Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan Open Ruimte Te Herent ONDERZOEK TOT MER
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Open ruimte te Herent ONDERZOEK TOT MER Definitief Gemeente Herent Wilselsesteenweg 28 2030 Herent Grontmij Vlaanderen Mechelen, augustus 2011 184469_06, revisie b Verantwoording Titel : Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Open ruimte te Herent Subtitel : ONDERZOEK TOT MER Projectnummer : 184469 Referentienummer : 184469_06 Revisie : b Datum : Augustus 2011 Auteur(s) : Veerle Stroobant, Sigrid van de Noort E-mail adres : [email protected] Gecontroleerd door : Raïssa Bratkowski Paraaf gecontroleerd : Goedgekeurd door : Veerle Stroobant Paraaf goedgekeurd : Contact : Grontmij Vlaanderen N.V. Stationsstraat 51 B-2800 Mechelen T +32 15 45 13 00 F +32 15 45 13 10 [email protected] www.grontmij.be 184469_06, revisie b Pagina 2 van 48 Inhoudsopgave 1 INLEIDING.................................................................................................................... 5 1.1 Inhoud van het rapport.................................................................................................. 5 1.2 Opzet van het RUP waarvoor een onderzoek tot m.e.r. wordt opgemaakt .................. 5 1.3 Initiatiefnemer................................................................................................................ 5 2 BESCHRIJVING EN VERDUIDELIJKING VAN HET PLAN ....................................... 6 2.1 Geografische situering .................................................................................................. 6 2.2 Beschrijving van het plangebied ................................................................................... 6 2.3 Juridische en beleidscontext......................................................................................... 7 2.4 Doelstelling van het RUP............................................................................................ 12 2.5 Huidige en toekomstige planologische situatie........................................................... 12 2.6 Alternatieven ............................................................................................................... 15 3 AFTOETSING PLAN-MER-PLICHT VAN RECHTSWEGE....................................... 16 3.1 Plan-m.e.r.-plicht......................................................................................................... 16 3.2 Noodzaak tot passende beoordeling .......................................................................... 16 4 GRENS- OF GEWESTGRENSOVERSCHRIJDENDE MILIEUEFFECTEN.............. 17 5 SCOPING.................................................................................................................... 18 5.1 Inleiding.......................................................................................................................18 5.2 Scoping ....................................................................................................................... 18 5.3 Bespreking scoping..................................................................................................... 21 6 BESCHRIJVING EN BEOORDELING VAN DE MOGELIJKE MILIEUEFFECTEN.. 23 6.1 Toelichting................................................................................................................... 23 6.2 Discipline bodem en water.......................................................................................... 23 6.3 Discipline Fauna & Flora............................................................................................. 28 6.4 Discipline landschap, bouwkundig erfgoed & archeologie ......................................... 37 6.5 Discipline mens-socio-organisatorische aspecten...................................................... 40 6.6 Andere milieudisciplines ............................................................................................. 42 7 EXTERNE MENSVEILIGHEID ................................................................................... 43 8 BESLUIT..................................................................................................................... 44 9 ANNEX / AANVULLINGEN EN CONCLUSIES N.A.V. ADVIEZEN.......................... 45 9.1 Verzoek tot raadpleging.............................................................................................. 45 9.2 Aanvullingen................................................................................................................ 45 BIJLAGE I....................................................................................................................................... BIJLAGE II...................................................................................................................................... BIJLAGE III..................................................................................................................................... BIJLAGE IV..................................................................................................................................... 184469_06, revisie b Pagina 3 van 48 1 INLEIDING 1.1 Inhoud van het rapport Door de inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse regering van 11 april 2008 dient in het planproces van een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) formeel rekening gehouden te worden met het onderzoek van milieueffecten die de realisatie van de bestemmingen in dit RUP kunnen te- weegbrengen. In de praktijk betekent dit dat voor elk RUP minimaal een ‘onderzoek tot m.e.r’ (milieueffectrap- portage)’ dient uitgevoerd te worden. Hierbij gaat men na of het plan of programma aanzienlijke effecten kan hebben t.o.v. de bestaande situatie voor mens en milieu. Dit onderzoek houdt een beoordeling in aan de hand van de in bijlage I opgesomde criteria van het Decreet van 05 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM). De resultaten van het ‘onderzoek tot m.e.r.’ geven aan of de opmaak van een plan-MER al dan niet noodzakelijk is. Bijkomend worden de resultaten aangewend om de ruimtelijke keuzes die in het RUP gemaakt worden inhoudelijk te versterken en te onderbouwen. 1.2 Opzet van het RUP waarvoor een onderzoek tot m.e.r. wordt opgemaakt Het gemeentelijk ruimtelijke structuurplan van Herent vormt de basis voor de opmaak van het RUP open ruimte. Het RUP bakent de natuurlijke en agrarische structuren binnen de gemeente Herent af. 1.3 Initiatiefnemer Gemeente Herent Wilselsesteenweg 28 3020 Herent 184469_06, revisie b Pagina 4 van 48 2 BESCHRIJVING EN VERDUIDELIJKING VAN HET PLAN 2.1 Geografische situering Kaart 1: aanduiding van de gemeente op topografische kaart Het gemeentelijk RUP beslaat het volledig grondgebied van de gemeente Herent. De gemeente situeert zich centraal in de provincie Vlaams-Brabant. Herent wordt begrensd door de gemeenten Leuven, Kortenberg, Bertem, Haacht en Kampen- hout. 2.2 Beschrijving van het plangebied De gemeente Herent wordt doorsneden door 3 grote lijnstructuren, namelijk; de spoorweg Za- ventem – Leuven, de Mechelsesteenweg N26 en de Brusselsesteenweg N2. Langs de spoor- weg liggen de 3 grootste bebouwde kernen van de gemeente, waarvan het centrum van Herent op de kruising met de Mechelsesteenweg. De andere 2 kernen zijn Veltem-Beisem en Winksele die respectievelijk in het zuidoosten en het zuiden gelegen zijn. Vanuit deze kernen vertakken verscheidene wegen waarlangs lintbebouwing is gelegen. Dit is ook het geval langs de as van de N26. De autosnelweg A2 is de harde zuidoostelijke grens van de gemeente. Binnen de gemeentegrens zijn langs de Brusselsesteenweg, ter hoogte van Diependaal, en langs de spoorweg, ter hoogte van het centrum, enkele kleinschalige bedrijvenzones gelegen. Naast de aanwezige woonlinten en bebouwde kernen bestaat de gemeente Herent uit een vrij- wel open landschap van hoofdzakelijk akkers en weilanden. In de westelijke helft en langs de westelijke grens van de gemeente komen diverse bosfragmenten voor. Het Kastanjebos omvat tevens grote gebieden met moerassige gronden. In het zuiden, ter hoogte van de grens met de gemeente Bertem, is een uitloper van het Bertembos aanwezig. De valleien van de Weisetterbeek en de Molenbeek vormen in het oosten de grens met de ge- meente Kortenberg. Het zuidelijk deel van de gemeente is reliëfrijk met de waardevolle boslandschappen gelegen op plateauruggen zoals Bertembos. Uitlopers van deze bossen zijn gelegen op het grondgebied van de gemeente. Kenmerkend is de aanwezigheid van de steilrand, die als een natuurlijk ba- ken beschouwd wordt en de overgang vormt tussen het Brabant Plateau en Laag België. Eveneens in het zuiden bevinden zich verschillende holle wegen rond Schoonzicht, Galgeveld, Godelinde en Mollekensberg. Door het reliëfrijk landschap in het zuidelijk deel van de gemeente zijn hier verschillende verge- zichten waarneembaar met heel wat afwisseling te wijten aan de colluviale dalletjes en holle wegen die afdalen vanuit het Bertembosmassief naar de omringende valleien. 184469_06, revisie b Pagina 5 van 48 BESCHRIJVING EN VERDUIDELIJKING VAN HET PLAN Figuur 1: situering belangrijkste structuren 2.3 Juridische en beleidscontext 2.3.1 Gewestplan Het gewestplan Leuven werd vastgesteld bij KB van 7 april 1977 (BS 20 april 1977). Het ge- westplan werd gedeeltelijk herzien bij besluit van de Vlaamse regering van 23 juni 1998. Deze gewestplanherzieningen hebben betrekking op: • De afschaffing van de reservatiestrook voor het doortrekken van de E314 • De afbakening van de waterwinningsgebieden ter hoogte van het Kastanjebos en Langeveld (vermindering in oppervlakte) • Aanduiding van delen van de dorpskernen Veltem-beisem en Winksele als