Gemeente Boortmeerbeek RUP Zonevreemde recreatie Screening van de Plan-MER-plicht

Gemeente Boortmeerbeek Pastorijstraat 2 3190 Boortmeerbeek

Grontmij Vlaanderen Groot-Bijgaarden, mei 2012

297904_03_screening, revisie c

Verantwoording

Titel : RUP Zonevreemde recreatie

Subtitel : Screening van de Plan-MER-plicht

Projectnummer : 297904

Referentienummer : 297904_03_screening

Revisie : c

Datum : Mei 2012

Auteur(s) : Tin Meylemans, Patrick Roothaer E-mail adres : [email protected]

Gecontroleerd door : Patrick Roothaer

Paraaf gecontroleerd :

Goedgekeurd door : Jochen Ghyssels

Paraaf goedgekeurd :

Contact : Gossetlaan 28-28A B-1702 Groot-Bijgaarden T +32 2 383 06 40 F +32 2 380 36 08 [email protected] www.grontmij.be

297904_03_screening, revisie c

Inhoudsopgave

1 Inleiding ...... 6 1.1 Situering en afbakening van het plangebied...... 6 1.2 Aanleiding tot de opmaak van het RUP ...... 6 1.3 Wijzigingen na de adviesronde ...... 7

2 Bovenlokale planningscontext ...... 9 2.1 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen ...... 9 2.2 Ruimtelijk Structuurplan Vlaams Brabant ...... 10

3 Deelplan 1: Schoubroeckstraat ...... 11 3.1 Ruimtelijke context ...... 11 3.2 Planningscontext ...... 17 3.3 Relatie met het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan ...... 20 3.4 Doelstelling, rijkweidte en detailleringsgraad van het RUP ...... 21 3.5 Aftoetsing plan-MER plicht ...... 25 3.6 Screening van milieueffecten ...... 27 3.7 Externe mensveiligheid ...... 45 3.8 Grensoverschrijdende effecten ...... 45 3.9 Conclusie ...... 46

4 Deelplan 2: Molenheidestraat ...... 47 4.1 Ruimtelijke context ...... 47 4.2 Planningscontext ...... 50 4.3 Relatie met het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan ...... 52 4.4 Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het RUP ...... 54 4.5 Aftoetsing plan-MER plicht ...... 57

297904_03_screening, revisie c

Inhoudsopgave (vervolg)

4.6 Screening van milieueffecten ...... 59 4.7 Externe mensveiligheid ...... 74 4.8 Grensoverschrijdende effecten ...... 74 4.9 Conclusie ...... 75

5 Ontvangen adviezen...... 76 5.1 Advies VMM ...... 76 5.2 Advies Onroerend erfgoed...... 77 5.3 Advies provincie Vlaams-Brabant ...... 77 5.4 Advies OVAM ...... 78 5.5 Advies BLOSO ...... 79 5.6 Advies ANB ...... 79 5.7 Advies Departement LNE ...... 80 5.8 Advies Departement RWO ...... 81

297904_03_screening, revisie c Pagina 4 van 81

Inhoudsopgave (vervolg)

Lijst van de kaarten

Kaart 1: deelplan 1: situering op topokaart...... 11 Kaart 2: deelplan 1: situering op luchtfoto ...... 11 Kaart 3: deelplan 1: gewestplan ...... 17 Kaart 4: deelplan 1: overstromingsgevoelige gebieden en waterlopen ...... 27 Kaart 5: deelplan 1: bodemkaart...... 27 Kaart 6: deelplan 1: hellingenkaart ...... 27 Kaart 7: deelplan 1: erosiegevoelige gebieden ...... 27 Kaart 8: deelplan1: drainageklassen ...... 27 Kaart 9: deelplan 1: grondwaterstromingsgevoelige gebieden ...... 27 Kaart 10: deelplan 1: VEN-gebieden ...... 37 Kaart 11: deelplan 1: habitat- en vogelrichtlijngebieden ...... 37 Kaart 12: deelplan 1: biologische waarderingskaart ...... 37 Kaart 13: deelplan 1: landschapsatlas ...... 42 Kaart 14: deelplan 2: situering op topokaart ...... 47 Kaart 15: deelplan 2: situering op luchtfoto ...... 47 Kaart 16: deelplan 2: gewestplan ...... 50 Kaart 17: deelplan 2: overstromingsgevoelige gebieden en waterlopen ...... 59 Kaart 18: deelplan 2: bodemkaart ...... 59 Kaart 19: deelplan 2: hellingenkaart ...... 59 Kaart 20: deelplan 2: drainageklassen ...... 59 Kaart 21: deelplan 2: grondwaterstromingsgevoelige gebieden...... 59 Kaart 22: deelplan 2: biologische waarderingskaart ...... 67 Kaart 23: deelplan 2: landschapsatlas ...... 69 Kaart 24: deelplan 2: beschermde landschappen, stads- en dorpsgezichten ...... 69 Kaart 25: deelplan 2: landbouwwaarderingskaart...... 72

297904_03_screening, revisie c Pagina 5 van 81

1 Inleiding

1.1 Situering en afbakening van het plangebied 1.2 Aanleiding tot de opmaak van het RUP

Het RUP behandelt twee afzonderlijke plangebieden in de gemeente Het chirolokaal en het lokaal van de KWB in de Schoubroeckstraat werden Boortmeerbeek. Het eerste deelplan betreft een kleine cluster van opgetrokken in een zone die volgens het (later vastgestelde) gewestplan recreatieve voorzieningen met o.a. de lokalen van de Chiro Antonius natuurgebied is. De gemeente wenst deze lokalen correct te zoneren, Boortmeerbeek in de Schoubroeckstraat, het tweede deelplan is de zodat de continuïteit van deze voorzieningen er kan worden verzekerd. voormalige camping Tip in de Molenheidebaan. Zie Figuur 1 voor de situering van de twee deelplannen. De vroegere camping Tip ligt in een zone bestemd door het Provinciaal RUP ‘Permanent Wonen’ als openluchtrecreatieve verblijven. Dit beperkt Deelplan 1 ligt op een kleine 900 meter ten noorden van het station en het sterk de mogelijkheden tot een nieuwe functie voor het terrein. Als gevolg centrum van Boortmeerbeek. De afbakening van dit deelplan betreft het daarvan ligt het terrein er, sinds het faillissement van camping Tip, verlaten perceel van de chiro, het naast gelegen speelplein en het perceel met de en troosteloos bij. Het terrein staat reeds lang te koop. Het is duidelijk dat infrastructuur van de KWB1 Boortmeerbeek, beperkt tot het gedeelte buiten er geen interesse is om op deze site, naast camping Trianon, opnieuw een het woongebied op het gewestplan. De oppervlakte van het plangebied is camping op te starten. De gemeente wenst de mogelijkheden voor de 1,2ha. herinvulling van dit terrein te verruimen door ook overdekte recreatieve functies mogelijk te maken. Zo wordt opnieuw meer aangesloten bij het Deelplan 2 is het domein van de voormalige camping Tip. De vroegere oorspronkelijke gewestplan dat het terrein bestemde als recreatiegebied in Camping Tip ligt langs de Molenheidebaan, tegenover het recreatiedomein de ruime zin. Hofstade en op 3,5 km van het station in Boortmeerbeek (vogelvlucht). De Molenheidebaan is de verbinding tussen de E19 en de Leuvensesteenweg. De oppervlakte van het plangebied is 2,5ha.

1 Kristelijke Werknemersbeweging

297904_03_screening, revisie c Pagina 6 van 81

Inleiding

1.3 Wijzigingen na de adviesronde

Het onderzoek tot m.e.r. werd voor advies voorgelegd aan diverse instanties. Voor de selectie van de adviserende instanties deed de initiatiefnemer een beroep op de Dienst BGP. De verschillende adviezen zijn opgenomen in bijlage.

Tijdens deze adviesprocedure werd beslist om de procedure tot opmaak van een gemeentelijk RUP voor het deelplan ‘Molenheidebaan’ stop te zetten. De screening voor dit deelplan vervalt.

Voor het deelplan Schoubroeckstraat werden naar aanleiding van de adviezen enkele wijzigingen aan de nota aangebracht. Deze wijzigingen zijn gemarkeerd zoals in onderstaand voorbeeld:

Wijzigingen na de adviesronde.

297904_03_screening, revisie c Pagina 7 van 81

Figuur 1: Situering

297904_03_screening, revisie c Pagina 8 van 81

2 Bovenlokale planningscontext

2.1 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen Doelstellingen vanuit het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen zijn: x het vrijwaren van het buitengebied voor essentiële functies: een Boortmeerbeek maakt deel uit van het stedelijk netwerk van de Vlaamse dynamische en duurzame ontwikkeling wordt gegarandeerd zonder het Ruit. De ontwikkelingsperspectieven voor de Vlaamse Ruit mogen er functioneren van de structuurbepalende functies van het buitengebied echter niet toe leiden dat het stedelijk netwerk wordt gelijkgesteld met één aan te tasten; grootstedelijk gebied. Binnen de Vlaamse Ruit moet tot een ruimtelijke x het tegengaan van versnippering van het buitengebied door afstemming worden gekomen tussen enerzijds de verschillende groot-, bebouwing en infrastructuren; regionaal- en kleinstedelijke gebieden en anderzijds de x het bundelen van de ontwikkelingen in de kernen van het buitengebiedgemeenten (i.e. Boortmeerbeek). De inplanting van nieuwe buitengebied; activiteiten moet – conform het principe van gedeconcentreerde bundeling x het inbedden van landbouw, natuur en bos in goed gestructureerde – de bestaande stedelijke en economische structuur als basis nemen. gehelen, waarbij de natuurlijke en landbouwstructuur elkaar kunnen Complementair hieraan is het aangewezen het buitengebiedbeleid in de overlappen. Vlaamse Ruit veeleer aan te scherpen dan af te zwakken. x het bereiken van een gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit in het

buitengebied: integraal waterbeheer, rivier- en beekvalleien, het Boortmeerbeek is tevens gelegen in het buitengebied. Dat is het gebied landbouweconomisch systeem en de agrarische structuur, de waarin de open, onbebouwde ruimte overweegt. Elementen van nederzettingsstructuur en de karakteristieke landschapselementen en - bebouwing, woningen of bedrijfsgebouwen, en infrastructuren, zoals componenten (diversiteit / herkenbaarheid); wegen of nutsvoorzieningen, die functioneel (wonen, verplaatsen, dienstverlening, …) met de open ruimte verbonden zijn, maken er ook deel x het op elkaar afstemmen van de ruimtelijke ordening en het van uit. De ruimtelijke structuur van het buitengebied wordt bepaald door milieubeleid op basis van het fysische systeem; de natuurlijke structuur, de agrarische structuur, de nederzettingsstructuur x het bufferen van de natuurfunctie in het open gebied. en de infrastructuur. Afhankelijk van de wisselwerking tussen deze diverse structuren krijgen we een ander beeld, een ander specifiek landschap. De ruggengraat van dit landschap vormt het fysische systeem.

297904_03_screening, revisie c Pagina 9 van 81

Bovenlokale planningscontext

2.2 Ruimtelijk Structuurplan Vlaams Brabant Een woonkern staat in voor de opvang en het bundelen van de plaatselijke woonbehoefte. Het wonen is hier prioritair ten opzichte van andere Boortmeerbeek ligt in de deelruimte Verdicht Netwerk. Het is naast een functies. stedelijk netwerk vooral een netwerk bestaande uit verschillende ruimtelijke fragmenten, waaraan de provincie telkens een eigen identiteit De N26 van tot de N267 in Boortmeerbeek is geselecteerd als wenst te verlenen. Daarin is Boortmeerbeek ondergebracht in het secundaire weg type I, waarmee men aanduidt dat dit hoofdzakelijk een subgebied Leuven – – Brussel. Hier wordt er meer ingezet op verbinding op bovenlokaal niveau is. een multimodale ontsluiting via de spoorweg en het water, om de N26 te ontlasten. De concentratie van een zone voor grootschalige kleinhandel Op vlak van toerisme en recreatie wil de provincie watergebonden langs de N26 moet de verdere verspreiding langsheen deze as tegengaan. toerisme en recreatie langsheen kanalen en rivieren stimuleren. Het Het kernwoord is verdichting. Door een intensiever ruimtegebruik kan de kanaal Leuven-Mechelen werd daarom ook aangeduid als gebundeld zone beter gestructureerd worden. lijnelement. Het is een belangrijke hoofddrager van bestaande en potentiële recreatieve activiteiten, die ingezet wordt als verbinding tussen Het subgebied ‘Mechelen-Leuven-Brussel’ kan uitgroeien tot een toeristisch-recreatieve netwerken. De aandacht gaat uit naar de kwaliteit aantrekkelijke woonomgeving. Het doorgroend karakter van de kernen en de belevingswaarde van het lijnelement en zijn directe omgeving. moet bewaard blijven en versterkt worden. De provincie verkiest Het domein Hofstade is een hoogdynamische attractiepool in de provincie. kleinschalige projecten, geïntegreerd in het bestaande weefsel. Het RSVB voorziet dat er hier een ontwikkeling van hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur mogelijk is. De open ruimte in Boortmeerbeek wordt bepaald door het netwerk van rivier- en beekvalleien, met name het benedenstrooms gedeelte van de Verder is de Dijle een belangrijke rivier in de drager van de natuurlijke Dijlevallei waar Boortmeerbeek deel van uitmaakt en dat geselecteerd is structuur. In het noordwesten van de provincie zijn de Dijle en de als rivierduinlandschap; de grondgebonden land- en tuinbouw die een Molenbeek structurerend voor de natuurlijk clusters. zekere natuurwaarde heeft en het kanaal Leuven-Dijle geselecteerd als landschappelijk baken, omdat deze een oriëntatiefunctie binnen het landschap betekent. Boortmeerbeek behoort tot de natuurkernen langs de Dijle, die geselecteerd werden als natuurverbindingsgebied.

Boortmeerbeek wordt geselecteerd als hoofddorp, de andere kernen (-station, Hever en Schiplaken) worden ondergebracht onder de categorie woonkern. Het hoofddorp Boortmeerbeek dient hoofdzakelijk de dynamiek (wonen, lokale bedrijvigheid, voorzieningen) op te nemen. Het RSVB stelt het richtcijfer van 767 wooneenheden in Boortmeerbeek voorop voor de periode 1992-2007. De problematiek van het permanent wonen in tweede verblijven wordt ook aangepakt in het RSVB.

297904_03_screening, revisie c Pagina 10 van 81

3 Deelplan 1: Schoubroeckstraat

3.1 Ruimtelijke context Figuur 2: Schets ruimtelijke context chirolokalen Schoubroeckstraat Kaart 1: deelplan 1: situering op topokaart Kaart 2: deelplan 1: situering op luchtfoto

3.1.1 Beschrijving van de omgeving

Het plangebied is gelegen aan de doodlopende Schoubroeckstraat. Deze straat bestaat uit twee delen. Het eerste deel is een verharde weg, van zuid naar noord, aansluitend op de Bergstraat. Via deze Bergstraat bereikt men vlot het centrum van Boortmeerbeek. Het tweede deel is een doodlopende onverharde weg in oost-west richting, aansluitend op het verharde deel. De lokalen van de chiro en de KWB liggen langs het onverharde gedeelte.

In de omgeving is de open ruimte structurerend. Daarbij kan een onderscheid gemaakt worden tussen beide kanten van het verharde deel van de Schoubroeckstraat. Het deel ten oosten is een hoofdzakelijk open landschap met akkers en weiden, doorkruist door de Weesbeek / Molenbeek en diverse lineaire groenstructuren op de perceelsranden. Het westelijk deel is een meer gesloten landschap, met veel bosfragmenten afgewisseld met enkele weilanden. Het sluit aan bij een groter bosgebied ten noorden. Tussen de bosfragmenten liggen enkele grote vijvers, waarvan één gebruikt wordt als recreatieve visvijver.

297904_03_screening, revisie c Pagina 11 van 81

Langs het verharde gedeelte van de Schoubroeckstraat strekt zich een Op het aldus afgebakende plangebied staan 2 gebouwen: het chirolokaal woonlint uit in noordelijke richting. Het woonlint bestaat uit vrijstaande en het lokaal van de KWB. eengezinswoningen. De scoutslokalen (jeugdverblijf Kalleberg) maken deel uit van dit lint. Ze staan ter hoogte van de aftakking van het De infrastructuur van de chiro bestaat uit een gebouw waarin ze onverharde deel van de straat. beschikken over een keuken, wasplaats, toiletten waarvan 1 voor mindervaliden en 8 lokalen. Buiten het gebouw is er een overdekte Langs het onverharde gedeelte van de straat bevinden zich, vanaf de buitenruimte en een container die dient als opslag voor spelmateriaal. Het scoutslokalen, achtereenvolgens het lokaal van de KWB, een grasveld gebouw van ongeveer 250 m² heeft 1 bouwlaag met een zeer licht hellend (vroeger voetbalveld), het terrein en lokaal van de chiro en drie woningen. zadeldak. De ruimte tussen het gebouw en de weg is aangelegd als Ter hoogte van de meest westelijke woning gaat de straat over in een smal kiezelstrook. onverhard wandelpad dat uitkomt op de Heverbaan. Het gebouw van de KWB heeft een grondoppervlakte van ongeveer 160 Ten zuiden van het plangebied, naarmate men het centrum nadert, neemt m². Ook dit gebouw heeft slechts één bouwlaag en een licht hellend dak. de bebouwing toe. De bebouwing bestaat vooral uit woningen in open, De ruimte tussen het gebouw en de weg is aangelegd in grind. halfopen en een aantal in gegroepeerde bebouwing (met 3 à 4 woningen naast elkaar). De bebouwing concentreert zich langs de wegen. Naar het Beide gebouwen liggen op ongeveer 70 meter van elkaar. Het gebouw van centrum toe, kruist men de spoorlijn Leuven-Mechelen. de KWB sluit dan ook meer aan bij de scoutslokalen. De afstand tussen beiden bedraagt ongeveer 30 meter. Het chirolokaal staat op haar beurt op ongeveer 40 meter van de meest nabije woning ten westen. 3.1.2 Beschrijving van het plangebied De onbebouwde delen van het plangebied bestaan uit open weides en De afbakening van het eerste plangebied betreft het perceel van de chiro, grasvelden en uit bos. Het chiroterrein is voor ongeveer 40% begroeid met het naast gelegen grasplein en het perceel met de infrastructuur van de bomen. Dit bebost gedeelte bevindt zich ten noorden van het chirolokaal scouts en de KWB Boortmeerbeek, beperkt tot het gedeelte buiten het en sluit aan bij het meer noordelijk gelegen bosfragment rondom de woongebied op het gewestplan. Dit betekent dat de gebouwen en vijvers. De rest van het terrein is open grasvlakte, gebruikt als speelweide. terreinen van de scouts, die gelegen zijn in woongebied, niet tot het plangebied behoren. Op het terrein is de grens tussen het terrein van de Langs de zuidelijke grens van het plangebied bevindt zich een onverharde KWB en het terrein van de scouts echter niet duidelijk te trekken. Beide weg. Deze weg ontsluit het KWB-lokaal en het chirolokaal maar ook de 3 verenigingen maken gebruik van hetzelfde perceel. De grens van het verderop gelegen woningen. In feite is dit geen officiële weg maar een gewestplan valt dan ook niet samen met een perceelsgrens. Omdat de erfdienstbaarheid (zie juridische toestand). infrastructuur van de scouts gelegen is in woongebied is ze niet zonevreemd. Er is dan ook geen reden om deze infrastructuur op te nemen in het RUP.

297904_03_screening, revisie c Pagina 12 van 81

BOORTMEERBEEK

Legende RUP zonevreemde recreatie zone Schoubroekstraat grens RUP

kaart 01: topografische kaart datum: november 2011 ° Grontmij schaal: 1/5.000

P:\297904\G\GIS\Kaarten BOORTMEERBEEK

Legende RUP zonevreemde recreatie zone Schoubroekstraat grens RUP

kaart 02: luchtfoto datum: november 2011 ° Grontmij schaal: 1/5.000

P:\297904\G\GIS\Kaarten Deelplan 1: Schoubroeckstraat

Figuur 3: Fotoreportage

Chiro gebouw Speelweide van de chiro en KWB gebouw op Gebouw van de KWB Boortmeerbeek en de achtergrond speelweide

Chiro gebouw Onverhard gedeelte van de Schoubroekstraat Gebouw van de KWB Boortmeerbeek

297904_03_screening, revisie c Pagina 15 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

3.1.3 Beknopte historiek betekent dat het lokaal ook wordt verhuurd door het Centrum voor Jeugdtoerisme voor weekends en in de zomervakantie voor bivaks. Het De vroegere eigenares (Smeraldy) van de gronden heeft deze ter gebouw wordt dus meervoudig gebruikt voor verschillende sociale en beschikking gesteld aan de dekenij van Haacht, op voorwaarde dat ze recreatieve activiteiten. zouden aangewend worden voor voorzieningen voor jeugd of cultuur. De schenking verklaart de aanwezigheid van verschillende voorzieningen bij De activiteiten van de chiro en het jeugdtoerisme zijn vergelijkbaar qua elkaar: de chiro, de scouts, de KWB en het vroegere voetbalveld tussen de omvang van het aantal deelnemers. Belangrijk om te vermelden is dat KWB en de chiro. De scoutslokalen liggen in woongebied. De lokalen van beide activiteiten complementair zijn in de tijd. Er is dus nooit een ‘dubbele’ de chiro en de KWB zijn zonevreemd. De terreinen zijn nog steeds bezetting. Hierdoor blijven de activiteiten steeds kleinschalig en eigendom van de dekenij van Haacht. laagdynamisch.

De Chiro Sint-Antonius Boortmeerbeek of Jeugdheem ‘Smeraldy’ is sinds circa 1960 op de huidige locatie actief. In (vermoedelijk) 1968 werd het 3.1.4.2 KWB lokaal gebouwd. In eerste instantie was het een houten lokaal, gebouwd door de chiroleden zelf. Later werden betonnen gevels en het dak De KWB is een socio-culturele vereniging, gericht op het bieden van aangebracht. Het gebouw van de KWB werd opgericht in 1971 en bleef ontmoetingskansen voor iedereen in de lokale gemeenschap, door het sindsdien zo goed als ongewijzigd. organiseren van diverse laagdrempelige en kleinschalige activiteiten. Hierbij staan de vorming en ontplooiing van de deelnemers door een zinvolle en creatieve invulling van de vrije tijd centraal. Ter illustratie 3.1.4 Profiel van de bestaande activiteiten enkele typische activiteiten die in het lokaal georganiseerd worden: x kooklessen, Binnen het plangebied zijn 2 verenigingen actief: de chiro en de KWB. Het x computerlessen, gebouw van de chiro is tevens een erkende jeugdverblijfplaats. x kaarttornooi, x wandel- en fietstochten,

3.1.4.1 Chiro en jeugdverblijf x citytrips en daguitstappen.

De KWB heeft ongeveer 100 actieve leden. De afgelopen jaren bleef het De chiro heeft ongeveer 100 actieve leden. De activiteiten die er doorgaan ledenaantal stabiel. Per jaar gaan er ongeveer 30 à 35 samenkomsten zijn voornamelijk de chiro-activiteiten op zondagnamiddagen. Gemiddeld door in het lokaal. Gemiddeld zijn er 30 à 40 personen per activiteit. zijn er elke week zo’n 75 leden aanwezig. De leden zijn zowel van in als Daarnaast worden ook heel wat activiteiten op verplaatsing georganiseerd. van buiten de gemeente afkomstig. Over de laatste jaren is het aantal leden gestegen. Het lokaal wordt niet verhuurd of ter beschikking gesteld van andere

verenigingen. Verder is het gebouw in het kader van het decreet ‘Toerisme voor allen’ erkend door de Vlaamse Overheid als jeugdverblijfscentrum type A. Dit

297904_03_screening, revisie c Pagina 16 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

3.2 Planningscontext buurtweg, maar bestaat wel op het terrein en is aangeduid als het “Drie Toren wandelpad”. Kaart 3: deelplan 1: gewestplan Figuur 4: Uittreksel uit de atlas der buurt- en voetwegen 3.2.1 Bovenlokale structuurplannen

Zie hoofdstuk 2.

3.2.2 Juridische context

3.2.2.1 Bestemmingsplannen en ruimtelijke uitvoeringsplannen

Boortmeerbeek behoort tot het gewestplan Leuven, vastgesteld bij KB van 07-04-1977 en BVR van 23-06-1998. Op het gewestplan is het plangebied aangeduid als natuurgebied.

3.2.2.2 Verkavelingen

Binnen het plangebied zijn er geen goedgekeurde niet-vervallen verkavelingen.

3.2.2.3 Wegen en water

Er stromen geen gecategoriseerde of niet-gecategoriseerde waterlopen doorheen het plangebied. De meest nabije waterloop is de Weesbeek (Molenbeek), een waterloop van categorie 1, die deel uitmaakt van het Dijlebekken. Ze stroomt ongeveer 100 meter ten oosten van het Bron: provincie Vlaams-Brabant plangebied. Het is de bedoeling van de gemeente om het onverharde gedeelte van de In het plangebied ligt geen openbare wegenis. De ontsluiting van de site Schoubroeckstraat in openbaar eigendom te brengen. De gemeente heeft gebeurt volledig via erfdienstbaarheden. In het plangebied zijn er geen hiervoor een rooilijnplan voorlopig vastgesteld. De rooilijnbreedte is 5,00 buurt- of voetwegen opgenomen in de atlas der buurt- en voetwegen. Het meter. De weg zal niet worden verhard. Het voorlopig vastgestelde noord-zuid gerichte deel van de Schoubroeckstraat is buurtweg nr. 50 met rooilijnplan verlegt het wandelpad richting Heverbaan in noordelijke een atlasbreedte van 3,3 meter. De verbinding voor langzaam verkeer richting. Hierdoor zal de Schoubroeckstraat voor wandelaars en fietsers tussen de weg langs het chiro lokaal en de Heverbaan is ook geen officiële verbonden worden met voetweg nr. 49, links te zien op Figuur 4 en via

297904_03_screening, revisie c Pagina 17 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

deze voetweg verder naar de Heverbaan. De rooilijnbreedte van deze 3.2.4 Landschapsatlas verbinding is 3,30 meter. Het plangebied bevindt zich in de relictzone ‘Dijlevallei stroomafwaarts 3.2.2.4 Beschermingen en klasseringen Leuven’. De ankerplaats ‘Dijlevallei tussen Mechelen en Rijmenam’ grenst aan de noordelijke rand van het plangebied. Er zijn geen beschermde monumenten, landschappen of dorpsgezichten in het plangebied of de omgeving. Er zijn evenmin beschermingszones voor grondwaterwinning op oppervlaktewaterwingebieden in of nabij het plangebied.

Het plangebied ligt in een VEN-gebied, benoemd als de ‘Dijlevallei tussen Boortmeerbeek en Mechelen’. Het type gebied is een “grote eenheid natuur”.

3.2.2.5 Recht van voorkoop

Het plangebied ligt in de verkoopperimeter van Vlaamse en erkende natuurreservaten en van een VEN-gebied. De begunstigde in beide gevallen is de VLM.

3.2.2.6 Leegstand en verwaarlozing

In het plangebied bevinden zich geen leegstaande en/of verwaarloosde gebouwen.

3.2.3 Bouwkundig erfgoed

Er is geen geïnventariseerd bouwkundig erfgoed in het plangebied noch in de omgeving.

297904_03_screening, revisie c Pagina 18 van 81

0701 0701

0701

0901 0100

0900 0100 0701 0100

0900

0100

0500

0900

0100 0200

0105 0101

Legende BOORTMEERBEEK grens RUP RUP zonevreemde recreatie 0100- woongebied zone Schoubroekstraat 0101- woongebied met kultureel, historische en/of esthetische waarde 0105- woonuitbreidingsgebied kaart 03: gewestplan 0200- gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut datum: november 2011 0500- parkgebieden 0701- natuurgebied ° 0900- agrarische gebieden Grontmij schaal: 1/5.000 0901- landschappelijk waardevolle gebieden P:\301306\G\GIS\Kaarten Deelplan 1: Schoubroeckstraat

3.3 Relatie met het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan x groene inrichting en zo nodig buffering van de recreatieve voorzieningen (sportvelden, jeugdlokalen en –terreinen ,..) en de 3.3.1 Visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Boortmeerbeek campings.

Het plangebied ligt op de grens tussen de deelruimte rastergebied en de De uitdaging van het gemeentelijk recreatief beleid situeert zich deelruimte Dijlevallei. Voor deze laatste deelruimte wordt vooral gestreefd voornamelijk in het rastergebied, met als focus het gebied tussen de naar het behoud en het herstel van de natuurlijke en landschappelijke spoorlijn en Leuvensesteenweg. waarde. In de noordelijke en zuidelijke open ruimte wordt recreatief medegebruik Het hoofddorp Boortmeerbeek wordt ondergebracht in de deelruimte enkel toegelaten waar ze de hoofdfunctie (landbouw of natuur) niet rastergebied. Het hoofddorp vormt het zwaartepunt op het vlak van wonen, schaadt. handel, diensten en voorzieningen. Nieuwe woonprojecten, handelsvestigingen, diensten en voorzieningen worden dan ook zoveel als mogelijk binnen het hoofddorp Boortmeerbeek gerealiseerd. 3.3.3 Specifieke gewenste ontwikkeling voor de jeugd- en verenigingslokalen in de Schoubroekstraat De voornaamste doelstellingen op het vlak van recreatie, zijn de ontwikkeling van een kwalitatieve en goed gelokaliseerde infrastructuur De gemeente wenst de jeugd- en verenigingslokalen op hun huidige voor jeugd- en sportverenigingen op schaal van de gemeente en de locatie te behouden en wil op de terreinen de nodige ontwikkeling van recreatieve en functionele paden, in aansluiting en als ontwikkelingsmogelijkheden geven voor de uitwerking van een verfijning op het provinciale fietsnetwerk. natuurvriendelijke jeugdontmoetingsplaats. Ze wenst de volgende ontwikkelingsperspectieven te hanteren: x het bestendigen van de bestaande lokalen voor jeugdwerking en 3.3.2 Toeristisch-recreatieve structuur verenigingsleven; x de bestemming en inrichting van de omliggende terreinen tot speelbos De gemeente Boortmeerbeek zal haar toeristisch-recreatief beleid steunen en activiteitenweide voor jongeren met beperkte accommodatie, op de volgende principes: x de reservatie en ontwikkeling van een bufferstrook tegen het x laagdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur, in verhouding tot aanpalende natuurgebied om aantasting van het kwetsbare de draagkracht van de omgeving, natuurgebied te vermijden. x afstemming op de doelstellingen voor de respectievelijke deelruimtes, x kwaliteitsvolle en recreatieve infrastructuur in of aan de rand van de De gemeente zal de mogelijkheden van de voorzieningen op hun huidige woonomgeving, locatie binnen het RUP zonevreemde recreatie verder onderzoeken. x de ontwikkeling van veilige trage padennetwerken als belangrijke recreatieve voorzieningen

297904_03_screening, revisie c Pagina 20 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

3.4 Doelstelling, rijkweidte en detailleringsgraad van het RUP De ruimtelijke visie steunt op volgende principes: x Kleinschalig en laagdynamische situatie 3.4.1 Aanleiding tot opmaak van het RUP x Infrastructuur bundelen x Natuurvriendelijke ontmoetingsplaats voor jeugd en cultuur Het chirolokaal en het lokaal van de KWB in de Schoubroeckstraat werden opgetrokken in een zone die volgens het (later vastgestelde) gewestplan 3.4.2.1 Kleinschalige en laagdynamische situatie natuurgebied is. De gemeente wenst deze lokalen correct te zoneren, zodat de continuïteit van deze voorzieningen er kan worden verzekerd. Het perceel is vandaag op een kleine oppervlakte bebouwd. Deze verhouding bebouwde ruimte/onbebouwde ruimte moet in de toekomst Bovendien heeft Vlaams-Brabant een zeer beperkt aanbod aan erkende behouden blijven. Daarom worden verbouwingen of het herbouwen van de jeugdverblijfscentra. Dit is nog recent objectief vastgesteld in het ‘Actieplan constructies toegelaten binnen het bestaande bouwvolume. De bebouwde Jeugdverblijven’ dat in 2010 werd voorgelegd aan de Vlaamse Regering. ruimte kan slechts onder bepaalde voorwaarden beperkt verhoogd Beleidsmatig wordt er dan ook op alle niveaus op gestuurd om, zeker in de worden. De open ruimte kan worden gebruikt en/of ingericht als provincie Vlaams-Brabant, meer dergelijke verblijven te ontwikkelen. Dit is grasvelden, weiden of bosjes met recreatief medegebruik. Door de een belangrijke sociaal-maatschappelijke motivatie om het bestaande infrastructuur kleinschalig te houden, wordt ook de dynamiek beperkt. Zo is chirolokaal en jeugdverblijfscentrum duurzaam als dusdanig te verankeren er geen gevaar voor overschrijding van de ruimtelijke draagkracht van de op de bestaande site. natuurlijke omgeving. Het laagdynamisch karakter weerspiegelt zich ook in de mobiliteit. De inrichting van de site staat niet in functie van de toegankelijkheid met de auto maar streeft naar een bijna exclusieve 3.4.2 Doelstellingen en reikwijdte van het RUP bereikbaarheid voor langzaam verkeer.

Het RUP is beperkt tot het plangebied zoals afgebakend op de kaarten. De 3.4.2.2 Infrastructuur bundelen afbakening van het plangebied betreft het perceel van de chiro, het naast gelegen grasplein en het perceel met de infrastructuur van de scouts en de Om de natuurlijke omgeving in de toekomst zo veel mogelijk te vrijwaren, KWB Boortmeerbeek, beperkt tot het gedeelte buiten het woongebied op is het aangewezen de gebouwen en verharde oppervlaktes te beperken. het gewestplan. Dit betekent dat de gebouwen en terreinen van de scouts, Het bundelen van de nodige voorzieningen in 1 gebouw vermijdt een die gelegen zijn in woongebied, niet tot het plangebied behoren. verdere versnippering van de open ruimte. Verharde oppervlaktes worden tot een strikt minimum beperkt. Het toepassen van speciale technieken De chiro heeft geen uitbreidingsbehoefte, noch op korte, noch op lange kunnen het groen karakter beter bewaren. Voorbeelden zijn het gebruik termijn. Het gebouw voldoet qua oppervlakte en beschikbare ruimte. Wel van grasdallen of ‘gewapend gras’. Toegangs- en ontsluitingsinfrastructuur dringen zich op termijn renovatie of moderniseringswerken op. De KWB moet om die redenen worden aangelegd in open verharding. Uitzondering heeft naar eigen zeggen geen nood aan uitbreidingen of bijkomende is de ontsluitingsweg (aangeduid met overdruk), die mag aangelegd infrastructuur. Ook op lange termijn wordt geen andere behoefte voorzien worden in half-open verharding om occasioneel gemotoriseerd verkeer toe dan verder gebruikmaken van het huidige lokaal. te laten.

297904_03_screening, revisie c Pagina 21 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

Bijkomend kan gezocht worden naar het gedeeltelijk bundelen van 3.4.2.4 Ruimtelijke concepten jeugdinfrastructuur in de omgeving via het voorzien van gemeenschappelijke infrastructuur voor scouts en chiro. Voorbeelden zijn De ruimtelijke visie op de gewenste ontwikkeling van het plangebied wordt een gemeenschappelijk gebruik van fietsenstalling, speelweide (tussen vertaald in volgende ruimtelijke concepten: beide in gelegen), keuken, opslagruimte. Bijkomende infrastructuur kan enkel ingeplant worden op het terrein van de scouts. Dit is geïntegreerd in Bundelen van de bebouwing het bebouwingslint en ligt ook in de bestemmingszone woongebied. Er wordt gekozen voor een 3.4.2.3 Natuurvriendelijke ontmoetingsplaats voor jeugd en cultuur aansluiting van de bebouwing bij de weg om een verdere Er wordt gestreefd naar een synergie tussen natuur en de sociale versnippering van de ruimte en aspecten. De natuur blijft de hoofdfunctie en de recreatie, educatie of het groen te vermijden. Er wordt cultuur zijn nevenactiviteiten, met respect voor de natuurlijke omgeving. Dit een bouwzone van 25 meter langs maakt deze infrastructuur anders dan een gelijkaardige functie die de weg aan de zuidelijke bijvoorbeeld in een dorpscentrum gevestigd is. plangrens voorzien. Dit betekent x meer activiteiten die buiten doorgaan in elk seizoen (t.o.v. een dat het KWB-gebouw kan jeugdbeweging in het centrum v Boortmeerbeek) behouden blijven op dezelfde x er wordt geen parking voorzien, er wordt verondersteld dat kinderen plaats of kan herbouwd worden op een plaats die beter aansluit bij de met de fiets komen of dat de ouders hun kinderen verderop afzetten met de auto. weg. x bij de inrichting van de omgeving wordt er uitgegaan van het behoud van de bestaande bomen. Beperking bouwvolume x de infrastructuur kan ook dienen voor natuureducatieve functies, inclusief verhuur van de lokalen en faciliteiten aan verenigingen of Het is niet de bedoeling de strook instanties uit deze sector. van 25 meter volledig te bebouwen. Integendeel, de Op de site wordt gestreefd naar een menging van verschillende socio- bebouwing wordt beperkt tot de culturele activiteiten, steeds onder voorwaarde dat ze kleinschalig en huidige bouwvolumes. Beperkte laagdynamisch zijn en de ruimtelijke draagkracht niet overschrijden. De uitbreidingen zijn enkel mogelijk oorspronkelijke filosofie achter de schenking van de gronden blijft onder strikte voorwaarden (zie bewaard. verder).

297904_03_screening, revisie c Pagina 22 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

Ontsluiting langs zuidelijke 3.4.3.1 Bestemmingsvoorschriften rand De toegelaten bestemmingen worden algemeen omschreven als de Het plan voorziet een instandhouding, de ontwikkeling en het herstel van de natuur, het natuurlijk reservatiestrook voor de milieu en bos. Recreatief, educatief en socio-cultureel medegebruik zijn ontsluiting langs de zuidelijke rand ondergeschikte functies. De hoofdbestemming van het gebied wijzigt dus van het gebied en occasioneel niet. gemotoriseerd verkeer. Voor zover de ruimtelijk-ecologische draagkracht van het gebied niet overschreden wordt, zijn de volgende werken, handelingen en wijzigingen eveneens toegelaten: x het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur voor het al dan niet toegankelijk maken van het gebied voor recreatief, educatief of socio- cultureel medegebruik, waaronder het aanleggen, inrichten of uitrusten

van paden voor niet-gemotoriseerd verkeer; Behoud groen en natuur x het herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande openbare wegen en nutsleidingen. Het behoud van het bestaande In de bestaande gebouwen zijn jeugdactiviteiten, jeugdverblijven, groen als één geheel is een educatieve functies of socio-culturele functies toegelaten. prioriteit. Natuur blijft de hoofdbestemming. Recreatief, 3.4.3.2 Inrichtingsvoorschriften educatief en socio-cultureel medegebruik zijn ondergeschikte Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de functies en enkel toegelaten in de ontwikkeling, de instandhouding en het herstel van de natuur, het natuurlijk bestaande bouwvolumes. milieu, bos en van de landschapswaarden zijn toegelaten.

De beide bestaande gebouwen kunnen behouden blijven. Verbouwingen en herbouw op dezelfde plaats zijn toegelaten voor zover het bestaande volume niet toeneemt. Het is ook toegelaten bestaande gebouwen of constructies te herbouwen binnen het bestaande volume op een andere plaats, voor zover het herbouwde volume zich bevind binnen een afstand 3.4.3 Detailleringsgraad van het RUP van 25 meter vanaf de zuidelijke plangrens.

Binnen het plangebied wordt één zone voorzien voor natuur met recreatief, Het uitbreiden van bestaande gebouwen en constructies is enkel educatief en/of socio-cultureel medegebruik. Er gelden specifieke vergunbaar indien dit noodzakelijk is omwille van milieuvoorwaarden, voorschriften voor de bestaande bebouwing binnen deze zone. gezondheidsredenen of infrastructurele behoeften verbonden aan de

297904_03_screening, revisie c Pagina 23 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

werking van een erkende, gesubsidieerde of gefinancierde educatieve of 3.4.4 Mogelijke alternatieven socio-culturele instelling, van een erkende jeugdvereniging of van een erkend jeugdverblijfscentrum. 3.4.4.1 Locatiealternatieven

Tussen de weg en de gebouwen mag toegangs- en De chiro en de KWB bevinden zich op een terrein achter de ontsluitingsinfrastructuur worden aangelegd. Hiervoor mogen enkel open scoutsgebouwen. De drie voorzieningen vormen samen een cluster van verhardingen worden gebruikt. Open verhardingen bestaan uit losse kleinschalige recreatieve en socio-culturele functies op lokaal niveau. De materialen zoals grind, dolomiet of boomschors. Ook begroeide activiteiten van de chiro en de KWB zijn zonevreemd, deze van de scouts verhardingen zoals grasdallen of grindgras worden ingedeeld bij de open niet. Het herlokaliseren van de zonevreemde activiteiten wordt niet als een verhardingen. Open verhardingen zijn waterdoorlatend. redelijk alternatief beschouwd omwille van volgende redenen: x Uit de historiek blijkt dat het om een historisch gegroeide situatie gaat. 3.4.3.3 Reservatiezone De infrastructuur dateert van voor het gewestplan. De aard van de activiteiten is verbonden met de randvoorwaarden bij de schenking van Op plan wordt in overdruk een strook voor ontsluitingsweg aangeduid. de gronden door de vroegere eigenaar. Deze strook valt samen met de bestaande erfdienstbaarheid. Binnen de x Het behoud van de huidige activiteiten op de huidige locatie geeft strook is tevens toegelaten om wegenis voor gemotoriseerd verkeer aan te uitvoering aan de richtinggevende bepalingen van het gemeentelijk leggen. De weg heeft een breedte van 5,00 meter. ruimtelijk structuurplan. x De bundeling van activiteiten is een troef van deze locatie. Ook de Constructies binnen de overdrukzone worden aangelegd in open of half- wisselwerking met de natuur heeft een educatieve waarde voor het open verharding. Gesloten verhardingen zijn niet toegelaten. publiek.

Half-open verhardingen zijn verhardingen met voegen. Kleinere vaste elementen zoals kasseien, tegels of klinkers worden tegen elkaar gelegd. 3.4.4.2 Inrichtingsalternatieven Half-open verhardingen zijn in principe waterdoorlatend. Dit is echter afhankelijk van de voegvulling, de breedte van de voegen en de Volgende redelijke inrichtingsalternatieven werden overwogen maar na doorlaatbaarheid van de funcering. Half-open verhardingen worden enkel afweging niet weerhouden: toegelaten indien ze waterdoorlatend zijn. x Bundeling van de bebouwing langs de grens van het woongebied. Hierbij zou enkel bebouwing kunnen gerealiseerd ter hoogte van het KWB gebouw. Deze inplanting vergt een extra ontsluiting in de diepte van het perceel, waardoor meer ruimte nodig is voor extra ontsluitingsinfrastructuur in plaats van de bestaande weg (erfdienstbaarheid) optimaal te benutten. Dit zou ook betekenen dat de chiro moet worden verplaatst. Dit is geen duurzame noch haalbare optie. Hoewel in dit alternatief de voorzieningen beter gebundeld worden, blijven de verder westelijk gelegen woningen voor een zekere

297904_03_screening, revisie c Pagina 24 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

versnippering van de open ruimte zorgen waardoor de meerwaarde bijlagen 1 en 2 aan het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december van het maximaal bundelen van de voorzieningen relatief beperkt is. 2004 en de omzendbrief LNE 2011/1 van 22 juli 2011 . De activiteiten die Het alternatief wordt niet verder overwogen. binnen het planologisch kader van het RUP zullen kunnen gerealiseerd worden, vallen hier niet onder. 3.4.4.3 Nulalternatief In het plangebied liggen geen speciale beschermingszones. Het In het nulalternatief wordt geen RUP opgemaakt en blijft het gewestplan plangebied grenst aan het habitatrichtlijngebied ‘Bossen van het van kracht. Voor de bestaande gebouwen gelden de basisrechten zoals zuidoosten van de zandleemstreek’ (gebiedscode BE2300044). Het gebied vastgelegd in de VCRO. Verbouwingen blijven mogelijk. Herbouw en bevat geen prioritaire habitats. (beperkte) uitbreidingen zijn echter niet toegelaten in kwetsbare gebieden. Het plan heeft betrekking op een klein gebied op lokaal niveau. Het plan De basisrechten geven onvoldoende uitvoering aan de richtinggevende voorziet slechts een kleine wijziging ten opzichte van de bestaande bepalingen van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan waarbij ‘de geplande toestand die bovendien geen reële wijziging tot gevolg zal gemeente de jeugd- en verenigingslokalen op hun huidige locatie wenst te hebben van de bestaande effectieve toestand op het terrein. Het plan behouden en op de terreinen de nodige ontwikkelingsmogelijkheden wil voorziet in het behoud van de bestemming natuurgebied en beoogt geven voor een natuurvriendelijke jeugdontmoetingsplaats’. bijkomend de bestendiging van de bestaande activiteiten in de bestaande gebouwen. De gebouwen zijn kleinschalig waardoor ook de dynamiek van Het nulalternatief wordt om die reden niet weerhouden. de activiteiten in de gebouwen beperkt is.

Uitbreiding van de gebouwen is enkel mogelijk indien dit noodzakelijk is 3.5 Aftoetsing plan-MER plicht omwille van milieuvoorwaarden, gezondheidsredenen of infrastructurele behoeften verbonden aan de werking van een erkende, gesubsidieerde of 3.5.1 DABM van toepassing gefinancierde educatieve of socio-culturele instelling, van een erkende jeugdvereniging of van een erkend jeugdverblijfscentrum. Omwille van de Een ruimtelijk uitvoeringsplan vormt het kader voor het toekennen van zeer strikt voorwaarden waaronder een uitbreiding kan worden toegelaten, stedenbouwkundige vergunningen. Het RUP valt dus onder de definitie kan worden aangenomen dat eventuele uitbreidingen niet gepaard zullen van een plan of programma zoals gedefinieerd in het Decreet houdende gaan met een toenemende dynamiek. Uitbreidingen, louter omwille van de Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid (DABM). een schaalvergroting van de toegestane activiteiten, zijn in elk geval uitgesloten.

3.5.2 Project-m.e.r.-plicht De aard van de toegelaten activiteiten zorgen niet voor een hoge dynamiek in het plangebied, noch in het aangrenzende habitatgebied. De De project-m.e.r.-plicht wordt afgetoetst op basis van het besluit van de toegelaten activiteiten zijn jeugdactiviteiten, jeugdverblijven, educatieve Vlaamse Regering houdende vaststelling van de categorieën van functies of socio-culturele functies. Het betreft lokale functies die enkel projecten onderworpen aan milieueffectenrapportage, meer bepaald de worden toegelaten in de gebouwen. Omwille van de kleinschaligheid van

297904_03_screening, revisie c Pagina 25 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

de bebouwing en het verbod op uitbreidingen (uitgezonderd in de Omwille van bovenstaande argumenten kan in alle redelijkheid worden hierboven vermelde specifieke omstandigheden) zal de dynamiek van de aangenomen dat de realisatie van het plan geen betekenisvolle effecten toegelaten activiteiten beperkt blijven. Educatieve en socio-culturele zal hebben op de speciale beschermingszone waardoor een passende functies zijn daarenboven te beschouwen als laagdynamische activiteiten. beoordeling niet nodig is.

Omdat de jeugdactiviteiten, jeugdverblijven, educatieve functies of socio- culturele functies enkel worden toegelaten in de bestaande gebouwen, 3.5.3 Conclusie blijft de afstand tussen deze functies en het habitatgebied bewaard. De gebouwen bevinden zich op 45 meter afstand van het habitatgebied. De Deelplan 1 van dit RUP is gezien het bovenstaande screeningsgerechtigd. tussenruimte blijft bestemd als natuurgebied en vormt een extra buffer tussen de functies en activiteiten in de gebouwen en het habitatgebied.

Ter hoogte van de zuidelijke plangrens voorziet het RUP de mogelijkheid voor een ontsluitingsweg. Deze weg zal enkel dienen voor de ontsluiting van de functies in het plangebied en van 3 verder westelijk gelegen woningen. De weg bevindt zich 60 à 80 meter ten zuiden van de rand van het habitatgebeid. Deze ontsluiting gebeurt nu via een erfdienstbaarheid. Er ontstaat geen verbinding voor gemotoriseerd verkeer tussen de Schoubroeckstraat en de Heverbaan. De bestaande gebouwen en woningen bevinden zich tussen de weg en het habitatgebied. Er zullen dus geen negatieve effecten ontstaan ten gevolge van bijkomend doorgaand gemotoriseerd verkeer.

297904_03_screening, revisie c Pagina 26 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

3.6 Screening van milieueffecten Figuur 5: Uittreksel uit de kaart van de overstromingsgebieden in Vlaanderen (AGIV) 3.6.1 Bodem en water

Kaart 4: deelplan 1: overstromingsgevoelige gebieden en waterlopen Kaart 5: deelplan 1: bodemkaart Kaart 6: deelplan 1: hellingenkaart Kaart 7: deelplan 1: erosiegevoelige gebieden Kaart 8: deelplan1: drainageklassen Kaart 9: deelplan 1: grondwaterstromingsgevoelige gebieden

3.6.1.1 Waterhuishouding

Er stromen geen gecategoriseerde of niet-gecategoriseerde waterlopen doorheen het plangebied. De meest nabije waterloop is de Weesbeek (Molenbeek), een waterloop van 1ste categorie, die deel uitmaakt van het Dijlebekken. Ze stroomt ongeveer 100 meter ten oosten van het plangebied. Ruim 200 meter ten noordwesten van het gebied stroomt de Dambeek, een waterloop van 3e categorie. Het effectief overstromingsgevoelige gebied reikt tot aan de noordelijke grens van het plangebied en blijft ten oosten van de Molenbeek. Een klein gedeelte van het plangebied is mogelijk overstromingsgevoelig.

De bodem in het plangebied bestaat hoofdzakelijk uit ‘vochtig zand antropogeen’ en ‘droog zand antropogeen’, waar het chirogebouw zelf staat. De noordelijke plangrens is tevens de grens met natte klei. De bodem in het plangebied is infiltratiegevoelig, de natte klei ten noorden niet.

De hellingen zijn beperkt binnen het plangebied. Ten noordwesten van het chirogebouw helt het terrein wat sterker af naar de Dambeek. De erosiegevoelige gebieden bevinden zich daar waar de hellingen het sterkst zijn.

297904_03_screening, revisie c Pagina 27 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

De drainageklasse van de grond varieert van noord naar zuid van matig Elk bouwproject moet voldoen aan de gewestelijke en provinciale droge gronden naar droge gronden. verordeningen ter zake. Resterend hemelwater wordt bij voorkeur gebufferd op het terrein waarna het gecontroleerd wordt afgevoerd naar Aan de noordelijke grens is er een overgang naar zeer natte gronden. Dit een gracht of beek. uit zich ook in de kaart van de grondwaterstromingsgevoelige gebieden. Het plangebied zelf is matig gevoelig voor grondwaterstroming, terwijl er Bovendien moet bebouwing steeds voldoen aan de gewestelijke en ten noorden een zeer hoge gevoeligheid waargenomen wordt. provinciale verordeningen betreffende hemelwaterputten en afkoppeling van hemelwater. Het besluit van de Vlaamse regering van 1 oktober 2004 Uit deze gegevens kunnen we concluderen dat het plangebied zich net houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige aan de grens tussen twee verschillende soorten gronden bevindt: enerzijds verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, aan de noordelijke plangrens een natte grond, waar er ook een buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater overstromingsrisico is en anderzijds een drogere grond waar het water bevat minimale voorschriften voor de lozing van niet-verontreinigd makkelijker infiltreert binnen het plangebied zelf. Er is geen hemelwater, afkomstig van verharde oppervlakken. Het algemeen overstromingsrisico binnen het plangebied zelf. uitgangsprincipe hierbij is dat hemelwater in eerste instantie zoveel mogelijk gebruikt wordt. In tweede instantie moet het resterende gedeelte Het RUP laat recreatieve en socio-culturele activiteiten toe in van het hemelwater worden geïnfiltreerd of gebufferd, zodat in laatste medegebruik, naast de hoofdfunctie natuur, maar steeds onder instantie slechts een beperkt debiet vertraagd wordt afgevoerd. Ook de voorwaarde dat ze laagdynamisch zijn en worden gebundeld. plaatsing van de overloop van de hemelwaterput en de infiltratievoorziening dient aan dit principe te beantwoorden (Art 2 van het Een toename van de verharding is niet toegestaan ten eerste om de besluit). natuurlijke omgeving te vrijwaren, ten tweede om versnippering van de open ruimte te vermijden en tot slot om de aanleg en gebruik van De provincie Vlaams-Brabant heeft provinciale stedenbouwkundige gemeenschappelijke infrastructuur tussen de chiro en scouts aan te verordeningen die gelden voor heel Vlaams-Brabant: moedigen. x Afkoppeling verharde oppervlakten van 7 juni 2005 (BS 24 augustus 2005); Het ligt niet in de bedoeling van het gemeentebestuur om de huidige x Afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken van 7 juni 2005 steenslagverharding van de Schoubroekstraat te vervangen door een (BS 24 augustus 2005). meer duurzame verharding.

Het RUP laat eveneens niet toe dat de bebouwing uitbreidt, omdat de huidige gebouwen voldoen aan de behoeften. Het RUP houdt dus het behoud van de huidige verhouding bebouwde / onbebouwde oppervlakte in.

297904_03_screening, revisie c Pagina 28 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

3.6.1.2 Zoneringsplan 3.6.1.3 Mogelijke bodemverontreiniging

Volgens het zoneringsplan van de VMM ligt het plangebied van het RUP in Volgens de gegevens van OVAM zijn er in het plangebied geen individueel te optimaliseren buitengebied. In het gedeelte van de verontreinigde of potentieel verontreinigde bodems. De gemeente is Schoubroekstraat ter hoogte van de lokalen van de chiro en de KWB en de officieel niet op de hoogte van enige vervuiling op het terrein van de Chiro naast gelegen woningen werd recent een DWA-leiding aangelegd. Deze en KWB. Bij de bouwwerken van de naastgelegen scoutslokalen is wel droogweerafvoer is aangesloten op een RWZI. aan het licht gekomen dat op dit perceel in het verleden een stortplaats voor huishoudelijke afvalstoffen aanwezig was. Op de plaats van de Een RWA-leiding (regenwaterafvoer) werd niet voorzien omdat er in de nieuwbouw van de scoutslokalen is het terrein gesaneerd. Verder omgeving voldoende afvloeiing naar grachten en vijvers aanwezig is. onderzoek is er niet verricht.

De voorschriften van het RUP voorzien dat indien een gebouw niet 3.6.1.4 Conclusie aangesloten is op een riolering, de vergunningsaanvraag voor herbouwen of uitbreiden afhankelijk wordt gemaakt van de aanleg van een installatie Rekening houdend met de specifieke kenmerken van de bodem in het voor het behandelen van afvalwater of van het realiseren van een gebied en de gewenste ontwikkeling worden er geen aanzienlijke effecten dergelijke aansluiting. op de bodem of het water verwacht.

297904_03_screening, revisie c Pagina 29 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

Figuur 6: Zoneringskaart VMM figuur 7: Register van verontreinigde gronden

Bron: geoloket VMM Bron: OVAM

297904_03_screening, revisie c Pagina 30 van 81

Legende BOORTMEERBEEK

grens RUP RUP zonevreemde recreatie Niet overstromingsgevoelig zone Schoubroekstraat Effectief overstromingsgevoelig Mogelijk overstromingsgevoelig kaart 04: overstromingsgevoelige gebieden

Bevaarbaar datum: november 2011 Geklasseerd, eerste categorie ° Geklasseerd, tweede categorie Grontmij schaal: 1/5.000 Geklasseerd, derde categorie Niet geklasseerd P:\297904\G\GIS\Kaarten Legende grens RUP BOORTMEERBEEK 01. Antropogeen RUP zonevreemde recreatie 04. Vochtig zand zone Schoubroekstraat 05. Droog zand 07. Vochtig zand antr 08. Droog zand antro 09. Nat zandleem kaart 05: bodemkaart 10. Vochtig zandleem datum: november 2011 15. Natte klei 16. Vochtige klei ° 17. Droge klei Grontmij 18. Natte Zware Klei schaal: 1/5.000

27. Landduin P:\297904\G\GIS\Kaarten Legende BOORTMEERBEEK RUP zonevreemde recreatie grens RUP zone Schoubroekstraat < 0,5% 0,5% - 5% kaart 06: hellingenkaart 5% - 10% datum: november 2011 > 10% ° Grontmij schaal: 1/5.000

P:\297904\G\GIS\Kaarten Legende BOORTMEERBEEK RUP zonevreemde recreatie grens RUP zone Schoubroekstraat Niet erosiegevoelig Erosiegevoelig kaart 07: erosiegevoelige gebieden datum: november 2011 ° Grontmij schaal: 1/5.000

P:\297904\G\GIS\Kaarten d

d

d

d

e

c d f d c

d d f d d

e c d d

b

c

d

d b d

d d c

c

Legende BOORTMEERBEEK

grens RUP RUP zonevreemde recreatie zone Schoubroekstraat niet bepaald droge gronden (b) kaart 08: drainageklassen matig droge gronden (c) datum: november 2011 matig natte gronden (d) natte gronden (e) ° Grontmij zeer natte gronden (f) schaal: 1/5.000

P:\297904\G\GIS\Kaarten BOORTMEERBEEK

Legende RUP zonevreemde recreatie zone Schoubroekstraat grens RUP

Zeer gevoelig voor grondwaterstroming (type 1) kaart 09: grondwaterstromingsgevoelige gebieden Matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2) datum: november 2011 Weinig gevoelig voor grondwaterstroming (type 3) ° Grontmij schaal: 1/5.000

P:\297904\G\GIS\Kaarten Deelplan 1: Schoubroeckstraat

3.6.2 Fauna en flora gepaard zullen gaan met een toenemende dynamiek. Uitbreidingen, louter omwille van een schaalvergroting van de toegestane activiteiten, zijn in elk Kaart 10: deelplan 1: VEN-gebieden geval uitgesloten. Kaart 11: deelplan 1: habitat- en vogelrichtlijngebieden Kaart 12: deelplan 1: biologische waarderingskaart De aard van de toegelaten activiteiten zorgen niet voor een hoge dynamiek in het VEN-gebied. De toegelaten activiteiten zijn 3.6.2.1 Beschermde gebieden jeugdactiviteiten, jeugdverblijven, educatieve functies of socio-culturele functies. Het betreft lokale functies die enkel worden toegelaten in de In het plangebied liggen geen speciale beschermingszones. Het gebouwen. Omwille van de kleinschaligheid van de bebouwing en het plangebied grenst aan het habitatrichtlijngebied ‘Bossen van het verbod op uitbreidingen (uitgezonderd in de hierboven vermelde specifieke zuidoosten van de zandleemstreek’ (gebiedscode BE2300044). Het gebied omstandigheden) zal de dynamiek van de toegelaten activiteiten beperkt bevat geen prioritaire habitats. Er wordt geen significante impact op het blijven. Educatieve en socio-culturele functies zijn daarenboven te habitatgebied verwacht. Voor de motivatie hieromtrent verwijzen we naar § beschouwen als laagdynamische activiteiten. 3.5.2. Ter hoogte van de zuidelijke plangrens voorziet het RUP de mogelijkheid Het plangebied ligt bijna volledig in een VEN-gebied “De Dijlevallei tussen voor een ontsluitingsweg. Deze weg zal enkel dienen voor de ontsluiting Boortmeerbeek en Mechelen”. Het KWB-gebouw ligt net buiten het VEN- van de functies in het plangebied en van 3 verder westelijk gelegen gebied. woningen. Deze ontsluiting gebeurt nu via een erfdienstbaarheid. Er ontstaat geen verbinding voor gemotoriseerd verkeer tussen de Het plan heeft betrekking op een klein gebied op lokaal niveau. Het plan Schoubroeckstraat en de Heverbaan. Er ontstaan dus geen negatieve voorziet slechts een kleine wijziging ten opzichte van de bestaande effecten ten gevolge van bijkomend doorgaand gemotoriseerd verkeer. geplande toestand die bovendien geen reële wijziging tot gevolg zal hebben van de bestaande effectieve toestand op het terrein. Het plan Omwille van bovenstaande argumenten kan in alle redelijkheid worden voorziet in het behoud van de bestemming natuurgebied en beoogt aangenomen dat de realisatie van het plan geen betekenisvolle effecten bijkomend de bestendiging van de bestaande activiteiten in de bestaande zal hebben op het VEN-gebied. gebouwen. De gebouwen zijn kleinschalig waardoor ook de dynamiek van de activiteiten in de gebouwen beperkt is. 3.6.2.2 Waardevolle gebieden Uitbreiding van de gebouwen is enkel mogelijk indien dit noodzakelijk is omwille van milieuvoorwaarden, gezondheidsredenen of infrastructurele De biologische waarderingskaart toont dat een gedeelte van het zuur behoeften verbonden aan de werking van een erkende, gesubsidieerde of eikenbos binnen het plangebied, aansluitend op de natuurlijke omgeving gefinancierde educatieve of socio-culturele instelling, van een erkende rond de Dambeek, “biologisch zeer waardevol” is. Het perceel, begroeid jeugdvereniging of van een erkend jeugdverblijfscentrum. Omwille van de met ‘aanplant van Grove den met ondergroei van struiken en bomen’, ten zeer strikte voorwaarden waaronder een uitbreiding kan worden zuiden van het plangebied is aangeduid als “biologisch waardevol”. Het toegelaten, kan worden aangenomen dat eventuele uitbreidingen niet plangebied zelf is voor het overgrote deel biologisch minder waardevol.

297904_03_screening, revisie c Pagina 37 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

Het plan doet geen ingrepen in de zones die waardevol zijn en houdt 3.6.2.4 Conclusie voldoende garanties in op het behoud van waardevolle delen van de natuurlijke omgeving. Gezien de ligging in beschermde gebieden is het noodzakelijk geen uitbreiding van de activiteiten toe te staan om de natuurlijke waarde in de Het gebied ten noorden van het plangebied is op de biologische toekomst te vrijwaren. Het behoud van de huidige schaal en dynamiek is waarderingskaart aangeduid als faunistisch belangrijk gebied. De wel toegestaan. Het RUP houdt genoeg garanties in om deze afbakening van dit gebied valt grotendeels samen met de begrenzing van doelstellingen te bereiken en leidt niet tot de inname of wijziging van het habitatgebied BE2300044. Voor de mogelijke impact op het faunistisch waardevolle vegetatie. belangrijk gebied gelden daarom dezelfde conclusies als voor deze op het habitatgebied. We kunnen daarom stellen dat de uitvoering van het plan geen significante effecten zal hebben op fauna en flora.

3.6.2.3 Ontwikkelingen

Het RUP laat geen bijkomende bebouwde noch verharde oppervlakte toe. Verschillende maatregelen worden genomen met de bedoeling de impact op de natuurlijke omgeving zoveel mogelijk te beperken (laagdynamische activiteiten en mobiliteit, bundelen van infrastructuur).

De voorschriften van het RUP voorzien dat indien een gebouw niet aangesloten is op een riolering, de vergunningsaanvraag voor herbouwen of uitbreiden afhankelijk wordt gemaakt van de aanleg van een installatie voor het behandelen van afvalwater of van het realiseren van een dergelijke aansluiting. In het eerste geval zou er dus lokaal een kleine zuiveringsinstallatie moeten worden aangelegd. Omdat er in de Schoubroekstraat recent een DWA-leiding is aangelegd, die is aangesloten op een RWZI, kunnen de gebouwen in het plangebied echter worden aangesloten op deze leiding en is er geen gevaar voor aantasting van het natuurlijk milieu ten gevolge van het lozen van (vervuild) afvalwater.

297904_03_screening, revisie c Pagina 38 van 81

BOORTMEERBEEK

Legende RUP zonevreemde recreatie zone Schoubroekstraat grens RUP Ven kaart 10: VEN-gebieden datum: november 2011 ° Grontmij schaal: 1/5.000

P:\097904\G\GIS\Kaarten BOORTMEERBEEK

Legende RUP zonevreemde recreatie zone Schoubroekstraat grens RUP Habitatrichtlijnen kaart 11: habitat- en vogelrichtlijngebieden datum: november 2011 ° Grontmij schaal: 1/5.000

P:\297904\G\GIS\Kaarten BOORTMEERBEEK Legende grens RUP RUP zonevreemde recreatie zone Schoubroekstraat biologisch minder waardevol complex van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen

complex van biologisch minder waardevolle, waardevolle en zeer waardevolle elementen kaart 12: biologische waarderingskaart complex van biologisch minder waardevolle en zeer waardevolle elementen datum: november 2011 biologisch waardevol complex van biologisch waardevolle en zeer waardevolle elementen ° biologisch zeer waardevol Grontmij schaal: 1/5.000

P:\297904\G\GIS\Kaarten Deelplan 1: Schoubroeckstraat

3.6.3 Landschap en erfgoed natuurgebied. De bestaande bebouwing kan behouden blijven en slechts onder zeer strikte voorwaarden beperkt uitbreiden. Kaart 13: deelplan 1: landschapsatlas Omwille van dezelfde redenen kan gesteld worden dat er geen significante Er zijn geen beschermde landschappen, monumenten of dorpsgezichten impact te verwachten valt op de structuur- en relatiekenmerken van het binnen het plangebied of in de omgeving ervan. De uitvoering van het plan landschap. zal dus geen impact hebben op beschermde gehelen. Herbouwen kan enkel op dezelfde plaats of binnen een strook van 25 Het plangebied bevindt zich in de relictzone ‘Dijlevallei stroomafwaarts meter langs de weg aan de zuidelijke rand van het plangebied. Het Leuven’. Het landschap van deze relictzone bezit nog alle ingrediënten van eventueel herbouwen van de bestaande bebouwing op een andere plaats het oorspronkelijke oude rivierenlandschap met o.a. dijken, verlandde zal leiden tot een betere bundeling van de bebouwing langs deze verlaten meanders, waterrijke hooi- en graasweiden, broekbosjes, ontsluitingsweg. naaldhoutaanplantingen, houtkanten. Deze elementen vormen één schilderachtig geheel. Het is een vrij gesloten valleigebied met relatief Figuur 8: Ferraris kaart (deelplan 1) weinig verstoring. In de beemden liggen een aantal paleo-meanders van de Dijle. Zoals in de meeste beemdenlandschappen werden tal van beemden omgezet in bos (vnl. populieraanplantingen). Typisch ter hoogte van Boortmeerbeek is het soms dicht netwerk aan meidoornhagen. De beleidswenselijkheden voor deze relictzone zijn het consolideren van het landschap mits de afbouw van de populieraanplantingen, het behoud van het gesloten valleikarakter en het vrijwaren van verdere bebouwing.

De ankerplaats ‘Dijlevallei tussen Mechelen en Rijmenam’ grenst aan de noordelijke rand van het plangebied. Typisch voor deze ankerplaats is het kleinschalige rivierlandschap, waar weilanden en broekbosjes elkaar afwisselen en talrijke visuele schermen als houtwallen, bomenrijen en hagen de geslotenheid benadrukken. De Dijle vormt met haar dijken en oude meanders een belangrijk ruimtelijk-structurerend element in het geheel.

De uitvoering van het RUP zal geen significant negatieve impact hebben op de essentiële kenmerken van de relictzone, noch van de aangrenzende ankerplaats. Het gaat om een kleine wijziging en een beperkt plangebied. In eerste instantie beoogt het RUP de bestendiging van de bestaande situatie. Het grootste deel van het plangebied blijft bestemd als

297904_03_screening, revisie c Pagina 42 van 81

"

"

"

Dijlevallei tussen Mechelen en Rijmenam Dijle-vallei stroomafwaarts Leuven

Watermolen "

BOORTMEERBEEK Legende RUP zonevreemde recreatie zone Schoubroekstraat grens RUP " puntrelict kaart 13: landschapsatlas ankerplaats datum: november 2011 relictzone ° Grontmij schaal: 1/5.000

P:\297904\G\GIS\Kaarten

" Deelplan 1: Schoubroeckstraat

Op basis van de Ferrariskaart verwachten we geen bijzonder opzichte van de open ruimte. Naarmate men zich verder van de straat archeologisch erfgoed. De Bergstraat en Schoubroeckstraat bestonden verwijderd neemt de natuur en de open ruimte de overhand. wel al. Vooral op de kruising van beide straten was er al bebouwing aanwezig. Eén geïsoleerde woning ter hoogte van de huidige De uitvoering van het plan zal bijgevolg geen significante effecten hebben scoutsgebouwen langs de Schoubroeckstraat bestond ook al. Deze kaart op de ruimtelijke ordening, aangezien er weinig tot geen veranderingen laat weliswaar niet toe om conclusies te trekken betreffende mogelijke mogelijk zijn in de bebouwing en het gebruik van de ruimte binnen het archeologische sporen uit andere periodes. Als we echter rekening houden plangebied. met de aard van de toegelaten activiteiten en de sterke beperkingen op de bouwmogelijkheden, zullen er geen omvangrijke ondergrondse 3.6.5 Mobiliteit constructies of ingrijpende grondwerken mogelijk zijn. Er is dan ook geen significante invloed te verwachten op eventueel aanwezig archeologisch De site zal in de eerste plaats toegankelijk zijn voor niet-gemotoriseerd erfgoed. verkeer. Er wordt vanuit gegaan dat het plangebied vooral bereikbaar is voor voetgangers en fietsers om een werkelijke synergie tussen natuur en

de sociale aspecten te creëren. Een verbinding voor zachte weggebruikers Er kan geconcludeerd worden dat de uitvoering van het RUP geen is mogelijk via de Schoubroeckstraat, en in een latere fase ook vanaf de significante impact zal hebben op het landschap en het erfgoed. Heverbaan via een oude buurtweg. Er wordt een ontsluitingsweg voor

3.6.4 Ruimtelijke ordening gemotoriseerd verkeer toegelaten in een beperkte zone binnen het plangebied. Deze weg is doodlopend en zal dus geen ander verkeer

aantrekken dan het bestemmingsverkeer. Dit verkeer wordt niet enkel De hoofdfunctie van het plangebied blijft natuurgebied. De waarde van de veroorzaakt door de recreatieve functies maar ook door de woningen die natuurlijke omgeving werd onder fauna en flora aangetoond. De bestaande zich nog iets verder langs dezelfde weg bevinden. functies en constructies blijven behouden in dezelfde verhouding als de huidige. Daarmee blijven deze ook in de toekomst ondergeschikt aan de Er zijn gemiddeld 75 leden per week aanwezig. Deze komen van zowel in functie ‘natuur’. als buiten de gemeente. Een raming van het verkeer kan gemaakt worden

op basis van het ‘Vademecum Duurzaam Parkeerbeleid’2. Daaruit blijkt dat Kleine wijzigingen aan het gebouw of de plaats van het gebouw zijn voor het motief ‘ontspanning, sport en cultuur’ in Vlaams Brabant 39% toegelaten, maar zonder dat het bouwvolume kan uitbreiden. De autobestuurder en 33% autopassagier is. In het specifiek geval van dit voetafdruk van de bebouwing zal nooit de huidige overschrijden. deelplan komt dit neer op ca. 29 autobestuurders en ca. 25

autopassagiers. Men kan veronderstellen dat gezien de aard van de Het verbod op uitbreiding zet aan tot gemeenschappelijk gebruik van activiteiten in de Schoubroekstraat, het aantal autobestuurders aanzienlijk bepaalde infrastructuren en functies, die gedeeld kunnen worden tussen lager zal liggen dan 29. de twee verenigingen binnen het plangebied, maar ook buiten het plangebied (scouts). 2 We gebruiken de cijfers omtrent modale verdeling uit Tabel 11 De ruimtelijke samenhang blijft zijn logica behouden op een iets grotere (Gemiddeld aantal verplaatsingen per dag voor het motief ontspanning, schaal. Langs de straat neemt de bebouwing relatief meer plaats in ten sport en cultuur: p. 18) uit Bijlage 2: Parkeerkencijfers.

297904_03_screening, revisie c Pagina 44 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

Het doodlopende gedeelte wordt enkel occasioneel gebruikt voor 3.7 Externe mensveiligheid leveringen aan de KWB of chiro. De bewoners van de achterliggende woningen maken dagelijks gebruik van deze weg, maar het gaat hier enkel In het plangebied zijn geen Seveso-inrichtingen aanwezig. Het RUP maakt over 3 woningen. in het plangebied de inrichting ervan niet mogelijk. De afstand tot het dichtstbijzijnde hoge drempel Seveso-bedrijf is 8 km. Het parkeren is verboden in het plangebied, ook in de zone voor de ontsluitingsweg. Parkeren zal dus in de Schoubroeckstraat moeten plaats vinden. Er zijn een 10-tal parkeerplaatsen voorzien voor de scouts- Figuur 9: Seveso inrichtingen gebouwen.

De realisatie van het plan brengt geen negatieve effecten met zich mee op het gebied van mobiliteit.

3.6.6 Disciplines licht, lucht en geluid

Op het terrein is geen grote lichtinfrastructuur aanwezig, waaruit we kunnen besluiten dat de lichthinder beperkt is. De realisatie van het plan zal geen bijkomende lichthinder betekenen: de activiteiten en bebouwing zijn kleinschalig en dit blijft behouden in het RUP.

De huidige noch de toekomstige toegestane activiteiten zijn luchtvervuilend.

Binnen het plangebied worden verschillende activiteiten georganiseerd voor de jongeren in open lucht. Dit veroorzaakt potentieel geluidshinder voor de omwonenden. Gezien de ligging aan de noordelijke rand van Boortmeerbeek, valt deze hinder te relativeren en is er enkel potentiële Bron: www.lne.be hinder voor een beperkt aantal bewoners. De clustering van gelijkaardige socio-culturele activiteiten (chiro en scouts) zorgt ook voor een beperkte geografische zone waar er eventueel geluidshinder ervaren kan worden. 3.8 Grensoverschrijdende effecten

De geluidshinder voor fauna is beperkt, aangezien de activiteiten Er zijn geen grensoverschrijdende effecten te verwachten. toegestaan door het RUP kleinschalig blijven.

297904_03_screening, revisie c Pagina 45 van 81

Deelplan 1: Schoubroeckstraat

3.9 Conclusie

Het ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Zonevreemde recreatie’ Deelplan 1 geeft uitvoering aan de noodzaak vanuit de gemeente recreatieve en socio- culturele activiteiten te kunnen organiseren op de site in synergie met de natuur.

Deze doelstelling wordt uitgewerkt in nauwe relatie tot de omgeving en de specifieke karakteristieken en bestaande ruimtelijke invulling van het plangebied. Dit leidt tot een invulling als natuurgebied met recreatief, educatief en/of socio-cultureel medegebruik. De voorschriften leiden in eerste instantie tot de instandhouding en ontwikkeling van het natuurlijk milieu. In tweede instantie wordt het recreatief gebruik van de site mogelijk gemaakt indien de activiteiten en bijhorende bebouwing de ruimtelijke draagkracht niet overstijgen.

De potentiële negatieve effecten van de instandhouding van de huidige activiteiten op de omgeving worden op die manier beperkt. Dit wordt ook aangetoond in de screening.

297904_03_screening, revisie c Pagina 46 van 81

4 Deelplan 2: Molenheidestraat

4.1 Ruimtelijke context sport- en recreatiedomein, maar in de directe omgeving van de voormalige camping Tip, is het voornamelijk het bos dat het uitzicht bepaalt. Kaart 14: deelplan 2: situering op topokaart Kaart 15: deelplan 2: situering op luchtfoto Figuur 10: Schets ruimtelijke context Camping Tip

4.1.1 Beschrijving van de omgeving

Het plangebied ligt langs de Molenheidebaan, aan de rand van de kern Schiplaken. De Molenheidebaan is de verbindingsweg tussen de E 19 en de Leuvensesteenweg. De site van de voormalige camping situeert zich op ongeveer 450 meter van het kanaal Leuven-Dijle en ligt tegenover het provinciaal domein van Hofstade.

De omgeving tussen de Molenheidebaan en de Goorbeek kenmerkt zich door een afwisseling van woonzones en campings. De privéwoningen zijn voornamelijk langs de Molenheidebaan ingeplant. Een vijftal woningen ligt tussen de vroegere camping Tip en camping Trianon in. Ten zuiden van de Goorbeek bestaat de bebouwde omgeving meer en meer uit verkavelingen. De overheersende typologieën zijn de open en de halfopen bebouwing.

De omgeving heeft een sterk groen karakter. Ten noordoosten grenst het plangebied aan een ingesloten bosfragment. Aan de overkant van de Molenheidebaan strekt zich het recreatiedomein Hofstade uit. Het is een

297904_03_screening, revisie c Pagina 47 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 13

297904_03_screening, revisie c Pagina 48 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 15: deelplan 2: situering op luchtfoto

297904_03_screening, revisie c Pagina 49 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.1.2 Beschrijving van het plangebied De bedoeling is dat de terreinen zich ontwikkelen tot kwalitatieve kampeerterreinen in relatie tot het domein Hofstade. Hierbij moet De camping Tip wordt niet meer uitgebaat. De camping is opgeruimd en vermeden worden dat deze campings op termijn verkaveld worden voor de de terreinen zijn momenteel verlaten. De vroegere wegen- en bouw van individuele weekendverblijven die later verkocht en gebruikt perceelstructuur is nog op het terrein herkenbaar. De directe omgeving zouden worden voor permanente bewoning. van de camping is heel bosrijk. Op het terrein zelf staan er een aantal hoogstammige bomen. Het PRUP bestemt deze zone daarom uitsluitend voor het oprichten en uitbaten van terreinen voor openluchtrecreatieve verblijven. Onder openluchtrecreatief verblijf wordt verstaan: 4.2 Planningscontext x tent, caravan, mobilhome, kampeerauto, woonauto of iedere andere verblijfsvorm die niet onderworpen is om als vaste woonplaats te Kaart 16: deelplan 2: gewestplan dienen of niet als dusdanig wordt gebruikt x chalet, bungalow, huisje, paviljoen of iedere andere verblijfsvorm die 4.2.1 Bovenlokale structuurplannen niet ontworpen is om als vaste woonplaats te dienen of niet als dusdanig wordt gebruikt Zie hoofdstuk 2 De inrichting van het terrein moet voldoen aan volgende voorwaarden: x Minstens 15% van het terrein moet ingericht worden als toeristische 4.2.2 Juridische context kampeerplaats

4.2.2.1 Bestemmingsplannen en ruimtelijke uitvoeringsplannen x Het terrein mag niet worden verkaveld, maar mag wel opgedeeld worden voor de inrichting van kampeer- of verblijfplaatsen, die Boortmeerbeek behoort tot het gewestplan Leuven, vastgesteld bij KB van minimum 100 m² en maximum 300 m² groot zijn. 07-04-1977 en BVR van 23-06-1998. Op het gewestplan Leuven is het x 10% moet voorzien worden als gemeenschappelijke open ruimte (5% plangebied aangeduid als recreatiegebied. voor groenaanaleg en 5% sport en spel)

Het plangebied ligt binnen de afbakening deel-RUP 2 van het provinciaal De constructies mogen maximaal 60 m² groot zijn, en zijn maximaal 2 RUP voor het recreatief wonen op campings en weekendverblijven in de bouwlagen hoog. Een toegangsweg en terras nemen maximaal 15 m² in. regio -Boortmeerbeek. De provincie heeft dit PRUP Andere delen van het perceel moeten ingericht worden als groenzone. opgemaakt om een kwalitatief woonaanbod te realiseren voor kansarmen Gebouwen en constructies voor gemeenschapsvoorzieningen zijn ook en kwetsbare bewoners en om recreatieve verblijfplaatsen in de regio te toegestaan in de zone, maar zijn beperkt tot een gezamenlijk vestigen. De doelstelling van het provinciaal RUP voor deze deelzone is grondoppervlak van 250 m². De interne ontsluitingsweg is minimaal 4 en het behoud van de huidige bestemming (zone voor verblijfsrecreatie) maximaal 5,50 meter breed. omwille van de duidelijke scheiding met de woonontwikkelingen en de directe relatie tot het domein van Hofstade.

297904_03_screening, revisie c Pagina 50 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Figuur 11: deel-RUP 2 van het provinciaal RUP voor het recreatief De zone voor onthaalinfrastructuur aan de kant van de Molenheidebaan wonen op campings en weekendverblijven in de regio Kampenhout- dient voor de infrastructuur die nodig is voor de uitbating van de zone voor Boortmeerbeek, grafisch plan openluchtrecreatieve verblijven. De zone is 40 meter breed vanaf de grens van het RUP. De inrichting voldoet aan volgende voorwaarden: x Maximaal 500 m² van de overdrukzone mag bebouwd worden x De constructies zijn maximaal 2 bouwlagen hoog x Er kan een parkeerterrein aangelegd worden (1 parkeerplaats/3 percelen) x Maximaal 75% van de oppervlakte van de overdrukzoen mag verhard worden.

Aan de oostelijke zijde is er een 10 meter brede bufferstrook, die volledig beplant moet worden.

4.2.2.2 Wegen en water

Er stromen geen gecategoriseerde waterlopen doorheen het plangebied. Een aantal niet gecategoriseerde waterlopen bevinden zich iets verder ten noordwesten van camping Tip.

In het plangebied loopt geen openbare wegenis. Door het plangebied lopen evenmin officieel erkende buurt- of voetwegen. De Molenheidebaan is de buurtweg n° 4 en is ongeveer 13 meter breed. De weg werd in de jaren ’80 van vorige eeuw overgedragen aan het Vlaams Gewest. Voor de Molenheidebaan werd een ontwerp van rooilijnplan opgemaakt, doch nooit officieel goedgekeurd.

297904_03_screening, revisie c Pagina 51 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.2.2.3 Beschermingen en klasseringen 4.3 Relatie met het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan

Er is geen afbakening van oppervlaktewaterwingebieden noch een Het plangebied behoort tot de woonkern Schiplaken. In tegenstelling tot beschermingszone voor grondwaterwinning in het plangebied of de het hoofddorp staan de woonkernen in voor de opvang en het bundelen omgeving. van de plaatselijke woonbehoeften.

Het plangebied behoort niet tot een SBZ-gebied, een VEN-gebied en bevindt zich ook niet in de directe omgeving van een dergelijk gebied. Er 4.3.1 De gewenste ruimtelijke structuur van Schiplaken zijn geen beschermde monumenten, landschappen of dorpsgezichten in het plangebied of in de nabije omgeving. Schiplaken is een groene woonkern met veel residentieel wonen op grote kavels. Dit specifiek karakter moet gehandhaafd blijven. Schiplaken heeft 4.2.2.4 Recht van voorkoop een herkenbaar hart rond de kerk en langs de Bieststraat waar de buurthandel geconcentreerd wordt. Dit hart rond de kern kan verder Er is geen recht van voorkoop op de terreinen van Camping Tip. versterkt worden met aandacht voor pleinvorming en vestigingsplaatsen voor lokale kleinhandel. Een aantal recreatiegebieden worden herbestemd in functie van de realisatie van een sociaal woonproject (camping 4.2.3 Bouwkundig erfgoed Eekhoornhof) om het aanbod sociale woningen te verhogen en zo de problematiek van het permanent wonen aan te pakken. Er bevindt zich geen geïnventariseerd bouwkundig erfgoed in het plangebied of in de omgeving. 4.3.2 Ondersteunende toeristische ontwikkeling

4.2.4 Landschapsatlas De gemeente zoekt naar oplossingen om de bestaande toeristische accommodatie een nieuwe impuls te geven. Het betreft de zones voor Aan de overzijde van de Molenheidebaan ligt de relictzone Hofstade verblijfsrecreatie (campings) in de buurt van Hofstade. Samen met een strand die van esthetische waarde is. Het plangebied ligt hier ongeveer oplossing voor de campings zoekt de gemeente naar een kader waardoor 100 meter vandaan. Verder ten zuiden van het plangebied ligt de ze zich kan inschakelen in het zich ontwikkelend watergebonden dag- en relictzone Houtembos - Floordambos - Hellebos - Snijsselbos - kortetermijntoerisme langs het kanaal Leuven-Dijle. Schiplakenbos – Steentjesbos en de ankerplaats Kasteel van Schiplaken en Steentjesbos. Het plangebied is hier al ruim 1.000 meter van verwijderd.

297904_03_screening, revisie c Pagina 52 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 16: deelplan 2: gewestplan

297904_03_screening, revisie c Pagina 53 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.4 Doelstelling, reikwijdte en detailleringsgraad van het RUP 4.4.2.2 Gedifferentieerd ruimtegebruik

4.4.1 Aanleding tot opmaak van het RUP De gebieden die grenzen aan het plangebied zijn erg divers: de gewestweg ten westen, het bosrijke gebied rond de Goor ten noordoosten De vroegere camping Tip ligt in een zone bestemd door het Provinciaal en woonwijken en campings ten zuidwesten. De gewenste ontwikkeling RUP ‘Permanent Wonen’ als openluchtrecreatieve verblijven. Dit beperkt van de site houdt rekening met deze gevarieerde omgeving. Een sterk de mogelijkheden tot een nieuwe functie voor het terrein. Als gevolg bebouwbare zone voor toeristisch-recreatieve infrastructuur wordt daarvan ligt het terrein er, sinds het faillissement van camping Tip, verlaten gedefinieerd langs de Molenheidebaan en langs de zuidwestelijke grens en troosteloos bij. Het terrein staat reeds lang te koop. Het is duidelijk dat aangezien er hier mogelijkheden tot rechtstreekse ontsluiting zijn. er geen interesse is om op deze site, naast camping Trianon, opnieuw een camping op te starten. Ook qua functies wordt er een differentiatie ingebouwd. De zones grenzend aan een openbare weg komen te liggen in zones voor recreatie De gemeente wenst de mogelijkheden voor de herinvulling van dit terrein in de brede betekenis van het woord. De zone aansluitend op het bosrijk te verruimen door ook overdekte recreatieve functies mogelijk te maken. gebied is een zone voorbehouden voor openluchtrecreatie en -verblijf. Zo wordt opnieuw meer aangesloten bij het oorspronkelijke gewestplan dat het terrein bestemde als recreatiegebied in de ruime zin. 4.4.2.3 Aangepaste schaal en morfologie

Verder bouwend op de verschillende omgevingsfactoren zullen de 4.4.2 Doelstelling en reikwijdte van het RUP karakteristieken van de bebouwing gedifferentieerd worden afhankelijk van de zone. Zo wordt een onderscheid in bebouwingsmogelijkheden gemaakt De huidige problematiek ligt in de strikte voorschriften van het provinciaal tussen de bebouwbare zone langs de Molenheidebaan en de tweede RUP. De gemeente wenst de hoofdbestemming (recreatie) te behouden, bouwzone die meer aansluit op de campings en woonwijken. De meer maar de beperkende voorschriften (openluchtrecreatieve verblijven) uit te grootschalige en hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur breiden met voorschriften die de inplanting van fitness, wellness, hotel enz. wordt enkel toegelaten op het gedeelte langs de Molenheidebaan. In de mogelijk maken. De doelstellingen worden geconcretiseerd in volgende zuidwestelijke deel, aansluitend op de omliggende campings en de visie-elementen en ruimtelijke concepten. woonwijken is de toegelaten toeristisch-recreatieve infrastructuur kleinschaliger. In het zuidelijk deel, aansluitend bij het aangrenzende 4.4.2.1 Recreatie in relatie met de omgeving natuurgebied, blijven de mogelijkheden van het provinciaal RUP van kracht. Andere recreatieve activiteiten worden beperkt tot voorzieningen in De goed toegankelijke locatie aan de Molenheidebaan, tegenover het open lucht. recreatiedomein Hofstade en nabij het kanaal Leuven-Dijle, is ideaal voor het ontwikkelen van functies die gericht zijn op korte termijn toerisme, recreatie en verblijfsrecreatie. Mogelijkheden zijn: hotel, fitness, wellness, camping, enz.

297904_03_screening, revisie c Pagina 54 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.4.2.4 Ruimtelijke concepten

Dubbele ontsluiting Differentiatie in schaal

Er doet zich de kans voor een Ook de schaal van de gebouwen dubbele ontsluiting te voorzien: varieert naargelang de zone. één langs de Molenheidebaan en Langs de Molenheidebaan zijn een andere langs een aftakking een grotere bebouwingsindex en van de Molenheidebaan, die het een hogere bouwhoogte zuidelijke deel van het gebied toegestaan dan langs de ontsluit. secundaire ontsluitingsweg.

Differentiatie in intensiteit van Bufferzones en de bebouwde activiteiten achteruitbouwzones

De omgeving van de site is erg Een groenbuffer wordt voorzien verscheiden waardoor een ten opzichte van het natuurgebied gedifferentieerd gebruik van de om dit natuurgebied te vrijwaren. ruimte wordt voorgesteld. Langs de ontsluitingswegen is Een bouwvrije strook langs de bebouwing toegestaan, het drukke Molenheidebaan schermt zuidoostelijke deel is een bouwvrij de toekomstige bebouwing gedeelte. hiervan af en bestendigt het groene karakter van deze weg, aansluitend bij het provinciaal domein aan de overzijde.

297904_03_screening, revisie c Pagina 55 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.4.3 Detailleringsgraad van het RUP Het derde gebied is bestemd voor recreatie in open lucht, met uitsluiting van alle vormen van gemotoriseerde en geluidshinderlijke sporten.

Binnen het plangebied worden drie Alle deelzones zijn tevens bestemd voor openluchtrecreatieve verblijven deelzones voorzien. Alle drie de volgens de bepalingen van het provinciaal RUP. De maximale grootte van zones zijn bestemd voor recreatie. de individuele constructies wordt op 80 m² gebracht. Het type bebouwing en de inrichting van de zones is 4.4.3.2 Inrichtingsvoorschriften voor openluchtrecreatieve verblijven verschillend. De bepalingen van het provinciaal RUP blijven van kracht. De maximale Deelzone 1 is een strook van grootte van de individuele constructies wordt op 80 m² gebracht. ongeveer 50 meter breed langs de Molenheidebaan. Deelzone 2 is 4.4.3.3 Inrichtingsvoorschriften voor andere recreatieve een strook van ongeveer 40 meter voorzieningen breed langs de secundaire

ontsluitingsweg vanaf de Naast openluchtrecreatieve verblijven zijn tevens andere vormen van Molenheidebaan. De rest van het recreatieve voorzieningen toegelaten. Het gemeentelijk RUP verruimt de plangebied ligt in deelzone 3. De mogelijkheden tot overdekte recreatieve voorzieningen, zowel voor dag- drie deelzones samen beslaan de als verblijfsrecreatie. De mogelijkheden verschillen volgens de deelzones. volledige oppervlakte van de De belangrijkste bepalingen worden samengevat in onderstaande tabel.3 vroegere camping Tip.

4.4.3.1 Bestemmingsvoorschriften Parameter Deelzone 1 Deelzone 2 Deelzone 3 Minimaal groenpercentage 50% 50% 50% Deelzone 1 is bestemd voor recreatie met uitsluiting van alle vormen van Max bruto bebouwingspercentage 25% / 2.000 m² 25% / 900 m² 100 m² gemotoriseerde en geluidshinderlijke sporten in open lucht. Horeca is Maximale netto vloeroppervlakte 4.000 m² nvt nvt toegelaten als nevenfunctie. Het gebied is tevens bestemd voor Maximale bouwhoogte 12,00 meter 6,00 meter 4,50 meter complementaire infrastructuur ten behoeve van de uitbating van de zone voor recreatie, waaraan het gekoppeld is. Onder complementaire infrastructuur wordt verstaan: max. één conciërgewoning en max. één winkel.

Deelzone 2 is bestemd voor recreatie met uitsluiting van alle vormen van 3 Alle vermelde cijfers zijn in deze fase van het planningsproces gemotoriseerde en geluidshinderlijke sporten in open lucht. richtinggevend en geven enkel een grootte-orde aan. De bepalingen in het

definitieve RUP kunnen van de hier vermelde cijfers afwijken.

297904_03_screening, revisie c Pagina 56 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.4.3.4 Bouwvrije zones dat geval geen verplichte onbebouwde zone zijn ten opzichte van het natuurgebied. Dit alternatief is ruimtelijk niet wenselijk, omdat het een Er wordt een bufferstrook voorzien ten opzichte van het natuurgebied dat homogene uitspreiding van de bebouwing mogelijk maakt, zonder zich ten oosten van het plangebied bevindt. Aan de kant van de rekening te houden met de verschillende randvoorwaarden. Vooral ten Molenheidebaan worden een bouwvrije zone en een achteruitbouwstrook opzichte van het natuurgebied is het niet wenselijk dat er intensief voorzien. gebouwd kan worden tot aan de plangrens. x Alternatief waarbij een volledige invulling als bosgebied voorgesteld wordt, zodat er een duurzamere verbinding ontstaat tussen de 4.4.4 Mogelijke alternatieven bosgebieden ten oosten en ten westen grenzend aan het plangebied. Dit alternatief wordt niet verder onderzocht aangezien het afwijkt van 4.4.4.1 Locatiealternatieven het geldende provinciaal RUP, dat het plangebied bestemd als recreatiegebied. Het gemeentelijk RUP kan niet afwijken van dit Het gebied ligt er verlaten bij doordat het provinciaal RUP een bestemming provinciaal RUP. oplegt waar geen behoefte aan is binnen de gemeente. Het probleem stelt zich dus specifiek op deze locatie, door de aanwezigheid van het PRUP. De gemeente wenst het pRUP te verfijnen om de leegstand en 4.4.4.3 Nulalternatief verwaarlozing van het terrein tegen te gaan. Een locatiealternatief is dus niet aan de orde. In het nulalternatief wordt geen RUP opgemaakt en blijft het provinciaal RUP van kracht. De bestemming openluchtrecreatieve verblijven blijft dan 4.4.4.2 Inrichtingsalternatieven van kracht. Op deze locatie is er echter geen vraag naar deze specifieke bestemming. Het RUP wordt opgemaakt om het provinciaal RUP te Volgende redelijk inrichtingsalternatieven werden onderzocht maar na verfijnen en de leegstand van het terrein tegen te gaan. Het nulalternatief afweging niet verder weerhouden: wordt dus niet verder overwogen. x Maximaal concentreren van de bebouwing langs de straatkant. De wens om niet enkel openluchtrecreatieve verblijven toe te staan in het gebied, impliceert dat er een zekere mate van bebouwing zou worden 4.5 Aftoetsing plan-MER plicht toegestaan. Deze kan geconcentreerd worden langs de Molenheidebaan in de zone voorzien in het PRUP voor 4.5.1 DABM van toepassing onthaalinfrastructuur. Dit alternatief wordt niet weerhouden omdat zo een onevenwichtige verdeling ontstaat van de bebouwing binnen het Een ruimtelijk uitvoeringsplan vormt het kader voor het toekennen van plangebied. Dit zou een breuk betekenen met de inrichting van stedenbouwkundige vergunningen. Het RUP valt dus onder de definitie omringende gebieden, waarbij ook nog bebouwing voorkomt op grotere van een plan of programma zoals gedefinieerd in het Decreet houdende afstand van de Molenheidebaan. de Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid (DABM). x Alternatief zonder gradatie in bebouwing en functie ten opzichte van de aangrenzende gebieden en het aangrenzende natuurgebied. Er zou in

297904_03_screening, revisie c Pagina 57 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.5.2 Project-m.e.r.-plicht 4.5.3 Conclusie

De project-m.e.r.-plicht wordt afgetoetst op basis van het besluit van de Het plan vormt mogelijk een kader voor projecten onderworpen aan Vlaamse Regering houdende vaststelling van de categorieën van milieueffectenrapportage, meer bepaald projecten uit rubriek 12a van de projecten onderworpen aan milieueffectenrapportage, meer bepaald de bijlage 2 aan het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. bijlagen 1 en 2 aan het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december De oppervlakte van het plangebied is kleiner dan 5 ha. De 2004 en de omzendbrief LNE 2011/1 van 22 juli 2011 . De activiteiten die verkeersgenererende werking kan strikt genome niet nauwkeurig binnen het planologisch kader van het RUP zullen kunnen gerealiseerd gekwantificeerd worden, doch gezien de oppervlakte van het plangebied worden, vallen mogelijk onder rubriek 12a uit bijlage 2: ‘Vakantiedorpen, (2,5 ha), de aard van de toegelaten activiteiten, de beperking op de hotelcomplexen buiten stedelijke zones, permanente kampeer- en bebouwbare oppervlakte en de beperkingen op de toegelaten caravanterreinen, themaparken, skihellingen, skiliften en bouwvolumes, wordt niet verwacht dat het plan aanleiding zal geven tot kabelspoorwegen, met bijhorende voorzieningen’. De oppervlakte van het projecten met een verkeersgenererende werking van pieken van 1.000 of plangebied is 2,5 ha, dus minder dan de drempelwaarde van 5 ha. Gezien meer personenauto-equivalenten per tijdsblok van 2 uur. de aard van de toegelaten activiteiten, de beperking op de bebouwbare oppervlakte en de beperkingen op de toegelaten bouwvolumes, wordt Bovendien betreft het plan een ‘kleine wijziging’ omdat het RUP betrekking evenmin verwacht dat het een verkeersgenererende werking van pieken heeft op een kleine wijziging namelijk het verfijnen van de van 1.000 of meer personenauto-equivalenten per tijdsblok van 2 uur zal bestemmingscategorie ‘recreatie’ zoals vastgelegd in het van kracht zijnde genereren. provinciaal RUP.

In het plangebied liggen geen speciale beschermingszones. De meest Er wordt tevens aangetoond dat de opmaak van een passende nabije speciale beschermingszone (habitatgebied ‘Bossen van het beoordeling niet nodig is. zuidoosten van de zandleemstreek’) ligt op ongeveer 2,3 km van het plangebied. Tussen het plangebied en het habitatgebied liggen bovendien Deelplan 2 van dit RUP is derhalve screeningsgerechtigd. respectievelijk het kanaal Leuven-Dijle, de N26 steenweg tussen Leuven en Mechelen, de spoorlijn Leuven-Mechelen en de kern van Hever. De realisatie van het plan zal daarom geen betekenisvolle effecten hebben op de speciale beschermingszone waardoor een passende beoordeling niet nodig is.

297904_03_screening, revisie c Pagina 58 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.6 Screening van milieueffecten Figuur 12: Uittreksel uit de kaart van de overstromingsgebieden in Vlaanderen (AGIV) 4.6.1 Bodem en water

Kaart 17: deelplan 2: overstromingsgevoelige gebieden en waterlopen Kaart 18: deelplan 2: bodemkaart Kaart 19: deelplan 2: hellingenkaart Kaart 20: deelplan 2: drainageklassen Kaart 21: deelplan 2: grondwaterstromingsgevoelige gebieden

4.6.1.1 Waterhuishouding

Er stromen geen gecategoriseerde of niet-gecategoriseerde waterlopen doorheen het plangebied. Het kanaal Leuven-Dijle bevindt zich ten noord- oosten van het plangebied en is een bevaarbare waterloop. Het plangebied is niet overstromingsgevoelig. Aan de overkant van de Molenheidebaan is een deel van het domein Hofstade mogelijk overstromingsgevoelig.

Binnen het plangebied hebben we te maken met drie soorten bodemtypes: in het noordoosten langs de Molenheidebaan een vochtige zandgrond en antropogeen. Het zuidwestelijke deel is een vochtige zandleem. De grond is matig gevoelig voor grondwaterstroming. Het gaat deels om infiltratiegevoelige bodems. De drainageklasse van de bodem bestaat grotendeels uit matig natte gronden. Voor het overige deel is de drainageklasse niet bepaald. De hellingen liggen tussen de 0,5 en 5% aan de kant van de Molenheidebaan. De grond in het plangebied en in de ruimte omgeving is niet erosiegevoelig.

Uit deze beschrijving volgt dat we te maken hebben met vochtige bodemtypes binnen het plangebied, maar dat er geen overstromingsrisico is binnen het plangebied zelf.

297904_03_screening, revisie c Pagina 59 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Het RUP laat in beperkte mate een verhoging van het bebouwings- en x Afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken van 7 juni 2005 verhardingspercentage toe. In de zones voor recreatie betekent dit een (BS 24-08-2005). maximale bijkomende bebouwde oppervlakte van ca. 3.000 m².

Tegelijk moet minimaal 50% als open ruimte ingericht worden. In de zone 4.6.1.2 Zoneringsplan voor openluchtrecreatie (zone 3) is het niet de bedoeling dat er grotere recreatieve infrastructuur gebouwd wordt, deze zone is enkel bedoeld als Volgens het zoneringsplan van de VMM ligt het plangebied van het RUP openluchtrecreatie en openluchtrecreatieve verblijven (camping enz.). Een gedeeltelijk in centraal gebied en gedeeltelijk in collectief te optimaliseren groot deel van het plangebied blijft bijgevolg gevrijwaard van verharding. buitengebied. Dit betekent voor het gedeelte in centraal gebied dat er in de Bijkomend zijn er bufferzones en achteruitbouwzones voorzien die de straten een afvalwaterriolering aanwezig is die verbonden is met een verhardingsgraad binnen het plangebied beperken. Strikte voorschriften operationele waterzuiveringsinstallatie. In dit gebied moeten alle aangaande afmetingen van toegangswegen beperken eveneens het gebouwen het afvalwater aansluiten op het afvalwaterriool. Voor het te verhardingspercentage in het plangebied. optimaliseren buitengebied betekent dit dat er in deze zone nog een aansluiting zal worden gerealiseerd. Elk bouwproject moet voldoen aan de gewestelijke en provinciale verordeningen ter zake. Resterend hemelwater wordt bij voorkeur gebufferd op het terrein waarna het gecontroleerd wordt afgevoerd naar 4.6.1.3 Mogelijke bodemverontreiniging een gracht of beek. Bovendien moet bebouwing steeds voldoen aan de gewestelijke en provinciale verordeningen betreffende hemelwaterputten Volgens de gegevens van OVAM zijn er in het plangebied geen en afkoppeling van hemelwater. Het besluit van de Vlaamse regering van verontreinigde of potentieel verontreinigde bodems. De gemeente is 1 oktober 2004 houdende vaststelling van een gewestelijke officieel niet op de hoogte van enige vervuiling op het terrein. stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater bevat minimale voorschriften voor de lozing van 4.6.1.4 Conclusie niet-verontreinigd hemelwater, afkomstig van verharde oppervlakken. Het algemeen uitgangsprincipe hierbij is dat hemelwater in eerste instantie Rekening houdend met de specifieke kenmerken van de bodem in het zoveel mogelijk gebruikt wordt. In tweede instantie moet het resterende plangebied en de gewenste en voorziene ontwikkelingen, worden er geen gedeelte van het hemelwater worden geïnfiltreerd of gebufferd, zodat in aanzienlijke effecten verwacht op de bodem of het grondwater. laatste instantie slechts een beperkt debiet vertraagd wordt afgevoerd. Ook de plaatsing van de overloop van de hemelwaterput en de infiltratievoorziening dient aan dit principe te beantwoorden (Art 2 van het besluit). De provincie Vlaams-Brabant heeft provinciale stedenbouwkundige verordeningen die gelden voor heel Vlaams-Brabant: x Afkoppeling verharde oppervlakten van 7 juni 2005 (BS 24-08-2005);

297904_03_screening, revisie c Pagina 60 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Figuur 13: Zoneringskaart VMM figuur 14: Register van verontreinigde gronden

Bron: geoloket VMM bron: OVAM

297904_03_screening, revisie c Pagina 61 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 17: deelplan 2: overstromingsgevoelige gebieden en waterlopen

297904_03_screening, revisie c Pagina 62 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 18: deelplan 2: bodemkaart

297904_03_screening, revisie c Pagina 63 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 19: deelplan 2: hellingenkaart

297904_03_screening, revisie c Pagina 64 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 20: deelplan 2: drainageklassen

297904_03_screening, revisie c Pagina 65 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 21: deelplan 2: grondwaterstromingsgevoelige gebieden

297904_03_screening, revisie c Pagina 66 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.6.2 Fauna en flora

Kaart 22: deelplan 2: biologische waarderingskaart

Er bevinden zich geen VEN-gebieden in of in de omgeving van het Rekening houdend met het natuurgebied ten oosten van het plangebied plangebied. Er zijn ook geen habitat- of vogelrichtlijngebieden in het wordt een bufferzone opgelegd van 10m breed om de recreatieve plangebied, noch in de omgeving ervan. Het dichtst bij zijnde beschermd activiteiten binnen het plangebied te bufferen ten opzichte van de gebied (Dijlevallei tussen Boortmeerbeek en Mechelen) ligt op bijna 2km omringende natuur. Tevens wordt het gebied opgedeeld in drie zones van het plangebied. waar een afnemende dynamiek wordt voorgeschreven. Het gedeelte dat rechtstreeks aansluit op de biologisch waardevolle omgeving wordt Het plangebied zelf is biologisch minder waardevol, maar de directe bijvoorbeeld geen bebouwing toegelaten. omgeving is een “complex van biologisch waardevolle en zeer waardevolle elementen”, met name het bos rond de Goorbeek ten oosten van het Hoewel het verhardingspercentage zal stijgen ten opzichte van de plangebied. Een deel van het domein van Hofstade is zelfs zeer bestaande situatie, zorgen enkele bepalingen in het RUP ervoor dat er waardevol. binnen het plangebied bomen worden aangeplant en een minimaal groenpercentage (50%) wordt gerealiseerd. De bebouwingsgraad zal toenemen binnen het plangebied, maar geconcentreerd langs de ontsluitingswegen en afnemend in bouwhoogte We kunnen stellen dat de uitvoering van het plan geen significante naarmate men zich verder van de Molenheidebaan verwijdert. effecten zal hebben op fauna en flora.

297904_03_screening, revisie c Pagina 67 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 22: deelplan 2: biologische waarderingskaart

297904_03_screening, revisie c Pagina 68 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.6.3 Landschap en erfgoed Op basis van de Ferrariskaart wordt er geen specifiek archeologische erfgoed verwacht binnen het plangebied. In de zone komen verspreide Kaart 23: deelplan 2: landschapsatlas woningen of boerderijen voor, omringd door bosgebieden en Kaart 24: deelplan 2: beschermde landschappen, stads- en landbouwland. Het kanaal en de Leuvensesteenweg zijn al aangelegd in dorpsgezichten de tijd van Ferraris.

Er zijn geen beschermde monumenten, stads- of dorpsgezichten binnen De structuur van het gebied en de relatie met zijn omgeving zal verbeterd het plangebied of in de omgeving. Het beschermde landschap “Noordelijk worden door het RUP. De leegstand en verwaarlozing die de huidige gedeelte van het Rijksdomein en de Molenheide” bevindt zich aan de toestand bepalen, bevorderen noch de leesbaarheid nog de beeldkwaliteit overkant van de Molenheidebaan, ten noordwesten van het plangebied. van het gebied. Het plan speelt in op de kwaliteiten en specifieke kenmerken uit de directe omgeving om een zo goed mogelijke inpassing te De bijkomende bebouwing en functies aan de kant van de realiseren. Ten eerste creëert het RUP een geleidelijke overgang van Molenheidebaan staan dus in directe relatie tot het beschermde natuur aan de oostelijke grens naar bebouwing langs de Molenheidebaan, landschap. Rekening houdend met de drukke Molenheidebaan die het waardoor een duidelijke structuur in het gebied wordt gebracht, die in plangebied van dit beschermd landschap scheidt, kunnen we stellen dat relatie is met zijn directe omgeving. Ten tweede wordt er een gradiënt in de impact op dit landschap niet aanzienlijk zal zijn. Daarenboven zijn er functies gerealiseerd via hetzelfde principe. De activiteitenintensiteit ligt twee bufferzones tussen de bebouwing en de weg: een bouwvrije zone hoger aan de Molenheidebaan en neemt af naarmate men de plangrens waar enkel beplanting en toegangen voor gemotoriseerd verkeer zijn met het natuurgebied rond de Goor nadert. Tot slot wordt er een toegelaten en een achteruitbouwstrook waar buiten groenaanleg, bufferstrook voorzien, die volledig bestaat uit beplanting, langs het verharding voor parkings is toegelaten. Er is dus een zone van 21 meter biologisch waardevol geheel rond de Goorbeek. (gemeten vanuit de as van de weg) die niet bebouwd mag worden. De directe omgeving van het beschermd landschap langs de Molenheidebaan We kunnen stellen dat de uitvoering van het plan geen significante wordt gevrijwaard van intensieve bebouwing want de visuele kwaliteiten effecten zal hebben op landschap en erfgoed. Mogelijke negatieve van het beschermde landschap ten goede komen. effecten op het aangrenzende beschermde landschap worden door de bepalingen van het plan zelf reeds gemilderd. De relatie met het domein De landschapsatlas duidt ‘Hofstade strand’ aan als relictzone en het Hofstade wordt in acht genomen door de voorziening van een bouwvrije kanaal Leuven-Dijle als lijnrelict. De eerste relictzone ligt ook tegenover strook en achteruitbouwstrook langs de Molenheidebaan. In deze zones het plangebied, aan de overzijde van de Molenheidebaan. Hiervoor geldt kan geen bebouwing opgericht worden, waardoor er een bouwvrije en dezelfde analyse als voor het beschermde landschap. Het kanaal bevindt groene overgangszone ontstaat langs de Molenheidebaan die de relatie verder naar het noordoosten. In beide gevallen zullen er geen significante legt met het bosrijke domein Hofstade aan de overzijde. effecten op de relictzone zijn.

297904_03_screening, revisie c Pagina 69 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 23: deelplan 2: landschapsatlas

297904_03_screening, revisie c Pagina 70 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 24: deelplan 2: beschermde landschappen, stads- en dorpsgezichten

297904_03_screening, revisie c Pagina 71 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.6.4 Ruimtelijke Ordening 4.6.5 Mobiliteit

Kaart 25: deelplan 2: landbouwwaarderingskaart Het plangebied zal toegankelijk zijn voor gemotoriseerd verkeer via de Molenheidebaan en via een secundaire ontsluitingsweg om het zuidelijke Momenteel ligt het terrein van de vroegere camping Tip er verlaten en deel van het plangebied te bereiken. Het bijkomend aantal voertuigen op troosteloos bij. Het wordt niet meer gebruikt of onderhouden. Het RUP de Molenheidebaan is moeilijk kwantificeerbaar, want afhankelijk van het beoogt een evenwichtig recreatief gebruik van het terrein. In de zones 1 en type activiteiten dat er ingericht zullen worden. Er zijn verschillende 2 zal naast openluchtrecreatie ook recreatie in het algemeen toegestaan recreatieve activiteiten mogelijk binnen het plangebied (zowel overdekt als zijn. De activiteiten in deze zones zullen dynamischer zijn dan in het open lucht). De aard van de recreatieve activiteiten wordt in het RUP niet zuidoostelijk deel van het gebied, waar enkel openluchtrecreatie is nader gespecifieerd, waardoor het aantal voortuigen niet kwantificeerbaar toegestaan. is.

Het RUP definieert verscheidene zones waarin de voorschriften ruimer zijn Aangezien de Molenheidebaan een gewestweg is en een verbindende dan deze in het provinciaal RUP dat vandaag van kracht is. Daardoor is er functie heeft op bovenlokaal niveau, zullen de toekomstige activiteiten een gedifferentieerd gebruik van het terrein mogelijk, en kunnen er goed ontsloten zijn voor gemotoriseerd vervoer. Gezien de beperkte activiteiten plaats vinden waar er ook een vraag naar is. Ten opzichte van oppervlakte van het plangebied worden er geen significante effecten de huidige situatie betekent dit meer kansen op een nuttig gebruik van het verwacht vanwege bijkomende voertuigen op de verkeerssituatie op de terrein. Molenheidebaan.

De ruimtelijke kwaliteiten van het plangebied zijn beperkt aangezien er De organisatie van het openbaar vervoer wordt niet gewijzigd door het geen bebouwing aanwezig is, of enkel in een vervallen toestand. Op de RUP. Bushaltes bevinden zich op relatief kleine afstand ten noordwesten landbouwwaarderingskaart krijgt het gebied slechts een zeer lage van het plangebied (200m). waardering. Afgezien van de bebouwing zijn er een aantal hoogstammen aanwezig en sluit het gebied aan bij het natuurgebied rond de Goor. Het Parkeergelegenheid wordt voorzien binnen het plangebied zelf. Interne RUP behoudt het groene karakter van het plangebied door de aanplanting wegenis kan aangelegd worden om deze te bereiken of individuele van hoogstammen op te leggen en de realisatie van een aantal staanplaatsen in het gebied voor openluchtrecreatieve verblijven te bufferzones ten opzichte van het natuurgebied, maar ook ten opzichte van bereiken. de weg.

De ruimtelijke samenhang verbetert door de realisatie van het plan, aangezien het de toekomstige ontwikkeling baseert op de functies en bebouwing in de omgeving.

297904_03_screening, revisie c Pagina 72 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

Kaart 25: deelplan 2: landbouwwaarderingskaart

297904_03_screening, revisie c Pagina 73 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.6.6 Disciplines licht, lucht en geluid Figuur 15: Seveso inrichtingen (deelplan 2)

De realisatie van het plan zal geen bijkomende lichthinder betekenen. Openluchtrecreatie is toegestaan in slechts een klein gedeelte van het plangebied. Gezien de beperkte omvang van de zone, wordt geen significante hinder verwacht.

De toegestane activiteiten zijn niet luchtvervuilend.

Geluidhinderende activiteiten binnen de zone voor openluchtrecreatie zijn niet toegelaten.

4.7 Externe mensveiligheid

In het plangebied zijn geen Seveso-inrichtingen aanwezig. Het RUP maakt in het plangebied de inrichting ervan niet mogelijk.

De afstand tot het dichtstbijzijnde hoge drempel Seveso-bedrijf is 5,4 km. Bron: www.lne.be

4.8 Grensoverschrijdende effecten

Er zijn geen grensoverschrijdende effecten te verwachten.

297904_03_screening, revisie c Pagina 74 van 81

Deelplan 2: Molenheidestraat

4.9 Conclusie

Het ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Zonevreemde recreatie’ Deelplan 2 geeft een oplossing voor de huidige leegstand van het terrein door de beperkte mogelijkheden voor de ontwikkeling van de voormalige camping Tip te verruimen.

Deze doelstelling wordt uitgewerkt in nauwe relatie tot de omgeving en de specifieke karakteristieken en bestaande ruimtelijke invulling van het plangebied. Dit leidt tot een invulling als recreatiegebied met verschillende intensiteit. De voorschriften leiden tot een verruiming van de mogelijkheden door ook overdekte recreatieve functies mogelijk te maken in de deelzones 1 en 2, die hiervoor voldoende ruimtelijke draagkracht hebben en vlot ontsloten kunnen worden. Openluchtrecreatieve verblijven, zoals toegelaten via het provinciaal RUP, blijven in elke zone mogelijk.

De potentiële negatieve effecten van de verruiming van de mogelijkheden voor de herinvulling, op de omgeving worden op die manier beperkt. Dit wordt ook aangetoond in de screening.

297904_03_screening, revisie c Pagina 75 van 81

5 Ontvangen adviezen

5.1 Advies VMM

297904_03_screening, revisie c Pagina 76 van 81

Ontvangen adviezen

5.2 Advies Onroerend erfgoed 5.3 Advies provincie Vlaams-Brabant

297904_03_screening, revisie c Pagina 77 van 81

Ontvangen adviezen

5.4 Advies OVAM

297904_03_screening, revisie c Pagina 78 van 81

Ontvangen adviezen

5.5 Advies BLOSO 5.6 Advies ANB

297904_03_screening, revisie c Pagina 79 van 81

Ontvangen adviezen

5.7 Advies Departement LNE

297904_03_screening, revisie c Pagina 80 van 81

Ontvangen adviezen

5.8 Advies Departement RWO

297904_03_screening, revisie c Pagina 81 van 81