Eenvoudige conventies.

Beschreven door Chris Niemeijer in ‘Bridge’ (2011-2014)

2

Inhoudsopgave 1 Stayman...... 5

2 Jacoby transfers...... 8

3 Negatief doublet...... 11

4 Op weg naar slem...... 14

5 (RKC) Blackwood (1) ...... 19

6 Vierde kleur conventie ...... 23

7 Truscott ...... 26

8 Landy ...... 29

9 Check Back Stayman ...... 32

10 Splinters ...... 36

11 Concurreren met een doublet ...... 40

12 RKC Blackwood (1430) ...... 42

13 Zwakke twee ...... 46

14 Support double ...... 49

15 Unusual SA ...... 53

16 Walsh...... 57

17 Dubbele Check Back...... 60

18 Tweekleurenspelvariaties...... 64

19 Muiderbergse twee...... 67

20 Multi 2#R-opening...... 71

21 () Drury...... 75

22 en Rubinsohl...... 77

23 Verdediging tegen de multi 2#R...... 80

24 Unusual tegen unusual...... 83

25 DOPI, ROPI, DEPO ...... 86

26 DONT ...... 89

27 Wereldconventie...... 92

28 Raptor...... 96 3

29 Smolen...... 100

4

1 Stayman (maart 2011) 2 Jacoby transfers (april 2011) 3 Negatief doublet (mei 2011) 4 Op weg naar slem(juni 2011) 5 (RKC) Blackwood 1 (juli 2011) 6 Vierde kleur conventie (september 2011) 7 Truscott (oktober 2011) 8 Landy (november 2011) 9 Check Back Stayman (januari 2012) 10 Splinters (februari 2012) 11 Doublet om te concurreren (maart 2012) 12 RKC Blackwood 2 (april 2012) 13 Zwakke twee (mei 2012) 14 Support double (juni 2012) 15 Unusual SA (juli 2012) 16 Walsh (september 2012) 17 Dubbele Check Back (oktober 2012) 18 Tweekleurenspellen (november 2012). 19 Muiderberg (december 2012) 20 Multi (januari 2013) 21 Drury (februari 2013) 22 Lebensohl en Rubinsohl (maart 2013) 23 Verdediging tegen de multi (april 2013) 24 Unusual tegen unusual (mei 2013) 25 DEPO, DOPI, ROPI (juni 2013) 26 DONT (juli 2013) 27 Wereldconventie (september 2013) 28 Raptor (oktober 2013) 29 Smolen (november 2013) 30 Bergen raises (december 2013) 31 (januari 2014) 32 Jacoby 2SA (februari 2014) 33 Forcing 1SA antwoord (maart 2014)

5

1 Stayman.

De bekendste en wereldwijd meest gespeelde conventie is Stayman. Elke beginner krijgt er in de eerste biedlessen mee te maken.

Wat is de standaardsituatie voor het gebruik van Stayman?

Noord Zuid 1SA 2#K

2#K zegt niets over de klaverenkleur. Het is een onnatuurlijk bod dat vraagt naar de hoge kleur(en) van Noord. Deze aanpak, meer dan 70 jaar oud, werd gepropageerd door de Amerikaan Samuel Stayman. Na een 2SA-opening (of een sterkere variant van 2SA) kan Stayman ook worden gebruikt.

Wat is de reden om Stayman toe te passen? Elk bridgebod is bedoeld om het beste contract te bereiken. Stayman wordt gebruikt om te onderzoeken of er een contract in een hoge kleur moet worden gespeeld. De zuidhand die hier met 2#K vraagt heeft zeker een hoge kleur. Meestal is dit een vierkaart. Met een vijfkaart in een hoge kleur zal zuid meestal niet zelf vragen, maar liever de hoge kleur aangeven.

Waarom zouden we in een hoge kleur willen spelen? Een SA-contract betaalt toch ook goed? We kijken naar een volledig spel.

Noord gever #S A V 2 #H V 10 5 2 #R A 6 #K H B 7 3 #S B 10 4 #S 9 7 6 3 #H 7 4 2 #H A 3 #R 9 7 5 #R H V B 10 4 #K 9 8 6 4 #K 10 5 #S H 8 5 #H H B 9 8 #R 8 3 2 #K A V 2 West Noord Oost Zuid - 1SA pas ??

Zuid heeft meer dan voldoende hoge kaarten om naar de manche te gaan. Met 13 punten tegenover een SA-opening van 15-17 punten en een evenwichtige hand, lijkt een antwoord van 3SA een goed besluit van de bieding. Toch pakt 3SA hier verkeerd uit. Tegen 3SA zal 6

oost uitkomen met #RH. #RA wordt ‘er uit gepest’, waarna Noord als leider niet meer dan 8 slagen zal halen. Er zijn 3 schoppenslagen en 4 klaverslagen, naast #RA. Zodra de hartenkleur wordt aangespeeld pakt oost #HA en neemt de vrije ruitenslagen mee: één down. Zuid doet er, zelfs met deze gebalanceerde hand, beter aan om 2#K, Stayman, te bieden. Het eindcontract wordt dan 4#H. Dat gaat niet down, omdat noord een derde ruitenronde kan aftroeven: 4#H + 1.

Wat zijn de antwoorden op het vraagbod van 2#K? Omdat Stayman zo populair is, zijn er veel verschillende varianten. Wij houden het graag op het “3-antwoorden-complex”: West Noord Oost Zuid - 1SA pas 2#K pas …

2#R ontkent een vier-(of vijf)kaart in een hoge kleur 2#H belooft een vier-(of vijf)kaart harten (met mogelijk een vierkaart schoppen erbij) 2#S belooft een vier-(of vijf)kaart schoppen (ontkent een hartenkleur).

Wanneer moet de antwoorder op 1SA ‘Staymannen’? In het algemeen met een vierkaart in een hoge kleur, vanaf een punt of acht, d.w.z. voldoende om te inviteren op 1SA. De antwoorder kan ook (zelfs zeer) sterk zijn. Enkele voorbeelden van een eventueel 2#K-bod op 1SA

Noord Zuid 1SA ??

Zuid 1 Zuid 2 Zuid 3 Zuid 4 Zuid 5 #S AV109 #S AV52 #S AV32 #S V1074 #S HB76 #H AB65 #H B8 #H 107 #H V1096 #H A7 #R B85 #R 10872 #R A7 #R B9764 #R VB64 #K 74 #K 653 #K HVB32 #K - #K V87

We gaan ook in op het eventuele vervolg na het antwoord van de 1SA-openaar. Zuid 1. Een standaard 2#K Stayman-bod. Na een 2#H- of 2#S-antwoord bieden we de manche in een hoge kleur. Na een 2#R-antwoord 3SA. Zuid 2. Pas. Net te zwak voor Stayman. Zuid 3. 2#K. U bent benieuwd naar een vierkaart #S. Daarnaast heeft de hand slemmogelijkheden. De goede herbieding na partners antwoord op Stayman is 3#K. Dit bod wordt door alle experts als forcing gespeeld. De 1SA-opener weet nu van een vierkaart hoog en een klaverkleur. Zuid 4. 2#K. Toch veel te zwak, zult u zeggen. Klopt, maar dit type hand is de uitzondering. Op elk antwoord van de 1SA-openaar zult u passen. Plezierig om nu het 3-antwoorden systeem te spelen. Deze methode wordt wel Crawling Stayman genoemd. 7

Zuid 5. 2#K. Na een 2#S-antwoord komt er een vanzelfsprekend 4#S-bod. Na 2#R of 2#H biedt u 3SA. . Na 2#H (vierkaart harten met mogelijk een vierkaart #S erbij) en 3SA van de 2#K-bieder, wordt er van Noord oplettendheid gevraagd. Met een vierkaart #H én een vierkaart schoppen, zal de 1SA-openaar 4#S moeten bieden. Zuid heeft immers niet voor niets Stayman gedaan.

Tot slot een gewetensvraag.

Heeft u een SA-complex?

Het gaat me niet om uw geestesgesteldheid rond het bieden of (tegen)spelen van SA- contracten. Met een SA-complex bedoelen we een samengesteld geheel van afspraken op de 1SA- opening? Meestal zullen Stayman en de transferbiedingen van Jacoby (daarover een volgende keer) onderdeel zijn van de methoden na 1SA. Sommigen spelen ook transfers naar de lage kleuren. De vraag is dus of ‘1SA pas 2SA’ echt is (8/9 punten; een limietverhoging, zonder hoge vierkaart). Als dat niet zo is, zal het karakter van het 2#K-bod veranderen. De limietverhoging zonder hoge kleur, zal dan via 2#K gaan. Men speelt geen Stayman, maar ‘Pseudo-Stayman’. De tegenpartij heeft er recht op te weten, hoe uw ‘complex’ in elkaar zit.

We hebben niet meer dan een tipje van de sluier kunnen oplichten. Het 3-antwoorden systeem is één van de mogelijke methoden om Stayman te spelen. Wel de gemakkelijkste, vind ik.

8

2 Jacoby transfers.

De vorige keer ging het over Stayman. Dit keer is een andere bekende conventie na partners 1SA-opening aan de beurt: Jacoby, genoemd naar de Amerikaan . Stayman en Jacoby passen goed bij elkaar. Beide hebben te maken met de hoge kleuren. Kenmerkende verschillen zijn:

A Stayman vraagt naar de hoge kleuren van de SA-openaar. Jacoby toont de hoge kleur van de antwoorder op 1SA. B Jacoby gaat over vijfkaarten; Stayman over vierkaarten in een hoge kleur.

Het bijzondere van Jacoby is dat een hoge kleur wordt aangegeven door een bod in de kleur pal onder de hoge kleur.

Met Noord Zuid 1SA 2#R geeft zuid een hartenkleur aan; ten minste een vijfkaart.

Met Noord Zuid 1SA 2#H toont zuid een schoppenkleur, ook ten minste een vijfkaart.

Het bieden van de kleur onder de eigen kleur heet een transfer. In het algemeen heeft het gebruik van een transferbod hier twee grote voordelen.

- Er is een behoorlijke kans dat de hoge kleur van zuid de troefkleur wordt. Noord heeft 1SA geopend en heeft dus bijna altijd de sterkere hand. Het is beter dat de tegenspelers de sterke hand niet zien en dat de uitkomst naar de sterke hand toe loopt. - Zuid kan na het “aannemen van de transfer” (Noord biedt de door zuid getoonde kleur) zijn hand verder omschrijven.

Enkele voorbeelden van het Jacoby transferbod na 1SA; we nemen aan dat de transfer wordt aangenomen met het opvolgende bod en gaan dan in op het vervolg.

Noord Zuid 1SA ??

Zuid 1 Zuid 2 Zuid 3 #S B7 #S HV8732 #S H104 #H VB865 #H 107 #H V10963 #R 108 #R H73 #R H64 #K 8652 #K 32 #K 106 9

Zuid 4 Zuid 5 Zuid 6 #S HB762 #S AVB102 #S VB9 #H A7 #H H8 #H AHB642 #R VB6 #R 7 #R HB7 #K V87 #K HV1084 #K 2

Zuid 1 biedt 2#R, transfer voor harten. Op het 2#H-bod van noord zegt zuid1 pas. Zuid 2 2#H. Op het 2#S-antwoord biedt zuid 3#S; dit bod geeft extra lengte aan (boven de al beloofde 5-kaart) en is een invite voor 4#S. Zuid 3 2#R. Op 2#H volgt 2SA. Weer een limietbod (of een invite). Noord zal passen of 3#H bieden met een minimum; met een maximum biedt de 1SA-openaar 3SA of 4#H (= hartenfit). Zuid 4 2#H. Op 2#S biedt zuid 3SA. Zuid heeft nu verteld: a. een 5-kaart #H en b. voldoende kracht voor een manche-bod. Noord mag kiezen tussen 3SA en 4#H. Zuid 5 biedt 2#H, transfer voor schoppen. Na het 2#S-bod van noord biedt zuid 3#K, een tweede kleur; op 3#K mag de SA-hand niet passen. Zuid is op zoek naar de beste manche of – zoals hier naar een mogelijk slemcontract. Zuid 6 2#R. Op 2#H volgt 4#K. Dat is geen echte kleur, maar een slempoging met #H als troef. Veel spelers hebben afgesproken, dat 4#K een korte kleur (splinterbod) is.

Nog wat ‘weetjes’ over Jacoby.

- Kenmerkend is het tonen van een vijfkaart (of langer) in een hoge kleur. Deze #H- of #S- kleur wordt getoond door de onderliggende kleur te bieden (transferbod). - Meestal vertellen we iets over onze kracht na partners openingsbod. Bij Jacoby gebeurt dat niet. Jacoby kan geboden worden met handen van allerlei kracht, van heel zwak tot heel sterk. Eerst wordt de kleur getoond; daarna pas de kracht en/of (verdere) verdeling. - Het probleem van Jacoby ligt niet bij het eerste antwoord op 1SA (2#R of 2#H bieden met een vijfkaart in de kleur erboven kan iedereen wel), maar in het tweede bod van de antwoorder op 1SA. - De openende (1SA-)hand mag de transfer weigeren. Zo’n weigering is alleen toegestaan met een goede fit in de getoonde hoge kleur; spring met een vierkaart fit en een maximum naar het 3-niveau in partners kleur. - Jacoby kan ook worden gespeeld na een 2SA-opening (3#R met de hartenkleur en 3#H met de schoppenkleur). - In de inleiding maakten we de tweedeling 1. Stayman met 4-kaart hoog; 2. Jacoby met 5-kaart hoog. Maar wat te doen met een 4- én een 5-kaart hoog? Mijn voorstel:

A Met zwakke handen: Jacoby; transfereer naar de vijfkaart; vergeet de vierkaart. B Met mancheforcing handen: Stayman; verhoog naar de manche na een antwoord in de hoge kleur; spring in de 5-kaart na een 2#R-antwoord. 10

C Met inviterende handen: c1. 5-k #H en 4-k #S: Jacoby 2#R en 2#S na het 2#H-bod; c2. 5-k #S en 4-k #H: Stayman en 2#S na een 2#R-antwoord; na een 2#H-antwoord zult u 3#H of 4#H bieden.

- Een mogelijke uitbreiding: Jacoby voor de lage kleuren. Daarover een volgende keer.

11

3 Negatief doublet.

In 1957 schrokken de Amerikanen van de lancering van de eerste Russische satelliet, de Spoetnik. In hetzelfde jaar lanceerden Roth en Stone een soort doublet, waar het volk ook van schrok. Het werd Spoetnik-doublet genoemd. Deze term wordt nu zelden meer gebruikt. We spreken liever van een negatief doublet. De oude betekenis van ‘doublet’ (straf), is vervangen door een negatieve: take out, om uit te nemen.

Het negatief doublet is een onmisbaar biedinstrument. Om dat aan te tonen de meest specifieke situatie:

A. West Noord Oost Zuid - 1#K 1#S ??

Zuid heeft

#S 942 #H AV85 #R 1076 #K V54

Zuid was van plan 1#H te antwoorden op de 1#K-opening. De situatie is veranderd na het 1#S-volgbod van oost. In feite heeft zuid geen goed bod meer. Voor 2#H heeft zuid te weinig hartens en te weinig punten. Een negatief doublet biedt uitkomst. Het belooft in dit geval een vierkaart in harten. De kracht van de zuidhand: vanaf een punt of 6/7; er is geen bovengrens.

Er zijn andere (mogelijke) gevallen van een negatief doublet. Daarvoor de volgende handen:

B. West Noord Oost Zuid - 1#R 1#H ??

Zuid 1 Zuid 2 Zuid 3 #S HB75 #S HV832 #S 974 #H B5 #H 107 #H AV3 #R 975 #R H73 #R 1092 #K A1083 #K V32 #K H1064

Zuid 1 wordt door het hartenvolgbod niet belemmerd. 1#S is en blijft het normale antwoord, maar… nu naar Zuid 2: ook hiermee lijkt 1#S opgelegd. Om onderscheid te maken tussen Zuid 1 en Zuid 2 gebruiken we een negatief doublet. Met Zuid 1 wordt doublet gezegd; dit belooft 12

(precies) een vierkaart schoppen; met Zuid 2 1#S (ten minste een vijfkaart). Het onderscheid tussen een vierkaart en een vijfkaart is vooral belangrijk vanwege latere keuzes in een concurrerend biedverloop. Zo wordt bij voorbeeld een beslissing van noord om nog 3#S te bieden nadat de tegenpartij 3#H heeft bereikt, gemakkelijker. Met Zuid 3 is er geen probleem. Een negatief doublet is niet van toepassing: 1SA vertelt de goede hartenstop en ontkent een schoppenkleur.

C. West Noord Oost Zuid - 1#K 1#R ??

Zuid 4 Zuid 5 #S AV2 #S AV32 #H A754 #H H863 #R B6 #R 97 #K 987 #K V103

Met Zuid 4 is er geen probleem: 1#H. Met Zuid 5 kan 1#H natuurlijk ook. Maar er is een kans dat een schoppenfit verloren gaat, bijv. als west gaat steunen in ruiten. Ook hier biedt een negatief doublet een extra mogelijkheid. Zuid 5 doubleert en belooft daarmee vierkaarten in beide hoge kleuren.

D. West Noord Oost Zuid - 1#H 2#K ??

Zuid 6 #S AV97 #H V6 #R H975 #K 1064

Weer een kaart om een negatief doublet te geven. Zuid 6 belooft een vierkaart in de ongeboden hoge kleur (hier schoppen).

Negatief doublet. Een overzicht en samenvatting. - Het negatief doublet is een vorm van een take out doublet. Als het bieden op 1- of 2- niveau blijft brengt het vaak een speciale boodschap over:

West Noord Oost Zuid - 1#K/R 1#S doublet belooft een vierkaart harten - 1#K/R 1#H doublet belooft een vierkaart harten - 1#K 1#R doublet belooft vierkaarten in #H en #S - 1#H/S 2#K/#R doublet belooft vierkaart andere hoge kleur 13

- Op hoger niveau kan de antwoordende hand ook een negatief doublet geven. Kenmerkend is steeds dat de antwoorder geen ‘opgelegd bod heeft’, d.w.z. geen steun voor de kleur van de openaar en geen (goede) stop in de vijandelijke kleur. Terwijl de eisen voor een negatief doublet op een- of tweehoogte meestal vrij specifiek zijn, geldt dat veel minder voor een negatief doublet op drie- of vierniveau.

- Tot hoe hoog een negatief doublet kan worden gespeeld? Het is goed om de grens op het 4-niveau te leggen (4#H). Biedt de tegenpartij hoger dan heeft een doublet steeds minder een ‘negatief’ karakter. Eisen van verdeling worden vervangen door verdedigende kracht. De puntenvereisten schuiven steeds iets op. Op 1-niveau zijn 6/7 punten voldoende; op 2- niveau 8/9. Een negatief doublet op 3- of 4-niveau belooft nog meer kracht. - Het negatief doublet gaat ten koste van een strafdoublet

West Noord Oost Zuid - 1#R 1#H ??

Zuid 7 #S H64 #H AV1074 #R 53 #K V108

Hier zou zuid graag voor straf willen doubleren. Jammer dat een doublet hier als ‘negatief’ is afgesproken. Er is één oplossing: pas. Dit pasbod wordt ‘strafpas’ genoemd. Als het nu “..pas pas..” gaat, wordt er actie van noord verwacht. Bijna altijd zal noord kunnen concluderen dat partner een strafpas kan hebben. Het hele biedverloop:

West Noord Oost Zuid - 1#R 1#H pas pas doublet pas pas pas

Zo komt ook een strafsituatie nog uit de verf.

14

4 Op weg naar slem.

Verantwoord slem bieden is moeilijk. Het is niet voldoende om te weten, dat je samen met partner veel punten hebt en dus misschien twaalf of zelfs dertien slagen kunt maken. Minstens zo belangrijk is het dat de tegenpartij geen twee slagen opraapt in klein slem of één slag in groot slem. Op weg naar slem zijn we op zoek naar garanties om dergelijke ongelukken te voorkomen.

Er zijn twee manieren om erachter te komen of de tegenstanders snel (een) downslag(en) kunnen incasseren tegen een slemcontract.

1) Azen vragen, ofte wel Blackwood. 4SA is het bod dat vraagt naar het aantal azen (en in bepaalde varianten van Blackwood naar andere tophonneurs in de troefkleur). Door Blackwood te gebruiken voorkom je dat zij twee azen (of hoge kaarten in de troefkleur) incasseren. Het aantal gezamenlijke azen (of hoge troefkaarten) is immers bekend bij de ‘azenvrager’.

2) Een controlebod doen. Dit bod, dat ook wel cuebid wordt genoemd, wordt gedaan in een van de drie zijkleuren van een troefcontract. We noemen een aas of renonce in een zijkleur een 1e controle en een heer of singleton een 2e controle. Door controles te bieden wordt bekend of er direct twee slagen (aas en heer) in een zijkleur verloren zullen gaan. Meestal bieden we 1e en 2e controles door elkaar heen. Het gaat er in eerste instantie om of zij al of niet twee slagen in de kleur kunnen oppakken.

Blackwood lijkt de gemakkelijkste aanpak. Na 4SA hoor je hoe het zit met de azen etc., waarna je al of niet besluit om slem te bieden. Toch stellen we een bespreking van Blackwood uit tot de volgende maand. Er zijn handen die niet geschikt zijn om (direct) ‘azen te vragen’. We gebruiken dan controlebiedingen en soms gaan controlebiedingen aan Blackwood vooraf.

Er zijn drie situaties waarin een directe toepassing van Blackwood niet goed is.

- Met sommige handen kan het antwoord op 4SA niet goed uitpakken. Dat geldt bij voorbeeld als een lage kleur troef is en er een antwoord komt boven 5-in-de troefkleur, waaruit blijkt dat we twee azen missen. We zitten te hoog!

- Van een tweede belangrijke situatie waarin een snel Blackwood biedverloop verkeerd is, laten we voorbeelden zien.

A. West Oost 1SA 2#H* 3#S** ?? * Jacoby **4-kaart schoppen mee, goede hand 15

Oost heeft #S HV1075 #H A3 #R V876 #K A8

B. West Oost 1SA 2#K* 2#S ?? * Stayman

#S AHB10 #H AV64 #R V854 #K 2

Oost heeft in beide voorbeeldsituaties een hand met slemmogelijkheden. Blackwood proberen? Neen, in beide gevallen schieten we niets op met een antwoord dat één aas belooft. In situatie A kan west hebben

A. West Oost 1SA 2#H 3#S ??

West 1 Oost #S AB98 #S HV1075 #H HVB9 #H A3 #R B9 #R V876 #K HV10 #K A8

16

West 2 #S AB98 #S HV1075 #H H976 #H A3 #R HB #R V876 #K HV10 #K A8

In situatie B kan west hebben

B. West Oost 1SA 2#K 2#S ??

West 1 Oost #S V754 #S AHB10 #H HB5 #H AV64 #R B4 #R V854 #K AHV4 #K 2

West 2 #S V754 #S AHB10 #H HB5 #H AV64 #R H3 #R V854 #K AH42 #K 2

Tegenover alle westhanden zou oost op een direct Blackwood-bod steeds één aas horen. In beide gevallen gaat een slem down tegenover west 1 en wordt klein slem gemaakt tegenover west 2. Waarmee is aangetoond dat een directe toepassing van Blackwood verkeerd is. Oost moet niet direct naar azen vragen, maar eerst een controlebod doen.

17

De juiste biedverlopen in de beide probleemsituaties.

A. West 1 Oost West 2 Oost 1SA 2#H 1SA 2#H 3#S 4#Ka 3#S 4#Ka 4#Hb 4#Sc 4#Ra 4SAd pas 5#Re 6#Sf pas a controlebod b controlebod; ontkent controle in ruiten c dan is slem uitgesloten d Blackwood e één aas f we missen een aas; klein slem zal wel worden gemaakt

B. West 1 Oost West 2 Oost 1SA 2#K 1SA 2#K 2#S 4#Ka 2#S 4#Ka 4#Hb 4#Sc 4#Rd 4SAe pas 5#Rf 6#Sg pas

a controlebod; #S troef en sleminteresse b controlebod; (ontkent) controle in ruiten c dan is slem uitgesloten d controlebod e Blackwood f één aas g we missen een aas; klein slem zal wel worden gemaakt

- De derde belangrijke situatie, waarin Blackwood geen zin heeft: je hebt een renonce. Als er een of meer azen ontbreken, zal het gokwerk worden omdat partners aas tegenover de renonce kan zitten.

In volgende afleveringen van De basis van conventies zullen we nog eens ingaan op Blackwood en controlebiedingen. Zoals we hebben gezien is de materie moeilijk genoeg.

Voorlopig hebben we geleerd: - wees voorzichtig met Blackwood, als de kans bestaat dat je te hoog komt (vooral met een lage kleur als troef); 18

- doe geen Blackwood met een zwakke kleur, d.w.z. een kleur zonder 1e en 2e controle; - doe geen Blackwood met een renonce.

Wordt dus vervolgd. 19

5 (RKC) Blackwood (1)

Azen vragen is eigenlijk een soort kunstje. Toen Easley Blackwood in 1933 verzon dat je met een bod van 4SA kon vragen naar het aantal azen van partner, vonden sommigen dit maar niks. Een soort ‘vals spelen’, volgens puristen. In de jaren die volgden liet men de bezwaren tegen de Blackwoodconventie los. Van ‘misbruik van 4SA’ ging het via ‘toch wel handig’ naar ‘bijna onmisbaar’.

Varianten van Blackwood (er zijn er tientallen) zijn gekomen en gegaan. Ik bespreek hier alleen de meest eenvoudige methode en daarna de huidige, populaire variant.

West heeft #S HVB3 #H 5 #R HVB76 #K AHB

A. West Oost - 1#S ??

Er zijn heel weinig handen, waarmee je meteen denkt aan slem. Dit is een voorbeeld. Je mist drie azen. Het enige wat je wilt weten: heeft partner één, twee of drie azen? Het is onmogelijk dat partner geen enkele aas heeft. West antwoordt hier direct met 4SA (Blackwood) en vraagt daarmee naar het aantal azen van oost.

Naast de westhand twee mogelijke oosthanden: West Oost 1 Oost 2 #S HVB3 #S A10974 #S A109754 #H 5 #H AV93 #H HVB #R HVB76 #R 9 #R 3 #K AHB #K V102 #K V82

West Oost - 1#S 4SA ??

20

De eenvoudigste antwoorden op 4SA (Blackwood) zijn - 5#K geen aas of vier azen (vergeet dit laatste maar; het komt niet voor) - 5#R één aas; - 5#H twee azen; - 5#S drie azen.

Met oost 1 is 5#H het antwoord op 4SA; met oost 2 komt er 5#R. West kan nu het bieden besluiten. Tegenover oost 1 met 6#S; tegenover oost 2 met 5#S; slem zal dan immers down gaan vanwege het verlies van de twee rode azen.

Dit voorbeeld van een direct Blackwood-bod op een 1-opening is een uiterste zeldzaamheid. Vaak komen er eerst enkele biedronden; daarna volgt pas het slemonderzoek.

Een paar voorwaarden voor slem: - voldoende kracht in de gezamenlijke handen; als regel geldt dat er met twee evenwichtige handen tegenover elkaar (veel) honneurkracht nodig is. Met onevenwichtige handen gaat het om een goede fit en (top)controles. - het vaststellen van een troefkleur; soms weten we dat we in buurt van slem zitten, maar nog niet of we een fit hebben; bouw het bieden dan rustig op; vertrouw op een aantal regels voor forcing/niet forcing biedingen (b.v. een ‘vierde kleur conventie’ maakt het bieden forcing). - voldoende controles in zijkleuren; aan Blackwood gaan vaak controlebiedingen vooraf; controles zijn niet alleen azen of heren, maar ook singletons of renonces.

De meest recente vorm van Blackwood is ingewikkeld voor beginners; toch vertel ik hier de hoofdlijnen, omdat ‘iedereen’ tegenwoordig deze variant speelt.

Een voorbeeld om de problematiek duidelijk te maken. We geven de westhand.

#S AB98 #H HV6 #R V8 #K HV103

West Oost - 1#K 1#S 3#S ??

De slemkansen zijn groot. We missen drie azen en twee tophonneurs in troef. Azen vragen met 4SA? Nee, er is een kansje dat we in ruiten twee slagen verliezen. We starten het slemonderzoek met een controlebod (cuebid) in klaveren. Oost antwoordt 4#R, een ruitencontrole.

21

4#K 4#R ?? Nu is het wel tijd voor 4SA - Blackwood. De variant van de laatste twintig jaar heet Roman Keycard Blackwood (1430). De betekenis van de toevoegingen: - Roman; de antwoorden van 5#K en 5#R hebben een dubbele betekenis: 1 of 4 resp. 0 of 3 ‘azen’ (zie ook onder bij 1430) - Keycard: troefheer en troefvrouw gelden naast de vier azen als extra sleutelkaarten (keycards); troefheer telt mee als (5e)aas; troefvrouw wordt óf direct (nl. met twee azen) óf mogelijk later aangegeven. - 1430: antwoorden van 5#K en 5#R worden omgedraaid: 5#K belooft 1 of 4 (van 5) azen/keycards; 5#R 0 of 3 (van 5) azen/keycards; de reden hiervan is dat een antwoord van 1 ‘aas’/kc vaker voorkomt dan 0 ‘azen’/kc’s

4SA 5#R

We horen hier 0 of 3 van de 5 ‘azen’/keycards. We missen een aas (of troefheer). Verder kan ook troefvrouw ontbreken. Voor klein slem zijn vier keycards plus troefvrouw nodig. We informeren hiernaar met 5#H.

5#H 6#R 6#S pas

Oost zal zonder troefvrouw 5#S (‘worst first’ – met slecht nieuws zo laag mogelijk blijven); Een 6#R-antwoord belooft troefvrouw en daarnaast #RH. West besluit het bieden met 6#S. De oosthand ziet er als volgt uit

#S HV107 #H A #R H65 #K AB872

RKC Blackwood (1430) is tegenwoordig de standaardvariant van Blackwood. Een overzicht en een paar extra raadgevingen:

- Stel een troefkleur vast. - Doe geen Blackwood met een renonce of met een ongedekte kleur (= zonder 1e of 2e controle); dan komen de andere slemwapens van pas (cuebids = controlebiedingen). Daarna kan azen vragen met 4SA nog steeds. - Troefheer telt als vijfde ‘aas’. Antwoorden op RKC Blackwood 1430 zijn: 5#K = 1 of 4 ‘azen’; 5#R = 0 of 3 ‘azen’. 5#H = 2 ‘azen’, zonder troefvrouw; 5#S = twee ‘azen’ met troefvrouw. - Op een 5#K- of 5#R-antwoord kan de 4SA-bieder vragen naar troefvrouw met het opvolgende bod (antwoord: opvolgende bod ontkent troefvrouw).

22

Inderdaad! Het is een kwestie van onthouden en wakker aan tafel zitten: de 1430-variant van RKC Blackwood. Ik kom er nog eens op terug. 23

6 Vierde kleur conventie.

Als er in een ongestoord biedverloop drie kleuren zijn geboden, kan de antwoordende hand de vierde kleur bieden. De algemene afspraak is, dat zo’n bod in de vierde kleur geen echte kleur belooft. Het bod is conventioneel en dus forcing. Twee voorbeelden:

Oost 1 #S HV532 #H B3 #R B76 #K AH6

West Oost 1#H 1#S 2#K ??

Oost 2 #S VB3 #H 542 #R AV1076 #K A6

West Oost 1#K 1#R 1#S ??

Oost 1 biedt 2#R en oost 2 zegt 2#H. West alerteert de biedingen en legt desgewenst uit: ‘vierde kleur conventie’.

We zien dat oost voor de ‘vierde kleur’ kiest met een hand die qua kracht sterk genoeg is voor een manchecontract. De richting (welke manche moet het worden?) is echter onzeker. Gebruik van de vierde kleur zal vaak betekenen: ‘ik zit vast’ of ‘ik wil verdere informatie’.

De opende hand zal in reactie op de ‘vierde kleur’ vertellen: - ik heb een stop in de vierde kleur (SA-bod); - ik heb (een driekaart) steun in jouw kleur (steunbod); - ik heb extra lengte in een van mijn eigen kleuren (kleurherhaling).

Ik laat nog een ander gebruik van de ‘vierde kleur’ zien aan de hand van een spel uit de finale van het laatste Europees kampioenschap.

24

Oost 3 #S AB10982 #H A #R 6 #K HV432

West Oost 1#R 1#S 2#K ??

De Fransman Thomas Bessis en zijn tegenstander aan de andere tafel boden hier beide 2#H, de ‘vierde kleur’.

Partner west met

#S - #H V1053 #R AB752 #K A1095 antwoordde 3#H. Dit is een vierde mogelijke reactie op de ‘vierde kleur’ (naast de bovenstaande andere drie). Met een vierkaart in de vierde kleur: steunen.

Het zal duidelijk zijn dat de finalisten de ‘vierde kleur’ vooral toepasten om het bieden forcing te houden. In de volgende ronde steunt oost de klaverenkleur. Het biedverloop eindigde in 7#K voor de Fransen en 6#K voor de tegenstanders. Het zat niet al te slecht en 7#K werd gemaakt (11 imps winst).

Wat algemene uitspraken en raadgevingen over de ‘vierde kleur’

- Pas de vierde kleur-conventie toe als je als antwoordende hand sterk genoeg bent voor de manche, maar als het eindcontract nog onzeker is. - Beschouw ‘de vierde kleur’ als vraagbod. De opener kan SA bieden, de antwoorder steunen of een eigen kleur herhalen met extra lengte. Ook het steunen van de vierde kleur zelf is een zeldzame mogelijkheid (lengte in de 4e kleur). - Gebruik de vierde kleur-conventie ook als je wel een duidelijke troefkleur voor ogen hebt. De conventie is dan bedoeld als een soort afwachtbod; na het antwoord van de opener vertel je wat de troefkleur is. Zo’n steunbod na de ‘vierde kleur’ is mancheforcing. - Het belang van het vaststellen van de troefkleur (door de ‘vierde kleur’-bieder !) is groot: mogelijke misverstanden bij het gebruik van b.v. RKC-Blackwood, worden nu vermeden. - We zagen al dat de ‘vierde kleur-conventie’ soms alleen maar wordt gebruikt om het bieden forcing te maken. Twee biedverlopen

25

A West Oost 1#R 1#H 1#S 3#H

B West Oost 1#R 1#H 1#S 2#K 2SA 3#H

In beide gevallen toont oost een zeskaart harten. Het 3#H-bod in situatie A is niet 100% forcing; het 3#H-bod van B (ingeleid met een ‘vierde kleur’) is wel forcing.

- Nog een laatste zijpad: de vierde kleur met een sprong, b.v.

West Oost 1#K 1#H 1#S 3#R

Hier is de vierde kleur echt. Oost toont een 5-5 in de rode kleuren en een mancheforcing hand. West zal nu meestal genoeg weten om het eindcontract te bepalen.

De ‘vierde kleur’ is een onmisbaar hulpmiddel. Hét voorgeschreven recept voor een vraag naar extra informatie, als afwachtbod en als manier om het bieden forcing te maken.

26

7 Truscott.

Wat heeft oost in het volgende biedverloop?

West Noord Oost 1#S pas 2SA

Normaal gesproken belooft een 2SA-antwoord op een 1-opening een evenwichtige hand met een punt of 11-12 (limietbod) en stoppers in de niet geboden kleuren; verder ontkent oost lengte (4+) in een hoge kleur. West mag op 2SA passen met een minimum.

En dit dan?

West Noord Oost 1#S doublet 2SA

Handhaven we de betekenis van 2SA? Dat is niet erg zinnig. Met de meerderheid van de punten willen we wel eens zien waar NZ terechtkomen. Een (bijna) opening met de overige kleuren vertellen we met ‘redoublet’. Het 2SA-bod komt dan vrij voor een nieuwe betekenis.

De Engelsman was (in 1954) de bedenker van zo’n nieuwe betekenis. Het 2SA- bod na een doublet op een 1-opening is conventioneel; het belooft een limietverhoging in de geopende kleur. Dus iets als

Oost1 #S H1043 #H A3 #R VB76 #K 986 en gevolg hiervan: de ouderwetse limietverhoging (1#S doublet 3#S) komt te vervallen. De sprong naar 3#S is preëmptief. Bij voorbeeld

Oost2 #S H1043 #H 3 #R VB76 #K B863

West Noord Oost 1#S doublet 3#S

Tot zo ver de basis. Ik geef nog wat toelichting en bespreek mogelijke extra afspraken rondom Truscott

27

A Truscott zonder doublet

- Een sprong naar 2SA op een 1#H/1#S-opening kan ook zonder doublet als Truscott worden gespeeld. 2SA is de echte limiet (10,11 punten) en ‘drie-in-partners-hoge-kleur’ is preëmptief. U speelt ‘vijfkaart hoog’ en het bieden gaat:

Oost3 Oost4 Oost5 Oost6 #S 87 HB76 5 AV63 #H H765 VB6 A10763 HV8 #R 76 A65 H8763 V954 #K V10863 1097 107 94

West Noord Oost West Noord Oost West Noord Oost West Noord Oost 1#H pas ?? 1#S pas ?? 1#H pas ?? 1#S pas ??

Oost3 biedt 3#H, een preëmptieve verhoging. Oost4 zegt 2SA, een echte limiet (in hoge kaart punten) Oost5 heeft te veel speelkracht voor een 3#H-bod. Juist is 4#H. Oost6 is ook een direct steunbod waard. Het plaatje van Truscott en preëmptieve sprongantwoorden wordt verder ingevuld met een conventioneel 3SA-antwoord. Oost6 is veel te sterk voor een direct 4#S-bod (vergelijk oost5). Voor oost6 is een 3SA-bod verzonnen; een verhoging naar 4#S zonder singletons of renonces (13-15 punten). Met openingskracht, een singleton of renonce in een zijkleur en een vierkaart steun, is een sprong in de korte kleur het juiste bod (splinter).

B Ook met driekaart steun?

- Mag de sprong naar 2SA ook met een driekaart steun? Ja dat mag. Je moet je wel realiseren dat een 5-4 fit meer waard is dan een 5-3 fit (althans om zelf te spelen). In de verdediging, bv. tegen een contract in de andere hoge kleur door de tegenstanders is een 5-3 fit juist meer waard dan een 5-4 fit. En een preëmptief sprongbod op een driekaart is verboden.

C. Truscott op 1#K/1#R.

Tot slot een zijpad. - Op een lage kleur kan na een doublet ook Truscott worden gespeeld. Na 1#K/1#R doublet belooft 2SA dus steun. Na een 1#K-opening, die soms op een kortere kleur wordt gedaan, is extra lengte in de kleur nodig. Vreemd genoeg draaien experts de kracht van het 2SA-bod en de steun naar 3#K/3#R vaak om. 2SA is zwakker dan de sprong naar de lage kleur. Als je bedenkt dat een 3SA-contract niet in een (erg) zwakke hand moet zitten, is het omdraaien van de kracht minder vreemd. Op 2SA (zwak) zal het eindcontract niet snel 3SA worden. Op 3#K of 3#R kan de opener met overwaarde nog wel eens tot 3SA besluiten. Een voorbeeld van een omgekeerde Truscott in een lage kleur.

28

Oost #S 965 #H 2 #R V10976 #K H863

West Noord Oost 1#R doublet 2SA

Truscott is een goede conventie, die (vooral) van belang is in concurrerende biedverlopen. Speel de conventie, wat mij betreft ook rustig in een situatie zonder doublet (1#H/1#S pas ..). Een aanvulling is een 3SA-antwoord met een evenwichtige hand zonder korte kleur. Gebruik de sprong in partners kleur steeds als .

29

8 Landy.

De rechter tegenstander opent 1SA.

West Noord Oost Zuid 1SA ?? en west heeft

West 1 #S H10943 #H AB853 #R 6 #K A5

Een prima kaart om te concurreren. Maar welke kleur moet het worden? Al meer dan een halve eeuw geleden verzon de Amerikaan Alvin Landy voor dit soort handen een conventie: hij bood conventioneel 2#R en vroeg daarmee naar de beste hoge kleur van partner. Inmiddels speelt praktisch “de hele wereld” de Landy-conventie. Buiten de Verenigde Staten is het 2#R-bod echter vervangen door 2#K als vraagbod naar de hoge kleuren.

Andere voorbeelden van een Landy-volgbod op 1SA.

West 2 West 3 West 4 #S V9532 #S HV86 #S AV103 #H A1098 #H B10743 #H HB96 #R H6 #R 104 #R V108 #K A5 #K A4 #K B3

De Landy-bieder belooft meestal een 5-4; mooier is een 5-5 in de hoge kleuren. Niet kwetsbaar mag een 4-4 hoog ook wel eens (west 4). De kracht mag iets beneden openingswaarden liggen (west 3).

Er zit een voordeeltje aan een 2#K-bod als Landy, in plaats van 2#R. De antwoordende hand heeft extra speelruimte. 30

West Noord Oost Zuid 1SA 2#K pas ??

Oost 1 Oost 2 Oost 3 #S A74 #S 5 #S B97 #H 92 #H HB43 #H A82 #R B853 #R V432 #R A92 #K V942 #K 10873 #K B653

Oost 1 en Oost 2 vertellen hun voorkeur: Oost 1 zegt 2#S (beste hoge kleur) en Oost 2 biedt 2#H, de fit is zeker. Oost 3 heeft geen idee van de beste fit. Een conventioneel 2#R-bod vraagt west de langste kleur te bieden. Met gelijke lengte in harten en schoppen zal west 2#H bieden. Hier zien we het voordeel van 2#K, Landy ten opzichte van 2#R Landy. Oost 3 zal op partners 2#R, 2#H moeten bieden en niet altijd de beste fit vinden.

Nog wat aanvullende opmerkingen:

1. Soms wordt het Landy 2#K-volgbod gedoubleerd.

West Noord Oost Zuid 1SA 2#K doublet ?? Het is voor oost nu verstandig een aantal antwoorden aan te passen. pas = een klaverkleur 2#R = een ruitenkleur 2#H/2#S = voorkeur voor de geboden hoge kleur (hier dus geen aanpassing na een doublet) redoublet = bied je langste/beste hoge kleur

2. In Nederland wordt de Landy 2#K-conventie vaak gebruikt in samenhang met multi en Muiderberg-volgbiedingen op 1SA. Dit geheel heet in de volksmond Multi- Landy. Daar komen dus in feite nog “Muiderbergse” volgbiedingen van 2#H en 2#S bij, die naast de hoge kleur een lage kleur (vierkaart of langer) beloven. Het geheel is in zoverre simpel dat de reacties op 2#R/2#H/2#S-volgbiedingen op 1SA gelijk zijn aan die op de (zwakke) openingsbiedingen.

Eventueel kan Multi-Landy worden aangevuld met een 2SA-volgbod op 1SA (= beide lage kleuren). 31

3. Zijn de Amerikanen zo dom als ze 2#R als Landy spelen? Neen, want ze vullen hun geheel van conventionele volgbiedingen aan met hun eigen vorm van een ‘multi’. Ze spelen een 2#K-bod (Cappelletti/Hamilton) dat een 1-kleurenspel belooft. Niet alleen één hoge kleur, maar ook één lage kleur is mogelijk. 2#H en 2#S zijn bij hen ook ‘Muiderbergs’. [Noem het in de States maar anders; niet alleen vanwege de uitspraak] Je ziet dat je vaak voor een verandering van een conventie andere mogelijkheden terug krijgt.

32

9 Check Back Stayman.

Van tijd tot tijd hebben we een conventie nodig om het bieden aan de praat te houden. Als de tegenpartij heeft tussengeboden kunnen we een bod in hun kleur gebruiken. Maar in een biedverloop zonder tussenbiedingen gebruiken we andere instrumenten.

De twee meest bekende trucs: - na drie biedingen in een kleur hebben we de vierde kleur als forcing bod. - na een herbieding van 1SA of 2SA gebruiken we een conventioneel 2#K- of 3#K-bod.

We richten ons vooral op de 2#K-herbieding van de antwoorder.

West #S HB943 #H AB3 #R 104 #K H105

West Oost 1#K 1#S 1SA ??

Het is niet duidelijk wat het eindcontract moet worden. De hand is te mooi om te passen. Maar gaan we in SA of in schoppen spelen? Een manche of een deelscore? De oplossing: west biedt 2#K, een conventie, met de naam Check Back Stayman. Van Oost wordt gevraagd te kijken naar de hoge kleuren en naar een minimum of maximum voor de 1SA-herbieding.

CBS wordt toegepast met een hand die inviterend of beter is (straks meer over andere mogelijkheden). De belangrijkste antwoorden van de openaar op een rijtje.

West Oost 1#K 1#S 1SA 2#K ??

Oost 1 Oost 2 Oost 3 Oost 4 #S V6 #S V7 #S V107 #S AV2 #H V87 #H HV75 #H V4 #H H10 #R AB87 #R H63 #R VB52 #R 932 #K AB64 #K VB87 #K AB94 #K AB832

Op Check Back Stayman (CBS), het 2#K-vraagbod van west, antwoordt oost het volgende 33

Oost 1: 2#R, ontkent een vierkaart harten en een driekaart schoppen. Oost 2: 2#H, vertelt een vierkaart harten; een driekaart schoppen is nog mogelijk. Oost 3: 2#S, ontkent een vierkaart harten; vertelt een driekaart schoppen; geen maximale hand. Met een driekaart schoppen en een maximale hand kan oost hoger bieden dan 2#S. Een voorbeeld hiervan is Oost 4: 3#K, ontkent een vierkaart harten; vertelt een driekaart schoppen, een maximale hand en een vijfkaart klaveren. Met een hand zonder vierkaart harten, een driekaart schoppen en een maximum zonder vijfkaart in de geopende kleur biedt oost 2SA.

Een conventie als CBS staat niet op zichzelf, maar is onderdeel van een stelsel van biedingen na

West Oost - - 1X pas 1Y pas 1SA pas …

Omdat de andere biedingen onlosmakelijk zijn verbonden met de conventie CBS gaan we vrij uitgebreid in op de mogelijkheden:

Zwakke handen (6 tot 10/11 HP). A1 pas; met een evenwichtige hand. A2 een nieuwe kleur op 2-hoogte (niet 2#K = CBS), onder de eerste kleur, b.v. 1#K pas 1#S pas 1SA pas 2#R of 2#H; de openaar zal passen of de eerste kleur (Y) steunen. A3 herhaling van eerste kleur = om te spelen A4 steunen van de geopende kleur (X) op 2-hoogte (niet 2#K = CBS); de openende hand past. Inviterende handen (10 -12 HP). B1. 2SA (11,12 HP), evenwichtig, zonder vijfkaart Y. B2. CBS, het vraagbod, zie boven. B3. Sprong naar 3 in een nieuwe kleur (= 5-5 verdeling). B4. Sprong in de geopende kleur, met een vijfkaart, zonder vijfkaart Y Manche forcing handen (12+ HP). C1. 3SA (12-16 HP), evenwichtig, zonder vijfkaart Y C2. CBS, na het antwoord een bod op driehoogte in een nieuwe kleur of in openaars kleur. B.v. 1#K pas 1#S pas 1SA pas 2#K pas 2#R pas 3#K (= mancheforcing met klaveren) C3. Reverse bieden (= een kleur hoger dan Y op 2-hoogte).

Als verdere toelichting een paar rijtjes voorbeelden:

West Oost - - 1#K pas 34

1#S pas 1SA pas …

West 1 West 2 West 3 West 4 #S HB75 #S HB752 #S HB1075 #S HB75 #H V87 #H AB95 #H AV1084 #H 102 #R A107 #R 74 #R A4 #R B3 #K 1074 #K 98 #K 3 #K AV832

West 1: Pas: onvoldoende kracht voor de manche, tegenover een 12-14 SA (= A1) West 2: 2#H; een niet-forcing nieuwe kleur (=A2) West 3: 2#K, CBS (=C2). Mocht partner 2#R antwoorden, dan is ons volgende bod 3#H, forcing met een 5-5 hoog. Zonder #A is een directe sprong naar 3#H juist (=B3). West 4: 3#K, inviterend met een vijfkaart in partners kleur (=B4)

Meer:

West Oost - - 1#R pas 1#H pas 1SA pas …

West 5 West 6 West 7 West 8 #S V106 #S HB75 #S 64 #S AHB7 #H AV964 #H AVB9 #H AB10874 #H AV1052 #R H109 #R A85 #R V42 #R B3 #K 96 #K B8 #K 32 #K 96

West 5. 2#K, CBS (=B2); vraagt naar driekaart harten; op een 2#R-antwoord volgt 2SA (invite); op 2#H biedt west 3#H. West 6. 3SA (=C1). Omdat oost vierkaarten in de hoge kleuren heeft ontkend, is CBS hier overbodig. Verder is deze hand niet sterk genoeg voor een slempoging. West 7. 2#H (=A3). Om te spelen West 8. 2#S (=C3). Een mancheforcing reversebod. Dit belooft een vijfkaart harten. Weliswaar ontkende oost een vierkaart schoppen. maar het reversebod (in plaats van CBS) heeft hier het voordeel dat de kracht in de beide hoge kleuren wordt getoond.

Aanvullende opmerkingen over CBS en wat puntjes op de i:

- Check Back Stayman (CBS) is in de eerste plaats bedoeld om het bieden forcing te maken. Het tweede doel (het ‘Stayman’-gedeelte) is het controleren (Check Back) van het bezit in de hoge kleuren.

- De openende hand gaat in reactie op 2#K de mogelijkheden na a. een ongenoemde vierkaart hoog? Zo nee, dan .. 35

b. een driekaart steun in partners hoge kleur? Minimum of maximum? b1. een minimum: steun partners kleur; b2. een maximum: biedt boven partners kleur (eventueel door de geopende kleur te herhalen met een vijfkaart. c. geen van beide: biedt 2#R.

- Ook na een 2SA-herbieding is CBS mogelijk. De antwoorden volgen het patroon dat op 2- hoogte geldt. Minima of maxima worden echter niet aangegeven.

36

10 Splinters.

Je hebt een mooie fit in partners (troef)kleur, genoeg kracht voor de manche en een singleton of renonce in een zijkleur. Als aan deze voorwaarden is voldaan, ligt er een mooie conventie voor je klaar: een splinterbod (iedereen zegt kortweg splinter).

De meest gangbare situatie: partner opent een hoge kleur. Een dubbele sprong is nu een splinter. Bij voorbeeld.

Zuid #S HV63 #H VB76 #R 4 #K AV64

Noord Zuid 1#S 4#R

De hand van zuid voldoet aan de voorwaarden voor een splinter. Een mooie vierkaart in de troefkleur, een singleton ruiten en voldoende kracht voor de manche.

Een splinter is een slempoging. Niet meer en niet minder. Of het inderdaad slem moet worden is afhankelijk van de kaart van de partner. Noord wordt hier geacht mee te denken. Geef Noord in het gegeven biedverloop een van de volgende handen.

Noord 1 Noord 2 #S AB1084 #S AB1084 #H H53 #H AH3 #R HV7 #R B752 #K 75 #K 7

Met hand 1 moet noord afzwaaien naar 4#S. Tegenover een singleton ruiten zijn #RHV min of meer verspilde waarden. De manche is hoog genoeg.

Noord 2 is wel geschikt voor slem. In tegenstelling tot een bezit als H(V)x(x), is iets als xxxx, Bxxx of Axxx in de splinterkleur uitstekend. De handen ‘sluiten goed’. Noord kan hier azen vragen, bij voorkeur met RKC Blackwood. Na het antwoord van 5#S (twee van vijf azen, met troefvrouw) wordt een prima slem bereikt.

Als standaardsituatie voor een splinter hebben we dus

Noord Zuid 1#H/#S (pas) dubbele sprong in een nieuwe kleur

Dit geldt dus ook voor 1#H pas 3#S. 37

Kenmerkend voor een splinter: we hebben te maken met een sprongbod in een nieuwe kleur. Maar sommige (mogelijke) splintersituaties zijn ingewikkeld en afhankelijk van afspraken in een goed ingespeeld partnership.

A Noord Zuid

- 1#K 1#S 4#R

B - 1#R 1#S 3#H

C - 1#H 2#R 3#S

D 1SA 2#R1 2#H 4#K 1transfer

E - 1#K 3#H

F - 1#S 4#H

G 1#S 2#K 3#H

We lopen de situaties langs:

A Splinter met schoppen als troefkleur. Zuid heeft een enorme hand, iets als

#S AH63 #H AB6 #R 4 #K AH1064

Tegenover een minimaal antwoord wil zuid de manche in schoppen spelen. Maar misschien heeft Noord overwaarde en een geschikte hand voor slem, tegenover partners splinter.

B Splinter? Een kwestie van afspraak. In sommige partnerships belooft zo’n bijzondere sprong een vijfkaart harten, naast een zeskaart klaveren. Maar

38

#S HV63 #H 7 #R A107 #K AV1064 is de andere mogelijkheid. Een hand die zwakker is dan A. Tegenover een minimum en een slechte aansluiting kan nog worden afgestopt in 3#S.

C Splinter, althans in de meeste (top)partnerships. Een 6-5 verdeling in harten en schoppen kan men ook vertellen via een herbieding van 2#S (reverse, mancheforcing), gevolgd door 3#S. Maar hier heeft Zuid bij voorbeeld

#S 6 #H AH953 #R AV107 #K H104

D Splinter. Ook tegenover een 1SA-opening, kan een splinter worden getoond. Naast de zeskaart harten zit een korte klaverkleur. De hand is voldoende sterk om sleminteresse te tonen. De vraag is weer of de handen goed op elkaar aansluiten.

#S A76 #H AHB953 #R V107 #K 6

E Splinter? Ook hier zijn de meningen verdeeld. Sommigen spelen een sprongbod naar het drie-niveau als preemptief; VB-zevende met weinig of niets erbij. Maar anderen doen zo’n sprong met.

#S A98 #H 2 #R AB107 #K HV964

Dit soort splinters werken goed om uit zoeken of het eindcontract 3SA moet zijn of dat er een manche (slem?) in een lage kleur moet worden gespeeld. Noord zal weer kijken naar zijn hartenbezit. #H HV10 of #H AVx is ideaal voor SA.

F Splinter? Mogelijk. Er zijn heel wat paren die een 4#H-bod op 1#S als uitzondering zien voor de splinterregel. 4#H is dan om te spelen, punt uit. 4#H als splinterantwoord is zeker mogelijk. Om 4#H te bereiken kan immers eerst 2#H worden geboden en later 4#H? Een eventuele splinter ziet er net zo uit als de 4#R-splinter van de inleiding.

#S HV63 39

#H 4 #R VB76 #K AV64

Omdat misverstanden hier erg duur zijn: graag expliciet vastleggen dit biedverloop!

G Geen splinter. Hoewel een 2#H-herbieding op 2#K door praktisch iedereen als forcing wordt gespeeld, willen we een mooie 5-5 verdeling in de hoge kleuren graag uitdrukkelijk aangeven. Zuid heeft b.v.

#S AH964 #H AV1092 #R H4 #K 5

Er zijn grenzen aan het ‘gesplinter’.

De hoofdpunten: - Een splinter is een ongebruikelijke sprong, die een fit in partners kleur garandeert. - Een splinter is meestal goed te herkennen: het bod is één niveau hoger dan een forcing bod in dezelfde kleur. - Een splinter garandeert de manche, maar is geen bevel om naar slem te gaan. - Een splinter maakt het mogelijk de gezamenlijke speelkracht beter in te schatten. - Spreek de mogelijke situaties goed door met de vaste partner. Dit geldt ook voor de zeldzame situaties dat de tegenpartij tussenbiedt. In het biedverloop

Noord Oost Zuid West 1#H 1#S 3#S toont zuid harten steun en een korte schoppenkleur (singleton of renonce). De hartenmanche is zeker, vertelt zuid.

40

11 Concurreren met een doublet.

Het strafdoublet is dood. Lang leve het ‘uitneem’ (take out) doublet. Zo schrijft de moderne biedtheorie het voor. We spelen informatiedoublets en partner wordt geacht het doublet uit te nemen. Maar de ‘uitnemer’ moet wel weten waar hij aan toe is. De betekenis van een doublet varieert sterk. Van heel specifiek (een negatief doublet:1#K 1#S doublet = een vierkaart harten of een support double:1#K pas 1#H 1#S doublet = een driekaart harten) tot heel erg onduidelijk.

Hieronder staan enkele voorbeelden van een doublet dat niet veel anders betekent dan: ik wil nog wat. Puur om te concurreren. Steeds hebben we te maken met een biedverloop met (een aantal) tussenbiedingen. Het informatiedoublet in de eerste biedronde doet hier even niet mee. Van de partner van de doubleerder wordt een verstandige reactie verwacht. Het is denkbaar dat er gepast wordt op zo’n doublet. In strijd dus met de kreet hierboven.

Hier zijn enkele ‘competitieve’ biedverlopen. De vraag is steeds wat we ons moeten voorstellen van het (laatste) doublet.

A West Noord Oost Zuid 1#R doublet 2#R doublet

B West Noord Oost Zuid - 1#S 2#K 2#S 3#K pas pas doublet

C West Noord Oost Zuid - - 1#H 1#S 2#H pas pas doublet

D West Noord Oost Zuid 1#K 1#R 1#S doublet

We lopen ze langs.

A Het doublet van Zuid is een teruggekaatst doublet (responsive double). De double belooft een hand die wil concurreren, hoogstwaarschijnlijk in een hoge kleur. Een voorbeeld van een passende zuidhand:

41

#S H954 #H VB87 #R 87 #K V86

Omdat zuid niet wil kiezen tussen harten en schoppen wordt de bal teruggekaatst. Het is noord die moet kiezen. Met een normaal informatiedoublet kan het eindcontract heel goed 2#H of 2#S worden. Met overwaarde zal noord springen en kan zelfs de manche worden bereikt.

B Een ‘maximum’ doublet. #S B97 #H A1094 #R A754 #K 107

Hier heeft zuid een maximum voor het 2#S-bod. Misschien kan noord het doublet inlaten. Zo niet dan wordt het eindcontract waarschijnlijk 3#S of 3#H (met –ook– een vierkaart bij noord. Dit ‘maximum’ doublet is typisch een parenactie. Dit geldt zeker als de tegenstanders kwetsbaar zijn en een ‘magische’ +200 kan worden gescoord.

C Een ‘maximaal volgbod’ doublet. #S AB964 #H 4 #R AB7 #K HV96

Zuid geeft dit doublet met een maximale hand voor het volgbod. Met de hand van het voorbeeld had zuid ook een informatiedoublet in de eerste biedronde kunnen geven. Dan komt – in een ander biedverloop – de vijfkaart schoppen wellicht niet uit de verf. Dit is de ideale ontwikkeling: zuid vertelt de vijfkaart schoppen, het maximum en de mogelijkheid om in een andere kleur te spelen. Soms kan Noord passen op dit ‘uitneemdoublet’.

D Snapdragon doublet

#S 954 #H AV864 #R 108 #K A86

Hier hebben we wel te maken met een specifiek doublet. Zuid belooft de ongeboden kleur (harten). Eventueel mag partner noord ook terugkeren naar de eigen ruitenkleur, als harten slecht uitkomt. Benut de mogelijkheden van een doublet zo veel mogelijk. Het is toch niet de bedoeling om het de tegenstanders gemakkelijk te maken?! 42

12 RKC Blackwood (1430)

Op de omslag van zijn boekje over Roman Keycard Blackwood schrijft de Amerikaan :

- Het is niet voor beginners. - Erg lastig voor gevorderden. - Experts. Pas op!

Toch durven meer en meer spelers RKC Blackwood te spelen. Alle reden dus om nog eens naar de conventie te kijken.

Eerst nog wat verdere toelichting, adviezen en waarschuwingen.

Als we RKC Blackwood spelen doen we niet langer aan ‘azen vragen’. We vragen ‘keycards’. Dat zijn naast de vier azen, troefheer (en eventueel troefvrouw). Om te weten over welke hoge kaarten we het precies hebben, is het nodig een (vastgestelde) troefkleur te hebben. Daarover moeten de partners het eens zijn. We passen RKC Blackwood alleen toe wanneer we weten dat zijkleuren voldoende ‘gecontroleerd’ zijn. Een slem waarin onze tegenstanders een aas en heer in een zijkleur kunnen meenemen is geen goed slem. Doe geen RKC Blackwood met een renonce. Een van de keycards (een aas) is immers irrelevant geworden voor een slem in een troefcontract. Met een renonce gaat slembieden via controlebiedingen en niet via het vragen van keycards of azen. Vraag geen azen (of keycards) met 4#K. Dat bod heeft andere belangrijke functies (vooral als controlebod in een zijkleur). De variant van RKC die we (met langzamerhand vele anderen) spelen is de 1430-variant. De ‘R’ van Roman (Romeins) geeft aan dat we twee antwoorden combineren (1 of 4 en 0 of 3). 4SA (RKC Blackwood) vraagt naar keycards (‘KC’) (de vier azen + troefheer, eventueel troefvrouw). In de 1430-variant zijn de normale antwoorden van 5#K en 5#R omgedraaid: 5#K: 1 of 4 keycards; 5#R: 0 of 3 keycards; 5#H: 2 keycards, zonder troefvrouw; 5#S: 2 keycards, met troefvrouw.

Een biedverloop om de werking van RKC Blackwood te demonstreren (OW bieden niet tussen):

Zuid Noord 1#S 4#K

Wat vertelt Noord?

De dubbele sprong naar 4#K geeft goede schoppensteun aan. Noord heeft voldoende waarden om de manche in schoppen te spelen (zo rond de kracht van een openingsbod). Met 43

4#K belooft verder een singleton of renonce in klaveren. Het is een splinter. Het zal duidelijk zijn met 4#K de troefkleur ondubbelzinnig is vastgesteld.

De 1#S-openaar is nu aan de beurt en kan op drie manieren reageren.

1. Met 4#S, het zwakste bod. Zuid zal dit doen als 4#K (als splinter) slecht is uitgekomen. Zuid heeft bv. #S AVB82 #H 106 #R B4 #K HV83

Een singleton #K aan de overkant is slecht nieuws: #KHV zijn minder waard geworden. Fijn voor NZ om zo een slecht slem te kunnen vermijden.

Een tweede mogelijkheid om te reageren op 4#K.

2. Met een controlebod

#S AVB82 #H V6 #R AH8 #K B32

Na een splinter is deze hand mooi. Maar meteen keycards vragen met 4SA is minder goed; de hartencontrole ontbreekt. Waarschijnlijk heeft noord die wel, maar via 4#R komt zuid daarachter. Als noord dan 4#H doet, als controlebod, kan zuid daarna RKC gebruiken.

3. Met 4SA (RKC Blackwood).

#S AB872 #H AH6 #R A2 #K 854

Weer is 4#K als splinter in de roos. Het ontbreken van klaverwaarden komt uitstekend uit.

We willen RKC aan het werk zien en gaan door met het laatste biedverloop. Vanuit zuid (de 1#S-opening gezien:

Zuid Noord 1#S 4#K* 4SA

* splinterbod, mancheforcing; singleton klaveren met goede schoppensteun 44

#S AB872 #H AH6 #R A2 #K 854

Stel dat het antwoord van noord, volgens RKC Blackwood (1430) 5#K is. Noord heeft 1 of 4 keycards. Zuid weet nu dat er één keycard ontbreekt. Ook is #SV nog onbekend. Zuid kan naar #SV vragen met het opvolgende bod, 5#R. De antwoorden van noord zijn: - 5#H: ik heb #SV niet; - 5#S: ik heb #SV, maar geen heren in een zijkleur; - 6 in een kleur: ik heb #SV en de heer in de geboden kleur.

De twee handen en het bijbehorende biedverloop:

#S HV95 #H V97 #R HV73 #K 10 N

Z #S AB872 #H AH6 #R A2 #K 854

Zuid Noord 1#S 4#K* 4SA 5#K 5#R 6#R 6#S pas * splinter

Met RKC Blackwood een peulenschil.

Wat je moet doen en moet weten van RKC Blackwood (1430-variant):

- Stel een troefkleur vast. Hoe kun je anders weten welke heer en vrouw meetellen als keycard? - Speel eventueel de 0314-variant als je je niet thuis voelt bij 1430. De antwoorden van 5#K en 5#R op 4SA staan dan voor resp. 0 of 3 keycards en 1 of 4 keycards. De 1430-variant komt vaak wat gunstiger uit in de bieding (1 keycard komt als antwoord vaker voor dan 0 keycards). 45

- Vraag na een 5#K- of 5#R-antwoord eventueel (d.w.z. als dat nodig is) naar troefvrouw met het opvolgende bod (dus 5#R of 5#H). Dit geldt alleen als de nieuwe vraagbiedingen niet in de troefkleur zijn. - Het belangrijkste antwoord op de vraag naar troefvrouw (meestal dus 5#R of 5#H), is het opvolgende bod (in de genoemde situaties dus 5#H, resp. 5#S). Dit bod is negatief: troefvrouw wordt ontkend (worst first) - Om troefvrouw aan te geven met een heer in de zijkleur: bied 6 in de kleur van de heer. - Om troefvrouw aan te geven, zonder heer in een zijkleur: bied de troefkleur op het laagste niveau; als dat niet kan (de eerste stap zou troefvrouw ontkennen) kan 5SA ook (partner kan niet meer heren vragen, maar dat hoeft dus ook niet meer). - De RKC-bieder kan (vooral na een 5#H of 5#S-antwoord eventueel met 5SA naar heren vragen. De antwoorden zijn dan 6#K = 0, 6#R = 1, enz.

46

13 Zwakke twee.

Merkwaardig genoeg zijn ‘zwakke twee’-openingen bij Nederlandse wedstrijdspelers niet populair. Meestal speelt men, in plaats van een zwakke twee in een hoge kleur, de ‘multi’ 2#R-opening in combinatie met ‘Muiderbergse’ 2#H- en 2#S-openingen. In grote bridgelanden als Frankrijk en de Verenigde Staten speelt praktisch iedereen 2#H en 2#S als ‘zwakke twee’. Een paar voorbeelden van een (mogelijke) zwakke twee (eerste hand, niemand kwetsbaar)

Zuid 1 Zuid 2 Zuid 3 #S VB10852 75 HVB108 #H 963 AVB1087 85 #R HB4 VB3 B92 #K 8 107 1084

Een zwakke twee telt 6-10 HCP’s. Zuid 1 is een normale, vrij minimale hand voor 2#S; Zuid 2 is een maximum voor een 2#H-opening. Zuid 3 hoort er eigenlijk niet bij. De zwakke twee belooft immers een zeskaart. Toch opende de Nederlandse wereldkampioen Bas Drijver in een recent toermooi in China met 2#S. Een zwakke twee op een vijfkaart mag wel eens, maar dan alleen met een hele goede kleur.

Niets nieuws onder de zon, zullen de multi-aanhangers zeggen. Met deze drie handen openen wij 2#R.

Maar er zitten voordelen aan een zwakke twee boven de multi/Muiderberg combinatie.

Het volgende spel toont dit aan

Noord/OW, viertallen

Zuid West Noord Oost - - 2#R1 3SA2 ?? 1 multi 2 om te spelen

De zuidhand:

#S A763 #H H2 #R V9752 #K 97

Zuid kan hier weinig anders dan passen. Als er wordt rondgepast is de uitkomst een volgend probleem. Noord, de multi-hand, zal wel harten hebben. #H uit dus? We zullen zien dat dit hier ongunstig uitpakt. 47

Het hele spel:

N/OW #S V B 10 8 5 2 #H 9 6 3 #R H B 4 #K 8 #S 4 #S H 9 #H V B 8 7 5 #H A 10 4 #R 10 6 3 #R A 8 #K B 5 4 2 #K A H V 10 6 3 #S A 7 6 3 #H H 2 #R V 9 7 5 2 #K 9 7

3SA van oost is vaak gebaseerd op een lange kleur met stoppers in de hoge kleuren. Na de uitkomst van #HH claimt oost 12 slagen.

Aan een andere tafel opent noord niet met een multi maar met een zwakke twee in schoppen. De noordhand is immers gelijk aan de Zuid 1 hierboven. Het bieden gaat hier

Zuid West Noord Oost - - 2#S1 3SA2 ?? 1 zwakke twee 2 om te spelen

Nu heeft zuid een ander beeld van het spel. Op 3SA biedt hij 4#S. Dit lijkt op z’n minst een goede uitnemer van 3SA. Op een goede dag, zoals nu, wordt 4#S zelfs gemaakt. De tegenstanders doen het goed als ze uitnemen tegen de dode manche in de NZ-lijn.

De zwakke twee wint hier met enorm verschil van de multi.

Weliswaar is dit een extreem voorbeeld, maar het komt heus vaker voor dat het bekend zijn van de kleur van de ‘zwakke twee’-hand een voordeel oplevert.

Hoe is het vervolg na een zwakke twee?

Zuid West Noord Oost - - 2#H/S1 pas ??

Mogelijke antwoorden van zuid: - pas. Kan sterk zijn (tot ruime openingskracht), tegenover een hand zonder fit. - 3#H/S. Steun, preëmptief bedoeld. 48

- 4#H/S. Kan op twee manieren bedoeld zijn: in de verwachting de manche te halen of preëmptief (als redding op voorhand) - een nieuwe kleur: niet forcing op twee hoogte (2#H pas 2#S); forcing op driehoogte. - 2SA. Een forcing vraagbod. Noord heeft de volgende antwoorden: a. 3#K = een minimum (in kracht) met een slechte kleur; b. 3#R = een minimum (in kracht) met een goede kleur; c. 3#H = een maximum (in kracht) met een slechte kleur; d. 3#S = een maximum (in kracht) met een goede kleur. (de bandbreedtes van een minimum en maximum liggen rond 5-7 resp. 8-10 HCP’s; een goede kleur belooft twee van de drie tophonneurs – A, H of V)

Enkele conclusies en een resumé: - De zwakke twee doet beslist niet onder voor de multi/Muiderberg combinatie. In sommige situaties levert de zwakke twee zelfs grote voordelen op. Helaas kun je sommige (Muiderberg)-handen niet langer openen. Dat pakt ook niet altijd slecht uit - In de rest van de wereld zijn de multi en Muiderberg zeldzame conventies. In sommige landen (met name de Verenigde Staten) is de multi zelfs verboden op lager niveau. Onze vaderlandse wereldkampioenen spelen geregeld in de States. Het “multi-verbod” is voor hen mede de reden om een zwakke twee te spelen. Brink-Drijver spelen naast de zwakke twee in harten en schoppen tevens 2#R als zwakke twee in ruiten. Ze voelen zich er wel bij.

49

14 Support double.

Het afgelopen jaar heb ik conventies besproken die praktisch iedereen speelt. Er zijn andere conventies die wel mogen, maar niet per se hoeven. Een daarvan is de support double.

De support double is een uitvinding van de Amerikaanse topspeler Eric Rodwell. Een standaardsituatie:

Zuid West Noord Oost 1#K pas 1#H 1#S doublet

Zuid belooft een driekaart steun in harten. Over de rest van zuids hand zegt het doublet weinig. Zo kan zuid al of niet (extra) lengte in klaveren hebben. Enkele voorbeelden van een zuidhand in de ‘support double’-positie.

Zuid West Noord Oost 1#K pas 1#H 1#S doublet

Zuid 1 Zuid 2 Zuid 3 Zuid 4 #S A 10 3 #S 10 3 #S 10 3 #S A V 10 3 #H H 10 4 #H H 10 4 #H H V 4 #H 10 4 #R V B 5 #R A B #R A H B 5 #R A V #K H 9 8 7 #K H B 9 8 7 3 #K H V 8 7 #K A V 9 8 7

Zuid1,2 en 3 geven een doublet op 1#S. Zuid 4 kan dat niet doen, met een doubleton harten. Hier zien we een nadeel van de support doubles. Zuid kan 1#S niet voor straf doubleren. Met een sprong naar 2SA is de hand ook mooi verteld. En let op: als de zuidhand niet doubleert, zit er ook geen driekaart harten(steun).

Wat zijn de algemene regels voor de support double? openaar en antwoorder hebben beiden een bod gedaan (op 1-hoogte); de rechter tegenstander biedt tussen, met een bod op 1- of 2-hoogte; het bieden is niet hoger gekomen dan 2-in-de-kleur van de antwoorder;

En een aanvulling: behalve een support double, kennen we ook een support redouble. Die geldt, als de rechter tegenstander het bod van de antwoorder heeft gedoubleerd.

Enkele situaties: A Zuid West Noord Oost 1#R pas 1#S 2#K doublet 50

B Zuid West Noord Oost 1#R dbl 1#H 2#K doublet C Zuid West Noord Oost 1#K 1#H 1#S 2#H doublet D Zuid West Noord Oost 1#K pas 1#S 1SA1 doublet 1 unusual (rode kleuren) E Zuid West Noord Oost 1#K pas 1#H 1SA2 doublet 2 natuurlijk 16-18 HP F Zuid West Noord Oost 1#K pas 1#S doublet redoublet

Zes keer de support double (en redouble) in werking. In de gevallen A t/m D belooft het doublet van Zuid steeds een driekaart in de hoge kleur van noord. In situatie F geeft zuid met redoublet een driekaart schoppen aan. Geval E is bijzonder. Hier belooft oost met 1SA een sterke hand, in principe ook met waarden in de kleuren van NZ. Veel topspelers spelen in dit geval geen support doubles. Het is de enige uitzondering op de regel.

Als je consequent support doubles speelt, heeft dit invloed op andere biedingen. De interpretatie daarvan helpt enorm bij het beoordelen van de hand. Een pas van zuid in de genoemde biedverlopen ontkent een driekaart (of langer) in de hoge kleur van noord. Ook een bod in een andere speelsoort ontkent zo’n driekaart (of vierkaart steun. Een steunbod (al of niet met een sprong) belooft een vierkaart. Zowel voor het verdere bieden, als voor het tegenspel (waaronder de uitkomst) heeft de aanpak met support doubles veel nut. Er zijn allerlei conclusies te trekken uit het biedverloop.

We gaan nu verder in op de reactie van de antwoordende hand na een support double. Na b.v.

Zuid West Noord Oost 1#K pas 1#H 1#S doublet 51

weet Noord van de driekaart steun in harten. Als west hierna past, hoeft noord natuurlijk niet in harten te gaan spelen. Voorbeelden van noordhanden en biedingen die noord kan doen na een supportdouble.

Zuid West Noord Oost 1#K pas 1#H 1#S doublet pas ??

Noord 1 Noord 2 Noord 3 Noord 4 #S H B 8 #S V 4 #S B 3 #S A 3 #H V 9 6 5 #H V 9 6 5 #H H B 10 4 2 #H A V 10 4 3 2 #R H B 5 #R H 6 #R V 10 5 #R H 6 4 #K 10 5 4 #K B 6 5 3 2 #K B 10 6 #K 10 5

Noord 1: 1SA. Het is niet nodig om in harten (of klaveren) te gaan spelen. Met de schoppenstop en (maar) een driekaart harten aan de overkant, is 1SA prima.

Noord 2: 2#K. Steun partners kleur. Zelfs als er 1#K is geopend op een driekaart, zal 2#K prima spelen.

Noord 3: 2#H. Voorlopig niets anders te melden. Het 2#H-bod belooft een vijfkaart en een (tamelijk) minimale hand.

Noord 4: 4#H. Met een 6-3 fit en voldoende waarden voor de manche, is het niet nodig om er doekjes om te winden.

Nog enkele opmerkingen en een resumé:

- Het grootste voordeel van een support double is, dat je verschil kunt maken tussen een verhoging met een driekaart en met een vierkaart. In concurrerende biedverlopen is het erg belangrijk om te weten of we een fit met acht kaarten hebben of met slechts zeven kaarten. - Als partner geen support double geeft, maar past of een andere kleur (of SA) biedt wordt daarmee een driekaart ontkent. Een pluspunt voor het verdere bieden en eventueel voor het tegenspel. - Een support double is ook van toepassing als de antwoorder een vijfkaart heeft beloofd.

Zuid West Noord Oost 1#K 1#H 1#S1 2#H doublet 1 belooft een vijfkaart schoppen (met een doublet zou oost een vierkaart aangeven)

Hier geeft zuid een driekaart steun in schoppen aan. In het verdere bieden en bij eventueel tegenspel kan het (vooral voor noord) belangrijk zijn om het aantal schoppen van zuid te weten. 52

- Een support double moet worden gealerteerd. Het is immers een conventioneel bod; de tegenpartij moet op de hoogte worden gesteld van deze conventionele betekenis. Als je de tegenstanders het respect gunt, waar ze recht op hebben, wordt niet alleen de supportdouble gealerteerd maar ook een verhoging van de kleur van de antwoorder. Dat belooft nu immers een vierkaart steun. En ik kan het nog sterker vertellen. Ik ben gewoon elke andere bieding dan een support double of een verhoging (een bod in een andere speelsoort of een pas) óók te alerteren. Partner vertelt daarmee immers dat hij hoogstens twee kaarten in mijn kleur heeft!

Als men support doubles speelt, zijn de negatieve consequenties minstens zo belangrijk als de positieve acties (doubleren of steunen).

53

15 Unusual SA.

De Unusual SA bestaat al zo lang dat hij nauwelijks meer unusual, ongebruikelijk mag worden genoemd. Wat er ongebruikelijk aan is: de conventie heeft niets te maken met het spelen in de speelsoort SA. Het is een tussenbod dat twee kleuren belooft. Ooit is het begonnen met een sprongvolgbod op een hoge kleur naar 2SA. Dat belooft de lage kleuren. De toepassing van de conventie is steeds ruimer geworden. Het volgende rijtje toont een, lang niet volledig, overzicht van unusual SA situaties.

A) Zuid West Noord Oost - - - 1#H/1#S 2SA

De situatie die het meest wordt toegepast. We kijken naar enkele mogelijke handen van zuid

Zuid 1 Zuid 2 #S 3 #S V #H H 10 #H 3 #R A V B 5 3 #R A H B 3 2 #K H V B 6 5 #K H B 8 6 4 3

Zuid 3 Zuid 4 #S 4 #S 3 #H A V #H 4 #R A H B 10 5 #R V B 10 6 5 3 #K A V B 8 7 #K A V 9 8 7

Stuk voor stuk zijn de zuidhanden geschikt voor een unusual 2SA-volgbod. De speelkracht (en de tegenspelkracht) is nogal verschillend. Zuid 3 is het sterkste. Met die hand zal zuid na een afwijzend 3#K- of 3#R-antwoord nog een extra (manche) poging doen. Zuid 4 lijkt een hand, waarmee je (vooral niet kwetsbaar tegen kwetsbaar) al gauw wilt uitnemen in een lage kleur, als de tegenstanders naar de manche gaan (in een hoge kleur). Niet voor niets zijn mijn voorbeelden aan de sterke kant. Soms kan men het niet laten te springen naar 2SA met een (zeer) zwakke hand. Daar zijn zeker twee dingen op tegen: - Er hoeft geen fit te zijn in een lage kleur; zelfs een ‘redding’ op driehoogte kan (te) duur zijn. Partner kan enorm tegenzitten in de hoge kleur(en). - Het sprongbod maakt het de tegenstanders mogelijk de goede keuzes te maken. Zo zal de leider gemakkelijke beslissingen hebben in het afspel, omdat veel informatie over de verdeling bekend is.

54

B) Zuid West Noord Oost - - - 1#H pas 1#S pas 2#S 2SA

Een unusual 2SA-volgbod hoeft niet direct te worden gedaan. Nu OW een schoppenfit hebben is het bieden voor zuid veiliger geworden. Het motto is immers: “zij een fit, wij een fit”. Zuid zal niet altijd een 5-5 verdeling hebben in de lage kleuren (5-4 kan hier ook). NZ zullen wel een contract kunnen spelen in een lage kleur. Dat kan een uitnemer zijn tegen een deelscore, maar ook (vooral niet-kwetsbaar) tegen een (4#S)-manche. Verder kan het (vooral in een parenwedstrijd) lonen om de tegenstanders ‘op te jutten’ naar het 3-niveau.

C) Zuid West Noord Oost pas 1#K pas 1#S 1SA

Een unusual SA-bod hoeft niet per se op 2-hoogte te worden gedaan. Hier heeft zuid voorgepast. Met 1SA worden hier de rode kleuren aangegeven. Zuid belooft een echt tweekleurenspel. Met minder distributie geeft zuid liever een informatiedoublet (vanzelfsprekend zwak na de eerdere pas).

D) Zuid West Noord Oost - 3#H doublet 4#H 4SA

Een unusual 4SA-bod dat vraagt om de beste lage kleur

E) Zuid West Noord Oost - - 1SA 2#R1 pas 2#S2 pas pas 2SA 1 multi (één hoge kleur) 2 om te spelen tegenover een schoppenkleur (hartenaansluiting)

Zuid wil 2#S niet laten spelen en is op zoek naar een contract in een lage kleur.

F) Zuid West Noord Oost - 1#S doublet 2#S pas pas doublet pas 2SA 55

Kies maar uit de lage kleuren is hier de boodschap. Een voorbeeld van de zuidhand

#S 4 3 2 #H 9 4 #R B 9 3 2 #K V 7 4 2

G) Zuid West Noord Oost - - 1#K 4#S 4SA

We maken het ingewikkelder. Is dit ook een unusual SA volgbod? Of vraagt zuid naar azen (of keycards met klaveren als troef)? Experts spelen dit 4SA-bod als unusual. Ze hebben een hand als

#S - #H A V 10 8 3 #R H B 10 5 3 2 #K V 7

Deze hand is niet geschikt voor een strafdoublet op 4#S. Liever speelt zuid in een rode kleur (afhankelijk van aansluiting met de noordhand) op 5-niveau of hoger.

H) Zuid West Noord Oost - - - 1#S 2#K 2#S pas pas 2SA

En nog een ingewikkelde. Zuid heeft slechts een volgbod gegeven, maar wil toch verder concurreren. Met 2SA belooft zuid weer de lage kleuren. In dit geval iets als

#S 3 #H V 3 #R H B 10 3 #K A V 10 8 4 2

56

Unusual SA. De hoofdpunten:

- Een unusual SA-bod is een bod in competitie dat twee kleuren aangeeft.

- Welke kleuren geeft de SA-bieder aan? Als zij twee kleuren hebben geboden de twee andere kleuren. Boden zij één kleur dan belooft het SA-bod de laagste van de ongeboden kleuren (dus bv. 1#R 2SA voor harten en klaveren).

- Unusual SA-biedingen kunnen voorkomen op 1-, 2- of 4-hoogte. Een 3SA-bod is steeds om te spelen. Sommige experts spelen een 1SA-bod na 1X pas 1Y van de tegenstanders als echt: een mooie 15 tot 18 punten met stops. Maar met een gepaste hand is 1SA unusual (zie C).

- Doe maar geen unusual SA-biedingen met al te zwakke handen. Enkele negatieve punten hiervan: a. je komt te hoog (of zit al te hoog) en wordt gedoubleerd en gaat down ‘voor een telefoonnummer’; b. zij krijgen veel hulp bij het afspel.

- Voeg enkele bijzondere unusual-situaties toe aan uw biedarsenaal (zie G en H)

57

16 Walsh.

Partner opent 1#K. Voor een antwoord heb je dan vaak een keus, die ook geldt voor het openingsbod van 1-in-een-kleur. Je antwoordt - de langste kleur eerst; - met twee vijfkaarten: de hoogste kleur eerst; - met twee (of drie) vierkaarten: de kleuren van onderaf aan.

Deze standaard aanpak wordt niet (volledig) gevolgd door spelers die ‘Walsh’ gebruiken.

Voorbeelden:

Zuid West Noord Oost - - 1#K pas ??

Zuid 1 Zuid 2 #S A 10 9 3 #S 10 5 #H 10 8 7 #H H 8 7 3 #R V B 5 3 #R H B 4 3 2 #K 7 5 #K B 5

Zuid 3 Zuid 4 #S 4 3 #S H B 7 #H A 9 7 4 #H V 10 4 #R H 9 8 7 5 2 #R B 8 6 5 3 #K 7 #K V 6

Zuid 5 Zuid 6 #S H 8 6 4 #S A B 7 5 #H V 4 #H 10 4 #R 8 6 #R A H 10 4 3 #K A 10 7 5 3 #K V 6

Bij het antwoord op 1#K geven de aanhangers van Walsh de hoge kleuren voorrang boven een ruitenkleur. Dat geldt althans voor handen die zwakker zijn dan een opening. We lopen het rijtje langs:

Zuid 1: 1#S. De vierkaart hoog gaat voor. Zuid 2: 1#H. Ook als de ruitenkleur langer is, geeft men voorrang aan de hoge kleur. Zuid 3: 1#H. Het verschil in lengte kan zelfs twee zijn. Zuid 4: 1SA. Dit heeft niets met Walsh te maken. 1SA is het natuurlijke bod. Vanwege de stoppers in de hoge kleuren is 1SA een prima antwoord. Zuid 5: 1#S. Het normale antwoord. Ook dit heeft niets met Walsh te maken. 58

Zuid 6: 1#R. Deze hand is sterk genoeg om ‘reverse’ te bieden. Zuid heeft hier een eigen opening. De schoppenkleur komt straks. Walsh wordt alleen gebruikt met handen van 6-12 HCP’s.

Het verhaal van deze conventie is niet volledig. De herbiedingen van de 1#K-openaar na het 1#R-antwoord worden in de Walsh-methodiek ook aangepast.

Zuid West Noord Oost - - 1#K pas 1#R pas ??

Noord 1 Noord 2 #S A V 10 2 #S H 3 #H V 5 4 #H H V 9 7 #R V 7 #R 10 6 #K H 8 6 3 #K H V 10 4 2

Noord 3 Noord 4 #S H V 9 5 #S H V 10 3 #H H 10 8 3 #H V B 6 4 #R 5 #R H 7 #K A B 9 6 #K V 10 3

Noord 1 biedt 1SA. Dit belooft een evenwichtige hand. Noord hoeft de vierkaart schoppen niet te bieden, want zuid heeft met 1#R de vierkaart schoppen ontkend (althans met een 6- 12 hand). Als Zuid een sterkere hand heeft, gaat het bieden verder na 1SA en komt een eventuele 4-4 fit in schoppen er nog wel uit. Noord 2 biedt 1#H. Walsh-aanhangers maken onderscheid tussen onevenwichtige handen (zoals een 5-4-3-1, een 4-4-4-1 of een 5-4-2-2) en evenwichtige handen. Daarmee herbiedt men 1SA. Noord 3: 1#H; ook deze hand is onevenwichtig. Noord 4: 1SA. Hier worden zelfs twee hoge vierkaarten verzwegen.

Walsh heeft een aantal voordelen: Door het overslaan van de ruitenkleur vertelt de antwoorder minder over zijn hand (dat kan een voordeel opleveren bij de uitkomst of het afspel). Verder kan een 1#S-antwoord op 1#K een eventueel hartenvolgbod blokkeren. Door het overslaan van de hoge kleuren vertelt de opener minder over zijn hand. Ook hier geldt een eventueel uitkomstvoordeel; denk aan een biedverloop als 1#K – 1#R - 1SA – 3SA. De openaar maakt onderscheid tussen een evenwichtige en onevenwichtige hand na 1#K – 1#R …; de antwoorder weet dan meer van de klaverkleur; dit is vooral van belang in systemen met een 1#K-opening op een driekaart of zelfs een doubleton.

Zijn er ook nadelen? Ja, we kunnen er enkele bedenken. 59

- u mist wel eens een deelscore in #R; - u moet het antwoord van 1#H of 1#S op 1#K alerteren. Dat geldt ook voor de 1SA- herbieding van de 1#K-openaar. Niet echt een nadeel, dit alerteren. Meer een kwestie van plicht en fatsoen.

Nog enkele vragen over Walsh.

- Na 1#K pas 1#R pas .. onderdrukt de openende hand de hoge kleuren (en biedt 1SA met elke evenwichtige hand). Hoe zit het met 1#K pas 1#H pas ..? Onderdrukt de openaar dan ook een vierkaart schoppen om 1SA te herbieden? Mijn advies is om de schoppenkleur alleen te onderdrukken met een 4=3=3=3 verdeling (vierkaart schoppen met drie driekaarten)

- Is het niet lastig om nog in 2#R te komen met een hand met een vierkaart hoog en een langere ruitenkleur (zie b.v. zuid 3 hierboven)? Er zijn twee oplossingen. Speel 2#R om te spelen na de 1SA-herbieding van partner. Speel een dubbele Checkback conventie op een 1SA-rebid. Een 2#R-bod is daarbij mancheforcing; 2#K is een transfer naar 2#R. - Het geeft een inviterende hand aan (het karakter ervan wordt duidelijk bij het volgende antwoord) of - het is een ‘afzwaaibod’; hetgeen duidelijk wordt door een pas op het verplichte 2#R-bod. Dé oplossing voor zuid 3 dus.

Over de dubbele checkback de volgende maand.

60

17 Dubbele Check Back.

In een biedverloop als

Zuid West Noord Oost - - 1#R pas 1#S pas 1SA pas 2#K spelen velen het laatste bod als zgn. Check Back. De aanduiding CBS (Check Back Stayman) wordt ook wel gebruikt.

Aan de ontwikkeling van conventies komt geen eind. Als je CBS speelt, kun je niet ‘ouderwets’ worden genoemd, maar er is al weer wat nieuws op de markt. Nogal wat topspelers gebruiken een ‘dubbele’ (two way) Check Back. Een van de bedenkers is de Amerikaan . In het biedverloop

Zuid West Noord Oost - - 1m pas 1M pas 1SA pas … (m = lage kleur; M = hoge kleur) is 2#K een soort Check Back met een inviterende hand; 2#R is een mancheforcing Check Back. Na de herbieding van 1SA gaat het bieden als volgt:

Zuid West Noord Oost - - 1m pas 1M pas 1SA pas …

-2#K: verplicht tot 2#R; -2#R: mancheforcing relay -2M : om te spelen -2#H (na 1#S): 4/5-kaart harten; geen interesse voor de manche

Biedingen op driehoogte zijn mancheforcing. Ze beloven ‘zuivere’ handen, met een 5-5 verdeling (sprong naar een lagere kleur) of met een zeskaart in de geantwoorde kleur (3M dus). ‘Zuiver’ wil zeggen dat de honneurpunten in de beloofde kleur(en) zitten. Op een 2SA-bod na 1SA komen we straks terug.

61

Hoe gaat het verder na de dubbele Check Back?

Zuid Noord - 1#K/#R 1#H/#S 1SA 2#K 2#R* .. * verplicht

Zuid biedt nu -pas; wil graag 2#R spelen; na een 1#R-opening is dit logisch; na een 1#K-opening en een 1#H/#S-antwoord, komt de conventie vooral tegemoet aan de Walsh-aanhangers; zij kunnen immers aan een vierkaart hoog voorrang geven boven een (langere) ruitenkleur. -2#H inviterende hand (10,11 HCP’s) met 5-4 of 5-5 verdeling; -2#S inviterende hand 5-of 6-kaart; -2SA invite voor 3SA; -3#K/#R natuurlijk en inviterend.

Zuid Noord 1#K/#R 1#H/#S 1SA 2#R * .. * mancheforcing Check Back

Nu moet de openende hand de kaart nader omschrijven. Daarbij geldt als volgorde:

-toon een vierkaart harten (met 2#H); -steun met een driekaart; -herbied een vijfkaart in de lage kleur (goede kleur); -bied 2SA.

Wat handjes om te oefenen:

Zuid West Noord Oost - - 1#K pas 1#S pas 1SA pas ??

Zuid 1 Zuid 2 #S A 10 9 3 2 #S H 8 7 3 #H H 10 8 7 #H 10 4 #R 5 3 #R H B 4 3 2 #K 10 8 #K B 5

62

Zuid 3 Zuid 4 #S A H 10 7 4 #S A 10 9 3 2 #H 4 #H H 10 8 7 #R A H 7 4 2 #R A 5 #K B 6 #K 9 6

Zuid 5 Zuid 6 #S A 10 9 3 2 #S A B 7 5 #H H V 4 #H 10 4 #R A 8 6 #R 3 #K 10 7 #K V 9 6 5 4 2

Zuid 1: 2#H, niet forcing met 5-4 of 5-5. Zuid 2: 2#K en pas op het verplichte 2#R-antwoord; het is duidelijk dat zuid 2 Walsh speelt (de schoppenvierkaart gaat vóór de ruitenkleur); via het ‘puppetbid’ van 2#K kan toch nog een ruitencontract worden bereikt. Zuid 3: 3#R. Mancheforcing 5-5. Wordt (ook zonder dubbele Check Back) door velen op deze manier gespeeld. Zuid 4: 2#K, na het verplichte 2#R-bod volgt 2#H. Zuid 4 geeft hiermee een invite aan met beide hoge kleuren (5-4, eventueel 5-5). Zuid 5: 2#R. Mancheforcing Check Back. Als Noord iets anders antwoordt dan 2#S, volgt 3SA. Daarmee wordt de bedoeling van het GF 2#R-bod duidelijk. Zuid 5 heeft een vijfkaart schoppen en is verder (semi-)evenwichtig. Zuid 6: ?? Hoe kom je in een klavercontract, als je de dubbele Check Back speelt? De conventie van Woolsey is aangevuld door anderen: ze spelen 2SA hier als een transfer naar 3#K. Je zou kunnen zeggen dat we 2SA toch ‘over’ hebben. Een invite van 2SA na 1SA kan immers worden geboden via 2#K p 2#R p 2SA. Noord is na 2SA verplicht 3#K te bieden. Zuid 6 past daarop. En als 2SA wordt gebruikt als transfer naar 3#K, kan het geen kwaad het bieden aan te vullen.

Zuid West Noord Oost - - 1#K pas 1#S pas 1SA pas 2SA* pas 3#K pas ?? * transfer naar 3#K

-pas, 3#K vind ik o.k. -3#R, GF; klavers mee, singleton ruiten -3#H, GF; klavers mee, singleton harten -3#S, GF; 4-kaart klaveren en 5-kaart schoppen (2 doubletons) -3SA, GF; 5-kaart klaveren en 4-kaart schoppen (2 doubletons)

Waarschijnlijk wordt het hier allemaal een beetje te veel. 63

Conclusie en aanvulling:

- De dubbele Check Back is zonder meer een uitstekende conventie. Misschien is het meest plezierige nog wel dat het forcing karakter (via de 2#R Check Back) of het inviterende karakter meteen duidelijk zijn. Er zijn weinig handen die niet in het patroon passen; zeker als 2SA op 1SA wordt gebruikt voor handen met klavers. - De conventie sluit goed aan bij conventies als Walsh en Transfer Walsh. - Voor de echte systeemfreaks: Er lijkt niet veel op tegen om de conventie ook te gebruiken in alle situaties, waarin het gaat 1X p 1Y p 1Z, waarbij Z iets anders is dan SA, dus #H of #S. Men zit dan in een ‘4e kleur’- situatie. Wel zo plezierig om ook hier de dubbele Check Back te spelen en wellicht is het gemakkelijker om steeds hetzelfde schema te gebruiken.

64

18 Tweekleurenspelvariaties.

Volgbiedingen met tweekleurenspellen. Ook wel: de wondere wereld van Ghestem, Michaels cuebid en unusual 2SA-biedingen. Er is voor elk wat wils en het aantal varianten is groot. Wie heeft er – met een vaste of minder vaste partner – nooit een biedmisverstand gehad over een sprongvolgbod of een bod in hun kleur? We zien weinig vingers in de lucht gaan.

Een kijkje in de cafetaria van de tweekleurenspellen (steeds 5-5 of langere kleuren). Kiest u maar…

A Ghestem

Om te beginnen de originele variant van deze conventie.

Na 1#K - 2#K = een echte klaverkleur; - 2#R = beide hoge kleuren; - 2SA = de laagste twee ongeboden kleuren, hier harten en ruiten; - 3#K = de uiterste twee ongeboden kleuren, hier schoppen en ruiten.

Na 1#R, 1#H, 1#S - 2-in-hun-kleur = hoogste en laagste van de ongeboden kleuren; - 2SA = de laagste twee ongeboden kleuren; - 3#K = de hoogste twee ongeboden kleuren.

B Ghestemvariatie: (Garozzovariant*)

Na 1#R is 2#R een tweekleurenspel in de hoge kleuren. Dit heeft als voordeel dat we beide hoge kleuren op lager niveau kunnen aanbieden. 3#K komt vrij als natuurlijk bod (zwak, sterk of intermediate) met eventueel een sprong naar 3#R als schoppen/klaveren. Of (nog een variant): 3#K als een tweekleurenspel schoppen/klaveren.

* De Italiaan was rond 1980 trainer van de Nederlandse top. Zijn ideeën zijn blijven hangen.

C Michaels cuebid

Na 1#K, 1#R - 2-in-hun-kleur = hoge kleuren; - 2SA = de laagste twee ongeboden kleuren.

Na 1#H, 1#S - 2-in-hun-kleur = de andere hoge kleur en een lage kleur; - 2SA = de laagste twee ongeboden kleuren, ruiten en klaveren.

65

Het zal duidelijk zijn dat partners die dit geheel niet tot in de puntjes hebben afgesproken in een zee van misverstanden terecht zullen komen.

We noemen de kenmerkende verschillen tussen de twee conventies: Bij Ghestem zijn beide kleuren direct bekend; bij Michaels cuebid is dat na een bod in hun hoge kleur niet het geval. Het sprongvolgbod van 3#K is bij Ghestem conventioneel; bij Michaels cuebid natuurlijk. Het 3#K-volgbod wordt hier door velen als een zwak sprongvolgbod gespeeld. Na 1#K of 1#R heeft Michaels geen bod om direct de hoogste en laagste ongeboden kleuren aan te geven; men moet 1#S volgen en later eventueel de lage kleur introduceren. Michaels kan niet ‘natuurlijk’ 2#K volgen (op b.v. een ‘voorbereidende klaver’). 3#K met klavers kan natuurlijk wel,

Daarmee staan de voor- en nadelen van de beide conventies ook ongeveer op een rijtje. De Ghestem-aanhangers vinden het plezierig dat beide kleuren direct bekend zijn. De gebruikers van ‘Michaels’ vinden het minder erg dat ze de lage kleur (na 1#H 2#H of 1#S 2#S) niet (meteen) weten (dat wíj het niet weten, betekent ook dat zíj onkundig zijn). Verder is men blij met een natuurlijk (veelal zwak) 3#K-sprongvolgbod. We doen wat voorbeelden en gaan daarbij ook in op de kracht van de handen met de twee kleuren.

Zuid West Noord Oost - - - 1#R ??

Zuid 1 Zuid 2 #S A 10 9 4 3 #S 9 6 #H H B 10 8 7 #H A H V 8 2 #R 3 2 #R 6 #K 8 #K A H 5 4 3

Zuid 3 Zuid 4 #S 4 3 #S H B 10 8 7 #H 9 7 #H A 4 #R B 2 #R 6 #K H V 10 9 6 4 2 #K A V 6 4 3

Zuid 1: 2#R. Volgens Michaels cuebid en Ghestem, de Garozzovariant. Een minimum aan punten, maar de hand is meteen verteld. Als de Garozzovariant niet in het pakket zit, zouden Ghestem-spelers 3#K kunnen bieden (de hoogste van de overgebleven kleuren), maar voor een bod op driehoogte is de hand te zwak; er zit weinig anders op dan een 1#S- volgbod; misschien komt de hartenkleur later nog. Zuid 2: 2SA (Ghestem en Michaels). Het bod van de halve finalisten tijdens het WK, Veldhoven 2011. Deze hand is flink wat sterker dan Zuid 1. Op een 3#H-antwoord van partner volgt er nog 4#H. 66

Zuid 3: 3#K (zwak), als men MIchaels met zwakke sprongvolgbiedingen speelt. Pas voor de Ghestem-aanhangers (behalve in een vorm van de Garozzovariant, dan kan 3#K ook). Zuid 4: 2#R (Ghestem, maar niet in de Garozzovariant) en 1#S, als men Michaels speelt.

De handen die we hebben gezien variëren van vrij zwak (zeker als we op tweehoogte kunnen spelen), tot zeer sterk (we doen dan nog een bod na partners keuze).

Zuid West Noord Oost - - - 1#H ??

Zuid 5 Zuid 6 #S A H V 4 2 #S A B 7 5 2 #H - #H 10 #R 9 6 2 #R A H 10 4 3 2 #K 9 8 7 3 2 #K 6

Zuid 5: 2#H (Michaels en Ghestem). Verschil is dat Ghestem-bieders de klaverkleur weten. Tijdens het WK in Veldhoven boden drie van vijf halve finalisten 2#H. Zuid 6: 3#K (Ghestem, de twee hoogste kleuren) of 2#H (Michaels, schoppen met een lage kleur).

Ervaren spelers hebben een bewuste keus gemaakt als het gaat om de aanpak van volgbiedingen met twee kleuren

Vinden we het belangrijk dat we de twee kleuren direct weten? Of kunnen we leven met bv. 1#H 2#H = een vijfkaart schoppen met een lage vijfkaart (Michaels Cuebid). Willen we extra druk zetten op de tegenstanders? Zwakke sprongvolgbiedingen van 3#K en 3#R gaan samen met Michaels cuebid (eventueel met de Garozzovariant van Ghestem).

Op basis hiervan wordt het systeem opgebouwd.

Bezoek de cafetaria en probeer ook zo’n bewuste keus te maken. Kies in ieder geval iets wat het geheugen ontziet!

67

19 Muiderbergse twee.

Het zal niet verbazen dat we de Muiderbergse twee-opening een Nederlandse conventie noemen. De Noord-Hollander Onno Janssens, nu al jarenlang lid van het Nederlands seniorenteam, heeft zo’n 35 jaar geleden de naam van zijn woonplaats gebruikt om de destijds nieuwe conventie een naam te geven. In Polen en Italië werden zwakke twee- openingen gebruikt om een tweekleurenspel met een 5-5 verdeling aan te geven. Onno en zijn partner Wim Boegem gingen een stapje verder. Zij openden 2#H of 2#S ook vanaf een 5- 4 verdeling. Zo dus:

2#H = 6-10 punten met een vijfkaart harten en een 4+-kaart in een lage kleur 2#S = 6-10 punten met een vijfkaart schoppen en een 4+-kaart in een lage kleur

De nieuwe ‘zwakke twee-openingen’ zijn inmiddels ook buiten onze landsgrenzen populair geworden. Successen van de Nederlandse teams (waaronder wereldkampioenschappen van het open en het vrouwenteam) zorgden ervoor dat men van Zuid-Amerika tot China de ‘Muiderberg’ ging spelen.

Handen van recente WK-wedstrijden tonen aan dat de Muiderberg internationaal is doorgedrongen.

Zuid 1 (Z, NZ) Zuid 2 (Z, -) #S A H V 4 2 #S 9 6 #H 7 5 #H H 10 9 8 7 #R B 10 9 2 #R H 8 #K 10 9 #K B 9 6 5

Zuid 3 (Z, -) Zuid 4 (Z,-) #S 3 #S A 9 8 7 3 #H H V B 5 4 #H 8 3 #R B 9 5 #R 10 #K 10 6 5 2 #K A 9 8 5 3

Met deze vier handen opent men 2#H of 2#S. Achtereenvolgens zitten er op de zuidplaats een Canadees, een Russische, een Pool en een Chinese. Jammer dat de bovengenoemde heren geen aandelen Muiderberg hebben uitgegeven. Ze zouden er rijker van zijn geworden.

De Muiderberg is er niet voor iedereen. Pas bij een zorgvuldig vervolg levert de conventie echt rendement op. Het rijtje antwoorden ziet er zo uit.

68

Antwoorden op 2#H/2#S (Muiderberg):

1 pas = om te spelen; met een grote verscheidenheid aan handen; 2 2#S (op 2#H) = een natuurlijk bod; een redelijke hand, maar niet forcing; 3 2SA = forcing; vraagt om de lage kleur; tevens het bod met de meeste sterke handen; 4 3#K = om 3#K of 3#R te spelen; de openende hand zegt pas of 3#R; 5 3#R = conventioneel; limietbod in de hoge kleur van de Muiderberg (sterker dan 6); 6 3 in partners kleur = niet forcing (preëmptief); 7 3#H op 2#S = een natuurlijk bod; goede vijfkaart of zeskaart, niet forcing; 8 3#S op 2#H = sterk met een zeer goede schoppenkleur, mancheforcing; 9 3SA = om te spelen; 10 4#K/4#R = een goede kleur en een fit in partners kleur (fitbid); 11 4 in partners kleur = om te spelen; met een grote verscheidenheid aan handen; 12 4SA = vraag naar partners lage kleur; 13 5#K/5#R = om te spelen (partner mag niet corrigeren).

Bij deze handen uit de praktijk komen we een aantal antwoorden tegen:

Zuid West Noord 2#S pas ??

Noord 1 Noord 2 #S V B 8 7 #S V B 5 #H A B 4 #H 8 5 #R 10 7 2 #R A H B 10 4 #K V 9 3 #K A 9 4

Noord 3 Noord 4 #S B 10 #S H B #H H 3 #H A H 6 3 #R H B 9 #R V 9 6 2 #K A 10 9 6 5 3 #K B 9 3

Noord 5 Noord 6 #S A B 9 3 #S 7 3 #H H B 3 2 #H A H 6 3 2 #R A 5 3 #R 9 #K B 8 #K A B 9 6 4

Noord 1: 3#S. De tegenstanders kunnen ongetwijfeld een deelscore (misschien zelfs een manche) maken. Maak hun het leven zuur met een preëmptief 3#S-bod. Noord 2: 4#S. De manche zal op zijn minst een kans hebben. Noord 3: Pas. Hier lijkt de manche minder kansrijk. Grote kans dat partners tweede kleur ruiten is. Veel reden voor een preëmptieve actie is er ook niet Noord 4: Pas. Dezelfde redenering als de vorige hand. 69

Noord 5. 3#R. Inviterend voor de (schoppen)manche. Noord 6. Pas. Een waarschijnlijke misfit. Dan is snel afstoppen een noodzaak. Iedere actie van de tegenstander is welkom.

Of na een 2#H-opening:

Zuid West Noord 2#H pas ??

Noord 7 Noord 8 #S B 9 #S A H B 10 9 4 #H A V 3 2 #H H #R V 3 #R V 9 3 #K H V 10 8 3 #K 8 7 4

Noord 7: 4#K, een fitbid. Het aangeven van een fit (mogelijk een dubbele fit) is vooral interessant in situaties waarin de tegenstanders een schoppenfit hebben en er mogelijk moet worden gered (op het 5-niveau). Partner zuid zal dat doen met een tweede kleur in klaveren. Niet met een ruitenkleur. Noord 8: 2#S. Zuid mag hierop passen.

Ik spaar biedmisverstanden. In de loop der jaren heb ik er een lange lijst van gemaakt. Enkele ervan hebben betrekking op de Muiderberg. Zoals de volgende.

(Steeds is de vraag: wat betekent het laatste bod?)

A Zuid West Noord 2#S pas 5#K?

B Zuid West Noord 2#S doublet 3#K?

C Zuid West Noord 2#S doublet 2SA?

D Zuid West Noord Oost 2#S pas 2SA pas 3#K pas 3#S?

E 2#S pas 4SA? 70

A = om 5#K te spelen en niet om 5#K of 5#R te spelen; de openende hand zegt pas; B = om 3#K te spelen; we vragen naar partners lage kleur met C; C = vraagt naar de lage kleur; na een doublet is de betekenis dus anders dan na pas; D = mancheforcing; ten minste interesse in slem; E = vraag naar de lage kleur; azen vragen (of RKC Blackwood) doen we via biedverloop D.

Algemene opmerkingen over de Muiderberg.

- Uit het feit dat veel internationals de conventie spelen mag worden afgeleid, dat de Hollandse vinding nuttig is, vooral als preëmptief wapen. - Vol profijt van de Muiderberg heb je als het vervolg goed verzorgd is. Beginners (die de conventie beter niet kunnen gebruiken) zijn geneigd te gaan bieden met een eigen opening mee. Dat is zeker niet altijd de bedoeling, zoals we uit wat voorbeelden hebben gezien. Vaak is (een snelle?) pas de beste actie op partners Muiderberg. - Bederf het effect van een goede conventie niet door een misverstand. Als hulp het lijstje A t/m E.

71

20 Multi 2#R-opening.

Na de Muiderberg (vorige maand) komt de multi. Keurig op alfabet? Nee, een toevalligheid. De twee conventies passen wel mooi bij elkaar. Vooral in Nederland worden ze vaak samen gespeeld.

De Muiderberg is een Nederlandse conventie, maar de multi is dat van oorsprong niet. Ruim 40 jaar geleden kwamen Engelse topspelers op het idee om de 2#R-opening te gebruiken voor een weak two in een hoge kleur.

Tegenwoordig stopt men in de multi 2#R ook andere, zeer zeldzame en sterke handen. In ons land is het gebruikelijk om 2#R te spelen als: 6-10/11 punten met een zeskaart in harten of schoppen…of een sterke hand met een lage kleur (net niet mancheforcing)…of een zeer sterke SA-hand (24-25 of 25-26 HCP’s).

Voorbeelden van een sterke 2#R-opening: Zuid 1 Zuid 2 #S A H B #S 8 #H H V B 6 #H A V 3 #R A V B 2 #R A H 7 #K H B #K A H V B 9 5

Voor de supersterke SA-handen is er een rijtje:

- 2SA-opening (20-21 HCP’s), - 2#K-opening, gevolgd door 2SA (22-23 HCP’s) en - 2#R (24-25 HCP’s). Een puntje meer hier en daar mag ook.

Waarom de sterkste SA-hand in de 2#R- en niet in de 2#K-opening zit? De kans dat je een 22/23 SA krijgt is bijna vier keer zo groot als de kans op een 24/25 SA. Door de sterkste SA-opening in de multi te stoppen belasten we deze, toch al ‘overladen’ opening wat minder.

En de kans op een zwakke twee? Natuurlijk is die veel en veel groter dan de kans op een van de sterke varianten. We kunnen er eigenlijk op rekenen dat 2#R praktisch altijd een ‘zwakke twee’ is.

72

Openen we met elke zwakke hand en een zeskaart harten of schoppen 2#R? Nee. Kijk naar de volgende handen.

Zuid 3 Zuid 4 #S 8 2 #S A V 9 5 3 2 #H V B 10 8 7 6 #H V 3 #R A 8 2 #R B 7 3 #K 9 6 #K 5 2

Zuid 5 Zuid 6 #S B 8 7 5 4 2 #S A H V 9 8 7 #H H V B 5 #H 4 3 #R V 2 #R 4 #K 3 #K 10 7 6 3

Zuid 7 Zuid 8 #S A H B 9 6 5 #S 2 #H 6 3 #H A H B 10 9 4 #R H 9 5 #R B 9 8 6 4 #K 10 2 #K B

Zuid 9 Zuid 10 #S H V B 9 8 5 #S B 2 #H 6 #H B 7 6 5 4 2 #R B 9 #R 10 #K B 10 5 2 #K A 10 5 3

Wat lopen ze langs.

Zuid 3: 2#R. Veel mooier kunnen we ze niet krijgen: een goede kleur en enige verdediging. Zuid 4: 2#R. Ook hier geen probleem. Zuid 5: Pas. Er zijn twee tekortkomingen om te openen: de zeskaart is erg slecht en een vierkaart in de andere hoge kleur (hier zelfs een goede) is ook negatief. We kennen zelfs paren die geen multi openen met een driekaart in de andere hoge kleur. Dat is wat te rigide. Zuid 6: 2#R, zo u wilt. Een 3#S-opening is een goed alternatief. Het pluspuntje in de verdeling mag daarbij de doorslag geven. Zuid 7: 1#S. Deze hand is te sterk voor 2#R. In feite zijn er maar weinig 11-punters waarmee we 2#R openen. Ja, misschien in de derde hand een keertje… Zuid 8: 4#H (?). Deze hand is veel te mooi om 2#R te openen. In de hoge regionen zal een 4#H-opening veel medestanders vinden. Een lafaard opent 3#H. Zuid 9: 3#S. Ook een hand die te sterk is voor 2#R. Vergelijk de hand met Zuid 3 en Zuid 4. Zuid 10: Pas. De kleur is ook hier te slecht. Als we behoefte hebben om het geluk een beetje op de proef te stellen, mag 2#R in de derde hand.

73

Nu we de kaders voor een multi 2#R ongeveer hebben gesteld, gaan we over op de antwoorden. Daarbij eerst iets over het principe “corrigeerbaar”, op systeemkaarten vaak in code aangegeven met P/C (pass or correct, pas of corrigeer). Op 2#R zijn biedingen van 2#H, 2#S, 3#H en (bij velen) 3#S zgn. P/C-biedingen. Partner (de multi-openaar) zal passen met een zeskaart in de geboden kleur, maar de andere hoge kleur bieden als de antwoorder ‘heeft misgeprikt’. Met dat in het achterhoofd het volgende overzicht van de antwoorden.

2#H = P/C: om te spelen tegenover een zwakke twee in harten (de antwoorder kan vrij sterk zijn, maar is dan kort in harten); 2#S = P/C: om te spelen tegenover een zwakke twee in schoppen; dit antwoord impliceert lengte in harten, zodat de multi-openaar weet van een hartenfit; 2SA = forcing bod; vraagt verdere informatie; zie onder voor de antwoorden. 3#K/3#R = forcing met de geboden kleur; 3#H/3#S = P/C, zie boven; 3SA = om te spelen, wellicht met een sterke lage kleur erbij; 4#K = conventioneel: vraagt de openaar een transfer te geven naar zijn hoge kleur; 4#R = conventioneel: vraagt om de hoge kleur te bieden; 4#H/4#S = om te spelen, ongeacht partners kleur dus geen P/C.

Een toelichting op de bijzondere antwoorden van 4#K en 4#R: De antwoorder op 2#R kan meestal vrij goed bekijken of een manchecontract in de sterke hand moet zitten of beter door de ‘zwakke twee’ kan worden gespeeld.

Een voorbeeld van een 4#K-bod op 2#R: Noord 1 #S H V 5 #H A H B 4 #R H 5 3 #K H 8 4

En van een 4#R-bod Noord 2 #S A H 8 5 #H A B 10 4 #R 5 4 #K A 8 4 Noord 1 wil het 4#H- of 4#S-contract graag zelf spelen, vandaar de vraag om een transferbod te doen (het bod onder de kleur). Noord 2 heeft er geen bezwaar tegen dat partner het contract speelt. Er ‘zitten geen heren op de tocht’. Zuid biedt het eindcontract.

74

Nu we de antwoorden op de P/C-biedingen en de bijzondere 4#K- en 4#R-biedingen hebben gehad, resteren de antwoorden op het forcing 2SA-bod:

Zuid West Noord Oost 2#R pas 2SA pas ??

3#K = een zwakke twee in harten, met een minimale* hand; 3#R = een zwakke twee in schoppen, met een minimale* hand; 3#H = een zwakke twee in schoppen (!), met een maximale* hand; 3#S = een zwakke twee in harten (!), met een maximale* hand.

Biedingen hoger dan 3#S tonen de supersterke handen (SA of lage kleur). Die kunnen, praktisch gezien, nauwelijks voorkomen.

* om te bepalen of de hand een minimum of een maximum is voor de ‘zwakke twee’ let de openaar op de kracht in de kleur en op het puntenaantal. De grenzen zijn niet 100% scherp. Zuid 3 valt in de categorie minimum; Zuid 4 is net een ‘maximum’.

Let verder op het omdraaien van de hoge kleuren met een maximum. Dit zorgt ervoor dat het eindcontract in de hoge kleur door de sterke hand wordt gespeeld.

Algemene opmerkingen over de multi; voor- en nadelen.

- De multi is een vrij lastige conventie. Beginnende spelers kunnen de 2#R-opening beter voor wat anders gebruiken (bv. voor zeer sterke handen). - Een voordeel van de multi is, dat de verdediging ertegen niet zo eenvoudig is als tegen een normale ‘zwakke twee’; de hoge kleur is immers onbekend. Een ander voordeel: het eindcontract in de hoge kleur kan vaak worden gespeeld door de sterke(re) hand. Verder komen de biedingen van 2#H en 2#S beschikbaar voor andere betekenissen, bv. een Muiderbergse 2-opening. - Belangrijkste nadeel van de multi: de antwoordende hand kan moeilijker direct een preëmptieve verhoging doen in de kleur van de zwakke twee. Verder geeft de 2#R-opening de tegenstanders iets meer ruimte om te bieden. Een 2#H-volgbod kan wel na 2#R, niet na een zwakke 2#S.

Een andere keer zullen we de verdediging tegen de multi bespreken.

75

21 (Reverse) Drury.

Er zijn nogal wat liefhebbers van een licht openingsbod in de derde hand. Wie kan het laten om na

West Noord Oost Zuid - pas pas ?? een van de volgende handen te openen?

Zuid 1 Zuid 2 #S A B 10 5 4 #S H 6 2 #H A 5 #H A V B 9 3 #R 8 6 2 #R 7 3 #K V 6 3 #K 10 8 6

Je zegt toch zeker 1#S met Zuid 1 en 1#H met Zuid 2? De bedoeling is om wat biedruimte weg te nemen, om een uitkomst aan te geven of de deelscore te betwisten. Verder kun je je nauwelijks een buil vallen, zeker als je niet kwetsbaar bent. Toch schuilt er enig gevaar achter de lichte openingen. De partner van de openaar neemt je (te) serieus en het bieden komt te hoog. Je bereikt een kansloze manche, terwijl een deelscore hoog genoeg is.

Douglas Drury heeft een conventie ontworpen om zich te beschermen tegen de vederlichte derdehands openingen van zijn partner Eric Murray. Na

West Noord Oost Zuid - pas pas 1#H of 1#S pas ?? gebruikt Drury een kunstmatig 2#K-bod om aan te geven dat hij steun heeft in partners kleur, maar te sterk is voor een simpele verhoging. Partner moet nu aangeven of de opening serieus is of (sub)minimaal. In het laatste geval biedt de openaar, volgens de oorspronkelijke Drury-conventie 2#R.

Met

Noord 1 #S H V 9 #H 9 8 3 #R A B 7 6 3 #K 10 2

76

heeft Noord een lastig bod na een 3e hands 1#S-opening. Drury brengt uitkomst. Het antwoord is een conventioneel 2#K-bod, waarna partner (met bv. Zuid 1 hierboven) 2#R biedt en het bieden kan worden besloten met 2#S. Hoog genoeg.

De meeste Drury-aanhangers spelen de conventie niet in de oorspronkelijke vorm. Ze doen ‘Reverse Drury’. De herbieding van de openaar met een zwakke variant is dan niet 2#R, maar een herhaling van de geopende kleur. Dus met Zuid 1 tegenover Noord 1 gaat het dan

West Noord Oost Zuid - pas pas 1#S pas 2#K * pas 2#S

Andere antwoorden van zuid (waaronder 2#H) geven een echte opening aan en zijn natuurlijk, maar 2#R is conventioneel. Het belooft een echt openingsbod en vraagt verdere informatie. Met Noord 1 is 3#R een passende reactie Hierna zal zuid al of niet de manche bieden; in schoppen natuurlijk, de ankerkleur.

Kanttekeningen en aanvullingen: - Drury wordt gebruikt door een ‘gepaste hand’ na een opening van 1#H of 1#S (in de 3e of 4e hand). Ja, we gaan ervan uit dat ook een 4e hands opening wel eens aan de lichte kant kan zijn.

- Als er wordt tussengeboden vervalt Drury of Reverse Drury.

- Nog een voordeeltje van Drury:

West Noord Oost Zuid - pas pas 1#H of 1#S pas 2#K pas

Zuid kan hier met een goede opening springen naar de manche. 2#K belooft immers altijd steun. Zo wordt een manche bereikt zonder extra informatie te geven (bv. over de verdeling).

Nuttige conventies, deze Drury-varianten!

77

22 Lebensohl en Rubinsohl.

Partner opent 1SA of 1-in-een-kleur en je zit klaar met een voor de hand liggend antwoord. Maar ‘rechts’ grijpt in het bakje en biedt tussen. Het gemakkelijke antwoord vervalt en het bieden wordt bijna altijd lastiger.

Neem de volgende situatie.

Zuid 1 #S 4 3 #H H V 10 8 5 #R A 7 4 #K H 6 2

Partner opent 1SA en je bent van plan een transferbod te doen. Er komt een kink in de kabel.

West Noord Oost Zuid - 1SA 2#S ??

Het transferbod van 2#R kan niet meer. Moeten we dan maar 3#H bieden? Misschien past partner daarop; dat willen we zeker niet. Een volgende keer hebben we

Zuid 2 #S 4 3 #H H B 9 4 3 2 #R H 7 4 #K 6 2

Nu willen we wel 3#H spelen tegenover partners 1SA-opening.

Jaren terug is er een conventie verzonnen om onderscheid te maken tussen Zuid 1 en Zuid 2. Lebensohl heet de Amerikaanse vinding. Met Zuid 1 wordt forcing 3#H geboden. Zuid 2 biedt 2SA, om na een verplicht 3#K-bod van de SA-openaar te vervolgen met 3#H, niet forcing. Het 2SA-bod gevolgd door een pas (met klaveren), 3#R of 3#H geeft dus een hand aan die (net) voldoende sterk is om in actie te komen na het tussenbod. Zo kun je spelen in 3-in-een-kleur.

Lebensohl wordt na een tussenbod op 1SA veel gespeeld, maar er is iets beters. Je mist immers (behalve met de klaverkleur) de mogelijkheid om het contract in de SA-hand te krijgen. Kampioen van de transfers is , die talloze artikelen over het onderwerp schreef. Een veel gebruikte ‘transfer’conventie kreeg de naam Rubensohl. Maar bij de naam Rubensohl zet de Amerikaanse bridge-encyclopedie een sterretje. Het idee voor de conventie is namelijk niet afkomstig van Rubens, maar van een andere Amerikaan, , topspeler en systeemfreak. De juiste naam is Rubinsohl, zeggen de boeken. 78

West Noord Oost Zuid - 1SA 2#S ??

Rubin gebruikt hier transfers en geeft de volgende betekenis aan de biedingen van zuid:

2SA = transfer naar klaveren 3#K = transfer naar ruiten 3#R = transfer naar harten 3#H = transfer naar de kleur van de tegenpartij = “Stayman” (een vierkaart harten dus) 3#S = transfer naar 3SA, zonder schoppenstop 3SA = om te spelen; belooft een schoppenstop

We pikken er twee speciale antwoorden uit: - de transfer naar hun kleur, die gebruikt wordt als “Stayman”; zo’n transfer ‘naar hun kleur’ wordt gebruikt in alle situaties na een natuurlijk volgbod op tweehoogte na 1SA. - het ‘nood’bod van 3#S dat betekent: “help, ik wil zelf spelen, maar ik heb geen vier- of vijfkaart in een (of in de andere) hoge kleur en ook géén stop in de gevolgde kleur. Als de SA-openaar ook geen stop heeft moet een lage kleur troef worden.

Voor de duidelijkheid.

West Noord Oost Zuid - 1SA 2#R* 2#H/2#S * echte kleur

Hier zijn 2#H en 2#S om te spelen.

Nog drie aanvullingen: 1 De Rubinsohl-transferbiedingen van 2SA en hoger beloven een hand die we aanduiden als ‘limiet of beter’. (Zeer) zwakke handen met lengte, die we via een Lebensohl- 2SA-bod kunnen aanbieden, zijn helaas met Rubinsohl niet op te lossen.

2 Het is een goed idee om Rubinsohl ook te gebruikten na (zwakke) sprongvolgbiedingen op tweehoogte.

West Noord Oost Zuid - 1#R 2#S ??

Het rijtje hierboven van 2SA t/m 3SA past ook precies bij deze biedsituatie.

3 Het plezierige van Rubinsohl is niet alleen, dat we het contract in de sterke SA-hand gaan spelen, maar ook dat we, zoals in alle transfersituaties, onze kleur indirect aangeven en later meer kunnen vertellen over onze hand. Een voorbeeld:

79

West Noord Oost Zuid - 1SA 2#H 3#K pas 3#R pas 3#H

Zuid toont met 3#K een ruitenkleur. Nu zuid doorbiedt zit er een goede hand. Met 3#H wordt gevraagd om een stopper in die kleur. Noord maakt nu een keus tussen 3SA en een contract in ruiten.

Een oplossing voor een lastig biedprobleem deze twee ‘Ohl’-conventies.

80

23 Verdediging tegen de multi 2#R.

Enkele maanden terug was in deze rubriek de multi 2#R-opening aan de beurt. Mijn raad aan beginners: begin er voorlopig niet aan. Je hebt zelf veel last van de conventie en als je al een zwakke opening op tweehoogte wilt spelen is er een goed alternatief met de ‘zwakke twee’-openingen in de hoge kleuren (of zelfs in ruiten).

In een ‘gemengd veld’ zullen ook beginners de multi 2#R tegenkomen. De conventie is niet alleen zelf lastig, de verdediging ertegen is dat ook. De oorzaak: bij het eerste bod weet je niet in welke hoge kleur hun lengte zit. In de Verenigde Staten is de conventie verboden op lager niveau. Wil men de multi tóch spelen op b.v. regionaal niveau, dan gelden er restricties. Zo moeten de gebruikers een op schrift gestelde verdediging overhandigen aan de tegenstanders.

Dat kan de onderstaande verdediging zijn.

Verdediging tegen de multi 2#R-opening.

In de tweede hand.

West Noord Oost Zuid - - 2#R* ?? * zeskaart in een hoge kleur (zwak) of een zeer sterk spel (vergeet deze laatste variant) doublet = 13-15 punten met een evenwichtige hand of een (zeer) sterk spel. 2#H of 2#S = een natuurlijk volgbod. 2SA = 16-18 punten met stops in beide hoge kleuren; antwoorden als na de 2SA-opening. 3#K of 3#R = een natuurlijk, vrij sterk volgbod. 3#H of 3#S = natuurlijk, sterk, te mooi voor 2#H/2#S; meestal goede 6-kaart, 15-17 HP. 3SA = om te spelen; stops in beide hoge kleuren; meestal een lange lage kleur als slagenbron erbij. 4#K of 4#R = jumping Michaels (in Nederland de ‘wereldconventie’ genoemd) = een 5+- kaart in de geboden kleur met een 5+kaart in een hoge kleur; het opvolgende bod vraagt naar die hoge kleur. 4#H of 4#S = om te spelen.

In de vierde hand.

West Noord Oost Zuid 2#R* pas 2#H/2#S** ?? * multi ** pas of corrigeer naar de hoge kleur

Een doublet van zuid is hier om uit te nemen (take out). Andere biedingen van zuid zijn (ook) hetzelfde als in de tweede hand. Let op: na 2#R p 2#H is 3#H een volgbod in harten (sterk natuurlijk) 81

In de zesde hand.

West Noord Oost Zuid - - 2#R* pas 2#H** pas pas doublet

Het doublet is take out.

West Noord Oost Zuid - - 2#R* pas 2#H** pas 2#S doublet Ook dit doublet is take out.

Voorbeelden:

West Noord Oost Zuid - - 2#R* ??

Zuid 1 Zuid 2 #S A V 5 4 #S A H B 9 6 4 #H H 10 5 4 #H H 3 #R B 5 #R A 10 2 #K H 10 4 #K V 6

Zuid 3 Zuid 4 #S A V B 5 4 #S 6 4 #H 2 #H H V 10 3 #R A 5 #R A 10 4 2 #K A V 10 8 4 #K H B 6

Zuid 1 biedt doublet, 13-15 gebalanceerd Zuid 2 biedt 3#S, een mooie zeskaart en een invite voor de manche Zuid 3 biedt 4#K, de ‘wereldconventie’; partner noord kan met 4#R vragen naar de tweede (hoge) kleur. Zuid 4 zegt pas. Wacht liever af en geef een take out doublet als zij schoppen bieden,

Het laatste voorbeeld is lastig, want de hand voldoet aan het vereiste 13-15, evenwichtig. De korte kleur is echter een probleem, als partner schoppen gaat bieden.

Het zal duidelijk zijn dat de kous hiermee niet af is. Hoe moet je b.v. reageren op partners doublet op een multi 2#R-opening? Allereerst is het zaak om te informeren naar de betekenis van de biedingen van de tegenstanders. Na

82

West Noord Oost Zuid - - 2#R* doublet p/2#H/2#S moet noord weten wat west aangeeft. Belooft een pas ruiten? Wat betekenen 2#H en 2#S? OW zijn verplicht om deze informatie te verstrekken. Als Noord ben je in dit soort situaties lang niet altijd verplicht om te bieden. Een vrijwillig bod belooft een positieve hand.

Algemene opmerkingen over de verdediging tegen de multi. - Er zijn enkele conventionele verdedigingen tegen de multi, maar we houden het (op bovenstaande manier) graag zo simpel mogelijk. - Een doublet op 2#R heeft niets met de ruitenkleur te maken. Meestal is het een evenwichtige 13-15 hand . - Niet elke gebalanceerde 13-15 hand is even geschikt voor een doublet. Met een doubleton in een van de hoge kleuren is het beter te wachten. Met een singleton in een hoge kleur is het bijna altijd beter om eerst te passen. - Een belangrijke regel: “praktisch elk doublet op hun bod in een hoge kleur is take out”. Voorbeelden: - 2#R dbl 2#H dbl - 2#R dbl 3#H dbl - 2#R pas 2#H pas 2#S pas pas dbl - 2#R dbl 2#H pas pas dbl maar: - 2#R dbl 2#H dbl 2#S dbl is voor straf! Partner doubleerde immers 2#H met schoppens.

- Informeer naar de afspraken van de tegenstanders. Je hebt er recht op die te weten!

83

24 Unusual tegen unusual.

Een bekend wapen in de verdediging is het unusual (ongebruikelijke) 2SA-volgbod. Het belooft een tweekleurenspel in de twee laagste ongeboden kleuren. De bekendste situatie:

West Noord Oost Zuid - - 1#H/1#S 2SA

Zuid belooft twee vijfkaarten (of langer) in de lage kleuren.

Nu gaan we op de stoel van west zitten. Het 2SA-bod maakt het voor west lastiger. Het biedniveau is verhoogd en veel van de normale antwoorden zijn onmogelijk geworden. Om ons te wapenen tegen de unusual nemen we tegenmaatregelen. Zoals wel vaker is het wapen tegen een conventie een andere conventie: unusual tegen unusual.

Hoe gaat dat?

West Noord Oost Zuid - - 1#S 2SA ??

Als voorbeeld een ongebruikelijk 2SA-volgbod op partners 1#S. De mogelijke antwoorden van west, die unusual tegen unusual speelt, zijn gelukkig niet allemaal conventioneel.

- 3#S = een “goede verhoging” tot 2#S (zonder 2SA-tussenbod); 7-10 punten; niet forcing. - 4#S = een normale, niet al te sterke verhoging. - 3#H = natuurlijk, niet forcing; de kracht van een goede ‘zwakke twee’-opening in harten. - 3#K = conventioneel; een hand die te goed is voor een (niet forcing) 3#H-bod. - 3#R = conventioneel; een hand die te goed is voor een (niet forcing) 3#S-bod. - doublet = een hand waarbij tegenspel het beste lijkt, d.w.z. een strafdoublet op een van de lage kleuren of wellicht op beide kleuren.

Voorbeelden:

West Noord Oost Zuid - - 1#S 2SA* ?? * unusual 2SA: beide lage kleuren, ten minste een 5-5 verdeling

West 1 West 2 #S V 9 6 4 #S B 4 #H A 10 6 3 #H H V 10 9 5 4 #R 7 3 #R H 3 #K B 4 2 #K 8 4 2

84

West 3 West 4 #S 9 6 #S H B 9 6 #H H 3 2 #H A H 3 #R A B 6 2 #R A 6 2 #K H B 8 5 #K 8 6 3

Gebruik makend van unusual tegen unusual biedt West:

West 1: 3#S, non forcing steunbod. West 2: 3#H, non forcing natuurlijk ‘volgbod’. West 3: doublet; een strafdoublet, in dit geval zit west tegen in beide lage kleuren; soms heeft west een strafdoublet voor een van de lage kleuren; de hoop is dat partner de andere lage kleur kan doubleren. West 4: 3#R; schoppensteun; te goed voor 3#S; West gaat hier natuurlijk naar 4#S; een direct 4#S-bod op 2SA is echter veel zwakker. Wat kun je nog meer met unusual tegen unusual? De conventie kan worden gebruikt in veel andere situaties waarin de tegenstanders een tweekleurenspel aangeven met twee bekende kleuren. Als voorbeeld

West Noord Oost Zuid - - 1#R 2#R* ?? * tweekleurenspel met beide hoge kleuren

West geeft met 2#H en 2#S een klaverkleur resp. ruitensteun aan. Ook hier zijn 3#K en 3#R niet forcing; de sterkere handen worden geboden via een bod in een van hun kleuren. Steeds het laagste bod voor de laagste (de ‘vierde’ kleur - hier klaveren) en het hoogste bod voor de hoogste kleur. Een doublet geeft ook hier aan dat tegenspel kansrijk is.

Wat te doen, als zij een tweekleurenspel aangeven, zonder dat beide kleuren bekend zijn?

West Noord Oost Zuid - - 1#H 2#H* ?? * Michaels cuebid: tweekleurenspel met schoppen en een lage kleur

Hier kan west 2#S bieden en daarmee een hand aangeven die te sterk is voor een steunbod van 3#H. Biedingen van 3#K en 3#R zijn geen cuebiedingen omdat de lage kleur van zuid onbekend is. Zo’n bod in een lage kleur spelen we hier als natuurlijk en forcing. En nu

West Noord Oost Zuid - - 1#H 2#H* ?? * Ghestem: tweekleurenspel met schoppen en klaveren 85

Volgens de regeltjes van unusual tegen unusual geeft 2#S hier een ruitenkleur aan (te goed voor een niet forcing 3#R-bod) en 3#K belooft hartensteun (te goed voor 3#H). Best ingewikkeld allemaal, maar denk aan het ezelsbruggetje: het cuebid in hun laagste (is de eerste – van onder naar boven - voorkomende kleur) belooft de laagste van ‘onze’ kleuren en een goede hand.

Algemene opmerkingen over de unusual tegen unusual.

Gebruik de twee cuebiedingen in hun (bekende) kleuren om handen aan te geven waarmee u zelf wilt spelen, maar te sterk bent voor een niet forcing bod. De niet forcing biedingen zijn een steunbod van partners kleur op het laagste niveau of een bod in de ‘vierde kleur’ (één kleur heeft partner geboden, de tweede en derde kleur de tegenstander). Doubleer hun conventionele bod dat een tweekleurenspel aangeeft met een hand die geschikt is voor een strafdoublet. In ten minste een van hun kleuren zit u stevig tegen. Gebruik de ezelsbrug: laagste (eerst mogelijke) cuebid is voor de laagste van de twee andere kleuren; hoogste cuebid is voor de hoogste van ‘onze kleuren’. Spreek deze aanpak goed door; sommigen hebben ‘omgekeerde’ afspraken gemaakt voor de twee cuebids. Een waarschuwing: pas op met een ‘lichte’ verhoging van partners kleur of het bieden van ‘de vierde kleur’. De kans op een ‘misfit’ is groter geworden, nu iemand een tweekleurenspel heeft aangegeven. Veel succes met unusual tegen unusual!

86

25 DOPI, ROPI, DEPO

Onder het kopje “slemconventies” kom je op een systeemkaart vaak enkele bijzondere namen tegen: bv. DOPI, ROPI, DEPO, PODI. Het lijkt een selectie uit de Disneyfilm Sneeuwwitje. We missen nog enkele van de zeven dwergen… Een uitleg.

West Noord Oost Zuid 1#S 3#R* 4SA** 5#R ?? * zwak sprongvolgbod ** (RKC) Blackwood

Oost is benieuwd naar het aantal azen (of keycards) van partner en vraagt met 4SA. Een vervelende zuidspeler zorgt voor een kink in de kabel. De antwoorden op Blackwood (of RKC Blackwood) moeten worden aangepast. Hoe doen we dat?

DOPI

Veel spelers hebben de afspraak gemaakt om zgn. DOPI te spelen na een tussenbod op 4SA (Blackwood-variant). DOPI staat voor “doublet = 0; pas = 1”. In het gegeven biedverloop geeft doublet op 5#R 0 azen aan en pas 1 aas. De opvolgende biedingen tonen 2 azen, 3 azen etc. Speel je RKC Blackwood (troefheer en – vrouw doen ook mee) dan kun je afspreken dat doublet = 0 of 3 en pas = 1 of 4, vervolgens komen 2 keycards en 2 keycards met troefvrouw. Het maakt niet veel uit of je de zgn. 1430-variant van RKC Blackwood speelt, als de antwoorden pas en doublet maar duidelijk zijn, even als de stappen boven het tussenbod.

ROPI

West Noord Oost Zuid 1#S 3#K* 4SA** doublet ?? * zwak sprongvolgbod ** (RKC) Blackwood

Als het vraagbod van 4SA wordt gedoubleerd treedt er ook een conventie in werking die ROPI is gedoopt. ROPI betekent “redoublet=0 en pas = 1”. 5#K is 2 azen/keycards. Afhankelijk van je eigen Blackwoord-variant kunnen de antwoorden en de stappen worden aangepast. Het toepassen van ROPI is niet beslist noodzakelijk. Met een redoublet zou je ook kunnen aangeven dat 4SA geredoubleerd je als eindcontract bevalt en dat je minder zit te wachten op een slemcontract. Antwoorden van 5#K of hoger zijn volgens je eigen systeem (alsof je het doublet niet gehoord hebt).

87

DEPO of DOPE Er kan nog een andere complicatie optreden na een 4SA-vraagbod.

West Noord Oost Zuid 1#H 2#S* 4SA** 5#S ?? * zwak sprongvolgbod ** (RKC) Blackwood

4SA is het (Blackwood)vraagbod met harten als troefkleur. Zuid doet een bod boven het 5- niveau van onze troefkleur. Als nu DOPI zou worden toegepast, kom je met 2 of meer azen/keycards verplicht op het slemniveau. Daarom gebruiken experts hier geen DOPI, maar DEPO. Dit staat voor “doublet = even en pas = oneven”, d.w.z. een even (0,2 of 4), resp. een oneven (1, 3 of 5) aantal azen of keycards. De vraagbieder zal bijna altijd weten welk aantal azen/keycards de antwoorder heeft bedoeld. Het zal duidelijk zijn dat de afspraken over het aantal azen zeer nauw steken. Het Zweedse seniorenteam verspeelde tijdens het WK 2012 een medaille omdat de ene speler DEPO speelde en de andere het omgekeerde DOPE (doublet = oneven en pas = even). Het goede bericht was dat groot slem erin zat. Het slechte bericht dat dit alleen gold voor 7#H en niet voor 7SA, het Zweedse eindcontract. De tegenstanders raapten de eerste zes schoppenslagen op (-1700).

Een overzicht in tabelvorm.

Tabel voor de antwoorden op 4SA, (RKC) Blackwood na interventie. biedverloop conventie Blackwood RKC Blackwood (al of niet 1430) 1#S 3#R 4SA 5#R DOPI 5#H = 2 enz. Doublet = 0 of 3; pas = ?? (doublet = 0; 1 of 4; 5#H/5#S = 2 pas = 1) zonder/met #SV 1#S 3#K 4SA dbl ROPI (redou- 5#K = 2 enz. Doublet = 0 of 3; pas = blet = 0; 1 of 4; 5#K/5#R = 2 pas = 1) zonder/met #SV 1#H 2#S 4SA 5#S DEPO (dbl = doublet = even doublet = even # even; pas = # azen; pas = keycards; pas = oneven oneven) oneven # azen # keycards

Over de ‘zeven dwergen’ in het algemeen: We zien dat het antwoord op Blackwood wordt bemoeilijkt door een tussenbod. Doe met ‘het veld’ mee en speel DOPI na een tussenbod (beneden 5-in de troefkleur) Spreek iets af over de antwoorden na een doublet (op 4SA). Eén van de opties is ROPI. Gebruik de stappen van je eigen Blackwoodvariant voor biedingen boven het tussenbod (bv. 2 keycards zonder, resp. met troefvrouw als RKC Blackwood van toepassing is). 88

Doe DEPO of DOPE na een tussenbod dat hoger ligt dan 5-in-de-eigen-troefkleur. Als het ezelsbruggetje “DOPI hoort bij DOPE” bevalt, spreek dat dan af. Elke vergissing is peperduur!

89

26 DONT

Als wapen tegen hun 1SA-opening wordt in ons land vaak Multi-Landy gebruikt. We willen graag de hoge kleuren in beeld brengen. Multi-Landy is een uitstekende conventie, maar niet het enige verdedigingswapen tegen 1SA. De Amerikaan Marty Bergen gebruikt een conventie tegen 1SA, die het mogelijk maakt (nog) vaker te concurreren. Zijn lijfspreuk is DONT, “disturb the opponents’ No ” (verstoor de 1SA-opening van de tegenpartij). Naast de ‘stoorfunctie’ is het ook de bedoeling zo veilig mogelijk een eigen contract (meestal een deelscore) te bereiken, terwijl het voor de tegenstanders lastiger wordt om hún fit te vinden.

Hoe werkt DONT?

West Noord Oost Zuid - - - 1SA ??

Tegen 1SA (15-17 HCP’s) heeft DONT-speler west de volgende mogelijkheden: doublet, een 1-kleurensspel (elke kleur) 2#K, klaveren met een hogere kleur 2#R, ruiten met een hoge kleur 2#H, beide hoge kleuren 2#S, een 1-kleurenspel (schoppen)

De 2-kleurenspellen (2#K, 2#R en 2#H) worden in het algemeen gedaan met ten minste 5-4 in de beide kleuren. Een optimist zal wellicht eens 2#H proberen met een 4-4 hoog (zoals we dat met Landy misschien ook wel eens doen).

Een 1-kleurenspel in schoppen kan west op twee manieren aangeven, direct en via doublet. De laatste methode belooft een sterkere hand.

Voorbeelden:

West 1 West 2 West 3 #S B4 #S H754 #S B5 #H A32 #H AB754 #H AH96 #R HV10976 #R A3 #R V6 #K 43 #K B5 #K HB987

We gaan uit van een sterke 1SA-opening en een DONT-aanhanger die in de 2e of 4e hand aan de beurt is. West 1 zegt doublet op 1SA, een 1-kleurenspel. West 2 biedt 2#H, beide hoge kleuren en West 3 volgt 2#K, klaveren met een hogere kleur.

90

Voor de partner van de DONT-bieder is het meestal zaak een ‘zachte landing’ te maken in een veilig eindcontract.

Voorbeelden van antwoorden op DONT.

A Oost #S V1086 #H HB65 #R VB3 #K 43

West Noord Oost Zuid - - - 1SA doublet pas ??

Bied 2#K. West belooft een 1-kleurenspel. Goede kans dat die kleur klaveren is. Als het niet zo is, dan hoort u dat wel. Is ‘pas’ een alternatief? Niet echt. Weliswaar zitten we (waarschijnlijk) in alle kleuren tegen, maar pas is te speculatief.

B Oost #S 964 #H 43 #R AB873 #K V53

West Noord Oost Zuid - - - 1SA 2#K pas ??

Zeg ‘pas’. Safety first.

C Oost #S AB104 #H HB10 #R A652 #K 83

West Noord Oost Zuid - - - 1SA 2#H pas ??

91

Een opmerkelijk fraaie hand, nu partner beide hoge kleuren aangeeft. 2#S is onderboden. De methode om het bieden forcing te maken: bied 2SA, vragend naar minimum (antwoord 3#K) of maximum (een andere reactie).

Tot besluit nog deze.

D Oost #S H642 #H A42 #R V106 #K B52

West Noord Oost Zuid - - - 1SA doublet 2#K* ?? *Stayman

Oost moet hier doubleren. Dat betekent: ik wil concurreren in jouw kleur. In elk van de vier kleuren heb je immers (enige) steun.

DONT zou men ook kunnen gebruiken tegen de zwakke SA-opening. De meesten spelen echter graag strafdoubles tegen de zwakke SA. Dat past dus niet bij DONT. Doe tegen de zwakke SA maar Multi-Landy is mijn advies. Probeer steeds een zo veilig mogelijk heenkomen te vinden na partners DONT-bod. Gebruik met een sterke hand 2SA als forcing op partners bod van 2-in-een-kleur. DONT is zo gek nog niet. Misbruik de conventie echter niet door “met elk 1- of 2- kleurenspel” tussen te bieden. Partner moet er wel enig peil op kunnen trekken!

92

27 Wereldconventie.

Een sprongbod na hun preëmptieve opening is een sterk bod. De regel is immers dat we geen zwakke sprong doen na een preempt. In het biedverloop

West Noord Oost Zuid - - - 2#R* 3#H/3#S *multi belooft de sprong van west een mooie zeskaart in de hoge kleur met een ruime opening (14-16 HCP’s). Oost kan met enkele nuttige waarden een manche bieden.

Maar hoe zit het met een sprong in een lage kleur? Velen spelen zo’n sprong (naar 4#K of 4#R) als conventioneel. Een situatie waarin de conventie wordt toegepast:

West Noord Oost Zuid - - - 2#S* 4#K/4#R *Muiderberg of zwakke twee

De gebruikers van de zgn. Wereldconventie beloven met de sprong in de lage kleur een 5+- kaart in de geboden kleur en een 5+-kaart in de ongeboden hoge kleur (in dit voorbeeld dus harten). Het bod is mancheforcing. We hebben een hand als

West #S H3 #H AHV85 #R 6 #K HB964

Dit is een 4#K-bod volgens de Wereldconventie. Buiten Nederland heet de conventie (Michaels met een sprong). Gebruik over de grens niet de term worldconvention. Je wordt niet begrepen.

En nu het allerbelangrijkste over de wereldconventie. Spreek duidelijk af wanneer een bod van 4#K of 4#R als wereldconventie is bedoeld!

Een checklist met een toelichting. Als je ‘bekeerd bent’ tot de wereldconventie is het een kwestie van afvinken.

93

□ Een bod van 4#K of 4#R is alleen ‘wereldconventie’ wanneer 4#K/4#R met een sprong zijn geboden.

Sommigen spelen ook een volgbod van 4#K/4#R als 5+/5+-kaart na een 3#H of 3#S- opening. Soms komt dit mooi uit, maar je mist de mogelijkheid om een ‘echt’ volgbod te doen van 4#K of 4#R.

□ De tweede (hoge) kleur (naast de geboden klaver- of ruitenkleur) hoeft niet bekend te zijn.

Na hun multi 2#R beloven 4#K/4#R de geboden kleur met een onbekende hoge kleur. Een tweede voorbeeld: op hun 3#K belooft 4#R een ruitenkleur met een hoge kleur). In beide situaties vraagt het opvolgende bod naar de tweede kleur (“pass or correct”)

□ De conventie geldt ook als zij 1#S p 2#S of 1#H p 2#H hebben geboden; de sprong in de lage kleur belooft de geboden kleur en de andere hoge kleur

□ Familie van de wereldconventie is het cuebid van 4#K of 4#R. Het gaat om de biedverlopen - (3#K) 4#K - (3#R) 4#R en - (2#R*) 4#R * zwakke twee in #R

Het cuebid in de lage kleur belooft beide hoge kleuren. Ideaal is een hand als #S AH753 #H AH862 #R A6 #K4

Hoe je omgaat met - (3#K) 4#R - (3#R) 4#K en - (2#R*) 4#K (* zwakke twee in #R) is weer een kwestie van afspraak (zie A en B hierboven)

94

Het is verstandig om met een vaste partner het controlelijstje A t/m D langs te gaan. En nog één aanvullende opmerking. Bij het gebruik van de wereldconventie hoort dat een cuebid in een hoge kleur op 3-hoogte vraagt naar een stop. Dus in het biedverloop

West Noord Oost Zuid - - - 2#S* 3#S *Muiderberg of zwakke twee heeft West een sterk spel met (waarschijnlijk een (dichte) lage kleur). Voor 3SA is een stop in schoppen nodig. Tweekleurenspellen gaan immers via 4#K/4#R.

Tot slot wat voorbeelden van de wereldconventie.

N/-

West Noord Oost Zuid - 2#S* pas pas ?? *zwakke twee

West #S A10 #H AB1062 #R AVB75 #K 4

West biedt 4#R, ruiten met harten.

Z/Allen

West Noord Oost Zuid - - - 3#K/3#R* ?? *preempt

West #S AVB75 #H AH1087 #R A3 #K 2

Het cuebid van 4#K of 4#R belooft hier beide hoge kleuren

95

Zuid/NZ

West Noord Oost Zuid - - - 2#H* ?? *10-13 HCP, 5+-kaart

West 3 #S HB6432 #H 6 #R H108743 #K –

Tijdens de finale (Zweden-Polen) van het laatste WK (Lille 2012) volgde de Pool Buras 4#R. Bij deze kwetsbaarheid kan de wereldconventie worden gebruikt om een redbod te vinden. De extra lange kleuren compenseren het gebrek aan honneurkracht. Helaas zaten de Polen niet op één lijn. Partner met o.a. #S AVxxx en #R Vx doubleerde 7#H (voor – 2470). Het redbod van 7#S zou twee down zijn gegaan (- 300).

Wereldconventie, een resumé:

De wereldconventie is nuttig, want men kan in één bod veel vertellen. Helaas komt de conventie niet vaak voor. Een sprongvolgbod van 4#K of 4#R (of een (sprong)cuebid in een van deze kleuren) is een bijzonder bod. Dat maakt het onthouden gemakkelijker. Loop wel met uw partner de checklist langs. Misverstanden zijn (ook hier) duur.

96

28 Raptor.

Volgens de Wikipedia is een raptor een nare vogel uit de tijd van de dinosauriërs. Maar de encyclopedie noemt ook een andere betekenis: een bridgeconventie. Waar hebben we het over? Op verzoek van enkele lezers een uitleg.

Raptor is een volgbod van 1SA met een bijzondere betekenis, afhankelijk van het openingsbod: op 1#K belooft 1SA een 5+-kaart in #R met een 4-kaart in een hoge kleur op 1#R belooft 1SA een 5+-kaart in #K met een 4-kaart in een hoge kleur op 1#H belooft 1SA een 5+-kaart in een lage kleur met een 4-kaart #S op 1#S belooft 1SA een 5+-kaart in een lage kleur met een 4-kaart #H

Raptor is ontstaan in het land met (waarschijnlijk) de meeste fantasie op het gebied van bridgeconventies: Polen (denk o.a. aan de ‘sterke pas’). Via dit land, Zweden en Canada (de ‘tor’ van raptor heeft iets met Toronto te maken) kwam de conventie ook in Nederland terecht. Twee paren van het Nederlands WK-team spelen de conventie.

Voorbeelden van de toepassing van Raptor.

A West #S HV104 #H 86 #R H3 #K AB872

West Noord Oost Zuid - - - 1#R ??

1SA volgens Raptor. Zonder conventie is deze hand lastig te bieden. Volg je 2#K op een matige vijfkaart, 1#S op een vierkaart of zeg je pas? Raptor maakt het gemakkelijk.

B #S 76 #H AB106 #R V9765 #K A4

West Noord Oost Zuid - - - 1#S ??

97

Misschien nog lastiger dan A zonder de Raptor-conventie. Speel je hem wel dan is 1SA het bod.

De kracht van het Raptor-volgbod kan variëren en is mede afhankelijk van de kwetsbaarheid en de verdeling. Voordat we ingaan op verdere voor- en nadelen, eerst de antwoorden op het 1SA-volgbod op een rijtje.

Antwoorden op Raptor 1SA: een bod in de bekende (lage of hoge) kleur is om te spelen als de hoge kleur onbekend is (b.v. A): vraagt een cuebid om deze hoge kleur als de lage kleur onbekend is (b.v. B): vraagt 2#K om een pas (met klavers) of een correctie naar 2#R. als de hoge kleur bekend is belooft het cuebid (in hun hoge kleur) een limietverhoging (of beter). andere biedingen zijn in principe om te spelen; partners kleuren zijn kennelijk niet zo interessant.

Twee voorbeelden van antwoorden op Raptor.

C #S A543 #H V98 #R B104 #K V87

West Noord Oost Zuid - 1#S 1SA pas ??

2#K; vraagt naar de lage kleur. Oost zal passen met 5+ klavers of 2#R bieden.

D #S AB76 #HV98 #R 5 #K V8652

West Noord Oost Zuid - 1#K 1SA pas ??

2#K, vraagt naar de hoge kleur. Een alternatief is hier ‘pas’, maar waarschijnlijk speelt een contract in een hoge kleur beter; er is zelfs een kans op een 4-4 fit in schoppen.

98

Om aan te geven hoe goed (of minder goed) Raptor kan werken twee spellen uit de WK- finale 2012 (Nederland – Verenigde Staten). Verhees- Van Prooijen staan aan het roer.

Spel 47, Z/NZ #S A 7 5 2 #H B 10 4 #R H 10 8 5 4 3 #K -

#S H V 4 3 #S B #H 7 3 #H V 9 8 6 #R 2 #R V B 7 6 #K A H B 9 6 2 #K V 8 7 5 #S 10 9 8 6 #H A H 5 2 #R A 9 #K 10 4 3

West Noord Oost Zuid Van Prooijen Verhees - - - pas 1#K 1SA 2#K 3#K 5#K pas pas doublet pas pas pas

Ricco van Prooijen volgt 1SA (Raptor). Louk Verhees heeft een mooie hand: een zekere fit in een hoge kleur, een ideale aansluiting in partners ‘zijkleur’ (ruiten). Met het cuebid toont Louk zijn kracht. De redding (?) van 5#K van de Amerikanen is wellicht wat voorbarig. Hoe dan ook: een succesje van Raptor. 5#K gaat gedoubleerd voor +300 (6 imps voor Nederland als Brink en Drijver aan de andere tafel voor -50 gaan in 4#K)

Twee spellen eerder had Louk Verhees

Spel 45, N/Allen

Zuid #S AH5 #H 652 #R AV #K H10752

West Noord Oost Zuid - pas 1#S ??

99

Hier zegt Louk doublet. Het ‘normale’ volgbod van 1SA kan immers niet. Dat zou Raptor zijn. Het biedverloop ontwikkelt zich als volgt.

West Noord Oost Zuid Van Prooijen Verhees - pas 1#S doublet 2#K* 2#H pas ?? *transfer naar #R

Een doublet op 1#S belooft meestal een vierkaart harten. Louk probeert hier nog 2SA en gaat twee down, voor een klein verlies (3 imp’s).

Deze twee spellen vertellen ongeveer het verhaal van Raptor. Er zijn plussen en minnen. We zetten er een paar op een rijtje.

+ Met Raptor vind je soms een fit die andere paren missen; je kunt in de bieding komen, waar anderen moeten passen. + Een tussenbod maakt het meestal lastiger voor de tegenstanders.

- Een 1SA-volgbod van 15-17 punten kan niet meer. Met zo’n volgbod moet je iets anders verzinnen (meestal doublet, soms pas). - Vanwege het gemis van het ‘normale’ 1SA-volgbod speel je ‘tegen het veld in’. Dat pakt wel eens verkeerd uit.

Kortom: zonder de Raptor-conventie waren Van Prooijen-Verhees en Brink-Drijver ook wel wereldkampioen geworden.

100

29 Smolen.

Vanouds wringt men zich in allerlei bochten om een contract in de goede hand te krijgen. Het is meer dan een halve eeuw geleden dat de Texas-transfer is uitgevonden om na partners 1SA-opening via een bod op 4-hoogte in 4#H of 4#S te komen. De Jacoby transfers op het 2- en 3-niveau na 1SA of 2SA zijn andere voorbeelden van het bochtenwerk. In het rijtje passen ook de Smolen transfers. Ze worden gebruikt in een specifiek biedverloop.

West Noord Oost Zuid - - 1SA pas 2#K pas 2#R pas ??

Tot nu toe is iedereen aangesloten, denken we. West vraagt met 2#K, Stayman, naar de hoge kleuren en Oost ontkent die. De Amerikaan verzon hier een transferbod voor mancheforcing handen met een vijfkaart in één hoge kleur en een vierkaart in de andere. Dat gaat via een sprong in een hoge kleur.

West Noord Oost Zuid - - 1SA pas 2#K pas 2#R pas 3#H/3#S

De sprongbiedingen naar 3#H of 3#S beloven een mancheforcing hand met beide hoge kleuren (een 5-4 verdeling; eventueel een 6-4 verdeling). De kleur van het sprongbod is bij Smolen echter in de vierkaart. Zo kan de 1SA-opener, met een fit, een eventueel eindcontract in de andere hoge kleur spelen.

101

Smolen is een onderdeel van een ‘SA-complex’ rond de beide hoge kleuren. Om de samenhang te tonen wat voorbeelden van handen met twee hoge kleuren na 1SA

West 1 West 2 West 3 #S A V 7 4 #S A B 9 7 5 #S V 10 9 7 #H H V 9 5 3 #H H V 7 4 2 #H H 10 9 8 5 #R B 2 #R B 10 #R A 4 #K 5 3 #K 5 #K 6 2

West Noord Oost Zuid - - 1SA pas ??

De eerste drie handen met beide hoge kleuren. Wat zijn de (standaard) antwoorden? West 1: 2#K, na een 2#H of 2#S-antwoord springt west naar de manche; na 2#R is het tijd voor Smolen, een sprong naar 3#S. West 2: 2#H, transfer, gevolgd door 3#H. Zo’n biedserie belooft een 5-5 verdeling en een mancheforcing hand. Dus geen 5-4 verdeling. Daarvoor hebben we immers Smolen. West 3: 2#R transfer; na een 2#H-antwoord volgt 2#S. Dit belooft een invieterende hand met een 5 kaart #H en een vierkaart #S. De hand is net te zwak voor een ‘Smolen- biedverloop’.

West 4 West 5 West 6 #S A B 9 6 3 #S H V 4 2 #S V 10 9 2 #S B 7 4 3 #S A 10 7 6 3 2 #S B 8 5 3 2 #S H 4 #S V 7 #S V 10 #S 8 3 #S 9 #S 7 3

West Noord Oost Zuid - - 1SA pas ??

En nog drie. West 4: 2#K; na een antwoord van 2#H volgt 3#H; na een 2#S-antwoord komt 4#S sterk in aanmerking. Een 2#R-antwoord wordt gevolgd door 2#S, inviterend met een vijfkaart (en een vierkaart harten) West 5: 2#K, na een antwoord in een hoge kleur. volgt de manche; na 2#R kan men Smolen toepassen: 3#S; als Oost afwijst met 3SA, volgt 4#R transfer naar 4#H (!) West 6: 2#K. Op 2#R volgt 2#H = zwak met beide hoge kleuren. Op zo’n zwak 2#H-bod zal de 1SA-opener overigens 2#S bieden met een driekaart schoppen en een doubleton harten. Zo wordt altijd een fit met ten minste 7 troeven bereikt (ook als de hoge kleuren van west zijn omgedraaid). Een alternatief met deze westhand is natuurlijk een transfer naar 2#H (gevolgd door pas), maar dan zit je wel eens in een 5-2 fit met een mogelijk betere fit in schoppen.

102

Over Smolen:

Deze conventie is standaard in een enigszins gevorderd milieu. De sprong na een 2#R- antwoord op Stayman dient ervoor het contract (in een 5-3 fit hoog) in de SA-hand te krijgen Smolen is een onderdeel van een ‘SA-complex’. Het gaat om een samenhangend geheel van biedingen op 1SA met beide hoge kleuren. In de voorbeelden hierboven staan enkele belangrijke onderdelen van dit ‘complex’. Schrijf de mogelijke biedverlopen op 1SA met beide hoge kleuren eens uit. Al schrijvende leert men. Een mooie pagina in het ‘systeemboek’.