Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 1983-1984

17799 Gemeentelijke herindeling van West IJsselmonde

Nr. 16 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 30 mei 1984

Ten gevolge op het mondelinge overleg met de leden van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken op 29 mei 1984 zend ik u nadere informatie toe inzake de financiële gevolgen van deze herindeling. Bij deze brief treft u verder aan: 1. Een door de gemeente opgesteld samenvattend overzicht van de door deze gemeente verstrekte cijfers. 2. De correcties op deze cijfers zoals door mij verwerkt in bijlage 3 van de nota naar aanleiding van het eindverslag. 3. Een brief van de gemeente Rotterdam van 25 mei jl. inzake de personele gevolgen van deze herindeling.

De gisteren door mij toegezegde kaarten van 1:10000 van het herinde- lingsgebied worden mij door de provincie verstrekt. Ik zal deze kaarten zodra ze in mijn bezit zijn aan u doen toekomen. Naar aanleiding van de opmerkingen van de heer Van Rossum inzake het door de bebouwing heenlopen van de grens, stel ik mij voor de noordelijke en westelijke grens zodanig te wijzigen dat deze niet meer door bebouwing heen loopt. Hiervoor moeten nieuwe coördinaten worden berekend. De provincie heeft mij deze toegezegd en zodra ik de gegevens heb ontvangen, zal ik een derde nota van wijziging laten opstellen en deze aan u doen toekomen.

De minister van Binnenlandse Zaken, J. G. Rietkerk

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 1 Financiële gevolgen

Door de heer Hummel (P.v.d.A.) is gevraagd op welke wijze rekening gehouden is met het batig saldo dat de gemeente Poortugaal conform de financiële overeenkomst aan de gemeente Rotterdam afdraagt. Bij de opstelling van de cijfers van bijlage 3 van de nota naar aanleiding van het eindverslag is uiteraard rekening gehouden met de effecten van het vervallen van de verrekening van baten en lasten voor de platen tussen de gemeenten Rotterdam en Poortugaal. Bij de opstelling van tabel 1 (algemene uitkering uit het Gemeentefonds) uit de brief van de staatssecretaris van 11 mei is uitgegaan van de werkelijke uitkeringen uit het Gemeentefonds na de herindeling. Wanneer het per saldo effect van deze herindeling voor de gemeente Rotterdam wordt berekend dient inderdaad rekening te worden gehouden met de bedragen die Poortugaal thans op grond van de financiële overeenkomst aan Rotterdam afdraagt. Ter illustratie heb ik voor de met de platen samenhan- gende inkomsten en uitgaven een globaal financieel plaatje opgesteld. Bij de opstelling van het financieel plaatje na herindeling heb ik de volgende veronderstellingen gemaakt: - Inkomsten en uitgaven voor de en de Gadering zullen na de herindeling conform het wetsontwerp in evenwicht zijn. - De overige inkomsten en belastingen voor de platen blijven na de herindeling op het huidige peil. - De gemeente Rotterdam zal na de herindeling evenveel voor de platen uitgeven als thans door de gemeente Poortugaal en de gemeente Rotterdam rechtstreeks aan de platen wordt toegerekend (zie bijlage 1 voor cijfers Rotterdam). De cijfers van Rotterdam zijn, omdat als invalshoek is gekozen het effect voor de gemeente Rotterdam en niet het effect voor de gemeente Albrandswaard, de cijfers vóór de door Binnenlandse Zaken aangebrachte correcties. - De effecten van de grondexploitatie zijn buiten beschouwing gelaten. - Het rentevoordeel voor de gemeente Poortugaal door de werking van de financiële overeenkomst is niet in de cijfers opgenomen.

Overzicht inkomsten en uitgaven Meeuwen* en Zalmplaat (bedragen x f 1 min.)

Inkomsten Uitgaven

I. Poortugaal — algemene uitkering f 8,1 — directe lasten f 4,7 — o.g.b., div. bel. f 1,7 - 10% korting f 1,0 — overige inkomsten f 0,1 — saldo aan R'dam af te dragen f 4,2

f 9,9 f 9,9

Rotterdam — bijdrage — lasten f 12,8 Poortugaal f 4,2 — inkomsten f 0,2 (deel inkomsten reeds met uitgaven gesaldeerd) — tekort f 8,4

f 12,8 f 12,8

II. Na herindeling situatie voor Rotterdam na wetsontwerp

— algemene uitkering f 3,2 — uitgaven p.m. - o.g.b. p.m. — overige inkomsten p.m.

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 2 Inkomsten Uitgaven

Meeuwenplaat/Zalmplaat — algemene uitkering f 12,7 - uitgaven f 17,5* — o.g.b., div. bel. f 1,7 — overige inkomsten f 0,3 — tekort f 2,8

f 17,5 f 17,5

* f 4,7 + f 12,8.

Aan de hand van deze cijfers kan worden geconstateerd dat het nadelig resultaat voor de platen voor de gemeente Rotterdam van f8,4 min. afneemt tot f 2,8 min. De heer Hummel (P.v.d.A.) heeft geïnformeerd naar de situatie rond de staat L. II en de vraag gesteld of tabel 4 in dit kader een eindverantwoording te zien geeft of dat er nog verrassingen zullen komen. In de nota naar aanleiding van het eindverslag heb ik reeds gesteld, dat alle kapitaallasten in de cijfers zijn verwerkt, behoudens die waarvan de investeringen nog niet uit het Grondbedrijf zijn gelicht. De exploitatie van , inclusief de Meeuwen- en de Zalmplaat, is nog niet afgesloten, dat wil zeggen dat het straatonderhoud in de Zalmplaat nog door het Grondbedrijf wordt verricht. In variant 3 van tabel 4 is echter rekening gehouden met een bedrag van de kosten van straten en wegen (inclusief straatreiniging en gladheidsbestrijding) van zowel de Zalmplaat als het gebied Varleweg. Dit bedrag is voorzichtig geraamd op f650000. Andere investeringen, waaronder die voor welzijn, onderwijs enz., zijn niet meer in de exploitatie opgenomen. Met de daarmee gemoeide kapitaallasten is derhalve volledig rekening gehouden. Het enige, dat nog van invloed zou kunnen zijn betreft de privaatrechtelijke eigendommen van Rotterdam in het gebied de Gadering en het gebied rond de Varleweg. Overname van deze gebieden tegen marktwaarde, hetgeen volgens de jurisprudentie gebruikelijk is, zal niet lastenverzwarend werken, omdat die gebieden in huur of pacht tegen marktwaarde zullen kunnen worden uitgegeven. Het afsluiten van de grondexploitatie van Hoogvliet zou, in verband met de daarin opgenomen raming van kosten van de deeldijk Hoogvliet, die mijns inziens daarin niet thuishoren, tot moeilijkheden aanleiding kunnen geven. Het is evenwel aan het provinciaal bestuur deze zaak tot een goede oplossing te brengen.

De heer Hermes (C.D.A.) heeft geïnformeerd naar het belastingpeil in het herindelingsgebied. Eerder is reeds opgemerkt, dat grote vraagtekens werden gezet achter de reeds eerder verstrekte bedragen van de provincie. Uit de begrotingscijfers van de gemeenten Poortugaal en Rhoon blijkt, dat de opbrengsten van de onroerend-goedbelastingen het volgende beeld vertonen:

Totaal huidig Poortugaal: f 133 per inwoner; waarvan voor de «Platen»: f 123 per inwoner; en voor Poortugaal-Dorp: f 148 per inwoner; In Rhoon bedraagt de opbrengst: f 111 per inwoner.

Aangetekend zij hierbij, dat het om de totale opbrengst o.g.b. gaat, derhalve inclusief de opbrengsten van de bedrijven. Aan rioolrechten wordt alleen op de Zalmplaat een bedrag geheven van ± f9 per inwoner. In Poortugaal-Dorp en Rhoon worden geen rioolrechten geheven.

Diverse leden hebben opgemerkt, dat de brief van de gemeente Poortugaal wel is bestreden, doch niet weerlegd.

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 3 Om u een juist beeld te geven van de wijze, waarop de cijfers in variant 3 tot stand zijn gekomen, verwijs ik u naar het hierbij als bijlage 1 gevoegde overzicht van aan de deelgemeente Hoogvliet en aan de Zalmplaat/Meeu- wenplaat toe te rekenen inkomsten en uitgaven met de daarop door Rotterdam gegeven toelichting. Vervolgens treft u ais bijlage 2 een overzicht aan van deinde cijfers van Rotterdam door Binnenlandse Zaken aangebrachte correcties. Deze cijfers beperken zich tot het gebied Zalmplaat, aangezien de niet in een der varianten is opgenomen en derhalve verder buiten beschouwing is gelaten. De aangebrachte correcties belopen een totaal van f 1 971 000. Voorts treft u hieronder een nadere toelichting aan op de posten «Welzijn en Sociale Zaken», zoals die voor de Zalmplaat gelden. Ook hier is de Meeuwenplaat buiten beschouwing gelaten.

Nadere toelichting van de posten «Welzijn» en «Sociale Zaken» voor de Zalmplaat

A. Kosten van Welzijn De kosten van Welzijn bedragen volgens variant 2: f 1 940 000 Indien de Zalmplaat wordt toegevoegd dient deze post te worden verhoogd met de volgende bedragen: — subsidies Jeugd-en Vormingswerk f 313 000 — aandeel Dienst Sport- en Recreatie (volgens overgelegde specificaties) f 762 000 — Ankerclubhuis Zalmstek f 202 000 — aandeel Algemeen Maatschappelijk Werk f 56 000 — rechtstreeks ten laste van de gewone dienst van Rotterdam komende uitgaven ten behoeve van de Zalmplaat (op hfdst. VIII, par. 7) f 299 000

f 1 632 000

T

Poortugaal berekent bij variant 3 de extra kosten voor Welzijn op f 806 000. In bijlage I van de brief van 17 mei 1984 van burgemeester en wethouders van Poortugaal wordt dit bedrag nader gespecificeerd. Bij het merendeel van de in de specificatie genoemde objecten vindt toerekening van kosten plaats naar rato van het gemiddelde per object van de totale kosten. Vervolgens worden de gemiddelde bedragen vermenigvuldigd met het aantal in de Zalmplaat gelegen objecten. Deze rekenmethode is echter niet juist. Rotterdam heeft per object de juiste kostentoerekening gemaakt en vervolgens de in de Zalmplaat gelegen objecten uit het totaal gelicht. Daardoor ontstaat een vollediger en juister beeld van de werkelijke situatie. In de specifcatie van Poortugaal zijn overigens slechts de uitgaven opgenomen, die zijn ontleend aan het wijkwelzijnsplan 1984 van de deelgemeente Hoogvliet. Er is echter aan voorbij gegaan, dat Rotterdam zelf ook rechtstreeks uitgaven in de welzijnssfeer (hfdst. Vlil, par. 7) ten behoeve van de Zalmplaat of de bewoners daarvan doet.

B. Kosten van Sociale Zaken De kosten Sociale Zaken bedragen volgens variant 2: f 335 000 Indien de Zalmplaat wordt toegevoegd dient deze post te worden verhoogd met de volgende bedragen: - ABW 153 kliënten af 2117 f 324 000 - RWW 165 kliënten a f 1851 f 305 000 - WWV 127 kliënten — overige Rijksgroepregelingen + materiaal f 74 000 — toename aandeel WSW f 125 000 — toename personeelslasten (voor 445 kliënten): 4,45 x f 60 000 = f 267 000

f 1 095 000

Tc>taa l f 1 430 000

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 4 Bij de berekening van de kosten van Sociale Zaken is Poortugaal uitgegaan van een aantal veronderstellingen, die niet juist blijken te zijn. Vervolgens heeft men de gemiddelde uitkeringen van Poortugaal geprojecteerd op het veronderstelde aantal uitkeringsgerechtigden in de Zalmplaat. De overige kosten heeft men buiten beschouwing gelaten. In tegenstelling tot wat Poortugaal suggereert zijn detoenemende personeelslasten niet opgenomen in hoofdstuk II, maar zoals gebruikelijk in gemeenten van wat grotere omvang opgenomen in hoofdstuk IX, hetgeen er in feite op neerkomt, dat de totaal geraamde personeelslasten aan de magere kant zijn.

De heer Ernsting (C.P.N.) vraagt nog om een nadere toelichting op de in de bijlage 3 aangebrachte correcties ten opzichte van tabel 4 uit de brief van 11 mei jl. Die correcties hebben als volgt plaatsgevonden:

Wetsontwerp aanvankelijk geraamd tekort f 329 000 Correctie: verhoging algemene uitkering (verfijning monumenten en rioleringen) + f 130 000

Nader tekort f 199 000

Variant 2 Aanvankelijk geraamd tekort f 232 000 verlaging uitgaven hoofdstuk IV f 80 000 verlaging uitgaven hoofdstuk VI f I 75 000 verhoging algemene uitkering + f 130 000 - f 385 000

Saldo + f 153 000

Variant 3 Aanvankelijk geraamd tekort f 1 684 000 verlaging uitgaven hoofdstuk IV f 80 000 verlaging uitgaven hoofdstuk VI f 1 75 000 verhoging uitgaven hoofdstuk VI f 167 000 verhoging uitgaven onderwijs f 164 000 verlaging uitgaven welzijn f 834 000 verhoging algemene uitkering f 130 000 - f 888 000

Nader tekort f 796 000

Door een aantal leden van de Vaste Commissie voor Binnenlandse Zaken is gevraagd nader in te gaan op de financiële haalbaarheid van variant 3 (een gemeente Albrandswaard plus Boomgaardshoek, Gadering èn Zalmplaat). In de nota naar aanleiding van het eindverslag heb ik ten aanzien van deze variant geconcludeerd dat deze financieel ongunstig is. Daarvoor zijn een tweetal redenen: - De uitkomsten van het nader financieel onderzoek wijzen in de richting van een nadelig begrotingssaldo van f796000 of wel f30,89 per inwoner. - Verwacht mag worden dat een verrekening met Rotterdam voor, door deze gemeente niet aanvaarde posten op de rekening van baten en lasten, zal leiden tot een financieel nadeel voor deze gemeente.

Tevens kan worden opgemerkt dat ambtenaren van de gemeente Rotterdam werkzaamheden verrichten ten behoeve van de Zalmplaat. Dit zou ertoe kunnen leiden dat er binnen het ambtelijk apparaat van de gemeente Rotterdam een zekere overcapaciteit kan ontstaan bij deze variant. De vraag of de nieuwe gemeente Albrandswaard toch kans maakt op een financieel gezonde positie valt op voorhand moeilijk te beantwoorden. Natuurlijk bestaat de mogelijkheid dat de gemeente Albrandswaard begrotingstekorten tracht af te dekken door belastingverhogingen en de aanwending van reserves. Vergelijkenderwijs merk ik in dit verband nog op

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 5 dat voor de toepassing van artikel 12 van de Financiële-Verhoudingswet 1984 het bedrag van f 17,25 als een «aanmerkelijk tekort» wordt gekarakte- riseerd. Het bedrag van het geraamde tekort voor de gemeente Albrands- waard bij variant 3 is bijna 2 maal zo hoog. Uit financiële overwegingen is vorming van een gemeente Albrandswaard volgens variant 3 minder aantrekkelijk. Ten aanzien van de vraag van de P.v.d.A. in het Eindverslag inzake het Korps Rijkspolitie heb ik mijn ambtgenoot van Justitie om advies gevraagd. Hierbij tevens het antwoord op deze vraag. Bij de overgang van rijkspolitie naar gemeentepolitie geldt een vaste regeling. Zo ook bij de gemeenten Rhoon en Poortugaal. In grote lijnen komt de regeling erop neer dat het betrokken personeel in dienst blijft bij het Korps Rijkspolitie met behoud van rang en anciënniteit en elders te werk wordt gesteld. Voor het geval men wil overgaan naar de gemeentepo- litie ter plaatse wordt hiertoe gelegenheid geboden, voor zover binnen de formatie van het betrokken korps gemeentepolitie ruimte is. Voor de vaststelling van de sterkte van de gemeentepolitie is in hoofdzaak de minister van Binnenlandse Zaken verantwoordelijk.

Vragen zijn gesteld over de A4

Het tracé van de A4 is aan de hand van een zogenoemde tracénota in de zestiger jaren vastgesteld. Het tracé maakt deel uit van de eerste fase van het Structuurschema verkeer en vervoer, hetgeen inhoudt voltooiing in de jaren negentig. Het maakt ook deel uit van het Rijkswegenplan 1984, dat 1 juli a.s. in werking treedt. Ten slotte is het tracé opgenomen in het Meerja- ren Programma Personenvervoer 1984-1988. Daarin is het aangemerkt als studieproject, hetgeen wil zeggen dat te zijner tijd een evaluatie zal plaatsvinden of het geplande tracé aanpassing behoeft. Een en ander kan betekenen dat bij definitieve verwezenlijking van het betreffende tracé geringe aanpassingen van de gemeentegrens noodzakelijk kunnen blijken. Ten aanzien van het zogenoemde ECT-terrein stelt het openbaar lichaam Rijnmond zich op het standpunt dat de huidige bestemming van dit terrein een tijdelijke moet zijn. Het moet te zijner tijd onderdeel gaan uitmaken van de groene bufferzone. De gemeente Rotterdam overweegt of niet een handhaven van de distributiefunctie van het terrein de voorkeur verdient.

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 6 BIJLAGE 1 TOELICHTING OP HET OVERZICHT VAN AAN DE DEELGEMEENTE HOOG- VLIET EN AAN DE ZALMPLAAT/MEEUWENPLAAT TOE TE REKENEN INKOMSTEN EN UITGAVEN

Algemeen

In het bijgaand overzicht is een raming gegeven van de kosten die Rotterdam maakt in de deelgemeente Hoogvliet en op de Zalmplaat en Meeuwenplaat voor zover deze behoren tot de gemeente Poortugaal. In een aantal gevallen is hier sprake van duidelijk aan te wijzen kosten (groenonderhoud is een duidelijk voorbeeld), in andere gevallen is er een toerekening middels een verdeelcriterium gepleegd. De reden van die toerekening is dat het Rotterdamse apparaat en voorzieningenniveau duidelijk ook zijn toegespitst op de inwoners van de platen, als waren zij Rotterdammers. De cijfers in de laatste twee kolommen zijn meestal verkregen door een verdeling naar rato van het inwonertal van de betrokken gebieden.

Specifiek

De volgorde van de regels in de tabel is die van de in Rotterdam onder- scheiden bestuurlijke sectoren; deze volgorde is in het navolgende aange- houden.

AZ: secretarie. De kosten van de gemeentesecretarie van Rotterdam zijn verdeeld naar rato van het aantal inwoners in Hoogvliet resp. de platen. De toerekening aan de platen is correct daar Rotterdam het leeuwedeel van de gemeentelijke taken in die gebieden voor zijn rekening neemt. Van burger- zaken is in dit kader afgezien, omdat deze taak door Poortugaal wordt ver- richt.

Algemeen beheer. Hieronder worden onder meer de kosten van de deelgemeentesecretarie begrepen. Toerekening aan de platen kan hier uiteraard niet plaatsvinden.

ROTEB. De ROTEB bedient zowel de deelgemeente als de platen als betrof het allemaal Rotterdams grondgebied. De kosten van de bemoeie- nissen op de Meeuwenplaat/Zalmplaat moeten worden gedekt uit de opbrengsten van de rekening van baten en lasten die Poortugaal telkenjare voor Rotterdam opstelt. De ROTEB werkt overigens ook op Poortugaal-Dorp, maar hiervoor wordt gewoon de rekening betaald; de gemeente Poortugaal geldt hier als een derde.

Brandweer. Het nadelig saldo van de brandweer bedroeg over heel Rotterdam in 1984 f 45,2 min. 6% van de bevolking woont in Hoogvliet of de platen. 6% van f45,2 min. is f2,7 min. Aan Hoogvliet is dus f 1,6 min. toegerekend, aan de platen f 1,1 min.

Bibliotheek. De bibliotheek staat in de deelgemeente en komt geheel ten laste van Rotterdam. Vanwege het feit dat Poortugaal nog maar kort een eigen bibliotheek heeft en het feit dat zeer veel inwoners van de platen gebruik maken van de Hoogvlietse is gekozen voor verdeling van de kosten op basis van inwonertallen. De exploitatie van de bibliotheek ziet er als volgt uit:

pers. kn. 251 000 pers. 61 000 materieel 85 000 subsidie WVC 270 000 specifieke kosten 75 000 doorbei. on tv. 200 000 doorber. overhead 300 000 saldo 180 000

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 7 Kunstzaken. Dit is het kunstbudget uit de deelgemeentebegroting. Voor zover bekend geeft Rotterdam niet direct iets aan kunst uit op de platen. Wel zijn er subsidierelaties middels bijv. de Rotterdamse Kunststichting. In dit verband zijn deze bijdragen niet van importantie te achten.

SAD. De opgenomen bedragen zijn de neerslag van feitelijke activiteit in de onderscheiden gebieden. Dit geldt ook voor het Pedologisch Instituut.

J&V-subsidies. De hier genoemde bedragen zijn de subsidies voor diverse clubhuizen e.d. in de deelgemeente en op de platen. Het gaat hier om de volgende objecten:

Su bsidies

Hoogvliet — De Loods f 383 900 — De Zevensprong f 606 100 — Max Havelaar f 370 300 - J.O.R. f 84 700 — Duimelot f 278 800 — Zeepaardje f 14 600 — Vrijwilligerswerk f 13 500

f 1 751 900

Poortugaal — De Kom f 602 900 - De Stek f 35 400 — St. overblijfcentr. Hvt. (Kruisnetlaan) f 6 500 — St. Kindersp. Hoogvliet De kl. zeemeermin f 76 200 — St. Kindersp. Hoogvliet De GL ippies f 55 100 — SV Zalmplaat f 2 300

f 778 400

Rioolonderhoud. De kosten voor rioolonderhoud zijn als volgt bepaald: deelgemeente: 94 km riool kost f 650 000 Meeuwen plaat: 7 km riool kost f 50 000 Zalmplaat: 29 km riool kost f 200 000

Uitgegaan is van een gemiddelde onderhoudsprijs. Het moge duidelijk zijn dat het ene jaar veel meer aan rioolonderhoud zal worden gedaan dan het andere, onder meer afhankelijk van klachten, straatvernieuwingsprojec- ten en dergelijke. Hier is dus sprake van een gemiddelde.

Open water. De kosten van onderhoud van open water (beschoeiing, vuilvissen e.d. ) zijn als volgt bepaald:

- deelgemeente cf. deelgem. begr. f 240 000 - Meeuwenplaat 21 400 m2 f 43 500 - Zalmplaat en Elftplaat 59 400 m2 f 120 600

Onderwijs. Het tekort op onderwijs is berekend door het aantal leerlingen op de Zalmplaat, Meeuwenplaat en overig Hoogvliet te bepalen en deze in een percentage van het gemeentelijk totaal op het tekort van de betreffende onderwijssoort uit te drukken. Dit is gebaseerd op voorschotten en dus exclusief afrekeningen met het Rijk en 5-jaarlijkse afrekening met het bijzonder onderwijs. Praktijk is dat ook hierop moet worden toegelegd van gemeentewege. Hiervoor wordt 10% aangenomen. Het gehele tekort wordt daarom gesteld op f 5 min., te verdelen in f 1,8 min. en f3,2 min. Naar paragraaf in hoofdstuk VIII van de begroting is dan het resultaat:

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 8 Par. Zalmplaat Meeuwenplaat Overig

1A 692 000 130 000 389 000 1B 144 000 72 000 216 000 2A 438 000 175 000 1 051 000 2B 247 000 124 000 370 000 3A - — 388 000 3B - 11 000 — 4A — - 256 000

1 002 000 512 000 2 671 000

Voor de Zalmplaat is nog nagegaan het verschil tussen kapitaallasten van de scholen in die wijk en de stichtingskostenvergoedingen van het Rijk daartegenover. Rotterdam legt daar jaarlijks nog f164000 bij. Tevens is in de hierboven vermelde verhouding een bedrag van f449 000 ter zake van lege lokalen verdeeld.

Groenonderhoud. Opgaven op grond van feitelijk onderhoud.

Begraafplaatsen. Opgenomen zijn de kosten van de begraafplaatsen; de inkomsten zijn verderop vermeld. De platen kunnen tot het verzorgingsge- bied van de twee Hoogvlietse begraafplaatsen worden gerekend; de praktijk wijst daar ook op. Derhalve is gekozen voor een verdeling naar rato van het aantal inwoners. De dimensionering van m.n. de begraafplaats is duidelijk ook afgestemd op de platen.

Straatonderhoud. Opgenomen is het budget voor de deelgemeente incl. hoofd- en verzamelwegen. De platen zijn nog niet door het Grondbedrijf overgedragen. Een onderhoudsbedrag is dus niet gegeven.

GSD-apparaatskosten. Op de platen werkt de Sociale Dienst van Rotter- dam. De apparaatskosten daarvan moeten dan ook worden toegerekend.

GSD-uitkeringen

Hoogvliet Platen

RWW f 15 871 000 f 4 587 000 Rijksbijdr. f 14 284 000 f 4 128 000

Gem. bijdr. f 1 587 000 f 459 000 Bijstand thuis f 16 770 000 f 4 870 000 Rijksbijdr. f 15 093 000 f 4 383 000

Gem. bijdr. f 1 677 000 f 487 000 Totale gemeentelijke bijdr. f 3 264 000 f 946 000

De gemeentelijke bijdrage voor de platen (de GSD heeft daar 669 cliënten) is over de Zalmplaat en de Meeuwenplaat verdeeld naar rato van het aantal inwoners van die wijken.

DSR. Op basis van de exploitatie gespecificeerd naar accommodatie van de Dienst voor Sport en Recreatie in de verschillende gebieden is de in de

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 tabel opgenomen verdeling tot stand gekomen. In het onderstaande is een overzicht gegeven van de objecten in de gemeente Poortugaal.

Object Lasten Baten Saldo

ZALMPLAAT Volkstuinen Elftplaat 1 78 166 45 399 32 767 Elftplaat II 111 783 41 104 70 678 Sp.tuin Hoekw. 30 256 92 30 164 Sportvelden — Zpl. oost wijkgeb. 344 000 — Zpl. oost niet-wijkgeb. 207 300 7 880 199 420 Schoolsp. veld zpl. oost 86 000

763 029

MEEUWENPLAAT Instr. bad Lampreistr. 206 108 45 805 160 303 Zwembad Mpl. 759 307 84 439 674 868 Schooltuin Horsweg 35 683 35 683 Kleindierenterrein 15 592 1068 14 524

886 378

Verkeer. Aan de deelgemeente is toegerekend onder meer de VDR-SO-pot voor kleine verkeerstechnische aanpassingen. Het onderhoud van verkeers- lichten, verkeerspalen en dergelijke is verdeeld naar rato van het aantal inwoners. Geen indicatie is gegeven van de kosten van verkeersborden ca.

De subsidies SZ, VG en BGzijn verdeeld naar rato van het aantal inwoners. Dit geldt ook voor de kosten van de GG&GD. De opgaven aan de inkomstenzijde zijn van de Dienst Gemeentelijke Belastingen. Belastingen worden alleen in de deelgemeente geheven. Dit geldt ook voor het reinigingsrecht. De opbrengst van de grafrechten ca. is bepaald door toepassing van het dekkingspercentage dat in Rotterdam in zijn algemeenheid geldt voor begraafplaatsen (32,5 %). Daarna is deze naar rato van de inwonertallen verdeeld. Een klein aantal woningen langs de huidige gemeentegrens, maar aan de Poortugaalse kant, wordt nu al aangeslagen voor rioolrecht.

Algemene uitkering. Wij schatten dat van de algemene uitkering die Rotterdam uit het Gemeentefonds ontvangt ca. f22 min. aan Hoogvliet (deelgemeente) is toe te rekenen. Voor de platen ontvangt Poortugaal de uitkering.

De exploitatieberekening van Hoogvliet van het Grondbedrijf kan niet eenvoudig worden gesplitst naar de Rotterdamse en Poortugaalse delen van Hoogvliet. Dat is ook te begrijpen, want Hoogvliet is opgezet als stedebouwkundige eenheid, waarbij het verloop van de gemeentegrens niet van belang was. Bovendien is Rotterdam er altijd van uitgegaan dat er geen andere grenswijziging aan de orde zou komen dan die nu in het wetsvoorstel is opgenomen. De totaalopzet van de berekening luidt per 1 januari 1985:

* uitgaven — verwerving f 80 min. — openb. werken f 243 min. — afd. kosten f 7 min.

f 330 min. * opbr. - uitgifte f 320 min. 'saldo — f 10 min.

* Van dit saldo is op basis van opper- vlakte f 2 min. aan de Zalmplaat toege- rekend en f 0,8 min. aan de Meeuwen- plaat.

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 10 De boekwaarde van de grond rond de Varleweg bedraagt ca. f 14,3 min. Hier geldt een recreatieve bestemming. De boekwaarde van de Gadering voor zover in Rotterdams eigendom bedraagt f4,3 min. De exploitaties van de beide gebieden lopen grofweg glad. Afgezien is dan echter van de rentelasten op de grond, omdat deze door het Grondbedrijf worden bijgeschreven. Dit is geschied in de verwachting dat toekomstige uitgifte deze last goed zal maken.

Overzicht van aan de deelgemeente Hoogvliet en aan de Zalmplaat/Meeuwenplaat toe te rekenen inkomsten en uitgaven

Deelgem. Platen Meeuwenplaat Zalmplaat

** Uitgaven AZ: secr. 3 800 000 2 375 000 797 642 1 577 358 Algemeen beh. 1 570 564 0 0 0 Openbare verl. 500 000 0 0 0 ROTEB 4 500 000 1 500 000 503 774 996 226 Brandweer 1 600 000 1 100 000 369 434 730 566 Bibliotheek 113 300 66 700 22 401 44 299 Kunstzaken 26 500 0 0 0 SAD 155 475 172 750 58 018 114 732 PI 150 000 167 000 56 087 110913 J & V-subsidies 1 751 900 778 400 261 425 516 975 Rioolonderh. 650 000 250 000 50 000 200 000 Open water 240 000 164 100 43 500 120 600 Onderwijs (So) 3 200 000 1 800 000 604 528 1 195 472 Groenonderh. 1 570 710 496 250 166 665 329 585 Begr. plaatsen 295 200 173 800 58 371 115 429 Straatonderh. 1 000 000 GB 0 0 GSD-app. 650 000 225 000 75 566 149 434 GSD-uitk. 3 264 000 946 000 317713 628 287 DSR 2 082 000 1 649 407 886 378 763 029 Verkeer 136 000 41 000 13 770 27 230 Alg. subs. SZ 264 000 165 000 55415 109 585 Spec. subs. SZ 291 000 178 000 59 781 118219 Alg. subs. VG 220 000 130 000 43 660 86 340 GG &GD 600 000 375 000 125 943 249 057 Subs. Bijz. Gr. 60 000 37 500 12 594 24 906 Tot. lasten 28 690 649 12 790 907 4 295 814 8 495 093

* * Inkomsten OGB 2 903 100 0 0 0 Rioolrecht 1 340 500 120 000 40 302 79 698 Reinigingsr. 1 101 300 0 0 0 Hondenbel. 107 100 0 0 0 Precario 100 000 0 0 0 Grafr. ca. 95 940 56 485 18 970 37 515 Alg. uitk. 22 000 000 0 0 0 Tot. inkomsten 27 647 940 176 485 59 272 117 213 Resultaat -1 042 709 -12 614 422 -4 236 542 -8 377 880

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 11 Bijlage 2

Overzicht kosten Zalmplaat en de daarop aangebrachte correcties

Opgave Meege- Niet- Bijzonderheden B'dam nomen meegenomen

AZ: secretarie 1 577 000 1 240 000 f 337 000 Ontdaan van groot-st.-karakter ROTEB 1 996 000 1 704 000 f 292 000 Rekening is gehouden met inschakeling van de «eigen dienst» Rhoon Brandweer 731 000 425 000 f 306 000 Omzetting beroepsbr. w. in vrijwillige Bibliotheek 44 000 - f 44 000 B'ijft op grondgebied van Rotterdam Schooladviesdnst. 1 115 000 94 000 f 21 000 Aangepast aan vereenvoudiging adm. begeleid. Pedol. Instit. 1 111 000 111 000 - Ongewijzigd J en V Subs. 1 517 000 313 000 f 204 000 Het niet-meegenomen deel is verdisconteerd in hfst. VIII, p. 7 Rioolonderhoud 200 000 F 200 000 - Ongewijzigd Openwater 121 000 F 121 000 - Ongewijzigd Onderwijs f 1 195 000 634 000 f 561 000 Geen rekening gehouden met buitengewoon en voortgezet onderwijs. Te hoog R'dams tekort Groenonderhoud 330 000 F 330 000 - Ongewijzigd (personeel) Begraafplaatsen f 115 000 - f 115 000 Blijft bij R'dam GSD app. f 149 000 F 149 000 — Kosten worden in feite hoger gezien omvang gemeente GSD uitkeringen 628 000 F 628 000 - Ongewijzigd na nadere bijstelling, d. R'dam Dienst Sp. en Recr. F 763 000 F 763 000 - Ongewijzigd Verkeer f 27 000 F 27 000 - Ongewijzigd Subsidies SZ f 228 000 F 228 000 - Ongewijzigd GG & GD F 249 000 F 158 000 f 91 000 Geschoond van grootste element. Norm gem. Overige subsidies F 111 000 f 111 000 — Ongewijzigd

f 1 971 000

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 12 BIJLAGE 3 GEMEENTE ROTTERDAM

Aan de Minister van Binnenlandse Zaken,

Rotterdam, 25 mei 1984

Een belangrijk probleem rond de herindeling van West-IJsselmonde betreft de toekomst van het personeel dat nu in dienst is van de gemeente Poortugaal. In een eerder schrijven hebben wij reeds medegedeeld dat wij bereid zijn de ambtenaren die door het wetsontwerp niet in dienst van de gemeente Albrandswaard kunnen komen over te nemen. Wij hebben er behoefte aan nogmaals te benadrukken dat wij dit aanbod - bij aanvaarding van het wetsontwerp - gestand zullen doen, waarbij geen ontbindende voorwaarde is dat van Uw zijde een bijdrage in de kosten daarvan ter beschikking wordt gesteld, ofschoon wij wel vinden dat hierover nader overleg mogelijk moet zijn. Ten aanzien van het aantal ambtenaren waarom het hier gaat kunnen wij meedelen dat de door ambtenaren van Uw departement recentelijk voorgestelde berekeningsmethodiek voor ons aanvaardbaar is. Deze methode gaat uit van een verdeling van het totaal aantal ambtenaren dat ten behoeve van de betrokken wijken werkzaam zou mogen zijn volgens door Uw departement vastgestelde normen naar rato van de door de gemeente Poortugaal en onze gemeente opgegeven lastentotalen per jaar voor die gebieden. Hieruit resulteert een aantal van circa 42 door Rotterdam over te nemen ambtenaren. Het exacte aantal kan nog in nader overleg tussen Uw departement, de gemeente Albrandswaard en ons worden vastgesteld. Wij vertrouwen erop dat het bovenstaande zal bijdragen tot het wegnemen van eventueel nog aanwezige onzekerheden bij de betrokken ambtenaren.

Burgemeester en wethouders van Rotterdam, De burgemeester, A. Peper De secretaris, J. G. Bannink

Tweede Kamer, vergaderjaar 1983-1984, 17 799, nr. 16 13