RAPPORT

MER voor het Frunpark te

Niet-technische samenvatting

Klant: Retail Estates

Referentie: I&BFP1651R001D01 Versie: 01/Finale versie Datum: 3 januari 2018

Projectgerelateerd

HASKONINGDHV N.V.

Schaliënhoevedreef 20D B-2800 Mechelen Belgium Industry & Buildings Trade register number: 448109415

+32 15 40 5656 T +32 15 21 1134 F [email protected] E royalhaskoningdhv.com W

Titel document: MER voor het Frunpark te Wetteren

Ondertitel: Frunpark Wetteren Referentie: I&BFP1651R001D01 Versie: 01/Finale versie Datum: 3 januari 2018 Projectnaam: Frunpark Wetteren Projectnummer: FP1424 Auteur(s): Kristof wijns

Opgesteld door: MER-deskundigen en Medewerkers

Gecontroleerd door:

Datum/Initialen: 04/01/2018

Goedgekeurd door:

Datum/Initialen:

Classificatie Projectgerelateerd

Disclaimer No part of these specifications/printed matter may be reproduced and/or published by print, photocopy, microfilm or by any other means, without the prior written permission of HaskoningDHV Belgium N.V.; nor may they be used, without such permission, for any purposes other than that for which they were produced. HaskoningDHV Belgium N.V. accepts no responsibility or liability for these specifications/printed matter to any party other than the persons by whom it was commissioned and as concluded under that Appointment. The quality management system of HaskoningDHV Belgium N.V. has been certified in accordance with ISO 9001, ISO 14001 and OHSAS 18001.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 i

Project-M ER bedrijventerrein Wetteren Handtekeriing interne deskundigen

Jan 0e Bernadette Rossel eerd stuurder Senior property manager ( etail Estates y) (Retail Estates nv)

Koenraad an Nieuwenburg Kathleen Vandevenne do Architect (Architeam) (Retail Estates nv)

-

Projectgerelateerd

Inhoud

1 Inleiding 1 1.1 Situering en korte schets van het project 1 1.2 Doelstelling van het project 1 1.3 Toetsing aan de milieubeoordelingsplicht 3

2 Alternatievenonderzoek 4 2.1 Nulalternatief 4 2.2 Locatiealternatieven 4 2.3 Inrichtingsalternatieven 4 2.4 Uitvoeringsalternatieven 4

3 Projectbeschrijving 6 3.1 Algemeen 6 3.2 Wateraspecten 6 3.3 Ruimte-inname 12 3.4 Groenplan 14

4 Referentiesituatie 25 4.1 Discipline Mens – mobiliteit 25 4.2 Discipline Geluid en trillingen 25 4.3 Discipline Lucht 26 4.4 Discipline Bodem 26 4.5 Discipline Water 26 4.6 Discipline Fauna en flora 26 4.7 Discipline Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie 27 4.8 Discipline Mens – overige aspecten 27

5 Effectbespreking 28 5.1 Disicpline Mens – mobiliteit 28 5.1.1 Aanlegfase 28 5.1.2 Exploitatiefase 28 5.2 Discipline Geluid en trillingen 31 5.2.1 Aanlegfase 31 5.2.2 Exploitatiefase 31 5.3 Discipline Lucht 31 5.3.1 Aanlegfase 31 5.3.2 Exploitatiefase 32

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 ii

Projectgerelateerd

5.4 Discipline Bodem 32 5.4.1 Aanlegfase 32 5.4.2 Exploitatiefase 33 5.5 Discipline Water 33 5.5.1 Aanlegfase 33 5.5.2 Exploitatiefase 33 5.6 Discipline Fauna en flora 35 5.6.1 Aanlegfase 35 5.6.2 Exploitatiefase 35 5.7 Discipline Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie 35 5.8 Discipline Mens – overige aspecten 36

6 Integratie en eindsynthese 37 6.1 Integratie 37 6.1.1 Aanlegfase 39 6.1.2 Exploitatiefase 39 6.2 Milderende maatregelen 40

Tabellen

Tabel 6.1: Overzicht effectbeoordeling ...... 37 Tabel 6.2: Milderende maatregelen ...... 40 Tabel 6.3: Overzicht effectbeoordeling na milderende maatregelen ...... 42

Figuren

Figuur 2.1: Situering projectgebied Figuur 2.2: Toponiemenkaart

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 iii

Projectgerelateerd

1 Inleiding

Dit is de niet-technische samenvatting van een milieueffectrapport, m.a.w. een beknopte samenvatting van het eigenlijke milieueffectrapport bestemd voor publiek en belanghebbenden. Een milieueffectrapport is een openbaar document waarin de milieueffecten van een planproces of project en de eventuele alternatieven voor dat planproces of project, worden onderzocht.

De niet-technische samenvatting heeft als doel om aan publiek en belanghebbenden de relevante informatie uit het milieueffectrapport van het project of plan te communiceren en hiermee de publieke participatie in het vergunningsproces te bevorderen. Voor de uitgebreide technische informatie moet u het eigenlijke milieueffectrapport raadplegen.

1.1 Situering en korte schets van het project Het projectgebied is gelegen nabij het kruispunt van de N9 (Brusselsesteenweg) en de N42 (Oosterzelesteenweg). De site bestaat uit het retailpark ‘Frunpark’, het perceel/terrein van Produco, groenteveiling en het naastgelegen terrein in eigendom van Blovan. Het projectgebied was in de ontwerp- MER beperkt tot het perceel van de groenteveiling. Door toevoeging van een ontsluitingsalternatief wordt in het definitief MER het projectgebied uitgebreid met de parking van groothandel Dora Flora en een deel van de Oude Heerbaan..

In het bestaande retailpark bevinden zich een 20-tal winkels die aangeduid kunnen worden als detailhandel (C&A, Ixina,…). Ook in de omgeving, langs de Brusselsesteenweg bevinden zich verschillende handelszaken.

De site heeft 3 erftoegangen: één via de N9, één via de N42 en één via de Oude Heerbaan, die aansluit op de N42.

Een overzicht van het projectgebied is weergegeven op figuur 2.1. De toponiemen zijn opgenomen op figuur 2.2.

Het project betreft de uitbreiding van het retailpark met een brutovloeroppervlakte (bvo) van ongeveer 7.300 m² op het perceel van de groenteveiling.

Een groot deel van het bestaande veilinggebouw (4.743 m²) zal worden gesloopt. Ca. 1.820 m² van het bestaande gebouw blijft, op basis van de huidige inzichten, behouden om te worden opgenomen in het nieuwe gebouw.

1.2 Doelstelling van het project De groenteveiling zal in de toekomst niet langer gebruik maken van deze locatie voor hun activiteiten. De gebouwen komen dus vrij. Aansluitend op de bestaande retailzone ‘Frunpark’ wenst de initiatiefnemer de aanliggende groenteveiling te ontwikkelen en uit te breiden als retailzone. Dit strookt ook met de keuzes uit het recent goedgekeurde Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS) van Wetteren.

In het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan wordt voor de zone Frunpark (A) gestipuleerd ‘in het Frunpark moet de detailhandel worden geïntegreerd als geheel van grootschalige detailhandel onder één dak. Daarbij streeft de gemeente naar een schaalvergroting van de aanwezige of mogelijk nieuwe detailhandel.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 1

Projectgerelateerd

Schaalverkleining en opdeling van ruimten zijn niet toegestaan. Verder kunnen in zone B kleinschalige ambachtelijke bedrijven onderdeel uitmaken van de ruimtebehoevende grootschalige detailhandel.’ Een overzicht van de gewenste ontwikkeling in het GRS is weergegeven in illustratie 1.1. Het project heeft tot doel de zone B te ontwikkelen volgens de bepalingen van het GRS.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 2

Projectgerelateerd

Illustratie 1.1: Gewenste ontwikkeling verweven handel en bedrijvigheid omgeving Frunpark (GRS Wetteren, 2015)

1.3 Toetsing aan de milieubeoordelingsplicht Het milieueffectrapport is vereist in toepassing van artikel 4.3.2, sub 1 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage. Het project behoort tot de bijlage II-projecten, categorie 10b:

Stadsontwikkelingsprojecten, met inbegrip van de bouw van winkelcentra en parkeerterreinen,

 met betrekking tot de bouw van 1.000 of meer woongelegenheden, of

 met een brutovloeroppervlakte1 van 5.000 m² handelsruimte of meer, of

 met een verkeersgenererende werking van pieken van 1.000 of meer personenautoequivalenten per tijdsblok van 2 uur.

En bijlage II-projecten, categorie 13: Wijzigingen en uitbreidingen van projecten

 a: Wijziging of uitbreiding van projecten van bijlage I, II of III, waarvoor reeds een vergunning is afgegeven, die zijn of worden uitgevoerd, wanneer die wijziging of uitbreiding op zich voldoet aan de in bijlage II genoemde drempelwaarden, voor zover deze bestaan (niet in bijlage I opgenomen wijziging of uitbreiding).

 B: Wijziging of uitbreiding van projecten van bijlage I, II of III, waarvoor reeds een vergunning is afgegeven, die zijn of worden uitgevoerd, wanneer die wijziging of uitbreiding aanleiding geeft tot een overschrijding van de in bijlage II genoemde drempelwaarden (niet in bijlage I of in rubriek 13. a) van bijlage II opgenomen wijziging of uitbreiding). Van deze overschrijding van de drempelwaarde is sprake ofwel als de drempelwaarde van bijlage II voor het eerst wordt overschreden door het samenvoegen van de reeds vergunde en de nog te vergunnen activiteiten (= project) ofwel als de verschillende uitbreidingen samen, sinds de laatst verleende ontheffing of goedgekeurd MER (voor zover deze bestaan), groter zijn dan de drempelwaarde van bijlage II.

Het bestaande retailpark heeft een brutovloeroppervlakte van 10.509 m² (Dit zijn de winkels van het Frunpark die behoren tot de eigendom van Retail Estates). Het project betreft de uitbreiding van het retailpark (winkelcentrum) met een brutovloeroppervlakte van ongeveer 7.300 m² op het perceel van de groenteveiling.

1 De som van de vloeroppervlakte voor alle bouwlagen, met inbegrip van de buitenmuren of vergelijkbare bouwdelen, uitgezonderd de vloeroppervlakte die uitsluitend wordt bestemd voor parkeerplaatsen. Totale oppervlakte van de gebouwen, inclusief opslag of technische ruimtes maar zonder parkeerplaatsen.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 3

Projectgerelateerd

2 Alternatievenonderzoek

2.1 Nulalternatief Het nulalternatief betreft de situatie waarbij het voorgenomen project niet gerealiseerd zou worden. Dit is de huidige situatie. Deze situatie is in het MER de referentiesituatie. Het nulalternatief wordt daarom niet meegenomen bij de alternatieven. alternatieven onderscheiden: locatiealternatieven, inrichtingsalternatieven en uitvoeringsalternatieven. Na de adviesronde van het ontwerp-MER werd een vierde soort alternatief toegevoegd, nl. een ontsluitingsalternatief.

2.2 Locatiealternatieven Het project betreft specifiek de optimalisatie en uitbreiding van het Frunpark te Wetteren. Er zijn dus geen locatiealternatieven voor het project die voldoen aan de doelstellingen.

2.3 Inrichtingsalternatieven Voor de inrichting op de site zijn er verschillende randvoorwaarden:

• De doorgangen naar het noord- en zuidperceel mogen niet gehypothekeerd worden. Dit om te vermijden dat bij eventuele toekomstige uitbreidingen (zie structuurplan Wetteren) er geen link meer is met het huidig retailpark.

• Voorzien van laad- en loskades achteraan het gebouw om de veiligheid op de site te garanderen • Realisatie van een visueel goed leesbare, een goed bereikbare en duidelijk gestructureerde parking • Deel van het bestaand veilinggebouw behouden wegens vrij recent en in goede staat

Er worden daarom geen inrichtingsalternatieven naar voor geschoven dan het gepland initiatief.

2.4 Uitvoeringsalternatieven Uitvoeringsalternatieven hebben betrekking tot de manier waarop het project zal uitgevoerd worden. Uit de effectbespreking in de verschillende disciplines kunnen andere (en meer milieuvriendelijke) uitvoeringswijzen naar voor komen. Deze worden meegenomen in het MER.

2.1 Ontsluitingsalternatief Voor een project waarbij men een optimale ontsluiting van een bedrijventerrein wil voorzien, kunnen als alternatief bijkomende ontsluitingen voorgesteld worden. Een variant kan er dan in bestaan om het verkeer op een andere manier de site te laten verlaten of anders te leiden, zodat bijvoorbeeld minder overlast op een bepaald punt wordt gerealiseerd.

In samenspraak met AWV is een bijkomend ontsluitingsalternatief uitgewerkt. Dit voorstel zal in het MER voor zover relevant worden aangevuld met een aangepaste inrichting van de projectsite. De effecten

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 4

Projectgerelateerd

worden op gelijke en evenwaardige manier beschreven als het in de kennisgeving opgenomen ontsluitings- en inrichtingsvoorstel.

Per discipline zal dit alternatief besproken worden. In de referentiesituatie zal geen onderscheid gemaakt worden.

Illustratie 2.1: Overzicht ontsluitingsalternatief

Binnen het ontsluitingsalternatief zijn er twee varianten mogelijk. Het betreft varianten waarbij er een verschil is in de te hanteren verhardingsmaterialen (al dan niet waterdoorlatende materialen). In functie van de verhardingsmaterialen zijn de infiltratieoppervlakken van de gracht en de buffervolumes per variant geoptimaliseerd. Beide varianten worden in het MER enkel onderzocht bij de discipline Water.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 5

Projectgerelateerd

3 Projectbeschrijving

3.1 Gepland initiatief - ontwerp-MER dd 28/06/2016)

3.1.1 Algemeen Op basis van de adviezen op het ontwerp-MER van 29/06/2016 werd aan het project een ontsluitingsalternatief toegevoegd met bijhorende aanpassingen aan de inrichting van het projectgebied.

Het project betreft de uitbreiding van het retailpark op de percelen van de groenteveiling. De uitbreiding heeft een bvo van ongeveer 7.300 m³. Het betreft:

 Deel 1 (meest zuidelijk deel): aangezien dit deel niet meer voldoet aan de hedendaagse bouwtechnische normen, zal het aan de hedendaagse normen aangepast worden (afbraak bestaande gebouw en plaatsen nieuw gebouw of renovatie met integratie in nieuw gebouw)

• Deel 2 (tussenruimte): dit deel zal afgebroken worden en er wordt een nieuw gebouw opgericht • Deel 3 (meest noordelijk deel): Aangezien het een recente loods betreft, zal het gebouw behouden blijven en verbouwd worden om te voldoen als retailruimte. Dit deel heeft een bvo van 1.820 m².

• Buffervijver: deze verdwijnt en wordt overbouwd

In totaal zal het nieuwe gebouw een bvo van ongeveer 5.500 m² hebben.

3.1.2 Wateraspecten RWA (regenweerafvoer) en DWA (droogweerafvoer) In functie van de waterhuishouding op eigen terrein worden regenwaterputten voorzien. Er worden twee putten van 5.000 l voorzien, waarin het hemelwater zal worden opgevangen van het volledige terrein. Dit water zal gebruikt worden voor het handelsruimten (onderhoud en spoeling toiletten). In totaal zal er in het project voor 10.000 l aan regenwaterputten voorzien worden. De regenwaterputten zijn in het groen aangeduid op illustratie 3.2. Een overzicht van de RWA-leidingen is gegeven in illustratie 3.1. De RWA- leidingen zijn in groen aangeduid.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 6

Projectgerelateerd

Illustratie 3.1: Overzicht RWA (regenwaterafvoer)-leidingen (groen) gepland initiatief ontwerp-MER

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 7

Projectgerelateerd

Illustratie 3.2: Overzicht regenwaterputten (groen) gepland initiatief ontwerp-MER

Er wordt een infiltratieoppervlakte voorzien van ongeveer 602 m² met een buffervolume van ongeveer 870 m³. De infiltratievoorzieing wordt uitgevoerd als een open infiltratiegracht achter het te realiseren gebouw. Dit is ook het laagste punt van het terrein. Om te kunnen voldoen aan het vereiste volume, dient de gracht te worden uitgevoerd met een nuttige diepte van 1,13 m. Een typedoorsnede doorheen de infiltratievoorziening is weergegeven in Illustratie 3.3. De infiltratievoorziening beschikt over een noodoverlaat, rechtstreeks naar de Vantegembeek of via de RWA-leiding van het Frunpark via de baangracht langs de N9 naar de Vantegembeek.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 8

Projectgerelateerd

Illustratie 3.3: Typedoorsnede infiltratievoorziening gepland initiatief ontwerp-MER

Er wordt ook een gescheiden riolering voorzien. Deze is aangeduid in paars op illustratie 3.4. De DWA- leiding wordt aangesloten op de riolering.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 9

Projectgerelateerd

Illustratie 3.4: Aanduiding DWA (droogweerafvoer)-leiding (paars) gepland initiatief ontwerp-MER

Verharding Behalve de gebouwen wordt volgende verharding voorzien: • De wegenis wordt aangelegd in asfalt. De laad- en loszone en de promenade voor de handelsruimte wordt aangelegd in niet-waterdoorlatende verharding. In totaal betreft het ongeveer 6.970 m².

• Parking: Binnen het projectgebied wordt een totale oppervlakte van ongeveer 3.030 m² voor de parking voorzien. De bezoekers- en personeelsparkeerplaatsen zelf worden uitgevoerd in waterdoorlatende materialen (zie illustratie 3.6). Het betreft een oppervlakte van ongeveer 3.030 m².

In totaal wordt ongeveer 10.000 m² verharding aangelegd waarvan ongeveer 3.030 m² in waterdoorlatende materialen. Een overzicht van de verharding in niet-waterdoorlatende materialen is aangeduid op illustratie 3.5.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 10

Projectgerelateerd

Illustratie 3.5: Overzicht verharding ondoorlatende materialen (blauw) gepland initiatief ontwerp-MER

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 11

Projectgerelateerd

Illustratie 3.6: Verharding: parking in waterdoorlatende materialen (blauw) gepland initiatief ontwerp-MER

3.1.3 Ruimte-inname Handelsruimtes Het projectgebied wordt ingericht, rekening houdende met de voorschriften van de gewestplanbestemming (dienstverleningsgebied) en de bepalingen van het recent aangepaste GRS van Wetteren. De hoofdbestemming van dit ontwerp is een aaneenschakeling van handelsruimten voor ruimtebehoevende grootschalige detailhandel. De totale bvo bedraagt ongeveer 7.300 m² (te behouden gebouwdeel + nieuw te bouwen). De bouwhoogte van de gebouwen ligt tussen ca. 6 m en 9 m (t.o.v. binnenpas te behouden bouwdeel).

Parking Er wordt vanaf de inrit zijde N42 één enkelrichtingrijlus voorzien over het projectgebied tot aan de Oude Heribaan. De parking wordt door middel van 9 dwarse parkeerblokken hierop aangesloten. De parking is zo gelegen voor de handelsruimtes. In totaal worden 207 parkeerplaatsen voorzien:

• 30 parkeerplaatsen voor het personeel aan de zuidzijde van het terrein (groen op illustratie 3.7) • 12 bezoekersparkeerplaatsen voor mindervaliden nabij de ingangen van de handelsruimtes (blauw op illustratie 3.7)

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 12

Projectgerelateerd

• 165 bezoekersparkeerplaatsen (paars op illustratie 3.7) De ligging van de verschillende parkeerplaatsen is aangeduid op Illustratie 3.7. Er zijn op twee plaatsen nabij de ingangen van de handelsruimtes fietsenstallingen voorzien voor een totaal van 36. Deze zijn in het paars weergegeven op illustratie 3.8. Aan de ingang van de winkels zijn een tweetal stationeerplaatsen vorzien voor bezoekers (in- en uitladen).

Illustratie 3.7: Overzicht parkeerplaatsen (paars: bezoekers; blauw: mindervaliden; groen: personeel)

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 13

Projectgerelateerd

Illustratie 3.8: Overzicht fietsenstallingen (paars)

Groenplan In het oosten van het terrein worden groenzones aangelegd. Deze zone is momenteel verhard. De zuidelijke zone, die nu bestaat uit een groene talud, wordt afgegraven en verhard als parking. Zo wordt meteen de aansluiting gemaakt met de aanliggende zuidelijke percelen, die in het GRS aangeduid zijn als te ontwikkelen retailpark. Aan de achterzijde van het gebouw, in de groenzone, wordt de infiltratievoorziening aangelegd. In totaal zal een groen- en blauwoppervlakte ontstaan van ongeveer 4.800 m². Op de parking wordt op regelmatige afstanden langsheen de hoofdrijlus inlandse bomen voorzien. De groenaanleg is aangeduid op illustratie 3.9. De invulling van de groenzones is gelijkaardig aan deze beschreven voor het ontsluitingsalternatief.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 14

Projectgerelateerd

Illustratie 3.9: Overzicht groenaanleg

3.2 Ontsluitingsalternatief

3.2.1 Algemeen Uit de adviesronde kwam naar voor dat een bijkomend ontsluitingsalternatief uitgewerkt moest worden. Dit gebeurde in samenspraak met AWV, de gemeente Wetteren en de deskundige mobiliteit. In dit hoofdstuk wordt het ontsluitingsalternatief met bijhorende inrichting van de projectsite besproken.

Op het vlak van bouwprogramma zijn er geen wijzigingen ten opzichte van het alternatief gepland initiatief ontwerp-MER. Het project betreft de uitbreiding van het retailpark op de percelen van de groenteveiling. De uitbreiding heeft een bvo van ongeveer 7.300 m². In totaal zal het nieuwe gebouw een bvo van ongeveer 5.500 m² hebben.

De belangrijkste kenmerken/aanpassingen van het ontsluitingsalternatief zijn:

 Er worden 3 ingangen voorzien:

 Oude Heerbaan

 N42: enkel rechts-in

 N9

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 15

Projectgerelateerd

 Er worden3 uitgangen voorzien:

 Oude Heerbaan

 N42: enkel rechts-uit

 N9

 Tweerichtingsverkeer tussen bestaande en nieuwe winkels

 Kenmerken toegang Frunpark via Oude Heerbaan

 aansluiting met rotonde

 verbreding Oude Heerbaan tussen rotonde en kruispunt tot 6m

 Kenmerken toegang Frunpark via N42

 rechts-in en rechts-uit: links afslaan onmogelijk (schuin, paaltjes)

 nieuwe afslagstrook

 Kenmerken toegang Frunpark via N9

 inrit McDonald’s (schuin)

 in- en uitrit Ixina

 twee opstelstroken

 Inrichting nieuwe haltehaven bus langs N9

 Aparte toegangen voor fietsers en voetgangers tot de site langs N42 en N9

 Toename aanbod parkeerplaatsen:

 veilingsite: diepte 5 m ipv 5,5 m

 extra parkeerplaatsen Ideal Caravans

 extra parkeerblok

 totaal 476 (ten opzichte van424 in alternatief gepland initiatief ontwerp-MER):

 28 McDonald’s

 208 Frunpark

 240 Veilingsite

 Twee varianten op het vlak van verharding (zie verder)

3.2.2 Wateraspecten Voor het ontsluitingsalternatief zijn twee varianten voorzien wat betreft de verharding van de parkings. In variant 1 wordt de verharding voorzien zoals in het alternatief gepland initiatief ontwerp-MER. In variant 2 wordt de parking volledig in niet-doorlatende verharding aangelegd. Variant 2 wordt opgenomen omdat de zone waar de parkeerplaatsen voorzien worden nu reeds verhard is, en momenteel onvoldoende kan ingeschat worden of het mogelijk zal zijn om op de bestaande ondergrond waterdoorlatende verharding aan te brengen. Eveneens dient opgemerkt te worden dat een waterdoorlatende parking naar onderhoud en stabiliteit minder interessant is.

Beide varianten worden hieronder toegelicht, ze worden verder in het MER enkel vergeleken bij de discipline Water.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 16

Projectgerelateerd

RWA (regenweerafvoer) en DWA (droogweerafvoer) In functie van de waterhuishouding op eigen terrein worden regenwaterputten voorzien. Er worden twee putten van 5.000 l voorzien, waarin het hemelwater zal worden opgevangen van het volledige terrein. Dit water zal gebruikt worden voor het handelsruimten (onderhoud en spoeling toiletten). In totaal zal er in het project voor 10.000 l aan regenwaterputten voorzien worden. De regenwaterputten zijn in het groen aangeduid op illustratie 3.11. Een overzicht van de RWA-leidingen is gegeven in illustratie 3.10. De RWA- leidingen zijn in groen aangeduid.

Dit geldt voor beide varianten.

Illustratie 3.10: Overzicht RWA (regenwaterafvoer)-leidingen(groen) ontsluitingsalternatief

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 17

Projectgerelateerd

Illustratie 3.11: Overzicht regenwaterputten (groen) ontsluitingsalternatief

In variant 1 wordt een infiltratieoppervlakte voorzien van ongeveer 602 m² met een buffervolume van ongeveer 870 m³. De infiltratievoorzieing wordt uitgevoerd als een open infiltratiegracht achter het te realiseren gebouw. Dit is ook het laagste punt van het terrein. Om te kunnen voldoen aan het vereiste volume, dient de gracht te worden uitgevoerd met een nuttige diepte van 1,13 m. Een typedoorsnede doorheen de infiltratievoorziening is weergegeven in illustratie 3.3. De infiltratievoorziening beschikt over een noodoverlaat, rechtstreeks naar de Vantegembeek of via de RWA-leiding van het Frunpark via de baangracht langs de N9 naar de Vantegembeek.

In variant 2 wordt een infiltratieoppervlakte voorzien van ongeveer 690 m² met een buffervolume van ongeveer 960 m³. De infiltratievoorzieing wordt uitgevoerd als een open infiltratiegracht achter het te realiseren gebouw. Dit is ook het laagste punt van het terrein. Om te kunnen voldoen aan het vereiste volume, dient de gracht te worden uitgevoerd met een nuttige diepte van 1,18 m. Een typedoorsnede doorheen de infiltratievoorziening is weergegeven in illustratie 3.12. De infiltratievoorziening beschikt over een noodoverlaat, rechtstreeks naar de Vantegembeek of via de RWA-leiding van het Frunpark via de baangracht langs de N9 naar de Vantegembeek.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 18

Projectgerelateerd

Illustratie 3.12: Typedoorsnede infiltratievoorziening ontsluitingsalternatief, variant 2

In beide varianten wordt ook een gescheiden riolering voorzien. Deze is aangeduid in paars op illustratie 3.13. De DWA-leiding wordt aangesloten op de riolering.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 19

Projectgerelateerd

Illustratie 3.13: Aanduiding DWA (droogweerafvoer)-leiding (paars) ontsluitingsalternatief

Verharding In variant 1 wordt, behalve de gebouwen, volgende verharding voorzien:

 De wegenis wordt aangelegd in asfalt. De laad- en loszone en de promenade voor de handelsruimte wordt aangelegd in niet-waterdoorlatende verharding. In totaal betreft het ongeveer 6.970 m².

 Parking: Binnen het projectgebied wordt een totale oppervlakte van ongeveer 3.030 m² voor de parking voorzien. De bezoekers- en personeelsparkeerplaatsen zelf worden uitgevoerd in waterdoorlatende materialen (zie illustratie 3.6). Het betreft een oppervlakte van ongeveer 3.030 m².

In totaal wordt ongeveer 10.000 m² verharding aangelegd waarvan ongeveer 3.030 m² in waterdoorlatende materialen. Een overzicht van de verharding in niet-waterdoorlatende materialen is aangeduid op illustratie 3.5.

In variant 2 wordt, behalve de gebouwen, volgende verharding voorzien:

 De wegenis wordt aangelegd in asfalt. De parking, de laad- en loszone en de promenade voor de handelsruimte worden aangelegd in niet-waterdoorlatende verharding.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 20

Projectgerelateerd

In totaal wordt ongeveer 10.000 m² verharding aangelegd, volledig in niet-waterdoorlatende materialen. Een overzicht van de verharding in niet-waterdoorlatende materialen is aangeduid op illustratie 3.15.

Illustratie 3.14: Overzicht verharding ondoorlatende materialen (blauw) ontsluitingsalternatief, variant 2

3.2.3 Ruimte-inname Handelsruimtes Het projectgebied wordt ingericht, rekening houdende met de voorschriften van de gewestplanbestemming (dienstverleningsgebied) en de bepalingen van het recent aangepaste GRS van Wetteren. De hoofdbestemming van dit ontwerp is een aaneenschakeling van handelsruimten voor ruimtebehoevende grootschalige detailhandel. De totale bvo bedraagt ongeveer 7.300 m² (te behouden gebouwdeel + nieuw te bouwen). De bouwhoogte van de gebouwen ligt tussen ca. 6 m en 9 m (t.o.v. binnenpas te behouden bouwdeel).

Parking Er wordt vanaf de inrit zijde N42 één mogelijkheid tot doorgang voorzien over het projectgebied tot aan de Oude Heirbaan. De parking wordt door middel van 10 dwarse parkeerblokken hierop aangesloten. De parking is zo gelegen voor de handelsruimtes. In totaal worden 240 parkeerplaatsen voorzien:

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 21

Projectgerelateerd

 37 parkeerplaatsen voor het personeel aan de zuidzijde van het terrein (groen op illustratie 3.15)

 9 bezoekersparkeerplaatsen voor mindervaliden nabij de ingangen van de handelsruimtes (blauw op illustratie 3.15)

 194 bezoekersparkeerplaatsen (paars op illustratie 3.15) De ligging van de verschillende parkeerplaatsen is aangeduid illustratie 3.15. Er zijn op twee plaatsen nabij de ingangen van de handelsruimtes fietsenstallingen voorzien voor een totaal van 42. Deze zijn in het paars weergegeven op illustratie 3.16. Aan de ingang van de winkels zijn een tweetal stationeerplaatsen voorzien voor bezoekers (in- en uitladen).

Illustratie 3.15: Overzicht parkeerplaatsen (paars: bezoekers; blauw: mindervaliden; groen: personeel) ontsluitingsalternatief

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 22

Projectgerelateerd

Illustratie 3.16: Overzicht fietsenstallingen (paars) ontsluitingsalternatief

Groenplan In het oosten van het terrein worden groenzones aangelegd. Deze zone is momenteel verhard. De zuidelijke zone, die nu bestaat uit een groene talud, wordt afgegraven en verhard als parking. Zo wordt meteen de aansluiting gemaakt met de aanliggende zuidelijke percelen, die in het GRS aangeduid zijn als te ontwikkelen retailpark. Aan de achterzijde van het gebouw, in de groenzone, wordt de infiltratievoorziening aangelegd. In totaal zal een groen- en blauwoppervlakte ontstaan van ongeveer 4.800 m². Op de parking wordt op regelmatige afstanden langsheen de hoofdrijlus inlandse bomen voorzien. De invulling van de groenzones is als volgt:

 langsheen de hoofdcirculatieweg: een rij inheemse bomen in de borders naast de parkeerplaatsen waardoor het hoofdcirculatietraject wordt beklemtoond

 strook agrarisch gebied aan oostzijde: invulling met inheemse struiken;

 rondom het infiltratiebekken: grassen;

 in de overige borders en randen van de site: lage grassen.

De groenaanleg is aangeduid op illustratie 3.17.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 23

Projectgerelateerd

Illustratie 3.17: Overzicht groenaanleg ontsluitingsalternatief

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 24

Projectgerelateerd

4 Referentiesituatie

4.1 Discipline Mens – mobiliteit Voetgangers De in beschouwing genomen wegen binnen het studiegebied zijn niet uitgerust met voetpaden. Oversteekvoorzieningen zijn enkel ter hoogte van het kruispunt van de N9 met de N42 aanwezig. De oversteekvoorzieningen zijn er wel beveiligd binnen de verkeerslichten. De oversteekvoorzieningen leiden naar een fietspad of grasberm, en dus niet naar voetpaden. Op de site zijn voetgangersvoorzieningen aanwezig. Echter, deze vormen geen aaneengesloten netwerk.

Fietsers De wegen in de omgeving van het Frunpark zijn langs beide zijden uitgerust met fietspaden. Er zijn geen specifieke toegangen voor fietsers voorzien vanaf de N9, N42 en Oude Heerbaan naar de site. Fietsers maken dus gemengd met het gemotoriseerd verkeer gebruik van de in- en uitritten van het Frunpark. Op de site zelf zijn geen fietsvoorzieningen aanwezig.

Openbaar vervoer Het Frunpark is moeilijk bereikbaar met de trein omwille van de te grote afstand tot de meest nabij gelegen treinstations. Er is wel een busverbinding met deze stations. Het dichtstbijzijnde treinstation is het station Wetteren op ca. 3,6 km wandelafstand ten noordoosten van het projectgebied. De omgeving van het plangebied wordt bediend door volgende buslijnen:

 Buslijn 28 Gent – Melle -

 Buslijn 46 – Wetteren

 Buslijn 94 Gent - Aalst

 Buslijn 96 Gent - Aalst

 Belbuslijn 130 – Wetteren –

Gemotoriseerd verkeer De grootste verkeersstromen op het Bourgondisch Kruis manifesteren zich tussen de N42 en de N417 en tussen de N42 En de N9. De drukste stroom gaat van de N42 naar de N417 richting de kern van Wetteren met een intensiteit van 604 pae/u op vrijdag. De drukste verkeerstak is de N42 met 1.808 pae/u, gevolgd door de N417 met 1.224 pae/u en de N9 Oost met 1.114 pae/u. Het westelijk deel van de N9 krijgt opvallend minder verkeer te verwerken.

Ter hoogte van het kruispunt van de N42 met de Oude Heerbaan heeft de drukste verkeersstroom van zuid naar noord een intensiteit van 958 pae/u op vrijdag en 875 pae/u op zaterdag. De totale intensiteit op de N42 ligt op zaterdag ongeveer 100 pae/u lager dan op vrijdag.

4.2 Discipline Geluid en trillingen Er zijn ambulante metingen uitgevoerd in het kader van het project-MER. Op basis daarvan kan het “geluidsklimaat” in beeld gebracht worden. Buiten meetplaats 1 (zuidwestelijke hoek van de huidige veiling) wordt het geluidsklimaat door wegverkeer beïnvloed. Op enige afstand van een drukke weg zal het geluidsniveau eerder monotoon zijn (permanent achtergrondniveau zonder duidelijke individuele

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 25

Projectgerelateerd

passages), terwijl vlak naast een minder drukke lokale weg het geluidsklimaat duidelijk zal zijn opgebouwd uit afzonderlijke passages.

4.3 Discipline Lucht Er zijn geen meetpunten van VMM aanwezig in de onmiddellijke omgeving van het projectgebied. VITO en VMM ontwikkelden eveneens een applicatie Atmosys waarmee ieder jaar een overzichtskaart van de luchtkwaliteit in België kan worden weergeven. De kaarten laten zien dat steden en drukke verkeersaders, hotspots zijn voor luchtvervuilende stoffen zoals stikstofdioxide en fijn stof. Op deze kaarten zijn duidelijke verhogingen ter hoogte van de ontsluitingswegen van het project merkbaar.

4.4 Discipline Bodem Gezien het projectgebied ondertussen bijna volledig verhard is, zal het bodemprofiel door het ingrijpen van de mens vernietigd zijn.

In het kader van de overdracht van gronden (verkoop) is in 2012 een oriënterend bodemondrzoek uitgevoerd. Er werd in het kader hiervan een staalname uitgevoerd en analyse gedaan voor zowel grond als grondwater. Er is geen overschrijding van de richtwaarde vastgesteld.

4.5 Discipline Water Ten zuidoosten van het projectgebied loopt de Vantegembeek. Ter hoogte van het projectgebied is het een niet-geclasseerde waterloop. Ten noorden van de N9 wordt het een waterloop van tweede categorie. Er zijn geen andere waterlopen in de onmiddelijke omgeving van het projectgebied.

Volgens de watertoetskaart van 2014, is in het projectgebied geen overstromingsgevoelig gebied gelegen. Ten zuidoosten van het projectgebied, rond de Vantegembeek, is een beperkte zone aangeduid als mogelijk overstromingsgevoelig. Er zijn geen recent overstroomde gebieden gelegen in de ruime omgeving van het projectgebied.

4.6 Discipline Fauna en flora Er liggen geen vogelrichtlijngebieden op relevante afstand van het projectgebied. Het dichtstbijzijnde habitatrichtlijngebied is BE2300044 ‘Bossen van het zuidoosten van de Zandleemstreek’ met deelgebieden op minstens 3 km van het projectgebied. Op ca. 1,8 km ten zuiden ligt het VEN-gebied 217 ‘De Oosterzeelse bossen’. Ook in het westen liggen deelgebieden van dit VEN-gebied.

Het projectgebied wordt voornamelijk aangeduid als biologisch minder waardevol industriegebied. Een talud in het zuiden van het projectgebied is aangeduid als biologisch waardevol met verruigd grasland met beperkte opslag van struiken en bomen. In de directe omgeving van het projectgebied zijn geen habitattypes gesitueerd volgens de biologische waarderingskaart.

Het projectgebied zelf is niet aantrekkelijk voor fauna, aangezien het een voor het grootste deel verhard bedrijventerrein is. Er worden dan ook geen waardevolle soorten verwacht.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 26

Projectgerelateerd

4.7 Discipline Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie In het studiegebied bevinden zich geen beschermde landschappen. In het studiegebied bevindt zich ‘Hof ten Hondert’. Dit is een beschermd monument en dorpsgezicht sinds 1988. Het woonhuis, de hofgevels van het koetsgebouw en de stal zijn beschermd als monument, de overige gevels en bedaking van het koetsgebouw en de stal en de binnenhof met inbegrip van de omwalling zijn beschermd als dorpsgezicht.

4.8 Discipline Mens – overige aspecten In het projectgebied situeren zich officieel 2 buurtwegen. Het betreft:

 Voetweg nr 228 aan de oostelijke rand. Deze voetweg heeft een breedte van 1 m.

 Buurtweg nr. 6: Deze zou een breedte van 9,6 m hebben. Echter in realiteit blijkt deze overbouwd te zijn.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 27

Projectgerelateerd

5 Effectbespreking

5.1 Discipline Mens – mobiliteit

5.1.1 Aanlegfase De effectbespreking van het ontsluitingsalternatief is voor de aanlegfase grotendeels gelijk aan die van het gepland initiatief dd 28/06/2016.

Tijdens de fase van de grondwerken worden het grootst aantal vrachtbewegingen verwacht. Gezien het aan- en afrijden verspreid over de dag zal gebeuren, kan worden aangenomen dat er 2 vrachtbewegingen per uur zullen plaatsvinden. Ten aanzien van de huidige verkeersstromen kan worden besloten dat de toename van het werfverkeer geen effect zal hebben op het huidig verkeerskundig functioneren van de Oude Heerbaan, N42 en N9.

Het werfverkeer zal gebruik maken van de huidige ontsluitingsstructuur, en zal dus aan- en afrijden langsheen de Oude Heerbaan, N42 en N9. Ook kan het werfverkeer langsheen de huidige site rijden. Hierdoor kunnen conflicten ontstaan tussen de bezoekers van de aanwezige winkels en het werfverkeer.

5.1.2 Exploitatiefase Gepland initiatief – ontwerp-MER 28/06/2016 Voetgangers Rekening houdend met de beperkingen in de ontsluitingsstructuur van de referentiesituatie wordt de structuur van het voetgangersnetwerk van het plan als beperkt negatief beoordeeld. Voornamelijk het ontbreken van een continue voetgangersstructuur tussen het bestaande Frunpark en de uitbreiding zorgt voor beperkingen van het voetgangersnetwerk, en dit zowel op de parking als in relatie tot de N9 en N42, waar eveneens de relatie wordt gemaakt met de haltes van het openbaar voervoer.

Gezien het eerder beperkt aantal locaties met markeringen van de gewenste looproutes, wordt de kwaliteit van de voetgangersinfrastructuur, leesbaarheid en verkeersveiligheid als beperkt negatief beoordeeld.

Fietsers De uitbreiding van het Frunpark voorziet met uitzondering van de inrit langsheen de N42, geen wijzigingen in de fietsinfrastructuur. Het ontbreken van fietsvoorzieningen op de site kan leiden tot onveilige verkeerssituaties voor fietsers. De verkeersveiligheid en fietsinfrastructuur voor fietsers wordt bijgevolg beperkt negatief beoordeeld.

Openbaar vervoer Het project voorziet geen wijzigingen aan de openbaar vervoersvoorzieningen en haltes. De verkeers(on)veiligheid nabij en aan de bushaltes wijzigt ten aanzien van de referentiesituatie niet. Bijgevolg wordt de verkeersveiligheid en kwaliteit en bediening van de haltes nabij en op de haltes als neutraal beoordeeld.

Auto- en vrachtverkeer De gewijzigde ontsluitingsstructuur en de herinrichting van de inrit langsheen de N42 Oosterzelesteenweg dragen bij tot een optimalisatie van de wegstructuur. Bijgevolg wordt dit aspect als positief beoordeeld.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 28

Projectgerelateerd

Het voorziene parkeeraanbod van 190 parkeerplaatsen voor een verkeersgeneratie van 100 wagens per spitsuur (attractie en productie) is meer dan voldoende gezien het ruimtebehoevende grootschalige detailhandel betreft.

Het aan- en afrijden van de laad- en loszone gebeurt langsheen de parking. Het gecombineerd gebruik van de wegenis door voetgangers, fietsers, autoverkeer en (manoeuvrerend) vrachtverkeer kan leiden tot onveilige verkeerssituaties.

• Functioneren kruispunten: o Kruispunt N9-N42: De wachtrijlengte is zowel tijdens een vrijdag als een zaterdag het langst langsheen de N42, met respectievelijk 129 m en 125 m. De verliestijden zijn het grootst op de N9 met gemiddeld 30 tot 35 seconden. De toename van de wachtrijlengtes en de verliestijden zijn t.a.v. de referentiesituatie beperkt. De verkeersafwikkeling van het kruispunt N9 met de N42 wordt dus neutraal beoordeeld. o Kruispunt N42 – Opude heirbaan: De verzadigingsgraden in de Oude Heerbaan gaan sterk boven de kristische grens van 80% en stijgen t.a.v. de referentiesituatie tot 50%- punten. De evaluatie geeft ook aan dat er lange wachtrijen en verliestijden zullen optreden. De verkeersafwikkeling van het kruispunt N42 met de Oude Heerbaan wordt dus aanzienlijk negatief beoordeeld. o Kruispunt N9 – noordoostelijke toegang: Er kan dus verwacht worden dat in werkelijkheid het uitrijden van de parking van het Frunpark iets moeilijker zal verlopen. Echter, gezien de eerder lage verzadigingsgraden kan verwacht worden dat verkeersafwikkeling steeds wordt gegarandeerd.

5.1.3 Exploitatiefase Ontsluitingsalternatief Voetgangers Rekening houdend met de voorziene voetgangersstructuur binnen de uitbreiding van de site en de aanpassingen aan de ontsluitingsstructuur van de referentiesituatie wordt de structuur van het voetgangersnetwerk van het plan als beperkt positief beoordeeld. Er wordt een continue voetgangersstructuur gecreëerd tussen het bestaande Frunpark en de uitbreiding, en de relatie met de N9, N42 en de bushaltes wordt verbeterd.

Gezien de ruim gedimensioneerde voetpaden, en de markeringen van de gewenste looproutes, wordt de kwaliteit van de voetgangersinfrastructuur als beperkt positief beoordeeld

Fietsers De uitbreiding van het Frunpark voorziet met uitzondering van de inrit langsheen de N42 en de aparte toegangen langs de N42 en N9, geen wijzigingen in de fietsinfrastructuur. Ter hoogte van de inrit langs de N42 wordt het fietspad uitgebogen. Het fietspad krijgt een breedte van 1,62 m. Uit het inrichtingsplan valt niet onmiddellijk af te leiden welke boogstralen zijn gehanteerd bij de asverschuiving van het fietspad. Het vademecum fietsvoorzieningen geeft aan dat bij een verleggingen van de as een bocht met binnenstraal van 10 m aanbevolen is. Bij een fietspad van 1,75 m wordt dit een buitenstraal van 11,62 m. Het vademecum geeft ook nog aan dat bij de aanleg van asverschuivingen van het fietspad hoeken dienen vermeden te worden. De aanwezigheid van hoeken beperkt het comfort van de fietser.

De kwaliteit van de fietsinfrastructuur wordt als beperkt negatief beoordeeld.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 29

Projectgerelateerd

Openbaar vervoer Het project voorziet een haltehaven ter hoogte van de bushalte op de N9 richting Aalst, wat de kwaliteit van de bushalte verbetert. Dit aspect wordt dus positief beoordeeld. Gezien er geen wijzigingen zijn aan de bediening van de haltes, wordt de bediening van de haltes als neutraal beoordeeld.

Auto- en vrachtverkeer De ontsluitingsstructuur van de site is geënt op zowel de N42 Oosterzelesteenweg als de N9 Brusselsesteenweg, respectievelijk geselecteerd als primaire weg type II en secundaire weg type II.

Bij de uitbreiding van de site zal de ontsluitingsstructuur wijzigen. De gewijzigde ontsluitingsstructuur resulteert in meer leesbare en heldere aan- en afrijroutes. In combinatie met de gewijzigde ontsluitingsstructuur worden de inrit langsheen de N42 en Oude Heerbaan heringericht. De herinrichting langs de N42 biedt de mogelijkheid dat het inrijdend verkeer gebruik kan maken van een voorsorteerstrook en zo, zonder het achteropkomend verkeer te hinderen, de site kan oprijden. De herinrichting van de Oude Heerbaan omvat een verbreding van een deel van de Oude Heerbaan en de aanleg van een rotonde als intern knooppunt voor de aansluiting van het Frunpark, Spar en Dora Flora. De verbreding van de Oude Heerbaan zorgt ervoor dat vrachtwagens elkaar vlot kunnen passeren en verhoogt de verkeersveiligheid. De verbreding wordt uitgevoerd op het terrein van Spar, de voortuinen van de woningen blijven ongeschonden. De rotonde verzamelt de stromen van Spar, Dora Flora en het Frunpark om ze gestructureerd af te wikkelen op de Oude Heerbaan.

De gewijzigde ontsluitingsstructuur en de herinrichting van de inrit langsheen de N42 en Oude Heerbaan dragen bij tot een optimalisatie van de wegstructuur. Bijgevolg wordt dit aspect als positief beoordeeld.

De parkeerbalans geeft aan dat het totale parkeeraanbod voldoet om de totale parkeerbehoefte (huidig + uitbreiding) op te vangen. Er kan dus verwacht worden dat er geen parkeereffecten optreden. Het parkeren wordt bijgevolg als neutraal beoordeeld.

Het aan- en afrijden van de laad- en loszone gebeurt via de Oude Heerbaan zodat het vrachtverkeer zo weinig mogelijk in conflict kan komen met voetgangers en fietsers. Het vrachtverkeer wordt aan de hand van signalisatie van en naar de Oude Heerbaan geleid. Parkeermanoeuvres van wagens en manoeuvreerbewegingen van vrachtwagens kunnen wel leiden tot conflicten.

Gezien de potentieel onveilige verkeerssituaties wordt het aspect laden en lossen als beperkt negatief beoordeeld.

• Functioneren kruispunten: o Kruispunt N9-N42: De verzadigingsgraad stijgt ten aanzien van de referentiesituatie op vrijdag met 5 à 10%-punten op de N417, met een verzadigingsgraad van 80%. Op zaterdag stijgt de verzadigingsgraad met 10 à 20%-punten op de N417, met een verzadigingsgraad <80%. De verkeersafwikkeling van het kruispunt N9 met de N42 wordt beperkt negatief beoordeeld. o Kruispunt N42 – Opude heirbaan: Bij de berekening van de capaciteit van het kruispunt van de N42 met de Oude Heerbaan is uitgegaan van de huidige inrichting en voorrangsregeling van het kruispunt. De verzadigingsgraden stijgen met iets meer dan 20%-punten ten opzichte van de referentiesituatie als gevolg van het sluiten van de uitrit op de N42 richting de E40 en de locatie van de nieuwe uitbreiding met parkeergelegenheid nabij de Oude Heerbaan. De verzadigingsgraden in de Oude Heerbaan gaan echter niet boven de kritische grens van 80%.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 30

Projectgerelateerd

o De verkeersafwikkeling van het kruispunt N42 met de Oude Heerbaan wordt dus beperkt negatief beoordeeld. De verzadigingsgraden aan de noordelijke toegang stijgen t.a.v. de referentiesituatie met maximaal 11%-punten en blijven onder de kristische grens van 80%.Het mogelijke effect van de wachtrij langsheen de N9 naar de verkeerslichten toe, is binnen deze capaciteitsanalyse niet in rekening gebracht. Er kan dus verwacht worden dat in werkelijkheid het uitrijden van de parking van het Frunpark iets moeilijker zal verlopen. De verkeersafwikkeling van het kruispunt N9 met de Noordoostelijke toegang wordt beperkt negatief beoordeeld.

5.2 Discipline Geluid en trillingen

5.2.1 Aanlegfase De effectbespreking van het ontsluitingsalternatief is voor de aanlegfase gelijk aan die van het gepland initiatief dd 28/06/2016.

Wat vrachtwagens betreft die instaan voor leveringen kan aangenomen worden dat wanneer deze de hoofdbaan bereiken, de toename van het wegverkeer niet zal opwegen t.o.v. het verkeer in de referentiesituatie. Daarnaast is het effect van korte duur waardoor dit verwaarloosbaar is. Er kan aangenomen worden dat er ter hoogte van de zuidelijke woningen geluidsniveaus van boven de 60 dB(A) afkomstig van de werkzaamheden kunnen optreden maar de effecten zijn tijdelijk en de werken zullen enkel overdag plaatsvinden. Het effect is beperkt negatief.

5.2.2 Exploitatiefase Gepland initiatief – ontwerp-MER 28/06/2016 De geluidsimpact tijdens de aanlegfase is beperkt en van korte duur, waardoor het effect beperkt negatief kan worden beschouwd tijdens de aanlegfase. In de exploitatiefase zal het geluidsklimaat veranderen door wijzigingen in het verkeer. Op basis van het beoordelingskader geldt louter voor de impact van het verkeersgeluid een effectscore van beperkt negatief (-1) op de Oude Heerbaan op het wegsegment tot aan de inrit van het bedrijventerrein. Op de overige wegsegmenten wordt het effect neutraal (0) beoordeeld.

5.2.3 Exploitatiefase Ontsluitingsalternatief De geluidsimpact tijdens de aanlegfase is beperkt en van korte duur, waardoor het effect beperkt negatief kan worden beschouwd tijdens de aanlegfase. In de exploitatiefase zal het geluidsklimaat veranderen door wijzigingen in het verkeer. De grootste wijziging is net zoals in het gepland alternatief te verwachten ter hoogte van de Oude Heerbaan maar op basis van het beoordelingskader wordt het effect in het ontsluitingsalternatief neutraal (0) beoordeeld.

5.3 Discipline Lucht

5.3.1 Aanlegfase De effectbespreking van het ontsluitingsalternatief is voor de aanlegfase gelijk aan die van het gepland initiatief dd 28/06/2016.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 31

Projectgerelateerd

In functie van het project is nagegaan wat het aantal vrachtbewegingen voor de aanlegfase zal inhouden. Voor de sloopfase worden gedurende 2 maanden gemiddeld 4 vrachtwagenbewegingen per werkdag verwacht. Voor de grondverzetfase worden gedurende 5 maanden gemiddeld 15 vrachtbewegingen per werkdag verwacht. Voor de realisatie van het project of het aanleveren van de bouwmaterialen worden gedurende 3 maanden gemiddeld 6 vrachtwagenbewegingen per dag verwacht.

Aangezien het hier gaat om een beperkt aantal werkvoertuigen, zullen de werken geen significante invloed hebben op de luchtkwaliteit.

Gedurende de werkzaamheden kan er opwaaiend stof voorkomen. Deze emissie is in functie van tal van factoren dat deze nauwelijks kan ingeschat worden. Aangezien het terrein quasi volledig is verhard zal het effect niet bepalend zijn.

5.3.2 Exploitatiefase Gepland initiatief – ontwerp-MER 28/06/2016 De effectbepaling is gebeurd met behulp van het model CAR-Vlaanderen III. Er is gerekend met de emissiefactoren voor 2015 en 2020.

Op basis de berekeningen kan geconcludeerd worden dat voor zowel het rekenjaar 2020 als 2015 er maximaal een beperkt negatieve impact zal zijn ten gevolge van het project. Dit ter hoogte van de Oude Heerbaan en de Brusselsesteenweg (ter hoogte van het bedrijventerrein).

Op de N42 wordt de milieukwaliteitsnorm, in het rekenjaar 2015, ter hoogte van de woningen voor 80 % (32 µg/m³) ingenomen. Het effect van het voorliggende project is hier echter verwaarloosbaar.

5.3.3 Exploitatiefase Ontsluitingsalternatief De effectbepaling is gebeurd met behulp van het model CAR Vlaanderen III. Er is gerekend met de emissiefactoren voor 2015 en 2020.

Op basis van bovenstaande bepaling kan aangenomen worden dat voor het rekenjaar 2015 een beperkte impact (-1) ter hoogte van de Oude Heerbaan (segment A) en voor het rekenjaar 2020 geen aantoonbare impact (0) zal zijn ten gevolge van het project.

Op de N42 wordt de milieukwaliteitsnorm, in het rekenjaar 2015, ter hoogte van de woningen voor 80 % (32 µg/m³) ingenomen. Het effect van het voorliggende project is hier echter verwaarloosbaar.

5.4 Discipline Bodem

5.4.1 Aanlegfase De effectbespreking van het ontsluitingsalternatief is voor de aanlegfase grotendeels gelijk aan die van het gepland initiatief dd 28/06/2016.

De locatie waar de werken zullen worden uitgevoerd, betreffen een verstoorde bodem. Er zijn immers eerder reeds graafwerken uitgevoerd voor de bouw van de bestaande infrastructuur en parking. Door het gepland initiatief zal er geen bijkomende bodem verstoord worden. Het effect is neutraal.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 32

Projectgerelateerd

Uit een recent oriënterend bodemonderzoek blijkt geen overschrijding van de richtwaarde op het terrein. Er wordt dan ook niet verwacht dat er verontreiniging aanwezig is.

5.4.2 Exploitatiefase Gepland initiatief – ontwerp-MER 28/06/2016

Op het terrein komt een winkelcentrum met parkeergelegenheid en loskades voor leveringen. In verband met bodemkwaliteit is het mogelijk dat er calamiteiten optreden ten gevolge van verkeersongevallen op de asfaltstroken (parkeergelegenheid, loskades en aan- en afrijstroken). Bij een calamiteit wordt de bodemkwaliteit slechts beperkt beïnvloed doordat het voor het merendeel over personenwagens gaat. Deze hebben geen vervuilende lading die kan lekken. Enkel een beperkte hoeveelheid motorolie of brandstof kan bij een ongeval in de ondergrond terecht komen.

5.4.3 Exploitatiefase Ontsluitingsalternatief De effectbespreking van het ontsluitingsalternatief is zowel voor de aanlegfase als voor de exploitatiefase gelijk aan die van het gepland initiatief dd 28/06/2016.

5.5 Discipline Water

5.5.1 Aanlegfase De effectbespreking van het ontsluitingsalternatief is voor de aanlegfase gelijk aan die van het gepland initiatief dd 28/06/2016.

Gezien de beperkte uitgravingen die noodzakelijk zijn voor de funderingen van gebouwen en parking, zal geen bemaling noodzakelijk zijn. Er wordt dan ook geen effect verwacht op de grondwaterkwantiteit.

Gedurende de aanlegfase kan pollutie van het grondwater optreden door bijvoorbeeld defecten aan machines. Bij goed onderhoud en regelmatige controle van het gebruikte materiaal kan dan ook aangenomen worden dat er geen defecten aan de machines zullen zijn die een verontreiniging van het grond- en oppervlaktewater veroorzaken.

5.5.2 Exploitatiefase Gepland initiatief – ontwerp-MER 28/06/2016 Er wordt voorzien in hemelwaterputten voor 10.000 l. Dat is conform de stedenbouwkundige verordening. De bodem ter hoogte van het projectgebied is infiltratiegevoelig volgens de watertoetskaart. Er wordt daarom van uitgegaan dat met infiltratievoorzieningen kan gewerkt worden. De infiltratievoorziening bestaat uit een gracht in het zuidoosten van het projectgebied. De gracht heeft een infiltratieoppervlakte van 602 m² en een buffervolume van 870 m³. Bij een retourperiode van 20 jaar wordt een piekafvoer gerealiseerd van ongeveer 317 m³ (afstroomoppervlakte van 1,7 ha). Er is een lichte vermindering van de verharde oppervlakte en er wordt voorzien in voldoende buffering om piekafvoeren van regenbuien met een retourperiode van 20 jaar op te vangen. Dit is een verbetering ten opzichte van de referentiesituatie. Hierdoor zal het overstromingsrisico in de onmiddellijke omgeving van het projectgebied verbeteren en daarmee samenhangend ook in de Vantegembeek.

Er wordt een volledig gescheiden rioleringsstelsel aangelegd voor hemel- en afvalwater. Deze aanpassing wordt dan ook als positief beoordeeld ten opzichte van de referentiesituatie. Een contaminatie van het oppervlaktewater kan mogelijk wel plaatsvinden via de afstroming van hemelwater van de wegenis. Het

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 33

Projectgerelateerd

risico op contaminatie is veeleer beperkt, waardoor het effect als beperkt negatief beoordeeld wordt. De vuilvracht naar het RWZI door het gepland initiatief zal niet wijzigen ten opzichte van de referentiesituatie. Het effect is neutraal.

De parkings worden aangelegd in waterdoorlatende materialen. De mogelijkheid van incidenten (lek van olie bij geparkeerde wagen) kan niet uitgesloten worden. De wagens staan daar nooit voor lange periodes waardoor het risico op voorkomen beperkt is. Het effect is beperkt negatief (-1).

5.5.3 Exploitatiefase Ontsluitingsalternatief Voor het ontsluitingsalternatief zijn twee varianten voorzien wat betreft de verharding van de parkings. In variant 1 wordt de verharding voorzien zoals in het alternatief gepland initiatief ontwerp-MER. In variant 2 wordt de parking volledig in niet-doorlatende verharding aangelegd. Variant 2 wordt opgenomen omdat de zone waar de parkeerplaatsen voorzien worden nu reeds verhard is, en momenteel onvoldoende kan ingeschat worden of het mogelijk zal zijn om op de bestaande ondergrond waterdoorlatende verharding aan te brengen. Eveneens dient opgemerkt te worden dat een waterdoorlatende parking naar onderhoud en stabiliteit minder interessant is.

De effectbespreking van het ontsluitingsalternatief is afhankelijk van de variant. De infiltratieoppervlakken van de gracht en de buffervolumes zijn per variant wel geoptimaliseerd. Waar nodig wordt in de effectbespreking een duidelijk onderscheid gemaakt tussen deze varianten.

Er wordt ook in dit alternatief (beide varianten) voorzien in hemelwaterputten voor 10.000 l. Dat is conform de stedenbouwkundige verordening.

De bodem ter hoogte van het projectgebied is infiltratiegevoelig volgens de watertoetskaart. Er wordt daarom van uitgegaan dat met infiltratievoorzieningen kan gewerkt worden. De infiltratievoorziening verschilt voor beide varianten.

Infiltratievoorziening Variant 1 De infiltratievoorziening bestaat uit een gracht in het zuidoosten van het projectgebied. De gracht heeft een infiltratieoppervlakte van 602 m² en een buffervolume van 870 m³. Dit is gelijk aan deze in alternatief gepland initiatief ontwerp-MER. Ook de verharde oppervlakte is gelijk, waardoor ook de effectbespreking en –beoordeling hetzelfde is.

Infiltratievoorziening Variant 2 De infiltratievoorziening bestaat uit een gracht in het zuidoosten van het projectgebied. De gracht heeft een infiltratieoppervlakte van 690 m² en een buffervolume van 960 m³. Rekening houdend met de verharde oppervlakte dient de infiltratie-/buffervoorziening een oppervlakte te hebben van 689 m² en een volume van 431 m³. De infiltratieoppervlakte is ongeveer gelijk aan wat voorgeschreven wordt door de provincie, het buffervolume is ruim voldoende. De provincie vraagt wel om de infiltratievoorziening niet dieper dan 90 cm te maken. Deze is nu dieper voorzien. Er is immers weinig informatie beschikbaar over de huidige grondwaterstanden in het projectgebied. Bij een retourperiode van 20 jaar wordt een piekafvoer gerealiseerd van ongeveer 329 m³ (afstroomoppervlakte van 1,7 ha). Het toegelaten lozingsdebiet in de Vantegembeek is 20 l/s/ha. Aangezien er een infiltratievoorziening met een buffervolume van 960 m³ aanwezig is, zal dit voldoende zijn om hieraan te voldoen.

Er wordt in beide varianten een infiltratievoorziening aangelegd zodat het afstromende water kan infiltreren naar het grondwater. Aangezien de verharde oppervlakte vermindert en er een voldoende grote buffer aanwezig is om piekafvoeren van regenbuien met een retourperiode van 20 jaar op te vangen, is het effect in beide varianten neutraal. Dit is een verbetering ten opzichte van de referentiesituatie.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 34

Projectgerelateerd

Hierdoor zal het overstromingsrisico in de onmiddellijke omgeving van het projectgebied verbeteren en daarmee samenhangend ook in de Vantegembeek.

Er wordt een volledig gescheiden rioleringsstelsel aangelegd voor hemel- en afvalwater. Deze aanpassing wordt dan ook als positief beoordeeld ten opzichte van de referentiesituatie. Een contaminatie van het oppervlaktewater kan mogelijk wel plaatsvinden via de afstroming van hemelwater van de wegenis. Het risico op contaminatie is veeleer beperkt, waardoor het effect in beide varianten als beperkt negatief beoordeeld wordt.

De vuilvracht naar het RWZI door het gepland initiatief zal niet wijzigen ten opzichte van de referentiesituatie. Het effect is voor beide varianten neutraal.

5.6 Discipline Fauna en flora

5.6.1 Aanlegfase De effectbespreking van het ontsluitingsalternatief is voor de aanlegfase grotendeels gelijk aan die van het gepland initiatief dd 28/06/2016. De oppervlaktes groenzones die verdwijnen en zullen worden aangelegd zijn gelijkaardig.

De zuidelijke groene talud wordt afgegraven en verhard als parking. De buffervijver in het noorden verdwijnt en wordt overbouwd. In het oosten van het terrein worden groenzones en een infiltratievoorziening aangelegd op terrein dat in de huidige situatie verhard is. In totaal zal een groen- blauwoppervlak ontstaan van ca. 4.800 m2, in vergelijking met 4.165 m2 in de huidige situatie. De groenblauwe oppervlakte vermeerdert dus met ongeveer 15%. Op de parking zullen bovendien inlandse bomen aangeplant worden. Het verlies aan waardevolle vegetatie op de talud wordt dus gecompenseerd en het effect wordt neutraal (0) ingeschat.

5.6.2 Exploitatiefase Door verwijdering van de talud met verruigd grasland en beperkte opslag van struiken en bomen gaat een mogelijk leefgebied voor o.a. kleine zoogdieren en vogels verloren. Hier zijn echter geen waardevolle faunasoorten aanwezig. In het oosten wordt bovendien een voordien verharde zone ingericht als groene buffer, grotendeels aansluitend aan het omliggend akkerland, welke een nieuwe mogelijk leefgebied kan zijn. Het effect op fauna is neutraal (0). Ook door het verkeer worden geen effecten verwacht, aangezien er geen waardevolle soorten aanwezig zijn.

De effectbespreking van het ontsluitingsalternatief is zowel voor de aanlegfase als voor de exploitatiefase grotendeels gelijk aan die van het gepland initiatief dd 28/06/2016. De oppervlaktes groenzones die verdwijnen en zullen worden aangelegd zijn gelijkaardig.

5.7 Discipline Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie Door de versterking van de bestaande functie als retailpark wordt het effect op het landgebruik als beperkt positief beoordeeld (+1). Het huidige gebouw wordt deels vervangen door een nieuw gebouw met gelijkaardige hoogte. De locatie van de gebouwen wijzigt minimaal. De groenzone wordt uitgebreid en komt volledig aan de oostelijke zijde van het projectgebied. Deze groenzone, rekening houdende met de buffer – en infiltratieaspecten van water en de voorschriften van de brandweer, zal worden ingevuld met

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 35

Projectgerelateerd

streekeigen struikgewas. Dit is op de overgang naar het platteland. De impact op beeld en beleving wordt beoordeeld als neutraal (0).

In het studiegebied is cultuurhistorisch erfgoed aanwezig. Het betreft hoeve Hof ten Hondert op ca. 100 m ten zuiden van het projectgebied. Deze hoeve is echter door een groot groenscherm redelijk afgesloten van het omliggende landschap. Een minimale wijziging aan het gebouw in het projectgebied heeft dan ook geen impact op de erfgoedwaarde van de hoeve. Het effect op erfgoedwaarden wordt als neutraal beoordeeld (0).

De effectbespreking van het ontsluitingsalternatief is zowel voor de aanlegfase als voor de exploitatiefase gelijk aan die van het gepland initiatief dd 28/06/2016.

5.8 Discipline Mens – overige aspecten

5.8.1 Aanlegfase Er kan aangenomen worden dat er bij de aanlegfase gedurende de werkzaamheden een verhoging zal zijn in het geluidsniveau. Er dient echter wel opgemerkt te worden dat de geluidsbronnen enkel tijdens de dagperiode (7u – 19u) verwacht worden. Naar verwachting zal deze fase met afbraak werkzaamheden en graafwerken met hoge geluidsniveaus hoogstens enkele weken in beslag nemen.

Het effect hiervan is beperkt negatief.

5.8.2 Exploitatiefase Gepland initiatief – ontwerp-MER 28/06/2016 Ter hoogte van de Oude Heerbaan is de stijging van het geluidsniveau het grootst maar nog steeds beperkt tot 1,7 dB(A). Tijdens de nacht is er geen wijziging. Het effect is beperkt negatief.

Door de extra uitstoot aan verkeersemissies zal de luchtkwaliteit verslechteren op de ontsluitingswegen. Het effect is beperkt negatief.

5.8.3 Exploitatiefase Ontsluitingsalternatief Ter hoogte van de Oude Heerbaan is de stijging van het geluidsniveau het grootst maar nog steeds beperkt tot 1 dB(A). Tijdens de nacht is er geen wijziging. Het effect is beperkt negatief.

Door de extra uitstoot aan verkeersemissies zal de luchtkwaliteit verslechteren op de ontsluitingswegen. Het effect is beperkt negatief.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 36

Projectgerelateerd

6 Integratie en eindsynthese

6.1 Integratie In tabel 6.1 is een overzicht gegeven van de effecten van alle disciplines.

Tabel 6.1: Overzicht effectbeoordeling Alternatief: gepland initiatief Ontsluitingsalternatief ontwerp-MER

Effectgroep Aanlegfase Exploitatiefase Aanlegfase Exploitatiefase

Discipline Mens - mobiliteit

Functioneren verkeerssysteem - voetgangers

Structuur voetgangersnetwerk nvt -1 nvt +1

Kwaliteit nvt nvt -1 +1 voetgangersinfrastructuur

Leesbaarheid van de nvt nvt -1 +2 weginrichting

Bereikbaarheid nvt 0 nvt 0

Verkeersveiligheid van de nvt nvt -2 +1 weginfrastructuur

Functioneren verkeerssysteem – fietsers

Kwaliteit fietsnetwerk, nvt nvt 0 +1 structuur fietsnetwerk

Kwaliteit fietsnetwerk, nvt nvt -1 -1 kwaliteit fietsinfrastructuur

Bereikbaarheid nvt 0 nvt 0

Fietsenstallingen nvt +2 nvt +2

Verkeersveiligheid fietsers nvt -1 nvt -1

Functioneren verkeerssysteem – openbaar vervoer

Kwaliteit en bediening haltes, nvt nvt 0 +2 inrichting

Kwaliteit en bediening haltes, nvt nvt 0 0 bediening

Bereikbaarheid nvt -1 nvt +1

Verkeersveiligheid nvt 0 nvt +1

Functioneren verkeerssysteem – autoverkeer

Structuur wegennet nvt +2 nvt +2

Functioneren kruispunten -1 -3 -1 -1

Parkeren -2 0 -2 0

Laden en lossen nvt -1 nvt -1

Verkeersveiligheid nvt +2 nvt +2

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 37

Projectgerelateerd

Alternatief: gepland initiatief Ontsluitingsalternatief ontwerp-MER

Effectgroep Aanlegfase Exploitatiefase Aanlegfase Exploitatiefase

Mobiliteitsaspecten verkeersleefbaarheid

Sluipverkeer nvt -1 nvt +1

Discipline Geluid en trillingen

Wijziging geluidsniveau -1 -1 -1 0

Discipline Lucht

Wijziging in de luchtkwaliteit 0 -1 0 -1 NOX

Wijziging in de luchtkwaliteit 0 0 0 0 PM10

Wijziging in de luchtkwaliteit 0 0 0 0 PM2,5

Discipline Bodem

Wijziging bodemprofiel 0 0 0 0

Wijziging bodemkwaliteit 0 -1 0 -1

Discipline Water

Afstromend oppervlaktewater 0 0 0 0

Oppervlaktewaterkwaliteit 0 -1 0 -1

Overstromingen 0 +1 0 +1

Grondwaterkwaliteit 0 -1 0 -1

Infiltratie 0 0 0 0

Wijziging -1t 0 -1 0 grondwaterstromingspatroon

Discipline Fauna en flora

Vernietiging/creatie 0 nvt 0 nvt vegetatie/habitats

Wijziging vegetatie/habitat 0 0 0 0

Wijziging fauna door -1 0 -1 0 verstoring

Wijziging fauna door nvt 0 nvt 0 versnippering

Discipline Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie

Landgebruik nvt +1 nvt +1

Landschapsstructuur en – nvt nvt 0 0 elementen

Landschapsbeeld en –beleving nvt 0 nvt 0

Cultuurhistorische waarde nvt 0 nvt 0

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 38

Projectgerelateerd

Alternatief: gepland initiatief Ontsluitingsalternatief ontwerp-MER

Effectgroep Aanlegfase Exploitatiefase Aanlegfase Exploitatiefase

Archeologische waarde nvt -1 nvt -1

Discipline Mens – overige aspecten

Buurtwegen 0 +1 0 +1

Hinder -1 -1 -1 -1

-3: aanzienlijk negatief effect; -2: negatief effect; -1: beperkt negatief effect; 0: neutraal of verwaarloosbaar effect; +1: beperkt positief effect; +2: positief effect; +3: aanzienlijk positief effect; t: tijdelijk effect

6.1.1 Aanlegfase Gepland initiatief ontwerp-MER

Rekening houdend met de duur van de werkzaamheden, zal het aantal vrachtwagen bewegingen per dag beperkt zijn. Mogelijks ontstaan er wel conflicten tussen de gebruikers van het Frunpark en het werfverkeer. Het effect voor mobiliteit is beperkt negatief. Ook voor de discipline Lucht is de uitstoot van vervuilende stoffen beperkt in de aanlegfase. Het effect is neutraal. Voor geluid zal er tijdelijk effect zijn ter hoogte van de woningen. Afhankelijk van de ligging van de woningen en de fase van aanleg, is het effect neutraal tot beperkt negatief. Voor de discipline Mens is het effect verwaarloosbaar, behalve voor geluid waar het effect naar de omwonenden beperkt negatief is gezien het tijdelijk karakter en de werkzaamheden overdag plaatsvinden wanneer de meeste mensen uit werken zijn. Tijdens de aanlegfase is het parkeeraanbod op de huidige veilingsite niet beschikbaar. Vanuit de huidige parkeerbezetting op vrijdag en zaterdag kan afgeleid worden op een zaterdag het beschikbare parkeeraanbod ontoereikend zal zijn. Tijdens de aanlegfase wordt het aspect parkeren negatief beoordeeld. Hiervoor wordt een milderende maatregel opgenomen.

Ontsluitingsalternatief

De effecten voor het ontsluitingsalternatief zijn voor de aanlegfase dezelfde als deze besproken voor het alternatief gepland initiatief ontwerp-MER.

6.1.2 Exploitatiefase Gepland intiatief ontwerp-MER

Na het beëindigen van de werkzaamheden zal het landschapsbeeld en daarmee samenhangend de landschapsbeleving gewijzigd zijn. Gezien er momenteel ook al een gebouw aanwezig is, is het effect neutraal. In de exploitatiefase zullen bezoekers aan de winkels voor de grootste effecten zorgen. Het betreft effecten naar mobiliteit enerzijds, en daaraan gekoppeld lucht, en effecten naar geluid anderzijds.

Naast de regenwaterputten worden geen ondergrondse constructies voorzien. De profielopbouw is niet gekend maar vermits het reeds een verstoorde bodem betreft kan er van uitgegaan worden dat het effect neutraal is. In de exploitatiefase wordt het water afgevoerd naar regenwaterputten en buffer- en

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 39

Projectgerelateerd

infiltratievoorzieningen. Hierop is een knijpconstructie aanwezig die het water vertraagd afvoert. De totale verharde oppervlakte zal verminderen. Het effect naar afstromend oppervlaktewater is neutraal. De infiltratie naar het grondwater is te verwaarlozen ten opzichte van het totale waterlichaam. Het effect is neutraal. Op het terrein vinden beperkt activiteiten (parkeren van auto’s) plaats die de bodem- en waterkwaliteit kunnen wijzigen. Het effect is beperkt negatief.

Aangezien de site momenteel reeds grotendeels verhard is, is het effect voor de discipline Fauna en Flora beperkt en lokaal. In de groenzones worden inheemse en streekeigen vegetaties aangeplant. Het effect is neutraal.

In de exploitatiefase zal de grootste wijziging het verkeer betreffen. Op het vlak van het functioneren van de kruispunten is het effect voor gemotoriseerd verkeer aanzienlijk negatief. Voor de voetgangers is het effect vooral qua veiligheid negatief. Positieve effecten zijn er dan weer op de capaciteit van de fietsenstallingen, de structuur van het wegennet voor autoverkeer en de verkeersveiligheid voor autoverkeer. Voor de andere effectgroepen zijn er maximaal beperkte effecten.

De wijzigingen van het verkeer hebben ook effect voor de discipline Lucht en Geluid. De luchtkwaliteit (NOx, PM10 en PM2,5) zal beperkt wijzigen. Het effect is beperkt negatief voor NOX en neutraal voor PM10 en PM2,5. Door de toename van het verkeer is er een verhoging in het geluidsniveau op de ontsluitingswegen. Het effect naar geluid is beperkt negatief.

Ontsluitingsalternatief

Voor de disciplines Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie, Bodem, Water en Fauna en flora zijn de effecten dezelfde als beschreven bij het alternatief gepland initiatief ontwerp-MER.

Voor de discipline mobiliteit scoort dit alternatief voor enkele effectgroepen beter dan het alternatief gepland initiatief ontwerp-MER. Zo worden de leesbaarheid van de weginrichting voor voetgangers en de inrichting van de openbaar vervoerhaltes positief beoordeeld voor dit alternatief. De structuur van het voetgangersnetwerk, de bereikbaarheid van de openbaar vervoerhaltes, de verkeersveiligheid voor openbaarvervoer en het effect op sluipverkeer worden hier beperkt positief beoordeeld, waar dit voor het alternatief gepland initiatief ontwerp-MER beperkt negatief of neutraal was. De beoordeling van het functioneren van kruispunten is voor dit alternatief beperkt negatief (waar het sterk negatief was voor het alternatief gepland initiatief ontwerp-MER).

Deze betere scores voor mobiliteit uiten zich ook in de discipline Lucht. Voor Geluid wordt de score voor de exploitatiefase neutraal voor dit alternatief.

6.2 Milderende maatregelen

6.2.1 Gepland initiatief ontwerp-MER 28/06/2016

De milderende maatregelen zijn opgenomen in tabel 6.2. Er zijn milderende maatregelen/aanbevelingen noodzakelijk geformuleerd voor de discipline Mens – mobiliteit en de discipline Water. Telkens is aangegeven wie de milderende maatregel moet uitvoeren en het effect voor en na mildering.

Tabel 6.2: Milderende maatregelen

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 40

Projectgerelateerd

Effect voor Effect na Milderende maatregel Dwingend Aanbeveling Uitvoerder mildering mildering

Discipline Mobiliteit

Gebruik parkeerplaatsen Dora Flora tijdens X Initiatiefnemer -2 0 aanlegfase

Leveren bouwmaterialen voor opening X aannemer -1 0 bestaande winkels

Werfverkeer via Oude Heerbaan X aannemer -1 0

Vervolledigen en aansluiten projectontwikkel X -2 +1 voetgangersnetwerk binnen de site aar

Fietsverbindingen naar in- en uitritten en projectontwikkel X -1 +1 fietssuggestiestroken binnen de site aar

Verbreding Oude Heerbaan X gemeente -1 +1

Verkeerslichten Oude Heerbaan – N9 X AWV -3 0

Aanleg haltehaven langs N9 X AWV -1 +2

Ontmoedigen potentieel sluipverkeer X Gemeente -1 0

Discipline Water

Uitvoeren van infiltratieproeven om de juiste Initiatiefnemer/a diepte van het infiltratie-/bufferbekken te X 0 0 annemer bepalen.

-3: aanzienlijk negatief effect; -2: negatief effect; -1: beperkt negatief effect; 0: neutraal of verwaarloosbaar effect; +1: beperkt positief effect; +2: positief effect; +3: aanzienlijk positief effect; t: tijdelijk effect

6.2.2 Ontsluitingsalternatief De milderende maatregelen zijn opgenomen in tabel 6.3. Er zijn milderende maatregelen/aanbevelingen noodzakelijk geformuleerd voor de discipline Mens – mobiliteit en de discipline Water. Telkens is aangegeven wie de milderende maatregel moet uitvoeren en het effect voor en na mildering.

Tabel 6.3: Milderende maatregelen ontsluitingsalternatief Effect voor Effect na Milderende maatregel Dwingend Aanbeveling Uitvoerder mildering mildering

Discipline Mobiliteit

Gebruik parkeerplaatsen Dora Flora tijdens X Initiatiefnemer -2 0 aanlegfase

Leveren bouwmaterialen voor opening X Aannemer -1 0 bestaande winkels

Werfverkeer via Oude Heerbaan X Aannemer -1 0

Fietsverbindingen naar in- en uitritten en projectontwikk X -1 +1 fietssuggestiestroken binnen de site elaar

Doorstroming kruispunt N42 en N9 verbeteren (streefbeeld N42) X AWV -1 +1

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 41

Projectgerelateerd

Effect voor Effect na Milderende maatregel Dwingend Aanbeveling Uitvoerder mildering mildering

Discipline Water

Uitvoeren van infiltratieproeven om de juiste Initiatiefnemer diepte van het infiltratie-/bufferbekken te X 0 0 /aannemer bepalen. -3: aanzienlijk negatief effect; -2: negatief effect; -1: beperkt negatief effect; 0: neutraal of verwaarloosbaar effect; +1: beperkt positief effect; +2: positief effect; +3: aanzienlijk positief effect; t: tijdelijk effect

6.2.3 Effectbeoordeling na milderende maatregelen

In onderstaande tabel is de effectbeoordeling na milderende maatregelen opgenomen.

Tabel 6.4: Overzicht effectbeoordeling na milderende maatregelen

Alternatief: gepland initiatief ontwerp-MER Ontsluitingsalternatief

Effectgroep Aanlegfase Exploitatiefase Aanlegfase Exploitatiefase

Discipline Mens - mobiliteit

Functioneren verkeerssysteem - voetgangers

Structuur voetgangersnetwerk nvt +2 nvt +2

Kwaliteit voetgangersinfrastructuur nvt +1 nvt +1

Leesbaarheid van de weginrichting nvt +2 nvt +2

Bereikbaarheid nvt 0 nvt 0

Verkeersveiligheid van de nvt nvt +2 +2 weginfrastructuur

Functioneren verkeerssysteem – fietsers

Kwaliteit fietsnetwerk, structuur nvt nvt +1 +1 fietsnetwerk

Kwaliteit fietsnetwerk, kwaliteit nvt nvt +1 +1 fietsinfrastructuur

Bereikbaarheid nvt 0 nvt 0

Fietsenstallingen nvt +2 nvt +2

Verkeersveiligheid fietsers nvt +1 nvt +1

Functioneren verkeerssysteem – openbaar vervoer

Kwaliteit en bediening haltes, nvt nvt +2 +2 inrichting

Kwaliteit en bediening haltes, nvt nvt 0 0 bediening

Bereikbaarheid nvt +2 nvt +2

Verkeersveiligheid nvt +1 nvt +1

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 42

Projectgerelateerd

Alternatief: gepland initiatief ontwerp-MER Ontsluitingsalternatief

Effectgroep Aanlegfase Exploitatiefase Aanlegfase Exploitatiefase

Functioneren verkeerssysteem – autoverkeer

Structuur wegennet nvt +2 nvt +2

Functioneren kruispunten 0 -1 0 +1

Parkeren 0 0 0 0

Laden en lossen nvt -1 nvt -1

Verkeersveiligheid nvt +2 nvt +2

Mobiliteitsaspecten verkeersleefbaarheid

Sluipverkeer nvt 0 nvt +1

Discipline Geluid en trillingen

Wijziging geluidsniveau -1 -1 -1 0

Discipline Lucht

Wijziging in de luchtkwaliteit NOX 0 -1 0 0

Wijziging in de luchtkwaliteit PM10 0 0 0 0

Wijziging in de luchtkwaliteit PM2,5 0 0 0 0

Discipline Bodem

Wijziging bodemprofiel 0 0 0 0

Wijziging bodemkwaliteit 0 -1 0 -1

Discipline Water

Afstromend oppervlaktewater 0 0 0 0

Oppervlaktewaterkwaliteit 0 -1 0 -1

Overstromingen 0 +1 0 +1

Grondwaterkwaliteit 0 -1 0 -1

Infiltratie 0 0 0 0

Wijziging -1t 0 -1 0 grondwaterstromingspatroon

Discipline Fauna en flora

Vernietiging/creatie 0 nvt 0 nvt vegetatie/habitats

Wijziging vegetatie/habitat 0 0 0 0

Wijziging fauna door verstoring -1t 0 -1 0

Wijziging fauna door versnippering nvt 0 nvt 0

Discipline Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie

Landgebruik Nvt +1 nvt +1

Landschapsstructuur en –elementen Nvt 0 nvt 0

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 43

Projectgerelateerd

Alternatief: gepland initiatief ontwerp-MER Ontsluitingsalternatief

Effectgroep Aanlegfase Exploitatiefase Aanlegfase Exploitatiefase

Landschapsbeeld en –beleving Nvt 0 nvt 0

Cultuurhistorische waarde Nvt 0 nvt 0

Archeologische waarde nvt -1 nvt -1

Discipline Mens – overige aspecten

Buurtwegen 0 +1 0 +1

Hinder -1 -1 -1 -1 -3: aanzienlijk negatief effect; -2: negatief effect; -1: beperkt negatief effect; 0: neutraal of verwaarloosbaar effect; +1: beperkt positief effect; +2: positief effect; +3: aanzienlijk positief effect; t: tijdelijk effect

6.1 Watertoets

6.1.1 Effecten op grondwater Gedurende de aanlegfase zal geen bemaling nodig zijn. Pollutie van grondwater kan optreden door bijvoorbeeld defecten bij machines, maar bij goed onderhoud en controle van het gebruikte materiaal kan worden aangenomen dat er geen defecten zullen optreden die een verontreiniging van het grondwater veroorzaken. Het effect is neutraal.

Er worden geen ondergrondse constructies aangelegd zodat geen effect verwacht wordt op het grondwaterstromingspatroon. Er worden infiltratievoorzieningen aangelegd en een deel wordt in waterdoorlatende materialen aangelegd. De mogelijkheid van incidenten op de parking, bv. een lek van olie bij geparkeerde wagen, kan echter niet uitgesloten worden. Het effect is beperkt negatief (-1).

Bovenstaande analyse geldt zowel voor het gepland initiatief dd 28/06/2016 als voor het ontsluitingsalternatief.

6.1.2 Effecten op oppervlaktewater Gedurende de aanlegfase kan pollutie van oppervlaktewater optreden door o.a. effecten aan machines. Bij goed onderhoud en controle kan echter aangenomen worden dat er geen effecten zullen optreden die een verontreiniging van het oppervlaktewater veroorzaken. Het effect is neutraal.

Een contaminatie van oppervlaktewater in de exploitatiefase is mogelijk via de afstroming van hemelwater van de wegenis. Het risico op contaminatie is veeleer beperkt, waardoor het effect als beperkt negatief beoordeeld wordt.

Er dient voldaan te worden aan de stedenbouwkundige verordening voor hemelwater. De verharde oppervlakte zal verminderen en er is een voldoende grote buffer aanwezig om piekafvoeren van regenbuien met een retourperiode van 20 jaar op te vangen. Het effect op afstromend oppervlaktewater is neutraal. Het overstromingsrisico in de onmiddellijke omgeving zal verbeteren door de vermindering in verharde oppervlakte en het voorzien in voldoende buffering, waardoor het effect op het overstromingsregime beperkt positief is.

Bovenstaande analyse geldt zowel voor het gepland initiatief dd 28/06/2016 als voor het ontsluitingsalternatief.

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 44

Projectgerelateerd

3 januari 2018 FRUNPARK WETTEREN I&BFP1651R001D01 45