
REVIVAL OF THE SIXTIES de jaren zestig in het debat en beleid over vrouwenemancipatie Er is een land waar vrouwen willen wonen (liedtekst Joke Smit, icoon van de Tweede Feministische Golf in Nederland) Er is een land waar vrouwen willen wonen, Waar vrouw-zijn niet betekent: tweederangs en bang en klein Waar vrouwen niet om mannen concurreren Maar zusters en geliefden kunnen zijn. Waar rimpels niet de eenzaamheid voorspellen, Maar paspoort zijn naar wijsheid, aanzien, ’s werelds raadsvrouw zijn. Waar jonge vrouwen dus een leven voorbereiden Waarin zij veertig, zestig, tachtig zullen zijn. Er is een land waar vrouwen willen wonen, Waar onrecht niet als een natuurgegeven wordt beschouwd. Waar dienstbaarheid niet toevalt aan één sekse, En niet vanzelf een man de leiding houdt. Waar moeder niet hetzelfde is als huisvrouw, Waar steeds opnieuw wordt nagegaan wie zwak zijn en wie sterk. Waar allen zorgen voor wie hulp behoeven, En ‘t brood verdienen met maar vijf uur werk. Er is een land waar mannen willen wonen. Waar jongens van de plicht tot flink en stoer doen zijn bevrijd. Waar niemand wint ten koste van een ander, En man-zijn ook betekent: zorgzaamheid. Waar angst en rouw niet weggemoffeld worden, Waar mannen zonder baan niet denken dat ze minder zijn. Waar vrouw en man elkaar niet hoeven haten, Maar eindelijk bondgenoten kunnen zijn. Er is een land waar mensen willen wonen. Waar jong zijn niet betekent dat je steeds wordt genegeerd. Waar zwakken met respect benaderd worden, En vreemdelingen niet meer gekleineerd. Waarin geweld door niemand meer geduld wordt, Waar allen kunnen troosten als een mens ten onder gaat. Dat is het land waar mensen willen wonen, Het land waar de saamhorigheid bestaat. Jenny Falke Utrecht, 2009 1 Titel: Revival of the sixties: de jaren zestig in het debat en beleid over vrouwenemancipatie Auteur: Jenny Falke Adres: Groenekanseweg 11, 3737 AA, Groenekan Telefoonnummer: 06-41212086 Studentnummer: 3065480 Email: [email protected] Opleiding: Bestuurs- en Organisatiewetenschap Afstudeerrichting: Master Bestuur en Beleid Instelling: Utrechtse School voor Bestuurs- en Organisatiewetenschap, Universiteit Utrecht Begeleider: Thomas Schillemans Tweede lezer: Wieger Bakker Datum: augustus 2009 2 Samenvatting “In de jaren zestig was sprake van een hoge mate van vrijheid voor mensen om hun seksualiteit op hun eigen manier te beleven. Die vrijheid gaat nu op een aantal punten verkeren in onvrijheid voor mensen, vooral bij jongeren en kwetsbare groepen onder hen.” (Thijssen, maart 2008). In dit citaat verwijst Ronald Plasterk, de huidige minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, naar ontwikkelingen die reeds veertig jaar geleden speelden. Plasterk gebruikt de jaren zestig om een onderwerp aan te kaarten en zijn mening over dit onderwerp kenbaar te maken: de vrijheid van de jaren zestig gaat nu verkeren in onvrijheid voor kwetsbare groepen mensen. Dit onderzoek richt zich op het debat over vrouwenemancipatie. “De jaren zestig” als begrip worden dus ingezet in het publieke debat. Maar hoe? En bij welke onderwerpen van emancipatie? En heeft dit effect op het emancipatiebeleid van de overheid? Dit onderzoek draait aldus om de volgende hoofdvraag: Wat is de invloed van het publieke debat over vrouwenemancipatie en de jaren zestig op de inhoud en de vorm van het landelijke emancipatiebeleid in de periode 1999-2008? In theorie kan het publieke debat op twee manieren invloed hebben op het beleid: direct en indirect. Directe invloed houdt in dat het beleid responsief is aan het debat en de thema's en ideeën hieruit (deels) overneemt. Hierbij gaat het om principes van democratie zoals geformuleerd door Habermas: het overheidsbeleid dient representatief te zijn voor het publieke debat. Indirecte invloed vindt plaats via retoriek: de beelden die geschetst worden in het publiek debat en de bewoordingen die gebruikt worden, zijn dan terug te vinden in het overheidsbeleid. De invloed van het debat op het beleid is getracht te achterhalen door in het publiek debat te zoeken naar artikelen die de jaren zestig relateren aan vrouwenemancipatie. Er is gekeken welke onderwerpen aan bod komen in het debat over vrouwenemancipatie en de jaren zestig en hoe de jaren zestig worden ingezet als retorisch middel door de deelnemers. Vervolgens is het emancipatiebeleid van de overheid geanalyseerd op dezelfde punten: onderwerpen en retorische middelen. Uit de overeenkomsten en verschillen blijken de invloedsrelaties. Uit de praktijk ontstaat een beeld dat haast tegenovergesteld is aan de theorie van Habermas: het beleid heeft eerder invloed op het debat dan andersom. Het debat lijkt de stokpaardjes van de verschillende kabinetten Balkenende over te nemen, zoals het gezin, normen en waarden, emancipatie en de seksualisering van de samenleving. Wel vertoont het beleid mogelijk een verlate reactie op de negatieve portrettering van seksualiteit 3 en de jaren zestig en neemt het enigszins de negatieve sentimenten uit het debat over, al is het bewijs hiervoor onvoldoende. Voor de rest is de invloed van het publieke debat op het beleid gering. De negatieve manier waarop in het publiek debat de jaren zestig als retorisch middel gebruikt worden, komt niet terug in het overheidsbeleid. En hoewel de hoofdmoot van thema's hetzelfde is in het publieke debat en het beleid, komen twee onderwerpen uit het overheidsbeleid, veiligheid en internationaal emancipatiebeleid, helemaal niet terug in het publiek debat. Het publieke debat houdt zich vooral bezig met kritiek, waarbij het beleid zich vooral met streefcijfers en subsidies bezighoudt. Debat en beleid hebben dus belangrijke raakvlakken, maar kunnen ook twee geheel eigen werelden zijn. Dit roept vragen op over de democratische representativiteit van de overheid. 4 Inhoudsopgave Voorwoord............................................................................................................................................7 Hoofdstuk 1: Inleiding..........................................................................................................................8 1.1 Inleiding.....................................................................................................................................8 1.2 De empirie................................................................................................................................13 1.3 Relevantie................................................................................................................................13 1.4 Leeswijzer................................................................................................................................14 Hoofdstuk 2: de context......................................................................................................................16 2.1 De jaren zestig.........................................................................................................................16 2.2 De geschiedenis van de vrouwenemancipatie.........................................................................20 2.3 Het emancipatiebeleid van de jaren zeventig tot en met de jaren negentig.............................23 2.3.1 Het specifieke emancipatiebeleid.....................................................................................23 2.3.2 Het emancipatie-perspectief in het reguliere beleid ........................................................25 2.4 Conclusie deelvraag een..........................................................................................................26 Hoofdstuk 3: Publiek debat en beleid ................................................................................................27 3.1 Het publiek debat.....................................................................................................................27 3.2 Het verleden in het publiek debat............................................................................................30 3.2.1 Het verleden in de maatschappij.....................................................................................30 3.2.2 Het verleden in het publiek debat: (de)politisering van het verleden..............................31 3.3 Conclusie deelvraag twee........................................................................................................33 3.4 De directe invloed van het publieke debat op het beleid ........................................................33 3.5 De indirecte invloed van het publieke debat op beleid: politieke retoriek..............................34 3.5.1 De geschiedenis van de retoriek.......................................................................................35 3.5.2 Retorische methoden........................................................................................................36 3.5.2.2 Pathos ......................................................................................................................37 3.5.2.3 Logos........................................................................................................................40 3.6 Conclusie deelvraag drie..........................................................................................................40 3.7 Conclusies................................................................................................................................41 Hoofdstuk 4: Onderzoeksmethoden...................................................................................................43 4.1 De inhoudsanalyse...................................................................................................................43
Details
-
File Typepdf
-
Upload Time-
-
Content LanguagesEnglish
-
Upload UserAnonymous/Not logged-in
-
File Pages113 Page
-
File Size-