Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3

Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3

Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 bron Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3. De Bezige Bij, Amsterdam 1957-1959 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_ant003195701_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. [Nummer 1] Mededeling Frank Martinus Arion werd 17 december 1936 op Curaçao geboren. Hij is sedert 1955 in Nederland woonachtig, waar hij in 1957 zijn diploma Staatsexamen A heeft behaald en thans aan de Leidse Universiteit als student in de Nederlandse taal en -letterkunde is ingeschreven. Hij behoort tot de oprichters van de actieve vereniging van Antilliaanse studerenden in Nederland ‘Baranca Antillana’. Redactie Antilliaanse Cahiers November 1957 Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 1 Frank Martinus Arion Stemmen uit Afrika Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 2 ter nagedachtenis aan mijn moeder Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 3 I Langzaam gaan van kusten naar de diepe binnenlanden, rijen van toeristen met een gids. dof tamboe-geroffel van de negers in het woud. tam-tam-tam. ze gaan en struikelen op stammen van gevallen oude reuzebomen. speren in het rond getatoueerde negers en dof-tamboe-geroffel. een zwarte wind vaart door de kroon van varens. negers trommelen de boodschap van hun komen naar de negers in het woud. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 4 II Uit de bijenkorf van mijn geboorte ben ik uitgegleden in het eenzaam woud. als toeristen-gids. een neger oud vertoonde kluchten aan een tandeloze negerin. het woud was donker; ik was zwart. maar zwart vermengde zich met donker. zingen van spirituals en zingen ook van zuchten. ik zong mee en werd dus dichter. zwart-zwart. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 5 III Eens zijn alle negers tamtammend uitgevaren uit hun zwart-ompaalde negorijen. hun prauwen schoren over de rivieren, dwalend door 't woud. eens, maar eens is ver en eens is langgeleden. nu gaan zij als karbouwen, mak-geslagen, lam. beroofd van hun tam-tam en slepen stenen aan waar anderen bouwen. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 6 IV De negers vieren feest, met fakkels en flambouw. kokosnoten hangen zwaar aan ijle palmen. en dansen mee als d'alleroudste zonde. uit Noe's naakt, uit Noe's druivenschuld verschijnt nu Cham. en lacht van druivensap nog grillig-dronken. negers hebben witte tanden. negers hebben zwarte handen. ze lachen grijnzend als ze feesten. maar zelfs hun lachen lijkt op wenen. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 7 V Dit volk komt misschien nooit meer op-recht, al stut men het met balken. het baarde eens de grootste reuzen van dit woud, dit donker Afrika. als een moeder zoog het eens Europa.... het stond hoog en trok de stralen van de zon in 't luchtruim van de dag. het stond hóóg maar viel. verpletterd door de kracht van blanke stenen. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 8 VI De krokodillen en de leeuwen samen met het nijlpaard en het hert: ze vluchten voor de kracht en macht der jonge negers; en huilend barst het woud in kreten die zwepen op, over de ravijnen en kaatsen diep in de dalen van bergen hoog en heuvels groen. en de krokodillen en de leeuwen, brullen in hun wonden en hijgen als ze sterven. ergens achter bomen, gaapt een olifant. - eenzame paria - de neger jaagt. hij gilt en joelt in strijd de hemel open; maar zelf ook gelijk de dieren, nagejaagd. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 9 VII Aan lianen kronkelt zich een bruine chimpansee. dan schrijdt een donker mens de dag voorbij: vliegt op platte voeten de koning van het woud. bomen en bladeren loven, ruisen en schudden in grimassen van de aap. andere chimpansee's, uitgelaten bokkesprongen hoog in aanbidding voor hun koning. chi-chi-, o koning! maar als hij de grenzen schendt van zijn ompaald domein, hij wordt een slaaf, hij wordt een wrak. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 10 VIII Het negerhart begeert, gelijk het hart van alle primitieven die op hem gelijken geen grens te overschrijden. het negerhart verlangt alleen het donker licht van eenvoud, de morgen en de avond, op de paden van zijn woud. de neger zoekt geen goud; enkel spiegels, enkel kralen voor zijn korven en zijn hut. is de wereld niet zo groot, is er van alles niet zo veel? waarom geen goud en zilver aan de een en kraal en spiegel aan de ander man gelaten? waarom zowel het goud, alsook het zilver, de spiegel en de kraal, voor een alleen? Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 11 IX Eenzaamheid was het geluk van deze wilde mensen. duisternis hun graf. en ziet ge, waar het water walst naar duisternis; uit dorst de bomen buigen naar de pappige moerassen.... daar leefden zij. toen kwamen met lawaai en ogen wilder dan gorilla's ogen, anderen. en graaiden en handen ontvoerden mensen en planten naar veel witter wouden. naar hel-verlichte steden. maar de witte steden zijn voor de negerman te hél. daar kan een kinderhart, kunnen kinderbloemen niet gedijen, tenzij ze niet zo eenzaam zijn. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 12 X De negerman, hij strijdt immer slechts voor wat hij had: de vrijheid van 't gaan, het kiezen van zijn graf. hij strijdt en wankelt; weerloos, hulpeloos omdat de wapens van de nieuwe wereld hem zo vreemd zijn. de lans die hij hanteert - de oude eerlijkheid misschien - doorsteekt hemzelve, voor hij anderen een steek heeft toegebracht. En hij heeft geen legers. O hij strijdt alleen in het hete vuur, op de kronkel- wegen van het lot, en blijft dus keusloos-nederlaag-gedoemd. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 13 XI Uw glimlach zegt: het is recht dat ieder strijdt voor wat hij had: uw glimlach vraagt: maar wijs mij aan den negerman een vijand. gij vangt mijn hart in groot gelijk: waarom dit immer strijden, als geen hem ooit heeft wat misdaan? is niet iedereen zijn vriend, streelt niet iedereen de kralen van zijn stil-eenvoudig hart? vindt hij niet in elke straat een open deur in het witte woud; en verwenning soms - zoals men eenzaam dwalende dieren verwent, en wollige katten in medelijden op de schoot van oude vrouwen? - heeft hij niet alles in het witte woud, een bed, en brood en doffe medelijden.... zolang hij neger man zijn anders-zijn, zijn neger-zijn gedenkt? Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 14 XII Want Pilatus is nog net op tijd gestorven, en sinds zijn dood heeft hier op aarde niemand schuld; is niemand van een ander man de vijand. want doden zijn de stomste wezens, ze kunnen niet meer praten, niet meer stelen, niet meer liegen; o doden zijn zo eerlijk. Pilatus is nog net op tijd gestorven, want nu draagt niemand de schuld van wat er hier op aarde wordt misdaan. O doden zijn zo eerlijk: ze liggen star en stijf en zijn zo onschuldig dood. En toch is ieder bang van toch eens te moeten sterven. meer met dure zeep zijn hand in onschuld wassen. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 15 XIII Hoort gij nu dat zingen, dat onbestemd-gevleugeld onze expeditie is genaderd? ‘Vraag mij niet vanwaar ik kwam, noch wie mijn vader was, noch uit welk moeras mijn moeder rees. of kan mijn moeder toch de Eva, mijn vader toch de Adam zijn.’ Neen, vraagt hem niet vanwaar hij kwam: hij was er, is er, naast de slijkige moerassen, de meanderende rivieren.... de schaduwen van wolken, de spinnewebben om de zon, heeft hij eeuwen al zien dansen, de warrelende hete dans op paden in valleien. Kom, en vraag hem niet uit welke streek hij kwam. hij was er, is er even hecht als d'oer. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 16 XIV Vraag hem niet de zwarte man van welke streek hij kwam. noch vraag hem wie zijn vader was; noch uit welk moeras zijn moeder rees, of kan zijn moeder toch de eva zijn vader toch de adam zijn? hij was er, is er, naast de slijkige moerassen, meanderende rivieren. en de schaduwen van wolken als spinnewebben om de zon heeft hij eeuwen al zien dansen de warrelende hete dans, op paden, in valleien. vraag hem niet vanwaar hij kwam. hij was er, is er - even hecht als d'oer. Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 17 XV Spiritual Ik ben genodigd voor het feest, straks ginder in de hemel. voor het feest straks ginder in de hemel ben ik genodigd. Ik ben genodigd voor het feest voor het feest ben ik genodigd. ik mag zitten aan de dis. ik mag zitten aan de dis. voor het grote feest ben ik genodigd het feest met zwarte engelen genodigd. O, ik ben genodigde en gast, bij het feest van ginder in de hemel. maar de nodiging heb ik verloren. verloren heb ik deze nodiging. zwarte engelen wachten tevergeefs. ze wachten tevergeefs op mij. ze wachten tevergeefs op mij.... Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 18 XVI Spiritual Eens zal ik zitten aan een tafel; lachend aan een tafel zal ik zitten. aan een tafel zal ik zitten, lachend aan een tafel zal ik zitten. en eten en drinken en eten en drinken. anderen zullen mij de schotels dampend binnenbrengen, de schotels zullen anderen voor mij eens binnenbrengen. ik zal eten ik zal drinken. anderen zullen mij de schotels dampend binnenbrengen. eens zal ik lachend zitten aan een tafel. - eens is lang geleden eens is ver ook in de eeuwigheid. - Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3 19 XVII De tocht gaat voort naar dieper stilte het wordt nu stil in de dichtheid om ons heen. waar wij gaan de bladeren buigen zacht het hoofd. de plek waarop wij staan is maagd, als ongeschapen ongerept staan hier de bomen. dan klinkt een stem zacht gelijk de adem van de lichte lucht: ‘hier rusten resten van een mens een zwarte man die woorden sprak die geen mensenhart verstaat, een man die Christus heet.

View Full Text

Details

  • File Type
    pdf
  • Upload Time
    -
  • Content Languages
    English
  • Upload User
    Anonymous/Not logged-in
  • File Pages
    320 Page
  • File Size
    -

Download

Channel Download Status
Express Download Enable

Copyright

We respect the copyrights and intellectual property rights of all users. All uploaded documents are either original works of the uploader or authorized works of the rightful owners.

  • Not to be reproduced or distributed without explicit permission.
  • Not used for commercial purposes outside of approved use cases.
  • Not used to infringe on the rights of the original creators.
  • If you believe any content infringes your copyright, please contact us immediately.

Support

For help with questions, suggestions, or problems, please contact us