Tweede Kamer der Staten-Generaal 2

Vergaderjaar 1996–1997

25 328 Aanvullende tijdelijke voorzieningen in verband met de instelling van een nieuwe provincie in de regio Rotterdam (Interimwet provincie Rotterdam)

Nr. 7 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 11 augustus 1997

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2.2, eerste lid, komt te luiden: 1. Voor de toepassing van artikel B 2 van de Kieswet en artikel 10 van de Provinciewet wordt onder «ingezetenen van de provincie» verstaan: a. bij de verkiezing van de leden van provinciale staten van de provincie Rotterdam: zij die werkelijk woonplaats hebben in het samenwerkings- gebied; b. bij de verkiezing van de leden van provinciale staten van de nieuwe provincie Zuid-Holland: zij die werkelijk woonplaats hebben in de provincie Zuid-Holland, met uitzondering van het samenwerkingsgebied en de gemeenten , , en Oostflakkee; c. bij de verkiezing van de leden van provinciale staten van de nieuwe provincie : zij die werkelijk woonplaats hebben in de provincie Zeeland en de gemeenten Dirksland, Goedereede, Middelharnis en Oostflakkee.

B

Artikel 2.2, vijfde lid, komt te luiden: 5. In afwijking van de indeling van de kieskringen 12 tot en met 16, zoals aangeduid in de tabel, bedoeld in artikel E 1, eerste lid, en in afwijking van artikel E 6, eerste lid, van de Kieswet wordt de volgende indeling in kieskringen en hoofdstembureaus gehanteerd:

nummer van gebied waarover de kieskring zich uitstrekt gemeente waar het de kieskring hoofdstembureau is gevestigd

12 de gemeenten Delft, ’s-Gravenhage, ’s-Graven- ’s-Gravenhage zande, Leidschendam, De Lier, Maasland, Monster, Naaldwijk, Nootdorp, Pijnacker, Rijswijk, Schipluiden, Voorburg, Wassenaar, Wateringen en Zoetermeer

7K2558 ISSN 0921 - 7371 Sdu Uitgevers ’s-Gravenhage 1997 Tweede Kamer, vergaderjaar 1996–1997, 25 328, nr. 7 1 nummer van gebied waarover de kieskring zich uitstrekt gemeente waar het de kieskring hoofdstembureau is gevestigd

13 de gemeenten Albrandswaard, Barendrecht, Berg- Rotterdam schenhoek, Dordrecht, Berkel en Rodenrijs, Bernisse, Bleiswijk, Brielle, Capelle aan den IJssel, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Maassluis, Ridderkerk, Rotterdam, Rozenburg, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen en Westvoorne 14 de gemeenten Alblasserdam, Binnenmaas, Crom- Dordrecht strijen, Dordrecht, Giessenlanden, Gorinchem, Graafstroom,’s-Gravendeel, Hardinxveld- Giessendam, Heerjansdam, Hendrik-Ido-Ambacht, Korendijk,Leerdam, Liesveld, Nieuw-Lekkerland, Oud-Beijerland, Papendrecht, Sliedrecht, Strijen, Vianen en Zederik 15 de gemeenten van de provincie Zuid-Holland die Leiden niet tot de kieskringen 12, 13, 14, of 16 behoren 16 de gemeenten van de provincie Zeeland en de Middelburg gemeenten Dirksland, Goedereede, Middelharnis en Oostflakkee

C

In artikel 3.3, derde lid, wordt «artikel 2.3, tweede lid» vervangen door: artikel 2.2, tweede lid.

D

In artikel 4.1, onderdeel B, artikel 44, vierde lid, onder b, wordt «een lid» vervangen door: twee leden.

TOELICHTING

Onderdelen A en B

Deze wijzigingen strekken ertoe de Hoeksche Waard bij de regeling van de herindelingsverkiezingen in maart 1999 buiten de provincie Rotterdam te houden en toe te voegen aan de nieuwe provincie Zuid-Holland. Voor een inhoudelijke toelichting op deze wijziging wordt verwezen naar hoofdstuk 2 van de nota naar aanleiding van het verslag.

Onderdeel C

Dit betreft een correctie van een foutieve verwijzing in het wetsvoorstel.

Onderdeel D

Deze wijziging heeft tot doel het aantal vertegenwoordigers van de stadsregio naast haar voorzitter in de nieuwe bestuurlijke commissie te verhogen van een naar twee. Verwezen wordt naar hetgeen is opgemerkt in hoofdstuk 4 van de nota naar aanleiding van het verslag.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, A. G. M. van de Vondervoort

De Minister van Binnenlandse Zaken, H. F. Dijkstal

Tweede Kamer, vergaderjaar 1996–1997, 25 328, nr. 7 2