Inhoud

Hoofdstuk 1 in ontwikkeling 5 Hoofdstuk 8 Stadsdeel Centrum 33 Amsterdam vandaag 5 Maatwerk 34 Amsterdam morgen 5 Energietransitie en Koers 2025 35 Amsterdam in de regio 6 Hoofdstuk 9 Stadsdeel Oost 37 Hoofdstuk 2 Opgaven voor Amsterdam 7 Oost: oude stad 38 Sturing op de opgave 7 Oost: nieuwe stad 39 De opgave in beeld 7 Doelstellingen MIP 7 Hoofdstuk 10 Stadsdeel Zuid 43 Kaart 9 Belangrijke opgaven in stadsdeel Zuid 43 Stadsprogramma 10 Integrale aanpak van werkzaamheden 44 Afspraken voor stadsdeel Zuid 44 Hoofdstuk 3 Kiezen voor de stad 11 Hinder en maatregelen 45 Relatie met de opgaven 11 Communicatie 46 Randvoorwaarden 12 Tot besluit 47 Financiering 13 Samenhang 13 Hoofdstuk 11 Stadsdeel Zuidoost 49 Relatie met instandhouding 14 / 49 Amstel III/ArenAPoort 50 Hoofdstuk 4 Kansgebieden 15 Bereikbaarheid 51 Gebiedsgericht programmeren 15 Kansgebieden 15 Hoofdstuk 12 Stadsdeel Westpoort 53 Programma Haven-Stad 53 Hoofdstuk 5 Stadsdeel Noord 17 Kansgebied Westpoort 55 Bereikbaarheid tijdens en na gebiedsontwikkeling 18 Hoofdstuk 13 MIP in uitvoering 57 Contrast oude en nieuwe gebieden 19 Planningsrealisme 57 Bereikbaarheid en leefbaarheid 57 Hoofdstuk 6 Stadsdeel Nieuw-West 23 Capaciteit 58 Corporaties en energieleveranciers 24 Schinkelkwartier 25 Bijlage I Tabel Bestedingsvoorstel SMF 59 Gebiedsontwikkeling in Bijlage II Prioriteringsmethodiek 61 de Ringspoorzone West 26 Bijlage III Betrokkenen 69 Bijlage IV MIP proces 72 Hoofdstuk 7 Stadsdeel West 29 Bijlage V Statistieken 73 Herprofilering van doorgaande routes 30 Ontwikkelingen Westerpark en 31 Kansgebied Surinameplein 32 4 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 1 Amsterdam in ontwikkeling

Amsterdam ontwikkelt zich in hoog tempo en de diversiteit aan modaliteiten is het nodig keu- de groei van de stad blijft volgens de prognoses zes te maken ten aanzien van aanleg en inrich- toenemen. Dit vraagt investeringen – en daarbij ting van de wegen. Dit heeft gevolgen voor het werkzaamheden – die in een compacte stad als onderhoud of verbeteren van bestaande routes Amsterdam merkbare gevolgen hebben. De en het aanleggen van nieuwe verbindingen. bouw van extra woningen heeft invloed op de bereikbaarheid tijdens de bouwperiode, maar De stad kent specifieke opgaven die voortko- vraagt ook om investeringen en wijzigingen in men uit wensen en behoeften van bewoners. In het mobiliteitssysteem van de stad. Bovendien de gebiedscyclus worden deze geïnventariseerd heeft gebiedsontwikkeling een andere, meer en waar mogelijk gerealiseerd. De stad heeft conjunctuurgevoelige, dynamiek dan infrastruc- tevens een opgave om de openbare ruimte be- turele werken. ter bestand te maken tegen hevige regenbuien, De stad vernieuwt ook op het gebied van om overlast te voorkomen. Er zijn knelpunten in aardgas, warmtevoorziening en regenbestendig- de stad gedefinieerd waar maatregelen moeten heid. De komende jaren zien we een toename worden getroffen. van onderhoudswerk aan assets als riolering, lokale wegen, bruggen en kademuren. Ook de Amsterdam morgen grootschalige (bouw)werkzaamheden op het De gemeentelijke ontwikkelstrategie is gericht rijkswegennet en het openbaar vervoer rond op de bouw van tienduizenden woningen, zowel Amsterdam, zoals op de , het Zuidasdok, in nieuwe gebieden als middels een verdichting de A9 Amstelveen, de Gaasperdammerweg, van bestaande gebieden zoals de Noordelijke station Zuid, station Centraal, Schiphol Plaza en IJ-oevers. Momenteel wordt gekeken naar aan- de Amstelveenlijn, hebben gevolgen voor de tallen, faseringen en infrastructurele ingrepen bereikbaarheid en leefbaarheid van de stad. die nodig zijn om deze ontwikkelgebieden te ontsluiten. Een dergelijke groei in woningbouw Amsterdam vandaag heeft invloed op de bereikbaarheid tijdens de De openbare ruimte in Amsterdam is bijzonder bouwperiode en vraagt om investeringen en druk in bepaalde delen van de stad, vanwege de wijzigingen in het mobiliteitssysteem van de vele gebruiksfuncties en toeristische trekpleis- stad. Het gaat hierbij om het verbeteren van ters. Met name het stadshart, de oude grach- bestaande verbindingen en om het aanleggen tengordel en de zogenoemde stadsstraten wor- van nieuwe verbindingen. Ook wordt ingezet den intensief gebruikt. De verblijfskwaliteit van op “slim reizen”, in tijd of per modaliteit. Op de openbare ruimte, zoals straten, pleinen en termijn is mogelijk een mobiliteitsschaalsprong parken, komt daarmee onder druk te staan. De nodig waarbij de combinatie van push en pull gemeente stuurt op het groeiende belang van factoren belangrijk is (zoals een nieuwe metro- een aantrekkelijke openbare ruimte. Spreiding lijn in combinatie met actief beperkingsbeleid van functies en aanpassingen zorgt voor meer van autobezit) en ook de verbinding met de al ruimte voor de gebruikers. bestaande stad.

Naast de verblijfsfunctie kent de openbare Energietransitie heeft een grote impact op de ruimte een belangrijke vervoersfunctie. Door stad. Veiligheidshalve moeten veel gasleidingen toename in het aantal vervoersbewegingen en worden vervangen. Vanuit de ambitie om een

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 5 gasloze stad te realiseren worden alternatieve veel invloed op bereikbaarheid en leefbaarheid energievoorzieningen verbeterd en aangelegd. binnen een gebied. In het gebied Zuidas, als Dit betekent uitbreiding en toepassing van internationale toplocatie voor bedrijven, vinden stadswarmte en het realiseren van zogenaamde veel ontwikkelingen met grote impact plaats. ‘all-electric’ woningen. Zo is het mogelijk traditi- Gebiedsontwikkeling en woningbouw, maar ook onele blokverwarming en kookgas te vervangen werkzaamheden aan spoor en wegen. Voor de door stadswarmte en elektrisch koken, of door (economische) ontwikkeling van de regio zijn elektriciteit voor de gehele verwarm- en kook- deze vernieuwingen en verbeteringen van groot voorziening. Corporaties zijn hierbij belangrijke belang. Het is belangrijk dat betrokken organisa- organisaties, aangezien de energietransitie voor ties zich realiseren dat ‘lokale werkzaamheden’ corporatiebezit in relatief korte tijd op grote impact kunnen hebben op het hele vervoersnet- schaal gevolgen kan hebben. Andere nieuwe werk in de stad en de omliggende regio. ontwikkelingen zoals zonnepanelen, laadpalen voor elektrische auto’s en de energievoorziening De groei van de stad vraagt niet alleen een van datacenters vragen tevens een aanpassing investering in de stad, maar ook in regio- van het elektriciteitsnet. nale verkeers- en vervoersverbindingen. Naast bezoekers van de stad reizen ook veel Amsterdam in de regio Amsterdammers regelmatig van en naar de De positie van Amsterdam in relatie tot de stad, bijvoorbeeld voor woon-werk-verkeer. regio is van groot belang. Grootschalige (bouw) Met een goede bereikbaarheid biedt de regio werkzaamheden op het rijkswegennet en aan Amsterdam wellicht ook ruimte voor woning- het openbaar vervoer rond Amsterdam hebben bouw om de groei van de stad op te vangen.

6 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 2 Opgaven voor Amsterdam

Sturing op de opgave le, goede uitvoering van werk in de openbare De stedelijke ontwikkeling op veel terreinen ruimte. Dit kan door afstemming en combineren leidt tot een complexe, dynamische èn inspire- van projecten. rende opgave. Met het belang van Amsterdam • Afstemming: de afstemming van projecten voor ogen is een integrale blik vanuit verschillen- onderling en van het werk met de omgeving, de beleidsdisciplines nodig. De Eigenarentafel waardoor we de overlast van werkzaamhe- is in 2014 vanuit dat perspectief opgericht. Het den beperken en de bereikbaarheid in stand fundament van deze tafel is door de stads- houden. delen, Verkeer & Openbare Ruimte, Metro • Financiën: kansen voor kostenreductie door & Tram, Haven en Waternet gelegd. Dit jaar bijvoorbeeld projecten te combineren, kos- gebruiken we dit fundament om de integrale ten te delen met meerdere organisaties en opgave van de stad te bespreken met Ruimte de periode van uitvoering te versnellen. & Duurzaamheid, Grond & Ontwikkeling, Zuidas en het programma Rainproof. Dit zijn Afstemmen de gemeentelijke organisaties die gezamenlijk Het MIP stuurt ook op de afstemming van regie voeren over de opgave voor de stad. budgetbestedingen door de combinatie van De Eigenarentafel heeft dit document, het projecten in een straat of gebied, zodat de Meerjareninvesteringsprogramma (MIP) vastge- totale kosten beperkt worden. Dit gebeurt in steld. het proces van de totstandkoming van dit MIP in gezamenlijke gesprekken, waarbij gemeente- Dit MIP is het instrument waarmee de stedelijke lijke- en private organisaties aanwezig zijn. De opgave concreet in beeld gebracht wordt. Het afstemming van beoogde werkzaamheden is MIP stuurt op een afgestemde voorbereiding en besproken vanuit verschillende perspectieven. uitvoering van het werk, zodat dit efficiënt wordt Deze afstemming heeft tot samenwerkingsaf- uitgevoerd en de hinder voor de stad tijdens spraken geleid, die eveneens zijn opgenomen in het werk beperkt blijft. Naast de leden van de de hoofdstukken per gebied. Eigenarentafel zijn Vervoerregio Amsterdam, Liander en Nuon betrokken bij de voorbereiding van het MIP. Prioriteren Het MIP bevat een prioriteringsvoorstel om De opgave in beeld de middelen van het Stedelijk Mobiliteitsfonds De stedelijke projectenkaart op bladzijde 9 geeft (SMF) zo nuttig mogelijk te besteden. de fysieke projecten weer die door de betrokken Gemeentelijke organisaties mochten aanvragen partners zijn aangemeld en gehonoreerd voor doen voor fysiek en niet-fysiek werk, mits ze het MIP 2018-2021. voldeden aan de vastgestelde spelregels voor het fonds. Prioriteren is noodzakelijk omdat de Doelstellingen MIP aangedragen werkzaamheden een grotere claim Het MIP heeft drie doelstellingen, namelijk leggen op het fonds dan er middelen beschik- optimaliseren, afstemmen en prioriteren. baar zijn. Door middel van prioritering zorgen we ervoor Optimaliseren dat de middelen daar worden besteed waar ze Met optimaliseren zorgen we voor een integra- het meeste resultaat opleveren voor de stad.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 7 Deze kaart is interactief beschikbaar via https://maps.amsterdam.nl/mip Stadsdelen en Westpoort

Verkeer en Openbare Ruimte

Metro en Tram

Ruimte en Duurzaamheid

Waternet

Rainproof

9 In hoofdstuk 3 Kiezen voor de stad wordt verder vIn het SMP staat de opgave voor de lange ter- ingegaan op de prioritering. De prioriteringsme- mijn (tien jaar vooruit) van zowel gemeentelijke thodiek is opgenomen in bijlage II. als private organisaties. Met kaarten tonen we de grove opgave en ambities voor de openbare Stadsprogramma ruimte. Omdat we het werk vroeg in beeld bren- Het MIP maakt samen met het Strategisch gen en die informatie delen, geldt het SMP als Meerjarenprogramma (SMP) en het uitgangspunt van samenwerking en een goede Uitvoeringsprogramma (UP) onderdeel uit van uitvoering van het werk in de stad. het Stadsprogramma. Dit drieluik aan program- ma’s presenteert de opgave in de openbare Het UP richt zich op de termijn van één tot drie ruimte van Amsterdam op de lange, middellan- jaar voor de aanvang van werkzaamheden. Het ge en korte termijn. Het doel van het gehele beperken van hinder wordt in dit programma Stadsprogramma is vroegtijdige afstemming concreet uitgewerkt. Daarbij is zowel gebieds- over ingrepen in de openbare ruimte van gerichte als stedelijke afstemming van projecten Amsterdam, om hinder voor haar bewoners, belangrijk. In het UP legt de stadsregisseur bezoekers en ondernemers te beperken en de tijdvakken en koppelingen vast voor projecten. bereikbaarheid en leefbaarheid te vergroten. Zo blijft de stad ook tijdens de uitvoering van het werk leefbaar en bereikbaar.

10 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 3 Kiezen voor de stad

Relatie met de opgaven Drukte in het stadshart is een andere actuele op- Het MIP bevat een prioritering om de middelen gave binnen de bestaande stad. Evenementen van het Stedelijk Mobiliteitsfonds (SMF) zo nut- en werkzaamheden, maar ook de groei van tig mogelijk te besteden. Zoals eerder beschre- de stad zorgen ervoor dat wegen, straten en ven, zijn er meer aanvragen gedaan dan er mid- pleinen soms overvol raken. De opgave voor delen beschikbaar zijn in het SMF. De aanvragen de komende jaren is om de schaarse ruimte die voor dit MIP gedaan zijn, dragen bij aan de optimaal te gebruiken en de leefbaarheid en verschillende opgaven die de stad kent. Om een bereikbaarheid te behouden. Dit vraagt vooral in goede keuze te kunnen maken hebben we een het centrum om inzet van crowd-management, relatie gelegd tussen de verschillende opgaven (camera)handhaving, minder gemotoriseerd ver- door ze thematisch in te delen. We hanteren bij keer en het maken van gerichte keuzes tussen de prioritering een thematische indeling naar modaliteiten. Het verminderen van overlast van bestaande stad, nieuwe stad en (relatie tot de) taxi, touringcar en bestel-/ goederenvervoer regio. krijgt meer prioriteit. Daarnaast wordt ingezet op het actieprogramma Smart Mobility, dat bij Bestaande stad groeiende impact van wegwerkzaamheden en/ In de bestaande stad staat het verbeteren of evenementen en de groei van de stad een van de verblijfskwaliteit en verminderen van oplossing kan bieden. de negatieve effecten van goederenvervoer, taxi, touringcar, fietsparkeren en foutparkeren Vanuit de stadsdelen wordt input gegeven over centraal. De verbetering van verblijfskwaliteit de opgave voor een specifieke wijk, buurt of heeft betrekking op straten en pleinen en ook straat. Verschillende gebieden hebben ver- op parken en plantsoenen. Om de verblijfskwa- schillende opgaven die gekoppeld zijn aan de liteitsambities te kunnen waarmaken op andere vraagstukken vanuit het sociale domein. Een locaties is doorstroming van de corridors, met belangrijke opgave is hoe we de groeiende en name de S100, voor gemotoriseerd vervoer een steeds intensiever gebruikte openbare ruim- belangrijke voorwaarde. Daarnaast geldt de te leefbaar houden. Het is vaak puzzelen met opgave om voldoende ruimte voor voetgangers schaarse openbare ruimte, zowel in stadsstraten en doorstroming voor fiets en openbaar vervoer als in het groen. De leefkwaliteit in buurten is te verkrijgen. Dit vraagt om een multimodale onderdeel van de opgave voor de stad. Door de benadering waar keuzes tussen drukke verkeers- ontwikkeling van de stad gaat de aandacht uit stromen gemaakt moeten worden. naar groeigebieden en straten waar de drukte De investeringen die samen met de vervoerre- het grootst is. Woonbuurten binnen en buiten gio in het openbaar vervoer-systeem worden de ring vragen investeringen in openbare ruimte gedaan, sluiten aan bij deze opgave, evenals de en groen. De aanvragen van stadsdelen spelen projecten uit de Uitvoeringsagenda Mobiliteit in op deze opgave. (UAM). Ook investeringen in het fietsnetwerk en verkeersveiligheid dragen bij aan het veilig, In de bestaande stad ligt tevens een regen­ vlot en comfortabel verplaatsen in de bestaande bestendigheidsopgave. Het voorkomen van stad. Voor de laatste twee lopen stedelijke pro- schade door hevige regenbuien is een opga- gramma’s, waarbij de aanpak stedelijk gebun- ve voor de hele stad. Met een relatief kleine deld wordt. aanpassing aan al bestaande plannen kan de

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 11 inrichting van de openbare ruimte regenbesten- Randvoorwaarden dig gemaakt worden. Door de Eigenarentafel zijn in afstemming met alle aanvragers van middelen uit het SMF enkele Nieuwe stad randvoorwaarden voor het prioriteren van pro- Bij de nieuwe stad zien we duidelijk Koers jecten benoemd: 2025 terug, het programma waarbinnen de • Geef voorrang aan toekomstbestendige ontwikkelstrategie van de stad vertaald wordt oplossingen. naar concrete projecten. Hierbij horen Sprong • Prioriteer aanvragen met een brede meer- over het IJ, speciale ontwikkelgebieden en waarde (bijdragen aan meerdere doelen, fietsverbindingen­ tussen de huidige stad en samenhang in inhoud of aanpak per gebied). de nieuwe gebieden. De opgave is om goede • Maak zo veel mogelijk gebruik van al bewe- verbindingen met nieuwe en transformatiege- zen methodes. bieden te realiseren en deze gebieden leefbaar • Geef de voorkeur aan oplossingen die op en bereikbaar te houden. meer plaatsen inzetbaar zijn. Ook zien we bij de nieuwe stad de ambitie terug • Hanteer duurzaamheid als vast element in van het college en Koers 2025 om jaarlijks mini- aanvragen (waaronder materiaalgebruik, maal 5000 woningen te bouwen. Om deze wo- zonnepanelen, regenbestendigheid). ningen mogelijk te maken moet er geïnvesteerd • Stedelijke programma’s zijn bedoeld voor worden in bereikbaarheid en verblijfskwaliteit. stedelijke samenhang in de aanpak van een specifieke opgave. Ze zijn daarom leidend: in Regio principe worden losse aanvragen niet meege- In de metropoolregio zijn 250.000 woningen no- nomen, omdat er in de programma’s midde- dig tot 2040. Daarbij behoort een schaalsprong len beschikbaar zijn. Dit geldt bijvoorbeeld in stedelijke bereikbaarheid met meer dan vier voor verkeersveiligheid en fiets. Voor groen miljoen autokilometers en twee miljoen open- bestaan ook andere financieringsbronnen. baar vervoer-kilometers erbij. Amsterdam heeft als kloppend hart van regio de grootste opgave Financiering rondom stedelijke en regionale bereikbaarheid. Het Stedelijk Mobiliteitsfonds (SMF) is gericht Deze opgave is een goede verbinding met de op activiteiten die een verbetering van het ver- regio te realiseren voor economische vitaliteit, keers- en vervoerssysteem of van de openbare aantrekkelijkheid en duurzaamheid. ruimte (inclusief groen en luchtkwaliteit) bete- kenen. Reguliere activiteiten met betrekking tot Maatregelen die hierbij horen zijn onder meer instandhouding, beheer, beleidstaken en kosten de inzet op slimme oplossingen vanuit Smart voor lokale/specifieke gebiedsontwikkeling Mobility en specifiek op ontwikkelingen zoals vallen buiten het bereik van het SMF. MAAS (Mobility As A Service). Het idee hierach- ter is dat de reiziger geen auto, fiets of kaartjes Regelmatig worden aanvragen gefinancierd voor het openbaar vervoer koopt maar ‘mobi- vanuit verschillende dekkingsbronnen. Het MIP liteit’. De leverancier van die mobiliteit zorgt brengt diverse dekkingsbronnen in beeld. De ervoor dat de reiziger een persoonlijk en actueel prioritering is echter alleen gericht op middelen reisaanbod krijgt, waarin gebruik gemaakt kan van het SMF. Wanneer geen middelen uit het worden van verschillende manieren om te reizen. SMF worden toegekend is het mogelijk dek- Het DVM (Dynamisch Verkeersmanagement) king op andere wijze te zoeken of de aanvraag -investeringsplan zorgt ervoor dat de assets een jaar later nogmaals te doen. Zo is er een op voldoende niveau zijn om deze innovatieve relatie tussen het SMF en de algemene midde- maatregelen te kunnen inzetten. len, het vereveningsfonds, grondexploitaties en brede doeluitkeringen van de Vervoerregio Amsterdam.

12 GEMEENTE AMSTERDAM Samenhang de periode uitgevoerd, en dus geprioriteerd In de voorgaande alinea’s is beschreven hoe de kan worden. Specifieke eisen aan de uitvoering prioritering van aanvragen voor het SMF aan en de toewijzing van tijdvakken komen in het de opgaven voor de stad gerelateerd is. De Uitvoeringsprogramma (UP) aan de orde. aanvragen staan echter niet op zichzelf. Zo is er een geografische (straat, wijk of gebiedsgericht) Relatie met instandhouding en inhoudelijke samenhang die in de volgende In dit MIP worden ook instandhoudingsprojecten hoofdstukken beschreven is. Deze samenhang voor assets in de openbare ruimte geprogram- is medebepalend bij de prioritering. Aanvragen meerd, met de volgende aandachtspunten: hebben een hogere plaats in de rangorde als ze een geografische of inhoudelijke relatie Samenhang instandhoudingswerk en verbe- met al gefinancierde werkzaamheden hebben. teringen Inhoudelijk samenhangende werkzaamheden Het SMF is alleen bedoeld voor verbeteringen zijn in de prioritering aan elkaar gekoppeld. voor het verkeer- en vervoerssysteem en de openbare ruimte. Projecten bestaan vaak uit een De bereikbaarheid en leefbaarheid tijdens de samenspel van regulier instandhoudingswerk en uitvoering van werkzaamheden speelt een be- enkele verbeteringen. De afstemming van het langrijk rol in de planning. Vooral in Amsterdam beschikbare budget voor instandhouding versus Zuid, maar ook in diverse andere delen van verbetering uit het SMF wordt de komende de stad is de hoeveelheid werkzaamheden jaren stapsgewijs verbeterd. zo groot, dat het passen en meten is om de hinder te beperken. Dit heeft gevolgen voor Tijdelijk Parkeerfonds het aantal werkzaamheden dat in een bepaal- De parkeerfondsen van stadsdelen werden ook

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 13 aangewend voor de financiering van reguliere van achterstallig onderhoud voor verschillende instandhouding (beheer en onderhoud van assets. In de Voorjaarnota 2016 is budget ter assets). Volgens de spelregels kan dit niet meer beschikking gesteld om hiermee te starten. In in het nieuwe SMF. Binnen het SMF is wel een verschillende buurten in Noord, Zuidoost, Nieuw tijdelijk fonds gevormd om de oude instandhou- West en Zuid (alleen buiten de ring) wordt dingsactiviteiten vanuit stadsdelen gestand te de komende jaren gewerkt aan achterstallig kunnen blijven doen. Een nieuwe systematiek onderhoud, waar mogelijk in samenhang met van ramen en bekostigen, die gemeentebreed andere assets. Bij de uitvoering van onderhoud voor de begroting gaat gelden, moet uitsluitsel in de openbare ruimte wordt eerst bezien of geven over hoe instandhoudingsactiviteiten in dit (deels) kan worden uitgevoerd door de de toekomst kunnen worden gefinancierd. Werkbrigade alvorens het wordt aanbesteed.

Wegwerken achterstallig onderhoud De ontwikkeling van het MIP gaat stapsgewijs. Door de toegenomen kennis over assets De Eigenarentafel is van mening dat de uitwer- en de stedelijke uniforme kaders voor king van bovengenoemde punten de volgende Assetmanagement is de toestand van het areaal stap vormt naar een nóg effectievere samenwer- steeds beter bekend. De komende jaren wordt king in Amsterdam. een inhaalslag gemaakt met het wegwerken

14 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 4 Kansgebieden

Gebiedsgericht programmeren zameling en analyse. Stakeholders die nog niet Bij een gebiedsgerichte sturing van werk- meegaan in deze cyclus zullen worden uitgeno- zaamheden zijn alle werkzaamheden in beeld, digd om hun informatie op dezelfde manier te met als basis de database van Stedelijke ontsluiten. Programmering. Vanuit de kennis over de voor- genomen projecten en de opgave in het gebied Kansgebieden kan flexibel worden ingespeeld op actualiteiten: Gebieden waar door middel van optimalisatie het werkpakket staat niet jaren vooruit vast. Ook hinder kan worden beperkt en kostenreductie worden werkzaamheden vanuit het totaalover- en/of planningsefficiëntie kan worden bereikt zicht waar nodig gekoppeld of ontkoppeld: wat worden in dit MIP als kansgebieden aangewe- snel kan, doen we snel. Gebiedsontwikkeling zen. De Eigenarentafel benoemt kansgebieden, maakt onderdeel uit van deze gebiedsgerich- waar er sprake is van een clustering van pro- te regie en is daarbij vaak ritmebepalend. De jecten in plaats en tijd op een plek in de stad, cyclus van het Strategisch Meerjarenprogramma met kansen voor benoemde optimalisaties. (SMP) en het Meerjareninvesteringsprogramma De Eigenarentafel wijst een trekker aan die de (MIP) dient daarbij als basis voor informatiever- opgave voor dit gebied gedetailleerd in beeld

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 15 brengt en met de betreffende organisaties afspraken maakt gericht op het behalen van optimalisaties.

In dit MIP zijn onderstaande kansgebieden benoemd: 1. Westpoort 2. Haven-Stad 3. Plantagebuurt/Roeterstraat 4. Nieuwe Zijde 5. Surinameplein 6. 7. Willemsparkbuurt en omgeving 8. 9. Rivierenbuurt 10. - 11. Ringspoorzone West 12. Schinkelkwartier 13. Amstelstation en Overamstel 14. Driemond 15. Zuidelijke IJ-oever

Op de kansgebieden en andere optimalisatie­ mogelijkheden wordt nader ingegaan in de hoofdstukken per gebied (hoofdstukken 5 t/m 12)

16 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 5 Stadsdeel Noord

De bereikbaarheid van stadsdeel Noord de veerponten. In 2018 wordt de metrotunnel verbetert significant onder invloed van de van de Noord/Zuidlijn aan dit rijtje toegevoegd. gebiedsontwikkeling, instandhouding en woningbouwrenovaties. De combinatie Daarnaast kenmerkt stadsdeel Noord zich door van oude en nieuwe gebieden levert in gebiedsontwikkeling en de grote opgave voor het stadsdeel een aantrekkelijke dynamiek het onderhoud aan de openbare ruimte. De op voor (nieuwe) bewoners, bezoekers en komst van nieuwe woningen en voorzienin- ondernemers. gen rondom en het CAN-gebied (Centrum Amsterdam Noord) leidt tot een Een fysieke barrière van water (het IJ en het toestroom van bezoekers en een groeiend Noordzeekanaal) scheidt stadsdeel Noord van aantal bewoners. Dit levert een contrast op de rest van Amsterdam. Door een toenemend met oude gebieden waar instandhouding van aantal ontwikkelingen wordt stadsdeel Noord de openbare ruimte een belangrijke rol speelt. steeds beter bereikbaar. De Klaprozenweg Ook woningbouwcorporaties hebben een grote wordt verbreed, de Noord/Zuidlijn wordt in renovatieopgave in het stadsdeel. Deze drie 2018 in gebruik genomen en er is een princi- trends (gebiedsontwikkeling, instandhouding pebesluit genomen over de aanleg van een en woningbouwrenovaties) brengen nieuwe uit- fietsbrug over het IJ. Deze verbindingen zijn niet dagingen met zich mee voor de bereikbaarheid alleen gericht naar de rest van de stad maar ook van stadsdeel Noord en afstemming tussen de richting andere steden, zoals Zaandam. Op dit verschillende uitvoerende organisaties. Binnen moment zijn de belangrijkste toegangswegen deze opgaven liggen kansen om de thema´s re- van het stadsdeel naar de rest van Amsterdam genbestendige openbare ruimte en energietran- de drie tunnels (Coentunnel, IJtunnel en de sitie (gasloze stad) geïntegreerd uit te voeren. Zeeburgertunnel), de Schellingwouderbrug en Hieronder zullen de specifieke opgaven van

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 17 stadsdeel Noord nader worden toegelicht en CAN-gebied en Noord/Zuidlijn wordt aangegeven hoe deze opgaves aange- De komst van de Noord/Zuidlijn gaat in stads- pakt kunnen worden. deel Noord tot veranderende verkeerstromen leiden. Rondom het eindstation is dit nu al te Bereikbaarheid tijdens en na zien in het CAN-gebied. Door de nieuwe open- gebiedsontwikkeling baar vervoer-verbinding verandert de dynamiek Door gebiedsontwikkeling verandert het gebruik in het gebied waardoor het gebied interessant van de openbare ruimte. Het aantal bezoekers wordt voor de bouw van bedrijven, winkels, en bewoners neemt in stadsdeel Noord toe. scholen en woningen. De ontwikkeling van het De capaciteit van de huidige openbare ruimte CAN-gebied zet zich voort na de ingebruikne- voldoet niet meer aan het nieuwe gebruik. Door ming van de Noord/Zuidlijn. Afstemming van de de gebiedsontwikkelingen aan de noordelijke werkzaamheden blijft tijdens de gebiedsontwik- IJ-oever en het CAN-gebied worden nieuwe keling in het CAN-gebied veel aandacht vragen. voorzieningen in combinatie met nieuwe ver- In 2016 is een BLVC-kader opgesteld voor deze bindingswegen gerealiseerd. Verkeersstromen omgeving waarin afspraken zijn gemaakt over zullen door de komst van de Noord/Zuidlijn welke fasering de diverse gebiedsontwikkelin- en de fietsbrug over het IJ gaan veranderen. gen hebben. Gebiedsregie moet worden toege- Dit betekent dat in het fiets- en autonetwerk past om tijdens bouw- en wegwerkzaamheden goed gekeken moet worden naar locaties waar grip te houden op de bereikbaarheid, leefbaar- aanpassingen nodig zijn. Projecten die in de heid en veiligheid. Dit vraagt om een goede komende jaren worden uitgevoerd moeten reke- samenwerking tussen de opdrachtgevers in dit ning houden met aanpassingen aan het fiets- en gebied en tijdige gezamenlijke communicatie autonetwerk en deze in de scope opnemen. naar de omgeving.

In stadsdeel Noord ligt de opgave om naast In het kader van de bereikbaarheid binnen het (nieuwe) verbindingen met de omgeving vol- CAN-gebied zullen de routes van de bussen in doende capaciteit in het gebied zelf te reali- stadsdeel Noord veranderen na de ingebruikna- seren om de toenemende drukte te kunnen me van de Noord/Zuidlijn. Busroutes zullen meer opvangen. Hierdoor blijft de bereikbaarheid van oost/west-georiënteerd zijn en aansluiten op de het netwerk binnen het stadsdeel gewaarborgd. noord/zuidverbinding van de nieuwe metro. Het De huidige hoofdinfrastructuur bestaat voorna- is belangrijk om een grote toename van gebruik melijk uit oost-westverbindingen (IJdoornlaan, in relatie te zien tot omgevingswerkzaamheden. de Klaprozenweg en de Johan van Hasseltweg) De voorbereidingen voor deze nieuwe aanslui- en de beperktere noord-zuidverbindingen tingen komen terug in diverse projecten die in (Nieuwe Leeuwarderweg en de route Banne 2018 afgerond moeten zijn. Het project met de Buikslootlaan, Kamperfoelieweg en Floraweg). meeste impact voor Noord is de Klaprozenweg. De IJdoornlaan is tevens een omleidingsroute Hier wordt een aparte busbaan in de midden- (U-route) voor de A10-noord. Door dit beperkte berm en een nieuwe brug aangelegd. Op grond netwerk is het stadsdeel kwetsbaar indien er van de bestuursovereenkomst Hoogwaardig aan een van de hoofdwegen gewerkt wordt. Open Vervoer (HOV) Zaancorridor (in 2011 Hierdoor ontstaan al snel consequenties voor ondertekend door de gemeente Amsterdam, de bereikbaarheid en doorstroming van het stadsdeel Noord, de gemeente Zaanstad en de onderliggend wegennet en de hoofdwegen. Stadsregio Amsterdam) werkt Amsterdam aan De doorstroming van het openbaar vervoer is sneller en betrouwbaarder openbaar vervoer de afgelopen jaren aangepakt door de aanleg richting Zaanstad: de ZaanIJtangent. De verbre- van aparte busbanen op de Klaprozenweg en ding van de Klaprozenweg maakt hier onderdeel de Vorticellaweg. De focus voor het verbeteren van uit. van het netwerk ligt dus voornamelijk op het autoverkeer.

18 GEMEENTE AMSTERDAM Noordelijke IJ-oever en fietsbrug Investeringen in oude gebieden De noordelijke IJ-oever is net als het CAN- Er is steeds meer aandacht voor gebiedsont- gebied een locatie waarin veel ontwikkeling wikkeling in de oude woonwijken. In 2016 is plaatsvindt en waar nieuwe verbindingen wor- 40 miljoen euro beschikbaar gesteld voor het den gerealiseerd met de rest van Amsterdam. wegwerken van achterstallig onderhoud van De veerponten worden geïntensiveerd en er de openbare ruimte in de gebieden buiten wordt een haalbaarheidsonderzoek gedaan naar de ring en boven het IJ. In stadsdeel Noord het nieuwe metrostation Sixhaven. De reden wordt dit gebiedsgericht aangepakt met de hiervoor is het groeiend aantal voorzieningen kabel- en leidingbedrijven. Deze gebieden en woningen rondom de gehele noordelijke IJ- zijn: , Tuindorp en oever. Het gebied Oeverhoeks heeft de afgelo- Banne Buiksloot. Een andere opgave in de oude pen jaren het EYE-filmmuseum, de ADAM-toren, gebieden is woningbouwrenovatie. Deze vindt de Strip en de Tolhuistuin opgeleverd. Hierdoor plaats in Volewijck, Banne Buiksloot, Elzenhagen verandert het gebruik van het gebied van een en . Tot en met 2020 worden bedrijventerrein naar een levendig gebied dat hier per gebied meer dan 1000 woningen ge- veel bezoekers en bewoners trekt. renoveerd.

Naast de verbindingen richting Overhoeks zullen Het is belangrijk om in een gebied waar veel op andere delen van de Noordelijke IJ-oever gebiedsontwikkeling plaatsvindt aandacht te nieuwe fietsbruggen over het IJ een verbinding besteden aan de oudere gebieden. Vooral aan vormen tussen Noord en de rest van de stad. de buurten die aan de randen of net naast de De brugverbinding tussen Java-eiland en het ontwikkelingsgebieden liggen. Het achterstallig Hamerstraatgebied wordt als eerste aangelegd. onderhoud in stadsdeel Noord betreft voor een De ontwikkeling van het Hamerstraatgebied groot deel juist deze wijken. Deze zijn groten- maakt onderdeel uit van de Koers 2025 waarin deels gelegen naast de Noordelijke IJ-oever en het bedrijventerrein wordt getransformeerd naar het CAN-gebied. Het is belangrijk dat bewoners een woon-werk gebied. De westelijke fietsbrug in een vroeg stadium geïnformeerd worden over komt er voorlopig niet omdat in stadsdeel West de veranderingen die zich rondom hun woning de woningbouw in het havengebied nog gro- en in de rest van het gebied voordoen. tendeels moet worden ontwikkeld. Bij de aanleg van de fietsbrug moet ook gekeken worden naar Integreren energie- en regenbestendig- aanpassingen van fietsverbindingen in de rest heidsvraagstuk van Noord. De huidige trends in de energietransitie en het regenbestendig maken van de stad zijn twee Contrast oude en nieuwe gebieden opgaven op stedelijk niveau. Voor stadsdeel Een aaneenschakeling van oude en nieuwe ge- Noord ligt een kans om deze trends en de bijbe- bieden vormt een uniek landschap in stadsdeel horende werkzaamheden mee te nemen in de Noord. Naast gebiedsontwikkeling wordt de ko- gebiedsontwikkelings- en onderhoudsprojecten. mende jaren ook veel geïnvesteerd in de oude Hierdoor kan werk-met-werk worden gemaakt gebieden. Dit betekent veel extra onderhoud en de hinder voor de omgeving worden be- in de openbare ruimte en grootschalige reno- perkt. Groot onderhoud en gebiedsontwikkeling vatie door woningbouwcorporaties. Het gevolg bieden kansen voor een gelijktijdige regen- hiervan is dat bijna alle bewoners geconfron- bestendige inrichting van een gebied of het teerd worden met nieuwe ontwikkelingen in hun integreren van nieuwe energievoorzieningen. omgeving. Afstemming tussen de verschillende Regenbestendigheidsmaatregelen (Rainproof) uitvoerende organisaties in oude en nieuwe meteen meenemen in groot onderhoud kan gebieden is daarom belangrijk. Deze afstem- vaak zonder veel extra kosten en vertraging van ming is nodig op het gebied van communicatie, uitvoering. planning, hinder en bereikbaarheid.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 19 20 GEMEENTE AMSTERDAM Tijdens gebiedsontwikkeling, onderhoud van de openbare ruimte en het uitvoeren van grootschalige renovaties door woningbouw- corporaties ligt er een kans om stappen te maken in het gasloos maken van de stad. Het is de ambitie van de gemeente Amsterdam om in 2050 geen gebruik meer te maken van gas. Bij Liander bestaat de verplichting om oude leidingen te vervangen in verband met de hoge veiligheidseisen. Daarom is er behoefte aan een vertaalslag van deze toekomstvisie in stadsdeel Noord. Hiermee krijgen projectontwikkelaars, andere organisaties die in de openbare ruimte werkzaamheden uitvoeren en woningbouwcor- poraties helderheid over de gewenste ontwikke- ling. Als het gasnet niet wordt vervangen zijn er twee alternatieven: stadswarmte of all-electric. In stadsdeel Noord heeft Nuon de afgelopen jaren al flink geïnvesteerd in stadswarmte. Als er vroegtijdig gekozen wordt voor alternatieve energiebronnen kan desinvestering vanwege de aansluitplicht voor gas worden voorkomen. Er zijn dus afspraken nodig tussen het stadsdeel, woningbouwverenigingen, Nuon Warmte en Liander over de gebieden waarbij alternatieven voor gasaansluiting mogelijk zijn.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 21 22 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 6 Stadsdeel Nieuw-West

In stadsdeel Nieuw-West is het de uitdaging De zijn in de jaren ‘50 om de verstedelijkingsopgave vanuit Koers aangelegd om de voorziene groei van 2025 in overeenstemming te brengen met de Amsterdam ruimte te geven. In de opzet van gemeentelijke duurzaamheidsambities en ove- de Westelijke Tuinsteden, inmiddels bekend als rige opgaven voor de openbare ruimte. Het stadsdeel Nieuw-West werden stedelijke functies samenbrengen van opgaven in onder- en bo- als wonen, werken, recreatie en verkeer, fysiek vengrond moet plaatsvinden in de wijken waar van elkaar gescheiden. De oude, gesloten stad corporatiewoningen worden gerenoveerd. met slechte woningen maakte hiermee plaats Het functioneren van het openbaarvervoer- voor licht, lucht en ruimte. en wegennet komt onder druk te staan.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 23 Amsterdam heeft de ambitie om de komende Corporaties en energieleveranciers tien jaar door nieuwbouw, renovatie en functie- De helft van de totale woningvoorraad in stads- wijziging 50.000 woningen te bouwen binnen deel Nieuw-West is in het bezit van woning- de stadsgrenzen en daarnaast ruimte te creëren corporaties1. Een groot deel van deze huurwo- voor bedrijvigheid en maatschappelijke voorzie- ningen bestaat uit kleine, slecht geïsoleerde ningen. Nieuw-West is een van de investerings- en gehorige portiekflats met sterk verouderde gebieden waar deze verstedelijking plaatsvindt. voorzieningen. Bijvoorbeeld in Geuzenveld- Daarbij spelen ook andere opgaven in het Slotermeer ligt een grote opgave om deze wo- gebied een rol, zoals de aardgasloze stad en ningen te vernieuwen. Woningcorporaties kiezen regenbestendigheid. hierbij regelmatig voor ‘hoogniveau renovatie’2 in plaats van sloop- en nieuwbouw. Met het verschuiven van de stedelijke druk vindt in Nieuw-West niet alleen verdichting plaats, Duurzaamheidsambities maken het noodzakelijk maar worden functies als wonen en werken met andere energiedragers te overwegen en mee te elkaar vermengd. Deze verdichting en functie- nemen in deze renovaties. Zo is het mogelijk tra- menging hebben gevolgen voor het gebruik ditionele blokverwarming en kookgas te vervan- en de inrichting van de openbare ruimte en de gen door stadswarmte en elektrisch koken, of functionaliteit van de infrastructuur. Dit geldt om de gehele verwarm- en kookvoorziening om ook op de doorgaande routes richting stad te zetten op ‘all-electric’3. De mate van renovatie waar herprofileringen beoogd zijn die gevolgen en de keuze van energiedrager is in belangrij- hebben voor bepaalde modaliteiten. Verdichting ke mate afhankelijk van de medewerking en en functievermenging heeft gevolgen voor de goedkeuring van de huidige huurders. Hierdoor verhouding tussen de oude bewoners en oude is het voor corporaties moeilijk in een vroegtijdig buurten, en de nieuwe bewoners en nieuwe stadium de mate van renovatie en de keuze van buurten. Daarbij komt dat er in de jaren dat er energiedrager te voorzien. ontwikkeld wordt in Nieuw-West, er gevolgen zullen zijn voor de bereikbaarheid van het stads- Deze onzekerheid voor wat betreft de uitein- deel. Hierdoor is goede communicatie met alle delijke invulling van de mate van renovatie en betrokkenen onontbeerlijk. met name de keuze van energiedrager kent een sterke uitwerking op: In dit hoofdstuk wordt een aantal ontwikkelin- • De mogelijkheid van nutsbedrijven om in een gen beschreven die specifiek voor Nieuw-West vroeg stadium op de hoogte te zijn van het gevolgen hebben voor organisaties die in de programma van gebiedsontwikkelingen en openbare ruimte van Nieuw-West fysieke of daar vervangings- of aanlegopgaven op af niet-fysieke opgaven hebben. Organisaties die te stemmen. Zo heeft Liander een doorlo- in Nieuw-West werken, hebben te maken met pende opgave om verouderde gasleidingen lokale aandachtspunten èn overkoepelende ste- te vervangen. Deze vervangingsopgave kan delijke opgaven. Al deze factoren spelen een rol vervallen wanneer aangesloten wordt op in de keuzes rondom samenwerking, planning stadswarmte of ingezet wordt op all-electric. en fasering. De keuze voor stadswarmte betekent dat Nuon Warmte warmteleidingen naar woon- blokken dient aan te leggen. All-electric heeft tot gevolg dat de elektravoorziening mogelijk verzwaard moet worden.

1 Bron: Jaarbericht 2016 Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties 2 Bij hoogniveau renovatie wordt ingezet op het verbeteren van wooncomfort, de kwaliteit van het binnenmilieu (gezond- heid), het up-to-date houden van de voorraad (waardeontwikkeling) en het verbeteren van leefbaarheid in wijken en buurten. 3 Elektriciteit gebruiken voor het verwarmen van het huis, koken en warm water

24 GEMEENTE AMSTERDAM • De opgave van het stadsdeel om werkzaam- Om in de planvorming van de voorgestane heden in de openbare ruimte in samenhang ingrepen voldoende rekening te houden met uit te voeren met bijvoorbeeld werkzaamhe- de bereikbaarheid en om de reeds geplande den in de ondergrond door nutsbedrijven. werkzaamheden hierop af te stemmen.

Gezien de druk op het gebied, dienen werk- Gebiedsontwikkeling in de zaamheden te allen tijde op elkaar te worden Ringspoorzone West afgestemd. Om te voorkomen dat de wederzijd- In een fors tempo krijgt de stedelijke heront­ se afhankelijkheid van de diverse organisaties wikkeling in de Ringspoorzone West vorm. ertoe bijdraagt dat er vertraging optreedt in de Op grote schaal wordt gesloopt en herbouwd. renovatieopgaven van corporaties, de opgaven De stedelijke druk verschuift vanuit het centrum van nutsbedrijven en de aanpak van de openba- en er vindt een verdichting plaats. Bovendien re ruimte. worden wegen zoals de Jan Evertsenstraat geherprofileerd en worden openbaar ver- Schinkelkwartier voer-knooppunten gecreëerd (Station Lelylaan). In het programma Koers 2025 is het Schinkelkwartier aangewezen als toekomstige Het gebruik en de leefbaarheid van de openbare woningbouwlocatie. Ruimte en Duurzaamheid ruimte in de Ringspoorzone is vanwege de grote vertaalt de planvorming voor deze ontwikkeling schaal van herontwikkeling een aandachtspunt. naar ‘gebiedsuitwerkingen’. Onderdeel van deze Dit geldt zowel in de tijdelijke (bouw)situatie gebiedsuitwerkingen zijn investeringen zoals als in de toekomstige situatie. Voor de tijdelijke het herinrichten van de openbare ruimte en het situatie geldt dat de bouwopgave gefragmen- verbeteren of creëren van nieuwe verbindingen. teerd in uitvoering wordt gebracht. Op veel locaties vinden tegelijkertijd en opeenvolgend Voor het Schinkelkwartier, dat hoofdzakelijk is werkzaamheden plaats. Een goede coördinatie ingericht als bedrijventerrein, zal het nodig zijn tussen deze werkzaamheden is essentieel voor: de openbare ruimte zodanig in te richten dat deze aansluit op het toekomstig gebruik van • Het bereikbaar en veilig houden van het ge- het gebied. Vanwege de geïsoleerde ligging bied voor de gebruikers. De werkzaamheden van het Schinkelkwartier tussen diverse weg-, leiden tot grote hoeveelheden bouwverkeer. water en spoorverbindingen, is het bovendien Bovendien worden wegen afgesloten voor nodig dit toekomstige woongebied aan te kabel- en leidingwerkzaamheden en herin- sluiten op de bestaande stad. Hiervoor moeten richtingen. verbindingen naar het centrum worden gecreëerd • Het afstemmen van de opgaven onderling. of versterkt. Ruimte en Duurzaamheid onderzoekt De fragmentatie van ontwikkelingen kan er- maat­regelen als het ontsluiten van het woon­ toe leiden dat investeringen vanuit kabel- en gebied middels een of meerdere bruggen leidingbedrijven niet goed aansluiten op de over de Schinkel en het aansluiten op een energiedragers die voor de nieuwe bebou- openbaar vervoer-verbinding. Dergelijke maat­ wing gewenst zijn. Ook onderhouds- en ver- regelen kunnen gevolgen hebben voor: vangingswerkzaamheden op wegen dienen • Het functioneren van bestaande routes op aan te sluiten op toekomstige herinrichtingen. lokaal en mogelijk op stedelijk niveau, vanwege gewijzigde verkeersstromen en aanpas­singen van weg- en kruispuntprofielen. • Reeds geplande werkzaamheden die niet in lijn zijn met de gewijzigde verkeerstromen en toekomstige aanpassingen vanuit de gebiedsuitwerkingen.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 25 Gebiedsmanagers van het stadsdeel hebben ten Stedelijke Programmering ziet dat rondom aanzien van de toekomstige situatie aangege- Station Lelylaan diverse ontwikkelingen plaats- ven dat zij zorgen hebben over de kwaliteit en vinden die de inrichting en het gebruik van toegankelijkheid van de openbare ruimte. Deze het gebied veranderen. Tegelijkertijd dient zorgen richten zich op de volgende zaken: Station Lelylaan een prominenter openbaar vervoer-knooppunt te worden. Het station en • Een zorg bij de verdichting in de haar omgeving dient voor de gebruikers en om- Ringspoorzone is dat in het ontwerp van wonenden aantrekkelijk te blijven. Hier ligt een de openbare ruimte te weinig in groen- en kans om de openbare ruimte een logisch geheel waterpartijen wordt voorzien om aantrek- te laten vormen met de omgeving en sociaal kelijk te zijn. De trend waarbij openbare veilig in te richten. ruimte aan de openbaarheid wordt onttrok- ken (semi-openbare ruimten) versterkt dit. Gezien de druk op het gebied, dienen boven- Dergelijke ingrepen zorgen voor een gede- genoemde werkzaamheden en ambities te allen sintegreerde en onaantrekkelijke openbare tijde op elkaar te worden afgestemd. ruimte voor bewoners en omwonenden. • De openbare ruimte kan aantrekkelijk, toe- Stedelijke Programmering adviseert het stads- gankelijk en sociaal veilig worden gemaakt deel om in 2017 een bereikbaarheidsplan op door het ontwerp van pleinen en overige te stellen waar alle huidige en geplande bouw- ingrepen in de openbare ruimte aan te laten werkzaamheden onderdeel van uitmaken. Dit sluiten op de wensen van bewoners.. Door wordt afgestemd met Stedelijke Programmering bovendien dagelijkse en maatschappelijke en Team Verkeerstactiek (Verkeer & Openbare voorzieningen de ruimte te geven in het Ruimte). nieuwe stedelijke gebied worden bewoners verbonden met het gebied en wordt de sociale controle en veiligheid vergroot. Het betrekken van bestaande en nieuwe bewo- ners in de planvorming vergroot daarbij de betrokkenheid. • Een andere zorg voor de huidige en nieuwe bewoners is de mobiliteit. Het loslaten of naar beneden bijstellen van de parkeernor- men beperkt het autogebruik bij nieuwbouw. Hierop aanvullend zorgen de ‘Milieuzone bromfietsen’ en het project ‘Snorfiets naar de rijbaan’ dat het gebruik van snorfietsen en scooters wordt beperkt. Ten slotte, met het in werking treden van het nieuwe vervoers- plan van de GVB (wegvallen van lijnen) en de nieuwe dienstregeling van de NS (geen inter- city’s meer op Lelylaan) wordt de bereikbaar- heid middels het openbaar vervoer beperkt. Gerichte ingrepen zijn nodig om Nieuw-West bereikbaar te houden. Daarnaast zijn er mo- gelijkheden om bij een verbetering van de openbaar vervoer-verbindingen in te zetten op het verhogen van de verblijfskwaliteit.

26 GEMEENTE AMSTERDAM MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 27 28 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 7 Stadsdeel West

In stadsdeel West is het de uitdaging om Stadsdeel West is eind 19e eeuw, begin 20e opgaven op en rondom de doorgaande eeuw aangelegd. Het stadsdeel bestaat uit vier oost-westroutes, die cruciaal zijn voor de gebieden. In 2010 zijn de voormalige stadsdelen bereikbaarheid van de stad, op elkaar af Oud-West, , Westerpark en Bos en te stemmen. Door verschuiving van de Lommer samengegaan in het huidige stadsdeel stedelijke druk en gebiedsontwikkelingen West. Deze gebieden onderscheiden zich in aan de noord- en westzijde van het stads- stedelijke dichtheid en ruimtelijke structuur. deel verandert het gebruik van de open­ bare ruimte en worden andere eisen gesteld Vanaf 2015 zijn delen van het voormalige haven- aan de functionaliteit en inrichting van de gebied ten oosten van de Rijksweg A10 toege- doorgaande routes. voegd aan het stadsdeel. Genoemde gebieden onderscheiden zich tot op de dag van vandaag

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 29 voor wat betreft de inrichting en aandachtspun- en gebruikers van belang voor de leefbaarheid ten in de boven- en ondergrond. en sociale veiligheid.

Stadsdeel West kenmerkt zich door de hoge ste- Voor deze opgaven gelden de volgende delijke dichtheid en de doorkruising van diverse aandachtspunten: doorgaande wegverbindingen en openbaar • Wanneer herprofilering plaatsvindt op vervoer-routes. In de oudste gebieden van het de bovengenoemde doorgaande routes stadsdeel gaat deze hoge stedelijke dichtheid ten gunste van de fiets en voetganger is samen met relatief smalle profielen. In Bos en het van belang aandacht te houden voor Lommer vinden diverse herontwikkelingen van de bereikbaarheid, routing en capaciteit woningen plaats. In het gebied ten noorden van het openbaarvervoer-netwerk. van de Haarlemmerweg en het havengebied • Wanneer de auto minder ruimte krijgt in vinden grootschalige gebiedsontwikkelingen het stedelijk netwerk door prioritering van plaats waaronder transformatie van (voormalige) andere modaliteiten kan dit op stedelijk kantoorgebouwen. niveau gevolgen hebben voor de bereik­ baarheid van het centrum voor auto’s. In dit hoofdstuk staat een aantal aandachts- • Bij grootschalige herprofileringen kunnen punten beschreven die gevolgen hebben voor deze oost-west verbindingen mogelijk een organisaties met fysieke of niet-fysieke opgaven geschikte route zijn voor de aanleg van in de openbare ruimte van stadsdeel West. warmteleidingen (Nuon) vanuit Nieuw-West Deze aandachtspunten spelen een rol in het richting het centrum. Bovendien kunnen maken van keuzes rondom samenwerking, maatregelen genomen worden vanuit de planning en fasering. noodzaak tot het regenbestendig (Rainproof) inrichten van de stad. Herprofilering van doorgaande routes Ontwikkelingen Westerpark en De Overtoom, Kinkerstraat, De Clercqstraat Bos en Lommer – Jan Evertsenstraat, Jan van Galenstraat, In het noordelijk deel van het stadsdeel en in Haarlemmerweg en de Spaarndammerdijk zijn Bos en Lommer vinden diverse ontwikkelingen cruciale oost-westverbindingen die zijn inge- plaats die gevolgen hebben voor, onder andere, richt voor specifieke modaliteiten. De volgende de kabels en leidingen in de ondergrond. ontwikkelingen hebben invloed op de verkeer- De schaalgrootte van deze ontwikkelingen maakt stromen, bereikbaarheid, parkeerbehoefte en aanleg of verlegging van hoofdkabels- en -leidin- inrichting van deze wegen: gen noodzakelijk. Cumulatief betekent dit een • Verschuiving van de stedelijke druk vanuit forse invloed op het kabel- en leidingnetwerk. het centrum. Daarom is op gebiedsniveau coördinatie van de • Gebiedsontwikkelingen in de Ringspoorzone. werkzaamheden nodig voor een solide netwerk. • Ontwikkeling en versterking van de open- Hiermee kunnen desinvesteringen van kabel- en baar vervoer-knooppunten Sloterdijk en leidingbedrijven en daarmee samenhangen- Lelylaan. de maatschappelijke kosten door gebrek aan afstemming en coördinatie worden voorkomen. Deze ontwikkelingen stellen andere eisen aan Hiervoor gelden de volgende aandachtspunten: de functionaliteit en inrichting van de doorgaan- de routes. De beschikbare ruimte in de weg­ • Westerpark West: de transformatie van de profielen van deze routes is namelijk beperkt. ING-panden aan de Haarlemmerweg naar Het is op deze routes niet mogelijk om alle 600 tot 900 woningen waar op gebiedsni- modaliteiten ruimte te bieden. Daarom zal veau de kabels- en leidingen gecoördineerd herinrichting plaatsvinden om bepaalde moeten worden. modaliteiten prioriteit te geven. Met name • Herontwikkeling Food Center Amsterdam: fietsers, voetgangers en openbaar vervoer Nieuwe (publieks)bestemming Centrale krijgen een hogere prioriteit. Bovendien is de Markthal en ontwikkeling van 1600 woningen inrichting van de openbare ruimte voor bewoners waarbij met het aansluiten van nieuwe

30 GEMEENTE AMSTERDAM kabels- en leidingen rekening gehouden Kansgebied Surinameplein moet worden met een complexe situatie in In het MIP 2016-2019 is het Surinameplein de ondergrond vanwege de grote hoeveel- benoemd als kansgebied en is een trekker heid aanwezige kabels en leidingen. aangesteld. Diverse werkzaamheden die in 2017 • Groot onderhoud en reconstructie plaatsvinden zijn in het kader van het kansgebied Haarlemmerweg waarbij nieuwe drinkwater- Surinameplein aan elkaar gekoppeld. Bovendien leidingen worden aangelegd. zijn afspraken gemaakt ten behoeve van de opti- • In Bos en Lommer worden 4000 woningen malisatie in voorbereiding en uitvoering. gerealiseerd buiten het programma Koers Op de lange termijn zijn gebiedsontwikkelin- 2025. gen en herprofileringen in beeld. In het kader • Gebiedsontwikkelingen in het kader van het van deze gebiedsontwikkeling is een openbare programma Haven-Stad, zie hoofdstuk 12. ruimte nodig die past bij het gebruik en functies • Metro & Tram onderzoekt de mogelijkheden van het gebied. Daarom moet de openbare voor een noordelijke tramring in de omge- ruimte rondom het Surinameplein heringericht ving van de Haarlemmerhouttuinen. worden en de wegen opnieuw worden geprofi- leerd. Bovendien is er de opgave om ter plaatse Omdat op belangrijke routes graafwerkzaam­ van de huidige keerlus een ondergrondse heden nodig zijn is de bereikbaarheid van parkeergarage aan te leggen. De scope, plan- het stadsdeel en de stad een aandachtspunt. ning en uitvoeringsmethode van al deze opga- Vanuit het oogpunt van bereikbaarheid kan het ven worden in het kader van het kansgebied zijn dat faseringen worden voorgesteld die niet Surinameplein met elkaar in verband gebracht. in overeenstemming zijn met de gecoördineerde Het doel is optimalisering in voorbereiding en uit- uitgangspunten van kabel- en leidingbeheer- voering en afstemming van opgaven. Om te bepa- ders. In de gebied brede coördinatie tussen len hoe deze en aanhangende opgaven met elkaar kabel- en leidingbeheerders wordt daarom gekoppeld kunnen worden is gestart met het in het aspect bereikbaarheid in een vroegtijdig beeld brengen van de onderlinge raakvlakken. stadium meegenomen.

Stedelijke Programmering adviseert daarnaast: • Een coördinatieoverleg op gebiedsniveau waarin zowel kabel- en leidingbedrijven, ver- keerskundigen, gebiedsmanagers en wegbe- heerders vertegenwoordigd zijn. Dit overleg wordt door de adviseur Programmeren in 2017 georganiseerd en dient in eerste in- stantie als verkenning van de opgaven en de mogelijkheden tot afstemming. • Organisaties Liander, Nuon Warmte, Waternet en Ruimte en Duurzaamheid wor- den in 2017 geïnformeerd door Niels Popma, gebiedsmanager Bos en Lommer, over de woningbouwplannen in Bos en Lommer zo- dat de opgaven vanuit de kabel- en leiding- bedrijven en de opgaven in Koers 2025 in samenhang kunnen worden voorbereid. Voor wat betreft de ontwikkelingen in het kader van het programma Havenstad: zie hoofdstuk 12.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 31 32 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 8 Stadsdeel Centrum

De aantrekkingskracht van de de bereikbaarheid en de leefbaarheid van het maakt extra aandacht voor drukte, toe- gebied. Veel respondenten uit online buur- risme en verkeersoverlast noodzakelijk. tenquêtes van het stadsdeel (2016) vragen Grote projecten die in het centrum worden aandacht voor de drukte, het toerisme, fietsen uitgevoerd, vragen om meer maatwerk. Een (parkeren en ruimtegebrek) en verkeersoverlast. inhoudelijk gesprek vóór het afstemmen van de uitvoering van projecten in een specifiek Voor de komende jaren staan wederom grote gebied biedt ruimte voor meerwaarde. projecten op stapel in het centrum. Hoewel de realisatie van deze projecten nodig is voor Het centrum van Amsterdam is het drukste een leefbare en bereikbare binnenstad en een gebied van Amsterdam, met een mix van aantrekkelijke openbare ruimte, zorgen de werk- verschillende stedelijke functies op een klein zaamheden zelf voor een tijdelijke verslechtering oppervlak: wonen, werken, studeren en recreë- van diezelfde bereikbaarheid en leefbaarheid. ren. Toenemende banengroei, aantallen winkels, hotelkamers en bezoekers maken het centrum Voorbeelden van grote projecten zijn De aantrekkelijk, maar hebben ook gevolgen voor Entree, de Rode Loper en de transformatie

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 33 van de Nieuwezijds Voorburgwal tot fiets- en dat er meer projecten spelen in een bepaald wandelboulevard. Ook de herinrichting van de gebied en het geplande uitvoeringsmoment be- Raadhuisstraat en Rozengracht moet zorgen paalt of deze projecten gezamenlijk of in nauwe voor meer ruimte voor fietsers en voetgangers afstemming moeten plaatsvinden. en een betere doorstroming van het openbaar vervoer. De bouw van een parkeergarage onder Een benadering waarbij eerst de inhoud van de de Singelgracht, met ruimte voor 400 auto’s die verschillende opgaven besproken wordt kan nu bovengronds in het centrum staan, zal tevens leiden tot inhoudelijke meerwaarde voor de leiden tot meer ruimte voor fiets, voetganger, projecten en minder afstemming op een later spelen en groen in de noordelijke . In moment. Door eerder een inhoudelijke discussie de Vijzelgracht wordt met vergelijkbare doelen te voeren kan ook voorkomen worden dat pro- voor die buurt de parkeergarage Vijzelgracht jecten in een later stadium onoverzichtelijker en gerealiseerd. ingewikkelder worden en hierdoor zelfs uitge- steld worden. Deze werkwijze zou geschikt zijn Maatwerk voor de Plantagebuurt, waar meerdere partijen Vanwege de beperkte ruimte zijn werkzaamhe- opgaven hebben, maar ook voor de zuidelijke den in het centrum al snel ingrijpend, zeker als IJ-oevers, waar verschillende partijen (De Entree, meerdere (grote) projecten gelijktijdig worden Waterfront, verplaatsen veerponten, brug over ’t uitgevoerd. Het is daarom van belang dat werk- IJ, touringcars etc.) plannen hebben die gevol- zaamheden op elkaar afgestemd worden. gen hebben voor de inrichting van de openbare ruimte en waar de plannen en werkzaamheden Dat uitgangspunt draagt in belangrijke mate op elkaar afgestemd moeten worden op het ge- bij aan het in stand houden van de bereikbaar- bied van BLVC, tijdvakken, inhoud (welk project heid en leefbaarheid tijdens de uitvoering van neemt wat mee) en werk met werk maken. werken. De grote projecten die de komende jaren uitgevoerd worden in het centrum vragen Soms is het gewenst snel maatregelen te nemen echter om nog meer maatwerk en aandacht die de doorstroming of de verkeersveiligheid voor nieuwe mogelijkheden van samenwerken. voor één of meer modaliteiten verbeteren. In Dit vraagt veel tijd en capaciteit van de verschil- bepaalde gevallen is het mogelijk de verkeers­ lende organisaties en opdrachtgevers. situatie met relatief eenvoudige ingrepen aan te passen, maar laten de maatregelen toch Dit betekent dat deze projecten een slimmere op zich wachten omdat andere organisaties manier van afstemmen en werk-met-werk maken ook werkzaamheden willen uitvoeren die veel vergen. Een manier die recht doet aan de nood- ingrijpender zijn en een veel langere voorberei- zaak om rekening te houden met de omgeving, dingstijd vergen. In dit soort gevallen loont het maar ook oog houdt voor de noodzaak om om een bredere afweging te maken, onder meer bepaalde aanpassingen in de openbare ruimte door te kijken wat het oplevert als toch alvast snel te realiseren. een aantal eenvoudige maatregelen genomen wordt. Voorbeelden waarbij snel, al dan niet Vóór het afstemmen van projecten zou een ‘provisorisch’ een paar eenvoudige ingrepen vol- inhoudelijk gesprek over de opgaven van de stonden, zijn de Verkeersmaatregelen Omgeving verschillende organisaties in een specifiek Muntplein en de fietsstraat Sarphatistraat. gebied moeten plaatsvinden, vergelijkbaar met een MIP gebiedsgesprek, maar met de focus op Stedelijk Programmering komt daarom, op basis een kleiner gebied en met specifiekere intenties. van de gebiedsgerichte analysegesprekken met Doel van dat gesprek is om vast te stellen of de de betrokken partners, met de volgende aan­ verschillende opgaven elkaar kunnen versterken. bevelingen: Organisaties hebben hun opgaven vaak al voor een groot deel uitgewerkt en de voorbereiding • Voer in de verkenningsfase op opdrachtge- van een project is al een eind op dreef, voordat versniveau het gesprek over werk-met-werk men naar andere opgaven en projecten in de maken binnen een bepaald project. Betrek omgeving kijkt. Vervolgens wordt geconstateerd Waternet en Liander.

34 GEMEENTE AMSTERDAM • Stel vast of noodzakelijke ingrepen snel Liander heeft aangegeven dat het moeilijk is om uitgevoerd kunnen worden of dat het ab- vroegtijdig te anticiperen op de ‘gasloze stad’ soluut noodzakelijk is dat ook kabel- en lei- en de gevolgen voor het elektriciteitsnetwerk dingbeheerders werkzaamheden moeten die samenhangen met een duurzame maat- uitvoeren. Wellicht is er maatwerk mogelijk schappij. Bij het uitblijven van planvorming met binnen een project door snel te doen wat betrekking tot Koers 2025 in dit gebied, is het snel kan. risico op desinvesteringen voor Liander groot. • Begin over de inhoud van de verschillende opgaven in een gebied en onderzoek of Kansen zijn er voor het Marinecomplex en deze opgaven elkaar kunnen versterken. Oostenburg, waar diverse nieuwbouw- en trans- • Onderzoek of oplossingen die de verkeers- formatieprojecten gepland staan. Het is zaak veiligheid of doorstroming voor bepaalde dat de energieopties snel ingevuld worden en modaliteiten kunnen verbeteren, versneld dat gekozen wordt voor een energiedrager voor ingevoerd kunnen worden. de beoogde ontwikkellocaties. Deze bepaalt • Breng vroegtijdig met alle betrokkenen in het transportvermogen dat nodig is richting kaart hoeveel capaciteit er van alle organisa- deze locaties over de Eilandenboulevard en ties gewenst is en maak hier afspraken over. Sarphatistraat. Tevens geeft deze keuze ant- • Breng clusters van grote projecten, zoals woord op de vraag wat er nodig is aan kabels en Magna Plaza-Raadhuisstraat-Rozengracht on- welke kabels vervangen moeten worden. der in Projectregie Bijzondere Werken, waar- bij zo veel mogelijk gewerkt wordt onder één opdrachtgever en met één opdrachtnemer. Onderzoek ook of het opknippen van het project goed is voor de bereikbaarheid, leef- baarheid en (ambtelijke) capaciteit.

Energietransitie en Koers 2025 De gemeente Amsterdam heeft de ambitie uitgesproken om over vijftig jaar geen gas meer te leveren aan huishoudens. Liander verwacht dat het centrum langer dan andere gebieden door middel van gas van energie zal worden voorzien. Toch wil Liander ook hier voorkomen dat er onnodig gasleidingen worden vervangen. Vooralsnog bestaan voor veel locaties nog geen plannen voor andere vormen van energie.

Liander is een paar jaar geleden gestart met het systematisch vervangen van brosse grijs-gietij- zeren gasleidingen, omdat deze kwetsbaar zijn bij grondroering (werkzaamheden van derden). Omdat het om veiligheid gaat , zal Liander deze gasleidingen vervangen zodra er ergens werk- zaamheden moeten plaatsvinden. In het cen- trum zijn er veel van dit soort gasleidingen die vervangen moeten worden.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 35 36 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 9 Stadsdeel Oost

De druk op het oude gedeelte van stads- te van de Watergraafsmeer, Oud-Oost en de deel Oost wordt voornamelijk bepaald door . De afzonderlijke gebieden van onderhoud aan openbare ruimte, woningen stadsdeel Oost beschikken in sterke mate over en wegen. Het nieuwe gedeelte kenmerkt een eigen identiteit. De opgaven van de oude zich door gebiedsontwikkeling en heeft als en nieuwe gebieden zijn zeer gevarieerd. opgave de bereikbaarheid en leefbaarheid op peil te houden tijdens de veelheid aan In het oude gedeelte van stadsdeel Oost ligt werkzaamheden. de opgave voornamelijk in de afstemming van beheer- en onderhoudsprojecten. Hier liggen Grofweg valt stadsdeel Oost te verdelen in de kansen om gebiedsgericht met alle uitvoerings- oude stad en de nieuwe stad. Het nieuwe ge- organisaties gelijktijdig in uitvoering te gaan. In deelte van Oost omvat de gebieden IJburg en Watergraafsmeer wordt dit nu in enkele gevallen , het Oostelijk Havengebied en al gedaan. Door deze grote onderhoudsopgave het zuidelijke gedeelte van de Watergraafsmeer in combinatie met een hoge mate van gebruik (Amstelstation en Overamstel). De gebieden in van de openbare ruimte staat hier de bereik- het oude gedeelte zijn: het noordelijk gedeel- baarheid en leefbaarheid op bepaalde plekken

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 37 onder druk. De thema’s voor het oude deel van Toonaangevende projecten in uitvoering Oost worden per gebied nader toegelicht. Opdrachtgevers van nieuwe werkzaamheden moeten de komende jaren rekening houden Het nieuwe gedeelte van het stadsdeel wordt met enkele grote onderhoudsprojecten die gekenmerkt door gebiedsontwikkeling. Thema’s het beeld in stadsdeel Oost gaan bepalen. in deze gebieden zijn: de bereikbaarheid en de Vanaf 2017 gaan de volgende toonaangeven- leefbaarheid tijdens weg- en bouwwerkzaam­ de projecten in uitvoering: de Mauritskade, heden, ontsluitingswegen die tijdig aangepast het Prins Bernhardplein, de Piet Heintunnel, of aangelegd moeten worden, aanpassingen aan de Van Marwijk Kooystraat, de Berlagebrug en het openbaar vervoer-netwerk na de gebieds- de mogelijke afwaardering van de A2. Deze ontwikkeling en de energietransitie (gasloze zijn toonaangevend vanwege de grote impact stad voor 2050) die ook in stadsdeel Oost wordt van de werkzaamheden op het stedelijk we- ingezet. gennetwerk. Om de bereikbaarheid te kun- nen blijven garanderen worden jaarlijks in het Oost: oude stad Uitvoeringsprogramma uitvoeringsvoorwaarden Watergraafsmeer-noord, Indische Buurt, opgesteld. Hierbij zal kritisch worden gekeken Oud-Oost. naar de wijze van uitvoering van werkzaamheden die gelijktijdig ingepland zijn. Daarnaast moet Gezamenlijke aanpak onderhoud bij de programmering van beheer en onderhoud openbare ruimte rekening worden gehouden met alternatieve In het noordelijk gedeelte van de periodes om werkzaamheden uit te voeren. Watergraafsmeer ligt een grote onder- houdsopgave in de openbare ruimte. Deze Intensief gebruik Wibautstraat en opgave biedt kansen om met diverse orga- nisaties werkzaamheden gebiedsgericht aan Mede dankzij de nieuwe inrichting van de te pakken. De overlast voor bewoners wordt Wibautstraat in 2012 zijn veel nieuwe onderne- hierdoor beperkt en de communicatie kan mers en bedrijven naar dit gebied getrokken. De vanuit één punt georganiseerd worden. In komst van de Hogeschool van Amsterdam op de het Meerjareninvesteringsprogramma 2016- kop van de Wibautstraat heeft geleid tot toene- 2019 zijn de gebieden Middenmeer, Don mende bedrijvigheid en drukte. De modaliteiten Bosco, Tuindorp Frankendael aangewezen fiets, auto en voetganger komen elkaar in een als kansgebied Watergraafsmeer Noord. Het klein gebied veel tegen. Deels wordt dit opge- eerste gebied dat opgeknapt gaat worden, vangen doordat de voorkeursroutes van de fiet- is Middenmeer-Noord. Waternet gaat op de sers- en auto’s is gescheiden. De Wibautstraat Linnaeuskade en de Ringdijk de dijk verhogen maakt onderdeel uit van de autocorridor en en het riool in Middenmeer vervangen, Liander de parallelle route op de Weesperzijde maakt moet de gasleiding vervangen en het stadsdeel onderdeel uit van het hoofdnet fiets. Voor de gaat onderhoud uitvoeren aan de straten. Door Weesperzijde wordt een herinrichting voorbe- de lage ligging van de Watergraafsmeer (5,5 reid om deze weg toegankelijker te maken als meter onder NAP) wordt het regenbestendig (doorgaande) fietsstraat. In een gebied dat zo ingericht (Rainproof). Vooruitlopend op de inte- intensief gebruikt wordt, leidt dat tot tegenstrij- grale aanpak van kansgebied Watergraafsmeer dige belangen aangezien in dit gebied de par- Noord wordt in nu al op eenzelfde keerdruk hoog is. Om de fietsstraat te realiseren, wijze onderhoud uitgevoerd. Het uitvoeren van zouden idealiter parkeerplekken opgeheven en het onderhoud op deze wijze betekent een ergens anders gecompenseerd moeten worden. grote belasting van de capaciteit van de uitvoe- Omdat er nu geen ruimte is om te compen- ringsorganisaties. Dat maakt het noodzakelijk seren, zal het aantal parkeerplekken op straat dat alle uitvoeringsorganisaties vroegtijdig hun vooralsnog gelijk blijven. De straat wordt wel opgaven delen. Daarna moeten afspraken wor- zo ingericht dat parkeerplekken in de toekomst den gemaakt over de uitvoering. Alleen op deze eenvoudig weggenomen kunnen worden als er manier kunnen tijdig capaciteit en middelen een compensatiemogelijkheid is gevonden. Er is gereserveerd worden. een gesprek nodig tussen de betrokken orga-

38 GEMEENTE AMSTERDAM nisaties (stadsdeel Oost, Verkeer &Openbare Bij de voorbereidingen van de brug moeten de Ruimte, Parkeren, Grond en Ontwikkeling) over consequenties­ van de fietsroutes vanuit Centrum de mogelijkheden om in de toekomst parkeer- door het Oostelijk Havengebied naar Noord plekken op te kunnen heffen. en vice versa inzichtelijk worden gemaakt. De fietsroute moet aangesloten worden op de Het intensieve gebruik rondom de Wibautstraat huidige fietsroute richting de Jan Schaefferbrug. en de Weesperzijde leidt tot problemen als er De fietsroute richting het centrum zal in verband straten worden opgebroken of (deels) afgeslo- met de toenemende drukte aanpassingen nodig ten. Grote projecten in dit gebied zijn de nieuwe hebben om het toenemende fietsverkeer te inrichting van de Weesperzijde als fietsstraat kunnen verwerken. Dit geldt voor de breedte van (Uitvoeringsagenda Mobiliteit, maatregel 33), de het fietspad over de Jan Schaefferbrug en onder herinrichting van de Mauritskade en de herin- het Pakhuis de Zwijger en voor de kruising waar richting van de Eerste Oosterparkstraat. Naast het fietsverkeer de corridor Piet Heinkade kruist. de infrastructurele projecten, wordt er rondom Tevens moet rekening worden gehouden met de de Wibautstraat veel gebouwd en verbouwd. gebiedsontwikkeling op het Marineterrein in stads- Hier is goede coördinatie van alle werkzaam- deel Centrum. De verwachting is dat de bouw van heden nodig. Daarom is dit gebied in het de brug daarom zal leiden tot vervolgprojecten. Meerjareninvesteringsprogramma 2017-2020 benoemd als potentieel kansgebied. In voorbe- Gebiedsontsluiting bij woningbouw reiding hierop zijn in 2016 reeds gesprekken ge- Zeeburgereiland en IJburg voerd met de betrokken organisaties en afspra- Het Oostelijk Havengebied, IJburg en ken gemaakt. Er wordt uitgezocht of alternatieve Zeeburgereiland zijn relatief nieuwe gebieden. locaties voor parkeren op bijvoorbeeld het Het Oostelijk Havengebied is 15 jaar geleden terrein naast het Rhijnspoorplein haalbaar zijn. ontwikkeld van een industriegebied naar een De afstemming tussen bouw- en wegwerkzaam- beeldbepalende woon- werkomgeving. Op heden wordt in reguliere overleggen belegd IJburg zijn in korte tijd ongeveer 20.000 men- (vooroverleg Werkgroep Werk in Uitvoering). Op sen komen wonen. Dit aantal loopt nog op dit moment is ervoor gekozen geen kansgebied door de huidige gebiedsontwikkeling op het in te richten voor de uitdagingen in dit gebied. Zeeburgereiland en de start van IJburg 2e fase. Wel wordt er intensief samengewerkt. Omdat deze laatste gebieden afgezonderd zijn gelegen en niet intensief zijn bewoond, geven Oost: nieuwe stad deze werkzaamheden relatief weinig overlast Oostelijk Havengebied, IJburg en voor de wijde omgeving. Zeeburgereiland en Watergraafsmeer-zuid De aandacht moet voornamelijk liggen bij struc- Brug over ‘t IJ en consequenties in turele oplossingen van het auto- en openbaar stadsdeel Oost vervoer-netwerk. IJburg kent twee ontsluitings- Het college van burgemeester en wethouders routes (west en oost) en één tramverbinding heeft in januari 2017 een besluit genomen (lijn 26). Op het Zeeburgereiland leiden deze inzake de brug over het IJ bij de kop van het drukke routes op de kruising IJburglaan en de Java-eiland. Amsterdam-Noord krijgt daarmee Zuiderzeeweg tot een slechte doorstroming een betere fietsverbinding met de overige van het verkeer. Vanuit de investeringsagenda stadsdelen. In Koers 2025 komt naar voren dat Weg die door de Vervoerregio is opgesteld, is er in Amsterdam-Noord op termijn veel nieu- de opgave bepaald deze route te verbeteren. we woningen gebouwd gaan worden. Met de Het doel is de kruisende vervoersstromen te komst van de nieuwe bewoners, bedrijven en verminderen en te onderzoeken of bruggen en voorzieningen zal het fietsverkeer over het IJ wegen verbreedt kunnen worden. Daarnaast kan verder toenemen. Hierdoor is een dergelijke tramlijn 26 niet veel extra capaciteit meer aan. verbinding noodzakelijk. Daarom wordt door de Vervoerregio, Metro en Tram en Verkeer & Openbare Ruimte onder- zocht op welke wijze de gebieden meer ontslo- ten kunnen worden. De uitwerking vindt plaats

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 39 in de investeringsagenda voor het openbaar groot onderhoud uitgevoerd moet worden. vervoer (de tweede tranche). Ook het Park en Hiervoor wordt de brug rond 2020 voor meer Ride-terrein (P+R) op het Zeeburgereiland staat dan een jaar afgesloten. ter discussie (omvang en locatie). Het doel van de gemeente Amsterdam is om P+R-terreinen Kortom, er spelen veel grote projecten in het- buiten de stad te creëren en bezoekers via het zelfde gebied. De gebiedsontwikkeling en de openbaar vervoer de stad in de krijgen. Nu de daarmee samenhangende projecten hebben tramlijn al capaciteitsproblemen heeft is het de veel raakvlakken. Als in één van de gebieden vraag of deze locatie nog gewenst is. gebouwd wordt, routes worden vernieuwd of nieuw worden aangelegd heeft dat gevolgen Naast deze opgaves op de lange termijn zijn voor de andere gebieden. Als werkzaamheden ook op korte termijn grote projecten gepland. niet op elkaar afgestemd zijn resulteert dit na De meest ingrijpende is het onderhoud aan de uitvoering in het zichtbaar ontbreken van de Piet Heintunnel, die voor een groot aantal logische verbindingen. Nieuwe verbindingen maanden gesloten gaat worden. Andere grote moeten daarom in samenhang worden be- projecten zijn asfalteringswerkzaamheden op de zien. Hiervoor worden diverse studies uitge- IJburglaan en de warmteleiding die wordt aan- voerd naar het verplaatsen van het kruisende gelegd onder het Amsterdams Rijnkanaal. Om fietsverkeer Weesperzijde-Meester Treublaan in te schatten of toekomstige plannen gecombi- richting het treinspoor, het verbreden van de neerd kunnen worden met de huidige projecten Berlagebrug, een nieuwe vormgeving van het is een gezamenlijke analyse nodig van Verkeer Prins Bernhardplein, een mogelijke aansluiting & Openbare Ruimte (Stedelijke Programmering, van de tram op Sciencepark en de afwaardering Kennis & Kaders), de Vervoerregio, het stads- van de A2. Het is de vraag of de werkzaamhe- deel en Grond & Ontwikkeling. den die de komende jaren uitgevoerd worden kunnen wachten tot de studies zijn afgerond. Amstelstation, Overamstel en Berlagebrug Het risico van uitstel is het ontbreken van slimme In het zuidelijk gedeelte van de verbindingen zijn voor de huidige en toekomsti- Watergraafsmeer vindt op diverse plaatsen ge bewoners en bezoekers. De leefbaarheid van gebiedsontwikkeling plaats. De twee grootste het gebied komt dan in het geding. ontwikkelgebieden zijn het Amstelstation en Overamstel (waaronder het Amstelkwartier). Een ander aandachtspunt is het tijdig betrekken Rondom het Amstellstation wordt het gebied van kabel- en leidingbedrijven bij de voorberei- gereedgemaakt voor de bouw van enkele ding van de projecten. Als gebieden ontwikkeld woon- en werktorens. Daarnaast wordt de worden heeft dat ook gevolgen voor het leiding- tramlus verplaatst naar het Prins Bernhardplein, stelsel. Hierin moeten tijdig de keuzes worden de fietsenkelder uitgebreid en de Julianalaan gemaakt om gasleidingen te vervangen of nieuw opnieuw ingericht. In het ontwikkelgebied aan te leggen, stadswarmte te gaan gebruiken Overamstel vindt al enkele jaren gebiedsontwik- of in te zetten op all-electric. keling plaats. Het belangrijkste deelgebied is het Amstelkwartier waar op dit moment het be- Het Amstelstation en Overamstel zijn in het MIP drijventerrein wordt getransformeerd naar een 2017-2020 benoemd als kansgebied. De kans woongebied met diverse voorzieningen (hotels, is om op bovenstaande punten regie te voeren, winkels, kantoren). Om dit gebied goed te kun- duidelijke keuzes te maken en hierover afspra- nen ontsluiten wordt de Spaklerweg heringericht ken te maken met de belangrijkste uitvoerings- en de Amstelstroomlaan met een nieuwe brug organisaties. op de Joan Muyskenweg en met een nieuwe spooronderdoorgang op de Wenckebachweg aangesloten. Voor de A2 wordt nu onderzocht of deze afgewaardeerd kan worden zodat ook rondom deze route gebiedsontwikkeling kan plaatsvinden. Een ander invloedrijk project voor de omgeving is het project Berlagebrug waar

40 GEMEENTE AMSTERDAM MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 41 42 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 10 Stadsdeel Zuid

Werkzaamheden die in Zuid op termijn de de straten waaronder de Noord/Zuidlijn loopt. In bereikbaarheid moeten verbeteren, zullen de Rivierenbuurt ligt de nadruk op het program- in de komende jaren de druk op de bereik- ma Rainproof. Het gebied wordt zo ingericht dat baarheid juist vergroten. Daarom wordt aan bewoners en bedrijven geen wateroverlast meer alle organisaties in stadsdeel Zuid gevraagd ondervinden bij hevige regenbuien. om mee te denken over dit bereikbaar- heidsvraagstuk en een gezamenlijke com- In de Pijp/Rivierenbuurt, aangewezen als kans- municatiestrategie te voeren. gebied in het MIP 2017-2020, wordt door het in gebruik nemen van de Noord/Zuidlijn medio Belangrijke opgaven 2018 een toename verwacht van bezoekers en Het is de bedoeling dat het oplossen van het toerisme. Hiermee wordt leefbaarheid voor dit bereikbaarheidsvraagstuk in de pas loopt met gebied een prioriteit. Leefbaarheid speelt ook andere opgaven in stadsdeel Zuid. Alle deel- in Oud-Zuid een belangrijke rol. Het accent daar gebieden in stadsdeel Zuid hebben unieke ligt op het combineren van economische vitali- opgaven. Er is bijvoorbeeld aandacht nodig voor teit met een prettige woonomgeving. achterstallig onderhoud in en in

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 43 De opgave om economische bedrijvigheid te en hevig wordt gewerkt, om zo veel mogelijk in faciliteren zien we op grotere schaal terug in de één keer mee te nemen. Hierbij hoort een geza- Zuidas. Er wordt volop gebouwd en het streven menlijk optreden van (project)organisaties waar naar economische vitaliteit bepaalt mede de het gaat om de communicatie over overlast, uitwerking van thema’s zoals energietransitie, over omleidingen en bij het monitoren van het dataverkeer en gebiedsontwikkeling. Bij alle effect van maatregelen. Bijsturing moet mogelijk bouwprojecten worden duurzame-energie- zijn op gemaakte afspraken wanneer gewenste programma’s volop gefaciliteerd en meege- gevolgen van de verschillende opgaven uitblij- nomen. De behoefte aan een uitgebreid en ven. ‘failure-proof’ datanetwerk leidt tot verdere uitbreiding van de glasvezelnetten. Zuidas heeft Een integrale aanpak vereist dat uitvoerders eer- er voor gekozen de hoofdtracés voor kabels en der bekend zijn met elkaars projecten voor meer leidingen niet te laten samenvallen met belang- samenspel in een tijdvak. Dan kunnen er in een rijke verkeeraders, om hinder ten gevolge van vroeg stadium gezamenlijk fases en prioriteiten graafwerkzaamheden te beperken. Bij toekom- worden bepaald. In de Zuidas bijvoorbeeld, stige werkzaamheden aan kabels en leidingen zullen de vier Noord-Zuidverbindingswegen kan het hoofdnet auto ontzien worden. Deze met de stad onderhoudsvrij zijn op het moment aanleg van nieuwe energie- en datasystemen is dat begonnen wordt met de aanleg van de voor de helft voltooid. Werkzaamheden op de Zuidasdok. Hiermee worden de noodzakelijke kruispunten met een hoofdnet auto, zoals op de omleidingsroutes veiliggesteld. Wat betreft Beethovenstraat, zullen de komende jaren nog gezamenlijke communicatie: voor de verbin- voortduren. ding tussen Zuid(as) en de regio wordt gewerkt aan een bereikbaarheidsportal dat zowel door Voor het hele stadsdeel Zuid geldt dat er wordt gebruikers als aanbieders van verschillende gezocht naar een goede inpassing van de vervoerssystemen geraadpleegd kan worden. effecten van deze grootstedelijke ontwikkelin- Dit webportaal zal door Amsterdam Bereikbaar gen van de Kop/Zuidas/Rai met de aangren- in 2017 aangeboden worden. zende gebieden en met de regio. De bouw van Zuidasdok, waarbij de A10 onder de grond gaat, Afspraken voor stadsdeel Zuid en de ombouw van de Amstelveenlijn tot een Het succes van een integrale aanpak hangt voor hoogwaardige tramverbinding die bij de Zuidas een groot deel af van de afspraken die gemaakt aansluit op het bestaande tram- en metronet worden tussen de organisaties. Onderstaande van Amsterdam en op het spoorwegnet, maken afspraken gaan over drie thema’s: planning, deze opgave extra uitdagend. Hier komt bij dat hinder met bijpassende verkeersmaatregelen en een derde van de Amsterdamse middelbare communicatie. scholieren in stadsdeel Zuid naar school gaat. Dit vraagt om uitbreiding en veilig maken van Planning fiets- en wandelroutes en om extra aandacht Werken in stadsdeel Zuid vergt de komende voor het openbaar vervoer. Deze focus op fiets jaren een aanvullende inspanning van alle be- en openbaar vervoer is een belangrijke opgave trokkenen, bovenop de reguliere inspanningen voor stadsdeel Zuid. Een dergelijke focus on- en uitvoeringsvoorwaarden. Alle opdrachtge- dersteunt tevens de oplossing van het bereik- vers die actief zijn in stadsdeel Zuid dienen baarheidsvraagstuk, ook waar het gaat om een zich in te zetten om projectplanningen ver van goede verbinding met de regio. te voren te delen met betrokken organisaties. Opdrachtgevers moeten hierbij voortdurend Integrale aanpak van werkzaamheden opmerkzaam blijven ten aanzien van omgevings- Er zijn verschillende manieren om met bovenge- werk en de daaruit voortvloeiende kansen voor noemde trends en opgaven om te gaan. Door slim plannen. de veelheid en intensiteit van werkzaamheden in stadsdeel Zuid, kiest de gemeente voor een Voor 2018 zien we dit bijvoorbeeld terug in integrale aanpak van projecten. Dit betekent ge- het gebied rondom de Amstelveenseweg waar biedsgericht werken op maat, waarbij vaak kort het GVB met Waternet, Liander en Verkeer &

44 GEMEENTE AMSTERDAM Openbare Ruimte van het noordelijk deel tot het Wanneer uitvoerders zich inspannen om de zuidelijk deel van de weg, elkaars projecten als communicatie naar de omgeving samen op te fases in een overkoepelend project beschouwen pakken, dienen ze afspraken te maken over de dat vanaf 2018 in dat gebied van start gaat. inzet van middelen en de gewenste resultaten. Deze aanpak zal bij projecten op hoofdaders Hinder en maatregelen zoals de Amstelveenseweg, Beethovenstraat, Door tijdig reële inschattingen van knelpunten Parnassusweg en Europaboulevard van gro- met organisaties te delen, kan de verwachte te toegevoegde waarde zijn voor bewoners impact van hinder beter worden vastgesteld en en (weg)gebruikers. Bij het werk rondom de kunnen er op tijd slimme maatregelen worden Zuidas investeren opdrachtgevers mee aan de bedacht. Het is van belang dat opdrachtgevers online l van Amsterdam Bereikbaar. Stedelijke hierbij niet alleen naar de ‘eigen buurt’ kijken. Programmering gaat erop toezien dat opdracht- Zo kan het bijvoorbeeld wenselijk zijn om in de gevers sturen op samenwerking door in het luwte van projecten van een ander stadsdeel te contract van eisen te laten opnemen dat een werken. gezamenlijke aanpak van communicatieactivitei- ten van verschillende projecten in een gebied Hindermaatregelen kunnen behoorlijk varië- gewenst is. ren. Naast het werken in elkaars luwte, kunnen dit verkeersomleidingen zijn, het bijsturen van Stedelijke Programmering wil in een vroeg verwachtingen van bewoners en weggebruikers stadium op de hoogte worden gehouden over ten aanzien van overlast, gedragsbeïnvloeding deze afspraken zodat zij een faciliterende rol kan van weggebruikers of opdrachtnemers, of er kan innemen. Bij grote projecten in stadsdeel Zuid besloten worden dat een project niet doorgaat. zal Caroline Blankvoort, adviseur Communicatie Maatregelen zullen steeds getoetst en aange- van Stedelijke Programmering aanschuiven past moeten worden door alle betrokken orga- tijdens de verkennende fase van een project. Zo nisaties, om hinder te beperken en de opgaven zal Stedelijke Programmering bijspringen om voor het gebied niet uit het oog te verliezen. bijvoorbeeld omgevingsmanagers met commu- nicatiemedewerkers in het stadsdeel Zuid samen Communicatie te laten optrekken. De adviseur Communicatie De Stadsregisseur geeft prioriteit aan goede Stedelijke Programmering zal tevens wijzen op communicatie. Rondom de communicatie van aanvullende communicatie kanalen en -middelen. projecten moet afstemming zijn op het gebied van doelgroepbepaling, de boodschap, de Bij een project als Zuidasdok kunnen de doel- planning en de middelen die worden ingezet. In groepen aan wie gecommuniceerd moet worden de gebiedsgerichte gesprekken van stadsdeel al in een vroeg stadium in kaart worden ge- Zuid zijn geen concrete afspraken gemaakt bracht. Wanneer hierbij ook toenadering wordt ten aanzien van het verbeteren van de com- gezocht met relevante marktpartijen, ontstaat municatie naar de omgeving. Dit is opvallend. een krachtig samenwerkingsveld van markt, Juist in stadsdeel Zuid worden veel projecten omgeving, project en Stedelijke Programmering. gezamenlijk uitgevoerd en kan het gebeuren Dit helpt om de juiste communicatiestrategie en dat bewoners in één week meerdere informa- inzet van middelen te bepalen. Een bijkomend tiebrieven van verschillende uitvoerders ont- voordeel van deze werkwijze is dat er nauwelijks vangen. Stedelijke Programmering signaleert nog kans bestaat dat een project op basis van in stadsdeel Zuid een kans om bewoners beter het communicatieplan wordt afgewezen bij de voor te bereiden op werk in de wijk en daarmee Werkgroep Werk in Uitvoering. het ongemak van de overlast te verzachten. Dit wordt niet bereikt door alleen de reguliere richt- lijnen te hanteren ten aanzien van het hoofdstuk ‘Communicatie’ van het BLVC plan. Daar zijn aanvullende maatregelen voor nodig.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 45 Tot besluit In stadsdeel Zuid wordt met grote inzet en toe- wijding van alle betrokkenen aan een bloeiend stadsdeel gewerkt. Een gebied dat fietsers op handen draagt en tegelijkertijd grote econo- mische bedrijvigheid omarmt. Een plek die in toenemende mate door toeristen wordt bewon- derd terwijl de oorspronkelijke bewoners zich er veilig en thuis moeten blijven voelen. De wens om in dit gebied de bereikbaarheid te garan- deren, is bij al deze zaken van doorslaggevend belang. Stedelijke Programmering heeft als doel de verbinding tussen spelers in stadsdeel Zuid optimaal te laten zijn om zo een goed begaan- baar pad naar de toekomst te realiseren.

46 GEMEENTE AMSTERDAM MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 47 48 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 11 Stadsdeel Zuidoost

Gezamenlijke aanpak en uitvoering van kers voor de stad als AFAS Live, Ziggo Dome, werken in de ondergrond en de openbare Endemol studio’s en de Amsterdam ArenA. ruimte moet zorgen voor een leefbare situ- Het in toenemende mate vermengen van deze atie tijdens de economische- en gebiedsont- functionaliteiten is een belangrijke opgave voor wikkeling van stadsdeel Zuidoost naar een het stadsdeel. uitstekend bereikbaar gebied waar wonen en werken geïntegreerd worden. Het stadsdeel kent twee aandachtsgebieden. Er bestaan diverse uitdagingen op sociaal vlak en Stadsdeel Zuidoost bestaat uit diverse gebie- ook in de openbare ruimte liggen belangrijke den met een strikt gescheiden functionaliteit. opgaven. Twee belangrijke thema’s die op beide Gebieden zoals Gaasperdam en de aandachtsgebieden inhaken, zijn het opknappen zijn voornamelijk woongebieden. Amstel III van verschillende gebieden en de gebiedsont- en de ArenAPoort kenmerken zich door grote wikkeling in het stadsdeel. Bovendien is het kantoorgebouwen en belangrijke publiekstrek- verbeteren van de bereikbaarheid door middel

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 49 van fietsverbindingen van en naar het stadsdeel Stadsdeel Zuidoost is bezig om de Gaasperplas en de woongebieden een belangrijke opgave. aantrekkelijk te maken voor de hele omgeving en de rest van de stad. In toenemende mate lukt Driemond/Gaasperdam dit, maar verdere ontwikkeling van het gebied Stadsdeel Zuidoost heeft een grote opgave zal nodig zijn om dit een succes te maken. De als het gaat om onderhoud van de openbare afweging tussen investeringskosten en on- ruimte. Dit geldt in meerdere gebieden van derhoudskosten vereist samenwerking vanuit het stadsdeel, maar met name in Driemond en meerdere organisaties, met oog voor het vinden Gaasperdam. van creatieve (kostenbesparende) oplossingen. Enerzijds ligt er voor het stadsdeel een inhaalslag Driemond is een kansgebied waarin de boven- qua onderhoud van het gebied. Anderzijds, ligt en ondergrondse opgaven een gezamenlijke er ook een efficiëntieslag qua onderhoudskosten aanpak verdienen. Het stadsdeel heeft een met minimaal het behoud van dezelfde kwaliteit. grote opgave in dit gebied, en ook Waternet Met deze afweging zal rekening moeten worden zal hier grootschalige werkzaamheden aan gehouden in de gebiedsontwikkeling. het rioolstelsel uitvoeren. Driemond kent een complexe ondergrond. Om na te gaan welke Amstel III/ArenAPoort organisaties betrokken moeten worden bij de De woningen in Zuidoost worden sinds de jaren uiteimndelijk planvorming, doet het stadsdeel ’90 vernieuwd. De karakteristieke honinggraat- in samenwerking met Verkeer & Openbare flats hebben deels plaatsgemaakt voor nieuw- Ruimte, Assetmanagement, onderzoek naar bouw of zijn gerenoveerd. Deze ontwikkeling zet deze ondergrond. Daarnaast liggen kansen op zich ook de komende jaren voort. Bovendien zijn het regenbestendig inrichten en op het gebied er ontwikkelingen om de strikte scheiding tussen van energietransitie, aangezien Driemond een wonen en werken te verminderen. Dit geldt met relatief oud gasstelsel kent. Driemond is een name voor Amstel III en ArenAPoort. Deze ge- afgebakend gebied, dus de werkzaamheden zijn bieden kenmerken zich nu nog door kantoorge- duidelijk af te kaderen en bieden kansen voor bouwen en een groot aanbod aan evenementen een integrale, gebiedsbrede aanpak met meer- en winkels. dere organisaties. De leegstand van kantoorgebouwen is in het In Gaasperdam kent vooral het gebied rondom gebied relatief hoog. Dit biedt kansen voor de de Gaasperplas en Nellestein een opgave voor transformatie van het gebied en een betere ver- de openbare ruimte. In de buurten Reigersbos menging van de functies wonen en werken. Het en in mindere mate Nellestein en Holendrecht gebruik van bestaande gebouwen zal verande- is, net als in Driemond, sprake van een relatief ren. In Amstel III neemt Grond en Ontwikkeling oud gasstelsel. Momenteel ligt er een warmte- het initiatief om, als maatregel op leegstand leiding langs de A9. Vanuit het oogpunt van de van kantoorgebouwen, deze te transformeren energietransitie kan het warmtenet hier mogelijk naar bijvoorbeeld studentenwoningen, hotels en uitbreiden. Het gebied kenmerkt zich door actie- faciliteiten. ve buurtbewoners ten aanzien van gebiedsver- Met de veranderende functies in het gebied, zal betering. Het is van belang de bewoners in een ook de openbare ruimte ingrijpend veranderen. vroeg stadium te betrekken en hen een inte- Om een sociaal veilige en toegankelijke open- graal beeld te bieden in de beoogde plannen. bare ruimte te creëren zal deze opnieuw worden Hiermee kan de betrokkenheid van de bewoners ingericht. In Amstel III betekent dit tevens een positief ingezet worden om tot passende op- opschaling van het onderhoudsniveau. Het lossingen te komen die gedragen en gesteund betrekken van huidige gebruikers en nieuwe worden door de buurt. bewoners van dit gebied is belangrijk om de behoeften te inventariseren en de inrichting hierop aan te passen. Met de nieuwe inrichting van de openbare ruimte en de nieuwe functies in het gebied, zal ook de infrastructuur onder de grond aan andere eisen moeten voldoen. Het in

50 GEMEENTE AMSTERDAM een vroeg stadium afstemmen van deze behoef- Zowel de transformatie van de Amsterdam ten is een belangrijk aandachtspunt. ArenA als die van de A9 zullen volgens planning in 2020 gereed zijn. Diverse andere bouwpro- Bereikbaarheid jecten, ook vanuit gebiedsontwikkeling, zullen Het stadsdeel, Verkeer & Openbare Ruimte en langer voortduren. Deze werkzaamheden zorgen de Vervoerregio hebben ambities om stadsdeel voor verhoogde drukte door werkverkeer, maar Zuidoost nog beter te bereikbaar te maken ook voor hinder door wegafsluitingen en tijdelijk vanuit omliggende stadsdelen en gemeenten. veranderde verkeerssituaties. Dit, in combinatie Hiervoor dienen deze organisaties hun be- met de pieken in verkeersdrukte vanwege eve- staande wensen en middelen gezamenlijk te nementen, kan ervoor zorgen dat het stadsdeel inventariseren en waar mogelijk te koppelen om op verschillende momenten minder goed be- werk-met-werk te maken en aan te sluiten bij het reikbaar is voor haar bewoners en bezoekers. bestaande onderhoudsprogramma.

Ook de fietsverbindingen binnen het stadsdeel zelf zijn onderdeel van de ambities. Aansluitend op de gebiedsontwikkeling is het belangrijk om verbindingen te creëren tussen nieuwe woon- gebieden en de winkelcentra. Ook bestaande woon- en werkgebieden moeten hierbij niet vergeten worden. Een voorbeeld hiervan zijn onderdoorgangen onder het spoor, waardoor het spoor een minder grote fysieke barrière in het stadsdeel zal vormt. De fysieke scheiding tussen de gebieden in het stadsdeel wordt hiermee verminderd en de bereikbaarheid ver- hoogd. Bovendien is het stadsdeel bezig om de stationsomgevingen te ontwikkelen om zo onder andere de sociale veiligheid te verhogen.

Buiten het fietsnetwerk, kent het stadsdeel een uitdaging qua bereikbaarheid als het gaat om druk op het wegennet door werkzaamheden. Hierbij kan gedacht worden aan grote bouwpro- jecten, zoals de Amsterdam ArenA, het ING- terrein en andere grote bouwlocaties. Tevens wordt momenteel de A9, die stadsdeel Zuidoost doorkruist, voor een groot deel ondergronds gemaakt en uitgebreid als onderdeel van de Schiphol-Amsterdam-Almere-verbinding. Dit is onderdeel van een reeks projecten waar bijvoor- beeld ook het Zuidasdok onder valt.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 51 52 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 12 Westpoort

In het havengebied geldt de opgave om Onder de noemer Haven-Stad vindt op termijn voor bedrijven een gunstig vestigingskli- in, en grenzend aan, het havengebied een grote maat te scheppen waarbij bereikbaarheid gebiedsontwikkeling plaats die ingrijpende ge- een belangrijke factor is. Aan de oostzijde volgen heeft voor de inrichting van de boven- en van het havengebied vindt langzaamaan ondergrond. Daarnaast is op verschillende loca- grootschalige transformatie plaats en ties in het havengebied sprake van wateroverlast maken industriële en bedrijfsfuncties plaats na hevige buien. Daardoor moeten wegen soms voor woningen. Hierbij is het de uitdaging afgesloten worden voor het verkeer. Ook par- om opgaven in boven- en ondergrond hier- ticuliere bedrijventerreinen kampen met water- op voor te bereiden, voorinvesteringen te overlast. Gezien het commerciële karakter van doen en integrale programmering vorm te het havengebied is dit een risico. Ten aanzien geven. van de wateroverlast is het gehele havengebied in het MIP 2016-2019 als kansgebied voor het Westpoort kenmerkt zich door industriële haven- programma Rainproof aangewezen. activiteiten met een groot economisch belang. De bereikbaarheid en verkeersafwikkeling van Programma Haven-Stad het gebied heeft veel invloed op de Vanuit de gemeentelijke strategie om binnen toegankelijkheid van huidige en toekomstige de stadsgrenzen ruimte te zoeken voor nieuwe bedrijven. De exploitatie van de gronden, woongebieden biedt het gebied Haven-Stad voornamelijk in eigendom van Havenbedrijf N.V., ruimte aan 40.000 woningen . De gemeente is afhankelijk van het functioneren heeft voor Haven-Stad een programma opgezet van de infrastructuur en het op ad-hoc basis met als doel de transformatie van het gehele kunnen faciliteren van ontsluitingen en nutsvoor- gebied voor te bereiden, mogelijkheden te zieningen. verkennen en organisaties samen te brengen.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 53 Geografisch bestaat Haven-Stad uit Sloterdijk, In het kader van het benutten van kansen voor de havenbekkens en de Noordelijke IJ-oever. optimalisering in de uitvoering gelden de vol- De havengebieden die binnen Haven-Stad gende aandachtspunten: vallen, zijn de Coenhaven, de Vlothaven en de Minervahaven. In 2009 is een convenant • Het programma Haven-Stad bevat geen strak gesloten waarin is afgesproken dat de woning- omlijnd (master)plan voor de gebiedsontwik- bouwplannen in deze drie havengebieden na keling maar biedt kaders voor initiatieven en 2025 in procedure mogen worden gebracht en maakt ruimte voor organische ontwikkeling. vanaf 2029 mogen worden uitgevoerd. In het Hierdoor zijn er geen faseringen en gede- coalitieakkoord 2014-2018 is opgenomen dat de tailleerde projectprogramma’s beschikbaar huidige bedrijven binnen deze havengebieden van de totale ontwikkeling van Haven-Stad. de zekerheid krijgen dat ze tot 2040 kunnen Voor alle organisaties die werkzaamheden blijven. In de , NDSM-werf, in de hebben gerelateerd aan toekomstige ont- Sloterdijken en in Westerpark-West zijn inmid- wikkelingen is het daarom nog niet mogelijk dels initiatieven gestart, vinden ontwikkelingen eigen werkzaamheden af te stemmen op de plaats en worden de transformaties van kantoor- totaalontwikkeling. Dit maakt het moeilijk panden naar woningen gestart. om besluiten te nemen over bijvoorbeeld het al dan niet vervangen of aanleggen van Met de ontwikkeling van het gebied Haven-Stad hoofdleidingen. Besluiten die grote gevolgen ontstaan kansen voor aansluitingen op heden- hebben voor de mogelijkheden om werk- daagse, duurzame nutsvoorzieningen en herin- met-werk te maken. richting/ opwaardering van de openbare ruimte. • Een risico hierbij is dat coördinatie van de Daarom is het voor organisaties als Liander, werkzaamheden steeds complexer wordt, Nuon Warmte en Waternet belangrijk op de omdat ontwikkelingen meer aan de markt hoogte te zijn van opgaven van herontwikkeling worden overgelaten. Instrumenten en samen- en nieuwbouw. De uitrol van stadswarmte en de werkingsafspraken zoals ze bestaan binnen uitbreiding of vervanging van het water-, gas- en het Coördinatiestelsel zijn bij marktpartijen elektriciteitsnetwerk kan zodoende hierop wor- minder bekend dan bij gemeentelijke dien- den afgestemd. Daarnaast zal het nodig zijn om sten. Hierdoor ontstaat, wanneer afspraken op het maaiveld de openbare ruimte opnieuw niet vastgelegd worden in contracten, een in te richten zodat deze aansluit op de eisen die onderscheid tussen de te nemen verant- (woon)functies aan de openbare ruimte stellen. woordelijkheden voor organisaties die werk Vanuit een aantal beleidsstukken (Structuurvisie hebben in de openbare ruimte. Uiteindelijk 2040, Visie Openbare Ruimte, Agenda Groen en kan dit problemen geven in de coördinatie Ecologische Visie) zijn locaties opgegeven waar en afstemming van werkzaamheden. Dit op middellange termijn investeringen nodig zijn probleem speelt vooral bij gebiedsontwikke- om de verblijfs- en recreatieve kwaliteit van de lingen waar private organisaties en investeer- openbare ruimte te verbeteren. In het gebied ders over de planning gaan en de overheid Haven-Stad zijn daarvoor locaties opgegeven een beperkte invloed heeft. zoals, onder andere, de Transformatorweg, sta- tion Isolatorweg en fietsverbindingen door het Westerpark.

54 GEMEENTE AMSTERDAM Bovenstaande vergt van alle organisaties een Kansgebied Westpoort benadering met aandacht voor informatie-uit- De programma’s van Havenbedrijf Amsterdam wisseling, inzicht en begrip van elkaars belan- (Waterbestendig Westpoort-Havenproof), gen. Het is namelijk noodzakelijk om voor het Waternet (Rainproof-operationeel program- gebied nu al keuzes te gaan maken met betrek- ma Waternet) en Verkeer & Openbare Ruimte king tot energievoorzieningen, weg- en open- (Uitvoeringsprogramma) zijn naast elkaar baar vervoer-ontsluitingen, zodat op gebiedsni- gelegd om te kijken of een koppeling mogelijk veau werk-met-werk gemaakt kan worden. is en daardoor een snelle realisatie van doelen Organisaties die werk hebben in onder- en bo- haalbaar is. Vanuit deze afstemming hebben vengrond zullen daarom werkprocessen anders inmiddels twee projecten plaatsgevonden in moeten richten. Dit vraagt om een proactieve om gezamenlijke doelen en ambities voor het houding van de betrokken organisaties om tijdig havengebied te bereiken. De ambities voor het verbanden te leggen en koppelingen te maken havengebied vanuit de initiatieven Rainproof, tussen projecten en organisaties. Havenproof en Haven Weerbestendig blijven de komende jaren actueel en waardevol. De Daarnaast zijn in de gebiedsgerichte gesprekken ingezette richting en koppeling van organisaties de volgende aandachtspunten genoemd: en initiatieven rondom het kansgebied moeten • De nieuwbouw en verstedelijking/verdichting daarom blijven bestaan. hebben grote invloed op de capaciteits- vraag van de onderstations van Liander. Voor In het gebiedsgerichte gesprek is door Liander Liander is het belangrijk te weten welke een aanvullend risico als aandachtspunt gefor- duurzaamheidsinitiatieven er genomen muleerd dat de noodzaak voor regenbestendig- gaan worden, want als de capaciteit van een heids-maatregelen onderschrijft: onderstation moet worden aangepast, heeft • Hoog water is een risico voor uitval van de dat een lange doorlooptijd. elektravoorzieningen. Omdat de uitval van • Aan de Basisweg wordt een datacenter elektra mogelijk gevolgen heeft voor de ontwikkeld. Mogelijk volgen op termijn meer waterpompen is het risico dat het water niet van dergelijke initiatieven in of in de om- weggepompt kan worden. Bij de veiligheids- geving van het gebied. Omdat datacenters regio Amsterdam/Amstelland is (onder ande- grootverbruikers zijn, gelijkstaand aan grof- re door dergelijke keteneffecten) langdurige weg 40.000 huishoudens, betekenen der- uitval hoog geprioriteerd. gelijke plannen dat het elektriciteitsnet van Liander hiervoor verzwaard moet worden. • Haven-Stad biedt kansen voor de uitbreiding van metro- en traminfrastructuur. Grond en Ontwikkeling geeft zelfs aan dat de wo- ningbouwambitie niet haalbaar is zonder hoogwaardig openbaar vervoer. Een nieuwe metro- of tramlijn heeft gevolgen voor het stedelijk openbaar vervoer-net, de bereik- baarheid en de functionaliteit van het wegen- net en bovendien voor de elektriciteitsvraag. De vraag is of voor het stimuleren van wo- ningbouwontwikkeling eerst een openbaar vervoer-verbinding aangelegd moet worden of dat deze volgt op de woningbouwontwik- keling.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 55 56 GEMEENTE AMSTERDAM Hoofdstuk 13 MIP in uitvoering

Dit MIP bevat het stedelijke programma van Stedelijk Mobiliteitsfonds (SMF) en onnodig de asseteigenaren in Amsterdam dat straks schuiven van projectuitvoering voorkomen. in uitvoering wordt gebracht. Dit gebeurt Mogelijke afwijkingen worden onderling ge- primair door opdrachtgevers en projectma- deeld en centraal ontsloten via de geografische nagers. Binnen het programma zijn waarbor- kaart van het MIP bij Stedelijke Programmering. gen aangebracht die voor de stedelijke en gebiedsgerichte samenhang zorgen. In het Bereikbaarheid en leefbaarheid Uitvoeringsprogramma (UP) wordt die samen- De groei van de stad, de toegenomen drukte hang richting uitvoering en omgeving verder in de openbare ruimte en de toename van het gespecificeerd. aantal reizigers maakt de impact van werkzaam- heden groter dan enkele jaren geleden. ‘Lokale’ Het MIP ontwikkelt zich elk jaar. Dit jaar geeft ingrepen aan de ene kant van de stad zorgen weer een beter beeld van de opgaven en soms voor files aan de andere kant. Een inten- investeringen in de stad. Een realistische blik sivering van de druk op de stad vergt tegelij- op de afgelopen jaren laat zien dat het niet kertijd een intensivering van de aanpak voor eenvoudig is om een goed overzicht te bewerk- de bereikbaarheid van de stad. Hierbij past een stelligen en dat het voor alle betrokkenen een gebiedsgerichte benadering en toezicht dat dit flinke opdracht is om de geplande projecten ondersteunt. De uitvoering van het MIP moet ook daadwerkelijk tot uitvoering te brengen. daarom hand in hand gaan met maatregelen om De Eigenarentafel pakt graag de verbetering de bereikbaarheid en leefbaarheid te waarbor- en ontwikkeling op van de onderdelen die voor gen. De stadsregisseur heeft hiervoor de volgen- het MIP noodzakelijk zijn. De volgende aspecten de voorstellen gedaan in zijn agenda voor de verdienen de komende tijd speciale aandacht. komende twee jaar:

Planningsrealisme Effect afspraken BLVC op straat Het programma in dit MIP is ambitieus. De vele Het intensieve programma voor de stad vraagt opgaven van de stad vragen aan de ene kant om om meer toezicht op de BLVC-uitvoering op een intensieve en snelle aanpak met een strakke straat. Het vergt het aanspreken op afspraken planning en aan de andere kant om flexibiliteit en het effect ervan, de monitoring van verkeers- en wendbaarheid. Naast de al bestaande jaarlijk- kundige effecten en een snelle bijsturing. se cyclus, willen we het MIP een periodieke actu- alisatie geven. Hiermee geven we de noodzake- Amsterdam Bereikbaar op volle kracht lijke wendbaarheid een plek binnen de planning De stadsregisseur adviseert Amsterdam van het stedelijke programma. Deze periodieke Bereikbaar, de regionale samenwerking ten be- actualisatie sluit aan op de Planning & Control- hoeve van de bereikbaarheid van Amsterdam te cyclus van de gemeente Amsterdam. voorzien van een grotere en beter beschikbare personeelsinzet vanuit de gemeente Amsterdam Bij deze wendbaarheid hoort ook betrouwbaar- en Rijkswaterstaat. Het betreft medewerkers in heid van de planning. De opdrachtgevers in de de disciplines verkeersmanagement, program- Eigenarentafel spreken daarom af om sterker mering, communicatie en slimme mobiliteit te sturen op de afgesproken planning in het (smart mobility). programma. We willen onderuitputting van het

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 57 Intensivering gebiedsgerichte aanpak bij Communicatie helpt stedelijk programmeren Communicatie over werkzaamheden en hinder De gebiedsgerichte benadering van het pro- vindt vanuit twee invalshoeken plaats. De eerste grammeren vergt de komende jaren intensive- is gericht op het begrip voor de noodzaak van ring, met opdrachtgeverschap, projectmanage- werkzaamheden (de stad wordt mooier, beter, ment en inkoop die dit ondersteunen. Bij een veiliger). De andere invalshoek richt zich op gebiedsgerichte sturing van werkzaamheden zijn de keuze van de reizigers over de manier van alle werkzaamheden in beeld, met als basis de reizen. De reiziger is op de hoogte van de te database van Stedelijke Programmering. Vanuit verwachten hinder, en wordt geholpen om een de kennis over de voorgenomen projecten en doorgaande route te vinden door middel van de opgave in het gebied kan flexibel worden in- het handigste vervoermiddel. gespeeld op actualiteiten: het werkpakket staat niet jaren vooruit vast. Capaciteit De ambities in dit MIP vragen een aanzienlij- Reviewen werkpakket stad ke inzet van de ambtelijke organisatie en de Grote projecten hebben een lange voorberei- marktpartijen die de werkzaamheden uitvoeren dingstijd. Dit kan tot gevolg hebben dat de in Amsterdam. Dit MIP vormt de basis voor een aanleiding voor een project soms (enigszins) is analyse van de benodigde capaciteit, zowel achterhaald. Nieuwe ontwikkelingen of nieuwe binnen als buiten de gemeente. inzichten in de stad maken een andere uitvoe- ring noodzakelijk, of een project hoeft in het geheel niet te worden uitgevoerd. Daarom stelt de stadsregisseur een periodieke heroverweging van voorgenomen projecten voor, ten opzichte van nieuwe andere projecten, de gebiedsopga- ve en de totaalopgave van de stad.

Gebruik maken van technologische ontwikkelingen De manier waarop mensen reizen en hoe ze tot die keuze komen, is aan verandering onder­ hevig. Amsterdam zet in op stedelijke bereik- baarheid. Technologische ontwikkelingen op het gebied van verkeersmanagement en mobiliteit zouden zo snel mogelijk moeten worden toe­ gepast tijdens werkzaamheden.

58 GEMEENTE AMSTERDAM Bijlage I Tabel Bestedingsvoorstel SMF [Tabel wordt separaat toegevoegd]

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 59 60 GEMEENTE AMSTERDAM Bijlage II Prioriteringsmethodiek

Het MIP bevat een methodiek die we gebruiken • De aanvragen zijn divers van aard, waardoor bij de prioritering van aanvragen voor het een totaalvergelijking van alle aanvragen Stedelijk Mobiliteitsfonds (SMF) en het beste- complex is. Om dit te ondervangen worden dingsvoorstel in de Voorjaarsnota. Het SMF eerst werklijsten opgesteld, die steeds een bestaat sinds 1 januari 2016 als een gemeente- thematisch samenhangend deel van de breed fonds voor de verbetering van de open- aanvragen bevatten. Deze werklijsten bare ruimte en het verkeer- en vervoerssysteem. worden op basis van de aangeleverde input Voorheen bestonden er zeven stadsdeel-par- van de aanvragers op rangorde gezet. keerfondsen en een centraal mobiliteitsfonds. De integrale afweging tussen de verschillende thematische werklijsten wordt gericht op een De prioriteringsmethodiek is gericht op het deel van de aanvragen, zodat onderlinge toekennen van middelen aan activiteiten met vergelijking beter mogelijk is. Alleen de aan- de grootste nut en noodzaak. Omdat er meer vragen rond de zaaglijn (maximum te verde- claims zijn gedaan dan kunnen worden gehono- len middelen) van de verschillen werklijsten reerd moeten keuzes worden gemaakt. Claims worden integraal tegen elkaar afgewogen. op het SMF moeten voldoen aan de hiervoor De thematische werklijsten bevatten dus geldende spelregels, opgenomen in de veror­ ook een categorie projecten die in principe dening op het SMF. Buiten de scope van het toegekend worden en een categorie van SMF vallen de reguliere activiteiten instand­ aanvragen die in principe afgewezen worden. houding, beheer, reguliere beleidstaken en kosten voor gebiedsontwikkeling die vooral ten Fasering bate komen voor het te ontwikkelen gebied zelf. De prioriteringsmethodiek kent de volgende fases: Uitgangspunten 1. Fase ‘ordening’: gericht op de inhoudelijke De methodiek kent een aantal uitgangspunten: bijdrage van aanvragen aan het gewenste • Er is één Stedelijk Mobiliteitsfonds, waarvoor maatschappelijk resultaat (gemeten aan de aanvragen integraal worden geprioriteerd. hand van bereikbaarheid, verblijfskwaliteit, In deze prioritering worden de verschillende verkeersveiligheid en duurzaamheid). aanvragen tegen elkaar afgewogen. 2. Fase ‘optimaliseren’: gericht op de samen- • Het resultaat van de prioritering moet hang en clustering van aanvragen. zorgvuldig en transparant tot stand komen, 3. Fase ‘richting geven’: organisaties geven hun conform de aangenomen motie van het reacties op conceptversies van de aanvragen raadslid Vroege (D66) over het transpa- die op inhoudelijke grond in rangorde zijn rante afwegingsproces voor het Stedelijk gezet. Mobiliteitsfonds (motie 988.16, ingekomen 4. Fase ‘besluitvorming’: de fase waarin de en behandeld op 14 juli 2016). Eigenarentafel (ambtelijk) en wethouders • Organisaties die een aanvraag doen voor het (politiek) zorgen voor de totstandkoming van fonds onderbouwen zelf hun aanvragen voor het definitieve bestedingsvoorstel. de afweging. De onderbouwing ten behoeve van de afweging wordt door expertteams getoetst.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 61 Bij de prioritering wordt onderscheid gemaakt Ordening tussen fysieke en niet-fysieke aanvragen. Deze kennen een eigen prioriteringsmethodiek. Maatschappelijk resultaat Na het toekennen van een score worden deze aanvragen weer integraal bezien om te komen tot het verdelingsvoorstel.

De aanvragen hebben op basis van de door organisaties aangeleverde informatie een score Optimaliseren toegekend gekregen. Deze score is een tus- senstap om tot een rangorde van aanvragen te Samenhang en clustering komen. De scores zijn toegekend door experts vanuit verschillende organisaties en organisatie- onderdelen. De experts beoordelen nooit eigen aanvragen. Bij toekenning van scores waren ook adviseurs van Stedelijke Programmering aanwe- zig. Aanvragen met nog steeds onvoldoende Richting geven onderbouwing hebben de score 0 gekregen.

Reacties op voorlopige rangorde Het toekennen van een score kan per maat- schappelijk resultaat enigszins verschillen. Daarom is er na beoordeling een omrekenfor- mule toegepast zodat de scores per maatschap- pelijk resultaat zijn weergegeven op een schaal van 1 tot 10. Hiermee hebben de resultaten Besluitvorming allemaal een gelijk gewicht. Wanneer aanvragen een gelijke inhoudelijke score hadden, is de Totstandkoming bestedingsvoorstel beslissing in rangorde genomen op basis van de door organisaties zelf aangegeven urgentie en samenhang met andere projecten. Was de urgentie van de ene aanvraag hoger dan die van de andere, dan is dat zichtbaar in de lijst.

Voor elke fase lichten we de methodiek en het In de ordening is gebruik gemaakt van een sys- proces nader toe. tematiek die vergelijkbaar is bij de medaille-spie- gel die wordt gehanteerd bij de Olympische Fase 1: Ordening Spelen. Scoort een aanvraag een 10 (hoogst In de ambtelijke fase ‘ordening’ worden aanvra- mogelijke score) op één van de maatschappelij- gen voor het SMF weergegeven in verschillende ke resultaten, bijvoorbeeld bereikbaarheid, dan thematische lijsten. Na ontvangst van de project- staat deze aanvraag altijd hoger in rangorde dan informatie van aanvragers is er een volledig- een aanvraag die op alle resultaten een 9 (zeer heidstoets gedaan, waarna de gelegenheid is hoge score) scoort. En zo staat een aanvraag geboden nog ontbrekende informatie aan te met twee keer een 6 nooit boven een aanvraag vullen. De rangorde van aanvragen is vervolgens met één keer een 7, enzovoorts. De methode is geordend op maatschappelijk resultaat. De er op gericht de aanvragen met een uitstekend gehanteerde resultaten waar aanvragen op zijn maatschappelijk resultaat de meeste kans te ge- gescoord, zijn als volgt: ven op de toewijzing van middelen uit het SMF. • Bereikbaarheid • Verblijfskwaliteit Methodiek fysieke aanvragen • Verkeersveiligheid Maatschappelijk resultaat Bereikbaarheid • Duurzaamheid Onderdelen in de uitvraag: • Modaliteit (profijt): Welke modaliteiten

62 GEMEENTE AMSTERDAM profiteren van de uitvoering van het project? Hulpvragen bij “De openbare ruimte is ingericht Keuzemogelijkheden: auto, bromfiets/snor- op huidig en toekomstig gebruik”: fiets/speedpedelec, bus, fiets, metro, taxi, 1. Worden met uitvoering van het project meer touringcar, tram, voetganger. en/of betere mogelijkheden gecreëerd om • Bijdrage aan bereikbaarheid. Geef per aan- op een prettige manier in de openbare gegeven modaliteit aan op welke wijze het ruimte te verblijven (zitten, winkelen, zonnen, project bijdraagt aan een betere bereikbaar- sporten, spelen, slenteren, ontmoeten, etc.)? heid. 2. Wordt met uitvoering van het project de Keuzemogelijkheden: bereikbaarheid ontwik- toegankelijkheid verbeterd voor ouderen, kellocaties, bijdrage aan comfort, bijdrage aan mensen met beperkingen en/of kinderen robuustheid netwerk, bijdrage ketenmobiliteit, (voldoende maat van trottoirs en oversteken, toevoegen ontbrekende schakel, verbeteren geen steile hellingen, minimum aan obsta- doorstroming, verbeteren reistijd, verbeteren kels, aanvullende voorzieningen)? verbinding, vergroten capaciteit. 3. Wordt met uitvoering van het project het aantal statische functies in de openbare Het toekennen van scores aan aanvragen op ruimte teruggedrongen? (zoals parkeren, bereikbaarheid heeft plaatsgebonden door een afvalcontainers, kiosken, telecommunicatie- inschatting te maken van de grootte van het kastjes, bebordings- licht- en trammasten, probleem en de grootte van de oplossing (de straatmeubilair) mate waarin de aanvraag bijdraagt aan het ver- 4. Maakt de nieuwe inrichting flexibel of in de minderen of oplossen van het probleem). tijd veranderend gebruik mogelijk, zonder dat er (voor het eind van de levensduur) Maatschappelijk resultaat Verblijfskwaliteit opnieuw een herinrichting/ aanpassing nodig Onderdelen in de uitvraag: is? Betekent het project een verbetering ten • De openbare ruimte is ingericht op huidig opzichte van de huidige situatie in de moge- en toekomstig gebruik. Dit heeft betrekking lijkheden voor meervoudig/ dubbelgebruik op de bestaande stad. Voorbeelden zijn het (door verschillende gebruikers op verschillen- prioriteit geven aan verblijfsfuncties, het de tijdstippen van de dag)? verminderen van het aantal statische ob- jecten en toegankelijkheid voor iedereen. Hulpvragen bij “De openbare ruimte onder- Keuzemogelijkheden: nee of ja, voorzien van steunt de dynamiek van de stad”: korte toelichting. 1. Draagt het project bij aan een ‘beweegvrien- • De openbare ruimte ondersteunt de dy- delijke’ stad; nodigt de nieuwe inrichting uit namiek van de stad. Dit heeft betrekking tot dagelijks bewegen? (wandelen/ fietsen, op de nieuwe stad. Voorbeelden zijn het sporten, spelen, voorzieningen in de openba- toevoegen of activeren van stedelijke re ruimte, etc.). Zie ook Beweegprincipes. openbare ruimte en het inrichten van parken 2. Wordt met het project nieuwe openbare en groen voor divers en intensief gebruik. ruimte (een straat, park, plein, kade, etc.) Keuzemogelijkheden: nee of ja, voorzien van toegevoegd, dat voorheen niet beschikbaar korte toelichting. was voor openbaar gebruik? Of wordt met • Bijdrage aan sociale veiligheid. Geef aan als het project semi-openbare ruimte (zoals uw project tot doel heeft bij te dragen aan volkstuinparken, sportparken, schoolpleinen) de sociale veiligheid en hoe die bijdrage zichtbaar publieker en bruikbaarder ge- wordt geleverd. Keuzemogelijkheden: nee of maakt? ja, voorzien van korte toelichting. 3. Wordt groen toegevoegd (bomen, vergroe- nen van pleinen/ straten, etc.)? Beoordeling van aanvragen op verblijfskwaliteit 4. Wordt met het project bestaande openbare heeft plaatsgevonden op basis van de principes ruimte verbeterd (een straat, park, plein, van de Visie Openbare Ruimte. Bij het toeken- kade etc.) waardoor intensiever gebruik nen van scores is waar nodig gebruik gemaakt mogelijk is en deze door meer mensen/doel- van hulpvragen die vooraf zijn geformuleerd groepen gebruikt kan worden? en gedeeld met de organisaties.

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 63 5. Houdt het project rekening met bomen, klimaatadaptatie (inclusief regenbestendig- zodat deze op een gezonde manier tot heid en Rainproof), schone lucht. wasdom kunnen komen (komen er bomen • De openbare ruimte wordt duurzaam bij? Blijven gezonde en levensvatbare bomen ingericht en beheerd. Voorbeelden zijn gespaard? Wordt er gezorgd voor voldoende een lange levensduur voor de inrichting en ondergrondse groeiruimte?) planten en materialen, duurzame en groene keuzes voor de inrichting en het beheer. Maatschappelijk resultaat Verkeersveiligheid Keuzemogelijkheden: nee of ja, voorzien van Onderdelen in de uitvraag: korte toelichting. • Functionaliteit: Verbetert de functionaliteit • De openbare ruimte wordt efficiënt beheerd. van de weg door het project en daarmee de Naast duurzaam beheer kan ook sprake zijn veiligheid? Keuzemogelijkheden: nee of ja, van efficiënt beheer. Vermeld hier of er bij voorzien van korte toelichting. het project sprake is van efficiënt beheer en • Homogeniteit van massa’s en/of snelheden: geef daarbij een onderbouwing. Worden de verschillen in massa, snelheid en richting tussen voertuigen die van dezelfde Beoordeling van aanvragen op duurzaamheid verkeersruimte gebruik maken door het heeft plaatsgevonden op basis van de doelstel- project verkleind? Keuzemogelijkheden: nee lingen van de Agenda Duurzaamheid. of ja, voorzien van korte toelichting. Er is een inschatting gemaakt van de grootte • Herkenbaarheid van de vormgeving van de van het probleem en de grootte van de oplos- weg. Past de vormgeving van de weg door sing (de mate waarin de aanvraag bijdraagt aan het project beter bij de functie van de weg? het verminderen of oplossen van het probleem). Keuzemogelijkheden: nee of ja, voorzien van Alle thema’s uit de agenda zijn voorzien van een korte toelichting. gelijke score. Bij het toekennen van scores is • Vergevingsgezindheid van de omgeving en waar nodig gebruik gemaakt van hulpvragen. van weggebruikers onderling. Draagt het project bij aan het beperken (van de gevol- Hulpvragen bij duurzaamheid: gen) van menselijke fouten in het verkeer? 1. Hebben de materialen/beplantingen die in Keuzemogelijkheden: nee of ja, voorzien van het project gebruikt gaan worden zich bewe- korte toelichting. zen in de Amsterdamse situatie van inten- sief gebruik, een vochtig klimaat met meer Bij het toekennen van scores aan aanvragen piekbuien en een slappe bodem? Worden de op verkeersveiligheid is beoordeeld in hoeverre materialen mooi oud? aanvragen bijdragen aan het verhogen van de 2. Hebben de gebruikte materialen/ beplan- veiligheid door de verbetering van functionali- tingen een lange technische levensduur en teit, homogeniteit van massa’s en of snelheden, kunnen deze worden hergebruikt? de herkenbaarheid van de vormgeving van de 3. Draagt het project bij aan meer diversiteit weg en de vergevingsgezindheid van de omge- van dier- en plantleven, bijvoorbeeld door ving en van weggebruikers onderling. De scores beplanting, door het oplossen van een zijn gebaseerd op de principes duurzaam-veilig knelpunt in de ecologische hoofdstructuur of van het SWOV (Stichting Wetenschappelijk anders? Onderzoek Verkeersveiligheid). 4. Wordt met project rekening gehouden met de (tijdelijke) opvang en afvoer van regenwa- Maatschappelijk resultaat Duurzaamheid ter. Neemt de infiltratie-/ bergingscapaciteit Onderdelen in de uitvraag: van het projectgebied toe met uitvoering van • Aan welk(e) thema(‘s) van de Agenda het project? Duurzaamheid draagt het project bij? 5. Worden in het project innovatieve oplos- De agenda is gericht op onder andere duur- singen voorgesteld voor een slimmer/duur- zame energie, schone lucht, een circulaire zamer/efficiënter gebruik van de openbare economie en een klimaatbestendige stad. ruimte? Keuzemogelijkheden: Circulaire economie, 6. Zijn ondergrondse belangen (kabels en lei- duurzame energie, duurzame gemeente, dingen, transformatorhuisjes, ondergrondse

64 GEMEENTE AMSTERDAM afvalcontainers, boomwortels, etc.) meege- Concept prioriteringslijst wogen bij het ontwerpproces en is daarbij re- Om tot de definitieve prioriteringslijst te komen, kening gehouden met zaken als grondwater, is als tussenstap een thematische concept- pri- waterkering, archeologie, vervuilde grond en oriteringslijst gemaakt. Deze is ingedeeld naar funderingen? thema (bestaande stad, nieuwe stad en (relatie met de) regio), vervolgens opgedeeld naar Methodiek niet-fysieke aanvragen thema (fiets, uitvoeringsagenda mobiliteit, Koers Onderdelen in de uitvraag: 2025, etc.). • Wettelijke noodzaak. Is er een aantoonbare noodzaak vanwege de wet- en regelgeving Hoofdindeling voor de aanvraag? Zo ja, wat is de wetsbe- I. Bestaande stad paling en de datum dat de regelgeving van II. Nieuwe stad kracht wordt? III. (Relatie met de) regio • Aanleiding indien niet wettelijk noodza- kelijk. Wat is de aanleiding van de aan- Subindeling bestaande stad vraag? Geef de nadere onderbouwing, 1. Ruimte voor fiets/voetganger/openbaar zoals: benoem project en de status in de vervoer en kwaliteit openbare ruimte besluitvorming, geef aan van wie en waar a. Fiets dit is vastgelegd, benoem de passage en b. UAM (Uitvoeringsagenda Mobiliteit) de status in de besluitvorming, benoem c. Openbare ruimte en voetganger het betreffende beleidskader (mogelijk- d. Parkeren heden: Uitvoeringsagenda Mobiliteit, e. (Investeringsagenda) openbaar vervoer Investeringsagenda Openbaar Vervoer, 2. Verkeersveiligheid Openbare ruimte, Parkeren, Koers 2025, 3. Toename belang regulering en real time Fiets, Personenvervoer, Duurzaamheid of inzicht anders (licht toe) of benoem gremium en a. Commercieel vervoer datum van besluit. b. Parkeren (handhaving) • Toelichting aanvraag. Geef een beknopte c. Verkeersmanagement onderbouwing op deze aanvraag: wat wordt 4. Netwerk auto er voor de aangevraagde middelen gereali- a. Doorstroming (projecten) seerd? Geef daarbij ook aan op welke manier b. Smart Mobility de aanvraag bijdraagt aan het verbeteren 5. Gebiedsgerichte plannen van de openbare ruimte of het verkeer- en 6. Duurzaamheid en groen vervoerssysteem van de stad. 7. Ongedeelde stad • Toelichting bij al bestaand product. Indien het een bestaand product betreft: Wat is Subindeling nieuwe stad de aanleiding voor de afwijking/meeraan- 1. Koers (verdichten stad, waarborgen bereik- vraag ten opzichte van de al beschikbare baarheid, volgend of verleidend?) middelen? Geef hierbij ook een inhoudelijke 2. Sprong onderbouwing. 3. Grote focus op fietsverbindingen 4. Koers gebieden: Oostlob (Zeeburgereiland/ Niet-fysieke aanvragen zijn opgedeeld naar IJburg), Noord, Havenstad, doorlopende aanvragen, aanvragen die gekop- Ringzone West - parkstad, Schinkel/ peld konden worden aan fysieke aanvragen en Riekerpolder, Amstel/AMC, Zuidas losse aanvragen. De werking van die indeling wordt hieronder toegelicht. Subindeling (relatie met de) regio 1. Functioneren A10 2. Knooppunten (first/last mile) 3. Aansluiting tussen modaliteiten 4. Koppeling woningbouwlocaties in MRA 5. Projecten

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 65 Per thematisch onderdeel zijn de aanvragen Fase 3: Richting geven ingedeeld: In de fase ‘richting geven’ is het bestedingsvoor- 1.  Uitvoerings-, gunnings- of raadsbesluit stel vormgegeven zoals dat aan de wethouder is Dit zijn aanvragen die al zo ver in de voor- voorgelegd. De prioriteringslijst met aanvragen bereiding zijn, dat we er van uit gaan dat ze in een rangorde is voorgelegd aan de aanvra- doorgaan. gers en er is (onder meer de bestuurscommis- 2. Niet-fysiek doorlopend sies) gevraagd hier op te reageren. Daarbij is Dit zijn niet-fysieke aanvragen met een door- ook extra gelegenheid gegeven om waar nodig lopend karakter. Voorbeelden zijn beleids- nog ontbrekende informatie aan te vullen, ontwikkeling, advisering of onderzoeken. indien er nog onvoldoende onderbouwing was 3. Fysieke aanvragen in rangorde en niet- bij de aanvraag om een beoordeling op maat- fysieke aanvragen per thema schappelijk resultaat te kunnen doen. Verder Dit zijn fysieke aanvragen die inhoudelijk hebben deelnemers fouten kunnen doorgeven, in rangorde zijn gezet op basis van hun zoals dubbelingen, ontbrekende aanvragen, scores op bereikbaarheid, verblijfskwaliteit, of (onderbouwde) verzoeken om aanvragen te veiligheid en duurzaamheid. De aanvragen verplaatsen van de ene sub indeling naar de die vanwege onvoldoende onderbouwing andere. Alle doorgevoerde mutaties zijn vastge- niet gescoord konden worden, staan met legd en met elkaar besproken in bijeenkomsten. een score van 0 onderaan dit deel van de Aanvragers hebben kunnen reageren op de lijst. Niet fysieke aanvragen die aan fysieke rangorde van hun eigen aanvragen in de con- aanvragen gerelateerd zijn, staan ook in de cept prioriteringslijst. Motivaties voor gewenste rangorde opgenomen, gekoppeld aan de mutaties zijn vastgelegd. Hierdoor zijn de reac- gerelateerde fysieke aanvraag. ties op de conceptlijst én de consequenties van 4. Overige niet-fysieke aanvragen mutaties inzichtelijk. Dit zijn niet-fysieke vragen die niet doorlopend zijn en ook niet aan fysieke aanvragen zijn te Een aantal bijeenkomsten is van belang ge- koppelen. We baseren de volgorde op de weest bij het richting geven in de prioritering. informatie van de aanvragende organisaties. Bij deze bijeenkomsten waren de leden van de Eigenarentafel aanwezig en ook vertegenwoor- Fase 2: Optimaliseren digers van andere organisaties die SMF aanvra- In de fase ‘optimaliseren’, worden de aanvragen gen hebben gedaan. geoptimaliseerd op basis van samenhang en 1. Startbijeenkomst van de prioriteringsfase clustering met andere aanvragen. De rangorde met nadere kennismaking tussen organisa- van aanvragen wijzigt hierdoor. ties en een toelichting op de methodiek (14 november 2016). Binnen de omschreven indelingen worden 2. Samenwerkingsbijeenkomst waarin de ver- projecten inhoudelijk gekoppeld (zoals projecten volgwerkwijze en te maken stedelijke keuzes die een relatie hebben met de Sprong over ’t IJ) zijn voorbesproken (12 januari 2017). of niet-fysieke aanvragen die horen bij (de voor- 3. Bijeenkomst gericht op de concept priorite- bereiding op) fysieke aanvragen. Deze koppe- ringslijst om het gesprek met elkaar aan te ling is tot stand gekomen op basis van analyses gaan en mutaties te bespreken (23 februari door Stedelijke Programmering op basis van de 2017). door organisaties aangedragen informatie. Ook 4. Bijeenkomst gericht op het definitieve is gebruik gemaakt van de gebiedsgerichte ana- bestedingsvoorstel. Daarin is de lijst op de lysegesprekken met alle betrokken organisaties. laatste punten aangepast. Het resultaat is het bestedingsvoorstel zoals opgenomen in de Voorjaarsnota (1 maart 2017). 5. Bijeenkomst Eigenarentafel voor vaststelling van MIP document (23 maart 2017). 6. Slotbijeenkomst gericht op de resultaten van het MIP en het informeren van diverse organisaties (30 maart 2017).

66 GEMEENTE AMSTERDAM Fase 4: Besluitvorming In de fase ‘besluitvorming’ staat het bestedings- voorstel centraal zoals dat wordt ingebracht in de Voorjaarsnota. Lang was niet duidelijk hoeveel middelen er vanuit het SMF te verdelen waren. Daarom is een scenario (werkpakket) op- gesteld met daarin een zo goed mogelijke selec- tie van de aanvragen die inhoudelijk een hoge score hebben behaald én passen bij de ambities en opgaven van de stad. In dit scenario zijn scherpe keuzes gemaakt en alsnog vele aanvra- gen niet gehonoreerd. De vertegenwoordigers van organisaties aan de Eigenarentafel1 hebben met dit voorstel ingestemd en het aangedragen aan wethouder Litjens.

Het bestedingsvoorstel bevat aanvragen boven en onder een “zaaglijn”, gebaseerd op inhoude- lijke onderbouwingen en mutaties. De defini- tieve keuzes in het bestedingsvoorstel voor de Voorjaarsnota, en de consequenties, worden bestuurlijk gemaakt.

1 Uitzondering is dat Ruimte & Duurzaamheid niet akkoord is met het niet opnemen van Programma Luchtkwaliteit in het bestedingsvoorstel

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 67 68 GEMEENTE AMSTERDAM Bijlage III Betrokkenen

Eigenarentafel (opdrachtgever) Stadsdeel Nieuw-West Arjen Hoogeveen (stadsdeel Centrum) Annemiek Hoogland Bert van Wijk (Haven N.V.) Bram Berendse Constance Steenkamp (stadsdeel Nieuw West) Constance Steenkamp-Faaij Cor van den Broek (Verkeer & Openbare Ruimte) Edward Moyle Daphne Steegh (Stedelijke Programmering) Eric Steijger Erik Bouma (Metro en Tram) Frans Vlietman Gert Oosting ( voorzitter) Frits Roosingh Hans Vringer (stadsdeel Zuidoost) Hein de Ruijter Ilse Plasmeijer (stadsdeel Centrum) Klaas Kooistra Iris Reuselaars (stadsdeel Oost) Patrick Tramper Justine Ros (stadsdeel Zuid) Pedro Veldhuis Kees van der Drift (Waternet) Marian Hogezand (stadsdeel West) Stadsdeel Centrum Paul Kleyn (Metro en Tram) Arjen Hoogeveen Rob Jeursen (stadsdeel Noord) Clyde Eudoxie Ron Bos (stadsdeel West) Hub Chermin Ilse Plasmeijer Eigenarentafel plus Robby van Beveren Daniel Goedbloed (Rainproof) Sander Smit Fabian Verheule (fondsbeheerder SMF) Finn van leeuwen (Zuidas) Stadsdeel Oost Marloes Michels (Ruimte & Duurzaamheid) Ben Boers Dennis Bouwmeester Stadsdeel Noord Iris Reuselaars Alex Piepenbrock Joke van Vliet Dennis Tamis Joost van der Klein Esther Blok Martine Koehein Nathalie Lagrand Orjan van Drongelen Rob Jeursen Pieter Klapwijk Thijs Delisse Stadsdeel West Marian Hogezand Stadsdeel Zuid Niels Popma Aiko van der Lem Rik Hansen Arie Roos Ron Bos Eduard Otte Justine Ros Reindert Bant Rick Kooper

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 69 Stadsdeel Zuidoost Waternet Eva Groeneweg Dennis Weijer Hans Vringer Erik de Bruijne Roy Belmer Henk Doodhage Kees van der Drift Haven N.V. Louis van Parera Bert van Wijk Madelyn Bentvelzen Patrick Kroon Martin Wesseling Steve Faerber Nico Beumer Peter van der Kruk Verkeer & Openbare Ruimte Rick Nijman Addy Jonker Robert Heuving Bas van den Heuvel Ron Groot Cor van den Broek Ruud Coosen Elyane Brilleman Thomas Staverman Fons Verdurmen Torben Tijms Geert ten Ham Wilko Koning Hepke Bloemkolk Iris van Scheppingen Metro en Tram Ivo Frantzen Andre de Moor Jan Dijstelbloem Bauke Hoogzaad Jan-Willem Sluyters Erik Bouma Jean-Paul Rocour Paul Kleyn John Brewster Sandra van Baar Joyce Zwaan Maartje Boekestein Parkeren Mathijs Opheikens Arjan Broere Nancy van den Bol Rachel Tienkamp-Beishuizen Zuidas René Riemersma Anne Bijlmer René Surig Finn van Leeuwen Rogier Licher Ruud Ryter Amsterdam Rainproof Senta Modder Daniel Goedbloed Thomas Koorn Geertje Sonnen Valentijn Dreesmann Willem van Heijningen Ruimte en Duurzaamheid Wytse de Lange Anne Meijer Bart de Vries CTO Office Erwin van Schagen Lizann Tjon Jasper Pijls Tijs Roelofs Klaas-Bindert de Haan Marloes Michels Martin van der Maas Rick Vermeulen Sanne Douma Thijs de Wit Tom van der Eng

70 GEMEENTE AMSTERDAM Grond en Ontwikkeling Stedelijke Programmering Kristel Heijnen Andre Borghols Marjan Munnik Anne Heeroma Anniek de Milliano Vervoerregio Amsterdam Bart-Jan van den Berg Chris Engelsman Caroline Blankvoort Edwin Konings Cas Poldermans Marc van Deventer Daphne Steegh Marten Bolt Fionna Heuff Martijn Kas Frans Kraan Martijn Sargentini Gert Oosting Menko Noordegraaf Gwen Holstege Natalie Schumacher Jarik Toet Stephan Valenta Jeffrey Ostendorf Suzan van Dooren Kees-Willem Hendriks Marushka Haddad Liander Ruben Klijn Gerard Kuiper Hans van der Vegt FAIR Mark Jurjus Bart Ypma Paul van Engelen Erik Haringsma Ruben van Loon Etienne Beks Fabian Verheule Nuon Isabelle van den Bouwhuijsen Bas Lefferts Willem Wulms Gijs van der Zon Martin Buijck Amsterdamse School Raymond van Bulderen Charlotte Buys Stephan van Alphen Ellen ten Voorde Frans Solleveld Ingenieursbureau Amsterdam Peggy Wilting Bert Swart Etienne Minnaard Spilter Frank de Graaf Ilona Clintjens Ger Walstra Gert Esselink Vormgeving Jeanet van Huijssteeden Tom van Veenhuijzen Laurens van Stralen Marco Koster Martin van der Berg Mirjam Jans Paul Rebel Rahma Boukaddida René Krugers Dagneaux Rob Hermans Tim Duits Tim Holland

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 71 Bijlage IV MIP proces

2016

Presentatie aan de Eigenarentafel ten behoeve van de start van het proces 29 september

Uitvraagperiode voor alle organisaties om informatie en kaartmateriaal 25 oktober t/m 25 november

Technische sessie: samen programmeren! 14 november

Validatie van gegevens: volledigheidstoets op alle aanvragen en een november gespreksronde van Gert Oosting (Stedelijke Programmering), Cor van den Broek (Assetmanagement) en Bart Ypma (FAIR) bij stadsdelen om het MIP toe te lichten

Gebiedsgerichte analysegesprekken om samenwerkingsafspraken te maken 8 t/m 15 december

2017

Samenwerkingsbijeenkomst met alle betrokken organisaties 12 januari

Extra gelegenheid tot aanvullen ontbrekende gegevens voor de prioritering januari

Reactieperiode op concept rangordes 7 t/m 17 februari

Bespreking concept ambtelijk bestedingsvoorstel met alle organisaties 23 februari

Besluit tot definitief ambtelijk bestedingsvoorstel met alle organisaties en 1 maart aanlevering ten behoeve van Voorjaarsnota

Bespreking bestedingsvoorstel met wethouder Litjens 2 maart

Bespreking bestedingsvoorstel met wethouder Choho 8 maart

Ambtelijke besluitvorming Eigenarentafel over het MIP product 23 maart

Slotbijeenkomst product/resultaten voor geïnteresseerden 30 maart

Gedurende het hele proces is de voortgang besproken op bijeenkomsten van de Eigenarentafel en zijn de wethouders Litjens en Choho geïnformeerd. Het MIP is besproken in bijeenkomsten van de MT’s van Verkeer & Openbare Ruimte, Ruimte & Duurzaamheid en Grond & Ontwikkeling en Stedelijke Programmering heeft presentaties verzorgd bij diverse betrokken organisaties.

72 GEMEENTE AMSTERDAM Bijlage V Statistieken

De figuren zijn gebaseerd op door de organisaties aangeleverde informatie.

Werkzaamheden in de openbare ruimte

Figuur 1: Projecten per organisatie (in aantallen)

Stadsdeel Centrum (102) Haven N.V. (128) Waternet (190)

Stadsdeel Nieuw West (172) Metro & Tram (170) Wonen (1)

Stadsdeel Noord (203) Onderwijs, Jeugd en Zorg (4) Zuidas (2)

Stadsdeel Oost (109) Ruimte & Duurzaamheid (5)

Stadsdeel West (147) Parkeren (34)

Stadsdeel Zuid (126) Fondsbeheerder SMF (1)

Stadsdeel Zuidoost (69) Verkeer & Openbare Ruimte (336)

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 73 Figuur 2: Fysieke en niet-fysieke projecten (in aantallen)

Niet-fysiek (270) Fysiek (1529)

Figuur 3: Fysieke projecten per type (in aantallen)

Functiewijziging (414) Vervanging (294)

Groot onderhoud (> €100.000) (412) Niet aangegeven (188)

Nieuwe aanleg (219)

74 GEMEENTE AMSTERDAM Aanvragen voor het Stedelijk Mobiliteitsfonds

Figuur 4: Aanvragen voor het Stedelijk Mobiliteitsfonds per organisatie (in aantallen)

Stadsdeel Centrum (66) Onderwijs, Jeugd en Zorg (4)

Stadsdeel Nieuw West (43) Ruimte & Duurzaamheid (5)

Stadsdeel Noord (109) Parkeren (34)

Stadsdeel Oost (76) Fondsbeheerder (1)

Stadsdeel West (109) Verkeer & Openbare Ruimte (189)

Stadsdeel Zuid (46) Wonen (1)

Stadsdeel Zuidoost (47) Zuidas (2)

Metro & Tram (30)

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 75 Figuur 5: Aangevraagde middelen per organisatie (in percentages)

Stadsdeel Centrum (8%) Onderwijs, Jeugd en Zorg (0,1%)

Stadsdeel Nieuw West (2,7%) Ruimte & Duurzaamheid (3,8%)

Stadsdeel Noord (7,8%) Parkeren (0%)

Stadsdeel Oost (3%) Verkeer & Openbare Ruimte (59,3%)

Stadsdeel West (3,9%) Zuidas (0,6%)

Stadsdeel Zuid (1,7%)

Stadsdeel Zuidoost (7%)

Metro & Tram (2%)

76 GEMEENTE AMSTERDAM Figuur 6: Gehonoreerde (reeds gedane en nieuwe) aanvragen van stadsdelen (in percentages)

Noord, reeds gehonoreerd Noord, nieuw gehonoreerd

Nieuw-West, reeds gehonoreerd Nieuw-West, nieuw gehonoreerd

West, reeds gehonoreerd West, nieuw gehonoreerd

Centrum, reeds gehonoreerd Centrum, nieuw gehonoreerd

Oost, reeds gehonoreerd Oost, nieuw gehonoreerd

Zuid, reeds gehonoreerd Zuid, nieuw gehonoreerd

Zuidoost, reeds gehonoreerd Zuidoost, nieuw gehonoreerd

MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 2018 - 2021 77 78 GEMEENTE AMSTERDAM