Provincie Vlaams-Brabant Arrondissement Halle- Gemeente

Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan Begraafplaats Lostraat

Voorontwerp versie november 2015

Uitgaande van: Gemeentebestuur Roosdaal Brusselstraat 15 1760 Roosdaal Tel. 054/89.13.00 Fax 054/89.13.01 [email protected] www.roosdaal.be

Opgesteld door en contactpersonen: Pieter Geerts - Filip Uyttersprot Bestuurssecretaris Technische Dienst - Gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar Tel. 054/89.13.31 - 054/89.13.34 [email protected][email protected]

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 1 van 64 Inhoudstafel A. Toelichtende nota ...... 3 1. Leeswijzer ...... 3 2. Aanleiding en situering van de problematiek ...... 4 2.1 Aanleiding ...... 4 2.2 Situering gemeente en infrastructuur van de gemeentelijke begraafplaatsen ...... 4 2.3 Inventarisatie gesloten en open begraafplaatsen in de gemeente Roosdaal ...... 4 3. Planningscontext ...... 8 3.1 Ruimtelijk structuurplan Vlaanderen ...... 8 3.2 Ruimtelijk structuurplan Vlaams-Brabant ...... 8 3.3 Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Roosdaal ...... 10 4. Alternatievenstudie ...... 14 4.1 Alternatievenbepaling ...... 14 4.2 Alternatieven (op basis van brainstormen en gemeentelijk ruimtelijk structuurplan) 14 4.3 Alternatieven Pamel ...... 15 4.4 Alternatieven Strijtem ...... 21 4.5 Alternatieven Borchtlombeek ...... 22 4.6 Alternatieven Onze-Lieve-Vrouw-Lombeek ...... 23 4.7 Afwegingsschema ...... 25 4.8 Methodiek afwegingsschema en conclusie alternatievenstudie ...... 26 5. Kwantitatieve behoefteraming graven ...... 31 5.1 Geschatte oppervlakte behoefte ...... 31 5.2 Geschatte benodigde oppervlaktes versus beschikbare oppervlakte na uitbreiding…32 6. Bestaande toestand ...... 34 6.1 Bestaande feitelijke toestand ...... 34 6.2 Bestaande juridische toestand ...... 36 7. Watertoets ...... 39 8. Ontsluiting en mobiliteit ...... 40 9. Knelpunten en potenties ...... 41 9.1 Knelpunten ...... 41 9.2 Potenties ...... 41 10. Gewenste ruimtelijke structuur ...... 42 10.1 Gewenste Toestand voor de ontwikkeling – Concrete planopties ...... 42 10.2 Omzetten gewenste ruimtelijke structuur naar stedenbouwkundige voorschriften .. 43 10.3 Structuurschets……………………………………………………………………...45 11. Milieueffectenrapportage (MER-screening)...... 47 11.1 Verantwoording en methodiek ...... 47 11.2 Beschrijving van de effecten ...... 47 12. Op te heffen voorschriften en ruimtebalans in kader van planbaten/planschade ...... 55

B. Verordenend deel ...... 56 1. Grafisch plan ...... 56 2. Stedenbouwkundige voorschriften ...... 57 2.1 Terminologie ...... 57 2.2 Algemene bepalingen ...... 57 2.3 Bijzondere bepalingen ...... 60 C. Bijlagen...... 60

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 2 van 64 A. Toelichtende nota

1. Leeswijzer

Voorliggend document bevat de beschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) Begraafplaats Lostraat. Het document bestaat uit een specifieke toelichting en een verordenend gedeelte.

Deel A of de toelichting kadert het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan in zijn ruimere context. In het inleidende deel wordt kort ingegaan op de problematiek en de beleidscontext waarbinnen het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan tot stand komt. In een volgend deel wordt een weergave van de bestaande toestand gegeven (feitelijke en juridische toestand en bestaande ruimtelijke structuur). Als overgang naar het verordenend deel wordt de visie over de gewenste ruimtelijke ontwikkeling weergegeven en de acties die de realisatie van deze visie op het terrein kunnen verwezenlijken. Dit deel wordt aangevuld met een watertoets, Mer-screening en een ruimtebalans voor het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het verordenend gedeelte (deel B) bevat de verordende stedenbouwkundige voorschriften en het verordenend grafisch plan voor het RUP waarop deze nota betrekking heeft.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 3 van 64 2. Aanleiding en situering van de problematiek

2.1 Aanleiding

De aanleiding voor de opmaak van dit gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan is de vraag van de gemeente Roosdaal naar bijkomende grond voor het begraven van overleden inwoners samen met de intentie om de begraafplaats te voorzien van aangepaste en hedendaagse infrastructuur.

2.2 Situering gemeente en infrastructuur van de gemeentelijke begraafplaatsen

De gemeente Roosdaal is een fusiegemeente die bestaat uit 4 deelgemeenten namelijk Pamel, Strijtem, O.L.V-Lombeek (fusie 1964) en Borchtlombeek (fusie 1976). Elk van deze vroegere gemeenten had minstens 1 eigen begraafplaats. De begraafplaats van de gemeente Pamel was gelegen aan de Dender en was het eigenlijke kerkhof rond de reeds verdwenen oude kerk van Pamel. Het gehucht Kattem dat deel uitmaakt van de oorspronkelijke deelgemeente Borchtlombeek had haar eigen begraafplaats langs de Dalstraat, zijnde een doodlopende gemeenteweg. In Strijtem was er het kerkhof rond de Sint-Martinuskerk van Strijtem langs het Strijtemplein. Dit kerkhof maakt deel uit van het beschermd dorpsgezicht “De Dorpskern van Strijtem” (MB van 21 mei 2003). De begraafplaats van de gemeente O.L.V.-Lombeek was in eerste instantie het kerkhof rond de kerk in het centrum van de gemeente en werd later uitgebreid met een begraafplaats in de ‘tuin van de kerk’. De nieuwe begraafplaats in de tuin van de kerk is gelegen binnen de contouren van het BPA Lombeek Centrum. Het kerkhof in het centrum van Borchtlombeek werd opgebroken en vervangen door een begraafplaats langs de Rustheuvel.

Bij de fusie werd in eerste instantie geopteerd voor 1 centraal gelegen begraafplaats voor de 4 deelgemeenten. Er werd gekozen voor de site langs de Lostraat op de grens van de deelgemeenten Pamel en Strijtem en langs de verbindingsweg tussen deze deelgemeenten en Borchtlombeek. Vooral voor Pamel en Strijtem was een nieuwe begraafplaats een dringende noodzaak. De oude ‘kerkhoven’ werden gesloten, omdat ze al langer niet meer aangepast waren aan de hedendaagse manier van begraven. De hedendaagse manier van begraven vereist immers een vrij symmetrisch patroon van de begraafplaats voor een makkelijkere doorgang voor graafmachines. Anderzijds is er ook een vraag naar alternatieve begraafwijzen zoals de columbariummuur, urnevelden en strooiweides.

2.3 Inventarisatie gesloten en open begraafplaatsen in de gemeente Roosdaal

Gesloten: (1) Oud Kerkhof Pamel – Kerkhofstraat

Figuur 1: Oud Kerkhof Pamel – topografische kaart – Orbit Figuur 2: Oud Kerkhof Pamel – luchtfoto - Orbit

(6) Oud Kerkhof Strijtem – Strijtemplein

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 4 van 64

Figuur 3: Oud Kerkhof Strijtem – topografische kaart – Orbit Figuur 4: Oud Kerkhof Strijtem – luchtfoto – Orbit

(7) Oud Kerkhof O.L.V.-Lombeek

Figuur 5: Oud Kerkhof O.L.V.-Lombeek rond de kerk – Figuur 6: Oud Kerkhof O.L.V.-Lombeek rond de kerk – topografische kaart – Orbit luchtfoto - Orbit

Open: (2) Begraafplaats Lostraat – Lostraat

Figuur 7: Begraafplaats Lostraat – topografische kaart – Orbit Figuur 8: Begraafplaats Lostraat – luchtfoto – Orbit

(3) Begraafplaats Kattem – Dalstraat

Figuur 9: Begraafplaats Kattem – topografische kaart – Orbit Figuur 10: Begraafplaats Kattem – luchtfoto – Orbit

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 5 van 64 (4) Begraafplaats O.L.V.-Lombeek – Koning Albertstraat

Figuur 11: Begraafplaats O.L.V.-Lombeek – topografische kaart – Orbit Figuur 12: O.L.V.-Lombeek – luchtfoto – Orbit

(5) Begraafplaats Borchtlombeek – Rustheuvel

Figuur 13: Begraafplaats Borchtlombeek – topografische kaart – Orbit Figuur 14: Begraafplaats Borchtlombeek – luchtfoto – Orbit

Overzicht:

Figuur 15: overzichtskaart begraafplaatsen te Roosdaal – bron: Orbit

Dit gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan richt zich specifiek op de gemeentelijke begraafplaats langs de Lostraat. Voor het aanleggen of inrichten van deze begraafplaats werd door de gemachtigde ambtenaar op 28 december 1983 een stedenbouwkundige vergunning verleend. De beschikbare plaatsen zijn quasi volledig opgenomen en de studie van de bevolking van Roosdaal maakt een uitbreiding van deze begraafplaats noodzakelijk. Bovendien is de huidige infrastructuur op deze begraafplaats niet langer aangepast aan de hedendaagse verwachtingen.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 6 van 64 De uitbreiding stuit op de huidige gewestplanbestemming (agrarisch gebied). De opmaak van dit ruimtelijk uitvoeringsplan moet de gemeente in staat stellen de begraafplaats op een kwalitatieve en duurzame manier te ontwikkelen en te integreren in de omgeving.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 7 van 64 3. Planningscontext

3.1 Ruimtelijk structuurplan Vlaanderen

Het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen (RSV) werd op 23 september 1997 definitief vastgesteld door de Vlaamse regering en bekrachtigd bij het decreet van 17 december 1997 wat de bindende bepalingen betreft. Het RSV werd partieel herzien op 12 december 2003.

Volgende relevante elementen werden in het RSV opgenomen met betrekking tot Roosdaal.

Richtinggevend deel

De gemeente Roosdaal wordt in het RSV aanzien als buitengebiedgemeente.

Het ‘buitengebied’ is op het niveau van Vlaanderen het gebied waarin de open ruimte overweegt. Ten aanzien van het buitengebied worden verschillende doelstellingen gesteld: - het vrijwaren van het buitengebied voor de essentiële functies (landbouw, natuur, bos, wonen en werken op het niveau van het buitengebied) - het tegengaan van de versnippering van het buitengebied - het bundelen van de ontwikkeling in de kernen van het buitengebied (wonen, verzorgende activiteiten) - het inbedden van landbouw, natuur en bos in goed gestructureerde gehelen - het bereiken van een gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied - het afstemmen van het ruimtelijk beleid en het milieubeleid op basis van het fysisch systeem - het bufferen van de natuurfunctie in het buitengebied

Volgende ontwikkelingsperspectieven voor gemeenschaps- en nutsvoorzieningen in het buitengebied staan voorop:

De aan wonen gekoppelde gemeenschaps- en nutsvoorzieningen worden geconcentreerd in de kernen van het buitengebied. Het niveau en de reikwijdte van de voorzieningen wordt in overeenstemming gebracht met het belang van de kern. Er wordt gestreefd naar de verweving van de verschillende activiteiten (onderwijs, huisvesting, cultuur, welzijnszorg). De bereikbaarheid van de mobiliteitsgenererende activiteiten (scholen, ziekenhuizen, culturele infrastructuur,...) wordt door een locatie- en mobiliteitsbeleid gegarandeerd en versterkt.

De niet aan het wonen gekoppelde gemeenschaps- en nutsvoorzieningen moeten voldoen aan de volgende ruimtelijke voorwaarden: - de schaal van de voorziening sluit aan bij de schaal van het landschap; - de omvang van de voorziening tast de structuur en de functie van de structuurbepalende functies van het buitengebied niet aan.

Bindende bepalingen

Er werden geen bindende bepalingen opgenomen met betrekking tot deze problematiek.

3.2 Ruimtelijk structuurplan Vlaams-Brabant

Het richtinggevend gedeelte van het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant bevat een aantal uitgangspunten en kernprincipes en een aantal invalshoeken per deelstructuur en deelruimte. De deelstructuren zijn de open ruimte (met de natuurlijke agrarische en landschappelijke structuur), de bebouwde ruimte (met de nederzettings- en de ruimtelijk-economische structuur), mobiliteit en de gewenste toeristische en recreatieve structuur.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 8 van 64

Roosdaal wordt enerzijds ten noorden van de Ninoofsesteenweg gesitueerd in de deelruimte ‘verdicht netwerk’ en meer specifiek tot het subgebied Aalst--Brussel, een verstedelijkt buitengebied. De nadruk ligt er op wonen, werken en recreëren in een verstedelijkte open ruimte met de inrichting van het openbaar domein, kwalitatieve woningbouw, dooradering van de open ruimte in de kernen en het beperken en optimaliseren van verkeersstromen als sleutelprincipes.

Het deel van Roosdaal ten zuiden van de Ninoofsesteenweg wordt eerder bij de deelruimte ‘landelijke kamer west’ gerekend. Hier ligt de nadruk op het maximaal behoud van het landelijk karakter, het richten van hoogdynamische ontwikkelingen naar de randen van het gebied en het mogelijk houden van landelijk wonen, mits dit te sturen in goed ontsloten kernen.

Bebouwde ruimte

Met betrekking tot de nederzettingsstructuur wordt o.a. gesteld dat in landelijke gebieden, waaronder het , het woonaanbod wordt beperkt en een bijzondere aandacht uitgaat naar de historische nederzettingsvormen. Er wordt een onderscheid gemaakt in het buitengebied tussen hoofddorpen, woonkernen en kernen in het buitengebied.

Voor Roosdaal is de volgende selectie van kernen van toepassing: - Pamel (waarbij het hoofddorp Pamel de kernen Pamel, Poelk, Ledeberg en Kattem omvat) wordt geselecteerd als hoofddorp, - Borchtlombeek, Onze-Lieve-Vrouw-Lombeek en Strijtem worden geselecteerd als kern in het buitengebied.

Mobiliteit

De N285 wordt geselecteerd als secundaire weg type I van Edingen tot aan de aansluiting met de A10/E40 in .

De N8 wordt geselecteerd als secundaire weg type III van de grens met Oost-Vlaanderen (Ninove) tot de grens met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Open ruimte

 Natuurlijke structuur Het belangrijkste ruimtelijke principe voor de natuurlijke structuur, van toepassing op de gemeente Roosdaal is dat het netwerk van rivier- en beekvalleien als natuurlijke ruggengraat fungeert. Het is daarom essentieel deze te versterken of te herstellen.

Daarnaast wordt ook het belang van de kleine landschapselementen geduid die typisch zijn voor het Pajottenland en de basis vormen voor toekomstige natuurontwikkelingen. De talloze kleine landschapselementen vormen het ecologisch weefsel dat de natuurverbindingen onderhoudt.

 Agrarische structuur De provincie wenst de agrarische structuur te vrijwaren en te versterken. Het Vlaamse Gewest zal de agrarische macrostructuur afbakenen en concrete uitspraken doen over de mogelijkheden binnen de afgebakende regio’s. De provincie differentieert de ruimtelijke agrarische deelgebieden.

In de gewenste agrarische structuur wenst de provincie de landbouwproductie in eerste instantie ruimtelijk te ondersteunen in de aaneengesloten landelijke gebieden zoals het

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 9 van 64 Pajottenland waarbij voldoende aandacht dient te gaan naar het landschap, vooral in het zuidelijk gedeelte van het Pajottenland. Het typisch open veld karakter, met talrijke kleine landschapselementen, dient hier maximaal bewaard. In het overige deel van het Pajottenland is agrarische verbreding aangewezen. Structurele verbreding kan, maar serrecomplexen zijn gezien het aantrekkelijk landschap, uitgesloten. Het typische kouterlandschap in het noordwesten van de provincie komt eveneens in aanmerking voor productielandbouw. Agrarische en structurele verbreding is mogelijk maar mag niet leiden tot een verdere versnippering van de open ruimte.

 Landschappelijke structuur De provincie selecteert een aantal gave landschappen waaronder het kleinschalig landschap Pajottenland. Hier valt de landschappelijke ontwikkeling geheel samen met het behoud van het kleinschalig landschapspatroon.

3.3 Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Roosdaal

Het GRS Roosdaal werd goedgekeurd door de deputatie van Vlaams-Brabant op 2 februari 2006. Hieronder worden de elementen opgesomd die relevant zijn voor het voorliggend RUP en die aantonen dat het RUP in overeenstemming is met de doelstellingen van het structuurplan.

Richtinggevend deel (nummering volgens GRS)

2.1 De gewenste structuur van de bebouwde ruimte

2.1.3.4 Ruimte voor voorzieningen ... 1) Waar mogelijk en niet in strijd met de globale ruimtelijke visie voor de deelruimtes, worden bestaande zonevreemde voorzieningen van gemeentelijk en lokaal belang zone-eigen gemaakt, zodat hun verdere uitbouw en functionaliteit in de toekomst kunnen verzekerd worden; we denken hier in het bijzonder aan de twee zonevreemde begraafplaatsen (Kattem-Dalstraat en Begraafplaats Lostraat) en de zonevreemde voetbalterreinen (Kaaitvaartstraat en Lombeekstraat); hierbij staan de volgende uitgangspunten voorop: - behoud van de bestaande voorzieningen - sportterreinen met minimaal uitrustingsniveau kunnen blijven bestaan, ook buiten de kernen - indien er een verhoging van het uitrustingsniveau nodig is, wordt herlokalisatie in of aansluitend bij de kernen vooropgesteld.

2) Waar mogelijk en niet in strijd met de globale ruimtelijke visie voor de deelruimtes, worden uitbreidingsmogelijkheden voorzien voor de bestaande (gemeentelijke) voorzieningen, zodat hun verdere uitbouw en functionaliteit in de toekomst kunnen verzekerd worden; ...

2.2 Gewenste verkeersstructuur

De Lostraat wordt geselecteerd als een lokale ontsluitingsweg. De lokale gebiedsontsluitingswegen geven ontsluiting van woonwijken, kernen, etc. Ze hebben als hoofdfunctie het verzamelen van verkeer van verschillende lokale wegen richting een secundaire weg of een lokale verbindingsweg. De Lostraat ontsluit Ledeberg en Strijtem.

2.3 Gewenste structuur van de open ruimte

Als basisdoelstellingen worden in het GRS het behoud en versterking van het buitengebied gekoppeld aan bundeling van wonen en werken in de kernen, verweving van functies en ruimtelijke diversiteit bewaren en versterken, vooropgesteld.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 10 van 64  Ontwikkelingsperspectieven voor de natuurlijke structuur De beekvalleien moeten als drager dienen van de natuurlijke structuur waarbij de natuurwaarden versterkt en bewaard worden. Zo ook in de vallei van de Voetbeek die aansluit op het RUP-gebied.

 Ontwikkelingsperspectieven voor de agrarische structuur Hier wordt gestreefd naar het vrijwaren van de prioritaire gebieden voor landbouw en het maximaal vrijwaren van het open karakter met uitzondering van de reeds aanwezige landschapswaarden en kleine landschapselementen.

 Ontwikkelingsperspectieven voor het landschap Hierin staat de continuïteit van de beekvalleien, het versterken van de open ruimte corridors en het behoud en versterken van kleine landschapselementen centraal.

Het RUP bevindt zich in de deelruimte ‘Centrale Kouter’ waarin volgende principes centraal staan:

- In de agrarische kerngebieden, waartoe de open kouters behoren, wordt bijkomende bebouwing (bedrijfszetels, niet-grondgebonden landbouwbedrijven, para-agrarisch bedrijven, serres,...) geweerd. De openheid bewaren is hier prioritair. - De kleine landschapselementen (holle wegen en taluds) en de dominante beelddragers op de kouters dienen behouden te blijven. - De kouters zijn landbouwgebieden die gekenmerkt worden door visuele openheid. De openheid dient behouden te worden. Bebouwing wordt zo veel mogelijk geweerd. De bestaande bebouwing moet landschappelijk worden geïntegreerd door visuele buffering. - Op de kouters worden bijkomende beperkingen opgelegd aan de visuele integratie van de zonevreemde bebouwing (randbeplanting van percelen) en de maximale vrijwaring van de omliggende kouters door verdergaande vertuining.

Bindend deel (nummering volgens GRS)

3.1.7 Ruimtelijke kernbeslissing 7: Zonevreemde woningen en gemeenschapsvoorzieningen

De gemeente maakt een RUP ‘zonevreemde woningen en gemeenschapsvoorzieningen’ op waarbij concentraties van zonevreemde woningen en gemeenschapsvoorzieningen zone- eigen worden gemaakt en waarin verspreide zonevreemde woningen een gebiedsgerichte regeling krijgen afhankelijk van hun ligging op kouters, in beekvalleien, of in de rest van de gemeente. De gebiedsgerichte regeling plaatst minstens de geldende overgangsbepalingen in een permanente vorm.

Opmerking 1: Zonevreemde woningen In het structuurplan wordt voorgesteld om de ontwikkelingsmogelijkheden op te nemen in een Open Ruimte RUP. De problematiek van de zonevreemde woningen is echter een zeer specifieke, gedifferentieerde en complexe problematiek die andere randvoorwaarden vraagt dan het zone-eigen maken en uitbreiden van een begraafplaats. Bovendien is de noodzaak tot het opmaken van een RUP voor zonevreemde woningen grotendeels ondergraven door verschillende decreetswijzigingen en soepelere regelgeving voor zonevreemde woningen. Daarom wordt er nu voor geopteerd om afzonderlijke RUP’s op te stellen voor de zonevreemde woningen en de zonevreemde gemeenschapsvoorzieningen.

Opmerking 2: Zonevreemde sportinfrastructuur

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 11 van 64 De problematiek van de zonevreemde sportinfrastructuur zit gedeeltelijk vervat in het RUP Pamel Centrum dat recent werd opgestart. Daarbij wordt gekozen voor de aanleg van gemeenschappelijke, gemeentelijke sportinfrastructuur in het centrum van het hoofddorp Pamel.

Conclusie:

1)Vlaanderen

Het plangebied op zich bevindt zich niet binnen een beleidsmatig herbevestigd gebied. Ten zuiden van de site is Landbouwgebied Pamel-Strijtem (actiegebied 118) gelegen, waarbinnen bevestiging van de gewestplanbestemmingen voor landbouw, natuur en bos centraal staat. Het plangebied maakt wel deel uit van een gebied waaraan een uitvoeringsactie is gekoppeld volgens de ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos regio Zenne-Dijle-Pajottenland (goedgekeurd door de Vlaamse regering op 24 april 2009). Dit is uitvoeringsactie 123: ‘Vallei van de Bellebeek’.

Opmaak van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor: - het nader uitwerken van de verweving landbouw, natuur en bos en het versterken van de natuurlijke structuur in de vallei van de Bellebeek (richtcijfer bosuitbreiding 10 ha). - het hernemen van de agrarische bestemming voor de aangrenzende landbouwgebieden.

Figuur 16: Gewenste structuur deelruimte 7: Noordelijk Pajottenland (Afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur) – bron: www.rsv.vlaanderen.be

2) Provincie Vlaams-Brabant en gemeente Roosdaal

Zowel het provinciaal ruimtelijk structuurplan Vlaams-Brabant als het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Roosdaal leggen in het richtinggevend deel sterk de nadruk op het behoud en het versterken van het landschap dat kenmerkend is voor het Pajottenland, namelijk een geaccidenteerd landschap bestaande uit open kouters onderbroken door kleine landschapselementen (bv. holle wegen, sloten, bomenrijen, kapelletjes) en bosfragmenten.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 12 van 64 De gemeentelijke begraafplaats langs de Lostraat maakt deel uit van dit landschap en geeft samen met onder andere de Kapel De Zevenbeuken als klein landschapselement mee vorm aan het karakteristiek landschap. Bovendien kan ze samen met de overige bosfragmenten in de centrale open kouter, in de vorm van een groene stapsteen, een ecologische verbinding vormen tussen de valleien van de Voetbeek ten noorden en de Elbeek ten zuiden. De specifieke inrichting van de groene begraafplaats is er vooral op gericht om de visuele openheid van het gebied te vrijwaren en het landschap over het kerkhof door te trekken. De voorziene bebouwing beperkt zich tot een ontvangstruimte die optimaal in het landschap wordt geïntegreerd om de zichtbaarheid ervan tot een minimum te beperken. Aangezien het RUP naast de bestendiging van de bestaande begraafplaats enkel uitbreiding voorziet op het (rest)perceel naast de toegangsweg en tussen het huidige kerkhof en de Lostraat, wordt de open kouter niet verder versnipperd. Vanuit dit oogpunt zijn de ruimtelijke opties van dit RUP in overeenstemming met de ruimtelijke visie van beide structuurplannen.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 13 van 64 4. Alternatievenstudie

4.1 Alternatievenbepaling

- Oppervlakte voldoende groot - goed bereikbaar met openbaar vervoer (centra) - aansluitend bebouwde kom/kern - gewestplanbestemming speelt geen rol in alternatievenbepaling - financiële impact speelt geen rol in alternatievenbepaling - centrale ligging - uitbreidingsmogelijkheden naar toekomst - mogelijke alternatieve begraafvormen - natuurgebieden worden uitgesloten

4.2 Alternatieven (op basis van brainstormen en gemeentelijk ruimtelijk structuurplan)

- PAMEL: - RUP Pamel Centrum - binnengebied Korenbloemweg - Pamel achter kerk - woonuitbreidingsgebied Bievegemberg - woonuitbreidingsgebied Molenstraat - PPK - RUP Belle-Alliance - Lombeekstraat rechtover voetbal - bestaande begraafplaats Lostraat

- STRIJTEM: - RUP Koetshuis - woonuitbreidingsgebied Molenweg

- BORCHTLOMBEEK: - uitbreiding bestaande begraafplaats (Rustheuvel)

- ONZE-LIEVE-VROUW-LOMBEEK: - uitbreiding bestaande begraafplaats Campweide en Broebel/voormalig voetbalveld

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 14 van 64 4.3 Alternatieven Pamel

RUP PAMEL CENTRUM Oppervlakte +- 10ha 28a afbeelding/plannetje

Figuur 17: gewestplan figuur 18: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: RUP Pamel centrum (vernietigd dus agrarisch gebied)

+ + centrale ligging in deelgemeente (vlak achter het gemeentehuis) + goede bereikbaar met auto, fiets en openbaar vervoer (via Brusselstraat) + nabijheid kerk + beschikbaarheid van infrastructuur en voorzieningen in directe omgeving (parking aan school en op gemeenteplein, voorzieningen gemeentelijke werkplaats,…) + ruime uitbreidingsmogelijkheden naar toekomst/grootte + financieel wegens ligging in agrarisch gebied + relatief vlak terrein

+- momenteel mogelijkheid tot open landelijke inkleding mogelijk, maar door de naastgelegen schoolinfrastructuur en de toekomstige recreatieve voorzieningen is de creatie van een rustige, serene ruimte twijfelachtig - - recent RUP bestemming recreatiegebied - niet centraal gelegen binnen de gemeente Roosdaal - geen eigendom van de gemeente

BINNENGEBIED KORENBLOEMWEG

Oppervlakte +- 3ha 2a afbeelding/plannetje

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 15 van 64

Figuur 19: gewestplan figuur 20: luchtfoto

bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: woongebied

+ + centrale ligging in deelgemeente + bereikbaarheid met openbaar vervoer en goede bereikbaarheid via trage wegen (zwakke weggebruikers) en Brusselstraat en Keerstraat (autoverkeer) + nabijheid kerk + oppervlakte + in de nabijheid van de voorzieningen in de kern van Pamel (parking,…)

- - niet centraal gelegen binnen de gemeente Roosdaal - ingesloten in bebouwing/achtertuinen - woongebied in private eigendom - verkavelingsaanvraag lopende - financieel omwille van gronden in woongebied

PAMEL ACHTER KERK

Oppervlakte +- 57a afbeelding/plannetje

Figuur 21: gewestplan figuur 22: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: woongebied

+ + centrale ligging in deelgemeente + goed bereikbaar vanuit Brusselstraat, Gasthuisstraat en Kwinkeleer, via trage wegen en met openbaar vervoer langs de Brusselstraat

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 16 van 64 + vlakbij beschikbare parkeerinfrastructuur op dorpsplein, kerk en gemeentehuis

+- geen stedenbouwkundige bestemming voor het binnengebied, maar wel volledig gelegen in ingenomen woongebied

- - niet centraal gelegen binnen de gemeente Roosdaal - dure private gronden door ligging in woongebied - kleine oppervlakte - ingesloten in bebouwing/achtertuinen (grotendeels ingenomen)

WOONUITBREIDINGSGEBIED BIEVEGEMBERG

Oppervlakte +- 11ha 1a afbeelding/plannetje

Figuur 23: gewestplan figuur 24: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: woonuitbreidingsgebied

+ + centrale ligging in deelgemeente + oppervlakte/uitbreidingsmogelijkheden + landelijke, rustige omgeving als landschappelijk kader voor optimale beleving van een groene rustplaats

- - niet centraal gelegen binnen de gemeente Roosdaal - geen parkeerinfrastructuur of andere voorzieningen beschikbaar - woonuitbreidingsgebied, grotendeels in agrarisch gebruik - financieel - geen openbaar vervoer - reliëf - geen eigendom van de gemeente

WOONUITBREIDINGSGEBIED MOLENSTRAAT

Oppervlakte +- 5ha 12a afbeelding/plannetje

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 17 van 64

Figuur 25: gewestplan figuur 26: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: woonuitbreidingsgebied

+ + centrale ligging in deelgemeente + goede autobereikbaarheid via brede ontsluitingswegen + oppervlakte/uitbreidingsmogelijkheden + relatief vlak terrein

- - niet centraal gelegen binnen de gemeente Roosdaal - woonuitbreidingsgebied, deels ingenomen door achtertuinen - geen parkeerinfrastructuur of andere voorzieningen beschikbaar in of aansluitend op de site waarvan gebruikt gemaakt kan worden - financieel - geen openbaar vervoer rechtstreeks aan de site - geen eigendom van de gemeente

PPK (PROVINCIAAL PROEFCENTRUM VOOR KLEINFRUIT

Oppervlakte +- 33ha 64a afbeelding/plannetje

Figuur 27: gewestplan figuur 28: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: agrarisch gebied

+ + sluit nog aan op de kern, maar niet meer centraal gelegen + goede autobereikbaarheid via brede ontsluitingswegen

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 18 van 64 + financieel (door ligging in agrarisch gebied en eigendom van provincie) + op de site zijn bestaande parkeermogelijkheden, toegangsweg, bergruimte voor onderhoudsmateriaal, e.d., aanwezig + grote oppervlakte + achterliggend relatief open en landelijk gebied met mogelijkheden voor landschappelijke integratie van een kerkhofpark)

- - geen openbaar vervoer rechtstreeks aan de site - cultuurgronden in gebruik/ingevuld door proefcentrum voor teelt - geen eigendom van de gemeente

RUP BELLE-ALLIANCE

Oppervlakte +- 4ha afbeelding/plannetje

Figuur 29: gewestplan figuur 30: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: RUP Belle Alliance bis

+ + relatief centrale ligging in gemeente + zeer goede bereikbaar met openbaar vervoer + grootte + vlotte bereikbaarheid via Ninoofsesteenweg (N8) en Omer De Vidtslaan en trage wegen + vlak terrein

- - niet centraal gelegen binnen de dorpskern, maar wel nog aansluitend bij een belangrijke kernuitloper - omgeving (achterzijde bestaande KMO-zone, recreatiegebied en N8) - financieel - andere vooropgestelde invulling via recent RUP - economische minwaarde

LOMBEEKSTRAAT RECHTOVER VOETBAL

Oppervlakte

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 19 van 64 +- 4ha 43a afbeelding/plannetje

Figuur 31: gewestplan figuur 32: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: landschappelijk waardevol agrarisch gebied

+ + bereikbaar met openbaar vervoer + grootte + financieel (agrarisch gebied) + geen andere bestemming, hoofdzakelijk agrarisch gebruik + landelijke omgeving, maar geen open kouter + eigendom openbaar bestuur

- - niet centraal gelegen binnen de dorpskern, maar wel nog aansluitend bij een belangrijke kernuitloper - geen eigendom van de gemeente - geen infrastructuur in onmiddellijke omgeving

BESTAANDE BEGRAAFPLAATS LOSTRAAT

Oppervlakte +- 2ha 35a afbeelding/plannetje

Figuur 33: gewestplan figuur 34: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: landschappelijk waardevol agrarisch gebied

+ + financieel

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 20 van 64 + geen specifieke stedenbouwkundige bestemming, maar wel aansluitend bij bestaand, vergund kerkhof met aanwezige parkeerinfrastructuur en toegang en ondersteunende voorzieningen voor een begraafplaats (zoals bv. bergruimte en sanitair voor onderhoudspersoneel) + oppervlakte + eigendom van de gemeente + centraal ligging binnen gemeente + landelijke, rustige omgeving en bestaande begraafplaats met groene inkadering + vlotte verbinding met auto en fiets

- - niet aansluitend op de dorpskern - geen openbaar vervoer - open kouter

4.4 Alternatieven Strijtem

RUP KOETSHUIS

Oppervlakte +- 3ha 13a afbeelding/plannetje

Figuur 35: gewestplan figuur 36: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: RUP Koetshuis

+ + aan kerk/centrum + openbaar vervoer aanwezig en goede bereikbaarheid met auto en fiets via brede ontsluitingswegen + heraangelegde, aangename parkomgeving (met kerktuin) die zich goed leent tot een landschappelijke integratie van een kerkhof + infrastructuur aanwezig (parking Koetshuis), parkvoorzieningen + eigendom van de gemeente

- - beschermd landschap - door bestaande parkinrichting beperkte ruimte beschikbaar voor inplanting van kerkhof - goedgekeurd RUP Koetshuis en recente inrichting van parkdomein en omgeving - activiteiten Koetshuis (GC) - niet centraal in de gemeente - oppervlakte

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 21 van 64 - geen vlak terrein en aansluiting op beekvallei (drassige bodem)

WOONUITBREIDINGSGEBIED MOLENWEG

Oppervlakte +- 6ha 2a afbeelding/plannetje

Figuur 37: gewestplan figuur 38: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: woonuitbreidingsgebied

+ + bereikbaar met openbaar vervoer + aansluitend op centrum van Strijtem + vlak terrein

- - niet centraal in de gemeente - geen infrastructuur aanwezig - de site wordt vooral gekenmerkt door achtertuinzones en een bebouwde residentiële omgeving - woonuitbreidingsgebied, maar deels ingenomen door achtertuinen van vergunde woningen - financieel - geen eigendom van de gemeente - eerder beperkte beschikbare oppervlakte

4.5 Alternatieven Borchtlombeek

UITBREIDING BESTAANDE BEGRAAFPLAATS (RUSTHEUVEL)

Oppervlakte +- 1ha 3a afbeelding/plannetje

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 22 van 64

Figuur 39: gewestplan figuur 40: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: agrarisch gebied

+ + aansluitend aan bebouwing (kernuitloper) + landelijke, rustige omgeving naast bestaande kerkhof + bestaande infrastructuur aanwezig + geen specifieke stedenbouwkundige bestemming van de gronden, gronden grotendeels in agrarisch gebruik + oppervlakte

- - gelegen in een uithoek van de gemeente - geen openbaar vervoer - moeilijk bereikbaar met de wagen via een smalle doodlopende straat - geen eigendom van de gemeente, maar goedkope gronden

4.6 Alternatieven Onze-Lieve-Vrouw-Lombeek

UITBREIDING BESTAANDE BEGRAAFPLAATS KAMWEIDE EN BROEBEL/VOORMALIG VOETBALVELD

Oppervlakte +- 1ha 96a afbeelding/plannetje

Figuur 41: gewestplan figuur 42: luchtfoto bestemming volgens gewestplan of BPA/RUP: BPA centrum Lombeek

+ + infrastructuur aanwezig

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 23 van 64 + omgeving + eigendom van de gemeente + bereikbaar met openbaar vervoer, maar perifere buslijn voor de gemeente + ligging in het centrum van de kern en aansluitend op de kerk + financieel

- - gelegen in een uithoek van de gemeente - gelegen in een bestaand BPA (strijdige bestemming) - beperkte oppervlakte beschikbaar voor uitbreiding begraafplaats

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 24 van 64 4.7 Afwegingsschema

)

--

gemeente

oppervlakte

5 minste ( 5 minste

reliëf/bodem

ligging (kern) ligging

5 meeste (++) 5 meeste

in de gemeente in de

uitsluitingscriteria

beschermingen (OE) beschermingen

bestaande infrastructuur bestaande

omgeving (begraafplaats) omgeving

aanbod openbaar vervoer openbaar aanbod

Financieel/ eigendom van de van eigendom Financieel/

Bereikbaarheid / centrale ligging centrale / Bereikbaarheid

stedenbouwkundige bestemming stedenbouwkundige

Ligging aansluitend op het hoofddorp het op aansluitend Ligging

Pamel RUP Pamel Centrum ++ ++ + + -+ ++ ++ -- + ++ ++ 6 1 RUP

binnengebied Korenbloemweg ++ ++ + + - -- + -- - ++ ++ 4 3

Pamel achter kerk ++ ++ + + - + -- -+ -- ++ ++ 4 2 WUG Bievegemberg + + - -- ++ -- ++ -+ -- -- ++ 3 4

WUG Molenstraat ++ ++ + - - - + -+ -- ++ ++ 4 1

PPK + + + - + + ++ -+ + + ++ 2 0 RUP Belle- Alliance + -+ ++ ++ -- -+ + -- -- ++ ++ 4 3 RUP Lombeekstraat rechtover voetbal - - + + + -- + - + ++ ++ 2 1

bestaande begraafplaats Lostraat - -- + +- ++ ++ ++ -+ ++ ++ ++ 6 2

Strijtem

RUP Koetshuis RUP + beschermd -- ++ ++ +- ++ ++ - -- ++ - -- 5 3 landschap WUG Molenweg -- ++ + +------+ -- ++ ++ 3 3

Borchtlombeek

uitbreiding bestaande begraafplaats (Rustheuvel) -- + -- -- ++ ++ ++ -+ ++ ++ ++ 6 3

O.LV.Lombeek

uitbreiding bestaande begraafplaats Kamweide en Broebel/voormalig voetbalveld -- ++ - - ++ ++ -- -- ++ - - 4 3

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 25 van 64 4.8 Methodiek afwegingsschema en conclusie alternatievenstudie

Methodiek Op basis van een aantal objectieve parameters / eigenschappen, waaraan we denken dat een begraafplaats moet voldoen, worden de verschillende alternatieven beoordeeld van uiterst positief (++), positief (+), noch positief noch negatief (+-), negatief (-) tot uiterst negatief (--).

- In eerste instantie is de ligging aansluitend op het hoofddorp relevant, aangezien het provinciaal ruimtelijk structuurplan onderschrijft dat bijkomende voorzieningen in eerste instantie hier dienen geconcentreerd te worden. Pamel – Poelk wordt als hoofddorp afgebakend binnen het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Vanuit dit oogpunt scoren sites dicht tegen het centrum van Pamel het beste (++) of goed (+) als ze aansluiten op Pamel en Poelk. Sites die nabij het hoofddorop liggen, maar er niet op aansluiten, scoren minder goed (-). Alle andere sites liggen in of nabij andere kernen en scoren uiteraard het minste (--). - Omwille van de nabijheid van andere voorzieningen (winkels, andere openbare nutsvoorzieningen, e.d.) is ook de ligging in of direct aansluitend op een kern belangrijk. Dit hoeft niet noodzakelijk het hoofddorp te zijn. Er wordt een gradatie gehanteerd van ligging pal in het centrum (++), over aansluitend op de kern (+) en eerder niet aansluitend op de kern (-) tot een geïsoleerd ligging ten opzichte van de kernen (--). - De bereikbaarheid van de begraafplaats wordt opgedeeld in bereikbaarheid via (of aanbod van) openbaar vervoer en bereikbaarheid via andere verkeersmodi (auto, fiets, te voet). Hierbij speelt ook de centrale ligging binnen de gemeente een rol, aangezien de begraafplaats in feite voor de bewoners van de ganse gemeente moet dienst kunnen doen, ook al ligt de nadruk op de kernen Pamel en Strijtem. Het is dus wenselijk dat de begraafplaats voor zoveel mogelijk bewoners binnen een aanvaardbare afstand van de woonplaats is gelegen. Vanuit dit oogpunt kan een locatie goed bereikbaar zijn via voldoende uitgeruste wegenis en goede fietsverbindingen, maar kan ze toch slecht scoren doordat de ligging te perifeer is. - Met betrekking tot het openbaar vervoer speelt uiteraard de aansluiting op de buslijnen en aanwezigheid van haltes een hoofdrol. Elke Roosdaalse kern wordt ontsloten via openbare busverbindingen, maar niet al deze buslijnen worden even frequent bediend of hebben een optimaal traject om een goede bereikbaarheid te garanderen. Soms zijn overstappen nodig (zoals bv. in Strijtem of Borchtlombeek) of kan een kern vanuit de rest van de gemeente slechts vanuit 1 richting bereikt worden (zoals bv. in O.L.V.-Lombeek). Voor de alternatieve verkeersmodi wordt voornamelijk gekeken naar de beschikbare infrastructuur (aanwezigheid fietspad, voetpad, voldoende brede ontsluitingsweg, e.d.). - De omgeving van de begraafplaats heeft een sterke invloed op de belevingswaarde ervan. Een begraafplaats moet rust uitstralen en moet ruimte bieden voor bezinning en sereniteit. Het spreekt voor zich dat hierbij de interferentie met andere functies (zoals recreatie of bedrijvigheid) eerder als negatief wordt ervaren en dat in een groene, landelijke omgeving een landschappelijke integratie beter de juiste sfeer kan creëren voor een serene rustplaats en dus positief beoordeeld wordt. - Het al dan niet aanwezig zijn van infrastructuur en wegenis is voor een kleine gemeente van belang om investeringen te optimaliseren en te beperken. Bestaande parkings, voldoende ingerichte wegenis, nabijheid van gemeentelijke of kerkelijke voorzieningen beïnvloeden hierbij in positieve zin de quotering van een locatie. - Bij de beoordeling van de verschillende sites is ook de beschikbare oppervlakte als criterium meegenomen. Er is voldoende ruimte nodig om de grafinfrastructuur, de groenaanleg en alle bijhorende voorzieningen en infrastructuur te kunnen aanleggen, m.a.w. hoe groter het beschikbare terrein, hoe beter de score. Niet alleen de grootte van de onbebouwde percelen wordt in beschouwing genomen, maar ook de vorm en

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 26 van 64 het gebruik. Zo zal een ongelukkige perceelsvorm de inplanting van een begraafplaats bemoeilijken en bijgevolg de score negatief beïnvloeden. Een onbebouwd binnengebied volledig ingenomen door achtertuinen scoort eveneens slechter dan een braakliggend binnengebied of een terrein in agrarisch gebruik, aangezien de effectieve aaneengesloten ‘ongebruikte’ oppervlakte kleiner is. - De ligging van een terrein binnen een bepaalde gewestplanbestemming en de geldende stedenbouwkundige vergunningstoestand bepalen mee of een site een positieve of negatieve score krijgt. Een site waarvoor een herbestemming nodig is en geen stedenbouwkundige vergunningen gekend zijn scoort logischerwijze slechter dan een site waarvoor wel reeds een vergunning (voor een begraafplaats) bestaat of waarvan de bestemming woongebied is. Een stedenbouwkundige vergunning (al dan niet in aanvraag) voor een ander project hypothekeert de mogelijke toekomstperspectieven van een begraafplaats (zoals bv. een grote verkaveling in aanvraag). - Dat de eigendomsstructuur en de kostprijs van een terrein mee de haalbaarheid bepaalt voor de aanleg van een nieuwe (of uitbreiding van een bestaande) begraafplaats is vanzelfsprekend. Gronden in eigendom van de gemeente bieden de meeste mogelijkheden. Ook gronden van een andere openbare instelling zoals bv. de provincie, kerkfabriek of het OCMW zijn eenvoudiger te verwerven dan private gronden (waarbij het aantal verschillende private eigenaars een bijkomende bezwarende rol kan spelen). Bij verwerving wordt de kostprijs mee beïnvloed door de gewestplanbestemming. Deze 2 elementen werden op vraag van de provincie samen in 1 criterium ondergebracht. - De laatste 2 criteria waaraan afgetoetst wordt, zijn het reliëf en de bodemgesteldheid (waarbij een sterke hellingsgraad of een vochtige ondergrond de score negatief beïnvloeden) en de mogelijke aanwezigheid van een beschermingsbesluit op de site.

Na de som van de uiterst positieve en uiterst negatieve beoordelingen per alternatief, worden de 4 alternatieven met de meeste uiterst positieve beoordelingen weerhouden.

Deze 4 alternatieven zijn: - RUP Pamel Centrum - Uitbreiding bestaande begraafplaats Lostraat - RUP Koetshuis - Uitbreiding bestaande begraafplaats Rustheuvel (in Borchtlombeek)

De uitbreiding van de bestaande begraafplaats Kamweide en Broebel/ het voormalig voetbalveld valt door beoordeling in het afwegingsschema weg. De ligging nauw aansluitend op de kern, de omgeving, de aanwezigheid van bestaande infrastructuur en het financiële aspect maken de site wel interessant voor de verdere uitbouw van het kerkhof van O.L.V.- Lombeek. Anderzijds vormen de heel decentrale ligging t.o.v. de rest van de gemeente en de huidige kleinschaligheid van het dorp ruimtelijke struikelpunten om zonder meer een grootschalig en modern kerkhof op niveau van de gemeente uit te bouwen. De uitbreidingsmogelijkheden buiten het bestaande kerkhof zijn eerder beperkt. De gemeente zoekt voornamelijk bijkomend begraafcapaciteit voor de kernen van Pamel en de kern van Strijtem. Het bestaande kerkhof van Onze-Lieve-Vrouw Lombeek beschikt nog over voldoende capaciteit om de begravingen van de bewoners van deze kern op te vangen, maar moet aanzienlijk uitgebreid worden om op de site ook de bijkomende capaciteit voor Pamel en Strijtem op te vangen. In dat geval moet ook de bereikbaarheid voldoende zijn voor alle beoogde gebruikers van de andere deelgemeentes, wat door de decentrale ligging en het heel beperkt aanbod van het openbaar vervoer niet het geval is.

Van de 4 alternatieven kunnen we er onmiddellijk 2 uitsluiten wegens de onverenigbaarheid met een recent opgemaakt en in uitvoering zijnde RUP (nl. RUP Pamel Centrum en RUP

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 27 van 64 Koetshuis). Voor de zone RUP Koetshuis moet bijkomend gesteld worden dat deze gelegen is binnen een beschermd landschap.

De 2 overblijvende alternatieven zijn in feite uitbreidingen van bestaande begraafplaatsen. Op vraag van de provincie wordt ook het alternatief WUG Molenstraat meegenomen in de afwegingen. Dit alternatief heeft met 4 zeer positieve criteria en slechts 1 zeer negatief criterium de beste score van de resterende alternatieven.

De nader te onderzoeken alternatieven zijn bijgevolg de volgende: - Begraafplaats Lostraat - WUG Molenstraat - Begraafplaats Borchtlombeek

De uitbreiding van de begraafplaats Rustheuvel (Borchtlombeek) is een alternatief dat aansluit aan de bebouwing van de kern van Borchtlombeek. De begraafplaats is echter moeilijk bereikbaar met de wagen, doordat Rustheuvel een doodlopende en smalle straat is. Bovendien ligt de zone waarop mogelijk kan uitgebreid worden ten opzichte van de gemeente in een uithoek (op de grens met en tegen de grens met Ternat) en dus zeker niet centraal. Er is weinig accommodatie aanwezig. De uitbreidingsmogelijkheden zijn gigantisch, doch steeds richting open kouter.

Ten opzichte van begraafplaats Rustheuvel heeft de begraafplaats Lostraat het voordeel dat ze centraal gelegen is, dat er bestaande accommodatie (parking) aanwezig is, dat er een goede bereikbaarheid is met de wagen vanuit de belangrijkste kernen die ervan zullen gebruik maken (namelijk Pamel en Strijtem) en dat het georganiseerd busvervoer geoptimaliseerd is.

Bij beide alternatieven dient steeds een uitbreiding te gebeuren in open agrarisch gebied. Bij begraafplaats Lostraat kan in eerste instantie nog uitgebreid worden in de richting van de voorliggende straat.

Wat het woonuitbreidingsgebied Molenstraat betreft, werd in de oorspronkelijke bespreking van de alternatieven aangegeven dat het beschikbare gebied in woonuitbreidingsgebied 5 ha 12 a bedraagt. Als men de site nader onderzoekt, bedraagt de beschikbare oppervlakte van alle percelen die niet reeds ingenomen zijn door bebouwing (hoofdzakelijk woningen met bijhorende tuinpercelen) in realiteit slechts 1 ha 39 a (zie de aangeduide percelen op onderstaande figuur).

Ervan uitgaande dat de gemeente, volgens het principe van het provinciaal ruimtelijk structuurplan, een begraafplaats voor elke kern moet uitbouwen aansluitend op de kern en geen centrale begraafplaats voor 2 of meer kernen mag nastreven, dan houdt dit in dat afgestapt wordt van de begraafplaats aan de Lostraat. Het is in dat geval immers niet ruimtelijk te verantwoorden dat naast de nieuwe site aan de Molenstraat ook de bestaande

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 28 van 64 site aan de Lostraat als 2e kerkhof voor dezelfde kern nog verder wordt uitgebouwd. Op termijn moeten dus alle voorzieningen voor Pamel naar de Molenstraat verhuizen en moet er bijkomend in Strijtem een oplossing gezocht worden voor de begravingen van deze kern. De bestaande site van de begraafplaats Lostraat heeft een oppervlakte van 2 ha 35 a. Om alle nodige infrastructuur te kunnen realiseren op de nieuwe locatie aan de Molenstraat is minstens dezelfde oppervlakte nodig, aangezien het aandeel van Strijtemse begravingen klein is. Enkel de aanwezige parkeerinfrastructuur kan eventueel gesupprimeerd worden, aangezien op de provinciale site van het PPK reeds mogelijkheden bestaan om te parkeren. (ervan uitgaande dat deze parking hiervoor effectief mag/kan benut worden). Dit komt volgens de beschikbare berekeningen neer op een aftrek van 1.000 m² of 10 are. Zonder enige uitbreiding is bijgevolg op heden een oppervlakte nodig van 2 ha 25 a. Rekening houdende met de beschikbare oppervlakte van 1 ha 39 a is bijgevolg al een ruimtetekort om enkel de bestaande capaciteit aan te bieden. Zoals uit de kwantitatieve behoefteraming reeds is gebleken, is er naar de toekomst toe nog een aanzienlijke uitbreiding noodzakelijk wat de site volgens de huidige beschikbaarheid ontoereikend maakt. Een aankoop van (delen van) omliggende tuinpercelen dringt zich bijgevolg op om de ontbrekende oppervlakte aan te vullen. Als enkel de op te vangen uitbreiding aan begraafcapaciteit op de site wordt voorzien, is er wel voldoende oppervlakte beschikbaar, maar dan dient een volledig nieuwe infrastructuur voorzien te worden met begroetingsruimte, berging, sanitair, grafinfrastructuur met columbarium, wandelpaden en groenaanleg. Met uitzondering van de parking op de site van PPK is er geen enkele aanwezige infrastructuur waarvan gebruik gemaakt kan worden. De bereikbaarheid met het openbaar vervoer is, ondanks de aanwezige lijn langs de Pamelse Klei, niet optimaal. De afstand tot de dichtstbijzijnde haltes bedraagt ca. 200 meter. Momenteel is er geen voldoende uitgeruste doorsteek voor voetgangers en fietsers aanwezig tussen de Pamelse Klei en de Molenstraat, maar mits de nodige grondenaanwervingen en heringebruikname van enkele bestaande voetwegen zou op een eenvoudige wijze de bereikbaarheid aanzienlijk kunnen verbeterd worden, wat de negatieve score voor deze site kan opwaarderen. Het grootste perceel van de 3 beschikbare percelen is in eigendom van het OCMW van Roosdaal. Dit maakt de financiële haalbaarheid om op dit perceel een begraafplaats uit te bouwen groter. Hiertegenover staat echter wel dat de site gelegen is in woonuitbreidingsgebied. Rekening houdende met de specifieke ligging van dit gebied en de spreiding van de overige woonuitbreidingsgebieden te Roosdaal, vormt deze site de meeste geschikte locatie om verder aan (sociale) woonontwikkeling en kernversterking te doen. Een latere sociale woonontwikkeling wordt, bij inplanting van een begraafplaats op het centrale perceel, naar de toekomst zeer sterk gehypothekeerd.

Conclusie De locatie van de bestaande begraafplaats Lostraat is ruimtelijk niet de meest ideale locatie binnen de gemeente Roosdaal, maar scoort globaal gezien wel het beste. Er zijn enkele ruimtelijke aspecten (zoals bv. de aansluiting op het hoofddorp of de beschikbaarheid van openbaar vervoer) die ervoor zorgen dat ook andere locaties zoals bv. de site Molenstraat, naar voor kunnen geschoven worden. Hiertegenover spelen wel enkele andere belangrijke factoren in het voordeel van verdere ontwikkeling van de bestaande site, zoals de mogelijkheden om een aangename landschappelijke omkadering te realiseren, de eigendomsstructuur en de beschikbaarheid van bestaande infrastructuur. Een uitbreiding van de bestaande begraafplaats Lostraat vergt in het ganse verhaal de minste ingrijpende investeringen en zal door de beperkte uitbreiding (die op zeer lange termijn ruim de behoefte kan opvangen) en de landschappelijke omkadering, ook een eerder beperkte ruimtelijke impact met zich meebrengen. De uitbreidingsoptie van de Lostraat is bijgevolg de meest wenselijke en haalbare compromis voor de gemeente, rekening houdende met de voorwaarden waaraan een moderne begraafplaats voor een plattelandsgemeente als Roosdaal dient te voldoen.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 29 van 64 Het meest negatieve punt, namelijk het niet bereikbaar zijn van de begraafplaats met het openbaar vervoer, wordt ondervangen door de centrale ligging en de bestaande fietspaden, waardoor de begraafplaats wel vrij gemakkelijk bereikbaar is voor een groot deel van de Roosdaalse bevolking via andere verkeersmodi zoals de wagen of de fiets. Bovendien wordt bij begrafenissen georganiseerd (privaat) busvervoer voorzien door de begrafenisondernemers.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 30 van 64 5. Kwantitatieve behoefteraming graven

5.1 Geschatte oppervlakte-behoefte

De raming gebeurt op basis van het totaal aantal begravingen van de voorbije 4 jaar = gemiddeld te rekenen op een 60-tal (2013 is nog licht onvolledig). Dit zijn evenwel niet allemaal nieuwe percelen, omdat regelmatig in een concessie voor 50 jaar (2 personen) een 2e persoon wordt bij begraven.

In onderste tabel wordt een gemiddelde raming per jaar van het aantal effectief benodigde percelen voor de komende jaren weergegeven: - 25 in volle grond : deze zijn verspreid over 3 plaatsen op de begraafplaats (blok voor gratis percelen rechts helemaal achteraan achter de urnekelders, blok voor 30 jaar rechts voor de urnenkelders; 2 blokken voor 50 jaar links achteraan - 22 urnenkelders per jaar (zowel 30 als 50 jaar)

Belangrijk gegeven is wat er nog beschikbaar is (de XXX in de onderste tabel) om zo te kunnen inschatten voor hoeveel jaar er nog ruimte is. Hiervoor moet nog een plaatsbezoek uitgevoerd worden om op het terrein zelf te inventariseren (zie verder).

De vrije plaatsen houden geen rekening met percelen die in principe herbruikbaar worden na ontruiming (allen samen een goeie 100 maar nog niet duidelijk wanneer deze percelen ontruimd gaan worden + deze liggen zeer versnipperd).

Vergelijkingstabel

2010 2011 2012 2013 volle grond gratis 4 5 3 4 30 jaar 4 7 7 6 50 jaar 22 24 29 29 (*) As 30 jaar 4 1 4 5 50 jaar 4 12 15 13 (**) strooiweide 8 6 5 5 = niet relevant 46 55 63 62 (*) volle grond 50 jaar = deels nieuwe concessies, deels bijzetting 2e persoon in bestaand graf ==> raming gemiddeld nieuwe/jaar = 20 percelen (**) asurnen 50 jaar = deels nieuwe concessies, deels bijzettingen 2e persoon in bestaande urne ==> raming gemiddeld nieuwe/jaar = 15 urnen

Totale nood aan nieuwe percelen / jaar raming gemiddeld/jaar tendens komende jaren: gem/jaar beschikbaar gratis 5 = 15 m² Dalend 3 = 9 m² xxx 30 jaar 6 =18 m² licht dalend 4 = 12 m² xxx 50 jaar 20 – 60 m² licht dalend 17 = 51 m² xxx 30 + 50 jaar 15 = 45 m² stijgend 22 = 66 m² xxx

Terreinbezoek: Volledig vrije blokken zijn er niet meer, dus voor elke categorie (gratis, 30 jaar, 50 jaar, urnenkelders) zijn de laatste stukken aangesneden, weliswaar met nog enige ruimte:

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 31 van 64 - 30 jaar (blok rechtsachter voor de urnen) = +/- 62 vrije percelen (2 volle rijen van 30 + 2 percelen) è volgens een jaarlijks verbruik van 4 a 6 / jaar dus nog goed voor 10 jaar - 50 jaar (2 laatste blokken achteraan links) = +/- 100 vrije percelen è volgens geraamd jaarlijks verbruik van 17-20 nog goed voor 5 a 6 jaar - gratis (laatste blok achteraan links van urnenkelders) = +/- 20 vrije percelen è volgens geraamd jaarlijks verbruik van 3a 4 nog goed voor 5 a 7 jaar - urnenkelders (achteraan rechts) = 21 bestaande kelders nog vrij + ruimte voor (geschat) nog 4 blokken van 12 = 21 + 48 = 69 urnenkelderruimtes è volgens geraamd jaarlijks verbruik van +/- 20-22 nog goed voor 3 a 4 jaar (tenzij elders nog vrij stukje grond ingenomen wordt voor extra urnen).

Gemiddeld moet dus verondersteld worden dat eventuele problemen met ruimte verwacht kunnen worden over 5 jaar (kan verlengen als inmiddels oude percelen ontruimd en gerecupereerd worden). In het kader van de vergrijzing zou dit kunnen ingekort worden, maar anderzijds is de raming van het jaarlijks benodigd aantal percelen ook eerder ruim genomen, zodat de raming van 5 jaar relatief betrouwbaar is.

Geschatte oppervlaktes: Rijen per 2 (rug aan rug) met daarbij een pad van zo’n 2 meter, perceel volle grond = 1 m x 2 m => inclusief gangpad +/- 3m² per perceel. (exclusief de grote gangpaden tussen de blokken (zoals nu de brede centrale “laan” naar achter)).

Urnenkelderpercelen zijn slechts 60x60cm en relatief smalle gangen tussen de rijen => +/- 1 m² per perceel - een volledig blok van 30 jaar met 4 rijen van 30 graven ( = 120 percelen) inclusief gangpaden en haagjes = +/- 12 x 35 meter = 420 m² - een blok van 12 urnenkelders met 1 gangpad = +/- 3 x 5 meter = 15 m² - dit zijn enkel de “interne” maten van de blokken, de hoofdstraat en langspaden niet meegeteld.

5.2 Geschatte benodigde oppervlaktes versus beschikbare oppervlakte na uitbreiding

Begravingen in volle grond - Begravingen zonder concessie: Er zijn op heden een vijftal begravingen per jaar waarvoor geen concessie wordt aangevraagd. Deze worden niet in rekening genomen, omdat deze na 10 jaar opnieuw vrijkomen. - Concessies voor 30 en 50 jaar: volgens de aangereikte tabel worden deze op ca. 35 per jaar geschat. 80% van deze begravingen vinden plaats in graven voor 2 personen.

=> 35 x 80% = 28 / 2 = 14 (dubbele) graven + 7 enkele graven = 21 graven per jaar in rekening te brengen Asurnes - In 2013 werden 18 opbergingen in asurnes voorzien met een concessie voor 30 en 50 jaar. Van deze vorm van begravingen wordt reeds 65% in een urnekelder voorzien voor 2 personen

=> 18 x 65% = 12 / 2 = 6 urnekelders (voor 2 personen) + 6 enkele urnekelders = 12 urnekelders in rekening te brengen

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 32 van 64 Opmerking: Het berekende aantal komt neer op ca. 33% van het totale aantal begravingen met concessies voor 30 en 50 jaar. Volgens de trends van de laatste jaren kan geschat worden dat binnen 30 jaar het percentage begravingen in urnekelders zal evolueren tot minstens 50% van het totaal. Dit houdt in dat de berekende aantallen op heden overschat zijn voor het aantal graven en onderschat voor het aantal urnekelders. De berekende oppervlakte zal dus ook een overschatting zijn (door de kleinere benodigde oppervlakte voor urnekelders).

Asverstrooiing - Momenteel vinden jaarlijks een 5-tal verstrooiingen plaats. Vermoed wordt dat ook dit aantal in de toekomst zal toenemen, maar aangezien hiervoor reeds voldoende grond ter beschikking is, moet geen bijkomende oppervlakte in rekening genomen worden.

Geschatte oppervlaktes: Uit de reeds aangereikte cijfers weten we dat voor begraving in volle grond per perceel (inclusief gangpad) +/- 3m² moet gerekend worden.

=> 21 graven x 3 m² = 63 m² per jaar

Urnenkelderpercelen met gangpad worden geschat op +/- 1 m² per perceel.

=> 12 urnekelders x 1 m² = 12 m² per jaar

Dit geeft een totaal van 75 m² benodigde oppervlakte louter voor graven en urnekelders per jaar.

Het perceel voor de uitbreiding van de begraafplaats heeft een oppervlakte van 7.768 m². Rekening houdende met de gewenste (her)inrichting van de site met bijkomende infrastructuur wordt een volgende geschatte grondinname voorzien: - 500 m² voor begroetingsruimte, berging, sanitair, e.d. zoals maximaal voorzien volgens de voorschriften van het RUP - 150 m² voor bijkomende verhardingen zoals maximaal voorzien volgens de voorschriften van het RUP - 500 m² voor groenbeplanting, hagen, struiken, grasperken,… => 7.768 m² - 1.150 m² = 6.618 m²

=> 6.618 m² / 75 m² = ca. binnen 88 jaar zou de uitbreiding volledig ingevuld zijn met graven en urnekelders. Op het huidige kerkhof is nog voor ongeveer 5 jaar voldoende ruimte beschikbaar voor begravingen, zodat Roosdaal nog voor 93 jaar verder kan met de uitbreiding. Zelfs met een verdubbeling van het aantal begravingen blijft de uitbreiding nog voldoende om toe te komen binnen de vooropgestelde 30 jaar, aangezien de concessies opnieuw vrijkomen na 30 of 50 jaar. Bovendien wordt verwacht dat er een steeds groter aandeel van de begravingen via asverstrooiing en urnekelders zal gebeuren, zodat de benodigde oppervlakte nog lager zal liggen. De resterende beschikbare ruimte zal mee ingericht worden als een groene rust- en vertoevingsruimte binnen het kader van de open ruimte errond.

Bovenstaande behoefteraming geeft duidelijk weer dat de beperkte uitbreiding nog voor een aanzienlijke lange periode voldoende zou moeten zijn om aan de noden van de gemeente Roosdaal te voldoen. In geen geval wordt verwacht dat voor 2018 (tijdstip vooropgesteld door de provincie Vlaams-Brabant) nog bijkomende behoefte zal ontstaan. De gemeente engageert zich hierbij dat wanneer blijkt dat er voor 2018 omwille van onvoorziene omstandigheden toch bijkomende behoefte ontstaat, er alsnog een andere locatie zal moeten gezocht worden voor de verdere uitbouw van de begraafplaats.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 33 van 64 6. Bestaande toestand

6.1 Bestaande feitelijke toestand

Situering

Figuur 43: situering van de begraafplaats Lostraat in de bebouwde structuur van de gemeente Roosdaal – bron: Orbit

De projectzone is centraal gelegen binnen de fusiegemeente Roosdaal in het midden van de as die de dorpskernen van de deelgemeente Pamel en Strijtem met elkaar verbindt. Het hoofddorp Pamel bevindt zich in het noordwesten van de gemeente en is het deelgebied met de grootste morfologische en functionele verstedelijking. Pamel huisvest met zijn 5.739 inwoners ongeveer 50% van de bevolking van Roosdaal en heeft een bevolkingsdichtheid van 5,13 inwoners per hectare.

De projectzone wordt afgebakend door de Lostraat in het zuiden en door de vallei van de Voetbeek in het noorden.

Figuur 44: situering van de begraafplaats binnen het bestaande stratenpatroon – bron: www.geopunt.be

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 34 van 64 Bestaande ruimtelijke context projectzone

Zie ook bijlage - kaart 1: Bestaande toestand

Bestaande begraafplaats: Het meest noordelijk deel van de projectzone is volledig ingenomen door de bestaande begraafplaats. Deze is symmetrisch ingericht langs een centraal wandelpad dat de verbinding vormt tussen 2 geometrische figuren. De paden zijn overwegend aangelegd in dolomiet. Op het zuidelijkste deel van de huidige begraafplaats is een parking ingericht. De begraafplaats en de parking zijn toegankelijk via een met bitumen verharde toegangsweg vanaf de Lostraat.

Akker: Het zuidelijk en oostelijke deel van de projectzone is in gebruik als akker.

Beschrijving van de omgeving: Het terrein helt af in noordelijke richting in de richting van de Voetbeek. Over een breedte van ongeveer 20 meter langs weerzijden van de Voetbeek is de valleiwand begroeid met bos en struweel.

De omgeving geeft een open indruk en wordt gevormd door een open kouter tussen 2 woonlinten langs de Lostraat. Langs de westelijke zijde Pamel, langs de oostelijke zijde Strijtem. De Lostraat maakt de verbinding tussen de woonkern van Ledeberg (Pamel) en Strijtem en loopt verder door tot in de deelgemeente Borchtlombeek. De Lostraat is ter hoogte van de projectzone aangelegd als een enkele weg met uitwijkstroken en een van de weg gescheiden fietspad door lage heesters en hoogstambomen.

Naast de bebossing langs de Voetbeek komen heel verspreid nog een aantal beboste percelen voor in de onmiddellijke omgeving. De overige percelen zijn allen in gebruik voor landbouwdoeleinden overwegend voor akker.

In oostelijke richting, op het kruispunt tussen de Lostraat en de Reigersbaan bevindt zich de kapel ‘De Zeven Beuken’. De zeven beuken waren afgestorven en werden recent vervangen door 7 nieuwe exemplaren.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 35 van 64

Figuur 45: situering plangebied in de ruimtelijke context van de Lostraat, de omliggende akker- en weilanden en de Voetbeek – bron: www.geopunt.be

6.2 Bestaande juridische toestand

Zie ook bijlage – kaart 2: Juridische toestand

Type plan In de projectzone Grenzend aan de projectzone

Gewestplan Halle-Vilvoorde- (KB 7 Halle-Vilvoorde-Asse (KB 7 maart 1977) maart 1977) Gewestelijke ruimtelijke Geen Geen Uitvoeringsplannen Provinciale ruimtelijke Geen Geen Uitvoeringsplannen Gemeentelijke ruimtelijke Geen Geen Uitvoeringsplannen Algemene plannen van Geen Geen Aanleg Bijzondere plannen van Geen Geen Aanleg Verkavelingsvergunningen Geen Geen Stedenbouwkundige 28 december 1983 (GSA – Geen vergunningen refnr. 368/AB/788/83) Aanleggen van een kerkhof Ankerplaats Geen Geen Beschermde monumenten Geen Geen Beschermde stads- en Geen Geen Dorpsgezichten Beschermde landschappen Geen Geen Buurt- en voetwegen Geen Voetweg nr. 21 Vogelrichtlijngebieden Geen Geen Vlaams Ecologisch Netwerk Geen Geen

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 36 van 64 (VEN) Natuurreservaten Geen Geen Bosreservaten Geen Geen Beschermingszones Geen Geen Grondwaterwinning Bevaarbare waterlopen Geen Geen Onbevaarbare waterlopen Geen Voetbeek Overstrominggevoelige ja Oevers van de Voetbeek gebieden (cf. watertoets)

Gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse (KB 7 maart 1977)

De projectzone is volledig gelegen binnen de contouren van het gewestplan Halle-Vilvoorde- Asse (zoals vastgesteld bij Koninklijk Besluit van 7 maart 1977). De projectzone is volledige gelegen binnen het landschappelijk waardevol agrarisch gebied.

Figuur 46: ligging plangebied binnen het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse – bron: www.geopunt.be

Afbakening agrarische gebieden

Het plangebied op zich bevindt zich niet binnen een beleidsmatig herbevestigd gebied, maar maakt deel uit van een gebied waaraan een uitvoeringsactie is gekoppeld volgens de ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos regio Zenne-Dijle-Pajottenland (goedgekeurd door de Vlaamse regering op 24 april 2009).

Dit is uitvoeringsactie 123: ‘Vallei van de Bellebeek’. Opmaak van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor: - het nader uitwerken van de verweving landbouw, natuur en bos en het versterken van de natuurlijke structuur in de vallei van de Bellebeek (richtcijfer bosuitbreiding 10 ha). - het hernemen van de agrarische bestemming voor de aangrenzende landbouwgebieden.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 37 van 64

Figuur 47: Ligging ten opzichte van actiegebied 118 binnen het afbakeningsproces voor de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur – bron: www.rsv.vlaanderen.be

Atlas der buurtwegen

Zie ook bijlage – kaart 2: Juridische toestand

Binnen de projectzone lopen geen voetwegen. Langs de oostelijke zijde van de projectzone loopt voetweg nr. 21 (zie ook kaart 2 in bijlage).

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 38 van 64 7. Watertoets

Het decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003 bepaalt dat voor elk plan een watertoets moet uitgevoerd worden. Dit wil zeggen dat moet nagegaan worden op het plan geen schadelijke effecten heeft op het natuurlijk watersysteem. Dit moet nagegaan worden ten opzicht van de huidige situatie en ten opzichte van de toekomstige situatie (planrealisatie).

Bestaande toestand De huidige begraafplaats en de geplande uitbreiding liggen gedeeltelijk in mogelijk overstromingsgevoelig gebied.

Figuur 48: Uittreksel watertoetskaarten: overstromingsgevoelige gebieden - bron: AGIV

Geplande toestand De bodem zal door de planrealisatie enkel bijkomend verhard worden met paden en zerken. De wandelpaden zullen aangelegd worden in waterdoorlatende materialen zoals dolomiet en grind. Tussen de zerken onderling en tussen de zerkenrijen is er voldoende onverharde ruimte en groen om de natuurlijke infiltratie te vrijwaren.

Conclusie Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Door de verharding vooral in waterdoorlatende materialen uit te voeren en tussen de zerkenrijen voldoende onverharde ruimte te voorzien kan men in alle redelijkheid aannemen dat hierdoor geen schadelijk effect veroorzaakt wordt op de waterhuishouding. Vooraan langs de Lostraat wordt een oppervlakte van maximaal 500 m² voorbehouden voor een gebouw of constructies voor ondermeer een bergruimte voor onderhoudsmateriaal, een kleedruimte voor het onderhoudspersoneel, sanitair en een begroetingsruimte. Het hemelwater afkomstig van de dakvlakken van deze constructies zal op het terrein zelf worden opgevangen, hergebruikt (voor sanitair voorzieningen en onderhoud van het kerkhof) en moet ter plekke infiltreren in de bodem. Hierdoor zal de impact op de waterhuishouding eveneens minimaal zijn. De eigenlijke watertoets en aftoetsing aan de hemelwaterverordening zal in de desbetreffende vergunningsprocedures van de constructies uitgevoerd worden.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 39 van 64 8. Ontsluiting en mobiliteit

Figuur 49: parking en ontsluitingsweg naar de Lostraat - bron: www.geopunt.be

De site van de begraafplaats wordt ontsloten via een bitumen verharde toegangsweg van ca. 8,00 meter breed. Deze toegangsweg zonder wegmarkeringen en parkeerstroken takt rechtstreeks aan op de Lostraat.

De Lostraat is een heraangelegde verbindingsweg tussen de kern van Pamel en de kern van Strijtem, centraal gelegen in het noordelijke deel van de gemeente, boven de Ninoofsesteenweg (N8). De Lostraat is ingericht als een enkele weg met een wegbreedte van ca. 4,00 meter, op regelmatige afstand voorzien van uitwijkstroken.

Langs de zuidkant van de weg is een vrijliggend tweerichtingsfietspad van ca. 2,00 meter breed gelegen, van de weg gescheiden door lage heesters en hoogstambomen. Binnen de bebouwde kommen van Pamel en Strijtem gaat het vrijliggend fietspad over in gemengd verkeer.

Langs de noordkant zijn ter hoogte van de begraafplaats 2 parkeerstroken van 55,00 en 60,00 meter voorzien voor langsparkeren met een totaal aan 19 parkeerplaatsen. Op de site van de begraafplaats zelf werd eveneens een parking voorzien met 36 dwarsparkings.

De site is vanuit de verschillende deelgemeentes, met in het bijzonder Pamel, Strijtem en Borchtlombeek, zeer goed bereikbaar via de weg. Ook voor de zwakke weggebruiker zijn er zeer goede (vrijliggende) voorzieningen ter beschikking langs de Lostraat. De site is niet bereikbaar met het openbaar vervoer, mede omdat de dienstverlening in de regio niet gebiedsdekkend is. Daarom wordt er bij begravingen op zeer regelmatige basis gebruik gemaakt van gemeenschappelijk (niet openbaar) vervoer met private bussen, die zorgen voor de verplaatsingen tussen de kerk en het kerkhof.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 40 van 64 9. Knelpunten en potenties

9.1 Knelpunten

- tekort aan begraafruimte; - geen kwalitatieve bergruimte voor grafmaker (niet aangepaste infrastructuur); - geen kwalitatieve begroetingsplaats (niet aangepaste infrastructuur); - nabije ligging van de begraafplaats Kattem; - ligging in open kouter; - ligging in landschappelijk waardevol agrarisch gebied (zonevreemd); - niet bereikbaar met het openbaar vervoer;

9.2 Potenties

- centrale ligging van de begraafplaats; - goede bereikbaarheid vanuit de verschillende deelgemeenten en woonkernen; - goede bereikbaarheid en aangepaste infrastructuur voor de zwakke weggebruiker; - parkeerplaatsen en toegang reeds aanwezig en voldoende uitgerust; - ligging zorgt voor rust, stilte en de nodige sereniteit en privacy; - maakt deel uit van het landschap opgebouwd door kleine landschapselementen; - maakt deel uit van natuurverbindingen;

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 41 van 64 10. Gewenste Ruimtelijke Structuur

10.1 Gewenste Toestand voor de ontwikkeling – Concrete planopties

Het opzet van het voorliggend RUP is het behouden, bestendigen en uitbreiden van de bestaande, centraal in de gemeente gelegen begraafplaats langs de Lostraat. De begraafplaats aan de Lostraat werd gekozen als centrale locatie binnen de gemeente na de fusie. De ingebruikname van de site was noodzakelijk als gevolg van de sluiting van de oude, voorbijgestreefde kerkhoven van Pamel en Strijtem. Sindsdien is het betrokken perceel van de begraafplaats reeds grotendeels ingenomen. De nood aan uitbreidingsmogelijkheden dringt zich bijgevolg op.

Bijkomend aan de nood om bijkomende graven te voorzien is er een steeds toenemende vraag naar alternatieve begraafwijzen zoals columbariummuur, urnevelden, strooiweide, e.d.

Naast de grafinfrastructuur is op de begraafplaats eveneens een behoefte aan een bergruimte voor onderhoudsmateriaal, een kleedruimte voor het onderhoudspersoneel, publiek sanitair en een begroetingsruimte. Momenteel bevinden zich op de site enkel een tuinhuis waarin het onderhoudspersoneel het materiaal kan opbergen en een beperkt afdak voor bezoekers. De gemeente wenst alle bestaande en gewenste voorzieningen te optimaliseren en te bundelen binnen een gezamenlijk bebouwbare zone en schat de benodigde bebouwbare oppervlakte hiervoor op maximaal 500 m².

De planopties voor dit RUP Begraafplaats Lostraat zijn bijgevolg:

1. het voorzien van een geëigende zone voor de bestaande begraafplaats (+/- 1,58 ha);

2. het voorzien van uitbreidingsmogelijkheden voor de bestaande begraafplaats (+/- 0,77 ha bijkomende grondinname) op het perceel gelegen tussen het kerkhof en de Lostraat;

3. het opmaken van specifieke voorschriften voor de inplanting van de noodzakelijke, kwalitatieve infrastructuur zoals een bergplaats en begroetingsruimte met een maximale bebouwbare oppervlakte van 500 m².

Relatie van de planopties met de planningscontext binnen het GRS

GRS Planoptie 1 Richtinggevend deel - het voorzien van een geëigende zone voor de bestaande begraafplaats; 2.1 De gewenste structuur van de bebouwde ruimte

2.1.3.4 Ruimte voor voorzieningen ... 1) Waar mogelijk en niet in strijd met de globale ruimtelijke visie voor de deelruimtes, worden bestaande zonevreemde voorzieningen van gemeentelijk en lokaal belang zone- eigen gemaakt, zodat hun verdere uitbouw en functionaliteit in de toekomst kunnen verzekerd worden; we denken hier in het bijzonder aan de twee zonevreemde begraafplaatsen en de

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 42 van 64 zonevreemde voetbalterreinen; hierbij staan de volgende uitgangspunten voorop: - behoud van de bestaande voorzieningen ... 2 Richtinggevend deel - het voorzien van uitbreidingsmogelijkheden voor de 2.1 De gewenste structuur van de bestaande begraafplaats; bebouwde ruimte - het opmaken van specifieke 2.1.3.4 Ruimte voor voorzieningen voorschriften voor de inplanting van de ... noodzakelijke, kwalitatieve infrastructuur zoals een bergplaats en 2) Waar mogelijk en niet in strijd met de begroetingsruimte. globale ruimtelijke visie voor de deelruimtes, worden uitbreidingsmogelijkheden voorzien voor de bestaande (gemeentelijke) voorzieningen, zodat hun verdere uitbouw en functionaliteit in de toekomst kunnen verzekerd worden; 3 3.1.7 Ruimtelijke kernbeslissing 7: - het voorzien van een geëigende zone Zonevreemde woningen en voor de bestaande begraafplaats; gemeenschapsvoorzieningen - het voorzien van De gemeente maakt een RUP uitbreidingsmogelijkheden voor de ‘zonevreemde woningen en bestaande begraafplaats; gemeenschapsvoorzieningen’ op waarbij concentraties van zonevreemde - het opmaken van specifieke woningen en voorschriften voor de inplanting van de gemeenschapsvoorzieningen zone- noodzakelijke, kwalitatieve infrastructuur eigen worden gemaakt en waarin zoals een bergplaats en verspreide zonevreemde woningen een begroetingsruimte. gebiedsgerichte regeling krijgen afhankelijk van hun ligging op kouters, in beekvalleien, of in de rest van de gemeente. De gebiedsgerichte regeling plaatst minstens de geldende overgangsbepalingen in een permanente vorm.

10.2 Omzetten gewenste ruimtelijke structuur naar stedenbouwkundige voorschriften

De concrete planopties resulteren in een grafische plan dat een onderscheid maakt tussen 2 zones, meerbepaald een zone voor openbaar nut en een zone voor openbaar nut met overdruk bebouwing.

Art. 1: Zone voor openbaar nut

Binnen deze zone wordt de eigenlijke uitbouw van de begraafplaats zelf voorzien. De bestaande graven, de aanwezige wandelpaden, de columbariummuur en de strooiweide en de bestaande wandelpaden en andere kleinschalige infrastructuur, eigen aan de begraafplaats, worden bestendigd en in een geëigende zone ondergebracht. Langs de zuidkant van de bestaande site wordt tussen de bestaande begraafplaats en de Lostraat een

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 43 van 64 uitbreidingszone mee opgenomen voor verdere ontwikkeling van de begraafplaats, wanneer de bestaande site volledig ingevuld is. De inrichting hiervan zal ruimtelijk en qua inrichting volledig afgestemd worden op de bestaande site. Zo worden zowel de bestaande als de nieuwe paden tussen de graven met dezelfde waterdoorlatende materialen uitgevoerd, zoals dolomiet en grind.

Bij de inrichting van het begraafpark zelf gaat de aandacht uit naar een voldoende groene inkadering en inrichting met graspartijen, plantsoenen, solitaire bomen en bomenrijen. Het principe van de bestaande parkinrichting met een centrale wandeldreef en een symmetrisch patroon van evenwijdige en dwarse wandelpaden wordt ook in de uitbreiding voorzien. Door de parkaanleg wordt de site zo veel mogelijk geïntegreerd in het groene en deels open landschap eromheen. Om de aansluiting op de (natuurlijke) beekvallei ten noorden van de site verder te versterken wordt geopteerd om de site uitsluitend met streekeigen groen in te kleden.

De bestaande infrastructuur voor de diverse begraafrituelen zoals de graven in volle grond, grafkelders, maar ook de decretaal verplichte voorzieningen zoals urnenmuren en strooiweide worden elk op de eigen locatie behouden en krijgen aansluitend ruimte voor eventuele toekomstige uitbreidingen. De bestaande strooiweide ligt links van het centrale plantsoen met kruis. De columbariummuur situeert zich centraal op de site langs de westkant van de bestaande begraafplaats.

Art. 2 Zone voor openbaar nut met overdruk bebouwing

Binnen deze zone wordt een uitbreiding van de begraafplaats voorzien met een aantal gebouwen, deels ter vervanging van de aanwezige en ontoereikende bebouwing en deels om bijkomende voorzieningen op te trekken, nodig voor de moderne uitbating van een kerkhof. Er wordt de mogelijkheid voorzien om verschillende kleine constructies op te richten voor het stockeren van onderhoudsmateriaal, voor sanitaire voorzieningen en voor dienstgebouw voor de toezichter. Tevens is er nood aan een volwaardige overdekte begroetings-/ ceremonieruimte, ter vervanging van het zeer kleine en ongeschikte bestaande afdak. Alle benodigde voorzieningen kunnen ook in 1 gemeenschappelijk nutsgebouw opgericht worden. Hiervoor wordt een maximale oppervlakte van 500 m² gereserveerd, aansluitend op de bestaande parking. Dit is een uiterst maximum, waarvoor de gemeente zich gebaseerd heeft op de voorzieningen op andere kerkhoven in de regio. Het is hierbij niet de bedoeling een overdekte ceremonieruimte op te richten waarbinnen volledige afscheidsplechtigheden kunnen gehouden worden. Alle gebouwen en constructies worden geconcentreerd en gebundeld langs de parking. De constructies of het gezamenlijk gebouw worden zodanig opgericht dat ze maximaal in harmonie zijn met de omgeving. Vanuit dit oogpunt wordt het aantal bouwlagen beperkt tot maximaal 1 bouwlaag met vrije dakvorm.

De bestaande ontsluiting langs de Lostraat blijft behouden en wordt verder bestendigd, evenals de bestaande verhardingen voor parking. Met uitzondering van de toegangsweg en de parking die respectievelijk in asfalt en klinkers zijn aangelegd, moeten de verhardingen bestaan uit waterdoorlatende materialen, zoals dolomiet en grind.

Het overblijvende deel van de zone met overdruk bebouwing wordt voorbehouden voor een aangepast groenaanleg met streekeigen groen in overeenstemming met het omgevend landschap. Op lange termijn kunnen hier ook eventuele verdere uitbreidingen van de grafinfrastructuur voorzien worden.

In kader van de uitbreiding van de begraafplaats en de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag voor het dienstgebouw zal in een inrichtingsplan afgetoetst worden of de inrichting, de bebouwingen en vormgevingen van de begraafinfrastructuur en het park

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 44 van 64 inpasbaar is in de omgeving. Hierbij zullen de visuele impact van de bebouwing naar de open ruimte, de groene inkadering en de groen/terreinindex als randvoorwaarden gelden voor de een goede ruimtelijke invulling van de bijkomende terreinen.

10.3 Structuurschets

Op volgende pagina wordt op een structuurschets een mogelijke verdere invulling/inrichting van de begraafplaats voorgesteld met de nieuwe afscheidsruimte, een bijkomende centraal plein en wandelas binnen de uitbreidingszone. Tevens wordt met de bijgevoegde profielschetsen een indicatie weergegeven van de nieuwe, overdekte afscheidsruimte waarbij gebruik gemaakt wordt van het aflopende reliëf en een groendak om de visuele impact van het gebouw te minimaliseren.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 45 van 64

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 46 van 64 11. Milieueffectenreportage

11.1 Verantwoording en methodiek

Plan-MER-plicht

Sedert 1 december 2007 is het nieuw plan-MER-decreet (BS 20/06/2007) in voege. Deze nieuwe regelgeving bepaalt dat elk ruimtelijk uitvoeringsplan binnen het toepassingsgebied van het plan-MER-decreet valt.

Dit RUP is niet van rechtswege onderworpen aan de plan-mer-plicht want: - het RUP vormt niet het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I of II van het Besluit van de Vlaamse Regering van 10-12-2004; - gezien de aard van het plan en gezien zich binnen de nabijheid van het plangebied geen Vogelrichtlijn- of Habitatrichtlijngebieden bevindt is er geen passende beoordeling vereist. - het RUP vormt wel het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage III van het project-m.e.r.-besluit van 10 december 2004, namelijk voor een project opgesomd in rubriek 10b van bijlage III. Het RUP bepaalt echter het gebruik van een klein bijkomend gebied voor een bestaande begraafplaats op lokaal niveau en houdt een kleine oppervlakte-uitbreiding van slechts 0,77 ha, die omgezet wordt van landbouwgrond naar begraafplaats, en is dus screeningsgerechtigd.”

Conclusie: Het RUP valt onder de screeningsplicht.

Concreet houdt dit in dat er moet nagegaan worden of er ten gevolge van het plan aanzienlijke milieueffecten verwacht worden. Indien dit niet het geval is, komt het plan in aanmerking voor een ontheffing van de plan-MER-plicht. In het andere geval dient evenwel nog een plan-MER opgesteld te worden.

De volgende milieudisciplines zullen onderzocht worden: Landbouw Bodem Water Fauna en flora Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie Lucht Geluid Mobiliteit Ruimtelijke Ordening Veiligheid

Gezien het plan niet in of nabij ontginningsgebied gelegen is, is de discipline Energie- en Grondstoffenvoorraden niet verder uitgewerkt.

11.2 Beschrijving van de effecten

Landbouw

Het plangebied is volledig gelegen binnen een landschappelijk waardevol agrarisch gebied volgens het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse (KB van 7 maart 1977). (Kaart gewestplan zie planologische context).

Het huidige gebruik is openbaar nut (begraafplaats) en akkerlandbouw (uitbreiding).

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 47 van 64

Het plangebied op zich bevindt zich niet binnen een beleidsmatig herbevestigd gebied, maar maakt deel uit van een gebied waaraan een uitvoeringsactie is gekoppeld volgens de ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos regio Zenne-Dijle-Pajottenland (goedgekeurd door de Vlaamse regering op 24 april 2009). Dit is uitvoeringsactie 123: ‘Vallei van de Bellebeek’. Opmaak van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor: - het nader uitwerken van de verweving landbouw, natuur en bos en het versterken van de natuurlijke structuur in de vallei van de Bellebeek (richtcijfer bosuitbreiding 10 ha). - het hernemen van de agrarische bestemming voor de aangrenzende landbouwgebieden.

De planrealisatie heeft een vermindering van 2,35 ha landbouwgrond die aldus is bestemd volgens het gewestplan tot gevolg. In realiteit zal enkel de 0,77 ha voor de uitbreiding van de begraafplaats een verlies zijn aan landbouwareaal. De planrealisatie heeft echter geen effect op de omliggende structurele landbouwgebieden.

Er treed een licht negatief effect op door verlies aan landbouwareaal (- 0,77 ha).

Bodem

De bodem wordt gekenmerkt door droge leemgrond. De bodem zal door de planrealisatie gedeeltelijk verhard worden. De paden bestaan op dit moment uit waterdoorlatende materialen zoals dolomiet en grind. Deze materialen zullen ook in de toekomst gebruikt worden. Verder zijn er ook de grafstenen die meestal bestaan uit natuursteen. Deze zijn niet waterdoorlatend maar er is voldoende ruimte naast de zerken voor natuurlijke infiltratie van het hemelwater. Verder zullen verschillende zones niet verhard worden zoals de rustpunten, de strooiweides en de bufferstroken. De bovenste bodemlaag (maximaal 2 meter) wordt tijdelijk verstoord voor het begraven zelf.

Er treden geen noemenswaardige effecten op.

Figuur 50: Uittreksel bodemkaart (bron: AGIV)

Water (grond- en oppervlaktewater)

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 48 van 64 Het plangebied is deels gelegen in overstromingsgevoelige gebieden. Deels in mogelijk overstroombare gebieden. De watertoetskaart doet geen uitspraak over de waterweg waarnaar het water afstroomt.

De bodem zal door de planrealisatie verhard worden met paden en zerken. De verharding zal bestaan uit waterdoorlatende materialen zoals dolomiet en grind. Tussen de zerken onderling en tussen de zerkenrijen is er voldoende onverharde ruimte en groen om de natuurlijke infiltratie te vrijwaren.

Het plangebied is niet gelegen binnen een recent overstroomd gebied maar ligt in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Het plangebied is gelegen binnen een gebied dat matig gevoelig is voor grondwaterstroming (type 2). Het plangebied ligt niet in een infiltratiegevoelig gebied.

Het plangebied ligt in een erosiegevoelig gebied. De planrealisatie voorziet voldoende aanplantingen in de vorm van grassen, struikgewas, hagen en hoogstambomen om erosie tegen te gaan.

De verhardingen worden vooral in waterdoorlatende materialen uitgevoerd en tussen de zerkenrijen wordt voldoende onverharde ruimte voorzien, zodat men in alle redelijkheid kan aannemen dat hierdoor geen schadelijk effect veroorzaakt wordt op de waterhuishouding. Vooraan langs de Lostraat wordt een oppervlakte van maximaal 500 m² voorbehouden voor een gebouw of constructies voor bergruimte voor onderhoudsmateriaal, een kleedruimte voor het onderhoudspersoneel, sanitair, een begroetingsruimte, e.d.. Het hemelwater afkomstig van de dakvlakken van deze constructies zal op het terrein zelf worden opgevangen, hergebruikt voor de sanitaire voorzieningen en onderhoud van het kerkhof en verder ter plekke infiltreren in de bodem. Hierdoor zal de impact op de waterhuishouding minimaal zijn. Hetzelfde geldt voor het regenwater dat afstroomt van de verhardingen van de parking.

Figuur 51: Uittreksel watertoetskaart - mogelijke en effectieve overstromingsgevoelige gebieden (bron: AGIV)

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 49 van 64

Figuur 52: Uittreksel watertoetskaart - erosiegevoelige gebieden (bron: AGIV)

Figuur 53: Uittreksel watertoetskaart - grondwaterstromingsgevoelige gebieden (bron: AGIV)

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 50 van 64

Figuur 54: Uittreksel watertoetskaarten - infiltratiegevoelige gebieden (bron: AGIV)

Fauna en flora De huidige begraafplaats is op de Biologische Waarderingskaart aangeduid als een complex van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen. Na planrealisatie zal de bestemming gelijkaardig zijn aan het huidig gebruik. De overige percelen binnen het plangebied zijn op de Biologische Waarderingskaart aangeduid als biologisch minder waardevolle elementen. Deze percelen zijn heden in gebruik als akker.

Het dichtstbijzijnde vogelrichtlijngebied, namelijk de oevers van de Dender stroomopwaarts vanaf Zandbergen (pleistergebied van internationaal belang) en De Gavers in Geraardsbergen (broedgebied en pleistergebied van regionaal belang), bevinden zich op meer dat 15 km afstand tot het plangebied.

Het dichtstbijzijnde habitatrichtlijngebied, namelijk de omgeving van Berchembos in op de grens tussen Roosdaal en Ninove, bevindt zich op ongeveer 4 km van het plangebied. Dit vormt tevens het dichtstbijzijnde gen-gebied.

Er treden geen noemenswaardige effecten op.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 51 van 64

Figuur 55: Uittreksel biologische waarderingskaart (bron: AGIV)

Figuur 56: Uittreksel kaart VEN-gebieden (bron: AGIV)

Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie Het plangebied is niet aangeduid op de Landschapsatlas als relictzone.

Er treden geen noemenswaardige effecten op.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 52 van 64

Figuur 57: Uittreksel landschapsatlas - relictzones (bron: AGIV)

Lucht Gelet op de schaal en de aard van de activiteiten zijn de te verwachten effecten op de lucht verwaarloosbaar. Er treden geen noemenswaardige effecten op.

Geluid Gelet op de schaal en de aard van de activiteiten zijn de te verwachten effecten op het geluid verwaarloosbaar. Er treden geen noemenswaardige effecten op.

Mobiliteit Gelet op de schaal en de aard van de activiteiten zijn de te verwachten effecten op de mobiliteit verwaarloosbaar. De begraafplaats is centraal ingeplant in de gemeente en makkelijk te bereiken vanuit de verschillende deelgemeenten. De Lostraat is de verbindingsweg tussen de deelgemeenten Pamel en Strijtem. Er is een volwaardig vrijliggend fietspad aanwezig om een veilige bereikbaarheid met de fiets te garanderen. De bestaande parking is voldoende ruim en wordt louter heringericht met beperkte uitbreiding voor circulatieruimte. Tijdens Allerheiligen en Allerzielen zijn er tekort aan parkeerplaatsen en zijn er beperkte mobiliteitsproblemen. Door de circulatieruimte zou een deel ervan kunnen verholpen worden. De problemen zijn evenwel van zeer tijdelijke aard en verantwoorden de uitbreiding van de parking niet. Er treden geen noemenswaardige effecten op.

Ruimtelijke ordening Voor de discipline ruimtelijke ordening wordt verwezen naar het GRS Roosdaal en de bindende bepaling die hieromtrent werd opgenomen: Verder werd de discipline ruimtelijke ordening uitvoerig besproken eerder in de toelichtende nota. Er treden geen noemenswaardige effecten op.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 53 van 64 Veiligheid Gelet op de schaal en de aard van de activiteiten zijn de te verwachten effecten op de veiligheid verwaarloosbaar. Er worden voor de discipline veiligheid geen noemenswaardige effecten verwacht.

Conclusie Het plan voorziet in een planologische herbestemming van zone voor agrarisch gebruik naar een zone voor openbaar nut. De nieuwe bestemming sluit op het vlak van bestemming, aard en schaal aan op het huidige, vergunde gebruik. Er kunnen geen aanzienlijke negatieve milieueffecten optreden voor dit planinitiatief.

Grensoverschrijdende effecten

Gelet op de ligging van Roosdaal en de aard van het RUP (gemeentelijke begraafplaats met een geringe oppervlakte) zijn er geen aanzienlijke grensoverschrijdende milieueffecten te verwachten.

Conclusie van het onderzoek naar de milieueffecten

Uit de toelichting van het plan en de screening van de mogelijke effecten blijkt dat er geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten zijn en dat de vooropgestelde voorschriften en randvoorwaarden voldoende zijn om een eventueel negatief effect te beperken.

Toetsing of een passende beoordeling relevant is

Het plan is niet gelegen in of in de nabijheid van een natuurgebied of een VEN-gebied. Gelet op de aard en de schaal van het plan kan gesteld worden dat de passende beoordeling niet relevant is.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 54 van 64 12. Op te heffen voorschriften en ruimtebalans in kader van planbaten/planschade

Zie ook bijlage – kaart 3: Register planbaten

De voorschriften en bepalingen van het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse, vastgesteld bij Koninklijk Besluit van 7 maart 1977, namelijk landschappelijk waardevol agrarisch gebied, worden opgeheven bij de inwerkingtreding van dit gemeentelijk RUP.

De bestaande site en de uitbreidingszone omvatten een totaal van 2,35 ha, waarvan 0,77 ha de uitbreiding inhoudt van de bestaande site. De volledige oppervlakte is gelegen in waardevol agrarisch gebied en wordt volgens het grafisch plan omgezet naar een gebied voor openbaar nut en gemeenschapsvoorzieningen, waarvan voor 1,1 ha een overdruk geldt voor bebouwing in kader van de openbaar nutsinfrastructuur.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 55 van 64 B. Verordenend deel

1. Grafisch plan Zie ook bijlage – kaart 4: Grafisch plan

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 56 van 64

2. Stedenbouwkundige voorschriften

2.1 Terminologie

Gebouw Elk bouwwerk dat een door mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk, met wanden omsloten ruimte vormt. Nevenbestemming Bestemming van een pand of perceel voor maximum 50% van respectievelijk de vloer- of terreinoppervlakte Hoofdgebouw Een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmeting, gelet op de bestemming, als belangrijkste gebouw valt aan te merken Streekeigen groen Streekeigen soorten bomen, struiken en houtachtige planten, die van nature voorkomen in een bepaalde streek (= inheems), die op die manier perfect zijn aangepast aan de lokale groeiomstandigheden van die streek en zich bijgevolg op natuurlijke wijze kunnen voortplanten in die streek Zone Een deel van een gebied met eigen stedenbouwkundige voorschriften

Grafische Verordenende voorschriften Toelichting voorstelling 2.2 Algemene bepalingen Verordende kracht van de diverse elementen opgenomen in onderhavig gemeentelijk RUP Het grafisch plan en de erbij horende stedenbouwkundige De toelichting bij de voorschriften in de rechterkolom dienen voorschriften hebben verordende kracht. Van deze als richtinggevende interpretatie van de voorschriften gelezen bepalingen kan op geen enkele wijze worden afgeweken. te worden samen met de stedenbouwkundige voorschriften. Deze bepalingen zijn echter niet verordend. Er kan mits voldoende motivatie, van afgeweken worden. Recht van voorkoop Voor het hele plangebied is een voorkooprecht van toepassing voor 15 jaar. Het voorkooprecht wordt toegekend aan, volgens de volgende prioriteit: 1. Gemeente Roosdaal Schaal en maatvoering De schaal en de daaruit afgeleide maten van het plan zijn indicatief. De werkelijke afmetingen zullen, daar waar noodzakelijk, door een opmeting ter plaatse worden vastgesteld. Duurzame ontwikkeling

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 57 van 64 Er wordt door de ontwikkelaar-beheerder een inrichtingsplan opgemaakt alvorens de eerste stedenbouwkundige vergunning verleend wordt ter uitbreiding/verdere ontwikkeling van de site. In dit inrichtingsplan wordt o.m. de ligging en inrichting vastgelegd van: – de wegenis/wandelpaden – indien nodig de maatregelen naar waterbeheersing – de gemeenschappelijke voorzieningen/gebouwen nodig voor het dagelijks gebruik en onderhoud van de begraafplaats – de groenaanplantingen en groen/terreinindex

Het inrichtingsplan en de latere stedenbouwkundige vergunningsaanvragen binnen onderhavig gemeentelijk RUP zullen, naast de toetsing aan de bestemmings- en inrichtingsvoorschriften, onder meer beoordeeld worden aan de hand van volgende criteria: - Zuinig en compact ruimtegebruik - Kwalitatief en duurzaam kleur- en materiaalgebruik - Landschappelijke integratie, visuele impact en groene inkadering met streekeigen groen - Waterbeheersing Harmonieregel en materiaalgebruik Bij alle werken, handelingen en wijzigingen aan een Met harmonische samenhang wordt bedoeld dat een gebouw of een constructie en bij elke nieuw op te richten klaarblijkelijk verband bestaat tussen gebouwenreeksen, constructie moet het volume, de vormen, de kleuren en de gebouwen of delen van gebouwen qua vorm, structuur, materialen van gevels en daken, evenals hun onderlinge afmetingen, verdeling van gevelvlakken en materialen. verhoudingen, gerespecteerd worden zodanig dat de verbouwde of de nieuwe constructie een harmonisch geheel vormt met de gebouwen binnen de bestemmingszone en rekening houdt met de draagkracht van de omgeving. Toegankelijkheid van gebouwen en wegen De openbare wegenis en wandelpaden die voor het publiek

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 58 van 64 toegankelijk zijn worden integraal toegankelijk (her)aangelegd of (her)ingericht zodanig dat een optimale toegankelijkheid voor personen met een verminderde mobiliteit gegarandeerd wordt, ook voor wat betreft de niet- vergunningsplichtige ingrepen. Alle gebouwen of delen van gebouwen, domeinen en infrastructuren die toegankelijk zijn voor het publiek, of waar personeel tewerk wordt gesteld, worden toegankelijk gemaakt voor personen met een verminderde mobiliteit. De geldende regelgeving voor personen met een verminderde mobiliteit is hier van toepassing. Werken vrijgesteld van vergunning Alle kleine werken, handelingen en wijzigingen, die volgens Hiermee wordt verwezen naar het vrijstellingsbesluit van 1 de algemene regelgeving vrijgesteld zijn van vergunning, december 2010 (en latere wijzigingen). zijn ook binnen de contouren van dit RUP vrijgesteld van vergunning, onder voorbehoud dat ze nodig zijn in kader van het algemeen belang en rekening houden met de geldende inrichtingsvoorschriften van de desbetreffende zone. Hun noodzaak moet om technische of sociale redenen aangetoond kunnen worden door een omstandige verklarende verantwoordingsnota. Erfdienstbaarheden Het ruimtelijk uitvoeringsplan doet geen afbreuk aan bestaande openbare erfdienstbaarheden die in het gebied van toepassing zijn. Waterhuishouding Maatregelen in het kader van een goede waterhuishouding kunnen overal op de site en binnen elke zone toegelaten worden zonder dat de eigenlijke functie van de zone in het gedrang komt. Indien reliëfwijzigingen nodig zijn en deze zorgen voor het verdwijnen van overstromingsgevoelig gebied, dan dient de waterbufferende functie van die delen binnen het plangebied zelf te worden gecompenseerd om bijkomende overstromingsgevoeligheid op de aanpalende landbouwpercelen te voorkomen. De compenserende

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 59 van 64 maatregelen omtrent waterbuffering zijn ook in elke zone toegestaan.

2.3 Bijzondere bepalingen Artikel 1: Zone voor gemeenschaps- en openbare nutsvoorzieningen (begraafplaats) Bestemming Deze zone is bestemd voor de gemeentelijke begraafplaats De bestemmingszone valt onder de gebiedscategorie en gemeenschapsvoorzieningen en openbare “gemeenschaps- & nutsvoorzieningen” conform het besluit van nutsvoorzieningen ten behoeve van de gemeentelijke de Vlaamse Regering van 11 april 2008 tot vaststelling van de begraafplaats met de noodzakelijke verhardingen ten nadere regels met betrekking tot de vorm en de inhoud van behoeve van de lijkbezorging in het ceremoniegebeuren en ruimtelijke uitvoeringsplannen. het toegankelijk maken van de grafinfrastructuur, urnenmuur en strooiweide. Inrichting Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming van gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nutsvoorzieningen, zijnde een begraafplaats, zijn toegelaten voor zover ze qua schaal en ruimtelijke impact verenigbaar zijn met de omgeving. Daarbij wordt ten minste aandacht besteed aan: - de relatie met de in de omgeving aanwezige functies; - de invloed op de omgeving wat betreft het aantal te verwachten gebruikers, bewoners of bezoekers; - de invloed op de mobiliteit en de verkeersleefbaarheid; - de inpassing in de omgeving; Bouwwerken en (ondergrondse) constructies in functie van Hiermee worden voorzieningen bedoeld die eigen zijn aan de het begraven of stallen van urnes zijn toegelaten. Andere infrastructuur van de begraafplaats zelf, zoals zitbanken, bouwwerken en (ondergrondse) constructies zijn enkel verlichtingsarmatuur, graftombes, gedenktekens, een kapel, toegelaten in functie van het oprichten van een kapel of een een columbariummuur, monumenten, e.d. ontmoetingsplek familietombe, mits een maximale kroonlijsthoogte van 3 voor het organiseren van ceremonies, enz. meter en een maximale oppervlakte van 6 m². De niet verharde delen en delen die niet gebruikt worden in functie van het begraven, worden ingericht als groene ruimten met een parkaanleg. Deze groene ruimtes worden

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 60 van 64 ingericht met een streekeigen beplanting die bestaat uit een combinatie van een grasvegetatie, streekeigen heesters, struiken en/of hoogstammige bomen en die de rust op de begraafplaats bevorderen. Alle verhardingen worden aangelegd in waterdoorlatende materialen. Hiervan kan uitsluitend omwille van milieutechnische redenen of een ongeschikte bodemgesteldheid gemotiveerd afgeweken worden. Bestaande verhardingen kunnen behouden blijven tot ze dienen vervangen te worden. Op dat ogenblik dienen ze ook in waterdoorlatende materialen aangelegd te worden. De begraafplaats wordt voorzien van een passende Bij de landschappelijke inkleding en inrichting zal ernaar afsluiting die de integratie in het landschap ten goede komt gestreefd worden om het kerkhof zo weinig landschappelijk in en de openheid van de omgeving beklemtoont. te sluiten door groene buffering. De begraafplaats moet een open structuur krijgen met voldoende doorkijk, waarin het open karakter van de omgeving kan doorlopen, weliswaar in combinatie met groenaanplantingen als stapstenen en uitlopers van de beekvallei. Artikel 2: Stedenbouwkundige voorschriften specifiek voor de deelzone met overdruk bebouwing (zwarte arcering) Specifieke inrichtingsprincipes Tenzij uitdrukkelijk anders vermeld in onderstaande artikels gelden binnen deze deelzone dezelfde voorschriften die onder artikel 1 vermeld Binnen de deelzone met overdruk bebouwing is het, Voor de precieze beoordelingscriteria en randvoorwaarden aanvullend op de algemene inrichtingsvoorschriften, wordt verwezen naar de algemene bepalingen duurzame toegestaan om gebouwen en constructies op te richten voor ontwikkeling, harmonieregel en toegankelijkheid het stockeren van onderhoudsmateriaal, voor een dienstgebouw, voor sanitaire voorzieningen en voor een overdekte begroetings-/ ceremonieruimte. De maximale bebouwbare oppervlakte waarbinnen de De 500 m² is een uiterst maximum voor bebouwbare gebouwen en constructies mogen worden opgericht oppervlakte waarbinnen een aantal gebouwen wordt bedraagt 500 m². opgericht, deels ter vervanging van de aanwezige en ontoereikende bebouwing en deels voor bijkomende voorzieningen voor de moderne uitbating van de begraafplaats. Dit kan onder de vorm van verschillende kleine

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 61 van 64 constructies voor het stockeren van onderhoudsmateriaal, voor sanitaire voorzieningen, voor dienstgebouw voor de toezichter, voor een overdekte begroetings- / ceremonieruimte (geen ontvangstruimte voor afscheidsplechtigheden). Alle voorzieningen kunnen ook in 1 gemeenschappelijk nutsgebouw opgericht worden. Binnen de zone met overdruk bebouwing is het toegestaan De gevraagde 1.000 m² wordt berekend, inclusief de om een parking aan te leggen met een maximale bestaande parking (met toegang), die op heden al een oppervlakte van 1.000 m². Enkel de bestaande oppervlakte van om en bij de 850 m² inneemt. Met het oog op verhardingen voor parking en toegangsweg en de een eventuele herinrichting/heraanleg van de parking met uitbreiding van de bestaande parking mogen aangelegd meer groenvoorzieningen is 1.000 m² een minimumvereiste worden in asfalt en/of klinkers. De overige verhardingen om de bestaande parking te bestendigen. dienen in waterdoorlatende materialen aangelegd te - Op de parkeerruimte voor bezoekers is het wenselijk een worden. aantal plaatsen te voorzien voor mindervaliden. - De parkeerruimte voor ceremoniewagens kan afzonderlijk gebeuren (al dan niet binnen de 500 m² bebouwbare oppervlakte) Alle op te richten constructies en gebouwen niet eigen aan de grafinfrastructuur worden aansluitend op de (bestaande of nieuwe) parking opgericht. Ze mogen ook in 1 gemeenschappelijk nutsgebouw ondergebracht worden. De bouwhoogte ervan wordt beperkt tot maximaal 1 bouwlaag met een maximale kroonlijsthoogte van 4 meter en een maximale nokhoogte van 7 meter. De dakvorm is vrij te bepalen.

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 62 van 64 C. Bijlagen

Kaart 1: Bestaande toestand

Kaart 2: Juridische toestand

Kaart 3: Register planbaten

Kaart 4: Grafisch plan

Fotoreportage

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 63 van 64 De Stedenbouwkundige-Ruimtelijk Planner,

Filip Uyttersprot

Gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad van Roosdaal in zitting van …

De Secretaris, De Voorzitter,

Het college van burgemeester en schepenen verklaart dat onderhavig RUP voor eenieder ter inzage heeft gelegen van … tot …

De Secretaris, De Burgemeester,

Gezien en definitief aangenomen door de gemeenteraad van Roosdaal in zitting van ….

De Secretaris, De Voorzitter,

Gezien en aangenomen door de provincie Vlaams-Brabant

De bestendige deputatie,

Voorontwerp RUP Begraafplaats Lostraat – november 2015 Pagina 64 van 64