)Rogramma JAZZ REPERTOIRE
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
)rogramma JAZZ REPERTOIRE 5 NOVEMBER 96 ERIK BOEREN EN GROEP Coleman 12 NOVEMBER 96 PAUL PLIMLEY, LISLE ELLIS, JOE MCPHEE Roach, Coleman 19 NOVEMBER 96 MEMBERS OF THE CREATIVE JAZZ ORCHESTRA MARTY EHRLICH . TIM BERNE Hemphill 5 NOVEMBER 96 Erik Boeren en Groep Coleman Eric Boeren (trompet), Sean Bergin (altsax), Ab Baars (tenorsax), Wilbert de Joode (bas), Wim Jansen (drums), Michael Vatcher (drums) 12 NOVEMBER 96 Paul Plimley, Lisle Ellis, Joe McPhee Roach, Coleman Joe McPhee (klarinet, saxofoons, trompet), Paul Plimley (piano). Lisle Ellis (bas) 19 NOVEMBER 96 Members of the Creative Jazz Orchestra Marty Ehrlich . Tim Berne Hemphill Marty Ehrlich, Tim Berne, Evan Parker, Julian Argüelles, Andy Schofield, lain Dixon (saxofoons) inleiding door Sylvia Broeckaert. 19.15 uur. Foyer begin concert 20.00 uur einde concert omstreeks 22.00 uur teksten programma Didier Wijnants coördinatie deSingel druk Kopie Kopij ORNETTE, MAX EN JULIUS Toen Omette Coleman aan het eind van de jaren vijftig naar New York kwam, stond de jazzwereld in rep en roer. De meningen over Coleman en diens kwartet met Don Cherry, Charlie Haden en Billy Higgins varieerden sterk. Een hele reeks 'conservatieven' waren geschokt, onder andere omdat ze von den dat Coleman de verborgen wetten van het jazzcircuit niet respecteerde: zonder ooit een rol van sideman’ te vervullen in een belangrijk orkest, claimde Coleman een plaats in de voor hoede van de nieuwe jazz. Coleman bracht een heel métier in gevaar, negeerde de hiërarchie waaraan hele generaties jazz muzikanten zich optrokken. Miles Davis dacht er het zijne over: 'Hell, just listen to what he writes and how he plays. If you're talking psychologically, the man is all screwed up inside". The- lonious Monk - nochtans ook geen simpele man - verwoordde het kernachtiger: 'Man, that cat is nuts'. De lofbetuigingen kwamen soms uit een onverwachte hoek. Van trompettist Roy Eldridge ('I think he's jiving, baby"), van componist en arran geur Gil Evans ('He swings, and he's got a good feeling for melody") of van pianist John Lewis, die een belangrijke impuls gaf aan Colemans carrière door hem te introduceren bij Atlan tic Records. Er waren natuurlijk ook hevige supporters en mu zikanten die in alle ernst de grillige ideeën van deze fantas tische nieuwlichter wilden doorgronden (zoals John Coltrane). Maar niemand zou het in zijn hoofd gehaald hebben de com posities van Ornette Coleman zelf te gaan spelen. De gangba re idee was dat de stukken van Coleman niet konden losge koppeld worden van de eigenzinnige saxofonist zelf. Zijn intri gerende melodieën ('Lonely Woman', 'Chronology', 'Ramblin') leefden voort als geluidsflitsen, bizarre kronkels van een heel apart genie. Het heeft ongeveer dertig jaar geduurd voor daar verandering Omette Omette Coleman in kwam. In 1988 nam John Zorn het voortouw met detypisch baldadige cd Spy versus Spy', een verzameling Coleman-stuk- ken in double time. Sindsdien lijkt de ban gebroken en het werk van Coleman maakt nu dezelfde evolutie door als dat van Monk in de jaren tachtig: wat vroeger te bizar bevonden werd, wordt vandaag verheerlijkt. En net zoals Monk wordt Coleman wel eens het slachtoffer van recuperatie door de mainstream jazz. Je hoort dan bijvoorbeeld de kop en de staart van Colemans 'Blues Connotation' maar verder wordt er 'ge jamd' alsof het een normale blues betrof. De Nederlandse trompettist Erik Boeren weet echter dat Colemans grillige en zowel ritmisch als harmonisch oncon ventionele composities doorgaans 'meer met respect dan met oprecht enthousiasme' bejegend worden (interview in De Volkskrant). De waarheid is dat de merkwaardige esthetiek van Coleman ook vandaag nog veel geesten verontrust, net zoals het begrip free jazz' vaak de wenkbrauwen doet fronsen. Erik Boeren: 'De term free jazz heeft iets misleidends. Die heeft het misverstand in de wereld geholpen dat Colemans muzi kanten spontaan wat rotzooiden. Het is juist allerminst vrij blijvend. Zijn muziek is in hoge mate georganiseerd, maar tegelijk loopt niets zoals je zou verwachten. Op vreemde plek ken duiken accenten op, of hij last een extra tel in, zodat alles verschuift en er een rare hik ontstaat. Die structuur moetje recht zien te doen, maar het is oppassen, want wanneer je je er te veel op concentreert wordt het saai en verlies jede bru tale flair die bij Coleman hoort.' In het Bimhuis in Amsterdam kreeg Erik Boeren in de zomer van 1995 uitgebreid de kans om zich met de composities van Ornette Coleman te meten. De kleurrijke Amsterdamse jazz- scène hielp hem om een programma op te bouwen rond tien befaamde Coieman-elpees uit de jaren vijftig en zestig. De aanpak verraadt een beetje de fan in Erik Boeren, maar als trompettist is het hem om de uitdaging te doen, om de mu ziek te laten jubelen en juichen, naakt en eerlijk, zoals het bij Omette Coleman past. Max Roach / © Guy Le Querrec Helemaal anders is de aanpak van de Canadezen Paul natuurlijk wel het 'verplichte' parcours afgelegd, als sideman Plimley (piano) en Lisle Ellis (bas). Zij bouwden al ruim twintig van Charlie Parker in de jaren veertig en als co-Ieider van jaar aan een eigen repertoire toen Werner Uehlinger van het toonaangevende hardbopkwintet met Clifford Brown. het Zwitserse platenlabel Hat Art hen in 1993 een voorstel Maar als componist treedt hij pas echt op de voorgrond in deed voor een project rond de muziek van Ornette Coleman. de jaren zestig, en meteen op een heel geprononceerde In tegenstelling tot heel wat producers-ideeën bleek dit een manier. De elpee We Insist! Freedom Now Suite', opgenomen schot in de roos. Na een toernee in Europa namen Plimley met zijn toenmalige vrouw Abbey Lincoln en met saxofoon- en Ellis de cd Kaleidoscopes' op, een soms erg eigenzinnige legende Coleman Hawkins en dichter Oscar Brown Junior, versie van wat zij The Ornette Coleman Songbook' noe slaat in als een bom. Op de hoestekst citeert Nat Hentoff men. Het duo neemt de composities een enkele keer tame Philip Randolph: 'A revolution is unfurling - America's un lijk letterlijk ('Chronology'), maar meestal nemen ze de ruwe finished revolution. (...) Masses of Negroes are marching onto structuur als vertrekpunt voor een heel eigen verhaal. Bassist the stage of history and demanding their freedom now!' Ellis heeft het in dit verband over de kameleon-achtige kwa Roach gaf zijn verbondenheid met de Civil Rights Movement liteiten van de Coleman-stukken: ais je de muziek van sterker gestalte door het invoeren van vrije muzikale struc Coleman door drie verschillende mensen zou laten transcri turen, weg van de conventionele schema's van bebop en beren, dan zou je drie soms wel heel veschillende versies hardbop. Freedom Now', maar ook Percussion Bittersweet' krijgen. Zelfs de 'partituren' van Coleman zelf zijn vaak on en experimenten als It's Time' klonken als felle kreten van betrouwbaar of alleszins onduidelijk en voor veel interpre een moegetergde generatie. Muzikaal staan die meester taties vatbaar. Plimley en Ellis besloten daarom om de werken nog altijd als een huis, maar een inwoner van de composities te adopteren, grondig door te werken en het jaren negentig zou hetzelfde onderwerp zonder twijfel anders open aspect ervan te beklemtonen. Het resultaat is een benaderen. Die vraagstelling vormde het uitgangspunt van meesterwerkje geworden, een hoogst originele benadering Sweet Freedom - Now What?', de intrigerende reflectie van van het werk van Coleman en een verbluffend staaltje van Joe McPhee, Paul Plimley en Lisle Ellis over dit thema. Of intieme muzikale communicatie. De prestatie krijgt des te met andere woorden: zijn de politieke implicaties van de meer glans omdat iedereen tot voor kort beweerde dat de free jazz nog altijd even actueel? Het trio transformeert de piano eigenlijk ongeschikt was om Coleman te spelen. Na woedende kreten van Abbey Lincoln in emotionele, maar een korte periode met Paul Bley en één opname met Walter eerder bedachtzame uitingen van smart. Opstandige gedre Norris in de jaren vijftig had Coleman zelf niet meer met venheid maakt plaats voor meditatie, reflectie en samen pianisten samengewerkt. Intussen is ook daar verandering zang. Een heel bijzondere hommage. in gekomen, na de samenwerking met Geri Allen voor de recente Sound Museum-opnamen. Terwijl de composities van Monk en Coleman altijd al voor controverse gezorgd hebben, is er minder commotie rond het werk van meesterpercussionist Max Roach. Roach heeft Voor Julius Hemphill komt de hommage helaas postuum. De altsaxofonist en componist overleed vorig jaar op 57-jarige leeftijd. Anders dan Coleman en Roach werd Hemphill in de eerste plaats als componist gewaardeerd, zij het in relatief beperkte kring. Hemphill kwam uit Fort Worth, Texas, de stad waar ook Ornette Coleman, Dewey Redman en John Carter thuis waren. Hemphill groeide er op met blues, rhythm and blues en bebop, hij speelde onder andere in de groep van gitarist Ike Turner. Die rijke mix heeft hij nooit verloochend, integendeel: als geen ander heeft Hemphill alle kleuren van zijn muzikale wortels weten te verkneden tot een eigen, radi- kaal moderne stijl. Hoe eigentijds zijn composities ook zijn, je hoort er altijd de hete adem van een lange traditie in. Klari nettist Marty Ehrlich en saxofonist Tim Berne waren lange tijd leerlingen van Hemphill, maar hij leerde hen geen methode of systematiek, geen eigen taal of stijl. Hij leerde hen een attitude. Centraal in het denken van Julius, zo stelt Tim Berne in een interview met Down Beat, is dat hij onafhankelijk on derzoek en actie aanmoedigt. Mogelijkheden, geen formu les. Ideeën, geen sjablonen. Mysteries eigenlijk, zoals Tim Berne het naar aanleiding van zijn aan Hemphill opgedragen cd Diminutive Mysteries' graag noemt. Na Hemphills dood kreeg Tim Berne zijn saxofoon en Marty Ehrlich de partitu ren. Ze zijn daarmee in de beste handen. Didier Wijnants Erik Boeren leerde trompet spelen bij de fanfare St.