Memorandum 2018

Inhoudsopgave

Voorwoord 1

Inleiding 2

Tendensen en evoluties 3

Uitdagingen 4

Domein Algemene organisatie 9 Algemeen management 9 Financiën 11 Samenwerkingsverbanden 15 Communicatie 20 Informatie 22 Personeel 28 Infrastructuur 31

Domein Veiligheid 33 Veiligheid en leefbaarheid 33 Verkeersveiligheid 37

Domein Ruimte 41 Ruimtelijke ordening en economie 41 Mobiliteit 48 Klimaat 53 Water 56 Wonen 60

Domein Leven 63 Kind en jeugd 63 Zorg en gezondheid 68 Sociale hulp- en eerstelijnsdienstverlening 70

Domein Cultuur en vrije tijd 73 Cultuur en toerisme 73 Verenigingsleven, vrije tijd en recreatie 77

Nawoord 80

Voorwoord

Een meerjarige beleidsplanning vertrekt vanuit verschillende informatiebronnen. Om die verschillende informatiebronnen (cijfers, wetgeving, kennis, huidige stand van zaken en tendensen) te verweven tot één relevant geheel, doet de admi- nistratie bij het begin van iedere legislatuur een oefening. Het resultaat hiervan is het memorandum.

Het voorliggende memorandum kwam tot stand met alle ambtelijke actoren binnen Dendermonde: stad, OCMW, AGB en politie. Ieder kon bijdragen naargelang de expertise. Door samen beleidsvoorbereidend te denken, willen we een overkoepelende input bieden aan de nieuwe bestuursploeg.

Het memorandum schetst een profiel van ons lokaal bestuur, zowel de sterke kanten als de uitdagingen. Het is een document met veel open vra- Het memorandum 2018 is gen en veel feiten, een beginpunt voor de administratie om in overleg te gaan met het bestuur. Het biedt het bestuur de mogelijkheid om op efficiën- “ een document waaraan te manier een overzicht te krijgen en om richting te geven. zowel de stad, het OCMW,

We hopen hierdoor een basis te leggen voor het bestuur om te komen tot het AGB als de politie een duidelijke en gedragen ambitie voor Dendermonde. meewerkten.

Wouter Van der Vurst Edwin Deplanter Patrick Feys algemeen directeur financieel directeur korpschef lokale politie

Memorandum | oktober 2018 | pg. 1

Inleiding

De opmaak van het memorandum 2018 is het werk van de voltallige administratie van het lokale bestuur.

Er werd doordacht te werk gegaan en verschillende medewerkers uit diverse diensten van de stad, het OCMW, het AGB en de politie werkten mee aan het document. De omgevingsanalyse werd integraal aangepakt. Er werd ondersteuning geboden door de firma Q&A voor het organiseren van de beleidsdagen en het opmaken van een eerste ontwerp van inspiratienota.

Een werkgroep bestaande uit medewerkers van de stad, het OCMW, het AGB en de politie hebben het traject uitgestip- peld en begeleid.

Tijdens de kick-offvergadering op 2 maart 2018, waarop alle medewerkers van het lokale bestuur uitgenodigd waren, werd een schets gegeven van Dendermonde en werd het verdere traject toegelicht.

Daarna werden per domein (ruimte, vrije tijd, leven …) beleidsdagen georganiseerd waarin de verschillende uitdagingen en bedreigingen voor Dendermonde werden besproken.

Op de denkdag van 15 juni 2018 werden de medewerkers uitgenodigd om samen een verhaal te schrijven: ‘We maken een toekomstverhaal voor Dendermonde’. De uitkomst van deze dag werd meegenomen in de verdere uitwerking en o.a. de kaft van dit werk is het resultaat van deze dag.

Het voorliggend memorandum wenst een beeld te schetsen van Dendermonde in statistieken en cijfers enerzijds en trends en uitdagingen anderzijds.

Het memorandum is opgebouwd uit verschillende delen. Vooreest wordt een beeld gegeven van Dendermonde in cijfer- matige trends. Daarna worden een aantal uitdagingen voor de toekomst belicht.

Vervolgens wordt er per domein dieper ingegaan op de verschillende thema’s.

We hebben ons voor deze oefening gebaseerd op verschillende cijfers en bronnen. Deze staan gebundeld op: https://digitaal.dendermonde.be. Mail naar [email protected] indien u deze bronnen wenst te raadplegen.

Memorandum | oktober 2018| pg. 2

Tendensen en evoluties

Demografische evolutie

De Dendermondse bevolking neemt toe. In 2000 telde Dendermonde 43.137 inwoners, in 2018 reeds 45.670. De prog- nose is dat we in 2035 met 49.863 inwoners zijn.

In Dendermonde is er een negatieve natuurlijke aangroei van de bevolking wat wil zeggen dat er minder geboortes (in 2017: 326) dan overlijdens (in 2017: 423) zijn. Het stijgende aantal inwoners is te verklaren door een positief migra- tiesaldo, dus er komen meer mensen in Dendermonde wonen dan dat er uit Dendermonde verhuizen. Er zijn 1957 inwo- ners met een vreemde nationaliteit, wat een sterke stijging is ten opzichte van 6 jaar geleden (949 inwoners).

Er zijn 19.997 huishoudens in Dendermonde, waarvan 32,9 % alleenstaanden, 34,9 % van de huishoudens bestaat uit 2 personen, 14,9 % van de huishoudens uit 3 personen en tenslotte 17,4 % uit vier of meer personen.

Trends

• Dendermonde is, na de centrumsteden en samen (het aandeel 85-plussers t.o.v. het aantal 60- met enkele gemeenten van vergelijkbare grootte, plussers) scoort Dendermonde hoog. De veroude- ongeveer de vijftiende stad van Vlaanderen en ring van de bevolking is een fundamentele trend, heeft een regionale centrumfunctie. Dendermon- met gevolgen voor de dienstverlening, de econo- de is dichtbevolkt (820 inwoners per vierkante kilo- mie, veiligheid, mobiliteit en de kosten inzake pensi- meter; cluster: 414; Vlaams Gewest: 482). oenen en gezondheidszorg.

• Het valt op dat onze bevolking minder snel groei- • Voor de volgende jaren wordt nog een beperkte de dan in de centrumsteden en dan in het Vlaams verdere daling van de gemiddelde gezinsgrootte Gewest. Volgens de bevolkingsprojecties van de verwacht met een stijging van het totale aantal ge- Vlaamse Regering houdt deze trend niet aan in zinnen als gevolg. de toekomst (periode tot 2035: +9,4 % ten opzichte van +7,5 en +7,6 %) maar stijgen wij sterker. • Er is een toename van personen in armoede, meer mensen met schulden, een sterke stijging van het • Door de blijvende instroom van nieuwe bewoners aantal geboorten in kansarme gezinnen (2010: (van buiten Dendermonde) kan verwacht worden 4,9 %, 2016: 9,5 %). dat de (licht) stijgende trend van het aantal inwo- ners zich ook de komende jaren nog zal blijven doorzetten;

• Ongeveer 1/3 van de Dendermondse bevolking is jonger dan 26 jaar. Deze leeftijdsgroep stijgt de laatste jaren in Dendermonde. Dit komt onder ande- re door een aantal nieuwe wijken die jonge gezin- nen aantrekken. Door deze wijken moet er gezorgd worden voor voldoende infrastructuur binnen, spel en sportterreintjes maar ook buiten deze wijken, bv. scholen.

• De bevolking van Dendermonde blijft vergrijzen. Dit stemt overeen met de cijfers van de rest van Oost-Vlaanderen. Ook inzake de interne vergrijzing

Memorandum | oktober 2018 | pg. 3

Uitdagingen voor de toekomst

Durven we gaan voor duurzame ontwikkeling?

“We hebben de aarde niet geërfd van onze De achterliggende visie kan in 6 waarden wor- ouders, maar we hebben haar in bruikleen ge- den samengevat: universeel, inclusief, ondeel- kregen voor onze kinderen”, is een vaak ge- baar, langetermijn visie, integrale aanpak en hoorde uitdrukking wanneer we het hebben samenwerken. Ook op het lokaal vlak kunnen 1over duurzaamheid, klimaatveranderingen, we hiermee aan de slag, immers raken de milieuvervuiling … en ga zo maar door. doelstellingen ook veel problematieken op ste- delijk niveau: kinderarmoede, kwalitatief onder- In 2015 ondertekende België, samen met 192 wijs, duurzame energie, schoon water … andere landen, de SDG verklaring. SDG staat Om te slagen in een efficiënte aanpak zal sa- voor ‘substainable development goals’, ofwel menwerken met verschillende partners onont- duurzame ontwikkelingsdoelstellingen. De beerlijk zijn: verschillende overheden, scholen, Verenigde Naties promoten wereldwijd deze bedrijven, middenveld, burgers … doelstellingen voor 2016 tot 2030. Het stedelijke niveau kan hierbij een belangrij- Naast duurzame ontwikkeling ligt de nadruk ke rol vervullen, hetzij als actor, hetzij als facili- ook op ontwikkelingssamenwerking, met doel- tator, hetzij als regisseur. stellingen als geen armoede, geen honger … De problematieken die de SDG’s willen aan- De 17 doelstellingen zijn onlosmakelijk met pakken zijn zo complex, dat een transversale elkaar verbonden, als je op één doelstelling en multidisciplinaire aanpak noodzakelijk is, werkt, heeft dit ook effect op andere. ook op lokaal vlak.

VRAGEN AAN DE BESTUURSPLOEG • Is het lokaal bestuur van plan de engagementsverklaring ‘global goals, local focus’ te onderteke- nen? Is het lokale bestuur bereid dit internationaal kader te gebruiken voor het meerjarenplan? • Hoe kan het lokaal bestuur zijn voorbeeldfunctie invullen? Welke accenten wil het lokaal bestuur leggen? • Hoe wenst het lokale bestuur de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen te integreren in de aange- boden dienstverlening? • Welke partnerschappen wenst het lokale bestuur aan te gaan?

Memorandum | oktober 2018 | pg. 4

Durven we kiezen?

Er worden veel initiatieven genomen maar o.a. In een lokaal bestuur zijn we al te vaak bezig wegens de financiële situatie blijft de stad ge- met dagelijkse dienstverlening en ontbreekt de dwongen om keuzes te maken. We moeten tijd om de strategische langetermijnkijk te be- durven kiezen en, eens de keuze gemaakt, houden. moeten we er resoluut, creatief en toch ge- 2 structureerd voor gaan. Hiervoor moet tijd, budget en personeelsinzet vrijgemaakt worden. Aansluitend moet het ook De keuze moet duidelijk maken wat het brede duidelijk zijn welke thema’s lagere prioriteit verhaal is: de grote kapstok waar iedereen zijn krijgen. stuk kan aan ophangen.

VRAGEN AAN DE BESTUURSPLOEG • Hoe willen we ons als stad profileren? • Welke zijn de belangrijke keuzes die het bestuur maakt? • Welke rol neemt de stad-OCMW op in de verschillende beleidsdomeinen (faciliteren, coördine- ren, regisseren …)? • Welke doelstellingen en projecten worden prioritair; op welke projecten wordt er minder actief ingezet? Wat wordt niet meer gedaan? • Wie stuurt? Wie bewaakt de aan te houden koers?

Durven we luisteren – verbondenheid door participatie?

Iedereen communiceert met iedereen: we le- Dat vergt een andere manier van werken, or- ven in tijden van meerrichtingscommunicatie. ganiseren en zelfs communiceren. Terwijl de overheid vroeger vooral de zender was, liggen de zaken nu anders. Burgers wor- Als lokaal bestuur is het nodig om mee te den mondiger en hebben, in deze digitale tij- groeien in het verhaal van burgerinitiatieven 3 den, genoeg platformen ter beschikking om te om een breed draagvlak te creëren. Een mo- spreken. dern lokaal bestuur staat open voor sociale innovatie, luistert naar burgers die een goed Dat hoeft niet bedreigend te zijn, integendeel. idee hebben en geeft zulke projecten extra Door te luisteren en te praten spelen overhe- zuurstof. Uiteraard zonder in te boeten op den beter in op vragen en noden van het pu- 'klassieke' kanalen. bliek. De overheid evolueert van een informe- rende naar een converserende overheid.

VRAGEN AAN DE BESTUURSPLOEG • Krijgt burgerparticpatie een volwaardige plaats in het meerjarenplan? Welke sporen zal het be- leid hierbij volgen? • Werken we met burgerbudgetten? • Investeren we in de professionele ontwikkeling van inspraak en participatie? • Welke participatietrajecten willen we vorm geven?

Memorandum | oktober 2018 | pg. 5

Durven we gaan voor radicaal digitaal …?

We worden meer en meer geconfronteerd met ICT is een kritische succesfactor en verweven digitalisering van alle aspecten in de samenle- met alle diensten. Het is belangrijk dat vol- ving. De afgelopen jaren werd volop ingezet op doende middelen (financieel/personeel) voor- de digitalisering van onze dienstverlening bv. handen zijn om ICT op een correcte manier via online attesten, online inschrijving voor aan te bieden. Een te krap ICT-budget wordt 4 sport- en jeugdkampen, online ticketverkoop … ervaren als rem voor een efficiënte werking Ook de volgende jaren moeten we hier verder van de organisatie. blijven op inzetten. De administratie moet de nodige ruimte en Een lokale overheid zet volop in op digitale middelen krijgen om de implementatie van ontwikkelingen. Maar: een ongenuanceerde nieuwe technologieën van nabij op te volgen. focus op ‘radicaal digitaal’ werkt niet. Ook Belangrijk hierbij is de nood om voldoende én mondelinge en gedrukte communicatie zijn gekwalificeerd personeel in te zetten en het cruciaal. Dit vraagt om een doordachte, ver- verandertraject te begeleiden. sterkende en gedoseerde inzet van verschil- lende kanalen. Want als lokale overheid com- We hopen dat doorgedreven digitalisering re- municeer je met burgers via de kanalen die ze sulteert in extra mogelijkheden en tijd voor écht gebruiken: zowel digitaal, mondeling als menselijke contacten met de burger. Daar- gedrukt. naast creëert een slimme digitalisering ook meer ruimte voor interessante beleidsmatige We moeten er voor zorgen dat onze burgers projecten. deze trein niet missen door enerzijds te blijven inzetten op de klassieke kanalen en anderzijds te investeren in vorming. Hierin kan de biblio- theek een centrale rol spelen.

VRAGEN AAN DE BESTUURSPLOEG

• Hoever gaat het bestuur in de uitbouw van digitale dienstverlening? • Welke alternatieve vormen worden geboden voor de digitale dienstverlening? • Wil het bestuur middelen voorzien om de personeelsleden en burgers te begeleiden doorheen de digitale werking? • Krijgen bibliotheek en lokale dienstencentra de ruimte om verder in te zetten op digibetisme?

Durven we denken buiten de grenzen – verbondenheid door fusie met onze buren?

Momenteel lopen in Vlaanderen 7 vrijwillige ven verdedigen en om aantrekkelijk te blijven fusieprojecten waarbij 15 gemeenten betrok- voor investeerders en burgers. ken zijn. 4 van deze fusies (9 betrokken ge- meenten) vinden plaats in Oost-Vlaanderen. Met een gemixt profiel (landelijk en stedelijk) 5 Fusie zal het ruime gemeentelijk landschap en creëert de fusiegemeente een divers aanbod de er aan verbonden impact per gemeente voor inwoners, dat beter in staat zal zijn op alle wijzigen. maatschappelijke uitdagingen een antwoord te geven. De keuze van de fusiepartner dient nog Dendermonde is rationeel een interessante verder onderzocht te worden maar zal sterk partner voor de omliggende gemeenten, maar bepaald worden vanuit de gedragenheid bij de is emotioneel een afschrikwekkende ‘grote bevolking. Indien het bestuur fusie wenst, lijkt stad’. Zowel voor de omliggende gemeenten het aangewezen de besprekingen met de bu- als voor Dendermonde zelf is fusie de beste ren zo snel mogelijk aan te vatten. manier om de stem van de eigen regio te blij-

Memorandum | oktober 2018 | pg. 6

Ook in het kader van veiligheid wordt schaalver- De samenleving is onder meer omwille van tech- groting tussen politiezones aangemoedigd en nologische evoluties te complex geworden. zien we dat deze tendens zich meer en meer Daarenboven wordt de financiële druk op de voordoet . Vrijwillige fusies herleiden het aantal diverse begrotingen om een basispolitiezorg te politiezones sinds de politiehervorming van 196 garanderen groter en groter. zones tot 186 zones begin 2019. De federale druk neemt toe om het aantal zones substantieel Schaalvergroting heeft zowel voor- als nadelen. te reduceren. Enerzijds kan het opportuniteiten opleveren, gaande van besparingen op overhead, verzeke- Schaalvergroting moet ernstig genomen worden ren van de continuïteit in de taakuitvoering, bete- omdat de politie als organisatie aan slagkracht re aanpak van grensoverschrijdende criminali- dreigt te verliezen in een te versnipperd land- teit, een efficiënter aankoopbeleid, enz. Ander- schap. zijds kunnen er ook bedreigingen zoals een toe- name van de bureaucratie gepaard mee gaan.

VRAGEN AAN DE BESTUURSPLOEG • Overwegen we fusie als middel om de bestuurlijke impact voor de Dendermondse burgers te bestendigen in een wijzigend gemeentelijk landschap? Zo ja, met welke partners? • Overwegen we een uitbreiding van de politiezone, minimaal met de fusiepartners, eventueel met de partners van Hulpverlengingszone Oost?

Durven we gaan voor een inclusief beleid?

Het lokaal bestuur is verantwoordelijk voor een schappelijking van de zorg, proactieve wer- inclusief beleid. De stad Dendermonde onder- king, onderbescherming tegengaan, een geïn- steunt organisatiebrede, integrale en inclusieve tegreerd breed onthaal invoeren, participatie acties die bijdragen tot de realisatie van de van de kwetsbaren ... 6 sociale grondrechten van minderheidsgroepen in de samenleving. Het lokaal bestuur is tevens een verplichte partner in de oprichting van de eerstelijnszo- Vanuit het onderwijs kan de gemeente een nes. Momenteel is de eerste lijn in Vlaanderen integraal beleid voeren voor alle kinderen, jon- gefragmenteerd en onvoldoende voorbereid geren en volwassenen. De gemeenteschool om goede, geïntegreerde en, zo nodig, multi- heeft bovendien alle troeven om een echte disciplinaire zorg te kunnen afleveren aan per- brede school te worden. Het is perfect mogelijk sonen met een chronische zorgnood. om heel wat gemeentelijke dienstverlening in of rond de school uit te bouwen: de bibliotheek, De zesde staatshervorming heeft de gemeen- kinderopvang, de academie, sport … Ook mo- schappen belangrijke extra bevoegdheden toe- biliteit, ruimtelijke ordening, sociale zaken zijn gekend. De Vlaamse regering grijpt dit mo- verbonden met onderwijs. mentum aan om de eerstelijnszorg zowel op vlak van structuren als inhoud te reorganise- We willen blijven inzetten op een inclusief vrije- ren. Hierbij staan de samenwerking en afstem- tijdsbeleid waaraan verschillende beleidsdo- ming centraal, verwijzend naar actuele tenden- meinen (jeugd, sport, kinderopvang) bijdragen. sen zoals de sterke vergrijzing, minder ligda- gen in de ziekenhuizen en daling van het aan- Het nieuwe decreet Lokaal Sociaal Beleid be- tal huisartsen. paalt nu ook inhoudelijke beleidslijnen voor dit Het lokaal sociaal beleid is dus volop in bewe- lokaal sociaal beleid: kiezen voor vermaat- ging.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 7

VRAGEN AAN DE BESTUURSPLOEG • Neemt het bestuur steeds zijn beslissing in functie van de bijdrage tot de realisatie van sociale grondrechten van minderheidsgroepen in de samenleving (vreemdelingen, kansarmen, mensen met een beperking …)? • Dragen we toegankelijkheidsbeleid hoog in het vaandel door steeds de 7 B’s van toegankelijk- heid af te toetsen? • Creëren we voldoende kansen tot integratie en inburgering van “nieuwe” Dendermondenaren (onthaalbeleid, taalbeleid, oefenkansen Nederlands …)? • Creëren we voldoende aanbod aan betaalbare en kwaliteitsvolle huurwoningen? • Stemmen we onze subsidiedossiers af op de huidige noden binnen het te voeren sociaal beleid? • Creëren we binnen onze organisatie een netwerk van mensen die onderling afstemmen en hier- door beleidsacties rijker en inclusiever maken?

Durven we experimenteren?

In de toekomst willen we meer buurtgericht en Bovendien wensen we dat diensten ook meer outreachend werken met de bedoeling het projectmatig en dienstoverschrijdend samen- aanbod van het lokaal bestuur dichter bij de werken. Er moet ruimte komen om te experi- burger te brengen en op maat van de buurt af menteren: om nieuwe dingen te doen en om te stemmen. dingen op een nieuwe manier te doen. 7

VRAGEN AAN DE BESTUURSPLOEG • Krijgen de deelgemeenten Appels, Schoonaarde, Mespelare en Oudegem ook een lokaal dien- stencentrum? • Kunnen we de ldc’s een verruimende functie geven? • Investeren we in projectwerking in de verschillende buurten? • Welke dienstverlening willen we decentraal vorm geven?

Memorandum | oktober 2018 | pg. 8

Domein algemene organisatie

Algemeen management

Strategie en planning

Het is voor iedereen in Dendermonde duidelijk dat er veel initiatieven genomen worden. Wegens de financiële situatie blijft de stad gedwongen zijn om keuzes te maken. Deze keuzes moeten richtinggevend zijn en voor het beleid en de administratie duidelijk maken op welke doelstellingen hoog zal ingezet worden en welke een lagere prioriteit meekrijgen. Er is met andere woorden nood aan een breed gekaderd profileringsverhaal, een meta-niveau waarin de verschillende projecten hun plaats kunnen krijgen.

De manier waarop de stad zich profileert en dus ook communiceert, hangt echter niet alleen af van de eigen stadsadmi- nistratie. Uitgaande van de toenemende verwevenheid tussen de verschillende belangengroepen en netwerken die in, rond en met onze stad aan het werk zijn, moeten alle bevoorrechte partners diezelfde koers willen en kunnen aanhou- den. Hierbij hebben we het onder meer over de stad, het OCMW, politie, AGB … Als zij allen dezelfde boodschap ver- kondigen en dezelfde kernwaarden als bouwsteen voor hun acties aanhouden, moet het mogelijk zijn om een doordron- gen, gedragen en geloofwaardig verhaal te brengen.

We moeten durven kiezen en eens de keuze gemaakt, moeten we er resoluut, creatief en toch gestructureerd voor gaan. De keuze moet duidelijk maken welke het brede verhaal is waar we voor gaan: de grote kapstok waar iedereen zijn stuk kan aan ophangen.

Aandachtspunten

Strategie en planning

1

Een sterk beleid kan niet zonder een sterke, flexibele en Die burger wil - terecht - een performante, efficiënte en veerkrachtige organisatie met enthousiaste, gemotiveer- professioneel georganiseerde administratie waar hij trots de en professionele mensen die gestructureerd, efficiënt kan op zijn. en effectief kunnen werken. Zo een organisatie komt niet zomaar tot stand. Tussen waar we nu staan en wat we Samen met de organisatie bouwen aan een duidelijke uiteindelijk willen bereiken, is nog een heel traject af te missie en visie en van daaruit alles afleiden naar operati- leggen en zijn er tal van afspraken nodig omtrent aan- onele doelstellingen en jaaractieplannen, is belangrijk. pak, afstemming en methode. We willen dit doorvertalen tot op het niveau van elke medewerker waardoor het zichtbaar wordt hoe iedereen Als medewerker is het ontzettend belangrijk om te weten daadwerkelijk bijdraagt tot de realisatie van de voorop- waar de stad in de komende legislatuur zal voor gaan. gestelde doelstellingen. Regelmatige opvolging en com- De medewerker is niet alleen het eerste klankbord voor municatie is hierbij cruciaal. de burger, hij/zij is ook een ambassadeur van zijn/haar stad. De vertaling van de missie naar elke medewerker De medewerker is niet alleen het eerste is dus van fundamenteel belang. Zo wordt niet alleen klankbord voor de burger, meer resultaat behaald op kortere termijn, maar brengt “ de stad, met de eigen personeelsleden als getuigen, ook hij/zij is ook een ambassadeur van de stad. een oprecht geloofwaardig verhaal naar de veeleisende De vertaling van de missie naar burger toe. elke medewerker is van fundamenteel belang.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 9

Samenwerking schepencollege- 2 managementteam

Een goede samenwerking tussen het managementteam Door de fusie stad-OCMW zal de werking van het MAT en het college van burgemeester en schepenen is nood- ook mee evolueren met de veranderende organisatie. zakelijk voor een efficiënte, goedwerkende organisatie. Goede en correcte communicatie is hiervoor onontbeer- Een goede vertrouwensrelatie tussen beide is hiervoor lijk. Dit draagt eveneens bij tot een efficiënt overleg. onontbeerlijk. Het managementteam en het college van burgemeester Bij aanvang van de nieuwe legislatuur is het noodzake- en schepenen moeten in hun samenwerking verder blij- lijk om een afsprakennota tussen het managementteam ven inzetten op (middel)lange termijndenken waarbij en het college van burgemeester en schepenen af te voldoende aandacht wordt geschonken aan proces- en sluiten. Deze nota dient als leidraad tijdens de legisla- visievorming. tuur en vormt een basis om in vertrouwen met elkaar dossiers te behandelen.

In besprekingen over de samenwerking tussen en de werking van het managementteam en het college van Een goede vertrouwensrelatie burgemeester en schepenen is het belangrijk om oog te “tussen het schepencollege en hebben voor een goede rolverdeling. het managementteam is onontbeerlijk.

Een nieuwe rol voor de 3 lokale overheid

We leven vandaag in een ‘VOCA-wereld’: een wereld die Dat vergt een andere manier van werken, organiseren vluchtig, onzeker, complex en ambigu is. Deze VOCA- en zelfs communiceren. De overheid evolueert immers wereld toont zich ook in trends van digitalisering, sociale van een informerende naar een converserende over- media enzovoort. Dat zijn evengoed kanalen waarop de heid. lokale overheid moet inzetten. Uiteraard zonder in te boeten op 'klassieke' kanalen; Bovendien wordt de burger steeds ongeduldiger en deze blijven immers belangrijk. mondiger. Hiermee leren omgaan en hier op een proac- tieve manier op leren inspelen is essentieel. 4 Werkprocessen

Werkprocessen zijn het cement van een goede uitvoe- • de klant en het eindproduct staat centraal, niet de uit- ring op het ogenblik dat een organisatie te groot wordt voerder verder te bouwen op informele communicatie. Het stads- • duidelijkheid rond proceseigenaars. bestuur maakt die overstap, zeker nu stad en OCMW evolueren naar 1 organisatie. Op dit ogenblik zijn er een aantal processen uitgeschre- ven. Dit aantal dient sterk te verhogen. Er is een samen- Werkprocessen hebben verschillende voordelen: werking met een extern bureau, maar het is aangewe- • inschakelen van mensen in nieuwe taken kan vlotter zen het procesmatig denken en werken organisatiebreed verlopen aan te pakken. • de stap naar verdere automatisering en digitalisering van werkprocessen beter kan worden voorbereid • kwaliteitscontroles en audits kunnen makkelijker wor- den uitgevoerd

Memorandum | oktober 2018 | pg. 10

Financiën

Lokale context

Onze focus verschuift geleidelijk van de stadsfinanciën naar lokale financiën die nauw verbonden zijn met de planning en de financiën van de partnerbesturen van de stad.

Als gevolg van het decreet lokaal bestuur dat in werking treedt vanaf 2019 werken de stad en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn als geïntegreerde besturen. Het financieel beheer van beide besturen kan beter en volledi- ger dan voorheen geïntegreerd worden.

Doordat de politiezone Dendermonde een ééngemeentezone is die onder de rechtspersoonlijkheid van de stad valt kan het financieel beheer van onze drie grootste lokale besturen (stad, ocmw en politiezone) globaal bekeken worden.

Ook de relaties met ons autonoom gemeentebedrijf zijn nauw. Vanaf de toepassing van de nieuwe versie van de Be- heers- en Beleidscyclus (BBC), uiterlijk in 2020 zullen ook de banden met ons AGB aangehaald worden. De financiële evenwichten worden dan immers op geconsolideerde basis geëvalueerd.

Waar er voorheen dus bij het opstellen van een omgevingsanalyse een grote focus was op de stadsfinanciën moet de aandacht bijgesteld worden naar het ruimere geheel. De stad blijft belangrijk als moederbestuur, waar fiscale bevoegd- heden berusten en als kruispunt van besluitvorming waarbij de andere partnerbesturen vertegenwoordigd zijn.

Nog meer dan vroeger moet het financieel beheer uitgewerkt worden voor ‘groep Dendermonde’. Het denken als loka- le groep geldt zowel beleidsmatig, beheersmatig, inzake budgettering en planning, overheidsopdrachten, financiering enz. Er moet gezocht worden naar het juiste evenwicht tussen samenwerking en zelfstandigheid van stad, OCMW, poli- tiezone en autonoom gemeentebedrijf.

Naast deze groep van vier besturen (stad, OCMW, politiezone en AGB) zijn er nog tal van andere verbonden besturen: Ros Beiaardcomité vzw, CC Belgica vzw, SWOD vzw, de sociale kruidenier, de eredienstbesturen, de polders, de hulp- verleningszone en vele intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Naar al deze entiteiten zijn er inhoudelijke banden en belangen en ook financiële consequenties. Voor deze verbonden besturen moeten de stad en het OCMW de gepas- te rol opnemen van subsidiërend bestuur, toezichthouder, deelnemer of regisseur.

De stadsfinanciën

Zoals gezegd heeft de stad een centrale rol binnen het lokale geheel.

De stadsfinanciën kunnen niet los gezien worden van de algemene visie en strategie van de stad. De algemene strate- gische keuzes hebben een beslissende invloed op financiën. Het beleid zal prioriteiten moeten bepalen in functie van de budgettaire mogelijkheden.

Uit de vergelijking met de andere gemeenten uit onze cluster1 blijkt dat Dendermonde globaal genomen op financieel vlak vrij gemiddeld De stadsfinanciën kunnen niet los presteert2. Hierna worden de belangrijkste vaststellingen in verband “ gezien worden van de algemene met de ontvangsten, de uitgaven, de schuld en de investeringen ge- visie en strategie van de stad. groepeerd.

1Bron: de studies van Belfius van begin 2018 waarbij Dendermonde vergeleken wordt met andere besturen op basis van de jaarrekeningen tot 2016 en de budgetten tot 2017. 2Dendermonde bevindt zich in een cluster met regionale steden die gemiddeld echter kleiner zijn, wat de vergelijking soms wel wat scheef trekt.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 11

Ontvangsten Uitgaven

• Het kadastraal inkomen en bijgevolg de opbrengst uit • De totale uitgaven van de gewone dienst bevinden zich onroerende voorheffing zijn aan de lage kant: op- op een gemiddeld niveau (ongeveer 1.450 EUR per brengst van 530 EUR per inwoner in Dendermonde ten inwoner). opzichte van 636 EUR per inwoner in het Vlaams Ge- • De stedelijke bijdrage voor de politiezone is hoger dan west. Het aantal sociale huurwoningen is te Dender- in de cluster als gevolg van een iets grotere personeels- monde relatief zeer hoog: er zijn 42 sociale woningen formatie dan wettelijk vereist (uitgave per inwoner 2016 per duizend inwoners (cluster: 23; Vlaams Gewest 20). Dendermonde:158; cluster: 113; Vlaams Gewest 118). • De opbrengsten uit de personenbelasting zijn normaal. • De dotatie aan het OCMW is hoger dan gemiddeld als Het inkomen van de inwoners van Dendermonde be- gevolg van de uitgebouwde dienstverlening (uitgave per vindt zich op een gemiddeld niveau. inwoner 2016: Dendermonde:152; cluster:138; Vlaams • De aanslagvoeten inzake personenbelasting (7,80 %) Gewest 123). en onroerende voorheffing (1.400 opc) zijn op een ge- middeld niveau en bleven al vele jaren onveranderd. De schuld, waarborgen en risico’s • De belangrijkste ontvangsten zijn de dotatie uit het ge- meentefonds (260 EUR per inwoner), ontvangsten uit • De langetermijnschuld van de stad, het OCMW en de de personenbelasting (341 EUR per inwoner, iets hoger politiezone zijn laag en de trend is al sinds 2012 onop- dan gemiddeld) en ontvangsten uit de onroerende voor- houdelijk dalend. heffing (263 EUR per inwoner, iets minder dan gemid- • Door de lage intrestvoeten en de herstructurering van deld). de leningen dalen de leningslasten substantieel. • De lokale fiscaliteit is lager dan gemiddeld (88 EUR per • De schuld, waarborgen en risico’s zijn beperkt en wor- inwoner in vergelijking met 123 EUR in het Vlaams Ge- den periodiek opgevolgd. Dit is belangrijk teneinde te west). voldoen aan de eisen van het toezicht en gewapend te • De totale fiscale druk bevindt zich op een gemiddeld zijn tegen budgettaire en financieringsrisico’s. niveau.

• Ontvangsten gewone dienst oorspronkelijk budget De investeringen 2016: 61.503.993 EUR. • Het jaarlijks investeringsniveau van de stad bedraagt • De financiering van de investeringen gebeurt hoofdza- kelijk met eigen middelen en in mindere mate door sub- ongeveer 6 tot 10 miljoen EUR. sidies en verkopen. • De investeringen van de andere lokale partnerbesturen Leningen zijn nodig om de meerjarenplanning rond te fluctueren jaar na jaar, meestal op een lager niveau. krijgen, maar moesten sinds 2012 niet meer effectief • Daarbij valt het op dat het – net zoals in de andere aangegaan worden. Dit is het gevolg van Vlaamse besturen – moeilijk is om de realisatiegraad de rekeningresultaten die iets gunstiger hoog te krijgen omwille van tal van redenen en oorza- afsluiten dan geraamd en de realisatie- ken (overheidsopdrachten, vergunningen, capaciteit graad van de investeringen die nooit personeel en projectwerking, het bekomen van subsi- volledig is. dies enz.).

Conclusie

• De cijfers en vaststellingen evolueren slechts geleidelijk, zodat de belangrijkste conclusies over de jaren heen vrij stabiel zijn. • De kasstromen en de resultaten (resultaat op kasbasis, autofinancieringsmarge, gecumuleerd budgettair resul- taat) bevinden zich op een normaal niveau. • Zowel in Dendermonde als in vele andere Vlaamse lokale besturen moet er permanent gewaakt worden over het behoud van een structureel evenwicht tussen de exploitatie-ontvangsten en de exploitatie-uitgaven. • Het saldo van de exploitatie zou moeten volstaan om de investeringen te financieren of om de leninglasten te dra- gen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 12

Aandachtspunten

beschikking is gedurende de op- wicht te houden. Daarom werd er eenvolgende jaren. In het kader bespaard en werden de lokale be- Financieel evenwicht in van het aanmoedigen van een goed lastingen en retributies geïndexeerd. overleg met de partner- 1 bestuur kan afgewogen worden of Hierdoor werd een nieuw evenwicht besturen het wenselijk is dat het positief resul- bereikt. Centraal inzake BBC is de bewaking taat van de rekeningen niet in min- van het financieel evenwicht. Dit ver- dering zal gebracht worden op het Door allerlei externe omstandighe- eist een andere manier van budget- gemeentelijk aandeel van de stad den en maatregelen van de hogere teren en een strengere normering voor de volgende jaren. overheden werden de lokale financi- van het financieel evenwicht. ën vervolgens echter opnieuw beïn- Door het in werking treden van het vloed: In het verleden is gebleken dat decreet lokaal bestuur zullen de fi- • de taxshift (met invloed op de in- een goede planning in de stad nanciën van de stad en het OCMW komsten uit de personenbelasting) slechts mogelijk is als alle part- vanaf 2019 en de planningsperiode • de maatregelen inzake MAT en nerbesturen eveneens een plan- 2020-2025 nauwer op elkaar kunnen OUT (minder inkomsten uit onroe- ning maken en in het budgette- afgestemd worden. Doordat Dender- rende voorheffing) ringsdebat betrokken worden. monde een ééngemeentepolitiezone • de gewijzigde subsidies voor ge- is die ressorteert onder de rechtsper- subsidieerde contractuelen Deze meerjarenplanning is zowel soonlijkheid van de stad kan er ook • de gewijzigde sectorale subsidies voor de stad als voor de partners op dit vlak efficiënt samengewerkt • de verhoogde pensioenbijdragen nuttig om op iets langere termijn te worden. Aldus is al een groot ge- • de invoering van de responsabili- kunnen plannen. De communicatie deelte van de financiën van onze seringsbijdragen van de stad en naar de stad moet lokale gemeenschap geïntegreerd. • enkel de toegepaste indexsprong tijdig en transparant gebeuren. An- gaf een rechtstreekse verlichting derzijds mogen de afspraken niet zo Voor de komende planningsperiode voor de lokale financiën: de loon- rigide zijn dat bijstelling in functie mogen we verwachten dat de groot- kosten waren lager en ook de sub- van gewijzigde omstandigheden niet ordes en verhoudingen in budgetten sidies aan de partnerbesturen wer- meer bespreekbaar zouden zijn. Met als volgt kunnen geraamd worden: den hierdoor getemperd. de partnerbesturen worden er best • stad: exploitatieniveau van 60 tot ook afspraken gemaakt over de 70 miljoen EUR per jaar Bij het OCMW zag men een verho- eventuele overschotten van afgeslo- • OCMW: exploitatieniveau van 35 ging van de uitgaven als gevolg van ten dienstjaren. In verband met de tot 40 miljoen EUR per jaar de asielcrisis en het toegenomen samenwerking met de partnerbestu- • politiezone: exploitatieniveau van aantal leefloners. Ook de verdere ren kan gezocht worden naar een 12 tot 15 miljoen EUR per jaar vergrijzing is een blijvende aan- uniforme werkwijze en ondersteu- • autonoom gemeentebedrijf: exploi- dachtspunt voor de lokale besturen; ning. tatieniveau van 3 tot 4 miljoen EUR we mogen hogere uitgaven en lage- per jaar. re inkomsten verwachten de komen- Eventuele aanpassingen aan finan- de jaren. cieringsafspraken moeten ruim op Naast deze exploitatie-uitgaven voorhand besproken worden, zodat moeten we ook rekening houden Bij de politie was er ingevolge het de partnerbesturen voldoende tijd met de noodzakelijke investerings- verhoogde terreurniveau meer aan- hebben om de eventuele impact op uitgaven die onze budgetten nog- dacht nodig voor beveiligingsmaatre- de dienstverlening te kunnen in- maals verhogen met ongeveer 10 %. gelen (uitrusting, lokalen, ANPR- schatten en nieuwe accenten te leg- camera’s). gen; dit in nauw overleg met het be- De financiële draagkracht van de stuur. stad is beperkt en dit zal ons ook in Als gevolg van alle maatregelen en de toekomst verplichten om keuzes omstandigheden bereikten onze be- Het realiseren van de beleidsplan- te maken. Vanzelfsprekend zullen sturen een financieel gezonde toe- ning op middellange termijn dient het schuldenniveau en het investe- stand. Het is echter duidelijk dat de gepaard te gaan met de beschikking ringsniveau moeten bewaakt worden hierboven vermelde problemen niet over de nodige financiële middelen. en herleid worden tot realistische noodzakelijk verdwenen zijn. Ze Daarom is het voor alle partijen volumes. Tijdens de periode 2012- moeten dus verder nauw opgevolgd wenselijk dat er duidelijke afspra- 2014 had Dendermonde, zoals vele worden. We mogen verwachten dat ken worden gemaakt over het lokale besturen het moeilijk om de er regelmatig zal moeten bijgestuurd budget dat in de legislatuur ter uitgaven en ontvangsten in even- worden op diverse terreinen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 13

Overheidsopdrachten Subsidies

2 4

De komende jaren dient de steeds wijzigende wetge- Subsidies zijn facultatieve uitgaven. De stad bepaalt vrij ving inzake overheidsopdrachten verder ingestudeerd of het aangewezen is om een organisatie of een activi- en toegepast te worden. Daarbij kan gezocht worden teit aan te moedigen door het verstrekken van subsi- naar nieuwe waardevolle tendensen zoals e-tendering, dies. Subsidies zijn dus een beleidsinstrument. De sub- op voorwaarde evenwel dat de partners, in casu vooral sidies kunnen in geld of in natura (lokalen, verwar- de leveranciers, hiervoor klaar zijn. ming, ter beschikking stelling van materieel, ondersteu- ning door stadspersoneel) gegeven worden of er kan Het gebruik van de beheerssoftware inzake overheids- een combinatie uitgewerkt worden. Uiteraard is dit een opdrachten moet verder veralgemeend en verruimd kost die in het geval van subsidies in natura vaak verdo- worden zowel voor het aspect overheidsopdrachten als ken en onderschat is. voor het aspect interne controle en beheersrapporte- ring. De historisch gegroeide situatie is het uitgangspunt en vormt meteen het eerste aandachtspunt bij een De keuze zal moeten gemaakt worden welke overheids- eventuele herwerking van het subsidiesysteem. opdrachten de stad en de partnerbesturen zelf uitvoeren en welke ze laten uitvoeren of waarvoor ze intekenen Bij de uitwerking van een subsidiesysteem kan gestart op raamcontracten of opdrachtencentrales. worden met het opstellen van een gedetailleerde inven- taris van alle subsidiekanalen en -vormen. Ook de kost Anderzijds moet er nagedacht worden waar de grenzen van het ingezette personeel zou best in rekening ge- van de dienstverlening van de stad liggen ter zake: bij bracht worden. De subsidiereglementen worden best op de stad, bij de partnerbesturen van Dendermonde of elkaar afgestemd en hanteren objectieve en transparan- nog ruimer (bijvoorbeeld het arrondissement). te parameters.

Belastingen en retributies Technologische evoluties

3 5

Uit de financiële pers blijkt dat België een koploper is Inzake administratief beheer, financieel beheer, boek- inzake rechtstreeks en onrechtstreeks overheidsbeslag houding en fiscaliteit verwachten we verdere en steeds (fiscaliteit en sociale zekerheidsbijdragen). Het gemeen- snellere vooruitgang. Nieuwe en betere software, pro- telijk aandeel ter zake is eerder beperkt. Toch moet de jectmatig werken en in latere fase nieuwe ontwikkelin- afweging gemaakt worden of en onder welke voorwaar- gen zoals blockchain of artificiële intelligentie zullen we den de lokale fiscaliteit kan bijgestuurd worden: lagere verder moeten opvolgen en implementeren. druk, hogere druk, ongewijzigde druk of andere soorten belastingen en retributies. De beslissingen moeten na- tuurlijk aansluiten op de andere strategische beslissin- Budgethouders gen en het vereiste financieel evenwicht.

Tenzij anders in de belasting-/retributiereglementen ver- 6 meld staat, lopen de meeste reglementen tot eind 2019. Bijgevolg moeten alle reglementen herbekeken Doel is te werken met budgethouderschap zodat ver- worden, waarbij volgende algemene regels aanbevolen trouwen en verantwoordelijkheid wordt gegeven aan de worden: betrokken medewerkers. Het budgethouderschap wordt • standaardiseren en vereenvoudigen van de reglemen- geleidelijk (maar maximaal) ingevoerd waardoor financi- ten op basis van een algemeen sjabloon ële transparante verwezenlijkt wordt. De budgethouder • het aantal reglementen en soorten belastingen en re- kan beoordeeld worden in functie van de realisatie van tributies beperken afgesproken doelstellingen binnen het overeengekomen • enkel rendabele of beleidsbelastingen instellen budget. • vermijden van onnodige aangiftes • vermijden van belastingen die betwistbaar zijn en tot bezwaren leiden • vermijden van belastingen die de concurrentie versto- ren of de competitiviteit van de stad uithollen. Bij een analyse van de lokale belastingen blijkt dat het niveau te Dendermonde iets lager is dan gemiddeld.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 14

Samenwerkingsverbanden

Fusie van de stad met een ander lokaal bestuur?

Momenteel lopen in Vlaanderen 7 vrijwillige fusieprojecten waarbij 15 gemeenten betrokken zijn. Vier van deze fusies (9 betrokken gemeenten) vinden plaats in Oost-Vlaanderen. Het gaat om Kruisem (15.580 inwoners), (28.563 inwoners), (43.016 inwoners), Lievegem (25.812 inwoners). De fusiegemeenten krijgen zo een mooi financieel voordeel (schuldvermindering van 500 euro per inwoner, met een maximum van 20 miljoen euro) maar tegelijk willen ze ook een verplichte fusie te snel af zijn. Ze verwachten dat Vlaan- deren de gemeentefusie zal opleggen of afdwingen. Nu kunnen ze vrij kiezen met wie ze in zee gaan. En wat bij deze keuze opvalt is dat de landelijke clusters versterken. Niemand wil fusioneren met een stad (Kruisem smelt bv. samen tegen , niemand wil praten met bv. ). Aalter vergroot zijn plek als regiotrekker Meetjesland door de fusie ten koste van Eeklo. Deinze wordt met 43.000 inwoners de zesde stad in Oost-Vlaanderen na Dendermonde.

Wat is de stelling of conclusie?

Het gemeentelijk landschap verandert snel. De rol van Dendermonde als centrumstad zal hierdoor wijzigen. Als Den- dermonde een plaats wil blijven innemen bij de grotere steden, dan moeten we actie ondernemen. Fusie moet worden voorbereid en overdacht, initiatief nemen voor we wegdeemsteren. Bv: rol als goed uitgeruste stad verdwijnt, centrumfunctie verdwijnt, diensten verdwijnen. Fusie is ook een opportuniteit.

Wat zijn de argumenten?

Grootte en bestuurskracht Samenwerkingsverbanden met personeel hebben bo- Grootte en de daaraan verbonden bestuurskracht is op vendien een hogere loyauteit dan de doelen van de dit ogenblik voor Dendermonde nog geen dwingend participerende gemeenten: het eigen samenwerkings- argument. Echt noodzakelijke schaalvergroting is be- verband in stand houden. Een verankerde ‘brede sa- langrijk voor de heel kleine gemeenten. Op dit ogenblik menwerking’ in een fusie nagelt gemeenten samen, is de gemiddelde grootte van een gemeente 20000 in- door dik en dun. woners. Dit zal door de toename van fusies wel syste- matisch verhogen. We voelen ook al lang dat de cen- Financiën en identiteit trumfunctie wegtrekt uit Dendermonde naar de wat gro- Volgens professor De Ceuninck (Ugent) klopt het dat tere omliggende steden (Sint-Niklaas, Aalst) bv: in de een fusie leidt tot een sterkere organisatie van de stads- zorg of het hoger onderwijs. Dit alles is een domino- diensten en een betere dienstverlening. Maar het is niet effect. Voor Dendermonde betekent geen verandering altijd een besparing. "De werkingskosten dalen zo goed in dit wijzigende landschap onvermijdelijk achteruitgang. als nooit.” Hij baseert zich daarvoor op de Nederlandse fusiegolf. Als we als stad vergroten, zullen we in staat zijn om meer bedrijven en meer burgers aan te trekken. We Zonder de bonus van de Vlaamse regering is het finan- willen onze burgers in Dendermonde houden, we willen ciële aspect voor Dendermonde weinig relevant als hen hier laten wonen, studeren, plezier maken en wer- argument voor een fusie. Dendermonde heeft op zich ken. We kunnen door onze schaalvergroting ook inves- een gezond financieel evenwicht en weinig schulden- teringen ondernemen die vroeger buiten ons bereik la- last. gen. We kunnen meer dienstverlening aanbieden aan onze inwoners. De omliggende gemeenten redeneren anders. Dender- monde kan financieel een aantrekkelijke partner zijn. Zij Samenwerkingsverbanden zijn geen echte garantie vrezen echter vooral dat een fusie met Dendermonde voor bestuurlijke verbetering : ze zijn op zich relevant een verlies van identiteit met zich meebrengt. Dat is een maar blijken te versnipperd, te ondoorzichtig, te afhan- begrijpelijke vrees maar één die door het verleden ach- kelijk van goodwill van partners en subsidies. De over- terhaald is. In de feiten merken we bv. dat deelgemeen- heid is bezig met complexe problemen: alles houdt met ten hun eigen culturele identiteit sterk blijven meedra- elkaar verband en stopt niet aan de grens van een gen ook in een groter geheel. We zien ook dat de stad (specifiek) samenwerkingsverband. probeert die kernen binnen het grotere geheel te ver- sterken. Het is logisch dat dit ook zo zal zijn bij een nieuwe fusie.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 15

Bovendien weten we bv. dat er vele burgers verhuizen Het probleem waarvoor we een oplossing nodig hebben van Dendermonde naar buurgemeenten en vice versa, om dit voordeel sterker uit te spelen, is de mobiliteit. Dat wat dit identiteitsargument toch wat verzwakt. Identiteit wordt ook bevestigd door Voka. is wel een belangrijk te erkennen werkpunt in een ver- anderingstraject met de inwoners van de grotere ge- Als groot geheel kunnen we beter wegen op de hogere meente, omdat het emotioneel voor vele burgers een bestuursniveaus, kunnen we meer investeringen opei- bezorgdheid is. sen, kunnen we voor onze inwoners een krachtigere tolk zijn naar toekomstig beleid in de regio. Rol in de toekomst De vraag is waar de fusiepartners hun ambitieniveau voor de inwoners willen bepalen. Dendermonde ligt, net zoals Aalst, geografisch in het midden van grote aan- Als groot geheel kunnen we beter wegen op trekkingspolen: Gent, Brussel, Antwerpen. “ de hogere bestuursniveaus.

Wat wordt er precies onderzocht?

We gaan bij fusie uit van fusie met een buurgemeente. Dus: , , , , , , Aalst. De vraag is tweeledig: • wie wil met ons praten • met wie is de grootste win-win te behalen voor beide partijen.

De eerste vraag is een beleidsvraagstuk en is dus geen onderdeel van dit ambtelijke werkstuk. De tweede vraag onder- zoeken we vanuit de studies door derden met aanbevelingen tot fusie (fusierapporten) , vanuit de geschiedenis (met wie werken we al veel samen), vanuit een vergelijking van enkele cijfers.

Wat vergelijken we? Fusierapporten

De eerste relevante studie is gebaseerd op pendelbewegingen Stijn De Ruytter van Vives, het Vlaams Instituut voor Economie en Samenleving aan de KU Leuven, ontwikkelde vorig jaar al een nieuwe methode om te bepalen welke gemeenten men best kan samenvoegen.

Hij baseerde zich op dagelijkse pendelbewegingen tussen gemeenten en een minimumaantal van 15.000 inwoners per gemeente. Daardoor zou het aantal gemeenten met meer dan de helft verminderen, van 308 naar 152.

Kaart voor Oost-Vlaanderen volgens deze studie

We onthouden de koppelingen: • Dendermonde met Buggenhout • Aalst met Affligem • Zele met Berlare • Lebbeke en Hamme apart (meer dan 15.000 inwoners)

Memorandum | oktober 2018 | pg. 16

Een tweede relevante studie is de regio-screening (2012) waarbij de samenwerkingen tussen gemeenten in kaart werden gebracht.

Bron: https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/verzelfstandiging-en-samenwerking/regiovorming/interactieve- beleidsrapporten-lokale-samenwerking

Hieruit blijkt een groene (50 tot 75%) intensiteit tussen Dendermonde en Lebbeke, Buggenhout, Hamme, Zele, Berlare. Aalst valt uit de boot.

Dezelfde studie vermeldt ook een bijzonder intensieve samenwerking (75 % of meer) tussen Buggenhout en Lebbeke enerzijds en Berlare met Zele anderzijds.

De zeer intensieve samenwerking tussen Zele en Berlare heeft tijdens de voorbije legislatuur tot voorzichtige toenade- ringspogingen tussen beide gemeenten geleid.

We onthouden de koppelingen: • Dendermonde met Buggenhout, Lebbeke, Hamme, Zele, Berlare (intensief samenwerkend) • Aalst valt uit de boot • Buggenhout en Lebbeke (zeer intensief samenwerkend) • Zele en Berlare (zeer intensief samenwerkend)

Memorandum | oktober 2018 | pg. 17

Een derde tabel vergelijkt enkele bestaande institutionele regio’s.

Zorgregio Politie DDS Verko HVZ Vervoersregio Cult IGS Dender Oost Aalst Brussel St-Niklaas Gent Aalst x Berlare x PZBZ x x x x x Buggenhout x PZBL x x x x x Dendermonde x PZD x x x x x Hamme x PZHW x x x x x Lebbeke x PZBL x x x x x Zele x PZBZ x x x x Wichelen PZWLW x x x x

Laarne PZWLW x x x PZL x x Melle PZRRS x x PZWLW x x x x PZHW x

Uit de tabel blijkt dat Dendermonde in bijna alles aansluit bij Berlare, Buggenhout, Hamme en Lebbeke. In mindere ma- te ook met Zele, Wichelen en (niet-buurgemeente) Wetteren. Ook vanuit de zorg is er een sterk historisch samenwer- kingsverband met Zele, Lebbeke, Buggenhout, Berlare en Hamme.

De recente vervoersregio Aalst van de Lijn, die misschien als inspiratie zal dienen voor een regionaal ruimtelijk beleids- plan, versplintert de huidige regio in vier verschillende aantrekkingsgebieden. De Lijn is van plan om hoofdverbindingen tussen de vervoersregio’s te organiseren. Dendermonde is een grensgebied in deze zone: dit is een aandachtspunt.

Een element dat we meenemen bij verdere verdieping is dat fusie met een gemeente die meer dan 75% samenwerkt met een andere gemeente, het beste met beide gemeenten gelijktijdig opgenomen wordt. Dat betekent voor Dender- monde concreet fusie met de cluster: Lebbeke en Buggenhout of Berlare en Zele of met Hamme.

Een fusie met het zuiden, Aalst, lijkt weinig waarschijnlijk. De gemeentegrens is minimaal. We werken slechts spora- disch samen met Aalst. De mobiliteit tussen Dendermonde en Aalst is niet eenvoudig te verbeteren. Het grondgebied van een eventuele fusie Dendermonde-Aalst is sterk uitgestrekt.

Fusie van de lokale politiezones?

Onder impuls van de minister van Binnenlandse Zaken Vlaanderen zou moeten uitzien. werden de afgelopen jaren verschillende initiatieven ge- nomen om lokale politiezones te doen inzien dat een Onze nieuwe bestuursploeg dient hier een duidelijke schaalvergroting verschillende voordelen met zich kan visie over te ontwikkelen en stil te staan bij de admini- meebrengen. stratieve gevolgen van een fusie.

Daar waar fusies tot op heden steeds kleinschalig waren Daar waar de lokale politie, als ééngemeentezone, mo- en op vrijwillige basis, is het duidelijk de wil van de hoge- menteel deel uitmaakt van de stad en zelf geen rechts- re overheid om druk te zetten op de verschillende politie- persoonlijkheid bezit, zal een gefusioneerde politiezone zones om te fusioneren tot zones van ongeveer 350 per- een eigen rechtspersoonlijkheid hebben, dient er een soneelsleden. politieraad en -college opgericht te worden.

De studie van professor Janssens en van wijlen profes- Ook de financiële startsituatie van een gefusioneerde sor de Ruyver geven een duidelijk beeld van hoe het politiezone zal met de verschillende fusiepartners afge- ‘gefusioneerd’ lokaal politielandschap er in Oost- sproken moeten worden.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 18

Samensmelting en samenwerking binnen de stedelijke contouren

Een maatschappelijk probleem stopt niet aan de Verzelfstandiging in het lokaal bestuur bevoegdheidsgrenzen van een organisatie. Het lokaal bestuur heeft binnen de eigen contouren ver- schillende deelgebieden van de werking verzelfstan- In 2019 zullen stad en OCMW aangestuurd worden digd. De grootste samenwerkingsvorm is het AGB voor door eenzelfde ploeg. De mandatarissen voor stad en de exploitatie van de sportinfrastructuur. In het licht van ocmw en de algemeen directeur hebben de mogelijk- de tendens om meer te centraliseren, lijkt het opportuun heid om problemen integraal aan te pakken. om ook de werkvorm en/of de doorstroming hiervan te- gen het licht te houden. We willen sterk inzetten op gezamenlijke missie, vi- sie en waarden met het nieuwe bestuur, intern over- Zo is het bv. mogelijk om de Raad van Bestuur te laten leg en wederzijdse verrijking. We hopen zo de impli- samenvallen met de gemeenteraad, het is bv. ook mo- ciete mogelijkheden van de interne fusie in het dagda- gelijk om de werking van het AGB te integreren bij de gelijkse leven van alle Dendermondse burgers tot uiting reguliere stadswerking. te brengen.

Samenwerking met andere gemeenten

De stad is partner in vele, beheersmatig en inhoudelijk uiteenlopende samenwerkingsverbanden. Vanuit het decretale kader wordt gestimuleerd om de bestaande samenwerkingsverbanden te evalueren. In eerste orde dienen we af te we- gen of we de samenwerking verlengen: waar ligt de winst voor de stad om op deze manier en met deze partners verder te werken rondom dit inhoudelijk thema. Indien het bestuur wil afwegen om de dienstverlening anders te organiseren bij een intergemeentelijk samenwerkingsverband, dient een beslissing genomen te worden in 2019. In tweede orde, bij het beslissen tot verlenging, of we de juiste mensen op de juiste vergadering afvaardigen en hoe we de doorstroming intern organiseren.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 19

Communicatie

Lokale context

De druk op lokale besturen om beter en sneller te com- municeren over dienstverlening, calamiteiten, nieuws, projecten, besluiten wordt groter. Aan de ene kant door- dat burgers en ondernemers mondiger en veeleisender worden. Aan de andere kant doordat de samenleving als geheel verandert, en veranderingen en nieuws el- kaar in een hoog tempo opvolgen.

Burgers op de hoogte brengen van beslissingen en toe- komstplannen, burgers en medewerkers zelf verant- woordelijkheid laten opnemen, ruimte geven voor ideeën en co-creatie … kan enkel met een sterk com- municatiebeleid.

Aandachtspunten 1 Interne communicatie 2 Externe communicatie We willen een participatief draagvlak creëren bij alle De stad wil een zo breed mogelijk publiek informeren personeelsleden. Iedereen moet begrijpen wat zijn of over het beleid, haar administratieve dienstverlening en haar bijdrage is in de missie van de stad. Hierbij is het het vrijetijdsaanbod (cultuur, toerisme, sport, jeugd…). van belang dat tweerichtingsverkeer bewaakt wordt: Om haar publiek te bereiken maakt zij reeds gebruik bottom up en top down. Ideeën en know-how van de van verschillende communicatiekanalen. werkvloer is essentieel. Daarnaast moeten de verschil- lende platformen transparanter worden: het manage- De externe communicatie moet in een communicatie- mentteam, departementsoverleg, diensthoofdenoverleg, plan verder onderzocht worden waarbij het van belang teamoverleg ... is dat voor elke doelgroep gezocht wordt naar de juiste communicatiestrategie en het juiste communicatiemid- Daarnaast is er echter nood aan doorgedreven digitale del. De stad moet bekijken hoe zij zich gaat profileren. samenwerking. Het intranet en digitaal platform is ster- ke verbetering, maar er zijn nog verbetermogelijkheden Een aantal diensten, voornamelijk uit de cultuur- en zeker in het samenwerken vb. via sharepoint, onenote, vrijetijdssector en de lokale dienstencentra, hebben skype for business … nood aan profilering op dienstniveau. Dit om concurren- tieel te zijn in het groeiende vrijetijdsaanbod en nieuw publiek te kunnen aantrekken.

Er is ruimte nodig om een individuele communicatie te kunnen voeren. De uitdaging is om deze ruimte voor eigenheid te voorzien zonder de eenheid van communi- catie door de stad naar de burger in het gedrang te brengen. De verbondenheid tussen de stad en de dien- sten die zich moeten kunnen profileren moet zichtbaar en bewaard blijven in het communicatieproces.

Een betere vertaalslag van beleid naar communicatie- beleid is nodig. Daarom is het belangrijk om bij de start van een nieuwe beleidsperiode de communicatiedoelen scherp te krijgen. Er moet een overkoepelend strategie worden bepaald, met aandacht voor dienstspecifieke profilering.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 20

Inclusieve communicatie en Communicatieve proeftuinen participatie

3 5

Aandacht voor inclusieve communicatie en participatie De informatiesamenleving wordt meer divers en com- Arm of rijk, gezond of ziek, jong of oud, Turk of Vlaming- plexer. Belangrijk is de ruimte voor experiment: nieuwe met-een-stamboom: iedereen is even belangrijk. Ieder- media testen en bijblijven met nieuwe communicatie- een heeft gelijke rechten op informatie, conversatie en inzichten. Te vaak hebben we koudwatervrees om in te participatie. Maar iedereen is anders. Gelijke rechten zetten op innovatie. Ervaring leert dat de sterkste lokale vragen om ongelijke, aangepaste, maar evenwaardige overheden degenen zijn die ruimte geven voor innovatie communicatie voor en met elk individu. De stad is sterk en experiment. in digitale en gedrukte communicatie. Het Sociaal Huis heeft veel ervaring in persoonlijke, mondelinge commu- nicatie met kwetsbare groepen en een lokaal netwerk Huisstijl van intermediairs opbouwen. Een bundeling van deze expertises maakt een lokaal bestuur sterk in inclusieve communicatie. 6

Een inclusief lokaal bestuur wacht niet tot kwetsbare We gaan naar een nieuwe organisatie. Een duidelijk groepen de weg vinden naar dienstverlening maar beleid en prioriteiten is belangrijk, net zoals een duidelij- spreekt deze zelf aan. Het participatiedecreet stimuleert ke interne en externe profilering. gemeenten om een lokaal netwerk op te richten om sa- men te werken aan vrijetijdsparticipatie van kansen- Het ontwerpen van een nieuwe huisstijl is hierbij een groepen. Deze participatie beperkt zich niet tot kansen- belangrijke uitdaging voor de volgende legislatuur. groepen. Burgerparticipatie bestaat al zeer lang, maar de laatste jaren ontwikkelden zich nieuwe manieren om participatief met burgers aan de slag te gaan rond be- leidskwesties. We kennen al de klassieke kanalen zoals Dienstverlening de verschillende adviesraden, en met mondjesmaat la- ten we ook andere methodieken toe. 7 Als lokaal bestuur is het nodig om mee te groeien in het verhaal van burgerinitiatieven. In de klassieke gemeen- Met ‘klik-bel-kom’ is er een nieuwe strategie rond telijke werking zijn we het niet gewend dat burgers zelf dienstverlening uitgewerkt. De werking moet geëvalu- initiatief nemen en de ruimte vragen om te experimente- eerd worden en waar nodig bijgestuurd. Een volgende ren. Een modern lokaal bestuur staat open voor sociale uitdaging is het uitrollen van de nieuwe klachtensoft- innovatie, luistert naar burgers die een goed idee heb- ware, hierbij zijn goede afspraken en visie cruciaal. We ben en geeft zulke projecten extra zuurstof door de hopen dat doorgedreven digitalisering resulteert in extra ambtenaar ondersteunend in te zetten. mogelijkheden en tijd voor menselijke contacten met de burger, zowel bij de bezoekers van het adminstratief centrum als bij het behandelen van een klacht. De es- sentie zou het behandelen van de klacht moeten zijn, en niet de administratie van de klacht. Radicaal digitaal: niet altijd optimaal

4

Een lokale overheid zet volop in op digitale ontwikkelin- gen. Maar: een ongenuanceerde focus op ‘radicaal digi- taal’ werkt niet in publieksvriendelijke communicatie en dienstverlening.

Ook mondelinge en gedrukte communicatie zijn cruci- aal. Dit vraagt om een doordachte, versterkende en ge- doseerde inzet van verschillende kanalen. Want we communiceren met burgers via de kanalen die ze écht gebruiken: zowel digitaal, mondeling als gedrukt.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 21

Informatie

Dendermonde zet al een aantal jaar in op het verbeteren Er is een informatieveiligheidsplan en -consulent, we zijn van de digitale dienstverlening naar burgers en bedrij- GDPR-compliant … De digitale dienstverlening aan de ven. We ontwikkelen van een papieren organisatie naar burgers is toegenomen onder andere door de nieuwe een digitale organisatie. Dat geldt o.a. voor de dienstver- website. lening aan en communicatie met burgers, de digitale wensen en eisen voor de eigen diensten, het uitwisselen We starten met een cluster ‘Informatie’ waarbij het de van gegevens ook met externen en voor het digitaal be- bedoeling is een strategie te vormen, een overzicht te heren, archiveren en ontsluiten van bestuurlijke besluit- houden en de voortgang te bewaken van digitaliserings- vorming. projecten.

De ontwikkelingen rondom basisregistraties (eenmalige We onderscheiden drie onderliggende pijlers: uitvraag, meervoudig verplicht gebruik) en smart cities automatisering van de werkprocessen vanuit strategi- nopen tot afwegingen op het gebied van privacy en be- sche meerwaarde veiliging en samenhang in processen. betere infrastructuur de beheersing van de informatiestromen. Er zijn de laatste jaren vele verbeteringen aangebracht bv. in het aanleg en beheer van de werkplekken, ser- vers, netwerk kortom de infrastructuur, beheer van ICT contracten, centralisatie van het ICT budget, beheer van applicaties.

Automatisering van de werkprocessen vanuit strategische meerwaarde

Lokale context

Algemeen kan gesteld dat de uitdagingen die afkomen ICT denkt actief mee over welke activiteiten op effectie- op het stadsbestuur op sociaal, organisatorisch en finan- ve wijze bijdragen tot de doelen van de organisatie, sig- cieel vlak het strategisch belang van informatie in de naleert technologische opportuniteiten en snelle winsten organisatie benadrukken. aan het bestuur, en vertaalt de bestuurlijke en politieke prioriteiten met technologische expertise en kennis van Informatie moet op beheerste wijze stromen tussen col- de eigen organisatie naar concrete plannen en pro- lega’s en (externe) medewerkers onderling (interne sys- jecten. ICT onderzoekt en adviseert binnen de organisa- temen en cloud), tussen het stadsbestuur/ocmw en haar tie hoe technologie op de voordeligste manier kan wor- burgers ((digitale) diensten en platforms), en tussen de den ingezet om producten en diensten op efficiënte wijze stad en haar partners (Smart City, IoT) en ten slotte de te leveren. lokale, regionale en federale context (lokale ICT strate- De dienst ICT is dus meer dan enkel een helpdesk en gie, Vlaanderen Radicaal Digitaal en Digital ). een pc-winkel alleen.

Aandachtspunten

24/7 Netwerk

1 2

De inburgering van aanhoudend vernieuwende informa- De afhankelijkheid van externe netwerkservices zoals tietechnologie en de 24-uurseconomie hebben de ver- die bij de federale, regionale en andere overheden en wachtingen op vlak van dienstverlening verhoogd, zo- organen is hierdoor de laatste jaren toegenomen. De wel extern vanuit de burger, als intern vanuit de onder- vraag naar snellere, betrouwbare en veilige verbinding steunde diensten. Er is toenemende vraag naar ICT- met het internet en feilloos werkende hard- en software ondersteuning buiten kerntijden. is daarom ook gestegen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 22

Automatiseren Wifinetwerk

3 4

De overgang naar automatisering en digitaal werken Het nieuwigheidje van gisteren is steeds het normaal heeft een projectmatig karakter, het bestendigen van van de volgende dag: waar het vroeger ‘leuk’ werd ge- automatisering en digitaal werken vraagt echter een vonden om via wifi verbinding te maken op een pda en blijvende inzet. bijna niet mobiel werd gewerkt met de computer, is het nu de verwachting dat het wifi-netwerk altijd en overal Bij de overgang wordt nu reeds zwaar ingezet externe feilloos functioneert op laptops en smartphones. Het leveranciers en outsourcing van tijdelijke expertise. Ook ‘nieuwe werken’ versterkt deze trend allen maar. blijft interne opvolging van projecten en leveranciers nodig tijdens de overgangsfase: een slechte kwaliteit kan ervoor zorgen dat diensten technisch werkloos val- len, te laat opleveren kan ervoor zorgen dat wettelijke vereisten niet worden nageleefd en betalingstermijnen niet worden gerespecteerd, te hoge kost zorgt voor een budgetoverschrijding.

Infrastructuur verbeteren

Lokale context

Om te voldoen aan de alsmaar groeiende vraag naar opslag- en rekencapaciteit en de betrouwbaarheid van de ICT- faciliteiten te garanderen, is het cruciaal om de infrastructuur te verbeteren en een monitoring van het informatiesys- teem te realiseren.

Aandachtspunten

Infrastructuur, toepassingen De vernieuwde architectuur dient dus snelle en stabiele en services netwerkverbindingen naar deze platforms te voorzien om de informatie en diensten te gebruiken.

1 Een groot deel van de software, eigen aan de werking, is

Het informatica-systeem is organisch gegroeid waardoor echter enkel verkrijgbaar is als on-premise software en dient dus op eigen gecentraliseerde servers en infra- deze moeilijk te onderhouden is, met instabiliteit kampt structuur gehuisvest te worden. De nieuwe netwerkarchi- en een verdere groei en ontwikkeling verhindert. Daarom tectuur moet zorgen voor voldoende bedrijfszekerheid, is een volledig herontwerp en vernieuwing van infra- structuur noodzakelijk. voornamelijk tijdens kantooruren (o.a. ontdubbeling, Bu- siness Continuity, back-ups, …) en bovendien moet aan

de noden van flexibel werken worden beantwoord. Een objectieve (externe) analyse van de huidige en toe- komstige noden van de organisatie is nodig om een Dit vernieuwingsprogramma vraagt dus inzet op volgen- nieuwe en schaalbare netwerkarchitectuur te formuleren. de gebieden: Overlappingen en onnodige redundanties van infrastruc- tuur, software en processen die ontstaan bij de inkante- • Vernieuwing ‘ruggengraat’ van het netwerk door inves- tering in netwerkswitches en glasvezel tussen verschil- ling van stad en OCMW moeten worden weggewerkt. lende locaties

• Opwaarderen interne servers en infrastructuur Externe hosting (zoals SaaS/PaaS/IaS) biedt een op- lossing voor diensten die 24/7 beschikbaar moeten • Samenwerking via Cloud en/of externe apparaten (Bring Your Own Device of BYOD) zijn, op voorwaarde dat dit voldoet aan de eisen voor • Unified Communications en VOIP informatieveiligheid. Platforms die nu reeds in gebruik zijn, zijn onder andere VandenBroele, Doccle, Exchange • Wifi binnen- en buitenshuis. Online en KLIP.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 23

Informatie en innovatie Veiligheid

2 4

Vele ambtenaren en mandatarissen worden door hun In 2017 werd het eerste open en neutrale fiber-to-the- commerciële contacten warm gemaakt voor ‘nieuwe’ home netwerk van Vlaanderen aangelegd in Dender- technologieën zoals Smart-Cities, IoT en Big Data, monde. Door dit netwerk verder uit te breiden naar de Blockchain, etc. verschillende locaties van de stads- en OCMW- diensten, willen we de infrastructuur aanbieden voor Het is de taak van ICT om deze technologieën te evalu- bijkomende camera’s met gezichtsherkenning, ANPR- eren, te integreren met een algemene ICT-strategie, te netwerk en smart-palen die verkeer doorlaten of tegen- adviseren over de voordelen en risico’s van deze pro- houden volgens wens. ducten en diensten en te sturen hoe deze vernieuwin- gen in de organisatie worden opgenomen. Tevens is er bij VLAIO een subsidie behaald om te wer- ken met City-of-Things technologie, waaronder een plat- form voor coördinatie van vrijwilligerswerking, zodat we Digitale loketten kunnen inspelen op de vraag naar BIN’s (Buurt Informa- tie Netwerken) en buurtzorg.

3 Het tweede project dat door VLAIO wordt gesubsidi- eerd, werkt rond geluidsmeting en smart-feedback. Op We blijven inzetten op de verdere uitbouw van digitale deze manier kan technologie meer capaciteit vrijmaken loketten zoals: doordat er mogelijk minder interventies op het terrein zullen plaatsvinden. • Inventaris openbaar domein en groenobjecten, omge- vingsvergunningen, notariële attesten • Vastgoedinformatie • Financiën Bedrijfscultuur • Geïntegreerd HRM-systeem waarbij de verschillende onderdelen van het beleid (personeelsadministratie, vorming, evaluatie, loopbaanbegeleiding,…) aan el- 5 kaar gekoppeld worden. Via dergelijk systeem kan een self-service opgezet worden Binnen de hele organisatie is nood aan bewustzijn • Facility-, gebouw en patrimonium- en assetbeheer rond informatieveiligheid en informaticakennis, aan • Werkopdrachten, inventaris praktische opleidingen rond het gebruik van nieuwe toe- • Notulering, digitaal ondertekenen ... passingen en hardware. We maken zelfredzamer wie dit kan, en ondersteunen wie dit niet kan. Informatie aan en betrokkenheid van de eindgebruikers is cruciaal om weerstand tegen verandering om te buigen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 24

Mensen en vaardigheden GIS

6 8

Om de digitale dienstverlening en de informatisering In moderne overheidsorganisaties neemt de ruimtelij- van de interne werking voort te zetten, is er vraag vanuit ke geografische component van informatie een steeds de organisatie om centrale ondersteuning en expertise prominenter rol in, bv. omdat de beschikbare ruimte te bieden in de volgende ICT-specifieke disciplines: Bu- schaarser wordt en steeds meer multifunctioneel benut siness Process analyse, Change management, GIS- dient te worden. Coördinatie, Smart City/IoT/Big Data en BlockChain, Projectmanagement, Opvolging en kwaliteitscontrole Tegen deze achtergrond is het belang van een syste- outsourcing, Service Desk, Systeembeheer. Ten slotte matische, (digitale) geografische informatievoorzie- valt de administratie voor een bedrijf van onze grootte ning duidelijk : verantwoorde besluitvorming inzake niet te onderschatten op vlak van licentie- en assetma- grondgebonden materies, slaagt alleen als ze kan steu- nagement, budgettering, aankoop en facturatie. nen op tijdige, volledige, actuele en juiste informatie. Voor tijdelijke projecten wordt er gebruik gemaakt van Denken we maar aan het plannen van een nieuwe outsourcing maar er moet voldoende kennis en experti- woonwijk, het uitstippelen van een optimaal routeplan, se in huis blijven voor opvolging, kwaliteitscontrole en het bepalen van de milieu-impact bij belangrijke infra- interne projectmanagement. structuurwerken ... Het zijn slechts enkele voorbeelden Een snelle blik op de huidige product- en dienstenport- van toepassingen waarbij de beschikbaarheid van accu- folio van de dienst ICT toont nogmaals aan dat er vol- rate en actuele geografische informatie een onmisken- doende capaciteit beschikbaar moet zijn opdat deze bare schakel vormt bij de ondersteuning projecten niet verzanden. van beleidskeuzes. Een structurele aanpak om GIS te integreren in onze organisatie is noodzakelijk.

Publieke platforms

7

Het stadsbestuur zal digitale participatieplatforms en communicatiekanalen uitbouwen die burgerinitiatieven stimuleren en ondersteunen en buurtwerking te verster- ken.

Via digitale publieke platforms kunnen burgers hun voorstellen en meningen over stadsprojecten voorleg- gen. Gegevensanalyses uit deze platforms en sociale media in combinatie met Open Data, Geografische In- formatie Systemen (GIS), gedetailleerde realtimegege- vens op het terrein via IoT zullen helpen om beleidskeu- zes te ondersteunen en een integrale visie voor de stadsruimtes te ontwikkelen.

Beheersing van de informatiestromen

Lokale context

In het digitale tijdperk verschuift de rol van de archiefdienst van het einde van de levenscyclus van dossiers of informatie naar het ontstaan of de vorming ervan. Veel meer zaken dienen vooraf gedefinieerd te worden in samenspraak met de diensten om een goede raadpleegbaarheid, terugvindbaarheid, hergebruik en goede bewaring te kunnen garanderen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 25

Aandachtspunten 1 Informatiebeheer

De archivaris evolueert naar een informatiebeheerder Aan deze informatiebeheersplannen worden metadata- die de administratie begeleidt en ondersteunt bij haar schema gekoppeld die aangeven welke data moeten dossiervorming. De focus van de archiefdienst blijft ge- gearchiveerd worden. Er wordt ook beschreven welke richt op het beheer van het archief van de stadsdiensten data openbaar en raadpleegbaar zijn, welke data onder- en de ondersteuning van de diensten door begeleiding hevig zijn aan auteursrechten. Selectie- en ordenings- van zowel papieren als digitale dossiervorming. Dit laat- voorschriften worden eveneens opgenomen. Zo weet de ste draagt eveneens bij tot een efficiëntere manier van werkvloer hoe en welke documenten bewaard moeten werken. Er wordt dan ook voorgesteld om de naam van worden, en voor hoe lang. de dienst aan te passen aan deze gang van zaken.

Binnen het informatiebeheer wordt de klemtoon gelegd De archivaris evolueert naar een informatie- op de opmaak van informatiebeheersplannen voor beheerder die de administratie begeleidt en elke dienst. Hierin wordt onder meer opgenomen welke “ ondersteunt bij haar dossiervorming. informatie uit een dossierreeks digitaal beschikbaar is, welke niet, wanneer en hoe deze informatie aan het ar- chief moet overgedragen worden en op welke manier. 2 Scanning Voorbije legislatuur werd een digitaliseringcentrum ge- veerd worden. Streefdoel is zo snel mogelijk weg te vormd als onderdeel van de dienst archief. Dit centrum gaan van hybride dossiers die zowel uit een analoog als ondersteunt de administratie op haar weg naar meer en een digitaal gedeelte bestaan. Het is zinvol om hier meer volledig digitaal werken door documenten of dossiers in op in te zetten. digitale vorm ter beschikking te stellen en door te onder- steunen bij gegevensregistratie in procesapplicaties, Streefdoel is zo snel mogelijk weg te gaan intekenwerk in functie van het GIS en door controles te van hybride dossiers die zowel uit een ana- doen op kwaliteit van zowel gescande bestanden als op “ loog als een digitaal gedeelte bestaan. kwaliteit van ingevoerde data. Deze dienst maakt ook dossiers scanklaar en zal vanaf volgend jaar zelf ook actief administratieve dossiers gaan scannen. Het streefdoel is om dit takenpakket de komende legislatuur Verder zou deze dienst uitgebouwd kunnen worden in te optimaliseren en verder uit te breiden. functie kunnen staan van de burger. Wanneer een bur- ger een archiefstuk uit de historische collecties wil raad- De meerwaarde van de ze dienst zit in het feit dat zij plegen of een kopie ervan wenst te ontvangen, kan deze aanzienlijk kan bijdragen tot meer digitaal werken binnen op vraag worden gescand en digitaal klaargezet worden de administratie. Wanneer inkomende analoge docu- voor consultatie of bezorgd worden aan de burger. Een menten niet langer bij de diensten in papieren vorm wor- zelfde scan on demand dienst zou kunnen worden opge- den afgeleverd of binnenkomen zoals post, documenten zet als dienstverlening aan de administratie wanneer zij voor personeelsdossiers, subsidie aanvragen, documen- gearchiveerde dossiers wensen in te kijken. ten voor sociale dossiers … maar afgeleverd worden in het scancentrum om nadien gescand aangeboden te worden aan de diensten dan kan op deze wijze een vol- ledig digitaal dossier gevormd en bijgevolg ook gearchi-

Memorandum | oktober 2018 | pg. 26

Databeheer Digitale leeszaal

3 5

We willen inzetten om de archieven te digitaliseren en Er wordt onderzocht hoe het databeheer binnen de or- online ter beschikking gesteld worden. We bouwen een ganisatie kan vorm gegeven worden. virtuele leeszaal, een onderdeel van een digitale erf-

goedportaal waar archiefbronnen digitaal consulteer- Het streven naar een betere datakwaliteit zowel op baar zijn net zoals andere collecties van de stad. file server als binnen applicaties verdient aandacht.

Met de dataleveranciers, zowel intern als extern, dienen Archiefbewaarplaats afspraken te worden gemaakt over welke data verplicht moeten worden geregistreerd om een document, dos- sier of dossierreeks te documenteren en op welke wijze 6 dit moet gebeuren om een uniforme veldinhoud over de verschillende records heen te creëren. We bevinden ons in een overgangsfase tussen digi- Met de stadsdiensten en externe leveranciers worden taal en papieren archief. Steeds meer dient de aan- afspraken gemaakt hoe gegevens moeten kunnen wor- dacht erop gericht te worden om e-depots in te richten den geïmporteerd en geëxporteerd uit de toepassingen, als archiefbewaarplaats voor digitale bestanden. Ook hoe zij moeten aangeleverd worden aan een potentieel binnen de stad moet onder leiding van de dienst archief data analist of datacenter voor verdere verwerking (bijv. verder worden gebouwd om digitale lange termijn bewa- in welk formaat dit moet kunnen gebeuren). ring mogelijk te maken. De capaciteit van de huidige archief server dient systematisch uitgebreid te worden. Ook het beschikbaar stellen van datasets als open data Het beheer ervan dient ook mee opgenomen te worden voor raadpleging en verder gebruik moet onderzocht en in de uitbouw. Ook een platform voor migratie van be- gefaciliteerd worden. Open data zal in de toekomst een standsformaten en beheersoftware behoren tot vereiste van de aspecten worden die bij de opmaak van informa- toolbox. Ongeacht men zelf voorziet in een oplossing of tiebeheersplannen meegenomen wordt. deze afneemt bij een derde, moeten de nodig budgetten hiertoe voorzien worden.

Ondanks de evolutie naar meer digitaal werken blijft de Netwerk van informatiebeheerders papierstroom naar de fysieke bewaarplaats van de ar- chiefdienst nog toenemen. De huidige capaciteit van de bewaarplaats is niet toereikend om de documenten- 4 stroom van de administratie op te vangen. Bovendien laat het voorzien in een grotere capaciteit van de ar- Om het informatiebeheer organisatiebreed uit te rollen chiefbewaarplaats toe afgesloten dossiers onmiddellijk is de opstart van een netwerk van informatiebeheer- over te brengen naar en de kastruimte op de burelen ders cruciaal. Zij kennen de inhoud van de informatie- drastisch te in te perken. Afhankelijk van de keuzes die beheersplannen en zijn op de hoogte van de praktische gemaakt worden door het bestuur op vlak van onder- richtlijnen inzake informatiebeheer en archivering. brengen van administratie en administratieve en sociale dienstverlening zal moeten bekeken worden of men Hij of zij brengt nieuwe collega’s op de hoogte van de inzake het administratief archief dat op termijn mag ver- interne en algemene afspraken over klasseren. De in- nietigd worden (dus zonder historische waarde) werkt formatiebeheerder is het aanspreekpunt voor collega’s met meerdere kleinere tussendepots of een of twee voor alle vragen met betrekking tot het papieren en digi- centrale tussendepots. tale klassement. Zowel de stad als het OCMW als de collecties bewaard De informatiebeheerder neemt de gesignaleerde proble- in het HIDOC zijn zeer waardevol. De fysieke bewaring men en voorstellen verder op. Zij spelen aan de archief- ervan vraagt een bewaarplaats die voldoet aan een dienst door wat leeft op de werkvloer inzake informatie- aantal minimale eisen. Voor de goede bewaring, om beheer, gegevensregistratie, nood aan scanning, GIS- een efficiënt beheer van deze collecties mogelijk te ma- operatortaken … ken en de toegankelijkheid voor de burger ervan te ver- Zij worden aangeleerd hoe men naar informatie kijkt en groten zodat consultatie op 1 en dezelfde locatie moge- werken vlot met de applicaties nodig om bepaalde han- lijk wordt, is de meest aangewezen keuze deze collec- delingen rond informatiebeheer uit te voeren en zijn op ties op een centrale plaats te gaan bewaren. Ook hier de hoogte van de procedures waarbinnen deze applica- zijn de mogelijkheden afhankelijk van de keuzes van ties aangewend worden. het bestuur. De keuzes van het bestuur zullen de ma- nier van werken, het beheer en de daaruit voortvloeien- de procedures beïnvloeden.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 27

Personeel

Lokale context

Tijdens de vorige legislatuur zijn er vele interne verande- We leven steeds langer. Dat heeft uiteraard ook conse- ringen geweest of gestart. Maar ook de externe omge- quenties voor ons werkend leven. Dat wordt ook steeds ving staat niet stil: complexere regelgeving, een veelei- langer. Daarom is het belangrijker om als werkgever oog sende burger, de digitale wereld. Dit alles vereist veel te hebben voor werkbaar werk en voor duurzame inzet- meer flexibiliteit en wendbaarheid van onze medewer- baarheid van medewerkers. Het is belangrijk om hierin kers. als werkgever op in te zetten zodat je aantrekkelijk blijft voor alle generaties op onze werkvloer. We willen onze We leven vandaag in een VOCA-wereld: een wereld die organisatievisie en (toekomstige) organisatiestructuur op vluchtig, onzeker, complex en ambigu is. Dat betekent deze evoluties afstemmen. dat we als organisatie ook steeds sneller moeten kunnen inspelen op wat zich aandient. Om die wendbaarheid We willen omstandigheden creëren die duurzaam wer- aan de dag te kunnen leggen, is het belangrijk dat we ken en flexibel werken in functie van combinatie werk- ons horizontaal organiseren. Anderzijds roept de snel- privé en werkgoesting stimuleren. Aangezien we ervan heid waarmee dingen gebeuren en veranderen, om ver- overtuigd zijn dat duurzaam werken bijdraagt tot een traging. sterkere organisatie met gezonde en geëngageerde werknemers, willen we hierop verder inzetten.

Aandachtspunten

Duurzame inzetbaarheid

1

Binnen het lokaal bestuur Dendermonde werken heel Welzijn wat mensen die zich in een verschillende fase van hun leven en loopbaan bevinden. Verschillende generaties, die elk hun eigen verwachtingen en wensen hebben. 2

Via een leeftijdsbewust personeelsbeleid kunnen we Binnen een duurzaam HR beleid is vitaliteit van de me- er als organisatie voor zorgen dat alle medewerkers dewerkers een cruciaal element. De vele veranderingen goed inzetbaar blijven. Goed inzetbare medewerkers in de VOCA-wereld van vandaag vraagt heel wat van kunnen beter inspelen op aanpassingen van hun taken- onze medewerkers. pakket, verandering in hun loopbaan en ontwikkelingen in de organisatie. Vitale medewerkers zijn in staat het verschil te maken. Vitale, geëngageerde en gezonde medewerkers werken immers efficiënter, productiever en zijn bovenal zelf ge- lukkiger. De essentie van duurzame inzetbaar- “heid is dat we als organisatie een omge- Als werkgever moeten we proactief acties ondernemen ving en context creëren waarin werkne- om onze werknemers te stimuleren tot gezond en pro- mers gezond blijven, betrokken zijn en ductief langer doorwerken waarbij ze het plezier in het zich kunnen ontwikkelen. werk behouden.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 28

Leiderschap

3

De kanteling naar een duurzame en wendbare organi- satie impliceert een verschuiving in onze leiderschaps- norm. Het is het belangrijk om duidelijkheid te creëren rond deze nieuwe norm en onze verwachtingen naar de leidinggevenden. Het is belangrijk keuzes te maken, de norm te expliciteren en een gemeenschappelijke taal te ontwikkelen in de organisatie.

Bij het vastleggen van een leiderschapsnorm moeten volgende topics besproken worden: • Welke leiderschapsrollen en leidinggevende posities nemen we op? • Wat zijn onze verwachtingen op vlak van leider- schapsgedrag en leiderschapsmindset? • Hoe gaan we inzetten op leiderschapsontwikkeling?

Lerende organisatie Als organisatie dienen we de mede- wendbaarheid en slagkracht winnen. werkers te ondersteunen in deze Als mensen kunnen werken vanuit verdere ontwikkeling. wat hen drijft en wat hen energie 4 geeft, binnen een open cultuur geba- Deze ontwikkeling mag echter niet seerd op vertrouwen, komt dit hoe Opdat we willen dat medewerkers los komen te staan van de realiteit dan ook de kwaliteiten en productivi- lang aan het werk kunnen en willen en de doelstellingen van de organi- teit van het werk ten goede. blijven en zich kunnen aanpassen satie. Medewerkers moeten de ruim- aan veranderingen moeten we hen te krijgen om te groeien binnen het Training is maar een deeltje van ont- ook de kans geven en hen stimule- kader van de beoogde organisatie- wikkeling. Een talentenbeleid bete- ren om continu - levenslang - in te strategie en de resultaten. De werk- kent ook openheid naar heroriënte- zetten op hun persoonlijke ontwikke- plek als leerplek, waarbij leren tij- ring van medewerkers die vanuit hun ling. Ontwikkeling en groei is een dens het werk een vanzelfsprekend- talenten geen aansluiting vinden met gedeelde verantwoordelijkheid van heid wordt. de teamdoelstellingen of de fit met medewerker en organisatie. de job of de organisatie hebben ver- We willen onze medewerkers opti- loren. We moeten werk maken van het maal inzetten en hierbij de juiste ontdekken en benoemen van de balans zoeken tussen de belangen We streven naar maximale loop- talenten binnen onze organisatie, van de medewerkers en de organi- baankansen voor alle medewerkers, onze medewerkers uitdagen om hun satie. Wanneer we de talenten van waarbij we op zoek gaan naar crea- talenten verder te ontwikkelen en onze medewerkers optimaal benut- tieve oplossingen binnen het huidige slimmer in te zetten in het werk. ten, kunnen we als organisatie aan regelgevend en budgettair kader.

Betrokken en bevlo- eerder de verleidingen om te ver- hierover ook regelmatig feedback gen medewerkers trekken. ontvangen.

Vertrouwen in medewerkers en Onze organisatie dient te evolueren 5 transparante communicatie dragen naar een cultuur waar feedback en

Als organisatie moet we verder in- er toe bij dat medewerkers betrok- feedforward geven de norm is. We ken zijn bij de organisatie. Waarde- moeten onze medewerkers stimule- vesteren in de betrokkenheid en be- ring geeft medewerkers het gevoel ren om op zoek te gaan naar feed- vlogenheid van onze medewerkers. belangrijk te zijn voor de organisatie back. Op die manier kunnen heel Dit is immers een van de succesfac- toren van een organisatie. Betrokken en zal de betrokkenheid verhogen. wat onduidelijkheden en onuitge- Werknemers willen zich goed voelen sproken verwachtingen vermeden medewerkers zijn productiever, heb- bij hun opdracht, het gevoel hebben worden, wat dan weer de samen- ben minder verzuim en weerstaan dat ze zinvol werk doen en willen werking ten goede komt.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 29

Tijds- en plaatsonaf- best werken, op hun bureau of op opportuniteit om alle processen in hankelijk werken een andere voor werk geschikte lo- kaart te brengen, te uniformiseren catie. Tijdsonafhankelijk werken be- en waar mogelijk te automatiseren. tekent dat de personeelsleden niet Op die manier kunnen we de verde- 6 gebonden zijn aan een uurrooster. re uitbouw van een modern perso-

Een wendbare organisatie vraagt De uren waarop gewerkt wordt zijn neelsbeleid ondersteunen en verder- minder van belang, wel de resultaten zetten. ook flexibele medewerkers die vlot die behaald worden. Tijds- en inzetbaar zijn en heeft effect op de plaatsonafhankelijk werken maakt De fusie van stad en OCMW vraagt manier van werken. Werknemers daarentegen wensen meer impact een betere integratie van werk en naast het automatiseren en uniformi- privé mogelijk. seren van de processen ook een op de keuze van tijd, plaats en in- afstemming van de verschillende houd van werk. Er is dus een grote vraag naar flexibiliteit zowel vanuit Werken en leidinggeven op afstand regelgevingen. Denk maar aan de vraagt een andere vorm van com- verschillen tussen contractuelen en de organisatie als de medewerkers. municeren en andere afspraken, statutairen maar ook de verschillen-

Werknemers die kunnen kiezen werkverdeling en opvolging. De ba- de regelingen binnen diverse perso- sisvereiste is vertrouwen, wederzijds neelsgroepen. Om flexibel te kunnen waar en wanneer ze werken voelen vertrouwen tussen medewerkers en inspelen op veranderingen binnen zich in staat langer actief te blijven leidinggevenden. de gehele organisatie is het belang- op de arbeidsmarkt. Het is dus van belang hier ook verder op in te zet- rijk dat al deze verschillende regel- Een doorgedreven digitalisering is gevingen, waar mogelijk en oppor- ten. Bij plaatsonafhankelijk werken hiervoor een voorwaarde. De fusie tuun, op elkaar worden afgestemd. kiezen medewerkers waar ze het van stad en OCMW biedt ons de

Memorandum | oktober 2018 | pg. 30

Infrastructuur

Lokale context

Gebouwen als herkenningspunten en ontmoetingsplaatsen Een lokale overheid kan met haar talloze gebouwen een substantiële materiële impact uitoefenen op de stad: zowel vanuit architectuur en stedenbouwkundige vorm als vanuit maatschappelijke meerwaarde.

Als goed uitgeruste kleine centrumstad biedt de lokale Gebouwen zijn verspreid over de hele stad overheid een grote verscheidenheid aan dienstverlening. waardoor het lokaal bestuur een Onderwijs, sport, zorg, dienstencentra, administratie, erf- “ goed: al deze sectoren maken de stad levend en creëren herkenbaar ‘gezicht’ heeft hierdoor economische meerwaarde en kwaliteit van leven. in de buurt van haar inwoners.

De gebouwen eigen aan deze sectoren zijn ook verspreid over de hele stad waardoor het lokaal bestuur een herken- baar ‘gezicht’ heeft in de buurt van haar inwoners, zeker nu de stedelijke en de OCMW-gebouwen samen geïntegreerde burgernabije dienstverlening kunnen aanbieden.

Daarnaast kunnen onderdelen van deze gebouwen ook verhuurd worden aan verenigingen en burgers, waardoor de maatschappelijke meerwaarde van deze investering opnieuw verbreed wordt. Een degelijk onderhoud garandeert dat gebruikers lang van een gebouwinvestering kunnen genieten en reduceert de lange-termijnkostprijs voor de lokale over- heid.

Om dit goed te beheren vertrekt een infrastructuurbeleid telkens vanuit een langetermijnvisie door een bestuur. De noden en de capaciteiten van de eigen organisatie en van de burgers bepalen immers de eerste stap in een correct bouw, verbouw of onderhoudstraject. Beheer hangt dus samen met een kerntakendebat en ook met visie op dienstverle- ning. Zullen we bijvoorbeeld nog behoefte hebben aan een administratief centrum zoals we dat vandaag kennen, of zal iedereen van thuis uit zijn documenten elektronisch opvragen en indienen?

De stad bezit een uitgebreid patrimonium. De voor het bestuur zijn dus groot. Maar het uitvoeringsplan moet ook econo- misch haalbaar zijn. Afstoten helpt om te besparen, een goed beheer bespaart ook. De gebouwen zijn oud en vergen veel onderhoud. De wetgeving is op veel vlakken verstrengd (bv. naar woonzorgcentra of scholen) en evolueert voortdu- rend. De technologie verandert evenzeer. Ook vanuit de klimaatdoelstellingen dienen we bouwtechnieken continu bij te sturen. En onze gebruikers verwachten terecht veiligheid en comfort.

Afstoten helpt om te besparen, een goed Aandachtspunten naar beheer “ beheer bespaart ook.

Een bewust exploitatie- en onder- houdsbeleid voeren

1

Er wordt gestreefd naar een goede mix tussen exploi- tatie en preventief onderhoud enerzijds en het reno- veren/restaureren van het bestaand patrimonium en creëren van nieuwbouw anderzijds.

In de huidige legislatuur is al een begin gemaakt met digitale inventarisatie van plannen en technische do- cumentatie. De inventarisiatie moet nog verder uitge- werkt worden. Daarnaast is een conditiemeting van de gebouwen van belang om het onderhoudsbeleid verder uit te bouwen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 31

Anticiperen op de levenscyclus van Technische uitvoeringsdiensten het gebouw

2 5

De gemiddelde levenscyclus van een gebouw bedraagt De TUD geeft uitvoering aan een aantal vaste en speci- 30 jaar. Het lokaal bestuur (= stad, ocmw, agb) heeft fieke herstel- en onderhoudsopdrachten. momenteel 88 gebouwen in beheer. 79% van de gebou- wen die specifiek eigendom zijn van de stad zijn ouder Daarnaast implementeert het ook kleine projecten in dan 30 jaar (m.a.w. 56 van de 62 stedelijke gebouwen opdracht van de interne departementen en diensten in eigendom hebben een bouwjaar voor 1988). (zowel stad als OCMW), alsook externe diensten, aan- gevuld met het uitvoeren van departementoverschrij- Individueel heeft elk gebouwonderdeel ook zijn eigen dende taken inzake onderhoud en ondersteuning. cyclus. Door preventief i.p.v. correctief te gaan werken ten opzichte van deze ‘”bouwkundige afschrijftermij- nen”, kunnen we veel kosten en tijd besparen. Duidelijke afspraken “ in wat we zelf doen Nieuwbouw is zo wendbaar mogelijk en wat we uitbesteden

3 De personeelsleden van de TUD zijn zeer zichtbaar op het openbaar domein aanwezig, zij zijn vaak het eerste Moderne gebouwen moeten vertrekken vanuit een aanspreekpunt van de bevolking op het terrein. Zij zijn structuur die heel flexibel en duurzaam is, zodat het dus goed geplaatst om op snelle wijze de kleine (en gebouw nog kan aangepast worden als de technieken grotere) ergernissen vanuit het werkveld te signaleren en de inrichting al verouderd zijn. (‘ogen-op-terrein-principe’) en waar kan met een mini- mum aan administratieve belasting deze snel en accu- raat weg te werken.

Schoonmaak en facility Op termijn kunnen alle generieke herstel- en onder- houdsopdrachten door de TUD uitgevoerd of wordt de uitvoering in opdracht van de TUD of aan externen op- 4 gedragen en opgevolgd. Hierdoor kunnen de departe- menten en diensten waar op heden nog onderhouds- Een schoon lokaal is een belangrijk uithangbord voor de contracten lopen zich toeleggen op hun kerntaken en dienstverlening naar de burger. kan voor de uitvoering van alle opdrachten een centrale aansturing gebeuren waarbij optimaal gebruik worden We merken een spanningsveld tussen de poetsop- gemaakt van het potentieel aan eigen personeel vooral- dracht in de engere zin en de werking van een poetsda- eer externe firma’s worden ingeschakeld. me binnen een team op een specifieke dienst (bv: een school). Bredere invulling van de functiebeschrijving van een poestdame heeft voordelen voor de dienstverlening maar nadelen naar mogelijkheden tot uitbesteding.

Wijzigingen in het patrimonium, zowel het afstoten van gebouwen als het gebruik van nieuwe gebouwen zor- gen voor drastische aanpassingen van het schoon- maakprogramma; dit besef vertaalt zich het beste in nauwere samenwerking en afstemming met de dienst gebouwen.

Om meer flexibiliteit en continuïteit naar de klanten te garanderen zijn er een aantal pistes die verder onder- zocht moeten worden.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 32

Domein veiligheid

Veiligheid en leefbaarheid

Lokale context

Het politionele veiligheidsbeleid wordt door de Zonale Veiligheidsraad vastgelegd in een Zonaal Veiligheidsplan (ZVP) zoals bepaald in de wet op de geïntegreerde politie. Het huidig plan liep tot 2017 maar werd d.m.v. een addendum ver- lengd tot eind 2019. Het nieuw op te stellen beleidsplan loopt van 2020 tot 2025 en dient voorafgaandelijk goedgekeurd te worden door de ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie.

Op basis van de politiële criminaliteitsstatistieken 2014-2015-2016-2017, afkomstig van de Algemene Nationale Gege- vensbank (ANG), blijkt dat er in 2017 in de politiezone 3518 inbreuken vastgesteld werden op gerechtelijk vlak. Dit komt overeen met een criminaliteitsgraad (aantal feiten gepleegd per 1000 inwoners) van 77,2. Ten opzichte van 2014 be- draagt dit een daling met 10%.

Tegenover 2016 is het aantal geregistreerde feiten in 2017 met 7,1 % gedaald. Dit is een belangrijke daling sinds het begin van de metingen en sinds de piek van 2011, maar dit betekent niet noodzakelijk dat de criminaliteit gedaald is. Het fenomeen zou te verklaren kunnen zijn door de toename van het aantal camera’s, het verstrekken van inbraakpreventie, de aanwezigheid van politiemensen en militairen op straat ... maatregelen waardoor het moeilijker wordt om (ongemerkt) misdrijven te plegen. Een lagere aangiftebereidheid bij de bevolking zou eveneens deze dalende cijfers kunnen verklaren.

Evoluties per beleidsprioriteit

In uitvoering van het Zonaal Veiligheidsplan 2014-2019 pakte de politiezone Dendermonde in samenwerking met exter- ne partners onderstaande veiligheidsfenomenen aan.

Strategische beleidsthema’s: • Verkeersongevallen met lichamelijk letsel (cf. verkeersveiligheid) • Drugs, georiënteerd naar jongeren • Diefstal in gebouwen • Fiets- en bromfietsdiefstal • Buurt en overlast • Jongeren, verontrustende opvoedingssituaties en spijbelen • Milieu (geluidsoverlast en sluikstorten)

Bij deze opsomming beperken we ons tot resultaten/tendensen die ook voor andere domein- en/of themaverantwoorde- lijken relevant kunnen zijn.

Diefstal in gebouwen

1

Met uitzondering van 2014 zet de dalende tendens die we optekenen sinds 2012 zich gestaag verder. In 2014 werden we geconfronteerd met een inbrakengolf, het- geen het aantal inbraken in gebouwen fors de hoogte injoeg. Doorgedreven onderzoek en speurwerk zorgde ervoor dat er twee bendes opgerold konden worden en de dalende tendens zich opnieuw verderzette.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 33

Drugs NERO-project

2 4

De grote instroom van leerlingen vanuit omliggende ge- NERO staat voor normstelling en responsabilisering meenten brengt een aantal fenomenen met zich mee naar aanleiding van overlast. Met dit project is het de (drugs, diefstal, afpersing,…). Overlegstructuren (o.a. bedoeling om een positief antwoord te bieden op grens- drugsconvenanten) met de middelbare scholen zijn over overschrijdend gedrag van minderjarigen. de jaren heen wat verwaterd. Er dient opnieuw een net- werk te worden opgezet. Er moet onderzocht worden of dit project in Dendermon- de kan geïmplementeerd worden. Dit in het kader van N.a.v. het nieuwe schooljaar ondertekenden de directies problemen meer ketengericht en vroeger (lagere leeftijd van de secundaire scholen, het stadsbestuur en de lo- delinquenten) aan te pakken. kale politie onlangs een nieuwe engagementsverklaring in hun strijd tegen drugs.

Het is de bedoeling van deze engagementsverklaring om een gecoördineerde en systematische aanpak aan te moedigen, om samenwerkingsverbanden tussen be- trokken partners te optimaliseren en om bestaande ini- tiatieven te ondersteunen.

Gemeentelijke administratieve sancties

Het politiereglement dient op regelmatige basis geëva- 3 lueerd te worden, in functie van de aanpassing aan ac- tuele tendensen. Er kan meer aandacht zijn voor het In 2017 werden in totaal 1389 administratieve dossiers vroeger aanpakken van delicten (leeftijdsdaling naar 14 behandeld n.a.v. kleinschalige en storende overlast. jaar).

Vooral inbreuken m.b.t. parkeren en stilstaan, parkeren Alle ambtenaren die gemachtigd zijn, dienen daaren- en rijden op het marktparcours, aanbieden huisvuil, boven gestimuleerd te worden om vaststellingen te zwerfvuil, nachtlawaai en geluidshinder en inname doen. In 2017 werd 97% van de feiten vastgesteld door openbare weg en winkeldiefstal werden vastgesteld. de politie.

In bijgevoegde tabel vindt u een weergave van de 10 Daarnaast moet er geïnvesteerd worden in een gedra- belangrijkste inbreuken om zicht te krijgen op de aard gen visie bij de omliggende gemeenten (uniforme poli- en frequentie van het aantal overtredingen. tiereglementen).

Inbreuk 2014 2015 2016 2017 parkeren en stilstaan / 757 792 1084 wildplassen 7 4 13 11 nachtlawaai en geluidshinder 17 16 20 30 parkeren en rijden op het marktparcours 26 11 11 85 openbaar domein (inname openbare weg, signalisatie) 19 14 7 25 aanbieden huisvuil 53 49 66 zwerfvuil 43 slagen en verwondingen / 4 9 9 winkeldiefstal / 7 6 30 beschadiging roerende/onroerende goederen 10 16 Totaal 86 910 963 1389

Memorandum | oktober 2018 | pg. 34

Geluidsoverlast Sluikstorten

5 6

Wat geluidsoverlast betreft, kwamen er in 2017 onge- In 2017 kwamen bij de politie 133 meldingen over sluik- veer 15% meer meldingen binnen t.o.v. 2016. De politie storten binnen. Dit is 15% meer dan 2016. In totaal stel- registreerde ongeveer 543 meldingen inzake geluids- de de politie samen met de milieudienst 94 processen- overlast. verbaal of GAS-dossiers voor sluikstorten op.

Om het probleem van zwerfvuil op sluikstortgevoelige plaatsen (o.a. in de buurt van glasbollen) aan te pakken, maakt de politie daarnaast ook gebruik van verplaatsba- re camera’s. In 2017 werden op deze manier 18 sluik- storters op heterdaad betrapt. De dossiers werden over- gedragen aan de sanctionerend GAS-ambtenaar die een passende sanctie oplegde.

Binnen dit kader koopt intercommunale VERKO ook tien sluikstortcamera’s aan. Blijvende handhaving met be- hulp van het GAS-reglement is noodzakelijk.

Preventief optreden en sensibiliseren van de bevolking kan daarnaast ook een ontradend effect teweegbren- gen. Bij verschillende doelgroepen kunnen campagnes opgestart worden waarbij de bedragen van de boetes en het aantal overtreders van de afgelopen maanden bv. vermeld kunnen worden.

Veiligheidsgevoel

Het veiligheidsgevoel in de stad is een aandachtspunt. Het is noodzakelijk om een veilige per- ceptie van de openbare ruimte te creëren, o.a. door voldoende openbare verlichting te voor- zien. Verwacht wordt dat het onveiligheidsgevoel de komende jaren zal toenemen door de ge- schatte groei van de bevolking en de stad en door een aantal maatschappelijke tendensen zoals de toenemende individualisering.

Lokale integrale veiligheidscel (LIVC)

Een lokale integrale veiligheidscel is een lokaal overlegplatform rond radicalisering en extremisme waaraan de burge- meester, de lokale politie en preventie- en sociale diensten deelnemen, indien nodig aangevuld met andere partners. Het beleid kan hierrond prioriteiten bepalen.

Smart Security

De samenleving evolueert razendsnel en wordt steeds meer beïnvloed door technologische ontwikkelingen. De lokale politie dient hierin mee te gaan en wil met het Smart Security project een nieuwe en betrouwbare ICT-omgeving cre- ëren. Zij wil meer inzetten op interactiviteit met de burger en haar partners. Een afspraak maken met de wijkinspecteur zal bijvoorbeeld ook mogelijk moeten zijn via een interactieve kalender, woonstvaststellingen zullen gebeuren door ge- bruik te maken van een tablet, enz.

Het ANPR-cameraschild zal ons beter moeten beschermen tegen inbraken en druggerelateerde feiten. Mobiele over- lastcamera’s zullen ons toelaten om risicozones beter op te volgen.

Smart Security is een ambitieus project dat volledig kadert in het concept van Smart City. De stad en de politie zijn zich hiervan bewust en zijn ervan overtuigd dat dit project noodzakelijk is om op een veilige, efficiënte en transparante ma- nier te zorgen voor een veilige stad.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 35

Noodplanning

Elke gemeente beschikt over een noodplanningscoördi- Ook de IT-infrastructuur van het Gemeentelijk coördina- nator. De voorbije legislatuur is vooruitgang geboekt op tiecomité wordt aangepakt en broodnodige apparatuur vlak van inzet voor noodplanning. Terwijl in het verleden wordt voorzien. (vervanging defecte apparatuur en beka- de noodplanningscoördinator 1/5de van haar tijd be- beling, vernieuwen audio-visuele apparatuur). steedde aan noodplanning, is er sinds september 2016 een evenementen- en noodplanningscoördinator aange- Aansluitend organiseert men 4 keer per jaar een veilig- worven. Daardoor gaat er meer tijd naar noodplanning heidscel bij de lokale politie Dendermonde. De leden van op het grondgebied Dendermonde. Daarnaast staat een de veiligheidscel komen uit de verschillende disciplines medewerker van het ondersteuningsproject noodplan- die tijdens een noodsituatie samen de coördinatie ervan ning van de provincie Oost-Vlaanderen de noodplan- beheren. De actoren kennen elkaar goed wat de samen- ningscoördinator bij. Deze medewerker komt bijna weke- werking in een reële noodsituatie ten goede zal komen. lijks naar Dendermonde en creëert hierdoor een conti- Om tot een veilige organisatie van evenementen te ko- nue link met wettelijke en inhoudelijke vernieuwing: dit is men is er sinds april 2018 een evenementencel opge- een sterke meerwaarde. richt. Dit is een wederkerend overleg tussen de organi- sator, het stadsbestuur en de hulpdiensten. Voor de gro- Op vlak van noodplanning zijn de voorbije twee jaar ver- tere evenementen wordt ook een veiligheidsdossier op- schillende werkwijzen gewijzigd en is extra ingezet op gemaakt. samenwerking en communicatie. Zo is er een andere opstelling in het gemeentelijk coördinatiecomité (GCC), Het blijven organiseren van noodplanningsoefeningen is hanteert men een nieuwe vergadermethode (IBOBBO- belangrijk (vb. BE-alert, multidisciplinaire oefeningen). methode ), gebruikt men een nieuw digitaal nationaal samenwerkingsportaal (Incident & Crisis Management System) én wordt er gebruik gemaakt van de alarme- ringstool BE-Alert. Het huidige GCC ontplooit zich tijdens noodsituaties bij de lokale politie Dendermonde. Noodplanningsoefeningen zijn Op het vlak van noodplanning en crisisbeheer zal een “ noodzakelijk om de werking redundante VOIP- en data infrastructuur worden uitge- van de disciplines te optimaliseren bouwd: bij uitval bij de politie zal men kunnen terugvallen op stad/OCMW en vice versa. en om de bevolking te trainen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 36

Verkeersveiligheid

Lokale context

Evolutie verkeersveiligheid in de afgelopen 10 jaar De verkeersveiligheid in het arrondissement Oost-Vlaanderen kent een duidelijke positieve evolutie. Over de afgelo- pen tien jaar heen daalde het aantal letselongevallen met 21% en telde 2017 het laagste aantal letselongevallen sinds 2008. Ook het aantal letselongevallen met dodelijke afloop daalde gestaag over deze periode. Tenslotte is de positieve evolutie ook merkbaar in het aantal personen dat gewond geraakte tijdens deze letselongevallen, want ook hun aantal daalde de afgelopen tien jaar met 20,3%.

Net zoals op arrondissementeel niveau is ook het aantal ongevallen in Dendermonde sterk gedaald de laatste jaren (daling met 53% t.o.v. start verkeersactieplan in 2002). Het aantal letselongevallen evolueerde van 368 in 2002 naar 169 in 2017.

Aandachtspunten 1 Specifieke handhavingsprojecten De invoering van het verlaagd snelheidsregime op de Mechelsesteenweg sinds begin januari 2008 bracht het aantal letselongevallen terug van 27 in 2007 naar 5 in 2017. Dit komt overeen met een globale daling van 81%. Ten opzichte van 2016 betekent het een daling met 38%.

Het handhavingsproject Noordlaan dat van start ging in januari 2011 en in hoofdzaak bestond uit het handhaven van het bestaande snelheidsregime en extra communicatie hieromtrent zorgde voor een globale daling van het aantal let- selongevallen met 85% (20 in 2010 naar 3 in 2017). T.o.v. 2016 zien we een daling met 67%.

Het handhavingsproject Sint-Gillislaan/Heirbaan dat van start ging in januari 2013 en bestaat uit de handhaving van het bestaand snelheidsregime zorgt op vier jaar tijd voor een daling van het aantal letselongevallen met 44%. Op dit traject deden zich in 2017 23% minder letselongevallen (10) voor in vergelijking met 2016.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 37

Letselongevallen met fietsers en tweewielers

Enkel het aantal letselongevallen met fietsers en tweewielers in het algemeen lijkt niet af te nemen en blijft een belangrijk aandachtspunt. Bij meer dan de helft van het aantal letselon- gevallen is een tweewieler betrokken.

De dalende trend van het aantal letselongevallen werd mede gerealiseerd door een combinatie van toezicht, sensibilise- ring, educatie en infrastructurele aanpassingen. Om de verkeersprioriteiten (snelheid, rijden onder invloed, gordeldracht, kinderzitjes, rij- en rusttijden, verkeersagressie e.a.) aan te pakken, werden preventieve én repressieve controles ver- richt. Deze controles werden maximaal aangevuld met communicatie- en sensibiliseringsacties. Er werd ook veel aan- dacht besteed aan educatieve projecten voor diverse leeftijden. Een blijvende inzet op handhaving is noodzakelijk om een veilig en leefbaar verkeer te garanderen.

Op basis van periodieke ongevallenanalyses werden ook aanpassingen doorgevoerd op vlak van signali- Opvallend is dat ongeveer iets meer dan de satie, verkeerscirculatie en weginrichting. Op deze helft“ van het aantal letselongevallen plaatsvindt manier werden een aantal gevaarlijke punten weg- op een gewestweg. gewerkt. 2 Alcohol en drugs in het verkeer Jaarlijks voert de politiezone Dendermonde ongeveer 100 gerichte acties uit op grote verkeersassen en in de omgeving van uitgaansbuurten naar gebruik van alcohol en drugs in het verkeer, het ontbreken van geldige boorddocumenten, het dragen van de gordel. Hierbij is het zowel de bedoeling om drugdealers te onderscheppen en potentiële drugkoeriers af te schrikken als rijden onder invloed van drugs en alcohol te bekeuren. Daarnaast worden er op dit vlak ook frequent controles gedaan n.a.v. patrouilles en tussenkomsten op het terrein tijdens de dagdagelijkse werking.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 38

In 2017 stelden onze diensten voor het sturen onder Evolutie drugs in het verkeer invloed van alcohol 192 pv’s op. Het aantal opge- 250 stelde pv’s alcohol steeg met 51% ten opzichte van

2016. 200

Voor het sturen onder invloed van drugs stelden 150 onze diensten 193 processen-verbaal op in 2017; dat is de helft meer pv’s in vergelijking met 2016. 100

In 2017 werden 320 rijbewijzen ingetrokken, voor- 50 namelijk voor het sturen onder invloed van drugs en/ of alcohol. T.o.v. 2015 is dit een stijging met 88%. 0 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 3 Mobiliteit Het autobezit en -gebruik neemt toe, waardoor ook de parkeerdruk in de stad toeneemt. Een herziening van het parkeerbeleid is noodzakelijk. Er is nood aan een degelijk integraal parkeerbeleid.

Er moet meer ingezet worden op alternatieve vervoersmiddelen (openbaar vervoer, fiets …). Hiervoor dringen infrastruc- turele wijzigingen zich op (busbanen, fietspaden …). Kwalitatieve en veilige schoolomgevingen en -routes en dan voor- namelijk m.b.t. het middelbaar onderwijs blijven een belangrijk punt om op in te zetten. Ongeveer 50% van de leerlingen uit het secundair onderwijs wonen niet in Dendermonde.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 39

Memorandum | oktober 2018 | pg. 40

Domein ruimte

Ruimtelijke ordening en economie

Lokale context

Inzake ruimtelijke ordening dient iedere gemeente over een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) te beschikken. In dit GRS wordt voor het grondgebied van Dendermonde een ruimtelijk toekomstperspectief geformuleerd met tal van zinvolle acties. Er werden acht gebiedsgerichte strategische projecten hierbinnen geformuleerd: • Doortrekking N41 • Stationsomgeving Dendermonde • Stadsdeel Sint-Gillis • Epicentrum, omgeving Oude Dender, kernwinkelhart en site Kazerne • Vestinggordel • Randstedelijk groengebied Oud Klooster-Zwijveke • Den Briel • VPK.

De opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk beleidsplan (ter vervanging van het ruimtelijk structuurplan) geeft de stad de mogelijkheid om scherp te stellen wat vanuit strategisch oogpunt de actuele visie is op onze ruimte. Het is aangewezen om de strategische visie elke legislatuur minstens te evalueren.

Binnen deze strategische visie kan de stad via beleidska- ders duidelijke prioriteiten stellen, bijvoorbeeld integraal We moeten de meest kwetsbaren in onze waterbeleid, wonen … . Via de beleidskaders kunnen ook samenleving blijvende aandacht geven bij uitspraken gedaan worden over andere sectorale beleids- “ de inrichitng van het openbaar domein. domeinen of kunnen deze efficiënter geïntegreerd worden.

Door acties te koppelen aan de verschillende beleidskaders kan de stad keuzes maken om strategische projecten te realiseren. Een specifieke uitdaging zal vervolgens zijn om deze projecten te linken aan elkaar (waterlopen, fietsverbin- dingen …).

Bij de inrichting van het openbaar domein dient er blijvende aandacht te zijn voor de meest kwetsbaren in onze samen- leving, ouderen, kinderen, personen met een handicap …

Aandachtspunten

Omgevingsvergunning

1

De stedenbouwkundige vergunning, de milieuvergun- ning en de socio-economische vergunning verdwijnen als afzonderlijke instrumenten en worden vervangen door één omgevingsvergunning. Dit heeft als gevolg dat initiatiefnemers niet langer een aparte stedenbouwkun- dige, milieu- en socio-economische vergunning moeten aanvragen. Een verdere afstemming van de integrale aanpak is noodzakelijk.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 41

Centrale ligging als kans voor duurzame en kwaliteitsvolle woonstad

2

Dendermonde ligt centraal tussen de grootstedelijke Dendermonde is ook gelegen op een oost-west hoofd- gebieden Brussel, Antwerpen en Gent in, alsook tussen spoorgoederenlijn én gelegen aan de Dender en de de regionaalstedelijke gebieden van Aalst, Sint-Niklaas Schelde. Die multimodale spoor- en waterontsluiting is en Mechelen. Die ligging biedt voordelen aan Dender- op economisch vlak een troef die Dendermonde sterker monde om zich te profileren als aangename woonstad moet uitspelen. voor pendelaars. Een goede ontsluiting naar de stedelij- ke gebieden is dan wel belangrijk. Het uitwerken van een structureel woonbeleid is nood- zakelijk. Hierin moet voldoende aandacht zijn voor huur- Via de wegen is het belangrijk de doorstroming op de ders als kwetsbare groep en het vermijden van discrimi- bestaande ontsluitingswegen op peil te houden of te natie op de woonmarkt. verbeteren, gekoppelde aan een verhoogde verkeers- veiligheid. De doortrekking van de N41 richting Aalst is Er wordt vastgesteld dat alternatieve woonvormen daarbij een belangrijke doelstelling. steeds populairder worden.

Via het openbaar vervoer is er een goede oost-west en Daarnaast dient er gewezen te worden op het belang noordwest-zuidoost ontsluiting. Er dient gestreefd te van kwalitatieve woningen door een doorgedreven be- worden naar het verbeteren van de noord-zuid ont- waking van de woonkwaliteit en het tegengaan van sluiting. leegstand van woningen.

Dendermonde als werkpool

3 Dendermonde wenst zich verder te ontwikkelen als • Gezien de groeiende tertiaire sector dient Dendermon- ‘werkstad’. Er dienen daarom voldoende mogelijkheden de – op haar schaal – te werken aan bijkomende kan- te zijn voor het Dendermondse bedrijfsleven zodat zij toorvoorzieningen, bij voorkeur ingeplant in de stati- zich verder kunnen ontwikkelen, met inachtneming van onsomgeving (cfr. GRS). de ruimtelijke, sociale en milieurandvoorwaarden. • Door de vergrijzing van de bevolking zullen de noden inzake thuisdiensten en specifieke verzorging en aan- Dendermonde heeft als werkpool een gemengd profiel gepast verblijf (ziekenhuizen, woonzorgcentra, dien- met grotere en kleine bedrijven, geen uitgesproken sec- stencentra) voor ouderen vergroten. Ook de zorg voor toren enz. Dit gediversifieerd profiel is een voordeel dat mensen met dementie zal toenemen. Dit kan bijko- kan behouden worden. De werkgelegenheidsgraag van mende werkgelegenheid genereren in de ‘witte Dendermonde is echter laag (hoog aandeel pendel- sector’. arbeid). • De uitbouw van de toeristisch-recreatieve sector biedt voor Dendermonde – gezien zijn troeven op dit vlak Wil Dendermonde ook op economisch vlak haar cen- kansen. Toerisme genereert een zeer grote economi- trumfunctie waarmaken, dan zal de stad voldoende sche meerwaarde voor de stad. Momenteel is er een ruimte voor ‘bedrijvigheid’ in de brede zin van het woord goede basis voor toerisme aanwezig, deze moet actu- moeten voorzien én zo bijkomende werkplaatsen op zijn eel worden gehouden en verder worden uitgewerkt. grondgebied genereren: De troef van stad aan het water en de troef van de • Via een RUP ‘zonevreemde bedrijven’, RUP vestigingsgordel kunnen beter worden uitgespeeld. ‘Hullenberg’ (o.a. voor VPK) en twee bijkomende be- Daarnaast kan er meer ingezet worden op groene ge- drijventerreinen ‘Hoogveld I’ en ‘Hoogveld J’ (die mo- bieden, het aantrekkelijker maken van bepaalde zich- menteel ontwikkeld en ingevuld worden via de inter- ten en plaatsen, het opmaken van een masterplan in communale DDS) biedt de stad ruimte voor traditione- het kader van een uniform profiel van de stad en het le bedrijven. aanbieden van een cultureel aanbod overdag om dag- • Dendermonde is de ‘hoofdstad’ van de gelijknamige toeristen aan te trekken. Om het toeristisch potentieel gerechtelijke afdeling . Dit zorgt voor een grote econo- van de stad ten volle te benutten, moet er meer inge- mische meerwaarde. Die positie moet de stad behou- zet worden op marketing en communicatie. den en proberen te versterken. De bouw van een nieuwe gevangenis is hierbij een belangrijk project. Mogelijk kan bij reconversie van de oude gevangenis ook terug gefocust worden op het aantrekken van in- vesteringen in de justitionele sfeer.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 42

4 Sociale economie Het is een uitdaging voor de stad om meer Dender- Daarnaast kan er meer ingezet worden op de interactie mondse initiatieven voor sociale economie te stimuleren. tussen sociale economie en reguliere economie. Er Het aantrekken van sociale ondernemingen staat garant moeten meer linken worden gelegd met werkgevers in voor heel wat lokale werkgelegenheid en kwaliteitsvolle Dendermonde om de noden en knelpuntberoepen in jobs voor een zeer kwetsbare doelgroep. kaart te brengen. Er is in Dendermonde een vrij grote Een belangrijk doel van sociale economie is een door- groep van jonge werklozen, we zouden deze profielen stroom naar het reguliere economische circuit te realise- structureel moeten onderzoeken en manieren vinden ren. Het regelgevend kader hieromtrent is de laatste tijd (jobbeurs,…) om hen te bereiken en blijven inzetten op sterk aan het wijzigen. het aanbieden van opleidingen.

Momenteel worden er reeds veel diensten door het OCMW aangeboden, doch kan dit nog verder worden uitgebreid gezien hieraan een aantal mogelijkheden zijn verbonden (uitbouw toeristisch aanbod, deelecono- mie …).

Dendermonde regio- Hierdoor is een vrij hoog aantal com- Zo ook proberen we de link te leg- naal handels- en merciële panden leegstaand. Dit gen tussen ons eigen leegstaand heeft een negatieve impact op de patrimonium, dat van particulieren dienstencentrum 5 beleving in de stad. We willen de en onze doelgroep. Om deze crea- stad extra zuurstof geven door crea- tieve hotspot uit de grond te stam- Dendermonde is voor zijn regio een tief ondernemerschap te stimuleren pen slaan openbaar bestuur, belen- belangrijk dienstencentrum met tal en tegelijkertijd leegstand indijken. dende organisaties (vb. JH Zenith, Broeikas Aalst, onderwijsinstellin- van scholen, ziekenhuis, zwembad, Met jonge creatieve en artistieke gen) en lokaal ondernemerstalent de kinderopvang, enz. Deze bieden ook voor de eigen bewoners een grote talenten of startende ondernemers handen in elkaar. willen we samen op pad gaan. We meerwaarde. hebben de ambitie een creatieve In het decreet Integraal Handelsves-

Het is daarom belangrijk dat Dender- werkplek te creëren waar startende tigingsbeleid legde de Vlaamse re- en/of jonge ondernemers, artistieke gering de nieuwe krijtlijnen vast voor monde deze functies ook actief de talenten, creatievelingen, freelancers een meer duurzame organisatie van nodige ontwikkelingsmogelijkheden biedt. Ook voor de deelkernen is er allerhande, … elkaar kunnen ont- de detailhandel in Vlaanderen. een bestaand kwalitatief voorzienin- moeten, inspireren en ondersteunen. Op deze plek kunnen proeftuinen Een belangrijke rol is weggelegd genniveau. Het GRS wenst dit aan ontstaan, worden kruisbestuivingen voor de lokale overheid die verschil- te houden. gestimuleerd en kan er genetwerkt lende instrumenten krijgt aangereikt worden. Reeds gesetteld en inspire- om een ruimtelijk handelsbeleid te De detailhandel in Dendermonde rend ondernemerstalent linken we voeren. Zo kunnen er handelsvesti- staat onder druk door te hoge huur- prijzen, internetaankopen … als rolmodellen aan jonge starters. gingsconvenanten worden afgeslo- ten tussen de stad en ondernemers

en is het ook mogelijk om in de ruim- telijke uitvoeringsplannen sturend te werken rond het toestaan van han- delsactiviteiten.

We willen de stad extra zuurstof geven door “ creatief ondernemerschap te stimuleren en tegelijkertijd leegstand indijken.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 43

Om de detailhandel in Dendermonde Gezien de nood aan meer verblijfs- de spoorweg tussen het Dender- te laten bloeien dient de stad struc- gerichte publieke ruimte in het ste- monde-centrum én Sint-Gillis ver- turele ingrepen uit te voeren aan een delijke centrum – i.f.v. de woonstad - zacht te worden en kan het station aantal problemen: minder aantrekke- zal het parkeerareaal hierop aange- functioneel uitgebouwd worden als lijk openbaar domein met gebrekkige past moeten worden, bv door een een schakel tussen beide stadsde- ruimte voor voetgangers (ver- verschuiving naar parkeren op een len. Hierdoor zou de huidige blijfsfunctie), problematische kleine aanvaardbare afstand. ‘centrumas’ Markt-Vlasmarkt-Brus- winkeloppervlaktes in het winkelare- selsestraat doorgetrokken kunnen aal, uitwaaiering van winkelareaal In dit kader kan het project van de worden via de Sint-Gillislaan over de naar de periferie (bvb. Mechel- stationsomgeving, met het voorlig- spoorweg tot aan de kerk van Sint- sesteenweg), oncomfortabel in- gende masterplan, voor diverse pro- Gillis. Een goede integratie van de gerichte parkings, enz. blematieken een deel van de oplos- historische groen-recreatieve as van sing vormen. Via dit project dient de vestinggordel doorheen dit pro- tevens de huidige harde barrière van ject is nodig. Bedrijventerreinen

6 Naast de herinrichting van het openbaar domein van de bedrijventerreinen i.f.v. veilige fietsverbindingen, is het ook aangewezen om de landschappelijke kwaliteiten van deze bedrijventerreinen te verbeteren, gericht op een visuele imagoverbetering.

Hierbij kan ook gewerkt worden aan een verbetering van de groene dooradering van deze bedrijventerreinen, het voorzien van collectieve wachtparkings voor vracht- wagens met douche-infrastructuur, nastreven van het verhogen van de gecreëerde toegevoegde waarde (inperken van louter logistieke activiteiten) enz.

In dit kader kan nagegaan worden wie deze duurzame herinrichting van de geselecteerde bedrijventerreinen gaat opnemen.

Stadsplanning als citymarketing Het is nodig dat Dendermonde als stad op zoek gaat naar haar unieke positie. “ 7 Dendermonde wordt benijd omwille van haar historisch

erfgoed, dat nu niet altijd even toegankelijk is. Het lin- Steden ondervinden steeds meer hoe ze als concurren- ken van al deze projecten in één visie is cruciaal. ten tegen elkaar worden uitgespeeld. Het is daarom

nodig dat Dendermonde als stad op zoek gaat naar Naast dergelijke strategische projecten is er nood aan haar unieke positie. Dit mag niet verengd worden tot een horizontale visie. Welk soort wonen willen we bij- imagocampagnes en evenementen, maar moet ook voorbeeld promoten in Dendermonde? De stad moet structureel uitgewerkt worden in de ruimtelijke verschij- toonaangevend zijn in haar eigen projecten en stimule- ningsvorm van de stad. Via stadsplanning spelen we in rend werken naar de private markt. Een sterke afstem- op verschillende doelgroepen, zoals inwoners, inves- ming tussen bestuur en administratie is een must. teerders, bedrijven … Het belangrijkste beeld van de

stad is nog altijd de stad zelf en haar fysieke ruimte. Voor grote private bouwprojecten moet het mogelijk zijn Een kwalitatief en aantrekkelijk openbaar domein speelt in een vroeg stadium samen te zitten en te kijken welke hier een sleutelrol. meerwaarde kan geleverd worden. In plaats van de typi-

sche verkaveling kan gekozen worden om in te zetten Dendermonde moet op zoek gaan naar de troeven die op nieuwe woonvormen. haar uniek maken. De vestinggordel rond de historische

kern en de grote nabijheid van natuur bieden bijvoor- Welke identiteit kunnen we geven aan het openbaar beeld een enorm potentieel. domein in plaats van de louter functionele aanleg van wegen met een lap restgroen?

Memorandum | oktober 2018 | pg. 44

Strategische Oude Briel: de stad is hierbij een genereren van (deel)projecten om te projecten passieve partner t.a.v. actieve part- komen tot reconversie van de site. ners Provincie, POM Oost- Na beslissing omtrent een geprefe- Vlaanderen en De Vlaamse Water- reerde inrichtingsvisie kan deze via 8 weg nv. POM Oost-Vlaanderen deelprojecten stapsgewijs gereali-

In de lopende strategische projecten voert de regie. seerd worden. Afhankelijk van welk deelproject het is, zal de rol van de is de rol van de stad steeds verschil- Epicentrum: de stad heeft de regie- stad in het deelproces ook verande- lend. rol opgenomen voor het uitwerken ren (regierol, adviserende rol, onder-

Stationsomgeving: de stad heeft van het ontwerpend onderzoek. De steunende rol …). andere partners in deze omgeving de regierol opgenomen voor het uit- (De Vlaamse waterweg, Agentschap Aangezien de stad financieel zal werken van een nieuw masterplan (via conceptsubsidie door de Vlaam- Wegen en Verkeer, NMBS-Holding, moeten bijdragen aan de realisatie omwonenden en geïnteresseerde van deze strategische projecten se overheid). De andere partners in burgers) waren bij de uitwerking van voor onderdelen waarvoor zij be- de stationsomgeving (NMBS- Holding, Infrabel, De Lijn, VMM, pro- het ontwerpend onderzoek actief voegd is, is het aangewezen om betrokken. Na beslissing omtrent sowieso meer actief deze projecten vincie Oost-Vlaanderen, omwonen- een geprefereerde inrichtingsvisie mee te sturen om zo problemen te den en pendelaars, …) waren bij de kan deze via deelprojecten stapsge- vermijden. Het actief sturen / voeren uitwerking van deze studie actief betrokken. Door de realisatie van wijs gerealiseerd worden. Afhanke- van de regie over een project is ech- lijk van welk deelproject het is, zal ter een zeer intensieve bezigheid die deelprojecten kan deze visie staps- de rol van de stad in het deelproces personeel en middelen vereist. De gewijs gerealiseerd worden. Afhan- kelijk van welk deelproject het is, zal ook veranderen (regierol, adviseren- realisatie van deze strategische pro- de rol, ondersteunende rol …). jecten blijft sowieso deels afhankelijk de rol van de stad in het deelproces van de wil van andere overheden en ook veranderen (regierol, adviseren- de rol, ondersteunende rol …). Bomvrije Kazerne: de stad heeft de instanties om tot realisatie over te regierol opgenomen voor het uitwer- gaan.

ken van het ontwerpend onderzoek. Project Oude Dender: de stad is De andere partners in deze omge- Steeds zal de stad hierbij een trans- hierbij een actieve partner naast De ving (Federale overheid, agentschap versale en integrale blik hanteren - Vlaamse Waterweg nv. De Vlaamse onroerend erfgoed, Agentschap We- helikopterview behouden - over al Waterweg nv voert de regierol inza- gen en Verkeer, omwonenden en deze strategische projecten heen, ke het totaalproject en de waterge- bonden deelprojecten. Echter, voor geïnteresseerde burgers) waren bij waardoor deze complementair el- de uitwerking van het ontwerpend kaar versterken en zo ook de duur- een aantal andere deelprojecten onderzoek actief betrokken. Intus- zame ontwikkeling van de stad on- neemt de stad zelf deze regierol op (bvb. herinrichting groenperk nabij sen is ook de Participatie Maat- dersteunen. schappij Vlaanderen (PMV) via de standbeeld Franz Courtens). erfgoedkluis actief betrokken bij het

Actieve rol bij stadsvernieuwing

9 Het is nodig dat de stad een sturende rol opneemt op Ook bij lokale projecten kan de stad actief aan de slag. het vlak van stadsvernieuwing. Steeds meer kiezen ex- Het kunnen innemen van een grondpositie is cruciaal. terne partners en diensten van hogere overheden voor Dit hoeft niet steeds te betekenen dat voor elke site on- projecten waar de lokale overheden gretig op instappen middellijk een project moet uitgewerkt worden. en een actieve rol opnemen. Dit vergroot de haalbaar- heid van een project én geeft de stad de kans om eigen Soms kan de stad een strategische grondpositie inne- prioriteiten op de agenda te plaatsen. men om dan later aan ontwikkeling te doen. Hierbij is er nood aan een visie over tijdelijk gebruik. Dit zijn bij uit- Als de stad aan de zijkant blijft staan bij grote projecten stek gelegenheden om in te spelen op dringende nood- worden lokale gevoeligheden vaak onvoldoende opge- zaken waarbij de burger in een participatief proces kan merkt of meegenomen. Tegelijk blijft de stad het eerste betrokken worden. aanspreekpunt.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 45

Digitale stedenbouwkundige informatie beschikbaar stellen 10 vanuit een performant GIS- platform

De Vlaamse regering heeft een kader voorzien voor de implementatie van een platform voor digitale steden- bouwkundige informatie (DSI).

Deze voorziening standaardiseert de manier waarop het Vlaams gewest, de provincies en de gemeenten hun ruimtelijke verordenende plannen en verordeningen di- Landbouw in Dendermonde gitaal moeten uitwisselen, waarbij ook gebruik gemaakt wordt van geografische informatiesystemen (GIS). Dit biedt tal van voordelen voor het uitwisselen van data en 12 het opvragen, ter beschikking stellen en analyseren van Op het grondgebied van de stad zijn er veel landbouw- ruimtelijke gegevens. gronden, een beleid hieromtrent wordt echter gemist. De rol van de stad situeert zich vooral waar de land- Een louter formele oefening als instap biedt geen voor- bouw op het terrein zelf inspeelt op, of botst met, ande- delen voor de organisatie. Het is daarom nodig dat dit re beleidsdomeinen en biedt potenties om in de toe- grondig uitgewerkt wordt en kadert binnen een bredere komst rond te werken: • Verlenen van omgevingsvergunningen voor landbouw- bedrijven en andere agrarische installaties; • Handhaving van veel voorkomende illegale ophogin- gen van landbouwgronden die potentieel tot overstro- mingen op niet-gewenste plaatsen kunnen leiden; • Faciliteren van de uitbouw van hoeve- en plattelands- Stedelijk economisch beleid toerisme; sterk gericht op tijdelijke • Versterken van de landschapsbouw bij afstemming acties en evenementen van landbouw en ecologie; 11 • Inzetten op de korte keten en zodoende de lokale De huidige actieve werking van de stad inzake econo- landbouwers meer ondersteunen; mische ontwikkeling is vooral inclusief ingebed in ande- • Landschappelijk meer aandacht voor kleine land- re beleidsdomeinen (ruimtelijke ordening, we- schapselementen (KLE’s). gen&waterlopen) of gedelegeerd aan de Intercommuna- le DDS (ontwikkeling bedrijventerreinen). Op het grondgebied Dendermonde worden er jaarlijks zeven jaarmarkten georganiseerd. Niet elke jaarmarkt Enkele potenties voor de stad om economisch bedrijvig- trekt evenveel volk, waardoor de vraag rijst om de orga- heid en werkgelegenheid te ondersteunen zijn: nisatie in de huidige vorm te herbekijken. • Actief kenbaar maken van de werkgelegenheidsmaat- regelen van hogere overheden voor specifieke doel- groepen; • Uitbouw van bedrijventerreinmanagement i.s.m. de bedrijfsvoerders bvb. voor Hoogveld.

De wekelijkse markt in Dendermonde “ en Baasrode zijn publiekstrekkers, doch er wordt vastgesteld dat er min- der wordt uitgegeven. Prioritair kunnen de markten gericht worden op het ver- sterken van de korte keten (lokale producenten).

Deeleconomie is een socio-economisch systeem waarin delen en collectief consumeren centraal staat. Dit sys- teem kan meer actief ondersteund worden.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 46

Rooilijnen en buurtwegen

13 Op het grondgebied van Dendermonde is er nood aan Bij elke vraag zal er een actualiteitstoets gebeuren van een evaluatie van de bestaande rooilijnen: het rooilijnplan of bekeken worden of de opmaak van Bestaande goedgekeurde rooilijnen met K.B. behouden, een rooilijnplan wenselijk is. wijzigen of afschaffen? Ook wordt de opmaak of de herziening van rooilijnplan- Bestaande ontwerp rooilijnen behouden (en formeel nen verder mee opgenomen in de bestekken voor het goedkeuringsprocedure laten doorlopen), wijzigen (en ontwerp van wegen- en rioleringswerken zodat de nieu- formeel goedkeuringsprocedure laten doorlopen) of af- we rooilijn op maat van het ontwerp gemaakt wordt. Zo schaffen (besluit treffen)? worden onnodige procedures vermeden.

Nieuwe rooilijnen? Buurtwegen Het "probleem" met het herzien van rooilijnen is dat al- Er zal verdergewerkt worden aan de uitvoering van de les opnieuw dient te worden opgemeten en opgemaakt tragewegenplannen in samen werking met het RLSD. omdat deze plannen niet digitaal bestaan en omdat de Dit vergt o.a. de opmaak van de plannen voor het ver- wetgeving ondertussen veranderd is en de plannen zelf leggen, verbreden of afschaffen van buurt- en voetwe- achterhaald zijn. gen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 47

Mobiliteit

Lokale context

Op Vlaams niveau werd het STOP-principe ingevoerd. Dit betekent dat steden en gemeenten bij de opmaak van het mobiliteitsplan een duurzaam mobiliteitsbeleid moeten voeren, waarbij stappers (S), trappers (T), openbaar vervoer (O) en privévervoer (P) in die volgorde in het beleid voor- zien moeten worden. De stad Dendermonde heeft het STOP-Principe meegenomen in het gemeentelijk mobiliteitsplan.

Bij herinrichting van wegen wordt rekening gehouden met het vademecum voetgangersvoorzieningen. De stad heeft de laatste jaren ook al een heel deel voetpaden vernieuwd.

De opmaak van een afzonderlijk fietsbeleidsplan kadert binnen dit principe. Daarnaast kan de stad vooral invloed heb- ben op het te voet gaan en het fietsen op het grondgebied van Dendermonde. Het gemiddeld bereik van een fietser zit op schaal van de stad (5 tot 7,5 km).

De invloed van de stad op het openbaar vervoer is beperkt tot financiële tussenkomsten, het onderzoeken/voorzien van doorstromingsmaatregelen en de kwaliteit van de wachtaccommodatie. Het echte beleid met betrekking tot openbaar vervoer wordt meestal echter op Vlaams of federaal niveau gevoerd.

Sinds september 2008 biedt de stad gratis busvervoer aan via De Lijn op het grondgebied van Dendermonde op maan- dag en zaterdag. We merken tot op vandaag nog steeds een stijgend aantal gebruikers van deze formule.

Dendermonde is goed ontsloten met de trein. Er zijn rechtstreekse verbindingen met o.a. Mechelen, Sint-Niklaas, Loke- ren, Gent en Brussel. Het station van Dendermonde is ook geselecteerd als station in het gewestelijk expresnet Brussel (GEN). Daardoor heeft het station van Dendermonde ook een invloed op treinreizigers uit de ruime regio, die naar Den- dermonde afzakken om de trein te nemen.

De stad kan het meeste invloed uitoefenen op het Stappen en Trappen en daar een belangrijk verschil maken. Bij een goed beleid voor voetgangers en fietsers kunnen er onrechtstreeks ook positieve effecten volgen op het gebruik van het openbaar vervoer en de auto.

Fietsbezit en -gebruik Vervoerregio In de aanvragen tot bouwvergunning worden verplichtin- Dendermonde behoort tot de vervoerregio Aalst gen opgenomen met betrekking tot het voorzien van fiet- (proefproject uitgewerkt in de conceptnota basisbereik- senstallingen bij meergezinswoningen. Op deze manier baarheid). Een belangrijk aandachtspunt is het feit dat wordt het fietsbezit gefaciliteerd en het gebruik van de Dendermonde een grensregio is binnen de vervoersre- fiets ook aangemoedigd. Voor oudere appartementen zal gio. Een strategische analyse omtrent de vervoerregio is deze maatregel echter geen oplossing bieden en zullen noodzakelijk. Er moet aandacht zijn voor grensover- er andere mogelijkheden bekeken moeten worden. schrijdende elementen.

Autobezit, autogebruik en filevorming Vervoer te water Er wordt vastgesteld dat de tijdsduur van bepaalde ver- Momenteel wordt er ter hoogte van de Nieuwe Tijsluis tragingen en de afstand waarover deze vertraging wordt beperkt geladen en gelost. Sinds 2011 werken de provin- opgelopen over het algemeen lijkt toe te nemen. We cie Oost-Vlaanderen, De Vlaamse Waterweg nv en de kunnen er dus vanuit gaan dat ook het autobezit en auto- POM Oost-Vlaanderen samen om de industriezone in gebruik in Dendermonde de laatste jaren zal blijven toe- Baasrode om te vormen tot een watergebonden bedrij- nemen. venterrein. Er wordt onderzocht hoe het goederenver- Door deze vertragingen neemt de onleefbaarheid toe en voer over de weg maximaal kan verschuiven naar de wordt ook de uitstoot van fijn stof en schadelijke gassen binnenvaart. Ook ter hoogte van VPK wordt er zesjaar- groter dan bij een vlottere doorstroming. Het is een doel- lijks onderzocht of vervoer te water in functie van VPK stelling op Vlaams niveau om de luchtkwaliteit te verbe- mogelijk is. teren, maar dit kan enkel als er ook lokaal resultaat ge- haald wordt op dit gebied.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 48

Aandachtspunten

Mobiliteitsplan

1

Volgens het mobiliteitsdecreet moeten gemeenten en Het toenemende autobezit zorgt voor het dichtslibben steden een mobiliteitsplan opstellen met richtlijnen voor van de wegen, verhoogde parkeerdruk, meer verkeers- een duurzaam lokaal mobiliteitsbeleid. Bij de opmaak onveiligheid … . Een mobiliteitsswitch (modal shift) is van het mobiliteitsplan geldt het participatiebeginsel als noodzakelijk om een duurzame en leefbare stad te be- algemeen geldend principe. Op grond hiervan krijgen houden. Hiervoor kan er meer ingezet worden op ver- burgers inspraak bij de voorbereiding, vaststelling, uit- keer via water, het actief ondersteunen van deelauto’s voering, opvolging en evaluatie van het mobiliteitsbe- en -fietsen en het stimuleren van alternatieve vervoers- leid. Het huidige mobiliteitsplan moet worden geactuali- middelen. Hiervoor is het noodzakelijk om de infrastruc- seerd. tuur aan te passen en te versterken.

Stappen op de energiefactuur, de verlichting heid van oudere personen. Bij ver- Voetgangersbeleid ’s nachts alternerend werd uitge- keerslichten wordt nog te weinig schakeld. Hierdoor ontstonden er rekening gehouden met de tragere donkere plaatsen, die een sociaal voetgangers en springen de lichten 2 onveilig gevoel gaven aan voetgan- soms te vroeg op rood, waardoor

gers. deze mensen hun oversteekbewe- De relatie tussen de ging in twee beurten moeten afleg- “randparkings en Langs het fietspad lange afstand, gen, met de nodige wachttijden tot het centrum moet verbe- parallel aan de museumspoorlijn, gevolg. Toegankelijkheid voor per- teren voor voetgangers. zal de stad voor het eerst LED- sonen met een handicap zou een verlichting gebruiken. Daarnaast zal geïntegreerd aspect moeten zijn in Ook moet meer aandacht geschon- ook het alternerend uitschakelen het ontwerpproces bij herinrichtings- ken te worden aan de manier waar- van de verlichting vervangen wor- projecten. op ouderen zich verplaatsen. Er den door het dimmen van alle lich- wordt specifiek aandacht gevraagd ten. Dit zou nog voldoende lichtop- Het trage wegennetwerk is reeds voor meer rustplekken op het brengst moeten genereren om de uitgewerkt voor Oudegem, Grem- openbaar domein. Ouderen zijn veiligheid te waarborgen en op het- bergen en een gedeelte van Appels. slechter te been, maar zijn bereid zelfde ogenblik is dit ook een ener- Dit trage wegennetwerk is zinvol en om te voet te gaan als ze op regel- giezuinige maatregel. heeft succes. Dit kan dan ook ver- matige afstanden even kunnen gaan der uitgebreid worden en ook beter zitten om te rusten. Ook de oversteekbaarheid van we- bekend gemaakt worden onder de gen blijkt in een aantal gevallen een bevolking. In een aantal gevallen Er wordt ook de nodige aandacht probleem. Enerzijds door de toene- zou dit netwerk een veilig alternatief besteed aan verlichting. In het verle- mende drukte van het verkeer, an- kunnen bieden aan fietsers en voet- den was het zo dat, om te besparen derzijds door de tragere wandelsnel- gangers voor drukke steenwegen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 49

Trappen Het aantal letselongevallen met Het hoge aantal letselongevallen Fietsbeleid tweewielers is, in verhouding met met fietsers lijkt in tegenstelling te het totale aantal letselongevallen staan met de doelstelling om meer hoog (zie ongevalscijfers) en moet mensen aan het fietsen te krijgen. 3 absoluut verminderd worden. Daar- Om deze tegenstellingen te kunnen Dendermonde leent zich uitstekend voor het gebruik van de fiets in func- naast zou het aantal fietsers in het wegwerken is een geïntegreerd woon-werkverkeer moeten kunnen fietsbeleid nodig. tionele verplaatsingen, door de be- toenemen en zou het fietsgebruik perkte afstanden die te overbruggen gestimuleerd moeten worden. zijn. Er is echter nog een vraag naar veiligere fietspaden. Er is nog vraag naar veilige

“ fietspaden. Op sommige functionele fietsroutes is er geen ruimte om fietspaden te voorzien en worden fietsers ge- mengd met vrachtwagens en auto’s. Hier zou een oplossing voor gevon- den moeten worden die de fietsers een veiliger alternatief kan aanrei- ken.

Er kan meer aandacht zijn voor het realiseren van fietsstraten. In fiets- straten mogen de fietsers de ganse breedte van de rijbaan gebruiken, onder bepaalde voorwaarden. Mo- torvoertuigen hebben toegang tot fietsstraten maar zij mogen de fiet- sers evenwel niet inhalen.

Openbaar vervoer en collectief zo al busbanen aangelegd op de Noordlaan en in de vervoer Stationsstraat om de doorstroming te verbeteren. De Lijn staat echter nog steeds in de file op de Leopold II- laan, zowel in de richting van het station, als in de rich- 4 ting van het kruispunt Mechelsepoort. Het aanbod van openbaar vervoer in Dendermonde is afgenomen. Het aantal belbussen wordt bijvoorbeeld Voor oudere personen en minder mobiele mensen stelt sterk afgebouwd, mogelijks worden deze zelfs afge- er zich een probleem met betrekking tot de liftbus en de voerd. Er kan onderzocht worden of het aanbod van de mindermobielencentrale. De liftbus wordt te vaak be- vervoersmaatschappijen uitgebreid kan worden. Daar- naast kan het aanbod van de vervoersmaatschappijen vraagd, waardoor de wachtlijst te lang wordt. De min- dermobielencentrale werkt met vrijwilligers. Er zijn meer in de verf gezet worden. steeds minder vrijwilligers beschikbaar voor deze cen-

Er is een onderzoek nodig met betrekking tot een bijko- trale. De belbus als alternatief heeft ook zijn gebreken: de route wordt aangepast aan het aantal reservaties, mende busverbinding naar de cluster AZ Sint-Blasius, waardoor je nooit helemaal zeker bent van het uur van nieuw kantoor federale politie en het Huis van het Kind De Kroon. Ook de nieuwe gevangenis zou nog ontslo- vertrek en aankomst. Daarnaast is het ook moeilijk om de belbuscentrale telefonisch te bereiken. Er is slechts ten moeten worden met een buslijn. Er kan gedacht één nummer voor heel Oost-Vlaanderen. worden aan een buslijn die een aantal belangrijke func-

ties verbindt via een lus, waarbij een voldoende hoge frequentie kan aangeboden worden. Op het gebied van autobezit wordt er door de stad een beperkte oplossing aangeboden via het autodeelproject,

waar in 2012 de eerste stappen in gezet zijn. Daarbij Alle deelgemeentes worden ontsloten met De Lijn naar Dendermonde, maar er zijn weinig of geen bussen die maken meerdere gezinnen gebruik van dezelfde wagen, die ze kunnen reserveren op het ogenblik dat ze die deelgemeentes onderling met elkaar verbinden. nodig hebben. Dit leidt tot een vermindering van het De Lijn ondervindt op haar busroutes een aantal door- stromingsproblemen. Hierdoor kunnen ze hun dienstre- autobezit en autogebruik en een daling van de impact op het milieu. gelingen niet meer waarborgen. In het verleden zijn er

Memorandum | oktober 2018 | pg. 50

Privévervoer kortste route genomen in plaats van de meest aange- wezen route. Dit zorgt plaatselijk voor overlast.

5 De grote hoeveelheid scholieren, gecombineerd met Door het toenemend autobezit neemt ook de parkeer- een verminderde capaciteit van de weg ter hoogte van druk toe. Via de aanvraag tot bouwvergunning wordt er verkeerslichten, zorgt ook voor een verminderde door- gevraagd om het parkeren zoveel mogelijk op eigen stroming tijdens de spitsuren. Door tussenkomst van de terrein te organiseren. Daarnaast dient onderzocht te politie wordt de doorstroming geoptimaliseerd. worden of het parkeren in de binnenstad beter kan ge- organiseerd worden. In het mobiliteitsplan is hiervoor Met betrekking tot woon-werkverkeer in Dendermonde reeds een scenario uitgewerkt. Enkele straten waar mo- kan het opstellen van een bedrijfsvervoerplan gepro- menteel nog blauwe zone is, of geen beperking geldt moot worden. Hierbij wordt het woon-werkverkeer van met betrekking tot betalend parkeren, hebben momen- een bedrijf of bedrijvenzone in kaart gebracht en ge- teel te kampen met een hoge parkeerdruk. zocht naar manieren om mensen op een andere, meer duurzame manier naar het werk te krijgen. Een herziening van het parkeerbeleid is In Dendermonde zijn er veel logistieke bedrijven ge- noodzakelijk. “ vestigd. Door de economische groei en de kilometerhef- fing wordt er een toename van het vrachtverkeer vast- Er is nood aan een degelijk integraal parkeerbeleid: er gesteld op gewest- en stadswegen. Er kan meer ge- moet gestreefd worden naar het maximaal faciliteren bruik gemaakt worden van waterwegen (Briel, VPK en van de alternatieven voor het autoverkeer. Echter moe- andere). Nadien moet dit vrachtverkeer zich verplaatsen ten er ten allen tijde voldoende en goed georganiseerde op de weg, daarom moet een goede ontsluiting naar autoparkeerfaciliteiten blijven. het hogere wegennet voorzien worden (doortrekken N41 – aansluiting N17 op 41). Om de stadsboulevard en het centrum van Oudegem te Er kunnen subsidies verleend worden aan bedrijven die ontlasten, blijft de doortrekking van de N41 een belang- een bedrijfvervoerplan opmaken. Een bedrijfsvervoer- rijke actie. Het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan is in plan heeft als doel om de milieu-impact van het verkeer juli 2012 definitief vastgesteld. dat het bedrijf genereert te verminderen. Een tweede

doel is het verminderen van het verkeer en de bijhoren- Tijdens spitsuren wordt er sluipverkeer vastgesteld in de files. Er worden maatregelen genomen binnen het een aantal straten. Ook buiten spitsuren wordt vaak de bedrijf die de overstap bevorderen van gemotoriseerde verplaatsingen naar meer duurzame vervoersmiddelen.

Signalisatie Veilig naar school

6 7 Er zijn veel verkeersborden in Dendermonde, waardoor Momenteel wordt er nagedacht over de invoering van er te veel informatie op de weggebruikers afkomt en extra schoolstraten. De bedoeling van deze schoolstra- deze informatie niet meer verwerkt kan worden. Over ten is om de verkeerschaos en de bijhorende ver- het hele grondgebied van Dendermonde is er, in het keersonveiligheid in de schoolomgeving bij het begin kader van een vereenvoudiging van de borden, een en het einde van een schooldag te beperken. snelheidszonering ingevoerd, waarbij de maximumsnel- heden via zoneborden worden weergegeven. Daarom worden de schoolstraten twee keer per dag afgesloten voor gemotoriseerd verkeer. Dendermonde Deze snelheidszones worden momenteel in de meeste kan hierin een voortrekkersrol spelen. Daarnaast is het gevallen nog niet infrastructureel ondersteund. Het kan noodzakelijk om logische en veilige schoolroutes te cre- handig zijn om bij het wijzigen van snelheidszone bij het ëren. in- en uitrijden infrastructureel een ‘poort’ te voorzien in afwachting van een complete herinrichting van de weg volgens het geldende snelheidsregime.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 51

Handhaving verkeer

8

Er wordt prioritair gewerkt rond volgende doelgroepen, nl. de zwakke weggebruikers (voetgangers, fietsers en bromfietsers), motorrijders en vrachtautobestuurders. Uit analyse komt naar voor dat het aantal ongevallen met betrokkenheid van fietsers in Dendermonde (net als in Vlaanderen trouwens) eerder een stijgende trend kent. Aan deze ongevallenproblematiek, in het bijzon- der de ongevallen waarbij schoolgaande jeugd is be- trokken, wordt nog meer aandacht besteed.

Meer in het bijzonder zal het belangrijk zijn verder in te zetten op kwalitatieve en veilige schoolomgevingen en schoolroutes temeer omdat de leeftijdsgroep van de jongeren sterk stijgt binnen de bevolking. Ook het Onze Lieve Vrouwkerkplein is een aandachtspunt: hier verzamelen veel jongeren waardoor de verkeersveilig- heid in het gedrang komt.

De impact van allerhande werven op het verkeer kan niet onderschat worden. Vaak geeft het een negatieve impact op verkeersdoorstroming en verkeersveiligheid. Er moet voldoende aandacht zijn voor het voorzien van een veilige infrastructuur voor zwakke weggebruikers bij werkzaamheden.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 52

Klimaat

Internationale context

De klimaatproblematiek overstijgt Dendermonde en vergt een gecoördineerde, grensoverschrijdende, bovenlokale aan- pak. Om de mensen die hier wonen, werken, verblijven, … een kwalitatieve en gezonde levensomgeving te garanderen, is het van belang om mee te werken aan die grotere overkoepelende initiatieven (interlokaal, provinciaal, Vlaams en Europees). Europees is de doelstelling om zo goed als klimaatneutraal te zijn tegen 2050. Als stad kunnen we hierin bijdragen door het goedgekeurde klimaatplan verder aan te pakken en de doelstellingen cf. de nieuwe doelstellingen te verscherpen. Dat wil zeggen: tegen 2030 40 % minder broeikasgassen uitstoten. Meewerken aan deze doelstellingen vergt niet alleen een geschreven document, ook mensen en middelen om deze uit te werken zijn noodzakelijk evenals een doorgedreven implementatie hiervan binnen de eigen administratie en uitvoe- ringsdiensten. De drijvende kracht achter dit alles is de dienst milieu en platteland, hoewel ‘klimaatdienst’ passender zou zijn. De stad heeft hier niet alle hefbomen in eigen handen en kan enkel door het goede voorbeeld te geven en samen te werken met alle stakeholders een doorgedreven impact op het terrein realiseren. Regelgeving, planning, … bij hogere overheden (Agentschap Wegen en Verkeer, Vlaamse Waterweg NV, Vlaamse en federale wetgeving, …), investerings- potentieel bij bedrijven en burgers ...

Lokale context

Klimaatprobleem lokaal aanpakken: wat zijn de mo- Om een maximaal effect te creëren is het belangrijk om gelijkheden? de neuzen in dezelfde richting te krijgen. De doelstellin- Er is geen kant-en-klare oplossing voor het klimaatpro- gen binnen het klimaatplan kunnen dan ook verder ver- bleem. Enerzijds dienen we in te zetten op een reductie taald worden naar de overkoepelende Sustainable De- van broeikasgassen in onze atmosfeer waarvan de ef- velopment Goals (SDG’s) die binnen onze organisatie fecten op lange termijn haalbaar en meetbaar zijn (= duidelijker in concrete strategische doelstellingen, opera- mitigatie). Bijvoorbeeld STOP-principe toepassen (meer tionele doelstellingen, acties en indicatoren uitmonden. fietsen dan auto’s), inzetten op technologie (elektrische Voor elke actie dient goed overwogen te worden of de wagen, led-verlichting, …) minder energie verbruiken inspanningen (financieel, workload, …) in evenwicht (door isoleren van gebouwen), hernieuwbare energie staan met of recht evenredig zijn met de beoogde impact opwekken en gebruiken, lokale landbouwproducten pro- op het milieu (lagere CO2-uitstoot, behoud van biodiver- moten … siteit …

Anderzijds is het belangrijk om ook de effecten van de Vanuit de stad kunnen we dus niet alles alleen orga- klimaatverandering op te vangen door maatregelen te niseren en uitwerken. Participatie met hogere over- nemen die een sterk lokaal karakter hebben en al op heden, het middenveld, inwoners, bedrijven, onder- korte termijn een zichtbaar effect hebben (= mitigatie). nemers … is noodzakelijk. Bijvoorbeeld: aanleg van groen in verstedelijkt gebied om het stedelijk hitte eilandeffect tegen te gaan, over- Zo gaan we “samen onderweg naar klimaatneutraliteit”. stromingsgebieden aanleggen …

Memorandum | oktober 2018 | pg. 53

Aandachtspunten: acties van het klimaatplan realiseren

Natuur Faciliteren

1 4

• Natuur versterken en verweven met onze directe leef- • Faciliteren van hernieuwbare energieproductie op het omgeving om het stedelijk hitte-eilandeffect te milde- grondgebied van Dendermonde (windmolens, zonne- ren. Daarbij werken we zo veel mogelijk in harmonie panelen, …). We willen verder aansluiten bij het Oost- met andere functies in de stad (groene stedelijke gor- Vlaams Energielandschap. del versterken, groene plekken in de stad verbinden, • Faciliteren en implementeren van cyclische economie groen aanleggen op speelplaatsen, begraafplaatspar- en deeleconomie in Dendermonde (delen van voertui- ken blijven creëren, de natuur ruimte geven waar mo- gen, dingen, gebouwen, …), preventie van zwerfvuil gelijk met oog voor de leefomgeving van de mens ...). (plastics) en dit in samenwerking met OVAM, Mooima- • Natuur versterken door diversiteit te introduceren en kers, … cf. het 5-pijlerbeleid (infrastructuur, omgeving, bewaren bij de aanleg (prairietuinen, bloemenweides, communicatie en sensibilisering, participatie en hand- graslandbeheer ...). having als kers op de taart) (zie afvalbakkenplan).

• Natuur in beeld brengen als positief en noodzakelijk onderdeel van het dagelijkse leven (positieve effecten op algemeen welzijn van de mens), de kennisversprei- ding hieromtrent stimuleren bij diverse doelgroepen.

Natuurlijke rijkdom

2

• Bodem, water onze natuurlijke rijkdom zo beheren dat ze onze toekomst blijven ondersteunen (bodem- sanering, overstromingsgebied, zuiveringsgraad).

• Moerassen en bossen beschermen en indien mogelijk aanleggen; bomen beheren, beschermen en zo veel mogelijk aanplanten en hier ook in sterk verstedelijkt gebied op inzetten. Landbouw

Voorbeeldfunctie 5

• De landbouwsector in Dendermonde blijven onder-

steunen met de klassieke dienstverlening maar daar- 3 naast ook informeren en begeleiden rond mogelijke

energiezuinige investeringen of subsidie-aanvragen • Ook bij de interne bedrijfsvoering van de stad Dender- (bv. via het VLIF). monde moet verder worden ingezet op de klimaatdoel- stellingen. Als stad vervullen we ook een grote voor- beeldfunctie die we op alle thema’s kunnen inzetten (energieverbruik, voertuigenvloot, milieuverantwoord productgebruik …).

• We sensibiliseren, faciliteren, stimuleren en activeren bevolking en beddrijven voor doorgedreven energie- zuinige renovaties (volgens de principes van duur- zaam bouwen) duurzame mobiliteit, duurzaam af- We willen als dienst milieu en platteland de valarm consumeren, … (groene mobiliteit, groepsaan- “ klimaatambassadeurs van de stad worden kopen energie en isolatie, lokaal en van eigen bodem, en als klimaatdienst de voortrekkers bin- fairtrade, …). nen het lokaal bestuur. • Meewerken met projecten die luchtkwaliteit meten en bewaken.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 54

Regierol

6

• In vrijwel alle onderdelen van deze inspiratienota komt dit tot uiting. We willen als dienst milieu en platteland klimaatambassadeurs van de stad Dendermonde wor- den en als klimaatdienst voortrekkers binnen het lo- kaal bestuur. De integratie van de milieuvergunning in de omgevingsvergunning kan dit enkel versterken maar zal ook leiden tot een nieuwe dienstverlening. We moeten als klimaatdienst afstappen van zelf doen en meer en meer inzetten op de regisseursrol van een totaalaanpak in onze stad. We willen luisteren naar burgers en bedrijven, mee ondersteunen, mee ver- spreiden van wat werkt.

Reductie broeikasemissies

7

• De sectoren huishoudens, mobiliteit, industrie en ener- gieproductie veroorzaken 78 % van de totale broeikas- gasemissies in Dendermonde. De maatregelen met hun reducties zijn dan ook grotendeels in deze secto- ren terug te vinden.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 55

Water

Lokale context

In Dendermonde zijn er bevaarbare waterlopen (Schelde en Dender) en onbevaarbare waterlopen.

De bevaarbare waterlopen worden beheerd door de Vlaamse waterweg.

De onbevaarbare waterlopen worden beheerd door: • Waterlopen 1e categorie: De Vlaamse milieumaatschappij • Waterlopen 2e categorie: De provincie buiten de poldergebieden en de polderbesturen in de poldergebieden • Waterlopen 3e categorie: De polderbesturen in de poldergebieden. Buiten de poldergebieden zijn er geen waterlopen van 3de categorie meer aanwezig door de herklasseringen van de waterlopen.

Er zijn 3 polderbesturen actief op ons grondgebied namelijk de polder Schelde Durme Oost, de polder Vlassenbroek en de polder Beneden-Dender.

De bermgrachten naast de wegen worden beheerd door de wegbeheerders namelijk het agentschap wegen en verkeer voor de gewestwegen en het stadsbestuur voor de gemeentewegen en de buurtwegen.

Voor de waterzuivering staat de NV Aquafin in voor het beheer van de rioolwaterzuiveringsinstallatie op het industrieter- rein Hoogveld en voor het beheer en de uitbouw van het collectorennetwerk.

De rioleringen worden beheerd door het stadsbestuur met uitzondering van de regenwaterrioleringen in de gewestwe- gen.

Aandachtspunten

Proper water • Zogsbaan: aanleg van rioleringen en fietspaden • Zeelsebaan: aanleg van rioleringen en fietspaden • Smidsestraat-Denstraat: aanleg van rioleringen en 1 fietspaden • Steenweg van Aalst: aanleg van rioleringen en fietspa- den Het decreet integraal waterbeleid be- • Ouburg: aanleg van rioleringen en fietspaden paalt dat alle waterlopen tegen einde “ • Sanering van Wijzerbeek 2027 in een goede ecologische toe- • Collector Mespelare stand dienen te verkeren. Dit betekent • Eegene: aanleg riolering naast de Schelde. dat een zuiveringsgraad van 100 % Na de uitvoering van deze projecten zal de zuiverings- dient bekomen te worden binnen de 9 graad gestegen zijn tot 83 %. jaar. Momenteel bedraagt de zuive- Voor de collector Smeyskensstraat is een projectfiche ringsgraad van Dendermonde 75 %. ter goedkeuring ingediend bij de Vlaamse milieumaat- schappij. De volgende projecten zijn momenteel lopende om de zuiveringsgraad te verhogen: De realisatie van de lopende rioleringsprojecten verte- • Gentsesteenweg – Krijgem: wegen- en rioleringswer- genwoordigt een uitgave van circa 40.000.000 EUR in ken de komende meerjarenplanning. Dendermonde riskeert • Kalendijk: wegen- en rioleringswerken dus Europese boetes te moeten betalen bij ongewijzigd • Meersstraat: aanleg riolering samen met fietssnelweg beleid na deze limietdatum. F44 Er dient daarom overwogen te worden om in landelijke • Collector Torrestraat gebieden meer rioleringswerken uit te voeren zonder de • Vlassenbroek: wegen- en rioleringswerken volledige vernieuwing van de rijweg. • Hamsesteenweg: aanleg van rioleringen en fietspaden

Memorandum | oktober 2018 | pg. 56

Beheer van de bestaande riolerings- infrastructuur

2 Dendermonde beschikt over een volledige rioleringsin- In de binnenstad bevinden zich een aantal afge- ventaris, die de basis kan vormen voor het uitwerken schafte, overwelfde waterlopen die nog steeds in- van een rioolbeheerplan. De opmaak van een rioolbe- staan voor de afvoer van regen- en afvalwater. heerplan vormt een uitdaging voor de volgende be- Deze overwelvingen zijn soms circa een eeuw oud stuursperiode. Bij een dergelijk plan worden proactief en vergen dus verhoogde aandacht in het kader maatregelen genomen om het verval van de rioolinfra- van de vrijwaring van de openbare veiligheid. structuur planmatig aan te pakken vooraleer ze plaatse- Sommige van deze infrastructuren bevinden zich lijk instort en een gevaar vormt voor de openbare veilig- onder diverse gebouwen waardoor de uitwerking heid. van een aanpak en beheer zich opdringt.

Een aantal rioleringen in het centraal “gebied (= gebied dat reeds afwatert naar een rioolwaterzuiveringsinstalla- tie) op ons grondgebied zijn dermate slecht en gevaarlijk dat een dringende vernieuwing zich opdringt. Ook dit vergt zeker aandacht bij het bepalen van de beleidsprioriteiten.

Beheer van waterlopen en bermgrachten

3

De Vlaamse milieumaatschappij, het provinciebestuur en Dit kan gebeuren door een aantal van deze waterlopen de polderbesturen beheren hun waterlopen volgens hun door de gemeenteraad te laten erkennen als gracht van eigen beheerplannen en inzichten. algemeen belang waarbij de raad de lijst vaststelt van de grachten, die we nog verder gaan beheren, en de erf- De financiële ondersteuning van de polderbesturen door dienstbaarheden van overgang vast te leggen. Dit dos- het geven van subsidies voor het onderhoud van de wa- sier wordt in al zijn aspecten door de stadsadministratie terlopen van 3de categorie dient zeker behouden te blij- voorbereid en zal aan het college van burgemeester en ven omdat deze besturen onvoldoende middelen heb- schepenen en de gemeenteraad ter beslissing voorge- ben om dit zelf ten laste te nemen. legd worden.

Dendermonde heeft een inventaris van de bermgrachten en van de oud-geklasseerde waterlopen, die door de stad dienen beheerd te worden. Het beheer is momen- teel toevertrouwd aan Farys. Samen met Farys zal in de nabije toekomst een beheerplan voor de waterlichamen opgemaakt worden zodat het beheer en onderhoud planmatig kan gebeuren.

De oud-geklasseerde waterlopen hebben door de diver- se herklasseringen volledig hun statuut als waterloop verloren waardoor deze waterlichamen een nieuw sta- tuut dienen te verkrijgen om een wettelijke basis te heb- ben voor het beheer en de bijhorende erfdienstbaarhe- den.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 57

Handhaving Bijhorende werken

4 6 Naast het stadsbestuur moeten ook de inwoners zich Bij het uitvoeren van rioleringswerken dienen de wegen schikken naar de bestaande reglementering. opgebroken te worden en moeten veelal nutsleidingen verplaatst of aangepast te worden. Dit geeft opportuni- Wettelijke afstanden naast oevers van waterlopen moe- teiten om deze wegen en leidingen te vernieuwen zodat ten gerespecteerd worden. Onwettige constructies mo- ze voldoen aan de hedendaagse normen qua comfort gen niet opgericht worden in de erfdienstbaarheidszo- en verkeersveiligheid. nes omdat ze een goed beheer verhinderen. Een actief handhavingsbeleid dringt zich op om dit aan te pakken Dit is zeker het geval in de woonkernen. In de buitenge- want het degelijk beheer van alle waterlichamen zal bieden zijn de woningen echter verder uit elkaar gele- door de klimaatwijziging steeds belangrijker worden. gen waardoor een optimale afkoppeling van het regen- water op de percelen zo goed als overal kan gereali- Private rioolinstallaties van woningen en gebouwen seerd worden. Dit maakt dat de zuiveringsgraad in deze moeten volgens het waterverkoopreglement goedge- gebieden soms kan gerealiseerd worden door de aan- keurd worden om te mogen aansluiten op de openbare leg van 2 volledig gescheiden afvalwaterriolen met klei- riolering. Dit moet gebeuren bij nieuwbouw en vernieuw- ne diameter (250 mm) langs beide zijden met behoud bouw en bij grondige wijzigingen, door erkende keur- van de aanwezige rijweg en grachten en nutsleidingen. ders op kosten van de eigenaars. In het kader van de mogelijke versnelde verhoging van Dit moet verder opgevolgd worden om bijvoorbeeld de de zuiveringsgraad kunnen dergelijke straten in kaart correcte scheiding van het afvalwater en regenwater te gebracht worden en gerioleerd te worden mits het controleren bij nieuwe of toekomstige aansluitingen op stadsbestuur deze optie weerhoudt bij haar beleidsprio- een gescheiden riolering in de straat. Dit is nodig om riteiten. overstromingen van de afvalwaterriool te voorkomen door foute aansluitingen van regenwater. Ook de con- trole van buffering en infiltratie verdient blijvende aan- dacht in het kader van de klimaatwijziging en zijn gevol- gen.

We moeten blijven inzetten op de realisatie van open bermgrachten waar mogelijk en de vrijwaring van de bestaande open grachten. Deze waterlichamen worden bij voorkeur ecologisch beheerd.

Gesloten waterpartijen

5

De vijvers en andere gesloten waterpartijen dienen ver- der beheerd te worden op basis van een beheerplan met aandacht voor de waterkwaliteit.

De inrichting (verfraaiing, gebruik …) van het openbaar domein en de openbare ruimte moet de visualiteit van het water voor inwoners en de bezoekers ondersteu- nen. Daarom moeten we blijven inzetten op de ontwik- keling van faciliteiten voor waterrecreatie, aanleg boot- jes, kansen voor de horeca, kunst en landschap, mobi- liteit, blauwe en groene longen, wonen langs het water, pauzeren en rusten langs het water, plekjes van ont- moeting en stilte …

Memorandum | oktober 2018 | pg. 58

Droogte Overstromingen

7 8 Door de ligging van Dendermonde aan de getijdegevoe- Door de klimaatverandering blijft de grondwaterspiegel lige Schelde en de Dender is de afvoer van diverse wa- dalen waardoor de bevoorrading van het drinkwater op terlopen bij hoog tij dagelijks voor een beperkte tijd on- lange termijn in het gedrang kan komen. Bij de herin- mogelijk. Op de kritieke punten wordt dit opgevangen richting van het openbaar domein en bij de realisatie met pompstations, die echter ook een beperkte capaci- van nieuwe woonontwikkelingen dient daarom gestreefd teit hebben. te worden naar de maximale herwaardering van open grachten en het realiseren van infiltratiezones voor het Dit kan bij kritieke waterstanden in ongunstige omstan- regenwater. digheden leiden tot plaatselijke overstromingen van wei- landen en rijwegen. In uitzonderlijke gevallen komt het Door het maximaal hergebruik van regenwater op per- water tot in de woningen wat absoluut moet vermeden ceelsniveau via het plaatsen regenwaterputten (voor worden. bvb het doorspoelen van het toilet) en door het infiltre- ren van het resterende regenwater in de tuinen kunnen Het geven van meer ruimte aan water is hierbij de ook de inwoners een bijdrage leveren voor het op peil meest aangewezen aanpak. Op Vlaams niveau wordt houden van de grondwaterspiegel. Bij omgevingsver- dit op ons grondgebied aangepakt door de aanleg van gunningen worden deze maatregelen verplicht opge- een gereduceerd getijdegebied en een gecontroleerd legd. overstromingsgebied te Vlassenbroek.

Ook groendaken kunnen een gunstige rol spelen bij het De geplande verbreding van de Dender en het vernieu- vasthouden van regenwater op perceelsniveau. wen van de stuwen op deze rivier dient met hoge aan- dacht verder opgevolgd te worden om overstromingen Bij bestaande woningen dienen de inwoners gesensibili- te Dendermonde te vermijden door een versnelde af- seerd te worden voor het duurzaam omgaan met regen- voer van het regenwater afkomstig van stroomopwaart- water en kan overwogen worden financiële ondersteu- se gebieden langs de Dender. ning te verlenen. Op lokaal vlak dient er blijvende aandacht geschonken te worden aan buffering en infiltratie in open en gesloten watersystemen bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen.

Elke kans om meer ruimte te geven aan“ water moet benut worden omdat we door de klimaatproblematiek geen andere keuze hebben. De waterstanden in de Noordzee en de Schelde zullen immers tij- dens de komende decennia zeker aanzien- lijk stijgen wat een direct impact zal heb- ben op Dendermonde.

Er moet nagedacht worden hoe we dit proactief en crea- tief gaan aanpakken zodat kinderen ons later niet ver- wijten dat we een gekend en belangrijk probleem onder- schat hebben.

Op perceelsniveau moet de Vlaamse hemelwaterveror- dening verder nauwgezet toegepast worden bij het toe- kennen van omgevingsvergunningen waarbij herbruik en infiltratie als principes toegepast worden.

Het blijven bewaken en voeden van de grondwaterspie- gel door infiltratie en gebruik onder voorwaarden blijft van groot belang om onze drinkwatervoorraden op peil te kunnen houden en voor de garantie van het voortbe- staan van bomen en vegetatie.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 59

Wonen

Lokale context

De Belgische grondwet garandeert het ‘recht op een behoorlijke huisvesting’. Het vinden van een betaalbare en kwalita- tieve woning in een aangename woon- en leefomgeving is echter niet vanzelfsprekend. Om dit gemakkelijker te maken stippelde Vlaanderen een woonbeleid uit dat vooral via het grond- en pandendecreet en de Vlaamse Wooncode invloed heeft op lokale besturen.

Het Grond- en Pandendecreet biedt enorme kansen en uitdagingen aan de lokale overheden. De verschillende instru- menten die ingezet kunnen worden voor het woonbeleid zijn gegroepeerd in dit decreet. Enerzijds biedt het decreet een aantal instrumenten die vrijstaande gronden en panden kunnen activeren, zoals het gemeentelijk leegstandsregister en de leegstandsheffing. Anderzijds heeft elke gemeente een te realiseren objectief voor sociaal en bescheiden wonen ge- kregen.

Duurzaam wonen is een prioriteit. Om een duurzaam en kwalitatief woningbestand te realiseren heeft Dendermonde, naast de Vlaamse, ook een eigen verbeterings- en aanpassingspremie, een leegstandsheffing en een ongeschikt/ onbewoonbaarheidsheffing.

Aanbieden van kwalitatieve, betaalbare huurwoningen voor alle burgers

Wonen is een belangrijk domein sent vzw, sociale huisvestings- rele oplossing. Bovendien verlopen om op aan te sturen. Dit gebeurt maatschappijen, verkavelaars, ont- renovaties en verbouwingen vaak momenteel te weinig. De toene- wikkelaars, immobiliën, CAW, sa- erg. mende gezinsverdunning, de vluch- menlevingsopbouw …) dient men telingencrisis, de groei van het aan- kwalitatief betaalbaar wonen Als lokale zorgactor kunnen we tal alleenstaanden en éénouderge- voor alle Dendermondenaars na het beste verderzetten op mensen zinnen, …zorgt voor een bijkomen- te streven. zo lang mogelijk in hun eigen thuis- de druk op de woningmarkt. Hun Dit realiseren kan door het op peil omgeving te laten wonen, ook als behoeftes gaan in de richting van houden van het huidig degelijk per- ze zorgbehoevend worden. Dit kleinschalig wonen. Hierdoor stijgt centage sociale huurwoningen, wordt gerealiseerd in samenwer- ook de nood aan openbare ruimte maar ook door het bewaken van de king met het lokaal dienstencen- en groen, het ‘huis en tuin’ gege- woningkwaliteit op de private huur- trum, dienst klussen en karweien, ven neemt immers af. markt en het bestrijden van leeg- boodschappendienst, poetshulp, stand om het huuraanbod te blijven gezinszorg … Het uitwerken van een structureel garanderen. woonbeleid is noodzakelijk Wanneer een aangepaste waarbij er voldoende aandacht Een goede sociale mix in de woonbuur- woonvorm meer aangewe- nodig is voor armoede, men- ten is aan te bevelen; zodoende streven zen is, biedt het lokaal be- sen met een beperking en “ stuur idealiter een voldoen- we naar een optimale integratie van alle huurders als een kwetsbare bevolkingsgroepen in de de eigen aanbod aan be- doelgroep en waarbij discrimi- taalbare zorg aan. Dit in de natie op de woonmarkt verme- Dendermondse samenleving. vorm van Groep van Assis- den wordt. Een goede sociale tentiewoningen en Woon- mix in de woonbuurten is aan te zorgcentra. Het maakt grosso mo- bevelen; zodoende streven we Er wordt vastgesteld dat sociale do dat we een kwaliteitsbepalende naar een optimale integratie van huisvestingsmaatschappijen invloed hebben op de sector, dat alle bevolkingsgroepen in de Den- slechts een beperkt aanbod wonin- we ook een effect op de prijssetting dermondse samenleving. gen voor grote gezinnen hebben. hebben en dat er voeling blijft met Ook het aanbod van noodwoningen de burger (vinger aan de pols). Ook Samen met andere partners op het grondgebied is bijzonder de woonzorgcentra kunnen deel (Sociaal Verhuurkantoor Woonak- beperkt en vraagt om een structu- uitmaken van de buurtwerking.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 60

Tevens is het belangrijk om het gebruikt (multifunctioneel groen). trouwbaar openbaar vervoeraan- preventieve werk inzake uithuiszet- Waar er in de directe nabijheid bod. Naast een degelijke infrastruc- tingen verder uit te bouwen. geen groen kan gerealiseerd wor- tuur en randfaciliteiten, dient via den, dienen er veilige linken gecre- sensibilisering de modal shift naar Inzake het afdwingen van de ëerd te worden tussen de woon- alternatieven voor de auto inzake Vlaamse woonnormen moet de buurten en verder gelegen grotere het woonschoolverkeer gepromoot integrale aanpak versterkt worden. groenvoorzieningen of open ruimte te worden. Uithuiszettingen vormen een (bv. linken naar vestingsgordel). schrijnend gegeven dat veel voort- Naast het creëren van deze open- Blijvend inzetten op vloeiende problemen geeft. bare wegenis- en groeninfrastruc- premies“ en renteloze lenin- tuur is ook een goed beheer op alle gen voor energiebesparen- We kunnen nog meer inzetten op vlakken van groot belang voor een de maatregelen is tevens preventie en ondersteuning bij uit- kwalitatieve woonomgeving. een belangrijk aandachts- huiszettingen, algemene huurbege- punt. In Dendermonde zijn leiding, aanpak van leegstand en Groen als onderdeel van een kwali- er immers veel verouderde verwaarlozing van bestaande wo- tatieve woonomgeving moet hierbij woningen die niet energie- ningen, het voeren van woningon- niet enkel voorzien worden op het zuinig zijn ingericht. derzoeken en verlenen van confor- openbaar domein, maar meer en miteitsattesten. meer moet er ook worden ingezet Bij controle van de woningkwaliteit op private collectieve groenvoorzie- zal de dakisolatienorm een grotere Via intensieve woonbe- ningen. rol spelen tegen 2020 waarbij een geleiding kunnen uit- “ eventuele ongeschiktverklaring kan Een kwalitatieve woonomgeving is huiszettingen dikwijls volgen. ook goed ontsloten voor alle ver- vermeden worden. Een voersmodi naar de belangrijke pu- regelmatigere uitwisse- Naar nieuwbouw of renovatiepro- blieke plekken in de omgeving. Het ling van gegevens van jecten toe moet er getracht worden is de ambitie van de stad om ieder- woningen met onder- om deze te realiseren met minima- een de mogelijkheid te geven om maatse kwaliteit tussen le negatieve effecten voor het zich te kunnen verplaatsen, hetzij politie, OCMW en de milieu. Stimuleren van alternatieve te voet, met de fiets, met het open- stad is aangewezen en woonvormen, verdichtingsprojecten baar vervoer, met de auto … . Re- en behoud van groene ruimte. kan zorgen voor een kening houdende met de huidige

consequente opvolging infrastructuur betekent dit volgens Inzake stedenbouwkundige woon- en behandeling van de- het STOP-principe meer inzetten normen hanteert het lokaal bestuur ze woningen. op degelijke verkeersinfrastructuur nu reeds een aantal normen inzake gericht op voetgangers en fietsers, meergezinswoningen op diverse Momenteel treedt men enkel op bij alsook een degelijk openbaar ver- vlakken. Deze dienen geëvalueerd een klacht of melding. Een actief voeraanbod met goede doorstro- te worden en indien zinvol bijge- beleid en integrale aanpak kan mingsmogelijkheden voor dit open- stuurd. Daarnaast moet er voldoen- voor een grote verbetering van baar vervoer (vermijden vervoers- de aandacht zijn voor het realise- woonkwaliteit zorgen. armoede). ren van nabije infrastructuur en

aanbod, zowel in het centrum als in Kwalitatief wonen betekent niet Een kwalitatieve woonomgeving de deelgemeenten. alleen focussen op de woning, veronderstelt ook veiligheid. Zo maar ook op een kwalitatieve dienen we de ambitie te hebben De ambitie van het lokaal bestuur woonomgeving met een aange- om elke lokale weg om te vormen is om de minimale woonnormen op naam ingericht en leefbaar open- tot een veilige route voor kinderen. diverse vlakken (stedenbouw- baar domein met voldoende groen- De stad wil zijn centrumfunctie als kundig, woonkwaliteit …) af te en speelruimte. Dit groen moet scholenstad ook in de toekomst dwingen en zodoende de algeme- meer zijn dan louter kijkgroen. Lie- opnemen en versterken. ne woonkwaliteit te verhogen voor ver op één plaats een degelijke alle Dendermondenaren. groen- en speelruimte dan ver- Inzake het openbaar domein kan spreid in de woonomgeving be- hierop ingespeeld worden door het perkte groenvoorzieningen die en- creëren van veilige fietsverbindin- kel als kijkgroen kunnen worden gen en het uitbouwen van een be-

Memorandum | oktober 2018 | pg. 61

Memorandum | oktober 2018 | pg. 62

Domein leven

Kind en jeugd

Lokale context

De lokale besturen moeten rekening houden met: • Stijgend aantal kinderen en te weinig opvangplaatsen • Aandacht voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren • Stijgende cijfers betreffende kinderarmoede • Nieuwe wetgeving betreffende buitenschoolse kinderopvang, onderwijs en vrije tijd • Groeiende aandacht voor gezinsondersteuning • Inclusie. 12.653 kinderen en jongeren (-26 jaar) werden in 2018 geregistreerd. Dat komt neer op 1/3 van de Dendermondse be- volking. Deze leeftijdsgroep stijgt de laatste jaren vrij sterk. Dit komt onder andere door een aantal nieuwe wijken die jonge gezinnen aantrekken. Door deze wijken moet er gezorgd worden voor voldoende infrastructuur binnen, spel en sportterreintjes maar ook buiten deze wijken, bv. scholen. In deze wijken moeten er voldoende voorzieningen en infrastructuur worden voorzien (scholen, opvang, infrastructuur jeugdverenigingen …) Vooral het aandeel 6 -11 jarigen in de bevolking is gestegen. De komende legislatuur zullen dit tieners worden, waardoor er meer fietsers op de baan zullen komen. Het zal noodzakelijk zijn om in te zetten op kwalita- tieve en veilige schoolomgevingen en schoolroutes. Inspraak en participatie van deze jongeren is dan ook belangrijk. De doelgroep kinderen en jongeren komt met vele diensten in aanraking. Zij moeten een stem krijgen over de verschillende beleidsdomeinen heen. (mobiliteit, openbaar domein, cultuur, vrije tijd, welzijn ...) Tussen de vrijetijdsdiensten (jeugd, sport, cultuur centrum Belgica en bibliotheek ) is er al lang een goede samenwer- king. Hierdoor worden ook vele activiteiten samen georganiseerd. Dat zorgt voor een interne afstemming, goede contac- ten en communicatie. De afgelopen legislatuur is hard ingezet op de samenwerking tussen IBO, jeugddienst, sportdienst en de dienst onder- wijs. Samen brengen zij een gemeenschappelijke folder uit met hun aanbod voor de schoolvakanties en werken zij ge- meenschappelijke activiteiten uit. Met de nieuwe wetgeving in het vooruitzicht betreffende buitenschoolse kinderopvang en vrijetijdsbesteding staan er ons grote uitdagingen te wachten. Een goede afstemming en coördinatie “tussen verschillende stedelijke diensten, scholen en lokale verenigingen zal Aandachtspunten noodzakelijk zijn.

Kinderopvang Vooral tijdens de vakanties is er een stijgende vraag naar kwaliteitsvolle opvang in de buitenschoolse op- vang. Nog steeds zijn er capaciteitsproblemen op ver- 1 schillende locaties. Anderzijds zijn er ook reeds enkele initiatieven genomen om de capaciteitsproblemen aan te De vraag naar kinderopvang in Dendermonde is veel pakken. Zo is er gestart met een proefproject gemelde groter dan het huidige aanbod. Dit brengt natuurlijk de opvang in Baasrode. Op deze manier worden er voor- nodige problemen met zich mee. Een uitbreiding van en naschools 80 kinderen dagelijks meer opgevangen het aanbod en aanpassingen van de reglementering op de scholen zelf. Er wordt onderzocht of er ook een dringen zich op. mogelijkheid is om dit initiatief verder uit te rollen in an- dere deelgemeenten of in het centrum van de stad.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 63

Bij de dienst onthaalouders hebben op één jaar tijd tien zodat de opvang voor de kinderen van deze gezinnen opvanggezinnen hun activiteiten gestopt, onder andere uit het reguliere circuit kan gehouden worden en er vanwege de hoge eisen vanuit het laatste decreet kin- aldus plaatsen beschikbaar blijven voor werkenden, deropvang baby’s en peuters. Naast deze grote uit- werkzoekenden of mensen die een opleiding volgen stroom is er eveneens weinig instroom van nieuwe op- om werk te vinden. vanggezinnen, zeker omdat de job veeleisend is en wei- Kind en Gezin heeft regelmatig uitbreidingsrondes nig aanlokkelijk zowel op financieel als op sociaal- (verhoging aantal plaatsen, betere subsidiëring van rechterlijk vlak. Daardoor is het aanbod van voorschool- plaatsen) voor de voorschoolse kinderopvang. Aan de se plaatsen te beperkt, temeer omdat het privé-aanbod hand van een aantal criteria (kansarmoede, aantal plaat- bijna onbestaande is. Deze tendens wordt trouwens niet sen, voorafname door bepaalde gemeenten,…) maakt alleen in Dendermonde vastgesteld, maar het is een Kind en Gezin een beslissingskader op dat uitmaakt wel- fenomeen over gans Vlaanderen. ke aanvragen ontvankelijk worden verklaard en een sub- sidie krijgen. Wij volgen op wanneer er opportuniteiten Om te trachten deze negatieve evoluties op vangen, zijn voor Dendermonde. ( Mogelijkheid om extra subsi- moet men durven nadenken over: dies aan te vragen voor voorschoolse opvang, steeds • het ter beschikking stellen (verhuren) van locaties voor voor openstaan. ) kinderopvang door het organiserend bestuur;

• het aanbieden van een volwaardig werknemersstatuut Kind en Gezin en het VAPH werken samen aan het be- aan onthaalouders. Het huidige proefproject werd eind vorderen van een inclusieve kinderopvang. Dit is een 2017 positief geëvalueerd en vanaf 2019 wordt het opvang waar kinderen met en zonder een specifieke zelfs uitgebreid met 36 VTE in openbare diensten; zorgbehoefte samen worden opgevangen. We volgen deze evoluties en bekijken in welke mate we zelf verder • het aanbieden van de verplichte inburgeringscursus- kunnen inspelen op deze integratie. sen enerzijds, en de cursussen Nederlands voor an- derstaligen anderzijds, in avond- of weekendonderwijs,

Aanbod De Speelplaneet zorgt in de zomervakantie voor speel- pleinwerking. Twee gratis busdiensten zorgen ervoor dat kinderen op het speelplein in Appels geraken. On- 2 dertussen is er ook een tweede speelpleinwerking, Toe- ter in Grembergen. Tijdens de vakanties kunnen kinderen van 2,5 tot 16 jaar terecht bij de sportdienst voor sportkampen. Deze Mensen kijken nog steeds in de richting van de stad, als kampen zijn zeer succesvol en dikwijls volzet. De laat- het aankomt op kwaliteit van jeugdwerking in de stad ste 2 jaar werd er meer ingezet op kleutersport omdat (speelplein en jeugdbewegingen). We moeten dus blij- dit vaak een knelpunt was. Er worden nu elke week vend of misschien zelfs extra inzetten op het ondersteu- kleuterkampen gerealiseerd, waardoor vraag en aanbod nen van de vrijwilligers. beter in evenwicht zijn. Vandaag stellen wij vast dat we de meeste vragen kunnen beantwoorden. Op basis van de conceptnota over de krachtlijnen voor De mogelijkheid om kampen te organiseren in deelge- een nieuwe organisatie voor de opvang en vrije tijd van meenten kan bekeken worden en indien dit een meer- kinderen wordt er werk gemaakt van een nieuw decreet waarde zou zijn, kan dit getest worden. buitenschoolse opvang en vrijetijdsector.

Apenstaartje van de jeugddienst tijdens de paas-, zo- mer- en herfstvakantie worden geprogrammeerd vanuit De doelstelling van de conceptnota is het de interesses van het kind niet vanuit de “creëren van een geïntegreerd opvang- en ‘opvanggedachte’. Voor de nieuwe naam is er bewust vrijetijdsaanbod, toegankelijk voor elk kind gekozen voor een logo dat sterk aanleunt bij het logo vanaf de kleuterklas dat er behoefte aan van you.th om de doorstroom naar de tieneractiviteiten vlotter te laten verlopen. Er kan echter nog meer inge- heeft. Om dit aanbod vorm te geven moet zet worden op de tienerwerking als we daarvoor kiezen. er een sterke samenwerking worden gerea- liseerd tussen opvang, speelpleinwerking, onderwijs, jeugd, sport en cultuuraanbod.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 64

Maatschappelijk Wanneer zij de informatie niet of die met hen meegaat, blijkt wel te kwetsbare kinderen, laattijdig krijgen, kunnen ze niet tijdig werken. inschrijven. Vaak wordt er ook last jongeren en gezinnen minute achter opvang gezocht en Samen met de jeugdopbouwwerkers 3 zitten de lijsten al vol en kunnen ze (Uit de Marge) en hun werking Vol-

niet geholpen worden. len Bak trachten zij reeds om ver- Maatschappelijk kwets- schillende drempels te verlagen. Met “bare kinderen, jongeren Er is ook een financiële drempel, al hun mobiele speelpleinwerking be- en gezinnen nemen min- zijn er reductie tarieven, zoals de reiken zij veel maatschappelijk der of niet deel aan het Uitpas, speelcheques, prijs afhanke- kwetsbare kinderen vanuit de aan- lijk van het inkomen (IBO), gratis dachtswijken. vrijetijdsaanbod als aan sportkaart … de opvangmogelijkhe- Burgers met een beperkt inkomen den (IBO, kinderdagver- Er is soms ook sprake van een cul- worstelen met het betalen van lid- blijf…). turele drempel. Het aanbod of invul- geld, materiaal aankopen, vervoer ling van activiteiten passen niet in bekostigen, modieus gekleed gaan, Een combinatie van verschillende hun leefwereld of interesses. inkom betalen … factoren en drempels zorgen er voor dat gezinnen niet deelnemen; Er zijn vaak veel persoonlijke drem- Armoede blijft dan ook een be- De communicatie van het aanbod pels die mensen moeten overwinnen langrijke oorzaak van uitsluiting komt niet altijd bij deze gezinnen om deel te nemen. Iets gratis ter in Dendermonde en verdient de terecht. De meeste activiteiten han- beschikking stellen is niet de oplos- nodige aandacht. teren een vooraf inschrijfsysteem. sing. Iemand die ze vertrouwen en

Aanbod, inspraak en participatie voor kinderen en vooral jongeren

4 Er is een ruim aanbod voor kinderen tot 12 jaar (YOU.th), het vrijetijdsaanbod is voldoende gedifferentieerd voor deze leeftijd. Voor jongeren (12-18 jaar) daarentegen is er het aanbod vanuit de stad eerder beperkt, al stijgt het aantal deel- nemers wel. In tegenstelling tot -12-jarigen mogen tieners mee richting geven wat ze in hun vrije tijd doen. De jeugd- dienst krijgt verschillende signalen over het gewenste aanbod.

Jongeren moeten ook de kans krijgen om te kunnen experimenteren met onder andere muziek, kunst, expressie … Daarvoor werden projecten als Kunstkraker en Pavlov opgericht (samen met Cc Belgica, de bib en de cultuurdienst). Het aanbod is er maar er zijn voor deze projecten weinig deelnemers. Het wordt een uitdaging om de jongeren te bereiken en kennis te laten maken met aanbod.

Scholenaanbod Tijdens het schooljaar 2018-2019 Vanuit het onderwijs kan de ge- werd een nieuwe samenwerkings- meente een integraal beleid voeren overeenkomst afgesloten tussen de voor alle kinderen, jongeren en vol- 5 secundaire scholen, het stadsbe- wassenen. Een goed onderwijsaan- Dendermonde is een echte scho- stuur en de lokale politie. Hierdoor bod is voor jonge gezinnen een ar- lenstad. In groot-Dendermonde be- werd met alle betrokkenen een ver- gument om zich ergens te vestigen. vinden zich 22 basisscholen nieuwde overlegstructuren met de De gemeenteschool heeft bovendien (gemeentelijk basisonderwijs, ge- middelbare scholen opgezet waarin alle troeven om een echte brede meenschapsonderwijs en vrij onder- op vraag en op maat zal worden school te worden. Het is perfect mo- wijs) en 4 middelbare scholen (vrij gewerkt aan drugpreventie en alge- gelijk om heel wat gemeentelijke onderwijs en gemeenschapsonder- meen welzijn en gezondheid. dienstverlening in of rond de school wijs) en 4 middelbare scholen in het uit te bouwen: de bibliotheek, kinder- centrum. Ongeveer 53 % van de Het is een kerntaak van de stad om opvang, de academie, sport … Ook leerlingen in het secundair onderwijs zijn actorrol op te nemen binnen het mobiliteit, ruimtelijke ordening, soci- in Dendermonde, zijn niet woonach- basisonderwijs om de keuzevrijheid ale zaken zijn verbonden met onder- tig in Dendermonde. te bewaken en de neutraliteit te ga- wijs. randeren.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 65

De gemeentelijke basisscholen kampen met infrastruc- tuurproblemen. Vele gebouwen zijn verouderd en niet meer in orde met de veiligheid en hygiëne. Herstellin- gen, renovatie- en nieuwbouwprojecten dringen zich op.

Daarbij wordt de infrastructuur verhuurd aan vrijetijds- Om tot een brede school te komen is er verenigingen en ook privé. De turnzaal is een goedko- een betere afstemming nodig tussen de per alternatief voor een feestzaal geworden. Dit brengt “ verschillende partners (school en ver- verschillende ongemakken met zich mee. Ook vereni- gingen huren de schoolinfrastructuur omdat hun alterna- enigingen) en zijn er aanpassingen aan tieven zijn uitgeput. Er is namelijk te weinig de bestaande schoolinfrastructuur no- (polyvalente) infrastructuur voor het verenigingsle- dig (vb. sleutelplan). ven.

Flankerend onderwijs Wijzigingen decreet

6 7 De Vlaamse overheid stimuleert via eigen reglemente- Momenteel is er in de verschillende scholen in Dender- ring een lokaal flankerend onderwijsbeleid, gericht op monde voldoende capaciteit. Naar de toekomst toe kan gelijke onderwijskansen. Diezelfde onderwijsreglemen- er een capaciteitstekort optreden in het secundair on- tering gebiedt dat de leerlingen, ongeacht waar ze derwijs. naar aanleiding van nieuwe woonprojecten is schoollopen, gelijk worden behandeld als het gaat over dit ook mogelijk binnen het basisonderwijs. Recentelijk de sociale voordelen. De stad maakt deel uit van een werden er ook wijzigingen aangebracht aan het decreet Lokaal Overlegplatform (LOP) basis en secundair waar inschrijvingsrecht. Scholen krijgen hierbij de keuze of ze zij samen met de vertegenwoordigers van onderwijs en kiezen voor een systeem van elektronische aanmelding andere actoren het inschrijvingsbeleid uittekenen en of niet. Als er gekozen wordt voor een elektronische werk maken van gelijke onderwijskansen. Ook projecten aanmelding moeten er capaciteiten bepaald worden en zoals het buddyproject, time-out project, spijbelproject, voorrangsperiodes voorzien worden. Als er niet geko- taalkracht en signalenkaart armoede worden hier verder zen wordt voor een elektronische aanmelding is de vormgegeven. school verplicht om iedereen in te schrijven. Het is noodzakelijk om in te zetten op het behouden van vol- Het is belangrijk dat er blijvend geïnvesteerd worden in doende capaciteit in het onderwijs. Hierbij moet reke- succesvolle projecten (buddyproject, Cool Down, All ning gehouden worden met de grote instroom van leer- Hands Aboard) en dat nieuwe projecten die inspelen op lingen uit omliggende gemeenten en de impact van noden uit het onderwijsveld financieel ondersteund wor- nieuwe woonwijken. Het stadsbestuur heeft hierin een den. belangrijke coördinerende rol.

Vanaf 1 september 2018 is er een nieuw decreet kunst- onderwijs, waarbij kinderen vanaf 6 jaar alle disciplines kunnen volgen. Daarnaast komen er een aantal nieuwe opleidingen bij. Dit decreet zorgt voor een duidelijke verankering van het DKO binnen het onderwijsveld. Het DKO zal in de toekomst ook nauwer moeten samenwer- ken met het leerplicht onderwijs zodat leerlingen kennis- maken met cultuur en kunst. Hiervoor wordt er in januari 2019 een nieuw platform Kunstkuur opgericht.

Tegen 2020 wordt er, onder voorbehoud van goedkeu- ring van de conceptnota, een bestuurlijke optimalisatie uitgevoerd in het onderwijs. Deze bestuurlijke optimali- satie gebeurt in het kader van het verhogen van de be- stuurskracht van schoolbesturen. Als de nota wordt goedgekeurd, is de huidige scholengemeenschap mo- gelijks te klein. De verschillende mogelijkheden moeten dan bekeken worden. Zo zal het ook mogelijk zijn om het DKO op te nemen binnen een scholengemeen- schap.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 66

Welzijn en opvoedingsondersteuning

8 Problemen als spijbelen, problematische opvoedingssituaties, overlast en schoolmoeheid komen meer voor bij kinderen en jongeren, zo ook in Dendermonde. Vaak liggen verschillende oorzaken aan de basis van dit soort problemen.

De stad koos om te investeren in opvoedingsondersteuning omdat opvoeden niet alleen een zeer belangrijke basis is voor elk kind maar ook een moeilijkere taak is geworden voor de ouders. De bekendmaking van het aanbod aan op- voedingsondersteuning is een belangrijk aandachtspunt. Inwoners moeten weten hoe de stad hen wil en kan onder- steunen. Er heerst nog vaak een taboe rond het spreken over of ondersteuning zoeken bij het opvoeden. Het creëren van een draagvlak rond dit thema kan hier verandering in brengen en een meerwaarde betekenen.

De Kroon Ons netwerk is reeds opgebouwd, maar het blijft Huis van het Kind “een uitdaging om dit te versterken en te verbre- den. De komende jaren zullen we nadruk blijven 9 leggen op samenwerking en het verbeteren van Het Huis van het Kind is een samen- de communicatie tussen diensten en organisa- werkingsverband tussen diverse ties. welzijnsorganisaties op verschillen- de locaties binnen Dendermonde, • Ontmoeting creëren: We gaan ont- met een antennepunt aan de Op die manier kunnen we lacunes moeting op campus De Kroon ver- Kroonveldlaan. Zo is de Kroon be- en overlap in het aanbod detecteren. der uitbouwen daar in te zetten op reikbaar en toegankelijk voor ieder- In een tweede fase zullen deze de ontmoetingsruimte. moeten worden aangepakt. een. • Loketfunctie op campus De Kroon:

zowel praktische als inhoudelijke De Kroon wil tegemoet komen aan We moeten ook inzetten op een vragen over de opvoeding en ont- ruim aanbod naar burgers, met een de noden van kinderen, jongeren en wikkeling van kinderen en jonge- aantal aandachtspunten: aanstaande ouders op vlak van pre- ren, ouderschap, opvang en vrije ventieve gezinsondersteuning, op- • Inzetten op toeleiding; iedereen tijd … voedingsondersteuning en sociale moet de weg naar De Kroon kun- • Centraal loket kinderopvang: de cohesie. Sinds 2014 is De Kroon nen vinden wetgeving hierrond is in volle ont- erkend en gesubsidieerd door Kind • Progressief universalisme: Dit een wikkeling. We volgen dit op en be- en Gezin. belangrijk principe uit de wetge- kijken of en hoe we dit in onze hui-

ving. Het betekent dat er aanbod is dige werking kunnen inpassen. Op de campus De Kroon huisvesten voor iedereen met een laagdrem- volgende diensten: dienst onthaal- pelige werking. Maar met aandacht ouders, opvoedingspunt, het kinder- en specifiek aanbod voor kwetsba- dagverblijf de Kleine Kroon, regio- re groepen (‘iedereen over de huis Kind en Gezin en de consulta- drempel krijgen, maar eens achter tiebureaus Kind en Preventie en vzw de deur kunnen differentiëren). Onze Kleintjes.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 67

Zorg en gezondheid

Op vlak van zorg en gezondheid staan er heel wat uitdagingen op de plank, zowel op vlak van de regie, faciliteren als binnen de actorrol:

De regierol

Met het Decreet Lokaal Sociaal Beleid wil Vlaanderen Het zal de komende legislatuur de uitdaging zijn om zorgen voor een toegankelijkere en meer betrokken hulp in co-creatie met inwoners, zorgpartners en de on- - en dienstverlening. Hiertoe moet een geïntegreerd dernemers op het grondgebied een sterk horizontaal breed onthaal worden uitgebouwd in samenwerking met sociaal beleid te voeren en dit op alle levensdomei- minstens het Sociaal Huis, het CAW en de diensten nen (zorg, wonen, werk, (sociale) economie, onder- maatschappelijk werk van de ziekenfondsen. Een ver- wijs, vrije tijd, mobiliteit, ruimtelijke planning). sterking van de samenwerking met deze partners is noodzakelijk. Het lokaal bestuur dient ook binnen de doelstellingen van de ‘eerstelijnszones’ de regierol op te nemen tenein- Het lokaal bestuur moet acties ondernemen om de de de toeleiding naar welzijn en zorg te garanderen wan- ‘onderbescherming’ aan te pakken, werk te maken neer de eigen kracht van mensen of de informele zorg te van de vermaatschappelijking van de zorg, kwets- kort schiet. In de regorganisatie van de eerste lijn is een bare groepen meer te betrekken in de beleidsvoor- belangrijke taak weggelegd voor de mantelzorger. Het bereiding … lokale bestuur dient te kijken welke zorgen in de buurten/ wijken/stad nodig zijn, welk aanbod er is en of dit aan- bod op elkaar en op zorgvrager is afgestemd. Het aan- bod dat ontbreekt kan door het lokaal bestuur zelf voor- zien worden of kan door het aanspreken van partners opgestart worden. De faciliterende rol

Mensen staan veel meer als individu, en minder als Sociale cohesie in een wijk/buurt draagt positief bij aan groep in de samenleving. We zien daarnaast ook een het welbevinden, de zelfredzaamheid en de gezondheid toenemende vergrijzing (20 % is 65-plus) en interne ver- van mensen, het bevordert ook de informele solidariteit grijzing: de noden van deze laatste doelgroep vertaalt in een buurt. Het lokaal bestuur kan dit stimuleren, buurt- zich op vele domeinen, onder andere op vlak van mobili- initiatieven aanmoedigen en ondersteunen. Zorgzame teit, zelfstandig wonen, sociale cohesie, strijd tegen ver- buurten beogen een betere zorg en ondersteuning van eenzaming en plaatst ons ook voor uitdagingen in ons kwetsbaren en zorgbehoevenden en valoriseren de vrij- beleid rond communicatie, toegankelijkheid, de inrichting willige inzet van geëngageerde burgers en bieden ook van het openbaar domein, het sport- en vrijetijdsaan- aan kwetsbaren een kans een betekenisvolle bijdrage te bod ... doen aan de samenleving. Gemeentebesturen kunnen een grondige analyse maken van de buurt in termen van Om de sociale cohesie opnieuw te versterken is zorgvragen en zorgaanbod en zorgactoren en buurtini- het noodzakelijk om in te zetten op/stimuleren van tiatieven met elkaar in contact brengen, aanmoedigen buurtwerking en ontmoeting. De ondersteuning en van buurtinitiatieven … coördinatie van vrijwilligers is hiervoor cruciaal.

Ook de rol van wijkinspecteur (als aanspreekpunt, hoek- steen en barometer) moet hier de nodige aandacht krij- gen. De wijkinspecteurs moeten veel in het straatbeeld aan- wezig zijn. Wijkwerking is noodzakelijk om het contact met de bevolking te verzekeren en signalen op te van- gen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 68

De actorrol

De laatste jaren merken we een toenemende tendens Er moet een aanbod blijven voor personen die tus- naar verzelfstandiging en privatisering van de zorgsec- sen de mazen van het net vallen in het privé- tor, al dan niet in samenwerking met andere openbare of aanbod en om greep te blijven hebben op prijszet- private partners, al dan niet met inbegrip van andere ting, kwaliteit,... Integrale kwaliteitszorg is noodza- zorgvormen dan de woonzorgcentra (zoals dienstencen- kelijk: de kwaliteit van de dienstverlening moet ver- tra, assistentiewoningen, dagverzorgingscentra). der opgevolgd en geoptimaliseerd worden. Er moet meer aandacht zijn om acties te koppelen aan klantbevragingen. Kwaliteitsvolle zorg wordt gezien als een kerntaak van het bestuur, dit garandeert ook bescherming De lokale dienstencentra zijn kernactor binnen de van de kansengroepen. Als publieke zorgactor on- zorgzame buurt, ze dienen nog meer buurtgericht dervangen we de zorgnoden van de (financieel) en outreachend te werken (prioritaire aandacht zwakkere Dendermondse burger en maatschappe- naar ouderen, mantelzorgers en kwetsbare perso- lijk kwetsbare gezinnen. nen). Ook de woonzorgcentra maken hier best deel van uit. In de deelgemeenten willen we een kernversterkend beleid voeren.

Zorgcontinuüm ouderen

We willen een zorgcontinuüm helpen uitbouwen waardoor ouderen zo lang mogelijk in hun eigen omgeving kunnen blij- ven wonen.

Daarom is het als lokaal bestuur essentieel om te investeren • in thuiszorg • in dienstencentra en • in het bouwen van bejaardenwoningen en flats in samenwerking met sociale bouwmaatschappijen en andere partners.

Bij een hoge zorggraad willen we garanderen dat er voor iedereen de mogelijkheid is tot residentiële opname in een woonzorgcentrum waarbij levenskwaliteit van de burger primeert op winst. Dit betekent dat we als lokaal bestuur zelf een deel van de markt moeten opeisen via onze eigen woonzorgcentra. Op die manier blijven we een vangnet creëren voor de zwaksten in de samenleving: een kerntaak van een lokaal bestuur. Door ons ruime op elkaar afgestemd aanbod van dienstverlening, kunnen we een extra troef betekenen voor mensen die het moeilijk hebben.

Een mooi voorbeeld hiervan is het nieuwe woonzorgcentrum in Baasrode gelegen in de buurt van LDC het Plein. Dit project speelt door het aanbod van diverse dienstverleningen in op verschillende noden van de burgers. Naast het woonzorgcentrum op zich worden assistentiewoningen voorzien wat bij het verzwaren van de zorgbehoevendheid de mogelijkheid biedt om op dezelfde site te blijven wonen. Voor echtparen waarvan nog één partner gezond is, kan de partner in een aanpalende inleunwoning leven en toch dicht bij zijn/haar partner verblijven. Op de site is er ook een aan- bod van kinderopvang: een veelgevraagde dienstverlening. Dit moet een site worden waar iedereen elkaar vindt, onge- acht hun mogelijkheden/beperkingen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 69

Sociale hulp- en eerstelijnsdienstverlening

Lokale context

Het Sociaal Huis is reeds 10 jaar de herkenbare toe- De burger zelf is eerder gebaat met een goede back gangspoort voor elke burger met een welzijnsvraag. Hij office doorverwijzing dan steeds zijn verhaal opnieuw te kan er terecht voor info, advies en/of doorverwijzing naar moeten doen. het juiste aanbod. Het is een uitdaging het versnipperd aanbod binnen welzijn en zorg toegankelijk en begrijp- baar te maken voor iedereen.

Met versterkte aandacht voor de 7 B’s van dienstver- lening (beschikbaarheid, begrijpbaarheid, bruikbaar- heid, betaalbaarheid, bereikbaarheid, bekendheid en betrouwbaarheid) dienen wij in samenwerking met andere welzijns- en zorgpartners te garanderen dat zo weinig mogelijk mensen uit de boot vallen en hun verhaal steeds opnieuw bij verschillende instanties dienen te vertellen.

Aandachtspunten

Complexe Armoede 7 B’s hulpverlening

1 2 3

De hulpverlening wordt steeds com- Er is een toename van personen in De 7 B’s dienen we binnen het lo- plexer. Verdere professionalisering armoede, meer mensen met schul- kaal bestuur de komende periode is noodzakelijk in functie van de ge- den, een sterke stijging van het aan- een actuelere invulling te geven door wijzigde problematiek en doelgroe- tal geboorten in kansarme gezinnen in te zetten op: pen (anderstaligen, dementie, men- (2010: 4,9 %, 2016: 9,5 %). • nieuwe technologieën (o.a. live- sen met een psychische problema- streaming evenementen, e-lear- tiek …). In de strijd tegen armoede moet er ning, domotica WZC, wifinetwerk een integrale aanpak zijn met vol- verder uitrollen, gebruik van socia- doende aandacht voor overleg met le media om snel en gericht te de verschillende actoren, preventief communiceren …) werken en outreachend werken. Be- • sterke profilering naar de burgers geleiding van kwetsbare groepen • doelgroepgerichte communicatie blijft meer dan ooit noodzakelijk, • digitale hulpverlening (als aanvul- waar we ons laten leiden door “niet ling, zeker niet als vervanger van van het kastje naar de muur te stu- onze klassieke hulpverlening). ren”, laagdrempeligheid en respect • dienstverleningsaanbod in deelge- voor privacy. We stellen de cliënt meenten centraal door deze te benaderen • een mobiel aanbod. vanuit de methodiek empowerment. Dit is een proces van versterking waarbij individuen meer greep krij- gen op de eigen situatie en hun om- geving. Vanuit dit krachtgericht wer- ken is het nastreven van zelfred- zaamheid één van de belangrijkste doelen.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 70

Werkgroep mobiliteit Diversiteit Lokaal sociaal be- en toegankelijkheid leidsplan

4 5 6

In de marge van de welzijnsraad De inwoners van Dendermonde zijn Het lokaal sociaal beleidsplan groeide de werkgroep ‘mobiliteit en divers naar nationaliteiten en talen. dient een centrale plaats te krijgen toegankelijkheid’, wegens het groot 3,5% heeft in 2016 een vreemde in de gemeentelijke meerjaren- belang van deze problematiek voor nationaliteit. We dienen waakzaam plannen en is best een inclusief de doelgroepen van de welzijnsraad te zijn voor eenvoudig taalgebruik plan, waarin naast zorg, welzijn en en de nood aan permanente opvol- maar ook voor de toeleiding naar armoedebestrijding ook andere ging van dit thema. De clustering onze dienstverlening: lokale dien- beleidsdomeinen zoals wonen, van deze werkgroep moet zeker be- stencentra, de woon- en zorgcentra, werken, onderwijs en verenigings- houden blijven. Dit zorgt immers kinderdagverblijven ... Aandacht leven aan bod komen. Het sociaal voor een grote samenhang inzake voor een goede integratie van vluch- beleid dient dus in elk beleidsdo- de thema’s mobiliteit en toegankelijk- telingen is onontbeerlijk voor hun mein tot uiting te komen en wordt heid. geestelijke gezondheid en welzijn. niet meer gezien als een apart te voeren beleid. Dit komt best tot stand in samenwerking de andere welzijnsactoren die actief zijn op het grondgebied van Dendermonde.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 71

Memorandum | oktober 2018 | pg. 72

Domein cultuur en vrije tijd

Cultuur en toerisme

Lokale context

De lokale context wordt sterk beïnvloed door tendensen die bepaald worden op het Vlaams niveau. • Regiodecreet (vanaf 2020) : Dit decreet vervangt het huidige transitiereglement. Het nieuw decreet regionaal cultuur- beleid zal subsidies verdelen voor regionale cultuurprojecten en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.

• Cultureel-erfgoeddecreet van 24 februari 2017: vanaf 2020 moet er een nieuw (intergemeentelijk) erfgoedconvenant worden gesloten.

• Decreet Onroerend Erfgoed: de subsidieregeling voor de lokale overheid zal wijzigen.

• Fusie van stad en ocmw in één lokaal bestuur. Dit versterkt de aandacht voor participatie van bepaalde doelgroepen, in het bijzonder maatschappelijke kwetsbaren via sector overschrijdende samenwerking.

• Er dient een nieuwe afsprakennota opgesteld te worden voor de periode 2020-2025, in kader van het Netwerk Vrije- tijdsparticipatie. De nota moet ingediend worden bij de Vlaamse overheid in oktober 2019.

• Vlaamse interne staathervorming: de provincie heeft niet langer culturele bevoegdheden. Vlaanderen is bevoegd en wil de cultuursubsidies toevoegen aan de generieke middelen.

Aandachtspunten

Cultuur als verbindend element

1

Vanuit zijn werking is CC Belgica mee een drijvende kracht achter het lokale en bovenlokale culturele leven. Daarnaast faciliteert het de totstandkoming van allerlei cultuur- en podiumproducten van derden. Als ‘sterk merk’ binnen Dendermonde kan het cultuurcentrum makkelijk lokale spelers samenbrengen en zo cultuur breed en ingebed uitdragen. Het cultuurcentrum is spil in een cultureel lokaal en bovenlokaal netwerk. CC Bel- gica ziet de stad als speelplek en wil de komende jaren verder werken maken van buiten de muren treden en kwalitatieve evenementiële cultuurclus- ters. Het actief organiseren van evenementen gebeurt naar spreiding en programmatie in overleg met Toeris- me en andere diensten, de kwaliteit en doelen primeren hierbij over de kwantiteit.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 73

Cultuurloket Bibliotheek

2 4

Tegelijk is er intra muros de evolutie in het masterplan De Dendermondse bibliotheek positioneert zich als Huis Van Winckel en de integratie van beide panden verbindende schakel binnen de stad en de regio. We (hoofdgebouw en Van Winckel) op 1 site. Dit is een uit- willen een warme bib zijn, dicht bij de mensen met een gelezen kans om ook de cultuurdienst en het Cultuurlo- professionele deskundigheid en een sociaal sterk ka- ket een duidelijker gezicht te geven. Centralisatie van rakter. De bib bevestigt haar rol als knooppunt voor loketfuncties loopt parallel met de mogelijkheden om de kennis, contacten en cultuur voor iedereen. Haar dienstverlening uit te breiden. Er dient bekeken te wor- klassieke passieve identiteit is omgebogen: in deze ken- den of er ook een evenementendienstverlening aan dit nismaatschappij wil de bibliotheek mensen, scholen en loket kan worden uitgebouwd. organisaties dienen, inspireren en uitdagen. Lezen Het Cultuurloket is op korte termijn uitgegroeid tot stimuleren, zowel analoog als digitaal blijft een voorna- steunpunt voor de lokale socio-culturele verenigin- me kerndoelstelling. Maar kennis, creatie en informatie gen. Via subsidies, informatieoverdracht, communicatie is niet alleen een kwestie van boekenwijsheid. Een bibli- en vorming krijgen verenigingen kansen om zich verder otheek is een afspiegeling van onze maatschappij. te ontwikkelen. Deze ondersteuning kan nog verder ont- Daarom gaat de Dendermondse bibliotheek voortdu- wikkeld worden zowel in diepte op inhoudelijk vlak als in rend de uitdaging aan om zoveel mogelijk mensen en de breedte op vlak van doelgroepen, de komende jaren organisaties met elkaar in verbinding te stellen. Dit kan wensen we meer in te zetten op de amateur- en lokale door op een interactieve, leuke en laagdrempelige ma- kunstenaars. nier gebruikers toe te leiden naar boeken, film, muziek, het internet.

UiTPAS Maar ook door een brug te slaan naar nieuwe tech- nieken om te kunnen lezen, taal te beleven of mediawij- ze toepassingen eigen te maken (Makerstr@p). De bib 3 ontwikkelt activiteiten en producten met de juiste partner of brengt partners samen rond een actueel onderwerp. De UiTPAS is in september 2017 gelanceerd als klan- De dienstverlening van de bib is een dienstverlening tenkaart om deel te nemen aan vrijetijdsactiviteiten én voor iedere Dendermondenaar en meerwaardezoeker als instrument om participatiedrempels te verlagen binnen de regio: een decentrale werking (naar specifie- voor financieel kwetsbare mensen. Zij krijgen nl boven- ke doelgroepen op geografisch verspreide locaties) blijft op de spaar- en ruilkansen eveneens een structurele eveneens een aandachtspunt in de bibliotheekwerking. korting op het vrijetijdsaanbod dat het Uitpaslabel Naast het ontwikkelen van dienstverlening op maat draagt. Na 1 jaar kunnen we concluderen dat UiTPAS vormt ook het intergemeentelijke samenwerkingsver- als merk stilaan voet aan grond krijgt in Dendermonde. band een middel om decentrale werking te realiseren. Om van UiTPAS een écht succesverhaal te maken is het nodig dat alle stadsdiensten met een vrijetijdsaan- bod er blijven in investeren om dit verhaal positief mee uit te dragen op verschillende manieren. Zo willen we in de toekomst dat deze stadsdiensten aantrekkelijke wel- koms- en omruilvoordelen introduceren. O.m. de Ros Beiaardommegang is hiervoor een perfecte stimulans. Daarnaast gaan we de komende jaren het aanbod uit- breiden met verenigingen, privé-initiatieven en scholen. Op die manier maken we van UiTPAS een zéér aan- trekkelijk instrument voor alle inwoners van Dendermon- de en zelfs van de regio.

We zien cultuur als een verbindend “element in Dendermonde: doorheen de stad, doorheen alle mensen en doorheen de regio.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 74

Toegankelijk bibliotheekaanbod Erfgoed en cultuur

5 7

Ook om onze diverse (moeilijke) doelgroepen te berei- Toerisme verbindt bij uitstek het ken trekken we dus de verbindende kaart, zowel extern “erfgoed en de cultuur in Dendermonde naar burgers als intern binnen het bestuur. Onze profes- met Vlaanderen en de wereld. sionals en vrijwilligers samen de dienstverlening op maat om het bibaanbod toegankelijk te maken voor Toerisme genereert een grote economische meerwaar- iedereen. Naast de klassieke werking is de integratie de voor de stad. Momenteel is er een goede basis voor van het digitale naast het analoge een groot aandachts- toerisme aanwezig: stedelijk (immaterieel) erfgoed, een punt. De bibliotheek stelt geïnteresseerden en deskun- mooie stadskern, groene lussen rond de stad. De ver- digen in verbinding met elkaar om nieuwe technieken sterking en uitbouw van het erfgoed educatieve aanbod aan te leren via vorming, workshops, platformen. Te- is en blijft een constante zorg. vens durft de bib inspelen op tendensen en maakt deze toegankelijk voor een breed publiek (internet, media- De samenwerking met een jonge en dynamische erf- wijze technieken, expertise, makerstrap …). goedcel kan de werking alleen maar ten goede komen: het is aangewezen de werking van de erfgoedcel ook naar de toekomst te behouden. Het beeld van Dender- Digitale r-evolutie monde als vestingstad met vestigingsgordel kan nog sterker ontwikkeld worden. Projecten als ‘Courtens’ (ViewMasters) integreren daar- 6 naast naadloos toerisme en cultuur: ze creëren effect voor de Dendermondenaar en de bezoeker. We willen De verbindende rol van de bibliotheek uit zich niet enkel graag op die weg verder gaan. De cultuurdiensten wil- extern, maar ook intern naar de stadsdiensten. Het is len instaan voor hedendaagse culturele producten een logische stap om onze expertise op vlak van be- die inwerken op de beeldvorming rond Dendermonde heer en collectie aan te bieden aan onze collega’s als moderne cultuurstad. De toeristische en marke- (Hidoc, museum, archief). tinggewijze ontsluiting van deze producten dient verder te worden uitgebouwd. De bib is ook een betrouwbaar kwaliteitsmerk: we staan garant voor een kwaliteitsvol collectieaanbod en neutra- Naast verbinding met cultuur is voor toerisme ook de le, correcte informatie. De digitale r-evolutie heeft een verbinding met de omgeving essentieel. Bij belangrij- vaste plaats binnen de collectie en verdient de nodige ke projecten in de stad, zowel in eigen beheer als in competenties om deze degelijk uit te bouwen. beheer van derden, (vb. Sigmawerken Vlassenbroek, scheepvaartmuseum Baasrode, masterplan stationsom- geving etc.) dient er ook steeds vanuit het beleid en de diensten een cultuur-toeristische insteek te zijn. Dit kan zijn door de realisatie van extra belevingspunten, wan- del- en fietsroutes, een aantrekkelijke stationsomgeving en nette randparkings, faciliteiten voor watertoerisme, enz.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 75

Nieuw museum Culturele regio

8 10

Als speerpunt voor de nieuwe legislatuur is er ook de CC Belgica, de bibliotheek en de dienst stadspromotie realisatie van een nieuw museum met een sterk parti- vergroten hun bereik door hun leidende rol in enkele cipatieve werking. Een nieuwe publiekswerking zal intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Het nieu- vooral tot uiting komen in een intensieve samenwerking we culturele regiodecreet biedt kansen maar verdient met middenveldorganisaties, verenigingen, erfgoedge- verdere verduidelijking en toetsing op regionale relevan- meenschappen, verzamelaars, kunstenaars, bijzondere tie voor Dendermonde en omgeving. Intergemeentelijk doelgroepen, ... Het nieuwe museum wordt een creatie- loopt daarom een verkenningstraject om met 9 ge- ve plek waar stadsbewoner en stadsbezoeker elkaar meenten te komen tot een homogene culturele regio. treffen, worden betrokken en worden geprikkeld. Het vergroten van de lokale betrokkenheid komt tot uit- Dendermonde bouwt binnen de regio Scheldeland ver- drukking in de verschillende museumfuncties: collectie- deraan haar rol als toeristisch-recreatief knooppunt. behoud en beheer, collectieregistratie, collectiepresen- Door samenwerking met instanties zoals Toerisme tatie, onderzoek. De museumcollectie geldt hierbij als Vlaanderen, Toerisme Oost-Vlaanderen, Toerisme belangrijk uitgangspunt maar wordt nu op actieve wijze Scheldeland dienen kansen gegenereerd te worden op als participatiemiddel ingezet. Het museum brengt het vlak van extra marketinginstrumenten (beurzen, bro- een waaier aan verhalen van zijn bewoners. Hierbij is er chures, digitale media, perswerking), gezamenlijke pro- aandacht voor veelheid, diversiteit en gelaagdheid, zon- jecten (nieuwe wandel- en fietsproducten), financiële of der in anekdotiek te vervallen. andere vormen van ondersteuning door deze partners. Dendermonde dient ook verder actief aanwezig te zijn in De volledige museumwerking ontplooit zich op één cen- samenwerkingsverbanden zoals Rivierpark Scheldeval- traal gelegen site. lei, Denderland of Van Steen tot Steen.

Een centraal museum met een “vernieuwde werking kan een enorme troef zijn voor de stad omdat het door een nieuwe dynamiek niet alleen de toeristische aantrekkingskracht vergroot maar ook ontmoetingskan- sen creëert en bijdraagt tot een inclu- sieve gemeenschap.

Hieruit put het museum zijn hedendaagse maatschap- pelijke relevantie.

Stadhuis

20 mei 2020 9 Ros Beiaardommegang

De inspanningen die de voorbije jaren gebeurd zijn om 11 van het Stadhuis een volwaardig toeristisch belevings- punt en museum te maken (met een nieuw infokantoor Op 24 mei 2020 organiseert het Ros Beiaardcomité op- en bezoekerscentrum in de lakenhalle, de ontsluiting nieuw een Ros Beiaardommegang. Dit event maakt bij van het belfort en de opfrissing van de verschillende vele Dendermondenaren een tomeloze energie en crea- zalen) dienen zich ook te vertalen in een minder gedi- tiviteit los. versifieerd gebruik van het Stadhuis voor andere gele- Ook bij de diensten van het lokaal bestuur creëert deze genheden. Concreet dient er nagedacht te worden over ommegang een focuspunt waarrond talloze initiatieven een beter evenwicht tussen de toeristisch-recreatieve ontstaan. De doorgedreven inspanning van Ros Bei- bezoekersfunctie van het Stadhuis en de functie als lo- aardcomité, overheidsdiensten, verenigingen en bur- catie voor vergaderingen, ontvangsten en plechtighe- gers zal deze legislatuur ongetwijfeld resulteren in een den. grote toeristische meerwaarde voor de stad.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 76

Verenigingsleven, vrije tijd en recreatie

Aandachtspunten

Subsidies adviesraden Cultuurconvenanten

1 3 Het systeem van de cultuurconvenanten heeft zijn nut Een adviesraad heeft als voornaamste rol advies geven reeds bewezen. Dergelijk partnerschap geeft de moge- aan het beleid. Naast de subsidies voor verenigingen lijkheid aan de stad het beheer van cultuur- of erf- zijn er subsidies voor individuele aanvragers en particu- goedsites of de organisatie van grootschalige evene- lieren. Hier kan een kans liggen om het reglement bij te menten uit te besteden aan verenigingen met de garan- sturen zodat bv. individuele kunstenaars die graag een tie van een jaarlijkse financiële en inhoudelijke controle initiatief willen opzetten ook in aanmerking komen. en geregelde inspraak. Bestaande convenanten kunnen De eigen subsidieregelingen zijn al jaren niet meer ge- opnieuw worden verlengd voor een periode van zes wijzigd. Een doorlichting van alle subsidieregelingen is jaar. Daarnaast kan er aan een uitbreiding van het sys- noodzakelijk. Hierbij moet er voldoende aandacht zijn teem worden gedacht. Hierbij is het belangrijk voor voor een vereenvoudiging van lastige administratieve ogen te houden dat het om de overdracht van het be- procedures en een betere afstemming tussen de ver- heer over een site of de overname van de organisatie schillende sectoren. van een evenement (met bovenlokale uitstraling) gaat. Er dient echter over gewaakt te worden dat niet alle op- Sinds 2016 worden de sectorale subsidies van de hoge- drachten op vlak van vrije tijd en recreatie in convenan- re overheid inzake jeugd, sport en cultuur niet meer af- ten worden geregeld, maar dat de stad nog steeds een zonderlijk toegekend. Deze sectorale subsidies werden overkoepelende rol kan spelen, een impact kan hebben geïntegreerd in het gemeentefonds. Hierdoor verande- en eventueel flexibel kan bijsturen. ren twee zaken: ten eerste verliezen die subsidies bij hun integratie hun specificiteit, wat betekent dat ze nu ook voor andere zaken kunnen gebruikt worden; ten Vrijwilligersbeleid tweede verdwijnen de voorwaarden die golden om die subsidies te ontvangen. Door de huidige werking te ver- ankeren in het nieuwe meerjarenplan wordt er verze- 4 kerd dat de beoogde middelen uit het gemeentefonds effectief terugvloeien naar de domeinen jeugd, sport en Voor wat het aanbod inzake vrije tijd en recreatie be- cultuur. treft, is er sprake om de verenigingen te betrekken bij de stedelijke activiteiten. Het is een positieve trend dat vrijwilligers hun schouders onder de activiteiten van Doelgroepgericht werken diensten willen zetten. Deze manier van werken vraagt een goed onderbouwd vrijwilligersbeleid. Indien hier niet voor gekozen wordt moeten er steeds professionele 2 werkkrachten ingeschakeld worden. Ook wordt er een uniform vrijwilligersbeleid gemist. Hierin moet aandacht De cluster ‘Vrije Tijd’ heeft te maken met verschillende zijn voor het bundelen van vrijwilligerswerk en de coör- doelgroepen (personen met een beperking, jongeren, dinatie van vrijwilligers. ouderen, vreemdelingen …). Het vormt en uitdaging om al deze groepen te bereiken in het vrijetijdsaanbod. Er moet bewust worden ingezet op doelgroepgericht wer- ken. Hiervoor is het noodzakelijk om meer in dialoog te treden met doelgroepen en sleutelfiguren.

Een belangrijk aandachtspunt hierbij is dat de meest kwetsbare doelgroepen in de samenleving niet uit het oog mogen worden verloren.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 77

Vrijwilligerswerking Feestmateriaal

5 7

Zowel de stad als het OCMW werken al lange tijd met Elke vereniging of particulier die een activiteit organi- vrijwilligers ter ondersteuning van hun dagelijkse wer- seert kan bij de stad feestmateriaal ontlenen. Dergelijke king en dienstverlening aan de Dendermondse bevol- aanvragen gebeuren hoofdzakelijk digitaal via de websi- king. te van de stad maar feestmateriaal kan ook aanvraag worden aan de loketdiensten. Sedert een tweetal jaar werken stad en OCMW op gere- gelde tijdstippen samen om activiteiten te organiseren We stellen vast dat er op de privé-markt aanbieders zijn voor de vrijwilligers: bedankingsmomenten, vormingen van gelijkaardig feestmateriaal als wat de stad verhuurt. enz. Dit wordt door de vrijwilligers erg op prijs gesteld De vraag stelt zich dan ook of de stad op eenzelfde ma- en daarom dient hier blijvend op ingezet te worden. nier het feestmateriaal dient te blijven aanbieden aan verenigingen en particulieren. Alternatieven kunnen on- De vrijwilligerswerking van het stads- en OCMW- derzocht worden. bestuur is zeer breed uitgebouwd over verschillende diensten heen: woonzorgcentra, lokale dienstencentra, Indien gekozen wordt om het feestmateriaal volgens dienst toerisme, jeugddienst, CC Belgica, musea, ar- eenzelfde manier te blijven aanbieden, dient het arse- chiefdienst … Ook voor éénmalige evenementen wordt naal aan feestmateriaal een update te krijgen want dit er met vrijwilligers gewerkt, bijvoorbeeld met Boulevart groeit niet mee met de noden en behoeften. Daarnaast en met de Roparun. kan het aanbod nog worden uitgebreid (met bijvoor- beeld multimediamateriaal), dient het uitleensysteem te Ondertussen zijn er een 400-tal vrijwilligers actief in ver- worden versoepeld en kan het bestaande arsenaal be- schillende diensten van het bestuur. ter onderhoud gebruiken. De tweespalt in de procedure waarbij het materiaal dient besteld te worden bij het se- Vrijwilligerswerking is steeds meer en meer een gege- cretariaat, terwijl het beheer en de levering van het ma- ven waar rekening mee gehouden dient te worden. Vrij- teriaal eigenlijk gebeurt door de technische dienst, zorgt willigers zijn een belangrijke hoeksteen in de dagelijkse vaak voor verwarring. werking van een lokaal bestuur. Ook voor de vrijwilliger zelf is het bijdragen aan de maatschappij door een zin- volle tijdsbesteding cruciaal voor het welbevinden. Speelweefsel in de openbare ruimte

Vrijwilligersloket 8

De openbare ruimte als bron van vrije tijd en recreatie 6 bevindt zich zowel binnen als buiten.

Naar de toekomst toe zien we het Sport- en speelterreintjes, in beheer van de stad worden als een uitdaging om een door de bewoners frequent gebruikt en geapprecieerd. “ De stad ontvangt regelmatig een aanvraag om nieuwe vrijwilligersloket te organiseren waar terreintjes te ontwikkelen (via bewonersvergaderingen). iedere Dendermondse vrijwilliger, of die nu actief is bij het lokaal bestuur of bij Er zijn ook projecten zoals Kalendijk, Vliet , Posthoorn- een lokale sportvereniging, hobbyclub straat, volktuintjes ... Zij creëren extra speelkansen voor …, terecht kan voor informatie omtrent kinderen maar ook tuinieren kan op een speelpleintje, zo worden jong en oud bij elkaar gebracht. vrijwilligerswerk (bv. vergoedingen, ver- zekering …). Er werd een speelweefselplan opgemaakt om alle plaat- sen voor kinderen en jongeren in kaart te brengen. Hot- Zo ondersteunt het lokale bestuur de maatschappelijke spots voor jongeren en eventuele (onveilige) (probleem) verbondenheid binnen het verenigingsleven. punten die we in de toekomst kunnen aanpakken wor- den opgespoord.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 78

Evenementen

9

Dendermonde is een levendige stad met een veelheid aan evenementen: • van private en stedelijke actoren, • gericht op verschillende doelgroepen (cultuur, toeris- me, middenstand, sport, jeugd, …); • op diverse locaties (indoor & outdoor, centrum & deel- gemeenten); • van kleinschalig tot heel groot.

De evenementen dragen bij tot sfeer en verbondenheid en de uitstraling van de stad. De laatste jaren worden een aantal evoluties waargenomen. Er is een trend naar groter wordende evenementen. De evenementen vin- den regelmatig in dezelfde periode plaats.

Het inzetten op evenementen is al verschillende legisla- turen een constante in het beleid. De stad zet een breed arsenaal aan middelen in om de organisatie van evene- menten te ondersteunen. Verschillende stadsdiensten hebben een werking rond evenementen. Verenigingen en particulieren kunnen een beroep doen op subsidies, convenanten, e.a. vormen van ondersteuning (zaalverhuur, feestmateriaal, recepties, cultuurloket, Uit- databank, opmaken bewonersbrieven …).

We staan voor een open en duidelijke communicatie omtrent deze ondersteuning zodat interne en externe organisatoren weten wat ze kunnen verwachten.

De regelgeving die van toepassing is op evenementen is erg uitgebreid (zowel eigen regelgeving als regelge- ving van hogere overheden). We willen een zo eenvou- dig mogelijk eigen regelgevend kader (bv. een eenvou- diger fuifreglement). Daarnaast ook een duidelijk eve- nementenbeleid uitwerken met nog meer aandacht voor ondersteuning van de organisatoren.

We willen de bestaande expertise bundelen en een dui- delijk aanspreekpunt organiseren o.m. door het besten- digen van de evenementencel (overleg met organisator, politie, brandweer, evenementencoördinator en betrok- ken stadsdiensten).

De traditionele evenementen willen we toetsen aan: • Return on investment (inclusief kostenallocatie) • Passend imago • Spreiding in tijd en locatie • Duurzame organisatie • Samenwerking met de middenstand.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 79

Nawoord

Samen met vele ambtenaren is een intensief traject afgelegd om te komen tot dit memorandum. Zonder iedereen zijn inbreng, was dit eindproduct nooit gehaald. Daarom wensen we alle mensen die mee- werkten nogmaals uitdrukkelijk te danken voor hun inbreng. Naast de inhoudelijk input, wensen we ook de communicatiedienst nog eens extra te danken voor de mooie en leesbare lay-out en Kiani Triest voor de inspirerende cover.

Na het lezen van dit memorandum heeft u over diverse thema’s meer informatie en duidelijkheid gekregen. Hopelijk heeft het lezen van dit document bij u een aantal interesses gewekt. Vanuit de administratie zijn we steeds bereid bijkomende toelichting te geven, een debat aan te gaan of nog een aantal zaken verder te analyseren.

Memorandum | oktober 2018 | pg. 80

WERKGEVER VAN HET JAAR!