Gemeente Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “3bis Schoem” Toelichtingsnota

(inclusief verzoek tot raadpleging) Dossier STA01002

Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Stabroek

Oktober 2015

Provincie: Antwerpen

Gemeente Stabroek

Opdrachtgever: Gemeentebestuur van Stabroek Dorpsstraat 99 2940 Stabroek Tel: 03/210.11.30 E-mail: [email protected]

Ontwerper: IGEAN dienstverlening Doornaardstraat 60 2160 Tel: 03/350.08.11 Fax: 03/353.34.10 E-mail: [email protected]

Dossiergegevens: Projectnummer STA01002 Samengesteld volgens de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening d.d. 27.03.2009

Opgemaakt: 06.11.2014 (voorontwerp) Aangepast: - 10.03.2015 aan bespreking gemeente d.d. 09.03.2015 - 04.06.2015 aan opmerkingen gemeente d.d. 29.05.2015 - 30.10.2015 aan opmerkingen verzoek tot raadpleging

E. Symens ruimtelijk planner

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 2 Inhoud

1. Inleiding ...... 6 1.1. Situering van de opdracht ...... 6 1.2. Historiek ...... 6 1.3. Leeswijzer ...... 9

2. Situering ...... 11 2.1. Situering op macro-niveau ...... 11 2.2. Situering op meso-niveau ...... 12

3. Beleidskader ...... 13 3.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk ...... 13 3.2. Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) ...... 13 3.3. Afbakening van de gebieden van de natuurlijke en de agrarische structuur ...... 13 3.4. Ruimtelijk Structuurplan van de Provincie Antwerpen (RSPA) ...... 15 3.5. Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS) ...... 16 3.5.1. Gewenste ruimtelijke structuur Hoevenen...... 17 3.5.2. Gewenste ruimtelijke structuur Stabroek...... 19

4. Bestaande juridische toestand ...... 20 4.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk ...... 20 4.2. Synthesetabel bestaande juridische toestand ...... 20 4.3. Nadere toelichting per plan ...... 21 4.3.1. Gewestplan Antwerpen ...... 21 4.3.2. Bijzondere plannen van aanleg en/of ruimtelijke uitvoeringsplannen ...... 22 4.3.3. Goedgekeurde, niet-vervallen verkavelingen ...... 22 4.3.4. Rooilijnplannen ...... 22 4.3.5. Atlas der buurtwegen...... 22 4.3.6. Habitat- en vogelrichtlijngebieden ...... 23 4.3.7. Gewestwegen ...... 23 4.3.8. Landschapsatlas ...... 24 4.3.9. Ankerplaats ...... 25 4.3.10. Milieuvergunningen ...... 25 4.3.11. Recht van voorkoop...... 25 4.3.12. Atlas der waterlopen ...... 26 4.3.13. Polders ...... 26 4.3.14. Bouwkundig erfgoed en landschappen ...... 27

5. Bestaande ruimtelijke structuur ...... 29

6. Visie en gewenste ruimtelijke structuur ...... 40 6.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk ...... 40 6.2. Deel-RUP 1 ‘Hoevenen zuid’ ...... 40 6.2.1. Doelstellingen ...... 40 6.2.2. Visie ...... 40 6.2.3. Structuurschets ...... 43 6.3. Deel-RUP 2 ‘Stabroek’ ...... 43 6.3.1. Doelstellingen ...... 43 6.3.2. Visie ...... 44 6.3.3. Structuurschets ...... 44 6.4. Deel-RUP 3 ‘Hoevenen centrum’ ...... 45 6.4.1. Doelstellingen ...... 45 6.4.2. Visie ...... 45

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 3 6.5. Compensatie nieuw woongebied ...... 45 6.6. Uittreksel grafisch plan ...... 46

7. Lijst met voorschriften die strijdig zijn en opgeheven worden ...... 48 7.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk ...... 48 7.2. Op te heffen voorschriften ...... 48

8. Ruimtebalans ...... 49 8.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk ...... 49 8.2. Ruimteboekhouding ...... 49

9. Watertoets ...... 51 9.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk ...... 51 9.2. Resultaten watertoets ...... 51 9.2.1. Overstromingsgevoeligheid ...... 51 9.2.2. Infiltratiegevoeligheid ...... 52 9.2.3. Grondwaterstromingsgevoeligheid ...... 52 9.3. Resultaten watertoets ...... 52

10. Register van percelen waarop mogelijk planbatenheffing, planschade of bestemmings-wijzigingscompensatie van toepassing is ...... 53 10.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk ...... 53 10.2. Grafisch register van percelen met mogelijk planbaten, planschade of bestemmingswijzigingscompensatie ...... 53

11. Onderzoek naar de plan-MER-plicht ...... 57 11.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk ...... 57 11.2. Plan-MER-plicht van rechtswege? ...... 57 11.2.1. Toetsing aan drie voorwaarden ...... 57 11.2.2. Conclusie ...... 58 11.3. Planonderdelen ...... 58 11.3.1. Indeling in planonderdelen ...... 58 11.3.2. Doorlichting van de planonderdelen ...... 60 11.4. Beschrijving van de alternatieven ...... 61 11.4.1. Redelijke alternatieven ...... 61 11.4.2. Nulalternatief ...... 61 11.5. Screening van de milieueffecten per discipline ...... 62 11.5.1. Te screenen disciplines ...... 62 11.5.2. Werkwijze ...... 62 11.5.3. Effecten inzake bodem ...... 63 11.5.4. Effecten inzake water ...... 64 11.5.5. Effecten inzake verkeer en mobiliteit...... 65 11.5.6. Effecten inzake geluid ...... 68 11.5.7. Effecten inzake licht...... 68 11.5.8. Effecten inzake luchtkwaliteit en atmosfeer en klimaat ...... 68 11.5.9. Effecten inzake biodiversiteit, fauna en flora ...... 70 11.5.10. Effecten inzake onroerend erfgoed ...... 70 11.5.11. Effecten inzake ruimtelijke ordening...... 72 11.5.12. Effecten inzake energie- en grondstoffenvoorraad ...... 73 11.5.13. Effecten inzake gezondheid en veiligheid van de mens ...... 73 11.5.14. Effecten door de samenhang tussen de disciplines of door interactie met de omgeving ...... 73 11.5.15. Beoordeling van grensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten ...... 74 11.6. Besluit ...... 74 11.7. Verzoek tot raadpleging ...... 74 11.7.1. Adviserende instanties ...... 74

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 4 11.7.2. Aanpassingen naar aanleiding van de adviezen ...... 76 Figurenlijst Figuur 1: RUP 3 Schoem deel A ...... 7 Figuur 2: RUP 3 Schoem deel B ...... 8 Figuur 3: RUP 3 Schoem deel C ...... 9 Figuur 4: situering op macro-niveau ...... 11 Figuur 5: plangebied deel-RUP 1: Hoevenen zuid ...... 12 Figuur 6: plangebied deel-RUP 2: Stabroek ...... 12 Figuur 7: plangebied deel-RUP 3: Hoevenen centrum ...... 12 Figuur 8: operationeel uitvoeringsprogramma...... 14 Figuur 9: gewenste ruimtelijke structuur voor natuur, landbouw en bos ...... 15 Figuur 10: gewenste ruimtelijke structuur Hoevenen ...... 17 Figuur 11: gewenste ruimtelijke structuur Stabroek ...... 19 Figuur 12: gewestplan deel-RUP 1: Hoevenen zuid ...... 21 Figuur 13: gewestplan deel-RUP 2: Stabroek ...... 21 Figuur 14: gewestplan deel-RUP 3: Hoevenen centrum ...... 21 Figuur 15: BPA ‘Blokwegvelden’ (KB 17.01.1989) ...... 22 Figuur 16: speciale beschermingszones ...... 23 Figuur 17: landschapsatlas deel-RUP 1: Hoevenen zuid ...... 24 Figuur 18: landschapsatlas deel-RUP 2: Stabroek ...... 24 Figuur 19: landschapsatlas deel-RUP 3: Hoevenen centrum ...... 24 Figuur 20: ankerplaatsen ...... 25 Figuur 21: recht voorkoop deel-RUP 1: Hoevenen ...... 25 Figuur 22: Vlaamse Hydrografische Atlas ...... 26 Figuur 23: Polders ...... 26 Figuur 24: bouwkundig erfgoed deel-RUP 1: Hoevenen zuid ...... 27 Figuur 25: bouwkundig erfgoed deel-RUP 2: Stabroek ...... 27 Figuur 26: bouwkundig erfgoed deel-RUP 3: Hoevenen centrum...... 28 Figuur 27: luchtfoto deel-RUP 1 ‘Hoevenen zuid’ ...... 29 Figuur 28: luchtfoto deel-RUP 2 ‘Stabroek’ ...... 33 Figuur 29: luchtfoto deel-RUP 3 ‘Hoevenen centrum’ ...... 36 Figuur 30: concept invulling ...... 41 Figuur 31: structuurschets deel-RUP 1 ‘Hoevenen Zuid’ ...... 43 Figuur 32: structuurschets deel-RUP 2 ‘Stabroek’ ...... 44 Figuur 33: grafisch plan ...... 47 Figuur 34: overstromingsgevoelige gebieden ...... 51 Figuur 35: infiltratiegevoelige gebieden ...... 52 Figuur 36: grondwaterstromingsgevoelige gebieden ...... 52 Figuur 37: register met percelen met mogelijke planbaten ...... 54 Figuur 38: register van percelen met mogelijke planschade ...... 55 Figuur 39: register van percelen met mogelijke planschade ...... 55 Figuur 40: indeling in planonderdelen ...... 59 Figuur 41: uittreksel uit de Bodemkaart van België ...... 63 Figuur 42: bodemverontreiniging ...... 64 Figuur 43: uittreksel zoneringsplan ...... 65 Figuur 44: geluidskaart (Lden), Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, ...... 68 Figuur 45: jaargemiddelde PM10 ...... 69 Figuur 46: jaargemiddelde NO2 ...... 69 Figuur 47: biologische waarderingskaart ...... 70 Figuur 48: uittreksel provinciale landschapskaart ...... 71 Figuur 49: uittreksel CAI ...... 71 Tabellenlijst Tabel 1: synthese bestaande juridische toestand ...... 20 Tabel 2: op te heffen voorschriften ...... 48 Tabel 3: ruimteboekhouding ...... 49 Tabel 4: ruimteboekhouding ...... 49 Tabel 5: ruimteboekhouding ...... 50 Tabel 6: register van percelen met mogelijke planbaten en planschade ...... 53

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 5 1. Inleiding 1.1. Situering van de opdracht IGEAN Dienstverlening werd in zitting van 29.09.2014 door het college van Burgemeester en Schepenen van de gemeente Stabroek aangesteld voor de heropmaak van het RUP ‘3bis Schoem’. Het vorige RUP Schoem werd vernietigd door de Raad van State op 28.09.2011. 1.2. Historiek Het RUP Schoem werd op 31.08.2009 definitief goedgekeurd door de gemeenteraad van Stabroek. De Deputatie van de provincie Antwerpen keurde het RUP Schoem goed op 3.12.2009 met uitsluiting van zone 8.2 “Zone voor park”. Het RUP Schoem bestond uit 3 deelplannen. Deelplan A voorzag de omvorming van agrarisch gebied naar woongebied in de kern van Hoevenen voor de realisatie van een wooninbreidingsproject en de bouw van zorgwoningen met gemeenschapsvoorzieningen achter het ocmw-gebouw. Deze bestemmingswijziging wordt gecompenseerd door de omvorming van woongebied naar een zone voor land- en tuinbouw en park in de kern van Stabroek (deelplan B) en de reservering van woongebied tot 2020 in de kern van (deelplan C).

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 6

Figuur 1: RUP 3 Schoem deel A

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 7

Figuur 2: RUP 3 Schoem deel B

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 8

Figuur 3: RUP 3 Schoem deel C

Bij arrest van de Raad van State van 215.387 d.d. 28.09.2011 werden bovenvermelde besluiten vernietigd omdat het compensatiegebied (deelplan C) vanaf 2020 zonder verdere voorwaarden kon ingevuld worden voor woningbouw, zonder dat de woonbehoefte kon aangetoond worden met een nieuwe woonprogrammatie. 1.3. Leeswijzer Het dossier bevat:  een toelichtingsnota;  stedenbouwkundige voorschriften;  een grafisch plan met de bestaande en juridische toestand;  een grafisch plan met de weergave van de verschillende bestemmingen. Inhoud van de memorie van toelichting Na dit eerste inleidende hoofdstuk wordt in hoofdstuk 2 het plangebied gesitueerd in de ruimere context. In hoofdstuk 3 worden de relevante beleidsplannen toegelicht. Deze vormen immers het kader waarbinnen dit RUP moet worden opgemaakt. Daarna wordt in hoofdstuk 4 een overzicht van de bestaande ruimtelijke en sectorale wet- en regelgeving, die van toepassing is bij de uitwerking van dit RUP, gegeven. Daarna wordt in hoofdstuk 5 de bestaande ruimtelijke context beschreven. In hoofdstuk 6 wordt een visie gevormd en worden concepten uitgewerkt, wat resulteert in een gewenste ruimtelijke structuur.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 9 Zoals in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening bepaald, moet een opgave van de voorschriften die strijdig zijn met het ruimtelijk uitvoeringsplan en opgeheven worden eveneens deel uitmaken van het dossier. Deze lijst is te vinden in hoofdstuk 7. In het 8e hoofdstuk komt de ruimtebalans aan bod. Het 9e hoofdstuk omvat de watertoets. Hierin wordt nagegaan of het voorliggende plan (en de realisatie ervan) geen schadelijke effecten heeft op de waterhuishouding in het gebied. Eventuele maatregelen komen hier eveneens aan bod. Volgens de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dient een RUP een register te bevatten van percelen waarop mogelijk planbaten, planschade of kapitaalschade van toepassing is. Dit register wordt opgenomen in hoofdstuk 10 van deze toelichtingsnota. Het 11e en laatste hoofdstuk bevat het onderzoek naar milieueffecten ten gevolge van het RUP.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 10 2. Situering 2.1. Situering op macro-niveau

Figuur 4: situering op macro-niveau Bron: geopunt, eigen bewerking De gemeente Stabroek grenst in het westen en het zuiden aan de stad Antwerpen, meerbepaald de districten Ekeren in het zuiden, Antwerpen (de haven) in het westen en Berendrecht-Zandvliet-Lillo in het noorden. In het noorden grenst Stabroek aan Nederland en in het oosten aan Kapellen. De kern van Stabroek situeert zich centraal binnen de gemeentegrenzen. In het zuiden ligt de deelgemeente Hoevenen. In het noorden ligt Putte-Stabroek; dit is het deel van Putte dat binnen de gemeentegrenzen van Stabroek ligt. Rondom deze kernen bevindt zich voornamelijk agrarisch gebied. Aan de grens met Nederland ligt een bosgebied. Het plangebied van het RUP ‘Schoem’ bestaat uit drie deelgebieden: - deel-RUP 1 Hoevenen zuid: in het zuiden van deelgemeente Hoevenen; - deel-RUP 2 Stabroek: centraal gelegen in deelgemeente Stabroek; - deel-RUP 3 Hoevenen centrum: gelegen in deelgemeente Hoevenen.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 11 2.2. Situering op meso-niveau

Figuur 5: plangebied deel-RUP 1: Hoevenen zuid Figuur 6: plangebied deel-RUP 2: Stabroek Het plangebied van deel-RUP 1 ligt in het Het plangebied van deel-RUP 2 ligt in het zuidelijk gedeelte van de kern van centrum van de deelgemeente Stabroek. Hoevenen. Het plangebied, een Dit binnengebied wordt omringd door de binnengebied, is in het noorden en westen tuinen van woningen in de Dorpsstraat begrensd door de tuinen van de woningen (N111), Geelvinckstraat en Smoutakker. in de Kerkstraat (N114) en de E. de Het plangebied bestaat hoofdzakelijk uit Beukelaerlaan. In het oosten en zuiden weiland. In het noorden van het wordt het plangebied omringd door plangebied liggen een aantal agrarisch gebied. In het oosten liggen de garageboxen. Langs de westelijke grens gebouwen van een landbouwbedrijf. Het is een onverharde weg gelegen vanuit de plangebied omvat de bebouwing gelegen Dorpsstraat die de achterliggende langs de Kerkstraat en het erachter garages toegankelijk maakt. Langs deze gelegen akkerland. weg liggen volkstuinen. Het plangebied van deel-RUP 3 ligt centraal in de kern van de deelgemeente Hoevenen. Het plangebied is in het noorden en westen begrensd door de tuinen van de woningen in de M. Mannienlaan en de Hoge Weg. In het oosten wordt het plangebied begrensd door een speelpleintje en twee wegen: de Essenlaan en de Cederlaan. De oostelijke en zuidelijke grens is beplant met bomen. Het plangebied bestaat uit grasland en wordt gebruikt als zone voor ontspanning en spel.

Figuur 7: plangebied deel-RUP 3: Hoevenen centrum

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 12 3. Beleidskader 3.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk In dit hoofdstuk wordt nagegaan welke beleidsdoelstellingen op het plangebied van toepassing zijn. Deze doelstellingen zijn te vinden in de verschillende ruimtelijke structuurplannen op Vlaams, provinciaal en gemeentelijk niveau. Hiervan worden de belangrijkste relevante elementen toegelicht. 3.2. Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) De gemeente Stabroek behoort tot het buitengebied. Volgende doelstellingen van het RSV zijn van toepassing voor het plangebied: - vrijwaren van het buitengebied voor de essentiële functies (landbouw, natuur, bos en wonen en werken); - tegengaan van de versnippering van het buitengebied; - bundelen van de ontwikkeling in de kernen van het buitengebied; - inbedden van landbouw, natuur en bos in goed gestructureerde gehelen; - bereiken van een gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit; - afstemmen van het ruimtelijk beleid en het milieubeleid op basis van het fysisch systeem; - bufferen van de natuurfunctie. Vanuit deze doelstellingen worden hierna de relevante gewenste deelstructuren toegelicht. 3.3. Afbakening van de gebieden van de natuurlijke en de agrarische structuur Operationeel uitvoeringsprogramma In uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen stelde de Vlaamse overheid in 2008 een ruimtelijke visie op landbouw, natuur en bos op voor de regio Antwerpse Gordel - Klein-Brabant. Op 27 maart 2009 nam de Vlaamse regering kennis van deze visie en keurde ze de beleidsmatige herbevestiging van de bestaande gewestplannen voor ca. 9.700ha agrarisch gebied én een operationeel uitvoeringsprogramma goed. In het operationeel uitvoeringsprogramma is aangegeven welke gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen de Vlaamse overheid de komende jaren zal opmaken voor de afbakening van de resterende landbouw-, natuur- en bosgebieden.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 13

Figuur 8: operationeel uitvoeringsprogramma Bron: ruimtelijke visie voor natuur, landbouw en bos - regio Antwerpse Gordel en Klein Brabant – operationeel uitvoeringsprogramma – 27.03.2009

Het plangebied van deel-RUP 1 Hoevenen zuid grenst in het zuiden aan gebied nr. 4: ‘Landbouwgebied tussen Berendrecht, Ertbrand en Ekeren’, waarvan de bestemmingen herbevestigd zijn. Het RUP ‘3bis Schoem’ is niet gelegen in herbevestigd agrarisch gebied.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 14 Gewenste ruimtelijke structuur

Figuur 9: gewenste ruimtelijke structuur voor natuur, landbouw en bos Bron:ruimtelijke visie voor natuur, landbouw en bos – regio Antwerpse Gorden en Klein Brabant – gewenste ruimtelijke structuur Grenzend aan het plangebied van deel-RUP 1 Hoevenen zuid werd het volgende concept weergegeven: - Vrijwaren en versterken van waardevolle landschappen en erfgoedwaarden (5.3). Gebied 2.2 betreft het landbouwgebied tussen Berendrecht en Ekeren. 3.4. Ruimtelijk Structuurplan van de Provincie Antwerpen (RSPA) Stabroek behoort tot de hoofdruimte Antwerpse fragmenten, het deel van de provincie dat binnen de Vlaamse Ruit ligt. Binnen de Antwerpse fragmenten worden zeven deelruimten onderscheiden. De gemeente Stabroek behoort tot de deelruimten Grootstedelijk Antwerpen en Antwerpse Gordel. Vooral de ruimtelijke concepten van de deelruimte Grootstedelijk Antwerpen zijn voor het RUP van belang:

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 15 - Het grootstedelijk gebied wordt gezien als een geheel van gelijkwaardige grootstedelijke woonomgevingen met een hoog voorzieningenniveau. De meer perifere woonomgevingen nemen daarbij een aantal taken over van de kernstad. Het onderscheid tussen het voorzieningenniveau van deze laatste en dat van de andere woonomgevingen vervaagt. De dichtheid van de kernstad verlaagt, deze van de meer perifere woonmilieus verhoogt. - De samenhang tussen de verschillende woonomgevingen wordt verzekerd door grootstedelijke elementen als een grootstedelijke groenstructuur en grootstedelijke assen. De groenstructuur bestaat uit groene vingers, geworteld in de Antwerpse gordel en doorlopend in een natuurlijk netwerk verweven tussen de woonomgevingen. De grootstedelijke assen zijn dragers van voorzieningen, van hoogdynamische activiteiten en van openbaar vervoer. - De Schelde wordt opgenomen in een nieuw gemengd groene, gemengd stedelijke vinger van het grootstedelijk gebied. Een nieuwe band van stedelijkheid aan het water met wonen, natuur en groen, dienstverlening en voorzieningen vervangt daarbij de vroegere en huidige bedrijvigheid. - De woonomgevingen worden verbonden door een hoogwaardig openbaar vervoer netwerk. In principe moet elke woonomgeving in contact staan met elke andere. Herziening RSPA In het RSPA (versie 2001) werden Stabroek en Hoevenen als een hoofddorp type II geselecteerd. In het kader van de herziening en actualisatie van het RSPA werd de selectie van kernen hernomen en de onderverdeling van de hoofddorpen in types opgeheven. De kernen worden verder onderverdeeld in hoofddorpen, woonkernen, kernen in buitengebied en kernen in bebouwd perifeer landschap. Stabroek en Hoevenen wordt in de herziening gecategoriseerd als hoofddorpen in het buitengebied. Het is aangewezen dat de bijkomende woningen in de hoofddorpen worden voorzien. In de hoofddorpen wordt een algemeen beleid van kernversterking door verdichting en inbreiding gevoerd. Verdichting met betrekking tot wonen impliceert een efficiënt gebruik en/of herbruik van de bestaande bebouwing en het verantwoord stimuleren van nieuwbouw binnen geordend woon(uitbreidings)gebied. Hierbij wordt gestreefd naar kleinere bouwpercelen en alternatieve woonvormen. Inbreidingsprojecten voorzien bijkomende woningen en eventueel andere functies in ongeordende woon(uitbreidings)gebieden, maar bouwen niet noodzakelijk de hele kern vol. Kwaliteitsvolle open en/of groene ruimten die passen in de structuur van de kern en belangrijk zijn voor de beleving en de leefbaarheid van de kern, kunnen behouden blijven. Inbreiding veronderstelt eveneens een gefaseerde ontwikkeling van de niet- uitgeruste woongebieden en –afhankelijk van de behoefte- de ongeordende woonuitbreidingsgebieden. 3.5. Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS) Het GRS van de gemeente Stabroek werd goedgekeurd door de deputatie van de provincie Antwerpen op 17.06.2004.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 16 3.5.1. Gewenste ruimtelijke structuur Hoevenen

Figuur 10: gewenste ruimtelijke structuur Hoevenen Bron: GRS Stabroek

Ruimtelijke concepten deel-RUP 1 ‘Hoevenen zuid’ In Hoevenen wordt een verdichtings- en inbreidingsbeleid gevoerd zonder afbreuk te doen aan de eigenheid en de ruimtelijke kwaliteit. De nadruk ligt op het invullen en afwerken van de bestaande verkavelingen en de woongebieden van het gewestplan. Kwaliteitsvolle open ruimten die passen in de structuur van de kern worden bewaard, gezien het vrijwel ontbreken van deze ruimten in Hoevenen. Het beleid is gericht op het realiseren van een minimale dichtheid van 20 woningen/ha.

Het gebied achter het OCMW-gebouw in de Kerkstraat in Hoevenen dient uitgebouwd te worden in functie van woningbouw voor zorgbehoevenden gecombineerd met sociale woningbouw. Indien het woongebied achter het OCMW wordt voorbehouden voor

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 17 gemeenschapsvoorzieningen en park betekent dit een herbestemming van een deel van het agrarisch gebied met een max. oppervlakte van 1,5ha. Bij de inrichting dient aandacht uit te gaan naar een sfeervol openbaar domein met een groen karakter in combinatie met een parkeerruimte op niveau van de kern. Er dient eveneens een parkzone te worden gecreëerd in aansluiting met het OCMW-gebouw. De ontsluiting van het gebied wordt voorzien langs de E. de Beukelaerlaan en de Kerkstraat.

Ruimtelijke concepten deel-RUP 3 ‘Hoevenen centrum’ Ontwikkelingsvisie wijk Krekelberg - Kwalitatieve inrichting van het wijkgroen en de openbare speelplekken nastreven. Door de hoge dichtheid is de druk op deze gebieden immers zeer groot. Er wordt nagestreeft om de structuurbepalende groene eilandjes en open gebieden met elkaar te verbinden en/of te versterken in deze wijk.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 18 3.5.2. Gewenste ruimtelijke structuur Stabroek

Figuur 11: gewenste ruimtelijke structuur Stabroek Bron: GRS Stabroek

Ruimtelijke concepten Het woongebied tussen Smoutakker en de Geelvinckstraat wordt ter compensatie van het aansnijden van agrarisch gebied voor woningbouw omgezet naar een groen binnengebied. Het betreft een ingesloten gebied met een versnipperde eigendomsstructuur en beperkte ontsluitingsmogelijkheden. Het is wenselijk dit gebied open te houden en invulling te geven aan de uitbouw van de open ruimte corridor in de kern en de verbindingen in noordelijke richting (Broek van Stabroek) en in zuidelijke richting (groenzones op wijkniveau). De open ruimte verbindingen hebben hierbij een openbaar en/of recreatief karakter. Ook dienen de aanwezige volkstuintjes en parkeererven (eventueel met beperkte uitbouw) behouden te blijven.

.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 19 4. Bestaande juridische toestand 4.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk In dit hoofdstuk komen juridische plannen aan bod, die ofwel geheel of gedeeltelijk in het plangebied liggen ofwel in de nabije omgeving ervan liggen en door hun eigenheid van belang kunnen zijn bij de verdere uitwerking van het RUP. Eerst wordt een overzichtstabel getoond, waarna er een korte toelichting per relevant plan volgt. Verder komen ook een aantal plannen waarvan de juridische draagkracht nog onduidelijk is in dit hoofdstuk aan bod. 4.2. Synthesetabel bestaande juridische toestand Tabel 1: synthese bestaande juridische toestand Plan Kenmerken Gewestplan zie 4.3.1 Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen geen Provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen geen Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen geen Algemene plannen van aanleg geen Bijzondere plannen van aanleg zie 4.3.2 Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen Verkavelingsvergunningen zie 4.3.3 Gewestelijke rooilijnplannen geen Provinciale rooilijnplannen geen Gemeentelijke rooilijnplannen zie 4.3.4 Atlas der buurt- en voetwegen zie 4.3.5 Habitatrichtlijngebieden zie 4.3.6 Vogelrichtlijngebieden geen VEN-gebieden (natuurdecreet) geen Erfdienstbaarheden Ruilverkavelingen geen Erfgoedlandschappen (Landschapsatlas) zie 4.3.7 Beschermde monumenten geen Beschermde landschappen geen Beschermde stads- en dorpsgezichten geen Beschermingszones grondwaterwinningen geen PV’s van bouwovertredingen geen Milieuvergunningen zie 4.3.9 Gebieden met recht van voorkoop zie 4.3.10 Erkende natuurreservaten geen Atlas der waterlopen zie 4.3.11 Centrale Archeologische Inventaris geen Polders zie 4.3.12 Vastgestelde inventaris van het bouwkundig zie 4.3.13 erfgoed1. bron: GRS Stabroek, gemeentebestuur Stabroek en eigen onderzoek

1 Besluit van de administrateur-generaal van 20 september 2010 houdende de vaststelling van de inventaris van het bouwkundig erfgoed en vastgestelde lijst

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 20 4.3. Nadere toelichting per plan

4.3.1. Gewestplan Antwerpen

Figuur 12: gewestplan deel-RUP 1: Hoevenen zuid Figuur 13: gewestplan deel-RUP 2: Stabroek Bron: geopunt, eigen bewerking Bron: geopunt, eigen bewerking Het noordelijke gedeelte van dit Het grootste gedeelte van dit plangebied plangebied is bestemd als woongebied; is bestemd als woongebied. De het overige deel als agrarisch gebied. Het noordelijke punt is bestemd als plangebied grenst in het westen aan woongebied met cultureel, historische gerealiseerd woonuitbreidingsgebied. en/of esthetische waarde.

Het volledige plangebied is gelegen in woongebied.

Figuur 14: gewestplan deel-RUP 3: Hoevenen centrum Bron: geopunt, eigen bewerking

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 21 4.3.2. Bijzondere plannen van aanleg en/of ruimtelijke uitvoeringsplannen

BPA Blokwegvelden wordt overgenomen in het RUP 9 Sport en recreatie (goedkeuring 2015)

BPA Blokwegvelden is gelegen ten westen van deel-RUP 1: Hoevenen zuid.

Figuur 15: BPA ‘Blokwegvelden’ (KB 17.01.1989)

4.3.3. Goedgekeurde, niet-vervallen verkavelingen Binnen het plangebied van de deel-RUP’s: geen verkavelingen Grenzend aan het plangebied van de deel-RUP’s: Deel-RUP 1: Hoevenen zuid - 049/033(2) - 049/033(1) - 049/033 Deel-RUP 2: Stabroek - 118/079 - 118/215 - 118/131 - 118/081 - 118/080 - 118/113

4.3.4. Rooilijnplannen Deel-RUP 2 ‘Stabroek’: Dorpsstraat N111 (MB van 14/3/2005)

4.3.5. Atlas der buurtwegen Deel-RUP 1: Hoevenen zuid De Kerkstraat (N114) ten noorden van het plangebied is aangeduid als Buurtweg nr. 21.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 22 Deel-RUP 2: Stabroek De Dorpsstraat (N111) ten noorden van het plangebied is aangeduid als Buurtweg nr. 1. Deel-RUP 3: Hoevenen centraal De Hoge Weg ten westen van het plangebied is aangeduid als Buurtweg nr. 31.

4.3.6. Habitat- en vogelrichtlijngebieden

Figuur 16: speciale beschermingszones Bron: geopunt, eigen bewerking De verschillende deel-RUP’s liggen of grenzen niet aan een habitat- of vogelrichtlijngebied.

4.3.7. Gewestwegen Deel-RUP 1 ‘Hoevenen zuid’: Kerkstraat (N114) Deel-RUP 2 ‘Stabroek’: Dorpsstraat (N111) Deel-RUP 3 ‘Hoevenen centrum’: geen

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 23 4.3.8. Landschapsatlas

Figuur 17: landschapsatlas deel-RUP 1: Hoevenen Figuur 18: landschapsatlas deel-RUP 2: Stabroek zuid Bron: Provincie Antwerpen, eigen bewerking Bron: Provincie Antwerpen, eigen bewerking Het plangebied grenst in het zuiden aan Het plangebied is volledig gelegen in de ankerplaats ‘Poldergebied van relictzone ‘Ontginningsblok Stabroek – Stabroek met overgangszone naar de Kapellen’. Kempen’. Ten westen van het plangebied ligt de relictzone ‘Poldergebied van Stabroek met overgangszone naar de Kempen’ (donkergroen).

Dit plangebied grenst niet of is niet gelegen in een ankerplaats. Ten westen van het plangebied ligt de relictzone ‘Poldergebied van Stabroek met overgangszone naar de Kempen’ (donkergroen).

Figuur 19: landschapsatlas deel-RUP 3: Hoevenen centrum Bron: Provincie Antwerpen, eigen bewerking

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 24 4.3.9. Ankerplaats Deel-RUP 1 grenst in het zuiden aan de vastgestelde ankerplaats “Poldergebied van Stabroek met overgangszone naar de Kempen”. Deel-RUP 2 grenst in het noorden aan de vastgestelde ankerplaats “Militair erfgoed op de overgang van Scheldepolders naar Kempen”.

Figuur 20: ankerplaatsen

4.3.10. Milieuvergunningen Grenzend aan deel-RUP 1 ‘Hoevenen zuid’ Boerderij:Melding, nr.MIL/753.3/VL19/CVH: opslag dierlijk mest 20m³

4.3.11. Recht van voorkoop In het zuidelijke gedeelte van deel-RUP 1: Hoevenen is er een recht van voorkoop ten behoeve van Waterwegen en Zeekanaal.

Figuur 21: recht voorkoop deel-RUP 1: Hoevenen Bron: geopunt, eigen bewerking

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 25 4.3.12. Atlas der waterlopen De zuidelijke grens van het plangebied van deel-RUP 1: Hoevenen wordt gevormd door de niet geklasseerde waterloop De Rekke. Ten noorden van deel-RUP 1 ‘Hoevenen zuid’ loopt de Kapellebeek, een waterloop van tweede categorie.

Figuur 22: Vlaamse Hydrografische Atlas Bron: geopunt, eigen bewerking

4.3.13. Polders

Figuur 23: Polders Bron: geopunt, eigen bewerking Deel-RUP ‘Hoevenen zuid’ is gedeeltelijk gelegen in de Polder van Muisbroek. Deel- RUP ‘Hoevenen centrum’ is deels gelegen in de Polder van Ettenhoven. Deel-RUP ‘Stabroek’ is niet gelegen in een poldergebied.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 26 4.3.14. Bouwkundig erfgoed en landschappen Binnen het plangebied bevinden zich geen beschermde monumenten, landschappen of stads- en dorpsgezichten. Volgende gebouwen zijn opgenomen in de inventaris van waardevol onroerend erfgoed:

1. Gemeentehuis van Hoevenen (ID14247) Kerkstraat 35 Status: Bewaard Vastgesteld Datering: WOI neo-Vlaamserenaissance-stijl 2. Dorpswoning (ID14244) Kerkstraat 15 Status: Bewaard Vastgesteld Datering: 3e kwart 19de eeuw 3. Dorpswoning (ID14245) Afgebroken a

Figuur 24: bouwkundig erfgoed deel-RUP 1: Hoevenen zuid Bron: Onroerend Erfgoed, eigen bewerking Binnen het plangebied van deel-RUP 2 is geen waardevol onroerend erfgoed gelegen. Ten oosten van het plangebied ligt een vastgesteld bouwkundig relict: dorpswoning (ID 14199), Geelvinckstraat 8 status: bewaard vastgesteld datering: interbellum, na WOII

Figuur 25: bouwkundig erfgoed deel-RUP 2: Stabroek

Bron: Onroerend Erfgoed, eigen bewerking

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 27 Binnen het plangebied van deel-RUP 3 is geen waardevol onroerend erfgoed gelegen.

Figuur 26: bouwkundig erfgoed deel-RUP 3: Hoevenen centrum Bron: Onroerend Erfgoed, eigen bewerking

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 28 5. Bestaande ruimtelijke structuur Deel-RUP 1 ‘Hoevenen zuid’

Figuur 27: luchtfoto deel-RUP 1 ‘Hoevenen zuid’ Het plangebied van dit deel-RUP kan worden opgedeeld in een noordelijk, bebouwde en in een zuidelijk onbebouwde zone. De bebouwde zone is gelegen langs de Kerkstraat, een gewestweg N114 die Stabroek via Hoevenen verbindt met Ekeren. De bebouwde zone bestaat, van west naar oost, uit een OCMW-gebouw met een omliggende parking met ernaast een doorsteek naar het akkerland, een aantal één- en meergezinswoningen, een restaurant en twee bankkantoren. Een doorsteek naar een achtergelegen landbouwbedrijf vormt de oostelijke grens van de bebouwde zone. Het landbouwbedrijf met omliggend wei- en akkerland vormt de oostelijke grens van de onbebouwde zone van dit deel-RUP. Op een gedeelte van de oostelijke grens staat een bomenrij. De niet-geklasseerde waterloop De Rekke en akkerland vormen de zuidelijke grens van de onbebouwde zone. De westelijke grens wordt gevormd door de tuinen van vrijstaande woningen. De Pieter Jozef Tijsmanslaan stopt twee keer aan de westelijke grens van het plangebied. De onbebouwde zone is in gebruik als akkerland.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 29

foto 1 foto 2

foto 3 foto 4

foto 5 foto 6

foto 7 foto 8

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 30 foto 9 foto 10

foto 11 foto 12

foto 13 foto 14

foto 15 foto 16

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 31 foto 17 foto 18

foto 19

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 32 Deel-RUP 2 ‘Stabroek’

Figuur 28: luchtfoto deel-RUP 2 ‘Stabroek’ Het plangebied van dit deel-RUP wordt langs de vier zijden begrensd door achtertuinen van private woningen. Het plangebied is een binnengebied dat toegankelijk is via twee doorsteken: de eerste in het noorden vanuit de Dorpsstraat die tussen twee woningen een smalle doorgang vormt en de tweede via het Binnenpadplein in het zuiden, een brede straat die stopt aan het binnengebied. Beide toegangen zijn van noord naar zuid met elkaar verbonden via een semi-verhard pad dat toegang verschaft aan de garages en aan de volkstuintjes. De westelijke grens wordt gevormd door garages en afsluitingen van achtertuinen van privéwoningen. Langsheen de doorsteek liggen volkstuintjes. Het grootste gedeelte van het plangebied is in gebruik als weiland voor paarden met in het noorden een aantal paardenstallen.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 33 foto 1 foto 2

foto 3 foto 4

foto 5 foto 6

foto 7 foto 8

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 34 foto 9 foto 10

foto 11 foto 12

foto 13 foto 14

foto 15 foto 16

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 35 Deel-RUP 3 ‘Hoevenen centrum’

Figuur 29: luchtfoto deel-RUP 3 ‘Hoevenen centrum’ Dit deel-RUP wordt in het westen begrensd door private achtertuinen van woningen. In het zuiden wordt het plangebied begrensd door een braakliggend terrein met daarachter private woningen. In het oosten grenst het plangebied aan twee openbare wegen. en aan een groen plein, ingevuld met een basketveldje en een aantal bomen. De randen van de wegenis worden ingevuld door parkeerplaatsen. Het plangebied bestaat voornamelijk uit grasland. Binnen het plangebied loopt een voetweg die vanuit de Essenlaan via de Cederlaan naar de ten zuiden van het plangebied gelegen Hooghuisstraat loopt.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 36 foto 1 foto 2

foto 3 foto 4

foto 5 foto 6

foto 7 foto 8

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 37 foto 9 foto 10

foto 11 foto 12

foto 13 foto 14

foto 15 foto 16

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 38 foto 17 foto 18

foto 19 foto 20

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 39 6. Visie en gewenste ruimtelijke structuur 6.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk In dit hoofdstuk wordt de visie op het plangebied uiteengezet en gemotiveerd. Eerst worden de doelstellingen van het RUP opgesomd, waarna dieper ingegaan wordt op de concrete uitwerking van deze doelstellingen via de bestemmingswijzigingen van het RUP. 6.2. Deel-RUP 1 ‘Hoevenen zuid’

6.2.1. Doelstellingen Volgende doelstellingen liggen aan de basis van dit deel-RUP: 1. het realiseren van een kernversterkend project in relatie met zijn omgeving 2. het voorzien van een sociaal bouwprogramma met kernversterkende functies 3. de uitbouw van gemeenschapsvoorzieningen aansluitend bij het OCMW- gebouw.

6.2.2. Visie Uitvoering GRS Conform het GRS ligt de nadruk in de kern van Hoevenen op het invullen en afwerken van bestaande verkavelingen en woongebieden. Gelijktijdig dienen kwaliteitsvolle open ruimten te worden bewaard gelet op het vrijwel ontbreken van deze ruimten in Hoevenen. In het GRS wordt gesteld dat het gebied dient uitgebouwd te worden in functie van woningbouw voor zorgbehoevenden en sociale woningbouw met daarbij horende gemeenschapsvoorzieningen Afstemming Bij de realisatie van het project is een relatie met de omgeving van essentieel belang. Er wordt allereerst gestreeft naar ruimtelijke en functionele relaties met het centrum. Er wordt eveneens een optimale afstemming voor de bebouwing vooropgesteld, waarbij aandacht is voor de aangrenzende woontypologie. Het project dient deel uit te maken van de kern van Hoevenen en mag geen eiland binnen de kern worden.

Concept Afwerken van de bestaande woonwijk met een nieuw woonproject dat via een centrale toegangslaan ontsloten wordt naar de Kerkstraat. Deze centrale toegangslaan sluit aan op de E. de Beukelaerlaan en de P.J. Tijsmanslaan. Naar het zuiden wordt een doorsteek voor voetgangers en fietsers voorzien. Het oostelijk deel van het woonproject aansluitend bij de open ruimte bestaat uit villa- appartementen, gelegen in een park met doorkijk tussen de gebouwen naar de open ruimte. Aansluitend bij het OCMW-gebouw wordt een kernversterkend bouwproject voorzien, voor gemeenschapsvoorzieningen gecombineerd met woningbouw voor zorgbehoevenden en sociale woningen.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 40

Figuur 30: concept invulling

Het opzet van het plan is het creëren van een aangename woon- en verblijfsomgeving met een kwalitatief openbaar domein. Hierbij wordt in eerste instantie gedacht aan woningen voor zorgbehoevenden zoals serviceflats en bijhorende gemeenschapsvoorzieningen. Om een sociale mix te bewerkstelligen zijn eveneens woonfaciliteiten voorzien waarvoor zowel jonge als oudere gezinnen in aanmerking kunnen komen en dit in de vorm van één- en meergezinswoningen. Aansluitend op de Kerkstraat wordt een toegangslaan voorzien die het gebied ontsluit.

Achter het woonlint aan de Kerkstraat is aansluitend op de toegangslaan ruimte voorzien waarbinnen woningen voor zorgbehoevenden zoals serviceflats, sociale woningen en gemeenschapsvoorzieningen kunnen worden ondergebracht. Om het complex in te passen in de omgeving wordt de bouwhoogte afgestemd op de bouwhoogte van de woningen in de omgeving. Dit complex wordt aangelegd in een parkachtige omgeving die vrij toegankelijk is voor alle inwoners. Centraal in het gebied wordt een parkgebied gesitueerd.

Omwille van de privacy en de ruimtelijke kwaliteit wordt ervoor geopteerd om ter hoogte van de verkaveling De Rekke op de bestaande achtertuinen aan te sluiten met nieuwe achtertuinen. Op die manier kunnen er ten aanzien van het open landschap voorkanten gecreëerd worden in de vorm van ‘villa-appartementen’. Dit bouwtype dient verspreid te

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 41 worden ingeplant in een groene en parkachtige omgeving om de overgang te maken naar de oostelijk gelegen open ruimte.

Inzake wegenis wordt er een systeem voorgesteld dat op 3 punten aansluit op bestaande wegenis. De centrale toegangslaan sluit aan op de Kerstraat en de achterliggende woonstraten op de E. de Beukelaerlaan en de P.J. Tijsmanslaan. In de centrale toegangslaan en de E. De Beukelaerlaan, wegvak Kerkstraat – P.J.Tijsmanslaan, wordt éénrichtingsverkeer ingevoerd om de kruispunten met de Kerkstraat te ontlasten. Aanvullend wordt een doorsteek voor fietsers en voetgangers voorzien die aansluit op de landbouwweg richting sportzone op grondgebied van Ekeren. De doorsteken zorgen bovendien voor een vlotte ontsluiting richting de bushalten in de onmiddellijke omgeving.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 42 6.2.3. Structuurschets

Figuur 31: structuurschets deel-RUP 1 ‘Hoevenen Zuid’

6.3. Deel-RUP 2 ‘Stabroek’

6.3.1. Doelstellingen Volgende doelstellingen liggen aan de basis van dit deel-RUP: 1. het bestendigen van het aanwezige groen 2. het creëren van een kwalitatieve fiets- en voetgangersdoorsteek

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 43 6.3.2. Visie Bestendigen groen Het behoud van de groenstructuren in het gebied worden vooropgesteld, waarbij verschillende functies zoals de aanwezige volkstuintjes, weiland en hobbyland mogelijk moeten blijven. Ook de mogelijkheid tot het evolueren naar een openbaar parkgebied hoort hierbij. Het groene binnengebied kan op het niveau van de kern van Stabroek een belangrijke meerwaarde zijn voor de omliggende woonfuncties. Fiets- en wandelverbinding Om de omliggende woonwijken te verbinden met het centrum is het realiseren van een kwalitatieve en veilige fiets- en voetgangersverbinding in het binnengebied een belangrijk element ten behoeve van de samenhang van de woonkern. Aangezien het groene karakter van deze doorsteek belangrijk is, wordt slechts het centrale gedeelte van de doorsteek verhard en worden langs weerszijden groenbermen voorzien. Voor de afsluiting van de tuinen mogen enkel gemengde hagen aangeplant worden om het groene karakter te accenturen. De hoogte van de hagen wordt beperkt in functie van het veiligheidsgevoel. Ook wordt binnen de eerste 3,00m van de aanpalende tuinstroken bepalingen opgelegd met tot doel het creëren van openheid in het binnengebied; nieuwe bijgebouwen zullen geweerd worden. De doorsteek zorgt bovendien voor een vlotte ontsluiting richting de bushalten in het centrum van Stabroek.

6.3.3. Structuurschets

Figuur 32: structuurschets deel-RUP 2 ‘Stabroek’

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 44 6.4. Deel-RUP 3 ‘Hoevenen centrum’

6.4.1. Doelstellingen Volgende doelstellingen liggen aan de basis van dit deel-RUP: 1. het vrijwaren van wijkgroen tegen verdere verkaveling; 2. kwalitatieve inrichting van dit wijkgroen.

6.4.2. Visie Bestendigen groen Het behoud van de groenstructuur in het gebied wordt vooropgesteld, waarbij verschillende functies mogelijk zijn, zoals hobbylandbouw onder de vorm van volkstuintjes, weiland, speelveldje… Het groene binnengebied kan op het niveau van de kern van Hoevenen een belangrijke meerwaarde zijn voor de omliggende woonfuncties. Het vrijwaren van de open ruimte is in overeenstemming met de globale uitgangshouding voor de gewenste ruimtelijke ontwikkeling volgens het GRS.(p. 5 GRS) Het GRS stelt onder het concept “Bundelen van activiteiten en ontwikkelingen in de kern”, dat de woon- en leefkwaliteit in de dorpskernen moet verbeterd worden en dat in nieuwe wijken voldoende groen en kwalitatieve openbare ruimten moeten behouwen blijven. In de visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van de verstedelijkte kernen van het GRS,(p.7 GRS) wordt gesteld dat gestreeft moet worden naar een concentratie van activiteiten in de kern. En verdere verdichting dient echter steeds selectief te gebeuren. In bepaalde wijken zal immers de nadruk liggen op het open houden van de laatste niet bebouwde terreinen. Het vrijwaren van het wijkgroen in dit deel RUP is in overeenstemming met deze visie. Het vrijwaren van deze zone is ook in overeenstemming met de gewenste nederzettingsstructuur voor de woonkernen (p.19 GRS), waarin gesteld wordt dat kwaliteitsvolle open ruimten die passen in de structuur van de kern worden bewaard, gelet op het vrijwel ontbreken van deze ruimten in Hoevenen. 6.5. Compensatie nieuw woongebied Het bijkomend woongebied (20636 m²) in het deel-RUP 1 Hoevenen Zuid wordt gecompenseerd door het herbestemmen van woongebied naar een zone voor land- en tuinbouw en park in het deel-RUP 2 Stabroek (13 715 m²) en naar een parkzone in het deel-RUP 3 Hoevenen Centrum (7358 m²). Er wordt aldus 437 m² woongebied meer gecompenseerd dan nodig.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 45 6.6. Uittreksel grafisch plan

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 46

Figuur 33: grafisch plan

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 47 7. Lijst met voorschriften die strijdig zijn en opgeheven worden 7.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk In dit hoofdstuk wordt een lijst van voorschriften die strijdig zijn met het bestemmingsplan van het RUP en derhalve opgeheven worden, weergegeven. 7.2. Op te heffen voorschriften Tabel 2: op te heffen voorschriften Verordenend plan Voorschrift Voorschriften van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de gewestplan Antwerpen toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen (KB 03.10.1979) 1.0. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. 1.2.3. De gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde. In deze gebieden wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud. 4.1. De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

Voorschriften van bijzondere plannen van Geen. aanleg Verkavelingen Er worden geen verkavelingen opgeheven door dit RUP.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 48 8. Ruimtebalans 8.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk In functie van de beleidsmatige opvolging van het RSV door het Vlaams gewest wordt een ruimteboekhouding bijgehouden. Dit betekent dat voor dit ruimtelijk uitvoeringsplan moet nagegaan worden in welke mate bepaalde bestemmingen werden omgezet naar andere bestemmingen. Dit gebeurt aan de hand van de oppervlaktes van de verschillende bestemmingszones, afgerond tot op 10 m². 8.2. Ruimteboekhouding Deel-RUP 1: Hoevenen zuid Tabel 3: ruimteboekhouding Huidige bestemmingen GWP Oppervlakte (m²) woongebied 16.060 agrarisch gebied 22.350 Totaal 38.410 m²

Nieuwe bestemming RUP Oppervlakte (m²) Art. 1: centrumzone 9 001 m² Art. 2: zone voor vrijstaande en/of gekoppelde ééngezinswoningen 6 506 m²

Art. 3: zone voor vrijstaande meergezinswoningen in een parkomgeving 7 398 m² Art.4: zone voor gemeenschapsvoorzieningen met woningbouw in een 9 490 m² parkomgeving Art. 5: zone voor park 1 695 m² Art. 9: toegangslaan 1 698 m² Art. 10: fiets- en wandeldoorsteek 188 m² Art. 11: ontsluitingsweg 2 434 m² Totaal 38.140 m² bron: eigen verwerking Deel-RUP 2: Stabroek Tabel 4: ruimteboekhouding Huidige bestemmingen GWP Oppervlakte (m²) woongebied 15.250 woongebied met cultureel, historische en/of esthetische waarde 343 Totaal 15.593 m²

Nieuwe bestemming RUP Oppervlakte (m²) Art. 6: zone voor land- en tuinbouw en park 13 715 m² Art. 7: zone voor tuinstroken 715 m² Art. 8: ontsluitingsdoorsteek 1 163 m² Totaal 15.593 m² bron: eigen verwerking

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 49 Deel-RUP 3: Hoevenen centrum Tabel 5: ruimteboekhouding Huidige bestemmingen GWP Oppervlakte (m²) woongebied 7 358 m² Totaal 7 358 m²

Nieuwe bestemming RUP Oppervlakte (m²) Art. 6: zone park 7 358 m² Totaal 7 358 m² bron: eigen verwerking

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 50 9. Watertoets 9.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk Het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets worden genoemd. Deze watertoets houdt in dat moet nagegaan worden of het voorliggende plan (en de realisatie ervan) geen schadelijke effecten heeft op de waterhuishouding in het gebied. Indien dit wel het geval is dan moeten deze effecten, indien mogelijk, zoveel mogelijk beperkt of gecompenseerd worden. 9.2. Resultaten watertoets

9.2.1. Overstromingsgevoeligheid

Deel-RUP 1 Deel-RUP 2 Deel-RUP 3 Figuur 34: overstromingsgevoelige gebieden Bron: geopunt, eigen bewerking De zuidelijke punt van deel-RUP 1 is gelegen in mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Het oostelijk gedeelte van dit mogelijk overstromingsgevoelig gebied in deel-RUP 1 wordt bestemd als parkgebied, vrij van bebouwing. Het westelijk gedeelte van het mogelijk overstromingsgevoelig gebied ligt in het achterste gedeelte van de zone voor vrijstaande en/of gekoppelde ééngezinswoningen dat vrij is van bebouwing (achterste 10 m).

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 51 9.2.2. Infiltratiegevoeligheid

Deel-RUP 1 Deel-RUP 2 Deel-RUP 3 Figuur 35: infiltratiegevoelige gebieden Bron: geopunt, eigen bewerking Alle plangebieden zijn volledig gelegen in infiltratiegevoelig gebied, behalve de zuidelijke punt van deel-RUP 1.

9.2.3. Grondwaterstromingsgevoeligheid

Deel-RUP 1 Deel-RUP 2 Deel-RUP 3 Figuur 36: grondwaterstromingsgevoelige gebieden Bron: geopunt, eigen bewerking Alle deel-RUP’s zijn volledig gelegen in een zone die aangeduid is als zeer gevoelig voor grondwaterstroming, behalve de zuidelijke punt van deel-RUP 1. 9.3. Resultaten watertoets Het ruimtelijk uitvoeringsplan voorziet deels in een bestemmingswijziging van agrarisch gebied naar woongebied in deel-RUP 1. In deel-RUP’s 2 en 3 wordt woongebied omgevormd naar openbaar parkgebied.Het gedeelte van het plangebied in de zones die mogelijk overstromingsgevoelig zijn, is bouwvrij. Werken in het betrokken gebied zijn onderhevig aan de bepalingen van de gewestelijke verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afval- en hemelwater, die op 5 juli 2013 door de Vlaamse Regering werd goedgekeurd, op 8.10.2013 in het Belgisch staatsblad verscheen en in werking trad op 01.01.2014. In alle redelijkheid wordt geoordeeld dat ten gevolge van het RUP geen schadelijk effect op de waterhuishouding zal worden veroorzaakt.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 52 10. Register van percelen waarop mogelijk planbatenheffing, planschade of bestemmings- wijzigingscompensatie van toepassing is 10.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk In artikel 2.2.2, §1, eerste lid, 7° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening is de verplichting opgenomen om in ruimtelijke uitvoeringsplannen een register op te nemen van percelen waarop een bestemmingswijziging gebeurt die aanleiding kan geven tot planschade, planbaten, kapitaalschadecompensatie of gebruikerscompensatie. Dit hoofdstuk bevat het register van percelen waarop door de bestemmingswijzigingen van voorliggend RUP mogelijk een dergelijke regeling van toepassing is. 10.2. Grafisch register van percelen met mogelijk planbaten, planschade of bestemmingswijzigingscompensatie Een planbatenheffing is onder andere verschuldigd wanneer een in werking getreden ruimtelijk uitvoeringsplan op een perceel een bestemmingswijziging doorvoert van een zone die onder de gebiedsaanduiding ‘landbouw’ valt naar een zone die binnen de gebiedsaanduiding ‘wonen’ valt, in geval van voorliggend RUP.

De percelen waarop mogelijk planbaten en planschade van toepassing is, worden opgenomen in het hiernavolgende grafisch register, dat zowel in tabelvorm als op kaart wordt weergegeven:

Tabel 6: register van percelen met mogelijke planbaten en planschade Perceels- Bestemming Categorie van gebiedsaanduiding Bestemmingswijziging nummer gewestplan RUP G49A agrarisch gebied wonen planbaten mogelijk G52A C307S C299H C300N C300M C300L C300K C300P C300E C300R wonen landbouw planschade mogelijk C300S C300G C300T C300V C301N C301P C301S C306D2 1464D wonen landbouw planschade mogelijk 1464F

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 53

Figuur 37: register met percelen met mogelijke planbaten

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 54

Figuur 38: register van percelen met mogelijke planschade

Figuur 39: register van percelen met mogelijke planschade

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 55 Dit register geeft, conform de geciteerde wetgeving, de percelen weer waarop een bestemmingswijziging gebeurt die aanleiding kan geven tot vergoeding of heffing. De opname van percelen in dit register houdt dus niet in dat sowieso een heffing zal worden opgelegd of dat een vergoeding kan worden verkregen. Voor elk van de regelingen gelden voorwaarden, uitzonderings- of vrijstellingsgronden die per individueel geval beoordeeld worden. Het register kan dus geen uitsluitsel geven over de toepassing van die voorwaarden, uitzonderings- of vrijstellingsgronden. De regeling over de planschade is te vinden in artikel 2.6.1 en volgende van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. De regeling over de planbatenheffing is te vinden in artikel 2.6.4 en volgende van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. De regeling over de kapitaalschadecompensatie is te vinden in artikel 6.2.1. en volgende van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid. De regeling over de gebruikerscompensatie is te vinden in het decreet van 27 maart 2009 houdende vaststelling van een kader voor de gebruikerscompensatie bij bestemmingswijzigingen, overdrukken en erfdienstbaarheden tot openbaar nut. De tekst van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en van het decreet grond- en pandenbeleid kan geraadpleegd worden op www.ruimtelijkeordening.be, rubriek wetgeving. De tekst van het decreet gebruikerscompensatie kan geraadpleegd worden op www.codex.vlaanderen.be, zoekterm “gebruikerscompensatie”. Dit register werd aangemaakt door het plan zoals het gold vóór de bestemmingswijziging digitaal te vergelijken met het huidige plan. In een aantal gevallen verschilt de cartografische ondergrond waarop de bestemmingen werden ingetekend in het oude en het nieuwe plan. Daarom kunnen bij de digitale vergelijking beperkte fouten optreden. Het register moet met dat voorbehoud geraadpleegd worden.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 56 11. Onderzoek naar de plan-MER-plicht 11.1. Bedoeling en inhoud van dit hoofdstuk Het Besluit van de Vlaamse regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s voorziet dat een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) onderworpen wordt aan een onderzoek naar de noodzaak tot milieueffectrapportage. Zo’n onderzoek, kortweg MER-screening genoemd, analyseert en beoordeelt de wijzigingen die het nieuwe RUP toelaat ten opzichte van de actuele juridisch-planologische situatie van het plangebied. Het screent en beoordeelt de mogelijke en relevante milieueffecten die uitgaan van mogelijke acties, als gevolg van de bepalingen van het RUP, in uitvoering van de wetgeving inzake MER-plicht2. In dit hoofdstuk worden de wijzigingen en mogelijke acties van het RUP geanalyseerd en worden de mogelijke en relevante milieueffecten ervan gescreend en beoordeeld. 11.2. Plan-MER-plicht van rechtswege? De plan-MER-plicht voor plannen of programma’s volgt uit het decreet van 27 april 2007 houdende de wijziging van titel IV van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en van artikel 36 ter van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (hiernavolgend DABM genoemd). Er geldt enkel een plan-MER-plicht voor plannen of programma’s die aanzienlijke milieueffecten kunnen hebben. Om al dan niet te kunnen besluiten tot een plan-MER- plicht moet er aan drie voorwaarden voldaan worden: 1. In de eerste plaats moet worden nagegaan of het voorgenomen plan of programma onder de definitie valt van plan of programma zoals gedefinieerd in het DABM. 2. Daarna moet worden nagegaan of het betrokken plan of programma onder het toepassingsgebied van het DABM valt. 3. Tenslotte moet worden bepaald of het plan van rechtswege onder de plan-MER- plicht valt.

11.2.1. Toetsing aan drie voorwaarden Een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan valt onder de definitie van plan of programma zoals gedefinieerd in het DABM en het valt onder het toepassingsgebied ervan. Het RUP voldoet dus aan de twee eerste voorwaarden. Indien het plan of programma ook aan de derde voorwaarde voldoet, is er geen milieuscreening vereist. Er is dan een plan-MER-plicht van rechtswege en er kan rechtstreeks gestart worden met de opmaak van een plan-MER. Er worden twee groepen van dergelijke plannen of programma’s onderscheiden: 1. Plannen of programma’s of de wijziging ervan die tegelijkertijd: a. een kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor projecten die in de bijlagen I, II of III van het project-m.e.r.-besluit van de Vlaamse regering van 10 december 2004; b. én niet het gebruik regelen van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging inhouden;

2 Bedoeld wordt: het decreet van 27.04.2007, het zogenaamde plan-MER-decreet.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 57 c. én betrekking hebben op landbouw, bosbouw, visserij, energie, industrie, vervoer, afvalstoffenbeheer, waterbeheer, telecommunicatie, toerisme en ruimtelijke ordening of grondgebruik. 2. Plannen of programma’s of de wijziging ervan waarvoor, gelet op de mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones, een passende beoordeling vereist is. Er dient derhalve nagegaan te worden of het plan tot één van deze twee groepen behoort. Toetsing groep 1 Het RUP vormt niet het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I of II van het project-m.e.r.-besluit van 10 december 2004. Het RUP vormt mogelijk wel een kader voor de toekenning van een vergunning voor een bijlage III-project, namelijk voor de rubriek 10b “stadsontwikkelingsprojecten met inbegrip van parkeerterreinen”. Het RUP bepaalt echter het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau, nl. een kernversterkend inbreidingsproject en houdt een kleine wijziging in. Het RUP is bijgevolg screeningsgerechtigd en behoort niet tot groep 1. Toetsing groep 2 De speciale beschermingszones werden aangeduid in het kader van de EU-Richtlijn 92/43/EEG van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna. Deze richtlijn beoogt het waarborgen van de biologische diversiteit, door het instandhouden van de natuurlijke habitats en van de wilde fauna en flora binnen de EU-lidstaten en omvat zowel maatregelen inzake gebiedsbescherming als inzake soortbescherming. Het plangebied is niet gelegen in een speciale beschermingszone. De dichtstbijzijnde speciale beschermingszone is het vogelrichtlijngebied ‘Schorren en polders van de Beneden-Schelde’, dat zich op ca. 0,5 km ten westen van de drie plangebieden situeert. Er kan dan ook in alle redelijkheid geoordeeld worden dat er geen schadelijke effecten ontstaan voor de speciale beschermingszones ten gevolge van het RUP.

11.2.2. Conclusie Het RUP is dus niet plan-MER-plichtig van rechtswege. Het valt echter wel onder het toepassingsgebied van het DABM en er moet derhalve onderzocht worden of er geen aanzienlijke milieueffecten zijn ten gevolge van het RUP. Dit onderzoek (= milieuscreening) is te vinden in de volgende paragrafen.

11.3. Planonderdelen

11.3.1. Indeling in planonderdelen Cruciaal voor het bepalen van de vereiste diepgang bij de milieubespreking is de mate waarin het voorgenomen plan afwijkt van het geldende plan of van de bestaande toestand. Aangezien het voorgenomen plan in de plaats komt van het gewestplan en er wijzigingen aan de fysische toestand kunnen optreden, dient derhalve de vergelijking te worden gemaakt met de mogelijkheden die deze bestemmingsplannen bieden of met de bestaande toestand binnen het plangebied.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 58 Om deze vergelijking te kunnen maken wordt het RUP onderverdeeld in een aantal planonderdelen. Dit zijn onderdelen van het RUP met een gelijk verschil in mogelijkheden ten opzichte van het bestaand plan, in casu het gewestplan, of met de bestaande toestand. Doorlichting van de planonderdelen a.h.v. drie indicatoren Elk planonderdeel dient te worden getoetst aan de volgende drie indicatoren:

 Indicator 1: verschillen inzake activiteiten Zijn er verschillen tussen de stedenbouwkundig vergunbare activiteiten uit het huidig geldend plan (gewestplan) en de stedenbouwkundig vergunbare activiteiten uit het voorgenomen plan (RUP)?  Indicator 2: verschillen inzake bodemafdekking Laat het voorgenomen plan ten opzichte van het geldend plan een wijziging toe van de totale bodemafdekking binnen het planonderdeel?  Indicator 3: verschillen inzake bestaande toestand Is het doel van het voorgenomen plan enkel de bestendiging van de huidige stedenbouwkundig vergunde of vergund geachte toestand?

In het plangebied worden volgende planonderdelen onderscheiden:

Figuur 40: indeling in planonderdelen 1. Zone voor gemeenschapsvoorzieningen en wonen in een parkomgeving in woongebied. 2. Zone voor gemeenschapsvoorzieningen en één- en meergezinswoningen in een parkomgeving in agrarisch gebied. 3. Zone voor land- en tuinbouw, park, tuinstroken en ontsluitingsdoorsteek in woongebied.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 59 4. Zone voor land- en tuinbouw en park in woongebied. 4.5. Zone voor wonen volgens het gewestplan blijft ongewijzigd.

11.3.2. Doorlichting van de planonderdelen 1. Zone voor gemeenschapsvoorzieningen en wonen in een parkomgeving in woongebied. Activiteiten De activiteiten gemeenschapsvoorzieningen en wonen zijn reeds mogelijk binnen de geldende bestemming van het planonderdeel. Bodemafdekking De bodembedekking van het planonderdeel wijzigt nagenoeg niet. De toegelaten bebouwingen en verhardingen waren reeds mogelijk binnen de geldende bestemming. Bestaande toestand In geval van uitvoering van het RUP wijzigt een gedeelte van de bestaande toestand van het planonderdeel, dat momenteel deels ingenomen wordt door parkeerruimte en tuinen. 2. Zone voor gemeenschapsvoorzieningen en één- en meergezinswoningen in een parkomgeving in agrarisch gebied. Activiteiten Het RUP wijzigt de toegelaten activiteiten binnen het planonderdeel, namelijk het voorzien van gemeenschapsvoorzieningen en wonen in agrarisch gebied. Bodemafdekking In geval van het realiseren van de geplande activiteiten is er in het planonderdeel een toename van de bodemafdekking. Bestaande toestand In geval van het realiseren van geplande activiteiten wordt de bestaande toestand binnen het planonderdeel gewijzigd. 3. Zone voor land- en tuinbouw, park, tuinstroken en ontsluitingsdoorsteek in woongebied. Activiteiten Het RUP wijzigt de toegelaten activiteiten binnen het planonderdeel, namelijk het omvormen van woongebied naar een zone voor land- en tuinbouw en park, tuinstroken en een ontsluitingsdoorsteek. Bodemafdekking De bodembedekking van het planonderdeel wijzigt doordat er in het RUP geen permanente bebouwingen en verhardingen toegelaten zijn. Bestaande toestand Het RUP wijzigt de bestaande toestand van het planonderdeel vrijwel niet. 4. Zone voor land- en tuinbouw en park in woongebied. Activiteiten Het RUP wijzigt de toegelaten activiteiten, namelijk het omvormen van woongebied naar een zone voor land- en tuinbouw en park. Bodemafdekking De bodembedekking van het planonderdeel wijzigt doordat er in het RUP geen permanente bebouwingen en verhardingen toegelaten zijn. Bestaande toestand Het RUP wijzigt de bestaande toestand van het planonderdeel vrijwel niet.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 60 5. Zone voor wonen volgens gewestplan blijft ongewijzigd. Activiteit Het RUP wijzigt de toegelaten activiteiten niet. Bodembedekking De bodembedekking wijzigt niet als gevolg van het RUP. Bestaande toestand De uitvoering van het RUP zorgt niet voor een wijziging van de bestaand toestand. Besluit Op basis van voorgaande doorlichting wordt besloten om voor planonderdelen 2, 3 en 4 een screening naar milieueffecten op te maken. 11.4. Beschrijving van de alternatieven

11.4.1. Redelijke alternatieven Het RUP houdt deels een bestendiging van de bestaande toestand van het plangebied langs de Kerkstraat in. Achterliggend wordt een kernversterkend inbreidingsproject in de kern van Hoevenen gerealiseerd, waarbij de relatie met zijn omgeving van cruciaal belang is. Dit houdt in dat de uitbouw van gemeenschapsvoorzieningen aansluit bij het bestaande OCMW-gebouw. Hieraan wordt een sociaal bouwprogramma gekoppeld en krijgt de bestaande wijk een afwerking naar het open ruimte gebied. Hierbij worden de twee doodlopende uiteinden van de Pieter Jozef Tijsmanslaan met elkaar verbonden. Dit zorgt voor een vlottere ontsluiting van de wijk. Ter compensatie van de inname van agrarisch gebied werden twee specifieke open ruimte gebieden in woongebied geselecteerd die worden omgevormd naar een zone voor land- en tuinbouw en park. Gezien de sterk aan de omgeving gerelateerde en gebiedsspecifieke ingrepen als gevolg van het RUP zijn er geen redelijke alternatieven mogelijk.

11.4.2. Nulalternatief Het nulalternatief houdt de mogelijkheid in om geen RUP op te maken, zodat de huidige juridisch – planologische situatie gehandhaafd blijft. Dit zou betekenen dat het woongebied gelegen langs de Kerkstraat in de kern van de gemeente Hoevenen, geen maximale invulling verkrijgt en dat de geplande gemeenschapsvoorzieningen er niet kunnen komen, waardoor deze zich niet verder kunnen ontwikkelen en de behoefte van de gemeente niet kan worden opvangen, of deze zich moeten vestigen op een andere locatie waardoor er geen koppeling gemaakt kan worden met het bestaande OCMW- gebouw. Het mislopen van deze opportuniteit zou een gemiste kans voor de gemeente zijn. Geen RUP opmaken houdt eveneens in dat de aangrenzende wijk en de Pieter Jozef Tijsmanslaan met twee doodlopende uiteinden niet kunnen worden afgewerkt. Bovendien blijft de mogelijkheid bestaan dat de open ruimte gebieden in woongebied, die nu worden omgevormd naar een land- en tuinbouwzone met park (planonderdelen 3 en 4), verkaveld en bebouwd kunnen worden. Het nulalternatief kan als gevolg evenmin als redelijk alternatief beschouwd worden.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 61 11.5. Screening van de milieueffecten per discipline

11.5.1. Te screenen disciplines In de hiernavolgende paragrafen worden de effecten van het RUP op de volgende disciplines onderzocht: 1. bodem; 2. water; 3. mobiliteit; 4. geluid; 5. licht; 6. luchtkwaliteit en atmosfeer en klimaat; 7. biodiversiteit, fauna en flora; 8. onroerend erfgoed; 9. ruimtelijke ordening; 10. energie- en grondstoffenvoorraden; 11. gezondheid en veiligheid van de mens; 12. samenhang tussen de genoemde factoren. 11.5.2. Werkwijze Bij deze screening wordt steeds vergeleken met de referentiesituatie; dit is in principe de juridische toestand volgens het geldende gewestplan, zoals beschreven in hoofdstuk 4. Deze juridische toestand wordt echter aangevuld door de beschrijving van de bestaande toestand die eerst in beeld wordt gebracht, voor zover dat nog niet is gebeurd in hoofdstuk 5. Indien wel, wordt hierop niet meer teruggekomen, maar wordt naar deze paragraaf verwezen. Vervolgens worden de ingrepen op deze referentiesituatie besproken, samen met de mogelijke effecten ervan. Daarbij wordt niet alleen de aard, maar ook de omvang van de ingreep in beschouwing genomen. Indien er leemten in de kennis zijn, worden deze vermeld. Tot slot wordt in dit hoofdstuk ook nagegaan of het voorgenomen plan grensoverschrijdende of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 62 11.5.3. Effecten inzake bodem Bestaande toestand

Figuur 41: uittreksel uit de Bodemkaart van België Bron:Geopunt, eigen bewerking

Planonderdeel 2 Van noord naar zuid worden volgende bodemtypes onderscheiden: matig droge zandbodem met dikke antropogene humus A horizont; matig natte lemig zandbodem met dikke antropogene humus A horizont; natte lemig zandbodem zonder profiel. Planonderdeel 3 In het noorden van het planonderdeel is een gedeelte aangeduid als kunstmatige grond. Het overgrote gedeelte is een matig natte zandbodem met dikke antropogene humus A horizont. Planonderdeel 4 Het grootste gedeelte van dit planonderdeel is aangeduid als matig natte zandbodem met dikke antropogene humus A horizont. Een klein gedeelte in het oosten is een matig droge zandbodem met dikke antropogene humus A horizont.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 63 Bodemverontreiniging Perceel C295L Dit kadastraal perceel is opgenomen in het register van verontreinigde gronden. Na een oriënterend bodemonderzoek d.d. 17.03.1998 werd op 15.07.2011 een beschrijvend bodemonderzoek uitgevoerd. De beoordeling van de ernst van de verontreiniging is gebaseerd op dit beschrijvend bodemonderzoek.. Hieruit blijkt dat er geen bodemsanering moet uitgevoerd worden. Het perceel is inmiddels bebouwd met een handelspand met bovenliggende woonentiteit. Figuur 42: bodemverontreiniging Bron: OVAM bodemdossierinformatie

Mogelijke effecten In planonderdeel 2: hier wordt meer bebouwing en verharding toegelaten. De mogelijke effecten ten aanzien van de bestaande toestand en het geldende gewestplan zijn een toename van de permanente afdekking van de bodem met verminderde bodeminfiltratie en plaatselijke verdroging van de ondergrond tot gevolg. In de stedenbouwkundige voorschriften wordt opgelegd dat ofwel de afwatering van verhardingen gebeurt naar niet verharde delen, ofwel naar een eigen opvang, ofwel het gebruik van waterdoorlatende materialen. In planonderdeel 3 en 4 worden volgens de stedenbouwkundige voorschriften geen permanente constructies toegelaten, wat in het geldende gewestplan wel kan, waardoor dit RUP enkel positieve effecten voor de bodem kan veroorzaken. Ten aanzien van de bestaande toestand zijn er geen effecten. Conclusie Er zijn geen significante negatieve effecten inzake bodem te verwachten.

11.5.4. Effecten inzake water Bestaande toestand Voor de watertoetskaarten wordt verwezen naar hoofdstuk 9.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 64 Zoneringsplan

Figuur 43: uittreksel zoneringsplan Bron: Geoloket zonering - VMM De wijk ten westen van het planonderdeel 2 is aangeduid als centraal gebied, wat betekent dat er afvalwaterriolering aanwezig is waarop aangesloten dient te worden. Planonderdelen 3 en 4 zijn eveneens gelegen in centraal gebied. Mogelijke effecten Bij de hiernavolgende ingrepen is de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van toepassing. Deze verordening voorziet in het zoveel mogelijk opvangen, hergebruiken en vertraagd afvoeren van het hemelwater dat afkomstig is van de op te richten gebouwen.

In planonderdeel 2 wordt meer bebouwing en verharding toegelaten. De mogelijke effecten ten aanzien van de bestaande toestand en het geldende gewestplan zijn een permanente afdekking van de bodem met verminderde hemelwaterinfiltratie en plaatselijke daling van de grondwatertafel tot gevolg. In de stedenbouwkundige voorschriften wordt opgelegd dat ofwel de afwatering van verhardingen gebeurt naar niet verharde delen, ofwel naar een eigen opvang, ofwel het gebruik van waterdoorlatende materialen. In planonderdeel 3 en 4 worden geen permanente constructies toegelaten, wat in het geldende gewestplan wel kan, waardoor dit RUP enkel positieve effecten voor het water kan veroorzaken. Ten aanzien van de bestaande toestand zijn er geen effecten. Conclusie Er zijn geen significante negatieve effecten inzake water te verwachten naar aanleiding van het RUP.

11.5.5. Effecten inzake verkeer en mobiliteit Bestaande toestand Voor de bestaande toestand inzake verkeer en mobiliteit wordt verwezen naar hoofdstuk 5.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 65 Planonderdeel 2 Aan het plangebied van planonderdeel 2 grenzen drie wegen, nl. de Kerkstraat, E. de Beukelaerlaan en de P.J. Tijsmanslaan. De twee laatstgenoemden zijn doodlopende wegen met louter bestemmingsverkeer voor een klein aantal woningen. De basisschool die gelegen is langs de E. de Beukelaerlaan zorgt ’s morgens en ’s avonds voor een beperkte stijging van het verkeer door het afzetten en ophalen van schoolkinderen.

De Kerkstraat is een doorgaande weg die Kapellen, via de kern van Hoevenen, verbindt met Stabroek. In het westen zorgt de Dijkstraat, een zijstraat van de Kerkstraat, voor een verbinding met de A12, onder de vorm van een oprit die enkel voor een toegang in noordelijke richting zorgt. Er is geen oprit richting Antwerpen. Er is eveneens een afrit, maar enkel komende van Antwerpen. Deze op- en afrit was vroeger anders ingericht, nl. een kruispunt met verkeerslichten, waardoor voertuigen in alle richtingen op en af de A12 konden. Door het schrappen van de verkeerslichten en het enkel toelaten van een oprit richting noorden is de hoeveelheid verkeer in de Kerstraat sterk afgenomen, waardoor er vandaag in de Kerkstraat verkeerscapaciteit op overschot is. In de centrale toegangslaan en de E.De Beukelaerlaan, wegvak Kerkstraat- P.J.Tijsmanslaan wordt enkelrichtingsverkeer ingevoerd om de kruispunten met de Kerkstraat te ontlasten.

Inzake parkeren zijn er geen problemen gekend. In de E. de Beukelaerlaan en de J.P. Tijsmanslaan kan elke wagen parkeren op eigen perceel. In de Kerkstraat zijn er langs de rijbaan voldoende parkeerplaatsen voorzien voor het opvangen van de parkeerbehoefte. Mogelijke effecten Verkeerstoename In planonderdeel 2 in het centrum van Hoevenen worden volgende functies voorzien die mogelijk voor een verkeerstoename kunnen zorgen: 1. gemeenschapsvoorzieningen met eraan gekoppeld woningen voor zorgbehoevenden en sociale woningen; 2. zone voor vrijstaande meergezinswoningen; 3. zone met vrijstaande en/of gekoppelde ééngezinswoningen;

1. Gemeenschapsvoorzieningen met eraan gekoppeld woningen voor zorgbehoevenden en sociale woningen Deze functies zijn eigen aan de kern van een gemeente. Door de ligging in de dorpskern, nabij de winkels en diensten, kunnen de meeste verplaatsingen te voet en per fiets gebeuren. Het projectgebied is gelegen nabij de openbaar vervoershaltes in de kern van de gemeente. Gezien de centrale ligging in het centrum en de grootte van de kern wordt hiervoor slechts een beperkte stijging van het gemotoriseerd verkeer verwacht. Het kleine aantal bijgecreëerde sociale woningen en woningen voor zorgbehoevenden in deze zone zorgen slechts voor een beperkte toename van gemotoriseerd verkeer. De toename aan parkeerruimte die hiermee gepaard gaat wordt opgevangen op eigen terrein door het voorzien van een ondergrondse parkeerruimte en het aanleggen van een bezoekersparking. De gemeenschapsvoorzieningen en woningen zijn toegankelijk via een nieuwe toegangslaan die aansluit op de Kerkstraat, waardoor de aangrenzende wijk met basisschool niet extra belast wordt.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 66 2. Zone voor vrijstaande meergezinswoningen Het oostelijk deel van het inbreidingsproject aansluitend bij de open ruimte bestaat uit villa-appartementen, gelegen in een park met doorkijk tussen de gebouwen naar de open ruimte. In deze zone wordt een minimum van 20 woningen per ha opgelegd in de voorschriften. Dit betekent een minimum van 15 woningen. In de voorschriften wordt eveneens opgelegd dat er per woonentiteit minimum 1,5 parkeerplaatsen ondergronds en 0,3 parkeerplaatsen bovengronds moeten worden voorzien. Door de ligging in de dorpskern, nabij de winkels en diensten, kunnen de meeste verplaatsingen te voet en per fiets gebeuren. Het projectgebied is gelegen nabij de openbaar vervoershaltes in de kern van de gemeente. Deze beperkte toename aan woningen genereert slechts een beperkte toename van het gemotoriseerd verkeer. Dit verkeer kan eveneens ontsluiten via de nieuwe toegangslaan die aansluit op de Kerkstraat, waardoor de aangrenzende wijk geen extra belasting te verwerken krijgt. 3. Zone voor vrijstaande en/of gekoppelde ééngezinswoningen Volgens de inrichtingsschets in paragraaf 6.2.3 worden in deze zone 15 woningen voorzien. Het parkeren dient op eigen terrein te gebeuren. Door de ligging in de dorpskern, nabij de winkels en diensten, kunnen de meeste verplaatsingen te voet en per fiets gebeuren. Het projectgebied is gelegen nabij de openbaar vervoershaltes in de kern van de gemeente. Dit kleine aantal bijkomende woningen genereert slechts een beperkte stijging van het gemotoriseerd verkeer. Ontsluiting Het inbreidingsproject sluit op 3 punten aan op de bestaande wegenis: op de Kerkstraat en op de E. de Beukelaerlaan en de P.J. Tijsmanslaan. De bijkomende wegenis zorgt ervoor dat de aangrenzende wijk geen extra verkeer te verwerken krijgt. De wijk krijgt er een ontsluitingsweg bij, zodat de verkeersdruk in de E. de Beukelaerlaan, waar zich de basisschool bevindt, daalt en de verkeersveiligheid er stijgt. Hierdoor is er ruimte om er een kiss-and-ride-strook te realiseren. In de centrale toegangslaan en de E.De Beukelaerlaan, wegvak Kerkstraat- P.J.Tijsmanslaan wordt enkelrichtingsverkeer ingevoerd om de kruispunten met de Kerkstraat te ontlasten.

Aanvullend wordt een doorsteek voor fietsers en voetgangers voorzien die aansluit op de landbouwweg richting sportzone op grondgebied van Ekeren. De doorsteken zorgen bovendien voor een vlotte ontsluiting richting de bushalten in de onmiddellijke omgeving. In de zones voor gemeenschapsvoorzieningen met woningbouw (art.4) en de zone voor park (art.5) kunnen volgens de voorschriften voet- en fietswegen aangelegd worden die de doorgankelijkheid van het gebied verhogen. Conclusie Door de ligging in de dorpskern, nabij de winkels en diensten, kunnen de meeste verplaatsingen te voet en per fiets gebeuren. Het projectgebied is gelegen nabij de openbaar vervoershaltes in de kern van de gemeente. Het RUP veroorzaakt een beperkte toename van verkeer. Er zijn geen significante negatieve effecten inzake verkeer en mobiliteit te verwachten naar aanleiding van het RUP.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 67 11.5.6. Effecten inzake geluid Bestaande toestand

Figuur 44: geluidskaart (Lden), Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, Bron: Geopunt, eigen bewerking

Bovenstaande geluidskaart geeft de geluidsbelasting afkomstig van wegverkeer weer. Mogelijke effecten De ontwikkeling van het RUP in functie van gemeenschapsvoorzieningen en wonen in planonderdeel 2 zal ten aanzien van de bestaande toestand en het geldende plan een zeer beperkte toename van geluid met zich meebrengen dat afkomstig is van gemotoriseerd verkeer. Deze beperkte toename is niet storend voor de omgeving van het plangebied. Planonderdelen 3 en 4 creëren geen bijkomende geluidsbelasting. Conclusie Er zijn geen significante negatieve effecten inzake geluid te verwachten.

11.5.7. Effecten inzake licht Bestaande toestand Er zijn geen knelpunten inzake licht gekend in het plangebied. Mogelijke effecten Door de aanleg van wegenis en het oprichten van gebouwen in planonderdeel 2 kan zowel de binnen- als buitenverlichting in het gebied beperkt toenemen. Conclusie Er zijn geen significante negatieve effecten inzake licht te verwachten naar aanleiding van het RUP.

11.5.8. Effecten inzake luchtkwaliteit en atmosfeer en klimaat Bestaande toestand

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 68

Figuur 45: jaargemiddelde PM10 Bron: VMM, eigen bewerking

Figuur 46: jaargemiddelde NO2 Bron: VMM, eigen bewerking Volgens het geoloket van de VMM zijn er in het gebied geen belangrijke knelpunten inzake luchtkwaliteit en atmosferische en klimatologische factoren. Vanaf een jaargemiddelde concentratie van 40 µg/m³ is de norm voor PM10 en NO2 overschreden. Er zijn geen overschrijdingen van de belangrijkste parameters voor lucht, nl. PM10 en NO2. Mogelijke effecten Het project veroorzaakt weinig bijkomend verkeer (zie paragraaf 11.5.5), zodat de door het project veroorzaakte verkeersemissies niet aanzienlijk zijn en er geen overschrijdingen van de belangrijkste parameters voor lucht verwacht worden. Conclusie Er zijn geen significante negatieve effecten inzake luchtkwaliteit en atmosfeer en klimaat te verwachten.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 69 11.5.9. Effecten inzake biodiversiteit, fauna en flora Bestaande toestand

Figuur 47: biologische waarderingskaart Bron: Geopunt, Agiv Planonderdeel 2, dat ontwikkeld wordt, is niet gelegen in een zone die aangeduid is als biologisch waardevol. Gedeelten van planonderdeel 3 en 4 zijn aangeduid als biologisch waardevol. Het grootste gedeelte van planonderdeel 4 is afgebakend als een complex van biologisch minder waardevolle en zeer waardevolle elementen. In de nabijheid van de 3 plangebieden bevinden zich geen habitat- of vogelrichtlijngebieden. Mogelijke effecten In planonderdeel 2 wordt agrarisch gebied bebouwd. Hierbij gaan geen biologisch waardevolle gebieden verloren.De omvorming in planonderdeel 3 en 4 van woongebied naar een zone voor land- en tuinbouw en park zorgt ervoor dat de aanwezigheid van de biologisch waardevolle gebieden in deze zones niet in het gedrang kan worden gebracht door het bebouwen en/of verharden ervan, aangezien geen permanente constructies toegelaten zijn. Conclusie Er zijn geen significante negatieve effecten inzake biodiversiteit, fauna en flora te verwachten naar aanleiding van het RUP.

11.5.10. Effecten inzake onroerend erfgoed Bestaande toestand Beschermde monumenten en landschappen Voor de bestaande toestand inzake beschermde monumenten en landschappen wordt verwezen naar paragraaf 4.3.13. Relicten en ankerplaatsen Voor de bestaande toestand inzake relicten en ankerplaatsen wordt verwezen naar 4.3.8.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 70 Provinciale landschapskaart

Figuur 48: uittreksel provinciale landschapskaart Bron: geoloket landschapskaart – Provincie Antwerpen De kern van Hoevenen is aangeduid als oud (typisch) gehucht. De kern van Stabroek is aangeduid als historische woonkern. De noordelijke punt van planonderdeel 3 ligt hierin. Planonderdeel 4 is volledig gelegen in een zone aangeduid als nieuwe nederzetting. Planonderdeel 3 is volledig gelegen in de relictzone ‘Ontginningsblok Stabroek – Kapellen’. Archeologisch erfgoed

Figuur 49: uittreksel CAI Bron: geoloket Centrale Archeologische Inventaris Er bevinden zich geen gekende archeologische sites in en grenzend aan het plangebied. Dit wil niet zeggen dat er geen archeologisch erfgoed aanwezig is in de bodem, maar enkel dat er nog geen onderzoek naar werd verricht of nog geen archeologische vondsten werden gedaan. Mogelijke effecten Met betrekking tot de discipline archeologie dient vermeld dat het decreet van 30 juni 1993 houdende bescherming van het archeologisch patrimonium, gewijzigd bij decreten van 18 mei 1999, 28 februari 2003, 10 maart 2006, 27 maart 2009 en 18 november 2011, van toepassing is. Bij het aantreffen van archeologisch erfgoed geldt steeds de zorg- en vondstmeldingsplicht, zoals beschreven in artikel 4 en artikel 8 van

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 71 bovenvermeld decreet. Bovendien wordt de adviesvraag bij Onroerend Erfgoed en de verplichting tot het uitvoeren van een archeologische prospectie bij vergunningsaanvragen bepaald via dit archeologiedecreet en via het uitvoeringsbesluit van 5 juni 2009 m.b.t. adviesinstanties bij vergunningsaanvragen3. Planonderdeel 3 is gelegen in een relictzone. Aangezien er als gevolg van de uitvoering van het RUP ten aanzien van de bestaande toestand vrijwel geen wijzigingen zijn, worden er hier geen negatieve effecten verwacht. Ten aanzien van het geldende plan worden er als gevolg van het RUP, dat woongebied omvormt naar een zone voor land- en tuinbouw en park, geen negatieve effecten verwacht. Conclusie Er zijn geen significante negatieve effecten inzake onroerend erfgoed te verwachten naar aanleiding van het RUP.

11.5.11. Effecten inzake ruimtelijke ordening Bestaande toestand De bestaande toestand inzake ruimtelijke ordening wordt gevormd door het geldende gewestplan zoals beschreven onder 4.3.1. Mogelijke effecten Het RUP voorziet in planonderdeel 2 in de realisatie van een kernversterkend inbreidingsproject voor gemeenschapsvoorzieningen en wonen in de woonkern van Hoevenen. Dit project wordt optimaal ingepast in zijn omgeving: de uitbouw van gemeenschapsvoorzieningen sluiten aan bij het bestaande OCMW-gebouw langs de Kerkstraat; het voorzien van een sociaal bouwprogramma met kernversterkende functies; het afwerken van de wijk ten westen van het plangebied door het creëren van een voorkant door middel van een bouwstrook en het aan elkaar verbinden van de twee uiteinden van de Pieter Jozef Tijsmanslaan. Er wordt eveneens een verbinding gemaakt met de Kerkstraat. Dit zorgt voor een optimalisering van de ontsluitingsstructuur van het plangebied en van de wijk en ontlast de Eduard de Beukelaerlaan waar zich de basisschool bevindt, waardoor de verkeersveiligheid er stijgt en er een kiss-and-ride- strook voorzien kan worden.

Het ingenomen agrarisch gebied wordt gecompenseerd door het omvormen van woongebied naar een zone voor land- en tuinbouw en park in een gebied in Stabroek en naar een zone voor park in Hoevenen. In het gebied in Stabroek, di. planonderdeel 3 zorgt de omvorming voor de bestendiging van het aanwezige groen en wordt er een kwalitatieve fiets- en voetgangersdoorsteek gecreëerd. In het deelgebied in Hoevenen, di. planonderdeel 4, wordt door de omvorming het bestaande wijkgroen gevrijwaard van een verdere verkaveling en voorziet het RUP in een kwalitatieve inrichting van dit wijkgroen.

Conclusie Het RUP veroorzaakt eerder positieve effecten inzake ruimtelijke ordening.

3 Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot aanwijzing van de instanties die over een vergunningsaanvraag advies verlenen

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 72 11.5.12. Effecten inzake energie- en grondstoffenvoorraad Bestaande toestand Er zijn geen gekende energie- en grondstoffenvoorraden in het plangebied. Mogelijke effecten De uitvoering van het RUP veroorzaakt geen significante aantasting van de energie- en grondstoffenvoorraden. Conclusie Er zijn geen significante negatieve effecten inzake energie- en grondstoffenvoorraden te verwachten.

11.5.13. Effecten inzake gezondheid en veiligheid van de mens Bestaande toestand Er zijn geen knelpunten gekend inzake gezondheid en veiligheid van de mens in het plangebied. Er bevindt zich geen Seveso-inrichting in of grenzend aan de plangebieden. De hoogdrempelige Seveso-inrichting Indaver bevindt zich op circa 2,2 km van het plangebied van deel-RUP 2: Stabroek, op 3,6 km van plangebied 3: Hoevenen centrum en op 4 km van plangebied 1: Hoevenen zuid. De hoogdrempelige Seveso-inrichting VLS-group bevindt zich op 2,5 km van het plangebied van deel-RUP 2: Stabroek, op 4,5 km van plangebied 3: Hoevenen centrum en op 5 km van plangebied 1: Hoevenen zuid. Mogelijke effecten Er zijn geen effecten te verwachten voor mens-veiligheid. Het RUP laat geen Seveso-inrichtingen toe. Conclusie Er zijn geen significante negatieve effecten inzake gezondheid en veiligheid van de mens te verwachten naar aanleiding van het RUP.

11.5.14. Effecten door de samenhang tussen de disciplines of door interactie met de omgeving Hierna wordt onderzocht in hoeverre er cumulatieve effecten optreden door ofwel de combinatie van verschillende planonderdelen, ofwel door het samengaan van het RUP met andere plannen of ontwikkelingen in de omgeving. Hierbij werden voorgaande analyses geëvalueerd, rekening houdend met de voorgestelde milderende maatregelen.

 ingrepen  2. Hoevenen 3. Stabroek 4. Hoevenen Geheel zuid centrum

Disciplin e bodem - + + 0 water - + + 0 verkeer en mobiliteit 0 0 0 0 geluid 0 0 0 0 licht 0 0 0 0 luchtkwaliteit 0 0 0 0 biodiversiteit, fauna en 0 + + 0 flora onroerend erfgoed 0 0 0 0

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 73 ruimtelijke ordening + + + + energie- en 0 0 0 0 grondstoffenvoorraden gezondheid en 0 0 0 0 veiligheid van de mens Samenhang tussen de 0 0 0 0 disciplines

Legende: / Het plan houdt geen wijziging in t.o.v. het geldend plan en de bestaande toestand 0 Er is geen effect of een zeer minimaal effect voor deze discipline +, ++ Er is een positief of een significant positief effect voor deze discipline -, -- Er is een negatief of een significant negatief effect voor deze discipline

Conclusie Op basis van voorgaande screening kan besloten worden dat de ingrepen geen cumulatieve negatieve effecten veroorzaken.

11.5.15. Beoordeling van grensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten Volgende overwegingen leiden tot het besluit dat er vermoedelijk geen grensoverschrijdende effecten zullen voorkomen: a. het plangebied ligt op meer dan 3 km van de grens met Nederland; b. de dichtstbijzijnde gemeentegrens bevindt zich op ca. 600 m ten oosten van het deel-RUP 2: Hoevenen centrum (grens met de gemeente Kapellen); c. uit voorgaande screening blijkt dat de geplande ingrepen niet van die aard zijn dat significante milieueffecten worden verwacht. 11.6. Besluit Vermits: a. dit gemeentelijk RUP niet van rechtswege plan-MER-plichtig is volgens het besluit van de Vlaamse regering van 10.12.2004; b. dit gemeentelijk RUP ook niet gelegen is in of in de nabijheid van een speciale beschermingszone zodat een passende beoordeling niet vereist is (overeenkomstig art. 4.2.1 van DABM); c. er in alle redelijkheid geoordeeld kan worden dat de effecten van het voorliggende plan op de verschillende ontvangende milieusystemen en op de gezondheid van de mens eerder positief zullen zijn; voldoet dit RUP niet aan de voorwaarden voor plan-MER-plicht. De opmaak van een plan-MER is dus niet noodzakelijk.

. 11.7. Verzoek tot raadpleging

11.7.1. Adviserende instanties De ‘nota onderzoek naar de plan-MER plicht’ van het RUP ‘Schoem’ werd voor advies bezorgd aan volgende instanties:

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 74

Provinciebestuur Departement Dienst Koningin 2018 Antwerpen Ruimtelijke Ruimtelijke Elisabethlei 22 Antwerpen Ordening en Planning Mobiliteit Ruimte t.a.v. Kathelijne Anna Bijns- Lange 2018 Vlaanderen Toebak gebouw Kievitstraat 111- Antwerpen 113 bus 52 Onroerend t.a.v. Marc De Anna Lange 2018 Erfgoed Borgher Bijnsgebouw Kievitstraat 111- Antwerpen Antwerpen 113 bus 52 Agentschap voor Anna Lange 2018 Natuur en Bos Bijnsgebouw Kievitstraat 111- Antwerpen Antwerpen 113 bus 63 Agentschap Afdeling Wonen t.a.v. Hilde Afdelingshoofd Koning Albert II- 1000 Wonen Van den laan 20 bus 7 Brussel Vlaanderen Bosch Departement t.a.v. Filip Graaf de Koning Albert II- 1000 MOW Boelaert Ferrarisgebouw laan 20 bus 2 Brussel Departement Duurzame Anna Lange 2018 Landbouw en landbouwontwi Bijnsgebouw Kievitstraat Antwerpen Visserij kkeling 111/113 bus 71 OVAM Afd Dienst Stationsstraat 2800 Bodembeheer databeheer 110 t.a.v. Natalie Hoffman Waterwegen en Oostdijk 110 2830 Zeekanaal NV

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 75 11.7.2. Aanpassingen naar aanleiding van de adviezen Aanpassingen ten gevolge van de adviezen worden in de nota aangeduid in de kantlijn.

Dienst Ruimtelijke Planning – provincie Antwerpen Advies De provincie vraagt om het “Poldergebied van Stabroek met overgangszone naar de Kempen” op te nemen als aangeduide ankerplaats. Aanpassingen In de toelichtingsnota wordt dit opgenomen onder punt 4.3.9 Ruimtelijke Vlaanderen Advies Voor Ruimte Vlaanderen maakt de screeningsnota een voldoende inschatting van de mileueffecten voor ruimtelijke ordening. Onroerend Erfgoed Antwerpen Advies Onroerend erfgoed Antwerpen heeft geen opmerkingen op de MER-screening Agentschap voor Natuur en Bos Advies Het Agentschap voor Natuur en Bos stelt dat er voldoende werd aangetoond dat er geen aanzienlijke milieueffecten op de aanwezige natuurwaarden zullen veroorzaakt worden en gaat akkoord met de inhoud van de screeningsnota. Agentschap Wonen Vlaanderen Advies Het Agentschap Wonen Vlaanderen is van oordeel dat de mogelijke milieueffecten voor de sector wonen voldoende beschreven zijn in de MER-screening. Departement Landbouw en Visserij Advies Landbouw en Visserij gaat akkoord met de stelling dat het RUP in zijn huidige vorm geen aanzienlijke milieueffecten kan genereren. Ze vragen wel om in overleg te gaan met de betrokken landbouwer en deze te vergoeden voor het verlies aan landbouwareaal. Voor Landbouw en Visserij is onder hogervermelde voorwaarde de opmaak van een plan-MER niet noodzakelijk.

De betrokken landbouwer is reeds vergoed bij de aankoop van betreffende gronden door IGEAN dienstverlening. OVAM Advies Ovam heeft geen opmerkingen op de screeningsnota. Waterwegen en Zeekanaal NV Advies Waterwegen en Zeekanaal gaat akkoord met de conclusie van de MER-screening dat het RUP geen aanzienlijke milieueffecten met zich meebrengt.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 76 Departement Mobiliteit en Openbare werken Advies Het departement besluit dat er inzake verkeer en mobiliteit geen significante effecten te verwachten zijn en dat de opmaak van een plan-MER niet noodzakelijk is. Het departement sluit zich aan bij het advies van AWV dat een bijkomende ontsluiting naar de N114 niet wenselijk is omwille van verkeersveiligheid en doorstroming. Het departement vraagt om te zoeken naar een alternatieve ontsluiting of circulatie voor de geplande woonuitbreiding. Aanpassingen Zoals afgesproken met AWV tijdens de plenaire vergadering zal de gemeente in de E. de Beukelaerlaan en in de nieuwe ontsluitingsweg enkelrichtingsverkeer invoeren.

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Onderzoek naar plan-MER-plicht –oktober 2015 77 Voorlopig goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van

Bij bevel

De Secretaris, De voorzitter van de gemeenteraad Luc Joppen Rik Frans ------Het College van Burgemeester en Schepenen bevestigt dat onderhavig plan ten gemeentehuize werd neergelegd ter inzage van het publiek tijdens het openbaar onderzoek van tot

Bij bevel

De Secretaris, De Burgemeester Luc Joppen Rik Frans ------Definitief goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van

Bij bevel

De Secretaris, De voorzitter van de gemeenteraad Luc Joppen Rik Frans

Gemeente Stabroek: RUP “Schoem” - dossier STA01002 Toelichtingsnota - voorontwerp –oktober 2015 78