Meripilaceae 13-07-2021

Victor Swan Jean Werts & Joke De Sutter familie Meripilaceae

• Alfabetische index • Meripilaceae genera alfabetisch • Meripilaceae foto’s & hyperlinken

• Bibliografie Meripilaceae genera alfabetisch

Loweomyces Loweomyces

Loweomyces wynneae Stinkende kaaszwam genus Meripilus

Meripilus giganteus Reuzenzwam genus Physisporinus

Physisporinus sanguinolentus Bloedende buisjeszwam Physosporinus vitreus Glazige buisjeszwam genus Rigidoporus

Rigidiporus ulmarius Iepenbuisjeszwam Rigidoporus undatus Kraakbeenbuisjeszwam Volgens Nederlands soortenregister synoniem van Glazige buisjeszwam. Loweomyces wynneae (Berk. & Br.) Donk Stinkende kaaszwam

Koert Scholten waarnemingen.be Loweomyces wynneae (Berk. & Br.) Donk Stinkende kaaszwam

• Habitat: saprotroof, groeit op de grond op humus of twijgen van loofbomen, o.a. Beuk, meestal in loofbossen op voedselrijke bodem, soms in naaldbos. Veroorzaakt waarschijnlijk witrot. • Deze soort is zeer onopvallend en herinnert aan een stereoïde . Zekere vormen gelijken oppervlakkig op Trametes versicolor (Gewoon elfenbankje), maar dat laatste is veel steviger gevleesd en duidelijk gezoneerd. Loweomyces wynneae (Berk. & Br.) Donk Stinkende kaaszwam (Pers. Ex Pers.) Karst Reuzenzwam

De bruinzwarte verkleuring van de vruchtlichamen bij kneuzen is een typisch kenmerk van deze soort. frondosa (Eikhaas) kan ook gelijkaardige vruchtlichamen vormen, maar die verkleurt niet zwart en de hoeden zijn duidelijk smaller en duidelijk gesteeld.

Victor Swan Meripilus giganteus (Pers. Ex Pers.) Karst Reuzenzwam

• Vruchtlichaam: 50 – 80 cm diameter, bestaat uit talrijke vlakke, waaiervormige hoeden die dakpansgewijze groeien op een gemeenschappelijke basis. Elke hoed, 10 – 30 cm breed, 1 – 2 cm dik, geel- tot grauwbruin, met gevoorde concentrische ringen, donkerbruin vlekkig, met korte bleke steel uit gemeenschappelijke basis spruitend. • Buisjes: 4 – 6 mm, witachtig. • Poriën: 4 – 6 per mm, bijna rond, wittig, vaak pas laat te zien, zwartachtig bij druk. Vlees: wit, zacht en vezelig. Smaak zurig, geur aangenaam. • Sporenfiguur: wit. • Habitat: aan de basis van loofbomen, op stronken of op enige afstand daarvan voorkomend op de wortels, gewoonlijk op Beuken, maar soms op Eiken. Herfst, eenjarig. • Bron: Paddenstoelen en schimmels van West-Europa. Meripilus giganteus (Pers. Ex Pers.) Karst Reuzenzwam Physisporinus sanguinolentus (Alb.&Schwein.:Fr.) Pilàt Bloedende buisjeszwam

Op dood hout van coniferen en loofbomen. Ook op dode varenresten en op dode vruchtlichamen van Phylloporia ribis. De duidelijke kleurverandering na collectie vergemakkelijkt de identificatie van P. sanguinolentus in het veld. Bron: Poroid fungi of Europe.

Gerard Bredewold waarneming.nl Physisporinus sanguinolentus (Alb.&Schwein.:Fr.) Pilàt Bloedende buisjeszwam • Vruchtlichaam: éénjarig of een tweede jaar herlevend, uitvloeiend tot 200 mm, zacht tot taai, kraakbeenachtig en knapperig als vers, droog onbuigzaam, gemakkelijk afscheidbaar, rand fertiel of smal steriel, dan bleek taankleurig drogend, franjeachtig, tot 1 mm breed. • Poriënoppervlak: wit of ivoorkleurig als vers, snel helder roestrode vlekken na collecteren, tenslotte bruin wordend, grijzig tot zwart bij drogen. • Poriën: rond tot hoekig, 5 – 7 per mm, met dikke gave tussenschotten. • Context: vers wit, bleek taankleurig als droog, kraakbeenachtig, minder dan 1 mm dik. • Buisjeslaag: ivoorkleurig tot bleek taankleurig, bros als droog, tot 5 mm dik; smaak mild. • Bron: Poropoid fungi of Europe. Physisporinus sanguinolentus (Alb.&Schwein.:Fr.) Pilàt Bloedende buisjeszwam (Pers.:Fr.) P.Karst Glazige buisjeszwam

Op dood hout van verschillende soorten loofbomen en coniferen. Dikwijls verschijnend op stronken en uitspreidend over den bosbodem; vooral algemeen op Beuk. Deze soort is verwant aan P. sanguinolentus, die echter vruchtlichamen heeft met een normale witachtige kleur als vers en die snel roodachtig en zwart wordt bij kneuzen. P. vitreus heeft een duidelijk blauwig semidoorschijnend actief groeiend vruchtlichaam dat niet of slechts iets van kleur verandert als gekwetst. Bron: Poroid fungi of Europe.

Victor Swan Physisporinus vitreus (Pers.:Fr.) P.Karst Glazige buisjeszwam

• Vruchtlichaam: resupinaat, éénjarig, wijd uitvloeiend wordend, tot 5 mm dik, wasachtig en zacht als vers, hard en kraakbeenachtig als droog, dikwijls gekruld en gedeeltelijk verschrompeld. • Poriënoppervlak: wit tot blauwwit en doorschijnend als vers, okerachtig tot bleek roze - bruin als droog, iets vlekkend bij manipulatie of kwetsen, maar reactie traag en variabel. • Poriën: rond tot hoekig, 4 – 6 per mm, wat kleiner in droge exemplaren. • Buisjeslaag: tot 5 mm dik, met dezelfde kleur als de poriënoppervlakte. • Context: 2 – 5 mm dik, dicht, bleek bruin als droog. • Bron: Poroid fungi of Europe. Physisporinus vitreus (Pers.:Fr.) P.Karst Glazige buisjeszwam (Sowerby:Fr.) Imazeki. Iepenbuisjeszwam

Aan de basis van levende loofbomen en voortschrijdende ontbinding in dode stammen en stronken, vooral algemeen op Iep, maar o.a. ook op Hazelaar, Beuk, Es, Plataan, Populier en eik. Deze soort is gemakkelijk te herkennen in het veld door de meerjarige houtige vruchtlichamen met een oneffen okerige hoed en witachtig tot bleek houtkleurig vlees, contrasterend met de oranjebruine tot donkerbeige gekleurde buisjes. De sporen zijn groter dan in elke andere soort van dit genus. Een exemplaar in de Royal Botanic Garden Kew was +- 1,5 meter in diameter, en wordt geacht de grootste polypoor te zijn ooit gemeten. Bron: Poroid fungi of Europe.

Hubert Kivit waarneming.nl Rigidoporus ulmarius (Sowerby:Fr.) Imazeki. Iepenbuisjeszwam

• Vruchtlichaam: meerjarig, zittend of uitvloeiend-reflexed, tot 60 mm dik en 300 mm lang, reflexed gedeelte tot 90 mm breed; oppervlak bleek taankleurig tot crème (rozig-touwkleurig tot licht touwkleurig), glad tot fijn donzig, effen of tuberkelachtig en met ingesloten afval waar de ontwikkeling gebeurt onder wortels beneden de grond; rand bleek taankleurig, afgerond, gewoonlijk iets ingebogen en steriel beneden. • Poriënoppervlak: rozig taankleurig als vers, bleek bruinig roze drogend, of donker bruinig verkleurend. • Poriën: hoekig, 5 – 6 per mm, met dunne gave tussenschotten. • Buisjeslagen: oranje tot taankleurig bruin als droog, onduidelijk gelaagd, tot 10 mm dik. • Context: witachtig stevig, kurkachtig vezelig, niet gezoneerd, tot 50 mm dik. • Bron: Poroid fungi of Europe. Rigidoporus ulmarius (Sowerby:Fr.) Imazeki. Iepenbuisjeszwam Rigidoporus undatus (Pers.:Fr.) Donk. Kraakbeenbuisjeszwam

Zowel op coniferen als op loofbomen. Deze soort was vroeger dikwijls verward met Physosporinus vitreus door de microscopische eigenschappen, behalve de cystiden. De vruchtlichamen van P. vitreus zijn meer wasachtig en zachter van consistentie, en zijn hyfen zijn over het algemeen dunwandig. R. crocatus is afgescheiden omwille van het gebrek aan cheilocystiden, en door zijn gelaagd vruchtlichaam met een duidelijke okerachtige context, en zijn algemeen kussenvormig vruchtlichaam, dikwijls iets grijs tot bleek bruin of grijzig zwart verkleurend op de poriënzijde bij drogen. Rigidoporus undatus (Pers.:Fr.) Donk. Kraakbeenbuisjeszwam

• Vruchtlichaam: resupinaat, éénjarig, uitvloeiend, tot 10 mm dik, taai en gedeeltelijk gelatineus als vers, hard en gedeeltelijk kraakbeenachtig en zeer dicht als droog; rand smal tot bijna afwezig, dikwijls iets opgelift in droge en oude exemplaren. • Poriënoppervlak: isabel tot beige slechts iets donkerder als droog. • Poriën: rond en regelmatig als vers; dikwijls gedeeltelijk verschrompeld en meer onregelmatig als droog, nauwelijks zichtbaar door het naakte oog, 7 – 9 per mm. • Context: zeer dun tot bijna afwezig, dicht en kraakbeenachtig. • Buisjeslaag: met dezelfde kleur als de poriënoppervlakte, tot 3 mm dik. • Bron: Poroid fungi of Europe. • Volgens Nederlands soortenregister synoniem voor Glazige buisjeszwam. Rigidoporus undatus (Pers.:Fr.) Donk. Kraakbeenbuisjeszwam alfabetische index •A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z B Bloedende buisjeszwam G Glazige buisjeszwam I Iepenbuisjeszwam K Kraakbeenbuisjeszwam L Loweomyces wynneae M Meripilus giganteus P • Physisporinus sanguinolentus • Physosporinus vitreus R • Reuzenzwam • Rigidiporus ulmarius • Rigidoporus undatus S • Stinkende kaaszwam Bibliografie

• https://waarneming.nl/ • https://waarnemingen.be/ • https://www.kvmv.be/ • https://www.123pilzsuche.de/ • https://www.verspreidingsatlas.nl/ • https://www.nederlandsesoorten.nl/