Z7

VERKEERSVEILIOHEIDSPLAN GEMEENTE

VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

In opdracht van: Gemeente De Ronde Venen Vakdienst Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer

VIA verkeersadvisering bv Theresialaan lOa VN7H-R01 5262 BN VUGHT december 1997

Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

INHOUD Biz

1 Opzet verkeersveiligheidsplan

1.1 Inleiding 4 1.2 Plan van aanpak 4

2 Uitgangssituatie

2.1 Beschrijving gemeente 7 2.2 Verkenning ongevallen 7

3 Analyse verkeersonveiligheid

3.1 Beoordeling subjectieve verkeersveiligheid 14 3.2 Beoordeling objectieve verkeersveiligheid 15 3.3 Speerpunten 16

4 Ontwikkeling Duurzaam Veilig wegennet

4.1 Duurzaam Veilig 20 4.2 Toekomstige ontwikkelingen 22 4.3 Regionale afstemming 22 4.4 Wensbeeld gemotoriseerd snelverkeer 22 4.5 Wensbeeld fietsverkeer 27 4.6 Wensbeeld openbaar vervoer 27

5 Knelpunten in het wegennet

5.1 Prioriteitenlijst onveilige locaties 29 5.2 Prioriteitenlijst speerpunten 32

Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

INHOUD (vervolg) Biz.

6 Concretisering

6.1 Inleiding 34 6.2 Stand van zaken Duurzaam Veilig 34 6.3 Infrastructurele maatregelen 40 6.4 Maatregelen op het gebied van organisatie, educatie en handhaving 40

7 Meerjarenuitvoeringsprogramma

7.1 Inleiding 44 7.2 Uitvoeringsprogramma preventie en infrastructuur 44 7.3 Uitvoeringsprogramma organisatie, handhaving en educatie 49

Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

l OPZET VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN

1.1 Inleiding

De gemeente De Ronde Venen wil een verkeersveiligheidsbeleid voor haar beheers- gebied ontwikkelen volgens de nieuwe gedachte achter een Duurzaam Veilig verkeers- en vervoerssysteem. Het doel achter een Duurzaam Veilig wegennet is een zodanige structuur in het wegennet, alsmede vormgeving van wegen te ontwikkelen, dat onge- vallen nagenoeg worden uitgesloten of de ernst van de ongevallen wordt beperkt. Naast deze preventieve aanpak, die vooral om infrastructurele maatregelen vraagt, is het noodzakelijk ondersteuning te krijgen vanuit handhaving, educatie en voorlichting. Dit alles moet resulteren in een veiliger verkeersbeeld in de gemeente De Ronde Venen.

Doelstelling: Het uitwerken van een verkeersveiligheidsbeleid voor de gemeente De Ronde Venen, waarmee de gestelde doelstelling van -25% slachtoffers in 2000 uit het Meerjaren Programma Verkeersveiligheid 1996-2000 én het streefbeeld van -40% gewonden en -50% doden in 2010 uit het Structuurschema Verkeer en Vervoer II wordt nagestreefd.

1.2 Plan van aanpak [zie figuur l]

Het verkeersveiligheidsplan is grofweg in vijf fasen ingedeeld. De eerste fase is de inventarisatiefase, waarin aandacht is besteed aan de huidige stand van zaken met betrekking tot de objectieve verkeersveiligheid (ongevallen) én de subjectieve verkeersveiligheid (van scholieren en sleutelfiguren). Daarnaast heeft een inventarisatie plaatsgevonden van gegevens die van belang zijn voor het opstellen van een Duurzaam Veilig wegennet. Genoemd kunnen worden toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen, verkeersintensiteiten, vormgevingsaspecten van het wegennet, ligging van scholen, winkels, etc. De tweede fase betreft de probleembepaling. Aan de hand van de geïnven- tariseerde gegevens is een voorontwerp van een Duurzaam Veilig wegennet vastgesteld, waarin wensbeelden zijn bepaald voor het gemotoriseerde verkeer, het fietsverkeer, het openbaar vervoer, voetgangers én gemotoriseerd langzaam verkeer.

Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Beoordeling verkeersonveiligheid Speerpunten

Terugkoppeling bevolking

Figuur 1: Plan van aanpak Duurzaam Veilig gemeente De Ronde Venen.

Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Daarnaast is een speerpuntenanalyse uitgevoerd en is de veiligheid van elk traject en elk kruispunt van hoofdwegen beoordeeld. De derde fase is een inventarisatie van de knelpunten. Het resultaat van de beoordeling van het wegennet is een lijst met onveilige locaties. Aan de hand van de speerpuntenanalyse komen de niet- locatiegebonden knelpunten naar voren, zoals bijvoorbeeld alcohol of schoolgaande jeugd. Het voorontwerp van het Duurzaam Veilig wegennet kan in deze fase worden aangepast aan de functionele eisen die aan een wegvak of kruispunt worden gesteld. Aan de hand van de gesignaleerde knelpunten wordt in de vierde fase een pakket van maatregelen opgesteld, met daarin aandacht voor maatregelen op het gebied van preventie, handhaving, educatie en voorlichting én infrastructurele maatregelen. De infrastructurele maatregelen zijn afgestemd op de operationele eisen zoals die volgens Duurzaam Veilig aan het wegennet worden gesteld. Aan de maatregelen zijn prioriteiten gekoppeld, gebaseerd op de ernst van de problemen, de koppeling met onderhoudswerkzaamheden én het effect van de uitvoering door de combinatie met andere maatregelen. Uiteindelijk wordt in de vijfde fase het verkeersveiligheidsplan inclusief de voorgestelde maatregelen en prioritering teruggekoppeld naar de sleutelfiguren. Het doel hiervan is te onderzoeken in hoeverre de plannen aanspreken én welke punten meer aandacht verdienen. Hieruit zullen met name aandachtspunten naar voren komen die met behulp van voorlichting beter kunnen worden uitgelegd. Op die manier kan het draagvlak van het verkeersveiligheidsplan worden vergroot.

Naast deze samenvattende rapportage is een werkklapper gemaakt met daarin aanvullende informatie over de beschrijving van de onderzoeken, analyse-overzichten, databases, etc.

Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

2 UITGANGSSITUATIE

2.1 Beschrijving gemeente

De gemeente De Ronde Venen ligt in de provincie en heeft ongeveer 33.500 inwoners. De gemeente wordt gevormd door de drie grote kernen , , en de drie kleinere kernen , en De Hoef. Tot 1989 waren de eerste drie kernen zelfstandige gemeenten. Het grootste bedrijventerrein ligt in Mijdrecht, waar enkele bedrijven zijn gevestigd die veel (vracht)verkeer aantrekken. In het noordoosten van de gemeente ligt het belangrijke recreatiegebied de Vinke- veense Plassen. De gemeente wordt door de Provinciale weg (N201) in een zuidelijk en noordelijk deel verdeeld. Deze weg vormt een snelle verbinding tussen RW2 (Hilversum) en RW4 (Hoofddorp, Schiphol en ). Vanuit het zuiden wordt de gemeente doorgesneden door de Ir. Enschedeweg (N212), van naar Mijdrecht.

2.2 Verkenning ongevallen

De objectieve verkeersonveiligheid is in beeld gebracht door middel van een ver- kenning van de geregistreerde ongevallen' binnen de gemeente De Ronde Venen over de periode 1993-1996. Op basis van deze verkenning, waarbij is uitgegaan van absolute aantallen ongevallen, zijn aandachtspunten geformuleerd die binnen de verdere planfase worden meegenomen. Uit de geregistreerde ongevallencijfers blijkt dat het aantal ongevallen vanaf 1987 is gedaald, maar dat na 1992 weer een gestage groei te zien is [zie overzicht IJ.

In figuur 2 is het verloop van het aantal slachtoffers in de tijd weergegeven, alsmede het streefbeeld vanuit het SVV-II. Dit streefbeeld geeft aan dat het aantal gewonden met 40 procent en het aantal doden met 50 procent moet dalen ten opzichte van 1986. In de figuur is te zien dat tot 1996 het werkelijk aantal slachtoffers steeds onder het streefbeeld is gebleven. Het aantal slachtoffers van het meest recente jaar, 1996, daarentegen is hoger dan het streefbeeld.

Dit betreffen de geregistreerde ongevallen zoals deze worden verzameld door Rijkswaterstaat, Adviesdienst Verkeer en Vervoer, Hoofdafdeling Basisgegevens. De volledigheid van de registratie van de ongevallen is sterk afhankelijk van de ernst van het ongeval. De registratiegraad van ongevallen met dodelijke slachtoffers is vrijwel 100 procent; voor ongevallen met uitsluitend materiële schade daarentegen geldt een sterke onderregistratie.

Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

ONGEVALLEN SLACHTOFFERS totaal letsel- totaal totaal totaal ziekenhuis ongevallen ongevallen slachtoffers doden gewonden gewonden 1987 608 92 112 2 110 28 1988 538 75 90 5 85 24 1989 515 86 96 2 94 34 1990 473 71 94 3 91 25 1991 418 68 84 8 76 34 1992 413 62 83 4 79 26 1993 462 79 97 4 93 43 1994 466 65 74 3 71 17 1995 483 77 94 5 89 30 1996 531 83 102 4 98 30 Totaal 4907 758 926 40 886 291 gemiddeld 491 76 93 4 89 29 Overzicht 1: Trendoverzicht ongevallen gemeente De Ronde Venen 1987-1996.

De verdeling van de slachtoffers naar wegbeheerder [zie figuur 3] geeft aan dat zowel de slachtoffers op wegen in beheer bij de provincie als op wegen in beheer bij de gemeente een grillig verloop vertonen. Absoluut gezien vallen de meeste slachtoffers op gemeentelijke wegen.

Op kaart l is een overzicht te zien van alle ongevallen binnen de gemeente De Ronde Venen. Op de kaart vallen een aantal locaties op: de aansluitingen met de provinciale wegen; de provinciale wegen; de hoofdwegen in de kern Mijdrecht (Hofland/Rondweg/Bozenhoven, Anselmusstraat en Industrieweg).

Op kaart 2 zijn alle slachtoffers, die zijn gevallen in de gemeente De Ronde Venen, weergegeven. Op de kaart komen de provinciale wegen en ook de doorgaande wegen door de kernen naar voren als wegen waarop veel slachtoffers zijn gevallen. Verder zijn op de Prinses Margrietlaan (weg langs het winkelcentrum Adelhof) en de Anselmusstraat in de kern Mijdrecht veel slachtoffers gevallen.

In figuur 4 is de ontwikkeling van de ongevallen naar 'aard ongeval' weergegeven. De flankongevallen (ongevallen waarbij één van de voertuigen in de flank (zijkant) wordt geraakt) scoren door de jaren heen hoog (hoofdtoedracht is voorrang/doorgang). Opvallend is toch ook dat er veel ongevallen met een geparkeerd voertuig en kop-staartongevallen plaatsvinden.

Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

>£fen

legenda: streefbeeld SVV-D totaal iachtoffers overige gewonden ziekenhuis gewonden dode.

figuur 2: Trendgrafiek slachtoffers in relatie tot het streefbeeld vanuit het SW-II voor de gemeente De Ronde Venen.

1993 1994 1995 1996 jaren legenda: provincie gemeente

Figuur 3: Verdeling van de slachtoffers naar wegbeheerder per jaar.

Nik ;

Gemeente De Ronde Venen Ongevallenkaart

Periode: 1993-1996

provinciale wegen gemeentelijke wegen 2100 m. VLN actueel kruispuntongeval wegvakongeval Gemeente De Ronde Venen totaal ongevallen VN/H/december 1997 f letselongevallen © Kaart 1 ïmeente De Ronde Venen achtofferkaart iode: 1993-1996

— provindale wegen — gemeentelijke wegen

VLN actueel * Gemeente De Ronde Venen /* kruispuntslachtoffer wegvakslachtoffer VN7fl/decen*er 1997 | aal slachtoffers © Kaart 2 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

240 200 g 160 g 120 S ° 80 40 O

legenda: flankongevaüen : ongevallen met geparkeerd voertuig kop-staart ongevallen 111 ongevallen met vast voorwerp frontaal ongevallen |jj eenzijdige ongevallen ongevallen met los voorwerp H voetgangersongevallen ongevallen met dieren l onbekend

Figuur 4: Verdeling van alle ongevallen naar aard ongeval, periode 1987-1996.

0-11 12-15 16-17 18-24 25-39 4(M9 50-59 60-69 >70 onbekend keftijdscategoriën legenda: personen/bestelauto fiets bromfiets vrachtauto f!Tl motor P] voetganger

Figuur 5: Verdeling van de slachtoffers naar leeftijd en vervoerwijze, periode 1993 • 1996.

12 Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

De ongevallen met een vast voorwerp nemen een steeds groter aandeel binnen het totaal aantal ongevallen in.

In figuur 5 is de verdeling van de slachtoffers naar leeftijd en vervoerwijze weergegeven. In de figuur valt de verdeling van de leeftijden onder de personenauto's op. Verwacht zou worden dat de meeste slachtoffers vallen bij de leeftijdsgroep 18 tot en met 24 jaar terwijl de piek ligt bij de leeftijdsgroep 25 tot en met 39 jaar. Onder de snor- en bromfietsers zijn de slachtoffers met name in de leeftijdsgroep 16 en 17 jaar gevallen, wat te verwachten is. Daarnaast is tevens een grote groep te zien bij de groep 18 tot en met 24 jaar. Evenals bij de automobilist is ook hier een verschuiving naar hogere leeftijdscategorieën te zien. De motorrijders in de groep 25 tot en met 39 jaar is ook opvallend. Deze groep bestaat uit zowel recreatieve motorrijders als uit werkenden die de files ontwijken door gebruik te maken van de motor in plaats van de personenauto.

Conclusie: Het ongcvallenbeeld in de gemeente De Ronde Venen vertoont met name de laatste paar jaren ccn grillig verloop). Het aanlal slachtoffers in 1996 (102) is hoger dan het SVV-streefbeeld. De nadruk van de ongevallen ligt op de provinciale wegen en de doorgaande wegen door de kernen Waaronder de Prinses Margrietlaan en de Ansclmusslraat in Mijdrecht. Hierbij kan snelheid een rol spelen, mede ge/icn het hoge aandeel slachtoffers onder het gemotoriseerde verkeer. Aandachtspunten zijn de voorrangssitualies (veel flankongcvallca) en de hoge snelheden van de personenauto's (veel kop-siaart ongevallen) en de bromfietsers.

Nik 13 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

3 ANALYSE VERKEERSONVEILIGHEID

3.1 Beoordeling subjectieve verkeersveiligheid

Om de subjectieve verkeersveiligheid te inventariseren is deze vertaald in een drietal verschillende onderzoeken, gericht op verschillende verkeersdeelnemers. De opzet hierbij is dat de verkeersdeelnemers locaties aangeven die relevant kunnen zijn voor wat betreft de aanpak van de verkeersveiligheid. Dit moet zo gebeuren dat bestaande problemen worden ondergebracht en dat tegelijk een spreiding van de aandacht over de hele gemeente mogelijk wordt gemaakt. Voor deze aanpak zijn de volgende onderzoeken uitgevoerd:

Schoolroute-onderzoek Via een schriftelijke enquête is naar de beleving van de leerlingen van alle 20 basisscholen in de gemeente gevraagd. Verreweg de meeste leerlingen in de gemeente De Ronde Venen komt dagelijks zelfstandig te voet of op de fiets naar school. Dit percentage is zo hoog omdat het aantal scholen in de gemeente zo hoog is waardoor de af te leggen afstanden niet groot zijn.

Tijdens het schoolroute-onderzoek is door de scholieren aangegeven welke wegen en kruispunten als onveilig worden ervaren. De scholieren in Vinkeveen geven hierbij de Roerdompstraat veruit als meest onveilig aan. Bij de kruispunten zijn dit de kruispunten Plevierenlaan/Reigerstraat en Roerdompstraat/Plevierenlaan. Bij de gebieden zijn de scores van alle scholieren over de aparte gebieden verdeeld. De specifieke kruispunten die vaak genoemd zijn, hoeven dus niet in het meest verkeersonveilige gebied te liggen. Door de scholieren in Wilnis is het meest de Veenweg en door de scholieren in Mijdrecht het kruispunt Aquamarijn/Agaat.

Reacties van sleutelfiguren Eén manier om gevaarlijke locaties op te sporen is de inzet van sleutelfiguren. Sleutel- figuren zijn mensen die uit hoofde van hun functie veel met verkeersonveiligheid te maken hebben en zich een goed beeld kunnen vormen voor de groep verkeersdeel- nemers die zij vertegenwoordigen. De sleutelfiguren hebben de meest gevaarlijke locaties binnen de gemeentegrenzen aangegeven.

" Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

De locaties die door de sleutelfiguren als meest onveilig zijn genoemd, zijn de Roerdompstraat te Vinkeveen en de Pieter Joostenlaan te Wilnis. Bij de kruispunten zijn met name de kruispunten Plevierenlaan/Reigerstraat en Roerdompstraat/Plevieren- laan te Vinkeveen genoemd.

Enquête onder de bevolking Door middel van enquêtes op de gemeentelijke infopagina, is daarnaast naar de meningen van de rest van de bevolking gevraagd. In de enquête is gevraagd wat de drie onveiligste kruispunten en de drie onveiligste wegvakken zijn, en de reden van deze onveiligheid. In totaal zijn 115 bruikbare reacties teruggestuurd.

Bij de trajecten scoren met name de Roerdompstraat te Vinkeveen, de Anselmusstraat en de Hoofdweg te Mijdrecht hoog. De kruispunten Plevierenlaan/Reigerstraat en Roerdompstraat/Plevierenlaan te Vinkeveen scoren bij de kruispunten het hoogst.

De resultaten van de scholieren, de sleutelfiguren en de bevolking die een enquête hebben ingevuld, zijn bij elkaar gevoegd. Dit resulteert in een totaalkaart ten aanzien van gevoelens van gevaar binnen de gemeente De Ronde Venen. De resultaten uit de onderzoeken tellen even zwaar mee [zie kaart 3].

3.2 Beoordeling objectieve verkeersveiligheid

Een manier om de trajecten, kruisingen en gebieden binnen de gemeente onderling objectief op verkeersonveiligheid te beoordelen, is een beoordeling middels de kencijfermethodiek. Dat wil zeggen dat van alle onderscheiden trajecten, kruisingen en gebieden is aangegeven of deze 'veilig' of onveilig' zijn, gebaseerd op de recente verkeersintensiteiten, ongevallengegevens en de weglengte. Locaties zijn onveilig zodra deze boven de kencijferlijn (een soort gemiddelde veiligheidspositie van locaties binnen de gemeentegrenzen, die qua ligging vergelijkbaar zijn) liggen en Veilig zodra deze onder de kencijferlijn liggen.

De beoordeling hiervan heeft plaatsgevonden op basis van de ongevallen in de periode 1993-1995, waarvan de resultaten op de veiligheidskaart [zie kaart 4] zijn weergegeven. Hieruit valt op te maken dat er zowel binnen de trajecten, kruisingen als gebieden veilige en onveilige locaties zijn te onderscheiden. Opgemerkt dient te worden dat op de kaart alle wegen die bij een onveilig gebied horen een rode kleur hebben gekregen.

Nik l* VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Het is dus mogelijk dat een weg zonder verkeersongevallen toch rood is, omdat de desbetreffende weg bij een gebied hoort. Bij de trajecten komen onder andere de Provinciale weg en de Ir. Enschedeweg als onveilig naar voren. De belangrijkste gemeentelijke onveilige wegen zijn de Prinses Margrietlaan en de Anselmusstraat te Mijdrecht, de Industrieweg en de Herenweg te Wilnis. Bij de kruispunten zijn ook veel kruispunten met provinciale wegen als onveilig beoordeeld. Bij de gebieden zijn de centra van de kernen onveilig, alsmede vrijwel het gehele buitengebied.

3.3 Speerpunten

In deze paragraaf zijn enkele speerpunten verder uitgewerkt om te komen tot oplos- singsrichtingen, specifiek voor de gemeente De Ronde Venen. Onder meer aan de hand van de speerpunten uit het Meerjaren Programma Verkeersveiligheid 1996-2000 is tijdens het sleutelfigurenonderzoek gevraagd naar het verkeersveiligheidsgedrag van een aantal groepen. Hieruit zijn een aantal groepen naar voren gekomen die zich met betrekking tot de verkeersveiligheid onveilig gedragen. Doel van deze analyse is het in beeld brengen van problemen met betrekking tot deze speerpunten, op basis waarvan acties gericht op handhaving én voorlichting kunnen worden gepland. De volgende speerpunten zijn naar voren gekomen:

80 km/uur-wegen De belangrijkste toedrachten van de ongevallen op 80 km/uur wegen zijn het niet verlenen van voorrang/doorgang, onvoldoende afstand bewaren en een verkeerde plaats op de weg. De ongevallen vinden voornamelijk plaats op de provinciale wegen (N201 en N212). Daarnaast komen op de Westerlandweg, de Oosterlandweg, Oude Spoorbaan en de Ringdijk Tweede Bedijking veel ongevallen voor. Op de kruispunten is de voorrangssituatie wellicht niet duidelijk of is de gereden snelheid te hoog waardoor niet snel genoeg op overig verkeer kan worden gereageerd. Op de wegvakken is de belangrijkste hoofdtoedracht het rijden op een verkeerde plaats van de weg, wat een relatie kan hebben met de breedte van de weg.

Vrachtverkeer Binnen de kernen zijn de toedrachten van ongevallen met vrachtverkeer vaak het niet verlenen van voorrang of het fout de bocht doorrijden. In het centrum van Mijdrecht is een concentratie van het aantal vrachtverkeerongevallen te zien. De ongevallen met vrachtverkeer buiten de bebouwde kom zijn met name op de Provincialeweg N201 gebeurd.

i6 Nik jmeente De Ronde Venen iligheidskaart ordeling subjectieve verkeersveilictieid

hoofdwegen gebieden kruisingen jiligst 'iliger ——— ——— • . 2100 m. „„ ,„,„,„„ i t onveilig • VUIi uUlUCCI J • Gemeents De Ronde Vanen VN7fl / december 1997 ^ © Kaal 3 Gemeente De Ronde Venen Veiligheidskaart

Beoordeling objectieve verkeersveiligheid

hoofdwegen gebieden kruisingen 2100 m. veuiy • —- - • • VLIN dciuea A onveilig Gemeente De Ronde Venen /\ VN711 / december 1997 | © Kaart 4 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Daarnaast gebeuren er verspreid over de gemeente nog vrachtverkeerongevallen. Een oplossing hiervoor kan worden gevonden in het aanwijzen van specifieke vrachtverkeerroutes die door de gemeente worden aangegeven. De routes moeten zijn afgestemd op het veelvuldig gebruik van vrachtverkeer.

(Brom)fietsers De ernst van de ongevallen is groot omdat de ongevallen plaatsvinden tussen snel verkeer en langzaam verkeer. De ongevallen hebben een relatie met de tijden dat de scholieren uit school komen (14:00 -18:00 uur). Met name in de kern Mijdrecht komen veel ongevallen met (brom)fietsers voor op de Prinses Margrietlaan, de Anselmusstraat, de Industrieweg en de Hofland/Dorpsstraat. De leeftijdscategorieën van de betrokken bromfietsers zijn 16/17 jaar én 18 tot en met 24 jaar, van de fietsers 12 tot en met 15 jaar en 18 tot en met 39 jaar. Met name de voorrangssituaties verdienen aandacht.

Alcohol Alcoholongevallen vinden verdeeld over de hele gemeente plaats. Duidelijk komen de zaterdagen en zondagen naar voren. De meest voorkomende tijdstippen zijn 's nachts en binnen de bebouwde kom tussen 20:00 uur en 21:00 uur. Bij het houden van alcoholcontroles moet rekening worden gehouden met deze tijdstippen en dagen.

Duisternis De aanwezigheid van lichtmasten en de tijden waarop deze branden dienen te worden geïnventariseerd om te bekijken of deze van invloed zijn op het ontstaan van de ongevallen bij duisternis. De nadruk hierbij moet liggen op het centrumgebied van de kern Mijdrecht (Bozenhoven en Dorpsstraat).

Nat wegdek Het wegdek van met name de Oude Spoorbaan, de Provinciale weg (N201), Ir. Enschedeweg (N212), de Dorpsstraat in de kern Mijdrecht, de Industrieweg, de Dorpsstraat in de kern Wilnis en de Herenweg langs de kern Vinkeveen dient te worden geïnspecteerd op gladheid bij een nat wegdek. Dan kan worden bekeken of het aan vervanging toe is, of eerder in het reguliere onderhoudsprogramma moet worden opgenomen.

Nik 19 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

4 ONTWIKKELING DUURZAAM VEILIG WEGENNET

4.1 Duurzaam Veilig

Theoretisch kader Voor de opzet van het ontwerp is gekozen voor het opstellen van een wegcategorise- ring volgens de principes achter Duurzaam Veilig2, welke op een drietal veiligheids- principes is gebaseerd: A het voorkomen van onbedoeld gebruik van de infrastructuur (functionaliteit van het wegennet); B het voorkomen van ontmoetingen met hoge snelheid-, massa- of richlings- versthillen (homogeniteit van hel verkeer); C het voorkomen van onzeker gedrag van verkeersdeelnemers (voorspelbaarheid verkccrsgedrag).

Deze principes zijn vertaald naar een aantal functionele eisen die aan het ontwerp van het wegennet worden gesteld: 1 realisatie van zo groot mogelijke aaneengesloten verblijfsgebieden; 2 minimaal deel van de rit over relatief onveilige wegen; 3 ritten zo kort mogelijk maken; 4 kortste en veiligste route samen laten vallen; 5 zoekgedrag vermijden; 6 wegcategorieën herkenbaar maken; 7 aantal verkeersoplossingen beperken én uniformeren; 8 conflicten met tegemoetkomend verkeer vermijden; 9 conflicten met kruisend én overstekend verkeer vermijden; 10 scheiden van voertuigsoorten; 11 snelheid op potentiële conflictpunten reduceren; 12 vermijden van obstakels langs de weg.

De veiligheidsprincipes moeten ertoe leiden dat, in een Duurzaam Veilig wegsysteem, de kans op een ongeval drastisch wordt beperkt. Voor zover er ongevallen gebeuren, moet de ernst van het ongeval zoveel mogelijk worden verminderd.

Ministerie van Verkeer en Waterstaat (1993). Duurzaam Veilig: aangrijpingspunten voor vandaag. Den Haag. Ministerie van Verkeer en Waterstaat (1995). Voorkomen blijft beter.... Den Haag. C.R.O.W. (1997). Handboek Categorisering wegen op duurzaam veilige basis. Deel I (voorlopige) Functionele en operationele eisen. Ede.

*> Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Vertaald naar de praktijk betekent dit dat conflicten zoveel mogelijk moeten worden vermeden. Indien deze conflicten niet te vermijden zijn, dienen de snelheidsverschillen minimaal te zijn. Deze principes worden in de praktijk werkelijkheid als het wegennet zodanig is ingericht dat de vormgeving, de functie én het gebruik zo goed mogelijk op elkaar zijn afgestemd. De vormgeving van de weg laat alleen een gebruik toe dat, gezien de functie, acceptabel is. Bij het ontwerp van een Duurzaam Veilig wegennet wordt in eerste instantie de (gewenste) functie van de weg vastgesteld. Daarna wordt de vormgeving en het gebruik op de gewenste functie afgestemd.

De functiebepaling van de eigen wegen is een taak van de wegbeheerder, maar moet aansluiten op de omliggende wegen. De volgende typen wegen zijn te onderscheiden: stroomwegen: wegen ooi doorgaand gemotoriseerd verkeer met hoge snelheid af te wikkelen; zowel op de wegvakken als kruispunten heeft de weg een stroomfunctie; gebiedsontsluitingswegen: wegen om voor alle vervoerwijzen gebieden bereikbaar te maken; op de wegvakken hebben de wegen een stroomfunctie, op de kruispunten kan van richting worden veranderd; erftoegangswegen: wegen, als onderdeel van een verblijfsgcbied, om voor alle vervoerwijzen erven toegankelijk te maken; op zowel de wegvakken als kruispunten kan van richting worden veranderd; verblijfsgebied: alle overige wegen, waarbij het verblijven van de verkeersdeelnemer de hoogste prioriteit heeft.

Binnen het concept Duurzaam Veilig mag geen vermenging van de genoemde functies optreden. Omdat de inrichting en de functie met elkaar in overeenstemming moeten zijn, moet ook de inrichting van de verschillende categorieën wegen duidelijk zijn. Om die reden zijn voor de verschillende categorieën wegen specifieke, kenmerkende inrich- tingseisen opgesteld. Ook met betrekking tot de kruispunten zijn voor de verschillende categorieën kruispunten inrichtingseisen opgesteld.

Gestreefd wordt naar een opbouw van een wegennet volgens een hiërarchische inde- ling. Concreet wil dit zeggen dat een rit over lange afstand in eerste instantie altijd over een weg met een erftoegangsfunctie wordt afgewikkeld, daarna via een weg met een gebiedsontsluitingsfunctie. De rit wordt uiteindelijk op een doorgaande route via een weg met een stroomfunctie vervolgd.

Opgemerkt dient te worden dat bij het opstellen van de wensbeelden rekening is gehouden met de huidige situatie.

Nik 21 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

De toekomstige functie van een bepaalde weg en daarmee de bijbehorende vormgeving, moet op korte of middellange termijn uitvoerbaar zijn. Het kan niet zo zijn dat vanwege het huidige gebruik de Herenweg in Vinkeveen bijvoorbeeld tot een autoweg moet worden omgebouwd. Het opheffen van parkeerplaatsen langs deze weg daarentegen zal meer tot de mogelijkheden behoren.

4.2 Toekomstige ontwikkelingen

In de gemeente De Ronde Venen staan op korte termijn een aantal ruimtelijke ont- wikkelingen op de rol. Dit zijn vooral uitbreidingen van bestaande woningbouwlocaties, alsmede inbreidingslocaties. Gezien het kleinschalige karakter van deze ontwikkelingen zal de invloed op de verkeerscirculatie van de gemeente De Ronde Venen echter minimaal zijn. Daarnaast is de gemeente bezig met het opstellen van een Ontwikkelingsvisie. In deze visie kunnen nog zaken naar voren komen die van invloed zijn op het Duurzaam Veilig ontwerp.

4.3 Regionale afstemming

Om te zorgen voor een goede aansluiting van het gemeentelijke plan op de regio, is vooraf naar het Regionale VerkeersPlan gekeken. Hierin zijn een aantal belangrijke aspecten genoemd, die van belang zijn voor het opstellen van de wensbeelden specifiek voor de gemeente De Ronde Venen. Te noemen zijn: de toegekende stroomfunctie van wegen voor het gemotoriseerde verkeer. Het gaat hierbij om de huidige autosnelwegen, namelijk de rijkswegen 2, 4 en 9; de toegekende gebiedsontsluitingsfunctie van wegen voor het gemotoriseerde verkeer. Het gaat hierbij om de provinciale wegen N201 en N212.

4.4 Wensbeeld gemotoriseerd snelverkeer [zie kaart S]

Toekennen stroomfunctie Wegen met een stroomfunctie zijn in principe alle autosnelwegen en autowegen. Wegen die bedoeld zijn om het doorgaande verkeer voor de lange afstanden af te wikkelen. In het RWP is aangegeven dat zowel nu als in de nabije toekomst rijksweg 2, 4 en 9 als stroomwegen dienen te functioneren. Deze rijkswegen zorgen voor een goede ontsluiting van het gemotoriseerde verkeer in alle richtingen.

22 Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Toekennen gebiedsontsluitingsfunctie Wegen met een gebiedsontsluitingsfunctie dienen gebieden te ontsluiten. Uitgangspunt voor het toekennen van wegen met een gebiedsontsluitingsfunctie is het creëren van een aaneengesloten wegennet, bestaande uit een minimaal aantal wegen, dat echter wel zorgdraagt voor een goede bereikbaarheid van de gebieden vanuit/naar alle richtingen.

Factoren die van invloed zijn om aan een bepaalde weg een gebiedsontsluitingsfunctie toe te kennen, zijn: (liefst) een directe aansluiting op een stroomweg; het huidige gebruik; ontsluiten van een zo groot mogelijk gebied; ontmoedigen van gebiedsvreemd verkeer op deze wegen; omrij afstand vanaf/naar een stroomweg beperken.

De belangrijkste wegen die hiervoor in aanmerking komen zijn: de Mijdrechtse Zuwe/Provincialeweg (N201) met een directe aansluiting op zowel rijksweg 2 als 4. Door de gemeente is aangegeven dat in de huidige situatie deze weg ongeveer 10 a 15 procent verkeer bezit met als herkomst/bestemming de rijkswegen 2 en 4. Op deze weg is dit doorgaande verkeer echter niet gewenst, aangezien dit voor veel verkeershinder zorgt. Verkeer dat een herkomst of bestemming heeft langs deze weg, moet hiervan wel gebruik maken. Bijvoorbeeld het vele vrachtverkeer vanaf rijksweg 2 naar de bloemenveiling in Aalsmeer, ondanks dat dit tot overlast leidt; de Ir. Enschedeweg (N212), gelegen tussen de N201 en Woerden. Deze weg dient, als belangrijkste ontsluiting van het poldergebied, globaal aan te geven als het gebied tussen de N201 aan de noordzijde, rijksweg 2 aan de oostzijde, de provinciegrens aan de westzijde en rijksweg 12 aan de zuidzijde.

Toekennen erftoegangswegen/verblijfsgebieden Alle overige wegen zijn wegen binnen een verblijfsgebied, waarvan enkele wegen als erftoegangsweg dienen te functioneren. De omvang van het verblijfsgebied wordt aan de hand van de ligging van de stroomwegen en gebiedsontsluitingswegen bepaald.

Factoren die van invloed zijn om aan een bepaalde weg een erftoegangsfunctie toe te kennen, zijn: de centrale ligging in het gebied; (liefst) aan beide zijden een goede ontsluiting op de gebiedsontsluitingswegen; het huidige gebruik;

Nik 23 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

ontmoedigen van gebiedsvreemd verkeer op deze wegen; omrijafstand vanaf/naar een gebiedsontsluitingsweg beperken.

De volgende wegen komen in aanmerking voor een erftoegangsfunctie: met betrekking tot de kern Vinkeveen: de Herenweg (tussen de en de Kerklaan) en de Mijdrechtse Dwarsweg (gedeelte ten oosten van N212), vanwege de directe ontsluiting op een gebiedsontsluitingsweg (respectievelijk N201 en N212). Via de gebiedsontsluitingswegen kunnen de overige kernen rondom Vinkeveen (Mijdrecht, Wilnis) worden bereikt; de route Plevierenlaan/Roerdompstraat/Kerklaan, aangezien dit in de huidige situatie de meest logische verbinding is tussen de Herenweg en de Reigerstraat; met betrekking tot de kern Wilnis: de Pastoor Kannelaan en de Dorpsstraat, vanwege de directe aansluiting op een gebiedsontsluitingsweg (N212). Het huidige dwarsprofiel van de Dorps- straat is echter niet geschikt als erftoegangsweg. Aanpassing van de vormgeving van deze weg is gecompliceerd, zodat de Dorpsstraat geen erftoegangsfunctie krijgt toegewezen; de Pieter Joostenlaan, vanwege de centrale ligging in de kern; de Burg. Padmosweg, vanwege de directe ontsluiting naar de kern Mijdrecht; met betrekking tot de kern Mijdrecht: het Hofland, Industrieweg/Mijdrechtse Dwarsweg (ten westen van N212) en de Veenweg (tussen de N201 en de Industrieweg) vanwege de directe aansluiting op een gebiedsontsluitingsweg (N201). De Industrieweg/Mijdrechtse Dwarsweg kan daarmee enerzijds als ontsluiting voor de kern Mijdrecht functioneren en anderzijds vooral als ontsluiting voor het aanwezige industrieterrein; de route Rondweg/Dukaton/Dokter v.d. Berglaan/Ambachtsherensingel/- Prinses Margrietlaan/Anselmusstraat vanwege de centrale ligging in de kern; de route Bozenhoven/Burg. Padmosweg, vanwege de directe ontsluiting naar de kern Wilnis; de route Molenland/Oosterlandweg/Doctor J. v.d. Haarlaan, aangevuld met de Hoofdweg (tot de Roerdomp) waardoor in deze opzet een groot verblijfs- gebied ontstaat, omsloten door de Prinses Margrietl- aan/Anselmusstraat/Doctor J. v.d. Haarlaan, Oosterlandweg, Molenland en Bozenhoven;

* Nik stroomwegen gebiedsontsluitingswegen erftoegangswegen overige wegen (verblijfsgebied) opdrachtgever omschrijving Gemeente De Ronde Venen wensbeeld gemotoriseerd verkeer vakdienst Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer \ projectcode VN711 f datum december 1997 kaartnr. 5 utilitaire fietsroute recreatieve fietsroute opdrachtgever omschrijving Gemeente De Ronde Venen wensbeeld fietsverkeer vakdienst Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer \ projectcode VN711 i datum december 1997 kaartnr. 6 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

tevens is een ontsluiting in westelijke richting gewenst. Vanwege de ligging van de Ringvaart die Mijdrecht in tweeën deelt, is de ontsluiting gedacht via de Oosterlandweg en de A.C. Verhoefweg. Beide wegen verbinden de kern De Hoef en de oostelijk gelegen kernen van de gemeente; met betrekking tot de kern De Hoef: de route Oude Spoorbaan/Ringdijk 2e Bedijking vanwege de directe ontsluiting op een gebiedsontsluitingsweg.

4.5 Wensbeeld fietsverkeer [zie kaart 6]

Het wensbeeld voor het fietsverkeer dient uit een uiterst fijnmazig netwerk van routes te bestaan. Immers een kleinere maaswijdte zorgt voor een betere bereikbaarheid per fiets. Gekozen is dan ook om het bestaande fietsnetwerk te optimaliseren. Dit is gedaan door het huidige hoofdwegennet voor het fietsverkeer, maar vooral ook de huidige routes waarbij fietsvoorzieningen aanwezig zijn, in beeld te brengen. Onder- scheid is gemaakt naar utilitaire en recreatieve fietsroutes. Nadat deze routes in beeld zijn gebracht, zijn ontbrekende schakels in het netwerk toegevoegd, zodat een sluitend netwerk ontstaat.

4.6 Wensbeeld openbaar vervoer [zie kaart 7]

Voor het wensbeeld met betrekking tot het openbaar vervoer geldt dat vanuit alle richtingen een goede bereikbaarheid van de kernen van belang is. Goede openbaar vervoerverbindingen kunnen zorgen voor een afname van de automobiliteit.

Het wensbeeld van het openbaar vervoer voor de gemeente De Ronde Venen is gebaseerd op de plannen voor een Hoogwaardig Openbaar (bus)Vervoersnet conform de Ontwikkelingsvisie van de gemeente De Ronde Venen. Dit net dient met een beperkt aantal opstappunten de belangrijkste bestemmingen via aparte busbanen met elkaar te verbinden. Daarbij is aanvullend lokaal busvervoer gewenst van/naar de opstappunten.

Nik 27 HO V net aanvullend O V net overstappunten opdrachtgever omschrijving Gemeente De Ronde Venen wensbeeld openbaar vervoer vakdienst Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer Nik A projectcode VN711 datum december 1997 kaartnr. 7 noord VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

5 KNELPUNTEN IN HET WEGENNET

5.1 Prioriteitenlijst onveilige locaties

Om tot een ebdoordeel te komen van probleemsituaties die in het verkeersveiligheids- plan verder worden meegenomen, zijn de objectieve en subjectieve verkeersveiligheids- gegevens 'bij elkaar opgeteld'. De objectieve en de subjectieve verkeersveiligheid tellen even zwaar mee. Om dit te bereiken is voor de trajecten, de kruisingen en de gebieden apart, de hoogst voorkomende waarde van de objectieve verkeersveiligheid gelijkgesteld aan 100. De andere waarden die bij de objectieve verkeersveiligheid zijn voorgekomen zijn met eenzelfde factor als de hoogst voorkomende waarde vermenigvuldigt om op die manier een waarde tussen O en 100 te verkrijgen. De waarde van de subjectieve verkeersveiligheid is ook apart voor de trajecten, de kruisingen en de gebieden op dezelfde wijze als de objectieve verkeersveiligheid berekend. Op kaart 8 is de totale veiligheid, subjectief en objectief (gebaseerd op de ongevallen in de periode 1993-1995) samengenomen, weergegeven.

Uit de voorgaande totale verkeersveiligheidskaart zijn de gebieden, trajecten en kruispunten naar voren gekomen die onveilig zijn. Om te komen tot een prioriteitenlijst met betrekking tot verkeersveiligheid voor het gehele onderzoeksgebied, uitgesplitst naar trajecten, kruisingen en gebieden, is een rangschikking gemaakt naar het totaalresultaat. In de tabel [zie overzicht 2] zijn de meest onveilige trajecten, kruisingen en gebieden opgenomen. Opgemerkt dient te worden dat rekening gehouden moet worden met de verschillende eenheden waarmee wordt gewerkt. Hierdoor is een reële vergelijking tussen trajecten, kruisingen en gebieden onderling niet mogelijk.

Daarnaast hebben sinds 1993 reeds reconstructies en/of herinrichtingen plaatsgevonden, danwei zijn plannen hiervoor in ontwikkeling genomen. In de kolom 'opmerkingen' in overzicht 2 wordt dit aangegeven.

Nik 29 Gemeente De Ronde Venen Veiligheidskaart

Totaal subjectieve en objectieve verkeersveiligheid

hoofdwegen gebieden kruisingen uuvmiiyM onveiliger ——— ——— • 1 2100 m. j minst onveilig VLN actueel veilig ——— Gemeente De Ronde Venen VN7fl / december 1997 © VIA bv Vught re,-. ; Kaart 8 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Klasse Omschrijving Score OpmcAingen Ongevallen (1993-1995) Jl i objec- ! suhjec- totaal 1 tulaal Iclscl ! ! lief i ticf 1 - .... l ...... 4. . ... i . - t ...... ii ...... i . . TRAJECTEN T00028 Prinses Margrietlaan 100 6 106 in 1995 gere- 17 3 construeerd T00049 Roerdompstraat/Kerklaan 0 100 100 7 2 T00048 Plevierenlaan 20 73 93 6 1 T00050 Herenweg, tussen Kerk- 46 35 81 wordt heringe- 12 1 laan en N201 richt in 1997/1998 T00026 Anselmusstraat 43 37 80 16 4 T00037 Industrieweg 62 7 69 reconstructie 59 19 fietsoversteken zijwegen in 1998 T00027 Hoofdweg 0 37 37 11 0 T00016 Ir. Enschedeweg 34 0 34 in beheer bij 18 4 provincie T00002 Oude Spoorbaan 31 2 33 17 7 T00051 Herenweg, tussen Baam- 26 5 31 wordt heringe- 11 0 brugse Zuwe en N201 richt in 1997/1998 T00042 Pieter Joostenlaan 0 29 29 5 1 T00024 Bozenhoven 1 25 26 14 1 T00047 Reigerstraat 0 24 24 1 0 T00033 Dukaten 0 21 21 7 0 KRUISINOfiN K00008 Ir. Enschedeweg/ 100 12 112 aanleg rotonde 19 9 Bovendijk in 1999 K00027 Roerdompstraat/ 0 100 100 aangepast in 1 0 Plevierenlaan 1997 K00026 Plevierenlaan/Reigerstraat 0 98 98 1 0 K00022 Ir. Enschedeweg/ 50 4 54 aanleg rotonde 16 5 Mijdrechtse Dwarsweg in 2000 K00015 Bozenhoven/Rondweg 19 22 41 rotonde aange- 8 1 legd in 1995 K00020 Dukaton/Dokter van den 0 33 33 rotonde aange- 1 0 Berglaan legd in 1990 KOOC06 Provinciale weg N201/ Ir. 30 0 30 23 1 Enschedeweg N212 K00017 Ambachtsherensingel/ 16 7 23 6 1 Prinses Margrietlaan K00024 Pastoor Kannelaan/P. 0 22 22 0 0 Joostenlaan/Veenweg

Overzicht 2: Prioriteitenlijst onveilige trajecten, kruisingen en gebieden.

Nik 31 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Klasse Omschrijving Score Opmerkingen Ongevallen (1993-1995) objec- subjec- lotaal totaal letsel tief tief K00007 Provincialeweg 18 3 21 12 4 N201/Herenweg GEBIEDEN G00028 Vinkeveen Oost 56 100 156 herinrichting 42 5 Herenweg 1997/1998 G00008 Centrum Mijdrecht 100 15 115 hier is een 30 145 4 km/uur gebied gepland in 1998 G00007 Twistvlied/Proostdijland 0 73 73 8 1 Noord G00023 Zuiderwaard 25 0 55 is gerecon- 42 2 strueerd in | 1994 - 1997 ! G00027 Wilnis Dorpsstraat 12 37 49 instellen één- 40 5 richtingsver- keer in 1998 G00018 Veenzijde II 0 46 46 25 4 G00026 Proostdijland Zuid 0 34 34 30 2 G00025 Vinkeveense Plassen 24 6 30 snelheids- 107 12 remmers in 1997/1998

Overzicht 2 (vervolg): Prioriteitenlijst onveilige trajecten, kruisingen en gebieden.

5.2 Prioriteitenlijst speerpunten

Aan de hand van het aantal ongevallen en het aantal letselongevallen kan ook bij de speerpunten een volgorde voor de prioriteit van aanpak worden aangegeven. Ook wordt hierbij per speerpunt aangegeven in hoeverre de gemeente mogelijkheden heeft om het beleid af te stemmen op de problemen of op andere educatie/voorlichtings- campagnes. De prioriteitenlijst is in overzicht 3 weergegeven.

Door infrastructurele maatregelen op bepaalde locaties kunnen de ongevallen op enkele speerpunten worden verminderd. Dit geldt ook in tegengestelde richting. Bij de aanpak van de onveilige locaties kan gebruik worden gemaakt van de speerpunten die vooral op de betreffende locatie voorkomen.

32 Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Speerpunt Ongevallen i locatie (algemeen) hand- voor- edu- infra- (1993-1995) having lich- catie struc- Totaal letsel ting tuur 1 ...... i snelheid 80 k m/uu r- 454 42 regionale en lokale hoofdwegen X X X X wegen buiten de bebouwde kom vrachtverkeer 172 17 Provinciale weg (N201) en X X X centrum Mijdrecht ongevallen met 176 101 bebouwde kom Mijdrecht X X (brom)ficlscrs alcoholgebruik 54 18 verspreid over de gemeente X X X duisternis 353 59 centrumgebied Mijdrecht X X nat wegdek 357 68 verspreid over de gemeente X X

Overzicht 3: Prioriteitenlijst speerpunten.

Nik 33 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

6 CONCRETISERING

6.1 Inleiding

Als gevolg van de invoering van een Duurzaam Veilig wegennet ontstaan knelpunten in het wegennet. Een knelpunt komt naar voren komen als de vormgeving van een route, opgenomen in één van de wensbeelden, niet aan de eisen van dat wensbeeld voldoet. De volgende stap binnen het Categoriseringsplan betreft dan ook de concrete uitwerking van acties op het gebied van preventie en infrastructuur. Met andere woorden 'welke maatregelen moeten er worden genomen om het wegennet zodanig vorm te geven dat het voldoet aan de eisen van een Duurzaam Veilig wegennet'? De operationele eisen van een Duurzaam Veilig wegennet staan echter nog volop in discussie. Globaal is deze vormgeving wel vastgesteld, in detail zijn er echter nog een aantal onzekerheden. Deze vormgevingseisen zijn weergegeven in de voorlopige operationele C.R.O.W.-eisen3.

Ook in het Startprogramma voor een Duurzaam Veilig Verkeer4 is dit niet exact aangegeven. Er is bijvoorbeeld aangegeven dat het aantal 30 km/uur-gebieden fors dient te worden uitgebreid en dat deze gebieden duidelijk herkenbaar moeten worden gemaakt met borden, wegmarkeringen en inritconstructies. Welke borden, welke wég- markeringen en de locaties van de inritconstructies is echter niet verder omschreven. Daarom zijn er in het voorgestelde pakket van maatregelen een aantal keuzen gemaakt die hoogstwaarschijnlijk binnen de toekomstige operationele eisen passen.

6.2 Stand van zaken Duurzaam Veilig

Operationele eisen Voor de verschillende typen wegen is, op basis van de functionele indeling van het wegennet en het gebruik, een 'standaard' vormgeving bepaald, afgestemd op de operationele eisen volgens Duurzaam Veilig.

C.R.O.W. (april 1997). Handboek Categorisering wegen on dmn-mam veilige basis, deel I (Voorlopige^ Functionele en operationele eisen. Ede. Minister van Verkeer en Waterstaat e.a. (l juli 1997). Intentieverklaring van de Minister van Verkeer en Waterstaat, het Interprovinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie van Waterschappen over het Startprogramma Duurzaam Veilig. Den Haag.

34 Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Bij deze 'standaard' vormgeving is onderscheid gemaakt naar wegvakken, kruispunten en komgrenzen, steeds voor situaties binnen én buiten de bebouwde kom. Deze 'standaard' vormgeving kan bij alle reconstructies als basis worden gebruikt. In overzicht 4 en 5 is weergegeven welke eisen aan respectievelijk wegvakken en kruispunten/overgangen worden gesteld.

De wegbeheerder moet beseffen dat de omvang van de maatregel bij een aantal aspecten fors kan oplopen. Erfaansluitingen op gebiedsontsluitingswegen buiten de bebouwde kom bijvoorbeeld zijn volgens een Duurzaam Veilig verkeerssysteem niet gewenst. Dit betekent dat voor elke aansluiting langs deze wegen een alternatief moet worden gezocht (bijvoorbeeld middels de aanleg van een parallelweg).

In de overzichten is aangegeven aan welke voorlopige richtlijnen een erftoegangsweg, als onderdeel van een verbüjfsgebied, moet voldoen. Alle overige wegen binnen een verblijfsgebied zijn echter niet genoemd. Het is vooralsnog dan ook niet duidelijk hoe een kruispunt tussen een verblijfsgebied en een gebiedsontluitingsweg moet worden vormgegeven. Het ligt in de verwachting dat dit principieel niet wordt toegestaan. De ontsluiting van een verbüjfsgebied geschiedt dan alleen via erftoegangswegen, middels inritconstructies of op gelijkvloerse kruispunten met snelheidsbeperkende maatregelen.

Nik 35 - A c r IH 's 3 'C c J u J4 & 1 * 8 1 1 5 ït V ^c e c e B i ra ra ca e 8 B a ___ ,—i __ S u £ S .* •2. i 'E? :B" •£"

i 1 & -afhanke l p i ." o. O& o o& s ' ^ 1 Rf K ' S 3 'i n l-, 'w M p1 S 1 B •5 •£o ^ s J ÏÏ g * B a S 1 £ '.90

B cd _Q3 ca b .0 3 3 rBa ra .-e. cd S 1

i n vakke §- nee/beperk t 1 overrijdbaa r / 1 M ;cheiden/o p ri j e Z^* B e ^ u e 'S u c 1 u & 'a 13 o o. g •o 13 J2 n 'o u e "w f. •o t-t & ^6 U 1H A 1 & X l |J Cd ^E r^ M .010 jkvloers/ i hi •o B B C l 3 U O 1 3 3 •o (0 l f u !o u 'S 'u i 1 u u x f £ i^ B c u u ? IA M -U O 4> .ü ^ U) tx> « 1 "5 3 i 'w l I v ^ d aj 1* ^ 3 "H" ! y> Ü 3 » c I u 4J u u u

Siroomwe g X

ongelijkvloe l ! 1 M o p vluchtstro i ê- l cUt g M 'S ^ O u t u i. u 'C p 13 M U

cU) ja 'S ^h .c •W n ^ n '5 £ Ü < Markerin g i n lengt e Rijbaanindelin g i? Oversteke n o p weg v Openbaa r vervoe h Pechvoorzieninge n Fietser s Bromfietser s Langzaa m gemotor i Snelheidsbeperken d maatregele n Wettelijk e snelhei d Erfaansluitinge n Parkere n Verhardin g verkee r o s?

o IS l l & § § u •g Èfc s q w «j a u •8 § I 3 & "§ S

<0 l l A O 7 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

In overzicht 5 is te zien dat voor een aantal aspecten de omschrijving van de maatregel op verschillende manieren te interpreteren is. Het gaat hierbij om: kruispunten die gelijkvloers met snelheidsbeperkende maatregelen dienen te worden uitgevoerd, waarbij tevens de voorrang is geregeld. In casu zijn dit: een kruising tussen twee gebiedsontsluitingswegen. Voorgesteld wordt om in principe deze kruispunten als rotondes vorm te geven, ongeacht de ligging binnen of buiten de bebouwde kom. Op deze wijze komt de gelijkwaardigheid van beide routes goed tot zijn recht; een kruising tussen een gebiedsontsluitingsweg en een erftoegangsweg. Dit type kruispunt kan worden vormgegeven als voorrangskruispunt, eventueel aangevuld met de plaatsing van verkeerslichten. Op deze wijze is het duidelijk dat een gebiedsontsluitingsweg een hogere functie heeft. Ook een rotonde op deze locaties is mogelijk, met name gezien het snelheidsremmende effect en de duidelijke voorrangsregeling van een rotonde, maar vooral ook omdat in de huidige situatie al een aantal rotondes zijn gesitueerd; gelijkwaardige kruispunten. In het schema wordt voorgesteld gelijkwaardige kruispunten toe te passen op een kruispunt tussen twee erftoegangswegen, ongeacht de ligging binnen of buiten de bebouwde kom. Geadviseerd wordt deze kruispunten met plateaus uit te voeren. Ook rotondes op deze locaties zijn mogelijk, met name gezien het snelheidsremmende effect en de duidelijke voorrangsregeling van een rotonde en vanwege het feit dat in de huidige situatie al een aantal rotondes zijn gesitueerd; komgrensmaatregelen. Er zijn verschillende typen maatregelen om de komgrens te benadrukken. Indien een komgrens op een gebiedsontsluitingsweg of erftoegangsweg is gelegen, wordt voorgesteld om op deze locaties asverspringingen aan te leggen, in combinatie met ribbelstroken en een duidelijke bebakening (rood/witte schilden, plaatsnaambord, snelheidsaanduiding, etc). Op wegen Van lagere orde kan worden volstaan met duideüjke bebakening. Overigens is het beter om een komgrens met een kruispunt te combineren.

Startprogramma Het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal Overleg en de Unie van Waterschappen hebben op l juli 1997 de intentieverklaring van het gezamenlijke Startprogramma Duurzaam Veilig ondertekend. Hierin staan afspraken over maatregelen die het verkeer structureel veiliger maken. De invoering van deze maatregelen is in twee fasen verdeeld.

38 Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

De eerste fase, welke van 1997 tot 2000 loopt, bestaat uit het invoeren van eenvoudige, effectieve maatregelen én voorbereidingen welke noodzakelijk zijn voor een integrale invoering van Duurzaam Veilig. Deze integrale invoering start in 2000 (fase 2).

Voor een uniforme en duidelijke structuur in het wegennet wordt in het Start- programma een aantal ingrijpende maatregelen voorgesteld. De belangrijkste hiervan zijn: invoering van 30 km/uur binnen de bebouwde kom; de wegbeheerder mag op deze regel uitzonderingen maken en wegen aanwijzen waarvoor een andere maximum snelheid geldt (50 of 70 km/uur); uitbreiding 30 km/uur-gebieden: ter voorbereiding op de invoering van een snelheid van 30 km/uur worden de 30 km/uur-gebieden in aantal en omvang uitgebreid; invoering voorrang fiets van rechts; de algemene verkeersregel in heel Europa is dat alle verkeer van rechts op gelijkwaardige kruisingen voorrang heeft. Alleen in Nederland wordt hierop tot nu tot een uitzondering gemaakt, omdat deze regel niet voor langzaam verkeer geldt; aanpassing voorrang rotondes; de voorrangsregelingen op rotondes verschillen nogal eens. Ook hier is eenduidigheid gewenst. Als regel zal gelden dat binnen en buiten de bebouwde kom alle gemotoriseerde verkeer op de rotonde voorrang heeft; bromfiets op de rijbaan; doordat bromfietsers gescheiden zijn van het autoverkeer verliezen beide verkeersdeelnemers elkaar snel uit het oog, terwijl ze elkaar op kruispunten wel met vrij hoge snelheid ontmoeten. Daarom is gekozen voor het verbieden van bromfietsers op het verplichte fietspad op 50 km/uur-wegen. Op 80 km/uur-wegen daarentegen zijn de snelheidsverschillen te groot, zodat de bromfiets wel gebruik moet maken van het fietspad; invoering voorrang op verkeersaders; afgesproken is de voorrang in overeenstemming te brengen met het onderscheid tussen verkeersaders en verkeersluwe gebieden, zowel binnen als buiten de bebouwde kom; uitbreiding 60 km/uur-gebieden; ook buiten de bebouwde kom zijn plattelands- wegen aanwezig waar fietsen, tractoren en auto's rijden én waarlangs woningen liggen. Ook hier komen onacceptabele snelheden voor. Daarom is afgesproken deze wegen (sober) in te richten als 60 km/uur-gebieden;

Nik 39 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

De eerste fase, welke van 1997 tot 2000 loopt, bestaat uit het invoeren van eenvoudige, effectieve maatregelen én voorbereidingen welke noodzakelijk zijn voor een integrale invoering van Duurzaam Veilig. Deze integrale invoering start in 2000 (fase 2).

Voor een uniforme en duidelijke structuur in het wegennet wordt in het Start- programma een aantal ingrijpende maatregelen voorgesteld. De belangrijkste hiervan zijn: invoering van 30 km/uur binnen de bebouwde kom; de wegbeheerder mag op deze regel uitzonderingen maken en wegen aanwijzen waarvoor een andere maximum snelheid geldt (50 of 70 km/uur); uitbreiding 30 km/uur-gebieden: ter voorbereiding op de invoering van een snelheid van 30 km/uur worden de 30 km/uur-gebieden in aantal en omvang uitgebreid; invoering voorrang fiets van rechts; de algemene verkeersregel in heel Europa is dat alle verkeer van rechts op gelijkwaardige kruisingen voorrang heeft. Alleen in Nederland wordt hierop tot nu tot een uitzondering gemaakt, omdat deze regel niet voor langzaam verkeer geldt; aanpassing voorrang rotondes; de voorrangsregelingen op rotondes verschillen nogal eens. Ook hier is eenduidigheid gewenst. Als regel zal gelden dat binnen en buiten de bebouwde kom alle gemotoriseerde verkeer op de rotonde voorrang heeft; bromfiets op de rijbaan; doordat bromfietsers gescheiden zijn van het autoverkeer verliezen beide verkeersdeelnemers elkaar snel uit het oog, terwijl ze elkaar op kruispunten wel met vrij hoge snelheid ontmoeten. Daarom is gekozen voor het verbieden van bromfietsers op het verplichte fietspad op 50 km/uur-wegen. Op 80 km/uur-wegen daarentegen zijn de snelheidsverschillen te groot, zodat de bromfiets wel gebruik moet maken van het fietspad; invoering voorrang op verkeersaders; afgesproken is de voorrang in overeenstemming te brengen met het onderscheid tussen verkeersaders en verkeersluwe gebieden, zowel binnen als buiten de bebouwde kom; uitbreiding 60 km/uur-gebieden; ook buiten de bebouwde kom zijn plattelands- wegen aanwezig waar fietsen, tractoren en auto's rijden én waarlangs woningen liggen. Ook hier komen onacceptabele snelheden voor. Daarom is afgesproken deze wegen (sober) in te richten als 60 km/uur-gebieden;

Nik 39 VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

intensiever toezicht op gevaarlijke wegen; de infrastructurele maatregelen zorgen ervoor dat op lange termijn minder energie in handhaving hoeft te worden gestoken. Om de beleidsdoelstelling voor 2000 te halen is intensivering van het toezicht absoluut noodzakelijk; verkeersveilig denken en doen; een belangrijke factor bij verkeersveiligheid is de factor 'mens'. De mens moet over kennis en vaardigheden beschikken om zich als veilige verkeersdeelnemer te kunnen gedragen. Maar uiteraard moet hij dat ook willen. Middels educatie, communicatie en voorlichting wordt getracht alle verkeersdeelnemers te bereiken om daarmee de verantwoordelijkheden van iedereen in het verkeer te benadrukken.

6.3 Infrastructurele maatregelen r L Op kaart 9 zijn de maatregelen ingetekend die noodzakelijk zijn voor een Duurzaam Veilig wegennet. Op de kaart staan alle maatregelen ingetekend welke betrekking hebben op gebiedsontsluitingswegen, erftoegangswegen en komgrenzen. Alleen die ''' maatregelen zijn ingetekend waarbij wordt verwacht dat deze een bijdrage leveren aan een Duurzaam Veilig wegennet. Maatregelen met betrekking tot verblijfsgebieden staan dus niet op de kaart, alsmede de maatregelen die reeds 'in voldoende mate' aan de "-; eisen voor een Duurzaam Veilig wegennet voldoen. Daarnaast zijn er een aantal * wijzigingen doorgevoerd ten aanzien van de huidige komgrenzen. Een aantal komgrenzen zijn in de richting van een nabijgelegen kruispunt verschoven. Ook zijn u een aantal komgrenzen opgeheven, zodat een groot aaneengesloten gebied binnen de bebouwde kom ontstaat. Ten aanzien van de te rijden snelheden van het gemotoriseerde verkeer is dit ook duidelijker. _

6.4 Maatregelen op het gebied van organisatie, educatie en handhaving

Duurzaam Veilig bestaat niet alleen uit infrastructuur. Ook op het gebied van organisatie, educatie en handhaving zal er iets moeten gebeuren. Op het gebied van handhaving zal een afnemende inspanning worden gevraagd, aangezien op langere termijn een Duurzaam Veilige infrastructuur de handhaving minder nodig maakt. Een doorlopende centrale rol voor educatie is weggelegd. Continue aandacht voor Verkeerseducatie kan bijdragen aan een veilig weggedrag. Om het geheel van infrastructuur, educatie en handhaving goed te kunnen combineren, is het noodzakelijk dat ook de organisatie daarop is afgestemd.

40 Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

Organisatie Het verdient aanbeveling om de begeleidingsgroep met betrekking tot dit Verkeersveiligheidsplan de organisatie rondom de verschillende acties met betrekking het verkeersveiligheidsplan op zich te laten nemen. De begeleidingsgroep bestaat uit de portefeuillehouder verkeer en vervoer, twee gemeente-ambtenaren, een vertegenwoordiger van de politie, een vertegenwoordiger van Veilig Verkeer Nederland en een vertegenwoordiger van VIA verkeersadvisering. De belangrijkste taken van de werkgroep zijn: met alle betrokkenen effectief vorm geven aan het verkeersveiligheidsbeleid, zowel gericht op infrastructuur, handhaving als voorlichting/educatie; periodieke rapportage over de stand van zaken met betrekking tot verkeersveiligheid (monitoring); aan de hand van deze rapportage een jaarlijks actieplan opstellen/bijstellen; regulier overleg met de Provincie en Rijkswaterstaat.

Handhaving Ongevallen worden ten dele veroorzaakt doordat verkeersregels worden genegeerd. Door toezicht en handhaving kan de naleving van verkeersregels worden gecontroleerd en verbeterd. Een structurele planmatige aanpak is van belang voor een zo efficiënt en effectief mogelijke inzet van de beschikbare middelen en menskracht door de politie. Het Openbaar Ministerie voorziet hierin via de methode Gericht VerkeersToezicht. Deze methode wordt gekenmerkt door: gericht toezicht op relevante plaatsen, tijdstippen en gedragingen; combinatie met voorlichting en onderwijs waar mogelijk; projectmatige aanpak, gericht op één type overtreding; preventief en repressief toezicht; samenwerking met andere gemeenten en instellingen.

Voor de gemeente De Ronde Venen geldt dat, in overleg met de politie, aan het beheersen van de gereden snelheden moet worden gewerkt. Hiervoor zullen in de gemeente (maar nog beter in samenwerking met andere gemeenten) GVT-projecten moeten worden opgestart om de te hoge snelheden op de doorgaande wegen (N201 en N212) aan te pakken.

Andere aandachtspunten voor handhaving binnen de gemeente zijn de naleving van voorrangsregels, fout parkeren, door rood licht rijden van fietsers, verlichting van fietsers en alcohol. Op deze aandachtspunten zal moeten worden gezocht naar handhaving in combinatie met voorlichting.

Nik « VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

De (brom)fietsers kunnen ook goed via de scholen, dan wel verenigingen worden aangepakt. De gemeente zet, in overleg met de politie, politie-agenten in bij het geven van voorlichting en voor educatieve doeleinden (zoals het uitnodigen van politie- agenten bij verkeersonderwijs op de scholen).

In het kader van Duurzaam Veilig wordt onderzocht in hoeverre bestuurlijke handhaving mogelijk is. Indien hiertoe zal worden overgegaan, kunnen de gemeentelijke parkeerwachters in eerste instantie hiervoor worden ingezet.

Educatie Educatief beleid op het vlak van verkeersveiligheid vraagt om een zo gericht mogelijke benadering van alle individuele verkeersdeelnemers. De Duurzaam Veilig uitgangs- punten hebben consequenties voor een evenwichtige invulling van het verkeers- veiligheidsbeleid. Alle hoekstenen dienen in het gemeentelijk verkeersveiligheidsbeleid een plaats te krijgen. 'Een veilig gedrag in het verkeer' wordt in Duurzaam Veilig vertaald naar: verkeersdeelnemers van alle leeftijden dienen adequaat te worden opgeleid en geïnformeerd en waar nodig te worden gecontroleerd. Een evenwichtig verkeersveiligheidsbeleid richt zich dus naast infrastructuur tevens op de mens als vormgever en gebruiker ervan. Educatief beleid op het vlak van verkeersveiligheid vraagt om een zo gericht mogelijke benadering van alle individuele verkeersdeelnemers.

Verkeersonderwijs dient zowel gericht te zijn op theoretische kennis als op praktisch handelen in het verkeer. In alle vormen van onderwijs en opleiding binnen de gemeente De Ronde Venen is aandacht voor en kwaliteit van Verkeerseducatie gewenst. Verkeer is een wettelijk verplicht onderdeel van het onderwijsaanbod in het basisonderwijs, maar vraagt blijvende aandacht voor kwaliteit om de effectiviteit te behouden. In het voortgezet onderwijs geldt geen wettelijke verplichting, maar de kerndoelen verkeer en vervoer in de basisvorming bieden bij diverse vakken concrete aanknopingspunten voor Verkeerseducatie.

Voor de gemeente De Ronde Venen worden de volgende acties met betrekking tot het stimuleren van verkeersveiligheid in onderwijs en opleiding voorgesteld: opfriscursus van de rij-opleiding na één of twee jaar rij-ervaring; algemene alcoholcampagnes en alcoholcampagnes met betrekking tot cafébezoek en sportaccomodaties, waarbij de aandacht wordt gevestigd op het feit dat alcohol en verkeer nooit samen kunnen; verbeteren van de mogelijkheden op het gebied van praktische educatie op basisscholen door het uitzetten van fietsparcoursen op schoolpleinen;

« Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

beschikbaar stellen van financiële middelen voor het actualiseren van middelen met betrekking tot Verkeerseducatie op basis- en middelbare scholen; meeliften (financieel en mogelijk organisatorisch) met VVN-acties, zoals de actie 'Wij gaan weer naar school' op basisscholen; meeliften met WN-acties, zoals de actie 'fietscontrole' op de middelbare scholen waarbij een mogeüjke koppeling met het vak techniek kan worden gerealiseerd; op l juni 1996 is het bromfietsrijbewijs verplicht gesteld voor mensen die op of na l juni 1996 zestien jaar worden of zijn geworden. Hierbij kan de gemeente in samenwerking met de school de voorlichting en de mogelijkheden van een rij- opleiding opzetten (deze actie kan ook naar andere verenigingen orden uitgebreid). Deze rij-opleiding kan ook worden gebruikt als voorlichting voor mensen die voor l juni 1996 al 16 jaar of ouder waren. Om deze mensen te bereiken kan een informatiefolder worden verspreid onder mensen die een bromfiets-verzekering afsluiten; stimuleren van gebruik schoolroutes in combinatie met wegbreng/ophaal proble- matiek/oversteken van een gevaarlijk kruispunt bij de school; ten aanzien van de basisscholen geldt dat de gemeente het project 'schoolroute' op kan zetten, waarbij infrastructureel de schoolroutes veilig worden gemaakt. Door middel van voorlichting aan ouders en kinderen kan het gebruik van de schoolroutes worden gestimuleerd waardoor de breng/ophaalproblemen rondom de basisscholen verminderen. In de lessen verkeersonderwijs kunnen de routes worden gelopen, waarbij de verschillende oversteekpunten worden toegelicht.

Voorlichting Voorlichting en instructie is van groot belang voor het creëren van een breed draagvlak voor verkeersveiligheidsmaatregelen en voor het bereiken van de gewenste gedragsbeïn- vloeding. Gedragsbeïnvloeding is noodzakelijk omdat voertuigen, verkeerssituaties, verkeerswetten en de verkeersdeelnemers zelf continu aan verandering onderhevig zijn: voorlichting algemeen richt zich bijvoorbeeld op informatie aan burgers bij nieuwe Verkeerssituaties of verkeersregels (bv. aan de hand van het boekje verkeersborden en verkeersregels in Nederland); via een campagne wordt in korte tijd veel aandacht besteed aan een specifiek onderwerp, bijvoorbeeld alcohol in het verkeer. Bij campagnes sluit de gemeente zoveel mogelijk aan bij landelijke en regionale campagnes en bij de campagnes van intermediaire organisaties; instructie richt zich op specifieke doelgroepen en is uitgebreider en intensiever dan voorlichting (hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan verkeersveilig fietsen voor ouderen of aan verkeersinstructie voor allochtonen).

Nik <3

VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

7 MEERJARENUITVOERINGSPROGRAMMA

7.1 Inleiding

Het invoeren van een Duurzaam Veilig wegennet vergt een forse investering en kan dan ook alleen fasegewijs worden ingevoerd. Het tempo van invoering is sterk afhanke- lijk van het verkeersveiligheidsbudget op de gemeentelijke begroting. Onderstaand uitvoeringsprogramma is dan ook zodanig opgesteld dat de gemeente zelf het uit- voeringstempo kan bepalen.

Het meerjarenuitvoeringsprogramma kan in twee delen worden opgesplitst. Enerzijds zijn er maatregelen op het gebied van preventie en infrastructuur. Anderzijds zijn er maatregelen op het gebied van organisatie, handhaving en educatie. In figuur 6 zijn de onderlinge relaties tussen de verschillende onderdelen schematisch weergegeven.

7.2 Uitvoeringsprogramma preventie en infrastructuur

In overzicht 6 is voor de komende jaren aangegeven welke maatregelen kunnen worden uitgevoerd. Tevens zijn in het overzicht de kosten per maatregel aangegeven. De kosten voor het Duurzaam Veilig wegennet zijn globaal ingeschat. De werkelijke kosten zijn uiteraard sterk afhankelijk van de lokale omstandigheden, zoals het overbruggen van hoogteverschillen, grondaankopen, rooien van bomen, etc.

Met betrekking tot overzicht 6 kunnen nog de volgende opmerkingen worden gemaakt: de maatregelen in het overzicht betreffen alleen maatregelen op gemeentelijk grondgebied; hoge prioriteit wordt gegeven aan locaties die hoog 'scoren' in de prioriteitenlijst van onveilige locaties; het uitvoeren van maatregelen welke voortkomen uit de eerste fase van het Startprogramma Duurzaam Veilig zijn tevens in het overzicht opgenomen. In het Startprogramma is aangegeven dat de inrichting van verblijfsgebieden vooralsnog (fase l, tot 2000) sober moet worden uitgevoerd, tot het moment dat de daadwerkelijke operationele eisen bekend zijn (fase 2, vanaf 2000). De kosten van de eerste fase zijn niet bekend. Gezien het karakter van de maatregelen (afbakening verblijfsgebieden door middel van bebording, markering) ZUÜen dit, in relatie tot infrastructurele maatregelen, lage kosten betreffen;

44 Nik VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

7 MEERJARENUITVOERINGSPROGRAMMA

7.1 Inleiding

Het invoeren van een Duurzaam Veilig wegennet vergt een forse investering en kan dan ook alleen fasegewijs worden ingevoerd. Het tempo van invoering is sterk afhanke- lijk van het verkeersveiligheidsbudget op de gemeentelijke begroting. Onderstaand uitvoeringsprogramma is dan ook zodanig opgesteld dat de gemeente zelf het uit- voeringstempo kan bepalen.

Het meerjarenuitvoeringsprogramma kan in twee delen worden opgesplitst. Enerzijds zijn er maatregelen op het gebied van preventie en infrastructuur. Anderzijds zijn er maatregelen op het gebied van organisatie, handhaving en educatie. In figuur 6 zijn de onderlinge relaties tussen de verschillende onderdelen schematisch weergegeven.

7.2 Uitvoeringsprogramma preventie en infrastructuur

In overzicht 6 is voor de komende jaren aangegeven welke maatregelen kunnen worden uitgevoerd. Tevens zijn in het overzicht de kosten per maatregel aangegeven. De kosten voor het Duurzaam Veilig wegennet zijn globaal ingeschat. De werkelijke kosten zijn uiteraard sterk afhankelijk van de lokale omstandigheden, zoals het overbruggen van hoogteverschillen, grondaankopen, rooien van bomen, etc.

Met betrekking tot overzicht 6 kunnen nog de volgende opmerkingen worden gemaakt: de maatregelen in het overzicht betreffen alleen maatregelen op gemeentelijk grondgebied; hoge prioriteit wordt gegeven aan locaties die hoog 'scoren' in de prioriteitenlijst van onveilige locaties; het uitvoeren van maatregelen welke voortkomen uit de eerste fase van het Startprogramma Duurzaam Veilig zijn tevens in het overzicht opgenomen. In het Startprogramma is aangegeven dat de inrichting van verblijfsgebieden vooralsnog (fase l, tot 2000) sober moet worden uitgevoerd, tot het moment dat de daadwerkelijke operationele eisen bekend zijn (fase 2, vanaf 2000). De kosten van de eerste fase zijn niet bekend. Gezien het karakter van de maatregelen (afbakening verblijfsgebieden door middel van bebording, markering) zullen dit, in relatie tot infrastructurele maatregelen, lage kosten betreffen;

44 Nik G GEMEENTE DE RONDE VENEN

y^^SK-g'J^if^ri^j.^SSJjg-/^ AAtÖ^Or^^^ïOCATtES "-«^É&S^^ffi^^ ^^S^^i"^®*^ feW^ 1 1 :: : : L •""-''-'- . :', .. : ^j * "- <•: -"i" , :^~'J" r ^~^' ''^J ,''-^- '•-'-''- ^ "-.--•-" *>;.''- ^i " 'i' 'V ' " - - ~' -^-^ -•" ^^^^'^.^ A'&ÊM&^KJ&^M^i pf^:- - aanpak conform prioriteitenlijst ~ Infrastructurele maatregelen die ~ draagvlak voor Infrastructurele - onveilige locaties die op korte ~ afste onveilige locaties (trajecten, genomen worden om onveilige maatregelen creëeren termijn nog niet Infrastructureel gemeei kruisingen en gebieden), waarbij locaties aan te pakken, dienen te ~ ondersteunen van maatregelen kunnen worden aangepakt, beheer wegenonderhoud kan meeliften zijn afgestemd op de eisen die door educatie ( wat Is de kunnen worden beheerst door ~ afstei aan een Duurzaam Veilig voorrangs regel op een rotonde of een handhavlngslnspannlng door verkeei ONVBtlG£l£iCATffiS wegennet worden gesteld hoe gedraag Ik mij In een 30 bijvoorbeeld GVT-projecten en rljks ~ prioriteit moet worden gegeven km/uur gebied) ~ Integi aan die locaties die onveilig gemeei scoren en moeten worden omgebouwd In het kader van Duurzaam Veilig

~ aanpak van de ombouw van - Invoering van een Duurzaam ~ de uitstraling van ver keer s - ~ afstei het wegennet tot een DV- Veilig wegsysteem betekent handhaving op het wegenn - r --r- : . , • .^ wcgcnnet In samenwerking met onder andere nieuwe verkeersgedrag zorgt voor een wegbeh tr DUURZAAM VaUC andere overheden en meeliftend verkeersregels en andere verbetering van het met onderhoudswerkzaamheden Infrastructuur. Educatie en verkeersgedrag voorlichting moeten Inspelen op deze veranderingen - aanpak van Verkeerseducatie op~ Integrale aanpak: handhaving ~ Instel scholen zowel basli als zal moeten worden ondersteund jartner middelbaar door voorlichting en educatie rijschol ~ verbeteren rU-opleldlngen en maar ook vlce versa. :Hflr«ï/ÉWöom 7; opfriscursussen rlj-opleldlng - bromfietscursussen ' - :-• !' "••'' ',''--'-.• ' •"' - • ,-.""-'••. "^.' \-'-'~ ' "V '':• '...-- • • - •- • .' - bijdragen aan WN-actles -".;'- --.' :"-..• '-•-.*- ~ bijdragen aan ROV acties

. • : .-••.• . .*• t - - _,,- • "' - -TV-- ' -" ':- ' ,:•:•••.: '.-• '."<-iv"-' t;---':-" . ". : " : ~ opstarten lokale GVT-projecten ~ regull • - •.: •':;','• : :Hfi}SKi^--.*ï--".-:•''•' :%. :.^&^^¥^^A van alcohol f>ttemaH& .; , '- -^5^5 1 ; - -. - - -- ,.; •-..>- -'V-^i'"*.- .T-ï; ->V- v.'." -_•"'•;-'- --: •-* '-:'_v>-^~ii1 :--V P /ff,J - opstarten acties t.b.v. algemeen :-^^'W^'^^::i - i:.:-,.'., i, .;!:-S'.''--'JV V^ verkeersgedrag .•--..; - "V-IM- ^ ''.-:'" :- - •i-t'^^^^it^-S^S ^^^^•-^^M-^m^fii "* -• • "-^-t1- •" -r ••'"- "- ' • : :;,-;:;,-:^iSi "-. . — j,--.-"-:^"*-'.-.; ::'.^ '-"-:- •' .-i;!.|.i*ï>;^ ..jt- :K; £:&£ï;-^ ^•^^^•^^MxiifXm : •' -'.- "~. ' ,'"-".''-. ".'• ,'•"• ': - , ' • •^"C'^^ï&^S'^^^Li'^^ '" ^f > '.If^';^^ '. -'- c': A • ' ,ri :";'."*- .- b«gel<

J; : : Verkeer ^--.-A J ^'!-^A-^'if^/^^-:J^i^ .-'•.-,-,:- -;- i '?,'.;,-$.- -'.^e^rs-fif/' .-'Vii---,;:^.*- -V v '-.>;-'v':Vï''-,?>J .>• : : : -._ ..; ;;-•••- . • :-. '.-'... ' "•'-'. '- -. ' -Jaarllj •-; ^ï.&v^.ï -:^-,j^-:::^ ~". •:','• ^--vi^-ü-& i^^M^^i§ -_;.*.•, • :-.;•• "', v'?';^:'^1^"^ V; '•'-. .: .'~:'--'^- • '"'•' l : ' : -JaarlU :..;:::t,opj. ./'.'• ' T- •-:.':. • • - •: monitor

)e relaties tussen de verschillende onderdelen binnen het Verkeersveiligheidsplan. d bO d u u .t _Ö u •o 'S tn "ö3 'C ta d &0 u bO ^ 4-* e U U 4^ g u ü £ -e _u tj E5 rsa ca u U ^ s N g 5 'c? fH M U a 3 uUi "5V3N 1g 3 •4—1 o 5 d u 'S Q 1 «j ca ca 1s B '5 1S o S 1 5 o § 4rf 2 | g enom c 'Sa bO 3 o. •3 d o >-> u 1 u T3 & _e •a 1 •o D. [5 1 S W3 ^ CSQ tartprog n . d wenseli j ca C/3 d u u '3 H e 4_> JU •s (U J2 U "u u Ji •e 4^ bO U £ •ï 8 J3 ï •t-l II (D ca 'S O •a iï S V3 «- 13 i t hebbe n e o k gegeve n .2 d o tM d •4—1 u JS u M D V) u d _D a ISn SC *rf 2 TJ U U d' U u ^ 1 ^0 W J- u 1 ca M •M fe u 12" .4—1 "ö3 ^^ T3 'u 01 i -Ö EP JS •4-1 1 1 'S ca ica « '3 'g ™ e •s Q •l 1^ S S s-~* S U (U s s u bo o d u l •4-J 1 cu

!.X eersv e SS 12 ^4 2, o S «d u i g t £ 'e £ o u U ::? ja T) £ aangege ) rastructu : _4j lianalaa n 1 u u M— ( TD £ s 1 •o .3 >-n T3 5! VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

(lieden prioriteit j locatie soort maatregel

fase I afbakening verblijfsgebieden bebording, bebakening Startprogramma Mijdrechtse Zuwe, ten oosten van Amstelhoek (Provincie is wegbeheerder) komgrensmaatregel gebiedsontsluitingsweg: Duurzaam Veilig asverspringing

13 locaties [zie kaart 9] komgrensmaatregel erftoegangsweg: bebording/bebakening 16 aansluitingen op gebiedsontsluitingswegen [zie kaart 9] afsluitingen9 aanpak onveilige Prinses Margrietlaan te Mijdrecht, tussen Ambachtsherensingel en inrichten als erftoegangsweg bibeko trajecten Hoofdweg route Bonkestekersweg/Reigerstraat'/PIevierenlaanVRoerdompstraat'/- inrichten als erftoegangsweg bibeko Kerklaan' te Vinkeveen

i 4 Herenweg' te Vinkeveen, tussen Baambrugse Zuwe en Kerklaan inrichten als erftoegangsweg bibeko ƒ 90.000,- ' 5 Anselmusstraat' te Mijdrecht inrichten als erftoegangsweg bibeko ƒ 190.000,-

l 6 Industrieweg' inrichten als erftoegangsweg bibeko ƒ 500.000,- Plevierenlaan/Reigerstraat te Vinkeveen afbuigende voorrang ƒ 20.000,- N212/Mijdrechtse Dwarsweg rotonde (door provincie in 2000) ƒ 400.000,- Ambachtsherensingel/Prinses Margrietlaan te Mijdrecht plateau ƒ 20.000,- Pastoor Kannelaan/Pieter Joostenlaan te Wilnis afbuigende voorrang ƒ 20.000,- Provincialeweg N201/Herenweg maatregelen fietsverkeer ƒ 100.000,-

Overzicht 6: Uitvoeringsprogramma infrastructurele maatregelen.

Het afsluiten van wegen kan alleen als vooraf de effecten van een afsluiting in beeld zijn gebracht. Tevens dient bij elke afsluiting een reëel alternatief aanwezig te zi dient vooraf overleg te zijn geweest met de desbetreffende wegbeheerder. Vanwege onderhoud worden de deklagen van deze wegen, in de periode tot 1999, vervangen.

Nik NIK

•U3J3S3JJVDIU 3i3JW3rujsDj/in muiuDj8ojds8uu9O(\}ifi :(8jo/u3t\) g jipzz/

S3|JBOO| s^fjiJBEAaS ?{.duee -'OOO'OW ƒ + uasp-jnn/uq ng UUOJUOD uajqauui S!U1!M 31 uBBiuajsoof Jajaij UEA USJSSM U3J paiqaQ

S3I|BOO| 3^fl|J.eA33 ^EduEB -'OOO'Olfr ƒ + uasp-jnn/uq Q£ ULIOJUOO uajqDuui STUIiM aj UBBiauuB_j JOOJSBJ UBA uapinz U3j paiqaQ ssneooi 3^fi]j.eA33 ^eduee -'QOO-QLZ f + U3si3-jnn/un( Q£ UUOJUOD uaiipuui PJOON pUBlflpSOOJ,J/p3IIA}SlMX ifïAV

S3I)EOO] 3^fl|JEEA33 ^BduBE -'OOO'OiC ƒ + u3_T3-inn/un| Q£ UUOJUOD ua)i|3uui JHOSJpfl^ UBA UIMJU33

S3!JBOO| 3^fl|JEEA33 ^.du._ uapa -'OOO'OOZ ƒ + U3si3-jnn/un[ Q£ UUOJUOD uaiqouui SuiAaSuio ua ifuauiuiaQ a3i|iaAuo }(BC

U3jso3( ov)B] : ]I31UOud

MENSA aoNOH sa aiNSHwao MvusaiaHomaAsyaaNHaA VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN GEMEENTE DE RONDE VENEN

7.3 Uitvoeringsprogramma organisatie, handhaving en educatie

In overzicht 7 is aangegeven welke acties dienen te worden uitgevoerd ter ondersteuning van de infrastructurele maatregelen. Tevens zijn in het overzicht de geschatte jaarlijkse kosten per actie aangegeven. Ook hier geldt dat de werkelijke kosten sterk afhankelijk zijn van de manier waarop de acties worden uitgevoerd.

Actie Oigaoisaüe ; geschatte i jaarlijkse kosten begeleidingsgroep ƒ 10.000,- monitoring / opstellen jaarlijks actieplan Verkeersveiligheidsplan begeleidingsgroep P.M. regulier overleg met Provincie/Rijkswaterstaat Verkeersveiligheidsplan uitvoeren van GVT-projecten (alcohol, snelheid) gemeente / politie ƒ 10.000,- handhaving verkeersregels politie ƒ 10.000,- stimuleren Verkeerseducatie op scholen (zowel theorie gemeente / scholen ƒ 5.000,- als praktijk) opfriscursus rij-opleiding gemeente ƒ 2.000,- actualiseren van middelen met betrekking tot gemeente ƒ i.ooo,- Verkeerseducatie op basis- en middelbare scholen meeliften met WN-acties WN ƒ 1.000,- rij-opleiding + voorlichting bromfietsers gemeente ƒ 2.000,- stimuleren van gebruik schoolroutes gemeente ƒ 1.000,-

Overzicht 7: Uitvoeringsprogramma organisatie, handhaving en educatie.

Nik 49