Publikatieblad L 273
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
ISSN 0378-7087 Publikatieblad L 273 29e jaargang van de Europese Gemeenschappen 24 september 1986 Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving Inhoud I Besluiten waarvan de publikatie voorwaarde is voor de toepassing Besluiten waarvan de publikatie niet voorwaarde is voor de toepassing Raad 86 / 465 / EEG : Richtlijn van de Raad van 14 juli 1986 betreffende de communautaire lijst van agrarische probleemgebieden in de zin van Richtlijn 75 / 268 / EEG ( Duitsland ) 1 86 / 466 / EEG : Richtlijn van de Raad van 14 juli 1986 betreffende de communautaire lijst van agrarische probleemgebieden in de zin van Richtlijn 75 / 268 / EEG ( Spanje ) 104 86 / 467 / EEG : Richtlijn van de Raad van 14 juli 1986 betreffende de communautaire lijst van agrarische probleemgebieden in de zin van Richtlijn 75 / 268 /EEG ( Portugal ) 173 Prijs : Fl . 36,— / Bfr . 650 ,- hetBesluitenalgemeenwaarvaneen beperktede titels magergeldigheidsduurzijn. gedrukthebben, zijn besluiten. van dagelijks beheer die in het kader van het landbouwbeleid zijn' 6genomen en die in Besluiten , waarvan de titels vet zijn gedrukt en die worden voorafgegaan door een sterretje , zijn alle andere besluiten . 24 . 9 . 86 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr L 273 / 1 II (Besluiten waarvan de publikatie niet voorwaarde is voor de toepassing) RAAD RICHTLIJN VAN DE RAAD van 14 juli 1986 betreffende de communautaire lijst van agrarische probleemgebieden in de zin van Richtlijn 75 / 268 / EEG ( Duitsland ) ( 86 / 465 / EEG ) DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN , van de probleemgebieden en het transfereren van gebieden die voorheen waren ingedeeld bij de gebieden als bedoeld in Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese artikel 3 , lid 5 , van die richtlijn en die integraal deel uitmaken Economische Gemeenschap , van de voornoemde aan de lijst toegevoegde homogene gebieden ; dat die Regering bovendien heeft verzocht om Gelet op Richtlijn 75 / 268 / EEG van de Raad van 28 april toevoeging van bepaalde gebieden met een geringe opper 1975 betreffende de landbouw in bergstreken en in sommige vlakte en met specifieke handicaps aan de lijst van gebieden probleemgebieden (*), laatstelijk gewijzigd bij Verordening als bedoeld in artikel 3 , lid 5 , van de richtlijn ; ( EEG ) nr . 797 / 85 ( 2 ), inzonderheid op artikel 2 , lid 2 , Overwegende dat de Regering van de Bondsrepubliek Duits land de Commissie overeenkomstig artikel 2 , lid 1 , van Gezien het voorstel van de Commissie , Richtlijn 75 / 268 / EEG heeft medegedeeld welke gebieden kunnen worden opgenomen in de communautaire lijst van agrarische probleemgebieden en gegevens heeft medegedeeld Gezien het advies van het Europese Parlement ( 3 ), met betrekking tot de kenmerken van deze gebieden ; Overwegende dat de zeer ongunstige klimatologische Overwegende dat bij Richtlijn 75 / 270 / EEG van de Raad omstandigheden als bedoeld in artikel 3 , lid 3 , eerste streepje , van 28 april 1975 betreffende de communautaire lijst van van Richtlijn 75 / 268 / EEG en de ligging op een hoogte van agrarische probleemgebieden in de zin van Richtlijn 75 / ten minste 800 meter ( centrum van de plaats of gemiddelde 268 / EEG ( 4 ) de gebieden in de Bondsrepubliek Duitsland hoogte van de gemeente ) als criteria zijn gehanteerd ; zijn aangewezen die worden aangemerkt als probleemgebie den in de zin van artikel 3 , leden 3 , 4 en 5 , van Richtlijn Overwegende dat bij combinatie van klimatologische facto 75 / 268 / EEG ; ren met de hellingsfactor als bedoeld in artikel 3 , lid 3 , derde streepje , van Richtlijn 75 / 268 / EEG , als criteria een ligging Overwegende dat de Regering van de Bondsrepubliek Duits op een hoogte van ten minste 600 meter en een steilte van ten land de Commissie overeenkomstig artikel 2 , lid 1 , van minste 18% zijn aangemerkt ; Richtlijn 75 / 268 / EEG heeft verzocht om uitbreiding van de Overwegende dat wat betreft de aanwezigheid van minder communautaire lijst van agrarische probleemgebieden in de produktieve grond en aanzienlijk beneden het gemiddelde zin van artikel 3 , lid 4 , van Richtlijn 75 / 268 /EEG , op grond liggende bedrijfsresultaten als bedoeld in artikel 3 , lid 4 , van een nieuwe definitie van de criteria voor het aanwijzen onder a ) en b ), van Richtlijn 75 / 268 / EEG , voor het aanwijzen van de gebieden een complex criterium is gehan ( ! ) PB nr . L 128 van 19 . 5 . 1975 , blz . 1 . teerd , het zogenaamd criterium van agrarische vergelijkbaar ( 2 ) PB nr . L 93 van 30 . 3 . 1985 , blz . 1 . heid ( Landwirtschaftliche Vergleichszahl , LVZ ) dat door de ( 3 ) PB nr . C 227 van 8 . 9 . 1986 , blz . 153 belastingdiensten wordt gehanteerd ten aanzien van de ( 4 ) PB nr . L 128 van 19 . 5 . 1975 , blz . 10 . bedrijfsresultaten van de ondernemingen ; dat dit criterium Nr L 273 / 2 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen 24 . 9 . 86 Overwegende dat de aard en het niveau van de voornoemde , gebaseerd is op de natuurlijke produktiviteit ( bodemkwali door de Regering van de Duitse Bondsrepubliek gehanteerde teit en klimaat ), gecorrigeerd aan de hand van factoren zoals criteria voor het aanwijzen van de drie soorten aan de heterogeen karakter van de grond , natuurlijke situatie inzake Commissie opgegeven gebieden beantwoorden aan de ken waterafvoer , enz ., met inbegrip van andere dan natuurlijke merken van respectievelijk berggebieden , probleemgebieden produktieomstandigheden ; en gebieden met specifieke problemen , als bedoeld in arti Overwegende dat de maximale waarde van genoemd criteri kel 3 , lid 3 , lid 4 en lid 5 , van Richtlijn 75 / 268 / EEG ; um voor de agrarische probleemgebieden werd vastgesteld op 28 , wat overeenkomt met 70% van het nationale Overwegende dat volgens door de betrokken Lid-Staat gemiddelde ( 40 ) ( behalve voor twee gebieden : 29,1 en 29,2 ); verstrekte gegevens , deze gebieden over toereikende collec dat voor bepaalde specifieke gevallen deze waarde is vastge tieve voorzieningen beschikken , steld op 32,5 voor agrarische probleemgebieden waar de oppervlakte van weiden en blijvend grasland meer dan 80 /o van de totale oppervlakte cultuurgrond ( OCG ) uitmaakt ; HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD : Overwegende dat als criterium inzake geringe bevolkings dichtheid als bedoeld in artikel 3 , lid 4 , onder c ), van Artikel 1 Richtlijn 75 / 268 / EEG een relatief hoge waarde van 130 inwoners per km 2 is gehanteerd ( waarbij , in één geval , de De in de bijlage vermelde gebieden van de Bondsrepubliek bevolking van stedelijke en industriële centra niet is meege Duitsland worden opgenomen in de communautaire lijst van rekend ); dat dit criterium desalniettemin op ongeveer 50 % agrarische probleemgebieden in de zin van artikel 3 , lid 3 , ligt van het nationale gemiddelde ( 247 ); dat dit een afspie lid 4 en lid 5 , van Richtlijn 75 / 268 / EEG . geling is van de situatie in een dichtbevolkte Lid-Staat met een sterk gedecentraliseerde secundaire en tertiaire sector die zijn verschillende gebieden met talrijke voorzieningen en diensten ( infrastructuur ) heeft uitgerust ; dat de rentabiliteit van deze Artikel 2 voorzieningen en diensten een relatief hoge bevolkingsdicht heid vereist ; dat bovendien als minimumaandeel van de Richtlijn 75 / 270 / EEG wordt ingetrokken . landbouwberoepsbevolking in de totale beroepsbevolking 15% is aangehouden , behalve voor twee gebieden ( 7,7 en 12,1 % ), terwijl het nationale gemiddelde 5,1 % bedraagt ; Artikel 3 Overwegende dat voor het aanwijzen van de gebieden die met Deze richtlijn is gericht tot de Bondsrepubliek Duitsland . specifieke handicaps te kampen hebben en die met probleem gebieden kunnen worden gelijkgesteld , als bedoeld in arti kel 3 , lid 5 , van Richtlijn 75 / 268 / EEG , als criteria zowel het bestaan van voor de produktie ongunstige omstandigheden ( LVZ in het algemeen minder dan 25 ) als problemen die Gedaan te Brussel , 14 juli 1986 . voortvloeien uit de verplichtingen in verband met de kustbe scherming en het behoud van het landschap in aanmerking Voor de Raad werden genomen ; dat bovendien de totale oppervlakte van De Voorzitter deze gebieden niet meer dan 4% van de totale oppervlakte M. JOPLING van de betrokken Lid-Staat bedraagt ; 24 . 9 . 86 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr L 273 / 3 ANEXO — BILAC — ANHANG — ΜΠΑΠΤΗΜΑ — ANNEX — ANNEXE — ALLEGATO — BIJLAGE — ANEXO BENACHTEILIGTE GEBIETE IN DER BUNDESREPUBLIK DEUTSCHLAND - GEBIETSVERZEICHNIS — Seite Schleswig-Holstein Benachteiligte Agrarzone 4 Kleines Gebiet g Hamburg Kleines Gebiet ^ Niedersachsen Benachteiligte Agrarzone 10 Kleines Gebiet ^ Bremen Benachteiligte Agrarzone 21 Nordrhein - Westfalen Berggebiet 22 Benachteiligte Agrarzone 22 Hessen Benachteiligte Agrarzone 27 Rheinland-Pfalz Benachteiligte Agrarzone 44 Kleines Gebiet ^2 Baden-Württemberg Berggebiet 65 Benachteiligte Agrarzone 70 Kleines Gebiet g2 Bayern Berggebiet 83 Benachteiligte Agrarzone <37 Saarland Benachteiligte Agrarzone ] ni Kleines Gebiet Benin Kleines Gebiet 103 24 . 9 . 86 Nr . L 273 / 4 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen SCHLESWIG-HOLSTEIN BENACHTEILIGTE AGRARZONE 001 Flensburg , Kreisfreie Stadt Gemeinde mit Teilflächen 000 Flensburg mit Gemarkung Flensburg Flur W 43 bis W 45 Flur X 40 bis X 45 Flur Y 39 bis Y 46 Flur Z 38 bis Z 47 Flur A 38 bis A 47 Flur B 38 bis B 47 Flur C 38 bis C 48 , C 52 Flur D 38 bis D 43 , D 52 / D 53 Flur E 38 bis E 42 Flur F 38 bis F 41 Flur G 38 , G 39 004 Neumünster , Kreisfreie Stadt Gemeinden 000 Neumünster 051 Kreis Ditmarschen Gemeinden Sankt Michaelisdonn Hennstedt 097 301 Albersdorr D49 098 Sarzbüttel