Ghent University Faculty of Arts and Philosophy The Herodotos Project (OSU-UGent): Studies in Ancient Ethnography. Barbarians in Strabo’s ‘Geography’ ( Isseans - Zygi). With a case-study: the Britons. Promotor: Paper submitted in partial Prof. M. Janse fulfilment of the requirements Co-promotors: for the degree of Prof. Brian D. Joseph (Ohio State University) “Master in de taal - en letterkunde: Dr. Christopher Brown (Ohio State University) Grieks- Latijn” b y Anke De Naegel 2014-2015 2 dergelijke meer last zouden veroorzaken wanneer ze door de moerassen moesten dan dat ze nuttig Nederlandse samenvatting zouden zijn. De mogelijke wapens die genoemd worden zijn zwaarden, messen en speren. Ze hadden ook een schild. Opvallend was dat ze strijdwagens gebruikten. In deze thesis wordt eerst een inleiding gegeven die meer informatie geeft over het Herodotos Vervolgens worden hun levensomstandigheden bekeken. Ze woonden meestal in eenvoudige hutten project. Deze inleiding is samen geschreven met Julie Boeten. In deze inleiding komt naar voren wat die ze bouwden op een open plek in het bos. Aangezien hun vee tussen hun hutten graasde waren ze dit project juist is en wat ons aandeel daarin was, dat is: we hebben alle volkeren die in Strabo’s genoodzaakt verder te trekken wanneer het groen opraakte. Er zijn verschillende opvattingen over Geografie voorkomen in tweeën gedeeld en alle informatie die Strabo over ons deel van deze hun politieke organisatie; volgens sommigen zijn ze democratisch terwijl anderen zeggen dat elke volkeren schrijft verzameld. Deze informatie is terug te vinden achteraan deze thesis in de appendix. stam een eigen koning of prins had. Vandaag de dag wordt meestal gedacht dat ze vooral Het eerste deel van deze masterproef bestaat uit een casestudy. Op dezelfde manier waarop we de hiërarchisch waren en dat ‘familie’ een erg belangrijke rol speelde. volkeren van Strabo behandeld hebben, bekeken we ons studieobject. Bij mij is het onderwerp van De goederen die ze uitvoerden waren voornamelijk metalen. Er werd goud en zilver gevonden, maar deze cases tudy ‘ the Britons’ , dit zijn de oorspronkelijke inwoners van Groot-Brittannië. Aangezien het het was vooral het tin waarvoor Groot-Brittannië bekend was. Ook parels werden gevonden in de zee om een casestudy gaat hebben we alle teksten van de schrijvers uit de antieke oudheid bekeken rond het eiland, en deze waren zelfs van behoorlijke kwaliteit. De Britons waren oorspronkelijk niet waarin ons gekozen volk aan bod kwam. monogaam, want het was meerdere mannen toegestaan om met dezelfde vrouw te slapen. Het lijkt De nomenclatuur van het eiland en de bewoners wordt onderzocht. Blijkbaar was de naam van het erop dat ook de vrouwen redelijk vrij waren in het kiezen van hun bedgenoot. eiland afgeleid van de naam van het volk. Men denkt dat beide namen afkomstig zijn uit de taal die Slechts weinige goden of godinnen worden expliciet genoemd in Griekse bronnen, maar Andata en de inwoners van Groot-Brittannië toen spraken, namelijk het Brittonic. Andrasta worden vernoemd. Aan deze (en andere) goden werden regelmatig mensenoffers gebracht. Daarna wordt de genealogie behandeld. Zowel de oorsprong van de Britons als hun onderverdeling in De druiden waren degenen die een oog hielden op de religieuze zaken. Eenmaal de Romeinen in stammen komt aan bod. Blijkbaar dachten de Byzantijnse auteurs dat de Britons afstamden van een Groot-Brittannië aanwezig zijn, verschijnen er voorwerpen die aan de Romeinse goden zijn zekere Celto, de dochter van ene Brettanos. Dit lijkt erop te wijzen dat ze meenden dat de Kelten en opgedragen. Deze goden worden dus deels overgenomen. Wanneer het christendom zich begint te de Britons verwant waren, hoewel de klassieke auteurs dit nooit zeggen. Hun onderverdeling in verspreiden raakt ook Groot-Brittannië daarvan onder de invloed. Verbonden met het geloof is ook stammen wordt uitgelegd aan de hand van Ptolemaeus, die de meeste bekende stammen opnoemt. hun manier om met de doden om te gaan. Gezien de weinige bronnen die daarover spreken en het Een kaartje is toegevoegd om het duidelijker te maken, want zijn tekst is niet altijd even helder. weinige archeologische bewijs is het moeilijk om te zeggen wat de normatieve vorm van begraven was. Er zijn verschillende mogelijkheden tot de Romeinen arriveren, dan begint het cremeren aan Daarna volgen de geografische opmerkingen. Groot-Brittannië werd gezien als een eiland dat buiten popularteit te winnen. Het christendom zorgt er dan weer voor dat er meer mensen begraven de Pilaren van Heracles lag en dat dus ofwel de grens van Europa vormde in het westen, ofwel buiten worden in plaats van gecremeerd. Europa lag. Groot-Brittannië lag (en ligt nog steeds) tegenover Frankrijk, en de afstand tussen deze twee gebieden is op sommige plaatsen erg klein. De zee waarin Groot-Brittannië lag had De gemeenschappelijke oertaal van de Britons wordt ook wel het Brittonic genoemd. Deze taal verschillende namen naargelang de ligging ten opzicht van het eiland. De vorm van het eiland is ontwikkelde zich later tot o.a. het Welsh, het Iers, het Schots-Gaelisch, het Manx, het Bretoens, en driehoekig, maar over de afmetingen bestaan zeer verschillende opvattingen. het Cornisch. Deze talen behoren tot de Indo-Europeses talen en kunnen onderverdeeld worden in ofwel de Eiland/Vastelandhypothese, met de eilandtalen als de talen die in Groot-Brittannië worden Dan wordt het uiterlijk van de Briton behandeld, zowel in het dagelijkse leven, als in gevechtskledij gesproken, ofwel in de P-/Q- hypothese, waar het om bepaalde klankwetten gaat. en wapenrusting. Ze waren groot en hun haar was blijkbaar minder blond dan dat van de Kelten. Ze lijken niet veel kleding te hebben gedragen en tatoeëerden zichzelf. Ze stonden bekend als een wild De geschiedenis van de Britons is behoorlijk bewogen. Caesar was de eerte die een veldtocht en vrijheidslievend volk. Ook wanneer ze vochten waren ze naakt aangezien borstplaten en ondernam om Groot-Brittannië te veroveren. Na twee pogingen, die niet veel opleverden, hield hij er mee op. Ondanks het gebrek aan overtuigend succes verkreeg hij toch veel prestige door zijn poging. 3 4 De volgende keizer die zich met Groot-Brittannië bezig hield was Claudius. Hij probeerde om Groot- Brittannië deze keer echt te onderwerpen, maar kreeg af te rekenen met de opstand van Caratacus. Ook zijn opvolger Nero moest een opstand neerslaand, deze keer die van Boudica. In de jaren na Nero zijn er verschillende keizers geweest die zich soms eens met Groot-Brittannië bemoeiden, maar niet heel veel. Hadrianus en Antoninus Pius zijn de opvallendste, omdat zij beiden een muur bouwden om de Britons te verdelen. Septimius Severus is de volgende keizer die zich echt nog eens met Groot-Brittannië ging bezighouden. Hij wilde het eiland voor eens en voor altijd onder keizerlijk gezag brengen, maar dat lukte maar matig. Tijdens de late oudheid stond Groot-Brittannië vooral bekend om de vele usurpators die het voortbracht. Dit bleef duren tot Honorius de Britten een brief schreef om te melden dat ze onafhankelijk waren (oftewel dat ze zelf voor hun verdediging moesten zorgen). Na de onafhankelijkheid zijn er nog maar weinig meldingen van Groot-Brittannië in Griekse bronnen. Nadat al deze eigenschappen van de Britons bekeken zijn kan er besloten worden dat ze door de schrijvers van de Griekse werken initieel als barbaren werden gezien, maar later hun label van ‘barbaar ’ verloren. Gebruik makend van een hypothese van James Redfield 1, die stelt dat er ‘harde’ en ‘zachte’ barbaren zijn, wordt duidel ijk dat de Britons een ‘hard’ volk waren. 1 Redfield, J., ‘Herodotus the Tourist’, in: Harrison, T., Greeks and Barbarians . Edinburgh 2002, 24-49 5 6 Table of Contents Claudius (41 – 54) ......................................................................................................................... 47 Nero (54 – 68) .............................................................................................................................. 49 Word of thanks………………………………………………………………………………………………………………………………… 9 Second Intermezzo ....................................................................................................................... 51 General introduction………………………………………………………………………………………………………………………. 10 Septimius Severus (193 – 211) ..................................................................................................... 52 The Britons……………………………………………………………………………………………………………………………………… 13 Third intermezzo (or Crisis of the Third Century) ........................................................................ 54 Introduction ....................................................................................................................................... 13 Late Antiquity (284 – 410) ............................................................................................................ 55 Nomenclature .................................................................................................................................... 14 After the divorce .......................................................................................................................... 58 Genealogy .......................................................................................................................................... 16 Conclusion: The Greek and Roman view upon the Britons ............................................................... 59 Ancestors .....................................................................................................................................
Details
-
File Typepdf
-
Upload Time-
-
Content LanguagesEnglish
-
Upload UserAnonymous/Not logged-in
-
File Pages110 Page
-
File Size-