoe werkt Gratis, waar 9 werkt het en waarom wordt het zo vaak verkeerd begrepen of ge- 10 vreesd. Maar laten we beginnen met de vraag wat ‘gratis’ eigenlijk 11 betekent. 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

25

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.26

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.27

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Wat is Gratis? 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.28

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.29

1 2 2 | Gratis 101 3 4 Een korte les over een woord dat heel vaak verkeerd 5 wordt begrepen 6 7 8 9 10 ‘Gratis’ kan van alles betekenen en de betekenissen zijn in de loop 11 der jaren ook nog veranderd. Gratis roept achterdocht op, maar 12 weet toch de aandacht te trekken zoals maar weinig andere dingen 13 dat kunnen. Het is vrijwel nooit zo simpel als het lijkt, terwijl het 14 de natuurlijkste transactie is van allemaal. Als we nu een economie 15 gaan opbouwen rond Gratis, moeten we eerst begrijpen wat het is 16 en hoe het werkt. 17 Laten we beginnen met de defi nitie. In Romaanse talen, zoals 18 Frans, Spaans en Italiaans, is ‘gratis’ minder gecompliceerd, omdat 19 het Engelse free in die talen in twee woorden wordt uitgedrukt: het 20 ene woord is afgeleid van het Latijnse liber (‘vrij’) en het andere 21 van gratis (verkorting van gratiis, voor ‘bedankt’, dus ‘zonder ver- 22 goeding’, of nulprijs). In het Spaans bijvoorbeeld is libre iets goeds 23 (vrijheid van meningsuiting, enz.), terwijl gratis vaak als een mar- 24 ketingtruc wordt beschouwd en dus achterdocht wekt. 25 In het Engels zijn deze betekenissen in één woord gestopt. Dat 26 biedt ook marketingvoordelen: met de positieve connotatie van 27 vrijheid worden onze verdedigingsmechanismen tegen verkoop- 28 trucs omvergehaald. Maar het woord free leidt ook tot dubbelzin- 29 nigheid. Daarom zeggen Engelstaligen soms gratis om te bena- 30 drukken dat iets echt niets kost. 31 In de wereld van de opensourcesoft ware, die zowel vrij (gebruik 32 en hergebruik wordt gestimuleerd) als gratis is (geen rekening), 33 maken mensen op deze manier onderscheid tussen de twee: Free 34 as in beer vs. free as in speech (Free/gratis als in gratis bier tegen- 35

29

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.30

1 over free/vrij als in vrijheid van spreken.) 2 Maar hoe zijn die betekenissen, vrij en kosteloos, in één woord 3 – free – terechtgekomen? Het verbazingwekkende is dat dit woord 4 wortelt in dezelfde oud-Engelse stam als het woord friend. Volgens 5 de etymoloog Douglas Harper: 6 7 [Stammen ze beide] af van het oud-Engelse freon, freogan, 8 ‘bevrijden, liefh ebben’. De eerste betekenis lijkt ‘geliefd, 9 vriend, liefh ebben’ te zijn geweest, wat zich in bepaalde 10 talen (met name Germaans en Keltisch) ook ontwikkeld 11 heeft tot de betekenis van ‘vrij’, mogelijk omdat de termen 12 ‘geliefd’ of ‘vriend’ van toepassing waren op vrije leden van 13 iemands clan (in tegenstelling tot slaven). 14 De betekenis van ‘gegeven zonder kosten’ stamt uit 15 1585, van het begrip ‘vrij van kosten’. 16 17 ‘Vrij’ komt dus van de sociale opvatting over vrijheid, zowel van 18 slavernij als van kosten. 19 Dit boek gaat over de tweede betekenis: gratis, zoals in vrij van 20 kosten, of vrijkaarten bijvoorbeeld. 21 22 23 Een miljoen soorten Gratis 24 Zelfs in commerciële zin heeft het begrip ‘gratis’ talloze verschil- 25 lende betekenissen – die corresponderen met evenveel bedrijfs- 26 modellen. Soms is ‘gratis’ niet echt gratis. ‘Koop er een en u krijgt 27 er een gratis’ betekent niets anders dan dat je gewoon 50 procent 28 korting krijgt als je er twee koopt. ‘Gratis verrassing in het pak’ 29 betekent eigenlijk dat de kosten van het geschenk in het totale pro- 30 duct zijn verwerkt. ‘Geen verzendkosten’ betekent meestal dat de 31 verzendkosten verrekend zijn in de verkoopprijs. 32 Natuurlijk is gratis soms wel degelijk gratis, maar dat is nau- 33 welijks een nieuw economisch model. Een ‘gratis proefmonster’ 34 is eenvoudige marketing met de bedoeling om een product op 35 de markt te brengen en tegelijk een kleine morele verplichting te

30

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.31

scheppen bij de consument om het voorwerp ook voor de volledige 1 prijs te kopen. ‘Gratis uitproberen’ mag dan niets kosten, dat geldt 2 maar voor een beperkte tijd en soms is het lastig om ervan af te 3 zien als je niet eerst betaald hebt. En ‘gratis lucht’ bij een tanksta- 4 tion is wat economen een ‘complementair goed’ noemen: een gratis 5 product (zelf je banden oppompen) om de belangstelling voor een 6 betaald product te wekken (al het overige, van een pakje kauwgom 7 tot de benzine zelf natuurlijk). 8 9 HOE KAN VLIEGEN NU GRATIS ZIJN? 10 11 Elk jaar vliegen zo’n 1,3 miljoen passagiers van Londen naar Barcelona. Een ticket met de lucht- vaartmaatschappij Ryanair uit Dublin kost slechts $20. Andere routes zijn net zo goedkoop. 12 De directeur van Ryanair zegt te hopen dat hij op een dag alle stoelen op zijn vluchten gratis 13 kan aanbieden (misschien compenseert hij dat met gokfaciliteiten in de lucht, en worden zijn vliegtuigen dus vliegende casino’s). Hoe kan een vlucht over het Kanaal nu goedkoper 14 zijn dan de taxirit naar je hotel? 15 Het kost Ryanair $70 om iemand Kosten beperken. Ryanair brengt 16 van Londen naar Barcelona te passagiers aan boord vanaf de vliegen. Hieronder is te zien hoe landingsbaan en laat ze daar ook 17 weer van boord gaan. Zo bespaart het dat geld wordt terugverdiend. op de gate-kosten. Ook bedingt de $30 18 Inchecken maatschappij lagere toegangsprijzen $20 twee tassen bij minder populaire luchthavens die 19 Ticketprijs graag meer verkeer willen. 20 Flink laten betalen voor bijkomende services. Ryanair laat betalen voor eten 21 en drinken aan boord; berekent een Totaal extra tarief voor preboarding, controle 22 $70 van bagage en het meenemen van baby’s; krijgt een percentage van 23 autoverhuur en hotelreserveringen $1 Reclame- die via de website zijn geboekt; laat 24 inkomsten adverteerders betalen voor reclame per passagier aan boord; en brengt creditcard- 25 voor een verwerkingskosten in rekening bij vlucht van 1 uur. $3.50 elke ticket-aankoop. 26 Een fl es water $4 Verliezen compenseren met 27 $5.50 Priority Boarding hogere vluchttarieven. Op populaire Subsidie uit reisdagen kan dezelfde vlucht meer 28 duurdere $6 dan $100 kosten. vluchten Verwerkingskosten creditcards 29 30 31 Dan is er een hele wereld aan reclame in de media, van gratis radio- 32 en tv-uitzendingen tot het meeste van wat je op het web vindt. Vrije 33 inhoud die door advertenties wordt betaald, is een bedrijfsmodel 34 van meer dan een eeuw oud: een derde partij (de adverteerder) be- 35

31

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.32

1 taalt voor een tweede partij (de consument) zodat deze de inhoud 2 gratis kan krijgen. 3 En ten slotte is gratis soms echt gratis en vertegenwoordigt het 4 wel degelijk een nieuw model. Meestal is deze vorm van gratis on- 5 line te vinden, waar de digitale economie, die vrijwel geen margi- 6 nale kosten kent, heer en meester is. Flickr, de dienst voor uitwis- 7 seling van foto’s, is voor de meeste gebruikers gratis (het bedrijf 8 maakt zelfs geen gebruik van advertenties). Hetzelfde geldt voor 9 het meeste van wat Google biedt; het is gratis en zonder reclame 10 of het mediareclamemodel wordt op een nieuwe manier toegepast 11 op soft ware en diensten (zoals Gmail), maar niet op de inhoud. 12 Wikipedia en de blogsfeer voeren een verbluff ende gift economy, 13 gebaseerd op niet-monetaire prikkels als reputatie, aandacht, ex- 14 pressie en dergelijke. 15 We kunnen al deze toepassingen onderverdelen in vier vormen 16 van Gratis. Twee daarvan zijn oude varianten die zich ontwikkelen, 17 de andere twee zijn in opkomst en hangen samen met de digitale 18 economie. Voor we verder ingaan op deze vormen, moeten we ze 19 even van een afstand bekijken. Dan zien we dat alle vier vormen 20 van Gratis neerkomen op variaties van hetzelfde: het schuiven met 21 geld, van product naar product, persoon naar persoon, tussen nu 22 en later, of naar niet-monetaire markten en weer terug. Economen 23 noemen dit ‘kruissubsidies’. 24 25 26 De hele wereld is een kruissubsidie 27 Kruissubsidies zijn de kern van de uitdrukking ‘voor niets gaat de 28 zon op’. Dit betekent dat overal op de een of andere manier voor 29 moet worden betaald, is het niet rechtstreeks door jouzelf dan wel 30 door iemand anders die belang heeft bij het product in kwestie. 31 Soms betalen mensen indirect voor producten. Die gratis krant 32 ’s morgens in de trein wordt gefi nancierd door advertenties, die 33 deel uitmaken van het marketingbudget van de detailhandelaar. 34 Dat budget is opgenomen in de winstmarge, waarvoor jij (of ie- 35 mand om je heen) uiteindelijk betaalt in de vorm van duurdere

32

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.33

goederen. Je betaalt ook met een beetje van je tijd en, omdat je 1 wordt gezien terwijl je de krant leest, met je reputatie. De gratis 2 parkeerplaats bij de supermarkt zit verrekend in de prijs van de 3 producten en de gratis proefmonsters worden gesubsidieerd door 4 degenen die dokken voor de betaalde versies. 5 6 HOE KAN EEN DIGITALE VIDEO- 7 RECORDER NU ‘GRATIS’ ZIJN? 8 Telefoonbedrijven verkopen gesprekken; elektronicabedrijven verkopen gadgets. Maar 9 kabelgigant Comcast doet allebei en daarnaast nog veel meer. Daardoor beschikt het over de fl exibiliteit om allerlei producten met kruissubsidies te bekostigen. Zo maakt 10 het het ene product gratis om een ander te kunnen verkopen. Met dit doel heeft Com- cast 9 miljoen abonnees een gratis set-top DVR gegeven. Hoe verdienen ze die terug? 11 12

Comcast verdient de kosten van Bereken verborgen extra tarieven. 13 die DVR’s in 18 maanden terug. Comcast vraagt van iedere nieuwe klant $20 voor de installatie van de DVR. 14

$500 Totale inkomsten uit DVR-abonnementen Vraag maandelijks abonnements- 15 geld. Klanten van Comcast betalen $14 $450 per maand voor het gebruik van de DVR- 16 $400 box. Zelfs als Comcast voor zijn DVR’s $250 zou betalen – een schat ting die aan 17 $350 de hoge kant is – verdient het bedrijf de Winst boxen in 18 maanden terug. 18 $300 Verkoop andere diensten voor een 19 $250 Kosten van DVR pittige prijs. Comcast hoopt klanten binnen te halen met gratis DVR’s en 20 $200 hen vervolgens te interesseren voor Verlies 21 $150 services als snelle internetverbinding ($43 per maand voor 8 MBps) en $100 digitale telefonie ($40 per maand). En 22 dan hebben we het nog niet over pay- $50 per-view fi lms, die $5 per stuk kosten. 23 Maanden 0 24 0 6 12 18 24 30 36 25 BRONNEN: COMCAST, FORRESTER RESEARCH 26 27 In de gift economy (zie bladzijde 40) zijn de kruissubsidies subtieler. 28 Blogs zijn gratis en bevatten gewoonlijk geen advertenties, maar 29 dat betekent niet dat er iedere keer dat je hem bezoekt geen waarde 30 wordt uitgewisseld. In ruil voor de gratis inhoud verbeter je de 31 reputatie van een blogster wanneer je die aandacht schenkt, of je 32 dat nu doet met een bezoek of via een link. Ze kan haar reputatie 33 gebruiken om een betere baan te vinden, haar netwerk uit te brei- 34 den of meer klanten aan te trekken. Soms kan die goede reputatie 35

33

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.34

1 in contanten worden omgezet, maar we kunnen maar zelden voor- 2 spellen hoe dat in zijn werk gaat; dat is iedere keer weer anders. 3 Kruissubsidies werken op verschillende manieren: 4 5 • Betaalde producten die gratis producten subsidië- 6 ren. Reclamestunts zijn de kern van de handel, van de 7 popcorn die een verliesgevende fi lm subsidieert tot de dure 8 wijn waarmee de goedkope maaltijd in een restaurant wordt 9 gesubsidieerd. Met Gratis gaan we alleen een stap verder: 10 hierbij wordt een product niet slechts voor een fractie van 11 de kosten verkocht, maar helemaal weggegeven. Dit kan 12 zo stuntachtig zijn als een ‘gratis cadeau in het pak’ of zo 13 gewoon als een gratis proefmonster. Deze vorm van gratis is 14 oeroud, bekend en relatief rechttoe-rechtaan als economisch 15 model. Daarom besteden we er hier niet veel aandacht aan. 16 17 • Later betalen, nu subsidiëren. Het gratis mobieltje met 18 een tweejarig abonnement is een klassiek voorbeeld van 19 subsidie in de tijd. Er wordt gewoon een telefoondienst 20 verschoven van een inkomstenstroom uit een eenmalig 21 verkooppunt naar een doorlopende annuïteit. In dit geval 22 subsidieert je toekomstige zelf je huidige zelf. Zo’n bedrijf 23 hoopt erop dat je niet stilstaat bij de kosten die je elk jaar 24 voor de telefoondienst moet betalen, maar dat je onder de 25 indruk bent van de gratis telefoon die je vandaag krijgt. 26 27 • Betalende mensen subsidiëren mensen die hetzelfde 28 gratis krijgen. Mannen die betalen voor de disco die gratis 29 is voor vrouwen, ‘kinderen gratis’, progressieve belastingen 30 waarbij de rijken meer betalen en de minder gefortuneer- 31 den dus minder (en soms niets), het zijn allemaal voor- 32 beelden van marktsegmentering in groepen op basis van 33 hun bereidheid of vermogen tot betalen; een tactiek die 34 een conventioneel onderdeel is van de prijstheorie. Met het 35 concept Gratis wordt dit tot in het extreme doorgevoerd en

34

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.35

uitgebreid naar een hele klasse van consumenten die het 1 product of de dienst gratis krijgt. Dit gebeurt in de hoop dat 2 de consumenten die iets gratis krijgen betalende consumen- 3 ten aantrekken (de vrouwen bij de disco) of meenemen (de 4 kinderen die gratis naar binnen mogen) of dat een deel van 5 de consumenten die niet betalen, betalende klanten worden. 6 Wanneer je in de mooie gokhallen van Las Vegas rondloopt, 7 krijg je het uitzicht gratis; in ruil daarvoor verwachten de 8 eigenaars dat sommige mensen blijven stilstaan en gaan 9 gokken of winkelen (liefst beide). 10 11 In de wereld van kruissubsidies vallen Gratis-modellen grofweg 12 onder vier hoofdcategorieën: 13 14 15 Gratis 1: directe kruissubsidies 16 17 Wat is gratis: elk product dat met 18 zich meebrengt dat je voor iets 19 anders betaalt. 20 Gratis voor wie: iedereen die bereid 21 is om uiteindelijk op een of andere 22 manier te betalen. 23 24 Wanneer een warenhuis één dvd te koop aanbiedt en er een weg- 25 geeft , is dat een prijsstunt. Het bedrijf biedt de dvd onder de kost- 26 prijs aan om je naar de winkel te lokken, in de hoop dat je een 27 wasmachine koopt of een winkelmandje vollaadt met winstge- 28 vende andere producten. In elk pakket producten of diensten, van 29 fi nancieringsplannen tot mobiele-telefoonabonnementen, wordt 30 de prijs van elke afzonderlijke component bepaald door psycholo- 31 gie en niet door de kosten. De leverancier van je mobiele telefoon 32 maakt misschien geen winst op je maandelijkse belminuten – die 33 laag gehouden worden omdat hij weet dat je daar het eerst naar 34 kijkt als je een leverancier uitzoekt – maar de voicemailservice is 35

35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.36

1 pure winst voor hem. Bedrijven kijken naar een heel portfolio aan 2 producten en hangen aan sommige producten een prijskaartje van 3 nul (of bijna) om andere, bijzonder winstgevende producten aan- 4 trekkelijker maken. 5 6 Gratis 1: Directe kruissubsidies 7 8 9 10 11 Producent 12 Product Een Product Twee $$$ (betaald) (gratis) 13 14 15 16 17 Consument 18 19 20 21 Hiermee wordt King Gillette’s kruissubsidie uitgebreid naar steeds 22 meer bedrijfstakken. Dankzij de nieuwe technologie kunnen be- 23 drijven de omvang van hun markten fl exibeler bepalen en daar- 24 mee zijn ze ook vrijer geworden in het weggeven van sommige 25 producten en diensten als promotie voor andere. Ryanair bijvoor- 26 beeld heeft de hele bedrijfstak ontwricht toen het zichzelf op de 27 markt zette als een reisbureau dat volledige service biedt, in plaats 28 van als een verkoper van vliegtuigstoelen (zie kader op bladzijde 29 31). Je creditcard is (soms) gratis omdat de bank geld verdient 30 aan de servicekosten die ze aan de winkels berekenen bij wie je 31 iets koopt. Op hun beurt brengen die winkels die kosten weer in 32 rekening bij jou. (En als je de rekening niet volledig betaalt binnen 33 de daarvoor gestelde termijn, verdienen banken nog meer aan je 34 vanwege de rente.) 35

36

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.37

Gratis 2: De drie-partijenmarkt 1 2 Wat is gratis: inhoud, diensten, 3 software enzovoort. 4 Gratis voor wie: iedereen. 5 6 Het meest voorkomende economisch model rond het concept 7 Gratis is het drie-partijensysteem. Hierin speelt een derde partij 8 een rol in een markt die is gecreëerd door een gratis uitwisseling 9 tussen de eerste twee partijen. Klinkt ingewikkeld? Toch heb je 10 daar elke dag mee te maken. Het is de basis van vrijwel alle media. 11 12 Gratis 2. De drie-partijenmarkt 13 14 15 16 17 $$$ 18 Advertentie- Producent Inhoud ruimte (Betaald) (Gratis) 19 20 21 $$$ 22 23 Producten (Betaald) 24 Adverteerder Consument 25 26 27 In het traditionele mediamodel levert een uitgever een gratis (of 28 bijna gratis) product aan consumenten, terwijl adverteerders beta- 29 len om mee te mogen doen. Ook radio en televisie zijn ‘gratis te be- 30 luisteren’. Zo berekenen kranten- en tijdschrift enuitgevers de lezers 31 in de verste verte niet de werkelijke kosten van het maken, drukken 32 en distribueren van hun producten. Ze verkopen geen kranten en 33 tijdschrift en aan lezers, ze verkopen lezers aan adverteerders. Het 34 is een ‘driewegs-markt’. 35

37

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.38

1 In zekere zin vertegenwoordigt het web de uitbreiding van het 2 media-bedrijfsmodel naar andere bedrijfstakken van allerlei soort. 3 Het gaat om meer dan het simpele principe dat advertenties alles 4 moeten betalen. Mediabedrijven verdienen op tientallen manie- 5 ren geld met gratis inhoud, van het verkopen van informatie over 6 consumenten tot het in licentie geven van merknamen, het aan- 7 bieden van lidmaatschappen met toegevoegde waarde en directe 8 e-commerce (zie hoofdstuk 9 en de uitgebreide lijst achter in het 9 boek). Er is een compleet ecosysteem van webondernemingen in 10 ontwikkeling rond dezelfde reeks modellen. 11 Economen noemen dergelijke modellen ‘tweezijdige mark- 12 ten’, want er zijn twee afzonderlijke gebruikersgroepen die elkaar 13 syn ergetisch steunen: adverteerders betalen ervoor dat media de 14 consument bereiken. Deze steunt op zijn beurt de adverteerders. 15 De consument betaalt uiteindelijk, maar doet dat alleen indirect, 16 door voor producten een hogere prijs te betalen, een verhoging die 17 wordt veroorzaakt door de marketingkosten. Dit geldt ook voor 18 andere markten dan de media, bijvoorbeeld creditcards (een gratis 19 kaart betekent dat de consument meer bij winkels uitgeeft en dat 20 de banken meer vergoedingen krijgen), de besturingssysteemtools 21 die soft wareontwikkelaars gratis krijgen om meer consumenten 22 naar het platform te trekken, enzovoort. In alle gevallen worden 23 de kosten gespreid en/of blijven ze onzichtbaar genoeg om de con- 24 sumenten het gevoel te geven dat de goederen waar het om gaat, 25 gratis zijn. 26 27 28 Gratis 3: Freemium 29 30 Wat is gratis: alles waar een 31 betaalde versie tegenover staat. 32 Gratis voor wie: gewone gebruikers. 33 34 De term ‘freemium’, uitgevonden door de investeerder Fred Wilson, 35 verwijst naar een van de meest voorkomende web-bedrijfsmodel-

38

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.39

len. Freemiums kunnen allerlei vormen aannemen: variërende 1 inhoudslagen, van gratis tot duur, of een premium of eersteklas 2 ‘pro’-versie van een site of van soft ware die meer mogelijkheden 3 biedt dan de gratis versie (bijvoorbeeld Flickr en de $25 per jaar 4 kostende Flick Pro). 5 6 Gratis 3. Freemium 7 8 9 10 11 12 Basisproduct Producent Premium-product (Gratis) (Betaald) 13 14 15 16 $$$ 17 18 Veel consumenten Consument 19 20 21 En ook dit klinkt bekend. Is het niet gewoon het model van de gra- 22 tis proefmonsters dat je overal tegenkomt, van de parfumafdeling 23 tot op de hoek van de straat? Dat klopt, maar dan wel met een sig- 24 nifi cante variatie: het traditionele gratis proefmonster is een reep 25 chocola die ter promotie aan je wordt uitgereikt of het gratis pak 26 luiers dat jonge moeders krijgen toegestuurd. Omdat deze mon- 27 sters concrete kosten met zich meebrengen, geeft de fabrikant maar 28 een piepklein beetje weg. Zo hoopt hij consumenten te strikken en 29 de vraag naar heel veel meer te stimuleren. 30 Maar bij digitale producten is de verhouding tussen gratis en 31 betaald andersom. Een gemiddelde website volgt de vijf-procent- 32 regel: vijf procent van de gebruikers ondersteunt alle anderen. In 33 het freemium-model betekent dit dat voor iedere gebruiker die de 34 mooiste versie betaalt, negentien andere de gratis basisversie krij- 35

39

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.40

1 gen. De reden dat dit werkt is dat de kosten die deze negentien 2 opleveren zo dicht bij nul liggen dat ze te verwaarlozen zijn. 3 4 5 Gratis 4: Non-monetaire markten 6 7 Wat is gratis: alles wat mensen willen 8 weggeven zonder dat ze een betaling 9 verwachten. 10 Gratis voor wie: iedereen. 11 12 Dit kan allerlei vormen aannemen: 13 14 Gift -economie 15 Van de twaalf miljoen artikelen op Wikipedia tot de twee miljoen 16 gratis tweedehands goederen die via Freecycle worden aangeboden 17 (zie kader op bladzijde 219), overal zien we dat geld niet de enige 18 motivatie is. Altruïsme heeft altijd bestaan, maar in het web heeft 19 het een podium waar acties van individuen soms wereldwijd in- 20 vloed hebben. In zekere zin heeft de gratis verspreiding van sharing 21 een bedrijfstak gemaakt. Vanuit het perspectief van de monetaire 22 economie ziet het er allemaal gratis uit – en kan het daardoor op 23 oneerlijke concurrentie lijken – maar dat zegt meer over de kort- 24 zichtige manieren waarop fi nanciële waarde wordt gemeten dan 25 over de waarde die delen oplevert. 26 De prikkels om dingen te delen kunnen variëren van reputa- 27 tie en aandacht tot minder gemakkelijk te meten factoren als ex- 28 pressie, lol, goed karma, voldoening en ordinair eigenbelang (als 29 je iets via Freecycle of Marktplaats weggeeft , bespaar je jezelf de 30 moeite om dingen bij het grofvuil te zetten). Soms geven mensen 31 onbewust of passief. Je geeft Google informatie als je een openbare 32 website hebt, of dat nu je bedoeling is of niet, en je geeft aluminium 33 blikjes aan de dakloze knul die ze uit de vuilnisbak verzamelt, ook 34 al was dat niet je bedoeling. 35

40

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.41

Gratis 4. Non-monetaire markten 1 2 3 4 5 6 Producent Aandacht, Gratis 7 reputatie spullen 8 9 10 11 12 Consument 13 14 15 Uitwisseling van arbeid 16 Je hebt toegang tot gratis porno als je een paar captcha’s oplost, 17 die gecodeerde tekstboxen waarmee spambots worden geblok- 18 keerd. Het ironische is dat je eigenlijk met je vaardigheden om 19 menselijke patronen aan elkaar te koppelen tekst ontcijfert die 20 van een andere site afk omstig is die van belang is voor spam- 21 mers, en waar dergelijke captcha’s juist worden gebruikt om ze 22 weg te houden. Als je die raadsels eenmaal hebt opgelost, krijgen 23 spammers toegang tot die sites, die meer waard voor hen zijn dan 24 de bandbreedte die je verbruikt als je door opwindende plaatjes 25 browst. Voor hen is het net een zwarte doos: ze stoppen er geco- 26 deerde captcha’s in en krijgen er ontcijferde tekst uit. Maar in die 27 doos wordt er door duizenden mensen aan gewerkt, onbewust 28 en onbetaald. Hetzelfde geldt voor beoordelingen van verhalen 29 op Digg, stemmen voor Yahoo-antwoorden of het gebruik van de 30 411-dienst van Google (zie kader op bladzijde 146). Iedere keer 31 dat je iets opzoekt op Google, help je het bedrijf de algoritmes te 32 verbeteren zodat het meer adverteerders aantrekt. Iedere keer dat 33 je een dienst gebruikt, schep je iets van waarde, of het nu gaat om 34 verbetering van de dienst zelf of het creëren van informatie die 35

41

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.42

1 ergens anders van pas kan komen. Onbewust ruil je je arbeid in 2 voor iets gratis’. 3 4 Piraterij 5 Het beste voorbeeld hiervan is onlinemuziek. Tussen digitale re- 6 productie en de verspreiding onder vrienden hebben de werke- 7 lijke distributiekosten van muziek echt het laagste punt bereikt. 8 Dit is een voorbeeld van hoe een product gratis kan worden uit 9 pure economische noodzaak, ongeacht het bedrijfsmodel. Deze 10 economische kracht werkt zo sterk dat wetten, copyrightbescher- 11 ming, inwerken op het geweten en iedere barrière tegen pirate- 12 rij die platenmaatschappijen kunnen verzinnen, hebben gefaald 13 (en dat nog altijd doen). Sommige artiesten geven hun muziek 14 op internet weg als promotie voor hun concerten, merchandise, 15 licenties en andere zaken waarvoor betaald wordt. Maar andere 16 hebben gewoon geaccepteerd dat ze zelf geen geld verdienen met 17 hun muziek. Ze maken muziek om andere redenen, voor hun lol 18 of om zich creatief te uiten. En dat gold natuurlijk altijd al voor 19 de meeste musici. 20 21 22 Gratis: een test in het dagelijks leven 23 Laten we eens bekijken hoe dit systeem is te rijmen met het soort 24 Gratis dat we iedere dag tegenkomen. Toen ik onlangs in een 25 krantenkiosk rondkeek, ontdekte ik een kop op het tijdschrift Real 26 Simple: ‘36 verrassende dingen die je gratis kunt krijgen’. Dit soort 27 dingen zie je elke maand wel ergens, het leek me dus een aardig 28 representatief voorbeeld om mijn indeling op uit te proberen. In de 29 tabel op bladzijde 43 zie je hoe de eerste helft van de voorbeelden 30 uit Real Simple zich liet onderverdelen. 31 Merk op dat sommige voorbeelden elementen van verschillende 32 modellen vertonen en dat andere concurrenten kennen die mo- 33 dellen gebruiken die in een andere categorie passen. (De concur- 34 rent van 1-800-Free411, GOOG-411, wordt niet door advertenties 35 gefi nancierd.) Ook overheidssubsidies vormen een speciale klasse

42

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.43

van kruissubsidie, omdat het verband tussen je belastinggeld en de 1 diensten die je daarvoor ontvangt, indirect en diff uus is. 2 3 EEN TEST VAN GRATIS 4 IN HET DAGELIJKS LEVEN 5

Voorbeeld van Gratis Gratis-model 6 7

Gratis 1. Eenvoudige kruissubsidie 8

Lessen bij ze gokken erop dat je iets koopt 9 Proefl essen in fi tnesscentrum idem Muzieklessen voor baby’s idem 10 Gratis Ben and Jerry’s ijsje idem 11 Online fotoafdrukken (een paar gratis) idem Korte cursussen bedrijfskunde (betaald door de je betaalt belasting 12 overheid) Taalcursussen () kruissubsidie als je belasting betaalt; anders 13 gift-economie 14 Voorkeurnummers (gratis) 15 Gratis 0800-nummers Gratis 2: door advertenties gesteund Gratis e-mails ter herinnering 16 17 Gratis 3: Freemium (gratis en betaalde versie) 18 Skype (gratis telefoongesprekken) (betaalde versies zijn aan te sluiten op mobiele telefoons) 19 Kinderen gratis toegang dierentuin (ouders steunen kinderen) 20 Open lesmateriaal (gratis cursussen online) 21 Gratis huisdieren op Craigslist Fietsen ruilhandel Gratis 4: non-monetaire markten 22 Museum (betaald door subsidies/donoren) PaperbackSwap.com 23 24 25 Maar dat doet niets af aan de kern: dit soort classifi catie werkt rede- 26 lijk goed. Geen enkel indelingssysteem is perfect en je vindt altijd 27 wel uitzonderingen en hybride voorbeelden, maar met dit kader 28 kunnen we de komende hoofdstukken goed uit de voeten. 29 30 31 De drie prijzen 32 Dit boek gaat voornamelijk over twee prijzen – iets en niets – maar 33 er bestaat duidelijk nog een derde prijs, die we niet kunnen ne- 34 geren: minder dan niets. Inderdaad, een negatieve prijs: je wordt 35

43

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.44

1 betaald om een product of dienst te gebruiken en niet andersom. 2 Dit komt vaker voor dan je zou denken. Op internet zie je deze 3 trend terug in voorbeelden als Microsoft dat jou betaalt om hun 4 zoekfunctie te gebruiken, maar dit verschijnsel kent eigenlijk al 5 een lange traditie in de conventionele marketing. Je ziet het terug 6 in de marketing van directe contante kortingen en in geldbelonin- 7 gen, frequent-fl yermiles en andere betalingen die je krijgt voor het 8 gebruik van credit- of klantenkaarten. 9 Natuurlijk zijn dit soort beloningen maar zelden minder dan 10 niets; in de meeste gevallen zul je je portemonnee vroeg of laat 11 toch moeten trekken. Het interessante aan dit systeem is dat het 12 niet echt gratis geld is, maar dat consumenten daar vaak wel zo 13 tegenaan kijken. 14 Bij een contante korting bijvoorbeeld komt een andere psycho- 15 logie kijken dan bij een simpele besparing. Uit studies naar de be- 16 steding van een cheque ter waarde van $1000 (of een ander bedrag) 17 die mensen kregen als ze een nieuwe vrachtwagen kochten (of lie- 18 ver gezegd fi nancierden), blijkt dat ze de cheque vaak uitgeven als 19 een winnend lot, dus als een onverwachte meevaller, terwijl het 20 eigenlijk alleen maar een lening is tegen toekomstige betalingen. 21 Mannen kopen golfclubs die ze normaal niet zouden kopen en 22 vrouwen houden hen niet tegen, ook al wéten ze dat ze het geld de 23 komende jaren terugbetalen, net als een creditcardschuld. 24 In Dan Ariely’s boek Predictably Irrational staat een mooi voor- 25 beeld van negatieve prijzen. In een geval vertelde hij zijn klas in 26 de Sloan School of Business van het mit dat hij poëzie wilde voor- 27 lezen (Walt Whitmans Leaves of Grass), maar niet wist wat dat 28 moest kosten. Hij gaf alle studenten een vragenlijst. De helft van 29 de studenten werd gevraagd of ze er tien dollar voor over hadden 30 om hem te horen voorlezen, de andere helft vroeg hij of hij mocht 31 voorlezen als hij hún tien dollar betaalde. Vervolgens legde hij alle 32 studenten dezelfde vraag voor: wat wilden ze hem betalen als hij 33 korte, middellange en lange versies van het gedicht zou voorlezen? 34 We gaan uit van het kenmerk dat economen het ‘anker’ noemen: 35 het ijkpunt aan de hand waarvan consumenten bepalen wat een

44

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.45

eerlijke prijs is. Dit kan grote gevolgen hebben voor wat ze uitein- 1 delijk betalen. In het voorbeeld bleek dat de studenten aan wie was 2 gevraagd of ze tien dollar wilden betalen, gemiddeld een dollar 3 voor het korte gedicht, twee voor het middellange en drie voor het 4 lange gedicht over hadden. 5 De studenten die waren ‘geankerd’ aan de veronderstelling dat 6 Ariely hún zou moeten betalen, eisten dat ook: ze wilden 1,30 dol- 7 lar om naar de korte versie te luisteren, 2,70 voor de middellange 8 en 4,80 om de lange versie aan te horen. 9 Ariely merkt op dat Mark Twain dit illustreerde met Tom 10 Sawyer, die er op een of andere manier in slaagde om de andere 11 jongens zo jaloers te maken dat hij een hek moest schilderen, dat 12 ze de klus niet alleen overnamen maar hem ook betaalden voor het 13 voorrecht. Maar er zit een waarschuwende les in dit verhaal voor 14 degenen die bereid zijn te betalen voor iets waarvoor ze anders 15 zelf zouden moeten wórden betaald. Twain zag het volgende: ‘Er 16 zijn rijke heren in Engeland die ’s zomers een lijndienst van twintig 17 of dertig mijl per dag in een koets met vier paarden afl eggen om- 18 dat dit voorrecht hun een aanzienlijk bedrag kost; maar zouden ze 19 loon voor deze dienst krijgen, dan zou het veranderen in werk en 20 zouden ze ervan afzien.’ 21 Dit zijn allemaal voorbeelden van wat Derek Sivers, de oprichter 22 van CD Baby, ‘omkeerbare bedrijfsmodellen’ noemt. Een concreet 23 voorbeeld daarvan zien we bij muziekclubs in Los Angeles: ze laten 24 bands betalen om in de club te mogen spelen, in plaats van ze zelf te 25 betalen. De bands vinden het podium belangrijker dan geld en als 26 ze goed zijn, kunnen ze opklimmen naar de gebruikelijke schnab- 27 bels op allerlei podia. 28 In China worden sommige artsen maandelijks betaald wanneer 29 hun patiënten beter zijn. Als die ziek zijn, is dat de schuld van de 30 arts en dus hoeft deze voor die maand niet betaald te worden. Het 31 is hun doel om je gezond te maken en te zorgen dat dit zo blijft , 32 zodat ze hun loon krijgen. 33 In Denemarken bestaan fi tnesscentra met ledenprogramma’s 34 waarvoor je niets betaalt zolang je minstens eens per week komt 35

45

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.46

1 opdagen. Maar sla je een week over, dan betaal je de volle maand- 2 prijs. Deze methode is psychologisch briljant. Wanneer je elke 3 week gaat, voel je je goed over jezelf en het fi tnesscentrum. Maar 4 er komt onvermijdelijk een moment dat je het te druk hebt en een 5 week overslaat. Je betaalt daar wel voor, maar je verwijt het alleen 6 jezelf. In tegenstelling tot de normale situatie dat je wel betaalt voor 7 een fi tnesscentrum waar je toch niet naartoe gaat, is je reactie niet 8 dat je het lidmaatschap opzegt, maar dat je je dubbel verplicht voelt 9 om te gaan. 10 FreeConferenceCall.com krijgt zijn inkomsten van telecom- 11 bedrijven in plaats van zijn klanten, omdat ze weten van welk 12 telefoonbedrijf elke deelnemer gebruik maakt om hen te bellen. 13 Daarom hebben ze met die bedrijven afspraken gemaakt over een 14 vergoeding voor het feit dat ze hun klanten stimuleren om meer 15 langeafstandsgesprekken te houden. In plaats van de langeafstands- 16 tarieven zelf te betalen, stuurt FreeConferenceCall telefoonbedrij- 17 ven dus een rekening voor het aanmoedigen van hun bellers om 18 die tarieven zelf te betalen. 19 En ten slotte besloot Jicka.com, een bedrijf dat het op het gebied 20 van gratis advertenties hoopte te kunnen opnemen tegen Craigslist, 21 om te concurreren met Gratis door er nog een schepje bovenop te 22 doen: ze boden kopers een proefgarantie aan. Als je een advertentie 23 plaatst om je huis op Jicka te verkopen, krijg je een half jaar beperkte 24 garantie voor de koper. Verkoop je auto via Jicka en de koper krijgt 25 een maand lang garantie. Zet een advertentie op Jicka en je krijgt 26 een jaar lang bescherming tegen diefstal van persoonsgegevens. Dit 27 systeem kost Jicka geen cent. De bedrijven die de garanties aanbie- 28 den, beschouwen het als een goede marketingkans en ze verdienen 29 vanzelf geld wanneer een deel van de klanten besluit om de gratis 30 garantie te verlengen met een betaalde verzekering. 31 In elk geval hebben slimme bedrijven de normale geldstroom 32 omgekeerd. Ze maken iets gratis of betalen voor iets wat andere be- 33 drijven juist in rekening brengen. Daar zit helemaal geen bijzonder 34 technisch vernuft achter. Meer dan een ondernemer met creatieve 35 ideeën over prijzen was er niet voor nodig.

46

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.47

1 2 3 | De geschiedenis 3 4 van Gratis 5 6 Nul, lunch en de vijanden van het kapitalisme 7 8 9 10 Het probleem van niets 11 Een reden waarom we vaak niet zo goed snappen hoe Gratis werkt, 12 is dat het geen ding is, maar juist het ontbreken van een ding. Het 13 is het gat waar de prijs hoort te zitten, de lege plek in de kassa. We 14 denken vaak in termen van concrete, tastbare zaken, maar Gratis 15 is een concept en niet iets wat je op je vingers kunt tellen. Pas na 16 duizenden jaren beschaving hebben we er een getal voor gevonden 17 dat het begrip kan beschrijven. 18 De kwantifi cering van niets begon, zoals zo veel dingen, met de 19 Babyloniërs. Rond 300 v.C. had een bloeiende agrarische maat- 20 schappij in de Vruchtbare Halve Maan, de noordelijke strook van 21 het huidige Irak en Syrië, een telprobleem. Het was niet zo’n voor 22 de hand liggend mankement waar jij of ik misschien ook op zou 23 stuiten, want hun systeem was sexagesimaal of zestigtallig in plaats 24 van tientallig. Hoe lastig dat ook is, je komt er vanzelf wel uit als 25 je niet met je vingers en tenen rekent (tenslotte is het ook de basis 26 van ons eigen tijdsysteem). 27 Nee, het probleem was anders: ze wisten niet hoe ze getallen 28 moesten opschrijven. 29 Anders dan de meeste culturen in die tijd hadden de Babyloniërs 30 geen afzonderlijk symbool voor elk cijfer binnen het rekenstelsel. 31 In plaats daarvan gebruikten ze maar twee markeringen: een wig 32 die voor 1 stond, en een dubbele wig voor 10. Dus afh ankelijk van 33 de plaatsing kon een enkele wig voor 1, 60, 3600 of zelfs meervou- 34 dige vermenigvuldigingen van 60 staan. Charles Seife schrijft in 35

47

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.48

1 Zero: Th e Biography of a Dangerous Idea, dat het ‘het equivalent uit 2 het Bronzen Tijdperk was voor onze computercode’. 3 Dit was volstrekt logisch in een cultuur die rekende met een tel- 4 raam. Als je getallen optelt met dit slimme apparaat, is dat eenvou- 5 dig een kwestie van stenen op en neer schuiven, waarbij stenen in 6 verschillende kolommen staan voor verschillende waarden. Als je 7 een telraam hebt met 60 stenen in elke kolom, is een cijfersysteem 8 op basis van zestigtallen niet ingewikkelder dan decimale syste- 9 men. 10 Maar wanneer je een getal op een telraam wilt aangeven, wat doe 11 je dan als er geen stenen in een kolom voorkomen? Het getal 60 12 is één wig in de zestigkolom en nul wiggen in de kolom met enen. 13 Hoe schrijf je ‘geen wiggen’? De Babyloniërs hadden iets nodig dat 14 de plaats van niets kon invullen. Ze moesten dus eigenlijk de nul 15 uitvinden. En daarom verzonnen ze een nieuw karakter zonder 16 waarde, dat voor een lege kolom stond. Ze gaven dat aan met twee 17 scheve wiggen. 18 Omdat het logisch is dat je zo’n plaatsvervangend teken nodig 19 hebt wanneer je getallennotatie gebaseerd is op de kracht van de 20 positie in een telsysteem, zou je denken dat de nul altijd al heeft be- 21 staan. Toch zijn er heel veel ontwikkelde beschavingen gekomen en 22 gegaan die heel goed zonder konden. De Romeinen hadden geen 23 nul nodig in hun Romeinse cijfers. (Er zijn geen vaste kolommen 24 in die notering. In plaats daarvan wordt de waarde van elk cijfer 25 bepaald door de waarde van de cijfers eromheen.) 26 De Grieken wilden zelfs uitdrukkelijk niets weten van de nul. 27 Omdat hun wiskundesysteem gebaseerd was op geometrie, moes- 28 ten getallen in een of andere vorm ruimte weergeven – lengte, 29 hoeken, oppervlakken, enzovoort. Nulruimte was niet logisch. 30 De Griekse wiskunde werd belichaamd door Pythagoras en zijn 31 Pythagoraanse cultus, die zulke belangrijke principes heeft ont- 32 dekt als de toonladder en de gulden snede (maar gek genoeg niet 33 de stelling van Pythagoras, want de formule voor de berekening 34 van de hypotenusa van een rechte driehoek was al eeuwen voor 35 Pythagoras bekend). De Grieken begrepen wel dat berekeningen

48

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.49

soms negatieve getallen opleveren, maar ze legden die terzijde om- 1 dat ze niet weergegeven konden worden in fysieke vormen. (Het 2 rare is dat de gulden snede zelf een irrationeel getal is, dat zo lang 3 mogelijk geheim werd gehouden.) 4 Een dergelijke kortzichtigheid is begrijpelijk. In situaties waarin 5 getallen alleen concrete dingen representeren, heb je geen getal no- 6 dig om de afwezigheid van iets uit te drukken. Het is een abstract 7 concept dat alleen opduikt wanneer het rekenen net zo abstract 8 wordt. ‘Het punt met nul is, dat we hem niet nodig hebben bij ac- 9 tiviteiten in het dagelijks leven,’ schreef Alfred North Whitehead, 10 de Britse wiskundige, in 1911. ‘Niemand gaat naar de winkel om 11 nul vissen te kopen. In zekere zin is nul het beschaafdste cijfer van 12 alle hoofdcijfers en het gebruik ervan wordt ons alleen maar opge- 13 drongen door de noodzaak van verfi jnde denkwijzen.’ 14 Het was iets voor de wiskundigen in India. In tegenstelling tot 15 de Grieken, zagen Indiërs geen vormen in alle getallen, maar zagen 16 ze getallen als concepten. De oosterse mystiek omvatte zowel het 17 grijpbare als het ongrijpbare, via het yin en yang van de dualiteit. 18 De god Shiva was zowel de schepper als vernietiger van werelden; 19 een aspect van de godheid Niskhala Shiva was dan ook de Shiva 20 ‘zonder delen’ – de leegte. Doordat Indiërs getallen van hun fy- 21 sieke realiteit konden scheiden, vonden ze algebra uit. Daarmee 22 konden ze de wiskunde uitbouwen voor alle logische doeleinden, 23 met negatieve getallen en al. En aan het begin van de negende eeuw 24 kenden ze ook de nul. Het woord zero is ook terug te voeren op 25 India: het Indiase woord voor nul was sunya, wat ‘leeg’ betekent. 26 De Arabieren hebben hier het woord sifr van afgeleid. En dat werd 27 door westerse geleerden weer gelatiniseerd tot zephirus, de oor- 28 sprong van zero. 29 30 31 Het probleem van Gratis 32 Rond 900 n.C. bestond er dus een symbool en een algebraïsch ka- 33 der voor het begrip niets. Maar hoe zat het met een economisch 34 systeem? Nou, in zekere zin heeft dat altijd bestaan. Het woord 35

49

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.50

1 ‘economie’ komt van het Griekse oikos (huis) en nomos (gebruik 2 of wet), vandaar ‘regels van het huis (de huishouding)’. En in huis 3 is Gratis altijd de regel geweest. Zelfs nadat de meeste culturen 4 monetaire economieën hadden ingesteld, hadden de dagelijkse 5 transacties binnen nauw verweven sociale groepen, van gezinnen 6 tot stammen, meestal geen prijs. De betaalmiddelen generositeit, 7 vertrouwen, goede wil, reputatie en billijke uitwisseling beheersen 8 nog steeds de goederen en diensten van het gezin, de buurt en zelfs 9 die op de werkvloer. In het algemeen zijn contanten onder vrien- 10 den niet nodig. 11 Maar voor transacties tussen vreemden, voor wie sociale banden 12 niet het voornaamste betalingssysteem vormden, voorzag geld in 13 een waardemeter waarover algemene overeenstemming bestond. 14 Zo werd ruil vervangen door betaling. Maar ook daarna was er 15 overal nog een plaats voor het begrip Gratis, van klantenkringen 16 tot ambtenarenfuncties. 17 Met de opkomst van de natiestaat, in de 17e eeuw, ontstond ook 18 het begrip progressieve belasting. Dit hield in dat de rijken meer 19 moesten geven zodat de armen minder hoefden te betalen en dien- 20 sten gratis konden krijgen. Doordat deze overheidsinstituten ten 21 gunste van de mensen werden ingesteld, ontstond er een speciaal 22 soort Gratis: misschien betaal je niet zelf voor overheidsdiensten, 23 maar de maatschappij in bredere zin doet dat wel. Het is heel goed 24 mogelijk dat je er nooit precies achter komt welke belastingdollars 25 rechtstreeks weer bij jou terechtkomen. 26 Liefdadigheid is natuurlijk ook een vorm van Gratis, net als ge- 27 meenteveilingen en -feesten. Met de komst van werkweken van 28 vijf dagen, arbeidswetten over de minimum- en maximumleeft ijd 29 om te mogen werken en de verschuiving van landarbeid naar fa- 30 brieksarbeid en later naar kantoorwerk is er vrije tijd ontstaan. Dat 31 leidde weer tot een enorme toename van het vrijwilligerswerk (gra- 32 tis werk), een groei die nog steeds doorgaat. 33 Ook al waren monetaire economieën de norm geworden, het 34 werd nog altijd heel belangrijk gevonden dat je voor sommige 35 dingen niet hoeft te betalen. Het beste voorbeeld is misschien wel

50

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.51

het heff en van rente op een lening, wat in de geschiedenis altijd 1 een beetje als uitbuiting werd gezien, vooral als het armen betrof. 2 Tegenwoordig betekent ‘woekerrente’ een buitensporige rente, 3 maar oorspronkelijk gold deze term alle vormen van renteheffi ng. 4 (Een rentevrije lening wordt nu beschouwd als een gift vorm.) 5 De katholieke kerk nam in de Middeleeuwen nog krachtig 6 stelling tegen het principe dat je voor leningen moest betalen. In 7 1179 vaardigde het Derde Lateraanse Concilie het decreet uit dat 8 iemand die rente op leningen accepteerde, geen sacramenten kon 9 ontvangen of een christelijke begrafenis krijgen. Paus Clemens 10 V verklaarde woekerrente in 1311 tot een ketterse gewoonte en 11 schaft e alle seculiere wetgeving af die dit toestond. Paus Sixtus V 12 veroordeelde de praktijk om rente te heff en als ‘verachtelijk voor 13 God en mens, vervloekt door de kerkelijke leer en in strijd met de 14 christelijke naastenliefde’. 15 Niet elke samenleving vond rente verwerpelijk. De historicus 16 Paul Johnson schrijft : 17 18 In de meeste vroege religieuze systemen in het oude 19 Midden-Oosten en de seculiere wetten die daaruit voort- 20 vloeiden, was woekerrente niet verboden. Ze beschouwden 21 onbezielde materie net zoals planten, dieren en mensen 22 als iets levends dat zichzelf kon reproduceren. Dus als je 23 ‘voedselgeld’ of monetaire tegoeden in een of andere vorm 24 uitleende, was het legitiem om rente te heff en. Voedselgeld 25 in de vorm van olijven, dadels, zaden of dieren werd al 26 rond 5000 v.C. uitgeleend of misschien al eerder. 27 28 Maar als het ging om het maken van winst op harde valuta namen 29 veel samenlevingen een streng standpunt in. Volgens de islamiti- 30 sche wetgeving is elke vorm van rente verboden, en de Koran windt 31 daar geen doekjes om: 32 33 Iedereen die woekerrente heft , bevindt zich in dezelfde 34 positie als wie onder invloed staat van de duivel. Dit komt 35

51

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.52

1 doordat ze beweren dat woekerrente hetzelfde is als han- 2 del. God staat echter handel toe, maar verbiedt woeker- 3 rente. Wie derhalve acht slaat op dit gebod van zijn God 4 en afziet van woekerrente, mag zijn vroegere verdiensten 5 houden en het oordeel over hem rust bij God. Wat betreft 6 degenen die volharden in het heff en van woekerrente, zij 7 roepen de hel over zich af, waarin zij voor eeuwig zullen 8 blijven. 9 10 Uiteindelijk zorgde economisch pragmatisme ervoor dat rente ac- 11 ceptabel werd (ook de kerk ging overstag, deels om de handels- 12 klasse tevreden te stellen en haar politieke steun te winnen). In 13 de 16e eeuw daalden de kortetermijnrentes dramatisch (van 20-30 14 procent naar 9-10 procent) dankzij effi ciëntere banksystemen en 15 handelstechnieken, plus het feit dat er meer geld in omloop was. 16 Door de lagere tarieven verwaterden de religieuze scrupules ten 17 aanzien van lenen tegen rente, al bleef de praktijk onder de islami- 18 tische wet verboden. 19 20 21 Het kapitalisme en zijn vijanden 22 Na de 17e eeuw werd de rol van de markt en de handelsklasse 23 zo’n beetje overal volledig geaccepteerd. Het geldaanbod werd ge- 24 reguleerd, valuta werden beschermd en economieën zoals we ze 25 nu kennen, bloeiden. Dankzij de principes van vergelijkend voor- 26 deel en specialisatie werd er steeds meer handel gedreven tussen 27 vreemden. (Mensen maakten wat ze het beste konden maken en 28 ruilden dat tegen andere goederen van mensen die dat weer be- 29 ter konden maken.) Munteenheden werden steeds belangrijker als 30 waarde-eenheid, omdat de waarde daarvan was gebaseerd op het 31 vertrouwen in het overkoepelende gezag dat ze uitgaf (meestal de 32 staat), en niet meer op het vertrouwen in de andere partij bij een 33 transactie. Het begrip dat ‘alles zijn prijs heeft ’, is nog maar een 34 paar eeuwen oud. 35 Dankzij Adam Smith werd handel meer dan een winkel, het

52

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.53

werd een manier van denken over alle menselijke activiteit. De so- 1 ciale wetenschap economie ontstond als een manier om te bestu- 2 deren waarom mensen de keuzen maken die ze maken. Net zoals 3 in Darwins beschrijving van de natuur, vormde concurrentie de 4 kern van deze handelswetenschap in opkomst. Geld was de ma- 5 nier waarop we de stand bijhouden. Geld voor dingen vragen was 6 gewoon de effi ciëntste manier om ervoor te zorgen dat ze gepro- 7 duceerd bleven worden – het winstmotief in de economie is net zo 8 sterk als het ‘egoïstische gen’ in de natuur. 9 Maar te midden van al die euforie over het marktstelsel ble- 10 ven er groepen mensen die zich verzetten tegen de rol van geld 11 als bemiddelaar van alle uitwisselingen. Karl Marx propageerde 12 collectief bezit en verdeling naar behoeft e in plaats van naar draag- 13 kracht. En de anarchistische denkers uit de 19e eeuw, zoals de tot 14 het radicalisme bekeerde Russische prins Peter Kropotkin, ver- 15 zonnen collectivistische utopia’s waarin alle leden al het noodza- 16 kelijke werk verrichtten omdat ze inzagen dat gemeenschappelijke 17 ondernemingen en onderlinge hulp voordelen bieden. Kropotkin 18 geloofde dat privé-bezit een van de oorzaken van onderdrukking 19 en uitbuiting was. Hij streefde naar afschaffi ng van dat privé-bezit 20 en bepleitte de invoering van gemeenschappelijk bezit. 21 Toen hij deze opvattingen in 1902 in zijn boek Mutual Aid: a 22 Factor of Evolution in detail uiteenzette, liep hij in zekere zin voor- 23 uit op enkele van de sociale krachten die de ‘link-economie’ van 24 het huidige internet domineren (waarbij mensen links naar elkaar 25 leggen in hun internetpublicaties, met als gevolg dat de ontvanger 26 wint aan aandacht en reputatie). Als je iets weggeeft , redeneerde 27 hij, is de opbrengst geen geld maar voldoening. Deze voldoening 28 is in de gemeenschap geworteld, in wederzijdse hulp en steun. De 29 eigenschappen van die hulp versterken zichzelf en stimuleren an- 30 deren om op hun beurt evenveel aan jou te geven. ‘Primitieve sa- 31 menlevingen’ werkten ook zo, beweerde hij, en daarom stonden 32 dergelijke gift -economieën dichter bij de natuurlijke vorm van 33 menselijk handelen dan het marktkapitalisme. 34 Maar elke poging om dit ideaal op welke schaal dan ook in de 35

53

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.54

1 praktijk te brengen, mislukte jammerlijk. Dit komt vooral door- 2 dat de sociale banden waarop dergelijke wederzijdse hulp berust, 3 meestal verzwakken als de groep uit meer dan 150 leden bestaat 4 (het ‘getal van Dunbar’, de empirisch vastgestelde grens waarbin- 5 nen de leden van een gemeenschap van mensen sterke onderlinge 6 banden kunnen onderhouden). Natuurlijk is dit soort collec- 7 tivisme gedoemd te mislukken in elke groep die zo groot is als 8 een land. Er zouden virtuele werelden moeten komen, want pas 9 dan zouden grotere economieën op basis van wederzijds voordeel 10 werkelijk kunnen werken. Onlinegemeenschappen van het web 11 tot multiplayer-onlinegames maken het mogelijk dat we een veel 12 groter sociaal netwerk onderhouden dan waar we in de fysieke 13 wereld toe in staat zijn. Soft ware breidt ons bereik uit en houdt de 14 score bij. 15 16 17 Voor het eerst gaat niet alleen de zon voor niets 18 op 19 Aan het eind van de 19e eeuw was de ideologische strijd wel zo’n 20 beetje gestreden. In het Westen had de markteconomie vaste voet 21 aan de grond gekregen. Geld bleek allesbehalve de wortel van alle 22 kwaad, het was de katalysator van groei en de sleutel tot welvaart. 23 De waarde van alles laat zich het best vaststellen aan de hand van 24 de prijs die mensen ervoor willen betalen – zo simpel was het. 25 Utopische dromen over alternatieve systemen op basis van gift en, 26 ruilhandel of sociale verplichting bleven beperkt tot marginale ex- 27 perimenten, van communes tot kibboetsen in Israël. In de com- 28 merciële wereld kreeg ‘gratis’ zijn voornaamste moderne beteke- 29 nis: als marketinginstrument. En als zodanig werd het al snel met 30 wantrouwen bekeken. 31 Tegen de tijd dat King Gillette en Pearle Wait hun fortuin maak- 32 ten met het concept Gratis, hoorden consumenten niet anders dan 33 dat ‘de zon voor niets opgaat’, of de Amerikaanse uitdrukking ‘er 34 bestaat niet zoiets als een gratis lunch’. Deze uitdrukking stamt van 35 een traditie uit de Amerikaanse saloons van vroeger. Daar boden

54

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.55

ze elke klant die ten minste één drankje bestelde ‘gratis’ eten aan. 1 Deze lunches, die varieerden van een sandwich tot een meergan- 2 genmenu, waren meestal meer waard dan de prijs van één drankje. 3 Maar de saloonhouders gokten erop dat de meeste klanten min- 4 stens een tweede drankje zouden bestellen en dat het lokaas van 5 een gratis maaltijd stamgasten zou aantrekken op de minder druk- 6 ke momenten van de dag. 7 In 1872 schreef Th e New York Times dat het verschijnsel van de 8 gratis lunch een ‘eigenaardige’ trend was geworden in New Orleans, 9 waar je elke dag in elke saloon een gratis maaltijd kon krijgen. Het 10 maal bestond uit grote schotels boter, manden vol brood, enorme 11 schalen aardappels, gestoofd schapenvlees, gestoofde tomaten, ma- 12 caroni à la Française, en een ‘stuk rundvlees dat vast twintig kilo 13 woog’. Volgens het verslag werden duizenden mannen die ‘uitslui- 14 tend van dit soort maaltijden leefden’ gevoed met de gratis lunch. 15 Het artikel ging als volgt verder: 16 17 Een gratis lunchbar is een fantastische manier om klassen 18 te nivelleren, en als iemand aan zo’n bar aanschuift , moet 19 hij alle hoop op aanzien opgeven … alle klassen zijn te zien 20 als ze deelnemen aan deze gratis maaltijden en zich vol- 21 schrokken om nog een tweede keer te kunnen opscheppen. 22 23 De bijna behoeft ige ‘gratis-lunchmaniak’ werd ook echt gezien als 24 een apart sociaal type. In een ander artikel in Th e New York Times 25 uit 1872 stond dat profi teurs van gratis lunches ‘niet hard werken 26 maar zich toch redden’. Ze bezoeken saloons en bietsen een drank- 27 je bij vreemden. ‘Als deze onbegrijpelijke lunchmaniak er niet op 28 wordt gewezen dat hij een drankje moet bestellen, verzwelgt hij 29 wat hij kan en probeert er ongemerkt tussenuit te knijpen als het 30 barpersoneel even bezig is.’ 31 In San Francisco raakte dit gebruik ingeburgerd met de Gold 32 Rush en bleef het daarna nog jaren bestaan. In een Times-artikel 33 uit 1886 over de verdwenen dagen van de ’49-ers in San Francisco 34 wordt de gratis-lunchmaniak het enige ‘monument uit het verle- 35

55

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.56

1 den’ genoemd. In het artikel vraagt men zich af ‘hoe al deze werk- 2 schuwe types leven’. Vervolgens wordt de vinger op het probleem 3 gelegd: ‘Schaf dat bizarre Californische instituut af en ze zouden 4 allemaal omkomen van de honger,’ zo eindigt het artikel. 5 Elders raakte de gratis lunch in de verdrukking door de geheel- 6 onthoudersbeweging. In een beschrijving uit 1874 over de strijd 7 tegen alcohol wordt gesuggereerd dat de gratis lunch – net als vrou- 8 wen en gezang – alleen bedoeld was om een goedgevulde bar te 9 verhullen. De alcohol was ‘de spil en het is de bedoeling dat al deze 10 andere dingen daar omheen draaien’. 11 Anderen beweerden dat de gratis lunch eigenlijk de functie van 12 sociale steun vervulde. De hervormer William T. Stead voerde 13 aan dat de gratis-lunchsaloons in de winter van 1894 ‘meer hon- 14 gerige mensen in Chicago hadden gevoed dan alle andere religi- 15 euze, liefdadigheids- en overheidsinstellingen samen’. Stead citeert 16 een krant waarin wordt geschat dat de saloonhouders zo’n 60.000 17 mensen per dag te eten gaven. En hij merkte daarbij op dat die 18 drieduizend saloons dat deden zonder te pretenderen dat ze aan 19 liefdadigheid deden. 20 Twee jaar later, in 1896, nam de staat New York de Raines-wet 21 aan, waarmee de zwarte handel in alcohol moest worden aange- 22 pakt. Een van de vele bepalingen was een verbod op de verkoop 23 van alcohol als er geen eten bij gekocht werd. In een andere bepa- 24 ling werd de gratis lunch helemaal verboden. Maar dat duurde niet 25 lang, want het jaar daarop kwam er een amendement op de Raines- 26 wet ten gunste van de gratis lunch. Het gebruik bleef nog tientallen 27 jaren bestaan. 28 29 30 Proefmonsters, cadeaus en gratis porties eten 31 Aan het begin van de 20e eeuw kwam Gratis weer terug met de 32 nieuwe bedrijfstak van verpakte goederen. Met de opkomst van 33 merken, advertenties en verspreiding over het hele land werd 34 Gratis een verkooptruc. Er is niets nieuws aan gratis proefmon- 35 sters, maar de massamarketing daarvan danken we aan een 19e-

56

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.57

eeuws marketinggenie, Benjamin Babbitt genaamd. 1 Babbitt deed vele uitvindingen, waaronder een aantal methoden 2 om zeep te maken. Maar hij onderscheidde zich vooral met ver- 3 nieuwende verkooptechnieken, waarmee hij zich zelfs kon meten 4 met zijn vriend P.T. Barnum. Babbitt’s Soap werd in het hele land 5 beroemd dankzij zijn advertentie- en promotiecampagnes. Hij was 6 bijvoorbeeld de eerste die grote hoeveelheden gratis proefmonsters 7 verspreidde. ‘Een eerlijke test, dat is alles wat ik vraag,’ verkondig- 8 den zijn advertenties, waarin keurige verkopers te zien waren die 9 zeepmonsters uitdeelden. 10 De zeep werd verkocht vanuit vrolijk beschilderde trams met 11 muzikanten, die de uitdrukking get on the bandwagon (schaar je bij 12 de winnaar) opleverden. In 1922 gebruikte Sinclair Lewis de naam 13 Babbitt voor de hoofdpersoon van zijn bestseller Babbitt, over een 14 vulgaire en onnozele zakenman. 15 Een ander pioniersvoorbeeld is Wall Drug in Zuid-Dakota. In 16 1931 probeerde Ted Hustead, een apotheker uit Nebraska, een zaak 17 op te zetten in een stadje met een katholieke kerk. Hij vond precies 18 wat hij zocht in Wall Drug. De zaak stond in een stadje met 231 19 inwoners dat zoals hij zelf zei was gelegen in the middle of nowhere. 20 Het is begrijpelijk dat ze moeite hadden het hoofd boven water te 21 houden. Maar in 1933 werd zo’n tachtig kilometer verderop Mount 22 Rushmore geopend, en Husteads vrouw Dorothy kreeg het idee om 23 reclame voor gratis ijswater te richten op uitgedroogde reizigers 24 die op weg waren naar het monument. Met deze tactiek kreeg Wall 25 Drug een naam, en de zaken namen een hoge vlucht. 26 Tegenwoordig is Wall Drug een enorm warenhuis/winkelcen- 27 trum met cowboy-thema. Er worden bumperstickers en bordjes 28 weggegeven, en de koffi e kost vijf cent. IJswater is vanzelfsprekend 29 nog steeds gratis. 30 31 32 Gratis als wapen 33 Een van de eerste aanwijzingen voor de kracht van Gratis in de 34 21e eeuw is te zien bij de eerste verschijningsvorm van de revo- 35

57

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.58

1 lutionaire media van de 20e eeuw: de radio. Inmiddels weten we 2 dat de beste manier om je een plaats te verwerven op een markt, 3 het opblazen van de economie van bestaande bedrijfsmodellen is. 4 Vraag niets voor een product dat de zittende machten nodig heb- 5 ben om winst te maken. De afnemers zullen in grote horden naar je 6 toe komen en dan kun je hun iets anders verkopen. Kijk maar eens 7 naar de gratis sms-diensten die kpn het nakijken gaven, of naar de 8 gratis kranten en wat die doen met de betaalde dagbladen. 9 Zeventig jaar geleden werd er een vergelijkbare strijd uitge- 10 vochten over muziekopnamen. Eind jaren dertig was de radio in 11 opkomst als een populair entertainmentformat, maar hetzelfde 12 format zorgde ervoor dat de wijze waarop musici werden betaald 13 op losse schroeven kwam te staan. De meeste radio-uitzendingen 14 in die tijd waren live en musici en componisten werden per optre- 15 den betaald. Maar volgens de artiesten was dat niet eerlijk, omdat 16 miljoenen luisteraars die ene uitzending konden ontvangen. Als 17 die miljoenen in één concertzaal gepropt werden, zou hun aandeel 18 van de recette vele malen groter zijn. 19 Omroepen redeneerden dat ze onmogelijk luistergeld konden 20 betalen op grond van het aantal luisteraars dat de radio aan had 21 staan, omdat niemand wist hoeveel dat er waren. Maar ascap, dat 22 vrijwel het monopolie had op de populairste artiesten, bepaalde 23 de regels: het bureau eiste royalty’s van 3 tot 5 procent van de 24 bruto advertentie-inkomsten die een radiostation binnenhaalde 25 in ruil voor het recht op uitzending van muziek. En erger nog, het 26 dreigde dat percentage te verhogen wanneer het contract in 1940 27 afl iep. 28 Terwijl de omroepen en ascap onderhandelden, namen radio- 29 stations het heft in eigen handen en boycotten live uitzendingen 30 helemaal. De opnametechnieken werden beter en steeds meer 31 stations gingen opnames uitzenden die door iemand in de studio 32 werden aangekondigd: de diskjockey. De platenmaatschappijen 33 reageerden met de boodschap ‘radio-uitzending niet toege- 34 staan ’, maar in 1940 oordeelde het hooggerechtshof dat radiosta- 35 tions die een plaat hadden gekocht, de muziek mochten draaien.

58

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.59

Daarop haalde ascap zijn prominentste leden, waaronder Bing 1 Crosby, over om geen nieuwe opnamen meer te maken. 2 Toen ze te maken kregen met een krimpende muziekvoorraad 3 en soms ruïneuze royaltyeisen, sloegen de omroepen terug en richt- 4 ten hun eigen royaltybureau op: Broadcast Incorporated 5 (bmi). Nieuwkomer bmi trok al snel regionale artiesten aan, zoals 6 rhythm&blues- en country&westernartiesten, die altijd werden ge- 7 negeerd door de New Yorkse ascap. Omdat deze minder populaire 8 musici liever een gehoor wilden dan geld, gaven ze de radiostations 9 toestemming om hun muziek gratis uit te zenden. Het bedrijfs- 10 model waarin radiostations een fortuin moesten betalen voor het 11 recht om muziek te draaien, stortte in. In plaats daarvan werd de 12 radio voortaan gezien als het belangrijkste marketingkanaal voor 13 artiesten. Die konden hun geld verdienen met concerten en de pla- 14 tenverkoop. 15 ascap heeft deze gang van zaken in de jaren vijft ig en zestig in 16 een aantal rechtszaken aangevochten, maar werd nooit meer zo 17 machtig dat het hoge royalty’s van radiostations kon verlangen. 18 Gratis radio-uitzendingen plus minimale royalty’s voor artiesten 19 luidden het tijdperk van de diskjockey in en dat leidde weer tot het 20 verschijnsel van de top-40. Tegenwoordig worden deze royalty’s 21 berekend op basis van een formule waarin tijd, bereik en type sta- 22 tion zijn opgenomen, maar ze zijn zo laag dat radiostations toch 23 meer dan voldoende opbrengen. 24 Ironischer kon het niet. In plaats van de muziekindustrie te on- 25 dermijnen, zoals ascap vreesde, had het verschijnsel Gratis de mu- 26 ziekindustrie juist gigantisch groot en winstgevend gemaakt. Een 27 gratis inferieure versie van de muziek (slechtere kwaliteit, onvoor- 28 spelbare beschikbaarheid) bleek een fantastische marketing voor 29 een betaalde superieure versie. De inkomstenbron van de artiesten 30 verschoof van optredens naar royalty’s. Nu biedt Gratis de kans om 31 het weer om te draaien, omdat gratis muziek fungeert als marke- 32 ting voor de groeiende concertindustrie. De enige constante is dat 33 de platenmaatschappijen – zoals te verwachten viel – er nog steeds 34 tegen zijn. 35

59

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.60

1 Het tijdperk van overvloed 2 Gold de 20e eeuw als het tijdperk waarin mensen het concept 3 Gratis weer normaal gingen vinden, er ontstond ook een cruci- 4 aal verschijnsel dat heeft meegeholpen om van Gratis een realiteit 5 te maken: overvloed. De meeste voorgaande generaties hadden 6 voortdurend zorgen over schaarste – van voedsel, kleding, onder- 7 dak. Maar voor degenen die rond de helft van de 20e eeuw zijn 8 geboren, heeft overvloed altijd de boventoon gevoerd. En die over- 9 vloed komt het duidelijkst naar voren in de eerste levensbehoeft e: 10 voeding. 11 Toen ik een kind was, vormde honger een van de grootste ar- 12 moedeproblemen in Amerika. Nu is dat obesitas. In de wereld van 13 de landbouw zijn er de afgelopen vier decennia een paar dingen 14 drastisch veranderd: we zijn veel beter geworden in voedselver- 15 bouwing. Door de technologische revolutie is een schaars basis- 16 product veranderd in een overvloedig verkrijgbaar basisproduct. 17 Uit deze geschiedenis kunnen we leren wat er gebeurt wanneer een 18 belangrijke grondstof een verschuiving doormaakt van schaarste 19 naar overvloed. 20 Een gewas heeft slechts vijf dingen nodig om te groeien: zon, 21 lucht, water, land (voedingsstoff en) en arbeid. Zon en lucht zijn 22 gratis en als een gewas het moet hebben van regen, is water dat 23 vaak ook. De resterende factoren – voornamelijk arbeid, land en 24 bemesting – zijn allesbehalve gratis en bepalen voor een groot deel 25 de prijs van gewassen. 26 In de 19e eeuw werd de landbouw door de industriële revolutie 27 gemechaniseerd, waardoor de arbeidskosten drastisch naar bene- 28 den gingen en de oogst sterk verbeterde. Maar het was de ‘Groene 29 Revolutie’ in de jaren zestig van de vorige eeuw die de voedsel- 30 economie werkelijk transformeerde. Het boerenbedrijf werd zo ef- 31 fi ciënt dat het werk door minder mensen gedaan kon worden. Het 32 geheim van deze tweede revolutie was scheikunde. 33 Het grootste deel van de geschiedenis werd de hoeveelheid voed- 34 sel waarover we beschikten, bepaald door mest. De omvang van de 35 landbouwoogst was afh ankelijk van de beschikbaarheid van mest-

60

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.61

stoff en die voornamelijk afk omstig waren van dierlijke (en soms 1 menselijke) uitwerpselen. Als een boerenbedrijf zowel dieren als 2 gewassen wilde houden in een synergetische voedselketen, moest 3 het zijn land tussen deze beide verdelen. Maar aan het eind van de 4 19e eeuw kwamen analisten erachter dat planten de volgende stof- 5 fen uit mest nodig hebben: stikstof, fosfor en kalium. 6 En aan het begin van de 20e eeuw gingen een paar scheikun- 7 digen aan de synthetische productie van die elementen werken. 8 De doorbraak kwam toen Fritz Haber, die voor basf werkte, uit- 9 knobbelde hoe je nitrogeen uit de lucht kon halen in de vorm van 10 ammoniak. Dat kreeg je door het onder hoge druk en bij hoge 11 temperatuur te combineren met natuurlijk gas. Dankzij de goed- 12 kope stikstofmest, die Carl Bosch in 1910 op de markt bracht, en 13 de grote hoeveelheid die plotseling beschikbaar was, zou de lang 14 voorspelde ‘malthusiaanse catastrofe’ ofwel crisis door bevolkings- 15 groei worden afgewend. Tegenwoordig gaat ongeveer vijf procent 16 van het gasverbruik in de wereld op aan de ammoniakproductie, 17 die twee procent van de energieproductie in de wereld uitmaakt. 18 Door het Haber-Bosch-proces waren boeren niet langer af- 19 hankelijk van dierlijke mest. Samen met chemische pesticiden 20 en herbiciden zorgde dit voor de Groene Revolutie, waarmee de 21 agrarische capaciteit wereldwijd bijna honderd keer zo groot werd. 22 Zo kon de aarde een groeiende bevolking voeden, en vooral een 23 nieuwe middenklasse, die graag producten wilde eten die hoger in 24 de voedselketen staan, en steeds vaker koos voor energie-intensief 25 vlees in plaats van graan alleen. 26 Dit heeft enorme gevolgen gehad. De afgelopen vijft ig jaar is 27 het grootste voedingsprobleem in Amerika (en steeds meer ook in 28 West-Europa) verschoven van honger naar obesitas, en dat komt 29 voornamelijk doordat er overal goedkoop en veel (sommigen zeg- 30 gen té veel) voedsel beschikbaar is. De kosten van voeding zijn van 31 eenderde van het gemiddelde gezinsinkomen in 1955 gedaald tot 32 minder dan vijft ien procent. 33 34 35

61

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.62

1 Maïs op maïs stapelen 2 Een agrarische overvloed die ons allemaal iedere dag raakt, is de 3 maïseconomie. Dit bijzondere gras, dat in de loop van duizenden 4 jaren door de mens is opgekweekt tot een plant met steeds grotere 5 korrels vol zetmeel, levert meer voedsel op dan welke andere plant 6 dan ook. 7 Maïseconomieën zijn van nature overvloedig, althans op voed- 8 selgebied. Historici bekijken de belangrijkste beschavingen uit de 9 oudheid vaak aan de hand van drie graansoorten: rijst, tarwe en 10 maïs. Rijst is eiwitrijk maar heel moeilijk te verbouwen. Tarwe is 11 gemakkelijk maar eiwitarm. Alleen maïs is gemakkelijk te verbou- 12 wen en zit boordevol eiwitten. 13 Historici hebben ontdekt dat de ratio eiwit/arbeid onder an- 14 dere bepaalde hoe het beschavingen verging die daarop gebaseerd 15 waren. Hoe hoger de ratio, hoe meer ‘sociaal surplus’ de mensen 16 hadden die dat graan aten, omdat ze zich konden voeden met min- 17 der werk. De gevolgen daarvan waren niet altijd positief. Rijst- en 18 tarwemaatschappijen waren vaak agrarische, naar binnen gerichte 19 culturen, waarschijnlijk omdat hun energie voor een groot deel 20 opging aan het verbouwen van dit gewas. Maar maïsculturen – de 21 Maya’s, de Azteken – hadden tijd en energie over, die ze vaak ge- 22 bruikten om hun buren aan te vallen. Volgens deze analyse maakte 23 de overvloed aan maïs de Azteken oorlogszuchtig. 24 Tegenwoordig gebruiken we maïs ook voor andere dingen dan 25 voedingsmiddelen. Niet alleen zet maïs dankzij kunstmest en teelt- 26 technieken zonlicht en water effi ciënter in zetmeel om dan wat dan 27 ook, de gouden oogst is zo overvloedig dat we die lang niet kun- 28 nen opeten. Daarom is maïs inmiddels een industrieel basisma- 29 teriaal voor allerlei producten, van verf tot verpakkingsmateriaal. 30 De goedkope maïs heeft allerlei voedingsproducten uit ons menu 31 verdreven en dieren die van nature gras eten, zoals koeien, veran- 32 derd in maïsverwerkingsmachines. 33 Zoals Michael Pollan aangeeft in het Omnivore’s dilemma, ‘sta- 34 pelt een kipnugget maïs op maïs: wat er al aan kip in voorkomt, 35 bestaat uit maïs [zijn voer], maar dat geldt ook voor de andere

62

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.63

ingrediënten, zoals het gemodifi ceerd zetmeel dat het ding bij el- 1 kaar houdt, het maïsmeel in het deeg en de maïsolie waarin hij 2 wordt gefrituurd. Minder voor de hand liggend zijn het rijsmiddel 3 en de lecithine, de mono- en triglyceriden, de aantrekkelijke gou- 4 den kleur en zelfs het citroenzuur dat de nugget vers houdt; al deze 5 dingen kunnen uit maïs worden gewonnen.’ 6 Een kwart van alle producten die je in een gemiddelde super- 7 markt tegenkomt, bevat volgens Pollan maïs. En dat geldt niet al- 8 leen voor voedselproducten! Van tandpasta en cosmetica tot weg- 9 werpluiers en schoonmaakmiddelen, alles bevat maïs, zelfs de doos 10 waarin het is verpakt. De hele supermarkt, met zijn bouwplaten en 11 scheidingsmuren, linoleum en lijm, ook die is gebouwd op maïs. 12 Er is zo veel maïs dat we het nu in de vorm van ethanol ge- 13 bruiken als brandstof voor onze auto’s, een toepassing waarbij de 14 overvloedige beschikbaarheid van het gewas eindelijk op een grens 15 is gestuit. Na tientallen jaren van daling is de prijs van maïs de 16 laatste jaren gestegen, samen met de olieprijs. Maar innovatie moet 17 niets hebben van duurder wordende basisproducten. De gestegen 18 maïsprijs heeft dus alleen maar geleid tot een versnelling van het 19 onderzoek naar een manier om ethanol uit gras en andere vormen 20 van cellulose te winnen. Materiaal dat bovendien kan groeien op 21 plaatsen waar maïs dat niet kan. Als dat magische cellulose-etende 22 enzym eenmaal is gevonden, worden maïs en daarmee allerlei voe- 23 dingsproducten vanzelf weer goedkoop. 24 25 26 Ehrlichs verloren weddenschap 27 Het idee dat grondstoff en op termijn goedkoper in plaats van 28 duurder kunnen worden, druist tegen elke intuïtie in. Voedsel kun 29 je tenminste nog aanvullen, maar mineralen niet. Tenslotte is de 30 aarde een eindige bron van grondstoff en en hoe meer we eruit ha- 31 len, hoe minder er overblijft , wat een klassiek geval van schaarste 32 is. In 1972 publiceerde de Club van Rome een boek dat De grenzen 33 aan de groei heette en dat de consequenties schetste van een snel 34 groeiende wereldbevolking en een eindige grondstoff envoorraad. 35

63

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.64

1 Er werden wel dertig miljoen exemplaren van verkocht en het boek 2 heeft de hele milieubeweging beïnvloed, onder andere vanwege het 3 beeld van de gevaren van de ‘bevolkingsbom’ die onze aarde zwaar- 4 der zou belasten dan ze ooit aan zou kunnen. 5 Maar niet iedereen was het eens met deze malthusiaanse wan- 6 hoop. Een blik op de geschiedenis van de 19e en 20e eeuw leerde 7 deze anderen dat we sneller slimmer worden dan we ons voort- 8 planten – de mens is zo vindingrijk dat we vaak manieren vin- 9 den om grondstoff en sneller aan de aarde te onttrekken dan we 10 ze kunnen verbruiken. Dit heeft tot gevolg dat het aanbod sneller 11 groeit dan de vraag, en dat zorgt er weer voor dat de prijzen laag 12 worden gehouden. (Natuurlijk kan dit niet altijd doorgaan, omdat 13 de grondstoff en uiteindelijk beperkt zijn, maar het punt was dat 14 ze minder beperkt zijn als de Club van Rome dacht). Het debat 15 over het waarheidsgehalte van deze bewering draaide uit op een 16 van de beroemdste weddenschappen uit de geschiedenis, die be- 17 palend zou worden voor de daaropvolgende tegenstelling tussen 18 het denken in termen van schaarste en het denken in termen van 19 overvloed. 20 In september 1980 sloten de arts en chemicus Paul Ehrlich en 21 de econoom Julian Simon een weddenschap over de toekomstige 22 prijzen van bepaalde grondstoff en. De weddenschap werd gepubli- 23 ceerd in de Social Science Quarterly. 24 Simon wedde in het openbaar om 10.000 dollar dat ‘de kosten 25 van ruwe materialen die niet in handen zijn van de overheid (in- 26 clusief graan en olie) op de lange termijn niet stijgen’. Ehrlich nam 27 de weddenschap aan en ze stelden 29 september 1990, tien jaar 28 daarna dus, vast als de betalingsdatum. Als de prijs van allerlei 29 metalen in die periode steeg, gecorrigeerd voor infl atie, zou Simon 30 Ehrlich het gecombineerde verschil betalen; als de prijzen daalden, 31 zou Ehrlich Simon betalen. Ehrlich koos vijf metalen uit: koper, 32 chroom, nikkel, tin en wolfraam. 33 Tussen 1980 en 1990 groeide de wereldbevolking met ruim 800 34 miljoen, de grootste stijging in tien jaar die de geschiedenis heeft 35 gekend. Maar in september 1990 was de prijs van alle metalen die

64

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.65

Ehrlich had uitgekozen zonder één uitzondering gedaald, soms 1 zelfs voor ruim de helft . Chroom, dat in 1980 voor 3,8 dollar per 2 pond werd verkocht, was in 1990 gezakt naar 3,7 dollar. Tin kostte 3 in 1980 8,72 dollar, tien jaar later nog maar 3,88. 4 Waarom won Simon? Deels omdat hij een goede econoom was 5 en het substitutie-eff ect begreep: als een grondstof te schaars en 6 duur wordt, levert dat een stimulans om naar een ruim voorradige 7 vervanging op zoek te gaan, en daardoor verschuift ook de vraag 8 (kijk naar de huidige haast om olie te vervangen). Simon geloofde 9 – terecht dus – dat de inventiviteit van de mens en de leercurve van 10 wetenschap en technologie vaak sneller nieuwe middelen opleve- 11 ren dan we verbruiken. 12 Hij won ook omdat Ehrlich gewoon te pessimistisch was. Ehrlich 13 had hongersnoden van ‘ongekende omvang’ voorspeld die zich in 14 1975 zouden voordoen en waardoor honderden miljoenen in de 15 jaren zeventig en tachtig zouden sterven. Hierin zou tot uitdruk- 16 king komen dat de wereld ‘een waar tijdperk van schaarste’ inging. 17 (Ondanks zijn misrekeningen ontving hij in 1990 de Mac Arthur 18 Foundation Genius Award, omdat hij ‘het publiek meer inzicht in 19 de milieuproblematiek had bijgebracht’). 20 Van nature begrijpen mensen schaarste beter dan overvloed. 21 Net zoals we in de evolutie geleerd hebben om overdreven te rea- 22 geren op dreiging en gevaar, is het een overlevingstactiek om ons 23 te concentreren op het risico dat de voorraden opraken. Vanuit 24 evolutionair perspectief komt er vanzelf een einde aan overvloed, 25 terwijl schaarste overwonnen moet worden. Daardoor kon het ge- 26 beuren dat de wereld, ondanks Simons overwinning, aannam dat 27 Ehrlich in zekere zin toch gelijk had. 28 Simon klaagde dat mensen om redenen die hij nooit zou be- 29 grijpen altijd geneigd waren om het ergste over alles te denken; ze 30 waren immuun voor bewijzen van het tegenovergestelde, alsof ze 31 waren ingeënt tegen de kracht van feiten. Ehrlichs sombere voor- 32 spellingen bleven (en blijven) van invloed, terwijl Simons eigen 33 waarnemingen alleen interessant lijken te zijn voor grondstoff en- 34 handelaars. 35

65

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.66

1 Blind voor de hoorn des overvloeds 2 Het had duidelijk moeten zijn dat Simon een grotere kans had 3 om te winnen. Maar omdat we geneigd zijn om meer aandacht te 4 schenken aan schaarste dan aan overvloed, hadden we geen oog 5 voor allerlei voorbeelden van overvloed die zich in onze tijd heb- 6 ben voorgedaan, zoals dat van maïs dus. Het probleem is dat we iets 7 wat eenmaal overvloedig voorradig is, vaak negeren, zoals de lucht 8 die we inademen. Niet voor niets wordt economie gedefi nieerd als 9 de wetenschap van ‘keuze bij schaarste’. Als alles in overvloed be- 10 schikbaar is, hoef je geen keuzen te maken, je hoeft er helemaal niet 11 over na te denken. 12 Voorbeelden hiervan zijn er in het groot en het klein. In som- 13 mige Europese landen die niet aan zee grensden, was zout in de 14 Middeleeuwen zo schaars dat het als ‘betaalmiddel’ werd gebruikt, 15 net als goud. En kijk nu eens: je krijgt het gratis bij elke maaltijd 16 omdat het te goedkoop is om te wegen. 17 In de categorie grote voorbeelden zien we verstrekkende gevol- 18 gen, bijvoorbeeld de globalisering, die ervoor heeft gezorgd dat ar- 19 beid in elk land overvloedig beschikbaar is. Tegenwoordig kunnen 20 basisbehoeft en zoals kleding zo goedkoop worden vervaardigd dat 21 het bijna wegwerpartikelen zijn. In 1900 kostte een doodgewoon 22 mannenshirt (in wezen het equivalent van een T-shirt qua stof en 23 naaiwerk) in de groothandel een dollar. Dat was toen een hoop 24 geld, vooral als je bedenkt dat er in de detailhandel nog een bedrag 25 bovenop kwam. Daarom had de gemiddelde Amerikaanse consu- 26 ment maar acht shirts. 27 Nu kost dat T-shirt in de groothandel nog steeds een dollar. 28 Maar de dollar van vandaag is maar eenvijfentwintigste waard van 29 de dollar van een eeuw geleden. Dit betekent dat we in de praktijk 30 25 shirts kunnen kopen voor de prijs van één toen. Niemand hoeft 31 zich tegenwoordig in lompen te hullen; zelfs daklozen kunnen 32 soms gemakkelijker aan gratis kleding komen dan aan een douche 33 of een wasmachine. Daarom beschouwen ze kleding gewoon als 34 een wegwerpartikel dat je een tijdje draagt en dan weggooit. 35 Maar het bekendste voorbeeld van overvloed in de 20e eeuw is

66

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.67

misschien wel plastic, dat atomen bijna net zo kosteloos en fl exibel 1 maakte als bits. Met plastic, dat als grondstof uiterst vervangbaar 2 is, konden de fabricage- en materiaalkosten tot vrijwel niets wor- 3 den teruggebracht. Je hoefde het niet te hakken, bewerken, verven, 4 gieten of samen te persen. Je kon het gewoon in elke gewenste vorm 5 gieten, in elke willekeurige textuur en kleur. Het gevolg was de ge- 6 boorte van de wegwerpcultuur. Het concept dat King Gillette had 7 geïntroduceerd met het scheermesje, werd door Leo Baekeland 8 uitgebreid tot vrijwel alles toen hij in 1907 het eerste zuiver syn- 9 thetische polymeer produceerde. Hij gaf zijn naam aan bakeliet. 10 Zoals tot uitdrukking komt in het logo van zijn bedrijf, een ‘B’ die 11 boven het wiskundige symbool voor oneindigheid zweeft , leken 12 polymeren eindeloos veel toepassingsmogelijkheden te hebben. 13 In WO II werd plastic een belangrijk strategisch materiaal en de 14 Amerikaanse regering gaf miljarden uit aan fabrieken waar synthe- 15 tische polymeren werden geproduceerd. Na de oorlog werd al deze 16 capaciteit gericht op de consumentenmarkt en veranderde plastic 17 van een opvallend kneedbaar materiaal in een extreem goedkoop 18 product. En zo ontstonden Tupperware, formicatafels, stoelen van 19 vezelglas, naugahyde tweezitsbanken, hoelahoepen, wegwerppen- 20 nen, kneedgom en panty’s. 21 De eerste generatie plastics werd niet verkocht als een wegwerp- 22 materiaal maar juist als iets superieurs. Je kon het in perfectere 23 vormen gieten dan metaal en het was duurzamer dan hout. Maar 24 de tweede generatie plastics, de vinyls en polystyrenen, waren zo 25 goedkoop dat je ze gewoon kon weggooien. In de jaren zestig van 26 de 20e eeuw stonden felgekleurde wegwerpartikelen voor moder- 27 niteit, de overwinning van de industriële technologie op materiële 28 schaarste. Industrieel vervaardigde spullen weggooien was geen 29 verspilling; het was het voorrecht van een hoogontwikkelde be- 30 schaving. 31 Na de jaren zeventig kwam er verandering in de houding ten 32 aanzien van deze overdadige overvloed. Het werd duidelijk dat de 33 wegwerp-consumptiemaatschappij een zware wissel trok op het 34 milieu. Plastic is dan wel bijna gratis, maar het is dat alleen omdat 35

67

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.68

1 we er niet het juiste prijskaartje aan hangen. Verreken de milieu- 2 kosten – de ‘negatieve externe kosten’ – en het voelt misschien toch 3 niet goed om het McDonalds Happy Meal-speeltje na één keer weg 4 te gooien. Een generatie begon te recyclen. Onze attitude ten aan- 5 zien van overvloedige grondstoff en verschoof van persoonlijke 6 psychologie (‘het is gratis voor mij’) naar collectieve psychologie 7 (‘het is niet gratis voor ons’). 8 9 10 Overvloed wint 11 De sociale en economische veranderingen die plaatsvonden in de 12 loop van de 20e eeuw waren vooral een gevolg van overvloed. De 13 auto werd mogelijk gemaakt doordat er uit grote voorraden ben- 14 zine geput kon worden. Benzine verving de schaarse walvisolie en 15 zorgde ervoor dat er overal wel vloeibare brandstof te vinden was. 16 Door reuzencontainers, waarvoor geen dok vol havenarbeiders 17 nodig was om ze te laden en te lossen, werd scheepsvervoer zo 18 goedkoop dat er een overvloed aan arbeidskrachten in verre stre- 19 ken aangeboord kon worden. Computers zorgden voor een over- 20 vloed aan informatie. 21 Zoals water altijd naar het laagste punt stroomt, stroomt de 22 economie altijd richting overvloed. Als van producten goedkoop 23 basismateriaal kan worden gemaakt, gebeurt dat vaak ook, en be- 24 drijven die winst willen maken, gaan tegen de stroom in op zoek 25 naar nieuwe schaarse goederen. Drukt overvloed de kosten van 26 iets te ver naar beneden, dan verschuift de waarde daarvan naar 27 aangrenzende niveaus, iets wat technologie-uitgever Tim O’Reilly 28 ‘de wet van het behoud van aantrekkelijke winsten’ noemt. 29 In 2001 schreef managementgoeroe Seth Godin in Unleashing 30 the Ideavirus: ‘Twintig jaar geleden groeven de eerste 100 bedrijven 31 van de Fortune 500 iets uit de grond of ze veranderden een natuur- 32 lijke grondstof (ijzer of olie) in iets wat je kon vasthouden.’ Dat is 33 nu anders, constateert hij. 34 Nog maar 32 bedrijven van de toplijst maken dingen die je kunt 35 vasthouden, van ruimte- en motorvoertuigen tot chemicaliën en

68

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.69

voeding, metaalverwerking en zware industrie. De andere 68 doen 1 voornamelijk zaken in ideeën, en niet in grondstofverwerking. 2 Sommige bieden diensten aan in plaats van goederen, zoals be- 3 drijven in de gezondheidszorg en de telecommunicatie. Andere 4 creëren goederen die overwegend intellectuele eigendom zijn, bij- 5 voorbeeld medicijnen en halfgeleiders, en daarbij zijn de kosten 6 van de fysieke productie minimaal in verhouding tot de kosten van 7 de uitvinding. Weer andere bedrijven scheppen een markt voor de 8 goederen van anderen, zoals supermarktketens en groothandels. 9 Hier volgt de lijst, gespecifi ceerd naar de soorten bedrijven: 10 11 • Verzekeringen: levens-, ziektekosten- (12) 12 • Gezondheidszorg (6) 13 • Commerciële banken (5) 14 • Groothandels (5) 15 • Supermarkten (5) 16 • Algemene marktadviseurs (4) 17 • Farmaceutische bedrijven (4) 18 • Beursbedrijven (4) 19 • Specialistische detailhandels (4) 20 • Telecommunicatie (4) 21 • Computers, kantoorbenodigdheden (3) 22 • Entertainment (3) 23 • Gevarieerde fi nanciële instellingen (2) 24 • Post, pakketten, vrachtvervoer (2) 25 • Netwerk- en andere communicatieapparatuur (2) 26 • Computersoft ware (1) 27 • Spaarinstellingen (1) 28 • Halfgeleiders en andere elektronische componenten (1) 29 30 We hebben van Ehrlichs en Simons weddenschap geleerd dat het 31 hierom gaat: naarmate grondstoff en/basisproducten goedkoper 32 worden, trekt de waarde ergens anders naartoe. Er zit nog altijd 33 veel geld in grondstoff en (kijk naar de olieproducerende landen), 34 maar de grootste winstmarges vinden we op die terreinen waar 35

69

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.70

1 hersens voor toegevoegde waarde zorgen. Dat zie je terug in de 2 lijst hierboven. Een paar decennia geleden zat de meeste waarde in 3 productie. Toen werd productie door de globalisering een basis- 4 product en daalde de prijs. Dus verschoof de waarde naar dingen 5 die (nog) geen basisproducten waren, weg van de hand-oogcoör- 6 dinatie en dichter bij de brein-mondcoördinatie. De kenniswerkers 7 van vandaag zijn de fabrieksarbeiders van gisteren (en de boeren 8 van eergisteren) die tegen de stroom in op zoek zijn naar schaarste. 9 Tegenwoordig is dat schaarse goed iets wat de voormalige 10 Amerikaanse minister van Werkgelegenheid Robert Reich ‘sym- 11 bolische analyse’ noemde, de combinatie van kennis, vaardigheden 12 en abstract denken die een eff ectieve kenniswerker kenmerkt. De 13 uitdaging is voortdurend dat je erachter moet komen hoe je werk 14 het beste tussen mens en computers kunt verdelen, en die verhou- 15 ding verschuift voortdurend. 16 Wanneer computers een mensenbaan leren (bijvoorbeeld han- 17 delen in aandelen), daalt de prijs van die baan richting de nul; de 18 vervangen mensen leren ofwel iets uitdagenders of doen dat niet. 19 De eerste groep krijgt gewoonlijk meer betaald dan eerst, de twee- 20 de groep minder. De eerste vertegenwoordigt de mogelijkheden 21 die ontstaan wanneer bedrijven de situatie van overvloed naderen; 22 de tweede de kosten daarvan. Het is onze taak als samenleving om 23 te proberen of we de eerste groep groter kunnen maken dan de 24 tweede groep. 25 Overvloedsdenken houdt niet alleen in dat je ziet wat goedko- 26 per zal worden, maar ook dat je zoekt naar wat als gevolg daarvan 27 in waarde zal toenemen en dat je je daarop gaat richten. Het is de 28 motor van groei, iets waar we al op dreven voordat David Ricardo 29 in de 18e eeuw het ‘comparatieve voordeel’ van het ene land ten 30 opzichte van een ander defi nieerde. De overvloed van gisteren be- 31 stond uit producten uit een ander land, waar meer grondstoff en 32 of goedkopere arbeid te vinden was. De overvloed van vandaag 33 omvat ook producten uit het land van silicium en glasdraden. 34 35

70

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.71

1 2 4 | De psychologie van 3 4 Gratis 5 6 Het voelt goed. Te goed misschien? 7 8 9 10 In 1996 gaf de Village Voice zich eindelijk gewonnen. Veertig jaar 11 na de oprichting vroeg de legendarische krant niet langer een prijs. 12 Hij zou net als vrijwel alle wekelijkse stadsbladen gratis worden en 13 in dozen op straat of in stapels bij welwillende winkels worden ver- 14 spreid. Bijna iedereen zag dit als de dag waarop de Village Voice er 15 opeens niet meer toe deed. In 2005 luidde de kop boven een profi el 16 van de krant in het tijdschrift New York: ‘De Stem [‘Voice’] vanuit 17 het graf: de legendarische stadskrant is een lege huls van zichzelf 18 geworden sinds hij bijna tien jaar geleden gratis werd.’ 19 Vergelijk dat eens met Th e Onion, een ander weekblad. In 1988 20 opgericht als gratis satirisch pamfl et in de studentenstad Madison 21 in Wisconsin, groeide Th e Onion uit tot een imperium. De afgelo- 22 pen twintig jaar heeft het regionale gedrukte edities uitgebracht in 23 tien andere steden en een website in het leven geroepen die iedere 24 maand miljoenen bezoekers trekt. Er worden boeken gepubliceerd, 25 een tv-serie en complete amateurfi lms gemaakt. Th e Onion kwam 26 gratis ter wereld, bleef gratis en bloeit nu als nooit tevoren. 27 Op het eerste gezicht is het verhaal van deze twee periodieken 28 een raadsel. Gratis leek het ene weekblad om zeep, het andere juist 29 hogerop te helpen. In het ene geval devalueerde Gratis het product, 30 terwijl het in het andere geval leidde tot een indrukwekkende uit- 31 breiding. 32 Maar zo simpel is het niet. Om te beginnen was Gratis niet de 33 oorzaak van de ondergang van de Village Voice. Het artikel in de 34 New York verklaarde: 35

71

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.72

1 ‘Veel schrijvers hadden het gevoel dat hun werk minder 2 invloed had toen de krant gratis werd,’ schimpte David 3 Schneiderman [uitgever], eraan toevoegend dat ze geen 4 keus hadden. ‘We zaten met een oplage onder de 130.000, 5 terwijl die 160.000 was geweest. Nu is de oplage 250.000. 6 … Zou je ook niet liever door twee keer zo veel mensen 7 gelezen willen worden?’ Dat het blad gratis was geworden, 8 had het geen kwaad gedaan, maar het blad juist gered. 9 Hield het draaiende, leverde geld op. 10 11 Met andere woorden, de Voice was – althans als het ging om de 12 zakelijke basis – al jaren in verval voor het gratis werd. Mensen 13 haalden oorzaak en gevolg door elkaar. 14 Waarom denken mensen in het ene geval dat ‘gratis’ ten koste 15 gaat van de kwaliteit en in het andere niet? Het blijkt dat onze ge- 16 voelens over ‘gratis’ relatief zijn, niet absoluut. Als iets ooit geld 17 kostte en nu opeens niet meer, hebben we de neiging dat met kwali- 18 teitsverlies te associëren. Maar als iets nóóit geld gekost heeft , den- 19 ken we niet zo. Een gratis croissant zal wel oud zijn, maar gratis 20 ketchup is prima. Niemand denkt dat Google een slechte zoekma- 21 chine is omdat je er niet voor hoeft te betalen. 22 In het voorbeeld van Th e Onion en Village Voice zien we één cru- 23 ciale misvatting over Gratis, maar dat is in de context van slechts 24 twee prijzen: gratis en niet-gratis. Op de mediamarkt van vandaag 25 is de psychologie van Gratis (en daarmee van prijzen) in werke- 26 lijkheid iets genuanceerder. Laat ik een voorbeeld geven van iets 27 dat dichterbij staat: een glossy maandblad. Dat kun je meestal op 28 verschillende manieren krijgen. Je kunt het gratis online lezen, in 29 een wat kalere vorm dan de gedrukte uitgave die een beter ontwerp 30 en fotowerk heeft (wat op het web moeilijk te reproduceren is). 31 Maar je hebt wel onmiddellijk toegang tot de inhoud. Je kunt het 32 tijdschrift ook voor, laten we zeggen, $4,95 bij een kiosk kopen of 33 een jaarabonnement nemen voor $10 per jaar (12 nummers), wat 34 neerkomt op 83 cent per nummer, dat bij je in de brievenbus wordt 35 bezorgd. Waar komen deze drie verschillende prijzen vandaan?

72

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.73

De webprijs (gratis) is de eenvoudigste. Het leveren van de in- 1 houd kost zo weinig, dat uitgevers dit naar nul afronden en het 2 gebruik vrijgeven om een zo groot mogelijk publiek te bereiken. 3 Misschien zetten ze op iedere pagina twee advertenties, die elk ge- 4 middeld voor zo’n 20 dollar per duizend bezoekers worden ver- 5 kocht (op dit moment). Dit betekent dat ze voor iedere pagina die 6 wordt bekeken tussen de één en vier cent aan inkomsten krijgen. 7 Het onderhoud van zo’n pagina kost een fractie van cent. (De ove- 8 rige kosten zitten in het maken van de inhoud zelf, maar die dragen 9 we over aan het totale publiek: hoe meer lezers, hoe lager de kosten 10 per pagina.) 11 De op een na eenvoudigste prijs is de kioskprijs van $4,95. De 12 kiosk houdt de helft , om zijn eigen kosten te dekken en winst te 13 maken. De rest gaat naar de uitgever en levert zo’n twee dollar 14 winst op na aft rek van de druk- en distributiekosten. Alleen geldt 15 voor de meeste tijdschrift en dat meer dan de helft van de gedrukte 16 exemplaren niet wordt verkocht. Die worden dus geretourneerd en 17 gerecycled. Dat kan de winst aanzienlijk beperken. Waarom kiezen 18 we toch voor kiosks? Omdat het een goede manier is om nieuwe 19 abonnees te werven, aangezien ze het fysieke blad zelf kunnen 20 doorbladeren, in plaats van een beschrijving in een brief te lezen. 21 Bovendien kunnen uitgevers een behoorlijke winst halen uit de 22 advertenties in de exemplaren die wel worden verkocht. 23 Die twee prijzen zijn berekend op basis van economie, niet 24 psychologie. Maar hoe zit het met het lidmaatschap van $10 per 25 jaar? Kijk, nu wordt het interessant. De werkelijke kosten van het 26 drukken en verzenden van twaalf uitgaven per jaar zijn $15, en 27 wanneer je daar de kosten bij telt van het werven van een abonnee, 28 waar immers alles mee begint, kan het bedrag oplopen tot meer 29 dan $30 per abonnee. En toch berekenen ze maar $10. Daar is 30 niets geheimzinnigs aan. Het verschil wordt goedgemaakt door de 31 advertenties, en de $10 aan rechtstreekse inkomsten van de abon- 32 nee wordt aangevuld door de adverteerder. Advertenties maken 33 een loss-leading model om abonnees te lokken winstgevend. En 34 als een abonnee minimaal drie jaar lid blijft , betalen de wervings- 35

73

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.74

1 kosten zich zelfs terug, waardoor ze nog meer opleveren. 2 Maar waarom $10? Als de uitgever onze abonnees voor meer 3 dan zestig procent kan subsidiëren, kan hij toch zeker de volle hon- 4 derd procent ook wel halen en het lidmaatschap gratis maken? Nu 5 komt de psychologie om de hoek kijken. 6 Het antwoord is simpel: het uitschrijven van een acceptgiro of 7 het opgeven van een creditcardnummer, voor welk bedrag dan 8 ook, is iets wat de consument uit vrije wil doet. En daarmee wordt 9 het beeld dat de adverteerder van een lezer heeft totaal anders. Met 10 het schrijven van een acceptgiro, voor elk willekeurig bedrag (al 11 is het een cent), laat je zien dat je het tijdschrift echt wilt hebben, 12 dat je het zuinig zult bewaren en het waarschijnlijk gaat lezen. Om 13 deel te kunnen hebben aan die relatie, betalen adverteerders wel 14 vijf keer zo veel als voor een gratis blad dat als een reclamefolder 15 wordt gezien. 16 Tijdschrift en geven echter wel eens gratis abonnementen weg. 17 Dit heet ‘gecontroleerde distributie’. Dit principe is gebaseerd op 18 een ander betaalmiddel: informatie. Deze tijdschrift en hebben 19 vaak een heel gerichte doelgroep, zoals tijdschrift en voor fi nancieel 20 directeuren en anderen met zeggenschap over aankopen binnen 21 een bedrijf, of ‘smaakbepalende’ lifestyle magazines. 22 De lezers van zakenbladen tonen aan dat ze belangrijk zijn – of 23 beweren dat in ieder geval – en hopen geld kunnen uitgeven. Het 24 tijdschrift kan de adverteerders op basis van deze informatie ho- 25 gere tarieven in rekening brengen om die lezers te bereiken. Dat er 26 een hoop begerenswaardige bazen in hun ledenbestand voorko- 27 men, die een voor een hebben aangegeven het tijdschrift te willen 28 hebben, compenseert in de ogen van de adverteerders dan het feit 29 dat deze lezers nog niet de daad bij het woord hebben gevoegd en 30 hun portemonnee hebben getrokken. Dit soort gerichte distributie 31 is ook ongeloofl ijk succesvol geweest voor Vice, een brutaal tijd- 32 schrift dat op twintigplussers mikte. Vice werd gratis verspreid in 33 hippe cafés, platenzaken en kledingboetieks – in de jaren negentig 34 eerst in Canada, toen in de VS en vervolgens wereldwijd – en gaf 35 adverteerders zo toegang tot een invloedrijk publiek dat ze anders

74

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.75

misschien niet zouden bereiken. De kleinere gedrukte uitgave 1 groeide uit tot een platenmerk, een keten van kledingzaken, Vice 2 Film en vbs.tv, een experiment met webtelevisie. 3 Oké, nu is in ieder geval verklaard waarom de meeste uitgevers 4 hun lidmaatschappen niet gratis weggeven. Maar hoe kwamen ze 5 aan die $10? Bij deze prijs draait het allemaal om perceptie. Het 6 is de laagste prijs die niet zo laag is dat het product erdoor zou 7 devalueren. Lager is beter voor de abonnees, want hoe minder ze 8 hoeven te betalen, hoe waarschijnlijker het is dat ze zich abon- 9 neren. Hoger is echter beter voor de adverteerders, want hoe meer 10 consumenten voor een product betalen, hoe meer waarde ze er- 11 aan hechten. Daarom is $10 laag genoeg om veel mensen zover te 12 krijgen dat ze lid worden, terwijl het niet zo laag is dat het product 13 in de ogen van de adverteerders niet meer interessant is. (Soms 14 beïnvloedt zo’n devaluatie van iets spotgoedkoops ook de gevoe- 15 lens van abonnees, maar dat kunnen we niet zo goed meten als de 16 reactie van adverteerders.) 17 18 19 De penny gap 20 Voor tijdschrift en kan het duidelijk eff ectief zijn om een minimum- 21 prijs te vragen in plaats van helemaal niets. Maar in veel gevallen 22 kan een enkele cent – een schijnbaar onbeduidende prijs – de over- 23 grote meerderheid van de consumenten ter plekke doen stilstaan. 24 Economisch gezien betekent zo’n cent niet echt iets. Waarom heeft 25 die dan toch zo veel invloed? 26 Het antwoord is dat we gaan nadenken over keuze. Dat alleen al 27 is een aansporing om niet verder te gaan. Het is alsof onze herse- 28 nen zo geprogrammeerd zijn dat ze elke keer dat ze een prijs zien, 29 een vlag opsteken. Dit is de ‘is ’t het waard?’-vlag. Bij iedere prijs 30 worden we gedwongen om onszelf af te vragen of we daar echt ons 31 geld voor over hebben. Maar is de prijs nul, dan gaat die vlag nooit 32 omhoog en wordt de beslissing alleen maar gemakkelijker. 33 De toepasselijke naam voor die vlag is wat de econoom Nick 34 Szabo de ‘mentale transactiekosten’ heeft genoemd. Dat is eenvou- 35

75

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.76

1 dig de tol die nadenken vraagt. Lui als we allemaal een beetje zijn, 2 denken we liever niet over dingen na als het niet hoeft . Daarom 3 kiezen we graag voor dingen waarover we het minst hoeven na- 4 denken. 5 De uitdrukking ‘transactiekosten’ wortelt in de theorie van de 6 Nobelprijswinnaar Ronald Coase. Deze econoom legde uit dat be- 7 drijven de kosten voor de communicatie binnen en tussen teams 8 zoveel mogelijk willen beperken. Daarbij ging het vooral over de 9 cognitieve last van informatieverwerking – bedenken wie wat 10 moet doen, wie je moet vertrouwen en dergelijke. 11 Szabo breidde deze theorie uit naar aankoopbeslissingen. Hij 12 bekeek het idee van ‘microbetalingen’, betalingssystemen waarbij 13 je fracties van een cent betaalt voor elke webpagina die je leest, 14 of milli-euro’s voor elk stripverhaal dat je downloadt. Al dit soort 15 systemen zijn gedoemd te mislukken, was Szabo’s conclusie, want 16 ze beperken weliswaar de economische kosten van keuzen, maar 17 omvatten nog wel alle cognitieve kosten. 18 Denk bijvoorbeeld eens aan een PowerPoint-presentatie over 19 ‘tien tijdbesparende ideeën voor een cent per stuk’. De geestelijke 20 energie die het kost om te beslissen of de hele zaak tien cent waard 21 is en elk afzonderlijk idee een cent, is gewoon de moeite niet. Veel 22 potentiële klanten zouden worden afgeschrikt door het betalings- 23 en beslissingsproces. Ondertussen worden er door zulke microbe- 24 talingen per defi nitie maar zeer geringe inkomsten gegenereerd. 25 Het is het slechtste van beide werelden: de mentale belasting van 26 een hogere prijs, zonder de evenredige contanten. (Szabo had ge- 27 lijk: microbetalingen zijn nauwelijks van de grond gekomen.) 28 Welke prijs je dus ook berekent, je schept een mentaal obstakel 29 dat de meeste mensen niet willen overwinnen. Maar met Gratis 30 omzeil je die beslissing razendsnel. Het aantal mensen dat iets wil 31 uitproberen, neemt toe. In ruil voor het afzien van rechtstreekse 32 inkomsten biedt Gratis het potentieel om massasteekproeven te 33 houden. 34 Na bestudering van het concept mentale transactiekosten con- 35 cludeerde Clay Shirky, schrijver en docent aan de nyu, dat mensen

76

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.77

HOE KAN ALLES IN EEN 1 WARENHUIS NU GRATIS ZIJN? 2 3 Bij SampleLab, in de wijk Harajuku in Tokyo waar het krioelt van de tieners, krijgen klanten iedere keer tot wel vijf producten gratis – van kaarsen, deegwaren en gezichtscrème tot 4 zelfs af en toe een videogame-cassette ter waarde van $50. De zaal met enkel gratis pro- ducten trekt 700 bezoekers per dag. Hoe is het mogelijk dat SampleLab niet voor alles wat 5 het in voorraad heeft laat betalen? 6 7 De meeste maandinkomsten komen Laat een toegangsprijs betalen Alleen ‘leden’ uit de verkoop van schapruimte en die $13 per jaar betalen voor registratie en 8 feedback van de klanten. lidmaatschap, mogen naar binnen. Nu SampleLab 47.000 leden heeft, is het warenhuis zo hip 9 VERHUUR SCHAPRUIMTE geworden dat tieners een week van tevoren ENQUÊTEGEGEVENS moeten reserveren. 10 ABONNEMENTSGELD $144.000 Laat ‘huur’ betalen voor schapruimte. Omdat 11 het warenhuis zo populair is, geven bedrijven SampleLab gratis producten en betalen ze het zelfs 12 $2000 om een product twee weken in voorraad te nemen. SampleLab kan 90 producten tegelijk 13 bergen. 14 Totaal Laat betalen voor feedback. SampleLab geeft $554.900 extra gratis producten weg, en maakt zo een 15 meerderheid van zijn klanten tot focusgroep. Tieners vullen productspecifieke enquêtes in, 16 online, op papier of via keitai (mobiele telefoon). Bedrijven betalen $4000 voor de gegevens. Als 17 $360.000 $50.900 20 procent voor de feedback betaalt, verdient SampleLab daarmee bijna half zo veel als de 18 maandelijkse inkomsten die de verhuur van schapruimte opbrengt. 19 20 21 die inhoud creëren het maar beter uit hun hoofd kunnen laten om 22 daar een prijs voor te vragen: 23 24 Voor een maker die meer geïnteresseerd is in aandacht 25 dan inkomen is gratis logisch. In een stelsel waar vrijwel 26 alle deelnemers je laten betalen, krijg je een concurrentie- 27 voorsprong als je iets gratis maakt. En wie niets heeft , kan 28 ook niets verliezen, nietwaar. Iedereen die vrije inhoud 29 aanbiedt, wint een voordeel waar niemand tegenop kan. Je 30 kunt hooguit hetzelfde doen, want het competitieve ant- 31 woord op gratis – ‘Ik betaal je om mijn weblog te lezen!’ – 32 is op den duur onhoudbaar. 33 Vrije inhoud is dus wat biologen een evolutionair sta- 34 biele strategie noemen. Het is een strategie die goed werkt 35

77

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.78

1 wanneer niemand anders die gebruikt. Het is goed als je de 2 enige bent die vrije inhoud aanbiedt. Het is ook een strate- 3 gie die nog steeds werkt als iedereen hem gebruikt, omdat 4 iedereen die in zo’n omgeving toch probeert een prijs voor 5 zijn werk te vragen, in het nadeel is. In een wereld van vrije 6 inhoud is zelfs de bescheiden moeite van microbetaling al 7 heel schadelijk voor de gebruikersvoorkeur. Ze zullen al- 8 leen maar meer bereid zijn daar gratis materiaal voor in de 9 plaats te nemen. 10 11 Vanuit een psychologisch oogpunt bezien (en heel de economie 12 is gebaseerd op psychologie) loont het om de kwestie ‘is het de 13 moeite waard’ als het even kan van tafel te vegen. Bedenk dat er 14 aan Gratis andere mentale transactiekosten kleven – van de be- 15 zorgdheid of het wel écht gratis is tot de zorg over zwaarwegende 16 niet-monetaire kosten, bijvoorbeeld de vraag wat de gevolgen voor 17 het milieu van een gratis krant zijn of simpelweg de angst over te 18 komen als een gierigaard. (Een vriend vertelde me dat meubels die 19 hij bij het grof vuil zet alleen ’s nachts worden weggehaald.) Maar 20 afgezien van zulke kosten neemt de participatie vaak enorm toe als 21 je de factor geld weghaalt. 22 Durfi nvesteerder Josh Kopelman van First Round Capital dacht 23 na over deze psychologische barrière om te betalen en beseft e dat 24 de gebruikelijke leer van prijsstrategieën daardoor onzinnig werd. 25 Meer dan dat vraag-en-aanbodcurves de prijs vastleggen volgens 26 de klassieke economische berekening waarin alles om geld draait, 27 is het zo dat er eigenlijk maar twee markten zijn: de gratis markt 28 en al het andere. Het verschil tussen deze twee is enorm. In zekere 29 zin buigt Gratis de vraagcurve om. Wharton-hoogleraar Kartik 30 Hosanagar zegt het zo: ‘De vraag die je bij een prijs van nul krijgt, 31 is vele malen groter dan de vraag die je schept bij een zeer lage prijs. 32 Plotseling schiet die vraag niet-lineair omhoog.’ 33 Kopelman noemde dit de ‘penny gap’. Ondernemers komen 34 vaak met bedrijfsplannen naar hem toe, zei hij, die gebaseerd zijn 35 op de veronderstelling dat ze hun geld met handtekeningen verdie-

78

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.79

nen en dat vijf procent van de mensen die hun waren uitproberen, 1 uiteindelijk betalen. Maar dat is zelden het geval. Hij legt uit: 2 3 De meeste ondernemers trappen in de val. Ze gaan ervan 4 uit dat de prijs consequent elastisch is, dat wil zeggen: hoe 5 lager de prijs van je product, hoe groter de vraag zal zijn. 6 Dus eindig je met inkomstengrafi eken die eruitzien als hoc- 7 keysticks die omhooggaan en rechts afb uigen, allemaal op 8 basis van een ‘het kost maar twee dollar per maand’-plan. 9 In werkelijkheid is een beraming van 5 tot 50 miljoen 10 dollar niet het lastigste deel van een nieuwe onderneming, 11 maar de vraag hoe je gebruikers zover krijgt dat ze je über- 12 haupt betalen. De grootste kloof in elke onderneming is de 13 kloof tussen een dienst die gratis is en een die een stuiver 14 kost. 15 16 Vanuit het perspectief van de consument gezien is er dus een 17 enorm verschil tussen goedkoop en gratis. Geef iets weg en het 18 kan zich zo snel verspreiden als een virus. Vraag er maar één cent 19 voor en het wordt een heel ander verhaal, waarin voor iedere klant 20 gevochten moet worden. De werkelijkheid is dat nul één markt is 21 en elke andere prijs een andere. In veel gevallen is dat het verschil 22 tussen een fantastische markt en helemaal geen markt. 23 24 25 De kosten van nul kosten 26 Van oudsher had economie niets met Gratis te maken, omdat dat 27 technisch helemaal niet in het domein van geld voorkwam. Maar 28 in de jaren zeventig van de vorige eeuw ontstond een nieuwe tak 29 van economie die de psychologie achter economisch gedrag be- 30 studeerde. De zogenaamde gedragseconomie heeft inmiddels een 31 werkterrein dat uiteenloopt van speltheorieën tot experimentele 32 economie. De gedragseconomie probeert uiteindelijk te verklaren 33 waarom we de economische keuzen maken die we maken, ook al 34 zijn die niet per se de rationeelste. 35

79

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.80

1 In Predictably Irrational beschrijft Dan Ariely een aantal expe- 2 rimenten die hij met zijn collega’s uitvoerde. Zo probeerden ze te 3 begrijpen waarom dit woord ‘gratis’ toch zo veel kracht heeft . ‘Nul 4 is niet zomaar een prijs, zo bleek,’ schrijft hij. ‘Nul is een emotionele 5 stimulans – een bron van irrationele opwinding.’ Dat is gemakke- 6 lijk gezegd, maar moeilijk te meten. Precies daarom wilde Ariely 7 dat proberen. 8 Het eerste experiment ging over chocola. (Opmerking: het bud- 9 get en de tijd van gedragseconomen zijn beperkt. Daarom kom 10 je in hun experimenten vaak een klaptafel, snoep en willekeurige 11 studenten tegen. Zie de resultaten dus vooral als interessante indi- 12 caties en niet als strikt kwantitatieve metingen.) De onderzoekers 13 verkochten twee soorten chocola: truff els van Lindt uit Zwitserland 14 en gewone pralines. Ze gaven de Lindt-truff els de prijs van 15 cent 15 (plusminus de helft van de groothandelprijs) en de pralines de 16 prijs van 1 cent. De klanten gedroegen zich redelijk rationeel en 17 berekenden dat het kwaliteitsverschil tussen de twee het prijsver- 18 schil ruimschoots goed maakte: 73 procent koos voor de truff el en 19 27 procent voor de praline. 20 Toen voegde Ariely de factor ‘gratis’ toe aan het experiment. Hij 21 verlaagde de prijs van beide chocolaadjes met 1 cent. Nu kostte de 22 Lindt-truff el 14 cent en was de praline gratis. Plotseling werd de 23 simpele praline een hit. 69 procent had liever de praline. Er was 24 niets veranderd in de prijs/kwaliteitsberekening – de prijzen lagen 25 nog steeds 14 cent uit elkaar – maar door het verschijnsel nul was 26 de voorkeur van de klanten opeens omgedraaid. 27 Het psychologisch verwarrende in dit geval is de vergelijking 28 tussen twee producten waarvan er een gratis is. Soms is Gratis heel 29 logisch, bijvoorbeeld in het geval van een bak met sportsokken in 30 een warenhuis. Er is weinig tegen om er zo veel mee te nemen als 31 je wilt (alleen maak je een wat hebberige indruk). Maar stel dat je 32 speciaal naar het warenhuis ging met de bedoeling om een paar 33 sokken met een mooi verdikte hiel en gouden teen te kopen. Bij de 34 sokkenafdeling word je afgeleid door de gratis versie en je loopt de 35 winkel uit met iets wat je niet wilde (sokken zonder verdikte hiel

80

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.81

en gouden teen), alleen maar omdat het gratis was. 1 Wat is er toch zo verleidelijk aan Gratis? Ariely legt het als volgt 2 uit: 3 4 De meeste transacties hebben een voor- en een nadeel, 5 maar als iets gratis! is, vergeten we het nadeel. gratis! 6 geeft ons zo’n emotionele kick dat we iets wat ons wordt 7 aangeboden immens veel waardevoller vinden dan het 8 in werkelijkheid is. Waarom? Volgens mij omdat mensen 9 van nature bang zijn voor verlies. De echte verleiding van 10 gratis! hangt samen met die angst. Er is geen zichtbare 11 mogelijkheid dat we iets verliezen wanneer we een gratis! 12 voorwerp kiezen (het is gratis). Maar stel dat we het voor- 13 werp kiezen dat níét gratis is. O o, nu lopen we het risico 14 dat we een slechte keus hebben gemaakt – de mogelijkheid 15 van verlies. En als we dan de keus hebben, gaan we voor 16 iets wat gratis is. 17 18 Op grotere schaal komen vergelijkbare experimenten iedere dag 19 voor, vaak zonder opzet. Een voorbeeld daarvan is de gratis ver- 20 zendkosten van Amazon. Iedereen die wel eens iets bij deze on- 21 linewinkel heeft gekocht, weet dat je geen verzendkosten betaalt als 22 het totaalbedrag van je aankopen meer dan $25 bedraagt. Amazon 23 hoopt dat je, als je oorspronkelijk van plan was één boek van $17 24 te kopen, vanwege de gratis verzendkosten nog een tweede uit- 25 zoekt om op $25 uit te komen. Toen Amazon met deze truc uit- 26 pakte, schoot de verkoop van tweede boeken omhoog. Behalve in 27 Frankrijk dan. 28 Wat was er anders aan de Fransen? Het bleek dat ze een iets 29 ander aanbod kregen. Toen Amazon de gratis verzendkosten op 30 al zijn landensites invoerde, noteerden de Fransen per vergissing 31 1 franc voor de verzendkosten. Met dat piepkleine bedrag was het 32 eff ect van het tweede boek totaal verdwenen. Toen Amazon de 33 vergissing corrigeerde en Frankrijk ook geen verzendkosten meer 34 hoefde betalen, gedroegen de Franse consumenten zich zoals ie- 35

81

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.82

1 dereen en besloten ze om ook een tweede boek in het winkelwa- 2 gentje te leggen. 3 (Interessant genoeg is Amazon hiervoor aangeklaagd. In 1981 4 mochten boekhandelaren volgens een Franse wet van de toenma- 5 lige minister van Cultuur Jack Lang geen kortingen geven van meer 6 dan vijf procent van de offi ciële verkoopprijs. In 2007 daagde de 7 Franse boekhandelarenbond Amazon voor de rechtbank met het 8 argument dat deze korting werd overschreden wanneer de gratis 9 verzendkosten werden meegerekend. De vakbond won en Amazon 10 moest $1500 boete per dag betalen. Het sierde Amazon dat het be- 11 sloot liever te betalen dan het aanbod in te trekken. Het aanbod zou 12 vast zo veel meer opleveren dat Amazon de boete er zo uit had.) 13 Zappos, de onlineschoenenwinkel, gaat zelfs nog verder: de 14 verzendkosten zijn twee kanten op gratis, naar je toe en naar het 15 warenhuis terug als je de schoenen niet wil. Het gaat erom dat de 16 psychologische barrière voor het online kopen van schoenen ver- 17 dwijnt, want het kan natuurlijk dat ze niet passen. Wat Zappos wil 18 (echt!) is dat je verschillende paren schoenen online bestelt om 19 thuis te passen. Hopelijk ben je met een of twee paar tevreden en 20 dan stuur je de rest terug. Je betaalt alleen de schoenen die je houdt. 21 De verzendkosten zijn ingecalculeerd in Zappos’ schoenenprijzen. 22 Het zijn niet de goedkoopste, maar de vele tevreden klanten heb- 23 ben dat graag over voor het gemak. 24 Vanuit psychologisch perspectief is het gebruik van Gratis in het 25 geval van Zappos niet meer dan risicobeperking. Mensen rijden 26 alleen maar naar een schoenenwinkel om te kijken of de schoenen 27 passen en mooi staan. Nu Zappos de schoenen zonder extra kosten 28 bij je thuis bezorgt, loopt Zappos evenveel risico als een fysieke 29 winkel en wint tegelijk het voordeel van het gemak voor de klant. 30 Het enige probleem is volgens ceo Tony Hsieh dat veel mensen 31 zich nog schuldig voelen wanneer ze meer schoenen bestellen dan 32 ze willen en die terugsturen. Ze zouden dat probleem niet hebben 33 als ze die schoenen niet terugstuurden (kassa!), en nog minder als 34 ze ze überhaupt niet zouden bestellen. Dan hoefden ze zich ook 35 niet schuldig te voelen dat ze de meeste weer terugsturen.

82

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.83

De vijand van Gratis is weer verspilling. Schoenen bestellen die 1 je niet echt wilt hebben en terugstuurt, voelt als verspilling. En dat 2 is het ook, van het werk van de inpakkers en de bezorgers tot de 3 4 CO2-uitstoot tijdens het vervoer. De prijswaarneming verdwijnt niet helemaal als de factor geld uit het verhaal wordt gehaald. In dit 5 geval bestaat de prijs uit amorfe maatschappelijke en milieukosten, 6 niet uit een directe aanslag op je portemonnee. 7 Gedragseconomen die een verklaring zoeken voor onze verwar- 8 rende reacties op Gratis, maken onderscheid tussen beslissingen 9 op het ‘maatschappelijke vlak’ en beslissingen op het ‘fi nanciële 10 vlak’. Zappos’ verzendkosten zijn gratis in fi nancieel, maar niet in 11 maatschappelijk opzicht. Op het laatste vlak proberen onze herse- 12 nen uit te rekenen wat de netto maatschappelijke kosten zijn van de 13 vijf paar schoenen die we terugsturen voor het paar dat we houden. 14 Dat is een onmogelijke opgave en juist daarom haken sommige 15 klanten af. Ze nemen het aanbod niet aan, ook al is het gratis. 16 Ariely heeft het onderscheid tussen deze twee niveaus aange- 17 toond met een ander experiment: hij legde six-packs Coca-Cola in 18 koelkasten op campussen. Hij zette ook schoteltjes met geld neer. 19 Mensen pakten de cola meteen, maar zaten niet aan het geld. Ze 20 deden alsof de cola ‘gratis’ was, ook al wisten ze dat het geld kost. 21 Maar concreet geld pakken voelde als stelen. 22 23 24 Geen kosten, geen verantwoordelijkheid 25 Onlangs was ik op een congres bij Google, dat bekendstaat om de 26 rekken met gratis tussendoortjes die er overal staan, en waar van 27 alles op te vinden is, van gezonde müslirepen tot duidelijk onge- 28 zonde snoepjes. Het was een wetenschappelijk congres dat werd 29 bijgewoond door niet-Googlers, overwegend academici. Ze gingen 30 steeds naar de rekken terug, begrijpelijkerwijs onder de indruk van 31 de overvloed aan gratis lekkernijen. Aan het eind van de eerste dag 32 lagen overal halfl ege snoepverpakkingen. 33 Het is interessant om je voor te stellen hoe anders dat was ge- 34 weest als Google een prijs voor dat snoepgoed had berekend, al 35

83

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.84

1 was het maar een stuiver. Ik wed dat ze veel minder hadden gepakt 2 en dat veel meer mensen ook alles hadden opgegeten. Ik weet ook 3 bijna zeker dat ze tevredener waren geweest over hun besluit om 4 een tussendoortje te nemen. Ze zouden zichzelf hebben afgevraagd 5 of ze écht iets wilden eten en waarschijnlijk zouden ze gewacht 6 hebben tot ze trek kregen. En ze zouden zich vast niet zo gulzig 7 hebben gevoeld over hun haastige beslissing om iets lekkers te eten 8 (zoals ik toen ik achteloos een handvol gembersnoepjes in mijn 9 mond stopte). 10 Dit is een van de negatieve implicaties van Gratis. Vaak geven 11 mensen minder om dingen waarvoor ze niet betalen en denken ze 12 dus ook minder na over de manier waarop ze die gaan gebruiken. 13 Gratis kan leiden tot vraatzucht, dringende mensenmassa’s, gedach- 14 teloze consumptie, verspilling, schuld en hebzucht. We pakken din- 15 gen omdat ze er liggen, niet omdat we ze willen hebben. Als iets een 16 prijs heeft , hoe laag ook, werkt dat vaak verantwoordelijker gedrag 17 in de hand. 18 De schrijvers van de blog Penny Closer vertellen het verhaal van 19 een vriend die als vrijwilliger bij een liefdadigheidsinstelling werkt. 20 Deze instelling zorgt voor vervoer voor mensen die het tegenzit, 21 met gratis buskaarten om precies te zijn. Helaas raken deze bus- 22 kaarten, die de instelling 30 dollar per stuk kosten, nogal eens weg. 23 Daarom werd er een nieuwe regel ingesteld: alle kaarten zouden 24 voortaan 1 dollar kosten om de verloren kaarten een beetje te com- 25 penseren. Plotseling raakten mensen minder kaarten kwijt. Nadat 26 ze er 1 dollar voor hadden betaald, bekeken de mensen de kaart 27 met heel andere ogen. Omdat ze erin hadden geïnvesteerd, waren 28 ze er zuiniger op. De kaart was al wat waard voordat ze daarvoor 1 29 dollar moesten uitgeven, maar op de een of andere manier was hij 30 nu zelfs méér waard. 31 De keerzijde van deze verhalen is dat het aantal participanten 32 gewoonlijk (vaak drastisch) daalt als je een prijs instelt, al is die 33 nog zo laag. In het geval van Google zouden mensen veel minder 34 snacks pakken als ze ervoor moesten betalen. In het geval van de 35 echte liefdadigheid zouden er veel minder buskaarten worden ver-

84

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.85

spreid. Dat is de consequentie van Gratis: met Gratis heb je een 1 maximaal bereik voor een product of dienst, maar als dat niet je 2 uiteindelijke doel is (Google probeert de snoepconsumptie niet te 3 maximaliseren), kan zich dat tegen je keren. Net als met elk ef- 4 fectief instrument moet je met Gratis voorzichtig omgaan, anders 5 doet het meer kwaad dan goed. 6 7 8 De verhouding tijd/geld 9 Er komt misschien een moment in je leven waarop je wakker wordt 10 en je realiseert dat je meer geld dan tijd hebt. Vervolgens bedenk je 11 dat je de dingen anders zou moeten doen – dus niet meer vier stra- 12 ten verderop naar een pinautomaat lopen die geen transactiekos- 13 ten in rekening brengt, kilometers ver rijden naar het goedkoopste 14 benzinestation of zelf je huis schilderen. 15 Eenzelfde berekening ligt ten grondslag aan een groot deel van 16 de freemium-economie (zie bladzijde 38). We zien dit vaak terug 17 in gratis spelletjes op internet, bijvoorbeeld Maple Story, waar je 18 tools als ‘teleportatiestenen’ kunt kopen om snel van de ene naar 19 de andere plaats te komen zonder gevecht of wachten op een bus. 20 De meeste van deze digitale hulpjes maken geen betere speler van 21 je, maar ze geven je wel de kans om sneller een betere speler te 22 worden. 23 Kinderen hebben waarschijnlijk meer tijd dan geld. Dat is ook 24 de kracht achter de handel in mp3-bestanden: het is een beetje 25 omslachtig, maar wel gratis (en: illegaal!). sprak hier- 26 over de beroemde woorden: ‘Als je muziek van amateur-diensten 27 downloadt, heb je meestal met bestandsformats te maken, je mist 28 informatie over het album en de kans bestaat dat je de verkeerde 29 song of een versie van slechte kwaliteit te pakken krijgt. Het kost 30 zo veel tijd om niet te hoeven betalen dat je eigenlijk aan het werk 31 bent voor minder dan het minimumloon.’ Als je veel tijd en weinig 32 geld hebt, heeft dat zin. Dan is gratis de juiste prijs voor jou. 33 Maar als je ouder wordt, geldt de omgekeerde verhouding en 34 lijkt het niet meer zo’n ramp om hier en daar een dollar te betalen. 35

85

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.86

1 Je verandert in een betalende klant, de kwaliteitsgebruiker in de 2 freemium-verhouding. 3 Een van mijn bijbanen is een opensourcehardware-project dat 4 diy drones heet (ontwikkeling en verkoop van roboticatechniek 5 voor vliegrobots). Je bent vast wel bekend met het concept open- 6 sourcesoft ware, maar het idee om dat uit te breiden naar hardware 7 – van printplaten tot en met consumentengadgets zoals Googles 8 Android-telefoon – is nog tamelijk nieuw. 9 Zelfs in zijn prille vorm is opensourcehardware een interessant 10 voorbeeld van de manier waarop je geld kunt verdienen met Gratis. 11 Hiermee krijgt de wereld van de vrije soft ware een nieuwe dimen- 12 sie, want het gaat over atomen (met echte marginale kosten) en niet 13 alleen over bits met informatie die vrijwel kosteloos overgebracht 14 kunnen worden. 15 De meeste opensourcehardware-bedrijven werken als volgt: alle 16 bouwplannen, printplaatbestanden, soft ware en instructies zijn 17 gratis en voor iedereen beschikbaar. Als je zelf iets in elkaar wilt 18 zetten (of nog beter, een ontwerp wilt verbeteren), word je daarin 19 aangemoedigd. Maar vind je het te veel gedoe of te riskant, dan kun 20 je ook kant-en-klare versies kopen die gegarandeerd werken. 21 Neem bijvoorbeeld de opensource-microprocessor van Arduino 22 waarop de automatische piloten van diy drones zijn gebaseerd. Je 23 kunt er zelf een bouwen aan de hand van volledige instructies (die 24 te vinden zijn op arduino.cc), maar je kunt er ook een kopen. De 25 meeste mensen doen het laatste. Het Arduino-team verdient zijn 26 geld met licentievergoedingen van bedrijven en winkels die de 27 printplaten maken en verkopen. 28 Je kunt een behoorlijke onderneming bouwen op basis van dit 29 model, zoals Limor Fried heeft bewezen met Adafruit Industries, 30 haar winkel/ontwerp-bedrijf voor elektronicapakketten. Zij en 31 haar partner Philip Torrone hebben een eenvoudig bedrijfsmodel 32 gemaakt rond Gratis en ik heb dat schaamteloos gekopieerd voor 33 diy drones. 34 Het werkt als volgt: 35

86

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.87

1. Bouw een gemeenschap op rond gratis informatie en advies 1 over een specifi ek onderwerp. 2 2. Ontwerp met behulp van die gemeenschap een paar pro- 3 ducten die mensen willen hebben en beloon ze voor hun 4 hulp door de producten in hun ruwe vorm gratis te maken. 5 3. Laat degenen die geen tijd hebben/niet handig zijn/geen 6 risico’s willen nemen de meer gepolijste versie kopen. (Dat 7 blijkt soms vrijwel iedereen te zijn.) 8 4. Doe dit steeds opnieuw en bereken voor alle producten een 9 winstmarge van 40 procent om de kosten te dekken. 10 11 Zo simpel is het. Zoals Torrone zegt: ‘Ik kan me niet voorstellen 12 dat ik een boek, video of tijdschrift zou maken zonder een gemeen- 13 schap die daar van a tot z bij betrokken is. Het leek uiteindelijk 14 ook altijd weer over een verhaal te gaan – mensen zien graag een 15 begin, midden, eind en een plot van iets – en als er ergens een knop 16 ‘koop dit’ zit, klikken ze die soms aan. Dat is hun manier om ons te 17 belonen voor al ons werk.’ 18 Eigenlijk is dit nog een voorbeeld van de psychologie van Gratis, 19 en wel in twee opzichten. Het eerste betreft de mentale calcula- 20 tie die we maken wanneer we beoordelen hoeveel tijd we hebben. 21 Herinner je je Jobs’ bewering dat je jezelf niet eens het minimum- 22 loon betaalt als je de tijd neemt om je een weg te banen door al die 23 ondoorzichtige metadata rond mediahandel? Jobs bedoelde dat je 24 tijd bespaart als je een dollar voor een song betaalt (alle andere 25 argumenten over legaliteit en eerlijkheid nog daargelaten). 26 De tweede reden dat je misschien beter voor iets kunt betalen, 27 is dat de kans dan kleiner wordt dat iets niet is wat je wilt (zoals 28 die gratis sokken). Aan een prijs zit een garantie vast, aan Gratis 29 meestal niet. Daarom lukt het Adafruit ook om zijn kant-en-klare 30 elektronica te verkopen. Je weet zeker dat het werkt en dat weet je 31 niet als je het zelf in elkaar zet. 32 Toch kan Gratis ook wel vertrouwen inboezemen. Laten we nog 33 eens naar Adafruit kijken. Dat er een gratis versie en een opensour- 34 ce-versie van het product verkrijgbaar is, betekent dat je het kunt 35

87

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.88

1 inspecteren en risicoloos kunt uitproberen. Bovendien weet je dat 2 je het kunt wijzigen als het niet precies aansluit op je behoeft en. 3 En het feit dat er een vrije versie van bestaat, heeft een grotere 4 gebruikersgemeenschap aangetrokken. Het is een geruststellende 5 gedachte dat zo veel anderen het product al zagen zitten en je kun- 6 nen helpen als er problemen ontstaan. (In de psychologie wordt 7 dit ‘mimetisch verlangen’ genoemd, wat zo’n beetje betekent dat we 8 dingen doen die andere mensen doen omdat hun beslissingen die 9 van onszelf valideren. En dat verklaart alles, van kuddegedrag tot 10 hippe kleding.) 11 Dit is waarom de combinatie van Gratis en Betaald zo goed 12 werkt. Je kunt er uiteenlopende psychologische overwegingen van 13 allerlei soorten gebruikers in onder brengen, van degenen die meer 14 tijd dan geld hebben tot degenen die meer geld dan tijd hebben. 15 Het werkt voor mensen die denken dat ze het zelf wel kunnen, en 16 ook voor minder zelfverzekerde mensen die het liever door een 17 ander laten doen. Met Gratis plus Betaald omvat je het hele psy- 18 chologische spectrum binnen het consumentisme. 19 20 21 Het piratenbrein 22 Een laatste vorm van Gratis die we nog niet in detail hebben be- 23 handeld, is piraterij. Piraterij is een speciale vorm van diefstal, die 24 zowel door de piraten als door de gebruikers van piratengoederen 25 als een tamelijk onschuldig misdrijf wordt gezien. (Ik zal hier niet 26 gaan bespreken of ik vind dat ze gelijk hebben of niet; we bekij- 27 ken alleen vanuit een psychologisch perspectief hoe zij ertegen- 28 aan kijken.) Piraten redeneren dat een piratenproduct zelden een 29 volwaardige vervanging is voor het authentieke origineel. Maar je 30 bereikt er wel een publiek mee dat zich het origineel niet kan ver- 31 oorloven of het anders niet had gekocht. 32 Piraterij is nu juist zo’n speciale klasse van diefstal omdat de 33 kosten voor de rechtmatige eigenaar niet te meten zijn. Als je een 34 muziekalbum maakt en piraten kopiëren dat, pakken ze niet iets 35 af wat je bezit, maar reproducéren ze iets wat je bezit. Dit is een

88

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.89

belangrijk onderscheid, dat in de praktijk zo’n beetje betekent dat 1 je geen verlies lijdt maar minder winst maakt. De kosten zijn hoog- 2 uit de kosten van gemiste verkoopkansen, veroorzaakt doordat het 3 origineel moest concurreren met piratenversies op de markt. (We 4 komen hier in hoofdstuk 14 op terug. Daar bekijken we de piraten- 5 markten in China, waar je ziet dat de gevolgen niet altijd uitslui- 6 tend negatief zijn voor de rechtmatige eigenaar.) 7 Piraterij is een afgedwongen vorm van Gratis. Misschien was 8 het niet je bedoeling om het product weg te geven, maar heeft de 9 markt je dat opgedrongen. Voor de muziekindustrie en een groot 10 deel van de soft ware-industrie is dit de alledaagse realiteit. Gratis is 11 de de facto prijs geworden, wat er ook is gedaan om dat te stoppen. 12 Een soft wareontwikkelaar besloot dat uit te zoeken. Cliff Harris 13 maakt videogames die hij verkoopt voor $20, volgens hem een re- 14 delijke prijs. Toch worden er voortdurend piratenversies van ge- 15 maakt. Hoe komt dat? 16 Hij vroeg het aan de lezers van Slashdot, een populaire tech- 17 nische discussiesite. Hij kreeg honderden reacties, waarvan maar 18 enkele korter waren dan honderd woorden. Harris zegt: ‘Het was 19 alsof veel mensen lang hadden gewacht op de mogelijkheid om een 20 spelletjesontwikkelaar het antwoord op deze vraag te geven.’ 21 Kevin Kelly vertelde over het experiment: 22 23 Hij ontdekte een aantal patronen in de antwoorden die 24 hem verbaasden. Nummer een was het breed gedeelde ge- 25 voel dat zijn spelletjes (en spelletjes in het algemeen) te 26 duur waren voor wat de kopers ervoor kregen; dat gold 27 dus zelfs voor $20. Het tweede patroon hield in dat elke 28 blokkade om te spelen – kopieerbescherming, digitale- 29 rechtenmanagement (drm) of ingewikkelde aankoop- 30 procedures op internet – kortom alles wat maar tussen de 31 impuls om te spelen en dit spel in het bijzonder instond, 32 werd opgevat als een legitiem signaal om voor de gratis 33 route te kiezen. Harris merkte ook dat ideologische rede- 34 nen (tirades tegen kapitalisme, intellectuele eigendom, ‘de 35

89

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.90

1 persoon’ of de sport om de wet te omzeilen) duidelijk in 2 de minderheid waren. 3 Het siert Harris dat hij door deze eerlijke antwoorden 4 van gedachten veranderde. Hij besloot zijn bedrijfsmodel 5 te veranderen en de prijs van zijn spelletjes te halveren 6 (dus tot $10). Hij haalde de geringe kopieerbescherming 7 die hij had gebruikt weg en beloofde zijn webwinkel ge- 8 bruiksvriendelijker te maken, misschien zo dat je met één 9 klik kon uitchecken. Hij besloot de gratis demo’s langer te 10 maken. En het belangrijkste was dat hij had ontdekt hoe 11 hij de kwaliteit van zijn spelletjes kon verbeteren. 12 13 In zekere zin vertelde de markt hem dat ze zijn spelletjes minder 14 waard vonden dan hij zelf vond. Hij zag in dat elke poging om dat 15 te bestrijden zinloos was, tenzij mensen gingen denken dat zijn 16 spelletjes meer waard waren geworden. 17 We kunnen van Harris’ ervaring leren dat Gratis bijna altijd 18 een keuze is op een digitale markt. Als je iets niet expliciet gratis 19 aanbiedt, vinden anderen bijna altijd wel een manier om dat zelf 20 te doen. Wanneer de marginale kosten van reproductie nul zijn, 21 zijn de barrières ten aanzien van Gratis overwegend psychologisch 22 – de angst dat je de wet overtreedt, rechtvaardigheidsgevoel, een 23 berekening van de waarde van je tijd, misschien de gewoonte om 24 te betalen of onwetendheid dat je een gratis versie kunt krijgen. 25 Vroeg of laat moeten de meeste producenten in de digitale wereld 26 concurreren met Gratis. Harris begreep dat en verzon manieren 27 om het beter te doen. Met zijn onderzoek keek hij in het hoofd 28 van de piraat en zag een betalende klant die een reden zocht om te 29 voorschijn te komen. 30 31 32 33 34 35

90

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.91

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Digitaal Gratis 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.92

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.93

1 2 5 | Zo goedkoop dat het er 3 4 niet toe doet 5 6 Les die het web leert: wanneer iets elk jaar in prijs hal- 7 veert, is nul onvermijdelijk 8 9 10 In 1954, toen atoomenergie in opkomst was, stond Lewis Strauss, 11 voorzitter van de Atoomenergiecommissie, voor een groep aca- 12 demische schrijvers in New York en voorspelde dat er grote din- 13 gen op komst waren. Ziekten zouden worden overwonnen en we 14 zouden begrijpen waarom de mens ouder wordt. We zouden bin- 15 nenkort ‘moeiteloos’ over zeeën varen en met grote snelheid door 16 de lucht reizen. Periodiek terugkerende regionale hongersnoden 17 zouden tot het verleden behoren. En zijn beroemdste voorspelling 18 was: ‘Het is bepaald niet ondenkbaar dat onze kinderen elektrische 19 energie in hun huizen zullen gebruiken die zo goedkoop is dat ze 20 niet wordt gemeten.’ 21 Het waren optimistische tijden. Het ruimtetijdperk brak aan, 22 de moderne geneeskunde overwon langzamerhand eeuwenoude 23 aandoeningen, de chemische industrie bracht ‘een beter leven’ en 24 voedde de aarde. Bovendien gloorde het Informatietijdperk met 25 onbeperkte mogelijkheden aan de horizon. Alles wat uit te vinden 26 was, zou worden uitgevonden en dan snel een merknaam krijgen, 27 verpakt worden en verkocht worden aan een opkomende klasse 28 van kapitaalkrachtige consumenten. 29 Het naoorlogse optimisme over wetenschap en technologie en 30 de welvarende periode van ongekende groei die deze zouden rea- 31 liseren, strekte zich uit van nationale trots tot huiselijk geluk. De 32 kracht van het menselijk brein en slimme machines beloofden ons 33 te bevrijden van oorlog en geestdodend huishoudelijk werk. De 34 vraag was niet of we in ruimtekoloniën konden leven, maar wat 35

93

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.94

1 we er zouden aantrekken. Futuristische televisieseries waren niet 2 absurder dan Th e Flintstones; dat we ooit ruimtetaxi’s en robotbut- 3 lers zouden hebben, stond vast, net als het feit dat we ooit in holen 4 hadden gewoond. 5 En inderdaad zijn we met de bloeiende wetenschap en techno- 6 logie van na de oorlog op het pad gekomen van een steeds grotere 7 productiviteit en economische groei, en dat met een ongekende 8 snelheid. Maar zo rooskleurig als Strauss voorspelde, was het niet. 9 Elektriciteit werd niet zo goedkoop dat het niet de moeite loonde 10 haar te meten. 11 Hoewel de brandstofk osten van uranium in vergelijking met die 12 van kolen laag waren, bleken de initiële kosten van de bouw van 13 de reactoren en krachtcentrales veel hoger. Het restafval was en 14 blijft een probleem. Na Th ree Mile Island en Tsjernobyl werd dit 15 probleem nog nijpender. 16 Tegenwoordig zijn de kosten van atoomenergie ongeveer net zo 17 hoog als die van kolen, dat wil zeggen dat de economie van elektri- 18 citeit er totaal niet door is veranderd.* 19 20 * Zoals zo vaak gebeurt met beroemde citaten, wordt ook dat van Strauss vaak verkeerd begrepen. Ten eerste had hij het waarschijnlijk over waterstoff usie en 21 niet over uraniumsplitsing. Net als tegenwoordig was fusie in de verste verte 22 geen optie. Aan splitsing (wat bekend is als ‘nucleaire energie’) werd echter 23 al gewerkt en iedereen, ook Strauss, wist dat de kosten van nucleaire energie waarschijnlijk veel hoger zouden zijn dan die van steenkool, gezien de hoge 24 kosten van de kerncentrales. 25 Ten tweede betekent ‘te goedkoop om te meten’ niet hetzelfde als gratis: 26 het betekent alleen dat het te goedkoop is om nauwgezet bij te houden. Som- 27 mige gebouwen die rond die tijd werden gebouwd, bijvoorbeeld het World Trade Center, werden dan ook ontworpen zonder lichtschakelaars in elk 28 kantoor. Beheerders van het gebouw konden het licht op hele verdiepingen 29 gewoon aan- en uitdoen, alsof het een kerstboom was. Men verwachtte dat 30 elektriciteit zo goedkoop werd dat je je er niet meer om hoefde te bekom- meren. 31 Even terzijde: Strauss was een omstreden fi guur en niet alleen om zijn 32 neiging tot overdrijven. Hij was een groot voorstander van de waterstofb om, 33 waardoor hij in confl ict kwam met Robert Oppenheimer, de betreurenswaar- dige vader van de atoombom. Het is overbekend dat hij tijdens de heksenjacht 34 van het Congres tegen Oppenheimer getuigde, met als gevolg dat Oppenhei- 35 mer zijn betrouwbaarheidsverklaring kwijtraakte. Strauss zei tegen president

94

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.95

Maar wat als Strauss gelijk zou hebben gehad? Wat als elektriciteit 1 echt zo’n beetje gratis was geworden? 2 Het antwoord is dat alles waarmee elektriciteit gemoeid is – vrij- 3 wel alles dus – getransformeerd zou zijn. In plaats van elektriciteit 4 af te zetten tegen andere energiebronnen, zouden we zo veel elek- 5 triciteit gebruiken als we maar konden. We zouden het verspillen 6 omdat het zo goedkoop zou zijn dat we ons niet hoefden te bekom- 7 meren om effi ciëntie. 8 Alle gebouwen zouden elektrisch verwarmd worden, wat de 9 conversiesnelheid van de warmte ook zou zijn. We zouden alle- 10 maal in elektrische auto’s rijden. (Gratis elektriciteit is stimulerend 11 genoeg om een effi ciënte accu te ontwikkelen voor de opslag van 12 elektriciteit.) Gigantische ontziltingsinstallaties zouden zeewater 13 in zo veel zoet water omzetten als iemand maar kan wensen, zodat 14 uitgestrekte gebieden landinwaarts geïrrigeerd konden worden en 15 woestijnen in vruchtbare akkers zouden veranderen. 16 Daar twee andere belangrijke landbouwfactoren – lucht en zon- 17 licht – gratis zijn, zouden we met die nieuwe overvloed aan zoet 18 water veel meer gewassen kunnen verbouwen dan nodig is voor de 19 voedselvoorziening. Vele daarvan zouden als biobrandstof dienst 20 kunnen doen. Fossiele brandstoff en zouden we dan opeens idioot 21 duur en vies vinden. De netto kooldioxide-uitstoot zou kelderen. 22 (Planten halen koolstof uit de lucht voor ze die via verbranding 23 24 weer uitstoten, terwijl olie en gas extra CO2 aan de lucht toevoegen.) 25 26 Eisenhower dat hij alleen voorzitter van de aec wilde worden als Oppenhei- mer geen adviserende rol in het gezantschap zou spelen. Hij verklaarde dat 27 hij Oppenheimer onder andere niet vertrouwde omdat deze zich consequent 28 tegen de superbom verzette. Binnen enkele dagen nadat hij in juli 1953 was 29 aangesteld, liet Strauss alle vertrouwelijke documenten van de aec uit Oppen- 30 heimers kantoor verwijderen. Maar hij kreeg zijn verdiende loon: volgens zijn biografi e ‘maakten zijn ar- 31 rogantie en het feit dat hij altijd overtuigd was van zijn gelijk hem in de loop 32 der jaren impopulair op Capitol Hill. In 1959 stemde de Senaat tegen zijn aan- 33 stelling als minister van Handel, na twee maanden van uitputtende hoorzittin- gen. De beproeving was een openbare vernedering voor Strauss, vooral omdat 34 hij werd betrapt op meineed.’ 35

95

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.96

1 De uitdrukking ‘opwarming van de aarde’ zou misschien nooit in 2 onze taal zijn opgenomen. 3 Kortom, ‘te goedkoop om te meten’ zou de wereld hebben ver- 4 anderd. 5 Onwaarschijnlijk? Voor elektriciteit misschien wel. Maar er zijn 6 inmiddels drie andere technologieën die net zo’n groot deel van 7 onze economie raken als elektriciteit: het verwerkingsvermogen 8 van computers, digitale opslagruimte en bandbreedte. Deze drie 9 worden werkelijk te goedkoop om te meten. 10 En de snelheid waarmee dit gebeurt, is duizelingwekkend, zelfs 11 nu nog, een halve eeuw nadat Gordon Moore de trendlijn opmerk- 12 te die nu de Wet van Moore heet. En nog verbluff ender is dat het 13 verwerkingsvermogen – het aspect dat Moore volgde – het lang- 14 zaamst groeit van de drie. Het aantal transistoren dat halfgeleider- 15 chips kunnen bevatten, verdubbelt grofweg ieder anderhalf jaar. 16 (Daarom kun je voor dezelfde prijs om het jaar een iPod kopen met 17 een vermogen van twee keer zo veel muziek.) De opslagruimte van 18 harde schijven loopt nog sneller op: het aantal bytes per willekeurig 19 deel op een harde schijf verdubbelt ongeveer per jaar, reden waar- 20 om je nu honderden uren video op je TiVo kunt bewaren. Maar het 21 snelst van de drie is de bandbreedte: de snelheid waarmee gegevens 22 via een vezeloptische kabel worden overgedragen, verdubbelt elke 23 negen maanden. Daarom heb je zelfs geen TiVo meer nodig: op 24 directe onlinevideodiensten kun je nu wanneer je maar wilt alle 25 mogelijke tv-programma’s bekijken. 26 Elk van deze technologieën heeft economische consequenties 27 die zo mogelijk nog ingrijpender zijn: de kosten halveren in het- 28 zelfde tempo als capaciteit, snelheid enzovoort verdubbelen. Dit 29 betekent dus dat als het computervermogen in twee jaar verdub- 30 belt, en de prijs ervan niet verandert, een gegeven eenheid van dat 31 vermogen in die periode 50 procent goedkoper wordt. 32 Neem de transistor. In 1961 kostte een transistor 10 dollar, twee 33 jaar later nog maar 5. Weer twee jaar later, in 1965, het jaar waarin 34 Moore zijn voorspelling in het aprilnummer van Electronics pu- 35 bliceerde, was het 2,5 dollar. Tegen 1968 kostte een transistor nog

96

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.97

geen dollar. Zeven jaar later bedroeg de prijs nog maar 10 cent, 1 weer zeven jaar later nog maar een paar centen, enzovoort. 2 De nieuwste Intelprocessors van nu hebben ongeveer twee mil- 3 jard transistoren en kosten zo’n 300 dollar. Dit betekent dat elke 4 transistor plusminus 0,000015 cent kost. Dat wil zeggen: te goed- 5 koop om te meten. 6 Deze snellere, betere en goedkopere technologieën – verwer- 7 king, opslag en bandbreedte – komen nu in een triple play samen 8 op internet. Daarom heb je nu gratis diensten als YouTube – in we- 9 zen onbegrensde hoeveelheden videomateriaal die je zonder uitstel 10 kunt bekijken in hoge-resolutiebeeldkwaliteit – iets wat enkele ja- 11 ren geleden nog schreeuwend duur was. 12 Het is nog nooit in de geschiedenis voorgekomen dat de pri- 13 maire productiefactoren voor een industriële economie zo lang en 14 zo snel in prijs zijn gedaald. Dit is de motor achter het nieuwe 15 gratis, dat meer is dan een marketingtruc of een kruissubsidie. In 16 een wereld waarin de prijzen altijd omhoog lijken te gaan, zullen 17 de kosten van alles wat op deze drie technologieën wordt gebouwd, 18 altíjd naar beneden gaan, en dat blijven doen tot ze zo dicht moge- 19 lijk bij nul uitkomen. 20 21 22 Vooruitlopen op goedkoop 23 Wanneer de kosten van het ding dat je maakt met zo’n regelmaat 24 en gedurende zo’n lange tijd blijven dalen, kun je prijssystemen 25 uitproberen die normaal waanzinnig zijn. In plaats van iets te ver- 26 kopen voor de kosten van vandaag, kun je het verkopen voor de 27 kosten van mórgen. Door de vraag die vanwege de lagere prijs zal 28 toenemen, versnelt de leercurve en zal het product zelfs nog min- 29 der kosten dan verwacht wanneer het eenmaal morgen is. Zo ver- 30 dien je dus meer geld. 31 Begin jaren zestig bijvoorbeeld verkocht Fairchild Semiconductor 32 een van de eerste transistoren, de 1211, aan het leger. De produc- 33 tiekosten van elke transistor bedroegen $100. Fairchild wilde de 34 transistor verkopen aan de Radio Corporation of America (rca) 35

97

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.98

1 die hem kon gebruiken in zijn nieuwe uhf tv-tuner. Indertijd ge- 2 bruikte rca traditionele vacuümbuizen, die maar $1,05 per stuk 3 kostten. 4 De legendarische oprichters van Fairchild, Robert Noyce en 5 Jerry Sanders, wisten dat de kosten van de transistor snel zouden 6 dalen als de productieomvang toenam. Maar om iets te kunnen 7 verkopen, moesten ze de prijs onmiddellijk laten dalen, nog voor 8 ze überhaupt productie hadden gemaakt. Dus rondden ze naar be- 9 neden af, royaal naar beneden. Ze vroegen vanaf het begin $1,05 10 voor de 1211, nog voordat ze wisten hoe ze de transistor zo goed- 11 koop konden maken. ‘We gingen chips maken in een fabriek die we 12 nog niet hadden gebouwd, volgens een proces dat nog niet ontwik- 13 keld was. Maar het kwam hierop neer: de volgende week gingen we 14 de markt op met een prijsnotering van $1,05,’ herinnerde Sanders 15 zich later. ‘We gingen de toekomst in verkopen.’ 16 Het werkte. Door de dalende prijscurve ver voor te blijven, be- 17 reikten ze hun doel van $1,05 en veroverden ze 90 procent van de 18 uhf-tunermarkt. Twee jaar later wisten ze de prijs te verlagen tot 19 50 cent, terwijl ze toch nog winst maakten. Kevin Kelly beschreef 20 dit eff ect in zijn boek New Rules for the New Economy en noemde 21 het ‘vooruitlopen op goedkoop’. 22 Stel dat Henry Ford met dezelfde trend te maken had gehad in 23 zijn T-Fordfabriek. Dat lijkt bijna onmogelijk: hoe zou een fysiek 24 product als een auto ooit zo in prijs kunnen dalen als de digitale 25 technologie? Ieder jaar zouden we twee keer zo goed moeten wor- 26 den in het winnen van erts en in de verwerking daarvan tot metaal. 27 Alle componenten die in een auto zitten, zouden net als halfgelei- 28 ders steeds goedkoper moeten worden, alsof ze gehoorzaamden 29 aan een soort wet van Moore voor ruitenwissers en transmissiema- 30 chinerie. En de fabrieksarbeiders zouden bereid moeten zijn om de 31 helft van hun salaris in te leveren, anders zou de helft vervangen 32 moeten worden door robots. 33 Maar als je leefde in de eerste decennia van de auto-industrie, 34 was dat helemaal niet zo ondenkbaar. Tussen 1906 en 1918 daalden 35 de ‘aan de kwaliteit aangepaste’ prijzen van auto’s (de prestaties van

98

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.99

de auto per dollar) iedere twee jaar met zo’n 50 procent. Aan het 1 eind van die periode kostte een auto dus nog maar eenvijfde van 2 wat een vergelijkbare auto tien jaar eerder kostte. 3 Door van handwerk over te gaan op een lopende band die werd 4 aangedreven door elektrische motoren, kon Ford de kosten van 5 spierkracht verlagen. Door vervolgens de switch te maken van 6 op maat gemaakte onderdelen naar standaardcomponenten, ver- 7 laagde hij de arbeidskosten nog eens en verkocht hij miljoenen in 8 massaproductie vervaardigde auto’s. 9 Maar die opmerkelijke dalende-kostencurve, een product van 10 Henry Fords baanbrekende lopende-bandtechnieken en massa- 11 productie, kon niet standhouden. De prijs-/prestatieverbeteringen 12 van auto’s vertraagden en tegenwoordig komen ze niet meer boven 13 een paar procent per jaar uit. We zijn inderdaad beter geworden in 14 het winnen van erts en de helft van de fabrieksarbeiders in de auto- 15 industrie is ook vervangen door robots, maar dat gebeurde niet van 16 de ene op de andere dag. Auto’s worden goedkoper en beter, maar 17 lang niet zo snel als de digitale technologie. Auto’s zijn nog altijd 18 duur. 19 Vanuit het oogpunt van het milieu is dat niet zo erg. Zelfs als 20 fysieke goederen net zo snel in prijs konden dalen als microchips, 21 zouden de ‘negatieve externe gevolgen’ van de daaruit voortvloei- 22 ende overproductie van allerlei dingen al snel duidelijk worden. 23 Kijk maar eens naar wall-e van Pixar, waar mensen van de aarde 24 worden verdreven door gigantische vuilnisbelten en je begrijpt het 25 probleem. 26 Maar in de digitale wereld, waar alles wat in overvloed wordt 27 gecreëerd uiteindelijk uit vergankelijke informatiebits bestaat 28 – elektronen, fotonen en magnetische fl ux – is er geen reden te 29 bedenken waarom dergelijke opmerkelijke verdubbelingswetten 30 zich niet volledig kunnen bewijzen. Zoals Moore zelf al zei, zijn 31 de gevolgen verbluff end: ‘De wet van Moore ontkracht de wet van 32 Murphy. Alles wordt beter en beter.’ 33 34 35

99

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.100

1 HOE KAN EEN AUTO NU GRATIS ZIJN? 2 Zoals Ryanair het luchtvaartwezen zo heeft ingevuld dat het minder over de verkoop van 3 stoelen en meer over de verkoop van reizen gaat, is Better Place bezig de auto-industrie 4 anders in te vullen. In een tijd dat de benzineprijs hoog is, beseffen mensen dat de prijs van een auto veel hoger is dan de aanschaf van het voertuig: er komen ook de kosten bij 5 van het rijden, die tot meer dan $3000 per jaar kunnen oplopen. In navolging van de mo- biele-telefoonbedrijven is Better Place van plan om de auto weg te geven, terwijl het de 6 kilometers voor minder verkoopt dan je daaraan kwijt zou zijn met een traditionele auto. 7 Dit model werkt als de benzine sneller duurder wordt dan elektriciteit. 8

9 $7 GESCHATTE 10 $6 PRIJS VAN EEN GALLON 11 BENZINE IN EEN $5 DOELMARKT 12 $4 13 PRIJS VAN BETTER PLACE $3 14 PER MIJL 15 $2

16 $1 GEMIDDELDE PRIJS VAN DE EQUIVALENTE 17 0 HOEVEELHEID ELEKTRICITEIT 18 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 19

20 Better Place kan dit doen omdat de auto’s elektrisch beperkt is en recyclebare elektriciteitsbronnen zijn, en elektriciteit is goedkoper dan benzine. Als niet. Als iemand 10.000 mijl per jaar rijdt tegen een 21 je een driejarig contract afsluit (en woont in een prijs van $0,15 per mijl en Better Place biedt $0,12, gebied waar deze dienst bestaat – momenteel in wanneer de elektriciteit in werkelijkheid $0,02 22 Israel, Denemarken, Australië en de San Francisco kost, verdient het een dubbeltje per mijl. Dat is een Bay Area), krijg je een gratis leaseauto van Better bruto jaarwinst van $1000, en daarmee worden de 23 Place. Je laadt hem thuis op en werkt met een kosten van de accu op den duur afbetaald (die accu speciaal oplaadstation, terwijl de GPS in de auto gaat minstens tien jaar mee). Hoe groter de kloof 24 je de weg wijst naar openbare oplaadpunten. Als tussen benzine en elektriciteit wordt, hoe sneller 25 je haast hebt, word je naar een station geleid waar Better Place de kosten van de accu’s terugverdient medewerkers de accu’s sneller verwisselen dan en hoe meer geld het bedrijf verdient. 26 benzine tanken zou kosten. De tweede groep klanten berekent Better Place Momenteel is het verschil tussen benzineprijzen meer per mijl, tot $0,50 ($15.000 per jaar). Dat is 27 en het equivalent aan elektriciteit per mijl in Israel, geno eg om de kos ten van de auto en de accu eruit de eerste markt van Better Place, ongeveer $3 per te halen. En de cijfers worden alleen maar beter 28 gallon. In landen met hoge benzineaccijnzen en naarmate benzine in verhouding tot elektriciteit grote hoeveelheden duurzame energie, zoals een duurder wordt. 29 groot deel van Europa, kan het verschil tot wel De niet-economische voordelen zijn nog groter: $4 oplopen. Met dit verschil betaalt Better Place de auto’s stoten geen broeikasgassen uit en zijn 30 zijn auto’s. minder afhankelijk van buitenlandse olie. Hierdoor Dit systeem voorziet in twee soorten klanten: komt Better Place in aanmerking voor overheids-/ 31 degenen die de auto kopen en de accu gratis krijgen; bedrijfssubsidies waarmee een groot deel van de en degenen die voor geen van beide hoeven te algemene kosten van de infrastructuur betaald 32 betalen. Better Place wil de eerste categorie het kunnen worden daar waar het systeem voor het g evo e l g eve n d a t ze i e t s b e s p a re n e n b e re ke n t d u s e e r s t wo r d t in g evo e r d . B e t te r Pla ce b re i d t zi c h ui t 33 een mijlprijs die onder het equivalent in benzine ligt. in regio’s waar dit economisch gezien het meeste Het bedrijf gokt erop dat benzine sneller duurder zin heeft. 34 wordt dan elektriciteit, omdat de olievoorraad 35

100

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.101

Waarom de wet van Moore werkt 1 De meeste industriële processen worden in de loop der tijd verbe- 2 terd en uitgebreid. Dit gebeurt door een eff ect dat bekendstaat als 3 de leercurve. Alleen doen processen op basis van halfgeleiders dat 4 zeer veel sneller en langer. 5 De term ‘leercurve’ werd in de 19e eeuw ingevoerd door de 6 Duitse psycholoog Hermann Ebbinghaus. Hij beschreef er de ver- 7 beteringen mee die hij had waargenomen bij mensen wanneer die 8 taken van buiten leerden door ze heel vaak te herhalen. Maar de 9 term kreeg al snel een bredere betekenis. Hij ging dit principe be- 10 noemen: hoe vaker een taak wordt herhaald, hoe minder tijd elke 11 volgende herhaling kost. Dit verband werd in 1936 voor het eerst 12 gekwantifi ceerd op de luchtmachtbasis Wright-Patterson. De ma- 13 nagers noteerden dat bij iedere verdubbeling van de totale vlieg- 14 tuigproductie de arbeidstijd die daarvoor nodig was, met 10 tot 15 15 procent afnam. 16 Eind jaren zestig begon de Boston Consulting Group (bcg) 17 technologische industrieën te onderzoeken en ontdekte dat er vaak 18 sneller verbeteringen werden geboekt dan met simpele leercurves 19 was te verklaren. De leercurve had meestal betrekking op het leren 20 van mensen, maar kennelijk hadden deze grotere eff ecten meer 21 te maken met omvang: naarmate producten in grotere hoeveelhe- 22 den werden geproduceerd, daalden de kosten met een constant en 23 voorspelbaar percentage (10 tot 25 procent) bij iedere volumever- 24 dubbeling. bcg noemde dit de ‘ervaringscurve’. Deze term omvat 25 naast het leren van medewerkers ook het leren van instituten, zoals 26 dat tot uiting komt in verschillende factoren variërend van effi ciënt 27 leiderschap tot optimalisering van de goederenstroom. 28 Maar vanaf de jaren zeventig leken de prijzen in de nieuwe bran- 29 che van de halfgeleiders nog sneller te dalen dan de ervaringscurve 30 alleen kon verklaren. De oorspronkelijke transistoren daalden in 31 prijs volgens het hoogste bcg-percentage en ze bleven dalen in 32 prijs. In tien jaar tijd was de verkoop van Fairchilds transistoren 33 vervierduizendvoudigd. Dat was twaalf verdubbelingen, wat vol- 34 gens voorspellingen van de ervaringscurve-theorie tot een prijs- 35

101

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.102

1 daling van 1/30e van het oorspronkelijke bedrag moest leiden. In 2 werkelijkheid daalde de prijs tot 1/1000e van dat bedrag. Er was 3 duidelijk meer aan de hand. 4 Wat er anders is aan halfgeleiders, is een kenmerk dat veel high- 5 techproducten delen: er zit een hoog gehalte aan denkkracht in. 6 In economische termen: de input is overwegend intellectueel in 7 plaats van materieel. Microchips bestaan tenslotte alleen uit zand 8 (silicium) dat slim in elkaar is gezet. Of zoals George Gilder, de 9 auteur van Microcosm, het zegt: 10 11 Wanneer materie zo’n kleine rol in de productie speelt, is 12 er minder materiële weerstand tegen een groter volume. 13 Halfgeleiders vertegenwoordigen de val van de materie in 14 de economie. 15 16 Met andere woorden, ideeën kunnen zich vrijwel onbeperkt en 17 kosteloos vermeerderen. Dat is natuurlijk niets nieuws. Th omas 18 Jeff erson, de uitvinder van het octrooisysteem (en nog veel meer) 19 kon het beter verwoorden dan wie ook: 20 21 Wie een idee van mij krijgt, krijgt zelf kennis zonder de 22 mijne te verminderen; zoals iemand die zijn kaars met de 23 mijne aansteekt, licht krijgt zonder mij in het donker te 24 zetten. 25 26 De kern van de zaak is dat ideeën het ultieme overvloedsproduct 27 zijn. Ze vermeerderen zich tegen nul marginale kosten. Als ideeën 28 eenmaal zijn ontstaan, willen ze zich zo breed en ver mogelijk ver- 29 spreiden. Zo wordt iedereen verrijkt die erdoor wordt aangeraakt. 30 (Een idee dat zich zo in de maatschappij verspreidt heet ‘meme’.) 31 Maar in de zakenwereld verdienen bedrijven hun geld door een 32 kunstmatige ideeënschaarste te scheppen via de wet op de intel- 33 lectuele eigendom. Want dat zíjn octrooien, copyrights en han- 34 delsgeheimen: pogingen om zo lang mogelijk te verhinderen dat 35 ideeën zich op een natuurlijke wijze onder de bevolking versprei-

102

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.103

den, omdat ze anders geen winst kunnen maken. Ze zijn ingesteld 1 als economische prikkel voor uitvinders, als stimulans om dingen 2 uit te vinden, zodat het werk dat uitvinders in een idee stoppen, 3 ook iets oplevert. Maar uiteindelijk verlopen octrooien en komen 4 geheimen uit; ideeën kun je niet voor eeuwig achterhouden. 5 En hoe meer producten zijn gemaakt van ideeën in plaats van 6 grondstoff en, hoe sneller ze goedkoop kunnen worden. Dit is de 7 basis van de overvloed die in de digitale wereld tot Gratis leidt, kort 8 gezegd, dit is de wet van Moore. 9 Maar dit principe is niet beperkt tot digitale producten. Elke 10 bedrijfstak waarin informatie het hoofdingrediënt wordt, heeft de 11 neiging de samengestelde leercurve te volgen en versnelde presta- 12 ties te leveren terwijl de prijs daalt. Neem medicijnen, die een ver- 13 schuiving doormaken van ‘we weten niet hoe het werkt, maar het 14 werkt’ (niet voor niets wordt een nieuw medicijn een ‘ontdekking’ 15 genoemd) naar een proces dat is gebaseerd op de grondbeginse- 16 len van de moleculaire biologie (‘nu weten we hoe het werkt’). De 17 onderliggende wetenschap is informatie, de waargenomen doel- 18 treff endheid is een illustratie. Als je de grondbeginselen eenmaal 19 begrijpt, kun je – sneller – een overvloed aan betere medicijnen 20 maken. 21 dna-sequentiëring halveert iedere 1,9 jaar in prijs. Binnenkort 22 zal onze individuele genetische samenstelling ook een informatie- 23 bedrijfstak worden. Er komt steeds meer soft ware die diagnoses 24 kan stellen (die veel goedkoper, vrijwel gratis wordt), artsen (die 25 duurder worden) zullen dat minder gaan doen. 26 Hetzelfde geldt voor de nanotechnologie, die ook de fabricage 27 in een informatie-industrie belooft te veranderen, omdat op maat 28 ontworpen moleculen zichzelf in elkaar zetten. Wanneer de ener- 29 gievoorziening verschuift van verbranding van fossiele brand- 30 stoff en naar fotovoltaïsche cellen om zonlicht voor huishoudelijk 31 gebruik in elektriciteit om te zetten, of als er enzymen worden ont- 32 worpen die gras in ethanol kunnen omzetten, zal ook energie een 33 informatie-industrie worden. In alle gevallen zullen industrieën 34 die niets te maken hebben met computerverwerking een wet-van- 35

103

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.104

1 Moore-achtige exponentiële groei (en prijsdaling) laten zien als ze 2 eenmaal meer uit hersens dan uit spieren bestaan. 3 4 5 De wet van Mead 6 De wet draagt wel de naam van Gordon Moore, maar degene die 7 hem zo noemde, was Carver Mead, hoogleraar aan Caltech. Hij 8 was de eerste die zich concentreerde op de economische conse- 9 quenties van Moore’s verdubbelingsregel voor transistordichtheid: 10 als de hoeveelheid computervermogen tegen gegeven kosten iede- 11 re twee jaar verdubbelt, moeten de kosten van een gegeven eenheid 12 computervermogen in dezelfde periode halveren. Belangrijker nog 13 is dat hij de eerste was die werkelijk onderzocht hoe we daardoor 14 over digitale technologie gingen denken en wat we ermee gingen 15 doen. En hij kwam tot het inzicht dat we er helemaal naast zaten. 16 Eind jaren zeventig gaf Mead les in halfgeleiderdesign aan 17 Caltech. Hij defi nieerde de principes van geïntegreerde circuits 18 19 SAMENGESTELDE LEERCURVES 20 21 Voor elke generatie halfgeleiderlithografi e was een nieuwe uitvinding nodig, en bij elke uitvinding begon het steile gedeelte van de leercurve weer opnieuw. 22

23 De dalende prijs van een computerchip Technologie 24 chipfabricatie 100 (in nanometers) 25 1.0 0.7 26 0.5 03.5 27 10 0.25 28 0.18 0.13 29 1 0.09 0.045 30 31 0.10 32 (microcenten) Kosten/Transistor 33 0.01 34 1990 1995 2000 2005 2010 35

104

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.105

die bekend zouden worden als Very Large Scale Integration (vlsi) 1 en die de computerwereld zoals we die nu kennen in grote lijnen 2 kenmerken. Net als Moore kon hij zien dat de prestatieverdubbe- 3 ling-in-18 maanden-tijd almaar door zou gaan, tot een moment in 4 de toekomst dat niemand kon voorzien. Deze voortgang was niet 5 alleen gebaseerd op de standaard-leer- en ervaringscurves, maar 6 ook op wat hij de ‘samengestelde leercurve’ noemde, de combinatie 7 van leercurves en frequente nieuwe uitvindingen. 8 Meer dan een halve eeuw lang komen experts op het gebied van 9 halfgeleiders iedere tien jaar met een belangrijke innovatie die de 10 industrie weer op het scherp dalende deel van de curve brengt. 11 Wanneer de cyclus van effi ciëntieverbetering in een bepaald pro- 12 ductieproces zijn eind nadert, wordt de stimulans groter om met 13 iets radicaal nieuws en beters te komen. En omdat er volgens na- 14 tuurkundige Richard Feynman ‘een hoop ruimte onderin is’ in de 15 atomenwereld die aan het eind van de 20e eeuw met de nieuwe 16 natuurkunde openging, hebben onderzoekers dergelijke nieuwe 17 manieren met een bijna griezelige regelmaat weten te vinden. 18 Elke keer dat er een nieuw materiaal, een nieuw etsproces, een 19 nieuwe chiparchitectuur of totaal nieuwe dimensies zoals parallelle 20 verwerking komen, begint de leercurve met een duizelingwekkend 21 steil verloop opnieuw. Wanneer je alle innovaties en leercurves 22 uit de hele computerindustrie combineert, kom je op de wet van 23 Moore, waarbij de kosten dalen met een snelheid die uniek is in de 24 geschiedenis. Net als bij bijna alle eenheden die betrekking hebben 25 op computervermogen, daalt de prijs van de transistor onvermij- 26 delijk richting de nul. 27 Mead realiseerde zich dat dit economische eff ect morele ver- 28 plichtingen schiep. Als transistoren te goedkoop worden om te 29 kunnen meten, moeten we daar ook mee stoppen en helemaal niet 30 meer nadenken over de kosten ervan. We moeten de omslag ma- 31 ken om ze niet langer te zien als een schaars goed, maar als het 32 overvloedig beschikbare goed dat ze zijn. Met andere woorden, we 33 zouden ze letterlijk moeten ‘verspillen’. 34 ‘Verspilling’ is een vies woord, vooral in de IT-wereld van de ja- 35

105

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.106

1 ren zeventig in de 20e eeuw. Een hele generatie computerprofessio- 2 nals had geleerd dat je zuinig moest omgaan met computermateri- 3 aal. In de met glas ommuurde ruimten van het mainframe-tijdperk 4 oefenden degenen die deze systemen bedienden macht uit door te 5 selecteren welke programma’s op de kostbare rekenmachines ge- 6 draaid mochten worden. Het was hun taak om zuinig te zijn op 7 transistoren. Ze bepaalden niet alleen wat de moeite waard was, 8 ze spoorden de programmeurs ook aan om hun computertijd zo 9 economisch mogelijk te gebruiken. 10 Deze priesterklasse van systeembeheerders was oppermachtig 11 in het vroege informaticatijdperk. Als je een computer wilde ge- 12 bruiken, moest je eerst langs hen, wat inhield dat je eerst een pro- 13 gramma moest schrijven dat voldeed aan hun normen ten aanzien 14 van zinvol gebruik van IT-apparatuur. Soft ware moest gericht zijn 15 op bedrijfsdoelstellingen, effi ciënt gebruikmaken van cpu-cycli en 16 bescheiden ambities hebben. Als je voor deze test slaagde, had je 17 kans dat ze bereid waren je ponskaart door het slot in de deur te ha- 18 len – om je twee dagen later een uitdraai met al je error-meldingen 19 te overhandigen en je opnieuw aan de procedure kon beginnen. 20 Daarom wijdden de eerste ontwikkelaars zo veel mogelijk pro- 21 grammeertekst aan het effi ciënt runnen van hun kernalgoritmes. 22 Voor de gebruikersinterface hadden ze nauwelijks oog. Dit was 23 het tijdperk van de opdrachtregelinterface; soft ware was er voor 24 de centrale verwerkingseenheid en niet andersom. 25 Ingenieurs kenden in die tijd de wet van Moore in één opzicht: 26 ze wisten dat die kleinere en goedkopere computers zou opleveren 27 dan de mainframes van toen. Het was zelfs niet ondenkbaar dat 28 computers zo klein en goedkoop werden dat ieder gezin er een 29 in huis kon hebben. Maar waarom zouden ze dat willen? Na veel 30 peinzen kon het computerestablishment aan het eind van de ja- 31 ren zestig maar één reden verzinnen: om recepten in op te bergen. 32 De eerste personal computer ter wereld, een stijlvol keukenappa- 33 raat van Honeywell uit 1969, deed dat dan ook. Er was zelfs een 34 aanrechtje in gebouwd. Deze Honeywell Kitchen Computer stond 35 dat jaar in de catalogus van Neiman Marcus voor een prijs van

106

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.107

$10.600, terwijl je er alleen met schakelaars op het binaire front- 1 paneel informatie in kon voeren en huisvrouwen hexadecimaal 2 moesten spreken. Het is niet bekend of er ooit een is verkocht. 3 En toen kwam Mead programmeurs vertellen dat ze vooral 4 verspillend moesten omgaan met hun materiaal. Ze krabden zich 5 achter de oren – hoe kun je computervermogen verspillen? 6 7 8 De muis die brulde 9 Hoe je dat deed, vertelde Alan Kay, een ingenieur die in de jaren 10 zeventig bij het Palo Alto Research Center van Xerox werkte. In 11 plaats van transistoren uitsluitend te reserveren voor verwerkings- 12 functies, ontwikkelde hij een computerconcept – het Dynabook 13 – waarin hij kwistig met silicium strooide om er leuke dingen mee 14 te doen op het scherm: iconen, muisbesturing van pijltjes, scherm- 15 verdeling in vensters en zelfs animaties die als enige functie hadden 16 er fantastisch uit te zien. 17 Het doel van al deze lichtzinnige versieringen? Dat computers 18 gemakkelijker in het gebruik werden voor gewone mensen, kinde- 19 ren incluis. Kay’s ontwerpen voor de grafi sche gebruikersinterface 20 (gui) werden de inspiratie voor de Xerox Alto en daarna de Apple 21 , die de wereld hebben veranderd door de computer 22 voor ons allemaal toegankelijk te maken. 23 Kay beseft e dat het niet de taak van de technoloog is om uit 24 te vinden waar technologie goed voor is. Hij moet technologie zo 25 goedkoop, gebruiksvriendelijk en alomtegenwoordig maken dat 26 iedereen er gebruik van kan maken. Dan verspreidt deze zich van- 27 zelf over de wereld en bereikt elke mogelijke niche. Wij, de gebrui- 28 kers, zoeken zelf wel uit wat we ermee doen, want we zijn allemaal 29 verschillend. We hebben verschillende behoeft en, ideeën en kennis 30 en we hebben op verschillende wijzen interactie met de wereld. 31 Door te laten zien hoe de computer gedemocratiseerd kon 32 worden, maakte Kay het mogelijk om Moore’s verschijnsel uit het 33 glazen huis te halen en voor ieders huis, auto en portemonnee 34 bereikbaar te maken. Deze collectieve zoektocht naar potentiële 35

107

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.108

1 toepassingen van computers heeft ons van alles opgeleverd, van 2 digitale fotografi e tot videogames, van TiVo’s tot . (Het is veel- 3 zeggend dat ‘recepten bewaren’ niet hoog op de lijst staat.) 4 De ontwikkelaars hebben ons de technische infrastructuur van 5 het internet en het web – tcp/ip en http:// – opgeleverd, maar wij 6 hebben zelf uitgezocht wat we ermee moesten doen. Omdat de 7 technologie gratis en voor iedereen toegankelijk was, gingen wij 8 als gebruikers ermee experimenteren. Samen bevolkten we het web 9 met onze inhoud, ideeën en onszelf. De technologen vonden de pot 10 uit, wij hebben die gevuld. De taak van de technologen, zo bleek, is 11 niet om uit te zoeken waarvoor technologie is bedoeld. Het is hun 12 taak om de technologie goedkoop, gebruiksvriendelijk en overal 13 verkrijgbaar te maken. Dan kunnen wij – elk van ons, met zijn ei- 14 gen ideeën, talenten en behoeft en – het ware doel ervan ontdekken. 15 Natuurlijk is goedkope technologie niet gratis technologie. 16 Krachtige computers waren in de dagen van Kay al duur en zijn 17 dat nog steeds, zoals het arme hoofd van de IT-afdeling die net een 18 paar honderdduizend voor het zoveelste rek servers heeft moeten 19 dokken, je als eerste kan vertellen. Technologie voelt bepaald niet 20 gratis wanneer je grote hoeveelheden tegelijk inslaat. Maar als je 21 er van de andere kant naar kijkt, zien de cijfers er heel anders uit. 22 Die dure serie harde schijven (hoge vaste kosten) kan duizenden 23 gebruikers dienen (lage marginale kosten). 24 Het web van vandaag draait alleen om schaal, manieren om zo 25 veel mogelijk gebruikers voor gecentraliseerde middelen aan te 26 trekken, waarbij de kosten over een steeds groter publiek worden 27 verspreid naarmate de technologie competenter wordt. Het gaat 28 niet om de kosten van de uitrusting in de rekken van de datacen- 29 tra; het gaat om wat die uitrusting kan. En dat is ieder jaar meer 30 en meer voor minder en minder, alsof er een soort magische klok 31 meeloopt. Zo komen de marginale kosten van de technologie in de 32 eenheden die we als individuen consumeren, dichter bij de nul uit. 33 Wat Mead en Kay voorzagen, had een ingrijpende invloed op de 34 IT-industrieën. Het betekende dat soft wareontwikkelaars, bevrijd 35 van hun zorgen over schaarse computermiddelen zoals geheugen

108

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.109

en cpu-cycli, zich steeds ambitieuzer konden gaan richten op func- 1 ties van een hogere orde, zoals de gebruikersinterface en nieuwe 2 markten, bijvoorbeeld entertainment. Daardoor werd soft ware 3 aantrekkelijker en trok hij dus meer gebruikers aan, die op hun 4 beurt nog meer toepassingen voor hun computer vonden. Dankzij 5 het feit dat transistoren ‘over de balk gesmeten werden’, is de wereld 6 veranderd. 7 Het interessante is dat transistoren (of opslagruimte of band- 8 breedte) niet helemaal gratis hoeven te zijn om dit eff ect teweeg te 9 brengen. Op een bepaald punt zijn ze zo goedkoop dat je de kosten 10 gerust kunt verwaarlozen. De Griekse fi losoof Zeno worstelde in 11 een iets andere context met dit concept. In zijn paradox over dicho- 12 tomie loop je naar een muur. Al rennend halveer je de afstand tot 13 de muur, en dan nog eens, enzovoort. Maar als je de ruimte voor 14 eeuwig blijft onderverdelen, bereik je de muur toch nooit? (Het 15 antwoord is inderdaad nee: als je op een paar nanometers na bij 16 de muur bent, zullen atoomkrachten je zo sterk afstoten dat je niet 17 dichterbij kunt komen. Newton loste deze schijnbare wiskundige 18 paradox op met de uitvinding van de integraalrekening.) 19 De parallel met de economie is: als de eenheidskosten van tech- 20 nologie (‘per megabyte’ of ‘per megabit per seconde’ of ‘per duizend 21 zwevende-kommaberekeningen per seconde’) elke anderhalf jaar 22 halveren, hoe lang duurt het dan voor ze zo dicht bij nul zijn dat je 23 ze gerust kunt afronden naar niets? Het antwoord is: altijd eerder 24 dan je denkt. 25 Mead begreep dat er een knop moet worden omgezet wanneer 26 dingen de nul naderen. Zelfs als ze nooit helemaal gratis worden, 27 levert het een enorm voordeel op om toch te doen alsof ze gratis 28 zijn. Niet te goedkoop om te meten, zoals Strauss voorspelde, maar 29 wel te goedkoop om ertoe te doen. 30 31 32 IJzer en glas 33 De geschiedenis van de halfgeleider is zo’n beetje een legende in 34 de digitale economie geworden, maar zoals ik al zei zijn het twee 35

109

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.110

1 gerelateerde technologieën – opslagruimte en bandbreedte – die de 2 race naar de nul hebben gewonnen. 3 In de eerste technologie, digitale opslagruimte, is het niet zo dat 4 silicium in steeds fi jnere lijntjes wordt geëtst, maar dat magneti- 5 sche deeltjes op een bepaalde manier op een metalen plaatje wor- 6 den gerangschikt. Zo werkt de harde schijf in je computer of iPod: 7 een piepkleine kop zweeft op een paar atomen afstand boven een 8 draaiende schijf en trekt spiralen op die schijf, waarbij de onderlig- 9 gende magnetische deeltjes worden omgedraaid, al naar gelang ze 10 voor 0 of 1 moeten staan (bijvoorbeeld op die PowerPoint waaraan 11 je hebt gewerkt of de video die je net hebt gedownload). Er passen 12 meer bits op een plaatje als je die sporen kleiner maakt, en dat 13 gebeurt als je een kleinere kop met meer vermogen nog dichter 14 bij een schijf laat komen die bestaat uit nog kleinere, nog sterker 15 gemagnetiseerde deeltjes. 16 Dit is vooral het resultaat van een geautomatiseerd assem- 17 blageproces dat zo nauwkeurig is dat een Zwitsers horloge erbij 18 verbleekt. Daarnaast zijn de plaatjes gemaakt van ijzermateriaal 19 dat enorme magnetische krachten aankan. Opslagruimte is wel- 20 iswaar vooral gebaseerd op andere fysica dan halfgeleiders, maar 21 Meads samengestelde leercurves blijven ook op dit terrein over- 22 eind. Opslagvermogen heeft echt maar heel weinig te maken met 23 de eff ecten van halfgeleiders die Moore waarnam, en toch neemt 24 het nog sneller toe (tegen dalende kosten) dan de wet van Moore 25 voorspelt. Ook hier vormt intellect het hoofdbestanddeel en is er 26 frequent sprake van innovatieve ontwikkelingen. 27 De tweede technologie, bandbreedte, heeft weer met een ander 28 domein van de fysica en de materiaalkennis te maken. Gegevens 29 over een lange afstand sturen is vooral een kwestie van fotonen, niet 30 van elektronen. Optische schakelaars zetten de aan/uit-bits van de 31 binaire code om in laserlichtpulsen op verschillende frequenties. 32 Die ‘lambda’s’ (de Griekse letter waarmee golfl engte wordt aange- 33 geven) reizen door glasvezels die zo zuiver zijn dat het licht tegen 34 de binnenwanden weerkaatst en zonder vervorming honderden 35 kilometers kan afl eggen.

110

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.111

De wetenschappelijke basis is in dit geval de optica en niet mate- 1 riaalkennis of mechanische precisie. Maar ook dit proces bevat een 2 hoog percentage intellect. Daarom blijven er frequent innovaties 3 komen en wordt de verbeteringscyclus steeds opnieuw opgestart. 4 Optische-vezelnetwerken en optische schakelingen verbeteren 5 volgen Meads leercurve zelfs nog sneller dan verwerkingsvermo- 6 gen en opslagruimte, met een geschatte verdubbeling van prestatie/ 7 prijsdaling in nog geen jaar. 8 9 10 Wat overvloed kan doen 11 YouTube is het resultaat van bandbreedte die te goedkoop is om 12 te meten. Het zorgt in hoog tempo voor een revolutie (sommigen 13 zeggen een ravage) in de tv-industrie. Opslagruimte die te goed- 14 koop is om te meten, heeft ons Gmail gebracht met zijn eindeloze 15 inbox, om nog maar te zwijgen van TiVo, Flickr, MySpace en de 16 iPod. 17 Voor iPod bestond, taalde niemand ernaar een complete mu- 18 ziekcollectie in zijn zak te hebben. Maar ontwikkelaars bij Apple 19 zagen de voordelen van overvloedige opslagruimte. Ze beseft en 20 dat diskdrives sneller en goedkoper dan computerprocessoren 21 meer capaciteit kregen. Dat was niet het gevolg van een vraag naar 22 enorme muziekverzamelingen, maar van fysica en IT-ontwikke- 23 ling. De ingenieurs ‘luisterden naar de technologie’, om met Mead 24 te spreken. 25 Ze letten speciaal op een aankondiging van Toshiba in 2000. Die 26 zou op korte termijn een 1.8” harddisk kunnen maken met een 27 opslagruimte van vijf gigabyte. Hoeveel capaciteit is dat? Reken 28 maar uit: voldoende voor duizend songs, op een drive die klei- 29 ner is dan een pak speelkaarten. Apple deed dus gewoon wat de 30 technologie mogelijk maakte en bracht dat product op de markt. 31 Aanbod creëert zijn eigen vraag: misschien hadden consumenten 32 er nog nooit aan gedacht om complete fonotheken met zich mee 33 te nemen, maar toen de mogelijkheid zich voordeed, werden de 34 voordelen daarvan meteen duidelijk. Waarom zou je bedenken wat 35

111

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.112

1 je graag wilt horen en alleen dat uploaden als je alles kunt hebben? 2 Nu dit technologische trio – verwerking, opslagruimte en band- 3 breedte – het web heeft gevormd, worden de verschillende vormen 4 van overvloed met elkaar gecombineerd. Een oude mop uit de ja- 5 ren negentig, het tijdperk van de internetzeepbel, was dat er op 6 internet maar twee cijfers bestaan: oneindigheid en nul. Het eerste 7 bleek niet te kloppen, althans niet op de aandelenmarkt. Maar het 8 tweede cijfer is nog springlevend. Het web is the land of the free ge- 9 worden, niet uit ideologische maar uit economische overwegingen. 10 De prijs is gedaald tot de marginale kosten, en de marginale kosten 11 van alles op internet liggen zo dicht bij nul dat het handiger is om 12 ze naar beneden af te ronden. 13 Zoals het de computerindustrie tientallen jaren kostte om de 14 implicaties van Moore’s ontdekkingen in te zien, zal het nog tien- 15 tallen jaren duren voor duidelijk zal zijn wat de gecombineerde 16 gevolgen zijn van de koppeling die internet legt tussen verwerking 17 en bandbreedte en opslagruimte, de twee andere motoren van de 18 nulsfeer. 19 Toen Lewis Strauss voorspelde dat elektriciteit te goedkoop zou 20 worden om nog te meten, raakte deze al alle aspecten van de eco- 21 nomie. Het was onvoorstelbaar wat dergelijke overvloed allemaal 22 teweeg kon brengen. Inmiddels beïnvloedt informatie de econo- 23 mie bijna net zo sterk als elektriciteit. 24 Informatie is net als de geldstroom; afgezien van de contan- 25 ten in je portemonnee is geld niet meer dan bits. Informatie is de 26 manier waarop we communiceren, omdat elk telefoontje in gege- 27 vens wordt omgezet zodra de woorden over onze lippen komen. 28 Informatie zijn de televisieprogramma’s en de fi lms die we bekij- 29 ken en de muziek waarnaar we luisteren – digitaal ontstaan en dus 30 zoals alles veranderend in de wereld van bits, waardoor ook de 31 manier waarop ze worden gemaakt en geconsumeerd verandert. 32 Zelfs elektriciteit zelf wordt steeds meer een informatie-industrie: 33 dat geldt zowel voor de kern die het net op wordt gezonden als voor 34 de hoeveelheid, omdat ‘slimme netwerken’ eenrichtingsnetwerken 35 interactief maken. Binnenkort reguleren ze de vraag en zenden en

112

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.113

ontvangen ze elektronen van zonnepanelen en elektrische auto’s. 1 Alles wat met bits te maken heeft , krijgt ook te maken met hun 2 unieke economische eigenschappen – goedkoper, beter, sneller. 3 Maak een inbraakalarm digitaal en het is niet meer dan een sen- 4 sor en een communicatieknooppunt op internet, waarbij royale 5 opslagruimte, bandbreedte en extra vermogen vrijwel gratis zijn. 6 Daarom is de stimulans zo groot om dingen digitaal te maken: 7 plotseling kunnen ze deel uitmaken van iets groters, van iets wat 8 steeds sneller werkt. 9 Bits zijn industriële steroïden, net zoals elektriciteit dat was: ze 10 zorgen dat alles minder kost en meer doet. Het verschil is dat ze 11 hun magische kunsten blijven vertonen en ieder jaar beter worden. 12 Het is geen eenmalige transformatie zoals elektriciteit, maar een 13 continue revolutie; omdat iedere nieuwe generatie de helft kost en 14 het dubbele presteert, bieden ze steeds compleet nieuwe mogelijk- 15 heden. 16 Maar hoe zit het met les 1 in de economie, die leert dat de prijs 17 wordt bepaald door vraag en aanbod, niet door wetenschap? Maak 18 je geen zorgen, die wet blijft overeind. Aanbod en vraag bepalen de 19 prijs voor al deze producten op elk willekeurig moment. Maar de 20 prijstrends voor de lange termijn worden bepaald door de techno- 21 logie zelf: hoe meer er van een artikel is, hoe goedkoper het wordt. 22 De wet van Say (genoemd naar Jean-Baptiste Say, een Franse eco- 23 noom uit de vroege 19e eeuw) houdt in dat ‘aanbod zijn eigen vraag 24 schept’. Dus al maak je een miljoen keer zoveel transistoren, de 25 wereld vindt er wel een toepassing voor. 26 Op elk willekeurig moment kan de wereld iets meer of minder 27 willen hebben dan er op dat moment wordt geproduceerd en de 28 prijs zal dat onmiddellijk weerspiegelen, omdat deze afh ankelijk 29 van vraag en aanbod stijgt of daalt. Maar op den duur leiden de 30 dalende productiekosten tot een algemene trend van prijsdaling, 31 waarbij tijdelijke verstoringen tussen vraag en aanbod niet meer 32 dan rimpels zijn op een lijn die onvermijdelijk naar de nul loopt. 33 Er is inmiddels dus een hele economie gebouwd op samenge- 34 stelde leercurves, een ontwikkeling die verbluff end is. Het kostte 35

113

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.114

1 een hele generatie om deze economie te begrijpen en het zal nog 2 generaties duren voor ze ten volle is geëxploiteerd. Degenen die het 3 eerst inzagen wat de implicaties ervan waren, waren trouwens geen 4 economen maar de radicale gelederen onder de… modeltreinhob- 5 byisten. 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

114

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.115

1 2 6 | ‘Informatie wil gratis 3 4 zijn’ 5 6 De geschiedenis van een uitspraak die het digitale tijd- 7 perk heeft bepaald 8 9 10 In 1984 publiceerde de journalist Steven Levy : Heroes of 11 the Computer Revolution. Daarin beschreef hij de sjofele subcul- 12 tuur die niet alleen de personal computer had voortgebracht (en 13 uiteindelijk het internet) maar ook het unieke maatschappelijke 14 ethos dat daarmee gepaard ging. Hij maakte een lijst van zeven 15 principes van de ‘hackersethiek’: 16 17 1. Toegang tot computers – en alles wat je iets wijzer kan 18 maken over de manier waarop de wereld in elkaar steekt – 19 moet onbeperkt en absoluut zijn. 20 2. Luister altijd naar het bevel: zoek alles zelf uit! 21 3. Alle informatie hoort gratis te zijn. 22 4. Wantrouw autoriteiten – stimuleer decentralisatie. 23 5. Hackers moeten op hun hackersactiviteiten beoordeeld 24 worden en niet op onzinnige criteria als opleiding, leeft ijd, 25 ras of maatschappelijke positie. 26 6. Je kunt kunst en schoonheid scheppen op een computer. 27 7. Computers kunnen je leven ten goede veranderen. 28 29 Nummer drie, die uit 1959 dateert, werd oorspronkelijk toege- 30 schreven aan van mit’s Tech Model Railroad Club. 31 De tmrc was de ultieme nerd-gemeenschap; een sulliger club 32 mensen had zich nog nooit verenigd. Op Wikipedia staat waarom 33 ze toch van belang waren: 34 35

115

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.116

1 De club bestond uit twee groepen. De ene groep was geïn- 2 teresseerd in modelbouw en landschapsinrichting, de an- 3 dere vormde het Signals and Power Subcomittee en maak- 4 te de circuits die treintjes laten lopen. De laatste groep 5 hoorde tot degenen die onder vele andere slangtermen het 6 woord ‘’ populair maakte, en die uiteindelijk be- 7 landde in de computer- en soft ware-industrie. Ze waren 8 gefascineerd door de ibm 704, de mainframecomputer van 9 vele miljoenen waarmee in gebouw 26 werd gewerkt. Maar 10 tijd en toegang waren voorbehouden aan belangrijkere 11 mensen. De groep raakte pas echt bij computers betrokken 12 toen , een voormalig lid, hen liet kennismaken 13 met de tx-0, een computer van drie miljoen dollar in het 14 Lincoln Laboratory. Meestal hielden ze het gebouw waar 15 de tx-0 stond tot diep in de nacht in de gaten, hopend 16 dat iemand die de computer had gereserveerd niet kwam 17 opdagen. 18 19 Levy’s boek kwam onder de aandacht van Kevin Kelly, die later 20 hoofdredacteur van het tijdschrift Wired zou worden (en nog al- 21 tijd onze ‘Oude dissident’ en adviseur is) en Stewart Brand, ooit 22 lid van de rebelse Merry Pranksters en schepper van de Whole 23 Earth Catalog, misschien wel de invloedrijkste publicatie van de 24 alternatieve beweging en onder redactie van Kelly. In 1983 kreeg 25 Brand een voorschot van 1,3 miljoen dollar om een Whole Earth 26 Soft ware Catalog op te zetten. Het idee was dat er met het boek een 27 fakkeldrager voor de ontluikende pc-cultuur zou komen, zoals de 28 Whole Earth Catalog dat eind jaren zestig tot begin jaren zeventig 29 was geweest voor de doe-het-zelvers die ‘terug naar het platteland’ 30 wilden. 31 Toen ze Levy’s boek eenmaal hadden ontdekt, besloten Brand en 32 Kelly een congres te houden om drie generaties hackers bij elkaar 33 te brengen. Kelly zei later dat ze wilden onderzoeken of hacken ‘een 34 voorloper van een bredere cultuur’ was en dat ze hoopten dat de 35 groep de moraal zou benoemen die hackers erop na hielden.

116

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.117

In november 1984 trokken zo’n 150 hackers naar Fort Cronkhite, 1 dat verscholen in de Marin Headlands ten noorden van de Golden 2 Gate Bridge ligt. Onder de aanwezigen op het weekendcongres wa- 3 ren Apple’s , Ted Nelson (een van de uitvinders van 4 hypertekst), Richard Stallman (computerwetenschapper bij het 5 mit, die later de Free Soft ware Foundation oprichtte) en Th eodore 6 Draper, alias ‘Captain Crunch’, omdat hij ontdekte dat je gratis 7 kon bellen met behulp van een speelgoedfl uitje dat (gratis!) in een 8 müeslipak zat. Brand en Kelly zorgden voor computers en audio- 9 visueel materiaal voor de hackers. 10 Er waren twee onderwerpen die in de gesprekken steeds te- 11 rugkwamen: hoe kon je de ‘hackerethiek’ karakteriseren en welke 12 soorten bedrijven kwamen er op binnen de computerindustrie. 13 Het was Brand die regel drie zo herformuleerde dat die de ontlui- 14 kende digitale economie zou gaan bepalen. Hij zei: 15 16 Aan de ene kant wil informatie duur zijn, omdat ze zo 17 waardevol is. De juiste informatie op de juiste plaats ver- 18 andert je leven gewoon. Aan de andere kant wil informatie 19 gratis zijn, omdat de kosten om informatie te verspreiden 20 voortdurend lager worden. Je hebt dus deze twee kanten 21 die tegen elkaar strijden. 22 23 Vermoedelijk is dit zo’n beetje de belangrijkste – en vaakst verkeerd 24 begrepen – zin van de interneteconomie. 25 Het belang van deze opmerking is vooral dat er een economische 26 link wordt gelegd tussen technologie en ideeën. De wet van Moore 27 gaat over de fysieke apparatuur in de computerwereld. Maar infor- 28 matie is het gewichtloze artikel waarop die apparatuur werkt. De 29 fysica bepaalde dat een transistor ooit praktisch gratis werd. Maar 30 de waarde van de bits die de transistor verwerkte – informatie – tja, 31 die kon nog alle kanten op. 32 Misschien zou informatie goedkoper worden, omdat de bits zo 33 gemakkelijk gereproduceerd konden worden; misschien zou ze 34 duurder worden, omdat informatie door de perfecte verwerking 35

117

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.118

1 van computers in kwaliteit kon verbeteren. Deze zelfde vraag was 2 de aanleiding voor Brands opmerking, waarin beide mogelijkhe- 3 den aan de orde komen. 4 Meestal onthouden mensen alleen het deel ‘informatie wil gratis 5 zijn’. Maar dat wijkt in twee opzichten signifi cant af van Samsons 6 oorspronkelijke uitspraak zoals geciteerd in Levy’s lijst. Ten eerste 7 bedoelde Samson met free ‘onbeperkt’. Het waren de dagen van 8 de mainframecomputers en de grote vraag was wie toegang tot de 9 machine kreeg. Het was Brand die de betekenis uitbreidde tot die 10 welke centraal staat in dit boek – free in de zin van gratis. 11 Het tweede verschil is dat Brand Samsons ‘hoort te zijn’ in ‘wil 12 zijn’ veranderde. De kracht van Brands formulering ligt vooral in 13 de antropomorfi sche metafoor waarmee hij verlangen toeschrijft 14 aan informatie, hij geeft er geen politieke lading aan (geen ‘hoort’ 15 of ‘moet’). Met deze waardeneutrale frase heeft ‘gratis’ zich ont- 16 worsteld aan hackerfanaten als Stallman, die een ideologie van 17 gedwongen openheid wilden beschermen. Gratis informatie werd 18 gewoon als een natuurkracht gepresenteerd. Informatie wil gratis 19 zijn zoals het leven zich wil uitbreiden en het water bergafwaarts 20 wil stromen. 21 Brands citaat wordt verkeerd begrepen omdat het maar half ont- 22 houden wordt. De andere helft – ‘informatie wil duur zijn omdat ze 23 zo waardevol is’ – wordt genegeerd, mogelijk omdat het paradoxaal 24 en tautologisch overkomt. Misschien begrijpen we het beter als we 25 het zo formuleren: 26 27 Massa-informatie (iedereen krijgt dezelfde versie) wil gra- 28 tis zijn. Informatie op maat (je krijgt iets unieks dat bete- 29 kenisvol is voor jou) wil duur zijn. 30 31 Maar zelfs dat is niet helemaal waar. Want een zoekactie op Google 32 is tenslotte ook een unieke en op maat gemaakte websoort, die leidt 33 tot een antwoord dat betekenisvol is voor jou. Laten we het nog 34 eens proberen: 35

118

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.119

Overvloedige informatie wil gratis zijn. Schaarse informa- 1 tie wil duur zijn. 2 3 In dit geval gebruiken we de marginale-kostenconstructie van 4 ‘overvloedig’ en ‘schaars’: informatie die gekopieerd en verspreid 5 kan worden tegen lage marginale kosten wil gratis zijn, informatie 6 met hoge marginale kosten wil duur zijn. Je kunt dus gratis een 7 exemplaar van dit boek downloaden (overvloedig, massa-informa- 8 tie), maar als je wilt dat ik naar je stad kom vliegen voor een praatje 9 over Free dat specifi ek is toegesneden op jouw bedrijf, doe ik dat 10 met alle plezier, maar je zult me wel moeten betalen voor mijn 11 (schaarse) tijd. Ik heb een hoop kinderen en het onderwijs wordt 12 er niet goedkoper op. 13 14 15 Brand legt uit 16 Dit is maar een interpretatie van mij. Omdat zijn profetie zo veel 17 invloed heeft gehad, ging ik naar Brand zelf toe om beter te begrij- 18 pen wat de precieze betekenis van zijn uitspraak was en in welke 19 context hij die had gedaan. 20 Mijn eerste vragen hadden betrekking op de specifi eke formu- 21 lering van zijn legendarische uitspraak. Ten eerste: waarom had 22 hij het hackergebod dat alles gratis/vrij ‘hoort’ te zijn veranderd in 23 ‘wil’ gratis/vrij zijn? 24 Om twee redenen, zei hij. Ten eerste klonk het vanuit seman- 25 tisch perspectief gewoon beter. ‘Het is poëtisch en mythisch en 26 laat het geheven vingertje van “hoort” achterwege.’ Maar de tweede 27 reden is belangrijker: ‘Het verplaatst het perspectief van jezelf naar 28 het verschijnsel, en dat verschijnsel is dat de waarde voortkomt 29 uit deze specifi eke vorm van delen.’ Met andere woorden, het is 30 eerder een functie van informatie dan een beslissing die jij of ik 31 daarover nemen. Het doet er echt niet toe wat we denken over de 32 prijs of over het gratis weggeven van informatie; de onderliggende 33 informatie-economie geeft duidelijk de voorkeur aan het tweede. 34 Mijn volgende vraag in de deconstructie van deze zin ging over 35

119

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.120

1 het vaak vergeten tweede deel. Waarom had hij de twee grootheden 2 ‘gratis’ en ‘duur’ tegenover elkaar gezet? 3 Hij zei dat hij werd aangetrokken door de paradox van informa- 4 tie die naar twee uitersten toe wordt getrokken: 5 6 In de discussies die ik heb gehoord over intellectuele ei- 7 gendom, klonken beide kanten volkomen logisch. Dat is 8 de defi nitie van een paradox. Paradoxen zijn de drijfveer 9 achter alles waar we om geven. Het huwelijk is een para- 10 dox: ik kan niet met haar leven en ik kan niet zonder haar 11 leven. Beide beweringen zijn waar. En de dynamiek tus- 12 sen deze twee beweringen houdt het huwelijk interessant, 13 naast andere dingen. 14 Paradoxen zijn het tegenovergestelde van tegenstellin- 15 gen. Tegenstellingen zetten zichzelf stop, maar paradoxen 16 gaan door, want elke keer als je de waarheid van de ene 17 kant accepteert, word je onverhoeds weer gegrepen door 18 de waarheid van de andere kant. 19 Op het congres waren een paar mensen die gratis 20 shareware uitdeelden en anderen die bedrijfssoft ware met 21 copyright verkochten voor duizend dollar. Er was dus nog 22 steeds niet ontdekt welke prijs je voor dit soort spullen 23 mocht berekenen. De prijs ging zowel omhoog als naar be- 24 neden. Met andere woorden, de markt werd nooit helder 25 op een normale manier. Mensen vroegen wat de handel 26 maar kon hebben, en de handel slikte de gekste prijzen. Je 27 kon bedrijven beroven als een regelrechte bandiet. 28 29 Een andere subtiliteit in deze uitspraak is het gebruik van het woord 30 ‘informatie’. Het is een relatief modern gebruik van de term, dat 31 teruggaat op Claude Shannons beroemde essay over informatie- 32 theorie uit 1948. Voor die tijd gebruikten mensen meestal andere 33 woorden (of niets) om het verschijnsel te beschrijven van ideeën of 34 instructies die in een bepaalde vorm zijn gegoten (in de stukken die 35 hij in 1939 schreef over zijn nieuwe ideeën, gebruikte Shannon zelf

120

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.121

nog de term intelligence). Een van die woorden was natuurlijk ‘taal’, 1 een paar andere waren ‘symbolen’ en ‘tekens’. Tot aan het informa- 2 tietijdperk werd het woord ‘informatie’ meestal in de context van 3 nieuws gebruikt: ‘Ik heb nieuwe informatie.’ Of gewoon: ‘feiten’. 4 Shannon werkte bij at&t en zijn theorie wortelde in een context 5 van signaalverwerking. In die theorie werd informatie gezien als 6 het tegenovergestelde van lawaai – coherente versus incoherente 7 signalen – en hij berekende hoe hij het ene uit het andere kon ex- 8 traheren. Het resultaat kan bestaan uit analoge of digitale signalen, 9 maar tegenwoordig bedoelen we met informatie meestal digitale 10 bits: aan/uit-signalen die alles of niets betekenen, afh ankelijk van 11 de decodering. 12 Een tekstverwerker denkt dat je mp3-bestand gewoon lawaai is 13 en je iPod kan geen spreadsheet lezen, maar vanuit het perspectief 14 van de informatica zijn ze allemaal hetzelfde: een stroom bits. Een 15 bit weerspiegelt alleen maar het verschil tussen twee toestanden, 16 die wel of geen betekenis hebben. Maar informatie is wat de Britse 17 antropoloog Gregory Bateson beschreef als ‘een verschil dat ver- 18 schil maakt’. 19 Toen Brand het woord ‘informatie’ gebruikte, bedoelde hij di- 20 gitaal gecodeerde informatie. Dit weerspiegelde zijn ervaring met 21 de eerste digitale netwerken, inclusief Whole Earth ’Lectric Link 22 (well), het netwerk waarvan hij medeoprichter was. Hij had hier- 23 van geleerd dat bits en hun betekenis twee heel verschillende din- 24 gen waren. De bits waren, althans economisch, vrijwel gratis maar 25 hun betekenis kon talloze waarden krijgen, variërend van niets tot 26 onbetaalbaar, afh ankelijk van wie de ontvanger was. 27 ‘Een van de dingen die ik als model voor de well gebruikte, was 28 het telefoonbedrijf,’ legde hij uit. ‘Dat verkoopt je geen gesprekken. 29 Het kan ze echt niet schelen wat mensen tegen elkaar zeggen. Ze 30 willen alleen maar dat je de rekening betaalt van een werkende 31 telefoon en het beetje tijd dat je gebruikt. Inhoud is niet relevant.’ 32 Een vergelijkbaar voorbeeld uit de fysieke wereld, zei hij, is de 33 kroeg. Die biedt mensen de gelegenheid om elkaar te ontmoeten en 34 gesprekken te voeren, maar rekent daar niets voor. Het enige wat in 35

121

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.122

1 rekening wordt gebracht, is het bier dat de kelen moet smeren. ‘Je 2 vindt iets anders waarvoor je kunt laten betalen, of het nu een glas 3 bier of de kiestoon is, of iets vergelijkbaars, bijvoorbeeld adverten- 4 ties als neveninkomsten. Uiteindelijk laat je altijd voor iets anders 5 betalen dan de informatie.’ 6 Vindt hij het niet vervelend dat mensen al vijfentwintig jaar de 7 helft van zijn citaat aanhalen? Zo gaat dat met memen, zegt hij. 8 Ze verspreiden zich in hun effi ciëntste vorm, of dat nu de bedoe- 9 ling was of niet. Per slot van rekening zei Churchill ook niet blood, 10 sweat, toil and tears, maar blood, toil, tears and sweat. Dat klinkt 11 misschien beter, maar een daarvan is geen vocht. Mimetische ver- 12 spreiding die wordt bewerkt tot zijn optimale vorm. 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

122

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.123

1 2 7 | Concurreren met Gratis 3 4 Microsoft had decennia nodig om te leren hoe het moest, 5 Yahoo slechts een paar maanden 6 7 8 9 10 Op 3 februari 1975 schreef Bill Gates, indertijd ‘Algemeen part- 11 ner van Micro-soft ’, een ‘Open brief aan hobbyisten’. Daarin legde 12 hij uit dat zijn nieuwe bedrijf $40.000 had uitgegeven aan soft - 13 wareontwikkeling die gratis werd gekopieerd. Als dat zo doorging, 14 waarschuwde hij, zou hij in de toekomst geen nieuwe soft ware 15 kunnen ontwikkelen en dan zou iedereen verliezen. 16 17 Zoals de meeste hobbyisten vast wel weten, steelt een 18 meerderheid van jullie soft ware. Wat kan het jullie schelen 19 of degenen die daaraan hebben gewerkt, worden betaald? 20 21 Dit zou uiteindelijk resultaat krijgen. Toen de personal computer 22 uit de wereld van de wereldvreemde hobbyisten verschoof naar 23 die van de gewone gebruikers, die niet zo handig waren in het ko- 24 piëren van soft ware, werd het idee geaccepteerd dat je voor codes 25 moest betalen. Met de Apple ii en de ibm-pc kwamen ook de win- 26 kels met soft ware op, compleet met handleidingen. Soft ware werd 27 een industrie waar Microsoft – nu zonder verbindingsstreepje – 28 rijk mee is geworden. 29 Maar de dagen dat er met Gratis geconcurreerd moest worden, 30 waren nog niet voorbij. Piraterij werd nooit helemaal uitgebannen 31 en toen soft ware eenmaal van moeilijk te kopiëren fl oppy disks 32 naar cd’s was verhuisd (die je net zo gemakkelijk kon kopiëren als 33 muziek-cd’s), nam het verschijnsel grote vormen aan. Microsoft 34 voegde beveiligingscodes toe die gebruikers in de offi ciële verpak- 35

123

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.124

1 king vonden, maar ook die werden gekopieerd met hologrammen 2 op de verpakking en al. Door rechtszaken, bewustwordingscam- 3 pagnes, vakbonden en zelfs diplomatiek optreden kon piraterij in 4 de ontwikkelde wereld binnen de perken worden gehouden, maar 5 in ontwikkelingslanden was er geen kruid tegen gewassen. 6 In China werd de snelgroeiende pc-markt overspoeld door pi- 7 raten die niet alleen Microsoft s soft ware verkochten, maar al het 8 andere ook, van games tot lesprogramma’s. Offi cieel trad Microsoft 9 hier hard tegen op. Maar Bill Gates c.s. waren ook realistisch. Ze 10 wisten dat je piraterij nooit helemaal kon uitroeien en dat elke po- 11 ging daartoe duur en pijnlijk voor de betalende klanten zou zijn, 12 want die zouden allerlei verifi catieprocedures moeten doorlopen. 13 En er zaten ook positieve kanten aan: als mensen illegale kopieën 14 maakten, gebruikten ze de soft ware tenminste en als deze landen 15 eenmaal waren ontwikkeld, zou deze mind share zich op een dag 16 misschien vertalen in een echt marktaandeel. 17 ‘Hoewel er jaarlijks drie miljoen computers in China worden 18 verkocht, betalen mensen niet voor de soft ware,’ zei Gates in 1998 19 tegen een groep studenten aan de universiteit van Washington. 20 ‘Toch zullen ze dat ooit wel doen, en zolang ze het blijven stelen, 21 willen we dat ze ónze soft ware stelen. Ze zullen er zo’n beetje ver- 22 slaafd aan raken en dan verzinnen we wel hoe we ons geld ergens 23 de komende tien jaar gaan innen.’ 24 Dat moment komt eraan. China is rijker geworden, computers 25 goedkoper (de populairste categorie is nu ‘netbooks’, laptops zon- 26 der franje die amper $250 kosten) en Microsoft heeft de prijs van 27 de besturingssystemen voor dergelijke machines verlaagd naar 28 zo’n $20 (minder dan een kwart van de gebruikelijke versies). 29 Piraterij heeft afh ankelijkheid gecreëerd en hielp de gebruikskos- 30 ten drukken toen dat ertoe deed. Nu, na een paar decennia van 31 piraterij, heb je een gigantische betalende markt naast de piraten- 32 markt. Microsoft blijft dominant en consumenten hebben meer 33 geld en minder geduld voor alle gedoe rond niet-geautoriseerde 34 soft ware. Gates’ strategie om net voldoende te doen om piraterij 35 binnen de perken te houden en niet de grove maatregelen te ne-

124

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.125

men die er echt een einde aan hadden kunnen maken, heeft vrucht 1 afgeworpen. 2 3 4 Gratis testsoftware 5 Terwijl Microsoft in de jaren negentig vocht tegen piraterij in het 6 buitenland, moest het in eigen land concurreren met een ander 7 soort Gratis. De oorlog om de besturingssystemen had het gewon- 8 nen, maar nu had het bedrijf moeite om koploper te blijven op 9 het gebied van applicatiesoft ware, van tekstverwerkers tot spread- 10 sheets. Concurrenten als WordPerfect Offi ce en Lotus SmartSuite 11 verkochten hun producten tegen afb raakprijzen aan pc-makers 12 opdat die hun soft ware zouden ‘bundelen’ met nieuwe computers. 13 Dit deden ze in de hoop dat nieuwe pc-consumenten de soft ware 14 zouden gebruiken die bij het apparaat werd geleverd en zo zouden 15 investeren in de programma’s met leertijd en bestanden. Als het 16 tijd werd voor een upgrade in de vorm van een betaalde versie, 17 zouden ze niets anders meer willen. 18 De groei van Microsoft s marktaandeel werd hierdoor zo ver- 19 traagd dat Gates zich zorgen ging maken. Hij besloot om met de- 20 zelfde wapens te gaan strijden. Microsoft ontwikkelde zijn eigen 21 versoberde versie van Offi ce: Microsoft Works. Pc-makers hoefden 22 maar $10 te betalen als ze dat pakket bundelden met nieuwe com- 23 puters. Hiermee kon Gates concurreren met de lage prijs van de 24 concurrenten, en omdat Works-bestanden compatibel waren met 25 het volwaardige Offi ce, kon hij de consumenten in de invloedssfeer 26 van Microsoft houden, ook al verdiende het bedrijf niet veel aan 27 het instapproduct. 28 Deze strategie kwam Microsoft ook van pas toen de wereld over- 29 stapte van de desktop naar het web. Netscape bracht zijn webbrow- 30 ser, Navigator, gratis op de markt. Daarmee verdween de factor 31 geld meteen uit de ontluikende industrie. En erger nog, Netscape’s 32 gratis browser werkte het beste op speciale serversoft ware van 33 Netscape. Zo kon Netscape een stuk van Microsoft s lucratieve 34 marktaandeel in besturingssystemen wegkapen. 35

125

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.126

1 HOE KAN SOFTWARE VOOR DE 2 GEZONDHEIDSZORG NU GRATIS ZIJN? 3 4 Sinds november 2007 hebben duizenden artsen zich ingeschreven voor gratis software van het nieuw opgerichte bedrijf Practice Fusion uit San Francisco. De software dient voor het aanleggen 5 van elektronische dossiers en praktijkbeheer. Bedrijfssoftware voor de gezondheidszorg kan wel $50.000 kosten. Hoe kan één bedrijf nu gratis elektronische dossiersystemen weggeven? 6

7 Freemium + reclame Practice Fusion maakt Gegevens verkopen is soms lucratie- gebruik van het freemium-model en biedt twee 8 ver dan software verkopen. versies van zijn software: een gratis versie met advertenties (à la Google AdSense), en een 9 Geschatte inkomsten advertentievrije versie die $100 per maand kost. van onderzoeks- Van de eerste 2000 artsen die voor het 10 gegevens d o s s i e r s y s te e m va n P ra c ti ce Fu s io n koze n , b e s l o o t slechts tien procent daarvoor te betalen. Maar de 11 echte inkomsten komen dan ook ergens anders $250M vandaan… 12 Verkoop toegang tot je gegevens. Met 13 behulp van gratis software trekt Practice Fusion een kritische massa gebruikers (artsen) 14 aan, die op hun beurt een groeiende database met patiënten aanleggen. Medische instanties 15 die onderzoek doen naar specifi eke condities, hebben longitudinale medische dossiers nodig 16 voor grote groepen patiënten. Afhankelijk Geschatte inkomsten van de focus van een studie (denk aan: blanke, 17 van traditionele software zwaarlijvige mannen van middelbare leeftijd), kan het anonieme ziektebeeld van elke patiënt overal 18 $50 tot $500 opleveren. Een arts heeft gemiddeld zo’n 250 patiënten, dus de eerste 2000 klanten 19 $100M van Practice Fusion kunnen al worden vertaald in 500.000 dossiers. Elk dossier kan een aantal 20 keren worden verkocht voor allerlei studies die door verschillende instituten worden uitgevoerd. 21 Als elk dossier op den duur $500 oplevert, zou de omzet van Practice Fusion groter zijn dan wanneer 22 het bedrijf dezelfde 2000 softwarepakketten voor een eenmalig bedrag van $50.000 zou verkopen! 23 24 25 Weer zag Microsoft zich gedwongen met een antwoord te komen. 26 Het ontwikkelde haastig zijn eigen gratis webbrowser, Internet 27 Explorer, en bundelde die met elke versie van zijn besturings- 28 systeem. Het gewenste eff ect werd bereikt, de groei van Netscape 29 werd ingedamd, maar de prijs daarvoor was dat Microsoft tien jaar 30 lang te kampen had met vervolging wegens kartelvorming en boe- 31 tes voor concurrentievervalsend gedrag. Kartelbestrijders vielen 32 Microsoft aan omdat het een gratis product ‘vastknoopte’ aan een 33 betaald product. Gratis is mooi, zeiden de regelgevers, maar niet 34 als je een monopoliepositie bezit en concurrenten wilt uitsluiten 35 met Gratis.

126

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.127

In de antikartel-theorie geldt dat een bedrijf met een dominante 1 marktpositie voorzichtiger met Gratis moet omgaan, omdat het 2 een gratis product kan subsidiëren met een betaald product (dat 3 hun mogelijk monopolieopbrengsten levert), en daar kunnen an- 4 dere bedrijven nooit tegenop. Uiteindelijk mocht Microsoft gratis 5 soft ware – van de browser tot de back-upvoorzieningen – met zijn 6 besturingssystemen blijven bundelen, maar het betaalde voor dit 7 recht met honderden miljoenen dollars aan boetes, rechtszaken en 8 reputatieverlies. 9 10 11 De pinguïn valt aan 12 Een andere vorm van gratis soft ware is opensourcesoft ware, iets 13 waarmee Microsoft al tientallen jaren concurreert, al gebeurde dat 14 soms onder een andere naam. Tot 1998 heette soft ware die mensen 15 gratis konden gebruiken en wijzigen ‘gratis soft ware’ of freeware. 16 Het aanbod varieerde van besturingssystemen (zoals varianten 17 van unix) tot tekstverwerkers en programmeertalen. Maar met de 18 komst van het web als communicatieplatform werden de informele 19 gemeenschappen van programmeurs die deze programma’s schre- 20 ven groter en eff ectiever. Gratis soft ware werd een factor die je niet 21 mocht onderschatten. 22 Netscape’s beslissing uit 1998 om zijn browserprogramma vrij 23 te geven, werkte als katalysator voor de opkomst van gratis soft - 24 ware als een gangbaar product. In een vergadering die uitgever 25 Tim O’Reilly later in dat jaar belegde, ontstond overeenstemming 26 over de nieuwe term ‘open source’. Het grote voordeel daarvan was 27 dat het woord ‘gratis’ ontbrak, dat was bezoedeld door het ideo- 28 logische extremisme van Richard Stallman, een voormalig on- 29 ruststoker op het mit. Met zijn Free Soft ware Foundation had hij 30 geprobeerd de beweging in zijn eigen antikapitalistische straatje 31 te krijgen. 32 De toen 29-jarige Linus Torvalds was ook op de vergadering 33 aanwezig. Zeven jaar eerder was hij in Helsinki begonnen aan een 34 bescheiden project om een vereenvoudigde variatie van het unix 35

127

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.128

1 besturingssysteem te maken. Dit noemde hij Linux. Dankzij de 2 combinatie van een goed programma, een innemende persoon- 3 lijkheid, organisatietalent en, de belangrijkste factor, het web als 4 vehikel voor wereldwijde samenwerking, werd zijn project een 5 succes (angst voor Microsoft s dominante positie en het algemene 6 anti-Redmond-sentiment van soft warepuristen hielpen ook). 7 Op de O’Reilly-vergadering werd Linux al gezien als het boeg- 8 beeld van deze nieuwe soft wareklasse, een voorbeeld van een 9 functioneel, eenvoudig programma dat steunde op een licentie 10 die iedereen die de soft ware gebruikte en veranderde verplicht om 11 die veranderingen gratis en voor iedereen toegankelijk te maken. 12 Iedereen kon de soft ware verkopen, maar niemand kon er eige- 13 naar van worden. 14 In het begin concurreerde Linux vooral met andere varianten 15 van unix, van de gratis versies tot Suns en ibm’s commerciële ver- 16 sies. Maar dankzij de technische kwaliteiten van het programma 17 en het feit dat Linux zo veel gratis talent en werk wist te mobili- 18 seren, begon het succes ook door te dringen in Redmond, waar 19 Microsoft doodleuk een miljardenmarkt aan soft ware voor server- 20 besturingssystemen liet liggen. 21 Toen ik de directie van Microsoft vroeg wat ze bedacht hadden 22 om eff ectief met open source te gaan concurreren, was ik vooral 23 verbijsterd over het late tijdstip waarop ze waren begonnen. Het 24 bedrijf wist weliswaar vanaf het begin van Linux’ bestaan en de 25 marketeers hadden er sinds eind jaren negentig openlijk bagatel- 26 liserend over gedaan, maar bij Microsoft werd Linux toen nog als 27 een lastige vlieg gezien, niet serieus genoeg om van strategie te 28 veranderen. Het bedrijf markeert Linux World 2002, een congres 29 dat in september van dat jaar werd gehouden, als het begin van wat 30 programmamanager Peter Houston de ‘het geloofwaardig opne- 31 men tegen Linux’-strategie noemt. 32 Deze openbaring kwam dus ruim tien jaar nadat Torvald aan het 33 Linux-project was begonnen en vijf jaar na de opensource-top van 34 O’Reilly. Het was vier jaar nadat de ‘Linux-zeepbel’ van bedrijven 35 als VA Linux en Redhat naar de beurs ging en de koers van hun

128

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.129

aandelen de lucht in schoot. En in 2002 had Linux een aandeel 1 in de markt van webserver-besturingssystemen van ongeveer 25%, 2 terwijl Microsoft 50% had. 3 Waarom het zo lang duurde en wat er daarna gebeurde, kun- 4 nen we het best uitleggen aan de hand van de ‘vijf rouwfasen’ van 5 psychiater Elisabeth Kübler-Ross: 6 7 8 Fase 1: Ontkenning 9 Waar was Microsoft tijdens de eerste tien jaar van Linux? Vooral 10 bezig met hopen dat het gratis besturingssysteem vanzelf zou 11 verdwijnen of onbetekenend zou blijven, zoals de meeste gratis 12 soft ware tot dan toe had gedaan. En zelfs als Linux niet helemaal 13 verdween, gokte de directie van Microsoft toch dat Linux vooral 14 aantrekkelijk zou zijn voor mensen die al met unix werkten en niet 15 met Microsoft s eigen besturingssystemen. Helemaal geruststellend 16 was dat ook niet, want de unix-klanten vormden een markt die 17 ze ook wilden, maar het was beter dan rechtstreeks de competitie 18 aangaan. Maar het belangrijkste was dat Microsoft s managers niet 19 begrepen waarom klanten in vredesnaam gratis soft ware zouden 20 willen, met alle ergernissen die producten zonder glimmende pro- 21 fessionele afwerking vaak met zich meebrengen. 22 Maar dat deden de klanten dus wel, vooral toen ze steeds grotere 23 datacenters bouwden voor het snelgroeiende web. Het onderhoud 24 van één Linux-server is misschien lastiger dan dat van Microsoft s 25 tegenhanger, maar als je er honderden of duizenden van inzet, hoef 26 je maar één keer te leren omgaan met de nukken van Linux om 27 een hoop geld te besparen. In 2003 had Linux bijna eenderde van 28 de webservermarkt in handen. Ze konden het tij misschien keren 29 door de systemen net als Linux gratis te maken. Maar dat was ge- 30 woon te eng om te overwegen. In plaats daarvan schoot Microsoft 31 vooral vanaf de zijlijn. 32 Binnen het bedrijf waarschuwden sommige ingenieurs al dat 33 Linux op de lange termijn een serieuze concurrent van Microsoft s 34 belangrijkste bedrijfsmodel was, en ze drongen erop aan dat het 35

129

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.130

1 bedrijf met een meer geloofwaardige reactie zou komen. In 1998 2 liet een programmeur een memo rondgaan waarin hij open- 3 sourcesoft ware beschreef als een ‘rechtstreekse bedreiging voor 4 de inkomsten en het podium van Microsoft ’. Het document, dat 5 uitlekte en bekend werd als het ‘Halloween-memo’ (vanwege de 6 datum én de angstaanjagende inhoud) waarschuwt verder dat 7 de ‘vrije ideeënuitwisseling in de oss voordelen biedt die niet te 8 kopiëren zijn met ons bestaande licentiemodel en die daarom op 9 den duur een bedreiging vormen voor de ideeënuitwisseling onder 10 onze ontwikkelaars.’ 11 Maar in het openbaar nam Microsoft een heel andere houding 12 aan. Een nieuwsbericht uit december 1998 luidt als volgt: ‘De di- 13 rectie van Microsoft doet open source af als een hype: “Voor com- 14 plexe projecten in de toekomst zullen grote teams en veel kapitaal 15 nodig zijn,” zei Ed Muth, een marketingmanager bij de Microsoft - 16 groep. “Dit zijn dingen waarop Robin Hood met zijn vrolijke bende 17 in Sherwood Forest niet is berekend.”’ 18 19 20 Fase 2: Woede 21 Toen eenmaal duidelijk was dat Linux niet weg zou gaan en een 22 werkelijke bedreiging voor Microsoft s product vormde, werd het 23 bedrijf vijandig. Tuurlijk, Linux was gratis, vertelden verkopers 24 aarzelende klanten: ‘Gratis en ongecontroleerd als een jonge hond.’ 25 Visioenen van een leven gevuld met hondenvoer, hondenpoep en 26 dagelijkse wandelingen deden de klanten terugkrabbelen. 27 Microsoft koos voor een economische aanvalsstrategie. De slo- 28 gan waarom alles draaide, werd ‘de totale kosten van eigendom’. De 29 werkelijke kosten waren niet de aankoopprijs maar het onderhoud 30 van de soft ware. Linux, zo beweerden ze, was moeilijker te onder- 31 steunen en de sukkels die daar toch voor kozen, zouden iedere dag 32 kapitalen kwijt zijn aan het leger programmeurs en it’ers die deze 33 rammelende constructie draaiende moesten houden. 34 In oktober 1999 ging Microsoft het hard spelen en publiceerde 35 een pagina met ‘Vijf mythes over Linux’. Ze maakten een lijst van

130

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.131

technische gebreken en concludeerden dat de prestaties van Linux 1 het niet haalden bij die van Microsoft . En gratis was niet echt gratis. 2 ‘Systeembeheerders van Linux zijn enorm veel tijd kwijt met het 3 doorgronden van de laatste Linux-kwalen en het zoeken naar een 4 oplossing,’ waarschuwde het artikel. ‘De Linux-gemeenschap heeft 5 het over het gratis karakter en de lage kosten van Linux. Maar be- 6 grijp goed dat de licentiekosten maar een kleine rol zouden moeten 7 spelen in het totale besluitvormingsproces van de klant.’ 8 Toch hielp ook dat niet. Bij gebrek aan bewijs deed de klant het 9 verhaal af als kwaadsprekerij van Microsoft , ingegeven door pure 10 angst en onzekerheid. Linux en andere opensourcesoft wareprojec- 11 ten zoals de Apache webserver, mysql-database en de program- 12 meertalen Perl en Python wonnen steeds meer terrein. In novem- 13 ber 2002 stuurde een gefrustreerde Windows-programmamanager 14 een memo naar Microsoft s pr-afdeling: ‘We zullen eff ectiever moe- 15 ten reageren op persberichten over overheids- en andere grote 16 instituten die [opensource-] alternatieven voor onze producten 17 overwegen … We moeten daar … snel en met feiten op reageren. 18 Alleen zo kunnen we verhinderen dat de indruk ontstaat dat grote 19 instituten opensourcesoft ware of Linux gebruiken, terwijl ze alleen 20 maar overwegen om de technologie uit te testen.’ 21 22 23 Fase 3: (Onder)handelen 24 Tegen de tijd dat Linux World 2002 plaatsvond, was het binnen 25 Microsoft wel duidelijk dat er een nieuwe strategie nodig was. ibm 26 had al een Linux-afdeling en hun it’ers waren bezig met het schrij- 27 ven van code voor het project. Microsoft moest ophouden met het 28 spuien van venijnige kritiek en de feiten onder ogen zien: Linux 29 ging niet weg en de reden daarvoor was deels de woede van de 30 klanten over Microsoft s tactieken. ‘We begrepen dat we de emotie 31 achter ons moesten laten als we ooit nog serieus genomen wilden 32 worden,’ zegt Houston, die de leiding had over het team dat werkte 33 aan manieren om met Linux te concurreren. ‘Zoals de zaken ervoor 34 stonden, groeven we zo alleen maar ons eigen graf, tot vreugde van 35

131

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.132

1 de concurrentie.’ Bij Linux World droegen vertegenwoordigers van 2 Microsoft T-shirts met de tekst Let’s Talk. 3 Na het congres begreep Houston waarom Microsoft geen vat 4 op de zaak had gekregen. ‘We moesten bewijzen wat we hadden 5 gezegd: dat het eigendom van Linux hogere kosten met zich mee- 6 bracht.’ Daarom gaf hij het adviesbureau idc opdracht om onaf- 7 hankelijk te onderzoeken of Windows echt beter was dan Linux als 8 de totale kosten van eigendom werden ingecalculeerd. Microsoft 9 kwam duidelijk als winnaar uit de bus, maar de directie was ver- 10 deeld over de vraag of ze het rapport moesten gebruiken of niet. 11 Ze hadden dit zo lang beweerd zonder bewijs te leveren. Zou het 12 rapport nu nog iemand van gedachten kunnen doen veranderen? 13 Misschien deed het dat niet, maar Microsoft mocht wel weer 14 meedoen. De klanten realiseerden zich dat Microsoft niet maar 15 wat riep – Linux was echt ingewikkelder en duurder dan het leek. 16 Ondertussen besloot Microsoft zelf een duit in het opensource- 17 zakje te doen en het kondigde een shared source-programma aan 18 waarmee overheidsklanten de onderliggende code voor Windows 19 en andere Microsoft -producten konden zien. Als transparantie de 20 grote aantrekkingskracht van open source vormde, zou Microsoft 21 die bieden – maar alleen nadat het de klanten had laten zweren dat 22 ze de code geheimhielden en het de nodige andere maatregelen 23 had getroff en om te voorkomen dat de code zou uitlekken. Een 24 paar kopers in overheidsdienst liepen het proces door, maar het 25 raakte Linux nauwelijks. Het was tijd voor een radicalere aanpak 26 27 28 Fase 4: Depressie 29 Eind 2003 verraste Microsoft iedereen door Bill Hilf in dienst te ne- 30 men, die de leiding had gehad over de succesvolle Linux-strategie 31 bij ibm. Tijdens het wervingsproces zei Steve Ballmer, ceo van 32 Microsoft , tegen hem: ‘We moeten een antwoord vinden op Gratis.’ 33 Tot nu toe had het bedrijf nooit iets gedaan om het tij te keren, en 34 Hilf begreep hoe dat kwam toen hij met de it’ers ging praten. ‘Uit 35 gesprekken werd me duidelijk dat ze echt geen idee hadden hoe

132

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.133

open source werkt,’ zei hij. ‘Er heerste totaal onbegrip – ze zagen 1 het alléén maar als een bedreiging.’ 2 Dat Microsoft zo slecht geïnformeerd was over open source 3 kwam onder andere doordat hun advocaten de it’ers verboden 4 hadden om ermee te werken. De licentie die Linux en vergelijk- 5 bare opensourcesoft ware gebruiken, en die bekendstaat als gpl 6 (algemene openbare licentie), stelt dat elk van opensourcesoft ware 7 ‘afgeleid werk’ ook vrij toegankelijk moet zijn. De advocaten vrees- 8 den dat het zo een virus werd: elke Microsoft -programmeur die 9 ermee in aanraking kwam, liep het risico dat alles waaraan hij of 10 zij werkte ermee besmet werd. Stel dat Windows door een kleine 11 vergissing zomaar vrij toegankelijk zou worden! 12 Dus toen Hilf een opensourcelab bij Microsoft wilde bouwen, 13 werd dat beschouwd als een riskante biofaciliteit. De afdeling ge- 14 bouwen/faciliteiten hakte een gat in een voormalig berghok en liet 15 hem de kabels doortrekken. Maar daarna stond hij er alleen voor, 16 zonder budget. Hij moest tweedehands computers gebruiken en 17 een ‘Help Bill’-actie houden om zijn uitrusting bij elkaar te krijgen. 18 Niemand die aan open source werkte, mocht aan een ander project 19 werken, zo bang waren ze voor verspreiding van de gpl-ziekte. 20 De Seattle Post-Intelligencer noemde hem ‘de eenzaamste man in 21 Redmond’. 22 23 24 Fase 5: Acceptatie 25 Inmiddels staat Hilfs opensourcelab vol snorrende hypermoderne 26 servers, die nieuw zijn aangekocht. Hij heeft een budget en een heel 27 leger programmeurs tot zijn beschikking. Wat was er veranderd? 28 De top was pragmatisch geworden. Gates en Ballmer hadden alles 29 geprobeerd om Linux uit te schakelen, terwijl dat alleen maar ster- 30 ker werd. Microsoft moest zich aan de nieuwe realiteit aanpassen. 31 De houding van Microsoft is nu dat het moet ‘interopereren met 32 gratis’, wat inhoudt dat het ervoor zorgt dat zijn soft ware werkt in 33 combinatie met open source en vice versa. De programmeurs om- 34 zeilen de angst van de advocaten door alleen ‘stukjes’ weg te geven, 35

133

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.134

1 in plaats van te werken aan belangrijke opensourcecode. 2 De cijfers over het marktaandeel zeggen alles. Microsoft heeft 3 nog altijd het grootste marktaandeel in servers, Linux bezit nog 4 steeds rond de 20%. Op andere markten, bijvoorbeeld bestu- 5 ringssystemen van tekstverwerkers en kantoorinrichtingen, ligt 6 Microsoft s aandeel dichter bij de 80%. De markt heeft beslist dat er 7 plaats is voor alle drie de modellen: helemaal gratis, gratis soft ware 8 en betaalde ondersteuning, en het oude vertrouwde betalen voor 9 alles. 10 Kleinere gebruikers, van beginnende webondernemers tot prijs- 11 bewuste individuen, kiezen vaak voor opensourcesoft ware, die met 12 de dag beter wordt. Maar grotere bedrijven vinden risicobeperking 13 belangrijker: ze willen best voor hun soft ware betalen, of dat nu 14 aan Microsoft is of aan commerciële Linux-distributies zoals Red 15 Hat, want als ze eenmaal een cheque hebben uitgeschreven, krijgen 16 ze ook een contract. En daarbij horen ‘afspraken over het service- 17 niveau’, met andere woorden, je kunt iemand bellen wanneer de 18 dingen niet werken. 19 Tegenwoordig vertegenwoordigen open en gesloten soft ware 20 beide enorme markten. In dollars gerekend vallen alle opensource- 21 concurrenten bij Microsoft in het niet. Maar qua gebruikers lig- 22 gen de aantallen een stuk dichter bij elkaar. De Firefox-browser 23 bijvoorbeeld loopt nog steeds in op Internet Explorer (en bezit nu 24 zo’n 30% van de markt), en Mozilla, het non-profi tbedrijf dat de 25 browser maakt, fi nanciert de ontwikkeling van de browser bijna 26 volledig met advertentie-inkomsten uit Google; iedere keer dat de 27 zoekbalk van Firefox wordt gebruikt, stuurt deze de gebruiker door 28 naar Googles pagina met zoekresultaten. Bij Mozilla werken nog 29 geen honderd mensen en toch kan het zich meten met het brow- 30 serteam van Microsoft . Weer een onderneming die rond Gratis is 31 opgebouwd, en die niet gekoppeld hoeft te worden aan een com- 32 mercieel besturingssysteem. 33 Ondertussen lopen de meeste grote websites, van Google tot 34 Amazon, overwegend op opensourcesoft ware. Zelfs in de beza- 35 digdste bedrijven komt open source binnengeslopen, in de vorm

134

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.135

van talen als Java en php. Het is een hybride wereld, waarin gratis 1 en betaald naast elkaar bestaan. Microsoft s geschiedenis leert ons 2 dat dat niet alleen mogelijk is, maar zelfs waarschijnlijk. Er is niet 3 één benadering die geschikt is voor iedereen. 4 5 HOE KAN AANDELENHANDEL 6 NU GRATIS ZIJN? 7 8 Was E*TRADE de eerste onderneming die de aandelenmarkt ontwrichtte door gebruik te maken van het doeltreffende systeem van de drie-partijenmarkt, Zecco-com vertegen- 9 woordigt de volgende golf. Op Zecco.com kunnen investeerders gratis tien keer per maand 10 een transactie uitvoeren. Sinds de e-broker in 2006 begon met het aanbieden van gratis aandelenhandel, zijn er 150.000 leden bijgekomen. Zelfs toen de markt in het najaar van 11 2008 instortte, nam het aantal accounts met 50 procent toe en steeg het aantal transacties per dag met eenderde. Hoe kan Zecco het zich veroorloven om een klant nul cent commis- 12 sie te vragen, terwijl een wisselmakelaar diezelfde klant $100 in rekening zou brengen? 13

Hoe Zecco $179/jaar verdient Stel een minimum in, laat betalen voor extra 14 transacties. Aandelenhandelaren krijgen alleen 10 gratis aan een semi-actieve transacties als ze minstens een totaal aandelenvermogen 15 handelaar van $2.500 op hun rekening laten staan. Als ze daaronder komen, berekent Zecco daarvoor $4,50. Ook iedere 16 transactie na de eerste tien kost $4,50. Een kwart van alle Zecco-klanten voert meer dan tien transacties 17 per maand uit (minstens $170.000 per maand voor Zecco). De gemiddelde gebruiker houdt het op slechts 18 $65 - rente een of twee transacties per maand en zorgt voor een aandelenvermogen van meer dan $2.500, maar vaak 19 stellen ze een of twee keer per jaar hun portfolio’s bij. Iedere keer is het gemiddelde aantal transacties 15 ($45 20 per jaar voor 45 transacties, waarvan 10 tot 20 gratis zijn). 21 Verdien geld met niet-geïnvesteerde bedragen. Hiervoor hoef je geen Einstein te zijn. Alle online-aan- 22 delenhandelaars profi teren hiervan. Een gemiddelde $50 Zecco-gebruiker laat bijvoorbeeld een niet-geïnves- 23 belasting/ teerd bedrag van zo’n $1.500 op zijn aandelenreke- accountmanagement-software ning staan, voor het geval er zich een interessante in- 24 vesteringsmogelijkheid voordoet. Net als een bank berekent Zecco daarover 0,02% rente (in dit geval $30 25 per jaar). Als de belegger een nettotegoed heeft van $500, heft Zecco daarover nog eens 7% ($35/jaar). 26 $45 Vul de omzet aan met betaalde diensten en 27 Halfjaarlijkse saldoberekening advertenties. van de portfolio Voor klanten die minder vermogenswinstbelasting 28 willen betalen, verkoopt Zecco software voor belas- tingplanning en portfoliobeheer. Na een (gratis) 29 proef periode van twee maanden betalen klanten $25 $19 - optiehandel per half jaar ($50/jaar). Actieve handelaren schrijven 30 zich ook in op maandelijks bijgewerkte marktgege- vens voor $20 per maand ($240/jaar). En zoals de mees- 31 te commerciële websites, draait Zecco actuele banner- advertenties. 32 33 34 35

135

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.136

1 Tweede geval: Yahoo vs. Google 2 Op 1 april 2004 kondigde Google in een persbericht een nieuwe 3 webmaildienst aan, Gmail genaamd. Aangezien Google wel vaker 4 1-aprilgrappen had uitgehaald, vroeg menigeen zich af of het be- 5 richt wel serieus genomen moest worden. 6 Maar een eindje ten zuiden van het Googleplex, in het hoofd- 7 kantoor van Yahoo, wisten ze wel degelijk dat Google het meende. 8 De directieleden vanYahoo verwachtten het al sinds jaren, vanaf 9 het moment dat ze het gerucht hadden opgevangen dat Google van 10 plan was om een eigen e-mailproduct op de markt te brengen en 11 gmail.com had geregistreerd. 12 Yahoo was met ongeveer 125 miljoen gebruikers veruit de groot- 13 ste webmailprovider. Het deed goede zaken. De meeste mensen 14 gebruikten de gratis versie, die 10 megabyte opslagruimte bood. 15 Als mensen meer wilden, konden ze voor extra opslagcapaciteit 16 betalen, van 25 tot 100 megabyte zonder advertenties. Het was 17 een winstgevende onderneming en Yahoo nam een steeds grotere 18 voorsprong op concurrenten als Microsoft en aol. 19 Maar begin 2004 waren de geruchten over Googles voornemen 20 om de markt op te gaan verontrustend. Niet alleen leek alles wat 21 Google aanraakte in goud te veranderen, er werd ook gezegd dat 22 Google met een opslagruimte van één gigabyte (1000 megabyte) 23 de markt op zou gaan – dus honderd keer zo veel als Yahoo aan- 24 bood. 25 Dan Rosensweig, Brad Garlinghouse en Dave Nakayama, di- 26 rectieleden van Yahoo, beraadslaagden over hun opties. Ze moes- 27 ten iets doen – Google had een angstwekkende daadkracht en was 28 groot genoeg om een enorme hap uit de e-mailbusiness te nemen. 29 Maar als Gmail echt gratis één gigabyte aanbood, zou een poging 30 om daarmee te concurreren wel eens desastreus kunnen afl open 31 voor Yahoo. 32 Het is een klassiek Gratis-probleem. Het is gemakkelijker voor 33 nieuwkomers dan voor bestaande exploitanten, niet alleen omdat 34 de bestaande een inkomstenstroom hebben die ze bij gratis dien- 35 sten weleens zouden moeten opoff eren, ze hebben ook veel meer

136

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.137

gebruikers en de kosten om miljoenen klanten van dienst te zijn, 1 kunnen tot astronomische hoogte oplopen. 2 3 HET GEVECHT OM GRATIS WEBMAIL 4 5

2002 2007 6 Yahoo brengt een premium-versie van zijn Yahoo biedt voortaan e-mailservice op de markt en vraagt $29,99/jaar onbeperkte gratis 7 voor 25 MB. opslagruimte voor e-mail aan. 8 $2.50 $90 9 10 $80 11 2004 $2.00 Google introduceert $70 12 Gmail en biedt 1 GB gratis opslagruimte voor e-mail aan – 13 40 keer meer dan Yahoo’s betaalde $60 14 service. $1.50 15 $50 16 Prijs opslagruimte $40 17 (PER GIGABYTE) $1.00 Inkomsten per gebruiker 18 (YAHOO EN GOOGLE) $30 19 20 $20 $0.50 21 22 $10 23

$0.00 $0 24 2002 2003 2004 2005 2006 2007 25 26 27 Google had geen e-mailklanten en kon dus één gigabyte opslag- 28 ruimte aanbieden zonder dat dit werkelijke kosten met zich mee- 29 droeg; een paar servers konden de eerste paar duizend klanten 30 wel aan (en het bleek dat Google deze exclusieve dienst alleen het 31 eerste jaar aanbood, zodat ze de vraag konden verwerken zonder 32 een hoop hardware te hoeven kopen). Yahoo daarentegen had mil- 33 joenen klanten. Als Yahoo hetzelfde aanbood, zou het misschien 34 wel een pakhuis moeten kopen voor alle extra servers die nodig 35

137

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.138

1 zouden zijn om aan de toegenomen vraag naar e-mailopslagruimte 2 te voldoen. 3 Hoe meer de directie van Yahoo erover nadacht, hoe erger het 4 leek. Zou hun winstgevende business van betalende abonnees die 5 naast de adverteerders rechtstreekse inkomsten opleverden, ver- 6 dampen wanneer mensen tien keer zo veel opslagruimte gratis 7 konden krijgen? Zouden mensen misbruik van het systeem gaan 8 maken en alle capaciteit die Yahoo hun bood als een vorm van 9 gratis back-up benutten? En het ergste was het besef dat ze waar- 10 schijnlijk nooit met Google konden concurreren – als ze hun lei- 11 derspositie wilden behouden, zouden ze zelfs méér moeten bieden. 12 De directie stelde zich een gebouw vol ‘draaiende schijven’ voor 13 – de duurste soort opslagruimte, van de hardware tot de elektrici- 14 teitskosten – die ze zouden moeten kopen als reactie op Googles 15 persbericht. Dat was deprimerend en onrechtvaardig. Maar wat 16 voor keus hadden ze? 17 Garlinghouse en Nakayama bogen zich over de cijfers. De gra- 18 fi eken vulden hele whiteboards. Je had de kosten van opslag, die 19 tenminste daalden. Dan had je de verwachte vraag naar die op- 20 slagruimte, die een klassieke lange-staartvorm liet zien: een paar 21 gebruikers zouden een hoop verbruiken, terwijl de meesten maar 22 een beetje in beslag namen. Maar hoe snel zou dat veranderen en 23 zou de gewoonte om e-mail na het lezen te verwijderen standhou- 24 den als er geen reden was om wat dan ook te verwijderen? 25 Er moesten ook beslissingen worden genomen over de ver- 26 schillende soorten opslagruimte waarover Yahoo de e-mail kon 27 spreiden: snel, langzaam en nog langzamer. Misschien kon Yahoo 28 oudere e-mail op goedkope, langzame opslagruimte bewaren en 29 alleen nieuwere mail op de duurdere snelle opslagruimte, waar hij 30 snel opgezocht en teruggehaald kon worden. Maar dat zou een heel 31 nieuwe soft warearchitectuur vergen, waarmee de kosten en risico’s 32 alleen maar zouden stijgen. 33 En ten slotte had je nog de kant van de inkomsten. Met e-mail 34 verdiende het bedrijf niet alleen geld vanwege de vertoonde ad- 35 vertenties en de abonnementen op extra opslagruimte, de klanten

138

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.139

raakten ook steeds meer gehecht aan de rest van Yahoo. Wanneer 1 mensen van hun e-mail naar de homepage gingen of naar een wil- 2 lekeurige andere dienst, van fi nanciën tot nieuws, verdiende Yahoo 3 daar een hoop geld mee. Yahoo kon het zich niet veroorloven om 4 zijn aandeel in de e-mailmarkt te verliezen, omdat die gebruikers 5 zo belangrijk waren voor de overige zaken. En de waarde van elke 6 gebruiker ging omhoog met de advertentieprijzen (zie grafi ek op 7 bladzijde 137). 8 Toen 2004 aanbrak, werd het duidelijk dat Google inderdaad 9 Gmail op de markt zou brengen. Yahoo moest zijn antwoord klaar 10 hebben. Op 1 april werd Gmail gelanceerd, en het bood precies 11 dat waar Yahoo bang voor was geweest: een gigabyte gratis opslag- 12 ruimte. Dus hakte Rosensweig, operationeel directeur van Yahoo, 13 de knoop door en gaf toestemming voor de aanschaf van server- 14 en opslagapparatuur ter waarde van tientallen miljoenen. Op 15 15 mei kondigde Yahoo tijdens een analistenvergadering aan dat het 16 de gratis opslagruimte met onmiddellijke ingang van 10 naar 100 17 megabyte zou vergroten en dat het de capaciteit op korte termijn 18 nog verder zou verhogen. Abonnees die voor dezelfde ruimte had- 19 den betaald, konden hun geld terugvragen. Aan het eind van het 20 jaar bood Yahoo net als Gmail een gigabyte en in 2007 ging het 21 helemaal los met de aankondiging dat opslagruimte voor e-mail 22 voortaan onbeperkt was. (Ondertussen had Gmail zijn capaciteit 23 ook geleidelijk aan verhoogd; deze bedraagt nu net geen acht gi- 24 gabyte.) 25 Wat er toen gebeurde, verbaasde alle directieleden van Yahoo. 26 De gebruikers met een abonnement voor extra opslagruimte gin- 27 gen niet massaal weg bij Yahoo. Er waren nog altijd een paar extra’s 28 waarvoor sommigen wilden betalen, bijvoorbeeld webmail zonder 29 advertenties. En zelfs degenen die hun abonnement niet verleng- 30 den, bleven vaak nog even hangen omdat ze aan een jaarplan vast- 31 zaten. Mensen gingen niet opeens anders met e-mail om en bleven 32 berichten verwijderen. Het opslagverbruik groeide langzamer dan 33 was gevreesd. 34 35

139

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.140

1 WAAROM IS EEN EXCLUSIEVE 2 CONFERENTIE NOG STEEDS ZO PRIJZIG, 3 TERWIJL DIE ONLINE GRATIS IS? 4 Een ticket voor TED, een conferentie over techniek, entertainment en design, kost $6000 5 en is uitsluitend verkrijgbaar voor genodigden. Ieder jaar komen CEO’s, de elite van Holly- wood en ex-presidenten naar een luxeoord in Californië (nu Long Beach, na een kwart 6 eeuw Monterey). Daar wonen ze presentaties van 18 minuten bij van types als de Darwinist 7 Richard Dawkins, Will Wright, de schepper van de Simpsons, en (en af en toe van mij). In 2006 ging TED na jaren van exclusiviteit de praatjes gratis op zijn website uitzenden. 8 Inmiddels hebben ruim 50 miljoen mensen minstens één TEDTalk bekeken. Hoe kan TED zijn kroonjuwelen weggeven? 9 10 TED-conferentie, prijs en aantal aanwezigen 11 12 AANTAL AANWEZIGEN PRIJS (RECHTERAS) (LINKERAS) 13 1600 $6,500

14 $6,000 1400 15 $5,500 16 1200 $5,000 $4,500 17 1000 $4,000 18 800 $3,500 19 600 $3,000 20 $2,500 400 21 $2,000 22 200 $1,000 19992001 2003 2005 2007 2009 23

24 Online kijken is niet hetzelfde als erbij zijn. De de ticket. In 2008 werd een ticket op eBay geveild voor presentaties bekijken is maar een deel van de ervaring; een goed doel en bracht $33,850 op. Oké, er zaten 25 het gaat er de bezoekers net zo goed om dat ze zich een paar ‘extraatjes’ bij, bijvoorbeeld een kop koffi e onder de andere genodigden kunnen mengen, die met Pierre Omidyar, de oprichter van eBay, en een 26 vaak van hetzelfde kaliber zijn als degenen die op het lunchafspraak met de actrice Meg Ryan, maar veel toneel staan. Ze komen voor een praatje en blijven vaste TED-bezoekers konden hetzelfde doen; beide 27 voor de conversatie in de wandelgangen. Bovendien sterren zijn vaste bezoekers. is het leuk om de eerste te zijn die de presentatie ziet. 28 Een toegangsticket voor TED daalt niet in waarde als Wanneer de vraag naar tickets groeit, groeit anderen later ook de toespraken kunnen volgen. Het het aantal bezoekers ook. Sinds 1998 is het aantal 29 is eerder zo dat elke ticket meer waard is nu de mensen bezoekers van TED bijna verdrievoudigd en steeg het weten wat ze missen. In 2006, het eerste jaar waarin de met 10 procent per jaar. 2008 was het enige jaar waarin 30 TEDTalks na afl oop beschikbaar waren voor iedereen het aantal niet toenam, en dat was alleen maar omdat met een internetaansluiting, kostte een ticket $4.400. de locatie in Monterey gewoon te klein was voor nog 31 In 2008 was de prijs omhooggeschoten naar $6000 meer mensen. In 2009, drie jaar nadat TEDTalks begon (het dubbele van de prijs in 1999). Bij de hogere prijs met de gratis uitzendingen, is de conferentie verhuisd 32 zijn weliswaar dvd’s en speciale mailings voor leden naar een theater in Zuid-Californië, een zaal met twee inbegrepen, maar laten we eerlijk zijn, het gaat om keer zo veel capaciteit. 33 34 35

140

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.141

Nakayama’s team schreef soft ware die eff ectief werkte tegen mis- 1 bruik en spammers uit de buurt hield. Yahoo hield ook de invulling 2 van het ‘onbeperkte’ van de opslagruimte in de hand. Je kon zo 3 veel e-mail toevoegen als je maar wilde, maar Yahoo zou contro- 4 leren of je dat te snel deed, want dat was een teken van misbruik. 5 Nakayama zei het zo: ‘Je kunt zo ver rijden als je wilt, maar niet zo 6 snel als je wilt.’ Het kwam erop neer dat Yahoo in een lager tempo 7 opslagcapaciteit kon toevoegen, en hoe langer dit kon wachten, hoe 8 goedkoper de ruimte werd. 9 Uiteindelijk werkte het. Yahoo’s marktaandeel liep nauwelijks 10 terug en het is nog steeds het grootst, terwijl Gmail met afstand op 11 nummer vier staat. Yahoo Mail werd geen bodemloze put, maar 12 bleef winstgevend. Het concurreerde met het Gratis van Google 13 door nog méér gratis te worden – en bereikte als eerste het onver- 14 mijdelijke punt van onbeperkte capaciteit zonder betaling vooraf. 15 Yahoo ‘rondde naar beneden af’ en dat wierp zijn vruchten af. 16 Maar Google was nog niet klaar. Integendeel, het was nog maar 17 net begonnen aan zijn missie om met Gratis te concurreren op elke 18 markt waar soft ware en informatie-economie oude bedrijven kun- 19 nen ontwrichten en nieuwe scheppen. 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

141

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.142

1 2 3 8 | Demonetisering 4 5 Google en de geboorte van het economische model van 6 de 21e eeuw 7 8 9 10 11 Het is inmiddels een toeristische attractie, 1600 Amphitheatre 12 Parkway, Mountain View, in California: de Citadel van Gratis. Dit 13 is het ‘Googleplex’, het hoofdkantoor van het grootste bedrijf dat 14 ooit is opgebouwd op het principe van weggeven. Buiten spelen 15 opvallend fi tte it’ers beachvolleybal of ze fi etsen op mountainbikes. 16 Binnen trekken ze hun overhemd weer aan om te gaan broeden 17 op nieuwe manieren om de voordelen van de buitengewoon lage 18 marginale kosten van hun enorme datacenters te gebruiken om in 19 te breken in nieuwe industrieën en hun gigantische bereik uit te 20 breiden. 21 Google biedt nu bijna honderd producten aan, van soft ware 22 voor fotobewerking tot tekstverwerkers en spreadsheets, bijna al- 23 lemaal kosteloos – echt gratis, zonder addertjes onder het gras. Dat 24 doen ze zoals elk modern digitaal bedrijf dat zou moeten doen: 25 door veel weg te geven en geld te verdienen aan een paar dingen. 26 Google verdient zo veel aan advertenties bij een paar kernpro- 27 ducten – overwegend zoekresultaten en advertenties die andere 28 sites op hun eigen pagina’s zetten, en waarvan de inkomsten wor- 29 den gedeeld met Google – dat het al het andere gratis kan maken. 30 Nieuwe diensten beginnen ook gewoon met rare fantasievragen 31 als ‘Is dit cool?’, ‘Willen mensen dat?’, ‘Maakt het goed gebruik 32 van onze technologie?’ Ze beginnen niet met de prozaïsche vraag 33 ‘Verdienen we er iets aan?’ 34 Klinkt dat waanzinnig? Misschien voor Shell of General Motors, 35 maar voor bedrijven die louter in de digitale wereld opereren, kan

142

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.143

het een volstrekt logische benadering zijn. Eerst een enorm publiek 1 opbouwen voor je een bedrijfsmodel hebt, is niet meer zo gek als 2 in het dot.com-tijdperk aan het eind van de jaren negentig, toen je 3 een kruiwagen durfk apitaal en rekken vol Sun-servers nodig had 4 om hetzelfde te doen. Tegenwoordig heeft elke beginner op het web 5 toegang tot hetzelfde soort gigantische server-schuren als Google 6 gebruikt. Daardoor worden de kosten van onlinediensten ontzet- 7 tend goedkoop. Dankzij de beschikbaarheid van hosting services 8 als Amazons EC2, die het mogelijk hebben gemaakt dat bedrijven 9 zonder enige fysieke infrastructuur de markt op kunnen komen, 10 kun je diensten aanbieden aan miljoenen gebruikers die weinig 11 meer dan een creditcard nodig hebben. 12 Daardoor kunnen bedrijven klein beginnen en hoog mik- 13 ken zonder enorme fi nanciële risico’s te hoeven nemen of zelfs 14 maar precies te weten hoe ze hun geld denken te verdienen. Paul 15 Graham, de oprichter van Y Combinator, een investeringsmaat- 16 schappij die zich specialiseert in kleine startups, geeft aanstaande 17 ondernemers een eenvoudig advies: ‘Maak iets wat mensen willen.’ 18 Hij fi nancieert bedrijven met soms maar $5000. Hij stimuleert be- 19 drijven om opensource-instrumenten en servers van anderen te 20 gebruiken en thuis te werken. De meesten gebruiken Gratis om te 21 testen of ideeën werken en bij de consument aanslaan. Is dat het 22 geval, dan is de volgende vraag wat consumenten er werkelijk voor 23 willen betalen of hoe ze anders geld kunnen verdienen. Soms gaan 24 er jaren voorbij voor het zover is (en soms gebeurt het nooit), maar 25 omdat de kosten om de diensten überhaupt op de markt te brengen 26 zo laag zijn, staan er zelden grote kapitalen op het spel. 27 Tegenwoordig zijn er talloze webbedrijven die zo werken, grote 28 zowel als kleinere. Maar Google is veruit de grootste en omdat ze 29 zo succesvol geld verdienen met één onderdeel van hun bedrijf, 30 is Gratis bij hen niet alleen maar een tussenstap op weg naar een 31 bedrijfsmodel, maar vormt het de kern van hun productfi losofi e. 32 Hoe Google de vaandeldrager van Gratis kon worden, begrijpen 33 we beter als we zien hoe deze ontwikkeling is verlopen. Googles 34 geschiedenis is samen te vatten in drie fasen: 35

143

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.144

1 1. (1999-2001) Vind een zoekmethode uit die (in tegenstel- 2 ling tot alle voorgaande zoekmachines) beter in plaats van 3 slechter wordt naarmate het web groter wordt. 4 2. (2001-2003) Vind een zelfb edieningsmethode voor adver- 5 teerders uit, zodat ze zelf advertenties kunnen maken die bij 6 sleutelwoorden of -inhoud passen. Laat ze dan tegen elkaar 7 opbieden voor de beste plaats voor die advertenties. 8 3. (2003-heden) Maak talloze andere diensten en producten 9 om Googles bereik uit te breiden, zodat consumenten meer 10 binding gaan voelen met het bedrijf. Breid de advertenties 11 als dat zin heeft uit naar die andere producten, maar doe dat 12 niet ten koste van de consumentenervaring. 13 14 Dit heeft verrassend goed gewerkt. Tien jaar na de oprichting is 15 Google nu een bedrijf met een waarde van 20 miljard dollar en 16 maakt het meer winst (meer dan 4 miljard dollar in 2008) dan alle 17 Amerikaanse luchtvaartmaatschappijen en autofabrikanten bij el- 18 kaar (al zegt dat dezer dagen misschien niet zoveel...). Niet alleen 19 was Google een pionier met zijn bedrijfsmodel op basis van Gratis, 20 maar het vond ook heel nieuwe manieren uit om met it te werken, 21 waardoor steeds meer functies die vroeger op onze desktops liepen 22 naar de ‘wolk’ worden verplaatst, dat wil zeggen naar verafgelegen 23 datacenters die alleen toegankelijk zijn via onze webbrowsers (en 24 liefst Googles eigen browser Chrome). 25 Waar is deze wolk? Nou, ga maar eens naar een ander (half- 26 geheim) adres in Th e Dalles, een gebied aan de rivier de Columbia, 27 zo’n 120 kilometer van Portland vandaan. Daar kun je er, althans 28 van buitenaf, iets van zien. Het is een datacentrum van Google, 29 een enorm gebouw met de afmetingen van een fabriek, vol compu- 30 terboards en harde schijven in rekken in verplaatsbare containers, 31 die allemaal met netwerkdraden aan elkaar zijn gekoppeld, draden 32 die weer uitkomen in bundels vezeloptische kabels waarmee het 33 gebouw op internet is aangesloten… 34 Deze datacentra zijn de belichaming van het ‘technologische 35 driemanschap’, de triple play van verwerking, bandbreedte en op-

144

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.145

slagruimte. Naarmate Google meer van dit soort informatiefabrie- 1 ken over de wereld verspreidt, worden ze niet goedkoper, maar 2 wel krachtiger. De computers in elk nieuw datacentrum zijn weer 3 sneller dan de voorgaande en op hun harde schijven past meer in- 4 formatie. Daardoor hebben deze datacentra grotere leidingen naar 5 de wereld nodig. Tel al dit vermogen bij elkaar op en je begrijpt 6 waarom iedere datafabriek die Google bouwt twee keer zo veel kan 7 voor dezelfde prijs als de fabriek die zo’n anderhalf jaar eerder werd 8 gebouwd. 9 Het resultaat is dat de kosten voor Google om jou je Gmail-inbox 10 te bezorgen, elk anderhalf jaar worden gehalveerd. Het kostte altijd 11 al slechts een paar centen, maar dat worden er elk jaar dus nog 12 minder. Hetzelfde geldt voor de aanwijzingen op Google Maps, 13 de koppen op Google News en de drie minuten entertainment op 14 YouTube. Google blijft deze datacentra ter waarde van honderden 15 miljoenen bouwen, maar omdat het dataverkeer dat de centra ver- 16 werken nog sneller groeit dan de uitgaven aan de infrastructuur, 17 dalen, per byte gerekend, de kosten van Googles inspanningen om 18 aan jouw behoeft en te voldoen met de dag. 19 Inmiddels heeft Google naar schatting een half miljoen servers 20 in meer dan 36 datacentra, meestal op locaties waar elektriciteit 21 goedkoop is, bijvoorbeeld in de buurt van waterkrachtcentrales in 22 de Northwest-Pacifi c. (Ironisch genoeg behoort elektriciteit tot de 23 weinige bronnen van Google die niet te goedkoop zijn om te me- 24 ten; het elektriciteitsverbruik van een server kost tijdens de levens- 25 duur van die server meer dan de server zelf. Vandaar dat Google 26 een duurzaam energieprogramma heeft , waarmee het wil bijdra- 27 28 gen aan de zoektocht naar goedkopere, minder CO2-intensieve energiebronnen.) 29 Deze enorme infrastructuur wordt door geen enkel bedrijf ter 30 wereld geëvenaard, al komen Microsoft , Yahoo!, ibm, hp, Amazon 31 en een paar andere in de buurt. Hiermee heeft Google een gewel- 32 dige voorsprong in de race naar Gratis. Hoe laag de kosten van 33 data voor andere bedrijven ook zijn, die van Google zijn nog lager 34 en ze dalen sneller vanwege de schaal. Op basis van zijn volume 35

145

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.146

1 Google’s HOEprojected revenueKAN from EEN the North TELEFONISCHE American and European mobile search market in 2012. 2 INLICHTINGENDIENST NU GRATIS ZIJN? 3

4 AT&T halen $7 miljard per jaar binnen aan telefonische inlichtingendiensten, met 50 cent tot $1,75 per telefoontje. Google daarentegen biedt de gratis automatische 5 service GOOG-411. Hoe kan de zoekmachinegigant zich dat veroorloven? 6 7 Google geeft nu inkomsten op om later Verzamel gratis gegevens. Iedere toegang te krijgen tot een bloeiende keer dat bellers een nummer bij 8 GOOG-411 opvragen, geven ze Google markt. waardevolle informatie. Elk telefoontje 9 $2,5 miljard levert stemgegevens die unieke variaties in accent, in formulering en in De geschatte 10 inkomsten uit zakelijke namen vertegenwoordigen. de Noord- Aan de hand daarvan kan Google zijn 11 Amerikaanse service verbeteren. De geschatte en Europese marktwaarde van die gegevens sinds mobiele 12 zoekmarkt in de service in 2009 van start ging: $14 2012. miljoen. 13 Investeer in de volgende grote 14 onderneming. De waarde van stemgegevens kun je nauwelijks Potentiële inkom- 15 sten uit GOOG-411 vergelijken met de potentiële die tegen 2012 zul- verdiensten als Google $1 per 16 len zijn opgeofferd, telefoontje berekent. Waarom zou uitgaande van het Google zo’n vermogen opgeven? huidige geschatte 17 belvolume. Honcho Peter Norvig heeft gezegd dat GOOG-411 een testbed is voor 18 een stemgestuurde zoekmachine voor mobiele telefoons. Als Google 19 advertenties op die telefoons vertoont, $144 m kan zijn aandeel in die markt oplopen tot miljarden. 20 BRON: JINGLE NETWORKS, LINGUISTIC DATA CONSORTIUM, OPUS RESEARCH 21 22 23 kan Google de beste prijzen voor hardware, bandbreedte en zelfs 24 elektriciteit bedingen. (ceo maakte ook altijd de grap 25 dat Googles computerrekken wielen hebben, zodat ze naar buiten 26 gereden kunnen worden wanneer de eigenaar van het datacentrum 27 failliet gaat, wat met elk bedrijf gebeurde voordat Google zijn eigen 28 datacentra kreeg. Het streven naar Gratis kan een pijnlijke zaak 29 zijn voor degenen die zich verrekenen.) 30 31 32 Maximumstrategieën 33 Waarom gaat Google standaard over op Gratis? Omdat dit de beste 34 manier is om een zo groot mogelijke markt te bereiken en mas- 35 sale aanhang te krijgen. Schmidt noemt dit Googles max strategy.

146

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.147

Hij denkt dat dergelijke strategieën de informatiemarkten zullen 1 gaan bepalen. Het is heel simpel: ‘Neem wat je ook doet en doe 2 dat maximaal in termen van distributie. Anders gezegd: omdat 3 de marginale distributiekosten gratis zijn, kun je de dingen net zo 4 goed overal terecht laten komen.’ 5 Hij geeft het voorbeeld van een tv-serie. Stel dat jij en ik Th e 6 Sopranos hebben gemaakt. Je vraagt je af hoe je de serie moet ver- 7 spreiden. Toevallig heb ik een vriend bij hbo en daar geven ze toe- 8 stemming voor een wekelijkse uitzending. Ze willen de serie ook 9 fi nancieren. Dat is fantastisch, maar het is slechts een deel van de 10 strategie. 11 Vervolgens besluiten we dat we eigenlijk een blog nodig hebben 12 om de aandacht op de serie te vestigen voordat de tv-uitzendingen 13 beginnen. En als het bijna zover is, moeten we een pr-bureau in- 14 schakelen voor wat persberichten. Misschien ook een paar sites die 15 voor een beetje lawaai zorgen, bijvoorbeeld een Facebook-pagina 16 of een of andere viral video. Als de serie de lucht in gaat, regelen we 17 een dienst die je via tekstberichten en Twitter op de hoogte houdt 18 van de afl everingen. Hierdoor zullen mensen ook de website van 19 de serie gaan opzoeken. Daar komen ze meer te weten over de 20 personages en raken ze nog meer geïnteresseerd in de serie. 21 Daarna zetten we alle stukjes die we uit de afl everingen hebben 22 weggelaten op YouTube. Omdat we zo veel fi lm draaien voor Th e 23 Sopranos, hebben we ook veel van die kleine extra scènes. Dus, om 24 nog meer aandacht te trekken, houden we een wedstrijd over de 25 scènes die we niet in de serie hebben opgenomen terwijl dat wel 26 had gemoeten. Enzovoort. We zoeken uit hoe we de essentie van 27 Th e Sopranos in elke mogelijke niche onder de aandacht van de 28 consument kunnen brengen. Misschien verdienen we alleen geld 29 met de hoofdactiviteit – de deal met hbo – maar alle andere helpen 30 om er een succes van te maken. 31 Dat is een max strategy. 32 Zoals Schmidt zelf zegt, werkt deze strategie prima als je een 33 contract hebt. En zoiets heeft Google eigenlijk ook met zijn adver- 34 tentiemachine (AdWords bij zoekresultaten en AdSense bij inhoud 35

147

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.148

1 van derde partijen). Maar wat als je dat niet hebt? Dan kun je met 2 een maximale strategie ook massale aandacht en misschien ook 3 een goede reputatie creëren, maar je zit nog steeds met het pro- 4 bleem hoe je die kunt omzetten in contanten. Er zijn wel ergere 5 dingen in de wereld – de meeste bedrijven worstelen met de vraag 6 hoe ze populair kunnen worden, in plaats van met de vraag hoe ze 7 die populariteit te gelde kunnen maken – maar als je dit detail nooit 8 helemaal oplost, betekent max niet meer dan veel bandbreedte te- 9 gen een geringe beloning. 10 Gelukkig kent Google dat probleem niet. Google had de mazzel 11 dat het ontdekte hoe je geld kon verdienen dat net zo snel groeit 12 als het webgebruik (of zelfs sneller, omdat Googles marktaandeel 13 blijft groeien, ten nadele van zijn concurrenten op de zoek- en ad- 14 vertentiemarkt). Het enige wat Googles groei afremt, is het tempo 15 waarmee het web zelf groeit. Daarom worden de meeste andere 16 producten (deels) zo ontworpen dat het internetgebruik erdoor 17 toeneemt, van draadloze toegang tot gratis opslagruimte. 18 Deze andere producten heten in economische termen ‘comple- 19 mentaire producten’. Dit zijn producten of diensten die vaak sa- 20 men worden geconsumeerd, bijvoorbeeld bier en zoute pinda’s of 21 auto’s en leningen. In het geval van Google kun je bijna alles wat 22 online gebeurt als complement van hun kernactiviteiten beschou- 23 wen. Elke blog die wordt opgezet, betekent dat Googles webcraw- 24 ler meer informatie in de index kan zetten, zodat zoekresultaten 25 beter worden. Elke keer dat Google Maps wordt aangeklikt, levert 26 dat meer informatie op over consumentengedrag en elke e-mail in 27 Gmail zegt iets over ons netwerk van contacten. Al deze dingen kan 28 Google gebruiken om nieuwe producten te verzinnen of adverten- 29 ties gewoon beter te verkopen. 30 Het interessante van de consumptie van complementaire pro- 31 ducten is dat ze vaak samen met het basisproduct groeien. Dus 32 hoe meer mensen gebruikmaken van internet, hoe beter dat is voor 33 Googles kernactiviteiten. Als Google mensen met Gratis kan sti- 34 muleren om vaker het net op te gaan, verdient het daar uiteindelijk 35 meer geld mee.

148

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.149

Veruit de meeste werknemers bij Google zijn de hele dag bezig 1 met het verzinnen van dingen om weg te geven. Er zijn afdelin- 2 gen waar wordt gewerkt aan manieren om Wi-Fi weg te geven en 3 afdelingen die opensourcesoft ware schrijven. Google biedt gratis 4 dataopslagruimte aan wetenschappers, het scant klassieke boeken 5 en zet ze online. Het bedrijf geeft soft ware voor fotobewerking weg 6 en ruimte om die foto’s op internet te zetten. Google Maps wordt 7 gratis verspreid en of het niet op kan, heeft Google ook satellieten 8 de lucht in gestuurd om mooiere beelden voor betere plattegron- 9 den te maken. Ze hebben een gratis 411-dienst met stemactivering 10 (zie kader op bladzijde 146). En als je een nieuwe mobiele telefoon 11 wilt maken, levert Google de soft ware voor het besturingssysteem 12 er gratis bij. 13 Schmidt legt aan de hand van een voorbeeld uit waarom dit 14 schijnbare altruïsme logisch is: ‘Uit eerste onderzoeken over 15 Google News bleek dat mensen die dit lezen twee keer zo vaak zoek- 16 advertenties aanklikken als ze meteen na het lezen van het nieuws 17 iets gaan opzoeken. Dat vond iedereen fantastisch. Google News is 18 bedoeld om bezoekers te lokken. Natuurlijk is het een dienst aan 19 de wereld enzovoort, maar je kunt het ook geraffi neerder zien en 20 zeggen dat het product geen Google News is maar Google. Het 21 draait allemaal om binding met Google. Als we je op een bepaald 22 moment zover krijgen dat je Google voor iets gaat gebruiken dat 23 we in geld kunnen omzetten, klopt het sommetje.’ 24 Of zoals Nicholas Carr, de auteur van Th e Big Switch, zegt: ‘Google 25 wil dat informatie gratis is, omdat het meer geld verdient wanneer 26 de kosten van informatie dalen.’ 27 Dit is de kracht van complementaire producten. 28 Omdat Googles kernactiviteiten zo winstgevend zijn en op zo’n 29 enorme computerinfrastructuur berusten, doen ze al het andere 30 goedkoper en eff ectiever. Google kan gemakkelijker nieuwe pro- 31 ducten ontwikkelen, aangezien het daarbij kan voortbouwen op 32 het werk dat al is gedaan, en wanneer nieuwe producten op de 33 markt komen, kan het daar gemakkelijker een succes van maken 34 omdat het wereldwijd zo veel aandacht kan trekken. Google kan 35

149

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.150

1 met producten komen die nog niet helemaal klaar zijn (‘bèta’s’) en 2 ze massaal laten testen om snel een idee krijgen of het de moeite is 3 om er mee verder te gaan. Zelfs ‘fl ops’ zoals Googles sociale net- 4 werk Orkut of Google Chat kennen miljoenen gebruikers. Voor 5 Google is mislukken niet duur en daarom durven ze riskante din- 6 gen te ondernemen. 7 Dit klinkt allemaal heel berekenend, maar dat is vaak niet de op- 8 zet. Google heeft wel zijn eigen economen en bedrijfsstrategen in 9 dienst, maar het overgrote deel van de werknemers wordt betaald 10 om te bedenken wat er allemaal mogelijk is met hun technologie en 11 wat mensen zouden willen. Pas later komt er een of andere mba-er 12 (een tweederangs burger in deze ‘nerd’-cultuur) bekijken hoe het 13 product een complement op de advertenties kan worden. 14 Soms zeggen managers nee uit angst dat de ‘afl eidingskosten’ (de 15 tol die het zal vragen van andere projecten waaraan de ontwikke- 16 laars werken) te hoog oplopen of dat het nieuwe product toch niet 17 zo cool is als de ontwikkelaars denken, maar nooit alleen maar om- 18 dat het geen geld oplevert. In de Citadel van Gratis is gratis de norm. 19 Daarvoor is geen uitgebreide theorie nodig. Het is gewoon een voor 20 de hand liggende conclusie wanneer je in het hart zit van de grootste 21 drievoudig werkzame kostenbeperkingsmachine ter wereld. 22 23 24 Een gigantisch zuigend geluid 25 Soms klinkt dit ook angstwekkend. Het is fantastisch dat de techno- 26 logie prijzen laat dalen, maar het is minder als een van die prijzen 27 je salaris is. De meeste effi ciënte modellen hebben onmiskenbaar 28 hun tol geëist onder werknemers, van de mijnwerkers in Wales 29 tot de fabrieksarbeiders in de automobielindustrie. Jeff Zucker, 30 hoofd van nbc Universal zei ook dat de tv-industrie doodsbang 31 is ‘analoge dollars voor digitale pennies te moeten verruilen’. Toch 32 lijkt er maar weinig aan te doen. Tv is een schaarste-economie (er 33 zijn maar zoveel kanalen te verdelen), het web niet. Je kunt geen 34 schaarsteprijzen rekenen in een markt van overvloed. En dat hoeft 35 ook niet, want de kosten zijn eveneens lager.

150

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.151

Het is niet moeilijk te begrijpen waarom dit bedrijven die hun 1 prijskracht verliezen angst inboezemt. ‘Demonetisering’ is trauma- 2 tisch voor degenen die het raakt. Maar als je er van een afstand 3 naar kijkt, zie je dat de waarde niet zozeer verloren gaat als wel op 4 nieuwe manieren wordt gedistribueerd, die niet altijd in geld zijn 5 te meten. 6 Je hoeft maar naar de Craigslist – de website met gratis rubrieks- 7 advertenties – te kijken om te zien hoe dat werkt. In de veertien jaar 8 sinds de oprichting is de gratis rubriekenlijst aangewezen als de 9 oorzaak dat Amerika’s krantenbedrijven minstens 30 miljard dol- 10 lar aan aandelenwaarde hebben ingeboet. Ondertussen genereert 11 de Craiglist net voldoende winst om de serverkosten en salarissen 12 van een paar dozijn werknemers te betalen. In 2006 verdiende de 13 site naar schatting 40 miljoen dollar aan de enkele betaalde din- 14 gen – vacaturerubrieken in elf steden en appartementenrubrieken 15 in New York City. Dat is ongeveer twaalf procent van de $326 die 16 advertentierubrieken dat jaar inleverden. 17 Maar Gratis is niet zo simpel – of destructief – als het klinkt. Dat 18 een paar producten gratis zijn, betekent niet dat iemand, ergens, 19 niet een hoop geld verdient of dat veel mensen niet een beetje ver- 20 dienen. Craigslist valt in die tweede categorie. De meeste waarde 21 gaat niet naar Craig Newmark, maar wordt verdeeld onder zijn 22 honderdduizenden gebruikers. 23 In vergelijking met mensen die een kleine advertentie plaatsen 24 in een krant, besparen Craigslist-gebruikers geld en kunnen ze lan- 25 gere teksten schrijven. Voor degenen die de rubrieken doorlopen, 26 biedt Craiglist de gebruikelijke voordelen van het web, van simpele 27 zoekmethoden tot automatisch bericht. Omdat deze voordelen 28 heel veel publiek trekken (denk aan de max strategy), vinden in- 29 zenders eerder een koper voor hun huis of een sollicitant voor hun 30 vacature. En omdat het aantal deelnemers vanwege Gratis werke- 31 lijk toeneemt, zal het waarschijnlijk ook een beter appartement en 32 een betere baan (of sollicitant) zijn dan je in een betaalde equiva- 33 lent zou vinden. 34 Gratis brengt in iedere markt meer liquiditeit en meer liquiditeit 35

151

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.152

1 betekent dat de markt meestal beter werkt. Dat is de echte reden 2 waarom Craigslist zo’n groot deel van de advertentierubrieken 3 heeft overgenomen: Gratis trok mensen aan, maar de effi ciënte 4 werking van de marktplaats die samenhangt met Gratis, hield hen 5 vast. 6 ‘Liquiditeit’ wordt gewoonlijk gezien als een fi nanciële term, 7 maar is eigenlijk van toepassing op alle systemen waaraan verschil- 8 lende partijen meedoen. In de technologie heet dat ‘schaal’. Het 9 komt neer op meer is anders. Als slechts één procent van de hon- 10 derd mensen op een school aan het jaarboek wil meewerken, komt 11 het nooit af. Maar als slechts één procent van de bezoekers van 12 Wikipedia een lemma wil maken, krijg je de grootste schat aan in- 13 formatie die de wereld ooit heeft gezien. (Het percentage bezoekers 14 dat actief een bijdrage levert aan Wikipedia is trouwens eerder één 15 op de tienduizend.) Meer is in zoverre anders dat het ervoor zorgt 16 dat kleine percentages grote invloed kunnen hebben. En daardoor 17 is meer gewoon beter. 18 Het internet is een liquiditeitsmachine omdat iedereen vrije 19 toegang heeft tot een markt van honderden miljoenen mensen 20 wereldwijd. Omdat internet zo veel mensen bereikt, kan het tegen 21 participatiepercentages werken die rampzalig zouden zijn in de 22 traditionele wereld waar je te maken hebt met niet verwaarloos- 23 bare marginale kosten. YouTube werkt met slechts één op de dui- 24 zend gebruikers die hun eigen video’s uploaden. Spammers kun- 25 nen een fortuin verdienen met een respons van één op de miljoen. 26 (Ter vergelijking: in de context van mijn eigen tijdschrift enhandel 27 wordt alleen een respons van onder de 2% op direct mail abonne- 28 mentaanbiedingen als een mislukking beschouwd.) 29 Hoe groot het kostenvoordeel ook is als je dingen online doet, 30 de liquiditeitsvoordelen zijn nog groter. Het enorme nog niet ge- 31 exploiteerde aanbod daar (goede producten en diensten die niet 32 zo populair zijn als zou moeten) en de even enorme onbevredigde 33 vraag (wensen en behoeft en die mensen hebben maar niet kun- 34 nen vervullen of waarvan ze niet eens weten dat ze die hebben). 35 Bedrijven als Craigslist zijn er om die mensen erbij te halen. Omdat

152

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.153

ze zo goedkoop op zo’n massale schaal kunnen opereren (gebrui- 1 kers van Craigslist scheppen ruim 30 miljoen rubrieksadvertenties 2 per maand, tienduizenden keren zo veel als in de grootste krant), 3 zijn ze zo succesvol. 4 En toch verdient Craigslist maar heel weinig geld, slechts een 5 fractie van wat ze van de krantenfondsen hebben afgesnoept. Waar 6 gaat die rijkdom naartoe? 7 Als je dat geld wilt volgen, moet je het beeld van de markt als een 8 overeenkomst tussen twee partijen – kopers en verkopers – ver- 9 vangen door een ruimer begrip van de markt als een ecosysteem 10 met vele partijen, waarin maar enkele partijen rechtstreeks contan- 11 ten uitwisselen. Gezien de omvang van Craigslist (50 miljoen ge- 12 bruikers per maand) kun je je wel voorstellen hoeveel meer geld er 13 van eigenaar verwisselt dan in de advertentierubrieken in de krant. 14 Daardoor sluiten vraag en aanbod beter op elkaar aan en vallen de 15 economische resultaten voor de deelnemers gunstiger uit, ook al 16 blijft er een kleiner kapitaal op de marktplaats zelf. De waarde in 17 de kleine-advertentiemarkt is eenvoudig verplaatst van de enkelen 18 naar de velen. 19 Durfk apitalisten hebben een uitdrukking voor dit gebruik van 20 Gratis om de ene industrie in te dammen en mogelijk nieuwe te 21 beginnen: ‘een business van nul miljard creëren’. Fred Wilson, 22 partner bij Union Square Ventures, legt het als volgt uit: ‘Het be- 23 schrijft een onderneming die de markt opgaat, met bijvoorbeeld 24 rubrieksadvertenties of nieuws. Omdat dergelijke ondernemingen 25 zo verbluff end effi ciënt opereren, kunnen ze genoegen nemen met 26 een fractie van de inkomsten die de marktleiders nodig hebben om 27 winstgevend te kunnen opereren.’ 28 Josh Kopelman, een andere durfk apitalist, vertelt het verhaal 29 van zo’n onderneming: 30 31 Mijn eerste bedrijf, Infonautics, was een op studenten ge- 32 richt online naslag- en researchbedrijf. Daar leerde ik van 33 dichtbij wat ‘asymmetrische concurrentie’ inhield. Toen 34 we in 1991 begonnen, was de encyclopediemarkt een in- 35

153

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.154

1 dustrie van zo’n $1,2 miljard. Marktleider was Britannica – 2 met een verkoop van ongeveer $650 miljoen – die gold als 3 de gouden standaard voor de encyclopediemarkt. World 4 Book Encyclopedia stond op een stevige tweede plaats. 5 Samen verkochten ze honderdduizenden complete ency- 6 clopedieën die meer dan $1000 kostten. 7 Maar in 1993 veranderde deze branche defi nitief. In 8 dat jaar lanceerde Microsoft Encarta voor $99. In het be- 9 gin was Encarta niet meer dan een weinig gerespecteerde 10 Funk & Wagnall-encyclopedie die op cd was gezet. Maar 11 Microsoft zag in dat de veranderingen in technologische 12 en productiekosten het mogelijk maakten om het land- 13 schap van de concurrentie te wijzigen. In 1996 waren de 14 verkoopcijfers van Britannica gedaald naar $325 miljoen – 15 ongeveer de helft van de omzet in 1991 – en de beroemde 16 van-deur-tot-deurverkopers moesten de laan uit. In 1996 17 was de encyclopediemarkt geslonken tot $600 miljoen. In 18 dat jaar waren de verkoopcijfers van Encarta voor de VS 19 naar schatting $100 miljoen. 20 In amper drie jaar tijd werd de encyclopediemarkt dus 21 gehalveerd door de ontwrichtende werking van een nieu- 22 we technologie (cd-rom), een andere kosteninfrastructuur 23 (gelicentieerde inhoud versus interne redactieteams), een 24 ander distributiemodel (verkoop in computerwinkels ver- 25 sus een verkoopteam in het veld) en een ander prijsmodel 26 ($99 versus $1000). Meer dan een half miljard dollar ver- 27 dween van de markt. Microsoft had iets wat Britannica als 28 waardevolle activa beschouwde (een verkoopteam dat van 29 deur tot deur ging) in passiva veranderd. Terwijl Microsoft 30 $100 miljoen verdiende, slonk de markt met meer dan 31 $600 miljoen. Met elke dollar winst die Microsoft ver- 32 diende, haalde het er zes weg bij de concurrenten. Elke 33 dollar winst van Microsoft veroorzaakte een onevenredige 34 hoeveelheid pijn op de markt. Het bedrijf verdiende geld 35 door de markt in te krimpen.

154

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.155

En nu heeft Wikipedia, dat niets kost, de markt nog eens verkleind, 1 waardoor de markten voor zowel de gedrukte als de cd-rom-ency- 2 clopedieën zijn gedecimeerd. Wikipedia levert helemaal geen geld 3 op, maar omdat er nu een informatiebron zonder kosten beschik- 4 baar is die zijn weerga niet kent, hebben we, gewapend met meer 5 kennis, zelf meer kans om geld te verdienen. 6 De waarde die Britannica heeft geschapen, kon ooit worden be- 7 rekend als een soort combinatie van Britannica’s directe inkomsten 8 en de toegenomen productiviteit van de gelukkigen die hun eigen 9 encyclopedie bezaten. Omdat Wikipedia gratis en gemakkelijk toe- 10 gankelijk is, een enorme omvang heeft en ook op andere manieren 11 beter te gebruiken is voor meer mensen, vergroot het de producti- 12 viteit van meer mensen dan Britannica deed. Maar er wordt geen 13 cent rechtstreeks verdiend; terwijl Wikipedia wel centen weghaalt 14 bij Britannica. Met andere woorden, deze encyclopedie verkleint 15 de waarde die we kunnen meten (directe inkomsten), terwijl ze de 16 waarde die we niet kunnen meten (onze collectieve kennis) enorm 17 vergroot. 18 Dat is wat Gratis doet: miljardenindustrieën veranderen in mil- 19 joenenindustrieën. Kenmerkend is dat de welvaart daarbij niet lijkt 20 te verdampen. Ze wordt herverdeeld, op manieren die we moeilijk 21 kunnen meten. 22 In het geval van de rubrieksadvertenties verloren kranteneige- 23 naren, werknemers en aandeelhouders een hoop geld, terwijl de 24 rest van ons een beetje won. Maar wij zijn met veel meer dan zij. En 25 het is heel goed mogelijk dat de verloren $30 miljard aan kapitaal 26 op de krantenmarkt uiteindelijk in veel meer terugkomt dan een 27 toegenomen bnp, al zullen we dat verband nooit rechtstreeks kun- 28 nen leggen. 29 Bedrijven die voor deze strategie kiezen, berekenen niet altijd de 30 totale cijfers van winnaars en verliezers. Ze doen gewoon wat het 31 gemakkelijkst is: ze geven mensen wat ze willen gratis en houden 32 zich alleen met een bedrijfsmodel bezig als het niet anders kan. 33 Maar van buitenaf lijkt het een revolutionaire daad. Sarah Lacy zei 34 het zo in Business Week: ‘Denk als Robin Hood, steel de rijkdom 35

155

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.156

1 van de elite en verdeel die onder alle anderen, inclusief de klanten 2 die meer geld in hun zak kunnen houden en de nieuwe bedrijven 3 die zo gemakkelijker concurrerende alternatieven kunnen maken.’ 4 Je ziet het overal om je heen. Gratis belminuten op je mobiel 5 hebben de vaste lijnen gedemonetiseerd (ze geven nu ook gratis 6 belpakketten). Hoor je ze klagen? Expedia heeft de reisbureaus 7 gedemonetiseerd, e*trade deed dat met traditionele aandelen- 8 handelaren, en baande daarbij de weg voor andere gratis handels- 9 bedrijven, zoals Zecco (zie kader op bladzijde 135). Elke keer zie 10 je dat het aantal winnaars veel groter is dan het aantal verliezers. 11 Natuurlijk, gratis werkt ontwrichtend, maar het heeft ook de nei- 12 ging om de meer effi ciënte markten in zijn kielzog mee te trekken. 13 De truc is om je kaarten op de winnaar te zetten. 14 15 16 De kosten van gratis 17 Maar wat als het allemaal niet zo rechtvaardig verloopt? Wat als 18 de rijkdom niet netjes van de enkelen naar de velen wordt over- 19 gebracht, zodat iedereen in de weelde deelt? Wat als het allemaal 20 gewoon verdwijnt of nog erger, naar minder winnaars stroomt dan 21 daarvoor? 22 Hierover maakt Schmidt van Google zich zorgen. Het internet 23 is bij uitstek een voorbeeld van een markt die wordt gedomineerd 24 door ‘netwerkeff ecten’, zoals economen het noemen. Op zo’n markt 25 kunnen deelnemers gemakkelijk met elkaar communiceren, met 26 als gevolg dat ze anderen vaak navolgen en kuddegedrag gaan ver- 27 tonen. Omdat kleine verschillen in marktaandeel daardoor makke- 28 lijk kunnen uitgroeien tot grote, is de kloof tussen bedrijf nummer 29 1 en bedrijf nummer 2 in een bepaalde sector vaak groot. 30 Op traditionele markten met drie concurrenten krijgt nummer 31 1 een aandeel van 60 procent, nummer 2 een van 30 en nummer 32 3 een van 5. Maar op markten die door netwerkeff ecten worden be- 33 heerst, liggen die percentages dichter bij 95, 5 en 0. Netwerkeff ecten 34 hebben de neiging om macht te concentreren – het ‘de rijken wor- 35 den rijker’-eff ect.

156

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.157

Hoewel de vervolging van Microsoft wegens kartelvorming in 1 de jaren negentig was gebaseerd op dit laatste argument, maakt 2 Schmidt zich nu geen zorgen over langdurige monopolies. Op de 3 huidige webmarkt zijn er nauwelijks barrières om mee te doen en 4 kunnen er gemakkelijk nieuwe concurrenten opstaan. (Dit is na- 5 tuurlijk het argument waarmee Microsoft zich verdedigt tegen de 6 beschuldigingen van monopolistisch gedrag.) De beperkte keuze is 7 evenmin een probleem: vanwege diezelfde lage barrières om mee 8 te doen zijn er ook veel concurrenten. Alle kleinere bedrijven en 9 andere bewoners van ‘de lange staart’ kunnen samen ook een markt 10 delen. Nee, Schmidt grootste zorg is gewoon hoe die anderen geld 11 verdienen: iedereen kan gebruik maken van een bedrijfsmodel 12 voor Gratis, maar gewoonlijk geldt dat alleen nummer 1 er echt 13 rijk mee wordt. 14 Waarom zou Google zich er zorgen over maken of andere be- 15 drijven economisch voordeel kunnen behalen met Gratis? Omdat 16 Google die andere bedrijven nodig heeft om informatie te creëren 17 die het kan indexeren, organiseren en op andere manieren kan 18 bundelen voor zijn eigen activiteiten. Als Gratis industrieën demo- 19 netiseert voordat nieuwe bedrijfsmodellen de factor geld er weer in 20 kunnen terugbrengen, verliest iedereen. 21 Denk maar aan de benarde toestand bij de kranten. Door het 22 succes van Craigslist zijn alle dagbladen in de grote steden ge- 23 krompen, waardoor veel professionele journalisten langs de kant 24 staan. Toch zijn er niet evenredig veel goedkope, door gebruikers 25 gegenereerde ‘hyperlokale’ alternatieven opgekomen om het gat te 26 vullen. Misschien zal dat ooit gebeuren, maar nu ziet het daar nog 27 niet naar uit. Dit betekent dat Google minder lokaal nieuws kan in- 28 dexeren. Misschien is er meer lokale informatie, maar nu deze niet 29 meer van een professionele nieuwsorganisatie afk omstig is, heeft 30 Google geen indicatie meer voor de kwaliteit en moet het bedrijf 31 zelf uitzoeken wat betrouwbaar is en wat niet. En dat is een stuk 32 lastiger. 33 Google zou het dus heel fi jn vinden als de kranten in de running 34 blijven, ook al wordt dat lastiger omdat Google met zijn eigen suc- 35

157

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.158

1 cesvolle advertentiemodel een deel van de markt van ze heeft af- 2 gepakt. Over deze paradox maakt Schmidt zich zorgen. Misschien 3 beleven we nu het moment waarop de negatieve kortetermijnef- 4 fecten van demonetisering eerder merkbaar zijn dan de positieve 5 langetermijneff ecten. Is het mogelijk dat Gratis ons niet allemaal 6 rijker maakt, maar alleen een enkeling superrijk? 7 Het lijkt misschien ongerijmd dat de miljardair-baas van de 8 Citadel van Gratis hier bang voor is, maar voor Google is het be- 9 langrijk dat er veel winnaars zijn, want die winnaars betalen voor 10 de volgende informatiegolf die Google zal organiseren. 11 ‘Van oudsher worden markten gesegmenteerd door de prijs, 12 zodat er plaats is voor de duurste, de gemiddelde en de goedkoop- 13 ste producenten,’ legt Schmidt uit. ‘Het probleem met Gratis is dat 14 het de hele structuur voor het onderscheid naar prijs op de markt 15 onmogelijk maakt. Er is geen breed aanbod van producten tegen 16 verschillende prijzen; vaak krijgt de winnaar alles.’ Kortom, hij is 17 bang dat Gratis voor hemzelf maar al te goed werkt, en niet goed 18 genoeg voor alle anderen. 19 Onder de 400 rijkste Amerikanen op de Forbes-lijst die elk jaar 20 verschijnt, tel ik er maar elf die hun fortuin met bedrijfsmodel- 21 len op basis van Gratis hebben vergaard. Vier daarvan, onder wie 22 Schmidt, komen van Google, twee van Yahoo! en nog eens twee 23 van Broadcast.com – een van de eerste webvideobedrijven – dat 24 op het hoogtepunt van de dot.com-zeepbel aan Yahoo! is verkocht. 25 De oprichters van Broadcast.com hebben de opbrengst vervolgens 26 goed geïnvesteerd. En dan heb je Mark Zuckerberg van Facebook 27 en, zo je wil, Oprah Winfrey, die haar vermogen van 2,7 miljard 28 dollar opbouwde met gratis tv-uitzendingen. 29 Ik heb alle mediamagnaten, van Rupert Murdoch tot Barry 30 Diller, niet meegerekend, want zij leiden conglomeraten die uit een 31 mix van Gratis en Betaald bestaan. En de Forbes-lijst stopt voordat 32 een hoop mensen aan de beurt komen die wel rijk, maar niet me- 33 garijk zijn geworden met Gratis, zoals de oprichters van MySpace 34 en een paar opensourcesoft ware-helden zoals de oprichters van 35 mysql (dat in 2008 voor 1 miljard dollar aan Sun werd verkocht).

158

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.159

Maar dat doet niets af aan Schmidts redenering: als we succes me- 1 ten in termen van grote bedragen die onder meer dan een paar 2 mensen worden verdeeld, haalt Gratis het nog niet bij Betaald. 3 Maar er zijn aanwijzingen dat dit aan het veranderen is. Hoe die 4 verandering verloopt, zie je aan het evoluerende karakter van het 5 eerste Gratis-bedrijf: de media. 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

159

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.160

1 2 3 9 | De modellen van de 4 5 nieuwe media 6 7 Gratis media zijn niets nieuws. Wel nieuw is de uitbrei- 8 ding van dat model naar al het andere online 9 10 11 Het was 1925 – de commerciële radio-industrie gloorde aan de 12 horizon. De draadloze rage was in heel Amerika doorgedrongen, 13 verzamelde gezinnen rond de elektronische haard en schiep ‘verre 14 vrienden’. De luisteraars waren verrukt dat ze konden luisteren 15 naar uitzendingen uit steden honderden of duizenden kilometers 16 verderop. Het wonder van radio-uitzendingen bereikte miljoe- 17 nen mensen tegelijk en dwong radiostations om die dingen uit te 18 vinden die later de massamedia zouden vormen: amusements-, 19 nieuws- en informatieprogramma’s die een zo breed mogelijk pu- 20 bliek aanspreken. Het was het begin van de 20e-eeuwse popcul- 21 tuur. Er was slechts één probleem: niemand had een idee hoe je 22 daarvoor betaalde. 23 Tot dan toe werden uitzendingen met een klein budget gemaakt 24 (een paar regionale zenders lieten iedereen die kwam binnenlo- 25 pen de ether ingaan) of ze werden betaald door de fabrikanten van 26 radio-ontvangers zelf. David Sarnoff , vice-president van de Radio 27 Corporation of America (rca) legde indertijd uit dat ‘we primair 28 zo uitzonden dat degenen die rca-radio’s kopen, ook iets hadden 29 om die ontvangstapparaten mee te voeden.’ Maar naarmate radio 30 zich uitbreidde, werd duidelijk dat de onverzadigbare vraag naar 31 nieuwe inhoud niet door een paar fabrikanten alleen kon worden 32 bevredigd. 33 Het tijdschrift Radio Broadcast schreef een prijsvraag uit voor 34 het beste antwoord op de vraag: ‘Wie moet er voor uitzendingen 35 betalen en hoe?’ Achthonderd mensen reageerden, met ideeën die

160

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.161

varieerden van vrijwillige bijdragen van de luisteraars tot over- 1 heidslicenties en, heel slim, tarieven voor programma-overzich- 2 ten. De winnende suggestie was een belasting op vacuümbuizen 3 als een ‘indicatie van uitzendconsumptie’. (Dit model werd onder 4 andere in Nederland toegepast: luisteraars en kijkers betaalden 5 jaarlijks kijk-en-luistergeld voor radio en tv. Inmiddels betalen 6 Nederlanders indirect belasting voor uitzendingen, de rest wordt 7 gesponsord met reclame. In Engeland bestaat kijk-en-luistergeld 8 nog wel. Daarvoor in de plaats krijgen ze reclamevrije bbc.) 9 Sommigen opperden om de oplossing te zoeken in reclame, 10 maar deze optie was niet bepaald populair. Het leek schandelijk 11 om dit nieuwe medium voor gesponsorde berichten te gebruiken. 12 In een artikel werd gemokt dat ‘bombastische reclame …afb reuk 13 doet aan de vitaliteit van uitzendingen … door een apathisch pu- 14 bliek te creëren en de interesse onder de luisteraars te verzwakken 15 en de verkoop van ontvangstapparaten in te perken.’ 16 Maar nbc, een van de nieuwe omroepbedrijven, wilde per se 17 testen of radioreclame werkte. In 1926 werd Frank Arnold, de be- 18 kendste voorstander van radio-reclame, benoemd tot directeur 19 ontwikkeling. Arnold beschreef de radio als het ‘Vierde reclame- 20 kanaal’, naast de prozaïsche drie kanalen van kranten, tijdschrift en 21 en aanplakborden. Anderen voerden aan hoe adverteerders door 22 de radio op magische wijze ‘gast bij de luisteraar thuis’ konden 23 worden. 24 Een probleem met radio was dat de afstanden, die het enerzijds 25 zo makkelijk overwon, tegen gingen werken. De megastations aan 26 de oostkust maakten gebruik van steeds krachtigere uitzendingen 27 om ook duizenden kilometers landinwaarts bereik te hebben, maar 28 toen regionale en lokale radiostations volwassen werden, verdre- 29 ven de lokale signalen de nationale. (De federale communicatie- 30 commissie werd onder andere opgericht om orde te scheppen in de 31 radiogolven.) Daardoor leek de radio weer aangewezen te zijn op 32 lokale reclame, die niet lucratief genoeg was om aan de vraag naar 33 inhoud te kunnen voldoen. 34 De redding kwam in de vorm van at&t, de telefoonmaatschap- 35

161

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.162

1 pij. William Peck Banning, een latere vice-president bij at&t, her- 2 innerde zich dat aan het begin van de jaren twintig ‘niemand wist 3 waar het met de radio naartoe ging. Zelf verwachtte ik dat we, om- 4 dat het een vorm van telefonie was, vast en zeker op een of andere 5 manier met de radio te maken zouden krijgen.’ Die manier werd 6 radiotransmissie over lange afstand via at&t-kabels, zonder sto- 7 ring. Daardoor konden nationale programma’s vanaf plaatselijke 8 stations in het hele land opnieuw worden uitgezonden. En zo wer- 9 den het nationale radionetwerk en de eerste nationale markt voor 10 radioreclame geboren. (Daarvóór bleef deze beperkt tot kleinere 11 gebieden, in de vorm van lokale reclame voor bedrijven binnen het 12 bereik van afzonderlijke stations.) 13 Enkele decennia later volgde de televisie dezelfde weg. Zowel 14 radio als televisie werden ‘gratis uitgezonden’, ondersteund door 15 reclame. Zo begon het zogenoemde mediamodel van Gratis: een 16 derde partij (de adverteerder) subsidieert de inhoud, zodat de 17 tweede partij (de kijker of luisteraar) die gratis kan krijgen. 18 Tegenwoordig vormt dit drie-partijenmodel de kern van de ad- 19 vertentie-industrie waar $300 miljard in omgaat. Hiermee worden 20 niet alleen de gratis media ondersteund, zoals traditionele ether- 21 uitzendingen, maar ook de meeste betaalde media gesubsidieerd, 22 van kranten en tijdschrift en tot kabel-tv. Zonder deze subsidie zou- 23 den die veel duurder zijn. En nu, met het web, een medium waarop 24 de overige media geen bevoorrechte positie innemen, subsidiëren 25 advertenties al het andere. 26 27 28 Advertenties buiten de media 29 Wat is er anders aan reclame die niet beperkt blijft tot media, maar 30 ook soft ware, diensten en inhoud ondersteunt die niet alleen door 31 mediabedrijven maar ook door gewone mensen wordt gecreëerd? 32 Veel. Allereerst zijn de gebruikelijke regels van vertrouwen omge- 33 draaid. Laat ik een voorbeeld uit mijn eigen wereld geven. 34 Een tijdje geleden kwam er een vriend van Google langs op ons 35 Wired-kantoor. Ik liet hem onze ‘tijdschrift enkamer’ zien, waar we

162

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.163

alle bladzijden van het nummer waaraan we bezig zijn in rijen aan 1 de muur hangen. Naarmate de bladzijden vorm krijgen, kunnen 2 we ze langs de muur verplaatsen en kijken hoe het nummer er zo 3 vloeiend en ritmisch mogelijk uit zal zien. Zo vermijden we dat 4 teksten en beelden nodeloos botsen. 5 Eén ding waar we op letten, is het ‘confl ict tussen advertentie 6 en redactie’, dat wil zeggen: we kijken of er geen advertenties in de 7 buurt staan van een tekst die er verband mee houdt. Dit principe 8 is terug te voeren op de ‘Chinese muur’ die de meeste traditionele 9 media inbouwen tussen hun redactie- en advertentieteams, om te 10 zorgen dat adverteerders de tekst niet kunnen beïnvloeden. Maar 11 dat is niet genoeg. We moeten ook vertrouwen wekken bij de le- 12 zers. Daarom zetten we alleen al om de schijn van beïnvloeding te 13 vermijden, geen autoadvertentie naast een verhaal over auto’s, of 14 een Sony-advertentie in de buurt van onze beoordeling van Sony- 15 producten. Het liefst zetten we ze niet eens in hetzelfde nummer. 16 Toen ik dit aan mijn vriend van Google uitlegde, staarde hij me 17 met stijgend ongeloof aan. En dat is begrijpelijk, want Google doet 18 precies het tegenovergestelde. 19 Googles immens populaire programma AdSense is zo aantrek- 20 kelijk omdat het advertenties aan inhoud koppelt. Mensen betalen 21 Google een vermogen om te doen wat wij nu juist verbieden: Sony- 22 advertenties naast beoordelingen van Sony’s producten plaatsen. 23 En de lezers zijn daar gek op – relevantie heet dat. 24 Waarom is dat slecht op papier en goed op internet? Deze vraag 25 raakt de kern van de verandering die optreedt in het adverteren nu 26 dat naar internet aan het verschuiven is. 27 Mijn eigen, enigszins ontoereikende verklaring is dat mensen 28 met andere verwachtingen naar de onlinewereld gaan. Ergens 29 begrijpen ze intuïtief alles waarover mijn vriend en ik stonden 30 te peinzen in mijn kamer vol papier. Tijdschrift en worden door 31 mensen in elkaar gezet en mensen kunnen worden gecorrum- 32 peerd door geld. Maar webadvertenties worden door soft wareal- 33 goritmen geplaatst en op een of andere manier worden ze daar- 34 door zuiverder. 35

163

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.164

1 Dit is natuurlijk een fabeltje. Heel veel webadvertenties worden 2 met de hand geplaatst en het is een fl uitje van een cent om een 3 algoritme te vervalsen. Maar als Góógle een advertentie zet bij de 4 inhoud van iemand anders, is het verband tussen die twee zo ge- 5 ring dat mensen zich kennelijk geen zorgen maken over ongepaste 6 invloed. 7 Het is ook heel goed mogelijk dat we het in de wereld van de tra- 8 ditionele media helemaal bij het verkeerde eind hebben. Misschien 9 geven we alleen onszelf een goed gevoel door te streven naar zui- 10 verheid, en zal het lezers een zorg zijn of er een Sony-advertentie 11 naast een beoordeling van Sony staat, als ze het al zien. Misschien 12 hebben ze dat zelfs wel liever en zijn de schrijvers de eigenlijke 13 obstakels, bang dat iemand denkt dat hun mening is gekocht. Ik 14 weet het niet, maar ik weet wel dat er in onze branche strikte regels 15 gelden voor dit soort dingen. Als ik die durf te overtreden, kan ik 16 prijzen voor mijn tijdschrift wel vergeten; dat soort straff en staan 17 erop. 18 Duidelijk is in ieder geval dat adverteren op internet een ander 19 karakter heeft . Het oude uitzendmodel was in wezen dit: irriteer de 20 90% van je publiek dat niet in je product is geïnteresseerd om de 21 10% te bereiken die dat misschien wel is (bijvoorbeeld tandpasta- 22 reclame tijdens een voetbalwedstrijd). 23 Het Google-model werkt precies andersom: gebruik soft ware 24 om de advertentie alleen aan mensen te laten zien voor wie deze 25 het relevantst is. Irriteer slechts de 10% van het publiek dat er niet 26 in geïnteresseerd is om de 90% te bereiken die dat misschien wel is. 27 Zo werkt het natuurlijk niet altijd en je hebt vast meer dan ge- 28 noeg vervelende advertenties gezien op een Google-site. Maar 29 wanneer het toegenomen aanbod van advertenties voldoet aan de 30 vraag vanuit een specifi eke inhoud, sluiten beide beter op elkaar 31 aan. Op mijn site over luchtvaartrobotica bijvoorbeeld, waar we 32 Google AdSense draaien die zeer specifi eke advertenties levert 33 over mysterieuze producten als ‘accelerometers met drie assen’, 34 hield ik een enquête onder lezers om te vragen of ze wilden dat ik 35 de advertenties verwijderde.

164

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.165

De meesten wilden ze houden, omdat ze zo relevant waren dat 1 ze als inhoud werden gezien. Een kleinere groep was het niet eens 2 opgevallen dat het advertenties waren. En veruit de kleinste groep 3 wilde dat ze verdwenen. (Ik heb ze laten staan.) 4 5 6 Hoe de nieuwe media de oude veranderen 7 Een van de interessante dingen van het door advertenties onder- 8 steunde Gratis-model is dat het in de traditionele mediabusiness in 9 verval raakte. Toen televisie overstapte van gratis uitzending naar 10 betaalde kabel, werd de inhoud steeds meer ondersteund door een 11 mix van inkomstenstromen, waaronder die uit kabellicenties die 12 weinig met reclame te maken hadden. Zelfs radio ging, in de vorm 13 van satellietradio, over op een mix van directe abonnees en reclame. 14 Het ging steeds meer op gedrukte media lijken, waar abonnees en 15 winkelverkoop worden gecombineerd met advertentie-inkomsten. 16 Maar met de opkomst van het web werd dat omgedraaid. Na 17 een paar jaar experimenteren met betaalde inhoud werd duide- 18 lijk dat het geen zin had om de digitale economie te bestrijden, en 19 Gratis won. En dat niet alleen, de prijsverwachtingen die online 20 waren ontstaan, begonnen ook nog door te sijpelen naar de offl ine- 21 wereld. 22 Kranten realiseerden zich dat de Google-generatie de gewoon- 23 te van hun ouders om dagelijks de krant te lezen misschien niet 24 overnam. Daarom brachten ze gratis kranten op de markt die voor 25 jongvolwassenen waren bedoeld en die ze op straat uitdeelden. 26 Andere kranten hielden vast aan hun prijs, maar werden gebun- 27 deld met gratis cadeautjes, van tafelzilver tot muziek (zie kaders 28 op bladzijden 166 en 181). Terwijl de rest van de krantenindustrie 29 achteruitging, werden gratis kranten een baken van hoop; ze groei- 30 den met 20 procent per jaar (vooral in Azië en Europa), goed voor 31 7 procent van de totale krantenmarkt in 2008. 32 Ondertussen leek het aantal televisiekijkers een top te hebben 33 bereikt, althans als het ging om de meest gewilde kijkers, die tus- 34 sen de 18 en 24 jaar, die steeds vaker clips of zelfs hele series gratis 35

165

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.166

1 HOE KAN TAFELZILVER NU GRATIS ZIJN? 2 Controlinveste is een vooraanstaand Portugees mediabedrijf, dat kranten, radio- en tv-pro- 3 gramma’s en webprogramma’s maak t . Twee kranten van Controlinves te kunnen zich beroemen 4 op de grootste oplagen van het land: Global Notícias, een gratis blad, en Jornal de Notícias, een betaald nieuwsblad. Zoals zoveel Europese bladen, worden de meeste Jornal de Notícias 5 via kiosken verkocht, waar uitgevers de klanten elke dag opnieuw voor zich moeten winnen. Daarom worden er vaak cadeautjes weggegeven als marketinginstrument (bijvoorbeeld een 6 gratis cd van Prince bij de Daily Mail; zie kader op bladzijde 181). Maar Controlinveste gaat nog een stapje verder dan de meesten. 7

8 In 2008 gaf Controlinveste een ten berekend. Wanneer het bedrijf bij elke krant zestigdelige bestekcassette cadeau een lepel weggeeft, gaat een groot deel van de 9 ter gelegenheid van zijn 120-jarige winstmarge daaraan op, maar wanneer de vaste bestaan. Iedere maandag tot kosten zijn gedekt, gaan de cijfers er uiteindelijk 10 vrijdag werd er een van de delen op vooruit, omdat de marginale kosten van die ex- bij de krant gevoegd. Op zaterdag tra kranten zo laag zijn. Als de oplage door cadeau- 11 kreeg je een stuk serveerbestek (12 tjes consequent groeit, kan de uitgever de adver- in totaal). Als je een dag oversloeg, teerders een groter publiek garanderen en hen ook 12 miste je een vork of lepel van je meer laten betalen. bestekset. Het tafelzilver werd per stuk verpakt bij Controlinveste liet het daar niet bij met de cadeaus. 13 de kiosk geleverd, die het bij de krant meegaf. Het Alleen al in 2008 gaf de uitgever het volgende weg: 14 was een enorm succes: de oplage nam in slechts drie maanden toe met 36%. Gratis gereedschapskist met gereedschap De kist 15 In een ontwikkelde bedrijfstak waar betaalde op- werd bij de zondagskrant geleverd (de best verkopende lagen met het jaar dalen, zijn dergelijke resultaten en duurste uitgave). Elke maandag tot vrijdag kreeg 16 heel uitzonderlijk. Maar hoe kan zo’n actie winst- je een nieuw stuk gereedschap (177 stuks in totaal). gevend zijn? Dat kan op twee manieren: tafelzil- Resultaat: een oplagetoename van 20% in twee 17 ver is een stuk goedkoper dan we denken, vooral maanden. in grote hoeveelheden, en ten tweede is de winst- Gratis dvd’s, iedere zaterdag. Uit de krant van vrijdag 18 marge op extra verkochte kranten bij een kiosk ook kon je een coupon halen en de fi lm zelf kreeg je bij een stuk hoger. Bij een kiosk kost Jornal de Notícias de zaterdagkrant. Resultaat: een oplagestijging van 19 0,88 euro, ofwel zo’n $1,32 (gemiddeld van maan- 47% in twee maanden tijd. dag tot vrijdag). Btw, druk- en distributiekosten plus Gratis serviesgoed. Je kreeg op zaterdag een coupon 20 het percentage voor de kioskhouder in aanmer- en op zondag een bord. Je moest dus de twee duurste king genomen, is de krant gezond winstgevend en edities van de week kopen. Een complete set bestond 21 alle vaste kosten (personeel, gebouwen en andere uit 19 delen. Resultaat: een extra oplage van 70% in faciliteiten) worden betaald uit de oplage- en ad- vier maanden. 22 vertentie-inkomsten. Maar als je meer exemplaren Gratis talencursus. Een multimediaprogramma voor verkoopt, worden de vaste kosten over een brede- het leren van Engels, Spaans, Chinees, Frans, Russisch, 23 re basis uitgesmeerd, krijg je een groter publiek en Italiaans, Duits, Arabisch, Grieks, Japans en Hebreeuws, wordt de winstmarge beter. En hoe verkoop je meer dat in delen werd uitgegeven. Je kreeg elke dag eeen 24 exemplaren? Geef iets cadeau! cd-rom of boek, tot je in totaal 48 disks, 22 boeken en Controlinveste koopt tafelzilver in grote hoeveel- twee dozen had. Resultaat: een oplagetoename van 25 heden in China; de kosten per stuk worden in cen- 63% in vier maanden. 26 27 28 online bekeken, op YouTube of Hulu. Breedband is de nieuwe gra- 29 tis uitzending en de betaalde kabel leek zijn greep op de kijker te 30 verliezen. 31 32 33 Het einde van betaalde inhoud 34 Deze verschuiving maakt deel uit van een sterkere devaluatie van 35 inhouden, die niet alleen het gevolg is van de gemiddelde smaak,

166

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.167

maar ook van technologische trends. Jonathan Handel, advocaat 1 in entertainmentszaken (en voormalig computerwetenschapper) 2 in Los Angeles, geeft zes redenen voor de migratie naar Gratis, die 3 ongeveer zo luiden: 4 5 1. Vraag en aanbod. Het aanbod van inhoud is met een 6 factor miljoen toegenomen, maar de vraag niet: we heb- 7 ben nog steeds maar twee ogen, twee oren en vierentwintig 8 uur per dag. Natuurlijk wordt niet elke inhoud op dezelfde 9 manier gemaakt en Facebook-pagina’s zijn niet te vergelij- 10 ken met Th e New York Times – tenzij die Facebook-pagina’s 11 van je vriend zijn en dus (voor jou) veel interessanter dan 12 de Times. Het verschil is dat er een hoop meer Facebook- 13 pagina’s zijn dan pagina’s in de krant. Bovendien worden 14 ze gemaakt zonder de verwachting dat iemand daarvoor 15 betaalt. 16 2. Verlies van fysieke vorm. We kunnen er niets aan doen, 17 maar we hechten meer waarde aan atomen dan aan bits. 18 Toen inhoud van disks in dozen verhuisde naar bestanden 19 die door draden vliegen, werd hij ongrijpbaar, zelfs abstract. 20 Bovendien ontneem je iemand anders iets als je het steelt en 21 kost dat iemand echt geld. Dat geldt niet voor een digitaal 22 bestand. 23 3. Toegangsgemak. Vaak is het gemakkelijker om inhoud 24 te downloaden dan die in winkels te zoeken en te kopen. 25 Naarmate dergelijke ‘zoekkosten’ afnemen, neemt ook onze 26 bereidheid af om te betalen voor het beschikbaar maken 27 van inhoud. 28 4. De verschuiving naar met advertenties ondersteunde 29 inhoud. Gewoonten die op het web ontstaan, slaan over 30 naar de rest van het leven. Als inhoud online gratis is, zou 31 hij dan niet overal gratis moeten zijn? 32 5. De computerindustrie wíl dat inhoud gratis is. Apple 33 verdient zijn miljarden niet met de verkoop van muziek- 34 bestanden, maar met de verkoop van iPods. Gratis inhoud 35

167

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.168

1 maakt de apparaten waarop die wordt afgespeeld waarde- 2 voller, zoals de radio-industrie in 1920 al wist. 3 6. Generatie Gratis. De generatie die is opgegroeid met 4 breedband heeft de digitale economie zo’n beetje in zijn dna 5 zitten. Of ze nu wel of niet hebben gehoord van ‘bijna nul 6 marginale kosten’, ze begrijpen dat intuïtief. Daarom staan 7 ze onverschillig óf vijandig tegenover copyright. Ze zien de 8 zin er gewoon niet van in. 9 10 Dit zijn de redenen waarom met advertenties ondersteunde mo- 11 dellen het online hebben gewonnen, en het zullen blijven winnen. 12 Een sceptische lezer zal er nu wel helemaal niets meer van gelo- 13 ven. Er zijn toch grenzen aan de advertentie-dollars? Je kunt met 14 reclame toch niet alles ondersteunen? Helemaal waar. Sommige 15 advertenties zijn soms zelfs online nog minder waard dan offl ine. 16 De reden daarvan brengt ons terug bij schaarste en overvloed. 17 Scott Karp, oprichter van Publish 2, een nieuwsdienst en analyse- 18 bureau, formuleert het zo: ‘Adverteren in de traditionele media, of 19 het nu een krant, tijdschrift of tv is, draait om de verkoop van een 20 schaars goed – ruimte. Het probleem is dat er op het web een vrij- 21 wel onbeperkte hoeveelheid ruimte is. Dus wanneer traditionele 22 media proberen om online op dezelfde manier ruimte te verkopen 23 als offl ine, merken ze dat ze daar slechts een fractie van de prijs- 24 kracht hebben.’ 25 Een glossy kan een adverteerder meer dan 100 dollar per dui- 26 zend lezers berekenen, maar online zou hij al blij mogen zijn met 27 eenvijfde daarvan. Er is eenvoudig meer concurrentie online – ad- 28 verteerders hebben meer keuze en de prijs daalt naar het niveau 29 dat de markt aankan. Maar dit geldt voor ‘display reclame’, banners 30 en beelden die een merk moeten promoten en niet per se tot een 31 onmiddellijke verkoop hoeven te leiden. 32 Er is ook een ander soort reclame, waarvan Googles tekstad- 33 vertenties, die het naast zoekresultaten en op sites van derden 34 plaatst, een sprekend voorbeeld zijn. Adverteerders betalen alleen 35 wanneer lezers de advertentie aanklikken. Google verkoopt geen

168

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.169

ruimte, maar bedoelingen van gebruikers – dat waarin ze geïnte- 1 resseerd zijn, zoals ze aangeven in de vorm van een zoekvraag. En 2 dat is een schaars goed. Het aantal mensen dat op een willekeurige 3 dag ‘Stomerij Jansen’ intypt, is eindig. 4 Het gevolg is dat, waar traditioneel adverteren online beperkte 5 mogelijkheden heeft , Google adverteren zo’n ander karakter heeft 6 gegeven – met de koppeling tussen producten en kenbaar gemaakte 7 wensen – dat de markt nog steeds snel groeit. Eric Schmidt, Googles 8 ceo, schat dat de potentiële online-advertentiemarkt 800 miljard 9 dollar omvat, ofwel twee keer zo veel als de totale online- en offl ine- 10 advertentiemarkten van nu. Dat werkt gewoon zo: bedrijven beta- 11 len alleen voor resultaten. Als je zeker weet dat je een dollar verdient 12 met elke tien cent die je aan marketing besteedt, zijn de mogelijk- 13 heden eindeloos. Vergelijk dat met het oude adagium van Madison 14 Avenue: ‘De helft van mijn advertentiekosten is verspilling. Ik weet 15 alleen niet welke helft .’ Geen speld tussen te krijgen. 16 17 18 De triomf van het mediamodel 19 Daarom is het advertentiemodel niet beperkt gebleven tot de 20 online media en heeft het zich veel breder verspreid. Er is gewoon 21 het meeste geld mee te verdienen. Fred Wilson, de New Yorkse 22 durfk apitalist, denkt dat ‘de meeste webapplicaties door een of 23 ander mediamodel gemonetiseerd zullen worden. Daarbij moet 24 je niet aan banner-advertenties denken, maar aan hoe je een pu- 25 bliek dat in je diensten geïnteresseerd is, op allerlei manieren kunt 26 laten betalen door bedrijven en mensen die ook een beetje van die 27 aandacht willen.’ 28 Je kunt het web zien als een uitbreiding van het media-bedrijfs- 29 model naar een onbeperkt aantal andere bedrijfstakken. Google 30 is geen mediabedrijf in de traditionele zin van het woord, maar 31 het verdient miljarden aan het media-bedrijfsmodel, evenals 32 Facebook, MySpace en Digg. Het zijn in principe allemaal soft - 33 warebedrijven. Sommige verwerken de inhoud van andere men- 34 sen, andere bieden een plek waar anderen hun inhoud kunnen 35

169

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.170

1 maken. Maar ze maken of distribueren inhoud niet zoals een tra- 2 ditioneel mediabedrijf dat doet. 3 Maar bij het woord ‘media-bedrijfsmodel’ denken mensen mees- 4 tal aan reclame. Natuurlijk maakt die daar een groot deel van uit, 5 maar zoals degenen die in die branche werken wel weten, komt er 6 veel meer bij kijken. 7 Ten eerste zijn er door de verhuizing naar internet vele nieuwe 8 reclamevormen ontstaan die veel verder gaan dan het traditio- 9 nele ‘indrukken’-model, waarin de betaling per duizend kijkers 10 of luisteraars wordt berekend. (Dit heet ‘kosten per duizend’ of- 11 wel cpm, waarbij de ‘m’ verwarrend genoeg voor duizend staat.) 12 Onlinevarianten zijn bijvoorbeeld ‘kosten per klik’ (cpc), Googles 13 methode, en ‘kosten per transactie’ (cpt); adverteerders betalen 14 dan alleen wanneer een bezoeker een betalende klant wordt, zoals 15 in Amazons Associates-programma. 16 Verder is er onder andere nog ‘leadwerving’, waarbij adverteer- 17 ders betalen voor namen en e-mailadressen van mensen die zijn 18 aangetrokken door gratis inhoud, of voor informatie over deze ge- 19 bruikers. Adverteerders kunnen zo een complete site of afdeling 20 voor een vast bedrag ondersteunen, ongeacht het aantal bezoekers. 21 Ze kunnen betalen voor vertoning in zoekresultaten, wat Google 22 en anderen aanbieden. Of ze kunnen hun toevlucht nemen tot 23 de oude vertrouwde productplaatsing en ervoor betalen dat hun 24 merknaam of producten in een video of spelletje worden opgeno- 25 men. 26 Tel tekst, video, animatie, audio en virtuele versies (videogames) 27 van al deze vormen bij elkaar op en je begrijpt hoezeer de adverten- 28 tiewereld is veranderd sinds de overstap naar internet. Twintig jaar 29 geleden kon je reclame onderverdelen in vijf hoofdcategorieën: ge- 30 drukte pers (foto-)advertenties en rubrieksadvertenties), tv, radio, 31 buitenreclame (aanplakborden en posters) en uitgereikte reclame 32 (folders enzovoort). Nu zijn er online minstens vijft ig verschillende 33 modellen, die allemaal per dag veranderen. Het is duizelingwek- 34 kend – en boeiend – om te zien hoe deze bedrijfstak zichzelf op- 35 nieuw uitvindt nu hij met een nieuw medium te maken heeft .

170

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.171

De economie van monsters en elfen 1 We denken bij het woord ‘media’ aan radio, televisie, tijdschrif- 2 ten, kranten en journalistieke websites. Maar eigenlijk alle soorten 3 inhoud zijn media, en we kunnen de invloed daarvan op onze sa- 4 menleving het beste beoordelen door te meten hoeveel tijd mensen 5 daaraan besteden. Zo bekeken kunnen maar weinig van de bo- 6 vengenoemde media wedijveren met een vorm van inhoud die we 7 bijna nooit tot de media rekenen, ook al strijdt deze daarmee om de 8 aandacht. Die vorm is videogames, van Xbox 360-schietspelletjes 9 tot de multiplayer-werelden op internet. 10 Niet alleen is de gamesindustrie qua verkoopcijfers uitgegroeid 11 tot een concurrent van Hollywood en qua consumententijd tot een 12 rivaal van de televisie, maar ze verandert ook in een veel hoger 13 tempo van vorm. Geen enkele branche racet sneller af op Gratis 14 dan de videogamesindustrie. 15 Er was een tijd dat mensen videogames in de winkel koch- 16 ten. Die zaten in dozen en kostten 40 of 50 dollar. Je nam ze mee 17 naar huis, stopte de disk in het besturingsapparaat en speelde er 18 een week mee, waarna je er zelden nog naar omkeek. Vrijwel de 19 hele verkoop van een spelletje vond plaats binnen zes weken na 20 verschijning. Het was net Hollywood, maar zonder de lucratieve 21 vervolg-dvd- en nevenmarkten. Het was een hit-industrie, zonder 22 tweede kans voor spelletjes die niet meteen aansloegen. 23 Eigenlijk kopen mensen hun videogames nog bijna allemaal op 24 zo’n manier, hoe gek het ook klinkt. Maar videogames behoren tot 25 de laatste digitale producten die nog zo worden verkocht en het 26 model nadert zijn einde. Zoals muziek- en computersoft ware een 27 overwegend online-markt worden, zal dat ook met spelletjes gaan. 28 En als je eenmaal de verzending van atomen (plastic doosjes en 29 disks) gaat vervangen door bitsoverdracht, wordt Gratis onvermij- 30 delijk. De komende tien jaar zal deze miljardenindustrie gebaseerd 31 op traditioneel verpakte goederen veranderen in een onlinebedrijf 32 met een toegangsprijs van nul. 33 De eerste tekenen daarvan deden zich rond 2003 voor in Azië. 34 Omdat het vanwege de soft warepiraterij op Chinese en Zuid-Ko- 35

171

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.172

1 reaanse markten lastig was om daar games op de gangbare manier 2 te verkopen, wendden spelontwikkelaars zich tot de snelgroei- 3 ende onlinemarkt. In China schoten cybercafés als paddestoelen 4 uit de grond. Ze brachten een hele bevolking naar het internet 5 die zich thuis meestal geen computer kon veroorloven. In Zuid- 6 Korea begonnen PC baangs of computergamesalons de speelhal- 7 len te vervangen als de plaats waar jongeren graag rondhangen, 8 in dit land waar de meesten nog bij hun ouders blijven wonen tot 9 ze trouwen. 10 Voor spelers zit het voordeel van onlinegames in de kwaliteit 11 en diversiteit van de competitie: je speelt tegen echte mensen, niet 12 tegen een voorgeprogrammeerde kunstmatige intelligentie. In een 13 van de populairste categorieën, die van de zogeheten massively mul- 14 tiplayer-onlinegames (denk aan World of Warcraft of een voorgan- 15 ger daarvan, zoals Everquest), komt er nooit een eind aan de spel- 16 letjes en worden spelers er soms jaren door in beslag genomen. Niet 17 voor niets wordt de huidige kampioen vaak ‘World of Warcrack’ 18 genoemd. 19 Voor spelletjesmakers biedt internet veel voordelen. Ze hoeven 20 geen disks, handleidingen en dozen te drukken en dan een win- 21 kel te zoeken die ze in voorraad wil nemen, ze kunnen de spelers 22 gewoon de soft ware laten downloaden. Dat scheelt een vermogen 23 aan fabricage- en distributiekosten. Er ontstaat een enorme ‘schap- 24 ruimte’, zodat de oudere en meer exclusieve spelletjes niet verdre- 25 ven worden door de nieuwste en populairste spellen en alle spel- 26 len tegelijk toegankelijk zijn. Bovendien kun je online gemakkelijk 27 soft ware updaten en bugs verwijderen. 28 Maar de belangrijkste reden waarom spelletjes een onlinebusi- 29 ness worden, is dat je er meer geld mee verdient. De makers kun- 30 nen van een model gebaseerd op de onvoorspelbare, tijdgebonden 31 inkomsten van een ‘verkooppunt’ overgaan op een duurzame re- 32 latie met de speler, zoals Gillette in de scheerindustrie een ver- 33 schuiving teweegbracht van de verkoop van scheermessen naar een 34 levenslange verkoop van wegwerpmesjes. 35 Het gevolg is dat de onlinegames-industrie het levendigste voor-

172

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.173

beeld van Gratis ter wereld is geworden. Als we spelletjes die alleen 1 online worden verkocht en spelletjes die online worden gespeeld 2 bij elkaar optellen, had deze industrie in 2008 een geschatte omzet 3 van 1 miljard dollar in de VS. Die omzet was nog groter in China, 4 dat op weg is naar 2,67 miljard dollar in 2010. Deze markt om- 5 vat alles van iPhone-spelletjes die je van iTunes kunt downloaden 6 (gratis, betaald of een hybride daarvan), ontspanningsspelletjes die 7 je online speelt, zoals poker of Sudoku, kinderspelletjes als Club 8 Penguin, NeoPets en Webkinz tot de massively-multiplayerwerel- 9 den die enorm in opkomst zijn. 10 Deze markten zijn stuk voor stuk een kweekvijver voor nieuwe 11 vormen van Gratis geworden. Daarom is dit een industrie die we in 12 de gaten moeten houden. Hier komen allerlei innovatieve nieuwe 13 bedrijfsmodellen vandaan, waarvan vele ook toepassingen kennen 14 buiten de spelletjeswereld. Gratis is natuurlijk niet nieuw in deze 15 branche: het basismodel van freemium is al sinds lange tijd een 16 basisingrediënt van de gamesindustrie, in de vorm van de beperkte 17 demo’s die gratis in gamestijdschrift en of online worden gedistri- 18 bueerd, zodat je gratis een paar niveaus kunt uitproberen. Als het 19 spelletje je bevalt, kun je de volledige versie kopen of voor een code 20 betalen waarmee je de overige niveaus van de versie die je al hebt, 21 kunt deblokkeren. Maar de afgelopen jaren is er een explosie aan 22 meer innovatieve bedrijfsmodellen rond Gratis geweest, die mo- 23 gelijk werd gemaakt door de komst van het alomtegenwoordige 24 breedband-internet. Hieronder volgen de vijf succesvolste catego- 25 rieën. 26 27 28 1. Virtuele producten verkopen 29 In 2008 verkocht Target ruim een miljoen dollar aan plastic kaarten 30 die voor de meeste klanten een compleet raadsel waren. Er stond 31 alleen een numerieke code op die werkte met iets wat Maple Story 32 heette. De kaarten kostten 10 of 25 dollar. Wat is Maple Story? 33 Vraag dat maar eens aan een twaalfj arig kind (of een ouder daar- 34 van). Het is een multiplayer-onlinegame dat een gigantische hit 35

173

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.174

1 werd in Zuid-Korea, waar het spel vandaan komt en waar het door 2 meer dan vijft ien miljoen mensen wordt gespeeld. In 2005 werd 3 het door de maker, Nexon, in de VS geïmporteerd. Wereldwijd zijn 4 er inmiddels ruim 60 miljoen geregistreerde deelnemers. 5 Zoals zoveel multiplayer-onlinegames kun je Maple Story gratis 6 spelen; je kunt vrolijk alle niveaus doorlopen, met andere spelers 7 spelen en je prima vermaken zonder een cent te betalen. Maar als 8 je snéller wilt spelen, kun je een ‘teleportatiesteen’ kopen. Daarmee 9 kun je van de ene plaats naar de andere springen in plaats van dat je 10 een heel landschap door moet ploeteren. Daarvoor heb je dus een 11 code nodig, die je op deze kaart vindt (of online kunt kopen, als je 12 18 jaar bent en een creditcard hebt). 13 Zo laat Maple Story je ook virtuele voorwerpen kopen waarmee 14 je sneller geld (meso’s) kunt verzamelen of tussen twee werelden 15 kunt reizen zonder op een ‘bus’ te hoeven wachten. Je kunt een 16 ‘beschermengel’ kopen die je meteen weer tot leven wekt, zodat 17 je niet weer helemaal naar een uitgangspunt terug hoeft . Met je 18 Nexon-punten kun je nieuwe kleding, kapsels en gezichten ko- 19 pen. En belangrijk: je kunt geen superwapen kopen, omdat dit 20 niet eerlijk zou zijn. Het bedrijf wil niet dat mensen hun weg 21 naar de macht kunnen kopen, omdat er dan een tweedeling in 22 de maatschappij zou ontstaan. Met geld kun je wel tijd besparen, 23 er hipper uitzien of anderszins meer doen met minder moeite. 24 De betalingsmogelijkheden zijn ‘niet als straf bedoeld’, zegt Alex 25 Garden, de baas voor Noord-Amerika. Je hoeft niet te betalen, 26 maar misschien wil je dat wel. 27 Maar het grootste voorbeeld van deze markt in virtuele goede- 28 ren is een spel voor volwassenen en niet voor kinderen. In 2008 29 merkte de directie van Google dat het woord ‘wow’ consequent 30 in de toptien van meest gezochte zoekopdrachten stond. Was dit 31 een wereldwijde opwindingsuitslag? Niet echt. Het is de afk orting 32 van World of Warcraft en mensen zochten naar goud, geen echt 33 goud, maar virtueel goud, de interne valuta in het spel. Toen ik dit 34 schreef, was de wisselkoers zo’n 20 wow-goud op 1 Amerikaanse 35 dollar. In China vind je gebouwen vol met medewerkers die bezig

174

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.175

zijn zich een weg door het spel te klikken om deze virtuele schat- 1 ten te verzamelen en ze op een secundaire markt buiten het spel te 2 verkopen. 3 De handel in virtuele schatten is een lucratieve zaak en levert in 4 veel gevallen meer op dan de spelletjes zelf. Waarom zou je per slot 5 van rekening eenmalig dure plastic disks verkopen als je jarenlang 6 bits via een lijn kunt verkopen? Mensen die ervoor kiezen om 7 te betalen, zijn per defi nitie de meest betrokken en enthousiaste 8 gebruikers, en dus ook de minst prijsgevoelige. (Bedenk dat dit 9 niet alleen voor spelletjes geldt: ook Facebook gebruikt dit model 10 met zijn digitale ‘gift en’ die leden voor elkaar kunnen kopen en 11 die het sociale netwerk een geschatte 30 miljoen dollar per jaar 12 opleveren.) 13 Wanneer je disks verkoopt, heb je te maken met het risico van 14 het ‘tweede-weekendeff ect’ in de fi lmwereld: als de fi lm niet zo goed 15 is als de preview deed voorkomen, voelen mensen zich bedrogen 16 en vertellen ze dat door. Maar als je spelletjes gratis kunt spelen en 17 alleen betaalt voor een spel dat je begrijpt en ook wilt hebben, is de 18 kans op teleurstelling kleiner en de kans dat klanten terugkomen 19 groter. Simpel gezegd: je laat alleen de mensen die wíllen betalen, 20 betalen, omdat zij de waarde inzien van wat ze krijgen. 21 ‘Het model van de verpakte games lijkt misschien meer op dat 22 van fi lms,’ zegt Garden, ‘maar onlinegames hebben meer weg van 23 televisie.’ Het is de bedoeling dat er een duurzame relatie met de 24 consument ontstaat, niets iets wat een weekendje duurt. 25 In sommige gevallen verkoopt het bedrijf dat het spel uitgeeft , 26 de digitale goederen zelf. In andere gevallen creëren ze alleen een 27 markt waarop spelers virtuele goederen aan elkaar kunnen verko- 28 pen en verdient het bedrijf geld met het transactietarief, zoals eBay 29 doet. Een voorbeeld van het tweede model: in 2005 creëerde Sony 30 een marktplaats, Station Exchange, in zijn game EverQuest II. Daar 31 konden spelers binnen het spel items voor een inschrijft arief van 32 $1 aanbieden en betaalden ze 10% afsluitkosten over de defi nitieve 33 prijs. Sony bood zelfs een borgdienst aan, zodat mensen een garan- 34 tie kregen op de dingen die ze kochten. Het bleek een matig succes, 35

175

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.176

1 maar de directie van Sony vond het systeem veelbelovend genoeg 2 om het tot de toekomst van de branche uit te roepen. 3 4 5 2. Abonnees 6 In 2007 kondigde Disney aan dat het bedrijf 700 miljoen dollar 7 voor een website ging betalen waarop kinderen konden spelen dat 8 ze pinguïns zijn op een stukje sneeuw. Als je ruim een half miljard 9 een hoop geld vindt voor een spelletje over vogels die niet kunnen 10 vliegen, hoe schattig ook, heb je waarschijnlijk geen kleine kin- 11 deren. Anders zou je Club Penguin vast wel kennen, een online- 12 gemeenschap die op het moment van de aanschaf door Disney al 13 twaalf miljoen kinderen had aangetrokken (waaronder een paar 14 van mij). In 2006 en 2007 verspreidde de Club-Penguinrage zich 15 over het speelplein met een snelheid die normaal alleen door 16 hoofdluis wordt gehaald. 17 Je kunt gratis met Club Penguin spelen en naar schatting betaalt 18 90% van de gebruikers, die meestal 6 tot 12 jaar oud zijn, er nooit 19 een cent voor. Maar als je ‘je iglo wilt inrichten’ met meubilair of 20 een huisdier voor je pinguïn wilt kopen, moet je je ouders vragen 21 hun creditcard te trekken en zes dollar per maand te betalen. Toen 22 Disney de aankoop deed, had Club Penguin al 700.000 abonnees 23 (6% van alle gebruikers) die per jaar ruim 40 miljoen dollar aan 24 inkomsten opleverden. 25 Dit is een van de meest voorkomende spelmodellen op inter- 26 net, vooral als er een ‘zwaan-kleef-aan’-element aan zit. RuneScape, 27 nog zo’n webwereld vol monsters en elfen, telt meer dan 1 miljoen 28 abonnees (van de 6 miljoen gebruikers) die $5 per maand betalen 29 en daarmee een bedrijf met een jaaromzet van $60 miljoen cre- 30 eren. Ter vergelijking: dat is zo’n beetje net zo veel als het abon- 31 neebestand en de jaarinkomsten van de online Wall Street Journal, 32 de grootste betaalde krantensite ter wereld. Het is ook groter dan 33 het online-abonneebestand van Th e New York Times was voor de 34 krant het model in 2008 verruilde voor Gratis. Mensen bleken lie- 35 ver te betalen om aan denkbeeldige hekserij te kunnen doen dan

176

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.177

om nieuws te lezen dat Pulitzer-prijzen wint. (Of dat goed of slecht 1 is, laat ik over aan het oordeel van anderen.) 2 3 4 3. Reclame 5 In de aanloop naar de presidentsverkiezingen van 2008 merkten 6 spelers van een Xbox Live racespelletje dat de aanplakborden die 7 ze passeerden terwijl ze aan het rondscheuren waren op de gebrui- 8 kelijke circuits, opvallend actueel waren. Ze toonden een foto van 9 Barack Obama met een uitnodiging om naar voteforchange.com 10 te gaan, een van de campagnewebsites. Dit was geen politieke actie 11 van de spelmakers, maar een betaalde advertentie van het Obama- 12 team. En dat is nog maar een van de duizenden advertenties die de 13 videogames bevolken voor consoles als de Xbox 360 en de Sony 14 PS3 en voor pc’s. 15 Sommige van die advertenties zijn een extra bron van inkom- 16 sten voor betaalde spellen, maar een steeds groter aantal onder- 17 steunt het gratis-spelen-model. Soms zijn ze in het originele spel 18 ingebouwd, maar nu er steeds meer games worden gemaakt voor 19 internetgebruik, is het ook mogelijk geworden om ad hoc adver- 20 tenties in te voegen en er de aanplakborden in een spel mee te 21 updaten, of de posters op de stadsmuren in een spel, of zelfs de 22 kleding van de fi guren. 23 In zekere zin is adverteren binnen spelletjes de ultieme product- 24 plaatsing geworden: niet alleen kan elke speler andere advertenties 25 krijgen, maar ze kunnen ook per keer dat het spel wordt gespeeld 26 veranderen om voor relevantie en variatie te zorgen. Soms zien de 27 advertenties er net zo uit als in de echte wereld, soms zijn ze subtie- 28 ler, van het merk laarzen dat in een snowboardgame wordt gedra- 29 gen tot de bands van de soundtrack. En soms is het hele spelletje 30 een advertentie, zoals de Xbox-spelletjes van Burger King, waarin 31 je kunt racen, crashen en rondsluipen met het King-personage van 32 de keten. 33 De bekendste vorm hiervan is de markt van de ontspannings- 34 spelletjes, relatief eenvoudige spelletjes die je in je webbrowser kunt 35

177

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.178

1 spelen. Daar zien we verbijsterende cijfers: Yahoo! Games en mtv’s 2 AddictingGames bereiken elk meer dan tien miljoen gebruikers per 3 maand en beide zijn gebaseerd op door advertenties ondersteunde 4 gratis spelletjes. Deze markt is in totaal al meer dan 200 miljoen dol- 5 lar per jaar waard en volgens een schatting van adviesbureau Yankee 6 Group zal dat in 2010 meer dan 700 miljoen zijn. 7 8 9 4. Onroerend goed 10 Second Life is niet echt een spel – het is een wereld waarin je op 11 onderzoek uit kunt gaan en mensen kunt ontmoeten – maar het is 12 wel net zo populair als een spel, met een half miljoen actieve ge- 13 bruikersaccounts. Het is gratis en je kunt soft ware downloaden om 14 naar hartelust op onderzoek uit te gaan zonder creditcard op zak. 15 Maar als je Second Life echt ingaat, wil je je misschien vestigen en 16 je eigen huis binnen die wereld hebben. Daarvoor heb je een stukje 17 land nodig, en dat is dus waarmee Linden Labs, het bedrijf dat de 18 dienst verleent, geld verdient. 19 Linden Labs is de virtuele onroerend-goedhandel, en het is wat 20 je noemt een goede handel. In tegenstelling tot makelaars in de 21 echte wereld kan Linden Labs zo veel land maken als het nodig 22 heeft . Het land wordt aantrekkelijk gemaakt door de gebruikers, 23 die zelf complete steden bouwen – huizen, kantoren, warenhuizen 24 en andere attracties. De huur per maand varieert van $5 tot $95, 25 afh ankelijk van het perceeloppervlak. Je kunt ook je eigen eiland 26 kopen voor een eenmalig bedrag van $1.675, plus $295 per maand. 27 Dit is niet alleen een melkkoe voor Linden Labs. Er is ook een 28 secundaire makelaarsmarkt binnen Second Life gecreëerd, waar 29 reeds bebouwde percelen worden doorverkocht. ‘Anshe Chung’, 30 een van de succesvolste van deze makelaars, beweert miljonair te 31 zijn geworden met die doorverkoop. 32 Talloze andere onlinespelen gebruiken dit model. Niet alleen 33 land, complete ruimtestations, kastelen of zelfs hutten op piraten- 34 schepen worden verkocht. Je zou kunnen zeggen dat het hier ge- 35 woon om een deelverzameling van virtuele goederen gaat, zoals het

178

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.179

goud van Warcraft of de kleding van Club Penguin. Het verschil is 1 wel dat het geen echte verkopen zijn, maar ‘betalingen voor land- 2 gebruik’ of huur. Wanneer je stopt met betalen, wordt dat land of 3 huis gewoonlijk aan iemand anders verkocht. 4 5 6 5. Merchandise 7 Kerstochtend 2008. Onder de kerstboom van miljoenen Ameri- 8 kaanse huishoudens lag een doodgewone knuff el, die alleen bij- 9 zonder was om zijn label. Daar stond een code op, waarmee de 10 gelukkige ontvanger online met een virtuele versie van zijn eigen 11 knuff el kon spelen. Met deze eenvoudige combinatie – een pluchen 12 en een virtueel huisdier die bij elkaar passen – is Webkinz al twee 13 opeenvolgende jaren speelgoed nummer 1 in Amerika. 14 Het Webkinz-model is een slimme combinatie van Gratis en 15 Betaald. Wat is de hoofdattractie, het knuff eldier of het spel? 16 Moeilijk te zeggen, maar waarschijnlijk zou het één geen succes 17 zijn geworden zonder het ander. In zekere zin is dit concept een 18 natuurlijke uitdrukking van de 20e en 21e economie in combinatie: 19 de atomen (de knuff el) kosten geld, maar de bits (het onlinespel) 20 zijn gratis. In de echte wereld geven kinderen misschien maar matig 21 om knuff eldieren, maar een complete boerderij verzamelen is het 22 dankbaarste spel dat je ze kunt geven. En je kunt alleen maar meer 23 virtuele dieren toevoegen als je echte koopt. Het is een eff ectieve cy- 24 clus, die honderden miljoenen dollars oplevert; een kassucces zoals 25 er lang niet is geweest. 26 Dit hybride online-/offl ine-model wordt nu door iedereen ge- 27 bruikt, van Lego tot Mattel. Speelgoed bevat een geheime code 28 waarmee je virtuele goederen in gratis onlinespelletjes op de web- 29 site van de fabrikant kunt deblokkeren. Een ander gratis online- 30 spelletje voor kinderen, Neopets, verkoopt fysieke kaartjes van de 31 huisdieren, die je kunt ruilen. Maple Story doet hetzelfde met zijn 32 eigen fi guren. Andere spelletjes verkopen van alles, van series pop- 33 petjes tot T-shirts. 34 Het is de zuiverste vorm van marginale-kosteneconomie: geef 35

179

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.180

1 de versie die je kosteloos kunt distribueren weg en vergroot de 2 waarde van het ding dat met een winstmarge van 40% in de winkels 3 ligt. Met Gratis maak je Betaald lucratiever. 4 5 6 Gratis muziek 7 Waar de videogame-industrie haastig op weg is naar Gratis om de 8 groei te versnellen, beweegt de muziekindustrie zich strompelend 9 naar Gratis om de neergang te vertragen. Maar de eerste experi- 10 menten zijn bemoedigend. Het succes van Radioheads noem-je- 11 eigen-prijs-experiment met In Rainbows is inmiddels legendarisch. 12 In plaats van hun zevende album zoals gebruikelijk in de winkel te 13 verkopen, bracht de band het online uit met het verzoek ervoor te 14 betalen wat je wilde. Sommigen kozen ervoor om niks te betalen, 15 zoals ik (niet omdat ik het niets waard vond maar om te zien of dat 16 inderdaad mocht), terwijl anderen meer dan $20 betaalden. De 17 gemiddelde prijs was $6. 18 In Rainbows werd Radioheads succesvolste album in commer- 19 cieel opzicht. In een tijdperk waarin het met de muziekverkoop 20 sterk bergafwaarts gaat, meldde Radiohead cijfers waarvan je 21 mond openvalt: 22 23 • Van het album werden wereldwijd drie miljoen exemplaren 24 verkocht, inclusief downloads van de website, fysieke cd’s, 25 een luxe box met twee cd’s en een grammofoonplaat, plus 26 iTunes en andere uitgaven van digitale detailhandelaren. 27 • Van de luxe boxen, die $80 kostten, werden er 100.000 ver- 28 kocht. 29 • Radiohead verdiende, voordat de fysieke cd uitkwam, meer 30 aan de digitale downloads dan aan alle formats van het voor- 31 gaande album samen. 32 • Toen twee maanden na de digitale vorm waarvoor je zelf de 33 prijs mocht bepalen, de fysieke cd uitkwam, kwam deze toch 34 nog op nummer 1 de hitlijsten binnen van de VS en het VK. 35 En ook de betaalde downloads op iTunes kwamen binnen

180

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.181

op nummer 1, met een verkoop van 30.000 downloads in de 1 eerste week. 2 • De tournee die Radiohead volgend op het verschijnen van 3 het album hield, was groter dan ooit. Er werden 1,2 miljoen 4 kaarten verkocht. 5 6 Radiohead is lang niet de enige band die begrijpt hoe nuttig Gratis 7 is als je een breed publiek wilt bereiken, waarvan een deel mis- 8 schien ooit betalende klant wordt, in de vorm van concertgangers, 9 T-shirtkopers of zelfs – stel je voor – muziekkopers. De meest uit- 10 eenlopende artiesten, van Nine Inch Nail’s Trent Reznor tot Prince, 11 hebben voor een vergelijkbare gratis-strategie gekozen En er zijn 12 talloze bedrijven buiten de eigenlijke muziekindustrie die enorm 13 van gratis muziek profi teren. Op nummer één staat Apple met zijn 14 royale iPods die duizenden dollars zouden kosten als je ze met be- 15 taalde muziek vulde. 16 17 HOE KAN EEN MUZIEK-CD 18 NU GRATIS ZIJN? 19 20 In juli 2007 bracht Prince zijn nieuwe album, Planet Earth uit door een exemplaar 21 ervan – winkelwaarde $19 – weg te geven bij de 2,8 miljoen exemplaren van de zon- dageditie van de Londense Daily Mail. (Bij de krant zit wel vaker een cd, maar dit 22 was de eerste met gloednieuw materiaal van een ster.) Hoe kan een platina-artiest een nieuwe plaat nu weggeven? En hoe kan een krant hem gratis distribueren? 23 24 Prince verdiende geld met het weg- Prince stimuleerde de ticketverkoop. 25 geven van zijn nieuwe plaat. Strikt genomen verloor de artiest geld met de deal. Hij vroeg de Daily Mail een licentievergoeding van 36 26 cent per disk in plaats van de voor hem gebruikelijke Prince $2. Maar het verlies maakte hij ruimschoots goed 27 met de ticketverkoop. De Purple One gaf 21 Potentiële licentie-inkomsten $5,6 m uitverkochte optredens in de Londense 02 Arena in 28 Licentie-inkomsten van Daily Mail $1 m augustus, wat hem een record aan concertinkomsten Bruto opbrengst concert in Londen $23,4 m in deze regio opleverde. 29 NETTO-INKOMSTEN $18,8 m De Daily Mail poetste zijn merknaam fl ink op. 30 Met dit weggevertje werd de oplage die dag met De Daily Mail 20 procent opgekrikt. Dat bracht extra inkomsten 31 in het laadje, maar niet voldoende om de kosten Licentievergoeding $1 m te dekken. Toch beschouwt de directie van de Daily 32 Productie/promotie $1 m Mail het weggevertje als een succes. Hoofdredacteur Extra inkomsten van kiosken $1,3 m Stephen Miron zegt dat de actie zowel redactioneel 33 VERLIES $700.000 als fi nancieel heeft gewerkt: ‘Omdat we pioniers zijn, willen adverteerders bij ons komen.’ 34 BRONNEN: DAILY MAIL, 02 ARENA 35

181

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.182

1 Maar met ‘muziekindustrie’ bedoelen we gewoonlijk de traditione- 2 le platenmaatschappijen, die Gratis de schuld geven van hun neer- 3 gang (dit meestal vanwege piraterij). Die beschuldiging kan ergens 4 wel terecht zijn, maar het is een vergissing om de belangen van de 5 platenmaatschappijen gelijk te stellen aan die van de muziekmarkt 6 in brede zin. Platenmaatschappijen verpakken en verkopen van 7 oudsher muziekopnamen en zoals we allemaal weten, is die busi- 8 ness hopeloos in verval. Terwijl vrijwel alle andere onderdelen van 9 de muziekmarkt groeien, vaak als gevolg van het concept Gratis. 10 Er zijn meer bands die meer muziek maken dan ooit. In 2008 11 voegde iTunes, de grootste muziekwinkel in de VS, vier miljoen 12 nieuwe tracks aan zijn catalogus toe (goed voor ruwweg zo’n 13 400.000 albums!). Tegenwoordig zie je nog maar zelden een band 14 die geen MySpace-pagina heeft waarop je gratis een stuk of vier 15 songs kunt beluisteren. Er luisteren meer mensen meer uren per 16 dag naar muziek, want dankzij iPod kun je de muziek die je wilt 17 horen overal mee naartoe nemen. De markt van muzieklicenties 18 voor televisie, fi lms, reclames of videogames is groter dan ooit. 19 En in de mobiele telefonie groeit de muziek ook als kool, met 20 ringtones, ringbacks en de verkoop van individuele songs. En dan 21 heb je nog Apple, wiens oude Mac-motto – Rip, Mix, Burn – een 22 eerbetoon-met-een-knipoog was aan de kracht van gratis muziek 23 als middel om computers, muziekspelers en telefoons te verkopen. 24 Maar vooral de concertbusiness groeit en bloeit, deels omdat je 25 met gratis muziek je fanclub kunt uitbreiden. Live optredens waren 26 altijd al de meest lucratieve onderdelen van de business. In 2002 27 verdienden de 35 topbands die op tournee gingen, waaronder de 28 Eagles en de Dave Matthews Band, vier keer zo veel met hun con- 29 certen als met de verkoop van platen en licenties, volgens Allen 30 Krueger, econoom aan de universiteit van Princeton. Sommige 31 bands, bijvoorbeeld de Rolling Stones, verdienden zelfs 90% van 32 hun inkomsten met tournees. De prijs van toegangskaarten kan 33 oplopen tot honderden dollars, een ontwikkeling die geleid heeft 34 tot een bloeiende secundaire markt voor de doorverkoop van 35 kaartjes. (Vorig jaar kocht eBay StubHub, een van de grootste

182

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.183

doorverkopers.) En waarom ook niet? Onvergetelijke ervaringen 1 zijn het ultieme schaarse goed. 2 Tegenwoordig duurt het zomerfestivalseizoen een half jaar en 3 een complete generatie jongeren richt zijn hele leven daarop in. 4 De inkomsten komen niet alleen van de bezoekers: vaak worden 5 tournees gesponsord en bedrijven als Camel betalen voor het recht 6 om gratis sigaretten te mogen uitdelen aan festivalgangers. Met het 7 eten en drinken, de merchandise en de behuizing zijn festivals een 8 complete toeristische industrie, die is opgebouwd rond de aantrek- 9 kingskracht van muziek, een product waarvoor veel fans dachten 10 nooit te hoeven betalen. 11 De grote platenmaatschappijen begrijpen maar al te goed dat 12 hun rol in deze wereld kleiner wordt. ‘De muziekwereld groeit,’ zei 13 Edgar Bronfman, de bestuursvoorzitter van Warner Music in 2007 14 tegen investeerders. ‘De platenindustrie groeit niet.’ Wat daaraan te 15 doen is, is een tweede. Sommigen hebben besloten om te vechten 16 voor wat ze nog hebben, met rechtszaken tegen piraterij en vaak to- 17 renhoge royaltyeisen aan bedrijven die nieuwe manieren verzinnen 18 om consumenten muziek te laten horen, zoals bijvoorbeeld inter- 19 netradio. Anderen kiezen ervoor om zich met innovaties uit deze 20 malaise te worstelen en stappen over op het ‘360-model’, waarin 21 ze alle aspecten van een artiestencarrière opnemen, inclusief tour- 22 nees, licenties, endorsements of (soft -)sponsoring en merchandise. 23 (Tot nu toe hebben platenmaatschappijen hier maar beperkt suc- 24 ces mee gehad, wat vooral komt doordat ze niet zo goed zijn in die 25 andere taken. Vaak klagen artiesten over de hoge tarieven die ze 26 kwijt zijn aan die maatschappijen.) 27 Maar een paar kleinere platenmaatschappijen hebben meer suc- 28 ces met vernieuwen, en vaak gebruiken ze daarbij een vorm van 29 Gratis. rcrd lbl, een bedrijf dat is opgericht door blogger Pete 30 Rojas, biedt gratis muziek, ondersteund door advertenties. Er ko- 31 men steeds meer noem-je-prijs-modellen. En de kleinere muziek- 32 bedrijven die de weer in opkomst zijnde vinyl lp’s verkopen aan 33 kieskeurige muziekliefh ebbers, bieden gratis downloads als voor- 34 proefj e. In Nashville voerde ino Records eind 2006 een experiment 35

183

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.184

1 uit met een plaat van Derek Webb: Mocking Bird. Hij legt uit wat er 2 gebeurde: 3 4 Ik had een plaat waar ik trots op was, maar de platenmaat- 5 schappij had geen geld meer voor marketing en de ver- 6 koop verliep druppelsgewijs. Daarom haalde ik de maat- 7 schappij over om de plaat gratis weg te geven. Er zat wel 8 een addertje onder het gras. We vroegen iedereen die de 9 plaat downloadde niet alleen om zijn naam, e-mailadres 10 en postcode, we vroegen ze ook om, via e-mailadressen 11 die ze op moesten geven (maar die we niet zouden be- 12 waren), de plaat bij vijf vrienden aan te bevelen die hem 13 misschien ook wilden downloaden. In drie maanden tijd 14 gaf ik 80.000 platen weg. Sindsdien heb ik die e-maillijst op 15 postcodes doorgelopen om erachter te komen waar mijn 16 fans zitten en ze vervolgens gemaild om ze binnen te halen 17 voor optredens. Tegenwoordig zijn die uitverkocht. En ik 18 verkoop een hoop merchandise. Ik heb nu een carrière. 19 20 Zo zijn er duizenden verhalen. Maar wat vooral zo interessant is, 21 is dat zelfs de grootste winnaars van de oude methode de nood- 22 zaak inzien om nieuwe modellen in te voeren. Toen de rapartiest 23 50 Cent in 2008 werd gevraagd naar de invloed van fi le sharing 24 op zijn maatschappij, G-Unit Records, sprak hij vanuit het wijdere 25 perspectief van de platenbaas die ook artiest is. Natuurlijk was fi le 26 trading pijnlijk voor zijn platenmaatschappij, maar er was een veel 27 grotere oorlog te winnen: 28 29 De technologische vooruitgang heeft invloed op iedereen 30 en we moeten ons allemaal aanpassen. Het gaat erom dat 31 de muziekindustrie begrijpt dat het niet echt schadelijk is 32 voor de artiesten. Een jonge fan kan net zo oprecht genie- 33 ten van de muziek, het maakt niet uit of hij die gekocht of 34 gestolen heeft . De concertzalen zitten bomvol en de indus- 35 trie moet begrijpen dat ze het hele pakket rond de artiest

184

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.185

moeten aanpakken. Ze moeten de inkomsten uit concer- 1 ten en merchandise optimaliseren. 2 3 4 Gratis boeken 5 Dit hoofdstuk zou natuurlijk niet compleet zijn als ik niet even iets 6 over gratis boeken zeg, waarvan dit er een is (althans, de digitale 7 versie van dit boek). Boeken vormen een speciaal geval van ge- 8 drukte media, net als bepaalde glossy tijdschrift en, die de meeste 9 mensen het liefst in fysieke vorm willen hebben. Gelukkig is de 10 boekenindustrie niet in verval, maar dat heeft honderden auteurs 11 (en een enkele uitgever) er niet van weerhouden om hun eigen 12 experimenten met Gratis uit te voeren. 13 Het grote verschil tussen boeken en muziek is dat bij de eerste 14 de superieure versie voor de meeste mensen nog altijd gebaseerd 15 is op atomen, niet op bits. Ondanks alle nadelen in kosten, hebben 16 dode bomen die over bladzijden worden uitgesmeerd nog altijd 17 een lange levensduur, een hoge schermresolutie en een uitstekende 18 draagbaarheid, om nog maar te zwijgen van hun fraaie verschijning 19 op de boekenplank. Maar de markt voor digitale boeken – luister- 20 boeken, e-books en webdownloads – groeit snel. Ze voorzien in 21 een vraag waaraan fysieke boeken niet kunnen voldoen, van de 22 behoeft e aan iets wat je al rijdend kunt lezen tot die aan iets wat je 23 op elk moment overal kunt doen. 24 De meeste modellen voor gratis boeken zijn op een of andere 25 manier gebaseerd op freemium. Of het nu om een paar hoofdstuk- 26 ken gaat die je tijdelijk kunt downloaden of om een pdf-versie die 27 permanent beschikbaar is, met de digitale vorm kun je een maxi- 28 maal aantal mensen het boek laten testen in de hoop dat iemand 29 het ook koopt. 30 De sciencefi ctionauteur Neil Gaiman bijvoorbeeld gaf American 31 Gods in 2008 vier weken lang weg als digitale download. Eerst kwa- 32 men de gebruikelijke angsten en bezwaren: dat het ten koste zou 33 gaan van de verkoop in de winkels of dat het vanwege de kortston- 34 dige beschikbaarheid contraproductief zou zijn, omdat het al weer 35

185

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.186

1 weg was tegen de tijd dat veel mensen erover hadden gehoord. Het 2 tweede bezwaar is moeilijk te controleren, maar het eerste bleek 3 een vergissing. Niet alleen werd American Gods een bestseller, de 4 verkoop van ál Gaimans boeken in onafh ankelijke boekhandels 5 steeg met 40% in de periode dat die ene titel gratis verkrijgbaar was. 6 Vijfentachtigduizend mensen lazen een stuk van het boek online, 7 gemiddeld 45 bladzijden. Meer dan de helft vond het onplezierig 8 om het online te lezen, maar dat was juist een aansporing om de ge- 9 makkelijk leesbare hardcover te kopen. Vervolgens gaf Gaiman zijn 10 volgende kinderboek, Th e Graveyard, gratis online weg als voorge- 11 lezen verhaal in een streaming video, een hoofdstuk per keer. Ook 12 dat werd een bestseller. 13 Gratis non-fi ctieboeken, en vooral die over economische/fi nan- 14 ciële onderwerpen, zijn vaker min of meer gemodelleerd naar het 15 voorbeeld van gratis muziek. Het digitale boek met lage marginale 16 kosten functioneert echt als marketing voor de speech met hoge 17 marginale kosten of voor een consultantsbezoekje, net zoals gratis 18 muziek marketing is voor concerten. Je kunt de ideeën van de au- 19 teur in een overvloedig beschikbare eenheidsversie gratis krijgen, 20 maar als je wilt dat die ideeën op jouw bedrijf, vakcongres of be- 21 leggersvergadering worden toegespitst, zul je moeten betalen voor 22 de schaarse tijd van de auteur. (Inderdaad, dat is ook mijn model. 23 Meer informatie over speeches vind je op mijn website!) 24 Dit kan zelfs voor fysieke boeken werken. Vaak kopen consul- 25 tants duizenden exemplaren van hun eigen strategische wijsheden 26 op om deze gratis aan potentiële klanten te geven, een tactiek die zo 27 veel voorkomt dat bestsellerlijsten inmiddels speciale opsporings- 28 methoden hebben ontwikkeld om die bulkverkoop te negeren. In 29 Europa bieden kranten soms gratis kleine paperbacks (en nu en 30 dan ook een serie) aan bij de krant in de kiosk om de verkoop op 31 te drijven. En auteurs bieden steeds vaker gratis presentexemplaren 32 aan elke blogger die er maar een wil hebben – ‘de lange staart van 33 recensenten’ – met het argument dat dergelijke mond-tot-mond- 34 reclame wel de paar dollar waard is die elk exemplaar kost. 35 Net als alles in het Gratis-concept is dit niet onomstreden.

186

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.187

HOE KAN EEN STUDIEBOEK 1 NU GRATIS ZIJN? 2 3 Studenten moeten soms wel tot $1000 per jaar aan boeken uitgeven. Dat is nogal wat als 4 je bedenkt dat een biologieboek van $160 misschien maar een half jaar op de plank staat. Niet voor nik s is de mark t voor t weedehandsboeken zo groot en proberen uitgevers die te 5 verstoren met nieuwe edities waarin de paginanummers zijn veranderd en meer van derge- lijke tactieken. Wat komt ervoor in de plaats als dit model uit elkaar valt? Misschien iets wat 6 in de buurt komt van Flat World Knowledge’s ‘open studieboeken’, gratis werken die kun- nen worden samengesteld, bijgewerkt en opnieuw ingedeeld tot cursusmateriaal op maat. 7 Maar wat is het voordeel voor een uitgever of auteur als hij een boek van $160 weggeeft? 8

Verkoop meer dan studieboeken alleen. Je Haal auteurs over. FWK biedt een hoger 9 kunt de inhoud van een gedrukt studieboek in royaltypercentage en op den duur hogere 10 kleinere stukken opdelen (of bewerken) en in opbrengsten. Vanwege de winstmarges die allerlei formaten zetten en op allerlei manieren boekhandels krijgen, krijgt een traditionele uitgever netto $105 van een studieboek dat $160 11 verkopen. Het resultaat is aantrekkelijker voor kost. De auteur krijgt 15%. In een klas met 100 studenten die bijvoorbeeld niet een heel boek leerlingen koopt 75% de tekst voor $160. Elk jaar 12 online lezen, maar bijvoorbeeld mp3’s van een kan de verkoop met de helft dalen, omdat er steeds paar hoofdstukken kopen voor hun tentamens. meer tweedehandsexemplaren beschikbaar zijn 13 (uitgever noch auteur profi teren van de verkoop van digitaal boek (online) ...... Gratis tweedehandsboeken). In het vierde jaar betalen 14 gedrukt boek (zwart-wit) ...... $29,95 misschien nog maar vijf leerlingen de volle prijs. gedrukt boek (in kleur) ...... $59, 95 Tot de publicatie van de volgende editie krijgt de 15 (met printing-on-demand kunnen de kosten worden auteur steeds minder royalty’s en de uitgever steeds gedrukt) minder inkomsten. 16 pdf hele tekst die kan worden afgedrukt ...... $19,95 In het model van FWK is het instappunt zo veel (drukken en binden zou een winkelprijs van $40 opleveren) goedkoper (inclusief gratis) dat er vrijwel geen 17 pdf hoofdstuk dat kan worden afgedrukt ...... $1,99 markt voor tweedehandsboeken bestaat. Uit een audioboek (mp3) ...... $29,95 steekproef die in 2008 op twintig universiteiten 18 audiohoofdstuk (mp3) ...... $2,99 werd gedaan bleek dat bijna de helft van de 19 audiosamenvattingen (10 min) ...... $0,99 studenten voor een of andere vorm van FWK-tekst e-book syllabus - hele tekst ...... $19,95 betaalde. Het gemiddelde bedrag was slechts $30, 20 e-book syllabus - hoofdstuk ...... $1,99 maar FWK kan na zes jaar dezelfde inkomsten (met fl ash cards - hele tekst...... $19,95 minder overhead- en bedrijfskosten) genereren. 21 fl ash cards - hoofdstuk ...... $0,99 Met een royaltypercentage van 20% op alle verkochte inhoud, ontvangt een auteur na twee 22 jaar al meer aan royalt y’s. 23 Inkomsten open studieboeken versus inkomsten van gedrukte uitgaven 24

$45,000 25

$40,000 26 INKOMSTEN GEDRUKTE UITGAVEN $35,000 INKOMSTEN FWK 27 $30,000 28 $25,000 29 $20,000 30 $15,000 31 De inkomsten van Flat World Know- $10,000 ledge per tekstboek zijn na 6 jaar hoger dan die van een traditionele 32 $5,000 uitgever van gedrukte tekst. 33 0 JAAR 2345678910 34 35

187

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.188

1 Howard Hendrix, de vice-president van de Sciencefi ction Writers 2 of America, noemt auteurs die hun boeken gratis weggeven ‘web- 3 schoft en’, en er zijn uitgevers die nog steeds betwijfelen of gratis 4 boeken de vraag stimuleren in plaats van dat ze die bevredigen 5 (dit soms op basis van ervaring). Maar in een wereld waarin de 6 plankruimte in boekwinkels krimpt en er steeds vaker boeken- 7 katernen uit kranten verdwijnen, willen auteurs alles uitproberen 8 dat kan helpen een lezerspubliek op te bouwen. Zoals uitgever 9 Tim O’Reilly zegt: ‘De vijand van de auteur is niet piraterij, maar 10 onbekendheid.’ Gratis is de goedkoopste manier om zo veel mo- 11 gelijk mensen te bereiken. En als dat met een digitale testversie 12 lukt, zullen sommigen de ‘superieure’ versie kopen. Zolang lezers 13 hun boeken in de vorm van atomen willen blijven lezen, zullen ze 14 daarvoor blijven betalen. 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

188

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.189

1 2 10 | Hoe groot is de 3 4 Gratis-economie? 5 6 Er komt meer bij kijken dan dollars en centen alleen 7 8 9 10 Die vraag krijg ik de hele tijd: hoe groot is de Gratis-economie? Er 11 is maar één redelijk antwoord op te geven: welke Gratis-economie 12 bedoel je? Dat is relevant, want er zijn er een heleboel, van de for- 13 mele commerciële economie tot de informele vrijwilligersecono- 14 mie. Om het nog ingewikkelder te maken zijn de echte moeilijk te 15 meten, en de valse zijn dus niet echt. De talloze onbetaalde dien- 16 sten die we elkaar elke dag bewijzen, uit vriendelijkheid of sociale 17 verplichting, rekenen we maar helemaal niet mee. En ‘één betalen, 18 één gratis’ telt niet als een nieuw economisch model dat de moeite 19 van het navolgen waard is. 20 Laten we ons even snel afmaken van ‘gratis’ als marketingtruc. 21 Dat is zo’n beetje de hele economie. Ik betwijfel of er een branche 22 bestaat die er niet in een of andere vorm gebruik van maakt, van 23 gratis tests tot gratis beloningen in de verpakking. Maar het mees- 24 te daarvan is niet echt gratis – het is een of andere rechtstreekse 25 kruissubsidie, waarbij de betaling van de ene plek naar de andere 26 verschuift . Het is niet méér een afzonderlijke markt dan de ‘kor- 27 tingeneconomie’ dat zou zijn, of welk ander marketinginstrument 28 dan ook. 29 Maar hoe zit het dan met de non-monetaire economieën van 30 reputatie en aandacht? Dit zijn echte economieën, in die zin dat 31 het markten zijn met pseudo-valuta die je kunt meten en waarde- 32 ren, van ‘oogappels’ tot Facebook-vrienden. Maar omdat dit non- 33 monetaire markten zijn, worden ze per defi nitie niet gemeten in 34 dollars en centen. Dit heeft sommige mensen er niet van weerhou- 35

189

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.190

1 den om het toch te proberen, en enkele van die pogingen zijn zeer 2 creatief. 3 Begin 2009 begon Burger King met een van hun welbekende 4 subversieve campagnes. Onder de naam ‘Whopper Sacrifi ce’ bood 5 de hamburgerkoning Facebook-leden een gratis hamburger aan 6 voor elke tien mensen die ze uit hun sociale netwerk haalden. (Dit 7 moest bewijzen dat ‘je je vrienden mag, maar van de Whopper 8 houdt’. Waarschijnlijker is dat ze Burger King met een beetje ophef 9 extra bekend wilden maken). 10 Toevallig bestaat er al een lange traditie van het meten van eco- 11 nomieën in termen van hamburgers, die is begonnen met de ‘Big 12 Mac Index’ van Th e Economist, waarin de prijzen van McDonald’s’ 13 hamburgers in verschillende landen vergeleken worden. Zo willen 14 ze zien of de wisselkoersen eerlijk worden gewaardeerd (met het 15 argument dat je met een roepie kunt sjoemelen maar met een Big 16 Mac niet). Dus verzonnen bloggers snel iets vergelijkbaars met de 17 Whopper Sacrifi ce en Facebook. 18 Facebook-‘vrienden’ vormen een klassieke reputatiemunteen- 19 heid. Hoe meer ‘vrienden’ je hebt, hoe meer invloed je hebt in de 20 Facebook-wereld en hoe meer sociaal kapitaal je kunt uitgeven. De 21 grootste waarde van Facebook zit ’m dan ook in het feit dat het de 22 grootste gesloten reputatievalutamarkt ter wereld heeft geschapen. 23 Puur op basis daarvan wordt de waarde van Facebook getaxeerd 24 op vele miljarden. 25 Maar het is lastig om precies uit te zoeken hoeveel miljarden 26 dollars Facebook precies waard is. Waarschijnlijk is het een of an- 27 dere vermenigvuldiging van het aantal gebruikers en het aantal 28 connecties onderling, want dat gebeurt er als je iemand ‘bevriend’ 29 maakt. Die handeling is al een uitwisseling van reputatievaluta en 30 als die valuta iets waard zijn, moeten ze ook iets waard zijn voor 31 de persoon die ze geeft . Maar hoeveel? En wat betekent dat voor de 32 taxatie van Facebook? 33 Door een dollar op een vriend te zetten, maakte Burger King 34 eigenlijk een schatting van de marktwaarde van Facebook. Blogger 35 Jason Kottke maakte een sommetje:

190

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.191

Facebook heeft 150 miljoen gebruikers en de gemiddelde 1 gebruiker heeft 100 vrienden. Voor elke vriendschap is de 2 instemming van beide kanten nodig, dus kan elke gebrui- 3 ker gemiddeld maar de helft van zijn vriendschappen op- 4 zeggen. De prijs van een Whopper is zo’n $2,40. Dit bete- 5 kent dat de vriendschappen van iedere gebruiker ongeveer 6 5 Whoppers waard zijn, of $12. Reken maar uit: 7 8 $12/gebruiker x 150 miljoen gebruikers = taxatie van $1,8 9 miljard van Facebook 10 11 Dit is interessant genoeg aanzienlijk minder dan de 10 tot 15 mil- 12 jard dollar waarop investeerders in het sociale netwerk, onder wie 13 Microsoft , Facebook in 2007 en 2008 hadden geschat. Maar nu 14 de economie instort en Facebook er nog steeds niet uit is hoe het 15 sneller geld kan verdienen dan uitgeven, zat Burger King er mis- 16 schien dichter bij dan Bill Gates. (Begin 2009 bleek uit uitgelekte 17 papieren van investeerders inderdaad dat Facebooks waarde begin 18 juli 2008 intern op niet meer dan $3,8 werd geschat, en mogelijk is 19 dat inmiddels nog minder.) 20 Aandacht en reputatie zijn duidelijk iets waard, anders zouden 21 bedrijven niet zoveel spenderen aan advertenties om ze te beïn- 22 vloeden. We zetten elke dag een prijs op aandacht: de kosten om 23 duizend radioluisteraars 30 seconden lang te bereiken; de prijs om 24 een miljoen football-kijkers te dwingen om het spel te onderbre- 25 ken. En iedere keer dat een agent van een fi lmster onderhandelt 26 over een fi lmrol, wordt er een reputatie getaxeerd. Maar er is nog 27 veel meer aandacht en reputatie in de wereld dan je kunt meten in 28 media en beroemdheid. We hebben alleen geen idee hoevéél meer. 29 Is het wereldwijde aanbod van aandacht een vaste hoeveelheid 30 en moet er voor elke ster die op YouTube rijst een andere vallen om 31 een soort kosmische constante te handhaven? Heeft de ene genera- 32 tie meer vermogen tot aandacht dan de andere, of wordt datzelfde 33 vermogen door multitasking alleen maar in dunnere plakjes ver- 34 deeld? 35

191

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.192

1 Denk nog eens aan het ‘getal van Dunbar’, het maximale aantal 2 relaties dat een individu kan onderhouden, waarbij hij/zij weet wie 3 elke persoon is en wat de relatie van elke persoon tot elke andere 4 persoon is. Op grond van tientallen jaren antropologisch onder- 5 zoek, studies naar beschavingen tot duizenden jaren geleden, is 6 dat maximum vastgesteld op 150. Maar toen waren MySpace en 7 verwanten er nog niet. Nu kun je met soft ware een veelvoud van 8 dat aantal aan links onderhouden. Het gemiddelde aantal vrienden 9 van MySpace-leden ligt rond de 180 en vaak lopen ze in de dui- 10 zenden. Heeft silicium ons reputatievermogen vergroot of is onze 11 opvatting over ‘vriend’ alleen maar verwaterd? 12 Goeie vragen allemaal, maar het zal nog wel een generatie duren 13 voor we daar een antwoord op hebben. Laten we ondertussen nog 14 een paar concrete vormen van Gratis doornemen en een globale 15 schatting geven van hun omvang. 16 De ‘drie-partijenmarkt’ is de gemakkelijkst te meten vorm van 17 Gratis. Dit is de wereld van door advertenties gesteunde gratis me- 18 dia die we eerder bespraken. Hieronder vallen de meeste radio- en 19 tv-uitzendingen, webmedia en de snelgroeiende markt van gratis 20 gedrukte publicaties, van kranten tot tijdschrift en met een ‘gecon- 21 troleerde oplage’. De inkomsten van de top-100- mediabedrijven in 22 de VS alleen bedroegen $45 miljard in 2006. 23 Online maken vrijwel alle mediabedrijven hun aanbod gratis, 24 waarbij ze steunen op advertenties, net zoals veel non-mediabe- 25 drijven (bijvoorbeeld Google). Daarom reken ik de hele online- 26 advertentiemarkt tot de categorie ‘betalen voor inhoud die daar- 27 door gratis is voor consumenten’. Dat is nog eens 21 tot 25 miljard 28 dollar. Gratis kranten en tijdschrift en leveren waarschijnlijk een 29 miljard meer op. Ongetwijfeld vergeet ik allerlei onafh ankelijke 30 bedrijven die daarbuiten vallen. Maar laat ik het totaal van on- en 31 offl ine-inhoud die door advertenties wordt ondersteund voorzich- 32 tig schatten op 80 tot 100 miljard dollar. 33 De derde vorm, die je nu wel kent, is freemium (economen noe- 34 men dit versioning ofwel ‘productie op maat’). Een paar betalende 35 klanten subsidiëren dan vele niet-betalende klanten. Hiertoe beho-

192

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.193

ren zowel volwassen bedrijven die prijsdiff erentiatie hanteren als 1 beginnende bedrijven die alles een tijdje gratis weggeven terwijl ze 2 bekijken of er voldoende vraag naar hun aanbod is om een bedrijfs- 3 model op te bouwen (bijvoorbeeld de meeste Web 2.0-bedrijven). 4 We kunnen onmogelijk alle bedrijven categoriseren die dit 5 model gebruiken, maar Forrester Research, een adviesbureau uit 6 Cambridge, Massachusetts, heeft geschat dat de bedrijfskant daar- 7 van (bedrijven die geld uitgeven aan Web 2.0-diensten, waarvan de 8 meeste tot het premium-deel behoren van de freemiumformule) in 9 10 WAAROM ZIJN GRATIS FIETSEN IN DE ENE 11 STAD EEN SUCCES EN IN DE ANDERE NIET? 12 13 In Parijs kunnen forensen 30 minuten een fi ets lenen zonder daarvoor te hoeven betalen. 14 De door advertenties gesteunde onderneming Vélib (afkorting van vélo libre of ‘gratis fi ets’) heeft nu 1451 standplaatsen met 20.000 fi etsen. Een vergelijkbare service bestaat 15 ook in Barcelona, Montreal en Washington D.C. JCDecaux, de fi rma die Vélib fi nancieel steunt, houdt ook toezicht op bloeiende fi etsprogramma’s in Lyon en Wenen. Maar zijn 16 fi etsenplan Cyclocity in Brussel is een fl op. Waarom doen gratis fi etsen in Parijs het fantas- tisch en zijn ze in Brussel een fi asco? 17 18 Iemand die vaak naar zijn werk reist, moet in Brussel per jaar meer uitgeven dan in Parijs. 19 Parijs 20 21 €113 per jaar JAARTARIEF GEBRUIKSTARIEF 22 23 Brussel 24 €264 per jaar 25 26

Behandel fi etsers niet krenterig! In Parijs krijgen Meer fietsen op meer punten is gelijk aan 27 fi etsers voor het inschrijvingsgeld dat ze betalen meer gebruikers. Met 20.000 fietsen op 1451 (€1, €5 of €29 per dag, week of jaar) een onbeperkt standplaatsen in heel Parijs biedt Vélib service 28 aantal ritjes van 30 minuten. Voor een langere aan meer inwoners op uiteenlopende locaties, in rit betaal je extra – €1 voor 60 minuten, €3 voor plaats van enkel specifi eke buurten te bedienen. 29 90 minuten, €7 voor 2 uur enzovoort. In Brussel Het gevolg is dat veel gebruikers dagelijks op betalen fi etsers slechts €10 per jaar, maar elke een fiets stappen. Vergelijk dat met Brussel, 30 rit kost geld – €0,50 per 30 minuten. Dat heeft waar slechts 250 fi etsen beschikbaar zijn op 23 averechts gewerkt: alleen fietsers die langere standplaatsen die allemaal geconcentreerd zijn 31 tochten maken zijn in Brussel voordeliger uit dan in in de binnenstad. Waarom zou je het netwerk Parijs. Maar een gemiddelde rit in Brussel duurt 20 niet uitbreiden naar andere delen van Brussel? 32 minuten. De les is dus: mensen betalen liever een Concurrent Clear Channel heeft contracten met algemeen tarief om onbeperkt gratis te kunnen bepaalde regio’s, waardoor het door advertenties 33 rijden dan dat ze de meter telkens horen tikken. ondersteunde Cyclocity geen kans krijgt daar centraal gelegen standplaatsen te vestigen. 34 35

193

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.194

1 2008 rond de $800 miljoen lag. Je kunt er gerust van uitgaan dat de 2 consumentenkant minstens een kwart daarvan is. Het totaal komt 3 afgerond dus neer op $1 miljard. 4 Tel daar de opensourcesoft waremarkt bij op. Het ‘Linux eco- 5 system’ (alles van Red Hat tot ibm’s opensource-consultancy) staat 6 volgens adviesbureau idc nu op $30 miljard. idc schat dat andere 7 bedrijven die zijn opgebouwd rond open source, zoals mysql (met 8 een jaaromzet van $50 miljoen) en Sugar crm ($15 miljoen), in 9 totaal op minder dan $1 miljard uitkomen. 10 En dan is er de opkomende markt van online-videogames die 11 je gratis kunt spelen. Hier wordt meestal gebruikgemaakt van het 12 freemium-model. Meestal zijn dit massively-multiplayer-online- 13 games. Spelen is dus gratis, maar de aanbieders verdienen geld 14 door de fanatiekste spelers te laten betalen voor digitale schatten 15 (upgrades, kleding, nieuwe niveaus enzovoort). Ze begonnen in 16 China en Zuid-Korea (waar het inmiddels een miljardenindus- 17 trie is) en komen nu naar de VS, met spelletjes als Runescape en 18 NeoPets. De markt van ‘ontspanningsspelletjes’ (alles online, van 19 kaartspellen tot fl ashgames) staat nu op bijna $3 miljard. Zeg in 20 totaal $4 miljard. De totale freemium-markt heeft dus een omzet 21 van zo’n $36 miljard. 22 Ten slotte is er nog de gift -economie. Deze laatste categorie is 23 onmogelijk exact te becijferen, vooral omdat er zo vaak geen be- 24 drag aan vastzit. Ik zal een paar voorbeelden geven van gift en die 25 wel in bedragen worden berekend, om een idee te krijgen van de 26 omvang: Apple’s iPods, die hun waarde voor een groot deel ontle- 27 nen aan het feit dat je er duizenden songs in kunt opslaan, hebben 28 alleen zin omdat je geen tienduizenden dollars voor die muziek 29 hoeft te betalen. En natuurlijk doen veel mensen dat ook niet, om- 30 dat ze hun muziek gratis van vrienden of door handel in bestanden 31 krijgen. Hoeveel van Apple’s jaaromzet van $4 miljard aan iPods 32 mag je dan toeschrijven aan gratis? 33 En hoeveel van MySpace’s geschatte waarde van $65 miljard is 34 te danken aan de gratis muziekbands die daarop zijn gezet? Welk 35 deel van de $2 miljard die in de concertindustrie omgaat is het

194

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.195

gevolg van P2P-fi le sharing? Enzovoort. Gratis genereert een hoop 1 waarde, maar die is zoals zo veel gratis dingen moeilijk te kwan- 2 tifi ceren. Wat is de waarde van een regenbui op een zonnige dag? 3 Beide zijn goed voor de aarde, maar de voordelen zijn zo diff uus 4 dat je ze niet exact in kaart kunt brengen. 5 Wat is dus de conclusie? Met de tweede en derde categorie (ad- 6 vertenties en freemiums) meegerekend, komen we in de VS alleen 7 al gemakkelijk op een totale opbrengt van $80 miljard. Voeg daar- 8 bij de traditionele media die op advertenties drijven en je komt 9 op $116 tot $150 miljard. Wereldwijd zijn die cijfers minstens het 10 drievoudige, dus dat wordt ten minste $300 miljard. 11 Driehonderd miljard dollar is dus een redelijk voorzichtige 12 natte-vingerschatting van de Gratis-economie. Het zal zeker meer 13 zijn, want ik heb helemaal geen rekening gehouden met de oor- 14 spronkelijke vorm van Gratis – de kruissubsidie (één ding krijg je, 15 het andere betaal je). De schatting doet geen recht aan de werke- 16 lijke invloed van gratis, die net zo goed in non-monetaire termen 17 als in dollars en centen wordt gevoeld. Maar zo krijg je wel een idee 18 van de omvang. Er is een hoop gratis in de wereld en daar is een 19 hoop geld mee te verdienen. 20 Je kunt de omvang van de Gratis-wereld ook anders berekenen: 21 kijk naar de hoeveelheid arbeid die daarin gaat zitten. In 2008 no- 22 teerde Ohloh, een bedrijf dat opensource-activiteiten bijhoudt, dat 23 er momenteel 201.453 mensen werken aan het reusachtige aantal 24 van 146.970 projecten. Dat is zo’n beetje al het personeel van GM 25 bij elkaar. Dat zijn nogal wat mensen die gratis werken, ook al doen 26 ze dat niet fulltime. Stel je voor dat ze auto’s maakten! De auteur 27 Kevin Kelly heeft deze analyse ook toegepast op het web in het 28 algemeen. Hij zegt dat Google heeft berekend dat het web ruim een 29 biljoen unieke url’s heeft . (Het is lastig om uit te maken wat als 30 een unieke pagina geldt, omdat een catalogus voor iedere bezoeker 31 met iedere klik een andere view kan opleveren. Maar Google kan 32 doorgaans redelijk goed onderscheid maken tussen dergelijke links 33 en met de hand gecodeerde links.) 34 Even een schatting met de natte vinger: laten we er eens van 35

195

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.196

1 uitgaan dat elke pagina (of elke plek en alles met een permanente 2 link) gemiddeld een uur aan research, samenstelling, ontwerp en 3 programmering kost. Dan staat het web al voor een biljoen aan 4 arbeidsuren. 5 Een biljoen uren in de vijft ien jaar dat we aan het web bouwen, 6 staat gelijk aan 32 miljoen mensen die daar in dezelfde periode 7 voltijds aan werkten. Laten we zeggen dat 40% gratis is gedaan – de 8 pagina’s op Facebook en MySpace, de blogs, de talloze berichten en 9 commentaren in discussiegroepen –, dat komt neer op 13 miljoen 10 mensen, zo’n beetje de beroepsbevolking van Canada. Wat zouden 11 ze hebben verdiend als ze waren betaald? Uitgaande van een zeer 12 bescheiden salaris van $20.000 zou dat meer dan 260 miljard dollar 13 per jaar zijn geweest. 14 Kortom, Gratis is een economie zo groot als die van een heel 15 behoorlijk land. 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

196

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.197

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 De economie 11 12 van Gratis en de 13 14 wereld van Gratis 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.198

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.199

1 2 11 | Econ 000 3 4 Hoe een eeuwenoude grap de wet van de digitale 5 economie werd 6 7 8 9 10 In 1838 publiceerde Antoine Cournot, een Franse wiskundige 11 uit Parijs, het boek Recherches, dat nu als een economisch mees- 12 terwerk wordt beschouwd (in zijn tijd dachten velen daar anders 13 over). In het boek probeerde hij in kaart te brengen hoe bedrijven 14 concurreren en kwam hij na talloze berekeningen tot de conclusie 15 dat het allemaal draaide om de hoeveelheden die ze produceerden. 16 Als een fabriek kommetjes maakte en een ander bedrijf wilde een 17 fabriek openen om hetzelfde te doen, zou dat bedrijf erop toezien 18 dat het niet te veel kommetjes maakte. Dan bestond namelijk het 19 gevaar dat de markt werd overspoeld met kommetjes, wat de prijs 20 zou drukken. De twee bedrijven zouden hun productie op een of 21 andere manier gelijktijdig en onafh ankelijk van elkaar reguleren 22 om de prijzen zo hoog mogelijk te houden. 23 Zoals zo vaak gebeurt met zelfs de meest geïnspireerde werken, 24 werd het meteen genegeerd. De leden van de Franse vrije hoge- 25 school, die destijds het vak economie domineerden, waren niet 26 geïnteresseerd, en Cournot was daar bitter en ontgoocheld over. 27 (Niettemin had hij nog een indrukwekkende carrière en won hij 28 allerlei prijzen voor hij in 1877 overleed.) Maar na zijn dood werd 29 Recherches nog eens gelezen door een groep jongere economen en 30 die concludeerden dat Cournot ten onrechte door zijn tijdgenoten 31 was genegeerd. Ze vonden dat zijn modellen opnieuw onderzocht 32 moesten worden. 33 Daarom besloot Joseph Bertrand, een andere Franse wiskun- 34 dige, in 1883 om Recherches eens serieus te bestuderen. Hij moest 35

199

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.200

1 er niets van hebben. Bertrand voerde aan dat Cournot over vrij- 2 wel alles de verkeerde conclusies had getrokken. Sterker nog, hij 3 vond Cournots gebruik van de productieomvang als belangrijkste 4 concurrentiefactor zo willekeurig, dat hij half voor de grap diens 5 model omwerkte met prijzen in plaats van output als de hoofdva- 6 riabele. Gek genoeg vond hij zo een model dat net zo slim, zo niet 7 slimmer was. 8 Bertrand stelde vast dat bedrijven in plaats van hun output te 9 beperken om de prijs te verhogen en de winst te vergroten, eerder 10 de prijs lieten dalen om hun marktaandeel te vergroten. Ze zouden 11 elkaar zelfs proberen dwars te zitten tot de prijs net boven de pro- 12 ductiekosten lag, wat ‘prijszetting tegen marginale kosten’ heet. En 13 als de lagere prijzen de vraag stimuleerden, des te beter. 14 De ‘Bertrand-concurrentie’ kunnen we als volgt samenvatten: 15 16 Op een concurrentiemarkt daalt de prijs tot de marginale 17 kosten. 18 19 In die dagen waren er natuurlijk niet zo veel werkelijk concur- 20 rerende markten, althans niet zoals ze worden beschreven in de 21 modellen van deze twee wiskundigen: markten met homogene 22 producten (geen productdiff erentiatie) en zonder kartelvorming. 23 Daarom zagen andere economen weinig in beide modellen. Ze 24 vonden beide heren theoretici die complex menselijk gedrag node- 25 loos in starre vergelijkingen probeerden te stoppen. Hun onenig- 26 heid werd afgedaan als het zoveelste academische dispuut en een 27 paar decennia lang vergeten. 28 Maar in de 20e-eeuwse economie, toen markten echt concur- 29 rerend en beter meetbaar werden, keerden onderzoekers terug 30 naar de Franse kemphanen. Hele generaties doctoraalstudenten 31 bogen zich over de vraag welke bedrijfstakken zich beter leenden 32 voor de Cournot-concurrentie en welke beter voor de Bertrand- 33 concurrentie. Ik zal je de details besparen, maar de verkorte ver- 34 sie luidt als volgt: op markten van overvloed, waar je gemakkelijk 35 meer spullen kunt maken, wint Bertrand meestal; de prijs daalt

200

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.201

inderdaad vaak tot de marginale kosten. 1 Dit zou nog altijd een zeer interessante academische kwestie zijn, 2 ware het niet dat we nu bouwen aan de meest concurrerende markt 3 die de wereld ooit heeft gekend, een markt waarin de marginale 4 kosten van producten en diensten dicht bij de nul liggen. Online 5 is informatie een basisproduct en zijn producten en diensten een- 6 voudig te kopiëren. We zien dan ook dat de Bertrand-concurrentie 7 zo extreem wordt uitgespeeld dat Bertrand er zelf versteld van zou 8 staan. 9 Als ‘de prijs daalt tot de marginale kosten’ een wetmatigheid is, 10 dan is gratis niet enkel een optie maar een onvermijdelijk eindpunt. 11 Dat is de economische zwaartekracht waartegen je je niet eeuwig 12 kunt verzetten. Jasses! 13 Maar wacht eens. Is soft ware ook niet een markt met vrijwel 14 nul marginale kosten? En vraagt Microsoft geen honderden dollars 15 voor Offi ce en Windows? Ja en ja. Hoe kunnen we dat dan rijmen 16 met de theorie? 17 Het antwoord ligt in het deel over de ‘concurrentiemarkt’. Micro- 18 soft heeft een product geschapen dat enorm profi teert van netwerk- 19 eff ecten: hoe meer mensen een product gebruiken, hoe meer men- 20 sen zich gedwongen voelen om hetzelfde te doen. In het geval van 21 een besturingssysteem als Windows is dat omdat het populairste 22 systeem de meeste soft wareontwikkelaars aantrekt met als gevolg 23 dat de meeste programma’s worden ontworpen voor dat systeem. In 24 het geval van Offi ce is dat omdat je bestanden naar andere mensen 25 wilt sturen en je dus het liefst hetzelfde programma als zij gebruikt. 26 Maar voorbeelden als deze leiden vaak tot markten waarop de 27 winnaar alles krijgt. Zo heeft Microsoft een monopolie gecreëerd. 28 En wanneer je een monopolie hebt, kun je ‘monopolierente’ vra- 29 gen, dat wil zeggen $300 voor twee plastic schijfj es in een doos met 30 ‘Offi ce’ erop, terwijl de werkelijke productiekosten misschien twee 31 dollar bedragen. 32 Het andere probleem met de Bertrand Competition is dat die ei- 33 genlijk alleen geldt voor vergelijkbare producten. Maar als het ene 34 product overduidelijk superieur is aan een ander voor het doel dat 35

201

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.202

1 jou voor ogen staat, is de primaire bepalende factor niet de mar- 2 ginale kosten, maar het ‘marginale nut’ – de waarde die het voor 3 jou heeft . Op internet kan dat ofwel de kenmerken van de service 4 weerspiegelen of de mate waarin jij eraan bent gehecht. 5 Er zijn bijvoorbeeld allerlei sociale netwerken te vinden, maar 6 als al je eigen sociale connecties zich op Facebook bevinden, zou 7 je er voor geen goud vanaf willen, ook niet als Facebook je er op- 8 eens voor liet betalen. Het marginale nut van Facebook is zoveel 9 groter voor jou dan dat van de andere sociale netwerken, dat je 10 bereid zou zijn ervoor te betalen. Maar voor nieuwkomers die nog 11 geen netwerk met verbindingen op een site hebben opgebouwd, 12 ziet het marginale nut van de verschillende populaire sociale net- 13 werken er misschien hetzelfde uit. Als ze de keus hebben uit twee 14 populaire netwerken – een betaald Facebook en bijvoorbeeld een 15 gratis MySpace – kiezen nieuwkomers vaak voor de gratis optie. En 16 dat is precies waarom Facebook niets berekent: de bestaande leden 17 willen misschien wel betalen, maar ze zouden nieuwe leden gaan 18 verliezen aan concurrenten die gratis zijn. 19 20 21 Monopolies zijn niet meer wat ze waren 22 In de tweede helft van de 20e eeuw kunnen we talloze voorbeelden 23 noemen van verbijsterende winstmarges (90 procent, 95 procent 24 of nog hoger). Die leken het absolute tegenovergestelde van de 25 Bertrand-concurrentie te bewijzen. Het ging niet alleen om soft - 26 ware, maar om alle producten die voornamelijk waarde krijgen 27 door het aspect van de intellectuele eigendom. Geneesmiddelen 28 (die kosten vrijwel niets om te produceren, maar de research- en 29 ontwikkelingskosten lopen soms in de honderden miljoenen dol- 30 lars), halfgeleiderchips (idem dito), zelfs de fi lmindustrie (fi lms 31 zijn duur om te maken maar goedkoop om te kopiëren); ze vallen 32 allemaal in deze categorie. 33 Deze bedrijfstakken profi teren van iets wat ‘toenemende meer- 34 opbrengst’ heet. Dit betekent dat de vaste kosten van het product 35 (R&D, bouw van de fabriek, enzovoort) hoog kunnen zijn, maar

202

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.203

dat als de marginale kosten laag zijn, de winstmarge steeds groter 1 zal worden naarmate je meer produceert. De beloning voor het 2 volgen van een max strategy is dat je vaste kosten over een gro- 3 ter aantal eenheden worden verspreid, waardoor je winst met elke 4 eenheid omhoog kan gaan. 5 Daar is weinig nieuws aan. Zelfs Alfred Marshall, de Victoriaanse 6 econoom die het vraag-en-aanbodmodel voor het eerst heeft ge- 7 formaliseerd, beschreef al bedrijfstakken waarin de beschikbaar- 8 heid van geschoolde arbeid, de aanwezigheid van gespecialiseerde 9 leveranciers en de verspreiding van kennis de kosten progressief 10 verlagen. (Zijn beste voorbeeld ging over bestekmakers in het 11 Engelse Sheffi eld, die erin waren geslaagd de technieken van de 12 industriële revolutie toe te passen bij de massaproductie van zil- 13 verwerk.) Maar ‘toenemende meeropbrengst’ verwijst van oudsher 14 naar de opbrengsten uit de productie. De digitale markten profi te- 15 ren ook van toenemende meeropbrengsten uit de consumptie: de 16 producten worden steeds waardevoller naarmate ze meer worden 17 gebruikt, zodat er een vicieuze cirkel ontstaat die tot marktdomi- 18 nantie kan leiden. 19 Dit werkt natuurlijk alleen als je de concurrenten op een afstand 20 kunt houden. De winstmarges konden in de 20e eeuw zo hoog zijn 21 omdat er toen zo veel eff ectieve manieren waren om dat te doen. 22 Samen met monopolies waren er octrooien, copyrights en han- 23 delsmerken, handelsgeheimen en grove tactieken ten aanzien van 24 detailhandelaren, die alle hielpen om concurrenten uit de buurt te 25 houden. 26 Het probleem met het gros van dergelijke concurrentiedoden- 27 de strategieën is dat ze niet meer zo goed werken. De piraterij in 28 de soft ware- en farmaceutische industrie neemt toe naarmate de 29 technologieën voor duplicatie (van je laptop tot medische appa- 30 ratuur) zich steeds verder uitbreiden. Het grootste productieland 31 ter wereld, China, maakt octrooibescherming lastig. En omdat 32 de distributie naar het internet met zijn onbeperkte schapruimte 33 is verhuisd, kun je de concurrentie onmogelijk bij de consument 34 weg houden, hoe groot je greep op warenhuizen ook is. Omdat het 35

203

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.204

1 internet de gedemocratiseerde instrumenten van productie (com- 2 puters) combineert met het gedemocratiseerde distributie-instru- 3 ment (netwerken), is juist dat tevoorschijn gekomen wat Bertrand 4 zich had voorgesteld: een werkelijk concurrerende markt. 5 Plotseling werd een theoretisch economisch model dat ruim een 6 eeuw geleden werd bedacht als een grap om een andere econoom 7 belachelijk te maken, de wet van de prijszetting online. 8 Het is nog te vroeg om te zeggen dat je op internet niet langer 9 hoeft te vrezen voor monopolies. Dezelfde netwerkeff ecten waar- 10 mee Microsoft de desktop in een wurggreep hield, werken net zo 11 goed op het web, zoals Google zo slim heeft laten zien. Maar het 12 interessante aan online-pseudo-monopolies is dat ze zelden mo- 13 nopolierente vragen. Hoe dominant Google ook is, het vraagt geen 14 $300 voor zijn tekstverwerkers en spreadsheets – die zijn gratis 15 (Google Docs). Zelfs voor dingen die Google wel laat betalen, 16 voornamelijk advertentieruimte, wordt de prijs bij opbod bepaald 17 en niet door Google. 18 Dat geldt ook voor alle nummers één in de grote online-pro- 19 ductcategorieën, van Facebook tot eBay. Ze mogen nog zo machtig 20 zijn, macht om de prijzen te bepalen hebben ze maar bitter weinig. 21 Facebook kan alleen bodemprijzen van minder dan een dollar per 22 duizend views berekenen, en iedere keer dat eBay de inschrijvings- 23 tarieven probeert te verhogen, dreigen de verkopers weg te gaan, 24 wat gezien de overvloed aan alternatieven op internet bepaald geen 25 loos dreigement is. 26 Maar hoe verdienen ze hun miljarden dan wel? Met schaal. Niet 27 helemaal zoals de oude grap dat je geld verliest met elke verkoop 28 maar dat je dat goedmaakt met volume, nee, je verliest geld aan 29 heel veel mensen en wint dat terug bij een relatief klein aantal. En 30 omdat deze bedrijven de max strategy hanteren, kan dat relatief 31 kleine aantal nog altijd in de duizenden of miljoenen mensen lo- 32 pen. Dat is geweldig nieuws voor consumenten, die hun produc- 33 ten en diensten goedkoop krijgen, maar hoe zit het met bedrijven 34 die niet maximaal kunnen produceren? Per slot van rekening zijn 35 er voor iedere Google en Facebook honderdduizenden bedrijven

204

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.205

die nooit verder komen dan de nichemarkten. 1 Voor die bedrijven bestaat er geen eenduidig antwoord: elke 2 markt is anders. Gratis is door alle markten heen altijd een aan- 3 trekkelijk concept, maar geld verdienen aan Gratis is een kwestie 4 van creativiteit en voortdurend experimenteren, vooral als je geen 5 miljoenenpubliek hebt (en soms ook als je dat wel hebt). Achter in 6 dit boek vind je een paar voorbeelden. 7 8 9 Gratis is gewoon een andere versie 10 De economische principes achter die modellen vallen bijna allemaal 11 in de vier soorten Gratis die we hebben besproken. En economie 12 heeft geen moeite met een prijs van nul. De prijs theorie is gebaseerd 13 op wat we versioning noemen, productie op maat, waarbij verschil- 14 lende klanten verschillende prijzen betalen. Kroegeigenaren maken 15 bier goedkoop tijdens happy hours, in de hoop dat klanten blijven 16 drinken als het duurder is. 17 De basisgedachte achter versioning heeft te maken met de ver- 18 koop van dezelfde producten tegen verschillende prijzen aan ver- 19 schillende klanten. Wanneer je ’s middags voor de helft van de 20 prijs naar de bioscoop kunt of een seniorenkorting krijgt, is dat 21 een vorm van versioning. Dit is de kern van freemium: een van 22 de versies is gratis, voor de andere moet je betalen. Of om Marx 23 te parafraseren: voor iedereen naar behoeft e, ván iedereen al naar 24 gelang zijn fi nanciële draagkracht. 25 Nog een manier waarop een prijstheorie tot Gratis kan leiden, 26 is het hanteren van één tarief (‘zoveel eten als je maar wilt’) voor 27 onbeperkt gebruik, de fl at-fee. Een voorbeeld hiervan zie je bij de 28 dvd-verhuur per post van Netfl ix. Voor een vast bedrag per maand 29 kun je zo veel dvd’s huren als je wilt, met die beperking dat je er per 30 keer maar drie mag huren. Je betaalt wel, maar niet voor elke extra 31 dvd die je gebruikt (zelfs de verzendkosten zijn gratis). Daardoor 32 lijkt het of de kosten van het bekijken, het terugzenden en het be- 33 stellen van een nieuwe dvd feitelijk nul bedragen. Naar je gevoel is 34 het gratis, al betaal je maandelijks voor dit voorrecht. 35

205

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.206

1 Dit is een voorbeeld van wat economen een ‘marginale prijs’ 2 van bijna nul noemen, niet te verwarren met marginale kosten van 3 bijna nul. Het eerste wordt ervaren door de klant, het tweede door 4 de producenten. Het beste model heb je echter wanneer je de twee 5 kunt combineren, zoals Netfl ix doet. 6 Netfl ix heeft vooral vaste kosten: abonnees werven, ze houden, 7 distributiemagazijnen bouwen en soft ware ontwikkelen, dvd’s 8 aankopen. De marginale kosten van het verzenden van extra dvd’s 9 zijn vrijwel nihil – een beetje porto, een beetje arbeid (al is de 10 verzending verregaand geautomatiseerd) en wat extra royalty’s – 11 en ze vallen in het niet bij de voordelen van een grotere keuze en 12 een groter gemak voor de klant. Dus als Netfl ix zijn economische 13 belangen (spreid de vaste kosten over meer dvd’s om de marginale 14 kosten te drukken) naast die van zijn klanten plaatst (fl at fees ge- 15 ven je het gevoel dat het niets kost om meer dvd’s te huren), wint 16 iedereen. 17 In zekere zin is Netfl ix net een fi tnesscentrum. De vaste kos- 18 ten zitten in de uitrusting en het personeel. Hoe minder gebruik 19 je ervan maakt, hoe meer het bedrijf verdient, omdat ze meer le- 20 den van dienst kunnen zijn met minder capaciteit als de meesten 21 van hen vaak niet komen opdagen. Op dezelfde manier verdient 22 Netfl ix meer geld als je je video’s minder vaak inruilt voor nieuwe. 23 Het verschil is dat je je bij hen minder schuldig voelt over je lage 24 gebruik dan bij het fi tnesscentrum. 25 Je ziet dit model van de marginale prijs van bijna nul overal om 26 je heen, van het buff etrestaurant tot je mobiele telefoon en je in- 27 ternetabonnement. In alle gevallen neemt een fl at fee de negatieve 28 psychologie van de marginale prijs weg – de tikkende meter die je 29 het gevoel geeft dat je krenterig wordt behandeld – en voelen klan- 30 ten zich minder ongemakkelijk over hun consumptie. Dat werkt als 31 ze een hoop consumeren, omdat dit model vaak gepaard gaat met 32 een productiemodel van lage marginale kosten, en het werkt nog 33 beter (voor de producent althans!) als ze weinig verbruiken. Hal 34 Varian, Googles belangrijkste econoom (en een pionier in de for- 35 malisering van de Gratis-economie) zegt het zo: ‘Wie is de favoriete

206

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.207

klant van het fi tnesscentrum? Dat is de knul die zijn abonnements- 1 geld betaalt en niet komt.’ 2 Gratis is dus niets nieuws in de economie. Wel wordt het vaak 3 verkeerd begrepen. Een van de beroemdste principes die het ter 4 discussie stelt, is het zogenoemde ‘profi teursprobleem’. 5 6 7 Het non-probleem van profi teurs 8 Russell Roberts, econoom aan George Mason University, heeft een 9 populaire podcast die EconTalk heet (en uitstekend is). Tijdens een 10 uitzending in 2008 merkte hij het volgende op: 11 12 Een van de fascinerende dingen [aan Wikipedia] is dit. Als 13 je economen in 1950, 1960, 1970, 1980, 1990 of zelfs 2000 14 had gevraagd: ‘Kan Wikipedia werken’, hadden de meeste 15 nee gezegd. Ze hadden aangevoerd dat ‘het gewoon niet 16 werkt omdat er zo weinig eer aan te behalen valt, begrijp je. 17 Er is geen winst. Iedereen zal ervan profi teren. Ze zouden 18 het fantastisch vinden als Wikipedia bestond, maar nie- 19 mand gaat het maken, want er is een profi teursprobleem.’ 20 En ze zaten er allemaal naast. Ze begrepen verkeerd dat het 21 plezier op zichzelf voor een deel opweegt tegen dat profi - 22 teursprobleem. 23 24 Het profi teursprobleem is de donkere keerzijde van gratis produc- 25 ten of diensten. Zoals de ‘gratis-lunchmaniak’ blijft rondhangen in 26 het restaurant, zijn profi teurs mensen die meer dan een redelijk 27 deel van een voorziening consumeren of minder dan een redelijk 28 deel van de productiekosten op zich nemen. Maar omdat ‘redelijk’ 29 volstrekt subjectief is, wordt dit in de economie alleen als een pro- 30 bleem gezien als het de markt kapotmaakt. Dus een paar hebbe- 31 rige vakantiegangers die het hele gratis buff et in het hotel leegeten, 32 waardoor het management het maar helemaal weghaalt, zijn een 33 voorbeeld van profi teurs die alle perken te buiten gaan. 34 Maar Timothy Lee, computerwetenschapper en docent aan het 35

207

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.208

1 Cato Institute, merkte op dat de 20e-eeuwse interpretatie van dit 2 probleem om twee redenen niet echt meer opgaat. Ten eerste om- 3 dat er daarbij van wordt uitgegaan dat de kosten van het geconsu- 4 meerde product hoog genoeg zijn om je daar zorgen over te maken; 5 anders gezegd, dat die kosten gecompenseerd moeten worden. Dat 6 geldt misschien voor een lunchbuff et, maar niet voor dingen die 7 mensen graag gratis doen als ze maar een publiek krijgen, zoals 8 het geval is bij de meeste inhoud online. Als je wordt gelezen, is dat 9 beloning genoeg. 10 En ten tweede wordt in deze interpretatie de omvang van inter- 11 net schromelijk onderschat. Zoals we eerder zagen: als je de enige 12 ouder van een klas bent die als vrijwilliger meehelpt, zul je het 13 alle andere ouders kwalijk nemen dat ze van jouw werk ‘profi teren’ 14 zonder zelf een handje te helpen. Je bent daar misschien zo kwaad 15 over dat je ermee ophoudt. In zo’n geval moet 10 of 20% van de 16 ouders meehelpen, anders valt het hele systeem uit elkaar. 17 Maar online zijn de aantallen zo veel groter dat de meeste vrij- 18 willigersorganisaties prima werken als maar één procent een bij- 19 drage levert. Het is allesbehalve een probleem, want een groot aan- 20 tal passieve consumenten vormt de beloning voor de weinigen die 21 wel iets bijdragen – dat heet het publiek. 22 Lee zegt het zo: ‘Dit grote publiek werkt sterk motiverend om 23 voortdurend een bijdrage te leveren aan de site. Mensen vinden het 24 leuk om iets te schrijven in een encyclopedie met een groot lezers- 25 publiek; het enorme aantal ‘profi teurs’ – lees: gebruikers – maakt 26 het nu juist zo aantrekkelijk om redacteur van Wikipedia te zijn.’ 27 Met andere woorden, je hoeft geen Einstein te zijn om te be- 28 grijpen waarom Gratis zo goed werkt op internet. Het enige wat je 29 daarvoor moet doen, is de eerste tien hoofdstukken van je econo- 30 mieboek overslaan. 31 In de rest van dit laatste deel bekijken we wat er allemaal anders 32 is aan het Gratis van nu. Eerst proberen we non-monetaire mark- 33 ten zoals aandacht en reputatie te kwantifi ceren, en soms zetten 34 we die om in contanten. Vervolgens gaan we in op het paradoxale 35 woord ‘verspilling’. We hebben altijd geleerd dat je niet mag ver-

208

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.209

spillen, maar nu zouden we daar juist vaak naar moeten streven. 1 (Als schaarse dingen opeens overvloedig beschikbaar zijn, gaan 2 markten er anders mee om – ze exploiteren een goedkoop goed om 3 daarmee iets met meer waarde te creëren.) Dan gaan we over op 4 China en Brazilië, de moderne testbedden van Gratis. En dan staan 5 we even stil bij fi ctie, waar auteurs die overvloed als plotmiddel 6 kozen, gedwongen werden om na te denken over de gevolgen van 7 die overvloed. En ten slotte bespreken we de vele bezwaren tegen 8 Gratis, van de bedenkingen van degenen die vraagtekens zetten bij 9 de kracht ervan tot de zorgen van degenen die er bang voor zijn. 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

209

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.210

1 2 3 12 | Non-monetaire 4 5 economieën 6 7 Als geld niet oppermachtig is, wat dan wel? 8 9 10 11 In 1971, aan het begin van het informatietijdperk, schreef de soci- 12 ale wetenschapper Herbert Simon: 13 14 In een wereld die rijk is aan informatie betekent de rijkdom 15 van informatie een gebrek aan iets anders: een schaarste 16 aan alles wat informatie verbruikt. Wat informatie ver- 17 bruikt, is nogal duidelijk: ze verbruikt de aandacht van de 18 ontvangers. Vandaar dat een rijkdom aan informatie een 19 gebrek aan aandacht schept. 20 21 Wat Simon waarnam, was een van de oudste regels in de econo- 22 mie: ‘Elke overvloed creëert een nieuwe schaarste.’ We waarderen 23 die dingen het meest waar we niet al ruim voldoende van hebben. 24 Een overvloed aan gratis koffi e op je werk bijvoorbeeld wekt de 25 behoeft e aan veel betere koffi e, en daar willen we ook een hoop 26 voor betalen. En dat geldt voor elk eersteklas product dat komt 27 bovendrijven in de oceaan van goedkope basisproducten, van am- 28 bachtelijk voedsel tot designerwater. 29 ‘Het is helemaal waar dat de mens van brood alleen leeft – wan- 30 neer er geen brood is,’ zei Abraham Maslow in zijn baanbrekende 31 artikel uit 1943, ‘A Th eory of Human Motivation’. ‘Maar wat ge- 32 beurt er met het verlangen van de mens wanneer er brood in over- 33 vloed is en zijn buik altijd is gevuld?’ 34 Zijn antwoord, zoals dat is verwerkt in zijn inmiddels beroemde 35 ‘behoeft epiramide’, luidde als volgt: ‘Plotseling komen er andere

210

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.211

(en hogere) behoeft en op en deze, niet de fysiologische behoeft en, 1 beheersen het organisme.’ Onderaan in zijn piramide staan fysieke 2 behoeft en, zoals water en voedsel. Daarboven staat veiligheid. Het 3 volgende niveau is liefde en ergens bij horen, dan zelfrespect en 4 helemaal bovenaan staat ‘zelfverwezenlijking’, met bezigheden die 5 je een zinvol gevoel geven, zoals creativiteit. 6 Dezelfde soort piramide kun je toepassen op informatie. Als 7 onze honger naar basiskennis en -entertainment is bevredigd, wor- 8 den we kieskeuriger in de keuze van de kennis en het entertain- 9 ment die we exact willen. Ondertussen leren we meer over onszelf 10 en wat ons drijft . Uiteindelijk worden velen van ons daardoor van 11 passieve consumenten actieve producenten, gemotiveerd door de 12 psychische beloningen die je krijgt als je iets creëert. 13 Gewoonlijk helpt schaarste aan geld ons om een weg te vinden 14 door de overvloed aan beschikbare producten op de consumen- 15 tenmarkt; we kopen alleen wat we ons kunnen veroorloven (cre- 16 ditcardafschrift en even daargelaten). Dit is ook de manier waarop 17 het kapitalisme de consumentenvraag ‘bijhoudt’: door te letten op 18 waar consumenten voor willen betalen. Maar wat gebeurt er on- 19 line, waar steeds meer producten in soft ware zijn gecodeerd en 20 dus gratis aangeboden kunnen worden? Geld is steeds minder het 21 belangrijkste signaal op de markt. Daarvoor in de plaats zijn twee 22 non-monetaire factoren in opmars. 23 Deze factoren zijn wat we wel de ‘aandachteconomie’ en de 24 ‘reputatie-economie’ noemen. Natuurlijk is er niets nieuws aan 25 aandacht- en reputatiemarkten. Elke tv-serie moet in de eerste 26 categorie concurreren en elk merk in de tweede. Een beroemd- 27 heid bouwt een reputatie op en zet deze om in aandacht. Maar 28 het unieke van de online praktijk is dat deze twee factoren daar 29 bijzonder goed meetbaar zijn en met de dag meer op een echte 30 economie gaan lijken. 31 Wat verstaan we onder een ‘economie’? Voor de Grieken, van 32 wie het woord afk omstig is, was economie (oikonomia, van oi- 33 kos: ‘huis’ + nomos: ‘gebruik’ of ‘wet’) het beheren van het sociale 34 systeem van de huishouding, vandaar het vak home economics. 35

211

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.212

1 Tot halverwege de 18e eeuw kwam het woord ‘economie’ eigenlijk 2 alleen voor in de politiek en de rechtspraak. Maar Adam Smith 3 gaf de term zijn moderne betekenis toen hij economie defi nieerde 4 als de bestudering van markten, in het bijzonder wat we nu kort- 5 weg aanduiden als ‘de wetenschap van keuzen in een situatie van 6 schaarste’. 7 Tegenwoordig bestudeert de economie meer dan monetaire 8 markten alleen. Sinds de jaren zeventig zijn er specialisaties als ge- 9 dragseconomie en neuro-economie opgekomen, die alle proberen 10 de keuzen van mensen te verklaren vanuit de prikkels die ze erva- 11 ren. Aandacht en reputatie maken daar vaak deel van uit, ook al 12 worden ze formeel niet gedefi nieerd als een markt. 13 Er zijn een paar slimme pogingen gedaan om aandachtsmark- 14 ten te beschrijven in de taal van de economie, zoals deze geestige 15 pirouette uit 1999 van de Duitse econoom Georg Franck: 16 17 Als de aandacht die ik aan anderen schenk wordt gewaar- 18 deerd in verhouding tot de hoeveelheid aandacht die ik 19 heb verdiend, treedt er een rekensysteem in werking waar- 20 in zoiets als de maatschappelijke aandelenkoersen van in- 21 dividuele aandacht worden genoteerd. 22 Het is op deze secundaire markt dat maatschappelijke 23 ambitie kan bloeien. Het is de wisselkoers van aandachts- 24 kapitaal die de uitdrukking ‘kermis der ijdelheden’ (vanity 25 fair) zo treff end betekenis geeft . 26 27 Toen het echter aankwam op het kwantifi ceren van aandacht, des- 28 tijds in 1999, kon Franck alleen maar ‘iemands aanwezigheid in de 29 media’ meten, wat dat ook moge betekenen. 30 Maar wat als we aandacht en reputatie net zo kwantitatief kon- 31 den behandelen als geld? Wat als we ze konden formaliseren in 32 concrete markten, zodat we ze konden verklaren en voorspellen 33 met dezelfde formules die economen gebruiken voor de traditi- 34 onele monetaire economie? Willen we ze zo kunnen behandelen, 35 dan zouden aandacht en reputatie dezelfde kenmerken moeten

212

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.213

vertonen als andere, traditionele betaalmiddelen: meetbaar, eindig 1 en om te zetten in andere betaalmiddelen. 2 We zijn hier niet ver meer van af, dankzij de schepping van 3 Tim Berners-Lee in 1989: de moderne hyperlink. Het is iets heel 4 eenvoudigs – niet meer dan een reeks karakters die begint met 5 ‘http://’ – maar het creëerde een formele taal voor de uitwisseling 6 van aandacht en reputatie, en tevens een betaalmiddel voor deze 7 twee. Wanneer je tegenwoordig iemand aan je blog linkt, verleen je 8 hem eigenlijk een stukje van je eigen reputatie. Je zegt als het ware 9 tegen je eigen publiek: ‘Ga weg bij mij. Ga naar die andere plek. 10 Volgens mij vind je die wel leuk en als dat zo is, ga je mij misschien 11 nog aardiger vinden omdat ik hem je heb aangeraden. En als je mij 12 aardiger vindt, kom je misschien vaker terug op mijn site.’ 13 In het ideale geval maakt de overdracht van reputatie beide par- 14 tijen rijker. Een goede aanbeveling doen wekt vertrouwen onder je 15 lezers en aanbevolen worden schenkt ook vertrouwen. En met het 16 vertrouwen komt het verkeer. 17 Tegenwoordig hebben we een echte reputatiemarkt: Google. 18 Want wat is het betaalmiddel van reputatie online anders dan 19 Googles PageRank-algoritme, waarmee de inkomende links wor- 20 den gemeten die het opinienetwerk bepalen dat het web is? En wat 21 is een betere maatstaf voor aandacht dan verkeer op het web? 22 PageRank is een bedrieglijk eenvoudig idee met enorme macht. 23 Eigenlijk zegt PageRank dat inkomende links net stemmen zijn 24 en dat inkomende links van sites die zelf talloze inkomende links 25 hebben, zwaarder wegen dan links die van minder bezochte sites 26 komen. Dit soort berekeningen kunnen alleen computers maken, 27 omdat je daarvoor de hele linkstructuur van het web in je geheugen 28 moet hebben en recursief elke link moet analyseren. (Het interes- 29 sante is dat PageRank is gebaseerd op een eerdere praktijk, uit de 30 wereld van wetenschappelijke publicaties, waar dit meten op veel 31 kleinere schaal gebeurt. De reputatie van een auteur kan berekend 32 worden aan het aantal andere auteurs die hem of haar aanhalen 33 in hun voetnoten, een proces dat citatenanalyse wordt genoemd. 34 Er bestaat geen uitgesprokener reputatie-economie dan die van de 35

213

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.214

1 academische reputatie, die alles bepaalt, van benoemingen tot sub- 2 sidies.) 3 In economische termen gesproken zetten we de reputatie-eco- 4 nomie om in de aandachteconomie en die weer in contanten, en 5 wel aan de hand van deze formule: de economische waarde van 6 je site is het verkeer dat je PageRank (een cijfer tussen 1 en 9) uit 7 Googles zoekresultaten voor een gegeven periode oplevert, verme- 8 nigvuldigd met de waarde van het sleutelwoord (key word) voor 9 die periode. (Een hogere PageRank betekent meer verkeer, om- 10 dat je hoger in de lijst met zoekresultaten verschijnt). En je kunt 11 dat verkeer omzetten in oude vertrouwde contanten door gewoon 12 AdSense-advertenties op je site te plaatsen en jouw deel van de 13 opbrengsten te incasseren. 14 Of we het nu leuk vinden of niet, we leven allemaal in de Google- 15 economie, of doen dat in ieder geval een stukje van ons leven. Een 16 kwart tot de helft van al het verkeer dat op de gemiddelde website 17 terechtkomt, komt daar via een zoekvraag in Google. Er bestaat 18 een hele industrie, ‘zoekmachine-optimalisatie’ geheten, die sites 19 helpt om hun zichtbaarheid in de ogen van Google te vergroten. 20 PageRank is de gouden standaard voor reputaties. 21 Dat maakt Googles medeoprichter Larry Page (het Page-grapje 22 in PageRank) tot de centrale bankier van de Google-economie. 23 Hij en zijn collega’s beheren de geldvoorraad. Ze draaien het al- 24 goritme voortdurend zo dat het zijn waarde houdt. Naarmate het 25 web groeit, vermijden ze ‘infl atie’ van de PageRank-notering door 26 het lastiger te maken om de ranking te verdienen. Als ze zien dat 27 de PageRank-notering wordt vervalst door linkspam, stellen ze 28 het algoritme bij om die uit de roulatie te halen. Ze zorgen ervoor 29 dat hun munteenheid haar waarde behoudt door voortdurend te 30 werken aan het relevanter maken van hun zoekresultaten. Zo wer- 31 ken ze ook aan het behoud van Googles marktaandeel (momenteel 32 bijna een dominante 70%). Alan Greenspan deed niet veel anders. 33 Maar net zoals voor centrale banken tegenwoordig geldt, is het 34 controleren van één munteenheid niet hetzelfde als het controleren 35 van een hele economie. Denk aan Google als de Verenigde Staten

214

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.215

van het web – het is niet meer dan de grootste van vele reputatie- en 1 aandachteconomieën. Het is geen gesloten economie, omdat het 2 deel uitmaakt van de grotere webeconomie. En het wordt omgeven 3 door talloze andere reputatie- en aandachteconomieën, elk met 4 hun eigen betaalmiddelen. 5 Facebook en MySpace hebben ‘vrienden’. eBay heeft koper- en 6 verkopernoteringen. Twitter heeft ‘volgelingen’, Slashdot ‘karma’, 7 enzovoort. In al deze gevallen kunnen mensen reputatiekapitaal 8 opbouwen en dat omzetten in aandacht. Ze moeten allemaal zelf 9 verzinnen hoe ze die aandacht in geld kunnen omzetten, mochten 10 ze dat willen (de meesten willen dat niet). Maar tegenwoordig is het 11 kwantifi ceren van aandacht en reputatie een wereldwijde onderne- 12 ming. We zijn allemaal spelers op deze markt, of we het nu weten of 13 niet. Reputatie was ooit iets ongrijpbaars, maar wordt steeds con- 14 creter. 15 16 HOE KAN EEN UNIVERSITAIRE 17 OPLEIDING NU GRATIS ZIJN? 18 19 Je hoef t je niet in te schrijven bij de Berkeley Univer siteit om Richard 20 A. Mullers populaire colleges over ‘Natuurkunde voor toekomstige presidenten’ te bekijken. Je vindt ze op YouTube, net als colleges van 21 meer dan honderd andere docenten van Berkeley. Samen zijn ze ruim t wee miljoen keer bekeken. En Berkeley is niet de enige: Stanford en 22 MIT zenden ook colleges uit op YouTube, en dankzij ‘OpenCourse- Ware’, een initiatief van MIT, is vrijwel het hele lesprogramma inmid- 23 dels online, van collegeaantekeningen tot opdrachten en demonstratievideo’s. Het kan 24 tot $35.000 per jaar kosten om deze universiteiten te bezoeken en de colleges te volgen. Waarom geven ze die dan gratis weg? 25 26 Colleges zijn geen universitaire opleiding. Schep vraag naar expertise. Afgezien van een graad, een ‘kleinigheid’ die je Inmiddels heeft een van Mullers colleges al 200.000 27 niet via YouTube kunt krijgen, is een universitaire bezoekers getrokken. Dat is drie keer de capaciteit studie meer dan colleges en lezingen. Met het van het footballstadion van Berkeley. Toen Muller 28 collegegeld koop je nabijheid tot academici als zo’n beetje een beroemdheid was geworden, Muller en daarmee de mogelijkheid om vragen te wist hij een deal te sluiten voor een ingebonden 29 stellen aan, ideeën uit te wisselen met en feedback populaire versie van het studieboek dat hij voor te v ra g e n aa n d eze a c a d e mi ci. C o ll e g e g e l d g e e f t zijn studenten had geschreven. Physics for Future 30 ook toegang tot het netwerk van medestudenten Presidents kwam uit in de zomer van 2008 en en tot de ideeënuitwisseling, hulp en relaties w e r d ui tg e b re i d b e s p ro ke n in d e al g e m e n e p e r s . 31 waar dat in vo o r zie t . Vo o r unive r siteite n i s grati s Maanden later stond het nog steeds bovenaan in inhoud niet meer dan marketing. Topstudenten een van Amazons bestsellerlijsten. Het is duidelijk 32 plukken de beste opleidingen eruit. Als ze kunnen dat professor Muller bijzonder veel baat heeft rondsnuffelen in het verbluffende menu van een gehad bij Gratis. 33 bepaald lesprogramma of een bepaalde docent, kan dat hen misschien overhalen. 34 35

215

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.216

1 Op het web bestaan al deze economieën naast elkaar en ze drijven 2 daar mee op de getijden van de aandacht – al willen ze die aandacht 3 volledig beheersen, ze kunnen dat niet. Maar er is een groeiende 4 klasse van gesloten online-economieën aan het ontstaan, waarin 5 de centrale bankiers veel meer macht hebben. Dit zijn de online- 6 games, van Warhammer tot Lineage, die gewoonlijk gebruikmaken 7 van twee betaalmiddelen: aandacht, dat wil zeggen virtueel geld 8 dat spelers met hun spel verdienen, en echt geld, waarmee spelers 9 virtueel geld kunnen kopen als ze niet de tijd willen nemen om het 10 te verdienen. 11 Voor al deze spelletjes geldt dat de bedrijven die erachter zitten 12 hun rol van centrale bankier zeer serieus nemen. Als de Warham- 13 mer-ontwikkelaars geen maximum stellen aan de goudvoorraad, 14 zal de waarde dalen en de markt van de doorverkoop instorten. 15 Spelontwikkelaars laten zich vaak door echte economen adviseren 16 bij het ontwerp van de economieën voor het spel. Zo omzeilen ze 17 alle kwalen van de economie in de echte wereld, van onvoldoende 18 liquide middelen tot fraude. 19 Maar uiteindelijk draaien al deze games rond het ultieme 20 schaarse middel: tijd. Tijd is echt geld en de wisselwerking tussen 21 deze twee vormt de kern van de speleconomieën. Jongere spelers 22 hebben misschien meer tijd dan geld en ze kunnen aandacht- 23 munten verdienen met de soort en het aantal klikken. Oudere spe- 24 lers hebben vaak meer geld dan tijd en kunnen kortere routes door 25 het spel kopen. Spelontwikkelaars proberen die twee met elkaar 26 in evenwicht te brengen, zodat spelers van beide benaderingen 27 met elkaar kunnen concurreren en beter kunnen worden. En al 28 doende zijn deze ontwikkelaars bezig een van de meest gekwanti- 29 fi ceerde non-monetaire economieën te creëren die de wereld ooit 30 heeft gekend. 31 32 33 De gift-economie 34 In 1983 schreef socioloog Lewis Hyde Th e Gift , een van de eerste 35 boeken waarin een poging werd gedaan om de werking van een

216

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.217

oeroude sociale traditie te verklaren: mensen iets geven zonder 1 daarvoor een prijs te vragen. Hij concentreerde zich met name op 2 Pacifi c Island en andere ‘inheemse’ maatschappijen die geen for- 3 mele monetaire economieën kenden. Status werd daar gecreëerd 4 door de uitwisseling van geschenken en door rituelen; culturele 5 valuta namen de plaats in van geld. 6 Deze samenlevingen leefden vaak te midden van allerlei na- 7 tuurlijke rijkdommen – voedsel groeide letterlijk aan de bomen 8 – en dus werd er in hun basisbehoeft en voorzien door de natuur. 9 Daardoor konden ze in Maslows piramide een niveau stijgen en 10 zich concentreren op sociale behoeft en. Geschenken speelden 11 de rol van sociaal cement: in het geval van bepaalde inheemse 12 Amerikaanse stammen is de impliciete regel van geschenken dat 13 je die verplicht moet beantwoorden (‘een geschenk teruggeven’). 14 Geschenken mocht je ook niet houden, je moest ze doorgeven 15 (‘het geschenk moet altijd in beweging zijn’). Tegenwoordig heeft 16 de Amerikaanse uitdrukking Indian giver een negatieve bijklank, 17 maar deze uitdrukking gaat terug op iets wat Hyde ontdekte: in die 18 culturen was een geschenk iets wat je nooit echt kon bezitten. Het 19 was een symbool van goede wil, en het behield dit karakter alleen 20 als het bleef circuleren. 21 Hyde concentreerde zich vooral op gift -economieën van dingen 22 (zoals we tegenwoordig op Freecycle zien – zie kader op bladzijde 23 219). Maar de gift -economie van daden, ofwel van de dingen die 24 we gratis voor elkaar doen, is altijd veel groter geweest. Net als de 25 aandacht- en reputatie-economieën, is deze vluchtige gift -econo- 26 mie plotseling expliciet geworden op internet. 27 In de traditionele media, waar ik zelf werk, moet je mensen be- 28 talen voor hun artikelen. Een dollar per woord is wel het minste. 29 Echt goede schrijvers kunnen er wel drie of meer vragen. Als ik 30 deze zin voor een glossy zou opschrijven (en zo zelfi ngenomen zou 31 zijn om het toptarief te rekenen), zou ik zojuist een paar tientjes 32 hebben verdiend. Maar er is iets veranderd. Bij de laatste telling 33 waren er twaalf miljoen actieve blogs, waar mensen of groepen 34 minstens eens per week iets op schrijven, en waar dus wekelijks 35

217

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.218

1 miljarden woorden worden gegenereerd. Misschien worden een 2 paar honderd van hen daarvoor betaald. 3 Je ziet dit overal, van amateurs die een productbeoordeling 4 schrijven op Amazon tot fi lmfanaten die van imdb het grootste 5 compendium van fi lm- en regisseursinformatie ter wereld hebben 6 gemaakt. Soms gaat het om informele inzendingen voor support- 7 groepen op de ontelbare discussieforums, maar het kan ook gaan 8 om projecten die weken of maanden werk kosten, bijvoorbeeld 9 videogame-instructies en catalogi over van alles en nog wat (er 10 lopen nogal wat ‘volledigheidsmaniakken’ rond die dolgraag dé 11 expert van de wereld willen zijn op het gebied van íéts, en dat aan 12 iedereen willen laten weten). 13 Dit is allemaal niets nieuws, mensen hebben altijd gratis dingen 14 gecreëerd en bijdragen geleverd. We noemden het geen ‘werk’ om- 15 dat het niet betaald werd, maar met elk advies of vrijwillige klus 16 voor iemand doe je iets wat in een andere context iemands baan 17 is. Nu zitten de professionals en amateurs opeens op dezelfde aan- 18 dachtsmarkt en concurreren deze parallelle werelden met elkaar. 19 Bovendien zijn er heel wat meer amateurs dan professionals. 20 Wat motiveert de amateur-scheppers, als het geen geld is? Veel 21 mensen gaan ervan uit dat generositeit de drijfveer is van de gift - 22 economie, maar zoals Hyde waarnam bij de Pacifi c Islanders, is 23 de motivatie helemaal niet zo altruïstisch. Adam Smith had gelijk: 24 verlicht eigenbelang is de krachtigste drijfveer van de mensheid. 25 Mensen hebben meestal zo hun redenen om iets gratis te doen: ze 26 vinden het leuk, ze hebben iets te zeggen, ze willen aandacht, ze 27 willen met hun eigen mening valuta verdienen, en zo zijn er nog 28 talloze andere, zeer persoonlijke redenen. 29 In 2007 bekeek Andy Oram, een redacteur bij O’Reilly Media, 30 de verbazingwekkende variatie in documentatie die door gebrui- 31 kers was gegenereerd – handleidingen voor soft ware, hardware 32 en games die uitgebreider waren dan de handleiding van de oor- 33 spronkelijke makers – en vroeg zich af wat mensen bezielde om 34 dit te doen. Hij hield een jaar lang een enquête en maakte een lijst 35 van de resultaten. Bovenaan stond ‘gemeenschapszin’ – mensen

218

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.219

HOE KUNNEN MILJOENEN 1 TWEEDEHANDSGOEDEREN NU GRATIS ZIJN? 2 3 Het begon allemaal met een bed. In de lente effectief platform voor wijdverspreid geven van 2003 ontdekte Deron Beal dat charita- geweest. In zekere zin heeft de zero-cost 4 tieve instellingen in zijn woonplaats Tuc- distributie online het verschijnsel delen ver- 5 son, Arizona, zijn oude matrassen om ge- anderd in een complete bedrijfstak. Er zijn zondheidsredenen niet wilden aannemen. vergelijkbare sites geopend: sharingisgiving. 6 Om afvalbeperking te promoten richtte hij org, freecycleamerica.org, freesharing.org. Freecycle.org op, een site waar mensen spul- Op Craigslist zetten gebruikers ook gratis 7 len kunnen vinden van andere mensen die voorwerpen. Maar er is geen enkele site niet de tijd willen vrijmaken om die spullen te die zo’n actieve en enthousiaste gemeen- 8 verkopen of op de vuilstortplaats te dumpen. schap heeft opgebouwd die volledig draait Als non-profitorganisatie opereert op Gratis. 9 Freecycle met een bescheiden jaarbudget Op Beals creatie wordt het succes niet ($140.000) en een heel kleine aanvulling uit meer in dollars uitgedrukt, maar in tonnen 10 advertenties (een sponsorbalk van Goog- weggegeven goederen (600 per dag!), le). Omdat Freecycle wordt gedreven door mensen (5,9 miljoen verspreid over 4619 11 zichzelf organiserende Yahoo!-groepen Yahoo!-groepen) en bereik (85 landen). die worden geleid door plaatselijke vrij- In 2008 doneerden die 5,9 miljoen leden 12 willigers, accepteert het alleen gebruikers grofweg 20.000 voorwerpen per dag, bijna 13 die (in maximaal 200 karakters) uitleggen 8 miljoen in totaal – een gemiddelde van wat hun motieven zijn. Degenen die het minstens een voorwerp per persoon. Als elk 14 impliciete ethos van ‘geven-en-nemen’ be- weggevertje gemiddeld pak hem beet $50 grijpen, wacht een heel scala aan spullen: op Craigslist had opgebracht, zou de omvang 15 leren banken, tv’s, trainingsfi etsen, je kunt van de Freecycle-economie op basis van het het zo gek niet verzinnen. huidige lidmaatschap in de buurt komen van 16 Gifteconomieën bestaan zeker al langer de $380 miljoen per jaar. dan het web, maar nooit eerder is er zo’n 17 18 19 20 Potentiële waarde van de Freecycle-economie 21 450 22 383.5 M 400 23

350 24

300 260 M 25

227.5 M 26 250 195 M 27 200 28 150 117 M 29 78 M 100 30

50 31 1.95 M 32 Geschatte totale waarde van weggegeven goederen (in miljoenen) van weggegeven goederen Geschatte totale waarde 0 33

JAN 07 APR 03 AUG 04 MEI 05 DEC 05 MEI 07 OKT 07 OKT 08 34 35

219

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.220

1 voelden zich onderdeel van een gemeenschap en wilden bijdragen 2 aan de vitaliteit daarvan. De tweede reden was ‘persoonlijke groei’. 3 Dit motief hoort thuis op het hoogste niveau in Maslows pira- 4 mide, de zelfverwezenlijking. Op de derde plaats stond ‘weder- 5 zijdse steun’. Dit wijst erop dat veel contribuanten in sociologische 6 termen ‘informatiespecialisten’ zijn – mensen die beschikken over 7 veel kennis en deze graag met anderen delen. (Interessant was dat 8 reputatie relatief laag scoorde in Orams motivatie-enquête.) 9 En waar halen mensen de tijd vandaan? Gewoon, door iets an- 10 ders niet te doen – dingen te laten liggen die niet dezelfde sociale 11 en emotionele beloningen opleveren. Stel je voor hoe het zou zijn 12 als we alleen maar een fractie zouden gebruiken van het cognitieve 13 overschot dat nu verloren gaat aan televisie kijken. (Eigenlijk hoeft 14 dat al niet meer: bezoek- en kijkcijfers wijzen erop dat televisie- 15 kijken over zijn hoogtepunt heen is en dat we steeds meer voor 16 schermen kiezen waarop we kunnen produceren én consumeren.) 17 In een wereld waarin we voor eten, onderdak en de andere basis- 18 behoeft en van Maslow niet meer van de vroege ochtend tot de late 19 avond op het land hoeven te werken, krijgen we ‘onbenutte cycli’ 20 of in sociologische termen ‘cognitief surplus’: energie en kennis 21 die we niet volledig in ons werk kwijt kunnen. Tegelijk hebben we 22 emotionele en intellectuele behoeft en die ook niet volledig op het 23 werk worden bevredigd. ‘Gratis werk’ op een terrein dat we waar- 24 deren, levert ons respect, aandacht, zelfexpressie en een publiek op. 25 Kortom, we worden vaak gelukkiger van dingen die we onbe- 26 zoldigd doen dan van het werk waarvoor we een salaris ontvangen. 27 We moeten nog steeds eten, maar Maslow heeft laten zien dat er 28 meer in het leven is. De mogelijkheid om een bijdrage te kunnen 29 leveren die creatief is en wordt gewaardeerd, is precies het soort 30 voldoening die Maslow boven alle andere ambities plaatste. Helaas 31 vinden we die zelden in een baan. Geen wonder dus dat het web 32 explosief is gegroeid, voortgestuwd als het werd door vrijwilligers- 33 werk. Het maakte mensen gelukkig dat ze er creatief konden zijn, 34 iets konden bijdragen, invloed hadden en werden gezien als een 35 expert in iets. Het potentieel voor zo’n non-monetaire productie-

220

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.221

economie was al eeuwenlang in onze samenleving aanwezig; het 1 wachtte op de sociale systemen en instrumenten waarmee het vol- 2 ledig gerealiseerd kon worden. Het web leverde die instrumenten, 3 en plotseling ontstond er een markt van vrije/gratis uitwisseling. 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

221

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.222

1 2 3 13 | Verspilling is 4 5 (soms) goed 6 7 De beste manier om gebruik te maken van 8 overvloed: laat de controle los 9 10 11 Eens in de zoveel tijd krijg ik een e-mail van de IT-afdeling met het 12 bericht dat het tijd is dat werknemers ‘onnodige bestanden uit ge- 13 deelde mappen gaan deleten’. Dat is hun manier om te zeggen dat de 14 opslagruimte op hun computers vol is. Omdat we brave bedrijfsbur- 15 gers zijn, kijken we gehoorzaam naar onze mappen op de server en 16 lopen onze bestanden door om te zien of we ze echt nodig hebben. 17 Als dat niet zo is, deleten we ze. Misschien doe je dat ook wel eens. 18 Nadat ik dit jarenlang had gedaan, ging ik me op een goede dag 19 opeens afvragen hoeveel opslagcapaciteit de IT-afdeling eigenlijk 20 had voor ons kantoor. Om je een beetje een beeld te geven van het 21 antwoord: een terabyte (1000 GB) opslagruimte kostte ongeveer 22 $130 op het moment dat ik ernaar vroeg. Onlangs kregen we thuis 23 een standaard-laptop van Dell, waarop mijn kinderen spelletjes 24 spelen. De laptop had een ingebouwde harde schijf. 25 Hoeveel opslagcapaciteit hadden we dus eigenlijk voor mijn 26 hele kantoor? Dat bleek niet zo veel: 500 GB, een halve terabyte. 27 Mijn kinderen hadden twee keer zo veel capaciteit als mijn hele 28 werkvloer. 29 Hoe kon dat? Het antwoord is simpel: op een of andere manier 30 zaten we vastgeroest aan de gedachte dat opslagcapaciteit duur 31 was, terwijl het inmiddels spotgoedkoop was. We deden alsof iets 32 wat in overvloed beschikbaar was – hardeschijfcapaciteit – een 33 schaars goed was en het schaarse goed – tijd van mensen – niet 34 duur was. Wij draaiden het principe om. (Laat ik er snel bij vertel- 35 len dat ons kantoor er gauw een hoop extra opslagruimte bij kreeg

222

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.223

en dat die e-mails niet meer de prullenbak in gaan!) 1 Dit gebeurt overal. Wanneer een telefoonbedrijf je meldt dat je 2 voicemailbox vol is, gaat het om een kunstmatige schaarste; het kost 3 nog geen stuiver om honderd voicemailberichten op te slaan, een 4 gemiddelde iPod kan er duizenden bergen (ook omdat de berich- 5 ten in een lagere kwaliteit worden opgenomen dan muziek en dus 6 minder ruimte innemen). Telefoonbedrijven besparen een klein 7 beetje geld aan opslagkosten door een hoop consumententijd in 8 beslag te nemen als ze abonnees dwingen om hun voicemail te de- 9 leten. Ze beheren de schaarste die ze kunnen meten (opslagruimte) 10 maar vergeten rekening te houden met een veel grotere schaarste, 11 namelijk de goodwill van hun klanten. Het is geen wonder dat tele- 12 foonmaatschappijen na tv-maatschappijen de meest gehate instel- 13 lingen zijn. 14 Het is een schoolvoorbeeld van nuttige verspilling. Zoals Carver 15 Mead preekte dat je transistoren moest verspillen en Alan Kay 16 daarop reageerde door ze kwistig te gebruiken in allerlei oogstre- 17 lende toevoegingen die het computergemak moesten vergroten, zo 18 zijn de vernieuwers van nu die mensen die nieuwe vormen van 19 overvloed ontwaren en verzinnen hoe ze die kunnen verbrassen. 20 Op een goede manier! 21 Maar het grappige aan verspilling is dat het allemaal afh angt 22 van ons gevoel van schaarste. Onze grootouders groeiden op in 23 een tijdperk waarin een telefoontje buiten het basisgebied een dure 24 luxe was, dat je plande en kort hield. Zelfs nu nog is het niet altijd 25 eenvoudig om mensen van die generatie lang aan de lijn te hou- 26 den – ze horen de meter nog altijd lopen in hun hoofd en hebben 27 haast om het gesprek af te ronden. Maar onze kinderen groeien op 28 in een tijd waarin mobiele-telefoongesprekken overal in het land 29 hetzelfde kosten of gratis zijn. Ze kletsen vrolijk uren door. Vanuit 30 het perspectief van de kosten van telecommunicatie in 1950 is dat 31 een ongeloofl ijke verspilling. Maar nu de kosten in de buurt van de 32 nul komen, staan we er niet eens bij stil. Het voelt niet als verspil- 33 ling. Met andere woorden, de schaarste van de ene generatie is de 34 overvloed van de andere. 35

223

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.224

1 De natuur verspilt leven 2 Het lijkt alsof we een aangeboren neiging hebben om ons te verzet- 3 ten tegen verspilling, maar als zoogdieren staan we hierin vrijwel 4 alleen in de natuur. Zoogdieren hebben de minste nakomelingen 5 in het dierenrijk en daarom investeren we heel veel tijd en zorg aan 6 de bescherming van elk kind, opdat het de volwassenheid bereikt. 7 De dood van elk mens is een tragedie, een waar de nabestaanden 8 soms nooit overheen komen, en het leven van een individu achten 9 we belangrijker dan wat ook. 10 Dit is de reden waarom we een sterk ontwikkeld ethisch gevoel 11 over verspilling hebben. We voelen ons schuldig over een onbe- 12 mind stuk speelgoed of over eten dat we weggooien. Soms is dat 13 terecht, omdat we de bredere sociale kosten van verspilling inzien, 14 maar vaak hebben we alleen maar een schuldgevoel omdat onze 15 zoogdierhersenen zo geprogrammeerd zijn. 16 Maar in de rest van de natuur werkt het niet zo. Een blauwvin- 17 tonijn kan in het paarseizoen tot wel tien miljoen bevruchte eieren 18 leggen. Misschien worden slechts tien daarvan volwassen. Voor 19 elke dolfi jn die overleeft , sterven er een miljoen. 20 De natuur verspilt leven met het oog op beter leven. Ze muteert 21 dna, schept de ene mislukking na de andere in de hoop dat er af 22 en toe een sequentie komt die beter is dan de voorgaande en dat 23 de soort evolueert. De natuur test haar schepselen door de meeste 24 snel te doden in de bloedige strijd om het reproductieve voordeel. 25 De reden van deze spilzucht in de natuur is dat je met wille- 26 keurig gekozen strategieën de grootste kans hebt om ‘de potentiële 27 ruimte volledig te verkennen’, om in wiskundige termen te spreken. 28 Stel je een verlaten landschap voor met twee waterplassen op enige 29 afstand van elkaar. Als je een plant bent die naast een van deze plas- 30 sen groeit, kun je voor twee verschillende reproductiestrategieën 31 kiezen. Je kunt zaden in de buurt van je wortels laten vallen, waar 32 de kans groot is dat ze water vinden. Dat is een veilige manier, 33 maar de planten zullen elkaar al snel gaan verdringen. Of je werpt 34 de zaden in de lucht en laat ze ver weg meevoeren. Dit betekent dat 35 ze vrijwel allemaal zullen sterven, maar het is de enige manier om

224

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.225

de tweede waterplas te vinden. Daar kan het leven zich uitbreiden 1 in een nieuwe omgeving, die misschien wel rijker is. Je kunt al- 2 leen van de ‘lokale maxima’ naar de ‘globale maxima’ komen, in 3 wiskundige termen gesproken, wanneer je onderweg een heleboel 4 zinloze ‘minima’ onderzoekt. Het is verspillend, maar kan uitein- 5 delijk vrucht afwerpen. 6 Cory Doctorow, de sciencefi ctionschrijver, noemt dit ‘denken 7 als een paardenbloem’. Hij schrijft : 8 9 De aard van elk zaadje afzonderlijk of zelfs van de meeste 10 is niet belangrijk vanuit het oogpunt van de paardenbloem. 11 Het gaat erom dat elke scheur in de bestrating in de lente 12 is gevuld met paardenbloemen. De paardenbloem is niet 13 van plan om een kostbare kopie van zichzelf op te voeden, 14 in de hoop dat die het nest ooit verlaat en zijn weg naar de 15 optimale groeiomgeving omzichtig zal afl eggen om daar de 16 lijn voort te zetten. De paardenbloem wil alleen maar zeker 17 weten dat elke mogelijkheid tot voortplanting wordt benut! 18 19 Zo moet je met verspilling omgaan. Zaden zijn te goedkoop om 20 te meten. Het voelt verkeerd, raar zelfs, om zo veel weg te gooien, 21 maar alleen dan kun je echt je voordeel doen met overvloed. 22 Denk maar aan de robotstofzuiger Roomba. Het is moeilijk 23 om ernaar te kijken zonder je te generen voor z’n stompzinnig- 24 heid wanneer hij lukraak door de kamer springt, telkens op zijn 25 schreden terugkeert en duidelijk vuile stukjes overslaat. Maar uit- 26 eindelijk is het tapijt toch schoon, omdat hij tijdens dat lukraak 27 rondwandelen toch elke centimeter heeft meegenomen. Het duurt 28 misschien een uur terwijl je het zelf in vijf minuten doet, maar het 29 is niet jouw tijd. De machine heeft alle tijd van de wereld. 30 31 32 De wereld veiliger maken voor kattenvideo’s 33 Misschien is het beste voorbeeld van heerlijke verspilling wel 34 YouTube. Ik hoor mensen vaak klagen dat YouTube geen bedrei- 35

225

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.226

1 ging voor de televisie is, omdat het ‘allemaal rotzooi’ is, wat denk 2 ik misschien ook wel zo is. Het probleem is alleen dat we het er 3 nooit over eens worden wat ‘rotzooi’ is, omdat we het ook niet eens 4 worden over het tegenovergestelde, namelijk ‘kwaliteit’. Misschien 5 ben je op zoek naar grappige kattenvideo’s en vind je mijn favoriete 6 soldeerlessen totaal oninteressant. Ik zie weer liever een grappige 7 videostunt en vind jouw kookles niks aan. En video’s van onze al- 8 leraardigste gezinsleden vinden wij prachtig, maar anderen oer- 9 vervelend. Wat rotzooi is, wordt bepaald door de kijker. 10 Zelfs de populairste video’s op YouTube voldoen vaak niet aan 11 de kwaliteitsnormen van fi lms, omdat ze een lage resolutie hebben 12 en slecht belicht zijn, hun geluidskwaliteit abominabel is en er geen 13 sprake is van een plot. Maar dat doet er allemaal niet toe, want het 14 belangrijkste is relevantie. We hebben liever een video van slechte 15 kwaliteit met iets wat we echt willen zien dan een video van hoge 16 kwaliteit met iets wat we niet willen zien. 17 Een paar weekenden geleden mochten mijn kinderen zoals al- 18 tijd op zaterdag en zondag kiezen waaraan ze hun twee uur ‘achter 19 het scherm’ deze keer wilden besteden. Ik stelde voor dat het een 20 mooie dag was voor Star Wars en gaf hun de keus: ze konden een 21 van de zes fi lms op prachtige dvd’s bekijken op een enorm hoge-de- 22 fi nitiescherm met dolby surround-geluid en popcorn. Of ze kon- 23 den op YouTube stop-motionfi lmpjes van Lego bekijken met Star 24 Wars-scènes die kinderen van negen jaar oud hadden gemaakt. Ik 25 maakte geen schijn van kans: ze holden naar de computer. 26 Het bleek dat mijn kinderen zoals zo veel andere niet echt geïn- 27 teresseerd zijn in Star Wars zoals die zijn gecreëerd door George 28 Lucas. Ze vinden de Star Wars van hun leeft ijdgenootjes veel leu- 29 ker, hoe bibberig de camera ook is en hoeveel vingers er ook op 30 staan. Toen ik opgroeide, werden er allerlei slimme producten voor 31 kinderen verzonnen om de Star Wars-franchise uit te breiden, van 32 speelgoed tot lunchtrommels, maar voor zover ik weet geen stop- 33 motionfi lmpjes van Lego die door kinderen werden gemaakt. 34 De vraag naar stop-action-Star Wars moet er altijd wel zijn ge- 35 weest, maar hij was niet zichtbaar omdat geen marketeer ooit op de

226

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.227

gedachte is gekomen zoiets aan te bieden. Maar toen we eenmaal 1 YouTube hadden en geen toestemming van marketeers meer nodig 2 hadden, dook er opeens een onzichtbare markt op. Gezamenlijk 3 vonden we een categorie die de marketeers over het hoofd hadden 4 gezien. (Er zijn nog tientallen andere Star Wars-amateurmarkten 5 als deze, van fanfi ctie tot het 501ste legioen van volwassenen die 6 hun eigen verbazingwekkende storm trooper-pakken maken en bij 7 elkaar komen om scènes na te spelen.) 8 Al deze willekeurige video’s op YouTube zijn niet meer dan paar- 9 denbloemzaadjes, op zoek naar vruchtbare grond om in te landen. 10 Je zou kunnen zeggen dat we ‘video verspillen’ op onze zoektocht 11 naar betere video; we verkennen de potentiële ruimte van het be- 12 wegende beeld. YouTube is een gigantisch collectief experiment 13 waarmee we de toekomst van de televisie uitvinden, iedere keer dat 14 we een onnozel, verspillend fi lmpje uploaden. Vroeg of laat zal elke 15 video die gemaakt kan worden, ook gemaakt worden, via YouTube 16 of iets vergelijkbaars, en iedereen die fi lmmaker kan worden, zal 17 ook fi lmmaker worden. Elke mogelijke niche zal worden verkend. 18 Als het goedkoper wordt om een ruimte te verkennen, kun je min- 19 der kieskeurig te werk gaan. 20 Niemand beslist of een video goed genoeg is om de schaarse 21 kanaalruimte in te mogen nemen, want er is geen schaarse kanaal- 22 ruimte. De distributie is inmiddels zo dicht bij gratis gekomen dat 23 je de kosten naar nul kunt afronden. Het kost ongeveer 25 dol- 24 larcent om een video een uur lang naar één persoon te streamen. 25 Volgend jaar zal dat 15 dollarcent zijn, en het jaar daarop nog geen 26 stuiver. Daarom hebben de oprichters van YouTube besloten om de 27 kanaalruimte weg te geven, preciezer gezegd, om de ruimte gratis 28 te maken én vrij te geven. Het levert een rommeltje op en het gaat 29 tegen alle instincten van een professionele televisiemaker in, maar 30 dat is wat overvloed vereist en vraagt. Als YouTube het niet had 31 gedaan, was er wel iemand anders geweest. 32 Het komt allemaal neer op het verschil tussen denken in termen 33 van overvloed en denken in termen van schaarste. Als je schaarse 34 middelen beheert (de tv-programmering op piekuren bijvoor- 35

227

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.228

1 beeld), moet je kritisch zijn. Er zitten echte kosten vast aan een 2 halfuur zendtijd en op mislukking staat een echte straf: als miljoe- 3 nen kijkers afh aken, kost dat een vermogen en dergelijke missers 4 hebben inderdaad al heel wat banen gekost. Geen wonder dat de 5 omroepleiding vaak teruggrijpt op populaire serieformules en be- 6 roemdheden, want daarmee loop je het minste risico. 7 Maar als je gebruikmaakt van overvloedige middelen, kun je 8 risico’s nemen omdat een mislukking zo weinig kost. Er wordt nie- 9 mand ontslagen als je moeder de enige is die naar jouw YouTube- 10 video kijkt. 11 Ondanks het grote succes heeft YouTube tot nu toe echter nog 12 geen geld opgeleverd voor Google. Het bedrijf is er nog niet uit hoe 13 je videoadvertenties met inhoud kunt combineren, zoals dat wordt 14 gedaan met tekstadvertenties en tekstinhoud op het web. YouTube 15 weet niet echt wat er op de video staat die je hebt geüpload. En 16 al was dat wel zo, dan hebben ze er waarschijnlijk geen relevante 17 video bij. Ondertussen vinden adverteerders het niet altijd pret- 18 tig dat hun merknamen naast inhoud staan die door gebruikers is 19 gegenereerd, omdat zulke inhoud aanstootgevend kan zijn. 20 Tv-zenders zagen een kans in deze tekortkoming en hebben een 21 concurrerende videodienst opgezet: Hulu. Je ziet er voornamelijk 22 commerciële video’s die meestal van tv zijn overgenomen, maar 23 Hulu is net zo gemakkelijk en toegankelijk als YouTube. Omdat de 24 inhoud een bekende grootheid is, vaak hetzelfde als wat de adver- 25 teerders op tv kopen, zetten ze er maar wat graag hun reclames op, 26 bijvoorbeeld voor en na een uitzending of zelfs als onderbreking in 27 de programmering. Het is vanzelfsprekend gratis, maar je betaalt 28 met je tijd en ergernis, net als op gewone tv. Maar als je die leuke 29 serie wilt zien en wel meteen, in je browser, moet je op Hulu zijn. 30 31 32 Schaarstemanagement 33 Het model van YouTube is helemaal gratis en vrij – je kunt er gratis 34 video’s bekijken en uploaden en ze zijn vrij van onderbrekingen. 35 Maar geld wordt er niet mee verdiend. Hulu is alleen gratis te be-

228

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.229

kijken en je betaalt daarvoor de ouderwetse prijs: je moet ook naar 1 reclame kijken waar je misschien geen zin in hebt. Toch levert het 2 gezonde inkomsten op. De twee modellen illustreren de spanning 3 tussen verschillende Gratis-modellen. Consumenten hebben vast 4 liever 100% gratis, maar een beetje kunstmatige schaarste is de 5 beste manier om geld te verdienen. 6 Als tijdschrift redacteur heb ik daar dagelijks mee te maken, ik 7 leef in beide werelden. In de gedrukte media werk ik met de wetten 8 van schaarste, omdat iedere bladzijde duur is en het aantal blad- 9 zijden beperkt. Omdat ja zeggen tegen een aangeboden verhaal 10 zo duur is, van de tientallen betrokkenen tot de drukkerijen die 11 de woorden misschien ooit op papier zullen zetten, moet ik tegen 12 bijna alles nee zeggen. Dat betekent ofwel dat ik voorstellen ronduit 13 afwijs ofwel – en dat is gebruikelijker – de lat zo hoog leg dat de 14 meeste voorstellen mij sowieso niet bereiken. Omdat ik verant- 15 woordelijk ben voor de verdeling van dure schaarse middelen, val 16 ik terug op de traditionele hiërarchische bedrijfsstructuur, waarin 17 een hele serie goedkeuringen nodig is om iets gedrukt te krijgen. 18 Niet alleen zijn papieren bladzijden duur, ze zijn ook niet wij- 19 zigbaar. Als de persen eenmaal draaien, blijven onze fouten en ver- 20 keerde inschattingen voor de eeuwigheid bewaard (of tot ze wor- 21 den gerecycled). Wanneer ik in het productieproces een beslissing 22 neem, zijn we gebonden aan een bepaalde weg, want het is te duur 23 om daarvan af te wijken. Als er iets beters langskomt of als mijn 24 beslissing niet meer zo slim lijkt als een paar weken eerder, moeten 25 we toch doorgaan en er het beste van maken. In dit geval móéten 26 we ons op de economische kosten concentreren en de alternatieve 27 kosten negeren, ook al zou het feit dat we geen andere wegen heb- 28 ben bewandeld, wel eens veel duurder kunnen blijken. Dat is de 29 consequentie van het door schaarste ingegeven uitgeversmodel. 30 Online zijn de pagina’s oneindig wijzigbaar. Het is een over- 31 vloedseconomie die uitnodigt tot een totaal ander management. 32 Op onze website hebben we tientallen bloggers, vaak amateurs, die 33 schrijven wat ze willen zonder dat het geredigeerd wordt. Op be- 34 paalde delen van de site mogen gebruikers zelf hun eigen inhoud 35

229

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.230

1 toevoegen. Onze standaardreactie op ideeën voor verhalen is ja of 2 nog vaker ‘dat hoef je niet eens te vragen’. De kosten van een saai 3 verhaal zijn meestal dat het niet wordt gelezen, niet dat een moge- 4 lijk interessanter verhaal wordt verschoven. Successen stijgen naar 5 de top, mislukkingen belanden helemaal onderaan. Alles krijgt een 6 kans en kan vechten om aandacht, winnen of verliezen op grond 7 van eigen verdienste. Het is niet het werk van een manager die 8 moet raden wat mensen willen. 9 Natuurlijk is het managen van deze twee werelden niet zo zwart- 10 wit. Ook al hebben we een onbeperkt aantal pagina’s online, we 11 hebben wel een reputatie hoog te houden en een merk te verde- 12 digen. Het is dus geen gratis-voor-iedereen-onderneming, maar 13 een hybride structuur, waarin kosten en controle gelijk opgaan. 14 Hoe lager de kosten, hoe minder controle er nodig is. Normen als 15 nauwkeurigheid en eerlijkheid zijn misschien overal aan de orde, 16 maar in de gedrukte media moeten we voorafgaand aan de publica- 17 tie proberen te controleren of alles klopt, tegen hoge kosten. Maar 18 online kunnen we voortdurend correcties aanbrengen. Omdat we 19 zowel op schaarse als overvloedige markten concurreren, kunnen 20 we niet toe met één managementstructuur. We moeten tegelijk 21 streven naar chaos en controle. 22 Klinkt dat schizofreen? Dat is nu eenmaal de aard van de hybri- 23 de wereld die we tegemoet gaan, waar schaarste en overvloed naast 24 elkaar bestaan. We kunnen goed in termen van schaarste denken, 25 dat is het 20e-eeuwse organisatiemodel. Nu moeten we nog goed 26 in termen van overvloed leren denken. Een paar voorbeelden van 27 hoe dat werkt: 28 29 30 31 32 33 34 35

230

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.231

Schaarste Overvloed 1 2 Regels ‘Alles is verboden tenzij ‘Alles is toegestaan tenzij het is toegestaan’ het verboden is’ 3 4 Maatschappelijk Paternalisme (‘wij weten Egalitarisme model wat het beste is’) (‘jij weet zelf wat het beste is’) 5 6 Winstplan Bedrijfsmodel We vinden wel een manier 7 8 Besluitvormings- Van bovenaf Van beneden naar boven proces 9 10 Managementstijl Gezag en controle Ongecontroleerd 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

231

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.232

1 2 3 14 | Gratis-wereld 4 5 In China en Brazilië staat Gratis nog in de kinder- 6 schoenen. Wat kunnen we van hen leren? 7 8 9 10 11 Ik zit op de voorste rij in een enorme banketzaal in Guangzhou in 12 China naar een spectaculaire show te kijken. We hebben de acro- 13 baten, de kungfudemonstratie, de dansende meisjes en de comedy- 14 act al gehad. Nu is het tijd voor de echte ster, de Taiwanese pop- 15 sensatie Jolin Tsai. Het publiek juicht als ze een van haar bekendste 16 songs zingt, haar jurk schitterend in het licht, tegen de achtergrond 17 van haar eigen kamergrote gezicht dat op een gigantisch video- 18 scherm is geprojecteerd. 19 Toch is dit geen concert. Het is een bijeenkomst van werk- 20 nemers en partners van China Mobile. We hebben een dag van 21 toespraken over de telecomindustrie gehad en het is gebruik om 22 zo’n bijeenkomst met een spetterende show af te sluiten. Tsai kreeg 23 waarschijnlijk meer voor haar optreden dan ze het hele jaar aan de 24 opbrengsten van haar cd had verdiend. 25 China is een land waar de piraterij heeft gewonnen. Jaren van 26 halfh artig optreden onder diplomatieke druk van het Westen heeft 27 geen zichtbaar eff ect gehad op de straatverkopers en talloze sites 28 met mp3’s die je kunt downloaden. Elk jaar worden er met veel 29 vertoon een paar piraten gearresteerd en een paar grotere websites 30 moeten af en toe boete betalen, maar de gemiddelde Chinese mu- 31 ziekconsument kan zo’n beetje alles gratis krijgen wat hij wil. 32 Dus in plaats van piraterij te bestrijden, accepteert een nieu- 33 we generatie Chinese muzikanten dit verschijnsel. Piraterij is een 34 vorm van gratis marketing, die hun werk bij een zo groot mogelijk 35 publiek bezorgt. Daardoor worden ze maximaal beroemd (zolang

232

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.233

als dat duurt bij een Chinese popster), en het is aan hen zelf om te 1 beslissen hoe ze die roem in contanten omzetten. 2 Xiang Xiang is een 21-jarige popster die vooral beroemd is ge- 3 worden met het brutale liedje ‘Son of Pig’. Van haar nieuwste album 4 zijn bijna 4 miljoen exemplaren verkocht. Het vervelende is alleen 5 dat het vrijwel allemaal piratenversies zijn. Of liever gezegd, het 6 is vervelend voor haar platenmaatschappij. Zelf heeft ze er geen 7 moeite mee. Voor haar betekent het 4 miljoen fans, die ze niet had 8 gehad als die de volle prijs voor haar album hadden moeten beta- 9 len, en ze vindt de reacties en de bewondering leuk. Ze vindt het 10 ook leuk dat ze geld krijgt om er mooi uit te zien en producten te 11 promoten. Dat heeft ze allemaal te danken aan piraterij. En dan is 12 er nog de tournee, waarmee ze deze zomer waarschijnlijk 14 steden 13 zal bezoeken. Piraten zijn haar beste marketeers. 14 Piraterij is goed voor naar schatting 95% van de muziekcon- 15 sumptie in China, met als gevolg dat platenmaatschappijen echt 16 compleet anders moesten gaan denken over hun bedrijfstak. Omdat 17 ze geen geld kunnen verdienen aan muziek op plastic schijfj es, ver- 18 pakken ze die anders. Ze vragen artiesten om singles voor de radio 19 op te nemen in plaats van albums te maken voor consumenten. Ze 20 functioneren als een talentenbureau voor de zangers en vangen een 21 deel van hun beloning voor optredens in reclames en radiospotjes. 22 En zelfs concerten worden betaald door adverteerders die door de 23 platenmaatschappijen zijn geregeld. Die proppen de podia zo vol 24 mogelijk met artiesten om maximale inkomsten van de sponsors 25 te krijgen. Het grootste probleem is dat de zangers klagen over de 26 eindeloze tournees. Die vormen hun enige bron van inkomsten en 27 zijn een aanslag op hun stembanden. 28 ‘China wordt een rolmodel voor de muziekindustrie in de we- 29 reld,’ voorspelt Shen Lihui, directeur van Modern Sky, een van de 30 meer vernieuwende muzieklabels. Het bedrijf verdient zelden geld 31 met cd’s, omdat de populaire meteen worden nagedrukt. Maar de 32 maatschappij verdient ook op andere manieren geld: ze maken vi- 33 deo’s, en steeds vaker produceren ze ook websites. Verder houden 34 ze een driedaags muziekfestival dat fans uit het hele land aantrekt. 35

233

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.234

1 De ticketverkoop levert een deel van hun inkomsten, maar bij de 2 bedrijfssponsors zit het echte geld: Motorola, Levis, Diesel Jeans en 3 anderen. 4 Dit betekent niet dat je geen muziek in China kunt verkopen. 5 Zolang de songs maar korter duren dan twintig seconden, kan dat 6 best. De ringtone- en ringback-markt is gigantisch: China Mobile, 7 de grootste aanbieder, rapporteerde ruim een miljard dollar aan 8 inkomsten uit muziek in 2007. Het meeste hield China Mobile na- 9 tuurlijk zelf, maar het gaat toch om echt geld. 10 Ed Peto, een Brit die in Beijing woont, probeert op een andere 11 manier geld te verdienen met muziek. MicroMu, zijn bedrijf, con- 12 tracteert opkomende onafh ankelijke artiesten en laat de hele on- 13 derneming sponsoren door merken, die een maandelijks bedrag 14 betalen. Een westerse platenmaatschappij klinkt dat misschien 15 vreemd in de oren, maar voor iemand die in China een product 16 aan de man wil brengen, werkt dat prima, want hij is de betalende 17 klant in deze constructie. 18 MicroMu neemt de muziek zo goedkoop mogelijk op. Het wordt 19 ofwel een liveopname voor publiek tijdens een gesponsord optre- 20 den of een goedkope studio of oefenruimte. MicroMu fi lmt alles 21 om zo’n opname heen en maakt daar een hele serie video’s onder 22 het eigen merklabel van. Iedere opname komt uit op een blogpost 23 op de site van MicroMu, compleet met links naar gratis downloads 24 van afzonderlijke mp3’s, downloads van hele albums, titelrol, illus- 25 traties, enzovoort. En verder organiseert het bedrijf live optredens, 26 inclusief tournees langs universiteiten. 27 Merkfabrikanten van jeans en frisdranken sponsoren MicroMu, 28 maar niet de artiesten afzonderlijk (dat zou hun onafh ankelijke 29 imago schaden). Een gedeelte van het sponsorgeld wordt onder de 30 artiesten verdeeld, afh ankelijk van het aantal downloads via de site. 31 ‘Zodra je een prijs zet op toegang tot muziek, jaag je in China 32 99% van je publiek weg,’ zegt Peto. ‘Muziek is een luxe voor de mid- 33 denklasse, een extravagante uitgave. Dit model gaat daar tegenin. 34 We gebruiken gratis muziek gewoon als een middel om te zeggen 35 dat “iedereen welkom is”. We bouwen een dialoog op en vormen

234

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.235

een gemeenschap, zodat we een betrouwbaar merk worden in de 1 muziekbeweging van gewone mensen in China. Daarvoor moeten 2 we alles worden voor iedereen: platenmaatschappij, gemeenschap, 3 producenten van live optredens, merchandiseverkopers, televisie- 4 productiemaatschappij.’ 5 Zoals het in China gaat, kan het ook in de rest van de wereld 6 gaan. In 2008 daalden de platenverkoopcijfers in de VS nog eens 7 met 15% en de bodem is nog niet in zicht. Wie weet komt de dag 8 dat veel maatschappijen capituleren en het Chinese model gaan 9 volgen en de muziek gratis maken, zodat deze marketing wordt 10 voor het talent, talent waar ze op onorthodoxe manieren geld mee 11 kunnen verdienen, bijvoorbeeld met endorsements en sponsoring. 12 We zien hier al een begin van. Madonna’s deal met Live Nation 13 is bijvoorbeeld gebaseerd op een deel van haar totale inkomsten, 14 inclusief opbrengsten van tournees en merchandise. En talenten- 15 bureaus als caa en icm overwegen om platenmaatschappijen te 16 worden en zo de tussenschakel weg te halen. In een wereld waarin 17 de defi nitie van muziekindustrie per dag verandert, is de enige 18 constante dat muziek beroemdheid creëert. En faam in geld om- 19 zetten is niet zo’n kunst. 20 21 22 De nep-Chanel-economie 23 Piraterij stopt in China niet bij fi lm, soft ware en muziek. Stap maar 24 uit de trein in Shenzhen en je wordt onmiddellijk gebombardeerd 25 met nep-Rolexen, nep-Chanel-parfum, nep-Gucci-tassen en tallo- 26 ze surrogaatspeeltjes en -gadgets. Net zo min als de illegale cd’s op 27 de straathoeken zijn ze echt gratis natuurlijk, maar wel heel goed- 28 koop. En de originele scheppers zien geen cent van de verkoop. De 29 intellectuele-eigendomsrechten zijn gratis; je betaalt alleen voor de 30 atomen van het goed. Maar net als in de muziek, zijn de oorzaken 31 en gevolgen van deze piraterij net iets subtieler dan het lijkt. 32 Piraterij strekt zich over vrijwel alle bedrijfstakken van China 33 uit. Als gevolg van de combinatie van de ontwikkelingsfase waarin 34 het land en zijn rechtsstelsels zich bevinden en een confuciaanse 35

235

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.236

1 houding ten aanzien van intellectuele eigendom, wordt het kopi- 2 eren van andermans werk gezien als een teken van respect en als 3 een essentieel onderdeel van hun educatie. (Het is vaak lastig om 4 aan Chinese studenten in de VS uit te leggen wat er mis is aan 5 plagiaat, omdat het reproduceren van de meesters zo centraal staat 6 in de Chinese leer.) Tegenwoordig kent China een hele industrie, 7 gericht op het van de ene op de andere dag klonen van creaties van 8 ontwerpers. Met behulp van soft ware halen fabrieken foto’s van 9 Fashion Week-modellen van het web en produceren ze binnen 10 enkele maanden imitaties van ontwerperskleding. Vaak liggen die 11 nog sneller in de winkels dan het origineel. 12 In de westerse berichtgeving wordt Chinese piraterij als wei- 13 nig meer dan een misdrijf gezien. Maar in China zijn gekopieer- 14 de goederen gewoon een ander product tegen een andere prijs, 15 een variant die door de markt worden gedicteerd. De beslissing 16 om een nep-Vuittontas te kopen is geen gewetenszaak, maar een 17 kwestie van kwaliteit, status en risicobeperking. Als mensen er het 18 geld voor hebben, kopen ze liever het origineel, want dat is meestal 19 beter. Maar de meeste mensen kunnen zich alleen de nepversie 20 veroorloven. 21 Zoals de downloadsites met Cantopop beroemdheden creëren 22 terwijl ze de verkoop schaden, verdienen de piraten niet alleen 23 maar geld aan iemands ontwerpen; ze voorzien ook in een vorm 24 van gratis merkdistributie voor die designs. Een valse Gucci-tas 25 draagt Gucci toch uit en is overál. Dit heeft gemengde gevolgen: 26 een combinatie van het negatieve ‘vervangingseff ect’ (de nepversies 27 nemen een deel van de vraag naar de authentieke versie weg) en een 28 positief ‘stimulus-eff ect’ (de nepversie creëert een merkbewustheid 29 waarvan je ergens anders gebruik kunt maken). 30 In 2007 hield de China Market Research Group een enquête on- 31 der consumenten, voornamelijk jonge vrouwen in grote Chinese 32 steden, waaruit bleek dat die consumenten een tamelijk pragma- 33 tische kijk op piraterij hadden. Ze begrepen het verschil tussen 34 originele en gekopieerde producten en gaven aan het origineel de 35 voorkeur als ze dat konden betalen. Soms kochten ze één origineel

236

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.237

en vulden de rest aan met nepproducten. 1 Shaun Rein, een van de onderzoekers, meldde dat sommige 2 vrouwen met een maandsalaris van 400 dollar best drie maand- 3 salarissen wilden opsparen om een Gucci-tas van 1000 dollar of 4 schoenen van Bally te kunnen kopen. Een 23-jarige vrouw zei: ‘Op 5 dit moment kan ik me niet een hoop echte Prada’s of Coaches ver- 6 oorloven, daarom koop ik namaak. Hopelijk kan ik in de toekomst 7 de echte kopen, maar voorlopig wil ik er wel uitzien of ik ze draag.’ 8 Eruitzien alsof je merkkleding draagt, houdt soms meer in dan 9 overtuigende nepspullen kopen. Er is ook een markt voor vals be- 10 wíjs dat het product níét vals is. (Als dat geen innovatie is!) Je kunt 11 dure prijskaartjes kopen om aan je goedkope kleren te hangen (je 12 ziet vaak genoeg mensen met het prijskaartje nog aan hun zonne- 13 bril lopen) en er is zelfs een secundaire markt in valse kassabon- 14 netjes. De producten zijn één ding, de status die daarbij hoort is 15 veel belangrijker. 16 Een vrouw van 27 jaar die in een multinational werkte, gaf toe 17 dat zij nepspullen kocht maar zei erbij: ‘Als je veel valse kleding- 18 merken draagt of een hoop neptassen hebt, weten je vrienden dat 19 toch wel. Je kunt dus maar beter het origineel hebben.’ 20 Tegen deze achtergrond komt het verschil tussen digitale en 21 fysieke goederen goed naar voren. Gekopieerde digitale goederen 22 zijn net zo goed als het origineel, gekopieerde fysieke goederen 23 meestal niet. Na jaren van schandalen over nagemaakte baby- en 24 dierenvoeding met inferieure en soms gift ige ingrediënten zijn 25 Chinezen hypergevoelig geworden voor de risico’s die verbonden 26 zijn aan het kopen in de grijze economie. 27 De menigten Chinese consumenten die naar Hongkong reizen 28 om gecertifi ceerde luxe-artikelen te kopen, zeggen voldoende over 29 het eff ect van de alomtegenwoordige piraterij van producten in het 30 moederland: consumenten kennen de westerse luxemerken heel 31 goed. Ze associëren ze met stijl en kwaliteit en willen de originele 32 spullen maar wat graag kopen als ze dat kunnen. En steeds vaker 33 kunnen ze dat. 34 Piraterij heeft de markt niet vernietigd – het heeft de markt 35

237

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.238

1 klaargemaakt voor een opkomende golf consumenten uit de mid- 2 denklasse. Het gemiddelde inkomen is de afgelopen tien jaar meer 3 dan verdubbeld in China, van $633 in 1996 tot $1.537 in 2007 4 en er zijn geen aanwijzingen dat deze stijging vertraagt. Er zijn 5 momenteel 250.000 miljonairs in China en het aantal groeit met 6 de dag. Inmiddels is China (inclusief Hongkong) de derde markt 7 voor legale luxe-artikelen in de wereld. In economische termen 8 heeft piraterij de vraag meer gestimuleerd dan bevredigd. 9 Het idee dat namaak het origineel juist kan helpen, vooral in de 10 mode, is niet nieuw. In de economie heet dat de piracy paradox, 11 een term die afk omstig is van de rechtsgeleerden Kal Raustiala en 12 Christopher Sprigman. 13 De paradox is terug te voeren op het fundamentele dilemma dat 14 aan de mode-economie ten grondslag ligt: consumenten moeten de 15 ontwerpen van dit jaar mooi vinden, maar ze ook snel weer zat zijn 16 zodat ze de ontwerpen van volgend jaar kopen. In tegenstelling tot 17 de technologische industrie kan de mode-industrie niet aanvoeren 18 dat de modellen van volgend jaar functioneel beter zijn – ze zien er 19 alleen anders uit. Dus moeten ze een andere reden verzinnen om 20 ervoor te zorgen dat consumenten het model van dit jaar niet meer 21 zien zitten. De oplossing: wijdverbreide kopieën die een exclusief 22 ontwerp veranderen in een massaproduct. De ontwerpersmystiek 23 verdwijnt als je overal goedkope namaak ziet. Kritische klanten 24 moeten dus weer op zoek naar iets nieuws en exclusiefs. 25 Dit noemen Raustiala en Sprigman ‘kunstmatig opgewekte ver- 26 oudering’. Als mode wordt gekopieerd, kan die snel overgaan van 27 de early adopters naar de massa, waardoor de voorlopers gedwon- 28 gen worden om iets nieuws uit te kiezen. In China zijn de ver- 29 tegenwoordigers van de opkomende rijke middenklasse de early 30 adopters, terwijl de massa uit een miljard mensen bestaat die met 31 een slimme nepvariant toch een beetje kunnen meedoen op de 32 luxemarkt. De twee producten – het echte en het valse – zijn ge- 33 woon op verschillende marktsegmenten gericht. Ze voeden elkaar, 34 en niet alleen in China. 35

238

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.239

De macht van de Braziliaanse straatverkopers 1 Op een drukke straathoek in São Paulo in Brazilië smeren straat- 2 verkopers voorbijgangers de nieuwste tecnobrega-cd’s aan, waar- 3 onder een van een populaire band die Banda Calypso heet. Brega 4 laat zich moeilijk letterlijk vertalen, maar het betekent zoiets als 5 ‘prullerig’ of ‘ordinair’. En de muziek, die uit de arme noordelijke 6 provincie Pará komt, heeft een tegendraadse partysound, met tra- 7 ditionele Braziliaanse muziek op een technobeat. Net als bij de cd’s 8 van de meeste andere straatverkopers, gaat het hier niet om het 9 offi ciële aanbod van een grote platenmaatschappij. Maar illegaal 10 zijn ze ook niet. 11 De cd’s worden gemaakt door lokale opnamestudio’s, die meestal 12 worden geleid door plaatselijke dj’s. Zij krijgen de mastercopy van 13 de band zelf, samen met illustraties voor de cd-hoes. De lokale dj’s 14 werken samen met plaatselijke feestorganisatoren, straatverkopers 15 en radiostations om het aanstaande optreden te promoten. Soms 16 zijn de dj’s alles tegelijk en produceren, verkopen en promoten ze 17 de cd’s voor het optreden dat door henzelf wordt georganiseerd. 18 Banda Calypso vindt het niet erg dat het daar niets aan verdient, 19 want de verkoop is niet Calypso’s voornaamste bron van inkom- 20 sten. De band zit echt in het optredencircuit en de zaken gaan goed. 21 Reizend van stad naar stad, terwijl een golf van supergoedkope 22 cd’s hen is voorgegaan, kan Calypso honderden optredens per jaar 23 doen. Gewoonlijk treedt de band twee of drie keer per weekend op. 24 Per microbus of boot reizen ze het hele land door. 25 Maar ze verplaatsen zich niet alleen maar over wegen en rivie- 26 ren. Hermano Vianna, antropoloog en kenner van Braziliaanse 27 muziek, vertelt een verhaal over Calypso dat hun succes illustreert. 28 Toen Vianna bezig was met een reportage over de band voor het 29 muziekprogramma dat hij maakt voor Globo TV, bood hij de band 30 een vliegtuig van het concern aan om ze naar een afgelegen deel 31 van het land te brengen. Calypso’s antwoord was: nee, we hebben 32 ons eigen vliegtuig. 33 In zekere zin zijn de straatverkopers het advance team geworden 34 dat in elke stad die Calypso bezoekt, promotie maakt voor de band. 35

239

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.240

1 Ze kunnen geld verdienen aan de cd, die ze voor een luttele 75 dol- 2 larcent verkopen. Als tegenprestatie stallen ze de cd’s prominent 3 uit. Niemand ziet de cd’s als piraterij. Het is gewoon marketing, 4 waarbij de straat wordt gebruikt om letterlijk straat-geloofwaar- 5 digheid te kweken. Tegen de tijd dat Banda Calypso arriveert, weet 6 iedereen ervan. De band krijgt een enorme menigte bezoekers op 7 zijn muziekoptredens, waar niet alleen voor de toegang en het eten 8 en drinken betaald moeten worden. De bandleden nemen het op- 9 treden ook op en branden ter plekke cd’s en dvd’s, die ze voor zo’n 10 twee dollar verkopen, zodat de concertgangers de show die ze net 11 hebben gezien nog eens kunnen bekijken. 12 Er zijn ruim tien miljoen cd’s van Banda Calypso verkocht, de 13 meeste niet door de band zelf. De tecnobrega-industrie omvat nu 14 honderden bands en duizenden optredens per jaar. Uit een stu- 15 die van Ronaldo Lemos en zijn collega’s van het Centrum voor 16 Technologie en Maatschappij van de Getulio Vargas Stichting in 17 Rio de Janeiro bleek dat deze industrie zo’n 20 miljoen dollar aan 18 opbrengsten genereert met de verkoop van muziek en optredens. 19 Negentig procent van de bands heeft geen contract en geen pla- 20 tenmaatschappij. Met het weggeven van muziek scheppen ze een 21 grotere industrie dan het betaalde alternatief ooit zou kunnen. Dit 22 is iets wat Brazilië beter begrijpt dan veel andere landen: de minis- 23 ter van Cultuur tot 2008, popster Gilberto Gil, geeft zijn muziek 24 uit onder een gratis Creative Commons-licentie (tot deze muziek 25 behoort ook de gratis cd die we bij Wired hebben verstrekt). 26 Net als in China blijft deze opmars naar Gratis niet beperkt tot 27 de muziek. In 1996 beloofde de toenmalige president Fernando 28 Cardoso met het oog op de alarmerende cijfers over aids-besmet- 29 ting dat alle hiv-patiënten in het land gratis een nieuwe medicij- 30 nencocktail zouden krijgen. Vijf jaar later was het aantal aids-pa- 31 tiënten gedaald en werd duidelijk dat het plan verstandig was, en 32 tevens dat het volstrekt niet vol te houden was, vanwege de hoge 33 prijzen die voor de gepatenteerde medicijnen werden gevraagd. 34 Daarom ging de Braziliaanse minister van Volksgezondheid 35 met de octrooihouders praten, de Amerikaanse gigant Merck en

240

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.241

het Zwitserse Roche, om een korting te bedingen. Toen de onder- 1 nemingen weigerden, zette Serra hoger in. Hij zei dat hij bij wet 2 gemachtigd was om in geval van een nationale noodsituatie lokale 3 laboratoria toestemming te geven gepatenteerde medicijnen na te 4 maken, vrij van royalty’s, en dat hij dat ook zou doen als het no- 5 dig was. De bedrijven bonden in en de prijzen daalden met meer 6 dan 50%. Inmiddels heeft Brazilië een van de grootste generieke- 7 medicijnenindustrieën ter wereld. Niet gratis, maar royaltyvrij, een 8 opvatting over intellectuele eigendom die deze industrie deelt met 9 de tecnobrega-dj’s. 10 En dan is er nog open source, waarin Brazilië wereldleider is. 11 Het land bouwde het grootste atm-netwerk op basis van Linux. De 12 opdracht van het federale Institute for Information Technology is 13 om het gebruik van de gratis soft ware te verbreiden in alle over- 14 heidsinstanties, en uiteindelijk in het hele land. Ministeries en 15 scholen gaan massaal over op opensourcesystemen. En binnen de 16 ‘digitale inclusie’-programma’s waarmee de overheid de computer 17 toegankelijk wil maken voor de 80% van de Brazilianen die er geen 18 hebben, is Linux de norm. 19 ‘Voor elke licentie voor Offi ce plus Windows in Brazilië – waar 20 22 miljoen mensen honger lijden – moeten we 60 zakken sojabonen 21 exporteren,’ zei Marcelo D’Elia Branco, coördinator van Brazilië’s 22 Free Soft ware Project, tegen schrijver Julian Dibbell. Vanuit zijn 23 perspectief is gratis soft ware niet alleen goed voor consumenten, 24 maar voor het hele land. 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

241

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.242

1 2 3 15 | Fantasieën over 4 5 overvloed 6 7 Gedachtenexperimenten in ‘post-schaarste’-samenlevin- 8 gen, van sciencefi ction tot religie 9 10 11 Elke sciencefi ctionschrijver kent de ongeschreven wet: je mag de 12 natuurkundewetten maar een of twee keer per verhaal overtreden. 13 Je kunt dus in de tijd reizen, de Matrix uitvinden of ons op Mars 14 zetten. Maar verder zijn we heel gewone mensen. Het leuke van dit 15 soort verhalen is nu juist dat je kunt zien hoe de mensheid reageert 16 op die ene verstoring van de werkelijkheid. 17 Sciencefi ction is wat schrijver Clive Th ompson ‘het laatste bas- 18 tion van het fi losofi sche schrijven’ noemt. Volgens hem is het een 19 soort simulatie waarin we een paar basisregels veranderen en ver- 20 volgens meer over onszelf leren. ‘Hoe zou het de liefde vergaan als 21 we vijfh onderd jaar oud werden? Als je terug kon gaan in de tijd 22 om beslissingen terug te draaien, zou je dat dan doen? Stel dat je 23 God met iets kon confronteren, met hem kon praten of hem do- 24 den?’ 25 Iets waar schrijvers altijd naar teruggrijpen, is de uitvinding van 26 een of andere machine die schaarste verandert in overvloed. Het is 27 de stofreplicator in Star Trek (elk materieel goed dat je maar kunt 28 bedenken staat na een druk op een knop voor je neus) en de door 29 robots gestuurde schijnwereld van wall-e (waar mensen verande- 30 ren in dikke klodders terwijl ze hun dagen op hun rug in zwevende 31 ligstoelen aan het zwembad doorbrengen met een drankje binnen 32 handbereik). 33 In sciencefi ctionkringen (en onder de meer avant-gardistische 34 techno-utopisten) heet dit ‘post-schaarste-economie’. In die con- 35 text zijn die romans niet enkel verhalen, het zijn ook lang uitge-

242

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.243

sponnen gedachtenexperimenten over wat er gebeurt als dure din- 1 gen opeens vrijwel gratis worden. 2 Neem ‘Th e Machine Stops’, een kort verhaal van E.M. Forster uit 3 1909 en een van de eerste voorbeelden van deze vorm. Het toont 4 een wereld waarin de mensheid zich in individuele cellen onder de 5 grond heeft teruggetrokken en waar geen enkele fysieke interactie 6 is. Een kolossale Machine zorgt voor leven, voor voedsel, enter- 7 tainment en bescherming tegen de gift ige wereld boven de grond. 8 Een soort mechanische god. Inderdaad gaan de mensen in het ver- 9 haal de Machine uiteindelijk aanbidden. En waarom ook niet? In 10 de kamers wordt in alle behoeft en van de mens voorzien: 11 12 Overal zaten knoppen en schakelaars – knoppen voor 13 eten, muziek, voor kleding. Er was een warm-badknop. 14 Als je daarop drukte, kwam er een (imitatie-) marmeren 15 kuip uit de vloer, tot de rand gevuld met een warme geu- 16 rende vloeistof. Er was een koud-badknop. Er was een 17 knop die literatuur tevoorschijn bracht. En er waren na- 18 tuurlijk knoppen waarmee [Vashti, het hoofdpersonage] 19 met haar vrienden communiceerde. 20 21 Vashti had geen andere bezigheden of ander doel dan redevoerin- 22 gen te houden voor haar vrienden via de apparatuur waarmee ze 23 onmiddellijke videocommunicatie tot stand kon brengen. (Ik weet 24 zeker dat dit ouders met pubers van nu bekend voorkomt.) 25 Echt een voorbeeld van overvloed dus. En hoe pakt dat uit? Niet 26 zo best. Omdat de Machine in alle persoonlijke interacties bemid- 27 delt, weten mensen niet meer hoe ze bij een ontmoeting in leven- 28 den lijve met elkaar moeten communiceren en staan ze doodsang- 29 sten uit dat ze elkaar inderdaad tegenkomen. De bewoners van de 30 Machine besluiten dat alle informatie uit de derde, vierde en zelfs 31 tiende hand verzameld moet worden om rechtstreekse ervaringen 32 te vermijden. Helaas komt er door deze vermijding van interactie 33 een eind aan alle creatieve samenwerking en is er geen vooruitgang 34 meer mogelijk. De mensheid ziet de zin nergens meer van in en 35

243

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.244

1 maakt zelfs geen kunst en literatuur meer voor de Machine. 2 Wanneer de Machine het uiteindelijk begint te begeven, weet 3 niemand hoe je hem moet repareren. De Machine valt uit elkaar, 4 de aardmensen sterven massaal, levend verpletterd in hun onder- 5 grondse huisvesting. Maar op het eind onthult een personage met 6 zijn laatste adem dat hij een samenleving van bannelingen heeft 7 ontdekt die nog altijd op de oppervlakte van de aarde leven, vrij 8 van de ketenen van overvloed. Oef! 9 Een ander sciencefi ctionwerk uit het begin van de 20e eeuw 10 heeft eenzelfde naargeestige toon. De ontwrichtingen veroorzaakt 11 door de Industriële Revolutie waren nog volop zichtbaar en de 12 maatschappelijke veranderingen die mechanisatie, urbanisatie en 13 globalisering met zich meebrachten, maakten mensen onzeker. 14 Machinaal geschapen overvloed werd gezien als iets voor de be- 15 voorrechte enkeling – degenen die profi teerden van de fabrieken 16 waarin anderen werkten. 17 In Fritz Langs Metropolis is de maatschappij onderverdeeld in 18 twee groepen: de planners en denkers die hoog boven de Aarde in 19 luxe leven, en een groep van arbeiders die ondergronds leven en 20 ploeteren om de machines voor de rijken draaiende te houden. De 21 fi lm gaat over de arbeidersopstand, maar de bredere boodschap is 22 duidelijk. Overvloed heeft een prijs: schaarste elders. 23 De twee wereldoorlogen zetten een domper op het meeste sci- 24 encefi ctionutopisme, maar het kwam weer terug aan het begin 25 van het ruimtetijdperk, nu zonder ook maar een zweem van on- 26 heilspellendheid. Net als de verhalen hierboven begint Th e City 27 and the Stars van C. Clark uit 1965 met een hermetisch afgeslo- 28 ten technostad, waar machines voor alle benodigdheden zorgen 29 en niemand ooit echt sterft . De inwoners vullen hun dagen met 30 fi losofi sche gesprekken, maken kunst en beleven avonturen in de 31 virtuele realiteit. Na een paar duizend jaar keren ze terug naar de 32 Scheppingszaal om hun bewustzijn opnieuw te laten digitaliseren. 33 Clarke schetst dit leven als idyllisch maar enigszins gespeend van 34 betekenis; de hoofdpersoon besluit de omringende woestijn in te 35 trekken om te kijken wat er nog meer is en vindt uiteindelijk een

244

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.245

wereld die op de onze lijkt, een wereld waar de normale cyclus van 1 geboorte en dood zingeving biedt. 2 De komst van het digitale tijdperk en het internet boden scien- 3 cefi ction een meer geloofwaardige bron van overvloed: de com- 4 puter. Je hoefde jezelf maar het Metaversum in te jagen en je kon 5 iedereen zijn die je wilde; schaarste was alleen maar een construc- 6 tie in de virtuele realiteit, en een beetje hacker kon krijgen wat 7 hij wilde. Eigentijdse schrijvers keken positiever tegen overvloed 8 aan, omdat ze die al meemaakten – internet maakte een eind aan 9 informatieschaarste. 10 Natuurlijk moet een plot spannend zijn en dus is niet alles fan- 11 tastisch in deze utopia’s van overvloed. In Cory Doctorows Down 12 and Out in the Magic Kingdom heeft een onduidelijke technologie 13 die door de Bitchun-maatschappij wordt beheerst, ‘het medische 14 beroep zowat overbodig gemaakt. Wat moet je met een operatie als 15 je een kloon kunt kweken, een back-up kunt maken en het lichaam 16 kunt verversen? Sommige mensen wisselden al van lichaam als ze 17 verkouden waren.’ Een en ander heeft echter tot gevolg dat men- 18 sen zich gaan vervelen en apathisch worden. Een personage legt 19 uit: ‘Junks missen de nuchterheid niet, omdat ze vergeten zijn hoe 20 scherp alles was, hoe het verdriet de vreugde zoeter maakte. We 21 zijn vergeten hoe het was om te werken om te overleven; je zorgen 22 te maken dat er misschien niet genoeg was, dat we ziek konden 23 worden of onder een bus komen.’ 24 Wat schaars wordt in Doctorows wereld, is reputatie of ‘whuffi e’. 25 Dit dient als een digitaal betaalmiddel dat mensen kunnen krij- 26 gen in ruil voor goede daden, en dat afneemt bij slecht gedrag. De 27 whuffi es van iedereen staan genoteerd op grote borden en dienen 28 als maatstaf voor status. Wanneer aan alle fysieke behoeft en is vol- 29 daan, wordt maatschappelijk kapitaal het belangrijkste goed. 30 In Neal Stephensons Diamond Age: A Young Lady’s Illustrated 31 Primer is de overvloed afk omstig van nanotechnologische ‘mate- 32 rieschikkers’. Die kunnen alles maken, van matrassen tot voedsel. 33 Wat er nog rest aan werk, is nieuwe dingen ontwerpen die de schik- 34 kers kunnen maken, en daar zijn maar weinig mensen voor nodig. 35

245

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.246

1 Twee miljard mensen hebben niets te doen. In het boek worden de 2 inspanningen van één man gevolgd die een manier uitvindt om ze 3 op te leiden (de primer). Dit doet denken aan een thema dat schrij- 4 vers in de tijd van de eerste industriële revolutie kozen: wanneer 5 machines al het werk overnemen, wat motiveert ons dan nog? 6 In sommige van deze boeken betekent het einde van de schaars- 7 te aan arbeid een bevrijding van de geest, maakt het een eind aan 8 oorlogen en schept het een beschaving van spirituele, fi losofi sche 9 wezens. In andere boeken maakt het einde van schaarste ons lui, 10 decadent, dom en gemeen. Het vraagt niet veel tijd om online 11 voorbeelden van beide te vinden. 12 13 14 Leven na de dood 15 Misschien bestaat er geen beter voorbeeld van de extremen die het 16 gevolg zijn van overvloed/schaarste dan in religie. 17 De hemel is de ultieme verbeelding van overvloed: engelen zwe- 18 ven op pluizige wolken, spelen harp en ontstijgen fysieke behoef- 19 ten. Wie vroom sterft , wordt integer, glorieus en volmaakt. Alle 20 fysieke gebreken waaronder het lichaam mogelijk heeft gezwoegd, 21 worden uitgewist. Islamitische teksten zijn explicieter over de de- 22 tails: de bewoners hebben allemaal dezelfde leeft ijd (32 voor man- 23 nen) en dezelfde status. Ze dragen kostbare gewaden, armbanden, 24 parfum en nemen, achteroverleunend op sofa’s die zijn ingelegd 25 met goud of edelstenen, deel aan exquise banketten, die door on- 26 sterfelijke jongelingen worden opgediend in kostbare schalen. Een 27 van de voedingsmiddelen die worden genoemd, zijn heldere dran- 28 ken die geen dronkenschap of ruzie opwekken. 29 George Orwell maakte een satire van dit visioen van een paradijs 30 van overvloed. In Animal Farm werd de levende have verteld dat ze 31 na hun miserabele leven naar een plek gingen waar het ‘zeven da- 32 gen in de week zondag was, waar het hele jaar door klaver groeide 33 en waar suikerklontjes en lijnzaadcake aan de heggen groeiden’. 34 Maar je hebt niet veel spotprenten in de krant nodig om je voor 35 te stellen dat we ons binnen de kortste keren stierlijk zouden ver-

246

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.247

velen als we de mythe van de hemelse overvloed te letterlijk opvat- 1 ten. Gewaden, harpen, elke dag hetzelfde als de vorige – bah. Geen 2 wonder dat overvloed in fi ctie al snel tot een gevoel van totale zin- 3 loosheid leidt en tot de opgezwollen vadsigheid van wall-e. Maar 4 leidt het einde van schaarste echt onvermijdelijk tot het einde van 5 discipline en motivatie? 6 Het loont de moeite om voor het antwoord te kijken naar een 7 historische analogie: de beschavingen van Athene en Sparta. Beide 8 klassieke steden leefden in werelden die functionele overvloed 9 kenden, omdat ze door enorme slavenpopulaties werden onder- 10 steund. De slaven voorzagen in alle behoeft en die lichamelijke 11 inspanning vergden, ongeveer zoals in de Machine of de Bitchun- 12 maatschappij. Als je tot de gelukkigen behoorde die in de juiste 13 klasse waren geboren, hoefde je nooit te werken. 14 Geen van beide steden stagneerde door een gebrek aan zinvol- 15 le bezigheden. De Atheners werden kunstenaars en fi losofen en 16 zochten zingeving in het abstracte, terwijl de Spartanen hun leven 17 wijdden aan militaire kracht en macht. In plaats van het leven een 18 doel te ontnemen, schiep overvloed een schaarste aan betekenis. 19 De Atheners klommen hogerop in de piramide van Maslow en ver- 20 diepten zich in wetenschap en creativiteit. En de vechtlust van de 21 Spartanen? Ik denk dat Maslow die ook een vorm van zelfverwe- 22 zenlijking zou noemen. 23 De les die we van fi ctie leren, is dat we ons eigenlijk geen goede 24 voorstelling van overvloed kunnen maken. Onze hersens zijn in- 25 gericht op schaarste; we concentreren ons op de dingen die we niet 26 hebben, van tijd tot geld. Dat motiveert ons. Als we krijgen waar- 27 naar we streven, is de lol er vaak snel af en gaan we op zoek naar 28 nieuwe schaarste. We worden gedreven door wat we niet hebben, 29 niet door wat we al hebben. 30 Daarom denken lezers onder de dertig zo vaak ‘ja, hèhè!’ wan- 31 neer je vertelt dat de marginale kosten van al die economische vrij- 32 gevigheid op internet bijna nul zijn. In het oude paradigma golden 33 digitale goederen die te goedkoop zijn om te meten als een vrijwel 34 ondenkbare weelde. Maar in het nieuwe paradigma loont het nau- 35

247

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.248

1 welijks de moeite om te meten. Overvloed is altijd het licht op de 2 vólgende piek, nooit dat op de piek waarop we staan. Economisch 3 is overvloed de drijfveer achter innovatie en groei. Maar psycholo- 4 gisch is schaarste het enige wat we echt begrijpen. 5 Ik wil eindigen met een voorbeeld uit de begintijd van het 6 Industriële Tijdperk. In Shropshire in Engeland hadden de plaat- 7 selijke ijzerfabrieken in 1770 een methode ontwikkeld om grote 8 stukken ijzer te kunnen maken. Omdat ze de voordelen van dit 9 nieuwe duurzame bouwmateriaal wilden laten zien, gaven de fa- 10 briekseigenaren ingenieurs de opdracht om een brug te bouwen 11 die uitsluitend uit ijzer bestond. De Iron Bridge over de rivier de 12 Severn is nog altijd een toeristische attractie, en hij is niet alleen 13 opmerkelijk vanwege de ambities van de bouwers en alle verwon- 14 dering die hij heeft opgewekt, maar ook omdat hij volledig is ge- 15 bouwd volgens de principes van de houtverwerking. 16 Elke deel van het geraamte werd afzonderlijk gegoten, en de de- 17 len werden op dezelfde manier aan elkaar bevestigd als in houten 18 constructies, bijvoorbeeld met pen-en-gatverbindingen en blinde 19 zwaluwstaartverbindingen. De halve brugpijlers werden met bou- 20 ten op de kroon van de boog aan elkaar bevestigd. Duizenden van 21 deze metalen planken werden aan elkaar gezet, alsof ze uit een me- 22 taalbos waren gefreesd. Het gevolg was dat de brug veel te zwaar 23 van opzet werd, en binnen een paar jaar begon het metselwerk 24 scheuren te vertonen onder de druk van 380 ton ijzer. 25 Het duurde tientallen jaren voor mensen begrepen dat je met 26 ijzer ook anders kon omgaan. De beperkingen van hout, in lengte 27 en zwakte van de as, golden niet voor ijzer. Met metaal kon je veel 28 langere brugbogen maken en je kon het aan elkaar lassen. Latere 29 bruggen met de omvang van de Iron Bridge wogen nog niet de helft 30 van deze brug. Mensen herkennen overvloed niet altijd als ze die 31 voor het eerst zien. 32 33 34 35

248

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.249

1 2 16 | ‘Je krijgt waarvoor 3 4 je betaalt’ 5 6 en andere twijfels over Gratis 7 8 9 10 Eind 2007 werd Andrew Rosenthal, schrijver van het hoofdredac- 11 tioneel commentaar in Th e New York Times, geïnterviewd door het 12 tijdschrift Radar, onder andere over de beslissing om alle inhoud 13 van de Times online gratis te maken en TimesSelect, waarin alleen 14 abonnees toegang hadden tot onder andere de bijdragen van co- 15 lumnisten, af te schaff en. 16 Hij zei hierover het volgende: 17 18 Ik geloof dat de nieuwsbladenindustrie zonder duidelijk 19 aanwijsbare reden als één man de afgrond is in gespron- 20 gen, toen we besloten om de wereld mee te delen dat wat 21 wij doen helemaal geen waarde heeft . We hadden vanaf 22 de eerste dag voor onze websites moeten laten betalen. 23 Abonnees hebben altijd deel uitgemaakt van dit bedrijf. 24 Je moet betalen voor papier. Je moet betalen voor 25 pixels. Die kosten geld. Volgens mij was het een enorme 26 vergissing. Ik kan het niet meer terugdraaien, maar als je 27 naar het internet kijkt, is het enige wat gratis is dat waar- 28 mee wij ons bezighouden: informatie. Al het andere kost 29 geld. Ringtones kosten een dollar. Je betaalt voor toegang 30 tot internet. Je betaalt voor je e-mail. Iedereen zegt dat e- 31 mail gratis is. Dat is het niet. Ten eerste betaal je je provider 32 ervoor. En als je bijvoorbeeld Google-mail gebruikt, maak 33 je van jezelf een reclamebuis voor een reuzencorporatie. Er 34 is niets gratis aan internet. Allemaal fl auwekul. 35

249

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.250

1 Even afgezien van de meer evidente bezwaren tegen Rosenthals 2 redenering (als hij er moeite mee heeft om een reclamebuis van 3 reuzencorporaties te worden, werkt hij voor het verkeerde bedrijf), 4 moet ik zeggen dat hij wel een paar belangrijke thema’s aansnijdt. 5 Ik heb zijn citaat volledig aangehaald, omdat ik me voorstel dat een 6 hoop lezers instemmend hebben geknikt toen ze het voor het eerst 7 lazen (en misschien doen ze dat hier nog eens). Hij doet ook een 8 paar veronderstellingen. Ik hoor ze elke dag: ‘geen prijs betekent 9 geen waarde’; ‘je moet voor pixels betalen’; er is niets gratis aan 10 het internet, ‘want je betaalt je provider ervoor’; ‘informatie is het 11 enige wat gratis is op internet’, enzovoort. 12 In al deze beweringen zit een kern van waarheid, en toch is deze 13 manier van denken gewoon verkeerd – helemaal verkeerd zelfs. 14 Niettemin gaat er geen dag voorbij of ik hoor deze en andere twij- 15 fels over Gratis die evenzeer berusten op een misvatting (en dan 16 heb ik het even niet over het gebruikelijke etiket ‘beroepsprofi teur’, 17 dat ik nog altijd grappig vind al weet ik dat dit niet de bedoeling 18 is). Hier volgen de veertien meest gehoorde bezwaren tegen het 19 concept van een economie op basis van Gratis, met een voorbeeld 20 van elk en mijn commentaar: 21 22 1. Voor niets gaat de zon op. 23 24 You, me / Understand / Shake my hand / Last chance, little man / 25 Ain’t it grand / It’s a bargain, it’s a steal / 30 pieces of silver / And a 26 deal’s a deal / Sign upon the dotted line / I’ll be yours and you’ll be 27 mine / Nothing’s free / Eventually / Nothing’s free 28 – Alice Cooper, ‘Nothing’s Free’ 29 30 Deze aloude wijsheid staat in de wereld van de economie bekend als 31 tanstafl (Th ere ain’t no such thing as a free lunch), en het was de 32 favoriete repliek van Milton Friedman, de Nobelprijs-winnaar en 33 voormalig hoogleraar economie aan de Universiteit van Chicago. 34 Het betekent niet meer dan dat een persoon of samenleving niets 35 voor niets kan krijgen. Zelfs als iets gratis lijkt, zijn er altijd kosten

250

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.251

aan verbonden voor een persoon of de samenleving als geheel, ook 1 al worden deze verborgen of verspreid. 2 Is dat altijd waar? Eigenlijk zijn dit twee vragen, een economi- 3 sche en een praktische: logisch gezien moet er ergens iemand be- 4 talen, toch? En uiteindelijk ben ik dat, of niet soms? 5 Het korte antwoord op de eerste vraag is ja. Uiteindelijk moeten 6 alle kosten worden betaald. Maar wat er aan het veranderen is, is 7 dat die kosten verschuiven van voornamelijk ‘verborgen’ (de klei- 8 nigheid van dat bier bij de gratis lunch waarvoor je moet betalen) 9 naar ‘verspreide’ kosten (iemand betaalt, maar jij waarschijnlijk 10 niet; misschien worden de kosten nog eens zo breed verspreid dat 11 we ze individueel helemaal niet meer voelen). 12 Economen zien deze regel meestal in de context van ‘gesloten 13 markten’, zoals de balans van het restaurant dat die lunch serveert. 14 Als jij niet voor de lunch betaalt, doet je lunchpartner dat. En als 15 zij niet betaalt, betaalt de restauranthouder. Of als de restaurant- 16 houder niet betaalt, doet de leverancier dat. Enzovoort. De boeken 17 moeten kloppen, linksom of rechtsom. 18 Maar de wereld is vol markten die niet gesloten zijn en die vaak 19 overlopen in de markten daaromheen, wat we misschien wel of 20 niet meten. We hebben de interactie tussen monetaire en non- 21 monetaire markten al besproken. In de monetaire markt was je 22 lunch misschien gratis, maar je hebt er met je tijd en aanwezig- 23 heid in de markt van aandacht en reputatie voor betaald. Dit zijn 24 ‘externaliteiten’, zoals economen de zaken noemen die niet in de 25 standaardmodellen passen. Een externaliteit zijn bijvoorbeeld de 26 ‘kosten van alternatieven’ – de waarde van iets anders wat je had 27 kunnen doen in de tijd dat je zat te lunchen. 28 Als het mogelijk zou zijn om alle denkbare (non-)monetaire 29 markten te becijferen en de juiste conversieratio’s uit te werken, 30 zou Friedman ongetwijfeld gelijk krijgen. Maar dat kunnen we 31 niet. Het feit dat we in theorie de ecologische kosten kunnen bere- 32 kenen van de lucht die je net hebt ingeademd, doet niets af aan de 33 praktische realiteit dat de lucht gratis is, in alle opzichten die wij 34 belangrijk vinden. 35

251

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.252

1 De economie, althans de geïdealiseerde vorm daarvan, gehoor- 2 zaamt aan behoudswetten: wat erin gaat moet er ook uit komen. 3 Als je bijvoorbeeld meer geld drukt, zegt de standaard monetaire 4 theorie dat je het bestaande geldaanbod devalueert met een even 5 grote hoeveelheid. 6 Maar in werkelijkheid wordt economie niet voor niets de ‘arm- 7 zalige wetenschap’ genoemd. Net als andere studies van het mense- 8 lijk gedrag is economie namelijk nogal vaag. Wat niet rechtstreeks 9 in economische systemen kan worden berekend, wordt handmatig 10 in een categorie gestopt die ‘externaliteiten’ heet (wanneer je bij- 11 voorbeeld een paar schoenen koopt, hoef je niet te betalen voor 12 de milieukosten van de CO2-uitstoot die de vervaardiging heeft 13 opgeleverd. Dit noemen we een ‘negatieve externaliteit’, iets waar 14 we verderop uitgebreid op terug zullen komen). De kosten van die 15 gratis lunch vallen grotendeels in deze categorie. Technisch zijn ze 16 er wel, maar jij merkt er niets van. 17 Laten we ter illustratie eens bekijken wat er met het geld gebeurt 18 als je betaalt om een lemma in Wikipedia te lezen. De Wikipedia 19 Foundation, die betaalt voor de servers en de bandbreedte waarop 20 Wikipedia draait, is een non-profi torganisatie die door zowel par- 21 ticulieren als corporaties wordt gesponsord. We gaan er even van 22 uit dat je niet een van die duizenden sponsors bent (slechts een 23 minuscule fractie van de gebruikers is dat wel), maar misschien wel 24 een klant van een bedrijf dat Wikipedia steunt, bijvoorbeeld Sun 25 Microsystems. Mogelijk betaal je dan een piepklein beetje meer 26 voor Suns servers dan je anders zou doen. Zo bouwt Sun voldoen- 27 de winstmarge op om een donatie te kunnen doen. Geen klant bij 28 Sun? Nou, Google is ook een sponsor van Wikipedia. Misschien 29 heb je ooit voor een Google-advertentie betaald die een triljoenste 30 cent duurder was dan wanneer Google geen donatie had gedaan. 31 Geen adverteerder? Misschien heb je dan een product gekocht van 32 een van hun adverteerders, en dat product was een triljardste cent 33 duurder vanwege deze aaneenschakeling van gebeurtenissen. 34 We hebben het inmiddels over fracties van een cent die in de 35 orde vallen van het aantal atomen in dat muntje. Met andere woor-

252

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.253

den, je kunt wel redeneren dat je uiteindelijk toch betaalt voor dat 1 lemma in Wikipedia, maar dat is net zo waar als de stelling dat de 2 trilling van een vlindervleugel in China gevolgen heeft voor het 3 weer in jouw woonplaats. Technisch is er misschien een verband, 4 maar het is te klein om te meten en dus niet de moeite. 5 Nu even terug naar Rosenthals opmerking dat je zoals je voor 6 papier moet betalen, ook ‘voor pixels moet betalen’. Ook dat is tech- 7 nisch gesproken waar. Maar als redacteur van een onderneming 8 die zowel met papier als pixels werkt, weet ik dat de verschillen 9 veel groter zijn dan de overeenkomsten. We betalen dollars om een 10 tijdschrift te drukken, te binden en naar je toe te sturen (de kosten 11 van de inhoud van het tijdschrift niet meegerekend), maar slechts 12 microcenten om diezelfde informatie via onze website toegankelijk 13 voor je te maken. Daarom kunnen we deze laatste methode als 14 gratis beschouwen, omdat ze eigenlijk te goedkoop is om te meten. 15 Al met al lopen de rekeningen van Wired’s server en bandbreed- 16 te in de duizenden dollars per maand. Maar daarmee bereiken we 17 wel miljoenen lezers. Vanwege de waarde van die lezers doen we 18 met alle plezier alsof die pixels gratis zijn. Vooruit, laten we toege- 19 ven dat de tegenstanders in letterlijke zin gelijk hebben: Gratis is 20 niet echt gratis. Maar in veel gevallen zou het dat net zo goed wel 21 kunnen zijn. En daar gaat het vooral om bij de beslissing hoe we 22 ons leven en bedrijf willen leiden. 23 24 2. Gratis heeft altijd verborgen kosten/Gratis is een truc. 25 26 Gratis is niet meer wat het geweest is, vooral niet op het internet, 27 waarvan de geschiedenis en technologie zijn gebaseerd op de idee 28 dat informatie en zo’n beetje al het andere online gratis willen zijn. 29 Webcadeautjes laten een sterk stijgende prijslijn zien, in de vorm van 30 computerstoringen, frustraties en verlies van privacy en veiligheid – 31 om nog maar te zwijgen van de dreiging van dure rechtszaken tegen 32 mensen die op grote schaal muziek downloaden. 33 – John Schwartz, Th e New York Times 34 35

253

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.254

1 Dit is niet zozeer een drogreden als wel een stereotype. Tuurlijk 2 zitten er soms voorwaarden aan Gratis. Advertenties maken je 3 pagina rommelig. Er worden beperkingen opgelegd. Je wordt ge- 4 dwongen andere producten te kopen of je zit vast aan iets wat 5 allesbehalve gratis is. We worden eerst lekker gemaakt en dan uit- 6 geschud. 7 Maar dit beschrijft het Gratis van de 20e eeuw een stuk beter 8 dan het Gratis van de 21e. Meestal kun je je het beste door je ge- 9 zonde verstand laten leiden: als iets te mooi om waar lijkt te zijn, 10 is het dat waarschijnlijk ook, vooral in de wereld van atomen. De 11 marginale kosten van een gratis vleugje parfum in het warenhuis 12 zijn zo laag dat je gelooft dat het echt gratis is. En terecht ga je er- 13 van uit dat je die gratis vakantie toch uiteindelijk op een of andere 14 manier betaalt. 15 Het 21e-eeuwse Gratis is echter gebaseerd op bits en daarvoor 16 zijn de marginale kosten bijna nul. Dus zijn verborgen kosten niet 17 nodig. Ze zijn er misschien wel, zoals Schwartz ons graag in herin- 18 nering brengt, maar deze observatie is meer een toelichting bij het 19 feit dat er op gratis producten geen garantie zit (je kunt het caveat 20 non-emptor noemen – niet-koper wees op je hoede). Het model 21 vereist dat ook niet. Gratis kan net zo goed zijn als Betaald, of 22 zelfs beter: geen trucs of addertjes onder het gras (denk aan open- 23 sourcesoft ware). 24 Het is tijd dat we ermee stoppen bits als atomen te zien en aan te 25 nemen dat de oude beperkingen nog steeds gelden. Bedrog vormt 26 niet langer een essentieel onderdeel van het model. 27 28 3. Internet is niet echt gratis, want je betaalt voor de toegang. 29 30 Sorry hoor, maar wanneer was internet ooit gratis? ‘Free’ misschien, 31 zoals in vrijheid van meningsuiting, maar niet ‘free’ als in gratis bier. 32 We moeten allemaal een provider betalen om toegang te krijgen tot het 33 net, dus betalen we al voor wat er op staat.’ 34 – Reactie op een artikel van Laurie Langham 35

254

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.255

Veel mensen denken ten onrechte dat de 30 of 40 dollar die we per 1 maand aan onze toegang tot internet kwijt zijn, het hele internet 2 subsidiëren. Nu wordt de infrastructuur van de transmissie deels 3 uit dit bedrag betaald, maar het heeft niets te maken met wát er 4 over het net reist, net zo min als het verbruik van belminuten op je 5 mobiele telefoon iets zegt over de waarde van wat er in die minu- 6 ten wordt gezegd. Je betaalt voor de geleverde bits en niet voor de 7 waarde in de bits zelf. Dat is het verschil tussen ‘inhoud’ en ‘drager’, 8 twee heel verschillende markten. De drager is niet gratis, de inhoud 9 vaak wel. Met de maandelijkse rekening aan de provider wordt de 10 levering van die inhoud gefi nancierd, maar de creatie van de in- 11 houd valt onder een heel ander economisch model. 12 Het is niet zo gek dat mensen dit verwarrend vinden, want er 13 zijn inderdaad maar weinig markten waarin de drager de inhoud 14 subsidieert. In de wereld van kabel-tv betaalt de lokale kabelmaat- 15 schappij een licentiebedrag voor de video die over de kabel wordt 16 gestuurd en dat bedrag zie je terug op je maandrekening. Maar 17 internet werkt anders: je provider heeft geen zeggenschap over de 18 bits die hij verzendt en betaalt daar ook niet voor. (In juridische 19 termen is het een ‘openbaar vervoersbedrijf’.) 20 De vergissing is ook te begrijpen als een voorbeeld van het af- 21 meten van de waarde van een ding aan de verkeerde grootheden. 22 In termen van minerale inhoud is mijn jongste zoon zo’n vijf dol- 23 lar waard op de huidige fysieke leveringsmarkt, maar daarvoor 24 zou ik hem niet aan je verkopen. Hij is voor mij meer waard door 25 de wijze waarop die mineralen in elkaar steken, plus alle andere 26 atomen, kwantumtoestanden en schattigheden die hem tot een 27 persoon maken. Het is een vergissing om de kosten van mega- 28 bittransmissie te verwarren met de kosten van hun productie of 29 hun waarde voor de ontvanger. Hetzelfde doe je als je niet begrijpt 30 waarin de waarde eigenlijk zit. Die zit niet in het netwerk, maar in 31 de productie en consumptie aan de uiteinden, waar we bits omzet- 32 ten in betekenis. 33 34 35

255

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.256

1 4. Gratis draait alleen maar om reclame (en die markt is 2 beperkt). 3 4 In de ‘gratis’ wereld van vandaag kun je in de meeste categorieën per 5 defi nitie onmogelijk een kleine onderneming beginnen die zichzelf 6 kan bedruipen en groeien. Dit komt doordat reclame in de digitale 7 wereld, de enige werkelijke inkomstenstroom, geen kleine digitale 8 ondernemingen kan steunen. Als bedrijven waren gebaseerd op het idee 9 dat mensen voor diensten betalen, konden kleine bedrijven op kleine 10 schaal succesvol zijn en groeien. Maar het is heel moeilijk om prijzen te 11 berekenen als de concurrentie gratis is. 12 – Hank Williams in de Silicon Alley Observer 13 14 Een van de grootste misvattingen over Gratis op het web is de 15 gedachte dat alles om adverteren draait. Het is waar dat model- 16 len gebaseerd op advertenties het eerste tijdperk van het web 17 hebben beheerst, maar inmiddels groeit freemium – het model 18 waarin sommige mensen rechtstreeks betalen, en vele anderen 19 steunen die helemaal niets betalen – zo snel dat het met het ad- 20 vertentiemodel kan concurreren (zoals we in hoofdstuk 1 zagen). 21 Online-videogames bijvoorbeeld kiezen bijna allemaal voor de 22 freemiumstrategie, net als de snelgroeiende web-gebaseerde-soft - 23 warebranche (‘soft ware als een dienst’). Williams heeft gelijk dat 24 de meeste ondernemingen op het web klein zijn en moeilijk van 25 reclame kunnen leven. Maar hij heeft ongelijk dat dit het enige 26 bedrijfsmodel is voor onlinebedrijven. Steeds meer bedrijven, 27 bijvoorbeeld 37signals uit Chicago, werken met gratis testversies 28 om soft ware op de markt te brengen die op de ouderwetse manier 29 wordt betaald: rechtstreeks door de klanten. 30 Klinkt dit ouderwets? Dat kan zijn, maar op de juiste markt 31 werkt het soms. Het geheim van 37signals is volgens David 32 Heinemeier Hansson, een van de oprichters van 37signals, dat ze 33 zich niet richten op klanten in het algemeen (die hun portemon- 34 nee maar moeilijk trekken) of grote bedrijven (waar het dringen 35 is en het aankoopproces traag verloopt). 37signals richt zich liever

256

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.257

op de ‘Fortune 5 Million’ – kleine bedrijven met specifi eke be- 1 hoeft en waarin de reguliere markt niet voorziet. Soft ware voor het 2 projectmanagement van 12-persoonsteams, dat soort producten 3 verkoopt 37signals. Bedrijven die gefrustreerd zijn door de veel 4 te uitgebreide standaardsoft ware van grote bedrijven en moeilijk 5 te openen opensource-alternatieven betalen maar wat graag een 6 paar honderd dollar per jaar voor de 37signals-versie. 7 Je hoeft maar te kijken naar de ‘app-markt’ (alle programma’s 8 die je van iTunes kunt downloaden voor je telefoon) van iPhone. 9 Daar zijn honderden kleine bedrijven (met vaak maar één pro- 10 grammeur) die een piepkleine omzet verdienen met de verkoop 11 van soft ware, op een markt waar anderen de soft ware weggeven. 12 Reclame is niet nodig – het gaat om producten die speciaal voor 13 de klant ontwikkeld zijn of om een geavanceerde versie van de 14 gratis basisvorm. Hetzelfde geldt voor duizenden bedrijven die 15 zeer specifi eke gebruiksprogramma’s online verkopen, die je vaak 16 gratis kunt uitproberen. Daar is niets nieuws aan – de shareware- 17 markt gaat al tientallen jaren mee – maar omdat deze soft ware 18 nu webgebaseerd wordt, wordt het steeds gemakkelijker om te 19 doen. 20 Het tweede bezwaar tegen de bewering dat Gratis online al- 21 leen maar om reclame draait, is dat daarmee wordt geïmpliceerd 22 dat er grenzen aan Gratis zijn: de omvang van de reclametaart is 23 toch niet oneindig! Dit mag wel waar zijn, maar het is allerminst 24 duidelijk waar die grenzen liggen en hoeveel groter de adverten- 25 tiemarkt online nog kan worden. Google heeft laten zien dat ad- 26 vertenties online zo gevarieerd kunnen zijn – meetbaar, gericht, 27 alleen betaald voor prestaties – dat ze een heel nieuwe categorie 28 adverteerders aantrekken: kleine en middelgrote bedrijven die 29 sleutelwoorden voor een paar centen per klik kopen. Het is niet zo 30 dat er alleen een grotere hap uit de reclametaart wordt genomen; 31 de taart wordt ook groter. 32 33 34 35

257

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.258

1 5. Gratis betekent meer advertenties en dat betekent minder 2 privacy. 3 4 Ik heb talloze mensen die met Facebook leven en slapen gevraagd 5 hoeveel ze daarvoor wilden betalen, en ze zeiden allemaal: niks. 6 Daarom wordt Facebook de slaaf van de adverteerders en prostitueren 7 ze hun gebruikersinformatie voor elke cent die ze kunnen krijgen. Het 8 is niet zo ondenkbaar dat hun persoonlijke informatie niet met jan en 9 alleman gedeeld zou worden als mensen voor meer diensten zouden 10 betalen. 11 – Paul Ellis, pseudosavant.com 12 13 Dit is een veelgehoorde zorg als het over reclame in het algemeen 14 gaat. Mensen gaan er vaak van uit dat alle sites die met adver- 15 tenties werken, hun gebruikersgedrag wel zullen traceren en die 16 informatie aan adverteerders zullen doorverkopen. Dit argument 17 geeft voeding aan de veronderstelling dat Gratis, omdat het zo 18 vaak door advertenties wordt gesteund, een ondermijnende wer- 19 king heeft en leidt tot de alomtegenwoordigheid van gluiperige 20 marketing. 21 In werkelijkheid is Facebook nog altijd eerder uitzondering dan 22 regel. De meeste door advertenties gesteunde sites hebben een pri- 23 vacybeleid dat verbiedt om gebruikersinformatie door te spelen 24 aan adverteerders (en de meeste adverteerders zouden niet eens 25 weten wat ze met die informatie moesten doen). 26 Ellis gaat ervan uit dat sites meer bereid zijn om je privacy te 27 beschermen wanneer je rechtstreeks voor diensten betaalt in plaats 28 van adverteerders daarvoor te laten betalen. Zij werken dan voor 29 jou en niet voor de adverteerders. Dit is misschien waar, maar het 30 hoeft niet altijd zo te gaan. 31 De mediawereld is al tientallen jaren bezig een manier te vinden 32 om een evenwicht te scheppen tussen de belangen van de con- 33 sument en die van de adverteerder. De oplossingen lopen uiteen 34 van richtlijnen voor de branche tot de ‘Berlijnse muren’ die re- 35 dactionele en zakelijke functies moeten scheiden. Het probleem

258

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.259

is niet nieuw en het is mogelijk gebleken om je redactionele onaf- 1 hankelijkheid te bewaren terwijl de adverteerders voor de kosten 2 opdraaien. 3 Toch wil ik opmerken dat privacy geen statisch gegeven is. In 4 Europa wordt persoonlijke informatie door een uitgebreid wetten- 5 stelsel beschermd, maar in de VS is het meer een kwestie van indi- 6 viduele gedragscodes binnen bedrijven en druk van consumenten. 7 Maar de generatie die nu opgroeit met internet heeft niet meer 8 dezelfde verwachtingen over privacy als wij twintig jaar geleden. 9 Als je net beelden van dronken taferelen op je corpsfeestje van af- 10 gelopen vrijdag hebt ‘overshared’ en alle details over je laatste lief- 11 desrelatie uit de doeken hebt gedaan, hoe erg kun je het dan nog 12 vinden dat een marketeer je een korting op een kledinglijn stuurt 13 op basis van je aangegeven voorkeuren? 14 15 6. Geen kosten = geen waarde. 16 17 Het stemt mij treurig dat mensen vinden dat muziek gratis hoort te 18 zijn, dat ons werk niet op waarde wordt geschat. Wanneer je muziek 19 gratis krijgt van vrienden die cd’s branden, kun je geen goed idee 20 hebben van hoeveel werk er in zo’n album zit. 21 – Sheryl Crow, in een interview in Th e New York Times Magazine 22 23 Zie je de denkfout? Die is dat waarde alleen in geld te meten is. Het 24 web is hoofdzakelijk opgebouwd op twee non-monetaire econo- 25 mieën – aandacht (verkeer) en reputatie (links) – die beide gewel- 26 dig profi teren van gratis inhoud en diensten. En je kunt die twee 27 valuta tamelijk eenvoudig omzetten in contanten, zoals één blik op 28 de balans van Google duidelijk maakt. Of neem de ted-conferen- 29 tie, die duizenden dollars per toegangskaartje vraagt en tegelijker- 30 tijd alle gesprekken online uitzendt (zie kader op bladzijde 140). 31 Crow profi teert er natuurlijk enorm van als vrienden van haar fans 32 haar albums stelen en branden voor nog meer vrienden. Elke keer 33 dat er een cd wordt weggegeven, is dat een aanbeveling door een 34 partij die wordt vertrouwd. Er zijn marketeers die een moord zou- 35

259

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.260

1 den doen voor zo’n authentieke mond-tot-mondreclame, die ook 2 nog eens zo snel van de grond komt. 3 Wanneer mensen cd’s stelen en branden (of zoals tegenwoordig 4 waarschijnlijker is: elektronisch delen via iTunes of ruilen tegen an- 5 dere bestanden), zeggen ze niet dat Crow geen werk in haar album 6 heeft gestopt. Ze zeggen eigenlijk dat ze geen werk heeft gestopt in 7 die specifi eke vorm van distributie – het maken van een digitale 8 kopie. En dat is ook zo. De marginale kosten van die transfer zijn 9 voor haar nihil, en het vanzelfsprekende inzicht dat de huidige, 10 bestanden-ruilende generatie heeft in de digitale economie, maakt 11 dat zij eerder tot de conclusie komen dat zij voor die transfer ook 12 niks hoeft te krijgen. 13 Crow verdient haar geld uiteindelijk toch wel, met concerten, 14 merchandise, licenties voor reclames en soundtracks en jazeker, 15 ook met de verkoop van een deel van haar muziek aan mensen die 16 nog altijd cd’s willen of haar muziek liever online kopen. Maar haar 17 beroemdheid en geloofwaardigheid nemen alleen maar toe wan- 18 neer bestandenruilers haar muziek downloaden of cd-ruilers haar 19 cd’s rippen en branden. In ieder geval levert fi le sharing haar winst 20 in reputatie-valuta. We kunnen onmogelijk uitrekenen hoeveel van 21 die winst in contanten kan worden vertaald via deze andere manie- 22 ren van verspreiding, maar het is niet nul. Zou het meer zijn dan 23 de directe inkomsten die ze zou krijgen als deze mensen voor de 24 muziek betaalden? We zullen het nooit weten. 25 Achter in dit boek staat een lijst met vijft ig bedrijfsmodellen 26 op basis van Gratis, en er bestaan nog honderden andere. Ze zijn 27 allemaal gebaseerd op de idee dat gratis spullen waarde hebben en 28 dat we die afmeten aan de handelingen van mensen. Je komt er het 29 beste achter wat mensen op waarde schatten als je onderzoekt waar 30 mensen hun tijd aan besteden. We worden weliswaar welvarender, 31 maar we krijgen niet meer uren in een dag. Crow wordt beluisterd 32 door een generatie die meer afl eiding kent dan welke andere ge- 33 neratie ook in de geschiedenis. Zij hebben de meeste keus en de 34 meeste dingen die om hun tijd vragen. Er zijn ergere dingen dan 35 aandacht krijgen.

260

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.261

7. Gratis is funest voor innovatie. 1 2 Van de economieën in de wereld geloven er meer in intellectuele 3 eigendom dan ooit. Er zijn minder communisten in de wereld dan er 4 waren. Maar er bestaan een soort moderne communisten die onder 5 allerlei vermommingen af willen van de stimulans voor musici, 6 fi lmmakers en soft waremakers. 7 – Bill Gates, in een interview uit 2005 8 9 Het argument dat Free een aanval is op intellectuele eigendoms- 10 rechten zoals copyright en octrooien brengt ons terug bij het on- 11 derscheid tussen vrij en gratis. De redenering is als volgt: mensen 12 gaan geen dingen meer uitvinden als ze daar niet voor beloond 13 kunnen worden. Octrooien en copyright zijn er om ervoor te 14 zorgen dat scheppers worden betaald. Wat hebben octrooien 15 en copyright nog voor zin als de markt verwacht dat de prijs nul 16 is? 17 Maar de geschiedenis van de intellectuele eigendom toont nu 18 juist de kracht van Gratis, want die eigendom wortelt in de lan- 19 ge traditie van de wetenschap, een wereld waarin onderzoekers 20 ongehinderd voortbouwen op het gepubliceerde werk van hun 21 voorgangers. Het octrooisysteem is gebaseerd op een vergelijk- 22 baar principe. De ontwerpers van dit systeem (aangevoerd door 23 Th omas Jeff erson) wilden de uitwisseling van informatie stimule- 24 ren, maar beseft en dat mensen alleen voor hun uitvinding betaald 25 konden worden als het geheim daarvan niet werd prijsgegeven. 26 Dus verzonnen ze een manier om uitvinders te beschermen – een 27 octrooiperiode van 17 jaar. In ruil voor openbare publicatie van 28 een uitvinding (vrij) kon de uitvinder een licentietarief vragen 29 (niet gratis) aan iedereen die er tijdens de octrooiperiode gebruik 30 van wilde maken. Maar daarna zou de intellectuele eigendom 31 worden vrijgegeven (gratis). 32 33 34 35

261

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.262

1 Er is dus al plaats voor Gratis in octrooien – ze vervallen na 2 17 jaar. (Het is de bedoeling dat copyright ook verloopt, maar het 3 Congres blijft het maar verlengen.)* Natuurlijk bestaat er een groei- 4 ende gemeenschap van makers die niet zo lang willen wachten. Ze 5 besluiten om deze rechten naast zich neer te leggen en hun eigen 6 ideeën (of het nu woorden, beelden, muziek of code is) onder licen- 7 ties als Creative Commons of allerlei opensourcesoft warelicenties 8 vrij te geven. Ze geloven dat echt Free – dus gratis én vrij – innova- 9 tie bevordert, omdat mensen zo gemakkelijker een remix of mash- 10 up kunnen maken of op een andere manier kunnen voortbouwen 11 op het werk van anderen. 12 En wat betreft het verdienen van geld: ze verkopen diensten rond 13 de gratis goederen (bijvoorbeeld de ondersteuning van Linux) of 14 ze verzinnen manieren om de reputatie die ze hebben opgebouwd 15 door anderen te laten voortbouwen op hun werk (met de verschul- 16 digde eer), te verzilveren met een beter betaalde baan, (beter) be- 17 taalde schnabbels en zo meer. 18 19 8. Lege oceanen, openbare toiletten en opwarming van de 20 aarde zijn de werkelijke kosten van Gratis. 21 22 Gratis parkeren heeft bijgedragen tot de afh ankelijkheid van de auto, 23 de snelle groei van de steden, energieverspilling en allerlei andere 24 problemen. Planologen maken parkeren vrij om verstopping tegen te 25 gaan, maar uiteindelijk zorgen ze voor een scheefgroei in het gebruik 26 van vervoermiddelen, ze halen het stadsontwerp naar beneden, 27 schaden de economie, en verpesten het milieu. Dat je overal gratis 28 mag parkeren verklaart mede waarom onze steden uitdijen tot een 29 schaal die geschikter is voor auto’s dan voor mensen, en waarom 30 Amerikaanse gemotoriseerde voertuigen een achtste van de hele 31 olieproductie in de wereld verbruiken. 32 – Donald Shoup, The High Cost of Free Parking 33 34 * In Nederland verlopen octrooien na 20 jaar en verloopt copyright 70 jaar na 35 overlijden van de auteur.

262

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.263

In geen enkele discussie over Gratis ontkom je aan de Tragedie 1 van de Meent. Als we ergens niet voor hoeven te betalen, hebben 2 we de neiging om er onmatig veel van te gebruiken. Het klassieke 3 voorbeeld van de tragedie van de meent (dat de bioloog Garrett 4 Hardin gebruikte in een artikel uit 1968) gaat over schapen die op 5 een gemeenschappelijke dorpsweide grazen. Omdat schapenbezit- 6 ters niet voor het land hoeven te betalen, voelen ze zich ook niet 7 geroepen om het te onderhouden. Het is zelfs nog erger: omdat 8 ze weten dat anderen het goed ook kunnen verspillen, kunnen ze 9 besluiten om een groter deel van de opbrengsten binnen te halen 10 en het snéller te verspillen. Ze laten misschien meer schapen meer 11 uren op het land grazen, tot het groene gras bruin is. 12 Dit eff ect noemen economen ‘niet-gecompenseerde negatieve 13 externaliteiten’. Wanneer dingen eigenlijk schaars zijn (beperkt) 14 maar we geven ze een prijs alsof ze overvloedig beschikbaar zijn 15 (in principe onbeperkt), kunnen er nare dingen gebeuren. 16 Neem de opwarming van de aarde. We realiseren ons nu wat 17 18 de kosten zijn van de tonnen CO2 die we in de atmosfeer uitsto- ten: wereldwijde stijging van de temperatuur, met alle onheilspel- 19 20 lende gevolgen vandien. Maar we berekenden een prijs voor CO2- uitstoot alsof deze geheel zonder gevolgen was, anders gezegd, we 21 22 berekenden er helemaal geen prijs voor. Je mocht zo veel CO2 in de atmosfeer uitstoten als je wilde en dat deden we dus ook. De mi- 23 24 lieukosten van CO2 waren dus zowel ‘extern’ aan ons economisch stelsel als, zoals we moesten ontdekken, ‘negatief’. De huidige in- 25 26 spanningen om CO2-heffi ngen in te stellen, de uitstoot te reduce- ren en andere limieten in te stellen zijn pogingen om die kosten 27 te compenseren door ze ‘intern’ te maken voor ons economisch 28 stelsel. 29 We zien dit probleem overal om ons heen. We hebben de oce- 30 anen overbevist omdat er geen limieten zijn gesteld of die niet 31 worden nageleefd en omdat vissers vis als ‘gratis’ zien. Dichter bij 32 huis ruik je in een smerig openbaar toilet de niet-gecompenseerde 33 negatieve externaliteiten. Het toilet is gratis en de schoonmaak- 34 kosten worden door iemand anders gedragen. Dus gaan mensen er 35

263

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.264

1 dikwijls veel nonchalanter mee om dan met hun toilet thuis, waar 2 ze de kosten meteen voelen. Enzovoort, van afval op straat tot ont- 3 bossing. Sommige mensen proppen zich vol als dingen gratis zijn 4 en verpesten zo het feest voor iedereen. 5 Maar bedenk wel dat de milieukosten van Gratis vooral in de 6 wereld van de atomen worden gevoeld. Zoals we al zeiden, kun 7 je atomen moeilijk echt gratis maken; we voelen die milieukosten 8 alleen maar niet omdat we er niet de juiste marktprijs aan hebben 9 gegeven. Die plastic tasjes zijn alleen gratis omdat we niet recht- 10 streeks doorberekenen wat het kost om ze uit de bomen te halen. 11 Wel gaan we steeds vaker de negatieve externaliteiten meten en die 12 aanpakken (door er negatieve ínternaliteiten van te maken, omdat 13 ze nu expliciet deel uitmaken van een gesloten economisch stelsel). 14 En dan kan het gebeuren dat je supermarkt korting geeft als je een 15 duurzame tas gebruikt (wat precies hetzelfde is als te veel vragen 16 voor een plastic tas) of dat plastic tassen helemaal worden uitge- 17 bannen. 18 In de wereld van de bits spelen milieukosten een veel kleinere 19 rol. Verspilling van verwerking, opslag en bandbreedte komt neer 20 op verspilling van elektriciteit en de markt wordt steeds beter 21 in het berekenen van de milieukosten daarvan. Grenzen aan de 22 CO2-uitstoot, regulering die vraagt om het gebruik van duurzame 23 energiebronnen en lokale maatregelen tegen schadelijke uitstoot 24 hebben bedrijven als Google, Microsoft en Yahoo gedwongen om 25 hun datacentra in de buurt van waterkrachtcentrales te zetten, die 26 CO2-vrij zijn. Ooit zullen ze worden gebouwd naast elektriciteits- 27 centrales die werken op zonnewarmte, wind of aardwarmte. Met 28 eenvoudig economisch beleid – een maatregel die elektriciteitsop- 29 wekking met koolstof duurder maakt dan duurzame elektriciteit – 30 kan voorkomen worden dat verspilling van bits dezelfde gevolgen 31 heeft voor het milieu als verspilling van atomen. 32 Maar aan digitaal Gratis zijn ook kosten verbonden die niet 33 worden verantwoord. Denk aan de fl at fee-toegang tot breedband, 34 waarbij je niets extra’s betaalt als je meer gebruikt, ook niet als je 35 gebruik blijft groeien. (Dit is nu het standaardaanbod voor een mo-

264

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.265

dem- of adsl-aansluiting, in de vorm van een vast maandbedrag.) 1 Sommige mensen gaan terecht anders om met dergelijke gratis 2 capaciteit en wisselen enorme bestanden uit met hun vrienden of 3 collega’s, waarbij ze gebruikmaken van speciale soft ware voor het 4 ruilen van bestanden zoals BitTorrent. Deze minderheid gebruikt 5 uiteindelijk een meerderheid van de netwerkcapaciteit, met als ge- 6 volg dat we allemaal langzamer toegang hebben tot internet. 7 Daarom leggen providers individuele gebruikers die te veel capa- 8 citeit gebruiken een maximum op of laten ze mensen die meer data 9 willen verzenden meer betalen. Meestal is dat een tamelijk hoog 10 maximum, waarvan de meeste mensen niets merken. Providers 11 willen dat ook graag zo houden. Maar omdat we uit verschillende 12 providers kunnen kiezen, zijn er maar weinig providers die bekend 13 willen staan als ‘langzaam’. 14 15 9. Gratis stimuleert piraterij. 16 17 Mike, jij bent toch een communist? Je bent in ieder geval zeker geen 18 kapitalist. Makers van inhoud horen betaald te worden voor de inhoud 19 die ze verkopen. Ik geef hier gewoon toe dat ik inhoud download en 20 dat met alles zal doen wat ik te pakken krijg. Maar ik probeer mijn 21 immorele gedrag niet te rechtvaardigen met praatjes over ‘economie 22 wanneer er gebrek aan schaarste is’. 23 – ‘Xenohacker’ die reageert op Mike Masnick van Techdirt 24 (spelling sterk verbeterd) 25 26 Nee, het is precies andersom. Gratis stimuleert piraterij niet, pi- 27 raterij stimuleert Gratis. Piraterij ontstaat wanneer de markt zich 28 realiseert dat de marginale kosten van reproductie en distributie 29 van een product aanzienlijk lager zijn dan de prijs die ervoor wordt 30 gevraagd. Met andere woorden, het enige wat de prijs opdrijft , is 31 de wet die intellectuele eigendom beschermt. Als je die wet over- 32 treedt, kan de prijs soms zelfs tot nul dalen. Dat geldt voor alles, van 33 namaak Vuitton-tassen (waarvan de prijs laag is maar niet nul) tot 34 mp3’s (die met gesloten beurzen worden uitgewisseld). 35

265

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.266

1 Piraterij is dus net zwaartekracht. Als je iets boven de grond 2 vasthoudt, wint de zwaartekracht vroeg of laat en zal het vallen. 3 Met digitale producten gaat het net zo – maatregelen ter bescher- 4 ming van het copyright, die ofwel in de wet of de soft ware zijn 5 vastgelegd, houden de prijs zo lang hoog als ze de zwaartekracht 6 kunnen weerstaan. Vroeg of laat wint deze toch, ofwel omdat de 7 eigenaar toegeeft of omdat piraten de prijs tegen de grond slaan. 8 Ik zeg dit niet om piraterij te bevorderen of goed te keuren, maar 9 om aan te geven dat het eerder een soort natuurwet is dan soci- 10 aal gedrag dat je kunt afl eren of met wetgeving kunt uitroeien. De 11 economische prikkels voor digitale piraterij – nul kosten, identieke 12 beloning – zijn zo groot dat je mag aannemen dat alles in digitale 13 vorm met enige waarde uiteindelijk wordt gestolen en vervolgens 14 gratis verspreid. Soms blijft het in een schimmige subcultuur cir- 15 culeren (bedrijfssoft ware), soms wordt het de mainstream (muziek 16 en fi lms). Maar het is vrijwel niet tegen te houden. In de economie 17 is weinig plaats voor morele bezwaren, net zoals de evolutie niet 18 sentimenteel doet over uitstervende soorten. De economie be- 19 schrijft wat er gebeurt, niet wat er zou móéten gebeuren. 20 21 10. Gratis brengt een generatie voort die nergens de waarde 22 van inziet. 23 24 Nog maar een paar decennia geleden hadden mensen weinig 25 verwachtingen en werkten ze hard voor hun boterham. Ze kenden 26 geen gratis en verwachtten dat ook niet. Nu is er sprake van een 27 tegenovergestelde trend en wordt gratis online juist verwacht. Zal de 28 nieuwe generatie, die welke iets verwacht voor niets, wel hard blijven 29 werken om de hoge levensstandaard te handhaven die wij hebben 30 geschapen? 31 – Alex Iskold, ReadWriteWeb 32 33 Deze zorg bestaat al sinds de industriële revolutie – vervang 34 ‘gratis’ door ‘stoom’ en je ziet de Victoriaanse bezorgdheid over 35 weke spieren en hersens voor je. Het is waar dat elke generatie

266

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.267

dingen vanzelfsprekend vindt die de vorige generatie meer waar- 1 deerde, maar dat betekent niet dat elke nieuwe generatie álles min- 2 der waardeert. Ze hechten alleen waarde aan andere dingen. Het 3 is ons op de een of andere manier gelukt om niet meer met het 4 ochtendkrieken uit bed te komen om de koeien te melken en toch 5 onze wil tot werken te behouden. 6 Het is waar. Bijna iedereen die in een huishouden met breed- 7 band opgroeit, vindt dat alles wat digitaal is gratis hoort te zijn (al 8 was het maar omdat het meeste al gratis is). Noem het de Generatie 9 Gratis. 10 Deze groep – de meeste mensen onder de 20 jaar in de ontwik- 11 kelde wereld – verwacht ook dat informatie oneindig en onmid- 12 dellijk beschikbaar is. (Ze worden ook wel de Google-generatie ge- 13 noemd.) Ze hebben steeds minder zin om te betalen voor inhoud 14 en ander entertainment, want er zijn zo veel gratis alternatieven. 15 Dit is de generatie die niet peinst over winkeldiefstal, maar er geen 16 been in ziet om illegaal muziek te downloaden. Ze hebben zich 17 op een of andere manier de economie van atomen versus bits ei- 18 gengemaakt en weten dat er aan de eerste categorie echte kosten 19 verbonden zijn die betaald moeten worden, en aan de tweede niet. 20 Vanuit dat gezichtspunt is winkeldiefstal een misdrijf, maar illegaal 21 muziek downloaden een onschuldig vergrijp zonder slachtoff ers. 22 Ze eisen Free niet alleen in de zin van gratis, maar ook in de zin 23 van ‘zonder beperkingen’. Ze verzetten zich tegen registratiebar- 24 rières, copyrightmaatregelen en inhoud waarover ze geen zeggen- 25 schap hebben. De vraag is niet ‘Wat kost het?’, maar ‘Waarom zou 26 ik moeten betalen?’ Dit is niet omdat ze arrogant zijn of menen dat 27 ze daar recht op hebben, maar een kwestie van ervaring. Ze zijn 28 opgegroeid in een wereld van Gratis. 29 Wanneer ik de stelling van dit boek aan dertigplussers uitleg 30 – dat geld verdienen rond Gratis de toekomst van het zakenleven 31 wordt – krijg ik meestal als antwoord: ‘Geen sprake van’. Zijn ze 32 jonger dan dertig, dan is het antwoord eerder ‘Ja hèhè’. Ergens be- 33 grepen ze al bij hun geboorte wat marginale kosten van bijna nul 34 betekenen (al was het misschien niet in die woorden). 35

267

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.268

1 Maar de Generatie Gratis gaat er niet vanuit dat het met atomen 2 hetzelfde moet zijn als met bits. Ze verwachten niet dat hun kle- 3 ding of appartement gratis is, daar betalen ze zelfs meer voor dan 4 ooit. Je moet het die kinderen nageven: ze kunnen het fysieke van 5 het virtuele onderscheiden en passen hun gedrag aan elk van deze 6 domeinen aan. Ze vinden net zo min dat gratis online betekent dat 7 offl ine ook alles gratis moet zijn als dat mensen op hun World of 8 Warcraft -fi guren moeten lijken. 9 10 11. Met Gratis valt niet te concurreren. 11 12 Er is nog nooit een bedrijfsmodel uit iemands handen gekomen dat het 13 kan opnemen tegen gratis. Dat kan ook niet. Als ik een Pizza Hut heb 14 en ik verkoop pizza’s voor 1,5 dollar, maar naast mij opent iemand een 15 Pizza Hut die ze weggeeft , wie krijgt dan de klanten, denk je? 16 – Jack Valenti, Picture Association of America 17 18 Hoofdstuk 7 gaat helemaal over deze veronderstelling. We bekij- 19 ken daar met name hoe Microsoft leerde concurreren met open- 20 sourcesoft ware. Kort gezegd gaat het om dit inzicht: met Gratis kun 21 je gemakkelijk concurreren. Bied gewoon iets aan dat beter of in 22 ieder geval anders is dan de gratis versie. Het is niet voor niets dat 23 werknemers de gratis koffi e op kantoor laten staan om vier dollar 24 uit te geven aan een koffi e bij Starbucks om de hoek, want die is 25 lekkerder. Het heeft ook een beetje te maken met consumenten- 26 psychologie – de kleine luxe, de rituelen waarmee we onszelf in de 27 watten leggen. Gratis koffi e kun je overal krijgen, maar Starbucks 28 biedt net iets extra’s. 29 De situatie die Valenti schetst, een gratis Pizza Hut die naast 30 een reguliere wordt geopend, komt maar zelden voor. Het ligt veel 31 meer voor de hand dat er een Domino’s naast Pizza Hut komt, die 32 een pizza weggeeft als de bezorging langer duurt dan een half uur. 33 Het gaat dan om een verschil in service en Gratis is maar een van 34 de vele factoren die je keus tussen de twee bepalen. 35 Als je met Gratis wilt concurreren, moet je je niet op de over-

268

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.269

vloed concentreren, maar op zoek gaan naar de schaarste daarom- 1 heen. Is de soft ware gratis, verkoop dan de ondersteuning. Zijn 2 telefoongesprekken gratis, verkoop dan de arbeid en het talent die 3 via die gratis telefoontjes bereikbaar zijn (het Indiase outsourcing- 4 model in een notendop). Als je vaardigheden worden omgezet in 5 geautomatiseerd gemeengoed (reisbureaus, de aandelenhandel en 6 makelaardij), zoek het dan hogerop en houd je bezig met ingewik- 7 kelder problemen waarbij het menselijk oordeelsvermogen nog 8 niet gemist kan worden. Niet alleen kun je zo met Gratis concur- 9 reren, de mensen die behoeft e hebben aan oplossingen op maat 10 zijn vaak ook degenen die daar het meeste geld voor over hebben. 11 12 12. Ik gaf mijn spullen gratis weg en dat leverde me weinig 13 geld op! 14 15 Maar wat moet een schrijver of muzikant dan doen als hij of zij niet 16 van zijn of haar kunst kan leven? Simpel, zegt de ‘slashdotter’: verdien 17 je geld met live optredens (als je zo’n muzikant bent die live speelt) 18 of verkoop T-shirts of merchandise, of bied een of andere dienst die 19 ‘meerwaarde’ heeft . Volgens mij zijn deze argumenten bijna allemaal 20 ingegeven door simpele hebzucht, vermomd als pompeus idealisme over 21 hoe ‘informatie gratis wil zijn’. 22 – Steven Poole, auteur van Trigger Happy 23 24 Steven Poole schreef vijf jaar geleden een fantastisch boek over de 25 videogame-cultuur, maar helaas heeft hij meer recentelijk een half- 26 slachtig experiment uitgevoerd met Gratis. In 2007, toen zijn boek 27 in de meeste boekhandels niet meer werd verkocht, zette hij het als 28 bestand op zijn blog. Hij deed er ook een fooienpot bij, zodat men- 29 sen hem geld konden geven als ze wilden. Slechts weinigen deden 30 dat ook – één op de 1750. Dus verkondigde hij dat het weggeven 31 van boeken uitloopt op een fi asco. 32 Dit specifi eke experiment was inderdaad een mislukking, maar 33 dat zegt meer over de onderneming dan over Gratis. Als je een fooi- 34 enpot naast gratis goederen zet, maak je de fout die Mike Masnick 35

269

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.270

1 van Techdirt, een site met nieuws en analyses, ‘iets weggeven en 2 dan bidden’ noemt. Het is niet eens een mislukt bedrijfsmodel, het 3 is helemaal geen bedrijfsmodel. 4 Wat is een beter model? Om te beginnen moet je boeken niet pas 5 jaren na publicatie weggeven. De totale verkoop van Paul Coelho’s 6 boeken kwam in 2007 op meer dan 100 miljoen exemplaren, wat 7 hij deels te danken heeft aan de aandacht die hij kreeg toen hij zijn 8 populairste boek, Th e Alchemist, en tientallen vertalingen van zijn 9 nieuwere boeken op diensten als BitTorrent zette, waar bestanden 10 onder vrienden worden uitgewisseld. 11 In eerste instantie was zijn uitgever HarperCollins tegen het idee 12 dat de auteur als piraat van zijn eigen boek zou fungeren. Daarom 13 zette Coelho een nepblog op, Pirate Coelho, die zogenaamd werd 14 geschreven door een fan die de werken wilde ‘bevrijden’. De blog 15 kreeg aandacht en zelfs zijn oudere boeken keerden terug in de 16 bestsellerlijst van Th e New York Times. Toen zijn volgende boek, 17 Th e Witch of Portobello, in 2007 uitkwam, deed hij dit weer en ook 18 dit boek werd een bestseller. 19 En dat trok weer de belangstelling van HarperCollins. De uit- 20 gever besloot om elke maand een nieuw boek van Coelho op zijn 21 eigen site weg te geven (zij het elk boek maar voor de duur van een 22 maand, en in een enigszins kreupele vorm die niet goed geprint 23 kon worden). 24 ‘Ik denk echt dat een lezer die de kans heeft om een paar hoofd- 25 stukken te lezen, altijd kan besluiten om het boek later te gaan 26 kopen,’ zei Coelho in een interview. ‘Uiteindelijk is het doel van de 27 schrijver dat hij wordt gelezen. Het geld komt later wel.’ 28 Ook minder bekende auteurs kunnen eff ectief gebruikmaken 29 van Gratis. Matt Mason, die Th e Pirate’s Dilemma schreef, koos 30 voor het noem-je-eigen-prijs-model (waarin nul ook een optie 31 was) voor e-books. Als je het betalingsproces doorloopt, is de 32 standaardprijs $5 via Paypal. Van de bijna 8000 mensen die het 33 boek downloadden, betaalde ongeveer 6% een gemiddelde prijs 34 van $4,20. Dat leverde een paar duizend dollar aan rechtstreekse 35 inkomsten op, maar hij schat dat de aandacht die hij met zijn actie

270

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.271

kreeg, hem nog eens $50.000 aan lezingen heeft opgeleverd. 1 Vergeleken met deze voorbeelden is een fooienpot naast een 2 gratis pdf-bestand van een zeven jaar oud boek een lachertje (sor- 3 ry, Poole!). Ik zie het zo: Poole had dolblij moeten zijn met een 4 publiek van 32.000 nieuwe lezers voor een boek dat op zijn eind 5 liep. Als hij dan die extra lezersschare niet kan omzetten in een of 6 andere indirecte bron van inkomsten, of dat nu lezingen, cursus- 7 sen, nieuwe boeken, advies of gewoon meer verkeer op zijn blog is, 8 is hij niet zo slim als ik denk dat hij is. 9 Gratis is geen toverformule. Als je weggeeft wat je doet, word je 10 daar niet vanzelf rijk mee. Je moet creatieve manieren verzinnen 11 om de reputatie en aandacht die Gratis je opleveren, om te zetten in 12 klinkende munt. Elke persoon en elk project vraagt om een andere 13 aanpak en soms werkt het helemaal niet. Zo gaat dat met alles in 14 het leven. Het is alleen een raadsel waarom mensen gratis de schuld 15 geven van hun eigen gebrek aan fantasie en hun onvermogen om 16 mogelijke mislukkingen te accepteren. 17 18 13. Gratis is alleen goed als iemand anders ervoor betaalt. 19 20 We willen onze tijd niet verdoen aan een product dat of een dienst 21 die niets waard is. We willen dingen met waarde en we willen niet 22 een hoop tijd verspillen met uitzoeken of het aangebodene iets is wat 23 we misschien willen gebruiken of consumeren. Hoe kom je daar het 24 gemakkelijkst achter? Zoek uit of iemand anders het gebruikt en ervoor 25 betaalt. 26 – Mark Cuban, miljardair en ondernemer in technologie, 27 eigenaar van Dallas Mavericks 28 29 Cuban heeft een punt: vaak is de relatieve waarde die we aan iets 30 hechten afh ankelijk van de marktprijs die iets volgens ons heeft . 31 Zoals een korting van 50 procent je kan verleiden om iets te kopen 32 wat je niet echt wilt, kunnen dingen ook aantrekkelijker worden als 33 je ze gratis krijgt terwijl anderen ervoor betalen – je kijkt dan door 34 een gratis-kleurige bril. 35

271

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.272

1 Dit is eerder uitzondering dan regel, en wel om twee redenen. 2 Ten eerste voldoet het snel groeiende freemium-model prima aan 3 Cubans test, al lijkt het niet in alle opzichten op zijn specifi eke con- 4 structie. In het geval van freemium betaalt iemand anders, maar 5 alleen voor de betere versie van het product dat jij gratis krijgt. De 6 gratis versie heeft de portemonnee-test dus niet doorstaan, maar 7 zijn neefj e heeft dat wel, en dus wekt de hele familie vertrouwen. Je 8 hebt bijvoorbeeld het idee dat Google Earth van professionele kwa- 9 liteit is, omdat het er precies zo uitziet als het peperdure Google 10 Earth Pro, maar dan zonder een paar extra’s. (Ik moet trouwens 11 eerlijk toegeven dat Cuban inziet dat freemium aan zijn criteria 12 voldoet, maar omdat hij zijn stelling zo overdreef en zo veel men- 13 sen het met hem eens lijken te zijn, blijf ik hem uitdagen.) 14 De tweede reden waarom Cubans stelling maar gedeeltelijk op- 15 gaat, is dat er zo veel voorbeelden van het tegenovergestelde zijn. 16 Niemand kijkt op Facebook neer omdat het gratis is of verlangt 17 naar een webbrowser waarvoor je moet betalen. Als iets ooit geld 18 kostte en nu gratis is, kun je daar minder over gaan denken – bij- 19 voorbeeld een dure club die opeens iedereen gratis binnenlaat. 20 Maar als iets altijd al gratis was en je niet anders verwacht, zijn er 21 weinig aanwijzingen dat mensen erop neerkijken. Websites wor- 22 den op hun kwaliteiten beoordeeld en bezoekers weten inmiddels 23 dat een betaalde site eerder afzetterij is dan een gratis site, omdat 24 deze meer van je kan stelen dan tijd. 25 26 14. Gratis jaagt professionals weg, er komen amateurs voor 27 terug en dat gaat ten koste van de kwaliteit. 28 29 Het is geen toeval dat net nu de Huffi ngton Post in opkomst is – die 30 mensen aanmoedigt om hun inhoud gratis weg te geven – er banen 31 verdwijnen en de professionele journalist uitsterft . 32 – Andrew Keen, schrijver van Th e Cult of the Amateur 33 34 Het is waar: Gratis heeft de neiging om het speelveld voor profes- 35 sionals en amateurs gelijk te maken. Naarmate meer mensen om

272

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.273

niet-fi nanciële redenen inhoud scheppen, neemt de concurrentie 1 voor degenen die dat wel doen toe. (Als werkgever van talloze pro- 2 fessionele journalisten denk ik de hele tijd na over de rolverhou- 3 dingen tussen profs en amateurs). Maar het enige wat dit betekent, 4 is dat publiceren niet meer het exclusieve voorrecht is van degenen 5 die daarvoor worden betaald. Het betekent niet dat je niet betaald 6 kunt worden voor je publicaties. 7 De professionele journalisten die hun werk in rook zien opgaan, 8 zijn vaak het slachtoff er van werkgevers die geen nieuwe rol voor 9 hen weten te vinden in een wereld van overvloedige informatie. In 10 het algemeen zijn dat kranten, een bedrijfstak die zichzelf net als de 11 platenmaatschappijen waarschijnlijk opnieuw moet uitvinden. De 12 topkranten zullen waarschijnlijk inkrimpen en de kranten daaron- 13 der zullen op grote schaal ten onder gaan. 14 Maar uit het bloedbad zal een nieuwe rol voor professionele 15 journalisten tevoorschijn komen. Het zullen er straks misschien 16 meer zijn in plaats van minder, wanneer het steeds beter mogelijk 17 wordt om journalistiek te bedrijven buiten de geaccrediteerde pa- 18 leizen van de traditionele media. Ze zullen mogelijk veel minder 19 verdienen, en voor velen zal het allerminst een fulltimebaan zijn. 20 Journalistiek als vak zal haar plaats moeten delen met journalis- 21 tiek als hobby. Tegelijkertijd zullen meer journalisten hun kwali- 22 teiten aanwenden om amateurs te leren hoe ze het nieuws in hun 23 eigen gemeenschap beter kunnen verslaan. Zij worden meer re- 24 dacteur/coach dan schrijver. Het zou de professionele journalisten 25 geen kwaad doen als de verhoudingen tussen Gratis en betaalde 26 mensen worden rechtgetrokken en ándere mensen gaan schrijven 27 voor non-monetaire beloningen, in plaats van dat mensen worden 28 betaald om te schrijven. Het zou juist wel eens hun redding kun- 29 nen zijn. 30 31 32 33 34 35

273

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.274

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.275

1 2 Slotopmerkingen 3 4 Gratis in tijden van crisis 5 6 7 8 9 10 Na de instorting van de aandelenmarkt in 2001 kwamen de be- 11 drijfsmodellen van de dot.com-economie bloot te liggen. Wat wa- 12 ren we stom geweest dat we geloofden dat zoiets vaags te gelde 13 gemaakt kon worden en een gezonde basis kon zijn voor je be- 14 drijf! Wat dachten wij investeerders wel toen we onze portfolio’s 15 volpropten met aandelen van bedrijven die online dierenvoeding 16 verkochten? ‘Amazon.Bomb,’ sneerden de koppen. We lieten ons 17 hoofd beschaamd hangen omdat we een of andere hippe ‘nieuwe 18 economie’ hadden verwelkomd. 19 Een paar jaar later, toen de markten zich herstelden en we te- 20 rugkeken, zagen we tot onze verbazing dat de crash nauwelijks 21 enig eff ect had gehad op de groei van internet. Het was net als 22 daarvoor blijven groeien en had nauwelijks last van een dip terwijl 23 er in de algemene markten een fl inke krater werd geslagen. De 24 ‘digitale revolutie’ was geen luchtspiegeling of – nog erger – be- 25 drog geweest. Het aantal mensen dat online ging, was de hele tijd 26 met dezelfde snelheid blijven toenemen. Dat gold ook voor het 27 verkeer, en voor vrijwel alle andere maatstaven voor de invloed 28 van het internet. 29 Dit was een Wall Streetzeepbel geweest, en geen technologische 30 bel. Het web was met elke bit zo belangrijk gebleken als de wild- 31 ste voorspellers hadden voorzien, het duurde alleen iets langer om 32 daar te komen dan in de conversietabel van de aandelenmarkt werd 33 aangenomen. 34 Nu zijn de markten weer ingestort. Zal Gratis meer op webver- 35

275

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.276

1 keer lijken en gewoon doorgroeien, wat er ook gebeurt, of heeft het 2 meer van online-dierenvoeding? 3 Vanuit consumentenperspectief is Gratis veel aantrekkelijker in 4 een neergaande economie. Als je geen geld hebt, is $0,00 een uit- 5 stekende prijs. Ga er maar vanuit dat er een versnelde verschuiving 6 komt naar opensourcesoft ware (die gratis is) en webgebaseerde 7 productiviteitstools als Google Docs (ook gratis). De goedkoopste 8 en hipste computers van nu zijn ‘netbooks’. Ze kosten nog geen 9 $250 en worden ofwel voorzien van gratis Linux-versies of spot- 10 goedkope oudere Windows-systemen. Mensen die een netbook 11 kopen, downloaden geen Offi ce om Microsoft honderden dollars 12 te betalen voor dat privilege. Ze gebruiken liever online-equivalen- 13 ten, zoals de naam netbook al aangeeft . En die zijn meestal gratis. 14 Dezelfde consumenten besparen geld en spelen gratis online- 15 spelletjes, luisteren naar gratis muziek op Pandora, zeggen hun ka- 16 belabonnement op en kijken naar gratis video’s op Hulu, en geven 17 hun telefoonnetwerk op voor Skype. Het is een consumentenpara- 18 dijs: het web is het grootste warenhuis in de geschiedenis geworden 19 en op alles zit een korting van 100%. 20 En hoe zit het dan met die bedrijven die zaken willen doen op 21 het web? Vroeger (dat wil zeggen voor september 2008) was het 22 model nogal simpel. 1. Verzin een fantastisch idee; 2. Breng het 23 geld bij elkaar om het op de markt te brengen, liefst gratis, dan is je 24 bereik het grootst; 3. Als het populair blijkt, breng dan meer geld 25 bij elkaar om je markt te vergroten; 4. Herhaal dit tot een groter 26 bedrijf je koopt. 27 Inmiddels zijn stap 2 en 4 afgevallen. Daarom moeten begin- 28 nende ondernemers op het web het ondenkbare doen: een bedrijfs- 29 model verzinnen dat echt geld oplevert terwijl ze nog jong zijn. 30 Dit is natuurlijk niets nieuws in de bedrijfswereld. Maar in de 31 webwereld wordt het misschien als een schok ervaren. Daar zijn 32 aandacht en reputatie de populairste betaalmiddelen, en gaat men 33 ervan uit dat een voldoende hoeveelheid daarvan ooit op een of 34 andere manier in geld wordt omgezet. 35 Het standaard-bedrijfsmodel voor webbedrijven die niet echt

276

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.277

een bedrijfsmodel kennen, is reclame. Een populaire dienst heeft 1 altijd gebruikers genoeg en met een paar advertenties op de site 2 kun je de rekeningen betalen. Dit model heeft inmiddels twee be- 3 zwaren: de prijs van online-advertenties en de klikratio’s. Facebook 4 is een verbazingwekkend populaire dienst, maar het is ook een 5 verbazingwekkend ineff ectief reclameplatform. Al zou je er achter 6 kunnen komen wat de juiste advertentie is om naast de foto’s van 7 een feestje van een tiener te plaatsen, zij en haar vriendinnen klik- 8 ken hem waarschijnlijk toch niet aan. Geen wonder dat Facebook- 9 applicaties minder dan $1 per 1000 bezoeken krijgen (vergeleken 10 met ongeveer $20 op de grote mediasites). 11 Google heeft een benijdenswaardige economische motor ge- 12 bouwd op zijn gerichte tekstadvertenties, maar de sites waarop die 13 draaien, worden er zelden rijk van. Als je advertenties van Googles 14 AdSense naast je blog draait, hoe populair die ook is, verdien je 15 daar nog niet het minimumloon mee voor de tijd die je hebt be- 16 steed aan het schrijven daarvan. In een goede maand dek je er mis- 17 schien net je hosting-tarieven mee. Ik spreek uit ervaring. 18 En hoe zit het met de afgezaagdste methode die er bestaat: men- 19 sen gewoon laten betalen voor je goederen en diensten? Dit is waar 20 de echte innovatie zal opkomen nu het slecht gaat met de econo- 21 mie. Het is nu tijd voor innovatie, niet alleen met nieuwe produc- 22 ten maar ook met nieuwe bedrijfsmodellen. 23 Neem Tapulous, de maker van Tap Tap Revenge, een populair 24 muziekspelprogramma voor de iPhone. Net als in Guitar Hero of 25 Rock Band stromen de noten over je scherm en moet je ze op het 26 juiste ritme raken. Miljoenen mensen hebben de gratis versie uit- 27 geprobeerd en een fl ink deel van hen was bereid te betalen toen 28 Tapulous betaalde versies aanbood rond specifi eke bands zoals 29 Weezer en Nine Inch Nails, samen met songs die je kunt toevoegen. 30 (Th e Wall Street Journal volgt dezelfde strategie op zijn website, 31 waar betaalde en gratis inhoud door elkaar staat.) 32 Aan de andere kant van het bedrijvenspectrum bevindt zich 33 Microsoft , dat het nu moet opnemen tegen de gratis tekstverwer- 34 kers en spreadsheets van onlineconcurrenten als Google. In plaats 35

277

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.278

1 van te klagen over oneerlijke concurrentie (wat ironisch zou zijn) 2 heeft Microsoft webversies van zijn bedrijfssoft ware ontwikkeld 3 die het gratis aanbiedt aan kleine, jonge bedrijven. Als je bedrijf 4 jonger is dan drie jaar en de opbrengsten minder dan een miljoen 5 dollar bedragen, kun je Microsoft s soft ware gratis gebruiken on- 6 der het programma BizSpark. Microsoft gokt erop dat de bedrij- 7 ven deze soft ware blijven gebruiken als ze groter worden, maar 8 dan als betalende klant. Ondertussen zijn de programmakosten 9 vrijwel nihil. 10 Maar het is niet altijd even eenvoudig om een bedrijfsmodel 11 uit Gratis te halen, vooral als je gebruikers zijn gaan verwachten 12 dat alles gratis is. Neem Twitter, de gigantisch populaire (en na- 13 tuurlijk gratis) 140-karakters-dienst waarop mensen de wereld 14 op de hoogte stellen van hun bezigheden, met een haikuachtig 15 fragmentje per keer. Nu ze de wereld hebben veroverd, althans de 16 geinige kant daarvan, komen de initiatiefnemers erachter dat ze 17 ergens geld mee moeten verdienen willen ze de rekeningen voor 18 de bandbreedte kunnen betalen. Vorig jaar trok Twitter een om- 19 zetgoeroe aan die een bedrijfsmodel moest verzinnen. Ze hebben 20 aangekondigd dat ze hun strategie in 2009 bekend zullen maken. 21 Speculaties hierover lopen uiteen van bedrijven laten betalen voor 22 het aanbevelen van hun ‘tweets’ aan consumenten (zo’n beetje 23 hetzelfde als Burger King tot je ‘vriend maken’ op Facebook) tot 24 identiteitscertifi catie om het optreden onder een valse identiteit 25 te voorkomen. De douanebeambte krijgt zijn klanten dus op een 26 presenteerblaadje. 27 Ondertussen worstelt YouTube nog om zijn populariteit tot uit- 28 drukking te brengen in inkomsten en verkoopt Facebook onschul- 29 dige advertenties voor een habbekrats nadat een poging om op- 30 dringerige advertenties te laten betalen een terugval in het aantal 31 gebruikers tot gevolg had. En de nieuws-sharing site Digg mag dan 32 miljoenen gebruikers hebben, er wordt geen stuiver mee verdiend. 33 Een jaar geleden gaf dat nauwelijks: het bedrijfsmodel was ‘bouw 34 toe naar een lucratieve uitgang, bij voorkeur in contanten’. Maar de 35 uitgangsdeuren zijn inmiddels dicht en de cashfl ow is koning.

278

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.279

Betekent dit dat Gratis zich zal terugtrekken in een neergaande 1 economie? Waarschijnlijk niet. De psychologische en economische 2 argumenten voor gratis gaan nog net zo goed op als vroeger – de 3 marginale kosten van alles wat digitaal is, dalen nog steeds met 50% 4 per jaar, waardoor de prijszetting naar de bodem racet en ‘Gratis’ 5 meer macht over de consumentenpsyche heeft dan ooit. Maar het 6 betekent wel dat Gratis niet genoeg is. Je moet het combineren met 7 Betaald. Zoals King Gillette’s gratis scheerapparaten alleen zin had- 8 den in combinatie met dure wegwerpmesjes, zullen ondernemers 9 op het web niet alleen producten moeten verzinnen waar mensen 10 dol op zijn, maar ook producten waarvoor ze willen betalen. Gratis 11 is misschien de beste prijs, maar het kan niet de enige prijs zijn. 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

279

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.280

1 2 3 Regels voor Gratis 4 5 De tien principes van overvloedsdenken 6 7 8 9 10 11 1. Als het digitaal is wordt het vroeg of laat gratis. 12 Op een concurrentiemarkt daalt de prijs tot de marginale 13 kosten. Het internet is de grootste concurrentiemarkt die 14 de wereld ooit heeft gekend en de marginale kosten van de 15 technologie waarop het draait – verwerking, bandbreedte 16 en opslag – komen met het jaar dichter bij de nul. Gratis 17 wordt niet zomaar een optie maar een onvermijdelijkheid. 18 Bits willen gratis zijn. 19 20 2. Atomen zouden ook wel gratis willen zijn, maar 21 hebben daar wat minder haast mee. 22 Buiten de digitale wereld dalen de marginale kosten zelden 23 tot nul. Maar Gratis is psychologisch zo aantrekkelijk 24 dat marketeers altijd wel een manier vinden om zich op 25 Gratis te beroepen. Dan richten ze hun bedrijfsvoering 26 anders in en maken ze bepaalde dingen gratis terwijl ze 27 andere verkopen. Dat is niet echt gratis – waarschijnlijk 28 betaal je vroeg of laat toch – maar evengoed werkt het 29 betoverend. Tegenwoordig zijn er allerlei bedrijven, van 30 luchtvaartmaatschappijen tot auto’s, die de opvatting 31 van hun bedrijfstak op creatieve wijze hebben verbreed 32 om hun kernproduct weg te kunnen geven en dit te 33 fi nancieren met de verkoop van iets anders. 34 35

280

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.281

3. Je kunt Gratis niet tegenhouden. 1 In de digitale wereld kun je Gratis proberen weg te hou- 2 den met wetten en blokkeringen, maar uiteindelijk wint 3 de economische zwaartekracht toch wel. Als een geheime 4 code of angstwekkende waarschuwing het enige is wat je 5 product ervan weerhoudt om gratis te zijn, kun je er zeker 6 van zijn dat er iemand rondloopt die de blokkade opheft . 7 Haal Gratis weer weg bij de piraten en verkoop verbeterde 8 versies. 9 10 4. Je kunt wél geld verdienen met Gratis. 11 Mensen willen betalen om tijd te besparen. Mensen willen 12 betalen om risico’s te beperken. Mensen willen betalen 13 voor dingen waarvan ze houden. Mensen betalen voor 14 status. Mensen betalen als je hen dwingt (als je ze eenmaal 15 gestrikt hebt). Er zijn tig manieren om geld te verdienen 16 rond Gratis (ik heb er vijft ig opgesomd in de bijlage). 17 Gratis opent deuren, omdat je nieuwe consumenten be- 18 reikt. Dit betekent niet dat je sommigen van hen niet zou 19 kunnen laten betalen. 20 21 5. Defi nieer je markt opnieuw. 22 Ryanairs concurrenten zaten in de vliegtuigstoelen- 23 business. Daarom besloot Ryanair om in de reis-business 24 te gaan. Het verschil is dat je in de reiswereld op tiental- 25 len manieren geld kunt verdienen, van autoverhuur tot 26 subsidies van bestemmingen die snakken naar toeristen. 27 De vliegmaatschappij maakte haar stoelen goedkoop, en 28 zelfs gratis, om meer geld om die stoelen héén te kunnen 29 verdienen. 30 31 6. Rond af naar beneden. 32 Als de kosten van iets richting nul gaan, is Gratis slechts 33 een kwestie van wanneer, niet van of. Waarom zou je daar 34 niet als eerste aankomen, voor iemand anders dat doet? 35

281

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.282

1 De eerste die Gratis is, krijgt aandacht, en er is altijd wel 2 een manier te vinden waarop je die aandacht in geld kunt 3 omzetten. Wat kun jij vandaag gratis maken? 4 5 7. Vroeg of laat zul je met Gratis moeten concurreren. 6 Of het nu via kruissubsidies of soft ware is, iemand in 7 je bedrijfstak zal op de een of andere manier iets gratis 8 weggeven waarvoor jij een prijs vraagt. Misschien is het 9 niet precies hetzelfde ding, maar de korting van 100% zal 10 zwaarder wegen. Aan jou de keus: of je past je aan die prijs 11 aan en verkoopt iets anders, of je zorgt dat de kwaliteits- 12 verschillen opwegen tegen de prijsverschillen. 13 14 8. Kies voor verspilling. 15 Als iets te goedkoop wordt om te meten, stop daar dan 16 mee. Van vaste prijzen voor onbeperkt gebruik tot geen 17 prijs, de meest innovatieve bedrijven zijn de bedrijven die 18 zien wat de prijstrend wordt en daar op vooruitlopen. ‘Je 19 voicemailbox is vol’ is de doodsrochel van een bedrijfstak 20 die vastzit in een schaarstemodel maar opereert in een 21 wereld van capaciteit in overvloed. 22 23 9. Gratis maakt andere dingen waardevoller. 24 Elke overvloed creëert een nieuwe schaarste. Honderd 25 jaar geleden was entertainment schaars en tijd overvloedig 26 beschikbaar; nu is het andersom. Wanneer een product 27 of dienst gratis wordt, trekt de waarde naar de volgende, 28 hogere laag. Ga daar ook heen. 29 30 10. Manage met overvloed voor ogen, niet vanuit 31 schaarste. 32 Middelen die schaars zijn, zijn ook duur. Je moet er zorg- 33 vuldig mee omgaan. Vandaar dat management van ouds- 34 her van bovenaf is geregeld: in die vorm draait alles om 35 controle, een controle die erop is gericht dure vergissin-

282

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.283

gen te voorkomen. Maar als de middelen goedkoop zijn, 1 hoef je niet op dezelfde manier leiding te geven. Bedrijven 2 die digitaal worden, kunnen ook onafh ankelijker worden, 3 zonder risico dat het moederschip zinkt. De bedrijfscul- 4 tuur kan van ‘verpest het niet’ overgaan naar ‘misluk snel’. 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

283

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.284

1 2 3 Freemium-tactieken 4 5 6 7 8 9 10 11 Hoe vind je een freemium-model dat voor jou 12 werkt? 13 14 Er zijn talloze variaties op het freemium-model, maar neem als 15 voorbeeld een bedrijfssoft ware-onderneming die haar product als 16 een onlinedienst aanbiedt. Aanvankelijk bracht het bedrijf de ge- 17 bruikers per jaar 99 tot enkele tienduizenden dollars in rekening 18 voor de soft ware. Maar nu wil het proberen om met Gratis meer 19 mensen te bereiken. Hier volgen de vier modellen die het bedrijf 20 overwoog: 21 22 1. Beperkte duur (30 dagen gratis, daarna betalen. Dit is het 23 Salesforce-model.) 24 • Voordelen: gemakkelijk te doen, beperkt risico van kan- 25 nibalisering. 26 • Nadelen: veel potentiële klanten zijn niet gemotiveerd 27 genoeg om de soft ware echt uit te testen, omdat ze weten 28 dat ze er na 30 dagen toch niets aan hebben als ze niet 29 betalen. 30 31 2. Beperkte mogelijkheden (Basisversie gratis, uitgebreidere 32 versie betaald. Dit is het WordPress-model.) 33 • Voordelen: beste manier om maximaal bereik te krijgen. 34 Wanneer klanten overgaan op de betaalde versie, doen ze 35 dat om de juiste reden (ze weten de waarde van dat waar-

284

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.285

voor ze betalen) en zijn waarschijnlijk loyaler en minder 1 prijsgevoelig. 2 • Nadelen: je moet twee versies van het product maken. Als 3 je te veel kenmerken en mogelijkheden in de gratis versie 4 stopt, zullen onvoldoende mensen overgaan op de betaal- 5 de. Als je er te weinig op zet, zullen te weinig mensen er 6 zo lang mee werken dat ze willen overgaan op de betaalde 7 versie. 8 9 3. Beperkt aantal plaatsen (Kan door een bepaald aantal 10 mensen gratis worden gebruikt, maar de rest moet betalen. 11 Dit is het model van Intuit QuickBooks.) 12 • Voordelen: gemakkelijk te implementeren. Gemakkelijk te 13 begrijpen. 14 • Nadelen: kan de onderkant van de markt kannibaliseren. 15 16 4. Beperkt tot typen klant (Kleine en jonge ondernemingen 17 krijgen het gratis, oudere en grotere bedrijven betalen. Dit 18 is het model van Microsoft s BizSpark, waar bedrijven die 19 jonger zijn dan drie jaar en minder dan een miljoen dollar 20 aan inkomsten hebben, Microsoft s bedrijfssoft ware gratis 21 krijgen.) 22 • Voordelen: brengt bedrijven een bedrag in rekening al naar 23 gelang hun betaalkracht. Snelgroeiende bedrijven kun je al 24 in een vroeg stadium voor je winnen. 25 • Nadelen: ingewikkeld en moeilijk te controleren verifi ca- 26 tieproces. 27 28 Het bedrijf koos uiteindelijk voor de beperkte duur, omdat die het 29 gemakkelijkst te implementeren is. Maar de ceo denkt nog altijd 30 na over de andere opties. Het probleem met gratis testmateriaal is 31 dat je volledige participatie in de testperiode ontmoedigt. Waarom 32 zou je een hoop tijd besteden om iets te leren gebruiken als de kans 33 bestaat dat je het, op het moment dat je moet gaan betalen, niet de 34 moeite waard vindt? Ja, waarom zou je het eigenlijk überhaupt ge- 35

285

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.286

1 bruiken? Freemium-modellen die werken met een beperkte duur 2 leveren weliswaar een relatief hoog percentage gebruikers op dat 3 overstapt op de betaalde versie uit de groep die het product de hele 4 testperiode door blijft gebruiken, maar ze kunnen het totale aantal 5 participanten ook beperken. Als je de moeite neemt om een versie 6 te bieden waar de gratis-gebruiker meer mee kan, zonder dat hij 7 het risico loopt dat het product wordt afgesloten wanneer de tijd 8 op is, kun je het algemene bereik van het product vergroten. Ook 9 al stapt dan mogelijk een kleiner percentage over op de betaalde 10 versie, het zou wel eens een kleiner percentage van een veel groter 11 aantal kunnen zijn. 12 13 14 Wat is het juiste conversiepercentage? 15 In hoofdstuk 2 beschreef ik freemium als het tegenovergestelde van 16 het traditionele gratis testproduct: in plaats van 5% van je product 17 weg te geven om 95% te verkopen, geef je 95% weg en verkoop je 18 5%. De reden waarom dit toch logisch is, is dat de marginale kosten 19 van digitale producten vrijwel nul zijn en de 95% je weinig kost. 20 Daardoor kun je een enorme markt bereiken en is de 5% die je wel 21 omzet in betalende klanten, 5% van een groot aantal. 22 Maar dit was slechts een hypothetische percentageverdeling om 23 te laten zien wat ik bedoel. Wat is de juiste verhouding in de echte 24 wereld? Dat varieert van markt tot markt, maar een paar van de 25 beste gegevens komen uit de spelletjeswereld. 26 Makers van gratis te spelen onlinegames proberen hun kosten 27 zo te structureren dat ze zelfs quitte spelen als slechts 5-10% van de 28 gebruikers betaalt. Alles daarboven is winst. Daarom zijn de vol- 29 gende cijfers van de blogger Nabeel Hyatt, die de omzet van deze 30 bedrijfstak bijhoudt, ook zo indrukwekkend: 31 32 • Club Penguin: 25% spelers per maand betaalt, $5/mnd per 33 betalende gebruiker 34 • Habbo: 10% spelers per maand betaalt, $10,30/mnd per be- 35 talende gebruiker

286

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.287

• Runescape: 16,6% spelers per maand betaalt, $5/mnd per 1 betalende gebruiker 2 • Puzzle Pirates: 22% spelers per maand betaalt, $7,95/mnd 3 per betalende gebruiker 4 5 De blog vermeldt terecht dat deze cijfers zeer gunstig afsteken tegen 6 de 2% betalende spelers op de markt van vrijblijvende download- 7 spelletjes, of de 3-5% die beginnende webbedrijven binnenhalen 8 met hun ‘penny gap’-gratis testversies. Schattingen over het aantal 9 gratis-Flickr-gebruikers dat overgaat op het betaalde Flickr Pro va- 10 riëren van 5 tot 10%. En share ware-soft wareprogramma’s zien nog 11 minder dan 0,5% van hun gebruikers betalen. 12 Maar andere bedrijven weten veel betere resultaten te behalen. 13 Intuit bijvoorbeeld biedt het basisprogramma TurboTax Online 14 gratis aan voor de federale belastingen, maar laat betalen voor de 15 staatsversie. Medewerkers vertellen me dat 70% van de gebruikers 16 overweegt om die versie te kopen. Dit is wel een speciaal geval, 17 want vrijwel iedereen in de VS moet zowel federale als staatsbelas- 18 tingen betalen, maar het geeft toch aan dat er zeer hoge conversie- 19 ratio’s mogelijk zijn in het freemium-model. 20 Aan het gemiddelde Web 2.0-bedrijf dat van plan is freemium 21 als inkomstenmodel te gebruiken, is mijn advies: zet het break- 22 evenpunt op 5%, maar probeer de verschillende elementen zo over 23 de gratis en de betaalde versie te verdelen dat het waarschijnlijker 24 wordt dat je 10% betalende gebruikers binnenhaalt. Als je op meer 25 inzet, loop je het gevaar dat je te weinig in je gratis versie stopt en 26 het bereik dat Gratis je biedt niet maximaal benut. Zet je in op 27 minder, dan beginnen de kosten van de profi teurs hoog op te lopen 28 en wordt het lastig om winst te maken. 29 30 31 Wat is een gratis-klant waard? 32 Gebleken is dat niet alle gratis-klanten hetzelfde zijn. Wat hun 33 waarde voor jou is, hangt af van het moment waarop ze arriveren. 34 In de eerste fasen van een bedrijf of product is Gratis de beste 35

287

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.288

1 marketing, want dat trekt aandacht. 2 Het maakt het voor nieuwe klanten minder riskant om het pro- 3 duct uit te proberen en het vergroot het potentiële bereik van het 4 product. Maar in de loop van de tijd, wanneer het product of het 5 bedrijf zich een plaats begint te veroveren en meer bekendheid 6 krijgt, wordt het minder riskant om het uit te proberen. Gratis 7 wordt dan minder belangrijk. 8 Dit is in getallen uitgedrukt door Sunil Gupta en Carl Mela, twee 9 hoogleraren aan Harvard Business School, die een online-veiling- 10 bedrijf analyseerden* dat ze auctions.com noemden (vermoedelijk 11 ging het om eBay). Verkopers betaalden, maar klanten konden de 12 dienst gratis gebruiken. De vraag was wat deze gratis-kopers waard 13 waren. 14 Het antwoord is: meer toen het bedrijf net begon dan na een 15 paar jaar. Om precies te zijn was de levenslange waarde van de 16 gratis-koper die de veilingdienst in het eerste jaar ging gebrui- 17 ken $2.500. Omdat deze voorlopers, aangetrokken door de gratis 18 dienst, andere kopers binnenbrachten, leverde de kritieke massa 19 van kopers een kritieke massa van verkopers op. 20 Acht jaar later, toen het bedrijf zijn naam gevestigd had, was 21 de levenslange waarde van een nieuwe klant veel lager: $213. 22 Misschien besteedden ze net zo veel als de voorlopers aan het begin 23 hadden gedaan, maar hun waarde werd niet vermeerderd door een 24 stroom andere gebruikers die met hen meekwam. Het veilingbe- 25 drijf hield de prijs van deelname voor kopers op nul omdat de kos- 26 ten toch al dicht bij nul lagen. Maar een ander bedrijf met hogere 27 kosten zou misschien zijn overgestapt op een betaalmodel zodra 28 het goed op stoom lag. Als je weet hoe de waarde van een klant 29 in de loop der tijd verandert, kun je gemakkelijker bepalen welk 30 moment geschikt is voor Gratis en wanneer het niet meer nodig is. 31 32 33 34 * Sunil Gupta en Carl F. Mela, ‘What Is a Free Customer Worth?” Harvard Busi- 35 ness Re-view 86, no. 11 (november 2008).

288

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.289

1 2 Vijftig bedrijfsmodellen op 3 4 basis van Gratis 5 6 7 8 9 10 Er zijn talloze voorbeelden te geven van bedrijfsmodellen rond 11 gratis die al worden toegepast. Hier volgen vijft ig van die voor- 12 beelden, geordend naar het Gratis-model waar ze het best in 13 passen. 14 15 16 Gratis 1: Directe kruissubsidies 17 18 • Geef diensten weg, verkoop producten (de Genius Bar in de 19 Apple-winkels waar gebruikers gratis technische ondersteu- 20 ning krijgen) 21 • Geef producten weg, verkoop diensten (gratis geschenken als 22 je een bankrekening opent) 23 • Geef soft ware weg, verkoop hardware (de Linux-aanbiedingen 24 van ibm en hp) 25 • Geef hardware weg, verkoop soft ware (het model van de con- 26 sole voor videogames, waarbij apparaten als de Xbox 360 ver 27 beneden de kostprijs worden verkocht) 28 • Geef mobiele telefoons weg, verkoop belminuten (de meeste 29 aanbieders) 30 • Geef belminuten weg, verkoop mobiele telefoons (veel van 31 dezelfde aanbieders, maar dan met gratis bellen ’s avonds en 32 in het weekend) 33 • Geef de show weg, verkoop de drankjes (striptenten) 34 • Geef de drankjes weg, verkoop de show (casino’s) 35

289

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.290

1 • Geef iets weg om iets anders te verkopen (reclamestunts van 2 winkeliers) 3 • Eén betalen, één halen (supermarkten) 4 • Gratis geschenk bijgesloten (ontbijtproducten) 5 • Gratis proefmonsters (alles van geschenkdozen voor aan- 6 staande moeders tot productdemonstraties in de supermarkt) 7 • Gratis proefexemplaren (tijdschrift abonnementen) 8 • Gratis parkeren (winkelcentra) 9 • Gratis specerijen (restaurants) 10 11 12 Gratis 2: Drie-partijenmarkt of ‘tweezijdige’ 13 markt (de ene gebruikersgroep ondersteunt 14 een andere) 15 16 • Geef de inhoud weg, verkoop de toegang tot het publiek 17 (door advertenties ondersteunde media) 18 • Geef creditcards weg zonder lidmaatschapskosten, bereken 19 een transactietarief aan handelaren 20 • Geef wetenschappelijke artikelen weg, laat auteurs betalen 21 voor de publicatie ervan (Public Library of Science) 22 • Geef document readers weg, verkoop document writers 23 (Adobe) 24 • Geef vrouwen gratis toegang, laat mannen betalen (disco’s) 25 • Geef kinderen gratis toegang, laat volwassenen betalen (mu- 26 sea) 27 • Geef de inschrijving weg, verkoop eersteklas zoekmogelijk- 28 heden (match.com) 29 • Verkoop de inschrijving, geef het zoeken weg (craigslist New 30 York Housing) 31 • Geef de reisdiensten weg, vraag provisie over huurauto- en 32 hotelreserveringen (Travelocity) 33 • Laat verkopers betalen voor het in voorraad houden van hun 34 spullen, laat mensen gratis winkelen (slotting fees in super- 35 markten)

290

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.291

• Laat mensen betalen voor toegang tot de winkel, geef de 1 voorraadruimte voor verkopers weg (winkels die met lid- 2 maatschap werken, zoals Costco) 3 • Geef huis-te-koopadvertenties weg, verkoop hypotheken 4 (Zillow) 5 • Geef inhoud weg, verkoop informatie over de klant (Practice 6 Fusion) 7 • Geef inhoud weg, verdien geld door mensen door te verwij- 8 zen naar winkels (Amazon Associates) 9 • Geef inhoud weg, verkoop spullen (Slashdot/Th inkGeek) 10 • Geef inhoud weg, betaal adverteerders om erin voor te ko- 11 men (product placement) 12 • Geef banen- of huizenrubrieken weg, laat mensen betalen 13 voor inschrijving (Craigslist) 14 • Geef inhoud en gegevens weg aan consumenten, laat bedrij- 15 ven betalen voor toegang via een api (eBay) 16 • Geef ‘groene’ ideeën voor woningen weg, laat bouwbedrijven 17 en aannemers betalen voor de registratie als groene onder- 18 nemer (FreeGreen.com) 19 20 21 Gratis 3: Freemium (enkele gebruikers onder- 22 steunen de rest) 23 24 • Geef basisinformatie weg, verkoop uitgebreidere informatie 25 in gebruiksvriendelijkere vorm (BoxOffi ceMojo) 26 • Geef soft ware voor federale belastingen weg, verkoop die 27 voor de staatsbelastingen (TurboTax) 28 • Geef mp3’s van lage kwaliteit weg, verkoop boxsets van hoge 29 kwaliteit (Radiohead) 30 • Geef inhoud op het web weg, verkoop gedrukte inhoud (alles 31 van tijdschrift en tot boeken) 32 • Geef spelletjes weg, werk met een betaalde inschrijving voor 33 wie bepaalde voordelen in het spel wil krijgen (Club Penguin) 34 • Geef de inschrijving in een bedrijvenoverzicht weg, laat be- 35

291

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.292

1 drijven betalen voor het ‘opeisen’ en verbeteren van hun in- 2 schrijving (Brownbook) 3 • Geef demonstratiesoft ware weg, laat de volledige versie be- 4 talen (de meeste videogames, waarin je de eerste paar levels 5 gratis kunt spelen om te kijken of het iets voor je is) 6 • Geef het bellen van computer naar computer weg, verkoop 7 telefoontjes van computer naar telefoon (Skype) 8 • Geef diensten voor het delen van foto’s weg, laat betalen voor 9 extra opslagruimte (Flickr) 10 • Geef de basis-soft ware weg, verkoop extra mogelijkheden 11 (QuickTime van Apple) 12 • Geef een door advertenties betaalde dienst weg, verkoop de 13 mogelijkheid om die advertenties te verwijderen (Ning) 14 • Geef ‘snippers’ weg, verkoop boeken (uitgevers die gebruik- 15 maken van Google Book Search) 16 • Geef virtueel toerisme weg, verkoop virtueel land (Second 17 Life) 18 • Geef een muziekgame weg, verkoop muzieknummers (Tap 19 Tap Revolution) 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

292

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.293

1 2 Dankwoord 3 4 5 6 7 8 9 10 In de anderhalf jaar waarin ik dit boek schreef, kregen we een baby 11 (onze vijfde), worstelde ik met een kwaal waarvan de diagnose pas 12 na enige tijd werd gesteld en die de ziekte van Lyme bleek te zijn 13 (inderdaad net zo afschuwelijk als ze zeggen), vloog ik meer dan 14 400.000 kilometer om speeches te geven, bleef ik aan het hoofd 15 staan van Wired en startte ik stom genoeg nog een bedrijf voor ne- 16 venprojecten. Dat is nogal wat – te veel eigenlijk. Dat het allemaal 17 toch mogelijk is geweest, heb ik enkel en alleen aan mijn vrouw 18 Anne te danken. Zo’n beetje het hele jaar is ze zonder morren een 19 indrukwekkende alleenstaande moeder geweest, altijd even sterk 20 en opgewekt. 21 Anne had de zorg voor een groot gezin en een man die altijd 22 op reis was, maar alsof dat niet genoeg was, heeft ze zich als geen 23 ander voor dit boek ingezet. Wanneer ik thuis was, zette ze me op 24 zaterdagochtend de deur uit om in de coff eeshop te gaan schrijven, 25 las ’s avonds laat de pagina’s en stond ’s morgens vroeg op met de 26 baby, zodat ik kon uitslapen als ik tot diep in de nacht had zitten 27 typen. Het feit dat ik dit boek met zo veel plezier en gemak heb ge- 28 schreven, is volledig aan haar te danken, omdat ze zo royaal zo veel 29 op zich heeft genomen. Hoeveel geluk ik ook heb gehad in mijn 30 leven, niets haalt het bij het geluk dat ik Anne ben tegengekomen. 31 Ook veel dank ben ik mijn team bij Wired verschuldigd, dat zich 32 geweldig heeft ontwikkeld terwijl ik steeds meer een aanwezige 33 op afstand werd die verwarde zinsfragmenten zond via 34 en half verstaanbare telefoonspeakers. Het feit dat we dit jaar een 35

293

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.294

1 prijs hebben gewonnen, is grotendeels te danken aan Bob Cohn, 2 Th omas Goetz, Scott Dadich en Jake Young, het beste team waar- 3 mee ik ooit heb mogen werken. 4 Het boek zelf is in samenwerking tot stand gekomen en ik be- 5 schouw mezelf als een geluksvogel dat ik niet één maar twee redac- 6 teuren van wereldklasse heb. Will Schwalbe aan de Amerikaanse 7 kant en Nigel Wilkockson aan de Britse hebben het niet bij rode 8 strepen in mijn tekst gelaten. Ze brainstormden samen in telefoon- 9 gesprekken die wel een uur konden duren, en gaven me de wijze 10 adviezen en aanmoedigingen die alleen ware voorvechters van een 11 project kunnen geven. Het waren beiden coaches en cheerleaders, 12 als dat tenminste geen al te gruwelijke combinatie van sportmeta- 13 foren is. Ze hebben dit boek hoe dan ook heel veel beter gemaakt 14 en een groter compliment kan een redacteur niet krijgen. 15 Ik had ook het geluk dat Steven Leckart weer mijn assistent was 16 bij het schrijven. Bij mijn vorige boek bespraken we eerst de stof 17 voor de hoofdstukken, namen dat op en gebruikten de geredigeer- 18 de transcripties als ruw materiaal waarmee ik aan de slag kon gaan. 19 Misschien omdat het mijn tweede boek was en ik een beter idee 20 had hoe ik het wilde aanpakken, of omdat ik het al duidelijk in mijn 21 hoofd had, besteedden we de tijd deze keer vooral aan details van 22 de structuur. Steven heeft ook de research voor de meeste kaders 23 gedaan en ze ontworpen. Ook kreeg ik hulp van Ben Schwartz, die 24 als vijft ienjarige jongen mijn boek Th e Long Tail wel zag zitten, en 25 inmiddels een student is met een voorliefde voor sciencefi ction. 26 Hij las een hoop sciencefi ctionboeken en maakte een overzicht van 27 het onderwerp overvloed (‘post-schaarste-economie’), met een 28 analytisch inzicht waarmee hij zijn jaren ver vooruit is. 29 Verder dank ik Scott Dadich weer, creatief leider van Wired, die 30 zowel de omslag voor de paperbackeditie van Th e Long Tail ont- 31 wierp als de opvallende omslag voor de tijdschrift versie van Free, 32 en Carl DeTorres, die de grafi eken en kaders elegant en stijlvol 33 vormgaf, net als hij voor Th e Long Tail deed. 34 Mijn agent John Brockman was exact de onvermoeibare plei- 35 ter die je je wenst voor je boek. De verkoop- en publiciteitsteams

294

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.295

van Hyperion en Random House UK hebben een indrukwekken- 1 de prestatie geleverd met hun innovatieve evenementen, creatieve 2 economische modellen en eindeloze enthousiasme, vooral als je 3 bedenkt hoe huiverig en argwanend de uitgeverswereld is als het 4 gaat om Gratis. En mijn eigen publiciteitsteam bij Wired, onder 5 leiding van Alexandra Constantanople en Maya Draison, wist het 6 boek op talloze manieren onder de aandacht te brengen, van inter- 7 views tot ontvangsten. 8 In intellectueel opzicht ben ik twee mensen met name veel dank 9 verschuldigd: Kevin Kelly, die met zijn boek New Rules for the New 10 Economy de basis legde voor het merendeel van mijn gedachten 11 over Gratis, en Mike Masnick van Techdirt, die van dag tot dag 12 het concept Gratis verkende, verslag uitbracht en het evangelie van 13 Gratis verkondigde, waarmee hij een bron van informatie en inspi- 14 ratie voor dit boek is geweest. George Gilder heeft nog altijd veel 15 invloed op mijn denken, vooral vanwege zijn vroege werk over de 16 economie van halfgeleiders en de diepere betekenis van de Wet van 17 Moore. En Hal Varian, Googles belangrijkste econoom, heeft me 18 met de vele tijd die hij voor me vrijmaakte en zijn vooruitziende 19 werken meer geleerd dan alle docenten tijdens mijn studie. 20 En ten slotte wil ik al die honderden mensen bedanken die me 21 hebben geschreven en op mijn teksten hebben gereageerd door 22 voorbeelden van Gratis te geven, te vertellen hoe ze daar zelf ge- 23 bruik van maakten en hun gedachten over de economische model- 24 len daaromheen te delen. Ze inspireren me, zorgen dat ik eerlijk 25 blijf en hebben uiteindelijk elke regel in dit boek beïnvloed. De 26 afgelopen tien jaar zijn een collectief experiment geweest om de 27 toekomst van een radicale prijs in kaart te brengen, en daarom ver- 28 dienen de talloze pioniers wier lessen ik in dit boek heb proberen 29 vast te leggen mijn uiterste dankbaarheid. 30 31 32 33 34 35

295

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.296

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.297

1 2 Register 3 4 5 6 7 8 9 10 1-800-FREE 411 42 –, kranten en tijdschrift en 72, 11 37signals 256-257 73-75, 152, 165, 176-177, 249, 12 50 Cent 184-185 290 13 –, radio 165 14 aanbevelingen 213, 259 –, telefonie 22, 34 15 –, zie ook links; reputatie –, televisie 33 16 aandacht Adafruit Industries 86-88 17 –, door Gratis 29, 270, 271, 282, AddictingGames 177 18 287-288 Adobe 290 19 –, als non-monetaire waarde 32, adverteren 31, 41, 56, 57, 134, 20 33, 40, 41, 45, 53, 59, 77, 148, 148, 162, 169, 170, 191, 192 21 180-181, 189, 191, 208, 210, –, games 24, 170, 177-178 22 211, 212-216, 215, 217, 218, –, internet 31-32, 38, 73, 135, 23 220, 230, 232-233, 235, 251, 138-139, 142, 144, 146-147, 24 259-260, 270, 271, 276 163-165, 167, 168-169, 169- 25 –, omzetten in geld 148, 180- 170, 192, 204, 214, 219, 228, 26 181, 189-192, 212-213, 214, 256-257, 277, 278 27 215, 232-233, 235, 260, 270, –, kranten en tijdschrift en 32, 28 271, 276, 282 37, 73-75, 161, 162, 163-164, 29 aandelenmarkt 112, 135, 156 165, 166, 181 30 –, gratis handel 135, 156 –, mediareclamemodel 31-32, 31 –, instorten 275 37-38, 43, 162, 165, 167, 168, 32 abonnementen 169-170, 192, 195, 256, 277, 33 –, e-mail 138-139 290 34 –, games online 176-177 –, mond-tot-mond- 12, 186, 260 35

297

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.298

1 –, muziek 183, 233 –, Apple II 2 –, non-mediabedrijven 32, 126, –, Macintosh 108 3 162-165, 169-170, 192, 193 –, zie ook iPhone; iPod; iTunes; 4 –, online vs. offl ine168-169 QuickTime 5 –, privacy 258-259 arbeid 50, 60, 66, 68, 70, 99, 6 –, productplaatsing (product 101, 203, 244, 246, 247, 269 7 placing) 170, 177, 291 –, /eiwit-ratio 62 8 –, radio 58, 161-162, 165 –, kenniswerkers 70 9 –, rubrieksadvertenties 46, 151- –, onbetaalde 195-196, 208, 10 152, 153, 155, 157, 290, 291 217-221, 272-273 11 –, tekstadvertenties 168-169, –, salaris 70, 150, 196 12 228, 277 –, uitwisseling van 41-42 13 –, telefonie 146 –, uren besteed aan Gratis 195- 14 –, televisie 161, 162, 165, 228 196 15 –, videoadvertenties 228, 229 –, vrijwilligerswerk 50, 84, 219 16 –, vrij van advertenties 32, 126, Arduino 86 17 136, 139, 161, 292 Ariely, Dan 44-45, 80, 81, 83 18 –, zie ook endorsements; spon- Arnold, Frank 161 19 soring ASCAP (American Society of 20 Alchemist, Th e (Coelho) 270 Composers, Authors and 21 altruïsme 40, 53-54, 149, 218 Publishers) 58-50 22 amateurs, vs. professionals 218, AT&T, 121, 146, 161-162 23 272-273 Athene, overvloed en schaarste 24 Amazon 12, 134, 145 247 25 –, Associates 170, 291 atomen 105 26 –, EC2 143 –, vs. bits 14, 23, 67, 86, 99, 102, 27 –, verzendkosten 81-82 117, 142-143, 167, 171, 175, 28 American Gods (Gaiman) 185- 179, 185, 237, 254, 264, 267- 29 186 268, 280 30 Animal Farm (Orwell) 246 atoomenergie 93, 94 31 anker (economie) 44-45 Atoomenergiecommissie (AEC) 32 AOL 136 93, 95 33 Apache 131 auteurs 164, 185-188, 187, 217, 34 Apple 43, 111, 167, 181, 182, 269-271 35 194, 289 –, copyright 261-262

298

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.299

–, journalistiek 72, 157, 272-273 37-38, 43, 162, 165, 167, 168, 1 –, royalty’s 187 169-170, 192, 195, 256, 277, 2 –, wetenschappelijke publicaties 290 3 213, 290 –, in neergaande economie 4 –, zie ook boeken 276-279 5 auto’s 68, 98-99, 100 –, ‘omkeerbare’ 45-46 6 –, parkeren 33, 262, 290 belasting 43, 43, 161 7 –, progressieve 50 8 Babbitt (Lewis) 57 –, soft ware 135, 287, 291 9 Babbitt, Benjamin 57 benzine 68, 100 10 Babbit’s Soap 57 Berners-Lee, Tim 213 11 Baekeland, Leo 67 Bertrand, Joseph 199-200, 201, 12 bakeliet 67 204 13 Ballmer, Steve 132, 133 –, zie ook concurrentie, 14 Banda Calypso 239-240 Bertrand- 15 bandbreedte 97, 110-111, 112, besturingssystemen 127-129 16 144-145 –, Linux 12, 127-135, 241 17 –, ontwikkeling 96, 110-111 –, Microsoft Windows 124, 125, 18 –, prijs 24, 96, 109, 111, 113, 126, 127-135, 201, 241 19 146, 280 –, UNIX 127-128, 129 20 –, verspilling 264 bèta’s 150 21 banken 36, 38, 52 Betaald 22 Banning, William Peck 162 –, plus Gratis 88, 158, 169, 279 23 Barnum, B.T. 57 –, vs. Gratis 159, 179-180, 254 24 BASF 61 betaalmiddelen 25 Bateson, Gregory 121 –, culturele 217 26 BBC 161 –, in games 174-175 27 Beal, Daron 219 –, goud 66 28 bedrijfsmodellen –, informatie 74 29 –, gebaseerd op Gratis 35-43, 43, –, microbetalingen 76, 78 30 160-188, 229-231, 269-271, –, non-monetaire 32, 33-34, 40, 31 276-279, 287-288, 289-292 41, 50, 53, 148, 189-192, 195, 32 –, hybride 23, 43, 88, 135, 158, 208, 211-216, 217-221, 232- 33 173, 179-180, 279 233, 245, 251, 259-260, 271, 34 –, mediareclamemodel 31-32, 272-273 35

299

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.300

1 –, ruilhandel 50, 52 –, muziek 239-240 2 –, virtuele 174-175, 216 –, open source 241 3 –, zout 66 Broadcast.com 158 4 –, zie ook aandacht; geld; repu- Bronfman, Edgar 183 5 tatie; tijd Brownbook 292 6 Better Place 100 Burger King 177, 190-191, 278 7 bevolkingsgroei 61, 63-65 8 Big Switch, Th e (Carr) 149 captcha’s 41 9 bits 110, 112-113, 121, 280 Cardoso, Fernando 240 10 –, vs. atomen 14, 23, 67, 86, 99, Carr, Nicholas 149 11 102, 117, 142-143, 167, 171, CD Baby 45 12 175, 179, 185, 237, 254, 264, China 13 267-268, 280 –, games 171-172, 173, 174-175, 14 BMI (Broadcast Music 194 15 Incorporated) 59 –, gezondheidszorg 45 16 boeken 15, 81-82, 215, 292 –, piraterij 124, 171-172, 232- 17 –, bedrijfsmodellen 185-188, 238 18 187, 270 China Market Research Group 19 –, digitale 185-186, 187 236-237 20 –, gratis 185-188, 187, 269-271, China Mobile 232, 234 21 292 chips 96, 98, 99, 102, 104, 202 22 –, royalty’s 187 christendom, en rente 51-52 23 –, studie- 187 Churchill, Winston 122 24 –, zie ook auteurs City and the Stars, Th e (Clarke) 25 Bosch, Carl 61 244-245 26 Boston Consulting Group Clarke, Arthur C. 244-245 27 (BCG) 101 Clear Channel 193 28 Box Offi ce Mojo 291 Club Penguin 173, 176, 179, 286, 29 Brand, Stewart 116, 117-118, 291 30 119-122 Club van Rome 63-64 31 brandstof, 63, 68, 94, 95 Coase, Ronald 76 32 –, zie ook benzine; ethanol; gas; Coelho, Paulo 270 33 olie collectivisme 53-54 34 Brazilië Comcast 33 35 –, geneesmiddelen 240-241 comparatief voordeel 70

300

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.301

complementaire goederen 31 Cooper, Peter 17-18 1 complementaire producten 148- copyright 102, 168, 203 2 149, 150 –, auteurs 261-262 3 computers 68, 70, 105, 106, 116, –, muziek 42 4 118, 245 –, soft ware 120, 266 5 –, democratisering 107-108, Costco 291 6 123, 124, 204 Cournot, Antoine 199-200 7 –, interfaces 106, 107, 109 –, zie ook concurretie, Cournot- 8 –, pc’s 106, 115, 116, 123, 124, Craigslist 46, 151-153, 157, 219, 9 125 290, 291 10 –, verwerkingsvermogen 24, 96, Creative Commons 240, 262 11 97, 104, 105, 106-107, 108, creditcards 36, 38, 290 12 109, 111, 112, 113, 144-145, Crow, Sheryl 259-260 13 264, 280 Cuban, Mark 271-272 14 –, zie ook hardware; soft ware Cult of the Amateur, Th e (Keen) 15 concurrentie 40, 53, 199-202, 272 16 203-204 Cyclocity 193 17 –, asymmetrische 153-154 18 –, Bertrand- 200-201, 202 Daily Mail 166, 181 19 –, Cournot- 199-200 Darwin, Charles 53 20 –, met Gratis 25, 46, 90, 123-141 demonetisering 151, 156, 157, 21 –, voorsprong door Gratis 77- 158 22 78, 268-269, 282 Dennis, Jack 116 23 –, zie ook monopolies Diamond Age: A Young 24 consumenten Lady’s Illustrated Primer 25 –, gedrag 22, 148, 258 (Stephenson) 245-246 26 –, informatie over 38, 40, 41, 74, dichotomie, paradox 109 27 77, 126, 146, 148, 169, 170, Digg 41, 169, 278 28 258-259, 291 Diller, Barry 158 29 –, tijd 171, 223 diskjockeys 58, 59 30 –, vraag 13, 19, 211 Disney 176 31 –, waarde van gratis-klanten –, zie ook Club Penguin 32 287-288 DIY Drones 86 33 Controlinveste 166 Doctorow, Cory 225, 245 34 Cooper, Alice 250 Down and Out in the Magic 35

301

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.302

1 Kingdom (Doctorow) 245 –, en technologie 94, 96-97, 102, 2 Draper, Th eodore 117 104, 105, 109 3 drie-partijenmodel 37-38, 37, economie (wetenschap) 16, 52- 4 162, 192, 290-291 54, 66, 212, 252, 266 5 –, zie ook mediareclamemodel; –, aankoopbeslissingen 76 6 tweezijdige markten –, behoudswetten 252 7 Dunbar, getal van 54, 192 –, concurrentie 199-201 8 Dunbar, Robin zie Dunbar, getal –, defi nitie van 212 9 van –, externaliteiten 68, 99, 251- 10 Dynabook 107 252, 263-264 11 –, gedrags- 79-81, 83, 212 12 E*TRADE 135, 156 –, gesloten markten 251 13 eBay 175, 183, 204, 215, 288, –, over gratis 14, 79 14 291 –, neuro- 212 15 Ebbinghaus, Hermann 101 –, schaarste en overvloed 210 16 economie 49-50, 52; zie ook –, vraag en aanbod 78, 113, 203 17 economie (wetenschap) EconTalk 207 18 –, gebaseerd op atomen 23, 179, Ehrlich, Paul 64-65, 69 19 267 Eisenhower, Dwight D. 94-95 20 –, gebaseerd op bits 23, 24, 32, elektriciteit 103, 112-113 21 112-114, 117, 165, 179, 267 –, milieukosten 264 22 –, etymologie 50, 212 –, prijs 93, 94-96, 100, 112, 145, 23 –, gift economy (gift -economie) 146 24 32, 33, 40, 43, 53-54, 194-195, Elia Branco, Marcelo D’ 241 25 216-221, 219 Ellis, Paul 258 26 –, gebaseerd op Gratis 13, 14, e-mail 148 27 15-16, 23, 24, 189-196, 206 –, gratis 12 28 –, monetaire 40, 50, 52-53, 54, –, opslagruimte webmail 111, 29 212, 217 136-141, 137 30 –, neergaande 275-279 Encarta 154 31 –, non-monetaire 189-192, 211- Encyclopaedia Britannica 154, 32 221, 259-260 155 33 –, open 215 encyclopedieën 153-155 34 –, schaarste en overvloed 68, –, zie ook Wikipedia 35 242-246, 248 endorsements 183, 233, 235

302

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.303

energie 61, 63, 68, 93, 94, 95, Franck, Georg 212 1 103 Free 261-262, 267 2 –, duurzame 100, 145 –, zie ook vrij (free) 3 –, menselijke 62, 220, 264 Free Soft ware Foundation 117, 4 –, nucleaire 93, 94 127 5 –, zie ook brandstof; elektriciteit Free Soft ware Project 241 6 ervaringscurve 101-102, 105 FreeConferenceCall.com 46 7 ethanol 63, 103 freeconomics 24 8 EverQuest 172, 175 Freecycle 40, 217, 219 9 evolutie 65, 77-78 FreeGreen.com 291 10 Expedia 156 freemium 38-40, 39, 43, 85, 86, 11 externaliteiten 251, 252 87, 126, 173, 185, 195, 205, 12 –, compensatie 263-264 256, 272 13 –, negatieve 68, 99, 252, 263-264 –, bedrijfsmodellen 284-286, 14 291-292 15 Facebook 14, 158, 169, 202, 204, –, conversiepercentage 39-40, 16 215, 272 286-287 17 –, advertenties 258, 277, 278 –, marktomvang 192-194 18 –, digitale cadeaus 175 freeware 127 19 –, marktwaarde 190-191 Fried, Limor 86 20 Fairchild Semiconductor 97-98, Friedman, Milton 250, 251 21 101-102 22 Feynman, Richard 105 G-Unit Records 184 23 fi lesharing; fi letrading 85, 184- Gaiman, Neil 185-186 24 185, 194-195, 232, 260 games 89-90, 269 25 Firefox 12, 134 –, abonnementen 176-177 26 fi tnesscentra, lidmaatschap –, advertenties 24, 177-178 27 45-46 –, bedrijfsmodellen 173-180, 28 fl at fees 205-206, 264 194, 256, 286-287, 291, 292 29 Flat World Knowledge 187 –, merchandise 179-180 30 Flickr 32, 39, 111, 287, 292 –, online- 24, 54, 85, 171-173, 31 Forbes-lijst 158 194, 216, 256, 286-287 32 Ford, Henry 98-99 –, spelcomputers 177, 289 33 Forrester Research 193 –, verkoop virtuele producten 34 Forster, E.M. 243-244 85, 173-176, 178-179, 194, 216 35

303

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.304

1 Garden, Alex 174, 175 181, 289, 290 2 Garlinghouse, Brad 136, 138 –, als culturele valuta 217 3 gas 61 –, digitale 175 4 Gates, Bill 123, 124, 125, 133, Gil, Gilberto 240 5 191, 261 Gilder, George 24, 102 6 geld 50, 52, 83, 112, 217, 247, Gillette 20-22, 172 7 259 Gillette, King 20-22, 23, 36, 54, 8 –, leningen en rente 51-52 67, 279 9 –, monetaire economie 40, 50, Global Notícias 166 10 52-53, 54, 78, 79, 211, 212, globalisering 66, 70 11 251, 252, 259 Gmail 32, 111, 145, 148 12 –, vs. tijd 85-88, 124, 216 –, vs. Yahoo! Mail 136-141, 137 13 –, virtueel 174, 216 Godin, Seth 68 14 –, zie ook demonetisering goederen 15 gemeenschappen –, complementaire 31 16 –, gemeenschapszin 218-220 –, vs. diensten 69-70 17 –, link-economie 53 –, virtuele 85, 173-176, 178-179, 18 –, online- 54, 176, 208, 220, 194, 216 19 234-235 goedkoop, vs. gratis 75 20 –, opensource- 87, 88, 127 GOOG-411 41, 42, 146, 148 21 –, zie ook hackersethiek; netwer- Google 12, 14, 40, 41-42, 134, 22 ken, sociale 158, 169, 174, 195-196, 204, 23 geneesmiddelen 17, 18, 103, 202 213-214, 252, 259, 264, 277 24 –, generieke 240-241 –, AdSense 147-148, 163, 164, 25 –, piraterij, 203 214, 277 26 Genesee Pure Food 18-20 –, adverteren 32, 41, 134, 142, 27 gezondheidszorg 144, 147-148, 149, 158, 163- 28 –, honorering artsen 45, 103 165, 169, 170, 204, 219, 228, 29 –, soft ware 103, 126 252, 257 30 Gift , Th e (Hyde) 216-217 –, AdWord 147-148 31 gift -economie (gift economy) –, algoritmes 41 32 32, 33, 43, 53-54, 219 –, bedrijfsmodel 142-146, 146, 33 –, marktomvang 194-195 146-150, 157-158, 163-165 34 –, psychologie van 216-221 –, Book Search 292 35 gift en; geschenken 34, 165, 166, –, Chat 150

304

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.305

–, Chrome 144 14, 15-16, 23, 24, 189-196, 206 1 –, Docs 12, 204, 276 –, als economisch model 142- 2 –, Earth 272 159 3 –, en kranten 157-158 –, en economische crisis 275- 4 –, Maps 145, 148, 149 279 5 –, News 145, 149 –, als economische noodzaak 6 –, PageRank 213-214 42, 112, 201, 265-266, 281 7 –, soft ware 32 –, etymologie 29-30 8 –, tekstadvertenties 168-169, –, Free 261-262, 267 9 277 –, Generatie Gratis 168, 266-268 10 –, videoadvertenties 228 –, kosten van 78, 83, 156-159, 11 –, vs. Yahoo! 136-141, 137 262-265 12 –, zie ook Gmail; GOOG-411; –, psychologie van 20, 44-46, 13 Orkut; YouTube 68, 71-90, 211-212, 216-221, 14 Google-generatie 15-16, 267 279, 280 15 goud 66 –, regels voor 280-283 16 GPL (general public license) 133 –, soorten 30-32 17 Graham, Paul 143 –, twijfels over 15-16, 23, 29, 54, 18 Gratis 72, 78, 188, 249-273 19 –, 20ste eeuw 14, 15, 16-22, 60, –, en verantwoordelijkheid 20 254 83-85 21 –, 21ste eeuw 14, 15-16, 22-25, –, én vrij 221, 228, 261-262, 267 22 97, 254 –, zie ook vrij (free) 23 –, bedrijfsmodellen gebaseerd Graveyard, Th e (Gaiman) 186 24 op 35-43, 43, 160-188, 229- grenzen aan de groei, De (Club 25 231, 269-271, 276-279, 287- van Rome 63-64) 26 288, 289-292 Groene Revolutie 60-61 27 –, plus Betaald 88, 158, 169, 279 grondstoff en 28 –, vs. Betaald 159, 179-180, 254 –, schaarste en overvloed 60, 29 –, betekenissen 29-30, 118 63-65, 67-68 30 –, concept 12, 13-14, 16, 22, 32, –, vs. ideeën 68-70, 103 31 47, 205 Gupta, Sunil 288 32 –, concurreren met 25, 46, 90, 33 123-141 Habbo 286 34 –, economie gebaseerd op 13, Haber, Fritz 61 35

305

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.306

1 hackersethiek 115-119 IDC (International Data 2 Hackers: Heroes of the Computer Corporation) 194 3 Revolution (Levy) 115, 116 ideeën 4 halfgeleiders 96, 98, 101-102, –, vs. grondstoff en 68-70, 103 5 104, 105, 110, 202 –, schaarste en overvloed 102- 6 Handel, Jonathan 167-168 103 7 Hardin, Garrett 263 –, en technologie 117 8 hardware 289 –, zie ook innovatie; intellectuele 9 –, gratis 289 input 10 –, opensource- 14-15, 86 In Rainbows (Radiohead) 180- 11 Harper, Douglas 30 181 12 HarperCollins 270 Industriële Revolutie 24, 60, 13 Harris, Cliff 89-90 203, 244, 246, 266 14 Heinemeier Hanson, David Infonautics 153-154 15 256-257 informatie 16 Hendrix, Howard 188 –, als basisproduct 201 17 High Cost of Free Parking, Th e –, als betaalmiddel 74-75 18 (Shoup) 262 –, betekenissen 120-121 19 Hilf, Bill 132-133 –, als grondstof 103-104, 112- 20 Honeywell 106-107 113 21 Hosanagar, Kartik 78 –, gratis 149, 250 22 hosting services 143 –, schaarste en overvloed 68, 23 Houston, Peter 128, 131-132 119, 210-211, 245, 267, 273 24 HP 145, 289 –, -verwerking, cognitieve last 25 Hsieh, Tony 82 van 76 26 Hulu 165, 228-229, 276 –, ‘wil gratis zijn’ 115, 117-119, 27 Human Drift , Th e (Gillette) 21 119-122 28 Humelbaugh, William E. 19 –, zie ook consumenten, infor- 29 Hustead, Ted 57 matie over 30 Hyatt, Nabeel 286-287 inhoud 31 Hyde, Lewis 216-217, 218 –, amateurs vs. professionals 32 272-273 33 IBM 128, 131, 132, 145, 289 –, betaalde 165, 291 34 –, IBM 704 116 –, vs. drager 255 35 –, PC 123 –, drie-partijenmodel 31-32,

306

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.307

162, 167, 192, 290 –, bedrijfsmodellen 38-40, 276- 1 –, games 171 279, 284-286, 287 2 –, gratis 31-32, 33, 38, 76-78, –, bereik 108, 152-153, 204 3 165, 166-169, 192, 215, 290, –, als communicatieplatform 4 291 126, 127 5 –, internet 108, 163-164, 169- –, als distributiesysteem 13, 203 6 170, 208, 255 –, gift -economie 40, 217 7 –, non-monetaire waarde 33, –, groei 148, 275 8 259-260 –, marginale kosten 112 9 –, radio 160, 162 –, netwerkeff ecten 156, 204 10 –, televisie 162, 165 –, omvang 195, 208 11 –, tijdschrift en 72, 73, 163, 164, –, en prijsdalingen 24, 112 12 229-230, 253, 291 –, providers 254-255, 265 13 innovatie 63, 69, 103, 104, 105, –, toegang 12, 148, 254-255, 14 110, 111, 202, 248 264-265 15 –, en Gratis 261-261 –, waarde van sites 213-214 16 –, octrooien 102-103, 261- –, zie ook links; gemeenschap- 17 262 pen; weblogs 18 INO Records 183-184 Intuit 19 intellectueel eigendom 14-15, –, QuickBooks 285 20 69, 89, 102, 120, 202, 235-236, –, TurboTax Online 287, 291 21 241, 261-262, 265-266 iPhone 173, 257, 277 22 –, zie ook copyright; octrooien; iPod 96, 108, 111-112, 167, 181, 23 piraterij; royalty’s 182, 194, 223, 257 24 intellectuele input 69-70, 102- islam 25 104, 110, 111, 117, 202 –, over overvloed 246 26 –, zie ook innovatie –, over rente 51-52 27 internet 13, 40, 53, 97, 108, 112, ITunes 173, 182 28 115, 125, 150, 165, 167, 208, 29 215, 275 Jeff erson, Th omas 102, 261 30 –, advertenties 31-32, 38, 73, Jell-O 16-20, 21, 54 31 135, 138-139, 142, 144, 146- Jicka.com, proefgarantie 46 32 147, 163-165, 167, 168-169, Jobs, Steve 85, 87 33 169-170, 192, 204, 214, 219, Jornal de Notícias 166 34 228, 256-257, 277, 278 journalisten 72, 157, 272-273 35

307

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.308

1 Karp, Scott 168 166, 181, 192 2 Kay, Alan 107, 108, 223 –, gratis 23, 32, 58, 71-72, 165, 3 Keen, Andrew 272 192, 249 4 Kelly, Kevin 88-89, 98, 116, 117, –, lokale 157-158 5 195 –, online 23, 176, 249, 277 6 keuze –, rubrieksadvertenties 151, 153, 7 –, economische wetenschap 53, 155, 157 8 66, 79, 212 –, werving lezers 165, 166, 181, 9 –, en Gratis 22, 25, 80-81, 83 186 10 –, mentale transactiekosten –, zie ook afzonderlijke kranten; 11 75-76 journalisten 12 kleding 66, 236-238 Kropotkin, Peter 53 13 Kopelman, Josh 78-79, 153-154 Krueger, Allen 182 14 kosten kruissubsidies 32-35, 33, 43, 97, 15 –, afl eidings- 150 195, 282 16 –, van alternatieven 251 –, directe 35-36, 36, 189, 289- 17 –, cognitieve 75-76 290 18 –, compensatie 208, 263 –, werking 34-35 19 –, van digitale distributie 13 Kübler-Ross, Elisabeth 129 20 –, en directe kruissubsidies kwaliteit, en Gratis 72, 80, 226, 21 35-36 272-273, 282 22 –, en drie-partijenmarkt 38 23 –, en freemium 39-40 Lacy, Sarah 155-156 24 –, maatschappelijke 83, 224 landbouw 60-61, 62-63, 95 25 –, mentale transactie- 75-76, 78 Lang, Fritz 244 26 –, milieu- 67-68, 83, 251, 252, Lang, Jack 82 27 262-265 lange staart (economie) 138, 28 –, negative externe 68, 99, 251, 157, 186 29 252, 263-264 Langham, Laurie 254 30 –, non-monetaire kosten 78 leadwerving 170 31 –, verborgen 251, 253-254 Leaves of Grass (Whitman) 32 –, verspreide 251 44-45 33 Kottke, Jason 190-191 Lee, Timothy 207-208 34 kranten 23, 165, 188, 249, 273 leercurve 65, 101, 105 35 –, advertenteren in 32, 37, 151, –, leercurve, samengestelde 103,

308

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.309

104, 105, 110, 111 marginale prijs 206 1 leningen, zie rente 51 markten 2 Levy, Steven 115, 116, 118 –, gesloten 251 3 Lewis, Sinclair 57 –, monetaire 32, 212, 251 4 lidmaatschap, bij winkels 77, –, non-monetaire 32, 40-42, 41, 5 291 43, 189-190, 251 6 Linden Labs 178 Marshall, Alfred 203 7 Lineage 216 Marx, Karl 53, 205 8 link-economie 53 Maslow, Abraham 210-211, 217, 9 links 195-196, 213 220, 247 10 –, linkeconomie 33, 53, 192, Masnick, Mike 265, 269-270 11 213-214, 259 Mason, Matt 270-271 12 –, zie ook reputatie match.com 290 13 Linux 12, 127-129, 194, 241, maximumstrategieën (max stra- 14 276, 289 tegies) 146-150, 151, 203, 204 15 –, vs. Microsoft 128, 129-135, McDonald’s 190 16 268 Mead, Carver 104-105, 107, 17 liquiditeit 151-152 108, 109, 110, 111, 223 18 Live Nation 235 mediareclamemodel 31-32, 19 Long Tail, Th e (Anderson) 13 37-38, 43, 162, 165, 167, 168, 20 loss leaders 20, 73 169-170, 192, 195, 256, 277, 21 Lotus SmartSuite 125 290 22 luchtvaart 31, 36 Mela, Carl F. 288 23 lunch, there ain’t no such thing memen 102 24 as a 54-56, 250-251, 252 merchandise 179-180 25 –, muziek 183, 184, 185 26 ‘Machine Stops, Th e’ (Forster) merken 18, 38, 56, 93, 168, 228, 27 243-244 236 28 Madonna 235 Merry Pranksters 116 29 maïs 62-63 Metropolis (Lang) 244 30 Malthus, Robert zie malthu- Microcosm (Gilder) 24, 102 31 siaanse catastrofe MicroMu 234-235 32 malthusiaanse catastrofe 61, 64 Microsoft 44, 128, 136, 145, 191, 33 Maple Story 85, 173-174 201, 241, 264, 276, 277-278 34 marginaal nut 202 –, BizSpark 277, 285 35

309

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.310

1 –, Encarta 154 Murphy, Wet van 99 2 –, en gratis soft ware 125-127, Muth, Ed 130 3 278 Mutual Aid: A Factor of 4 –, Internet Explorer 126, 134 Evolution (Kropotkin) 53 5 –, vs. Linux 127-135–, en net- muziek 180-185, 277 6 werkeff ecten 201, 204 –, bedrijfsmodellen 183-184, 7 –, Offi ce 125, 201, 241, 276 233-235, 291, 292 8 –, en piraterij 123, 124-125 –, distributiekosten 42 9 –, kartelvorming 126-127, 157, –, gratis op internet 23-24, 42, 10 201 180-181, 186, 194, 291 11 –, Windows 132, 201, 241, 276 –, gratis bij krant 166, 181 12 –, Word 12 –, gratis op radio 59 13 –, Works 125 –, merchandise 42, 183, 184, 14 –, zie ook Encarta; Xbox 185 15 milieu 64, 67-68, 99, 100, 262- –, optredens 42, 45, 58, 59, 181, 16 265, 291 182-183, 184-185, 194-195, 17 mimetisch verlangen 88 233, 239-240 18 Miron, Steven 181 –, piraterij 42, 85, 87, 89, 182, 19 Mocking Bird (Derek Webb) 184 183, 184, 232-233, 235, 259- 20 Modern Sky 233-234 260 21 monopolies 157, 200, 202-205 –, platenmaatschappijen 58, 59, 22 –, Microsoft 126-127, 157, 201 182, 183-185, 233, 235 23 Monty Python, op YouTube –, 24, 42, 59, 233, 239, 259-260 24 11-12 –, royalty’s 58-59, 183 25 Moore, Gordon 96, 99, 104, 110, –, straatverkoop Brazilië 239- 26 112 240 27 –, zie ook Moore, Wet van –, zie ook iPod; ringtones 28 Moore, Wet van 24, 96, 98, 99, MySpace 111, 158, 169, 182, 29 103-104, 105, 107, 110, 117 192, 194, 215 30 Mozilla 134 MySQL 131, 158, 194 31 mp3’s 88, 187, 232, 234, 291 32 Muller, Richard A. 215 Nakayama, Dave 136, 138, 141 33 Murdoch, Rupert 158 nanotechnologie 103 34 Murphy, Edward E. zie Murphy, NBC 161 35 Wet van NBC Universal 150

310

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.311

Nelson, Ted 117 Obama, Barack 177 1 NeoPets 173, 179, 194 octrooien 102-103, 203, 240, 2 netbooks 12, 124, 276 261-262 3 Netfl ix 205-206 olie 63, 64, 69, 100 4 Netscape 125-126, 127 Omnivore’s Dilemma, Th e 5 –, Navigator 125, 127 (Pollan) 62-63 6 netwerkeff ecten 156, 201, 204 Onion, Th e 71, 72 7 netwerken, slimme 112-113 onroerend goed, virtueel 178- 8 netwerken, sociale 33, 54, 190, 179, 292 9 192, 202 open source 86-88, 127, 194, 10 New Rules for the New Economy 195, 241 11 (Kelly) 98 –, hardware 14-15, 86 12 New York, over Th e Village –, soft ware 29, 127-135, 149, 13 Voice 70-71 158, 194, 276 14 New York Times, Th e 249 OpenCourseWare 215 15 –, over gratis lunch 55-56 Oppenheimer, Robert 94-95 16 –, online 23, 176, 249 opslagruimte, digitale 12, 24, 17 Newmark, Craig 151 96, 97, 110, 111-112, 144-145, 18 Newton, Isaac 109 148, 149, 222-223, 264, 280, 19 Nexon 174 292 20 Nine Inch Nails 23, 181 –, voor webmail 111, 136-141, 21 Ning 292 137 22 noem-je-eigen-prijs-model 180, Oram, Andy 218-220 23 183, 270 O’Reilly, Tim 68, 127, 128, 188 24 non-monetaire markten 32, 40- Orwell, George 246 25 42, 41, 43, 189-190, 251 Orkut 150 26 –, zie ook economie, non-mo- overheidssubsidies 42-43, 43, 27 netaire 100 28 non-monetaire prikkels zie overvloed 29 aandacht; economie, non- –, denken in termen van 64, 30 monetaire; reputatie 65, 66, 70, 105, 222, 223, 225, 31 Norvig, Peter 146 227-228, 230-231, 247-248, 32 Noyce, Robert 98 280-283 33 nul, getallennotatie 47-49 –, in digitale wereld 99, 102- 34 103, 105, 111-114, 150 35

311

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.312

1 –, economie stroomt richting 68 –, modeartikelen 236-238 2 –, in Griekenland 247 –, muziek 42, 85, 184, 232-233, 3 –, grondstoff en 66-68 235, 259-260 4 –, in hiernamaals 246-247 –, soft ware 123-125, 171-172, 5 –, ideeën 102-103 203 6 –, informatie 119, 273 Pixar 99 7 –, landbouwgewassen 60-63 Planet Earth (Prince) 181 8 –, en management 228-231, plastic 67-68 9 282-283 PlayStation 3 177 10 –, marktwerking 200-201, 209, Pollan, Michael 62-63 11 211, 263 Poole, Steven 269, 271 12 –, en schaarste 168, 210, 223, Practice Fusion 126, 291 13 244 Predictably Irrational (Ariely) 14 –, in sciencefi ction 242-246 44-45, 80, 81 15 –, voedsel 60-61 prijzen 16 –, en waarde 68, 209 –, bepaald door vraag en aan- 17 –, zie ook schaarste; verspilling bod 78, 113 18 –, bepaald door technologie 113 19 Page, Larry 214 –, bepalen vraag 97-98 20 PaperBackSwap.com 43 –, daling tot marginale kosten 21 Pandora 276 200-201 22 parkeren, gratis 33, 262, 290 –, elasticiteit 79 23 Penny Closer 84 –, en kwaliteit 80, 282 24 penny gap 78-79, 287 –, marginale 206 25 Peto, Ed 234-235 –, minimum- 75 26 Physics for Future Presidents –, negatieve 43-46, 77 27 (Muller) 215 –, en prestatie 103, 111 28 piracy paradox 238 –, segmentatie van de markt 158 29 Pirate’s Dilemma, Th e (Mason) –, en versioning 205 30 270 –, vooruitlopen op lage 97-99 31 piraterij 88-90, 265-266, 281 –, en waarde 70, 75 32 –, boeken 188 –, waarneming 75, 83 33 –, in China 232-238 Prince 166, 181, 181 34 –, geneesmiddelen 203 privacy 258-259 35 –, als marketing 232-233 proefmonsters 14, 30-31, 33, 34,

312

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.313

39, 56-57, 290 RCRD LBL 183 1 profi teurs 138, 141, 287 Recherches (Cournot) 199-200 2 profi teursprobleem 207-208 reclame zie adverteren 3 psychologie Reich, Robert 70 4 –, van gift -economie 216-221 Rein, Shaun 237 5 –, van Gratis 20, 44-46, 68, rente, op geldleningen 51-52 6 71-90, 211-212, 216-221, 279, reputatie 7 280 –, als non-monetaire waarde 8 –, leercurve 101 32, 33-34, 40, 41, 50, 53, 148, 9 –, prijsbepaling 35 189-192, 211, 211, 212-216, 10 –, schaarste en overvloed 247- 217, 220, 245, 251, 259-260, 11 248 262, 271, 276 12 Public Library of Science 290 –, omzetten in geld 33-34, 148, 13 Publish 2 168 189-192, 212-213, 260, 262, 14 Puzzle Pirates 287 271, 276 15 Pythagoras 48 Reznor, Trent 181 16 Ricardo, David 70 17 QuickTime 292 ringtones 182, 234 18 Roberts, Russell 207 19 radio 57-59, 160-162, 168 Rojas, Pete 183 20 –, abonnees 165 Rolling Stones 182 21 –, adverteren op 31-32, 58, 161- Rome, Club van zie Club van 22 162, 165 Rome 23 –, gratis uitzendingen 22, 37, Roomba, robotstofzuiger 225 24 59, 162 Rosensweig, Dan 136, 139 25 –, internet- 183 Rosenthal, Andrew 249-250, 26 –, kijk- en luistergeld 58, 161 253 27 –, royalty’s 58-59 royalty’s 28 –, satelliet- 165 –, auteurs 187 29 Radio Corporation of America –, muziek 58-59, 183 30 (RCA) 97-98, 160 –, geneesmiddelen 241 31 Radiohead 23, 180-181, 291 ruilhandel 50, 52, 54 32 Raines, John zie Raines-wet RuneScape 176, 194, 287 33 Raines-wet 56 Ryanair 31, 36, 100, 281 34 Raustiala, Kal 238 35

313

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.314

1 Salesforce 284 –, verschuiving naar overvloed 2 SampleLab, gratis producten 77 60, 67, 108, 209, 246, 247 3 Samson, Peter 115, 118 –, en waarde 68 4 Sanders, Jerry 98 –, zie ook overvloed; verspilling 5 Sarnoff , David 160 schapruimte 77, 172, 290, 291 6 Say, Jean-Baptiste 113 –, onbeperkte 13, 203 7 –, zie ook Say, Wet van Schmidt, Eric 146-147, 149, 8 Say, Wet van 113 156-158, 159, 169 9 schaal 108, 145-146, 152, 204 Schneiderman, David 72 10 schaarste Schwartz, John 253, 254 11 –, betekenis 247 sciencefi ction, over overvloed 12 –, denken in termen van 64, 65, en schaarste 242-246 13 66, 105, 222, 227, 231, 247- Second Life 178, 292 14 248, 268, 282 Seife, Charles 47-48 15 –, economische wetenschap 66, Serra, José 240-241 16 212 Shannon, Claude 120-121 17 –, ervaringen 183 shared source 132 18 –, geld 211 shareware 120, 257, 287 19 –, grondstoff en 63, 65 Shen Lihui 233 20 –, ideeën 102-103 Shirky, Clay 76-78 21 –, informatie 119, 169, 245 Shoup, Donald 262 22 –, en keuze 66 Simon, Herbert 210 23 –, kunstmatige 102, 223, 229 Simon, Julian 64-65, 66, 69 24 –, en management 228-231, Sivers, Derek 45 25 282-283 Skype 43, 276, 292 26 –, nieuwe 68, 70, 210, 247, 282 Slashdot 89-90, 215, 291 27 –, en overvloed 168, 210, 223, slotting fees 290 28 244 Smith, Adam 52-53, 212, 218 29 –, en prijzen 150, 263 sociaal surplus 63 30 –, reputatie 245 sociale verbanden 31 –, ruimte 168, 227 –, altruïsme 40, 149, 218 32 –, in sciencefi ction 242-246 –, gemeenschapszin 218-220 33 –, symbolische analyse 70 –, getal van Dunbar 54, 192 34 –, tijd 119, 186, 210, 216, 222, –, huishouding 50, 212 35 282 –, link-economie 53

314

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.315

–, maatschappelijke kosten 83, Sprigman, Christopher 238 1 224 Stallman, Richard 117, 118, 127 2 –, macht 156, 174 Star Trek 242 3 –, mimetisch verlangen 88 Stead, William T. 56 4 –, netwerkeff ecten 156, 201, 204 steenkool 94 5 –, non-monetaire betaalmidde- Stephenson, Neal 245-246 6 len 50, 217 strategie, evolutionair stabiele 7 –, verplichtingen 30-31, 54, 105, 77-78 8 189 Strauss, Lewis 93, 94-95, 109, 9 –, wederzijdse steun 53-54, 56, 112 10 220 StubHub 182-183 11 –, zie ook aandacht; gemeen- stunts 34, 35, 290 12 schappen; gift -economie; SugarCRM 194 13 hackersethiek; reputatie Sun Microsystems 128, 158, 252 14 soft ware 23, 54, 106, 108-109, symbolische analyse 70 15 256-257 Szabo, Nick 75-76 16 –, voor belasting 135, 287, 291 17 –, freeware 127 Tap Tap Revenge / Tap Tap 18 –, voor gezondheidszorg 103, Revolution 277, 292 19 126 Tapulous 277 20 –, gratis 86, 125-127, 126, 129, Target 173 21 149, 289, 291, 292 Tech Model Railroad Club 22 –, opensource- 29, 127-135, (TMRC) 115-116 23 149, 158, 194, 276 Techdirt 270 24 –, piraterij 89, 123-125 technologie 104, 107-108, 167 25 –, prijzen 120 –, bepaling marktomvang 36 26 –, shareware 120, 257, 287 –, economische groei 94 27 Sony 175-176 –, en ideeën 117 28 –, zie ook EverQuest; –, overwint schaarste 60, 67, 93 29 PlayStation 3 –, prijs 98, 99, 109, 280 30 spam 41, 152, 214 –, als prijsbepaler 113, 150 31 Sparta, overvloed en schaarste –, (samengstelde) leercurve 65, 32 247 101, 104 33 sponsoring 183, 233, 234, 235, –, triple play van bandbreedte, 34 252 opslag, verwerking 24, 96-97, 35

315

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.316

1 109-110, 112, 113, 144-145, –, vs. geld 85-88, 216 2 264, 280 –, en leercurve 101 3 TED (Technology, –, als schaars goed 90, 119, 186, 4 Entertainment, Design), con- 216, 222, 225, 247, 251, 260, 5 ferentie 140, 259 281, 282 6 telefonie 43, 46, 86, 121, 156, –, vrije 50, 62, 220 7 161-162, 223, 289, 292 tijdschrift en 72-75, 152, 185, 8 –, abonnementen 22, 34 229-230 9 –, belminuten 35, 156, 289 –, abonnementen 72, 73-75, 152 10 –, digitale 33 –, adverteren in 37, 73-75, 163, 11 –, gratis gesprekken 43, 269, 276 164 12 –, gratis informatienummers 41, –, gratis 74-75, 192, 290 13 42, 43, 146, 149 –, kosten 73, 253 14 –, gratis telefoon 22, 34, 289 –, online 72, 73, 229-230, 253 15 –, mobiele 22, 34, 146, 149, 156, –, prijzen 72-75 16 182, 223, 289 TiVo 96, 108, 111 17 –, voicemail 35-36, 223, 282 toenemende meeropbrengst 18 –, zie ook ringtones 202-203 19 televisie 11, 162, 165-166, 175, Torrone, Philip 86, 87 20 225-226 Torvalds, Linus 127-128 21 –, adverteren op 32, 162, 165, Toshiba 111 22 228 transistoren 96-97, 97-98, 101- 23 –, gratis uitzendingen 22, 32, 37, 102, 104, 105, 106, 107, 109, 24 158, 162 113, 117, 223 25 –, kabel- 165, 166, 255 Travelocity 290 26 –, kijk- en luistergeld 161 Trigger Happy (Poole) 269 27 –, als schaarste-economie 150, Tsai, Jolin 232 28 227-228 Twain, Mark 45 29 ‘Th eory of Human Motivation, tweedehands 40, 219 30 A’ (Maslow) 210 –, -boeken 187 31 Th inkGeek 291 tweezijdige markten 14, 38, 32 Th ompson, Clive 242 290-291 33 tijd Twitter 12, 215, 278 34 –, consumententijd 33, 171, 223, TX-0 116 35 228

316

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.317

UNIX 127-128, 129 –, én gratis 221, 228, 261-262, 1 Unleashing the Ideavirus 267 2 (Godin) 68 3 uranium 94 waarde 4 –, van atomen vs. bits 167, 255 5 Valenti, Jack 268 –, en Betaald 175, 180, 285 6 Varian, Hal 206-207 –, en geld 50, 52, 54 7 Vélib’ 193 –, en Gratis 81, 195, 266-267 8 verantwoordelijkheid 83-85 –, van gratis-klanten 287-288 9 versioning 192, 205 –, herverdeling 151, 153 10 verspilling 67, 83, 84, 169, 221- –, van informatie 117, 118, 119, 11 231 263-264, 282 121, 255 12 –, computervermogen 105-107 –, van intellectuele input 70, 202 13 –, elektriciteit 95 –, marginaal nut 202 14 –, energie 262 –, meetbaarheid 151, 155, 189, 15 –, door de natuur 224-225 195 16 –, transistoren 109, 223 –, non-monetaire 33, 40, 189, 17 –, en YouTube 225-228 191, 259-260 18 verwerking zie computers, ver- –, en prijs 54, 69-70, 75, 249, 19 werkingsvermogen 250, 271 20 Very Large Scale Integration –, en schaarste en overvloed 68, 21 (VLSI) 105 69-70, 209, 210, 282 22 vijf-procentregel 39-40 Wait, Pearle 17-18, 54 23 Village Voice, Th e 71-72 Wall Drug 57 24 Vice, adverteren in 74-75 Wall Street Journal, Th e, online 25 virtuele producten, verkoop 23, 176, 277 26 173-176, 178-179, 216 WALL-E (Stanton) 99, 242, 247 27 voedsel 60-61, 62-63, 64, 65, Warhammer 216 28 69, 95 Warner Music 183 29 vraag en aanbod 64, 78, 113, Webb, Derek 184 30 153, 167, 203 webbrowsers 125-126, 134, 144 31 vrij (free) –, Firefox 12, 134 32 –, betekenissen 29-30, 118, 254, –, Google Chrome 144 33 261-262 –, Internet Explorer 126, 134 34 –, etymologie 29-30 –, Netscape Navigator 125, 127 35

317

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.318

1 weblogs 32, 33, 148, 190, 196, 213, Wright-Patterson, luchtmacht- 2 217-218 basis 101 3 Webkinz 173, 179 4 wegwerpartikelen 66, 67-68 Xbox 177, 389 5 Whitehead, Alfred North 49 Xerox 6 Whitman, Walt 44-45 –, Alto 107 7 Whole Earth Catalog (Brand) 116 –, Research Center 107 8 Whole Earth ’Lectric Link Xiang Xiang 233 9 (WELL) 121 10 Whole Earth Soft ware Catalog Y Combinator 143 11 (Brand) 116 Yahoo! 41, 145, 158, 219, 264 12 Wikipedia 14, 32, 40, 152, 155, –, en adverteren 138-139 13 207, 208, 252-253 –, Games 178 14 –, over TMRC 115-116 –, Mail vs. Google 136-141 15 Williams, Hank 256 Yankee Group 178 16 Wilson, Fred 38, 153, 169 YouTube 11-12, 24, 97, 111, 152, 17 Winfrey, Oprah 158 166, 215, 225-228, 278 18 winkelen, gratis 77, 290 19 Wired, 116, 162-163, 253 Zappos, verzendkosten 82-83 20 Witch of Portobello, Th e (Coelho) Zecco 135, 156 21 270 Zeno van Elea 109 22 Woodward, Orator Frank 18-20 Zero: Th e Biography of a 23 WordPerfect Offi ce 125 Dangerous Idea (Seife) 47-48 24 WordPress 284 Zillow 291 25 World Book Encyclopedia 154 Zucker, Jeff 150 26 World of Warcraft 172, 174-175, Zuckerberg, Mark 158 27 179 Zuid-Korea, games 171-172, 174, 28 Wozniak, Steve 117 194 29 30 31 32 33 34 35

318

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.319

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free p.320

1 2 3 Lees ook: 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 Chris Anderson, The Long Tail 35 ISBN 978 90 468 0182 6 € 22,50 256 bladzijden

CO2 Premedia bv | Chris Anderson – Free